SK Juli 2010

12
www.studentenkrant.org | jaargang 26 | Juli / Augustus 2010 | De enige onafhankelijke studentenkrant van Nederland. Interview pagina 3 Jelle Brandt Corstius voor beginners Achtergrond pagina 10 De ultieme studenten- vereniging Gezeik pagina 2 Jort kan doodvallen Studentenkrant Groninger HET BESTE VAN 09/10

description

De Groninger Studentenkrant van Juli 2010

Transcript of SK Juli 2010

Page 1: SK Juli 2010

www.studentenkrant.org | jaargang 26 | Juli / Augustus 2010 | De enige onafhankelijke studentenkrant van Nederland.

Interview pagina 3

Jelle Brandt Corstius voor beginners

Achtergrond pagina 10

De ultieme studenten-vereniging

Gezeik pagina 2

Jort kan doodvallen

StudentenkrantGroninger

HET BESTE VAN 09/10

Page 2: SK Juli 2010

2 Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

[HET BESTE VAN DECEMBER] ‘Sorry Jort Kelder heeft een over-volle agenda en kan geen inter-views geven komende maanden’, schrijft Deniz, de assistent van Jort én miss Nederland 2008. Goed geregeld. ‘Jammer, ik had nog wel twee blonde studentes klaarstaan om Jort te interviewen’, stuurde ik terug. ‘We proberen het later nog wel eens.’

Ik ga een kop koffie drinken met een vriend bij de Coffee Company. Mijn telefoon gaat. ‘Hallo met Jor-rrrt. Jort Kelder. Jij bent de Randy Martens van dat interview? Als jij nu meteen wat voor mij doet krijg jij dat interview. Ik heb binnen 3 uur een foto van Cees van der Hoe-ven nodig in zijn Vindicat tijd in rokkostuum ofzo. Die Ahold top-man hé, dat moet ergens in 1970 zijn geweest.’ Ik zeg iets tofs en onderkoelds als ‘beschouw het ge-daan’ of ‘ik regel het’. We hangen op.

Nog twee uur en 50 minuten. Met-een naar Vindicat gelopen. Vorm-

gever Jacob - ingelicht via de groepssms over de kwestie - belt en zegt: ‘Praeses sociëteitscommis-sie 66/67!’

Achter het hek, vanuit de gore steeg aan de zijkant, zie ik twee Vindi’s achter een raam druk aan het ty-pen. ‘Ik moet even iemand van de senaat spreken.’ Vanaf het begin zijn de Vindi’s best hulpvaardig. Hoewel ze me zelfs met U begin-nen aan te spreken als ik verzin dat ik voor Jort Kelder werk in plaats van de Studentenkrant. ‘Wacht er komt wel even iemand naar je toe.’ Ik word naar de bestuursleden op kantoor gebracht en vertel het ver-haal. Een heer heeft het in zich om ver te komen in de ambtenarij. ‘We kunnen niet zomaar foto’s uit het archief dupliceren.’ Ik voel de bui hangen en lul wat over dat de ju-ridische verantwoordelijkheid bij de redactie van Jort Kelder ligt. ‘La-ten we eerst kijken of het er is.’ De abactis gaat met me op pad naar de Senaatskamer om door de alma-nakken te kijken. Ik meen C.H. Van der Hoeven al te herkennen op een senaatsfoto aan de muur, maar be-wijs ontbreekt. We zoeken door de

boeken.

Nog anderhalf uur. Niks gevonden. De praeses van de sociëteitscom-missie blijkt voor 1970 niet op de senaatsfoto’s te staan.

Dan blijven alleen nog de Gronin-ger Archieven over. Telefonisch: ‘Niemand van de fotoafdeling zit op zijn plek.’ Nog 50 minuten. Dan maar erheen samen met tipgever Jacob. Nog 40 minuten. 'U moet eerst dit formulier invullen voor een toegangspasje.' Licht hijgend aan de desk. 'Groninger Studenten Almanak 66/77 graag.' Binnen no-time ligt de almanak op tafel. Daar-in zien we een foto staan van de so-ciëteitscommissie van 65/66. Dan kan het niet meer missen. De Al-manak van 67/68 komt ook boven water en we zien het onmiskenbare hoofd van Cees van der Hoeven. Tien minuten voor de deadline zit het in de mailbox van Jort Kelder. 'Ontvangen. Je hebt je interview.' De foto was die avond te zien in Jorts nieuwe programma 'Bij ons in de BV'.

Resultaten zijn te lezen op pagina x. Dat had ik graag hieronder wil-len zetten.

Ik maak een afspraak voor een in-terview en geef het door aan de twee blonde studentes. Dan op de dag dat het interview plaats moest vinden wordt ik vlak van te voren gebeld. Blondines reeds op het perron, kaartjes al gekocht. Het gaat niet door, plotseling toch een opname dag voor 'Bij ons in de BV'. Zoiets kan je overvallen natuurlijk als programmamaker. Nieuwe af-spraak. Weer afgezegd. Nog een af-spraak. Weer afgezegd. Bij wat de laatste poging moet zijn, wil Jort opeens geen normaal interview meer doen. Hij wil het alleen over de mail tenzij het écht niet anders kan. Ik vertel de assistent dat het écht niet anders kan en of ze het svp niet meer willen verplaatsen aangezien ik over twee dagen een deadline heb. Mail van Jort herself. Of ik even kan ophouden met dat arrogante toontje (ik beken), an-ders gaat zelfs het "interview" per email niet door. Ik geef de moed op en mail hem dat hij kan doodvallen met zijn divagedrag. Het schijnt dat hij het niet gedaan heeft.

Randy Martens

Elke maand worden we op de re-dactie van de Groninger Studenten-krant overspoeld met verzoeken en vragen over veel verschillende on-derwerpen. Hieronder een geringe samenvatting van hetgeen afgelopen maand op de al dan niet electroni-sche deurmat plofte.

Wil jij je naam volgende maand op deze pagina. Schrijf iets dat de moei-te waard is voor eenbevolkingsgroep die groter is dan ‘mijn ouders’ naar [email protected] of schrijf naar:

Groninger Studentenkrant t.a.v. de hoofdredactie St. Walburgstraat 22C 9712 HX Groningen

Beste redactie,

Ik zou graag een interview zien met de Baron uit Bassie en Adriaan. Is dit te realiseren of is hij inmiddels gevlucht naar het archipel Lanza-rote met Vlugge Japie? Drommels!

Arnoud

Beste Arnoud,

Speciaal voor jou en alle andere fans van ‘de Baron’ hebben we een telefo-nisch interview weten te regelen:

Met Baron van Neemwegge (als hij de telefoon opneemt)

We hebben een een tijdje weinig van u gehoord, hoe staat het met de mis-daad?

Ik, de Baron, zal de geschiedenis in gaan als DE KONING DER MISDAAD, HAHAHAHHAHAHAHAHHAHAHA (manische lach)

Waar bent u nu?

Bamihap! Frikandellen! Bal gehakt! Zak Patat! Kroket! In de snackbar De Schatkaart.

Ziet u Bassie en Adriaan nog wel eens?

Als ik ze in me handen had, dan zou ik ze.... DAN ZOU IK ZE!!!!! Ik word op-

eens heel zenuwachtig en dat bete-kent dat die Bassie en Adriaan in de buurt zijn! Daar zitten ze Japie! Bij het raam! Die vervelende clown en die ir-ritante acrobaat!!! Kijk voor je bami-hap, ze mogen niet in de gaten heb-ben dat wij in de gaten hebben dat zij ons in de gaten hebben.

Bent u er nog?

Drommels, drommels, DROMMELS! ik kan niet meer spreken! Vandaag ga ik afrekenen... met... BASSIE EN ADRI-AAN!!! **krak** (tuut... tuut.. tuut)

We hebben geprobeerd opnieuw con-tact op te nemen met de Baron, maar we kregen zijn voicemail.

Lieve redactieleden,

Mijn buurman is slager. Achter zijn bolle buik zit echter een klein hart-je. Tranen springen in zijn ogen als hij dieren in gevangenschap ziet. Geen vissenkom is veilig in zijn buurt. Hij heeft zelfs een poster van Bokito boven zijn bed. Keer op keer vloekt hij binnensmonds als hij sla-vinkjes inpakt. Hij beweert niet een slagerij te onderhouden, maar een uitvaartcentrum voor dieren. Kort-om, hij heeft nog nooit eigenhandig een dier geslacht en toch heeft hij een geslachtsziekte. Hoe kan dit?

Kusjes Ilse

Beste Ilse,

Je hoeft niet te tennissen voor een tennisarm en niet te bowlen voor een bowlingbal.

Beste redactie,

Ik ben een afgestudeerde Kunstge-schiedenisstudent zonder werk en vroeg mij af jullie nog freelance journalisten zoeken. Ik ben afgestu-deerd op het onderwerp Slavische architectuur en de Balkanoorlog.

Met vriendelijke groeten,

Godefridus

Beste Godefridus

We hebben jouw sollicitatie over-wogen onder het motto: “Beter één kunstgeschiedenisstudent bij de krant, dan 10 onder een brug”. We moeten je helaas teleurstellen. Zodra er zich weer een revolutie voordoet onder de studentenpopulatie. Als jong Groningen zich weer wil verhef-fen van het plebs. Wanneer het hoge Noorden weer het middelpunt van de kunstminnende wereld is en honder-den bohémiens inspireert tot grootse meesterwerken. Dan zullen we een extra cultuurpagina voor je inruimen die je volledig kan vullen met hersen-spinsels uit het Oostblok.

Beste Redactie,

Mag ik misschien komen kijken hoe de krant gemaakt word? Ik ben zeer geïnteresseerd in kran-ten. Ook haal ik elke maand oud-papier op voor mijn scoutingver-eniging.

Groetjes Bertine

Lieve Bertine,

Het is net als met worst, je wilt niet weten hoe het gemaakt wordt.

Redactie,

Ik heb een column geschreven die ik jullie niet wilde onthouden. Deze mogen jullie plaatsen in ruil voor een vergoeding van €50,-

Groeten Job

(Naam gefingeerd, echte naam bekend bij de redactie)

Beste Job,

Wij maken graag gebruik van je aanbod. Je kunt het bedrag over-schrijven naar bankrekeningnum-mer 32.51.07.351. Wij behouden ons het recht voor je column te weigeren als deze niet aan onze kwaliteitseisen voldoet.

Post

Jorrrt Kelder Randy,

ik hoop dat je grote woorden en scheldpartijen de obstipatie in je gemoed hebben opgelost. Ik geef bij voorkeur geen interviews meer, en al helemaal niet ‘face-to-face’ met taperecorders. Dat leer je van-zelf af, door slechte ervaring. Mail is veel betrouwbaarder, al vinden interviewers dat onhandig omdat ze de regie over mijn antwoorden dan kwijt zijn. Dat heeft allemaal niets met diva-gedrag vandoen. Integendeel eigenlijk. Alles is wel gevraagd en gezegd, ik ben het zat en steek al zo’n honderd uur per week vrije tijd in m’n hobby - werk. En bovendien: doe je het bij één studentenkrant, dan volgen de tientallen almanakken vanzelf. Dat gaat al jaren zo, en altijd moe-ten ik of Beau van ED het klusje klaren.

Maar goed, in ruil voor het kundig regelen van de Van der Hoeven-foto heb ik een interview toege-zegd. Dat kan er dus komen, al-leen was mij niet duidelijk dat het al op zo’n korte termijn moest. Vandaag heb ik laatste uitzend-dag van ‘Bij ons in de BV’, daarna zijn er eindelijk na drie maanden bizar hard werken een paar maag-delijke plekken in de agenda. Zo’n ‘dertien in een dozijn presentator’ als ik heeft z’n concentratie nodig voor zijn twee tv-programmaatjes, die door bijna net zoveel mensen bekeken worden als de Groninger Studenten gelezen. Hoef je niet te snappen, maar het is niet anders.

Kortom, een interview is prima, maar wel onder mijn voorwaar-den. Alle boze woorden terugle-zend in je posting is het misschien goed om even de eerste mail erbij te halen. Deze is van 2 november:

‘Graag zou ik een redacteur naar u toe sturen om u te interviewen. En ook een fotograaf voor de kiek-jes. Zoiets hoeft niet langer dan een half uur te duren. Waar gaat het over? Het fenomeen zeg maar, en ook de programma’s een beetje denk ik.’

Vervolgens regel jij die foto en gaan er allerlei mails heen en weer tussen m’n p.a. en jou. Ook al ge-loof je het niet, door pure drukte worden fysieke afspraken afge-zegd. Omdat je humeur er niet be-ter op wordt en mijn verzoek om het eerst via e-mail te proberen mislukt, stuur ik op 24 november de volgende mail.

‘Randy, kan je even stoppen met dat arrogante toontje, anders gaat het helemaal niet door. Ik heb erg slechte ervaring met mondelinge interviews, simpelweg omdat de vaardigheid van de meeste schrij-vers (en zeker die van studenen) matig tot zeer matig is. Ik geef sinds twee jaar dus helemaal geen interviews meer. Mail mij eerst maar eens max een 10-tal vra-gen. Die beantwoord ik dan. Heb je daar geen zin in? Dan niet.

Jort’

Tsja. Zo doen diva’s dat. En daar antwoord jij dan dit weer op.

‘Doorluchtige Hoogheid, leuk dat je me probeert af te schepen met een email. Wanneer je geen echte interviews wilt geven moet je dat niet aanbieden in ruil voor die Van der Hoeven foto en dan drie keer last minute afzeggen. Je kan dood-vallen met je divagedrag. Dat hoor je vast te weinig. Als je denkt dat ik dat interview zo graag wil dat ik me door een pedant kereltje laat toespreken heb je het mis. Ik zou zeggen raap de scherven van je karakter op en kap met die ‘ík-ben-belangrijk’ act. Face it: Je bent een dertien in een dozijn presentator.

Uiteraard zal ik de laatste zijn die jou als tv- en mensenkenner te-genspreekt. Had alleen je mening over mijn kunnen meteen even in de eerste mail dd. 2 november ge-zet, in plaats van te vluchten in kruiperigheid. Let’s face it Randy,

had je mij meteen zo vanachter je tekstverwerker uitgescholden, dan hadden we dat gesprek al lang ge-had. Dat soort mensen wil ik altijd wel even ontmoeten. Die geven je meestal een kleffe hand, stel-len wat vragen met onvaste stem en informeren na afloop of er nog stageplekken te vergeven zijn. Had dat nou gedaan Randy, met-een zeggen wat je vindt, dan had je geen lege plekken in je krantje gehad. Tip: bel Beau

Brief van het jaar

Page 3: SK Juli 2010

3Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

Jelle Brandt Corstius voor beginners

Hij wordt omschreven als een “sexy nerd” door vrouwenblad Elle, en volgens de Jacky is hij de op drie na meest begeer-lijke bachelor van Nederland. Zelf zegt journalist Jelle Brandt Corstius daarover: ‘Ja dat is wel grappig, maar ik hoef er verder niks mee te maken te hebben.’ Dit is treffend voor de nuchter-heid waarmee de succesvolle televisiemaker spreekt over zijn studietijd in Groningen, zijn vijf jaar in Rusland, zijn baan bij het programma Zomergasten en zijn nieuwe televisieserie.

Jelle is op een zinderende 3 juli, het is zeker 35 graden, weer terug in zijn studiestad Groningen. Hij begon met de studie geschiede-nis in ’98, of was het ‘97? Hij weet het zelf niet precies meer. Hij was hier maar één of twee keer eerder geweest en koos voor Groningen, want ‘ik ben opgegroeid in Am-sterdam, maar ik vond het goed voor mijn vorming eens buiten Amsterdam te komen en ik wilde dan ook wel direct ver weg.’ Maar: ‘Mijn eerste jaar in Groningen was niet leuk, ik had een moeilijke tijd omdat ik niet zoveel vrienden had en mijn studie ging niet goed.’ Daarna ging het een stuk beter. Hij werd lid van studentenver-eniging Dizkartes en ging bij een toneelvereniging. Ondertussen bleek de studie Geschiedenis toch wel geschikt en studeerde hij ook nog Journalistiek in Groningen.

Relativeren dankzij RuslandNu is hij vooral hele bekend ge-worden met zijn documentaire-reeks Van Moskou tot Moermansk en daarom krijgt hij op de dag dat wij hem spreken de Alumnus van het Jaarprijs van de universiteit. Volgens de universiteit leverde hij met zijn programma’s een belang-rijke maatschappelijke bijdrage. Jelle is het hier op zich mee eens, zijn programma laat namelijk de soms moeilijke levens van Rus-sen zien en dit kan ‘Nederlanders hopelijk leren hun eigen kleine probleempjes iets meer te relati-veren, aan de andere kant denk ik ook wel: geef die prijs aan iemand die baanbrekend onderzoek naar eiwitten doet ofzo, iemand die

echt iets heeft gedaan.’

Voordat heel Nederland leerde over Rusland van Jelle, leerde hij

eerst over Rusland in Groningen. Hier volgde hij een aantal Rus-land-gerelateerde vakken. Hij was zich voor het land gaan fascine-

ren na een reis naar Oekraïne met een vriend. Na twee jaar achter de schermen werken bij Barend en van Dorp vertrok Jelle op ei-gen initiatief naar Rusland. ‘Voor Trouw werkte ik freelance in Rus-land en maakte veel grappige din-gen mee die niet geschikt waren voor de krant. Die zette ik dan in massamails aan vrienden. Eén van hen stuurde dat door naar een uitgever die er een boek van heeft gemaakt. Een TV producent zei la-

ter dat er TV in zat en vroeg of ik dat wilde maken.’

Wat er daarna gebeurde weten de meesten van ons, hij reisde door Rusland en filmde wat hij tegenkwam voor de VPRO. Maar zo makkelijk als het lijkt op TV was het in het begin niet. ‘Ik was niet gewend met mijn kop voor de camera te staan en deed dat ook liever niet. Toen we de eerste af-levering hadden gefilmd reden we van de ene naar de andere locatie. Mijn cameraman stopte en ging met mij en de geluidsman een heuvel op en zei dat we die heu-vel niet af zouden komen voordat ik voor de camera zou praten. Ik ben op die heuvel twee jaar ouder geworden.’

Na al die camera-ervaring is hij nu klaar om Zomergasten te presen-teren. Over zijn gasten is op mo-ment van schrijven nog weinig be-kend. Wel algemeen bekend is dat het al erg oude programma door veel mensen met een kritisch oog wordt bekeken. Hier reageert Jel-le nuchter op: ‘Ik heb geen angst voor falen en kritieken, dat kan me echt niet zoveel schelen. Kri-tiek komt er wel, want iedereen heeft toch zijn favoriete presenta-tor, zijn favoriete gasten. Er valt altijd wel wat te zeiken.’ Zo komt hij wel heel erg koelbloedig over, maar hij geeft ook toe ‘Ik heb geen last van zenuwen, maar die komen ongetwijfeld wel, ik heb daar geen illusies over.’

Over zijn gasten wil hij op het moment van schrijven nog niks

vertellen, maar wel welk fragment hij zelf zou laten zien mocht hij te gast zijn bij het programma: ‘Rembo en Rembo zou bij mij op één staan. Het was vernieuwende en absurde TV. Het kwam op het juiste moment, toen ik acht was ofzo, het had oog voor rare situ-aties, humor en het was lichtelijk gestoord.’ Hij twijfelt even, ‘Zou ik dat echt kiezen als ik zelf te gast was? Ja, ik denk het wel.’

Nieuwe landen, nieuwe kansenMocht het toch vreselijk misgaan deze zomer dan kan hij altijd te-rugvallen op het feit dat hij wordt gezien als de Rusland-expert van Nederland. Maar, zegt hij: ‘Ik sla nu alles af wat met Rusland te ma-ken heeft. Wanneer bijvoorbeeld Radio 1 belt als er iets in Rusland is gebeurd en commentaar wil dan weiger ik dat. Ik sla ook allerlei in-teressante symposia af en ik hou niet meer bij wat er in Rusland gebeurt. Ik wil er nu niks mee te maken hebben.’ Een schokkende opmerking voor iemand die om zijn Rusland-kennis bekend is ge-worden in Nederland.

Maar dat is dus precies wat hij niet meer wil. Hij gaat na deze zomer met een nieuw project be-ginnen voor de VPRO. Hij wil daar nog niet veel over vertellen, be-halve dat hij weer naar het bui-tenland gaat, er een talencursus voor moet volgen en dat het dus in ieder geval niet Rusland is. ‘Die serie zal anders uitvallen omdat ik er niet vijf jaar zal zitten zoals in Rusland en er van tevoren niet al teveel van weet.’ Maar: ‘Wat ik alvast kan beloven is dat ik in het volgende land ook weer gekke si-tuaties tegen zal komen en men-sen vind die onbevangen voor de camera praten.’

Carolien Lindeman

De Groninger Studentenkrant is een on-afhankelijk blad gemaakt voor en door studenten van HBO en WO-instellingen in Groningen. Het verschijnt tien maal per jaar in een oplage van achtduizend exemplaren die gratis verspreid worden op de RuG de Hanzehogeschool en an-dere plaatsen in Groningen

Hoofdredactie:Randy MartensLiesbeth Kauw (adjunct) [email protected]

Eindredactie:Gerline van der GiessenTessa [email protected]

Vormgeving:Jacob Roel Meijering

OpeningstijdenDinsdag: 10:00 - 17:00Woensdag: 10:00 - 17:00Donderdag: 10:00 - 17:00Vrijdag: 10:00 - 17:00Zaterdag: 10:00 - 17:00

Adres:Boterdiep 63

9712 LK Groningen

www.kringloopwinkelderommelmarkt.nltelefoon: 06-57738816

WWW.KRINGLOOPWINKELGRONINGEN.NL

DE ROMMELMARKTKRINGLOOPWINKEL

advertentie

Colofon Illustraties:Tobias Rutteman

Redactie:Edo GreversIngrid HofstraJudith KatzBart van der LeijCarolien Lindeman Tom PlatTobias Rutteman Lisanne Wieringa Elske Woudstra

Webmaster:Daniel Smeding

Fotografie:Jan Luursema www.janluursema.nlEwoud Rooks www.erooks.nlEveline Vaessen

Met dank aan:BandirahNozzman

Drukwerk:Grafische Industrie de Marne

Bestuur:Voorzitter: Steven RoosPenningmeester: Mirre TerpstraAcquisitie: Isabelle BosAcquisitie: Roos [email protected]

Adres:Groninger StudentenkrantSint Walburgstraat 22C9712HX Groningen

www.studentenkrant.org

Interview

Foto: Jan Luursema

“Er valt altijd wat te zeiken”

Page 4: SK Juli 2010

4 Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

advertentie

[HET BESTE VAN NOVEMBER] Zo’n beetje rond deze tijd zie je veel studentbestuur-dertjes fysiek aftakelen. Dat heeft te maken met de constitutieborrels. De constitutieborrel is een feno-meen. Veel mensen weten er niet meer van dan dat het iets met gratis zuipen is. Hieronder alles wat je moet weten om er niet als een enorme feut op te ko-men dagen als je voor het eerst gaat.

FeliciterenDit is de kern van de zaak: wanneer een vereniging weer een nieuw bestuur heeft wordt een borrel georganiseerd om ze te presenteren aan de wereld. Beter gezegd, het we-reldje. Het bestuur staat vaak op een vaste plek ergens achterin en alle bezoekende besturen komen dan één voor één, een kort praatje maken met alle nodige felicitaties. Sommige verenigingen nodigen alleen verwante besturen uit. Andere, meer aandachtsgeile verenigingen nodigen al-les uit wat los en vast zit. Het gaat nog steeds zoals op de basisschool: ‘Als jij mij voor je feestje uitnodigt mag je op het mijne komen.’ Hoe meer mensen op je feestje hoe beter natuurlijk. Als bestuurslid van een grote vereniging mag je gemiddeld iets van 120 borrels aflopen op jaarba-sis.

Flessen wijnVan de bezoekende besturen wordt natuurlijk wel een presentje verwacht. Dit is in 98,4 % van de tijd een fles wijn. Na een borrel gaan de ontvangen flessen wijn bij de meeste verenigingen in de kast om op de volgende consti-tutieborrel van andere besturen weer uit te worden gezet in de kringloop. De meeste flessen wijn gaan rond totdat ze zuur als azijn zijn. Er worden ook wel ludieke cadeau’s gegeven. Zo hebben de Christelijke verenigingen wel eens gieters cadeau gedaan met het commentaar dat ‘Gods wa-ter over Gods akker moet vloeien’. Bernlef geeft meestal een fles Sonnema cadeau. Bij borrel van de SOG of idem ge-ven de vice-voorzitters elkaar altijd een pak Jus d’Orange die dan weggeadt moet worden.

TraditiesEr wordt al geconstitutieborreld sinds de dagen van het klassieke Griekenland. In de tussentijd zijn er talloze tra-dities ontstaan. De meest zichbare (en hoorbare) is de pe-del. De pedel kondigt het volgende bestuur aan. Hij slaat dan met een soort staf op de grond om vervolgens te brul-len: ‘Daaaames en héééren. Het is mij een eer en een waar genoegen om aan u aan te mogen kondigen [het zoveelste bestuur] van [een of ander vereniging].’ ‘Hij?’, hoor ik fe-ministen al denken, want zo zijn ze. Pedellen zijn altijd mannen. Een mannelijke basstem is ook wel een vereiste

om iets van 30 maal over een menigte van dronken studen-ten uit te komen. Vrouwen worden uitgenodigd om het te proberen, een garantie om binnen één avond een stem te kweken als een krassende grammofoonplaat. Iets waar de gemiddelde Albertusdame vier jaar over doet.

Dan heb je ook nog het gebruik om het gastenboek of de stok van de Pedel te ‘brassen’. Dat betekent gewoon dat je het steelt en later weer op voorwaarden teruggeeft of niet natuurlijk. Het gastenboek wordt meestal meteen weer te-ruggebracht nadat het buiten is geweest. Dit gebruik heeft er natuurlijk toe geleid dat het boek meestal zwaar aan de ketting ligt.

Pakken, bestuursstropdasssen en mantelpakjesWanneer er geconstitutieborreld wordt is vrijwel iedereen strak in het pak. Hoewel we dat ‘strak’ wel weg kunnen laten. Het is zo dat de meeste pakdragers bij de C&A toch weer net een maatje te groot hebben uitgezocht. De bijbe-horende bestuursstropdassen zijn weer een fenomeen op zich. Over het algemeen hebben ze de kleur van een fluo-rescerend veiligheidshesje. Toch worden ze altijd met de grootst mogelijke trots gedragen. Sommige verenigingen komen niet in pak. Dan wordt snel aan Cleopatra gedacht maar die juist weer wel. De studievereniging van Scheikun-de en de GSB komen bijvoorbeeld zelden bepakt. Hoewel de laatste natuurlijk wel een van de usual suspects is.

Het dragen van een pak lijkt misschien wat kol-deriek maar het heeft zeker een functie. Het is een beetje hetzelfde als met carnaval. Met een feestmuts op, feest je beter. Zo gaat al het netwerken ook net wat makkelijker in een pak. Je neemt jezelf en je ge-sprekspartner net wat serieuzer. Maar eigen-lijk praat iedereen al-leen met mensen die ze al kennen.

Functie van de Consti-tutieborrelHeeft al deze doldwaze-rij ook nog zin?

Natuurlijk heeft het zin.

Randy Martens

Foto: Eveline Vaessen

De Constitutieborrel

Gratis zuipen: categorieën A B en C

Niet iedere constitutieborrel heeft hetzelfde aanzien.

Er zijn categorieën:

C: Categorie C is een borrel waar alleen korting op de drank is. Om onverklaarbare wijze is het ook altijd minder druk bij dit type borrel.

B: De meeste borrels vallen in de B categorie: de drank is een tijdje gratis. Hierbij is het een kwestie om tijdig te ar-riveren. Fashionably late komen is onverstandig omdat je de kans loopt dat de gratis fusten alweer opgezopen zijn.

A: Verenigingen met een A borrel hebben het al aardig goed voor elkaar. Op een A borrel is het bier en de wijn de hele avond gratis. Dit zijn ook de borrels waarop het helemaal los gaat.

AAA: Dan komen we bij de koningin van de constitutie-borrels: AAA borrel hebben niet alleen de hele avond on-beperkte drank maar de zuipende bestuurdertjes worden ook nog eens voorzien van iets te vreten zoals bittergar-nituurtjes of sushi.

Niet grappig? Wél grappig! [HET BESTE VAN MEI] Een storm van kritiek barstte los na wat we voor het gemak even het ‘jongen-in-sinterklaaspak-in-de-fik-incident’ noemen. De rug was nog niet uitgesmeuld of het zwartepieten begon al. We zien het als onze plicht deze kerel - laten we hem Floris Brummelhuis noemen - een hart onder die riem te steken. Aan zijn optreden kan het gemiddelde verenigingslid namelijk nog wel een voor-beeld nemen. Kudos!

Het was niet makkelijk aan infor-matie te komen, aangezien Alber-tus als rooms-katholieke vereniging naar goed katholiek gebruik de weg naar de doofpot sneller wist te vin-den dan Sinterklaas de weg naar de dokter. Via de Katholieke Kerk wist de paapse vereniging snel een stan-daard zwijgbrief te bemachtigen om naar hun leden te sturen. Gelijk bij de moederkerk is het cordon sanitai-re tegen de waarheid echter zo lek als een mandje. We hoorden een be-stuurslid van Albertus op de gang al binnensmonds de Joden, homo’s en de Vrijmetselarij vervloeken.

De aanstellerige reactie van ieder-een is tekenend voor onze tijd. Van zo’n derdegraads brandwond voel je namelijk niks. Zolang je het nog na kan vertellen is er eigenlijk niets aan de hand. Sebrenica, dat was pas een uit de hand gelopen ontgroe-ning. Volgens het Albertus bestuur echter is het dispuut voor straf een jaar geschorst en zal het vijf jaar ‘hinderlijk met een brandblusser worden gevolgd’. Vreemd eigenlijk, want de verbranding leent zich fan-tastisch als nieuwe traditie. Het ver-brandingspercentage viel echter nog wel wat tegen, maar daar kan aan gewerkt worden. Bij de ontgroening van Jean d’Arc werd met gemak de 100% gehaald.

Lid zijn van een dispuut kan je het beste omschrijven als een periode die begint met een fase van geeste-lijke en lichamelijke mishandeling, waarna je in een warme sociale baar-moeder komt. Een beetje pijn lijden hoort dus gewoon bij zo’n dispuut-sweekend, door woordvoerder Piet

Bouma van de RUG een ‘kennisma-kingsweekend’ genoemd. Die heeft er weinig van begrepen. ‘Há-há, zout in je thee! Nu hoor je erbij!’ Moet een dispuutsontgroening hard zijn? Beschermt de paus pedofielen? Did Schindler have a list? Verder zei Bouma dat de organisatoren ‘vast dachten dat het grappig was’. Nou zeker wel. Ik lach me nog rot. Ster-ker, waarschijnlijk was het een van de meest juiste inschattingen van

het hele weekend.

Onze lofzang kan zich vooral rich-ten op de pro-activiteit van deze flamboyante Floris. Meestal suggere-ren feutobjecten zelf iets om erger te voorkomen. Dit was een klasse suggestie. Ook de 40 uur die nog gewacht werd om naar de dokter te gaan kunnen niet anders dan diep respect afdwingen. We kunnen deze jongen altijd nog aanbevelen bij de commando’s als het niks wordt met de studie. Hoewel de psychologische testen nog wel “een uitdaging” kun-nen worden.

Een klein punt van kritiek kan nog uitgaan naar de papa en mama van kleine Floris. Soms valt de appel blijkbaar wel ver van de boom. Loop je eerst 40 uur met een smeulende rug rond om erbij te horen, verpest je moeder alles door aangifte te doen. Dit is zo´n moeder die vroeger naar het schoolplein kwam als haar kind gepest werd.

Hoewel het nog afwachten is met wat voor extra maatregelen het ge-zag komt, kunnen we traditiege-trouw het ergste verwachten. En daar wringt de schoen. Tegen dit soort domheid zijn simpelweg geen maatregelen te nemen. Hier kan een vereniging niks aan doen. Bovendien zullen de bestaande regels dit ook niet toegestaan hebben. Het instel-len van allemaal extra regeltjes die het voor 2000 normale leden verpes-ten, weerhoudt de dommens niet. Hoewel zijn geestelijke vermogens beperkt zijn, vindt hij altijd manie-ren om zijn domheid tot uiting te brengen door middel van creatieve vormen van automutilatie.

Randy Martens

Page 5: SK Juli 2010

5Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

[HET BESTE VAN FEBRUARI] In•tel•lec•tu•eel, de: Door-gaans man, de middelbare leef-tijd lang en breed gepasseerd. Nonchalant, doch fijnzinnig en charmant voorkomen. Ogen versterkt door een bril, die belezenheid suggereert. Een baard is een vereiste, het liefst met vlagen grijs erdoor.

De belichaming van deze defini-tie is historicus Maarten van Ros-sem. Met zijn ongezouten me-ning en sterk redeneervermogen verliest hij aan de tafel van een praatprogramma nooit een dis-cussie. Zijn uiteenzettingen zijn veelal cynisch en zelden verve-lend of oninteressant. Voor de SK reden genoeg om af te reizen naar Utrecht en hem in het com-fort van eigen woning nederig te ondervragen over de belangrijke zaken in het studentenleven in de hoop verlicht terug te keren naar Groningen. Terwijl we plaats ne-men springt zijn poes op tafel, die vervolgens resoluut op mijn collegeblok gaat zitten. De bood-schap is duidelijk: Pen neer, kop dicht en luisteren.

Uw studietijd besloeg praktisch de complete roaring sixties. Stond u ook regelmatig, volgespeld met an-archiebuttons, te protesteren op de dam?

‘Ik had weinig met de radicale idealistische opvattingen van bij-voorbeeld de studenten die het Maagdenhuis bezetten in 1969. Ik was meer van een rationele aanpak en walgde van dat idiote idee van ontketening van een re-volutie. Wat dat betreft zijn jonge intellectuelen over het algemeen absoluut niet goed bij hun hoofd.’

Zat u in die tijd voornamelijk te blokken in de bibliotheek of was u naast uw studie actief in het stu-dentenleven?

‘Ik heb officieel acht jaar gestu-deerd, maar was hiervan maar zo’n vier jaar echt actief met mijn studie bezig. Voor een student zat ik weinig in de kroeg. Wat ik voornamelijk deed was obses-sief lezen. Verder schreef ik wat voor studentenblaadjes en zat ik bij een almanakredactie. Veel van mijn tijd ging op aan stu-dentenpolitiek. Hier ontdekte ik overigens dat ik voor de politiek volkomen ongeschikt ben. Ik ben namelijk veel te ongeduldig. Het zit niet in me anderen te overtui-gen van iets wat zo volkomen evi-dent is dat iedere idioot het nog binnen tien seconden begrijpt.’

U bent cum laude afgestudeerd. Heeft dit veel bloed, zweet en tra-nen gekost?

‘Totaal niet, geschiedenis ervoer ik als een extreem makkelijke studie. Ik deed er niet veel voor, maar als ik wat deed, deed ik het goed en solide. Ik ben trouwens een uitgesproken hater van de zesjescultuur. Als je er toch zit, waarom zou je er dan in gods-naam de kantjes vanaf lopen? Van een academische studie kun je al-les maken wat je wilt en naar mijn

idee krijg je dat ook allemaal later weer terug. Veel studenten besef-fen niet dat college iets anders is dan gymnastiekles op de basis-school waar je gedwongen heen moet. Alleen in het geval dat je door je ouders gedwongen wordt om fiscaal recht te doen, kan ik me voorstellen dat het niet zo interessant is. Ik zelf werd ook door mijn familie aangespoord om iets te gaan studeren waarmee je enigszins een goed toekomst-beeld creëert. Geschiedenis zagen mijn ouders als een studie waar-mee je gedoemd bent om veer-tig jaar lang les te geven op een schimmige school in Klaziena-veen. Om hen tevreden te stellen begon ik met farmacie, maar ik kwam er snel achter dat geschie-denis meer iets voor mij was.’

U hebt lange tijd college gegeven aan de universiteit van Utrecht. Wat zijn de grootste verschillen tussen nu en de tijd dat u studeer-de?

‘In mijn tijd was er geen enkele vorm van studieplanning, zoals verplichte werkgroepen. Blij dat ik dat niet heb meegemaakt. Ook kraaide er toen nog geen haan naar hoe lang je studeerde; op je ouders na dan, want die waren fi-nancieel de klos. Verder bestond het probleem van massaliteit nog niet. De stijging van het aantal studenten is sinds die tijd enorm. Grote hoeveelheden studenten zijn overigens een zegen voor een stad. Vergelijk Assen, een stad die als een absoluut dieptepunt kan worden beschouwd, eens met het bruisende Groningen en je ziet het verschil.’

Naast geschiedenis gaf u ook col-lege in het vak Amerikanistiek, hoe bent u daar terechtgekomen?

‘Laat ik voorop stellen dat ik Ame-rikanistiek een belachelijk vak vind. Studeer gewoon geschiede-nis en besluit dan om je te ver-diepen in de Verenigde Staten. De studenten eisten echter op een gegeven moment dat er een me-dewerker zou worden aangesteld op dat gebied. Ik ben er toen min of meer ingerold. Mijn eigen inte-resse voor de Verenigde Staten is ontstaan nadat ik een boek had gelezen over de presidentsver-kiezingen van 1960. Dat vond ik ontzettend opwindend en interes-sant, totaal anders dan die lullige gemeentepolitiek in Nederland.‘

Wat is uw mening over de kwaliteit van het hedendaags universitair onderwijs?

‘Kwaliteit is gekoppeld aan de individuele persoon die het on-derwijs geeft. Toen ik studeerde waren sommige hoorcolleges wer-kelijk abominabel slecht. Bij som-migen moest je jezelf om de tien minuten met een speld in de arm prikken om niet in een comateuze toestand te raken. Er waren zelfs professoren die hun eigen sylla-bus voorlazen. Uiteraard waren er toen, en zijn er ook nu genoeg professoren die hun studenten wel kunnen boeien.’

Wat vindt u van de maatregelen van minister Plasterk (BSA, harde knip, inkorting bestuursbeurzen), waardoor een rijk studentenleven in het geding komt?

‘Het voordurend knabbelen aan de studieduur vind ik kinderach-tig en in ruimere zin maatschap-pelijk onverantwoord. Je moet studenten tijd gunnen volwassen te worden, ook in intellectueel opzicht. Het lijkt me wel rede-lijk dat je controleert of ze iets uitspoken. Als er in mijn tijd een bindend studieadvies had bestaan zou ik weggestuurd zijn. Zo blijkt maar: je hebt mensen die eerst

geen reet uitspoken en uiteinde-lijk toch vrij briljant afstuderen.’

De papieren versie van het U-blad (de UK van Utrecht) gaat op de schop. Erg?

‘Ik heb nog een videoboodschap opgenomen om dit te voorkomen, maar tevergeefs. Ik vind het wel jammer. Er moet in elke studen-tenstad een universiteitsblad zijn, het liefst onafhankelijk, die kri-tiek kan geven op de bestuurders. Bij deze wil ik jullie als studen-tenkrant ook wel waarschuwen: let op dat ze jullie niet de nek omdraaien. Cultuur, kritiek, het interesseert ze geen bal. Dat komt voort uit het mallotige idee dat de universiteit een zakelijke onder-mening is.’

Wat vindt u van de houding van de hedendaagse student?

‘Ik heb het idee dat het grootste deel oprechte interesse heeft voor het vakgebied. Al is er altijd nog zo’n veertig procent waarvan ik me afvraag wat ze komen doen in college. Meisjes laten elkaar hun vakantiefoto’s zien en jongens liggen te slapen, hoe flink je je ook inspant als collegegever. Te-laatkomers mogen wat mij betreft ook harder worden aangepakt. Zeker die lui die na twintig minu-ten lamlendig binnensjokken en, na iedereen uitvoerig begroet te hebben, met veel gerommel hun spullen pakken. De laatste jaren zet ik zulk soort jongens flink op hun nummer, dat helpt wel. Aan de andere kant zitten er elk jaar wel studenten bij die volstrekt briljant zijn. Een probleem hierbij is dat studenten in werkgroepen zich vijandig opstellen tegen de actieve geïnteresseerde student. De lamzakken doen dit natuurlijk omdat dit onhandig reflecteert op hun passieve houding. Een ander

typisch geval van de moderne student: ‘Meneer moeten we dit opschrijven, is het voor het tenta-men?’ En de manier van studeren; dat hysterische gedoe van drie da-gen stampen om een tentamen te halen, zo stom en kortzichtig. Er

is wat studiehouding betreft wel een groot verschil tussen man-nelijke en vrouwelijke studenten. Meisjes zijn over het algemeen veel meer gedisciplineerd en heb-

ben tenminste een leesbaar hand-schrift. Als ik bij het nakijken van tentamens het idee krijg dat de student in kwestie wekenlang ver-dovende middelen heeft gebruikt, dan weet je zeker dat het hand-schrift van een jongen is.

Tot slot?

Er zijn veel studenten die uitstra-len dat ze moeten, maar eigenlijk liever iets totaal anders hadden gedaan die middag. Als je het niet leuk vindt ga je toch bij een bank werken, of word fietsenmaker!

Edo Grevers

Kleding Kinderkleding Jassen LP’s Schoenen Boeken FFlexa Verf

€1,-€0,50€2,-€1,-€2,-€1,-

€4,50€4,50

Adres:Boterdiep 63

9712 LK Groningenwww.kringloopwinkelderommelmarkt.nl

telefoon: 06-57738816

WWW.KRINGLOOPWINKELGRONINGEN.NL

DE ROMMELMARKTKRINGLOOPWINKEL

advertentie

‘Meneeheeer, is dit voor het tentamen?’

Illustratie: Paul van der Steen

Het Gesprek

Maarten van Rossem

“Bij sommige hoorcolleges moest je jezelf om de tien minuten in je arm prikken om niet in

comateuze toestand te raken”

Page 6: SK Juli 2010

6 Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

CLUB FOR THE INTERNATIONAL POPUNDERGROUNDAUGUSTUS

ELKE ZATERDAG:SWINGAVONDTHE DANCEABLESIDE OF UNDERGROUNDAND THE UNDERGROUNDSIDE OF DANCEBIJNA ELKE DINSDAG:ZIENEMAARTHOUSE FILMSELKE ZATERDAG:DOWNSTAGEGRATIS CONCERT

WWW.VERA-GRONINGEN.NL OOSTERSTRAAT 44 • 9711NV GRONINGEN • 0503134681

GARCIA PLAYS KYUSSHARLEMNOORDERZON IN VERA: HEALTHNINE POUND HAMMER & THE WORKS

SUBROUTINE CONNECTS 3.0FOOD FIGHTERSDAT DIKKE DANCE DING

18212526

071421

C O N C E R T E N G R O T E Z A A L

Z O M E R C A F E ’ S

advertentie

Vera: Club for the International Pop UndergroundMet Vera herbergt Groningen een van de meest aansprekende podia van Europa. Vera is gezien zijn statuur relatief onbekend bij de meeste studenten in de eerste paar jaar van hun studie. Dat terwijl de Vera een paar van de grootste popacts over de vloer heeft gehad. Bijvoorbeeld U2, Pearl Jam en Nirvana hebben er optredens gegeven voor ze wereldfaam kregen.

HistorieVera is oorspronkelijk een studen-tenvereniging opgericht in 1899 als debat vereniging. Vera staat voor: ‘Veri Et Recti Amici’, latijn voor ‘Ware en oprechte vrienden’ Daarna evolueerde Vera naar een gereformeerde studentenvereni-ging rond 1912. Daarmee stopte de evolutie niet, in 1970 mochten ook HBO’ers lid worden. Die kon-den niet lang genieten van hun nieuw verworven privileges want in 1974 mocht iedereen lid wor-den. Het enige wat nu nog herin-nert aan de gereformeerde tijden is de Ichtus vis op de gevel.

Vanaf de jaren zeventig veran-derde Vera in een links bolwerk wat zich vooral bezig hield met het organiseren van optredens van bands. De dominante mu-ziekstijl was rock, maar de pro-

grammering strekt zich verder uit van hiphop tot techno tot reggae. Veel studenten plaatsen Vera in de alternatieve hoek, maar het is gepaster Vera te kwalificeren als het middelpunt van de Groningse underground muziekscene. Hun motto verklaart ook wel wat: Club For The International Pop Under-ground.

“Lid” word je nu door een maand-kaart te kopen voor het wereld-schokkende bedrag van 1 euro. Je kan dat gewoon te allen tijde doen bij de ingang. Misschien zou je kunnen stellen dat de vrijwil-ligers de leden zijn. Het is een

behoorlijk enorm leger van zo’n 220 man. De vrijwilligers houden de tent draaiende door minimaal eens per twee weken iets te doen zoals een bardienst draaien.

AnekdotesAls je eindeloze hordes beroemd-heden over de vloer hebt levert dat natuurlijk de nodige anekdo-tes op.

Promotieman Arnoud Heikens maakt nog mee dat hij vier uur ’s nachts zijn fiets los stond te ma-ken voor Vera en dat Eddie Ved-der van Pearl Jam voor z’n neus stond en vroeg waar hij nog even goed kon uitgaan in Groningen. Vedder was op de bonnefooi van-uit Hamburg naar Groningen ge-komen met de trein (!) om te kij-ken naar een band die in Pearl Jams voorprogramma stond. Ved-der heeft uiteindelijk nog meerde-re Pearl Jam nummers ten gehore gebracht met de band in Vera. Pearl Jam was toen al wereldbe-roemd en had een dag later in een afgeladen RAI een optreden. Arn-oud heeft Vedder overigens naar de Kar gestuurd. ‘Nu heb ik eigen-

lijk spijt dat ik niet even mee ben gegaan.’

Een ander anekdote over Kurt Co-bain spant de kroon. Toen Hole, de band van Courtney Love eens optrad in Vera ging de telefoon. Bandbegeleider Hedwig vertelt:

‘Op een gegeven moment was Courtney aan de telefoon en toen ging opnieuw de telefoon. Die was ook voor haar. Toen zat ze daar zo, peuk in de mond, been om-hoog, beide telefoons in de nek. Ze zei: “Oh I’m just like Madon-na”’. Het verhaal gaat verder dat Kurt Cobain haar toen over de telefoon ten huwelijk heeft ge-vraagd en de rest is geschiedenis.

ZeefdrukpostersEen traditie die bij de Vera in ere wordt gehouden is het maken van beperkte oplages aan zeefdruk-posters van iedere band die komt optreden. Die posters zijn vaak van bijzondere kwaliteit en kun-nen gerust als een stukje kunst worden bestempeld. Het zeefdruk proces is ook bijzonder arbeids-intensief. In de VS is die praktijk heel groot en vroeger deden veel meer clubs zoals Vera het. Nu is Vera een van de laatst overgeble-ven clubs in Nederland die dat doet. De posters worden gratis uitgedeeld en er worden ook nog een beperkt aantal exemplaren verkocht door de kunstenaar die het gemaakt heeft. De beperk-te oplages van circa 50 posters maakt dat de posters al snel ge-wilde collectors items worden. Ze-ker als een band in de jaren erna tot wereldfaam stijgt.

De Vera filosofieTerwijl veel podia in Nederland op de meer commerciële tour zijn gegaan is Vera zichzelf trouw ge-bleven. Dat betekent dat ze - ook omdat Vera een vereniging is - meestal wel drie acts per week over de vloer hebben. Je moet

je leden namelijk wel wat bie-den volgens programmeur Peter Weening. Dat doen ze ook omdat ze zo ruimte kunnen bieden aan onbekende beginnende bands. Veel andere podia in Nederland zijn gezwicht voor het grote geld en begonnen zichzelf vooral vol te boeken met dingen als ’80’s and ’90’s dancenights omdat die de kassa harder doen rinkelen. Door niet aan die vercommercia-liseringslag mee te doen is Vera inmiddels een vrij unieke under-ground club en onmisbaar voor de Nederlandse muziekscene.

Als je wilt weten wat er speelt kan je vanaf nu altijd in de Stu-dentenkrant kijken. Wij plaatsen de Vera agenda op onze midden kleurpagina. Zie ook www.vera-groningen.nl

Randy Martens

advertentie

Bandirah www.bandirah.com

Page 7: SK Juli 2010

[HET BESTE VAN MAART] Zaterdagnacht 20 februari. Om vier uur ’s ochtends valt het kabinet. Precies 38 uur eerder had ik een gesprek met toen-malig minister Ronald Plasterk van Onderwijs, Cultuur en We-tenschap. We hebben met el-kaar gesproken over de huidige stand van zaken in het hoger onderwijs. Daaruit bleek dat Plasterk vele ideeën heeft over vernieuwingen binnen het on-derwijs, en positief tegenover de opvattingen van studenten, staat. Kortom, het was een boeiend gesprek met als laat-ste vraag, ‘Minister Plasterk, als u morgen geen minister bent, wat heeft u dan nagela-ten aan de gemeenschap?’ Dit scenario werd anderhalve dag later realiteit.

Ronald Plasterk was sinds 2007 minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Afgelopen zater-dag heeft hij zijn ontslag aange-boden. In die tussenperiode heeft hij vele initiatieven aangedragen, waarvan enkele innovaties in het hoger onderwijs. Vele plannen van de minister schoten in het verkeerde keelgat van de student.

Zo waren er een maand geleden al protesten tegen het eventuele af-schaffen van de basisbeurs, is er onenigheid over de efficiëntie van de harde knip, en wordt de mi-nister door de media bestempeld als iemand zonder ‘daadkracht en visie’. De Studentenkrant wil de mening van de media echter niet klakkeloos overnemen en voelde Ronald Plasterk daarom zelf eens aan de tand.

Plasterk, zelf een wetenschapper, wilde in zijn periode als minister vooral een duidelijk onderscheid aanbrengen tussen de bachelor en master opleiding. Een belangrijke consequentie van deze maatre-geling is dat meer studenten na het afronden van de bachelor el-ders in het binnen- of buitenland hun studie kunnen vervolgen. Deze flexibiliteit zou onder an-dere moeten worden bereikt door het invoeren van de ‘harde knip’: voordat een student aan een mas-ter kan beginnen moet de bachelor volledig afgerond zijn. De term is bovendien recentelijk omgedoopt tot ‘eerst bachelor, dan master’ wat wellicht tot minder protest-liederen zorgt dan de voormalige uitdrukking. Het gesprek ging dan ook in grote mate over de effec-tiviteit van studieversnellende maatregelen en de aanstaande in-novaties en veranderingen binnen het hoger onderwijs.

Door de harde knip kunnen veel studenten in de knel komen met hun studie. Is deze maatregel niet te bruut?

‘Het lijkt me vanzelfsprekend dat je de bachelor haalt voordat je aan de master begint. Zodat stu-denten zich er juist bewust van zijn dat ze een diploma hebben. Het is niet vanzelfsprekend dat studenten per se in hetzelfde vak, of dezelfde stad doorgaan met studeren. Tachtig procent van hen doet dat nu wel. Het gebeurt nu wel eens dat de instellingen de studenten hun master inlokken voordat ze de bachelor hebben af-gerond. We willen voorkomen dat studenten niet te snel een eventu-ele verkeerde keuze maken.’

Het is dan natuurlijk nog steeds mogelijk dat studenten, nadien ze een masterkeuze hebben gemaakt, slechts één bachelorvak moeten afronden, iets wat ze wel meer dan 1600 euro gaat kosten. Dit geeft toch onnodige vertraging?

‘Onnodige vertraging is natuur-lijk onwenselijk. Dus ik heb er ook met de studentenorganisaties voor gezorgd dat de harde knip, die overigens niet meer zo heet, er wel voor zorgt dat er meerde-re instroommomenten zijn geko-men in de masterfase, dat er een hardheidsclausule is en dat er dus rekening wordt gehouden met de oorzaken of met de omvang van wat er nog moet gebeuren. Zo kunnen we voorkomen dat er on-nodige vertraging wordt opgelo-pen. Daar heeft natuurlijk nie-mand belang bij.’

Als de studiefinanciering op de schop gaat, vreest u dan niet dat er minder mensen voor klein-schaligere studies zullen kiezen? Aangezien grotere studies zoals Bedrijfskunde en Rechten een dui-delijker beroepsperspectief bieden dan bijvoorbeeld vele letterenstu-dies.‘Allereerst wil ik niet vooruitlo-pen op wat we gaan doen op dit terrein. Op dit moment bevinden we ons nog in de fase van tech-nische inventarisatie, dat wil niet zeggen dat het politiek wenselijk is. Ik heb zelf ook nog niet beslo-ten wat ik politiek wenselijk vind. Overigens is het bij het huidige leenstelsel al zo geregeld dat je nooit meer dan 12 procent van je inkomen, dat je op dat moment verdient, hoeft af te betalen en dat als je werkloos bent je in ieder

geval niets hoeft af te betalen.’

Veel studenten voelen zich op dit moment onrecht aangedaan door maatregelen zoals de harde knip, het bindend studieadvies en het vooruitzicht dat onze basisbeurs misschien verdwijnt. Is het niet verstandiger om studenten juist positief te motiveren?‘Naar mijn mening is het een voor-recht dat studenten kunnen stu-deren. Ik heb zelf ook gestudeerd en zie ook veel studenten van dichtbij. Op dit moment studeert 47 procent aan het hoger onder-

wijs en daar ben ik heel blij om. Maar studenten moeten zich rea-liseren dat het wel een voorrecht is. Je studeert vier á vijf jaar lang op kosten van de gemeenschap. Studenten zijn grotendeels vrij-gesteld van verdere zorgen. Bo-vendien mogen studenten zich verdiepen in een gebied dat ze zelf hebben gekozen. Dus ik zie geen reden tot negatieve motiva-tie. Misschien dat studenten zich dat pas terugkijkend op de studie realiseren.’

Elk jaar neemt het aantal studen-ten in het hoger onderwijs toe. Is het eigenlijk wel positief dat 47 procent van de studenten aan het hoger onderwijs studeert?‘Ik vind zelfs dat voor sommige studenten de lat nog wel wat ho-ger gelegd kan worden. Kort na de Tweede Wereldoorlog genoot

slechts 5 procent van de bevol-king van het hoger onderwijs, nu is dat bijna 50 procent. Dit bete-kent wel dat de groep heteroge-ner is geworden. We moeten het hoger onderwijs veel meer vor-men bieden dan slechts het HBO en de universiteiten. Die twee wil ik overigens wel onderscheiden houden. In tegendeel kun je jezelf afvragen of daarbinnen niet nog meer smaken geboden zou moe-ten worden.’

De excellente wetenschappers die in uw tijd hebben gestudeerd, hebben zij de studie ook netjes in

vier á vijf jaar afgerond?‘Ik heb biologie gestudeerd, een studie die heel gestructureerd was opgebouwd. Ik had ´s och-tends vier uur college en ´s mid-dags vier uur practicum. Het was heel moeilijk om studievertra-ging om te lopen. Bedoel, je gaat ook niet de hele week thuis zit-ten. Dan vraagt iedereen waar je was! Studievertraging bestond bij studies zoals biologie of medicij-nen niet. Maar ik ben het er wel mee eens dat er geld moet wor-den geïnvesteerd om in het eer-ste jaar de intensiviteit van het programma te verhogen. Dit geld zal voornamelijk naar de univer-siteiten gaan. Bovendien wordt er nog meer geïnvesteerd in de honoursprogramma´s voor excel-lente studenten.’

Minister Plasterk, als u morgen geen minister bent, wat heeft u dan nagelaten aan de gemeen-schap?‘Ik ben nog steeds erg druk met dingen bezig dus ik hoop dat ik niet alleen morgen, maar ook de volgende kabinetsperiode mi-nister van OCW ben. Ik hoop dat we het onderwijs, dat de afgelo-pen decennia toch een beetje van koers is geraakt onder het bewind van politici van verschillende poli-tieke kleuren weliswaar, weer een beetje op koers kunnen krijgen. Ik wil dat er weer meer structuur en kennis in het onderwijs komt.’

Zoals het NRC daags na de val van het kabinet schreef: ‘Plasterk, Van Bijsterveldt en Dijksma zijn actief aan de slag gegaan om de onder-wijskwaliteit te verbeteren.’ Mi-nister Plasterk is dan ook bereid tot een tweede termijn als minis-ter van OCW, zoals hij in het inter-view al aangaf. Voorstellen zoals de harde knip, een uitgebreider honoursprogramma en eventuele uitbreiding van het binaire stel-sel zoals we dat nu kennen, geven aan dat hij wel degelijk een be-paalde koers heeft uitgestippeld voor de toekomst van het onder-wijs in Nederland.

Ook aan daadkracht ontbreekt het hem niet. De genomen maat-regelen, zoals ook de eventuele afschaffing van de basisbeurs, kunnen helaas niet altijd op kor-te termijn de grote heterogene groep studenten tevreden stellen. Maar op de lange termijn kunnen en mogen we wel verwachten dat deze innovaties een bouwsteen zijn voor toekomstig succes en kwaliteit binnen het onderwijs.

Op dit moment is het natuurlijk onzeker wat er gaat gebeuren met de voorstellen van Plasterk, nu de PvdA uit het kabinet is gestapt. Het gesprek met de oud-minister van Onderwijs, Cultuur en Weten-schap is in een ander daglicht ko-men te staan nu hij afstand heeft gedaan van zijn portefeuille. Er wordt verwacht dat vice-premier Rouvoet de post van OCW zal overnemen. Plasterk heeft overi-gens wel aangegeven dat hij de post van minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in het eer-ste kabinet-Bos wil bekleden. “He-laas doet die mogelijkheid zich niet met zekerheid voor,” zo ver-telt hij in een interview met Vrij Nederland. Tot die tijd zal hij zich bezig houden met soul searching wat tot het besluit zal moeten lei-den of hij zich kandidaat wil stel-len voor de Tweede Kamer.

Ingrid Hofstra

7Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

‘Studeren is toch een voorrecht’Het laatste interview van Ronald Plasterk als minister

Het Gesprek

Ronald Plasterk

foto: Jan Luursema

Page 8: SK Juli 2010

8 Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

Studeren en een kind op-voeden tegelijk: kan dat? [HET BESTE VAN JANUARI] In één klap is alles voorbij. Het onbezorgde studentenleventje vol met im-pulsieve afspraken en ochtenden van uitbrakken na een woeste stapavond behoren tot het verleden. Je bent zwanger. Opeens beland je in een achtbaan van emoties en sta je voor levensgrote vraagstukken en dilemma’s. Kun je dan ook nog blijven studeren?

Dit scenario overkwam ook Eva Driessen en Arno Fransen. Beide student geschie-denis en in de kiem van hun relatie toen Eva zwanger bleek te zijn. Haar antibi-oticakuur verzwakte de werking van de pil. De dokter had niet direct door dat het om een zwangerschap ging en hield het op een burn-out.

Eva dacht daar anders over: ‘Ik voelde dat er iets was, en heb toen voor de tweede keer een zwangerschapstest ge-daan, die bleek positief. Daarna kwam ik echt in een soort rollercoaster van emo-ties terecht.’

Het is op z’n zachtst gezegd geen ideaal-beeld voor een studente om tijdens haar studie zwanger te raken. De eerste reac-tie van Arno en Eva was dan ook om het kindje weg te laten halen. ‘Zo hoort het toch?’ Bij de abortuskliniek begonnen de twijfels toe te slaan en na het zien van de echo was Eva verkocht. De baby zou er absoluut komen!

Het nieuws bereikte de wereld. De reac-ties waren wisselend. Bekenden waren ontroerd, positief. Helaas was deze spe-ciale situatie voor veel onbekenden aan-leiding voor flink wat geroddel.

In no-time had de hele studentenvereni-ging van het koppel een mening over de zwangerschap. ‘Ik weet dat je je niet zo-veel moet aantrekken van wat anderen zeggen, maar dat is wel lastig als je een hormoonbom bent’, vertelt Eva.

Na het belangrijkste besluit om het kindje te houden volgt een heel scala aan an-dere beslissingen en rege-lingen, bijvoorbeeld de huisvesting. De gemid-delde student leeft zijn leventje op een studen-tenkamer van een paar vierkante meter waar net een bed, bureau en kast in kunnen.

Een kindje past daar niet meer bij. Er moest dus ook een huisje komen. In dat nieuwe huisje werd tweeënhalf jaar geleden Joram ge-boren.

Wat nu? Stoppen met stude-ren?!!

Eva heeft er nooit aan gedacht om met haar studie te stoppen. Stoppen zou een studieschuld betekenen. Daar-bij ziet ze het ook niet zitten om haar verdere leven in een winkel te moeten verslijten. ‘Ik zou graag willen dat Joram later ook gaat studeren en in dat geval is het raar als ik zelf zou stoppen, en Jo-ram zou aansporen tot studeren.’

Waar moet het geld dan vandaan ko-men?!!

Arno en Eva hebben allebei een baantje, maar dat zet geen zoden aan de dijk. De IB-Groep kan in geval van studeren-de ouders een uitkomst bieden met een partnertoeslag, of een éénoudertoeslag.

Helaas vallen de twee hier buiten de boot omdat ze beide nog studeren.’ Misschien is er voor ons geen regeling omdat nie-mand er vanuit gaat dat twee studenten zo gek zijn om zich in deze situatie te begeven’, gist Eva.

Instanties als de Stichting Ambulante Fiom kunnen ook helpen met financiële zaken en andere problemen waar je te-genaan loopt. Zo zijn er praatgroepen waarbij je met lotgenoten praten kunt.

Jammer genoeg heeft een ‘jonge moe-dergroep’ voor Eva niets opgeleverd. ‘Ik paste niet echt bij de groep. Als student

heb je toch net een ander denkniveau’, vertelt ze. Erik Prins, medewerker bij de Fiom bevestigt in zekere zin deze bevin-ding. ‘Jonge ouders zijn voornamelijk la-ger opgeleide jongeren.’

Waar een normale student soms niet eens aan vier studie-uren per dag komt weet Eva ondanks alle drukte op een normale werkdag toch nog van negen tot vijf te studeren. Joram gaat dan vaak naar de crèche.

In tentamentijd is Joram af en toe een weekendje bij één van hun ouders. Naast hun studie en werk proberen ze zelf zo-veel mogelijk tijd met Joram door te brengen.

Is het bruisende studentenleven dan hele-maal voorbij?!!

Nee. Arno en Eva zitten beide bij een stu-dentenvereniging en gaan om de woens-dag naar clubavond. Af en toe gaan ze ook nog uit en drinken ze gezellig een glaasje. ‘Als ik uitga heb ik het liever niet de hele avond over Joram, dan ga

ik me schuldig voelen dat ik sta te drin-ken.’

Veel buitenstaanders vinden de situatie waarin Arno en Eva verkeren moeilijk en uitputtend. Dat is het in zekere zin ook, maar zelf ondervindt het stel ook een hele hoop voordelen aan het jonge ouderschap: jonge ouders zijn veel vita-ler, kunnen meer met hun kind onder-nemen, en kunnen zich beter inleven in hun kind. En: ‘Wanneer mijn vriendin-nen later tot hun ellebogen in de baby-poep zitten heb ik dat al lang gehad!’

Met de juiste inzet en motivatie kunnen de studerende, ouder- en feeststudent allemaal naast elkaar bestaan. Eva is dik tevreden over haar leven. ‘Ik heb een ge-weldig kind, een geweldige vriend, het gaat goed met mijn studie, en iedereen is gezond: wat wil een mens nog meer?’

Tessa Nijland

advertentie

advertentie

Page 9: SK Juli 2010

9Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

Hoe was het om samen te werken met Ilja Leo-nard Pfeiffer?

‘Ik heb hem een keer ontmoet bij een radio-programma. We hebben toen lang zitten praten en zijn manier van spre-ken trok me heel erg aan. Een tijd later belde hij mij op met de vraag of ik een tekst van hem op muziek wilde zetten en daar heb ik toen ja op gezegd.

Ik heb een aantal din-gen in de tekst veran-derd en daar is het eer-ste nummer Durf Jij? uit gekomen. Na dat eerste nummer merkte ik dat Nederlandse tek-sten best mooi konden zijn en dat Nederlands-talige liedjes helemaal niet zo erg hoeven te klinken als ik altijd had gedacht.’

Hoe is de rest van het al-bum ontstaan?

‘Ik werd gevraagd om een theatertour te doen en dat leek me erg leuk. Ik had nog nooit zo-iets gedaan en boven-dien denk ik dat het Nederlandstalige genre geschikter is voor het theater. Ik heb Ilja ge-vraagd of hij nog meer teksten voor me had die ik kon gebruiken. Dat

was niet zo, maar hij bood wel aan om er meer voor me te schrijven. We hebben toen overlegd waar ze over moesten gaan en hij is aan de slag gegaan. De teksten die me aanspraken heb ik toen bewerkt en zo is een theaterprogramma van anderhalf uur ontstaan.

Ik had nog nooit met iemand sa-mengewerkt voor het schrijven van mijn teksten, maar het is me erg goed bevallen. Je raakt elke keer weer geïnspireerd door de stukken die je binnenkrijgt. Het scheelt ook enorm veel tijd omdat je niet alles zelf hoeft te beden-ken, maar kunt voortborduren op de teksten die je aanspreken.’

Hoe schrijf je normaal gesproken je nummers?

‘Inspiratie kan eigenlijk overal vandaan komen. Meestal ga ik achter m’n gitaar of piano zitten en dan komt er altijd wel iets naar boven waar ik over wil schrijven. Ik ga nooit heel bewust over een

specifiek onderwerp schrijven. Voor de afgelopen cd ging het andersom. Ik gaf een aantal the-ma’s door aan Ilja en hij schreef

de teksten. Vervolgens moest ik de muziek die bij dat thema past bedenken.

Voor mij is het dan weer de uit-daging om de muziek en de sfeer van het nummer aan te passen aan de tekst. Het liedje Koningin van Frankrijk klinkt bijvoorbeeld een beetje nukkig en Ik hoop dat het slecht met je gaat begint vrij vrolijk, maar eindigt explosief. Wat ik wil aangeven is dat ik niet zo maar een muziekje bij een tekst schrijf. Het moet wel bij el-kaar passen qua sfeer.’

Veel van de teksten gaan over de keerzijde van de liefde. Zie jij de liefde zo negatief?

‘Ik denk eigenlijk dat die keerzijde wel meevalt. Veel van de teksten heb-ben een wat cynische ondertoon of zijn grap-pig bedoeld. Je moet je-zelf en zeker de liefde nooit te serieus nemen.’

Is er voor jou een groot verschil tussen in het En-gels en het Nederlands zingen?

‘In het Engels is het vooral belangrijk dat een nummer goed klinkt. De melodie moet goed zijn, de tekst valt in eerste in-stantie minder op. Als je in het Nederlands zingt is het belangrijk dat je minder in clichés denkt.

Het risico dat je een smartlap aan het schrij-ven bent is namelijk wel aardig groot. Het leu-ke aan Nederlandstalig vind ik dat je nu meer met de taal kunt spelen, je kunt je beter uitdruk-ken.’

Met Jan Smit zou je niet zo snel een duet zingen?

‘Haha, nee, niet zo snel. Ik vind het wel een aar-dige jongen, maar onze muziekstijlen liggen wel

erg ver uit elkaar.’

Je hebt Nederlands gestudeerd in Groningen. Was je vroeger ook al

veel met taal bezig?

‘Ja toen ook al wel, maar eigenlijk ben ik het gaan studeren omdat de helft van mijn band het ook studeerde. Het was erg handig dat we in de pauzes muziek konden luisteren en over nieuwe teksten konden praten.

Verder bestond mijn studenten-tijd vooral veel uit uitgaan en dansen in kroegen als De Kar, De Troubadour en Simplon. Na twee jaar ben ik gestopt met Neder-lands. Ik vond het heel erg leuk, maar ik was bang dat ik ook les ging geven. Ik zag mezelf niet voor de klas staan. Voor mij was studeren meer bijzaak dan hoofd-zaak. Ik was veel meer met mu-ziek en mijn bandje bezig.’

Toen ben je maar naar het conser-vatorium gegaan?

‘Dat klopt. Ik dacht altijd dat ik geen muziekopleiding nodig had, ik was immers al zangeres, maar daar ben ik toch van teruggeko-men. Het conservatorium was echter wel wat te eenzijdig voor mij en toen ben ik de kleinkunst-academie gaan doen. Die heb ik wel afgemaakt!’

Was de overgang van Groningen naar Amsterdam groot?

‘Dat viel wel mee. Amsterdam en Groningen zijn beiden erg gezel-lig. Op de kleinkunstacademie wa-ren de mensen wel veel familiair-der dan hier. Ze gaan je meteen behandelen als je beste vrienden en aan je zitten enzo. In het be-gin vond ik dat wel gek, maar daar ben ik inmiddels wel aan gewend geraakt. Toch blijf ik wel een ech-te noorderling.’

Gerline van der Giessen Jacob Roel Meijering

Foto: Ewoud Rooks

[HET BESTE VAN JANUARI] Ze groeide op in Roden, een dorpje in het noorden van Drenthe en studeerde een tijdje in Groningen. Na twee jaar was Gronin-gen te klein en verhuisde Ellen ten Damme naar Amsterdam. Ze studeerde daar aan de kleinkunstacademie en was altijd bezig met muziek, Engelstalig. Half november kwam haar eerste Neder-landstalige album Durf Jij? uit. Tot dan toe had ze altijd zelf de teksten geschreven, maar voor dit album kreeg ze hulp van dich-ter Ilja Leonard Pfeiffer. Met de nummers van deze cd stond ze de afgelopen tijd in de Nederlandse theaters.

Ellen ten Damme goes Dutch‘Nederlandstalige liedjes hoeven eigenlijk helemaal niet zo erg te klinken’

“Voor mij was studeren meer bijzaak dan hoofdzaak”

Het Gesprek

[email protected]

Tentamentrainingen en bijles voor: - Economie en Bedrijfskunde (alle richtingen)

- IB&M (English)

- Rechten (alle richtingen)

- Psychologie, Pedagogiek, Sociologie

Waarom Studeer Slim? - Effectieve tentamentrainingen en bijles - Voor iedere student passende begeleiding - Kwalitatief hoogstaande begeleiding - Zorgvuldig samengesteld lesmateriaal - Stenge selectiecriteria voor docenten - Snelle en duidelijke service - Etc.

advertentie

Page 10: SK Juli 2010

10 Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

[HET BESTE VAN JANUARI] Opgesloten in een grafkist wordt hij binnengedragen in een spookachtig gebouw. De grafkist wordt neergezet en geopend. Alle ogen zijn gericht op de man die uitstapt. Een man die later acht jaar lang de machtigste man ter wereld zal zijn: George W. Bush.

Dit is niet het begin van een sterk, fictief verhaal. Het beschreven ri-tueel is onderdeel van de ontgroe-ning van een bekend studenten-dispuut van de universiteit van Yale. In 1968 was George W. één van de vijftien uitverkorenen die werd ingewijd in deze vereniging: Skull and Bones.

In 2004 nam George W. Bush het in zijn strijd om het president-schap op tegen rivaal John Kerry. Het is een jaar waarin beide presi-dentskandidaten uit de kweekvij-ver van de geheime studentenor-ganisatie Skull and Bones komen. Een dispuut dat sinds de oprich-ting in 1832 gehuld is in een wolk van geheimzinnigheid en contro-versie.

Een student van de universiteit van Florida ondervond dit lijfelijk toen hij John Kerry tijdens een debat in 2007 een kritische vraag stelde over het lidmaatschap van Kerry en Bush. De student werd gelijk opgepakt door de aanwe-zige politie en vervolgens bewerkt met een taser. Dit stroomstootwa-pen wordt door het politiekorps in de Verenigde Staten gebruikt, met het doel om mensen te pijni-gen.

Naar aanleiding van dit opmerke-lijke voorval, dat overigens ook op YouTube te bewonderen is, laaide de discussie weer op. Van-

waar een marteling na een ogen-schijnlijk onschuldige vraag over een studentendispuut? Reden ge-noeg voor verdieping. Wat is Skull and Bones eigenlijk?

Het dispuut werd in 1832 opge-richt door William H. Russell en Alphonso Taft, op latere leeftijd respectievelijk generaal en minis-ter van oorlog. Sinds de oprich-ting heeft de organisatie naast drie presidenten talloze hoge pieten bij de CIA, senators en an-dere invloedrijke figuren in de politiek, media en zakenwereld voortgebracht. Het meest recente voorbeeld is de economische ad-viseur van Barack Obama: Austin Golsbee.

Skull and Bones is een exclusief dispuut waar je niet zomaar lid van wordt. Per jaar worden er slechts vijftien nieuwe leden toe-gelaten, allen uit het laatste jaar van de universiteit van Yale. Bij selectie wordt voornamelijk gelet op afkomst en bloedlijn. Zo waren voor George W. Bush zijn vader, voormalig president George H.W. Bush en opa Prescott Bush, al lid van de vereniging. Opvallend is dat veel leden van beide regerin-gen Bush oude maatjes zijn uit het dispuut.

Over organisaties als Skull and Bones wordt veel geschreven en beweerd. De leden zelf laten ech-ter nooit wat los, waardoor jour-nalisten meestal al snel vervallen in mistige samenzweringstheorie-en. Een enkeling is het gelukt de sociëteit, bekend als ‘de Tombe’, binnen te dringen. Zo claimt jour-nalist Ron Rosenbaum in 2001 een ceremonie vast te hebben ge-legd met een nachtzichtcamera. Op deze video is een man te zien die doorgaat voor niemand min-der dan alumnus George Bush. Deze man roept de weinig verhul-lende woorden: ‘Ik ga je in je kont

neuken, zoals ik Al Gore in zijn kont heb geneukt.’ Verder wordt er geroepen: ‘Haal die knuppel uit mijn reet, Oom Toby.’

In het boek van Alexandra Rob-bins, oud-student aan Yale, dat twee jaar na Rosenbaums onthul-ling uitkomt, blijkt echter dat de leden op die bewuste avond op de hoogte waren van de indringer en daarom expres dergelijke taal uit-sloegen.

Het is in zo’n situatie uiteraard lastig te zeggen wie de waarheid spreekt. Wel is het zo dat ook

andere bronnen melding maken van geheimzinnige rituelen in de Tombe. Zo schijnt de inwijding te beginnen met het binnendragen van de kandidaat in een grafkist. Vervolgens wordt hij neergezet in ‘de heilige kamer’. Deze kamer is gemerkt met het nummer 322 en een Duitse tekst, in vertaling: ‘Wie was er idioot, wie was een wijze man, bedelaar of koning? Arm of rijk, dood is iedereen gelijk.’

De nieuwe leden komen vervol-

gens gedurende een jaar twee keer per week bij elkaar. Op zulke bijeenkomsten worden de diep-ste geheimen onthuld en seksu-ele ervaringen gedeeld. Deze ses-sie wordt geleid door Uncle Toby, zoals de functie van de voorzitter heet. Ieder jaar ontstaat er een soort van hechte jaarclub. Als de inwijding voltooid is, krijgen de leden een bijnaam. Zo droeg Ge-orge H.W. Bush, de bijnaam Ma-gog, een naam die gegeven werd aan het lid met de meeste seksu-ele ervaring. Zijn zoon kreeg de bijnaam Temporary oftewel de

tijdelijke.

Er zijn enkele ideeën over de sym-bolische betekenis van het getal 322 in ‘de heilige kamer’. Waar-schijnlijk refereert het aan het jaar 322 voor Christus, waarin de filosoof Aristoteles overleed. In dit jaar kreeg Eulogia, de go-din van de welbespraaktheid, een plaats in het Pantheon te Rome. De Bonesmen, zoals de leden in de volksmond heten, noemen zich-zelf ook wel Ridders van Eulogia.

De rest van de mensheid wordt weggezet als barbaren. Het getal zou ook kunnen verwijzen naar Genesis 3:22 waarin staat dat de mens gelijk is aan God.

Een andere mythe rond Skull and Bones is dat de Bonesmen ver-woede verzamelaars zouden zijn van schedels en botten van be-kende personen. Zo zouden de botten van Martin van Buren, de achtste president van de Verenig-de Staten, in de Tombe opgesla-gen liggen. Ook de schedels van het legendarische Indiaanse op-perhoofd Geronimo en van Pan-cho Villa, de bekende leider uit de Mexicaanse revolutie, zouden zich op de sociëteit bevinden.

Waar of niet waar, Skull and Bones is alles behalve een standaard stu-dentendispuut. De student die ge-marteld werd door de politie na het stellen van een vraag over het dispuut aan John Kerry, toont aan dat er in de Tombe zaken gaande zijn die het daglicht wellicht niet kunnen verdragen. Hoe de vork precies in de steel zit zullen we waarschijnlijk nooit te weten ko-men; de Bonesmen zwijgen als het graf.

Wil je meer lezen over de samenzwe-ringstheorieën, lees dan het boek America’s Secret Establishment van Anthony C. Suttun. De schrijver be-weert in dit boek dat de Bonesmen de wereld beheersen en werkelijk achter elke historische gebeurtenis zitten; van de Russische revolutie tot de opkomst van de Nazi’s. Meer samenzweringstheorieën rond de Bonesmen vind je op: http://www.parascope.com/articles/0997/skull-bones.htm. Een iets genuanceerder beeld vind je in het boek Secrets of the Tomb. Skull and Bones, the Ivy League and the Hidden Paths of Po-wer, door Alexandra Robbins.

Edo Grevers

Studentenvereniging des DoodsSkull and Bones: het ultieme clubje 1

advertenties

’s Morgens een doodskist op je schouder, ’s middags college

Studentendraagvereniging Ferentes [HET BESTE VAN APRIL]

Je hoort er steeds meer over: stu-denten die werkzaam zijn als kis-tendragers tijdens begrafenissen. Dat is weer eens wat anders dan vakkenvuller bij de Albert Heijn of callcentermedewerker. Maar wat is nou precies de aantrekkingskracht van iets waar een zekere luguber-heid omheen hangt? De SK sprak met Bram van der Laan, oprichter van studentendraagvereniging Fe-rentes uit Utrecht. Ferentes is een vereniging die bestaat uit jongens tussen 20 en 25 jaar waarop een be-roep kan worden gedaan als er een begrafenis is en een kist moet wor-den gedragen.

Bram heeft zelf de vereniging op-gericht. Het regelen van uitvaarten werd hem met de paplepel ingego-ten, want zijn ouders zaten ook al in de branche. Het werkt blijkbaar aanstekelijk: ‘Negentig procent van de jongens die we in dienst heb-ben, hebben we aangenomen via de jongens die we al in dienst had-den.’ Ook heeft Ferentes meerdere vestigingen. ‘Iedere keer dat we in een nieuwe stad openen, gaat het vinden van dragers een beetje moeizaam. Maar onze werknemers maken andere mensen snel enthou-siast.’

Enthousiast. Om een kist te dragen. Het klinkt in de oren van een leek misschien een beetje vreemd. Wat is de aantrekkingskracht van kisten dragen precies? ‘Dat zijn eigenlijk drie punten. Wat voor de meeste studenten gewoon belangrijk is, is dat het lekker veel en snel ver-dient. Ten tweede is het heel flexi-bel. Je hoort drie dagen van tevo-

ren wanneer je aan het werk moet en je kunt het goed inpassen met je colleges. De wisselende roosters maakt dit baantje voor veel studen-ten aantrekkelijk. Ten derde is het veel origineler dan vakkenvullen bij de Albert Heijn. Het is echt beteke-nisvol werk.’

Allemaal leuk en aardig, maar het feit is en blijft dat je een kist draagt met een dood lichaam erin. De doorsnee student vindt dat toch vrij luguber. Hoe kijkt Bram hier tegenaan? ‘Ja, in het begin is het natuurlijk eventjes wennen. Maar wij staan eigenlijk heel ver van alle rouw af. Wij zijn heel veel bezig achter de schermen van de plech-tigheid. En als we voor de schermen staan, zijn we eigenlijk alleen maar bezig met ons werk. We komen niet in contact met de familie dus het staat eigenlijk vrij ver van ons af.’

Bijbaantjes geven vaak een soort sociaal prestige. Hoe origineler het bijbaantje, hoe groter de waarde-ring voor het werk dat je doet. Maar hoe zit dat bij kistendragers? Wat voor reacties krijgen jullie als jul-lie, tijdens het uitgaan in de kroeg bijvoorbeeld, vertellen dat je kisten draagt voor de kost? Bram: ‘Mensen hebben vaak eerst zoiets van: huh? Ze reageren vaak ongelovig, maar als ze dan uitlegt hoe alles werkt dan hebben ze er meestal wel be-grip voor en dan vinden ze het een leuke bijbaan.’

En hoeveel tijd ben je er ongeveer aan kwijt per week? ‘Je moet reke-nen op zo’n tweeënhalve werkdag per week. Maar zoals ik al zei, het is een heel flexibele bijbaan. Er zijn niet veel bijbaantjes die zo flexibel zijn als deze.’

Snel geld verdienen en flexibiliteit klinkt een student als muziek in de oren. Maar zijn er dan ook mindere kanten van dit baantje? Bram twij-felt. ‘Die kan ik zo snel niet beden-ken. Je zit vaak te wachten. Je moet dit baantje in ieder geval niet gaan doen als je zelf niet met de rouw van andere mensen kunt omgaan, als je het jezelf teveel aantrekt. Het komt wel eens voor dat er iemand afhaakt omdat het niets voor hem is, maar je raakt wel snel aan de sfeer gewend.’

Goed, je moet het dus wel aankun-nen. Heb je nog speciale eigen-schappen nodig die anderen niet bezitten? Bram vertelt dat een kis-tendrager ten eerste altijd op tijd moet komen. Dat je om acht uur ge-woon helemaal fris geschoren klaar moet staan, ook al heb je de avond daarvoor tot diep in de nacht in de kroeg gehangen. Verder moet je er altijd netjes en verzorgd uitzien. ‘En,’ voegt Bram toe, ‘je hoeft geen saaie piet te zijn, maar je moet wel op de juiste momenten serieus kun-nen zijn.’

Ga je zelf ook meer nadenken over de dood door zo intensief bezig te zijn met uitvaartverzorging? ‘Ja, je maakt natuurlijk heel veel uitvaar-ten mee. Zo’n vier of vijf per week. Je krijgt in ieder geval wel een goed beeld van hoe een uitvaartplechtig-heid eruit ziet of eruit hoort te zien. En daar ga je toch automatisch een zekere waarde aan hechten. Dus ik kan me voorstellen dat het onder kistdragers meer speelt dan onder gewone studenten.’

Lisanne Wieringa

Page 11: SK Juli 2010

11Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

DINERBONvan € 20,- voor € 12,50Voorgerecht, keuze uit:

Guacamole de ‘Plaza de Pescado’ Overheerlijke avocadopuree met tortillachips

Allitas de pollo

Gefrituurde kippenvleugeltjes.

Champiñones en mayonesa Sappige champignons met knoflook in een

zachte roomsaus.

Deze bon is alléén geldig bij Cantina Mexicana Groningen

Op zondag t/m woensdag Geldig t/m 31 oktober 2010

Vismarkt 50

Hoofdgerecht, keuze uit:

Costillas de la ‘Costa Mexicana’ Onze befaamde spareribs, op eigen wijze bereid

met ketjap en kaneel. Met friet en salade.

Chimichanga

Laagjes maïsmeeltortilla’s gevuld met gehakt, tomatensaus en zure room of oesterzwammen met champignons, maïs, paprika, tomatensaus

en zure room. Beide gegratineerd met kaas. Ge-serveerd met een salade, guacamole en rijst.

Nachos ‘Toluca’

Schotel met warme tortillachips, naar keuze met kaas of gekruid rundergehakt of kip, ge-gratineerd met kaas en bestrooid met stukjes gemarineerde tomaat, guacamole, zure room en rijkelijk bedekt met ijsbergsla. Geserveerd

met rijst en bonen.

Kortingsbon

Deze bon is alléén geldig bij Tapasco Groningen op zondag t/m woensdag

Geldig t/m 31 oktober Haddingedwarsstraat 3

www.tapasco.nl

Laat je voor 14,95 in plaats van voor 25 euro verrassen met een 4-gangen menu met allerlei verschillende tapas. Vegetariër of iets derge-lijks? Valt te regelen! Graag reserveren, dan

ben je zeker van je plek

14,95 Euro

MEER FOKKING A B N O R M A L E KORTINGEN!Het bos aan bonnen met dikke kortin-gen groeit gestaag vanwege het over-weldigende succes. Graag gedaan. Daarom bundelen we ze nu maar even op een overzichtelijke manier. Het mag duidelijk zijn, lees de SK en eet als een koning met de beurs van een pauper! We bedekken nu de hele dag, van lunch tot diner tot borrel. De SK zorgt voor u! Eet smakelijk en proost.

LUNCH GroenWinnaar van deze maand is Groen met een absurde korting op maaltijdsalades bij de lunch. Van 13,50 voor een fokking 7,50. Ideaal voor de zomer. Als je met de vorige bon heen bent geweest weet je dat Groen een luxe high-end lunchroom is. Nu kun je eindelijk lekker rijk doen voor bijna de helft van het geld. Laat je niet meer afschepen met een klef duur broodje in de Harmonie, ga Groen! (beste maaltijd salades van Groningen!)

DINER TapascoGroningens beste Tapas restaurant gooit er weer een aanbieding tegenaan waarvan we afvragen hoe het uit kan. Waarschijn-lijk iets met slavenarbeid. Van 22,50 voor een lousy 12,50 krijg je in drie gangen totaal tien (!) verschillende tapas. Geen goedkope troep maar een goede mix met vlees, vis en groentejuweeltjes. Wat je precies krijgt is een verrassing! Eigenlijk net als de afgelopen maanden maar iets goedkoper nog nu. Het zou fideel zijn de tent te belonen door een goede wijn te bestellen. Anders gaat die zaak nog fail-liet aan deze bonnen.

DINER Cantina MexicanaLittle Mexico aan de Vismarkt stelt u ook weer in de gelegenheid goedkoop te eten. Gedurende de hele zomer een voorge-recht én een hoofdgerecht van 20 euro voor 12,50. Check de bon rechts. Het is inderdaad haast verdacht goedkoop, maar we hebben á la ‘mystery guest’ ge-proefd en het is zeer wel te eten. SK staat voor kwaliteit.

PUB HopskotchDeze bon is nieuw en we zijn benieuwd of het gaat werken. Groningen heeft ein-delijk weer een international pub van enig statuur. Waar kon je de afgelopen jaren tenslotte een goede English Pint drinken? Om te vieren dat we weer kun-nen “pubben”, een lekkere korting op alle Pints bij Hopskotch. Normaal ge-sproken is een goede Pint vrij duur maar dit stelt de clichématige arme student ook in staat eens een goede international pub te bezoeken. We wensen deze nieu-we pub veel succes!

[HET BESTE VAN DECEMBER] Integreren, een zware taak voor de sjaars in Groningen. Onderdeel van het integratieproces is het leren van de vaktaal der student. ‘Nog geregeld gisteren?’, ‘Voor tien euri naar de pleuri gaan in de Blauwe!’ en ‘De hele dag lopen soggen’ dien je te kunnen ontcijferen. Een tijdrovende opgave, maar na de nodige inspanning weet de gemiddelde eerstejaars student moeiteloos met de rest van de studenten mee te blaten. Studen-tentaal, een bijzonder fenomeen om eens nader te bekijken.

Wij-gevoelStudenten onderscheiden zich van de rest van de sa-menleving. Ze vormen een subgroep met karakteris-tieke kenmerken, waarvan hun taalgebruik er één van is. Paulien Cornelisse, be-kend van het boekje ‘Taal is zeg maar echt mijn ding’ en specialiste op het gebied van taal vertelt: ‘Elke subcultuur probeert dingen te doen om zich te onderscheiden van de rest van de samenleving. Dat gebeurt bijvoorbeeld door kleding, maar ook door taal. Als je dingen zegt die anderen niet begrijpen of zelf niet zouden gebruiken, creëert dat een lekker warm wij-gevoel. Misschien dat dat voor studenten extra belang-rijk is, omdat ze allemaal net uit het ouderlijk nest zijn gevallen.’

Blijvertjes en afvallersCornelisse maakte in haar studententijd zelf ook zo nu en dan gebruik van stu-dentenwoorden: ‘Ik zei (en zeg) wel dingen als 'bizar' maar sommige studenten-uitdrukkingen ben ik ook weer kwijtgeraakt, zoals het voorvoegsel 'mega' vind ik niet meer kunnen.’ De taal der student is zoals Corne-lisse al aangeeft aan mode onderhevig. Zo ging je vroe-ger als student barren en slaplippen als je ging zui-pen in de kroeg. Studenten waren muzenzonen en een behaarde borst werd een sjekplantage genoemd. Je woonde in een kast en niet-studenten waren ploerten. Jammer genoeg zijn deze woorden uit de tijd geraakt. Slechts een paar uitdrukkin-gen hebben de Dikke Van Dale weten te halen. Studen-tenwoorden als ontgroenen, prof en collegehengst wor-den tegenwoordig als alge-meen beschaafd Nederlands beschouwd.

Studentenwoordenboek Het zou zonde zijn als de woorden die niet onder het normale volk bekend worden zouden verwateren. Daarom hebben Albert Gillissen en Paul Olden gezorgd voor een blijvende herinnering aan een reeks studentikoze ter-men. Gillissen, nu 53 jaar, studeerde Nederlands in aan de Universiteit Leiden. ‘We hebben in elke studen-tenstad universiteiten en hogescholen gevraagd een aantal maanden typische uitspraken van studenten te verzamelen. Die uitdruk-kingen hebben we samenge-voegd tot een boek’ vertelt Gillissen. Het boek werd een groot succes. Door heel Ne-derland werden zo’n 20.000 exemplaren verkocht. ‘Bij een afstudeerfeestje behoor-de ons boek tot één van de

standaard cadeaus.’

De Lullo’s‘Een deel van de door ons beschreven woorden worden ook vandaag de dag nog ge-bruikt’ weet Gillissen te ver-tellen. Het is een bron voor inspiratie. Ook bij Jiskefet komen woorden van Gillis-sen en Olden terug. Jiskefet maakte met de Lullo’s een persiflage op corpsballen. Van Binsbegen, Kerstens en Kamphuijs, een stel lamme studenten die niets anders doen dan slapen en zuipen. In hun sketches passeren tal van studententermen de re-vue, met als meest legenda-rische uitspraak: ‘Hé Lullo, nog geneukt?’

Lettergrepen en afkortingenHet ontstaan van nieuwe woorden gebeurt altijd en overal. Zo heeft elke stu-dentenstad zijn eigen woor-den voor regionaal gebruik. In Wageningen wordt bij-voorbeeld een lokale Wa-geningse jongere een Wajo genoemd. Andere woorden zijn door heel Nederland te gebruiken. Deze kunnen worden ingedeeld naar ma-nier van ontstaan. Zo wordt er gebruik gemaakt van let-tergreepwoorden waar stufi (studiefinanciering) en con-stibo (constitutieborrel) toe behoren. Ook is het afkorten van woorden (aspi en corpo) een veel voorkomende ont-staanswijze van nieuwe stu-dententermen.

Bralkoningen Cornelisse vindt studenten-taal diep-fascinerend. ‘Ik vind het altijd leuk als er één of andere subcultuur is waar ze dingen anders zeg-gen dan ik. Regelen vind ik bijvoorbeeld erg leuk, maar ik zat niet bij een vereni-ging, dus dan komen dit soort dingen minder snel tot je.’ Bij studentenverenigin-gen vind je inderdaad over het algemeen de actievere gebruikers van studenten-taal. Met veel geschreeuw en geblaat worden de meest ongangbare woorden gepre-senteerd. Leden lijken er een competitie van te maken wie de titel bralkoning voor zijn rekening mag nemen.

Creatief communicerenIedereen gebruikt de stu-dententaal op zijn eigen manier en heeft zijn eigen stopwoordjes en zinnen. Cornelisse heeft als favorie-te uitdrukking uit haar stu-dententijd: daar mag ik het wel op. ‘Plat en daarom heel grappig’ zegt ze. Met z’n al-len zorgen we zo voor cre-atieve manier van communi-ceren die leidt tot de meest bijzondere samenstellingen.

Tessa Nijland

Studententaal Een lekker warm wij-gevoel

Page 12: SK Juli 2010

12 Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

CO

LUM

N

12 Groninger Studentenkrant | Juli / Augustus 2010

DINERBONvan € 20,- voor € 12,50Voorgerecht, keuze uit:

Guacamole de ‘Plaza de Pescado’ Overheerlijke avocadopuree met tortillachips

Allitas de pollo

Gefrituurde kippenvleugeltjes.

Champiñones en mayonesa Sappige champignons met knoflook in een

zachte roomsaus.

Deze bon is alléén geldig bij Cantina Mexicana Groningen

Op zondag t/m woensdag Geldig t/m 7 juli

Vismarkt 50

Hoofdgerecht, keuze uit:

Costillas de la ‘Costa Mexicana’ Onze befaamde spareribs, op eigen wijze bereid

met ketjap en kaneel. Met friet en salade.

Chimichanga

Laagjes maïsmeeltortilla’s gevuld met gehakt, tomatensaus en zure room of oesterzwammen met champignons, maïs, paprika, tomatensaus

en zure room. Beide gegratineerd met kaas. Ge-serveerd met een salade, guacamole en rijst.

Nachos ‘Toluca’

Schotel met warme tortillachips, naar keuze met kaas of gekruid rundergehakt of kip, ge-gratineerd met kaas en bestrooid met stukjes gemarineerde tomaat, guacamole, zure room en rijkelijk bedekt met ijsbergsla. Geserveerd

met rijst en bonen.

Nozzman www.nozzman.nl

[HET BESTE VAN FEBRUARI]

De Martinitoren slaat vijf keer. Ter-wijl de kroegen langzaam leeglopen zoekt hij alleen zijn fiets op. ‘Weer niet...’, denkt hij, terwijl hij zijn slot opendraait en weet dat voor hem de avond hier eindigt. Waar hij tot aan zijn zestiende jaar naar uit heeft gekeken lijkt - nu hij twintig is - zijn grootste frustratie te worden. Hij is niet lelijk, volgt de mode en verandert z’n kapsel altijd mee met David Beckham. Stappen is voor de onwetende conformist geen pretje.

Eerder die dag overtuigde hij een hardwerkende vrouw - die hij be-ter kent als ‘zijn moeder’ - ervan dat ze driekwart van haar maand-loon naar Men at Work moest brengen om het geluk van haar zoon te waarborgen.

Die avond kan hij zich niet inhou-den en hijst zich al vroeg in zijn nieuwe tenue om in de loop van de avond nog wat compliment-jes te ontvangen van oplettende, maar vooral beleefde, vrouwelijke huisgenotes. Gesterkt door posi-tieve impulsen gaat deze soldaat met volle vertrouwen naar de Pe-perstraat waar hij met zijn lotge-noten heeft afgesproken voor het Feest. Eenmaal binnen hangt hij zijn jas op.

Daar staat hij dan. Een foeilelijk fel Replay shirt dat vergelijkingen vertoont met het oude stand-by scherm van Nederland 1. Een veel te strakke low-waist broek met ritsjes en vale stukken op plaat-sen waar dit totaal niet nodig is. Omhoog gehouden door een in Turkije aangeschafte Armani riem met een gesp die qua grootte veel weg heeft van een gietijzeren fo-tolijst. Ondanks de omvang lijkt

de riem niet te kunnen voorko-men dat een Björn Borg boxer-short met vermoede opzet over het randje gluurt. Hagelwitte La-coste schoentjes die het nog geen zomer overleven completeren de outfit. Zijn maten reageren en-thousiast.

Vol zelfvertrouwen paradeert hij met zijn borst vooruit naar de bar. Hij ziet zic hzelf al staan. In één hand een biertje terwijl de andere licht gebogen op de bar leunt. Ietwat aangespannen zodat de minuscule lijnen op zijn arm samen met de schaduw van het licht een soort van beginnende spierbal vormen.

Dan ineens beklimmen hem de ril-lingen. Er is geen plek aan de bar. Dit betekent geen directe plek om heen te lopen en dus geen zeker-heid. Zijn improvisatievermogen laat hem in de steek en hij draait zich vragend om naar zijn knech-ten. Er ontstaat een onzekere sfeer in de groep, terwijl zij de doorstroom van het looppad stil-leggen. Waar moeten ze nou gaan staan?

Gelukkig ontstaat er vlakbij een klein gaatje waar ze zich met de hele groep ongemakkelijk in per-sen.

Het volgende probleem dient zich echter alweer snel aan. Waar laat hij zijn handen? Wegens de drukte is het bier nog niet gear-riveerd en sinds het rookverbod kan hij een pakje Marlboro ook niet als stressbal gebruiken. Hij twijfelt tussen ‘relaxt’ in de zak-ken of ‘stoer’ over elkaar. Terwijl zijn vrienden uit paniek naar hun Nokia hebben gegrepen, besluit hij tot het laatste en probeert zijn

bovenarmen vorm te geven door zijn spierballen met de knokkels van zijn andere hand om-hoog te duwen.

Een aangereikte A m s t e r d a m m e r brengt verlichting. Hij recht zijn rug. Laat de vrouwen nu maar komen. Samen met zijn vrienden verwondert hij zich over het schoon dat voorbij komt terwijl ze voor de zoveelste keer de weinige suc-cesverhalen uit het verleden oprakelen teneinde el-kaar te sterken.

Het is inmiddels 01:30. Hij is nog niet aangesproken. Misschien zien ze hem niet? Hij moet de aandacht trekken. In een uiterste poging knijpt hij een passerend meisje in haar kont. Compleet murw geslagen door betastingen van dit kaliber - waar iedere rede-lijk uitziende vrouw herhaaldelijk doelwit van is op een gemiddelde stapavond - reageert ze niet. Hoe-wel de mensen links en rechts te-gen hem aanduwen voelt hij zich alleen.

Terwijl hij vanavond dacht te zijn voor vrouwen wat drank is voor Amy Winehouse sluit ook die nacht niemand haar mond om zijn fles. Hij grijpt terug naar het enige houvast die er op deze momenten altijd voor hem is en leunt met zijn rug tegen die voor hem zo vertrouwde muur.

Kleurrijk in een grauw bestaan

Kortingsbon

Deze bon is alléén geldig bij Tapasco Groningen op zondag t/m woensdag

Geldig t/m 31 oktober Haddingedwarsstraat 3

www.tapasco.nl

Laat je voor 14,95 in plaats van voor 25 euro verrassen met een 4-gangen menu met allerlei verschillende tapas. Vegetariër of iets derge-lijks? Valt te regelen! Graag reserveren, dan

ben je zeker van je plek

14,95 Euro

Bart

van

der

Lei

j