SF-MAGAZINE 55

58

description

Clubmagazine SFAN

Transcript of SF-MAGAZINE 55

Page 1: SF-MAGAZINE 55
Page 2: SF-MAGAZINE 55
Page 3: SF-MAGAZINE 55
Page 4: SF-MAGAZINE 55
Page 5: SF-MAGAZINE 55

Verschillende abonnenten vroegen ons om nadere verklaringen in ver

band met de redactionele wijzigingen, welke in bijlage bij vorige

zending van SF-MAGAZINE in het vooruitzicht werden gesteld.

Vooral nieuwe leden bleken moeilijk wegwijs te raken in namen van

personen en fanzines, die in deze brief werden vernoemd.

Daarom misschien een korte recapitulatie, waarbij we zorgvuldig zul-

len vermijden in balans of herdenking te vervallen (wie zei ook weer

dat naarmate mensen minder denken, zij des te meer herdenken ?).

Men weet, of men weet het niet - en dan weet men voortaan, dat de

vereniging, die door haar stichters "SFAN" werd gedoopt, van bij de

aanvang een blad aan haar leden toezond.

In 1969, onder redactie van Julien Raasveld, een bescheiden infor-

matie-blad, dat eveneens "SFAN" heette.

Kort daarop, vanaf 1970, "INFO-SFAN", een blad dat in de eerste plaats

door Paul Torfs en Simon Joukes werd verzorgd en dat in grote trek-

ken de criteria vastlegde, die tot op heden qua inhoud en omvang

werden aangehouden.

Omstreeks nr. 32 wisselde dit blad van samenstellers (ondergeteken-

de, met Herman Ceulemans en later ook Marc Corthouts, voor de tech-

nische realisatie), maar ook van naam, en ontstond deze "SF-MAGAZINE".

De nummering liep evenwel door, om de continuïteit binnen de vereni-

ging duidelijk in het licht te stellen.

Onlangs bleek nu dat de samenstelling van SF-MAGAZINE moeilijk kon

worden voortgezet. Het brengen van een dertigtal nummers vergt im-

xxx

Page 6: SF-MAGAZINE 55

mers heel wat, niet enkel wat tijd en inspanning betreft, maar ook wat creativiteit aangaat, zodat hernieuwing dringend aan de orde kwam. Zo werd dan naar medewerking/vervanging en vernieuwing uitgekeken, en mede omdat het iedereen onlogisch leek dat in een klein taalge-bied als het onze meerdere SF - bladen naast elkaar bleven bestaan, werd uiteraard aan verschillende vormen van fusie gedacht. En wanneer we nu weten hoeveel maal bij gelegenheid van conventions dit probleem aan de orde werd gesteld, en hoeveel ijdel en vruchte-loos gepraat hieraan bv. in Nederland reeds werd besteed, dan moeten wij hier onze bijzondere appreciatie uitspreken voor het begrip en de goede wil, kortom voor de ontvankelijkheid en het gezond verstand dat hier ten lande werd getoond, wanneer onze voorstellen werden ge-daan. Dank aan de ploeg van Leuvense fans, die onder impuls van Guido Eek-haut eindredactie en samenstelling van het nieuwe SFAN-blad overne-men; dank ook aan Jozef Peeters, van "CAHIER", die met raad en mode-ratie bijstond; ook dank aan André De Rijcke, die te Antwerpen, en te Gent, en te Leuven, de hoeken wist af te ronden. Met Guido Eekhaut, en "RIGEL" krijgt het SFAN-blad dus een nieuwe hoofdredacteur en een nieuwe naam, wat wij mede hierom niet onaardig vinden, nl. omdat de onderscheiden redactie-periodes hiermede duide-lijk worden afgelijnd. Wat wint de lezer nu bij deze formule ? Een énig blad, uiteraard, wat dubbel gebruik, en dubbel abonnement uitsluit. Nieuw bloed in de redactie, naast alle oudere namen, waarbij dus dy-namysme aan ervaring wordt gekoppeld. Een viertal nieuwe redactiemedewerkers, wat enerzijds de regelmatig-heid van het blad ten goede moet komen, en anderzijds ook zijn kwa-liteit, aangezien ieder van ons nu méér tijd ter beschikking krijgt, en mogelijk meer ambitieuze projecten kan uitwerken dan nu het ge-val was. In dit verband noemen we een aantal teksten van en over bekende schrijvers (Asimov, Watson, Suragne ...), bijzondere bundels enz. Ook de ledenwerving en de promotie van het blad zouden anderzijds baat dienen te vinden bij de vooropgestelde wijzigingen. Een regel-matig verschijnend blad (een essentieel punt !) is immers een eer-ste vereiste hiertoe. In dit verband overigens weer die oproep, die wij reeds zo vaak her-haalden : help de (nieuwe) redactie door uw abonnementsbijdrage te xx

Page 7: SF-MAGAZINE 55

hernieuwen, indien u dit nog niet deed, en maak in de mate van het mogelijke "RIGEL" bekend bij vrienden en belangstellenden. Spreek erover in andere bladen, waaraan u meewerkt, of waarin u een woord-je kan plaatsen. Dat zijn zaken, die ons vooruit helpen, en die uw blad slechts ten goede kunnen komen. ROBERT SMETS

Page 8: SF-MAGAZINE 55

De bus slingerde eventjes toen

hij de haarspeldbocht nam en er

rolden enige bierblikjes door

het interieur, die door de ei-

genaar niet stevig in het baga-

gerek waren vastgezet, en nu

door de brave man onder veel ge-

vloek en gezucht werden achter-

nagezeten.

Pascal glimlachte even toen de

man met de bierbuik een nogal

grove etiquette-fout maakte en

zonder te vragen of dat wel ging

tussen de benen van een gezette

vrouw door, naar één van zijn

blikjes grabbelde. Er volgde

enige consternatie en een ver-

warde discussie over wat wel en

wat niet als een inbreuk op de

algemeen geldende morele regels

kon gelden. De man verloor zo-

dat het blikje bleef waar het

was. Nog geruime tijd keek bier

buik als een geslagen hond naar

de dikke benen van de dame, hoe-

wel Pascal betwijfelde of het

enig resultaat zou opleveren.

xx Met een wrange bijsmaak dacht

hij er plots aan dat hij gelach

en had - zij het maar eventjes

- en dat nog wel om een onbenul-

lig gebeuren. Hij had geslapen,

hoewel hij dat sinds Londen niet

meer gedaan had, sinds Manches-

ter niet meer, sinds Birmingham

niet meer. En hij betwijfelde

of het trajcet naar Liverpool

daar wat aan zou veranderen.

xxx Hij was moe, doodop, geïrriteerd

kwaad en vertwijfeld.

Hij proefde even: geïrriteerd-

kwaad.

Nee, eerder - op een stomme ma-

nier "afgebroken".

Page 9: SF-MAGAZINE 55

Hij staarde wat naar buiten maar

het Engelse landschap had hier

niet zoveel meer te bieden.

Vlakke weilanden, afgewisseld

met wat aardappelvelden.

Misschien idylisch voor farmers

wie weet. Als dichter kijk je

er anders tegenaan, verlang je

meer. Misschien te veel.

Dat had hij zich nochtans vaak

afgevraagd - zou je als dichter

het recht hebben om meer te ver-

langen, om "beter" te verlangen.

Ach, onzin, het ging hem niet om

dat "beter". Maar algemeen,

maar .... - hij zocht naar het

juiste woord en vond het niet -

allé, voor iedereen beter enne

... verdomd, vergeet het maar.

Hij kwam niet uit zijn woorden

vandaag.

Soms wilde hij wel dat hij dood

was.

En toen stierf hij.

De airbus schommelde in de hoge-

re regionen, zo sterk dat zelfs

een paar trotse krijgers zich

gingen beklagen dat hun kinde-

ren luchtziek werden en de pi-

loot, ondanks zijn voorschrif-

ten, na een korte blik op de

strijdbijl van één der Hanks,

de koers wijzigde en wat daalde

naar een vijftienhonderd meter.

De wind was daar minder woelig

en de turbulentie was zelfs zo-

danig afgenomen dat de co-piloot

besloot een dutje te doen.

Alhoewel, veilig was je hier ook

niet.

De vliegende reptielen maakten

nog altijd het luchtruim onvei-

lig en ook wat betreft de baan

van de eerder die morgen gesig-

naleerde hurricane kon men niet

zeker zijn.

De piloot zuchtte. Alles risico

's van het vak. Indien hij een

rustig leven gekozen zou heb-

ben zou hij waarschijnlijk gek

geworden zijn. Hier versleten

zijn zenuwen ook, zeker, maar

dan op een gezonde manier.

Drie dagen vliegen, dertig da-

gen vrij. Dat was pas leven.

Na drie dagen vol gevaar boven

de reptielengebieden, met een

troepje halve wilden in je bus,

met het risico elk ogenblik een

noodlanding te moeten maken ten

gevolge van een van de vaak voor-

komende hurricanes, midden tus-

sen de snorchs en gnatchers te

belanden ...

En dan, avontuur weer overleefd.

Dertig dagen dubbel betaald ver-

lof, naar één van de plezier-

steden gaan, een vrouwtje zoe-

ken.

De piloot was niet de enige die

de gork zag.

Pascal zag hem ook.

De gork was enorm groot en kwam

schijnbaar uit het niets recht

op de bus afduiken. De piloot

schatte het ding op anderhalve

kilometer een gigantische vleer

muis in het grijze uitspansel.

Pascal dacht dat het ding wel

twee maal zo groot was, maar dat

kwam ongetwijfeld door zijn fel-

le angst.

Hij schudde heftig zijn hoofd -

dat wat hij vroeger altijd deed

als hij een nachtmerrie had - in

je droom je hoofd schudden. Het

hielp al tijd. Totnutoe tenmin-

ste, want hier hielp het niet. x Evenmin verdween de harige fors-

gebouwde en woest uitziende half

apen uit zijn blikveld die non-

chalant in de kussens achterover

lagen en de eerste aanval van de

gork gadesloegen alsof het hun

allemaal niet aanging.

Page 10: SF-MAGAZINE 55

piloot zei dat hij door een se-

rie snelle maneuvers zou trach-

ten de komende aanval van de

gork te vermijden, en verder

maakte hij nog een grapje over

dat die gaten eigenlijk niet

meer zo modieus als vroeger wa-

ren, toen de jonge piloten wel

gewild waren een attaque of twee

af te wachten om te kunnen bluf-

fen. Maar hij begon al wat ou-

der te worden en het tochtte zo. xx De Hanks grinnikten waarderend.

En toen wist Pascal dat hij waan-

zinnig geworden was en rukte zich

los van zijn moeder en sprong

door het gat dat de gork gemaakt

had naar de diepte. Eigenlijk

leefde hij al niet meer toen hij

de grond raakte.

Hij werd wakker in een omgeving

die hem eigenaardig vertrouwd

voorkwam omdat je er tenslotte

altijd wel eens mee in aanraking

komt.

Hij giste ernaar, deduceerde,

combineerde en verwierp het idee

onmiddellijk weer als bespotte-

lijk.

Hoewel, het kon moeilijk anders.

Nou, maar daar had hij niets mee

te maken. Zover was hij nog niet

en als hij flink kabaal maakte

zouden ze hem wel komen halen.

Uiteraard wist hij wel dat hij

zichzelf voor de gek hield maar

hij moest absoluut vermijden een

aanval te krijgen

Die hij toch kreeg, een halfuur-

tje later. Hij raasde, tierde

en beet in zijn eigen pols. Hij

brulde, vloekte en smeekte en

deed van pure schrik in zijn

xxx

Met een ruk ging hij rechtop

zitten.

Hij staarde naar het plafond.

Dat was een ingewikkeld samen-

spel tussen primaire kleuren en

sombere half-edelstenen, die in

elkaar overgingen als een soort

surrealistische paternoster. In

de opwinding van het ogenblik

voelde hij dan ook nauwelijks

de heftige stoot waarmee de gork

de eerste aanval afrondde, en

daarbij een groot gat in de romp

achterliet.

Een harige arm greep hem beet.

"Kalm, mijn zoon !".

Pascal keek naar zijn moeder en

de dikke, mensaapachtige armen

waarmee zij hem vasthield. Had

hij werkelijk teveel H.P. Love-

craft gelezen ?

En toen hoorde hij de taal: de

x

Page 11: SF-MAGAZINE 55

broek.

Dat betreurde hij achteraf na-

tuurlijk wel, want in die stank

kwam hij niet graag aan zijn

einde; de lucht werd erdoor ver-

pest en er was zo al erg weinig

van.

Een doodskist onder de grond is

niet erg comfortabel, ondanks

zijden kussens.

"Pascal ?".

"Ja ?".

"Ga je bijna ?".

"Straks, mam, straks. Ik moet

hier even nog een betere punt

aan krijgen".

Pascal vijlde naarstig verder.

De speer zou perfect worden.

Dodelijk. Efficiënt. Vlijm-

scherp. En dat alles met hoofd-

letters.

Zijn moeder wenste hem succes

toen hij wat later het pad ach-

ter de hut de jungle inliep.

Om, zoals hij dacht, zijn proeve

van bekwaamheid af te leggen door

een dinosaurus te doden, en zo

opgenomen te worden bij de man-

nen.

Hij had haar nog een kus gege-

ven, had smalend gegrijnsd toen

zij hem vertelde over de geva-

ren die het besluipen van bij-

voorbeeld een snatch met zich

meebracht. Hij was nog zo jong. xxx Hij was eigenlijk té jong, maar,

de wet van de Hanks was op dat

punt onverbiddellijk en eigen-

lijk kon ze die niet afkeuren. xx Ongezonde elementen moesten ver-

wijderd worden. Tenslotte leef-

den ze op een harde planeet met

allerlei gevaren, waar enkel de

x

besten konden en mochten overle

ven, om anderen later de kans

te geven nog beter te worden. xx Zij streek even met de hand over

haar ogen en begon de ceremonie-

hut op te ruimen waarin zij de

laatste drie dagen gewoond had-

den.

Was het duidelijkste teken ge-

weest. Indien de kandidaat niet

na drie dagen merkte waar hij

was, dan was hij reddeloos ver-

loren voor de stam, en stuurde

hem dan met één of ander voor-

wendsel het pad naar de vecht-

hagedis op, een pad dat slechts

in één richting betreden kon

worden.

Natuurlijk speet het haar wel,

maar na die val uit de bus kon

je met hem geen huis meer hou-

den. Bovendien bewees dat wel

afdoende dat hij ook nog laf was,

zo maar voor een gork uit een

bus springen.

En tenslotte, wat heb je eigen-

lijk aan een zoon met geheugen-

verlies, die je de hele tijd gek

ke dingen vertelt ?

Page 12: SF-MAGAZINE 55

guido eekhout

De computer heeft ons leven veranderd. Nog niet ingrijpend, maar

dat komt wel. Bij het ontstaan van de computers en tijdens de eer-

ste generatie waren de onderzoekers zich nog niet bewust van de

enorme capaciteiten van hun troetelkind. Oorspronkelijk wilden ze

het slechts gebruiken voor het rekenwerk bij wetenschappelijke en

technische problemen. Maar al gauw bleek dat de computer het idea-

le medium te zijn voor het verzamelen en snel toegankelijk maken

van informatie. Dus precies wat de administratie nodig had. En

de computerindustrie groeide geweldig snel. Het is nu zo dat in

België elk groot of middelgroot bedrijf een computer heeft, of com-

putertijd huurt. En als u weet dat computers huren een zaak van

honderdduizenden per maand kan zijn, dan begrijpt u het belang van

deze machines. Want ze worden verhuurd, niet verkocht, voorname-

lijk omdat ze geen redelijke koopprijs hebben en ook omdat ze snel

verouderd zijn en niet binnen redelijke termijn zouden kunnen af-

geschreven worden.

Page 13: SF-MAGAZINE 55

In de nabije toekomst zal de computer steeds belangrijker worden

en zelfs in onze woning binnendringen, zoals radio en TV dat vroe-

ger gedaan hebben. Er zullen terminals in de huiskamer komen, die

het de gewone burger mogelijk zullen maken rechtstreeks informatie

op te vragen bij een openbare, universitaire of privé-bibliotheek.

Iedereen zal computertijd en -ruimte kunnen huren voor het aanleg-

gen van een eigen archief. In de Verenigde Staten worden dergelij-

ke systemen op beperkte schaal reeds jarenlang gebruikt. Ook in

ons land bezitten bijvoorbeeld de universiteiten in de verschillen-

de fakulteiten terminals die rechtstreeks verbonden zijn met de

hoofdcomputer. Zo'n computer zou ook onderwijs kunnen geven : dank

zij het time-sharing systeem kan hij zich tegelijkertijd met ver-

schillende leerlingen bezighouden. Nu kan een computer maar één

probleem tegelijk oplossen, maar time - sharing geeft aan elk pro-

bleem bijvoorbeeld één seconde uitvoeringstijd, bergt de verkre-

gen gegevens op, en doet hetzelfde voor het volgende probleem. Zijn

tien problemen aangesloten, dan duurt het in ons geval 10 seconden

voor de computer terug aan probleem 1 kan gaan werken. Daar het in

werkelijkheid om veel kleinere tijdseenheden gaat lijkt het alsof

de computer aan al de problemen tegelijk werkt. De leerling merkt

het tijdsinterval niet, omdat het voor hem onmeetbaar klein is !

xx

Twee problemen zijn aan de toegankelijkheid van de

Twee problemen zijn aan de algemene toegankelijkheid van de compu-

ter verbonden. Ten eerste is er het reeds bestaande probleem van

geheimhouding bij automatisatie. Dat is een zaak die afhangt van

de betrouwbaarheid van het personeel dat zich met de computers be-

zighoudt. De toegang tot vertrouwelijke informatie moet zorgvul-

dïg bewaakt worden. Codesystemen, ingebouwd in het programma, ver-

hinderen dat onbevoegden deze informatie uit het geheugen van de

computer zouden halen. Het tweede probleem is dat van de toegan-

kelijkheid voor de gebruiker ? We kunnen niet verwachten dat iede-

reen die een terminal in huis wil, er een kursus programmatie bij

wil nemen. Het gebruik van de computer zal dus heel simpel moeten

zijn en bv. bestaan uit een codetaal die dicht aanleunt bij de ge-

sproken en geschreven taal, zoals Cobol, dat erg op Engels lijkt.

xxx

Concentratie van kennis : een probleem waarmee wetenschapsmensen

over de gehele wereld worstelen. Terwijl professor X in Tokio zoekt

naar een oplossing van zijn probleem kan het zijn dat dokter Y in

Berlijn, een ontdekking doet die professor X een heleboel vooruit

kan helpen, maar waarvan hij pas een paar maanden of een jaar later

hoort, omdat dokter Y zijn bevindingen nu eenmaal niet sneller kan

doorgeven. Men leze over dit probleem Isaac Asimov's boek "Only a

trillion", hfst. X. Met een netwerk van onderling verbonden com-

puters, en met wat goede wil van de wetenschapslui, die zich tevens

wat minder patriottisch moeten tonen, kan daaraan heel wat verhol-

xxxx

Page 14: SF-MAGAZINE 55

pen worden. Ook kan daarmee experimenteel werk gedaan worden, dat

eerder als routine kan omschreven worden, en waar nu vele laboran-

ten dagenlang mee bezig zijn. Terwijl de computer de vervelende

klusjes uitvoert, is de wetenschapsman vrij om interessanter werk

te verrichten.

Andere computers zijn keurige bedienden : zij verzorgen vliegtuig-

reservaties (doen ze al), sporen misdaad op (doen ze al, in zekere

zin), wisselen geld, maken medische diagnoses op, enzovoorts. Ze

kunnen weerfoto's snel interpreteren en meteorologen helpen met ge-

fundeerde voorspellingen, en misschien kunnen ze ooit wel eens het

weer helpen bepalen. Computers helpen nu al stadsplanologen en re-

gelen het verkeer. Maar de tijd zal komen dat er geen individuele

auto's meer bestaan, maar een geautomatiseerd openbaar vervoer, dat

ons, na een druk op de knop, brengt waar we willen. Ook autosnel-

wegen, treinen, boten en vliegtuigen zouden die verandering onder-

gaan.

Maar de meest ingrijpende veranderingen zullen rechtstreeks te ma-

ken hebben met de mens en zijn relatie tot de computer.

"De gedachte aan computers met "verstand" is voor veel mensen maar

moeilijk te verteren. Maar er wordt niet beweerd dat de structuur

van een computer zal gelijken op die van het menselijk brein; men

zegt slechts dat wat er functioneel door een computer wordt voort-

gebracht de prestaties van het verstand zal evenaren of overtref-

fen". Dat schreven Herman Kahn en Anthony J. Wiener in "The Year

2000" (1967). Het lijkt inderdaad niet zo onmogelijk dat de struc-

tuur van een computergeheugen zo ingewikkeld wordt dat het sommige

"menselijke" trekken gaat vertonen. David Gerrold liep in zijn boek

"WHEN HARLIE WAS ONE" niet zo erg ver vooruit op de toekomst als

sommige sceptici schijnen te denken. Computers zouden kunnen leren

uit ervaring, en ze zouden zelf hun eigen programma's kunnen op-

stellen, zodat het zelfstandige eenheden worden, en dus niet meer

onder de controle van de mens zouden vallen. Maar of de computer

dan ook een "intelligent" wezen wordt, hangt ervan af welke defini-

tie voor dat woord wordt gegeven. Zou een computer gevoelens kun-

nen hebben, schoonheid kunnen waarderen, kritisch zijn, medelijden,

pijn of angst kunnen voelen ? En dat zijn de eigenschappen die de

mens van de andere dieren onderscheidt. Maar ongetwijfeld staat

de computer een grote toekomst te wachten, die ook ons leven zal

beïnvloeden. Niet voor niets waarschuwt Alvin ToffIer in "Future

shock" ons voor de toekomst, die met sneltreinvaart op ons afkomt.

Of moeten we zeggen met de snelheid van een computer ?

De mens zal ook directer, of anders gezegd : lichamelijker, de voor-

uitgang van de computerwetenschappen gewaarworden. Electronische

xxxx

Page 15: SF-MAGAZINE 55

stimulering van de hersenen, waarbij een computer direct aan het

brein wordt aangesloten ligt in de nabije toekomst. De gevaren

zijn overduidelijk : indoctrinatie, diktatuur, verdwijnen van de vrij-

heid van denken ! Maar de computer zou zo ook geestelijke en zelfs

lichamelijk gestoorden kunnen helpen.

Tot slot enkele in de toekomst te verwezenlijken of uit te werken

mogelijkheden die de auteurs van "The Year 2000" opsomden :

- uitgebreid gebruik van robots en machines als "slaven" van de

mens.

- huisonderwijs door middel van TV en gecomputeriseerd en geprogram-

meerd leren.

- uitgebreide toepassingen van "Cyborg" - technieken (mechanische

hulpmiddelen of vervanging van menselijke organen, zintuigen, li

chaamsdelen, e.d.).

- goedkope ontwerp- en leveringsmethoden voor eenmalige objecten,

door gebruik van gecomputeriseerde analyse en geautomatiseerde

productie.

- praktische toepassing van directe electronische communicatie met

een stimulering van de hersenen.

- geautomatiseerde warenhuizen en verkeerswegen.

- algemeen gebruik van automatisatie en cybernetica in management

en productie.

- directe vergroting van het menselijk denkvermogen door mechani

sche of electronische aansluiting van de hersenen op een compu-

ter.

GUIDO EEKHAUT

Page 16: SF-MAGAZINE 55
Page 17: SF-MAGAZINE 55

Ik vraag me vaak af waar ik nu de grootste hekel aan heb : aan brutale kerels of aan onhandige. Voor de eersten ben ik slechts een ding : ze betalen, los-sen hun lading en zijn er vandoor zonder zelfs mijn naam te kennen. Soms is het echter niet onaangenaam. De onhandigen, daarentegen, zijn een rotvolkje ! Ze staan daar, zwaar op de hand, strelen me, bepotelen me, worden on-dernemend, en gaan staan aandringen. Goedaardig laat ik ze begaan, speel hun spelletje mee, en geef ze vertrouwen. En dan, zo opeens, niks meer ! Pa-niek !

Niet te verwonderen, al die zenuwinzinkingen !

Kijk, een klant. Kom boven, schat, en neem me mee naar het einde van de wereld ! Wow ! Je bent een harde, jij ! Weet je, als je 't aankan ... Mmm, niet slecht! Warm 'm op, jochie, warm 'm op !

HET RODE CIRCUIT OPEN! HET GROENE CIRCUIT KLAAR!

En whoops, vooruit :

1 2 3 4 5 6 . . .

Lekker zo ! We komen klaar ! Oh, maar, rustig aan, hé ! Wind je niet zo op ! Anders ... Je weet wat je te wachten staat ! Rustig ! Rustig, zeg ik je ! Rustig of ... Je zal het gezocht hebben !

ANNIHILATIE! ANNIHILATIE!

Je bekomst, vuile bruut ! En zet nu maar een keel op ! Maar herbegin nu niet, bordeel ! Mis, man !

ANNIHILATIE!

Hi hi hi. Spinnijdig. Ja, schop me nu maar, ik ben het ge-wend, en met mijn beenstukken zal het jou méer pijn doen dan mij ...

Kom, gedraag je. Iedereen staart je aan.

RaTaTaTa ClibiDibing ClibiDibing Ooong ! Ja, niet slecht, maar te laat. Maak je toch niet druk, op de spitsuren werk ik twintig kerels van jouw soort af, op één uur ! Maak dat je wegkomt ! En de wind van achteren, sukkel ! xxx Wel ja, ik ben akelig. Maar 't is verdomd toch waar ! Om het even wie wat geld heeft kan hier komen opzetten en zijn drift op mij uitwerken.

Page 18: SF-MAGAZINE 55

Om het even wie ! We zijn toch geen beesten. Maar natuur-lijk zijn jullie als de anderen, en zeg je bij jezelf : je wordt er voor betaald, en dan heb je je bek maar te hou-den. Mooi! Maar, verrek, we zijn niet meer in de Middel-eeuwen ! Alsof ik die kereltjes niet tienmaal voor hun geld gaf, als ik klaarkom !

Wel ?

Als men naar mij luisterde, dan kwam er een minimumleef-tijd ! Net als bij de verkiezingen ! Kan je nog vroegrijp zijn en zo meer, maar de handigheid, en de psychologie ! rijpheid, wat !

Wat een verspilling is het anders niet ! Op mijn dooie eentje kan ik vier kerels tegelijkertijd doen genieten ! Komt zo'n snot joch aan en ...

Hé, maar! Die kerel weet van aanpakken ! Maakt me dol ! Zou ik het dan toch getroffen hebben ? Te mooi om waar te zijn ! Pff ! Wow ! Duwen, poesje ! Verpletter me ! Harder ! Hoger ! Sneller !

. . . 3 4 5 6 7 8 9 !

Kom, opnieuw ! Eent je maar ! En neem je tijd. Geen schrik, ik zal je geen miserie bezorgen. Jaaa ! Richten ! Daar !! Daar ! Hij is er ! Hij is er !

Whoops ! Maar je bent nog niet klaar ! Hou je nu nog even in. Hard niet ? Maar denk aan iets anders. Nog een … xx

12345 *** RATATATIBANGBINGGLIGLIGLI

Geweldig zo, geweldig !

clickclick CLICKCLICK GRAVELGRAVEL OOOM!

Ik ... voel ... dat ... het ... komt ! Ik ... ga ... weg ... de lucht ... in ... verdwijnen !!! ...

Kijk nu al die onozele halzen staan meegenieten om ons heen ! Spaar me tenminste jullie commentaar, blaaskaken. x

BAOUM! BAOUM!

... MaarMaarMaar ... Wat wil die je nou ? Wie is ze ? En waarom staat ze tegen je op te dringen ? Bemoei je met ...! Blijf bij me ! Blijf bij me ! Rotvent ! Mis ! Daar ! Naar de maan ! Naar de kl ... ! En nu heb je mooi vloeken ! Al- xxx

Het rode circuit open! Het groene circuit open! Mauve circuit gele wit goud ... open … open … open ... !

Page 19: SF-MAGAZINE 55

lemaal dezelfden ! Dacht je soms nog klaar te komen ? Maar, ...

Badada badada bm bombomyo! kykykyky hi kykykyky hihi on om om ne pad pad me me me oum oum oum .. .. .. Stop nu ditmaal niet ! Kijk uit ! Kijk uit !

Rode circuit..groene circuit..geel..mauve..wit..goud..alles open..al-les o-pen !! maxi-versnelling !! BREAK! BREAK!!

Hij heeft het me gedaan ! Hij heeft het me gedaan ! Dank je, dank je schat ! Vergeef me dat ik aan je twijfelde. Rustig aan, kom op adem. Droog je, je bent drijfnat. En rust even, en dan we er weer op los. Traag, oersterk !! We zullen nog slechts één zijn ...

Ah ! Hé ! Ho ! Wie is die kerel ? Wie is dat daar ? Laat me mijn kampioen ! Maar je gaat me verlaten, lafaard ! En die andere daar, wat richt die uit ? Rustig aan, onozele hals ! Je zit verkeerd, idioot ! Oh, en dan, zut, weet je ...

Wel ? Je had je gratis rondje in de zak, man ! Maar kijk me dat nu eens aan ! Verrek ! Niet te geloven, hij doet al "tilt", je renpaard ! "Jack in het box", noem je dat ? Kan jij wel uitleggen, hij heeft de zenuwen van een meid, je flipper ...

Eerste publicatie in BETWEEN, 2002-2003, 4-7.1975 Vertaling: J.P. Léwy

Page 20: SF-MAGAZINE 55
Page 21: SF-MAGAZINE 55
Page 22: SF-MAGAZINE 55
Page 23: SF-MAGAZINE 55
Page 24: SF-MAGAZINE 55

meulenhoff

EEN GESCHENK VAN DE AARDE door Larry Niven Meulenhoff M=SF nr. 105, 1976, 253 blz., Fl. 10,50. Oorspr. "A Gift from Earth", Ballantine 9/68. Deze roman verscheen eerst als serial in IF (februari tot april 1968) onder de titel "SLOWBOAT CARGO". Dat er interesse bestaat voor dit werk van Niven bewijzen de talrijke herdrukken, o.a. bij Ballantine in 1971, Mc. DonaId & Co. in 1968, SF Book Club 1970 Sphere Books 1973, ... Net als Heinlein, die met zijn "Future History Series", een reeks romans opgebouwd heeft die de menselijke toekomst vanaf nu tot over enkele duizenden jaren in de galaxie omspant, wat Asimow eveneens heeft gedaan met zijn "Foundation"-trilogie, zo ook heeft Larry Ni-ven het grootste deel van zijn verhalen en romans in een dergelijk stramien ondergebracht. Twaalf jaar geleden startte hij ermee en heeft vorig jaar dit epos, dat de overkoepelende titel "Known Space Stories" draagt, beëindigd met de bundel "The long Arm of Gill Ha-milton" (verschenen bij Ballantine in februari 1976). Verder be-vat de reeks "World of Ptavvs", Ballantine 8/68 (reeds kortere versie in "Worlds of Tomorrow" van maart 1968 en in het Nederlands vertaald als "Kzanol" bij Prisma in 1970); "Protector", Ballantine

xxx

Page 25: SF-MAGAZINE 55

9/73; de Nebula-Award-winner "Ringworld", Ballantine 10/70; de ver-halen in "Neutronstar", Ballantine 4/1968 (onder dezelfde titel ver-taald bij Meulenhoff in '70); de bundel "Tales of Known Space : the Universe of L. Niven", Ballantine 8/75; en de eerste vier verhalen van de Nederlandse bundel "Sirius 4" (Meulenhoff 1975). Alle ver-halen en romans staan in een uiterst los verband en zijn dus elk afzonderlijk leesbaar. Known Space is een ruimte van ongeveer dertig lichtjaar doormeter, en het gebeuren grijpt plaats tussen de 20e en 32e eeuw. Bewonde-raars van Niven zullen zich wel de feeërieke namen van planeten als Jinx, Wunderland, Down, WeMadeIt (=Tisgelukt) en Lookitthat herin-neren. Het titelboek speelt zich af op laatstgenoemde wereld "Kijknouwes", waar enkel het 65 km hoog plateau voor mensen bewoonbaar is, de rest van de planeet bevindt zich onder een dikke laag dodelijke mist. Stuwrobotsondes, die hun benodigde energie uit het interstellaire gas putten, waren honderden jaren geleden toevallig op deze smalle strook geland en seinden dat de planeet bewoonbaar was. Pech voor de daarna komende kolonisten die niet meer terug konden. Nu, eeu-wen later, zijn er uit hun afstammelingen twee bevolkingsgroepen ontstaan : de heersende klasse, nazaten van de oorspronkelijke ruim-teschippiloten, en de verdrukte klasse waartoe de hoofdpersoon Mat-thew Keller behoort. Het leitmotiv van de roman omvat twee thema ’s. Vooreerst de orgaanbanken die aangevuld worden door de misda-digers (en deze benaming is natuurlijk subjectief erg rekbaar) van de lagere klasse terecht te stellen en die toelaat aan de leidende klasse haar versleten lichaamsdelen te vernieuwen. Vervolgens de PSI-gave van de held Mat die bemerkt dat hij onzichtbaar wordt door sterke angstgevoelens. Het "geschenk van de Aarde", bestaat uit een zending kunstorganen, die dus de sedert lang fungerende orgaanban-ken overbodig zou kunnen maken. Daarom wordt deze gift door Mat's tegenspeler Jezus Pietro Castro (sic !) verdonkeremaand. Mat treedt toe tot de rebellen en met zijn hulp wordt het heersende regime om-vergeworpen.

Spannend boek, vlot geschreven in de "Old Wave Style", met enkele goede nieuwe vondsten.

PS : de prachtige draak op de cover van Peter Jones heeft niks met de inhoud te maken. ANDRE DE RYCKE

DE HUIZEN VAN ISZM - DE VIJF GOUDEN BANDEN door Jack Vance Meulenhoff M=SF nr. 104, 1976, 244 blz., Fl. 10,50/175 BF. Oorspronk. "The Houses of Iszm", ACE-Books, 1964 & "The Five Gold Bands", ACE-Books, 1962.

Page 26: SF-MAGAZINE 55

weer een dubbeldeel en nog eens een Vance, reeds de 17e op 104 SF-boeken (heeft deze auteur misschien aandelen bij Meulenhoff ???). xx Vance is een sappige verteller met een kleurrijke taal. Hij heeft aan de Space-Opera zoals we die kennen van de klassieke essefauteurs als Campbell, E.E. Smith, Williamson, ... een nieuwe dimensie ge-geven. De teneerdrukkende technologie, de beangstigende reusach-tige ruimteschepen hebben bij Vance in het algemeen plaatsgemaakt voor een lichtere meer menselijke sfeer. Het eerste deel "DE HUIZEN VAN ISZM" is een vlotte korte roman uit de vroegere periode van Vance die reeds in 1954 in Startling Sto-ries verscheen. Het gaat over een aardse plantkundige die de pla-neet Iszm bezoekt. Dit zou niets bijzonders zijn ware het niet dat Iszm de enige planeet is in het gekende heelal waarvan de bewoners zich toegelegd hebben op het exporteren van huizen. Deze huizen worden gekweekt uit bomen waarvan de peulvruchten kamers met inclu-sief comfort vormen. Enkel mannelijke zaden worden uitgevoerd. Im mers, indien een vrouwelijke kiemplant of zaad de planeet zou ver-laten dan zou het gedaan zijn met het lukratieve monopolie van Iszm. De bewakingsdienst voor controle van binnenkomende en buitengaande toeristen is dan ook uiterst streng. Onze bioloog Aile Farr wordt zoals te verwachten aan een extra behandeling onderworpen, op het randje af onhoffelijk. De auteur heeft hier met zijn huisbomen een uitstekend ontwikkeld nieuw SF-thema naar voren gebracht. Aan de tweede roman "DE VIJF GOUDEN BANDEN" ligt een analoog on-derwerp ten grondslag, namelijk het ontfutselen (om het woord " diefstal" niet te gebruiken, daarvoor zijn de hoofdpersonen immers te sympatiek !) van iets dat het monopolie uitmaakt van een pla-neet of een ras. Hier betreft het de ruimtestuwer wiens geheim se-dert ettelijke generaties beheerd wordt door de "Vijf zonen van Langtry", heersers over evenveel planeten. Het zijn verschillend gemuteerde afstammelingen van de aarde, die elkaar helemaal niet vertrouwen. Om het geheim tussen hen veilig te stellen is dit als een puzzle verborgen in vijf gouden banden waarvan elke zoon er één draagt. Een terraan kan nu deze vijf banden bemachtigen waarop na-tuurlijk een meedogenloze achtervolging wordt ingezet. Dit alles gebeurt in een soort ruimte-wild-west-stijl die ons aan Harrison's "Stainless Steel Rat" doet denken. Spannende ontspanning !

ANDRE DE RIJCKE DE TROTSE ROBOT en andere SF-verhalen door Henry Kuttner Meulenhoff M=SF nr. 103, 1976, 345 blz., Fl. 11,50. Henry Kuttner is de in 1958 overleden echtgenoot van de op SF-ge-bied evenzeer bekende Catherine L. Moore (je weet wel, haar "Sham xx

Page 27: SF-MAGAZINE 55

bleau" van 1933 !). Een imposante reeks verhalen ontsproot aan hun beider pen; meestal weet men niet aan wiens pen, waarbij een was-lijst pseudoniemen (o.a. Lewis Padget, Lawrence O' Donnel, Keith Hammond ...) het raden nog moeilijker maakt. In de hier gebundelde twaalf verhalen, wordt een gevarieerd overzicht gegeven van hun inventieve collaboratie tussen 1941 en 1955. Door praktisch alle verhalen loopt een zelfde zachtmoedige humoristische draad die spe-cifiek is voor het talent van dit schrijversduo. Zeker is dat het titelverhaal (THE PROUD ROBOT, 1943) en "THE WORLD IS MINE", 1943, die beiden deel uitmaken van een reeks van vijf gek-ke robotverhalen, die in 1952 gebundeld werden als "ROBOTS HAVE NO TAILS", van de hand zijn van Kuttner zelf. Het gaat hier steeds over Gallegher, de steeds dronken Charlie Chaplin van de wetenschap die enkel uitvindingen kan doen op zijn boerenfluitjes als hij ape-zat is en die zich daarna niet meer kan herinneren waartoe bewuste uitvinding zou moeten dienen. Er zijn ook enkele puike tijdverha-len met "LINE TO TOMORROW", 1945; "MIMSY WERE THE BOROGOVES", 1943; en "WHEN THE BOUGH BREAKS", 1941; de laatste twee handelend over speelgoed uit de toekomst en waarbij het laatste verhaal de eerste telg van het menselijke superras introduceert. "A WILD SURMISE", 1953, is een subliem verhaal over een wezen dat zijn onderbewust-zijn als mens en in werkelijkheid (of omgekeerd ?) als insectoïde alien leeft. Als je in de toekomst een moord zou plegen mag je er zeker van zijn een permanente robot achter je hielen te krijgen zo-als in "TWO-HANDED ENGINE", 1955. Stippen we verder nog aan "MAS-QUERADE", een satirisch vampierverhaal; "THE IRON STANDARD, 1943, waarin het almachtige Venusiaanse syndikaat voor schut wordt gezet het klassieke "THE TWONKY", 1942, over een diktatoriale robotradio en "DON'T LOOK NOW", 1948, over een Martiaanse kolonisatie. Vol-gens mijn bescheiden mening is het laatste verhaal "THE VOICE OF THE LOBSTER", 1950, tevens het minst goede, een banale kolder-spa-ce-opera.

Het plezierig ongerijmde van de meeste dezer vertellingen doet soms aan Sheckley denken.

ANDRE DE RIJCKE

DURDANE door Jack Vance Meulenhoff M=SF nr. 100, 1976, 483 blz., Fl. 19,50 of 320 BF. Dit honderdste nummer van zijn SF - reeks heeft de uitgever willen sieren met een biezondere vertaling, en zijn keuze is terecht ge-vallen op deze magistrale trilogie van meesterverteller Jack Vance. x Dit boek schept een gans andere sfeer dan de doorsnee romans van deze auteur. De bijna 500 blz. tellende, met klein lettertype ge-drukte, tekst laat toe de details minutieuzer uit te werken en de xx

Page 28: SF-MAGAZINE 55

personages levensechter af te schilderen. Vance is een specialist in het logisch voorstellen van werelden die ànders zijn, die de le-zer als écht zal aanvaarden door de tijdens het verhaal terloops aangehaalde minieme opmerkingen die te pas en te onpas het stramien stofferen. Dit komt hier nog méér tot uiting door de vijf bladzij-den aantekeningen achteraan het boek met uitleg over typische Dur-daanse terminilogie. Oorspronkelijk verscheen deze Durdane-cyclus tussen februari' 71 en juni '73 in "The Magazine of Fantasy & Science Fiction" (enigszins verkort), en als drie opeenvolgende romans bij Dell Books : "The Anome" (1973), "The Brave Free Men" (1973) en "The Asutra" (1974). xx De mooie planeet Durdane, die rond een drie-zonnen-stelsel wentelt, werd ongeveer 9000 jaar geleden door exentrieke terranen gekoloni-seerd. Sindsdien heeft de aarde zich van Durdane praktisch niets meer aangetrokken, enkel het Historisch Instituut houdt nog onge-merkt een oogje in 't zeil. Vooral in het eerste deel is de milieu-tekening prachtig uitgewerkt en is de op schrik gestoelde politie-ke orde die in Shant heerst - het met zijn zestig zeer verschillen-de kantons meest geciviliseerde continent op Durdane - zeer aannemel-ijk. En ieder kanton kent zijn eigen wetten en gebruiken waaraan streng de hand wordt gehouden door één persoon, de onbekende Anome of Man Zonder Gezicht. Deze heeft de macht van op afstand de met explosieven gevulde halsband, die elkeen van af zijn jeugd moet-dragen, te doen ontploffen als hij de wetten overtreedt (zou Vance hier soms een beetje plagiaat plegen op "The Reefs of Space" - "De Ruimteriffen", M=SF nr. 53 - van Pohl & Williamson, boek waarin Ste-ve Rijeland eveneens een dynamietlading, die elk ogenblik kan ont-ploffen, rond zijn hals krijgt ?) Mur, de "Zuivere Knaap", wordt opgeleid tegen zijn zin tot Chiliet, een fantieke sekte vrouwenhaters; hij weet te ontvluchten en wordt - rondreizend musicus onder de naam Gastel Etzwane. Hij is de enige die tracht de Anome te overtuigen van het grote gevaar dat Chant bedreigt onder de vorm van de horden Roguskhoï, geheimzinnige ben-den halfmensen, van wie men niet weet waar ze vandaan komen, rode duivels die de mannen van Chant doden en al hun vrouwen verkrach-ten. Etzwane wordt Anome, verdrijft de Roguskhoi door een leger van vrije mannen, zonder halsband. In het derde deel tracht hij achter het geheim te komen van de Asutra, spinachtige wezens uit de ruimte die ons doen terugdenken aan de "Puppetmasters" van Hein-lein : immers, ze leven ook in symbiose met hun menselijke of bui-tenaardse gastheren, ze worden eveneens op de rug gedragen en zijn even geheimzinnig. Ook de oorsprong der Roguskhoi krijgt hier een uitleg.

Minder goed komen de laatste tien bladzijden aan waar ons de op-lossing geserveerd wordt door Vance op een manler dle erg veel op een "Deus ex Machina" lijkt, net of de auteur er zelf snel een ein- xxxx

Page 29: SF-MAGAZINE 55

de aan wou maken. Dit korte overzicht is géén samenvatting. Een goede samenvatting geven is hier uiteraard onmogelijk; daarvoor zijn er in dit boek te veel exotische namen, kleurrijke schilderingen van toestanden en landschappen zoals het kontraktstelsel voor werk-verschaffing, de kaste der ballonvaarders die het vervoer op lange afstand verzekert, de kleurrijke kristalhoofdstad Garwiy, de eigen-aardige kultuur van de buitenaardse Ka, ... U zult dus zelf deze trilogie moeten lezen ! Frisse avonturenroman van hoog peil. ANDRE DE RYCKE

bruna HET TOEKOMEND JAAR 3000 Samenstelling Manuel van Loggem Bruna SF, nr. 49, 192 blz. Verhalen van Belcampo, Polet, Claus, Mulisch, Raes, van Loggem, e.a. xx Zeventien "zijsprongen" van "literaire" auteurs. Ach, ziedaar het grote woord gevallen, roepen wij, met geveinsde verontwaardiging, die echter snel mildert bij het voorwoord van de samensteller.

Wel, hoe doen onze literaire reuzen het dan ? *

Matig, als je 't mij vraagt, wat ik natuurlijk onmiddellijk hoef - te verantwoorden, om me niet door alle partijen en zuilen te doen verstoten.

Wel ja, SF is hier nauwelijks bij, en dit is geen kwalitatieve kri-tiek, geloof me, maar een veel dieper gaand bezwaar, in die zin al-thans dat SF voor mij een meer rationeel genre is en deze mensen, in wat hier SF wordt genoemd, nauwelijks ergens aan het rationele raken.

Wat deze fantastiek (fantasisme, zegt men ergens; een drukfout hoop ik, of hoe kom je aan dat akelig woord, Manuel ?), naar mijn smaak, vaak schort is dat ze zo huis-tuin-en-keuken-achtig aanvoelt.

En wat ik daar nu weer mee bedoel is dat zij zo vaak steunt op die eenvoudige formule die erin bestaat een erg dagelijkse sfeer enigs-zins te vervreemden (wat de lezer doet besluiten dat hij blij is dat we nog niet zover zijn, en dat ie het toch maar goed heeft zo, niet ?), of nog, op de haast even gekende formule, die we zouden kunnen omschrijven als "Ben ik nou Napoleon, of bennen jullie het allemaal ?".

Page 30: SF-MAGAZINE 55

Geen onirisme hier, en geen satire, geen erotiek en geen rationele toekomstvisies, antipoden van Borgès en Kafka op laag water. Ver-vreemding zonder veel diepgang, en nagenoeg zonder speculatieve waarde. Irrationaliteit om het irrationele, en vaak zonder meer, in doorgaans door en door bekende situaties, zoals je die bij hoeveel-heden aantreft in elke verhalenwedstrijd. Wie zei ook weer dat de Vlaamse ziel fantastisch is ? Hij verdiene hier mee op het cover te liggen herkauwen.

En, eerlijk gezegd ben ik hierbij erg onrechtvaardig. Het is niet omdat men deze verhalen voor SF wil doen doorgaan, dat zij, in hun genre, vaak niet erg leuk zouden zijn. Blijstra's "Planetarium" bv. of Dendermonde's "Museum", Polet's kattengeschiedenis en Ro-denko's "Antichambreren", of nog Hugo Claus' "Verjaardagscadeau" lezen erg vlot en zijn bepaald niet onaardig. Manuel van Loggem's verhaal lijkt me daarentegen iets zwakker, terwijl Raes en Wolkers bv. me niets bevielen. Als geheel echter, in het fantastische genre, een merkwaardig staal-kaart van wat hier ten lande wordt geboden.

Door literaire auteurs dan, zeggen we, met enige ironie. Waarbij wij maar weer uitkijken naar een SF-bundel, die eens door niet-literaire SF-schrijvers zou worden volgeschreven. Namen zal ik uiteraard niet noemen. ROBERT SMETS * Diegenen, die hier een subtiele allusie zien op de titel van Hu- go Raes' verhaal, winnen één reis naar de kust, met gratis de monstraties. DE ONMOGELIJKE PLANEET door Philip K. Dick Bruna SF, nr. 40, 1976 Negen verhalen van de vijftiger jaren, waaronder zes uit de bundel "Preserving Machine" (Roog, Pay for the Printer, War Veteran, Beyond lies the wub, The Crawlers en Captive Market, want oorspronkelijke titels en data konden er weer niet af), plus "Impossible World", "Imposter" en "Colony". Het titelverhaal en "Kolonie" openen en sluiten resp. de bundel, en vormen er tevens de uitschieters van. Althans naar mijn smaak. Typische Dick-verhalen : vakkundig in elkaar gezet, boeiend tot de laatste zin, ergens hard en / of pessimistisch, maar ook weer niet vrij van enige humor, af en toe. Een hardheid die lijkt voort te vloeien uit een gevoel van machte-loosheid t.o.v. zekere exemplaren van het politiek-financieel-mi-litair complex, waartegen de auteur zich later scherper en scherper zou afzetten.

Page 31: SF-MAGAZINE 55

Vakwerk van hoog niveau van de periode voor de "new-wave" en in die optiek zeker te lezen door wie van klassieke SF houdt. Een aanmerking nochtans voor diegenen die graag theoriseren : men rekende een aantal SF-auteurs in die jaren ten gunste dat zij "te-gen de bom" schreven, d.w.z. tegen de gevaren van nucleaire oorlogs-voering. Vergelijk toch even hoe zelfs bij Dick, toen reeds, die door-kernoorlog-verwoeste-aarde tot een soort cliché is geworden, of tot een haast conformistische achtergrond. Paradoxaal genre, essef.

Zei ik overigens reeds dat Bruna nu wel definitief lijkt te hebben gebroken met die reeks sombere bruine covers. ROBERT SMETS

prisma

IERSE ROOS

door Patrick Wyatt Prisma nr. 1739, 1975. "Patrick Wyatt" is een nieuwkomer, en achter deze naam verschuilt zich een schrijver (schrijfster ?) van kinderboeken. Recent werk, dus een pluim voor Prisma, én voor de vertaalster. De inhoud echter : er leven tientallen maniërismen in essef, en één hiervan bestaat erin een ons bekende toestand overhoop te schoppen, om hem dan door je held(in) te laten herstellen. Eenvoudiger kan het eigenlijk niet. Hier gaat het om de gelijkberechtiging van de vrouw : door het gebruik van anticonceptionerende middelen gaat een en ander verkeerd, en komt onze wereld opnieuw in de middeleeuwen terecht : feodale staten, waarin de vrouw, die van dit alles de schuld krijgt, tot fokdier is verlaagd. Uitzondering vormt Ierland (waar de pil altijd verboden bleef), en waar nu de mooiste (want blankste en blondste) meisjes wonen, die uiteraard fel in trek zijn. Beetje intrige (de heldin leert toevallig lezen ...), nogal wat ac-tie, een aantal aangepaste neologismen, en je hebt SF à la Vance. xx Je kan hier smalend over praten, tegenstrijdigheden releveren (de slavernij van de vrouw, door de pil ...?), of je kan een en ander fris geschreven vinden, met poëtische ondertonen, en zelfs naar de "échte levenswaarden" refereren, al naargelang je stemming. Per-soonlijk had ik nog niet zolang "Female Man" gelezen, dus hoef ik hier niet verder op in te gaan. L'important, c'est autre chose, zoals Bécaud pleegt te zingen.

ROBERT SMETS

Page 32: SF-MAGAZINE 55

SF-VERHALEN

Prisma-SF, nr. 1751, vertaling: C. Buddingh. Een der eerste bundels SF - verhalen die me ooit in de hand vielen (deze bundel verscheen eerder als nr. 633 in 1961), en, bij herle-zen, toch nog steeds een der beste. Het betreft een reeks verhalen uit de vijftiger-jaren, waaronder Heinlein's "LONG WATCH", Bradbu-ry's "HIGHWAY" én "KALEIDOSCOPE", Asimov's "IMMORTAL BARD", Brown 's "THE WEAPON", Dick's "FOSTER, YOU'RE DEAD", en vele anderen van Godwin, Wyndham, Merill, Wilson, Kuttner ("OR ELSE"), Kornbluth, Clarke, enz.

Stuk voor stuk verhalen, die minstens drie sterren verdienen, en een overzicht geven van de thema's waarover de "golden age" zich boog, én waarin deze uitblonk. Ik kan hierover erg kort zijn : in-dien u één SF-bundel op uw boekenrek wil, is het ongetwijfeld deze.

Waarborg van ondergetekende.

ROBERT SMETS HET LICHTJARENFEEST door Brian Aldiss Oorspr. "Billion Year Spree", 1973 Spectrum, 320 BF. Voor enkele jaren was theoretisch werk over SF relatief schaars : Amis, Moskowitz, Wollheim, en je had zowat alles genoemd. Daaren-tegen bevinden we ons momenteel werkelijk in een stroomversnelling, niet enkel op academisch, maar ook in populaire edities, waarbij niet alleen "SF" ter sprake komt, maar ook zijn geschiedenis, SF-illustraties, SF-films en zo meer. Ook in het Nederlands wordt de trend gevolgd : Lundwall bij Meulen hoff, Wollheim bij Kludde, Rottensteiners controversiële "SF-boek" bij Landshoff en nu Aldiss' merkwaardige "Miljard jaren leut", dat ondanks zijn vreemde titel, m.i. een der beste boeken uitmaakt in de reeks.

Niet enkel is hier een auteur aan het woord, die het genre en de collega's kent en hierover boeiend kan vertellen, bovendien is Brian een der zeldzamen die boven het anecdotische uitstijgt, méér doet dan enkel maar magazines en/of voorspellingen van schrijvers reper-toriëren, en verder ook de lezer niet met zijn encyclopedische ken-nis zoekt te overbluffen, wat wel eens voorvalt bij andere "kenners" die zo nodig hun visie kwijt motten.

Zijn geschiedenis draagt weliswaar een angelsaksisch karakter, maar naar mijn gevoel staat Aldiss hier dicht bij de waarheid, vooral waar hij de "origin of species" in de nabijheid van Mary Shelley zoekt; merkwaardig is ook dat hij de interrelaties in het licht stelt tussen "époque" en literatuur, wat door andere, vaak "fan-nishe" theoretici doorgaans wordt ge-ignoreerd.

Page 33: SF-MAGAZINE 55

Ondanks zijn prijs (vergelijk de 75 np., van Corgi' s "SF-collectors library"), aanbevolen voor wie een beter inzicht in het genre zoekt te verwerven. ROBERT SMETS

DE WERELDEN VAN THEODORE STURGEON

Fontein SF, 1975, 158 blz., 165,BF, omslag door Karel Thole. De Fontein-reeks is momenteel wel één der beste op de markt wat pre-sentatie, omslagkeuze, kwaliteiten van papier en druk betreft. Jam-mer genoeg is ze wel tamelijk prijzig in vergelijking met de andere uitgevers. Dit boek brengt een van Thole's mooiste macaber/symboli-sche werkjes als omslag, en volkomen aangepast ditmaal aan de inhoud van de verhalen. Het betreft 5 novelles (2 kortverhalen, 3 kortro-mans) geselecteerd uit de Amerikaanse "Worlds of Theodore Sturgeon" uitgegeven door Ace in 1972, tenminste 4 toch, het vijfde komt uit "Sturgeon's alive and well". De twee korte verhalen behoren beide tot het psycho-horror genre, op meesterlijk sobere manier verhaald waardoor Sturgeon zowel oversentimentaliteit als rauwe gruwel ver-mijdt, en toch in beide gevallen een doordringend en sterk verhaal weet af te leveren. "De volmaakte gastheer" handelt over een psy-chische parasiet of symbioot en vermengt horror met een SF-thema-tiek. De hoofdbrokken zijn echter "Die andere man", een sterke psy-cho-analytische studie van een alternatief ego in het onderbewust-zijn, en "Volwassenheid", het ontstaan van een superman en zijn speurtocht naar iets om zin te geven aan zijn leven. Absoluut aan-bevolen. EDDY C. BERTIN

DE RATTEN

Door James Herbert Luitingh, 1976, 184 blz., 280 BF. Oorspr. "The Rats", vertaling : L. Koopman-Thomas, omslag overgeno-men van de Britse originele uitgave door N.E.L.

Page 34: SF-MAGAZINE 55

En nog een ecologische roman, maar dan een die veel sterker over-slaat op goedkope sensatiezucht en gruwel. Ditmaal gaat het over een mutatie van de zwarte rat die in Londen opduikt, een ratten-soort die de grootte van een hond bereikt, die gedeeltelijk blijken van intelligentie vertoont, en wiens beet een dodelijk virus ver-spreidt, en die in groepsverband regelrechte militaire uitroeiings-akties onderneemt tegen de mensen. De roman leest zeer vlot en ver-veelt geen moment; daar laat hij de lezer de tijd niet toe. De aan-vankelijk uitgebreide hoofdstukken waarin personages uitgediept worden ontpoppen zich maar al te vlug als moedwillige bladvulling, gezien deze personages slechts geschapen worden om als rattenvoer dienst te doen op het einde van het hoofdstuk, en daarna vallen we gewoon van de ene gruwelijke slachtpartij in de andere, waarin trei-nen, stations, scholen en bioscoopzalen aangevallen worden en uit-gemoord door de ratten. Wie reeds rilt als hij een rioolrat ziet, leest het boek maar beter niet, maar de gestaalde griezelliefhebber zal er best zijn gading in vinden. Diepere ondergronden zijn niet te zoeken, en de macabere-slot-ontknoping wordt helaas niet verder verklaard, maar beslist goed voor enkele lugubere uurtjes leesge- not. Dit ondanks de hoge prijs voor 184 bladzijden. EDDY C. BERTIN DE NIEUWE UFO-GOLF

door J.C. Bourret en J. Weverbergh Le Manteau "Info", ISBN 90 223 0488 4. Dit boek valt in twee delen uiteen. In het eerste gedeelte be-spreekt Julien Weverbergh "Nieuwe tendensen in de Ufologie", waar- in vooral wordt ingegaan op de geloofwaardigheid van en de reactie op verschillende UFO-rapporten en studies. Deel twee omvat dan de vertaling van het OVNI-dossier van France-Inter, dat de oorspron-kelijke titel "La nouvelle vague des soucoupes volantes" draagt en een vijftiental artikels bundelt van UFO-specialisten uit verschei-dene landen : Robert Gally, Pierre Guèrin, Claude Poher, e.a. Het boek wordt dan afgerond met een aantal tabellen die hoofdzake-lijk betrekking hebben op Belgische waarnemingen en op plaatselijke initiatieven in UFO-studie.

Een kluif voor de gelovigen, neem ik aan. Persoonlijk kan ik niet zeggen dat de lektuur van dit boek me méér of minder gelovig heeft gemaakt. Een aanmerking welke ik wel voor mezelf maakte betreft de beperkte credibiliteit van waarnemingen, beweringen en pers-arti-kelen, waar de UFO-logen zelf vlot voor uit komen; dit werpt ech- ter m.i. een twijfel over het geheel van deze branche, wat uiteraard de geloofwaardigheid van vooropgestelde hypothesen niet komt ver-hogen. ROBERT SMETS

Page 35: SF-MAGAZINE 55

DE MISTRAL

door Felix Thijssen Fontein SF, 1975, 158 blz., 165 BF, omslag door Karel Thole. Na de meer op jongeren en liefhebbers van zuivere space-opera ge-richte Mark Stevens-cyclus, eindelijk een écht moderne SF-roman van Thijssen, die zich hoofdzakelijk alternatief op het introspectieve "inner-space"-vlak afspeelt en in de realiteit. Een bescheiden en psychisch onderdrukt man probeert uit zijn eigen geestelijk gevang te raken, doodt zijn dominerende broeder en ontvlucht de politie. xx Tijdens die vlucht belandt hij in een hem totaal vreemd en onwezen-lijk milieu, waarin hij meer en meer verwikkeld wordt in een experi-ment dat door een onaardse intelligentie uitgevoerd wordt op aard-mensen. Afwisselend met Luc's steeds sinisterdere avonturen die hem uiteindelijk tot de ontrafeling van het mysterie voeren, krijgen we fragmenten van hetgeen in onze werkelijkheid gebeurt door psycholo-gische uitdiepingen van de nevenfiguren die aan de basis liggen van de rebellie van de hoofdpersoon. Boeiend geschreven op een niet zo nieuw thema dat echter voldoende inventief uitgewerkt is en dat vol-doende nieuwe elementen bevat om ons toch weer te verrassen. Aan-bevolen. EDDY C. BERTIN DR. WHO & DE DALEKS door David Whitaker DR. WHO & DE ZARBI'S door Bill Strutton DR. WHO & DE INVASIE VAN DE AUTONEN door Terrance Dicks DR. WHO & DE KRUISVAARDERS door David Whitaker

De Gooise Uitgeverij - Bussum, 150 à 170 blz., Fl. 3,95/66 BF.

De vier eerste deeltjes in een reeks jeugdverhalen, die aansluiten bij de door de Nederlandse TROS van de BBC overgenomen TV-serie, die telkens met een week tussenpauze in vier delen uitgezonden ver-halen bracht. Wat bij deze reeks opvalt is m.i. dat zij (op haar niveau, wel te verstaan, d.w.z. in het avontuurlijke genre, voor een jonger pu-bliek) over het algemeen meer verzorgd voorkomt dan andere reeksen. Minder dom dan de "Apenplaneet" en dergelijke, en subtieler dan de doorsnee "Startrek"-episode. Hoewel de verhalen doorgaans stereo-tiep zijn en ook de personages weinig verrassingen inhouden, heeft "Dr. WHO" één opvallende verdienste, en wel de vaak merkwaardige vormgeving, met uitzonderlijke trucages, werkelijk "andere" aliens en zo meer, wat maakt dat zij zelfs erg geblaseerde SF-lezers on-der haar toeschouwers mag rekenen.

Feit is evenwel dat hiervan in boekvorm, of in transcriptie, weinig overblijft, wat je natuurlijk de schrijver niet kan verwijten, maar ja ...

ROBERT SMETS

Page 36: SF-MAGAZINE 55

EEN SCHADUW VAN GISTEREN

door R.E.C. Willemyns Walter Soethoudt, 1975, 145 blz., 175 BF.

Met dit boek behaalde de 39-jarige leraar Roland Willemyns van Gent-Brugge de Letterkundige Prijs van de Stad Gent in 1975. Het is een typische ecologisch-sociale SF-roman over de pollutie van de Rijn, en het onstaan van een gemuteerde schimmel, die metalen vernietigt en tenslotte ook voor levende wezens dodelijk blijkt. De aktie in het boek is volledig ondergeschikt aan de personages en de manier waarop elk afzonderlijk reageert op deze universele bedreiging. xx Zeer modern en vlot geschreven, en beslist een lovenswaardige twee-de roman van deze auteur (de eerste is nog niet verschenen); jammer genoeg blijft het een volkomen negativerend werk dat eindigt in ho-peloosheid en verslagenheid ... misschien wel terecht.

EDDY C. BERTIN

100 LECHEROUS LIMERICKS door Isaac Asimov Fawcett Crest, nr. X2841, $ 1.75, 88 BF. Geen SF, maar dit is natuurlijk geen reden om niet even de aandacht te vestigen op deze "Zijsprong" van de goede dokter A", in casu, honderd "wellustige" limericks, voorzien van de nodige commentaar omtrent hun ontstaan, bepaalde problemen bij de woordkeuze, enz. xx Het schrijven van limericks is een hele kunst, of beter een heel aparte techniek, waarbij het begrip "dubbele bodem" heel belangrijk is : een en ander wordt uiteengezet in een keurige inleiding, die met voorbeelden werd gestoffeerd.

Zo "gewaagd" is een en ander zeker niet, en, om rechtuit te spreken, vond ik persoonlijk de humor wel eens aan de geforceerde kant, maar globaal gezien is het idee wel leuk. En ook de cover, die deze uitgave siert, is erg aantrekkelijk. Voor de liefhebbers dus.

ROBERT SMETS

Page 37: SF-MAGAZINE 55

THE NEXT TEN THOUSAND YEARS door Adrian Berry Mentor Books 451-MJI408, $ 1,95 (OOk Corgi, GB). "A vision of man's future in the universe", de ondertitel, geeft beter Berry's opzet weer dan de titel zelf, die als eerste bedoe-ling heeft duidelijk te stellen dat de auteur bij zijn vulgarise-rende prognose van een aantal planetaire en ruimtelijke projecten voorbij wil kijken aan mogelijke incidenten, die een en ander naar hij zegt, slechts kunnen vertragen. Bedoeld zijn nucleaire oorlog (en), overbevolking, ondervoeding, enzomeer. In zijn twee inleidende hoofdstukken stelt hij inderdaad een zgn. "optimistische" visie tegenover rapporten als deze van de club van Rome, die hij technische vergissingen verwijt, terwijl hij zijn ge-loof belijdt in een technologische en liberale ontwikkeling, die hij tot Francis Bacon laat teruggaan, en die hij scherp stelt te-genover afwijkende opinies als deze van Plato, Seneca, Mao Tse Tung, enz. Wel, daar waar de auteur zich aan zijn hoofdopzet houdt, nl. "uni-verse", weet hij een aantal boeiende zaken te vertellen, en voor-zover het dit gedeelte van het boek aangaat, d.w.z. het zuiver tech-nische, loont het ook wel de moeite een en ander door te nemen. Daarentegen staan zijn theorie en zijn filosofie erg zwak : andere ontwikkelingsschema's worden weggepraat, sociale en economische pro-blemen komen niet aan bod, "incidenten" als oorlog en hongersnood worden met enige statistieken weggewerkt; daarentegen vervalt hij even vlot in methodologische fouten als de mensen die hij tegen-spreekt : waarom bv. de vernielingskracht van nucleaire wapens niet extrapoleren ?

Interessant, maar voorzichtis te hanteren ! ROBERT SMETS

THOSE GENTLE VOICES door George Alec Effinger Warner SF, nr. 0-446-86113-8, $ 1,25 - 63 BF. Effinger verwierf in onze gewesten tot hiertoe een beperkte bekend-heid met verhalen in diverse bundels (o.m. in "Orbit") waarbij b. v. het verrukkelijke "Two Sadnesses" (in "Bad Moon Rising"). Kort na elkaar volgen nu een roman (met Gardner Dozois) bij Berkley, de-ze roman bij Warner en de bundel "Mixed Feelings". Laatstgenoemde verzuchting is nu wel bijzonder toepasselijk op de-ze "Gentle Voices", waar we moeilijk erg enthousiast kunnen over doen : inderdaad klinkt dit verhaal van de eerste ontdekking van xxx

Page 38: SF-MAGAZINE 55

intelligent leven in de ruimte door een groep radio-astronomen erg bekend, terwijl de uitwerking (op het enigszins "andere" slot na) erg conventioneel aandoet en onwaarschijnlijkheden legio zijn. Een en ander herinnert enigszins aan de vroegste Spinrad. Enkele za-ken dragen er dan nog toe bij de lezer ietwat te irriteren : zo is bv. het idee het verklarende (en chronologische) eerste hoofdstuk achteraan te schikken misschien wel origineel, maar wanneer je in een boekhandel een pocket ter hand neemt en op de 1e pagina "Part Two" leest, ga je niet achterin kijken, maar elders op het rek ! (Persoonlijk kocht ik het boek pas de derde maal ik het ter hand nam !). Ach, en wanneer je dan bv. nog 50 blz. moet doorworstelen om te " ontdekken" wat de cover je al die eerste keer onthulde ... Niets nieuws, maar ja ... ROBERT SMETS REAL-TIME WORLD

door Christopher Priest New English Library (NEL), nr. 24326, 50 np.

Chris Priest heeft enkele merkwaardige romans op zijn actief, als "Fugue for a darkening island" en "The Inverted World" (resp. 1972 en 1974), maar publiceerde ook heel wat kortverhalen in Britse tijd-schriften, van "Impulse" tot "New Writings" en "SF-Monthly" tot het onvermijdelijke "New Worlds" van Mike Moorcock. Hier dan een selectie van tien verhalen, die vooral dateren van de jaren 1970 tot 1974, met als inzet het reeds gekende "The Head and the Hand" (de zelfverminker, weet je wel ? N.W.Q. 3). Priest behoort tot de latere "new-wave", wat inhoudt dat wij hier een heel eind afstaan van de meer klassieke essef, maar dat ook het experiment van Ballard of Langdon Jones (om in het U. K. te blijven) reeds achter de rug ligt : niet zo eenvoudig, literair merkwaardig, maar alleszins leesbaar werk, waarin de thematiek van de outer spa-ce verschoven werd naar sociologie en psychologie, en de auteur onderwerpen aansnijdt als beslotenheid en communieatieproblemen, de verhouding verbeelding-werkelijkheid e.d. In die zin kan men stel-len dat Priest ergens een "nieuw evenwicht" heeft gevonden, na be-paald woelige jaren. Uiteraard staan niet alle verhalen op hetzelfde niveau; enkele nei-gen zelfs naar het magazinepeil, maar daartegenover staan dan be-paald interessante zaken als "Real-Time-World", het titelverhaal, of sterke toekomstvisies als het reeds genoemde "The Head and the Hand" of "A Woman Naked". Te lezen niet enkel om de evolutie van de SF te volgen, ook en vooral omdat hier een opmerkelijk auteur-aan het werk is. ROBERT SMETS

Page 39: SF-MAGAZINE 55

THE FEMALE MAN door Joanna Russ Bantam Books, nr. Q 8765, $ 1,25. Het derde boek van deze auteur, waarvan enkel "Picnic on Paradise" (1968) in het Nederlands werd vertaald. "THE FEMALE MAN" dateert van 1975 en inmiddels ging de schrijfster, zoals de titel enigszins laat vermoeden, eerder op de feministische toer. Dit (niet zo eenvoudig, maar bijzonder intelligent geschreven) boek, dat nauwelijks een roman te noemen is, speelt zich in feite op drie niveau's af, met eenzelfde personage, dat hier beurtelings Joanna (zelf ?) is, Jeannine en Janet. Eerstgenoemde een hedendaagse Ame-rikaanse vrouw, de tweede een vrouw in een parallelle en iets la-tere wereld, laatstgenoemde een gezante van een uitsluitend vrouwe-lijke planeet (?) "Whileaway", die in beide voorgaande werelden doordringt, plus in enkele andere, waar zij krijgshaftig huis houdt onder de mannelijke bevolking. Drie afspiegelingen van eenzelfde persoonlijkheid, of van de dag-dromen van Joanna : een hele gamma interpretaties ligt hier open, van vrouwelijke "inner space" tot de "war of sexes", terwijl tien-tallen uiterst beweeglijk geschreven hoofdstukjes in alle richtingen uitwaaieren. Zeker geen gemakkelijk werk (waarom zou het ?), dat bovendien door de moeilijk te vinden lijn en het doorelkaarlopen van de drie ni-veau's niet leesbaarder wordt. Zwakheden als de voor een bredere lezerskring weinig bevattelijke vormgeving, of de quasi afwezigheid van de "mulier economica" staan tegenover werkelijk briljante pas-sages en flitsen van inzicht, die bij een eerste lektuur de indruk wekken dat we hier tegenover een van de werkelijk grote SF-teksten staan van de laatste jaren. Even afwachten echter. Even herlezen, vooral ! ROBERT SMETS

NEW WRITINGS IN SF 26 Editor Ken Bulmer Corgi SF 0552 10232 6, 191 blz., 60 p. Met Brian Aldiss ( "Three coins in Enigmatic Fountains" ), Chris Priest ("Men of good value") en Ian Watson ("To the pulp room with Jane"), biedt deze SF 26 een mooie en aantrekkelijke affiche. Al-diss' verhaal ligt in de lijn van zijn recenste fantasy-werk, waarin hij uiterst poëtische beelden naast elkaar zit, in een irratio-neel kader. Mooi, voor wie hiervan houdt. Priest Chris daarente-gen brengt een (te) hedendaagse geschiedenis, die hij naar ik ver-moed zelf beleefde, en waarin wordt aangetoond hoe TV-mensen zelfs de eenvoudigste reportage een politieke tint kunnen geven.

Page 40: SF-MAGAZINE 55

Van de andere verhalen in deze bundel kan men enkel zeggen dat zij (min of meer) gekende gegevens hernemen, hoewel deze - literair - vaak erg knap werden uitgewerkt. Behoorlijk vakwerk, waarvan men weinig zal onthouden. Een uitzondering wellicht voor Laurence Ja-mes "You get lots of Yesterdays, lots of tomorrows, and only one today", het verhaal van een mooie dag in een blijkbaar somere toe-komst. ROBERT SMETS

THE FUTUROLOGICAL CONGRESS door Stanislaw Lem Avon 28720, ISBN 0-380-00584-0, 142 blz., $ 1,25.

"Uit de memoires van Ion Tichy : het futurologische congres" is één verhaal uit Lem's bundel "Bezsennosc" (Slapeloosheid), van 1971, dat hier apart in boekvorm werd hernomen. Ljon (Ion) Tichy is een personage dat voor zijn auteur reeds heel wat ideologische, futuristische en utopische watertjes heeft door-zwommen, van de meest uiteenlopende strekkingen, en dit soms met een verrassende vrijmoedigheid.

Naar aanleiding van een futurologisch congres in Costa--Rica krijgt Tichy hier af te rekenen met zowat alle uitwassen van onze heden-daagse (westerse) maatschappij, van congressen zelf (precies), over zwartgallige prognoses en sexueel bevrijde literatoren tot bombar-dementen (met euforisch gas) door elitetroepen van de plaatselijke dictator.

Het hoofdthema is echter de psychische beïnvloeding door chemica-liën, die tot een uiterste wordt gedreven in een toekomstige samen leving, waar een hallucinerende hoofdpersoon zich doorheen worstelt. xxx Subsidiair steekt Lem hier de draak met wetenschappelijke neologis-men en een van de beste vondsten is zeker zijn "etymologische futu-rologie". Een satire dus, volgens een misschien iets té gekende formule, en met een eveneens té bekende "Soylent-Green"-climax, waarvan de in-zet naar mijn smaak bepaald iets te druk, of te gechargeerd over-komt.

Bij een satire hoeft men hieraan echter niet te zwaar te tillen, terwijl het boek verder, eens het goed op gang komt, bladzijde na bladzijde proppensvol virtuose woordvondsten steekt. De vraag is overigens hoe de vertaler hier tewerk is gegaan, want dit moet geen eenvoudig klusje zijn geweest. Intelligent, briljant zelfs bij momenten, zonder tot Lem's over-tuigendste werk te behoren. ROBERT SMETS

Page 41: SF-MAGAZINE 55

NIGHTMARE BLUE

door Gardner Dozois & George Alec Effinger Berkley SF, nr. N2819, 48 BF. Zwak, zwak, zwak, dit boek van twee "Orbit"-auteurs, die in kort-verhalen aantoonden heel wat in hun mars te hebben. De Aensalords (Hanse) hebben ergens in Duitsland een terrein toegewezen gekregen, waarop zij heer en meester zijn. Enkele hoge instanties, de laatste private-eye ter wereld en een octopus & kreeftachtige alien trachten er achter te komen wat in feite in dit afgesloten gebied gebeurt ... Dat de indringers er een geheimzinnige drug fabriceren krijg je reeds op het cover ca-deau, én in de titel ... Zodoende ... Goed, het verhaal sleept zich zo'n 180 pagina's verder, zonder wer-kelijke hoogtepunten en zo meer, maar mét het gebruikelijke snuif-je Bogart-romantiek, enig zen-plagiaat en wat rock-intermezzo. Driemaal zeer weinig, derhalve. Werkelijk een catastrofe, die com-merciële zijde van SF. En wanneer je dan leest dat men Silverberg diskreet te kennen geeft dat er "weinig publiek" bestaat voor za-ken als "Dying Inside" of "Born with the Dead", of Disch zich be-klaagt dat "334" helemaal de mist ingaat, dan ga je twijfelen. By the way, "Passing through the flame" reeds gelezen, waarin Spin-rad bv. essef helemaal achter zich laat ? ROBERT SMETS A PICTORAL HISTORY OF SCIENCE-FICTION

door David Kyle Hamlyn Books, 173 blz., 32 x 23 cm, £ 3,95, 370 BF. Er zijn stilaan heel wat grote geïllustreerde werken over SF op de markt, en David Kyle geeft hiervan bij zijn inleiding zelfs een fo-to-grafisch overzicht.

Zoals hij preciseert was zijn opzet de schrijvers voor te stellen, en niet de "secundaire" SF-kunst (illustratie).

Geen art-book dus, maar een overzicht van de evolutie van het gen-re, met honderden foto' s en tientallen kleurpagina's : van de illus-tratie van Doré en Robida tot 2001 en Dr. Who, over de gebruikelijke magazines en comics, waarbij vooral de Amerikaanse en Engelse pro-ductie in het licht wordt gesteld.

De tekst is voor dit opzet betrekkelijk uitgebreid, terwijl elke illustratie uitvoerig wordt toegelicht. Zelf geen kenner van de pulp - periode, kan ik hier niet zeggen of een en ander voldoende accuraat is; nostalgisch is het zeker wel. x ROBERT SMETS

Page 42: SF-MAGAZINE 55

THE FIFTH HEAD OF CERBERUS door Gene Wolfe Quartet 0 704 31176 3, 50 np. Ste.-Croix en Ste.-Anne zijn uit elkaar gegroeide tweelingsplane-ten, die een laat 19e eeuwse Louisiana-beschaving kennen, maar waar een aantal biologische experimenten plaatshebben, die mede tot de plot bijdragen. Zijn de inwoners aardse kolonisten of gemuteerde aliens ? Is John V. Marsh, die plots te Ste.-Croix opduikt (en wie het tweede verhaal wordt toegeschreven), inderdaad een aards ge-leerde of een spion met vijandige bedoelingen.

Dit boek bevat drie verhalen (de nebula-kandidaat "The fith Head- of Cerberus", "A story by J.V. Marsh" en "V.R.T.", die in zekere zin los van elkaar kunnen gelezen worden, maar ook op elkaar aan-sluiten, waarbij het tweede een soort flash-back uitmaakt, met ze-kere antwoorden.

Wolfe is een auteur, die zich reeds in zijn kortverhalen (in Orbit bv.) liet opmerken door zijn onbetwistbaar persoonlijke stijl, en die zijn thema's buiten de courante SF zoekt, in een half realis-tische, half mythische sfeer.

Ook het relatieve archaïsme draagt hier tot deze bijzondere toon bij, maar het moet me van het hart dat ik dit boek, ondanks zijn literaire kwaliteiten, minder hoog aansla, vooral omwille van de toch beperkte interesse van het gegeven. ROBERT SMETS

MOORCOCK's BOOK OF MARTYRS door Michael Moorcock Quartet (Orbit) SF 0 704 31265 4, 65 np. Een naar mijn smaak wat haastig bij elkaar geworpen verzameling van oudere en nieuwere verhalen, nl. "The Greater Conqueror" (1962), "Flux" en "Islands" (1963), "Goodbye Miranda" (1964), "Behold the Man" (1966), "Waiting for the End of Time" (1970) en "A Dead Sin-ger" (1974). Titel en verklarende inleiding, net overigens als de covertekening, houden weinig verband met de inhoud, waarin objec-tief gesproken eigenlijk weinig constanten zijn aan te wijzen. Niet dat de bundel daarom minder goed zou zijn : verschillende verhalen zijn echter zwak en/of verouderd, als "Flux" en "Islands", terwijl het betere "Behold the Man" inmiddels in zovele andere bundels op-dook dat dit moeilijk nog iemand onbekend kan zijn. Goed is ook "... the End of Time" en vooral het recentere "The Dead Singer", waarin een roadie met een herrezen (?) Jimi Hendrix Enge-xx

Page 43: SF-MAGAZINE 55

land doortrekt en mythe en hallucinatie handig, maar ook erg realis-tisch door elkaar worden geweven. Een verhaal om twee maal te le-zen, éénmaal met, en éénmaal voorbij de oppervlakkige effecten en de mythe. But first ... "are you experienced ?". ROBERT SMETS

VENUS ON THE HALFSHELL door Kilgore Trout Dell of Star Books, nr. ISBN 0 352 39846 9. Eindelijk op de Belgische markt. Maar ja, laten we het daar niet over hebben. Iedereen kent inniddels zowat de tribulatie rond deze parodie : hoe Philip José Farmer op een zekere dag een onweerstaanbare drang voel-de het boek te schrijven, waarvan Vonnegut Jr. in "God bless you, Mr. Rosewater" melding maakte, hoe hij hiertoe een aarzelende toe-stemming van betrokkene verkreeg, hoe hij in zes weken "Venus" klaar-stoomde en er een hele brok dollars mee in de wacht sleepte ... hoe Vonnegut zelf voor de auteur werd gehouden door een aantal "eminente kenners" en hierdoor zo van de wijs raakte dat hij een en ander een aantal onvriendelijke namen toedacht, terwijl Farmer bovendien ver-bod kreeg een tweede boek te schrijven dat "The Son of Jimmy Va-lentine" diende te worden. Waaraan we kunnen toevoegen dat deze zich troost met het schrijven van verhalen onder het pseudoniem " Jonathan Swift Somers III", Trout's favoriete SF~auteur... So it goes. Nu is "Venus" niet onaardig, maar zeker geen meesterwerk, en kan ik Vonnegut's reactie in deze wel begrijpen. Het verband met diens thema's is er, maar bepaald oppervlakkig, terwijl de satire vaak eerder aan de goedkope kant ligt en neigingen vertoont regelmatig weer onder de gordel te slaan. Bovendien is het zo dat de verschil-lende avonturen van "Space Wanderer" op allerlei vreemde planeten niet telkens even leuk zijn (de inzet is m.i. bepaald zelfs onsma-kelijk) en het zoeken naar de anagrammen bv. snel vermoeiend wordt (ze zijn niet allemaal even gemakkelijk als "Fat Wages" en "Patch-work" ...) Samenvattend zeker geen Vonnegut, zelfs niet in parodie, of in pa-rafrase. 20 à 30 % hooguit. Vergelijk bv. even die subliem afge-korte passage in "God bless you, ... ". Waarbij je moest inbeelden, juist. En wanneer je alles expliciet gaat zeggen, en soms zelfs nadrukkelijk ... ROBERT SMETS

Page 44: SF-MAGAZINE 55

MY NAME IS LEGION

door Roger Zelazny Ballantine Books, nr. 345-24867, 76 BF. Omstreeks volgende eeuwwisseling wordt zowat iedereen geregistreerd in een mondiale data-bank, wat volgens de verhaler, die anoniem is kunnen blijven, en zich dus voor alle anderen kan laten doorgaan, niet alleen voordelen biedt. ZIJN non-identiteit maakt hem ander-zijds bijzonder geschikt voor een vorm van detective - werk en de drie verhalen die deze bundel omvat, worden voorgesteld als drie door hem opgeknapte opdrachten. Het lijkt wel de inzet van een Amerikaanse TV-serial niet : de hoofdfiguur met zijn "geheim" & met zijn gadgetry, die later nauwelijks te pas wordt gebracht ... Had Zelazny werkelijk behoefte aan dit "helden"-type, misschien met het oog op een uitbouwen van de serie ? Ik weet het niet, maar m. i. is het een feit dat deze drie intelligente suspence-verhalen nau-welijks behoefte hadden aan deze bombast en aan deze onnodige fio-rituren, noch aan elkaar dienden geregen, aangezien ze best elk apart en zonder deze achtergrond kunnen gelezen worden, en er zelfs zouden hebben bij gewonnen. Actie en suspence, zoals ik reeds zei. In "The Eve of RUMOKO" gaat het over het kunstmatig verwekken van een vulkaan (en over de neven-effecten hiervan), in "Kjwalll'kje'k'koothai'lll'kje'k (sic!) over diamantsmokkel in een dolfijnenpark; in "Home is the Hangman" ten-slotte over een intelligente robot, die zijn makers opzoekt, met lange tijd onduidelijke bedoelingen ... Erg vlotte verhalen, die weliswaar enkele schoonheidsfoutjes ver-tonen ( de omlijsting, de lange uitweidingen in "Rumoko,", of het niet helemaal ineensluiten van crime en SF in "Kjwalll' etc."), maar waarin Zelazny anderzijds toch enige zaken ter overweging geeft, die zijn werk boven de doorsnee tillen. Best leesbaar.

ROBERT SMETS

KILLERBOWL

door Gary K Wolf Sphere Books Juist, inderdaad : u vroeg toch of naast de subtiele titel nog ver-dere verwantschap bestond met zekere "Roller Ball Murder" (later de film "Rollerball") e.d. "Death Races" meer ?

Nabije toekomst, moordende spelen in de straten van de grootstad, brave speler, onsportieve speler, enz. "Never change a winning team (theme ?)" zal Dhr. Wolfe hebben gemeend.

Page 45: SF-MAGAZINE 55

Het is met sport-fictie als met sport-wedstrijden zelf, als je 't mij vraagt : de uitslag varieert weliswaar, maar verder merkt al-leen het geoefende oog het onderscheid.

Meen nu niet onmiddellijk dat mijn on-sportiviteit voortvloeit uit een vroegtijdige aanranding in de kleedhokjes. Afgezien van het feit dat het me persoonlijk iets raar voorkomt 22 volwassen mannen in korte broekjes achter elkaar te zien hollen, ben ik niet onge-voelig voor het afgewerkte obskurantisme van dergelijke oer-gezonde manifestaties. En wanneer sport ook nog de oplossing brengt voor de demografische explosie ... ROBERT SMETS THE YEARS BEST SF 9

Editors Brian Aldiss en Harry Harrison Orbit 08600 7894 9, 65 p. Eerst de gebruikelijke reserves dienaangaande : er zijn zowat vier "Best SF ... " op de markt, en Judith Merrill's anthologieën liggen ver achter ons. Aldiss en Harrison onderscheiden zich doorgaans door een meer "li-teraire" keuze, met gedichten bv., terwijl ze ook wel eens buiten-lands (= niet Angelsaksisch) werk durven nemen. Niet in SF 9, maar daar zullen we verder niet op ingaan.

Kortweg geen geniale bundel, maar toch wel enkele merkwaardige zaken. M.i. niet zozeer de nieuwe Budrys (A Scraping at the Bones) noch Lisa Tuttle's "Changeling", wel bv. een nieuwe satire van Disch, "The Santa Claus Compromise", waarin op leuke wijze de draak wordt gestoken met een zekere persstijl én met zekere presidentiële prak tijken. Zeker ook Barry Malzberg's "A Galaxy called Rome", waarin naar een idee van wijlen J. Campbell een reeks nota's wordt neer-gezet voor een roman (een roman abrégé, zo men wil), waarin Malz-berg beter dan die ook aangeeft "what SF is all about". Richard Cowper brengt een merkwaardige sfeer in "The Custodians", doch rondt zijn verhaal m.i. zwak af. Verder teksten van Stephen Robinett (The Linguist), John Harrison (Settling the World), Updike (Jawèl, dé Updike), Joe Haldeman (nog een episode uit de "Forever War"-reeks, die me weinig aanspreekt), en tenslotte Moorcock's " Dead Singer", waarover ik het reeds elders had ("Moorcock's Book of Martyrs"). ROBERT SMETS

THE MAN WHO FELL TO EARTH door Walter Tevis Pan Science Fiction, nr. 0330 24679 8, 60 p. - 68 BF.

Page 46: SF-MAGAZINE 55

Bij een eerste benadering rangschik je dit boek, dat in 1963 ver-scheen en nu - na de verfilming met David Bowie - in een iets ge-wijzigde versie weer wordt uitgebracht, bij het tot voor een tien-tal jaren vrij veel beoefende "if this goes on"-genre, waarin fre-quent op de gevaren van nucleaire oorlogsvoering werd gewezen. Dit zonder de waarde hiervan in twijfel te trekken willen, integen-deel. Snel merk je echter dat dit tenslotte weinig bekende werk een bij-komende dimensie heeft. Frappantst is uiteraard de gevoelige beschrijving van de humanoide, maar in sé zo zwakke buitenaardse bezoeker, die op aarde een ruimte-schip komt bouwen, waarin alle hoop ligt van zijn (door oorlogsvoe-ring) nagenoeg uitgestorven en ons (door eenzelfde vorm van oorlogs-voering) ernstig bedreigde ras. Minstens even indrukwekkend is echter het nostaligsche realisme waarmee diens geleidelijke ondergang wordt weergegeven, bij de con-frontatie met onze domheid en ons egoïsme, maar ook, eenvoudiger, met de voor hem onverwachte complexiteit van onze samenleving, van onze "oplossingen", onze twijfels en ons falen.

Een melancholisch boek, pessimistisch ook, waarin de auteur onver-wacht veel verder gaat dan we van in het genre meer bekende schrij-vers gewend zijn, en waarvan de (her-)ontdekking de meer selectieve lezer ongetwijfeld gelukkig zal stemmen. ROBERT SMETS

THE LIFES AND TIMES OF JERRY CORNELIUS door Mictael Mocrcock Quartet-Futura, nr. ISBN 704 31264 6, 60 p. Het wordt stilaan een hele opgave een "Jerry Cornelius"-bibliogra-fie op te stellen. Er zijn de drie romans, "THE FINAL PROGRAMME", "THE ENGLISH ASSASSIN" en "A CURE FOR CANCER", elf verhalen die hier werden gebundeld, plus een heel aantal apocriefe teksten van andere auteurs. Een vierde roman "THE CONDITION OF MUZAK" werd aangekon-digd, maar verscheen niet; daarentegen egon Jerry onder licht ge-wijzigde namen op te treden in andere werken, als "AN ALlEN HEAT", e.a. Tenslotte dan nog in Engelse en Franse strips. Even gecompliceerd, en zoniet meer, is het in enkele lijnen iets zinnigs over dit personage te zeggen, wat als voorwendsel kan gel-den hier iets langer op in te gaan.

Page 47: SF-MAGAZINE 55

De formule is (of lijkt tenminste) bekend : Jerry Cornelius (let even op de initialen ... ) duikt in uiterst uiteenlopende omstan-digheden op, al dan niet vergezeld van een aantal nevenfiguren, waaronder naaste familieleden en Miss Brunner, waarvan de rol erg dubbelzinnig blijft en stelt een reeks schijnbaar irrationele da-den, waarvan de achtergrond en de samenhang, de logica en de motiva-tie niet expliciet kan worden verklaard, voorzover zij overigens bestaan. Een en ander wordt opgesmukt met tussentiteltjes en citaten, die hoewel vaak uiterst diepzinnig, toch "at random" gekozen lijken, en dit vaak ook zijn : dagbladhoofden of song-titels bv. Totdaar de vorm, voor de techniek, die deze werken uiteraard bij de uiterste new-wave rangschikken. De inhoud daarop, waarvan de tegenstanders van dit soort teksten onmiddellijk het bestaan zullen ontkennen : "A force de dire n'im-porte comment, on finit par dire n'importe quoi", om hier even Mi-chel Lancelot aan te halen, in verband met avant-garde. Wel, dit is slechts bij oppervlakkige benadering zo, en hoewel een van de bedoelingen is van Mike het spoor onduidelijk te maken, is dit wel degelijk te achterhalen. Kijk, een literaire tekst bestaat op verschillende niveau's, ten-minste in zijn optimale vorm : het narratieve niveau, het symboli-sche niveau, het ideologische en het artistieke. Overbodig hierbij te zeggen dat sommige schrijvers nooit hoger dan één "layer" komen, en het publiek hier het merendeel van de tijd ook geen graten wil in zien. Terug tot Jerry Cornelius echter : hierin heeft Moorcock duidelijk getracht op alle niveau's tot een vereenvoudiging te komen, door uitzuivering van al het overbodige, of toch zeker van elke condi-tionering - ortodox of non-conformistisch : resultaat is een perso nage dat volledig los komt te staan van al wat men er door een reeks verworven reflexen van verwacht. Uiteraard wordt dit ook voor de auteur een test, en zo zien we deze figuur van verhaal tot verhaal minder gebonden lijken, én daardoor juist meervoudig worden, meer-slachtig en zo meer. "You stand for nothing, Jerry ....", zegt het meisje in "THE ENTROPY CIRCUIT", en dat is ook inderdaad zo. Maar waar Jerry voor niets opkomt, staat hij tezelfdertijd poten-tieel voor alles : als een spiegel, die ons wordt voorgehouden, als de resultante van onze ideeën, of van onze bedrijvigheid of, een-voudig, van onze uitoefening op onze eigen vrije wil. Hoe ongeëngageerd dit werk dan ook kan lijken, ook op dit vlak is het erg nuttig : al ware het maar door de ontluistering, of door de relativering, die systematisch wordt betracht. Overigens is het voor de auteur, én voor de lezer én voor de bespreker erg moeilijk volledig afstand te nemen, en is het uiterst boeiend na te gaan wel-ke aanknopingspunten zij toch gelaten hebben, respectievelijk me-nen te vinden. Want Mike is verre van onverschillig. Zie bv. "THE ENGLISH ASSASSIN". En juist door deze ontluistering, of door de gelijkschakeling van evenementen, komt men tot een heel ander inzicht. x

Page 48: SF-MAGAZINE 55

Ik zei dat een tekst verschillende niveau's heeft : de Jerry Cor-nelius-verhalen kunnen bij oppervlakkige beschouwing louter op het formele (of het informele) vlak rusten, toch gaan zij veel en veel dieper, omdat de man achter deze figuur dieper gaat. Waarbij ik buiten beschouwing wil laten of dit op een een andere manier niet " efficiënter" kan gebeuren. Dit kan voor alle fictie worden inge-roepen. Mike stelde eens dat een literair werk "ought to be succesfull in his own terms"; en in dat opzicht vormen deze verhalen een uitzon-derlijke réussite. ROBERT SMETS UNIVERS 06

Editors Jacques Sadoul en Yves Frémion J'ai Lu, nr. 695, 191 blz., 44 BF. Univers 06 volgt de reeds klassieke formule : een oudere auteur - hier van Vogt met het weinig genietbare " All we have on this Earth " (1974), een aantal recentere Engelse of Amerikaanse verhalen (dit-maal overwegend in de biologische sfeer, met Tiptree's boeiende sexuele mysterie "Your Hapïod Hearth", Kate Wilhelm's opmerkelijke "Planners", Pg. Wyal erg raciale King-Kong-verhaal "Side Effect", en enkele kortere zaken - verder een tweetal Franse new-wavers (Pe lot, ex-Surange, met het Bradbury - achtige "Pionniers", en Daniel Walther, in de politieke sfeer, met "Sepuku ... ", en tenslotte, om een en ander af te ronden : een korte strip (Caza, weinig bijzon-ders), een korte studie (SF in de Franse middelbare school - matig), een interview met Robert Sheckley (ha !), een lijst van nieuwe ver-schijningen, een een beoordelingsrooster, waaraan je je doorgaans even sterk ergert als aan Frémion's inleidingen.

Samen niet zo'n sterke bundel.

ROBERT SMETS

Page 49: SF-MAGAZINE 55

CHARISME door Michaël G. Coney Oorspr. "Charisma", 1975 Edit. Calmann-Lévy, Collection Dimensions SF, pbc, 5/1975, 242 blz., xx Dit is HET boek over parallelle werelden, roman om in één adem uit te lezen. In tegenstelling met de meeste boeken in deze reeks is het géén new-wave, doch SF in klassieke stijl met de typische Engelse sfeerschep-ping en diepe karaktertekening. Coney werd in 1932 in Engeland geboren, was expert-boekhouder en is ook uitbater geweest op de Antillen van een nachtclub en een hotel. Dit laatste beroep heeft hem er waarschijnlijk toe aangezet zijn hoofdpersoon in dit boek eveneens gerant te laten zijn van een ho-tel in het rustige visserdorp Falcombe. Er bevindt zich daar ook een Onderzoekscentrum waar men zich bezighoudt met tijdsverschui-vingen en men het ontstaan vaststelt van dichtbijzijnde parallelle werelden. Er gebeurt een onbegrijpelijke moord in het hotel. De personen en toestanden in elke wereld verschillen slechts lichtjes. De gerant is verliefd op dé vrouw van zijn leven die echter gestor-ven is in zijn wereld doch nog leeft in een parallelle wereld. Hij-zelf merkt dat in sommige neven-werelden hij ook overleden is. Stil-aan wordt alles ingewikkelder, als de werelden beginnen samen te vloeien. Door de onverwachte en spitsvondige ontknoping van de moord krijgt deze roman een ereplaats tussen de weinige detective-verhalen die het SF-genre rijk is. Tevens zorgt de uitleg van de betekenis van de titel "Charisma" voor een tweede pointe in de laat-ste bladzijden.

Zeker lezen ! ANDRE DE RIJCKE

UNIVERS 05 door Jacques Sadoul en Yves Frémion Editions J'Ai Lu, nr. 665, 44 BF. Ook weer een mooie schore voor de vijfde editie van deze bundel met magazine-trekjes. Een cover van J.C. Forest (Barbarella), verha-len van Jeury, Gerrold, Michael Bishop (Window in Dante's Hell), Lafferty (Entire and perfect Chrysolite), Barlow, Chris Priest (A Woman Naked), Eklund en Wolfe, plus een tweetal artikels, over Ja-mes Blisch en de reeks "Présence du Futur", het geheel afgerond met de gebruikelijke beschouwingen van de editors en een checklist van recente Franse publicaties. Ondanks enkele uitschieters in de richting van de nieuwere Franse SF (Jeury en Barlow, ditmaals) handhaaft Univers een overwicht aan betere en nieuwere Angelsaksische auteurs, waarbij enkele namen regelmatig terugkomen : Priest, Gerrold, e.a.

Page 50: SF-MAGAZINE 55

Kwalitatief erg redelijk, waarbij vooral de voluit geciteerde ver-halen (die ik persoonlijk echter reeds in originele editie las; een kleine schaduwzijde voor het internationale publiek ...) uitblin-ken. Persoonlijk hield ik minder van Jeury / Alexander's muzikale fantasy, en van Eklund's jachtgeschiedenis, maar Priest !, maar Lafferty !, maar Bishop !

En best te volgen en (herhaling) erg prijzige reeks. ROBERT SMETS

LA MACHINE A EXPLORER L'ESPACE door Christopher Priest J'ai Lu, SF nr. 688, ca. 50 BF. Terwijl we nog geruime tijd op de Engelse pocket-editie zullen die-nen te wachten kwam Priest's vierde en recentste (SF)roman reeds onmiddellijk in vertaling uit in deze goedkope Franse reeks, die hiervoor mag worden gefeliciteerd.

Priest had zich zowat een "harde" reputatie verworven, maar doet het hier, bij de aanvang althans, opmerkelijk zacht aan. "The Space Machine" verhaalt nl. de avonturen van een Victoriaanse jongeman, die omstreeks 1890 met zijn verloofde de ruimte ingeslingerd wordt in de tijdmachine van de oom-professor van het meisje, daarbij op Mars terecht komt en verwikkeld raakt in de oorlog tussen deze pla-neet en "onze" aarde.

Wells ! zegt u uiteraard, en inderdaad volgt Priest zijn model ge-trouw, en zonder hierom te blozen, aangezien hij deze auteur zelfs in zijn roman laat optreden. U hebt het reeds begrepen : het gaat hier, net als bv. Aldiss' " FRANKENSTEIN UNBOUND", om een nostalgisch-parodisch navertellen, hersamenstellen, iets verdergaan, en herinterpreteren, waarbij je eigenlijk beide werken naast elkaar zou dienen te lezen om de fi-nesses van de auteur volledig te volgen. Best leuk ! ROBERT SMETS

DEDALE 2 Editor Henry-Luc Planchat Marabout-SF, nr. 559. Onder leiding van H.L. Planchat ("L'Aube enclavée") blijft Dédale een resolute "nouvelle-vague"-koers volgen, waarbij m.i. qua the-matiek en vormgeving, maar ook door mooi geintegreerde illustratie, vrij duidelijk gelonkt wordt naar "New Worlds", in zijn beste da-gen.

Page 51: SF-MAGAZINE 55

De vraag is of dergelijk opzet commercieel haalbaar is, maar vooral of de voorgestelde auteurs voldoende "background" hebben om de hoog-tepunten van hun illustere voorgangers te halen. Ik vrees dat zij hiervan nog betrekkelijk ver af staan, en dit misschien wel omwille van veler temperament : deze mensen beheersen hun (Franse) taal merkwaardig, accumuleren poëtische beelden, waar je bij staat te kijken, doch mij lijkt een en ander toch altijd weer snel te hoog-dravend of te geforceerd om volledig over te komen, enkele uitzon-derlijke namen (en dan nog !) niet te na gesproken.

Een vergelijking met Dédale 1 wijst erop dat hier alles nog wat op de spits werd gedreven, overwegend zonder bijzonder geslaagd re-sultaat. Let wel, ik zal de laatste zijn om experiment e.d. te ver-werpen, maar een middel op zichzelf staat zo vrijblijvend, zie je ?

Thema's blijven in het merendeel der gevallen de epressie in een rechtse politiestaat, à court terme, en/of excentrieke sex-beleve-nissen.

Overwegend erg lauwe reacties uit de hoek der specialisten, en het dient gezegd dat ik me ten persoonlijken titel niet bijzonder veel enthousiaster kan tonen. ROBERT SMETS PANORAMA DE LA BANDE DESSINEE door Jacques Sadoul Editions J'Ai Lu, nr. D.75, met illo's, 224 blz., 74 BF. In deze pocket geeft Jacques Sadoul op ongeveer evenveel blz. een overzicht van zowat 200 strips, van de "Katzenjammer Kids" tot " Fritz the Cat" : telkens een typisch voorbeeld van de illustraties, gevolgd door een ca. 1/2 blz. tekst, met historiek en anecdotiek. U.S. comic-strips en comic-books, Franse, Belgische en Italiaanse strips, zg. "volwassenen-strips" en "underground". Hoewel een ruim aantal SF-strips vertegenwoordigd zijn, zal dit boek de fan uiteraard slechts zijdelings interesseren : het zal hem een basis-informatie geven inzake Brick Brackford e.d., tot en met bv. recente Italiaanse space-opera. Aanmerkingen ? Zoals gebruikelijk : de ronkende reclame van de schrijver-uitgever ("bestemd de bijbel te worden ..." - grutjes !), en het gebrek aan aandacht aan andere dan angelsaksische en west-europese strips. Hetzelfde viel reeds over Sadoul's "Histoire de la Science Fiction Moderne" te zeggen. Weliswaar erkent hij zijn onwetendheid, maar blijft toch mooi met "Europese strips" titelen Prijzige basisinformatie. En ook wel leuk, voor de neofiet.

ROBERT SMETS

Page 52: SF-MAGAZINE 55

EENZAME BLOEDVOGEL

door Eddy C. Bertin

Bruna SF nr. 55, 1976, 270 blz., omslag : Victor Linford

Naast SF ook griezel in deze dikke bundel. Bertin blijft nog steeds

op het commerciële vlak en diverse verhalen moeten het dan ook heb-

ben van een goede plot of een onverwacht einde : "Een zomerdag, met

vliegen" (een gans apart soort invasie); "De scriiik" (wekkers met

tanden, die hun eigenaars willen opvreten, goed slot); "Herbert

George's tijdmachine (nog een tijdreizigersverhaal, zwakjes); " Het

wachtende duister" (een typische psychologische Bertin-griezel - nou

ja, griezel ...). "Verpakking gooi je weg" en "Het wachthuis" zijn

noal minderwaardig, en het beste, alhoewel moeilijk te doorworste-

len stuk is dan nog de korte roman "Eenzame Bloedvogel", waarvan we

"Voor jou, Poppetje" enkele jaren geleden in SF-MAGAZINE lazen. Ook

"De Raaff" komt uit SFM - één der beste verhalen uit het boek. "Om

de wereld te redden", over een man die naar de toekomst wordt ge-

stuurd om daar de redding voor een wereldcrisis te vinden, zou nu nog

niet in een fanzine mogen staan, denk ik.

Iets zwakker dan Bertin's vorige bundels, maar toch aanbevolen !

GUIDO EEKHAUT

THE PASTEL CITY

door M. John Harrison

Avon SF, 450-00764-2, 150 p.

Lord tegeus-Cromis spoedt zich door de duinen om zijn vroegere strijd-

makkers te verzamelen voor de strijd tegen de vijandige koningin uit

het noorden ... Ja, waar hebben we dat nog gehoord ?

Een heroic fantasy novel, met reminiscenties aan "Dune", het gebrui-

kelijke slachtwerk, mechanische vogels, brein-stelers en een "naam-

loos" zwaard ... In deze oorspronkelijke in 1971 bij NEL versche-

nen (en inmiddels in die versie bij De Slegte belande) roman volgt

new wave auteur (en theoreticus) John Harrison getrouw de mercantie-

le sporen van meester Moorcock.

"Aye, I expect to break the heads of the malcontents ...", zegt Cro-

mis ergens. Laten we dus voorzichtig blijven in onze afkeuring.

ROBERT SMETS

Page 53: SF-MAGAZINE 55

ERRATUM ...

Inderdaad wordt het de hoogste tijd dat wij onze zetduivel laten

exorceren.

Wij waren nl. even verbaasd als betrokkene zelf, pag. 5 van nr. 54

in ons editoriaal te moeten lezen dat wij "ernstige meningsverschil-

len" hadden gehad met onze vriend Jozef Peeters, daar waar natuur-

lijk een ernstige gedachtenwisseling werd bedoeld.

Vade retro !

VERDER WERD HET OOK DE HOOGSTE TIJD ...

dat wij de naam van dit blad veranderden. Inderdaad verwezen we

in een vorig nummer naar een franstalige "SF-MAGAZINE", die we een

tegenhanger van "SF - MONTHLY" noemden. Maar nu verschijnt in het

hoge noorden ook een "ESSEF-MAGAZINE", wat helemaal borg staat voor

verwarring.

Nu, van het blad geen kwaad¨: Kees van Toorn en Rob Zielschot bren-

gen een heus professioneel gedrukt en verdeeld blad, waarin, naast

teksten van eigen auteurs (Bertin, ...) ook buitenlanders aan bod

komen, als Gerrold, Ellison enzomeer ... Hier te lande moeilijk te

vinden, en ook betrekkelijk duur (75 BFR voor 28 blz., meen ik),

blijft dit natuurlijk een initiatief om te steunen. Uiteraard kan

men zich ook abonneren, wat de zaak wel enigszins vereenvoudigt. In

dit verband hernemen we echter géén details, aangezien wanneer al-

les normaal verloopt in dit blad eigen publiciteit van "ESSEF" wordt

ingelast.

VAN VERSCHILLENDE ZIJDEN WORDT ONS INMIDDELS VERWETEN ...

geen melding te maken van het enige Vlaamse tijdschrift dat regel-

matig SF-verhalen van eigen Vlaamse auteurs opneemt ... buiten SF-

MAGAZINE, uiteraard.

Het gaat hier om wat door geïnteresseerden als een gellustreerd

x

Page 54: SF-MAGAZINE 55

sex-tijdschrift wordt omschreven, dat luistert naar de naam "MAXI-

HOHO" (sic !).

Persoonlijk kregen wij bedoeld blad nooit in ons slappe handje doch

wie er wel de hand op legt, kan daarin verhalen lezen van Eddy Ber-

tin, Frank De Cuyper, Guido Eekhaut en zelfs August Leunis, de Dies-

terse kwelgeest in persoon.

Inderdaad kan worden gezegd dat de wegen van essef ondoorgrondelijk

zijn.

TERWYL 'N AANTAL FANS, WAARONDER WYZELF ...

bijzonder nieuwsgierig en geïntrigeerd raakten door een zinsnede

in het John Brunner-interview, waarin deze ons sprak over een his-

torische roman van de hand van Thomas Disch (met sxh, zetduivel,

hoeveel keren moet ik dit nog herhalen ?).

Enig speurwerk liet ons toe te achterhalen dat het hier gaat om

"CLARA REEVE", onder het pseudoniem "Leonie Hargrave". Wie zich

voor Disch en/of Victoriaanse verhalen interesseert kan het boek

in pocket-uitgave vinden bij Ballantine (25070, $ 1,95, 483 blz.).

X

MEERTALIGE FANS HIERHEEN !

Eric BATARD, rue Kléber, F 37500 Chinon (Frankrijk) vraagt ons een

oproep te plaatsen aan alle fans, die méér dan één taal machtig zijn

aangezien hij een internationaal fan-agentschap opricht en hiertoe

een lijst opstelt van personen, waarmee fans uit diverse landen in

andere landen contact kunnen opnemen, voor uitwisseling van fanzi-

nes en zo meer.

Eric is tevens editor van een nieuwsblad "MAGNUS", terwijl hij voor

de behoeften van zijn "fannish agency" een blad rondstuurt dat luis-

tert naar de evocatieve naam "Bullet Inn".

Vermeldt desgevallend welke talen u leest, want dit is uiteraard

essentieel, en er circuleren al genoeg Belgen-moppen.

Waarmee we ons dus, ten overstaan van Eric, van onze plicht hebben

gekweten.

BIJZONDER INTERESSANT BLIJVEN OOK ...

Bernard GOORDEN's uitgaven in de reeks "IDES ... ET AUTRES".

Een werk waar we hier bijzonder de aandacht op vestigen willen is

"ANTAN EN EMPORTE LE TEMPS" een bloemlezing van franstalig Belgisch

werk (Goffard, Tristan, Wesoly, Warfa, Gens en vele anderen ...).

Het is een mooie uitgave, 14 x 20, met harde cover, 132 blz., ge- xxx

Page 55: SF-MAGAZINE 55

illustreerd, waarvan ik de juiste prijs in mijn papierberg niet te-

rugvind, maar dit is ca. 100 BF.

Te vinden in de Brusselse pocket-shops, Malpertuis bv. of Pepper-

land, of te bevragen bij :

BERNARD GOORDEN

B.P. 33

UCCLE 4

1180 BRUSSEL

WAT DE LEZER INMIDDELS ZEKER VOOR ZICHZELF VERBETERDE ...

was de datum van volgende "SFANCON", waar onze zetduivel in vorige

nummers curiosa mee uithaalde, en 76 en 77 nagenoeg naast elkaar

met elkaar verwarde.

Geen succes, man, daarmee hou je de fans niet van deze manifestatie

weg, vooral wanneer ze doornemen wat ANDRE DE RIJCKE en zijn team

voor hen in petto heeft.

See you there ???

Page 56: SF-MAGAZINE 55
Page 57: SF-MAGAZINE 55
Page 58: SF-MAGAZINE 55

CONTACTADRESSEN : REDACTIE Robert Smets, Italiëlie 84/3, 2000 ANTWERPEN SECRETARIAAT Lou Grauwels, Lge Kievitstraat 27, 2000 ANTWERPEN TECHNISCHE DIENST Herman Ceulemans, Bredabaan 798/2, 2060 MERKSEM VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Simon Joukes, Geleeg 7, 2860 O.L.V.-Waver DRUK Marc Corthouts, Borsbeekstraat 4, 2200 BORGERHOUT