Service Management samenvatting -...

18

Transcript of Service Management samenvatting -...

SamenvattingV3

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

1 van 16

Service Management Servicemanagement – is het geheel van gespecialiseerde capabilities waarmee een organisatie waarde levert aan de klant in de vorm van services. (capabilities = resources, capaciteit, kennis en kunde. Deze uiten zich in een organisatie in de vorm van functies en processen) Servicemanagement zou een strategische bezitting (strategic asset) moeten zijn van een organisatie Een service is een manier om waarde aan de klant te leveren door een klant te helpen de gewenste eindresultaten te bereiken, zonder dat deze aansprakelijk is voor specifieke kosten of risico’s Services ondersteunen de uitvoering van taken of voeren de taak zelf uit en reduceren de druk van beperkingen. Organisaties worden steeds afhankelijker van IT en zijn daardoor genoodzaakt de daaraan gerelateerde kosten en risico’s onder controle te hebben Er is behoefte om meer richting proactief dan reactief te handelen. Servicemanagement gaat over het omarmen van een strategie die op een gestructureerde, gecontroleerde en gedisciplineerde wijze kwalitatieve services levert, een wijze die gebaseerd is op de levenscyclus van een service en de daarbij behorende implementatie van gedefinieerde en gecontroleerde processen. Het doel van Servicemanagement is het effectieve en efficiënte beheer van de kwaliteit van IT dienstverlening ten behoeve van de afnemers. Servicemanagement is meer dan alleen maar processen en procedures, het is een cultuur. Het implementeren van Servicemanagement m.b.v. ITIL kan de volgende voordelen opleveren:

• Verhoogde beschikbaarheid van IT diensten. • Verbeterde diensten en klant tevredenheid • Verbeterde Return On Investment (ROI) • Levering van kwalitatieve diensten • Continue service verbetering

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

2 van 16

ITIL ITIL = Information Technology Infrastructure Library

Een raamwerk van GOOD PRACTICE voor Servicemanagement

• Wordt wereldwijd gebruikt • Binnen verschillende industrieën • Onafhankelijk van platvormen en leveranciers • Geschikt voor zowel kleinste als grootste organisaties • Maakt gebruikt van bestaande standaarden – vindt het wiel niet opnieuw uit.

Ontwikkeld door Office of Government in Commmerce (OGC) in het verenigd koninkrijk

Een set van publicaties die richtlijnen geven voor kwalitatief Servicemanagement in zijn algemeen:

• Kern bibliotheek bestaande uit 5 publicaties o Service Strategy o Service Design o Service Transition o Service Operation o Continual Service Improvement

• Complementary guidance (specifiek voor bepaalde sectoren, organisatie typen en industrieën

Het succes van een IT diensten, of deze nu intern of extern geleverd worden, hangt af het goed bedacht hebben (Strategie), het goed ontworpen hebben (Design), het zorgvuldig geïmplementeerd hebben (Transition), en natuurlijk het goed lopen en ondersteunen (Operation). Elke dienst kan op welke wijze dan ook verbeterd worden (Continual Service Improvement) Gebruik ITIL zodat IT steeds beter aansluit op organisaties Service Strategie is een continue fase welke beleid en doelstellingen vertegenwoordigd hier draait de levenscyclus omheen Service Design, Service Transition en Service Operation is een volgordelijke fase welke verandering en transformatie vertegenwoordigd. Implementeert de strategie. Continual Service Improvement is een continue fase welke leren en verbeteren vertegenwoordigd. Verbeter programmaas en projecten gebaseerd op strategische doelen. Examen tip: ITIL is een raamwerk; ISO 20000 is een standaard

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

3 van 16

PROCESS Een proces is een set van gecoördineerde activiteiten die middelen en vermogen combineren en implementeren om zodoende resultaten te produceren die direct of indirect waarde creëren voor externe klanten of belanghebbende. In andere woorden: Een proces is een gestructureerde serie activiteiten die is gericht op het bereiken van een van tevoren bepaald doel. Processen leveren een doelgerichte verandering op en gebruiken feedback voor zelfversterkende en zelfcorrigerende acties. De 4 proces kenmerken:

• Ze zijn meetbaar, omdat ze op een prestatie zijn gericht. • Ze hebben specifieke resultaten • Ze leveren resultaten aan klanten of belanghebbende • Ze zijn een reactie op een specifiek event. Een proces is wel continue of iteratief, maar

is altijd terug te voeren op een bepaalde trigger ITIL biedt een raamwerk voor het beheer van de kwaliteit van IT diensten. M.a.w. een set van nauw gerelateerde processen waar de output van het ene proces input voor het andere proces is en waarde de raakvlakken tussen de processen gedefinieerd zijn. Het is niet eenvoudig processen binnen functioneel gestuurde organisaties te implementeren omdat processen door de functies heen lopen. Alle bedrijven hebben de beschikking over vergelijkbare IT technologie en kennis. Het is de mannier waarop ze deze toepassen, m.a.w. goede processen die het verschil zullen maken. Processen moeten op een gestructureerde wijze ontworpen, gedocumenteerd en beheerd worden. Een proces model kan er bij helpen het proces en zijn specifieke kenmerken te beschrijven. Concepten:

• Proces: een gestructureerde set van activiteiten, ontworpen om een bepaalt doel te bereiken.

• Functie: een logisch concept welke refereert aan mensen en “geautomatiseerde” werkwijze die een bepaalde activiteit, proces of combinatie van beide uitvoeren. (service desk, technische ondersteuning etc.)

• Rol: Verantwoordelijkheden, activiteiten en autorisatie die een persoon of groep wordt toegekend

• RACI (Responsible, Accountable, Consulted, Informormed) (Verantwoordelijk, Eindverantwoordelijk, geraadpleegd, geïnformeerd) autorisatie matrix die het mogelijk maakt rollen (RACI) te benoemen voor activiteiten van een proces aan medewerkers. Slechts 1 persoon kan Accountable ( eindverantwoordelijk zijn)

• KPI (Key Performance Indicator) Meet gegevens die de werking van een proces weergeven.

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

4 van 16

Lijst van belangrijkste processen binnen ITIL Service Strategy

• Service Portfolio Management • Demand Management • Financial Management

Service Design

• Service Level Management • Service Cataloque Management • Capacity Management • Availibility Management • IT Service Continuity Management • Information Security Management • Supplier Management

Service Transition

• Change Management • Service Asset and Configuration Management • Release and Deployment Management • Knowledge Management

Service Operation

• Incident Management • Event Management • Request Fulfilment • Problem Management • Access Management

Continual Service Improvement

• Seven-step improvement process !! Elk proces wordt benoemd binnen de levenscyclus (uitgave) waar hij uitgebreid beschreven word. Vele processen komen ook in andere stadia van de levens cyclus voor. Voorbeeld. Financial management wordt beschreven in service strategie maar wordt ook in Service Design, Service Transition en Service Operation gebruikt. !!

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

5 van 16

Service Strategie Strategische richtlijnen hoe service management als een strategische waarde te ontwerpen, ontwikkelen en te implementeren. Definiëren van hogere beleid en doelen – aanzetten om eerst over het waarom dan over het hoe na te denken. Concentreert zich op waarde creatie

• Waarde = utility + warranty; utility = fit for purpose, warranty = fit for use • Capabilities en Resources zijn service assets (zaken die je nodig hebt om diensten te

leveren) • Resources: wat je hebt – Kapitaal, infrastructuur, applicaties, informatie, mensen. Elke

onderneming heeft toegang tot dezelfde resources. • Capabilities: Wat je kan doen – Management, organisatie, processen, kennis, mensen.

Dit moet ontwikkeld worden. Hiermee kan het verschil t.o.v. andere organisaties gemaakt worden.

Concepten: Service Model definieert de structuur en dynamiek van een service. Kwaliteit is het vermogen om de beoogde waarde te creëren Hoofdactiviteit:

• Definieer de markt. • Ontwikkel het aanbod • Ontwikkel strategische bezittingen • Voorbereiden op de uitvoering

Processen Service portfolio management

• Creëert en beheerd de service portfolio. Definiëren en goedkeuren : Introductie, vernieuwing, beëindigen van diensten.

• Service portfolio complete lijst van diensten die door de gehele levenscyclus beheerd worden. Bevat: Pipeline, cataloque, retired services

Demand management Begrijpen en beïnvloeden van de vraag naar services en de capaciteit die daarvoor nodig is. Financial management Beheer van budgetten, accounting en doorbelasting

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

6 van 16

Service Design Richtlijnen voor het ontwerpen en ontwikkelen van:

• Nieuwe en veranderende services • Service management tools, in het bijzonder Service portfolio • IT infrastructuur • Service management processen • Meetmethode en metrieken

Zet strategische doelen om in portfolios voor services en service assets Ontwikkeld services die voldoen aan de klant behoefte en voldoen aan standaarden en regelgeving. Zekerstellen dat zowel de functionele als operationele beheer vereiste worden meegenomen binnen het ontwerp. Voorbereiden en plannen van een effectief en efficiënt gebruik van de 4 p’s (People, Processen, Producten, Partners) Overwegen van diverse “sourcing” opties (in-, out-, co-, en Multi-sourcing) Concept Service Design Package (SDP): Documenteert alle aspecten van een IT-Service. Wordt gemaakt voor elke nieuwe, gewijzigde of uit te faseren dienst. Processen Service Level Management (SLM)

o Definiëren en beheren van Service Level Agreements (SLA’s) o Zeker stellen dat SLA’s worden nagekomen en dat ondersteunende Operational

Level Agreements (OLA’s) en Underpinning Contracts (UC’s) zijn opgesteld. o Belangrijkste schakel tussen een organisatie en de IT-dienstverlener

o Zekerstellen van een ondubbelzinnig uitleg van de beoogde dienst naar zowel de organisatie als de IT-dienstverlener

o Beheer van klant tevredenheid o Beleggen van service review bijeenkomsten

o Beheer van de kwaliteit van de services o Initiëren en coördineren van een Service Improvement Plan (SIP)

Begrippen

o Service Level Requirements (SLR) Klant vereiste, gebaseerd op bedrijfsdoelen, beginpunt van het proces.

o Service Level Agreement (SLA) Overeenkomst tussen de klant en de (IT) diensten leverancier. 3 nivo’s : Corporate- , Customer- en Service- Level agreement

o Service Level Target (SLT) Een gedocumenteerd commitment (in een SLA) m.b.t. een nivo van dienstverlening.

o Underpinning Contract (UC) afspraak met een externe leverancier. (wordt beheerd door Supplier Management)

o Operational Level Agreement (OLA) Interne overeenkomst

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

7 van 16

Service Cataloque Management o Bij houden van accurate informatie over de afgesproken diensten (in gebruik of klaar

voor gebruik) o Heeft twee ingangen: Een bedrijfsinzage (business view) de beschikbare diensten en

een technische inzage (Technical view) laat zien wat er technisch nodig is om de dienst te leveren

o Het enige deel van de Service Portfolio dat gepubliceerd word voor de klanten. Capacity Management

o Zorgdragen voor de juiste capaciteit, op de juiste plek, voor de juiste persoon, op het juiste tijdstip tegen de juiste kosten.

o Zekerstellen dat kosten verantwoorde capaciteit beschikbaar is voor de huidige en toekomstige bedrijfsactiviteiten.

o Beheer van de capaciteit en prestatie van zowel de service als de benodigde resources om aan de vereiste te voldoen.

o 3 invalshoeken. Business (toekomst), Service (heden) en Component (infrastructuur) Capacity Management

o Produktie van een Capacity Plan o Evalueren van elke wijziging m.b.t. de gevolgen voor de capaciteit.

Availibility Management

o Zekerstellen dat het nivo van de service voldoet aan of huidige en toekomstige afgesproken klant behoefte (om de Vitale BedrijfsFuncties (VBF) te ondersteunen) of deze zelfs overtreft.

o Continu optimaliseren en proactief verbeteren van de infrastructuur, service en support organisatie

o Produceren van een Availibility Plan o Heeft interface met Incident, Problem en Change Management op het moment dat

beschikbaarheid geraakt is of word. Begrippen

o Maintainability – onderhoudbaarheid, hoe snel en effectief kan een CI of IT service veranderd of hersteld worden naar normale werking na een interruptie.

o Reliability – betrouwbaarheid, hoe lang kan een CI of service werken zonder interruptie

o Serviceability – Servicegraad, Hoe is een externe partij instaat zijn verplichtingen na te komen.

o Resilience – veerkracht, vermogen van een service om een fout te weerstaan. o MTBF – Mean Time Between Failures. Ook wel Uptime genoemd de tijd tussen

interrupties. o MTRS – Mean Time to Restore Service. Ook wel Downtime genoemd. De tijd die

nodig is om een dienst te herstellen na een interruptie. o MTBSI – Mean Time Between Service Incidents. De tijd die er ligt tussen 1

incident en het volgende incident. o Availibility bereken

(Agreed Service Time) – (Downtime) ----------------------------------------------- X 100 = Availibility % Agreed Service Time

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

8 van 16

IT Service Continuity Management o Ondersteund bedrijfs continuity management door de technische en service

faciliteiten te herstellen zodat de dienstverlening na een calamiteit binnen de benodigde en afgesproken bedrijfstijdlijnen hersteld is.

o Twee aspecten Proactief – Preventie. Reactief - Herstel o Vier fase benadering

o Initiatie – Beleid, scope bepaling, initiëren van een project. o Eisen en strategie

Participatie binnen Business Impact Analyse (BIA) Risico analyse en beheer Bepalen van preventie en herstel opties

o Implementatie Ontwikkel IT-service continuiteits plannen Ontwikkel IT-plannen, herstelplannen, procedures Organisatie planning Test strategie Initieel testen

o Continue uitvoering Opleiding, bewustwording, training Testen Change management Review en audit

Information Security Management

• Moet aansluiten op Bedrijfssecurity en zekerstellen dat Information Security effectief beheerd word.

• Beheerd security risico’s en definieerd controle mechanisme. Begrippen

• Information Security Policy (ISP) – beleid welke de ISM benadering bestuurd • Information Security Management System (ISMS) – Raamwerk van beleid,

processen etc. die het mogelijk maken om de ISM doelen te behalen. • CIA – Confidentiality, Integrity, en Availibility (vertrouwelijkheid, integriteit en

beschikbaarheid) Supplier Management

• Effectief beheer van leveranciers en hun diensten om zo zekerstellen dat waar voor ons geld verkregen word.

• Onderhandelen en monitoren van UC’s Underpining contracts • Creëren van een leveranciers beleid inclusief regelmatige bijstelling • Door derde geleverde diensten zijn onderdeel van de Service Portfolio en Service

Catalogus Begrippen

• Supplier en Contract Database (SCD) – Definieert alle leveranciers en de services die zij leveren conform de UC’s. De SCD moet in geïntrigeerd onderdeel zijn van de CMS of SKMS

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

9 van 16

Service Transition

• Geeft richtlijnen voor de transitie van services naar productie (van ontwikkeling naar de “LIVE” omgeving)

• Coördinerende processen, systemen en functies om een uitgave (release) samen te stellen, bouwen, testen en uitrol naar productie.

• Controleert de risico’s van fouten en verstoringen tijdens het “live gaan”. Voorkomt ongewenste consequenties bij het innovatief zijn.

• Combineert “goed gebruik” van Release, Programma en Risico Management in de context van Service Management.

Begrippen V-model een model dat de diverse niveaus van testen laat zien die nodig zijn tijdens de diverse fase van ontwikkeling en implementatie van nieuwe of gewijzigde diensten of producten. Zorgt ervoor dat de geleverde dienst voldoet aan de bedrijfseisen. Examen tip: sleutel woord is testen. Aan de linkerkant van het model staan de vereiste aan de rechter kant de validatie en test criteria. Processen Change Management

• Maakt het mogelijk dat nodige veranderingen worden doorgevoerd met minimale of bewust aanvaarde risico’s voor de bestaande dienstverlening.

• Beheerd veranderingen aan service bezittingen en cofiguratie items (CI’s). Minimaliseert risico’s en onbedoelde negatieve effecten. (organisatorische veranderingen en kleine operationele veranderingen vallen buiten de scope)

Verschillende type changes:

• Normal changes – het normale proces • Standard changes – gebruik een change model voor veel komende changes • Emergency changes – gebruik deze alleen als het bedrijfsproces dit dicteert.

Sleutel stappen binnen het proces: Creëer een RFC, Leg de RFC vast, initiële beoordeling van de RFC, beoordeel en evalueer de RFC, autoriseer de RFC, Plan veranderingen, Coördineer de implementatie, review en sluit RFC. De zeven Rén. Van Change Management: Raised, Reason, Return, Risks, Resources, Responsible, Relationship. Change Model: definieert een handelswijze waarmee een bepaald type wijziging standaard kan worden afgehandeld. CAB/ ECAB (Emergency) Change Advisory Board: ondersteund de change manager bij de beoordeling van changes en emergency changes. ECAB zorgt ervoor dat de change sneller kan worden beoordeeld en geautoriseerd. Examen tip: Asses, Authorise, Control

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

10 van 16

Service Asset en Configuration Management Definieert en controleert componenten van de services en de infrastructuur en beheerd accurate informatie om de service levenscyclus en de processen te kunnen ondersteunen. Zekerstellen dat alleen geautoriseerde componenten gebruikt worden en alleen geautoriseerde wijzigingen worden doorgevoerd. Beheerd het Configuratie Management Systeem (CMS) (CMS zijn de tools en de databases nodig om de configuratie data te beheren.) Activiteiten: Beheer en planning, Identificatie van de Configuraties (opleveren van een logisch model), Controleren van de configuratie, Status accounting en rapportage, Verificatie en audits. Service Asset – elk vermogen (dingen die je kunt doen) of bezittingen (dingen die je hebt) die nodig zijn om een service te leveren. Configuration Item (CI) – een beheerd onderdeel nodig voor het leveren van een service Configuration Management Data Base (CMDB) – database waarin de CI’s worden opgeslagen met daarbij hun attributen en onderlinge relaties met andere CI’s Configuration Baseline – Een bekende blauwdruk welke is beoordeeld en goed bevonden waarin de structuur, inhoud, en detaillering van een configuratie op een bepaalt moment is vastgelegd. Snapshot – Een “foto” waarin de structuur, inhoud, en detaillering van een configuratie op een bepaalt moment is vastgelegd. Relationship – De relatie tussen verschillende CI’s Definitive Media Library (DML) – Bibliotheek waarin definitief goedgekeurde versies van alle media CI’s (software, documentatie, etc.) worden bewaard en beschermd Release and Deployment Management De uitrol van een uitgave (release) naar productie en zorgen voor een effectief gebruik van de service zodat de klant waarde geleverd krijgt. En de overdracht naar de beheer organisatie. Het bouwen, testen en leveren van de service gespecificeerd door Design om te voldoen aan de doelstellingen van de belanghebbende. Uitrol opties. Big Bang > gefaseerd Push > Pull Automatisch > handmatig Initiële ondersteuning valt onder verantwoordelijkheid van dit proces!! Release (uitrol) – collectie van CI’s en andere componenten (processen) die nodig zijn om de goedgekeurde wijziging te implementeren als IT-service. Release Unit – Een deel van een service of de infrastructuur die normaal gesproken gezamenlijk word uitgerold. Release Package – Een enkele release unit of een gestructureerde set van release units Implementatie naar de productie omgeving valt onder verantwoordelijkheid van Release en Deployment Management.

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

11 van 16

Knowledge Management Zeker stellen dat op tijd de juiste informatie geleverd word aan belanghebbende zodat zij de juiste beslissingen kunnen nemen. Beheer van kennis door het bijhouden bewerken en presenteren van informatie DIKW – DATA- INFORMATIE – KNOWLEDGE – WISDOM: Beheer van data zodat deze omgezet kan worden naar informatie zodat het meer waarde kan creëren voor de organisatie. Service Knowledge Management System (SKMS). De samenstelling van ALLE bronnen van informatie. Bevat de CMS en de CMDB

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

12 van 16

Service Operation (Service Productie) Richtlijnen zodat effectiviteit en efficiëntie in de levering en ondersteuning van services bereikt kan worden. Behandelt Services, Processen, Functies, IT-infrastructuur en metingen. Tijdens productie moet er balans gevonden worden in:

Interne versus externe belangen. (technisch > bedrijfs belangen) teveel intern gericht zorgt voor een hoge warranty maar een lagere Utility

Stabiliteit versus flexibiliteit Kosten versus kwaliteit Teveel focus op kosten kan de kwaliteit negatief beïnvloeden. Proactief versus reactief

Hier word de waarde door de klant gezien. Processen Incident Management

Het zo snel mogelijk herstellen van de normale (SLA) dienstverlening en het minimaliseren van de negatieve invloed op de bedrijfsprocessen. Het zekerstellen dat de best mogelijke niveaus van service kwaliteit en beschikbaarheid bereikt worden.

Eerstelijns incident management wordt uitgevoerd door de service desk Eigenaarschap, monitoren, tracking en communicatie wordt gedaan door de eerste lijn Incidenten veroorzaken downtime en hebben daardoor invloed op de beschikbaarheid Leg een procedure vast voor Major incidenten inclusief een major incident team.

Hoofdactiviteiten:

• Incident identificatie en vastlegging o Worden vastgelegd in de CMS / SKMS

• Categorisatie en prioriteit vastleggen o (urgentie – impact)

• Initiële diagnose o Raadpleeg knowledge base o Richt op symptomen o Mogelijk escaleren

• Onderzoek en diagnose • Oplossen en herstellen

o Door permanente oplossing of workaround • Sluiten

o Overleggen met klant (klant bepaalt of oplossing bruikbaar is) o eventueel aanpassen categorie

Begrippen

Incident – Een ongeplande interruptie of een vermindering van de kwaliteit van een IT service. Fouten aan een CI die een service nog niet beïnvloed hebben zijn ook incidenten.

Incident model – Standaard werkwijze om een bepaalde bekende type incidenten te behandelen.

Prioriteit bepaling – Wordt gedaan n.a.v. urgentie en impact. Major incident – Een incident met een extreme invloed op de gebruikers

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

13 van 16

Examen tips:

• Doel van incident management – Het zo snel mogelijk herstellen van de dienst verlening

• Een Major Incident is GEEN problem. Event Management

Ontdek gebeurtenissen, doorgrond ze en bepaal welke acties er ondernomen moeten worden.

Effectieve productie heeft de status van de infrastructuur nodig waardoor monitoren

vereist is.

Er zijn drie type events: Informatief – Geen actie nodig Waarschuwing – Als er een drempel waarde wordt overschreden is er mogelijk

actie nodig Alarm – Iets is abnormaal er is altijd actie nodig

Begrippen:

Event – een alarm of waarschuwing (voor de productie medewerkers). Sommige events kunnen incidenten worden. (maar niet alle!!)

Alert – waarschuwing dat een drempel waarde bereikt is. Er is iets veranderd of er heeft zich een fout voor gedaan.

Request Fulfilment

Een service request is de generieke term voor diverse vormen van vragen. Kleine wijzigingen, verzoek om een wachtwoord, informatief verzoek

Kan de druk wegnemen van Incident en Change management. Door het procedureel

afhandelen van kleine verzoeken.

Levert informatie aan gebruikers

Ideaal voor een “zelfhelp” interface Examen tip: Een request is meestal een geplande event een incident is meestal een niet geplande event.

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

14 van 16

Problem Management Minimaliseren van de ongunstige impact van problems en zich herhalende incidenten

voor het bedrijfsproces. Het voorkomen van zich herhalende incidenten door het zoeken naar de achterliggende oorzaak en acties initiëren om deze op te lossen.

Ook belast met het minimaliseren van de impact van incidenten die niet voorkomen

kunnen worden door het vastleggen van zogenaamde Workarounds

Twee aspecten reactief en proactief Problem Management Begrippen:

Problem – Onbekende oorzaak van 1 of meerdere incidenten Error – Ontwerp fout of een storing die een fout veroorzaakt (dit kan ook een

menselijke fout zijn) Know Error – Een problem waarvan de achterliggende oorzaak en de workaround is

vastgelegd Workaround – een manier om de impact van een incident weg te nemen of te

reduceren. Sleutel woord is OORZAAK Access Management Verantwoordelijk voor het toekennen van rechten aan gebruikers voor het gebruik van services en het zorg dragen dat ongeautoriseerde geen toegang hebben. Bepaalt niet het toegangsbeleid! Het proces voert het beleid uit zoals bepaald door Information Security en Availibility Management Access (toegang) is het nivo van de service of data waar de gebruiker het recht heeft gebruik van te maken. Rights (rechten) zijn de werkelijke toegangsparameters. Functies Service Desk

Single Point Of Contact (SPOC) voor alle IT communicatie voor gebruikers en klanten met betrekking tot IT-Services zodat het gebruik van de services geoptimaliseerd kan worden.

De operationele schakel tussen de diensten leverancier en haar gebruikers/klanten

Behandeld (meestal) de eerste lijn Incident Management en Request Fulfilment

Mogelijke organisatie structuren:

o Lokaal o Centraal o Virtueel

Gespecialiseerde service desk groepen kunnen gebruikt worden.

Verschillende expertise niveaus mogelijk van call aannemers tot technische experts (kosten bate vraagstuk)

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

15 van 16

Examen tip: Service Desk medewerkers moeten klant service gefocust zijn. Technical Management

Bewaker van de technische kennis en expertise gerelateerd aan het beheer van de IT infrastructuur

Levert de technische middelen om de levenscyclus te ondersteunen (v.b. 2e + lijn support voor incident en problem management

Definieert de technische standaarden Application Management

Bewaker van de technische kennis en expertise gerelateerd aan het beheer van de applicaties

Helpt bij het ontwikkelen en de uitrol van applicaties en de continue ondersteuning tijdens de gehele levens cyclus

Helpt bij de beslissing om applicaties zelf te bouwen of aan te schaffen IT Operations Management De dagelijkse operationele activiteiten voor het beheren en onderhouden van de IT infrastructuur (vb. Computer centrum) Doel is om de stabiliteit van de IT infrastructuur te beheren en te verbeteren. Bestaat uit:

1. Operation Control Draagt zorg over de werking en het monitoren van alle operationele activiteiten en gebeurtenissen in de IT infrastructuur (vb. Console management, Batch verwerking, Backups etc. )

2. Facility Management Beheert de fysieke IT omgeving waar de IT infrastructuur is ondergebracht.

SAMENVATTING ITIL V3 FOUNDATION

16 van 16

Continual Service Improvement (CSI) Geeft richtlijnen in het creëren en beheren van waarde (voordelen) voor klanten door

het beter ontwerpen, introduceren en produceren van diensten. (gaat over de gehele levens cyclus)

Analysren en verbeteren van services en processen door de gehele levens cyclus heen. Het zeker stellen dat de juiste methode gebruikt worden om CSI te ondersteunen. (combinatie van methode en principes vanuit quality management, change management en capaciteitsverbetering.

Vier categorieën: Verbetering (resultaten na en voor de verbeteren) Voordeel (gedefinieerd, meestal financieel) ROI (return on investment) VOI (Value on investment)

Er moet bij verbetering een business case gedefinieerd zijn. Kijk altijd naar de risico’s als er verbeteringen worden voorgesteld. Concentreer op behoorlijk bestuur die er voor zorgt dat beleid en strategie geïmplementeerd zij en waar de processen rekening mee houden. Governance (bestuur) gaat over het definiëren van rollen en verantwoordelijkheden, metingen en rapportage en het nemen van de juiste acties op elk niveau. Om te verbeteren moet je meten.

Je hebt daarbij nodig een Baseline / benchmark. Een bekende situatie op een gegeven moment (geaccepteerd en gedocumenteerd)

Waarom meten? Om te valideren, te verantwoorden, te sturen en in te grijpen (Validate, justify, direct

, intervene) Wat te meten?

Technologie, Processen en Service metingen (service metingen zijn altijd end to end) Verbeter methode

Deming – Plan Do Check Act CSI approach

o Wat is de visie o Waar staan we nu (baseline) o Waar willen we naar toe o Hoe komen we daar o Zijn we er gekomen o Hoe blijven we ons verbeteren

Processen 7-step improvement process

1. Define what you should measure 2. Define what you can measure 3. Gather data 4. Process data 5. Analyse data 6. Present and use information 7. Implement corrective action

Knowledge spiral (data gaat van operation naar taktisch naar strategisch management)

Pierre
Stempel