screeningsdossier rup Hotels 1ste fase

Screening

RUP Hotels eerste fase

Bestek: 2008/AGSO/AT/004

29 juli 2009

Screeningsnota

Gemeentelijk RUP Hotels eerste fase


Inhoudsopgave 1

INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE ..................................................................................................................1

1 ALGEMENE INLICHTINGEN................................................................................................3 1.1 INITIATIEFNEMER ..................................................................................................................3 1.2 OPDRACHTHOUDER .............................................................................................................3

2 WETTELIJKE CONTEXT.........................................................................................................4

3 BESCHRIJVENDE GEGEVENS.............................................................................................6 3.1 DOELSTELLING – MOTIVERING TOT OPMAAK............................................................................6 3.2 SITUERING VAN HET PLANGEBIED............................................................................................6 3.3 BESCHRIJVING REFERENTIESITUATIE .........................................................................................7 3.4 BESCHRIJVING VAN DE GEPLANDE SITUATIE.............................................................................7

4 ALTERNATIEVEN .................................................................................................................9 4.1 BESCHRIJVING NULALTERNATIEF.............................................................................................9

5 METHODOLOGIE..............................................................................................................10

6 TOETSING MER-PLICHT ....................................................................................................13

7 BESCHRIJVING EN BEOORDELING MILIEUEFFECTEN .....................................................15 7.1 BESCHRIJVING EFFECTEN ....................................................................................................15 7.1.1 DISCIPLINE WATER...............................................................................................................15 7.1.2 DISCIPLINE FAUNA EN FLORA ...............................................................................................17 7.1.3 DISCIPLINE LANDSCHAP, BOUWKUNDIG ERFGOED EN ARCHEOLOGIE....................................18 7.1.4 DISCIPLINE MENS ................................................................................................................19 7.2 INGREEP-EFFECT MATRIX.....................................................................................................20 7.3 BEOORDELING MILIEUEFFECTEN............................................................................................27

8 GRENSOVERSCHRIJDENDE EFFECTEN.............................................................................31

9 BESLUIT..............................................................................................................................32

10 VERZOEK TOT RAADPLEGING VAN DE ADVIESINSTANTIES ...........................................33

11 KAARTEN ..........................................................................................................................44


Algemene inlichtingen 3

1 ALGEMENE INLICHTINGEN

1.1 Initiatiefnemer

AGSO Knokke-Heist, Knokkestraat 22, 8300 Knokke-Heist

1.2 Opdrachthouder

ANTES Milieustudies bvba, Italiëlei 161 b6, 2000 Antwerpen

De Screening wordt gecoördineerd door dr. sc. Michèle BAUWENS, erkend MER-deskundige disciplines water, lucht, mens, ANTES Milieustudies bvba, Italiëlei 161 te 2000 Antwerpen. Zij wordt in deze taak bijgestaan door Iris Tokka.

Tabel 1.2.1: Overzicht externe MER-deskundigen

Deskundige Discipline EDA-nummers Erkenning tot

Michèle BAUWENS Water

Mens

MB/MER/EDA/065/V-2/B

MB/MER/EDA/065/V-3/A

10.01.2010

10.01.2010

Herman DE BRUYNE Bodem MB/MER/EDA/141-V3 16.05.2011

Bart OPSTAELE Fauna en flora MB/MER/EDA-585/V1 10.06.2012

Mia JANSSEN Landschappen, bouwkundig erfgoed en

archeologie

MB/MER/EDA-372/V2/B 18.12.2011

Tabel 1.2.2: Andere milieudeskundigen

Medewerkers Discipline

Iris TOKKA (ANTES) Water en Mens

Kaartmateriaal


4 Wettelijke context

2 WETTELIJKE CONTEXT Bepaalde plannen en programma's moeten op hun gevolgen voor het milieu worden beoordeeld volgens de toepassing van het decreet van 27 april 2007 houdende wijziging van titel IV van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (D.A.B.M.), van artikel 36ter van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en van het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma's van 12 oktober 2007.

Om te weten of er al dan niet een plan-MER (planmilieueffectrapport) moet worden opgesteld, moet men nagegaan of het plan of programma onder de definitie en het toepassingsgebied van het D.A.B.M. valt, en of het onder de plan-MER-plicht valt. Daartoe vindt desgevallend een screening plaats: een onderzoek of het voorgenomen plan of programma aanzienlijke milieueffecten kan hebben.

De definitie van plan of programma bevat drie voorwaarden die tegelijkertijd moeten vervuld worden: wettelijke bepalingen moeten voorschrijven dat een plan/programma wordt opgesteld en/of vastgesteld, het plan/programma wordt op regionaal, provinciaal of lokaal niveau opgesteld en het moet via een wetgevingsprocedure door parlement, regering of een instantie worden vastgesteld. Om onder het toepassingsgebied van het D.A.B.M. te vallen moet het plan/programma verder het kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor een project of, gelet op de mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones, een passende beoordeling behoeven. Een project wordt in het D.A.B.M. omschreven als (ondermeer) een vergunningsplichtige activiteit die bestaat uit de uitvoering van bouwwerken, de exploitatie van installaties en andere ingrepen in het milieu. Voorbeelden van plannen die aan deze criteria beantwoorden zijn ruimtelijke uitvoeringsplannen, ruilverkavelingsplannen, bekkenbeheerplannen, … . In de mate dat ze het kader vormen voor de vergunning van projecten.

Een aantal plannen en programma's zijn 'van rechtswege' onderworpen aan de plan-MER-plicht. Het gaat om plannen/programma's (of de wijziging), die tegelijkertijd (!):

een kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor de in bijlagen I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 opgesomde projecten (zijnde merplichtige projecten)

niet het gebruik regelen van een klein gebied op lokaal niveau, noch een kleine wijziging inhouden

betrekking hebben op landbouw, bosbouw, visserij, energie, industrie, vervoer, afvalstoffenbeheer, waterbeheer, telecommunicatie, toerisme en ruimtelijke ordening of grondgebruik.


Wettelijke context 5

Ook de plannen/ programma’s waarvoor een passende beoordeling (aan de hand van een voorafgaand onderzoek te bepalen) vereist is zijn van rechtswege onderworpen aan de plan-MER-plicht.

De plannen en programma’s die het kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor een project maar die niet van rechtswege plan-MER-plichtig zijn, moeten, gescreend worden op het gegeven of ze al dan niet aanzienlijke milieueffecten kunnen hebben. Naargelang het resultaat van deze screening moet al dan niet besloten worden tot een plan-MER-plicht.


6 Beschrijvende gegevens

3 BESCHRIJVENDE GEGEVENS

3.1 Doelstelling – motivering tot opmaak

Het gemeentelijk RUP Hotels eerste fase kadert in het ondersteunend beleid naar hotelfunctie binnen de gemeente. In deze eerste fase is het de bedoeling zowel bestaande als nieuwe kleinere familiale hotels mogelijk te maken en aan te moedigen.

Het gemeentebestuur wenst met behulp van ruimtelijke uitvoeringsplannen enerzijds de bestaande familiale hotels maximaal te ondersteunen en anderzijds nieuwe hotelinfrastructuur met bijhorende specifieke accommodaties mogelijk te maken.

3.2 Situering van het plangebied

Het plangebied bestaat uit 6 projectzones binnen de gemeente Knokke-Heist (Zie kaart 1). Deze projectzones zijn:

Projectzone Lugano en Lucargo: De hotels Lugano en Lucargo bevinden zich in het centrum van Knokke op ca. 50m van het strand aan de Kustlaan ter hoogte van het Generaal Lemanpad en het Villapad.

Projectzone Manior Du Dragon: Deze projectzone omvat de percelen van het bestaande hotel Manior Du Dragon, gelegen langs de Albertlaan 73 met de achterzijde palend aan de bestaande golf.

Projectzone Binnenhof: Hotel Binnenhof is gelegen op slechts 50m van het Albertstrand op de hoek van de Jozef Nellenslaan en de Zwaluwenlaan.

Projectzone Les Arcades: De projectzone van het hotel Les Arcades bevindt zich op de hoek van de Elisabetlaan en de Lammekenslaan.

Projectzone Knokke-Out: De projectzone Knokke-Out betreft de bestaande horecazaak en het clubhuis Knokke-Out binnen de bestaande tennisterreinen in het Zoute begrensd door de Bronlaan, Astridlaan en Prins Filiplaan.

Projectzone Gustave Siska: Op het einde van de Zoutelaan op de hoek van de Zoutelaan met de Bronlaan bevindt zich de bestaande horecazaak Gustave Siska.


Beschrijvende gegevens 7

3.3 Beschrijving referentiesituatie

De referentiesituatie wordt beschreven per projectzone.

Projectzone Lugano en Lucargo: Het bestaande hotel Lugano is een 4-sterren familiehotel dat 29 kamers bevat. Het pand van het voormalige hotel Lucargo is op het ogenblik ingericht als een winkel en kantoorruimten. De huidige eigenaar wil er opnieuw een hotelfunctie in voorzien. Beide panden zijn gelegen in de bestemmingszone ‘zone voor villa-appartementen en hotels’ volgens het RUP Wijk Prins Karellaan. Het bestaande hotel Lugano is bijkomend aangeduid als ‘waardevol patrimonium’.

Projectzone Manior Du Dragon: Het hotel Manoir Du Dragon in een landhuis daterend van 1927 dat is omgevormd tot een luxueus hotel met 8 kamers en 8 suites. Het hotel is gelegen in de bestemmingszone ‘ééngezinswoningzone in het BPA ‘Helmweg’, met een maximale bezetting van 15%, een maximaal bebouwde grondoppervlakte van 450m2 en een bouwhoogte beperkt tot 2 bouwlagen met dak.

Projectzone Binnenhof: Hotel Binnenhof heeft 25 kamers. Volgens het BPA Wijk Casino is het hotel gelegen binnen de bestemmingszone “alleenstaande of gekoppelde woonzone, eveneens de hotelbestemming en meergezinswoningen zijn toegelaten”. In de tuinzone kan slechts 30% worden verhard.

Projectzone Les Arcades: Hotel Les Arcades is een charmant familiehotel in de bestemmingszone ‘zone voor ééngezinswoningen en satelliethotels met nabestemming ééngezinswoning’ in het RUP Wijk Prins Karellaan. Er is een bouwaanvraag lopende voor een beperkte uitbreiding van een kamer voor een minder valide en in het kader van beperkte capaciteitsuitbreiding. In de bestaande situatie kan deze niet worden toegestaan.

Projectzone Knokke-Out: De bestaande horecazaak en clubhuis Knokke-Out is gelegen in bestemmingszone ‘dagrecreatiezone’ en meer specifiek in een zone voor recreatieve accommodatie ter bevordering van dagrecreatie volgens het BPA Bronlaan. In deze specifieke zone kunnen een clubhuis en horeca accommodaties worden toegelaten met inbegrip van kantoorruimten, vergaderruimten, zwembadvoorziening en uitbatingswoongelegenheid.

Projectzone Gustave Siska: De bestaande horecazaak Gustave Siska is gelegen in de bestemmingszone ‘ééngezinswoningzone’ volgens het BPA Zoutelaan. Oorspronkelijk wou de eigenaar de horecazaak stopzetten en twee villa’s realiseren volgens het BPA. Het gemeentebestuur wenst echter de horecafunctie op deze plaats te behouden. De eigenaar gaat hiermee akkoord maar dan zijn aanpassingen aan het bouwwerk nodig.

3.4 Beschrijving van de geplande situatie

Projectzone Lugano en Lucargo: Om nieuwe volwaardige hotels uit te bouwen die tegemoetkomen aan de vigerende wetgeving en de hoge eisen van de klanten zijn de bepalingen van het huidig RUP Wijk Prins Karellaan te beperkend. Zo dienen voor beide hotels aanpassingen te gebeuren in functie van de brandveiligheid (aantal en kenmerken van de vluchtwegen), accommodatie en toegankelijkheid (grootte kamers, toegang voor


8 Beschrijvende gegevens

mensen met een handicap, gastenlift). In de geplande situatie worden beide hotels dan ook gesloopt en terug opgebouwd.

De wijzigingen aan de stedenbouwkundige voorschriften in deze projectzone bestaan uit het verkleinen van de afstand tot de rooilijn of de perceelsgrenzen, het vergroten van het mogelijke bebouwingspercentage, de bouwdiepte, de bouwhoogte (van 2 naar 3 bouwlagen, max. kroonlijsthoogte van 9 m en een nokhoogte van 16 m). Ondergrondse constructies worden eveneens mogelijk tot 3 ondergrondse bouwlagen.

Projectzone Manior Du Dragon: Om aan de verzuchtingen van het cliënteel te kunnen voldoen moeten er renovatiewerken en uitbreidingswerken worden uitgevoerd (vergaderruimten,bijkomende hotelkamers, parking,…) In de stedenbouwkundige voorschriften wordt daarvoor het bebouwingspercentage van het perceel rond het hotel opgetrokken tot maximaal 40% en wordt toegestaan dat maximaal 30% van de tuin mag worden verhard. Ook ondergrondse constructies worden toegestaan tot 2 bouwlagen die aanverwante hotelaccommodatie mogen bevatten. De eigenaar van het hotel plant onder andere ondergrondse parkeermogelijkheden.

Projectzone Binnenhof: Een uitbreiding van het gelijkvloers dringt zich op door plaatsgebrek binnen de huidige bebouwing. Er moet een rookruimte worden voorzien en extra plaatsen voor het serveren van het ontbijt aan de gasten. Volgens de stedenbouwkundige voorschriften wordt het bebouwingspercentage verhoogd tot maximaal 60%. De afstand tot de rooilijn en de perceelsgrenzen zal minstens 5 meter bedragen behalve voor het uitbreiden van het gelijkvloers tot de rooilijn (2 meter). Daarnaast mag maximum 80% van de tuinzone worden verhard. Ook ondergrondse constructies worden toegestaan van maximum 3 ondergrondse bouwlagen voor aanverwante hotelaccommodatie.

Projectzone Les Arcades: De nokhoogte wordt in de stedenbouwkundige voorschriften aangepast van 11 meter naar 14 meter. Hierdoor kan de uitbreiding waarvan sprake in de referentiesituatie worden uitgevoerd.

Projectzone Knokke-Out: De eigenaar van de tennisterreinen en het clubhuis wil een hotelaccommodatie creëren (ca. 20 kamers) met wellness en fitness voorzieningen, zoals reeds voorzien in het BPA. Er wordt echter gevraagd de contouren van de deelzone ruimer te nemen om een goede organisatie te kunnen bewerkstelligen. Daarnaast wil men de mogelijkheid openhouden om een deel van de tennisvelden te overkappen. De hoofdbestemming wordt zo aangepast in de stedenbouwkundige voorschriften.

Projectzone Gustave Siska: Op deze locatie wordt een nieuw luxe hotel gebouwd met 2 ondergrondse bouwlagen, 2 bovengrondse bouwlagen en 1 verdieping onder het dak. Eén ondergrondse bouwlaag zal dienen als parking, de andere voor hotelfaciliteiten zoals sauna, fitness, hamam, binnenzwembad, … . Op het gelijkvloers worden inkom, restaurant, loungebar en vergaderruimtes voorzien en de twee bovenste verdiepen worden uitgerust met elk een 12 tal kamers (totaal ca. 25 kamers). De stedenbouwkundige voorschriften worden dan ook aangepast zodat bovenstaande vernieuwingen mogelijk zijn.


Alternatieven 9

4 ALTERNATIEVEN

4.1 Beschrijving nulalternatief

Het nulalternatief is dat alternatief waarbij het gebied zich verder zou ontwikkelen zonder het voorgestelde RUP. In die situatie blijven de bepalingen in het huidige gewestplan Brugge – Oostkust gelden samen met het RUP Wijk Prins Karellaan, BPA Helmweg, BPA Wijk Casino, BPA Bronlaan en BPA Zoutelaan, in hun huidige vorm.

In de huidige situatie verdwijnen er steeds meer kleine familiale hotels uit de gemeente. Het hotelbestand is in de gemeente in een periode van 10 jaar met immers 32% gedaald, tegenover een stijging van de individuele vakantiewoningen.

Zonder dit RUP wordt de goede werking van de bestaande hotels gehypothekeerd evenals de mogelijkheden voor de uitbating van nieuwe hotels.

Concreet wordt in het nulalternatief verwacht dat:

− de nieuwe hotels (hotel Lucarno, hotel Knokke-Out, hotel Gustave Siska) niet mogelijk worden in de situatie van het nulalternatief;

− de verdere uitbating van de bestaande hotels wordt gehypothekeerd, waardoor deze na verloop van termijn zullen verdwijnen omdat ze niet meer kunnen voldoen aan de vigerende wetgeving met betrekking tot brandveiligheid, toegankelijkheid, rookverbod en omdat ze niet meer beantwoorden aan de huidige comforteisen van het cliënteel;

− de dalende trend in het hotelbestand zich zal verder zetten, waardoor de doelstellingen en visies in verband met toerisme volgens het Strategisch beleidsplan Toerisme Knokke-Heist 2005-2015 en het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Knokke-Heist niet verder worden verwezenlijkt.


10 Methodologie

5 METHODOLOGIE Voor het uitvoeren van de screening zal gebruik gemaakt worden van 4 praktische checklists.

Tabel A: Toetsing MER-plicht of screeningsplicht.

In eerste instantie wordt een globale juridische toetsing aan de eventuele MER-plicht uitgevoerd. Hierbij wordt tabel A gehanteerd. Voor het RUP wordt eerst nagegaan of het projecten of activiteiten omvat waarvoor zeker een MER of desgevallend een ontheffingsdossier moet/kan1 worden gemaakt.

Voor het bepalen van de MER-plicht voor een RUP zijn de volgende vragen van belang.

1) Vormt het RUP een kader voor de toekenning van een vergunning voor de in bijlagen I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 opgesomde projecten?

2) Regelt het RUP niet het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau, noch een kleine wijziging?

3) Heeft het RUP betrekking op landbouw, bosbouw, visserij, energie, industrie, vervoer, afvalstoffenbeheer, waterbeheer, telecommunicatie, toerisme en ruimtelijke ordening of grondgebruik?

4) Heeft het RUP mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones (Habitatrichtlijngebieden en Vogelrichtlijngebieden)?

Worden de eerste drie vragen allen positief beantwoord is het RUP van rechtswege Plan-MER-plichtig. Wanneer één van de eerste drie vragen negatief wordt beantwoord is het RUP ‘screeningsplichtig’. Wanneer de vierde vraag positief wordt beantwoord, dan is een analyse nodig om te bepalen of er een passende beoordeling vereist is.

In tabel A worden de antwoorden weergegeven per bestemmingszone en volgt een globale toetsing aan de Plan-MER-plicht van rechtswege. Indien het RUP niet van rechtswege Plan-MER-plichtig wordt geacht moet een ‘screening’ worden uitgevoerd.

Scoping

Vooreerst worden de mogelijke milieuproblemen afgebakend die relevant kunnen zijn voor het plan. Dit gebeurt op basis van de geplande wijzigingen ten opzichte van de huidige 1 Eventueel kan er besloten worden om sowieso een MER te maken, en geen ontheffingsdossier.


Methodologie 11

toestand. Voor ruimtelijke uitvoeringsplannen en bijzondere plannen van aanleg zijn de discipline water, discipline fauna en flora, discipline landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie en discipline mens de voornaamste. Afhankelijk van de geplande herbestemmingen en de hiermee gerelateerde projecten kunnen tevens de discipline bodem, discipline lucht, discipline geluid en trillingen van belang zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval bij infrastructuurwerken of projecten in verband met mobiliteit. Ook de aard van het de omgeving is belangrijk bij de scoping. Aan een omgeving met bijzondere natuurwaarden of andere kwetsbare aspecten (grondwater, bodem, oppervlaktewater, …) dient extra aandacht te worden besteed.

In de screening van het RUP Hotels eerste fase zullen volgende disciplines worden onderzocht: discipline bodem, discipline water, discipline fauna en flora, discipline landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie en discipline mens.

Tabel B: Effectgroepen versus projectzones

Er wordt per projectzone in het RUP nagegaan welke effectgroepen mogelijk relevant zijn op milieugebied, in de meest brede betekenis. In de kolommen wordt aangegeven welke verschillende projectzones in het RUP voorkomen. In de rijen worden de effectgroepen weergegeven per onderzochte discipline.

De in tabel B opgenomen effectgroepen zijn deze die ook als relevante effectgroepen worden voorgeschreven in de richtlijnenboeken van de Dienst MER (consulteerbaar op www.mervlaanderen.be). Ook effectgroepen, afgebakend volgens ervaring van de deskundigen en volgens de stand van de wetenschap of de actuele mediabelangstelling rond welbepaalde milieuproblemen (bijvoorbeeld: fijn stof, PCB’s, dioxines etc.etc.), zijn/worden daaraan toegevoegd indien deze volgens de expertise van de deskundige relevant worden geacht.

Effectgroepen die voor het gegeven RUP niet van toepassing worden geacht, worden doorstreept en komen verder niet voor in de screening. Effectgroepen die wel van toepassing worden geacht worden gescoord per projectzone. Waar een positief effect wordt verwacht wordt dit aangegeven met een ‘+’, een negatief effect wordt aangegeven met een ‘-‘ en wanneer geen effect wordt verwacht wordt dit aangegeven met een ‘0’.

In de laatste kolom van tabel B kan een cumulatieve toetsing worden aangegeven (alle projectzonen samen voor één bepaalde effectgroep).

Tabel C: Kenmerken en beoordeling van effecten

In een volgende stap worden de relevant bevonden effectgroepen (per zone) gewogen en nader beoordeeld. De beoordeling vindt nu plaats op basis van criteria zoals duur, remedieerbaarheid, reikwijdte, enz. Hiervoor gelden verschillende niveaus of graden. Er wordt verwezen naar de legende die aan deze tabel is toegevoegd.

De weging wordt uiteraard voorzien van commentaar (zie verder). De expertise van de deskundigen wordt ingezet om te besluiten of er al dan niet sprake is van aanzienlijke milieueffecten.

http://www.mervlaanderen.be/


12 Methodologie

Tabel D: instanties te raadplegen

In bepaalde gevallen dienen bepaalde instanties te worden geraadpleegd om advies aan te vragen. Dit wordt overzichtelijk voorgesteld in Tabel D. Indien het antwoord op de vraag JA is, dient de instantie gecontacteerd die is vermeld in de laatste kolom.


Toetsing MER-plicht 13

6 TOETSING MER-PLICHT Voor het toetsen van de MER-plicht dienen volgende vragen te worden beantwoord.

1) Vormt het RUP een kader voor de toekenning van een vergunning voor de in bijlagen I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 opgesomde projecten?

Neen, het voorgenomen plan vormt geen kader voor de toekenning van een vergunning van een bijlage I of II project.

2) Regelt het RUP niet het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau, noch een kleine wijziging?

Neen, de oppervlakte van het plangebied beperkt zich tot bepaalde percelen binnen de gemeente met een hotelfunctie als doel in de geplande situatie (24.253 m2).

3) Heeft het RUP betrekking op landbouw, bosbouw, visserij, energie, industrie, vervoer, afvalstoffenbeheer, waterbeheer, telecommunicatie, toerisme en ruimtelijke ordening of grondgebruik?

Ja, het RUP heeft betrekking op toerisme en ruimtelijke ordening.

4) Heeft het RUP mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones?

Neen, gezien de eventuele negatieve effecten op het Vogel- en Habtitatrichtlijngebied in de buurt van de projectzones niet significant zullen zijn (mits rekening gehouden met een aantal randvoorwaarden) en beperkt zullen zijn in de tijd, is het niet opportuun om een Passende beoordeling op te stellen.

Vogelrichtlijngebied ‘Het Zwin’ (3.3): de verschillende projectzones liggen minimaal 200 m verwijderd van het Vogelrichtlijngebied en gezien de verschillende projectzones gelegen zijn binnen verstedelijkt gebied zijn geen significante negatieve effecten op het Vogelrichtlijngebied te verwachten.

Habitatrichtlijngebied ‘Duingebieden inclusief IJzermonding’: er zijn 3 projectzones die in de buurt van dit Habitatrichtlijngebied zijn gelegen, namelijk “Manior du Dragon” (aangrenzend), “Knokke Out” (op 25 m afstand) en “Gustave Siska” (op 50 m afstand). Gezien onder meer de ligging van de verschillende projectzones binnen erg verstedelijkt gebied zijn er geen rechtstreekse significante negatieve effecten te verwachten door de invulling van het gemeentelijk RUP. Tijdelijk kan er tijdens de verbouwingswerken mogelijks rustverstoring optreden in het nabijgelegen Habitatrichtlijngebied. Onrechtstreeks, maar tijdelijk, kan er wel een negatief effect zijn als er langere tijd dieptebemalingen worden uitgevoerd om ondergrondse constructies aan te leggen. Dit is voorzien in de projectzones “Manior du Dragon” en


14 Toetsing MER-plicht

“Gustave Siska”. Hierdoor kan er in de ruimere omgeving, dus ook in het Habitatrichtlijngebied, eventueel tijdelijk grondwaterpeildalingen optreden. Bij de aanleg van dergelijke ondergrondse constructies dient er dan ook worden op toegezien dat de invloed van bemalingen zoveel mogelijk wordt beperkt (bvb. gebruik damplanken, retourbemaling, …). Volgens de ecosysteemkwetsbaarheids-kaart met betrekking tot verdroging zijn de open ruimtes in de ruime omgeving niet tot weinig kwetsbaar voor verdroging.

In tabel A wordt samengevat per projectzone welke vragen van belang zijn en er gebeurt een globale toetsing van de Plan-MER-plicht. Het RUP is volgens tabel A niet Plan-MER-plichtig maar wel screeningsplichtig. Er is tevens geen passende beoordeling vereist.

Tabel A: Toetsing MER-plicht RUP Hotels eerste fase

Pro

ject

zone

Lu

gano

en

Luca

rgo

Pro

ject

zone

M

anio

r Du

Dra

gon

Pro

ject

zone

B

inne

nhof

Pro

ject

zone

Le

s A

rcad

es

Pro

ject

zone

K

nokk

e-O

ut

Pro

ject

zone

G

usta

ve S

iska

GLO

BA

AL

1) Kader toekenning vergunning Bijlage I of Bijlage II project

Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee

2) Gebruik groot gebied, niet op lokaal niveau of grote wijziging


3) Heeft RUP betrekking op de bepaalde sectoren

Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja

4) Betekenisvolle effecten op SBZ-H of SBZ-V



Beschrijving en beoordeling milieueffecten 15

7 BESCHRIJVING EN BEOORDELING MILIEUEFFECTEN

7.1 Beschrijving effecten

7.1.1 Discipline Bodem en grondwater

Impact op bodem en grondwater is potentieel aanwezig tijdens de bouwfase. Met bouwfase worden eveneens de eventuele sloopwerken bedoeld die voorafgaan aan de eigenlijke bouw.

De ingrepen die effecten kunnen hebben zijn:

• Structuurwijziging: deze kan het gevolg zijn van de inzet van zware machines of het veelvuldig betreden van de bodem. Of kan het gevolg zijn van gewijzigd bodemgebruik (vb. in gebruik nemen als landbouwgebied). Als gevolg van verdichting kan verslemping of korstvorming optreden.

• Profielwijziging: verstoring van de opeenvolging van de verschillende bodemlagen. Deze verstoring wordt veroorzaakt door graafwerken allerhande (sleuven voor nutsvoorzieningen, aanleg wegeninfrastructuur, aanleg kelders, tuinen enz…). Profielwijziging kan ook het gevolg zijn van een gewijzigde lucht- en waterhuishouding.

• Wijziging bodemstabiliteit: hieronder verstaat men zettingen, inklinking en grondverschuiving. Bodemzetting ontstaat door zware belasting van de bodem. Als gevolg hiervan zakt het maaiveldniveau. Deze effecten zijn permanent en onomkeerbaar. Belangrijk voor de kusstreek is inklinking. Inklinking is meestal het gevolg van de ontwatering (bijvoorbeeld door bemaling) van natte samendrukbare gronden (bijv kleilagen of veenlagen). Door de ontwatering en de druk van de bovenliggende lagen treed verdichting op (inklinking). De effecten van inklinking kunnen waarneembaar zijn aan het oppervlak op een relatief grote afstand van de eigenlijke werken. Hierdoor kunnen scheuren optreden aan diverse bouwwerken.

• Erosie: water maar vooral winderosie kan belangrijk zijn in de kuststreek. Winderosie treedt op wanneer een beschermende bovenlaag (begroeiing,


16 Beschrijving en beoordeling milieueffecten

verharding) wordt weggenomen en de wind vrij spel krijgt op de losse zanddeeltjes. Deze worden door de wind opgenomen en verderop terug afgezet.

• Bodemverontreiniging: door menselijke activiteiten kunnen milieuvreemde stoffen in de bodem terechtkomen en daar bodemverontreiniging veroorzaken. Voorbeelden zijn: lekkage van werfmachines tijdens de bouwfase, lekkend stookolietanks, lekkende rioleringen,…).

• Verzilting: verzilting van de bodem treedt op wanneer de aanvoer van zoet water aan de oppervlakte (hemelwater) kleiner is dan de verdampingscapaciteit. Het diepere grondwater (rijk aan zouten) wordt hierdoor naar de oppervlakte gestuwd. Verzilting van de bodem staat in nauw verband met verzilting van het grondwater. Verzilting van het grondwater treedt op wanneer het scheidingsvlak zoet/zout wordt beïnvloed als gevolg van grondwaterwinning of door een verstoring van de waterbalans (cfr. verharding).

• Verdroging/ vernatting: wijziging van de hoeveelheid bodemvocht. Verdroging of vernatting wordt veroorzaakt door bemaling of drainage of door een wijziging van de oppervlaktewaterhuishouding (verhardingen, drainage, begroeiing…).

7.1.2 Discipline Water

7.1.2.1 Oppervlaktewater s.s. en waterbodem

In de buurt van de projectzones zijn geen oppervlaktewateren of overstromingsgebieden. Er worden dan ook geen effecten op het oppervlaktewater of de waterbodem verwacht.

7.1.2.2 Hemelwater en processen

Wijziging infiltratiehoeveelheid, wijziging afstromingshoeveelheid: Als gevolg van de herbestemmingen kan er op de aangeduide percelen meer oppervlakte worden verhard. Deze extra mogelijks te verharden oppervlakten zijn echter beperkt in grootte. Als gevolg hiervan wordt niet verwacht dat de infiltratiehoeveelheid en/of de afstromingshoeveelheid significant zullen wijzigen.

7.1.2.3 Watergebruik

Wijziging watervoorziening, wijziging afvalwaterhoeveelheid, wijziging leidingwaterhoeveelheid: Door de herbestemmingen in het RUP wordt voorzien in de bouw van nieuwe hotels en de uitbreiding van bestaande hotels. De toename aan capaciteit van de logies zal uiteraard gepaard gaan met een hoger gebruik van water en een verhoging van de afvalwaterhoeveelheid. Dit gebeurt echter op locaties waar nu reeds activiteiten zijn zoals bestaande hotels, horecazaken, … . Het extra afvalwater zal samen met het huidige afvalwater worden geloosd op het bestaande openbare rioleringsnetwerk en worden aangesloten op de RWZI.



7.1.3 Discipline Fauna en Flora

De uitvoering van de RUP Hotels eerste fase te Knokke-Heist zal een geringe invloed hebben op de aanwezige fauna en flora in en rond de verschillende zones. De zes verschillende zones liggen in vrij sterk tot sterk verstedelijkte omgeving en zijn de bestaande natuurwaarden binnen deze zones (zeer) gering.

Enkele projectzones, namelijk “Manior du Dragon”, “Knokke-Out” en “Gustave Siska” liggen in de onmiddellijke omgeving van het Habitatrichtlijngebied ‘Duingebieden inclusief IJzermonding en Zwin’. Projectzones “Knokke-Out” en “Gustave Siska” liggen ook in de buurt van het VEN-gebied ‘De Zwinstreek’.

Het duingebied grenzend aan de projectzone “Manior du Dragon” bestaat vooral uit duingraslanden die in gebruik zijn als golfterrein. De projectzone “Knokke-Out” grenst aan de overzijde van de Bronlaan aan een omvangrijk duindoornstruweel van de Groenpleinduinen.

De projectzone “Gustave Siska” ligt meer in bebouwd gebied dat in het oosten begrensd wordt door een extensief beheerd graslandcomplex.

Projectzone Lugano en Lucargo

In deze zone zijn er enkel wat sierhagen aanwezig. De effecten op fauna en flora binnen deze zone zijn dan ook onbestaande.

Projectzone Manior Du Dragon

Deze zone grenst aan een duinengebied dat in gebruik is als golfterrein. Binnen de zone wordt een beperkte bijkomende uitbreiding van gebouwen voorzien. De aanwezige natuurwaarden zijn beperkt tot groenelementen in de tuinsfeer met een kleine oppervlakte gazon en een beperkt aandeel sierstruiken en enkele opgaande bomen. Bij de uitvoering van uitbreidingswerken (met o.a. ondergrondse constructies) is het vooral belangrijk dat er voorzorgen worden genomen om verdroging in het aangrenzend duingebied tegen te gaan en dat er een voldoende brede buffer blijft op de oostrand van de projectzone.

Volgens de ecosysteemkwetsbaarheidskaart verdroging (cel MER, 2001) is de omgeving van deze projectzone gelegen in een zone ‘niet tot weinig kwetsbaar voor verdroging’.

Projectzone Binnenhof

De aanwezigheid van natuurwaarden is beperkt tot enkele gazonstroken en sierhagen rond het hotel. Het effect van een beperkte uitbreiding van het hotel op de groenelementen is erg beperkt en de invloed op eventueel aanwezige fauna- en florawaarden is verwaarloosbaar.

Projectzone Les Arcades

De wijziging bestaat enkel uit een beperkte verhoging van de bouwhoogte binnen hetzelfde grondvlak. Er is dan ook geen effect op eventueel aanwezige natuurwaarden.

Projectzone Knokke-Out

Het RUP heeft slecht betrekking op een deel van dit recreatiegebied en wordt er onder meer de uitbreiding van accommodatie voorzien. Hierdoor zal eventueel een deel gazon en enkele kleinere bomen verdwijnen. Het struweel dat op de oostrand –buiten de omlijning van het RUP- nog aanwezig is, zal normaliter behouden blijven. Het effect op de weinige fauna- en florawaarden zal erg beperkt blijven. Het projectgebied wordt door de Bronlaan



afgescheiden van de Groenpleinduinen (Habitatrichtlijngebied) die vooral bestaan uit Duindoornstruweel. Een rechtstreeks weinig significant effect op dit duinengebied kan bestaan uit rustverstoring tijdens de bouwwerkzaamheden (ligt volgens ecosysteemkwetsbaarheidskaart geluidsverstoring in ‘kwetsbare’ zone). Het behoud van de bufferzone tussen de RUP-begrenzing en de Bronlaan is dan ook wenselijk.

Bij eventueel langdurige grondwaterbemalingen moeten maatregelen genomen worden om verdroging in het aangrenzend duinengebied te vermijden. De ruime omgeving is niet tot weinig kwetsbaar voor verdroging (cfr. ecosysteemkwetsbaarheidskaart Verdroging).

Projectzone Gustave Siska

In deze projectzone zijn maar erg weinig groenelementen aanwezig, beperkt tot een strook gazon en enkele bomen. Bij de invulling van het RUP kan eventueel een deel van deze groenelementen verdwijnen, maar is het effect ervan verwaarloosbaar. Indien bij de uitvoering langdurige grondwaterbemalingen plaatsgrijpen, moeten maatregelen genomen worden om verdroging in de ruime omgeving te vermijden. De ruime omgeving is niet tot weinig kwetsbaar voor verdroging (cfr. ecosysteemkwetsbaarheidskaart).

7.1.4 Discipline Landschap, Bouwkundig erfgoed en Archeologie

De wijzigingen van de stedenbouwkundige voorschriften voor de betrokken projectzones van familiale hotels kunnen een invloed hebben op het landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie. Mogelijke effecten zijn te verwachten als gevolg van het wijzigen van de visuele kenmerken en ten aanzien van het bouwkundig en archeologisch erfgoed.

Effecten op de landschapsstructuur worden niet verwacht, aangezien het gaat om wijzigingen aan bestaande hotels en horecagebouwen of nieuwbouw in de nabijheid van deze gebouwen. De geplande werken zijn steeds gelegen binnen bebouwde zones.

Effecten op het landschappelijk erfgoed worden niet verwacht. Wel zijn een aantal projectzones gelegen aan de rand of in de nabijheid van waardevolle landschappelijke zones (relictzones en ankerplaatsen) en beschermd landschap. De wijzigingen van de stedenbouwkundige voorschriften en uitvoering van het plan geven echter geen aanleiding tot verstoring van het landschappelijk erfgoed.

Het hotel Lugano en hotel Manior Du Dragon zijn aangeduid als ‘waardevol patrimonium’, het betreft 2 hotels in cottagestijl, opgenomen als niet-beschermd bouwkundig erfgoed. De aanpassings- en uitbreidingswerken voor hotel Manior Du Dragon dienen rekening te houden met de typische kenmerken van deze gebouwen en deze te bewaren en eventuele beschermingsvoorschriften te respecteren. Hierdoor worden negatieve effecten op de bouwkundige erfgoedwaarden voorkomen. Het hotel Lugano wordt afgebroken en her op gebouwd; hierdoor is er een verlies van een waardevol (niet-beschermd) gebouw. Dit kan deels genuanceerd worden aangezien het huidige hotel al meerdere malen verbouwd en uitgebreid is, waardoor het geen architecturaal geheel meer vormt. Een herbouw volgens de oorspronkelijke plannen is niet mogelijk doordat het volume en de bouwlagen toenemen, maar wel kan het nieuwe hotel qua stijl de oorspronkelijke bouwstijl (cottagestijl) en uitstraling benaderen. Deze voorwaarden dienen in het GRUP en de stedenbouwkundige voorwaarden nog opgenomen te worden. Negatieve effecten op de bouwkundige erfgoedwaarden worden hierdoor minimaal.



Effecten op het archeologisch erfgoed kunnen optreden door graafwerken. Aangezien op de meeste plaatsen in het verleden al een verstoring heeft plaatsgevonden, wordt de archeologische waarde van deze projectzones als minder waardevol beschouwd. In de projectzones Knokke-Out en Gustave Siska kunnen nog onverstoorde bodems worden aangetast. De projectzone Gustave Siska is daarenboven gelegen ter hoogte van een gekende archeologische vindplaats. Ongedocumenteerde verstoringen dienen voorkomen te worden. De bestaande regelgeving dient gevolgd te worden in geval van toevalsvondsten.

Wijzigingen van het landschapsbeeld en de visuele kenmerken kunnen worden verwacht bij uitbreiding, vergroting en nieuwbouw van hotels en aanleg van allerlei randvoorzieningen. De stedenbouwkundige voorschriften houden voldoende rekening met een inpassing van de gebouwen en bijkomende elementen aan de omgeving en leggen voorwaarden op voor afsluitingen en aanplantingen. Hierdoor zijn negatieve verstoringen van het uitzicht en de belevingswaarde verwaarloosbaar. Bij het overkappen van tennisvelden (projectzone Knokke-out) dient voldoende groenbuffering te worden voorzien om de zichtbaar naar de omgeving toe te minimaliseren en een visuele verstoring te voorkomen.

7.1.5 Discipline Mens

Voor het RUP zonevreemde gebouwen worden enkel ruimtelijke aspecten en mobiliteitsaspecten belangrijk geacht voor deze discipline. De effectgroepen met betrekking tot hinder en gezondheid worden niet relevant geacht. Hieronder volgt een bespreking van de relevante effectgroepen.

7.1.5.1 Ruimtelijke aspecten

Barrière-effect: Barrière-effecten treden op wanneer receptoren een barriére ondervinden enerzijds wanneer ze zich willen bewegen van punt A naar B en anderzijds het verhinderen van het uitzicht. Een verhoging van het aantal bouwlagen kan worden opgevat als een extra barrière voor omwonenden. Het effect van het verhogen van de bouwlagen is tevens afhankelijk van de omliggende gebouwen.

Hinder- en verstoringsaspecten: Als gevolg van het uitbaten van een hotel kunnen mogelijk hindereffecten ontstaan zoals geluidshinder, geluidshinder, … voor de omwonenden. Deze hindereffecten worden echter zeer beperkt ingeschat het gaat hier immers voornamelijk om kleinere familiale hotels met een beperkt aantal kamers. op deze locaties wordt in de huidige situatie eveneens gelijkaardige activiteiten uitgevoerd (bestaande hotels, horeca, … ).

7.1.5.2 Mobiliteit

Verkeersleefbaarheid en bereikbaarheid/toegankelijkheid: Op locaties waar de hotelcapaciteit wordt vergroot kan men een hogere verkeergenererende werking verwachten. In het RUP werd hieraan aandacht besteed door de mogelijkheid te bieden ondergrondse garages te bouwen. Daarnaast wordt er op gewezen dat de hotels op zich slechts een beperkte capaciteit hebben waardoor de hoeveelheid verwacht verkeer slechts beperkt zal zijn.



7.2 Ingreep-effect matrix

Gemeentelijk RUP hotels eerste fase


Tabel B: Effectengroepen versus projectzones

DISCIPLINE SUBDISCIPLINE EFFECTGROEPEN

Pro

ject

zone

Lu

gano

en

Luca

rgo

Pro

ject

zone

M

anio

r Du

Dra

gon

Pro

ject

zone

B

inne

nhof

Pro

ject

zone

Le

s A

rcad

es

Pro

ject

zone

K

nokk

e-O

ut

Pro

ject

zone

G

usta

ve S

iska

Glo

baal

Structuurwijziging

Profielwijziging

Wijziging bodemgebruik en bodemgeschiktheid

Erosie

Grondverschuivingen

Wijziging bodemstabiliteit

Aantasting bodemhygiëne (verontreiniging)

Wijziging bodemvochtregime 0 0/- 0 0 0 0/- 0

BODEM

Wijziging van de diepere ondergrond

Wijziging hydrogeologische opbouw

Wijziging hydraulische parameters

BODEM EN GRONDWATER

GRONDWATER

Wijziging grondwaterkwantiteit 0 0/- 0 0 0 0/- 0




Pro

ject

zone

Lu

gano

en

Luca

rgo

Pro

ject

zone

M

anio

r Du

Dra

gon

Pro

ject

zone

B

inne

nhof

Pro

ject

zone

Le

s A

rcad

es

Pro

ject

zone

K

nokk

e-O

ut

Pro

ject

zone

G

usta

ve S

iska

Glo

baal

Wijziging grondwaterkwetsbaarheid

Wijziging fysisch-chemische grondwaterkwaliteit (i.c. verzilting)

0 0/- 0 0 0 0/- 0

Wijziging bacteriologische grondwaterkwaliteit

Wijziging visuele, olfactorische en organoleptische grondwaterkwaliteit

Wijziging overstromingsregime (overstromingsfrequentie,-duur, en – oppervlakte),

Wijziging hydraulische parameters en afvoergedrag (t.g.v. Wijziging soort, ligging, afmetingen, hydrografische situering, … van oppervlaktewater),

Wijziging kunstwerken op oppervlaktewater,

Wijziging bestemming en/of gebruik van oppervlaktewater

Wijziging fysisch-chemische waterkwaliteit

OPPERVLAKTEWATER OPPERVLAKTEWATER

S.S.

Wijziging biologische waterkwaliteit




Pro

ject

zone

Lu

gano

en

Luca

rgo

Pro

ject

zone

M

anio

r Du

Dra

gon

Pro

ject

zone

B

inne

nhof

Pro

ject

zone

Le

s A

rcad

es

Pro

ject

zone

K

nokk

e-O

ut

Pro

ject

zone

G

usta

ve S

iska

Glo

baal

Wijziging visuele, olfactorische en organoleptische waterkwaliteit

Wijziging structuurkwaliteit

Wijziging waterbodemhuishouding/waterbodemkwantiteit

Wijziging waterbodemkwaliteit WATERBODEM

Wijziging structuurkwaliteit

Wijziging hemelwaterhoeveelheid

Wijziging evapo(transpiratie)hoeveelheid

Wijziging infiltratiehoeveelheid - - - 0 - 0 0/-

Wijziging afstromingshoeveelheid - - - 0 - 0 0/-

Wijziging hemelwaterkwaliteit

Wijziging infiltratiewaterkwaliteit

HEMELWATER EN PROCESSEN

(EVAPO(TRANSPI)RATIE, INFILTRATIE EN AFSTROMING)

Wijziging afstromingswaterkwaliteit

Wijziging watervoorziening - 0 0 - - - 0/-

Wijziging afvalwaterhoeveelheid - 0 0 - - - 0/-

WATERGEBRUIK

Wijziging leidingwaterhoeveelheid - 0 0 - - - 0/-




Pro

ject

zone

Lu

gano

en

Luca

rgo

Pro

ject

zone

M

anio

r Du

Dra

gon

Pro

ject

zone

B

inne

nhof

Pro

ject

zone

Le

s A

rcad

es

Pro

ject

zone

K

nokk

e-O

ut

Pro

ject

zone

G

usta

ve S

iska

Glo

baal

Wijziging grondwatervoeding

Wijziging soort afvalwater en afvalwaterkwaliteit en -behandeling

Ecotoop- en biotoopverlies en -winst 0 0/- 0 0 0/- 0 0/-

Versnippering en barrière 0 0 0 0 0 0 0 Bodemverstoring

Waterloop-structuurverstoring

Verstoring van de waterhuishouding 0 0/- 0 0 0 0/- 0 Verzuring Rustverstoring

Vermesting

Vergiftiging

FAUNA - FLORA FAUNA - FLORA

Andere

Wijziging landschapstructuur en landschapsecologische relaties

Wijziging landschappelijk erfgoed

LANDSCHAP, BOUWKUNDIG ERFGOED EN

ARCHEOLOGIE

LANDSCHAP, BOUWKUNDIG ERFGOED EN

ARCHEOLOGIE Wijziging bouwkundig erfgoed - - 0 0 0 0 0/-




Pro

ject

zone

Lu

gano

en

Luca

rgo

Pro

ject

zone

M

anio

r Du

Dra

gon

Pro

ject

zone

B

inne

nhof

Pro

ject

zone

Le

s A

rcad

es

Pro

ject

zone

K

nokk

e-O

ut

Pro

ject

zone

G

usta

ve S

iska

Glo

baal

Wijziging archeologisch erfgoed 0 0 0 0 - - 0/-

Wijziging visuele kenmerken en belevingswaarde

0 0 0 0 - 0 0/-

Ruimtelijke inname

Barrière-effect 0 0 - - - 0 0/- RUIMTELIJKE ASPECTEN Hinderaspecten (verstoring door geluid, geur,

licht, schaduw, stof, …) 0 0 0 0 0 0 0

Draagkracht

Verkeersleefbaarheid - + 0 0 - + 0 Verkeersveiligheid

MOBILITEIT

Bereikbaarheid / toegankelijkheid - + 0 - 0 + 0 Rechtstreekse blootstelling aan verontreinigde lucht

Rechtstreekse blootstelling aan verontreinigd water

Rechtstreekse blootstelling aan geluidsemissies en trillingen

MENS

HINDER EN GEZONDHEID

Onrechtstreekse blootstelling via opname van voedsel of drinkwater




Pro

ject

zone

Lu

gano

en

Luca

rgo

Pro

ject

zone

M

anio

r Du

Dra

gon

Pro

ject

zone

B

inne

nhof

Pro

ject

zone

Le

s A

rcad

es

Pro

ject

zone

K

nokk

e-O

ut

Pro

ject

zone

G

usta

ve S

iska

Glo

baal

Risico’s voor de veiligheid

Aanwezigheid kwetsbare locaties



7.3 Beoordeling milieueffecten

De beoordeling van de verschillende milieueffecten wordt voorgesteld in onderstaande tabel. Voor de globale beoordeling wordt rekening gehouden met de aard van de effecten, de waarschijnlijkheid, de duur, de frequentie, de omkeerbaarheid, de cumulatieve aard van de effecten, het direct of indirect volgen van de effecten uit het plan, het ruimtelijk bereik, eventuele grensoverschrijdende effecten en de remedieerbaarheid.



Tabel C: Kenmerken en beoordeling van de effecten

DISCIPLINE SUBDISCIPLINE EFFECT GROEPEN

Aar

d va

n de

effe

cten

Waa

rsch

ijnlij

khei

d

Duu

r

Freq

uent

ie

Om

keer

baar

heid

Cum

ulat

ieve

aar

d

Dire

cte

/ ind

irect

e ef

fect

en

Rui

mte

lijk b

erei

k

Gre

nsov

ersc

hrijd

ende

aar

d

Rem

edie

erba

arhe

id

Glo

bale

beo

orde

ling

BODEM Wijziging bodemvochtregime 0 W Mt Dc O E Id K N J 0

Wijziging grondwaterkwantiteit 0 W Mt DC O E Id K N J 0 BODEM en

GRONDWATER GRONDWATER Wijziging fysisch-chemische grondwaterkwaliteit 0 W Mt Dc O E Id K N J 0

Wijziging infiltratiehoeveelheid - W P C O E D K N J 0 HEMELWATER EN

PROCESSEN Wijziging afstromingshoeveelheid - W P C O E D K N J 0

Wijziging watervoorziening - W P C O E D K N J 0

Wijziging afvalwaterhoeveelheid - W P C O E D K N J 0

OPPERVLAKTEWATER

WATERGEBRUIK

Wijziging leidingwaterhoeveelheid - W P C O E D K N J 0

Ecotoop- en biotoopverlies en -winst - Z P C nO E D K N J 0

Versnippering en barrière 0 W P C nO E D K N N 0 FAUNA EN FLORA

Verstoring van de waterhuishouding 0 W Mt C O E Id G N J 0

LANDSCHAP, LANDSCHAP, Wijziging bouwkundig erfgoed - W P C nO E D K N J 0



DISCIPLINE SUBDISCIPLINE EFFECT GROEPEN

Aar

d va

n de

effe

cten

Waa

rsch

ijnlij

khei

d

Duu

r

Freq

uent

ie

Om

keer

baar

heid

Cum

ulat

ieve

aar

d

Dire

cte

/ ind

irect

e ef

fect

en

Rui

mte

lijk b

erei

k

Gre

nsov

ersc

hrijd

ende

aar

d

Rem

edie

erba

arhe

id

Glo

bale

beo

orde

ling

Wijziging archeologisch erfgoed - W P Dc nO E D K N J 0 BOUWKUNDIG ERFGOED EN

ARCHEOLOGIE

BOUWKUNDIG ERFGOED EN

ARCHEOLOGIE Wijziging visuele kenmerken en belevingswaarde - W P C O E D K N J 0

Barrière-effect - W P C O E D K N J 0 RUIMTELIJKE ASPECTEN Hinderaspecten 0 W P C O E Id K N J 0

Verkeersleefbaarheid 0 W P C O E Id K N J 0 MENS

MOBILITEIT Bereikbaarheid/Toegankelijkheid 0 W P C O E D K N J 0



Legende

Zeer positief Positief Neutraal Negatief Zeer

negatief Aard van de effecten

++ + 0 - - -

Zeer waarschijnlijk Weinig waarschijnlijk Waarschijnlijkheid

Z W

Tijdelijk Permanent

Korte termijn Middellange termijn Lange termijn Duur

P Kt Mt Lt

Continu Discontinu Frequentie

C Dc

Omkeerbaar Onomkeerbaar Omkeerbaarheid

O nO

Enkel Cumulatief Cumulatieve aard

E C

Direct Indirect Directe/indirecte effecten D Id

Kleine oppervlakte Grote oppervlakte Ruimtelijk bereik

K G

Ja Nee Grensoverschrijdende aard J N

Ja Nee Remedieerbaarheid

J N

Zeer positief Positief Neutraal Negatief Zeer

negatief Globale beoordeling

++ + 0 - - -


Grensoverschrijdende effecten 31

8 GRENSOVERSCHRIJDENDE EFFECTEN

De Knokke - Heist is gesitueerd op een afstand (in vogelvlucht) van ca 4,5 km zuidelijk van de Nederlandse grens. Er wordt aangenomen dat het RUP Hotels eerste fase geen relevante effecten buiten het Vlaamse grondgebied zal veroorzaken. Als gevolg van het voorliggend RUP worden dus geen grensoverschrijdende effecten verwacht.


32 Besluit

9 BESLUIT In de screening werd onderzocht of er mogelijks aanzienlijke milieueffecten kunnen worden verwacht als gevolg van het RUP Hotels eerste fase. De relevante disciplines die hiervoor werden bekeken zijn discipline oppervlaktewater, discipline fauna en flora, discipline landschappen, bouwkundig erfgoed en archeologie en discipline mens.

De globale beoordeling toont aan dat er in geen enkele discipline aanzienlijk negatieve effecten te verwachten zijn. Hoewel er in elke discipline toch enkele aandachtspunten worden vermeld, worden in de globale beoordeling de mogelijke effecten zelf als neutraal beoordeeld.

Er kan worden besloten dat er geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten zijn als gevolg van het RUP Hotels eerste fase. Er wordt dan ook geadviseerd dat er voor dit RUP geen Plan-MER moet opgemaakt worden.


Verzoek tot raadpleging van de adviesinstanties 33

10 VERZOEK TOT RAADPLEGING VAN DE ADVIESINSTANTIES

In onderstaande tabel D worden per categorie van mogelijke effecten voor mens of milieu aangegeven welke instanties door de initiatiefnemer zullen worden geraadpleegd, rekening houdend met zoveel mogelijk te verwachten aanzienlijke effecten als met de ligging van het voorgenomen plan of programma.


34 Verzoek tot raadpleging van de adviesinstanties

Tabel D: Te raadplegen instanties gemeentelijk RUP Hotels eerste fase VOORGENOMEN PLAN OF PROGRAMMA JA NEE INSTANTIE TE RAADPLEGEN

Realisatie van een industriegebied, een bedrijventerrein of een ermee vergelijkbaar gebied.

X Afdeling Toezicht Volksgezondheid van het Agentschap Zorg en Gezondheid (WVG) of de provinciale afdelingen ervan

Realisatie van een zone van openbaar nut, een recreatiegebied, een gebied voor verblijfsrecreatie of een ermee vergelijkbaar gebied.

X Afdeling Toezicht Volksgezondheid van het Agentschap Zorg en Gezondheid (WVG) of de provinciale afdelingen ervan

Als geurhinder kan veroorzaken. X Afdeling Lucht, Hinder, Risicobeheer, Milieu en Gezondheid (LNE)

Realisatie of wijziging van verkeersinfrastructuren. X Afdeling Toezicht Volksgezondheid van het Agentschap Zorg en Gezondheid (WVG) of de provinciale afdelingen ervan

Realisatie van een industriegebied, een bedrijventerrein of een ermee vergelijkbaar gebied waar Seveso-bedrijven zich kunnen vestigen.

X Dienst Veiligheidsrapportering van de afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid (LNE)

Op de gezondheid en de veiligheid van de mens.

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele het volgende omvatten: a) gebied met woonfunctie; b) kwetsbare locaties; c) waardevolle of bijzonder kwetsbare natuurgebieden; d) door het publiek bezochte gebouwen en gebieden; e) hoofdtransportwegen; f) externe gevarenbron: een element in de omgeving die de oorzaak kan vormen van een zwaar ongeval bij een Seveso-inrichting.

X Dienst Veiligheidsrapportering van de afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid (LNE)



VOORGENOMEN PLAN OF PROGRAMMA JA NEE INSTANTIE TE RAADPLEGEN

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele gelegen zijn in de kustzone.

X Afdeling Kust van het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust (MOW)

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele havens omvatten.

X Afdeling Maritieme Toegang (MOW)

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele waterwegen omvatten.

X

Afdeling Haven- en Waterbeleid (MOW) EVA Waterwegen en Zeekanaal NV (MOW) EVA NV De Scheepvaart (MOW) of de afdeling Maritieme Toegang (MOW)

Als het voorgenomen plan of programma invloed kan hebben op de afwikkeling van het vliegverkeer van een regionale luchthaven.

X Afdeling Algemeen Beleid (MOW)

Als het voorgenomen plan of programma uitvoering geeft aan een ruimtelijk structuurplan.

X

Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed (RWO) Als dit een plan op gemeentelijk niveau betreft: IVA Ruimtelijke Ordening en Onroerend erfgoed Vlaanderen (RWO)

Als het voorgenomen plan of programma mogelijke effecten kan hebben op de ruimtelijke ordening.

X

Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed (RWO) Als dit een plan op gemeentelijk niveau betreft: IVA Ruimtelijke Ordening en Onroerend erfgoed Vlaanderen (RWO)

Inzake ruimtelijke ordening

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele bestemd zijn als industriegebied, bedrijventerrein of een ermee vergelijkbaar gebied.

X Entiteit Ruimtelijke Economie (EWI) Dienst Gebiedsgericht Beleid van de afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid (LNE)




Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele bestemd zijn als ontginningsgebied of een ermee vergelijkbaar gebied.

X

Entiteit ruimtelijke economie (EWI) Afdeling land en bodembescherming, ondergrond, natuurlijke rijkdommen (LNE) Dienst gebiedsgericht beleid van de afdeling milieu-, natuur- en energiebeleid (LNE)

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele het volgende omvatten recreatiegebieden, gebieden voor verblijfsrecreatie of een ermee vergelijkbaar gebied.

X

Toerisme Vlaanderen IVA voor de Bevordering van de Lichamelijke Ontwikkeling, de Sport en de Openluchtrecreatie (CJSM)

Als het voorgenomen plan of programma als doelstelling heeft de realisatie of wijziging van een woongebied, een woonuitbreidingsgebied, een woonreservegebied of een ermee vergelijkbaar gebied.

X

Afdeling woonbeleid (RWO), Afdeling Stedenbouwkundig Beleid en Onroerend Erfgoedbeleid (RWO) Dienst Gebiedsgericht Beleid van de afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid (LNE)

Als het voorgenomen plan of programma het kader kan vormen voor vergunningen van stadsontwikkelingsprojecten.

X

Afdeling Woonbeleid (RWO), Afdeling Stedenbouwkundig Beleid en Onroerend Erfgoedbeleid (RWO) Team Vlaamse bouwmeester (BZ) Dienst Gebiedsgericht Beleid van de afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid (LNE)

Als het voorgenomen plan of programma het kader kan vormen voor vergunningen voor verkeersinfrastructuren.

X Team Vlaamse bouwmeester (BZ) Dienst Gebiedsgericht Beleid van de afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid (LNE)




Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele bestemd zijn als bestaande of aan te leggen autosnelweg, hoofdverkeersweg, primaire weg (categorie I of II), of aan deze infrastructuur verbonden reservatie- of erfdienstbaarheidsgebieden.

X IVA Agentschap Wegen en Verkeer (MOW) of de provinciale afdelingen ervan

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele bestemd zijn als agrarisch gebied of een ermee vergelijkbaar gebied.

X Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling (LV) of de provinciale afdelingen ervan EVA Vlaamse Landmaatschappij (LNE)

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele gelegen zijn binnen een voorgenomen of reeds uitgevoerd landinrichtingsproject of ruilverkaveling.

X Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling (LV) of de provinciale afdelingen ervan EVA Vlaamse Landmaatschappij (LNE)

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele gelegen zijn binnen een voorgenomen of reeds uitgevoerd natuurinrichtingsproject.

X EVA Vlaamse Landmaatschappij (LNE)




Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele gelegen zijn in: a) speciale beschermingszones; b) een gebied aangeduid overeenkomstig de conventie van RAMSAR inzake watergebieden van internationale betekenis; c) natuurgebieden, natuurgebieden met wetenschappelijke waarde en ermee vergelijkbaar gebieden; d) bosgebieden, parkgebieden, valleigebieden, brongebieden, overstromingsgebieden, agrarische gebieden met ecologisch belang of ecologische waarde en ermee vergelijkbaar gebieden; e) het Vlaams ecologisch netwerk overeenkomstig het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu

X Agentschap voor Natuur en Bos (LNE)

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, een beboste oppervlakte omvatten.

X Agentschap voor Natuur en Bos (LNE)

Op de fauna, flora en de biodiversiteit

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele gelegen zijn in de kustzone.

X Afdeling Kust van het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust (MOW) Agentschap voor Natuur en Bos (LNE)

Als het voorgenomen plan of programma de productie kan inhouden van hernieuwbare energievormen.

X IVA Vlaams Energieagentschap (LNE) Op de energie- en grondstoffen-voorraden Als het voorgenomen plan of programma als

doelstelling heeft de realisatie of wijziging van een industriegebied, een bedrijventerrein of een ermee vergelijkbaar gebied, of de realisatie of wijziging van stadsontwikkelingsprojecten of themaparken.

X IVA Vlaams Energieagentschap (LNE)





X

Hoofddienst of de buitendiensten van Natuurlijke Rijkdommen van de afdeling Land en Bodembescherming, Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen (LNE) IVA Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (LNE) Entiteit Ruimtelijke Economie (EWI)

Als het voorgenomen plan of programma als doelstelling heeft de realisatie of wijziging van een ontginningsgebied of een ermee vergelijkbaar gebied.

X IVA Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (LNE) IVA Vlaamse Milieumaatschappij (LNE)

Als er op de gronden gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, bedrijven of activiteiten gevestigd zijn, die onderworpen zijn aan de milieuvergunningsplicht klasse I én waarvoor de IVA openbare Vlaamse afvalstoffenmaatschappij adviesbevoegdheid heeft.

X IVA Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (LNE)

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele opgenomen zijn in het register van verontreinigde gronden.

X IVA Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (LNE)

Als het voorgenomen plan of programma gelegen is in een erosiegevoelig gebied.

X Dienst Land en Bodembescherming van de afdeling Land en Bodembescherming, Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen (LNE)

Als het voorgenomen plan of programma de bodem of ondergrond kan verontreinigen of aantasten.

X Dienst Ondergrond Vlaanderen van de afdeling Land en Bodembescherming, Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen (LNE)

Op of in de bodem


X Afdeling Land En Bodembescherming, Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen (LNE) Entiteit Ruimtelijke Economie (EWI)




Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele het volgende omvatten: a) waterwingebieden en bijbehorende beschermingszones type I, II en III, afgebakend volgens het besluit van de Vlaamse regering van 27 maart 1985 houdende nadere regelen voor de afbakening van waterwingebieden en de beschermingszones; b) onbevaarbare waterlopen van de eerste categorie; c) gebieden gelegen binnen een bekkenbeheersplan; d) oppervlaktewater voor oppervlaktewaterwinning bestemd voor drinkwaterproductie

X IVA Vlaamse Milieumaatschappij (LNE)

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele overstromingsgebieden omvatten.

X

IVA Vlaamse Milieumaatschappij (LNE) EVA Waterwegen en Zeekanaal NV (MOW) EVA NV De Scheepvaart (MOW) Afdeling Haven- en Waterbeleid (MOW) Afdeling Algemeen Beleid (MOW)

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele waterwegen of de aan deze infrastructuur verbonden reservatie- of erfdienstbaarheidsgebieden omvatten.

X

Afdeling Haven- en Waterbeleid (MOW) EVA Waterwegen en Zeekanaal NV (MOW) EVA NV De Scheepvaart (MOW) Afdeling Maritieme Toegang (MOW)

Op het water

Als de gronden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan, geheel of ten dele havens omvatten.

X Autonome havenbedrijven Afdeling Haven- en Waterbeleid (MOW) Afdeling Algemeen Beleid (MOW)




Als het plan of programma als doelstelling heeft de realisatie of wijziging van een jachthaven.

X

EVA Waterwegen en Zeekanaal NV (MOW) EVA NV De Scheepvaart (MOW) Afdeling Haven- en Waterbeleid (MOW) Afdeling Maritieme Toegang (MOW) Afdeling Kust van het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust (MOW) Agentschap voor Natuur en Bos (LNE)

Als het voorgenomen plan of programma als doelstelling heeft de realisatie of wijziging van verkeersinfrastructuren.

X IVA Vlaamse Milieumaatschappij (LNE)

Als er al gekende knelpunten inzake luchtkwaliteit zijn binnen de gebieden, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan.

X

Afdeling meetnetten van de IVA Vlaamse Milieumaatschappij (LNE) Afdeling Lucht, Hinder, Risicobeheer, Milieu en Gezondheid (LNE)

Als het voorgenomen plan of programma als doelstelling heeft de realisatie van een industriegebied, een bedrijventerrein of een ermee vergelijkbaar gebied.

X Afdeling Lucht, Hinder, Risicobeheer, Milieu en Gezondheid (LNE)


X Afdeling Lucht, Hinder, Risicobeheer, Milieu en Gezondheid (LNE)

Op de atmosfeer en de klimatologische factoren

Als het voorgenomen plan of programma wijzigingen inzake verkeersgeneratie kan veroorzaken met een eventuele impact op de luchtkwaliteit..

X

Afdeling meetnetten van de IVA Vlaamse Milieumaatschappij (LNE) Afdeling Lucht, Hinder, Risicobeheer, Milieu en Gezondheid (LNE)

Inzake het geluid en het licht

Als het voorgenomen plan of programma geluids- of lichthinder kan veroorzaken.

Dit kan in zeer beperkte mate, door de deskundige mens wordt dit effect

echter verwaarloosbaar geacht X

Afdeling Lucht, Hinder, Risicobeheer, Milieu en Gezondheid (LNE)




Op het landschap, de stoffelijke goederen, het cultureel erfgoed met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed

Als de gronden of de erop aanwezige constructies, gelegen binnen het voorgenomen plan of programma of binnen het studiegebied ervan: a) geheel of ten dele zijn beschermd als monument; b) geheel of ten dele beschermd zijn als landschap, dorps- of stadsgezicht; c) geheel of ten dele zijn opgenomen in een ontwerp van lijst van voor bescherming vatbare monumenten, dorps- of stadsgezichten; d) geheel of ten dele voorlopig beschermd zijn als landschap; e) geheel of ten dele voorlopig of definitief zijn aangeduid als ankerplaats met toepassing van de bepalingen van hoofdstuk 4 van het decreet van 16 april 1996 betreffende de landschapszorg; f) archeologisch patrimonium omvatten dat is ingeschreven op een ontwerp van lijst of op een lijst van beschermde archeologische monumenten of zones; g) deel uitmaken van een volgens een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan vastgesteld erfgoedlandschap.

X Archeologische zone t.h.v. kruising Zoutelaan en Bronlaan (projectzone

Gustave Siska)

Opname van hotels Lugano en Manior du Dragon in de

inventarisate van het bouwkundig erfgoed

Provinciale afdelingen van de IVA Ruimtelijke ordening Onroerend erfgoed Vlaanderen (RWO)


X

IVA Agentschap Wegen en Verkeer (MOW) of de provinciale afdelingen ervan Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW)

Op de mobiliteit

Als het voorgenomen plan of programma een verkeersgenererende werking van pieken van 1000 of meer personenauto-equivalenten per tijdsblok van 2 uur kan veroorzaken.

X Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW) Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn




Als het voorgenomen plan of programma een gebied omvat waarin zich minstens 1000 bestaande of geplande woongelegenheden bevinden.

X Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn

Als het plan of programma als doelstelling heeft de realisatie of wijziging van een jachthaven.

X

EVA Waterwegen en Zeekanaal NV (MOW) EVA NV De Scheepvaart (MOW) Afdeling Haven- en Waterbeleid (MOW) Afdeling Maritieme Toegang (MOW) Afdeling Kust van het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust (MOW) Agentschap voor Natuur en Bos (LNE)


44 kaarten

11 KAARTEN

Lijst van kaarten

Kaart 1 Situering op de topografische kaart

Kaart 2 Situering op het gewestplan

Kaart 3 Situering op het stratenplan

Kaart 4 Detail van de projectzones

Kaart 5 Vlaamse Hydrologische Atlas

Kaart 6 Overstromingsgebieden

Kaart 7 Watertoetskaart – Erosiegevoelige bodem

Kaart 8 Watertoetskaart – grondwaterstromingsgevoelige gebieden

Kaart 9 Watertoetskaart – infiltratiegevoelige bodem

Kaart 10 Watertoetskaart – overstromingsgevoelige bodem

Kaart 11 Speciale beschermingszones

Kaart 12 Biologische waarderingskaart

Kaart 13 Ecosysteemkwetsbaarheidskaart – Verdroging

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5

Meter Bron: Topografische kaart 1/10.000 NGI

Antes MilieustudiesItaliëlei 161 bus 62000 Antwerpenwww.antes.be

Opdrachthouder

OpdrachthouderESHER bvbaSint Annaplein 339000 gentwww.esher.be

Projectzone

Lugano en Lucarno

Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Knokke-Out

Gustave Siska

KAART 1

Situering op de topografischekaart

Gemeentelijk RUPHotels eerste fase

AGSO Knokke-HeistKnokkestraat 228300 Knokke-Heist

Opdrachtgever

R R R R R

R R R R R

R R R R R

R R R R R

R R R R R

R R R R R

#

# ##

N N

N N

N N## ##

## ##P P

P

N

N

P P P P P

P P P P P

P P P P P

P P P P P

P P P P P

P P P P P

P P P P P

P P P P P

N N N N N

N N N N N

N N N N N

P P

P P P P P P

P P P P P P

P P P P P PP

P

## ##

## ##

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5



Opdrachthouder


woongebieden

woonpark

woonuitbreidingsgebiedengemeenschapsvoorzieningenen openbaar nut

dienstverleningsgebieden

##

gebieden voor dagrecreatie (*)P parkgebieden (P)Nnatuurgebieden (N)

Rwetenschappelijk waardevolnatuurgebied/ -reservaat (R)

agrarische gebieden

landschappelijk waardevolagrarische gebied

ProjectzoneLugano en Lucarno

Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Knokke-Out

Gustave Siska

KAART 2

Situering op het gewestplan



Opdrachtgever

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5



Opdrachthouder



Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Gustave Siska

Knokke-Out

KAART 3

Situering op het stratenplan



Opdrachtgever

Bron: Topografische kaart 1/10.000 NGI1:3.200Schaal:0 100 200 300 40050

Meter ±


Opdrachthouder


KAART 4

Detail van de projectzones

1) Projectzone Lugano en Lucarno 3) Projectzone Binnenhof2) Projectzone Manior Du Dragon

6) Projectzone Gustave Siska5) Projectzone Knokke-Out4) Projectzone Les Arcades



Opdrachtgever

EIENBROEKVAART

ISABELLAVAART VAN MONDING NOORD GRAAF JANSDIJKADER (incl) TOT MONDING IN LEOPOLDKANAALKALFADER

NOORDKNOKSE DIJKADER

GRAAF JANSDIJKADER

PAULUSVAART



KAART 5Vlaamse Hydrologische Atlas

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5


Bevaarbaar

Geklasseerd, eerste categorie

Geklasseerd, tweede categorie

Geklasseerd, derde categorie

N G, beheerd door polder / watering

N G, beheerd door gemeente

N G, beheerd door particulier/ beheerder onbekend

N G, beheerd door gewest

N G, beheerd door provincie

Niet geklasseerd (N G)

VHA-zones


Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Knokke-Out

Gustave Siska


Opdrachtgever

Opdrachthouder

Opdrachthouder

ESHER bvbaSint Annaplein 339000 gentwww.esher.be



KAART 6Overstromingsgebieden

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5


Risicozones voor overstroming

Recent overstroomde gebieden


Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Gustave Siska

Knokke-Out


Opdrachtgever

Opdrachthouder

Opdrachthouder

ESHER bvbaSint Annaplein 339000 gentwww.esher.be

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5


KAART 7WatertoetskaartErosiegevoelige gebieden

Niet erosiegevoelig

Erosiegevoelig


Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Gustave Siska

Knokke-Out



Opdrachtgever



Opdrachthouder

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5


KAART 8WatertoetskaartGrondwaterstromingsgevoelige gebieden

Geen informatie beschikbaar

Zeer gevoelig voor grondwaterstroming (type 1)

Matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2)

Weinig gevoelig voor grondwaterstroming (type 3)


Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Gustave Siska

Knokke-Out



Opdrachtgever



Opdrachthouder

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5


KAART 9WatertoetskaartInfiltratiegevoelige bodem

Niet infiltratiegevoelig

Infiltratiegevoelig


Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Gustave Siska

Knokke-Out



Opdrachtgever



Opdrachthouder

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5


KAART 10WatertoetskaartOverstromingsgevoelige gebieden

Niet overstromingsgevoelig

Effectief overstromingsgevoelig

Mogelijk overstromingsgevoelig


Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Gustave Siska

Knokke-Out



Opdrachtgever



Opdrachthouder

BE2501033

BE2501033

BE2500001

BE2500001

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5



Opdrachthouder


KAART 11Speciale Beschermingszones

Habitatrichtlijngebieden

Vogelrichtlijngebieden


Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Gustave Siska

Knokke-Out



Opdrachtgever

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5


KAART 12Biologische waarderingskaart

biologisch minder waardevol

biologisch minder waardevolleen waardevolle elementenbiologisch minder waardevolle,waardevolle enzeer waardevolle elementenbiologisch minder waardevolleen zeer waardevolle elementen

biologisch waardevol

biologisch waardevolle enzeer waardevolle elementen

biologisch zeer waardevol


Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Gustave Siska

Knokke-Out



Opdrachtgever



Opdrachthouder

±Schaal: 1:11.0000 375 750 1.125 1.500187,5


KAART 13EcosysteemkwetsbaarheidVerdroging

geen informatie

niet kwetsbaar

weinig kwetsbaar

kwetsbaar

zeer kwetsbaar


Manior Du Dragon

Binnenhof

Les Arcades

Gustave Siska

Knokke-Out



Opdrachtgever



Opdrachthouder

Adviezen gecontacteerde instanties


Adviezen gecontacteerde instanties 1

ADVIEZEN GECONTACTEERDE INSTANTIES

In het kader van voorgaande Screeningsnota werd aan de volgende instanties advies gevraagd:

ANB - West-Vlaanderen Zandstraat 255 8200 Brugge

Provinciebestuur West-Vlaanderen Dienst Ruimtelijke Planning

Provinciehuis Boeverbos Koning Leopold III-laan 41 8200 Sint-Andries

Agentschap R-O Vlaanderen R-O West-Vlaanderen Onroerend Erfgoed West-Vlaanderen

Werkhuisstraat 9 8000 Brugge

VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer Bram Vogels

Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus 16 1000 Brussel

Departement RWO Afd. Stedenbouwkundig Beleid en Onroerend Erfgoedbeleid

Phoenixgebouw Koning Albert II-laan 19 bus 10 1210 Brussel

Toerisme Vlaanderen Afdeling Kennis - en Informatiebeheer Dienst Planning en Onderzoek t.a.v. Steven Valcke

Grasmarkt 61 1000 Brussel

Agentschap Wonen-Vlaanderen Afdeling Wonen t.a.v. Hilde Van den Bosch

Koning Albert II-laan 20 bus 7 1000 Brussel

Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust Afdeling Kust Caroline Lootens

Vrijhavenstraat 3 8400 Oostende

Agentschap R-O Vlaanderen R-O West-Vlaanderen Ruimtelijke Ordening West-Vlaanderen

Werkhuisstraat 9 8000 Brugge

Er werd advies bekomen van al de instanties behalve het Agentschap R-O Vlaanderen, R-O West-Vlaanderen, Dienst ruimtelijke ordening. Naar deze laatste adviesinstantie werd een herinneringsbrief gestuurd op 8 juni 2009.

In volgende tabel worden de adviezen kort samengevat per adviesinstantie.



Adviesinstantie Advies Opmerking

ANB - West-Vlaanderen

Het ANB meent dat verdroging te beperkt wordt behandeld in de screeningsnota om conclusies te trekken over mogelijke effecten op de SBZ in de omgeving en vraagt hierover dan ook bijkomend onderzoek in de vorm van een passende beoordeling.

Verdroging wordt inderdaad beperkt behandeld in deel bodem en grondwater. In deel fauna en flora wordt verwezen naar de Ecosysteemkwetsbaarheidskaart Verdroging. Die geeft aan dat de besproken hotels liggen in ‘gebied niet kwetsbaar voor verdroging’. Een deel van de projectzones knokke-Out en Gustave Siska liggen in een zone ‘weinig kwetsbaar voor verdroging’. De ondergrondse constructies worden

gebouwd conform de gemeentelijke bouwverordening ivm het beperken van de grondwaterverstoring. Er zal dan ook enkel gewerkt worden met een gesloten en waterdichte bouwkuip waarbij het opgepompte grondwater opnieuw in de bodem zal worden geïnfiltreerd (retourbemaling). Verder wordt bovengronds gebruik gemaakt van waterdoorlatende materialen. In de projectzones Knokke-out en Gustave Siska zijn maximaal 2 ondergrondse bouwlagen toegestaan. Door de aard van het gebied (niet tot

weinig kwetsbaar) en de geplande bouwtechnische maatregelen voor het beperken van de grondwaterverstoring worden dan ook geen verdrogingseffecten verwacht, ook niet ter hoogte van de SBZ. Mits het opvolgen van deze milderende maatregelen lijkt een passende beoordeling ons weinig meerwaarde te bieden. Zie ook het advies van VMM Afdeling operationeel waterbeheer.

Provinciebestuur West-Vlaanderen Dienst Ruimtelijke Planning

Geen bijkomende elementen -

Agentschap R-O Vlaanderen R-O West-Vlaanderen Onroerend Erfgoed West-Vlaanderen

Bezorgd over mogelijke effecten op het grondwaterregime, voornamelijk van de projectzone Knokke-Out op het beschermd landschap ‘Groenpleinduinen’ en projectzone ‘Gustave siska’ op het beschermd landschap van de ‘Zwinbosjes’.

Zie hierboven opmerking bij advies ANB

VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer Bram Vogels

Infiltratie: mogelijke schadelijke effecten kunnen opvangen woorden door opvangen, infiltreren en hergebruiken van hemelwater (volgens gewestelijke stedenbouwkundige verordening 1/10/2004) afwatering dient te worden voorzien voor gescheiden riolering. Bronbemaling: meldingsplichting of vergunningsplichtig naargelang ligging en debiet, bij voorkeur opnieuw infiltratie niet-verontreinigd bemalingswater in de bodem.

Voor de bouwwerken en de verbouwingen zal inderdaad worden voldaan aan de vigerende wetgeving (inclusief gewestelijke en gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen). De ondergrondse constructies worden

gebouwd conform de gemeentelijke bouwverordening ivm het beperken van de grondwaterverstoring. (zie hierboven advies ANB). De methodiek is gelijkaardig als deze



Verzilt grondwater: Vanaf 15 m diepte is er verzilt grondwater aanwezig. Bemaling van verzilt grondwater kan een kwaliteitsdaling van het grondwater tot gevolg hebben. Er wordt geadviseerd te werken zonder bronbemaling, met een waterdichte bouwkuip en onderwaterstorting van de betonnen vloerplaat. Indien bemaling wordt gebruikt moet worden gewerkt met retourbemaling. Een mogelijke significante negatieve impact op de grondwaterkwaliteit kan niet meer ondervangen worden wanneer de grondwatertafel meer dan 10 m – mv daalt. Er moet tevens rekening worden gehouden met mogelijke cumulatieve effecten van verschillende bouwprojecten. Plan-MER niet noodzakelijk, maar screeningsnota moet worden aangevuld.

voorgesteld door VMM. De nodige bemaling zal steeds retourbemaling zijn.

Departement RWO Afd. Stedenbouwkundig Beleid en Onroerend Erfgoedbeleid

Geen bezwaar tegen ontheffing plan-MER-plicht. -

Toerisme Vlaanderen Afdeling Kennis - en Informatiebeheer Dienst Planning en Onderzoek t.a.v. Steven Valcke

Geen opmerkingen -

Agentschap Wonen-Vlaanderen Afdeling Wonen t.a.v. Hilde Van den Bosch

Akkoord met ontheffing plan-MER-plicht -

Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust Afdeling Kust Caroline Lootens

Geen bemerkingen -

Agentschap R-O Vlaanderen R-O West-Vlaanderen Ruimtelijke Ordening West-Vlaanderen

Geen advies ontvangen, herinneringsbrief in bijlage. -

In de plenaire vergadering van het RUP ‘Hotels eerste fase’ werd beslist dat de opmerkingen vanuit deze screeningsnota zullen worden meegenomen in het RUP.

Hierna volgen de adviezen van de verschillende adviesinstanties en de herinneringsbrief aan de instantie die niet reageerde.

College van Burgemeester en Schepenen Ag~nts~h~pNatuur en BosA. Verweeplein 18300 KNOKKE - HEIST

uw kenmerk ons kenmerk bijlagen20090504/rn/168 AVES/09/2475

vragen naar / e-mail telefoonnummer datumLieven Dekoninck 050 45 41 53 — 5 ‘UNI [email protected]

Betreft: ‘Verzoek tot raadpleging’ in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage van eenplan of programma

- Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid(D.A.B.M.) zoals recent aangepast door het decreet van 27 april 2007; en

- Besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 betreffende demilieueffectrapportage over plannen en programma’s (“Plan-m.e.r.-besluit”)

- GRUP “hotels”

Geachte,

Ik heb de eer u het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos betreffende bovenstaand dossiermede te delen.

Het Agentschap voor Natuur en Bos heeft de voorliggende aanvraag met belangstelling doorgenomen enwenst hierbij nog enkele opmerkingen toe te voegen.Bij de screening van de diverse milieudisciplines wordt bij het onderdeel water slechts een beperkteverwijzing gegeven naar eventuele verdroging in het habitatrichtlijngebied. Bij diverse hotels, sommigeaanpalend aan het habitatrichtlijngebied, worden ondergrondse constructies van 2 tot 3 bouwlagenvoorzien. Dergelijke grootschalige ondergrondse constructies hebben een grote impact op dewaterhuishouding van het plangebied en de ruimere omgeving. Het Agentschap meent dat de verwijzingnaar de verdrogende effecten te beperkt is en gebaseerd is op foutieve veronderstellingen. Dit is onsinziens een tekortkoming in het voorliggende document en vergt zeker bijkomend onderzoek. Demogelijke cumulatieve effecten van de diverse plangebieden en de mogelijke invioedstraal dienenonderzocht en gekend te zijn. Het is onmogelijk om op basis van de voorliggende !nforrnat~e te oordelendat de globale beoordeling neutraal is. Om deze conclusie te trekken menen wij dat diverse bijkomendeonderzoeken nodig zijn. Ook de te nemen milderende maatregelen maken hier een belangrijk onderdeelvan uit. De waterhuishouding aan de kust is tenslotte een complex systeem waarbij de infiltratie vanzoetwater in combinatie met de ondergrondse waterstromingen een belangrijke schakel vormt voor hetbehoud van de unieke zoet- en zoutwater kwelsystemen en de hieraan verbonden flora. Hetonoordeelkundig uitvoeren van ondergrondse werken kan deze systemen ernstige en onherroepelijkeschade toebrengen.

Het Agentschap voor Natuur en Bos verwacht door het uitvoeren van de aanlegwerken en bepaaldebouwtechnische ingrepen een mogelijk significante impact op het aanpalende habitatrichtlijngebied.Het Agentschap voor Natuur en Bos is van mening dat vraag 4: “heeft het RUP mogelijke betekenisvolleeffecten op speciale beschermingszones”, onder het hoofdstuk: ‘toetsing aan de MER-plicht’, positiefbeantwoord dient te worden gezien grootschalige grondbemalingen zonder enige vorm van milderendemaatregelen, ernstige verdrogende effecten kan teweeg brengen. Ook is het onduidelijk in hoeverre dezeconstructies wijzigingen in de grondwaterstromingen teweeg brengen. Wat betekent de bijkomendeverharding en het oppompen van een groter waterdebiet voor de waterhuishouding? Dezeonduidelijkheden dienen met verder onderzoek uitgeklaard te worden en vereist ons inzien wel eenpassende beoordeling.

Agentschap voor Natuur en Bos Zandstraat 255 bus 3, 8200 S~nt-Andries 1 Brugge0504541 76 fax 0504541 75 . e-mai( wvL.anb®u[aandercn.be web www.natuurenbos.be

Een bemalingsplan waarbij aangetoond wordt dat er zich geen wijzigingen in het grondwater voordoen,zowel tijdens de constructiefase als tijdens de exploitatiefase, is een essentieel onderdeel van diepassende beoordeling.

De overheid die over een vergunningsaanvraag, een plan of programma moet beslissen, mag devergunning slechts toestaan of het plan of programma slechts goedkeuren indien het plan of programmaof de uitvoering van de activiteit geen betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken van debetrokken speciale beschermingszone kan veroorzaken. De bevoegde overheid draagt er steeds zorg voordat door het opleggen van voorwaarden er geen betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerkenvan een speciale beschermingszone kan ontstaan.Het Agentschap meent dat het opnemen en vermelden van deze wetgeving in het RUP een meerwaardebiedt waardoor het ook voor de aanvrager eenvoudiger wordt om een volledig dossier in te dienen.

Het Agentschap voor Natuur en Bos heeft geen opmerkingen met betrekking tot de overigeplanelementen van het voorliggende RUP.

Mogen wij u verzoeken ons verder op de hoogte te houden van de stand van zaken in dit dossier?

Ho~’a tend

~..‘a Bussche,,rProvinciaal directeur

Provincie

West-VlaanderenDoor mensen gedreven Ruimtelijke Planning

AANGETEKEND

Aan het college van burgemeester en schepenen van en te

8300 Knokke-Heist

Sint-Andries,04/06/09

Onze ref.:RP/BV/09/385-09/15/4417Uw ref.:20090504/rn/172 Bijlagen: -

Datum

Dienst

D.B.H.__~_____(. ~%o~_

Betreft: Contactpersoon:Verzoek tot raadpleging m.b.t. gemeentelijk RUP “Hotels Bart Verbekeeerste fase”

Telefoon 050 40 35 12Fax 050 40 33 76

e-mail:[email protected]

Geachte,

In navolging van uw “verzoek tot raadpleging” ingevolge het MER-decreet en de bijhorendebesluiten, brengt de deputatie advies uit over het in de rand vermelde ruimtelijk uitvoeringsplan(RU P).

De officiële adviesvraag namens het college van burgemeester en schepenen van de gemeenteKnokke-Heist werd gesteld in de brief van 04/05/09. Het “verzoek tot raadpleging” werd op07/05/09 op het provinciebestuur ontvangen.

Ingevolge dit MER-decreet d.d. 27/04/2007 en de bijhorende besluiten dient voor elk RUP teworden nagegaan of de genomen opties “aanzienlijke milieueffecten” kunnen veroorzaken. Intoepassing van de omzendbrief LNE/2007 beperkt het advies van de deputatie zich tot het nagaanvan de volledigheid van de aangeleverde informatie in de screeningsnota. Dit advies bevat geeninhoudelijke standpunten noch omtrent de in het RUP voorziene ruimtelijke opties, noch omtrent deverenigbaarheid met het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan West-Vlaanderen (PRS-WV), hetGemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS) Knokke-Heist en andere beleidsplannen. Deinhoudelijke advisering zal gebeuren tijdens de procedure van opmaak van het RUP.

Wat betreft het voorliggende verzoek tot raadpleging heeft de deputatie geen bijkomende elementen toete voegen aan de screeningsnota.

Hoogachtend,

Namens de deputatie:

Voor de provinciegriffier: De gedeputeerde voor ruimtelijke ordening,

iseur,

rrrerY ~ck~~nGhel e

De ad u

// 7

Zitting deputatie 04/06/09.

Provinciehuis Boeverbos • Koning Leopold 111-laan 41 • B-8200 Sint-Andries • Telefoon 050 40 31 11 • Fax 050 40 31 00

Vlaamse overheid :.:S~’ ~

Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend ErfgoedAgentschap R-0 VlaanderenR-O West-Vlaanderen - onroerend erfgoedWerkhuisstraat 9, 8000 Brugge

AGSO Knokke-Heist Tel. 0504428 11 - Fax 0504428 13A. Verweeplein 18300 Knokke Heist

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen04/05/2009 20090504/m/165 1691/09/WD/ND dossier

vragen naar / e-mail telefoonnummer datumWouter Deventer 050 44 29 [email protected] 0 9 JIJ Nl 2009

Betreft: KNOKKE HEIST: GRUP Hotels eerste fase: verzoek tot raadpleging in het kader van onderzoek tot mer(gem. Knokke Heist - AGSO)

Geachte heer/mevrouw,

In antwoord op uw brief van 4 mei, ontvangen op 7 mei 2009, geven we volgend advies.

De projectzone “Manoi.r du d.ragon” ligt vlakbij de relictzone “Oude Hazegraspolder en golfpleinKnokke-Heist” uit de landschapsatlas (MVG afd. Monumenten en Landschappen, 2001), wat wijstop de landschappelijke waarde van het gebied. Gezien de voorziene uitbreidingen ondergronds inhet kader van het RUP, zijn er toch effecten te verwachten op het grondwaterregime.De projectzone “knokke-out” ligt vlakbij het beschermde landschap van de “Groenpleinduinen”.Hetzelfde fenomeen (verandering van grondwaterpeil ingevolge nieuwe bebouwing, al dan niet ondergronds) kan zich in deze zone ook stellen. Hetzelfde voor de projectzone “Gustave Siska” dienabij het beschermde landschap van de Zwinbosjes ligt en dus ook kwetsbaar is inzake grondwaterregime.

Omdat de verandering van grondwaterpeil ook bovengronds impact kan hebben op het landschap(onrechtstreekse impact), zijn we voor dit aspect niet overtuigd dat het voorliggend plan geen aanzienlijke milieu-effecten zou veroorzaken. Verder onderzoek zou hierover duidelijkheid kunnenscheppen. Voor dit aspect verwijzen we naar het advies van de instanties die over de discipline“water” en “fauna en flora” moeten adviseren.

Met de meeste hoogachting,

Miek Goossens,Gewestelijk erfgoed btenaar

www.vlaanderen.be

Paul Thomas

______________________ Afdelingshoofd Operationeel Waterbeheer

VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPI) Koning Albert II — laan 20 bus 161000 BrusselTel. (02)553 2111 - Fax. (02)553 21 05

Autonoom Gemeentebedrijf Stadsontwikkeling Knokke-HeistA. Verweeplein 18300 Knokke-Heist

AANGETEKEND

—9JU 12009uw kenmerk ons kenmerk dossier behandeld door contact via

20090504/rnhl7l MER24O Bram Vogels b.vo~els~vmm.be

Advies aanvraag inzake de screeningsnota voor het RUP Hotels eerste fase.Aanvrager: AGSO Knokke-Heist.

Geachte

Op uw verzoek werd onderzocht of de VMM — afdeling Operationeel Waterbeheer akkoord kan gaanmet de effectinschatting zoals opgenomen is in de screeningsnota. Op basis van dezeeffectinschatting samen met deze van de adviesinstanties zal de dienst MER beslissen of er al danniet een plan-MER dient opgemaakt te worden voor voorliggend plan.

De percelen die deel uitmaken van de screeningsnota zijn volgens de watertoetskaarten voor eendeel mogelijk overstromingsgevoelig, niet infiltratiegevoelig en zeer gevoelig voorgrondwaterstroming. Mogelijk schadelijke effecten op het watersysteem zouden kunnen ontstaan alsgevolg van veranderingen in afvoer van oppervlaktewater, structuurverandering van waterlopen,infiltratie van hemelwater, kwaliteitsverlies van oppervlaktewater en grondwater en de wijziging ingrondwaterstroming.

Het plangebied bestaat uit volgende deelgebieden:- projectzone Lugano en Lucargo;- projectzone Manior Du Dragon;- Projectzone Binnenhof;- Projectzone Les Arcades;- Projectzone Knokke-Out;- Projectzone Gustave Siska.

Het toekomstige RUP moet een uitbreiding of hernieuwing van de hotels mogelijk maken. Op basisvan de informatie die terug te vinden is bij de beschrijving van de verschillende hotels blijkt dat eraanzienlijke ondergrondse parkeergarages worden voorzien (3 bouwlagen onder maaiveld).

Voor wat betreft het aspect infiltratie kunnen de schadelijke effecten worden ondervangen indien deaanvraag minstens voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 1 oktober 2004inzake hemelwaterputten e.a. (GSV). Prioriteit moet uitgaan naar hergebruik van hemelwater, envervolgens naar infiltratie boven buffering met vertraagde afvoer. Er wordt nergens melding gemaaktvan het verplicht opvangen, infiltreren en hergebruiken van hemelwater. Nochtans zullen eraanzienlijke (her)bouwwerkzaamheden worden mogelijk gemaakt door het RUP met bijhorendeverharde oppervlaktes. Er moet dan ook vermeld worden dat deze werken dienen te voldoen aan debepalingen van de GSV.

Maatschappelijke zetel: A. Van de Maelestraat 96 - 9320 Erembodegem - www.vmm.be

2

De hotels Binnenhof, Les Arcades, Lugano en Lucarno en Gustave Siska zijn gelegen langs stratenwaar een gescheiden riolering is voorzien. Indien het hemelwater van de verharde oppervlaktes nietkan worden hergebruikt of geïnfiltreerd dient dit te worden aangesloten op de RWA-leiding.

Met betrekking tot het grondwaterstromingspatroon kunnen we stellen dat de aanleg van deondergrondse constructies een belangrijke bronbemaling met zich zal meebrengen. Hier wordt echteramper op ingegaan in de screeningsnota, er wordt enkel vermeld dat er een bronbemaling zal zijn.Indien men van plan is te bemalen moet minstens een melding volgens Vlarem (klasse 3) van deactiviteit gebeuren. Ze kan evenwel vergunningsplichtig zijn en zelfs MER-plichtig naargelang deligging en het debiet per dag.

Met betrekking tot de lozing van het bemalingwater willen wij verwijzen naar Vlarem II art. 6.2.1 .2 § 3namelijk dat niet-verontreinigd bemalingswater bij voorkeur opnieuw in de bodem gebracht wordt.Wanneer het in de bodem brengen redeljkerwijze niet mogelijk is, moet dit niet-verontreinigdbemalingswater geloosd worden in een oppervlaktewater of een kunstmatige afvoerweg voorhemelwater. Het lozen in de openbare riolering is slechts toegestaan wanneer het technischonmogelijk is zich op een andere manier van dit water te ontdoen.

Daarnaast willen we wijzen op de aanwezigheid van verzilt grondwater op geringe diepte (vanaf 15 m—mv). Bemaling van (verzilt) grondwater kan een grondwaterkwaliteitsdaling tot gevolg hebben.Regelmatige analyses en indien nodig tijdig bijsturen door het beperken van de bemaling in tijd en involume moet een goede grondwaterkwaliteit garanderen. Uitbreiding van de verzilting door overmatigoppompen van grondwater moet worden vermeden. Er wordt geadviseerd om te werken zonderbronbemaling met een waterdichte bouwkuip en onderwaterstorting van de betonnen vloerplaat. Zokan de kwaliteit van het grondwater beschermd worden en wordt het risico op schade aanomliggende constructies verminderd. Indien toch bronbemaling wordt toegepast moet gewerktworden met een retourbemaling. Dit dient opgenomen te worden in de screeningsnota aangezien dehuidige informatie te beperkt is en een mogelijk significant negatieve impact op degrondwaterkwaliteit niet kan ondervangen als gevolg van bemalingen die vermoedelijk degrondwatertafel tot meer dan 10 m — mv zullen verlagen. De term verzilting wordt enkel verklaard oppag. 16 zonder de verzilting te behandelen in het kader van de bronbemaling en vervolgens komtverzilting terug in tabel c op pag. 28. Hierbij wordt enkel aangegeven dat het effect remedieerbaar is,maar er worden echter geen milderende maatregelen aangegeven. Deze opmerking geldt daarnaastvoor alle elementen die in deze tabel zijn aangegeven als remedieerbaar. Daarnaast kunnendergelijke bronbemalingen niet als enkelvoudig bekeken worden, maar hebben ze eerder eencumulatieve aard met alle andere bouwprojecten met een aanzienlijke bemaling uit de ruimeomgeving.

In de tabel op pag. 40 is de x verkeerdelijk onder nee geplaatst bij de VMM. Aangezien het volledigegrondgebied van Vlaanderen gedekt wordt door bekkenbeheerplannen valt dit plangebiedvanzelfsprekend hier ook onder.

De VMM is niet van mening dat het opstellen van een plan-MER noodzakelijk is voor bovenstaandeprojecten maar gaat niet akkoord met de veel te oppervlakkige behandeling van enkele zeerbelangrijke aandachtspunten in de kuststreek en meer bepaald de verziltingsproblematiek. Bijgevolgwordt een ongunstig advies verleend en dient de screeningsnota aangevuld te worden met eenbespreking van de noodzakelijke bemalingen, de impact op het grondwater inclusief de verzilting endienen milderende maatregelen opgenomen te worden.

~

Paul ThomasAfdelingshoofd Operationeel Waterbeheer

—

aamse overheid

Aan AGSO Knokke-HeistA Verweeplein 18300 KNOKKE-HEIST

—Departement Ruimtelijke Ordening,Woonbeleid en Onroerend Erfgoed

Afdeling Stedenbouwkundig Beleid enOnroerend ErfgoedbeleidKoning Albert IT-laan 19 bus 10, 1210 BrusselTel.025538334-Fax025538335stedenbouwkundigbeleid@rwo.vlaanderen.be

uw bericht van4/5/2009

uw kenmerk20090504/m/169

ons kenmerkSV/artl27/3092/291

bijlagen

vragen naar / e-mailConny Genbrugge — Steve Franckx

telefoonnummer02/553.83.40 - 41

datum

1 8 MEI 2O~~

Betreft: Uw verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectenrapportage van een plan of programma naar aanleiding van het opstellen van GRUP cHotelseerste fase’.

Geachte

In antwoord op uw brief van 4 mei 2009 delen wij u mee geen bezwaar te hebben tegen eeneventu- - ~“efflng van de plan-MER-plicht.

arch.afdelingshoofdafdeling Stedenbouwkundig Beleid en Onroerend Erfgoedbeleid

www.ruimtelijkeordening.be

AGSO Knokke-HeistAan de heer NeirynckA. Verweeplein 18300 KNOKKE-HEIST

uw kenmerk

20090504/rn/1 70contactpersoon

Mia Lammens

Plan-MER gemeentelijk RUP ‘Hotels eerste fase’

Geachte heer Neirycnk

plaats

Brusseltelefoonnummer

02 504 03 83

toerismevlaanderen

Na een grondige analyse van de screening tot plan-MER voor het gemeentelijk RUP ‘Hotelseerste fase’ heeft Toerisme Vlaanderen geen opmerkingen en gaat bijgevolg akkoord met deconclusie dat geen plan-MER nodig is.

Met vriendelijke groeten

INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAPi~J MET RECHTSPERSOONLIJKHEID

~J VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

Toerisme VlaanderenGrasmarkt 61

1000 Brussel - BelgiëTel. +32 2 504 0300Fax +32 2 504 03 77

www.toerismevlaanderen.beKBC 435-451 8351-74

BIC: KREDBEBBIBAN BE16 4354 5183 5174

ons kenmerk

e-mail

[email protected]

datum

03/0 t /2 Qo~faxnummer

02 504 03 77

Jos V- ruyssew. nemend administrateur-generaal

Vlaamse overheid

Wonen-Vlaanderen

Wonen West-VlaanderenWerkhuisstraat 9, 8000 Brugge

AGSO Tel. 050-44 28 80 - Fax 050-44 28 13

A. Verweeplein 1

8300 Knokke-Heist

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen4mei2009 20090504 m 167 35011-planMER-Ol

vragen naar / e-mail telefoonnummer DatumPieter Van Vlaenderen 050-44 28 59 25 juni [email protected]

Betreft: Verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectenrapportage vaneen plan of programma

Geachte

U raadpleegde het IVA Wonen Vlaanderen van de Vlaamse overheid om te onderzoeken of voor het geplandeRUP “Hotels eerste fase” in Knokke-Heist een milieueffectenrapportage noodzakelijk is, zoals bepaald in arfikel4.2.5 van het Decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid (DABM). U vroeg naar de mogelijkeaanzienlijke milieueffecten van dit RUP. Hieronder vindt u ons advies vanuit het oogpunt wonen en woningbouw.

PlaninhoudHet voorgenomen RUP kadert in het gemeentelijk beleid ten aanzien van de hotelfunctie van de gemeente. Meerbepaald wil men met RUP’s enerzijds de bestaande familiale hotels maximaal ondersteunen en anderzijds nieuwehotelinfrastructuur mogelijk maken. In eerste fase ligt de focus op behoud en creatie van kleinere familiale hotels.Het plangebied bestaat uit zes projectzones. Elke projectzone omvat een hotel.

Algemeen adviesWat betreft wonen en woningbouw -in een brede invulling- zijn geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten.De effecten van de wijziging in de omgeving op de woonfunctie zijn niet significant. Een ontheffing tot opmaakvan een plan-MER lijkt ons dan ook gerechtvaardigd.

Hoogachtend

Pieter Van VlaenderenAdjunct van de directeur

www.vlaanderen.be/wonen

Vlaamse overheid

:.~ ~-, Agentschap voor Maritieme Dienstverlening enKust

Autonoom Gemeentebedrijf Stadsontwikkeling KustA. Verweeplein 1 Vn;havenstraat 3 8400 Oostende8300 Knokke-Heist Tel. 059 55 42 11 — Fax 059 50 70 37

E-mail: [email protected]: http: / /www.afdelingkust.be

uw bericht van uw kemnerk ons kenmerk bijlagen D~ ~, f04.05.09 2O0905O~ m 166 201353/2’ (‘vr-t

I6EH-U-09 ~ —~--

vragen naar / e-mail telefoonnummer datum DienstChristel Van Hoorebeke 059 55 42 32 9 juni 2009 ——- __________

[email protected] D. B. H.~—

Betreft: “Verzoek tot raadpleging” in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage van een plan ofprogramma.

Artikel 4.2.5 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid(D.A.B.M.), zoals recent aangepast door het decreet van 27 april 2007Artikel 3 en 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 betreffende demilieueffectrapportage over plannen en programma’s (“Plan-m.e.r.-besluit”)

Geachte,

In antwoord op uw bovenverineld schrijven kan ik u melden dat er vanwege de afdeling Kust geenbemerkingen zijn betreffende de in hoofding vermelde aangelegenheid.

Hoogachtend,

~J4~

Dr. Ir. Nathalie BalcaenDirecteur-ingenieurOntwikkeling Kust

4$Ç Kç%/,

AUTONOOM GEMEENTEBEDRUFSTADSON1WIKKELING

Agentschap R-O VlaanderenDienst ruimtelijke ordeningWerkhuisstraat 98000 BRUGGE

uw kenmerk

ContactpersoonRudi Neirynck

ons kenmerk20090608/rn/203

telefoonnummer050/518588

AANGETEKEND

bijlagen2

Datum8juni 2009

Betreft: Briefwisseling van 4/5/2009, ref. 200905041rn1164, betreffende “Verzoek totraadpleging” in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage van een planof programma

Geachte,

Het AGSO Knokke-Heist werd door de gemeente aangesteld tot het begeleiden van planmerscreenings. De gemeente Knokke-heist heeft het voornemen om het volgende plan op te stellen: gemeentelijk RUP ‘Hotels eerste fase’ . Hiertoe werd een screeninQsnota1 opgesteld voordit plan waarin onderzocht werd of dit plan mogelijk aanzienlijke milieueffecten kan hebbenen het studiebureau is tot het besluit gekomen dat het plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke milieueffecten kan genereren.

In ons schrijven van 4/5/2009 verzochten wij u uw advies aan ons te verlenen, namelijk of uvindt dat het plan in zijn huidige vorm aanzienlijke milieueffecten kan genereren, en dit adviesvervolgens door betekening of tegen ontvangstbewijs te bezorgen binnen de decretaal daartoe voorziene termijn van 30 dagen na de datum van ontvangst van de brief. Gezien dezetermijn reeds verstreken is verzoeken wij u ons onverwijld te contacteren om onderling eennieuwe adviestermijn af te spreken.

Hoogachtend,

Rudi NeirynckAlgemeen manager

BIJLAG EN: - Briefwisseling 4/5/2009, referentie 20090504/rn/1 64- Screeningsnota

De officiële benaming van een ‘screeningsnota’ is ‘verzoek tot raadpleging’, zoals bedoeld in artikel 4 van het planm.e.r.-besluit.

AGSO KNOKKE-HEIST Autonoom Gemeentebedrjf Stadsontwkkeling Knokke-HeistMaatschappelijke zetel A. Verweeplein l • 8300 Knokke-Heist

Exploitatie en Knokkestraat 22 • 8300 Knokke-Heist Tel. 050 518 588 Fax 050 51 9 580 agso~knokke-heist.beAdministratie Dexia 091-0176595-84 Ondernemingsn. 0892.000.419

screeningsdossier rup Hotels 1ste fase

Documents

Transcript of screeningsdossier rup Hotels 1ste fase