SAP Hand Lei Ding AV gen

download SAP Hand Lei Ding AV gen

of 28

Transcript of SAP Hand Lei Ding AV gen

Handleiding Arbeidsvoorwaarden regelingenDecember 2008 SAP HCM Netherlands Janneke Welten

Blz. 2 van 28

Copyright Copyright 2008 SAP Nederland B.V. / SAP AG Alle rechten voorbehouden. Het is niet toegestaan dit document, zonder de voorafgaande schriftelijke goedkeuring van SAP Nederland BV of SAP AG, geheel of in delen in enigerlei vorm of op enigerlei wijze te vermenigvuldigen of te reproduceren. De informatie in dit document kan zonder voorafgaande aankondiging worden gewijzigd of herzien. SAP Nederland B.V. en SAP AG kunnen niet instaan voor de nauwkeurigheid of compleetheid van deze informatie, of verwijzingen naar andere informatiebronnen. SAP Nederland B.V. en SAP AG zijn niet verantwoordelijk voor enige vorm van geleden schade, welke het resultaat is van het gebruik van deze informatie.

Blz. 3 van 28

Index1 2 Inleiding ......................................................................................................................... 4 Procesbeschrijving en IMG ............................................................................................ 5 2.1 Algemeen............................................................................................................... 5 2.2 Samenhang van tabellen en bijbehorende IMG-stappen........................................ 6 2.2.1 Tabel 1: Regelingen (T5N6A) ......................................................................... 6 2.2.2 Tabel 2: Berekeningsonderdelen van regelingen (T5N6B) ............................. 6 2.2.3 Tabel 3: Linken van regelingen met berekeningsonderdelen (T5N6C) ........... 7 2.2.4 Tabel 4: Berekeningscodes voor regelingen (T5N6D) .................................... 7 2.2.5 Tabel 5: Berekeningsgegevens voor opbouw van rechten (T5N6E) ............... 8 2.2.6 Tabel 6: Berekeningsgegevens voor reserveringen (T5N6F).........................12 2.2.7 Tabel 7: Berekeningsgegevens uitbetaling en uitstellen (T5N6G)..................12 2.2.8 Afrekenfunctie NLATE...................................................................................15 2.3 Overige IMG-stappen............................................................................................16 3 Infotype Arbeidsvoorwaarden regelingen (3210)...........................................................19 3.1 Algemeen..............................................................................................................19 3.2 Entitlement / Opgebouwd recht .............................................................................20 3.2.1 Entitlement Status .........................................................................................20 3.2.2 Replacement Basis Amount Entitlement........................................................20 3.2.3 Replacement Calculation % Entitlement........................................................21 3.2.4 Replacement Part Time % Entitlement ..........................................................21 3.2.5 Replacement Amount for Entitlement ............................................................21 3.2.6 Replacement Cumulative Entitlement............................................................21 3.3 Reservation / Reservering.....................................................................................22 3.3.1 Reservation Status ........................................................................................22 3.3.2 Replacement Basis Amount Reservation ......................................................22 3.3.3 Replacement Calculation % Reservation.......................................................22 3.3.4 Replacement Part Time % Reservation.........................................................22 3.3.5 Replacement Amount for Reservation ...........................................................22 3.4 Pay-out - Uitbetaling .............................................................................................23 3.4.1 Payment status .............................................................................................23 3.4.2 Replacement basis amount pay-out ..............................................................23 3.4.3 Replacement calculation % for pay-out .........................................................24 3.4.4 Replacement part time % pay-out .................................................................24 3.4.5 Replacement cumulative part time % for pay-out ..........................................24 3.4.6 Replacement of payment...............................................................................24 3.5 Functie Import Additional Terms of Employment (P3210) .....................................25 3.6 Kenmerk Standaardwaarden voor infotype 3210 (NLARG) ...................................25 4 Lijst met objecten Arbeidsvoorwaarden Regelingen......................................................26 5 SAP terminologie..........................................................................................................28

Blz. 4 van 28

1

Inleiding

In dit document treft u informatie aan over de Arbeidsvoorwaarden regelingen functionaliteit in SAP HCM. Deze is bedoeld voor regelingen op het gebied van secundaire arbeidsvoorwaarden zoals vakantietoeslag, eindejaarsbonus, 13e maand ed.. Ook bepaalde garantieregelingen in het kader van fusies en overnames kunnen hiermee worden verwerkt. Regelingen kunnen voor iedereen gelden of alleen voor een bepaalde groep medewerkers. Dit kan via een kenmerk worden vastgelegd. Indien een regeling alleen voor individuele medewerkers van toepassing is, kan de regeling via een infotype worden toegekend. Door middel van dit infotype kunnen ook individueel afwijkende gegevens worden vastgelegd. Ook kunnen dergelijke regelingen met dit infotype op individueel nivo worden geblokkeerd. Bij deze regelingen wordt onderscheid gemaakt tussen opbouw van rechten, reservering van bedragen en uitbetalingen. Onder een opgebouwd recht verstaan we het cumulatieve bedrag of percentage waarop een werknemer volgens zijn contract of wet recht heeft. Een reservering is het bedrag dat tijdens het jaar apart wordt gezet om (boekhoudkundig) de kosten te dekken van de feitelijke betaling. Bij uitbetaling gaat het naast de bepaling van de hoogte van het bedrag, ook om het moment waarop het bedrag betaald moet worden. Niet bij alle regelingen worden rechten opgebouwd of vinden reserveringen en betalingen plaats. Voor de functionaliteit van arbeidsvoorwaarden regelingen maakt het niet uit of deze onderdelen gebruikt zijn of niet. De berekeningswijze kan flexibel gestalte gegeven worden. Naast verschillende standaard uitgeleverde berekeningsmethoden, is het ook mogelijk om zelf een formule in te geven. Bij betalingen zijn ook verschillende varianten mogelijk. Zo is het gebruikelijk dat de vakantietoeslag eenmaal per jaar in een vaste periode wordt uitbetaald. Bij een garantieregeling is het weer gebruikelijk dat iedere periode wordt uitbetaald. Naast deze twee varianten is het ook denkbaar dat regelingen in twee termijnen worden uitbetaald. Daarbij kunnen voorschotten worden verstrekt, waarmee rekening gehoudne moet worden bij de feitelijke betaling. Als laatste kan in bepaalde situaties (bv. bij uitdiensttreding of geschillen) een latere betaling dan wel afstel van uitbetaling gewenst zijn. Al deze varianten worden met deze functionaliteit ondersteund. Deze functionaliteit biedt de mogelijkheid de bestaande praktijk van oplossingen met behulp van klantspecifieke rekenregels te vervangen. In dit document komt u Engelse teksten tegen. De screenshots komen uit het ontwikkelingssysteem waar nog geen vertaling aanwezig is. In uw systeem zijn ze echter vertaald naar het Nederlands. De langteksten worden echter niet vertaald, wat de reden is dat ook deze in dit document in het Engels genoemd worden. De functionaliteit van Arbeidsvoorwaarden Regelingen wordt in december 2008 met note 1171189 uitgeleverd.

Blz. 5 van 28

22.1

Procesbeschrijving en IMGAlgemeen

De functionaliteit is ontwikkeld om noodzakelijke en gewenste arbeidsvoorwaarden regelingen mogelijk te maken. Hiervoor zijn 10 nieuwe tabellen, 4 kenmerken, twee functies en twee rekenregels beschikbaar gekomen. In figuur 1 is de samenhang tussen de tabellen en de opslag van de gegevens weergegeven. Iedere tabel is van een nummer () voorzien en aan de hand van dit nummer wordt het schema toegelicht. Tevens wordt aan het einde van iedere toelichting verwezen naar de bijbehorende IMG stap. Deze kunt u in het SAP-systeem vinden bij het IMG-knooppunt Arbeidsvoorwaarden Regelingen, direct onder Spaarregelingen.

Figuur 1 - Samenhang tussen tabellen en opslag gegevens bij Arbeidsvoorwaarden regelingen

Blz. 6 van 28

2.2

Samenhang van tabellen en bijbehorende IMG-stappen

2.2.1 Tabel 1: Regelingen (T5N6A)In tabel Regelingen (T5N6A) worden regelingencodes van 3 karakters opgeslagen. In tabel Omschrijving van regelingen (T5N6AT) wordt de bijbehorende omschrijving van de regeling opgeslagen. Tevens wordt een begin- en einddatum vastgelegd. Voorbeeld van een regelingscode U kunt in view Regelingen (V_T5N6A) code 13M creren voor de 13e Maand of de code GAR voor Garantieregeling. Vervolgens kunt u als omschrijving 13e maand of Garantieregeling invoeren. Meer informatie kunt u vinden in de bijbehorende IMG stap: Creer arbeidsvoorwaarden regelingen.

2.2.2 Tabel 2: Berekeningsonderdelen van regelingen (T5N6B)In tabel Berekeningsonderdelen van regelingen (T5N6B) kunt u verschillende berekeningsonderdelen opslaan voor regelingen. Deze onderdelen zijn verschillend al naar gelang de soort regeling. U dient in view V_T5N6B voor ieder berekeningsonderdeel een code in te voeren van 4 karakters. Vervolgens kunt u de omschrijving van het berekeningsonderdeel invoeren. Hieronder volgen 2 voorbeelden van berekeningsonderdelen. Het eerste voorbeeld gaat over een 13e maand betaling en het tweede voorbeeld gaat over de reservering bij vakantietoeslag. Voorbeeld van berekeningsonderdelen 13e maand betaling U wilt in het kader van de 13e maandregeling een betaling doen. Dit betekent dat u in view berekeningsonderdelen van regelingen (V_T5N6B) een betaling voor een 13e maandregeling met de code B13M van Betaling 13e Maand kunt invoeren. Vervolgens kunt u als omschrijving Betaling 13e Maand invoeren. Voorbeeld van berekeningsonderdelen reservering vakantietoeslag U wilt een werknemer volgend jaar mei vakantietoeslag betalen. Vakantietoeslag is de betaling van 8% (of 8,33%) over het jaarlijks verdiende inkomen. Deze toeslag wordt opgebouwd in de periode van 1 juni tot eind mei. U bent van plan de werknemer EUR 2400 te betalen. Als werkgever bent u hierover EUR 480 SV- en pensioenpremies verschuldigd. Om de kosten evenredig over het jaar te verdelen kunt u iedere maand EUR 200 vakantietoeslag en EUR 40 werkgeverslasten reserveren. De reservering van de werkgeverslasten van EUR 40 voor de vakantietoeslag is in deze situatie een berekeningsonderdeel. In view Berekeningsonderdelen van regelingen (V_T5N6B) kan de code RVWG worden ingevoerd. Vervolgens kunt u de omschrijving van het berekeningsonderdeel Reservering voor de Vakatietoeslag Werkgeverslasten invoeren. De maandelijkse Reservering van het Basisbedrag van EUR 200 voor de VakantieToeslag is een tweede berekeningsonderdeel met bijvoorbeeld code RBVT. De EUR 200 zijn weliswaar werkgeverslasten, maar in de Aangifte Loonheffingen moet die EUR 200 apart gemeld worden. In view Omschrijving van berekeningsonderdelen van

Blz. 7 van 28

regelingen (V_T5N6BT) kunt u de omschrijving Reservering vakantietoeslag werkgeverslasten invoeren. Meer informatie kunt u vinden in de bijbehorende IMG stap: Creer en link berekeningsonderdelen

2.2.3 Tabel 3: Linken van regelingen met berekeningsonderdelen (T5N6C)In tabel Linken van regelingen met berekeningsonderdelen (T5N6C) wordt per regeling het berekeningsonderdeel en het berekeningstype opgeslagen. Het berekeningstype kan een opgebouwd recht, een betaling of een reservering zijn. Een opgebouwd recht is het cumulatieve bedrag of percentage waarop een werknemer volgens zijn contract of wet recht op heeft. Een reservering is het bedrag dat tijdens het jaar apart wordt gezet om de kosten te dekken van een nmalige betaling. De uitbetaling is deel van het proces van bewerken van een regeling waarin bepaald wordt of een bedrag betaald moet worden en welk bedrag het is. Meer informatie kunt u vinden in de bijbehorende IMG stap: Creer en link berekeningsonderdelen

2.2.4 Tabel 4: Berekeningscodes voor regelingen (T5N6D)In tabel Berekeningscodes voor regelingen (T5N6D) worden berekeningscodes opgeslagen voor reserveringen. Dit is een code van 4 karakters die refereert naar de exacte berekening van de regeling. Tevens wordt een omschrijving van de berekeningscode vastgelegd in tabel Omschrijving van berekeningscodes (T5N6DT). Ook wordt het berekeningstype vastgelegd. Voorbeeld 55 plussers In het kader van een 13e maand betaling dient een reservering plaats te vinden voor de werkgeverslasten. Voor 55-plussers zijn bepaalde sociale verzekeringsbijdragen niet verplicht. Daarom moet onderscheid gemaakt te worden tussen 55-plussers en werknemers die jonger zijn. U kunt hiervoor 2 berekeningcodes te creren. R13J: Dit is de Reservering voor de berekening van de 13e maand voor werknemers Jonger dan 55 jaar. R13O: Dit is de Reservering voor de berekening van de 13e maand voor werknemers Ouder dan 54 jaar. In view Omschrijving van berekeningscodes (V_T5N6DT) legt u de omschrijvingen vast: Reservering van de 13e maand WG-kosten 54. Tevens ziet u in figuur 1 het kenmerk Linken van regelingen aan berekeningscodes voor arbeidsvwd regelingen (NLARC). Dit kenmerk wordt gebruikt om berekeningscodes aan berekeningstype te linken. U dient dit kenmerk in te richten. Meer informatie kunt u vinden in de bijbehorende IMG stap: Creer en link berekeningscodes voor regelingen.

Blz. 8 van 28

2.2.5 Tabel 5: Berekeningsgegevens voor opbouw van rechten (T5N6E)In tabel Berekeningsgegevens voor opbouw van rechten (T5N6E) worden berekeningsgegevens voor de opbouw van rechten opgeslagen. Deze tabel onderhoudt u in de volgende IMG-stap: Creeer en onderhoud berekeningsparameters en hangt samen met de tabellen voor berekeningsgegevens voor de reserveringen (T5N6F) en uitbetaling en uitstellen (T5N6G). In de berekeningsvoorbeelden van methoden op pagina 9 wordt daarom verwezen naar deze beide andere tabellen. In figuur 2 ziet u daarom 3 substappen hangen onder deze IMG stap.

Figuur 2 - IMG Creer en onderhoud berekeningsparameters voor opbouw van rechten, reserveringen en uitbetalen en uitstellen

Bij het uitvoeren van deze IMG stap moet in het eerste veld een keuze gemaakt worden tussen een eigen vrije formule of n van de vier standaardmethoden (figuur 3). Een vrije formule is een zelfbepaalde formule, zoals (a * d) / 100.000. Deze vrije formule kan de variabelen bevatten die in de betreffende views staan. Ook kan gebruik gemaakt worden van constanten uit tabel T511K. Om dit te doen moet een K geschreven worden direct gevolgd door de technische naam van een constante. Bijvoorbeeld: (a * d) / KGENAU. Het maakt bij variabelen en constanten niet uit of met kleine of met hoofdletters wordt geschreven. In de formule kunnen ook getallen direct worden opgenomen zoals 12 of 100.000. Decimalen kunnen worden aangegeven met zowel punten als kommas. Er kan ook gebruik gemaakt worden van haakjes. Hierbij mogen ( en [ als beginhaakjes en ) en ] als eindhaakjes door elkaar worden gebruikt. Ze hebben dezelfde betekenis. Ook kan een uitbreiding op een bestaande formule worden ingegeven zoals bijvoorbeeld METHOD 2 * (d / 100000).

Blz. 9 van 28

Figuur 3 - Eigen vrije formule of n van de vier standaardmethoden

Allereerst dient u de relevante berekeningscode en regelingscode te selecteren met de juiste begin- en einddatum. In het veld Berekeningsformule opgebouwd recht kunt u een eigen formule invoeren of gebruik maken van standaard formules. U kunt kiezen uit n van de vier weergegeven methoden Aan de hand van voorbeelden zullen de vier standaardmethoden worden toegelicht. Voorbeeld van methode 1 Mijnheer X verdient EUR 2500 per maand. Dit bedrag wordt in zijn geheel opgebouwd. Dit heeft tot gevolg dat na 12 maanden 30.000 als cumulatieve basis is opgebouwd. Een logische berekeningsmethode voor de uitbetaling is dan methode 2 (in tabel Berekeningsgegevens voor uitbetaling en uitstellen T5N6G), waarbij het cumulatieve recht wordt vermenigvuldigd met het vakantietoeslagpercentage. Na een jaar opbouw zonder salariswijzigingen, kan in mei een vakantietoeslag van 30000 * 8,3333% = 2500 EURO worden uitbetaald. Voorbeeld van methode 2 Mijnheer Y verdient ook EUR 2500 per maand. Voor de opbouw van vakantietoeslag wordt 8,33% gereserveerd op maandbasis. Dit heeft tot gevolg dat iedere maand 2500 * 8,3333% = 208,33 als basis wordt opgebouwd. Een logische berekeningsmethode voor de uitbetaling is dan methode 1 (in T5N6G), waarbij het cumulatieve recht wordt uitbetaald. Na een jaar opbouw, kan in mei een vakantietoeslag van 2500 EURO worden uitbetaald.

Blz. 10 van 28

Let op Bovenstaande voorbeelden hebben hetzelfde resultaat indien het berekeningspercentage niet wijzigt gedurende het jaar. Indien het berekeningspercentage als gevolg van CAOonderhandelingen wel wijzigt gedurende het jaar, dan treden er verschillen op. Voorbeeld van methode 3 Mevrouw X verdient op basis van een voltijds contract eveneens EUR 2500 per maand. Zij werkt echter parttime, de eerste 4 maanden 80% daarna 70%. Bij deze methode wordt iedere maand het parttime-% opgebouwd. Dit heeft tot gevolg dat na 12 maanden 880% (4*80 + 8*70) als cumulatieve basis is opgebouwd. Een logische berekeningsmethode voor de uitbetaling is dan methode 4 (in T5N6G), waarbij het cumulatieve recht wordt vermenigvuldigd met het vakantietoeslag-% en met de grondslag in de uitbetalingsperiode. De uitkomst van deze vermenigvuldiging wordt gedeeld door het parttime-% in de periode. In mei verdient zij EUR 1750 (=70%). De berekening ziet er dan als volgt uit: (880 * 8,3333% * 1750 ) / 70 = 1833. Voorbeeld van methode 4 Mevrouw Z verdient op basis van een voltijds contract eveneens EUR 2500 per maand. Ook zij werkt parttime, de eerste 4 maanden 80% en daarna 70%. Bij deze methode wordt iedere maand het parttime-% vermenigvuldigd met het vakantietoeslag-% / 100 opgebouwd. De eerste maanden wordt dus 80% * 8,3333% / 100 = 6,66% opgebouwd, daarna 70%* 8,3333% / 100 = 5,83%. Dit heeft tot gevolg dat na 12 maanden 6,66*4 + 5,83*8=73,28% als cumulatieve basis is opgebouwd. Een logische berekeningsmethode voor de uitbetaling is dan methode 4 (in T5N6G), waarbij het cumulatieve recht wordt vermenigvuldigd met de grondslag in de uitbetalingsperiode. De uitkomst van deze vermenigvuldiging wordt gedeeld door het parttime-% in de periode. In mei verdient zij EUR 1750 (=70%). De berekening ziet er dan als volgt uit: (73,28% * 1750 ) / 70 = 1833. Let op Bovenstaande 2 voorbeelden hebben hetzelfde resultaat indien het berekeningspercentage niet wijzigt gedurende het jaar. Indien het berekeningspercentage als gevolg van CAOonderhandelingen wel wijzigt gedurende het jaar, dan treden er verschillen op.

Blz. 11 van 28

In figuur 4 vindt u een screenshot van deze Berekeningsgegevens voor opbouw van rechten, zoals u in het systeem kunt terugvinden. U dient in het eerste veld n van de vier bovengenoemde methoden in te geven dan wel een eigen formule.

Figuur 5 - Berekeningsgegevens voor opbouw van rechten

Vervolgens dient u in het veld Looncomponent opgebouwd recht WT Entitlement een looncomponent te selecteren die gebruikt wordt om het opgebouwde recht in op te slaan. Afhankelijk van de methode die u heeft gekozen, dient u Factor A, B, C en/of D te definiren. Factor A is de looncomponent die als berekeningsbasis wordt gebruikt. Als de LC een bedrag bevat, wordt dit bedrag in factor A gebruikt. Als alleen een nummer wordt opgeslagen in deze LC, wordt het nummer gebruikt. Factor B is het berekeningspercentage die gebruikt wordt om een opgebouwde recht te berekenen. Dit percentage wordt gebruikt als factor B in de berekeningsformule. Factor C is de looncomponent die het parttime-% bevat wat gebruikt moet worden. Het opgeslagen nummer in deze LC wordt gebruikt als factor C in de berekeningsformule. Factor D is de pro rata looncomponent (naar evenredigheid) die gebruikt moet worden. Het aantal wat in deze LC wordt opgeslagen wordt gebruikt als factor D in de berekeningsformule. Dit is afhankelijk van de view. In tabel Berekeningsgegevens voor uitbetaling en uitstellen T5N6G wordt dit opgeslagen in factor F. Bij Correctie voor minumum en maximum vindt u de volgende velden: Minimum Build up Minimum opbouw Hier kunt u een minimumbedrag voor de opbouw van rechten invoeren Maximum build up Maximum opbouw

Blz. 12 van 28

Hier kunt u een maximumbedrag voor de opbouw van rechten invoeren Adjust Minimum and Maximum for Part Time Percentage - Corrigeer minimum en maximum met parttime percentage: U dient dit veldt aan te kruisen indien u het minimum- en maximumbedrag wilt corrigeren met het parttime percentage. Meer informatie kunt u vinden in de bijbehorende IMG stap: Creer en onderhoud berekeningsparameters, substap Creer en onderhoud berekeningsgegevens voor opgebouwde rechten.

2.2.6 Tabel 6: Berekeningsgegevens voor reserveringen (T5N6F)In tabel Berekeningsgegevens voor reserveringen (T5N6F) worden alle berekeningsgegevens voor reserveringen opgeslagen. Aangezien de velden identiek zijn aan die van opbouw van rechten (zie paragraaf 2.4.5 hierboven) worden de velden in dit document niet nogmaals toegelicht. Meer informatie kunt u vinden in de bijbehorende IMG stap: Creer en onderhoud berekeningsparameters, substap: Creer en onderhoud berekeningsgegevens voor reserveringen.

2.2.7 Tabel 7: Berekeningsgegevens uitbetaling en uitstellen (T5N6G)In tabel Berekeningsgegevens voor uitbetaling en uitstellen (T5N6G) worden de berekeningsgegevens voor uitbetaling en uitstellen opgeslagen. Uitbetaling (pay-out) is deel van het proces van bewerken van een regeling waarin bepaald wordt of een bedrag betaald moet worden en welk bedrag het is. In geval van uitstellen (forwarding) wordt het uitbetalingsbedrag doorgeschoven naar een toekomstige periode Aan de hand van de volgende screenshot wordt de view toegelicht. De andere velden komen overeen met die van de opbouw van rechten die bij punt 5 zijn toegelicht. De bijbehorende IMG stap kunt u in het SAP-systeem vinden bij: Creer en onderhoud berekeningsparameters, derde substap: Creer en onderhoud berekeningsgegevens voor uitbetaling en uitstellen.

Blz. 13 van 28

Figuur 6 - Berekeningsgegevens voor uitbetaling en uitstellen

Bovenaan ziet u twee nieuwe velden: Calculation Period - Berekeningsperiode In dit veld kunt u de periode invoeren waarin het bedrag moet worden berekend. In de normale situatie is dat dezelfde periode als waarin het wordt uitbetaald, maar dit kan verschillend zijn. Indien dit verschillend moet zijn, dient u in het volgende veld het aantal perioden van uitstel van betalen in te voeren. Pay-out Period Difference to Calculation Period - Aantal perioden van uitstel van betalen U kunt in dit veld het aantal perioden van uitstel van betalen invoeren. Het bedrag wordt dan naar de juiste uitbetalingsperiode verschoven.

Blz. 14 van 28

Vervolgens ziet u een paar andere velden als bij de vorige tabellen (van figuur 2): Factor A Wagetype Entitlement Looncomponent waarin het opgebouwd recht is opgeslagen In dit veld kunt u de looncomponent selecteren waarin het opgebouwd recht is opgeslagen. Het bedrag wat cumulatief is opgebouwd en opgeslagen in de cumulatieve resultatentabel (CRT) en de IT-tabel van deze periode kan gebruikt worden als factor A in de berekeningsformule. Factor D & E Wagetype containing the Part TimePercentage LC waarin het partime percentage wordt opgeslagen U dient in dit veld de looncomponent te selecteren waarin het partime percentage wordt opgeslagen. Het aantal wat in de looncomponent wordt opgeslagen kan gebruikt worden als factor D (parttime-% in periode uit tabel IT) danwel E (cumulatief parttime-percentage uit CRT en IT-tabel samen) in de berekeningsformule. Factor F Wagetype containing the Pro Rata Factor- Looncomponent waarin de pro rato factor wordt opgeslagen U dient in dit veld de looncomponent waarin de pro rato factor wordt opgeslagen te selecteren. Het aantal wat in de looncomponent wordt opgeslagen kan gebruikt worden als factor F in de berekeningsformule. Bij Correction for already paid amounts Correctie voor reeds betaalde bedragen zijn de volgende 2 velden relevant: Wagetype containing Advanced Payments - LC waarin voorschotten zijn opgeslagen U dient in dit veld de looncomponent waarin voorschotten zijn opgeslagen te selecteren. Een voorschot is een betaling voorafgaand aan de normale uitbetalingsperiode en wordt toegekend op individuele basis. Bijvoorbeeld als een werknemer accuut geld nodig heeft en een deel van zijn vakantietoeslag al in maart krijgt in plaats van mei. Bij de berekening van uitbetaling en uitstellen van reeds betaalde bedragen kan een correctie nodig zijn. Wagetype containing Previous Payments - LC waarin voorgaande betalingen worden opgeslagen U dient in dit veld de looncomponent waarin eerdere betalingen worden opgeslagen te selecteren. Een voorgaande betaling is een eerdere betaling met verschillende uitbetalingsperioden van een regeling. Dit is bijv. het geval indien 30% van de vakantietoeslag in februari wordt uitbetaald en de rest in mei. Voor het record dat de uitbetaling in mei berekent, is het relevant te weten met welke looncomponent de 30% was uitbetaald. Een vorige betaling heeft betrekking op een standaard eerdere betaling. Voor de berekening van uitbetalen en uitstellen kan in geval van reeds betaalde bedragen een correctie nodig zijn. Tot slot vindt u onderaan het screenshot bij Calculation and Payment in case of Leaving Berekening en betaling bij uitdiensttreding de volgende 3 velden: Calculation Formula Payment when Leaving Company - Berekeningsformule voor betaling bij uitdiensttreding In dit veld heeft u de keuze tussen: een vrije formule

Blz. 15 van 28

of methode 1: dit is dezelfde methode als voor de normale uitbetaling. Dit betekent dat als de normale uitbetalingsmethode in het veld Berekeningsformule betaling de methode 3 : (a * c / d) heeft, methode 1 ook a * c / d als resultaat heeft.

Payment Rule when Leaving Company - Uitbetalingsregeling bij uitdiensttreding U dient in dit veld de uitbetalingsregeling bij uitdiensttreding te selecteren. Er is keuze tussen de standaard periode, laatst actieve periode, vertraagd en helemaal niet. Een voorbeeld: Normaal wordt de 13e maand betaald in december. Bij uitdiensttreding van een werknemer per 1 april, zullen de verschillende opties als volgt uitwerken: Standaard periode: de uitbetaling zal in december plaatsvinden (8 maanden na uitdiensttreding) Laatst actieve periode: de uitbetaling vindt plaats in maart (de maand voor uitdiensttreding) Vertraagd: de uitbetaling is afhankelijk van het aantal periode van uitstel Helemaal niet: de uitbetaling vindt niet plaats

Number of Periods of Delay for Payment when Leaving Company - Aantal perioden waarmee de betaling bij uitdiensttreding uitgesteld wordt In dit veld dient u het aantal perioden in te voeren waarmee de betaling moet worden uitgesteld. Dit veld hoeft alleen te worden ingevuld als bij het vorige veld bij de uitbetalingsregeling voor de optie vertraagd is gekozen. Meer informatie kunt u vinden in de bijbehorende IMG stap: Creer en onderhoud berekeningsparameters, substap: Creer en onderhoud berekeningsgegevens voor uitbetaling en uitstellen.

2.2.8 Afrekenfunctie NLATEIn de figuur op pagina 4 ziet u ook een nieuwe functie Berekeningen arbeidsvoorwaarden regelingen (NLATE). Deze functie gebruikt berekeningsgegevens uit de volgende tabellen: Tabel Berekeningscodes voor regelingen (T5N6D) Tabel Berekeningsgegevens voor opbouw van rechten (T5N6E) Tabel Berekeningsgegevens voor reserveringen (T5N6F) Tabel Berekeningsgegevens voor uitbetaling en uitstellen (T5N6G) Deze tabellen zijn in de vorige paragrafen uitvoerig beschreven.

Blz. 16 van 28

2.3

Overige IMG-stappen

In het SAP-systeem vindt u vervolgens nog een aantal IMG-stappen onder het subknooppunt Cumulatietypen voor looncomponenten definiren. Onder dit knooppunt vindt u de volgende 6 IMG-stappen: Controleer en definieer cumulatietypes voor looncomponenten Kalender voor cumulatie controleren Bijzondere cumulaties: Cumulatietypen definiren Cumulatietypen toewijzen aan tijdseenheden Cumulatieperioden definiren Cumulatietypen voor looncomponenten definiren Kalender voor cumulatie genereren Waarschijnlijk bent u deze 6 IMG-stappen al tegengekomen bij de inrichting van de payroll en heeft u deze gebruikt bij de bepaling van een boekjaar. Een gewoon boekjaar loopt van januari tot en met december. U dient deze IMG-stappen nog eens te doorlopen indien het boekjaar van de regeling afwijkt van die van een gewone payroll-periode. Deze situatie is normaal bij vakantietoeslag. De opbouw van de vakantiegeldtoeslag loop van juni tot mei. Als gevolg hiervan dienen de relevante looncomponenten ook van juni tot mei gecumuleerd te worden. U dient dit in te richten door de desbetreffende IMGstappen uit te voeren. Vervolgens dient u nog een 7 nieuw ontwikkelde IMG-stappen uit te voeren die hier achtereenvolgens worden toegelicht. 1. Bepaal in- en uitdienstsituaties Met deze IMG stap kunt u kenmerk Bepaling van in- en uitdienst voor arbeidsvoorwaarden regelingen (NLAHF) onderhouden. Met behulp van dit nieuwe kenmerk kunt u bepalen of bij wijziging van rechtspersoon of van status dit behandeld moet worden als een in- en uitdienst situatie bij arbeidsvoorwaarden regelingen. 2. Controleer rekenregels Er zijn twee nieuwe rekenregels beschikbaar die gecontroleerd moeten worden bij arbeidsvoorwaarden regelingen: (1) NATE: Voeg betalingen toe aan arbeidsvoorwaarden regelingen aan SV en/of LB-basis. Deze rekenregel verwerkt de bedragen van de regelingen in de SV basis en/of LB basis. (2) NATP: Kopieren van looncomponenten met parttime-% voor arbeidsvoorwaarden regelingen. Deze rekenregel wordt gebruikt om looncomponenten te kopiren die het parttime percentage bevatten die gebruikt worden voor regelingen. Let op: Om problemen te voorkomen is het raadzaam om voor iedere regeling eigen parttime-%looncomponenten te gebruiken.

Blz. 17 van 28

3. Wijzig rekenschema Vervolgens dient u de twee nieuwe functies en de zojuist vermelde rekenregel NATP in het rekenschema op te nemen: Functie Importeer arbeidsvw regelingen (P3210) moet worden opgenomen in subschema Basisgegevens afrekening (NL) (NLBG). De functie moet worden opgenomen na functie IMPRT en voor functie GON. U dient voor de eerste parameter Automatic Creation of Records (ACR) de gewenste waarde te definiren voor in de situatie dat voor het IT Arbeidsvwd Regelingen (3210) geen IT record bestaat. Bij de waarde C vindt automtische Creatie van NARG records plaats en bij de waarde N gebeurt dit Niet.

Figuur 7 - Functie P3210 in schema NLBG opnemen

Rekenregel Kopieren van looncomponenten met parttime-% voor arbeidsvwd regelingen (NATP) en functie Berekeningen voor arbeidsvw regelingen (NLATE) moeten worden opgenomen in subschema Naar rato berekening en 'wegzetten' Nederland (NAL0). Zowel de rekenregel als de functie moeten worden opgenomen na functie N024. Voeg rekenregel NATE toe, als eerste parameter van deze functie. Als 2e en 3e parameter dienen P82 en NOAB genomen te worden.

Figuur 8 - Functie NLATE in schema NAL0 opnemen

4. Controleer fictieve berekeningen Met deze IMG stap kunt u de aanwezigheid van de functies Functie CRT opslaan (NSCRT) Functie CRT terugzetten (NRCRT)

controleren in de 3 volgende relevante subschemas Subschema Berekening van vrije vergoeding volgens de 30% regeling (N30P)

Blz. 18 van 28

Subschema Berekening van afdrachtverminderingen (NAK1) Subschema Bepaling cafetariaruimte pensioengevend loon (NCFR)

Deze functies dienen ervoor te zorgen dat de CRT niet wijzigt als gevolg van een fictieve bruto-netto berekening. Het is mogelijk dat bij arbeidsvoorwaarden regelingen waarden van looncomponenten worden aangepast in de CRT. Bij fictieve berekeningen moet in dat geval de CRT worden teruggezet voor de afdrachtvermindering, 30%-regelingen en de cafetaria-regeling. 5. Activeer Arbeidsvoorwaarden regelingen In deze IMG-stap bepaalt u de begindatum van de functionaliteit Arbeidsvoorwaarden regelingen met behulp van subapplicatie: Arbeidsvoorwaarden regelingen (NATE). Door een begindatum in te voeren wordt voorkomen dat verschillen in herberekening op kunnen treden in de situatie dat de afrekening wordt gedraaid voor vorige perioden of jaren waarin u nog uw oude functionaliteit in gebruik had. Onder subknooppunt Stamgegevens zijn de laatste 2 IMG-stappen: 6. Wijzig schermbesturing Met deze IMG stap kunt u kenmerk Schermbesturing voor infotype Arbeidsvoorwaarden regelingen (P3210) onderhouden. Met dit kenmerk kunt u groepen voor de schermbesturing definiren voor infotype Arbeidsvoorwaarden regelingen (3210). U kunt per groep definiren welke veld getoond gaat worden en of ze al dan niet verplicht zijn. 7. Zet standaardregelingen op Met deze IMG stap kunt u standaardregelingen opzetten met behulp van kenmerk Standaardwaarden voor infotype Arbeidsvwd regelingen (3210) (NLARG). Bij het creren van nieuwe infotype records met een corrective measure, bepalen de teruggavewaarden van dit kenmerk welke subtype regeling wordt voorgesteld. Bovendien worden deze standaard regelingen ook automatisch toegewezen in de payroll. Dit gebeurt via parameter 1 van afrekenfunctie Importeer arbeidsvw regelingen (P3210). U dient dit kenmerk in te richten. Let er hierbij op dat u onderscheid maakt tussen actieve en inactieve werknemers. Indien u dit niet doet, worden regelingen nog steeds toegewezen aan werknemers die uitdienst zijn.

Blz. 19 van 28

33.1

Infotype Arbeidsvoorwaarden regelingen (3210)Algemeen

Voor de registratie van de gegevens is een nieuw infotype Arbeidsvoorwaarden regelingen (3210) beschikbaar gesteld. Het infotype kan met name worden gebruikt voor regelingen die niet voor iedereen bedoeld zijn, maar alleen voor bepaalde groepen werknemers of individuele werknemers. In het infotype worden voor de berekeningen van de regelingen een aantal gegevens geregistreerd. Een screenshot van het infotype wordt hieronder weergegeven in figuur 9. U ziet dat het infotype uit 3 delen bestaat met de volgende titels: Entitlement / Opgebouwd recht Reservation / Reservering Pay-out / Uitbetaling Ieder deel zal achtereenvolgens worden toegelicht.

Figuur 10 - Infotype Arbeidsvoorwaarden regelingen (3210)

Blz. 20 van 28

3.2

Entitlement / Opgebouwd recht

Een opgebouwd recht is het cumulatieve bedrag of percentage waarop een werknemer volgens zijn contract of wet recht op heeft. In de volgende subparagrafen zullen de zes velden die onder entitlement / opgebouwd recht vallen achtereenvolgens worden toegelicht.

Figuur 11 - Infotype 3210 - Opgebouwd recht

3.2.1 Entitlement StatusStatus opgebouwd recht In dit veld geeft u de status aan van het opgebouwde recht. Mogelijke statussen zijn een normaal opgebouwd recht of een geblokkeerd opgebouwd recht. Deze laatste kan worden gebruikt als de werkgever de opbouw van een recht van een bepaalde werknemer wil blokkeren, bijv bij een geschil.

3.2.2 Replacement Basis Amount EntitlementVervangen van grondslag voor op te bouwen rechtIn dit veld voert u de grondslag in die gebruikt moet worden om de hoogte van het op te bouwen recht te bepalen. Dit bedrag wordt gebruikt in plaats van het standaardbedrag zoals via de standaard customizing wordt bepaald. Dit bedrag wordt gebruikt als factor A in de berekeningsformule. Voorbeeld van het vervangen van de grondslag: Een pakketbezorger heeft op weg naar de klant een auto-ongeluk gehad en is daardoor 2 maanden uit de roulatie. Hierdoor krijgt hij in plaats van salaris, ziekengeld. Dit loopt niet mee in de grondslag voor de eindejaarsuitkering. Omdat deze medewerker de arbeidsongeschiktheid opliep als gevolg van zijn werkzaamheden, wilt u toch de normale opbouw voor de eindejaarsuitkering laten doorlopen. Dit kan door gedurende deze 2 maanden de normale basis voor de opbouw in het infotype op te slaan.

Blz. 21 van 28

3.2.3 Replacement Calculation % EntitlementVervangen van berekenings-% voor op te bouwen recht In dit veld voert u het berekeningspercentage in voor het op te bouwen recht. Dit percentage wordt gebruikt in plaats van het standaardpercentage zoals via de standaard customizing wordt bepaald. Het berekeningspercentage wordt gebruikt als factor B in de berekeningsformule.Voorbeeld van het vervangen van berekenings-% : Normaal krijgt iedere medewerker een eindejaarsuitkering van standaard 8,33% (een maandsalaris). Er is echter een medewerker die niet naar verwachting functioneert en daarom wilt u hem maar 4% geven.

3.2.4 Replacement Part Time % EntitlementVervangen van parttime-% voor op te bouwen recht In dit veld voert u het part-time percentage in voor het op te bouwen recht. Dit percentage wordt gebruikt in plaats van het percentage zoals via de standaard customizing wordt bepaald. Het part-time percentage wordt gebruikt als factor C in de berekeningsformule.Voorbeeld van vervangen van parttime-%: Een produktiemedewerkster neemt zorgverlof op en gaat minder werken. Zij werkte voorheen 80% en nu 40%. U wilt dat dit geen invloed heeft op de opbouw van het recht. In dit geval moet u een record aanleggen en 80% als parttime-% invoeren.

3.2.5 Replacement Amount for EntitlementVervangen van bedrag voor opgebouwd recht In dit veld dient u het bedrag voor het opgebouwd recht in te voeren dat gebruikt moet worden. Dit vervangt de uitkomst van de standaardberekening.Voorbeeld van vervangen van bedrag: Deze situatie is vergelijkbaar met de situatie in 3.3.2 waarin het vervangen van grondslag voor op te bouwen recht is beschreven. Afhankelijk van de voorkeur van de salarisadministrateur is het mogelijk om de grondslag of direct de uitkomst van de berekening (het opbouwbedrag) te vervangen.

3.2.6 Replacement Cumulative EntitlementVervangen van cumulatief opgebouwd recht In dit veld kunt u het cumulatief opgebouwd recht voor de regeling invoeren. Een cumulatief opgebouwd recht is het totale bedrag wat aan rechten is opgebouwd. Dit vervangt het bedrag wat is opgeslagen in de CRT.Voorbeeld: Er is 7 maanden lang in een organisatie een bedrag van EUR 200 opgebouwd. Na een overname wilt u alle medewerkers gelijk behandelen en dezelfde eindejaarsuitkering geven. Voor een groep overgenomen medewerkers is er niets opgebouwd en moet deze EUR 1400 in n keer ingevoerd worden.

Blz. 22 van 28

3.3

Reservation / Reservering

Een reservering is het bedrag dat tijdens het jaar apart wordt gezet om de kosten te dekken van een nmalige betaling. In de volgende subparagrafen zullen de vijf velden die onder reservering vallen achtereenvolgens worden toegelicht.

Figuur 12 - Infotype 3210 - Reservering

3.3.1 Reservation StatusStatus van de reservering In dit veld geeft u de status aan van de reservering. Mogelijke statussen zijn een normaal opgebouwd reservering of een geblokkeerde reservering. Deze laatste status kan worden gebruikt als de werkgever de opbouw van een reservering van een bepaalde werknemer wil blokkeren, bijv bij een geschil.

3.3.2 Replacement Basis Amount ReservationVervangen van basis bedrag voor de reserveringIn dit veld geeft u het basis bedrag van de reservering aan dat gebruikt moet worden in plaats van het standaard bedrag zoals is ingevoerd in de standaard customizing. Dit bedrag wordt gebruikt als factor A in de berekeningsformule.

3.3.3 Replacement Calculation % ReservationVervangen van berekenings-% voor de reservering In dit veld voert u het berekeningspercentage in voor de reservering. Dit percentage wordt gebruikt in plaats van het standaardpercentage zoals via de standaard customizing wordt bepaald. Het berekeningspercentage wordt gebruikt als factor B in de berekeningsformule.

3.3.4 Replacement Part Time % ReservationVervangen van parttime-% voor de reservering In dit veld voert u het part-time percentage in voor de reservering. Dit percentage wordt gebruikt in plaats van het percentage zoals via de standaard customizing wordt bepaald. Het part-time percentage wordt gebruikt als factor C in de berekeningsformule.

3.3.5 Replacement Amount for ReservationVervangen van het reserveringsbedrag In dit veld dient u het bedrag voor de reservering in te voeren dat gebruikt moet worden. Dit vervangt de uitkomst van de standaardberekening.

Blz. 23 van 28

3.4

Pay-out - Uitbetaling

Uitbetaling is deel van het proces van bewerken van een regeling waarin bepaald wordt of een bedrag betaald moet worden en welk bedrag het is. Hieronder is een screenshot weergegeven van dit deel van het nieuwe infotype.

Figuur 13 - Infotype 3210 - Uitbetaling

3.4.1 Payment statusStatus van betaling In dit veld geeft u de status aan van de betaling. Mogelijke statussen zijn een normale betaling of een geblokkeerde betaling. Deze laatste status kan worden gebruikt als de werkgever de betaling aan een bepaalde werknemer wil blokkeren, bijv bij een geschil.

3.4.2 Replacement basis amount pay-outVervangen van basisbedrag voor uitbetalingIn dit veld geeft u het basisbedrag van de uitbetaling aan dat gebruikt moet worden in plaats van het standaard bedrag zoals is ingevoerd in de standaard customizing. Dit bedrag wordt gebruikt als factor C in de berekeningsformule.

Blz. 24 van 28

3.4.3 Replacement calculation % for pay-outVervangen van berekenings-% voor uitbetaling In dit veld voert u het berekeningspercentage voor de uitbetaling in dat gebruikt moet worden in plaats van het standaardpercentage zoals is ingevoerd bij de inrichting. Het percentage wordt gebruikt als factor B in de berekeningsformule.Voorbeeld Bij een eindejaarsuitkering wordt standaard aan iedere werknemer 8,33% toegekend. U kunt dit veld gebruiken als u van mening bent dat werknemer X dit jaar 10% heeft verdiend.

3.4.4 Replacement part time % pay-outVervangen van parttime percentage In dit veld voert u het parttime-% in van de uitbetaling dat gebruikt wordt in plaats van het standaardpercentage zoals ingericht. Dit percentage wordt gebruikt als factor D in de berekeningsformule.

3.4.5 Replacement cumulative part time % for pay-outVervangen van cumulatief parttime-% voor uitbetaling In dit veld voert u het cumulatieve part-time percentage in voor de uitbetaling. Dit dient als vervanging van het standaardpercentage zoals bij de inrichting is gebruikt. Het percentage zal de waarde vervangen zoals die is opgeslagen in de CRT (Cumulatieve Resultaten Tabel). Het wordt gebruikt als factor E bij gebuik van de vrije formule.

3.4.6 Replacement of paymentVervangen van betaling In dit veld dient u de betaling voor de regeling in te voeren die gebruikt moet worden. Deze dient als vervanging voor de uitkomst van de standaardberekening

Blz. 25 van 28

3.5

Functie Import Additional Terms of Employment (P3210)

Functie P3210 leest de gegevens in van infotype Arbeidsvoorwaarden regelingen en slaat de gegevens op in clustertabel NARG. Als geen infotyperecord bestaat, is het afhankelijk van de waarde van de parameter 1 of deze al dan niet worden toegevoegd. Welke records dit zijn, is afhankelijk van kenmerk NLARG. Dit wordt alleen gedaan voor actieve werknemers. Bij oude regelingen waarbij het jaar van opbouw al over is, maar waarbij nog steeds een betaling moet worden gedaan, wordt het record naar tabel NARG geschreven. Om dit mogelijk te maken, wordt de functie voorafgegaan door functie Importing intermediate or final results (IMPRT) met parameter L. Parameter 1 kan de volgende waarden hebben: N = No creation NARG record C = automatic Creation NARG record.

3.6

Kenmerk Standaardwaarden voor infotype 3210 (NLARG)

Dit kenmerk wordt gebruikt om een regeling voor te stellen waar een werknemer in deelneemt. Het kenmerk heeft een return matrix. Als een nieuw IT-record gecreerd is, zal het kenmerk op basis van reeds beschikbare records, bepalen welke nieuw subtype wordt voorgesteld. De functie P3210 zal dit kenmerk lezen om records te creren voor clustertabel NARG voor het geval geen IT-record bestaat voor dit subtype. Om een standaard regeling toe te wijzen, moet gebruik gemaakt worden van de volgende syntax: &NLARG=xxx, waarbij: xxx staat voor de regeling.

Blz. 26 van 28

4

Lijst met objecten Arbeidsvoorwaarden Regelingen

TabellenT5N6A - Regelingen T5N6B - Berekeningsmethoden voor regelingen T5N6C - Linken van regelingen met berekeningsmethoden T5N6D - Berekeningscodes voor regelingen T5N6E - Berekeningsgegevens voor opbouw van rechten T5N6F - Berekeningsgegevens voor reserveringen T5N6G - Berekeningsgegevens voor uitbetaling en uitstellen T5N6AT- Omschrijving van regelingen T5N6BT- Omschrijving van berekeningsmethoden T5N6DT -Omschrijving van berekeningscodes

Afrekenfuncties- Functie NLATE - Berekeningen voor arbeidsvoorwaarden regelingen - Functie P3210 - Importeer arbeidsvoorwaarden regelingen - Functie NSCRT - CRT opslaan - Functie NRCRT - CRT terugzetten

Rekenregels- NATE Voeg betalingen toe van arbeidsvoorwaarden regelingen aan SV en/of LB-basis - NATP Kopiren van looncomponenten met parttime-% voor arbeidsvoorwaarden regelingen

KenmerkenNLAHF - Bepalen van in- en uitdienst situaties voor arbeidsvoorwaarden regelingen NLARC - Linken van regelingen aan berekeningscodes voor arbeidsvw regelingen NLARG - Standaardwaarden voor infotype Arbeidsvoorwaarden regelingen (3210) P3210 - Schermcontrole voor infotype Arbeidsvoorwaarden regelingen (3210)

Deelapplicatie in V_T596ANATE Arbeidsvoorwaarden regelingen

Blz. 27 van 28

Looncomponenten in V_512W_T/170 R000 R001 RE00 RE10 RE20 RP00 RP01 RP02 RP03 RP10 RP11 RP12 RP13 RP20 RPT0 RPT1 RPT2 RR00 RR01 RR02 RR10 RR11 RR12 Basis voor vakantietoeslag BeslissingsLC voor het bedrag veld (LCBEDRAG) van kenmerk NLARC BeslissingsLC voor het aantal veld (LCAANTAL) van kenmerk NLARC Opgebouw recht vakantietoeslag Opgebouw recht 13e maand salaris Opgebouw recht garantieloon Vakantietoeslag Vakantietoeslag 1e betaling Vakantietoeslag 2e betaling Vakantietoeslag voorschot 13e maand salaris 1e betaling 13e maand salaris 2e betaling 13e maand salaris Voorschot 13e maandsalaris Loongarantie Parttime-% vakantietoeslag Parttime-% 13e maand Parttime-% loongarantie Reservering basisbedrag vakantietoeslag Reservering vakantietoeslag werknemer 54 Reservering basisbedrag 13e maand salaris Reservering 13e maandsalaris voor werknemer < 55 Reservering 13e maandsalaris werknemer > 54

Blz. 28 van 28

5

SAP terminologie

Arbeidsvoorwaarden regelingen Additional terms of employment Regelingen op het gebied van secundaire arbeidsvoorwaarden zoals vakantiegeld, eindejaarsbonus, 13e maand. Opgebouwd recht - entitlement Het cumulatieve bedrag of percentage waarop een werknemer volgens zijn contract of wet recht op heeft. Reservering reservation Dit is het bedrag dat tijdens het jaar apart wordt gezet om de kosten te dekken van een eenmalige betaling. Uitbetaling- pay out Uitbetaling is deel van het proces van bewerken van een regeling waarin bepaald wordt of een bedrag betaald moet worden en welk bedrag het is. Betaling - payment Het bedrag dat betaald wordt aan de werknemer voor een regeling. Bijvoorbeeld bij een fusie krijgen bepaalde werknemers compensatie voor salarisreductie. Vorige betaling previous payment Een vorige betaling is een eerdere betaling met verschillende uitbetalingsperioden van een regeling. Dit is bijv. het geval indien 30% van de vakantietoeslag in februari wordt uitbetaald en de rest in mei. Voor het record dat de uitbetaling in mei berekent, is het relevant te weten met welke looncomponent de 30% was uitbetaald. Een vorige betaling heeft betrekking op een standaard eerdere betaling. Voorschot advance payment Een voorschot is een betaling voorafgaand aan de normale uitbetalingsperiode en wordt toegekend op individuele basis. Bijvoorbeeld als een werknemer acuut geld nodig heeft en een deel van zijn vakantietoeslag al in maart krijgt in plaats van mei. Uitstellen forwarding In geval van uitstellen wordt het uitbetalingsbedrag doorgeschoven naar een toekomstige periode. Vakantietoeslag vacation allowance Vakantietoeslag is de betaling van 8% (of 8,33%) over het jaarlijks verdiende inkomen. De vakantietoeslag wordt meestal in mei betaald en opgebouwd in de periode van 1 juni tot eind mei. Vakantiegeld holiday pay Vakantiegeld is de doorbetaling van salaris tijdens de periode dat een werknemer op vakantie is en hierdoor niet werkt

-.-.-.-.-.-.-