RX rontgenonderzoek van Dhr. R. J. W. Burgerhout naar implantaten 2013

Lectori Salutem! Juni 2013 wilde Dhr. Burgerhout een MRI laten verrichten om implantaten nader te laten onderzoeken in zijn casus. Hem werd enkel een röntgenfoto’s ‘full spine’ hoofd incl. de ruggenwervel gegund. De röntgenfoto’s van het hoofd tonen twee metalen objecten in het hoofd, die vinden we ook terug in de scan van het gehele lijf met hoofd (excl. Ledematen). In tegenstelling tot eerdere positieve bevindingen middels metaaldetectie en MRI zou er in het lichaam van Dhr. Burgerhout geen metaal te bevinden zijn? Bij nadere bestudering bleek dat de röntgenscans gemanipuleerd zijn, omdat ze uitvergroot een aantal afwijkingen vertonen die hier expliciet op wijzen. En er is wel metaal bevonden. Onderstaande treft u een verslag van het onderzoek naar de gemaakte röntgenfoto’s. Hierbij dient opgemerkt te worden dat elders in een technisch onderzoek inmiddels elektronica gedetecteerd is. Een korte uitdraai van detectie elektronica/radiografie is schriftelijk ontvangen. Dat is alvast weer een stap verder in onderzoek onafhankelijk van het hieronder te bespreken röntgenonderzoek.

Overzicht van verkregen digitaal RX materiaal :Bevat 2 RX foto’s van het hoofd (een sagittaal en een frontaal)Bevat een RX foto Full Spine in positief en in negatief Sagittaal van de hele rug incl. hoofd.Bevat een RX foto Full Spine in positief en in negatief Frontaal van de hele rug incl. hoofd.

Onderstaande volgt eerst een kort overzicht van de beschikbare röntgenscan met een kort commentaar en een specifieke benaming van de scan, zodat we bij uitvergrotingen van een scan hiernaar kunnen verwijzen in naamgeving. In het onderzoek naar de afzonderlijke scans zal bij een aantal uitvergrotingen opvolgend ook met pixel-shifting (solarisatie/ sharpness/ en contrast- settings) gekeken worden of de afbeelding nog beter zichtbaar te maken is. Ook zal er een vergelijk gemaakt worden met via internet verkregen röntgenmateriaal ter duiding van norm, waarna een conclusie volgt voor zover het beschikbare materiaal dit toelaat, omdat het beschikbare Röntgenmateriaal in grafische beeldkwaliteit een zeker beperking/gebrek kent.

RX00HS (een niet erg duidelijke scan) RX01HF (Beide scans lijken meer op CT scans)RX00HS: (Röntgenfoto 00 Hoofd Sagittaal) zien we twee vlekken, die uitvergroot wijzen op de aanwezigheid van metaal. Scan RX01HF is kort aangesneden, we zien weinig nekwervels. En we zien vaag het metaal wat achterin nabij een kies gelegen is, maar de tandprothese zien we niet duidelijk terug, we gaan dit in detailonderzoek proberen terug zichtbaar te krijgen.

1

RX02BodyFrontPos RX03BodyFrontNeg

Deze RX Full Spine foto’s zijn in positief en in negatief weergegeven. Ze zijn eigenlijk omkeringen van elkaar. De RX Full Spine bestaat uit een dertigtal aparte foto’s, die zijn samengevoegd tot een totaalbeeld waarmee een hele Full Spine scan wordt gevormd. Dit heeft voordelen en nadelen. Het voordeel is dat men met een lagere straling zo ook een totaal beeld verkrijgt. Het nadeel is dat er geen controle op de integriteit is van het totale beeld; een gedeelte is dan los te halen van de rest en te vervangen etc. Ik spreek over beeldmanipulatie...

De nummering van de oorspronkelijke scans op de CD-rom liep van 00 tot en met 05, deze heb ik behouden. De gebruikte beelden zijn extracties. Met wetenschap van de bevindingen elders gaan we de scans onderzoeken, naar wat we nog verder zichtbaar kunnen krijgen.

We gaan er van uit dat Röntgenmateriaal hier gespiegeld is weergegeven (, zoals normaliter wordt gedaan ten behoeve van consultgesprekken waarbij de patiënt tegenover de arts zit). Links voor de patiënt is dan rechts op de scan afgebeeld en aangegeven en vice versa.

RX02BFPos en RX03BFNeg: In de eerste indruk is metaal al nabij de rechter wang te vinden, en bij uitvergroting wordt ook de tandprothese beter zichtbaar. We zien net onder de aorta boog een ronde vlek oplichten als een artefact. Dit wijst op de aanwezigheid van metaal. Metaaldetectie en MRI wezen ook al op het bestaan van een metalen artefact nabij L4, maar in deze frontale scan kunnen we hier echter geen bevestigende bevinding over maken. De frontale bvodyscan vertoont tekenen van beeldmanipulatie betreft onder andere het abdomengebied. De scans RX02BFPos en RX03BFNeg gaan we met contrast-, verscherping- en solarisatie- settings bewerken om de tandprothese beter zichtbaar te krijgen. Dit proces van kontrast verbetering zal ook op andere uitvergrotingen worden toegepast van alle röntgenfoto’s, om deze in detail nader te kunnen onderzoeken, alvorens tot een conclusie van onderzoek te komen hiermee.

2

?

RX05SpineSagNeg RX04SpineSagPos

RX04SSPos en RX05SSNeg:Op deze scans zien we duidelijk een tandprothese (met bij uitvergroting ook nog iets van metaal er net boven gelegen), en we zien ook metaal in de achterste kies dan wel vermoedelijk de wang.

De aansluiting van de Nek- op de Thorax wervels vertoont een afwijking, zo ook betreft de longpijp op de borstkas en oogt onnatuurlijk met een sterke afbuiging in de bovenste Thoraxwervels. Strook 13 tot en met 19 zijn donkerder, alsof er twee lagen over elkaar liggen. Er is ook een afwijkend troebel beeld.

Het gebied met de lendenwervels is niet duidelijk uitgesproken zichtbaar. We herkennen vaagjes wat wervels, maar het kontrast is te laag om verder nog iets goed te kunnen onderscheiden.

Deze twee scans lijken zeker wel gemanipuleerd te zijn. Bij beide scans verspringen de strookjes (ze liggen niet op een lijn (zie vierkant), en het lijkt wel een grijzen-kleurenstaaf met ‘strookjes van de huisschilder’ betreft de Torso. De Frontale saggitale scans RX02BFPos en RX03BFNeg toonden wat dat betreft een natuurlijker verloop van strookjes grijstinten!

Deze scans van het abdomengebied bestaat uit een pulp van grijze strookjes. Het Thorax gebied toont een onregelmatigheid in zowel contrast en lichtsetting als verloop, en we kunnen met deze onduidelijke scan geen uitspraken doen over het bestaan van implantaten. Uitvergroot zullen deze scans net als bij scan RX02BFPos en RX03BFNeg in detail nader contrast-gevarieerd onderzocht moeten gaan worden (met keuze uit de beeldgereedschappen van Paintshop Pro (Contrast, Helderheid, Solarisatie en/of beeldverscherping), want zelfs op dit formaat is al duidelijk dat we hier kennelijk met een van de gewone realiteit afwijkend beeld van doen hebben, maar met een beeld waarbij onder manipulatie van de scan de elders bevonden feitelijke metalen objecten lokaal in het lichaam op de scan weggewerkt zijn.

3

Theoretisch materiaal in voorbereiding op voortgaande bestudering van de RX scans.

De mens heeft zeven nekwervels (C1 t/m C7), twaalf borstwervels T1 t/m T 12, en vijf lendenwervels L1 t/m L5, met aan het einde het sacraal bot. Op deze medische tekening kunnen we duidelijk de afzonderlijke delen herkennen. We zullen ter vergelijk op een correct genomen model-röntgenfoto die delen als zodanig anatomisch terug kunnen herkennen.

De hersenen en de inhoud van het wervelkanaal zijn omgeven door een drielaags vlies, waarbinnen de hersenvloeistof circulatie plaats vindt voor de lokale verzorging/voorziening. Het hersenvlies loopt omhullend door (voorbij de laatste Lendenwervel L5) en hecht aan in het sacraalbot. Dit gehele binnengebied is een afgeschermd gesloten gebied van de rest van het lichaam, er komt geen bloed; verzorgingsaders rijken slechts tot in het middelste vlies.

4

Frontaal aangezicht Sagittaal/Lateraal aangezicht Posterior aangezicht

De achterwaartse uitsteeksels van de wervelkolom kan je aan de buitenkant enigszins voelen, met name de uitsteeksel van de thoraxwervels kan je zelfs ook zien bij een gekromde rug.

5

Afbeeldingen van een menselijk skelet in feitelijke situatie met uitvergrotingen onderstaande.

Als een artefact nabij L4 zit, dan moet het vastgezet zijn aan L4 om uitdrijven te voorkomen.

De 1e Rib zit achter aan T1 vast (etc. telling). De 7e Rib zit nog net onder het schouderblad

In een onderzoekje met een Golden King metaaldetector met 2-D grafische weergave wees deze metaal aan nabij de 7e Thorax-wervel. De scans RX02BFPos en RX03BFNeg bevestigen (blz. 17) deze bevinding in uitvergroting. Het object heeft een geschatte diameter van een kleine 2 centimeter. Samen met een aantal professionele metaal-detectoren wees ook de Garrett 250 metaal daar uit (zie ‘Bevindingen van Metaal in het Lichaam+ Internet versie’).

Ter hoogte van C6 zit de Aorta Boog. metalen object bevindt zich vermoedelijk tussen de Rib van C6 en C7, tegen de wervelkolom aan (locatie vierkantjes). Het object ligt verzonken tussen de ribben anders was het aan de oppervlakte zichtbaar/voelbaar geweest; de wijze van inbrengen is nog onduidelijk. Het moet in ieder geval ook ergens aan bevestigd zijn, anders drijft het lichaam zo’n lichaamsvreemd object uit naar buiten mede onder de werking van de zwaartekracht. Als iets lichaamsvreemd niet uit te drijven is uit, dan wordt het ingekapseld.

6

T1

C7

T6

C2

L4

T12

L1

1e Rib

1e Rib

7e Rib

7e RibT7

Let op de vorm van deze Processus Spinoza vanuit het zijaangezicht van C6. De P.S. zit achter aan de nekwervel vast. Het tonen is van belang ter herkenning in onderzoek naar het verloop van wervels zoals deze getoond wordt op blz.16 RX04SpineSagPos.

Hier rechts zien we een gewone stapeling van nek- wervels ter vergelijk voor scan RX02BFP op blz.. 14

De wervelkolom loopt onder een vloeiende lichte curve omhoog, er is geen knik/ verspringing zichtbaar. Dit dient opgemerkt te worden, ter vergelijk in het onderzoek naar de scans RX04SpineSagPos en RX05SpineSagNeg, zoals deze getoond worden op bladzijde 18.

De afbeelding meest rechts toont het hoofd in een voorwaardse en een achterwaardse stand. Het scharnierpunt ligt in belangrijke mate net boven T1, de andere nekwervels krommen mee. De Thorax-wervels in het schouderblad gebied hebben minder mogelijkheid tot beweging.

In vergelijk met de uitvergroting van de nek op bladzijde 18 en de afbeelding rechts, oogt de scan op blz. 18 gebrekkig, waarbij de onderste nekwervels (te) ver naar voren zijn geplaatst.

Daarnaast toont de medische afbeelding in het midden met aangezicht schuin van achteren dat er zich een zekere ruimte bevindt tussen het schouderblad en de wervelkolom. Dit laatste is vooral belangrijk om te benoemen, omdat in een eerder grafisch metaaldetectie onderzoek bij benadering op die plaats links metaal werd gedetecteerd. (Er is ruimte voor een implantaat? )

7

C6 Processus Spinoza

C2

C7

T1

Extra afbeeldingen ter verduidelijking situatie Eerste en Tweede Borstwervel, Sleutelbeen, Eerste en Twee Rib.Dit omdat er gerommeld is met de rontgenfoto’s waarmee de anatomische weergave ook niet duidelijk is.

8

T2

C7

C3

Clavicula

Bij de röntgenfoto’s zien we het teken R links zitten, zoals op bladzijde twee benoemd werd, opdat de arts de röntgenfoto aangepast aan de situatie voor zich heeft, als de patiënt tegenover hem zit, en zoals hij de patiënt waarneemt; dat als hij voor hem naar links wijst, dat hij de rechterkant van de patiënt benoemt, wat voor de patiënt immers (tegenover gezeten) rechts is.

Deze röntgenfoto heb ik van internet uitgekozen, omdat deze een helder beeld van de wervels toont, om hiermee in vergelijk de röntgenfoto’s van Dhr. Burgerhout te kunnen bestuderen. Soms zijn details beter in negatief zichtbaar ten opzichte van hun achtergrond, in de Full Spine reeks hebben we een positief en een negatief beeld. Wij zullen met bronvermelding en contrast-bewerkingen in Paintshop Pro enige selecties uitvergroot tonen. Door registratie van de bewerkingsstappen is de situatie met het oorspronkelijk röntgen materiaal te herhalen, dit om de authenticiteit van de beelden te garanderen. De gedane bewerkingen dienen enkel om de beelden beter zichtbaar te maken, het eigenlijke materiaal blijft in detail ongeschonden.

9

Voorbeeld van een degelijke röntgenfoto van de voorzijde en laterale zijde van de Thorax.

Deze afbeelding op beide scans zijn van een vrouw, we zien dus ook curven van de aftekening van de borsten (BR), maar vanwege de hoge kwaliteit van afbeelding van de scans koos ik er voor betreft de overeenkomstige andere delen van de anatomie om juist deze als theoretische scans toch te gebruiken om de scans van Dhr. Burgerhout beter te kunnen duiden.

• scapula (schouderblad) • borst (BR) in geval als het een

vrouw betreft • rechter hartkamer (RV) • linker hart voorkamer (boezem)

(LA) • primaire bronchien (B) • neergaande aorta (AsA) • aorta boog (AA) • linker en rechter middenrif (LD,

RD)

• gasbel (GB) in de maag. Omdat de maag op de linker zijde van het lichaam is gelegen, zou deze ook onder het linker diafragma moeten liggen. In zijaangezicht (lateraal) ligt het rechterdiafragma niet altijd hoger dan de linker.

• Wervellichaam (VB) • werveltussenruimte (tussenwervel

schijf) (IVS) • tussen wervel gelegen opening

(Wervelkanaal) (IVF

Met name de scan rechtsboven is van dienst in het duiden van scan RX05SSN en RX04SSP. Hierbij dient vooral naar het vlak net onder de Aorta Boog gelet te worden (in vergelijk met de selecties van bevonden metaal in onderzoek van de scans RX02BPF en XR03BFN vanaf bladzijde 16) op scans RX04SSP en XR05SSN vanaf bladzijde 22.

10

AA Aorta Boog, 1. Luchtpijp, 2. Sleutelbeen, 3. achteraangezicht 4de rib, 4. Rechter hoofdlong, 5. Rechter borst schaduw, 6. Maag luchtbel, 7. Linker deel middenrif, 8. Linker maagkamer ventrikel, 9. Neergaande aorta, 10. Linker long ader, 11. Linker bovengelegen longkwab, 12. Linker atrium, 13. Rechter kamer ventrikel, 14. Rechter long-ader en -venen, 15. Wervel Lichaam (Thorax-wervels), 16. Voorwaarts gelegen costophrenic angle.

11

Achterzijde gelegen Rib

Sleutelbeen

Schouderblad

Aorta Boog AA

Linker Long

Processus Spinoza

Luchtpijp

Voorzijde gelegen Rib

Rechter Hartkamer Zacht Borstweefsel

Neerwaartse Aorta

Luchtbel in de maagLever

Middenrif

AA

Orgaan UitvoergangVasculaire uitvoergang

AA

Wij danken allen, die online publiekelijk op internet materiaal toegankelijk hebben gesteld.Bevindingen uit MRI onderzoek van Dhr. Burgerhout anno 2012 (zonder Thorax MRI !) .

N_h_Z09 MRI RDC Echt toont anorganisch object wat volgens RX ook rechts zit.

H_a_Z18 MRI RDC Echt toont anorganisch object, wat een tandprothese bleek te zijn.

A_a_Z25 MRI RDC Echt toont anorganisch object nabij L4-L5 in het abdomen gebied.

12

(Selectie uit een theorieboek over radiologie.) We zien de contourvorm van een metalen sleutel. Metaal houdt straling tegen en de film wordt hier door niet belicht. Lucht daarentegen laat de meeste straling door en belicht de film het meest wat resulteert in het donkerste vlak.

13

De röntgenscan van de tandarts toont de kunsttand en ook enige vullingen in de mond van Dhr. Burgerhout. Betreft de tandprothese bevestigen deze beelden de bevindingen van zowel de MRI scan als wel de röntgenfoto’s aangaande.

Opmerkelijk genoeg heeft men voorgaande en ondanks opdracht (bewust) verzuimd om de Thorax MRI te scannen.Uit het röntgenmateriaal is toch lichaamsvreemd materiaal te bevinden op de frontale scans in het Thorax gebied tussen de 6e

en 7e rib in links tegen de wervelkolom aan.

Een goede kwaliteit van de `film kan de precisie van de diagnose werkelijk verbeteren. Een film dient niet onder- of overbelicht te worden. In het voorbeeld hiernaast zijn de vijf radiologische dichtheden van stof weergegeven onder correcte omstandigheden van belichting en weergave.

De vijf radiologische dichtheden in volgorde van toenemende helderheid:

1. Lucht 2. Vet3. Vloeistof4. Beenweefsel5. Metaal

Gedetailleerd onderzoek naar de röntgenfoto’s van Dhr. R.J.W. Burgerhout.

RX00HS Vanwege de fletsheid is de röntgenfoto hier met Contrast H–20, C30 en Onscherp-masker B2,00 S100, CN 5 bewerkt. Twee lichaamsvreemde objecten (één in de wang ofwel kies en een tandprothese) zijn goed zichtbaar. Ook de botlijnen zijn nu beter zichtbaar . (De onduidelijk weergegeven nekwervels zien we in een vergelijk terug op bladzijde 16.)

Selectie van het origineel –beeld met automatische contrast verbetering en onscherp-masker. Dhr. Burgerhout benoemd drager te zijn van een tandprothese, en klaagt over een hard stuk in zijn wang rechts ter hoogte van zijn onder-kaak. Het object wat we zien zit of in de wang of in een kies van de bovenkaak rechts.

14

RX01HF met contrast bewerkingsstappen Contrast H-40C+55, onscherp-masker B2,00 S100, CN 5 en vervolgens Contrast H-20C+20, Neg, Solar 11, en Neg. (Soms zijn details beter in negatief zichtbaar ten opzichte van hun achtergrond.) De tandprothese is matig zichtbaar. Verder geen bijzonderheden bevonden, we zien door bewerking nog vaag de scangegevens bovenin met onder andere de persoonsgegevens van de patiënt en de radioloog etc.

Selectie uit bovenstaande met contrast bewerkte foto nogmaals bewerkt met een automatische contrast bewerking (lichter). De tandprothese en het anorganisch (vermoedelijk metalen) object zijn nu beiden duidelijk zichtbaar geworden. De gemaakte bevinding is conform die op scan RX00HS betreffende een tandprothese en een lichaamsvreemd klein onbekend object.

15

R

16RX02BodyFrontPos (BFP) RX03BodyFrontNeg (BFN)

Onderzoek met metaal detecoren wees niets uit op die lokatie. Gegeven de aanwijzingen van manipulatie: wat is dit?

??

RX02BodyFrontPos en RX03BodyFrontNeg detail onderzoeken.

Bewerking van de eerste vijf röntgen scanstroken van RX03BFN met Sol11, H+11C+20. Het ronde object in de wang/kies toont zicht onovereenkomstig met scan RX01HF, zo ook betreft de tandprothese, alhoewel de tandprothese in deze donkerdere achtergrond minder zichtbaar is, maar met wetenschap van het bestaan is de prothese ook zo makkelijk terug te vinden. De vijf scanstroken liggen ook niet geheel op een lijn en de nek toont onregelmatigheden.

Uitvergroot en met kontrast verder door bewerkt toont de reeks nekwervels een afwijkend verloop van stapeling. Als we T1 als uitgangspunt nemen om naar boven toe wervels te tellen, wordt tussen C4 en C5 de weergave gebrekkig, zo ook betreft de zijwaartse uitsteeksels. Van C6 zitten de zijwaartse uitsteeksels vrij laag en bijna tegen die van C7 aan. De kolom van wervels stapelt niet mooi recht. Ook de Processus Spinoza is niet overal zichtbaar. De weergave van de nek is een rommeltje.Is de hoofd-scan op de romp gemonteerd?

17

C7

C5?

C4

C2

C3

T1

C6 C6

De Dicom Viewer op de oorspronkelijke CD heeft diverse bewerkingstools in zich, reden om de bevinding(en) dan nogmaals met de oorspronkelijke viewer te beschouwen ter duiding.

Selectie van de nek van scan RX03BFN, bewerkt en geextraheerd met HQ Dicom Viewer.We zien dat de nekwervels bij C3 verspringen. C1 en C2 lopen iets schuin. C4 en C5 lopen meer recht omhoog. Bij C3 zit een afwijkende knik in het verloop van de halswervels. Het verspringen van de wervels wijst op vermoedelijke fotomontage van het hoofd op de romp.

Op de scan van het hoofd zien we een kaakprothese en een tweede object van metaal. Het metaal kleurt hier helemaal zwart als gevolg van tegengehouden straling op positief/foto.In het Thorax gebied van de zelfde scan zit óók metaal, maar dit brandt weer wit uit. Dat is in tegenstelling met het metaal in de kaak, hiermee is het bestaan van manipulatie ook duidelijk.

18

C3

C4

C2

De sleutelbeenderen grijpen in het borstbeen vast onder T2, maar verspringen op deze scan.We zien links rond de Aorta-Boog het oplichten alsof er een artefact aanwezig is. Uitvergroot:

Net onder de Aortaboog zien we een ronde vlek die uitbrandt (midden van de cirkel). Op deze plek wordt ook geen botweefsel van de ribben getoond. Een dergelijk uitsparen/oplichten op de scan duidt op de aanwezigheid van een metalen componenten, evenals ook de metaal-detector en een elektronica scanner metaal lokaal het artefact al aanduidden. Het bevonden gebied van afwijking op scan RX02BFP en RX03BFN duidt op een artefact en zal (medisch forensisch / operatief) ook nader onderzocht moeten gaan worden op haar feitelijke waarde.

19

C7

T6

T7

Sterk uitvergroot DetailVan Scan RX02BFP

Detail Scan RX02BFP

Clavicula

Zevende rib

T1

T2

T3

T4

T5

T6

Selectie van RX02BFP Lendewervels L1 t/m L5, onscherpmasker, Sol20, Neg, H-20C+20. Bovenaan zien we de Borstwervel T12, en onder zien we nog een stuk van het sacrale bot en het bekken. Op MRI zagen we een magnetische verstoring tussen L5 en L4, nabij L4, die wees op het bestaan van een metalen artefact, de metaal detector gaf dit ook als zodanig aan. (NN.: Kan het zijn dat er geen massief metalen artefact is, maar wel elektronisch gevoelig materiaal, wat op een wisselend magnetisch veld reageert? Immers een wisselend magnetisch veld levert in haar Flux een stroompje op in opwekking. Een object wat hier gevoelig voor is, beïnvloedt op haar beurt weer de detector, die de respons meet direct na het uitzenden van magnetische golven.) Maar de MRI toonde toch een duidelijke ronde vorm! Bij uitvergroting valt op dat de vijfdewervel niet goed uitgesproken in beeld is, terwijl dit wel zou behoren vergelijke L4. Het beeld is wat onduidelijk, maar we zien dat de bovenste helft van de wervel L5 iets is verschoven en niet mooi aansluit op de onderste helft van L5. Maar evidenter is dat we op T12 tweemaal een Pocessus Spinoza zien, en dat hoort er maar één te zijn. Dit duidt laatste duidt ontegenzeglijk op manipulatie, er viel dus toch iets te verhullen? Is er een strook Röntgenfoto ingelast geworden tussen T12 en L5? Zie selectie op RX02BFP van L5 en T12 (in contrastbewerkingen) en extra aanvullende contrast-bewerking daar over heen:

20

T12

L1

L4

L4

Manipulatie van T12 met tweemaal een Processus Spinoza

L5

Tussenwervel

Tussenwervel

T12

Ook op de Dicom Vieuwer toont scan RX02BFP op T12 een dubbele Processus Spinoza. Het wervelgebied waarin gemanipuleerd is geworden is donkerder ten opzichte van de rest.

Ook op de Dicom Vieuwer toont scan RX02BFP een onnatuurlijk verloop van L5. De bovenste helft van L5 verspringt wat ten opzichte van de onderste helft. In het gebied waar de bovenste en de onderste helft van Lendenwervel L5 elkaar moeten raken ligt een sluier van ruis, waardoor het zicht gehinderd wordt. L5 is de onderste en de meest forse lendenwervel. Deze had beslist beter zichtbaar kunnen zijn. Gegeven dat T12 en L5 kennelijk gemanipuleerd zijn, is het niet ondenkbaar dat het hier tussnin gelegen L4 implamtaat digitaal is weggewerkt. MRI en metaaldetectie wezen immers weldegelijk op het bestaan van metaal nabij L4. .

21

T12

Tussenwervelschijf

22RX04SpineSagPos RX05SpineSagNeg

C7

Promontorium

LOODLIJN

?

RX04SpineSagPos en RX05SpineSagNeg tonen beiden overduidelijk de twee metalen delen in de rechterhelft van het aangezicht conform de scans RX01HF, RX00HS, en RX03BFN en RX03BFP. Hiermee is voor de volle honderd procent vast komen te staan, dat er zich metaal in het aangezicht van Dhr. Burgerhout bevind (een tandprothese en een onbekend object. De opmerking volstaat, een verdere uitvergrote expositie in deze is hier verder niet meer nodig. Het onderzoek naar de integriteit van scan RX04BodySagPos en RX05BodySagNeg richt zich op drie gebieden: de nek, het torso gebied van (T1) schouders tot net iets voorbij het middenrif (T12), en het abdomengebied. Bij de nek zien we een onregelmatig beeld, de verstoring bij de Torso onderzoek is het belangrijkste, en bij de abdomen is het een grote grijze contrastloze plak, reden om al die onderdelen apart maar eens nader te onderzoeken.

RX05SSN Op de scan sluiten de röntgenstroken niet mooi op elkaar aan, de contour- lijnen van de stroken verspringen. In de nek zitten inhammen, en onder de kin zit een heel stuk open ‘waas’ -locatie forse luchtpijp-, die in aansluiting buiten het Thorax gebied valt. De kolom Nekwervels sluit niet mooi aan op het vervolg van de kolom Thorax-wervels, en suggereert een sterke bocht (zwanenhals) in plaats van een mooie curve (vergelijk blz. 6). De scan kan hier geen eenduidig antwoord op geven, vanwege de gebrekkige kwaliteit van strook 7 en 8. De nekwervels ogen als kolom verder naar voren verschoven te zitten. De achterwaartse stand van het hoofd is overigens niet de gebruikelijke houding om zo’n röntgenfoto te maken.

RX04SSP NegH-6C+20 NegContrastH-44C44 toont duidelijk de lijn Processus Spinoza. De nekwervels rijken ver naar voren. Ter vergelijk: contrastbewerkte scan RX00HS afbeelding van de wervels (blz 6), we kunnen hier echter niet zien hoe de kolom aansluit op de Thorax.

23

T1 Processus Spinoza

?

C6

T1

C3, C4, C5

C2

C7

C1

7

8

C1

9

RX00HS

C5

RX05SSP

8

9

5

4 4

Zwanenhals ?

?

Onderzoek scan RX05SSN met contrast H15C20 en opvolgend onscherpmasker 3x toegepast:De Processus Spinoza (welke in het aangegeven cirkelgebied liggen) hebben geen duidelijke aansluiting met de meer naar links geplaatste nekwervels, ze staan zelfs iets omhooog. De sterke buiging wordt gemaakt in het bovenste gedeelte van het Thorax gebied, dit gebied is echter minder beweegbaar dan de nek. Het gebied waar de buiging zich zou moeten tonen ligt in röntgenstrook 6, 7 en 8 die juist bedekt zijn met een grijze ondoorzichtige laag. Ook zijn de zichtbare Thoraxwervels buiten proporties forser van formaat dan de Nekwervels. Het gebied van de slokdarm (easophagus) / luchtpijp (trachus) valt zelfs buiten de scan! De contourlijn van de rug verloopt ook niet natuurlijk in beeltenis. Heeft Dhr. Burgerhout een beginnende bochelvorming in zijn bovenste Thorax-wervels? Neen. Links ter hoogte van de markering röntgenstrook 6 en 7 zien we een stuk cirkelbaan. Mogelijk dat het scannen van het hoofd op een zelfde wijze is geschiedt als scan RX00HS, en dat de beeltenis van het hoofd op de beeltenis van de romp geplaatst is geworden? We hadden al manipulatie bevonden op scan RX02BFP en RX03BFN, aldus is het niet ondenkbaar dat ook scan RX04SSP en RX055SSN een zekere bewerkingen als obstructie in onderzoek naar implantaten hebben ondergaan.

24

?

Sterke verschuiving in lijn van de boven elkaar gelegen . Processus Spinoza

Een profielfoto ter vergelijk. Er is een zeker verschil in contourlijn van het lichaam te zien. In met name de nek en schouderlijn; de lijn op de scan wijkt af en toont een verschuiving.

Op RX04SSP zien we dat de curve-buiging van wervels tussen Thoraxwervels T2 en T3 ligt.

25

Röntgenfoto van vermoedelijk een kind met het hoofd achterover. Deze röntgenfoto is geselecteerd om het verloop van de wervel kolom met een achterwaarts gebogen hoofd te tonen. Let ook op hoe de slokdarm netjes met de bocht mee de borst in gaat en er aldus niet buiten zit; zie RX04SSP.

Op deze röntgenfoto zien het hoofd achterwaarts gekanteld. Let op het verloop van Thoraxwervels naar nekwervels toe (dikkere lijn). Met name maken de nekwervels de curve. Op scan RX04SSPos en RX05SSNeg zien we dat de buiging vooral rond C7 en de bovenste Thoraxwervels geschied (dunnere lijn). Normaliter beperken de schouderbladen de beweegbaarheid van de bovenste Thoraxwervels..

Verdere uitvergroting van scan RX04SSP in een poging om de curve-buiging van wervels in het bovenste Thoraxwervels bij benadering te bepalen. Met extra contrast bewerkingen in Paintshop Pro van de eerder gemaakte extractie met behulp van de Dicom Viewer zijn de contourlijnen van de Thorax wervels verder zichtbaar gemaakt geworden voorzover de scan dit toeliet ondanks haar verhullende grauwe sluier over de bovenste Thorax-wervels heen.

De vierkantjes geven bij benadering de locatie van de wervels op de scan aan. De grenslijnen van iedere wervel liggen net buiten het vierkantje, het vierkantje ligt binnen het wervelvlak.

De geplaatste lijnen geven aan hoe de wervelkolom zich ongeveer toont in lijn. Wat ook opvalt is het sterk veranderen van forsheid van Thoraxwervels in vergelijk met de nekwervels. De buiging komt mij als onnatuurlijk over omdat de beweegbaarheid van die wervels door de schouderbladen wordt beperkt. De knik in de dunnere lijn geeft aan hoe de wervelkolom op scan RX04SSP zich toont. Er is een vermoeden van verschuiven van lagen over elkaar heen.

26

Selectie van RX05SSN (bewerkt met onscherpmasker, Neg, Kontrast H15C20, Neg en tot slot verscherpen met Paintshop Pro) geeft het bovengetoond kontrast versterkt beeld. Daar waar we op fragment RX04SSP van de nek afwijkingen bevonden met het verspringen en niet mooi aansluiten van Röntgenstroken, is dit in het Thorax-gedeelte nog veel evidenter. Wat direct opvalt aan deze RX is, dat we een stuk Thorax wervelkolom zien, die meteen in het oog springt, terwijl de rest van het beeld van de gehele scan overdekt wordt met een grijze laag. Voor vergelijkende anatomie verwijs ik eerst naar bladzijde 8 voor een theoretisch vergelijk. In de selectie heb ik namen erbij geplaatst ter referentie in vergelijk met de theoretische afbeeldingen, om de selectie van scan in vergelijk anatomisch te benoemen in het onderzoek.

• scapula (schouderblad) • rechter hartkamer (RV) • linker hart voorkamer (boezem)

(LA) • primaire bronchien (B) • neergaande aorta (AsA) • aorta boog (AA)

• linker en rechter middenrif (LD, RD)

• Wervellichaam (VB) • werveltussenruimte (tussenwervel

schijf) (IVS) • tussenwervel gelegen opening

(Wervelkanaal) (IVF

Op scan RX02BFP bevonden we met 100% zekerheid een metalen object ter hoogte van C6-C7, net onder de hoogte van de Aorta Boog (AA) gelegen. De ribben op die hoogte gelegen vertonen een oplichtend effect, wat we uitvergroot gaan bestuderen op de volgende bladzijde.

27

Schouderblad

VBWervel- Lichaam

RV

AA

B

LA

LD

RD

gb

IVS

C6AsA

Duiding: AA Aorta Boog, VB wervellichaam, IVS tussenwervelschijf, IVF wervelkanaal.

Op scan RX02BFP (BodyFrontPos) en RX03BFN (BodyFrontNeg) was duidelijk een rond anorganisch object zichtbaar links tegen de ruggenwervels aan tussen C6 en C7 gelegen. Op deze laterale (sagittale) scan selectie zien we geen aanwijzing voor metaal terug. Mogelijk dat het metalen voorwerp geen bolvormige 3-D object is, maar een schijfvormige cirkel?

Selectie van het 2e model (gespiegeld en met kontrast verscherping). De afbeelding links is qua grijstinten vergelijkbaar met scan RX05SSN, maar vertoont echter geen oplichtende ribben.

De selectie van scan RX05SSN vertoont oplichtende vlakken nabij de aansluiting van de ribben op wervels C7, C8 en C9, terwijl C6, C9 en C10 zich meer conform tonen zoals de vergelijkbare selecties van wervels. De afbeelding van het model rechtsboven toont een harder kontrast met slechts een paar oplichtende vlekken zoals ook bij tussenwervelschijf tussen T9 en T10 in. Maar de selectie van scan RX05SSN heeft een zachter kontrast, maar toont met name bij de ribaansluitingen C7 en C8 sterk oplichtend fenomeen.

28

AA

Op het eerste gezicht weinig verschil tussen scan RX05SSN links en het model rechts.

T6T6

T9

T9

T10

T10

Neergaande Aorta

Ruggenwervel

Selecties RX05SSN met rechts Onscherp_H9C18_Neg_AutoContrastNeutr_Neg_Verscherp.Op de selectie links zien we, dat er een extra stuk contourlijn vanaf T8 naar beneden toe loopt. De cirkel is aangegeven om de locatie van het herhalen van een stuk rib aan te wijzen. In de contrastbewerkte afbeelding wordt dit iets beter zichtbaar bij T7 en T8. Dit kan duiden op gelaagdheid van scans over elkaar heen die doorschijnen. Het verspringen van contourlijn van de rug verwijst hier ook naar (de mogelijkheid van beeldmanipulatie. We hebben in deze scan geen aanwijzingen van een implantaat kunnen vinden in tegenstelling tot de frontale scan.

L7 (sterk uitvergroot + onscherpmasker) en L8 sterk (idem). De beelden zijn te vaag om hier iets verder nog over te kunnen opmerken, behalve dan dat er in L8 op eenderde van boven af op de linker helft een lichtere vierhoek door het beeld heen schijnt. Meetkundige vormen met een sterke symmetrie zijn tekens van een menselijke hand, ze zijn in ieder geval in het menselijk lichaam geen natuurlijk beeld Een beeldverstoring of een teken van manipulatie?

29

T8

RX05SSN geëxtraheerd met de Dicom viewer en bewerkt met Paintshop Pro. We zien een kromming van de wervelkolom, die ten opzichte van de contourlijn van de borst in stijgende lijn fors inzet. Meneer heeft getraind. De afwijkende kromming van de wervelkolom is nog niet in beeld. De beeld echo’s van de ribben zes, zeven en acht zoals besproken op de vorige bladzijde zijn ook goed zichtbaar op de uiterste contourlijn rechts. We zien een inham op T8 als natuurlijk verschijnsel van het zijaangezicht van het schouderblad met onderliggend T8 en vermoedelijk nog extra anatomisch derde ingrediënt. Om dit scans te duiden is radiologische medische kennis nodig, een fenomeen wat veroorzaakt wordt door lichaamsvreemd materiaal, zoals een tandprothese, is dermate overheersend afwijkend, dat het ook door iemand met een beperktere medische anatomische / radiologische kennis uit een scan opgemerkt kan worden..

30

T8

Een borstwervel (hier T12) toont een langer achterwaarts uitsteeksel dan een lendewervel (Processus Spinoza).

De lijn met uitsteeksels )rib-aanhechtingspunten) oogt wat rommelig. Drie uitsteeksel liggen zelfs tegen elkaar aan over de lengte van de twee Thoraxwervels T10 en T9. Zelfs het verspringen van de scan-stroken geschiedt hier zelfs met halve hoogtes…

Het is niet ondenkbaar dat beeldmanipulatie de oorzaak hiertoe is, gegeven dat we ook in de frontale scans RX02FBP en RX03FBN aanwijzigen van

T12

L1

T10

T11

Selectie van RX05SSN H-22C60_Neg_Onscherpmasker_Neg . Met de contrastversterking zijn de wervels zichtbaar geworden, maar daar is dan eigenlijk alles mee gezegd geworden, meer valt er niet te bevinden, dat wil zeggen voor wat deze beeld selectie toelaat dan wel.Het metaal wat op MRI te zien was -en middels metaaldetectie ook aanwezig was bevonden nabij L4- vinden we niet terug op deze scan. We zien wel een vlek oplichten op de onderzijde van het eerste vergroeide werveldeel van het sacraalbot, maar metaal is na onderzoek hier als fenomeen geen oorzaak in gebleken. Als er ergens metaal zit, dan wordt dat vlak uitgespaard.

Kort samengevat in opsomming :Scans RX00HS en RX01HF waren niet duidelijk, maar toonden toch twee metalen objecten.Scans RX02BFP en RX03BFN waren gemanipuleerd, maar toonden ondanks dat toch een metalen object tussen de zesde en zevende rib, links tegen de wervelkolom aan gelegen.Scans RX04SSP en RX05SSN waren dermate gemanipuleerd, dat we ondanks aanwijzingen van het bestaan van een Thorax implantaat door de beeldverstoringen dit hier niet terugzien. Het middels MRI onderzoek bevonden abdomen implantaat is op scans RX02BFP en RX03BFN en scans RX04SSP en RX05SSN niet teruggevonden. (Prof. Van De Kelft gaf tijdens het consult aan geen MRI van de abdomen te kunnen interpreteren als neuroloog zijnde.) Naar mijn bevindingen van afwijkingen en verhullingen in de scans zijn de scans gemanipuleerd geworden in obstructie van het forensisch onderzoek naar implantaten.

31

RX 05 SSN

Sterk uitvergroot: geen uitgespaarde vlek, maar pixels: geen metaal aldaar.

L2

L1

T12:

Aan T12 zit hier geen ubbele Processus Spinoza vast.

32

Analyse van het schrijven van Dr. E. Van de Kelft.

Er dient opgemerkt worden, dat er vooraf een uitgewerkt verslag met expliciet geformuleerde onderzoeksvragen toegezonden was. Voorafgaande aan het laten maken van de röntgenscans heeft een gesprek plaats gevonden. Na het scanonderzoek vond er nog een gesprek plaats. De scans werden enkel in hele kleine plaatjes kort besproken met de mededeling dat er niets te bevinden viel, behalve dan de twee objecten in het hoofd. Echter die mondeling gedane bevinding zien we aldus ook niet terug in de rapportage… Daarnaast is er aan de medische onderzoeksvraag omtrent de pieptoon die cliënt continu ervaart geen aandacht besteed.

De scans zijn aantoonbaar gemanipuleerd geworden. Desondanks zijn er drie metalen objecten aangetoond geworden. (Het hadden er ten minste vier moeten zijn.) Dhr. Burgerhout heeft een tandprothese. Tussen de zesde en zevende rib zit op de achterzijde tegen de wervelkolom aan links een metalen object. Ook in de rechterwang (de zijde van de tandprothese zit ook een klein ‘vermoedelijk metalen’ object. Een tandprothese is een artefact; een door mensenhanden gemaakt object. In medische termen wordt de term artefact ook wel eens gebruikt om schijnobjecten te benoemen ontstaan door verkeerde scaninstellingen (: door oversampling, faseverschil of beweging). Dat wil zeggen objecten die op een scanresultaat er lijken te zijn, maar die er in de werkelijkheid niet zijn. “Inderdaad er geen schijnobjecten geconstateerd, doch echte reële metalen objecten in het lichaam van Dhr. Burgerhout…”

33

Ik zag uw patiënt op de raadpleging naar aanleiding van enkele onderzoeken.

Technische Onderzoeken:

Een RX full spine toont een rug Roussouly type één met een zeer lage pelvic-incidence. Er is een anteversie van de pelvis. De C7-loodlijn valt door het promotorium.

Een RX van de schedel toont specifiek geen metaalartefacten. Ik kan mij best voorstellen, dat patiënt een ernstig probleem heeft, doch dit kan ik als neuroloog niet oplossen.

Met vriendelijke groet,

Dr. E. Van de Kelft

Vertaling van Technische Onderzoekenmet cursief geschreven commentaar:

Een röntgenserie van de volledige rug toont een rug Roussouly type één met een zeer lage bekken-inval. Er is een voorwaardse buigings-stand van het bekken. De C7-loodlijn valt (niet) door het promontorium.

(Promontorium is oorspronkelijk de benaming voor tussenwervelschijf die de overgang tussen het bekken en de ruggenwervel ligt. Tegenwoordig heet de verst uitstekende punt van het sacraal bot ook zo.) Op blz. 22 zien we dat een loodlijn vanaf C7 zelfs ver buiten het promontorimu valt. De onjuistheid van de scan, maar ook de rapportage wordt hiermee benadrukt. Dr. Vande Kelft kon overigens geen MRI van een buik duiden, omdat hij geen MDL arts is…

Een RX van de schedel toont specifiek geen metaalartefacten. De scan toont ten minste één metalen tandprothese aan! Ik kan mij best voorstellen, dat patiënt een ernstig probleem heeft, doch dit kan ik als neuroloog niet oplossen. Probleem van valse rapportage?

Roussouly type 1 rug ontstaat door inzakken en naar achteren schuiven van L2, dit is bij Dhr. Burgerhout niet het geval. De stand van het bekken lijkt wel enigszins op de stand van Type 1

34

Type 1 Type2 Type 4

L2

Type 1Type 3

Sterke Incidence

Zwakke Incidence

Op de envelop zien we dat de brief twee dagen later dan de dagtekening van de brief vanuit de regio Rotterdam verzonden is geworden, in plaats vanuit St. Niklaas België. Waarom? Is deze brief eerst nog elders ter ‘goedkeuring’ geweest alvorens hij verzonden mocht worden?

35

Bij de Spyshop Venlo is vrij recentelijk een onderzoek verricht geworden, waarbij in het lichaam van Dhr. Burgerhout een zekere elektronische bedrijvigheid werd bevonden. In het aansluitend onderzoek werden er twee actieve radiofrequenties bevonden van apparatuur die Dhr. Burgerhout kennelijk (verborgen) in zich draagt. Een uitgebreider verslag hierover volgt. De frequentie 10.074Khz wordt toegepast in GPR/WPR, 107 MHz is een omroepfrequentie.

36

Resumerende in opsomming van meest opmerkelijke bevindingen van RX Rob Burgerhout:- Er is tweemaal een artefcat bevonden in het aangezicht van Dhr. Burgerhout, zijnde

een tandprothese in de bovenkaak en een klein ongeïdentificeerd (metalen?) object rechts. Scans RX00HS en RX01HF waren onder lagere röntgenstraling gemaakt.

- Er is metaal bevonden in het Thorax gebied van Dhr. Burgerhout ter hoogte van net onder de Aorta Boog, op de achterrug links naast de zevende nekwervel en diep tussen de 6e rib en 7e rib in. Alleen scans RX02BFP en RX03BFN tonen dit zichtbaar aan.

- Het metaal in het abdomen is op deze serie niet (meer) zichtbaar; gegeven bevonden beeldmanipulaties waarvan opsomming onderstaande is dit vermoedelijk weggepoetst.

- De aansluiting van de nekwervels op RX02BFP en RX03BFN is van een onnatuurlijk afwijkende weergave. Thoraxwervel T12 heeft twee Processus Spinoza. De Vijfde lendenwervel L5 toont als meest forse wervel wel erg weinig consistentie in vorm.

- Het hoofd sluit niet logisch op de Thorax aan op scan RX04SSN en RX05SSP. De wervelkolom maakt (vanwege de schouderbladen het meest rigide wervelgebied) een overmatige en onnatuurlijke buiging. De exacte visuele beschrijving van de buiging van wervels wordt verhult door twee overliggende grijze stroken. Het trachus gebied (luchtpijp) sluit niet logisch aan op de Thorax. Het hoofd lijkt iets verschoven te zijn ten opzichte van de Thorax. Met name in het Thoraxgebied variëren de röntgenstroken heel sterk in hardheid en grijstint en soms ook in hoogte en liggen daarbij ook niet op een lijn. Het verspringen van hoogte kan ook duiden op het inlassen van ander scan materiaal? Ook de contourlijn van de rug vertoont een verspringen van lijn. Het abdomengebied is een groot grijs vlak met slechts een paar wervels goed zichtbaar.

- De beide Full Spine scans frontaal RX02FBP, RX03FBN, en RX 04 en Rx05 zijn gemanipuleerd geworden, er zijn duidelijke aanwijzingen hiervoor bevonden.

- Radiotechnisch onderzoek heeft twee frequenties geduid, waarvan wel al vaststaat dat de fysieke veroorzaker(s) hiervoor zich in het lichaam van Dhr. Burgerhout bevinden. Waar de veroorzakers zich bevinden (in verband met welk implantaat) is nog niet duidelijk. Aanvullend radiotechnisch onderzoek naar de inhoudelijkheid van de gemeten frequenties is een volgende stap in het duiden van functie en werkzaamheid.

- Een of meerdere implantaten kunnen in conclusie drager zijn van een radiofrequentie zendend technisch object. Het is niet ondenkbaar dat een van de implantaten ook nog een medische achtergrond kan hebben met het bevatten van een reservoir voor illegale medicatie experimenten zoals het abdomen implantaat bijvoorbeeld...

- Naast een aanvullend onderzoekje omtrent de gemeten radiofrequenties gaat ook een operatief forensisch onderzoek naar de opbouw en functie van het L4 abdomen implantaat, het T7 borstimplantaat en het object in de wang te rechtvaardigen zijn. Dit zou eventueel vooraf gegaan kunnen worden door een integer verricht scanonderzoek.

- Tot op heden is in het dossier van Dhr. Burgerhout medisch tegenwerking geweest in het onderzoek omtrent het bestaan van metaal in het lichaam van Dhr. Burgerhout. Dhr. Burgerhout is met dossiermanipulatie en valse aantijging zelfs een periode opgesloten geweest in een psychiatrische inrichting om te pogen hem te breken in zijn claim drager te zijn van implantaten. Ik spreek van schending van mensenrechten!

- Er ligt een spanningsveld binnen de medische geheimhoudingsplicht ter bescherming van het elan van de beroepsgroep boven het belang van de patiënt en de medische eed. Omdat het onderzoek naar implantaten geleidelijk aan positief resultaten boekt (, die ook in de bekendheid gaan komen), kan het gerechtvaardigd zijn om die zwijgplicht te doorbreken, temeer daar we kunnen spreken van schade berokkenende activiteiten materieel en immaterieel bij de persoon Dhr. R.J.W. Burgerhout. Siegfried van Hoek.

37