Rup zonevreemde bedrijven

Gezien en voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad in zitting

van

Op bevel,

De Secretaris,

De Voorzitter

..

RUP ZONEVREEMDE BEDRIJVEN

Motivatienota

Mechelen

COLOFON

Opdracht:

RUP zonevreemde bedrijven

Opdrachtgever:

Stad Mechelen

Grote Markt 21

2800 Mechelen

Opdrachthouder:

Antea Belgium nv

Roderveldlaan 1

2600 Antwerpen

T : +32(0)3 221 55 00

F : +32 (0)3 221 55 01

www.anteagroup.be

BTW: BE 414.321.939

RPR Antwerpen 0414.321.939

IBAN: BE81 4062 0904 6124

BIC: KREDBEBB

Antea Group is gecertificeerd volgens ISO9001

Identificatienummer:

2236693086/emu

Datum: status / revisie:

23 mei 2014 MVT_concept

Aug 2014 MVT_VO_rev00

Mei 2015 MVT_VO_rev07

Augustus 2015 MVT_O_rev00

September 2015 MVT_O_rev01 en rev02

Vrijgave:

Marten Dugernier, Account Manager

Projectmedewerkers:

Eline Mulkens, Ruimtelijk Planner

Marten Dugernier, Ruimtelijk Planner

Peter Meyers, VR-deskundige (2011VR071)

Antea Belgium nv 2015 Zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Antea

Group mag geen enkel onderdeel of uittreksel uit deze tekst

worden weergegeven of in een elektronische databank worden

gevoegd, noch gefotokopieerd of op een andere manier

vermenigvuldigd.

2236693086/emu MVT ontwerp pagina 1

INHOUD

1 NOTA ........................................................................................................ 6

1.1 INLEIDING.................................................................................................................. 7

1.1.1 OPDRACHTOMSCHRIJVING................................................................................ 7

1.1.2 ONDERZOEKSLIJST ZONEVREEMDE BEDRIJVEN......................................................... 9

1.1.3 BASISLIJST KMO- EN INDUSTRIEGEBIEDEN........................................................... 13

1.1.4 SITUERING.................................................................................................. 15

1.2 BELEIDSMATIG KADER................................................................................................. 18

1.2.1 VLAAMSE CODEX.......................................................................................... 18

1.2.2 HET RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN VLAANDEREN .................................................. 19

1.2.3 HET PROVINCIAAL RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ANTWERPEN.................................. 22

1.2.4 HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN MECHELEN .................................. 25

1.3 JURIDISCH KADER ...................................................................................................... 30

1.4 ZONEVREEMDE BEDRIJVEN: SYNTHESE VOORTRAJECT VAN ONDERZOEKSLIJST NAAR SELECTIELIJST .. 30

1.4.1 VAN ONDERZOEKSLIJST NAAR SELECTIELIJST ......................................................... 30

1.4.2 RESULTAAT TOEPASSING AFWEGINGSKADER: SELECTIELIJST ...................................... 30

1.5 KMO- EN INDUSTRIEGEBIEDEN: SYNTHESE VOORTRAJECT SELECTIELIJST .................................. 30

1.5.1 INVENTARISATIE KMO- EN INDUSTRIEGEBIEDEN: HUIDIGE INVULLING......................... 30

1.5.2 ANALYSE BRAAKLIGGENDE KMO- EN INDUSTRIEGEBIEDEN....................................... 30

1.5.3 BEPALEN ALGEMENE ONTWIKKELINGSMOGELIJKHEDEN KMO- EN INDUSTRIEGEBIEDEN ... 30

1.5.4 SELECTIELIJST KMO- EN INDUSTRIEGEBIEDEN....................................................... 30

1.6 GLOBALE VISIE.......................................................................................................... 30

1.6.1 INLEIDING .................................................................................................. 30

1.6.2 GLOBALE VISIE............................................................................................. 30

1.7 ANALYSE EN ONTWIKKELINGSPERSPECTIEVEN PER DEELPLAN ................................................ 30

1.7.1 INLEIDING .................................................................................................. 30

1.7.2 FICHE DEELPLAN 1- AVONDRUST (NR.6 BASISLIJST) ............................................. 30

1.7.3 FICHE DEELPLAN 2 - (NR. 7 EN 22 BASISLIJST): BELGIUM VENTIEL EN DISTEEL COLD ....... 30

1.7.4 FICHE DEELPLAN 3 - (NR. 8, 35, 44, 46, 61 EN 67 BASISLIJST): BELLEKENS, LECOT,

PEUGEOT, RENTACAT, VERHOLEN EN Q8 ......................................................................... 30

1.7.5 FICHE DEELPLAN 4 - (NR. 15, 36 EN 88 BASISLIJST): CUYPERS EN ZONEN, LEMMENS,

CAMACO 30

1.7.6 FICHE DEELPLAN 5 - (NR. 27 BASISLIJST): GEERTS.................................................. 30

1.7.7 FICHE DEELPLAN 6 - (NR. 33 BASISLIJST): K-STORE ................................................ 30

1.7.8 FICHE DEELPLAN 7 - (NR. 23 BASISLIJST): DOCKX EN CO .......................................... 30

1.7.9 FICHE DEELPLAN 8 - (NR. 69 BASISLIJST): SHELL.................................................... 30

1.7.10 FICHE DEELPLAN 9 - (NR. 31 BASISLIJST): HOUMAN BVBA........................................ 30

1.7.11 FICHE DEELPLAN 10 - (NR. 32 BASISLIJST): HOTEL MONTREAL BVBA........................... 30

1.7.12 FICHE DEELPLAN 11 - (NR. 40 BASISLIJST): MC MOTORS ........................................ 30

1.7.13 FICHE DEELPLAN 12 - (NR. 50 BASISLIJST): PLANCKENDAEL (PENDELPARKING) .............. 30

1.7.14 FICHE DEELPLAN 13 - (NR. 57 BASISLIJST): THIRY PAINTS ........................................ 30

1.7.15 FICHE DEELPLAN 14 - (NR. 68 BASISLIJST): BRABANTCHROM.................................... 30

1.7.16 FICHE DEELPLAN 15 - (NR. 56 BASISLIJST): T FONTEINTJE ....................................... 30

1.7.17 FICHE DEELPLAN A - (NR. 3 BASISLIJST KMO EN INDUSTRIEGEBIEDEN): MUIZENBRUG .. 30

1.7.18 FICHE DEELPLAN B - (NR. 5 BASISLIJST KMO EN INDUSTRIEGEBIEDEN): KRIEKERIJVELD.. 30


1.7.19 FICHE DEELPLAN C - (NR. 27 BASISLIJST KMO EN INDUSTRIEGEBIEDEN):

KADODDERSTRAAT ..................................................................................................... 30

1.7.20 FICHE DEELPLAN D - (NR. 34 BASISLIJST KMO EN INDUSTRIEGEBIEDEN): NOORDVELD -

LAKENRAAMSTRAAT ................................................................................................... 30

1.8 MOTIVATIE AFWIJKING HAG (DEELPLANNEN 4, 9 EN 11).................................................... 30

1.9 RUIMTEBALANS ........................................................................................................ 30

1.10 OP TE HEFFEN VOORSCHRIFTEN..................................................................................... 30

1.10.1 GEWESTPLAN .............................................................................................. 30

1.10.2 BPAS EN RUPS.......................................................................................... 30

1.10.3 VERKAVELINGEN .......................................................................................... 30

1.11 REGISTER M.B.T. PLANBATEN, PLANSCHADE, BESTEMMINGSWIJZIGINGSCOMPENSATIE EN

COMPENSATIE INGEVOLGE BESCHERMINGSVOORSCHRIFTEN ................................................. 30

1.12 SCREENING PLAN-MER-PLICHT..................................................................................... 30

1.12.1 CONCLUSIES VERZOEK TOT RAADPLEGING............................................................ 30

1.12.2 PROCEDURE PLAN-MER-SCREENING EN BESLISSING DIENST MER.............................. 30

2 BIJLAGEN................................................................................................. 30

TABELLEN

Tabel 1 Screening basislijst zonevreemde bedrijven 9

Tabel 2 Uiteindelijke onderzoekslijst van zonevreemde bedrijven 12

Tabel 3 Basislijst KMO- en industriegebieden op het gewestplan en in GRUPs 13

Tabel 4 Selectielijst deelplannen RUP zonevreemde bedrijven 30

Tabel 5 Selectielijst geclusterd per deelplan 30

Tabel 6 Overzicht (deels) braakliggende invulling KMO - en industriegebieden 30

Tabel 7 zones voor bedrijvigheid in gewestelijke RUPs 30

Tabel 8 Selectielijst KMO- en industriegebieden 30

Tabel 9 Vraag versus aanbod Mechelen (Bron: Agentschap Zorg en gezondheid) 30

FIGUREN

Figuur 1 Situering Mechelen (GRS Mechelen, Studiegroep Omgeving, 2001) 15

Figuur 2 Situering zonevreemde bedrijven onderzoekslijst 16

Figuur 3 Situering KMO- en industriegebieden op het grondgebied van Mechelen 17

Figuur 4 Mechelen gesitueerd in het ruimtelijk concept voor de 'Antwerpse fragmenten' 22

Figuur 5 Natuurverbindingsgebieden t.h.v. Mechelen (intekening Antea op basis van RSPA 2001)23

Figuur 6 Selectie woonkernen (RPSA, 2001) 24

Figuur 7 Gewenste landschappelijke structuur (RSPA, 2001) 24

Figuur 8 Gewenste ruimtelijk-economische structuur (GRS Mechelen) 27

Figuur 9 Situering van de acht deelruimten van Mechelen (GRS Mechelen) 30


Figuur 10 Synthese gewenste ruimtelijke structuur 30

Figuur 11 Situering zonevreemde bedrijven t.o.v. afbakening regionaalstedelijk gebied 30

Figuur 12 Situering industrie- en KMOgebieden t.o.v. afbakening regionaal stedelijk gebied 30

Figuur 13 Situering deelplan 9 (nr.31 selectielijst) op het gewestplan en concept grafisch plan 30

Figuur 14 Situering op het gewestplan en concept grafisch van deelplan B van de te herbestemmen

KMO-gebieden (Kriekerijveld, Hombeek) 30

Figuur 15 Situering op het gewestplan en concept grafisch van deelplan C van de te herbestemmen

KMO-gebieden (Kadodderstraat, Mechelen) 30

Figuur 16 Gewestplan t.h.v. deelplan 4 en deelplan 7 30

Figuur 17 Inrichtingsschets Deelplan 1 30

Figuur 18 Situering 'eilandje woongebied met landelijk karakter' in industriegebied Mechelen-Noord

30

Figuur 19 Conceptschets deelplan 2 30

Figuur 20 Situering 'eilandje woongebied met landelijk karakter' in industriegebied Mechelen-Noord

30

Figuur 21 Conceptschets deelplan 3 30

Figuur 22 Functiekaart N16 30

Figuur 23 Situering bedrijvencluster op het gewestplan 30

Figuur 24 Orthofoto cluster bedrijven op de grens met Willebroek 30

Figuur 25 Conceptschets huidige situatie 30

Figuur 26 Conceptschets inrichting deelplan 30

Figuur 27 Syntheseschets bestaande functies langs de N16 30

Figuur 28 Situering bedrijvencluster op het gewestplan 30

Figuur 29 Orthofoto cluster bedrijvigheid Gentsesteenweg 30

Figuur 30 Watertoets - Dockx en co (nr.23) en Shell (nr.69) 30

Figuur 31 Conceptschets toekomstvisie 30

Figuur 32 Watertoets - Dockx en co (nr.23) en Shell (nr.69) 30

Figuur 33 Gewenste ruimtelijke structuur Hombeek met situering van het deelplan 30

Figuur 34 Voorstelling scenario in/op het water bron: Hotel Montreal)30

Figuur 35 Voorstelling scenario langs het water (bron: Hotel Montreal) 30

Figuur 36 Voorstelling scenario langs het water grondplan (bron: Hotel Montreal) 30

Figuur 37 Conceptvisie deelplan 13 30

Figuur 38 Detail uit BPA 22 quater Mechelsbroek herziening 30

Figuur 39 Overzichtskaart Blaasveldbroek (bron: www.natuurenbos.be, uitgavejaar Folder 2009)30

Figuur 40 Overstromingsgevoeligheidskaart t.h.v. deelplan 30

Figuur 41 Gewenste ruimtelijke structuur Hombeek 30

Figuur 42 Gewenste ruimtelijke structuur Walem 30

Figuur 43 legende landbouwgebruikskaart 30

Figuur 44 legende landbouwgebruikswaardekaart 30


Figuur 45 Landbouwgebruikskaart Deelplan 4 30

Figuur 46 Landbouwgebruikswaardekaart 4 30



Figuur 49 Landbouwgeruikskaart Deelplan 9 30



Figuur 52 Landbouwgebruikswaardekaart deelplan 11 30

Figuur 53 Legende grafische registers planbaten, planschade, gebruikerscompensatie RUP

zonevreemde bedrijven Mechelen 30

Figuur 54 Grafisch register Deelplan 1 30



Figuur 57 Deelplan 4 30












Figuur 69 Deelplan A 30

Figuur 70 Deelplan B 30

Figuur 71 Deelplan C 30

Figuur 72 Deelplan D 30

BIJLAGEN

Bijlage 1 Overzichtskaart bestaande en juridische toestand

Bijlage 2 Kaarten bestaande en juridische toestand van de verschillende bedrijven

Bijlage 3 Fotoreportage

Bijlage 4 Vergunningstoestand bedrijven

Bijlage 5 Orthofotos zonevreemde bedrijven

Bijlage 6 Grafische plannen zonevreemde bedrijven


Bijlage 7 Grafische plannen achterhaalde industriegebieden

Bijlage 8 Beslissing Dienst MER

Bijlage 9 Beslissing Dienst VR


1 NOTA


1.1 Inleiding

1.1.1 Opdrachtomschrijving

1.1.1.1 Doelstelling

In dit gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) wordt twee facetten aangaande KMO- en

industriegebieden als n gentegreerd geheel onderzocht:

Een eerste doelstelling is het bieden van een kader voor de zonevreemde bedrijven op het

grondgebied van de stad. Na een gedetailleerde analyse, wordt voor een weloverwogen

selectie van bedrijven een planologische oplossing uitgewerkt.

Daarnaast worden een aantal KMO- of industriegebieden herbekeken, mogelijk is de

bestemming achterhaald. De KMO- of industriegebieden waarvoor een herbestemming

mogelijk is, zullen worden herbestemd.

Beide facetten zullen in n globale visie op elkaar worden afgestemd.

1.1.1.2 Inhoud ruimtelijk uitvoeringsplan

De opmaak van het ruimtelijk uitvoeringsplan gebeurt conform de bepalingen van de Vlaamse Codex

Ruimtelijke Ordening, de uitvoeringsbesluiten en de terzake door de bevoegde administratie van het

Bestuur van Ruimtelijke Ordening verstrekte richtlijnen.

Conform de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en latere wijzigingen wordt de ruimtelijke ordening

vastgelegd in ruimtelijke structuurplannen, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verordeningen op de

drie plannings- en ordeningsniveaus in Vlaanderen. Het basisdocument in het ruimtelijk

ordeningsbeleid is op elk niveau het ruimtelijke structuurplan dat een beleidsdocument is dat het

kader aangeeft voor de gewenste ruimtelijke structuur. De implementatie van deze gewenste

ruimtelijke structuur geschiedt aan de hand van uitvoeringsinstrumenten, m.n. de ruimtelijke

uitvoeringsplannen en de verordeningen. De ruimtelijke uitvoeringsplannen worden hierbij

opgemaakt ter uitvoering van het ruimtelijk structuurplan.

Een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan geeft de toekomstige bestemming, inrichting of beheer

aan van een gebied dat een deel of delen van het grondgebied van de gemeente Mechelen omvat.

Het ruimtelijk uitvoeringsplan omvat:

Het afwegingskader en een gebiedsgerichte visie;

een grafisch plan dat aangeeft voor welk gebied of welke gebieden het plan van toepassing

is;

de erbij horende stedenbouwkundige voorschriften inzake de bestemming, de inrichting

en/of het beheer;

een weergave van de feitelijke en juridische toestand;

de relatie met het ruimtelijk structuurplan of de ruimtelijke structuurplannen waarvan het

een uitvoering is;

in voorkomend geval een zo mogelijk limitatieve opgave van de voorschriften die strijdig zijn

met het ruimtelijk uitvoeringsplan en die opgeheven worden.

de plan-MER-screening.

Het grafisch plan en de erbij horende stedenbouwkundige voorschriften hebben verordenende

kracht. De andere documenten hebben als dusdanig geen verordenende kracht, maar behouden hun

waarde als inhoudelijk onderdeel van het geheel van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Het


grafisch plan en de bijhorende stedenbouwkundige voorschriften kunnen steeds in hun context van

het geheel van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bekeken worden.

1.1.1.3 Algemene opbouw/leeswijzer

De studieopdracht voor de opmaak van een RUP zonevreemde bedrijven kan chronologisch in twee

luiken worden onderverdeeld. In een voorstudiefase (inventaris, onderzoek en toepassen

afwegingskader), wordt in eerste instantie een onderzoek verricht naar alle bedrijven die in

aanmerking komen om opgenomen te worden in het RUP. In deze eerste fase wordt ook een

onderzoek van de KMO- en industriegebieden uitgevoerd om te kijken of een herbestemming is

aangewezen.

Het resultaat van de voorstudie is een selectielijst van zonevreemde bedrijven en van KMO- en

industriegebieden waarvoor een deelplan zal worden opgesteld. In de tweede fase wordt voor deze

selectielijst een Ruimtelijk Uitvoeringsplan opgesteld, vertrekkende van een ontwerp RUP, waarna

de wettelijke procedure tot goedkeuring wordt doorlopen.

Een basislijst van 88 zonevreemde bedrijven was het vertrekpunt voor het eerste deel van de

onderzoeksopdracht. Na een screening op onder meer actualiteitswaarde bij de start van het

onderzoek werd deze basislijst herwerkt tot een lijst met de te onderzoeken bedrijven. Deze

onderzoekslijst werd in de voorstudie o.b.v. onderzoek, analyse en het toepassen van het

afwegingskader, gereduceerd of verminderd tot de selectielijst. Voor de bedrijven in deze lijst wordt

de opmaak van een deelplan vooropgesteld.

Betreffende de KMO- en industriegebieden vormde een basislijst van 40 gebieden het vertrekpunt.

Deze werd tijdens de voorstudie rechtstreeks herleid tot de selectielijst.

Hieronder worden de verschillende stappen van het RUP gesynthetiseerd:

Uitwerken voorstudie:

Inventaris zonevreemde bedrijven (basislijst)

Verwerken basislijst tot onderzoekslijst

Uitwerken detailonderzoek en analyse (onderzoekslijst)

Formuleren algemene visie o.b.v. afwegingskader (onderzoekslijst)

Uitwerken detailonderzoek en analyse KMO- en industriegebieden (basislijst selectielijst)

Lijst van te herbestemmen zonevreemde bedrijven en van achterhaalde KMO- en

industriegebieden (bekrachtigd door collegebesluit op 03/01/2014).

Opmaken (voor)ontwerp RUP zonevreemde bedrijven:

Opmaak voorontwerp RUP voor de bedrijven en de KMO- en industriegebieden van de

selectielijst

Opmaak ontwerp RUP voor de bedrijven en de KMO- en industriegebieden van de

selectielijst

Wettelijke procedure tot goedkeuring


1.1.2 Onderzoekslijst zonevreemde bedrijven

De stad Mechelen beschikte over een basislijst van 88 zonevreemde bedrijven op het grondgebied

van Mechelen. Deze lijst bedrijven was afkomstig uit twee bronnen:

In de bijlage van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) van Mechelen (opgesteld in

2001) was een lijst van mogelijk problematische bedrijven opgenomen.

Er werd door de dienst economie een lijst Mechelse bedrijven aangereikt die door de dienst

Ruimtelijke Planning en Mobiliteit (RP&M) werd gescreend op problematisch gelokaliseerde

bedrijven.

Tijdens de eerste fase van het onderzoeksproces van dit RUP werd deze lijst van 88 zonevreemde

bedrijven gescreend op volgende elementen:

actualiteitswaarde: zijn er op deze locatie nog bedrijfsactiviteiten aanwezig?

is er effectief (nog) sprake van een zonevreemde activiteit?

Verschillende bedrijven werden op basis van deze screening geschrapt en dit resulteerde in een

onderzoekslijst van 46 zonevreemde bedrijven.

Om verwarring te vermijden hebben de bedrijven uit de onderzoekslijst de nummering uit de

basislijst behouden.

Tabel 1 Screening basislijst zonevreemde bedrijven

Nr. Naam Aard Adres Reden uit lijst

1 A&M detailhandel

multimedia /

niet zonevreemd (betreft enkel

kantoor en winkel)

2 Alfa nv fabrikant zonwering

en rolluiken Battelsesteenweg 334

3 Alstom Belgium energie -productie Leuvensesteenweg 474

4 Apton goederenvervoer /

niet zonevreemd (hier enkel

bedrijfszetel, bedrijfsactiviteiten

op andere zone-eigen locatie)

5 Autoveiligheid nv autocontrole Brusselsesteenweg 460

6 Avondrust rusthuis Rateaulaan 24A

7 Belgium Ventiel fabricage

afsluitkranen e.d. Blokhuisstraat 24-26

8 Bellekens garage Antwerpsesteenweg 223

9 Bometal in/export staal / niet zonevreemd (betreft enkel

een kantoortje)

10 Bonaugure Marc oud ijzerhandelaar Duivenstraat 86 sinds herstructurering niet meer

zonevreemd

11 Brantec diverse (oa herstel

poorten, opslag) Heirstraat 3

12 Bridgestone - Firestone

Benelux bandencentrale / activiteiten (hier) stopgezet

13 Cammers zetelfabriek Winketkaai 6

14 Computer Software

Partners adviesbureau / activiteiten (hier) stopgezet

15 Cuypers en zonen garage, opslag van

schroot en verkoop

Steenweg op Blaasveld

103

16 De Afspanning goederenvervoer / activiteiten (hier) stopgezet

17 De Hefboom instelling/ opvang

jongeren

Steenweg op Heindonk

103

geen bedrijf maar een sociale

functie (gemeenschaps-

voorziening en openbaar nut)



18 De Reys autobussen / verhuisd naar Willebroek 3 4

jaar geleden

19 De Schepper E.C. interieur-inrichting Zemstbaan 70 niet zonevreemd, betreft enkel

burelen, geen productie

20 De Schoenmaeker zetel- en

meubelfabriek Gentsesteenweg 103

21 De Smet Eddy koeltransport Kleine Heide 23

22 Disteel Cold ijzer- en staal Antwerpsesteenweg 187

23 Dockx & Co bvba handel/ opslag

substraten Gentsesteenweg 161

24 Drukkerij Coloma nv drukkerij Abeelstraat 102

25 Fun speelgoedwinkel Liersesteenweg 432

26 Gamalux meubelmakerij / activiteiten stopgezet

27 Geerts tuin- en

grondwerken


74

28 Helihaven (voormalig),

Air Technology

voormalige helihaven

vergund als

bedrijfsloods

/helikopterverkoop

en onderhoud

Battenbroek, Walem activiteiten (hier) stopgezet

29 Gebroeders M & F transport de activiteiten zijn stopgezet

30 Hendrickx en co houthandel Molenstraat 41

31 Houman Bvba garage + tankstation Boterstraat 6

32 Hotel Montreal Canada

bvba

hotel/

congrescentrum Duivenstraat 56

33 K-Store (Kewlox) kasten Steenweg op Blaasveld

25

34 Lease en Rent bvba

(L&R)

detailhandel in

motorbrandstoffen

Geerdegem

Schonenberg 284

enkel bedrijfszetel, geen

bedrijfsactiviteiten op deze

locatie

35 Lecot verkoop

auto/racing/moto Antwerpsesteenweg 221

36 Lemmens tegels Steenweg op Blaasveld

97

37 Matrix Doors -

indusdoor technics

fabricage

sectionaalpoorten

verhuisd naar Kontich en Boom

10 jaar geleden

38 Tersago schrijnwerkerij activiteiten (hier) stopgezet

(sinds 1999)

39 Meysmans (Patrick) transport, grond- en

afbraakwerken Vennestraat 2+

40 MC Motors citron garage Molenbeekstraat 59

41 New Atreac (nu

Sanewarm) verkoop sanitair niet zonevreemd

42 Feryn automecanicien Kleine Heide 29

43 Patrick D'Haese garage activiteiten stopgezet (sinds

2009)

44 Peugeot Mechelen garage Antwerpsesteenweg

209-211

45 Poortland handel poorten Hombeeksesteenweg

164

46 Rentacat nv verhuur machines Antwerpsesteenweg 215

47 Mivaris NV opslag goederen Boterstraat 23a

48 Rik Storms sloop + bricolage Aland 4

49 Sanderus Rijscholen

kantoor rijschool Leopoldstraat 68

enkel hoofdzetel, geen

bedrijfsactiviteiten



50 Planckendael

(voormalig Sanderus) overflowparking

Leuvensesteenweg, nabij

Planckendael en

spoorweg

51 Seeldrayers & co drankenhandel activiteiten stopgezet

52 Slotenfabriek Dyla fabricage sloten Lakenmakersstraat 237

53 Spoelders bvba zaad- en mest i.f.v.

landbouw niet zonevreemd

54 Spoorweggerelateerde

bedrijven spoorwegen Smisstraat

Gebied van bovenlokaal belang.

De laatste jaren verschillende

vergunningen probleemloos

afgeleverd. Dit wordt op

vergunningenniveau geregeld.

Mocht er ooit toch probleem

voordoen => planproces op

hoger niveau.

55 Tegeloutlet detailhandel tegels Olivetenvest 8 niet zonevreemd (is nu

brocante)

56 t Fonteintje restaurant Schotelveldstraat 23

57 Thiry Paints Mechelen

nv

detailhandel verf,

behang en vloer Eikestraat 62

58 Transjoint goederenvervoer nt zonevreemd, op dit adres

enkel administratie

59 Transport Put verhuizingen Brusselsesteenweg 214

60 Van Poppel bouwbedrijf Oude Liersebaan 233

61 Verholen autohandel Oude Baan 28

62 Wasserij De Roos wasserij Borchtstraat 24

63 Weduwe Frans Put

BVBA Vervoer goederenvervoer Battelsesteenweg 351

64

Bedrijven deels in

parkgebied in

Industrie-Noord

divers

in BPA 34-1 Dijle

Antwerpsesteenweg, niet

zonevreemd

65 RDM Poorten poorten Gijsbeekstraat 29

66 Q-team Lambrecht bandencentrale

niet zonevreemd: verkreeg in

BPA 33 quater gepaste

bestemming

67 Q8 tankstation Antwerpsesteenweg

217-219

68 Brabantchrom polijsten metalen

(sloten) Lakenmakersstraat 126

69 Shell tankstation Gentsesteenweg 195

70 Zennehoeve brasserie in GRUP Dijlemonding

71 Wase autobanden

service autobanden activiteiten (hier) stopgezet

72 Arabesk bakkerij activiteiten (hier) stopgezet

73 Battenbroek nv rustoord in GRUP Dijlemonding

74 Heylen grondwerker Locquetstraat

75 Lamont Products fabricage van

autopolish

verhuisd naar Bonheiden in

december 2011

76 Loyaerts-Verbist bvba bouwmaterialen verhuisd

77 Meysmans I grondwerker Antoon Spinoystraat

(naast E19)

78 Peeters Jan

Stijlmeubelen

fabricage van

meubelen activiteiten stopgezet

79 Philips activiteiten (hier) stopgezet



80 Put Vervoer meubeltransport en

verhuizingen niet zonevreemd

81 Sauna Imelda activiteiten stopgezet

82 Van Hoevelen verhuizingen enkel bedrijfszetel en beperkte

opslag (niet zonevreemd)

83 Van Hoey winkel sanitair niet zonevreemd

84 Van Steen garage niet zonevreemd

85 Verbeeck Dry Foods drogen prei niet zonevreemd

86 Verberckmoes Jef visrokerij activiteiten (hier) stopgezet

87 Verstraelen bvba bakkerij activiteiten (hier) stopgezet

88 Camaco (vroegere

Cannaerts)

in- en verkoop van

vrachtwagens


107

Tabel 2 Uiteindelijke onderzoekslijst van zonevreemde bedrijven

Nr. Naam Nr. Naam

2 Alfa nv 40. MC Motors

3 Alstom Belgium 42 Feryn

5 Autoveiligheid nv 44 Peugeot Mechelen

6 Avondrust 45 Poortland

7 Belgium Ventiel 46 Rentacat nv

8 Bellekens 47 Mivaris NV

11 Brantec 48 Rik Storms

13 Cammers 50 Planckendael (voormalig Sanderus)

15 Cuypers en zonen 52 Slotenfabriek Dyla

20 De Schoenmaeker 56 t Fonteintje

21 De Smet Eddy 57 Thiry Paints Mechelen nv

22 Disteel Cold 59 Transport Put

23 Dockx & Co bvba 60 Van Poppel

24 Drukkerij Coloma nv 61 Verholen

25 Fun 62 Wasserij De Roos

27 Geerts tuin- en grondwerken 63 Weduwe Frans Put BVBA Vervoer

30 Hendrickx en co 65 RDM Poorten

31 Houman Bvba 67 Q8

32 Hotel Montreal Canada bvba 68 Brabantchrom

33 K-Store 69 Shell

35 Lecot 74 Heylen

36 Lemmens 77 Meysmans I

39 Meysmans Patrick 88 Camaco


1.1.3 Basislijst KMO- en industriegebieden

In de voorstudie werd een onderzoek verricht naar alle KMO- en industriegebieden van het

gewestplan. Hieronder worden deze gebieden opgelijst.

Tabel 3 Basislijst KMO- en industriegebieden op het gewestplan en in GRUPs

NR naam/ligging

bestemming

gewestplan

ingevuld met

bedrijvigheid? omschrijving invulling

1 langs Brusselsesteenweg,

tussen N1 en spoorweg KMO ja

diverse kleinhandel/groothandel,

o.a.Krefel, Santana, Vanden Borre en

Brantano

2 tussen spoorweg en N227,

zuiden van Mechelen IND. ja

diverse bedrijven en kleinhandel, o.a.

Lasertek, Renault - winkel, Mewaf, Mano,

Van Marcke.

3 in Muizen, naast Dijle, t.h.v.

Muizenbrug KMO nee

nee, grotendeels braak (slechts twee kleine

gebouwtjes, waarsch. niet in gebruik)

4

tussen DryPort Muizen en

Leuvensesteenweg, naast zone

'landelijke gebieden'

KMO ja spoorweggerelateerde bedrijven

5 Kriekerijveld 1 te Hombeek KMO ja bedrijf voor informatieopslag/archivering

(Merak)

6A

Industriegebied Mechelen-

Zuid

deel A: braak deel in het

zuiden

IND. deels braak stuk tussen enkele bedrijven

6B

Industriegebied Mechelen-

Zuid

deel B: braak stuk tussen

woonstrook en Huyghebaert

IND. deels groothandel Huyghebaert

7 tegenover kasteel de Mot

(Kleine Heide 29) KMO nee dierenweide van private eigenaar

8 Guldendal, naast spoorweg (te

Mechelen-Oost) IND. beperkt opgenomen in RUP Guldendal

9 Arsenaal (te Muizen) I KMO ja KMO [drankenhandelaar Quali drinks, Aldi (

Bvba Kocken glaswerken ramen deuren)]

10 Arsenaal (te Muizen) II IND. deels diverse (spoorweggerelateerde) bedrijven

11 t.h.v. Graaf van Egmontstraat

en Potterijstraat IND. nee

vroeger fabriek, nu vermoedelijk overdekte

parking, achter winkelstraat

12 de Comet-site, tussen kanaal

Leuven-Dijle en Ring IND.

nee

(leegstaand

gebouw)

geen activiteiten meer.

De afbraak van de (niet-beschermde delen

van de) gebouwen en de sanering van de

site is gestart voorjaar 2012

13 Nekkerspoelbrocht - Douane KMO ja diverse bedrijven en activiteiten

14 Lamot-site IND. nee congres- en erfgoedcentrum

15 Olivetenvest (langs Ring

Mechelen) IND. nee technische dienst OCMW

16 t.h.v. Varkensstraat en

Biest(centrum Mechelen) IND. nee woningen, parking en stadskantoor

17 Battelsesteenweg t.h.v.

Kapellekeblokstraat IND. ja DIMA speelgoed groothandel

18 t.h.v. Caputsteenstraat en

Populierendreef IND. deels Passe-Partout + stuk braak

19 Rode-Kruisplein IND. deels met

diverse KMO's

grootschalige kleinhandel (A.S. Adventure,

Vanden Borre, enz.), horeca,

20 Oude Sint-Gommarusstraat

(site Verbeemen) IND. nee

grotendeels braak, hier is ook een

woonontwikkelingsproject gepland


NR naam/ligging

bestemming

gewestplan

ingevuld met

bedrijvigheid? omschrijving invulling

21 Oscar van Kesbeeckstraat IND. ja Brico

22 tussen N16 en Dijle, nabij

Rode Kruisplein IND. ja Eandis

23 tussen Leestsesteenweg en

Oude Leestsebaan KMO ja speelgoedhandel Happyland

24 t.h.v. Maanstraat

(noordoosten van Mechelen) IND. ja bedrijvenpark Nekkerspoel

25

langsheen N16 (achter strook

woongebied met landelijk

karakter) (t.h.v. SK Heffen)

KMO ja diverse KMO's

26 tussen Mechelbaan en N15 KMO ja diverse KMO's waaronder HUBO

27

t.h.v. Kadodderstraat -

Duivenstraat (noordoosten

van Mechelen)

IND. deels ja Bonaugure Marc en Houtimport Van Trap

en Zoon en deels braak

28 Mechelsesteenweg op de

grens met Willebroek KMO ja

Camaco, Trupaco, Deba, Mebo bvba

(busbedrijf)

29 t.h.v. Steenweg op Blaasveld -

Keramiekstraat (Heffen) IND. ja twee bedrijven waaronder lBO

30 driehoek Antwerpsesteenweg,

R6 en Vrouwvliet IND. ja diverse bedrijven, o.a. Pauwels

31 Industriegebied Mechelen-

Noord - ten westen van E19 IND. ja diverse

32 t.h.v. E19-knoop IND. nee weginfrastructuur en de bijhorende

bermen

33 Industriegebied Mechelen-

Noord - ten oosten van E19 IND. ja diverse

34 tussen Noordveld en

Lakenraamstraat (Walem) KMO ja

schrijnwerkerij (Gebr. Peeters), Houthandel

W.Volkaert

35 tussen K.Albertstraat en Baron

Coppenslaan (Walem) KMO waarsch. nee

(vroeger) deels in beslag genomen door

houthandel Vilbo.

36 noordelijke lus in de E19-

knoop

gemengd

regionaal

bedrijven-

terrein

nee,

voornamelijk

met woningen

en

landbouwperc

elen

/

37 zuidelijke lus in de E19-knoop

gemengd

regionaal

bedrijven-

terrein

/ /

38 Stuivenberg

Zone voor

semi-

industrile

bedrijven

en/of

kantoren

/ /

39 Technopolis

zone voor

stedelijke

ontwikkeling

nee /

40 Brusselsesteenweg

regionaal

bedrijven-

terrein

kleinhandel

ja Carrefour, Brico, Auto5, LunchGarden


1.1.4 Situering

1.1.4.1 Situering Mechelen

Mechelen is een middelgrote stad, gelegen in het zuiden van de provincie Antwerpen en grenzend

aan de provincie Vlaams-Brabant. Ze is gelegen in het stedelijk netwerk de Vlaamse Ruit, centraal

tussen Antwerpen en Brussel.

De gemeente wordt doorsneden door een aantal noord-zuid gerichte infrastructuren, waaronder de

E19-autosnelweg. Verder zijn ook de riviervalleien van Zenne, Dijle en Nete structuurbepalend voor

Mechelen.

De gemeente heeft een oppervlakte van 6.450ha, waarop ongeveer 82.4991 inwoners wonen. Naast

een belangrijk regionaal voorzieningenapparaat beschikt Mechelen ook over enkele industrie-

terreinen langs de E19, en zo ook over een belangrijke rol in de tewerkstelling.

Figuur 1 Situering Mechelen (GRS Mechelen, Studiegroep Omgeving, 2001)

1.1.4.2 Situering onderzoekslijst zonevreemde bedrijven

De verspreiding van de zonevreemde bedrijven over de (deel)gemeente(n) is als volgt:

de meeste bedrijven situeren zich in de hoofdgemeente Mechelen;

een reeks bedrijven zijn gelegen aan de N16 tussen Mechelen en Willebroek;

in de deelgemeenten Leest en Hombeek zijn er enkele zonevreemde bedrijven gesitueerd

verder bevinden zich nog een drietal bedrijven in Muizen;

in Walem bevindt zich geen enkel zonevreemd bedrijf.

1 op 01/01/2013


Figuur 2 Situering zonevreemde bedrijven onderzoekslijst


1.1.4.3 Situering KMO- en industriegebieden

Figuur 3 Situering KMO- en industriegebieden op het grondgebied van Mechelen

De verspreiding van de KMO- en industriegebieden is als volgt:

het merendeel van de gebieden voor bedrijvigheid ligt in de hoofdgemeente Mechelen;

langsheen de N16 kunnen ook verschillende gebieden voor bedrijvigheid teruggevonden

worden;

verder zijn er nog enkele verspreide KMO- en/of industriegebieden in Walem, Muizen en

Hombeek.


1.2 Beleidsmatig kader

1.2.1 Vlaamse Codex

In het kader van de uitwerking van het onderzoek naar de zonevreemde bedrijven, lijkt het wenselijk

om vooreerst het begrip zonevreemdheid nader te verklaren. In de Vlaamse Codex Ruimtelijke

ordening wordt zonevreemdheid als volgt gedefinieerd: Een zonevreemde constructie is hetzij een

constructie die niet beantwoordt aan de voor het perceel geldende bestemmingsvoorschriften en

die niet gelegen is binnen een niet-vervallen verkaveling, hetzij een constructie die gelegen is in een

reservatiestrook en die niet behoort tot de nutswerken waarvoor de reservatiestrook is afgebakend.

1.2.1.1 Basisrechten voor zonevreemde constructies

In de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening worden onder Afdeling 2 van hoofdstuk afwijkingen van

stedenbouwkundige voorschriften enkele basisrechten voor zonevreemde constructies opgelijst,

verdeeld onder volgende categorien:

verbouwen is mogelijk mits voldaan aan specifieke voorwaarden;

herbouwen op dezelfde plaats mits voldaan aan specifieke voorwaarden;

herbouwen op een gewijzigde plaats is mogelijk als n van volgende oorzaken voor de

herbouw wordt aangetoond:

o de constructie is getroffen door een rooilijn;

o de constructie bevindt zich in een achteruitbouwzone;

o de verplaatsing volgt uit redenen van een goede ruimtelijke ordening;

o en mits voldaan aan bijkomende specifieke voorwaarden;

uitbreiden is mogelijk op voorwaarde dat de uitbreiding noodzakelijk is omwille van:

o milieuvoorwaarden;

o gezondheidsredenen;

o maatregelen opgelegd door de sociale inspecteurs;

o de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen,

de dierengezondheid of het dierenwelzijn;

o infrastructurele behoeften ingevolge de uitbreiding van erkende

onderwijsinstellingen of erkende jeugdvereniging onder voorwaarden.

en mits voldaan aan bijkomende specifieke voorwaarden.

Naast de specifieke voorwaarden voor elk van bovenstaande categorien zijn er nog enkele

algemene voorwaarden:

vergunningsaanvraag moet betrekking hebben op hoofdzakelijk vergunde en niet verkrotte

zonevreemde constructies, m.u.v. publiciteitsinrichtingen of uithangborden.

Mogelijkheden inzake herbouw of uitbreiding/aanpassing voor zonevreemde constructies

gelden niet in: recreatiegebieden en ruimtelijk kwetsbare gebieden, m.u.v. parkgebieden.


1.2.1.2 Wijziging Codex april 2014

Op 25/04/2014 traden een aantal wijzigingen aan de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening in voege.

Vergunningsaanvragen voor zonevreemde constructies moeten getoetst worden aan de goede

ruimtelijke ordening. Om te voorkomen dat deze toetsing zich beperkt tot een behoud van het

architecturaal karakter wordt de expliciete bepaling uit het VCRO in die zin opgeheven, nl. Deze

toetsing gaat in het bijzonder na of het architecturaal karakter van de verbouwde, herbouwde,

uitgebreide of herstelde constructies behouden blijft.

1.2.2 Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen

1.2.2.1 Mechelen is centraal gelegen in de Vlaamse Ruit

Mechelen is centraal gelegen in de Vlaamse Ruit, een stedelijk netwerk op internationaal niveau. De

Vlaamse ruit bestrijkt de vierhoek Antwerpen - Leuven - Brussel - Gent. Enkele belangrijke

doelstelling voor de ontwikkeling van de Vlaamse ruit zijn:

het selectief invullen van activiteiten die optimaal de geboden potenties van het stedelijk

netwerk benutten (bijvoorbeeld hoogwaardige diensten voor bedrijven enz.);

het veilig stellen van haar internationale positie inzake bereikbaarheid (via de lucht, het

water, het spoor, de weg en de telecommunicatie) ten opzichte van de Randstad en het

Ruhrgebied.

De ontwikkelingsperspectieven voor de Vlaamse Ruit mogen er niet toe leiden dat het stedelijk

netwerk wordt gelijkgesteld met n grootstedelijk gebied.

1.2.2.2 Delen van Mechelen behoren tot het regionaalstedelijk gebied Mechelen

Delen van Mechelen behoren tot het regionaalstedelijk gebied Mechelen. Volgens het RSV moeten

stedelijke gebieden en netwerken worden versterkt vanuit het principe van gedeconcentreerde

bundeling. Binnen stedelijke gebieden moet een beleid worden gevoerd van concentratie en

stimulering van diverse functies. De doelstellingen voor stedelijke gebieden zijn onder meer:

het stimuleren en het concentreren van activiteiten;

het vernieuwen van het stedelijk weefsel door strategische stedelijke projecten

(stationsomgevingen, spoorwegemplacementen, bedrijventerreinen);

het versterken van de multifunctionaliteit;

het afstemmen van voorzieningen op het belang van het stedelijk gebied;

het zorg dragen voor collectieve en openbare ruimten;

het behouden en het ontwikkelen van stedelijke natuurelementen en van randstedelijke

groengebieden;

het bieden van waarborgen aan de landbouw in stedelijke gebieden;

het aandacht schenken aan de stedelijke mobiliteit en aan een locatiebeleid.

Omwille van de selectie van Mechelen als stedelijk gebied, is Mechelen ook aangeduid als

economisch knooppunt.


1.2.2.3 Delen van Mechelen behoren tot het buitengebied

Delen van Mechelen behoren tot het buitengebied (bv. Hombeek en Leest). Het RSV geeft diverse

doelstellingen voor de kwalitatieve ontwikkeling van het buitengebied waaronder:

het vrijwaren van het buitengebied voor de essentile functies (natuur, landbouw, bos,

wonen en werken worden beschouwd als de structuurbepalende functies in het

buitengebied.);

het tegengaan van versnippering in het buitengebied;

het bundelen van de ontwikkeling in kernen van het buitengebied;

het ontwikkelen van landbouw, natuur en bossen in goed gestructureerde gehelen;

het bereiken van gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit in het buitengebied;

het afstemmen van het ruimtelijk beleid en van het milieubeleid op basis van het fysisch

systeem;

het aandacht schenken aan de bufferfunctie van het buitengebied;

het ontwikkelen van agrarische bedrijvenzones voor een leefbare agrarische structuur;

het concentreren van wonen en werken in de kernen van het buitengebied;

het stopzetten van de groei van linten en van de verspreide bebouwing.

1.2.2.4 Lijninfrastructuur

De Dijle, de Zenne, de Nete en het kanaal Leuven - Mechelen zijn niet opgenomen in het

hoofdwaterwegennet. Zij behoren tot het secundair waterwegennet dat geen prioritaire

behandeling krijgt volgens het RSV.

Categorisering van het wegennet:

De E19 (A1) is een hoofdweg voor Vlaanderen.

N16 van Sint-Niklaas tot Mechelen (ter hoogte van de aansluiting op R6) behoort

tot het primair net I.

R6, N1 (van aansluiting E19 tot R12) en een deel van R12 (van N1 tot N15) maken

deel uit van het net van primaire wegen II.

Mechelen en Mechelen-Nekkerspoel worden geselecteerd als hoofdstations die

structuurbepalend zijn voor het regionaalstedelijk gebied Mechelen. Binnen een perimeter

van 1.000 m rond een hoofdstation worden een hogere dichtheid en een lokalisatie van

activiteiten, gericht op het personenvervoer, nagestreefd.

1.2.2.5 Algemene principes ten aanzien van (zonevreemde) bedrijvigheid

1.2.2.5.1 Definitie zonevreemd bedrijf in het RSV:

Voor zonevreemde bedrijven wordt de volgende omschrijving gehanteerd: een bedrijf, zijnde een

gebouw, activiteit of functie, kan pas dan als zonevreemd worden beschouwd, wanneer zowel de

juridische toets, met name het al dan niet overeenstemmen met bestaande voorschriften, als de

planologische toets, met name de (on)verenigbaarheid met verschillende activiteiten en functies,

duidelijk daartoe besluiten).


1.2.2.5.2 Visie economische activiteiten algemeen

En van de belangrijkste doelstellingen van het RSV betreffende economische activiteiten is het

bundelen van deze activiteiten in economische knooppunten, waarvan het stedelijk gebied van

Mechelen er n van is. Echter niet alle dele van het stedelijk gebied vervullen een even belangrijke

rol in termen van werkgelegenheid. Bij de ontwikkelingsperspectieven moet deze differentiatie

verder uitgewerkt worden.

In het buitengebied is lokale bedrijvigheid en/of bedrijventerrein in principe enkel mogelijk

aansluitend bij hoofddorpen, bedrijventerreinen voor historisch gegroeide bedrijven zijn enkel

mogelijk in de kernen.

1.2.2.5.3 Ontwikkelings- en uitbreidingsmogelijkheden voor bestaande bedrijven buiten

de bedrijventerreinen

Het is aan de gemeente om ontwikkelingsperspectieven te formuleren voor de bestaande bedrijven

en economische activiteiten (ook agrarische bedrijven) buiten de bedrijventerreinen.

Volgende principes staan voorop bij de beoordeling van de ontwikkelings- en

uitbreidingsmogelijkheden van bestaande bedrijven buiten de bedrijventerreinen. De principes

mogen niet los gelezen worden van de vooropgestelde visie voor de stedelijke gebieden en voor het

buitengebied.

De ontwikkelingsperspectieven van bedrijven en economische activiteiten buiten de

bedrijventerreinen worden vooral bepaald door de aard en het karakter van het bedrijf zelf

en nog meer door de ruimtelijke draagkracht van de omgeving. Ruimtelijke draagkracht is

afhankelijk van de ruimtelijke structuur, van het ruimtelijk functioneren van een gebied en

is eveneens afhankelijk van de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van het gebied en van de

aard en het karakter van het bedrijf en haar activiteit. De gemeente zal de ruimtelijke

draagkracht van de betrokken omgeving kwalitatief moeten bepalen omdat dit niet in een

algemene norm is vast te leggen.

Een maximale verweving van economische activiteiten met de activiteiten in haar

(bebouwde of onbebouwde) omgeving wordt nagestreefd; goed nabuurschap moet het

uitgangspunt vormen; voor het principe goed nabuurschap kan geen algemeen geldende

objectieve en meetbare maatstaven voor heel Vlaanderen worden aangereikt. Goed

nabuurschap is afhankelijk van de ruimtelijke structuur en van het ruimtelijk functioneren

van een gebied. Het is eveneens afhankelijk van de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van

het gebied en van de aard en het karakter van het bedrijf en haar activiteit. De gemeente

zal goed nabuurschap voor de betrokken omgeving kwalitatief moeten bepalen omdat dit

niet in een algemene norm is vast te leggen.

Alle mogelijkheden en voorzieningen voor ontwikkeling op de bestaande locatie worden

uitputtend aangewend;

De ruimtelijke implicaties bij een herlokalisatie worden afgewogen tegenover de ruimtelijke

implicaties van een ontwikkeling op de bestaande locatie.

De ruimtelijke draagkracht van de omgeving mag niet worden overschreden; de ruimtelijke

draagkracht is niet in algemene regels te vatten, deze wordt gebied per gebied bepaald;

historische gegroeide situaties en hinder zijn mede bepalend voor de draagkracht;

Er wordt ten aanzien van de ontwikkeling van de economische activiteit een maximale

beleidszekerheid en beleidscontinuteit nagestreefd zowel in ruimte als in tijd; de verwachte

ontwikkeling en uitbreiding van het bedrijf moeten goed ingeschat worden evenals

bedrijfseconomische implicaties (efficintere organisatie van de bedrijfsgebouwen,

verbeterde ontsluiting, ...), volgens het BATNEEC-principe.

Een gemeentelijk RUP waarin op het volledige grondgebied of voor een deel van het grondgebied

wordt aangegeven wat de uitbreidingsmogelijkheden voor de aldaar gevestigde bedrijven zijn, is


voor de gemeente een mogelijk instrument. Het RUP kan betrekking hebben op zowel zonevreemde

bedrijven als zone-eigen bedrijven die wensen uit te breiden in een niet-geigende bestemming. In

het RUP worden de uitbreidingsmogelijkheden van het bedrijf met specifieke verordenende

voorschriften vastgelegd. Daarbij wordt aangetoond of er uitbreidingsmogelijkheden zijn en onder

welke voorwaarden dat kan gebeuren. De afgebakende oppervlakte voor uitbreiding wordt

opgenomen in de ruimtebalans tussen vraag en aanbod voor bedrijventerrein voor de betrokken

gemeente.

Indien het bedrijf voldoende verweven is met andere functies en er geen specifieke ruimtelijke

maatregelen noodzakelijk zijn (bv. werkplaats, ...), wordt deze en eventuele uitbreidingen niet

opgenomen in het RUP. In dit geval wordt de oppervlakte ingenomen door het bedrijf niet

opgenomen in de ruimtebalans en betekent dit een stimulans voor verweving.

In principe worden alle bestemmingswijzigingen, die niet binnen het verweven van functies vallen, in

rekening gebracht binnen de ruimtebalans bedrijventerreinen en in de begroting van de ruimte.

Voor bestemmingswijzigingen van bestemmingen, niet geigend voor bedrijvigheid naar

bedrijfsbestemmingen, van delen van bestaande ambachtelijke of industrile bedrijven,

stedenbouwkundig vergund voor 1.1.1994, worden de oppervlaktes niet gerekend tot de totale

toename van 6964 ha, zoals voorzien in de totale ruimtebalans bedrijventerreinen. Deze

oppervlaktes zijn immers niet in de vraag naar bijkomende bedrijventerreinen inbegrepen aangezien

het bestaande bedrijvigheid betreft.

1.2.3 Het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen

Het ruimtelijk structuurplan van de provincie Antwerpen (RSPA) werd goedgekeurd op 10 juli 2001.

Op 4 mei 2011 werd de gedeeltelijk herziening van het RSPA goedgekeurd door de bevoegde Vlaams

minister. Deze herziening betrof vooral specifieke delen van het RSPA zoals de selectie van de

woonkernen en hoofddorpen, bepalen aantal bijkomende woningen voor de volgende

planningsperiode, categorisering wegen en de categorisering van de kleinhandelsconcentraties. Alle

relevante delen van deze herziening voor dit RUP werden verwerkt in onderstaand hoofdstuk.

Figuur 4 Mechelen gesitueerd in het ruimtelijk concept voor de 'Antwerpse fragmenten'


Mechelen kan in het RSPA gesitueerd worden binnen de hoofdruimte van de Antwerpse fragmenten,

gevormd door het deel van de provincie dat in de Vlaamse ruit ligt. Het structuurplan onderstreept

de complementaire rol van het regionaalstedelijk gebied Mechelen ten opzichte van de

grootstedelijke gebieden Antwerpen en de Brusselse rand. De Mechelse deelruimte kan binnen de

Vlaamse ruit een opvangrol spelen voor functies die beide grootsteden ontvluchten. Een tweede rol

is het uitbouwen van de regionale functie van het stedelijk gebied, voornamelijk gedragen door

infrastructuren in oost - west richting.

Binnen het provinciaal structuurplan krijgt Mechelen tevens een rol als regionale stad binnen twee

andere deelruimten:

In de eerste plaats is er de deelruimte Mechelen Sint-Niklaas. De provincie ziet dit gebied

als een stedelijk landschap waarin de belangrijke cultuurlijke en natuurlijke waarden een

beperkende randvoorwaarde zijn voor de benutting van de grote economische potenties.

De provincie selecteert daarom enkele verdichtingpunten binnen het gebied.

Ook ligt Mechelen in de westelijke rand van de deelruimte Mechels rasterlandschap. De rol

voor dit gebied is dat van een agrarisch gebied met een intense verweving van tuinbouw,

open ruimte en bebouwing.

1.2.3.1 Bedrijvigheid in het richtinggevend gedeelte

Bij de uitwerking van de ruimtelijk-economische structuur gaat de provincie uit van een efficint

ruimtegebruik. Sanering, hergebruik en verdichting van bestaande terreinen zijn uitgangspunten bij

onder meer de verdeling van de behoefte aan bedrijventerreinen.

In het buitengebied kan de behoefte aan bijkomende lokale bedrijventerreinen worden opgevangen

in de bedrijfsondersteunende hoofddorpen. Lokale bedrijventerreinen sluiten in principe aan bij het

hoofddorp.

1.2.3.2 Relevante acties in het bindend gedeelte

Geselecteerd als natuurverbinding:

De Dijle als basis van natuurverbinding tussen Zennegat en Mechelse Broek

De Zenne tussen het Zennegat en de Barebeek en verder in de richting van Brussel

Figuur 5 Natuurverbindingsgebieden t.h.v. Mechelen (intekening Antea op basis van RSPA

2001)


Geselecteerd als gebied met een ecologische infrastructuur van bovenlokaal belang: Oude

spoorwegberm Mechelen Sint-Katelijne-Waver Duffel Rumst Kontich.

Geselecteerd als woonkernen: Mechelen, Hombeek, Leest, Muizen, Walem, Heffen

Figuur 6 Selectie woonkernen (RPSA, 2001)

Geselecteerd als multimodaal knooppunt voor personenvervoer op provinciaal niveau:

Mechelen-Nekkerspoel

Geselecteerd als open ruimteverbindingen in de omgeving van Mechelen:

Tussen Willebroek en Mechelen ter hoogte van Kleine Heide;

Omgeving noordelijke Dijlevallei;

Broekgebied Muizen Rijmenam (Dijlevallei);

Omgeving Vrijbroekpark (Zennevallei).

Figuur 7 Gewenste landschappelijke structuur (RSPA, 2001)


1.2.4 Het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Mechelen

Op 3 juli 2001 werd het GRS Mechelen definitief goedgekeurd bij Ministerieel Besluit. Hierin neemt

de Stad Mechelen in het kader van een globale en gentegreerde visie strategische beslissingen over

zijn toekomstige ruimtelijke ontwikkeling.

1.2.4.1 Het richtinggevend gedeelte

1.2.4.1.1 Ruimtelijke concepten voor Mechelen

1. Mechelen als compact regionaalstedelijk gebied in de Vlaamse Ruit

Mechelen erkent zijn rol als regionaalstedelijk gebied in een stedelijk netwerk van internationaal

niveau (de Vlaamse Ruit). Het wil ruimte bieden aan activiteiten van bovenlokaal niveau, werkt aan

hoogwaardige woonomgevingen en verhoogt de stedelijke attractiviteit. De opvang van stedelijke

activiteiten gebeurt binnen de grenzen van het regionaalstedelijk gebied. De waardevolle natuurlijke

en agrarische gebieden die het stedelijk gebied begrenzen, worden gevrijwaard.

De stad ligt centraal in het gebied met Lier - Aarschot en Klein-Brabant als hoekpunten. Voor dit

hinterland vervult het regionaalstedelijk gebied een rol als verzorgingscentrum. Deze rol wordt best

in het stedelijk gebied ingevuld en niet verspreid over het hinterland.

2. Het waternetwerk als natuurlijke ruggengraat

De waterlopen zijn belangrijke natuurverbindingsgebieden, hebben een bakenfunctie, stellen

grenzen aan de verstedelijking, vormen groene vingers en zijn belangrijk voor de toeristisch-

recreatieve structuur. De valleien van de Nete, Zenne, Dijle en Vrouwvliet spelen binnen de

gewenste ruimtelijke structuur een bepalende rol.

1.2.4.1.2 Vijf deelstructuren als invalshoek voor samenhang tussen de deelruimten van

Mechelen

1. Ruimtelijk-natuurlijke structuur

De samenhang in het geheel van rivier- en beekvalleien is bepalend in het ruimtelijk concept voor de

ruimtelijk-natuurlijke structuur. Groene vingers dringen diep door in de stedelijke bebouwing. De

ontwikkelingsperspectieven van deze vingers kunnen verschillen naar ofwel de versterking van het

natuurlijk karakter ofwel een meer multifunctionele invulling (recreatie, sport enz.). De gemeente

suggereert de selectie van de vallei van de Vrouwvliet en de noordelijk en zuidelijk indringende vallei

van de Dijle als stedelijke natuurelementen. Beleidsmatig is natuur in deze gebieden de hoofdfunctie

en kan recreatie hoogstens tot medegebruik worden beperkt.

2. Nederzettingsstructuur

Het gewenst beeld van de nederzettingsstructuur wordt bepaald door de tweedeling naar stedelijk

gebied en buitengebied. De versterking van het stedelijk gebied heeft een kwalitatief en een

kwantitatief spoor. In het buitengebied worden de activiteiten geconcentreerd in de kernen op de

rug van Hombeek en in Walem.


3. Gewenste landschappelijke structuur

Groene vingers dringen door tot diep in de stedelijke bebouwing, scheiden de dorpen van elkaar en

markeren de aanwezigheid van valleien.

4. Gewenste ruimtelijk toeristisch-recreatieve structuur

Rond de kruising van de spoorwegen met R6 wordt een stadsbos ontwikkeld (de groene vinger

vanuit Sint-Katelijne-Waver). De aanknopingspunten hiervoor zijn het Bos van Kauwendaal,

kasteeldomeinen en grote hoeven. De basis voor het stadsbos is het geheel van beboste

spoorwegbermen. Het stadsbos sluit aan bij de vallei van de Vrouwvliet.

5. Gewenste ruimtelijk - economische structuur Mechelen

1.1. Ruimtelijke concepten:

1. Bundeling van de kleinhandel langs stedelijke invalswegen

2. E19 als drager van twee terreinen voor gemengde grootschalige bedrijvigheid: Mechelen

Noord en Mechelen Zuid.

Deze terreinen bieden mogelijkheden voor verschillende types activiteiten: grootschalige

industrile nijverheid, groothandel en zakelijke dienstverlening i.f.v. de omliggende

bedrijvigheid. Zij worden verder verdicht. De randen met E19 moeten als aantrekkelijke en

herkenbare zichtlocaties worden ontwikkeld.

Ten aanzien van vestigingsmogelijkheden voor transport- en distributieactiviteiten is het

beleid terughoudend. De problematische verkeersdoorstroming op E19 t.h.v. Mechelen en

de grote ruimtebehoefte van deze activiteiten zijn hiervoor de belangrijkste argumenten.

3. Woongebieden met verweven economische functies: De stedelijke woonomgevingen

worden gekenmerkt door een sterke verweving met economische functies. Deze mix van

activiteiten draagt bij tot de levendigheid van het weefsel. De economische activiteiten zijn

niet hinderlijk voor de woonfunctie. Langsheen de radiale hoofdstraten kunnen nieuwe

activiteiten en voorzieningen van buurt- en wijkniveau een plaats vinden.

4. Kwalitatieve ruimtelijke inkadering van de logistieke bedrijvigheid: Een uitbreiding van de

Dry port in Muizen (nu 10ha) is vanwege de problematische ligging niet wenselijk. Een

gebied elders in Mechelen dat geschikt is voor herlokalisatie van een dergelijk multimodaal

logistiek park, is er niet. Binnen de gewenste ruimtelijk-economische structuur behoudt de

Dry port haar huidige omvang en locatie. Een integrale oplossing van de overlast die de

activiteiten nu met zich mee brengen, hangt vooral samen met de ontsluiting van het

terrein, de invulling van Arsenaal en de technische mogelijkheid om buffers in te planten ter

voorkoming van verdere overlast voor de woongebieden. Hiervoor zijn een meer

gedetailleerde studie (over onder meer geluidsoverlast, gezichtsbederf en

ontsluitingsproblematiek) en overleg met de N.M.B.S. noodzakelijk.

5. Infrastructuren als basis voor specifieke bovenlokale en lokale bedrijventerreinen: Naast de

grote bedrijventerreinen kunnen ook kleinere terreinen worden gekoppeld aan

infrastructuren. Zo biedt de bedrijvenzone Nekkerspoel ruimte voor 6ha lokale activiteiten.

6. Sterke mix van economische activiteiten in de binnenstad: De binnenstad moet een

dynamische rol kunnen spelen als centrum van de stad. Zij biedt plaats aan hoofdzetels

omwille van haar aantrekkelijk en representatief karakter. Ten bate van de bewoners zijn

voorzieningen en diensten van lokaal niveau voldoende aanwezig. De historische context

geldt uiteraard als randvoorwaarde voor de inpasbaarheid van nieuwe functies.


1.2. Beleidsdoelstellingen:

1. Bijkomende economisch activiteiten worden steeds afgestemd op hun bereikbaarheid van

buiten en binnen het stedelijk gebied. Economische bedrijvigheid onder de vorm van

bedrijventerreinen wordt geconcentreerd op goed ontsloten plekken in het stedelijk gebied.

Dat geldt zowel voor het vrachtvervoer als het personeelsvervoer.

2. Een aanbod van kwalitatieve ruimte moet worden gerealiseerd. In Mechelen is die ruimte

nog slechts beperkt beschikbaar. Het is van groot belang de toegevoegde waarde van de

bijkomende bedrijvigheid te optimaliseren. Mechelen moet zich aldus profileren als vesti-

gingsplaats voor hoogwaardige activiteiten, met name voor de kantoorachtigen: hoofdze-

tels, dienstverlening en spitstechnologie.

3. De stad versterkt de verweving van economische activiteiten met het wonen. Binnen de

visie op een levendig en leefbaar Mechelen bieden de stedelijke woonomgevingen ruimte

voor dienstverlenende bedrijven, kantoren en winkels van lokaal niveau. Vanwege de

beperkte beschikbare ruimte voor nieuwe bedrijventerreinen zoekt de stad actief naar

kleinere plekken in het weefsel voor de opvang van de behoefte aan lokale bedrijvigheid. De

verenigbaarheid met wonen is hierbij telkens een uitgangspunt.

4. Kwaliteitszorg is noodzakelijk voor de bedrijventerreinen. Zij heeft betrekking op zowel de

architectuur van de bedrijfsgebouwen als de aankleding en de inrichting van de bedrijven-

terreinen (herkenbare bewegwijzering, toegangswegen, aanleg van groenstructuren).

5. Grootschalige kleinhandelsconcentraties worden geconcentreerd op specifiek aan te duiden

plekken waardoor het mogelijk is de ruimtelijke samenhang met het stedelijk gebied te

herstellen of eventueel te realiseren.

6. De belangrijke rol van land- en tuinbouw als beheerder van de open ruimte wordt onder-

steund.

1.3. Ruimtelijke vertaling visie:

Figuur 8 Gewenste ruimtelijk-economische structuur (GRS Mechelen)


Op bovenstaande figuur van de gewenste ruimtelijk-economische structuur staan volgende

beleidscategorien:

twee grootschalige bedrijventerreinen voor gemengde activiteiten langs E19 die zich richten

op ontsluiting via de snelweg waarbij een sterkere aansluiting op het openbaar vervoer van

belang is voor bezoeker en werknemer;

de koppeling van bijkomende gebieden voor kantoren en diensten aan de openbaar

vervoersontsluiting enerzijds (stationsomgevingen, binnenstad, ringboulevard) en aan de

potenties van een zichtlocatie van bovenlokaal niveau anderzijds (Mechels knooppunt);

Dry port Muizen als een specifiek bedrijventerrein voor logistieke bedrijvigheid met een

verbeterde ontsluiting doorheen het gebied achter het station;

de concentratie van grootschalige kleinhandel (baanwinkels) in drie kleinhandels-

concentraties langs en nabij de stedelijke invalswegen;

lokale bedrijventerreinen als doorheen de stad verspreide plekken voor bedrijvigheid van

lokaal niveau;

de binnenstad als winkelcentrum en concentratie van culturele en publieke voorzieningen;

de woongebieden met verweven economische functies als levendige woonomgevingen met

de radiale hoofdstraten als concentraties van voorzieningen van wijk- en buurtniveau;

het plateau van Hombeek als structuurbepalend landbouwgebied en de valleien als

gebieden voor ruimtelijk extensieve agrarische activiteiten.

1.4 Specifiek over zonevreemde bedrijven

In het GRS van 2001 werd een lijst van 53 zonevreemde bedrijven onderzocht. Vandaag is nog maar

30% van die lijst van bedrijven (16 bedrijven) effectief een zonevreemd bedrijf, waarbij tevens de

dynamiek of aard van de activiteiten van deze bedrijven is gewijzigd. De overige 70% van de lijst

zonevreemde bedrijven uit het GRS bestaat niet meer of is verhuisd of is in feite geen zonevreemde

bedrijf (meer).

Naast de oorspronkelijke deels achterhaalde lijst uit het GRS bestaat vandaag een nieuwe lijst met

mogelijke zonevreemde bedrijven. Deze lijst vormt, samen met de 16 bedrijven uit het

oorspronkelijk GRS die nog steeds zonevreemd zijn, de onderzoekslijst van dit RUP.

In het GRS werd de lijst van zonevreemde bedrijven ingedeeld in drie groepen met elk een andere

categorie van ontwikkelingsmogelijkheden. Aangezien de categorisering van het GRS zich baseerde

op een totaal andere en achterhaalde lijst van zonevreemde bedrijven wordt voor alle bedrijven dan

ook nieuwe categorisering te worden opgesteld.

Afwegingskader zonevreemde bedrijven

In het GRS werd ook een algemeen afwegingskader opgesteld. Dit afwegingskader vormt een

algemene methodiek om zonevreemde bedrijven te analyseren en in te delen in categorien. Dit

afwegingskader kan wel worden meegenomen, aangezien het in tegenstelling tot de categorisering

geen indeling is o.b.v. bestaande bedrijven en hun locaties, maar een algemene methodiek vormt

om zonevreemde bedrijven te analyseren en in te delen in categorien.

Het afwegingskader onderzoekt de verenigbaarheid van de zonevreemde activiteiten met hun

omgeving / met de hoofdfunctie van het gebied:

De ruimtelijke impact van de zonevreemde activiteit wordt beoordeeld aan de hand van zes

criteria:

1. ruimtegebruik (oppervlakte, aard van gebruik, intensiteit van gebruik,

omkeerbaarheid, grondvervuiling enz.);

2. schaal, visuele en vormelijke aankleding;


3. generatie van verkeer en vervoersstromen (aantal werknemers, enz.);

4. historische context (leeftijd, lokale verstrengeling en dynamiek);

5. lawaai-, stank-, stof-, licht- of reukhinder (Vlarem I en II);

6. afvalgeneratie.

De ruimtelijke kenmerken van de omgeving:

1. De ruimtelijk-juridische criteria verwijzen naar gewestplangebieden2:

o beschermd landschap, monument en/of dorps (stads)gezicht in een straal

van 100 m;

o biologisch waardevol gebied of natuurreservaat in een straal van 100 m;

o vogelrichtlijngebied in een straal van 100 m;

o waterwinningsgebied in een straal van 100 m;

o woongebied in een straal van 100 m.

2. De ruimtelijk-structurele criteria toetsen de ruimtelijke context:

o versnippering van de omgeving (het naast en door elkaar bestaan van

verschillende activiteiten en functies en morfologische elementen);

o ligging in of nabij een kansrijk landbouwgebied;

o ligging in of nabij een kansrijk ecologisch gebied;

o wijze van verkeersontsluiting van de zonevreemde activiteit.

De toetsing aan een aantal economische criteria m.b.t. het bedrijf:

1. aard, type en leeftijd van de productiemiddelen en het productieproces;

2. mogelijk verlies aan investeringen door een herlokalisatie (sunk-costs);

3. aard van de sector (bijvoorbeeld kansrijke of verouderde sector);

4. bedrijfsdynamiek van de voorbije 10 jaar;

5. ruimtelijke binding van het bedrijf;

6. verwachte ruimte-inname in de toekomst;

7. verwevenheid van wonen en werken op het bedrijf.

Tenslotte zijn juridische aspecten (milieuvergunningen, enz.) uiteraard van belang voor

het bepalen van het beleid ten opzichte van de (zonevreemde) activiteit.

1.2.4.1.3 Deelruimten

Mechelen onderscheidt acht deelruimten in de gewenste ruimtelijke structuur:

1. Deelruimte Mechelse valleien

2. Deelruimte straatdorp Walem

3. Deelruimte Industrie Noord en Zuid

2 In de oorspronkelijke methodiek was gekozen voor een afstand van 400m (planologisch kengetal) tot een gewestplangebied.

De afstand bleek na toepassing echter te ruim en leverde onvoldoende selectie. Bij het onderzoek naar de zonevreemde

bedrijven in Mechelen is gekozen voor een straal van beperkter omvang (100m).


4. Deelruimte open landbouwgebied met drie kernen

5. Deelruimte Mechels knooppunt

6. Deelruimte stedelijke woonomgevingen

7. Deelruimte historisch hart

8. Deelruimte ontwikkelingsband tussen twee stations

De bespreking van de verschillende deelruimte gebeurt in de bespreking per deelplan (bedrijf/KMO-

gebied) omwille van het gebiedsgerichte karakter van de visie voor de verschillende deelruimten.

Figuur 9 Situering van de acht deelruimten van Mechelen (GRS Mechelen)

Figuur 10 Synthese gewenste ruimtelijke structuur

1.2.4.2 Het bindend gedeelte

(Gedeelten van) het lokaal bedrijventerrein Bonduelle moeten worden gereserveerd voor

de opvang van de te herlokaliseren zonevreemde bedrijven.

Het bedrijventerrein Bonduelle is reeds volledig ingevuld, er is geen ruimte meer voor

bijkomende zonevreemde bedrijven.

Opmaken van een sectoraal B.P.A. voor de zonevreemde en/of problematisch

gelokaliseerde bedrijven.


1.3 Juridisch kader

In dit hoofdstuk wordt het algemeen relevant kade meegegeven. De feitelijke elementen worden

gebiedsgericht besproken per deelplan/bedrijf.

1.3.1.1 Juridisch-planologische context

1.3.1.1.1 Het gewestplan

Het gewestplan van Mechelen werd goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 5 augustus 1976. Op 7

september 2000 werd het gewestplan Mechelen gedeeltelijk gewijzigd (o.a. omvorming dierenpark

Planckendael van natuurgebied naar gebied voor gemeenschapsvoorzieningen). Deze wijziging had

niet plaats op een locatie waar zich een zonevreemd bedrijf bevindt.

1.3.1.1.2 RUPs en BPAs

Afbakening regionaalstedelijk gebied Mechelen (gewestelijk RUP)

Als uitwerking van het RSV gaat de Vlaamse overheid d.m.v. RUPs over tot de afbakening van

stedelijke gebieden. Deze RUPs bestaan enerzijds uit een grafisch plan met de aanduiding van de

afbakeningslijn en anderzijds uit enkele deelRUPs die de gekozen opties van de afbakening verfijnen.

De afbakeningslijn trekt de grens tussen gebieden waar stedelijke ontwikkeling gestimuleerd wordt

en het buitengebied waar de bebouwingsvormen, de natuur, de landbouw, het bos hun eigen

groeiritme bezitten binnen de ontwikkelingsperspectieven geschetst in het RSV.

Mechelen werd in het RSV geselecteerd als een regionaalstedelijk gebied. In 2008 werd dit stedelijk

gebied afgebakend met een gewestelijk RUP.

Ongeveer de helft van de zonevreemde bedrijven (onderzoekslijst) ligt in het regionaalstedelijk

gebied.

Het merendeel van de industrieterreinen is gelegen in stedelijk gebied.


Figuur 11 Situering zonevreemde bedrijven t.o.v. afbakening regionaalstedelijk gebied


Figuur 12 Situering industrie- en KMOgebieden t.o.v. afbakening regionaal stedelijk gebied

Provinciale RUPs

Er is geen zonevreemd bedrijf in een provinciaal RUP (PRUP) gelegen.

Gemeentelijke RUPs en BPAs

Enkel bedrijf nr.68 (Brabantchrom) ligt in een BPA (BPA 22 quater Mechelsbroek). Enkel rusthuis

Avondrust (nr.6) ligt in een gemeentelijk RUP, namelijk in RUP Spreeuwenhoek.

1.3.1.1.3 HAG (Herbevestigd agrarisch gebied)

Het RSV wil de open ruimte in het buitengebied maximaal vrijwaren voor landbouw, natuur en bos.

Van 2004 tot 2009 werkte de Vlaamse overheid in overleg met gemeenten, provincies en

middenveldorganisaties een ruimtelijke visie uit op landbouw, natuur en bos in dertien

buitengebiedregios. Voor elke regio heeft de Vlaamse Regering dat visievormingsproces afgerond

met een beslissing over een actieprogramma voor de op te maken ruimtelijke uitvoeringsplannen.

Voor de landbouwgebieden waar de bestemming van het gewestplan zeker behouden kan blijven,

besliste de regering om de bestaande agrarische bestemmingen te herbevestigen.

In 2008 stelde de Vlaamse overheid een ruimtelijke visie op landbouw, natuur en bos op voor de

regio Zenne-Dijle-Pajottenland die resulteerde in een Operationeel Uitvoeringsprogramma waarbij


voor bepaalde delen van het buitengebied het gewestplan voor landbouw (natuur en bos)

beleidsmatig werd herbevestigd (beslissing Vlaamse Regering 24 april 2009).

Bovendien wordt in de omzendbrief RO2010/01 benadrukt dat het aansnijden van herbevestigd

agrarisch gebied uitvoerig gemotiveerd moet worden. Een degelijk onderbouwde verantwoording of

motivering zal steeds een wezenlijk deel uit moeten maken van de (toelichting bij) gemeentelijke en

provinciale plannen die een planologische aanpassing van de herbevestigde agrarische gebieden

inhouden. Voor bepaalde gemeentelijke en provinciale planningsinitiatieven is er principieel de

beleidsmarge om na grondige afweging eventueel bestemmingswijzigingen door te voeren in

herbevestigd agrarisch gebied:

1.3.1.1.4 Open ruimte

Natura2000

In 1979 werd door de Europese Gemeenschap de Richtlijn 79/409/EEG inzake het behoud van de

vogelstand uitgevaardigd, beter bekend als de Vogelrichtlijn.. Als belangrijkste maatregel dient elke

lidstaat Speciale Beschermingszones (SBZ V) aan te wijzen o.b.v. opgegeven selectienormen. In

deze gebieden dienen maatregelen getroffen te worden voor de bescherming van de vogelsoorten

en van hun leefgebieden. Ook buiten deze beschermingszones moeten de lidstaten zich inzetten om

de vervuiling en verslechtering van de leefgebieden van de soorten te voorkomen. In Vlaanderen

werden in 1988 een aantal Speciale Beschermingszones (SBZ-V) of Vogelrichtlijngebieden aangeduid.

Op 21 mei 1992 werd de Europese Richtlijn 92/43/EEG, inzake de instandhouding van de natuurlijke

habitats en de wilde flora en fauna (zogenoemde Habitatrichtlijn), uitgevaardigd. Deze richtlijn

heeft tot doel de biodiversiteit in de lidstaten te behouden en streeft naar de instandhouding n het

herstel van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna die hiervan deel uitmaken. Ook in het

kader van deze richtlijn diende iedere lidstaat speciale beschermingszones aan te duiden

overeenkomstig opgelegde voordwaarden, de zogenaamde Habitatrichtlijngebieden of SBZ H.

Het netwerk van de Vogelrichtlijgengebied en Habitatrichtlijngebieden samen wordt het

Natura2000- netwerk genoemd.

VEN en IVON

De centrale doelstelling van het Vlaams gebiedsgericht natuurbeleid is de realisatie van een

voldoende omvangrijke en samenhangende natuurlijke structuur van Vlaanderen. Om dit te

bereiken dient eerst het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) en het Integraal Verweving- en

Ondersteunend Netwerk (IVON) afgebakend te worden.

Het VEN, dat bestaat uit Grote Eenheden Natuur (GEN) en Grote Eenheden Natuur in Ontwikkeling

(GENO). Het IVON bestaat uit NVWG (natuurverwevingsgebieden) en NVBG

(natuurverbindingsgebieden). De Vlaamse regering besliste op 18 juli 2003 over de definitieve

afbakening van het eerste deel van het VEN. Het VEN 1e fase staat voor 86.500 ha platteland waar

natuur en natuurbescherming de belangrijkste plaats innemen. De afbakening van de NVGB werd

nog niet beindigd.

Decreet integraal waterbeleid

Het decreet integraal waterbeleid heeft zowel aandacht voor waterkwaliteit als voor de kwantiteit.

Binnen de bevoegdheid ruimtelijke ordening wordt uiteraard vooral rekening gehouden met de

kwantiteit (vermijden van overstromingen van bebouwde gebieden en vermijden van verdroging van

natte natuurgebieden).


Conform het uitvoeringsbesluit voor de watertoets 3 zijn in de eerste plaats de bedrijven die grote

gebouwen en grote verharde oppervlakten omvatten van belang voor het integraal waterbeleid. In

het kader van dit RUP werd nagegaan welke zonevreemde bedrijven behoren tot een

watergevoelige zone, dit zijn de overstromingsgevoelige gebieden.

Verder besliste de Vlaamse Regering in haar aanpak tegen wateroverlast om een stringenter beleid

te voeren voor de signaalgebieden die aangeduid werden in de bekkenbeheerplannen.

Signaalgebieden zijn nog niet ontwikkelde gebieden met een harde gewestplanbestemming

(woongebied, industriegebied,...) die ook een functie kunnen vervullen in de aanpak van

wateroverlast omdat ze kunnen overstromen of omdat ze omwille van specifieke

bodemeigenschappen als een natuurlijke spons fungeren.

Als uit dat onderzoek blijkt dat het effectief ontwikkelen van de huidige bestemming van het

signaalgebied nadelig is voor het waterbergend vermogen, dan zal de manier waarop de

ontwikkeling van het signaalgebied gerealiseerd wordt aan bijkomende voorwaarden moeten

voldoen of - als dat niet voldoende is - zal een nieuwe invulling voor het gebied gezocht worden. Om

dit te realiseren werd een vervolgtraject voor de signaalgebieden vastgelegd en werden richtlijnen

uitgewerkt voor de watertoets in deze gebieden.

In afwachting van de analyse van een signaalgebied werd ook de mogelijkheid tot bewarend beleid

gecreerd. Dankzij dit bewarend beleid wordt het mogelijk de ontwikkeling van de huidige

bestemming in signaalgebieden op te schorten om zo de mogelijkheid tot bijkomende voorwaarden

of eventuele herbestemming niet te hypothekeren.

1.3.1.1.5 Erfgoed

Beschermd erfgoed en waardevolle gebouwen

Sinds 1931 kunnen monumenten en landschappen worden beschermd. In 1976 wordt het concept

stads- of dorpsgezicht toegevoegd aan de bescherming als monument. Sinds 1993 kan het

archeologisch patrimonium worden beschermd. Recent werd bovendien een regeling voor het

varend erfgoed uitgewerkt.

In de Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed wordt een eenduidige lijst vastgesteld door de Vlaamse

overheid van het gebouwde patrimonium met erfgoedwaarde.

Ankerplaatsen

De landschapsatlas vormt de geactualiseerde gebiedsdekkende inventaris van relictlandschappen in

Vlaanderen. Ze geeft een gedetailleerde inventaris van ruimtelijke zones waar gave en herkenbare

relicten van de traditionele landschappen nog voorkomen. Deze inventaris omvat zowel

puntrelicten, lijnrelicten als relictzones. De meest waardevolle relictzones werden ankerplaatsen

genoemd.

1.3.1.1.6 Buurt- en voetwegen

De buurt- en voetwegen danken hun specifiek juridisch statuut aan de Wet op de Buurtwegen van

10 april 1841. Ook al regelt de wet alle mogelijke aspecten (o.a. de opening, afschaffing, wijziging en

verlegging) van buurtwegen, een definitie omvat hij niet.

3 Goedgekeurd op 20 juli 2006, aangepast op 14 oktober 2011 en vastgesteld in het besluit van de Vlaamse Regering tot

vaststelling nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets in werking op 1 maart 2012.


Per gemeente werd een atlas van buurt- en voetwegen aangemaakt. Elke weg kreeg een eigen

nummer. Latere wijzigingen, zoals nieuwe, verplaatste of verdwenen wegen, werden niet op de

atlaskaarten aangeduid, maar gepubliceerd op aparte leggers.

De atlas maakt onderscheid in buurtwegen (chemins) en voetwegen (sentiers). Buurtwegen zijn

bredere wegen en behoren meestal tot het openbaar domein. Voetwegen zijn smalle wegen, soms

maar 1 meter breed en de bedding hoort gewoonlijk toe aan de aangelanden.

1.3.1.1.7 Vergunningstoestand

Stedenbouwkundige vergunningen

Zie bijlage 4 voor een overzicht van alle stedenbouwkundige vergunningen van de bedrijven.

In onderstaande tabel wordt een samenvatting gegeven van de vergunningsstatus van elk bedrijf.

Milieuvergunningen

Zie bijlage 4 voor een overzicht van de milieuvergunningen van de verschillende bedrijven.


1.4 Zonevreemde bedrijven: synthese voortraject van

onderzoekslijst naar selectielijst

1.4.1 Van onderzoekslijst naar selectielijst

1.4.1.1 Afwegingskader

In de eerste fase van het proces werden de algemene ontwikkelingsmogelijkheden van de

verschillende bedrijven bepaald. Dit gebeurde a.d.h.v. een afwegingskader waarbij dit de

voornaamste afwegingselementen vormden:

1. Ruimtelijke impact van de activiteit:

o Ruimtegebruik: ruimte-efficintie

o Historiek

o Vergunningsstatus

o Bestemming

o Omvang/schaalniveau

o Ruimtelijk visueel voorkomen

o Ruimtevraag

2. Ruimtelijke draagkracht van de omgeving:

o Aansluiting bij woonkern, bebouwing

o versnippering van de omgeving

o Beschermd landschap, monument of dorps(stads)gezicht

o Ligging in of nabij een kansrijk ecologisch gebied.

3. Visie GRS voor de omgeving van het bedrijf

1.4.1.2 Categorien van ontwikkelingsmogelijkheden

Aan de hand van de afwegingselementen werd elk bedrijf uit de onderzoekslijst toebedeeld aan n

van onderstaande categorien:

A) Opmaak deelplan (herbestemmen):

Er is voldoende ruimtelijke draagkracht om een herbestemming voor dit bedrijf door te

voeren.

B) Verder werken binnen huidig planologisch kader:

Er zal geen deelplan worden opgemaakt aangezien er vandaag geen afdoende problemen zijn

met de vergunningverlening en ruimtelijke aandachtspunten en randvoorwaarden kunnen

met de huidige bestemmingen worden opgelegd in het kader van de huidige

vergunningverlening.

C) Geen opmaak deelplan:

Er is onvoldoende ruimtelijke draagkracht voor een herbestemming. Het betreft bedrijven met

een erg bijzondere ligging of aard van activiteiten. Een oplossing dient eventueel in het kader

bij de herziening van het GRS bekeken worden.

1.4.1.3 Afstoetsing onderzoekslijst aan afwegingskader

Voor het bepalen van de categorie van ontwikkelingsmogelijkheden, werd elk bedrijf afgetoetst

aan het afwegingskader. Deze aftoetsing wordt weergegeven in onderstaande tabel.

A

B

C


Bedrijf

adres

(aard activiteiten)

Oprichting/

gebruik

terrein

Vergunnings-

toestand

Ruimtelijke draagkracht omgeving en

ruimtelijke impactbedrijf Visie GRS

Ruimtevraag (gekend)? (zoals in

voorstudie fase)+ Categorie

Besluit

Nr.2: Alfa NV B

Battelsesteenweg 334,

2800 Mechelen

(fabrikant zonwering

en rolluiken)

1984/1994 Niet volledig

vergund

In stedelijk gebied: ja

Bestemming: Woongebied /gemengd open

ruimtegebied (gewestelijk RUP)

Ruimtelijke afwegingselementen:

- Biologisch (Biol.) waardevol gebied binnen

100m;

- Gelegen langs uitvalsweg

- Gelegen in tweede bouwlijn

visie op de ruimtelijk-economische

structuur Battelsesteenweg: bundeling

voorzieningen langs steenweg

- Ruimtevraag gekend.

- Uitbreiding gebouw met 1000m

naar het (zuid)oosten: Uitbreiding

commercile ruimte met 250m

en uitbreiding stockage-ruimte

met 750m.

- Uitbreiding van de

parking/groenbuffer met 250m

- Timing: binnen 5 jaar

- Het perceel waarop men

uitbreiding wil realiseren is nog in

eigendom van de stad

woongebied in

stedelijk gebied

langs invalsweg

Nr.3: Alstom Belgium B

Leuvensesteenweg

474, 2812 Muizen

(energieproductie)

1911 Vergund In stedelijk gebied: ja

Bestemming: woongebied


- Biol. waardevol gebied binnen 100m;

- Kleine Buffer t.o.v. woningen in NO


structuur Leuvensesteenweg: concentreren

van voorzieningen langs de steenweg

- Geen ruimtevraag.

- Het bedrijf is hier niet meer

aanwezig. De site is verkocht aan

een retailontwikkelaar.

woongebied in

stedelijk gebied

langs invalsweg

vergund

Nr.5: Autoveiligheid nv B

Brusselsesteenweg

460, 2800 Mechelen

(autocontrole)

1949 Vergund (doch

groenschermen

niet gerealiseerd

volgens

vergunning)

In stedelijk gebied: ja

Bestemming: woongebied


- Ruimte voor aanschuiven/stallen van

wagens is niet steeds voldoende,

resulteert in lange rijen aanschuivende

autos

- Schokdempertests zorgen voor

geluidshinden

Geen specifieke visie - Geen ruimtevraag.

woongebied in

stedelijk gebied

langs invalsweg


Bedrijf

adres

(aard activiteiten)

Oprichting/

gebruik

terrein

Vergunnings-

toestand

Ruimtelijke draagkracht omgeving en

ruimtelijke impactbedrijf Visie GRS

Ruimtevraag (gekend)? (zoals in

voorstudie fase)+ Categorie

Besluit

Nr.6: Avondrust nv A

Rateaulaan 24A,

2812 Muizen

(rusthuis)

1991 Vergund - In stedelijk gebied: ja

- Bestemming: Zone voor wonen (RUP

Spreeuwenhoek)

- Ruimtelijke afwegingselementen:

o Ingepast in omgeving

o Biol. waardevol gebied

binnen 100m;

o Gelegen nabij uitvalsweg;

o Diepe tuin


structuur Leuvensesteenweg: concentreren

van voorzieningen

Rup zonevreemde bedrijven

Documents

Transcript of Rup zonevreemde bedrijven