REPERTORIUM OP DE LENEN VAN DE HEERLIJKHEID HEENVLIET ...

28
1 REPERTORIUM OP DE LENEN VAN DE HEERLIJKHEID HEENVLIET, 1307-1725 door A.A. Arkenbout Eerder gepubliceerd in ‘Ons Voorgeslacht’, jrg. 26 (1971), een uitgave van de Zuidhollandse Vereniging voor Genealogie Inleiding Het repertorium is samengesteld met gebruik van de volgende stukken uit het Heerlijkheids- archief (Gemeente Archief Rotterdam): 1 e De leenboeken lopende over de jaren 1587-1703 (inventaris Heerlijkheidsarchief nr. 748 t/m 754). Vanaf 1680 zijn deze boeken voorzien van een inhoudsopgave. De oudste inschrijvingen zijn in chronologische volgorde, terwijl de daarop volgende overdrachten dikwijls in de marge van de oudere acten zijn geschreven. 2 e De ‘clerxboeken’ 1539-1583 en de schepen- en leenmannenvonnisseboeken 1583-1595, leverden een aantal bijzonderheden, die eveneens in het repertorium zijn verwerkt (inventaris Heerlijkheidsarchief nr. 120 t/m 125 en nr. 130.). 3 e De volgende losse akten d.d. 12-3-1438 (inv. 759), 21-3-1455 (inv. 760), 12-5-1459 (inv. 761), 14-5-1471 (inv. 762), 18-5-1520 (inv. 763), 27-6-1529 (inv. 764), 8-5-1560 (inv. 779), 4-8-1569 (inv. 765), 24-8-1576 (inv. 766), 5-12-1583 (inv. 779), 12-6-1584 (inv. 767), 31-12-1584 (inv. 768). 4 e Het ‘Hevenboek’ over het jaar 1589 (inv. 44). Uit het Algemeen Rijksarchief werden benut: 1 e Het kohier van de tiende penning van Heenvliet 1543 (Staten van Holland vóór 1572, inv.nr. 229). 2 e Stukken afkomstig van de Oud Bisschoppelijk Clerezy, Brielle No. 7 en XIV, 24. 3 e Handschriften verzameling 3e afdeling inv.nr. 1143. De nummers der percelen in de beschrijving van de lenen zijn die van de gedrukte kaart van Heenvliet in het kaartboek van Voorne van 1693. Zie voor de inventaris ‘Historische Beschrijving Van Hoge Heerlijkheid van Heenvliet’ door G. ‘t Hart, Den Helder 1949. 1. 1 gemet land in Comanweerdt (1611: no. 7 in een stuk van 4 gemet 72 roeden), belend ten noordwesten: de Hollemaersendijck, (ten noordoosten: 1611: de Hollemaersendijck, 1661: no. 5, ten zuidoosten; 1611: no. 5, 1661: no. 8, ten zuidwesten: 1611: no. 8, 1661: de Corte Meeldijck.). De Corte Middeldijck streckende van de Coomanwaertsche Wael tot en met de hofstede van Cornelis Dircxz. van Poortugaal, (1611: Claes den Hollander, 1661: Cornelis Jacobs Schiper) vrij van 4 cappoenen per jaar (1611: en 2 coppel capoenen) belend ten zuiden: (1611: de huelle in de meeldijck tegen Comenwaerd, no. 5 en 6 in Comenwaerd), ten noorden: (1611: de Hollemaerschendijck), ten oosten: (1611: No. 1, 2 en 3). 15-7-1595: Commer Arentsz. Erckenbout in de Nieuwe Goote, bij dode van zijn oudste broer Cornelis Arentsz. Arkenbout. 25-5-1596: Neeltgen Cornelisdr., voogd Commer Arentsz., dochter van Cornelis Arentsz. Commer Arentsz. Erckenbout heeft op 15-7-1595 het leen ten onrechte ontvangen.

Transcript of REPERTORIUM OP DE LENEN VAN DE HEERLIJKHEID HEENVLIET ...

1

REPERTORIUM OP DE LENEN VAN DE HEERLIJKHEID

HEENVLIET, 1307-1725

door

A.A. Arkenbout

Eerder gepubliceerd in ‘Ons Voorgeslacht’, jrg. 26 (1971), een uitgave van de

Zuidhollandse Vereniging voor Genealogie

Inleiding

Het repertorium is samengesteld met gebruik van de volgende stukken uit het Heerlijkheids-

archief (Gemeente Archief Rotterdam):

1e

De leenboeken lopende over de jaren 1587-1703 (inventaris Heerlijkheidsarchief nr. 748

t/m 754). Vanaf 1680 zijn deze boeken voorzien van een inhoudsopgave. De oudste

inschrijvingen zijn in chronologische volgorde, terwijl de daarop volgende overdrachten

dikwijls in de marge van de oudere acten zijn geschreven.

2e

De ‘clerxboeken’ 1539-1583 en de schepen- en leenmannenvonnisseboeken 1583-1595,

leverden een aantal bijzonderheden, die eveneens in het repertorium zijn verwerkt

(inventaris Heerlijkheidsarchief nr. 120 t/m 125 en nr. 130.).

3e

De volgende losse akten d.d. 12-3-1438 (inv. 759), 21-3-1455 (inv. 760), 12-5-1459 (inv.

761), 14-5-1471 (inv. 762), 18-5-1520 (inv. 763), 27-6-1529 (inv. 764), 8-5-1560 (inv.

779), 4-8-1569 (inv. 765), 24-8-1576 (inv. 766), 5-12-1583 (inv. 779), 12-6-1584 (inv.

767), 31-12-1584 (inv. 768).

4e

Het ‘Hevenboek’ over het jaar 1589 (inv. 44).

Uit het Algemeen Rijksarchief werden benut:

1e

Het kohier van de tiende penning van Heenvliet 1543 (Staten van Holland vóór 1572,

inv.nr. 229).

2e

Stukken afkomstig van de Oud Bisschoppelijk Clerezy, Brielle No. 7 en XIV, 24.

3e

Handschriften verzameling 3e afdeling inv.nr. 1143.

De nummers der percelen in de beschrijving van de lenen zijn die van de gedrukte kaart van

Heenvliet in het kaartboek van Voorne van 1693. Zie voor de inventaris ‘Historische

Beschrijving Van Hoge Heerlijkheid van Heenvliet’ door G. ‘t Hart, Den Helder 1949.

1. 1 gemet land in Comanweerdt (1611: no. 7 in een stuk van 4 gemet 72 roeden), belend

ten noordwesten: de Hollemaersendijck, (ten noordoosten: 1611: de

Hollemaersendijck, 1661: no. 5, ten zuidoosten; 1611: no. 5, 1661: no. 8, ten

zuidwesten: 1611: no. 8, 1661: de Corte Meeldijck.).

De Corte Middeldijck streckende van de Coomanwaertsche Wael tot en met de

hofstede van Cornelis Dircxz. van Poortugaal, (1611: Claes den Hollander, 1661:

Cornelis Jacobs Schiper) vrij van 4 cappoenen per jaar (1611: en 2 coppel capoenen)

belend ten zuiden: (1611: de huelle in de meeldijck tegen Comenwaerd, no. 5 en 6 in

Comenwaerd), ten noorden: (1611: de Hollemaerschendijck), ten oosten: (1611: No.

1, 2 en 3).

15-7-1595: Commer Arentsz. Erckenbout in de Nieuwe Goote, bij dode van zijn oudste broer

Cornelis Arentsz. Arkenbout.

25-5-1596: Neeltgen Cornelisdr., voogd Commer Arentsz., dochter van Cornelis Arentsz.

Commer Arentsz. Erckenbout heeft op 15-7-1595 het leen ten onrechte ontvangen.

2

13-2-1604: Neeltje Cornelisdr., hulde door Jan Ariensz. Arckenbout, bij dode van Commer

Ariensz. Erckenbout.

5-5-1607: Neeltje Cornelisdr., man en voogd Leendert Willemsz. de Jonghe (zie Heerlijk-

heids Archief Heenvliet No. 748, akte 2-5-1607).

17-2-1611: Lenert Willemsz. Byerstecker met ledige hand.

10-4-1621: Willem Leenderts de Jonghe, na overdracht door zijn moeder Neltgen Cornelisdr.

en haar voogd de ontvanger Commersteyn. Hulde door Aren Arens bode van Heenvliet.

24-1-1629: (Willem Leenderts de Jongh), hulde door Corstiaen Gillesz. als man van Neeltgen

Cornelis, weduwe van Lenaert Willemsz. Byersteker.

18-9-1653: Willem Leenderts de Jongh, hulde door zijn broer Aren Leendertsz. de Jongh, bij

dode van Neeltge Cornelis.

1-5-1658: Willem Leenderts de Jongh, hulde door Gijsbert van Campen, bij dode van Aren

Leenderts de Jongh.

23-4-1661: Willem Leenderts de Jongh met ledige hand.

1-6-1666: Nicolaes van Couwenhoven, pensionaris van Brielle, na overdracht door Willem

Leenderts de Jongh te Kuyllenburgh.

1-5-1667: Jacob van Couwenhoven, heer van de Streuyt, bij dode van zijn vader Nicolaas van

Couwenhoven.

2-3-1678: Sara van der Graeff, hulde door haar gemachtigde Aernout van Westrick, schout en

secretaris van Spijckenis, bij dode van haar man Jacob van Couwenhoven.

7-2-1683: Mr. Pieter van Couwenhoven, oudste zoon, hulde door Aernout van Westrick, bij

dode van zijn moeder Sara van der Graef.

2. 1 gemet land in de Steenhouck, (1612: nu de 4 houcken binnen) in Heenvliet, belend

ten zuiden: de Groene wech, ten westen en oosten: de heer van Cruiningen (1612: de

heer van Cruiningen memorie), ten noorden: ‘s lantswatering (1612: of hofwatering).

De visserij in de halve heul en de halve wetering in Nickersvliet strekkende uit de

Holle Mare tot aan de lage weg.

26-9-1592: Cornelis Coolwijck na overdracht door Bette Cornelisz. die het op die datum

kocht van Mr. Jan Lambrechtsz. van Hasselt, secretaris van Heenvliet als gemachtigde van

Pieter Cor- nelisz. Cleyborch schout van Brielle, volgens procuratie d.d. 5-9-1592.

16-8-1612: Heyndric Adriaensz. van der A voor hemzelf en namens de erfgenamen van

Geertje Claesdr. weduwe van Cornelis van Coolwijck.

3. 1 gemet land (1 gemet 7½ roeden in een stuk van 2 gemet 15 roeden Oude Haye no.

33) belend ten zuiden: de Rijswaertse dijck, ten westen: Gijsbrecht Cornelisz.

gemeen met Pieter Claesz. (1603: de kinderen van Leendert Cornelis, 1611: no. 32),

ten noorden: het memorieland van Aechte Wittesz. (1603: het jaergetijde land van

Willem Dirxz., 1611: no. 33), ten oosten: Jacob Barensz. (1607: Joop Baers, 1611: no.

34). Heergewaad: 1611 een rode sperwer of 15 schellingen hollands.

5-8-1587: Gijs Cornelisz. Leuyendijck na koop van zaliger Jan van Duvenvoorde.

11-6-1603: meester Cornelis Dircxz., nu wonende te Rotterdam, na kaveling tussen Dirck

Leendertsz. en zijn kinderen bij dode van Gijs Cornelis.

24-2-1604: Willem Pieters van Campen na overdracht door Cornelis Dirxz., chirurgijn te

Rotterdam.

15-3-1607: Gerrit van Strevelant, deurwaarder van het Hof van Holland, na overdracht door

Willem Pieters van Campen, secretaris van Heenvliet.

19-2-1611: Gherrit van Strevelant met ledige hand. (In ruil voor een huis met Willem Pieters

van Campen).

3

3-2-1629: Arie Jansz. Wisscher na overdracht door Gerrit Anthonisz. Breda.

..-8-1654: Ningetje Leenderts, hulde door haar zoon uit eerste huwelijk Leendert Leendertsz.

Arckenbout, bij dode van haar tweede man Ary Jansz. Vysser.

6-2-1659: Leendert Cornelis Couwenoort na overdracht door Leendert Leenderts Arckenbout

als gemachtigde van zijn moeder Ningetje Leenderts.

4-1-1661: Leendert Cornelis Couwenoort met ledige hand.

27-7-1682: Maertje Tijsse, hulde door Jan Heynderixe Mulder, bij dode van haar man

Leendert Cornelisse Couwenoort.

..-12-1691: Tomas Huygensz. Scheygront na overdracht door Johan van der Burgh, testamen-

tair executeur en voogd van de minderjarige erfgenamen van Maertje Tijsse, weduwe van

Leendert Cornelisse Couwenoort.

24-6-1706: Halling Simonsz. Scheygrond na overdracht door Jan Sigman curator in de

geabandoneerde boedel van Thomas Huyge Scheygrond.

(N.B. in het leenregister spreekt men van 1 gemet 16 roeden no. 33 en 34. Dit zal echter

alleen de helft van no. 33 moeten zijn).

4. 1590: 3½ lijnen land in Heenvliet (1639: Bernisse houck no. 70) met een vimme derry

per jaar, waar hij dat in Heenvliet kiest, belend ten oosten: de dijk (1608: de Bernisse

zeedijck), ten noorden: de Heilige Geest van Heenvliet, (1611: no. 71 erfpacht van de

kerk en de Heilige Geest), ten westen de erfgenamen van Lenert Dirrixz nu Jacob

Arensz. (1592: de nieuwe binnenvliet, 1644: de sluysvliet), ten zuiden: de erfgenamen

van Maertijntgen Pieter Fransz., (1608: Dr. Diederick Haelewijn en Mr. Symon van

der Mey, 1644: no. 69). Heergewaad: 1644: een rode sperwer of 5 schellingen

hollands.

..-.-1543: Frans Cornelisz. (10e penning A.R.A. Den Haag).

4-6-1590: Pieter Fransz.

28-3-1592: Jacob van Sloten na overdracht door Pieter Fransz. te Brielle.

5-7-1592: Jacob van Sloten doet opnieuw hulde.

29-9-1608: doctor Diederick Alewijn na overdracht door Petronella Ghillis, weduwe van

Jacob van Sloten, voor de onmondige kinderen, Johan van Slooten en voorzichzelf en Mr.

Johan de Jonge als voogd.

16-2-1611: doctor Diederick Alewijn met ledige hand.

30-7-1632: doctor Diederick Alewijn met ledige hand.

9-7-1639: jonkheer Jacob van Halewijn, luitenant van een compagnie voetknechten, bij dode

van zijn vader heer Diderik van Halewijn.

2-11-1644: jonkheer Johan van Silvercroon bij dode van zijn vrouw jonkvrouwe Jacoba van

Halewijn.

3-12-1661: jonkheer Johan Sillevercroon met ledige hand.

5. 4 lijnen zijnde 1 gemet 65 roeden land in de Sonnewaersen houck no. 13, belend ten

westen: de Rinschen weg, ten noorden: no. 11, ten oosten en zuiden: no. 14.

Heergewaad: 1694 een goede zalm of 7 gulden.

7-10-1610: Jan Claesz. Luyendijck, oud 17 iaar, bij dode van zijn vader Claes Aerensz.

Luyendijck. Pieter Jansdr., weduwe van Claes Aerensz. Luyendijck verklaart dat dit leen door

haar man is gekocht voor 60 carolus gulden.

18-3-1661: Jan Claesz. Luyendijck met ledige hand.

11-6-1667: Claes Jansse Luyendijck oudste zoon hij dode van zijn vader Jan Claesz.

Luyendijck. Hulde door zijn broer Pieter Jansz. Leuyendijck.

4

9-7-1694: Pieter Stevaart, secretaris van Outhellevoet, nadat het leen door de erfgenamen van

Claes Jansz. Leuyendijck is verlaten.

7-11-1709: Pieter Janse Vermeule, voogd zijn vader Jan Pietersz. Vermeule te Heenvliet,

nadat het leen door de weduwe en erfgenamen van Pieter Stevaart, secretaris van Nieuw

Hellevoet en Hellevoetsluys, is verlaten.

6. 1½ gemet land (1611: 1 gemet 99 roeden) (1609: bij mangelinge van dit land in de

Bernissehouck, 1611: in de Kerckhoek, 1687: Kerkhouck no. 4), belend ten noorden:

St. Nicolaes vicarie land (1611: no. 3), ten zuiden: de doelboomgaard, (1687: no. 5),

ten westen: de kerckweg, ten oosten: de Wyldyck (1687: ‘s Heerendijk).

31-12-1584: Jan Maertensz. te Heenvliet, na overdracht door jonkheer Heyndrick van Rumst

en van Werensteyn uit erfenis van zijn moeder Marie van Bronchorst.

..-.-1...: Gijs Cornelisz. Leuyendijck, na overdracht door Jan Maertsz., die op het leen een

rente van 6 lb groot Vlaams behoudt, welke hij op 2-9-1587 als onderpand stelt ten behoeve

van de leenheer in verband met een schuld van 22 gulden acht stuivers behalve de gerechts

kosten betreffende het gors onder zijn huis, het riet en de visserij van de Ee en ‘vier coppel

capoenen’ over de jaren 1584 en 1585.

15-3-1590: Adriaen Cornelisz. den decker na overdracht door Gijs Cornelisz. Leyendijck.

4/5-7-1592: Jacob van Sloten, rentmeester, na overdracht door Adriaen Cornelisz. Decker.

28-7-1609: Commer Leendertsz., hulde door Claes van der Meyde, na overdracht door Petro-

nella Ghillisdr., weduwe van Jacob van Slooten, en Mr. Johan de Jonge resp. moeder en

voogd van de weeskinderen van Jacob van Sloten.

16-2-1611: Commer Leendertsz. doet zelf hulde.

6-11-1619: Commer Leendertsz. Hulde door zijn zoon Jan Commers met ledige hand.

6-11-1628: Jan Commersz. bij dode van zijn vader Commer Lenaertsz.

2-12-1661: Cornelis Jansse bij dode van zijn vader Jan Commers.

13-2-1665: Jan Cornelis onmondig, voogdes de weduwe van Cornelis Jansse Backer, hulde

haar gemachtigde Leendert van Campen bij dode van Cornelis Jansse Backer.

8-3-1687: Iman Cornelisse Backer bij dode van zijn ouders.

21-11-1696: Cornelis Imantse Backer, hulde zijn schoonvader Jan Pietersse van der Meulen,

bij dode van zijn vader Iman Cornelisse Backer.

12-4-1710: Cornelis Imantse Bakker met ledige hand.

7. 4 lijnen land in Comenwaert (1628: no. 12) te Heenvliet, belend: ten oosten en

noorden: het klooster van Rugge (1660: ten oosten no. 11, ten noorden no. 10), ten

westen: de prekehofstede (1660: ‘s Heerendijk), ten zuiden: het kloosterland van Sint

Andries (1660: no. 11). Heergewaad 1385: 10 pond of 5 gulden.

..-.-1589: schout Huygen erfgenamen.

5-7-1592: Abraham Jacobsz. Lichtenborch, zoon van Jacob Lichtenborch. Een broer en een

zuster van deze Jacob Lichtenborch waren Huych Jansz. Lichtenborch, schout van

Nieuwenhoorn, en Laurens Jansdr. Laatstgenoemde heeft een dochter nagelaten, Trijn

Cornelisdr., gehuwd met Willem Tonisz. apottheker. Abraham verzoekt het leen, omdat hij

als jongere man voorrang heeft op een oudere vrouw, daar hij even na verwant is als zijn

nicht, welke het leen nu ten onrechte bezit.

15-4-1628: Willem Gedionsz. bij dode van zijn grootvader Willem Tonisz. apotheker te

Brielle. Voor ¼ deel.

20-10-1641: Cornelis Arentsz. Witte in Heenvliet, zoals Willem Gedions van de Mosterdijck

zaliger te Brielle het in leen had.

17-11-1660: Cornelis Arentsz. Wytte met ledige hand.

5

11-10-1670: Ary Cornelisz. Witte bij dode van zijn vader Cornelis Arentsz. Wytte.

18-10-1685: Cornelis Jacobsz. Maessluys te Swartewael na overdracht door Leendert de

Voocht van Campen, curator In de insolvente boedel van Ary Cornelisz. Witte.

8. 4 lijnen 29 roeden land in Suygershill no. 39, belend ten zuidoosten: de

Rijswaersendijk, ten zuidwesten: no. 38, ten noordwesten: ‘s landswatering, ten

noordoosten: no. 40. Heergewaad 1611: een rode sperwer of 15 schellingen hollands.

18-2-1611: Jasper Jansz. Beavoer bij overlijden van Jan Engelsz. de la Laen.

5-2-1629: Geertgen Cornelis, weduwe van Willem Lambrecht Quarteleer, hulde haar broer en

voogd Arien Cornelis te Abbenbroek, bij dode van Willem Lambrecht Quartelaer.

..-11-1650: Leendert Arents bij dode van zijn vader Aren Cornelis.

18-7-1651: Huyge Lauwens Hocke na overdracht door zijn schoonzoon Leendert Arens.

13-11-1660: Huygh Lauwen Hocke met ledige hand.

21-7-1684: Johan Haege, oud burgemeester van Brielle, na overdracht door Leendert de

Voocht van Campen, stadhouder van Heenvliet, curator in de boedel van Tomas Huyge

Scheygront.

(In het register van de lenen staat de oppervlakte van Suygershil no. 39 gewijzigd in 2 gemet

52 roeden, maar dat is Zuygershil no. 40.).

7-11-1709: Jacob Arense Vlyelander, vader Ary Andriese Vlyelander, nadat het leen door

Johan Haage is verlaten.

9. 1⅓ gemet boomgaard te Heenvliet bij de Sluis (1569: met het huis aan de noordzijde

van het dorp Heenvliet), belend ten zuiden: de Kulck, ten westen: de Kerckwech, ten

noorden: Jan van Duvenvoerde, ten oosten: de Ku(l)ck en de dijk.

7 morgen land in Ackoy, bestaande uit 3½ morgen ‘De Nedersten Roscamp’ en 3½

morgen ‘de Oppersten Roscamp’.

27-6-1529: jonkvrouwe Barbare van Montfoirdt verzoekt het leen na haar dood te splitsen in:

9A. a. 1½ gemet boomgaard in Heenvliet.

b. 3½ morgen land in Ackoy ‘De Oppersten Roscamp’.

te erven door Joost van Ratinghe, zoon van jonkvrouwe Barbare van Montfoirdt.

9B. 3½ morgen land in Ackoy ‘De Nedersten Roscamp’.

te erven door Agnes van Ratinghe, dochter van jonkvrouwe Barbare van Montfoirdt.

In het leenregister is alleen 9A. a. opgenomen.

4-8-1569: Mr. Salomon Anthoenissen na overdracht door Lenart Rembrantzen.

24-8-1576: Everaert Salomonsz. bij dode van zijn vader Mr. Salomon Anthonisz.

18-11-1590: Lijsbet Cornelisdr., oomsdochter van Evert Salomonsz zaliger, hulde haar man

Herman Jansz. te Geervliet. (N.B. 12-5-1593: Uitspraak betreffende het bezit van dit leen

tussen de heer van Cruiningen aan de ene zijde en Lenert Piersz. te Geervliet namens zijn

vrouw, meester Olert Jansz. Erckenboutsz. procuratie hebbende van Heindrick Pembertsz.,

Gijsbert Jansz., Lubbert Willemsz., te Nieukerck op de Velue in Gelderlant, Heyndrick

Jacobsz., Reyn Lenerts voor haarzelf en namens haar consorten, Cornelis Arensz. te Brielle

voor zichzelf, alle erfgenamen Lijsbeth Cornelisdr.; Witte Woutersz. te Delft voor zichzelf en

namens David Muyses en Willem Dirrixz. zijn zwagers, beide te Delft, als erfgenamen van

Evert Salomons voor 14 gedeelte van moederszijde, aan de andere zijde. De heer van Cruinin-

6

gen heeft dit leen verkregen door koop van Herman Jansz. te Geervliet als man en voogd van

Lijsbet Cornelisdr., erfgename en naaste leenhoudster van Evert Salomons.

Herman Jansz. procedeert voor het Hof van Holland, om deze koop ongedaan te maken.

De heer van Heenvliet verzoekt een uitspraak van het gerecht te Heenvliet en blijft in het bezit

gehandhaafd na betaling van 400 carolus gulden boven de vroegere koopsom).

10. 1½ gemet land in Rijswaert, belend ten zuiden: de Rijswaertsendijk, ten noorden:

de landswatering, ten oosten: Jan Jacopsz. Blox kinderen, ten westen: hel gilde van

St. Franchistius te Brielle.

8-5-1560: Mr. Johan Engelsz. met ledige hand.

11. 5 lijnen land over de Conijnsdijck, belend ten zuiden: Cornelis van Duivenvoorde,

ten noorden: Nyeltgen Yman Jansz., ten westen: de watering, ten oosten: de

Conijndijck.

11-5-1589: Pieter Pietersz. Nicker krijgt dit leen ten vrij eigen.

12. 5 lijnen land in het Wegterland, midden in Pieter Arens land genaamd de Bielle

volgens de leenakte 26-6-1555.

15-10-1607: Cornelis van der Nyustadt, voogd doctor Haerman van der Bysse, bij dode van

zijn vader Cornelis Mathis Nyustadt, raad in de Hoge Raad van Holland.

30-7-1632: Cornelis van der Nieustadt doet zelf hulde.

13. Land in Heenvliet (1559: 2 gemet in Abbewerve, 1611: 5 lijnen 84 roeden

Abbewerve no. 38, 1701: Abbewerve no. 38 is doorgehaald, nu ingevuld Oude Haye

no. 13), waarbij een zwaan per jaar. Belend: (1611: ten zuidoosten: de ouwen wech,

ten zuidwesten: no. 37, ten noordwesten no. 3, ten noordoosten: no. 39).

Heergewaad: 1520: een rode sperwer (1611: of 15 schellingen hollands), 1694: een

goede zalm of 3 gulden 4 stuivers.

18-5-1520: Dirck Fransz., voogd Pieter Dirckz.

22-9-1559: Pieter Pietersz. ‘t Gilde.

15-1-1597: Adriaentje Cornelisdr., man en voogd Claes Eeuwoutsz. in Oudenhoorn, bij dode

van haar vader Cornelis Jansz. Schijff innocent.

20-1-1606: Arnout van Beresteyn zoon van Pauwelsz. Beresteyn na overdracht door Claes

Ewoutsz. Hulde door de gemachtigde Augustijn Dircx. Nagge.

17-2-1611: Aernout van Beerensteyn, hulde door Augestein Nagge met ledige hand.

9-7-1614: Aernoudt van Berensteyn doet zelf hulde.

13/17-7-1639: Zacherias van Beresteyn, oom en voogd Aernout van Berensteyn te Delft, bij

dode van zijn vader Cornelis van Beresteyn.

28-5-1661: Mr. Zacharias van Beresteyn, heer van Hoffdijck en Middelharnis, met ledige

hand.

3-2-1682: Cornelis Joseph van Beresteyn onmondig, hulde door Jacob van Munster te Brielle,

gemachtigde van zijn moeder Angneta Deutz, vrouwe van Middelharnis, bij dode van

Zacharias Beresteyn van Hoffdijck.

9-7-1694: Adryaen Cappiteyn, secretaris van Nieuwenhoorn beleend, na overdracht van het

leen door Cornelis Joseph van Beresteyn aan de leenheer.

4-8-1701: Hugo Cappiteyn.

7

14. 1 gemet 265 roeden land in 3 Hillen binnen, in Heenvliet no. 29. Heergewaad 6

pond. (1630: ten oosten: no. 30, ten westen no. 4).

25-10-1630: Isbrant Isbrants overdr. Jacob Paets erfg. v. Anthonis Gysb. v. Vliet.

6-7-1640: Adriaen Mes, na overdracht door Maertje Willemsdr. van Campen, weduwe van

Willem Jacobsz. Hoogstadt.

30-4-1662: Adriaen Mes, gemachtigde Gijsbert van Campen, secretaris van Heenvliet, met

ledige hand.

12-6-1666: Ploen Thonisse Versluys, na overdracht door Anna Bedt, weduwe van Adriaen

Mes.

4-10-1686: Tonis Plonisse Versluys, bij dode van zijn vader Ploen Thonisse Versluys.

..-.-1...: De kinderen van Steven Groelaert, heer van Sundersteyn, schout van Mastricht,

minderjarig. Hulde Leendert de Voocht van Campen. Na overdracht door Tonis Versluys.

15. 2 gemet land in de Sonnewaertsche houck, in een stuk van 5 gemet 2 lijnen 79

roeden No. 21 genaamd Leuweesteyn, (1611: belend ten zuiden: no. 22 en 23, ten

westen: no. 24, ten noorden: no. 14 en 15, ten oosten: no. 20 en een deel door de

Haeydijck). Heergewaad 1681: 15 lb. of 11 gulden 5 stuivers.

4-1-1596: Jacob Thonisz. te Spijckenisse, na overdracht door Jan van Nusenborch Willemsz.

bij procuratie d.d. 28-12-1595 van jonkheer Willem van Horion, heer tot Erdingen.

29-4-1600: Olleert Jansz. Erckenbouts, na overdracht door Anthonis Jacobsz., oudste zoon, en

Aert Aertsz. Visser van Poertegael met Claes Gabrielsz. als voogden van de weeskinderen

van Jacob Tonisz. De vorige eigenaars behouden het recht het leen te naasten.

17-2-1611: De weeskinderen van Jacob Thonisz., hulde door Alert Jansz. Erckenbout namens

de voogden van deze weeskinderen.

9-5-1621: Gerrit Dircxz. Leeuwensteyn, na overdracht door zijn moeders vader Gerrit Jansz

Vree, die tevens hulde voor hem doet.

4-5-1629: Gerrit Dircx Leeuwesteyn, hulde door Cornelis Pieter Aeldoot als gemachtigde van

zijn grootvader Gerrit Jansz. Vree, tuinman te Delft.

28-5-1640: Gerrit Dirrick Leeuwesteyn, hulde door Abraham Jansz. te Brielle, bij dode van

Cornelis Pieter Aldoot.

25-9-1650: Gerryt Dirrickxz. Leeuwesteyn te Rotterdam doet opnieuw hulde.

3-4-1661: Gerrit Dirckz. Leeuwesteyn met ledige hand.

23-6-1668: Pouwelis Symonsz. van der Houff, na overdracht door Cornelis Wolfferse van der

Korpere, Jan Gerritsz. Vree te Delft, Pieter Gerritsz. Vree te Delfshaven gemachtigde van

Gerrit Dirxe Leeuwesteyn. (N.B. Een akte in het Heerlijkheidsarchief Heenvliet no. 196 geeft

een opsomming van de rechthebbende erfgenamen met een afbeelding van een wapen ‘zijnde

dit bovenstaande afdrucksel het waepen daer van’:

⅙ Jannetje Gerrits Wree gehuwd met Cornelis Wolphertsz. van der Corper, wonende op de

schiptimmerwerf buiten de Rotterdamse poort.

⅙ Jan Gerrits Wree wonende buiten Delft in de Vrijenban.

⅙ Pieter Gerrits Wree bij de Draybrugh te Delfshaven.

⅙ de vier kinderen van Annetje Gerritsdr. de Wree:

1. Gerrit Dirck Leeuwesteyn, heer van Leeuwesteyn, scheepmaker in de Duvelsteegh te

Rotterdam.

2. Gerrit Qurinsz. scheepstimmerman te Delfshaven.

3. Barent Marius varensman te Rotterdam.

4. Jan Jansz. gehuwd met Heyltje Marius te Vlissingen.

⅙ de kinderen van Jacomijntje Gerritsdr. zaliger, gehuwd met Symon Adriaens Brammer:

8

1. Gerrit Symons Brammer, tuinman te Delfshaven.

2. Arent Symons Brammer.

⅙ Heyltje Gerrits Wree, weduwe van Abraham Jansz. Schipper.

Akte d.d. 16-4-1668 voor notaris Willem van Assendelft te Delft).

11-2-1678: Pieter Symonsz. van der Houff, bij dode van zijn broer Pouwels Symonsz. van der

Houff.

30-3-1681: Aert Arentsz. Hoogwerff, gehuwd met Jorisje Dircx, weduwe van Pouwels

Symonsz. van der Houff, na vrijwillige afstand van het leen door Pieter Symonsz. van der

Houff.

9-2-1695: Dirck Fransse Speelpenninck, na overdracht door de erfgenamen van Aert Arentsz.

Hoogwerff en Jorisje Dircx.

28-10-1699: Frans Speelpenningh, voogd en voogdes respectievelijk Abraham Langstraat en

Neeltje Claes, bij dode van zijn vader Dirck Fransz. Speelpenningh.

16. 2 gemet land (1589: Sonnewaerdse houck no. 19) (1596: ten noorden van de dijk in

de Sonnewaertschen houck, volgens de oudste brief van 1380 genaamd

‘Gobbelandt’), belend ten oosten: Adriaen Jacobsz. Sitentijts boomgaard (1596:

Anthonis Jansz., 1617: Jan Jansz. Huyquesloet, 1629: Grietgen Borritsdr.), ten

westen: 2 gemet genaamd ‘De Brootkiste’ (1596: ‘De Broodkiste’ van de weduwe

van Cornelis Jansz.), ten noorden: 8 gemet van Adriaen Jacobs (1596: Bette

Cornelis en Jacob van der Meer, 1617: Abraham Commerstein en Jacob van der

Meer, 1629: Cornelia van der Meer).

De Haydijck of Vliegerdijck. (1596: ten zuiden de dijk het huis van Anthonis Jansz.

(1629: Borrit Jacobs weduwe) tot de leendijk vain Claes Jacobsz (1629: Willem

Thonis Schrijver) zuidoost over het wiel strekkende in de dam tot de scheiding

tussen Heenvliet en Abbenbroek).

1 gemet aanwas (1594: belend ten oosten: de vroone van Jan Cornelisz. Joncker, ten

zuidoosten: 2 gemet bruikweer, van Sitentijts, ten zuiden: de Vliegher of Hill, ten

westen: de genoemde Vlieger of Waeltge, ten noorden: de genoemde leendijk).

..-.-1...: de stiefkinderen van Adriaen Jacobs Sitentijt, vermeld in 1550 (Heerlijkheidsarchief

Heenvliet no. 295).

24-4-1587: Tonis Jansz. doet zelf hulde, nadat eerder Jan Lenaertsz. ‘t Gilde als voogd van de

kinderen van Jan Maertsz. het leen had verzocht.

..-.-1...: Ariaen Jacopse Sydt vermeld in 1598 (Heerlijkheidsarchief Heenvliet no. 44).

10-3-1593: Jacob Aertsz. Timmerman, na overdracht door Adriaen Jacobsz. Sitentijt die

eerder Thonis Jansz. namens hem met dit leen beleend had.

9-11-1594: Thonis Jansz. uit Biert doet opnieuw hulde. Zijn vader is Jan Maertensz.

9-11-1594: Jan Aryensz. Manezee na overdracht door Jacob Aertsz. timmerman en Clays

Arentsz. Luyendijck procuratie hebbende van Aryen Jacobsz. Sytentijt, ziek te bed liggende.

19-5-1596: Jan Cornelisz. Joncker te Nieuwenhoorn, na overdracht door Jan Adriaensz. van

Manezee, deurwaarder van het Hof van Holland.

19-5-1596: Anthonis Jansz. van Gheervliet, na overdracht door Jan Cornelisz. Joncker in

Nieuwenhoorn.

7-3-1603: Aert Thonisz., oudste zoon, bij dode van zijn vader Anthonis Jansz. (N.B. 1-5-

1610: Overeenkomst tussen Aert Tonisz. namens de weduwe en erfgenamen van Antonis

Jansz aan de ene zijde en Jan Jansz. en Jan Leendertsz. Heyster, voogden van de weeskinde-

ren van Daniel Cornelisz. Tael namens diens weduwe en verdere erfgenamen ter andere zijde,

waarbij het gedeelte van het leen ten zuiden en zuidoosten Van de Haydijck annex de vroon-

9

landen voor een bedrag van 54 E en 14 stuivers aan de laatst genoemde partij zijn

toegewezen).

Het leen 16 nu gesplitst in 16A en 16 B.

16A. 2 gemet land volgens de oude handvesten genaamd ‘Gobbeland’ met de Haydijck.

71-10-1617: Jan Anthonisz., zoon van Antonis Jansz., na overdracht door Aert Tonisz. te

Zuytland.

23-3-1624: Cornelis Cornelisz. Broer, bij dode van zijn bloedverwant Jan Tonis.

2-2-1629: Cornelis Cornelisz. Broer met ledige hand.

20-2-1649: Jan Cornelis Banckhout.

15-5-1650: Pieter Thonisz. van Vliet.

16B. 1 gemet aanwas.

1-5-1610: de erfgenamen van Daniel Tael (volgens bovengenoemde overeenkomst).

17. 2 gemet 11 roeden land in Abbewerve no. 39, belend ten oosten: no. 40, ten westen:

no. 38, ten zuiden: de Heerenweg, ten noorden: ‘s landswatering. Heergewaad een

witte havik of 3 gulden 10 stuivers.

3-3-1685: Johan van der Burgh te Heenvliet.

(N.B. Dit land is zonder eigenaar en volgens akte 2-3-1685 aan de heer van Heenvliet

vervallen).

18. 6½ lijnen land (1606: 2 gemet 83 roeden) in de Vierhoucker over de hofwatering no.

28. Belend volgens de oude leenbrief ten noorden en westen: de coster van Heenvliet

(1661: No. 27), ten oosten: de groonen wech (1661: ‘s heerenwech).

16-10-1593: Joost Cornelisz. bij dode van zijn vader Cornelis Joosz. Laatst beleend aan zijn

oom en voogd Jan Cornelisz. Lantmeter.

2-9-1606: de huisvrouw van Cornelis Leendertsz., zoals haar vader Jacob Ariensz. het van

Joost Cornelisz. gekocht heeft. Cornelis Leendertsz. doet hulde.

1-3-1614: Cornelis Cornelisz. te Zwartewale, zoon van Jacob Ariens bij dode van Cornelis

Leendertsz.

16-12-1615: Lijbet Cornelisdr., hulde Cornelis Cornelisz. Haar toegewezen bij kaveling van

de goederen van Jacob Arensz.

10-5-1623: Commertje Cornelisdr. bij dode van Lijsbet Cornelisdr, weduwe van Jacob

Arensz. ‘t Boertje. Haar zoon Arent Jacobsz. Nolleman doet hulde.

19-6-1638: Jan Jansz. Jongejan, schout van ‘t Brielsche Nieuwlant, na opdracht uit vrij eigen.

(1661: na koop van Jan Cornelisz. Lantmeter, die het in leen had van de heer van Heenvliet).

18-3-1661: Jan Jansz. Jongejan, schout van ‘t Nieuwelant, met ledige hand.

..-5-1670: Iman Dircxe bij dode van Jan Jansze.

2-2-1678: Neeltje Cornelis. weduwe van Iman Dircx te Zuidland. Hulde haar man Cornelis

Leendertsz. Noortdijck.

18-1-1680: Neeltje Cornelis Eyndendorp, weduwe van Cornelis Leendertsz. Noortdijck.

Hulde door haar voogd Leendert Arentsz. schout.

26-9-1697: Iman Adriaensz. Meyster, bij dode van Neeltje Cornelis Eyndendorp. Hulde zijn

voogd Frederick de Graaff.

10

19. 3½ lijnen land, deel van Suygershil no. 25. (1690: plus 1 gemet in Suygershil no. 25,

belend ten oosten: no. 24, ten westen: no. 26, ten zuiden: ‘s landswatering, ten

noorden: ‘s heerenwegh. Heergewaad 1690: 6 lb of zes gulden).

10-5-1666: Eloudy de Jongh te Dordrecht, bij dode van Johan de Rotha.

17-6-1678: Cornelis Warebol te Brielle, zoon van Leendert Warebol overleden en Maria de

Jongh, bij dode van zijn oom Eloudy de Jongh.

17-11-1690: Cornelis Warrebol, oud-buraemeester van Brielle, uit vrij eigen. (N.B. Cornelis

Warrebol heeft het aanvullende gemet gekocht van Jan van der Hoet, armmeester van

Heenvliet. Na zijn dood of bij verkoping zal het als een leen van 2 gemet 102 roeden worden

opgedragen).

20. 2 gemet 77 roeden land in de Zuythouck van de Ee no. 27 (1659: in een stuk van 3

gemet 85 roeden weiland, 1660: belend ten oosten no. 28, ten westen: de nieuwe

Kulck, ten zuiden: de meeldijk en de dijkwal van Pieter in de Boomaaard, ten

noorden: No. 28).

30-5-1598: Arien Jansz. jonge Boelhouwer te Ryckagne, bij dode van zijn vader Jan Ariensz.

de ouwe Boelhouwer. (N.B. 21-10-1616: Akte verleden voor notcrris Baerent van Dijck te

Brielle, waarbij Lenert Jansz. Boelhouder, oud 46 jaren en Maritge Jans, weduwe van Jacob

Jacobsz. Lantman te Rugge, oud 50 iaren verklaren het leen na de dood van hun vader Jan

Ariensz. Boelhouwer samen met hun nu overleden broer Adriaen Jansz. Boelhouder te hebben

gebruikt).

23-10-1616: Leendert Jansz. Boelhouwer bij dode van zijn broer Arien Jansz. Boelhouwer.

1-5-1625: Jan Arensz. Boelhouwer.

13-4-1627: Jacob Arensz. Houckendijck na overdracht door Jan Arensz. Boelhouwer.

30-7-1632: Jacob Arens Hoeckendijck met ledige hand.

15-10-1654: Huyge Jacobs Houckendijck, in het buitenland, hulde door zijn broer Cornelis

Houckendijck, bij dode van zijn vader Jacob Arents Houckendijck.

31-12-1659: Jan Cornelisz. Hodenpil, schepen te Heenvliet, na overdracht door Arent Jacobs

Houckendijck en Cornelis Jacobs Houckendijck namens hun broers en zusters en baljuw en

schepenen van Heenvliet als voogden van de onmondige kinderen, bij dode van Pietertje

Huyge, weduwe van Jacob Arens Houckendijck.

11-12-1660: de weduwe van Jan Cornelisse Hodenpil, hulde door Aren Cornelisse

Duycxhooren.

3-11-1697: Andries Arijensse Vlielander oud 14 jaren. Hulde door zijn vader Arij Andriesz.

Vlielander, die het leen heeft gekocht, nadat het door de erfgenamen van Maertje Jans,

weduwe van Jan Gerrits Sneeuw, is verlaten.

21. 2½ gemet land in de Lammerlantsche houck (1629: no. 27), belend ten noordwesten:

de dijk … (1699: ten westen: de achterdijk), ten zuidoosten: de Lammelantsche

watering (1699: de landswatering), ten noordoosten: Margrijte tot Lewaerde met

Dirck Jansz. te Rotterdam (1699: ten noorden: no. 26), ten zuidwesten: het memo-

rieland van Joorden Ariensz. (1699: ten zuiden: no. 28).

..-.-1...: Ariaen Jansz. Torreman genoemd in 1589 (Heerlijkheidsarchief van Heenvliet no.

44).

31-1-1606: Maertje Ghijse, hulde door haar voogd Willem Commorsz., bij dode van haar man

Arie Jansz. over de Wael.

4-10-1616: Cornelis Cornelisz. Jongeneel na overdracht door Herman de smit die het uit

erfenis heeft verkregen.

11

..-2-1629: Heijndrick Cornelisz. Jongeneel, hulde door de gemachtigde Arie Jansz. Schaege,

na overdracht door zijn vader Cornelis Cornelisz. Jongeneel.

8-3-1661: Aren Arens over de Wael, na overdracht door Hendrick Cornelisz. Jongeneel.

7-12-1683: Aryaentje Aryens, hulde door haar tweede man Aert Jansse van Rugge, wonende

in het Nieuwelant, verkregen hij dode van haar eerste man Aren Arents over de Wael.

23-10-1699: Crijn Jans Nieuwelant in het Nieuwelant, na overdracht door Nicolaes

Hoogwerff en Joris van Ekeren, curatoren in de boedel van Aert Jansz. te Rugge.

29-2-1704: De Heilige Geest krijst het ten vrij eiaen. (N.B. Crijn Jansz. Nieuwelant draagt nu

een ander stuk land uit vrij eigen aan de heer van Heenvliet op, nl. 4 gemet 76 roeden in de

Lammerlantsche houck no. 17.).

22. 2½ gemet land in het Oude land van Heenvliet, belend ten oosten: Symon Croox-

soens wech, ten westen: Huge Harnoudszoenslant, ten zuiden: Aechte Geraerd

Hughesoens lant, ten noorden: Gheraert Haddensoens lant (1471: gelegen omtrent

Symon Crox hofstede).

12-3-1438: Hughe Jan Hughensoenssoen, na opdracht uit vrij eigen.

21-3-1455: Willem Gillisz., zoals zijn voorouders in leen hadden.

14-5-1471: Gillys Willemsz.

23. 2 gemet 160 roeden weiland in de Vierhoucken buyten no. 16, belend ten oosten: no.

13, ten westen: de werven van de Conindijck, ten noorden: no. 15, ten zuiden no. 18.

Heergewaad een witte havik of 3 gulden 10 stuivers.

24-7-1676: Aryen Aryensz Spruyt uit vrij eigen.

7-3-1687: Nicolaes van der Burgh, hulde door zijn vader Claes van der Burgh, na overdracht

door Adriaen van der Eyck, baliuw van Abbenbrouck en Bouwen van Rije, curators in de

boedel van Aryen Arentsz. Spruyt.

24. 2 gemet 279 roeden weiland Ossenhoek no. 17, belend ten oosten: no. 23, ten westen:

no. 15 en 16, ten zuidoosten: no. 18 en 19, ten zuiden: ‘s Heerenweg. Heergewaad

een goede zalm of 7 gulden 10 stuivers.

26-12-1709: Cornelis Bastiaans Naayerboer uit vrij eigen. (N.B. Cornelis Bastiaans Naayer-

boer is gehuwd met Maartje Leenders Paling, weduwe van Jan Arensz. Proije, welke laatste

het land d.d. 11-7-1699 kocht van Cornelis Gerritse Schipper, Huybregt Gerritse Schipper en

Huyg Simonse Scheygrond gehuwd met Jannetje Gerrits Schippers, kinderen van wijlen

Gerrit Cornelisse Schipper).

25. 3 gemet land (1611: in drie Hillen no. 39), gemeen met Jacob Jansz. Velsen, vroeger

de weduwe van Jan Gerritse Corencoper of Joosten Jan van Re, in een perceel van 6

gemet (1611: 5 gemet 1 lijn 62 roeden) belend (1611: ten zuidoosten: de oude weg,

ten zuidwesten: no. 38, ten noordwesten: de gemeenelants watering, ten noordoosten

en ten dele ten zuidoosten: no. 40, 1642, ten noordoosten no. 40). Heergewaad 1697:

een rode sperwer of 5 schellingen hollands.

2-5-1592: Jacob Jansz. Velsen na overdracht door Claes Heindricx Colff te Gorcom.

16-2-1611: Jacob Janse van Velsen doet opnieuw hulde.

30-7-1642: Cornelis Quack, doctor in de medicijnen, na overdracht door de erfgenamen van

Jacob Janse van Velsen.

15-4-1662: Cornelis Quack, doctor in de medicijnen, met ledige hand.

12

22-2-1684: Bastiaentje Quacq, hulde door Adriaan van Almonde als gemachtigde van haar

man Willem van Zwieten (van Vliet), koopman te Rotterdam, bij dode van haar vader

Cornelis Quacq.

28-11-1697: Mr. Adriaen van Swieten (van Vliet), hulde door zijn gemachtigde Adriaen van

Almonde, bij dode van zijn vader Willem van Zwieten.

..-.-1...: Gerrit Slaets te Brielle na overdracht door Paulus van Brakel, gemachtigde van

Leendert de Voogt en Mr. Adriaan van Swieten te Rotterdam, voogden van de erfgenamen

van Meyntge van Royen, weduwe van Cornelis Quack.

26. 3 gemet land in het Oude land van Heenvliet (dit is een deel van Sonnewaartse Hoek

no. 24). Belend ten zuiden: de dijk van de Vlieger, ten westen: de Sinte Nicolaes

Vicarie en de erfgenamen van Cornelis Cornelisz Schivve, ten oosten: de

erfgenamen van Colster en van Lewesteyn.

8-11-1589: Olert Jansz. Erckenboutsz., rentmeester en stedehouder van Heenvliet krijgt dit

leen ten vrij eigen.

27. 1¼ gemet land (= ½ van Drie Hillen no. 5) belend ten oosten: Joorden Wittensz., ten

westen: van Almonde en de Heilige Geest, ten noorden: de drie Hilswech.

15-10-1607: Cornelis Cornelisz. Braber, bij dode van Cornelis Jansz. Braber.

24-5-1609: Jan Gijsbrechtsz. na overdracht door Cornelis Cornelisz. Braber.

25-10-1630: Isbrant Isbrants na overdracht door Jaques Pieters, procuratie van Mr. Jacob

Paets te Leyden, als erfgenaam van Anthonis Gijsbrechtsz. van Vliet.

29-12-1634: Willem Jacobs Hoochstat.

7-7-1640: Adriaen Mez, commissaris te Hellevoetsluys.

28. 1¾ gemet land (drie Hillen no. 30), belend ten zuiden: de oude wech, tent oosten: de

erfgenamen van Mr. Cornelis Keigel, nu Jacob Jacobsz., ten noordoosten: Jan

Huygens met bruikweer, ten noordwesten: de heer van Heenvliet en de kerk

(volgens de handvesten van 24-8-1576) Heergewaad 1686: een zalm.

15-10-1607: Cornelis Cornelisz. Braber, bij dode van Cornelis Jansz. Braber.

24-5-1609: Jan Gijsbrechts, na overdracht door Cornelis Cornelisz. Braber.

..-.-1...: Jan Gerritsz. Brouwer te Swartewael, na overdracht door Isbrant Isbrantsz.

6-5-1651: Pieter Jansz. Brouwer, zoon van Jan Gerrits Brouwer.

11-11-1660: Johan Gerrits Brouwer met ledige hand.

19-1-1680: Margareta Brouwer, enige dochter, oom en voogd Huygh Jansz. Brouwer, bij

dode van haar vader Pieter Jansz. Brouwer.

25-4-1681: Margareta Brouwer, hulde haar oom en voogd Huygh Janse Brouwer met ledige

hand.

4-10-1686: Tonis Plonisse Versluys, bij dode van zijn vader Ploen Tonisse Versluys.

..-.-1...: de kinderen van Steven Groelart, heer van Sundersteyn, hoogschout van Mastricht.

Hulde door Leendert van Campen, secretaris van Heenvliet, na overdracht door de curator van

de insolvente boedel van Tonis van der Sluys.

29. 3 gemet 12 roeden land zuythouck van de Ee no. 19, belend ten oosten: no. 22, ten

westen: no. 18, ten zuiden: no. 20, ten noorden: de rietvelden in de Ee. Heergewaad,

een goede zalm of 6 gulden.

13

2-7-1694: Dirck Huyge Clapmuts, schout van Hellevoet binnen en de Quak, wonende te

Hellevoetsluys. Het land lag onbeheerd en zonder eigenaar.

25-4-1703: Pieter Steenwijk, voogd Paulus van Braakel, notaris te Brielle, bij dode van zijn

stiefvader Dirck Huyge Clapmuts.

(N.B. 26-8-1692: testament verleden voor notaris Paulus van Braakel te Brielle, waarbij dit

echtpaar in plaats van Pieter Tichelaar te Sommelsdijk, als voogden over eventuele kinderen

stellen Paulus van Braakel te Brielle en Leenderd Visser te Oudenhoorn).

30. 3 gemet min 37 roeden land in de Haeye (1611: 2 gemet 2 lijnen land in het

westeynde van de Haeye no. 16), belend ten noorden: de Rijswaertschen dijk, ten

oosten: de erfgenamen van Jacob Gerritsz. van Rotterdam (1611: no. 15), ten

zuiden: de scheiding van de Vlieger of de sloot (1611: de scheydtsloot van

Abbenbroek), ten westen: de kinderen van Meyndert Claesz. gemeen met Gijs

Cornelisz. (1603: de erfgenamen van Meynart Claesz met de kinderen van Leendert

Cornelisz. Erckenbouts, gemeen met Gijs Cornelisz. en Leendert Leendertsz. (1611:

No. 17, 1613: de erfgenamen van Leenert Cornelisz. van Beresteyn)). Heergewaad:

1689: 20 lb van 40 groten, 1611: een rode sperwer of 15 schellingen hollands.

10-8-1587: Gijs Cornelisz. Leuyendijck na overdracht door Jan Wittesz.

3-6-1603: Arien Leendertsz. de jongen broer van Swartewale, na overdracht door Tonis

Marinisz., voogd van de weduwe vanen Cornelis Cornelisz. Vaer en Claes Ariensz.

Lueyendijck als voogden van de weeskinderen van Gijs Cornelisz. Leuyendijck.

18-2-1611: Aren Leendersz. Broertgen met ledige hand.

19-1-1613: Pieter Arents Broertgen, oudste zoon, hulde door Willem Commersz., als voogd

van zijn moeder Leentgen Pietersdr., weduwe van Aren Leenders Boertgen (Jongebroer) te

Swartewael.

3-5-1616: Cornelis Jongeneel na overdracht door Willem Commers als gemachtigde van

Leentje Pietersdr.

21-3-1626: Cornelis Jongeneel, hulde door Pieter Cornelis.

15-10-1639: Het Weeshuis te Brielle na overdracht door Francois van Gellinchuysen, hulde

door Henrick Wilma, burgemeester en Jacop van Commersteyn, secretaris van Brielle.

15-10-1657: Het weeshuis te Brielle, hulde door Johan Derrickx. Schrobbelingh.

22-3-1661: Paulus Briel, baliuw en opperdijkgraaf te Brielle, na overdracht door het weeshuis

te Brielle.

..-.-1689: Jacob Briel, raad van Brielle, bij dode van zijn vader.

31. 10 lijnen land in Heenvliet met de Nieuwenhoorn bedijkt. (1611: 3 gemet 103 roeden

land in de Hoeystal no. 22), belend ten noorden: voorheen Jan Hugesz. nu Jan

Arentsz. Mosterdijck (1611: ten noordoosten: no. 21), ten oosten: Willem Jansz.

Duynmeyersland, ten zuidoosten: de heerweg (1611: de wech), ten westen: heer

Cornelis Jan Blocx (ten zuidwesten 1611: no. 23,24,25, ten noordwesten 1611: no.

28). Heergewaad 1611: een rode sperwer of 5 schellingen hollands.

..-.-1...: Pier Stelman (vermeld in een akte d.d. 11-5-1577, Heerlijksheids archief Heenvliet

no. 123).

..-.-1...: Jacob Piersz. Stelman (Vermeld in genoemde akte d.d. 11-5-1577).

..-.-1...: Nicolaes, natuurlijke zoon van jonkheer Nicolaes van Abbenbrouck, na overdracht

door Jacob Piersz. Stelman. (volgens akte d.d. 11-5-1577).

..-.-1...: Nicolaes, natuurlijke zoon, hulde door zijn vader jonkheer Nicolaes van

Abbenbrouck. (akte 19-7-1578. Heerlijkheidsarchief Heenvliet no. 122).

9-7-1595: Claes van Abbenbrouck de jonge doet zelf hulde.

14

6-2-1611: Nicolaes, heer van Abbenbrouck met ledige hand.

4-2-1629: jonkheer Nicolaes van Abbenbrouck met ledige hand.

28-6-1644: Arent Thomasz. Palingh in het Brielsche Nieuwlant, na overdracht door jonkheer

Nicolaes van Abbenbrouck, heer in Abbenbrouck.

..-5-1652: Jacob Arensz. Pallinck, oudste zoon, voogd Cornelis Jans Weestenrick, bij dode

van zijn vader Aren Thonisse Pallinck.

26-3-1656: Huyge Lauweris Hooch (akte 1660: Hocke) te Heenvliet, na overdracht door

Jacob Arentsz. Pallinck in Flaque.

27-11-1660: Huygh Lauwers Hocke met ledige hand.

5-11-1684: Gerijt Cornelisze Schi(p)per, bij dode van zijn vrouw Aryaentien Hallingh, eerder

weduwe van Symon Huyg Hocke.

30-12-1699: Cornelis Gerrits Schipper bij dode van zijn vader Gerrit Cornelisse Schipper.

15-4-1706: Gerrit Brouwer, curator in de boedel van Cornelis Gerritsz. Schipper. Hy is tevens

koper van het land.

32. 4 gemet land in Heenvliet (1601: 3 gemet 73 roeden, 1607: 3 gemet 173 roeden, 1610:

3 gemet 170 roeden in Verdouwen Houck no. 25) belend ten oosten: land van de

Heerlijkheid (1607: de heer van Cruiningen en no. 26 en 27. 1661: Hendrick

Cornelis Jongeneel), ten noorden: de Kulck (1591: de nieuwe watering, 1607: de

Cullick) ten zuiden en westen: de Loete (1591: de Regulieren van Rugge. 1610: ten

zuiden no. 27, ten westen no. 19). (1591: zijn uitpad hebbende door de Bras,

waardoor men aan de Wellewech komt, gemeen met de Loete, volgens oude leen-

brieven d.d. 1545.) Heergewaad 1697 10 gulden.

7-7-1590: Antonis Gerritsz. corencoper te Brielle na overdracht door Adriaen Claesz.

Luchtman (N.B. 4-5-1591 en 10-5-1592 akten betreffende een proces voor het Hof van

Holland, waarbij Otte van Erckel te Dordrecht in het bezit van dit leen is gesteld, als zijnde

een leen van Holland. De leenmannen van Heenvliet verklaren dat dit land, volgens de leen-

brieven en registers, vanaf 1545 een Heenvliets leen is en stellen de gebruiker Aert Cornelisz.

Buys die voor zichzelf en voor zijn oom en stiefvader Arien Willemsz en zijn zuster Baertgen

Cornelis optreedt, in het bezit van dit leen. Heerlijkheidsarchief van Heenvliet no. 130).

16-12-1601: Johan Jacobs Winter na overdracht door Antonis Gerrits te Brielle. (N.B. 26-1-

1607: Jacob van der Meer namens Ariaentje Gleyns, Arres Frans namens Maerten Ares, man

van Jannetje Gleynsdr, Cornelis Pyrsz. en Leendert Joosten van Genuchten beide van

Abbenbrouck, alle erfgenamen van Jan Jacobs Winter en Trijntje Adamsdr. en de overleden

weeskinderen van dit echtpaar, Jacob Jansz Winter en Aeltje Jansdr. Ze dragen het leen over

aan Harman Zijvertsz., die met de genoemde Trijntje Adams respectievelijk voogd en

voogdes waren van deze weeskinderen. Harmen Zijverts had als voogd reeds hulde gedaan op

10-8-1603, welke hulde van kracht blijft als nieuwe eigenaar van het leen. De akte vermeldt

tevens dat Harmen Zijverts als man van Maertje Leendertsdr. mede erfgenaam is van

genoemde weeskinderen).

20-12-1610: Harmen Sijversz. decker bij dode van de half broer en zuster van zijn vrouw.

16-3-1619: Gherit Jansz. Ossenbosch na overdracht door Herman Sijvertsz. Decker.

20-1-1621: Cornelis Cornelisz. Jongeneel na overdracht door Gerrit Jansz. Ossebos.

21-3-1626: Cornelis Cornelisz. Jongeneel, hulde door Arie Jansz. Schagen.

5-2-1629: Cornelis Cornelisz. Jongeneel met ledige hand.

5-6-1636: Hendrick Cornelisz. Jongeneel.

8-3-1661: Hendrick Cornelisz. Jongeneel met ledige hand.

13-3-1678: Stintje Tonisdr., hulde door Steven Tonisse van der Hoet, bij dode van haar man

Heynderick Cornelisse Jongeneel.

15

20-5-1684: Anthonis Stevensse van der Hoet, hulde zijn vader Steven Tonisse van der Hoet,

bij dode van zijn tante Stintje Tonisdr.

13-12-1697: Huybert van der Hoet bij dode van zijn broer Anthony van der Hoet.

33. 4 gemet land in Heenvliet aan de Wellewech (1624: het Meannelandt) belend ten

zuiden: de Wellewech, ten oosten: van Duivenvoorde en Lenaert Dircxz. (1657: no. 9

en 10), ten noorden: de Kulck (1661: Kulck of bosem), ten westen: de erfgenamen

van Willem Heerman (1657: no. 7). Heergewaad 1697 10 lb of 10 gulden.

29-1-1587: Cornelis van Haeften in Den Haag, bij dode van zijn broer Herper Melisz. van

Haeften.

17-12-1624: Jan van Nes na overdracht door Andris Jansz. de Jonghe; volgens procuratie d.d.

3-12-1624 van Cornelis van Haeften.

13-10-1657: Pieter de Jongh, burgemeester van Brielle, na overdracht door Gijsbert van

Campen, secretaris van Heenvliet, gemachtigde van Teodore van Es te Delft.

24-3-1661: Pieter de Jongh met ledige hand.

15-4-1678: Jonas de Jongh bij dode van zijn vader Pieter de Jongh.

26-2-1697: Johanna van Sont, bij dode van haar man Jonas de Jongh. Hulde door Frederick

de Graaf volgens procuratie d.d. 27-11-1696 voor notaris Jacob de Jongh te Dordrecht.

34. 4 gemet 18 roeden land op 3 Hillen (1597: 4 gemet 62 roeden land op Drie Hillen no.

3, 1611: in een stuk van 6 gemet 62 roeden), belend: (1597 ten noorden: de Heyligen

Geest van Heenvliet en Gedeon Willemsz., 1611 ten noordwesten: no. 1 en 2, 1661

ten noorden no. 1 en 2, 1597 ten oosten: Boudewijn Vincentsz. namens zekere

weeskinderen, 1611 ten noordoosten: No. 18 en 19, 1641 ten oosten: no. 4, 1597 ten

zuiden: Neeltgen Lenerts, weduwe van Hubrecht Lenertsz., 1611 ten zuidoosten: no.

21, 1661 ten zuiden: No. 17, 18 en 19, 1597 ten westen: de Cruyswech, 1611: de

driehilse wech, 1661 ‘s heerenwech). Heergewaad 1696: 10 gulden.

17-2-1593: Gedion Willemsz bij dode van Willem Willemsz., burgemeester van Brielle.

15-7-1597: Adriaen Jansz. na overdracht door Gedion Willemsz. te Goederede.

31-1-1606: Gijsbert Arien bij dode van zijn vader.

4-11-1609: Jan Heyndricksz. Backer te Brielle, hulde door Willem van Campen, secretaris

van Heenvliet, na overdracht door Ghijsbrecht Arensz.

16-2-1611: Jan Heyndricxz. met ledige hand.

28-4-1621: Jan Heyndrick Mens met ledige hand, hulde door zijn zoon Aren Jans Mens.

6-11-1628: Ary Jansz. Mens bij dode van zijn vader Jan Heyndrixz.

19-4-1636: Jan Arensz. Mens onmondig, voogd Gilles de Geerbode, schepen van Brielle, bij

dode van zijn vader Arien Jansz. Mens.

16-3-1661: doctor Johan Mens met ledige hand, hulde door zijn gemachtigde Johan Meyts te

Brielle.

25-8-1696: Agata Walvis, hulde door Pauwels van Braeckel te Brielle, namens haar man

Abraham van Coopere, bij dode van haar eerste man Adriaen Ments, zoon en erfgenaam van

Johan Ments.

19-7-1709: Leendert van Wijngerden, nadat het leen door Abraham van Coperen is verlaten.

35. 5 gemet 38 roeden land in de Sonnewaerschen houck no. 10 en 12, belend ten

westen: ‘s Heerenweght, een noorden: ‘s lantswaeteringe. Heergewaad een rode

sperwer of 3 gulden 10 stuivers.

16

15-5-1687: Anthony Sijdervelt te Geervliet bij dode van Mr. Cornelis Sijdervelt, secretaris

van de stad Geervliet.

36. 5 gemet min 50 roeden land in Heenvliet nl. 1 gemet ten zuiden van de Wellewegh

en ten westen van de Groenewech (1610: 1 gemet 37 roeden land in de 4 houcken

binnen no. 14, belend ten noorden: de Wellewech, ten oosten: Hoych Jansz. Bloucx

memoryland no. 13, ten zuiden: de hoffwatering, ten westen: de Groune wech, 1629:

de grintwech, 1686: de dwerswech.)

4 lijnen (1675: 1 gemet 100 roeden) weiland aan de Rieschenweg (1610: in de 4

houcken buyten over de hofwatering no. 29, belendd ten oosten: de Rinsenweg, ten

zuiden: Jacob Jacobs no. 30, ten westen no. 23 en deel no. 24, ten noorden: de kerk

van Heenvliet en ‘t Helichcruys vicarie no. 29).

2½ gemet bij Blijdesteyn (1610: 2 gemet 150 roeden in Gouwershouck no. 4, belend

ten westen: ‘Blijsteen’ no. 8 en gedeeltelijk de meeldijk, ten noorden: de weg onder

Luchtenburch en het boomgaardje van Mr. Ollart Jansz. Erckenboudt, 1629: ‘s

Heerenwech en de etfgenamen van Olert Jans Arkenbout, ten oosten: de ontfanger

Coolwijk no. 3 en Cornelis Jansz. met memoryland no. 2, ten zuiden: Huych Jansz.

Blouck met memoryland no. 5).

20-9-1499: Jacob Heerman Ghijsbrechtsz., zoals zijn ouders het hielden.

12-9-1551: Boudewijn Heerman Ghijsbrechtsz., zoals hij en zijn ouders het hielden.

18-5-1563: Mr. Willem Pouwels, gehuwd met Jaquemijne Heermans, na overdracht door zijn

schoonmoeder jonkvrouwe Margriete Oems.

5-7-1591: Jacob van der Meer, baliuw van Heenvliet en Dirck Crijnsz. ieder voor de helft, na

overdracht door Mr. Willem Pouwels, secretaris van Dordrecht.

8-1-1592: Dirck Crijnsz. doet hulde voor zijn deel.

11-1-1602: Jacob van der Meer na overdracht door Dirck Crijnsz. de helft van het leen.

..-12-1610: Jacob van der Meer met ledige hand.

9-4-1620: Aren Jacobsz. van der Meer bij dode van zijn vader Jacob van der Meer.

5-2-1629: de drie onmondige weeskinderen, oom en voogd Jacobus van Brouckhorst, bij dode

van hun vader Adriaen Jacobsz. van der Meer.

Het leen 36 nu gesplitst in 36A, 36B en 36C.

36A. 1 gemet 37 roeden land in de Vierhoucken binnen no. 14, belend ten noorden: de

Wellewech, ten oosten: no. 13, ten zuiden: de hofwatering, ten westen: de

grintwech. Heergewaad 1686: een rode sperwer of 3 gulden 10 stuivers.

20-8-1654: Gerrit Jansz. Brouwer, schout van Swartewael, na overdracht door Pieter Bordels,

man van Machtelt Arens van der Meer.

4-1-1661: Gerrit Jansz. Brouwer met ledige hand.

19-2-1665: Gerrit Jansz. Brouwers weduwe, hulde door Jan Jansz. Preuyt, bij dode van Gerrit

Jansz. Brouwer.

11-10-1667: de heer van Heenvliet, gemachtigde Leendert van Schaege te Amsterdam, na

overdracht door Jan Cornelisz. Kapper als man van Jannetje Cornelis, eerder weduwe van

Gerrit Jansz. Brouwer.

23-9-1675: Leendert Heyndericx den Baes te Swartewael, na overdracht door Pieter Janse

Brouwer, schout van Swartewael, gemachtigde van Leonardt van Schage te Amsterdam.

3-1-1686: Magdaleentje Bastiaense, weduwe van Leendert Heyndericxe den Baes, hulde door

haar tweede man Ary Boute.

17

1-6-1697: Nicolaes Hoogwerff, schout van Vierpolders, na overdracht door Ary Boute,

gehuwd met Magdaleene Bastiaanse.

7-2-1708: Jan Claase Hoogerwerff, voogd Cornelis Janse Preuit, secretaris van Swartewael,

bij dode van zijn vader Claas Gerritse Hoogerwerff, schout van Swartewael en Vierpolders.

36B. 4 lijnen land in de Vier houcken buyten over de Hoffwatering no. 29, belend ten

oosten: de Rinschenwech, ten zuiden no. 30 (1661: Adriaen van der Goes, 1675: de

weduwe van Adriaen van der Goes), ten westen: no. 23 en ten dele no. 24 (1661:

Pieter Crijnsz.), ten noorden: de kerk van Heenvliet en het Heylich Kruis vicarye

no. 29 (1661: Claes Smit, 1675: de weduwe van Tonis Janse Smidt). Heergewaad

1696: een rode sperwer.

20-8-1654: Iman van der Velde, na overdracht door Pieter Bordel, man van Machteld Arens

van der Meer.

8-3-1661: Iman van der Velde met ledige hand.

18-7-1674: Willem Vinck na overdracht door Iman van der Velde.

24-10-1675: Willem van Rije bij dode van zijn schoonvader Willem Pieterse Vincke.

15-12-1696: Jan Cornelis van der Bye, minderjarig, vader Cornelis Gerrits van der Bye, na

overdracht door Willem Van Rije te Strijen.

36C. 2 gemet 150 roeden land in Gouwershouck no. 4, belend ten westen no. 8 en ge-

deeltelijk de meeldijk, ten noorden: ‘s Heerenwech en de erfgenamen van Olert

Jansz. Arkenbout, ten oosten: no. 3 en 2, ten zuiden: no. 5. Heergewaad 1661 een

rode sperwer of 5 schellingen hollands.

7-9-1654: Ewout van Couwenhoven na overdracht door Pieter Bordels, man van Machtelt

Arens van der Meer.

30-12-1661: Ewout van Couwenhoven met ledige hand.

11-9-1669: Maria van Couwenhoven, voogd Mr. Allert van Couwenhoven, bij dode van haar

vader. Dit land is haar volgens testament van haar vader en haar moeder Cornelia Erckenbout,

bij loting uit de erfenis toegewezen.

18-5-1684: Willem Keysser, oud-burgemeester van Brielle, na overdracht door Johan Keysser

te Brielle als Gemachtigde van Gilles Rees te Dordrecht, gehuwd met Maria van

Couwenhoven.

1-6-1690: Willem Keyser, hulde door Leendert de Voocht van Camnen, secretaris van

Heenvliet als gemachtigde van zijn moeder Eva van Couwenhoven, bij dode van zijn vader

Willem Keyser.

27-10-1701: Jacob Frederik baron van Schaagen, heer van Heenvliet, na overdracht door Joris

van Eekeren, notaris te Brielle als gemachtigde van Eva van Kouwenhoven, voor haar zoon

Willem Keyser.

37. 5 gemet land (1611: 4 gemet 122 roeden land in de 4 houcken binnen no. 5, genaamd

‘de rietweye’, ‘de laege weye’, 1660: de Putteweye) in Heenvliet, belend ten oosten:

het bosch (1611: no. 4), ten zuiden: de landswatering (1611: de Hooffwatering. 1660:

de hofwatering), ten westen: de Heilige Geest (1611: no. 6), ten noorden: de

Welleweg.

1 gemet land in Heenvliet bij Leeuwensteyn (1611: in de Sonnewaershouck no. 24, in

een stuk van 3 gemet 192 roeden) belend ten zuiden: de Vliegherdijck (1611: de

Haevdijck), ten westen: Leendert Jansz. leen (1611: no. 25 en 26), ten oosten en

noorden: Leeuwensteyn (1611 ten oosten: no. 21 en 23, ten noorden: no. 14).

18

17-10-1592: jonkheer Pouwels van der Laen, onmondig, hulde door Niclaes Janse van Vliet,

gemachtigde van zijn moeder Emmerentia Dascha, bij dode van zijn vader Dirck van der

Laen.

20-2-1611: Pouwels van der Laen doet zelf hulde.

4-3-1660: Pouwels van der Laen met ledige hand.

20-10-1664: Maria van der Laen, hulde door haar gemachtigde Heynderick van der Eem,

advocaat van het Hof van Holland, bij dode van haar vader Pauwels van der Laen.

31-1-1670: Pieter Symonsse van der Houff na overdracht door Maria van der Laen.

25-10-1683: jonkheer Pieter Francois van de Werve, bij dode van zijn nicht Maria Tresa van

der Laen.

5-3-1705: Jacob Frederik baron van Schaagen, heer van Heenvliet koopt het land van Jan van

der Hoed, executeur testamentair van de boedel van Pieter Simonsz. van der Hoeff.

38. 14 lijnen land (1606: 6 gemet 108 roeden land) in het Moertgen aan de Lagewech no.

18 (1698: Moertie no. 18, met de Nieuwenhoorn bedijkt), belend ten zuidwesten: de

Lammerlantsche weg (1611: de hooghen weg, 1698: jen zuiden: ‘s heerenweght), ten

oosten: Jacob Arensz. Boertgen (1611: ten zuidoosten: no. 19 en ten dele no. 20), ten

noordwesten: de laegewech (1611: ten noordoosten: No. 17, 1698, ten westen: de

Laegeweght). Heergewaad 1611: een rode sperwer of 15 schellingen hollands.

10-11-1593: Ye Bastiaensz. bij dode van zijn vader Bastiaen Claesz. Moel.

13-5-1606: Abraham Jansz. Commersteyn, rentmeester van de geestelijke goederen in Voorne

en Putten, na overdracht door de curatoren van de boedel van Ye Bastiaensz.

16-2-1611: Abraham Jansz. Commersteyn met ledige hand.

30-7-1632: Jacob Commersteyn (stond eerst Abraham, maar dat is doorgehaald).

28-4-1662: dominee Nicolaes Massis te Brielle bij dode van zijn schoonvader (N.B. dominee

Nicolaes Massis is op 13-10-1654 gehuwd met Susanna, dochter van Mr. Isaac Commersteyn,

zoon van Abraham Commersteyn en Maritgen Andriesdr. Zie ‘De Brielsche Vroedschap’

door H. de Jager, blz. 59-67).

25-3-1698: Daniel Massis, hulde door Pieter Hoogwerff gemachtigde, bij dode van zijn vader

Nicolaes Massis. (N.B. Dit leen had moeten komen aan Isack Massis, zoon van Nicolaes,

maar deze is sinds vele iaren in Indië. Daniel is nu de naaste bloedverwant. Akte d.d. 15-3-

1698, verleden voor notaris Elias Maerelant in Den Haag).

39. Huis en hofstad ‘Blijdesteyn’ met de leenmannen, lanen en verder toebehoren, het

overhof, nederhof, boomgaarden, singels en grachten, ambacht en heerlijkheid,

groot 3 gemet. Van de zuidzijde van de middeldyk noordwaarts tot de Ee, die door

de Bornisse stroomt en van de watering achter Jacob Heinrix soens de wever west-

waarts tot de heul in, Comanwaert met het ‘weerdekyn’ genaamd ‘Clarenlant’ tot

aan de dijksloot. Alle goederen en heerlijkheden, leen en eigen in Heenvliet, gronden

zowel als opstanden, hoge en lage ambacht, tienden, jaarschoten, water- en wind-

molens, vogelvangst, visserij, zwaandrift en veren. (1584: 3 gemet 2 lijnen land met

de visserij in de grachten en sloten, 1592: de hofstad ‘Blijdesteyn’ met 3 gemet 2

lijnen en 5 roeden land. 1661: Gouwershouck no. 8, 1701: de gewezen hofstade

‘Bleijesteyn’, belend ten westen: 1612: heer van Cruiningen met de puttewye, 1641:

Hendrick Lucasz. no. 4, jonkheer van der Planits no. 5, de Heilige Geest no. 6, 1661:

Henrycus Grijps no. 9, 1669: Heynderick Grijps erfgenamen no. 9, ten noorden:

1612: de meeldijck; ten oosten 1612: de erfgenamen van Geertje Claes, 1641:

Abram Graswinckel no. 9; ten zuiden en oosten 1661: Pieter Huygensz. en Gerrit

Jansz. Brouwer no. 5, armen van Heenvliet no. 6, 1669: Ary Pietersz. en Jan

Cornelisz. Coper en de armen van Heenvliet no. 6, 1684: no. 5 en 6.) (1641: met 1

19

gemet 289 roeden, met het voorgaande land gemeen liggende. 1684: met 2 gemet 115

roeden gouwershouck no. 4.) Heergewaad 1684: 15 lb. van 40 groten.

20-1-1418: Zweder van Heenvliet draagt het leen over aan zijn neef en leenheer Johan, heer

van Heenvliet en van der Capelle, tegen een lijfrente van 50 lb. hollands per jaar en 40

engelse nobelen contant. (N.B. In dit bedrag is tevens begrepen de verkoop van ongeveer 5

gemet land, gemeen met de hofstad Blidesteyn en 4 gemet die hij van Pieter Gherytssoen

kocht. Dit zijn eigen goederen).

12-6-1584: Jaecquemijne van Dorp, hulde door Antonis Gijsbrechtsz. van IJsselsteyn,

volgens procuratie d.d. 28-4-1584, bij dode van haar vader jonkheer Joost van Dorp.

27-11-1592: Cornelis van Coolwijck, na overdracht door jonkvrouwe Jaecquelijne van Dorp,

gehuwd met Heyndrick Hage (N.B. 17-2-1593: proces tussen de heer van Cruiningen als

naaster van dit leen contra Cornelis van Coolwijck als koper voor het Hof van Holland. De

heer van Cruiningen in het ongelijk gesteld).

16-8-1612: Heyndric Adriaensz. van der A voor hemzelfe en namens de erfgenamen, bij dode

van Geertje Claesdr. van der A, weduwe van Cornelis van Coolwijck.

5-6-1638: Isaac van der Meer te Rotterdam, gehuwd met Jannetgen Jansdr. van der Aa, Mr.

Pouls Mot te Rotterdam, gehuwd met Margriete van der Aa, voogd van de weeskinderen van

Jakob van der Ae, tevens namens Henric van Oolen, baljuw van Nueyervaert, gehuwd met

Elisabeht van der Aa, Jan Jobs van der Have, gehuwd met Weyntge van der Aa, Arie Fransz.

Pieck, voogd weeskinderen van Claes Arentsz. van der Aa, bij dode van hun vader respectie-

velijk grootvader Adriaen Claesz. van der Aa, overleden, weduwe van Cornelis van Cool-

wijck. Hulde door Mr. Pouls.

17-7-1641: Willem van Kouwenhoven burgemeester van Rotterdam, na overdracht door de

erfgenamen van Geertruyt van der Aa, weduwe van Cornelis van Coolwijck.

30-12-1661: Eeuwout van Couwenhoven, bij dode van zijn vader Willem van Couwenhoven.

11-9-1669: Maria van Couwenhoven, voogd Allert van Couwenhoven, secretaris van

Rotterdam, bij dode van haar vader Eeuwout van Couwenhoven. Het land is haar toegewezen

bij loting, volgens bepalingen in het testament, door haar vader en haar moeder Cornelia

Erckenbout opgemaakt. Haar eerste voogd was Nicolaes Erckenbout.

14-5-1684: Willem Keyser, oud raad en vroedschap van Brielle, na overdracht door Johan

Keysser te Brielle, als gemachtigde van Gilles van Rees te Dordrecht, gehuwd met Maria van

Couwenhoven.

1-6-1690: Willem Keysser, onmondig, hulde door Leendert de Voocht van Campen, secre-

taris van Heenvliet, gemachtigde van zijn moeder, bij dode van zijn vader Willem Keysser.

27-10-1701: Jacob Frederik van Schaagen, heer van Hernvliet, na overdracht door Joris van

Eekeren, gemachtigde van Eva van Kouwenhoven, moeder van Willem Keyzer.

25-4-1703: Jacomine Clotterbooke te Utrecht naast dit leen als bloedverwante van Willem

Keyzer.

40. 1 gemet 140 roeden land Hoeystal no. 18, buiten de Oudendijck op de grond met de

Nieuwenhoorn bedijkt. Belend ten oosten: de Rijswaerschendijk; ten westen: no. 19,

ten zuidoosten: no. 17, ten zuiden: no. 20.

3 gemet 98 roeden land Hoeystal no. 23, in een stuk van 4 gemet 117 roeden. Belend

ten oosten: no. 22, ten westen: no. 24, ten zuiden en zuidoosten: de tussen en de

grondweg.

1 gemet 149 roeden land Hoeystal no. 24. Belend ten zuidwesten: no. 23. Belast met

½ zak tarwe voor de Heilige Geest armen. 2 gemet 71 roeden land Hoeystal no. 29.

Belend ten oosten: no. 30, ten westen: ‘s Heerenweght.

20

29-8-1695: Jan Jansse Quak, schepen van Nieuwenhoorn, wonende te Vierpolders. Deze

landen lagen onbeheerd en zonder eigenaar.

31-10-1704: Leendert Jansz. Kwak als naaster van deze landen, uit handen van Jan Sigman en

Claas Gerritsz. Hoogwerf, curatoren in de insolventen boedel van Jan Jansz. Kwak. (Hij naast

tevens de woning in Vierpolders).

41. 2 gerechte helften van 10 gemet 25 roeden land in Heenvliet nl.: (1423: 3½ gemet 25

roeden land in Heenvliet, belend ten zuiden: heer Jan van Heenvliet en Dankaert

schoemaker, ten westen: de 4 gemet genaamd die Loete, ten noorden: de grote rite,

ten oosten: Jacob Coenense land genaamd die Vorke. 4 gemet land in Heenvliet,

belend ten oosten en zuiden: Mr. Gerrit van der Hoeve, ten westen: Catrijn Willem

Claesz. weduwe en Wisse Jansz., ten noorden: de groene wech. 2½ gemet land in

Heenvliet, belend ten oosten en zuiden: Aechte Dirck Gerritsdr., ten westen: Claes

Olaertsz., ten noorden: de middeldijk waar de grote hoffstede ligt.).

3 gemet land in de Vloete, belend ten oosten: Dirck Fransz. leen, ten zuiden: de

Heilige Geest, ten noorden: de nieuwe wateringhe. 2½ gemet land, belend ten

westen: Huyck Jansz. te Oostvoorn, ten oosten: heer Claes Pietersz. 3½ gemet land

belend ten noordwesten: Mr. Cornelis Florisz., ten zuidoosten: de kinderen van

Adriaen van Meerdervoort.

5-12-1583: Yda van Bronckhorst bij dode van haar vader Laurens van Bronchorst.

42. een dijk in Heenvliet, belend ten westen: de dijk (1683: leendijk) van Claes Jansz.

Leuyendijck, ten oosten: de scheiding van de werf waar de heining op staat van het

huis van Pieter Tonisse (1683: Gerrit Cornelisz. Huysman), ten zuiden: de landen

van Ginschodt (1683: landen van de heer van Kinschot ten zuiden van de

Sonnewaerschenweg), ten noorden: de Sonnewaerschen houck. Heergewaad 1704:

10 lb. hollands.

21-12-1661: Pieter Tonisse van Vliet te Heenvliet.

25-6-1666: Cornelis Symonsz. Verhouf te Heenvliet na overdracht door Pieter Thonisse van

Vliet te Abbenbrouck.

6-8-1683: Symon van der Houff, onmondig, hulde door Gerrit Cornelisse Huysman, gehuwd

met zijn moeder Geertje Dircx, eerder weduwe van Cornelis Symonsse van der Houff.

20-2-1704: Abraham Arendz. van der Klok na overdracht door Gerrit Huysman.

43. Een leendijk te Heenvliet.

..-.-1728: Aren Arense Kloek uit vrij eigen. (N.B. Aren Arense Kloek heeft deze dijk d.d. 1-

12-1725 gekregen van schout en schepenen van Heenvliet, doordat ze bij voorgaande executie

tot lasten van de polder van Heenvliet was blijven liggen).

44. De Westdijk van de Bornissehouck. Belend ten noordoosten: de woning en het erf

van Jan Claesse Leuyendijck, (1678: de heer Bockxel), ten westen: de Holle Maere,

ten oosten: de Bornissenhouck ‘ten laesten het scheyt van de E wecht.’ Heergewaad

1661: 12 lb.

13-4-1661: Daniel van Riele na overdracht door het weeshuis te Brielle.

2-9-1678: Johanna van Riele, hulde haar man George Boxel, bij dode van haar vader Daniel

van Riele.

21

2-1-1680: Johanna van Riele, hulde door haar gemachtigde Aernout van Westrick, schout en

secretaris van Spijckenis, bij dode van haar man George Boxel.

8-5-1696: Maria Arents, weduwe van Pieter Jansse Leuyendijck, na overdracht door Jochum

Assverius Roosendael als gemachtigde van ridder Charles Graham en zijn vrouw Johanna van

Riellen. Hulde door Cornelis Pietersse Leuyendijck.

22-6-1709: Pieter Janse Boll na overdracht door Cornelis Pieters Leuyendijk, gemachtigde

van Maria Willems, weduwe van Pieter Janse Leuyendijk. (N.B. In het leenregister staat hier

inderdaad Maria Willems, maar in de inhoud van het register staat Maertje Ariens).

45. De dijk vanaf Pieter Gijsbrechts hofstede, waarop vroeger Krijn den Holler

woonde, tot de dam van Abbenbrouck, tussen de beide wateringen, plus de hoven

onder Simon Crox hofstede (1598: de dijk beginnende bij het huis, ten westen aan

de teen van de Conijndijck met de berm aan beide zijden, ten noorden tot aan de

wateringe met de hoven van Simon Crox hofstede tot aan de dam naar

Abbenbroeck, waar nu de heining van Anthonis Jansz. leen staat). (1611: de dijk

belend ten westen: de landstede van Schriver, ten oosten tot aan de leendijk van

Anthonis Jansz. za. bij het waeltgen of dam van Abbenbroeck, met een heining

gescheiden. De 2 hooffkens belend ten zuiden en westen: de leendijk van Schriver,

ten noorden en oosten: no. 25.) (1629: tot aan de dam die plach te strekken naar

Abbenbrouck. 1660: daar in begrepen de hoven van Symon Dircxse hofstede.)

1 gemet land in Heenvliet (1611: Suygerhil no. 57 gemeen in een stuk van 540

roeden) belend ten zuiden: de Rijswaertsche dijk (1611: de haeydijck en een dijk

met 2 hooffkens in de Sonnewaersen houck no. 27 en 28), ten noorden: de vicarie

van heer Jacob Stuver (1611: ‘s landswatering), ten westen: de erfgenamen van Mr.

Cornelis Simonsz. (1611: no. 56), ten oosten: Jan Jansz. te Oostvoorne met Krijn

Jacobs, (1611: no. 58). Heergewaad 1688 10 gulden.

..-.-1...: Heyndrick Hermansz. genoemd in 1589 (Heerlijkheidsarchief Heenvliet no. 44).

8-1-1592: Jan Jacobsz. alias Jan de Winter na overdracht door Heyndrick Hermansz.

28-5-1595: Claes Jacobsz. uit de Coorndijck na overdracht door Jan Jacobsz. de Winter.

14-1-1598: Willem Thonisz. Schrijver na overdracht door Claes Jacobsz. Coorndijcker.

16-2-1611: Willem Thonis Schriver na overdracht door Jan Jacobsz. Winter.

23-4-1616: Aechte Pyersdr., voogd Arien Claesz. Muel, bij dode van haar man Willem

Thonisz. Schriver.

20-1-1621: Annetgen Claesdr., man Aren Claesz. Muel, bij dode van Aechtgen Piersdr.

6-5-1629: Arie Claesz. Meul als man van Annetge Claesdr.

..-6-1639: Claes Arentsz. Meul bij dode van zijn vader.

11-12-1660: Claes Jansse Leuendijck na overdracht door Claes Arents Meul. (N.B. In de lijst

met de inhoudsopgave van het register staat: Claes Jansse Leuyendijck heeft te leen de dijk,

waar zijn woning op staat).

9-3-1688: Dirck Fransse Speelpenninck na overdracht door Claes Jansse Leuyendijc.

28-10-1699: Frans Speelpenningh, voogd en voogdes Abraham Langstraat en Neeltje Claes,

bij dode van zijn vader Dirck Fransz. Speelpenningh.

46. De dijk van Cornelis Cornelisz hofstede in Comanwaert met 8 roeden land van de

Oudelantschen dijk plus 1 gemet volgerland van het Oude land van Heenvliet.

(1587: 5 lijnen land, liggende aan de meeldijk).

..-.-1...: Coman Aerts.

..-.-1...: Huybrecht Aersz.

..-.-1...: Servaes Huybrechts bij dode van Huijbrecht Aersz.

22

..-.-1...: Aert Lambrechts van Nesse.

..-.-1...: 5-3-1580: Proces, waarbij Aert Pietersz. als man van Heyndricgen Hubrechts stelt, dat

Aert Lambrechts dit leen ten onrechte bezit. Aert Lambrechts verklaart een zoon te zijn van

Marriken Aerts, dochter van Coman Aerts.

..-.-1...: Op 21-1-1582 verklaren leenmannen van Heenvliet Jan Cornelisz. Joncker vervallen

van zijn leen.

..-.-1...: Op 14-7-1584 verklaren leenmannen van Heenvliet opnieuw dat Jan Cornelisz.

Joncker vervallen is van zijn leen, daar hij niet verschenen is om de heer van Cruiningen ‘te

helpen administreren’.

..-.-1...: Vergadering van leenmannen van Heenvliet d.d. 30-1-1587. Aert Pietersz. heeft d.d.

15-5-1586 een klacht ingediend tegen Jan Joncker, dat deze hem een leen van 1 gemet land

heeft onthouden. Jan Joncker stelt, dat Aert Pieters het bewijs zal moeten leveren dat Servaes

Huybrechts is overleden. Leenmannen ontzeggen, na vele getuigen te hebben gehoord, aan

Aert Pieters zijn eis.

Jan Cornelis Joncker heeft echter Maerten Cornelisz Cuper, die niet voor hem wilde getuigen,

aangesproken om hem daarna ‘seer te slaen op ‘s heerenwech’. Op 4-2-1587 toont Aert

Pieters een leenbrief, waarin staat, dat Servaes Huybrechts is overleden, maar leenmannen

verklaren dat deze nog in leven en in het buitenand is. Hierna confisceren ze het leen ten

behoeve van de heer van Cruiningen. Aert Pieters stelt dat volgens de uitspraak van het Hof

van Holland het leen niet is geconfisceerd. Tevens staat Jan Cornelisz. Joncker nu terecht

wegens zijn twist met Maerten Cornelis Cuper, die hij ‘geslagen en gesmeten heeft datter

bloet in naegevolcht’. Op 5-2-1587 doet Jan Cornelisz. Joncker afstand van het leen, ten

behoeve van de heer van Cruiningen en betaalt tevens 300 gulden boete plus een schade-

vergoeding aan Maerten Cornelisz. Cuper. (N.B. Alle gegevens betreffende dit leen bevinden

zich in het leenmannenvonnissenboek Heerlijkheids archief Heenvliet no. 130).

47. De tienden genoemd het halve schoutambacht. (1678: de tienden van het Oude of

het halve schoutambacht in Gouwershouck).

10-2-1600: Durffje Gerrits gehuwd met Allert Leendersz. en Jacob Ariensz. ‘t Boertie na

overdracht door Ollart Jansz. Hulde door Jan Jansz. van Huyquesloot.

5-2-1614: Leendert Dierix Heertie te Swartewael na overdracht door Jan Ariensz.

Mosterdijck, gehuwd met Durffie Gerrits en Jacob Ariensz. Boertie.

6-5-1629: Huych Jacobsz. zoon van Jacob Huygensz. en Jannetge Cornelisdr., oom Jan

Gerritsz. Brouwer te Swartewale, bij dode van Grietgen Crijns, weduwe van Lenaert Dircx

Heertgen.

4-5-1660: Huych Jacobs doet zelf hulde.

11-11-1660: Huych Jacobs met ledige hand.

12-4-1666: Daniel van Riele, secretaris van Brielle, na overdracht door de erfgenamen van

Huygh Jacobs Cuyper te Brielle.

2-9-1678: Johanna van Rielle, enige dochter, gehuwd met George Boxel bij dode van haar

vader Daniel van Riele. (N.B. Op die datum is George Boxel ten onrechte zelf beleend).

2-1-1680: Johanne van Riele, hulde door haar gemachtigde Aernout Westrick, schout en

secretaris van Spijkenis, bij dode van haar man George Boxel.

3-7-1696: Jacob Frederick van Schage, heer van Heenvliet, na overdracht door Johannis

Ashverius Roosendael, gemachtigde van ridder Carles Graham en zijn vrouw Johanna van

Rielle.

48. De lage rechtspraak met in begrip van het dijksraafschap van Rijswaard, tussen de

Hofmare en de Vliegher, zover als de Vliet gaat tussen Abbenwerve en Risenwaert.

23

3-12-1307: Huge Hugenz. (vidimus charters Voorne).

49. …(land), gelegen tussen Marijgen Huyge, weduwe van Jan Gerytsz. en Claes Jan

Arkeboutsz., met het riet dat binnen de Ee en langs de oevers groeit.

12-5-1429: Cornelis Foppenz. na overdracht door Pieter Jansz.

De volgende lenen liggen buiten Heenvliet.

50. 4 gemet 179¼ roeden land Langenhouck no. 21 (1 gemet 206½ roede) en no. 22 (2

gemet 273 roeden) te Nieuw Hellevoet, Heergewaad 10 goudguldens.

6-6-1687: Tonis Cornelisse Gorsseman, secretaris van Nieuw Hellevoet uit vrij eigen.

26-6-1693: Cornelis Gorsseman, minderjarig, oom Claes Cornelisse Westenrijck, bij dode

van zijn vader Tonis Cornelisse Gorsseman.

22-7-1702: Leendert Arendsz. Leuyendijk, oud ca. 9 jaar, vader Ary Joosten Leuyendijk, na

overdracht door Cornelis Gorzeman.

51. 5 gemet land in Nieuw Helvoet.

20-3-1606: Willem Ghans, rentmeester en raad van Voorne, bij dode van zijn vader Charel

Ghans, burgemeester van Brielle.

52. 20 gemet land in Nieuwe Hellevoet (1596: in de Meentenhoeck), bedijkt door heer

Jan van Heenvliet, ridder (1664: no. 11, 12 en 13). Belend ten oosten: Jacob Lemz.

(1596: Maerten Jacobs en Cornelis Piersz. Ouwetge, 1621: Cornelis Aertsz., 1639:

de erfgenamen van Cornelis Aertsz.), ten zuiden: Jacob Harremansz. (1596:

Cornelis Piersz. Patman, de weduwe van Jan de Langue, de kerk van

Nieuwenhoorn, de Heilige Geest van Nieuhellevoete, het gasthuys van Den Briel,

Adriaen Lenerts Gorsman met de kinderen van Niclaes van Bronckhorst, 1621:

Cornelis Briel, 1664: de erfgenamen van Cornelis Briel), ten westen: Witte Joostenz.

(1596: Pieter Cornelisz. Cleyburch, schout van Brielle, de weduwe van Jan de

Langue, 1621: Pieter Pouwelsz.), ten noorden: de heerweg (1596: de Groenenwech,

1621: Heerwech).

8 lijnen land in Nieuw Hellevoet genoemd Ramshil (1596: in de Ghaerhoeck), belend

ten zuidwesten: Jacob Harremansz. (1596: ‘s landswatering), ten noorden: de

heerweg (1596: Jacob Ouwetge, 1621: de erfgenamen van Jacob Ouwetge), ten

oosten: de heerweg, ten zuiden (1596: het huis van Arien Arentsz. het

halffmenschen, 1621: het huis daar Arentsz. het halffmenschen steeds in heeft

gewoond, 1639: ‘s Landswatering.) Heergewaad een rode sperwer of 5 schellingen

hollands.

24-8-1576: jonkheer Samuel van Alberingen bij dode van zijn broer jonkheer Josue van

Alberingen, heer van Hoffwegen.

29-6-1596: Adriaen Lenertsz. Gorsman te Hellevoete, na overdracht door Willem Martini,

raad van ordinaris van het hof van Brabant, gehuwd met jonkvrouwe Margriete van

Calslaghen, tante van de weeskinderen van Samuel van Alberingen, Brienen de Feyter, schout

van Gorinchem, gehuwd met jonkvrouwe Marie van Alveringen, enige dochter van Samuel

van Alveringen, als voogden van de genoemde weeskinderen en jonkheer Seger van

Alveringen, oud 24 jaren, oudste zoon van jonker Samuel.

25-2-1621: Cornelis Arensz. Ghorsman bij dode van zijn vader Adriaen Lenerts Gorsman.

24

10-6-1639: Lenert Cornelis Gorsman bij dode van zijn vader Cornelis Arentsz. Gorsman.

25-5-1649: Aren Leendertsz. Gorsman, onmondig, oom Wytte Commersz., schout van

Hellevoet, bij dode van zijn vader Leendert Cornelis Gorsman.

2-7-1652: Aren Leenderts Gorsseman doet zelf hulde.

..-10-1659: Leendert Arentsz. Gorsseman, onmondig, Witte Pouwels gemachtigde van zijn

moeder Mertgen Leenderts Noordijck, bij dode van zijn vader Aren Leenderts Gorsseman.

2-4-1660: Cornelis Leendertsz. Gorsseman na overdracht door zijn neef Leendert Arentsz.

Gorsseman.

4-11-1660: Cornelis Leenders Gorseman te Hellevoete, bij dode van zijn neef Leender Arense

Gorseman.

24-9-1664: Johan van Almonde, oud-burgemeester van Brielle, na overdracht door Cornelis

Leenderts Gorsman.

53. 2 gemet land in Betgenshouck in Nieuwenhoorn, belend ten westen: de kinderen van

Hugo Roelandtsz., ten oosten: Dirck Jansz. Heergewaad 1676: een rode sperwer of 3

gulden 10 stuivers.

26-4-1578: Margarieta Versteyns, man Mr. Lambrecht Deeus, procureur van de grote Raad te

Mechelen. Hulde door Jan de Lange als gemachtigde en haar grootvader Michiel Cornelis, bij

dode van haar vader Mr. Servaes Verdsteyn. Haar moeder is Elysabeth Michielsdr.

25-3-1597: Margrieta Verdsteyn, hulde door haar man Mr. Pieter van der Stocke.

16-9-1603: Margrieta van der Steyn, hulde door Mr. Jan Lambrechts Deeus, te Rotterdam, bij

dode van haar man Mr. Pieter van der Stocke.

8-2-1631: Emerentiana van der Stock, man Mr. Dirck van Swieten, bij dode van haar moeder

Margrita Versteyn.

8-6-1667: Margrieta van Swieten, man Nicolaes de Bruyn, bij dode van haar moeder Emme-

rentie van der Stock.

27-7-1676: Jan Leenderts ‘t Gilde na overdracht door Joris van Eekeren, notaris te Brielle als

gemachtigde van Nicolas de Bruyn en Margreta van Swieten, dochter van Mr. Dirck van

Swieten en Emmerentia van der Stock.

22-10-1682: Neeltje Aryens Dijcxhoorn, weduwe van Leendert Jansz. ‘t Gilde, enige zoon

van Jan Leenderts ‘t Gilde, hulde door haar 2e man Jacubus van der Pot.

27-.-1688: Neeltje Arents Dijcxhoorn, hulde door haar broer Jan Arents Dijckxhoorn, bij

dode van haar man Jacobus van der Pot.

54. 4 gemet 4 roeden weiland in Nieuwenhoorn Laeykreecke no. 18. Heergewaad 1687:

een witte havik of 3 gulden 10 stuivers.

21-7-1684: Dirck van Egmont, raad en vroedschap van Brielle, uit vrij eigen. (N.B. Verkregen

na overdracht door Abraham Steyaart, ontvanger der verpondingen van Voorne, volgens vol-

macht d.d. 22-4-1678 door het Hof van Holland en procuratie van Curinus van Sontst, oom en

voogd van de onmondige weeskinderen van dominee Arnoldus Laremus en Daniel van

Wichelhuysse. De koopbrief is gedateerd 12-8-1682, verleden voor schout en schepenen van

Nieuwenhoorn).

9-9-1687: Martinus van Egmont, voogd Abraham Steyaart, bij dode van zijn vader Dirck van

Egmont te Brielle.

18-7-1708: Daniel Theunisse van der Vaart na overdracht door Barbara van Egmont, voor de

erfgenamen van Dirck van Egmont.

55. 3 gemet boomgaard, genoemd Luchteburch, gelegen onder het Cleyn veerstall van

den Briel.

25

27-2-1608: Emerentiana Arentsdr., hulde door haar gemachtigde Jacob Jansz. van Velsen,

oud-burgemeester van Brielle, bij dode van haar man jonkheer Boudewijn van Kerckwerve te

Delft. (N.B. Dit leen is nu verdolven in het stadsbolwerk, de grachten en contrescarp te

Brielle en de rest is belend ten noorden door de Nywelantse kerckwech).

56. 4 gemet 286 roeden land te Vierpolders in Veckhoek, Bettjeshil no. 54, 55, 56 en 57.

27-10-1701: Willem Keyzer, onmondig, uit vrij eigen, hulde door Joris van Eekeren, gemach-

tigde van zijn moeder Eva van Kouwenhoven, weduwe van Willem Keyzer. (N.B. 14-8-1671:

1 gemet 16 roeden land, deel van 2 gemet 32 roeden no. 54. Willem Keyser, schout van Vier-

polders, koopt dit land van schout en schepenen van Vierpolders, als voogden van Flooris

Aartsz Vishil, zoon van Aart Vishil en Ningetje Hendris en de drie weeskinderen van Sander

Stoffelz. Dekker en Ariaantje Bastiaans. Op 4-3-1680 koopt Willem Keyzer 3 gemet 270

roeden land no. 55, 56 en 57 van de weesmeesters van Brielle, als voogden van de wezen van

Dirk Kevelaar).

57. 6 gemet 270 roeden land in de Noorthouck no. 36 in Oudenhoorn. 3 gemet 110

roeden land in Heyninge no. 31 in Vierpolders.

17-7-1699: Cornelis Aernouts Laeij, schout van de Nieuwenhoorn, uit vrij eigen.

Het leen is gesplitst in 57A en 57B.

57A. 2 gemet 245 roeden land Noorthouck no. 36. Heergewaad een goede maaltijd.

27-7-1704: De Generale Dijkage van het Land van Voorne, na overdracht door Cornelis

Aarnoutsz. Laay. Hulde door Mr. Jakob Commersteyn. Het land mag worden uitgedolven ten

dienste van dijkreparatie. De oudste heemraad zal als leenman optreden.

57B. 4 gemet 25 roeden land Noorthouck no. 36 in Oudenhoorn en 3 gemet 110 roeden

land in Heyningen no. 31 in Vierpolders.

1-3-1710: Cornelia van Duyn, man Leendert Pijl, verkregen uit erfenis.

58. 1 gemet 60 roeden land (1648: gelegen in de Hellevoetse werffhouck) bij het dorp

Oudenhoorn. Belend ten noorden: 1686 ‘s heerenwegh en het heultje, ten westen: de

watering door de Heule, ten zuiden: schout Aren, ten oosten: Jan den backer.

Heergewaad een rode sperwer of 3 gulden 10 stuivers.

14-9-1605: Grytien Ariensdr, man Joost Jansz. Soetie te Swartewale, bij dode van haar vader

Ary Ewoutsz.

17-10-1617: Dominee Waloni, predikant te Oudenhoorn. Jacobus Aernoldi, na overdracht

door de erfgenamen van Joost Janse en Jan Dirixz van der Wael.

30-7-1632: Jacobus Arnoldi met ledige hand.

19-5-1648: Willem Arents van der Wielle.

11-12-1660: Jan Arensse Vuyst na overdracht door Willem Arens van der Wiele.

23-2-1667: Francoeys Sterlingx, schout van Oudenhoorn, na overdracht door de erfgenamen

van Jan Arentsz. Vuyst, overleden te Oudenhoorn in 1666.

3-10-1670: Johan Sterlincx, schout van Oudenhoorn, bij dode van zijn vader Francoeys

Sterlincx.

6-12-1686: Cornelis Aryensse Kluyver na overdracht bij executie van dit leen van Johan

Sterlingh, gewesen schout van Oudenhoorn.

26

59. 1 gemet 204 roeden land in de Kerckhouck no. 37 te Oudenhoorn.

11-8-1695: Cornelis van Schagen, stadhouder van Putte en schout en secretaris van

Oudenhoorn, uit vrij eigen. Heergewaad een koppel windhonden of 6 gulden. (N.B. Cornelis

van Schagen heeft dit land d.d. 21-4-1695 gekocht van de voogden van de erfgenamen van

Commer Bastiaensse van Putten te Oudenhoorn).

1-2-1710: Theodora Fonk te Breda, hulde haar gemachtigde Cornelis Arens Kluyver, bij dode

van haar man Cornelis van Schaagen.

60. 3 gemet 281 roeden land in Lodderlant in ‘t Heytgen no. 5 te Rockaengje.

Heergewaad een paard ter waarde van 50 gulden of 10 gulden.

14-2-1697: Jacques du Marcye, secretaris van Rockaengje, wonende te Brielle, uit vrij eigen.

(N.B. Jacque du Marcye heeft dit land d.d. 28-9-1696 gekocht van de erfgenamen van

Dyderick van Leyden van Leeuwen).

30-8-1724: Machteld van Steen, hulde door haar gemachtigde Jeren Faure, baljuw van

Standaerbuyten, in gezelschap van Pieter du Marcy, bij dode van haar man Jacques du Marcy.

8-9-1728: Pieter du Marcy, predikant te Arenlanderveen, hulde door zijn gemachtigde Reinier

Timmerman, bij dode van zijn schoonzusters Machtelt van Steen.

61. 4 gemet 246 roeden land Vogelesangh no. 24 te Rockanie. Heergewaad een goed

paard of 10 gulden.

17-7-1699: Leendert Jopz ‘t Gilde, schout van Rockanie, uit vrij eigen. (N.B. Leendert Jopze

‘t Gilde heeft dit land verkregen uit erfenis in 1692, bij dode van zijn broer Jan Jopze ‘t Gilde.

Hij was met zijn broer Cornelis Jopze ‘t Gilde enige erfgenaam).

62. ½ van 43 gemet 78 roeden land genaamd het Cruyninger Gors te Oostvoorne.

Heergewaad een getuigd goed paard, ter waarde van 50 gulden of 15 gulden.

26-7-1709: Cornelis Huyge Quack uit vrij eigen. (N.B. Cornelis Huyge Quack heeft dit land

samen met Dirk Pietersz. Man int Veld gekocht van Willem Cloterbroek als gemachtigde van

Mr. Pieter Burman te Utrecht, man van Eva Clotterbroke d.d. 27-11-1695).

63. ½ van 43 gemet 78 roeden land, genaamd het Cruyninger Gors te Oostvoorne.

Heergewaad een getuigd goed paard, ter waarde van 50 gulden of 15 gulden.

4-8-1701: Dirk Pietersz. Manintveld uit vrij eigen. (N.B. Dirk Pietersz. Manintveld heeft dit

land samen met Cornelis Huyge Quak gekocht van Willem Clotterbooke te Brielle, als ge-

machtigde van Mr. Pieter Burman te Utrecht, man van Eva Clotterboke d.d. 27-11-1695).

64. 3 gemet 250 roeden land Gouthoek no. 4 te Oostvoorne. Heergewaad een windhond

met halsband of 10 gulden.

4-8-1701: Job Jacobsz. Arkenbout uit vrij eigen. (N.B. Job Jacobsz. Arkenbout heeft dit land

d.d. 14-12-1695 gekocht uit de boedel van Adriaan Brasser te Brielle).

65. 9 gemet 38 roeden land Koepat no. 3 te Oostvoorne. Heergewaad een goede maaltijd

of 10 gulden.

17-7-1699: Panckerus van Oostende uit vrij eigen. (N.B. Panckerus van Oostende heeft dit

land gekocht van vrouwe Catharina Cromhout, weduwe van Jacob Poppe d.d. 17-1-1699).

27

12-12-1703: Margarite Valerius, hulde haar gemachtigde Francois Valerius, bij dode van haar

man Pancras Arendsz. van Oostende. Dit land dient als onderpand van een schuld van 1100

gulden, die Margarite heeft aan Pieter du Marchie, predikant te Aarlanderveen, d.d. 12-12-

1703.

66. 3 gemet 278 roeden land Connenweg no. 45 te Rugge. Heergewaad een goede

maaltijd of 10 gulden.

18-9-1709: Pieter Wouterse Verduyn, schout van Nieuwenhoorn, uit vrij eigen. (N.B. Grietje

Verduyn, gehuwd met Cornelis Huyge Quak, Maria Verduyn, Pieter Verduyn, Catharina

Verduyn, zijn de 4 kinderen van Wouter Verduyn en Lena Pieterse int Veld. De drie laatst-

genoemde kinderen zijn op 8-4-1697 minderjarig. Voogden zijn Ary Cornelisz. Verduyn en

Cornelis Pietersz. Man int Veld te Charlois. Als gemachtigde en mede voogd is door de

voogden benoemd Dirk Pieterse Man int Veld).

67. 2 gemet land in Rugge (1694: in ‘t Laegewout no. 37). Belend ten oosten: Vincent

Bouwens, ten zuiden: de Woutsenweg, ten noorden: Schoutendijck, ten westen: de

Heilige Geest te Brielle. gemeen met Claes Claesz. (volgens de handvesten van 7

april 1584). Heergewaad 1611: een rode sperwer of 15 schellingen hollands.

24-8-1604: Jan Dirxsz. van Aelst te Dordrecht als oom, bij dode van zijn neef Mathijs

Gerritsz. Rijsbergen.

19-2-1611: Jan Dircxz. van Aelst met ledige hand.

31-8-1617: Frans Cornelisz. van Aelst als neef, bij dode van Jan Dircz. van Aelst.

25-6-1628: Cornelis Fransz. van Aelst bij dode van zijn vader Frans Cornelis van Aelst.

15-6-1658: Cornelis Cornelisz. van Aelst te Swindrecht doet zelf hulde.

1-5-1662: Cornelis Cornelisz. van Aelst met ledige hand.

27-4-1677: Jop Gleynsse te Rugge na overdracht door Cornelis Cornelisse van Aelst.

23-2-1694: Cornelis Jopze ‘t Gilde na overdracht door Pieter Hoogwerff, schout- en Mauwe-

ritsius Mirel, secretaris van Rugge, curatoren in de boedel van Jop Gelynsse.

13-3-1725: Dirk Lievense van Bergen na overdracht door Magtelt Janse Wagevelt, weduwe

van Cornelis Jopse ‘t Gilde.

68. 1 gemet land te Abbenbrouck aan de groene wech en 2 gemet land op de grond van

Abbenbrouck.

28-7-1610: Mr. Dirck van Mellissandt te Rotterdam, bij dode van zijn vader Willem Jansz.

7-7-1622: Maergreta van Melissant, hulde door Mr. Jacob van der Burch, bij dode van haar

vader Mr. Dirck van Mellisant.

Leenmannen van de hofstad van Heenvliet in 1472-1474

In het register van de leenkamer Holland inventaris no. 281 komt op folio 212 en 212v een

lijst van leenmannen voor van de heer van Heenvliet, door deze opgegeven in 1472, waarbij

men er rekening mee moet houden dat het register gedurende bijna drie jaar gebruikt is, zodat

een datering 1472 tot en met 1474 voorzichtiger is:

Jacob Jacobsz. 2 gemet land in Heenvliet.

Meester Phillips van Almonde 30 sc per jaar uit de Hove van Heenvliet; de dijkwal in

Heenvliet; 1 gemet land aldaar.

Dirck Jacobsz. te Haerlem, als voogd van zijn vrouw, 4 gemet land in Heenvliet.

28

Marijken Willemsdochter, weduwe van Ylijn Jansz. 2 gemet land in Heenvliet.

Willem Heye Gerijtsz. 8 lijn land bij den Biel.

Willem Costensz. 2½ gemet land in Heenvliet.

Jan Gillisz. 2 gemet land in Heenvliet.

Jacob Piersz. 4 gemet land in Nye Hellevoet.

Cornelis Poppenz. 2 gemet land in ‘t Wout.

Pieter Haddenz. 2 gemet weiland in Heenvliet.

Danckert Aerntz. 1½ gemet land in Heenvliet.

Cornelis Voppenz. een stuk riet in het land van Heenvliet.

Jan Blocxz. 5 gemet land in Heenvliet; een tiendeke in Heenvliet; 1 gemet land aldaar.

Jan die Coster 1¼ gemet land in Heenvliet.

Gerijt Lock Willemsz. 1½ gemet land in Rijswaert.

Cornelis Quattelar 5 lijn land in het land van Voerne; 4 lijn land in Heenvliet.

Jacob Coppier circa 10 morgen land in het land van Voerne.

Heynric Albout 1½ gemet land in de Oudenhoorn; 6 gemet land in Abbenbroeck.

Cornelis Jansz. 6 gemet land in Heenvliet.

Florijs van Alcmade Hugenz. 9 rijnsgulden per jaar uit de goederen van Heenvliet.

Buekel Gerijtsz. 1½ morgen land.

Florijs van Alcmade 3 morgen land in Oegstgeest.