Projectopdracht Meters maken op Leren(d) werken...De projectleider rapporteert aan AgriFood Capital...

Projectopdracht

Meters maken op

Leren(d) werken

Projectopdracht Meters maken op Leren(d) Werken

Projectopdracht Meters maken op Leren(d) werken Datum: 29 aug 2017

Versie: 4

Titel : Meters maken op Leren(d) werken

Project :

Zaaknummer :

Datum : 29 augustus

Versie : 4

Status : Concept

Opdrachtgever : SBCM

Beoogd projectleider : Bart Eigeman

Opsteller(s) : Inge Willems (Regionaal Werkbedrijf) en Karin van

Meer (Agrifood Capital Werkt!) en Josje Lesterhuis

(SBCM)

SBCM Datum: 29 aug 2017

Versie: 4

pagina i

1 Inhoudsopgave

2 PROJECTPLAN ____________________________________________________________________ 1

2.1 De aanpak op hoofdlijnen ____________________________________________________ 1 2.2 Achtergrond van het project __________________________________________________ 2

3 PROJECTDOELSTELLINGEN ___________________________________________________________ 5

3.1 Projectdoelstelling(en) _______________________________________________________ 5 3.2 Projectresultaat ___________________________________________________________ 6 3.3 Uitgangspunten: randvoorwaarden en beleidskaders _________________________________ 7 3.4 Fasering, activiteiten en producten ______________________________________________ 8 3.5 Krachtenveld met valkuilen open overzien ________________________________________ 10

4 MIDDELEN _____________________________________________________________________ 12

4.1 Capaciteit _______________________________________________________________ 12 4.2 Kosten _________________________________________________________________ 13

5 PLANNING BESTUURLIJKE MOMENTEN _________________________________________________ 14

5.1 Fasering en doorlooptijd ____________________________________________________ 14

6 PROJECTORGANISATIE _____________________________________________________________ 15


Versie: 4

pagina 1

2 Projectplan

2.1 De aanpak op hoofdlijnen

Mensen arbeidsfit krijgen én houden vanuit de brede doelgroep van de Participatiewet (P-wet) is van groot belang om instroom en doorstroom naar werk te realiseren. Dat is wenselijk voor participatie van mensen en noodzakelijk om vacatures van goede werknemers te voorzien. De arbeidsmarkt vraagt om mensen die kunnen inspelen op veranderende omstandigheden. Dat is voor iedere werknemer al belangrijk, laat staan voor mensen die laaggeschoold zijn en/of die nu geen werk hebben. Dat vraagt dat werkgevers, werknemers, onderwijs en overheid samen het belang van leren en leren(d) werken erkennen en omzetten in acties. Dat moet het resultaat van deze pionierende projectaanpak zijn. SBCM pakt de verantwoordelijkheid om uitvoering van een vernieuwende aanpak te faciliteren via een subsidie. De arbeidsmarktregio Noordoost-Brabant wordt in staat gesteld opdrachtgever te zijn en de kansen die deze regio ziet, concreet van afspraken en resultaat te voorzien. Dit past namelijk in de regionale ambitie om werk te maken van een leven lang leren voor alle talenten in Noordoost-Brabant. Dit project draagt als deelproject bij aan de brede regionale ontwikkelopgave ‘leven lang leren’ van werkgevers, werknemersorganisaties, onderwijsinstellingen en overheden in Noordoost-Brabant1. Voor SBCM is verbinding met de arbeidsmarktregio belangrijk. Deze verbinding met de regio vormt een ‘voedingsbron’ om zicht krijgen op wat nodig is en dient speelveld voor concreet resultaat in veranderende verhoudingen tussen lokaal-regionale partners en landelijke partners. Ook levert het een actieterrein om kennis en producten van SBCM in te zetten om tot resultaten te komen. Vanuit de praktijk van de P-wet zijn vier vraagstukken benoemd. Om deze vraagstukken, in samenhang, succesvol aan te pakken, wil de regio komend half een aanjagende projectleider aanstellen. Zij doet daartoe een subsidieaanvraag bij SBCM. De regio wil de inzet van deze projectleider combineren met eigen inzet van mensen en middelen. Het resultaat is tweeledig: 1. de regio maakt een co-productie met de reguliere partners die én qua werkwijze én qua afspraken concrete stappen mogelijk maakt. 2. Het resultaat in de regio alsmede de leerpunten dienen voor SBCM als inspiratie en voorbeeld naar andere regio’s en kan wellicht ook landelijk impact krijgen. Meters maken! 1 Het voorzittersoverleg AgriFood Capital Werkt! bespreekt op 25 september 2017 de regionale ontwikkelopgave “Leven lang leren”.


Versie: 4

pagina 2

Dit projectplan dient tevens als subsidieaanvraag en beschrijft de context, de vier vraagstukken en de beoogde resultaten met bijbehorende organisatie en fasering. De aanpak is dynamisch en bestaat uit verschillende fasen die in een samenspel tussen praktijk en bestuur kunnen worden bijgesteld als het resultaat dat vraagt. De opdrachtgevende arbeidsmarktregio, AgriFood Capital Werkt!, beslist over deze bijstellingen. De projectleider rapporteert aan AgriFood Capital Werkt, bestuurlijk via wethouder Dhr. K. van Geffen,enambtelijk via de secretaris van het regionaal Werkbedrijf, mw. I. Willems. De projectleider rapporteert en presenteert de resultaten van de regionale inzet aan SBCM, dat met de opbrengsten verder aan de slag kan.

2.2 Achtergrond van het project

De arbeidsmarktregio Noordoost Brabant wil meer aandacht voor het beschikbaarheid krijgen én houden van zoveel mogelijk mensen voor de regionale arbeidsmarkt. Dat vraagt een doe-gerichte aanpak én een doel-gerichte aanpak. Daaraan vooraf gaat het besef dat doel en doen niet anders dan vanuit partnerschap tot draagkracht kan komen. De veranderingen in de samenleving, door toegenomen mobiliteit en communicatie- en community-mogelijkheden, vragen veerkracht van mensen, organisaties en ondernemers. Er is een beweging nodig van permanent kunnen inspelen op veranderende omstandigheden. Dat vraagt gedragsverandering, van werkzoekenden en werkenden om verantwoordelijkheid te nemen en te houden om te scholen en te blijven (om)scholen. Het vraagt ook gedragsverandering van ondernemers, overheid en onderwijs om naast het eigen belang ook verbonden te zijn aan het belang van anderen omdat een Leven Lang Leren belangrijk is. Alleen door er gezamenlijk de schouders onder te zetten, is verandering mogelijk. Het speelveld is daarbij noch landelijk, noch lokaal, de regio is in toenemende mate het ‘eco-systeem’ van een vitale arbeidsmarkt in interactie met (inter)nationale verbindingen. SBCM stelt daarom een arbeidsmarktregio in staat om met de kernspelers gezamenlijk de beweging te versterken om het lerend vermogen van mensen vernieuwend aan te spreken, in aansluiting op de diverse situaties waarin mensen zich ten opzichte van de arbeidsmarkt bevinden. De regio sluit aan bij een aantal zichtbare trends:

1. De scholingsgraad van laaggeschoolden in Nederland moet omhoog. De scholingskloof tussen hoog- en laagopgeleiden lijkt te groeien. In laaggeschoolde werkenden wordt relatief weinig geïnvesteerd2. Tegelijkertijd verandert de arbeidsmarkt in rap tempo. Door de aantrekkende economie is de arbeidsmarkt in veel sectoren krapper geworden. Daarnaast zet de trend van digitalisering stevig door en raakt veel bedrijven, beroepen en inwoners in de regio. Dit bleek uit onderzoek van Avans Hogeschool begin 2017 naar de gevolgen van digitalisering en robotisering op de arbeidsmarkt in Noordoost-Brabant. We weten niet precies hoe de beroepen van morgen eruit komen te zien; wat we wel weten, is dat beroepen veranderen: 21ste -eeuwse vaardigheden (basis- en

2 De SER Brabant heeft onderzocht dat vooral voor laagopgeleiden de deelname aan scholing achterblijft en doet de aanbeveling hier actie op te ondernemen.


Versie: 4

pagina 3

werknemersvaardigheden) worden steeds belangrijker. Willen laaggeschoolden ook mee laten doen, dan is (op)scholing nodig.

2. De leercultuur in Nederland moet zich gaan verhouden tot de veranderende omstandigheden. Bewustzijn van werknemers is nodig om de voordelen én de noodzaak van een leven lang leren te erkennen. Deze bewustwording wil de regio Noordoost-Brabant omzetten in acties. Er is een spanning tussen functiegerichte scholing en scholing gericht op duurzame inzetbaarheid. Er wordt nu vooral geïnvesteerd in functiegerichte scholing. De kernvraag is hoe realiseren we dat het daarnaast ook gewoon wordt dat werkgevers en werknemers in scholing investeren voor de arbeidsmarkt van morgen? Als we eerlijk zijn, is de kans groot dat werknemers sneller van werkgever switchen, de flexibele arbeidsmarkt is onomkeerbaar. Hoe kunnen, in verband met het sneller switchen van werknemers, werkgevers verantwoordelijkheid voelen en nemen om mensen zich verder te laten scholen? In april 2017 zijn twee adviezen uitgebracht, één door de SER: Leren en ontwikkelen tijdens de loopbaan, een advies over post-initieel leren en de andere door de commissie “vraagfinanciering mbo” onder leiding van Jolande Sap Doorleren werkt. Centraal in deze adviezen staat het vergroten van een positieve scholingscultuur en het makkelijker maken om te scholen, o.a. met een individueel scholingsfonds, regionale O&O fondsen, een stelsel van regionale opleidingsfaciliteiten en een loopbaancentrum. Hoe kunnen werkgevers, werknemers, onderwijs en overheid de leercultuur laagdrempelig en praktisch versterken? Hoe kunnen we recente verandering door de P-wet, door veranderingen in de entree van kwalificerend onderwijs e.d. zó richten, dat zoveel mogelijk mensen kansen hebben op leren(d) werken?

3. Brede scholing voor mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt is een andere

invalshoek om meer mensen aan het werk te krijgen en te houden. In juni 2016 heeft SBCM, Kenniscentrum en A&O-fonds sociale werkgelegenheid, gepleit voor een gemeenschappelijk, landelijk pakket voor scholing en ontwikkeling van de brede doelgroep die onder de P-wet valt3. De aanleiding voor dit pleidooi is de grote urgentie: het aanleren van basis- en werknemersvaardigheden. Cruciaal voor het kunnen instromen in werk opdat meer banen voor deze doelgroep bereikt kunnen worden. Een afspraak op landelijk niveau bleek niet haalbaar. De regio Noordoost Brabant heeft de ambitie dat haalbaar te maken voor haar regio.

3 Paul de Beer van het Amsterdam Instituut voor ArbeidsStudies (AIAS) maakte in opdracht van SBCM het

advies ´Naar een centrale afspraak voor de brede doelgroep Participatiewet?´ dat op 5 juli 2016 aan de staatssecretaris is aangeboden.


Versie: 4

pagina 4

4. Alle actoren op de regionale arbeidsmarkt hebben een rol bij een leven lang leren(d) te werken aan fit zijn voor arbeid. Allereerst is het de eigen verantwoordelijkheid van inwoners - jong en oud(er) - om ‘up to date’, inzetbaar en wendbaar te blijven. Werk voorziet in inkomen en tevens is werk een belangrijke zingever om het leven als waardevol te ervaren. Werkgevers, onderwijsinstellingen, werknemersorganisaties en overheden hebben een rol om hierbij te ondersteunen en daarin zelf ook wendbaar te zijn. De opgave is dat talenten in onze regio optimaal kunnen bijdragen aan onze economie. Dat is wenselijk voor ieder mens, dat is noodzakelijk voor een vitale arbeidsmarkt. In dit project wil de regio - door SBCM gefaciliteerd om meters te maken – Noordoost-Brabant tot een doe- en doelgerichte aanpak komen door partners in resultaat te zijn. Meters maken door lerend te werken. Het onderstaande schema brengt dit in beeld.


Versie: 4

pagina 5

3 Projectdoelstellingen

In deze paragraaf beschrijven we projectdoelstellingen en het projectresultaat: wat wil de regio

bereiken? De uitgangspunten van het commitment van de partners worden benoemd. De

werkwijze brengt ook dilemma’s met zich mee. Omdat het mensenwerk is, is het van belang

open onder ogen te zien welk krachtenveld de partners zelf vormen en waar zij onderdeel van

uit maken.

Als basis geldt dat doelstellingen en resultaat van dit project niet naast het reguliere worden

gerealiseerd. De externe projectleiding is juist nodig om de partners gezamenlijk te bewegen in

het reguliere tot vernieuwende wegen en oplossingen te komen. Daartoe wordt voor ieder van

de vier doelstellingen de komende weken een aanpak mét resultaten opgesteld. Dat gebeurt in

samenspraak met bestuurlijk en uitvoerend verantwoordelijken om zo eigenaarschap goed te

beleggen en te realiseren. De resultaten worden onderscheiden naar einde projectfase en 2020.

De fasering van dit project kent een looptijd tot en met februari 2018.

3.1 Projectdoelstelling(en)

Het doel van het project is om met de betrokken partijen in Noordoost Brabant vanuit een

regionale visie en een gezamenlijke aanpak tot concrete oplossingen of -richtingen te komen

voor vier vraagstukken die aansluiten bij de genoemde trends in par. 2.2.

Het betreft de volgende vier vraagstukken:

1. Hoe kunnen we juist lager geschoolde mensen op weg helpen om meer eigen regie te

voeren over hun loopbaan en investeren in een leven lang leren?

2. Hoe realiseren we vanuit de SW-bedrijven, de gemeenten, het onderwijs (VSO/PRO/MBO),

het SBB, het Servicepunt Leren en Werken en de werkgevers dat we leerlijnen/ vakgerichte

opleidingen krijgen voor het werkfit krijgen van de werkzoekende?

3. Op welke wijze maken we in onze regionale arbeidsmarktinfrastructuur het passende,

beschikbare (digitale) scholingsaanbod (basis-, werknemers en vakvaardigheden) o.a. het

WERK-portal, toegankelijk voor de werkzoekenden en de werkenden en stimuleren we dat

het aanbod daadwerkelijk wordt gebruikt?


Versie: 4

pagina 6

4. Hoe maken we - gedragen door de quattro helix partners - regionale

(om)scholingsafspraken voor werkzoekenden en werkenden, doelen doegericht? Het gaat

om laagdrempelige toegang, beschikbaarheid en financiering gekoppeld aan toeleiding naar

(ander) werk en/of het behoud van werk. Hoe kunnen landelijke spelers zich daarin tot de

regio verhouden?

3.2 Projectresultaat

Ambitie is om in februari 2018 concrete afspraken te hebben. Maar…. de drijfveren in de regio

gaan verder dan afspraken, dat is de weg waarlangs we mensen in staat stellen te komen tot

leren(d) werken.

De ambitie die gesteld wordt: in 2020 zijn in Noordoost-Brabant jaarlijks minimaal 500 mensen

vanuit de P-wet en werkenden (max niveau 2) aan het leren. Mensen fit maken en fit houden

om te werken, daar draait onze ambitie om. Ook en juist mensen vanuit situaties waar dat niet

van zelf spreekt.

Het gaat erom dat mensen zelf in beweging komen en dat hun toegang tot en beschikbaarheid

van adequate scholing wordt verbeterd. Het is belangrijk goed zicht te hebben op wat mensen

wel/niet kunnen om hun loopbaan goed voort te zetten. Als functies door veranderingen

dreigen te verdwijnen, is het goed om die tijdig in beeld te krijgen. Werkgevers en werknemers

kunnen dan op tijd aan duurzame inzetbaarheid werken. Het is aan de projectleider kwartier te

maken: d.w.z. randvoorwaarden creëren om te zorgen dat de uitvoering van afspraken na

februari 2018 direct ter hand wordt genomen.

Het gaat erom dat mensen zelf in beweging komen (gedragsverandering) en dat hun toegang

tot en beschikbaarheid van adequate scholing wordt verbeterd. Betere instroom en doorstroom

naar levert ook een bijdrage aan een vitale arbeidsmarkt. Het is belangrijk goed zicht te hebben

op wat mensen wel/niet kunnen om hun loopbaan goed voort te zetten. Het is ook belangrijk

functies die door veranderingen dreigen te verdwijnen tijdig in beeld te hebben opdat

werkgevers en werknemers aan duurzame inzetbaarheid kunnen werken. Het is aan de

projectleider kwartier te maken: d.w.z. randvoorwaarden creëren om te zorgen dat de

uitvoering van afspraken na februari 2018 direct ter hand wordt genomen.


Versie: 4

pagina 7

De regio begint niet op nul, er wordt gebruik gemaakt van de kennis en ervaring die er al is (bijv.

op loopbaanoriëntatie, op fit maken en houden van mensen in de P-wet, op certificering van

niet kwalificerend onderwijs, op E-learning, het Servicepunt Leren en Werken enzovoorts).

Afspraken rondom de vier genoemde projectdoelstellingen worden in een eindadvies met

uitvoeringsplan(nen) bezegeld in februari 2018. Nieuwe vormen van samenwerking tussen alle

partners in de regio én de resultaten die dat oplevert; dat betekent investeren in hoe wij in de

regio leven lang leren duurzaam willen door ontwikkelen.

Ook het partnerschap - in de regio - is leren(d) werken.

Deze aanpak kiest een weg die anders is dan de vaste patronen. Vaak wordt landelijk en

sectoraal toegewerkt naar tripartite afspraken. In dit project wordt regionaal en intersectoraal

gewerkt, uitgaand van dragend eigenaarschap van de quattro helix. Gericht op resultaten.

De regio wil meters maken! Daartoe committeren wij ons aan uitgangspunten.

3.3 Uitgangspunten: randvoorwaarden en beleidskaders

1. Er is draagvlak bij de betrokken

partijen om nieuwe wegen te

verkennen vanuit het gedeelde

urgentiesbesef dat de arbeidsmarkt

mensen nodig heeft met basis- en

werknemers- en vakvaardigheden

2. Er wordt aangesloten bij bestaande

beleidsstukken, o.a.

- De inhoud en

samenwerkingsafspraken tussen

werkgevers, werknemers,

onderwijs, UWV, SW en

gemeente en provincie

vastgelegd in meerjarig

arbeidsmarktprogramma

AgriFood Capital Werkt!

- Functioneel ontwerp

werkgeversdienstverlening

3. De stuurgroep Reg. werkbedrijf gaat

akkoord met het plan voordat het

wordt ingebracht bij bestuur SBCM,

regionale draagkracht is voorwaarde

4. Het plan dient ook als

informatie/onderligger voor

coalitievorming in gemeenten om na

de verkiezingen een meerjarige

aanpak te borgen.


Versie: 4

pagina 8

5. Uitgangspunt is aansluiten bij

bestaande structuur: er is geen

nieuw structureel bestuurlijk overleg

nodig

6. Indien het komen tot een goed

resultaat van invloed is op de

financiën van gemeenten, heeft het

plan een signaal functie richting het

Rijk en andere partners

7. Onderdeel van brede regionale

ontwikkelopgave ‘leven lang leren’

8. De projectleider en de regio zijn

bereid om werkwijze en resultaat te

delen.

3.4 Fasering, activiteiten en producten

Fasering van het project

Fase Product(en) Deelproducten

Initiatie project 1. Opmaak project opdracht

- Overheidsgeleding (5 juli)

- SBCM (22 en 31 aug)

- Werkgevers (28 aug)

- Werknemers (28 aug)

- Stuurgroep Leren en Werken

Opdracht met draagvlak

Voorbereiding De regio pakt eigenaarschap “Meters

maken op leren(d) werken” om

draagvlak te creëren en tot resultaat

te komen.

- RSA (5 sept)

- Stuurgroep regionaal

werkbedrijf (7 sept)

- POHO Arbeidsmarkt (21 sept)

- PCT (21 sept)

- Voorzittersoverleg (25 sept)

- Stuurgroep Leren en werken

(eind september)

De regio stelt een bestuurlijk

kernteam en werkgroep samen met

inbreng vanuit werkgevers,

Akkoord van stuurgroep

Regionaal Werkbedrijf en

akkoord van

voorzittersoverleg. Het

akkoord van het

voorzittersoverleg is een

definitief go.

Het kernteam en de

werkgroep zijn samengesteld.


Versie: 4

pagina 9


Fase Product(en) Deelproducten

werknemers, overheid, SW en

onderwijs.

Per projectdoelstelling wordt in

overleg met betrokkenen een

werkplan opgesteld

De werkplannen zijn gereed

Uitvoering

Projectleiding spreekt stakeholders

om afspraken en resultaten te

verkennen en kansen en

belemmeringen te benoemen.

Projectleider benut bestaande

structuur, de werkgroep is er om de

samenhang tussen de 4 vraagstukken

van slagkracht te voorzien met

tussentijdse rapportage aan SBCM en

regionale bestuurders (kernteam),

waarbij voorkomen wordt dat

rapportage een ‘papieren tijger’ is.

Commitment

Inzicht in kansen,

belemmeringen en inzet van

middelen vanuit het reguliere

Tussenrapportage

Afronding Eindadvies aan de regio met concrete

afspraken.

Een leerdocument voor SBCM dat

inzicht geeft in doel-proces-

opbrengsten-succesfactoren-valkuilen

en wat anderen kunnen leren.

Eindadvies en 4

(uitvoerings)plannen

Leerdocument

Disseminatie en

mainstreaming

Uitvoeringsgerichte afspraken en

instrumenten worden in bestuurlijke

keuzes verankerd en daarna tot

uitvoering gebracht. + bereikte

effecten + aanbevelingen voor vervolg

(wat werkt wel / niet als het gaat om

daadwerkelijk actie)

Presentatie resultaten op

netwerkevent regio Noordoost

Brabant (feb 2018)

Artikel in vakblad SBCM

Eventueel presentatie op een

landelijke bijeenkomst


Versie: 4

pagina 10

3.5 Krachtenveld met valkuilen open overzien

Deze paragraaf is vooral bedoeld om een inschatting te maken van de uitvoerbaarheid en haalbaarheid van het project. In deze business case nemen we alleen de voorziene risico’s op met een grote impact. De projectleider gebruikt het Risico-Overzicht om risico’s te beïnvloeden. In dit overzicht zijn alle relevante risico’s weergegeven. Voor elk risico is een beschrijving gegeven. Valkuilen zijn die gebeurtenissen in de omgeving van het project die de uitvoering of uitkomst nadelig (kunnen) beïnvloeden.

Omschrijving Grote impact

Grote kans

Eigenaar Tegenmaatregelen

Bij het project zijn veel partijen betrokken. Draagvlak om het plan ook in uitvoering te krijgen is voorwaarde voor resultaat

vv v AgriFood Capital Werkt!

Vanaf begin partijen betrekken en commitment vragen; verbinden

De uitvoering van het plan is voor een groot deel ook het anders werken en denken van mensen. Dit vraagt commitment en tijd en bestuurlijke daadkracht

vv v AgriFood Capital Werkt! en stuurgroep reg. Werkbe drijf

Voldoende tijd voor projectleider en betrokkenheid via POHO organiseren. Inrichten bestuurlijk kernteam

Samenwerking regionaal vs. sub regionaal vs lokaal

v v AgriFood-Capital Werkt!

Commitment via bestaande structuren AFC Werkt! bewerkstelligen

De inbreng van werkgevers is cruciaal en gaat verder dan de vertegenwoordiging via het Regionaal Werkbedrijf

vv vv BZW Werkgeverscontact personen dragen, i.o.m. projectleider, zorg voor input vanuit achterban

Er zijn verschillende actielijnen die wel samenhang kennen maar ook afzonderlijk aandacht vragen. Hoe de samenhang op inhoud en doelgroepen in afspraken vertalen?

v vv Project-leider, opdracht-gever, kernteam

Voldoende focus aanbrengen in de plannen; keuzes (laten) maken

Er is extern ‘loopvermogen’ om beweging en resultaat te bevorderen, dat kan alleen borging krijgen als intern loopvermogen en bestuurskracht

v v AgriFood-Capital Werkt!

Commitment via bestaande structuren AFC bewerkstelligen


Versie: 4

pagina 11

Omschrijving Grote impact

Grote kans

Eigenaar Tegenmaatregelen

dragers zijn/worden

De verdeling van de verantwoordelijkheden tussen regio en SBCM dient transparant en wederkerig versterkend te zijn zoals tevoren goed is afgestemd

v v SBCM en AgriFood Capital Werkt!

Van te voren goede afspraken maken

Er dient gewerkt te worden aan voorwaarden, dat schuurt op de werkhouding van werkgevers: aan de slag!

v v Projectleider Scherpe keuzes maken waar precies in het proces en hoe werkgevers te betrekken

Doel- en doegerichte aanpak vanuit ‘aan de slag’ schuurt op ‘overleg en onderzoek naar’

v v Projectleider Managen van verwachtingen

Hoe leveren alle partners een bijdrage aan de uitvoering van dit plan en de daaruit voorkomende vervolgactiviteiten, vooral als dit ook geld betreft?

vv v Werkgroep, AFC Werkt! en stuurgroep

Kwartiermaken en bij doelen ook benodigde financiering helder maken

Hoe kunnen we sprongen maken vanuit de bestaande werkwijze naar nog onbekende samenwerking en resultaten?

v vv Project-leider en werkgroep

Quickwins snel verzilveren; Lean werken


Versie: 4

pagina 12

4 Middelen

4.1 Capaciteit

We hebben een forse ambitie. Voor het coördineren en uitwerken van de vier vraagstukken stellen we een projectleider aan die de draagkracht van de diverse partners als voedingsbodem voor een doelen doegerichte aanpak aanboort. Het is geen project dat stapelt of naast de reguliere aanpak staat: de ambitie is het reguliere werk samen effectiever te laten draaien. Deze projectleider werkt nauw samen met:

- Leden van het Programma- en coördinatieteam (PTC) en de projectleiders van AgriFood Capital Werkt! (o.a. coördinator van talent en Loopbaan, coördinator Werken van Morgen, leden programmateam, projectleider Perspectiefpact en projectleider Servicepunt Leren en Werken)

- Ontwikkelaars van de drie SW-bedrijven uit onze regio (IBN, WSD-groep en WXL) - Bestuurders (o.a. Huib van Olden, Kees van Geffen, Piet-Hein Jonkergouw, Koos Loose,

Jan Simons) lid van de bestaande stuurgroepen en overleggen die er zijn. Zij werken samen aan het vraagstuk en verdelen onderling de taken. Vanuit PCT en SW en wordt een werkgroep voor dit project geformeerd die werken aan één of meerdere projectdoelstellingen. Het bestuurlijk kernteam bewaakt de voortgang van het totale project en zet daar waar nodig bestuurlijke draagkracht in. Vanwege het grote belang van het onderwerp willen we vanaf de start veel ruchtbaarheid geven aan dit project.

Vraagstuk PL

Aantal dagen

PCT

Totaal aantal

dagen

SW

Totaal aantal

dagen

Bestuurders

Totaal aantal

dagen

1.Regie 10 15 5

2.Nieuwe leerlijn 5 20 3

3. Scholingsaanbod 5 10 3 1

4.Scholingsafspraak 25 5 5 5

Initiatie/ voorbereiding/

Coördinatie uitvoering /

Afronding/ Kernteam/

Werkgroep/Communicatie

10 2 2 2

Totaal 55 32 30 16


Versie: 4

pagina 13

4.2 Kosten

De kosten voor deze aanvraag bestaan uit de inzet van de projectleider voor 50 dagen a 45.000 excl. BTW en out of pocketkosten (€ 5.000,-), totaal bedraagt de subsidieaanvraag van de regio aan SBCM 50.000 euro. De regio brengt zelf uitvoerende mensuren en inzet van het regionale netwerk in, alsook bestuurlijk commitment van diverse spelers. Door inzet van de reguliere communicatiemiddelen, is daarvoor geen extra budget nodig.


Versie: 4

pagina 14

5 Planning bestuurlijke momenten

5.1 Fasering en doorlooptijd


Fase Product(en) Opleverdatum

Initiatie project Project opdracht

Besluit SBCM

18 sept 17

Voorbereiding Akkoord stuurgroep Regionaal Werkbedrijf

Akkoord voorzittersoverleg Samenstellen kernteam en

werkgroep

7 sept 17

25 sept 17

6 okt 17

Uitvoering

Fase 1 Bestuurlijk commitment in de regio en slagvaardige

werkwijze met draagkracht vanuit regulier betrokken

spelers met vastgestelde werk-kalender (sept-okt)

Fase 2 Werkgroep werkt kansen en dilemma’s uit en zet

dat om in concreet uitvoerbare stappen wie wat kan doen

en wat daar voor nodig is en daartoe bestuurlijke keuzes

verkennen (nov-jan)

Fase 3 Bestuurlijk keuzes in afspraken en beslispunten

voorbereiden en voorleggen en besluitvorming laten

uitmonden in een inhoudelijk symposium dat werkwijze en

resultaten voor het voetlicht brengt (feb)

Sept 17- feb

2018

Afronding Symposium feb 2018

Disseminatie en

mainstreaming

maart 18-

sept18

Dit project start nadat dit plan van aanpak is goedgekeurd door de opdrachtgever. De totale

doorlooptijd van het project Projectplan bevat 6 maanden (sept 2017 – feb 2018)


Versie: 4

pagina 15

6 Projectorganisatie

In de volgende tabel wordt aangegeven welke rollen aan de verschillende projectdeelnemers

zijn toegekend.

We vormen een speciale, tijdelijke werkgroep voor dit project, bestaande uit een vijftal

personen, geworven vanuit de gemeenten, SW-bedrijven, UWV, Leren en Werken, werkgevers-

en werknemersorganisaties en onderwijs. Het betreft ter zake deskundige personen die graag

vooruit willen en ook tijd hebben om het project te investeren (1/2 dag per week). Ze moeten

ook goed de verbindingen kunnen leggen naar de rest van de netwerkorganisatie van AFC

werkt!

TOEWIJZIGING VAN DE PROJECTROLLEN

Naam Rol Taken en toelichting

Werkgroep Aanjagend Vormt de verbinding met de rest van de

netwerkorganisatie AFC Werkt!

Werkt kansen en dilemma’s uit zet dat om

in concreet uitvoerbare stappen wie wat

kan doen en wat daar voor nodig is en zal

daartoe bestuurlijke keuzes verkennen

Geeft de projectleider input en slagkracht

Bestuurlijk kernteam Aanjagend, knopen

doorhakken

Samengesteld vanuit quatro-helix en

verbinding met bestuurlijke structuur


Stuurgroep regionaal

Werkbedrijf

Besluitvormend

Volgend

Neemt verantwoordelijkheid voor het plan

en volgt de voortgang op de uitvoering

De coördinator/secretaris is de ambtelijk

opdrachtgever voor de projectleider

POHO Arbeidsmarkt Initiërend

Volgend

Laat zich informeren over de voortgang

Levert bestuurlijke trekker voor kernteam

Voorzittersoverleg


Besluitvormend Laat zich informeren over de voortgang

Stelt ambities vast en brengt de

samenhang aan met het


Versie: 4

pagina 16

TOEWIJZIGING VAN DE PROJECTROLLEN

Naam Rol Taken en toelichting

arbeidsmarktprogramma en de

jaarplannen

Regionaal strategisch

adviesteam (RSA)

Adviserend

Aanjagend naar de

eigen organisaties

Geeft gevraagd en ongevraagd advies aan

de projectleider en opdrachtgever

Informeert de eigen bestuurders

Brengt indien nodig de eigen achterban in

beweging op gevraagde acties

PCT AgriFood Capital

Werkt!

Volgend Bereid het voorzittersoverleg voor

Informeert eigen bestuurder

Ondersteunt de opdrachtgever en

projectleider qua beleidsvoering

Stemt het beleid af met andere

beleidsonderdelen/ programmalijnen

Stuurgroep Leren en

Werken

Ondersteunend en

meedenkend

Kijkt mee bij het opstellen van het

eindadvies en uitvoeringsplannen

Onderzoekt en geeft aan waar zij zelf bij

de uitvoering een rol op zich kan nemen

Werkgeversservicepunt

Noordoost-Brabant

Ondersteunend en

meedenkend


eindadvies en uitvoeringsplannen (via

TMT en OMT)



Werkgeversoverleg

Werken van Morgen

Ondersteunend en

meedenkend


eindadvies en uitvoeringsplannen



SBCM Opdrachtgever Meedenken en inbrengen expertise o.a.

WERK-portal, pilots en landelijke

ontwikkelingen

De projectleider rapporteert aan Agrifood Capital Werkt!, bestuurlijk via wethouder K. van Geffen en ambtelijk via de secretaris van het regionaal Werkbedrijf, mw. I. Willems.


Versie: 4

pagina 17

De projectleider rapporteert en presenteert de resultaten van de regionale inzet aan het bestuur SBCM (voorzitter: dhr. H van Olden en ambtelijk secretaris: mw. J. Lesterhuis) dat met de opbrengsten verder aan de slag kan.

Projectopdracht Meters maken op Leren(d) werken...De projectleider rapporteert aan AgriFood Capital...

Documents

Transcript of Projectopdracht Meters maken op Leren(d) werken...De projectleider rapporteert aan AgriFood Capital...