Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e...

140
Project Vakwerkplan Daniël Stuit studentnummer 10065350 Glenn Stoffers studentnummer 10015906 April 2015 Haagse Hogeschool Faculteit Gezondheid & Sport Opleiding Docent Lichamelijke Opvoeding

Transcript of Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e...

Page 1: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

Project Vakwerkplan

Daniël Stuit – studentnummer 10065350

Glenn Stoffers – studentnummer 10015906

April 2015

Haagse Hogeschool

Faculteit Gezondheid & Sport

Opleiding Docent Lichamelijke Opvoeding

Page 2: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

2

Inhoud Hoofdstuk 1 – Introductie ....................................................................................................................... 3

1.1 Beschrijving stageschool ............................................................................................................... 3

1.2 Visie VO school .............................................................................................................................. 9

1.3 verwerkingsvragen Introductie ................................................................................................... 13

Hoofdstuk 2 - Visie/Verantwoording..................................................................................................... 14

2.1.1 Vakvisie – Stuit, Daniël ............................................................................................................. 14

2.1.2 Vakvisie – Stoffers, Glenn ......................................................................................................... 25

2.2 Beschrijving visie van vaksectie ................................................................................................... 34

2.3 Verwerkingsvragen Introductie ................................................................................................... 35

Hoofdstuk 3 – Situatieschets ................................................................................................................. 38

3.1 Opdracht Accommodatie en leermiddelen ................................................................................. 38

3.2 Bijzonderheden vaksectie ........................................................................................................... 56

3.3 Verwerkingsvragen situatieschets ............................................................................................... 57

Hoofdstuk 4 – Lesprogramma ............................................................................................................... 58

4.1 Lesprogramma onderbouw ......................................................................................................... 58

4.2 Sport, bewegen en gezondheid ................................................................................................... 72

4.3 Verwerkingsvragen lesprogramma ............................................................................................. 81

Hoofdstuk 5 – Evaluatie / beoordeling .................................................................................................. 84

5.1 Opdracht Ontwerp lesprogramma/ PTA ..................................................................................... 84

5.2 Verwerkingsvragen evaluatie / beoordeling ............................................................................. 120

Hoofdstuk 6 – Programma overstijgende onderwerpen .................................................................... 123

6.1 Taakbeleid ................................................................................................................................. 123

6.2 Opdracht MRT ........................................................................................................................... 128

6.3 Verwerkingsvragen aanvullende onderwerpen ........................................................................ 138

Page 3: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

3

Hoofdstuk 1 – Introductie

1.1 Beschrijving stageschool

Adresgegevens: Penta College CSG Bahûrim Mgr. Smitstraat 3 3232 BN Brielle

www.bm.penta.nl Penta College Bahûrim is sinds 1968 gevestigd in de wijk Rugge in Brielle. Het beleidsplan van de gemeente was er op gericht om een overkoepelende schoolorganisatie te creëren voor alle middelbare scholieren in Brielle. Dit is er niet van gekomen en in het cursusjaar 2002-2003 kreeg Bahûrim een semi-permanentgebouw om tijdelijk de leerlingen te kunnen onderbrengen. Eerst zou voor het Maerlant College nieuwbouw gerealiseerd worden en in 2012 kon dan voor het Bahûrim bekeken worden of er sprake zou kunnen zijn van nieuwbouw. (Holwerda,. J.J. 2014. Schoolgids Penta College Bahurim.) Op de locatie aan de Mgr. Smitstraat wordt VMBO (kader- &basis beroeps) aangeboden. Op het Penta College Bahûrim zitten, op het moment van schrijven van dit PTA, 283 leerlingen, zo blijkt uit het document ‘totaalleerlingen’ vanuit het leerlingvolgsysteem ‘Magister’. De culturele achtergronden van deze school zijn over het algemeen christelijk/protestants en atheïsten leerlingen. De school heeft geen zogeheten talentklassen maar beschikt wel over de mogelijkheden om vele vormen van leerlingbegeleiding te volgen. De mogelijkheden hierin zijn: Mentorbegeleiding leerjaar 1, 2, 3 en 4, Begeleiding dyslexie en spelling, Huiswerkbegeleiding, Studiebegeleidings uren en een Cursus in zelfvertrouwen. Ook beschikt de school over een Zorgadviesteam (ZAT).

Penta College Bahûrim is een rook vrije school voorleerlingen. Het is voor leerlingenverboden op het schoolterrein te roken en zichtbaar rookartikelen mee te nemen naar school. Tevens is het verboden te roken tijdens het wandelen van en naar de lessen lichamelijke opvoeding. Bij overtreding van deze regel wordt de betrokken leerling onmiddellijk een gepaste straf opgelegd en de rookartikelen worden in beslag genomen en vernietigd. (Holwerda,. J.J. 2014. Schoolgids Penta College Bahurim.)

Er hangt een gezellige sfeer in de school en de leerlingen weten de regels die gehanteerd worden. Als een leerling zich onbeleefd gedraagt staan hier consequenties tegen over. De leerlingen zullen dan een uur na moeten komen of ze krijgen een zogenoemd ‘vierkant rooster’. De school street er naar om alle leerlingen lekker in hun vel te laten zitten, want de school is namelijk van mening dat een leerling optimal presteert wanneer hij/zij zich thuis voelt. Niet alleen moeten de leerlingen zich thuis voelen in de school, er dient ook gepresteerd te worden. Wat ze leren tijdens de lessen zal worden getoetst door middel van een afsluit moment. Alle leerlingen krijgen bij aanvang van het nieuwe schooljaar een PTA overhandigd zodat ze precies weten waar ze aan toe zijn het gehele schooljaar. Bij het vak L.O. worden de leerlingen beoordeeld met een cijfer.

Page 4: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

4

Beschrijving accommodatie/leermiddelen Gymzalen van de school De school heeft de beschikking over één grote sportzaal op ongeveer 5 minuten lopen van de school. Deze zaal is geen eigendom van het Bahûrim maar wordt gehuurd van sportcomplex ‘De Dukdalf’te Brielle. Deze sportzaal is onder te verdelen d.m.v. wand in twee zalen. Een halve zaal heeft de afmetingen van 21 x 28 meter. Dit is de lengte van een basketbal veld (28x15m) + 6m uitloop in de breedte. Deze 2 zalen hebben de beschikking over een opslaghok waar alle materialen opgeslagen zijn van het Bahûrim. Een overzicht hiervan vindt u onder het kopje invetarisatie.

Gemeente grasveld

In de buitenperiode die loopt van week 34-46 en van week 14-27 is er een gemeente grasveld

beschikbaar nabij de school als het weer het toelaat. Hier is de beschikking over een grasveld

ongeveer ter grootte van een voetbalveld.

Alle buiten materialen van het Bahûrim liggen opgeslagen in een aparte container nabij school, denk

hierbij aan speren en softbalmateriaal, maar ook ballen, pionnen, hesjes e.d. Op dit buitenterrein kan

in principe elke reguliere sport worden gegeven. Het grasveld ligt nagenoeg tegen de school aan dus

de leerlingen dienen gebruik te maken van de toiletruimtes om zich om te kleden in de school om

daarna buiten te verzamelen.

Overig

Naast het gemeentegrasveld en de gymzalen maakt de school voor het keuze programma voor de

leerlingen ook gebruik van de sportschool van Unen. Deze sportschool zal gedurende 3 lessen voor

een klas open worden gesteld voor de leerlingen die zich hiervoor opgeven. Deze sportschool ligt

ongeveer op 5 minuten fietsen van de school. De andere sporten van het keuze programma zullen in

de gymzaal zelf of op het gemeente grasveld gegeven worden.

Page 5: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

5

Inventarisatie

In het onderstaande tabel vindt u een overzicht van de materialen aanwezig in de gymzalen. Deze materialen zijn beschikbaar per zaal en dus voor de school in tweevoud beschikbaar. De gymsectie kan in onderling overleg besluiten om materialen van ‘’zaal 1’’ te gebruiken in ‘’zaal 2’’ en andersom. Tabel 1: Op de inventarislijst staan de volgende materialen die zijn waargenomen op 18-10-2014 per zaal.

Naam: # Naam: # Naam: #

5 cm matje 8 Korf 2 Hockeysticks 30

Reutherplank 2 Basketballen 20 Hockeyballen 15

Mini Trampoline 1 Banken 5 Softbal

handschoenen

30

Volleybal net 1 Volleyballen 15 Softbal

knuppels

2

Badmintonnet 3 Zaalvoetbal 2 Softballen 24

Kast 2 Tafeltennistafels 2 Handbaldoel 1

Bok 1 Tafeltennis badjes 20 Zaalvoetballen 2

Dikke mat 2 Badmintonrackets 18 Touwen 2

Lage paaltjes 6 Tennisrackets 14

Page 6: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

6

Beschrijving leerlingen

Pre-examenjaar In het pre-examenjaar van het Bahûrim College zijn er 3 klassen, namelijk de klassen 3GLA t/m 3GLC. In deze 3 klassen zitten 79 leerlingen waarin de verhouding van het aantal jongens/meisjes

46/54% is. De meeste van de leerlingen die op het Bahûrim zitten hebben een Nederlandse

nationaliteit. Een klein percentage heeft geen Nederlandse nationaliteit. Hierbij moet gedacht

worden aan de Marokkaanse/Turkse nationaliteit. Dit komt overeen met de cijfers uit de omgeving

Brielle. (Weet wat er in je buurt gebeurt. Onderzoek naar de bevolkingsgroep in de wijk Rugge te

Brielle) www.oozo.nl/cijfers/brielle

Van de Nederlandse leerlingen is ongeveer 60% christelijk. Omdat dit ook een christelijke school is zullen deze leerlingen vaak bewust voor deze school gekozen hebben. Het Bahûrim geeft dan ook les volgens het Bijbels perspectief. Dat betekent voor de school: "het in een open dialoog leren nadenken over waarden als gerechtigheid, naastenliefde en verantwoordelijkheid voor de schepping." (Holwerda,. J.J. 2014. Schoolgids Penta College Bahurim.) Examenjaar Ook het examenjaar heeft 3 klassen en dit zijn de klassen 4MGA t/m 4MGC. In dit leerjaar zitten 58 leerlingen. Dit aantal valt lager uit dan het pre-examenjaar en de verklaring hiervoor is dat een aantal leerlingen kiest voor een uitstroom richting de HAVO. Deze leerlingen kiezen veelal voor de opties om naar het Jacob van Liesveldt (Hellevoetsluis) of naar het Maerlant (Brielle) te gaan. Voor het examenjaar geldt hetzelfde als voor het pre-examenjaar met betrekking tot de achtergrond van de leerlingen. De verschillen tussen deze jaargangen zijn niet groot. Ook de verhouding jongens/meisjes is in deze jaargang 46/54%. Zo goed als alle achtergronden en geloofsovertuigingen komen overeen met die van het pre-examenjaar. Omdat de leerlingen uit dezelfde buurt/omgeving komen en nauwelijks in leeftijd met elkaar verschillen, zijn de leerjaren goed met elkaar te vergelijken.

Page 7: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

7

Beschikbare lestijd

Brugklas De lestijden op het Penta College Bahûrim zijn voor het VMBO zijn nagenoeg ieder leerjaar verschillend voor de leerlingen. Zo heeft de brugklas 4 uur per week les. De brugklas is voorzien van 1 blokuur en 2 losse lesuren per week. Wanneer alle vakanties en structurele lesuitvallen van de bruto lestijd wordt afgehaald, blijven er 31 weken over waarin er les gegeven kan worden. Hierbij horen nog 4 bufferweken, dit is allemaal afhankelijk van de dag in de week. Klassen 2 & 4 De klassen 2 en 4 (examenjaar) hebben beide 2 lesuren in de week. Deze twee lesuren worden gegeven in 1 blokuur. Leerjaar 2 heeft net als de brugklas 31 weken les met 4 bufferweken. Door het Centraal Examen (CE) heeft het 4e leerjaar 21 lesweken met 3 bufferweken. Deze bufferweken zijn afhankelijk van de dag van de week. Klas 3 Klas 3 (pre-examenjaar) heeft als enige leerjaar 3 lesuren in de week LO. Deze zijn verdeeld over 1 blokuur en 1 enkel uur. Voor het 3e leerjaar geldt dat er 31 weken zijn waarin de lessen gegeven kunnen worden. Hier horen ook weer 4 bufferweken bij. Data Rapport Voor de gymsectie zijn er 4 periodes in één schooljaar waarin een verschillende beoordeling gegeven worden. In week 47, 6, 16 en 27 dienen de cijfers op woensdag voor 12:00 te worden ingeleverd. In week 27 is de rapport bespreking, en moeten de cijfers van periode 4 klaar zijn. Vanaf week 20 begint het CE voor 4 VMBO-T. Dat is dus in periode 4. Tijdens het CE is de gymzaal gewoon beschikbaar. Wel is dat de periode dat er op het veld lesgegeven zou kunnen worden. Dit is wel afhankelijk van het weer. Sportdagen In week 52is er op maandag van 9:00-15:00 een sportdag voor de gehele school. De BahûrimOlympics heeft als doel om alle leerjaren nog dichter bij elkaar te brengen door gemengde teams te maken. Deze sportdag zal plaatsvinden in de sporthal en docenten van de school zullen een begeleidende rol vertolken. Omkleden

Wanneer de leerlingen in de zaal les hebben wordt er van ze verwacht dat ze binnen 5 minuten na de

bel omgekleed in de gymzaal aanwezig zijn. Ook wordt er 5 minuten voor het einde van de les

gestopt om de leerlingen om te laten kleden. Een enkel lesuur duurt 45 minuten. Wanneer de

leerlingen op het grasveld les krijgen zijn de regels omtrent de tijd van aanvang en vertrek hetzelfde

van toepassing als in de sporthal. Dit is voor elk leerjaar hetzelfde. De leerlingen kleden zich om in

school (toiletruimtes + kleedruimte) om zich daarna te melden buiten op het veld.

Page 8: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

8

Roostering klassen

Pre-examenjaar Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het 1e en 2e uur les en 3GLB het 4e en 5e uur les. De klas 3GLC heeft op dinsdag het 1e en 2e uur les. Op donderdag heeft klas 3GLA het 1e, 3GLB het 6e en 3GLC het 3e uur les. Dit houdt in dat er geen enkele parallel geroosterde les is. De dubbele uren duren 80 minuten en de enkele lesuren 35 minuten, dit in verband met omkleden. De groepen zijn heterogeen, want er wordt geen onderscheid gemaakt in niveau. Ook zijn de klassen gemixt tussen jongens en meisjes. Examenjaar Net als in het pre-examenjaar zijn er in het examenjaar ook drie klassen. Alle klassen hebben een blokuur les in de week. Dat is voor 4MGA op maandag het 8e en 9e uur. Voor 4MGB donderdag het 4e en 5e lesuur en voor 4MGC ook op donderdag het 8e en 9e uur les. Ook deze klassen krijgen les in dubbele uren dus 80 minuten per les. Tabel 2: Schematisch overzicht roostering klassen

Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Totaal:

3GLA 1e les 08.15-09.00 2e les: 09.00-09.45

1e les 08.15-09.00

3 lesuren

3GLB 4e les 10.50-11.35 5e les: 11.35-12.20

6e les: 12.50-13.35

3 lesuren

3GLC 1e les 08.15-09.00 2e les: 09.00-09.45

3e les: 09.45-10.30

3 lesuren

4MGA 8e les: 14.30-

15.15

9e les: 15.15-

16.00

2 lesuren

4MGB 4e les 10.50-11.35 5e les: 11.35-12.20

2 lesuren

4MGC 8e les: 14.30-

15.15

9e les: 15.15-

16.00

2 lesuren

Page 9: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

9

1.2 Visie VO school

Schoolvisie

De school wil onderwijs geven vanuit een Bijbels perspectief. Dat betekent: het in een open dialoog

leren nadenken over waarden als gerechtigheid, naastenliefde en verantwoordelijkheid voor de

schepping. De school wil goed onderwijs geven en dat laten ze vertalen door er vanuit te gaan dat

iedere leerling een mens is met eigen talenten. De docenten zijn er op gericht die te ontplooien in

een goed evenwicht tussen kennis, vorming en vaardigheden. Ook wil de school door middel van het

onderwijs een goede schakel in de voorbereiding op de samenleving zijn voor de leerlingen. Dat

betekent: begeleiding die elke leerling wil stimuleren op weg naar zelfstandigheid en de ouders

daarbij betrekken.

Als laatste wil de school onderwijs geven in een sfeer van geborgenheid wat zich vertaald in een

schoolgemeenschap die in een pluriforme samenleving oproept tot openheid, gelijkwaardigheid en

respect. Aan dit identiteitsprofiel wordt binnen de organisatie van de vestigingen een eigen

pedagogische en didactische vorm gegeven. Dit houdt in dat de docenten zich vast houden aan de

procedures van de school maar dat er wel ruimte is voor eigen inbreng van de docenten om

zodoende alle leerlingen op hun eigen niveau te laten leren. (Holwerda,. J.J. 2014. Schoolgids Penta

College Bahurim.)

Zoals in de bovenstaande visie af te lezen is streeft de school er naar om de leerlingen zelfstandig en

op een verantwoorde manier te kunnen laten participeren in de maatschappij. Dit houdt in dat er in

het verloop van de school carrière van de kinderen steeds meer zelfstandigheid vereist wordt van ze.

Bijvoorbeeld bij het mentorschap waarbij de positieve en negatieve factoren van het school proces

besproken is deze trend goed zichtbaar. De mate van zelfstandigheid en de vrijheid van dit soort

gesprekken groeit naar mate de leerlingen in hogere leerjaren komen.

Het voordeel van deze school is dat het gaat om een kleine gemeenschap dus er is ook een klein

aantal docenten aanwezig. Deze docenten kunnen elkaar altijd vinden in de docentenkamer. Er is

nauw contact tussen docenten/mentoren en de directeur. Ook kan er contact worden gelegd via het

web programma "Magister". Dit is een algemene plek waar problemen o.i.d. gemeld kunnen worden.

Iedere leerling zal zo veel mogelijk geholpen worden op de manier die voor hem of haar het beste

werkt. De hele sectie van de school doet zijn best om dit waar te maken.

Page 10: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

10

Vakvisie in relatie tot evalueren/beoordelen De vaksectie vindt het belangrijk dat leerlingen tijdens de gymles hun eigen bewegingsvaardigheden ontwikkelen, maar daarnaast is het ook van belang dat de leerlingen bekwaam worden gemaakt om later blijvend te kunnen deelnemen aan de bewegingscultuur. Om dit te bereiken zal er tijdens het lesprogramma niet allen op eigen vaardigheid beoordeelt worden, maar ook op inzet en het samenwerken. Het is dus niet zo dat een volleyballer die meedraait in de top van Nederland automatisch een 10 voor het onderdeel “volleybal” krijgt. Deze leerling zal zijn eigen vaardigheid moeten proberen over te dragen aan de andere leerlingen en hierin een coachende/regulerende rol op zich moeten nemen. Op hun beurt zullen de leerlingen die gecoached worden door de vaardige leerling dit ook moeten accepteren, zij moeten coachbaar zijn. De vaksectie kiest er voor om de beoordeling uit te drukken in cijfers en vindt het niet voldoende om een beoordeling te geven met een O,V of G. Als de beoordeling op deze manier gegeven zou worden zou dit te weinig ruimte laten om te differentiëren op resultaat van de beweging en daar ook nog eens een waardeoordeel aan te verbinden m.b.t. het reguleren, coachen en eventueel de scheidsrechters rol. De leerlingen zijn gewend om cijfers te krijgen voor de andere vakken, en deze lijn wordt dus door getrokken naar het vak LO. Daarnaast is een cijfer beter te verantwoorden tegen over een leerling, dan wanneer er een V of G wordt uitgedeeld. Het verschil tussen een V of G bevindt zich ergens tussen de 5,5 en een 7,5 en veel van de leerlingen bevinden zich hier tussen. De leerling die aan de top van de V staat heeft dus geen beter resultaat dan de leerling die aan de onderkant van de V staat. Dit geeft geen goede verhouding weer tussen de leerlingen. Voor de leerling aan de top van de V is dit ook geen goede motivatie en omdat de vaksectie de leerlingen zoveel mogelijk wil stimuleren om het beste uit zichzelf te halen kiest de vaksectie voor het becijferen van de onderdelen. De school streeft er naar om de leerlingen een steeds grotere mate van zelfstandigheid in de schoot te werpen. Dit om de leerlingen klaar te maken voor de maatschappij. De vaksectie vertaald dit door meer te gaan werken met B&R. De leerlingen zullen zelf de taken van coachen en scheidsrechteren op zich nemen en daarnaast zal de vaksectie de leerlingen meer betrekken in het organiseren van sportdagen. Zo komt de vaksectie tegemoet aan de visie van de school.

Page 11: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

11

Vakvisie in relatie tot het Examenprogramma In het examenprogramma moesten de beschikbare lesuren verdeelt worden over de verschillende domeinen. Hierin zat de vaksectie vast aan een aantal domeinen die volgens de wet gegeven moesten worden. Als slag- en loopspel is er voor softbal gekozen. Softbal is volgens de vaksectie een goede sport om met de examenkandidaten te doen. Bij deze sport wordt er veel gedaan met teamwork, en je kan goed aan iemand zien of de leerling de sport snapt en er goed in mee gaat of niet. Er zal van de leerlingen gevraagd worden dat ze actief meedoen in het spel, en allemaal inbreng hebben in de wedstrijd. Zo worden er niet alleen maar technische, maar vooral ook tactische acties besproken. Omdat dit veel lesuren vereist is hier veel ruimte voor vrijgemaakt. Omdat de vaksectie teamsporten belangrijk vindt is hier ook veel ruimte voor vrijgemaakt en wordt er veel tijd te besteed in de verschillende spelsporten. De keuzes zijn gevallen voor de doelspelen basketbal, handbal en voetbal en hakobal gekozen. Samen met het verplichte volleybal zorgt dit voor een mooie groep sporten waar we ook veel mee kunnen bereiken. Bij dezen doelspelen is het belangrijker dat er wordt samengewerkt en gecoached dan individuele vaardigheid wat een mooie eigenschap is van spelsporten. Daarnaast is de bedoeling van deze sporten is dat de leerlingen allemaal door hebben hoe het nou is om in de verschillende sporten te participeren. Voor het hakobal wordt geen beoordeling geven. Toch is hier ruimte voor ingeroosterd omdat de vaksectie de leerlingen kennis wil laten maken met deze aangepaste spelsport die veel concentratie en inzicht vraagt van de leerlingen. Als terugslagspel is er gekozen voor badminton. Voor deze sport zijn namelijk alle materialen aanwezig in de gymzaal waardoor wij gewoon in de reguliere lessen deze sport kunnen beoefenen, zonder hier voor naar een andere locatie te moeten gaan. De vaksectie wil bereiken dat de leerlingen erachter komen dat badminton niet alleen een spelletje is wat je op de camping speelt, maar dat dit ook een competitie sport kan zijn. De vaksectie wil bereiken dat de leerlingen inzicht krijgen in het spel badminton en dat zij het misschien leuk vinden om in de bewegingscultuur te beoefenen. Het is dus een verbreding van het sportaanbod voor de leerlingen. Bij het beoordelen zal voornamelijk op de techniek gelet worden door de vaksectie. De vaksectie wil bij het turnen bereiken dat de leerlingen nog meer uit zichzelf kunnen halen door middel van differentiatie. Zo wordt er tijdens de les op ieders niveau gesport. Een voorbeeld is dat de leerlingen die duidelijk een hoger niveau hebben ook eens kunnen proberen om een uitdagende oefening te doen. De vaksectie bedoelt met differentiatie dat er zoveel mogelijk onderdelen worden uitgezet, zodat er varied en random geoefend kan worden op ieder zijn niveau. Daarnaast zal turnen gebruikt worden bij het B&R en dit in de trand van hulpverlenen. Bij B&M wordt er veelal geoefend met het ritme van de muziek en de eigen vaardigheid om tot een dans te komen. Deze dans moet ontstaan na de lessen van de docent zodat de leerlingen zelfstandig aan de slag kunnen om dit voor elkaar te krijgen. Deze zelfstandigheid komt overeen met de visie van de school die dit toejuicht. Deze dans wordt door de docent beoordeeld. De vaksectie denkt dat hier een aantal lessen voor nodig zijn om een goed resultaat te kunnen boeken. Bij bewegen en muziek worden vooral de standaard pasjes gebruikt en als de leerlingen het leuk vinden mogen zij hier zelf een uitbouw in verzinnen.

Page 12: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

12

Bij Atletiek gaan de leerlingen aan de slag met speerwerpen, kogelstoten, verspringen, de hink stap sprong en duurlopen. In de lessen zullen de verschillende technieken van de verschillende onderdelen besproken worden, en de leerling zal dit zo goed mogelijk proberen aan te scherpen. Daarnaast komt B&G terug bij het atletiek, meer hierover zult u vinden in 4.1.3. Er wordt beoordeeld op de techniek, het resultaat en de veiligheid. Zeker bij de onderdelen speerwerpen en kogelstoten is veiligheid een belangrijke factor in de ogen van de vaksectie. Hier zal dan ook veel over gesproken worden met de leerlingen. Het onderdeel zelfverdediging bestaat uit judo omdat de vaksectie vindt dat judo een goede manier is om leerlingen te leren om op een normale manier met elkaar om te gaan. Het kan goed zorgen voor respect naar elkaar in de klas, en het “aan elkaar zitten” is niet raar. Ze zullen een aantal houdgrepen moeten leren, en deze uitvoeren voor een cijfer om te laten zien dat zij op een geschikte manier met elkaar om kunnen gaan. De zogenaamde 3-eenheid zal worden aangeleerd aan de leerlingen. De leerlingen zullen genoeg de tijd om de basis van het judo te leren. Vooral sociaal zal dit goed zijn voor de leerlingen. Ook is er tijd ingeroosterd voor verschillende vormen van tik- en afgooispelen. Door de verschillende tik- en afgooispelen hopen wij de leerlingen verschillende tactieken bij te brengen om er goed voor te zorgen dat zij door middel van teamwork een goed spel kunnen neerzetten. Ook hier vindt de vaksectie het erg belangrijk dat de leerlingen het spel in ieder geval sociaal goed met elkaar kunnen neerzetten. Als keuze voor de leerlingen met betrekking tot de nieuwe bewegingsactiviteiten is er gekozen voor de sporten flagfootball, jongleren en freerunning in het pre-examenjaar en fitness, boksen en salsa in het examenjaar. Deze activiteiten zijn door de vaksectie gekozen omdat er wordt aangenomen dat deze sporten uitdagend zijn voor de leerlingen en het daarnaast ook haalbaar is om te beoefenen in de bewegingscultuur wat een doel is van de vaksectie. De activiteiten kunnen in de regio Brielle beoefend worden en daar zal ook de aandacht op liggen. Van de domeinen bewegen en regelen, bewegen en gezondheid en bewegen en samenleving is de tijd vooral verdeeld is het onderdeel bewegen en regelen. De vaksectie denkt dat het belangrijk is dat de leerlingen zelf weten hoe zij een sportieve activiteit kunnen opzetten, zodat zij hier later ook profijt van kunnen hebben. Bij de domeinen bewegen en gezondheid, en bewegen en samenleving wil de vaksectie vooral bereiken dat de leerlingen eens naar zichzelf gaan kijken en er over na gaan denken of het wel of niet goed is wat zij allemaal doen.

Page 13: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

13

1.3 verwerkingsvragen Introductie Begripsniveau Hoe komt de visie van de school tot uiting bij het vak LO? De visie van de school komt niet voort uit 1 zin maar uit meerdere speerpunten. Het hoofddoel is om de leerlingen klaar te stomen voor een zelfstandige en verantwoorde deelname aan de maatschappij. Dit houdt in dat er in het verloop van de school carrière van de kinderen steeds meer zelfstandigheid

vereist wordt van ze. Dit wordt vertaald naar het vak LO als zijnde dat eerst de regelvaardigheid bij

de docent ligt maar met de tijd dit steeds meer gaat verschuiven als een leerling taak. De leerlingen

worden in meerdere maten zelf verantwoordelijk over een goed verloop van een activiteit. Bij B&R

wordt hier door de vaksectie veel aandacht aan besteed door dit met de leerlingen veelvuldig te

oefenen. Daarnaast gaan de leerlingen in de bovenbouw meer taken krijgen bij het helpen

organiseren en begeleiden van een sportdag. Verder wil de vaksectie dat de leerlingen bewust gaan

nadenken over de sportkeuzes die ze gemaakt hebben of dat ze willen maken zodat ze de keuzes

kunne verantwoorden voor een blijvende deelname in de bewegingscultuur.

Sluit jullie vaksectievisie aan bij de visie van de school?

De vaksectievisie die wij hebben opgebouwd komt met de visie van de school overeen. Beiden willen

we de leerlingen zelfstandig en meervoudig deelname bekwaam maken. De leerling kan zijn eigen

keuzes maken en verantwoorden waarbij een blijvende deelname in de (sport)maatschappij wordt

ontwikkeld. Ook de mate van zelfstandigheid binnen de gymlessen komen terug in onze visie.

Toepassingsniveau

Welke invloed heeft de schoolvisie op jullie vaksectievisie?

In de schoolvisie kunnen wij ons goed thuis voelen en hebben deze dan ook mee laten wegen in onze

eigen visie en vakwerkplan. Wij persoonlijk willen de leerlingen breed en veelzijdig opleiden waarbij

ze meervoudig deelname bekwaam zijn en hun keuzes kunnen verantwoorden. De school wil dat de

leerlingen zelfstandig en ondernemend zijn en in staat zijn om eigen keuzes te maken en deze te

verantwoorden.

De invloed van de schoolvisie op ons als vaksectie is dat we de leerlingen meer zelfstandigheid willen

geven. Dit komt ook terug in het PTA onder de deelgebieden B&R. Als vaksectie hebben we rekening

met de schoolvisie gehouden door hier extra uren in te steken met als doel de leerlingen

zelfstandigheid bij te brengen.

Welke invloed hebben de leerling-kenmerken op jullie vaksectievisie?

Onze vaksectie visie blijft onveranderd ten opzichte van de leerling-kenmerken. Met elke leerling

willen wij hetzelfde bereiken. De leerling-kenmerken spelen hierbij geen rol. Dit omdat de culturele,

financiële of sportieve achtergrond geen invloed heeft op het te bereiken doel van de vaksectie.

Page 14: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

14

Hoofdstuk 2 - Visie/Verantwoording

2.1.1 Vakvisie – Stuit, Daniël

2.1.1.1 Algemeen doel van het vak

Om te beginnen met het afvragen wat het algemeen doel van het vak is moet je jezelf afvragen of

bewegen als doel of als middel centraal staat in mijn les. Ik ben van mening dat ik de leerlingen wil

laten bewegen als doel. Ik vind namelijk dat bewegen als doel ook de bedoelingen van bewegen als

middel raken. Zo vind ik dat de doelen bij het bewegen als middel, bijvoorbeeld ‘bewegen tegen

zittenblijvers, of bewegen ‘als ontspanning of afleiding tussen het geweld van al die cognitieve

vakken’, ook behaald worden bij het bewegen als doel. Ga ik namelijk mijn leerlingen laten bewegen

als doel, kan ik mijn lessen ook dermate inrichten dat ze ook cognitief bezig zijn en daarmee afleiding

krijgen van alle andere cognitieve vakken die de leerlingen aangeboden krijgen.

Een andere motivatie voor mijn keuze op het bewegen als doel, is omdat ik wel degelijk over wil

brengen op de leerlingen dat sporten een mooi iets is om jezelf te profileren. Mijn passie voor sport

en al het goede daaromheen wil ik graag overbrengen op mijn leerlingen.

Het algemene doel van ons vak is om uiteindelijk iedere leerling bekwaam te maken voor een

verantwoorde, zelfstandige, perspectiefrijke en blijvende deelname aan de Nederlandse

bewegingscultuur, ofwel ‘meervoudig deelname bekwaam’ te maken. De leerlingen zullen niet alleen

‘meervoudig deelnam bekwaam’ worden, maar ook ‘meervoudig handelingsbekwaam’. Onder deze

laatste term valt het kunnen bewegen vanuit verschillende invalshoeken, zoals; motorisch gebied

(beter leren bewegen), cognitief gebied (leren over bewegen), sociaal gebied (leren samen te

bewegen) en emotioneel gebied (plezier krijgen in bewegen).

De ontwikkeling van de leerlingen moet te allen tijde plaats kunnen vinden in een prettige

pedagogisch klimaat voor elk individu. In het pedagogisch klimaat zijn aanwezig; een veilige sfeer op

het gebied van Docent, Leerling, Taak en Context, een situatie waarin leerlingen succes ervaren,

gemotiveerd raken en uitgedaagd worden. Hierdoor moet elke leerling zich op zijn/haar

gebied/niveau kunnen ontwikkelen en ontplooien, zonder dat hij/zij zich hierbij niet prettig/veilig

voelt.

Wanneer we naar ons vak kijken moet deze breed en veelzijdig zijn. Met breed wordt verstaan dat er

veel verschillende sporten aan worden geboden. Met veelzijdige bekwaamheid wordt bedoeld dat de

leerlingen vanuit verschillende invalshoeken deze sport kunnen benaderen. (sporter, scheidsrechter,

coach). De leerlingen hebben door deze verschillende invalshoeken een completer beeld van de

sport en dus ook een beter beeld of ze deze sport in de bewegingscultuur uit willen voeren ja of nee.

Ik ben van mening dat je in ons vak niet alleen de traditionele sporten aan moet bieden maar dat je

ook met trendsporten mee moet gaan. Denk hierbij aan long boarden, klimmen of laser gamen wat

uiterst actueel is op dit moment. Doordat je vernieuwende sporten aanbied blijf je op de hoogte van

de laatste trends wat de leerlingen zeer waarderen. Je verplaatst je in de tegenwoordige tijd waar de

leerlingen in leven met betrekking tot sport.

Page 15: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

15

2.1.1.2 Naamgeving van ons vak

Voor de naamgeving van ons vak zijn verschillende keuzes mogelijk, waaronder: bewegingsonderwijs,

gymnastiek, lichamelijke opvoeding of lichamelijke oefening.

Wat betreft de naamgeving vind ik dat het een naam moet zijn, waarin ik me kan vinden, en waarbij

mensen ook de juiste associaties maken. Bij bijvoorbeeld ‘gymnastiek’ heeft iedereen nog een beeld

van een oude sporthal waarin alleen maar rek en strek oefeningen gedaan worden. Om tot een

passende benaming te komen ben ik bij mezelf verschillende namen van ons vak na gegaan, en heb

ik vanuit mijn eigen perspectief bekeken wat voor gevoel dat bij mij opwekt.

Sinds een jaar of woed de discussie of er gekozen moet worden tussen lichamelijke opvoeding of-

oefening. Als je deze 2 termen leest roept dit verschillende beelden bij mij op. Als je denkt aan

lichamelijke oefening krijg ik een beeld van constant dezelfde beweging uitvoeren in een blocked

vorm. Er wordt dus niet anders gedaan als de beweging oefenen. Bij lichamelijke opvoeding heb je

dit beeld niet en kijk je ook eerder naar het sociale en cognitieve vlak. Echter zie ik hier geen beeld

terug van bewegen en gezondheid of het verbeteren van je eigen motorische vaardigheid.

Ik kies zelf voor bewegingsonderwijs omdat dit het meeste aansluit bij mijn gedachten gang. Ik kan

mij vinden in de naam omdat je leer niet alleen over het bewegen zelf (motorisch) maar je leert ook

op cognitief gebied (leren over bewegen) en bewegingsonderwijs komt ook terug in het sociale

gebied (samen leren bewegen). Al deze vormen zijn een vorm van ‘’onderwijs’’ wat betekend dat je

competenties aangeleerd worden. Doordat deze 3 gebieden allemaal de term bewegingsonderwijs

raken kies ik hiervoor.

Page 16: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

16

2.1.1.3 Visie op mens als sporter

Bewegen is vanuit mijn visie gezien het beoefenen van bewegings- en sportsituaties waarbij de

leerlingen lichamelijke inspanning leveren. Hierbij is er geen twijfel over mogelijk dat bewegen de

gezondheid bevordert. Sporten is niet noodzakelijk voor iedereen maar door de lessen

Bewegingsonderwijs kan je als docent toch je steentje bijdragen aan de gezondheid van de

leerlingen. Dit kan op geestelijk en lichamelijk gebied. Tijdens de lessen Bewegingsonderwijs kan je

de geestelijke gezondheid wellicht bevorderen door er voor te zorgen dat elke leerling plezier heeft

tijdens het bewegen. Voor de lichamelijke gezondheid is er aangetoond dat je meer dan 4 uur per

week zou moeten sporten wil dit positieve gevolgen hebben voor de vet vrije massa van het

lichaamsgewicht. Toch kan je dit indirect als docent bevorderen door de leerlingen tijdens ze lessen

te motiveren zodat ze naast de lessen nog meer gaan sporten en wel het minimum van 4 uur sporten

bereiken. Het zorgen voor een gezond lichaam is een gunstig bijkomend effect tijdens de lessen

Bewegingsonderwijs. Bewegen is het doel, maar door het sporten kan de docent indirect bijdragen

aan het begin van een gezonde levensstijl.

Toetsing Wanneer er tijdens de lessen Bewegingsonderwijs onderdelen moeten worden afgesloten, kan dit op verschillende manieren worden getoetst. Hierbij kan je denken aan het geven van een onvoldoende, een voldoende of een goed. Ook is er een mogelijkheid om een cijfer te geven, waarbij dit een onvoldoende of voldoende kan zijn. Verder is het belangrijk wat je meeneemt in zo’n beoordeling en waarop je dus eigenlijk beoordeelt. Vind je de inzet belangrijk, het gedrag, is er verschil tussen technische en tactische uitvoeringen etc.? Vanuit mijn visie wil ik gaan beoordelen door middel van cijfers. Dit betekend dat de inzet van de leerlingen niet direct word beoordeelt. Ik denk dat wanneer leerlingen zich volledig inzetten, ze een zo hoog mogelijk niveau kunnen behalen en dus beoordeelt kunnen worden met een cijfer. De inzet heeft dus wel degelijk een indirecte invloed op het cijfer. Verder is er een verschil tussen technische en tactische uitvoering. Wanneer deze twee soorten in één onderdeel moeten worden beoordeelt wil ik twee cijfers geven zodat je hieruit een gemiddeld cijfer volgt. Dit omdat de leerlingen bij een technische uitvoering op zichzelf zijn aangewezen waarbij ze hun eigen niveau kunnen behalen. Hierbij moeten ze de beweging technisch zo goed mogelijk uitvoeren. Bij een tactische uitvoeren ben je op elkaar aangewezen waardoor de leerlingen samen een sportsituatie beoefenen. Het coachen en zien van bepaalde fouten en mogelijkheden is hierbij iets waar je als docent op moet letten. Voorbeeld van de visie op mensen Tijdens de lessen ‘Visie’ zijn er drie voorbeelden gegeven van de visie op mensen. Hierbij is er een keuze uit: De mens gezien als biologisch-vegetatief wezen, De mens als een te conditioneren wezen, De mens gezien als een relationeel wezen. De mens gezien als biologisch-vegetatief wezen. Er wordt vanuit gegaan dat de mens volledig is te vormen, waarbij er geen oog is voor het menselijke. Het gaat erom om kracht en uithoudingsvermogen van de leerlingen te bevorderen. Dit vind ik te extreem omdat ik denk dat de leerlingen hier totaal geen plezier mee beleven. En omdat dit ook niet haalbaar is met twee lesuren Bewegingsonderwijs per week.

Page 17: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

17

Ook heb je een mens als een te conditioneren wezen. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat gedrag te conditioneren is. Er is eenzijdige communicatie, de docent geeft aan hoe het moet en de leerlingen doen het na. Het stimulus-respons systeem wordt hierbij gebruikt. Ook dit is niet de manier van werken die ik ambieer. Er is nog te veel eenzijdige communicatie, dus de leerlingen kunnen niet zelfstandig werken. Mijn keuze gaat uit naar de visie van ‘De mens gezien als een relationeel wezen’. Het menselijk bewegen staat hierbij in relatie met de omgeving via het menselijk lichaam. Ook is de mens in relatie met personen in de omgeving, met dus meer tweezijdige communicatie. Dit vind ik erg belangrijk zodat de leerlingen zelfstandig kunnen werken en van elkaar kunnen leren. De mens is uniek en creatief. Hieronder versta ik dat iedereen op zijn of haar eigen niveau moet bewegen. Hierdoor behaald iedereen zijn of haar eigen niveau, dit heb ik al eerder uitgelegd. Ook is de mens een geheel van lichaam en geest wat neerkomt om een relationeel mensbeeld, wat ook al eerder is uitgelegd.

Page 18: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

18

2.1.1.4 Visie op de bewegingscultuur

Naar mijn mening is de begrip bewegingscultuur heel breed en ik zal allereerst mijn eigen beeld

hiervan weergeven. De bewegingscultuur bestaat voor mij uit alle activiteiten op het gebied van

bewegen en sport, zoals die in de (huidige Nederlandse) maatschappij verschijnen. Tijdens deze

activiteiten staat bewegen dus centraal en niet als middel. De sporten kunnen overal beoefend

worden waarbij je moet denken aan een sportvereniging, op straat in de sporthal of op het

schoolplein. Onder de bewegingscultuur valt een breed en diepgaand aanbod dat bestaat uit een

(grote) variatie aan activiteiten, waardoor het mogelijk is voor leerlingen om aan veel activiteiten

mee te doen. Gezien de vele keuzes die leerlingen hebben voor bepaalde activiteiten is het van

belang dat de leerlingen kiezen welke sport aansluit bij hun kunnen, deelnamemotieven en hun

wensen in de sport.

In het vierveldenmodel staan naar mijn idee eigenlijk alle denkbare sporten die gegeven dienen te

worden op school. Ik kies er bewust voor om vanuit alle hoeken van het model activiteiten aan te

bieden, zowel traditioneel als vernieuwend als formeel en informeel. Verder dien je een afwisselend

aanbod hieruit te geven met verschillende invalshoeken hierbij. Zo hou je je lessen gevarieerd

waardoord de kinderen een breed aanbod voorgeschoteld krijgen van verschillende sporten welke

de interesse kunnen wekken bij deze leerlingen.

Links bovenin staan de meest voorkomende sporten welke ik vind dat deze sowieso behandeld dient

te worden. Hieronder vallen onder andere voetbal, hockey, atletiek en racketspelen. Rechts bovenin

staan sporten die nieuw zijn, maar wel echt binnen bepaalde regels uitgevoerd dienen te worden.

Links onderin staan activiteiten waarin meer ruimte is voor een eigen inbreng van de leerlingen.

Hierin komen de andere rollen dan bijvoorbeeld de beweger aanbod. Denk hierbij vooral aan de rol

als coach. Rechts onderin staan sporten die veelal in de vrije tijd van leerlingen uitgeoefend worden.

Dit worden alternatieve/vernieuwende sporten genoemd waarbij het bewegen met veel eigen

inbreng centraal staat en waar geen regels aan vast zitten. Denk hierbij bijvoorbeeld aan recreatief

free runnen of wave boarden op een meer.

Page 19: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

19

Mensbeeld

Naar mijn mening bewegen wij, mensen, om tot interactie te komen met de wereld waarin wij leven.

Gedurende mijn eerste twee studiejaren aan de HALO ben ik in aanraking gekomen met de

‘betekenisvolle context’ en ‘sturend arrangement’. Zorg ervoor dat er een context gecreëerd word,

waarin jij als docent eigenlijk niets meer hoeft te vertellen: leerlingen zien het en gaan erin bewegen.

In eerste instantie geloofde ik hier niet zo in, laten we het houden op ‘sceptisch’, maar na mijn stage

aan de Openbare Montessorischool in Spijkenisse ben ik wel degelijk overtuigt hiervan. Zodra de

leerlingen een voorwerp zien kunnen ze deze gelijk linken aan een activiteit waarvoor deze bedoeld

is. Dit is echter niet voor iedereen gelijk. De ene zal een bal zien liggen en wil en tegen slaan of

gooien en de andere zou tegen deze bal willen schoppen.

Om tot een handeling te komen zoals hierboven moet je er toch wel eerst kennis mee gemaakt

hebben, bijvoorbeeld in de lessen bewegingsonderwijs op school.

Ik vind dus dat de mens, bestaande uit lichaam en geest, handelingen ondergaat om tot interactie te

komen met zijn/haar wereld op de manier die voor hem/haar betekenisvol is.

Beweegbeeld

Als je kijkt naar beweegbeeld wil ik de link maken van substantieel en relationeel aan gesloten en

open vaardigheden. Ik heb geleerd dat gesloten vaardigheden vooral voordoen bij een substantieel

aanleren van vaardigheden. Andersom dat openvaardigheden perfect lenen in het relationele beeld.

Neemt niet weg dat dit een grijze gebied is en dat er wel raakvlakken zijn.

Als je kijkt naar turnen zie je het volgende; technieken bij bewegingen moeten geoefend worden om

tot de juiste beweging met de juiste techniek te komen, dit geeft het meest constante resultaat als

de beweging ingeslepen wordt. Het zou echter wel mogelijk moeten zijn om deze technieken ook in

andere arrangementen te moeten kunnen trainen/oefenen; dus het random en varied oefenen

volgens ’n relationeel beeld.

In het aanleren van bewegingen wil ik zo veel mogelijk op zoek gaan naar het aanleren van

bewegingen in gevarieerde contexten en daarmee positieve transfers bevorderen.

Zoals hierboven staat vermeld wil ik dat er veel verschillende bewegings- en sportsituaties kunnen

worden uitgevoerd, wat betekend dat er veel verschillende activiteiten in mijn vierveldenmodel

staan. Dit zijn dus formele, vernieuwende, informele en traditionele sporten. De sporten die

hieronder vermeld staan zou ik graag in mijn lessen Bewegingsonderwijs aanbieden, de vraag is

alleen of dit tot de mogelijkheden behoort.

Page 20: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

20

Nummer 1: formeel vernieuwende sporten

- Rugby

- Ultimate frisbee

Nummer 2: informeel vernieuwende sporten

- Klimmen

- Free running

- Skaten

- Boogschieten

- Acrogym

- Flag football

- Mountainbiken

- Wielrennen

Nummer 3: informeel traditionele sporten

- Badminton

- Straatvoetbal

- Tennis

- Hardlopen

- Tafeltennis

- Dansen

- Schaatsen

Nummer 4: formeel traditionele sporten

- Zwemmen

- Voetbal

- Hockey

- Basketbal

- Turnen

- Volleybal

- Handbal

- Korfbal

Page 21: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

21

2.1.1.5 Visie op onderwijs en leren

Op mijn stages heb ik gemerkt dat het behavioristisch lesgeven noodzaak is voor het aangeven van

mijn grenzen. Ik ben van mening dat de leerlingen duidelijke kaders nodig hebben, en dat leerlingen

ook leren door te ‘voelen’ (wie niet horen wil, …).

Maar, het is naar mijn mening niet nodig om dit de gehele les te volgen. Ik ben van mening dat je je

leerlingen met het navolgen van deze leertheorie niet opleid/opvoed tot iemand wie op een

zelfstandige, verantwoorde manier kan deelnemen aan de bewegingscultuur, zoals de KVLO wel in

haar kerndoelen stelt.

Tevens heb ik in mijn stage ondervonden dat ik het prettig vond werken om vraag gesteld les te

geven. Ik heb ondervonden dat je daardoor ook de aandacht houdt bij de groep en dat je de kinderen

ook inspraak geeft in het deel dat jij deelt met ze. Zodra ze betrokken blijven en zelf aan het denken

gezet blijven worden, hoef je een verhaal ook maar 1 keer te vertellen omdat ze opletten tijdens je

verhaal. De leerlingen zijn hierdoor in staat om het ook aan elkaar uit te leggen waardoor de

informatie ook langer blijft hangen in het geheugen. Ook hierbij wil ik weer teruggrijpen op het

eerder genoemde KVLO kerndoel: de leerlingen moeten uitgroeien tot zelfstandige, verantwoorde

deelnemers. Dit wordt niet bereikt door alles voor te kauwen voor de leerlingen maar door ze zelf

aan het denken te zetten op een zelfstandige manier. Zelf kan ik me vinden in het constructivisme.

Als voorbeeld: als ik een hindernisbaan uit zet kan ik vertellen hoe iedere hindernis genomen dient te

worden. Ik kan ook zeggen; “neem de baan op een veilige manier, op de manier zoals jij denkt dat die

hindernis goed is”. In dat laatste geval maak ik dus gebruik van aanwezige vaardigheden, parate

kennis en eventueel behoefte op manier van bewegen, in relatie met de binnenkomende informatie

van mij (vooral veiligheid) en de voorbeelden van de medeleerlingen (= cognitivisme).

Zelf vind ik het principe ‘’multi-inzetbaarheid’’ belangrijk binnen mijn lessen. Ik denk dat het goed is

om vaardigheden in meerdere contexten te kunnen, maar ook om uit verschillende manieren de

juiste opdracht kunnen halen. Zo kan je presteren in veranderende omstandigheden. Voornamelijk

door het vak ‘Activerende Didactiek’ op de HALO ben ik erg gecharmeerd geraakt door de

verschillende mogelijkheden waarmee je leerlingen aan het werk kunt zetten, en bewust geworden

van hoe je zo veel mogelijk ‘leersoort’-leerlingen (tactiel, visueel, enz.) kunt aanspreken.

De conclusie die ik dus met betrekking tot de leertheorieën kan trekken is dat ik niet abstract volgens

één theorie les wil geven, maar met behulp van een mengelmoesje.

Page 22: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

22

2.1.1.6 Vakvisie volgens ‘model van Crum’

Ik ben van mening dat er voor een fysiologisch doel te weinig lesuren gemaakt worden in het LO in

het onderwijs van tegenwoordig. Om hier wel verschil in te krijgen moet je drie maal per week

intensief sporten en deze ruimte is er niet helaas.

Het biologisch georiënteerd lichaamsoefeningenconcept van Crum is dus niet toepasbaar in dit

opzicht. Echter zou ik mij wel meer in dit concept kunnen vinden als het ‘Bewegen & gezondheid’

centraal staat. Denk bijvoorbeeld aan een (minimaal) 6 weken lang fitness, of BSM/SDV/LO2/o.i.d.

Gedeeltelijk kan ik mij vinden in het vorming theoretisch lichamelijk opvoedingsconcept. Ik weet

zeker dat sporten grenzen kan verleggen bij een persoon. Een enkele leerling heeft bijvoorbeeld

vrees voor het maken van een overslag; maar ik weet zeker dat het na een lessenreeks zal lukken en

dat deze leerling een boost zelfvertrouwen zal krijgen. Dit concept gaat er van uit dat door het

sporten het pedagogische effect vanzelf komt door het bewegen. Dit vind ik wel interessant, want

dergelijke situatie is volgens mij wel gewenst als nevendoel in je lessen, en naar mijn mening ook

zeker al bewezen: sporten verbroedert zeker.

Het personalistische bewegingsconcept gaat ervan uit dat iedere leerling op zijn/haar eigen niveau

beweegt. Hiervan ben ik een voorstander. Je moet nooit boven of onder je kunnen sporten, dit is

namelijk zeer onprettig. Zoals ik dit concept echter lees, komt dit concept als heel statisch op me

over: iedere leerling in zijn/haar eigen bubbel in de zaal droge rek-strek oefeningen doen. Dat laatste

zal echter nooit gebeuren want die tijden zijn we gepasseerd.

Ook met het vierde concept (conformistische sportsocialisatie) ben ik het gedeeltelijk eens. Ik ben

voor het vertrouwd laten worden met genoemde zaken, maar tegen de hierin genoemde manier

(gesloten, directe instructie). In een enkel geval is dergelijke sturing wel nodig, maar volgens mij

zeker niet wenselijk.

De stelling ‘niet socialisatie door sport maar in sport’ vind ik een goed streven. Ik heb eerder al

aangegeven dit wenselijk te hebben.

In het vijfde concept (kritische constructieve bewegings- socialisatieconcept)komt als eerste de

naschoolse sport aan bod. Deze visie is zeer actueel, en daarmee ook heel toepasselijk. Mede door

de ‘voorbereiding op sportdeelname in wisselende rollen, vanuit meerdere motieven’ (Multi-

inzetbaarheid) kan ik mij vinden in dit concept. Tot dusver kan ik geen tegenargumenten vinden om

dit concept, het kritisch constructief bewegings- socialisatieconcept, te weerleggen.

De conclusie die ik trek t.b.v. ‘Crum’ is dat ik mij dus slecht in één concept volledig kan vinden, en dat

de overige concepten allemaal ‘wel wat hebben’.

Net als bij de leertheorieën komt het er hier op neer dat ik zal streven / mij kan vinden in het

aanbieden van de concepten in een mengelmoes-vorm.

Page 23: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

23

2.1.1.6 Toekomstvisie

Actuele ontwikkelingen Het bewegingsonderwijs begaat een ontwikkeling. Zo wordt er in het bewegingsonderwijs steeds

vaker gebruik gemaakt van een SOK programma (sport oriëntatie keuze programma). Hierin worden

sporten aangeboden die niet in het regulieren bewegingsonderwijs worden gegeven. De leerlingen

kiezen zelfstandig verschillende sporten/ sportactiviteiten die ze aangeboden willen krijgen.

Ik vind dit een positieve ontwikkeling aangezien de verbreding van de sportkennis erg belangrijk is.

Om een nog bredere sportopvatting te creëren. Ik zou willen dat er op elke school gebruik word

gemaakt van het SOK programma. Dit zou leerlingen kunnen helpen een intrinsiek doel van later te

ontwikkelen. Hier bedoel ik mee dat ze uit verschillende sporten een sport kiezen die ze willen/ gaan

beoefenen naast de lessen bewegingsonderwijs.

Toekomstscenario 2028 Ik kies het scenario ‘Wegwijs in bewegingscultuur’. Hierin gaat het om meervoudige deelname

bekwaamheid in een meervoudige bewegings- en sportcultuur. Ik vind dit belangrijk. De leerlingen

moeten bewegingsvaardigenheden én regelvaardigheden leren. Hierdoor kunnen ze een

meervoudige deelname aan de bewegings- en sportcultuur invullen. Niet alleen het kunnen

beoefenen van de sport maar ook het kunnen organiseren en reguleren van een sport- en/ of

spelsituatie. Doordat deze onderdelen worden aangeboden in de lessen bewegingsonderwijs kunnen

de leerlingen later eventueel een bijdrage leveren aan de bewegings- en sportcultuur.

In dit scenario gaat het ook om een grondige sportoriëntatie keuze. Het belang van een SOK

programma heb ik in het bovenstaande kopje ‘actuele ontwikkelingen’ uitgelegd.

Gevolgen voor de schoolpraktijk Voor de docent zullen de gevolgen van het SOK programma zichtbaar zijn in het aanbod van veel

verschillende sport- en/ of spelsituaties. Er zullen docenten zijn die maar een bepaald aantal sporten

aanbieden, zoals basketbal, voetbal, volleybal en softbal. Deze docenten zullen zich moeten

verdiepen in een groter aantal sporten om te kunnen voldoen aan het SOK programma. Ook is het

voor de docent van belang om zich te verdiepen in de regelvaardigheden van het grotere aanbod van

sporten. Ze moeten de leerlingen in elke sport- en/ of spelsituatie de nodige informatie kunnen

geven, zodat de leerlingen de bewegings- én regelvaardigen onder de knie krijgen.

Doordat leerlingen in hun studieloopbaan de sport oriëntatie keuze krijgen voor geschoteld, zouden

professionals meer leerlingen kunnen verwachten. Hiermee bedoel ik dat er vanuit de school voor

gekozen kan worden dat niet de docent de les geeft, maar een professional. Wanneer dit het geval is

zal er voor de professionals meer werk ontstaan. Wanneer zich het tegenovergestelde voordoet en

de docent heeft genoeg kennis om alle lessen van het SOK programma te geven, zal dit niet positief

uitpakken voor de professionals. De situatie zal voor de professionals dan niet veranderen ten

overstaande van de huidige situatie.

Zoals eerder genoemd zullen alle leerlingen in de toekomst gebruik kunnen maken van het SOK

programma. Ook wordt er aandacht besteed aan bewegings- en regelvaardigheden. Wellicht vind

een leerling de sport die bij hem/ haar past door het SOK programma. Doordat de schoolpraktijk is

veranderd zal de toekomt van verschillende leerlingen ook kunnen veranderen. Dit in positieve zin,

de bewegingsonderwijslessen hebben indirect bijgedragen aan een meervoudige deelname

bekwaamheid in de bewegings- en sportcultuur.

De gevolgen voor de inhoud van het programma van de bewegingsonderwijslessen zullen groot zijn.

Er zal een breed sportaanbod moeten worden ontwikkeld doordat er gebruik wordt gemaakt van het

Page 24: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

24

SOK programma. Ook zal er getoetst moeten worden op het proces en het product. Dit houdt in dat

bewegings- en regelvaardigheden op basis van toetsing gelijk staan aan elkaar.

Dit heeft tegelijkertijd invloed op de organisatie en het beleid. Wanneer docenten zelf niet de

mogelijkheden zien om het SOK programma aan te bieden zullen er externe locaties met

professionals gezocht moeten worden. De organisatie van de reguliere bewegingsonderwijslessen zal

kunnen veranderen doordat dit op elkaar afgestemd moet worden.

Page 25: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

25

2.1.2 Vakvisie – Stoffers, Glenn

2.1.2.1 Naam van het vak

Ik vind Lichamelijk opvoeding de juiste naam voor het vak. Waarom? Omdat je tijdens de gymlessen veel te maken krijgt met stukken opvoeding. Gym is niet alleen goed voor de motorische ontwikkeling, maar ook voor de sociale en cognitieve ontwikkeling. Wanneer je samen moet spelen of samen een bewegingsuitdaging moet oplossen zal een leerling sociaal sterker worden. Wanneer een leerling door leren over een beweging ook beter inzicht krijgt in andere vakken zal een leerling cognitief sterker worden. Wanneer een leerling jou regels overtreedt, zal je hem/haar hierop moeten aanspreken en misschien wel moeten straffen. Wanneer een leerling tijdens de gym in de problemen komt, of ergens mee zit, zal je dit samen met hem/haar en/of zijn/haar ouders/leerkracht moeten oplossen. Wanneer een leerling om wat voor reden dan ook onsportief gedrag vertoont en daarbij jou regels overtreedt, zal je dit moeten oplossen. Dit zijn allemaal voorbeelden wat niet alleen met jou les te maken heeft, maar ook met gedrag van kinderen. Wanneer je het gedrag van kinderen wilt veranderen of verbeteren, ben je, vind ik, bezig met het opvoeden van die kinderen. Ze moeten via jou erachter komen wat wel en niet kan/mag. Daarom zijn afspraken en regels ook zo belangrijk in de les. De leerlingen hebben een veilige leeromgeving nodig en die zal ik als docent moeten creëren. Ik vind dat je tijdens de les veel bezig bent met het opvoeden van kinderen omdat je leerlingen vaak moet corrigeren op wat wel en niet mag en of ze het wel of niet goed doen. Ze worden zoals ik al zei niet alleen motorisch vaardiger, maar ook sociaal en cognitief. Daarnaast vind ik het ook belangrijk dat de kinderen blijven deelnemen aan de bewegingscultuur. Ik moet ze dus zo motiveren en zo’n veilige leeromgeving creëren, dat ze verder willen gaan met sporten dan alleen in de gymles. Ik vind dat dit ook voor een deel bij opvoeden hoort, want zoals ik al eerder aangaf; wanneer een kind meer gaat sporten zijn er verschillende factoren die positief beïnvloed worden. Een paar kleine voorbeelden:

Je bent weerbaarder

Je blijft slanker

Je hebt minder snel kans op ziektes

Je krijgt meer zelfvertrouwen

Je hebt minder kans op chronische aandoeningen

Ik vind dat kinderen zich hiervan bewust moeten worden gemaakt.

Page 26: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

26

2.1.2.2 Algemeen doel van het vak

Het algemene doel van mijn lessen lichamelijke opvoeding is dat alle leerlingen zich volgens hun

eigen traject zowel sociaal als persoonlijk gaan vormen. Door veel activiteiten te gebruiken waarin

samenwerking en het contact met elkaar maken aan bod komen wil ik ze voorbereiden op de rest

van het leven. Door gebruik te maken van een speelse manier van samenwerken, denk hierbij aan

het veelvuldig gebruik maken van sport en spel, denk ik ze het beste te kunnen bijbrengen waar de

leerlingen in hun verdere leven nog profijt van gaan hebben.

Daarbij wil ik dat het pedagogisch klimaat voor ieder individu prettig aanvoelt. Tijdens een eerder

gelopen stage heb ik gemerkt dat het werken in een pedagogisch klimaat wat slechts voor een deel

van de klas 'veilig' aanvoelt, het grootste gedeelte van de klas remt in hun ontwikkeling. Hiermee wil

ik aangeven dat een kind dat zich veilig voelt zichzelf gaat ontplooien. Wanneer het pedagogisch

klimaat dus voor (bijna) iedereen 'veilig' is, zullen de resultaten daar ook naar zijn. Het pedagogisch

klimaat is dus zeer belangrijk voor het ontwikkelen van elk kind.

Wat je veelal merkt tijdens de lessen LO, is dat je vanaf het begin een veilig klimaat moet creëren. De

lessen LO zijn immers vaak de enige lessen waar leerlingen fysiek met elkaar in contact komen. Wat

ik heb gemerkt tijdens mijn H1 stage is dat, wanneer er een onveilig klimaat heerst in de klas, vooral

de minder zelfverzekerde leerlingen geremd worden in hun ontwikkelingen. Voor hun was het

pedagogisch klimaat niet veilig genoeg om hun ding te moeten doen en bleven daardoor ver achter

bij de rest van de klas.

Wanneer ik bovengenoemde situatie vergelijk met mijn stage uit H2 is die totaal verschillend. Tijdens

die stage was duidelijk te merken dat er vanaf het begin van het schooljaar gewerkt was aan het

creëren van een veilig pedagogisch klimaat. Alle leerlingen deden actief mee met de lessen en

hadden hier veel plezier in. Ze stonden ervoor open om iets te kunnen leren en dat gold zowel in

groepen als per individu

Mijn doel als docent lichamelijke opvoeding is dan ook om ervoor te zorgen dat elke leerling zich

veilig voelt tijdens mijn lessen. Dit zal ik per klas op een andere manier moeten aanpakken, maar ik

wil voor elke klas een optimaal pedagogisch klimaat creëren.

Page 27: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

27

2.1.2.3 Visie op mens als sporter

Wat ik versta onder bewegen is: "Het deelnemen aan de bewegingscultuur, waarin ieder individu

zich veilig voelt en zich optimaal kan ontwikkelen." De beweegcultuur kan echter afhangen van je

omgeving. Welke sporten zijn er bijvoorbeeld populair, dan behoren die zeker tot de

bewegingscultuur. Maar ook wanneer een leerling een sport beoefend die niet voor iedereen is weg

gelegd behoord deze ook tot bewegen/beweegcultuur. Bewegen wordt gevormd door gedrag. Dit

gedrag wordt vaak beïnvloed door andere, maar ook je eigen beslissingen en interesses spelen een

rol in dit gedrag.

Ik zie tijdens deze omschrijving van bewegen de leerling als een relationeel wezen. Ik zie tijdens deze

omschrijving van bewegen de leerling als een relationeel wezen. In het kader van een relationeel

lichaamsbeeld kunnen ‘lichaam’ en ‘wereld’ (of ‘omgeving’) niet onafhankelijk van elkaar

gedefinieerd worden. Het lichaam wordt hier niet gezien als een isoleerbaar ‘ding’, waaraan

eventueel nog een ‘geest’ (of ‘ziel’) kan worden toegevoegd. Vanuit een relationeel lichaamsbeeld

worden mensen gezien als intentionele wezens, die – op vele manieren – een relatie met de wereld

onderhouden. Ter onderscheiding van extrinsieke relaties spreken we in dit verband van intrinsieke

relaties, en wel met name van betekenisrelaties (of ook wel van om terelaties). Mensen kunnen op

verschillende manieren met hun omgeving betekenisrelaties onderhouden. Over een bal, bij

voorbeeld, kun je nadenken, je kunt er over praten, je kunt er een schop tegen geven. Deze

verschillende manieren worden steeds met behulp van werkwoorden onder woorden gebracht, en

de mens verschijnt in dit verband dus primair als een handelend wezen. (Jan Tamboer, (febr. 2011))

Ik vind het belangrijk dat de mensen die bewegen een positieve relatie hebben met hun omgeving.

Dit alles gebeurd via het menselijk lichaam. De externe invloeden zijn dus van belang om te kunnen

bewegen. Wat ik hiermee wil zeggen is dat de veiligheid binnen een les dus gewaarborgd moet

worden. Omdat het lichaam dus in relatie staat met de wereld, is het belangrijk dat er een

vertrouwensband wordt opgebouwd met alle andere leerlingen en de vakdocent LO. Er wordt dus

een veilig omgeving gecreëerd waarin bewogen kan worden.

Mijn bewegingsbeeld is ook relationeel. Er zullen tijdens de lessen LO uiteindelijk cijfers uitgedeeld

moeten worden, maar die cijfers zijn niet het aller belangrijkste. De lessen LO draaien om het plezier

wat wordt ervaren door alle leerlingen. Hierbij komt het gedrag van de leerlingen om de hoek kijken.

Ik vind het belangrijk dat het gedrag van een leerling acceptabel is. Ik zal hierbij de uitdaging zoeken

om de juiste arrangementen toe te passen zodat de gehele klas bezig is met het uitvoeren van de

'opdracht'. Ik ben van mening dat dit het pedagogisch klimaat op een positieve manier beïnvloed,

want wanneer ieder individu alleen bezig is met zichzelf, zal een ieder zich ook optimaal (op zijn/haar

eigen manier) kunnen ontwikkelen.

Een voorbeeld:

Tijdens de lessen judo kan er gebruikt gemaakt worden van techniekgeoriënteerd judo of

spelgeoriënteerd judo. Bij techniekgeoriënteerd judo wordt veelal gebruik gemaakt van

standaardsituaties waarin iedereen op de zelfde tijd dezelfde beweging uitvoert. Terwijl bij

spelgeoriënteerd judo op een speelsere manier (maar zeker wel met judotechnieken!) judo wordt

aangeboden.

Dan wordt er tijdens de judolessen gebruik gemaakt van de volgende volgorderegels:

Page 28: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

28

1. van gescheiden functies naar wisselend initiatief

2. van weinig weerstand naar veel weerstand

3. van enkelvoudige naar meervoudige balansverstoringen

4. van labiele positie naar stabiele positie.

Wanneer ik tijdens de judolessen de leerlingen aan de slag laat gaan met spelgeoriënteerd judo en

daarbij gebruik maken van deze volgorde regels. Zal dus een ieder op zijn/haar eigen niveau kunnen

sporten en zich dus ook op zijn/haar eigen manier kunnen ontwikkelen. (Jan Middelkamp, 24 febr.

2012, Judo als spel)

Een ander voorbeeld:

Tijdens turnlessen werd in het verleden voornamelijk gebruik gemaakt van blocked practice.

(Allemaal bewegen in één enkele BOLS)) Ik ben van mening dat, zeker tijdens het turnen, lessen die

volgens de blocked/random varied methode gegeven worden(het draait dus om de verschillende

arrangementen), meer leerresultaat boeken. Denk bij het turnen bijvoorbeeld aan een

bewegingsbaan. Je gebruikt (een deel) van de zaal voor het uitzetten van een bewegingsbaan turnen.

Hierin komen verschillende arrangementen te staan voor het uitvoeren van verschillende

bewegingen uit hetzelfde deelgebied. Denk aan:

- Kastdeel/Blok, Lange mat, Kast+trampoline + verhoogt vlak -> Heen

- 2 Blokken, Lange mat, Korte aanloop + trampoline + 30cm mat -> Terug

In deze arrangementen kunnen de leerlingen verschillende bewegingen uitvoeren op ieder zijn/haar

eigen niveau. Deze arrangementen zijn geschikt voor oa: De koprol, Sterksprong, met als einddoel de

salto voorover vanuit aanloop. Hiermee wil ik aangeven dat leerlingen in deze context kunnen

bewegen op hun eigen niveau en er dus voor iedereen een uitdaging is.

Dit alles sluit mooi aan bij één van de kerndoelen van Bewegen en Sport:

- "De leerling leert de hoofdbeginselen van de bewegingsactiviteiten op eigen niveau toe te passen."

(H. Stegeman, (febr. 2011))

Daar waar ik het gedrag van de leerlingen belangrijk vind, is het moeilijk om de leerlingen te

becijferen. Motivatie en inzet spelen ook een grote rol en ik vind het belangrijk dat leerlingen

stappen maken. Wanneer er dus een leerling is die zelf minder motorisch vaardig is, maar wel laat

zien dat hij/zij zich inzet en er ontwikkeling plaats vind, zal er te allen tijde een "voldoende" door mij

gegeven worden.

Er zal door mij een algemeen cijfer worden gegeven voor de vaardigheid, dit betekent dus dat de

vaardigheid wel wordt beoordeeld. Voor de minder vaardige bewegers geldt dan weer dat de

voortgang wordt meegenomen bij de beoordeling. Het zal lastig zijn om een cijfer te geven voor één

enkele klas. Er zal naar meerdere klassen gekeken moeten worden en tijdens bijvoorbeeld een

sectievergadering overlegd moeten worden hoe dit aan te pakken. Voor het beoordelen van de

vaardigheid is per onderwerp een beginsituatie nodig. Zonder beginsituatie kan er ook geen

voortgang worden beoordeeld. Deze zal dus aan het begin van elke lessenserie moeten worden

opgemaakt. Het is natuurlijk wel zo dat een goede beweger niet mag worden afgerekend op zijn

kwaliteiten. Het kan dus niet zo zijn dat een goede beweger een onvoldoende krijgt omdat zijn

voortgang minimaal is geweest. Bij een goede beweger zal er dus meer gekeken moeten worden

naar inzet en motivatie. (=bijv. houding en andere leerlingen sturen/helpen)

Page 29: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

29

Zoals al eerder omschreven moet het pedagogisch klimaat veilig zijn. Want er wordt immers alleen

juist gedrag (bewegen) vertoont als er een veilige omgeving is. De externe invloeden hebben dus veel

invloed op de beweger. Wanneer er onjuist gedrag vertoont wordt ('fout' bewogen) zal hier wat over

moeten worden gezegd. Ieder individu is anders en op zijn/haar eigen manier creatief. Zeker

wanneer je een docent bent heb je met al deze onderlinge verschillen te maken. Ik heb zelf ervaren

dat de ene 2 HAVO klas niet de andere 2 HAVO klas is. Hierdoor zal je als docent per klas op een

andere manier ervoor moeten zorgen dat het pedagogisch klimaat in orde is.

Over het klassiek conditioneren door middel van belonen en straffen kies ik een middenweg.

Wanneer een leerling positief gedrag laat zien tijdens een les of op de juiste manier beweegt zal dit

zeker worden gestimuleerd door middel van belonen (complimenteren). Ook is het zo dat wanneer

een leerling negatief gedrag vertoont, op welke manier dan ook, deze hierop wordt aangesproken.

Dit kan op verschillende manieren, denk aan: Mondeling waarschuwen, even apart nemen en erover

praten, niet deelnemen aan het vervolg van de activiteit(en) en na de les blijven zitten voor een kort

gesprek. Al deze acties mogen niet ten kosten gaan van de les, want de les moet volgens mijn visie

als plezierig worden ervaren. (positief pedagogisch klimaat)

Wat tijdens de les dus belangrijk is een positief pedagogisch klimaat. Ieder kind is anders en zal zich

dus op zijn/haar eigen manier gaan vormen. Tijdens mij HF 1 stage op het VO is mij dit zeer duidelijk

geworden. Ik gaf las een twee 3 VMBO-GL klassen en in beide klassen heerste een ander klimaat. Ik

merkte dat ik tijdens beide lessen een heel andere manier van lesgeven nodig had. Dit bewijst maar

weer dat de mens in relatie staat met de personen in de directe omgeving.

Page 30: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

30

2.1.2.4 Visie op de bewegingscultuur

"Bewegingscultuur": De cultuur waarin mensen bewegen en dus bepaald gedrag vertonen waarin elk

individu zich veilig voelt en zichzelf dus optimaal kan ontwikkelen. Zowel motorisch als sociaal als

cognitief.

Dit betekent dat er in mijn bewegingscultuur veel verschillende sporten aan bod komen. Deze

sporten hoeven niet allemaal in teamverband te zijn of op een vereniging worden beoefend, maar

ook individuele sporten die thuis of op een pleintje/speelveld kunnen worden beoefend.

Ziehier mijn vierveldenmodel:

Zoals je kunt zien worden bij mij in de les verschillende soorten sport beoefend. Zowel traditionele

als vernieuwende sporten. Ik wil natuurlijk die traditionele sporten aanbieden omdat die ook bekend

zijn bij de meeste leerlingen. Maar als er ruimte en investeringsgeld voor is om wat anders te

introduceren, sta ik daar zeer zeker voor open. Zie het Waterskiën. Dit is voor bijna alle leerlingen

nieuw. Als er tijd en geld voor is om een dag met die leerlingen een waterski-baan op te zoeken zou

dat natuurlijk fantastisch zijn. Nieuwe sport = een nieuwe uitdaging en dus nieuw gedrag van de

kinderen. Hiermee probeer ik de leerlingen nog meer enthousiast te maken voor een blijvende

deelname aan de bewegingscultuur.

Page 31: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

31

2.1.2.5 Visie op onderwijs en leren

Tijdens mij lessen zal vooral het cognitivisme naar voren komen. Deze leertheorie sluit aan bij mijn

visie. Ik zie bewegen als een vorm van gedrag. Bij het cognitivisme wordt de persoon/mens

(beweger) gezien als "iemand" die informatie verwerkt.

Het leren wordt hierbij gezien als een proces. Bij dit proces worden bepaalde netwerken opgebouwd

die in een later stadium opgeroepen kunnen worden. Daardoor ook mijn benaming van het vak:

"Bewegingsonderwijs". Ik ga er bij bewegingsonderwijs van uit dat leerlingen iets wat ze in een

eerder stadium geleerd hebben bij een ander (nieuw) stadium op kunnen roepen. Zoals bekend

wordt de mens gezien als een verwerker van informatie. Wanneer je gebruikt maakt van een retentie

test na een 'x' aantal weken, kun je als docent zien of een leerling iets geleerd heeft. Ieder kind is

anders en leert op zijn/haar eigen manier. Door gebruik te maken van deze retentietest kun je dus

ook mooi zien of jij als docent de stof op de juiste manier hebt overgebracht aan de leerlingen.

De netwerken die hierboven zijn beschreven, kunnen dus per leerling steeds worden "verbeterd". De

netwerken zullen dus steeds worden aangepast(verbeterd). Dit houdt in dat de netwerken aan het

begin van de schoolperiode een andere vorm hebben dat aan het eind van de periode. Leerlingen

zullen oude bewegingen(uitdagingen) moeten koppelen aan nieuwe bewegingen(uitdagingen). Er zal

dus een actief leerproces zijn waarbij iedere leerling zich op zijn/haar eigen manier ontwikkeld.

Door dat actieve leerproces, blijven deze leerlingen ook steeds maar bijleren. Varied practice zal dus

een mooie vorm van lesgeven zijn van het cognitivisme. Bij elk nieuw arrangement zal er moeten

worden nagedacht door de leerlingen, over hoe ze deze bewegingsuitdaging gaan oplossen. Doordat

ze verschillende bewegingen met elkaar gaan vergelijken en ze hier ook bewust van maakt(Denk aan

turnen, handstand & overslag), ontstaat er een transfer voor deze bewegingen. Ze gaan het oude

netwerk (informatie ) oproepen om zo de nieuwe beweging zo optimaal mogelijk uit te kunnen

voeren.

Page 32: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

32

2.1.2.6 Visie volgens ‘Crum’ Voor mijn vakvisie heb ik twee verschillende concepten van Crum (2011) gebruikt.

Te beginnen bij concept 2: vorming theoretisch lichamelijk opvoedingsconcept. Dit concept gaat ervan uit dat het bewegen een middel is voor de menselijke ontwikkeling voor waarneming en cognitie. Neem het “durven” van kinderen. Wanneer een leerling zijn grenzen verlegd zal hij/zij de volgende keer meer durven tijdens die bewegingsuitdaging. De beweging wordt “makkelijker” en zal eerder toe zijn aan een nieuwe bewegingsuitdaging. Het beweegniveau zal hierdoor positief worden beïnvloed. Het bewegen is hierbij niet gebaseerd op uitvoering, maar op plezier en motivatie. Wanneer een leerling meer succesbeleving heeft zal hij/zij ook gemotiveerder zijn voor de volgende stap. Relationeel mensbeeld -> Leerling staat centraal in zijn/haar omgeving. Het 'not learning to move' maar moving to learn vind ik ook een sterk punt van dit concept. Je leert dingen door ze te ervaren en niet door ze eerst te bekijken. In concept 3 (= het personalistische bewegingsconcept) staan ook interessante dingen die aansluiten bij mijn vakvisie. Het relationeel bewegingsconcept vind ik zeer belangrijk. Elke mens in een uniek wezen en heeft dus zijn eigen invulling op een bepaalde omgeving. Bewegen is volgens concept 3 een noodzaak om elk individu op zijn/haar eigen manier te ontwikkelen. Nog een belangrijk punt uit concept 3 is het stellen van persoonlijke leerdoelen. Niet elk lesdoel is voor elk kind haalbaar in die periode. Ik vind dat je voor elk individu een eigen doel mag stellen. Er moet wel een algemeen doel zijn aan het eind van een lessenserie maar elk kind is uniek en niet elk kind is even vaardig in een sport. Wanneer leerlingen dus zelf met een opdracht aan de slag gaan vind ik dat, mits het veilig is, ook zeer gewenst. Ik ben een voorstander van het zelf ontdekkend leren. Ik ben het dus niet eens met het biologisch georiënteerd lichaamsoefeningenconcept, hierin wordt het lichaam namelijk gezien als een instrument wat je kan vormen. Ik zie zelf het bewegen als gedrag. Dit gedrag kun je aanpassen en het bewegen dus ook. Als laatste uit het conformistisch sportsocialisatie concept, hierbij wordt veel les gegeven volgens een gesloten vorm en met instructie van docent. Ik ben een voorstander van zelf ontdekkend leren, want iedere leerling is anders. Ik zal er rekening mee moeten houden dat er veel verschillende arrangementen moeten zijn tijdens de lessen zodat iedere leerling aan bod komt in een voor hem/haar veilige en uitdagende context.

Page 33: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

33

2.1.2.7 Toekomstvisie

Ik ben als toekomstig docent lichamelijke opvoeding van mening dat de reguliere sporten en het

bewegingsonderwijs naar elkaar toe aan het groeien zijn en dit gaat in een rap tempo. Dit is ook één

van de actuele ontwikkelingen die zich op dit moment voordoen(Brouwer et al., 2011). Denk aan de

functies van de combinatiefunctionaris. Hier is de functie van een docent lo niet alleen actief zijn

tijdens lessen LO. De docent lo is ook in dienst van de gemeente bezig met allerlei zaken omtrent de

sportfaciliteiten in deze gemeente.

In 'Human movement and sports in 2028' (Brouwer et al., 2011) worden verschillende scenario’s

genoemd. Ik kies het scenario ‘Wegwijs in bewegingscultuur’. Hierin gaat het om meervoudige

deelname bekwaamheid in een meervoudige bewegings- en sportcultuur. Ik vind dit belangrijk. De

leerlingen moeten niet alleen bewegingsvaardigheden onder de knie krijgen, maar ook de

regelvaardigheden. Door deze instelling kunnen ze een meervoudige deelname aan de

bewegingscultuur invullen. Niet alleen het kunnen beoefenen van de sport maar ook het kunnen

organiseren en reguleren van een sport- en/ of spelsituatie komt aan bod. Door deze onderdelen aan

te bieden kunnen de leerlingen later een bijdrage leveren aan de bewegingscultuur.

Door het aanbieden van SOK programma's (Sport Oriëntatie Keuze) komen leerlingen ook in

aanraking met vernieuwende sporten en sporten op verenigingen. Door deze SOK programma's

groeit het bewegingsonderwijs sterk naar de sport toe. Wat een must is bij deze SOK programma's, is

dat de gegeven activiteit (sport) wordt gegeven door een 'professional'.

Dit alles heeft uiteraard zijn bijwerkingen op het onderwijs. Zo zullen de docenten LO meer moeten

samenwerken met professionals (denk aan SOK programma's, combinatie functionaris). Door echte

sportverenigingen dicht bij het bewegingsonderwijs te brengen en die verenigingen er ook bij te

betrekken zullen er andere (positievere) contacten ontstaan tussen professionals als dat er nu is.

Dit heeft ook gevolgen voor de leerlingen en de inhoud van het lesprogramma. De inhoud van het

programma zal meer gericht zijn op de verenigingen in de omgeving. Dit heeft als gevolg voor de

leerlingen dat zij op een andere manier les krijgen en, misschien nog veel belangrijker, van een heel

ander niveau. Ik denk dat de SOK programma's van een hoger niveau zullen zijn wanneer er een prof

aan te pas komt. Wanneer een leerling les krijgt in verenigingsverband zal het niveau veel hoger

liggen dan wanneer een docent LO deze stof zal behandelen in de gymzaal.

De gevolgen voor een docent liegen er dan ook niet om. Er zullen meer organisatorische taken bij

komen dan dat er nu al zijn. Er zullen contacten moeten worden gelegd, en vooral worden

onderhouden, met professionals. De sportverenigingen uit de omgeving zullen veel meer invloed

krijgen op de lessen bewegingsonderwijs. De directie van de scholen zullen zich hier ook van bewust

moeten worden. Want als zij deze veranderingen niet zelf meemaken zal er ook niet veel van terecht

komen.

Page 34: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

34

2.2 Beschrijving visie van vaksectie

De visie die wij hebben is om iedere leerling bekwaam te maken voor een zelfstandige-,

verantwoorde-, perspectiefrijke- en blijvende deelname aan de Nederlandse bewegingscultuur. Of

terwijl: de leerlingen ‘meervoudig deelname bekwaam’ maken. Onder het ‘meervoudig deelname

bekwaam’ maken verstaan wij uiteindelijk zelfstandig kunnen bewegen vanuit verschillende

invalshoeken. Denk hierbij aan het motorisch gebied (beter leren bewegen), cognitief gebied (leren

over bewegen), sociaal gebied (leren samen te bewegen) en emotioneel gebied (plezier krijgen in

bewegen).

Wanneer wij kijken naar de vakvisies van Crum, komt onze visie het dichts bij de derde en vijfde

vakvisie, respectievelijk het personalistische bewegingsonderwijsconcept en het kritisch constructief

bewegings-socialisatieconcept. Het eerst genoemde concept geeft al aan waar dit concept voor staat.

Elke mens in een uniek wezen en heeft dus zijn eigen invulling op een bepaalde omgeving. Bewegen

is volgens concept 3 een noodzaak om elk individu op zijn/haar eigen manier te ontwikkelen.

Nog een belangrijk punt uit concept 3 is het stellen van persoonlijke leerdoelen. Niet elk lesdoel is

voor elk kind haalbaar in die periode. Wij vinden dat je voor elk individu een eigen doel mag stellen.

Er moet wel een algemeen doel zijn aan het eind van een lessenserie maar elk kind is uniek en niet

elk kind is even vaardig in een sport. Wanneer leerlingen dus zelf met een opdracht aan de slag gaan

vind ik dat, mits het veilig is, ook zeer gewenst. Het staat voor de leerling als individu, wat terug valt

te zien in de doelen die geformuleerd zijn in persoonlijke bewegingsdoelen en in ons doel die wij

hebben van iedere leerling. Voor iedere leerling individueel is het noodzakelijk dat ze, zoals eerder

gezegd, kunnen bewegen vanuit verschillende invalshoeken.

Het tweede genoemde concept, kritisch constructief bewegings-socialisatieconcept, geeft aan dat

het vak niet alleen gaat om leerlingen beter te laten sporten of iets te leren, maar is er ook om de

leerlingen voor te bereiden op een bewegings-/sportdeelname nu en later, in wisselende rollen en

vanuit verschillende deelnamemotieven. De leerlingen voor te bereiden op de maatschappij door

ontplooiing van individuele kwaliteiten (personalistische bewegingsconcept), waarbij de

maatschappelijke toerustingstaak van het onderwijs boven water komt. Sociaal gezien is het

onderwijs meer dan alleen het ‘klaarstomen voor de status quo’.

Wanneer wij naar de inhoud van ons vak kijken dan dient deze breed en veelzijdig te zijn. Met ‘breed’

wordt hier bedoeld dat de leerlingen veel verschillende bewegings- en sportactiviteiten aangeboden

krijgen. Met ‘veelzijdig’ wordt bedoeld dat de leerlingen vanuit verschillende perspectieven

(beweger, scheidsrechter, coach, hulpverlener) kunnen bewegen.

De leerlingen zullen ieder worden geïntroduceerd in veel verschillende bewegings- en sportsituaties,

waarbij er aandacht is voor het individu en de verschillen tussen de leerlingen (persoonlijke

ontplooiing en ontwikkeling). Onze visie is hierbij dat we de leerlingen een zo breed mogelijk

sportaanbod bieden. Naast dit zeer brede en verscheidene aanbod in sport gedurende de eerste drie

jaar van de middelbare school, zal iedere leerling geleerd worden om naast, het bovenstaande wat

voor iedereen geldt, een persoonlijke keuze te maken uit het sportaanbod. Dit geleerde zal

daadwerkelijk tot uitvoering gebracht worden in de examenklassen. In deze laatste jaren van de

middelbare school zal sport specifiek en vakoverstijgend gewerkt worden. Dit moet uiteindelijk

leiden tot het kunnen maken van een gemotiveerde en onderbouwde keuze op het gebied van

(blijvende) sportdeelname van de individuele leerling.

Page 35: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

35

2.3 Verwerkingsvragen Introductie Kennisniveau

Hoe komt het primaire doel van het vak LO terug in jullie lessen?

Beiden hebben we als doel de leerlingen meervoudig bekwaam te maken. Verschillende aspecten

worden hier aangesproken, namelijk; motorisch (beter leren bewegen), cognitief (leren over

bewegen), sociaal gebied (leren samen te bewegen) en emotioneel (plezier krijgen in bewegen). In

elke les komen deze invalshoeken aan bod. De ene les zal meer in het teken van leren op motorisch

gebied staan (bijv. turnen) en andere meer op sociaal gebied (bijv. acrogym). In het PTA hebben we

speciale theorielessen ingepland om op cognitief gebied te leren over bewegen. De koppeling met

bewegen&gezondheid, bewegen&maatschappij en bewegen&regelen zijn nevendoelen om terug te

laten komen in de les.

Vanuit welke leertheorieën werken jullie?

De mate van invloed van de verschillende leertheorieën bij Daniel en Glenn is nagenoeg hetzelfde.

Beide maken we gebruik van het Behaviorisme om zo de grenzen aan te geven en ze dit ook te laten

ervaren. Het moet duidelijk zijn waar deze grenzen liggen omdat we beide van mening zijn dat een

goed pedagogisch klimaat een must is voor de ontwikkeling van de leerlingen. Ook maken we beide

gebruik van het cognitivisme, want we zijn beide een voorstander van het zelfontdekken leren. De

docent verteld in dit geval 'wat' en de leerling bepaald 'hoe'. Waar Glenn weinig echt gebruik maakt

van het constructivisme, doet Daniel dit wel. Door middel van 'activerende didactiek' zet Daniel de

leerlingen zelf, op verschillende manieren, aan het werk. Het is dus duidelijk dat we gebruik maken

van de verschillende leertheorieën. Dit houdt ook in dat we op verschillende vlakken inzetbaar zijn.

We houden niet vast aan één theorie, maar maken gebruik van een 'mengelmoesje'. Dit zal de lessen

ten goede komen, want de ene klas is de andere klas niet. Waar je bij de ene klas meer volgens het

Behaviorisme moet werken, kan je bij de andere klas veel halen uit de theorie constructivisme.

Op welke punten wijkt jullie visie af van de schoolvisie?

De schoolvisie is volgens de volgende onderdelen omschreven:

Onze school wil onderwijs geven vanuit een Bijbels perspectief.

Dat betekent voor ons: dat je leert nadenken over waarden als gerechtigheid, naastenliefde en

verantwoordelijkheid voor de schepping.

Onze school wil goed onderwijs geven.

Dat betekent voor ons: iedere leerling is een mens met eigen talenten. Wij willen leren die te

ontplooien in een goed evenwicht tussen kennis, vorming en vaardigheden.

Onze school wil door het onderwijs een goede schakel in de voorbereiding op de samenleving zijn.

Dat betekent voor ons: dat we alle leerlingen willen helpen en stimuleren op weg naar

zelfstandigheid en dat we de ouders daar graag bij betrekken.

Onze school wil onderwijs geven in een sfeer van geborgenheid.

Dat betekent voor ons: dat we weten dat er in de samenleving veel diversiteit is en dat we het

belangrijk vinden openheid, gelijkwaardigheid en respect te tonen.

Page 36: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

36

Wij willen dat de leerlingen zelfstandig een keuze kunnen maken en deze keuzes kunnen

verantwoorden, om vervolgens een blijvende deelname in de bewegingscultuur in te nemen, waarin

ze meervoudig handelingsbekwaam zijn. Dit komt deels overeen met wat de visie van de school is. De

school heeft het hier dan voornamelijk over de zelfstandigheid maatschappij, wij hebben het

voornamelijk over de bewegingscultuur en sportmaatschappij. Wij zullen niet gaan lesgeven volgens

het Bijbels perspectief. Normen en waarden zijn zeker belangrijk, maar de waarde die in de Bijbel

geschreven zijn komen niet voor in onze visies

Op welke punten wijken de verschillende individuele visies af van de visie van de vaksectie?

Eigenlijk verschillen de individuele visies niet heel erg ten opzichte van de vaksectievisie. Dit komt

omdat we beiden eerst onze eigen visie op papier hebben gezet (als opdracht voor visie hoofdfase 1-

2) en deze vervolgens naast elkaar hebben gelegd. Hier zaten verrassend veel overeenkomsten in,

waardoor we alleen dingen hebben moeten samenvoegen waarbij het ene het andere aanvulde in

onze vaksectievisie. Het enige waarin we voornamelijk verschilde, was het toepassen van de

leertheorieën. Daniel maakt meer gebruik van het constructivisme en het behaviorisme, terwijl Glenn

meer van het cognitivisme met ‘uitschieters’ naar het behaviorisme is.

Begripsniveau

Wat zou voor jullie de naam van het vak moeten zijn en waarom?

Daar waar Glenn, bij de visie opdracht, de keuze heeft gemaakt om het vak de naam te geven van

Lichamelijk opvoeding, heeft Daniel ervoor gekozen voor de naam Bewegingsonderwijs. Na een korte

discussie met wat de pijnpunten waren van beide namen, kiezen we ervoor om de naam te

gebruiken waar Daniel voor heeft gekozen in zijn visie opdracht. De naam van het vak moet volgens

ons dus zijn: Bewegingsonderwijs. We kiezen hiervoor omdat we in ons VWP veel keuzes maken met

betrekking tot verschillende vormen van het onderwijs. Je bent niet alleen leerlingen aan het

'opvoeden' en aan het leren bewegen, maar ook over het bewegen. wij kunnen ons vinden in de

naam omdat je leer niet alleen over het bewegen zelf (motorisch) maar je leert ook op cognitief

gebied (leren over bewegen) en bewegingsonderwijs komt ook terug in het sociale gebied (samen

leren bewegen). Al deze vormen zijn een vorm van ‘’onderwijs’’ wat betekend dat je competenties

aangeleerd worden. Doordat deze 3 gebieden allemaal de term bewegingsonderwijs raken kiezen wij

voor deze naam.

Moeten jullie van jullie visie afwijken om te voldoen aan de wettelijke richtlijnen, waarom wel/niet?

Wij hebben niet van onze visie afgeweken, wel hebben we het onderwijsprogramma moeten

aanpassen, zodat het voldoet aan de wettelijke richtlijnen. Zoals eerder is aangegeven willen wij in

de eerste twee jaar van de middelbare school lesgeven op ‘normale sporten’. In klas 3/4 willen we de

verbreding induiken met een zestal 'nieuwe' sporten. Wat het enige struikelblok was, was dat je

verplicht wordt gesteld om bepaalde domeinen te behandelen. Deze zitten nu verwerkt in onze

lessen volgens het PTA. Wanneer deze verplichten zouden vervallen, is de kans groot dat het

lesprogramma er ook anders uit zou zien.

Hoe gaan jullie ervoor zorgen dat jullie aan alle wettelijke eisen voldoen en ook aan jullie visie kunnen

vasthouden?

Wij hebben ons onderwijsprogramma (PTA) zo ingevuld dat we aan onze eigen visie kunnen

vasthouden en gelijktijdig aan de wettelijke vereisten voldoen. In klas 3 en 4 vernieuwen/verbreden,

maar gelijktijdig voldoen aan de wettelijke eisen. Dit hebben we gedaan door de huidige invulling van

het PTA (Zie hoofdstuk 5.1)

Page 37: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

37

Toepassingsniveau

Hoe zien jullie de mens als beweger/sporter?

Daar waar Glenn vooral een relationeel mensbeeld heeft (Positieve relatie met de omgeving)

beschrijft Daniel het mensbeeld als 'situatie afhankelijk'. (Verschillende situaties vinden plaats,

waarbij een van de twee verschillende mensbeelden inspraak hebben op de situatie.)

Wat betreft het bewegingsbeeld veranderd er weinig. We neigen beiden echter wel meer naar het

relationele bewegingsbeeld. (plezier en een veilig pedagogisch klimaat staat voorop, dan volgt de

rest vanzelf)

Hoe willen jullie omgaan met mensen in het vak LO?

Wanneer wij moeten gaan samenwerken met vakmensen, kiezen wij ervoor om effectief contact te

hebben met collega's. Collegiaal zullen we beide altijd zijn, maar dat moet volgens ons niet van één

kant komen. Iedereen moet duidelijk voor zich hebben wat zijn/haar visie is en welke taken hij/zij

heeft. Ook moet er van ieder een duidelijke mening zijn over verschillende zaken. We willen af van

het 'maakt mij niet uit' antwoord. Voor het mooie willen we in het begin, lees "in onze

onervarenheid" eerst aankijken hoe het er aan toegaat binnen de vaksectie voordat één van ons de

voorzittersrol overneemt. Glenn ziet de rol van voorzitter bij voorbaat al niet zitten, omdat hij liever

een duidelijk taak toegewezen krijgt waarmee hij aan de slag gaat. Wanneer er een duidelijke

structuur is binnen de vaksectie zou Daniel deze taak wel op zich willen nemen zodat hij de touwtjes

in handen heeft.

Zijn er keuzes gemaakt in het vakwerkplan met de visie van de vaksectie in het achterhoofd, die een

van jullie misschien anders had gemaakt als hij/zij de eigen visie voor ogen had mogen houden?

Hier kunnen we heel kort over zijn. Het antwoord op deze vraag is nee. Onze individuele visies zijn,

zoals al eerder gezegd is, erg gelijk aan elkaar. We vullen elkaar op verschillende vlakken aan,

waardoor beide visies sterker worden en we zo een 'hecht' team kunnen vormen.

Is je visie veranderd sinds je hem een jaar geleden op papier hebt gezet? Wat is er anders? Wat heeft

de omslag in je denken veroorzaakt?

Daniel heeft gedurende de jaren zijn visie vaak veranderd/verbeterd. Zijn kennis is dermate verbreed

dat hij zijn visie continue blijft ontwikkelen.

Glenn heeft zijn visie dit jaar nog veranderd, omdat hij zijn visie opdracht uit H1 nog moest afronden.

Glenn is echter van mening dat zijn visie nog steeds aan het veranderen is en dit komt o.a. door de

discussies gedurende deze opdracht met Daniel. Denk bijvoorbeeld alleen al over de naam van het

vak. Glenn was er stellig van overtuigd dat 'Lichamelijk Opvoeding' de juiste naam was, maar na een

discussie met Daniel was hij van mening dat 'Bewegingsonderwijs' ons vak ook mooi verwoord.

Page 38: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

38

Hoofdstuk 3 – Situatieschets

3.1 Opdracht Accommodatie en leermiddelen

Visie

Als we kijken naar onze visie over het vak Lichamelijke opvoeding, wat volgens ons

Bewegingsonderwijs hoort te heetten, dan zijn er een paar punten die voor ons belangrijk zijn en die

ook betrekking hebben op de zaal. De leraar maar ook zeker de leerlingen moeten zich er prettig in

voelen.

Allereerst staat het beweegplezier bij ons voorop. Dit betekent dat je de lessen zo inricht dat de

leerlingen plezier hebben in het bewegen en dat ze met een goed humeur naar onze gymlessen gaan.

Dit vinden wij belangrijk zodat de kans op een blijvende deelname aan de bewegingscultuur vergroot

wordt vanuit onze visie. Dit willen we bereiken door de leerlingen veel in spelvormen te laten

werken. Dit wordt volgend hoofdstuk nader toegelicht.

Ook vinden wij het belangrijk dat de leerlingen bezig zijn met vernieuwende sporten. Dit om de

leerlingen in aanraking te laten komen met sporten die ze zelf nog nooit ervaren of gedaan hebben.

Dit neemt wel mee dat hier wel het materiaal/arrangement voor moet zijn.

Samen vinden wij het ook belangrijk dat de intensiteit hoog is binnen onze lessen LO. Dit kan je

bereiken door de leerlingen veel te laten bewegen door activiteiten zo uit te kiezen en in te richten

dat er zo min mogelijk kinderen stil zitten langs de kant. Het meest ideale is als alle kinderen actief

zijn in de zaal.

Een grote zaal zal hierbij helpen zodat de leerlingen veel bewegingsruimte hebben. Je kan dan

meerdere activiteiten neerzetten waarbij alle leerlingen per activiteit aan het bewegen

Page 39: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

39

Van visie naar de praktijk De schoolvisie stelt het welbevinden van alle leerlingen centraal. Dit houdt dan in dat er veel op

niveau van het individu bewogen dient te worden. Wanneer je dit concreet om gaat zetten naar

bewegingssituaties, houdt dit in dat er in vakken gewerkt gaat worden.

Wanneer je bijvoorbeeld een spel basketbal wilt spelen kun je dit op een klein veld spelen maar je

kan ze ook de beleving meegeven van een groot veld waar intensiever bewogen kan worden. Je

brengt ze dichterbij de realiteit in de bewegingscultuur.

Verder hoort het beweegplezier voorop te staan en is het een doel om de kinderen naar de

bewegingscultuur te krijgen. Door veel spelvormen aan te bieden proberen wij dit te bereiken

waarbij ruimte ook heel nuttig voor is.

Door homogene groepen te maken kan bijvoorbeeld de helft van de klas in een halve zaal een

spelsport gaan doen, en de andere helft atletiek of turnen. Door de groepen op te splitsen win je aan

de financiële kant, want er is minder materiaal nodig. En zo kan er meer resultaat worden geboekt in

het welbevinden van de leerlingen. Want wanneer een leerling op zijn of haar niveau beweegt is dit

goed voor het welbevinden.

Deze visie van de school en de vaksectie zorgt er dus voor dat er in theorie minder materiaal nodig

zou moeten zijn. Toch worden er soms wel klassikale (spel)lessen gegeven waarbij iedere leerling een

bal nodig heeft. Daardoor is er wel veel materiaal nodig. Zeker bij een grote klas van 30 leerlingen.

Page 40: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

40

Opvallende gevolgen

Als we de meest opvallende gevolgen op een rijtje moeten zetten voor onze vernieuwde gymzaal komen we op de volgende 5 punten uit:

1. Voldoende bewegingsruimte In onze nieuwe gymzaal zijn wij opzoek naar voldoende bewegingsruimte. Hierin willen wij dus een volledig basketbal veld in kunnen verwerken maar daarnaast hou je nog ca. 2 meter over. Wij veronderstellen dat deze gymzaal groot genoeg is om de intensiteit van de lessen hoog te kunnen houden.

2. Creatief gebruik van het materiaal

Het beschikbare materiaal wat zich in de zaal bevindt kan gebruikt worden voor het

uitvoeren van creatieve organisaties en dergelijke, maar hier is wel de nodige inspiratie

nodig. Van de docent zal dus wel verwacht moeten worden dat er veel materialen op zo’n

manier worden gebruikt zodat deze situaties ook veilig blijven, maar hier wel op creatieve

manieren gebruik van wordt gemaakt. Ook is het van belang dat de leerlingen wel nog het

maximale leerresultaat kunnen behalen, al zijn de materialen op sommige punten

geïmproviseerd.

3. Vernieuwende arrangementen Zoals frisbees of bmx’en. Je wilt tijdens je lessen LO aandacht besteden aan vernieuwend onderwijs maar bent hiervoor soms afhankelijk van het materiaal wat je tot je beschikking hebt. Door dit al in huis te halen kun je hier veel makkelijker op inspelen. Je kunt ze nu een fiets-balanceer parcours laten afleggen door de zaal of je kan vernieuwende sporten uitoefenen zoals ultimate frisbee of lacrosse.

4. Whiteboard Wij zouden graag beschikken over een whiteboard in onze gymzaal. Dit omdat we hierop de activiteiten duidelijk kunnen tekenen zodat dit ook zichtbaar is voor leerlingen. Hierop kan je nog meer informatie vermelden over de activiteiten zoals aandachtspunten.

5. Differentiatie Door het welbevinden van de leerlingen centraal te stellen dient er veel gedifferentieerd te worden. Dit kan er voor zorgen dat er veel materiaal nodig is, maar dat hoeft niet. Dat ligt allemaal aan de keuzes die de docent maakt met zijn klas. Bij de ene klas werkt een klassikale les wel, en bij een andere klas werkt een vakken les vele malen beter. Er dient dus voldoende materiaal aanwezig te zijn om op verschillende manier te differentiëren.

Page 41: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

41

Situatieschets

Op de volgende pagina’s staat schematisch weergegeven welke bedragen gereserveerd dienen te

worden op basis van de accommodatie zoals deze er nu staat, rekening gehouden met bijbehorende

afschrijftermijnen per artikel.

Page 42: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

Turnen

Vast materiaal

Ringenunit 803 25 32

Electrischehijsunit 8.085 20 404

Turnringenriem 58 8 7

Trapezestok 109 20 5

Stelpost diverse unit-attributen 2.870 10 287

Schommels diverse soorten 113 10 11

Salto stoeltje 485 10 49

Ringenhaak met opberging 170 25 7

Kettingbak 229 25 9

Rekstokinstallatie/verhoogdvlak 5.689 25 228 3 17.067 683

Klimtouwinstallatie 1.828 20 91 1 1.828 91

Klimtouw incl. rolwagens 205 10 21 12 2.460 246

Vier-vaksklimraam 3.698 20 185

Vliegendtapijtinstallatie 3.945 25 158

Verplaatsbaarmateriaal

Bok VO met verrolinrichting 1.079 15 72 1 1.079 72

Dubbeleminitrampoline 2.789 10 279

Grote trampoline 3.892 10 389

Gymblok 193 5 39 2 386 77

Landingsmat 1.329 8 166 2 2.658 332

Lange mat (1/2 lengte) 983 8 123 2 1.966 246

Luchtgeveerdebaan incl. ventilator 5.655 6 943

Mattenwagen 6 turnmatten 417 25 17 1 417 17

Minitrampoline 512 8 64 2 1.024 128

Senior brug 2.599 20 130

Springdektbv 2 kasten 810 15 54

Springkast / Combiframe 1.514 15 101

Springplankbekleedwedstrijd 199 8 25 2 398 50

Stelpostbalanceermateriaal 489 10 49

Page 43: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

43

Transportwagen div. attributen 1.819 25 73

Turnbank met evenwichtslat 1.315 15 88

Turnmat + hechtstrokenrondom 530 8 66

Tussendeelkast 299 15 20 2 598 40

Wagenlandingsmatten 529 25 21 1 529 21

Wagenlange mat 393 25 16 1 393 16

Zachtedempingsmat 348 8 44

TotaalTurnen 30.803 2.018

Spel

Slag- enloopspelen

Foambalkleinengroot 19 1 19 5 95 95

Honken (rubber) set 18 5 4

Slagknuppel 31 5 6 2 62 12

Softbal 7 5 1 8 11

Doelspelen

Basketbal 26 5 5 17 443 89

Basketbalbord (ophijsbaar) 1.096 20 55 2 2.192 110

Basketbalbord (wandbord) 304 20 15

Dunkdoelinstallatie 307 10 31

Frisbee 8 5 2

Handbal 18 5 4 6 105 21

Hockeybal 8 5 2 18 144 29

Hockeystick 23 5 5 18 414 83

Korfbal 34 5 7 3 102 20

Rugbybal 29 5 6 7 203 41

Spring / korfbalpaal 310 20 16 2 620 31

Tsjoekbalframe 298 10 30

Velgbalringenstandaard 287 10 29 2 574 57

Voetbal 28 5 6 5 140 28

Voetbal/hockeydoelklein 180 10 18 2 360 36

Terugslagspelen

Badmintonnet 29 5 6 3 87 17

Page 44: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

44

Badmintonracket 20 5 4 18 360 72

Shuttles 7 1 7 14 98 98

Squashbal 4 1 4

Squashracket 37 5 7

Tafeltennisballetje 3 1 3 5 15 15

Tafeltennisbat 11 5 2 13 143 29

Tafeltennistafel 453 10 45 3 1.359 136

Tennisbal 3 3 1

Tennisracket 19 5 4

Transportwagenvolleypalen 650 25 26 1 650 26

Volleybal 34 5 7 14 481 96

Volleybalinstallatie 1.730 25 69 1 1.730 69

Volleynetten, inclopberging 468 5 94 1 468 94

Volleyprofiel 243 25 10

Diverse spelmateriaal

Afbakenbollen (set) 42 5 8

Ballenpomp, elektrisch 229 5 46 1 229 46

Elastische band breed 53 5 11 1 53 11

Honkpaal/badmintonpaal 73 15 5 3 219 15

Partijlint 1 5 0 20 20 4

Partijvest 6 5 1

Scorebord 156 15 10 2 312 21

Tijdelijkebelijning (set) 80 1 80

TotaalSpel 11.678 1.410

Bewegenenmuziek

Geluidsafspeelapparatuur cd/cassette 1.714 10 171

Stelpost cond. vormen op muziek 2.650 10 265

Tamboerijnen bongo 76 15 5

TotaalBewegen op muziek

Atletiek

Lopen

Startblok 87 10 9

Page 45: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

45

Estafettestokje 3 10 0 4 12 36

Springen

Hoogspringkoord 29 5 6 2 58 12

Hoogspringlat 108 10 11

Polstok 188 10 19

Werpen

Binnenstootkogel 32 10 3 14 448 45

Diverse atletiekmaterialen

Hartslagmeter 71 5 14

Meetlint, 30 mtr. 29 5 6

Stopwatch 42 5 8 2 84 17

TotaalAtletiek 602 109

Zelfverdediging

Stoeispelenentrefspelen

Stelpostzelfverdediging 3.698 10 370

TotaalZelfverdediging

Keuze-activiteiten

Fitness-apparatuur 16.400 15 1093

Klimmuur met 3 routes 9.740 15 649

Onderbindschaatsen 39 10 4

Rollerskates 89 5 18

Skateboard 45 5 9

StelpostJongleermateriaal 331 5 66

TotaalKeuze-activiteiten

Diverse materialen

Bureau met stoel en prullenbak 235 25 9 1 235 9

EHBO - kist 98 5 20 1 98 20

Elastischkoord 9 5 2 3 27 5

Magnesiumbak 112 15 7 1 112 7

Medicinebal 32 10 3 2 64 6

Pilon 13 10 1 8 100 10

Schrijfbordjes met potlood 3 1 3

Page 46: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

46

Springtouw 3 m. 3 5 1 4 12 2

Springtouw 8 m. 9 5 2 1 9 2

Stok 4 10 0 8 33 3

Stokkenbak 185 25 7 1 185 7

Trektouw 15 m. 72 5 14 1 72 14

Video afspeel en opname apparatuur 3.386 10 339

Whiteboard 158 20 8

Totaal Diverse materialen 947 88

Opbergvoorziening

Ballennet 6 5 1

Ballenwagen 468 25 19 2 936 37

Mand 12 5 2 2 24 5

Materiaalkast 443 25 18 3 1.329 53

Opbergkast voor tassen en kleding 469 25 19

TotaalOpbergvoorziening 2.289 95

Totaalprijs 46.319 3.721

Projectbegeleiding, voormontage, vracht en

montagekosten 5.558 447

BTW 21% 10.894 875

Totaalprijs incl. BTW 62.772 5.043

Deze berekeninggaat over 1 zaal op het Penta college Bahurim. In de praktijk beschikken ze over 2

zalen binnen de school. Hierdoor lijkt het alsof er toestellen en/of materialen ontbreken, in de

praktijk is dit dus niet zo. Je krijgt dus een vertekend beeld.

Page 47: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

47

Ontwerp accommodatie

Hieronder kunt een 3D-weergave vinden van een gymzaal zoals wij denken dat deze er uit moet zien.

Page 48: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

48

Page 49: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

49

Page 50: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

50

Begroting

Turnen

Vast materiaal

Ringenunit 803 25 32 6 4.818 193

Electrischehijsunit 8.085 20 404

Turnringenriem 58 8 7 1 58 7

Trapezestok 109 20 5 2 218 11

Stelpost diverse unit-attributen 2.870 10 287

Schommels diverse soorten 113 10 11

Salto stoeltje 485 10 49 1 485 49

Ringenhaak met opberging 170 25 7

Kettingbak 229 25 9 2 458 18

Rekstokinstallatie/verhoogdvlak 5.689 25 228

Klimtouwinstallatie 1.828 20 91 1 1.828 91

Klimtouw incl. rolwagens 205 10 21 10 2.050 205

Vier-vaksklimraam 3.698 20 185

Vliegendtapijtinstallatie 3.945 25 158

Verplaatsbaarmateriaal

Bok VO met verrolinrichting 1.079 15 72 2 2.158 144

Dubbeleminitrampoline 2.789 10 279 1 2.789 279

Grote trampoline 3.892 10 389

Gymblok 193 5 39 6 1.158 232

Landingsmat 1.329 8 166 2 2.658 332

Lange mat (1/2 lengte) 983 8 123 2 1.966 246

Luchtgeveerdebaan incl. ventilator 5.655 6 943

Mattenwagen 6 turnmatten 417 25 17 1 417 17

Minitrampoline 512 8 64 2 1.024 128

Senior brug 2.599 20 130

Springdektbv 2 kasten 810 15 54

Springkast / Combiframe 1.514 15 101

Springplankbekleedwedstrijd 199 8 25 2 398 50

Page 51: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

51

Stelpostbalanceermateriaal 489 10 49 1 489 49

Transportwagen div. attributen 1.819 25 73

Turnbank met evenwichtslat 1.315 15 88

Turnmat + hechtstrokenrondom 530 8 66

Tussendeelkast 299 15 20

Wagenlandingsmatten 529 25 21

Wagenlange mat 393 25 16 1 393 16

Zachtedempingsmat 348 8 44 2 696 87

TotaalTurnen 24.061 2.153

Spel

Slag- enloopspelen

Foambalkleinengroot 19 1 19 6 114 114

Honken (rubber) set 18 5 4 4 72 14

Slagknuppel 31 5 6 2 62 12

Softbal 7 5 1 8 11

Doelspelen

Basketbal 26 5 5 12 313 63

Basketbalbord (ophijsbaar) 1.096 20 55

Basketbalbord (wandbord) 304 20 15 4 1.216 61

Dunkdoelinstallatie 307 10 31

Frisbee 8 5 2 4 32 6

Handbal 18 5 4 8 140 28

Hockeybal 8 5 2 8 64 13

Hockeystick 23 5 5 24 552 110

Korfbal 34 5 7 4 136 27

Rugbybal 29 5 6 6 174 35

Spring / korfbalpaal 310 20 16 4 1.240 62

Tsjoekbalframe 298 10 30 2 596 60

Velgbalringenstandaard 287 10 29 2 574 57

Voetbal 28 5 6 4 112 22

Voetbal/hockeydoelklein 180 10 18 4 720 72

Terugslagspelen

Page 52: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

52

Badmintonnet 29 5 6 2 58 12

Badmintonracket 20 5 4 24 480 96

Shuttles 7 1 7 15 105 105

Squashbal 4 1 4

Squashracket 37 5 7

Tafeltennisballetje 3 1 3 4 12 12

Tafeltennisbat 11 5 2 8 88 18

Tafeltennistafel 453 10 45 2 906 91

Tennisbal 3 3 1

Tennisracket 19 5 4

Transportwagenvolleypalen 650 25 26 1 650 26

Volleybal 34 5 7 16 550 110

Volleybalinstallatie 1.730 25 69 1 1.730 69

Volleynetten, inclopberging 468 5 94 2 936 187

Volleyprofiel 243 25 10

Diverse spelmateriaal

Afbakenbollen (set) 42 5 8 1 42 8

Ballenpomp, elektrisch 229 5 46 1 229 46

Elastische band breed 53 5 11

Honkpaal/badmintonpaal 73 15 5 4 292 19

Partijlint 1 5 0 15 15 3

Partijvest 6 5 1

Scorebord 156 15 10

Tijdelijkebelijning (set) 80 1 80

TotaalSpel 12.210 1.570

Bewegenenmuziek

Geluidsafspeelapparatuur cd/cassette 1.714 10 171

Stelpost cond. vormen op muziek 2.650 10 265

Tamboerijnen bongo 76 15 5

TotaalBewegen op muziek

Atletiek

Lopen

Page 53: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

53

Startblok 87 10 9 4 348 #####

Estafettestokje 3 10 0 4 12 36

Springen

Hoogspringkoord 29 5 6 1 29 6

Hoogspringlat 108 10 11 1 108 11

Polstok 188 10 19

Werpen

Binnenstootkogel 32 10 3 8 256 26

Diverse atletiekmaterialen

Hartslagmeter 71 5 14

Meetlint, 30 mtr. 29 5 6

Stopwatch 42 5 8 2 84 17

TotaalAtletiek 837 #####

Zelfverdediging

Stoeispelenentrefspelen

Stelpostzelfverdediging 3.698 10 370

TotaalZelfverdediging

Keuze-activiteiten

Fitness-apparatuur 16.400 15 1093

Klimmuur met 3 routes 9.740 15 649

Onderbindschaatsen 39 10 4

Rollerskates 89 5 18

Skateboard 45 5 9 8 360 72

StelpostJongleermateriaal 331 5 66 4 1.324 265

TotaalKeuze-activiteiten 1.684 337

Diverse materialen

Bureau met stoel en prullenbak 235 25 9 1 235 9

EHBO - kist 98 5 20 1 98 20

Elastischkoord 9 5 2 2 18 4

Magnesiumbak 112 15 7 1 112 7

Medicinebal 32 10 3 6 192 19

Pilon 13 10 1 20 250 25

Page 54: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

54

Schrijfbordjes met potlood 3 1 3

Springtouw 3 m. 3 5 1 6 18 4

Springtouw 8 m. 9 5 2 3 27 5

Stok 4 10 0 6 25 3

Stokkenbak 185 25 7 1 185 7

Trektouw 15 m. 72 5 14 2 144 29

Video afspeel en opname apparatuur 3.386 10 339

Whiteboard 158 20 8 1 158 8

Totaal Diverse materialen 1.462 140

Opbergvoorziening

Ballennet 6 5 1 3 18 4

Ballenwagen 468 25 19 3 1.404 56

Mand 12 5 2 4 48 10

Materiaalkast 443 25 18 2 886 35

Opbergkast voor tassen en kleding 469 25 19 1 469 19

TotaalOpbergvoorziening 4.180 124

Totaalprijs 43.079,00 4.256

Projectbegeleiding, voormontage, vracht en

montagekosten 5.169 487

BTW 21% 10.132 954

Totaalprijs incl. BTW 58.381 5.896

Page 55: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

55

Innovatie in de gymzaal

Klimtouwen op zwaaiafstand

Voor touwzwaaien hangen klimtouwen meestal te dicht bij elkaar. In de praktijk zie je dan

ook dat de touwen om en om worden gebruikt. In de niet gebruikte touwen wordt een

knoop gelegd. Dat kost tijd, zorgt voor onveilige situaties en is zonde van het aantal

beschikbare touwen. Nijha bedacht een oplossing.

Grotere tussenafstand

Touwen met een tussenruimte van 90 cm

Standaard is de afstand tussen de touwen 66 cm. Door dit te vergroten naar 90 cm, ontstaat

er voldoende tussenruimte om kinderen veilig te laten zwaaien. In een sporthal is de ruimte

veelal geen probleem en kunnen er 12 touwen met een tussenafstand van 90 cm geplaatst

worden. In een gymzaal is de maximale breedte veelal 12 meter. In plaats van 12 touwen

met een tussenafstand van 66 cm, kunnen in een gymzaal 8 touwen met tussenafstand van

90 cm in de rail gehangen worden. Dat levert 2 zwaaitouwen extra in vergelijking met het

opknopen van touwen om en om. Zeker met de grote groepen van tegenwoordig betekenen

die 2 extra touwen pure winst in de beweging les

Bron: http://www.nijha.nl/actueel/tips-sportaccommodaties/klimtouwen-op-zwaaiafstand/

Page 56: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

56

3.2 Bijzonderheden vaksectie

3.2.1 Stuit, Daniel Behaalde diploma’s en certificatie (met relevantie tot de uitoefening van leraar LO):

Diploma reanimatie / certificaat AED-hulpverlener;

Certificaat kielboot 1;

Certificaat 'Teamplayers'

Indoor Toprope;

PADI 'open water'

3.2.2 Stoffers, Glenn Diploma EHBO, Reanimatie en AED

Certificaat "bubblemaker"

Certificaat kielboot 1;

Certificaat 'Teamplayers'

Spelleider Jeugd wielertour Brielle -> http://www.jeugdwielertour.nl/wie-is-wie/organisatie.html

Indoor Toprope;

Uit bovenstaande gegevens is op te maken dat voor het huidige onderwijs alleen de term 'Indoor

Toprope' van toepassing is, mits er in de zaal/omgeving een accommodatie beschikbaar is waarin

zich een klimmuur bevindt. Daarnaast kunnen wij deel uitmaken van een BHV-team op een instelling,

omdat we beide in het bezit zijn van diploma EHBO en Reanimatie/AED. Verder heeft Daniel veel

ervaring op/in het water. Glenn heeft ervaring met het organiseren van 'sportweken' en zal dus

inzetbaar zijn als (mede)organisator van een sportweek/dag.

Page 57: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

57

3.3 Verwerkingsvragen situatieschets

Begripsniveau

Hoe zijn de financiën geregeld voor de accommodatie en leermiddelen in de komende jaren?

Op het Bahurim te Brielle is duidelijk geen specifieke reservering van financiën voor de

accommodatie en leermiddelen, dit komt ook omdat de accommodatie deels wordt gesubsidieerd

door de gemeente. Wij kregen in deze geen inzicht, ook niet toen we deze vraag hadden neergelegd

bij het schoolhoofd. Wat wel duidelijk is geworden is dat er onvrede heerst binnen de vaksectie LO

over de verdeling van financiën. Zo zou er uit hun potje 'gesnoept' worden, maar wanneer de

vaksectie vraagt om budget wordt er simpelweg geantwoord met: "We hebben momenteel geen

budget".

Toepassingsniveau

Hoe is jullie visie terug te zien in de keuzes voor de accommodatie?

In onze ideale accommodatie zoals wij deze hebben ontworpen in de module ‘accommodatie en

leermiddelen’ is onze visie terug te vinden in de gebruik hiervan. Wij hebben een accommodatie

ontwikkeld die voor zeer veel sporten toegankelijk is. Het gaat hier om twee zeer grote zalen, ter

grote van een officieel basketbalveld. Deze zalen zijn gescheiden door een mobiele scheidingswand.

Beide zalen zijn identiek aan elkaar. wij willen een veelzijdigheid aan sport aanbieden en hebben er

zo bijvoorbeeld voor gekozen op 2 basketbal boarden in het midden van de lengte van de zaal te

hangen. Dit zorgt ervoor dat de zaal makkelijk in 3 (of meer) vakken kan worden verdeeld en je toch

meerdere sporten kan behandelen. Ook is er veel ruimte gereserveerd voor het materiaalhok, zodat

er een grote hoeveelheid (verschillend) materiaal geplaatst kan worden.

Hoe is jullie visie terug te zien in de keuzes voor de leermiddelen?

Onze visie is terug te vinden in de verscheidenheid aan leermiddelen. Zo hebben wij van elke sport

materialen (van hockeysticks tot tafeltennisbatjes en van een rugbybal tot frisbees). De ‘slimme’

verdeling van het geld maakt dit mogelijk. Tevens hebben we gekozen voor een 'Whiteboard' die we

op veel verschillende manieren kunnen inzetten. We kunnen hier

bewegingen/zaalindelingen/arrangementen op uittekenen, maar misschien nog veel interessanter,

we kunnen de bewegingen ook stap voor stap laten zien.

Welke keuzes zijn opvallend?

Keuzes die bij ons opvallend zijn, zijn:

- Geen 30 stuks van bepaalde ballen (bijv. basketballen-volleyballen-hockeyballen-etc.)

- De keuze voor een whiteboard

- Keuze voor aantal hockeysticks (24 stuks)

Welke persoonlijke kenmerken van de vaksectie sluiten goed aan bij jullie visie en zijn daardoor goed

te gebruiken voor de lessen LO?

Eigenlijk sluiten alle kenmerken goed aan bij de persoonlijke vaksectieleden. Dit komt ook omdat

beide visies zeer sterk op elkaar lijken. Dit zorgt er dan ook eerder voor dat je mekaar aanvult in

plaats van dat er een discussie ontstond. Onze kenmerken zijn: een uitgebreid materiaalkeuze,

waardoor er veel mogelijkheden ontstaan voor de lesindelingen.

Page 58: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

58

Hoofdstuk 4 – Lesprogramma

4.1 Lesprogramma onderbouw Het aantal lesuren LO per week per schooltype, gerangschikt per leerjaar.

Lesuren per week

vmbo

havo

vwo

1e leerjaar

4

2e leerjaar

2

3e leerjaar

3

4e leerjaar

2

5e leerjaar

6e leerjaar

Totaal:

11

Een lesuur duurt 45 minuten

Aantal lesuren LO per leerjaar en schooltype.

Totaal aantal lesuren

vmbo

havo

vwo

1e leerjaar

120

2e leerjaar

60

3e leerjaar

90

4e leerjaar

60

5e leerjaar

6e leerjaar

Totaal

330

Minimale contacttijd l.o.

330

360

400

Verschil met

minimale contacttijd l.o.

0

Page 59: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

59

Schema verdeling lestijd – Bewegen & Sport (onderbouw VMBO) verdeling

in %

aantal

lesuren

totaal

aantal

lesuren

klas 1

aantal

lesuren

klas 2

aantal

lesuren

klas 3 (*3)

DOMEIN BEWEGEN: bewegen centraal

- Atletiek:

- Bewegen & muziek:

- Spel:

- Turnen:

- Zelfverdediging:

- Zwemmen:

- Eventuele overige bewegingsactiviteiten:

15%

10%

30%

15%

5%

0%

10%

27

18

54

27

9

0

18

19

12

36

19

5

0

10

8

6

18

8

4

0

8

DOMEIN BEWEGEN & GEZONDHEID:

- gezondheid centraal

5

9

7

2

- bewegen centraal (*2)

5

DOMEIN BEWEGEN & REGELEN:

- regelen centraal

5

9

6

3

- bewegen centraal (*2)

5

DOMEIN BEWEGEN & SAMENLEVING:

- samenleving centraal

5

9

6

3

- bewegen centraal (*2)

10

Netto lestijd

100%

180

120

60

Page 60: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

60

Schema verdeling lestijd 2 – Bewegen & Sport (onderbouw VMBO)

DOMEIN BEWEGEN - Activiteitengebied: Atletiek

(*) aantal lesuren

totaal

aantal lesuren

klas 1

aantal lesuren

klas 2

aantal lesuren

klas 3 (***)

Deelgebied: springen

hoogspringen 5 3 2

polsstokhoogspringen

verspringen 5 4 1

hinkstapspringen

Deelgebied: lopen

starten/sprinten 3 3 0

duurlopen 4 3 1

estafettelopen 2 0 2

oriëntatielopen

hordenlopen

Deelgebied: werpen

kogelstoten 4 4 0

speerwerpen 4 2 2

discuswerpen

kogelslingeren

Beschikbare aantal lesuren

(overnemen uit Schema Verdeling

lesuren 1)

27 19 8

(*): eventuele aanvullende bewegingsactiviteiten kunnen worden toegevoegd.

(**): doorhalen wat niet van toepassing is

(***): Alleen voor 3 havo en 3 vwo.

Page 61: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

61

DOMEIN BEWEGEN - Activiteitengebied: Bewegen & Muziek

(*) aantal lesuren

totaal

aantal lesuren

klas 1

aantal lesuren

klas 2

aantal lesuren

klas 3 (***)

Deelgebied: ritme & bewegen

grondvormen 6 5 1

fases van bewegen 2 2 0

muziekanalyse 2 0 2

Deelgebied: conditionele vormen

aerobics 3 3 0

steps 3 2 1

trends (Zumba, yoga, boot-camp) 2 0 2

Deelgebied: jazz

Afrikaans

hip hop

Latin

modern

rock & roll

streetdance

Beschikbare aantal lesuren

(overnemen uit Schema Verdeling

lesuren 1)

18 12 6

(*): eventuele aanvullende bewegingsactiviteiten kunnen worden toegevoegd.

(***): Alleen voor 3 havo en 3 vwo.

Page 62: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

62

DOMEIN BEWEGEN - Activiteitengebied: Spel + Racketspelen

(*) aantal lesuren

totaal

aantal lesuren

klas 1

aantal lesuren

klas 2

aantal lesuren

klas 3 (***)

Deelgebied: doelspelen

basketbal 7 5 2

flagfootball

floorball

handbal 4 4 0

hockey 7 5 2

korfbal

lacrosse

rugby

ultimate frisbee

voetbal 6 5 1

Deelgebied: terugslagspelen

beachvolleybal

zaalvolleybal 8 3 5

badminton 6 4 2

squash

racketbal

tafeltennis 2 2 0

tennis

Deelgebied: slag- en loopspelen

cricket

softbal/honkbal 8 3 5

Deelgebied: tik-en afgooispelen

Trefbalspelen/vormen 6 5 1

Page 63: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

63

DOMEIN BEWEGEN - Activiteitengebied: Turnen

(*) aantal lesuren

totaal

aantal lesuren

klas 1

aantal lesuren

klas 2

aantal lesuren

klas 3 (***)

Deelgebied: springen

Steunsprongen voorover 4 4 0

Steunsprongen achterover

Steunsprongen met lengteas rotatie 2 0 2

Salto’s 4 1 3

Rechtstandige sprongen 2 2 0

Deelgebied: zwaaien

Zwaaien in hang 4 4 0

Hangen in zwaai 3 1 2

Zwaaien in steun

Steunen in zwaai

Zwaaien in zit/stand 2 1 1

Zitten/staan in zwaai

Deelgebied: draaien

Kippen

Voltigeren

Felgen

Onder sprongen

Deelgebied: balanceren

Statisch in twee- en meertallen 4 3 1

dynamisch 2 1 1

Beschikbare aantal lesuren

(overnemen uit Schema Verdeling

lesuren 1)

27 19 8

(*): eventuele aanvullende bewegingsactiviteiten kunnen worden toegevoegd.

(***): Alleen voor 3 havo en 3 vwo.

Page 64: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

64

DOMEIN BEWEGEN - Activiteitengebied: Stoei- en trefspelen (Zelfverdediging)

(*) aantal lesuren

totaal

aantal lesuren

klas 1

aantal lesuren

klas 2

aantal lesuren

klas 3 (***)

Deelgebied: stoeispelen

judo 9 5 4

jiujitsu do

Deelgebied: trefspelen

boksen

karate do

kickboksen

taekwondo

schermen

Deelgebied: zelfverdediging voor

meisjes

Beschikbare aantal lesuren

(overnemen uit Schema Verdeling

lesuren 1)

9 5 4

(*): eventuele aanvullende bewegingsactiviteiten kunnen worden toegevoegd.

(***): Alleen voor 3 havo en 3 vwo.

Page 65: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

65

DOMEIN BEWEGEN - Activiteitengebied: Zwemmen

(*) aantal lesuren

totaal

aantal lesuren

klas 1

aantal lesuren

klas 2

aantal lesuren

klas 3 (***)

Deelgebied: zwemmen als race

Deelgebied: zwemmen als spel

waterpolo

Deelgebied: zwemmen als show

schoonspringen

synchroomzwemmen

Deelgebied: zwemmen als survival

Deelgebied: zwemmen als avontuur

Beschikbare aantal lesuren

(overnemen uit Schema Verdeling

lesuren 1)

0 0 0 0

(*): eventuele aanvullende bewegingsactiviteiten kunnen worden toegevoegd.

(***): Alleen voor 3 havo en 3 vwo.

Page 66: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

66

DOMEIN BEWEGEN - Overige activiteiten(gebieden)

(*) aantal lesuren

totaal

aantal lesuren

klas 1

aantal lesuren

klas 2

aantal lesuren

klas 3 (***)

Jongleren

Klimmen

Free running 6 0 6

Golf

Rijden en glijden

baanwielrennen

BMX

mountainbiken

wegwielrennen

skaten / skeeleren

golfsurfen

bobsleeën

rodelen

skeleton

curling

kunstrijden op de schaats

langebaan schaatsen

shorttrack schaatsen

biatlon

langlaufen

freestyle skiën

skiën

freestyle snowboarden

snowboarden

ijshockey

Beschikbare aantal lesuren

(overnemen uit Schema Verdeling

lesuren 1)

18 10 8

(*): eventuele aanvullende activiteiten(gebieden) kunnen worden toegevoegd.

Page 67: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

67

DOMEIN BEWEGEN - Overige activiteiten(gebieden) (vervolg)

(*) aantal lesuren

totaal

aantal lesuren

klas 1

aantal lesuren

klas 2

aantal lesuren

klas 3 (***)

Fitness

Bootsporten

drakenbootrace

golfsurfen

kanoën

kitesurfen

roeien

windsurfen

zeilen

Nordicwalking

Ultimate-frisbee 6 6 0

Floorball

Flagfootball 6 4 2

Beschikbare aantal lesuren

(overnemen uit Schema Verdeling

lesuren 1)

18

12

8

(*): eventuele aanvullende activiteiten(gebieden) kunnen worden toegevoegd.4

(***): Alleen voor 3 havo en 3 vwo.

Page 68: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

68

DOMEIN BEWEGEN & GEZONDHEID

(*) aantal lesuren

totaal

aantal lesuren

klas 1

aantal lesuren

klas 2

aantal lesuren

klas 3 (***)

Conditietesten

Coopertest 2 1 1

Hindernisbaan 3 3 0

Shuttlerun-test 2 1 1

Leren (omtrent) trainen

Het belang van sporten 2 2 0

Voorkomen blessures/overbelasting

Beschikbare aantal lesuren

(overnemen uit Schema Verdeling

lesuren 1)

9 7 2

(*): eventuele aanvullende activiteitengebieden kunnen worden toegevoegd.

(***): Alleen voor 3 havo en 3 vwo.

Page 69: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

69

DOMEIN BEWEGEN & REGELEN

(*) aantal lesuren

totaal

aantal lesuren

klas 1

aantal lesuren

klas 2

aantal lesuren

klas 3 (***)

Organiseren / arrangeren

Hulpverlenen

Turnen 3 2 1

Coachen / begeleiden

Acro-gym 2 2 0

Scheidsrechteren / jureren

Scheidsrechteren spel lessen 3 2 1

Lesontwerpen / Instrueren

Het zelf opntwerpen van een les

waarbij de opbouw een inleiding,

kernactiviteit 1&2 en een slot bevat

1 0 1

Beschikbare aantal lesuren

(overnemen uit Schema Verdeling

lesuren 1)

9 6 3

(*): eventuele aanvullende activiteitengebieden kunnen worden toegevoegd.

(***): Alleen voor 3 havo en 3 vwo.

-

Page 70: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

70

DOMEIN BEWEGEN & SAMENLEVING

aantal lesuren

totaal

aantal lesuren

klas 1

aantal lesuren

klas 2

aantal lesuren

klas 3 (***)

Sociaal gedrag in bewegingssituaties

omgaan met lukken/mislukken 1 1 0

omgaan met winst/verlies 1 1 0

hanteren verschillen tussen mensen in

bewegingssituaties

2 1 1

met respect en zorg omgaan met

zichzelf, elkaar, de regels en het

materiaal

2 1 1

bijdragen aan sportief verloop van

bewegingsactiviteiten

1 1 0

Oriëntatie op eigen rol in

bewegingscultuur

eigen sportgeschiedenis

eigen sport-/deelnamemotieven 1 1 0

eigen mogelijkheden ten aanzien van

sportdeelname

1 0 1

reflecties op opgedane ervaringen

voorkeuren aangeven op gebied van

sport en bewegen

oriënteren op eigen sportloopbaan

sportexcursies

sportstages

Beschikbare aantal lesuren

9

6

3

Page 71: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

71

Jaarschema VMBO Week-

nr.

Geen les Zaal/

veld

Opmerkingen

34 Schoolfotograaf vrijdag Z/V

35 Z/V

36 Z/V

37 Z/V

38 Z/V

39 Z/V

40 Z/V

41 Z/V

42 Z/V

43 HERFSTVAKANTIE

44 Z/V Beoordelen periode 1

45 Toetsweek 1

46 Z/V

47 Z Inleveren cijfers periode 1

48 Z

49 Z

50 Z

51 Z

52 Ma. 17/12 BahurimOlympics Z

53 KERSTVAKANTIE

01 KERSTVAKANTIE

02 Z

03 Z Beoordelen periode 2

04 Toets week 2

05 Z

06 Z Inleveren cijfers periode 2

07 Z

08 Z

09 VOORJAARSVAKANTIE

10 Z

11 Z

12 Z Beoordelen periode 3

13 Toetsweek 3 Z

14 Ma. 05/04 vrij Z/V

15 Z/V

16 Z/V Inleveren cijfers periode 3

17 Vr. 30/04 Z/V

18 MEIVAKANTIE

19 MEIVAKANTIE

20 Z/V

21 Z/V

22 Ma vrij i.v.m. excursie Z/V

23 Z/V

24 Z/V

25 Z/V Beoordelen periode 4

26 Toets week 4

27 Z/V Inleveren cijfers periode 4

28 Projectweek

Bruto lestijd (weken): 38

Geplande lestijd (weken): ma: 35 / di: 37 / wo: 38 / do: 38 / vr: 37

Dag met minste lestijd (weken): ma 35 Aantal bufferweken: 4

Netto lestijd (weken): 31

Samengevat: 31 lesweken + 4 bufferweken + Max. 3 extra bufferweken (afhankelijk v.d. weekdag)

Page 72: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

72

4.2 Sport, bewegen en gezondheid

Inleiding Na enkele hoorcolleges en praktijk lessen is ons meer duidelijk geworden over Sport Bewegen en

Gezondheid. Hoe kijken we daar tegenaan en hoe kunnen we in onze lessen LO hier een steentje aan

bijdragen? Hier hebben we over nagedacht en opdrachten over gemaakt die in dit verslag te vinden

zullen zijn. In dit verslag komt onze visie naar voren en hoe wij over dit onderwerp denken. Ook zijn

er enkele lessen gemaakt die hier in dit verslag te vinden zijn met onze gedachtengoed over Sport

Bewegen en Gezondheid en hoe je hier meer aandacht aan kan besteden binnen de lessen L.O. We

hebben drie lessen gemaakt met elk een ander thema binnen Sport Bewegen en Gezondheid,

namelijk: een intensiverings-, een crossfit- en een corestability les.

De les met als thema ‘intensivering’ hebben wij ook daadwerkelijk op onze stage gegeven. Het doel

was om de leerlingen op 70% van hun maximale hartslag te laten bewegen. Vijf keer in de les

moesten we vijf leerlingen controleren op hun hartslag en meten of ze daadwerkelijk de grens van

70% van hun max hartslag hebben behaald.

Wij zijn van mening dat Sport Beweging en Gezondheid een belangrijk item zou moeten zijn binnen je

les LO. Momenteel zijn er namelijk te veel jongen en oudere kinderen die last hebben van

overgewicht en teveel en ongezond eten. Daarnaast bewegen zij ook nog eens te weinig. Dit brengt

allerlei medische en sociale problemen met zich mee, die wij liever voorkomen. Kinderen kunnen

hierdoor namelijk gepest worden en durven uit angst niet meer mee te gymmen omdat ze

uitgelachen kunnen worden. Het zelfvertrouwen van een kind kan behoorlijk zakken. Lichamelijke

inspanning, fitheid en gezondheid hebben invloed op elkaar. Iemand die actief is voelt zich fit en

gezond. Wanneer je fit en gezond bent, krijg je sneller een positief zelfbeeld. Kortom Sport Bewegen

en Gezondheid vinden wij een belangrijke kwestie in ons vak. Als docent LO kunnen wij hier een

steentje aan bijdragen in de les. Dit kan door tips te geven over gezonde voeding of door bepaalde

sporten aan te raden aan deze leerlingen. Ook proberen wij de leerlingen bekwaam te maken voor

een blijvende deelname aan de bewegingscultuur zodat ze veel aan bewegen toe kunnen komen.

Wat we ook kunnen doen is onze les aanpassen door het bijvoorbeeld intensiever te maken, zodat

we een grotere bijdrage leveren aan de hoeveelheid beweging. Uiteraard willen we wel dat de

leerling op zijn/haar eigen niveau kan bewegen, dus wordt er voldoende differentiaties aangebracht

binnen de lessen.

Door een aantal maal per jaar (2 of 3 keer) een conditietest met de leerlingen te doen willen we ze

bewust maken van hun conditie. Door de gegevens van de verschillende test te vergelijk krijgen de

leerlingen een inzicht van hun eigen conditie. Ze kunnen dan zelf nagaan of hun conditie gedaald,

gestagneerd of zelfs verbetert is. Ook zouden we een voorstander zijn dat er tijdens de regulieren

lessen in het klaslokaal aandacht besteed wordt aan het begrip gezondheid door bewegen. Dit kan in

samenspraak gebeuren met de groepsleerkracht. Je zou de leerlingen het onderwerp gezondheid

aankunnen, laten snijden op het gebied van bewegen en voeding en wat daar de gevolgen van zij

In dit verslag kunt u terug vinden hoe wij dit onderwerp hebben doorgevoerd naar de praktijklessen

en welke keuzes we hierin hebben gemaakt.

Page 73: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

73

Stageles – Gegeven intensiveringles Onderstaand een terugblik op de gegeven stage les aan de hand van de ‘Intensiveringstoolbox’.

Page 74: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

74

Student: Glenn Stoffers & Daniel Stuit Datum: 10-06-2013 Lesduur: 45 min. School: De Maasoever Begeleider: Martin van Haren Klas / groep: (6) 7 en 8 Aantal leerlingen : 25

Opdracht: Intensivering les (SBG)

Hartslag meten van 5 leerlingen op 5 verschillende momenten in de les. Bronnen: Kennis stagebegeleider, eigen kennis.

Beginsituatie Doelen

Bew

egin

gsva

ard

igh

eden

De lln. Kunnen: Hindernisbaan:

Over een kast klimmen

Onder een mat door kruipen

Onder en boven een brugligger langs op borsthoogte

Loopsprongen maken

De lln. Kunnen: Tijdens een tikspel elkaar helpen bevrijden door goed in de gaten te houden op welke plek de tikker zich bevindt en wie er klaar staat om bevrijd te worden. Hindernisbaan:

Over een kast klimmen

Onder een mat door kruipen

Onder en boven een brugligger langs op borsthoogte

Loopsprongen maken Waarbij de lln. de hele hindernisbaan in groepsverband binnen een tijd van 90 seconden kunnen uitvoeren

Ken

nis

en

inzi

cht

De lln. Kunnen: Starten met de hindernisbaan op het moment dat de leerling voor hem de pylon is gepasseerd.

De lln. Kunnen: Naar eigen kennis en inzicht beginnen op de hindernisbaan waarbij ze ervoor zorgen dat ze zelf optimaal kunnen presteren en hierbij niet andere hinderen.

Reg

elv

aard

igh

eden

De lln. weten: Dat je bij een hindernis baan andere leerlingen niet mag afleiden.

De lln. Weten: Dat de hindernisbaan zo snel mogelijk moet worden uitgevoerd zoals is voorgedaan door de docent.

Ped

ago

gisc

h k

limaa

t

Leerlingen elkaar laten helpen door middel van coachen of voordoen. Laat dan en vaardig leerling starten voor een minder vaardige leerling om ervoor te zorgen dat de minder vaardige leerling het na kan doen.

Page 75: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

Inleidende activiteit: Tikspel met bevrijden. Er zijn 2 tikkers, die proberen zo snel en zoveel mogelijk leerlingen te tikken. Ben je getikt? Ga je als een boom staan met je benen wijd en je armen in de lucht. Activiteit 1: Hindernisbaan Zo snel mogelijk met je groepje het parcours afleggen.

- Stap 1: 1 voor 1, De volgende van het groepje mag starten, zodra zijn voorganger bij de pion is.

- Stap 2: Hele groep tegelijk Hindernisbaan is verdeeld over verschillende onderdelen. Leerlingen worden in groepjes verdeeld. Beginnen met doorwisselen naar elke ronde een ander onderdeel. Na alles gehad te hebben het hele parcours zo snel mogelijk in één keer afleggen. Slot activiteit: Fanta, Cola, Spa. De leerlingen staan allemaal op een lijn (maakt niet uit welke ). De lijn is tussen hun voeten. Als er wordt gezegd FANTA, moeten alle leerlingen voor hun links van de lijn springen. COLA, rechts van de lijn, SPA, lijn tussen hun voeten.

Inleidende activiteit: Dansen Tikker: Kijk goed wie er bevrijd gaat worden Tikken is niet duwen of slaan. Lopen: Kijk goed waar de “Bomen” staan en probeer ze te bevrijden als er geen tikker in de buurt is. Activiteit 1: Hindernisbaan Lange mat: Over obstakels heen (kast/bok) Dikke mat op banken:

- Tijgeren op buik - Op rug erdoorheen

Brug & matten:

- Onder 1e ligger door - Over 2e ligger heen - Loopsprongen op matjes - Over kast heen

Touwen => slalommen Evt. Hoepels =>knieheffen Slot: Het zal steeds sneller gaan. Probeer het bij te houden.

Page 76: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

Hartfrequentie leerlingen

Minuten

Leerling 1

Leerling 2

Leerling 3

Leerling 4

Leerling 5

10

142

139

145

144

142

25

150

147

144

142

149

35

159

152

145

145

155

45

163

154

157

150

157

55

161

149

150

146

156

Totaal

775

741

730

727

759

Gemiddeld

155

148.2

146

145.4

151.8

Page 77: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

77

Hartfrequentie van 70% behaald?

Leerling

Leeftijd

Geslacht

Maxi. Hf

70 %

Behaald?

Leerling 1

12 jaar

Vrouw

208

146

Ja

Leerling 2

11 jaar

Vrouw

209

147

Ja

Leerling 3

11 jaar

Man

209

147

Nee

Leerling 4

12 jaar

Man

208

146

Nee

Leerling 5

12 jaar

Man

208

146

Ja

Page 78: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

78

Reflectie op de les (intensivering les)

Inleiding: Om deze les direct intensief te beginnen hebben wij gekozen voor een Tikspel. Tijdens dat tikspel kon men elkaar weer bevrijden zodat het eigenlijk nooit afgelopen is. De docent koos de eerste 2 tikkers en deze gingen snel aan de slag. Naar verloop van tijd mochten de tikkers bij de docent komen en kon direct de eerste meting gedaan worden. De tikkers kozen een nieuwe tikker en hierdoor was het spel weer snel op gang Na deze warming up werden de leerlingen in groepen verdeeld over de verschillende hindernisbanen. Dit was dan ook gelijk een rustmoment voor de leerlingen. Activiteiten: Voor een snelle doorloop hebben we ervoor gekozen om geen plaatje te geven, maar slechts de instructie te geven de baan af te leggen, waarbij de volgende mag beginnen op het moment dat de leerlingen voor hem voorbij de pylon is. Wanneer de leerlingen niet op de manier zoals bedoeld de baan aflegden, dan kon hierop worden ingespeeld door de boel stil te leggen. Dit wilde wij natuurlijk voorkomen omdat dat ten kosten gaat van de lesintensivering. Dus we hebben hier niet heel streng op gecontroleerd De leerlingen hebben ca. 5 minuten de baan kunnen verkennen. Vervolgens moesten zij als groepje de baan zo snel mogelijk afleggen. Hierin moesten zij als groep samenwerken en de volgorde van de rij bepalen. Dit resulteerde in andere resultaten. En het was ook direct een element wat ervoor zorgt dat de les nog intensiever wordt. Namelijk het competitie gevoel. Je wilt toch eerder klaar zijn dan het andere groepje, dit kwam de les ten goede. Deze manier van werken hebben we ook toegepast op de andere banen en ten slotte op alle banen bij elkaar. Elk groepje mocht hier om de beurt laten zien wie het snelste als groep de baan af kon leggen. Iedereen nam deel aan deze les en er werd, ook door andere groepjes, flink aangemoedigd. Slot: Ondanks dat bijna elk groepje hijgend terugkwam na het afleggen van de hindernisbaan, kon iedereen genoeg energie opbrengen voor het slot. Het was een bekend spel voor de leerlingen waarbij ze zich niet veel hoeven te verplaatsen maar wel intensief is omdat je moet springen. Dit zorgde ervoor dat de leerlingen met rode koppies en bezweten lichamen de les afsloten. Al met al was de intensiteit de hele les hoog, behalve op de wisselmomenten. Voornamelijk de

organisatie van de ene hindernisbaan naar de andere hindernisbaan kostte tijd. Deze tijd konden de

leerlingen echter mooi gebruiken om hun hartfrequentie weer wat te laten zakken. En wij konden deze

momenten gebruiken om de leerlingen hun hartslag te laten meten.

Page 79: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

79

Reflectie op de overige twee lessen Corestability Tijdens het theoriecollege over corestability werd niet geheel duidelijk wat er precies wordt bedoeld

met deze term, laat staan de toepassing in de praktijk. De eigen ervaring in het praktijkuur maakte het

één en ander duidelijk. Ten eerst door de input van de docent (Carl Barten) en vervolgens door het zelf

bedenken van dynamische corestability oefeningen.

Wat in het theoriecollege wel bleek, was dat de core op vrijwel alles toepasbaar/betrokken is. Hoewel

het voor ons niet geheel voor de hand liggend was, bleek dat je middels core-training bijvoorbeeld x-

benen zou kunnen verminderen/verhelpen.

Na zelf te hebben ervaren in het praktijkcollege welke spieren je voelt, en ook vooral waar je bij de

uitvoeringen op moet letten, komen we tot conclusies. De invulling van het praktijkcollege is bij ons

goed bevallen. Hoewel onze klas geheel onvoorbereid de zaal in stapte, hebben we toch met z’n allen

nuttige invulling kunnen geven. Terloops kwam de docent met oefeningen en tips, en nu en dan ook

verschillende studenten met verschillende oefeningen (zowel statisch als dynamisch). Wat wij in ieder

geval niet hadden verwacht was dat het zo op details aan komt: voor het zien van goede oefeningen, of

het corrigeren van onjuiste oefeningen, daar moet je toch wel een oog voor hebben.

De stelling die in het theoriecollege aanbod is gekomen (“Met een goede corestability heb je een

voorsprong op je leeftijdsgenoten die op het zelfde niveau spelen”), is volgens ons een interessante

stelling en zouden we graag wetenschappelijk bewezen zien.

Cross fit Feit: cross fit is nieuw. Hoewel we zelf na de praktijkles hebben ervaren dat cross fit je behoorlijke

spierpijn oplevert, en er dus met zeker wel iets in je lichaam gebeurt, blijkt het huidige werkveld nog

lang niet overtuigd. Vanuit onze stage nemen wij in ieder geval mee dat lang niet iedereen gecharmeerd

is van dergelijke vernieuwende invullingen, daarom ook dat wij toch aan een circuitvorm hebben

moeten vasthouden.

Naar onze mening was de praktijkles crossfit leuk, intensief, máár - niet handig gepland. We hoeven ’t

de docenten niet wijs te maken dat ‘het HaDeMi blok’, blok 3, voor studenten een fysiek belastend blok

is. Om dan als eerste les van de week, namelijk dinsdagochtend het eerste uur, te cross fit’en was niet

bepaald prettig. Het les uur zelf was vanzelfsprekend uitdagend en prima op niveau voor de HALO’ers,

alleen de komende drie dagen met spierpijn en het moeten oefenen voor de HaDeMi is geen succes

formule.

Hopelijk weet het roosterbureau hier voor volgend jaar een handigere oplossing voor te vinden.

Wat we hebben opgestoken van de lessen cross fit is dat je in feite in je les al meer doet aan cross fit,

dan dat je zelf denkt. De colleges hebben ons hier bewust van gemaakt, en stelt ons nu in staat om nu

bewuster met deze cross fit onderdelen / organisaties aan het experimenteren te gaan.

Page 80: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

80

Reflectie op ontwikkeling – SBG Na deze module heeft Sport Bewegen en Gezondheid echt inhoud voor ons gekregen. Voordat we dit

vak kregen hielden we ons helemaal niet bezig met het doel bewegen en gezondheid binnen je les LO.

Onze doelen lagen vooral bij het beter worden in de activiteiten die we aanboden of bij het

samenwerken tussen de leerlingen. Nu we meer over dit vak SBG weten, hebben we hier ook een ander

beeld bij gekregen. Een hoge intensivering van de les heeft blijkbaar nog veel meer positieve gevolgen

dan alleen het verbranden van vet en het fit worden. Zoals in de inleiding stond heeft het nog veel meer

achterliggende positieve gevolgen, namelijk lichamelijk, psychisch en sociaal.

Er zijn ook voordelen voor je les om het intensiever te maken. Voorbeelden zijn: je zorgt ervoor dat er

minder tijd is om te kletsen en minder ruimte is voor ordeverstoringen. Ook kunnen de leerlingen goed

op hun eigen niveau bewegen als je kijkt naar de crossfit les.

In ons vakwerkplan hebben wij tijd vrij gemaakt voor lessen met als hoofdthema ‘bewegen en

gezondheid’. In deze lessen willen we de onderwerpen intensivering, crossfit en corestability terug laten

komen. In deze lessen zullen we niet alleen de activiteiten uitvoeren, maar zal er ook aandacht worden

besteed aan theoretische informatie over het thema ‘bewegen en gezondheid’ en wat voor positieve

effecten dit met zich meebrengt. Dit theoretische gedeelte zal in de laatste 10 minuten van de les

besproken worden. Dankzij dit module zijn wij ook erachter gekomen hoe belangrijk bewegen en

gezondheid is. We willen ook de leerlingen stimuleren om actief te worden in de bewegingscultuur en

deel te nemen aan een sportvereniging of een andere manier om te bewegen buiten school.

Page 81: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

81

4.3 Verwerkingsvragen lesprogramma Kennisniveau

Welke wettelijke vereisten bestaan er ten aanzien van de contacttijd LO?

Er is een wettelijke minimale contacttijd LO. Te weten 330 klokuren LO over vier jaar VMBO, 360

klokuren LO over vijf jaar HAVO en 400 klokuren over zes jaar VWO. De wet WVO gaat uit van 40

lesweken per jaar.

Hoe bepaal je de beschikbare lestijd voor de onderbouw?

Het aantal beschikbare lestijd is afhankelijk van de les duur, de verdeling per leerjaar en de bruto

lestijden (bruto lestijd = 40 lesweken ∙ les duur in minuten).

Hoe bepaal je de samenstelling van het programma voor de onderbouw?

De samenstelling is te bepalen op basis van lestijden (verdeling aan de hand van percentages),

opgedragen kerndoelen (leerlijnen voor vier domeinen), schoolvisie, spreiding, examenprogramma.

Begripsniveau Hoe verwerken jullie het beleid van het ministerie van VWS en het rapport SBG in het domein Bewegen en Gezondheid? Als kernwaarden met betrekking tot bewegen en gezondheid (met gezondheid centraal) streven wij naar het bijdragen aan een gezonde levensstijl van de leerlingen. Onder deze gezonde levensstijl verstaan wij twee aspecten: ‘bewegen/sporten’ en ‘fysieke- en sociale weerbaarheid’. Dit bereiken wij door de leerlingen bewust te laten worden van hun eigen conditie en hoe deze te verbeteren en verder door aan de hand van voorbeelden uit de praktijk zullen de leerlingen geïnformeerd worden over de voorkoming van blessures en overbelasting. Toepassingsniveau

Hoe is jullie visie terug te zien in jullie keuzes bij het ontwerp lesprogramma, op welke manier is jullie

visie leidend voor de didactische aanpak, de lesinhoud, enzovoorts?

Voor het ontwerp lesprogramma zijn wij er vanuit gegaan dat we de leerlingen een veelzijdig

sportaanbod willen aanbieden. Dit is terug te zien in het ontwerp lesprogramma met een lessenreeks

van een sport gevolgd door het afsluiten hiervan. Door de veelzijdigheid te combineren met een

lessenreeks gaan we met de leerlingen de uitdaging aan om dieper op een sport in te gaan qua techniek,

tactiek en spelinzicht.

Hoe is jullie visie terug te zien in jullie keuzes bij de opdracht van SB&G?

Hoofdzakelijk door de 2 lesuren die zijn ingeroosterd voor de lessen waarin gezondheid centraal staan.

Deze 2 lessen zijn bedoeld om ten eerste de leerlingen bewust te maken van hun eigen conditie en ten

tweede door de leerlingen bij te brengen wat overbelasting is en wat dit allemaal met zich mee kan

brengen.

Hoe denken jullie over het geven van aandacht aan bewegingsachterstand bij kinderen en het verwerken

van lesintensivering en aerobe inspanningen in het LO programma?

Aandacht geven aan bewegingsachterstand is zeker wenselijk. Je staat er tenslotte ook voor om

leerlingen beter te maken op het gebied van bewegen. Ten eerste zal differentiatie voor deze leerlingen

wenselijk zijn. De leerlingen zullen op het niveau moeten sporten waar hij of zij een zo groot mogelijke

succesbeleving zal beleven. Daarnaast zal de duur van de aerobe inspanning niet al te lang moeten zijn

Page 82: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

82

bij deze leerlingen omdat het lichaam dit niet aankan/gewend is. Deze leerlingen dienen dus eerder rust

te krijgen dan andere leerlingen. Dit zal de vaksectie vervolgens op willen bouwen om stappen te maken

met deze leerlingen.

Wat is jullie rol in de mogelijkheden en onmogelijkheden om kinderen met een BMI hoger dan 25 een

interventieprogramma aan te bieden?

De mogelijkheden tot een interventieprogramma beginnen bij het vertrouwen winnen van de leerling.

Hij/zij moet inzien dat je bereid bent om de leerling in te helpen en dat alle informatie in vertrouwen

blijft. Je kan de leerling naar een (school)arts begeleiden om achter de reden van overgewicht te komen.

Daarnaast kun je de leerling stimuleren om deel te nemen aan de bewegingscultuur. Dit kan je doen

door informatie te geven hierover of om een schema op te stellen waar de leerling mee aan de slag kan

gaan.

Hoe denken jullie over het behalen van de beweegnorm binnen jullie lessen LO?

De beweegnorm spreekt zich uit dat je iedere dag minstens 30 minuten een matige intensiteit nodig

hebt. Elke dag is voor de vaksectie LO niet haalbaar aangezien de leerlingen maar 1 of 2 keer in de week

LO hebben. Voor de blokuren moet dit zeker haalbaar zijn en ben je als docent LO ook moreel verplicht.

Voor het enkel uur is het maar de vraag als je de netto lestijd bekijkt (ca. 35 minuten)

Wat gebeurt er met leerlingen die (langdurig) geblesseerd zijn?

Bij een geblesseerde leerling dat langere tijd niet mee kan doen met de reguliere gymlessen doen

ouders een verzoek bij de leerjaarcoördinator tot ontheffing van het volgen van de gymlessen voor een

langere tijd, eventueel voor de rest van het schooljaar. Bij voorkeur dient een doktersverklaring overlegd

te worden. Ook is het mogelijk dat de leerjaarcoördinator advies inwint bij de schoolarts. Als besloten

wordt het verzoek in te willigen, dienen de volgende zaken door de leerjaarcoördinator afgehandeld te

worden. Met de leerling wordt besproken, na overleg met de docent l.o. wat er tijdens de l.o. lessen van

hem of haar wordt verwacht. De ouders krijgen vervolgens schriftelijk een bevestiging van de gemaakte

afspraken.

Voor de langdurig geblesseerde leerlingen op onze school hebben zijn er meerdere mogelijkheden

uitgestippeld. Bij een leerling die wel mag bewegen maar bepaalde handelingen/activiteiten niet mag

uitvoeren, omdat hij/zij daaraan geblesseerd is, kunnen participeren met de gymles en waar nodig

zullen er differentiaties toegepast worden. Bij de overige activiteiten zal de leerling gebruikt worden als

scheidsrechter of spelbegeleider bij een spel als de gymles hier om vraagt. Mocht een leerling hinder

ondervinden bij het afsluiten van een activiteit dient een vervangende opdracht gemaakt te worden.

Deze vervangende opdracht wordt beoordeeld door de vaksectie en het cijfer hiervan komt in de plaats

van de sportactiviteit.

Page 83: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

83

Wat gebeurt er met leerlingen die vanwege andere oorzaken niet in staat zijn het programma (volledig)

te volgen (zorgleerlingen met bijvoorbeeld astma, autisme, bewegingsbeperkingen, et cetera)?

Tijdens de les kunnen er meerdere leerlingen zijn met beperkingen. Er zullen aanpassingen in het

arrangement moeten komen voor deze leerlingen als hierom gevraagd wordt. Wanneer een leerling

slechtziend is zal er een ander soort bal gebruikt worden bij basketbal. Denk hierbij aan een zachte bal

die ook stuitert of een bal die een speciaal belletje heeft. Voor leerlingen met autisme zal de les veel

structuur bieden. Deze leerlingen zullen altijd als eerste en alleen de gymzaal betreden om zo op hun

eigen en rustige manier de zaal te kunnen ontdekken zodat niet alle prikkels tijdens de les zullen

voorkomen. Deze kinderen verdienen de extra aandacht die ze nodig hebben en zullen dus ook meer tijd

in beslag nemen.

Bij leerlingen die bijvoorbeeld in een rolstoel zitten zal er in samenwerking met deze leerling een apart

rooster opgesteld worden. De lessen waarin activiteiten voorkomen waarin deze leerling wel

onderdelen mee kan doen zal deze leerling dus participeren in de gymzaal. Als er een les in het rooster

staat waar deze leerling niet mee kan doen zal deze leerlingen anders moeten participeren. Dit kan zijn

als scheidsrechter of coach. Als de leerling zich niet in de gymzaal kan laten zien zal die leerling een

vervangende opdracht krijgen. Dit kan te maken hebben met een sportdag, dus sport gerelateerd. Ook

wordt er in overleg met de leerling gekozen voor een opdracht waarbij de leerling de aandoening die hij

heeft en het toekomstbeeld dat hij voor ogen heeft te beschrijven.

Page 84: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

84

Hoofdstuk 5 – Evaluatie / beoordeling

5.1 Opdracht Ontwerp lesprogramma/ PTA

Leerlijnen

3VMBO:

3VMBO – Slag- en loopspel - Softbal

1. 7 lesuren.

2. Een partij 9 tegen 9 softbal spelen, waarbij er gepitcht, gecatcht, geslagen vanuit toss en gevangen

wordt.

3. Vanuit cricketsoftbal door middel van oefenvormen in de onderdelen pitchen, catchen en slaan, via 3-

honken softbal komen tot een eindspel van 9 tegen 9.

3VMBO – Doelspel - Voetbal

1. 4 lesuren.

2. Een partij 5 tegen 5 spelen. Hierbij kunnen de leerlingen afspeellijnen openen, herkennen,

tegenstander passeren en afwerken op het doel. Er wordt samenwerkend aangevallen en verdedigd. Het

spel kunnen leiden als scheidsrechter.

3. Van een 3:3 op een half veld, naar een 5:5 op een half veld, naar een 5:5 op een heel veld.

3VMBO – Doelspel - Basketbal

1. 8 lesuren.

2. Het spelen van een partij 5 tegen 5 met recht van aanval, waarbij gebruik wordt gemaakt van een lay-

up, een in-out beweging en de set shot.

3. Vanuit een spel 3 tegen 3 op een half veld, via 4 tegen 4 op een half veld, naar 5 tegen 5 op een half

veld.

3VMBO – Doelspel - Hakobal

1. 6 lesuren.

2. Een wedstrijd 9 tegen 9 spelen waarbij in elk vak zowel aanvallers als verdedigers staan en voor de

aanvallers die kunnen scoren aan beide kanten een overtal situatie is, zodat scoren makkelijker wordt

gemaakt. Keepen op een dikke mat waarbij zowel de benen/voeten als de armen/handen gebruikt

worden. Samenwerkend verdedigen om zo het scoren te voorkomen.

3. Van een 6:6 met een vrije schietkans naar 9:9 met een vrije schietkans naar 9:9 met verdedigers op

100% en de scorende aanvallers in overtal situatie.

Page 85: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

85

3VMBO – Volleybal

1. 8 lesuren.

2. 6 tegen 6 volleybal spelen, waarbij er zowel aanvallend als verdedigend samen wordt gespeeld om zo

tot de beste score te komen. Verdedigend wordt er dubbel geblokt waar mogelijk en aanvallend wordt

er waar mogelijk in 3-en gespeeld.

3. Van een 3met3, naar een 3:3 op een klein veld van 10 bij 5 meter, naar een 6:6 op een klein veld naar

een 6:6 op een volleybal veld.

3VMBO – Teruslagspel – Badminton

1. 6 lesuren.

2. Een eindspel 1 tegen 1 spelen op een heel veld.

3. Vanuit individueel spelen naar met elkaar spelen naar tegen elkaar spelen.

3VMBO – Turnen - Grondvormen (Radslag)

1. 2 lesuren.

2. Leerlingen kunnen op eigen bewegingsniveau een radslag vrij in de zaal maken.

3. Door middel van differentiatie en stroomvormen worden verschillende niveaus van de radslag in de

zaal neergezet om uiteindelijk op hun eigen niveau de radslag te kunnen afsluiten.

3VMBO – Turnen(Borstwaartsom).

1. 2 lesuren.

2. Het maken van een borstwaartsom waarbij de benen de gehele beweging bij elkaar blijven en de

leerling op de rekstok kan blijven steunen na de beweging.

3. Door middel van veel oefenbeurten met hulpverleners naar komen tot een borstwaartsom op eigen

niveau.

3VMBO – Turnen(Salto,voorover)

1. 2 lesuren.

2. Vanuit een aanloop een salto voorover maken, eventueel met hulpverlening.

3. Door middel van een methodische opbouw die aansluit bij het beweegniveau van de leerling komen

tot een salto voorover.

4VMBO – Turnen –Acrogym

1. 2 lesuren.

2. Door samen te werken komen tot statische vormen van balanceren. Er zijn leskaarten, maar eigen

ideeën mogen, met toestemming van de docent, ook uitgevoerd worden.

3. Van een les met leskaarten van de docent, naar een les met eigen inbreng van leerlingen.

Page 86: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

86

3VMBO – Bewegen & muziek

1. 8 lesuren.

2. Starten op tel 1 en de aangeleerde/zelf bedachte dans opvoeren van 48 tellen en deze dans

demonstreren aan de klas.

3. Vanuit starten op tel 1 naar het gezamenlijke dansje aanleren naar eigen vaardigheid ontwikkelen en

opvoeren.

3VMBO – Atletiek - Kogelstoten

1. 3 lesuren.

2. Vanuit de slidetechniek, met de elleboog hoog, de kogel zo ver mogelijk stoten.

3. Vanuit een standstoot naar een ingedraaide stoot en mogelijk naar een slide.

3 VMBO – Atletiek – Speerwerpen

1. 3 lesuren.

2. Uit een 5-pas aanloop, beginnend met de speer achter, zo ver mogelijke werpen

3. Van een 3-pas aanloop naar een 5-pas aanloop.

3 VMBO – Atletiek – Duurlopen.

1. 2 lesuren.

2. Shuttle-run test in spetember en juni om te kunnen zien of de leerlingen in de loop van het jaar

zichzelf verbeterd hebben.

3. Een 20 meter test uitgevoerd met de hele klas tegelijk.

3VMBO – Zelfverdediging – Judo

1. 4 lesuren.

2. Een 3-eenheid uitvoeren (worp, kantelen, houdgreep).

3. Vanuit valbreken naar kantelen naar werpen naar combinatie.

3VMBO – Vormen van tik- en afgooispelen

1. 9 lesuren.

2. Het spelen van een spel, waarin een tik- of afgooi-element zich duidelijk laat gelden.

3. Van een basis trefbalspel naar een steeds moeilijker/uitgebreider trefbal spel. In het begin is de

docent de leider en scheidrechter. Laten kunnen taken als scheidrechter overgelaten worden aan

leerlingen.

Page 87: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

87

3VMBO – 2x keuze door leerling voor nieuwe bewegingsactiviteiten(freerunnen, jongleren en

flagfootball)

1. 3 lesuren.

2. Een oriënterende blik op verschillende bewegingsactiviteiten.

3. De eindactiviteit wordt gelijk aangeboden

4VMBO:

4VMBO – Slag- en loopspel – Softbal

1. 6 lesuren.

2. Een partij 9 tegen 9 spelen ,waarbij infieldpractice centraal staat.

3. Van het 9 tegen 9 naar oefenspelvormen naar 9 tegen 9 met infieldpractice.

4VMBO – Doelspel – Voetbal

1. 6 lesuren.

2. 5 tegen 5 spelen volgens de regels waarbij er open afspeellijnen worden herkend en gelopen. Er

samen wordt gespeeld in zowel aanvallend als verdedigend opzicht. Zelf het spel het spel leiden.

3. 5 tegen 5 op een heel veld, herhalen van het functioneren als scheidsrechter.

4VMBO – Doelspel – Basketbal

1. 6 lesuren.

2. Een partij 5 tegen 5 op heel veld met de regels die op school gelden. Hierbij wordt de fastbreak

uitgevoerd en kunnen de leerlingen de open afspeellijnen gebruiken om tot een doelpoging te komen.

3. Van 5 tegen 5 op half veld naar 5 tegen 5 op heel veld.

4VMBO – Doelspel – Hakobal

1. 2 lesuren.

2. Het spelen van het spel hakobal volgens de regels waarbij er wordt samengewerkt in zowel

aanvallend als verdedigend opzicht.

3. Op een veld onderverdeeld in 4 vakken ter grote van een volleybalveld het spel hakobal spelen met

aan beide kanten 1 keeper.

4VMBO – Doelspel – Handbal

1. 4 lesuren.

2. Een partij 7 tegen 7 spelen waarbij de fastbreak wordt uitgevoerd en er gepasseerd kan worden om

zo gezamenlijk tot een doelpoging te komen, hierbij worden de open afspeellijnen benut.

3. Van 5 tegen 5 op heel veld (16 metergebied) naar 7 tegen 7 op heel veld.

Page 88: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

88

4VMBO – Volleybal

4. 4 lesuren.

5. 6 tegen 6 op een heel veld met het gebruik van een ‘stofzuiger’ met gebruik maken van de

schoolregels die gelden. Ook moet de mogelijkheid worden geboden om te komen tot de smash.

6. Van 6 tegen 6 op heel veld naar oefenspelvormen naar 6 tegen 6 op heel veld met stofzuiger.

4VMBO – Terugslagspel – Badminton

1. 4 lesuren.

2. Een mini-toernooi 2 tegen 2 spelen waarbij de wisselwerking aan de hand van de service wordt

toegepast.

3. Van 2met2 met introductie van serveren naar 2 tegen 2 in een move-up move-down systeem.

4VMBO – Turnen - Toesteloverslag

1. 2 lesuren.

2. Leerlingen kunnen op eigen beweegniveau een toesteloverslag over de kast maken.

3. Door middel van een methodische opbouw die aansluit op de leerling komen tot een toesteloverslag

(evt. met hulpverlener).

4VMBO – Turnen - Strekhangzwaai

1. 2 lesuren.

2. Leerlingen kunnen d.m.v. een hol-bol beweging in een ritme zwaaien waardoor er

zwaaivermeerdering optreed waarbij een halve draai gemaakt wordt om de lengte-as.

3. Van strekhangzwaai naar eventueel een strekhangzwaai met halve draai.

4VMBO – Bewegen en muziek

1. 4 lesuren.

2. In groepen van 4 of 5 een eigen dans verzinnen van minimaal 48-tellen op een zelf gekozen nummer

met verschillende organisatievormen. Deze dans wordt voorgedragen aan de klas.

3. Korte introductie van de docent, waarna de leerlingen zelf aan de slag kunnen.

4VMBO – Atletiek – Verspringen

1. 2 lesuren.

2. Vanuit een 7-pas aanloop, zo ver mogelijk springen(indien buitenles) Indien binnen, verspringen

behandelen op de lange mat waarbij er achter de lange mat wordt begonnen en vanuit stilstand in 5 zo

groot mogelijke sprongen en zo groot mogelijke afstand bereikt.

3. Vanuit een 5-pas naar een 7-pas.

Page 89: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

89

4 VMBO – Atletiek – Hinkstapsprong

1. 2 lesuren.

2. Uit een eigen aanloop een hink-stap-sprong maken waarbij zo ver mogelijk gesprongen word.

3. Van verspringen naar een 5-pas aanloop naar een 7-pas aanloop tot een eigen aanloop.

4VMBO – Zelfverdediging – Judo

4. 2 lesuren.

5. Een 3-eenheid uitvoeren (werpen, kantelen en houdgreep). Andere worpen en houdgrepen dan in

VMBO 3.

6. Vanuit de bestaande worpen en houdgrepen naar nieuwe worpen en houdgrepen.

4VMBO – Vormen van tik-en afgooispelen

1. 1 lesuur.

2. Het spelen van een spel, waarin een tik- of afgooi-element zich duidelijk laat gelden.

3. Van een basis trefbalspel naar een steeds moeilijker/uitgebreider trefbal spel. In het begin is de

docent de leider en scheidrechter. Laten kunnen taken als scheidrechter overgelaten worden aan

leerlingen.

4VMBO – 2x keuze door leerling voor nieuwe bewegingsactiviteiten(Salsa/Fitness/Boksen)

1. 3 lesuren.

2. Een oriënterende blik op verschillende bewegingsactiviteiten.

3. De eindactiviteit wordt gelijk aangeboden

Page 90: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

90

Organisatie keuze door leerlingen van nieuwe bewegingsactiviteiten

3VMBO – Bewegingsactiviteit: Freerunnen, Flagfootball, Jongleren

De leerlingen mogen een keuze maken tussen deze 3 activiteiten die ze gedurende 3 lesuren zullen

volgen. Vanwege de beschikbare ruimte hebben wij niet de mogelijkheid om de leerlingen meer dan drie

keuzes aan te bieden. De leerlingen dienen een briefje in te leveren waar op ze aangeven wat hun 1e, 2e

en 3e keus is. Wanneer alle briefjes zijn ingenomen zal de vaksectie na een korte tijd hierna aangeven

welke leerlingen welke activiteit gaan doen. De vaksectie heeft als nieuwe bewegingsactiviteiten

gekozen voor “freerunning”, “flagfootball” en “jongleren”. De leerlingen zullen zo veel mogelijk op hun

eerste keuze worden ingedeeld. Als dit niet mogelijk is, omdat er een te grote hoeveelheid leerlingen

zijn die dat onderdeel hebben gekozen, wordt die leerling bij hun tweede keuze ingedeeld. Door de

verschillende keuzes van elke leerling zullen er dus drie ongeveer even grote groepen gemaakt worden.

De verschillende activiteiten worden allemaal door verschillende personen gegeven.

Één van de gymdocenten zal het jongleren doceren aan de leerlingen. Hierin gaat hij dieper in op het

jongleren. Hierbij zullen bijvoorbeeld ballen, kegels, kiwido-poi onderdeel zijn van deze activiteit. Ook

wordt er een stukje samen gejongleerd. Uiteindelijk wordt er een klein optreden bedacht door de

leerlingen zelf, en uitgevoerd voor de rest van deze groep.

Bij het flagfootball is het kennis laten maken met de sport het voornaamste doel. Via

www.playfootball.nl zal er een flagfootball trainer de clinic verzorgen. Dit is een organisatie die clinics

kan verzorgen voor scholen. De kosten voor deze trainer zal tussen de €50,- en €75,- liggen. Deze kosten

worden verrekend door de school. Deze lessen zullen worden gegeven op het gemeente grasveld naast

de school.

Freerunning wordt gegeven in de zaal die niet bezet is door het jongleren. Deze grote zaal is ideaal voor

het freerunningen zal worden gegeven door de docent die zich niet met het jongleren bezig houdt.

Wanneer een klas niet parallel les heeft met een andere klas dient de docent zelf creatief om te gaan

met de gemaakte keuzes door de leerlingen binnen de klas. Het kan dus zo zijn dat er in vakken gewerkt

moet worden. Hierin worden zoveel mogelijk materialen uit de kast gehaald, om vervolgens een soort

circuit af te leggen. Het niveau van de leerlingen zal bepalen hoe ver de docent hierin zal gaan. Hieraan

zitten geen extra kosten verbonden.

Voor het reizen naar de locaties hoeft geen extra tijd worden ingepland dan alleen de tijd zoals in de

reguliere lessen van toepassing is, aangezien de externe locaties in de buurt zijn en hier anders ook altijd

gegymd wordt.

Page 91: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

91

4VMBO – Bewegingsactiviteit: Salsa dansen, Fitness of Boksen

De leerlingen mogen een keuze maken tussen deze 3 activiteiten die ze gedurende 6 lesuren zullen

volgen. Vanwege de beschikbare ruimte hebben wij niet de mogelijkheid om de leerlingen meer dan drie

keuzes aan te bieden. De leerlingen dienen een briefje in te leveren waar op ze aangeven wat hun 1e, 2e

en 3e keus is. Wanneer alle briefjes zijn ingenomen zal de vaksectie na een korte tijd hierna aangeven

welke leerlingen welke activiteit gaan doen. De vaksectie heeft als nieuwe bewegingsactiviteiten

gekozen voor “Salsa”, “Fitness” en “Boksen”. De leerlingen zullen zo veel mogelijk op hun eerste keuze

worden ingedeeld. Als dit niet mogelijk is, omdat er een te grote hoeveelheid leerlingen zijn die dat

onderdeel hebben gekozen, wordt die leerling bij hun tweede keuze ingedeeld. Door de verschillende

keuzes van elke leerling zullen er dus drie ongeveer even grote groepen gemaakt worden. De

verschillende activiteiten worden allemaal door verschillende personen gegeven.

Bij dansschool 4Salsa zal de gymsectie contact opnemen voor een dansleraar die gedurende 6 lesuren

een cursus salsadansen verzorgt. De leerlingen komen tot een dans in 2-tallen die uiteindelijk

opgedragen wordt aan de rest van de groep. De kosten voor deze trainer zal tussen de €75,- en €100,-

liggen en zijn voor de rekening van de school. De les zal verzorgt worden in de zaal.

Voor het boksen zal er een docent via Mixedfight Brielle geregeld worden via www.mixedfight.nl. Deze

les zal verzorgd worden in de zaal waar de salsa les niet in gegeven wordt. De leerlingen leren de

beginselen van het boksen en komen uiteindelijk tot het sparren met elkaar op een verantwoorde

manier. De kosten voor de boks docent ligt rond de €75,- en deze kosten zijn voor de school.

Bij het 3e programma kunnen de leerlingen terecht bij sportschool van Unen op de Amer 19 te Brielle.

De reistijd hiervan is ongeveer 5 minuten met de fiets dus alle leerlingen worden verwacht de

desbetreffende dag met de fiets naar school te komen. De leerlingen zullen begeleiding krijgen van een

instructeur in de sportschool. Het is de bedoeling dat de kinderen leren verantwoord te trainen in de

sportschool met een aangereikt schema. De kosten hiervoor bedragen rond de €100,- en deze zijn voor

de school.

Page 92: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

92

Leerlijnen bewegen & regelen (B&R)

In het pre-examenjaar zal de leerlijn bewegen en regelen aan bod komen met behulp van de sporten

handbal en voetbal. Er wordt een toernooi gespeeld dat door de leerlingen zelf wordt georganiseerd.

Hierbij dienen ze met alle aspecten rekening houden die daarbij komen kijken. In het examenjaar zullen

de leerlingen een volleybal organiseren. Hiervoor gelden dezelfde criteria als in het pre-examenjaar allen

zullen de leerlingen hun ervaring van het 3e leerjaar meenemen.

De leerlingen dienen ook de taken van scheidsrechteren en coachen op zich te nemen. Als een leerling

geblesseerd is tijdens deze les en niet mee kan participeren met de activiteit als speler kan hij of zij

optreden als coach van een team. Ook zal een geblesseerde leerling meer taken hebben met het

organiseren van het toernooi (zie zorgleerlingen)

3VMBO – Bewegen en Regelen - Scheidsrechteren 1. 1 lesuur.

2. Tijdens een toernooi de wedstrijden eerlijk laten verlopen volgens de regels die op de school

gelden (handbal/voetbal).

3. Van een vaardige scheidrechter met een minder vaardige scheidsrechter naar een minder

vaardige scheidsrechter alleen.

4VMBO – Bewegen en Regelen - Scheidsrechteren 1. 1 lesuur.

2. Tijdens een toernooi de wedstrijden eerlijk laten verlopen volgens de regels die op de school

gelden(volleybal).

3. Van een vaardige scheidrechter met een minder vaardige scheidsrechter naar een minder

vaardige scheidsrechter alleen.

4VMBO – Bewegen en Regelen - Organiseren 1. 1 lesuur

2. Het organiseren van een volleybaltoernooi waarbij niet alleen wordt nagedacht over het

speelschema en het indelen van de teams maar ook over de inzet van scheidsrechters en het

arrangeren van materialen.

3. Van een theorieles naar het onder begeleiding van de docent organiseren in de praktijk.

Ook bij turnen zijn de leerlingen bezig met bewegen en regelen. Bij de verschillende

bewegingsactiviteiten zullen de leerlingen elkaar gaan hulpverlenen. Tijdens deze les zullen er

uitdagende arrangementen worden neergezet waarbij verschillende soorten hulpverleengrepen worden

aangeboden en geoefend. Wel wil de vaksectie vooraf de leerlingen laten nadenken over wat de slimste

manier van hulpverlenen is. De docent zal hier enkele voorbeelden van geven.

3VMBO – Bewegen en Regelen – Hulpverlenen(Turnen) 1. 1 lesuur.

2. De leerlingen kunnen elkaar veilig hulpverlenen binnen verschillende arrangementen en

activiteiten.

Page 93: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

93

3. Van voorbeeld van een docent naar samen met een docent hulpverlenen naar zelfstandig

hulpverlenen.

Leerlijnen bewegen & gezondheid (B&G)

In periode 1 van het pre-examenjaar zal er een conditietest met de leerlingen uitgevoerd worden om ze

bewust te maken van hun conditie. Aan deze test zit geen cijfer vast en is dus alleen bedoeld om de

leerlingen in te laten zien hoe het met hun conditie gesteld is.

3VMBO – Bewegen en Gezondheid - Conditietesten 1. 1 lesuur.

2. De conditietest maakt de leerlingen bewust van hun conditie

3. De leerlingen noteren in 2-tallen elkaars waarders. De leerlingen kunnen deze waardes zelf gaan

vergelijken.

De leerlingen zullen aan de hand van de conditietest vast kunnen stellen hoe het met de conditie gesteld is. Indien nodig zal de docent in overleg met de leerling een trainingsschema op gaan stellen. In de lessen zelf zal besproken worden wat super compensatie inhoud. In het examenjaar krijgen de leerlingen een aansluitende les op bewegen en gezondheid met atletiek als

middel. Deze leerlijn zal in de gymzaal worden uitgevoerd, met ondersteuning van een beamer en indien

niet aanwezig een laptop van één van de docenten. Aan de hand van voorbeelden uit de praktijk worden

de leerlingen geïnformeerd over de voorkoming van blessures en overbelasting. Hierbij zal de vaksectie

filmpjes laten zien van turners die een blessure oplopen. De leerlingen zullen onderling in overleg gaan

met elkaar hoe zo’n blessure voorkomen kan worden.

4VMBO - Bewegen & Gezondheid - Voorkomen blessures/overbelasting 1. 1 lesuur.

2. De leerlingen zijn zich na deze les bewust van de risico’s van (te veel) sporten.

3. A.d.h.v. practica en theorie zullen de leerlingen meer informatie krijgen over het voorkomen van

blessuren/overbelasting.

Page 94: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

94

Leerlijnen Bewegen & samenleving (B&S)

In het pre-examenjaar komt de leerlijn bewegen en samenleving weer aan bod met de activiteiten

handbal en voetbal. Door dat er een sportdag is, komt het thema ‘omgaan met winst/verlies’

nadrukkelijk aan bod. Het is dan de taak aan de docent om de leerlingen hier bewust van te maken.

Deze les is dan ook met opzet net voor de sportdag gepland.

Natuurlijk komt dit thema niet alleen in deze les naar voren, maar ook in de andere lessen. Alleen wordt

er door de docent in deze les nadrukkelijk op in gegaan.

3VMBO – Bewegen en Samenleving - Omgaan met winst/verlies 1. 1 lesuur.

2. De leerlingen zijn bewust dat de verliezende partij hun verlies moet accepteren en dat dit ook

door de andere leerlingen wordt geaccepteerd.

3. Door het toernooi komen de leerlingen hier mee in aanmerking, de docent wijst er op als een

leerling zich onsportief gedraagt.

In het examenjaar sluit de leerlijn B&S aan op de activiteit judo. Door gebruik te maken van judo leren

de leerlingen omgaan met anderen. Hierbij moeten ze rekening houden met een ander geslacht, lengte,

gewicht en vaardigheid. De docent zal een les geven waarbij de nadruk hier extra op zal liggen in

vergelijking met regulieren lessen. De leerlingen mogen aan het eind van de les zeggen wat zij van de les

vonden en aangeven wat ze zelf mee nemen waar ze wat aan hebben. Hierbij ligt de nadruk op de

ervaringen die zij opgedaan hebben tijdens het stoeien met medeleerlingen en wordt er besproken wat

het belang is van sport binnen de eigen loopbaan.

4VMBO - Bewegen & samenleving - Met respect omgaan met anderen 1. 1 lesuur.

2. Eigen vaardigheden aanpassen aan de kunnen van de tegenstander binnen een stoeispel (judo).

3. Vanuit de leerlijn judo komen te leerlingen tot een stoeispel waarbij ze rekening houden met

elkaars kunnen.

Het keuzeprogramma en B&S worden ook gekoppeld om de leerlingen te oriënteren op verschillende

sporten. Hierbij moeten zij zelf gaan bedenken wat zij nou willen in de toekomst als het om sporten

gaat. De sporten in het keuzeprogramma zijn ook zo gekozen dat ze allemaal te doen zijn in Brielle. De

leerlingen kunnen dus daadwerkelijk n.a.v. het keuzeprogramma een sport gaan beoefenen in de

bewegingscultuur.

Page 95: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

95

Periodeplannen Leerjaar 3 vmbo

Periode 1 Tabel 3: periode planning 3VMBO

Week-

nr.

Zaal/

veld

Opmerkingen

34 1. Atletiek (2) 2. Judo (1)

Z/V

35 1. Atletiek (2) 2. Judo (1)

Z/V

36 1. Atletiek (2) 2. Judo (1)

Z/V

37 1. Atletiek (2) 2. Judo (1)

Z/V

38 1. Volleybal (2) 2. Vormen van tik- en afgooispelen (1)

Z/V

39 1. Volleybal (2) 2. Vormen van tik- en afgooispelen (1)

Z/V

40 1. Volleybal (2) 2. Vormen van tik- en afgooispelen (1)

Z/V

41 1. Volleybal (2) 2. Vormen van tik- en afgooispelen (1)

Z/V

42 1. Handbal (2)

2. Voetbal (1)

Z/V

43 HERFSTVAKANTIE Geen les

44 1. Handbal (2)

2. Voetbal (1)

Z/V

Periode 2: 45 Toetsweek 1 Geen les

46 Bufferweek 1 Z/V

47 Skiën& Snowboarden Klassenuitje 3ejaars, Inleveren cijfers periode 1

48 1. Handbal (2)

2. Voetbal (1)

Z

49 1. Handbal (2)

2. Voetbal (1)

Z

50 1. Bewegen & samenleving (1) Bewegen & regelen (1)

Z

51 1. Bewegen & gezondheid (1) Bewegen & regelen (1)

Z

52 1. Badminton (2) 2. Hakobal (1)

Z

53 KERSTVAKANTIE Geen les

01 KERSTVAKANTIE Z Geen les

02 1. Badminton (2) 2. Hakobal (1)

Z

03 1. Badminton (2) 2. Hakobal (1)

Z

Page 96: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

96

Periode 3: 04 Toetsweek 2 Geen les

05 Bufferweek 2 Z

06 1. Hakobal (2)

2. Hakobal (1)

Z Inleveren cijfers periode 2

07 1. Basketbal (2)

2. B&M (1)

Z

08 1. Basketbal (2)

2. B&M (1)

Z

09 VOORJAARSVAKANTIE

10 1. Basketbal (2)

2. B&M (1)

Z

11 1. Basketbal (2)

2. B&M (1)

Z

12 1. B&M (2)

2. Turnen (1)

Z

13 Toetsweek 3 Geen les

Periode 4: 14 1. B&M (2)

2. Turnen (1)

Z/V

15 Bufferweek 3 Z/V

16 1. Turnen (2)

2. Turnen (1)

Z/V

17 1. Turnen (2)

2. Turnen (1)

Z/V

18 MEIVAKANTIE Geen les

19 MEIVAKANTIE Geen les

20 1. Keuze activiteit Z/V

21 1. Keuze activiteit Z/V

22 1. Softbal (2)

2. Vormen van tik- en afgooispelen (1)

Z/V

23 1. Softbal (2)

2.Atletiek (1)

Z/V

24 1. Softbal (2)

2. (vormen van tik-en afgooispelen (1)

Z/V

25 1. Softbal (2)

2. Vormen van tik- en afgooispelen (1)

Z/V

26 1. Softbal (2)

2.Vormen van tik- en afgooispelen (1)

Z/V

27 Bufferweek 4 Z/V Inleveren cijfers periode 4

28 Projectweek Geen les

Uitreiking rapport

Page 97: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

97

5.2.2 leerjaar 4 vmbo

Periode1:Tabel 4: Periode planning4VMBO

34 1. Softbal (2) Z/V

35 1. Softbal (2) Z/V

36 1. Softbal (2) Z/V

37 1. Voetbal (2) Z/V

38 1. Voetbal (2) Z/V

39 1. Voetbal (2) Z/V

40 1. Bewegen en Gezondheid (1)

Tik- en afgooispelen

Z/V

41 1. Zelfverdediging (2) Z/V

42 1. Bewegen en Samenleving (1)

Hakobal (1)

Z/V

43 Herfstvakantie

44 Bufferweek 1 Z/V

Periode 2: 45 Toetsweek 1 Geen les

46 1. Badminton (2) Z

47 1.Badminton (2) Z Inleveren cijfers periode 1

48 1. Turnen (2) Z

49 1. Turnen (2) Z

50 1. Handbal (2) Z

51 1. Handbal (2) Z

52 1. Basketbal (2) Z BahurimOlympics

53 Kerstvakantie

01 Kerstvakantie Z

02 1. Basketbal (2) Z

03 1. Basketbal (2) Z

04 Toetsweek 2

Periode 3: 05 Bufferweek 2 Z

06 1. Volleybal (2) Z Inleveren cijfers periode 2

07 1. Volleybal (2) Z

08 1. Bewegen en Regelen (2) Z

09 Voorjaasvakantie

10 1. B&M (2) Z

11 1. B&M (2) Z

12 1. Atletiek (2) Z

13 Toets week 3 Geen les

Page 98: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

98

Periode 4:

(Na de meivakantie beginnen de Centrale examens en zijn er geen lessen LO meer voor de

examenklassen)

14 1. Atletiek (2) Z/V

15 Bufferweek 3 Z/V

16 1. Keuze activiteit Z/V Inleveren cijfers periode 3

17 1. Keuze activiteit Z/V

18 Meivakantie Geen les

19 Meivakantie Geen les

20 Centraal examen

21 Centraal examen

22

23

24

25

26

27

Page 99: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

99

Alternatief lesprogramma zorgleerlingen

Langdurig geblesseerden

Bij een geblesseerde leerling dat langere tijd niet mee kan doen met de reguliere gymlessen doen

ouders een verzoek bij de leerjaarcoördinator tot ontheffing van het volgen van de gymlessen voor een

langere tijd, eventueel voor de rest van het schooljaar. Bij voorkeur dient een doktersverklaring overlegd

te worden. Ook is het mogelijk dat de leerjaarcoördinator advies inwint bij de schoolarts. Als besloten

wordt het verzoek in te willigen, dienen de volgende zaken door de leerjaarcoördinator afgehandeld te

worden. Met de leerling wordt besproken, na overleg met de docent l.o. wat er tijdens de l.o. lessen van

hem of haar wordt verwacht. De ouders krijgen vervolgens schriftelijk een bevestiging van de gemaakte

afspraken.

Voor de langdurig geblesseerde leerlingen op onze school hebben zijn er meerdere mogelijkheden

uitgestippeld. Bij een leerling die wel mag bewegen maar bepaalde handelingen/activiteiten niet mag

uitvoeren, omdat hij/zij daaraan geblesseerd is, kunnen participeren met de gymles en waar nodig

zullen er differentiaties toegepast worden. Bij de overige activiteiten zal de leerling gebruikt worden als

scheidsrechter of spelbegeleider bij een spel als de gymles hier om vraagt. Mocht een leerling hinder

ondervinden bij het afsluiten van een activiteit dient een vervangende opdracht gemaakt te worden.

Deze vervangende opdracht wordt beoordeeld door de vaksectie en het cijfer hiervan komt in de plaats

van de sportactiviteit. Deze vervangende opdracht wordt verder beschreven in 5.2.2.

Daarnaast is er voor de leerlingen die niet aanwezig kunnen zijn in de les een andere sport gerelateerde

opdracht. Omdat de leerlingen in het 3e of 4e jaar zitten is het de bedoeling om de leerlingen meer

zelfstandig te laten werken. Dit probeert de vaksectie te doen door de leerlingen te laten helpen met

het organiseren van de sportdag. De leerlingen krijgen dan draaiboeken van vorige sportdagen en zo

krijgen ze de verantwoording om een sportdag te organiseren met behulp van de vaksectie. Ze hoeven

hiervoor niet in de lessen aanwezig te zijn maar laten na elke les het product steeds controleren en

zullen zo naar een sportdag toewerken. Het is afhankelijk van de leerlingen en de leeftijd welke taken de

vaksectiezelf behoudt en wat het overlaat aan de leerlingen.

Page 100: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

100

Overige zorgleerlingen

Tijdens de les kunnen er meerdere leerlingen zijn met beperkingen. Er zullen aanpassingen in het

arrangement moeten komen voor deze leerlingen als hierom gevraagd wordt. Wanneer een leerling

slechtziend is zal er een ander soort bal gebruikt worden bij basketbal. Denk hierbij aan een zachte bal

die ook stuitert of een bal die een speciaal belletje heeft. Voor leerlingen met autisme zal de les veel

structuur bieden. Deze leerlingen zullen altijd als eerste en alleen de gymzaal betreden om zo op hun

eigen en rustige manier de zaal te kunnen ontdekken zodat niet alle prikkels tijdens de les zullen

voorkomen. Deze kinderen verdienen de extra aandacht die ze nodig hebben en zullen dus ook meer tijd

in beslag nemen.

Bij leerlingen die in een rolstoel zitten zal er in samenwerking met deze leerling een apart rooster

opgesteld worden. De lessen waarin activiteiten voorkomen waarin deze leerling wel onderdelen mee

kan doen zal deze leerling dus participeren in de gymzaal. Als er een les in het rooster staat waar deze

leerling niet mee kan doen zal deze leerlingen anders moeten participeren. Dit kan zijn als

scheidsrechter of coach. Als de leerling zich niet in de gymzaal kan laten zien zal die leerling een

vervangende opdracht krijgen. Dit kan te maken hebben met een sportdag, dus sport gerelateerd. Ook

wordt er in overleg met de leerling gekozen voor een opdracht waarbij de leerling de aandoening die hij

heeft en het toekomstbeeld dat hij voor ogen heeft te beschrijven.

Page 101: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

101

Evaluatie/Beoordeling

Evalueren als ondersteuning van het leerproces De vaksectie heeft voor het evalueren als ondersteuning van het leerproces voor de activiteiten volleybal en voetbal gekozen. Bij volleybal is het praktisch dat er wissels zijn want zo zullen de leerlingen die als “wissel” fungeren in deze tijd één leerling observeren m.b.t. het positiespel in het team. De leerlingen krijgen allemaal ten minste één keer dit formulier om een leerling te observeren. Na het observeren zal de observator met de leerling bespreken wat er geconstateerd is en zal de geobserveerde leerling de rol van observator overnemen. Zo is er een wisselwerking aan de gang. Bij voetbal is de scheidsrechters rol niet alleen van belang om het spel goed te laten verlopen, maar geeft leerlingen ook een veel beter inzicht in het spel. Hetzelfde principe als met Volleybal zal hier worden toegepast. De scheidsrechter zal worden geobserveerd op zijn beslissingen en naderhand besproken met de observator. De scheidsrechter wisselt van functie bij elk wisselmoment zodat iedereen aan bod kan komen in deze rol. Het observeren van elkaar draagt bij aan het leerproces van zowel de sporter als van de cognitieve vaardigheden van de leerlingen. De leerlingen zullen zelf inzien hoe het is om elkaar te beoordelen en een goed waarde oordeel te geven over iemand anders z’n prestaties. Daarnaast wordt voor de sporter nogmaals benadrukt wat de speerpunten zijn van de sport die ze beoefenen. Deze opdracht staat in relatie tot B&R. Onderstaande de observatie formulieren die gebruikt worden bij Volleybal en Voetbal

Observatie formulier Volleybal

Leerlingnaam: Aantal keer geobserveerd

Spelverdeelt als spelverdeler

(opzet gegeven voor een smash)

Correcte positie ingenomen voor een blok

(voorste 3 spelers)

Smash

Opvangen van service

Eerste bal naar de spelverdeler verwerkt

Page 102: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

102

Observatie formulier Voetbal

Leerlingnaam: Aantal keer geobserveerd

Correct het spel starten na een doelpunt

Correct een inworp aangeven

Correct een vrije trap aangeven

Page 103: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

103

Beoordelen i.v.m. rapportering: regulier

Pre-examenjaar

In periode 1 wordt atletiek beoordeeld door de docent. De leerlingen worden beoordeeld voor de

onderdelen kogelstoten en speerwerpen. Hierbij wordt gelet op de uitvoering van de techniek en of alle

veiligheidsregels nagestreefd worden. Dit kan punten aftrek met zich meebrengen. Daarnaast wordt er

ook naar het resultaat gekeken. Deze 3 factoren maken samen een cijfer. Daarnaast wordt in deze

periode judo beoordeeld. De leerlingen moeten een 3- eenheid laten zien (werpen, kantelen en

houdgreep). Hierbij worden de leerlingen beoordeeld op de techniek van de beweging. Verder komt

volleybal aan bod in deze periode. Bij volleybal wordt gelet op positiespel en techniek. Het positiespel is

een belangrijk onderdeel bij volleybal en de vaksectie wil de leerlingen aanleren dat elke positie een

andere functie vervult.

In periode 2 wordt badminton beoordeeld samen met handbal en voetbal. Badminton wordt

beoordeeld op de techniek (juiste greep, juiste slag) en inzet. Hanbal en voetbal staan in het teken van

techniek, spelinzicht en samenwerken. Bij deze 2 spelsporten, en voornamelijk voetbal, zit er een groot

gat tussen de meest ervaren spelers en de minst ervaren spelers. Het gaat bij de ervaren spelers minder

om de eigen vaardigheid maar om het vermogen om andere beter te laten spelen.

In periode 3 komen basketbal en B&M aan bod. Bij B&M wordt gelet op ritme en eigen vaardigheid. De

leerlingen kunnen binnen de lessen oefenen hierop en bij de uitvoering zal de complete dans

beoordeeld worden door de docent. Vooral het in de maat bewegen is een groot spectrum binnen het

beoordelen. De leerlingen zullen hier veelvuldig op oefenen in de lessen met de docent. Bij basketbal

worden er op 4 onderdelen beoordeeld namelijk; Man to man verdedigen, fastbreak, spelinzicht en

techniek. Bij basketbal is het de bedoeling dat het spel zo wordt aangeboden dat alle elementen van een

basketbal wedstrijd terug zal komen. De vaksectie vindt het dan ook belangrijk dat deze onderdelen los

worden beoordeeld van elkaar.

In periode 4 zullen turnen en softbal beoordeeld worden. Bij turnen krijgen de leerlingen een cijfer over

3 bewegingsactiviteiten, namelijk voor de bewegingen salto vo, BWO en radslag.

Salto: hierbij wordt gelet op hoogte en lichaamshouding.

BWO: hierbij wordt gelet op het rondkomen en de afzet van de benen.

Radslag: hierbij wordt gelet op lichaamshouding en plaatsing van de handen.

Softbal zal beoordeeld worden op techniek en spelinzicht.

Al deze cijfers wegen allemaal even zwaar mee. Aan het einde van leerjaar 3 hebben de leerlingen

dus 10 cijfers die allemaal 1x meetellen voor het rapport.

De keuze activiteiten die worden aangeboden in leerjaar 3 zijn allemaal oriëntatieprogramma’s. Deze

worden allemaal eenmalig aangeboden en kan dus niet worden beoordeeld.

Page 104: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

104

Examenjaar

Net als in het pre-examenjaar is ook het examenjaar opgedeeld in verschillende periodes. In periode

1 worden er 3 vaardigheden afgesloten, namelijk: softbal, voetbal en judo. Bij judo wordt er weer een 3-

eenheid verwacht van de leerlingen. Hierbij wordt op de techniek van de worp en houdgreep

gelet. Softbal en voetbal worden weer op dezelfde manier beoordeeld als vorig jaar.

In periode 2 zullen de activiteiten badminton, turnen, handbal en basketbal beoordeeld worden.

Bij turnen wordt de strekhangzwaai en de toesteloverslag beoordeeld. Bij de strekhangzwaai wordt

er beoordeeld op het ritme en de zwaaivermeerdering en bij de toesteloverslag op het actieve

steunen en de van het lichaamszwaartepunt. Alle vaardigheden wordt beoordeeld met een cijfer. De

overige activiteiten worden op dezelfde wijze beoordeeld.

De laatste periode voor het CE is een binnen- en buitenperiode. Volleybal wordt op dezelfde wijze als

de vorige jaar beoordeeld. Bij Atletiek wordt het verspringen en de hink-stap-sprong beoordeeld op

techniek, resultaat en veiligheid. De laatste paar lessen voor de vakantie en het CE wordt opgevuld met

lessen B&M. B&M wordt weer afgesloten met een dans en wordt ook op dezelfde manier beoordeeld

als het pre-examenjaar.

Alle cijfer wegen allemaal even zwaar op het rapport. Maar ook voor het SE wegen ze allemaal 1x. In

totaal zijn er 10 cijfers die meetellen voor het SE. Het cijfer in het pre-examenjaar + het cijfer in het

examenjaar gedeeld door twee zal het eindcijfer van het vak LO weergeven.

Page 105: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

105

Zorgleerlingen

Het kan voorkomen dat leerlingen niet alle lessen mee kunnen doen, indien de leerling 1 les of minder

niet heeft mee kunnen doen (met geldige reden) dan wordt deze leerling beoordeeld op de lessen die

deze leerling wel heeft meegedaan. Hier is voor de vaksectie genoeg tijd geweest om de leerling te

beoordelen.

Indien leerlingen 2 of meer lessen hebben gemist, dan zal deze leerling een vervangende opdracht

moeten maken. Omdat de vaksectie leerlingen bekwaam willen maken om te participeren aan de

bewegingscultuur zullen deze vervangende opdrachten relatie moeten hebben met de leerling zelf en

hoe zij wel kunnen participeren in de aangeboden activiteit. Mocht dit voorkomen bij de leerlingen zal

de vaksectie contact opnemen met de ouders/verzorgers om zo duidelijkheid te geven.

Dit verslag zal beoordeeld worden op:

• Relevantie leerling/activiteit

• Diepgang

• Regels

Voor Voetbal, Basketbal, Volleybal en softbal geldt ook dat de scheidsrechter rol van belang is, de

zorgleerlingen moeten dan ook zelf komen met een oplossing op welke manier zij wel kunnen

participeren in de gymles.

Daarnaast kan de vaksectie er voor kiezen om de leerlingen in te zetten met organiseren van de

sportdag op de school. De vaksectie zal de leerlingen begeleiden in het proces en open staan voor

vragen hierover. Daarnaast zal de vaksectie als hulpmiddel draaiboeken van voorgaande edities

verstrekken aan de leerlingen als hulpmiddel om zo tot een voldoende participatie te komen.

Page 106: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

106

Beoordelen i.v.m. examinering: Regulier

Op de school worden over bijna alle vakken wordt eindexamen gedaan maar in het vak LO niet. Toch komt er een eindcijfer voor het vak LO op het diploma van de leerlingen. Het cijfer wat op de eindlijst komt voort uit de resultaten behaald in 3 & 4 VMBO. Deze cijfers worden behaald door de leerlingen in de periodes van een schooljaar. In het 3e leerjaar zijn er 4 periodes waarin 10 cijfers gegeven worden aan de leerlingen. Van deze 10 cijfers komt een gemiddelde van 1 cijfer en dit cijfer wordt meegenomen naar het 4e leerjaar. In het 4e leerjaar zijn er net als in het pre-examenjaar 10 beoordelingen voor de leerlingen. Het gemiddelde cijfer van het 3e leerjaar en het cijfer van het 4e leerjaar worden bij elkaar opgeteld en gedeeld door 2. Dit is het cijfer dat op het diploma komt bij de leerlingen. Deze cijfers zullen op halve worden afgerond net als bij alle andere vakken. Zo wordt een 7.2 afgerond naar een 7 en een 7.3 zal een 7.5 worden. Een volledig en compleet overzicht hiervan kunt u vinden bij 5.5 waarin het PTA overzicht te zien zal zijn. Ook zijn alle waardes gelijk aan elkaar.

Page 107: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

107

Zorgleerlingen

Voor de zorgleerlingen zal niet altijd op dezelfde manier een cijfer behaald kunnen worden als voor de

reguliere leerlingen. Zij zullen een vervangende opdracht krijgen, of moeten bepaalde cijfers later in het

jaar inhalen.

De leerlingen die een geheel jaar niet mee kunnen doen, een aantal lessen niet, of bepaalde sporten

niet vanwege hun blessure/aandoening, die zullen voor elk cijfer toch een manier moeten vinden om de

beoordeling te krijgen. In hoofdstuk 5.2.2. is beschreven welke opdracht er uitgevoerd moet worden

om toch tot een beoordeling te komen. Ze kunnen een verslag schrijven of tijdens de les een andere

opdracht uit voeren. Voor deze vervangende opdrachten, krijgen zij een beoordeling. Dit zal op dezelfde

schaal gebeuren als de reguliere beoordeling. Uiteindelijk worden alle cijfers bij elkaar opgeteld en het

gemiddelde van deze cijfers wordt het eindcijfer op het diploma.

Er is dus niet veel verschil voor de zorgleerlingen qua cijfers, het enige wat anders is, is de manier van

het behalen van de cijfers.

Page 108: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

108

Inhalen en herkansen

De beoordelingen zijn niet op één moment te meten, daarom is het dan ook meestal niet nodig om

beoordeling te herkansen (als er één les gemist is).

Het is wel noodzaak voor de leerling om ten minste 80% van de lessenserie te volgen om tot een goed

eindoordeel te kunnen komen, lukt dit niet dan moet de leerling deze les inhalen bij een andere klas.

Als er geen mogelijkheid is om de les in te halen bij een andere klas, dan zal de leerling kunnen kiezen

uit een vervangende opdracht (zelfde opdracht als de zorgleerlingen) of om tijdens een bufferles het

onderdeel in te halen (dit kan alleen als er meer dan 5 leerlingen hetzelfde onderdeel moeten inhalen).

Als leerlingen niet tevreden zijn met hun resultaat, dan kan de leerling kiezen om tijdens de bufferlessen

zijn resultaat te verbeteren (indien er genoeg leerlingen zijn) of om de vervangende opdracht te maken

die de zorgleerlingen ook maken.

De leerling kan niet herkansen indien de inzet/coachbaarheid van de leerling niet voldoende is geweest,

de docent moet deze criteria dan ook zeer duidelijk vermelden in zijn lessenserie

Page 109: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

109

Examenprogramma LO - VMBO

aantal

lesuren

totaal

aantal

lesuren

pre-

examen-

jaar

Aantal

lesuren

examenja

ar

event. opmerkingen

DOMEIN BEWEGEN: bewegen centraal

- slag- en loopspel: Softbal

- doelspel 1: Voetbal

- doelspel 2: Basketbal

- doelspel 3: Hakobal

- doelspel 4: Handbal

- Volleybal:

- Terugslagspel: Badminton

- Turnen:

- B&M

- Atletiek

- Zelfverdediging

- Vormen van tik- en afgooispelen

16

10

14

8

12

12

10

12

12

12

6

10

10

4

8

6

8

8

6

8

8

8

4

9

6

6

6

2

4

4

4

4

4

4

2

1

2x keuze door leerlingen uit

voor leerlingen nieuwe bewegingsactiviteiten

6

3

3

DOMEIN BEWEGEN & GEZONDHEID:

- gezondheid centraal

2

1

1

- bewegen centraal (*)

2

DOMEIN BEWEGEN & REGELEN:

- regelen centraal

4

2

2

- bewegen centraal (*)

5

DOMEIN BEWEGEN & SAMENLEVING:

- samenleving centraal

2

1

1

- bewegen centraal (*)

4

Netto lestijd

148

94

54

Page 110: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

110

Examenprogramma LO – Wettekst

Examenprogramma lichamelijke opvoeding 11

Informatiewijzer

Preambule 1 Leeswijzer 2 lichamelijke opvoeding 1 3 1. Preambule

De zes algemene onderwijsdoelen die voor alle vakken en sectoren in het vmbo gelden, zijn

1 Werken aan vakoverstijgende thema's De leerling leert, in het kader van een brede en evenwichtige oriëntatie op mens en samenleving, enig zicht te krijgen op relaties met de persoonlijke en maatschappelijke omgeving. Daarbij wordt expliciet aandacht besteed aan: 1.1 het kennen van en omgaan met eigen en andermans normen en waarden; 1.2 het onderkennen van en omgaan met de verschillen tussen de seksen; 1.3 de relatie tussen de mens en de natuur en het concept van duurzame ontwikkeling; 1.4 het functioneren als democratisch burger in een multiculturele samenleving, ook in internationaal

verband; 1.5 het op een voor henzelf en anderen veilige manier functioneren in de beroepspraktijk en in eigen

omgeving; 1.6 de maatschappelijke betekenis van technologische ontwikkeling, waaronder met name moderne

informatie- en communicatietechnologie; 1.7 de maatschappelijke betekenis van betaalde en onbetaalde arbeid; 1.8 de verworvenheden en mogelijkheden van kunst en cultuur, waaronder ook de media.

2 Leren uitvoeren De leerling leert in zoveel mogelijk herkenbare situaties, mede met gebruikmaking van ICT, een aantal schoolse vaardigheden verder te ontwikkelen. Het gaat daarbij om: 2.1 Nederlandse en Engelse teksten lezen en beluisteren; 2.2 schriftelijke en mondelinge teksten produceren in correct Nederlands; 2.3 informatie in verschillende gegevensbestanden opzoeken, selecteren, verzamelen en ordenen; 2.4 de rekenvaardigheden hoofdrekenen, rekenregels gebruiken, meten en schatten toepassen; 2.5 voldoen aan eisen van milieu, hygiëne, gezondheid en ergonomie; 2.6 doelmatig en veilig omgaan met materialen, gereedschappen en apparatuur; 2.7 Computervaardigheden.

3 Leren leren De leerling leert, mede met gebruikmaking van ICT, zoveel mogelijk eigen kennis en vaardigheden op te bouwen. Daartoe leert hij onder andere een aantal strategieën die het leer- en werkproces kunnen verbeteren. Het gaat daarbij om: 3.1 informatie beoordelen op betrouwbaarheid, representativiteit en bruikbaarheid, informatie

verwerken en benutten;

1http://kvlo.nl/sf.mcgi?596 (PDF bestand: VMBO examenprogramma.pdf) 29-01-2013

Page 111: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

111

3.2 strategieën gebruiken voor het aanleren van nieuwe kennis en vaardigheden zoals memoriseren, aantekeningen maken, schematiseren, verbanden leggen met aanwezige kennis;

3.3 strategieën gebruiken voor het begrijpen van mondelinge en schriftelijke informatie; 3.4 op een doordachte wijze keuzeproblemen oplossen; 3.5 een eenvoudig bedrijfsmatig, natuurwetenschappelijk of maatschappelijk vraagstuk planmatig

onderzoeken; 3.6 persoonlijke ervaringen en opdrachten van anderen verwerken in woord, klank, beeld en

beweging; 3.7 op basis van argumenten tot een eigen standpunt komen. 4 Leren communiceren De leerling leert, mede via een proces van interactief leren, een aantal sociale en communicatieve vaardigheden verder te ontwikkelen. Het gaat daarbij om: 4.1 elementaire sociale conventies in acht nemen; 4.2 overleggen en samenwerken in teamverband; 4.3 passende gesprekstechnieken hanteren; 4.4 verschillen in meningen en opvattingen benoemen en hanteren; 4.5 culturele en seksegebonden verschillen tussen mensen benoemen en hanteren; 4.6 omgaan met formele en informele afspraken, regels en procedures; 4.7 zichzelf en eigen werk presenteren.

5 Leren reflecteren op het leer- en werkproces De leerling leert, door te reflecteren op het eigen cognitief en emotioneel functioneren, zicht te krijgen op en sturing te geven aan het eigen leer- en werkproces. Het gaat daarbij om: 5.1 een leer- en/of werkplanning maken; 5.2 het leer- en/of werkproces bewaken; 5.3 een eenvoudige product- en procesevaluatie maken en hieruit conclusies trekken.

6 Leren reflecteren op de toekomst De leerling leert, door te reflecteren op het eigen cognitief en emotioneel functioneren, zicht te krijgen op de eigen toekomstmogelijkheden en interesses. Daarbij wordt expliciet aandacht besteed aan: 6.1 het inventariseren van de eigen mogelijkheden en interesses; 6.2 het onderzoeken van de mogelijkheden voor verdere studie; 6.3 het zicht krijgen op beroepen, de beroepspraktijk en actuele ontwikkelingen daarbinnen; 6.4 de rol en het belang van op school geleerde kennis, inzicht en vaardigheden voor het

maatschappelijk leven, dagelijks leven, vrije tijd, vrijwilligerswerk; 6.5 de kenmerken van de arbeidsmarkt op dit moment en in de nabije toekomst; 6.6 de organisatie van branches en bedrijven; 6.7 het beoordelen van de eigen mogelijkheden en interesses in het licht van vervolgstudie,

beroepen en maatschappelijk functioneren; 6.8 het kunnen maken van een verantwoorde keuze voor een vervolgopleiding.

Page 112: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

112

2. Leeswijzer

Hieronder worden de examenprogramma's per vak gedefinieerd in exameneenheden met de bijbehorende code. Elke exameneenheid bestaat uit één of meer eindtermen. In de kolommen achter de exameneenheden staat aangegeven door middel van een X voor welke leerweg de exameneenheid deel uitmaakt van het examenprogramma. Het centraal examen voor een vak of programma per leerweg heeft betrekking op die exameneenheden die aangeduid zijn met CE. Het schoolexamen voor een bepaalde leerweg heeft voor de algemeen vormende vakken in ieder geval betrekking op exameneenheid K3 (Leervaardigheden) en voor de beroepsgerichte vakken op exameneenheid K2 (Professionele vaardigheden). Daarnaast heeft het schoolexamen betrekking op:

ten minste die exameneenheden die deel uitmaken van het examenprogramma van deze leerweg voor zover zij niet deel uitmaken van het centraal examen voor die leerweg;

indien het bevoegd gezag daarvoor kiest een of meer exameneenheden waarop het centraal examen betrekking heeft;

indien het bevoegd gezag daarvoor kiest: andere vak onderdelen die relevant zijn voor het betreffende vak of examenprogramma, die per kandidaat kunnen verschillen.

Voor bepaalde groepen van verwante beroepsgerichte programma’s in de GL is er een gemeenschappelijk CE. De exameneenheden die horen bij deze gemeenschappelijke centrale examens in de GL hebben een nieuwe vak code gekregen gevolgd door een nummering in Romeinse cijfers. Dit betreft de volgende groepen van beroepsgerichte programma’s GL:

Metaaltechniek, elektrotechniek, installatietechniek, instalektro, metalektro (met als codering voor het gezamenlijke CE: MEI)

Uiterlijke verzorging, verzorging, zorg-en-welzijn-breed (met als codering voor het gezamenlijke CE: ZWG)

Consumptief-breed, consumptief-horeca, consumptief-bakken (met als codering voor het gezamenlijke CE: COG)

Administratie, handel en administratie, handel en verkoop, mode en commercie (met als codering voor het gezamenlijke CE: HAV).

Page 113: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

113

3. lichamelijke opvoeding 1

BB KB GL/TL

LO1/K/1 Oriëntatie op leren en werken

1. De kandidaat kan het belang van bewegen en sport binnen de eigen loopbaan en in de maatschappij verwoorden.

X X X

LO1/K/2 Basisvaardigheden

2. De kandidaat kan in bewegingssituaties basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op communiceren, zelfstandig (samen)werken en informatie verwerven en verwerken.

X X X

LO1/K/3 Leervaardigheden in het vak lichamelijke opvoeding

3. De kandidaat ontwikkelt zich ten aanzien van een aantal vaardigheden in bewegen en sport die bijdragen tot de ontwikkeling van de eigen leerkansen, zoals:

Kunnen omgaan met regels en een bijdrage leveren aan een sportief verloop en aan de veiligheid van zichzelf en anderen.

Eenvoudige regeltaken uitvoeren om samen bewegingssituaties op gang te kunnen brengen en houden.

In bewegingssituaties kunnen omgaan met elementen als lukken en mislukken en winst en verlies.

Verschillen in prestatieniveau, motieven, interesses, culturele achtergronden en geslacht hanteren binnen bewegingssituaties.

Oriënteren op de eigen sportloopbaan en eigen voorkeuren aangeven ten aanzien van bewegen en sport.

Kritisch reflecteren op opgedane ervaringen in relatie tot eigen wensen, motieven en mogelijkheden.

X X X

LO1/K/4 Spel

4. De kandidaat kan alleen en in samenwerking met anderen de volgende spelen uitvoeren:

Een slag- en loopspel, drie doelspelen, twee terugslagspelen (een vorm van volleybal en keuze uit minstens één vorm van badminton, tennis of tafeltennis), vormen van tik- en afgooispelen.

en daarbij:

Zich houden aan afgesproken regels, oog hebben voor veiligheid en regelende taken uitvoeren.

X X X

Page 114: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

114

BB KB GL/TL

LO1/K/5 Turnen

5. De kandidaat kan alleen en in samenwerking met anderen één of meer van de volgende turnactiviteiten uitvoeren:

Steun- en vrij springen, herhaald springen, zwaaien, balanceren en acrobatiek

en daarbij:

Adequaat omgaan met risico’s en meehelpen bij regelende taken, waaronder hulpverlenen.

X X X

LO1/K/6 Bewegen op muziek

6. De kandidaat kan alleen of samen met anderen één van de volgende vormen van bewegen op muziek uitvoeren:

Ritme en bewegen, streetdance, jazzdans of conditionele vormen op muziek

en daarbij regelende taken uitvoeren, waaronder een eenvoudige variatie ontwerpen en uitvoeren. dan wel:

indien het bevoegd gezag hier op grond van de identiteit voor kiest, een vorm van bewegen op muziek naar keuze, of een andere bewegingsactiviteit waarbij ritme en tempo bepalend zijn.

X X X

LO1/K/7 Atletiek

7. De kandidaat kan alleen en in samenwerking met anderen vormen van de volgende atletiekactiviteiten uitvoeren:

Hardlopen, ver- en hoogspringen en één vorm van werpen, stoten of slingeren

en daarbij:

Basiskenmerken van training aangeven, conditieaspecten meten, oog hebben voor veiligheid en regelende taken uitvoeren.

X X X

LO1/K/8 Zelfverdediging

8. De kandidaat kan alleen en in samenwerking met anderen één van de volgende vormen zelfverdediging uitvoeren:

Stoeispelen (bijvoorbeeld: vormen van judo), trefspelen (bijvoorbeeld: vormen van boksen, schermen of karate-do)

en daarbij

Veiligheidsregels en (etiquette) regels bij zelfverdediging in acht nemen en regelende taken uitvoeren.

X X X

BB KB GL/TL

LO1/K/9 Actuele bewegingsactiviteiten

9. De kandidaat kan alleen en in samenwerking met anderen twee nieuwe, actuele bewegingsactiviteiten uitvoeren die hij kan kiezen uit een aanbod dat bij voorkeur niet behoort tot één van de hierboven genoemde activiteitengebieden (bijvoorbeeld water-, winter- of outdoorsporten).

X X X

Page 115: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

115

Jaarprogramma pré-examenklas (3 VMBO)

Week-

nr.

Geen les Zaal/

Veld

Opmerkingen

34 Schoolfotograaf vrijdag Z/V

35 Z/V

36 Z/V

37 Z/V

38 Z/V

39 Z/V

40 Z/V

41 Z/V

42 Z/V

43 HERFSTVAKANTIE

44 Z/V

45 Toetsweek 1

46 Z/V

47 Skiën& Snowboarden 3e jaars op dinsdag Uithof, Inleveren cijfers periode 1

48 Z

49 Z

50 Z

51 Z

52 17/12 BahurimOlympics Z

53 KERSTVAKANTIE

01 KERSTVAKANTIE

02 Z

03 Z

04 Toets week 2

05 Z

06 Z Inleveren cijfers periode 2

07 Z

08 Z

09 VOORJAARSVAKANTIE

10 Z

11 Z

12 Z

13 Toetsweek 3

14 Ma 05/04 vrij. Z/V

15 Z/V

16 Z/V Inleveren cijfers periode 3

17 Vr. 30/4 vrij Z/V

18 MEIVAKANTIE

19 MEIVAKANTIE

20 Z/V

21 Ma vrij Z/V

22 Z/V

23 Z/V

24 Z/V

25 Z/V

26 Toets week 4 Z/V

27 Z/V inleveren cijfers periode 4

28 Projectweek

Bruto lestijd (weken): 38

Geplande lestijd (weken): ma: 35 / di: 37 / wo: 38 / do: 38 / vr: 37 Dag met minste lestijd (weken): ma 35

Aantal bufferweken: 4 Netto lestijd (weken): 31

Samengevat: 31 lesweken + 4 bufferweken + Max. 3 extra bufferweken (afhankelijk v.d. weekdag)

Page 116: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

116

Jaarprogramma examenklas (4 VMBO) Week-

nr.

Geen les Zaal/

Veld

Opmerkingen

34 Vrijdag lesuitval mogelijk Z/V Fotograaf

35 Z/V

36 Z/V

37 Z/V

38 Z/V

39 Z/V

40 Z/V

41 Z/V

42 Excursie Do, geen les Den haag

43 Herfstvakantie

44 Z/V

45 Toetsweek 1

46 Z/V

47 Z Inleveren cijfers periode 1

48 Excursie Londen. Hele week lesuitval

49 Z

50 Z

51 Z

52 17/12 BahurimOlympics

53 Kerstvakantie

01 Kerstvakantie

02 Z

03 Z

04 Toetsweek 2

05 Z

06 Do, excursie Z Rechtbank, Inleveren cijfers periode 2

07 Z

08 Z

09 Voorjaarsvakantie

10 Z

11 Z

12 Z

13 Toetsweek 3

14 Ma 04/05 vrij Z/V

15 Z/V

16 Z/V Inleveren cijfers periode 3

17 Vrij. 30/04 vrij. Z/V

18 Meivakantie

19 Meivakantie

20 Centraal examen

21 Centraal examen

22

23

24 Woensdag uitslag CE 1e

25 Dinsdag, woensdag CE 2E

26 Woensdag uitslag CE 2e

27

28

Bruto lestijd (weken): 27 Geplande lestijd (weken): ma: 24 / di: 25 / wo: 26 / do: 25 / vr: 26

Dag met minste lestijd (weken): 2 Aantal bufferweken: 3

Netto lestijd (weken): 21

Samengevat: 21 lesweken + 3 bufferweken+max.2 extra bufferweken(afhankelijk v.d. weekdag)

Page 117: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

117

Beoordelingsinstrumenten

Softbal:

Beoordeelde onderdelen:

Scheidsrechterfunctie

Loopacties

Veldposities

Specifie inzoomen op het insluiten

Onderdeel Wanneer Hoe Beoordelingscriteria Resultaat

Scheidsrechterfunctie halverwege de lessenserie tot eind lessenserie

Observatieformulier

Zie 5.1. O/V/G

Loopacties “” Observatie door docent

Inschatten van beschikbare tijd en af te leggen afstand

Tactisch lopen

Dreigen

O/V/G

Veldposities “” Observatie door docent

Correcte velddekking voor de ingenomen positie

Overnemen posities

Coachen van veldspelers

O/V/G

Insluiten van lopers “” Observatie door docent

Correcte spelers in het treintje

Correct uitvoeren van het treintje

O/V/G

Aan het eind van de lessenserie worden de afzonderlijke beoordelingen samengevoegd en gevorm tot een cijfer. Elke O geeft 1 punt Elke V geeft 1,5 punt Elke G geeft 2 punten Inzet wordt door de docent beoordeeld (Actief meedoen in de les, coaching medespelers) hier kunnen ook 2 punten bij gescoord worden. Een actieve, coachende leerling met 3 O’s en een V scoort dus: 3 x 1 + 1x1,5 + 2 = 6,5

Page 118: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

118

Basketbal:

Beoordeelde onderdelen:

Man to man verdediging

Fastbreak

Spelinzicht

Techniek

Onderdeel Wanneer Wie Beoordelingscriteria Resultaat

Man to Man verdediging

halverwege de lessenserie tot eind lessenserie

Observatie docent

Pistol stance

Denial stance

Afstand aanvaller/verdediger

O/V/G

Fastbreak “” Observatie door docent

Na onderscheppen van de bal de positie innemen voor een fastbreak

Overtal situatie uitgespeeld ongeacht daaropvolgend succes

O/V/G

Spelinzicht Gedurende de hele lessenserie

Observatie door docent

Vrijlopen

Vrije man aanspelen

Triple treat

O/V/G

Techniek Gedurende de hele lessenserie

Observatie door docent

Lay-up

Set shot

Chest pass

Bounce pass

O/V/G

Aan het eind van de lessenserie worden de afzonderlijke beoordelingen samengevoegd en gevorm tot een cijfer. Elke O geeft 1 punt Elke V geeft 1,5 punt Elke G geeft 2 punten Inzet wordt door de docent beoordeeld (Actief meedoen in de les, coaching medespelers) hier kunnen ook 2 punten bij gescoord worden. Een niet actieve, niet coachende basketballer met 4 G’s scoort dus een: 4x 2 = 8

Page 119: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

119

Volleybal

Beoordeelde onderdelen:

Positiespel

Techniek

Bij volleybal vindt de vaksectie twee aspecten erg belangrijk, namelijk het positiespel en de techniek.

Deze twee aspecten worden op de volgende manieren beoordeeld.

Beoordelingscriteria docent:

Positiespel o Blokpositie (voorste drie spelers) o Positie bij service aan eigen kant o Positie bij opvangen van de service o Bal verwerkt/gespeeld naar de spelverdeler o Doordraaien

Techniek o Service onderhands o Bovenahndse techniek o Onderhandse techniek

De leerlingen kunnen voor elk aspect een punt verdienen. Daarnaast neemt de docent de inzet en de

coachbaarheid en de coaching van de leerling mee in de beoordelingwaarvoor nog 2 punten te

verdienen vallen. Dit is een waardeoordeel van de docent.

Voorbeeld:

Een leerling die altijd de blokpositie goed inneemt als hij aan het aanvallen is en de juiste positie

inneemt bij de services van beide partijen. Wel heeft hij moeite met de onderhandse techniek en de

bovenhandse techniek. Daarnaast coached hij de andere leerlingen op hun positiespel en accepteert de

feedback van andere leerlingen over zijn techniek, zal het volgende cijfer krijgen:

1 + 1 + 1 + 1 + 1 + 0 + 1 + 0 + 2 = 8

Page 120: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

120

5.2 Verwerkingsvragen evaluatie / beoordeling

Kennisniveau

Waarin onderscheid LO zich als examenvak ten opzichte van de meeste andere examenvakken?

LO onderscheid zich hoofdzakelijk omdat het vak zich niet alleen leent voor cognitieve vaardigheden.

(Spel-)Gedrag is in de LO les meetbaar te maken, fysieke vaardigheden, sociale vaardigheden, mate van

samenwerking en natuurlijk ook cognitieve vaardigheden.

Welke aanvullende wettelijke vereisten bestaan er ten aanzien van het PTA voor LO?

Het examenprogramma (voor HAVO/VWO) dient vijf domeinen te behandelen. Te weten: domein A –

vaardigheden, domein B – Bewegen, domein C – B&R, domein D – B&G, domein E – B&S.

Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen en uit praktische bewegingsvaardigheden, waarbij het

schoolexamen betrekking heeft op de domeinen A t/m E.

Welke wettelijke eisen worden er verder nog gesteld aan LO-1 in VMBO en LO in HAVO/VWO?

Voor het onderdeel bewegen en sport staan zes kerndoelen omschreven. Daarin gaat het om een brede

oriëntatie op verschillende soorten activiteiten en daarin verkennen en uitbreiden van de eigen

mogelijkheden. Omdat sport en bewegen bij uitstek samenwerking vereisen, zijn ook daar afzonderlijke

kerndoelen voor opgenomen. Het laatste kerndoel gaat expliciet over de relatie met gezondheid en

welzijn.

(Onderdeel G – bewegen en sport, doel 53 t/m 58 – ‘Kerndoelen onderbouw VO’)

Welk document moet een sectie LO vaak leveren als bijdrage aan het school-PTA?

De jaarplanning is ieder jaar gelijk (met uitzondering van hier en daar andere data). Hiermee zou de

sectie het PTA overzicht dienen in te leveren. Hierin staat beknopt weergegeven de wegingen,

bijzondere regelingen (participatie / zorgregelingen / e.d.) en de toetsen. Welke toets, in welke vorm,

met welke stof, welke leerjaar, enzovoorts.

Wat kan zoal worden geëvalueerd?

Product (formeel of informeel) of proces (formeel of informeel).

Hoe kan zoal worden geëvalueerd/beoordeeld?

‘Timmermansoog’ (docent beoordeelt op zijn ervaring), ‘vaste criteria’ (docent of leerling beoordeelt

aan de hand van vaste criteria), ‘variabele criteria’ (docent of leerling beoordeelt adaptief), ‘werkboek’

(leerlingen vullen werkboek in), ‘(s)portfolio’ (leerling houdt een (s)portfolio bij). Zojuist beschreven

vormen komen uit ‘Het beoordelingsspectrum van Gertjan van Dokkum’.

Welke verschijningsvormen van evalueren/beoordelen zijn grofweg te vinden in de huidige LO-praktijk?

Formele productevaluaties; volgens precieze regels/procedures een leerresultaat beoordelen.

Welke typen beoordelingen kunnen worden onderscheiden?

Rapportering op basis van cijfer (kan zowel met – als zonder uitleg/toelichting), rapportering middels

‘O/V/G’ (eveneens met- als zonder uitleg).

Page 121: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

121

Begripsniveau

Op welke manier zijn de globale vereisten bij de onderdelen van het examenprogramma LO-1 van VMBO

/ LO en van HAVO/VWO in het eigen programma terug te vinden?

Deze zijn verwerkt in het PTA (ieder domein komt aan bod).

Geef aan welke stappen je als vaksectie zou moeten doorlopen voor het vaststellen van het PTA?

Bepalen van de jaaragenda, vaststellen beschikbare lestijden, bepalen thema-tijdverdeling (met als

leidraad de wettelijke vereisten), specifieke deelgebieden uitwerken, bepalen hoe te komen tot

rapportbeoordeling.

Op welke manier zijn de wettelijke richtlijnen bepalend voor de keuzes die je hebt gemaakt?

De wettelijke richtlijnen gebruikte wij vooral als kader voor het indelen van de lesthema's. De wettelijke

richtlijnen werd door ons niet als hinderlijk ervaren, soms kwam juist een wettelijke richtlijn om te hoek

kijken als er een keuze gemaakte diende te worden.

Toepassingsniveau

Op welke manier is jullie visie bepalend voor de keuzes die jullie hebben gemaakt in het PTA?

Onze visie is sterk bepalend geweest voor de gemaakte keuzes. Veel, of eigenlijk alle, van onze

gemaakte keuzes zijn gebaseerd op onze (vak)visie. Denk bijvoorbeeld aan het aanbieden van een grote

variatie aan sporten.

Tot welke van bovengenoemde verschijningsvormen van evalueren/beoordelen rekenen jullie je PTA?

Relatie met schoolvisie / visie vaksectie LO?

‘Timmermansoog’, ‘vaste criteria’, ‘variabele criteria’ – allen beoordeeld met een (eind)cijfer. In

sommige gevallen komt het cijfer voort uit een beoordelingsinstrument waarin wordt gewerkt met een

O/V/G systeem, maar zoals terug te vinden in hoofdstuk 5.1.10 is de eindbeoordeling altijd een cijfer.

Hoe komen jullie tot het eindoordeel ‘voldoende’ of ‘goed’?

Op de rapporten zal voor het vak ‘LO’ een gemiddeld vaardigheidscijfer uitgedrukt op de schaal van 1 tot

10 komen te staan. Op de cijferlijst bij het diploma zal er een examencijfer komen te staan uitgedrukt in

een O/V/G.

Het vaardigheidscijfer is als volgt opgebouwd: voor ieder blok staat één gemiddeld cijfer. Dit cijfer, per

blok, is het gemiddelde vaardigheidscijfer van dat blok. Aan het eind van het jaar vormen deze

blokcijfers een gemiddelde per blok, resulterend in het jaarcijfer voor ‘LO’.

Voor op de cijferlijst geld dat er respectievelijk de volgende beoordelingen aan de volgende gemiddelde

gekoppeld zijn: <5,5 = ‘Onvoldoende’. 5,5 – 7,9 = ‘Voldoende’. 8 – 10 = ‘Goed’.

Page 122: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

122

Hoe voorkomen jullie dat een leerling als eindoordeel ‘onvoldoende’ krijgt?

Door elke leerling een voor hem/haar relevante herkansing aan te bieden. Dit zou dus kunnen tijdens de

genoemde bufferweken, dit als het gaat om het herkansen van een bepaald onderdeel. Wanneer een

leerling een dusdanig matige motorische vaardigheid heeft, maar wel inzet toont en coach baar is, zal er

een andere oplossing moeten komen. Dit doen we door middel van een extra (theoretische) opdracht,

zodat ook deze leerling zichzelf naar een 'voldoende' kan werken.

Hoe komen jullie bij zorgleerlingen tot het eindoordeel?

Voor zorgleerlingen staan andere beoordelingen in het PTA. De leerlingen moeten, bepaald naar

aanleiding van hun 'blessure', een andere taak invullen. Dit kan zijn als scheidsrechter tijdens de lessen

en zichzelf hierin ook willen ontwikkelen. Een andere optie is, dat deze leerling een verslag dient te

maken wat sport gerelateerd is. Waarover dat verslag gaat en wat daarin moet komen te staan gaat in

overleg met de docent. De zorg leerling kan ook een taak krijgen in de organisatie van een sportdag.

Denk hierbij aan het maken van schema's, het begeleiden van de dag zelf ((hoofd)scheidsrechter) of het

bijhouden van het wedstrijdformulier. Het cijfer wat hieraan wordt gegeven is vooral gericht op de inzet

en houding van de leerling gedurende het proces.

Denk ook na over het PTA voor de onderbouw. Zijn jullie keuzes daar hetzelfde als voor de bovenbouw?

In de bovenbouw ligt het accent op zelf keuzes maken en verbreding van de kennis van sporten. Het

grote verschil met de onderbouw is dat in de onderbouw de leerlingen traditionelere

sporten/onderdelen op school volgen.

Wat zouden jullie eventueel anders doen voor de onderbouw?

Er ook voor zorgen dat de leerlingen in de onderbouw tijdens een periode een keuze kunnen maken

tussen verschillende sporten. Het probleem zit hem hierin in de grote organisatorische druk die er dan

ontstaat. Er zijn immers, in de meeste gevallen, veel meer onderbouw klassen dan bovenbouw klassen.

Wat ook een optie is, is om de onderbouw klassen meer kennis te laten maken met de verenigingssport.

Kijkend in de omgeving zouden wij contact leggen met de sportverenigingen. Dit om de stap tussen

schoolsport en verenigingssport kleiner te maken.

Page 123: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

123

Hoofdstuk 6 – Programma overstijgende onderwerpen

6.1 Taakbeleid

6.1.1 Interview

Vraag 1:

Wordt er in het gehanteerde taakbeleid op uw school onderscheid gemaakt tussen de verschillende

vakken? Is er een verschil in normering (= opslagfactor, de tijd per les voor voor- en nawerk) tussen LO

en de andere vakken? Wat is de opslagfactor die gehanteerd wordt voor het vak lichamelijke

opvoeding?

Antwoord: Nee, er is geen verschil tussen de vakken. Iedereen moet evenveel doen naar ratio van het aantal fte. Vraag 2: Hoeveel klokuren buiten de lessentaak bent u bezig met activiteiten op school en wat zijn deze activiteiten? Antwoord: Mentoraat (75 uur op jaarbasis), Werkweken (25 uur op jaarbasis), Deskundigheidsbevordering (160 uur op jaarbasis), Vergaderingen etc. (weet ik niet precies), Invaluren (40 uur op jaarbasis), Vertrouwenspersoon (25 uur op jaarbasis), Ouder- en informatieavonden (weet ik niet precies), Organiseren (sport)activiteiten (weet ik niet precies). Vraag 3: Worden de niet lesgeeftaken ingedeeld in categorieën van aantal klokuren, bijvoorbeeld dat een mentorschap zwaarder weegt dan een uur surveilleren in de kantine? Antwoord: Ja, zie vraag 2. Vraag 4: Is het de bedoeling dat je zelf taken buiten het lesgeven mag uitzoeken zodat je iets kan kiezen wat je aanspreekt of worden deze taken toegewezen? Antwoord: Dat ligt eraan; sommige dingen liggen vast en gelden voor iedereen (vergaderen, deskundigheidsbevordering, etc.), andere dingen kun je zelf kiezen, mits het nog beschikbaar is, om je ‘tekort’ aan uren meer aan te vullen. Vraag 5: Omdat u part-timer bent staan er minder uren uitgeschreven voor vergaderingen als je bij de algemene taken naar het percentage kijkt dan bij vaste werknemers. Hoe hebben ze dit opgelost op de school? (bijv. iedereen krijgt hetzelfde aantal uren voor vergaderingen, ongeacht het aantal uren dat je werkt of parttimers hoeven minder vergaderingen bij te wonen)

Page 124: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

124

Antwoord: Het aantal uren gaat naar ratio van je fte, maar er wordt wel van je verwacht zo veel mogelijk vergaderingen bij te wonen. Vraag 6: Vind u, naast dat u misschien minder uren hoeft bij te wonen voor vergaderingen, u een prettige omgeving krijgt toegewezen om deze beschikbare uren te benutten? Zo wel, waarom vind u dat? Zo niet, wat zou u graag anders zien? Antwoord: Ja, maar dat heb ik zelfs grotendeels in de hand. Ik kan zelf kiezen waar en wanneer ik aan mijn taken werk, uitgezonderd datgene wat vaststaat: vergaderingen en werkweken. Vraag 7: Wat vind u naast een prettige en een optimale werkomgeving nog meer belangrijk tijdens uw niet-lessentaken? En waarom? Antwoord: Dat het aantal uren wat voor de taak beschikbaar wordt gesteld ook evenredig is naar de tijd die erin gestopt wordt in de praktijk. Vraag 8: Wordt er op school rekening gehouden met elk personeelslid, dat wil zeggen wordt er per individu gekeken naar de belastbaarheid voor die persoon? En mocht die persoon vinden dat hij/zij een te lichte/zware belasting krijgt toegewezen, kan hij/zij dit aangeven en wordt er dan “iets” mee gedaan? Antwoord: In principe wordt er van iedereen, naar ratio van je fte, verwacht om een bepaald aantal taken te vervullen. Mocht je vinden dat er iets te ‘zwaar’ is dan kun je het jaar daarop iets anders ‘kiezen’ uit het taakbeleid , zodat je de ‘druk’ op deze manier ‘verlicht’. Vraag 9: Vind u dat de last die op uw schouders gelegd wordt te zwaar, precies goed, te licht is vergeleken met de uren die u ervoor “vrijgesteld” krijgt? Antwoord: In principe vind ik de verdeling prima, behalve bij de werkweken. Hierbij vind ik dat er te weinig uren beschikbaar worden gesteld in verhouding tot het werk dat verzet wordt gedurende de werkweek.

Page 125: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

125

Vraag 10: Is er met de samenstelling van het vakwerkplan en/of het PTA rekening gehouden met het gehanteerde taakbeleid? Bijvoorbeeld door onderdelen te schrappen of te veranderen omdat deze te weinig gehonoreerd werden in uren op de jaartaak? Antwoord: Nee. Naam docent:N. van den Bos School: Marnix Gymnasium Penta College CSG Bahurim Handtekening: Te Brielle ondertekend Datum:12-12-‘12

Page 126: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

126

6.1.2 Taakbeleid – koppeling van het vak

Aan de hand van dit interview komt naar voren dat ze op deze school proberen rekening te houden met

verschillende factoren. Zo lees je dat er wordt gekeken naar je ratio van het fte. Ook is het duidelijk dat

op deze school wordt gekeken naar het aantal uren wat vrijgesteld wordt voor bepaalde niet lesgeef

taken. Neem het mentorschap, waarvoor 75 klokuren op jaarbasis wordt gerekend. Daarentegen is er

voor de werkwe(e)k(en) “slechts” 25 klokuren beschikbaar. Zoals Nathalie zelf al aangeeft in dit

interview is dit wat weinig, zeker als je zelf weet hoeveel dingen er geregeld moeten worden zodat een

werkweek soepel verloopt.

Aan de andere kant wordt er een nette hoeveelheid uren toegekend aan de deskundigheidbevordering,

hieronder vallen natuurlijk cursussen etc. Er wordt duidelijk aangegeven dat er voor bepaalde taken

meer uren wordt toegekend dan voor andere taken.

Maar er wordt wel van je verwacht op deze school dat je naast je eigen taken, ook al ben je een

parttimer, gewoon net zoveel vergaderingen meedraait als de andere docenten. Het is geen verplichting

om ze allemaal bij te wonen, maar ze vinden het wel professioneel als je er zoveel mogelijk probeert bij

te wonen. Er is ook een vrije keuze betreft de taken die je kan kiezen. De werkweken en vergadering

staan uiteraard vast, maar om je eventuele tekort aan uren op te krikken mag je zelf “kiezen” wat voor

taak je op je neemt.

Over de werkomgeving had onze geïnterviewde niet veel slechts te melden. Zo vertelde zij dat ze

eigenlijk zelf mocht kiezen waar ze haar taken uitvoerde. Dus kan je voor jezelf ook een prettige

omgeving kiezen om in te werken, neem bijvoorbeeld de mentorgesprekken. Daarnaast staan de

locaties van de vergaderzalen en werkweken wel vast in het rooster.

Zelf gaf Nathalie aan dat ze het belangrijk vond dat het aantal uren wat voor de taak beschikbaar wordt

gesteld ook evenredig is naar de tijd die erin gestopt wordt in de praktijk. Dit lijkt misschien een logisch

punt, maar wordt zeker niet op elke school toegepast. Sommige scholen, vertelde Nathalie, hanteren

gewoon het volgende: bijv. Er zijn 30 werknemers en 60 taken te verdelen, er wordt geen onderscheid

gemaakt tussen fulltimers en parttimers dus iedereen krijgt gewoon 2 even zware taken toegewezen. Dit

is eigenlijk gewoon misbruik maken van collega’s zodat andere die taken niet hoeven “in te vullen”.

Ook wordt er keurig rekening gehouden met de belastbaarheid per persoon. Als je zelf vind dat er teveel

druk op je schouders wordt gelegd, kun je kiezen uit een andere taak van het taakbeleid om zo deze

“druk” te verlichten. Nathalie zelf vind in principe dat de taken die zij heeft de juiste belasting hebben,

op de werkweken na. Voor een werkweek moet natuurlijk veel buitenom geregeld worden, denk aan

programma, schema’s, groepen, zaalindelingen etc. en daar zit vaak veel tijd in en dan is 25 klokuren op

jaarbasis echt niet genoeg.

Als laatste is er op deze school met de samenstelling van het vakwerkplan/PTA geen rekening gehouden

met het gehanteerde taakbeleid. Er zijn op deze school dus geen taken geschrapt omdat ze er niet

tussen zouden passen of er werden te weinig uren aan besteed op jaarbasis.

Page 127: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

127

Koppeling aan eigen visie.

Wij vinden dat er op deze school een prima verdeling is betreft het taakbeleid. Je mag zelf “kiezen”

naast je algemene taken(vergaderingen etc.) wat voor taken je op je neemt en als je er later achter komt

dat deze taak de druk op je schouders “te hoog” maakt, kan je altijd nog van taak wisselen. Wij vinden

dit een goed beleid, en zijn het hier volledig mee eens. Uit eigen ervaring weten wij ook dat je voor een

werkweek veel meer klokuren op jaarbasis nodig hebt dat de bovengenoemde 25. Daar zouden wij dus

zeker wat aan proberen te doen op onze school. Proberen om meer klokuren te verbinden aan de

werkweek taak.

Verder wordt er op deze school meer ruimte gegeven voor taken die zwaarder wegen. Neem

bijvoorbeeld het mentorschap wat 75 klokuren op jaarbasis krijgt. Dit vinden wij ook een goed punt van

de school, want zo heb je tijd genoeg per leerling om hem/haar te helpen in bepaalde situaties.

Daarnaast zijn we het ook volledig eens met de locatie van bepaalde taken. In principe mag je zelf je

locatie/lokaal/ruimte kiezen waar je je taak volbrengt, op de algemene taken na want die gelden voor

iedereen, en zo dus op een rustige en eigen werkwijze te werk te gaan.

Als je parttimer bent op deze school, wordt er van je verwacht dat je zoveel mogelijk vergaderingen

bijwoont, maar wanneer je het druk hebt op een bepaalde dag of in een bepaalde week omdat je

bijvoorbeeld ergens anders werk moet doen, wordt het verder niet heel moeilijk over gedaan. In onze

visie is dit meer dan terecht, want als je op meerder scholen werkt en je moet op school X iets

belangrijks doen en op school Y is een vergadering wat iets minder veeleisend is, moet je daarop kunnen

anticiperen als school zijden.

Page 128: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

128

6.2 Opdracht MRT

Klassikale observeer opdracht Springen-Kracht

In dit hoofdstuk zult u lezen over de vaardigheid Springen-Kracht. We hebben deze vaardigheid

afgenomen bij de kleuter groep. Deze groep bestond uit 27 leerlingen. De zaal hadden we in 3 vakken

verdeeld waarvan 2 zelfregulerende vakken waren en in het andere vak waren de leerlingen bezig met

de vaardigheden Springen-Kracht. Zo hadden wij bij het onderdeel steeds 9 kinderen die we goed

konden observeren. Tijdens de les hebben we ze vanaf het verlaagde vlak op de mat laten springen en

gezegd dat ze stil moesten staan na de landing. De rekstok die daar hangt hebben we weggehaald

omdat dat geen meerwaarde bood voor de opdracht. Hierbij hebben we gekeken of ze van het

verhoogde deel stapte of dat ze sprongen met 2 voeten tegelijk.

Als 2e opdracht in het vak moesten de leerlingen hinkelen van pion naar pion. Deze stonden ca. 9 meter

van elkaar vandaan. We hebben aan de leerlingen gevraagd of ze wilden hinkelen van pion naar pion

zonder onderweg te stoppen. Ook hebben we gezegd dat ze het 2e rondje met het andere been

moesten hinkelen om dit ook te kunnen observeren. We hebben gekeken hoe vaak ze konden hinkelen

en hoe ver. De leerlingen in deze groep waren 4-5 jaar. De resultaten van beide arrangementen staan

uitgewerkt in het ingevulde groepsformulier.

Page 129: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

129

Page 130: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

130

Page 131: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

131

Test 4 motorische vaardigheden

Aan de hand van het groepsformulier hebben we beide 1 leerling eruit gepikt die motorisch niet heel

sterk was. Dit minder vaardige kinderen hadden we voor de Spring-Kracht oefening ook al op het oog en

hij/zij kwamen er ook het slechtste uit. De leerlingen hebben we tijdens de les apart genomen. We

hebben verteld wat er gaat gebeuren en hebben allereerst hun toestemming gevraagd. Zij vonden dit

geen probleem. We mochten echter geen foto’s van het kind zelf maken. Dit mocht niet van het

schoolbestuur omdat zei garanderen dat er geen foto of video opnames gemaakt zullen worden van de

leerlingen op school. We hebben de 4 motorische vaardigheden bij Noah en Indy getest en de resultaten

staan in het schema hieronder.

Page 132: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

132

Observeer 4 angsten

De observatie van deze leerling is tot stand gekomen tijdens de gymles. De onderdelen hoogte, rollen en

andere kinderen zijn tijdens de reguliere lessen aan bod gekomen. Voor het onderdeel Bal hebben we

de leerlingen tijdens een les apart genomen om samen met de docent een aantal oefeningen te laten

doen. Voordat deze onderdelen aan bod kwamen en wat er tijdens de onderdelen ging gebeuren

hebben we overleg gepleegd met de groepsdocent van deze leerlingen. We hebben aangegeven en aan

de hand van het format van MRT laten zien wat ons doel is van deze opdracht. De groepsleerkracht ging

zonder moeite met ons voorstel akkoord. Maar, zoals al eerder aangegeven, wel met de voorwaarden

dat er geen leerling op de foto werd gezet tijdens de lessen. Op deze school wordt er niet moeilijk

gedaan over gegevens van leerlingen, zolang ze er maar niet zelf persoonlijk op staan. Dit is ook direct

de reden dat we geen foto toe kunnen voegen waar we met de leerlingen bezig zijn (op staan) omdat wij

de regels van de school respecteren. Hieronder de resultaten over de observatie van de 4 angsten.

Page 133: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

133

Beschrijf het gedrag van dit kind in de les bewegingsonderwijs.

Noah: (eilandbal, geobserveerd vanaf begin v.d. les tot einde 1e ronde, ca. 15 minuten)

Noah begint de les zoals alle andere kinderen. Ze komen de zaal binnen en rennen lekker rond. Op teken

van de docent moeten alle leerlingen langs de kant gaan zitten op de rode lijn. Noah luistert altijd goed

en is één van de eerste die netjes stil zit. Tijdens de uitleg luistert Noah aandachtig mee, maar zodra er

wordt begonnen is Noah altijd voorzichtig. Het is duidelijk geen gangmaker maar blijft liever een beetje

op de achtergrond. Noah begon de les bij het eilandbal en hier is ook direct te zien waarom Noah zich op

de achtergrond houd. Noah kreeg in 9 minuten tijd slechts 10 balcontacten waarbij hij de bal slechts 5x

in één keer ving. Hij lacht wel gedurende de hele activiteit, ook als hij in het midden moet staan. Hij

probeert actief mee te doen met de activiteit alleen zijn motorische vaardigheden laten hem in de steek.

Hij is geen een keer naar de docent toe gegaan. Hij zoekt geen conflict met andere leerlingen maar

accepteert wat er gebeurd. (Dit is binnen deze klas over het algemeen gezien bij elke leerling, een prima

pedagogisch klimaat opgezet door de groepsleerkracht). Noah ligt wel vaak op de grond en dat kan

irritaties opwekken bij zowel de leerlingen als de docent, bij elke “vreemde” beweging ligt Noah wel op

de grond. Dit is gedurende de eerste 9 minuten van de les wel 8 keer gebeurd. Vaak blijft Noah dan ook

liggen tot hij tot de orde geroepen wordt en is hij even in zijn eigen wereld. Dit stoort zijn

medeleerlingen zichtbaar en komt de les ook niet ten goede.

Indy: (Basistikspel, geobserveerd vanaf begin v.d. les tot einde 1e ronde, ca. 15 minuten)

Indy begint de les door de zaal binnen te stormen en eens goed rond te kijken wat er vandaag allemaal

weer op het programma staat. Ze spelen zelf een tikspel en op teken van de docent gaan de zitten op de

aangegeven plek, de rode lijn. Indy kletst graag nog wat na, maar na een keer waarschuwen houdt ze

daar snel mee op. Ook tijdens de uitleg is kijkt en luistert Indy aandachtig mee, ze vindt het immers leuk

om te gymmen. Indy haar eerste activiteit van de les is het basistikspel. Er liggen 2 matjes in het midden

waar Indy maar al te goed van weet wat dat betekent: “daar mag je niet opkomen toch meester?” Na

aangegeven te hebben wie de eerste tikker is begint het spel en is duidelijk te zien dat Indy, op het

gebied van tikspelen, duidelijk wat verder is dan de rest. Ze weet handig gebruik te maken van de matjes

om de tikker te ontwijken. Nadat de tikker 3 leerlingen getikt heeft zet Indy de pionnen weer rechtop en

mag zij de nieuwe tikker zijn. Ze heeft duidelijk inzicht in het tikspel want haar ronde is zo voorbij. Ze

kiest zelf een nieuwe tikker en het spel begint weer opnieuw. Maar na verloop van tijd gaan leerlingen

vals spelen. Ze gaan niet meer om het matje heen maar lopen er ook overheen. De vrijplaats wordt

verplaatst en er wordt niet meer, zoals afgesproken, 5 seconden ingestaan, maar een seconde of 10.

Indy stapt direct naar de docent en deze loopt met naar de activiteit en verteld nogmaals de regels,

iedereen accepteert ze. Na 30 seconde wordt Indy getikt en dat gebeurde wat aan de harde kant. Ze

loopt met een boos gezicht nogmaals naar de meester toe. De meester verteld dat het vast niet expres

gebeurde. Na 2 nieuwe tikkers loopt Indy opnieuw naar de meester en verteld dat er weer wordt vals

gespeeld. Indy is dus in 5 minuten, 3 keer naar de meester gegaan om wat te vertellen. De rest van de

activiteit deed Indy mee zoals iedere leerling mee zou moeten doen.

Page 134: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

134

Schoolplein observatie.

Tot onze grote spijt hebben wij geen schoolplein observatie kunnen doen. Wij komen met onze stage-

uren precies voldoende uit en kunnen dus geen moment missen. Daarnaast liep het “speelkwartier” van

deze klas parallel aan onze stageuren. Ook vinden de lessen LO van de school op een andere locatie

plaats als waar de school, en dus ook het schoolplein, zich bevindt. De 2 uren die we over hadden,

hebben we geïnvesteerd in ons onderzoek met leerlingen.

Wat wij hier zelf van vonden is terug te lezen in hoofdstuk 8: Wat vond jij?

Om toch iets te weten te komen over deze leerlingen hebben wij de groepsleerkracht ingeschakeld. We

hebben gevraagd wat Indy en Noah zoal doen tijdens de speelkwartieren. Ze vond dit zelf ook

interessant om eens extra in de gaten te houden en heeft aan ons het volgende beschreven:

Noah:

Noah heeft vaak een 3-wieler te pakken en gaat hiermee samen met de andere rondjes fietsen over het

schoolplein. Soms maken ze er een parcours van die ze samen afleggen, of ze spelen tikkertje op de

fiets. Als de groepsleerkracht een spel inbrengt, zoals anamaria koekoek, touwspringen of voeten van de

vloer, doet Noah altijd mee met deze spelletjes. Noah is geen voetballer en doet dus ook eigenlijk nooit

mee met de jongens en meiden die gedurende de hele pauze aan het voetballen zijn.

Indy:

Zoals verwacht ziet het speelkwartier er voor Indy er heel anders uit dan voor Naoh. Indy is van de

tikspelletjes dus vaak begint ze zelf al: “hand in de pot voor tikkertje”. Als Indy geen tikspel speelt is ze

bezig op het klimrek. Of op de “rekstokken” om erop te zitten en er vervolgens omheen te draaien. Ook

Indy zal zich dus nooit bemoeien met het voetballen en besteed er werkelijk 0 aandacht aan. Indy wilt

ook altijd meedoen met spelletjes van de Juffrouw en zal hier dan ook als een van de eerste aanwezig

zijn

Page 135: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

135

Het geven van extra zorg (MRT)

Het geven van MRT hebben wij gedaan tijdens de reguliere lessen van die klas. De reguliere les is

overgenomen door de vakleerkracht (onze stagebegeleider) zodat wij aan de slag konden met de

gekozen leerlingen. Dit is uiteraard wel in overleg gebeurd met de groepsleerkracht. Dit is gedurende 1

reguliere les gebeurd, omdat de leerlingen anders teveel van het reguliere programma zouden missen.

Glenn is aan de slag gegaan met Indy, daar waar Daniel aan de slag ging met Noah. Er is dus 1 op 1 les

gegeven gedurende 60 minuten lang. Er is ook een activiteit naar voren gekomen waar beide leerlingen

aan mee deden.

Indy: Glenn ging aan de hand van de observatieformulieren eerder in dit verslag aan de slag met Indy op

het gebied van Hoogte. Indy had duidelijk de angst om omhoog te klimmen en Glenn vroeg zich af hoe

hij dit kon oplossen. Hij heeft het proberen stap voor stap op te bouwen tot een gewenst niveau, waar

dat niveau lag, dat moest Indy uiteindelijk zelf aangeven. Hij heeft gebruik gemaakt van hoofdstuk 7 van

het boek “Zorg voor beweging in de ALO”. We zijn begonnen met een bobbelbaan die voorafgaand aan

de les was door Glenn en Daniel. De baan was voorzien van grote en kleine “Bobbels”(dus allerlei

verschillende hoogtes). Na het verkennen van de baan door Indy deed Glenn een stuk voor bij de

“sloot”(2 hobbels achter elkaar, met een laag gedeelte ertussen). Hij deed voor hoe je erover heen kon

springen en liet dit vervolgens nadoen door Indy. Dat lukte! Het doel voor Glenn was duidelijk, hij wilde

Indy minstens 1 niveau, volgens het formulier, omhoog brengen. Het 2e onderdeel van de les was als

volgt: er stonden 2 banken, schuin, in het wandrek, met daaroverheen een lange mat. Glenn liet zien

hoe hij voorzichtig naar boven liep en vanaf boven aan de zijkant eraf sprong op de dikke mat. Indy deed

dit met begeleiding van Glenn na. We hebben de banken steeds een “tree” hoger gezet tot Indy aangaf

dat zij niet meer wilde. Als 3e en laatste onderdeel van dit uur moest Indy zelfstandig omhoog klimmen

in het schuine wandrek. Je zag duidelijk dat wanneer Indy over de helft was ze het mentaal zwaar kreeg,

der benen gingen lichtjes trillen en ze zei dat ze niet verder wilde. Glenn is naar boven geklommen en

aan de hand van zijn “steuntjes” is Indy heel voorzichtig naar boven geklommen. Glenn heeft haar in

deze situatie mentaal super gesteund. Ze hoefde alleen maar de bovenste tree aan te tikken en dan was

het klaar. Dat ging moeizaam, maar het was gelukt! Dat was het einde van het MRT uur en er was

duidelijk te zien dan Indy glunderde van geluk, ze was trots op zichzelf en dat mocht ze ook zeker zijn na

deze prestatie! Ze was immers tot bovenaan het klimrek in de gymzaal gekomen. Glenn heeft hiermee

ook zijn doelstelling gehaald. Al ging het niet geheel zelfstandig, ze was in ieder geval een keer helemaal

naar boven geweest.

Noah: Daniel ging aan de hand van de observatie formulieren die eerder ingevuld waren aan de slag met

Noah op het gebied Springen-Kracht. Ook Daniel heeft gebruik gemaakt van Hoofdstuk 7 van het boek:

“Zorg voor beweging in de ALO”. Zoals aangegeven zullen er activiteiten in voor komen die ook bij Glenn

aan bod zijn gekomen. Zo heeft Daniel ook gebruik gemaakt van de Bobbelbaan. Hierin zijn verschillende

obstakels die Noah op kracht moest kunnen overbruggen. Toen Daniel een keer de hand van Noah had

vastgehouden tijdens de grote sloot, wilde Noah niks anders meer. Hij bleef maar springen over de sloot

en genoot hier zichtbaar van. Daniel stond er bij om hem af en toe op te vangen als het dreigde mis te

Page 136: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

136

gaan. Dit gedurende 10 minuten gedaan te hebben in veel verschillende variaties maakte Noah erg moe

en dat was ook aan hem te zien. Hij mocht even wat gaan drinken voordat hij aan het 2e onderdeel ging

beginnen. Daniel wilde iets met een trampoline doen, maar daar waar er geen kleutertrampolines

aanwezig zijn in de gymzaal, heeft Daniel een andere oplossing gekozen. Hij heeft een touw boven aan

vlakke turn trampoline gehangen. Hieraan kon Noah zich vasthouden en na een wat moeizaam begin en

wat aanwijzingen van Daniel begon Noah zowaar echt hoogte te maken tijdens het springen. Er zaten

wel vaak wat tussenstops in om op adem te komen of omdat hij de coördinatie kwijt was. Nadat Daniel

voor had gedaan hoe je het beste op 1 been kon springen, dit deed hij aan de hand van 3x inveren en

dan 1 sprong maken, probeerde Noah dit na te doen. Je zag dat hij er duidelijk wat moeite mee had,

maar hij deed zijn uiterste best om het te laten lukken. Wanneer het dan ook lukte straalde zijn gezicht

van geluk, de succesbeleving was duidelijk aanwezig. Noah moest proberen 2x achter elkaar te springen

op 1 been en dit deed hij zowaar zonder moeite. Na nog een laatste poging om zolang mogelijk te

blijven springen was er voor Noah weer een drinkpauze waarna hij doorging naar het 3e onderdeel. Hier

gingen Daniel en Noah samen touwtje springen, ook weer om de kracht in zijn benen te optimaliseren.

Niets meer dan gewoon touwtjespringen, maar ze maakte er natuurlijk wel een leuk spelletje van. Zo

probeerde ze ook samen in 1 touw te springen, soms lukte het 3x achter elkaar en dan stond Noah zijn

gezicht weer op ontploffen van blijdschap. Dit onderdeel kort behandeld te hebben gingen ze door naar

het 4e en laatste onderdeel: Het “hinkelparcours”. Hier draaide het allemaal om vandaag, hier moest

Noah laten zien wat hij kon. Daniel wilde immers dat Noah liet zien dat hij wel degelijk kon hinkelen.

Daniel had 2 pionnen klaargezet over een afstand van 1,5 a 2 meter. Daniel liet zien hoe hij hinkelend op

zijn goede been naar de overkant ging in 3x hinkelen. Noah probeerde dit na te doen maar na 1, soms 2

hinkels, was de energie er duidelijk uit. De les was al heel intensief geweest en Noah mocht weer even

een slokje water gaan nemen. Daniel moedigde hem bij terugkomst aan om te proberen en beloofde

hem een lekker zakje snoep als hij nog 1x probeerde minstens 3x te hinkelen op zijn sterke been.

Uiteraard deed Noah zonder blikken of blozen alsof hij Daniel al de hele les voor de gek hield en hij

hinkelde wel 4x op zijn goede been. Het was duidelijk, het koste Noah al zijn kracht, maar het koste

Daniel een zakjes snoep voor de volgende les.

Daniel hield zich aan zijn afspraak en nam de volgende les een zakje snoep mee, maar dan moest Noah

zo fris en fruitig als hij was wel laten zien of hij nog kon hinkelen. Noah begon met hinkelen en er kwam

geen einde meer aan, hij had het hinkelen duidelijk door maar 10x achter elkaar hinkelen zoals de

volgende stap op het observatieformulier aangaf zat er nog niet in. Daniel overhandigde het zakje snoep

aan Noah en hiermee was de samenwerking tussen de 2 ten einde gekomen. Noah bedankte meester

Daniel en die gaf nogmaals aan dat Noah ontzettend goed zijn best heeft gedaan.

Page 137: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

137

Wat vond jij?

Glenn:

Ik vond de opdracht in eerste instantie teveel gevraagd omdat het “weer” een opdracht was die je

tijdens je stage periode moest uitwerken. Je bent op je stageadres slechts 1 dag in de week en die dag

staat in het teken van lesgeven in mijn ogen. Je bent druk bezig met je voorbereidingen, je eigen les

draaien, nabespreken en het bekijken van de les van je stagepartner. Hierdoor komen de opdrachten

een beetje op de achtergrond en kom je tot de conclusie dat je er te weinig tijd voor hebt om de

opdracht tot in de puntjes uit te voeren. Er was simpelweg geen tijd voor om, alles zoals aangegeven in

de opdracht, na te komen en dit vind ik dan ook erg jammer. De opdracht zelf is namelijk wel zeer

nuttig. Het begeleiden van een leerling die “achter” loopt op andere leerlingen geeft zo’n geweldig

gevoel. Als je zo’n kind zijn/haar grenzen verlegd en de reactie van die leerling ziet is zo’n speciaal

gevoel. Dit is waar je het voor doet, leerlingen helpen zich te ontwikkelen. Jammer van de tijd die ik/we

te kort ben/zijn gekomen om de opdracht volledig uit te voeren want de opdracht is zeker wel zinnig.

Daniel:

De MRT opdracht heb ik als erg nuttig ervaren. Dit kwam vooral omdat ik nog niet bekend was met het

geven van MRT lessen. We gebruiken de oefeningen uit het boek van Wim de Gelder. Daarnaast

verzonnen we zelf oefeningen, om die uit te proberen. Ik zou nu MRT lessen kunnen geven als dat van

mij zou worden gevraagd op de school waar ik kom te werken. Daarnaast weet ik nu de manier waarop

je kunt bijhouden of een kind zich verbeterd of dat het kind op hetzelfde niveau blijft. De formulieren

waren daar erg bruikbaar voor. Over de samenstelling van de opdracht zelf ben ik minder enthousiast.

Het kopiëren en invullen van de formulieren was erg onhandig. Ik denk dat het handig is om een aparte

reader aan te bieden met daarin de betreffende formulieren. Op deze manier zou de opdracht nog

duidelijker zijn en kan het eigenlijk niet fout worden gemaakt.

Page 138: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

138

6.3 Verwerkingsvragen aanvullende onderwerpen

Kennisniveau

Hoe is het taakomvangbeleid op jullie school?

Het totale takenpakket komt tot stand door middel van individuele jaartaken. Op basis van je aanstelling

en het aantal fte word een verdeling gemaakt in lessen, algemene taken, taken en

deskundigheidsbevordering.

Hoe is het taakverdelingsbeleid op jullie school?

Wensen en voorkeuren zijn uit te spreken op je jaarlijkse POP/functioneringsgesprek met de directeur.

Er wordt dus wel rekening gehouden met eigen voorkeuren, eigen sterke en zwakke punten.

Hoe is het taakbelastingbeleid op jullie school? Mentoraat (75 uur op jaarbasis), Werkweken (25 uur op jaarbasis), Deskundigheidsbevordering (160 uur op jaarbasis), Vergaderingen etc. (weet ik niet precies), Invaluren (40 uur op jaarbasis), Vertrouwenspersoon (25 uur op jaarbasis), Ouder- en informatieavonden (weet ik niet precies), Organiseren (sport)activiteiten (weet ik niet precies). Hoe is het belastbaarheid beleid op jullie school? In het geval van letsels of langdurige afwezigheid wordt er een vervanger geregeld middels uitbreiding van uren of door een vacature open te zetten. Na uitvoering van een bepaalde taak kan je in samenspraak feedback ontvangen van vaksectievoorzitter, vakcollega’s of de directeur. Welke mogelijkheden zijn er voor MRT op jullie school?

Ruim voldoende materiaal aanwezig om in te zetten bij krachttraining (medicinebal, turntoestellen),

cardiotraining (belijning in de zaal bijvoorbeeld), coördinatietraining (basketballen bijvoorbeeld).

Werkt jullie school samen met buurthuizen en sportverenigingen in de omgeving? Hoe?

De ‘SOK’-ers hebben bijvoorbeeld op onderstaande locaties allemaal les.

Activiteit Verlener / Accommodatie Geschatte reistijd met de

fiets

Fitness Van UnensSportschol 10 minuten

Flagfootball www.playfootball.nl N.v.t.

Salsa Dansen Dansschool 4Salsa N.v.t.

Boksen www.mixedfight.nl N.v.t.

*N.v.t. = les in de gymzaal

Page 139: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

139

Begripsniveau

In hoeverre / op welke manier hebben jullie in de ontwikkeling van jullie vakwerkplan rekening gehouden

met de werktijdfactor die de school heeft toegekend aan het vak LO?

Gedurende het opstellen van ons PTA hebben wij geen rekening gehouden met het aantal inzetbare

vakleerkrachten en bijbehorende uren.

Toepassingsniveau Zijn jullie het eens met het taakbeleid zoals dat op de school is vastgesteld? Wij sluiten ons hierbij aan omdat er naar onze mening geen opvallende dingen gebeuren. Passen alle taken die jullie zouden willen doen vanuit jullie visie in het taakbeleid van de school? Volgens de opdracht taakbeleid passen deze uren allemaal. Echter is het wel relevant dat de uren die voor een taak staan ook daadwerkelijk dit aantal uren kosten. Het moet wel overeenkomen met de praktijk. Is er met de samenstelling van het vakwerkplan en/of het PTA rekening gehouden met het gehanteerde taakbeleid? Bijvoorbeeld door onderdelen te schrappen of te veranderen omdat deze te weinig gehonoreerd worden in uren op de jaartaak? Nee hier is geen rekening mee gehouden. Welke wensen hebben jullie financieel nog ten aanzien van het programma LO? De turnmaterialen zijn schaars en hierin zouden wij graag willen investeren om meer bewegingsmogelijkheden te creëren voor de leerlingen. Daarnaast willen wij graag investeren in klein materiaal te denken aan pionnen, jongleer materiaal, conditie laddertjes etc. Hoe gaan jullie om met zorgleerlingen op jullie school? De mentor is het vaste aanspreekpunt voor leerlingen en ouders, en hij/zij is beschikbaar voor alle zaken buiten het dagelijkse leren. Naast deze taak vormen enkele mentoren samen met de coördinatoren het decanaat. Dit team is ervoor om leerlingen en ouders te begeleiden bij het maken van keuzes binnen de schoolloopbaan en de vervolgstudie. Daarnaast zijn er vertrouwenspersonen binnen de school. Deze personen zijn er om zich beschikbaar te stellen richting de leerlingen om te praten over persoonlijke zaken.

Op welke manier is jullie visie van invloed op de keuze voor het wel of niet aanbieden van MRT op het

VO?

In onze visie komt naar voren dat wij willen dat de leerlingen op hun eigen niveau kunnen leren.

Hieronder valt ook het kiezen van het eigen niveau waarop leerlingen gaan werken. Zijn er

zorgleerlingen waarbij geconstateerd wordt dat deze leerlingen ‘hulp’ nodig hebben, dan zullen wij deze

leerlingen op niveau uitdagen.

MRT-training boekt alleen successen als het geregeld (minimaal 4x in de week) wordt getraind. Dit zou

dus alleen van toepassing zijn als de leerlingen hier zelf mee aan de slag zouden gaan

Page 140: Project Vakwerkplanportfolioglennstoffers.weebly.com/uploads/3/9/1/1/...Op het Bahûrim zijn drie 3e jaars klassen. Namelijk de klassen 3GLA, 3GLB & 3GLC. Op maandag heeft 3GLA het

140

Op welke manier bepaalt jullie visie hoe een eventueel MRT programma er op het VO uit zou zien?

Analyse door oefeningen vanuit CoreStability-training, aanbieden van MRT door ‘huiswerk’ en het

inroosteren van MRT-lessen na het reguliere rooster. Het huiswerk en de oefeningen in de les worden

per leerling bepaald, welke oefeningen desbetreffende leerling moet uitvoeren. Dit komt uit onze visie,

namelijk het werken op niveau van de leerlingen. Elke leerling moet zich uitgedaagd voelen en op

zijn/haar niveau kunnen leren.

Hoe zouden jullie het invoeren van MRT aanpakken? Is het bijvoorbeeld verplicht voor zorgleerlingen?

Naar onze mening is MRT alleen verplicht te stellen voor leerlingen met een motorische achterstand.

Het aanbieden van MRT zou het liefste in de les moeten gebeuren, zodat je 100% zeker weet dat de

leerling de oefeningen uitvoert. ‘Huiswerk’ meegeven vergt discipline van de leerlingen zelf en van de

ouders om het te begeleiden. Wellicht dat er in het taakbeleid een taak opgenomen kan worden waarin

MRT 2-3 maal per week als extra vak aangeboden kan worden. Zo zijn de leerlingen onder begeleiding

actief bezig met het MRT-programma.