Programmaboekje Kerstconcert 2013

2
Prijs € 1,- | Vrienden NNO gratis NOORD NEDERLANDS ORKEST Ze debuteerde in 2005 aan de Lyric Opera of Chicago als Tisbe in La Cenerentola. Ze zong hier vervolgens in Die Zauberflöte, Dr. Atomic, Falstaff, Die Frau ohne Schatten, Les Dialogues des Carmelites en Roméo et Juliette. Andere engagementen voerden haar naar de operahuizen van New York, Santa Fe, Philadelphia, San Francisco, Toronto, Dallas, Arizona en Chautauqua. Ze trad op in de wereldpremières van Previns A Brief Encounter bij de Houston Grand Opera en Blanchard’s Champion bij het Opera Theatre of Saint Louis. In Europa was ze te horen bij de English National Opera en bij Oper Frankfurt. Ze voerde concertrepertoire uit met de symfonieorkesten van Seattle, Houston, New York, Toronto, Pittsburgh, Atlanta, Boston, Milwaukee, West Michigan en Washington onder dirigenten als Lorin Maazel, Edo de Waart, Bernard Haitink, Christoph Eschenbach, Robert Spano en Sir Andrew Davis. NNCK Het Noord Nederlands Concertkoor (NNCK) is een projectkoor dat bijeenkomt wanneer het NNO werken programmeert voor koor en orkest. Het bestaat uit circa honderd geselecteerde zangers uit de drie noordelijke provincies, geleid door Louis Buskens en Leendert Runia. Het repertoire van het NNCK omvat een gevarieerde verzameling werken, van barok tot hedendaags en van klassiek tot populair. Het NNO en NNCK treden soms op in het buitenland, zoals in 2007 in Parijs en in 2009 in Perugia, Italië. Het koor heeft meegewerkt aan diverse cd-opnames en openluchtopera’s van het NNO. HET RODER JONGENSKOOR Het Roder Jongenskoor (1985) is een koor naar Engels voorbeeld, met als repertoire de Anglicaanse koormuziek in breedste zin. Dirigent van het koor is Rintje te Wies, tevens artistiek leider van de Stichting Koorschool Noord Nederland. Het Roder Jongenskoor wordt alom geprezen om de consequente Engelse koorstijl, niet alleen wat betreft grootte en stembezetting, maar ook in de sterkte aandacht voor de stemkwaliteit van de individuele jongens en jongemannen. Het Roder Jongenskoor kiest in al zijn facetten voor een muzikale aanpak die bij de Engelse jongenskoren leidt tot het beroemde hoge niveau van muziek maken. In de afgelopen jaren hebben de jongens meegewerkt aan velerlei grotere producties voor koor en orkest, zoals uitvoeringen van de Matthaüs-Passion van Johann Sebastian Bach, het War Requiem, de Saint Nicolas Cantata en de Spring Symphony van Benjamin Britten en de Derde Symfonie van Gustav Mahler, waarbij een jongenskoor is voorgeschreven. Jongenssolisten verlenen regelmatig medewerking aan Die Zäuberflöte van Wolfgang Amadeus Mozart, het Requiem van Gabriel Fauré en de Chichester Psalms van Leonard Bernstein. Het koor maakt regelmatig buitenlandse reizen. Begin 2002 werd het Roder Jongenskoor door The Federation of European Choirs benoemd tot cultureel ambassadeur van de Europese Unie in Nederland. PROGRAMMA KERST CONCERT MET DE 3 E SYMFONIE VAN MAHLER EEN KLASSIEKE AVOND UIT de heren van het Noord Nederlands Orkest worden gekleed door: DIRIGENT : STEFAN ASBURY | CONTRA-ALT: MEREDITH ARWADY | KOOR: NNCK / RODER JONGENSKOOR

description

 

Transcript of Programmaboekje Kerstconcert 2013

Prijs € 1,- | Vrienden NNO gratis

NOORD NEDERLANDS ORKEST

Ze debuteerde in 2005 aan de Lyric Opera of Chicago als Tisbe in La Cenerentola. Ze zong hier vervolgens in Die Zauberflöte, Dr. Atomic, Falstaff, Die Frau ohne Schatten, Les Dialogues des Carmelites en Roméo et Juliette. Andere engagementen voerden haar naar de operahuizen van New York, Santa Fe, Philadelphia, San Francisco, Toronto, Dallas, Arizona en Chautauqua. Ze trad op in de wereldpremières van Previns A Brief Encounter bij de Houston Grand Opera en Blanchard’s Champion bij het Opera Theatre of Saint Louis. In Europa was ze te horen bij de English National Opera en bij Oper Frankfurt. Ze voerde concertrepertoire uit met de symfonieorkesten van Seattle, Houston, New York, Toronto, Pittsburgh, Atlanta, Boston, Milwaukee, West Michigan en Washington onder dirigenten als Lorin Maazel, Edo de Waart, Bernard Haitink, Christoph Eschenbach, Robert Spano en Sir Andrew Davis.

NNCKHet Noord Nederlands Concertkoor (NNCK) is een projectkoor dat bijeenkomt wanneer het NNO werken programmeert voor koor en orkest. Het bestaat uit circa honderd geselecteerde zangers uit de drie noordelijke provincies, geleid door Louis Buskens en Leendert Runia. Het repertoire van het NNCK omvat een gevarieerde verzameling werken, van barok tot hedendaags en van klassiek tot populair. Het NNO en NNCK treden soms op in het buitenland, zoals in 2007 in Parijs en in 2009 in Perugia, Italië. Het koor heeft meegewerkt aan diverse cd-opnames en openluchtopera’s van het NNO.

HET RODER JONGENSKOORHet Roder Jongenskoor (1985) is een koor naar Engels voorbeeld, met als repertoire de Anglicaanse koormuziek in breedste zin. Dirigent van het koor is Rintje te Wies, tevens artistiek leider van de Stichting Koorschool Noord Nederland. Het Roder Jongenskoor wordt alom geprezen om de consequente Engelse koorstijl, niet alleen wat betreft grootte en stembezetting, maar ook in de sterkte aandacht voor de stemkwaliteit van de individuele jongens en jongemannen. Het Roder Jongenskoor kiest in al zijn facetten voor een muzikale aanpak die bij de Engelse jongenskoren leidt tot het beroemde hoge niveau van muziek maken. In de afgelopen jaren hebben de jongens meegewerkt aan velerlei grotere producties voor koor en orkest, zoals uitvoeringen van de Matthaüs-Passion van Johann Sebastian Bach, het War Requiem, de Saint Nicolas Cantata en de Spring Symphony van Benjamin Britten en de Derde Symfonie van Gustav Mahler, waarbij een jongenskoor is voorgeschreven. Jongenssolisten verlenen regelmatig medewerking aan Die Zäuberflöte van Wolfgang Amadeus Mozart, het Requiem van Gabriel Fauré en de Chichester Psalms van Leonard Bernstein. Het koor maakt regelmatig buitenlandse reizen. Begin 2002 werd het Roder Jongenskoor door The Federation of European Choirs benoemd tot cultureel ambassadeur van de Europese Unie in Nederland.

P R O G R A M M A

KERST CONCERTMET DE 3E SYMFONIE VAN MAHLER

EEN KLASSIEKE AVOND UITde heren van het Noord Nederlands Orkest worden gekleed door:

DIRIGENT : STEFAN ASBURY | CONTRA-ALT: MEREDITH ARWADY | KOOR: NNCK / RODER JONGENSKOOR

DO 19 DECEMBER | DRACHTEN De Lawei | 20.00 uur Inleiding door Rudolf Nammensma | 19.00 uur VR 20 DECEMBER | ASSEN De Nieuwe Kolk | 20.15 uur Inleiding door Ben Coelman | 19.00 uur

ZA 21 DECEMBER | GRONINGEN De Oosterpoort | 20.15 uur Inleiding door Ben Coelman | 19.00 uur

DIRIGENT STEFAN ASBURY CONTRA-ALT MEREDITH ARWADY KOOR NNCK | RODER JONGENSKOOR

GUSTAV MAHLER (1860-1911)SYMPHONIE NR. 3 (1895-1896)Erste Abteilung:- Kräftig. Entschieden

Zweite Abteilung:- Tempo di Menuetto: Sehr mässig. Grazioso- Comodo. Scherzando. Ohne Hast- Sehr langsam. Misterioso- Lustig im Tempo und keck im Ausdruck- Langsam. Ruhevoll. Empfunden

Alles wat hij zag als hij uit het raam keek, waren het uitgestrekte meer en de machtige bergen die erachter opdoemden. De trillende lucht op hete zomerdagen deed het water glinsteren, de onweersbuien lieten de golven tegen de oevers klotsen. Mahler zat alleen aan zijn schrijftafel, een piano, een paar partituren en wat boeken bij de hand. Hij had het hutje speciaal naar zijn aanwijzingen laten bouwen, ver van de bewoonde wereld. Het werd haast een sacrale plek voor hem tijdens de zomers van 1895 en 1896, toen hij zich vrijgemaakt had van zijn drukke werkzaamheden als operadirigent in Hamburg. Hier aan de Oostenrijkse Attersee kreeg de Derde symfonie langzaam gestalte. Toen de legendarische dirigent Bruno Walter hem in zijn hut opzocht, zei Mahler tegen hem: “Je hoeft niet naar die bergen te kijken, ik heb het allemaal al gecomponeerd.” Hij speelde hem de partituur op de piano voor. “Zijn hele wezen leek een mysterieuze affiniteit met de natuurkrachten te ademen,” herinnerde Walter zich.

Mahler was een vertegenwoordiger bij uitstek van het fin de siècle. Hij was vastbesloten de grenzen van het mogelijke te verkennen en liet daarbij alle teugels varen. Hij rekte de traditionele tonaliteit op tot het breekpunt, bouwde de symfonische structuur uit tot instortingsgevaar dreigde. Maar Walter voelde het haarfijn aan: Mahler was bovenal een man van de natuur. Na een lange, creatieve werkdag in zijn hut was het tijd voor een uitgestrekte wandeling door de bossen om de omgeving op zich in te laten werken, om inspiratie op te doen, om één te zijn met de alomvattende natuur. “Stel je een werk voor van zo’n grootsheid dat het in feite de hele wereld weerspiegelt. We zijn als het ware slechts een instrument, bespeeld door het universum. Mijn symfonie zal iets worden wat de wereld nog nooit gehoord heeft! De hele natuur wordt erin verklankt,” schreef hij opgetogen. Het is precies deze kosmische dimensie die de muziek van Mahler nog het allerbest typeert.

Hij gaf de zes delen van zijn Derde symfonie de volgende titels: - Pan ontwaakt; de zomer marcheert binnen- Wat mij de bloemen in de wei vertellen- Wat mij de dieren in het bos vertellen- Wat mij de mens vertelt- Wat mij de engelen vertellen- Wat mij de liefde verteltNa het lange inleidende eerste deel waren dit voor Mahler “de opeenvolgende stadia van het zijn”. Over het slotdeel zei hij: “Ik zou het bijna ‘Wat

mij God vertelt’ kunnen noemen!” Geen cyclische opzet dus, zoals bij de meeste symfonieën, maar een progressieve ontwikkeling. Het is alsof Mahler de geschiedenis van het universum samen wilde vatten in een muzikale reis op epische schaal, voerend van de levenloze natuur tot God. Later trok Mahler de programmatische titels terug. Ze hadden dienst gedaan als een soort steigermateriaal om het bouwwerk van de symfonie te kunnen oprichten. Na voltooiing konden ze verwijderd worden. De luisteraar moest er zijn eigen gedachten maar bij hebben, vond Mahler. Maar helaas voor hem, er zal wel nooit over deze symfonie geschreven zijn zonder de oorspronkelijke titels te verraden. Ze leggen immers de oorspronkelijke intentie van de componist bloot en wie zou die niet willen kennen? Met een uitvoeringstijd van ruim anderhalf uur is Mahlers Derde de langste symfonie in het standaardrepertoire. Alleen al het kolossale eerste deel duurt minstens een half uur. Heel langzaam maar zeker groeit de inleiding uit tot een spetterende orkestrale mars. Dan volgen vier relatief korte karakterstukken: allereerst een pastoraal menuet, vervolgens een scherzo met in het trio de bekende posthoornsolo, dan een uiterst verstild deel waarin een alt het gedicht ‘O Mensch! Gib acht!’ uit Also sprach Zarathustra van Friedrich Nietzsche zingt. Zij wordt daarna vergezeld door een koor van vrouwen en kinderen in het eerder gecomponeerde lied ‘Es sungen drei Engel’ uit de verzameling Des Knaben Wunderhorn. De symfonie eindigt met het weidse, instrumentale ‘Wat de liefde mij vertelt’. Om Bruno Walter nog maar eens aan te halen: “In het laatste deel verstommen de woorden, want welke taal kan de hemelse liefde krachtiger uitdrukken dan de muziek zelf?”

Met voldoening kon Mahler aan het eind van de zomer van 1896 naar Hamburg terugkeren, de hut waar hij twee zomers lang in extase worstelde met de muzikale materie van zijn Derde symfonie weemoedig achterlatend. Hij staat er nog altijd, die hut, maar de massatoerist heeft de idyllische plek aan de Attersee weten te vinden, met alle gevolgen van dien. De toegewijde Mahlerpelgrim, op zoek naar de

serene oorsprong van deze kosmische muziek, moet zich tegenwoordig om de hut te bereiken een weg banen tussen de campers en de schreeuwende kinderen.

Pepijn van Doesburg

STEFAN ASBURY | CHEF DIRIGENT Stefan Asbury, sinds 2011 chef-dirigent van het NNO, is een veelgevraagd dirigent bij grote orkesten, ensembles en festivals over de hele wereld. Van 2001 tot 2005 was hij chef-dirigent van het Remix Ensemble in Porto en sinds het seizoen 2007-2008 is hij vaste gastdirigent van het Tapiola Sinfonietta (Finland). Asbury dirigeerde de afgelopen seizoenen bij het Koninklijk Concertgebouworkest, het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks, het London Symphony Orchestra, de Dresdner Philharmonie, het Filharmonisch Orkest van Seoel en het Los Angeles Philharmonic. Verder werkte hij met radio-orkesten als het WDR Sinfonieorchester Köln, het hr-Sinfonieorchester in Frankfurt, het NDR Sinfonieorchester in Hamburg, het Orchestra Sinfonica Nazionale della RAI in Turijn, het SWR Sinfonieorchester Baden-Baden und Freiburg en het ORF Radio-Symphonieorchester Wien. Asbury treedt regelmatig op als gastdirigent tijdens festivals als Automne en Normandie, de Münchener Biennale, Wien Modern, de Wiener Festwochen, de Salzburger Festspiele en La Biennale di Venezia. Tijdens het Perth International Arts Festival in 2009 dirigeerde hij John Adams’ opera A Flowering Tree. Verder dirigeerde hij onder meer de opera Jakob Lenz van Wolfgang Rihm tijdens de Wiener Festwochen in 2008. Asbury geeft sinds 1995 les op het Tanglewood Music Center in Boston, waar hij op dit moment hoofddocent is op de faculteit voor directie. Bovendien was hij er van 1999 tot 2005 mededirecteur van de New Music Activities.

MEREDITH ARWADY | CONTRA-ALTMeredith Arwady studeerde bij Marlena Kleinman Malas aan het Curtis Institute of Music in Philadelphia. Ze ontving de Marian Anderson Prize for Emerging Classical Artists, een Richard Tucker Career Grant en een Grammy Award.