Presentie ar ehv-seminar_werkgeversaansprakelijkheid

46
Hans van Mens, Geertje Leijten en Robbert-Jan Boswijk 13 april 2015 Breda 14 april 2015 Den Bosch 21 april 2015 Tilburg 23 april 2015 Eindhoven Seminar werkgeversaansprakelijkheid bij bedrijfsongevallen (arbeidsrechtelijk en strafrechtelijk)

Transcript of Presentie ar ehv-seminar_werkgeversaansprakelijkheid

Titeldia

Hans van Mens, Geertje Leijten en Robbert-Jan Boswijk

13 april 2015 Breda

14 april 2015 Den Bosch

21 april 2015 Tilburg

23 april 2015 Eindhoven

Seminar

werkgeversaansprakelijkheid bij

bedrijfsongevallen

(arbeidsrechtelijk en strafrechtelijk)

Inhoudsopgave

Programma1. Arbeidsrechtelijke aspecten 7:658

1) Artikel 7:658 lid 1 (Uitoefening werkzaamheden en zorgplicht)

2) Artikel 7:658 lid 2 (Opzet of bewuste roekeloosheid)

3) Artikel 7:658 Varia

4) Overig

2. Arbeidsrechtelijke aspecten 7:658 / 7:611

1) Bewijslast

2) Artikel 7:658 lid 4 (Anderen dan werknemers)

3) Artikel 7:611 (Goed werkgeverschap)

3. Strafrechtelijke aspecten

1) Wanneer strafrecht?

2) Toerekening aan de rechtspersoon/feit. Leidinggevenden

3) Casus en aandachtspunten

4) Bijzonderheden

Titeldia

Inhoudsopgave

I. Arbeidsrechtelijke aspecten 7:658

1) Artikel 7:658 lid 1 Uitoefening werkzaamheden en zorgplicht

2) Artikel 7:658 lid 2 Opzet of bewuste roekeloosheid

3) Artikel 7:658 Varia

4) Overig

Hans van Mens

Advocaat arbeidsrecht/partner AKD Eindhoven/Breda

Alleen tekst

1.1. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:658 BW

Zorgverplichting werkgever

1. Werkgever is verplicht om er voor te zorgen dat de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden geen schade lijdt

2. Werkgever moet schade van de werknemer die is geleden in de uitoefening van zijn werkzaamheden vergoeden tenzij er sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer

3. Aansprakelijkheid van de werkgever kan niet ten nadele van de werknemer worden uitgesloten

4. Werkgever is ook aansprakelijk voor de schade van personen die werkgever niet krachtens arbeidsovereenkomst maar krachtens beroep of bedrijf arbeid laat verrichten.

5

Alleen tekst

1.1. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:658 BW lid 1

Uitoefening werkzaamheden

Jurisprudentie werkplek/werkzaamheden: De begrippen werkplek en werkzaamheden worden ruim opgevat

• Power/Ardross (HR 1 juli 1993)

• Ook looproute van werkplek naar keet dient veilig te zijn

• Van Uitert/Jalas (HR 15 december 2000)

• Ook als wn afwijkt van opdracht en aan ander dak gaat werken, valt dat onder de werkplek

• Van Riemsdijk/Autop (HR 20 februari 2009)

• Als wg de chauffeur verplicht bij bepaald station te tanken dan valt ook tankstation onder werkplek

• Uitzendkracht/CBS (Hof DH 25 september 2012)

• Als wn via voorterrein het bedrijfsgebouw in-/uitgaat dan valt dat onder werkplek

6

Alleen tekst

1.1. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:658 BW lid 1

Schending zorgplicht

Het is vaste jurisprudentie dat artikel 7:658 geen absolute waarborg beoogd te scheppen voor de bescherming tegen gevaar

De werkgever dient die maatregelen te nemen die redelijkerwijs nodig zijn om te voorkomen dat de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt

Wat van de werkgever in redelijkheid mag worden verwacht hangt af van de omstandigheden van het geval

Bij het gebruik van gevaarlijke machines kan niet worden volstaan met mondelinge of schriftelijke instructies

Ervaringsfeit is dat een werknemer onachtzaam kan zijn en van werkgever moet worden verwacht dat hij onderzocht heeft of er afdoende preventieve maatregelen zijn genomen

7

Alleen tekst

1.1. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:658 BW lid 1• De Vries/Kuijt (HR 29 april 1983)

• Stoomtoestel voldoet aan alle eisen. Toch had wg rekening moeten houden met risico van niet-functioneren deksel

• De Lozerhof/Van Duyvenbode (HR 5 november 2004)

• Gangen en deuren voldoen aan alle Arbo- en Bouwregels. Toch moet wg rekening houden met openzwaaien grote deur en botsrisico

• Dusarduyn/Du Puy (HR 16 mei 2003)

• Aard werk, werkervaring, diploma’s, info opdrachtgever, zodanig dat wg het dak niet vooraf hoefde te inspecteren

• Feenstra q.q./Haije (HR 9 februari 2007)

• Ondanks ervaring en diploma’s en ondanks afwijken van werkwijze door wn had wg meer moeten doen om val door het dak te voorkomen

• Brinks (Hof DH 23 december 2005)

• Brinks had bedacht moeten zijn op zwakke dakconstructie bij ABN-AMRO en risico’s van overval

8

Alleen tekst

1.1. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:658 BW lid 1

• Werknemer/Sloopbedrijf (ktr Tilburg 2 april 2014)

• Tegelsplinter door handschoen waardoor wondinfectie en totale dystrofie. Ondanks volgen van Arbo-regels toch aansprakelijk want er waren betere handschoenen beschikbaar

• Postbezorger /TNT (ktr Utrecht 16 juni 2010)

• Licht winterweer met plaatselijke gladheid. wg hoeft geen apart schoeisel te geven. wn kan bekend zijn met uitglijrisico

• werknemer/Post NL (ktr Amsterdam 31 mei 2012)

• Idem, maar dan wel plicht om speciaal schoeisel te geven

• Vuilnisman/Sita (ktr Amersfoort 14 maart 2013)

• Gladheid bij winterweer, aard van werk en feit dat Scandinavisch moederbedrijf normaliter beter schoeisel verstrekt maakt dat het normale veiligheidsschoeisel niet voldoet

9

Alleen tekst

1.2. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:658 BW lid 2

Opzet of bewuste roekeloosheid

Vaste jurisprudentie:

Van bewuste roekeloosheid is pas sprake als de werknemer zich onmiddellijk voorafgaand aan de schade veroorzakende gedraging daadwerkelijk bewust is geweest van het roekeloze karakter van zijn gedraging.

Als er sprake is van bewuste roekeloosheid dan moet de schade in belangrijke mate het gevolg zijn van die bewuste roekeloosheid.

10

Alleen tekst

1.2. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:658 BW lid 2

• Pollemans/Hoondert (HR 20 september 1996)

• Ondanks herhaalde waarschuwingen om niet buiten de afzetting te lopen, deed wn dat toch en viel door het dak. wg moet rekening houden met ondoordachte werknemer. Wn was op dat moment zelf niet bewust van roekeloos bedrag. Geen bewuste roekeloosheid

• Bayar/Wijnen (HR 11 november 2005)

• Ondanks mondelinge en schriftelijke instructies steekt werknemer hand in machine. Wg moet rekening houden met onvoorzichtige wn en had vanwege gevaarlijke machine meer moeten doen om ongeval te voorkomen

• Werknemer/Houtzagerij X (Ktr Eindhoven 31 oktober 2014)

• Dat wn niet de officiële in/uitgang neemt en dat werknemer is gewezen op de gevaren van het puntige hek is niet voldoende om bewuste roekeloosheid aan te nemen. Wg had meer moeten doen om ongeval te voorkomen

11

Alleen tekst

1.3. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:658 varia

• Werknemer/ISS Nederland B.V. (Ktr Terneuzen 9 januari 2013)

• Het geheel konijnvrij maken van een groot bedrijventerrein in een natuurgebied is onmogelijk. Wg hoeft niet specifiek te waarschuwen voor overstekende konijnen. Is ongelukkige samenloop

• Werknemer/ROC West-Brabant (Hof DB 22 juli 2014)

• Tijdens introductiekamp struikelt docent over scheerlijn. De zorgplicht is geen absolute waarborg. Wg had maatregelen getroffen. Docent gebruikte geen zaklamp. Wg heeft voldaan aan zorgplicht

• Werknemer/Westo (Hof Leeuwarden 29 juni 2010)

• Gebruik telefoon voor instructies bij uitvoering lawaaiige werkzaamheden werkt onachtzaamheid in de hand. Geen algemene verplichting voor wg tot waarschuwing voor gevaren gebruik mobile telefoon. In dit geval wel in verband met omstandigheden omdat telefoon nodig is voor uitvoering werk

12

Alleen tekst

1.4. Arbeidsrechtelijke aspecten: overig

• Ontbreken Arbo-richtlijn is geen vrijwaring werkgever (onderzoek plicht, instructieplicht, waarschuwingsplicht etc.)

• Volgen Arbo-richtlijn is geen vrijwaring werkgever (onderzoek plicht, instructieplicht, waarschuwingsplicht etc.)

• Ontbreken RIE (boete) is geen bewijs dat werkgever niet aan zorgplicht heeft voldaan

• Aanwezig zijn van RIE is geen bewijs dat werkgever wel aan zorgplicht heeft voldaan

• Ontbreken melding inspectie/ongevalsrapportage is geen bewijs dat werkgever niet aan zorgplicht heeft voldaan. Wel zal werkgever het moeilijk hebben om te bewijzen dat hij aan zijn zorgplicht heeft voldaan

13

Inhoudsopgave

II. Arbeidsrechtelijke aspecten 7:658 en 7:611

1) Bewijslast

2) Artikel 7: 658 lid 4 Anderen dan werknemers

3) Artikel 7:611 Goed werkgeverschap

Geertje Leijten

Advocaat arbeidsrecht AKD Eindhoven/Breda

Alleen tekst

2.1. Arbeidsrechtelijke aspecten: bewijslast

Hoofdregel (art. 150 Rv)

Wie stelt moet bewijzen,

tenzij uit een bijzondere regel of uit de eisen van redelijkheid en billijkheid een andere verdeling van de bewijslast voortvloeit.

• Werknemer moet stellen dat hij in de uitvoering van zijn werkzaamheden schade heeft geleden.

Bij voldoende betwisting door werkgever dient werknemer dit te bewijzen

• Hof Den Bosch (10 maart 2015, ECLI:NL:GHSHE:2015:840):

• Exacte toedracht of oorzaak van ongeval hoeft door wn niet te worden gesteld of bewezen

15

Alleen tekst

2.1. Arbeidsrechtelijke aspecten: bewijslast

Escapes voor werkgever

Bij aantonen causaal verband tussen uitvoering werkzaamheden en schade door werknemer, verschuift de bewijslast naar de werkgever. Werkgever is aansprakelijk tenzij:

• hij kan aantonen dat aan de zorgplicht is voldaan

• hij kan aantonen dat ook indien wel aan zorgplicht zou zijn voldaan, het ongeval niet zou zijn voorkomen.

• hij kan aantonen dat sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid zijdens werknemer

16

Alleen tekst

2.2. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:658 lid 4

Uitbreiding “klassieke” werkgeversaansprakelijkheid 1

Aansprakelijkheid voor personen waarmee géén arbeidsovereenkomst bestaat

Art. 7:658 lid 4 BW:

“Hij die in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf arbeid laat verrichten door een persoon met wie hij geen arbeidsovereenkomst heeft, is overeenkomstig de leden 1 tot en met 3 aansprakelijk voor de schade die deze persoon in de uitoefening van zijn werkzaamheden lijdt.”

17

Alleen tekst

2.2. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:658 lid 4

Een persoon met wie hij geen arbeidsovereenkomst heeft

• Wetsgeschiedenis: Lid 4 is met name bedoeld voor uitzendarbeid, uitlening en aanneming van werk

• Vrijwilligers en stagiaires

• Ktr Amsterdam 20 juli 2001: stagiair verricht chauffeurswerkzaamheden

• Hof Amsterdam 29 maart 2011: testen van nieuwe paarden door vrijwilliger

• ZZP’ers

• HR Davelaar/Allspan (23 maart 2012):

Lid 4 kan van toepassing zijn op ZZP’er, indien hij voor zijn veiligheid (mede) afhankelijk is van degene voor wie hij werkzaamheden verricht en zich aldus feitelijk in eenzelfde ‘afhankelijkheidsrelatie’ tot de werkgever bevindt als een wn

Feitelijke toetsing: (1) feitelijke verhouding, (2) aard van de werkzaamheden, en (3) mate van invloed van werkgever op werkomstandigheden en daarmee verband houdende veiligheidsrisico’s

18

Alleen tekst

2.2. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:658 lid 4

In de uitoefening van zijn beroep of bedrijf

• Wetsgeschiedenis: “Het moet gaan om werkzaamheden die de derde ook door eigen werknemers had kunnen laten verrichten.”

• In lagere rechtspraak werd beslissend geacht of werkzaamheden vielen onder de ‘normale bedrijfsuitoefening’ van de opdrachtgever

• BAM/Wibo (2011): Lijmwerkzaamheden behoren niet tot normale bedrijfsuitoefening van metselbedrijf

• HR Davelaar/Allspan (23 maart 2012):

• Niet beperkt tot wezen van de beroeps- of bedrijfsuitoefening van opdrachtgever of hetgeen normaal gesproken in het verlengde daarvan ligt

• Bepalend is of de verrichte werkzaamheden, gelet op de wijze waarop de opdrachtgever aan zijn beroep of bedrijf invulling pleegt te geven, feitelijk tot zijn beroeps- of bedrijfsuitoefening behoren

19

Alleen tekst

2.3. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:611 BW

Uitbreiding “klassieke” werkgeversaansprakelijkheid 2

Grensgebied tussen werk en privé

Art. 7:611 BW

“De werkgever en de werknemer zijn verplicht zich als een goed werkgever en een goed werknemer te gedragen.”

• Kan een grond voor aansprakelijkheid zijn indien zorgplicht art. 7:658 BW niet aan de orde is

• Vaak van toepassing in grensgebied tussen werk en privé

• Vormt aldus geen grond voor aansprakelijkheid indien art. 7:658 BW wel aan de orde is maar geen aansprakelijkheid oplevert, bijv. omdat aan zorgplicht is voldaan

20

Alleen tekst

2.3. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:611 BW => Verkeer

21

Beroepsmatige

verkeersdeelname, zoals

vrachtwagenchauffeurs

Zorgplicht art. 7:658 BW

Werk-Werk verkeer Zorgplicht (beperkt) 7:658 BW/goed werkgeverschap 7:611 BW

• Arresten Kooiker en Maasman: verzekeringsplicht

• Maatzorg De Werven: geen onderscheid automobilist / andere weggebruiker

Bijzonder woon-werk verkeer Goed werkgeverschap art. 7:611 BW

• De Bont/Oudenallen: verantwoordelijkheid voor vervoer van collega’s naar

afgelegen werklocatie.

• Gündog/Mulder: via reguliere werklocatie naar eenmalige werklocatie

Regulier woon-werk verkeer Geen aansprakelijkheid

• Knoppen/NCM: teambespreking op wisselende locaties

Eenzijdig ongeval

voetganger

Geen aansprakelijkheid

• TNT Arrest: postbezorger glijdt uit

Alleen tekst

2.3. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:611 BW => Personeelsuitjes

22

Impliciet of expliciet verplichte deelname Zorgplicht art. 7:658 BW

•Personeelsdag Randstad Techniek (speedboot)

•Bos/Oracle (landrover)

Geheel vrijwillig + wel

bemoeienis/zeggenschap werkgever

Goed werkgeverschap 7:611 BW

•Rollerskate arrest

Geheel vrijwillig + geen

bemoeienis/zeggenschap werkgever

Geen werkgeversaansprakelijkheid

•Huigen/Delta Lloyd (adventure games)

•Gielen/Spaar Select (sportdag op zaterdag)

Alleen tekst

2.3. Arbeidsrechtelijke aspecten: artikel 7:611 BW

Ander verband met werkzaamheden

Zo lang er een (bijzonder) verband bestaat met het werk is werkgever mogelijk aansprakelijk op grond van artikel 7:611 BW

Dienstreizen

• HR 18 maart 2005:

• Piloot KLM overkomt ongeval tijdens stop-over tussen twee vluchten

• Rb. Alkmaar 2006:

• Stewardess op Cuba aangereden door golfkarretje

Bijzondere gevaren verbonden aan werk

• HR 22 januari 1999:

• Medewerker reclassering thuis aangevallen door cliënt

23

Inhoudsopgave

III. Strafrechtelijke aspecten

1) Wanneer strafrecht?

2) Toerekening aan de rechtspersoon/feit. Leidinggevenden

3) Casus en aandachtspunten

4) Bijzonderheden

Robbert-Jan Boswijk

Financieel-economisch strafrecht advocaat AKD Amsterdam

25

3.1. Strafrechtelijke aspecten: wanneer strafrecht?

1. Door wie?

• arbeidsomstandigheden: Inspectie SZW (vroeger: AI)

• milieupolitie:

• onder leiding van het Openbaar Ministerie (FP)

2. Wanneer?

Van toezicht/handhaving naar opsporing:

• vermoedens van ernstige overtredingen

• recidive

• slachtoffers

• Speerpunten

26

3.1. Strafrechtelijke aspecten: wanneer strafrecht?

Onderscheid met bestuurlijke boete

• Punitief karakter?

• Nemo tenetur?

• Bestuurlijk boeterapport

• Hoogte van de boete

• Recidive

27

3.1. Strafrechtelijke aspecten: wanneer strafrecht?

Van toezicht naar onderzoek

• Medewerkingsplicht geldt bij reparatoire sancties

• Bij punitieve sancties geldt het nemo tenetur beginsel – het recht om niet aan de eigen veroordeling mee te werken

• Wanneer is het ‘omslag moment’ tussen het reguliere toezicht en het punitieve onderzoek?

• In het strafrecht: Vanaf het tijdstip waarop de overtreder uit handelingen van het bestuursorgaan redelijkerwijs kan afleiden dat hem een boete zal worden opgelegd. (EHRM arresten Funke en Saunders)

• In het bestuursrecht: op het moment dat iemand wordt verhoord met het oog op het aan hem opleggen van een bestraffende sanctie

28

3.1. Strafrechtelijke aspecten: wanneer strafrecht?

Wet aanscherping en sanctionering

Notoire overtreders zijn bedrijven of instanties die herhaald overtredingen begaan. De Inspectie SZW heeft met de Wet aanscherping handhaving en sanctionering SZW-wetgeving instrumenten om notoire overtreders stevig aan te pakken en kan ze zwaardere sancties opleggen.

Belangrijke onderdelen van de wet zijn:

• hogere boetes

• hogere straffen bij herhaalde overtreding

• preventieve stillegging van werkzaamheden (bij recidive)

Naast deze mogelijkheden zet de Inspectie ook strafrechtelijke onderzoeken in om notoire overtreders aan te pakken

29

3.1. Strafrechtelijke aspecten: wanneer strafrecht?

Delictsomschrijvingen

• Arbo-wet

Bijv.: Art. 32 Arbowet:

een algemene zorgplicht opgenomen die zich richt tot de werkgever.

“Het is de werkgever verboden handelingen te verrichten of na te laten in strijd met deze wet of de daarop berustende bepalingen indien daardoor, naar hij weet of redelijkerwijs moet weten, levensgevaar of ernstige schade aan de gezondheid van een of meer werknemers ontstaat of te verwachten is.”

Ging vaak in combinatie met art. 10 Arbo-wet:

“Indien bij of in rechtstreeks verband met de arbeid die de werkgever door zijn werknemers doet verrichten in een bedrijf of een inrichting of in de onmiddellijke omgeving daarvan gevaar kan ontstaan voor de veiligheid of de gezondheid van andere personen dan die werknemers, neemt de werkgever doeltreffende maatregelen ter voorkoming van dat gevaar.”

30

3.1. Strafrechtelijke aspecten: wanneer strafrecht?

BRZO, art. 5:

“Als werkgever niet alle maatregelen heeft getroffen die nodig zijn om zware ongevallen te voorkomen.”

ECLI:NL:RBBRE:2012:BY7000 (ChemiePack)

• Thermphos: Garentenstellung => bijzondere zorgplicht

Wetboek van Strafrecht, bijv. art. 307 Sr, dood door schuld:

• Schuld in de zin van artikel 307 WvSr:

Voor schuld als bedoeld in artikel 307 van het Wetboek van Strafrecht moet sprake zijn van een aanmerkelijke mate van verwijtbare onvoorzichtigheid. De rechtbank dient in dat kader de vraag te beantwoorden of verdachte minder heeft gedaan dan een ‘normaal’ mens in de gegeven situatie en omstandigheden zou hebben gedaan.

31

3.1. Strafrechtelijke aspecten: wanneer strafrecht?

Algemene zorgplicht werkgever

Rechtbank Rotterdam: ECLI:NL:RBROT:2009:BI5896

Onvoorzichtigheid werknemer?

“Het vorenstaande doet naar het oordeel van de rechtbank echter niet af aan de primaire verantwoordelijkheid van de werkgever, voortvloeiende uit de Arbeidsomstandighedenwet 1998, om ervoor zorg te dragen dat er voldoende en deugdelijke voorzieningen op de arbeidsplaats aanwezig zijn ter voorkoming van valgevaar.

Het is de taak van de verdachte vennootschap in haar hoedanigheid van werkgever om, telkens voordat haar werknemers met nieuwe werkzaamheden een aanvang maken, de situatie op de arbeidsplaats te inspecteren om te beoordelen of er voldoende en doelmatige voorzieningen zijn getroffen om valgevaar te voorkomen.

De rechtbank overweegt voorts dat aan de strafrechtelijke aansprakelijkheid van de verdachte vennootschap niet af doet dat het ongeval mogelijk (mede) is ontstaan door onvoorzichtigheid van het slachtoffer. De rechtbank is van oordeel dat - zelfs al zou sprake zijn van enige vorm van eigen schuld van het slachtoffer, wat geenszins vaststaat - dit niet in de weg staat aan het toerekenen aan de verdachte vennootschap van de vastgestelde tekortkomingen op het punt van door haar te treffen voorzieningen en te nemen voorzorgsmaatregelen ter waarborging van een veilige werksituatie.”

32

3.1. Strafrechtelijke aspecten: wanneer strafrecht?

Algemene zorgplicht

Rechtbank Amsterdam: ECLI:NL:RBAMS:2014:1464

“De zorgplicht van verdachte als werkgever voor het welzijn en de veiligheid van zijn werknemers hield mede in dat de werkgever zijn werknemers moest beschermen tegen eigen fouten of onvoorzichtigheden. Het bedrijf was daarom verplicht maatregelen tegen het valgevaar te nemen, bijvoorbeeld door tijdelijke leuningen bij of vangnetten onder de niet-mandragende lichtkoepels aan te brengen.”

33

3.1. Strafrechtelijke aspecten: wanneer strafrecht?

werkgever – werknemer

Arbeidsovereenkomst of gezagsverhouding

Zie oa: Hof Arnhem/Leeuwarden: ECLI:NL:GHARL:2015:1287

“Vast staat dat geen sprake was van een arbeidsovereenkomst tussen verdachte en [slachtoffer] als bedoeld in artikel 1 lid 1 onder a, sub 1 van de Arbowet, en dat ook geen sprake was van de situatie als bedoeld in dit artikel onder lid 1 onder a, sub 2. Dit wil echter niet zeggen dat er geen sprake kan zijn geweest van een werkgever en een werknemer in de zin van de Arbowet.

Een gezagsverhouding als bedoeld in artikel 1, lid 2 onder a, sub 1 van de Arbowet wordt immers ook aanwezig geacht wanneer de werkgever het recht heeft toezicht uit te oefenen, leiding te geven en door aanwijzingen of instructies een nadere taakomschrijving te geven en de werknemer verplicht is één en ander te aanvaarden, ongeacht of dat recht ook geëffectueerd wordt dan wel die plicht wordt nagekomen. Voor de vraag of daar sprake van is, is ook de feitelijke situatie van belang. Het gegeven dat iemand als zzp’er ergens is komen werken en dat hij in het bezit is van een Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) hoeft derhalve niet doorslaggevend te zijn.”

34

3.2. Strafrechtelijke aspecten: toerekening

HR 21 oktober 2003, LJN AF7938, NJ 2006/328

• Oriëntatiepunt: gedraging in sfeer rechtspersoon

• Sfeer rechtspersoon:

• dienstbetrekking/werkzaam ten behoeve van

• past in normale bedrijfsvoering

• gedraging dienstig voor rechtspersoon

• beschikkingsmacht en aanvaarding

(ook: het niet betrachten van de zorg die in redelijkheid kan worden gevergd met het oog op voorkoming van de gedraging)

• Voorbeelden: Odfjell, Chemie-Pack

35

3.2. Strafrechtelijke aspecten: toerekening

De bestuurder: feitelijk leidinggeven / opdrachtgeven

• Rechtspersoon begaat strafbaar feit

• Beschikkingsmacht en aanvaarding, ook: “als werkgever - hoewel daartoe bevoegd en redelijkerwijs gehouden - maatregelen ter voorkoming van verboden gedragingen achterwege laat en bewust de aanmerkelijke kans aanvaardt dat de verboden gedragingen zich zullen voordoen”

• Kennis van soortgelijk feit (met zelfde kern) is voldoende

HR 16 december 1986, NJ 1987, 321; Slavenburg II

• Voorbeelden: Chemie-Pack, vlotongeval (De Berkel)

36

3.1. Strafrechtelijke aspecten: toerekening

Wanneer vervolging van feitelijk leidinggevende?

Lijkt soms wat arbitrair.

Overduidelijke kennis bij feit. leidinggevenden dat bedrijf/aspecten niet veilig is en nagelaten te handelen.

• Chemiepack

• Timmerfabriek Elsloo (6 maanden vw)

• Directeur Evenementenbedrijf (vlotongeval, 3 maanden vw)

• Amercentrale (1 jaar waarvan 6 mnd vw)

Rb. Maastricht (ECLI:NL:RBMAA:2004:AR5930)

“Van verdachte mag worden verwacht dat het onderwerp ‘veiligheid’ geen ‘papieren tijger’ is, maar dat verdachte alles in het werk stelt om – juist ook bij de dagelijkse gang van zaken binnen de onderneming - het werk veilig te maken en te houden.”

37

3.2. Strafrechtelijke aspecten: toerekening

Sancties op overtredingen

Rechtspersoon:

• Opzettelijk of overtreding?

• Art 32/art. 5 BRZO (art. 1 onder 1 WED jo 6 WED):Geldboete 5e cat/4e cat.Op grond van artikel 23, zevende lid, van het Wetboek van Strafrecht, indien de boetecategorie geen passende bestraffing toelaat, geldboete naast gelegen hogere categorie

Feitelijk leidinggevenden:

• Arbowet art. 32, 5 BRZO (art. 1 onder 1 WED): Gev.straf 6 jaren, geldboete 5e cat.WvSr, dood door schuld, 307 Sr: 2 jaar gevangenisstraf/geldboete 4e cat. Bij roekeloosheid (zeer onvoorzichtig en welbewust) dubbele

38

3.2. Strafrechtelijke aspecten: toerekening

Sancties/maatregelen

Bijkomende maatregelen:

(voorwaardelijke) stillegging van de onderneming

vergunningenproblematiek

39

3.3. Strafrechtelijke aspecten: casus en aandachtspunten

Casus: ongeval fosforfabriek

Bij onderhoudswerkzaamheden aan een fosforoven zijn drie medewerkers zonder adembescherming in een besloten ruimte geweest waar op dat moment een schadelijke atmosfeer aanwezig was. Twee medewerkers zijn aan de gevolgen hiervan overleden en de derde medewerker is ter observatie opgenomen geweest in het ziekenhuis.

• Van toezicht naar opsporing

• Bevoegdheden

• Crisisteam

• Getuigen

• Externe onderzoeken (NFI/ TNO)

• Aandacht voor nabestaanden/omgeving

• Media-aandacht

40

3.3. Strafrechtelijke aspecten: casus en aandachtspunten

Aandachtspunten

• Waarheidsvinding?

• Sluipend begin

• Protocol voor strafrechtelijk onderzoek: vast aanspreekpunt

Zie ook ‘Bastion’ d.d. 31 december 2014 ECLI:NL:RBMNE:2014:7249

Vraag:

• opsporing of toezicht?

• wie is verdachte?

• wat is verdenking?

• verdachte of getuige?

•Niet onvoorbereid naar verhoor

•Schriftelijke verklaring?

41

3.3. Strafrechtelijke aspecten: casus en aandachtspunten

Rechtspositie bestuurder/bedrijf/werknemer

• Verdachte

• redelijk vermoeden van schuld

• niet verplicht te verschijnen vs aanhouding

• zwijgrecht

• Getuige

• bij opsporingsambtenaar: niet verplicht te verschijnen en te antwoorden

• bij rechter: verplicht verschijnen en antwoorden (zitting: onder ede)

• verschoningsrecht ‘familie’ van verdachte, gevaar strafrechtelijke veroordeling, geheimhoudingsplicht

42

3.4 Strafrechtelijke aspecten: bijzonderheden

Bijzonderheden binnen het strafrechtelijk onderzoek

Recente ontwikkelingen verschoningsrecht advocaten t.a.v. documenten/data

Intern onderzoeksrapport (zonder verschoningsrecht) en nemo tenetur

43

3.4 Strafrechtelijke aspecten: bijzonderheden

Voorkomen is beter dan genezen

Stappenplan:

• Individuele bewustwording

• Inventarisatie relevante verplichtingen

• Inventarisatie risicogebieden

• Organisatorische aanpassingen

44

45

Promotie