Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

23
1 Praktijkrapport didactiek en communities juni 2011 Dit praktijkrapport geeft een samenvattende beschrijving van de introductie van het nieuw 4C/ID learning design model, van het hieruit afgeleide, praktisch didactische format en van de ervaringen en resultaten van de communities waarin dit leermodel werd geïntroduceerd. Dit rapport kadert binnen de disseminatie van de ervaringen en de output van de betreffende actiepunten uit het beleidsplan 2010-2011 van Toll-net. Het rapport zal ook dienst kunnen doen als een handleiding voor het toepassen van het format. Inhoud Het 4C/ID didactisch model Het scenario en leeromgeving (KU Leuven) Het didactische format: o Het didactisch format met handleiding o De beperkingen en aanpassingen van het didactisch format De communities: o De keuze van de communities o De werkwijze van de communities o De resultaten o Conclusies naar de toekomstige communities Bronnen Geraldine Clarebout en Jan Elen, Toll_net_efro(v2).pdf, K.U.Leuven en KULAK, 2011. Jeroen van Merriënboer & Paul Kirschner, ‘Ten steps to complex learning, a systematic approach to four-component instructional design’, Routledge, 2007. Ameike M.B.Janssen-Noordman & Jeroen van Merriënboer, ‘Innovatief onderwijs ontwerpen, via leertaken naar complexe vaardigheden’, Noordhoff Uitgevers, 2009. W.M.G. Jochems, Jeroen J.G. van Merriënboer, E.J.R. Koper & Th.J. Bastiaens, redactie, ‘Een geïntegreerde benadering van e-learning’, Wolters-Noordhoff, 2004. 1. Het 4C/ID didactisch model 4.1 De keuze van het learning design model Om de leerkrachten van het volwassenenonderwijs verder te professionaliseren in het gebruik van e-learning en blended learning drong de behoefte zich op om een meer aangepast instructional design model in te voeren. Tot nu toe werd het ADDIE model gebruikt in de Toll-net cursus, maar er was nood aan een meer uitgewerkte didactische benadering die aansluit bij het actieve taakgericht leren. Na marktverkenning van learning design modellen kwamen wij met de expertengroep uit bij 2 complementaire modellen die goed aansluiten bij de onderwijsactiviteiten van de partners van

Transcript of Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

Page 1: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

1

Praktijkrapport didactiek en communities

juni 2011

Dit praktijkrapport geeft een samenvattende beschrijving van de introductie van het nieuw 4C/ID learning design model, van het hieruit afgeleide, praktisch didactische format en van de ervaringen en resultaten van de communities waarin dit leermodel werd geïntroduceerd. Dit rapport kadert binnen de disseminatie van de ervaringen en de output van de betreffende actiepunten uit het beleidsplan 2010-2011 van Toll-net. Het rapport zal ook dienst kunnen doen als een handleiding voor het toepassen van het format.

Inhoud

Het 4C/ID didactisch model

Het scenario en leeromgeving (KU Leuven)

Het didactische format: o Het didactisch format met handleiding o De beperkingen en aanpassingen van het didactisch format

De communities: o De keuze van de communities o De werkwijze van de communities o De resultaten o Conclusies naar de toekomstige communities

Bronnen

Geraldine Clarebout en Jan Elen, Toll_net_efro(v2).pdf, K.U.Leuven en KULAK, 2011.

Jeroen van Merriënboer & Paul Kirschner, ‘Ten steps to complex learning, a systematic approach to four-component instructional design’, Routledge, 2007.

Ameike M.B.Janssen-Noordman & Jeroen van Merriënboer, ‘Innovatief onderwijs ontwerpen, via leertaken naar complexe vaardigheden’, Noordhoff Uitgevers, 2009.

W.M.G. Jochems, Jeroen J.G. van Merriënboer, E.J.R. Koper & Th.J. Bastiaens, redactie, ‘Een geïntegreerde benadering van e-learning’, Wolters-Noordhoff, 2004.

1. Het 4C/ID didactisch model

4.1 De keuze van het learning design model

Om de leerkrachten van het volwassenenonderwijs verder te professionaliseren in het gebruik van e-learning en blended learning drong de behoefte zich op om een meer aangepast instructional design model in te voeren. Tot nu toe werd het ADDIE model gebruikt in de Toll-net cursus, maar er was nood aan een meer uitgewerkte didactische benadering die aansluit bij het actieve taakgericht leren.

Na marktverkenning van learning design modellen kwamen wij met de expertengroep uit bij 2 complementaire modellen die goed aansluiten bij de onderwijsactiviteiten van de partners van

Page 2: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

2

Toll-net: het 4C/ID model en het model van Jonassen. Beide modellen zijn gebaseerd op het sociaal constructivisme.

Voor de definitieve keuze van het learning design model en voor de vertaling ervan naar het didactisch format hebben wij beroep gedaan op de externe expertise van prof. Geraldine Clarebout en prof. Jan Elen van het Centrum voor Instructiepsychologie en –technologie van de faculteit Psychologische en Pedagogische Wetenschappen van de K.U. Leuven. Het onderzoeksdomein van dit centrum focust zich op instructional design en het ontwikkelen van (elektronische) leeromgevingen.

Op advies van de K.U. Leuven hebben wij in december gekozen voor het 4C/ID model van Jeroen van Merriënboer dat gericht is op het taakgericht, competentiegericht leren.

4.2 Het 4C/ID model (schematisch)

Het 4C/ID model van van Merriënboer is een instructional design model voor het ontwerpen van leeromgevingen gericht op het aanleren van complexe vaardigheden en (professionele) competenties die relevant en nodig zijn voor het functioneren van de lerende in zijn beroepsuitoefening of in zijn bredere leefwereld. Deze complexe vaardigheid moet dus voldoen aan een reële behoefte van de lerende om deze competenties te verwerven.

De complexe vaardigheid bestaat uit samenstellende vaardigheden en wordt geleerd door het aanbieden van een aantal authentieke leertaken die gegroepeerd zijn in een significante taakklasse. Binnen een taakklasse blijft de complexiteit van de leertaken gelijk, terwijl de ondersteuning die gegeven wordt om deze leertaken aan te leren, systematisch afneemt. De ondersteunende informatie is beschikbaar gedurende het doorlopen van de hele taakklasse.

Om de leertaken te kunnen uitoefenen is ondersteunende informatie beschikbaar samen met procedurele informatie die just-in-time dient aangeboden te worden, op het ogenblik dat de lerende die nodig heeft om de deeltaakoefening te leren uitvoeren.

De leertaken worden aangevuld met deeltaakoefeningen voor het aanleren van geautomatiseerde vaardigheden.

Page 3: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

3

Schematische voorstelling van het 4C/ID model.

De leeromgeving

Er dient ook een leeromgeving gecreëerd te worden waarin de volgende elementen voorzien worden:

Informatie over de cursus/module. Deze informatie wordt opgenomen in stap 1: de leerdoelen, de te verwerven competenties; het meten en weergeven van de vooruitgang in het leerproces; de verwachte voorkennis/ervaring; afspraken rond verwachtingen over de cursus en de cursist: studiebelasting (werktijd), werkschema (agenda, deadlines, feedback); de sociale context (wie), de virtuele groep.

Beschrijving van het leertraject (cursus/module): preciseer de taakklasse, de deadlines, de aanpak, de randvoorwaarden (individueel en in groep), de studiebelasting.

De taakgroepen/taakklassen: specificeer de taken binnen de taakklasse, de taakspecifieke hulp, de wijze van evaluatie en feedback.

Generieke hulpmiddelen (optioneel) op informatie - en communicatie niveau.

2. Het scenario en leeromgeving (KU Leuven)

Voor de praktische toepassing van het theoretische 4C/ID learning design model voorzien wij een generisch didactisch scenario, sjabloon of format voor de docenten dat een vertaalslag is van het model en op die manier een direct bruikbaar instrument om cursusmateriaal te ontwikkelen.

Het sjabloon moet dus helpen om leertrajecten te ontwerpen volgens het 4C/ID model. Dit sjabloon zal verder worden uitgewerkt op basis van de ervaringen in de communities.

Page 4: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

4

Hieronder beschrijven wij het algemene stappenplan dat afgeleid is van het 4C/ID model en dat de brug vormt van het learning design model naar het didactisch format.

STAP 1. ANALYSEER DE CURSUS OF MODULE: LEERDOELEN, VOORKENNIS, VERLOOP CURSUS, …

1.1. Definieer de leerdoelen en de te verwerven competenties vanuit de gebruikersbehoeften. De leerdoelen moeten specifiek gesteld zijn om zinvolle feedback hierop te kunnen geven.

1.2. Bepaal de verwachte voorkennis/ervaring. 1.3. Bepaal hoe de opvolging van het leerproces zal gebeuren:

afgewerkte taakklassen/leertaken; kwantiteit en kwaliteit van het geleverde werk. 1.4. Bepaal de sociale context (wie): gebruikersprofielen; virtuele groepen. 1.5. Bepaal de volgende elementen:

Duur van de opleiding

Studiebelasting (tijd)

Werkschema: agenda, deadlines

Feedback: wie, wanneer, hoe, voorwaarden 1.6. Giet de voorwaarden in afspraken met de cursisten (wat wordt van de cursist verwacht, wat

mogen de cursisten verwachten, onder welke voorwaarden). Sommige van deze actiepunten kunnen later in het ontwerpproces verder uitgewerkt worden.

STAP 2. ANALYSEER DE COMPLEXE VAARDIGHEID

Een complexe vaardigheid is samengesteld uit deelvaardigheden. Het centrale uitgangspunt van het 4C/ID model is dat een complexe vaardigheid best geleerd wordt als een gehele, complexe taak en niet door elk van de samenstellende vaardigheden afzonderlijk te leren en achtereenvolgens uit te voeren. De kwaliteit van het leren ligt in het leren coördineren en integreren van de samenstellende deelvaardigheden. Het is ook essentieel dat de complexe vaardigheid op een reële activiteit slaat die essentieel is in de beroepsuitoefening of die relevant is in het dagelijks functioneren van de lerende. Die relevantie vergroot namelijk de motivatie voor het leren.

2.1. Identificeer de authentieke, complexe vaardigheid (beroepstaak) vertrekkend vanuit de behoeften van de cursist.

2.2. Motiveer de authenticiteit van de complexe vaardigheid voor de lerende. 2.3. Analyseer de complexe vaardigheid door een decompositie te maken van de complexe

vaardigheid in onderliggende, samenstellende vaardigheden. Het resultaat is een hiërarchie van vaardigheden (en hun onderlinge relaties) die geleerd moeten worden om de complexe vaardigheid te kunnen uitvoeren.

Voorbeelden

NT2: Zichzelf presenteren in een interimkantoor.

Initiatie computer en internet: Gebruik van je elektronische identiteitskaart om handelingen te stellen op een website van de overheid (inloggen, …) (vb. tax-on-web).

STAP 3. IDENTIFICEER DE TAAKKLASSEN (TAAKGROEPEN)

Een taakklasse (taakgroep) is een groep leertaken van vergelijkbare moeilijkheidsgraad. Door de opleiding heen neemt de moeilijkheidsgraad van leertaken toe over de taakklassen heen. Het onderbrengen van de complexe vaardigheid in taakklassen is van belang om de cursist toe te laten om de gehele complexe taak te oefenen in steeds moeilijker of complexere omstandigheden.

3.1. Bepaal de taakklassen (taakgroepen) en de volgorde van de taakklassen (in oplopende graad van moeilijkheid). Deze vormen de grote lijn van het leerproces. Een taakklasse is een

Page 5: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

5

verzameling van ongeveer even moeilijke taken. Belangrijk is dat de taakklassen oplopen in moeilijkheidsgraad.

3.2. Beschrijf de aanpak in de leertaken:

Wat gebeurt individueel, wat en hoe in groep. Bepaal de randvoorwaarden voor zowel individueel als voor groepswerk.

Bepaal het gedeelte in contactonderwijs en het gedeelte on-line.

Bepaal de deadlines.

Bepaal de werkbelasting.

Voorbeeld Leeropdracht 1:

Taakklasse (taakgroep): een verzoek formuleren.

Deadline: af te werken tegen xx/xx/2011

Aanpak: taken 1 tot 3 individueel, taken 4 tot 6 in kleine groep in week x.

Randvoorwaarden: verplichte on-line aanwezigheid op dinsdag xx/xx/XX van .. tot ..

Belasting: 4 uren.

STAP 4. ONTWERP DE LEERTAKEN

Leertaken zijn concrete en authentieke beroepstaken. De leertaken binnen een taakklasse hebben eenzelfde complexiteit terwijl de leertaken over de taakklassen heen een toenemende complexiteit hebben. Een leertaak is een gehele taak waarvan de vaardigheid in zijn geheel geleerd wordt. Een leertaak is authentiek als die relevant is voor de reële (beroeps)praktijk (of tegemoet komt aan de behoeften van de cursist in het dagelijks functioneren in een specifieke situatie). Om een gehele taak te zijn moet de cursist vanaf het begin zijn kennis, vaardigheden en attitude tegelijk aanwenden in de leertaak om deze taak goed te kunnen uitvoeren.

4.1. Ontwerp de leertaken binnen elke taakklasse. De leertaken binnen een taakklasse hebben dezelfde moeilijkheidsgraad. Zorg dat er voldoende leertaken per taakklasse (bv. 3 leertaken) zijn zodat er voldoende variatie is binnen hetzelfde niveau van moeilijkheidsgraad.

4.2. Bepaal de taakspecifieke hulp en ondersteuning die nodig is om de leertaken uit te voeren en bepaal de wijze van afnemen van de ondersteuning (scaffolding). De ondersteunende informatie wordt uitgewerkt in stap 5. Vormen van hulp en ondersteuning zijn:

Op informatie niveau: bijkomende verduidelijkingen, theorie, illustraties, operationele hulp, ...

Op communicatie niveau: aanmoedigingen, concreet advies/feedback van leerkracht of peers, ...

4.3. Bepaal de wijze van toetsen, feedback, evaluatie op niveau van elke leertaak.

Leertaken:

Uitwerken van projecten, opdrachten, beroepstaken, casussen, …

Uitvoering van leertaken in een echte of gesimuleerde taakomgeving. Voorbeelden:

Leertaak: uitstap naar Kortrijk maken. In het station de weg naar de toeristische dienst vragen.

Inhoud: tekst (met beeld), video, site, …

Communicatie: motivatie van cursisten en feedback van peers.

Toets: uitvoering van authentieke taak; feedback over prestaties.

Afnemende ondersteuning (automatiseringsopdrachten): 1e keer: alleen de laatste stap door de cursisten laten uitzoeken en uitvoeren. 2

e keer: de laatste 2 stappen door de cursisten laten uitvoeren.

3e keer: de laatste 3 stappen door de cursisten laten uitvoeren.

Enz Laatste keer: cursist voert de opdracht volledig zelfstandig uit.

Page 6: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

6

STAP 5. ONTWERP DE ONDERSTEUNENDE INFORMATIE

Ondersteunende informatie ondersteunt het leren van de ‘niet-routine’ aspecten van leertaken. Ondersteunende informatie legt de link tussen wat de cursisten al weten (voorkennis), en de kennis die ze nodig hebben om niet-routinematige aspecten van de leertaken te kunnen uitvoeren. De ondersteunende informatie wordt aangeboden voor de taakklasse start en wordt zo gepresenteerd dat het de cursisten helpt om de betekenisvolle relaties te leggen tussen de nieuw aangeboden informatie en hun voorkennis. De ondersteunende informatie moet relevant zijn voor de taakklasse. De ondersteunende informatie is identiek voor alle leertaken van de betreffende taakklasse en wordt beschikbaar gesteld van bij het begin van de taakklasse. De ondersteunende informatie voor iedere volgende taakklasse is een uitbreiding of verdieping (meer gedetailleerde kennis van het domein) van de reeds aangeboden informatie.

Onder de ondersteunende informatie worden ook de mentale modellen en de cognitieve strategieën gerekend. Mentale modellen zijn modellen die een expert impliciet gebruikt om een taak uit te voeren. Ze stellen de leerder in staat om te redeneren en problemen op te lossen. Met cognitieve strategieën wordt bedoeld de 'aanpak'-kennis van een expert voor problemen die niet volgens vaste regels kunnen worden opgelost.

5.1. Identificeer de generieke hulpmiddelen (ondersteunende informatie) op het niveau van de taakklasse.

Informatie (theorie, bijkomende verduidelijkingen, interessante informatie, voorbeelden illustraties, operationele hulp):

Links websites Lexicon Woordenboek (te hanteren bij consulteren van info) Tabularium (te hanteren bij oplossen van problemen)

Communicatie (sociale leercontext: aanmoedigingen, concreet advies/feedback van leerkracht of peers, …):

Discussieforum: afspraken wie, hoe, feedback door coach en door peers Chat, Skype (wederzijdse steun, overleg, bij groepswerk) Webconferentie (groepswerk, synchroon) Virtual class (bijkomende uitleg, synchroon)

5.2. Verzamel of ontwerp de generieke hulpmiddelen. 5.3. Bepaal de mentale modellen die nodig zijn om te beginnen aan de leertaak. 5.4. Bepaal de cognitieve strategieën die moeten toegepast worden tijdens de leertaak. 5.5. Zorg dat de ondersteuning binnen een taakklasse afneemt in de opeenvolgende leertaken.

Voorbeelden van ondersteunende informatie:

De gebruikte theorie (handboeken, hoorcolleges, …).

In de opleiding geneeskunde: kennis van de verschillende symptomen (conceptuele kennis), kennis van de bouw van het menselijk lichaam (structurele kennis), kennis van de werking van organen (causale kennis).

Talen: voorbeeldzinnen, terminologie bij wegaanduidingen.

Voorbeeld van mentale modellen:

Een geoloog kijkt anders naar een rotsformatie in de bergen dan een mountainbiker. Zij hebben verschillende mentale modellen over een berg.

STAP 6. ONTWERP DE PROCEDURELE (OF ‘JUST-IN-TIME’) INFORMATIE

Procedurele informatie of ‘just-in-time’ informatie ondersteunt de cursisten bij het aanleren van routinematige vaardigheden die geoefend worden in de deeltaakoefeningen. Het gaat om taakaspecten die in elke leertaak op identieke wijze worden uitgevoerd. Het kan de vorm

Page 7: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

7

hebben van stap-voor-stap instructies (vb. gebruikershandleiding). Ook correctieve feedback van de docent bij het uitvoeren van de deeltaakoefening valt onder ‘just-in-time’ informatie.

6.1. Bepaal de procedurele of ‘just-in-time’ informatie door de regels en procedures te analyseren die nodig zijn voor het automatisch uitvoeren van de deeltaakoefeningen.

6.2. Verzamel of ontwerp de procedurele informatie.

Voorbeelden:

Demonstraties en instructiefilmpjes over het uitvoeren van een taak

Correctieve feedback op de taak

Instructies voor een taak

STAP 7. ONTWERP DE DEELTAAKOEFENINGEN

Deeltaakoefeningen zijn oefeningen waarin de cursisten routinematige handelingen leren ontwikkelen die nodig zijn voor het uitoefenen van een leertaak. Het gaat hier om het afzonderlijk oefenen of trainen van routinematige aspecten van een complexe vaardigheid waarvoor een hoge mate van automatisering vereist is. De cursisten dienen deze routineaspecten net zo lang te oefenen tot ze deze vlot en foutloos kunnen uitvoeren. Het is belangrijk dat cursisten pas met deeltaakoefeningen beginnen nadat een geschikte cognitieve context is gecreëerd, namelijk nadat de cursisten kennis hebben gemaakt met het routineaspect binnen de hele, betekenisvolle leertaken.

7.1. Ontwerp de deeltaakoefeningen voor het aanleren van herhalende vaardigheden die automatisatie vereisen, gebruik makend van de procedurele informatie. Het kan bijvoorbeeld gaan om drill en practice oefeningen.

Voorbeelden:

Leren rekenen op de basisschool met als leertaak het betalen in een winkel en als deeltaakoefening het oefenen van de tafels van vermenigvuldiging.

Complexe vaardigheid ‘het leren spelen op een muziekinstrument’ met als leertaak het spelen van muziekstukken en als deeltaakoefeningen het extra oefenen van het spelen van de toonladders.

Taalleren: het leren van de vervoegingen van werkwoorden, leren van de cijferreeksen, enz.

Muziekopleiding: het lezen van verschillende notencombinaties en daarna veelvuldig herhalen om de herhalende, gecombineerde vaardigheden van het lezen en spelen van noten te oefenen. Het noten lezen wordt geoefend samen met het spelen van de noten en dit herhaalde malen.

Page 8: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

8

SCHEMATISCHE VOORSTELLING VAN DE OPBOUW VAN DE TAAKKLASSEN (TAAKGROEPEN)

Taakklasse 1

Leertaak 1.1 Leertaak 1.2 Leertaak 1.3 …

afnemende ondersteuning

- Leertaken op zelfde niveau van moeilijkheid - Ondersteunende informatie (op niveau van de taakklasse) - Procedurele (just-in-time) informatie - Deeltaakoefeningen (drill and practice)

Taakklasse 2 Leertaak 2.1 Leertaak 2.2 Leertaak 2.3 …

afnemende ondersteuning

- Ondersteunende informatie - Procedurele (just-in-time) informatie - Deeltaakoefeningen (drill and practice)

Taakklasse 3 Leertaak 3.1 Leertaak 3.2 Leertaak 3.3 …

afnemende ondersteuning

- Ondersteunende informatie - Procedurele (just-in-time) informatie - Deeltaakoefeningen (drill and practice)

Toenemende complexiteit van de taakklassen

DE OPBOUW VAN DE TAAKKLASSEN OVER VERSCHILLENDE JAREN

Bekwaam – Jaar 3

Taakklasse 1.3 Taakklasse 2.3 Taakklasse 3.3 Taakklasse 4.3

Leertaak 1 Leertaak 1 Leertaak 1 Leertaak 1

Leertaak 2 Leertaak 2 Leertaak 2 Leertaak 2

Gevorderd – Jaar 2 Taakklasse 1.2 Taakklasse 2.2 Taakklasse 3.2 Taakklasse 4.2

Leertaak 1 Leertaak 1 Leertaak 1 Leertaak 1

Leertaak 2 Leertaak 2 Leertaak 2 Leertaak 2

Beginner – Jaar 1 Taakklasse 1.1 Taakklasse 2.1 Taakklasse 3.1 Taakklasse 4.1

Page 9: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

9

Leertaak 1 Leertaak 1 Leertaak 1 Leertaak 1 Leertaak 2 Leertaak 2 Leertaak 2 Leertaak 2

3. Het didactisch format

Het didactisch format / sjabloon

Op basis van het 4C/ID learning design model heeft de K.U.Leuven een generiek didactisch scenario ontwikkeld dat voorgesteld werd op 02/02/2011. Na uitgebreide discussie in de expertengroep, uitgebreid met leerkrachten/vakexperts, hebben wij een vertaalslag gemaakt van het scenario naar didactisch format met voorbeelden uit de 3 vakgebieden van de voorziene communities. Het didactisch format werd na feedback van de K.U. Leuven gefinaliseerd tegen eind februari voor gebruik binnen de 3 communities. De K.U. Leuven blijft feedback geven op de aanpassingen aan het format en blijft ter beschikking voor advies vragen vanuit Toll-net.

Wij hebben het didactisch format in een Wordsjabloon met 10-stappenplan gegoten dat tussen maart en mei 2011 binnen de communities gebruikt werd voor het ontwikkelen van e-leermateriaal. Na de communities werd het format/sjabloon geëvalueerd en bijgestuurd op basis van de ervaringen binnen de communities.

4.1 Doel van het didactisch format

Het didactisch format of sjabloon dat gebruikt werd in de communities is gebaseerd op het 4C/ID didactisch model van van Merriënboer en dient als leidraad voor de lesgever bij het ontwikkelen van kwalitatief e-leermateriaal. In het didactisch model gaan wij uit van taakgericht leren van een voor de cursist authentieke, relevante taak die hij moet beheersen in zijn beroepsuitoefening of in het dagelijks functioneren.

4.2 Het didactisch format / sjabloon met handleiding

Dit sjabloon is bestemd voor het ontwerpen van kleine leermodules waarbij wij uitgaan van een leertaak die overeenkomt met een les van bvb. 3 uur. Het is de bedoeling om de analyse en het ontwerp van de leereenheid in dit sjabloon aan te maken, wat u helpt om goed na te denken over elke stap en elk aspect. Het ingevulde sjabloon dient u op de Moodle van Toll-net te posten zodat de coaches en uw collega’s in de community feedback kunnen geven. Eens het ontwerp op punt staat, kunt u de leereenheid ontwikkelen in de auteurstool eXe Learning die wij in de community gebruiken. Het hier beschreven sjabloon is ook digitaal beschikbaar in eXe Learning en is te vinden op Moodle. Wanneer de leereenheid in eXe Learning ontwikkeld is, dient u deze te posten op het forum op de Moodle van Toll-net. Bij dit sjabloon hoort een handleiding (als ondersteunende informatie) dat alle begrippen en stappen uitlegt en met voorbeelden illustreert.

Voor de uitwerking van een langer leertraject, bvb. (deel van) een semester, worden meerdere groepen van leertaken ontwikkeld.

Page 10: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

10

DENKPROCES VAN DE LEERKRACHT CURSIST / SCHERMEN

ANALYSEREN

STAP 1: DEFINIEER DE LEERTAAK

Dit model vertrekt vanuit het idee dat aanleren van authentieke complexe vaardigheden en/of (professionele) competenties die relevant en nodig zijn voor het functioneren van de lerende in zijn beroepsuitoefening of in zijn bredere leefwereld. Deze complexe vaardigheid moet voldoen aan een reële behoefte van de lerende. Het relevante van de leertaken voor de cursist is essentieel voor de motivatie om te leren.

Leertaken zijn concrete, authentieke taken. o Een leertaak is een gehele taak waarvan de vaardigheid in zijn geheel geleerd wordt. o Een leertaak is authentiek als die relevant is voor de reële (beroeps)praktijk of voldoet aan

de reële behoeften van de cursist in het dagelijks functioneren in een specifieke situatie.

KIES EN BESCHRIJF EEN AUTHENTIEKE LEERTAAK.

Verantwoord de authenticiteit van de leertaak.

Verantwoord de hele taak (geen deeltaak).

[Voor NT2: domein, subdomein, taalhandelingen]

SCHERM 1: DE LEERTAAK EN MOTIVERING (WAAROM

LEREN WE DIT?)

De leertaak:

Ik zal dit ermee kunnen doen: …

Die taak is belangrijk omdat …

STAP 2: BEPAAL DE LEERDOELSTELLINGEN

BEPAAL DE LEERDOELSTELLINGEN EN TE VERWERVEN

COMPETENTIES VANUIT DE GEBRUIKERSBEHOEFTEN

(ADHV LEERPLANNEN…). (NT2: lezen, luisteren, spreken, schrijven):

SCHERM 2: WAT KUN JE NA DE LES?

Ik kan …

Ik begrijp …

STAP 3: BEPAAL DE VOORKENNIS, AFSPRAKEN, BENODIGDHEDEN, …

VEREISTE VOORKENNIS

BENODIGDHEDEN

Extra hard- of software?

Extra materiaal?

TIJDSBESTEDING DOCENT

Ondersteuning (antwoord vragen, …).

Feedback opdracht.

SCHERM 3: AFSPRAKEN

Nodige leertijd (studiebelasting):

Werkschema (agenda, deadlines):

Communicatievormen (forum, Skype, …).

Verhouding e-leren/contactonderwijs

Individueel / groep

Verplichte of vrije (additionele) taken

ONTWERPEN LEERTAAK

STAP 4: BEPAAL HET VERWACHTE EINDPRODUCT (PRODUCT DELIVERY)

Op welke wijze wil je het resultaat zien van de taak? een geschreven rapport, een rollenspel, een evenement, een geluids- of videobestand, …

KEUZE VORM EINDPRODUCT

SCHERM 4: DE EINDOPDRACHT

BESCHRIJVING EINDPRODUCT

Formaat van het eindproduct (mp3, tekst, afbeelding, …):

Page 11: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

11

Beschrijving details eindproduct:

STAP 5: BEPAAL DE EVALUATIECRITERIA

BEPAAL DE WIJZE VAN EVALUEREN

Door leerkracht, zelfevaluatie, peers

Met of zonder score? Bij het geven van score ook puntenverdeling uitwerken.

SCHERM 5: DE EVALUATIECRITERIA

HET LEERTRAJECT / SCENARIO

STAP 6: ONDERSTEUNENDE INFORMATIE

Bepaal de ondersteunende informatie. Deze wordt aangeboden aan het begin van de leertaak en ondersteunt het leren van ‘niet-routinematige’ aspecten van leertaken.

Bepaal de mentale modellen die nodig zijn om te beginnen aan de leertaak. Mentale modellen beschrijven hoe de wereld georganiseerd is en stellen de leerder in staat om te redeneren en problemen op te lossen. Mentale modellen zijn modellen die een expert impliciet gebruikt om een taak uit te voeren. Mentale modellen zijn een onderdeel van ondersteunende informatie.

Bepaal de cognitieve strategieën. Deze beschrijven de manier waarop wij een probleem of situatie (op een systematische manier) aanpakken, en die niet volgens vaste regels kunnen worden opgelost (niet-routinematige vaardigheden). Ook cognitieve strategieën zijn een onderdeel van ondersteunende informatie.

Voorbeelden:

De gebruikte theorie (handboeken, hoorcolleges, …).

Specifieke woordenschat die gebruikt wordt in de leertaak.

Woordenboeken.

In geneeskunde opleiding: kennis van de verschillende symptomen (conceptuele kennis), kennis van de bouw van het menselijk lichaam (structurele kennis), kennis van de werking van organen (causale kennis).

Een geoloog kijkt anders naar een rotsformatie in de bergen dan een bergwandelaar. De geoloog en de bergwandelaar hebben verschillende mentale modellen over een berg.

Filmpjes van een restaurantbezoek.

Taalhandelingen om informatie uit te wisselen, gevoelens uit te drukken, iemand aan te spreken, …

Bepaal welke ondersteunende informatie je wil meegeven.

Bepaal de vorm waarin je de ondersteunende informatie wilt meegeven.

Welke cognitieve strategieën worden gebruikt om een nieuw probleem op te lossen of een nieuwe situatie aan te pakken?

Mentale processen en sociale conventies.

Wat is belangrijke achtergrond-informatie?

SCHERM 6: BRONNEN EN BIJKOMENDE INFORMATIE

..

..

..

Page 12: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

12

(EERSTE) UITVOERING VAN DE LEERTAAK

STAP 7: PROCEDURELE (JUST-IN-TIME) INFORMATIE

Procedurele informatie of ‘just-in-time’ informatie ondersteunt de cursisten bij het aanleren van routinematige vaardigheden en wordt aangeboden op het ogenblik dat de cursist die informatie nodig heeft.

Voorbeelden:

Stap-voor-stap instructies voor het uitvoeren van een taak (gebruikershandleiding, demonstratiefilmpjes, schema stappenplan, procedurele handleiding, …

Correctieve feedback door de docent.

Netiquette.

Bepaal welke procedurele (JIT) informatie je wil meegeven.

Bepaal de vorm waarin je de JIT wilt meegeven.

SCHERM 7: ANDERE NUTTIGE INFORMATIE

…:

.

.

STAP 8: UITVOERING VAN DE LEERTAAK

Bepaal de variatie in de leertaak die moet worden uitgevoerd.

Bepaal de (afnemende) ondersteuning.

DE CURSIST VOERT DE LEERTAAK UIT

STAP 9: DEELTAAKOEFENINGEN (DRILL-AND-PRACTICE OEFENINGEN) (INDIEN NODIG)

Deeltaakoefeningen zijn oefeningen waarin de cursisten routinematige handelingen leren ontwikkelen die nodig zijn voor het uitvoeren van een leertaak. De cursisten dienen deze routinematige aspecten van een complexe vaardigheid net zo lang te oefenen of trainen tot ze deze vlot, foutloos en automatisch kunnen uitvoeren.

Voorbeelden:

Leren rekenen op de basisschool met als leertaak het betalen in een winkel en als deeltaakoefening het oefenen van de tafels van vermenigvuldiging.

Muziekopleiding: complexe vaardigheid ‘het leren spelen op een muziekinstrument’ met als leertaak het spelen van muziekstukken en als deeltaakoefeningen het herhaaldelijk oefenen van het spelen van de toonladders.

Taalleren: het leren van de vervoegingen van werkwoorden, leren van de cijferreeksen, enz.

Wat moet apart nog ingeoefend worden (geautomatiseerd)?

SCHERM 8: OEFENINGEN

Oefening 1:

Oefening 2:

Oefening 3:

STAP 10: BESLUIT

SCHERM 9: BESLUIT

Besluit en link met opdracht.

Aanvullende informatie voor de geïnteresseerden (hyperlinks).

DE EVALUATIE

STAP 11: EVALUATIE EN REFLECTIE OP HET LEREN

Page 13: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

13

Evalueer de eindwerken en leerprestaties van de cursisten.

Evalueer eventueel de zelfbeoordelingen en peer-to-peer beoordelingen.

Evalueer dit cursusdeel. o checklist

SCHERM 10: EVALUATIE (OPTIONEEL)

Beoordeling door docent.

Eventueel zelfbeoordeling.

.

.

.

SCHERM 11: REFLECTIE (OPTIONEEL)

WAT HEB JE GELEERD?

Noem 2 voorbeelden van leerpunten.

Wat heb je er niet van geleerd?

HOE WAS JE PLANNING?

Had je voldoende tijd om de opdracht uit te voeren.

Kwam je planning overeen met die van de anderen?

HEB JE OOK ONTDEKT WAAR JE KWALITEITEN

LIGGEN?

Wat zijn je sterke kanten (noem er 2).

Wat zijn je zwakke kanten (noem er 2).

DENK JE DAT JE ER STRAKS IETS AAN HEBT?

Indien ja, noem 2 voorbeelden.

Indien nee, noem 2 voorbeelden.

HOE VERLIEP DE SAMENWERKING?

Noem 2 voorbeelden waar het goed ging.

Noem 2 voorbeelden waar het slecht ging.

VOND JE DE OPDRACHT ZINVOL?

Indien ja, noem 2 onderdelen die je zinvol vond.

Indien nee, noem 2 onderdelen die je niet zinvol vond

4.3 Voorbeeld ingevuld sjabloon voor NT2

Dit voorbeeld is niet volledig uitgewerkt maar geeft een idee van de toepassing van het model.

DENKPROCES VAN DE LEERKRACHT CURSIST / SCHERMEN

ANALYSEREN

STAP 1: DEFINIEER DE LEERTAAK:

KIES EN BESCHRIJF EEN AUTHENTIEKE LEERTAAK.

Verantwoord de authenticiteit van de leertaak.

Verantwoord de hele taak (geen deeltaak).

SCHERM 1: DE LEERTAAK EN MOTIVERING (WAAROM

LEREN WE DIT?) Je vrienden uit Nederland komen binnen 2 weken naar België. Zij hebben je gevraagd om een verblijf voor hen te regelen. Ze hebben ook gevraagd welke plaatsen interessant zijn om te bezoeken, ook voor de twee kinderen.

Page 14: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

14

Jij gaat informatie opzoeken over interessante plaatsen om te bezoeken, een hotel kiezen en hen een mail sturen waarin je hen een aantal bezoekjes en een hotel aanbeveelt. Zo kunnen ze een aangenaam verblijf hebben in ons land.

STAP 2: BEPAAL DE LEERDOELSTELLINGEN

BEPAAL DE LEERDOELSTELLINGEN EN TE VERWERVEN

COMPETENTIES VANUIT DE GEBRUIKERSBEHOEFTEN

(ADHV LEERPLANNEN). (NT2: lezen, luisteren, spreken, schrijven):

SCHERM 2: WAT KUN JE NA DE LES?

Je kan de wensen van deze personen begrijpen.

Na deze les kan je informatie zoeken en begrijpen op het internet. Het gaat over plaatsen die mensen interessant vinden om te bezoeken.

Na deze les kan je informatie op internet zoeken en begrijpen over het verblijf in hotels.

Je kan hierover in een mail informatie geven aan Nederlandstalige personen.

Je kan aangeven waarom de bezoeken en het hotel interessant zijn voor hen.

Je kan specifieke woordenschat rond toerisme gebruiken.

Je kan specifieke grammatica gebruiken die nodig is om advies te geven en om argumenten te geven.

STAP 3: BEPAAL DE VOORKENNIS, AFSPRAKEN, BENODIGDHEDEN, …

VEREISTE VOORKENNIS

BENODIGDHEDEN

Extra hard- of software?

Extra materiaal?

TIJDSBESTEDING DOCENT

Ondersteuning (antwoord vragen, …).

Feedback opdracht.

SCHERM 3: AFSPRAKEN

Voor deze taak heb je 2x 1 u. tijd nodig

Voor deze taak werk je eerst alleen om alles op te zoeken voor (1) de bezoekjes en (2) een goed hotel.

Daarna maak je de mail met de informatie over de bezoekjes en het hotel dat je gekozen hebt.

Je stuurt de mail met alle informatie over de bezoekjes en het hotel naar een andere cursist [[email protected]] en naar je leraar ([email protected]] tegen xx-xx-xxxx.

Je leraar en mede-cursist sturen je opmerkingen.

Je verbetert de mail.

ONTWERPEN LEERTAAK

STAP 4: BEPAAL HET VERWACHTE EINDPRODUCT (PRODUCT DELIVERY)

KEUZE VORM EINDPRODUCT

SCHERM 4: DE EINDOPDRACHT

Kies het beste hotel voor je vrienden.

Schrijf je vrienden een e-mail waarin je hen heel enthousiast het hotel en de bezienswaardigheden voorstelt.

Page 15: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

15

Je doet een concreet voorstel voor logement: de naam van het hotel, het adres, de kamer/formule, de prijs. Je zegt waarom dit een goed hotel is voor hen.

Je schrijft ook welke bezoekjes zij kunnen doen. Geef de informatie: naam, adres, prijs, openingsuren, wat er te doen is,… Schrijf waarom je denkt dat zij de bezoekjes leuk gaan vinden.

Je vrienden willen het liefst logeren in Vlaanderen en ze willen niet te veel betalen.

Ze willen niet meer uitgeven dan 250 € voor het logement.

Je vrienden zijn 2 volwassenen met 2 kinderen.

De vader houdt van lekker eten, van wandelen en fietsen.

Moeder houdt vooral van fietsen, maar houdt ook wel van museumbezoek en van historische gebouwen.

Voor de zoon maakt het niet uit waar ze naartoe gaan, als hij maar kan rijden met zijn inline-skates. Het liefst zou hij willen kamperen.

Dochter (16jr): houdt van shoppen en wil het liefst naar een stad.

Stuur deze mail naar een [[email protected]] en naar je leraar ([email protected]] tegen xx-xx-xxxx.

Vraag dat zij je mail nakijken en opmerkingen terugsturen.

- Verbeter de fouten in de mail van een ander

- Reageer en zeg of ze volgens jou goed gekozen hebben of niet

- Reageer en zeg of de mail jou overtuigd heeft of niet.

Page 16: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

16

STAP 5: BEPAAL DE EVALUATIECRITERIA

BEPAAL DE WIJZE VAN EVALUEREN

Door leerkracht, zelfevaluatie, peers

Met of zonder score? Bij het geven van score ook puntenverdeling uitwerken.

SCHERM 5: DE EVALUATIECRITERIA

De mail moet vriendelijk zijn. Het moet niet formeel zijn.

Overtuig je vrienden. Kies een hotel en bezoeken die écht bij hen passen. Gebruik minstens 3 argumenten voor de keuze van het hotel en voor elk van de bezienswaardigheden.

Schrijf enthousiast.

Zorg dat er geen fouten in de mail staan. [Nog checken aan gekozen niveau]

HET LEERTRAJECT / SCENARIO

STAP 6: ONDERSTEUNENDE INFORMATIE

Bepaal welke ondersteunende informatie je wil meegeven.

Bepaal de vorm waarin je de ondersteunende informatie wilt meegeven.

Welke cognitieve strategieën worden gebruikt om een nieuw probleem op te lossen of een nieuwe situatie aan te pakken?

Mentale processen en sociale conventies.

Wat is belangrijke achtergrond-informatie?

SCHERM 6: BRONNEN EN BIJKOMENDE INFORMATIE

Zoek op het internet iets om te overnachten met 4 personen. Maak daarbij gebruik van volgende sites:

o www.toerismelimburg.be, www.westtoerisme.be, www.vlaams-brabant.be, www.toerismeoostvlaanderen.be

Voorbeeldmails

Gebruik een woordenboek om zaken op te zoeken die je niet begrijpt of die je niet kan zeggen. Noteer deze woorden hier:

Spellingscontrole mailprogramma

(EERSTE) UITVOERING VAN DE LEERTAAK

STAP 7: PROCEDURELE (JUST-IN-TIME) INFORMATIE

Bepaal welke JIT informatie je wil meegeven.

Bepaal de vorm waarin je de JIT wilt meegeven.

SCHERM 7: ANDERE NUTTIGE INFORMATIE

Netiquette (formeel / informeel mailen.

Informatie over formeel en informeel taalgebruik

Woordenschat lijst.

De provincies (ligging, hoofdsteden, toeristische diensten).

www.toerismelimburg.be;

www.westtoerisme.be;

www.vlaams-brabant.be;

www.toerismeoostvlaanderen.be

[Kan een kleine screenshot van de beginpagina als ‘tegels’ op het scherm komen waarop verder kan worden doorgeklikt?]

STAP 8: UITVOERING VAN DE LEERTAAK

Aan

tal maal h

erhalen

Page 17: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

17

Bepaal de variatie in de leertaak die moet worden uitgevoerd.

Bepaal de (afnemende) ondersteuning.

DE CURSIST VOERT DE LEERTAAK UIT

STAP 9: DEELTAAKOEFENINGEN (DRILL-AND-PRACTICE OEFENINGEN) (INDIEN NODIG)

Wat moet apart nog ingeoefend worden (geautomatiseerd)?

SCHERM 8: OEFENINGEN

Taalhandelingen

Ik vind …

Comparatief Superlatief

Aanspreking van een mail, afsluiting

Formeel versus informeel

Spellingsoefening/controle

Werkwoordsvervoegingen

Oefening woordenschat ivm wensen in het toeristische domein

STAP 10: BESLUIT

SCHERM 9: BESLUIT (OPTIONEEL)

Besluit en link met opdracht.

Aanvullende informatie voor de geïnteresseerden (hyperlinks).

DE EVALUATIE

STAP 11: EVALUATIE EN REFLECTIE OP HET LEREN

Evalueer de eindwerken en leerprestaties van de cursisten.

Evalueer eventueel de zelfbeoordelingen en peer-to-peer beoordelingen.

Evalueer dit cursusdeel. o checklist

SCHERM 10: EVALUATIE (OPTIONEEL)

Beoordeling door docent.

Eventueel zelfbeoordeling.

Hoe is het gegaan? Vlot ---- niet vlot 1 2 3 4 Ik heb geleerd

- Over het zoeken van informatie - Over het schrijven van een mail - Woordenschat - Grammatica - Andere dingen: ……

Wat ga ik kunnen gebruiken? ……………..

SCHERM 12: REFLECTIE (OPTIONEEL)

WAT HEB JE GELEERD?

Noem 2 voorbeelden van leerpunten.

Wat heb je er niet van geleerd?

HOE WAS JE PLANNING?

Had je voldoende tijd om de opdracht uit te voeren.

Kwam je planning overeen met die van de

Page 18: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

18

anderen?

HEB JE OOOK ONTDEKT WAAR JE KWALITEITEN

LIGGEN?

Wat zijn je sterke kanten (noem er 2).

Wat zijn je zwakke kanten (noem er 2).

DENK JE DAT JE ER STRAKS IETS AAN HEBT?

Indien ja, noem 2 voorbeelden.

Indien nee, noem 2 voorbeelden.

HOE VERLIEP DE SAMENWERKING?

Noem 2 voorbeelden waar het goed ging.

Noem 2 voorbeelden waar het slecht ging.

VOND JE DE OPDRACHT ZINVOL?

Indien ja, noem 2 onderdelen die je zinvol vond.

Indien nee, noem 2 onderdelen die je niet zinvol vond

4. De communities

4.1 De keuze van de communities

De expertengroep van Toll-net heeft voor de volgende 3 communities gekozen:

Community “NT2”: de keuze voor dit leerdomein is evident gezien het belang ervan en de ruime toepasbaarheid bij diverse partners.

Community “Rekenblad” (toepassingssoftware): de argumentatie hiervoor is dat het een ruim verspreid vak is dat zich uitstekend leent als pilootproject.

Community “Computerinitiatie en internet”: de motivatie van de keuze voor dit leerdomein is dat er een grote behoefte bestaat aan leermateriaal voor het aanleren van de basisvaardigheden van computer– en internetgebruik. De Centra voor Basiseducatie zijn hier belangrijke vragende partij.

4.2 De werkwijze binnen de communities

Tussen december 2010 en januari 2011 werden de coaches gezocht en januari-februari 2011 vond de werving van de leden van de 3 communities plaats via de website en nieuwsbrief van Toll-net en via kanalen van de verschillende partners.

Het verloop van de communities bestond uit een start- en een slotdag met daartussenin een gefaseerde analyse en ontwikkeling van lesmateriaal op basis van het stappenplan van het didactisch sjabloon. Op de startdag werd het nieuwe learning design model en het didactisch format uitgelegd en werd een workshop gegeven in het gebruik van de auteurstool eXe Learning.

De leden van de communities werden ondersteund door ervaren coaches. Alle tussentijdse en eindproducten werden online geplaatst in het Moodle leerplatform van de community waar de deelnemers feedback kregen van de coaches en elkaar feedback konden geven.

Page 19: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

19

De startdag van de community NT2 vond plaats op 23 maart 2011. De slotdag vond plaats op 18 mei 2011, beiden in Jette.

De startdag van de community Initiatie computer en internet vond plaats op 1 april 2011. De slotdag vond plaats op 27 mei 2011, beiden in Sint-Niklaas.

De startdag van de community Initiatie computer en internet vond plaats op 1 april 2011 in Sint-Niklaas. De slotdag vond werd afgelast wegens te weinig overblijvende en beschikbare leden.

4.3 De deelnemers aan de communities

Het aantal deelnemers per community

Het aantal deelnemers per community en het percentage deelnemers die de community beëindigd hebben op het aantal ingeschreven deelnemers:

Ingeschreven Gestart Geëindigd % geëindigd

NT2 20 16 13 65%

Initiatie computer en internet 23 21 13 57%

Rekenblad 7 7 3 43%

Het engagement in de communities was vrijblijvend en de deelname was gratis. Dit had uiteindelijk als gevolg dat van de communities een 65% (NT2), 57% (Initiatie) en 43% (Rekenblad) tot het einde meegewerkt hebben.

De community Rekenblad is met slechts 7 personen gestart. Dit heeft als nadeel dat een “natuurlijke” uitval al snel grotere gevolgen heeft en niet bevorderlijk is voor de interne dynamiek van een community ondanks de herhaalde inspanningen van de coach. Indien er meer mensen actief blijven, is de dynamiek groter.

De verdeling van de deelnemers over de partners

GO! VSKO POV OVSG Vocvo Syntra VDAB Socius totaal

NT2 4 2 0 0 8 2 0 0 16

Initiatie 5 3 1 0 10 0 0 2 21

Rekenblad 4 2 1 0 0 0 0 0 7

13 6 2 0 18 2 0 2

49% van de deelnemers aan de 3 communities was afkomstig uit Centra voor Volwassenenonderwijs en 42% uit de Centra voor Basiseducatie.

Indien gewenst, moeten wij afspraken maken om voor bepaalde partners tijdelijk een aantal plaatsen te reserveren in bepaalde communities.

De ervaringen van de deelnemers

Zoals verwacht hadden de meeste deelnemers aan de communities geen of weinig voorkennis van e-leren of van het gebruik van een ELO. Dit aantal lag het hoogst bij NT2. Wij kunnen in het inschrijvingsformulier reeds peilen naar de ervaringsgraad.

De respondenten gaven aan dat ze gemiddeld 3,5 uur per week besteed hebben aan de community, terwijl wij vooraf 3 uur hadden vooropgesteld.

De deadlines kwamen volgens sommigen te snel. Vooral de tijd voor het ontwikkelen met de auteurstool eXe Learning was veel te kort.

De interactie binnen de communities

Page 20: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

20

De interactie en onderlinge feedback tussen de deelnemers verschilde significant per community. Vooral in de community NT2 was er een goede onderlinge communicatie en dynamiek. Bij Rekenblad was de samenwerking het zwakst wat deels te verklaren is door de kleine startgroep en enkele vroege afvallers waardoor de dynamiek sterk daalt ondanks de herhaalde inspanningen van de coach.

Wij stelden vast dat de samenwerking aan een taak door 2/3 personen vrij goed verliep indien het om collega’s van dezelfde instelling ging. Samenwerking tussen personen van verschillende instellingen liep meestal minder vlot en werd vaak stopgezet waarbij de taken meestal alleen werden afgewerkt.

De samenwerking tussen de verschillende organisaties wordt over het algemeen als (zeer) positief ervaren.

De ervaring met de kleine startgroep in Rekenblad leert ons dat wij een minimum van 15 inschrijvingen in een community moeten hebben om goed te kunnen functioneren. Wij moeten steeds rekening houden met een percentage uitval en met minder actieve deelnemers wat de dynamiek in de groep kan ondergraven.

Op de startdag moeten wij meer aandacht besteden aan de communicatiekanalen zoals de Moodle fora en Skype en aan het synchroon en asynchroon samenwerken.

Gezien het grote belang van de rekrutering en de motivering van de deelnemers, moeten wij bij de communicatie veel sterker de nadruk leggen op de volgende elementen:

o de deelnemers krijgen de kans tot het volgen van een unieke bijscholing; o dat er “strikt” volgens de taakgerichte, competentiegerichte didactiek zal gewerkt

worden, met vooraf uitleg over de betekenis hiervan en een voorbeeld. Mensen die zich hierin niet kunnen vinden, dienen zich dus te onthouden;

o dat het de bedoeling is om e-learning materiaal te ontwikkelen (deelnemers die nog overtuigd zijn dat de klassieke manier van lesgeven beter is, onthouden zich beter);

o dat een sterk engagement van elk van de deelnemers verwacht wordt (sommigen kwamen “gewoon eens kijken”). Dit betekent dat de deelnemers in hun planning deze inzet voorzien, de data voor de contactdagen op voorhand vrijhouden en dit in overleg met directie en collega’s!

In overleg met de coaches moeten wij de duurtijd per fase herbekijken en vooral deze van de ontwikkelfase, en dit om een “optimale” workload van de deelnemers te bekomen.

4.4 De coaching

De coaching werd over het algemeen als goed ervaren.

Bijna alle respondenten van de NT2 community hebben gebruik gemaakt van het technisch forum en de technische coach en waren unaniem tevreden hierover. Bij de andere communities werd hier veel minder gebruik van gemaakt. Een technische coach voor niet-technisch geschoolde leerkrachten blijft een noodzaak.

Het is belangrijk dat er goede afspraken bestaan over de wijze en timing van het geven van feedback en dit tussen de coaches en naar de deelnemers toe. Voor de deelnemers is het belangrijk dat de coaches vrij kort op de bal te spelen.

Verdeling coaches per partner:

GO! VSKO Vocvo Socius totaal

NT2 2 1 0 0 3

Initiatie 0 0 1 1 2

Rekenblad 0 1 0 0 1

2 2 1 1

Page 21: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

21

4.5 De planning en contactdagen

Wij dienen zeker 3 contactdagen te voorzien. Het is zeer zinvol om de tussentijdse sessie te houden bij het begin van de technische ontwikkeling.

o De startdag: wij moeten uitgebreider ingaan op de nieuwe taakgerichte didactiek en op het gebruik van het didactisch format of sjabloon, geïllustreerd met een volledig uitgewerkt voorbeeld, gevolgd door een hands-on oefening op het uitschrijven van de leertaak en het gebruik van het stappenplan. Nu de eerste communities achter de rug zijn, kunnen wij gebruik maken van een afgewerkte, taakgerichte les.

o De tussentijdse contactdag: vragenuurtje over openstaande punten en problemen, groepsdiscussie en (vraaggestuurde) workshops over de auteurstool en het gebruik van tools (video, audio, Hot Potatoes, …) voor de ontwikkeling van leertaken.

o De slotdag: voorstelling van de taken, evaluatie in groepsdiscussie, afspraken en plannen voor de toekomstige samenwerking.

Wij moeten met de partners de optimale periode voor het verloop van de communities afspreken, al zal elke periode moeilijk zijn, want het blijft een tijdsintensief, gratis engagement voor de deelnemers, vaak in eigen privé tijd. Wij moeten het einde van het schooljaar vermijden en vermijden dat de Paasvakantie vroeg in het project valt omdat dit een breuk in de activiteit geeft.

4.6 De didactiek, het stappenplan, het sjabloon en de auteurstool

Het 4C/ID model wordt door de coaches als een zinvol model aanzien om verder mee te werken.

Het 4C/ID model is gericht op het aanleren van complexe leertaken die gegroepeerd worden binnen taakklassen. Omwille van de complexiteit van het model zijn wij in de communities gestart met kleinere leseenheden van ongeveer een drietal uren, terwijl het model er op gericht is om grotere leereenheden te omvatten, bijvoorbeeld van een semester. Deze uitbreiding van één leertaak naar meerdere taakklassen die telkens meerdere leertaken bevatten, zullen wij invoeren bij de communities met ervaren deelnemers die het leerproces van de eerste community doorlopen hebben.

De deelnemers vonden het concept van gehele, authentieke leertaken een waardevol vertrekpunt (73% van de respondenten gaat helemaal akkoord of akkoord met deze stelling). Opvallend is dat in de NT2 groep zowat iedereen achter deze didactiek stond, terwijl in de 2 andere, ICT gerichte communities dit principe veel sterker in vraag gesteld werd. Dit was al te merken op de startdagen bij de keuze van de leertaken en de discussie bleef gedurende heel de loop van die communities actueel op de fora.

In de community NT2 en in mindere mate ook in Initiatie computer en internet waren veel deelnemers relatief snel mee met de nieuwe didactiek van het taakgericht leren. Bij Rekenblad was dit duidelijk heel wat minder en bleven de deelnemers vaak hangen bij de functionaliteiten van Excel in plaats van een authentieke, taakgerichte benadering te volgen.

Ongeveer 60% van de respondenten vond het Word sjabloon niet duidelijk en gebruiksvriendelijk genoeg om in te vullen. Sommige deelnemers vonden het didactisch format (Word sjabloon) een belemmering waar ze veel tijd mee verloren hebben. Sommigen hebben het naast zich neergelegd en zijn zo begonnen met de uitwerking.

Een meerderheid van de respondenten vindt dat het vooraf uitwerken van de leertaak in het Word sjabloon helpt bij het ontwikkelen in de auteurstool. Anderzijds blijft de les in het sjabloon nog vrij abstract en wordt het zowel voor de auteur als voor de coach pas duidelijk wanneer het uitgewerkt wordt in de auteurstool.

De ontwerpfase in het didactisch format (Word sjabloon):

Page 22: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

22

Zowel stappen 1 tot 5 als 6 tot 10 waren voor de deelnemers niet steeds eenvoudig om in te vullen. Vooral voor de stappen 6 tot 10 was het niet zo duidelijk waarbij de begrippen ondersteunende informatie en just-in-time of procedurele informatie problemen gaven voor de deelnemers.

Behalve de begrippen was het vooral ook een probleem hoe die informatie in te vullen in het sjabloon, bijvoorbeeld deeltaakoefeningen en JIT-informatie. Dit probleem stelde zich sterker bij de ICT gerichte communities. Tijdens de startdag dient hier veel aandacht aan besteed te worden.

Voor een aantal deelnemers was het onderscheid tussen de linker- (denkproces docent) en rechterkolom (scherminhoud cursist) in het sjabloon niet altijd duidelijk.

Ook hier zien wij een betere beoordeling voor het sjabloon bij NT2 dan bij de andere communities.

Ontwikkelingsfase en auteurstool

Het gebruik van eXe Learning was voor de deelnemers van NT2 heel moeilijk indien ze vooraf niet gewoon waren om tools te gebruiken. De handleiding en de workshop werden over het algemeen als zeer goed beoordeeld.

De tijd voor deze ontwikkelingsfase was voor veel deelnemers te kort en moet in elk geval verlengd worden.

De deelnemers wensen meer richtlijnen voor de lay-out en het schrijven voor het web tijdens de ontwikkeling.

eXe Learning heeft teveel beperkingen onder andere wat betreft het maken van oefeningen en de lay-out mogelijkheden. Daarom moeten alternatieven zoals Hot Potatoes aangeboden worden.

De deelnemers wensen meer informatie over tools, web 2.0, …

4.7 De resultaten van de communities

Aantal leertaken voorgesteld op de slotdag: o NT2: 11 leertaken (hoofdzakelijk alleen ontwikkeld). o Initiatie computer en internet: 5 leertaken (in groepen van 2 of 3 ontwikkeld). o Rekenblad: 3 afgewerkte leertaken en 1 leertaak in afwerking (de slotdag ging niet

door).

Sommige leertaken worden nog verder afgewerkt door de auteur(s). De leertaken komen op de Toll-net server in afwachting van een eigen subsite van Klascement.

4.8 Algemene conclusies naar de toekomstige communities

De organisatie van de communities met 3 contactdagen

De startdag: volle aandacht voor de gebruikte didactiek en de toepassing ervan in het didactisch format of sjabloon, uitgewerkte voorbeelden, en tijd voor hands-on oefeningen. En daarnaast de verdeling van de leertaken tussen de deelnemers.

De tussentijdse contactdag: vragenuurtje over problemen, ervaringsuitwisseling en technische workshops.

De slotdag kan grotendeels hetzelfde blijven: overzicht van de leertaken (vrij kort houden), uitwisseling van ervaringen en feedback bij de community, verwachtingen naar de toekomst.

De planning: blijven werken met fazen en deadlines, maar meer tijd voorzien voor de fase van de ontwikkeling in de auteurstool.

Met de partners de optimale periode bepalen om de communities te laten doorgaan.

Page 23: Praktijkrapport didactiek en communities 1. Het 4C/ID didactisch ...

23

Het didactisch format, stappenplan, sjabloon en auteurstool

Het uitgangspunt van de gehele, authentieke leertaken is zeer bruikbaar voor de ontwikkeling van kwaliteitsvol e-leermateriaal.

Wij zullen een fase 0 toevoegen waarin eerst de gehele leertaak en de leerdoelstellingen uitgeschreven worden. Pas nadat de leertaak volledig en correct is uitgeschreven, mogen de auteurs aan de volgende stappen beginnen.

Er is grondiger uitleg nodig over de begrippen zoals ondersteunende informatie en just-in-time of procedurele informatie.

Het sjabloon dient aangepast te worden zodat het duidelijker is hoe de soorten informatie moeten ingevuld worden. Het geven van uitgewerkte voorbeelden en het inoefenen tijdens de startdag zijn hierbij belangrijk.

Wij zullen een oplossing zoeken voor het maken en delen van gemeenschappelijke achtergrondinformatie over bepaalde lessen heen.

Het didactisch format moet aangepast en gebruiksvriendelijker gemaakt worden zodat het opzet en het gebruik ervan duidelijk zijn voor de deelnemers.

Op de startdag moeten wij meer tijd voorzien voor de uitleg en het toepassen van het didactisch format, met hands-on oefening. Het didactisch format moet meer verduidelijkt worden met uitleg en voorbeelden.

Wij zullen een alternatief zoeken voor de auteurstool eXe Learning.

Wij zullen een subsite op Klascement voorzien waarop alle leermateriaal en bronmateriaal (filmpjes, …) zal gepost worden.

Wij moeten een nieuwe auteurstool zoeken die voldoende functionele mogelijkheden biedt, gebruiksvriendelijk en gemakkelijk te leren is, toelaat om een aantrekkelijke lay-out aan de cursussen te geven, gratis of zeer goedkoop is en actueel blijft.

De deelnemers

Meer uitgesproken motivering van de potentiële deelnemers bij de rekrutering door de doelstellingen heel duidelijk te communiceren: een nascholing in een nieuwe taakgerichte didactiek, binnen het gecombineerd leren. Duidelijk vermelden dat er een grondig engagement verwacht wordt met inzet, en niet een “even nieuwsgierig komen kijken”. Deelnemers die niet voldoende open staan voor gecombineerd leren, en voor een taakgerichte didactiek moeten wij op voorhand kunnen uitsluiten. In het inschrijvingsformulier moeten wij polsen naar de concrete motivatie om de nascholing te volgen.

Er moeten minstens 15 deelnemers inschrijven in een community om werkbaar te zijn.

Samenwerking aan een taak door meerdere collega’s heeft de grootste kans van slagen indien ze tot eenzelfde school of centrum behoren, zodat ook fysieke contacten mogelijk zijn.

Wij dienen nog meer de onderlinge interactie te stimuleren in de communities. Op de startdag zullen wij het gebruik van de fora en Skype demonsteren.

De coaching

1 dag opleiding voor de coaches in het didactisch model en format en in e-coaching is noodzakelijk zodat zij het de taakgerichte didactiek optimaal kunnen ondersteunen.

De keuze van de coaches: domeinkennis + e-coaching competenties (ervaring op zich hoeft niet).

Het is wenselijk om een superviserende coach in te schakelen die de taakgerichte, competentiegerichte didactiek goed beheerst. Deze kan de coaches die nog niet vertrouwd zijn met deze didactiek ondersteunen.