Idee

De animatie gaat over een tijdreis avontuur. Het flash filmpje wordt gemaakt met het idee dat de

ruimtes waar je tussen navigeert ook verschillende tijdsperken en locaties zijn. Met een dergelijk idee

kan ik wel uit de voeten; ik ben geïnteresseerd in geschiedenis en ook in films en boeken. Hier kan ik

inspiratie uit halen.

Ruimte

D e verschillende ruimtes die de gebruiker tegen komt zijn de volgende:

1. Aken in 814 AD.

Aken (in het Duits Aachen) was op dit tijdstip de hoofdstad van het Karolingische Rijk, ofwel

het Frankische rijk, geregeerd en genoemd naar Karel de Grote. In deze stad staat het paleis

van Karel. De tijdmachine neemt de gebruiker mee naar het dak van het paleis.

2. Himeji 1601 AD.

Himeji is een oude stad in het hoofdeiland van Japan, Honshu. Deze stad is ook de locatie

van een beroemd samurai kasteel, het Himeji kasteel. Rond dit tijdstip is het kasteel tot zijn

huidige vorm gebouwd. De tijdmachine brengt de gebruiker naar het veld voor het kasteel.

3. Washington D.C. 1963 AD.

De tijdmachine brengt de gebruiker naar een “warroom” in de hoofdstad van de Verenigde

Staten van Amerika. In deze ruimte worden oorlogssituaties geplant, uitgevoerd en wordt de

verdediging van het land geregeld. In 1963 was de wereld in de ban van de Cuba Crisis, een

conflict tussen de VS en de USSR/Cuba. Kans op oorlog was wezenlijk.

Daarnaast heeft de film nog een intro ruimte die zich afspeelt in de capsule van de tijdsmachine. Er is

een knop om naar de volgende ruimte te gaan, of om naar de vorige te gaan.

Vormgeving

Per ruimte gebruik ik een andere vormgeving.

Ruimte 1: Deze ruimte is te zien vanaf een verhoging. Ik wil perspectieven er dik opleggen. Dat wil

zeggen dat het er onwerkelijk en cartoony uit komt te zien. De tekenstijl is ook cartoonachtig, met

dikke zwarte omlijningen en felle kleuren. De gebouwen en objecten buigen een beetje weg. In deze

ruimte is het mogelijk om het beeld met de muis verticaal en horizontaal te bewegen. Horizontaal

bewegen maakt het mogelijk om toegang tot de deuren van de tijdmachine te krijgen. Deze openen

namelijk horizontaal uit het beeld en op de deuren kan genavigeerd worden. Verticaal bewegen zorgt

ervoor dat er meer van het plein van het paleis gezien kan worden.

Ruimte 2: De vormgeving in deze ruimte is geïnspireerd door Japanse tekenstijl. Dus de objecten in

deze ruimte zijn met dikke kwasten getekend en de ruimte is opgevuld met Japanse flora. Het kasteel

is te zien op de achtergrond en helt licht op. In deze ruimte kan alleen horizontaal worden bewogen

om zo bij de deuren van de tijdmachine te komen.

Ruimte 3: Deze ruimte heeft een zelfde tekenstijl als in ruimte 1 maar iets grauwer. De Warroom

waar de ruimte zich afspeelt lijkt veel op de Warroom in de film “Dr. Strangelove”. Het kleuren zijn

vooral donker en grauw. In deze ruimte kan alleen horizontaal bewogen worden. De ruimte is te zien

vanaf een hoek aan een grote tafel in het midden van de kamer.

Story

De animatie kent niet echt een verhaal; in elke ruimte zijn een aantal dingen te doen. De animatie

heeft wel een moraal. Namelijk: houd je handen binnenboord tijdens de rit. Dit wordt duidelijk

gemaakt als de gebruiker alles heeft gedaan in de laatste ruimte. In elke ruimte kan een animatie

getriggerd worden door op een bepaalde button te drukken.

Animatie

Een aantal voorbeelden van animaties per ruimte:

In ruimte 1 kan er op ruiten geklikt worden zodat er een steen vanuit de richting van de speler naar

het raam gegooid wordt.

In ruimte 2 kan de gebruiker een lont ontsteken die helemaal ontbrand tot het bij de explosieven

aankomt die ergens in de buurt van het kasteel liggen.

In ruimte 3 kan het DEFCON niveau worden aangepast.

Realisatie

Alles wordt gemaakt met Adobe Flash CS4. In de eerste instantie ook met Adobe Illustrator, maar het

scheelt tijd om het in flash te doen. Daarnaast heeft flash genoeg mogelijkheden wat betreft het

maken van graphics. Ik kijk naar de echte tegenhangers van mijn ruimtes en naar de schetsen die ik

heb gemaakt bij het maken van de ruimtes.

Bijlagen Schetsen en afbeeldingen

Intro & ruimte 1

Ruimte 3

Ruimte 2 Flash Kasteel

Maquette ruimte 1

50 vragen

1. Waar zijn we?

Tijdmachine, drie verschillende tijdsperiode.

2. Wat zien we?

Een omgeving van een bepaalde periode.

3. Van waaruit zien we?

Vanuit een realistische hoek, als vanuit een persoon.

4. Door wiens ogen zien we?

Door de ogen van de tijdreizer.

5. Verandert je point of view gedurende de productie?

Doormiddel van een panorama kijk je door een ruimte.

6. Ga je als gebruiker anders tegen het onderwerp aankijken?

De immersive space heeft geen moraal.

7. Of verandert de inhoud van het onderwerp gaandeweg?

Nee.

8. Welk moment van de dag is het?

Het is overdag/ of ‘s nachts

9. Hoe is het licht, welk seizoen?

Het licht is helder/ of donker.

10. Hoe is het weer?

Het is zonnig/ of bewolkt, naar.

11. Hoe is de stemming?

Vrolijk/ grimmig.

12. Blijft dat zo?

Het weer blijf onveranderlijk in de ruimte zelf, maar is anders bij een andere periode.

13. Zit er een lijn in?

Nee.

14. Welke objecten kunnen we zien?

De objecten hebben allemaal te maken met de tijdsperioden,

15. Welke objecten gaan een rol spelen in het verhaal?

Alleen de tijdmachine speelt een grote rol; bij het navigeren.

16. Welke objecten zijn belangrijk, vallen ons direct al op?

De tijdsmachine.

17. Speelt het in het heden, verleden, toekomst?

Verleden

18. Hoe zien de 4 verschillende scènes eruit?

Het ziet er een beetje cartoonachtig uit, met enige mate van realisme.

19. Hoe ga je van de ene scène naar de andere?

Doormiddel van knoppen op de tijdsmachine.

20. Welke metaforen gebruik je in je productie?

Er wordt geen metafoor gebruikt, alles is zoals het is.

21. Welke verassingen heb je voor de gebruiker in petto?

In de ruimtes kunnen animaties gestart worden. Deze moeten een grappige of verassende functie

hebben.

22. Hoe ga je om met het begrip ontdekken?

De gebruiker krijgt de vrijheid om te klikken op voorwerpen en te kijken wat deze doen.

23. Wat kan de gebruiker in je productie gaan veranderen?

De gebruiker kan verschillende animatie starten per ruimte

24. Wat wil je daarmee bereiken?

Vooral voor komedie.

25. Hoe past je idee binnen de definitie van Immersive Space? - Immersion arises when artwork and technologically advanced apparatus, message

and medium are perceived to merge inseperably.

Het past binnen het idee omdat ik grote ruimtes creëer met dieptes.

26. Hoe visualiseer je achtergrond?

In Adobe Illustrator of Flash.

27. Hoe ga je om met coulissenwerking?

Over het algemeen worden kleuren niet gebruikt om diepte aan te geven. Dat is de functie van de

vorm van objecten

28. Welke rol speelt kleur?

Belangrijk, hiermee worden dieptes en sfeer mee aangegeven.

29. Welke rol speelt contrast?

Deze geeft de sfeer aan: duister of ongevaarlijk.

30. Werk je figuratief?

-

31. Of werk je fotorealistisch?

-

32. Of werk je cartoonesk?

De ruimtes komen er vooral cartoonesk uit te zien.

33. Hoe ziet je planning eruit?

Elke dag van de week probeer ik aan het project te werken. Eerst schetsen en vervolgens het met

flash aan het werk.

34. Waar gaat volgens jou het meeste werk in zitten? Ontwerpen - produceren van assets – ‘assemblen’ in flash –

In het maken van het decors gaat de meeste tijd zitten.

35. Waar ligt jouw kracht in deze productie?

De sfeer van de ruimtes.

36. Hoe komt jouw passie voor het onderwerp tot uiting?

Geschiedenis vind ik interessant, dus het komt tot uiting door verschillende tijdperken weer te

geven.

37. Op welke manier kun jij je creativiteit hierop botvieren?

Het is de bedoeling om de ruimtes grootst weer te geven.

38. Hoe geef je blijk van je nieuwsgierigheid over het onderwerp?

Door onderzoek te doen naar het tijdsperk en erbij een passend verhaallijn te verzinnen.

39. Hoe komt je daadkracht m.b.t. flash tot uiting?

Ik studeer door oplossingen voor problemen te zoeken en zelf dingen uit te vinden. Net zolang to ik

heb wat ik wil.

40. Wanneer ben jij tevreden over het resultaat?

Als het eruit ziet zoals ik het voor ogen had.

41. Hoe kijk je er tegenaan dat je nu individueel werkt? Ik geef de voorkeur aan individueel werk. Ik verkies het boven groepswerk.

42. Welke sfeer wil je oproepen?

Voornamelijk een beetje grimmig, maar wel groots.

43. Welke muziek past het beste bij de sfeer die je wilt oproepen?

Misschien klassiek of iets wat erop lijkt.

44. Wie gaat er helemaal lyrisch worden over je eindproduct?

De docent.

45. Hoe stel je je docenten tevreden?

Gewoon doen wat ze zeggen.

46. Wat zijn je leerdoelen op technisch vlak?

Beter leren omgaan met flash.

47. Wat zijn je leerdoelen op creatief vlak?

Beter leren tekenen. Met flash en op papier.

48. Wat zijn je leerdoelen op gebied van planning, deadlines?

Gestructureerd werken.

49. Hoe komt je pro-actieve houding naar buiten?

Door elke dag een deel te doen aan het project.

50. Welke extra’s kun jij inbrengen in deze course? -

Referenties

Paleis Karel de Grote

Warroom Dr. Strangelove

Himeji-jō