pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De...

20
pentagram Lectorium Rosicrucianum NOV/DEC 2011 NUMMER 6 Het ‘niet-zijn’ van het oog is als een heldere spiegel, waarin God zichzelf ziet. Als dit nieuwe licht in ons ontstoken wordt, ontvouwt zich een nieuwe wereld voor het innerlijk oog. Wat ziet het innerlijke oog? Wie ziet met het innerlijke oog? Het is de volmaakte, de goddelijke Horusmens, die de oude Egyptenaren ‘de zoon’ noemden, die in de mens in zijn eigen goddelijke wereld ziet, en de mens kan daarvan zijn de stille verlichte getuige. In die stilte zal bovendien, het kan niet anders, het oog die lichtkracht getransformeerd uitstralen. ‘Ik ben het ogenlicht, de geest die in de diepte ondoorgrondelijk woont.’ Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht Tijd maken: het toelaten van het Licht Pentagram 1-2011 kopie.indd 1 17-11-11 13:31

Transcript of pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De...

Page 1: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

pentagramLectorium Rosicrucianum

nov/dec 2011 nummer 6

Het ‘niet-zijn’ van het oog is als een heldere spiegel, waarin

God zichzelf ziet. Als dit nieuwe licht in ons ontstoken wordt,

ontvouwt zich een nieuwe wereld voor het innerlijk oog.

Wat ziet het innerlijke oog? Wie ziet met het innerlijke oog?

Het is de volmaakte, de goddelijke Horusmens, die de oude

Egyptenaren ‘de zoon’ noemden, die in de mens in zijn eigen

goddelijke wereld ziet, en de mens kan daarvan zijn de stille

verlichte getuige. In die stilte zal bovendien, het kan niet

anders, het oog die lichtkracht getransformeerd uitstralen.

‘Ik ben het ogenlicht,

de geest die in de diepte

ondoorgrondelijk woont.’

Bhagavad Gita

De geheime rozentuin

Het Licht heeft mij gevonden

De achterkant van het Licht

Foton is mijn naam

Zijn wij Licht- of schijnwezens?

Ogenlicht

Tijd maken: het toelaten van het Licht

Pentagram 1-2011 kopie.indd 1 17-11-11 13:31

Page 2: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

tijd voor leven 1

w

1

pent ag ram

over de dageraad en de zonnegloed of hoe de mens tot het licht komt 2

het licht heeft mij geroepen de vijfvoudige gnosis 4

internationale samenwerking tussen redactie en lezers 8

de achterkant van het licht 10

foton is mijn naam het bekendst ben ik in de vorm van licht 14

de edda – slot

lokasenna – loki’s twistgesprek 18

zijn wij licht- of schijnwezens? 22

de ene 28

de manifestatie van het licht 29

het overschrijden van grenzen enkele opmerkingen over ‘Revolution 2012’ 30

het wondere boek 31

tijd maken: het toelaten van het licht 34

in alles is licht - herken het in je naaste 36

inhoud

jaargang 33 nummer 6 2011

Omslag: Mark Rothko (detail)

Licht! Grootste mysterie, allesdoordringend, ongrijpbaar, onoverwinnelijk, alles overtreffende schoonheid, wat is het dat jij van jezelf hebt onthuld?Wat is het dat de mensen je hebben ontfutseld in hun speuren om het oneindige vast te kunnen grijpen?

‘Wees gegroet, heilig Licht, eerstgeborene van de hemel! Of mag ik u ongestraft ‘eeuwige met het eeuwig stralende’ noemen? Want God is licht, en nooit dan in onbenaderd licht woonde hij sinds de eeuwigheid, woonde daarna in u, heldere stroom van helder ongeschapen wezen!’John Milton

Page 3: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

over de dageraad en de zonnegloed 32 pentagram 6/2011

V oor wie Gnosis betekenis heeft gekregen in zijn of haar leven en wie een andere werkelijkheid ontwaart – wezenlijk

anders dan de reeds bekende – zal het over-duidelijk zijn dat ook het begrip Licht in dit licht gezien moet worden. Want hoewel er een ontmoeten is van Gnosis en mens, van Gnosis en kosmos, is het juist dit ontmoeten, het treffen van die twee wezenlijk van elkaar verschillende toestanden van Licht, dat ons dit inzicht geeft.Je zou kunnen spreken van licht waarvan wij de snelheid kennen en dat tot op zekere hoogte zichtbaar voor ons is, en van een ander, onme-telijk Licht. Het Licht waarvan Johannes in zijn evangelie getuigt, al is hij het zelf niet.Het licht waardoor menselijk leven mogelijk is, het licht dat ons omringt, verwarmt, verlicht, is zonder twijfel het meest verfijnde en hoog-ste aanzicht van wat wij de schepping noemen. Toch – hoewel volgens hetzelfde principe wer-kend, stromend vanuit een bron en gereflecteerd door een lichaam – is dat niet hetzelfde licht.Johannes is het Licht niet maar spreekt over het Licht, brengt het Licht. Hij is de mens die Gnosis, kennis van, of beter gezegd in het hart gevonden heeft.

Onmetelijk Licht, of Het Licht. Licht als uit-vloeiing van Het, of Dao, of God. De herme-tische wijsheid verklaart hoe de mens tot het kennen van dit Licht kan komen. Licht zou je kunnen aanduiden met het woord geest, geest ook als wijsheid, als doorwerkende wijsheid, als het denken van God. Hermes spreekt over ‘de wijsheid die in de stilte denkt’. Johannes is een stil geworden mens. In het zwijgende hart, waar een weldadige rust is, kan deze wijsheid zich uitdrukken, en denkt in het denken van zo’n mens. Als een ontmoeten. Op grond van die ontmoeting kan men spreken over het licht. Over het zichtbare, niettemin mysterieuze licht, en het innerlijke Licht.Over Licht als onzichtbaar vuur, en over de oorsprong van dat vuur.Over de dageraad en de sterrengloed. De vonk en het vuur. Over de mens, en over de ‘vader der lichten’.In twee ‘lichte’ edities van pentagram, daar-mee een brug slaand naar 2012, hopen we hier-van te getuigen. µ

over de dageraad en de zonnegloed...of hoe de Mens tot het Licht koMt

‘Wij gebruiken grote formaten omdat ze ondubbelzinnig zijn. We gebruiken vlakke vormen omdat ze illusie verbreken en de waarheid onthullen.’Mark Rothko no. 8, ca 1950

Page 4: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

4 pentagram 6/2011 het licht heeft mij gevonden 54 pentagram 6/2011

d egenen die gedurende lange jaren de ontwikkeling en de gang van de geestesschool hebben gadegeslagen,

zullen weten dat deze gekenmerkt werden door fasen met onderling zeer markante verschillen. Het waren geen schrille tegenstellingen, maar verschillen die tot elkaar in logisch verband stonden. Het is daarmee als met de uittocht van het oude Semitische volk uit Egypte naar het beloofde land. Het is de historie van iedere gnostieke broederschap, die zich op weg begaf naar een nieuwe werkelijkheid.De eerste fase is die waarin een zich vormende groep zich klaar bewust wordt van de grote druk waaronder zij leeft, van haar gevangen-schap, en duidelijk ‘murmureert’, protesteert. Psychologisch is dit verklaarbaar, aangezien in die toestand vanuit het onderbewuste steeds krachtiger het bewustzijn van een prehistorisch vaderland naar boven komt, waarin het geheel anders, beter, ja, heel goed was. Daarom is er in zulk een eerste fase het vermoeden, en ook het duidelijke streven, de persoonlijke omstan-digheden en de groepsomstandigheden en ook de uiterlijke condities in de gevangenschap, in ruime zin beter en zelfs heel goed te kunnen

maken. Een occulte gerichtheid en een alge-meen humaan-ethische openbaring treden naar voren. Dat zulk een fase eindigen moet, dat zij absoluut haar muren, haar beperkingen vinden zal, weet men dan nog niet.Een koninkrijk Gods op aarde is niet te verwerke-lijken; een werkelijke ordening, in de zin van een ziele-wereldgemeenschap is in onze wereld niet te stichten, aangezien die steeds wordt bewogen door tegenstellingen. Hier is de mens de zelfver-heffer, de ikcentrale mens, die zijn beperkingen, zijn tekortkomingen wel inziet, maar door zelf-ontwikkeling, door cultuur van het zelf dit alles te boven tracht te komen. Dat dit onmogelijk is, dat aldus juist de tegenstelling wordt opgeroepen, ontgaat de mens van de eerste fase. De witte ma-gie is dan ook steeds de schepper geweest van de zwarte magie, want wanneer het zelf door de een of andere cultuur tot een zeker toppunt gekomen is en in de dialectiek met de paren van tegenstel-lingen wordt geconfronteerd, moet het zich hand-

het licht heeft mij gevondende ViJfVoudige gnosis Jan van Rijckenborgh en Catharose de Petri zijn de oprichters

van de Geestesschool van het Gouden Rozenkruis. In deze school hebben zij de weg van het vrijmaken van de ziel op alle mogelijke manieren, en vaak aan de hand van oorspronkelijke teksten uit de universele leringen, aan hun leerlingen verklaard, toegelicht en voorgeleefd

Catharose de Petri

De School van het Gouden Rozenkruis staat in een nieuw veld, een totaal nieuwe atmosfeer. Het wenkende, roepende en voorwaarts stuwende Licht stond stil boven een geboortegrot, en in die grot ontwaakte iets volkomen nieuws. Maar nu staat de groep voor de taak het nieuwe te doen groeien en het land van haar geboorte met heel zijn omgeving niet te cultiveren, maar te transfigureren.

De duif, symbool van de geest, in een azuren veld met de vijfpuntige ster, als de volkomen zielemens die de geest begroet. Afbeelding op zijde, door A.gadal aan catharose de Petri geschonken

Page 5: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

Het zelf niets-zijn, het zelf niets-bezitten, en toch door het Licht te worden overschaduwd, maakt de zoeker tot een vreugdevolle mens

6 pentagram 6/2011 het licht heeft mij gevonden 7

haven en de strijd om het bestaan aanvaarden. En dan glijdt het witte af naar het zwarte, met alle gevolgen van dien. Dit alles is u zeer bekend.Als na zo’n smartelijke ondervinding toch de idee van een verloren vaderland onwankelbaar blijft leven, treedt deze mens de tweede fase binnen: de fase van de vlucht, de fase van de uittocht. In deze fase neemt hij duidelijk en vol-komen afstand van al het oude en neutraliseert hij de greep van alle oude banden. Dan gaat hij over tot negatie. Hij trekt zich terug in het duidelijke, levende besef: ‘Mijn koninkrijk is niet van deze wereld!’Maar dan... dan komt de woestijn! Want hoe zou men in deze wereld het koninkrijk dat niét van deze wereld is vinden? Hoe zou men met een wezenheid die geheel stamt uit en zich ontwikkelt binnen dit levensveld, een ándere natuur binnen kunnen gaan? Daarom is de tweede fase die van de woestijn. Men trekt door het woestijnzand van de tegenstellingen. Maar waar moet men heen-trekken? En zo gaat men kronkelwegen, want of men nu naar het noorden, dan wel naar het zui-den, het oosten of het westen trekt... het blijft alles hetzelfde. Overal zand dat door de vingers glijdt.Wat voor nut heeft het, zo lezen wij in het oude boek, of men vroeg opstaat, of laat op-blijft? Men blijft het brood der smarten eten. Er is niets nieuws onder de zon. Alles wat is, en alles wat komt, is reeds geweest in de eeu-wen die voor ons geweest zijn. De Prediker was voorwaar een woestijnganger, een mens van de tweede fase. Het levende besef van ‘al-les is niets’, ‘het kán niets zijn’, de moeizame

gang door de woestijn, heeft wel een geweldig psychologisch gevolg. Het brengt, na verschil-lende stuiptrekkingen van angst en van verzet, berusting met zich, waarin het ik vervloeit tot ikloosheid en zelfversterving.Eerst is deze neergang van het ik, door het woestijnbeleven, treurig om aan te zien. Maar dat is maar tijdelijk, daar de neergang van het ik het dieptepunt is. Dat bijna gelijk worden aan het woestijnzand zelf is het einde van deze fase, want in deze toestand ontstaat er in het stelsel van de mens openheid voor een nieuw licht. Het is een groots wonder. In de diepten van zijn ellende heeft de mens de Gnosis gevonden, althans, het stralende vermogen ervan.Wie in zijn woestijnfase dát Licht gevonden heeft, dát Licht gezien heeft, gaat de derde fase binnen. Hij onderneemt de reis naar de Jordaan, de reis naar de levende zielestaat. Het Licht is de kracht die aan de woestijnganger de macht geeft tot nieuwe handeling over te gaan. Daarom wordt deze fase niet meer gekenmerkt door het occulte aspect van de dingen, door de poging in en door het oude zelf het doel te bereiken, maar nu is er sprake van het mystieke beleven, de mys-tiek van de dankbaarheid, en de zekerheid, en de liefde. Het zelf niets-zijn, het zelf niets-bezitten, en toch door het Licht te worden overschaduwd, maakt de mens tot een mysticus, tot een dankba-re, het Licht lovende en prijzende mens. In deze lichtervaring naderen de geestesschool en de leerling de bron van het Licht, de Godsrivier. Een nadering die maar één einde kan hebben, name-lijk de geboorte van de nieuwe zielestaat.

Nu komt de vierde fase, de fase van de kruisgang van de rozen. Immers, als de mens, nu in een groep verenigd, deze fase binnentreedt, gaat het erom het nieuwgeboren levensbeginsel in een aan dit beginsel zeer vreemde en vijandige natuur ‘thuis’ te brengen; ‘veilig’ te stellen, tegen alle ge-varen te ‘beschermen’. Inderdaad staat de School, en de leerling die met haar over de rivier trok, in een nieuw veld, een totaal nieuwe atmosfeer. Het wenkende, roepende en voorwaarts stuwende Licht stond echt stil boven een geboortegrot, en in die grot ontwaakte iets volkomen nieuws. Maar nu staat de groep voor de taak het nieuwe te doen groeien en het land van haar geboorte met heel zijn omgeving niet te cultiveren, maar te transfigureren. Daarom moet in het oude boek ‘het beloofde land veroverd worden op vijanden’.De rozen zijn de nieuwe levensbeginselen, die door de zielewedergeboorte vrijkomen en die groeien zullen. Daarom is de ware rozenkruise-rij zeer nadrukkelijk christocentrisch. Zij stelt de absolute gnostieke transfiguratie en zij is in geen enkel opzicht occult. Wie door de geest Gods ontstoken is, moet bereid zijn in Jezus te sterven, en op die wijze echt een rozenkruiser durven te zijn.De vijfde fase is de fase die men ‘de wederge-boorte uit de heilige geest’ noemt. De vijfde fase is die van ‘tweemaal geborenen’. De eer-ste geboorte viert de leerling in Chrestos, de zielegeboorte; de tweede geboorte is die van de Christos, de overwinning van de ziel op alle tegenstand; het herscheppen van het beloofde land door transfiguratie; de vereniging van de

volkomen zielemens met de geest, met de vader zelf. Symbolisch gezegd: het volkomen levend maken van het nieuwe Jeruzalem met zijn stra-lende tempel van het Gouden Hoofd.Wie deze vijfvoudige weg van School en kandi-daat in de gnostieke mysteriën kan omvatten, zal nu eveneens iets ontdekken van de buitengewone betekenis die de komende periode voor geheel het levende lichaam van de jonge Gnosis heeft. De eerste vijf fasen van het levende lichaam van de jonge Gnosis corresponderen volledig met het vijfvoudige pad dat wij voor u proberen te schetsen. In het nieuwe gnostieke rijk is een weg geëxploreerd tot in het bevrijdende leven van de levende zielestaat. Zolang het ook maar enigszins mogelijk is, zal de geestesschool van de jonge Gnosis deze weg in onze tijd open-houden voor allen die dit lange en gecompli-ceerde pad willen bewandelen.Voor hen die hierin slagen, breekt een tijd aan van vrede, van harmonie en van de diepe rust van de grote zielegemeenschap. Nu het bouw-stuk gereedgekomen is, kunnen en zullen én in de School én in het leven van haar deelgenoten alle aanzichten in volkomen evenwicht met elkaar komen.

Naar het zelf verlorenin de zandwoestijn,ben ik uitverkorenin mijn niets-meer-zijn.Het Licht heeft mij gevonden in het troost’loos hier.Het roept mij uit de dorheid tot de Godsrivier. µ

Page 6: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

8 pentagram 6/2011 internationale samenwerking lezers en redactie pentagram 9

Anno 2012 zijn de bijdragen die in het tijdschrift verschijnen, geschreven door leerlingen en vrienden uit binnen- en buitenland. Het is verrijkend en boeiend als zoekers naar waarheid en wijsheid hun gedachten, denkbeelden en intuïties wereldwijd aan elkaar kenbaar kunnen maken. Daaraan biedt pentagram graag plaats.

8 pentagram 6/2011

M et dit nummer voltooien we de drieën-dertigste jaargang van pentagram en 33 jaar hebben medewerkers uit alle delen

van onze werkvelden alles gedaan om het Licht dat hen bezielt te delen met de lezers van dit tijdschrift, die er belangstellend voor openstaan. De geestesschool kent een lange lijn van publica-ties, die indertijd begon met ‘Het Rozekruis’, het eerste tijdschrift dat in december 1927 het licht zag. Er is steeds een tijdschrift geweest (en soms waren het er meer), dat elke ontwikkeling, elke nieuwe fase in de wording van de School van het Rozenkruis volgde, toelichtte, verklaarde en vastlegde. Een kroniek – maar veel meer dan een kroniek. De lezer kan in pentagram een drievou-dige signatuur ontdekken, met artikelen die:1. de wijsheid van de gnosis als onderwerp heb-

ben;2. de reacties daarop, en de uitwerking ervan op

de zoekende mens behandelen, 3. ontwikkelingen in het wereldveld belichten,

die hierop aansluiten. In het tijdperk dat alweer geruime tijd achter ons ligt, waren de publicaties van de school het werk van een geïnspireerde groep uit Nederland die aan de leerlingen over de gehele wereld de bedoelingen en de werkwijze van het Lecto-rium Rosicrucianum verklaarden en de ontwik-kelingen binnen de werkvelden verduidelijkten. Die situatie ligt achter ons. We zien in het wereldwerk een heel ander landschap, waarin de universele leringen in zeven regio’s worden uitdragen, geïnspireerd door de ene bron die ons werk inderdaad één doet zijn. Het is een posi-

tieve, spannende en buitengewoon interessante ontwikkeling, die voor ons ligt. In dat licht blijkt pentagram een belangrijke en bindende rol te vervullen in het wereldwijde werk van de geestesschool, doordat het in 42 landen (en 17 talen!) identiek verschijnt, tenminste wat de in-houd betreft. Het blijkt keer op keer een uitste-kend medium om de polsslag weer te geven van de moderne geestesschool.Anno 2012 zijn de bijdragen die in het tijd-schrift verschijnen, geschreven door leerlingen en vrienden uit binnen- en buitenland. In een aantal landen zijn schrijversgroepen, die op regelmatige basis bijeenkomen en bespreken wat zij schrij-ven of plannen maken voor onderwerpen als themanummers of individuele bijdragen. Het is verrijkend en boeiend als leerlingen wereldwijd gedachten, denkbeelden en intuïtie op hun weg naar waarheid en wijsheid kunnen delen. Daar-aan biedt pentagram graag een plaats en de redactie is blij met bijdragen uit alle landen en uit alle windstreken van ons werk. Een leerling reageert op de werkzame kracht van de Gnosis, die hem overvloedig bereikt in de geestesschool. Hij is geïnteresseerd in de wereldgebeurtenis-sen, omdat hij in de wereld is – en daarom ook medeverantwoordelijk voor alles wat zich daarin ontwikkelt. Want veel ontwikkelingen bieden een kans om beter te kunnen werken en dienen. Gericht op waarheid, wil hij zelf ook waar zijn. In wat hij schrijft is hij zich ervan bewust dat de wereld van de uiterlijkheden altijd slechts één zij-de kan laten zien. Met zijn verstand, zijn hoofd, verlangt hij om te weten, te omvatten, liefdevol

internationale samenwerking lezers en redactie pentagram

te begrijpen: gnosis. Zijn hart gaat uit naar ware schoonheid; schoonheid van innerlijk, van moraal, van rede en ziel. Want ware schoonheid komt voort uit het alleen-goede, dat immers God is. En waar hoofd en hart vol van zijn, daarvan wil hij met zijn daad, en pen, getuigen.Er tekenen zich voor zijn bewustzijn duidelijk twee natuurorden af. Er is een steeds aan zich-zelf gelijk blijvende wereld van het Licht. En er is een wereld waarin niets blijvends is, die altijd veranderend is, en waar alles eens verdwijnen zal. Hoe verheugend is het dan, dat deze laatste desondanks omhuld is door een ideaal Licht, dat aansluiting zoekt bij het Licht in de mens, en dat het mogelijk maakt het Lichtwezen in de mens te wekken en tot ontplooiing te brengen. Het is om die reden, dat de redactie van pen-tagram het haar verantwoordelijkheid acht dat Licht te verwoorden, als het ware te laten zien, en het lied van bevrijding te laten klinken, voor

zover het mogelijk is. We blijven op zoek naar steeds weer nieuwe aanrakingen van het Licht, met een ontvankelijk hart lezend hoe anderen met het Licht hebben gewerkt. Want van de resultaten die zij behaalden, kan opnieuw inspi-ratie uitgaan. Wij trekken ons eraan op als we erover lezen, als we erover schrijven. Daarom nodigen wij leerlingen uit alle stre-ken uit om hun bijdragen aan ons op te sturen, opdat pentagram, meer nog dan nu, het actuele werk van de geestesschool in de hele wereld kan weergeven, en de wedergeboren nieuwe ziel op die wijze kenbaar kan maken.De redactie µ

U kunt u bijdragen sturen aan:

Redactie Pentagram

p/a Conferentieoord Renova

Maartensdijkseweg 1

NL-3723 MC Bilthoven

[email protected]

De redactie bepaalt of een

artikel, al dan niet in gewij-

zigde vorm, wordt geplaatst.

Page 7: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

Don Relyea, Rode lijsten. Abstract geometrische kunst, 2005

10 pentagram 6/2011 de achterkant van het licht 11

Mensen hebben altijd schaduw, denkt de reiziger. En waarom zou je die trou-wens kwijt willen? Wat is er erg aan? Kan een mens zonder schaduw? Een reiziger op zoek naar het tegenovergestelde van schaduw: transparantie.

10 pentagram 6/2011

M et grote snelheid raast de trein voort. De reiziger kijkt uit het raam naar het spel van licht en schaduw dat voorbij-

vliegt. Fascinerend. Dat vindt een klein meisje kennelijk ook, want ze zegt: ‘Kijk eens pappa, wat een lange schaduwen!’ Tot verbazing van de reiziger begint de vader een lange verhan-deling over licht en schaduw, tot in de puntjes uitgewerkt. Hij eindigt met: ‘En als je dus op de evenaar staat, heb je geen schaduw’. Een ongebruikelijk gesprek in een trein. Jaren-lang draagt de reiziger het voorval met zich mee en af en toe komt het even in zijn herinnering boven. Vooral de laatste zin, maar hij doet er niets mee. Totdat op een feestje zijn vrienden leuke internetfilmpjes aan elkaar laten zien. Er is een filmpje bij over een klein meisje dat in paniek raakt bij het zien van haar eigen schaduw.De vrienden schateren het uit en herhalen het filmpje een paar keer om nog eens te kunnen lachen om het bange kleine meisje. De reiziger vindt bange kleine meisjes niet om te lachen maar hij kijkt toch steeds. Het roept iets in hem op, maar het feestje gaat door en hij feest mee. Toch laat het hem niet los. Hij moet ermee aan het werk. Dat kan geen toeval zijn, die twee ‘schaduwzaken’ die hij heeft bewaard. Tijdens zijn reizen speelt hij in gedachten de twee voorvallen af. Van het gesprek van de vader met zijn dochter weet hij alleen nog de laatste zin. Het filmpje staat hem nog vers voor de geest. Eerst maar eens dat geval met die eve-naar. Zijn rijke fantasie suggereert dat het meisje als ze een jaar of twintig is misschien wel naar

Afrika reist om te controleren of haar vaders verhaal wel klopt. Het is niet gemakkelijk om precies de evenaar te vinden, maar het lukt. Ze gaat er precies op staan, maar helaas: ze heeft toch nog een klein schaduwtje. Ze maakt zich zo plat mogelijk, maar nee, nog steeds. Zelfs als ze zo plat als een dubbeltje was zou ze nog wel

schaduw hebben.Mensen hebben altijd schaduw, denkt de rei-ziger. En waarom zou je die trouwens kwijt willen? Wat is er erg aan? Waarom raakte het andere meisje compleet in paniek bij het zien van haar schaduw?Hij zocht in zijn geheugen en op internet naar

alles over schaduw en kwam een aantal dingen tegen, waar hij een keurig lijstje van maakte:1. Het verhaal van Plato over de geketenden in een grot die met hun rug naar het vuur zitten en hun hele leven alleen maar schaduwen zien. Zij zien die natuurlijk voor echt aan, aangezien zij de werkelijkheid niet kennen.

de achterkant van het licht

Page 8: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

Zijn fantasie toverde hem een beeld voor ogen van mensen met Januskoppen: als hun mooie kant voor zat, zat de lelijke onder hun haar. En vice versa.

12 pentagram 6/2011 de achterkant van het licht 13

2. Schaduwen worden door velen geassocieerd met de dood en in het algemeen met nare din-gen.3. Er zijn ook kinderen die leuke spelletjes doen met hun schaduwen.4. Er zijn weinig volwassenen die leuke spelle-tjes doen met hun schaduw, maar wel velen die met hun schaduw in psychologisch opzicht wor-stelen en daarvoor in therapie gaan. 5. Het principe van de schaduw heeft zeer veel schrijvers geïnspireerd voor verhalen over mensen zonder schaduw, of schaduwen die een eigen leven leiden en zelfs de persoon gaan overheersen. Hans Christian Andersen bijvoor-beeld.6. Er is veel bijgeloof te vinden dat met schadu-wen te maken heeft. Zo zijn sommige mensen bang om in iemand anders’ schaduw te staan en stampen boze kinderen soms op de schaduw van hun ouders.

Het verhaal van Plato vond hij intrigerend. Het bestaan van een andere werkelijkheid leek hem een reële mogelijkheid, maar hoe komen die mensen in de grot daar ooit achter? Hij wilde ook best als mogelijkheid aannemen dat hij zelf alleen maar schaduwen zag. Eigenlijk was het maar te hopen dat alles om hem heen niet de uiteindelijke werkelijkheid zou zijn. Hij kon er diep treurig van worden. Maar er gebeurden ook ontroerende, of gewel-dige dingen! Soms kon muziek, of een woord, of een boom, hem zo diep raken… Hoe zat dat dan?

Of sloeg Plato’s verhaal alleen op die psycho-logische schaduw in de zin van je eigen onbe-lichte kant?Jung had het daarover. Dat je in de loop van je leven een deel van je eigenschappen verbant naar het onbewuste en probeert alleen het door jou zelf geaccepteerde deel naar buiten te laten zien. Maar je schaduw gaat natuurlijk mee en op onverwachte momenten zie je hem zelf. Dan schiet je uit je slof, liegt of doet iets anders wat je niet wilt. Of je projecteert hem op anderen en veroordeelt hen om eigenschappen die je in jezelf niet meer ziet.Wat dat betreft was het gedrag van het angstige meisje volstrekt verklaarbaar. Maar over projectie had de reiziger zelf al veel ontdekt. Hij was ook in staat om zijn eigen projecties te herkennen en in zichzelf te plaat-sen. Hij wist inmiddels zeker dat een mens alle eigenschappen bezit en dus eigenlijk ook alle mogelijkheden. Die ontdekking was beslist heilzaam geweest. Toch vroeg hij zich af of een mens dan in psychologische zin geen donkere kant meer zou hebben, geen schaduwzijde. Hij wist het antwoord niet, maar behield de vraag.Na verloop van tijd concludeerde hij dat zolang de mens iets deed hij toch altijd een schaduw zou werpen. Zijn fantasie toverde hem een beeld voor ogen van mensen met Januskoppen: als hun mooie kant voor zat, zat de lelijke on-der hun haar. En vice versa. Dan kun je zelf wel weten dat je die andere kant hebt en dat andere mensen die ook hebben. Dat lost een hoop moeilijkheden op. Maar je kunt nooit allebei

de kanten naar voren dragen, omdat ze elkaars tegengestelde zijn.Lastig bleef het.En hij ging weer terug naar zijn eerste schaduw- idee. Naar het meisje dat zo plat als papier op de evenaar probeerde te staan. Ze zou ontdek-ken dat het niet lukte. Ze zou weten dat als je je schaduw in je opneemt je nog steeds niet wit bent, maar grijs. Omdat je nog steeds bént.En de reiziger besloot dat het meisje na al die moeite wel verdiende te ontdekken dat al-leen het licht zélf geen schaduw heeft. En dat de enige manier om geen schaduw te werpen volkomen transparantie zou zijn, een volkomen niet-zijn. Zou dat kunnen? En zou deze transparante mens dan zien zoals het Licht zelf ziet? Hij zou naar de aarde kunnen kijken en niets dan Licht zien. Een projectie van het Licht zelf. Zijn trans-parante blik zou door alles heen zien omdat het Licht overal kan doordringen als hij er niet meer tussen staat. Het waarom van het bestaan zou hem duidelijk worden. Zelfs het kleinste van het kleinste zou hij niet meer onooglijk kunnen noemen. Hij zou eindelijk het plan zien, mét kleine meisjes, bomen, muziek en scha-duwen. En zijn geluk zou kleine lichtpuntjes werpen op alles wat hij zag. µ

Page 9: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

14 pentagram 6/2011 foton is mijn naam 15

Hoe jij heet, weet ik maar ken je mij? Als je over licht spreekt is dat wel noodzakelijk – want dat is mijn specialiteit. Mijn naam is Foton; soms noemen ze me ook wel lichtdeeltje. Fotonen zijn energiehoeveelheden die vrijkomen wanneer elektronen van een hogere omloopbaan naar een lagere baan om het atoom overgaan.

14 pentagram 6/2011

M et het bovenstaande heb ik zojuist eveneens onze opdracht geschetst: er-voor zorgen dat de elektronen op een

ordelijke wijze om de atoomkern draaien. Ja, we doen het huishouden binnen in het atoom. Samen met de elektronen zijn wij, fotonen, de belangrijkste elementaire deeltjes in het heelal. Zonder fotonen zou er geen universum, geen wereld, geen mens, geen atoom zijn.Ik zou haast vergeten je onze familienaam, de elektromagnetische kracht, te noemen. Maar dat had je al lang begrepen. Onze familie is één van de vier krachtenfamilies die ervoor zorgen dat de wereld blijft bestaan. Zo zijn er twee krach-ten werkzaam in de atoomkernen: de zwakke en de nucleaire (of sterke) kracht en twee daar-buiten, de zwaartekracht en elektromagnetische kracht.

Het is niet zonder fierheid dat ik kan zeggen dat mijn familie veruit de belangrijkste is. In in zijn boek Wat Darwin niet kon weten heeft Gerrit Teule ons werk mooi beschreven. Hij stelt dat men de samenwerking tussen de vier krach-ten kan vergelijken met de opvoering van een toneelstuk. De beide atoomkrachten vormen de coulissen. Dit is een belangrijk maar passief element. De toneelvloer komt overeen met de zwaartekracht, die het toneelspelen mogelijk maakt. Maar op het toneel is het de elektromag-netische kracht die haar kunsten vertoont.Je kunt ons ook vergelijken met postbodes die pakketjes energie (informatie) ronddragen. Wel iets vlugger dan een gewone postbode: Fotonen

razen met een snelheid van 300.000 km per seconde door het universum. In het perspectief van de enorme afstanden in het heelal zijn we soms nog heel lang onderweg. De Hubble-ruim-tetelescoop geeft sterrenstelsels te zien waarvan het licht vele lichtjaren onderweg is. Dit lijkt op nieuwjaarswensen overbrengen uit de tijd van de Egyptische farao’s.Het bekendst zijn wij in de vorm van licht. Met licht bedoel ik niet alleen het zichtbare licht

met de kleurschakering van rood naar blauw – dit is maar een klein onderdeel. Het is ver-gelijkbaar met de toonladder. Er zijn tonen die boven en onder de gehoorgrens liggen. Ultra- violet licht is voor de mensen niet zichtbaar maar het is wel licht. Het werkt in op een fotogevoelige plaat. De trillingsfrequentie is hoger dan bij zichtbaar licht. Bij nog hogere waarden van de frequentie spreekt men van röntgenstraling en uiteindelijk gammastraling.

Als het frequentiegetal afneemt gaan we van blauw via rood naar infrarood (warmtestraling). Televisiegolven, korte en lange radiogolven hebben nog een lager frequentiegetal. Dit is al-lemaal ons werk. De ogen van de mensen zijn prima instrumenten. Vijf of zes van mijn broers of zusters die het oog treffen zijn al voldoende om een zenuwcel een bericht naar de hersenen te laten sturen. Zou het menselijke oog slechts tien keer gevoeliger zijn, dan kon iedereen

foton is mijn naam het bekendst ben ik in de VoRM VAn Licht

Don Relyea, stadslandschappen met ladders en helipads II (stadscapes with Ladders and helipads ii). Abstract geometrische kunst, 2005

Page 10: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

16 pentagram 6/2011 foton is mijn naam 17

zwak licht van één kleur zien als kleine flitsjes van licht.Binnen onze familie zijn er ook virtuele foto-nen. Zij pendelen heen en weer tussen het nul-puntenergieveld en de fysieke wereld. Ze botsen met en worden geabsorbeerd door subatomaire deeltjes die aangeslagen worden in een hogere energietoestand. Zo’n foton wordt een virtueel foton genoemd omdat het niet in onze materi-ele wereld blijft. Het wordt alleen gebruikt om energie uit te wisselen. Niet alleen werkt alle elektrotechnische en elektronische apparatuur volgens de elektro-magnetische kracht, ook alle structuren en mechanismen in de menselijke lichamen werken op basis hiervan. Zo spelen we samen met de elektronen een cruciale rol in de samenwerking tussen geest en lichaam. Het is voor ons lach-wekkend dat vele medici met de modernste ap-paratuur werken gebaseerd op de elektromagne-tische kracht – terwijl de idee dat het menselijk lichaam op basis van dezelfde kracht werkt bij hen nog niet is opgekomen.

Ons bestaan is evenwel niet allemaal zonne-schijn voor de mens. De elektromagnetische kracht is een schitterend vermogen – zolang de wetenschappers haar niet misbruiken in func-tie van de commercie. Ik bedoel hier de uit de hand gelopen telecommunicatie met de gepulste stralingen. Dergelijke straling komt in de natuur niet voor en de pakketjes energie (informatie) die tot 100 pulsen per seconde voor GSM’s verzonden worden dreunen op jullie lichamen

als kogels uit een machinegeweer. Het immuun-systeem draait er dol van. Ik kan er niets aan verhelpen. Gelukkig luiden vooruitziende men-sen de alarmklok: je leest al hier en daar dat elektromagnetische velden in feite de grootste vervuilers zijn.Het belangrijkste element is evenwel: de elek-tromagnetische kracht van de Gnosis, de Licht-kracht uit het oorspronkelijke rijk. Als je je wezen opent voor Lichtkracht, stroomt deze volop binnen in het microkosmische stelsel en de straling ervan reinigt het ademveld van alle onheiligheid, van alle innerlijke disharmonie. En de manier waarop dit oorspronkelijke, universele Licht werkt is hetzelfde als bij de gewone ver-schijnselen – met dit verschil dat het in en uit een andere dimensie opereert. Deze spirituele Lichtwerking is als een ontzagwekkende genade, maar blijft een geheim, zelfs voor de subtielste waarnemingsorganen van de mens. Alleen de resultaten ervan zijn waarneembaar. Dat ervaar je zelf wel.Het was aangenaam met je te kunnen praten. Eens het hart te luchten. Immers tot de vorige eeuw hebben we in de anonimiteit gewerkt, omdat niemand van ons bestaan afwist. Ik moet afronden. Ik heb mijn pakketje lichtenergie be-zorgd; de plicht roept. Mijn broeders en zusters bekijken me al met een vermanende blik. µ

Een virtueel foton wisselt energie uit, terwijl het heen en weer pendelt tussen het nulpuntenergieveld en de fysieke wereld

‘Aangezien het ons lot is dat we maar een beperkte tijd hebben om een zinvol en creatief leven te ontwikkelen, vraag ik me af of deze speurtocht [naar het waarom ik dit doe, naar waar ik vandaan kom en waar ik naartoe wil] misschien wel een vorm van kunst is...’ een papierkunstwerk als een surrealistisch landschap van Yoshio ikezaki

Page 11: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

18 pentagram 6/2011 lokasenna – loki’s twistgesprek 19

De dood van Balder verstoorde het evenwicht tussen geest en natuur. In Midgard konden derhalve boosheid en materialisme de over-hand krijgen. De duistere periode begon. In het oosten werd dit het ‘kalijoega’ genoemd. ‘God is dood’, zei de Duitse filosoof Nietz-sche. De mensen kunnen het lichtrijke heden van het goddelijke zijn niet meer waarnemen. Een gevolg daarvan is natuurlijk dat de mensen de godheid ook niet meer in het werk van de natuur, via de buitenwereld kunnen ervaren. Slechts een geloof aan een ‘verre’ godheid blijft over: paternaal, uiterlijk, conservatief en rigide. Als een wereldordening of een samenleving het lichtende fundament van de geest uit het oog verliest, veruiterlijkt zij meer en meer.De draak Nidhögg (synoniem voor afgunst) is nu in staat de wortels van de wereld-es Ygdra-sil door te bijten. Daardoor beeft deze tot in de hoogten van Asgard, de zetel van de goden. Dat is het signaal voor de samenkomst van de goddelijke wereldmachten uit de voortijd om op een speciale strijdplaats, Vigrid, in Mid-gard samen te komen. Hier vindt de laatste en beslissende veldslag plaats. Nu kan Loki zich bevrijden van zijn ketenen. Het door de goden gescheiden verstand verlangt een grote ont-plooiing. Hij verschijnt op het wereldtoneel met zijn kinderen, de Fenriswolf en de Midgard-slang. Loki heeft de wolf bij een reuzin verwekt. Hij was zo krachtig geworden dat niemand hem weerstaan kon. Alleen door list en een tover-band was het de goden gelukt hem te ketenen.

Mjölnir voor Thor en de ring Draupnir voor Odin. Maar hij is tegelijk trots op zijn moord op Balder en is tevens de vader van helse wezens.Vaak wordt hij ook als cultuurheld erkend, verwant aan de Griekse Prometheus. Het vuur dat deze aan de mensen schenkt is een dubbel-zinnige gift: enerzijds bevordert het cultuur en ontwikkeling (warmte, licht, kookkunst, me-taalbewerking...), anderzijds tonen de resultaten altijd weer aan dat de mens deze cultuur in feite niet kan beheersen en er met vuurwapens en andere vernietigingstechnieken weer een einde aan maakt.Maar, alhoewel hij volgens de gangbare the-orieën als vuurgeest wordt gezien, met al het potentieel voor goed en kwaad dat met vuur sa-mengaat, zou het kunnen dat deze visie is terug te voeren tot een linguïstische verwarring met ‘logi’ (vuur), want er is daarvoor slechts weinig aanwijzing in de mythe, waar Loki’s rol vooral geassocieerd wordt met Odin, hetzij als diens gewillige evenknie, hetzij als zijn kwade genius of de slechterik.Ström1 identificeert zelfs de twee goden in die mate dat hij Loki een ‘hypostasis van Odin’ noemt: een andere personificatie van de be-gingod. En Rübekeil2 suggereert dat de twee goden aanvankelijk identiek waren, afgeleid van de Keltische Lugus of Lugh (wiens naam in Loki vervat zou liggen). In ieder geval was de figuur Loki waarschijnlijk geen late uitvinding van de Noordse skalden, maar stamt zij eerder af van een gemeenschappelijk Indo-Europees prototype.

i n de vorige aflevering in onze serie over de Edda zagen we dat Hods blinde pijl het aspect in de mens doodt dat het Licht ziet.

Het verstand, Loki, kent slechts ja of nee en is ‘blind’ voor Balders bijzondere atmosfeer, die behoort bij de sfeer van het oorspronkelijke leven.In de Lokasenna (het twistgesprek van Loki) komt daarna de halfgod Loki, die soms als vriend en soms als vijand van de goden op-treedt, de feestvreugde verstoren. Loki is een dubbelzinnige en geheimzinnige figuur: Hij is een Ase en hij vecht vaak met de andere Asen tegen de reuzen. Door dwergen laat hij ma-gische voorwerpen smeden – zoals de hamer

lokasenna – loki’s twistgesprekOntelbare mythen zijn aan ons overgeleverd uit de meest uiteenlopende cultuurperioden. Zij hou-den voorstellingen in van de vroege mensheid over het ontstaan van de wereld, de activiteit van de natuurkrachten, goden en het lot na de dood.

In deze serie over de Edda hebben we een poging ondernomen de zeggings-kracht van overoude mythische voor-stellingen toegankelijk te maken voor het huidige begripsvermogen. Van belang omdat de Edda een epos is waarin de mysteriën van de ontwikkelingvan de wereld op een weergaloze wijze worden weergegeven. Het geeft de strijd tussen de geestelijke of psychologische krachten weer, waarin het Licht tracht de duisternis van het menselijke bewustzijn op te heffen. Ook in het laatste deel van de serie komt als vanzelfsprekend op-nieuw die strijd naar voren.

Page 12: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

Het verlangen naar een ‘gouden periode’ is in alle tijden als een kiem in de harten van de mensen bewaard gebleven

20 pentagram 6/2011 lokasenna – loki’s twistgesprek 2120 pentagram 6/2011

Wat de goden schiepen, kende leven. Wat de mens uit de natuur opriep, torende over hem heen, had de dood in zich en verbreidde de dood. Vanaf een bepaald kritisch punt luidt deze zich uitbreidende dood de eindtijd in.Vers 50 en 51 zeggen: Vers 50: ‘De zon wordt zwart; in zee zinkt de aarde; uit de hemel vallen de heldere sterren; damp en vuur dringen dooreen; hoog tot de hemel stijgt een hete vlam.’Vers 51: ‘Garm huilt grimmig voor Gnipahellir, de strik zal scheuren en springen de wolf. Veel wijsheid weet ik – ver kan ik schouwen - het sterke noodlot der strijdbare Asen.’Garm is een andere benaming voor de Fenris-wolf. Widar, de ‘verder heersende’ godheid die op de achtergrond actief is, symboliseert een opflakkering van datgene wat Christus eenmaal zou bewerkstelligen voor de ontwikkeling van de mensheid. De Edda is een epos, waarin de mysteriën van de ontwikkeling van de wereld op een weerga-loze wijze worden weergegeven, op een ma-nier die ons nog in de 21ste eeuw als het ware overdondert. In deze serie over de Edda hebben we een poging ondernomen de zeggingskracht van die oeroude mythische voorstellingen toegankelijk te maken voor het huidige begripsvermogen. Het verhaal geeft de ene universele waarheid door in uiteenlopende beelden, overeenkomstig het voorstellingsvermogen van de toenmalige hoorders. Het verlangen naar de ‘gouden periode’ is

steeds als een kiem in de harten van de mensen bewaard gebleven, en iedere tijd heeft daaraan zijn eigen beelden en begrippen gegeven. De broederstrijd van Seth en Osiris, de daad van Prometheus die het vuur uit de hemel stal, en de complexe verhaalstructuur van de Edda, alle geven ze de strijd tussen de geestelijke of psy-chologische krachten weer, waarin en waarmee het Licht tracht de duisternis van het menselijke bewustzijn op te heffen. Sinds de dagen van Jezus, die de Christus bracht is deze strijd geheel naar het innerlijk van de mens verlegd. Het is de opgave van de nieuwe tijd, om door zelfontwikkeling en zelfovergave aan deze bewustzijnskrachten, Balders atmosfeer van Licht, leven en lente voor de mensheid te winnen. µ

1. Ake V. Ström, Haralds Biezais:

Germanische und Baltische Religion. Stuttgart 1975

2. Ludwig Rübekeil: Völker und Stammesnamen.

In: Heinrich Beck, Dieter Geuenich, Heiko Steuer (Hrsg.):

Reallexikon der germanischen Altertumskunde – Bd. 32. 2. Auflage.

Berlin/New York 2006

Maar in deze laatste dagen komt hij vrij – sym-bool voor het materialistische denken dat een hoogtepunt bereikt. Ook de Midgardslang heeft Loki bij de reuzin verwekt. Deze werd door de goden in de diepe zee geworpen die rond alle landen ligt. Daar groeide hij zodanig dat hij in de zee alle landen omringt en zichzelf in de staart kan bijten. Ook hij komt tevoorschijn, om in de laatste dagen tegen de goden te vechten. Door hem overstro-men de oevers. De vorstreuzen komen uit het land van de reuzen. Surtur de zwarte vuurreus ontsteekt de wereldbrand met zijn vlammende zwaard. De Asen rijden over de regenboogbrug en gaan met de wanen het gevecht aan met de ontke-tende natuurkrachten. De Fenriswolf spert zijn muil zo ver open dat hij met zijn bovenkaak de hemel en met zijn onderkaak de aarde raakt. Hij verslindt Odin die hem met zijn gouden helm, speer en harnas nadert. Widar, die tot de sterk-ste van de goden behoort en een zoon is van Odin zet zijn voet in de onderkaak van de wolf,

grijpt met zijn hand de bovenkaak en scheurt zijn kaken in tweeën. Daardoor sterft de wolf. De god Thor lukt het de Midgardslang te do-den, maar in die strijd valt hij zelf ten offer aan het gif dat de worm op hem heeft gespuwd. Heimdall, ‘de wereld-lichtende’, vecht met Loki en zij vernietigen elkaar. Surtur slingert vuur over de aarde en verbrandt de hele wereld. Ook de wereld-es brandt, maar wordt niet geheel vernietigd. God is dood. Het goddelijk geestelijke heden is in de mens uitgedoofd. Maar ook het op het ego gerichte denken komt in een crisis terecht en wordt aan de kaak gesteld: ‘Occupy’ is we-reldwijd een duidelijk signaal voor een nieuwe tijd, waarin de wereldmachten (banken, politici, economische leiders) nieuwe en mensvriende-lijkere uitgangspunten zullen dienen te vinden, die de gehele samenleving dienen. De goden vormden eens de natuur. Vervolgens zou de mens de ‘reuzenkrachten’ in beweging gaan brengen, zich ervan bedienend, maar daar-door tegelijk analoog aan zich ervan bedienend.

De mistel, maretak of mistletoe. deze naam komt uit het oud-hoogduits. Mistil – mest; omdat het zaad door een vogel in het braaksel naar de hoge takken van de bomen werd gebracht. het is een halfparasiet, omdat deze weliswaar een gastheer nodig heeft, maar hem niet schaadt. in de volksmond wordt de mistel ook toverkruid genoemd. indien de doseringen op de juiste wijze zijn bereid, kan men de mistletoe gebruiken om het hart te versterken en tumoren te bestrijden. Jonge twijgen die tijdens de fase van bloei gedroogd en kleingewreven zijn, kunnen het immuniteitssysteem versterken. een overdosis kan een hartverlamming tot gevolg hebben. het is tegelijkertijd gif en geneesmiddel. toch associeerde men in de mythe de jonge tere mistel niet met het brengen van ongeluk. hij scheen te onschul-dig om verdacht te kunnen zijn. Maar uitgerekend een tak van deze plant droeg bij aan de dood van balder ; niets is zo zuiver dat het niet kan worden misbruikt. de krachten

van de listige zelfzucht (die Loki immers ook is) komen de subtiele suggesties van het jonge innerlijke geestelijke principe allerminst gelegen. hoe gemakkelijk en pijlsnel kan het lagere denken het goddelijke Licht in het hart verlam-men, of zelfs doden! omdat de mistel geen eigen wortels heeft en niet door de jaargetijden beïnvloed wordt, en als een wezen van de lucht ook lijkt te leven van lucht en water, werd hij vaak vereerd als heilige plant. Voor onze voorouders symboliseerde hij de overwinning van het leven op de dood, temeer omdat in de winter hoog in de bomen de altijdgroene kegels van de mistelplant zichtbaar waren. Voor de kelten en druïden gold de eik als een heilige boom en daar plukten zij de heilige mistels van. er is iets van de magie van de mistel overgebleven in onze tijd. in engeland hangt men met kerstmis misteltwijgen boven de deur. Als een verliefd paar elkaar eronder kust, betekent dit geluk voor hun toekomst.

Page 13: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

22 pentagram 6/2011 zijn wij licht- of schijnwezens? 23

In alle dingen openbaart zich het levensprincipe van een uniek organisme. De materie is de openbaring van het leven, maar leeft niet uit zichzelf. De materie ontstaat uit lichtgolven, atomen die de ideeën van het universum, uiteindelijk van de godheid, overdragen. Maar zelf zijn zij geen werkelijk leven – alleen schijn, droom, projectie. Wie of wat zijn wij? Licht of schijn? Op deze vragen moet elk mens in zichzelf en met zichzelf het antwoord vinden.

22 pentagram 6/2011

‘Het werkelijke licht, het kosmische, onbeweeglijke licht is de bron van alles wat is. Het is de hoogste

werkelijkheid. Het is echter onmogelijk om dat licht te zien. Het is onmogelijk om dit met de zintuigen waar te nemen. Dit licht kan alleen in het innerlijk van de mens worden herkend, in dat onbeweeglijke punt dat het gemeenschappe-lijke middelpunt van alles is.’ Walter RussellHoe en met welk uitgangspunt bepalen wij wat werkelijk is? Begint alles niet in ons innerlijk? In de kleine wereld van de microkosmos? Daarin bevindt zich ons lichaam met zijn zintuigen, gevoelens en gedachten, steeds in beweging als in een kettingreactie, of als in een werveling waarin begin en einde niet te ontwaren zijn. Dat is wat wij mens noemen. Als wij tot rust komen zullen wij ervaren dat er naast dit alles of op de achtergrond ervan een stille aanwezigheid bestaat van iets of iemand die alles waarneemt. Zoiets als een eenvoudige stille vlam die wij bewustzijn noemen en die het bestaan mogelijk maakt van al het overige. Deze is altijd aanwezig, ook als al het andere verandert. Wij kunnen deze vlam, dit bewustzijn vergelijken met een achtergrond waarop meer-dimensionale beelden geprojecteerd worden, als in een hologram. Het kenmerkende van een driedimensionaal beeld of hologram is dat het een ruimtelijk (3D) beeld op een plat oppervlak is. Door het plaatje onder een bepaalde hoek te bekijken, zie je een echt ruimtelijk beeld. dat door een laser is gemaakt. Het licht van de laser wordt in 2 (of meer) stralen gesplitst, en op de

gevoelige plaat geprojecteerd. Daarna wordt de plaat ontwikkeld, als een gewone foto. Als er op de foto licht valt, zal het hologram zich laten zien. Elk deel van de afbeelding bevat in zichzelf de gehele afbeelding Na de ontdekking van deze technologie zag men voor het eerst de analogie met ons universum. Ons universum kan vergeleken worden met het hologram. Alles wordt erin geprojecteerd, van sneeuwvlokjes tot sterren – en bovendien ook een afbeelding van

een andere, hogere werkelijkheid, die voortkomt uit de sfeer buiten tijd en ruimte. Deze ontdekkingen van de huidige wetenschap doen vermoeden dat de wereld om ons heen niet op de wijze bestaat, zoals men vroeger aannam. Niet als een verzameling van elkaar gescheiden dingen en verschijnselen maar eerder als een projectie, een verre afschaduwing in en van het licht van het universele bewustzijn. En nog een belangrijk feit, ieder deel van deze

werkelijkheid is met alle andere verbonden en draagt in zich een afbeelding van deze wer-kelijkheid, in overeenstemming met de oude hermetische wijsheid: ‘zo boven, zo beneden.’Met andere woorden: in alle dingen openbaart zich het levensprincipe van een uniek orga-nisme. De materie is de openbaring van het leven maar leeft niet uit zichzelf, of het nu in de vorm is van mensen, de zon of een boom. De materie ontstaat uit lichtgolven, atomen die

zijn wij licht- of schijnwezens?

Don Relyea, Stadslandschappen met ladders en helipads IV. Abstract geometrische kunst. 2005

Page 14: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

24 pentagram 6/2011 ogenlicht 25

de ideeën van het universum, uiteindelijk van de godheid, overdragen. Maar zelf zijn zij geen werkelijk leven – alleen schijn, droom, projectie. Vanuit dit gezichtspunt bekeken, gaan wij ook begrijpen waarom er zoveel gecompliceerde en steeds weer nieuwe, steeds incomplete, zich zo vaak tegensprekende theorieën zijn, die onze we-reld trachten te verklaren. Het lijkt op een onder-zoek van schaduwen. En wie onderzoeken deze schaduwen? De schaduwen zelf, of niet soms?Wie of wat zijn wij? Licht of schijn? Op deze vra-gen moet elk mens in zichzelf en met zichzelf het antwoord vinden. Er is een werkelijk leven en een oorspronkelijk Licht. Niet het licht dat 300.000 kilometer in een seconde aflegt maar een Licht dat zich met een onmeetbare snelheid beweegt. Of beter gezegd; een Licht dat nergens naartoe hoeft te reizen omdat het alomtegenwoordig is. Het is dat zo vaak genoemde Licht der lichten, een im-materiële existentie, een echte, levende basis voor alles, het universum en ook voor ons. De mens echter moet dit Licht bewust ontdek-ken als een eigen innerlijke essentie. Deze es-sentie wil zich via ons op bewuste wijze manifes-teren. De wereld, de realiteit die wij waarnemen hangt af de waarnemingspositie, van het bewust-zijn van de beschouwer. De zintuigen zijn daar maar een secundair instrument bij. Als wij een duidelijk beeld van de waarheid willen krijgen, moeten wij in eerste instantie een onbeweeglijk, onveranderlijk punt van waarneming vinden.Het lijkt op het foto’s maken met een camera die beweegt. De foto’s worden onscherp of verto-nen alleen maar vegen. Zijn wij echter in rust en

onbeweeglijk dan kunnen we een duidelijk beeld krijgen. Dit belangrijke onbeweeglijke centrum verbergt zich in ons. Het is de werkelijke mense-lijke essentie, en tegelijkertijd het gemeenschap-pelijk middelpunt van al het bestaande. Waar treffen wij deze kern, de essentie, aan?C.G. Jung, de Zwitserse psychiater zei eens: ‘Wie naar buiten kijkt, droomt. Wie de blik naar binnen richt, ontwaakt.’Het wakker zijn leidt tot de waarheid, zij zijn met elkaar verbonden. En om te ontwaken moet een mens naar de waarheid verlangen. Dat wil zeggen: verlangen naar verlichting van de waar-neming en dit Licht dan alles te willen geven. Wellicht stap voor stap maar toch alles. Dat gebeurt door het waarnemen met het hart, dag in, dag uit, van moment tot moment: wat is er in weerklank met de ziel, met het innerlijk? Op die wijze zullen wij steeds dichter bij de bron komen, tot bij de kern van ons wezen. En de vlam van het bewustzijn kan zich steeds sterker in onze kleine wereld, de microkosmos, openbaren en zal de persoonlijke zorgen en angsten verminderen en laten verdwijnen. De verkeerde beelden, voorstellingen en begrenzin-gen zullen oplossen in het grotere concept van het geheel. Dit zal misschien niet zonder pijn of leed gebeuren. Het wil zeggen in het innerlijk te schouwen en onvoorwaardelijk de zoektocht naar de hogere projectie, naar het oorspronke-lijke Licht en de waarheid van het eigen zijn te voltooien. Dat zouden wij het bewuste leven kunnen noemen, dat het verschil uitmaakt tus-sen schijn- en lichtwezen. µ

h et oog kan zichzelf niet zien, het heeft een spiegel nodig.Gods spiegel – om zichzelf te zien –is

de mens.‘De mens is het oog van de wereld, de wereld is de weerspiegeling van God en God zelf is het licht van het oog.De mens is het oog dat in de spiegel ziet en net als de spiegel het gezicht weerspiegelt van de mens die erin kijkt, kijkt de weerspiegeling van dit oog naar het oog.God die het oog van de mens is, neemt zichzelf waar door de mens. Dit is buitengewoon subtiel. Vanuit het ene gezichtspunt is God het oog van de mens, vanuit het andere is de mens het oog van de wereld, want de wereld en de mens zijn één. Deze mens, die het oog van de wereld is, wordt de volmaakte mens genoemd. Aangezien de mens een totaliteit is van alles wat bestaat, is hij een wereld in zichzelf. De relatie die bestaat tussen God en de mens bestaat tussen mens en de wereld.’(Sjeik Mohammed Lahiji)

Als wij onszelf in de ogen kijken door middel van een spiegel blijkt het oog altijd ergens op gericht. De vraag zou nu kunnen zijn: maar wat kijkt naar wat en wat ziet wat? Of wat neemt wat waar?De Egyptische aanduiding Ra betekent licht of zon. Ra is de kosmische scheppende oer-kracht, de onzichtbare zon achter de zon, die alle scheppingsprincipes of werkzaamheden, in zich besloten houdt. De zon die wij waarnemen

is het oog van Ra en niet Ra zelf. In het oude Egypte zien we het symbool van het oog vaak afgebeeld. Het rechteroog van de mens wordt gezien als het oog van Ra – als het oog van de zon. Het linkeroog wordt gezien als het oog van de maan. Beide ogen samen zijn de ogen van Horus de Oudere en staan voor de spirituele vermogens van de mens.Ons oog is een lichtorgaan, dat wil zeggen een hulpmiddel. Het helpt ons bij het ervaren van de door het licht zichtbaar wordende dimensies, het is dus geen bewustzijnsorgaan in zichzelf.We blijven kijken tot we denken te zien.De ogen hebben een nauwe correlatie met de bewustzijnsorganen. Het rechteroog kent een verband met de pinealis en het deel van het hoofd dat daarmee correspondeert. Het linker-oog correspondeert met het gewone verstan-delijke denken, dat zijn centrum in een ander gedeelte van de hersenen heeft.Het pinealiscentrum is buitengewoon gevoelig voor het gnostieke zonlicht. Het rechteroog neemt dit gnostieke licht evenwel pas dan waar, wanneer het overheersende ego-drijven naar de achtergrond verdwijnt. Tot die tijd kan het alleen dienstdoen als ondergeschikte van het linkeroog, dat nauw met het koele, redenerende verstand is verbonden. We zouden kunnen zeg-gen: naar zijn ware aard blijft het rechteroog dan nog blind.Wie nog niet door het goddelijke licht is ont-stoken, is dus eigenlijk eenogig en eenzijdig gericht op het bestaan in tijd en ruimte. Het ware geestelijke schouwen komt tot stand als de

Ons oog is een lichtorgaan, het helpt ons bij het ervaren van de door het licht zichtbaar wordende dimensies. Het oog ontvangt niet alleen licht, het straalt ook licht en kracht uit, een kracht die tot veel in staat is. Wie en wat we zijn, wordt zo zichtbaar door de straling van onze ogen. Want het oog is de spiegel van de ziel.

ogenlicht

Page 15: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

Het ‘niet-zijn’ van het oog is de heldere spiegel waarin God zichzelf ziet.

26 pentagram 6/2011 ogenlicht 27

pinealis de geestelijke zonnestraling van Ra, de gnostieke stroom van Licht kan ontvangen en daarin kan gaan waarnemen.We trekken door onze ogen ethers aan in een vibratietoestand die gelijk is aan ons eigen bewustzijn. Het oog ontvangt echter niet alleen licht, het straalt ook licht en kracht uit, een kracht die tot veel in staat is. Wie en wat we zijn wordt zichtbaar door de straling van onze ogen. Het oog is de spiegel van de ziel, onze bewustzijnsstaat is dus in die spiegel te lezen. Het oog kan ons voeden maar het kan naar bui-ten toe ook stimuleren, ontsteken en scheppen, in die zin is het uiterst magisch. We spreken ook wel over elkaar al of niet het licht in de ogen gunnen.Ons ogenlicht, ons aandachtslicht, wordt be-paald door ons bewustzijnslicht, vanuit die licht-

kracht scheppen we. Maar het zelfgeschapen wereldbeeld dat we projecteren, betekent ook tegelijkertijd de grens van onze waarneming. We blijven kijken tot we zien wat we denken te zien. Met ons ogenlicht zien we alleen wat we zelf zijn, onze ogenstraling vormt zo om zich heen onze eigen gesloten bewustzijnscirkel, ons ge-zichtsveld. Als in deze gesloten bewustzijnscirkel eenmaal een hoger licht kan binnendringen, ontstaat in de mens begrip voor een grotere werkelijkheid.Het ogenlicht dat getuigt van de centrale vlam in het ikwezen en alleen zichzelf ziet, zal dan, geïnspireerd door dit hogere licht, zich terug-trekken als centraal besturend licht, het oog wordt stil en rein. De vicieuze cirkel van ons staren in de eigen hypnotiserende bewustzijns-spiegel wordt doorbroken. Dit ‘niet-zijn’ van het oog is de heldere spiegel waarin God zichzelf ziet. Als dit nieuwe licht in ons ontstoken wordt, ontvouwt zich een nieuwe wereld voor ons in-nerlijke oog. Wat ziet het innerlijke oog? Wie ziet met het innerlijke oog? Het is de volmaakte, de god-delijke Horusmens, die de oude Egyptenaren de zoon noemden, die in ons in zijn eigen god-delijke wereld ziet, en wij zijn daarvan de stille verlichte getuige. In die stilte kan ons oog die lichtkracht getransformeerd uitstralen. µ

‘Ik ben het ogenlicht,

de geest die in de diepte

ondoorgrondelijk woont.’

(bhagavad gita)

‘de glorievolle ene heeft gezegd: wanneer ik een dienaar

liefheb, ben ik de heer, zijn oor, zodat hij door mij hoort; ik

ben zijn oog, zodat hij mij ziet; ik ben zijn tong, zodat hij door

mij spreekt; ik ben zijn hand, zodat hij mij vastpakt.’

dhoe al noen, 796-856, soefi-mysticus uit egypte die de

verborgen stroom van de gnosis in de islam uitwerkte

Page 16: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

28 pentagram 6/2011 de manifestatie van het licht 29

De verzen van Soefi Mahmoud Shabistari (1288 – 1340) ) uit De geheime rozentuin, waarvan hier een klein voorpublicatie, zijn wel beschouwd als één van de meest geïnspireerde werken die de Perzische dichtkunst heeft opgeleverd. In schoonheid en eenvoud getuigen ze van het licht. ‘O, Licht van God, o schaduwloze oneindigheid.’

De naamieder schepsel is voortgekomen uit naam van de ene, daar ligt zijn begin en daarheen zal hij terugkeren met oneindige lofprijzingen.

De geliefde gastWerp je bestaan volkomen van je, want het is niets anders dan vuilnis en onkruid. ga je hartkamer ontruimen en richt hem in als gastverblijf voor de geliefde. Wanneer jij vertrekt, zal hij binnentreden en aan jou, die het zelf terzijde hebt gelegd, zijn schoonheid onthullen.

De schaduwlozeop het smalle pad van de waarheid staat hij op de middellijn,rechtop, geen schaduw werpt hij voor of achter zich,niet aan zijn linker of rechterzijde.in het oosten en het westen ligt het oriëntatiepunt voor zijn gebed gelegd,overstromend in een zee van goddelijk Licht.heil ! o, Licht van god, o schaduwloze oneindigheid!

de ene

Het Lichthet geopenbaarde Licht heeft de leiding over alle bekoringen van het hart, nu eens als de minstreel, dan weer als de schenker van wijn.Welk een zanger is hij, die door het aanslaan van één akkoord van zijn zoete melodie, de harten in vuur en vlam zet van honderden toegewijde luiste-raars.Welk een schenker, die door het schenken van één glaasje in de roos schiet en dronken maakt.Als hij de moskee binnenkomt bij het vallen van de avond laat hij geen enkele wakende mens in de steek. ‘s nachts als hij het klooster binnenkomt maakt hij van wat de soefi vertelt een fabelachtig verhaal. de collegezaal binnenkomend, vermomd als dronkaard, raakt de professor hopeloos in de war.Aanbidders worden gek van liefde voor hem en worden verbannen van huis en haard.hij maakt de een tot een ware gelovige en een an-der tot een ongelovige, diens wereld verwoestend. herbergen zijn verheerlijkt door zijn lippen.Moskeeën zijn schitterend geworden door zijn wang. Alles wat ik wenste, heb ik in hem gevonden, de uiteindelijke verlossing van het zelf.Mijn hart was onwetend met betrekking tot hem, verborgen als hij was, achter wel honderd sluiers van ijdelheid, verwaandheid en zinsbegoocheling.

Het bezoekop een dag, bij het ochtendgloren, kwam het reine idool mijn deur binnen en deed mij ontwaken uit mijn trage onwetende slaap.de geheime kamer van mijn ziel werd verlicht door zijn gelaat en het bestaan werd ontsluierd voor mij door zijn ware Licht.ik hief een zucht van verlichting toen ik dat reine gelaat aanschouwde.hij sprak tot mij: ‘Je leven lang heb je gezocht naar naam en faam; dit zoeken van het zelf is een waan-denkbeeld, het houdt je van mij verwijderd.’en hij vervolgde: ‘Als je voor één moment een blik werpt op mijn gelaat, is dit meer waard dan duizend jaar van godsdienstoefening.Ja, het gelaat van de geliefde is mij ongesluierd verschenen, dit sieraad van de mensheid en mijn ziel werd verduisterd door schaamte, toen ik me mijn verloren levens en mijn verspilde dagen herinnerde.

uit: De geheime rozentuin door Mahmoed shabistari

de manifestatie van licht

Page 17: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

30 pentagram 6/2011 het overschrijden van grenzen 31

Wij, speurders naar het verborgen geheimenis, we-ten dat in het gehele universum systeem en ordening heersen, dat het al zich voltrekt van eeuwigheid tot eeuwigheid, met behulp van onvergankelijke wetten.Wij, die, van stap tot stap, de sluiers tussen ons en het onuitsprekelijke vaneenschuiven, ontdekken het planmatige in alle verwerkelijking.Wij, die de verhoudingen tussen macrokosmos en mi-crokosmos onderzoeken, zien het grandioze evenwicht tussen alle dingen.Wij, die de smalle sporten van de Mercuriusladder grijpen om ons bewuste wezen in de werelden van het ongeziene te tillen, zien de levensstromen der natuur-rijken door de ether golven.Wij, die de grote stilte naderen, wij horen de stemmen der stilte.Wij, leerlingen van de Geestesschool, die de tempel van de geest binnentreden, wij omvatten de glorie van het abstracte denken.Wij, dienaren van het vuur, wij schouwen diep in de bronnen van het menselijke kunnen.Wij weten waar-toe van den beginne de mens geroepen is.Wij, rozenplukkers in de tuin van Fohat, wij zien, als in vertrekking van zinnen, het ontwikkelingspad als een bliksemschicht van einder tot einder snellen.Wij, die onze wetenschap zo vermeerderen, onze ge-zichtseinder vergroten, ons bewustzijn verruimen, onze

d e vele reacties op de recensie van het boek (R)evolution 2012. Warum die Menschheit vor einem Evolutionssp-

rung steht. Berlin 2009, nopen de redactie tot enkele opmerkingen.Hoewel Dietrich Broers, de auteur van dit boek de indruk geeft een degelijke analyse te geven van eventuele komende gebeurtenissen die vol-gens hem culmineren in het jaar 2012, is enige voorzichtigheid bij het lezen en overdenken ervan geboden. De auteur wijkt wel erg ver af van wat met de wetenschappelijke feiten strookt en geeft blijk van een ruime literaire vinding-rijkheid.Het merendeel waarover gesproken wordt, is nogal speculatief en een aantal aspecten worden niet door de huidige stand van de wetenschap ondersteund of bevestigd, hoewel de schrijver dat hier en daar wel beweert. Dat laat onverlet dat er zeker impulsen en stralingen zijn, die tot onze planeet doordringen, het menselijk bedrijf ten diepste beroeren, en de mensheid aanzet-ten om levensvisie en levenshouding aan een ernstige heroriëntatie te onderwerpen. En velen zijn er, die daarvan het voortbestaan van pla-neet en mensheid zien afhangen. Nog beter zou het zijn, als de mens zijn goddelijke levensbasis

hervond, en zijn naaste zou beschouwen als net zo dierbaar als zichzelf. Die basis verbindt microkosmos, kosmos en macrokosmos tot een levend geheel en maakt duidelijk dat de god-delijk ontwikkelingsgrondslag zowel boven als beneden, binnen en buiten, ‘in de hemelen en op aarde’ immer dezelfde is. Die grondslag is le-ven: van protoplast tot hemeling, van planeet tot melkwegstelsel en van universum tot universum. Het is verheugend vast te stellen, dat moderne wetenschappers meer en meer de eigen grenzen weten te overschrijden, en op empirische wijze weten door te drimngen in gebieden die niet of nauwelijks empirisch zijn te verklaren.

De redactie stelt zich op het standpunt dat een bewustzijnssprong mogelijk is, waardoor de mensheid zich gemakkelijker af zal stemmen op een geestelijke revolutie, en in haar kolom-men wil zij deze verandering, die al decennia in voorbereiding is, helpen ondersteunen. Het tegendeel van die omwenteling zal dan echter ook geactiveerd worden. De inhoud van het boek waarin de schrijver de meest uiteenlo-pende gebeurtenissen bespreekt, zal naar onze mening met onderscheidingsvermogen moeten worden benaderd. µ

Enkele opmerkingen over ‘Revolution 2012’

het overschrijden van grenzen

HEt WONDERE BOEK

krachten met dynamische energie laden, wij komen van verwondering tot bewondering, van diepe verba-zing tot stamelende aanbidding, tot verootmoediging, tot godsdienst.Wij, van wie gezegd wordt dat wij het koele verstand als het hoogste zouden omklemmen, wij ondervinden hoe ons weten culmineert in diep religieuze overtuiging.Wij buigen voor de majesteit Gods, omdat, na diep-ste doorvorsen, de godsbemoeienis met alle rijken zal blijken, omdat wij de kracht ervaren, die achter alle dingen drijft, de verheven kracht, die onze planeet door de ruimte stuwt, namelijk het Licht der Wereld: de Christus.

Uit: De Belijdenis der Rozenkruisers Broederschap, hoofdstuk 6.

Rozekruis Pers, 1984

Page 18: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

32 pentagram 6/2011 een ander, dieper inzicht 33

e instein, die ons de maten, de eigenschap-pen en de snelheid van het licht gaf, zag zelf het licht als het grootste wonder.

Tegelijkertijd beperkte hij het in zekere mate, met zijn berekening van de snelheid van het licht. Daarmee is het begrip licht voorgoed aan het begrip tijd gekoppeld.De vermeende ontdekking die onlangs in CERN is gedaan – waarmee de veronderstel-ling op losse schroeven zou komen staan dat er niets sneller kan zijn dan het licht– heeft velen weer aan het denken gezet. Want dat zou zo’n enorme impact hebben dat de wereld erdoor op zijn kop zou komen te staan. Een aardverschui-ving, die de fundamenten van de wetenschap aan het wankelen zou brengen.Nu is er dan de mogelijkheid geopperd, dat die tijd, het licht met zijn onvoorstelbare snelheid ingehaald kan worden, voor de gek gehouden misschien. Begint daarmee een race om die snelheid te evenaren en te overtreffen; in te halen misschien?Wie het licht de baas is krijgt ook de tijd eron-der.Nu ontstaan vragen, over wat het dan precies is dat zich sneller dan het licht beweegt.En daaraan voorafgaand de vraag: wat is licht

eigenlijk? Is er buiten het paradigma van de we-tenschap niet allang een ander, minder absoluut, maar dieper inzicht in licht? Daar waar het gaat om het wezen van het licht in plaats van de manifestatie of uitdrukking van het licht?Een voorbeeld is te vinden in de hermetische wijsheid waarin gesproken wordt over de ziel en haar vermogens. Hoe onbegrensd zij is: ‘...beveel je ziel naar India te gaan en zij is daar reeds...’Wat is dat werkelijke wezen van het licht?Arthur Zajonc schrijft in Het licht zien:‘In de loop van de tijd sneed de wetenschap de ornamenten van de geest weg en schiep een materiële en wiskundige verbeelding van het licht. Daarmee herschiep ze tegelijkertijd het beeld van de mens en de kosmos.Want het licht was ooit het zien van God; als de blik van Ra de ruimte overspande, strekte het licht zich uit van de ene hoek van het uni-versum naar de andere […] De hele materiële schepping bestaat dus uit gecondenseerd licht!’De hedendaagse architect Louis Kahn zei tegen een interviewer van het tijdschrift Time: ‘Je kunt stellen dat we in feite uit het licht geboren zijn. Ik geloof dat het licht de maker van alle materi-aal is. Materiaal is verbruikt licht.’ µ

een ander, dieper inzichtWAt is het WeRkeLiJke Wezen VAn het Licht?

Mark Rothko, orange, tan and purple, 1949. ‘De mensen die soms zo ontroerd zijn als ze mijn werk zien dat ze moeten huilen, ondergaan dezelfde religieuze beleving als ikzelf toen ik ze schilderde...’

Page 19: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

34 pentagram 6/2011 tijd maken: het toelaten van het licht 35

Zonder zon, zonder licht, is het leven zoals wij dat kennen ondenkbaar. We meten de tijd af aan de stand van de zon, maar hebben tijd te kort om ons met het licht bezig te houden. Laat ons tijd maken om te ont-komen aan de tijd, opdat we het Licht toelaten.

V an oudsher meet de mens de tijd af aan de positie van de aarde ten opzichte van de zon. Waar de aarde is toegekeerd naar

de zon, noemen wij het ‘dag’ en waar zij van de zon is afgekeerd heet het ‘nacht’. De gang van de aarde in haar baan rond de zon brengt ons de seizoenen en de opeenvolgende jaren. Door het licht worden wij ’s morgens gewekt uit onze slaap, terwijl de ondergaande zon ons uitnodigt, de ogen weer te sluiten. Aan de hand van proefpersonen is onderzocht, welk ritme van waken en slapen de mens ontwikkelt als hij de informatie of het dag of nacht is, mist. Deze zogenaamde ‘biologische klok’ blijkt een ritme te hebben van 24,5 tot 28 uur. Omdat de zon ons normaal gesproken in een vierentwintiguursritme houdt, wordt onze natuur kennelijk enigszins opgejaagd door het licht. Met recht kan men dus over de mens spreken als ‘een lichtgevoelig wezen’. Gezien de allesbepalende rol die de zon speelt in de levensprocessen mag dat natuurlijk geen ver-rassing heten. Zonder zon, zonder licht, is het leven zoals wij dat kennen ondenkbaar. De zon-newijzer duldt met zijn ‘ik tel alleen de zonnige uren’ zelfs geen wolkje voor de zon.

SLuItPOSt In associatieve zin geldt derhalve de uitspraak ‘tijd is licht’. In het momentele men-selijke bedrijf wordt dit poëtisch axioma echter meestal vervangen door het prozaïsche ‘tijd is geld’ of, in de meer persoonlijke variant: ‘mijn tijd is kostbaar’. Wat heet kostbaar? Wij hebben ons leven, de tijdspanne die wij mogen genie-

ten van ons plaatsje onder de zon, gekregen als een kosteloos geschenk. En wat zou kostbaarder moeten heten, een kort leven of een lang leven?In de praktijk blijkt het niet altijd even ge-makkelijk om werkelijk te genieten van onze plaats onder de zon. We lijken vaak tijd tekort te komen. Ons leven ontrolt zich als een aan-eenschakeling van plichten en een voldoen aan verwachtingen, en de tijd om ‘leuke dingen te doen’ vormt nog slechts de sluitpost. We vragen ons af of we alleen maar leven om te werken of dat we ook nog wat mogen spelen. Of zien wij interessante opties over het hoofd wellicht? Houden wij zekere mogelijkheden vooralsnog voor onmogelijk? Lichtende paden voor onbe-gaanbaar?

ALtAARStEEN Al in het verre verleden was de mens zich bewust van zijn heilige relatie met de zon. In het megalithische bouwwerk te Sto-nehenge verlicht de opgaande zon op 21 juni tussen de twee hielstenen door precies de altaar-steen binnen de zuilenring van het monument. Op 21 juni staat de zon ’s middags loodrecht boven de Kreeftskeerkring en daarmee het verst boven de noordkant van de aarde. De zon is ons noorderlingen bij de aanvang van de zomer het meest nabij.De Egyptische Sfinx richt zijn blik naar het oosten, naar de ‘Oriënt’, waar de zon opkomt. Een letterlijke ‘oriëntatie’ op de zon dus. En ook kerken worden al eeuwenlang gebouwd met de lange as van het kruis oost-west gericht.Voor het bewustzijn van de gnosticus verzin-

nebeeldt de sfinx de tweevoudigheid van de mens. Het leeuwenlijf dat in het woestijnzand rust staat voor het puur biologische aspect van de mens, die innig verbonden is met de aarde waaruit hij is voortgekomen. Het mensenhoofd met het goddelijke gelaat duidt op dat, wat de mens waarachtig mens maakt: zijn verbonden-heid met het goddelijke.

‘tIJD MAKEN’. De zon kent ieder mens vieren-twintig besteedbare uren per dag toe. Daar kun-nen we onmogelijk meer van maken. Het komt er dus op aan, de ons toegemeten tijd zodanig te besteden dat we het gevoel ‘tijd tekort te ko-men’ vóór blijven. Anticiperen op een dreigend tekort aan tijd.Nergens aan beginnen dan maar? Dat zal zeker niet lukken, daarvoor is de mens een te ruste-loos wezen. En zo de drang tot handelen, die van binnen uit opwelt, al beteugeld zou kunnen worden, dan blijft nog altijd over de druk die er op ons wordt gelegd door medemensen en om-standigheden. In een opwindbaar horloge heet het steeds op en neer gaande wieltje dat het tikken veroorzaakt ook de ‘onrust’. De onrust als dirigent van de tijd. En het loskomen van de tijd heet het ingaan in de eeuwige rust. Soms blijkt onze dagelijkse taal al onalledaagse oplos-singen in haar schoot besloten te houden!Enigszins paradoxaal zouden we dus kunnen poneren dat we tijd moeten maken voor het ontkomen áán de tijd. Dan is de tijd het voer-tuig dat overbodig wordt, zo gauw we met haar hulp ons doel bereikt hebben.

Onze pad dóór de tijd is een ervaringsweg die ons kán binnenvoeren in de eeuwigheid. Een veelvuldig over het hoofd geziene optie. De levensgang úit de tijd, náár de eeuwigheid. Achter de sfinx ligt de grote piramide. De grote piramide is een tempel. Geen tempel voor aanbidding of eredienst, maar een plaats van bewustwording. Zij is het in steen vervatte getuigenis dat de mens een pad van vergod-delijking kan gaan. Of om het nog wat scher-per te stellen: dat het doel van het menselijke leven gelegen is in het achterlaten van het biologische en het opgaan in het goddelijke. De sleutel tot deze opstandingsweg wordt ons gereikt door de sfinx: wij zullen slagen indien wij onze blik richten op het oosten, als wij het wagen gaan met het Licht. Het Licht van het oorspronkelijke leven, dat de spreekwoorde-lijke duisternis van het bestaan in deze natuur verlichten kan. Als wij dit Licht naderen, dient onze oriëntatie zodanig te zijn dat de altaarsteen in het midden van de steencirkel, het menselijke hart in het midden van de ons omringende microkosmos, er ten volle door wordt beschenen. µ

tijd maken: het toelaten van het licht

Page 20: pentagram - rozekruispers...Bhagavad Gita De geheime rozentuin Het Licht heeft mij gevonden De achterkant van het Licht Foton is mijn naam Zijn wij Licht- of schijnwezens? Ogenlicht

36 pentagram 6/2011

In alles is licht - herken het in je naaste

Wat eens begon met het ene Licht dat God zelf is, en in ieder mens is gezaaid, brengt in het leven warmte, rede, overleg. Zo bezien, blijkt het, via de mens, uiteindelijk zelfs in staat een stad als Tokio van miljoenen lichtjes te voorzien. Ook in het werk van een kunstenaar als Don Relyea uit Dallas, Texas (afbeelding hierboven; ‘...ik schrijf software om kunst te maken’) en waarvan we in dit nummer meerdere kunstwerken la-ten zien, kun je zeggen dat het toont hoe in elk atoom, in iedere mens juist Licht hetgene is, dat leven, uitdrukking, verbinding én verscheidenheid mogelijk maakt. Alles is door Licht verbonden – daarom, werkelijk; heb je naaste lief, want zijn licht is ook in jou, en jouw licht is in hem...