Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

65
u -91 - HOOFDSTUK 9 HET VRAAGSTUK VAN DE SCHADELIJIC{EID VOOR HNf, KIND VAN SEKSUELE KONTAISEN I4ET OUDENEN. Wiky van Rijssel en wijng,ntt Sengers Voor d.e verkgroep is de ged.acht enwi s seling over het schetielijkheidsvraag- stuk de moeilijkste,rna.ar ook boeiendste gerreest. ons uitgangspunt $as de va&k gehoord.e mening of vrees dat een seksuele relatie tussen een oudere en een kind. schadelijk is voor het kind, onges,cht vat er over d.e relatie tussen d.e tvee kan worden opgenerkt. Het vas tls.armee duidelijk dat wij aa: d.it vraa.gstuk veel aantlacht noesten geven. In cie vakl-itera.tuur bestaat er geen eenstenmigheid over. Neigt een aantal auteurs ertoe aan het seksuefe op zich niet veel- betekenis te hechten, anderelvijzen erop dat het niet rnogelijk is om dat seksuele rop zichr te bezien ondat elke hantleling een plaats heeft in een breder geheel. Onze groep kwan dan ook al spoedig tot d.e erkenning det het on een gecorDpli- ceerde kwestie gaat en zij heeft dan ook heel, wat moeten raad.plegen voor zij zich in staat voelde tot een eigen oortieeL te komen. Het zou te ver voeren als vij in dit hoofdstuk precies veergaven vat d.e literatuur biedt die we er over gelezen hebben, met wie ne er over spraken, hoe onze ge- dachtenvi s seling verliep en wat we verde" nog ondernanen, We zullen ons daarom beperken tot enkele hoofd.zaken en daarv&n verslag doen. Die hoofd- zaken zijn cian: 1e Wat lrord.t bedoeld als het roord rschader gebezigcl voralt? We zull-en da: nade? uitwerken in de eerstkomende paragraaf (9.1. op bJ-z,95 ), 2e De groep heeft zich over deze kwestie gericht tot a1le hulpverlenings- instellingen voor jongeren in Ned.er1and.. Het ging ons on een rneningspei- ling onder hen die ervari.ng zouden kunnen hebben met kinderen die orn red.en van een seksueel konts,kt rnet een ouderer op hun instel-1ing waren zien, begeleid of behandeld, 0p die rneningspeiling gaan ve in paragraaf 9,2. op bIz. g7 in. 3e Gegevens uit de vakliteratuur (zie paragraaf 9.3. op t12.98 ). lre De mening van de r,rerkgroep (zie paragraaf 9.1r. op blz.lolr), I I : {

description

The second of three parts of a Dutch Language report written for the Dutch Ministry of Justice by the Center for Public Mental Health. (very rare document)

Transcript of Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

Page 1: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

u

-91 -

HOOFDSTUK 9

HET VRAAGSTUK VAN DE SCHADELIJIC{EID VOOR HNf, KIND VAN SEKSUELE KONTAISEN

I4ET OUDENEN.

Wiky van Rijssel en wijng,ntt Sengers

Voor d.e verkgroep is de ged.acht enwi s seling over het schetielijkheidsvraag-

stuk de moeilijkste,rna.ar ook boeiendste gerreest. ons uitgangspunt $as de

va&k gehoord.e mening of vrees dat een seksuele relatie tussen een oudere

en een kind. schadelijk is voor het kind, onges,cht vat er over d.e relatietussen d.e tvee kan worden opgenerkt. Het vas tls.armee duidelijk dat wij aa:

d.it vraa.gstuk veel aantlacht noesten geven.

In cie vakl-itera.tuur bestaat er geen eenstenmigheid over. Neigt een aantal

auteurs ertoe aan het seksuefe op zich niet veel- betekenis te hechten,

anderelvijzen erop dat het niet rnogelijk is om dat seksuele rop zichr tebezien ondat elke hantleling een plaats heeft in een breder geheel. Onze

groep kwan dan ook al spoedig tot d.e erkenning det het on een gecorDpli-

ceerde kwestie gaat en zij heeft dan ook heel, wat moeten raad.plegen voor

zij zich in staat voelde tot een eigen oortieeL te komen. Het zou te vervoeren als vij in dit hoofdstuk precies veergaven vat d.e literatuur biedtdie we er over gelezen hebben, met wie ne er over spraken, hoe onze ge-

dachtenvi s seling verliep en wat we verde" nog ondernanen, We zullen ons

daarom beperken tot enkele hoofd.zaken en daarv&n verslag doen. Die hoofd-

zaken zijn cian:

1e Wat lrord.t bedoeld als het roord rschader gebezigcl voralt? We zull-en da:

nade? uitwerken in de eerstkomende paragraaf (9.1. op bJ-z,95 ),2e De groep heeft zich over deze kwestie gericht tot a1le hulpverlenings-instellingen voor jongeren in Ned.er1and.. Het ging ons on een rneningspei-

ling onder hen die ervari.ng zouden kunnen hebben met kinderen die orn

red.en van een seksueel konts,kt rnet een ouderer op hun instel-1ing waren

zien, begeleid of behandeld, 0p die rneningspeiling gaan ve in paragraaf

9,2. op bIz. g7 in.3e Gegevens uit de vakliteratuur (zie paragraaf 9.3. op t12.98 ).lre De mening van de r,rerkgroep (zie paragraaf 9.1r. op blz.lolr),

I

I

:

{

Page 2: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 95 -

9.1. WAT WORuI BEDOEIJD MET HER WOORD ISCHADXI?

Vooraf moet lrord.en opgercerkt tlat \rij het nu zelf zijn, die d.it voord ge-

bruiken. Anderen spreken van Inadelige gevolgenr. Het gaat in eIk geval

om ale vra,ag: schad.elijke of nadelige gevolgen van rat en voor wie?

Men heeft d.an vaal het oog op een seksueJ-e handelingn uaar evenzeer isbet rnogelijk aan de rel-atie a1s zodsnig te d.enken d.ie er tussen een kind.

en een ouclere kan bestaan. Duirtelijk za1 zijn d.at zich aI onrnicldellijkeen veelheid. van nogelijkheden voordoet ondat er vele vornen van Beksuele

kontahten en vel-e vo'loen van het met elkaar omgaan va.n een oudere roet een

kinat bestaan. Het vlaagstuk waar ve van uit gingen, heeft echter in de

eerste plaats -zo niet uitsluitend (ttijXens de va,kl"iteratuur en blijkensd.e veroord.elingen d.i.e seksuele kont€kten met kind.eren ten deel vall-en)-betrekking op het seksuele aspekt. Daarover gaet dit hooftistul, ook aIkonen er d.ie andere aspekten dan snel bij.

AIs rnen zich tle gevoeLens van het kind probeert in te denken, zou met datwoord rschad.er bedoeld kunnen zijn enigerlei negatieve belevingskvaliteit :

het kind zou nerclriet ktrnnen zijn aangedaan, het zou geschrokken kunnen

zijn, het kan angstig ge{eest zijn, het kan pijn zijn aangedaan, het karzich ontredd.erd voel-en. Niernand zal er aan trijfelen tlat a1s vie d.an ook

in de relatie tot een snder en door wat voor reden ookrverdrietig, angstigof iets van dien aard zou 'worden, er iets in die relatie niet in orde is.Dat hoeft d.an nog niet eens de rel-atie op zj.ch te zijn, rnaar kan bijvoor-beeld liggen aan d.e plaats die d.eze ten opzichte v&n and.ere belevingsvaar-.den heeft. ln aI zulke gevallen kan d.e bedoelde relatie of het bedoelde

kontakt alan ook als nind.er gewenst, ongelrenst, rnin of neer schadelijk en

dergelijke rneer worden beschouvtt.

Er zijn echter ook positieve beLevingskwaliteiten rnogelijk. Het katl netzo goed zijn dat een kind de relatie of het kont akt net de oud.ere alsplezierig beLeeft. ook het eventueel sehsuefe cfaarbij. In da.t geval zou

er -al-s lre ons op d.e belevingskwaliteiten baseren- niet van rschader ge-

sproken kunnen worden. Zelfs zouden ve zoiets dan positief moeten vaard.e-

ren en hier van rschader gaen spreken als blijkt dat het kind er bijvoor-beeld ontler lijdt a1s er op een voor hen onbegrijpelijke of onaangenarne

wijze ineens een eind.e aan ile relatie wordt gema.akt. Maar zolang hetkind prettig vindt rrat er €tebeurt, daar btij on of nee is enz., kan lxen

moeilijk volhouden dat hier spra,ke is van iets vat het kind geen goed.

doet. Tenzij ....

Page 3: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

-96-En nu konen er een aantal ook in d.e titeratuur terug te vitrden eeningen dieniet uitgaan van de monentsne gevoelens va.n het kind, rnaar waarbij de na-druk ligt op konflikten die de beoordelaar (bijvoorbeeld een pedagoog ofeen psycholoog) verwacht. Stel -zo redeneert de beoordelaar- alat het kindde relatie en eventueel ook het seksuele kontakt prettig vindt, dan kan dattoch een ongeuenste of scbadelijke situatie zijn. Bijvoorbeel-d. ondat ale op

zich a1s positief beleefale situatie tegelijkertijii een in cle overige be-levings situat ies van het kind niet in te ps.ssen gegeven is, On de ene rede:vindt het kind de situatie prettig, m&ar on s.ndere redenen veet het daartoch niet goed raad mee. Een voorbeeld: een jong meisje heeft veel aan een

oud.ere rrriencl bij wie ze zich veilig en gebor€len voelt, maar ze d.urft daar

thuis niet over te praten.Ontwikkelingspsychologen wijzen er bovendien op dat een intieme (seksuele)

relatie net een oudere in die zin voor het kind ongevenst kan zijn, dat he:

kind voortijdig in de meer volwassen belevingsweretd vordt getrokken: hetkind zou alan tot ervaringen kunnen konen vaar het net het oog op zijnpsychologische leeftijd en nogelijkheden nog niet aan toe is. Langs clieweg zou het kind bovend.ien voortijdig uit zijn natuurlijke groep van bij-voorbeeLd vriendjes en vriend.innetjes ral<en en er tle inpulsen van missen.Wat uit deze zojuist veergegeven overwegingen misschien nog het duidelijks:naar voren kont is dat het bij deze I'ragen niet zozeer om de seksuele han-delingen ga.at, naar dat die handelingen r,.oeten a'orden bezien in het brede:€verband van de leefr,rereld en beJ-evi ngswereld van het kind. vaarbinnen dierelatie een plaats heeft,onze groep vindt dan ook dat de schadelij khei dsvraag een rneervoudige ofsaruengestelde is, Een rraa,g met meerdere subvragen die eerst noeten wolde:beantwoord a1s

nogal wat van

men tenslotte op de hoofd..!'raag terug vil kornen. Er zi.jndie sub',ragen. wat betekent bi,ivoorbeeld het leeftijdsverscE

tussen tle jongere en de oudere? Wat is cle betekenis van d.e ontwikkelings-fase raarin d.e jongere zich bevindt;? Welke positieve en/of negatieve ge-

voelens brengt d.e relatie net zi.ch mee? Hoe is d.e aard. van de relatie? Hoe

reegeert d.e ongeving erop? Wat gebeurt er eventueel op het punt dat wijvoh'assenen rseksual-iteit t noemen? Welke betekenis heeft de relatie in he;perspektief van vat d.e gezinsJ-etlen voor het kind betekenen en eerder bete-kend. hebberf

Dit waren zo on6eveer onze overwegingen toen we behoefte kregen aan een

landelijke opiniepeiling en nader speurverk in de literatuur.

I

Page 4: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

x'tn[e:

:re" L::!

-91 -

)B.s.rover zullen we nu eerst veralag uitbrengen, om terrslotte in rle laatsteDaragraaf terug te komen op wat ve hier nu laten liggen.

BETA}TGRIJKSTE BEVII{DINCEN UIT DE MENINGSPEILING ONDER HULPVERLEI{INGS-

INSTELLINGEN VOOR JONGEREI{.

iioerrel we ons realiseerden tlat hulpverleningsinstellingen voor jongeren

nogal eens bij de rneer ernstige of noeilijke gevallen betrokken kunnen raken

en hun vieie op het schatlelijkheitlsvraagstuk ook d.aard.oor zal zijn bepaald,hebben wij toch besloten ons tot juist deze i.nstellingen te richten. Voor-eerst zagen wij geen uitvoerbaar alternatief, Weinig ancleren dan juistdeze inetellingen kond.en irnrners geacht lrorden over ervaring te beschikken

d.an ie het ven bijzontler belang dasrover te vernemen. Bovendien zouden

een aanvijzing krijgen orn hoeveel kinderen het in deze instelJ-ingen gaat.

In bijJ"age IrI (op blz. 1?l+ en180) zijn de beide vr.agentijsten veergege-

ven, tlie ve voor deze meningspeili.ng geconstrueerd ha<lden. In een artikeivoor het Maanilblad Geestelijke Volksgez. ( 1977 ) , zullen ve d.e resul-taten va.n

d.e neningspeiling beknopt besehrijven.De voor ons bel-angrijkste bevindingen (a) en de veronderstellingen vaar rle

op grond tls.a.rva.n toe kwanen ( b ) varen:a, -Slechts 77 van d.e 200 aangeschreven instel,lingen respond eerclen.

-Gezamen1ijkberichttenderespond'entenoverintotaa1153kinderen(het gaat on jonger dan zestienjarigen) bij vie zij in de afgelopen

and.erhalf jaar varen ingeschakeld,

-Ondat de helft va,n de responderende instellingen in het geheel

ervaring met d.e door ons becloeld.e kinderen bl,eek te hebben, kan

zeggen dat de anclere helft gemitideld slechts vijf kinderen in de

ste analerhalf jaar onderzocht en/of in .behancieling had,

-Het g8,&t veel vaker om meisjes ilan orn jongens, t;erwijl ze neestaloud.er dan 13 jaar zijn.

-De oualere met wie het kontakt had plaatsgevonden is meestal- jonger d.an

2J jaar,

-De problernatiek ttie bij rle kinderen aanwezig bleek, bestond attijd uitmeet da.n het (gehad) hebben van een seksuele relatie. Vooral d.e ge-

zinsverhoudingen en het gedrag van het kind in en buiten het gezin

(zoals op school) werden tlaerbij vaak als belangrijke faktoren genoemd.

seksue:,r

'r8e:+-

ei d ae:

.an ka:

ur.ft i

D, de:

iele:,e: lla.

en

lIE

t

zijn6s Ci:wan '::.'-nisse: -

-.n vc::z\:a

I asver-:

I

geen

<elir-3:-

rt wi.:

ler be:

men

1&at-

In een

Page 5: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

il

-98-

Herhaaldelijk verd ook gewezen op het effekt van de rea.ktiewij zen va:de orngeving toen het seksuele konta.kt bekend. geworden was,

-Behs.lve de instellingen voor ongehuvde zwangeren (Fion) bleek geen

enkele instelling de oudere <lie net het kind een seksueLe relatie h-(gehad), in de hulpverlening te hebben betrokken.

b. -Geen geval is gelijk a&n een entler: ook op het gebied. van rgekguele

kontskten tussen een kind en een oud.ere I is er een grote mate aa.n

scheidenheid van achtergronden en betekenissen,

-Kind.eren clie in een zedenzaak betrokken zijn en dan door de politiegetuige verhoord. vorden, worden door haar maar zetden naar een hul-!-

verlenings instelling voor jongeren vervezen; dit kan erop wijzen d.a:

' de meeste van deze kinderen naar het oordeel van de politie geen bi.'-zondere rnoeilijkheden hebben of dat zij tle problemen van het kind :--:

herkent, dan ve1 zich rlaar liever buiten houclt.

-Een seksueel kontakt han ps.s als ongerenst of eventueel schadelijkrrorden beschouwd als het zich op een geisoleerde vijze afspeelt, d::als het kind er met niemand over zou d.urven praten i di.t lijkt zove:

voor d.e als p"ettig als voor de als onprettig ervaren kontakten teden, ond.at er in beiiie gevallen een d.uangsituatie uit spreekt.(zie nader op b1z.1O\e.v.) .Die dvangsituatie behoeft niet direkt va:-

oudere uit te gaan, vant zij is er al a,ls het kind bijvoorbeeld or.

denen van thuis niet over zijn gevoelens durft te praten.

9.3. GEGEVENS UIT DE VAKLITEMTWR,

Zoekt men in de vakliteratuui naar lrat er over het schadelij kheidsvris geschreven, dan blijkt ze in tvee groepen uiteen te val-Ien: a.. artlwaarin een onderzoeksverslag centraal sta.at en b. boeken of artikeleneen beschouwend karekter vaarin neningen geforrnuleerd worden. Er is ul:aard. nog een derde groep, meestal nonografie6n, waanin zowel het een Eihet ander gebeurt.

a. Onaerzoeksverslagen zijn er weinig. Hun grootsted.e ond.erzochte kinderen rneestal niet vergeleken

tekort is bovendi e:

zijn net een contrc:groep, zod.at niernand weet of de bevind.ingenjuist zijn. Een ander fundarnenteel bezvaar

di skutabel is: er zijn na.rnelijk geen valideom schad.elijke psychische invloeiien van een

specifiek en de concfus:

::r::i

:i?:: r

R::::ir ::-l

b :-::

=-::::rnag:: icc.!--:la- r:a::F: :€:

t: 9:'q! r::-j

!!€l!=:a

{r --:It -":

F- i.!

?c::i

fFl::r:ry:: l

-:! -:

-_: -?

,Fl--::

12::

IIGA :

is dat cle onderzoelstretl:c i?tests of onderzoekmet

of ander gebeuren te

r

Page 6: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

r:. J ze: ;E

::a:ie:rrr

-99-

!e: dertle bez{aar -veel betrekkelijker ttan de vorige- is ctat het onderzoek

:.€sta.l pas jaren na het pfaatsgevonden hebbend.e kontakt wercl verricht en

tu: het daa,rbij neestal aLl-een om kinileren ging die bij ,justitie als slacht-:::er van een zedend.el-ikt genoteertl staan (het selektiev,e karakter van d.e

=ierzoekegroep ) .

Te zullen nu -vooral Lincly BURTON (t958) vofeend- hier zo beknopt nogel,ijk

=iqe publ-ikaties weergeven, vaarin over een onderzoek vordt bericht.l! eerste stutlie was die van MOSES (1932), die zegtig kinaleren onderzocht,

-i.ter zonder een controlegroep. AIIe kinderen waren via j ust itiedoss i ersr.:<end a.Is slachtoffer van een zed.endelikt. Bij vijftig van hen had het!€lsuele kontakt uit een coitus bestaan. Veertig van de 50 kinderen bleken .

t: voor de kont&ktperiod.e ernstige emotionele of gedrags stoorni ssen te:a':ben vertoond.

::'- geheel andere results.ten dan Moses k{an Augusta RASI,IUSSEN (t9Sl+), eie

'- vrouven ontlerzoeht, die sons a1 30 jaar geleden, sl-achtoffer van een

:€iendelikt gereeBt waren toen ze tusaen 9 en 13 jaar ouil w&ren. 0p acht

::lerzochten na maakten allen het uitstekend., naar van geen van alie acht

t::: vorden beveeral dat hun rnoeilijkheden in verband gebracht kontlen worden

-'- het tlesti jds voorgev&llene.

::j de 39 vrouven die het ofrel passief hadden ondergs.a,n ofwel er zeker

g:en weerstanil aan haclden geboden, bleek een of neer vs,n de volgende on-

::andigheden te hebben bestaan: ze kregen presentjes, dLe oud.ere v&s een

a:ede bekentle waarin het meis,je een zeker vertrouven sNelde, bij het

ceksuele kont&kt aras de ouilere voorzichtig en droeg er zorg vcor dat.het::eisje niet engstig zou vorden, het lras niet de eerste keer voor het

r:isje en et was een zeker verlangen of nieuwsgi erighe:icl naar weer zorn

e:varing. Sleehts in een paar gevallen bleek het konta.lkt met een zeker

.-eveld tot sta.nd te zijn gekonen, naar ook daarbij was er eigenlijk geen

:eden om va.n een psychische of fysieke schade te kunnen spreken,

-:f,NDER en BLAU (193?), die 15 kinderen (vaarvan 5 jongens) onderzoehten,

rezen op de bijdrage van het kind zelf en op de vederkerigheid die er bij:'rlke kontakten kon bestaan. Hen viel op dat ook het liind zelf op een

:erhaling van het gebeuren uit was. Toen Bender 15 jaerr later (1952) de-

:elfde personen opnieuv onderzocht, bleken negen van ile veertien het

:itstekend te naken. fttrsta,ndigheden tlie ale behoefte aan ictentificetie in:.:n groei near de ontplooiing van eigen nogelijkheaten bij zulke kinderen':egunstigen, hebben volgens Bender ook tot gevolg alat zij hun aanvankelij-{e seksuele preocupatie weer kvijtraken.

I

l3

ld.: e-

ei a_s

i

Page 7: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 100 -

Van de ?3 meisjes die door IIEISS, BOGERS ' DUTTON en DARWIN (1911+' 1955)

verden onderzocht -a1len waren slachtoffer van een zedendelikt- bleken e:

5\ aktief te zijn ger"eest bij het tot stand konen van het 'defiktr' Siina

de helft van de aktievelingen kvam uit broken hones. vaak leek hun sek-

suele gedrag een a.spekt te zijn v&n een konflikt net de outlere, vaarcloor

die aktiviteit toch ook weer schuLdbelad.en was. Lindy Surton interpre-teert hun bevindingen a1s volgt: het gedragspatroon van deze neisjes iseen aanwij zing voor d.e stress waarin zij a1 voor het plaatsvindende sek-

sueLe kontakt verkeerden, het kontakt op zich i.s niets neer alan een sytn!-

toorc v&n cleze toestand., en het is onjuist orn d.e toestand een gevolg van

het kontakt te noenen.

LANDIS (t956) conctudeerd.e uit haar onderzoek door niddel van een vrager-

rijst die door l8oo studenten vertl ingevuld, <lat ile overgrote meerder-

heid va.n wie a1s jongere tot een seksueel kontakt verleid gerorden $are=,

snel van d.e schrik bekomen was -zo er van een Bchrikreaktie spreke was

geueest- en dat er geen opnerkelijk negatieve attituden uit resulteerd.e::slechts 2,2/o van tle neisjes en Qrlrl van cle jongens hadden het gevoeL or--

gewenste id.ee6n over seks uit de belevenis te hebben overgehouden. Landiconstateerde ook alat rneisjes die zorn ervaring had.d.en, vergeleken met

studenten die dat niet hadden, vaker een vat rnoeilijlte relatie met hun

moeder hadden voor hun 15e jaar, Het bleek ha.ar ds.t hinderen uit ongelt-kiger gezinssituaties eerder participeren in een seksueel kontakt net eec

oudere .

Ook LAI'ON, TFIVAS en POUGET (1958) benadrukten de gez insachtergronden e:

de te zvakke persoonli jkheid sontvikkeli ng d.ie ze a.antroffen bij hun st:i:van de !B kintteren die slachtoffer van een zedend.elikt varen gel'eest,

Volgens hen was fn 95% sprake geweest v&n een zekere !"ovocatie doo" he:

kind. en zij hebben de ind.ruk dat kinderen op ctie wijze een gelegenheid

zoeken tot neer vol\,rassen kontakten.In het ond.erzoek van ANDERSON, KENNA en HAMILTON ( t9t6O) waren vijf rneis-jes betrokken die zranger waren gevorden na een verkrachting. De aut eur:

zeggen d.aarover: ".., varen er aanvijzingen dat h^et initiEle trarna -zc

het bestonal- rninder ernstig vas dan antleren meesta.l alenken en dat daar::nog niet hoeft te volgen dat de zwangerschapsperiode noeilijk zal zi-ir.,

dat het een pijnlijke partus wordt of dat het kind ongevenst zou zijr.Eerder zijn in zulke gevallen de herhas.lde ond.erzoekingen en ondervragi

gen, en de enotionele reakties van tle volwassenen uit hun omgeving, de

bernoeilijkend.e faktorr',

rt'

I;

I!

ta

F:{

:E=

lc.&

-st

z.f

:E'

qtr

:qG

:L

E

-ee

Page 8: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

1:: ::r--.-ar_:::,=

. ' ::

::-:e: J -

- t0l -

t-:ijn vier tr'ranse onderzoekingen, afle in 1961 gepublieeerd, die rneer

--:cht geven in het totaal 8.an faktoren: het onderzoek van BOURDI0L en

::::]NAT I , van COLIN en BOUXJADI, van DUC , en dat van LAFON, TRMT ,7:- -?J en PoUGEf,. Wat daarin treft zijn faktoren als moeilijke gezinssi-:;.:.--ies, slechte verhoudingen rnet de moeder, broken home situaties, ri-.::e seksuele opvoeding, d.e gestoorde persoonli j kheid sstruktuur van vader

:: :oeder, een 1s.ag IQ van het kind.:::Cy Burt on eindigt deze weergave van d.e resultaten van eertlere onder-

::exingen rnet opnieuw te vijzen op rneerdere methodotogische gebreken er-

'-': en het erin ontbreken van gegevens d.ie men er graag in zou hebben

aa::getroffen, Daarna v8.t zij samen (p. 113): "The nyth of child.hood in-::cence seens in the main to have been rejected, Lnd some degree of par---::ipation in the victirn group is accepted. by alnost all studiee. Various:':ggestions as to the eetio1ory of this affect ions eeking tend.ency have

:een r0ade, antl the reletionship betveen the existence of this need and

s'rbsequent nornal, d evel-opnent has been invest igs,tetl, at least in a

sl<etchy fashion".-et eigen ond.erzoek van Lindy Burton ( 1968) gaat uit van een veronder-sield.e sanenhang tussen het zoeken van genegenheid en het betrokken rs.ken

:r een seksuele relatie net een oudere. Vergeleken net de controlegroepzan kin<leren die op school overeenkomstige leer- en aanpas s ingsp"obfenen

:onen, bleek haar tlet de onderzochte kinderen inderdaad een sterkere ge-

:regenheidsbehoeft e hebben, d.at er geen opvallend. verschil is in leer- en

eanpas s ingsrnoeilijkheden tussen kind.eren die betrekkelijk kort geteden

en kinderen die al vat langer geleden seksuele kontakten met een oudere

hadden, en -ten derde- d&t kinderen met een lager IQ duidelijker dan hun

vat intelligentere leeftijdgenoten hun genegenheid sbehoeft e uitten toen

zij door ouderen seksueel benad.erd lrerden. En waar ze deze bevindingen

nad.er bespreekt in het la8,tste hoofdstuk van het tveed.e deel van haar

boek komt ze o.&. tot d.e volgende uitspraak: "The suggestion is thereforrnade that sexual es s a.u.It by adults aloes not have particularly detrirnentaleffects on the childrs subsequent personality developnent. Given greateraffection -by parents, following the event, or by others in the child'senvironrnent- the need for affection, which nay vetl have predisposed the

child to this form of a.cting-out, will be outgrown, and affection seeking

preoccupations &ssume a nore normal part in the econorny of the child.rspersonality".

: "':.:-:=-

'ie::-): -.--':: .

3e:::-

::teL i

Page 9: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

r

-102-

De opvattingen van POTRYKUS en LIOBCKE (197\) tomen overeen met die van

Burton, Uit hun onderzoek konkludeerden zij o.a. d&t het tekort schieten

van het gezin tot gevolg had dat de kinderen hun behoefte aan genegenheii

en vriendschap bij ouderen elclers gingen zoeken.

Schorsch vatte in 19?3 in het pedagogische tijdschrift "Betrifft: Erzie-

hung" het resultaat van een uitgebreicle literatuur studie samen in de

woord.en: "Eine direkte Kausalitiit zvischen solchen Erlebnissen und eine:

f'ehlentwicklung der Pers6nlichkeit konnte nicht nachgeviesen werden. Di:ernpirischen Untersuchun€len sprechen dafrir, dass Dauerschad.en nicht vor-konmen't .

In Zveclen heeft de Minister van Justitie in 1972 een conmissie benoemd

onder voorzitterschap van Hovrdtt spres ident Bjcirn Kje1lin, welke conmis-

sie een overeenkornstige taak heeft als in Nederland d.e Ad.viesconrni s sie

Zedeli jkheidsvetgeving. Haar rapport "Sexuel1a 6vergrepp" is d.oor het

Ministerie van Justitie te Stockholr in 1976 uitgegeven. Deze corrunissie

verklaarde ontler meer dat geen enkel retenschappelijk bewijs is gelever:

voor d.e beveerde psychi schschadelij ke invloed van sexuele relaties met

kinderen .

b. De auteurs die niet op grond v&n een kwantitatief- empi.risch ond.erz:

rnaar uit hoofde van hun ervaring en 1it eratuurstudie het een en ana=

hebben opgemerkt over het vra8.gstuk van de rnogelijk schadelijke as;

ten van een seksuele relabie, overtreffen de vorige groep in aanta:,In ons land zijn hei; vooral Bernard., Brongersma, Goud.smit, van der

Kwast en.Zeegers. Wie liever voorzichtig is,, leest hun beschouwinge:

a1s nin of meer aannernelijk gemaakte verond€:rstellingen. De rij be::met von Krafft-Ebing (PsychopathiA sexualis -18'17-), in de loop va:

decennidn rs.akte de aanda.cht af van de verleiding a.}s het gebeure:

in een kvade reuk staat en richtte zich rneer: op de gevolgen voor :-:-:

kintl van de reaktie uit de omgeving ( onder meer het politieverhoc: ,

tevoten bestaa.nde verhoudingen thuis, op slecht geintegreerde irnp:J

bij de ouders, op de behoefte aan genegenhe:id bij het kind en dergj

ffi-" :s@!G:a

'f, -::

E

axar

r.-c

a4

rl-

ir

It3,

iG

-r

t.

:

neer .

Voor zover vij het nu kunnen

Kwast (1975) fret neest recent

auteuls, zijn mening over het

beoord.elen, heeft onze land6Senoot Va:

en duideli.jker dan andere ons beke.::schadeli jkheidsvraagstuk gef ormulee:: -

Page 10: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

li::

)a 3:--_.::

*::+-

:. l::

:g:-

, ei_:::

-.'5rf-!:

_ 103 _

:€nen het betreffende getteelte uit zijn artike] "Bijdrage tot de dis-:.e over d ecrirninali gering van de pedofilielr hier over ondat ve nenen

::jn forrnulering tevenB ale strekking d.ieneangaend.e in de vekliters,tuur:e laetste vijfbien jaren goetl weergeeft:

:actoren die bepalen of het seksueLe contect net een voLlrassene bij het

:adelige gevol-gen za1 hebben, zijn in zijn naaste omgeving, met name

= ::;n opvoedingsnilieu te vinden. In feite zijn ze niet van el-kaar teG'eiien, naer hoogsten8 te ontierscheiden. In het algeneen gesproken bepa*

E :e ouilers door ate manier waarop ze over bepaaLde d.ingen spreken velkd:!c+. tle eonfrontatie van het kincl daarroee zal hebben. De enotionele bete-E:s , de belevingswaarde , de perceptie ven een ervaring vorclt binnen ze-

E: grenzen niet bepaald tloor tiat vat er objectief bezien voorvelt, maar

rts: Ce k1eu" van de bril die het kind door zijn ouders op d.e neus gedrukt

E!.9 en r,'anneer dat een lelijke kleur is d.an zal de zo gekLeu"tle ervaringt-.i aenkonen. De eerste seksuele ervaring, d.us eventueel de toenatlerings-pg:.ng die van een volwassene uitgaat, rnaekt claarop geen uitzontlering.r:le kinderen rrorden nog opgevoed in een sexfeindliche sfeer; sex is viesd slecht en tle nen die net het kintt contact zoekt is daallree per definitie

--.- viezerik of een ploert , Bovenclien probe"en de oud ers het kind tegen

= : contact te beschernen en rneestal d.oen ze dat door het kind er bang

r:c: te maken. ze zijn er zelf bang voor gemaakt d.oor de dagbladpers, naar

rc al zond.er dat proberen ze ile ongeving van het kincl te clesexualiseren

Flat ze heel vaak zelf geen raad Ilret de seksualiteit weten en zeker niet::: de seksualiteit van het kind. En el-sof aiat nog niet genoeg is reageren

:: r'aak op het bekend wortlen van het contact ala.t hun kincl had zo dat die

:--rar ing met terugverkende kracht tot een schaclelijke ervaring gemaakt voralt.

....).::.--gasnale van de overweging dat in principe iedere ervaring haar sporen

-:rterlaat, i.c. cte ontwikkeling van het kinct in deze of gene richting be-

::'/loedt, tnoet aangenonen vorden, dat dit ook van de seksuele contacten

:e', volw&ssenen gezegtl noet worden. Niet zeker is evenvel in sommige ge-

railen of die invloed negatief dan wel positief Sewaardeerd rnoet vorden.

:rniler meer negatief is het natuurlijk als het kind emotioneel decomPen-

:eert en slecht gaat slapen, op school niet meer mee kan en niet rneel. de

s*,raat op durft te gaan, of a1s die ervaring de integratie van de seksuali-

:ei.t duurzaarn in d.e weg staatt'.

1::8.! -

'-:--

Page 11: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 10\ -

9.[. DE MENTNG vAN DE \,rSRKGROEP.

Tot hiertoe zljn zo beknopt nogelijk de gegevens beschreven w&ar d.e verk-groep gebruik van kon maken bij haar bespreking van cle schadelijkbeids-vraag. Zoals hierboven al verd gezegd. waren wij ervan overtuigcl dat het reen ingewikkeld vraagstuk gaat ondat een aantal faktoren net elkaa.r ver-reven zijn. Het lijkt d.aaron van belang orn de faktoren te ontlerkennen. ltoe kan well-icht de volgende ssnenhangend.e reeks overvegingen van nut zi:1e, A1s ve ons afvragen waar het schadeli j kheid.srraa.gstuk precies over

gs,at, dan blijtt alat betrekking te kunnen hebben op een seksue*, ko:-ta.kt van een oudere net een kind, op een ongewone vriendschap tusse:een kintl en een oudere, op de reaktie van de omgeving tlaarop, 6n op

atle clrie t ezanen.

' 2e, De beste Nederlendse vertaling voor het schadeli jkheid.sprobleern is:t ..- zijn er voor het kind nadelige gevolgen ingeval v&n .... (zie de vi:g

zojuist genoernd.e nogelijkheden) .

3e. Het kan zinvol zijn ons te realiseren dat het schadeli.j kheid.svraag

6ns probleern is; pas dan vordt het mogelijk tot de vra.ag "wel of n:

schadelijk?rr te komen .

lre. Op de gedachte gekonen dst e1k van de onaler 1e genoemde

ook vel geen natlelige gevolgen voor het kind. zou kunnen

nen tot de vraag of er vellicht ook positieve aspekten

kennen zijn (t) .

nogetijkhe:

5e. Zodoende kan het schadeli jkhe idsvraagstuk vord.en teruggebracht tc:forrnulering v&n een and.er vraagstuk, na.netijk wetke kenrrerken he:

heel van een kontakt, de relatie en de reaktie van de omgeving d a-::

hebben noet om ten aanzien va.n het kind a1s posit,ief d.&n wel nega::

gewaardeerd te kunnen worden, Daarbij blijft het nootlzakelijk te :denken dat d.ie woorden "hebben moet" erop wijzen dat ook wij va:.

voorond erstellingen uitgaan. Een belangrijke is dat a1les wat de

soonli j kheidsgroei van een kind dient, goed voor haar of hern is,Med.e op grond va.n vat eerder in ttit hoofdstuk is besproken, menen ve

de kenmerken vaarover zojuist sprake vas, betrekking hebben op d.rie

(*) Een aanvijzing voor een in beginsel mogelijk beanend antwoord ::deze vraag bied.t een onderzoek vs.n Bernard (lglZ),

hebben, kc,::

es,n te onC.j-

=::Q:!

-iqrc

Er{:t:rE

t?rk:

-:":l:.It-.lEr

OFTI

I

I

Cd

Page 12: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

.<a'€J T'-

re::-a: : --: n-'

s1:3!l

i::;:s:*. 3- _

: -,:: :r..e: a:-

reSa:::l:e::-

:::::-

?. s:;:!-

-105-

i- ie gevoelens van het kinil ten opzichte van d.e oudere,l. {e aard. van dc relatie d.i.e er tussen de ouilere en het kinrl bestaat,:- de wijze va&rop tle beide voorgaantle zich in het bewustzijn van het kintl

verhoutlen tot het outlerlijk rnilieu en alle enalere voor het kind van be-lang zijntte rel-atics.

a1: O" gqevoelena van het kinil voor een oudere vinden wi.j von eentraal-lelagl. De aard ervan kan blijken uit het geatrag ten opzichte van de oude-

- 6n uit vat het kintt er over vertelt. De duur van de gevoeLena lijkt onsr!.! nintler belang: zolan€i een kintl op een and.er gesteltl i.s zal het ongaan

rrt itie antler een positieve betekenis voor de pereoonl ij kheidsgroei. hebben.

ri b. Met d.e aard van de relatic bedoelen l'e tle kenlerken die d.e ongang vank twee net elkaar, heefb. Wcilarkerigheitl va,n gevoeLens staat centraal in*e poaitieve vaardering ervan. Dit eluit rlwang op of nacht over de and.e-

- uit. Het sluit niet een afhankelijkheid van elkaar uit, noch houdt heticperkingen in ten aanzien van ale persoonl"i jkheialskermerken van beiden.fct mogelijk seksuele aspekt van tle rel-atie neemt hierin ook geen uitzon-lerin6spositie ten opzichte van ale andere aspekten in.*_g: nii de fomulering van dit tlerde aspekt ligt, het zvaart epunt op de

v:jze wearop het kintl zelf tienkt ove" d.e betekenis tlie zijn relatie tot!i gevoelena voor rle ander zal hebben in het oordeel van zijn ouders en

ran anderen net wie hij ongaat. Door het zo te fonnuleren hebben wij vi1-:en voorkonen tlat het ooraleel van ale oualerg altijd feitelijk bekend zou

lceten zijn on zich een oordeel over d.e betekenis van ile "el"a.bie

tussen de

f,udere €n bet kind, te kunnen vormen. Maar de forrnulering sluit de moge-

lijkheitt vBn een botsing tuBsen het oordeel van d.e ouilers en tle aanvan-

!-elijk bestaande gevoelens van het kincl in, zodat in zorn geval rte feite-lijke reaktie van de oualers van belang is bij het beantnoorden van d.e rrraag

cf een bepaalde relatie hun kind al dan niet ten goecle kornt of k\ram.

len en analer brengt net zich mee tlat een relatie tussen een kind en een

oud.ere in beginsel van positieve betekenis zal ziin indien en zolang hetkind zelf er gelukkig nee is, er een wederkerigheid van gevoeJ-ens- waaringeen dvang of naeht een ro1 speelt- tuesen hen bestaat, en anderen aan wie

het kind over rtie relatie vertelt, er positief op rea€eren.

Het afvezi6l zj.jn van een of rneer va.n deze gegevenhed.en, hoeft nog niet tebetekenen atat het kontakt schadelijk voor het kintt is.

t

i

i

i

lI

ilI'lI

I

I

{l

l

!

N

:l

,l

Page 13: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

I

- 105 -

Schadelijk vord.t zoiets pas als het kind niet kvijt kan

De kans dat het in zotn situatie geraakt, is uiteraardgevallen da.t hem net nadruk het zvijgen is opgelegd. Invallen tussen het positieve en het duidelijk negatieve

in plaats van over 'schadet J-iever spreken van het rnin

vat het kvi.jt vilhet g"ootst in de

alfe andere ge-

effekt zouden vijof meer ongewenste

!-qD

l: lc

Tr:r

E:gl!grg!

!!v!:.!i

-:l!!ry:: -t,F-ra::.I

h!

.-E

E

F!rio-:

i

iL:

i

I

LITERATTJI'R BIJ 1IOOFDSTUK 9.

Bender, L. en Bl,a.u, A. (193?), The reactions of children to sexus,l rela-tions with adults. Aner . J.orthopsychiat . , Vol ?.

Bencler, L, en Grugett, A. (1952), A fo11ov-up report on chilalren havingatfpical sexual experience. Amer.J.Orthopsychiat., 1'lo]. 22.

Bernard., F. (1972), De gevolgen voor het kincl. in: Sex net kinderen. Uitg.N.V. S.H. Alpha-boeken.

Burton, Lindy (1958), Vulnerable Children. (Three studieg of child.ren inconflict). London.

Frenkel, E. (19?3), De zedelij kheidsvetgeving in crimineel-hi stori schperspektief. Medisch Contact, 28, b]-z. 3?8-380,

Kwast, S, van der (1975), Bijdrage tot de d.iscussie over d.ecriminaliser iven d.e pedofilie. Ned. T. Criminol., btz. 9B-110.

Land.is, Judson, T. (1955), Experiences of 5Oo children with ad.uLt sexua:d.eviations. Psychiat. Quart. Suppl. 1956. Vo1 30, b1z. 91-109,

Moses, J. (1932), Psychisehe Auslrirkungen sexueller Angriffe bei jungenMd,tlchenr Z.f . Kj nderforschung , Vol UO.

Potrykus , D. en I'f6bcke ( 197! ) , Sexualitiit zvischen Kindern undWilhelm Goldman Verlag. l"fLinchen, (sindsdien ook in Ned.erLandse vertaling,

Rapport "Sexuel,Ia 6vergrepp" (19?5) van cie conrnissie KjelJ-in, uitgegeve:d.oor het ministerie van justiti.e te Stockholn.

+

Rasrnussen, A. (193\), Die Bedeutung sexueller Attentdte1l+ Jahren fiir die Entlricklung von Gei st eskrankheiten undIien. Acta Psychiat. Kobenhagen. Vo1 !, pp. 351-l+3b.

Schorsch, E. (19?3), Liberalitdt reicht nicht. Betriffb:

auf Kintler unterCharakterenoma-

Erziehung, Jrg.

1!

nr. l+, pp. 23-26,

Weiss, J., Rogers etc. (1955),4 study of girl sexVol- 29 (based on final report in: Californi.a Sexua11951i, VoI 20, nr. 1, p.59).

victims. Psychiat.Deviation Reseaxch ,

:c:t

Page 14: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

:9: : -_-!-

..: - .:

_ 10? -

g{-STUK 10

OI.IIiYELIIIGEIT VAI{ DE WENKGROEP.

Wij nantl Sengers

-l le voorgaande hoofatstukken zijn de verschillentie facetten ilie in onze

{-C:ac ht beg?epen zijn, aan de orde ge$eest. Resten nog de aanbevelingen

= suggeatiee naar eveneens orn gevraagcl is. I,lie dit rapport tot nu toer:3de, z6,I er reeds meerdere zijn tegengekomen of er al aanzetten voor

r='rcnd en hebben. fn dit hoofdstuk zullen ze systenatisch wortlen veerge-qrten, paragraafsgewij ze gerangschikt naar vetgeving, naar . strafwet stoe-:r-rsing of reehtspleging, naar de sektor hulpverlening (in het bijzoniler@: betrekking tot tle geestelijke gezondheidszo"g -natler onderscheiden

:c,ar enkele beroepsgroepen- ) , op het gebietl van de al-€tenene voorlich-:::9, het onttervijs en d.e opvoed.ing r en tenalotte net betrekking totr.'- vetenschappelijk ontterzoek, Veel toel,ichting zullen a1 tlie aanbe-

tel.ingen na de voorgaantle hoofd.stukken niet neer nodig hebben. Ws.ar dat:.i, we1 zo is, zal ilie ter plaatse gegeven worden.

lsn alle aanbeve]-ingen liggen vier overwegingen ten grondslaB:

'. Ondat alle zich voord.oentle problenen op het gebied van peilofielewiendschapsrelaties, kontskt en of verla.ngens uiteindelijk lJociaal be-paald zijn, zal een verrnindering v&n de ernst van die problenen in de

eerste plaats bereikt noeten voralen via veranderingen in tlie socialekontekst. Vooral van G.G,Z.-instellingen kan vorden vervacht dat zijzich erop bezinnen hoe zij aan tle integratie van pedofilie liunnen bij-d"agen ,

2. Het voorg&ande neemt niet a'eg dat etk afzonderl-ijk probleem zich altijdop een duidelijk aanwij sbare wijze in een bepaalde situatie bij bepaal-

ile rnensen voordoet; in beginsel kan dan ook in e1k van die situatiesiets voor iennnd geilaan vorilen.

3, De meest akute en meestel ook ernst ig,& noeili jkheden doen zich voor

zodra d.e politie en/of iustitie in het besta.ande probleem betrokken

raken.

ii

::::T::.i

Page 15: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

r

:

a

),

-108-

Veel- Droblenen eska.leren onnodig a.1s nen in de

doend.e nagaat wat het probleen precies is en/ofdenkt zich tot de bet"okken oudere of het kind

hulpverlening onvol-

als men er niet aa.n

te wenden.

b::i=--:i i

: :l-r:p r.i!qlr

af ?_-.:

tui =. i{E -i.1

rrc i

5 4".8t,

\!G-_E:a

frt 1!

trE E

k::"".'t:.:::ihs::fii;f:a

tka.ft r:-

Ib

!tiI

I

.l

t

*1t|}

'I0.1. A-ANBEVET,TNGEN INZAKX DE W TGEVING.

Grat van den H

A. Bechtspositie rninderj arigenElke rninderjarige heeft recht op een

Dit dj.ent in cle (grond)vet te norden

heid van ninderjarigen dient althans

Toelichting:

erkenning als autonoom rechtssubjvastgetegd; cle juridische onrnondi

te worden opgeheven.

Zowel bij kwesties van reggelopen kinderen als in zogenaa.nde pedofilie-zaken g8.at rien uit van de ju"ittische ornnondigheid van het kind.De oudet /tina-relatie is legaal uitgedrukt in ouderlijke macht, waari:

nen lracht noet zien zoals de vet elders spreekt van wetgevend.e nacht er

van rechterlijke nacht: d.us beslist geen vederkerige relatie. En buit=de ouderlijke macht sta.at elke oudere/kind-rele,tie van enige diepgantin feite aL in een bedenkeli.jk licht: een schending van de heersend.e

normen en zeden. Bij erkenning van het kind als }echtspersoon zou mer

ouderlitke ns,cht moeten zien als ouderlijk gezag, wa.arbij het begripr8ezag' duittt op juist het relationelerop aanvaarctin6 en consensus tuFseh beitte pertijen. caat het kind rnet anderen een relatie aa.n d8.n gel-a

de gerdone regels die tussen mensen gelden. De speciale behandeling d::kinderen binnen de heersencle zeclenwetgeving krijgen, verengt het rela-tioneel gebeuren tugsen ouderen en kinderen eerde", dan dat ze d.it ve:-rijkt. Zoals we a1 zei.den, zou het cle erkenning van het kind a1s auto-noom rechtssubjekt ten goecle komen, als aleze aparte {etgeving verd op-

geheven .

Juist op vetgevend terrein zien lre een geleidelijk aan gunstiger klgroeien. In tliverse adviezen wordt tlaar reetls opgewezen, bijvoorbeelivan d.e Rutgers Stichting en de Coornhert Liga. Wij zouilen er aan wil:toevoegen <Iat tle regering zelf reeds ekspliciet haar voorkeur heeft '::

,i

L

llr :*:@ :f-

gesproken voor meer t zelfbepaling van burgers en groepen d.aarvan I

Page 16: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

; cn..cl-

- 109 -

irief van Minister Presitlent en Minister van C.R.M. lJ juni l!J\. Deze

::ief is ook het uitgangspunt geworden van de Alternatieve Justitie be-

;roting v8.n de Coornhert Li.ga voor 1976. Ars Aequi Libri, Utrecht, 1915)

-:. Z edeli jkheid.swetgeving

:e serkgloep is van rnening dat het onjuist is orn seksuel-e hanilelingen net

; cnger den 15-jarigen a1s strafbare feiten te beschouven en pleit rlan

:'Jk voor intrekkin6 van alle daarop betrekking hdbbentle e.rtikelen of:elen claarui.t, zoale.d.ie voorkonen in titel XIV van het Tweede boek van

:et Wetboek vaa Strafrecht. De verkgroep heeft deze mening kenbaar ge-

raakt in haar brief van 20 tlecember 19?I aan de Adviescornmissie Zetlelijk-:eid.svetgeving (voor d.e tekgt van d.eze brief zie Bijlage V) en ctit narler': earglrllenteeril in paragraaf ?.1+. (tfz. 5? ) van clit rapport. We volgenius de gelijkLuidenale opvattingen zoals die eerd.er aan cle Adviescomie-sie werden kenbaar genaekt door een bij zondere beraatlsgroep van hetIationaal Centrurrn voor Geestelijke Votksgezondheitl , tloor di Rutgers

3"ichting, tte Coornhert Liga, het lqederla.nals lnstituut voor Sociaal-Seksuologisch onderzoek, d.e Sonit voor Vrij heiitsrechten, en tle }lunani e-:ische stichting Socrates.

liadere toelichting: 4

'ie willen hier eerst d.e forrmrlering zoals d.e Dr. Rutgers Stichting die

eegeven heeft, geheel overnenen, te weten: "Taak van de landswetgever

is het dan ook, de strafbepalingen aangaende de seksualiteit voorkonend.e

in het Wetboek van Strafrecht, in te trekken, en de vetgevers op lagerriveau de bevoegdheid te ontn€rnen, voor hun gebied soortgelijke -bepa-

iingen vast te stellen'r. Want zoals ve aI eerder in dit rapport benadrukt

lebben, is voor ons cle pedofil ie-problenat iek een saillante illustratievan hoe tliefder al-s fundamentele Ievenservaring in onze samenlevingproblenatisch geword.en is, Deze problemat i sering heeft haar neerslag

gekregen in o.a. de zeiielijkheidswetgeving . Daaron sluiten vij ons aan

cij andere gelijke atlviezen aan de cornnissie tot afschaffing van een

aparte zed.envetgeving , d.ie er eveneens vanuit gaan dat de a'etgever d.e

strafwetgeving niet als middet rnag gebruiken om bepeaLde zedelijke nornen

op peil te houden of ingang te doen vinden; zeket, wa.ax clit zedelijkenormen betreft die fundamentele levensetvar ingen (zoa1s liefdein de

oudere / jongere relatie) problemat i seren,

ien lle::

:,t s su'l;

ofilie-

;'aa:-: : _

eci1t e:

-egar5

:r.Ce

: gel:.:

Ie:a-

: ve:-

ai:a-

i c!-

ri 1l e:

1

t

tr

.i

J

Page 17: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

f'

_ 110 _

De overheid d"ient, zegt de Rutgers Stichting, slechts d.aar d.oor d.e vet

grenzen te ste1len, vaar de vrijheid van de zelfbepaling van d.e een die

van d.e ander a.antast. Het afvijkend getlrag, zo zegE nevr. Dierctx (t9?!ldient niet strafbaar €iestefd te vortten omd.at het seksueel afwijkend is'maar onds.t ienand s vrijheid en integriteit geschonal€n is.we wilIen hier duidelijk steflen, dat wij in onze argr,ment at i e geen en€

seksuele verdediging van de pedofilie viIlen voeten. Wij willen het ne-

chanisme dat een aantal mensen in onze sarnenlevi.ng tot een apa?te en

verwerpelijke kategorie Daakt, aan de kaak stellen, goetl wetend dat dai-zelfde rnechanisrne ook endere mensen aan de hs.nd van bepaalde gedraginger

kategoriseert en -n0ede door d.at kategoriseren- uitstoot. Dit niet van-

wege het mechanisme, n&&r vana'ege het feit dat het rnechanisne gefundee:i

is op de waarden van hen die het voor het zeggen hebben.

Jos van Ussel schetste treffend het tvers chrali.ngsproc es I van het inter-relationeel gebeuren tussen kind en volwassene. Rechtspleging, en tle

stra.freehtspleging in het bijzoncter, is een grote bekr&chtiger geweest

van dit verschraald interrelat ioneel gebeuren, otndat men hiermee ekspliciet grenzen stelde aan de diverse levensgebieden. En zo kont bijvoor-beeId d.e problematiek t.a.v. de ouderlijke nacht (zie de recente juris-prud.entie van de Ho€le Raad in de Sosjal,e Joenit zaak) en d.ie t.a.v" pe-

dofilie dicht bijeen te liggen: in beide gevallen gaat nen eksplicieta uit van het geinfant ili seerde kind en houdt men bijgevolg een wel erg

reduceerde kijk op het relationele gebeuren over.Tegenover een dergelijke kijk zouden wij een wetgeving en rechtsplegix€vitlen pls,atsen die neer gebaseerd is op de erkenning van het kind al.s

autonoom rechtssubjekt, Zovel in zollenaamde pedofilie-zaken, als bijkwesties van weggelopen kinderen gaat nen uit van een juridische onmon-

digheid van het'kind a1s persoon.

10.2. AANBEVELTNGEN INZAKE DX STRATWEASTOEPASSING.

Wi.j nand Sene

De aanbevelingen die de werkgroep op het gebied van de strafwetstoepas-sing vil doen, volgen uit vat in paragraaf 7.5. fttz, T1 ) onder

werd gebra.cht. We vo1sta.8,n nu ntet een puntsg€wij s en zo konkreet noge-

lijk veergeven van de konsekrenties uit onze visie:

*,

*

*

--l

:€:t!=r

r=!:: :

i.: !

--8i:i-:

{-i

1-r

!:st-

!!:'r::c

rraa-.

iEit":

r€fc,t(

!- tls:!'"c-z

-:'c- le;

ta=1

::s:ri:;

?. rr:E-!

r:::

Page 18: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

rn die( t 9;i

In en8

)t re-en

,t da: -ginge:vgn-

ndee-f

int e:-ee

ee5-_

rsiii-

:t:s-, !e-le:

- 111 -

a. fngeval e? een veralenking van ieraand bestaat vordt in ,ie prektijk van

het onderzoek altijd van het kind (het 'slachtoffer') een verklaringveta'acht. Ook vanneer het kind jonger dan 12 jaar is. Er zijn onzenetkgroep geen voorbeelden bekend *aarbij het kinct (tenzij het zo jongis dat aan zijn verklaringen geen na.&rde kan voralen toiegekentl) nietals getuige vortlt gehoord. De werkgroep vi1 erop aandringen dat deze

onge8chreven gedragsregel rrord.t verlaten en dat kinderen alleen ver-hoord word.en a1s er eerst uit anclere verklaringen het vermoeden isgerezen dat het kinil bedreigcl is, clan we] pijn of enig lichanelijkletsel is a,angedas,n.

b. Als uit ile verklaringen van ile oud.ers respektievelijk uit het velhoorvan de verd.a,chte blijkt, of a,1s de politie van het kintt zelf verneentdat er sp"ake ie of was va,n een vriend.schappelijke relatie tussen hetkind en tle verd.achte, dan raad.t d.e werkgroep aan om het kind. niet teverhoren op juist tlie in ile vet geno€nde hand.elingen. De werkgroep isvan raening dat zelfs indien de kans orn het bewijs te leveren daarmee.-heel gering vordt, het openbaar lainisterie dat zou noeten eksepterenon derwille van het kind of d.e kinderen.

q*

I

$,

c.

d. Als regel zou geen kind (ook niet alsof letse1) buiten aanwezigheicl van de

kenale mogen worden verhoord, terrijlniet epeciaal da,arvoor deskundige zou

Uit het voorgaande volgt d&t

noet zien te vomen over tle

kind een rrriend.schappelij ke

rens zij bestuit het kind te

de politie zieh altijd eerst een ictee

vraaA of er tussen de verda,chte en hetrelatie bestaat of heeft bestaan, alvo-horen.

er. sprake lraa van 6ewe1"d, pijnouders of een hem/haar goeti be-

ook geen enkel verhoor door een

mogen rord.en a,fgencmen.

r|

)8:-

t.

:€els

e. De politie zou op het gebiect van seksuele konta.kten net kinderen, veelneer ilan thans gebeurt, a1s een verwi j z ings instantie na&r een g.g.z.-inete11in61 moeten kunnen fungeren; en -vE a.r d.s.t ala.n gebeurt- rnoeten

afzien van een procesverbaal .

f. Aan ouclers of verzorgers is het te ontrad.en om tle politie toestern-nting tot een verhoor va.n hun kind te geven als duiclelijk is dat hetkind niet bedreigd is en geen geweld heeft ondergaa,n.

lN

ii

I

J

Page 19: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 112 -

rl

).t

i

I

I, Bij de recherche-opleidin€i en bij nascholing van pol it i efunkt ionari s-

sen zouden hun persoonlijke rneningen over zedenclelikten, ook die

rnet kinderen, ekspliciet ter d.iskussie gegteld moeten worden; het isvan groot bels.n€t als de kursisten van elkaar horen ltel,ke andere moge-

l-ijkheden op het gebied van het vooronderzoek er zijn dan die welke

zijzelf a1s de juiste zagen.

h. De werkgroep wi1 ervoor pleiten on rechtszittingen waar zedendelikte=

rnet kinderen aan de orde zijn, alleen achter Sesloten ileuren te be-

handelen, a1s de verdachte daarom verzoekt.

Voor nad.ere info:natie zie de bi.jtagen rI (bI2.162 e,v. ) en X (b12.190'

10.3. MNBEVEI,INGEN OP HEI GEBIED VAN DE IIULPVERLENING.

10.3.1 . Algernene aanbevelingen.

Loes Bouveler en Wiky van Rijssei

De door de werkgroep gesignaleercle tekorten in cte hulpverlening zijnaan€tegeven in paragraaf 7.2. We herhs.len hier de voornaanste knelpun-

ten, om vervol€iens voor ieder punt a,sn te geven wat er aan gedaan kan

worden. Voor ve op aparte punt en ingaan, eerst een bescbrijving van de

door ons wenselijk geachte houding voor ieder die net hulpverlening aan

mensen net een pedofiele gerichtheid te naken krijgt.

a. Hulplerlening rnet betrekking tot pedofilie is niet los te zien van c.e

rnaatsehappij vaarin de pedofilie een probleern is.- Het is gevaarliik om vanuit het kategorisch tlenken mensen te bena-

deren a1s pedofiel. De nens heeft veel meer aspekten en nogelijkhe-den dan alleen zijn seksualiteit, Nienand kan zich laten herleid.entot 66n bepaalde dinensie van zichzelf en pedofielen nogen niet a1s

specirnen van een groep beschourrd 'etorden;

- De positie van het kind. De erkenning van de persoon van het kind

de mondigheid van het kind is belangrijk (denk aan wetsvoorstellent.a.v. minderjarigen). Het kincl rlotdt onderschat als nen stelt dat

er geen volvaardigheid kan bestaan in de relatie tussen een volvas-

sene en een kind. Het kind heeft evenals ieder ander reeht op ui-ting van ziin (seksuele) gevoelens en behoeften;

I

liI

*

--

'-a2

:?a

Sl::

F:

{=

i?!

1,4

.:!"=

t.fs

t.g:

-

14.

:?:

:g

: !.:

Page 20: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

Cie

i:et i s

e Io!3-pelke

elik: e:e le-

lz J::

,: :e

- 1li -

Bij pedofilie spruit eventuefe schad.e rneestal niet uit de gebeu"te-

nissen zelf voort, naar uit de reakties van d.e ongeving daarop.

Selangrijk ig dat de hulpverlenernoeienis bereiken wil-. M.a.rl. alat

zelf tegenover staat. Een houcling

hoofdstuk 7 Be,signaleerd verd, ie

voor ogen sta&t vat hij met zijn be-hij zich bevust is van hoe hij erbij veel hulpverleners, die iner een va.n rpedofilie is een stoor-

nis waar je ielnand vanaf moet helpenr. Hiervoor ha.nteert men verschil-l-ende behandelwijzen. 0.a. a'ord.t geprobeerd om d.oor het toedienen van

neclicijnen d.e sterkte van het verLangen in te perken, Ook wordt inNederland ged.ragstherapi e bij pedofielen toegepast, lns,ar bij navraag

op verschillende instituten bleek het eantal behand.elingen gering tezijn en kon er over de resultaten d.aarvan geen cluiclelijkheid gegeven

worden. We hebben overigens geen volleilig overzicht van tle in on6 lanal

toegepaste ged.ragstherapi e6n. Het za1 ale lezer overigens wel tluitlelijkgerorden zijn det vij een gedragstherapie bij petlofilie een iliskutabe-le zaak vinden en een fraai voorbeeld. van het tot verilvijnen nil1enbrengen van wat tlan roisschien we1 door de klidnt in kwestie, rtraar bijhem d.an toch l'eer ondat de samenleving het veroordeett, vordt verfoeid.

fn pla&ts van behandeLvijzen die erop gericht zijn iemand af te hel-pen van zijn pedofiele gerichtheid, villen wij pleiten voor tnethoden

die erop gericht zijn de hulpvrager te helpen bij het ververken en

aksepteren van zijn pedofiete gerichtheid, Schijnbare konfor,nering

8.an maatschappelijk geaksepteertl ged.rag kan slechts een tiidelijke op-

lossing geven. Zelfaanvaarding is noodzakelijk opdat de peCofiel al-thans in harrnonie net zichzelf kan leven. Bovendien is het een eersteen noodzakel-ijke stap die genomen rnoet vorden, wil- de pedofiel instaat zijn de konflikten aan te gaan net zijn omgeving. Pas dan zalhij rnisschien individueel of rnet de groep naar buiten durven treden.Een niddel hierbij is het in kontakt brengen van de hulpvrager rnet

nensen die soortgelijke noeilijkheden erv&ren. Dit vordt gedaan bin-nen de N.V.S.H. De N.V,S.H. besehikt sedert januari 19J1 over een

landeli.jke verkgroep pedofifie die verschillende pl-aatselijke werk-

groepen kodrdineert, adviseert en een platvom verschaft voor diskus-

sies over seksuele uitingen van kinderen en pedofielen binnen de to-tale skala van menselijke gevoelens.

.1,

I.i!

'l

t.

Page 21: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

I

- 111 -

De werkvij zen richten zich op individu en samenleving. De hulp aen he:

individu hourtt in het beschikbaarstellen van nateriEle mittalelen (lite-ratuur, vergedenuimte ) en van irurateri6le rnidclelen ( opvang e.tl.). De

strategie gericht op de sarnenleving betekent voorlichting en socialeakt ie .

Als we tleze strategie6n toepassen op tte ernanc ipat i e van het pedofieleagpekt van nensen, ontstaat een proces dat in de volgenale fasen ontler

te verdelen is.Eerste fase: Hulpverlening in persoonl-ijke sfeer. In de ee"ste opvang-

periorle worden tveenansge sprekken gehouden. De hulpvrager ervaart zij:probleen als een: ik zit niernee. Hij vordt begrijpend afs persoon te-genoet gekomen, maa,r naannat e de gesprekken vortleren, probeert men he:

relatieve van d.e ind iviitual,i sering te ctoen inzien zodat de volgenale

fase rnogeli.jk vorttt .

Tweede fase: Van het individueel beleefde probleen kont nen tot een

groepslroblemat iek. V&n een 'ik zit hiermee' naar een tvij zittenhierrneer. Nu worden de groepen gevorrnd. orn gezalnenlijk de problenatie!te bespreken en deze van alle kanten d.oor te lichten. fn deze fasevinclt er een overgang pls,ats van de strategie gericht op het individ::naar d.e strategie gerieht op de samenleving. Een rnoeilijke ove"gang,

Het gevaar is namelijk niet denkbeeldig dat door zelf-di skrininat i e

en ghetto-vorming van pedofiele nensen het l8.a.tste staclium een tsple:-

did isolationr vordt. Aan de anilere kant is het duidelijk dat een

veilig basis-k8mp noodzakelijk is orn eksped.ities in een g!:otendeels

vijanilige r,re"eld. te d.urven ondernemen: een plaats om vanuit te star-ten en orn !'anneer het te moeilijk vordt, naar terug te keren.Derde fa,se: tr'ase van aie werk- en aktiegroepen. Hier treealt de konkre-tisering op, dat rnijn e.q. ons probleem grotend.eels ook hun probleeris, ilat wil zeggen het probleem van alle rnensen iiie net elkear pro'be-

ren samen te 1even, een relatie te ond.erhouclen en kind.eren op te voe-

d.en, Men kan nu gaan werken aan de houding in de opvoeiiihg tegenovercle vri.iheid, cle zelfstandi gheicl, de seksualiteit en ale affektiviteitvan het kind; voorlichting over pedofilie zowel aan pedofielen zelfa1s aan de omgeving.

d. Uit onze -veliswaar beperkte- peilingen bij hulpverleners b1eek, da',

men in veel gevallen niet op de hoogte was met het bestaan van d.eze

lrerkgroe1ren.

''}

*

a

IIl['Ill

l

lI{i

ll!

a

xI

i

l

T:

1r

-1

"(I

ur::=

:a:?le:

:a:

gr

?- ,atbt-:fi

r:t

L':-

:::.:

s:::

Page 22: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

: i:::F:.,. _a

I c:'_1ar

ca: :+-

- 115 -

Zoale men in het algerneen maar zeer gebrekkig geinformeerd leek overde gehele problenatiek rondon pedofilie. Door in kontakt te treden met

d.eze verk6groepen kunnen hulpverleners zelf ervaren hoe peclofielen zichvoelen in hun kontakten met anderen en dat ze zich in niete onderschei-clen van and.eren behalve in hun seksuele voorkeur, maar dat ze (onnodig)

gekweld a'orden aloor d.e ongeving opgelegde spenningen. De huJ-pverlener

kan zijn/haar eventuele vooroordelen herzien en leren over de proble-mat iek ne te tlenken En te praten. Want voorlichting en informetiealleen zijn niet voldoentle. Daaraloor vortlen d.e vooroordeLen niet afge-broken. Een ctoorziea van de gehele lroblenetiek in zijn soeiale kon-teket is nodig. Het zou tlaaron voor hulpverleners zinvol.zijn or0 ook

onderling de diskussies op gang te brengen en praatgroepen te vormen,

optlat de visies van vaaruit nen verkt, meer enotioneel d.oorteefal vor-den. Wellicht veranderen de visies dan. Dat een dergeti.jke nethod.e

heil-zaa.n kan verken, moge blijken uit de ervaringen tlie onze werk-groep d.aan ee opdeed ( zie paragraaf 1 1 .2 op b12. 135 ) .

e. De venselijkheitt is genoend van hulplerlening buiten de justitie on,

Maat den rnoeten er alternatieven zijn voor juetitiEle reakties. fnhooftlstuk 7 verden enkele hanaliks.ps genoend, wa.a.r peraonen en instel-lingen binnen de g.g.z. rnee te k8mpen hebben. Genoemd vertlen drenpel-vrees, wachtlijsten, gebrek aen nan/vrouvkracht . Toch moet rrorden ge-

streeftl n&&r een verschuiving van strafrechteli j ke reakties naar

reakties die hulpverlening ten doel hebben. Het bestean van cle tver-

troulrensartsen kindermishand eling i (negen in Nedertand) illustreert,dat een clergelijke verschuiving mogeliik is. Kinderni shancleling isstrafbear, naar d.oor inschakeling van het Bureau Vertrou$ense"ts ishet nogelijk gevord.en dat synDtoon op een andete rnani.er aan te p&kken

alan doo" te streffen.Orn het iitee wa.t konkreter te naken hebben gesprekken plaats gehad rnet

een vertrouvensarts in Arnsterdarn en een n&atschappelijk verkster bijhet bureau vertroulrensart s in Rotter<lan.

Strafrecht el ij ke vervolging van ouders die hun kind ni shandel,en, kont

rninder voor nu het burea.u een alternatief biedt. Lrel L'orden in bepss,l-

tle gevallen c ivi el-rechtelij ke rnaatregelen uitgelokt ( onder -toezicht-stellingen, uithuisplaatsingen). Men sprak zich ook rneer in het alge-

neen uit voor het terugairingen vsn strafrecht elij ke sankties, met nalte

door: n8.ar c ivi e1-recht elij ke oplossingen te zoeken.

n-

.se

i

a=

"::-:e:

:::

t3

it

Page 23: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

f.

t

*

t;

I

- 115 -

Het lijkt niet nodig on hier op details van ile verka'ijze van het bur

in te gaan; het gaat om het principe van tle afbuiging van de veg, d.ie

nu Leidt naar d.e officier van justitie en de strafrechter. Een offi-cier ilie kennis neemt van een strafbaar feit, zal genaklel"ijker afziavan strafvervolging wanneer hij de overtuiging heeft dat rhulpverle-

ningr iets wi1 en kan tloen aan de p?oblenen alie ale achtergrond vorme:

va.n een delikt. Mogelijk heeft hij het gevoel nu rgeen keus' te hebb

Gedacht noet vorden aan een hul-paanboal aan alle bij een probLernatisc=

situetie betrokken partijen: het kind, de pedofieJl, ile ouders (ofre verontrusten), eventueel de echtgeno(o)t(e) van d.e pedofiel, inaparte of gezarnenlijke gesp"ekken.

In hoofdstuk 7 werd opgenerkt, dat tle hiaten in d.e hulpverlening hetgrootst lijken op de nonenten dat ienancl grote behoefte &an hulp hee:

De hul-p is vaak niet op tijtl ter plekke aanwezig. De verkgroep achtvan groot belang dat er hulp is voor hen in krisissituaties, bijvoor-beeltl bij a"rests.tie rloor politie. In krisissituaties ie het erg be-

langrijk ttat er hulpverleners, ad.vokaten of Lndere vertroulrensperso-

nen, aanwezig zijn. Met klem willen vi,j dit recht op hulpve"leningbenad.rukken. Vanuit tte reclassering irordt terecht getracht iteze zoge-

naanile rvroeghulp I van de grond te krijgen.

g. TensLotte vill-en we aendacht vragen voor het recht op anoniniteit vs:degene die hulp rrraagt. Wa.nneer in een gezelsehap het onderwerp pedc-

filie ter sprake kont, worden s.l gauw opnerkingen geplaatst als: kic-derlokker, rotzooien, knoeien met kinderen, viezerik, gevaar van kir-dennoord, zich meester naken van het veerloze, onschul-dige kind. Deze

beoordelingen zijn zeker cle pedofieI zelf bekend. Hij weet dat erverda.chtmakende, bedreigende, vernietigende konnentaren bi j voorbaa*,

klaar liggen, Daa.rorn moet men in de hulpverlening een kenbaar genaak:.behoefte aan anonimiteit respekteren. Zij die hu!,pverlening via de

telefoon bieden, veten dat ienand nogal eens d.e anonirniteit kiest oL-

alat hij een derde niet vil verrad.en (bijvoorbeeltt bij huweli.jks- ofopvoedingsrrro}1emen ) , Tn het geval van d.e pedofiel gaat het niet alior4 verr&den van de a,nder, naar ook om het ve"raden van zichzelf.Hij veet vat hi,j heeft te vrezen. De pedofiele nan of vrouw heeft all:teden on intens voorzichtig te zijn. Daeron is het onjuist aan tedringen op een prijsgeven van naar en adres. De ander zal vaak blijzijn rnet de nogelijkheid zijn verhaal kwijt te kunnen aan iernanil

!E !-

-aE

E

E

!=

rrE

ZE

:r'-'.:

:d

=f,!E

:'tr:

t:-

{r:.:

:r:!

r:1

i:,:.!

a!'r

i::cl7rl

Page 24: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

i'eg ! 1::

:er e::: =.!rYe:- 3 -.d v::::

) a: i--

=a::s::=

_ 117 _

iie niet direkt ile behoefte toorlt tot handelen over te gaan. Vertrouvenf,f,et de kane krijgen te groeien. Het za.1 nog8.] eens beginnen bij de

rroniniteit. Werkgroepen en gespreksgroepen van pectofielen zijn belang-:ijk. Toch zuLLen er voorlopig pedofielen blijven, die tle ontmoetingr€t andere pedofi.elen ontvijken. Dit za\ veel sterkel het geval zijnis.n bijvoorbeeld bij honofiele nannen en vrouven. Aa.n ale ene kant ver-:e,ngt aie petlofiel ernaar te horen hoe andere pedofielen hun liefdesver-:a.ngens beleven, aan d.e antlere kant blijft hi.j op zijn hoede.

ler ilLustratie van d.e hierboven benad.rukte behoefte a:.n anonir:riteit,'-ier een ervaring van Ds. Klaner die door zijn bekenttheid via radio-:cespral<en, voor anonierne hulpvragers gernakkelijk bereikbaar is:"Toen de oud.ers v&n ile B-jarige Leo merkten dat hun zoon d.e laatste:ijd rteer neer ging stotteren, begonnen ze zich af te rDagen vat daa.r-va.n de oorzaak kon zijn. Toen ze bovendien hoorden dat hij op een

avond angstig bij zijn broer van 15 in betl was gek?open, verd det voor:ren cle aanleiding orn door te vragen. Met noeite kregen ze te horen datcon F"ans, ienand d.ie bij hun in de straat lroontle, het gezelschap van

i€o had gezoeht in het zwenbad. en dat oorn trYans ook zijn geslachtsdeel

rad betast. De ouders werden nijdig en stapten naar de politie. Daar ,

roenden ze geen namen, na&I vroegen hoe ze noesten handelen. De politie-:ensen zeiden itat zij dit wel zoud.en opknappen, maar dat ze daarvoorover neer persoonlijke gegevens noesten beschikken. De ouders van Leo

sehrokken van de nogal radikale wijze van I'raagstelling. Ze vensten no69

geen aanklaeht in te dienen omdat ze d.e gevolgen vermoed.den die voor

oorn f'rans rampzalig konden worden, Ze belden hun (ger.) dorninee op orn

advies, Deze zei dat het voor hen een volkonen onbekend terrein vas,

i{ij verwees hen naar ondergetekende. Tijdens een nogal uitvoerig tefe-foongesprek bleek det de ouders niet alleen het belang van hun zoon Leo,

naar tevens dat van oorn Frans in het oog hielden. Ze a'ensten niet rnee

r-e verken aan zijn onde"gan€!. Ik adviseerde hen persoonlijk rnet oom

Frs.ns konts.kt op te nenen, hen te vertellen over de voor Leo nadeligegevolgen en hen

Later belden ze

rrragen hoe hij er zelf over dacht.

dat ze onder druk van de omgeving opnieuv naar de

rolitie {aren gegaan. Familieleden en kennissen noemden hun houding ge-

vaarlijk: die man bfijft zijn ganE! gaan, hoeveel, kinderen zuIlen het

slachtoffer vorden, de man noet tegen ziehzelf bescherrnd vortlen, enz..

,:.'r:'::-

!.e:s: -

l:: iE:

;: lt::-,:1 .!::: -

'. '.:::e:

- ::

*

*l

"'il

teme

Page 25: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 118 -

Hun tveede ond.erhoud lqet de politie bevestigd.e hun opvatting dat dreige-

nenten en afstraffing van oom lYans slleen een no€! angstiger mens zou-

den nahen. Ze besloten hem persoonlijk op te zoeken.

Oon Frans ontkende niets, toonde zich biina blii dat hij eindelijk eens

van zijn eigen gevoelens kon vertellenr begreep tie zorg van de oud.ers e:-

ging gretig in op hun voo"stel ook eens net mij te Saan praten. Dat 1a&---

ste is gebeurd en het zaI niet lij 66n keer blijven. Oorn tr'rans is aI ja-ren getrouwd, rnaar zijn vrouw veet van niets. Tijclens ons gesprek bleek

dat hij een sterk verantwoordeli jkheidsgevoel had voor Leo (die overige:-:

zelf het initiatief had genonen). Oom !'rans was getroffen doo" de reakt::van d.e ouders, vooral ook omdat ze hern uitgenodigd hadtlen bii hen teblijven komen. De angst voor ontdekking had een stenpel gezet op zijnrelatie net Leo.

Na enige tijd schreven d.e outlers tle volgende brief:

Zeer geachte dorninee,

!;

::"l?

Nu onze zoon in een dienst bij u zingt, maken mijn vrouv

gelegenheid gebruik u deze brief te laten overha.ndigen.

Het l'as ons namelijk reeds lang een behoefte u onze d&nk

voor ua' hulD en steun bij de gebeurtenissen in augustus jheer H. De wepq die u ons toen vees is inderdaad de juisteenkel-e goede gesprekken zijn de heer H. en vij tot elkaarben we gemerkt dat je elkaar als rnensen broodnodig hebt.voorbeeld de laatste tijd enorn veel steun vs.n hen ge?Lad

ziekte van de vad.er van mijn vrouw. Hij heeft ons in r:ijngeleid en ons geholpen bij cle verzorging van deze demente

adviezen vaien voor ons e"g waardevol. Ook onze zoon Leo

rnet hem on, zonder dat er iets is blijven hangen.

U ziet alles is positief en ne moeten er niet aan denken wat e" gebeurd

zots. zijn a1s ve onze eerste impuls hadden gevolgd, We hadden niet allee:hen en zi.jn gezin kapot gem&akt, doch ook ons eigen leven. Uiteinclelijkhebben ve in Orne Frans en zijn vtouw goede buren gevonden net een open

en eerli,jke relatie werderzijds,Nognaals onze oprecht dank,

Hoogachtend,IItem- B-

en ik van de

te betuigen

.1, net de

gebleken, Ingekomen en heb-

we hebben br.l -in verband met

rusthuis roni-bejaarde, Zi j:

ga.at nofinaal

$,!c

!:_:

- :a!

: !:

:.::*.lll.:::

"*:

Tq-q

i-9f

;9-

!{:

-:

1:

-::-:

Page 26: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

e:s ":

- 119 -

'0.3.2. Specifieke aanbevelingen aan beroepsAroepen.

7an enkele vert egnwoordigers van beroepsgroepen kregen re speciale aanbe-

zelingen voor hun kollegars. We geven ze hier weer. Het ze1 d.e fezer !re1

5Dva11en dat ze onderling overeenkomen en tle hoofdLijn bevestigen van wat

"nder paragraaf 10.3,1. a1s onze algemene aanbevelingen veral gegeven.

a, De reklaeeering.Heleen ter Braak

Yen kan zich de vraag stellen, of pedofiele mensen ve1 tot cle kli€nten;an ile reklassering rnoeten behoren, vanneer men er vanuit gaat alat

i emantl die pedofiel is en daar ook uiting aan geeft, daannbe nog nietl emand. is ilie rgereklasseerdt noet word.en. Ilet petlofiel-zijn houtlt ech-

ier op zichzelf niet d.e garantie in, dat i eltand niet tot l-aakbate hande-

l-ingen kan komen. Wel moet hieraan dan veer direkt wortten toegevoegd, atat

ienand, itie tot pedoseksuele hand.elingen kont, nog niet pettofiel hoeft tezijn, (Van der Kwast vijst nadrukketijk op de pseudopetlofielen net wie d.e

:eklassering zeker ook te maken heeft. In het navolgende woratt deze groep

::ensen buiten beschouving gelaten ) .

In j.eder geval kri.jgt de reklassering net

:laken, ook met de tnare', en zal de vijzezeer uiteenlopende €ievellen tevan hutpverl"ening van geval tot

geval verschillen. Dat het opleggen van gevangenisstraf geen adequate

reaktie is op het begaan van een rseksueel deliktr geldt ook hier en iede-re reklasserings-meat schappelijk werker za1 noeite doen orn een justitieelingri,jpen vaar mogelijk te voorkonen of te beperken; het zc,eken naar een

alternatief za1 gevonden rnoeten vorden in het aanbieden van hulp' in ditgeval met name ao.n de pectofiel. rstraf is vergift is een ul-tspraak van

een psychiater, die ni,j in dit verband is bijgebleven.In de reklassering is een ontr^'ikkelin€J gaand.e d.ie erop neerkont ' dat ge-

tracht wordt zo vroeg mogelijk een hulp8.s.nbod te d.oen aan ensen' die net

de politie in aanraking zijn gekornen. l4et nane geldt dat voor <iiegenen die

op een politiebureau terecht zijn gekornen en d.8.ar een aantal clagen (rnaxi-

naal vier) vastzitten. De kans op het ontstaan van een krisis-situatie i.s

oD dat moment erg groot en brengt de noodzaak rnee juist dan hulp te orga-

niseren. Bij het insehakelen van hulpverleners voralt velvol€iens gezocht

naa? rnensen, die kunnen ingaan op de specifieke Problemen van degeen dievast zit .

r

Page 27: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

+

- 120 -

Iemand die vanwege zijn pedofiele kontakten is gearresteerd, kan het a--

leen al, tloor het feit, dat hij plotseling het etiket rkrimineel' opge-

plekt krijgt, bijzonder moeilijk krijgen. Ook hij za1 noeten kunnen re!nen op hulp van iernanil, tlie vertrouwd is rnet de probLenen die zich voo:-

doen en <lie daarrnee uit de voeten kan. Va.ndaar atat het van belang is,de reklassering in die situatie a} tlenkt &an sarenverking met de verk-groepen pedofilie van de N.V.S.H. en eventueel met s.ntlere deskundigen,

met name a&n aalvokaten, ilie zich in deze probternatiek hebben verdiept.l{oerel met het organiseren van ale reklas seringshulp op het poJ-itieburea:

een begin is genaakt, moet wel worden opgemerkt dat tot nu toe het rekl

seringskontakt meestal nog tot stand kont naar aanleiding van een verzo*.

on te rapporteren van de zijde van justitie (officier van justitie, rec'-ter-commissaris). ttet hulpaanbod wordt in da.t geval dus in een Later stt'-diun geclaan.

wanneer een maatschappelijk werker een kontakt aangaat met een kliEnt zinii/zii trachten het p"obleetngebied te verkennen. AIs 66n van zijn takerkan gezien \rord.en, dat hij de kliEnt helpt zijn relaties met mensen in ::ongeving te 'bekijken'. Vaak zal dat betekenen dat rnensen uit de orngevi4

van de k1i6nt in de gesprekken betrokken vorden (partner-, gezins-,gesprekken), Een maatschappeliik werker staat eehter niet los van 'dernaatschappijr, vaarin een taboe rust op pedofiele konts.kten. Hoe gaat h:;om met d&t taboe? Eoe voelt hij erover? Wat zijn zijn persoonli,jke erva-

ringen, normen en frustraties? Hoe werkt dat allenaal door in zi,jn kont

net een pedofiele ktiEnt? Voor de laatste noet uitdrukkelijk gelilen, de:

hij er recht op heeft van 'zijn' maat schappeli.j k werker -die hij neestalniet zelf uitgezocht heeft- te horen, hoe deze over pedofilie, over d.e

:G!

Fdr

dr

l-E

begane feiten, over hemzetf, denkt. Bli.jkt daarbij dat zij tekaar a.fsta.an en efkaar niet kunnen vinden, dan za1 een and.ere

pelijk werker ingeschakeld. noeten kunnen word.en.

De na&t sch8.ppe1i,j k verker zal zich dus zoveel rnogelijk bewr.rst

van zijn eigen houding en €levoelens wanneer het on pedofilierflelen van infornatie over het onderverp za1 niet genoeg zijn.li.jkt mi.j, dat reklas seringsmaat schanpelijk \,rerkers neer net

tle praat rakenr over de wijze, vaaroo ieder met problemen op

ver van e_-

ne&t schap-

noeten zi.::ga€rt. Verza-

Be-t&ngrf .J Ielkaar 'aan

dat gebied

G

'. :

.. :

::ti

s:l

':,t

I

t

I.|

:

t

gekonfronteerd wordt en over de rnanier, waarop ied.er tracht hulp te ge-

ven aan petlofiele klidnten; da.n kunnen eigen emoties aa.n bod komen.

Page 28: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

a3-',_ !.-L

- 121 -

Uit het feit, dat kollega's van (t,ijna) s.l-Ie Amsterala.nse reklaaserings-bureaurs en van bureaurs in Eindhoven en Den Bosch zeer serieus ingingenop v?agen, die ik hen over het ondenrerp voorlegde, naa.k ik op, tlat d.e

interesse voor deze problernatiek zonder meer aanvezig is, De vragen, dieik had gesteld, naren -kort veergegeven- de volgend.e: Wat vind je van

pedofilie? Hoeveel pedofiele kliEnten heb je zelf gehad? Hebben (even-

tuele) eigen enotionele reakties met betrekking tot het onderverp kon-sektenties gehad voor de hulpverlening? Vind je, dat je rnoet proberen

i emantl van zijn peitofilie af te helpen of vind je het beter en verant-voord hem te helpen zichzelf te aanvaard.en zoals hij is? Ben je via pu-

blikaties op de hoogte van het onilerrerp? Werkt een ( eventueel) gebrek

aan ervaring fruetrerend? Iarat denk je van het al dan ni€t schadelijkzijn van d.e kontakten van kinderen rnet peclofielen? Wat weet je van de

rol van het kinil in de kontakten? Mondeling vroeg ik sorunigen ook, vat

zij dachten van het idee on bij hulp aan pedofielen (en anilere betrok-kenen) te denken aen de werkvi,jze van het bureau vertrouwensarts (zieblz. 115). De vragen raren vooral bedoeld on de d.iskussies te verge-:akkelijken.wiky vatte de antnoorden die ik kreeg sanen:

"Zeven burea.u I s gaven vri,j gecletailleerd antvoord; slechts 66n bureau

vilde niet op ile vragen ingaan.

De algenene inclruk uit de brieven is: rnen is het eens net ile brief van

de verkg"oep aan d.e Conmissie Z edelij kheidswetgeving , waarin bepleitvordt, dat pedofilie als atetikt uit de strafvet wordt gehaatd en het

aksent moet worden gelegd op verbeterd.e hulpverlening. Het idee van een

wijze van hulpverlening die te vergelijken zou zijn net de verkwij ze

van het bureau vertrouvensarts nerd over het algeneen positief geva&r-

deerd, a1 verd <loor 66n bureau het gevaar van isolering van de proble-

matiek genoemd, De verkers op deze bureaurs ha.dden versta.nitelijk geen

rnoeite net het verschijnsel pedofilie ('ve liggen er niet vakker van

als ve een pedofiele kli6nt hebben') rnits er €ieen sprake is geweest

van dwang, de vrije wi1 van het kind is gerespektee?d, enz. Gevoels-

na.tig krijgt men het er rnoeilijker nee naamate het dichterbij kont 'bijvoorbeeld als men zich voorstelt, dat het zijn eigen kinderen be-

tref!. Men geeft toe, dat de geringe ervaring met pedofiele klidnten(ieder had hooguit geniddeld twee pedofielen per jaar als klidnt) een

gevoelsrnatige inleving en akseptatie in de weg staat,

.

I

Page 29: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

a

-122-

Ei blijkt uit de brieven geen rationele vooringenomenheid , integencteel.

Men ziet niets in het I iernand ervan af helpent, mear streeft in zijnhulpverlening naar zelfaanvaard.i ng . E6n bureau suggereert iets in de

richting van het eerste, door te stellen dat pedofielen noeten probe-

ren de leeftijd van hun voorkeur op te voeren tot boven ile grens, die

bij de strafbaarst elling eelalt (15 jaar).wanneer het kind rerkelijk vrij wordt gelaten, s.cht men d,e kans dat

sch&de voor het kind optreed.t, betrekkelijk gering. !le1 vortlt opge-

nerkt, d.at het voor het kind. sehadelijk kan zijn, dat het -vanvege tle

taboesfeer- in een positie kont vaarin het moet liegen, op zijn hoede

moet zijn en gevoelens rnoet verbergen. De kinderen zochten het kontakt

vaak zelf, soms zeer aktief. De kinaleren kvarnen over het algenreen ve1

uit rnoeilijke gezinnen, net konflikten tussen de oualers, huisvestings-noeili jkheden, a'erkloosheid.

Sehaitelijk achten de bureaurg het uithoren van bet kind cloor ouders,

school of politie ('stel je voo" tlat je eigen relatie met vrouw, nan

of vrientt op deze rnanier wordt geanalyseerd ! t ) . De neeste bureaurs

kennen tle verkgroepen ven tle N.V.S.H. en staan positief tegenover deze

vorm van selfhelp in groepen".

Naar nijn inclruk hebben ?ek1as serings-naa.t scha.ppeli jk werkers slechtsincidenteel kontakt rnet d.e (plaatselijke) verkgroepen pedofilie van de

N.V.S.H., tervijl samenverking geboden lijkt, &Ueen al vanwege het u::wisselen van ervarinpgen en kennis. Heel konkreet zou bijvoorbeeld bezr=kunnen worden of letlen ven de plaatselijke ( eventueel van de landelijk:werkgroep( en) ingeschekeld kunnen vorden bij rechtszitt ingen , zodat s;s-cifieke infbrmatie gegeven kan vorclen. Daarnee {ordt tevens een bijdra-ge geleverd tot het tloorbr6ken van de taboesfeer.Er is geitacht aan de nogelijkheid om binnen de reklassering een geric::ontlerzoek te d.oen naar d.e ervaringen en bevindingen van tns,at schappeli.::verkers rnet betrekking tot hulpverlening aan pedofielen. Vertler dan ee:

orienterenrl gesprek net een socioloog, die binnen d.e rekl"assering ver:i-

zaarn is, is het echter niet gekomen. De landelijke nerkgroep peclofilieven de N.V.S.1i. zocht een aantal naand.en geleden kontekt met het Land3-

lijk bureau van de Al€lemene R eklasseringsvereniging in Den Bosch over

de mogelijkheden tot sarnenwerking. Konk"ete resultaten van het overlee

kunnen niet vorden genoend behalve, dat er naclien tloor Theo Schouv ' d.::

bij het overleg aanwezig was, een artikel over pedofilie is gepublice.*-

t-_:

_! lF:

Ev::r"{:

-:a(-ls 3

::r: !,

r-":

lq :rl

f,-n.

tu?:::

-rctg=

-!{ttEa{--

ira: a

G-iiE=&? r-j

r.::l

--i-.e - :i:rt:*::

G:.

!- k:

ki:t- :: ,

!s .-

Gra=t''

-E:?r

Page 30: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

e

e

- 123 -

in KRI, een uitgave van de Vereniging van Reklasserings-instellingen ,

( augustus 1Qf6, jaargang 6, nr. l): Peilofilie; 'wat gisteren taboe vas,is morgen nornaalr. fn het Elenoemde overl-eg is wel aangegeven, dat sa-menwerking van de verkgroepen pedofilie net de reklessering rnogelijk hetbest op regionaal- niveau ken noralen gezocht. Daarbij kunnen ook de ande-

re rekLas seringsinstellingen (de Stichting Leger des HeiLe, afdeling re-klaasering; tle consultat iebureau I s voor al-cohol en drugs; tle afilelingrekJ.assering van fiu1p voor Onbehuisden) en ite vrijrilligerorgani satiesvorden betrokken.

De reklassering richt zich in de hulpverlening in eerste instantie op

tle pedofiele kli€nt, al za1 sons (vaak?) met andere betrokkinen (het

kind, de ouderE van het kintt, eventueel cle huveli jkspartner van ale pe-

dofiel e.a.) rorden gepraat. Het zal echter duidelijk zijn, dat rle be-

langen van tle verschillende rpartijen' uiteen kunnen lopen en in de

regel niet d.oor tlezelfde hulpverlener kunnen norden behartigtl. Sorns

kunnen de belangen parallel lopen: voor ouderB, die verontrust zijn over

een relatie van hun kinit met iernancl die peclofiel- 1ijkt, is het belang-rijk dat zij net hun problemen ergens terecht I nnen: 6n voor hen 6n

voor d.e peilofiel is van beJ-ang dat er een s,lternatief korlt voor het

naar-tle-pol,it i e-lopen. Vanuit die gettachtengeng ontstond het itlee tedenken &B,n een werkwijze els v&n het bures,u vertrouwensalt s . De proble-nen kunnen daard.oor -het is a1 gezegd, zie b12.115 - zoveel mogelijkuit d.e strafrechteli jke sfeer gehaald. worden. De reklassering zal op

clit monent attent moeten zijn op de mogelijkheid tot vervi.jzing van

hen, tlie betrokken varen bij de feiten, die tot een proces-verbaal

leidclen, voorzover behoefte aan hulp gebleken is.Misschien wordt aan de rnogelijkheid van een soort algeneen overleg tus-sen reklassering en politie te weinig ged.acht (zie punt ? op b1z.2OO ).

b. Aanbeveling voor pastores.

A1j e Klalner

V&n d.e pa,stor nag voralen verwacht dat hij stil stast bij de rnens aan vieal te genakkeli jk word.t voorbi jgegaan. l.'let titie nens' is nen irnrners tegauv k1aar. Pa.sklere beoord.elingen en adviezen J-iggen voor het grijpen.fn het geval van de pedofiel is dat een bijbelse ui.tdrukking als rknapen-

schentlelr. Deze kan vorden aangevuld net 'onreine gevoelenar, zonde

vaarte8en gevochten rnoet vorden.

Page 31: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 12! -

Meestal vordt bij pedofilie alleen gedacht aan het lichajneliike aspeki:

het kind a1s lustobjekt voor ouderen d.ie hun verkeerde gevoelens nietsen te beheersen. Gevoelens van synpathie gaan dan uit naar de veront

digde oud.ers van het gedupeerde kind. De peciofiel rnag dan leven van de

fooi van het nedeliiden. De pastor zal stil staan on in tle eerste plaa::

het verhaal van de pedofiel te leren kennen, Er ze1 op dat mornent in g

enkel opzicht sprake zijn van goetlkeuren of afkeuren, alleen van luiste-ren. Tijdens clat l-uisteren zal de pastor zijn eigen gevoelens van veer-

sta,nd, va.n ergernis, ziet moeten ontkennen. Hi.j luistert niet blanco.It Is geen schs.nd.e te elkennen dat l'e geen ra.a.d weten net de gevoelens

die een pedofiel bij ons oproept. Ma.ar vat doet de pestor met die gevoe-

1ens. zal een pastor de ander laten gaan rnet zijn eigen opvatting over

pedofielen, net een verwijzing nasr een paar biibelteksten' Ken ik de a:-iler alleen va.nneer ik kennis van hem neern of vanneer ik tot die persoor-

lijke relatie met hen kom waarin sprake is van lief krijgen. De pedofie-

zal zeker rnoeten zijn van het arnbt s gehe irn vs.n de pastor. Geen gepraat

aehteraf in kerkeraad, geen gebel met huisalts, psychiater of buree,u.

Tenzij in overleg rnet de ander. De pastor zal zich wegvijs laten maken

door de pedofiel, zal -dlrars door vooroordeel en bijbelteksten heen-

luisteren naar het verha.al van de nens die zichzelf aI dan niet heefta.anvaard, zijn verlangen naar het intieme liefdeskontakt net het kind.Kan de pedofiel rekenen op ile pastor als netgezel of e1s beoordelaar? l{g:

hij zijn verha.al helernaal uitvertellen of moet hij rekenen op verontwae:-

digd of rneevari5g onderbreken door de pastor. Dan zal bliiken dat voorde:

a1s knalenschender en zondige onlustgevoelens onhoudbaar zijn.Er valt niets goed te preten, ook niets slecht te praten. Gez,ccht moet

vorden naar een leefbaar bestaan, wanrin de pedofiel zijn zelfrespektniet hoeft te ve"liezen; vaarin verontruste oudets leren inzien vat er

kan spelen tussen hun kind en een voll'assene, Als de geneente van Chris-

tus net zo a1s tde wereld I reageert, dan zs.1 de petlofiel er geen thuisvinden en weglopen. De pastor heeft volop kans orn in zijn ondervijs, op

gemeent e-avonden het verls.ngen van de pedofiel uit de doeken be doen, De

pedofiel heeft er recht op met name genoend te worden in de v,corbede, inde verkondiging, Het gaat niet orn zielige mensen, maar on nedrescheps eler.

c. Aanbevel en voor huisartsen (ver van een huisarts

Hij zal zijn pedofiele patient(e) gelegenheitt moeten geven om uitvoerigover zijn/haar problenen te praten.

!ca:.:

. -l:

4

- -;:l(

--2

i- ,l,r

I

't

't

I

It

'\

Page 32: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

:: -.-3:-

:,i -.-9r.i3-

.:- ::s

i-ae:-

ri'e:

.ia 3::r

_125_

- De patidnt dient volledi€! aux s6rieux genomen te vorden, de klachtenlroeten bepaalcl niet vord.en gebagat e1li seerd.: het gaat om een fevens-beheetsentl Drobleen.

- De huisarte zal het getiuld noeten zien op te brengen on de patidnt afen toe te laten terug konen, als d.eze dat venst.

- Wek geen valse ilIusies, aloe geen beloftes in de geest van rhet gaat op

den d.uur vel over'. Uiteindelijk verentlert er niets, Het enige resul-ta.at van rbehandelingr, is de kans op zelf-aanvaartling .

- Bij verwij zing naar een psychiater of een n.w.-instelling dient netzorg te verk gegs,an te I'ord.en,

- De huisarts zal moeten helpen wegen naar gespreksgroepen over pedofi-lie te vinden

d.

2.

Aanbevel"ingen voor ad.vocaten.

0p de bladzijalen ?1, 'l 10, 162 e.v. , van d.it rapport is ingegaan op

aspekten die bij de rechtskund.ige hulp vs,n belang kunnen zijn.HoeweL uiteraard elk geval veer anders i.s, ka,n het in beginsel bijelke zaak van g"oot belang zijn a1s de s.alvoc&a.t er steeds zorg voor

draa,gt d.a,t de rechtbs.nk geinforrneerd. woralt olrer de aerd van de rela-tie die et tussen de verdachte en het betrokken kind bestaat of he€ftbesta.s.n. llet openb&ar ninisterie zal zicln inmers vooral richten op de

vraa.g wat er op seksueel gebied heeft pls,etsgevonden I de beoordelingvan die handelingen zal echter metle s.fh&ngen van de vreag hoe de re-Iatie tussen de rdaderr en het tslachtoffer' was, en lrat het kind zelf

1,

van tle plaatsgevonden hebbencle handelingen gevonden heeft.3. De landelijke werkgroep pe<iofilie van de N.V.S,H" heeft in 1976 een

infor,natiernap waarin een a&nts.l artikelen waren opgenomen, toe€le-

stuurd aan alle presidenten van strafkame"s (rechtbanken en gerechtho-

ven)(:t). Ten aanzien van een ter zitting va.ak terugkerende vraag naar

de scl,adelijkheid voor het kind van de seksuele handelingen, k&n naan

clie infonnat ie vervezen worden.

\, Indien nogelijk zou de advocaat kunnen overwegen orn bij de ouders van

het kind inlichtingen te verkrijgen over velke schadelijke gevolgen zijbij hun kind hebben waargenonen; zonder tviife] zal het van grote bete-kenis zijn als nu bli.jkt d.at d.e ouders in dat opzicht niets negatiefste berichten hebben.

(*) De artikelen waren die van dr. F. Bernard in Medisch Oontact (1975,blz,2O6,313 en 711) en van dr. E. Brongersna in Interrnediair van2, 16 en 23 nei 19?5).

Page 33: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

r

De voorlichting

10.\. AANBEVELING

OPVOETJTNG.

-126-

VOOR DE AI,GEMENE VOORLICHTING "

HET OI{DNRWIJS NN DE

CarI Huizinga

A1s er ergens een terrein li.gt waar voorlichting en hulpverlening hand

in hantl clienen te gaan, tlan is het weJ- hier. Bij erg veel- nensen is er

niet alleen sprake van onwetendheid net betrekking tot pedofilie en

pedofiele mensen, maar ook ven gevoelsnatige weerstand. Die berustniet op rationele gronden (al bedient ze zich we1 van rationalisaties )

en voralt tlan ook naar zelden ondermijnd tloor voorlichting; sons worilt

ze daard.oor zelfs ve"sterkt.Dat betekent dat er hulp verleend. dient te vorden on tte voorlichtingniet atleen rationeel, m&ar ook enotioneel te doen overkonen, en dus

te effektueren.Antropologisch kan men d.e nens als rleer-dierr bij uitstek kwalifice-ren; toch lijkt er geen d.ier zo hardleers a1s d.e mens. 0f zoale ienanC

eens fomuleercle: ile geschiedenis leert de mens dat tle mens niets lee-van de geschiedenis. Een voorbeeld: er vertl en vordt in l,lederland jaa:-lijks heel vat a.fgerookt. Vroeger zei men vanneer ienand op d.e schade-

lijkheid tlaarvan wees: bewijs dat tnaa" eens, Nu het vetenschappel i j t ::*wezen is, zegt nent: ik rook en voel lae er nog steeals lre1 bij, of: ja.maar ik ben een matig roker, of: leven betekent altijd risikors durve:nenen, enz. enz., Daaron is het tte vraag of een wet enschappelij k bea':'r

dat pedofilie onschadelijk is voor het kind' er iets toe d.oet? Of ve :-:

te maken hebben net een diep geworteld vooroordeel dat bij de neestenensen, en rnisschien rel bij een ieder v&n ons hee"st en niet ontkrac::wordt door vat er bi,jvoorbeelil in hoofdstuk 5,5 en B steat. Men kan

daarva.n kennis nernen, het rationeel beanen en er zich verder niets va:&a.ntrekken .

Terugkonenal op tle rookgewoonte: wanneer stopt men daar wel rnee (ti.jae-fijk of voorgoecl ) ? AIs nen persoonlijk geraekt wordt: Ik za]- eens ta:?:zien <tat ik het laten kan a1s ik ril; of: het lijtten en sterven van

iernand in de naeste orngeving. Een nens l-eert kennelijk het best van e:-qen ervaringen, van dat wat hen raakt, en j arnrner genoeg onvoldoende r.ia.ndennans ervaringen.Zoals het gegaan is en nog gaat net betrekking tot andere nintlerheiis-groepen: psychisch gestoorden (Pandora), licharnelijk en psyehisch

{?'.

:8aG-:

!==

fE:

etc

l!t-r'I

-*r:---: i!L*:-

,-.:cF9rE:*r-::*:rF:,r

-:!

-.rF:::k'::!E-:-

h-r

,n*: r

3.r

Ir.:

trr !:

ft:-:

Page 34: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

-127-

gehanalikapten, buitenlandse gastarbeiders en homofielen, zo zo.u het ook

kunnen gaan net betrekking tot pedofielen wanneer zij zich durven te nani-fegteren. IIet verrassende van een ontnoeting met ienand die op cle een ofand.ere nenier anders is, ligt daarin rlat nen Lan den lijve ervaart dat

ttie antlere in ile eerste plaats een gevoon mens, niet een eksenpla.ar va.n

een zel-dza.me soort is. In de ontnoeting verbleekt het stereotypo, tenmin-ste: dat is nogelijk. Daarin ligb het riskante van een ontmoeting, zijkan de stereotypering ook versterken en verkt da.n averechts. Op gronrt van

ervaring zijn wij geneigct on aan te nemen tlat een negatief beeld van een

petlofiel gericht mens veel genakkelijker veralgemeend word.t d.an een posi-tief bee1tl: ala.t wat een bestaantl vooroordeel bevestigt, vordt veel neerbevijskracht toegekend dan det rrat met tiit vooroord.eel in stri,jd is. Toen'

een honofiel bez$aar naakt e tegen het clich6-bee1d. dat in een 6lezelschap

Segeven nerd over honofielen ("Je ziet toch aan rnij dat ilit niet klopt"),vas tle reactie: Ja, rnaar dat is iets andels: jou kennen we ir.mers !

Wellicht is het zinvoller om niet te beginnen rnet re61e inforrnatie overnedofilie en pedofiele mensen, of net het aflreken van vooroordelen en

gevoelsmetige lreerstanden, maar net het tot zijn recht laten konen van

vat !0en€en voeLen: angst, afkeer, agressie, bezorgdheid voor het vet-zijn van eigen en andernans kinderen, enz.. Dus beginnen aan de basis,d.aar, vaar de kliEnt is. Dond.ers geeft daarvan een rritnernend voorbeeld

in "Een oud.eravond over pedofilie", verschenen in het Ma.andblad voorgeestelijke volksgezonalheid van januari 1975. Eerst vanneer rqen zelfbereid ie orn te l-uisteren naar wat de a.nder zegt, ontstaat er bij de

ander ruimte voor neer en iets anders dan eigen ged&chten en gevoelens.

Wat wil zeggen: voorlichting op kleine schaal verdient, althans voor-lopig, voorkeur boven de benaclering van het grote publiek via de massa-

ned.ia. Wat niet zeggen wit, dat de rnassa-rnedia niet:i aan de voorlich-ting over pedofilie kunnen cloen, Integendeel , naa.r ve1 los van enige

sensatie, en nat a1le zorgvuldigheids overweqingen z:oals die in para-graaf 7.3. zijn weergegeven,

De school

Trof men vroege? nogal eens de opvatting aan dat de school een insti-tuut is voor kenni s-overdracht ' vandaag tle dag neent de school een

ruirnere opttra,cht voor haar rekening, narnelijk die van persoonlii kheids-

rrler

t-

.:-

r::

t

:

Page 35: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 128 -

vorring. Deze begint al- op de kleuterschool rlie vroeger bevaarschool hee:

te (en vooraf ge6Jaan worclt door de cr6che en tle peuterspeelzaal ) en neer:

in de opvatting van de perrra.nente edukatie eigenlijk geen einde, Algenee:

a'ordt aangenonen d.8,t de beinvloeilbaarheid of volrnbaarheitl van de nens he:

grootst is geclurende zijn jeugd (raarond.er ilan ook de kinderjaren va11er-

en net het stijgen der jaren geleirlelijk afneent. Pedagogen zijn het er

met denagogen over eens dat wie ite jeugd heeft, de toekomst heeft. V

de belangstelling die diktators van velke kleur ttan ook aan de dag legge:voor d.e jeugd. De school biedt behalve de rnogelijkheitl van persoonLijk-

.t heidsvonning ook d.ie van persoonl,i jkheiitsmi svorrning en tlient alus scherg

in het oog te worden gehoutlen " ,A.an de anilere kant heefb de schoof rechtop een relatieve autonorni e en rnag zij aanspraak maken op goecl vertrouve:en belangstelling van de kant van tle sa,nenleving.

In de persoonlijkheidsvonning is kennis van cle nens a.Is Beksueel rrezen :rvooral- hoe om te gaa,n net eigen seksualiteit oruiisbaar. Voorzover beke::lrord.t door de rneeste ouders d.e school niet het }echt betwist aan seksue-r

voorlichting en opvoeding te tloen. (zie in dit verband ook pars.€lra.af

5.t.2. aa a.). Behalve van eigen onnacht is hier ook sprake van vertrc:v&n oud.ers in cle school, Er is dus ruinte voor ale sehool om een goed !::-gramma te ontverpen en uit te voeren. Afgezien van noodza.kelijke diffe-rentidring naar levensfase menen wij dat een goed. pro6lranna net betrer-king tot seksualiteit vorclt gekenrnerkt d.oor:

- het bij de Nederls.ndse naan noenen van lichaamsdelen en- aktiviteite:- het wijzen op de veelvonnigheid van erotisch en seksueel gedrag;

- het wijzen op de veelvorqigheict van opvattingen over dit gedrag i

- het wijzen.op verschillentle rnogelijkheden van (sanen)leven, r.aarvar :gezin er naar 66n is;

- het rnotiveren tot respekt voor opvatting en gedrag van zichzelf en i:ander.

!9-9PY99q1!s

Vanzelfsprekend kenmerkt het vorenstaande ook een €toede seksuele opvoei:

in het gezin en in vervangende opvoetlingssituaties. Daarva.n heeft he:

zin nog eigen nogeli.jkheden. Vanaf ale €leboorte zouden ouders veef rnee:

dan nu het geval is lichamelijk kunnen korrnuni seren net het kind. Voc:inet cte tactiliteit ( aanraakbaarheid ) van en door het kintt is het door-

€taans erbalnelijk slecht gesteltl.

a'-a:-a

r.-l:: l

-: i€:: :€ e:

: ?9: a!

a"=:E!

"a::rL- 3 9:

.'f:

:::c=:

:::'a-

t?:

-

:?:

_ rL!

?. i.::

c.-

rT

Page 36: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

I ::ee: -nee-:

gease:

cs:e:r1le:;e.r'a:d':-Legte:iir_

le-

)ur_e:

,er =rle::.9-re::

al'--r=

:e-

'A.'.-

-129-

Niet-aanraken, afblij ven-net-j e-vingers , enz. leidt tot afstornping van de

gevoeligheid, en dat niet alleen in lettertijke zin. Wanneer jonge kinde-ren gest"eeltl word.en, slaan ile meeste oudets de geslachtsdelen over, en

plegen daarnee een verzuim tlat door een heleboel gepraat ' want claaruit

bestaat het grootste deel van de seksuele opvoed.ing, volstrekt niet vordtgekompenseertl. Wie het we1 iloet woritt niet a]leen veroorcleeld door de sa-

menleving, maar ook door zichzelf, of beter: door iets in zichzelf dat

als eigen vordt beleeftl, terviit hij weet dat het afkomstig is van d.e

kultuur vaarin hijzelf geboren en opgevoed rerd..

10.5. AANBE/ELINGEN T.A.V. HET WFTENSCHAPPNLIJK ONDERZOEK J

onze aanbevelingen betreffen 3 gebieden:

1. De kincierseksualiteit

Wiky van Rij ssel

2.

wat vetenschappelijk onderzocht is van de kinder seksualiteit betreftde seksuele gedragingen van kincleren op cliverse leeftijden (rnasturbe-

ren, alleen of met een vriendje of vriendinnetje samen). De gegevens

nerden veel&l verkregen doord&t volvassenen desgev:raagd uit hun herin-nering diepten. Wat ontbreekt ziin gegevens ove ra.t een kind voe1t,

beleeft bij lichamelijke kontakten net een oudere of met l-eeftiids-genoten. Wat ook ontbreekt is een juiste, ni et -t aboe-beladen nethode

on daar achter te komen. Net als bii onderzoek naar volve.ssen sek-

sueel gedrag moeten ook hier observatie en direkte onderrrraging ineen open situatie tot de nogeli.jkheden behoren. Met 'open' wordt

bedoeld een situatie waarin het lichanelijk kontakt niet aI bi,i voor-

baat in verband is gebracht net rslecht' (politie, rechtbank).

Zolang gesystemat i seerde kennis over de kinderliike beleving van sek-

suele prikkels van anderen ontbreekt ' blijft het bij gissen' net al-leen enige zekerheid in gevallen die nen individueel k&n bestuderen.

!e!-!eqeIiel:-Ie!!3!!ook hier ontbreekt tot nu toe een open methode vau onderzoek. Door de

wettelijte stra.fbaarst elling kunnen gegevens vrijvel alleen verzameld

worden bi.j de justitie en psychiatrie.

l}

I

j

i

;l

lr

ir1

i

i,

Page 37: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

_ 130 _

Niet bekend is vat er Bebeurt in lichanelijke kontekten tussen oude-

ren en kinderen. Van \.'ie gaat in het algemeen het initiatief uit, vatcloet men met elka&r, hoe vaek herhaal,t men het kont&kt, is er sprake

va.n neer da,n een lieharnelijk kontakt, hoe lang d.uren dergelijke rela-ties rneestal, hoe wortlen ze bedintiigd? Het is uiteraard aie vraag ofhet zo nodig is dat al-lerlei algareenheden bekend. ?aken over wat part-ners in bepa.alde liefdesrelaties met elkaat tloen. Per slot van

"eke-i ning is dat een zaak van de partners onder1in69. Aan de andere kant

komt ook het onderzoek naar het geksuele doen en laten v&n eehtparen

de laatste jaren (dat wiI zeggen na de oorlog) schuchter op gang.

F,vena,Is het onderzoek naar huvelijks sat i sfakt ie en naar de oorzaken

en het ve"loop van echtscheiding. Het resultaat is dat taboebeladen

ond.erverpen als seksualiteit en echtscheiding voor grote groepen min-

der belad.en zi.jn gevorden. Er word.t over €lepraat, het is niet rneer

zo weggestopt en onfatsoenlijk. Eennaat uit de strafwet, wetenschappe-

lijk onderu ocht, voorzichtig in tte voorlichting, in de rnassa-rnedia,

. is een onderwerp a1 een stuk nincler taboe. Die ontwikkeling zou zich

- bij pedofilie ook vobr kunnen doen.

Hier zijn onderzoeksge6levens vooral nodig orrr een basis te vorrnen,

vaarop afE(erekend kan word.en net verd.achtrnakingen in de richting van

verkrachting en kind.ennoord. Daar zaI alle informatie tegenover ge-

steld moeten vorden, die op een betrouwbare vijze verkregen kan wor-

den .

3 . P:-!9!!e5!!-:9s-!e!-se!9erslZovel uit hoofdstuk a -schadelijkheid- aIs uit de uitkonsten van de

enqu6te (fijfage III) bleek steeds dat hulpverlenende irlstellingendie gevraagd ve"den naar de gevolgen van het konts.kt voor het kinal,de naal"uk legden op de omgeving vaarin het kind. wordt €(root€febraeht .

Die naakt uit hoe het kj.nd tegen een bepaald €lebeuren aankijkt, Die

bepaalt ook via zijn reakties op het kind, de indruk die de gebeurte-

nis bij een kind achterlast.Weinig is bekend van de reakties van gezinnen in het algeneen op

licha:netijke kontakten van het kind rnet een oudere. Alles vat bekenC

is slaat op ouders die de politie of hulpverlenende instellingenraadplegen.

Page 38: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

-131 -

Fet is rnogelijk dat ale reaktie v8.n de oud.ers die niet n&ar de politie gaan

lhoeveel zoutlen dat er trouvens zijn?) nauwelijks afwijkt van d.ie van

ouders die ve1 de pol"itie inschakelen. Maar niets rteten ve hier met zeker*

heid, Zoutien ve eventueel iets rlillen bijsturen aan de houcling van d.e

duders, dan zullen we toch eerst tnoeten reten vat clie inhoudt en vaarop

hij is gebaseeral, Verder, als tle opvoeding tlie het kind krijgt zo van be-lang is, zou het zeker interessant zijn over vergelijkend.e gegevens te be-schikken net betrekking tot andere opvoettingssituatiee dan het bekentle ge-

zin. Dat wil zeggen situaties, waarin andere waa,rden centraal staan dan

in het d.oorsnee-gezin. Waar de nadruk ligt op kollektiviteit in plaatsvan inilivitluetiteit, of op soJ-idariteit in plaat s van konkurrentie, op

zelfstanrligheict in plaats van op afhankelijkheid en gehoorzaanheid, en

raar gelilt dat het lichaarn nooi en lekker is in plaats van clat het lichaam

vies of lastig is. Dergelijke vergelijkings situaties zijn te vinrlen insonnige eksperinentele leefgeneenschappen, kinder craches, en ook insolllnige gezinnen d.ie proberen hun kinderen een andere opvoed ing dan d.e

tratlitionele te geven. Hun reaktie op een lichanelijk kontakt van hun

kintl rnet een oudere zou weJ- eens anders, minder afvij zend kunnen zijn dan

die in het genidclelite gezin. En dientengevolge zouden ook de kinderen $e:.

eens een andere re&ktie kunnen vertonen. Zolang het terrein van de ook

licha:nelijke liefde tussen ouderen en kinderen 1'et enschappelijk niet on-

derzocht is, valt er over tle neeste aspekten ervan uitsluitend te praten

in termen van waarschij nlij kheid , En dat is vaarschijnlijk het neest inhet voortleel van die rneningen die aansluiten op het rnaat schaprel i jk voor-

oordeel .

Page 39: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 112 -

IITEFATUUR BIJ HOOFDSTI'K 10

Di.erckx-van Lanen, Th.A.M. (19T1*), Het horen van kinderen s1s sl&chtof-fer c.q. getuigen in zedenzaken, onuitgegeven skriptie. Hoogveltl insti-tuut, Nijnegen,

Hulsman, L.H.C. (19?2), Bespreking H.R, juli 19?2, Ars Aequi, 21 ,511e .v.

Peters, A,A.G. verklaring in tte zaak Peter Ronbouts.

Rood-d.e Boer, M. (r97\), Wankel evenwicht (ouderlijk gezag) in: Jeugd-recht op een keerpunt, Groningen.

Coornhertliga. Bond voor Vrijheidsreehten (19?2), And.ere tijden, anderezeiten. Reaktie op vrs,€len van cte Adviescomni ssie Zeitelijkheidswetgeving,van d.e coornhertliga en d.e Bond voor Vrijheiclsrechten (Stencil; Rottet-ctan ) .

Pieterse, J.J. en a,nderen (19"16), Kintlermi shandeling ( opsporing, preven-tie, *erkwijze van het bureau vertrouwensa.rts inzake kinderrnishandeli.ng,juridische aspecten), Mertisch Conta.ct (themanunrner), 31e jrg. bIz. 581-706.

Donders, I^t. (19?5), Een ouderavond over pedofilie' Itndbl. Geest. voLkbf z . l+5.

{".j

'fip-:

a_.:

t.T:-€.!=r!

-;!la:Lt*=

" .-;&stt

litq' .

$.r'Efui€

!nlrl.---

G.1

Page 40: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

j:

1

1-

e:e!a'e:-

re:-- _-+ i

is€"1 . ,

-133-

qOOFDSTI'K 11

CEGEVENS OVER DE WENKGNOEP.

1.I .1. VOORGESCHIEDENIS EN SAMENSTELLII{G.

\ad.at er in 19?3 in het Maantlblad Geestelijke Volksgezonttheial een diskus-sie over pedofilie va,s gevoertl, stelde sengers aan de secretelis van het

lVationaal Centrum voor Geestelijke Gezondheid voor om tle in onze sanenle-

ving bestaande problenen rontt pedofilie (n,n. ook d.e hulpverleningsaspek-ten) door een lrerkgroep te laten bestualeren, Het N.C.G.V. nam det voor-stel aan en fornuleerale toen een konsept-opdracht die <loor Sengers op rle

landelijke studiebi j eenkonst over pealofilie, in novenber 19?3 tloor de

li.V.S,H. pleorganiseerd, ter bespreking is ge6te1d. Da,erne iterd besloten

een nult idi sc iplinaire {erkgroep samen te stellen, naarin behalve hulp-verl.eners en wetenschappeJ"i jke a'erke"s, ook pedofielen en oualers zittingzouden hebben. De groep werd met ned.everking van de N.V,S,fi, en het Lande-

li.jk bureau reclassering, door Sengers geforrneerd.

De opdlacht zoals d.ie cloor het N,C.G.V. geforrnuleertl en in het Maanclblad

Geestelijke Volksgezondheiti (19?L, b1z. 15\) gepubliceer<i verd, is in ditrepport reeds weergegeven op b12.5.

!s-:!:lli$-r3r-ge-:e:\sreeeS. de Batselier, hooglers.ar crirninologie Kath. universiteit Leuven2850 Keerbergen (getgi€), Eekhoorndreef '1 .

F. Bernard, psycholooglid van tle N.V.S.H.-hooftlbestuurconmissie pedofilieFotterdan, Gijsinglaan 350.

P. Bfok,li<l N.V,S.H.-werkgroep pedofilie voor de afd. AnsterdamAnstertlatn, Blauvbur5Jwal ?.

mevt. H.M. ter Brsak, naatschappelijk verksterAlgernene Reclasserings VerenigingAmsterds,n, Koninginneveg 162, teI. o2o-7971o1 .

mevr. D. Del fgaauw-Bunie (t)Den Haag.

(*) Persoonlijke onstandighetten noopten mevr. Del-fg8.ault ertoe zich ineugustus t9?h uit de groep terug te trekken'

/

Page 41: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 13u -

C. Gutter,lektor strafrecht jurid.ische fa,cul-teitEraamus universiteit Rotterd.arn.

G.A.A.T. van den lleuvel, crininoloogmedewerker jurictische faculteitRi jksuniversiteit UtrechtUtrecht, Alex. Numankaile 6ttis.

C.J. Huizinga, peilagoogdoeent Keth. Social"e aeadenie EnschedeHengefo (O), Sornsestraat ?2.

nevr. M.Th. Kalnijn-Beelenhoofd kleuterleiilstervelalhoven (N.8. ), Sonilervik 38.

A. Klsner, rad.iopastorHilversnm, 0ranjelaen 8, teI" o215o-1j55,,

D.J. d.e Levita,hoogleraal kinrlerpsychiatrieUniversiteit van Amstertl8n.

nevr. W. ven Rijssel, sociologewetensch. nedewerkster hoofdbureau N.V. S. H.Den lleag, postbus 5\, tef. 0?0-399850Den Haag, Ansteldanse Veerkade h!.

tnevr, 1,. Rouveler-Wuts, orthopettagogeEindhoven, Joh. Vestersstraat 31 .

W,J, Sengere, psychiaterInst. Prev. en soc. psychiatrieEragnus universiteit Rotterdante1.010-361000.

If J, van Ussel , historicus en anth"opoloog (*)fnst. Prev. en soc. psyehiatrieErasr,rus universi.teit Rotterdsln.

rnevr. M,C. Verhulst- van tler Lans" juristeRotterdam, Soezernsingel 2l+b.

typewerk

_!-a

:i

le:l

?e

r1

'3

, a:

-:TI

.-.1

\:€

_!

r :!:

eind.r. v.h. verslag

2e seeretaris

voorzitter(tevens hoofdred. )

1e seeretari s

administratie : nevr. M.C. de croot (N.e.c.V., Utrecht)

: nevr, Fana Albersnevr. Tonny l{alraven

Ussel is in juli 1976 overleden. nen fundanenteel gealeel"terapport is van zi.jn hancl.

(*) Jos vanuit dit

Page 42: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

_ 135 _

11.2 HET ONTWIKKELINGSPqOCES BINNEN DE GNOEP

Achtera,f gezien vind.en wij het jamner er niet aan gedacht te hebben on ale

:reninSqen van elk tler leden over een aantal belangrijke aspekten van pedo-

filie en van seksuele kontakten van kinderen met outleren, op tle een ofandere wijze vast te leggen toen de groeD begon. Want dan zouden we nu inde gelegenheicl gereest zijn orn een eventueel verandercle kijk erop, aan tetonen. On van dat proces toch iets te kunnen weergeven, vroeAen ve de

leden on tlaanover hun visie op schrift te zetten. Niet allen hebben datverzoek beantvoord, near wat hieroniler bijeengebracht is, zal een inclrukkunnen geven.

Ria Kalmijn:De bijeenkomsten, op enkele uitgezontterd, heb ik a1s positief ervaren.Vooral d.e bijeenkornst over het I sehadevraagstuk I vond ik erg interessanten belangrijk. Mijn nening over pedofilie is ongevijzigd gebleven.

Ik zie het seksuele kontskt tussen kincl en volva,ssene noeh a1s goetl,

noch al-s verkeerd. Wat ik belangrijk vinct is, hoe een voh'assene met een

kind ongaat .

Ik geloof, dat ve zeer voorzichtig noeten zijn net pedofiele vriendschap-pen. Solrmige peilofielen zijn labiele persoonli jkhetten , die zelf goerle

}eitting en hulp nodig hebben. Ik geloof, dat het erg blangrijk is, dat de

ouders evenvichtige persoontij kheden zijn, vaard.oor zij hun kintteren goed

hierover begelej.den: vooral a1s er een pedofiele vrientlschao is ontstaan.Voor tle pettofiel is het belanpgijk orn niet zijn eigen \rensen op de eerstepla.ats te stellen, m8.ar ve} het belang van het kind.De pedofiel vordt in ons la.nd zeer negatief beoordeel-d. De oorzaak trier-van ligt vooral in de berichtgeving door d.e pers en d.e televisie. Meestalgaat het over excessen zoals: verkrachting, geveld. en noo:rd.

Nooit vernemen rle via de genoemtle rnedia iets over goed.e pedofiele relaties,Het zal ds,n ook bijzonder moeilijk zijn om er achter te konen of er goede

pedofiele rel-aties bestaan. Sons horen ve van een ped ofiele-relat i e en

dan lijkt het een goede relatie te zijn. Maar hoe kunnen we dat beoorde-

len en hoelang bli.jft zorn retatie goetl? Zijn er scha.delijke €fevolgen?

Piet BIok:

Ik heb al een tijd een beet.je arnbivalent tegenover tle d.iskussie gestaan,

Voor rnij is ververping van pedofilie bij voortaat een onaanvaardbare kon-

Page 43: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

r

II

- 135 -

'klusie ( iBij voorbaet I slaat hie" op I onaanvaartlbaa.r I

ping'). Iemand, die neent tlat pettofilie verkeenl is ofeens uitvoerig op gestudeerd moet worden, is voor mijva.n be!flrst atat dit een zelfbescherrnings+rechanisne isgeef, hoe ik gevoelslna.tig op cle bijeenkornsten rea{leerd.e.

Aan tle antle"e ka.nt heb ik het als bijzonder prettig ervaren om met een

groep mensen te praten waar ik grote waardering voor heb, Niet aLleenwege hun inzet op het gebietl van enancipatie van pettofilie, rnaar ook oB-

d&t ze ne aIB nens bijzontter synpathiek varen.Twee onderrerpen vond ik persoonlijk erg interessant. De bijdrage van

Jos van Ussel, waarin hij het probleen pedofilie in een historisch naat-schappelijk perspektief plaatst. De bijdrage vs.n Car)- Huizinga waarinhij op zeer persoonlijke wijze uiteenzet hoe een proces van bevustvordi:rop gang kont en hoe grenzen daarbij verruirnd nortlen.

Loes Rouweler-Wuts:

HeeI toevallig ben ik verzeild gers,akt in de perlofiele probler,ratiek. Toe:ik er eenmaal rnee gekonfronteerd. was, liet het ne niet neer los. Aanvani-.-

lijk was het vooral sociale bevo6enheid, die rne d.reef otn me meer te ver-diepen in de peclofilie. Ik l-eerde een aantal pedofiel gerichte nensen te:-nen in een werkgroep van de N.V.S.H., van vie tle neesten voor nij vaarde-vo1 en/of akseptalel waren, fk kwam voor hen op en ging in nijn direkteorn6geving diskugsies aan over pedofilie, vaarbij ik erg veel weerstand. or--

dervoncl en zelf enotioneel geladen vas. Dit kan wijzen op een onvoldoend€ververking va.n de problematiek bij mezelf: enerzijds I'illen vechten voorde belangen van d.eze minilerheitlsgroep, and.erzijtts rnijn gevoelsnatig ver-zet tegen integratie van de pedofiele seksualiteit in nrijn eigen leef-situatie.Toen kwsm ik in de werkgroep peilofilie van het N.C.G.V. en werd geirnpo-

neetd door rie itleeErn, die verschillende leden van die groep uitdroegen.Ik benijdde hen ondat ik voel-de dat zij niet alleen over ped.ofilie spra-ken, naar het ook emotioneel doorleefd hadden. Bovendien plaetsten zijde pedofili.e in een veel ruirner maatschappelijk en seksuee] kader dan

waarin ik tot nu toe gevend vas te tlenken. Ook ik ben door deze bijeen-konsten de proble!.nen in zijn veelzijdigheiil v&n aspekten en sarrenhangen

gaan zien. In diskussi.es met nijn mealewe"kgro.pleden leken alle proble-men oplosbaar en zou in een nieuwe sanenleving het probleen toedofiliet

en niet op rverve:-

tlat daar eerst La!:

gek. Ik ben ne er-en at&t ik hier

?t:::

rir::

].:,::

1-:€:

t- i r

r:---

!:::

"€:

-r-e:

=:e

1'e':?

_2

Page 44: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

1'e:-.l=_

:s: trq

1: !-:=.-

ea -tj-

t :E-

:ae: -

vanzelf verdwijnen. Opeens echter verd ik door het gesprek rnet de officie-ren-jeugdzaken toch veer aan het tvijfelen getrra.cht. Na het aanhoren va.n

hun verhalen over vat er allenaa.l met kinderen kan gebeuren ginpl ik rne

&fvragen of wij als groep niet te ver doorhollen. Ik besefte dat we tij-dens dit gesprek langs el-kaar heen gepraat hadden, dat we ieder vanuiteen analere verkelijkheid spraken. ziin wij a1s groep we1 geloofvaardig

voor de buitemrereld, voor tle hulpverleners, die vanuit een vaak tot&a1

and.ere ervaring tot een oordeel over pedofilie komen, en wolden vij nietvoor een ste[etje theoretici aangezien die vanuit een ivoren toren zit-ten te praten? M.i. rnoeten ve ons genuanceerd opstellen en tenminste dui-delijk rnaken, vanuit velke werkelijkheid vij spreken en openstaan voor

andere werkef i j kheden.

AIje Klamer:

Nog tiidens de eerste besprekingen v8.n de $e"kg"oep v&s ik van nening dat

het aantonen van schadelijke gevolgen van ::edofiele kontakten voor het

kind tot 66n van onze belangrijkste opdtachten behoorde. Ik kende toen

een paar oedofielen, met vie ik goede kontakten had, 'Ioch bleven bii rnij

bedenkingen betreffende de schadelijke gevolgen. Tijdens de besprekingen

veranderde ik van gedachten. Tk ging steeds duidelijker de relatie zien

die er tussen de vo}aassene en het kind kon ontstaan. Ik leerde dat het

niet in tle eerste plaats ging on het rhebbenr, orn het tbezitten'" orn de

macht van de oudere over het kind, naar om het ssnen-zijn, samen-beleven

van intirniteit, van vriendschap. Of de zorg over schadelijkheid dan ver-dveen? Nee, naar ik ging die schadeliikheid lrel andel:s zien, Wie brengt

de angst binnen, vie de paniek, de verdachtnaking, dr: beschuldiging? Wie

naakt dat een beginnende relatie nauvetijks kans kriigt orn dat te zijna'at deze kan zijn? Mijn eigen gevoelene, die ik zo freai betiteld.e net

'bezorgdheid voor de pedofiel- en het kind' keerd.en op hun basis terug.

Ze verden vr.agen aan mijzelf, aan de sarnenleving vaartoe ik behoor, aan

rnijn eigen vooroordeel en dat van andelen "

Heleen ter Braak:

Lastig, on te beschrijven wat het ne E edaan heeft ora nee te draaien inde werkgroep, maar ik Drobeer toeh ni,in gedachten eLover oD een rijtjete zetten. 0p een nogal toevallige manier ben ik erin terecht gekonen.

Ik hed kort daarvoor kontakt gekregen net een pedofie)-e man, over wie

!-:-!+-

:a-

Page 45: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 138 -

een rappo"t Sevraagat was en ik r,as erg bezig met d.e vraa.8 welke hulpver-

lening$logelijkheden er feitelijk waren, hoe je net d.e problenatiek on

zou noeten gaan etc.. Ik ontdekte (toen pas), dat er een plaatselijkeN.v.s.H.-irerkgroep pedofilie bestond (en een lanctelijke), dat er aan de

Universiteit van ,Amsterdam en aan ale Vrije Universiteit ge€ksperirnen-

teerd wertl net getlragstherapie t.b.v. pedofj.el-en. Een kollega attendeerae

me toen op ile voming van ile werkgroep, vaarin ook iernand van de reklas-sering gevraagd werd. Ik ging vooral needoen om thuis te raken in de

problenatiek, niet zozeer on nijn visie te geven, Gaand.eweg rrord je jeitan toch bevust van een eigen visie.Het klinkt als een c1ich6, naar ik heb het luisterern, het meealoen, nee-

denken, gewelttig boeiend gevonclen. Ik belt steetis meer vertrouvtl getas,kt

rnet het onderverp, ik rrerd gep&kt door de manier, vaarop mensen uit de

groep hun visie visten te geven. Ik vintt het dan ook haast tverraad.t on

te noeten stel1en, clet ik rnijn arnbivalentie, mijn reserves t.a.v. pedo-

fiele kontakten niet kwijt ben, al kan ik clie arnbivalentie beter dan

vroeger voor nezelf benoemen. Met bepaeltle kontakten, relaties zal iktota.al geen moeite hebben, net andere za1 ik nooit insternnen en daar zi:van alIes tussen in, Nu geldt die opvatting rnisschien voot iedereen, nan-

toch voelde ik rne in de groep soms reen verontruste ouder', of een spel-breker, v&nneer ik rnet een vervelend. voorbeeld. kwaJn a&ndragen, fk had,juist ook naderhand, ve1 het gevoel , dat in de groep vooral over eenrbepaal-de I pedofiel gesproken werd (de echte? ), de pedofiet, die goed.

net kinileren overweg kan, van ze houdt, zich op hen instelt. Ok6, net

hen heb ik geen rnoeite. Maar hoe ga ,je, juist a1s hulpverlener net an-

deren oxn, die niet aan dat beeld beantvoorilen? Hen krijg ik ook alsklient, zij hebben ook recht op huIp. Een ander punt, va.annee ik nog z--:

is, of ve het belanB van tle erkenning van de kinderli.jke seksualitei',niet teveel- gebruikt hebben om da,&nnee de belangen ven de pedofiel tedienen. De argurnentatie raakt n.i, onzuiver, wanneer ."re het ene belans

zo aan het and.ere plakken.

Wijnand Sen6qers:

Een verand.erd.e kijk op pedofilie?

Is er bij nij nog tlat gevoel van nachteloosheid van drie jaar geleden

dat ne ertoe brs.cht het N.C.G.V. het vootste] tot oprichting van ileze

werkgroep te rloen? Het is rnoeiliik daar nu vat over oD te rnerken. wan',

i:_:

a:e:*::

:: _

.1::

::: :

r:::::_r'1

i!-

: :{:

-:a?

1a-,.

-.t:..!:

ft:

-- -!

.:,:

1::

!': L!

Page 46: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

-!T::-

t--,

!: i:

.aee-:!-1as -e

lee -

ae,n

:i: -l

t

- 13q -

dat gevoel haat ik destijds bij de betrandeling van pedofielen, tervijl iks.1 zeker sinds tvee jaar geen behandelingen meer doe. Dus niet meer ver-gelijken kan, nn verder heeft nijn plaats binnen onze groep ne met zo-veel aspekten in aanrakin8 gebracht, dat ik dat nacht eloosheidsgevoela1s het wa.re ve?geten ben. Achte"af gezien volgt daar in elk geval uitdat die gevoelens voor een groot deel bepaafd varen door het feit dat ikrne als psychiater destijds beperkte tot d.e hulpverlening. Want nu ik op

dit gebied veel rneer ben €taan doen omd8.t a1 gauv bleek dat er erg veel tedoen v&s en ik die aktiviteiten steeds a1s zinvol zag, was er uiteraardgeen sprake neer van nachteloosheid,Verder sta&t het boven elke twijfel dat het deelnernen aan deze groep voormij een geheel ander zicht op tle totale problenatiek heeft meegebracht.Want ten eerste is mijn gezichtsveltt op wat eigenlijk die problernatiekis, verbreed. Vroeger zapg ik irnmers a1Ieen die patient die niet uit zijnproblemen kra.m. Nu zie ik de kontekst ervan: de patient staat daarnee

voor rnij niet rneer alleen, naar in hen wordt d.e rnaatschapaij met haarvetten, opvs.ttingen en sanktiegedrag zichtbaar. Het ne d66rop richtenervaar ik a1s een bijzonder nuttige en zinvol-l,e bezigheid ondst j.k genelktheb tot velke vera.nderingen dat a1 rneteen kan leiden (ik denk nu i.h.b.a.an onze brief aan d.e Advi escomrni s si e Zedeli j kheidsvetgeving , s.an de res-pons op onze neningspeiling aangaand.e het schadeli jkheidsvra.agstuk onder

200 st&ven en aan onze kontakten met de o ffic ieren-j eugdzaken; zulke din-gen leiden narnelijk altijd tot meer da.n wat nen in feite op zorn moment

doet). Ten tweede ben ik er in deze period.e van overtuigd geraakt datwetswijziging noodzakelijk bn rnogelijk is. Ik ben gaan zien tot welke ver-tekeningen, achterst ellingen en onderd"ukking die strafwet sart ikelen 1ei-den. Als er 66n onderverp is vaar de g.g.z. van zeg€ien kan dat er een di-rekte en aanvij sbare sanenhs.ng is tussen de naatschappij en het ontsta&n

van individuele problemen, den is het vel d.ie peilofilie. INr zull-en veinigontlerwerpen zijn waar men zo fraai en helder die relatie kan aanwijzen,

Ten derde heb ik le"en zien tlat het veel meer moet ga&n on de bevrijdingvan het kind dan om die van vie we pedofiel noenen. Het is een soortge-lijk rnaar veel ingrijpender proces a1s waarop de cornmissie honoseksuali.-

teit van het Nederl"ands Gesprekscentrun in 1957 weesrtoen ze op de nin-derjarige homofielen wees,

Xn tenslotte blijkt de onderd.rukking, de geheirnz innigheid en het zo weer

ontstaan van nisverstanden di.e er net betrekking tot dit onderverp be-

staan, ook uit ons groepsproces zelf. want ook bij ons bestaat de neiging

Page 47: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 1l+o -

om leden te onderscheiden naar pro en kontra.

Carl Huizinga:Wat een niet-honofiel- ke,n meemaken aIs hij a1leen naar via krantenbericl,-

ten geinformeerd wordt over hornofilie, overkvam mij rnet betrekking totpedofilie, Daarbi.j vas ik nog in het voordeel (?) dat ik een enkele kee:

in het riossier van een kinderrechterpupil een proees-verbaal van een pe-

dofiel delikt aantrof. Vertler kende ik persoonlijk slechts 66n pedofielej ongeman .

Twee jaar geleden dacht ik dat er twee ketegorieen peilofielen iraren: d.e

jongeren, die te naken hadden met een onduidelijke seksuel-e identiteit,en de ouclere die sarnenhangend !!let hun l"eeftijti (rle ouderdon) vat ont-rend rs.akten en aan decorunverlies 1ed,en. Toen vond ik het zielige rnen-

sen met een uitzichtloos triest levenslot (overigens: zielig, zonder de

neerbuigentlheid ttie het gebruik van d.it voorcl meestal kerunerkt). Ik vee:

nog dat ik het erg vervelend. vond wa,nneer nensen homofielen net pedo-

fielen vervard.en en ik noet toegeven dat ik niet zozeer in vat ik zei,a1s pel in wat ik dacht en voelde ne afzette tegen pedofielen. "Dit iseen schrijnend voorbeeld van c1e wijze vaarop ieder veeht voor zijn e::*hechje, zijn eigen groep aanvaardt en bang is on bij een andere, nieiaanva.ard e groep ingedeeld te rorden'r, zo schrijft Loes Rouweler in he€--

doktor&al-skript ie Wenselijk en nogelijkheid van hulpverlening aan De-

dofielen; Nijrnegen 1q?5, at heeft zij dan een andere gebeurtenis op l-::oog - ook in dit verbancl vind ik het goed pa.ssen.

In de loop van ruim twee jaar ben ik heel anrlers gaan denken en voele:over pedofilie, en dat heeft te naken met het deelnerlen aan de verks::*pedofilie, of rneer konkreet: de bijeenkonsten die ee nael per 66n itwee maanden op een iriddag in Utreeht werd.en en worden €rehouden en de

voorbereiding op die bijeenkomsten. Een groepsk)-inaat vaarin ik rne c:*kon stellen voor neer dan a1leen de nening, ook d.e persoon van ander::.waarin ik gs.ande we€t vrijer kon zeggen wat ik dacht en voelde.De ontrnoetingen rnet een peclofiel clie niet beantvoordde aan het stere:-type dat ik, rnerkte ik toen, met me meedroeg. De bi,j zonder r.aardevol:rbijdragen op schrift van verschillende deelneemsters en deelneners:rblik-openersr die elernenten bevatten op basis vaarvan bij rnij een

re, nieuwe visie op pedofilie ontstond en groeide, sons heel snel r:.-=

F::::

.:E.:Ji

::- l

4r:-'!:

-1]:- a

riln a!

q!:!

Tifi.r-!3 |ii[r Y:

?!a

0rr ::

t!@: r :

Falts

vaak ook erg langzasm: eigenlijk een heel jaar denken en voo"al inC

Page 48: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

:era€-::_!8 :::ele l*ee: :a*

- 1li1 -

iet gevolg van dit al1es lras dat pedofilie en de pedofiel nij nietszeggen-

1e abstra&ties werden die plaats maakten voor de verkelijkheid van konkre-

t,e situaties en Eea'one rnensen clie van kinderen houden.

Vijn eigen schriftelijke bijdragen -afgezien van een paar uittreksels van

boeken, rnaakte ik vat notities vanuit d.e theoretische, wijsgerige en histo-rische ped.agogiek- bevredigden mijzetf niet omdat ik telkens bleef steken

in rnijn pedagogisch ilenken. fk vinil deze irnpasse het duidelijkst neerge-

legd in enkele gedachten ontler het hoofd 'opvoediag en levensbeschouving;

opvoed.kunde en waard.en I a1s bi.jlage B gevoegd bij de stukken voor de ?e

bijeenkornst,

Drastisch vereenvoudigil geat het daarin orn het volgende: de pedagogiek

Dretendeert over een norrnatief kindbeeld te beschikken, m.'a.v. te weten

vat goed voor een kind is, hoe een kind hoort te zijn; bij nij rijst dan

de vraa8 of ook dit beeld (naast het mensbeeld) niet in laa,tste instantieberust op een voorsetenschappelijke keuze, dus niet een keuze op basis van

vetenschap, naar op basis van geloof, overtuiging. Zelf neig ik er toe die

waag positief te beant{oorden, Dat betekent dan dat ik, nadenkend over

ledofilie, seks tussen kinderen en grote r ensen, met de vraag rhoort dat?l

tenslotte niet bi.j de peclagogiek rnaar bij nrijn eigen levensovertuiging te-recht kom, En dat houctt in dat ik rnDt pedagogische kennis een niet-veten-schappelijke keus noet doen. Tn d.eze zin kun je dus zeg€len: vetenschap

leidt tot getoof.

Tenslotte ontkont een tlenkend rnens niet aan zijn vri.jheid te moeten kie-zen; voor een antwoord op zijn vragen kan hij in l-aatgte instantie alleen

bij zichzelf terecht: hi.i rnoet zelf het -eventueel ingegeven- antvoord

geven. Zo bezien is de mens schepper. Uit tle roensrtetenschappen neten \re;

tlat en vaaron daat zo weinig van terecht komt. A1 in t8O8 zei Goethe:

'rDu €ilaubst zu schieben, untl du wirst geschoben".

Hoe dan ook: er denkentl nog niet (en rnisschien nooit) uit, kies ik voor

het a&nvaarden van pedofilie, in het besef daat nog naa.r toe te moeten

groeien (noeten niet in cle zin van pers6 noeten, naar in zijn toekomst-

betekenis;, m,a.v.: daar nu nog niet ziin).Wat mijn peilagogische,, en fundarnenteler, mijn ethische opvattingen be-

treft voeL ik ne hoe 18.nger hoe meer homo viator, mens onderveg. Sornmige

opvattingen heb ik achter me ge1s,ten, s.ndere gs. ik tegenoet: beide zijnonmisbare bakens voor cle reis door de ruinte, geen einclstations. Wezen-

lijk is dat ik onderveg ben, verander en alaardoot, Paracloksaal genoepl 'steeds neer nezelf vord..

rdo i::_:

ea: r-ii e:: -

€! :r

t^

iseia::):

e-

It

Page 49: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

-t\2-

Grat van den Heuvel-:

Terugkijken<I op de laatste tvee jeer twetkgtoep Peilo t zie ik een chaotis:tbeeltl. Het begon net een jongensachtige nieuwsgierigheid naar ale rjet-se:'

van tle pedo-werelal, naar iou en jou en jou.

Toen ik bij juLlie begon mee te draaien, zat ik al in een krisis; en.jul-lie hebben ilie ongewild versneld. In raijn verk, vat juridisch genodtler :a

de echadu\r van de psychiatrie, kreeg ik eteeds nintler vertrouven. Hoe

de psychiatrie het ook bedoeLt, ze blijfb voor nij aan de verkeerale kan:

van d.e achfeef. Het is een \retenschap gebaseertl op lnecht, op een autori-tair rbeter wetenr, gevisualiseeril tloor hoge salarissen en een geprofes-

sionalieeerd (in rol en status ) begrijpen van alles en nog nat, inkl. Cr

pedofiel. Steeds meer groeide bij rnij het idee dat eLke dienstverlenincaan tleze klub, hoe progressief ze sons ook overknam, pervers vas! Uite::-delijk ben ik er, in een nogs,l overspennen sfeer mee gestopt, en heb ge-

kozen voor de nog kleine groep van nensen, ttie veehten voor het recht i-ale onalertlrukte, inkl. de psychiatrisch genanigrleerde.

l{iet helenaal toevallig loopt Det tlez€ geschiedenie een ander verhaal :.-ral-lel, nl. het verheal van M., een vriend uit d.uizenden. fk Leerd.e her!

kennen toen ik verhaal deed van rnijn werkzaarnheden binnen onze k1ub. i:^'

is, je hebt het al begrepen, een pettofiel, vaerv&n iX hoop ilat er nog

veel- zullen konen ! Levend in ilj.e ronilerlijke rerelil van sehiltlknapen e:initidrings rituelen, heb ik ontdekt hoever wij afstaan van ale we"keli _'

rnogelijkhe<len van onze rnenselijke ervaring. Ik heb zijn schildknaap o::-noet, en ervaren hoe groots kleine mensen kunnen ziin.(*)Het gezin a1s natuu?Iijk nodel op zich ig echter zo slecht nog niet, :=kan a.lLeen veel voller ervaren lrortlen. llet kind kan aan elke relatie e=nieuwe (ook sengitieve erotische) d.imensie geven tlie nog vaek onbeker:

is. (*t)

(*) Het heeft geen zin een Isehuld.igei &an te vijzen m.b.t. de velevooroordelen tlie er bestean over pe<tofilie. I{et heeft a11een ziron tle initi€rende en evolutieve krachten in ieders bevustzijntraehten a.an ale spreken. Bevustuording ttus. Misschien hebben veons als werkgroep vaak te veel bezig gehouden net a,al-hoc kritiet.op het Sociaal Systee.ro en haar bouwstenen, b.v, het recht en he:8ezin.

(**) Voor hoeveel- ourlers is het niet een onttlekking, hoe zinnige ge-sprekken ze kunnen houden lnet hun opgroeiend.e hinderen? En 6aatnen niet Bteeila neer net hun kiniteren sanen naa,kt ae?Zit de -ook EekBue1e- opvoding al nict in tle lift?

' ::.- a

Page 50: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

ract:!cllet -3a: '

!D .+::-.der :r;o€ eai! LE:

to:i-o:es--l- . a!,r. j -t

'L a:-h: t.G

a1 1-b{t

o8

e":i?

. ara

9e-

ill

!

- 1[3 -

Ik ben in een unj.versali st i sche visie gaan geLoven, vaarin niet rneer hetkind., man, vrouv, oualere een ro1 speel-t, naar waarin het benust etvarencentraal sta,at. voor d.e pettofiel speelt wel" degelijk het verschil een roltussen zes, negen en tvaalf .jaar. Bekijk het rneisje of d.e jongen op dieIeeftijden. Zij eisen een and.ere relatie, w&arvan de enige overeenkonstis het liefclevolle, tedere. Niet vetenschapsmensen moeten de verschillenbeschrijven. Een ieder voelt dat in zijn personele gegevenhetlen. Dat d.e

kleur van ook het seksuele verschilt zal niemand verbazen. (*)Velbazingvekkend is het tlat ienanrt, d.ie de fotors van Viscontirs Tocl inVenedig ean d.e muur he€ft, raparter' behandel,d word.t dan ienancl dieEddie E. !,lerckx of Johan Cruyff uit evenvolle enotie aan de nuur Dlakt(nog daar gelaten of de ene emotie niet authentieker en ninder patho-logisch is dan de andere!).Ik heb cle pertofiel onttlekt a1s een wereld waar ik jaloers op kan zi.jn( naa^r dat kan lig8en aan rnijn wellicht gebrekkig relatie-patroon).Ale net zoveel zslen, betekent voor rnij ook de kenni$leking met pedo-

filie een kennisrnaking met nezelf. Hoe neer je ontdekt van dit fenomeen,

hoe neer wantrouwen je krijgt tegen een bepaalal soo?t wetenschap, n1 .

iiie welke tracht rverbeelding' op te sluiten in hokjes. Zij verstoptzich achter haar s,utoriteit terrijl zii de wankelijke vooronderst ellingenvergeet, vaaxop haar logika gebaseerd is.

(*) fn gesprekken net ped.ofielen viel nii overigens op dat bij henfeitel,ijk het herr&phrodite op tle voorgrond stond.Het jonge kinal in de latentie periode, voor rie cle sexe-identi-teit aLl-een signifikant is in de rnat e van externe bevestiging.Wetenschappel ijk vinil ik echter nergens een aanvi;izing in dezerichting.

Page 51: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- thL -

11 .3. WERIffIJZX EN ONDERNOMEN AKTIVITEITEN.

De a'erkg"oep is in tot&al- twaalf naal bijeen geveeit, d.e eerste keer innaart 19?U. Dat getal tnsalf ws,s al vroe8 aIs het opt imurn vastgelegd on

te voorkomen clat we in een jarenlang blijven doorgaern zouilen verzantlen.

fn diezelfd.e tijd hebben we ook besl-oten om in dit einttversla6l dan ook

niet n66r weer te Beven dan rat er in onze groep aan tle orde zou zijn ge-

kornen. De ts.&kopalracht had overigens ile nuttige frrnkt ie van een zekere

leiitraatt. Van elke drie uur d$rentle bijeenkonst verclen, d.m.v. de band-

recotaler, vers]a.gen gemaakt " AI gauw nallt het aantal te bespreken stuk-ken toe, naaronder zich d.e verslaggeving bevond van wat afzontterlijkeleden tussentijds ha{iden onderroinen of .Jetnomen. "t.la&? maar enigszins

nogelijk verden alie stukkrl op de agenJa gepls.atst en besproken' Zo ishet de eerste tien bijeenhcnste[ gege&n, P*s rui.n eeri jear later (seo-

tenber 19?6) kon het konsept vocr dit rapport .rp Ce elfde bijeenkornst

'.rorden beeorn:nentari eerd. Dat kclnsept vas in tlree apeenvolgende versiesgenaakt aloor een redaktieraad die beBtond uit de zeven leden van de

werkgroep vier nanen men bij de titels van de paragrafen en subparagra-

fen het meest tegenkomt, en $&arvan Wiky van Rijssel de eindredal'-.tie

had. Intus6en was de tweede velsie ook s&n een 20-ta1 externe beoor-tlelaars toegestuu.rd, Van hen hebben dr" E. Brongersma, drs. W, Donders,

prof. d", 5. van der K!'ast, dr6. J,Ph. Sterken, rrof. dr. C. Trimbos,

dr. W.H.G. wolters en Drof. dr. }i, Zeegers schrif'uel-ijk hun cormnentesr

gegeven. ook van drie nedewerkers van het N"c.c"v", t.w. d."s. J. Lieve::-

se, d.r, B. Bremer en drs. J. we11en kreeg de groep een connentaar. Ten-

sLotte heeft de voorzitter rieze derde en eindversi.e verzorgd. o die -in150 exempla.ren Gem&akt- doc" de Eroep op 8 decenber 19?6 aan het A.lgene=

Bestuut en de staf van het N,C.G.1'. ve"d a.angebcden.

Naaens tle rerkgroep ondernsmen enkele leden een aantal bijzondereviteiten, We noemen hier de voorna&mste en konen er in de bijlagenop terug:- Ianitelijke opiniepeiling over het schadelij kheitlsvraagstuk oncler

st&ven van hulpverlenin6lsinsi ellingen voor jongeren (zie bijlageop b1z. 1?3, en hoofdstuk 9).

- het verkrijgen van informatie over een sc hool-oud.eravcnd over pedc-

filie (zie bijlage Iv oD blz. 185 ).- het sehrijven van de brief d.d, 20-t2*19?[ aan de Ad.vi escomrni ss ie Zed-

lijkheidsrretgeving (zie biilage V op blz. 186 ).

i

::

{e

lT.

.:?

-:T

:'i'

- _e'

ned-j

200

T]I

Page 52: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 145 -

- het rverzoek orn verkTeflekties over peilofilie', ter publikatie aangebo-

den bij 30 vakt ij aschriften (zie bijlaee VI op bl-2.188)

- brief aan orthopealagogi sche en peilologische instituten net verzoek on

inforrnati e over de vlaag of en zo.ja, hoe zij met problellen op het 8e-biett van pedofilie gekonfronteeld voralen en over de vraag over wel-ke

( ortho )pectagogisehe literatuur met bet"ekking tot peitofilie zij beschik-

ken (zie bijlage VII op b12.189)

- een overleg net een procureur-generaal van een Gerechtahof (zie bijl-a-se VIII op blz. 189)

- enqu€te onde" l-eden van tle plaatselijke werkgroepen pedofilie van de

N.v.S.H. (zie bijlaee Ix op blz.18!)- overleg met mevr. M.P, Baars van ale Algenene Inspektie van het Korps

Rijkspolitie en dealna ook net een aantal officieren-j eugdzaken van

dit korps over het verhoor van kind.eren in zeclenzaken (zie bijfage X

op blz. 190 )

- overleg met de psychiatrisch adviseur van het Minieterie van Justitieover ale te" beschikking van d.e regering gestelclen (zie bijlage xI op

b]-z . 2o2)

- het entarneren van een onderzoek naar de opvettingen over seksueel kon-

takt net kintleren (zie bijl-age xII op b1z.2o3)

- verzanelen van Begevens ovet de wetgeving in het buitenland (zie hij-tage XIII op blz. 2ol+ )

- verzamelen van adressen van gespreks- en studiegroepen pedofilie (zie

biilase xlv op b1z.2o8).

Page 53: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

kIf

LlIIt

I

Ii'

I

:

i..

:

t

- 1\6 -

itooFDsTttK 12

SAMINVATTING

Dit rapportrbeva.t een gestruktureerde weergave van wat er op de elfbijeenkoneten van de N.C.G.V,-werkgroep pedofilie besp"oken werd. De

opilracht dlie de groep had., staat weergegeven op blz 5. Achteraf gezien

is de groep van rnening alat we er ondanks aIJ-e inspanningen slechts tenilele in zijn geols,agd om d.e verschilJ-ende probleerngebi. eden die in de

oparacht staan aanged.uid, op een ons bevrectigentle vijze te doord.enken.

Dat houdt tle erkenning in ilat tle in onze samenleving bestaanale problernec

over het hoofttontlerwerp -relaties tussen oud.eren en kintleren ilie netsckeuele kontakten gepaartl (tunnen ) gaan- sotns noeilijk en in e1k geval

ingevikkeld zijn. Er zijn drie in onze sarnenleving bestaanile opvattinger-

die het zo ingevikkeld naken: ten eerste het doorsnee ideaatbeeltl over

het kinil en zijn opvoecling, ten tveetle tle idee alat kintleren in eeksueel

opzicht rleeg' zijn, en tenslotte de neningen aangaand.e elke intienerelatie tussen twee of rneer Dersonen die in leeftijd erg van elkaarverschiLlen, Pedofiele relaties staan tlvars op a1le drie, met het gevolrdat ze nra.at schappelij k gezien niets nee, ma,ar a.I1es tegen hebben. rPedoi:i

zijn, dat rett je niet in je eentje'-zoals er ergens in tlit rapport tere:{ordt opgernerkt-,

Als groep zijn we onder de inalruk geraekt van de berg van problernen d.i.e

er ligl over de vriendschap en de gevoelens van aantrekking itie oualere:

en kinderen ten opzichte van elkaar kunnen hebben, De ci.jfers d.ie een

indruk geven over het algernene oordeel ten opzichte va,n mensen iiie tot :

taeksueelsr net een kinct neigen, liegen er niet orn -zie bl,z 203-. Xverr.=het excessief negatief reageren op alles uat naar in die richting sijs:-De voorooralelen, stereotypie€n en stignars liggen hier verketijk voorhet oprapen! Het is daaron erg waarschijnlijk dat &an ouderen dn kinde:=.atie met el-kaar verder villen gaan dan de rneesten goedvintten, onlechtgeilaan.

Met opzet is dit rapport voorzien van een gedetailleerd.e Inhoudsopgaye

en vBn een beknopt Zakenregister. I,Iie deze twee onderdelen iloorneemt,

ksn zoaloende al- verrtoed.en vaar d.ie rberg van problernen I ni1 6s616s1. hkan ncn dan wellicht onze rnening tlelen rlat rnet dit raDport een eerste

:3<

-e

i::

: :,:,

Page 54: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

L:

)e

z i. e!:

tcn

leD.

)leee=

leval

i ngel

ver

reeL

I

'volFdoii elere a i::

lie

.eeas:?I ie:srni::

crd-"

- 1l+? -

en brede inventarisatie tot stand kvan, en tlat er voor ons aIIe retlen was

on met een reeks aanbevelingen te komen. onze tour iloor de vakliteratuurheeft vele en uiteenlopende opvattingen, naar sl-echts een enkel- betrou'rbaar

onilerzoeksresultaat doen kennen. Veel wetensehappeli j k onderzoek is nog

nood.zakelijk orn in tlie doofhof van opvattingen, het juiste van het onjuistete kunnen onderscheiden. Dat gefatt dan uiteraartl ook 6nze visie zoals tiieop veel plaatsen tot uiting kont. Zoal-s over Ae in onze sa]aenl-eving zo

ptoblenatisch geworalen betekenis van de liefale 8Is fundanentele ervaring, o'f

over het grote gevaa" van het kategorische denken dat nensen als 'peclofielretiketteert, onze nening over het schacleli jkheid.saspekt vaar altijd zo

onnriitdellijk aan vordt gedacht als het over de intiene onga.ng van een oudere

en een jongere gas,t, ons vei',noeden dat Wilhelm Reich (zi.l t1z 83) het nog

niet zo gek zag toen hij hei had over de vrije seksuele ontplooiing van het'kind , en zo meel,

Ook, maar zeker niet alleen,on vetenscheppeli jk on<lerzoek op dit gebied

op gang te brengen Dl-eit onze werkgroe! voor het ter d.iskussie stellen van

a1le asl,ekten die er zi.jn op te nerken aan en rond (seksuele) kontakten

tussen oud.eren en i-.inderen. Vcors,l instellingen voor d.e geestelijkegezondheidszorg kurrnen daa:' een a,s.nzet toe geven door daar bijvoorbeeldeerst in eigen kring over te beginnen. Ernoties moeten herkend en d.oo"gepraat

wo"deni eigen grenzen in het per"soonlijke leven en in de opvattingen over

de beroepsuitoefening zouden aan de orde gesteld kunnen fordeni gesptekken

rnet vie zich tot kinderen aengetrokken voelen op de vi.jze zoals in ditrapport is bedoeld, kunnen worden gezocht. Het is ons inziens hoogst

noodzakelj..ik dat die diskussie ook op gang kont bij ite politie en iustitieen bij politici. Want ons inziens is de zedenret overbodig, terwijl juistd.oor haan en haar toepassing s,an het eigene van ve1 en niet volwassen

nensen schad.e vord.t toegebracht.

Page 55: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- 1\8 -

Dierckx-van Lanen, Th,A.M. (19?l+) " flet horen

c.q. getuigen in zedenzaken, niet uitgegeven

LITEiRATUT'R

A " MOIiIOGRAI'IEEN EN SKRIPIIES

Ailvies inzake hornoseksuel-e relaties net rnin<lerj arigen, in het bijzonderrn.b.t. artikel 2l+8bis W.v.S., uitgebracht iloor ale cezontlheittsraad (1970),Bijlage bij Wetsontwerp zitting 1969-1970, 103!? Den Haag.

Banis, V.J. (1955), Men and their boys; the honosexua,L reletionship be-tween ad.ult entl adolescent. Los Angel-es.

Bernartl, F. (19?5), Petlofilie" Aquarius, Bussum.

Brongersna, E. (19?0), Sex en straf. N.V.S.H., Den Haag.

Brongersrne, E. (19?0), Das verfemte Geschlecht. Liehtenberg, Miinchen.

Brunoz, O. (19?0) n Fedofii-ie, C.0.C., Am8tefd.s.h.

Burton, L" (1958), vulnereble Children; Three Stucli.es of Children inConflict, London.

Corstjens, .iohn M.H, (19?5), opvoeding en pedofilie; sexualiteitsbelevic5en attitutle ten aanzien van pedofilie. Doktoraalskriptie klinische psy-chologie, Kath, universiteii, Nijnegen.

Delieten betreffende de seksualiteit (1968), Voorth"achten gehouden doordts. J.A. Koops, prof .d.r. F.J. Heggen, mr. W.H. overbeek en ffi. G.E.Langerneyer en een ontverp van Wet tot wijziging van de artikelea 239 Lif,251 en l+5'l van het Lretboek van Strafrecht -congres 1!e lustrum Juridisc-facult eit svereniging aan cie Vrije Universiteit, 1967-. Uitg" Kluver,Deventer.

!a

:r

rJ

r_-

!.:

--:r

+i:::

rir

:<

ae

L:le

van kinderen als slachtofi:rskriptie, Hoogveld Instit

Nijnegen.

Dodson, V, (1q58), Ped.erasty, sex between men antl boys" North Hollyl{ooa.

Douna, W.H. (1975\, Het gezin tussen verlealen en toekomst. Diss.I,lageningen.

Drew, D. and Drake, J. (1969), Boys for sa1e, a study of the prostitu-tion of ]'oung boys for sexual purposes. New York,

Eeten, P. van (tg?a), Sex net kinderen. Uit€i. N.V.S,H., Den l{aag.

Eglington, J.Z. (1q5L), creek 1ove. l,&ybon ! lfev York.

Brikson, E. Het kind en tle sanenleving. AulE nr. 181 .

Fitch, J.H. (1955), A descriptive follow-up study of a group of nen,convicted of sexual- offenses a€(ainst chil-dren. Lonalon.

Forensisch Psyehiatrisch Bulletin, jrg. 1, n", 3, 1958 (Ministerie vanJustitie): De zetlendelinquent en zi.in slaet'.toffer.

I

F-r

-:i

:ftr

k

Page 56: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

-r49-

Freedrnan, A.M,, Kaplan, lI.L and Satld.ock, B.J. (19?2), Modern Synopsisof Psychiatry. Balt j.nore.

Gebhartt, P., e.a. (1965), gex offenders, an analysis of types. Harperand Row, Nerr York,

Geisler, E. (1959), Des sexuel nisbrauehte Kind; Beitrag zur sexuellenEntvicklung, ihrer Gefdhrdung untl zu forensischen Fragen. VerLag flirnedizinische Psychologie. G6ttingen.

Gerassi, J. (1968), The boys of Boiee, Nev yorh.

Giese, H. und V.8. von Geb8attel 1tO6Z), Psychopathologie der Sexuali-tiit. Enke Verlag, Stutt8art.

Gigeroff, A.K. (1968), Sexual deviation in the erininal law; hornosexualexhibitionietic ancl pedofilic offensee i.n Canatla. Toronto,

couttsnit, w. (19?l+), Delinquent en maatscbaDpij i Capita setecta uit deforensische psychiatrie. V&n Lcghun Sl-a,terus. Deventer.

de llaan, H. en P. van Brederode (1970), Feiten over jeugdsexualiteit.Uitg. N.V.s.E.

HarmoR, D. (1969), Boy-lovers. New York.

Hoflanil, O. (196?), Boys in love with other boys. New York.

Ilurnanistische Stichting Sokrates ( tStO), Strafrecht en sexualiteit,Den l{aag .

Karpman, B. (1953), T?re Sexual Offend.er anct his Offenses; etiology,pathology, psycl':odynsmic s end tleatnent. Julian Press. New York.

Krafft-Ebing, n. von i18?T), Psychopathia $exualis, Paperba,ck Library..Nev York. Heruitgave 1q55 ,

Kwast, S. van der (t968), seksuele crinineliteit. stafleu. Leiden.'

l.{iIo " A. (1976), Ped.ofilie: oonfrontatie van een merrs met een vaanverel-d.Proefsctrrifb tot het behalen van d.e gr4a.tl van Licentiaat in tle crirnino-l-o6ie. Ks,tholieke universiteit Le.uven, Schoot voor Crininologie.

Moh", J.w., Turner, R.E. and Jerry, M"B. (1951+), Pedophilie and exhibi-tionism. University of Torontc.

Montherlant, H. de (1969), Les gargons. Paris.

Nienann, J" (19?l+), Unzucht nit Kind.ern " Gdttingen.

01lendorf, R.H.V, (1956), The juveniie honosexual experience antt itseffects on adult sexuality.

Ps,rker, T. (1959), The twisting !ane. London.

Pauly, J. (1961 ), E os auf dem fal-schen !Ieg. Lassen, Harnburg.

Page 57: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

-150-

Peeters, H.I'.M. (19?5), Kind en jeugdige in het begin van tle nod.erne tija:ca. 1500 - ca. t650. Uitgeverij 3oon, Meppel.

Plaut, P. (196?), Der Sexualverbrecher unrl geine Persdnl-ichkeit . EnkeVerlag, Stuttgart.

Potrykus, D. und wdbcke (19?h), Sexualitat zwischen Kinrlern untt Enraeh-senen. I{ilhe}rn GoltLnann Verlag, Miinchen.Neilerl-and.se vertaling: Seksueel contact tussen vofvassenen en kintteren.Bosch en Keunig, Baarn. 19?6.

Ra.lnnond, J. (1959), wonen boy-lovers, Los Angeles.

Reich, W. (19b9), Sexualiteit en nieuve cul-tuur; bijtlrage tot ile eocia-tigtische onvorrning van ile mens. Heruitgave tveed.e druk, Nederlantlsevertaling, N.V.S.H., Den Haag .

Reiehe, R. (1969), Seksualiteit en klassenstrijd, Ven cennep, Amste"atan.

Reinhardt, H. (1967), Die Bestrafirng aler Unzueht nit Kintlern unter be-sontlerer Beriicksichtigung ales Verhaltens und der Persdnliehkeit desOpfers. I{aupt, Bern.

Ricoeur., P. (1969), Sexualiteit - Het nenselijk leven als sexueel be-staan; een onderzoek near al-l-e aspekten van een probleem vaarvoor denens van deze tijil zieh gestelit ziet. A.rnbo, Utrecht.

Rossnann, P, (1976), Sexual &perience Betveen Men and Boye. Associa-tion Press, Ner York.

Roulreler-lhrt s , L. (19?6), Pedofielen in kontakt of konflikt met desanenleving. Van Loghum Slaterus, Deventer.

Riirnte, H.C. (1967), Psychiatrie flf. Tussen psychoses en nornaliteit,Seheltema en Holkema, Amsterd.am.

Sctmidt, G. und Sigusch, v. (196?), Zur I'rage d.es vorurteiles gegeniibersexuell alevianten Gruppen. Enke Verlag " Stuttgart.

Schofielal, M. (1955), The Sexual Beheviour of Young PeopJ-e. Lon€fnans,Ionrlon .

Schtinfelcler, Theod. (1958), Die RolJ"e ites M6clchens bei Sexualclel ikten.Reeks Beitrdge zur Sexual Forsehung, nr. l+2. Enke Verl-ag, Stuttaart.

Sigusch, V. en G. Sehnid.t (19?3), Jugend.sexualitat . Dokunentation eine:Untersuchung. Reeks Beitrdge zur Sexual Forschung. Enke Verlag. Stut

Stockert, F.G, von (1955), Die Pditofilie und ihre EtrafrechtLiche hob:Fraetik. Vortrike gehalten auf dern 8. Kongress der Deutschen Gesellschsf:fiir Sexual- Forschung, Mei l96L in Karlsruhe i hergestellt von F.c. vonStockert. Reeks Beitrdge zur Sexual Forschung (:lr neft) Enke verlag,Stuttgart .

Storr I A. (195\), Sexual- deviation. Penguin, Haimond.ssorth.

l!ei::l

?:!-

-je:'

I:-hr

r::1

=-.l::€::ie

: €:i

tII

:ea

.*!'

Page 58: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

- r51 -

Theede, P. (196?), Unzucht nit Abhdngigen; eine strafrechtliche untlkrirninologische Untersuchung. Schnirlt-B&rhild, Lfibeck.

Tol-srna, F.J. (195?), De betekenis van ile verleitting in honofiele ont-vikkelingen. Uitgave Peychiatrisch-juricti sch gezelechap, Ansterd.arn.

wettley, A. unat Leibbrand., W. (1959), von der rPsychopathia Sexualie'zur Sexualvissensehaft . Reeks Beitrdge zur Sexual" Forschung nr. 17,Enke VerJ.ag. Stuttgart .

Winterberg, H.c. (1962), Die gJ.eichgeschlechttiche Prostitution in ilenndnlichen Jugentl und. GeselLschaft. Frankfurt am Main.

lfyss, R. (tg67l, Unzucht rnit Kindern; Untersuchungen zur Frage ttersogenannten Pfiophilie. Sp:inger , Berlin.

Zeegers, M. (1956), Seksuele clelinquentenl forensiech-psychiatrischonde"zoek. Scheltenra en Holkena, Alnsterdan.

zeegers, M. (1958), ontucht in llederlandl. N.V.S.H. Den llaag.

in 't Veld-Langeveltl H.M., J.M.W.van Usset- en J,H.Blankstein ( 19?2)Toekomstig gezinsontwerp. Uitg Het Spectnn, brochure nr )+6 uit deserie Geesteli jke Volksgezondheid.

Kuyer II.J.M. (tq6t) Het kind en zijn ouders; beschouvin6gen naar aanleid.ingva.n een onderzoek inzake het verband tussen gezinssituatie en geestelijkegezonalheid van kinderen. Uitg l{et SDectrum, brochure nr 18 uit de serieGeesteli jke Volksgezondheid.

Page 59: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

I

- lqt -

Barlol', D.H,, Leitenberg H.of sexual- tteviation throughsensitieation. Abn. Psychol-.

B. TIJDSCHRITTARTIKELEN OVER PRDOFILIE EN OVEN SEKSUELE KONTAKTEN MEf,KINDEREN

Baryl1a, F.V. (1965), Zur klinischen untl forensischen Psychiatrie derPedophilie. Psychiatrie, Neurologie und Medizinische Psychol-ogie.p. 217 -221 .

and Agras, W.S. (1959), Experinental contro:nanipulation of the noxious scene in covert

Bayer, L.H,A. en Swarts, J.H.Volksgez. p. 325.

.L!., nr. t, p. 595-5ol .

(1971), voor tle vuist weg. l{Ddbl-. ceest.

Bernard, F. (19?2), Piidoohilie, eine Krankheit?; Folgen frir <lie Ent-wieklung cter Kindliche Psyehe. Sexualnedizin, 1. nr. 9, p. b38-L\0.

Bernard., f. (19?5), Onderzoek van een groep pedofielen. Uitkonsten vaneen in 19?3 gehouden enqu6te. Medisch contact, no, B,2l februari.

Bernard, F. (19?5), PersoonlijkheidBa.spect en bij pedofielen. Uitkonste::van een empiriseh onderzoek. Illedisch Contact, no. 11, 1l+ naart.

Bernard, F. (19?5), Paedophilia erotica van verschiLlende kanten bekek=.-Een fenonenoLogische benadering. Medisch Cont&ct, no, 23,6 juni.

Bernard, F. (19?5), Pedofilie, een exploratief onderzoek. T.Soc.ceneesr.,nr . l+0, p. 305 .

Born, E. (1976), Nognaals: pectofielen en rkincterfokkers | -reektie opartikelen van E. Brongersma-. Intermediair, 12 ma,art,

Brongersma, E. (1975), Ped.ofielen en rkinderlokkersr . Interrneiliair,2, 16 en 23 nei.

Brongersrna, E. (1q?0), Juridische gevol€len van uitzonderlijk sexueeJ.gedrag. Sextant, J0, nr. 10, p. 12-13.

Buch, R.P. de (1959), Exhibitionisme et pedophilie. Brux. Med. Lp_, nr.p.739-750.

Butlniok, M., cer€t, J.C. and Mii11er, P.H. (196S), Trois observationsdrattentate p6d6ras+.io,ue. LiUe n6al ,, tlr, nr. 5, p. 600-602.

Cabanis, D, und Philip, E. (1q54), Der pddophil honosexuelte Inzest t:Gericht. Deutsches Ges. Geriehtl . Med. 55. nr. 2, p. b6-71+.

Cohen, M., Seghorn, T. and Calmas, W. (1959), Socionetric study of t::€sex-offenaler, J.Abn,PsychoL., -?_\., nr. 2, p. 2\9-2j5.

Dingnan, F., Frisbie, L. and Vasanek, F.J. (1958), Erosion of morat ::resoc ial-i sat ion of pedophiles. Psych. Reports,23, nr. 3, (I) p. 792--

Donders, W. (19?5), Een ouderavond over pedofitie. Mnrlbt. Geest,Vol,ks-gez., p. lr5.

,. ?'

-'-

-!!--

-x

' !":

lr :,-L-,

Page 60: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

lY-

le

3?7-

u:ia*

-153-

ieten, P. van (tq7O), Peclofilie, poging tot een nieuve visie. Sextantj2, nr. 10, p. 1L-15.

?isher, G. and Howell, L.M. (19?1), Pst'chological needs of honosexual_redophiliacs. Dis, Nerv. Syst. r 31, nr. 9, p. 623-625.

lrenkel, f .E. (1952), BescherrninpJ van het kind tegen d.e seksueel af-vijkende rnens. Vrije Vaart, 1?, nr. 2, p, 1l+5-1h?.

Freund, K. (1q55), Diagnosing heterosexual pedophi).ia by neans of a+"est for sexuaL interest. Behav. Res. ancl Ther., 3, p, 229-23\.

Preund, K. (195?), Erotic preference in peilorhilia. Behav. nes. andlher. , 5, p. 339-3b8.

Fris, T., Witte, B., Sengers, w,J. (1973), Discussie over pedofilie enhulpverlening. Mntlbl, ceest. Volksgez,, p. 169.

Frisbie, L.V., Vasanek, F.J., Ding.nan, H.f . (195?), Tte self and theideal self, nethodological study of pealophiles. Psych. Reports, 20,nr. :(I), p. 6oq-?o5.

Gigeroff, A.K., Moh", J.W. and Turner, R.E. (1958), Sex offenders ofprobation t heterosexual pedophiles. Fecleral probation, 32, nr. l+.,p. 17-21.

Goldstein, M.H., Kant, L., Judd, a.o. (1q?1), Experience with porno-graphy: Rapists, nedophiles honosexua.Is, trs.nssexuals and control.Archives of sexual behaviour, 1, nr. 1, p. 1-15.

Haagsne, I. (19?0), Peclofiele gevoelens voor rneisjes van 8-13 jaar.!\ t euve Lrnre, b .lunt.

Haagsma, I. (19?2), Sex met kinderen; g66n handboek voor pedofilie.Sextant , p. 30-31 .

l{adden, S.B. (1q58), croup psychotherepy for sexual mal,&d..justnents.Arner. J. Psychiat . , 1l'- nr . 3 , p. ?,27 -332 ,

Heldmann, H.H, ( 19?L), Jugend.schutzrecht ; Legende und Wirklichkeit.Tijdschrift Vorgdnge, p. 71-76 .

Hosson, A.R. de (19?3), Gevoon of ongevoon? Mndbt. Geest. Volksgez.,p.28h,

Huijts, J. (19?[), Pedofilie n6 wil1en Duys. Mndi,I. Cee8t. Vo]-ksgez.,p. l+38.

Hunger, it. (1q68), Die Persdnlichkeit des Sexur lstraftiters i Unziich-tige Handlungen nit kindlichen und .jugendti.:he', r4ddchr n nach aler Ergeb-n.isse iles letzten Kinsey-Reports. Krininalist.lk, ?2, nr. l+, , . 176-178

IKON-uitzending op 23 rnei 1!f5 over pe,lofili: (tekst verk:.i;gjoaar bijTKON in Hilversr:rn).

Page 61: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

Jersiltt, J.Nfi Nordisk

Karpman, B.nr. 3.

Katznan, M.p. 13-17.

Levita, D.J. de (19?3),Mndbl, Oeest. Volksgez.

Levita, D.J,, de (1973),en hulpverlening. Mndbl .

Lievense, J. (19?3), sex

!,teurs, A.F.w., van (tq53)Ge zondheids zorg , !J, nr.

Mohr, J.W., I\.rrner, R.E.nr. 1, o. lB-81 ,

Mohr, J.W., ?.urner, F.E. ,J. Soc. Ther,, 8, p. 172.

- 151 -

(1967), The nornal hornosexua.l nale versus theVerlag, Copenhagen.

(1S50), A case of pedophilia. Psycho-analfbic

boy tnolester .

Revi err, lf ,

(1972),, Early sexual trauma. Sexua] behaviour, 2, n].. 2.,

Kerscher, K.H. (19?3), Ernanzipatori sche Sexus.lpedagogik und Stlafrecht.Luchterh&nil Verlag, Neuwied, Betlin.

Kerscher, K.H. (197!), Unzucht nit Kinde"ni konsequentr Differenzierungder Erscheinungsforrnen und ihrer Folgen notwendig. Sexuatrnetlizin 3,nr. 11, p. 560-565.

Kerscher, K.H. (1973), Zur Schdcllichkeit nicht-geiralt ss:ner sexuellerHandlungen nit Kindern. Neue haxis, jaargang 3, p, lbt-155.

Knecht, T., Ussel , J. van (1959), Seksuele revolutie in oost en west.Maandbls.d Oost-West, Be jaargang, nr. lr.

Krdtki, A. (1957), Sexueller Missbrauch ein bis fiinf Monate alter saiig-Iinge durch einen Piittophilen. Deutsches Ges. Gerichtl . Med.,50, nr. ll ,

'p. 153-15?.

Kurland, M.L. (1950), Pedophilia Erotica, p. 391-[03.

Kvast, S. van der (1975), Bijdraee tot de cliscussie over decrirninal-i-sering van de pedofilie; Nett, T. Crininol., bLz, QB-110.

De Leeuv-Aal-bers, A.J. (1958), Onderzoek zedendelicten, waarbii kindere:betrokken zijn; Maandblad. voor Berechting en ReclasserinC, 3?,p. 125-11+1 .

fs sex iets bijzonders?; antwoorcl aan Kees Stre28, nr. 9, p. l+01-102.

Kanttekeningen bij de discussie over pedofilieceest. Volksgez, 28, nr. I+, p. 1?6-180.

rnet kinileren i Gezond Geztin, 12, nr. 2, p. lo---

, Het kind a1s sla.chtoff'er in het zedenalelict.3, p. 1c)-20.

1.l067), Sexual d.eviations. Appliect therapy, 9.

Bal1, R.0. (1a62), Exhibitionism and pedorhi-

Orthner, H. Duhn, E., Jovanovic, U.J., u.a, (t95q), Zur Theralie sexueiiPerversionen I Heilung einer hor:rosexuell-piidophi len Triebabweichung d11:::einseitigen stereotakti schen Eingriff in Tuber cinereum, Enke Verlag,Stuttgart.

Page 62: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

i:i -

ie --?

_1r5_

Peters, M.D. and Sadoff, R.t. (19?o), Clinical observations on childnolests. Medieat aspeets ol hunan sexuality, lr, nr. 11, p. 20-31+,

Petri, M. (1971), Ben ik pedofiel-?; Mnatbl . Geest. Volksgez. 29'-p.503-505.

Pollman, T. (19?2), sex net kinderen; een merkvaardig boek. Sextant,p. 28-29.

Reifen, D. (1958), The ehild s.s a victin of sexual offence. Brit.J.Psychiat. Soc. Wk., VoJ. l+.

Resnik, H.L.P., Peters, J.J. (1q6?), outpatient group therapy vithconvicted pedophiles. fnt. J. Croup Psychotherapy, 1?, p. 151-158.

nevitch, x. and Weiss, n.B. (1952), The pertophiliac offender, Dis. nerv,syst., 23, p. 73-78.

Rossrnann, P. (1973), Literature on pederasty; Journal of aex ?esearch,9, p. lo?-lte'

Rijssel , Il. van (19?3), Enige kanttekeningen bij het pedofili e-vraag-stuk. Informatie Wetenschappelij k Bureau N.V.S.H,, nr. ??, Den Haag,o blz.

sant er-west strate, M.c., Dijkstra, P. en Favenzvaay, J.F. van (t951+),Een man rnet pedofiele neigingen. Ned. T. Crimin., 6, nr. 5, p. 190-208.

scheider, J.II. (1955), Der piidophile straftater und sein opfer. Monat-schrift fiir Krininologie und Strafrechtreform , p. 91-9\,

schorsch, E. (1975), Liberalitdt reicht nicht. Betrifft: Erziehung,5, nr. l+, p. 23-26.

stra.ver, K. (f9?3), Discussie over ped.ofilie. Mndb1. Geest. volksgez.28 , nr . s, p. jg?-l+oo ,

Tennent, c., Bancroft, J. and cass, J, (19?\), The conbrol of deviantsexual behaviour by d.rugs: a double-bIind controlled s budy of benperi-dol, chlorp"onazine ancl placebo. -A.rchives of sexual behs.viour, 3' nr' 3'n )41-t'71

Trinbos, c.J.B.J., Heering, H.J., e,a. (1959), Repliek op van Ussel enKnecht, Ms.andblad oost-west, nov, /d.ec.

Toobert, S. and Jones, E.S. (1959), Sone factors rel-ated to peclophilia.Tnt. J. Psychiat., nr. )+, p. 272-280.

wallenberg, F. van (19?L), Noe1naals, d.iscussieverlening, Mndb1. Geest. Volksgez., p, 15\.

witte, 3.S. (19?3), Discussie over pedofilie enceest. Volksgez. &, nr. lr, p. 169-175.

I,Iijk, J. van (t971), Portret, De Nieure Stem.

over peclofilie en hulp-

hulpverlening. Mndbl .

Page 63: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

-155-

C. VERHOOR VAN KIIIDEREN IN ZEDENZAKEN

Dierckx-van Lanen, Th.A.M. (19?\), Het horen van kintleren als slachtofferc.q. getuigen in zetlenzaken, Doktoraal-skrint i e Hoogveldinstituut , Nijrne-

I'i.lthout, w. (1953)tr:Recht der Jugend., 11/2\, blz. 375-379. Sarnenvattingvan dit artikel door w. Nieboer in Forensighpsychiatri sch bulletin (uitg.Wetenschappeli jk Voorlichtings- en Document atieeentrum va.n het Ministerievan Justitie), le jrg., nr, 3, decenber 1958,

de Leeuw-Aa1bers, A.J. (1958), onilerzoek zeclenilelicten raarbij kind.erenbetrokken zijn. l"lndbI. Berechting en Recl-assering, 37, blz. 125-11{1.

' Overbeek, w.H. (1061), Het structureren v&n het bevijs. Ned. T. Crirninol.

,. j, bLz. 65.

.Probst, E. (1950), Kinder und Jugendliche als zeugen, Basel.

Schwartz, A.A. (1950), Het kintl a1s getuige-s lachtoffer in zedenzaken,

, Ned, T. Crininol. , 2, blz. 12.

zeegers, M. (1955), Seksuele delinquenten; forens ich-psychiatri sch onder-zoek. Uitg. Scheltena en Holkena, Amsterdsm. M.n. hieruit b1z. 309.

:

D. LITERATWR OVER SEKSIJELE NORMEN: ALGEMEEN

Adar, A. (1951+), Les libertins a.u XVfIe siicte, Paris.

Blankestijn, C. en analeren (1q72), De vragenlijst over zedeli.jkhei dsvet:-ving; een kritisch corunentaar. Mndbl. Geest, Vol-ksgez., blz, iO2-110.

Bloch, J. (1958), Sexual life in Flngland, past and pr:esent, London.

Brove, P. (1932), Beitrdge zur sexus.lethik des MittelalterB. Breslau,

C1ark, K. (tqf8), D&s I'Iackte in der Kunst. K61n.

Douna, W.H. (1q?5), Gez insveranderingen sinds 1q60. fntemediair, l2e'15 april.

lYanklin, A. (1890-9q), La vie priv6e drautrefois. I dln. Paris.

Friedan, B. (1o55), Der Weibli chke it svahn. Fohwolt Verlag, Hamburg.

Frischauer, P.,Zeden en erotiek in de loop der eeuwen.

Fuchs, E. (lqoS-12), Illustrierte Sittengeschi chte von Mittelalter biszur Gegenwart, 3 d1n, Miinchen.

Good.sell, r/. ( 1q3L), A history of marriage, New York,

*

I

r$'i.

!:f

TIF

}cr

T: g.

-?

ilF:e

T-:

Page 64: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

_157_

Yante11, U. (1953), Kleine Ku].tur8es chichte der grossen Sehnsucht. Vom'iander deg erotischen Wunschbitdes . Wien-Berlin-Stuttgart.

'Vorusr, (1960), Het Rijk van venus. Uitg. J.M. Meulenhoff, Arnsterden.

?aassen, W.J.M. van (19?o), De hono8eksualiteit in tle westers-Chri ste-lijke traditie. Uitg. Dokumentatie en fnfornatie Centlale, Atnersfoort,

?euckert, W.E. (1955), Ehe-weiberzeit-Mdnnerzeit-Saaterehe-Hofehe-F"e i ea}te, Hanbu"g.

ie)'nolds, R. (1952), Bed.s. Lontlon.

?ornein-Verschoor, A. (1952), Zedeliikheid en 6ehi.j nheitigheitl . Den Haag.

Schillebeeckx, E. (1q55), De wisselende visie van de christenen op het

: -::.]rr

1uveli jk. Kath. Archief, Rone.

Schouw, Theo (19?5), Pedofilie; wat gisteren taboe vas,{RI , 6e jrg., nr. ?.

is norgen norrnaal-.

Sengers, W.J. (1958), Cevoon hetzetfde? Een visie op vragen lonal d.e ho-nofilie, Hilversum, PauI Brantt,

faylor, C,R. (1953), Sex in history.De zetlen in het verleden, Anste"daJl,

Wright, L. (1961), clean and clecent.roon anal the W,C, Lonalon.

Thames and Hudson. In het Nederl-snds:(1a55).

The fascinating history of the bath-

E. LITERATUTTR oVER SEKSUELE NoRl,lEN: IN DE OPVoEDING

Anoniem, (1?82), tlber die Liebe gegen tla.s analere Geschlecht. Ein LesebuchI\ir Miidchen und Jiinglinge, Winterthur.

CanDe, J.H. (1?83), Theophron, of de ervaren raadgever voor de onbed.reven,jeugd. Amsterdm. (U.8. ljtrecht ),

Canpe, J,H, (1?88), Vdterliche Rath flir meine Tochter. Ein Gegenstrick zunTheophron. Frankfurt-Leirz ig , (U.n. Utrecht).

Dtpont, A. (1q13), Het huveli,jk, Een boek voor het christelijk gezin.Ititg. J.H. Kok, Kanpen.

Fiseher, !'r.Chr.J. (1?80), Uber die Probenechte d.er deutschen Bauernnd.d-chen, Berlin-Leipzig.

llerres, J.F. ( 1?90), Fiir Jiinglinge jedesRomangevande. Altenburg.

Standes Traurige wahrheiten ln

Hermes, J.F, (1?8?), Fiir T6chter ettler Herkunft. Leipzig.

Page 65: Pedofilie en Samenleving - Part 2 of 3

i-

*.

- 158 -

Nabrink, C. (1q52), Treehontlerd .jaar sexuele opvoeding,ouderschap. XIII , j anuari .

In: Verstaniliga:

lVabrink, c, (1q51-1962), Sexuele voorlichting en opvoecling in tle bisto-rie. fn: Verstandig ouderseh&p, fII en IV.

Neret, (195?), Docurents pour une histoire ile l-'6ttucation sexue]le enFrance d.u seiziEne siEcle i nos jours. Paris.

Rehm, Fr. (1792), Vorschli,ge, rie men auch rnit Beibehaltung der bisherriblichen Beinbekleidung, Mddchen rmd Knaben tturch Verbesserung ihrerphysischen und. noralischen Erziehung von friiher Llnzucht bewahren k6nne,Marburg .

'Salzrnann, Chr.c. (1785), UUer iiie heinliche Siind.en der Jugentt. Schnep-fenthal-. 2e verbeterde alruk 1?8? Lpz. Atheneun Bibliotheek, Deventer.

Scheuer, O. (1920), Das Liebesleben der deutschen Stud.enten in Wandelder Zeiten. Bonn,

Stuve, J, (1?81), Uber die kdrperliche Erziehung. Ziillichau.

Thalhofer, Fr.X. (1qO?), Die sexuelle Pddagogik bei tlen Philanthropen.Kenpten.

Ussel , J.M.W. van, Geschieclenis van het seksuele probleen. Boon, Meppel ,2e druk (tq6q); 3e ttruk (19?o).

Vene1, lJ. (17('6), Essay sur la sant6 et sur lr6ducation n6dicale clesfilles, Paris.

Zinrnermann, G,J. (fl7q\, warnung an Eltern, Erzieher u. Kinderfreundevegen der Selb stbefl-eckung bei ganz ,jungen Mddchen. fn Neues Magazinfiir Arzte, hrsg. v. Baldinger, Leipzig, D1, f, stuk 1, p. )+3-51,

Zimlnerrnann, c.J, (ed.?) , (1712), Bri.efe ftir Knaben, Solothljrn.

!!,