KinderopvangPC 331

Kinderopvangpc 331

V.U. : Mario Coppens, Koning Albertlaan 95, 9000 Gent. 10/2018

kinderopvang • 3

Voorwoord

De Vlaamse welzijns- en gezondheidssector bestaat uit twee grote subsectoren: de kinderopvang en de geestelijke gezondheidszorg. Beiden komen voort uit de opsplitsing van het oude paritair comité 305. Sindsdien is er heel wat werk verricht om voor beide subsectoren historische scheefgroeiingen weg te werken en de interne structuren te harmoniseren. Vooral voor de kinderopvang blijft dit een belangrijke opdracht. Door het koppelen van de lonen aan de ontvangen subsidies zijn er heel wat onthaalouders die voor hetzelfde werk drastisch ver-schillende verloningen krijgen. In het kader hiervan werd enkele jaren geleden het proefproject voor het werknemersstatuut in het leven geroepen.

In het laatste meerjarenakkoord, VIA 5, zijn we erin geslaagd om het aantal ont-haalouders die in aanmerking kunnen komen voor dit statuut meer dan te verdub-belen. Dit neemt echter niet weg dat we zullen blijven vechten om op termijn voor alle onthaalouders een volwaardig statuut te verwerven, zodat gelijk werk ook met gelijk loon beloond wordt. Ook de harmonisering van de lonen wordt verder gezet tussen werknemers in opvangen met subsidietrap 2b en 2a/3.

De steeds herhaalde inzet en mobilisatie van het personeel in de Non-Profit zijn de basis en drijfkracht geweest van al hetgeen we tot nu toe verwezenlijkt hebben. Dankzij jullie kunnen we telkens opnieuw een stap verder gaan voor werkbaar werk en eerlijke verloningen.

De ACLVB staat aan jouw zijde om ook in de toekomst blijven te ijveren voor de verbetering van de loon- en arbeidsvoorwaarden voor het personeel in de Non-Profit. Het maatschappelijke belang van de sector moet ook een meer-waarde blijven voor het personeel van vandaag en morgen. Samen kunnen we verder timmeren aan de ingeslagen weg, dankzij syndicale inzet en solidariteit. De behaalde resultaten moeten immers dag na dag verworven blijven. De overheid moet blijven gewezen worden op het belang van de Non-Profitsector en de nood aan kwaliteitsvolle loon- en arbeidsvoorwaarden.

4 • kinderopvang

Elke werknemer die lid wordt van de liberale vakbond, versterkt de stem van het personeel. Als lid van de ACLVB geniet je ook van advies en ondersteuning en nieuws over jouw loon- en arbeidsvoorwaarden. Wil je meetrekken aan de syndicale weg, neem dan vrijblijvend contact op met een bestendig secretaris van de ACLVB en wie weet kan je in jouw organisatie de stem van jouw perso-neel mee vertolken. Om u te versterken in de taak van afgevaardigde, voorziet de ACLVB een ruim vormingspakket voor zijn leden, militanten en afgevaardig-den, ook voor de Non-Profitsectoren.

Aarzel niet om contact op te nemen, wij helpen je graag verder. ACLVB, uw helpende hand voor de Non-Profit. Tommy JonckheereSectoraal Verantwoordelijke Vlaamse Non ProfitBjörn De KerpelSectorconsulent Non-Profit

Loon-en arbeidsvoorwaarden zijn voortdurend onderhevig aan wijzigingen. Om u op de hoogte te houden van wijzigingen, krijgen leden die hun e-mail adres kenbaar maken op het ACLVB-secretariaat op regelmatige tijdstippen actuele info via e-mail.

kinderopvang • 5

inhoudVoorwoord ..............................................................................................................................................3

Functieclassificatie kinderopvang .............................................................................................9

Loon- en arbeidsvoorwaarden ..................................................................................................13Lonen ......................................................................................................................................................13Barema’s ...............................................................................................................................................15

Premies..................................................................................................................................................43Eindejaarspremie ..............................................................................................................................43Toeslagen onregelmatige prestaties .......................................................................................43Haard- en standplaatstoelage ....................................................................................................43

Arbeidsduur – Flexibiliteit...........................................................................................................45Minimale arbeidsduur ....................................................................................................................45Flexibiliteit ............................................................................................................................................45Stabiele en voorzienbare uurroosters .....................................................................................45

Fase 1 ...............................................................................................................................................45Fase 2 ...............................................................................................................................................46Fase 3 ...............................................................................................................................................46

Vervoerskosten ..................................................................................................................................47Woon-werkverkeer ...........................................................................................................................47Verplaatsingen voor dienstredenen .........................................................................................48

Verlofstelsels ......................................................................................................................................49Feestdagen ...........................................................................................................................................49Vrijstelling arbeidsprestaties .......................................................................................................49Gewettigde afwezigheid om dwingende familiale redenen.........................................50Tijdskrediet ..........................................................................................................................................50Eindeloopbaan (SWT/brugpensioen) ....................................................................................53

Syndicale rechten .............................................................................................................................55Syndicale premie ...............................................................................................................................55Syndicale afvaardiging ...................................................................................................................55

6 • kinderopvang

Tweede pensioenpijler ..................................................................................................................57Periode 2006 – 2010 .....................................................................................................................57Periode vanaf 2011 .........................................................................................................................58

Proefproject werknemersstatuut voor onthaalouders .................................................59

Vormingen ...........................................................................................................................................61Specifieke vorming Non-Profit voor afgevaardigden ......................................................61Syndicale vorming voor verkozenen ........................................................................................61Andere vormingen ............................................................................................................................61ICOBA ......................................................................................................................................................62

Lid worden? Het is je geld waard! ..........................................................................................63Persoonlijke service, snelle betalingen ..................................................................................63Sterk op het werk ..............................................................................................................................63Sterk in sociaal overleg ..................................................................................................................63Je ledenbijdrage snel terugverdiend .......................................................................................64Ledenbijdragen ..................................................................................................................................64Facebook ...............................................................................................................................................64

kinderopvang • 7

8 • kinderopvang

kinderopvang • 9

Functieclassificatie kinderopvang

Klasse Barema Minimale toegangsvereisten

Logistiek personeel

Klasse 4 L4 • geen bijzondere bepalingen

Klasse 3 L3 • hoger secundair beroeps onderwijs • lager secundair technisch onderwijs• relevant ervaringsbewijs voor een logistieke functie,

uitgereikt door het Vlaams Subsidieagentschap voor Werk en Sociale Economie

Klasse 2 L2 • hoger secundair technisch onderwijs, voor zover dit diploma of getuigschrift voor de aanstelling in die functie vereist is.

• ploegleider uit klasse 3

Klasse 1 A1 • hoger technisch onderwijs

• hoger beroepsonderwijs (HB05) studiegebied ‘Industriële wetenschappen en technologie’ voor zover dit diploma of getuigschrift voor de aanstelling in die functie vereist is

Administratief personeel

Klasse 3 A3 • lager secundair onderwijs, of hoger secundair beroeps-onderwijs met specifieke oriëntatie in de administratieve richting

Klasse 2 A2 • hoger secundair onderwijs

Klasse 1 A1 • hoger technisch onderwijs, of hoger beroepsonderwijs (HB05) studiegebied ‘Handelswetenschappen en bedrijfskunde’

• eindgetuigschrift van het hoger onderwijs met een economische of op personeelsbeleid gerichte opleiding

10 • kinderopvang

Klasse Barema Minimale toegangsvereisten

Begeleidend en leidinggevend personeel

Begeleidend personeel klasse 1

B1c • tenminste houder van het diploma hoger onderwijs met sociale, pedagogische, psychologische, verpleegkundige, para-medische of artistieke oriëntatie

• eindgetuigschrift van het hoger beroepsonderwijs (HBO5), studiegebied ‘sociaal-agogisch werk’

Begeleidend personeel klasse 2A

B2a Eindgetuigschrift van het: • hoger secundair onderwijs met pedagogi-

sche, sociale, paramedische of artistieke oriëntatie

• hoger secundair beroepsonderwijs met specifieke oriëntatie van kinderverzorg(st)er

• begeleidend personeel klasse 2B gaat na 10 jaar dienstanciënniteit in die functie over naar barema B2a

Begeleidend personeel klasse 2 B

B2b • tenminste een eindgetuigschrift van het hoger secundair onderwijs of een kwalifi-catiegetuigschrift van het hoger secundair beroepsonderwijs met een specifieke oriëntatie in een menswetenschappelijke richting

• het begeleidend personeel klasse 3 in dienst op 1 december 1991 na 10 jaar dienst anciënniteit in die functie

Begeleidend personeel klasse 3

B3 Eindgetuigschrift van het:• lager secundair onderwijs• hoger secundair beroepsonderwijs

Gebrevetteerde verpleeg-kundige

MV2 • brevet van verple(e)g(st)er

Sociaal, verpleegkundig, paramedisch en therapeu-tisch personeel

MV1 • hoger onderwijs met de wettelijk vereiste opleiding

kinderopvang • 11

Klasse Barema Minimale toegangsvereisten

Begeleidend en leidinggevend personeel

Diensthoofd in de erkende kinderdagverblijven 0.5 vol-tijdse eenheid per begonnen schijf van 50 plaatsen

B1b • ten minste houder van het diploma niet-universitair hoger onderwijs

Licentiaten en masters L1 univ • universitair hoger onderwijs

Directie in de erkende kinderdagverblijven

K3 • ten minste houder van het diploma niet-universitair hoger onderwijs

Geneesheer omni practicus G1 • universitair onderwijs met de wettelijk vereiste opleiding

Geneesheer specialist GS • universitair onderwijs met de wettelijk vereiste opleiding

12 • kinderopvang

kinderopvang • 13

Loon- en arbeidsvoorwaarden

LonenDe lonen in het PC 331.00 stijgen mee met de lonen van de ambtenaren. Dit gebeurt gemiddeld om de twee jaar. De meest recente indexering vond plaats op 1 juli 2017. Je vindt alle barema’s op onze sectorpagina.

Het systeem van verloning in de kinderopvang verschilt sterk van dat in andere sectoren. De verloning hangt niet enkel af van de functie, maar ook van de vorm van subsidiëring die het kinderdagverblijf ontvangt. Dit kan leiden tot complexe en verwarrende situaties. Hieronder vindt u een beknopte samenvat-ting van hoe het systeem in elkaar zit.

Allereerst een schets van hoe het subsidiesysteem in de kinderopvang eruit ziet:Hoeveel subsidies een kinderopvang ontvangt of niet, hangt af van het aantal openingsdagen, aantal plaatsen en het prijssysteem dat de opvang hanteert.

Allereerst kan een opvang niet voldoen aan de minimumvereisten voor subsidie of de subsidie weigeren. Deze opvang zit dan in trap 0.

Een kinderopvang die (minstens) 220 openingsdagen heeft, minstens het aantal kinderen opvangt waarvoor ze subsidiegerechtigd is en waar alle kinder-begeleiders – indien Nederlands niet de moedertaal is – een attest van actieve kennis van het Nederlands hebben, krijgt de basissubsidie, trap 1 genaamd. Voor gezinsopvang worden deze voorwaarden getoetst per onderneming, voor groepsopvang is dit per opvanglocatie.

Om subsidieniveau 2 (trap 2) te bereiken, moet je aan alle voorwaarden van trap 1 voldoen. Daarbij komen nog, onder andere, de volgende voorwaarden:• Minstens 20% van de opgevangen kinderen komen uit bepaalde gezinnen uit

14 • kinderopvang

specifieke doelgroepen of kwetsbare gezinnen. Deze moeten voorrang krijgen wat opvang betreft.

• De prijs van de opvang wordt bepaald op basis van het inkomen van het gezin. Dit om de opvang toegankelijk te maken voor iedereen.

Trap 2 wordt nog onderverdeeld in 2 stukken: trap 2a en trap 2b. De sociale partners en Vlaamse Regering zijn actief aan het werk aan een harmoniserings-proces om beide groepen gelijk te stellen, maar tot op vandaag bestaat er een belangrijk verschil tussen de twee groepen qua verloning, waarover hieronder meer. Dit verschil komt voort uit de berekeningsbasis van de subsidie, die de leeftijd van de medewerkers meeneemt.

De hoogste subsidietrap is trap 3. Hiervoor moet opnieuw aan alle voor-waarden van de vorige trappen voldaan worden, met nog enkele bijkomende voorwaarden. Hieronder enkele van de belangrijkste voorwaarden:• Een proactief opnamebeleid voor kwetsbare gezinnen en minstens 30% van

de opgevangen kinderen uit deze groep.• Een werking die afgestemd is op deze gezinnen.• Inspanningen leveren om kinderbegeleiders aan te werven uit kwetsbare

groepen.• Actief werken aan de participatie en verbondenheid in de buurt, met gezin-

nen, en medewerkers.

Een volledige lijst van alle criteria voor elke subsidietrap vind je op de website van Kind & Gezin.

De lonen zijn dus gekoppeld aan de subsidietrappen die hierboven beschreven werden. Wat betekent dit concreet voor de verloning?

Voor trap 0 en trap 1 bestaan er geen sectorale barema’s. In deze organisaties/opvangplaatsen geldt als minimumloon het gewaarborgd gemiddeld minimum maandinkomen.

kinderopvang • 15

Trap 2 is, zoals hierboven reeds beschreven, opgedeeld in twee. Dit heeft als gevolg dat er ook twee verschillende lonen gekoppeld zijn aan de barema’s. De sociale partners en de Vlaamse Regering hebben een harmoniseringsproces ingevoerd dat bestaat uit 7 fasen, waarna de lonen gelijk zullen liggen. Ten laatste in 2020 zal, dankzij investeringen uit VIA 5, fase 2 volledig uitgevoerd worden.

Wat trappen 2A en 3 betreft, zit er geen verschil in de verloning. Wat trappen 2A en 3 betreft, zit er geen verschil in de verloning. Deze barema’s vind je, net als de andere, terug op onze website.

16 • kinderopvang

kinderopvang • 17

Premies

EindejaarspremieVanaf 2020 krijgen alle werknemers een volwaardige 13de maand, met uitzondering van:• werknemers bij een kinderopvang trap 0 of trap 1;• werknemers bij een kinderopvang trap 2B. Voor deze groep is, net zoals met

de lonen het geval is, een groeipad voorzien.

Voor 2019 geldt nog steeds de volgende berekening: een vast geïndexeerd bedrag plus 7,57% van het jaarloon. Voor 2017 bedroeg het vast geïndexeerd bedrag 132,81 euro.

Toeslagen onregelmatige prestatiesVoor het werken op onregelmatige uren is een toeslag voorzien:• Voor werk op zaterdag: 1,59 euro/uur.• Voor werk op zondag 100%.• Voor werk op feestdag: 50%.• Onderbroken diensten (minstens 4 uur tussen): 20%.

Haard- en standplaatstoelageEen haardtoelage wordt toegekend:• aan het gehuwd of wettelijk samenwonend personeelslid, behalve wanneer

de toelage aan hun echtgeno(o)t(e) of partner wordt toegekend.• aan de andere werknemers, die één of meer kinderen ten laste hebben voor

wie ze kinderbijslag(en) ontvangen, behalve als zij samenwonen met een werknemer van het andere geslacht die de haardtoelage geniet.

18 • kinderopvang

Als beide partners werknemers zijn van eenzelfde instelling, wordt de haardtoe-lage toegekend aan degene die het laagste loon geniet. Bij gelijke jaarbe-dragen kunnen de partners met wederzijds akkoord bepalen wie van beiden begunstigde zal zijn van de haardtoelage.

Een standplaatstoelage wordt toegekend aan de werknemers die geen haard-toelage bekomen.

Maandlonen welke € 2 195,56 niet te boven gaan

Haardtoelage Standplaatstoelage

€ 100,39 € 50,19

Maandlonen welke hoger zijn dan € 2 195,56 doch 2 491,49 niet te boven gaan

Haardtoelage Standplaatstoelage

€ 50,19 € 25,10

Wanneer – door het overschrijden van de hoger vermelde maandlonen en het daaraan gekoppelde verlies van de volledige of gehalveerde toelage – de bezoldiging zou dalen, wordt het verschil toegekend onder de vorm van een gedeeltelijke toelage.De bedragen van de toelagen en de hoger vermelde grensbedragen zijn geac-tualiseerde cijfers, die gekoppeld zijn aan het indexcijfer.Bij deeltijdse prestaties worden zowel de toelagen als de grensbedragen pro rata verrekend.De haard- of standplaatstoelage wordt in maandelijkse schijven betaald, samen met het loon van de maand waarop zij betrekking heeft.

kinderopvang • 19

Arbeidsduur – Flexibiliteit

Minimale arbeidsduurDe minimale arbeidsduur van een werkdag kan naar 2 uur gebracht worden in plaats van 3 als:• Dit reeds door de betrokken werknemers gedaan werd voor 31 december

2008.• Dit verantwoord is door de beperkte omvang van het werk en deze prestaties

opgenomen zijn in het arbeidsreglement en voorzien zijn in het uurrooster.

FlexibiliteitMen mag op het einde van een trimester maximaal 50 uur overdragen naar het volgende trimester zonder dat dit effect heeft op de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van het semester. Deze periode van 6 maanden kan naar een jaar ge-bracht worden op ondernemingsniveau indien alle in de onderneming vertegen-woordigde representatieve werknemersorganisaties het akkoord ondertekenen. Op schriftelijke vraag van de werknemer, om tegemoet te komen aan de noden van specifiek te determineren diensten of in geval van onvoorziene omstandig-heden zoals vervanging bij ziekte of arbeidsongeschiktheid kan de periode van 11 uur rust tussen twee opeenvolgende shiften naar 9 uur gebracht worden indien een avondshift onmiddellijk gevolgd wordt door een ochtendshift.

20 • kinderopvang

Stabiele en voorzienbare uurroostersBij de opmaak van de uurroosters wordt er in drie fasen gewerkt:

Fase 1Een uurrooster heeft betrekking op 1 maand. Uiterlijk 3 maanden voor aanvang van de maand waarop het uurrooster betrekking heeft, wordt een voorlopig uurrooster opgemaakt op basis van een raadpleging van de werknemers en rekening houdend met de noden van de dienst. Deze planning mag geen bijkomende uren bevatten.

Fase 2Een uurrooster heeft betrekking op 1 maand. Uiterlijk 1 maand voor aanvang van de maand waarop het uurrooster betrekking heeft, is een wijziging van dit voorlopig uurrooster mogelijk met gemeenschappelijk akkoord van werkgever en werknemer behalve ingeval de wijziging is ingegeven door de noden van de dienst en op voorwaarde dat alle mogelijke oplossingen werden uitgeput. We spreken hier onder meer over de inzet van de mobiele equipe, waar een dergelijke mobiele equipe bestaat.

Fase 37 kalenderdagen voor de geplande uitvoering van een prestatie, is het uurroos-ter definitief en kan het alleen worden gewijzigd in gemeenschappelijk akkoord tussen werknemer en werkgever. De sociale en arbeidswetgeving, onder meer inzake het recht op betaling van overuren, wordt gerespecteerd.

kinderopvang • 21

Vervoerskosten

Woon-werkverkeerBij gebruik van een privé-vervoermiddel wordt vanaf de derde kilometer een vergoeding betaald door de werkgever. Deze vergoeding komt overeen met 80% van de bedragen in onderstaande tabel. U vindt de tabellen ook op onze website.

Afstand in km

Treinkaart voor 1 week

Treinkaart voor 1 maand

Treinkaart voor 3

maanden

Treinkaart voor 1 jaar Railflex

0-3 6,7 22,3 62,0 224,0 7,4

4 7,3 24,4 68,0 243,0 8,6

5 7,9 26,0 74,0 264,0 9,5

6 8,4 28,0 78,0 280,0 10,3

7 8,9 30,0 83,0 297,0 1110

8 9,4 31,0 88,0 314,0 11,6

9 9,9 33,0 93,0 331,0 12,1

10 10,4 35,0 98,0 348,0 12,6

11 11,0 37,0 103,0 366,0 13,1

12 11,5 38,5 108,0 383,0 13,6

13 12,1 40,0 113,0 402,0 14,2

14 12,6 42,0 118,0 420,0 14,6

15 13,1 43,5 122,0 436,0 15,0

16 13,6 45,0 127,0 455,0 15,5

17 14,1 47,5 132,0 472,0 15,9

22 • kinderopvang

Afstand in km

Treinkaart voor 1 week

Treinkaart voor 1 maand

Treinkaart voor 3

maanden

Treinkaart voor 1 jaar Railflex

18 14,6 49,0 137,0 489,0 16,4

19 15,3 51,0 142,0 507,0 16,9

20 15,8 53,0 147,0 524,0 17,3

21 16,3 54,0 152,0 542,0 17,7

22 16,8 56,0 157,0 560,0 18,2

23 17,4 58,0 162,0 579,0 18,7

24 17,9 59,0 167,0 596,0 19,1

25 18,4 62,0 172,0 614,0 19,5

26 19,1 63,0 177,0 632,0 20,2

27 19,5 65,0 182,0 650,0 20,6

28 19,9 67,0 187,0 667,0 21,0

29 20,6 68,0 191,0 684,0 21,3

Bij gebruik van fiets, motor- of bromfiets wordt 0,23 euro per kilometer bijge-dragen door de werkgever.

Verplaatsingen voor dienstredenenWoon-werkverkeer met openbaar vervoer wordt 100% terugbetaald door de werkgeverVoor verplaatsingen voor dienstredenen met een privé-voertuig wordt vanaf 1 juli 2018 0,3573 euro per kilometer betaald. Dit bedrag wordt jaarlijks op 1 juli geïndexeerd.Voor verplaatsingen met de fiets, motor- of bromfiets geldt ook hier een vergoe-ding van 0,23 euro per kilometer.

kinderopvang • 23

Verlofstelsels

FeestdagenElke werknemer heeft jaarlijks recht op 10 wettelijke betaalde feestdagen.• Nieuwjaar (1 januari)• Nationale feestdag (21 juli)• Paasmaandag• O.L.V. Hemelvaart (15 augustus)• Dag van de Arbeid (1 mei)• Allerheiligen (1 november)• O.L.H. Hemelvaart• Wapenstilstand (11 november)• Pinkstermaandag• Kerstdag (25 december)

Vrijstelling arbeidsprestatiesAlle werknemers in subsidietrappen 2A en 3 hebben recht op 2 extra dagen verlof per jaar.Werknemers in deze trappen hebben daarnaast vanaf de leeftijd van 35 recht op 5 dagen vrijstelling van arbeidsprestaties per jaar:• Vanaf 45 jaar wordt dit 12 dagen per jaar.• Vanaf 50 jaar wordt dit 24 dagen per jaar.• Vanaf 55 jaar wordt dit 36 dagen per jaar.

Voor werknemers die niet voltijds werken, wordt dit pro rata toegekend.

24 • kinderopvang

Gewettigde afwezigheid om dwingende familiale redenenWerknemers hebben recht op een niet-bezoldigde afwezigheid van maximum 10 dagen per jaar in de volgende gevallen:• ongeval, ziekte of overlijden van een afstammeling, van de echtgenoot of van

een andere persoon die tot het gezin behoort;• ongeval, ziekte of overlijden van een alleen levende vader, moeder of afstam-

meling;• noodzakelijkheid van bewaking van de kinderen van de werknemer;• aanzienlijke materiële schade aan de woning van de werknemer.

Deze dagen zijn, wat de sociale zekerheid betreft, gelijkgesteld met arbeidsdagen.

Men moet de werkgever hiervan vooraf op de hoogte brengen of, indien onmo-gelijk, hem onmiddellijk verwittigen.

De reden van de afwezigheid moet door gepaste documenten worden bewezen of, bij gebreke hieraan, door om het even welk ander rechtsmiddel.

De afwezigheid mag nooit minder bedragen dan één dag, tenzij men om één van hoger vermelde redenen zijn werk dringend moet verlaten.

In dat laatste geval wordt elke afwezigheid van meer dan 4 uren gelijkgesteld met een afwezigheid van een dag en elke afwezigheid van minder dan 4 uren, met deze van een halve dag. Alle reeds gepresteerde uren van die dag moeten vergoed worden.

TijdskredietHet gemotiveerd tijdskrediet geeft de werknemer met 24 maanden anciën-niteit de mogelijkheid zijn arbeidsprestaties voltijds, halftijds of met 1/5de te onderbreken gedurende 36 maanden voor het motief ‘opleiding’, of gedurende 51 maanden voor de motieven: ‘zorg voor het kind jonger dan 8 jaar’, ‘palliatie-

kinderopvang • 25

ve verzorging’, ‘zwaar ziek kind of familielid’ of ‘gehandicapt kind tot de leeftijd van 21 jaar’.

De werknemer moet zijn gemotiveerde aanvraag kunnen bewijzen.

Voor het gemotiveerd tijdskrediet betaalt de RVA wel een vergoeding om het inkomensverlies te compenseren.

De vermindering van arbeidsprestaties voor werknemers van 60 jaar of ouder, biedt aan personen die dat willen de kans om hun arbeidsritme te verminde-ren, naar het einde van hun loopbaan toe, door over te stappen, hetzij op een 4/5-tijds (voor de voltijdse werknemers of die een 4/5 tijdskrediet opnemen), hetzij op halftijds (voor personen die minstens 3/4-tijds zijn tewerkgesteld). Er is geen maximale duur voorzien. In dit geval is een bedrijfsanciënniteit van 24 maanden vereist (of minder indien de partijen dit overeenkomen) en moet men een beroepsloopbaan van 25 jaar kunnen aantonen.

Instappen in dit algemeen systeem van tijdskrediet eindeloopbaan geeft wel recht op een RVA vergoeding om het inkomensverlies te compenseren.

Het paritair comité 331.00 heeft van de mogelijkheid gebruik gemaakt om de leeftijd die toegang geeft tot de onderbrekingsuitkeringen te verlagen tot 55 jaar voor de werknemers die zich in een van de volgende situaties bevinden:• ze zijn op de aanvangsdatum van hun vermindering van prestaties tewerk-

gesteld in een onderneming die is erkend als zijnde in herstructurering of in moeilijkheden;

• op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever kunnen ze 35 jaar beroepsloopbaan als loontrekkende bewijzen, in de zin van de reglementering ‘werkloosheid met bedrijfstoeslag’;

• op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever waren ze:• ofwel ten minste 5 jaar gedurende de 10 voorgaande jaren tewerkgesteld

in een zwaar beroep;

26 • kinderopvang

• ofwel ten minste 7 jaar gedurende de 15 voorgaande jaren tewerkgesteld in een zwaar beroep;

• ofwel ten minste 20 jaar tewerkgesteld in een stelsel van nachtarbeid.

Onder ‘zwaar beroep’ wordt verstaan dat men heeft: gewerkt in ‘wisselende ploegen van 2 werknemers die zowel qua inhoud als qua omvang hetzelfde werk doen’.• gewerkt hebben in een uurrooster met onderbroken diensten waarbij de

werknemer permanent werkt in dagprestaties waarvan de begintijd en de eindtijd minimum 11 uur uit elkaar liggen met een onderbreking van min-stens 3 uur en minimumprestaties van 7 uur. Onder permanent verstaat men dat de onderbroken dienst de gewone arbeidsregeling van de werknemer vormt en dat hij niet occasioneel in een dergelijke dienst wordt tewerkgesteld;

• gewerkt in een arbeidsregime met nachtprestaties.

In het PC 331 heeft de werknemer wel recht om deze tijdskredietformule vanaf 50 jaar op te nemen onder de volgende vormen, echter zonder dat de RVA hiervoor een vergoeding betaalt:• halftijds op voorwaarde dat de werknemer een zwaar beroep heeft uitgeoe-

fend dat bovendien voorkomt in de lijst van de knelpuntberoepen;• 4/5-tijds als de werknemer een zwaar beroep heeft uitgeoefend of een 28-ja-

rige loopbaan kan voorleggen;• halftijds of 4/5-tijds wanneer het bedrijf van de werknemer erkend is als

onderneming in moeilijkheden of in herstructurering.

kinderopvang • 27

Eindeloopbaan (SWT/brugpensioen)

Regime Leeftijd/loopbaanvereiste Geldig tot

Algemeen stelsel Vanaf 62 jaar • mannen:40 jaar loopbaan• vrouwen:34 jaar loopbaan (2018)35 jaar loopbaan (2019)

Duur cao: tot 31.12.2018

SWT zwaar beroep Vanaf 59 jaar 35 jaar loopbaan

Duur cao: tot 31.12.2018

SWT nachtarbeid, bouw en zware beroepen

Vanaf 59 jaar 33 jaar loopbaan

Duur cao: tot 31.12.2018

SWT lange loopbaan Vanaf 59 jaar 40 jaar loopbaan

Duur cao: tot 31.12.2018

Landingsbaan (lange loopbaan, zwaar beroep of onderneming in herstructurering of moeilijkheden)

Vanaf 55 jaar 35 jaar loopbaan

Duur cao: tot 31.12.2018

28 • kinderopvang

kinderopvang • 29

Syndicale rechten

Syndicale premieDe premie bedraagt 80 euro per jaar voor werknemers die voltijdse syndicale bijdragen betalen. Werknemers die deeltijdse syndicale bijdragen betalen, krijgen 40 euro per jaar.

Om de volledige premie te ontvangen moet je van 1 januari tot 31 december gewerkt hebben in de sector en ten laatste op 1 april van dat jaar lid zijn bij een vakbond.

Wat moet je juist doen? Je ontvangt een attest van je werkgever. Breng dit ingevulde attest binnen bij je ACLVB- secretariaat. Het attest moet voorzien zijn van jouw lidnummer, je rekeningnummer en de datum waarop je lid werd.

Syndicale afvaardigingEen onderneming met minstens 20, maar minder dan 50 werknemers moet een syndicale afvaardiging inrichten wanneer de helft of meer van de werkne-mers van die onderneming daarom verzoekt.

Het aantal afgevaardigden per onderneming ligt als volgt vast:

Aantal werknemers Effectieven Plaatsvervangers

20 – 30 2 –

31 – 49 2 2

30 • kinderopvang

Om als afgevaardigde te mogen fungeren, moet men aan de volgende voor-waarden voldoen op de datum van de aanvraag tot oprichting van de syndicale afvaardiging:• ten minste zes maanden ‘halftime’ anciënniteit bezitten in de inrichting;• niet zijn opgezegd;• de pensioenleeftijd niet bereikt hebben;• minstens 19 uur/week in de inrichting zijn tewerkgesteld;• in de inrichting niet met een functie zijn belast die met deze van syndicale

afgevaardigde onverenigbaar is.

kinderopvang • 31

Tweede pensioenpijler

Van zodra men zes maanden ononderbroken gewerkt heeft in de Vlaamse Non-Profitsector wordt men aangesloten bij het Pensioenfonds. Wanneer de aangeslotene met pensioen gaat, kan deze aanspraak maken op het kapitaal dat het Fonds tijdens de loopbaan voor het lid opgespaard heeft. Bij een vroegtijdig overlijden wordt het opgespaarde kapitaal uitgekeerd aan de rechthebbende(n).

Het Fonds trad officieel in werking in 2011, dit heeft enkele gevolgen voor zowel de hoogte van de toekenningen als voor de manier van toekennen.

Periode 2006 – 2010Werknemers die op 1 januari 2010 of later in de sector hebben gewerkt, hebben recht op een toekening.Voor elk trimester voltijds werken wordt 10 euro op de pensioenspaarrekening gezet. Bij halftijds of minder is dit 5 euro.

32 • kinderopvang

Periode vanaf 2011Na 2011 zijn de bedragen afhankelijk van de organisatie waar men tewerk-gesteld is.

Pensioentoelage per trimester 2011 2012 2013 2014 –

20152016 – 2017

Gewerkt in organisatie NIET vrijgesteld van RSZ-bijdrage

€ 33,75 € 30,00 € 30,00 € 30,00 € 30,00

Gewerkt in organisatie vrijgesteld van RSZ-bijdrage

€ 6,00 € 5,00 € 13,50 € 12,00 € 13,76

Voor meer informatie kunt u terecht op de website van het Fonds: www.pensioensocialesector.org.

kinderopvang • 33

Proefproject werknemersstatuut voor onthaalouders

Sinds 2014 bestaat, in samenwerking tussen de Vlaamse Regering en sociale partners, een proefproject voor het toekennen van een volwaardig werkne-mersstatuut aan onthaalouders die zich in het ‘sui generis’ statuut bevinden. Het project zorgt ervoor dat onthaalouders, die heel wat rechten mislopen, een vast maandloon krijgen, samen met alle andere voordelen en rechten van een ‘gewone’ werknemer (premies, verlof, etc.). Zo creëren we een situatie van stabiliteit en zekerheid voor een grote groep onthaalouders die geen inkomensgarantie hebben en zo het risico lopen om door omstandigheden zelfs geen loon te krijgen.

Door het grote succes van het project werd in VIA 5 een uitbreiding ingezet. Zo wordt de groep die in aanmerking komt voor een werknemersstatuut uitgebreid van 120 VTE naar een totaal van 270 VTE.

Ben je geïnteresseerd om in te stappen in het project? Je kunt bij je werkgever solliciteren voor een job als onthaalouder in het nieuwe statuut. Dit is wel enkel mogelijk als de organisatie zich ingeschreven heeft in het project. Voor de nieu-we 150 VTE is er op het ogenblik van dit schrijven (augustus 2018) nog geen nieuwe oproep gelanceerd. We houden je op de hoogte wanneer het zover is.

34 • kinderopvang

Op dit ogenblik zijn de volgende organisaties ingeschreven:

Instelling VTE

Solidariteit voor het gezin VZW te Gent 8 VTE

Pavok VZW te Lennik 5 VTE

Landelijke kinderopvang VZW te Wijgmaal 36 VTE

Thuishulp VZW 14 VTE

Felies VZW 32 VTE

Dienst voor onthaalgezinnen VZW Leopoldsburg, Lommel, Ham 7 VTE

Gezinsbond Limburg VZW te Peer 5 VTE

De Bambis VZW te Wellen 5 VTE

OCMW Vereniging De Blauwe Lelie 6 VTE

OCMW Roeselare 3 VTE

OCMW Schoten 3 VTE

Solidariteit voor het gezin VZW te Gent 8 VTE

kinderopvang • 35

Vormingen

Elk ACLVB-lid kan bij vzw Comé, de vormingsdienst van de Liberale Vakbond, GRATIS vorming volgen. Dit kan onder betaald educatief verlof of onder syndicaal verlof.

Specifieke vorming Non-Profit voor afgevaardigdenDeze vorming is voor alle effectieve en plaatsvervangende leden van OR, CPBW en/of SD die werken in een Non-Profitsector.Tijdens deze residentiële vorming wordt ingegaan op specifieke regelgeving van de Non-Profit. Voor 2019 vallen de data op 14-16 januari en 14-15 maart.Inschrijven kan via de website van Comé: http://www.comé.be/aanbod/resi-dentieel-non-profit.

Syndicale vorming voor verkozenenLeden van de OR, CPBW en/of SD kunnen zich inschrijven voor een vorming rond de werking van deze organen. Dit zijn residentiële vormingen. Wie niet kan/wil overnachten, kan de vorming ook provinciaal volgen.

Andere vormingenOok voor niet-mandatarissen zijn interessante opleidingen voorzien. Enkele on-derwerpen zijn digitalisering & informatica, rechten en plichten, tax-on-web, … Alle informatie is beschikbaar op http://www.comé.be.

36 • kinderopvang

ICOBAICOBA staat voor Iedereen COmpetent in het Beheersen van Agressie en werd in 2004 door de sociale partners van het Sociaal Fonds voor de Vlaamse Opvoedings- en Huisvestingsinrichtingen (PC 319.01) boven de doopvont gehouden. Sinds 2010 is ICOBA ook in de kinderopvang actief.

Wat doet ICOBA? Het centrum stimuleert en ondersteunt organisaties om agressie structureel en integraal aan te pakken. Deze ondersteuning is vooral gericht op agressie tegen medewerkers.

kinderopvang • 37

Lid worden? Het is je geld waard!

Bij de Liberale Vakbond ben je geen nummer. Dat voel je meteen als je binnen-stapt.

Persoonlijke service, snelle betalingen• Je stelt je vragen over de berekening van je loon, belastingen, pensioen,

ziekte, invaliditeit, …?• Je wilt professioneel advies over welke richting je uit moet met je loopbaan?• Je hebt nood aan (juridische) bijstand in geval van conflict of ontslag? Lees

in dat geval ook ons Charter juridische geschillen.• Je wilt geholpen worden door een consulent in je zoektocht naar werk?• Je bent op zoek naar een vakbond die je (werkloosheids-)uitkering snel en

correct uitbetaalt?• Je wilt mooie momenten extra vieren met een geboorte- of adoptiepremie,

huwelijkspremie, premie voor samenwonenden of rustpremie?• Je wilt een deel van je lidgeld recupereren via een syndicale premie, voorzien

via je sector?

Dan kan je terecht bij een van de honderd ACLVB-kantoren, verspreid over het ganse land.

Sterk op het werkBij de ACLVB staat de dialoog voorop. Wij willen dat én de werknemer én het bedrijf erop vooruitgaan. Pas wanneer alle onderhandelingsmogelijkheden uitgeput zijn, gaan we tot actie over. Het engagement van onze afgevaardigden en militanten wordt bovendien ondersteund door een professioneel syndicaal team en andere specialisten.

Sterk in sociaal overlegTegenover politici, in de bedrijven, met sectorfederaties, … vertegenwoordigt de

38 • kinderopvang

Liberale Vakbond werknemers en uitkeringsgerechtigden op alle niveaus van het sociaal overleg. We leggen mee loonafspraken vast, ijveren voor werkbaar werk, vechten voor betere sociale uitkeringen en we beschermen je koopkracht.Blij met de indexering van je salaris? Ook dat is het resultaat van volgehouden inspanningen achter de schermen. Niet de luidste roepers, wel de vinnigste verdedigers, de ACLVB-onderhandelaars!

Je ledenbijdrage snel terugverdiendEen uitmuntende service en een doortastende verdediging van je belangen, voor minder gaan we niet. Daarbovenop geniet je van een overvloed aan voordelen. Met een lidmaatschap bij de ACLVB win je over de hele lijn! Met onze Merits & Benefits kaart heb je recht op tal van voordelen bij honderden handelaars, winkelketens en webshops!

LedenbijdragenDe maandelijkse ledenbijdragen zijn beschikbaar via http://www.aclvb.be/nl/ledenbijdragen.Voor studenten is het lidmaatschap helemaal gratis en krijg je er nog heel wat specifieke voordelen bovenop: gratis juridische bijstand voor studentenarbeid, info over jeugdvakanties, vakantiewerk, studietoelagen, studeren in het buiten-land, … en goedkoper reizen en winkelen.Overtuigd? Vul dan het lidmaatschapsformulier op de volgende pagina in of ga naar www.aclvb.be/nl/word-lid/registreren!

FacebookLike onze Facebook-pagina en volg het laatste nieuws over de Non-Profit via https://www.facebook.com/aclvbnonprofit/.

Ik wil lid worden van de ACLVB! voornaam

naam

straat + nr.

postcode + gemeente

tel./gsm

e-mail

geboortedatum

rijksregisternummer (achteraan op je identiteitskaart, enkel de cijfers invullen)

burgerlijke staat nationaliteit

taal ○ Nederlands ○ Frans

statuut 1 ○ arbeider ○ bediende ○ kader ○ jonge werknemer (−25 jaar)

○ werkloze ○ student ○ beroepsinschakelingstijd (BIT)

statuut 2 ○ voltijds ○ vrijwillig deeltijds ○ onvrijwillig deeltijds

naam bedrijf

straat + nr.

postcode + gemeente

waar aansluiten? ○ in de gemeente waar ik woon ○ in de gemeente waar ik werk

handtekening en datum

Bezorg dit formulier aan een ACLVB-kantoor of sluit je aan via de website

www.aclvb.be