Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het...

40
Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden Hieronder volgt een overzicht, per fonds, van de kansen die er nog zijn, gevolgd door een overzicht van de kansen, per fonds die verwacht worden in de toekomstige financieringsperiode (2014-2020). Het overzicht wordt maandelijks geupdate met nieuwe informatie, zoals over de invulling van calls voor de huidige periode en invulling van operationele programma’s voor de toekomstige periode. Klik op onderstaande links om direct bij de informatie van het betreffende programma te komen. Huidige periode (tot 2014), welke kansen zijn er nog: EFRO EFRO - OP-zuid EFRO – Go-Oost EFRO – SNN EFRO – Kansen voor West ESF INTERREG A, B en C ELFPO (POP) LIFE+ Europa voor de burger programma Leven Lang Leren Youth in Action Cultuur Grondrechten en Justitieprogramma Grondrechten en Burgerschapprogramma Daphne III Drugspreventie en Informatieprogramma Migratiefondsen Kaderprogramma voor Concurrentievermogen en Innovatie Programma voor ondernemerschap en innovatie (EIP) Programma voor ondersteuning van het ICT beleid (ICT) Intelligent Energy Europe (IEE) ELENA KP7 Verwachtingen toekomstige periode (2014-2020): Structuurfondsen EFRO PSVI INTERREG Programma voor sociale verandering en innovatie ELFPO (POP) LIFE Europa voor de burger programma ERASMUS FOR ALL Creative Europe Programma Justitie & Grondrecht en Burgerschap Europees Asiel- en migratiefonds & Interne Veiligheidsfonds HORIZON 2020

Transcript of Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het...

Page 1: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden Hieronder volgt een overzicht, per fonds, van de kansen die er nog zijn, gevolgd door een overzicht van de kansen, per fonds die verwacht worden in de toekomstige financieringsperiode (2014-2020). Het overzicht wordt maandelijks geupdate met nieuwe informatie, zoals over de invulling van calls voor de huidige periode en invulling van operationele programma’s voor de toekomstige periode. Klik op onderstaande links om direct bij de informatie van het betreffende programma te komen.

Huidige periode (tot 2014), welke kansen zijn er nog: EFRO EFRO - OP-zuid EFRO – Go-Oost EFRO – SNN EFRO – Kansen voor West ESF INTERREG A, B en C ELFPO (POP) LIFE+ Europa voor de burger programma Leven Lang Leren Youth in Action Cultuur Grondrechten en Justitieprogramma Grondrechten en Burgerschapprogramma

Daphne III Drugspreventie en Informatieprogramma

Migratiefondsen Kaderprogramma voor Concurrentievermogen en Innovatie Programma voor ondernemerschap en innovatie (EIP) Programma voor ondersteuning van het ICT beleid (ICT) Intelligent Energy Europe (IEE) ELENA KP7 Verwachtingen toekomstige periode (2014-2020): Structuurfondsen EFRO PSVI INTERREG Programma voor sociale verandering en innovatie ELFPO (POP) LIFE Europa voor de burger programma ERASMUS FOR ALL Creative Europe Programma Justitie & Grondrecht en Burgerschap Europees Asiel- en migratiefonds & Interne Veiligheidsfonds HORIZON 2020

Page 2: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

EFRO Algemeen Structuurfondsen Het regionaal beleid van de Europese Unie is vastgelegd in de Europa 2020 strategie. Om de doelstellingen uit dit beleid te halen is geld nodig. De structuurfondsen zijn bedoeld om deze doelstellingen op regionaal niveau te halen door subsidies toe te kennen aan bepaalde activiteiten. De Europese structuurfondsen hebben de volgende doelstellingen: Doelstellingen Europese structuurfondsen 1. Convergentie, cohesie en solidariteit gericht op de minst welvarende landen en regio’s. 2. Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid gericht op alle regio’s. 3. Europese territoriale samenwerking gericht op alle regio’s in de Europese Unie ter vergroting van de onderlinge samenwerking over de landsgrenzen. Er zijn drie structuurfondsen: • Cohesiefonds ( hier komt Nederland niet voor in aanmerking) • Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling ( EFRO) • Europees Sociaal fonds ( ESF). Nederland komt niet in aanmerking voor geld uit het Cohesiefonds. Het cohesiefonds is bedoeld om de minst welvarende regio’s en landen op hetzelfde niveau te brengen als de meer welvarende regio’s binnen de Europese Unie Nederland behoort niet tot de minst welvarende regio’s. Voor het bereiken van doelstelling 2 is er geld uit het EFRO en ESF fonds. Voor het bereiken van doelstelling 3 is alleen geld beschikbaar uit het EFRO fonds. Nederland komt in aanmerking voor de structuurfondsen ESF en EFRO. EFRO- regionaal concurrentievermogen Met geld uit het EFRO wil de Europese Unie het regionaal concurrentievermogen versterken. Hoe dat gebeurt wordt vooral op nationaal niveau bepaald. De EU heeft innovatie, kenniseconomie en ondernemerschap als belangrijkste thema’s vastgesteld. Nederland wil dit Europese beleid zo veel mogelijk laten aansluiten bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en besteding van de fondsen, wordt Europees beleid vertaald naar Nederlands beleid. Er zijn 4 regionale programma’s opgesteld waarin het Europees en nationaal beleid is vertaald in regionale prioriteiten. De management autoriteiten van deze programma’s beoordelen projectaanvragen en verstrekken subsidies voor de betreffende regio. Voor alle programma’s gelden een aantal overkoepelende eisen en doelstellingen zoals vastgesteld in het NSR. De overkoepelende prioriteiten waaraan alle projecten uit alle regio’s moeten bijdragen zijn: 1. Innovatie, ondernemerschap en kenniseconomie 2. Attractieve regio’s 3. Attractieve steden

Page 3: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

EFRO – Op-Zuid (laatste update: 22-8-2012) Met geld uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) wil de Europese Unie het regionaal concurrentievermogen versterken. Hoe dat gebeurt wordt vooral op nationaal niveau bepaald. De EU heeft, voor de periode 2007-2013, innovatie, kenniseconomie en ondernemerschap als belangrijkste thema’s vastgesteld. Nederland wil dit Europese beleid zoveel mogelijk laten aansluiten bij bestaand nationaal beleid. Er zijn vier regionale programma’s opgesteld waarin het Europees/nationaal beleid is vertaald in regionale prioriteiten. Op-Zuid is het programma voor Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. Op-Zuid heeft de volgende prioriteiten: 1. Kenniseconomie, ondernemerschap en innovatie 2. Attractieve regio’s 3. Stedelijke dimensie 2012/2013 Er is in principe geen geld meer beschikbaar voor projecten vanuit het EFRO – Kansen voor West programma. Er wordt wel verwacht dat er nog geld beschikbaar zal komen doordat bestaande projecten goedkoper uitvallen dan begroot. Op dit moment is nog niet duidelijk hoeveel geld er beschikbaar zal komen, naar alle waarschijnlijkheid wordt dit begin 2013 bekend. In prioriteit 3 is nog budget voor enkele stedelijke projecten, maar de desbetreffende steden zijn druk doende met het indienen van de laatste aanvragen, en zodoende het geld op te maken. Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie Meer informatie kunt u vinden op de website van Op-Zuid Contact Stimulus Programmamanagement Postbus 585 5600 AN EINDHOVEN Telefoon: 040 2370100 Email: [email protected]

Page 4: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

EFRO – Go-Oost (laatste update: 22-8-2012) Met geld uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) wil de Europese Unie het regionaal concurrentievermogen versterken. Hoe dat gebeurt wordt vooral op nationaal niveau bepaald. De EU heeft, voor de periode 2007-2013, innovatie, kenniseconomie en ondernemerschap als belangrijkste thema’s vastgesteld. Nederland wil dit Europese beleid zoveel mogelijk laten aansluiten bij bestaand nationaal beleid. Er zijn vier regionale programma’s opgesteld waarin het Europees/nationaal beleid is vertaald in regionale prioriteiten. Go-Oost is het programma voor Gelderland en Overijssel. Voor Go-Oost zijn deze prioriteiten: 1. Versterken in innovatiekracht, kenniseconomie en ondernemerschap 2. Versterken innovatieklimaat in de stedelijke netwerken 3. Versterken attractiviteit steden 2012/2013 Er is momenteel in zowel prioriteit 2 als prioriteit 3 nog budget, maar hiervoor hebben de stedelijke netwerken en steden aanvragen in voorbereiding. Met deze stedelijke netwerken en steden zal ook steeds meer worden bekeken in hoeverre de middelen daadwerkelijk worden benut en of er nog alternatieve projecten moeten worden voorbereid. Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie Meer informatie kunt u vinden op de website van Go-Oost. Contact Contact kunt u het beste opnemen met een woordvoerder van uw provincie of stad. Deze gegevens vindt u hier.

Page 5: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

EFRO – SNN (laatste update: 22-8-2012) Met geld uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) wil de Europese Unie het regionaal concurrentievermogen versterken. Hoe dat gebeurt wordt vooral op nationaal niveau bepaald. De EU heeft, voor de periode 2007-2013, innovatie, kenniseconomie en ondernemerschap als belangrijkste thema’s vastgesteld. Nederland wil dit Europese beleid zoveel mogelijk laten aansluiten bij bestaand nationaal beleid. Er zijn vier regionale programma’s opgesteld waarin het Europees/nationaal beleid is vertaald in regionale prioriteiten. Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) is het programma voor Friesland, Groningen en Drenthe. SNN heeft de volgende prioriteiten: 1. Innovatie, ondernemerschap en kenniseconomie 2. Attractieve regio’s 3. Attractieve steden 2012/2013 Er is in principe geen geld meer beschikbaar voor projecten vanuit het EFRO – SNN programma. Er wordt wel verwacht dat er nog geld beschikbaar zal komen doordat bestaande projecten goedkoper uitvallen dan begroot. Op dit moment is niet te zeggen hoeveel, waar en wanneer dat geld beschikbaar is. Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie Meer informatie kunt u vinden op de website van SNN Contact SNN Postbus 779 9700 AT Groningen Telefoon: 050 5224 900 Email: [email protected]

Page 6: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

EFRO – Kansen voor West (laatste update: 29-08-2012) Met geld uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) wil de Europese Unie het regionaal concurrentievermogen versterken. Hoe dat gebeurt wordt vooral op nationaal niveau bepaald. De EU heeft, voor de periode 2007-2013, innovatie, kenniseconomie en ondernemerschap als belangrijkste thema’s vastgesteld. Nederland wil dit Europese beleid zoveel mogelijk laten aansluiten bij bestaand nationaal beleid. Er zijn vier regionale programma’s opgesteld waarin het Europees/nationaal beleid is vertaald in regionale prioriteiten. Kansen voor West is het regionale programma voor de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland. Kansen voor West heeft de volgende prioriteiten: 1. Kennis, innovatie en ondernemerschap 2. Attractieve regio’s 3. Attractieve steden 2012/2013 Er is in principe geen geld meer beschikbaar voor projecten vanuit het EFRO – Kansen voor West programma. Er wordt wel verwacht dat er nog geld beschikbaar zal komen doordat bestaande projecten goedkoper uitvallen dan begroot. Op dit moment is niet te zeggen hoeveel, waar en wanneer dat geld beschikbaar is. Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie Meer informatie kunt u vinden op de website van Kansen voor West Contact Contact kunt u het beste opnemen met een woordvoerder van uw provincie of stad. Deze gegevens vindt u hier.

Page 7: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

ESF (laatste update: 06-08-2012) Het Europees Sociaal Fonds (ESF) is gericht op het verbeteren van de werkgelegenheid. Subsidies uit het ESF worden verdeeld aan de hand van een nationaal plan, het Operationeel Programma ESF. De prioriteiten in het nationaal programma zijn verdeeld in een aantal acties. Per actie kan, in het geval er nog budget beschikbaar is, subsidie worden aangevraagd. Prioriteit 1: Vergroten arbeidsaanbod Actie A: langdurig werklozen weer aan het werk Het subsidieplafond voor ESF Actie A voor gemeenten is bereik t. Nieuwe aanvragen worden niet meteen in behandeling genomen. Komt er alsnog budget vrij, dan wordt op volgorde van binnenkomst bekeken welke aanvraag voor subsidie in aanmerk ing komt. Actie J: bestrijden en voorkomen jeugdwerkloosheid Aanvragen van subsidie is niet meer mogelijk . Het aanvraagtijdvak is afgesloten. Prioriteit 2: bevorderen insluiting op de arbeidsmarkt (voor deze acties komen gemeenten niet in aanmerking) Prioriteit 3: vergroten aanpassingsvermogen en investeren in menselijk kapitaal Actie E: sociale innovatie/vitale bedrijven Subsidie aanvragen is niet meer mogelijk . Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie Meer informatie over het ESF en de beschikbare fondsen kunt u vinden op de website van AgentschapSZW Contact Agentschap SZW Postbus 93249 2509 AE Den Haag Telefoon: 070 315 2000

Page 8: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

INTERREG IV (laatste update: 29-08-2012) Het doel van de INTERREG programma’s is het bevorderen van Europese territoriale samenwerking. Dit gebeurt op 3 niveaus die elk een eigen naam en programma hebben. 1. Grensoverschrijdende samenwerking – INTERREG IVA 2. Transnationale samenwerking – INTERREG IVB 3. Interregionale samenwerking – INTERREG IVC Alle INTERREG programma’s worden betaald uit het EFRO fonds. De EU wil met deze programma’s de (economische) samenwerking en samenhang tussen regio’s in de hele EU verbeteren. 2012/2013 Er komt geen geld meer beschikbaar voor Interreg IVB, IVC. Voor enkele grensoverschrijdende programma’s onder Interreg IVA is zeer beperkt geld beschikbaar. Neem voor meer informatie contact op met het desbetreffende programmasecretariaat. Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie INTERREG IVA Duitsland-Nederland INTERREG IVA Vlaanderen-Nederland INTERREG IVA 2 Zeeën INTERREG IVA Maas-Rijn INTERREG IVB Noordzee INTERREG IVB Noordwest Europa INTERREG IVC Contact Wim Vergeer Agentschap NL Email: [email protected] Telefoon: 088 602 26 95

Page 9: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

ELFPO (POP) (laatste update: 13-08-2012) Onder het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid (GLB) is er beleid ontwikkeld dat de groei, werkgelegenheid en duurzame ontwikkeling in plattelandsgebieden moet stimuleren. Plattelandsontwikkeling is breder dan alleen landbouw en richt zich ook op waterbeheer, recreatie, milieu en landschap. Elke lidstaat heeft een plattelandsontwikkelingsprogramma (POP) opgesteld. In het POP zijn, op basis van de EU doelstellingen, vier Nederlandse prioriteiten vastgesteld: 1. verbetering van het concurrentievermogen van de land- en bosbouwsector 2. verbetering van het milieu en het platteland 3. verbetering van de leefbaarheid van het platteland en de diversificatie van de plattelandseconomie 4. het invoeren van de LEADER aanpak (bottum-up benadering voor lokale acties) 2012/2013 Prioriteit 3 (verbetering van het milieu en het platteland; verbetering van de leefbaarheid van het platteland en de diversificatie van de plattelandseconomie) en prioriteit 4 (het invoeren van de LEADER aanpak) zijn voor gemeenten het meest interessant. Er is voor beide prioriteiten geen geld meer beschikbaar. Wel bestaat er nog de kans dat er geld beschikbaar komt doordat projecten goedkoper uitvallen dan begroot. In september/oktober 2012 inventariseert Regiebureau POP per provincie hoeveel geld er nog verwacht wordt. Gemeenten worden geadviseerd bij hun eigen provincie navraag te doen over de mogelijkheden als zij plannen hebben voor een project. Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie Meer informatie vindt u op de website van Regiebureau POP. Contact Regiebureau POP Postbus 2755 3500 GT UTRECHT Tel: 030 - 275 6909 E-mail: [email protected]

Page 10: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Life+ (laatste update: 13-8-2012) LIFE is het financiële instrument van de Europese Unie ter ondersteuning van het milieu, natuur- en klimaatbeleid. Het Life+ programma heeft 3 pijlers: 1. Natuur en Biodiversiteit 2. Milieubeleid en Bestuur 3. Informatie en Communicatie 2012/2013 Voor 2012 is er 8,5 miljoen euro beschikbaar gesteld voor Life+ projecten in Nederland. De deadline voor aanvragen was op 26 september 2012. Minimaal 50% van de beschikbare subsidie gaat naar projecten in de pijler Natuur en Biodiversiteit. Ook wordt er bij de selectie gestreefd naar reservering van 15% van dit budget voor transnationale projecten. Projectvoorstellen die in 2012 werden ingediend kunnen vanaf 1 juli 2013 starten. In het voorjaar van 2013 wordt de zevende call gepresenteerd voor projecten in 2014. Deze Call zal naar verwachting ongeveer hetzelfde eruit zien als in 2012. Een datum voor de call is nog niet bekend. Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie Meer informatie kunt u vinden op de website van AgentschapNL. Contact Agentschap NL Postbus 8242 NL - 3503 RE Utrecht Tel: +31 (0)88 602 2730/7048 E-mail: [email protected]

Page 11: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Europa voor de Burger (laatste update: 22-8-2012) De Europese Unie wil bij alle burgers het gevoel vergroten dat zij Europese burgers zijn. Het programma heeft als doel actief Europees burgerschap te bevorderen door burgers en maatschappelijke organisaties te betrekken bij Europese integratie. Het programma “Europa voor de Burger” subsidieert een aantal acties die dit gevoel moeten bevorderen. Concreet betekent dit bijvoorbeeld het subsidiëren van stedenbanden, uitwisselingen, steun voor organisaties en aandacht voor actief Europees gedenken. 2012/2013 Binnen Europa voor de Burger zijn voor 2013 jaar dezelfde aanvraagmogelijkheden van toepassing als voor 2012. Gemeenten kunnen in een aantal acties en maatregelen een aanvraag indienen: • Actie 1, maatregel 1.1: Burgerbijeenkomsten in het kader van stedenbanden in totaal is er hiervoor nog een budget van € 5.896.000. De Commissie verwacht uit dit budget zo’n

440 projecten te kunnen financieren. • Actie 1, maatregel 1.2: Netwerken van partnersteden in totaal is er nog € 4.270.000 waaruit ongeveer 42 projecten gefinancierd kunnen worden. • Actie 1, maatregel 2.1 Burgerprojecten in totaal is er nog € 1.163.000 voor ongeveer 8 projecten • Actie 1, maatregel 2.2 Ondersteunende maatregelen (in vereniging/federatie) in totaal is er nog € 725.000 voor ongeveer 9 projecten In totaal is voor Actie 1 (alle maatregelen samen) € 12.054.000 gereserveerd, waaruit zo’n 500 projecten gefinancierd worden. • Actie 4 Actief Europees gedenken Voor Actie 4 is €2.414.000 gereserveerd, de Commissie verwacht zo’n 44 projecten te financieren. Toekomst De algemene doelstelling van een toekomstig programma (vanaf 2014) is “het gedenken te versterken en de capaciteit voor burgerparticipatie op het niveau van de Unie te vergroten”. Meer specifiek is het gericht op het stimuleren van debat, reflectie en samenwerking op het gebied van gedenken, integratie en geschiedenis van de Unie. Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie Meer informatie over het Europa voor de Burger programma in 2013 kunt u vinden in het werkprogramma van de Commissie: en op de website van SICA Contact SICA Postbus 57102 1040 BA Amsterdam Tel: SICA +31 (0)20 616 4225 E-mail: [email protected]

Page 12: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Leven Lang Leren Het Leven Lang Leren programma bestaat uit een gedeelte dat op nationaal niveau wordt beheerd (decentrale gedeelte) en een deel dat op Europees niveau wordt beheerd (centraal gedeelte). Het nationale agentschap beheert het Nederlandse, decentrale gedeelte. Het Executive Agency for Education, Audiovisual and Culture (EACEA) beheert het centrale gedeelte. Voor Nederlandse gemeenten zijn de kansen op subsidie binnen Leven Lang Leren beperkt. Leven Lang Leren bestaat uit een aantal programma’s waarvan een groot gedeelte niet voor overheden maar voor onderwijsinstellingen is bedoeld. Voor enkele onderdelen kunnen overheden wel subsidie aanvragen. Deze staan hieronder beschreven. Leonardo Da Vinci Leonardo Da Vinci projecten zijn onderverdeeld in 3 categorieën: mobiliteitsprojecten, partnerschappen en multilaterale projecten. Partnerschappen: Dit onderdeel wordt in het verlengde gezien van het onderdeel “transfer of p innovation”. Doel van dit onderdeel is dat verschillende partners (onderwijsinstellingen, overheden, bedrijven, sociale partners) samenwerkingsactiviteiten kunnen ontwikkelen. Dit kan om voort te borduren op al behaalde resultaten of om een innovatief project te starten. Het kan een eerste stap zijn op weg naar een “transfer of innovation”project. Transnationale mobiliteit: Onder dit onderdeel van het Leonardo Da Vinci programma vallen projecten die de mobiliteit van werknemers, organisaties en onderwijzers bevorderen. Onder mobiliteit wordt voornamelijk uitwisselingen, stages en trainingen verstaan. Dit om bijvoorbeeld persoonlijke ontwikkeling en kennisuitwisseling te stimuleren. Het onderdeel “people in labour market”, dat valt onder transnationale mobiliteit, is vooral interessant voor gemeenten Subsidie kan worden verkregen om stages en uitwisselingen van werknemers te organiseren. Multilaterale projecten: voorbereidende bezoeken, Studiebezoeken, Transfer of innovation. Transversaal programma Een centraal georganiseerd en beheerd programma is het transversaal programma. Dit programma is ontwikkeld ter ondersteuning van de overige programma’s binnen Leven Lang Leren. Projecten om de uitvoering van de eerder genoemde programma’s beter te laten lopen kunnen gesubsidieerd worden onder dit programma. Het gaat bijvoorbeeld om beleidsontwikkeling, verspreiden van resultaten, taalonderwijs, bevordering van samenwerking, ICT ontwikkelingen etc. Een voorwaarde om in aanmerking te komen is dat projecten twee of meer onderwijssectoren moet bestrijken. Meer over dit programma vindt u op de website van de Europese Commissie. Comenius programma Onder het Comenius programma komen gemeenten in aanmerking voor de onderwerpen “netwerken en multilaterale projecten”. Dit betekent dat een gemeente officieel partners kan zijn in een onderwijsproject met meerdere scholen in verschillende lidstaten. In de praktijk worden deze subsidies vooral toegekend aan onderwijsinstellingen. Als u projectideeën op dit gebied heeft, kunt u het beste zo snel mogelijk contact opnemen met het Nationaal Agentschap. Voor de overige acties binnen de subprogramma’s van Leven Lang Leren komen gemeenten niet in aanmerking. 2012/2013 Er zijn calls voor diverse onderdelen binnen LLL. Deze zijn te vinden via de website van de Europese Commissie: Meer informatie over het toekomstige programma Contact Nationaal agentschap Leven Lang Leren Voor informatie en advies over de decentraal beheerde programma’s. I: www.na-lll.nl

Page 13: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Youth in Action Het Youth in Action programma omvat een aantal speerpunten om jongeren meer te betrekken bij de Europese samenleving. Door het aanmoedigen van initiatief, ondernemingszin, creativiteit en samenwerking wil de EU zorgen dat jongeren meer en beter deelnemen aan de samenleving. Deze doelstellingen zijn uitgewerkt in een aantal activiteiten. Het is de bedoeling dat er zoveel mogelijk jongeren zelf deelnemen aan het programma. Het programma is dus in de eerste plaats gericht op jongeren zelf en niet op overige organisaties. Voor Nederlandse gemeenten betekent dit dat er alleen als “promoter” subsidie aangevraagd kan worden. Als promoter moet de gemeente bijvoorbeeld een studieweek, uitwisseling of project organiseren waaraan jongeren kunnen deelnemen. De volgende acties en subacties maken deel uit van het programma Niet-formeel leren Levert uw project een niet-formele buitenschoolse leerervaring op? Je maakt kans op subsidie als jongeren nieuwe vaardigheden en competenties opdoen in het project. Leren door te doen en te ervaren en daarop te reflecteren. Zo draagt een project bij tot de persoonlijke ontwikkeling, sociale betrokkenheid en actief burgerschap van jongeren.

Jongerenparticipatie Stimuleert uw project jongeren om actief te worden in de samenleving? Je maakt kans op subsidie als jongeren door het project ondernemerschap ontwikkelen, leren organiseren en leren samenwerken. Zorg dat jongeren vanaf het begin actief betrokken zijn bij het project. Geef ze verantwoordelijk voor de voorbereiding, de uitvoering en het vervolg.

Culturele diversiteit Leren jongeren door uw project andere culturen kennen? En komen ze meer te weten over hun eigen culturele identiteit? Breng jongeren met verschillende culturele, etnische en religieuze achtergronden bij elkaar. Door intensief met elkaar samen te werken, leren ze elkaars cultuur kennen en ontdekken ze verschillen en overeenkomsten. Hierdoor onstaat meer begrip en respect.

Jongeren in een achterstandssituatie Is uw project voor en door jongeren in een achterstandssituatie? En dan bedoelen we: jongeren die normaal niet zo snel meedoen aan een uitwisseling of een vrijwilligersproject, bijvoorbeeld omdat ze een beperking hebben, lager geschoold zijn of niet zoveel geld hebben. Project voor en door jongeren in een achterstandssituatie maken meer kans op subsidie.

Europees burgerschap Stimuleert uw project Europees burgerschap? Youth in Action stimuleert jongeren uit allerlei landen om samen te werken, initiatief te nemen, creatief te zijn en met elkaar actief deel te nemen aan de Europese maatschappij. Je maakt kans op subsidie als jouw project rekening houdt met de normen en waarden van de Europese Unie: wederzijds respect, gelijkheid, tolerantie, respect voor mensenrechten en bestrijding van discriminatie. 2012/2013 Er is nog subsidie beschikbaar. Naast de vaste prioriteiten van Youth in Action stelt de Europese Commissie elk jaar een aantal aanvullende prioriteiten vast. Bij de beoordeling van subsidieaanvragen wegen deze jaarprioriteiten mee. Voor 2013 zijn de volgende aanvullende prioriteiten bepaald:

• Projecten die jongeren bewust maken van hun rechten, plichten en mogelijkheden als burgers van de Europese Unie, in het kader van het Europees Jaar van de Burger.

• Projecten die bijdragen aan de bestrijding van jeugdwerkloosheid en die jongeren kansen geven om een actieve rol te spelen in de samenleving en op de arbeidsmarkt.

• Projecten die het ondernemerschap en de creativiteit van jongeren stimuleren. • Projecten die een gezonde leefstijl onder jongeren stimuleren, onder meer via outdoor- en

sportactiviteiten.

Meer informatie en contactgegevens vindt u via www.youthinaction.nl. Meer informatie over het toekomstige programma

Page 14: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Cultuur (laatste update: 13-08-2012) Met het programma Cultuur ondersteunt de EU kunst en culturele projecten. De EU wil met dit programma culturele uitwisseling en samenwerking stimuleren. Uiteindelijk moet dit leiden tot het versterken van gemeenschappelijk cultureel erfgoed om zo Europees burgerschap te bevorderen. Dit programma richt zich voornamelijk op uitwisseling tussen meerdere partners uit verschillende landen. Het cultuurprogramma bestaat uit drie delen:

• Ondersteuning culturele samenwerkingsprojecten • Ondersteuning voor organisaties die cultureel actief zijn op Europees niveau • Ondersteuning voor analyse, voor het verzamelen en verspreiden van informatie en voor het

optimaliseren van de effecten van projecten op het gebied van culturele samenwerking. 2012/2013 De oproep voor 2012 sloot op 3 oktober. In 2013 bestaat er nog de mogelijkheid financiering te krijgen voor samenwerkingsprojecten met projecten in Australië en Canada. De deadline hiervoor is 4 mei 2013. Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie Meer informatie over het cultuur programma van de Europese Unie kunt u vinden op de website van SICA. Contact SICA Postbus 57102 1040 BA Amsterdam Tel: SICA +31 (0)20 616 4225 E-mail: [email protected]

Page 15: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Grondrechten en Justitieprogramma (laatste update 13-08-2012) Een aantal fundamentele burgerrechten zijn leidend in de wetten en regelgeving van de EU. Om te stimuleren dat deze rechten nageleefd worden, is er het Grondrechten en Justitiepogramma. Onder deze noemer vallen een aantal subprogramma’s. I. Grondrechten en Burgerschapprogramma De EU wil een open, tolerante unie zijn waarin plaats is voor interculturele verschillen. Het grondrechten en burgerschapprogramma wil dit stimuleren door verschillende acties te subsidiëren. 2012/2013 De calls of proposals voor 2013 in het Grondrechten en Burgerschapsprogramma worden gepresenteerd in het jaarlijkse werkprogramma van de Europese Commissie. Er wordt niet verwacht dat dit werkprogramma eerder dan halverwege het tweede halfjaar van 2012 zal worden aangenomen. Desondanks wordt er verwacht dat het programma er grotendeels hetzelfde uit zal zien als in 2012. En nieuwe lijst van de calls of proposals in 2013 wordt eind 2012/begin 2013 verwacht. Meer informatie Meer informatie over dit programma kunt u vinden op de website van de Europese Commissie. II. Daphne III Daphne III is opgericht om geweld tegen vrouwen, kinderen en jongeren te bestrijden en te voorkomen. Een hoog niveau van welzijn en sociale controle is hierbij het uiteindelijke doel. 2012/2013 De calls of proposals voor 2013 in Daphne III worden gepresenteerd in het jaarlijkse werkprogramma van de Europese Commissie. Er wordt niet verwacht dat dit werkprogramma eerder dan halverwege het tweede halfjaar van 2012 zal worden aangenomen. Alle calls of proposals worden gepubliceerd op de website van de Europese Commissie: Meer informatie Voor meer informatie over Daphne III kunt u contact opnemen met: [email protected] III. Drugpreventie en informatieprogramma Dit programma heeft als doel het drugsgebruik over de hele EU terug te dringen. Projecten die deze doelstelling helpen bereiken kunnen subsidie krijgen. Het gaat hierbij om projecten die niet langer dan 3 jaar duren en een partnerschap bevatten tussen organisaties uit ten minste twee landen. 2012/2013 Ook in 2013 zijn er weer mogelijkheden in het Drugspreventie en informatieprogramma. De calls of proposals worden gepresenteerd in het jaarlijkse werkprogramma van de Europese Commissie. Er wordt niet verwacht dat dit werkprogramma eerder dan halverwege het tweede halfjaar van 2012 zal worden aangenomen. Meer informatie Voor meer informatie over het Drugpreventie en informatieprogramma kunt u contact opnemen met: [email protected] Meer informatie over het toekomstige programma

Page 16: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Europese Migratiefondsen (laatste update: ok tober 2012) Tussen de verschillende lidstaten is momenteel nog veel verschil in migratiebeleid. De migratiefondsen hebben daarom tot doel een eenduidig, Europa breed beleid te creëren. Elk land heeft een programmadocument waarin de nationale prioriteiten binnen het fonds zijn vastgesteld. Onder de noemer migratiefondsen (het nationale gedeelte) vallen 3 fondsen waar gemeenten voor in aanmerking komen:

• Het Europees Vluchtelingenfonds (EVF) • Het Europees Integratiefonds (EIF) • Het Europees Terugkeerfonds

2012/2013 Voor EVF zal in 2013 een call for proposals worden geopend. De datum is nog niet bekend. Voor EIF 2013 is voor de jaartranche 2013 ongeveer 3.6 miljoen subsidie beschikbaar. Op dit moment is nog niet bekend welke acties in het jaarprogramma 2013 zullen worden opgenomen en voor subsidie in aanmerking zullen komen. Naar alle waarschijnlijkheid zal hierover eind van dit jaar meer duidelijkheid zijn. Toekomst Het aantal fondsen op het gebied van Binnenlandse Zaken wordt teruggebracht naar twee: Asiel- en Migratiefonds en Interne Veiligheidsfonds. Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie Meer informatie over de migratiefondsen en de beschikbare fondsen kunt u vinden op de website van de Rijksoverheid

Page 17: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Kaderprogramma voor Concurrentievermogen en Innovatie (laatste update: 29-08-2012) De EU wil een kenniseconomie zijn waar innovatie, werkgelegenheid en concurrentievermogen voorop staan. Eén van de programma’s die dit moet bevorderen is het Kaderprogramma voor Concurrentievermogen en Innovatie (CIP). Dit kaderprogramma bestaat uit drie programma’s. Meer informatie over het toekomstige programma Programma voor ondernemerschap en innovatie (EIP) Het overgrote deel van het budget van het kaderprogramma gaat naar het programma voor ondernemerschap en innovatie. Het programma richt zich voornamelijk op ondernemers. Meer informatie Voor meer informatie en contact kunt u terecht bij het Enterprise Europe Network en AgentschapNL Programma voor ondersteuning van het ICT beleid (ICT) Dit programma stimuleert de ontwikkeling en het gebruik van innovatieve ICT-toepassingen en digitale content door burgers, overheden, en bedrijven (m.n. MKB) . 2012/2013 De call voor 2012 is gesloten. Voor 2013, het laatste jaar, is nog ongeveer 150 miljoen euro beschikbaar. De call zal waarschijnlijk december 2012 of januari 2013 open gaan. Meer informatie Meer informatie kunt u vinden op de website van AgentschapNL Contact AgentschapNL Ramon Rentmeester Telefoon: 088 602 56 16 E-mail: [email protected] Intelligent Energy Europe (IEE) Het IEE richt zich op energiebesparing en duurzame energie. Het gaat hierbij om niet technologische projecten. 2012/2013 De call voor 2012 is gesloten. In 2013 zal een nieuwe call worden geopend. Dit gebeurt meestal rond eind januari. Meer informatie Meer informatie kunt u vinden op de website van AgentschapNL Contact Kathrin Braun Telefoon: 088 602 58 08 E-mail: [email protected]

Page 18: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

ELENA Via ELENA kunnen gemeenten een lening krijgen voor het uitwerken en uitvoeren van een projectplan dat een grootschalige investering bevat. Meer informatie Meer informatie kunt u vinden op de website van AgentschapNL Contact Kathrin Braun Telefoon: 088 602 58 08 E-mail: [email protected]

Page 19: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

KP7 (laatste update: 29-08-2012) De EU streeft naar een kenniseconomie. Het vij fde kaderprogramma (KP5, voorloper van het huidige KP7 programma) is een belangrijke peiler om dit te realiseren. De EU wil de wetenschap en het bedrijfsleven uitdagen om oplossingen te bedenken voor belangrijke maatschappelijke vraagstukken. Bijvoorbeeld op het terrein van milieu, vergrijzing en zorg en duurzame energie. Het programma bestaat uit vier hoofdprogramma’s; samenwerken, ideeën, mensen en capaciteiten. 2012/2013 Op 10 juli 2012 zijn de laatste calls for proposals gelanceerd. De Europese commissie (EC) stelt € 8,1 miljard beschikbaar in het Zevende Kaderprogramma voor bedrijven en organisaties die zich bezighouden met onderzoek en innovatie. Een overzicht van alle calls for proposals is te vinden op de website van AgentschapNL. Toekomst Het KP7 programma zal vanaf 2014 opgaan in een nieuw fonds, het Horizon 2020 programma. Meer informatie over het toekomstige programma Meer informatie Meer informatie kunt u vinden op de website van AgentschapNL Contact Expertisecentrum internationaal Onderzoek en Innovatie (EiOI) Telefoon: 088 602 52 50 E-mail: [email protected]

Page 20: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Toekomstige Financieringsperiode (2014-2020)

Page 21: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Structuurfondsen 2014-2020 (laatste update: 24 juli 2012) Informatie over de structuurfondsen in de huidige periode vindt u hier) Ook in de toekomstige periode kunnen we weer structuurfondsen verwachten. Al is de verwachting dat het wel minder zal zijn (ruwe schatting is ongeveer 2/3 van het huidige budget) Het regionaal beleid van de Europese Unie is vastgelegd in de Europa 2020 strategie. Deze strategie bevat 3 groeilijnen: - slimme groei (verhogen van concurrentiekracht en innovatievermogen), - duurzame groei (verbeteren van het milieu, omgaan met – gevolgen van – klimaatverandering), - inclusieve groei (sociale samenhang, omgaan met – gevolgen van – demografische ontwikkelingen). Om de doelstellingen uit dit beleid te halen is geld nodig. De structuurfondsen zijn bedoeld om deze doelstellingen op regionaal niveau te halen door subsidies toe te kennen aan bepaalde activiteiten. De Europese structuurfondsen hebben de volgende doelstellingen: Doelstellingen Europese structuurfondsen 1. Convergentie, cohesie en solidariteit gericht op de minst welvarende landen en regio’s. 2. Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid gericht op alle regio’s. 3. Europese territoriale samenwerking gericht op alle regio’s in de Europese Unie ter vergroting van de onderlinge samenwerking over de landsgrenzen. Er zijn drie structuurfondsen: • Cohesiefonds ( hier komt Nederland niet voor in aanmerking) • Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling ( EFRO), waaronder interreg • Europees Sociaal fonds ( ESF). Wat is nieuw? In het toekomstige Cohesiebeleid (in Nederland EFRO, ESF en Interreg) 2014-2020 wil de Europese Commissie meer inhoudelijke focus op de Europese strategische visie Europe 2020. Om meer inhoudelijke focus te krijgen, met andere woorden ervoor te zorgen dat alle projecten die gefinancierd worden door structuurfondsen bijdragen aan de groeilijnen en elkaar kunnen versterken, heeft de Europes Commissie elf thema’s gegeven, als een soort menukaart, waarop de fondsen mogen worden ingezet. De conceptverordeningen bieden de ruimte om te kiezen uit de elf thematische doelstellingen. Deze ruimte is echter niet voor alle fondsen onbeperkt. In de tabel (met dank aan ERAC) staat de keuzeruimte voor EFRO, de drie Interreg-programma’s en ESF bijeen. De 11 thema’s zijn: 1. Onderzoek, technologische ontwikkeling, innovatie 2. ICT 3. Concurrentiekracht MKB 4. Low carbon economie 5. Klimaatverandering, risicopreventie en –beheer 6. Bescherming milieu, efficiënt gebruik hulpbronnen 7. Duurzaam vervoer, knelpunten netwerkinfrastructuur 8. Werkgelegenheid, arbeidsmobiliteit 9. Sociale inclusie, bestrijding armoede 10. Onderwijs, vaardigheden, leven lang leren 11. Institutionele capaciteit, doelmatig openbaar bestuur

Page 22: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Verder heeft de Europese Commissie nog enkele extra (focus)vereisten voor welvarende lidstaten, dus ook voor Nederland, toegevoegd: Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) - Minimaal 80% van de middelen moet worden bestemd voor drie voorgeschreven thema’s, zijnde (1) versterking van onderzoek, technologische ontwikkeling en innovatie, (3) verbetering van het concurrentievermogen van het mkb, en (4) steun voor de overgang naar een koolstofarme economie in alle bedrij fstakken; - Ten minste 20% van de middelen moet worden bestemd voor thema 4. Grensoverschrijdende samenwerking (Interreg A) - Alle middelen moeten worden bestemd voor maximaal vier thema’s. Transnationale samenwerking (Interreg B) - Alle middelen moeten worden bestemd voor maximaal vier thema’s. Interregionale samenwerking (Interreg C) - Geen beperking of voorschrift, alle thema’s kunnen worden gekozen. Europees Sociaal Fonds (ESF) - (Minimaal) 80% van de middelen moet worden bestemd voor maximaal vier investeringsprioriteiten; - Ten minste 20% van de middelen moet worden bestemd voor thema 9, bevordering van sociale insluiting en bestrijding van armoede.

Page 23: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Structuur: De structuur van de huidige periode wordt aangehouden. Dat wil zeggen voor EFRO doelstelling 2 opnieuw 4 landsdelige Operationele Programma’s (Noord, Zuid, Oost en West), 1 programma voor ESF bij het agentschap SZW en voor interreg opnieuw een verdeling tussen de Eurregio’s (interreg A) en Agentschap NL (B en C) Proces:

• Het ministerie van EL en I onderhandeld in de Europese Raad. De instructies worden afgestemd in een interbestuurlijk dossierteam, waar VNG, IPO, G32, G4 en relevante ministeries vertegenwoordigd zijn.

• 1 november 2012 concept Partnerschapscontract (PA) (tussen nationale en decentrale overheden en andere relevante partners) en Operationele Programma’s gereed (’80%’)

• 11-10 en 6-12 volgende Bestuurlijke Overleggen (tussen nationale en decentrale bestuurders)

• 1 maart 2013 PA en OP door lidstaat vastgesteld • 1 juli 2013 PA en OP goedgekeurd door EU

De onderhandelingen hangen sterk samen met de onderhandelingen over het Meerjarig Financieel Kader. Meer informatie: http://ec.europa.eu/regional_policy/what/future/index_nl.cfm

Page 24: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Programma voor sociale verandering en innovatie (laatste update: 24 juli 2012) Informatie over het huidige programma vindt u hier Het programma voor sociale verandering en innovatie is het instrument van de Europese Unie voor wekgelegenheid en sociaal beleid in de EU. Het ondersteunt onder andere beleidscoördinatie, capaciteitsopbouw, verspreiden van goede voorbeelden en het testen van innovatief beleid, met als doel om de meest succesvolle maatregelen op te schalen met steun vanuit het Europees Sociaal Fonds (ESF). Daarbij kan onder andere gedacht worden aan de ontwikkeling van socialezekerheidsstelsels, ondersteuning van arbeidsmarkten, beleidshervormingen en modernisering van EU-wetgeving. Maar ook aan het verbeteren van geografische mobiliteit en arbeidskansen en de toegankelijkheid van microfinanciering voor kwetsbare groepen en micro-ondernemingen.

Voorgesteld budget:

• Totaalbudget: € 958,19 miljoen euro

• Progress: € 574 miljoen

• Eures: € 20 miljoen

• Microfinancieringsfaciliteit: € 192 miljoen

Het overige bedrag wil de Commissie flexibel inzetten voor jaarlijkse prioriteiten (5%) en administratieve kosten. Nieuw:

• Het programma voor sociale verandering en innovatie van de Europese Unie is opgebouwd uit drie bestaande instrumenten:

- Progress (programma voor werkgelegenheid en maatschappelijke solidariteit) - Eures (Europees banennetwerk/bemiddelingsdienst) - Progress microfinancieringsfaciliteit

• Binnen Progress wordt geld beschikbaar gesteld voor sociale innovatie en experimenten met

betrekking tot het testen van innovatief beleid op kleine schaal. Pijlers: Progress Progress richt zich op:

- ontwikkelen en verspreiden van hoogwaardige vergelijkbare analytische kennis op het gebied van werkgelegenheids- en sociaal beleid en de wetgeving inzake arbeidsvoorwaarden

- bevorderen informatie-uitwisseling en dialoog over het werkgelegenheids- en sociaal beleid en de wetgeving inzake arbeidsvoorwaarden van de Unie op Europees, nationaal en internationaal niveau.

- ondersteunen van beleidsmakers om hervormingen te toetsen van het sociaal en arbeidsmarktbeleid, vergroten van de capaciteit van de belangrijkste actoren voor het ontwikkelen en uitvoeren van sociale experimenten, en toegankelijk maken de relevante kennis en deskundigheid.

Page 25: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

- ondersteunen van Europese en nationale organisaties t.b.v. een verbeterde uitvoering van het werkgelegenheids- en sociaal beleid en de wetgeving inzake arbeidsvoorwaarden van de Unie te stimuleren.

Eures Eures ondersteunt:

- het transparant maken van aanvragen en aanbiedingen van werk en alle gerelateerde informatie voor werkzoekenden en werkgevers;

- het ontwikkelen van diensten voor de werving en plaatsing van werknemers door het tot elkaar brengen en de compensatie van aanbiedingen en aanvragen voor werk op Europees niveau. Eures doet dit met behulp van de website Europees portaal voor beroepsmobiliteit waarop vacatures gepubliceerd worden. Daarnaast geeft Eures informatie en advies op nationaal en grensregionaal niveau.

Microfinanciering en sociaal ondernemerschap

1. De toegang tot en beschikbaarheid van microfinanciering verbeteren voor:

o personen die hun baan verloren hebben of dreigen te verliezen of die moeilijk toegang krijgen tot of kunnen terugkeren op de arbeidsmarkt, alsook personen die met sociale uitsluiting worden bedreigd of kwetsbare personen die qua toegang tot de traditionele kredietmarkt in een nadelige positie verkeren en die hun eigen micro-onderneming wensen op te richten of uit te breiden;

o micro-ondernemingen, met name die waar de in punt a) bedoelde personen in dienst

zijn;

2. De institutionele capaciteit van microkredietverstrekkers opbouwen;

3. De ontwikkeling van sociale ondernemingen ondersteunen, met name door de toegang tot financiering te verbeteren.

Proces Op dit moment wordt er over het voorstel gesproken in de Raad en het Europees Parlement. De beslissing over het definitieve budget hangt nauw samen met de onderhandelingen over het Meerjarig Financieel Kader. Meer informatie • Voorstel van de Europese Commissie • Website van de Europese Commissie Contact Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus 90801 2509 LV Den Haag Tel.: 070-33 35317 E-mail: [email protected]

Page 26: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

ELFPO (POP) (Laatste update ok tober 2012) Meer informatie over het huidige programma ELFPO is het Europese Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling en is onderdeel van het Europees landbouwbeleid (GLB). Op basis van het ELFPO stelt elke lidstaat een eigen programma voor plattelandsontwikkeling op. In Nederland heet dit programma POP. De belangrijkste Europese doelstellingen voor het ELFPO 2014-2020 zijn: • een concurrerende landbouw; • een duurzaam beheer van de natuurlijke hulpbronnen en klimaatactie; • een evenwichtige territoriale ontwikkeling van de plattelandsgebieden.

Voorgesteld budget: Ruim 100 miljard voor alle lidstaten gezamenlijk. Nieuw:

• De huidige structuur met vier assen wordt losgelaten. • Grote nadruk op samenwerking (zoals binnen het Europese en nationale plattelandsnetwerk

en via een innovatienetwerk. Acties: POP kent een groot aantal maatregelen. De lidstaten stellen ieder een of meerdere (regionale) plattelandsontwikkelingsprogramma’s op, waarin zij een aantal maatregelen kiezen die samen bijdragen aan de algemene EU-doelstellingen voor het ELFPO. De maatregelen van het ELFO betreffen onder andere: * Acties inzake kennisoverdracht en voorlichting * Kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen * Aanloopsteun voor jonge landbouwers * Investeringen in niet-agrarische activiteiten van landbouwers * Basisdiensten en dorpsvernieuwing in plattelandsgebieden * Investeringen in de ontwikkeling van het bosareaal en verbetering van de rendabiliteit van de bossen * Agromilieu- en klimaatsteun * Biologische landbouw * Betalingen in het kader van de Natura 2000-richtlijn en de kaderrichtlijn water * Betalingen voor gebieden met natuurlijke of andere specifieke beperkingen * Dierenwelzijn Het Nederlandse kabinet heeft aangegeven met name te willen inzetten op agrarische activiteiten, en niet op bijvoorbeeld basisdiensten en dorpsvernieuwing in plattelandsgebieden. Speerpunten zijn daarbij innovatie, duurzaamheid en concurrentiekracht. Leader Ook lokale actiegroepen die via bottum-up initatieven een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de leefomgeving in plattelandsgebieden kunnen via Leader weer financiering aanvragen.

Page 27: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Proces In de loop van 2013 zal er een nieuw Plattelandsontwikkelingsprogramma worden geschreven, zodat het POP3 op 1 januari 2014 van start kan gaan. De loop van het proces hangt echter nauw samen met de budgetonderhandelingen voor het meerjarig financieel kader voor deze periode. Meer informatie Website Regiebureau POP Contact Het Regiebureau POP T: 030 - 275 6909 E:[email protected] I: http://www.regiebureau-pop.eu/nl/info/1/

Page 28: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

LIFE (laatste update: 24 juli 2012) Meer informatie over het huidige programma LIFE is het financiële instrument van de Europese Unie ter ondersteuning van het milieu, natuur- en klimaatbeleid. Voorgesteld budget:

• Totaalbudget: € 3,618 miljard

• Deelprogramma Milieu: € 2,713.500 miljard

• Deelprogramma Klimaat: € 904.500 miljoen

Er wordt momenteel gesproken over de verdeling van het budget en de criteria daarvoor. Daarbij gaat het onder andere over nationale allocatie versus een verdeling op basis van een geografische balans. Nieuw:

Nieuwe aspecten van het toekomstige LIFE-programma zijn onder meer:

• het nieuwe programma zal uit twee deelprogramma’s bestaan: milieu en klimaatverandering

• een duidelijker vaststelling van prioriteiten voor meerjarige werkprogramma's

• nieuwe mogelijkheden om programma's op grotere schaal uit te voeren via geïntegreerde projecten die kunnen helpen andere EU-, nationale en private middelen in te zetten voor milieu- en klimaatdoelstellingen

Acties: Subprogramma Milieu :

• Milieu en efficiënt hulpbronnengebruik : is toegespitst op innovatievere oplossingen voor een betere tenuitvoerlegging van het milieubeleid en de integratie van milieudoelstellingen in andere sectoren.

• Biodiversiteit: is gericht op goede praktijken om het biodiversiteitsverlies tegen te gaan en

ecosysteemdiensten te herstellen. Zwaartepunt blijft liggen op steun voor Natura 2000-gebieden, met name via geïntegreerde projecten die aansluiten bij de prioritaire actiekaders van de lidstaten (zoals beschreven in het nieuwe werkstuk van de Commissie over de financiering van Natura 2000).

• Milieubeheer en informatie: is gericht op kennisdeling, de verspreiding van

goede praktijken, betere naleving en bewustmakingscampagnes. Subprogramma Klimaat:

• Matiging van de k limaatverandering, dat het verminderen van broeikasgasemissies tot doel heeft.

• Aanpassing aan de k limaatverandering, waarmee meer weerbaarheid tegen klimaatverandering wordt nagestreefd.

Page 29: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

• Klimaatbeheer en informatie, gericht op bewustmaking, communicatie,

samenwerking op het gebied van acties voor de matiging van en de aanpassing aan de klimaatverandering en de verspreiding van zulke acties.

Financiering Subsidies voor het financieren van projecten blijven de belangrijkste soort van interventie in het kader van het programma. Subsidies voor ngo's en andere organisaties zijn nog steeds mogelijk en er is ook ruimte voor bijdragen aan innovatieve financiële instrumenten. Proces Onder het Cypriotisch voorzitterschap wordt in de Raadswerkgroepen verder gesproken over het voorstel. In het najaar zal het in het Europees Parlement worden besproken. Meer informatie Voorstel van de Europese Commissie Website Life+ Contact Agentschap NL Postbus 8242 NL - 3503 RE Utrecht Tel: +31 (0)88 602 2730/7048 E-mail: [email protected]

Page 30: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Europa voor de Burger Meer informatie over het huidige programma De algemene doelstelling van een toekomstig programma is “het gedenken te versterken en de capaciteit voor burgerparticipatie op het niveau van de Unie te vergroten”. Meer specifiek is het gericht op het stimuleren van debat, reflectie en samenwerking op het gebied van gedenken, integratie en geschiedenis van de Unie. Men wil het inzicht en het vermogen van de burgers om deel te nemen aan de beleidsvorming van de EU en de mogelijkheden om solidariteit en maatschappelijke betrokkenheid te tonen en vrijwilligersactiviteiten op het niveau van de Unie te ontplooien stimuleren. Het wil de grote groep burgers bereiken die normaal gesproken niet proberen invloed uit te oefenen op EU- aangelegenheden of eraan deel te nemen. Voorgesteld budget: € 229 miljoen Nieuw:

• Voorkeur voor projecten met een grote impact, met name wanneer die rechtstreeks verband houden met beleid van de Unie, zodat wordt bijgedragen aan de vormgeving van de beleidsagenda van de Unie.

• Belangrijk zijn netwerkvorming en multiplicatoreffecten, waaronder het gebruik van

geavanceerde ICT en sociale media.

• Meer dan eerst gericht op EU-beleidsvraagstukken en burgerparticipatie en minder op interculturele uitwisseling

Onderdelen: Onderdeel 1: Gedenken en Europees burgerschap Ondersteunt activiteiten gericht op reflectie over gemeenschappelijke waarden in ruimste zin, met inachtneming van diversiteit. Bijvoorbeeld initiatieven die betrekking hebben op de oorzaken van totalitaire regimes in de moderne Europese geschiedenis en ter herdenking van de slachtoffers. Ook andere ijkpunten in de recente Europese geschiedenis moeten hierbij opgenomen worden. Voorkeur voor acties ter bevordering van verdraagzaamheid en verzoening, gericht op de jongere generatie. Onderdeel 2: Democratische betrokkenheid en burgerparticipatie Steunt activiteiten die burgerparticipatie in de ruimste zin bestrijken, met speciale aandacht voor methoden waarmee een duurzaam resultaat op lange termijn kan worden bewerkstelligd. De voorkeur gaat uit naar initiatieven en projecten die duidelijk verband houden met de Europese politieke agenda. Horizontale actie: Valorisatie Geeft een horizontale dimensie aan het gehele programma en zal gericht zijn op de analyse, verspreiding, bekendmaking en valorisatie van de projectresultaten van de bovenvermelde onderdelen. Denk daarbij aan Europese, nationaleen regionale plat forms en instrumenten waar goede praktijken en ideeën bijeen worden gebracht.

Page 31: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Acties: Om deze doelstellingen te verwezenlijken, financiert het programma onder andere de volgende soorten acties. Op transnationaal niveau of met een duidelijke Europese dimensie:

• burgerbijeenkomsten, stedenbanden; • totstandbrengen en houden van transnationale partnerschappen en netwerken; • ondersteuning van organisaties die van algemeen Europees belang zijn; • opbouw van het maatschappelijk middenveld en debat over

burgerschapskwesties met gebruikmaking van ICT en/of sociale media; • evenementen op het niveau van de Unie; • debatten, studies en acties die beslissende momenten in de Europese • geschiedenis tot onderwerp hebben, in het bijzonder om de herinnering levend

te houden aan de misdaden van het nazisme en het stalinisme; • reflectie en debatten over gemeenschappelijke waarden; • bewustmakingsinitiatieven omtrent EU-instellingen en de werking ervan; • acties waarmee de uitkomsten van de ondersteunde initiatieven worden

geëxploiteerd en gevaloriseerd; • studies over onderwerpen die verband houden met burgerschap en

burgerparticipatie; • ondersteuning van advies- en voorlichtingsstructuren voor het programma in de

lidstaten. Proces: Op dit moment vinden onderhandelingen plaats in de Raad en het Europees Parlement. Deze hangen nauw samen met de onderhandelingen over het Meerjarig Financieel Kader. Naar verwachting zal de stemming in de commissie van het Europees Parlement plaatsvinden op 27 november 2012. Meer informatie Voorstel van de Europese Commissie Website van SICA Contact SICA (nationaal contactpunt) Postbus 57102 1040 BA Amsterdam T: 020 616 4225

E: [email protected]

Page 32: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

ERASMUS FOR ALL (laatste update: 24 juli 2012) Meer informatie over het huidige programma Erasmus for All wordt vanaf 2014 het overkoepelende programma voor onderwijs, jeugd, training en sport. Het vervangt daarmee onder andere het huidige Youth in Action Programma en het Leven Lang Leren Programma. Doel van Erasmus for All is de vaardigheden, persoonlijke ontwikkeling en toegang tot de arbeidsmarkt van burgers te bevorderen. Daarmee sluit het aan bij de Europa2020 strategie voor duurzame, slimme en inclusieve groei. Voorgesteld budget:

• Totaalbudget: € 19 miljard

• Onderwijs, Beroepsopleiding en Jeugd : € 16 741 738 000 • Jean Monnet Activiteiten: € 318 435 000

• Actie Sport: € 238 827 000

• Acties van leermobiliteit naar of vanuit derde landen: € 1 812 100 000

Nieuw:

Nieuwe aspecten van het toekomstige Erasmus for All programma zijn onder meer:

• Drie actielijnen: o Individuele leermobiliteit o Samenwerking met het oog op innovatie en verspreiding van goede praktijken o Ondersteuning van beleidshervormingen

Daarnaast ondersteunt het ook:

o Jean Monnet-activiteiten (studies gericht op Europese integratie) o Actie Sport

• Vereenvoudiging: het aantal acties wordt teruggebracht van 75 naar 11; meer flat rates; de

systemen voor indiening en controle worden gelijk getrokken.

• Een aantal acties verdwijnt, waaronder studiebezoeken en workshops voor volwassenen en langdurige training voor mensen op de arbeidsmarkt (voorheen Leven Lang Leren). Deze laatste optie moet voortaan uit het ESF worden gefinancierd.

Acties: Onderwijs, Beroepsopleiding en Jeugd: Individuele leermobiliteit

a) transnationale mobiliteit voor studenten in het hoger onderwijs en beroepsopleidingen en voor jongeren die deelnemen aan niet-formele leeractiviteiten (studie, stage, vrijwilligerswerk etc).

b) transnationale mobiliteit van personeel. Bijvoorbeeld lesgeven of deelname aan activiteiten op

het gebied van beroepsontwikkeling in het buitenland.

Page 33: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Samenwerking met het oog op innovatie en verspreiding van goede praktijken

a) transnationale strategische partnerschappen tussen organisaties die betrokken zijn bij onderwijs-, beroepsopleidings- en/of jeugdactiviteiten

b) transnationale partnerschappen tussen ondernemingen en onderwijsinstellingen die innovatieve methoden en lesprogramma’s ontwikkelen

c) ondersteunende IT-plat forms, inclusief eTwinning, voor de onderwijssector en het jeugdwerk (kennisuitwisseling, peer learning etc.)

Ondersteuning van beleidshervormingen

a) activiteiten gericht op de uitvoering van de EU-beleidsagenda voor onderwijs, beroepsopleiding en jeugd (open coördinatiemethode), en de processen van Bologna en Kopenhagen en de gestructureerde dialoog met jongeren;

b) de toepassing in deelnemende landen van transparantie-instrumenten van de Unie, met name Europass, Europees kwalificatiekader (EQF), Europees studiepuntenoverdrachtsysteem (ECTS), etc.

c) de beleidsdialoog met relevante Europese belanghebbenden op het gebied van onderwijs, beroepsopleiding en jeugd;

d) steun aan een aantal aangewezen organisaties, zoals het Europees Jeugdforum, de nationale

informatiecentra voor academische erkenning (NARIC's), en Eurodesk etc. Jean Monnet activiteiten: Ondersteunt onder andere:

a) onderwijs en onderzoek op het gebied van Europese integratie wereldwijd onder gespecialiseerde academici, lerenden en burgers via instellingen voor hoger onderwijs;

c) het Europees Universitair Instituut in Florence en het Europacollege ( te Brugge en Natolin);

d) beleidsdebatten en uitwisselingen tussen de academische wereld en beleidsmakers over de prioriteiten van het beleid van de Unie. Actie Sport: Ondersteunt:

a) transnationale samenwerkingsprojecten; b) niet-commerciële Europese sportevenementen met meerdere Europese landen; c) de ontwikkeling van de feitenbank voor besluitvorming;

d) capaciteitsopbouw van sportorganisaties; e) dialoog met Europese belanghebbenden.

Proces

- Naar verwachting zal in november worden gestemd in het Europees Parlement. Tot die tijd vinden informele overleggen tussen Raad en EP plaats. Dit hangt ook samen met de onderhandelingen over het Meerjarig Financieel Kader.

- Begin 2013 wordt het akkoord voor het definitieve programma verwacht.

Page 34: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Meer informatie Voorstel van de Europese Commissie Website van de Europese Commissie Nether-ER (Netherlands House for Education and Research) is een vereniging die het Nederlandse kennisveld vertegenwoordigt in Brussel. Op de website van Nether-ER treft u een dossier met de voortgang van het proces rond Erasmus for All. Contact Het eerstverantwoordelijke ministerie is het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag Telefoonnummer: 070 412 34 56 Faxnummer: 070 412 34 50

Page 35: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Creative Europe Meer informatie over het huidige programma Het Creative Europe Programme vervangt het huidige Cultuur Programma en de programma 's MEDIA en MEDIA-Mundus voor de audiovisuele industrie. Creative Europe heeft als doel bij te dragen aan het behoud en de bekendheid van de culturele en linguïstische diversiteit in Europa. En aan de versterking van de concurrentiekracht van de culturele en creatieve sector. Voorgesteld budget: € 1,8 miljard De verdeling is als volgt: • Europese filmindustrie: € 900 miljoen • Culturele projecten: € 500 miljoen

De overige 210 miljoen euro is gereserveerd voor een trans sectorale programmalijn en een nieuwe garantiefaciliteit voor de creatieve sector. Nieuw: • De focus zal verschuiven van burgerschap naar versterking van de capaciteiten en

concurrentiekracht in de culturele sector • Het aantal calls zal worden teruggebracht van 9 naar 4 • Een garantiefaciliteit die culturele organisaties makkelijker toegang moet geven tot

bankleningen Acties: Het programma ondersteunt onder andere activiteiten gericht op: - de ondersteuning van kunstenaars om hun vaardigheden te vergroten - transnationale activiteiten binnen en buiten de EU - het vergroten van kennis over financiële faciliteiten - het vergroten van de Europese concurrentiekracht op het gebied van film en cultuur Proces: Op dit moment wordt er in het Europees Parlement en de Raad gesproken over het voorstel. Het definitieve programma wordt in 2013 verwacht. Meer informatie: Website van SICA (Stichting Internationale en Culturele Activiteiten) Contact: SICA T: +31 (0)20 6129 522 E: [email protected] I: http://www.sica.nl/

Page 36: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Programma Justitie & het Programma Rechten en Burgerschap Meer informatie over het huidige programma Het programma Justitie moet ervoor zorgen dat de EU-wetgeving op civiel- en strafrechtelijk gebied doeltreffend wordt toegepast . Personen en ondernemingen zullen bij grensoverschrijdende rechtszaken in Europa daadwerkelijk toegang krijgen tot de rechter en er zal steun worden verleend aan EU-acties ter bestrijding van drugs en criminaliteit.

Het programma Rechten en burgerschap heeft als doel dat de rechten en vrijheden van personen daadwerkelijk kunnen worden uitgeoefend.Dit door de bekendheid ervan te verhogen en ze in de hele EU op een meer samenhangende wijze toe te passen. Ook zullen de rechten van het kind en de beginselen van non-discriminatie en gendergelijkheid worden bevorderd.

Voorgesteld budget: Programma Justitie: € 416 miljoen Programma Rechten en burgerschap: € 387 miljoen Nieuw: Met de nieuwe programma's zullen de zes bestaande programma's op het gebied van justitie, grondrechten en burgerschap uit de financieringsperiode 2007-2013, worden samengevoegd:

• programma Civiel recht; • programma Strafrecht; • programma Grondrechten en burgerschap; • programma Daphne III; • programma Drugspreventie- en –voorlichting; • de onderdelen "Discriminatiebestrijding en verscheidenheid" en "Gelijkheid van mannen en

vrouwen" van het programma voor werkgelegenheid en maatschappelijke solidariteit (Progress).

Acties: Ter verwezenlijking van deze doelstellingen, zullen de nieuwe programma's acties ondersteunen als:

• opleiding van rechters en advocaten in heel Europa, zodat zij de EU-wetgeving en -rechten in de praktijk kunnen toepassen;

• versterking van de EU-samenwerking op het gebied van justitie en rechten via netwerken van beoefenaars van juridische beroepen, niet-gouvernementele organisaties en beleidsmakers;

• praktische instrumenten voor burgers en ondernemingen om hun rechten uit te oefenen en toegang te hebben tot de rechter;

• nationale en Europese campagnes om personen bewust te maken van hun door het EU-recht gewaarborgde rechten en uit te leggen hoe zij die rechten in de praktijk kunnen uitoefenen

Proces: Op dit moment wordt er in het Europees Parlement en de Raad gesproken over het voorstel. Het definitieve programma wordt in 2013 verwacht. Meer informatie Voorstel van de Europese Commissie Programma Justitie Voorstel van de Europese Commissie Rechten en Burgerschap Contact: Ministerie van Veiligheid en Justitie Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Telefoonnummer: (070) 370 79 11

Page 37: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Europees Asiel- en migratiefonds & Interne Veiligheidsfonds (laatste update: 24 juli 2012) Meer informatie over het huidige programma Het Asiel- en Migratiefonds richt zich op het geïntegreerd beheer van migratiestromen. Daarbij kan gedacht worden aan zaken als asiel, legale migratie, integratie en de zaken omtrent terugkeer. Het Interne Veiligheidsfonds ondersteunt de interne veiligheidsstrategie en de Europese aanpak van wetshandhaving, inclusief het management van de buitengrenzen van de EU. Voorgesteld budget:

• Totaalbudget: € 10,9 miljard

• Asiel- en migratiefonds: € 3 869 miljoen

• Interne Veiligheidsfonds: € 4 648 miljoen

Nieuw:

• Het aantal fondsen op het gebied van Binnenlandse Zaken wordt teruggebracht van zes naar twee:

1. Asiel- en Migratiefonds 2. Interne Veiligheidsfonds

• Meerjarige programmering i.p.v. jaarlijkse programma’s

• Een flexibel “emergency response” mechanisme om effectief te kunnen reageren op

plotselinge ontwikkelingen (bijvoorbeeld een plotseling verhoogde instroom van immigranten of een terroristische aanslag) via een versnelde procedure om in binnen enkele dagen financiering te verkrijgen.

Fondsen: Het Asiel- en Migratiefonds Doel: geïntegreerd beheer van migratiestromen. Asiel

- ondersteuning van maatregelen om het gemeenschappelijk Europees asielsysteem (GEAS) en het EU-hervestigingsprogramma tot stand te brengen en intra-EU-relocatie te stimuleren.

Integratie

- lokale initiatieven voor o.a. kwetsbare groepen migranten, zoals vluchtelingen, onbegeleide minderjarigen en slachtoffers van mensenhandel.

- steun voor de implementatie van Mobiliteitspartnerschappen door derde landen. Terugkeer

- ondersteuning van duurzame terugkeer, vrijwillige terugkeerprogramma’s en re-integratiemaatregelen.

Crisissituaties

- Het Asiel- en Migratiefonds kan ook worden ingezet in crisissituaties en bij plotselinge verhogingen van migratiestromen.

Page 38: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Het Interne Veiligheidsfonds Doel: de implementatie van de Interne Veiligheidsstrategie, inclusief het beheer van de EU-buitengrenzen. Hierbij zijn vij f subdoelen geformuleerd: 1) het ontmantelen van internationale criminele netwerken; 2) het voorkomen van terrorisme en adresseren van radicalisering; 3) het verbeteren van de internetveiligheid voor burgers en bedrijfsleven; 4) het verhogen van veiligheid door grensbeheer; 5) het versterken van Europa’s vermogen om te reageren op crises. Het Interne Veiligheidsfonds is opgesplitst in twee componenten: één deel voor buitengrenzen en visa (€ 3 520 miljoen), en één deel voor politiesamenwerking, het voorkomen en bestrijden van misdaad, en crisismanagement (€ 1 128 miljoen). Werkprogramma en financiering Voorgesteld is om over te gaan op meerjarige programmering, waarmee de administratieve lasten zullen verminderen en meer samenhang tussen de fondsen wordt gecreëerd en de voortzetting van financiering wordt veilig gesteld. Proces In aanloop naar het 2014 en in het licht van het Meerjarig Financieel Kader zal de Europese Commissie met de lidstaten spreken over de fondsen het best kunnen worden ingezet zodat wordt bijgedragen aan de EU-doelstellingen. Meer informatie Voorstel voor het Asiel- en Migratiefonds Voorstel voor het Intern Veiligheids fonds Contact Ministerie van BZK Schedeldoekshaven 200 2511 EZ Den Haag Telefoonnummer: 070 426 64 26

Page 39: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Horizon 2020 (laatste update: 24 juli 2012) Meer informatie over het huidige programma Horizon 2020 is het financiële instrument van de Europese Unie voor Onderzoek en Innovatie. Het ondersteunt het onderdeel “Innovatie Unie” van de Europa2020 strategie voor duurzame, slimme en inclusieve groei. Voorgesteld budget:

• Totaal: € 80 miljard • Pijler I Excellente kennisbasis: € 27,8 miljard • Pijler II Industrieel leiderschap: € 20,3 miljard • Pijler III Maatschappelijke uitdagingen: € 35,9 miljard

Nieuw:

• In Horizon 2020 worden het Kaderprogramma voor Onderzoek en Technologische Ontwikkeling (nu bekend als KP7), het Europees Instituut voor Innovatie en Technologie (EIT) en de innovatiegerelateerde onderdelen uit het Concurrentiekracht en Innovatieprogramma (CIP) samengevoegd tot één programma met drie pijlers.

• Vermindering van administratieve lasten door o.a. eenvoudiger financieringsregels (meer gebruik van lump sums, forfaitaire bedragen etc., minder controledruk en één gebruiksvriendelijk IT-platform).

Pijlers: I. Excellente Kennisbasis (27,8 miljard euro)

Versterking van de kwaliteit (excellentie) van de Europese kennisbasis door:

• De Europese Onderzoeksraad (ERC), ter ondersteuning van vrij en ongebonden onderzoek van de beste onderzoekers;

• Gezamenlijk onderzoek naar veelbelovende toekomstige en opkomende technologieën; • Marie Curie acties, ter bevordering van de opleiding en de mobiliteit van onderzoekers; • Onderzoeksfaciliteiten die toegankelijk zijn voor alle onderzoekers in Europa en daarbuiten.

II. Industrieel Leiderschap (20,3 miljard euro) Versnelling van de ontwikkeling van technologie en innovatie, die het fundament vormen voor de concurrentiekracht van het Europese bedrij fsleven door:

• Leiderschap in sleutel- en industriële technologieën, zoals ICT, nanotechnologie, materialen, biotechnologie, productieprocessen en ruimtevaart • Toegang tot risicokapitaal • Ondersteuning voor het innovatieve MKB

III. Maatschappelijke uitdagingen (35,9 miljard euro) Dit onderdeel richt zich op 6 grote maatschappelijke uitdagingen.

• Gezondheid, demografische veranderingen en welzijn • Voedselzekerheid, duurzame landbouw en de bio-economie • Veilige, schone en efficiënte energie • Slim, groen en geïntegreerd transport • Klimaatactie, een efficiënt gebruik van hulpbronnen, grondstoffen • Een inclusieve, innovatieve en veilige maatschappij

Page 40: Overzicht huidige kansen & toekomstige mogelijkheden · bij bestaand nationaal beleid. In het Nationaal Strategisch Referentiekader (NSR), de basis voor de uitvoering van beleid en

Financiering: Financiering is beschikbaar voor de beste onderzoekers en de meest innovatieve bedrijven. Ook wordt een betere aansluiting gezocht met het cohesiebeleid. Ondersteuning van regio’s om onderzoeks- en innovatiecapaciteit op te bouwen zal vanuit het cohesiebeleid plaats vinden. Proces: Op dit moment lopen de onderhandelingen in Parlement en Raad. Voor het eind van 2013 zal het voorstel zijn aangenomen. De onderhandelingen hangen sterk samen met de onderhandelingen over het Meerjarig Financieel Kader. Naar verwachting zal het voorstel in oktober of november in de ITRE commissie van het Europees Parlement in stemming worden gebracht. Meer informatie: Voorstel van de Europese Commissie Website Horizon 2020 Contact: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag Telefoonnummer: 070 412 34 56 Faxnummer: 070 412 34 50