Orgaan van de Vereniging Veluwse Geslachten · historische grond en in dit huis woonde vroeger een...

Orgaan van de Vereniging

Veluwse Geslachten

Jaargang 31 - nr. 1 - 2006

- 01 -

VELUWSE GESLACHTEN

Contactorgaan van de Vereniging Veluwse Geslachten.

Redactie: Ben van den Enk, Paul Bouw en

Anja Tanke-Oosterbroek

Redactie-adres: Achterlandseweg 33, 7312 EC Apeldoorn.

Redactie Email: [email protected]

[email protected]

[email protected]

Verschijnt vijf maal per jaar. Homepage: www.veluwsegeslachten.nl

Inhoud Bladzijde

Bestuursmededelingen 02

Loenen, een kleine verkenning en een historische inleiding 03-07

Vrijwilige brandweer Loenen 08-11

De oorlogsjaren 12-15

Droefakkers 16-18

Eek kloppen 19-22

School 10 te Loenen 20-21

Het huis aan de Horstweg 23-26

Vrèmden 27-28

De postbodes van Loenen 29-33

Hendrik Swarthoff 34-51

Genealogie/Parenteel families Reusken in Loenen 52-68

Secretariaat: Postbus 519, 3770 AM Barneveld.

Email: [email protected]

Jaarabonnement: � 20,- Losse nummers � 5,-

Buitenlandleden � 25,- (ivm hogere portokosten)

Gironummers:

Contributie: 3566652 t.n.v. Vereniging Veluwse Geslachten

te Barneveld.

Publicaties: 4064987 t.n.v. Vereniging Veluwse Geslachten

te Abcoude.

31e jaargang nr. 1 jan / feb

Vereniging Veluwse Geslachten

- 02 -

BestuursmededelingenVan de Voorzitter

Op zaterdag 25 maart hopen we een regiobijeenkomst in het Veluwse Loenen te

organiseren.

De redactie heeft daarom gekozen voor een themanummer over Loenen.

In het bijzonder willen we hier de heer en mevrouw Biezeman bedanken voor

hun geweldige bijdragen aan dit nummer. Op 25 maart zullen zij ook van de

partij zijn met een zeer fraaie collectie oude foto's van Loenen op groot formaat!

Ook de heer Klomp van CODA zijn we dank verschuldigd voor zijn historische

inleiding.

U vindt tevens een Loenenbijdrage van de heer Numan, die pas zo kort lid is van

onze vereniging. Een mooi voorbeeld voor die leden, die nog niet eerder een

artikel voor ons blad hebben aangeleverd!

Achterin ons nummer vindt u de voorwaarden voor een goede inzending.

We hopen dat velen de resultaten van hun genealogische naspeuringen met ons

willen delen.

Bij dit nummer is de folder voor de regiodag in Loenen ingesloten.

Een mooie dag met een andere opzet. We willen in plaats van de lezing in de

middag een bezoek brengen aan Kasteel Ter Horst, waar we een rondleiding

zullen krijgen. We hopen velen van u in hotel Bosoord te ontmoeten!

Van de Penningmeester:

Bij nummer 5 van het jaar 2005 heeft u een acceptgiro ontvangen voor

de contributiebetaling 2006. We hopen dat u inmiddels heeft betaald. Mocht dat

nog niet zijn gebeurd, wilt u dan zo spoedig mogelijk uw bijdrage

(minimaal 20 euro) overmaken op gironummer 3566652 t.n.v. Vereniging

Veluwse Geslachten te Barneveld?

Vermeld u wel uw lidnummer?

Bij de voorplaat: Uit: Loenen in oude ansichten deel 1. Door M.B.J. Kobussen.

Voor het kanaal treffen we de stoomzuivelfabriek "De Gelderland" aan. Het fabriekje

werd in 1902 gebouwd aan de Voorsterweg. In 1903 begon met de aanvoer van

de eerste melk. Bij de oprichting zijn direct zesendertig veehouders lid geworden.

De heer Twijnstra was de eerste directeur van de zuivelfabriek. In 1912 werd hij

opgevolgd door de heer D. Pons. Later waren directeur respectievelijk H. de

Jong, D. Koopmans, J.W. Beltman. Door de geweldige groei moest de fabriek

enkele malen worden uitgebreid. Vele honderden veehouders uit de wijde

omgeving leverden melk aan deze fabriek, die er kaas boter en andere producten

van maakte. Helaas moest deze fabriek per 29 december 1973 gesloten worden

wegens de enorme kostenstijgingen en de toename van de tankmelkerij. De

melk gaat nu naar andere zuivelfabrieken. De foto dateert van circa 1903.

- 03 -

Loenen, een kleine verkenning en een historische inleiding

Op 25 maart 2006 houden we de regiobijeenkomst van Veluwse Geslachten in Loenen.

Dit contactorgaan bestaat daarom voor een groot gedeelte uit bijdragen betreffende

deze Veluwse plaats onder de rook van Apeldoorn.

De heer W. Klomp, medewerker van CODA, is bereid gevonden om een

inleiding over Loenen te verzorgen. De redactie is hem hier zeer erkentelijk voor.

W. Klomp

Medewerker CODA (Cultuur Onder Dak Apeldoorn)

Vosselmanstraat 299

7311 CL Apeldoorn

Enige feiten over Loenen

Dit jaar is de bijeenkomst van Veluwse Geslachten in Loenen en wel in hotel

Bosoord en op kasteel Ter Horst. Een heel goede keuze, want u vertoeft hier op

historische grond en in dit huis woonde vroeger een heel invloedrijk geslacht:

Hackfort tot Ter Horst. De kasteelheer was een der rijkste families van de

Gelderse adel en in Loenen was hij ongetwijfeld de man met de meeste invloed.

Hij was markerichter van de Loenense en Zilvense mark en ook nog van de

Lierder en Speldermark in Beekbergen. In het kasteel was een schuilkapel

ingericht voor de katholieke eredienst. De mark bemoeide zich ook met

Protestantse kerk en zo had Hackfort in heel het maatschappelijk veld een vinger

in de pap. Hij maakte ook wel misbruik van die situatie want er zijn processen

gevoerd tussen de mark en hem zelf over de eigendom van grond. Bovendien

behoorden hem vele pachtboerderijen toe.

Loenen nu

Loenen is het zuidelijkste dorp van de gemeente Apeldoorn en het grenst aan

Eerbeek, Hall, Klarenbeek, Beekbergen, Hoenderloo en Rozendaal.

Het heeft twee papierfabrieken: Smurfit Lona Verpakking (voorheen Schut en

Berends) en Smurfit Solid Pack (voorheen de weduwe J.W. Schut) in de

volksmond genaamd de kartonfabriek. Verder is er nog Sonac, in de volksmond

de bloedfabriek. Hier verwerkt men bloed uit de slachthuizen tot

voedselaanvullingen, diervoeders en als grondstof voor medicijnen.



- 04 -

De machinefabriek van Oorspronk is naar Eerbeek verhuisd door trage

besluitvorming van de gemeente Apeldoorn omtrent het aan te leggen nieuwe

industrieterrein. In het oude pand van Oorspronk zit nu een aantal kleinere

bedrijfjes.

De �botterfabriek� is omgetoverd tot een plasticverwerkend bedrijfje.

Waren er vroeger in de vorige eeuw veel kleine winkeltjes, nu bezit het dorp nog

één supermarkt. Verder tel ik nog drie meubelzaken, een sigarenwinkel,

een doe het zelf winkel, twee fietsenmakers en dat is het wel zo�n beetje.

En wilt u kamperen dan kunt u op twee campings terecht.

Wilt u een luxer verblijf, dan kunt u terecht in een groot hotel en een kleintje.

Loenen kent een uitgebreid verenigingsleven met zang, muziek, voetbal, tennis,

ruiterclub, oudheidkundige vereniging, dialectvereniging etc. Twee kerken, de

Nederlands hervormde (nu P.K.N.) en de Rooms Katholieke die een parochie

vormt met Eerbeek.

Historie

Loenen is al een oud dorp net zoals meerdere dorpen in de lijn noord-zuid van

Hattem tot Dieren. Al deze dorpen zijn gevestigd op de hoge delen aan de

oostkant van het Veluwe massief. De eerste schriftelijke vermelding dateert van

23 maart 838. We kennen twee buur(t)schappen: Loenen en Zilven, vandaar ook

de benaming Loenense en Zilvense mark. De buurschappen liepen van west

naar oost. Het zuidelijke deel heet Zilven en het noordelijke deel Loenen.

De twee marken zijn aaneengesmeed tot de Loenermark. De Loenermark heeft

feitelijk bestaan tot 1933. Toen zijn de �gemene gronden� door de gemeente

verkocht aan particulieren. De mensen bouwden er hun huisje op met een

schuur voor geit, koe of varken. Achter het huis bleef dan een stukje grond over

voor tuin en weiland. Verder zijn grotere stukken gekocht door boeren die zelf

hun gronden moesten ontginnen. De Loenermark is een van de laatste geweest

in Nederland omdat verschillende inwoners tegen de opheffing van de

markegronden waren. Er is een comité opgericht die verscheidene processen

tegen de gemeente gevoerd heeft, maar tevergeefs.

- 05 -

In de "Timmerschure"woonden de molenmakers Hendrik en Peter Berends,

die voor de papiermolens de waterraderen en hollanderwalsen maakten.

Ook vervaardigden en repareerden zij de houten tandwielen.

Bron foto en tekst: Loenen in oude ansichten deel 1 - M.B.J. Kobussen

Na 1600 werden er papiermolens opgericht. Ook de Hackforts pikten hier een

graantje van mee, want ze lieten de Loenense beek naar het noorden verleggen

langs het kasteel om daar enige molens op te vestigen. Bij de invoering van het

kadaster in 1832 waren er in Loenen 10 papiermolens. De papiergeschiedenis

kunnen we nalezen in de boeken van Hardonk, Voorn en Hagens.

Ongetwijfeld gaan de wortels van veel leden van de vereniging terug naar de

Loenense papiermakers. Ook is er veel mobiliteit in de branche. Ben je mensen

van je voorgeslacht kwijt, zoek dan eens in plaatsen waar papiermolens stonden:

Veluwe, Achterhoek, Noord-Holland en Twente.

Kerkelijk gezien viel Loenen in twee delen uiteen.

Zilven behoorde tot het kerspel Hall en Loenen tot het kerspel Beekbergen.

In 1557 is de kapel in Loenen gebouwd die door Beekbergen bediend werd.

Af en toe was er een dienst. In 1653 is Loenen een zelfstandige parochie

geworden en ook Zilven ging daartoe behoren. Dwars door deze ontwikkeling

loopt de reformatie. Het merendeel van de Loenenaren werd protestant en de

katholieken hielden hun diensten bij boeren op de deel.



- 06 -

Later kregen ze een schuilkapel in een koetshuis van kasteel ter Horst.

De katholieken vielen onder de statie Ter Horst/Eerbeek en de diensten vonden

zowel in Loenen als Eerbeek plaats.

In de tweede helft van de negentiende eeuw vonden er twee belangrijke

gebeurtenissen plaats: de aanleg van het kanaal Apeldoorn-Dieren en van de

spoorlijn tussen dezelfde plaatsen. Twee doorsnijdingen van hetzelfde dorp,

hetgeen een geweldige impact had, want mensen raakten hun grond kwijt.

Bovendien was er een groepering die de spoorlijn door het hart van het dorp

wilde hebben. Getuige hiervan is een petitie met handtekeningen aan het

gemeentebestuur. De oudheidkundige vereniging De Marke komt dit jaar met

een boek op de markt over de spoorlijn Apeldoorn-Dieren.

Bronnen

De geschiedenis van Loenen is na te lezen in verschillende boeken. Op kerkelijk

gebied vallen te noemen de boeken van dominee G.J. van der Burgt:

kerkgeschiedenis van Loenen en Silven en L.C. Bulens en H.A.M. Ummels: Als

een baken in het dorp; 350 jaar hervormde gemeente Loenen.

Corrie de Kool schrijft over kasteel Ter Horst onder de titel �Kasteel Ter Horst,

een lachend landhuis in Loenen�.

De stichting Kadastrale Atlas Gelderland heeft uitgegeven de kadastrale atlas

Beekbergen en Loenen vormt dan de secties D en E. Lees vooral de inleiding.

Verder heeft Matien Kobussen enige populaire uitgaven het licht laten verschijnen.

Deze en nog meer literatuur zijn te raadplegen in het Gelders Archief in Arnhem

en in Coda-Archief/Kenniscentrum Vosselmanstraat 299 in Apeldoorn, waarin

ook opgenomen is de bibliotheek van de oudheidkundige bibliotheek De Marke.

Ook die boeken zijn daar te raadplegen.

Archiefbronnen: Het huisarchief van ter Horst, aanwezig in het Gelders Archief in

Arnhem. Let in ieder geval op de pachtboeken.

De meeste archieven betreffende Loenen zijn te raadplegen in

Coda-Archief/kenniscentrum, Vosselmanstraat 299 in Apeldoorn.

Ik laat ze achtereenvolgens de revue passeren.

Op de eerste plaats zijn dat de archieven van het ambt, later de gemeente

Apeldoorn in al zijn onderdelen. U moet erop letten dat van 1811-1818 Loenen

een aparte gemeente was en Eerbeek hoorde daar ook bij. Sommige mensen

wilden dat dit altijd maar zo was gebleven.

- 07 -

Dan het archief van de Hervormde gemeente Loenen. Veel stukken van dit

archief zijn op dit moment in restauratie. Hierin o.a. een lijst van predikanten

1653 � 1942 evenals een lijst van kerkvoogden vanaf 1823. De eerste

kerkvoogden werden nog door de koning benoemd en dat waren B. Eekhoff,

D. Capel en C. Wilbrink. Later vindt de benoeming plaats door het college van

notabelen.

Een heel belangrijk archief vormt het archief van de R.K. parochie Loenen Sint

Antonius abt, met voorstukken van de statie ter Horst-Eerbeek.

Er zitten al stukken bij van voor 1700. Ook regionaal is dit archief van belang

omdat de statie Ter Horst-Eerbeek een groot missiegebied omvatte: Beekbergen,

Loenen, Klarenbeek onder de naam Kopermolen, Laag Soeren en de plaatsen

van de gemeente Brummen zoals Tonden, Voorstonden, Oeken, Eerbeek,

Coldenhove en Hall. Grote beschermheren waren Hackfort en Krepel van de

kopermolen in Klarenbeek.

Als laatste het archief van de mark van Loenen (en Zilven) waarvan het oudste

stuk dateert van 1561. Er zijn ook links met het huisarchief ter Horst.

Er zit een lijst in van functionarissen vanaf 1595. Aardig is hier een kaartje van

de grenzen en grenstekens van het dorp (coda kaart nr. 329).

Ter afsluiting het volgende: Mevrouw A. van Luttikhuizen-de Vries heeft twee

historische romans geschreven over Loenen.

Het gaat daarbij o.a. over de stropersfamilie Staal. En om even chauvinistisch te

worden: de eerste multinational van Nederland was Willem Albert Scholten van

de aardappelmeelindustrie in Foxhol Groningen, die reeds voor 1900 bedrijven

had in Oost-Duitsland en Polen. Hij was zoon van dominee Scholten die woonde

op boerderij �De Grote Modderkolk�. De oude boerderij is nu vervangen door de

nieuwbouw van de stichting Natuurmonumenten. Scholten is begonnen met een

aardappelmeelfabriek in Tonden en Warnsveld. Vanuit Groningen heeft Scholten

nog schenkingen gedaan aan de Nederlands Hervormde kerk in Loenen.

Het bedrijfsarchief bevindt zich in Het Groninger Archief.

Verder is me nog gevraagd wat de eigenschappen van een Loenenaar zijn.

Wel, dat is voor mij als Loenenaar moeilijk te beoordelen. Dat zou eigenlijk een

buitenstaander moeten doen. Een oude Eerbekenaar zei eens tegen mij:

�In Loenen hebben ze een mentaliteit van �komp wielle d�r vandage niet dan

margen wel�.

Ook bekend is een uitspraak van een Loenense brandweerman als antwoord op

de opmerking �jullie waren er al gauw�:

�Ja, meestal komp wielle dezelfde dag nog�.



Vrijwillige Brandweer Loenen

Door: Hein Biezeman, lidnr. 699, Plataanweg 36, 3053 LP Rotterdam.

E-mail: [email protected]

In 1912 werd de Vrijwillige Brandweer Loenen opgericht. Spoedig kwam er een

grote nieuwe brandweerwagen, weliswaar door paarden getrokken maar wel

indrukwekkend.

Langs de zijkant waren open zitbanken voor de stoere vuurbestrijders.

Bij de brand aangekomen hoefde er geen deur geopend te worden maar konden

de mannen zo van de wagen springen en hun heldhaftige werk doen. De wagen

was uitgerust met sterke dikke slangen voor het aanzuigen van het water en

grote rollen met dunnere slangen voor de aanvoer van het water vanaf de wagen

naar de brand en niet te vergeten naar de belendende percelen.

De aanzuigslang was voorzien van een rieten korf die in een sloot werd gelegd.

Waterleiding was er nog niet, die kwam pas in 1965. Met die korf werd bij het

aanzuigen bladeren, rommel en takken uit de sloot tegengehouden waardoor de

pomp niet vastliep. Verder was de wagen voorzien van allerlei gereedschap die

bij het bestrijden van een brand en redden van mensen nodig kan zijn.

Indrukwekkend waren de breekijzers om deuren te openen en de grote bijlen

om in uiterste nood de deuren in te slaan. Bovenop de wagen lagen de grote

schuifladders.

Brandmelden ging lange tijd volgens een geheel andere procedure dan

tegenwoordig. In die tijd, toen er amper telefoons waren, en zeker geen mobiele

telefoons, was er een ander systeem voor brandmelden. Allereerst was iedereen

waakzaam, vooral tijdens onweer. In Loenen kon en kan het nog steeds flink

onweren. In Loenen heb je ook risicogebieden waar de bliksem meer dan

gemiddeld inslaat. Hameinde en de Dalenk zijn beruchte plaatsen.

De oorzaak is niet met zekerheid bekend. Men zegt wel dat het komt omdat de

bodem daar ijzererts bevat dat de bliksem aantrekt.

Behalve blikseminslag was er in Loenen nog een altijd dreigend brandgevaar,

hooibroei, vooral in het voorjaar. Zodra in de maand mei het weer goed was,

werd het gras gemaaid om te hooien. Dat gebeurde met de zeis. Grote boeren

hadden een door paarden getrokken maaimachine. De dagen daarna kwam het

keren van het hooi, het opperen en tenslotte het binnenhalen.

- 08 -

- 09 -

Dat moest allemaal zo snel mogelijk. Als het hooi te lang op het weiland lag en

er een paar regenbuien overheen gingen was de boer weer dagen achtergeraakt.

Te vroeg binnenhalen had zijn risico�s. Dan was het gras nog niet voldoende

uitgestorven en bestond er kans op hooibroei. Af en toe ging er een hooiberg of

boerderij in vlammen op als gevolg van hooibroei.

Gelukkig waren in de hooitijd de meeste dieren in de wei.

Als er in de winter een boerderijbrand vlam vatte, was het zaak de dieren zo snel

mogelijk naar buiten te krijgen. De meeste boeren hadden altijd een scherp

geslepen zakmes bij zich. Bij een boerderijbrand gingen de moedigste mannen

met een natte jutezak over het hoofd en het knipmes geopend, de brandende

boerderij binnen en sneden de touwen door waaraan de koeien vastgebonden

waren. Met een flinke klap op het achterste joegen ze de koeien naar buiten.

Hoewel veel moderne boeren overgingen op het vastleggen van de koeien door

middel van een leren halsband en een ketting, hebben een aantal boeren zich

altijd aan de methode van vastleggen met een touw gehouden.

In geval van brand was het zaak zo snel mogelijk een lid van de Vrijwillige

Brandweer te waarschuwen. Die beschikte over een koperen hoorn.

Niet om de brand te blussen maar om met het duidelijk herkenbare klagelijke

geluid dat hij daarmee kon produceren, andere mensen te waarschuwen.

Brandweerlieden die dat geluid hoorden trokken dan onmiddellijk hun

brandweerjas aan, zetten de helm op en fietsen zo snel ze konden, onderweg

ook toeterend, naar het brandweerhuisje. Daar aangekomen stond meestal de

brandweerwagen al buiten. Daar hadden de brandmeesters Hendrik Koekkoek

en Gradus Revenberg voor gezorgd. Die woonden dichtbij en hadden de sleutels

van het brandweerhuisje. Intussen kwam Jan Hagen, of een andere boer, met

twee aangetuigde paarden aanrennen. Die werden snel aangespannen en zodra

er een paar brandweerlieden waren ging men met hoge snelheid naar de plaats

des onheil. Dat wil zeggen de brandweerwagen ging met een aantal mannen

naar de dichtstbijzijnde sloot of plas en de anderen naar de brand zelve.

Intussen hadden de buren niet stil gezeten. Men redde wat er te redden viel en

kleine brandjes probeerde men zelf te blussen.

Een grote boerderij, vooral met rieten dak was meestal reddeloos verloren.

In korte tijd, soms amper tien minuten was zo�n boerderij een smeulende puinhoop.

Gelukkig was er dan de brandweer om na te blussen.


- 10 -


- 11 -


Vrijwillige Brandweer

Loenen bij het 25-jarig

bestaan in 1937.

Eerste rij:

Johan Schutten

Teunis Berends

Cornelis Eekhof

Hendrik Koekkoek

Gradus Revenberg

Evert Plant

Bernhard Nijhof.

Tweede rij:

Hendrik Meurs

Johan Koekkoek

Jannus van Oene

Gerard Gabriël

Nol Reusken

Henk Plant

Frits Uiterweerd

Jan Hagen

veldwachter

Van de Hoek

Derde rij:

Harm Schiphorst

Bernhard Blom

Ap Plant


- 12 -

De oorlogsjaren



Na het mislukken in 1944 van de luchtlandingen bij Arnhem, die als doel hadden

een doorbraak te forceren over de Rijn en zo een wig te drijven tussen de Duitse

troepenconcentraties in Nederland en Duitsland, zag het er somber uit voor de

Nederlanders.

Een nieuwe poging van de geallieerden om op dezelfde plaats een doorbraak te

forceren konden ze vergeten. Het offensief verlegde zich naar Duitsland zelf.

Dit betekende dat voor Nederland de oorlog een half jaar langer zou gaan duren.

De winter kwam dreigend naderbij. Met de kleine voorraad voedsel en

grondstoffen, amper genoeg voor een paar maanden was het onmogelijk de

winter goed door te komen.

Vele Nederlanders zouden tijdens de hongerwinter door honger en ziekte

omkomen. Toen de bezetter gelastte dat Arnhem ontruimd moest worden, werd

de bevolking over de Veluwe verspreid. Ook Loenen ving vele Arnhemmers op,

meer dan het eigenlijk kon onderhouden.

In enkele dagen werd het aantal inwoners meer dan verdubbeld.

Elk gezin kreeg een aantal evacués toegewezen. Er was geen kamer of

schuurtje meer vrij. Op de boerderijen werden lege stallen schoongemaakt en

voor zover mogelijk ingericht voor bewoning.

Zelfs lege kippenhokken werden tot woning ingericht.

Met karton uit de papierfabrieken in Loenen werd de binnenzijde afgetimmerd

zodat een spouwwand ontstond en de ergste tocht kon worden geweerd.

Met gordijnen en zeildoek maakte men �slaapkamers�. In het midden van de

�woonkamer� plaatste men een oude kachel, voorzover die nog te bemachtigen

was, voor verwarming en om op te koken.

De kachelpijp stak men eenvoudig door het raam nadat de ruit vervangen was

door een plaatje zink met een rond gat.

Door het grote aantal mensen in Loenen was het eten schaars geworden.

Men leefde vaak van dag tot dag en de hoeveelheid eten die je kreeg werd in

hoofdzaak bepaald door opbrengst van de dagelijkse zwerftochten langs

boerderijen. Het rantsoen dat je op de voedselbonnen kon kopen was zeer karig.

- 13 -

Er ontwikkelde zich bij boeren een systeem van vaste klanten die dagelijks een

halve liter, soms een kwart liter melk bij een boer konden kopen.

De prijs die de boeren vroegen voor de melk of voor een paar aardappelen was

hoger dan de officiële prijs, maar men betaalde graag voor iets extra�s.

Op enkele uitzonderingen na werden er geen woekerprijzen gerekend.

Hoewel de boeren verhoudingsgewijs meer eten hadden dan de burgers, kwam

ook aan deze bron een eind omdat de oorlog langer duurde dan was verwacht.

Na het voedseltekort was het brandstoftekort een grote zorg. Gas en kolen

waren er niet meer. Alleen hout bleef over om te stoken. Op de Veluwe lijkt dat

niet zo�n probleem, als je maar een zaag hebt.

Er zijn dan ook veel bomen gesneuveld.

Een ander probleem tijdens het laatste oorlogsjaar was het tekort aan kachels.

Met de winter in het vooruitzicht werden alle afgedankte kachels opgespoord en

weer in gebruik genomen.

Populair waren de kachels die gebruikt werden voor de verwarming van

kippenhokken voor jonge kuikens. Deze kachels gaven een grote hitte en

hadden een vlakke bovenplaat waar je op kon koken. Een andere oplossing was

het zelf maken van een kachel. Men nam een stalen vat waar men aan de

voorzijde een stalen deurtje in maakte. Aan de bovenzijde kwam een dikke

stalen plaat met een aansluiting voor de pijp. In het vat werden op de bodem en

langs de wand vuurvaste stenen gestapeld.

Loenen heeft het nodige oorlogsgeweld meegemaakt. Bij het bombardement op

Hotel Boschoord, dat een vergissing van de piloten moet zijn geweest, kwamen

36 mensen om het leven. Voor het redden van de nog levende mensen uit het

puin en het bergen van de slachtoffers werden vrijwilligers gevraagd. Velen

waren nog dagen overstuur van de verminkte lichamen die zij daar hebben

geborgen.



- 14 -

Een Duitse V1 op weg naar Engeland.

Angstaanjagend waren de V1�s, de vliegende bommen, die door de Duitsers op

Londen en later op Antwerpen werden afgestuurd. Een V1 was een onbemand

vliegtuig van eenvoudige constructie.

Boven op de romp was een soort straalmotor gemonteerd. Dat was geen echte

straalmotor zoals we die nu kennen. Het was een lange pijp met voorin een soort

kleppensysteem dat afwisselend open ging om lucht in te laten en weer sloot

waarna de ingespoten brandstof tot ontbranding kwam.

Aan de achterzijde van de pijp kwamen de vlammen er uit. De pijp leek meer op

een overmaatse verfbrander. De besturing geschiedde met een vooraf ingestelde

hoogtemeter en een giroscoop. De energie voor de besturing was

samengeperste lucht die in een ronde stalen bol van ongeveer 75 centimeter

middellijn was opgeslagen. Deze bollen van neergestorte V1�s waren populair bij

de inwoners. Er werden markeringen bij de oprit naar het huis van gemaakt.

De vliegende bommen waren zeer onbetrouwbaar. De motor kon plotseling

uitvallen. Dan was het een ogenblik stil totdat het ding met een enorme knal

ontplofte. In het dorp Loenen is een V1 neergestort op de fabriek van Hupkes,

later Beloe en Holweij, en het naastgelegen woonhuis. Daarbij zijn mensen

omgekomen. Tot ver in de omtrek sneuvelden ruiten.

Als men �s nachts wakker in bed lag en luisterde naar het geluid van die

vliegende bommen was men altijd blij als het geluid afnam. Dan was het gevaar

voorbij. In de bossen rondom Loenen zijn veel van deze vliegende bommen

neergekomen. Dikwijls werden ze boven het Loenense bos door een Engels

jachtvliegtuig neergeschoten.

- 15 -

Zo�n vliegtuig vloog er recht achter en gaf een kort salvo. Even later viel de

motor van de V1 uit en stortte het neer.

Ongeveer de helft van alle V1�s bereikte het doel. Later gebruikten de Duitsers

ook de V2. Dat waren echte raketten. Die gingen heel hoog, je zag alleen een

witte stip met een condensstreep. De ontwerper van de V2 was Werner von

Braun.

Onmiddellijk na de oorlog is hij door de Amerikanen mee naar Amerika

meegenomen. Daar werd hij de leider van het Amerikaanse ruimtevaartprogramma.

Bij de bevrijding van Loenen, op 16 april 1945, werden nog mensen door

oorlogsgeweld gedood. Er kwam een meisje van zestien jaar om het leven.

Ze was de enige dochter en trots van weduwe Bredenoord. Zij werd dodelijk

getroffen door een scherf afkomstig van een brandende Canadese tank die met

een Duitse pantservuist buiten gevecht was gesteld. Die pantservuist was

afgeschoten vanuit het raam op de verdieping van (toen) slager Lammers.

Tegenover Lammers ging de boerderij van Hendrik van der Kragt in vlammen op.

De boerderij was in brand geschoten door een Duitse granaat, afkomstig van

een kanon dat bij de koppen van de spreng bij de Groenendaalseweg was

opgesteld. De boerderij met rieten dak was in tien minuten tijd een smeulende

puinhoop.

Na de bevrijding duurde het nog een aantal maanden voordat het gewone leven

weer een beetje op gang kwam. Daarbij hoorde ook feestvieren.

Na de moeilijke oorlogsjaren was er alle reden om weer eens uitbundig te doen.

Overal in Loenen werden buurtverenigingen opgericht en feesten georganiseerd.

Bij die buurtfeesten werd de traditionele scheiding tussen de geloofsrichtingen

genegeerd. Mensen die zich terughoudend opstelden werden aangespoord om

toch mee te doen. Vele avonden werden besteed aan het inrichten en versieren

van de feestruimte en voorbereidingen voor volks- en kinderspelen. Het gevolg

was dat veel mensen die elkaar alleen maar oppervlakkig kenden, dichter tot

elkaar kwamen. Alleen al de voorbereidingen waren voor veel mensen een ware

ontdekking. De mensen van de andere kerk bleken heel aardig te zijn. In die

eerste maanden na de oorlog, vooral bij die feesten, is de kiem gelegd voor een

nieuw Loenen.



- 16 -

Droefakkers



Gezicht in zuidwestelijke richting op de Droefakkers,

de voormalige wijngaarden van Loenen.

De Droefakkers zijn de bouwlanden en weilanden gelegen in het westen van

Loenen, ten zuiden van de Groenendaalseweg. Vooral de laatste jaren wordt

veel van het land met graszaad ingezaaid. Vroeger waren de Droefakkers

uitsluitend bouwland. In de zomer kon je er wandelen over smalle zandweggetjes

met diepe karrensporen, tussen het wuivende graan.

Vanaf de berm plukte je de mooie korenbloemen en een enkele klaproos.

Op de meeste akkers werd rogge verbouwd. Op een enkel veldje groeide haver

of gerst. Er was zelfs een boer die het laaggroeiende groene boekweit verbouwde.

In de zomer werd het graan gemaaid. Vele jaren gebeurde dat uit de hand met

een zichte en mathaak. Een zichte was een korte sikkel met een fraai en

ergonomisch goed vormgegeven handvat. Het handvat had een brede leren riem

die de hand omsloot.

- 17 -

Voor de wijsvinger was er een leren lusje dat hielp de zichte te sturen en te dragen.

Met zo�n zichte kon de boer snel, goed en met minder moeite het graan met één

hand maaien. In de andere hand had hij de mathaak, een stok waaraan een pen

was bevestigd om het graan in de juiste stand te trekken waarna de zichte het

graan afkapte. Het derde gereedschap was zijn klomp waarmee de gemaaide

garve opving en waarmee hij het netjes op rij legde. Het ritmische geluid van het

maaien riep voor de toevallig passerende vakantieganger het gedicht op van

A.C.W. Staring in herinnering:

Sikkels klinken;

Sikkels blinken;

Ruischend valt het graan.

Zie de bindster gaâren!

Zie, in lange scharen,

Garf bij garven staan!

Voor de boer betekende het hard werken in het zweet des aanschijn. Enige rust

was er voor de boer als de zichte zo bot was geworden dat hij het moest scherpen.

Dat betekende in geen geval slijpen. Slijpen zou materiaalverlies betekenen.

Een zichte, en ook een zeis om gras te maaien, werden niet geslepen,

die werden gehamerd. Dat gebeurde met een haarhamer. Daartoe drukte de

boer een haarspit in de grond. Dat is een klein model aambeeld met een punt

dat in de grond verdween. Een dwarsstokje voorkwam dat de haarspit helemaal

in de grond verdween. Hameren was nauwkeurig werk. Men moest de

haarhamer precies op de juist plek op de vouw van de zichte slaan. Dan werd

het staal geplet en het randje haarscherp. Om het staal niet te warm te laten

worden spuwde de boer op het staal. Meestal een fluim die bruin was van de

pruimtabak. Na het scherpen van de zichte nam de boer een paar slokken lauwe

koffie uit de blauwe geëmailleerde kruik en een paar boterhammen om daarna

het maaien te hervatten.

Boerenkinderen hielpen mee met de graanoogst. Hun werk bestond uit het

binden van de garven. Eerst ging er een bundeltje rechte aren om het onderste

deel van de garve. Daar moest je een handigheidje voor leren. Als dat gelukt

was kon je heel snel garven binden. Na de onderste band kwam de bovenste.

Daarvoor maakte je twee bundeltjes uit de garve die al half klaar was en boog

die via de achterzijde naar de voorkant om er vervolgens een soortgelijke knoop

in te leggen. Voor veel boerenkinderen was dit het bekende werk in de zomer.

Die zes weken vakantie van school vond de boer maar niks.



- 18 -

De kinderen konden beter helpen op het land in plaats van te luiwammesen.

Voor de ongeoefende kinderhanden was rogge binden geen lolletje. Al na de

eerste garven gebonden te hebben deden de vingers zeer. Aan het eind van de

dag waren de nagelriemen stuk van het alsmaar onderduwen van de bindknoop

en liep het bloed over de nagels. Van de boer mocht je niet zeuren. Met dat

kleinzielige gedoe had hij niks te maken.

Over het ontstaan van de naam Droefakkers gaan vreemde verhalen. Er zou in

de korenvelden een kind verdwaald zijn en zelfs gaat het verhaal dat er een kind

vermoord is. Bij navraag gaat het, net als bij veel verhalen uit de oude tijd en

andere interessante zaken, altijd om �van horen zeggen�. Die verhalen worden

bovendien steeds mooier of gruwelijker. Een historisch verantwoorde

onderbouwing van de verhalen is niet te vinden. Misschien moeten we de

oorsprong van de naam Droefakkers ergens anders zoeken. In de Statistieke

Beschrijving van Gelderland uit 1826, een uitgave van de Gelderse Maatschappij

van Landbouw wordt vermeld dat er in de zeventiende eeuw plannen waren om

Gelderland tot een wijnland te maken. Door de Staten der Provincie werd op 13

mei 1641 octrooi verleend om wijngaarden aan te leggen en wijn te persen. Zo

staat vast dat er op de Klingenberg bij Arnhem druiven werden geteeld. Men had

in 1671 grote verwachtingen van de wijnopbrengst. Waarom deze druiventeelt

niet meer bestaat kunnen we alleen maar gissen. Eén of meer slechte

oogstjaren, maar ook de Fransen kunnen de oorzaak zijn geweest omdat zij

geen concurrentie duldden en mogelijk de druiventeelt vernietigd hebben.

Bedenk hierbij dat 1672 Het Rampjaar was en de Republiek van alle kanten

werd aangevallen. Daarbij vielen de Fransen vanuit de Betuwe, via een

schipbrug over de Rijn, Arnhem binnen.

Er is nog een ander gegeven. Volgens een resolutie van de Geërfden

(beheerders de kerk) werd op 3 februari 1669 de Druyfakker, een �kerckenland�,

verkocht aan Arnolt van Raetsvelt, �Luytnant in dienste deser landen�. Het

betekent niet persé dat het hier gaat om een land van de huidige Droefakkers,

wel dat er sprake is van druiventeelt, waar dan ook in Loenen. Met deze

gegevens ligt het meer voor de hand te veronderstellen dat ook op de

Droefakkers druiven werden geteeld en toen de naam Druufakkers of

Droefakkers (Druifakkers) is ontstaan. De Droefakkers zijn bovendien glooiend

met aan de noordzijde van het dal plaatselijk een helling van 1 op 40. Aan de

westzijde wordt het dal omsloten door de beschermende bomen van het

Loenense Bos. En �s zomers kan het er heel warm zijn. Misschien een idee om

de druiventeelt in Loenen weer op te pakken?

- 19 -

Eek kloppen



�Hendrik doe je handen boven tafel.�

�Ja meester.�

�Hendrik laat je handen zien..., de binnenkant van je handen Hendrik!

Waarom heb jij je handen niet gewassen Hendrik?�

�Ik heb mijn handen wèl gewassen meester.�

�Ga je handen nog maar eens wassen Hendrik.�

Hendrik gaat de klas uit, loopt naar de pomp en wast zijn handen.

Na een kwartier is Hendrik nog niet terug. Door het raam ziet de meester dat

Hendrik nog steeds met zand en water probeert zijn handen schoon te krijgen.

De meester tikt tegen het raam en wenkt hem terug. Opnieuw moet Hendrik zijn

handen laten zien. Ze zijn niet alleen nog steeds zwart maar ook rood van het

schuren met zand.

�Wat is er met jou aan de hand�, vraagt de meester. �Hoe kom je aan die zwarte

handen?�

�Dat is van de eek meester.�

�Mij ook nog voor de gek houden Hendrik? Vertel dat je vader maar. Pak je griffel

en lei Hendrik en verdwijn. Morgen zie ik je weer met twintig strafregels: �Ik mag

de meester niet voor de gek houden.� Begrepen Hendrik?�

�Ja meester.�

Een houten bok om eek te kloppen


- 20 -

OPROEP:

Wie kent nog meer namen?

Graag melden bij de redactie.


- 21 -

School 10 te Loenen 1907.

Klas met:

Hendrik Biezeman,

achterste rij,

derde van links

Mies Biezeman,

tweede rij,

vijfde van rechts,

(met wit schortje)



- 22 -

Thuis doet Hendrik verslag van het voorval. �Gif niks mien jong� zegt vader

Willem. �Die städse meisters weet�n nietuns wät eekklopp�n is. Die strafrègels

heuf ie niet te mak�n, ik weet wät bèters. Pak oe lei en schrief mär op:

�In het voorjaar, zo rond de IJsheiligen, gaat de eeker naar het bos of naar de

singels langs zijn weiland, voor het kloppen van eek.

Eekkloppen is het verwijderen van de bast van eiken hakhout. Die bast wordt

gemalen en gebruikt voor het looien van leer. De eeker kapt het eiken hakhout

zodra het een dikte heeft van drie of vier duim. De stammetjes worden met de

hiep in lengten van één el gehakt. Dan volgt het eekkloppen.

Met een eekbijl, dat is een kleine bijl, wordt de bast er afgeklopt. Dat gebeurt op

een dikke boomstam op vier poten of op een grote steen. De eeker krijgt hierbij

bruin-zwarte handen van de eek. Dat kan je er niet afwassen. Dat moet er uit

groeien. Het duurt weken voordat de eekklopper weer schone handen heeft.

Na het drogen op de windvang wordt de bast verzameld in mudzakken en naar

de leerlooier gebracht. Het overblijvende witholt gebruikt de eeker op zijn

boerderij of wordt verkocht aan burgers of palingrokers. Het dunne rijshout gaat

naar de bakker voor het stoken van de oven. De leerlooier laat de bast verder

drogen een hakt het daarna in kleine stukken, niet groter dan vier duim.

Zodra de bast helemaal droog is gaat het naar de runmolenaar. Die maalt het

heel fijn tot run waarmee de looier zijn leer looit.�

�Zo�, zegt Willem, �Laot de meister dät mär us lèzen, en zeg mär dät hie ok wel

us un däggien mee uut mag um eek te klopp�n�.

1 Hollandse duim is 25,7 mm

1 Amsterdamse el is 688 mm

- 23 -

Het huis aan de Horstweg



Boerderij aan de Horstweg, vermoedelijk omstreeks 1650 gebouwd.

Aan de Horstweg, nabij de bevrijdingsboom, staat een zeer oude boerderij met

een even oude knotlinde. De boerderij was in vroeger jaren eigendom van Baron

Van Lijnden die het van grootgrondbezitter Hackfort had gekocht.

In het begin van de twintigste eeuw werd de oostelijke helft en de grote

woonkeuken bewoond door de familie Bertus Klomp. In het westelijk deel

woonde Willem Biezeman met zijn vrouw Tonia Gibon en vier kinderen.

De deel was gemeenschappelijk; Willem Biezeman had de stal in de westelijke

helft en Bertus Klomp in de oostelijke helft. Willem en Bertus hadden beiden een

paar koeien en wat kleinvee zoals kippen en varkens.

De ramen aan de noordzijde van de boerderij hadden een spitsboog zoals in

gotische kerken. Hoewel wordt beweerd dat de boerderij oorspronkelijk voor een

gedeelte een kerk was, zijn hier geen harde gegevens over te vinden.



- 24 -

Frits Uiterweerd, metselaar-aannemer die een verbouwing uitvoerde, vond bij

graafwerk voor de fundering enkele resten van kruiswegstaties. Zelfs deze

vondst maakt niet hard dat er ooit een kerk gevestigd zou zijn, hoe verleidelijk

het ook is die conclusie te trekken. Waren het wel resten van kruiswegstaties?

Ook in een woonhuis kunnen beelden stukvallen. De oorspronkelijke plattegrond

van de boerderij geeft geen enkele aanwijzing voor een kerk of kapel.

De geschiedenis van Loenen kent ook geen informatie in die richting.

In oude stukken wordt alleen maar gesproken over een kapel of een kerk in

Beekbergen, in Loenen op de plaats van de Hervormde kerk, in Hall en in

kasteel Ter Horst. Een schuilkerk zal het ook niet geweest zijn. In zo�n geval

plaatst men geen opvallende gotische ramen. Hierbij komt nog dat de reformatie

in Loenen veel minder heftig was dan in andere streken van Nederland,

zoals in Holland. Misschien moeten we uit de vorm van de ramen een heel

andere conclusie trekken. Mogelijk zijn die ramen afkomstig uit de

oorspronkelijke kapel van Loenen, die enkele malen verbouwd en uitgebreid is.

Men gooide vroeger minder snel materialen weg.

Daarbij komt nog dat zowel kapel als boerderij, zoals zoveel boerderijen in die

tijd, eigendom waren van de katholieke (!) Hackforts. In latere jaren is de

woongevel van de boerderij enkele malen gemoderniseerd.

Daarmee is het oorspronkelijke karakter van de boerderij voorgoed verdwenen.

Slechts één raam is nog in originele staat.

Het staat als een teken in de gevel dat we zuinig moeten zijn op ons erfgoed.

- 25 -

Willem Biezeman bij de open haard in de boerderij aan de Horstweg.

Willem Biezeman woonde met Tonia in een kleine woonkeuken die slechts

voorzien was van het meestnodige.



- 26 -

Naast het vuur, een open stookplaats waarboven een brede schouw, bevond

zich aan de ene zijde een kast voor het keukengerei. Aan de andere zijde waren

twee bedsteden. �s Nachts kon men in het huis de krekels horen sjerpen.

Krekels zaten vaak in huizen met brandhout voor open vuur.

Willem had twee stukken weiland waarvan één vlakbij huis, in Het Kleine Veen,

dat ook wel de Biezewei genoemd werd. Het andere weiland was een perceel op

de Slatten. Beide stukken weiland waren laag gelegen en in de zomer meestal

ook nog voldoende nat voor mooi groen gras. Vooral de Biezewei kon in het

najaar erg nat zijn. De oorzaak moeten we zoeken in opwellend grondwater.

Vlak bij de boerderij was zelfs het begin van een spreng die langs het weiland

liep. Sprengen zien we veel op de Veluwe. Door de gelaagdheid van de Veluwse

bodem komt op vele plaatsen het grondwater spontaan naar boven.

Het boerenwerk werd vooral door Tonia gedaan. Dat werk betrof ook het snijden

van brandnetels en planten langs de weg dat als voer voor de dieren werd

gebruikt. Hierbij gebruikte ze een zogenaamd krommes.

De oogst werd in de omhoog geknoopte schort verzameld. In de latere jaren van

haar leven liep Tonia met een sterk gebogen rug. Het zware werk, meestal in

gebogen houding en de woonomstandigheden zullen de belangrijkste oorzaak

hiervan zijn geweest. Met behulp van een stok kon ze zich nog enigszins verplaatsen.

Mies,

dochter van

Willem

Biezeman,

laat de koe

grazen in de

berm van de

Horstweg

Later was het dochter Mies die de koe liet grazen in de berm van de Horstweg.

Willem werkte vele jaren in het Deelerwoud. Omdat de afstand tot huis te groot

was overnachtten hij en de andere werkers in logement De Woeste Hoeve.

De boerderij is door latere bewoners een aantal malen verbouwd. Van de

oorspronkelijke indeling en constructie is weinig bewaard gebleven.

- 27 -

Vrèmden



Ondanks de geïsoleerde ligging kwamen er in de twintigste eeuw toch veel

mensen voor vakantie naar Loenen. In de jaren twintig en dertig waren dat

mensen met geld en enig aanzien. Ze werden respectvol maar afstandelijk

behandeld. Later, kort na de oorlog kwam het toerisme op gang en ontstonden

vakantiecentra. Dat was wel even schrikken voor veel inwoners. Niet alleen

waren de rokken van veel vrouwelijke vakantiegangers korter dan men gewend

was, er waren zelfs vrouwen die een broek droegen. Het toppunt van

onzedigheid was het dragen van een korte broek. �Sommige vrouwen hadden

nauwelijks hun schaamte bedekt�. Deze slechte voorbeelden voor de jeugd

waren een grote zorg voor de pastoor. In zijn zondagse preek ging hij vaak op

deze ontwikkeling in en kon niet nalaten ernstig te waarschuwen voor dit

zedenverval dat onze jeugd bedreigde.

Hij waarschuwde de jeugd �die de eenzaamheid opzocht�.

Wat ze in die eenzaamheid deden werd niet nader toegelicht. Als een uiting van

onmacht sprak hij op zekere zondag over de vakantie-oorden die een poel van

verderf waren. En dat nog wel in zijn parochie waar hij als herder was

aangesteld.

In één bepaald vakantieoord, midden in de bossen, was het zedenverval zo erg

dat hij zich er niet nader over kon uitlaten. Dat vakantie-oord heette nota bene

De Reinheid. Daar werd het begrip reinheid, zoals hij het zag, met (blote) voeten

getreden. Sommige van deze vrèmden kwamen zondags, de vrouwen netjes

gekleed in jurk, in de kerk. In plaats van gelukkig te zijn met dit verschijnsel,

waren deze mensen toch niet welkom bij de dorpelingen. Ze gingen namelijk

zomaar op je gepachte plaats zitten. Dat was tegen de plaatselijke regels.

De reactie was even resoluut als onbehouwen. De indringers werd met een

handgebaar duidelijk gemaakt te verdwijnen. Als dit geweigerd of niet begrepen

werd klonk het botweg: �D�ruut�.



- 28 -

Hendrik Biezeman had minder problemen met die vreemden. Als men hem de

weg vroeg of men zomaar een praatje met een echte Veluwse boer wilde maken

reageerde Hendrik vriendelijk en voelde hij zich vereerd. Misschien kwam dit

omdat die vreemden echte belangstelling voor hem hadden en hij zich niet

volgens de regels hoefde te gedragen. Hij stak zijn ervaringen met die stadse

mensen niet onder stoelen of banken.

Zijn mooiste verhaal over vreemden was het gevonden tasje. Tijdens het werk in

het Loenensebos voor de Heidemij, het huidige Arcadis, vonden hij en zijn maat

Willem Berends een damestas. In die tijd was Willem Berends beter bekend als

Willem van Truu. Uit de inhoud van het tasje bleek dat het van een vakantiegast

moest zijn. Er zat een bedrag van � 110,- in. Juist toen besloten was het

gevonden voorwerp bij de veldwachter te melden, kwamen er vier dames

aanfietsen. Ze stapten af bij de plek waar het tasje was gevonden. Vervolgens

werd het gebied onderzocht. Na het tafereel een tijdje aanschouwd te hebben

roept Hendrik: �Wat je zoekt vind je toch niet� en hield het tasje omhoog.

De vreugde bij de dames was groot. De mannen werden zeer hartelijk bedankt

en er werd een foto gemaakt. Eén van de dames durfde wel op het paard te

zitten, twee andere namen plaats op de kar. De dag van Hendrik en Willem kon

niet meer stuk. Zulke spontane meiden kwam je in Loenen niet tegen.

Met spanning keek Hendrik de komende dagen uit naar de foto. Het verhaal

werd nog vele malen verteld en de foto als bewijsstuk getoond.

Willem van Truu en Hendrik Biezeman in het Loenense Bos

met de gelukkige vrouwelijke vakantiegasten nadat het verloren tasje terecht was.

- 29 -

De Postbodes van Loenen



Wie kent niet de families Roesink in Loenen? Iedereen heeft wel eens met ze te

maken gehad. In het midden van de negentiende eeuw maakte en repareerde

Hein Roesink schoenen. Hij kwam uit Deventer en trouwde in 1841 met Janna

Jansen. In 1848 liet het echtpaar een huis bouwen op het driehoekig stukje

grond tussen de Horstweg, Reuweg en het aangrenzende zandweggetje.

In de gevel getuigde hiervan een steen met de tekst: �H.L. Roesink en

J. Grutterink 1848�. Men kan zich afvragen wie die J. Grutterink is. Het blijkt dat

bij de geboorte in 1844, van het eerste kind van Janna, haar naam vermeld

wordt als Janna Jansen Grutterink. Bij de geboorte van haar tweede kind en de

latere kinderen is haar naam Janna Grutterink, de naam die ook op de

gevelsteen is vermeld. Vader Hein (Hendrikus Lambertus) Roesink was

schoenmaker en had een werkplaats aan huis. Zoon Jan Willem jr. werd in 1852

geboren.

Vanaf 1871 werd hij de eerste postbode, toen �brievengaarder� genoemd omdat

hij ook brieven in ontvangst nam om te verzenden. Hij was bovendien

kantoorhouder. Zijn kantoor was een kamertje in het huis van zijn vader.

Bijna dertig jaar oud, op 27 mei 1882 trouwde hij met Jantje van de Spreng.

Enige jaren later verhuisde het gezin naar een huis aan de Horstweg op de hoek

van de Eerbeekseweg. Een kamer deed dienst als postkantoor.

Op de gevel stond een fraai bord met de tekst

�HULPKANTOOR der POSTERIJEN�.



- 30 -

Jan Willem Roesink

jr., kantoorhouder

(midden),

Lammert Hofkamp

(links) en

Evert van Ark

(rechts),

postbodes te Loenen.

Lammert Hofkamp is

in het laatste jaar van

de oorlog

omgekomen bij een

aanval van Engelse

jachtvliegtuigen op

een Duitse colonne

Naast de deur was de brievenbus met daarboven een kastje voor mededelingen,

zoals openingstijden en posttarieven. In de beginjaren deed hij alles te voet.

s� Morgens haalde hij de post per kruiwagen op in Brummen en

s� middags maakte hij zijn ronde langs de inwoners van Loenen.

- 31 -

Jan Willem Roesink jr. met de dienstfiets van zijn vader.

Na een aantal jaren kreeg hij een echte fiets. Niet zo�n stalen fiets met

luchtbanden zoals we die tegenwoordig in allerlei varianten kennen,

maar een houten fiets. Een groot wiel vóór en een klein wiel achter.

De trappers en het voorwiel zaten vast aan de gezamenlijke vooras.

Het zadel was een houten plank.



- 32 -

Jan Willem Roesink Sr. en Jantje van de Spreng.

- 33 -

Jan Willem Roesink en Jantje van de Spreng kregen acht kinderen,

waarvan het tweede kort na de geboorte overleed.

De jongste werd op 18 januari 1900 geboren en kreeg de naam Jan Willem,

net als zijn vader. Jan Willem jr. kwam 1 oktober 1919 bij zijn vader in dienst en

nam kort daarna de kantoorbaan van hem over.

Hij trouwde 12 september 1929 met Riek Put. Ze kregen twee dochters; Jannie

en Riek. In de jaren twintig en dertig groeide Loenen en daarmee de activiteiten

van de Posterijen.

Er kwamen meer postbestellers in dienst en een echt kantoor was nodig.

Dat werd tegen het huis aangebouwd en had een verbindingsdeur met het

woonhuis. Het kantoor had ook een echte wachtruimte met telefooncel en via

een loket kon men zijn zaken afhandelen. Het overgebleven stukje tuin aan de

Eerbeekseweg werd in de jaren veertig intensief door de jeugd uit de buurt

gebruikt om te korfballen. Eén paal met een korf, een schepelsmud zonder

bodem hadden ze en beide partijen speelden rondom deze ene paal.

Spoedig schakelden de sporters over op voetballen en veranderde het

korfbalveld in een voetbalveld met twee doelen.

Dochter Riek deed zeer gedreven en enthousiast met de voetballers mee.

Ze mag met recht de eerste vrouwelijke voetballer van Loenen genoemd worden.

Zowel Jannie als Riek hebben ook op het postkantoor gewerkt.

In 1965 ging Jan Willem jr. met pensioen.

Enkele jaren later werd het kantoor opgeheven



- 34 -

Hendrik Swarthoff

Door: K.C. Numan, lidnr 2017, Iepenlaan 2, 1741 TE Schagen.

In de jaren 1979 tot en met 1984 zijn er in de Veluwse Geslachten met enige

regelmaat artikelen verschenen over de leden van de families Swarthoff in de

Veluwezoom. Zij leefden, woonden en werkten in Loenen, Eerbeek, Hall,

Brummen, Oeken, Spankeren en tussen al deze plaatsen dorpen in.

Vrij snel nadien publiceerde de heer M.A. Haas in de Westfriese Families

(27 jaarg., no. 2, juni 1986) een overzicht van de familie Swarthoff in de Zijpe.

De stamvader van deze Swarthoff-tak is Gerrit Swarthoff, die zich in februari

1779 met zijn vrouw Lijsje Kreup of Kruup en hun 1-jarig dochtertje Aaltje in de

Zijpe kwam vestigen.

Zijn nazaten Piet Swarthoff en Arie Swarthoff (achter-achterneven van elkaar)

hebben veel uitgezocht over de Zijper familie Swarthoff. Ook hebben zij gepoogd

erachter te komen wie hun voorzaten waren in de Veluwezoom.

Eén ding staat vast, Gerrit Swarthoff is de jongste zoon van Hendrik Swarthoff

en Grietje Beker. Daarover straks meer.

De vraag is en blijft wie de ouders waren van deze Hendrik Swarthoff. Piet en

Arie Swarthoff hielden het erop dat Rutger Swarthoff uit Loenen de vader of

de grootvader van Hendrik Swarthoff was, maar het bewijs daarvoor ontbrak en

ontbreekt. Daarover gaat dit artikel.

Tegelijk kan dit artikel een aantal vragen beantwoorden die tot nu toe niet gesteld

werden of onbeantwoord bleven. Bijvoorbeeld, wie was Grietje Beker?

Hoeveel personen met de naam Hendrik Swarthoff waren er die de vader van

Gerrit Swarthoff kunnen zijn? Wat is er bekend, of liever kan er bekend zijn

betreffende alle Swarthoffen in de Veluwezoom? Is het notarieel en overige

oudrecht van Veluwezoom volledig

uitgeplozen op de naam Swarthoff en hoe toegankelijk is dat materiaal?

Welke voornamen en patronymica keren steeds terug als vast �bestanddeel� van

de hele familie? Hoeveel bewijskracht kan daaraan worden ontleend?

Van groot belang voor de schrijver dezes zijn de publicaties betreffende de dtb�s

(dtb en rbs) van Gelderland en dus ook de Veluwezoom van de Vereniging

Veluwse Geslachten. Daar zonder zou dit niet geschreven zijn.

Het gaat om alle dtb�s, voorzover nog bestaand en voor zover al gepubliceerd,

van Brummen, Hall, Loenen, Apeldoorn van eind 17e en begin 18e eeuw.

- 35 -

Een aantal actes betreffende de leden van de familie(s) Swarthoff is bekend en

gepubliceerd in de Veluwse Geslachten, of gevonden door voorgaande

Swarthoff-speurders, maar hoeveel en welke er nog in het archief in Arnhem of

elders liggen te wachten op lezing, is volledig onduidelijk.

Gegevens omtrent de Hendrik Swarthof, de vader van Gerrit Swarthof

Hendrik Swarthoff trouwde met Grietje Bekers in 1725, ingeschreven in het

huwelijksregister van Brummen op 26 oktober 1725

(Brummen, publicatie 139a, blz 42, nr. 773):

�1725, 26 oktober, consent beider ouders Hendrik Swarthof J.M. en Grietje

Bekers J.D. beiden �van B.��

Het heet met �met consent beider ouders�. Waren ze nog niet volwassen

(genoeg)? Er schijnt en er blijkt een reden te zijn om dat aan te nemen.

Ze krijgen de volgende kinderen, zie dopen Brummen (B) en Spankeren (S)

(zie ook bijlage 4):

1. 25 � 08 � 1726 Rutger (een soon van Hendrik Swarthof en

Grietje Bekers gen. Rutger Bekers (!) (B)

2. 07 � 03 � 1728 Geertje (B)

3. 27 � 11 � 1729 Rutger (soon van Hendrik Swarthof uijt Leuven) (B)

4. 11 � 12 � 1732 Wilmia (B)

5. 03 � 01 � 1734 Derk-Jan (een soon van Hendrik Swarthof en

Grietje Rutgers uijt Loevenheim) (B)

6. 20 � 10 � 1735 Jansje/Jantjen (B)

7. 24 � 08 � 1738 Angenis (dogter van Hendrik Swarthof en

Grietje Rutger een kind gent Angenis) (S)

8. 06 � 11- 1740 Gerritjen

9. 19 � 10 � 1741 Garretjen (Hendrik Swarthof en Grietjen Rutgers een

kind gent. Garretjen) (B)

10. 07 � 05 � 1743 Gerrit (S) begraven 26 - 05- 1745

(Hall, publ. 268, blz 26)

11. 19 � 07 � 1747 Gerrit (soon van Hendi Swarthof en Grietje Beekers,

egtelieden toen hier (= Brummen) woonende (B)(S)

De laatste Gerrit zal de stamvader van de Zijper familie Swarthoff worden.



- 36 -

Rutger Swarthoff, de oudste in leven blijvende zoon levert nogmaals het bewijs

dat een Hendrik Swarthoff en Grietje Beker zijn vader en moeder zijn, door ze

te noemen en op te nemen in zijn testament (Haarlem, d.d. 11 januari 1767).

Indien hij geen nazaten heeft, laat hij � zijn vrouw is dan al overleden � zijn

bezittingen na aan zijn ouders, Hendrik Swarthoff en Grietje Beker,

echtelieden wonende te Leuvenheim onder Brummen, zo die in leven zijn.

Rutger Swarthoff vertrekt ook als eerste (Lidmaten Brummen, publ. 37, blz 33)

naar het westen, naar Velsen. Hij wordt op 05-11-1755 uitgeschreven.

In Velsen gaat hij werken op Prinsenbos, het latere Kruidberg.

Garrit Swarthof vertrekt naar Wezep (Weesp), hij wordt uitgeschreven op

08-12-1767 (Lidmaten Brummen, publ. 37, blz 41), hij is 20 jaar oud.

Spoedig daarna trekt hij door naar Beverwijk, dan naar Heiloo, keert weer terug

naar Beverwijk, gaat nog een keer naar Heiloo, en keert opnieuw terug naar

Beverwijk. Begin februari 1779 komt hij dan naar de Zijpe, en vestigt zich daar

definitief. Zijn broer Rutger komt begin 19e eeuw bij hem wonen, hun beider

echtgenotes zijn dan overleden. Rutger sterft in 1814 in St. Maartensbrug in het

huis van zijn broer en Gerrit in 1833 eveneens in St. Maartensbrug.

Derk-Jan Hendriks vertrekt naar Zutphen (uitgeschreven op 29-10-1770,

Lidmaten Brummen, publ. 37, blz 42). Is dit Derk-Jan Swarthoff, zoon van

Hendrik Swarthoff?

Hun zussen Jannetje en Gerritje vertrekken eveneens uit Brummen, ook naar

Haarlem of Velzen. Het was in de Veluwezoom duidelijk geen vetpot. Het meest

waarschijnlijk, gezien hun latere bezigheden, is dat ze als tuinman en klusjesman

(vooral timmerman) naar het westen trokken, of met de bedoeling dat soort

bezigheden in het westen te gaan verrichten om er de kost mee te verdienen.

De zussen trouwden in Haarlem.

Jannetje met Harmen Vlotman op 25-10-1767; broer Rutger is getuige.

Gerritje trouwt op 05-02-1775 met Gerardus van de Veght uit Maarsen.

Gerritje was getuige bij de doop van het eerste kind van Gerrit en zijn vrouw Lijsje.

Zij eindigde als godsdienstwaanzinnige in het gesticht Nieuwer Amstel, waarin

haar man haar doet opnemen, nadat hij en de buren uitvoerig getuigenis hebben

afgelegd van de voor hem en haar onhoudbare toestand.

Al deze gegevens liggen vast. Maar er is meer.

- 37 -

In RBS (Rijksarchief Arnhem), DTB 367/368, blad 159, het register van

overledenen en begravenen van Brummen wordt vermeld:

�den 21 september 1782 Hendrik Swarthof bekent gemaakt het overlijden van

zijn vrouw, den 25e deselve begraven�.

In dezelfde DTB:

�de 13 december 1782 Geertgen Swarthof bekent gemaakt het overlijden van

haar vader, den 20e deselve begraven�.

Deze gegevens moeten zo uitvoerig worden vermeld, omdat ze helpen te

bepalen om welke Hendrik Swarthoff het gaat. Er zijn er immers meer.

Deze Hendrik Swarthof trouwt op 26-10-1725 en overlijdt in 1782, hij wordt

begraven op 20 december 1782.

Een andere Hendrik Swarthof

Een van de kinderen van Jan Swarthoff en Agnes van Veelen (zie ook bijlage 3)

heet Hendrik of Henrick, naar zijn grootvader Hendrik van Veelen.

Deze Hendrik wordt gedoopt in Hall op 15-10-1682 (Doopboek Hall, publ. 83,

blz 11). Hij trouwt op 29-01-1713 met Lijsbeth van Milligen

(Hall, trouwen lidmatenboek, 19, blz 21):

�Henrick Swarthoff j.m. tot Hall en Lijsbet van Millingen woonende tot Spankeren.

Getr. 29 jan 1713�.

Zij krijgen de volgende kinderen, die allen in Brummen worden gedoopt:

1. 09-12-1714 Agnes

2. 30-09-1716 Jan

3. 25-03-1718 Helmich

4. 03-12-1719 Agnes

5. 17-11-1720 Dellis

6. 26-10-1722 Christiaan


8. 02-01-1726 Judit

9. 26-10-1727 Jenny

10. 26-10-1727 Hendrik


12. 17-10-1734 Janna



- 38 -

Zie voor het bewijs ook de magescheid Swarthoff (gepubliceerd door Drs. J. van

Veelen inb Veluwse Geslachten, jaargang 9, nummer 2, 1984). Daar worden

Hendrik Swarthoff en Lijsbet van Milligen eveneens als echtgenoten genoemd

en Hendrik Swarthoff als zoon van Jan Swarthoff en Agnes van Vhelen.

Deze Hendrik Swarthoff is dus beslist niet de Hendrik Swarthoff, getrouwd

met Grietje Bekers. Ook hun zoon Hendrik, gedoopt 06-10-1727, is zeker niet

dezelfde als Hendrik Swarthoff gehuwd met Grietje Bekers.

Eerste conclusie

Hendrik Swarthoff, gehuwd met Lijsbeth van Milligen en zoon van Jan

Swarthoff en Agnes van Vhelen, geboren in 1682 (gedoopt 15 october 1682)

komt niet in aanmerking voor het vaderschap van Gerrit Swarthoff. Ook hun

zoon, Hendrik Swarthoff, geboren in 1727 (gedoopt 26 oktober 1727) kan niet

identiek zijn met Hendrik Swarthoff gehuwd met Grietje Bekers op 26 oktober

1725 en overleden in 1782 (begraven op 20 december 1782), aangegeven door

zijn oudste dochter Geertje.

Rutger Swarthoff

Voor zover tot nu toe bekend zijn er geen andere personen die de naam van

Hendrik Swarthoff dragen in de bewuste periode 1680 � 1725. Immers geen

van de kinderen die mogelijk Rutger Jansz Swarthoff uit Loenen tot vader

hebben, draagt de naam Hendrik (zie ook bijlage 2).

En zelfs indien een van diens kleinkinderen Hendrik zou heten (een kind van

Rutger, Jan (gehuwd met Geesje Jansen Grotenhuijsen) of Philippus (gehuwd

met Judith Wissink/Wessels), dan zou deze Hendrik niet de beoogde Hendrik

kunnen zijn. Hetgeen bewezen moet worden.

Rutger Swarthoff, zoon van Rutger Jansz Swarthoff en Metje Jansen

(Snappers) is mogelijk dezelfde als Rut Rutsen van Doornwaart, op 29-03-1696

gehuwd met Metjen Jacobsen (zie het trouwboek van Loenen, publ. 176 van

VVG, blz 1). Deze Rutger kan echter ook heel goed de zoon zijn van een andere

Rutger, omdat Doornwaart (Doorwerth) als, eventueel tijdelijke, woonplaats van

Rutger Jansz Swarthoff onwaarschijnlijk is. Rutger Jansz Swarthoff is als hij

trouwt afkomstig uit Ugchelen en woont in Loenen. Het is zelfs zeer de vraag of

Rutger Jansz Swarthoff een zoon die Rutger heet.

- 39 -

Alle Swarthoffen worden zo goed als zonder uitzondering met óók hun

achternaam aangeduid. De enige Rutger bij wie dat het geval is vóór 1700 is de

ons al bekende papiermolenaar Rutger Jansz Swarthoff (± 1645 -1716) uit

Loenen. Zijn broer Jan heeft geen zoon Rutger, zijn zuster Mechteld heeft geen

zoon Rutger. Indien Gerrit Swarthoff bekend uit Bronkhorst (hij arriveert in 1670

met attestatie in Bronkhorst, en is daar uit het onderwijzersambt gezet in 1675)

een broer is, dan is in ieder geval niet bekend of hij een zoon Rutger had.

De enige Rutger die verder voorkomt is de oudste zoon van Hendrik Swarthoff,

echtgenoot van Grietje Bekers; deze heet Rutger, maar sterft jong. Hun tweede

zoon noemen ze opnieuw Rutger (gedoopt 27-11-1729).

Een mogelijke andere, maar eerdere Rutger is een veronderstelling (zie bijlage 1),

namelijk de grootvader van Rutger Jansz Swarthoff, de papiermolenaar. Zijn

vader wordt immers verondersteld Jan Rutgers te heten.

Rutger Swarthoff, de oudste in leven blijvende zoon van Hendrik Swarthoff en

Grietje Bekers, hoeft echter niet vernoemd te zijn naar een grootvader of vader

Rutger Swarthoff, hij kan ook vernoemd zijn de grootvader van moeders kant.

Grietje Bekers heet Grietgen Rutgers Bekers; de eerstgeborene wordt zelfs

Rutger Bekers genoemd in het doopboek. Dat is mogelijk geen verschrijving,

maar een �vingerwijzing�, een �geheugensteun�, een vaststelling. Het staat er.

Hendrik Swarthoff opnieuw

Welke andere Hendrik Swarthoff wordt er in de periode 1680 � 1725 geboren.

Voorzover valt na te gaan, is dat er een. Het gaat om de zoon van Johanna.

In het doopboek van Hall, publ. 83, blz 19 staat:

�1708, 20 mei Hendrik Swarthoff, z.v. Saaijbroek zijn dochter Johanna�

In het doopboek van Brummen, dtb 372/84, luidt de tekst:

�Den 20 Maij (1708) is Saaijbroek zijn dogter Johanna haar kind gedoopt Hendrik

Swarthoff�.

In dtb 358, 359/8 (dopen Brummen 1708-1750) staat:

�23 Junij (1709) Een dogter van Rutger Bekers en Aaltjen Gerrits, genaamd

Geertgen�.

Als deze twee trouwen (let wel indien het ze zijn) op 26 oktober 1725, dan is

Hendrik goed 17 jaar oud, en Grietje goed 16 jaar. Dat is jong. Staat er daarom

in het trouwboek �consent beider ouders�? Johanna blijkt inmiddels getrouwd te

zijn � in 1712 � met Harmen Peters en dat betekent dat Hendrik Swarthoff

vanaf dat moment een stiefvader heeft. Of die zijn stiefzoon heeft geëcht, is

(nog) niet bekend.



- 40 -

Om het nog erger te maken, vinden we in het lidmatenboek van Brummen, publ. 37,

op blz 12:

�den 23 jan. 1714 hebben haar belijdenisse gedaan (onder meer:) Hendrik Swarthof�,

op blz 15:

�Den 12 apr. 1721 hebben belijdenisse van het gereformeerde gelove gedaan

(onder meer: ) Hendrik Swarthof�,

op blz 16:

�Den 26 Mart. 1723 hebben haar belijdenisse gedaan dese naar volgende (onder

meer: ) Grietgen Bekers dogter van Rutger Bekers�.

De eerste Hendrik Swarthoff moet de zoon zijn van Jan Swarthoff en

Lijsbet van Milligen, gedoopt 15-10-1682, immers Johanna van Saaijbroek�s

zoon Hendrik Swarthoff is dan 6 jaar.

Probleem is echter dat er voor de tweede genoemde Hendrik Swarthoff geen

andere in aanmerking komt dan Johanna�s zoon, maar die is op dat moment nog

geen 13 jaar oud (het is toch Bar Mitswah?!), terwijl Grietje, dogter van Rutger

Bekers, op 26-3-1723 nog geen 14 jaar oud is.

Zijn deze nu de gezochte Hendrik Swarthoff en Grietje Bekers, of niet? Die

belijdenisdata pleiten daar tegen. De trouwdatum maakt het niet onmogelijk, ze

zijn nog jong en/maar ze krijgen toestemming van beider ouders. Er pleit nog iets

voor. Het eerste kind wordt gedoopt op 25-8-1726 en is kennelijk geconcipieerd

binnen het huwelijk. Het laatste en elfde kind wordt geboren op 19-07-1747, 21

jaar later. De gevonden Grietje zou dan 37 jaar oud zijn en dat kan heel goed.

Elk jaar dat ze eerder geboren zou zijn, maakt een geboorte van die laatste zoon

in dezelfde mate onwaarschijnlijker. De vraag blijft echter onverkort hangen:

zijn dit de gezochte ouders van Gerrit Swarthoff?

Saaijbroek

Wie of wat was Saaijbroek? Een Swarthoff?

In het doopboek van Hall, publ. 83 staat het volgende vermeld:

blz. 10: 1680, 25 jan. Willemke, d.v. Jan Jansen in �t Nijebroek

blz. 11: 1681, 24 apr. Evert, z.v. Jan in �t Nijebroek

blz. 11: 1683, 29 apr. Janna, d.v. Jan Jansen in �t Nijebroek

blz. 12: 1684, 24 juli Holmer, z.v. Jan Jansen in �t Nijebroek

blz. 12: 1686, 6 jan. Aaltje, d..v. Jan Saijbroek.

- 41 -

In Hall worden ook de kinderen aangegeven van Thonis Willemsen en

Janneke Evers, die ook de moeder is van de kinderen van bovenstaande

Jan Jansen:

blz. 5: 1666, 29 jul. Willem, z.v. Tonis Willems en Janneke Evers

blz. 7: 1670, 10 apr. Evert, z.v. Tonis Willems in Nijbroek en Janneke Everts

blz. 8: 1672, 3 mrt. Gerrardus, z.v. Teunis Willems op �t Neijbroek

In Hall wordt tenslotte ook het kind aangegeven van Henrick Bartels en

Janneke Everts, die dan voor de twee keer gehuwd is:

blz. 9: Henrick, z.v. Henrick Bartels en Jenneke Everts. Geboren na zin vaders dood.

In het trouw en lidmatenboek van Hall 1650 � 1745, publ. 19, vinden we op

blz 32: �onder de ledematen ten tijde mijner bedieninge in de Gemeente Jesu

Christi tot hall aangenomen door Arn. Cloeck Predicant tot Hall 1685 � 1711�,

onder In Hall onder meer: Willemken Janssen in �t Saeijbroek

blz. 19: �1708, Evert Janssen j.m. uijt het Saeijbroek en Grietgen Rutgers j.d.

van Leuven zijn tot Brummen getrouwt sonder att. 8 jan.�

(dit sluit deze Grietgen Rutgers tegelijk uit als mogelijke vrouw van Hendrik Swarthoff)

blz. 21: �1712, Hendrick Peters j.m. van Loenen en Janna Janssen j.d. woonende

op �t Saaijbroek onder Hall met att na Loenen 13 aug.�

(deze Janna Janssen is Saaijbroeks dogter Johanna, de moeder van Hendrik

Swarthoff, die dus in onegt geboren lijkt).

Of de op blz. 33 van dit trouwen lidmatenboek van Hall genoemde met att van

Loenen in Hall aankomende Johanna Janssen dezelfde is, laat zich uit de

gegevens niet opmaken; er zijn meer vrouwen in die tijd die luisteren naar de

naam Janna/Janneke/Johanna Jans(s)en, evenals er meer zijn die Grietje of

Geertje Rutgers of Hendrik Swarthoff heten.

Het ziet er nu naar uit dat Nij(e)broek en Saaijbroek/Saijbroek/Saeijbroek

hetzelfde broek betreffen. Het ligt enige kilometers ten westen van Brummen,

enige kilometers ten zuiden van Hall.



- 42 -

Wie was Jan Jansen in �t Saaijbroek?

In het genoemde trouwen lidmatenboek van Hall, publ. 19, staat op

blz. 10: �1677, Jan Jansen j.m. s.v. Jan Hermens op de Geseker en Jenneken

Everts wed. van Henrick Bartels woonende int Saaijbroek. Getrouwd 2 sep.�

blz. 9: �1674, Henrick Bartelsen j.m. van Hall en Jenneken Everts weduwe van

Theunis Willemsen beijde van Hall, alhier getrout sept.�

blz 6: �1665 Thonis Willemsz, wedenaer van zal. Gerrytghien Jansen en

Janneke Evers, j.d. van Hall bevesticht op Sond. 10 Trin. den 30 July.�

blz. 4: �1658 Thonis Willemsz wed. m. van zal. Harmken Harmensz tot Eerbeeck

en Marry Willemsz een weduwe van Goessen Jansz bevesticht 3e Sond Trin.�

Verder op

blz. 8: �1703, Henderijck Theunissen wedn van Aeltjen Henderijcx van

Brummen en Willemken Janssen j.d. van Jan Janssen in het Saijbroek�

blz. 18: �1704, Henderijck Bartholts j.m. uijt het Saijbroek en Barentjen Janssen

j.d. met att na Doesburgh 10 maart�.

(Deze Henderijck is dus een oom van de in 1708 geboren Hendrik Swarthoff)

In hetzelfde trouwen lidmatenboek van Hall staat op blz. 32

�onder de ledematen ten tijde mijner bedieninge in de Gemeente Jesu Christi tot

Hall aangenomen door Arn. Cloeck Predicant tot Hall 1685 � 1711�:

�Evert Hendrickse en zijn h.v. Aeltjen Willemsen met att. van Enscheijde�.

Zij zijn dus tussen 1685 en 1711 in de Gereformeerde Gemeente van Hall

gearriveerd en ingeschreven. Is het onmogelijk dat ze de vader en moeder van

Jenneke Everts zijn? Jenneke Everts is afkomstig uit Hall, blijkens haar eerste

huwelijk waar ze jongedochter uit Hall wordt genoemd.

Het blijft een merkwaardig viertal namen in het licht van alle kinderen van

Jenneke Everts. Maar het toeval moet ook zijn deel hebben.

- 43 -

Wat vertellen al deze mensen ons?

De moeder van Johanna van het Zaaibroek heet Jenneke Everts.

Haar tweede en derde kind heten Janna en Evert.

Jenneken Everts is de weduwe van Hendrik Bartelsen,

De zoon uit het tweede huwelijk heet Henderijck Bartholts (hij heet Hendrik

naar zijn overleden vader, een bijna vaste gewoonte volgend die voorschreef dat

het kind geboren uit een voor of bij de geboorte gestorven ouder vernoemd werd).

Een in onegt geboren kleinzoon heet Hendrik (Swarthoff).

Jenneke Everts eerste man heet Thonis Willemsen; haar oudste dochter uit het

huwelijk met Jan Janssen heet Willemke.

Toch de vraag: heet het eerste kind van Jenneke Everts bij toeval Willemke en

het laatste bij toeval Aaltje en haar zoon en haar kleinzoon Hendrik

(zie dat echtpaar afkomstig uit Enschede)?

Op dezelfde blz. 32 van het trouwen lidmatenboek van Hall onder

�3 Namen der Ledematen die ik Johannes van Someren Predikant tot Hall

gevonden hebbe (1711)�, �in Hall� staat

�Jan Janssen in �t Saeijbroek obiit�.

Zijn vrouw Jenneke Evers zal inmiddels zijn overleden, waarschijnlijk al voor de

geboorte in 1708 van haar kleinzoon Hendrik Swarthoff. Zeker is dat overlijden

voor die datum natuurlijk niet.

Op blz. 35 onder �4 Namen der Ledematen die ik Johannes van Someren

Predikant tot Hall gevonden hebbe (1711) verandert tot den 16 nov. 1727� staat:

�Hendrik Peters op Saeijbroek met att. Van Loenen, weder na Brummen�.

Is zijn vrouw Johanna Janssen inmiddels overleden?

Nogmaals Hendrik Swarthoff

Uit de bovenstaande zo uitvoerig mogelijk weergegeven familie wordt Hendrik

Swarthoff in 1708 geboren en gedoopt op 20 mei van dat jaar.

De voornaam Hendrik kan hij gekregen hebben door vernoeming naar de tweede

man van zijn grootmoeder, Hendrik Bartelsen, ook door vernoeming van zijn

oom, de zoon uit het tweede huwelijk van zijn grootmoeder, Hendrik Bartholts.



- 44 -

En tenslotte zou ook de overgrootvader (gesteld dat het hier inderdaad de

overgrootvader betreft, wat zeer de vraag is) van zijn moeder nog de naamgever

kunnen zijn: Hendrik, de vader van Evert Hendrikse, de vader van Jenneke

Everts, de moeder van Johanna, de moeder van Hendrik Swarthoff.

De naam Swarthoff komt uit de lucht vallen. Had zijn moeder Johanna/Janna

Janssen uijt het Saaijbroek een affaire met een Swarthoff en was het vermoeden

gewettigd dat het kind verwekt bij Johanna door deze Swarthoff was verwekt,

zonder dat hij dat kon erkennen? Kan er een andere reden zijn?

Was het huis van Jan Janssen een boerderij op het Saaijbroek en de boerderij

het bezit van en genoemd naar een Swarthoff, zodat alle bewoners (een beetje)

Swarthoff heetten. Tenslotte is dat een zeer gebruikelijke gang van zaken in heel

Europa.

Nog een anekdote

Piet Swarthoff had een ijssalon in Den Burg op Texel. Hij was klein van stuk,

zoals veel leden van de Zijper familie Swarthoff en had een donkere bos haar,

ook niet ongebruikelijk bij ze. Ook zijn achterachterneef Arie Swarthoff was

klein van stuk. Gefotografeerd onder het straatnaambordje in Loenen van de

Rutger Swarthoff straat komen ze beide niet tot aan dat naambordje dat

gemakkelijk boven hun hoofd prijkt.

Kennissen van deze Piet Swarthoff zijn op een goed moment op vakantie in

Moravië, op de grens van Zuid-Duitsland en Tsechië. Tijdens een wandeling zien

ze op enige afstand voor zich een man lopen en beiden zeggen ze tegen elkaar,

maar dat is Piet Swarthoff. Ze roepen hem: Piet! Piet! Geen reactie. Vreemd.

Nog eens: Swarthoff! Swarthoff!. En warempel, de man draait zich om, maar is

niet� Piet Swarthoff van Texel, maar wel iemand die luistert naar de Duitse

naam Schwarzhoff. Toevalliger kan nauwelijks, sterker ook niet. Laten we het zo

zeggen, daarmee alles in het midden latend, het geeft te denken.

Niet alle doop- en trouwboeken van dit deel van de Veluwezoom zijn compleet.

In Brummen ontbreekt het tijdvak 1695 tot 1708. Het kan dus zijn dat er nog een

Hendrik Swarthoff en een Grietje Rutgers Bekers zijn gedoopt tussen pakweg

1647 en 1709. We moeten daarbij uitgaan van het geboortejaar van

Gerrit Swarthoff (1747) en nemen dan 50 jaar als uiterste leeftijd van de

moeder waarop ze hem ter wereld heeft kunnen brengen. Eerder dan 1699 lijkt

al erg onwaarschijnlijk, later dan 1709 eveneens. De gevonden Grietje Rutgers

Bekers is al jong genoeg!

- 45 -

De bedoeling van dit artikel is een mogelijke herkomst van Hendrik Swarthoff,

de vader van de Zijper stamvader Gerrit Swarthoff in beeld te brengen.

In ieder geval die mogelijke herkomst te zetten naast een al eens veronderstelde.

Het is zaak meer te weten te komen over het Zaaibroek en zijn bewoners.

En het zou prachtig zijn wanneer er notarieel of ander oudrechterlijk materiaal

zou kunnen worden gevonden dat licht zou kunnen werpen op de ouders van

Hendrik Swarthof, de man van Grietje Rutgers Bekers.

Literatuur

In Arnhem de dtb�s (rbs) van Brummen, Hall en Spankeren en verder de

volgende publicaties van de Vereniging Veluwse Geslachten:

Publicatie 19, Hall, Trouw- en Lidmatenboek 1650 � 1745,

tekstbewerking W. Zondrvan & B.J. van den Enk, 1984

Publicatie 83, Doopboek van Hall 1650 � 1745,

tekstbewerking E.S. v.d. Heijden, 1987.

Publicatie 268, Hall, overledenen en begravenen 1738 � 1791 (RBS 377) en

1791 � 1811 (RBS 378), bewerkt door H. Berghuis

Publicatie 128, Brummen, doopboek 1652 � 1695,

tekstbewerking drs. J. van Veelen, 1990

Publicaties 139a en 139b, Brummen, Huwelijksaantekeningen, deel 1 1652 �

1735 (met index) en deel 2 1736 � 1811 (met index),

corrector Pater J. J. Koekkoek en samensteller P.A.M. van den Berg

Publicatie 37, Lidmatenboek Brummen 1708 � 1818, drs J. van Veelen, 1984

Publicatie 274, Loenen, dopen 1695 � 1752 (RBS 70, 1695 � 1726 en RBS 71,

1726 � 1752), bewerkt door H.F.K Boks, 2005

Publicatie 176, Loenen, Trouwboek 1695 � 1752,

tekstbewerking B.J. van den Enk, 1993

Publicatie 8, Apeldoorn, doopboek 1674 � 1737, B.J. van den Enk, 1982



- 46 -

Bijlage 1

De oudste bekende generaties Swarthoff, die verschijnen in de Doop-, Trouw- en

Begraafboeken van Brummen, Hall, Loenen, alsmede in notariële actes, zijn

vanaf IIa (de eerste Rutger (I) is een veronderstelling):

veronderstelde eerste generatie

I

Rutger (1)

geb. ± 1575

tweede generatie

II a

Jan Rutgers, geb. ± 1605 in Hall - gest. voor 04-08-1661, tr. 1(trouwboek Hall)

Marrytken Dellesz (haar 2e huw op 04-08-1661 met Gerryt Harmensz, wed.

zal. Ermgart Hendrix)

II b (het is overigens zeer de vraag of Jan Rutgers en Gerrit broers zijn)

Gerrit Swarthoff, geb. ± 1608, in 1647 (39 jaar oud) inwoner van fort �s Gravenweert;

in 1659 heet hij Gerardt Swarthoff, eveneens in fort �s Gravenweert

IIIa.1

Jan Jansz Swarthoff, ± 1635 � 1711 Hall, tr. 03-11-1661 (trouwboek Hall)

Agnes van Vhelen (d.v. Hendrik van Vhelen) overl. 1718/1720

IIIa.2

Mechteld Jansd. Swarthoff , ± 1640, tr. 1. (1661, trouwboek Hall) Willem

Jansz, papiermaker tot Loenen, bouwt een papiermolen Het Oude Klooster, bij

de slijpmolen, overl. voor of in 1671, tr. 2. 1671, 26 martij, (trouwboek Hall)

Jasper Dirrix Enkelaar (Inkbar)

IIIa.3

Rutger Jansz Swarthoff (of: Ruthgher Janssz Swarthoff) j.m., Hall,

geb. ± 1645, overl. 1716, tr. voor 9 juli 1665 in Hall Metje Janse Snappers

(of: (Mettghien Janssz), van Nijkerken

(wonende beyde tot Ugchelen in Beekbergen met attest nae Beekbergen)

- 47 -

Bijlage 2

derde generatie

Uit het huwelijk van Jan Jansz Swarthoff (IIIa.1) en Agnes van Vhelen:

1. Anna Swarthoff, 01-02-1663 (ged. Hall) (j.d. van Johan Swarthoff �tot Hall�),

tr. 08-05-1681 (trouwboek Hall en Brummen) Geurt Gerrits, ? � voor 1720

(wednr van Wijssken Janssen �op den Rhijnderhoff�)

2. Aeltjen Swarthoff, 16-04-1666 (ged. Hall) (filia custodis Hallensis), tr.

20-04-1685 (trouwdag)(trouwboek Brummen) Johannes Schoonbeek, Eerbeek

3. Johan, Jan Swarthoff de oudste, 02-04-1669 (ged. Hall) � na 1720, tr.

Anna Margaretha Canceler, ? � 1743 (?)

4. Gerrit Swarthoff, 02-04-1745 (ged. Hall), tr. 17-01-1697 (trouwboek Hall)

Jannetje Bessums (uit Brummen)

5. Jenneke Swarthoff, 04-05-1674 (ged Hall)

6. Jan Swarthoff, 23-07-1676 (ged. Hall)

7. Jenneke, Janneke Swarthoff, 23-03-1679 (ged. Hall) � voor 1739, lidm

NH Kerk Brummen, tr. 14-03-1708 (trouwboek Hall) later Kortenoever

Hendrik Christiaans van Milligen uit Kortenoever (Spankeren)

8. Hendrik, Henrick Swarthoff, 15-10-1682 (ged. Hall) � 06-02-1751

(Brummen)( ook in Spankeren), (9-2-1718 vermeld als gerichtsman van het Ampt

Brummen), tr. 29-01-1713 (trouwboek Hall), Eerbeek �in den vos�

Liesbeth, Elisabeth Christiaans van Milligen uit Kortenoever, Spankeren

9. Jan Swarthoff de jongste, 23-11-1684 (ged Hall) � 03-02-1723, tr. 13-01-1714

(trouwboek Hall) Maria van Someren, uit Arnhem

Uit het eerste huwelijk van Mechteld Swarthoff (IIIa.2) en Willem Jansz

1. Rutger Willems(en), geb. ± 1661, tr. ± 1680 in Loenen Helleken Hendricks



- 48 -

Uit het tweede huwelijk van Mechteld Swarthoff (IIIb) en Jasper Dirrix

Enkelaar (Enclaer, Inkbar)

2. Enneken Jaspers, 10-01-1675 (ged. in Hall)

3. Aaltje Jaspers, 06-10-1678 (ged. in Hall)

4. Dieck, 14-11-1680 (ged. In Hall)

5. Aaltje Swarthoff, ged. 17-3-1720

Uit het huwelijk van Rutger Jans Swarthoff (IIIa.3) en Metje Janse (Snappers),

(van deze kinderen zijn de geboorte niet bekend):

1. Rutger (Rutgers) Swarthoff, geb. (deze Rutger is een veronderstelling, hij is

nergens gevonden)

2. Jacoba (Rutgers) Swarthoff, tr. 27-10-1704 Jan Henrix van Achtoenhove

3. Willempje (Rutgers) Swarthoff, overl. voor 18-04-1734 in Loenen, tr. 1.

28-04-1708 (trouwboek Loenen) Willem Franken, tr. 2. 05-01-1727 (trouwboek

Loenen) Maurits Reinhoud, j.m. van wijlen Casper Reinhoud (met Willempje

Swarthof weduwe van Willem Franken tot Loenen), Maurits Reinhoud trouwt

als weduwnaar van Willemtjen Swarthoff, alhier, met Aaltjen Harms op 18-4-1734.)

4. Jan (Rutgers) Swarthoff j.m.s. van Rutger Swarthoff, onderscholtus tot

Loenen, tr. 27-02-1701 (trouwboek Loenen), Geesjen Jansen Grotenhuijsen

j.d. van wijlen Jan Hendricks Grotenhuijsen, borger tot Zutphen

5. Philippus (Liepus) (Rutgers) Swarthoff, j.s. van Ruthger Swarthoff, tr.

16-04-1712 (trouwboek Loenen) Judith Wissink j.d. Wessel Wissink

6. Suzanne (Rutgers) Swarthoff, tr. 1712 Garrit Lambertsen Veen onder

Nunspeet

7. Christina (Rutgers) Swarthoff, tr. 25-04-1717 Willem Henrix van den Berg

- 49 -

Bijlage 3

vierde generatie

Uit het huwelijk van Gerrit Swarthoff (IIIa.1.4) en Jannetje Bessums

1. Marja Swarthoff, geb. 1698/1704 (belijdenis in Brummen 24-01-1725), naar

Zutphen met att in 1737)

2. Jan Swarthoff, ged. 19-02-1708

3. Willem Swarthoff, ged. 20-08-1709

4. Jantjen Swarthoff, ged. 03-04-1713 (belijdenis in Brummen 15-04-1730)

Uit het huwelijk van Hendrik Swarthoff (IIIa.1.8) en Lysbeth van Milligen

1. Agnes Swarthoff, ged. 09-12-1714 in Brummen overl. voor 1719

2. Jan Swarthoff, ged. 30-08-1716 in Brummen, uit �de vos�, belijdenis in

Brummen in 1735

3. Helmich Swarthoff (?), ged. 25-03-1718, belijdenis in Brummen 19-04-1745,

van Oeken

4. Agnes Swarthoff, ged. 03-12-1719 in Brummen, belijdenis in Brummen

11-04-1740 overl. 05-10-1804 in Brummen, tr. 09-06-1740 Hendrik van Eem,

? � 01-10-1804 in Zutphen

5. Dellis Swarthoff (heeft een zoon Gerrit, geb 1752;

6. Christiaan Swarthoff, ged. 26-10-1722

7. Christiaan Swarthoff, ged. 09-01-1724

8. Judit Swarthoff, ged. in Brummen 01-01-1726; Judich uit Oeken doet in

Brummen belijdenis op 25-04-1751

9. Jenny Swarthoff, ged. 26-10-1727 in Brummen

10. Hendrik Swarthoff, ged. 26-10-1727 in Brummen



- 50 -

11. Christiaan Swarthoff, ged. 01-02-1731 in Brummen

12. Janna Swarthoff, ged. 17-10-1734 (Janna kan ook een dochter zijn van

Hendrik Swarthoff en Grietje Bekers)

Uit het huwelijk van Jan Swarthoff (IIIa.1.9)) en Maria van Someren

1. Johan Swarthoff, geb./ged. 14-04-1717 (Johan S is luitenant)

2. Aletta Swarthoff, geb./ged. 20-10-1715, tr. Engelbertus Holwerda, (zij

verkopen op 11-9-1760 in Hall een jaarrente uit de Halse tiend) ze hebben de

kinderen Justin (30-9-1745), Engelbert Aletta (1748) en Fibia (of: Tibia) (1751)

3. Aaltje Swarthoff, geb./ged. 1720

Uit het huwelijk van Philippus Swarthoff (IIIa.3.5) en Judith Wissink

1. Willem Swarthoff, geb./ged. 23-07-1712

2. Willem Swarthoff, geb./ged. 29-03-1715

3. Johanna Swarthoff, geb./ged. 07-06-1722 (doet belijdenis in Brummen op

19-04-1751 en gaat op 15-09-1760 naar Deventer)

4. Metje Swarthoff, geb./ged. 22-10-1724, tr. Gerrit Lambertsen (uit Beekbergen)

5. Rutger Swarthoff, geb./ged.23-03-1731 (doet 12-04-1750 in Brummen

belijdenis, afkomstig uit Leuvenheim), tr. Elisabeth de Paauw

Ze krijgen in 1765 een dochter, Anna Swarthoff

6. Barth Swarthoff, geb./ged. 23-09-1734, tr. 1762 Elisabeth Harskamp. Ze

krijgen de volgende kinderen Philippus (1763), Nicolaas (1765) tr. Greetje

Wiemers uit Hoogeveen; zoon Barth Swarthoff), Judith (1767), Willem (1770)

7. Martinus Swarthoff, geb./ged. ? in Amsterdam, tr. R.E. Bendercks

Ze krijgen als kinderen Hendrik (1763) en Elisabeth (1766)

8. Aggenita Swarthoff, geb./ged. ? in Amsterdam, tr. J. Slotman

- 51 -

Bijlage 4

Ook de kinderen van Hendrik Swarthoff en greitje Bekers zouden behoren tot de

vierde generatie,zij zelf tot de derde, indien we bij hen te maken hebben met

echter Swarthoffen.

Uit het huwelijk van Hendrik Swarthoff en Grietje Bekers

1. Geertje Swarthoff, geb./ged. 07-03-1728

2. Rutger Swarthoff, geb./ged.27-11-1729 (belijdenis vermoedelijk in Brummen

op 12-04-1750, afkomstig uit Leuvenheim) � 17-04-1814 in St. Maartensbrug

(Zijpe) (zijn broer Gerrit doet aangifte).

3. Wilmia Swarthoff, geb./ged. 11-12-1732 (op 23-06-1752 doet Wilhelmina

Swarthoff in Brummen belijdenis, afkomstig uit Leuvenheim)

4. Dirk-Jan Swarthoff, geb./ged. 03-01-1734

5.Jantje Swarthoff, geb./ ged. 20-10-1735

6. Gerrit-Jan Swarthoff, geb./ged. 06-11-1740

7. Gerrit Swarthoff, geb./ged. 7-5-1743

8. Gerrit Swarthoff, geb./ ged. 1747 (ingekomen in Weesp op 31-03-1768 met

attestatie van Brummen) � 07-02-1833 in Zijpe (hij was timmerman en bediende

van politie), tr. Elisabeth Kreub ? � 02-08-1797 in Zijpe.

Ze krijgen de volgende kinderen: Aaltje (1778), doodgeboren kind (1780),

Grietje (1781), Jannetje (1784), Dirk Jan (1786), Jan (1789), Jan (1791) en

Grietje (1794).



- 52 -

Genealogie/parenteel families Reusken in Loenen

Door: Irene en Hein Biezeman, lidnr. 699, Plataanweg 36, 3053 LP Rotterdam.

Beknopte versie. Bijgewerkt tot 10 januari 2006. Generatie VIII, jongste generatie,

niet opgenomen.

Na generatie V zijn alleen de families in Loenen gedetailleerd weergegeven.

Bronnen: Gelders Archief Arnhem, CBG Den Haag, archief van Harry Reusken

Haaksbergen, documenten van families Reusken Loenen.

Generatie I.

Wilm op �t Rusken, ged. ca. 1720, tr. (RK) Haarle Maria

Kinderen:

1. Hermannus, ged. (RK) Haarle 14-04-1755. Volgt II

2. Joannes, ged. (RK) Haarle 1758.

3. Joannes, ged. (RK) Haarle 1759.

4. Arnoldus, ged. (RK) Haarle 1763.

Generatie II.

Hermanus Reusken, ged. (RK) Haarle 14-04-1755, overl. tr. Maria Herms

Kinderen:

1. Wilhelmina, ged. Haarle 1780. Volgt III-1.

2. Tonia, ged. ca. 1780, overl. Diepenveen 1848, tr. Willem Alferink.

3. Hermannes, ged Haarle 1786, tr. 1. Mijne Gerrits aan �t Ruijterhuis,

tr. 2. Willemina Ruiters. Volgt III-2.

4. Bernardus, ged. Hellendoorn 13-04-1791. Volgt III-3.

5. Gerradina, ged. Hellendoorn, overl. Diepenveen 1875. Volgt III-4.

6. Jan Willem, ged. 1799, overl. Raalte 1823.

Generatie III-1

Wilhelmina, ged. (RK) Haarle 1780, tr. (RK) Haarle 1809 Jan Roelofs.

Kinderen:

1. Antonia Roelofs, geb. Raalte 1811.

- 53 -

Generatie III-2.

Hermannes, ged Haarle1786, tr. 1. Mijne Gerrits aan �t Ruijterhuis

(Willemina Ruiters).

Kinderen:

1. Gerrit, geb. Raalte 21-03-1816. Volgt IV-1.

2. Maria, geb. Raalte 30-03-1818. Volgt IV-2.

3. Janna, geb. Raalte 28-04-1824 Volgt IV-3

4. Willem, geb. Raalte 10-04-1829 Volgt IV-4.

Generatie III-3.

Bernardus Reusken, ged. (RK) Haarle-Hellendoorn 13-04-1791, overl. Loenen

14-07-1858, tr. Voorst 14-02-1824 Henrica Willems Streppel, ged. (RK)

Duistervoorde-Wilp 22-05-1798, overl. Loenen 27-09-1880.

Kinderen:

1. Hermanus, geb. Loenen 25-11-1824, overl. Loenen 22-05-1825.

2. Willem, geb. Loenen 05-01-1826. Volgt IV-5.

3. Hermanus, geb. Loenen 15-12-1826, overl. Loenen 15-04-1827.

4. Jan Willem, geb. Loenen 23-04-1828. Volgt IV-6.

5. Hermanus, geb. Loenen 21-07-1830. Volgt IV-7.

6. Gradus, geb. Loenen 30-08-1832. Volgt IV-8.

7. Janna, geb. Loenen 15-09-1834. Volgt IV-9.

8. Regina, geb. Loenen 21-11-1836. Volgt IV-10.

9. Johannes, geb. Loenen 10-01-1839, overl. Loenen 15-01-1839.

10. Martinus, geb. Loenen 10-01-1839, overl. Loenen 14-01-1839.

11. Wilhelmina, geb. Loenen 22-06-1840. Volgt IV-11.

Generatie III-4.

Gerradina, geb. Hellendoorn, overl. Diepenveen 1875, tr. 1. Jannes Masman,

overl. Diepenveen 1831, tr. 2. Diepenveen 15-03-1832

Henricus Klijn Middelink, geb. 1787

Kinderen:

1. Geradina Masman, geb. Diepenveen 1830



- 54 -

Generatie IV-1.

Gerrit Reusken, geb. Raalte 21-03-1816, overl. Raalte 1883, tr. (RK) Raalte

25-04-1850 Johanna Bruinselaar, geb. Ballast 14-08-1820, overl. Raalte 1898.

Kinderen:

1. Willemina, geb. 1859.

Generatie IV-2.

Maria Klein Reusken, geb, Raalte 30-03-1818, tr. Diepenveen 02-05-1839.

Antonij Lobbert, ged. Diepenveen 1810.

Kinderen:

1. Tonia Lobbert, geb. Diepenveen 1841.

2. Willemina Lobbert, geb. Diepenveen 1842.

3. Johanna Lobbert, geb. Diepenveen 1850

4. Johannes Lobbert, geb. Diepenveen 1851.

5. Hermanus Lobbert, geb. Diepenveen 1852.

Generatie IV-3.

Janna Reusken, geb. Raalte 28-04-1824, overl. Diepenveen 1895, tr.

Diepenveen 22-04-1858 Gerrit Jan Schilderman, geb. Diepenveen 1827,

overl. Diepenveen 1900.

Generatie IV-4.

Willem, geb. Raalte 10-04-1829, overl. Raalte, 1888, tr. Raalte 10-05-1855

Gerritdina IJmenschot, geb. Zwolle 1824, overl. Raalte 1891.

Kinderen:

1. Hermina, geb. Raalte 02-06-1856. Volgt V-1

2. Maria, geb. Raalte 15-09-1859. Volgt V-2

3. Hermanus, geb. Raalte 08-04-1863. Volgt V-3

Generatie IV-5.

Willem Reusken, geb. Loenen, 05-01-1826, overl. Loenen 05-02-1881,

landbouwer, tr. Apeldoorn 15-02-1862 Johanna ter Heerdt,

geb.Voorst 13-09-1836, overl. 16-03-1879.

Kinderen:

1. Berendina Hendrika, geb. Loenen 15-01-1863. Volgt V-4.

2. Albertus Gradus, geb. Loenen 20-04-1864. Volgt V-5.

3. Bernardus Hendrikus, geb. Loenen 12-01-1866.

4. Grada Hendrika, geb. Loenen 12-04-1867, overl. Loenen 20-05-1868.

- 55 -

5. levenloos meisje, overl. Loenen 19-05-1868.

6. Johannes Antonius, geb. Loenen 01-11-1869.

7. Johanna Grada, geb. Loenen 17-03-1871, overl. Voorst 20-10-1894, dienstbode.

8. Hendrikus Wilhelmus, geb. Loenen 25-07-1872. Volgt V-6.

9. Hermanus Bernardus, geb. Loenen 12-06-1874, overl. Loenen 26-03-1875.

10. Gradus Johannes, geb. Loenen 01-02-1877. Volgt V-7.

11. levenloos meisje, overl. Loenen 17-02-1878.

12. levenloos jongetje, overl. Loenen 09-03-1879.

Generatie IV-6.

Jan Willem Reusken, geb. Loenen 23-04-1828, landbouwer, overl. Apeldoorn

10-03-1871, Voorst 18-02-1865 Maria Slief, geb. Wilp 24-01-1842,

overl. Loenen 22-06-1903.

Kinderen:

1. Berendina Hendrika, geb. Loenen 04-09-1866. Volgt V-8.

2. Alberdina Maria, geb. Loenen 04-10-1868. Volgt V-9

3. Bernardus Hermanus, geb. Loenen 04-10-1870, overl. Loenen 08-09-1872.

Generatie IV-7.

Hermanus Reusken, geb. Loenen 21-07-1830, overl. tr. Voorst 07-01-1860

Johanna Bosgoed, geb. Twello 04-06-1831, overl.

Kinderen:

1. Arnoldus, geb. Twello 18-11-1860.

2. Hendrika Johanna, geb. Twello 04-02-1862 Volgt V-10.

3. Wilhelmus, geb. Twello 03-04-1863. Volgt V-11.

4. Bernardus, geb. Twello 30-01-1865. Volgt V-12.

5. Johanna Antonia, geb. Twello 14-11-1866.

6. Gradus Antonius, geb. Twello 20-01-1868, overl. Twello 14-04-1868.

7. Antonia, geb. Twello 22-06-1869.

8. Grada, geb. Twello 27-01-1871, overl. Twello 12-12-1871.

9. Grada Mathilda, geb. Twello 06-07-1872.

10. Johannes, geb. Twello 04-01-1875.



- 56 -

Gradus Reusken,

30 augustus 1832

-

16 april 1904

en

Anna IJsseldijk,

28 februari 1835

-

10 januari 1918.

Generatie IV-8.

Gradus Reusken, geb. Loenen 30-08-1832, overl. Loenen 16-04-1904, timmerman, tr.

Apeldoorn 07-02-1863 Anna IJsseldijk, geb. Apeldoorn 28-02-1835, overl.

Loenen 10-01-1918.

Kinderen:

1. Berendina, geb. Loenen 25-04-1864.

2. Gerhardus Antonius, geb. Loenen 17-03-1866. Volgt V-13.

3. Hendrika Maria, geb. Loenen 23-03-1868, overl. 07-06-1868.

4. Antonia Regina, geb. Loenen 23-05-1868, overl. 04-02-1869.

5. Hendrika Maria, geb. Loenen 25-12-1869. Volgt V-14.

6. Johannes Martinus, geb. Loenen 15-10-1873 overl. Loenen 22-02-1893.

- 57 -

Generatie IV-9.

Janna, geb. Loenen 15-09-1834, overl. Eerbeek 06-01-1875, tr. 1. Apeldoorn

23-05-1857 Bernardus Reinierus Tijdink, geb. Eerbeek 29-05-1812, dagloner,

overl. Eerbeek 10-11-1866, tr. 2. Brummen 07-09-1867 Johannes Vakkert, geb.

Raalte 31-07-1835, landbouwer.

Kinderen:

1. Wilhelmus Hendrikus Tijdink, geb. Eerbeek 1860.

2. Hendrika Tijdink, geb. Eerbeek 1862, overl. 17-05-1863.

3. Hendrika Tijdink, geb. Eerbeek 1865 overl.06-12-1874.

4. Hermanus Johannes Vakkert, geb. Eerbeek 1871.

5, Johanna Wilhelmina Vakkert, geb. Eerbeek 1872, overl. 08-03-1874.

6. Levenloos meisje, overl. Eerbeek 29-10-1874.

Generatie IV-10.

Regina, geb. Loenen 21-11-1836, overl. Arnhem 12-08-1903, tr. 1. Apeldoorn

18-08-1860 Hendrik Beekman, geb. Brummen 13-02-1823, overl. Apeldoorn

14-01-1866, winkelier, tr. 2. Apeldoorn 11-05-1867 Gradus Johannes Heeregrave,

geb. Voorst 07-08-1831, dagloner, overl. Arnhem 14-01-1923.

Kinderen:

1. Bernardus Hendrikus Beekman, geb, Loenen 09-10-1861.

2. Hendrikus Wilhelmus Beekman, geb. Loenen 11-04-1864.

3. Theodorus Wilhelmus Beekman, geb. Loenen 12-01-1866

4. Wilhelmina Hendrika Heeregrave, geb. Loenen 16-02-1868.

5. Hendrika Maria Heeregrave, geb. Loenen 24-04-1869.

6. Elizabeth Maria Heeregrave, geb. Loenen 03-09-1871.

7. Johannes Hermanus Heeregrave, geb. Loenen 09-02-1874.

8. Gradus Johannes Heeregrave, geb. Loenen 12-04-1876.

9. Regina Johanna Heeregrave, geb. Loenen 30-06-1877.

10. Wilhelmus Martinus Heeregrave, geb. Loenen 26-02-1880.



- 58 -

Generatie IV-11

Wilhelmiena, geb. Loenen 22-06-1840, overl. Loenen 08-12-1906,

koffiehuishoudster, tr. Apeldoorn 21-11-1868 Albertus Tiedink, geb. Voorst

08-07-1819, schoenmaker, overl. 21-09-1894, wednr. van Johanna Terpelle.

Kinderen:

1. Berendina Johanna Tiedink, geb. Loenen 26-10-1869.

2. Berendina Johanna Tiedink, geb. Loenen 09-12-1870.

3. Hendrikus Bernardus Tiedink, geb. Loenen 07-01-1873.

4. Johanna Theodora Tiedink, geb. Loenen 12-05-1875.

5. Grada Johanna Tiedink, geb. Loenen 15-07-1878.

6. Wilhelmiena Gerredina Tiedink, geb. Loenen 25-02-1883.

Generatie V-1.

Hermina, geb. Raalte 02-06-1856, overl. Raalte 1920, tr. Raalte 06-10-1876

Joannes Groote Stroek, geb. Raalte 19-06-1852.

Kinderen:

1. Johannes Groote Stroek, geb. Raalte 28-09-1881.

2. Antonia Groote Stroek, geb. Raalte 20-01-1890.

Generatie V-2.

Maria, geb. Raalte 15-09-1859, tr. Raalte 20-04-1882, Johannes Tibben, geb.

Raalte 13-03-1851, overl. Raalte 1923.

Kinderen:

1. Antonius Tibben, geb. Raalte 1883.

2. Gerritdina Tibben, geb. Raalte 1885.

3. Gerrit Tibben, geb. Raalte 1887.

4. Maria Tibben, geb. Raalte 1888.

5. Johanna Wilhelmiena Tibben, geb. Raalte 1895.

Generatie V-3.

Hermanus, geb. Raalte 08-04-1863, tr. Raalte 11-10-1888

Johanna Maria Kremer, geb. Holten 1867.

- 59 -

Generatie V-4.

Berendina Hendrika, geb. Loenen 15-01-1863, overl. tr. Apeldoorn 01-05-1863

Johannes Martinus Blom, geb. Loenen 21-03-1851, landbouwer.

Kinderen:

1. Gradus Johannes Blom, geb. Zilven 18-06-1887.

2. Wilhelmus Johannes Blom, geb. Zilven 25-04-1889.

3. Grada Johanna Blom, geb. Zilven 14-07-1890.

4. Johanna Gerdina Blom, geb. Zilven 20-11-1891.

5. Wilhelmina Antonia Blom, geb. Zilven 26-03-1893.

6. Johannes Hendrikus Blom, geb. Zilven 03-11-1894.

7. Hendrika Maria Blom, geb. Zilven 18-05-1896.

8. Bernardus Hendrikus Blom, geb. Zilven 13-10-1898.

9. Bernardus Hendrikus Blom, geb. Zilven 02-03-1900.

10. Antonia Alberta Blom, geb. Zilven 06-04-1901.

11. Johannes Martinus Blom, geb. Zilven 07-01-1904, overl. 21-01-1904.

Generatie V-5.

Albertus Gradus Reusken, geb. Loenen 20-04-1864, overl. Voorst 10-05-1933,

tr. Apeldoorn 17-02-1900 Johanna Berendina Klomp, geb. Loenen 10-12-1875

Generatie V-6.

Hendrikus Wilhelmus Reusken, geb. Loenen 25-07-1872, tr. Elst 02-05-1907

Theodora Maria Huijink, geb. Didam 27-05-1871.

Generatie V-7.

Gradus Johannes Reusken, geb. Loenen 01-02-1877, tr. Duiven 27-04-1910

Engelina Elisabetha Hendriksen, geb. Duiven 08-04-1880.

Kinderen:

1. Johanna Theodora, geb. Bemmel 1918, overl. Bemmel 10-03-1919.

Generatie V-8.

Berendina Hendrika, geb. Loenen 04-09-1866, tr. 1. Apeldoorn 11-04-1891

Carolus Johannes Tiedink, geb. Loenen 03-10-1863, landbouwer, tr. 2.

Apeldoorn 15-02-1896 Hermanus Schiphorst, geb. Raalte 04-05-1863.

Kinderen:

I. Marie Gerdina Tiedink, geb. Loenen 06-09-1892.

2. Johanna Maria Tiedink, geb, Loenen 17-02-1894.

3. Berendina Carolina Tiedink, geb. Loenen 09-09-1895.



- 60 -

Generatie V-9

Alberdina Maria, geb. Loenen 04-10-1868, overl. Culemborg 05-11-1939, tr.

Culemborg 18-11-1895 Albertus Marinus Merkx, geb. 25-05-1867, overl.

Culemborg 27-06-1951.

Kinderen:

1. Martinus Johannes Merkx, geb. Culemborg 25-05-1896.

2. Johannes Marinus Henrikus Merkx, geb. Culemborg 20-11-1897.

3. Albertus Franciscus Merkx, geb. Culemborg 29-01-1900.

4. Catharina Maria Merkx, geb. Culemborg 11-01-1902.

5. Hendrikus Josephus Merkx, geb. Culemborg 20-12-1903.

6. Maria Alberdina Merkx, geb. Culemborg 20-07-1906.

7. Josephus Johannes Merkx, geb. Culemborg 27-05-1909.

8. Alberdina Maria Merkx, geb. Culemborg 18-03-1914.

Generatie V-10.

Hendrika Johanna, geb. Twello 04-02-1862, overl. Voorst 10-03-1939, tr. 1.

Voorst 18-02-1882 Willem Brinkman, geb. Diepenveen 1851, tr. 2. Voorst

31-05-1883 Xeno Poll, geb. Voorst, 18-02-1857.

Kinderen:

1. Gerhardus Johannes Poll, geb. Voorst 1885.

2. Johannes Hermanus Poll, geb. Voorst 1887.

3. Levenloos, overl. Voorst 1892.

4. Wilhelmina Antonia Poll, geb. Voorst 1895.

Generatie V-11.

Wilhelmus Reusken, geb. Twello 03-04-1863, landbouwer, tr. Voorst 31-05-1902

Hendrika Maria Broekhof, geb. Voorst 03-01-1870, overl. wed. van Johannes

Schutte.

Generatie V-12.

Bernardus Reusken, geb. Voorst 28-01-1864, tr. Voorst 17-02-1906 Maria

Gerdina Dijkman, geb. Epe 1866.

Kinderen:

1. Hermanus Wilhelmus, geb. Voorst 1907, overl. Voorst 02-02-1925.

2. Gerhardus Johannes, geb. Nijbroek 03-05-1913. Volgt VI-1

- 61 -

Gradus Reusken en Anna Keetelaar met van links naar rechts: Riek, Jo, Hein, Arnold (Nol). 1921.

Generatie V-13.

Gerhardus Antonius Reusken, geb. Loenen 17-03-1866, timmerman,

overl. 02-12-1937, tr. Gendringen 12-10-1896 Johanna Geertruida Ketelaar,

geb. 02-07-1872, overl.

Kinderen:

1. Johanna Gerharda, geb. Loenen 12-08-1897. Volgt VI-2

2. Henricus Johannes, geb. Loenen 30-06-1898. Volgt VI-3.

3. Bernardus Arnoldus, geb. Loenen 10-12-1899, overl. Loenen 14-07-1900.

4. Bernardus Arnoldus, geb. Loenen 17-12-1900, overl. Loenen 28-01-1901.

5. Arnoldus Bernardus, geb. Loenen 06-03-1902. Volgt VI-4.

6. Henrika Johanna, geb. Loenen 26-08-1907.

7. Johannes Albertus Martinus, geb. 1909 overl. 03-06-1909.



- 62 -

Staand: Arnold (Nol) Reusken, Theo Theunissen, Gerard Braam, Riek Reusken, Jan Reusken Hzn, Gradus Reusken Hzn, Hein Reusken.

Zittend: Marie Reusken-Brugman met Hendrik Azn, Jo Theunissen-Reusken met Johan Theunissen,

Gradus Reusken Sr. Anna Reusken-Ketelaar, Anna Reusken-Derickx met Frans Reusken, Arnold Reusken Hzn.

Geknield: Anna Reusken Adr, Liesbeth Braam.

Voorste rij: Geert Reusken, Wim Reusken, Hein Reusken Azn, Willemien Reusken, Lina Reusken, Henk Reusken Hzn,

Annie Reusken Hdr. Jozef Reusken, Harry Reusken, Hermien Reusken. 1936.

Generatie V-14.

Hendrika Maria, geb. Loenen 25-12-1869, tr. 1. Apeldoorn 23-02-1895 Antonie

Rodink, geb. Voorst 11-08-1858, landbouwer, overl. Zilven 06-07-1903. tr. 2.

Apeldoorn 04-01-1908 Albertus Johannes Hurenkamp, geb. 18-02-1861,

landbouwer, overl. Apeldoorn 31-03-1935, wednr. van Gerritdina Hulleman.

Kinderen:

1. Hermina Berendina Rodink, geb. Zilven 23-11-1895, overl. Zilven 02-05-1896.

2. Hermina Berendina Rodink, geb. Zilven 27-02-1898.

3. Johanna Grada Rodink, geb. Zilven 17-04-1899.

4. Gradus Johannes, geb. Zilven 08-02-1902.

- 63 -

Generatie VI-1

Gerhardus Johannes, geb. Nijbroek 03-05-1913, overl. Deventer 01-04-1994,

tr. Klarenbeek 17-07-1948 Antonia Johanna Boerkamp,

geb. Klarenbeek 04-03-1928, overl. Deventer 31-08-1999.

Generatie VI-2.

Johanna Gerharda Reusken, geb. Apeldoorn 12-08-1897. overl. Apeldoorn,

tr. 1. Apeldoorn 17-11-1921 Gerhardus Johannes Braam, geb. Bergh 1893,

overl. Dichteren 21-04-1929, tr. 2. Apeldoorn Theodorus Theunissen,

geb. Bemmel 10-03-1901, overl. Loenen 16-11-1968. Volgt VI-1

Kinderen (1):

1. Theodorus Gerhardus Braam, geb. 1923, overl. Dichteren 13-02-1926.

2. Gerard Braam, geb. Loenen 22-07-1925.

Kinderen (2):

1. Johannes Theunissen.

2. Elisabeth Theunissen.

Generatie VI-3.

Henricus Johannes Reusken, geb. Loenen 30-06-1898, overl. Apeldoorn

19-07-1979, tr. Brummen 21-08-1923 Johanna Maria Derickx, geb. Brummen

04-08-1897, overl. Eerbeek 15-07-1985.

Kinderen:

1. Gerhardus Johannes, geb. Loenen 25-06-1924. Volgt VII-1.

2. Johannes Hermanus, geb. Loenen 25-06-1924. Volgt VII-2.

3. Hermina Hendrika, geb. Loenen 05-09-1925. Volgt VII-3.

4. Johanna Catharina, geb Loenen 12-12-1926. Volgt VII-4.

5. Arnoldus Bernardus, geb. Loenen 26-09-1928, overl. Kerkrade 06-05-2004.

6. Hendrikus Gerhardus, geb. Loenen 22-02-1930. Volgt VII-5.

7. Henricus Johannes, geb. Loenen 05-07-1931. Volgt VII-6.

8 Josephus Antonius, geb. Loenen 07-06-1933. Volgt VII-7.

9. Franciscus Josephus, geb. Loenen 11-03-1936. Volgt VII-8.

10.Johanna Maria Josephina, geb. Loenen 05-03-1939.

Generatie VI-4.

Arnoldus Bernardus Reusken, geb. Apeldoorn 06-03-1902, overl. Apeldoorn

24-12-1990 tr. 1. Apeldoorn Maria Brugman, geb. Loenen 12-04-1900, overl.

Loenen 18-05-1950. tr. 2. Wijhe 01-10-1955 Wilhelmina Adriana Schuiling,

geb. Wijhe 24-02-1911, overl. Apeldoorn 05-10-1969.



- 64 -

Kinderen:

1. Johanna Gerharda, geb. Loenen 30-03-1929. Volgt VII-9.

2. Gerhardus Henricus, geb. Loenen 16-06-1930, Volgt VII-10.

3. Carolina Wilhelmina, geb. Loenen 16-06-1930. Volgt VII-11.

4. Wilhelmina Johanna, geb. Loenen 22-07-1931. Volgt VII-12.

5. Wilhelmus Johannes, geb. Loenen 09-10-1932. Volgt VII-13.

6. Henricus Johannes, geb. Loenen 14-07-1934. Volgt VII-14.

7. Hendrikus Gerardus, geb. Loenen 10-05-1936. Volgt VII-15.

8. Arnoldus Bernardus, geb. Loenen 10-08-1938. Volgt VII-16.

9. Bernardus Wilhelmus, geb. Loenen 20-07-1939. Volgt VII-17.

10.Johannes Antonius, geb. Loenen 31-07-1942. Volgt VII-18.

Generatie VII-1.

Gerhardus Johannes Reusken, geb. Loenen 25-06-1924, tr. Gendringen 16-04-

1952 Wilhelmina Johanna Theodora van Raay, geb. Gendringen 30-05-1924.

Generatie VII-2.

Johannes Hermanus Reusken, geb. Loenen 25-06-1924, overl. Arnhem

18-07-1979, magazijnbediende, tr. Velp 26-11-1952 Aleida Geurds, geb. Velp

03-03-1924, atelier medewerkster.

Kinderen:

1. Henricus Johannes, geb. Arnhem 13-11-1953.

2. Johanna Maria, geb. Arnhem 11-11-1955.

Generatie VII-3.

Hermina Hendrika Reusken, geb. geb. Loenen 05-09-1925, verpleegkundige,

tr. 08-10-1957 Henk Janssen, geb. Arnhem 29-03-1925, overl. Arnhem

12-07-1997, eigenaar palinghuis/conciërge.

Kinderen:

1. Maria Johanna Bernadette Janssen, geb. Arnhem 22-01-1959,

overl. Spanje 03-07-2005.

2. Paulus Hendrikus Johannes Janssen, geb. Arnhem 17-06-1960.

3. Balduinis Hendrikus Ignatius Janssen, geb. Arnhem 17-02-1964.

4. Patricia Johanna Maria Janssen, geb. Arnhem 20-12-1965.

Generatie VII-4.

Johanna Catharina Reusken, geb Loenen 12-12-1926, verkoopster, tr. Loenen

08-09-1954 Gerhardus Antonius Olthof, geb. Deventer 31-12-1924, overl.

Deventer 01-07-1983, etaleur.

- 65 -

Kinderen:

1. Antonius Gerhardus Olthof, geb. Deventer 19-07-1955.

2. Max Jozef Olthof, geb. Deventer 22-08-1956.

3. Robertus Gerhardus Olthof, geb. Deventer 14-09-1957.

4. Petrus Ignatius Maria Olthof, geb. Deventer 19-06-1961.

Generatie VII-5.

Hendrikus Gerhardus Petrus Reusken, geb. Loenen 22-02-1930, overl.

Eerbeek 14-09-2004, aannemer, tr. Brummen 05-05-1962 Janny Schotpoort,

geb. Eerbeek 15-09-1935.

Kinderen:

1. Henricus Johannes, geb. Apeldoorn 07-07-1963.

Generatie VII-6.

Henrikus Johannes Reusken, geb. Loenen 05-07-1931, bankdirecteur, tr.

Alphen a/d Rijn 13-11-1961 Anna Alida Maria van Frankfoort, geb. 13-09-1938

groepleidster.

Kinderen:

1. Ilona Clementine Johanna Maria, geb. Wehl 21-07-1963.

2. Nicole Johanna Josepha Maria, geb. Wehl 31-05-1965.

3. Chantal Bernadette Elisabeth Maria, geb. Haaksbergen 25-09-1969.

4. Henrikus Johannes, geb. Haaksbergen 04-12-1971.

Generatie VII-7.

Josephus Antonius Reusken, geb. Loenen 07-06-1933, leraar bouwkunde, tr.

23-07-1960 Carolina Hendrika Aarnink, geb. Loenen.

Kinderen:

1. Lucas Joseph, geb. Doesburg 21-09-1961.

2. Antoinette Maria, geb. Doesburg 18-02-1963.

3. Inge Maria, geb. Doesburg 06-05.1965.

Generatie VII-8.

Franciscus Josephus Reusken, geb. Loenen 11-03-1936, overl. Loenen 19-06-

1983, tr. Klarenbeek 08-04-1961 Maria Johanna Hulleman, geb. 09-05-1937.

Kinderen:

1. Stephanus Maria, geb. Loenen 25-12-1961.

2. Monica Maria, geb. Loenen 05-01-1963.

3. Ignatius Arnoldus, geb. Loenen 20-11-1964.

4. Jacqueline Wilhelmina, geb. Loenen 14-05-1967.



- 66 -

Generatie VII-9.

Johanna Gerharda Reusken, geb. Loenen 30-03-1929, overl. Eerbeek 09-02-2001,

tr. Loenen 11-06-1953 Theodorus Johannes Jurrius, geb. Wehl 08-04-1921,

overl. Eerbeek 14-07-2005.

Kinderen:

1. Theodorus Johannes Maria Jurrius, geb. Eerbeek 15-07-1954, overl. 31-12-1980.

2. Arnoldus Wilhelmus Maria Jurrius, geb. Eerbeek 17-05-1957.

3. Marie Wilhelmina Johanna Jurrius, geb. Eerbeek 05-07-1959.

Generatie VII-10.

Gerhardus Henricus Reusken, geb. Loenen 16-06-1930, overl. 18-02-1998, tr.

Loenen 08-11-1956 Maria Grada Klomp, geb. Loenen 09-04-1918, overl.

Loenen12-02-1993, wed. van Wilhelmus Hendrikus Hendriks.

Kinderen (1) Hendriks:

1. Christina Wilhelmina Hendriks, geb. Loenen 26-06-1947.

2. Wilhelmina Gerarda Hendriks, geb. Loenen 12-08-1948.

3. Maria Wilhelmina Hendriks, geb. Loenen 16-05-1951.

Kinderen (2) Reusken:

1. Arnolda Maria Reusken, geb. Loenen 18-08-1957.

2. Gerardus Johannes Reusken, geb. Loenen 05-02-1959.

3. Johanna Wilhelmina Reusken, geb. Loenen 14-05-1961, overl. Loenen 09-02-1964.

4. Wilhelmus Henricus Reusken, geb. Loenen 24-11-1963.

Generatie VII-11.

Carolina Wilhelmina Reusken, geb. Loenen 16-06-1930, tr. Loenen 15-10-1955

Johannes Gradus Schotman, geb. Loenen 25-01-1928, overl. Loenen18-06-2005.

Kinderen:

1. Antonius Hendrikus Schotman, geb. Loenen 17-02-1957.

2. Arnoldus Johannes Schotman, geb. Loenen 19-07-1958,

overl. Loenen 22-08-1974.

3. Hendrikus Theodorus Schotman, geb. Loenen 26-08-1959.

4. Johannes Gerardus Schotman, geb. Loenen 27-11-1960.

5. Maria Wilhelmina Johanna Schotman, geb. Loenen 15-12-1961.

6. Jozef Hendrikus Maria Schotman, geb. Loenen 25-12-1962.

7. Carolina Antonia Schotman, geb. Loenen 12-10-1964, overl. Loenen 06-11-1964.

8. Wilhelmus Antonius Schotman, geb, Loenen 16-11-1965.

- 67 -

Generatie VII-12.

Wilhelmina Johanna Reusken, geb. Loenen 22-07-1931, tr. Loenen 21-02-1955

Hendrikus Johannes Hafkamp, geb. Loenen 07-01-1928, overl. Dronten 27-12-2001.

Kinderen:

1. Gerardus Johannes Hafkamp, geb. Loenen 08-08-1957.

2. Maris Wilhelmina Hafkamp, geb. Loenen 03-10-1958.

3. Alberdina Antoinette Hafkamp, geb. Loenen 11-10-1959.

4. Arnoldus Johannes Hafkamp, geb. Apeldoorn 03-12-1960.

5. Josef Wilhelmus Hafkamp, geb. Kampen 22-12-1962.

Generatie VII-13.

Wilhelmus Johannes Reusken, geb. Loenen 09-10-1932, overl. Apeldoorn

28-07-2004, tr. Theodora Bernarda Buiting, geb. 10-04-1935.

Kinderen:

1. Arnoldus Antonius, geb. Loenen 27-11-1960.

2. Gerarda Bernarda Maria, geb. Loenen 04-04-1962.

3. Theodora Bernarda Hermanna, geb. Loenen 11-05-1964.

4. Berendina Maria Antoinetta, geb. Loenen 02-10-1968.

Generatie VII-14.

Henricus Johannes Reusken, geb. Loenen 14-07-1934, tr.Apeldoorn 23-02-1963

Jozefina Maria Koers, geb Apeldoorn, 30-03-1936, overl. Bunne 23-05-1993.

Kinderen:

1. Maria Wilhelmina Reusken, geb. Apeldoorn 15-01-1964.

2. Johanna Elisabeth Maria Reusken, geb. Apelddorn 08-07-1965.

3. Arnoldus Bernardus Reusken, geb. Apeldoorn 25-08-1967.

4. Jozefina Hendrika Reusken, geb. Apelddorn 03-02-1970.

Generatie VII-15.

Hendrikus Gerardus Reusken, geb. Loenen 10-05-1936, tr. Brummen 21-08-1964

Johanna Margaretha Peters, geb. Brummen 03-07-1941.

Kinderen:

1. Maria Wilhelmina Jacoba Reusken, geb. Loenen 18-06.1965.

2. Albertus Jozef Bernardus Reusken, geb. Loenen 23-08-1966.

3. Hermina Bernadette Adriana Reusken, geb. Loenen 30-01-1968.

4. Angelina Johanna Margaretha Reusken, geb. Loenen 11-02-1974.

5. Gerardus Arnoldus Hendrikus Reusken, geb. Loenen 13-06-1975.



- 68 -

Generatie VII-16.

Arnoldus Bernardus Reusken, geb. Loenen 10-08-1938, tr. 1. Epe 17-11-1962

Maria Hendrika Leerkes, geb 26-04-1940, overl. Vaassen19-01-1991. tr. 2.

Loenen 01-05-1999 Berendina Hurenkamp.

Kinderen (1):

1. Arnoldus Bernardus Reusken, geb. Vaassen 15-04-1964.

2. Antonius Maria Reusken, geb. Vaassen 06-01-1967.

3. Maria Wilhelmina Reusken, geb. Vaassen 26-03-1968.

4. Maria Gerardus Reusken, geb. Vaassen 09-04-1969.

Generatie VII-17.

Bernardus Wilhelmus Reusken, geb. Loenen 20-07-1939, tr. 01-02-1964

Cristina Wijne, geb. 28-02-1940.

Kinderen:

1. Christina Maria Wilhelmus Reusken, geb. Naaldwijk 24-12-1964.

2. Arnoldus Ghislain Wilhelmus Reusken, geb. Naaldwijk 25-03-1966.

3. Ghislain Bernardus Reusken, geb. Den Haag 25-06-1968.

4. Edmond Hendrikus Reusken, geb. Den Haag 12-07-1969.

Generatie VII-18.

Johannes Antonius Reusken, geb. Loenen 31-07-1942, tr. Vaassen 27-11-1965

Maria Hendrika Leerkes, geb. 10-01-1944.

Kinderen:

1. Arnoldus Johannes Maria Reusken, geb. Arnhem 25-10-1966.

2. Johanna Maria Wilhelmina Reusken, geb. Apeldoorn 25-07-1969.

AANLEVEREN VAN ARTIKELEN

De redactie streeft naar meer uniformiteit van het blad.

Op deze manier kan de leesbaarheid van het blad vergroot worden.

De richtlijnen hiervoor vermelden wij nog eens.

In de opmaak eerst voornaam, geslachtsnaam, plaats voor datum.

Het beroep voor de overlijdensgegevens.

Bijvoorbeeld:

Hendrik Gerritsen Viets, geb. Vaassen 13-02-1789, boerenarbeider

overleden Emst 23-07-1840, tr. Epe 14-06-1823 Janna Rijwiel, geb. Oene 14-

04-1801, overl. Terwolde 23-06-1869.

Een publicatie dient tenminste 70 % Veluws te zijn.

Graag bij artikelen ook illustraties bijvoegen.

Digitale illustraties niet in het tekstbestand zetten,

maar apart als bestanden bijvoegen.

De illustraties dienen tenminste 200 dpi te zijn.

Graag de bronvermelding aan het eind van het artikel.

Neemt u bij twijfel eerst contact op met de redactie.

Veenendaal, januari 2006

BESTUUR

Paul Bouw voorzitter Marsmanlaan 61, 3906 XG Veenendaal

[email protected]

Albert Veldhuis secretaris Postbus 519, 3770 AM Barneveld

[email protected]

0342 - 4143 69

Cil van den Brink penningmeester P.C. Hooftstraat 25, 3771 ZL Barneveld

[email protected]

Ben van den Enk lid Achterlandseweg 33, 7312 EC Apeldoorn

[email protected]

Tineke Hazeu-van Veldhuizen lid van Strijlandweg 33, 3851 JN Ermelo

[email protected]

0341-551119

Frits Smit lid Haagwinde 77, 1391 XX Abcoude

[email protected]

Jan Schuurman van Rouwendal lid groenendaal 510, 6715 BD Ede.

[email protected]

REDACTIE

Ben van den Enk hoofdredacteur zie boven

Paul Bouw lid zie boven

Anja Tanke-Oosterbroek lid Palingstraat 9, 7559 MN Hengelo

[email protected]

WERKGROEP AUTOMATISERING

Jan Schuurman van Rouwendal voorzitter zie boven

Marian Martens-Niemeijer Arnhemsestraat 60, 6974 AK Leuvenheim

secretaris/ledendoc. [email protected]

Gerard Martens lid zie boven

[email protected]

Christiaan Plug lid Neerijnen 50, 3772 ER Barneveld

[email protected]

Wulfert Hop lid Fluitekruidweg 10, 1508 AJ Zaandam

[email protected]

Tom Binnekamp lid M. Ghandiweg 55, 6836 LK Arnhem

[email protected]

BIBLIOTHEEK

Peter van den Born bibliothecaris Putterweg 33-1, 3886 PB Garderen

[email protected]

0577-461582

HERALDIEK

Anton Zeven Dassenboslaan 6, 6705 BT Wageningen

[email protected]

ERE WIE ERE TOEKOMT

Anton Zeven Erevoorzitter

Jan Willem van Scherrenburg Erelid

Evert de Jonge Erelid

Tijs van den Brink Erelid

Orgaan van de Vereniging Veluwse Geslachten · historische grond en in dit huis woonde vroeger een...

Documents

Transcript of Orgaan van de Vereniging Veluwse Geslachten · historische grond en in dit huis woonde vroeger een...