Oplossingen examenvragen_penologie

26

Click here to load reader

Transcript of Oplossingen examenvragen_penologie

Page 1: Oplossingen examenvragen_penologie

Oplossingen examenvragen

1. Wat wordt er bedoeld met kale invulling van de sancties en wat zijn de gevolgen

voor alternatieve straffen?

= De begeleiding blijft achterwege en enkel de controle blijft over.

= Elektronisch toezicht en de werkstraf worden in toenemende mate een kale invulling

gegeven. Bij ET wordt de sociale begeleiding afgebouwd voor de groep van gedetineerden in

zogenaamd ‘zelfaanbod’ ( bij een gevangenisstraf <3jaar kunnen mensen zichzelf gaan

aanbieden voor elektronisch toezicht). De autonome werkstraf krijgt, doordat het een

hoofdstraf is geworden en het punitieve karakter primeert, een contractuele invulling, gericht

op het vervullen van het aantal uren, zonder veel ruimte voor individuele opvolging.

2. Wat zijn geïnstitutionaliseerde mensen, door welke factoren is er bij hen sprake

van immuniteit van detentiestress?

Geïnstitutionaliseerde mensen zijn mensen die volledig aangepast zijn aan het totaal instituut

bijvoorbeeld de gevangenis. Wanneer mensen gedetineerd zijn kunnen tal van coping

mechanismen zich voordoen. Bij de geïnstutionaliseerde mens gebeurt dit ook en dit noemt

men dan kolonisering. Aangezien deze persoon volledig aangepast is aan het systeem kan het

zijn dat deze plots sympathie hiervoor gaat krijgen en de gevangenis bijgevolg niet meer wil

verlaten. De gevangenis wordt beschouwd als hun thuis.

Conversie is hier ook een voorbeeld van: zichzelf ook identificeren met de voorziening!

3. Geef de analogie tussen een gevangenis en een psychiatrisch ziekenhuis

Het zijn beide totaalinstituten. Een totaal instituut kan gedefinieerd worden als een plaats van

verblijf en werk waar een groot aantal individuen in een gelijkaardige situatie, voor een

aanzienlijke periode afgesloten van de ruimere samenleving, tezamen een ingesloten, formeel

geregeld leven hebben. Er zijn verschillende soorten totaal instituten:

* Die zorgt voor mensen en deze mensen kiezen hiervoor (rusthuis)

* Die zorgt voor mensen en deze zijn een bedreiging voor de gemeenschap (psychiatrie)

* Die de gemeenschap beschermt tegen opzettelijke gevaren (gevangenis)

Page 2: Oplossingen examenvragen_penologie

* Die op deze manier een bepaalde taak beter kan verrichten (leger, klooster, boorplatform)

Psychiatrie is dus net zoals een gevangenis een totaal institutie. Psychiatrie is er eveneens

gekomen om macht en sociale controle uit te oefenen om de sociale orde te herstellen, … .

In beiden worden mortificatieprocessen ondergaan + werken met privilégesysteem.

4. Wat is de voornaamste oorzaak van het feit dat een gevangenis meer met

overbevolking te kampen heeft dan de andere? Welke zijn de gevolgen van de

overbevolking voor de detentiebeleving van gedetineerden?

Volgens mij kan dit te wijten zijn aan een aantal oorzaken zoals regionale verschillen (in

Brussel veel gedetineerden), volledig gebruik van de capaciteit (in bepaalde gevangenissen

zijn er vleugels die in verval geraken en op deze manier onveiligheid teweegbrengen), het

stimuleren van zelfaanbod voor elektronisch toezicht, …

Ook het feit dat sommige gevangenissen vooral veroordeelden hebben, andere beklaagden.

Misschien zijn er in de ene gevangenis meer seksuele delinquenten (streng en lang gestraft

waardoor ze minder gemakkelijk vrijkomen). Ik denk hierbij bijvoorbeeld ook aan de

gevangenis van Brugge waar er veel zware criminelen verblijven omwille van de extra

beveiligde afdeling, deze zijn ook meestal langer en zwaarder bestraft.

KERN:

Er is eveneens een evolutie in de classisficatievoorschriften van gedetineerden. In de 19 e

eeuw gold de aard van de straf, in de 20e eeuw de aard maar ook andere kenmerken

(persoonsgericht: o.a. lichamelijke en geestelijke kenmerken). MAAR momenteel zijn

deze classificaties moeilijk toepasbaar omwille van de overbevolking.

De gevolgen van overbevolking treffen enerzijds de gedetineerden maar ook het

penitentiair personeel:

* Mensonwaardige omstandigheden voor de gedetineerden conflicten, onveiligheid,

onvoldoende bezoek, arbeid, beperkt reïntegratie

* Personeel heeft te kampen met extreem moeilijke werkomstandigheden

* Vernieuwing is moeilijk mede door de overbevolking

Page 3: Oplossingen examenvragen_penologie

5. Door de nieuwe basiswet is er veel veranderd in het gevangenisregime voor de

gedetineerden. Of toch niet? Illustreer aan de hand van enkele voorbeelden uit

het gevangenisbezoek en uit het gastcollege van Eric Maes.

Op 15 januari 2007 traden een aantal bepalingen van de basiswet betreffende het

gevangeniswezen en de rechtspositie van gedetineerden in werking. Het gaat over de

basisbeginselen, orde- en veiligheidsmaatregelen en bepalingen over de bevoegdheid van de

onderzoeksrechter over het gevangenisregime van de gedetineerden. Hoofdzakelijk alles rond

tucht is dus in werking getreden.

Er is met de nieuwe basiswet eigenlijk niet zo heel veel veranderd. Men wilde drie aspecten

integreren: maximum capaciteit, één persoon op cel (echter: ontbreken van criterium) en een

normaal loon voor gedetineerden. Deze aspecten zijn nog steeds niet in werking getreden.

Ook de overbevolkingsproblematiek en een regeling rond het gevangenisbezoek zijn nog niet

aangepakt.

Er zijn wel enkele zaken die verwezenlijkt werden zoals bijvoorbeeld artikel 11 van de

basiswet dat verdachten moeten gescheiden worden van de veroordeelden.(behalve wanneer

zij met het oog op de deelname aan gemeenschappelijke activiteiten schriftelijk met het

tegendeel instemmen).

Ook wordt er een regeling getroffen rond de fouillering. Er moet onderscheid gemaakt

worden tussen drie vormen van foullering: het onderzoek aan de kledij zonder ontkleding,

fouillering op het lichaam en onderzoek op het lichaam die een toelating van de

onderzoeksrechter vraagt. Enkel het eerste en het tweede kunnen door gevangenispersoneel

worden uitgevoerd.

Maar Minister Onkelinkx gaf eerder al toe dat de info verstrekt aan de beambten niet

voldoende was. Nu is er verplichte vorming voorzien over de basiswet voor alle

personeelsleden van de gevangenis. Tot slot was er ook een initiatief om het personeel en

externe partners te informeren over de diverse aspecten van de basiswet. Hier is niet veel van

in huis gekomen, ondanks de nood aan informatie. Vakbonden en directies merken op dat

men beter personeel had ingelicht alvorens men de nieuwe bepalingen ging invoeren.

Page 4: Oplossingen examenvragen_penologie

6. In verband met de afschrikking als strafdoel zijn er twee auteurs (Suurmond en

Vanvelthoven) uit 'de justitiële verkenningen van 2008' die kritiek hierop

leveren. Waaruit bestaat die kritiek? En geef je eigen mening hierover.

In dit artikel wordt duidelijk gesteld dat meer en/of langere gevangenisstraffen een negatief

effect hebben op de criminaliteit en dat dit duidelijk kan worden onderbouwd met empirische

data.

Hun grootste kritiek is het feit dat uit recidive onderzoek wordt besloten dat gevangenisstraf

niet effectief is. Maar in dergelijk onderzoek neemt men aldus de schrijvers van dit artikel niet

het gehele verhaal mee. Met name vooral het insluitingseffect van de gevangenisstraf. Zo

stellen de auteurs duidelijk dat wie wil weten of de samenleving baat heeft bij

gevangenisstraf, je dan toch zal moeten kijken naar het TOTALE EFFECT, inclusief

insluiting, vervanging en generieke preventie.

De echte vraag voor de wetenschap en het beleid is dan ook niet of de gevangenisstraf werkt,

maar of het opvoeren van de gevangenisstraffen een goed idee is. Daarvoor moeten we

nagaan of de maatschappelijke baten van meer gevangenisstraf groter zijn dan de kosten.

Bovendien is het van belang of alternatieve programma’s zoals gezinstherapie in een

maatschappelijke kosten-baten analyse mogelijk tot betere resultaten leidt.

Kortom ze hebben aangetoond dat het strafrisico een significant negatief effect heeft op de

criminaliteit. Strafrisico wordt hier ingevuld door de strafmaat die wordt uitgesproken en de

pakkans (informele en formele controle).

7. "De beroving van vrijheid is een onontbeerlijke sanctie, maar is tevens voldoende

op zichzelf" is een uitspraak die een oud directeur van een gevangenis (J.

Dupreel) in 1956 deed. Wat is de actualiteitswaarde hiervan?

Deze visie kadert binnen het retributivisme of de absolute theorieën. De vergelding van het

misdrijf is de belangrijkste legitimatie van de straf. De doorgedreven retributivist belooft de

zekerheid van de straf in gelijk welke omstandigheden. Hij beschouwt het als een morele

plicht om zijn verdiende loon te geven. De zwaarte van de straf wordt bepaald door de ernst

van het misdrijf.

Page 5: Oplossingen examenvragen_penologie

Deze visie gold echter in het verleden. Nu zijn de relatieve theorieën of het utilitarisme

dominant. In deze visie is het algemene doel van de straf de algemene preventie. Doelen hier

zijn de individuele en algemene afschrikking, maar ook de resocialisering en neutralisering.

Binnen het utilitarisme wil men de preventie van toekomstig crimineel gedrag tegengaan. De

laatste jaren zijn er twee visies op straf ontwikkeld: het herstel en de reintegrative shaming.

Deze kaderen beter binnen onze hedendaagse visie. Hierbinnen wordt criminaliteit in de

eerste plaats gezien als een conflict tussen individuen. Het doel van het strafrechtelijk proces

is de pacificatie van de samenleving door verzoening van de partijen en herstel van de schade.

Het penale systeem moet de actieve participatie van slachtoffer, dader en de gemeenschap in

het conflictoplossingsproces stimuleren.

Kale invulling Hij pleit niet voor verdere behandeling terwijl dit bij ons de dag van vandaag

wel zo is.

OOK SLIDE 28 EN 29 BIJ DENKBEELDEN OVER STRAFFEN

8. De minister van justitie weet dat bijbouwen van gevangenissen geen goede

methode is, maar hoe kan er dan wel fundamenteel iets gedaan worden aan de

overbevolking?

In ons land is er een daling van het aantal opgeslotenen. Desondanks is er overbevolking. Dit

kunnen we verklaren enerzijds door een toename van de frequentie en duur van de voorlopige

hechtenis en anderzijds door een toename van het aantal langgestraften. Er is ook een

strengere aanpak van drugs-seksuele en geweldsdelinquenten. Dit verklaart eveneens de

toename van het aantal langgestraften. Er kan eigenlijk gesproken worden van een

penitentiaire inflatie: mensen geraken minder gemakkelijk vrij uit de gevangenis. Gevolgen

hiervan zijn talloze conflicten, verhoging van de onveiligheid, …

KERN:

In België volgt men enerzijds een expansionistisch en anderzijds een reductionistisch beleid.

Men gaat gevangenissen gaan renoveren en gaan uitbreiden. Nadelen hiervan zijn de kostprijs

en het aanzuigeffect. Men vreest dat als er wordt bijgebouwd de gevangenissen terug even

snel zullen vol geraken. In België gaat men eveneens inwerken op de instroom. Er worden

quota geïnstalleerd die de maximum capaciteit moeten bepalen. De voorlopige hechtenis

wordt ook ingeperkt.

Page 6: Oplossingen examenvragen_penologie

Dit doen men door positieve lijsten op te maken waarvoor voorlopige hechtenis kan worden

opgelegd. Alternatieven worden ook gestimuleerd. Dit kan men doen door:

* Elektronisch toezicht te installeren als autonome werkstraf

* Geïnterneerden in de reguliere hulpverlening onder te brengen

* Gestraften tot drie jaar voorlopig invrijheid te stellen

* Buitenlandse gedetineerden naar hun land van herkomst uit te zitten.

Nadelig hierbij is het gebrek aan middelen, netwidening, kans op meer detenties bij

mislukking.

MAAR dit alles helpt niet op structureel vlak maar eerder op korte termijn (zo snel mogelijk

gaan toepassen). Eigenlijk worden de probleemcategorieën niet echt aangepakt.

9. Er wordt van Bauman en andere bestraffingssociologen wel eens verweten dat ze

een 'verlammend pessimisme' met zich meebrengen. Wat wil dit zeggen en geef

twee voorbeelden hieromtrent uit de visie van Bauman. HIER OOK KRITIEK

OP BAUMAN

Bauman is enorm negatief: ofwel meelopen ofwel je laten gaan en uigesloten worden en hier

bovenop nog eens de schuld te krijgen. Bauman is eveneens heel determinerend. Je kan je

volgens hem niet gaan verzetten tegen de dingen. Hij gebruikt termen uit de industrie

bijvoorbeeld mechanismen. Het individu in zijn geheel heeft volgens hem geen waarde.

Er zijn ook enkele bezwaren te vermelden op Bauman zijn analyse. Enerzijds het hermetisch

karakter. Het is onmogelijk vol te houden dat alles wat solide was, is opgelost in een vloeibare

toestand.

Er is ook een cultuurkritiek die het karakter aanneemt van een verlammend

cultuurpessimisme waarin nauwelijks aanknopingspunten te vinden zijn voor constructief

handelen. De opvoeding is onze laatste kans om welbewuste en zelfbewuste burgers te

worden. In een protocriminele samenleving waar Bauman over spreekt bestaat de verleiding

om te kiezen ofwel tussen vitalistisch gedrag ofwel het zoeken naar bescherming. Bouttellier

wijst eveneens op de negatieve omschrijving van Bauman want hij kiest voor vitaliteit,

solidariseren dus iets vloeibaars terug vastmaken.

Page 7: Oplossingen examenvragen_penologie

Vanop het forum:Volgens mij heeft dit te maken met het feit dat Bauman alles nogal

"zwartgallig" ziet. Hij gaat vooral in op de negatieve gevolgen van wat hij de vloeibare

moderniteit noemt. heden ten dage leven we aldus Bauman in een samenleving waarin

de condities sneller veranderen dan de tijd die nodig is om de zaken te consolideren in

gewoontes en routines.

Keuzes maken en zich weten aan te passen in deze samenleving is heel belangrijk

geworden. En net dit zorgt voor onzekerheid bij de mensen, voor angst etc.

(Unsicherheit). Bauman gaat vervolgens vooral in op het feit dat deze condities ervoor

zorgen dat tal van mensen uit de boot vallen = afval. Kortom hij bekijkt alles zwartgallig

en pessimistisch, ziet geen kansen in de vloeibare moderniteit.

Net daarom spreekt Boutellier over vitaliteit ipv van vloeibaarheid. Hij beaamt dat de

vloeibare moderniteit zorgt voor morele verdeeldheid. Maar je kan dit ook positief

bekijken aldus Boutellier. Het kan net kansen creëren om een nieuwe ongekende sociale

orde te vestigen.

Voorbeeld:

Bauman vindt dat in individu zich niet kan verzetten in de samenleving: men moet

meekunnen anders wordt men uitgesloten. Je laten gaan is een andere optie maar dan

wordt je uitgesloten en dan krijg je zelf nog de schuld van de uitsluting

Bauman is geen historisch denker die gelooft in de theoretisch denker die gelooft in de

dialectiek van de vooruitgang. Hij is geen optimist maar ook geen pessimist. Wel denkt hij

‘donker’. Hij is een antisocioloog want hij ontkent het noodzakelijke of het wetmatige in het

sociale (meer mogelijkheid dan noodzakelijkheid)

Daems en Lissenberg formuleren ook kritiek op Bauman:

* Hij maakt te weinig gebruik van empirisch materiaal. Hij beweert veel maar hij heeft niet

echt DATA.

* Hij zoekt teveel naar verbanden. Alles wat er niet in past, probeert hij er toch in te passen.

Dit is ook zo bij wacquant: hij heeft veel uitzonderingen op de regels.

Page 8: Oplossingen examenvragen_penologie

* De betekenis van de mens wordt te vaak vergeten. Hij kijkt voortdurend naar het macro

niveau en vergeet het micro niveau.

Ook Hayward en Young hebben kritiek en dan vooral op Bauman zijn individualisering. Want

de harde waarheid van de criminaliteit in de getto’s van het menselijk afval worden nergens

besproken. Ook ontbreekt in zijn werk elke poging tot bespreking van de impact op de

families en de gemeenschappen.

10. Wat is volgens Bauman en Wacquant de functie van straffen?

Bauman:

Armoede wordt in onze huidige samenleving (=consumentensamenleving) beschouwd als een

persoonlijk defect. De fout ligt bij de armen zelf die lui en werkonwillig zijn. Armoede wordt

in toenemende mate gecriminaliseerd en armen vullen de gevangenissen op.

De functie van straf in een producentenmaatschapij (vroeger): variaties in bestraffingsvormen

worden in verband gebracht met fasen in de economische ontwikkeling. Wanneer er

overschotten zijn op de arbeidsmarkt wordt het strafklimaat strenger.

Bauman zijn producentenmaatschappij worstelt afwisselend met surplussen en tekorten aan

producenten en richten zich ten dele op het strafapparaat als oplossing.

De functie van straf in een consumentenmaatschappij (nu): De nieuwe gevaarlijke klassen zijn

permanent uitgesloten, onomkeerbaar nutteloos en blijvend overbodig. Volgens Bauman is de

gevangenis een laboratorium waar geëxperimenteerd wordt met de vraag hoe het nijpende

vraagstuk van menselijk afval kan worden aangepakt. De strafinstellingen absorberen niet

alleen de overbodige mensen van een consumentenmaatschappij, ze legitimeren ook

overheidsoptreden.

Bauman zegt dat de gestegen criminaliteit niet het gevolg is van een toegenomen toevlucht tot

het strafapparaat. Meer criminaliteit leidt NIET tot meer straf!

Page 9: Oplossingen examenvragen_penologie

Zowel WACQUANT en BAUMAN zien straf als het zuiveren van de maatschappij van

slechte groepen. De zogenaamde wegwerpcategorieën (Wacquant) en het afval

(Bauman). Dus de functie van de straf komt neer op het opsluiten van de armen. Ze

gaan uitsluiten via opsluiting en dus betekent dit incapatie.

Bauman: Mensen die niet mee kunnen gaan afzonderen, macht van de staat bevestigen,

algemeen preventief / afschrikking en incapacitatie.

Wacquant: Hierarchie en respect voor collectieve waarden versterken cfr. Worfkfare,

symbolische functie, goed vs. Kwaad, losers uit zicht doen verdwijnen.

11. Hoe verklaart Bauman het obsessief streven naar de persoonlijke veiligheid van

de moderne Westerse mens.

Wij leven in één van de meest zeker samenlevingen. Toch voelen wij ons zo bedreigd, bang

en in paniek voor alles wat te maken heeft met zekerheid en veiligheid. Dit komt niet door de

schaarste aan bescherming maar door de onduidelijkheid van haar reikwijdte. Bauman legt de

schuld van de onzekerheid en dus het toenemend streven naar persoonlijke veiligheid in een

toegenomen individualisering. Wie niet mee kan in de samenleving, wordt uitgesloten. De

focus ligt op veiligheid omdat veiligheid het enige is waar de overheid nog kan op inwerken.

Men verlangt vanuit het domein van de veiligheid om het lot te elimineren. Het lot is immers

een existentiële bevinding en is de motor van angst.

Tegenwoordig spreken we van toenemend geweld en wij proberen de risico’s hieromtrent te

beperken. Dit brengt angst en onzekerheid teweeg. Persoonlijke veiligheid is nu het

belangrijkste verkoopsargument.

BELANGRIJK

Er wordt de vraag gesteld of de manier waarop over onveiligheid wordt gedacht niet zelf één

van de belangrijkste oorzaken is voor de toenemende objectieve en subjectieve onveiligheid.

Misschien is het een bewuste strategie van de overheid om de angst in stand te houden want

zoals reeds eerder gezegd is de overheid de enige actor die nog greep heeft op de veiligheid.

Dit kan je illustreren door de overheid die straathoekwerkers, preventieambtenaren,… in te

schakelen. Maar al deze initiatieven creëren juist onveiligheid.

Page 10: Oplossingen examenvragen_penologie

In onze samenleving is veiligheid niet alleen meer een kwestie van ‘safety’ als veiligheid

tegenover criminaliteit, maar al evenzeer van ‘security’ als veiligheid tegenover alle risico’s

van de postindustriële samenleving.

Persoonlijke veiligheid is nu het belangrijkste verkoopsargument geworden. De

veiligheidsmaatschappij is nu een verzekeringsmaatschappij geworden die voor eender welk

risico wel een polis of een wet in de portefeuille heeft en aldus de suggestie opwekt dat

veiligheid en zekerheid ‘individualiseerbaar’ en ‘koopbaar’ zijn, geen bij uitstek ‘public good’

meer zouden zijn.

12. Wacquant heeft het in zijn boek over de linker- en de rechterhand van de staat.

Wat wordt hiermee bedoeld? En wat is de functie van die twee handen?

De linkerhand van de staat is de hand die zorgt voor de sociale aspecten (werkloosheid,

sociale onzekerheid). De bedoeling is het beheersen en ervoor te zorgen dat mensen in de pas

lopen. Het armoedebeleid is erop gericht om controle te hebben over de achterstandswijken.

De rechterhand van de staat is dan de politiek, gerecht en de gevangenis. Linkerhand en

rechterhand komen overeen. De linkerhand wordt afgebouwd en de rechterhand wordt

opgebouwd. Men wil bepaalde volkeren gaan beheersen maar niet meer om te helpen maar

vooral te controleren. De linkerhand wordt een verdoken rechterhand. ZIE OOK VRAAG 12

13. Wacquant vergelijkt de VS wel eens met Europa. Geef 2 gelijkenissen en 2

verschillen.

Eigen notities:

Reclassering en resocialisatie komt ook naar Europa. Maar er zijn ook verschillen want

Europa gaat een sterke sociale achtergrond hebben. Er is belang voor socialisatie maar een

toenemend belang voor bestraffing. De VS = verzekeringsmodel, geen sociale vangnetten

zoals bij ons (= sociale verzorgingsstaat).

Forum minerva:

*Gelijkenissen:

1. De repressie is gestegen (zeker sinds 11 september)

Page 11: Oplossingen examenvragen_penologie

2. Misschien een soort van discriminering, bij ons ook vooral armen (slecht economische

status) in samenhang met ander factoren: etniciteit, intelligentie,… (soort van indirecte

selectie? We kunnen eigenlijk spreken van de vierde wereld die in de gevangenissen

terechtkomt als laatste vangnet met overrepresentatie van: lage opleidingsgraad,…)

 3.Wij kennen ook een workfare-welfare, zie ocmw-uitkeringen: invalideuitkeringen,

werkloosheidsuitkeringen. Zo ontstond ook het begrip actieve welvaarstaat

*Verschillen:

 

1. Europa: sterke sociale achtergrond en een verzorgingsstaat (sociale vangetten)

2. VS: geen sterke sociale achtergrond en een verzekeringsmodel (geen sociale vangnetten

EU)

==> daarom is het begrip welfare ook anders ingevuld in VS en Europa. (zie aloedoxia,

volgende pagina). Zo zal welfare in Europa iets ander betekenis krijgen dan in VS. Bij ons

behelst het uitkeringen en in Amerika verwijst het naar programma’s ten gunste van

bevolkingsgroepen die afhankelijk zijn van de liefdadigheid. Er zit een historische evolutie

achter.

3. VS kent geen dualisering van de straffen. Iedereen krijgt zware straffen. Terwijl in Europa

een dualisering heerst: strenge straffen voor zware misdrijven en inbreuken en alternatieve

sancties voor lichte misdrijven of inbreuken.

4. In de VS is men verplicht om te gaan werken (dubbele regulering, ongekwalificeerde

arbeid voor alleenstaanden, laaggeschoolden, armen,..). Bij ons is het beter dat je huismoeder

bent want vaak ligt je uitkering hoger dan als je zou gaan werken.

Aloedoxia: Welfare vervangen door sociaal systeem zoals in Europa maar dit mag je niet

doen want deze is altijd verschillend.

Page 12: Oplossingen examenvragen_penologie

14. Gelijkenissen en verschillen overbevolking België en VS

De overbevolking in België is te wijten aan een toegenomen frequentie en duur van de

voorlopige hechtenis en het strenger optreden tegen seksuele delicten e.d wat ervoor zorgt dat

er meer lang gestraften in onze gevangenis zitten.

De verviervoudiging van het aantal gevangen in de VS in 20jaar tijd kan dus niet worden

verklaard door een toename van de geweldsdelicten, maar wel door een uitbreiding van de

gevangenisstraffen tot een heel gamma van delicten die vroeger helemaal geen aanleiding

gaven tot vrijheidsberoving bijvoorbeeld kleinere inbreuken op de drugswetgeving of

verstoring van de openbare orde, waarvoor steeds strengere straffen worden uitgesproken. Wij

kennen dit fenomeen eveneens onder de term netwidening. Dit wil zeggen dat door de

opkomst van de alternatieve sancties zaken die vroeger niet of zelden werden

gecriminaliseerd nu wel worden bestraft.

15. Leg uit waarom nationalisme en populisme sterk staat in een vloeibare

samenleving, is dit een contradictie of niet?

In een vloeibare maatschappij is er geen plaats voor hechte, duurzame gemeenschappen, want

er heerst onthechting, ontwijking, enz. dus er moeten gemeenschappen gecreëerd worden,

namelijk explosieve gemeenschappen, die vaak gepaard gaan met geweld, ze proberen

diegenen te beschermen die onzeker zijn en op zoek zijn naar zekerheid en bescherming. Bvb.

afschermen in 'gated communities', dit verklaart de opkomst van het nationalisme

Contradictie: men leeft in een flexibele, vloeibare samenleving, maar door onze angst voor

onveiligheid verdwijnt dit flexibele en willen we zekerheid en bescherming in

gemeenschappen die men probeert duurzaam te maken.

Nelle:

Populisme: de wijze waarop de politieke leiders directe banden smeden met burgers en

slachtoffers op basis van het prominent naar voorbrengen van het 'bestraffingsthema', waarbij

men de democratische instellingen van weleer (sociaal vangnet van de sociale erzorgingsstaat)

steeds links laat liggen

Page 13: Oplossingen examenvragen_penologie

(Populisme: repressieve politiek voeren omdat je denkt dat je hiermee gaat scoren “het volk

wil strengere straffen”, nationalisme: teruggrijpen naar zekerheden, gemeenschap zowel volk

als politiek willen zekerheid. Men is bang voor gebrek hieraan.. Opsluiten is goed voor bange

volkeren en dito politie. Geen contradictie.)

antwoord mogelijkheid 1:

Nationalisme en populisme staan sterk aangezien het vormen zijn van (explosieve) quasi-

gemeenschappen waar het individu zich bij aansluit in zijn zoektocht naar zekerheid en

identiteit (vanuit zijn onzekerheid in deze individualistische maatschappij).

Het verlangen naar deze beschermende gemeenschappen wordt door B. gezien als een

rationele (maar illusionaire) reactie op de crisis van de publieke sfeer (liquid love, liquid

modernity, …), vluchtige en al te flexibele relaties, waardoor men geen enkele houvast meer

heeft en op ieder moment als ‘vuil’ op straat kan gezet worden

Deze gemeenschappen (vb.gated communities) hebben vaak volgende kenmerken (beïnvloed

door de vloeibare context waar het individualisme centraal staat):

* Tijdelijk, fundamentalistisch en explosief

* Waarbinnen menselijke relaties geforceerd worden

*  Vertrouwen wordt min of meer afgedwongen

* De gemeenschappelijkheid wordt dus georganiseerd rond de Unsicherheit (kan op zijn beurt

antisociale gedragingen in de hand werken) 

Contradictie?

Ja contradictie! Aangezien de vloeibare samenleving het individu centraal stelt en

gemeenschappen (wederzijdse betrokkenheid) op deze manier geen bestaanszekerheid

hebben. Vanuit de tijdelijkheid en vluchtigheid (onthechting, ontwijking, vluchtgedrag) van

relaties zal men uiteindelijk steeds weer terugkeren naar het individu!

De wederzijdse betrokkenheid en de gemeenschappen zijn namelijk kenmerken van de

(voorgaande) solide structuur.

Page 14: Oplossingen examenvragen_penologie

Nee contradictie! Aangezien het individu leeft volgens een onuitputtelijke zoektocht naar

identiteit, en vandaar zich vluchtig en tijdelijk aansluit bij quasi-gemeenschappen. Op deze

manier hebben deze quasi-gemeenschappen dan net wel bestaanszekerheid, gefundeerd in de

(tijdelijke) identiteitsverlening aan individuen.

 antwoordmogelijkheid 2:

Vloeibare samenleving dient om de overbodigen effectief te kunnen opsluiten (want niets

anders dan ‘giftig afval’). De overheid moet haar optreden ten opzichte van deze overbodige

groepen legitimeren en dit houdt tevens een legitimatie van het eigen bestaan in (want gefaald

in de sociale en economisch regulerende functie die ze had, door de globalisering). Hier vindt

(weer) een proces van creatieve destructie plaats, waarbij de overheid ‘officiële angst’

produceert door het propageren van gevaarlijke kinderlokkers, moslimterroristen, … en op

deze manier stemmen werft en haar eigen optreden legitimeert bij de onzekere en kwetsbare

burgers uit de vluchtige vloeibare samenleving!

16. Tweede golf van alternatieven volgens de visie van waquant

Doel van de tweede golf van alternatieven: bestraffing en striktere controles.

De organisaties in de VS die vroeger gericht waren op het ondersteunen van de armen,

worden nu zo opgesteld om de armen te controleren. Heeft te maken met de linker- en de

rechterhand van de staat. De linkerhand, het hele sociale aspect (sociale zekerheid), is

ogenschijnlijk ok, maar volgens W. heeft deze hetzelfde doel als de rechterhand: het behersen,

het in de pas lopen, maar op een verdoken manier. Wacquant vindt dit pervers! Het is ook een

vorm van controle, de rechterhand doet dit tenminsten nog openlijk! En dit zijn ook eigenlijk

de tweede golf van alternatieven: elekronisch toezicht, werkstraf,... Zij vormen eigenlijk een

uitbreiding en vernauwing van de penale controle. Het is een beheersinstrument.

17. Gelijkenissen en verschillen tussen Waquant en Bauman

Gelijkenissen:

* Ze zijn beiden van mening da het veiligheidsdiscours als een spektakel wordt

opgevoerd, wel met iets andere achtergrond ( B.: omdat bange mensen makkelijker in de

pas lopen, W.: strafbeleid wordt alsmaar meer en meer gehanteerd ter controle)

Page 15: Oplossingen examenvragen_penologie

 

* Ze bestuderen beide het arbeidsproces en achten dit als oorzaak van

criminaliteit/gevangenis (B. consumptie/productieproces en W.: desocialisering van

arbeid)

* Media speelt bij beide auteurs een belangrijke rol (W.: niet criminaliteit is veranderd,

maar kijk op veiligheid is wel veranderd + ook de kijk op de armere bevolking -> komt

door de media + B.: De aandacht voor criminaliteit en gerecht komt vanuit de mediatiek)

 

* Armoede wordt gecriminaliseerd: zowel bij B. als W.

 

* Zelfde principe: mensen die niet meekunnen met de maatschappij, vliegen in de

gevangenis = bestaansonzekere klasse

* Ze gaan beiden teveel gaan zoeken naar verbanden. Alles wat er niet in past, doen ze er

toch inpassen. Illustratie hierbij is Wacquant die veel uitzonderingen heeft op de regels.

Verschillen

 

* Principe van linker en rechterhand bij Wacquant van de staat is verschillend van

Bauman

* B. bekijkt het eerder macrosociologisch/ microscopisch, W. meso/microscopisch

 

* Wacquant ondersteunt zijn bevindingen met empirisch materiaal, B. niet.

 

* Wacquant geeft oplossingen (einde hf 9), B. ziet het zeer pessimistisch in, geen

omkering mogelijk.

Page 16: Oplossingen examenvragen_penologie

* Wacquant: Wie niet werkt, wordt arm (komt wat overeen met de productiemaatschappij

van Bauman). Bauman: Wie niet kan deelnemen aan de consumptiemaatschappij wordt

uitgesloten.

* Waquant: de gevangenis dient als opslagplaats voor bestaansonzekere en

gedeproletariseerde delen van de zwarte arbeidsklasse. Bauman: de gevangenis dient om

het overtollige menselijk afval te gaan opsluiten. Kanttekening hierbij: in hoofdstuk 9

van Waquant wordt er gesproken van de gevangenis die gebruikt wordt als een

maatschappelijke stofzuiger om het afval op te ruimen van de economische transformatie

en het uitschot van de markteconomie uit het gezicht te doen verdwijnen. Dus spreekt ook

heel even over afval.

* B. pleit idd voor een normalisering van de gevangenis Grote verschil tussen B. en R

(ROBERT). : B. zegt dat een gevangenis kan afgesloten worden van de samenleving vb.

Pellican bay, maar R. zegt dat dit niet kan: gevangenissen hebben altijd poreuze muren! B.

kijkt het hier ook weer negatief en zegt dat het normaliseringsprincipe moeilijk zal toe te

passen zijn terwijl R. hier toch nog hoop in ziet.

18. Economische recessie in België, effect op de criminaliteit?

Externe factoren kunnen een invloed hebben op bestraffing. Met externe factoren worden

factoren bedoeld die extern zijn aan de strafrechtsbedeling. Demografische en economische

ontwikkelingen kunnen we hierin kaderen. De economische recessie valt onder economische

ontwikkelingen. Ze kunnen een invloed hebben op de besluitvorming namelijk het

strafrechtelijk beleid. Op deze manier kunnen demografische en economische factoren het

strafrechtelijk beleid beïnvloeden. Een verlaagde tolerantie beïnvloedt ook het strafrechtelijk

beleid.

19. Populisme volgens Waquant en Bauman

W. Als er gevraagd wordt om strengere straffen dat dit gevolgd wordt. Omdat het beeld

wordt voorgehouden door het beleid dat strenge straffen helpen.

B. p.99-100. Bauman lijkt zich hier expliciet tegen te verzetten tegen de ‘democrazy-at-

work’-thesis die stelt dat overheden zich in hun omgang met criminaliteit laten leiden door

behoeften van burgers en daarbij louter hun democratische plicht vervullen.

Page 17: Oplossingen examenvragen_penologie

Hij vraagt aandacht voor de politiek-mediatieke context waarbinnen zoveel aandacht

wordt besteed aan criminaliteit en bestraffing. Link met populisme: de wijze waarop

politieke leiders de democratische instellingen links laten liggen en een directe band

smeden met burgers en slachtoffers wanneer ze bestraffingsthema’s aansnijden.