Opdracht 5 - Rousseau

2
ROUSSEAU Dit is een deels individuele, deels koppelopdracht. Je maakt opdracht 5a; geeft/mailt de schriftelijk uitgewerkte opdracht vervolgens aan één medestudent. Je gaat over elkaars opdrachten 5a met elkaar in gesprek/chat/mailwisseling. In 5b geef je de resultaten van dat gesprek/chat/mailwisseling weer. Opdracht deel 5a Beantwoord de vraag: Wat vind je van zijn pedagogiek? Je kunt de vraag op verschillende manieren aanpakken. Je kunt beschrijven wat je goed vindt aan Rousseaus pedagogiek; of juist waarom je het een achterlijk stel ideeën vindt; je kunt inzoomen op zijn mensbeeld; of een stuk uit de tekst van de Émile kritisch analyseren en evalueren; je kunt kijken wat je er in de praktijk mee kunt of al hebt gedaan; of….? Et cetera dus. Opdracht deel 5b Leg je antwoord van 5a voor aan een medestudent. Ga in dialoog en zoek de overeenkomsten en verschillen in de manieren waarop jullie tegen Rousseau’s pedagogiek aankijken. Vat dit gesprek samen, c.q. geef de uitkomsten ervan weer. AANLEVERVOORWAARDEN Post je opdracht als doc in de FB groep uiterlijk 9 december, 23.59. LET OP! JE OPDRACHT DIENT 100% AAN DE VOLGENDE VOORWAARDEN TE VOLDOEN 1) jullie geven je doc de titel: SPO – Opdracht 5 Rousseau - voornaam achternaam 1 & voornaam achternaam 2 Bijv.: SPO – Opdracht 5 Rousseau - Donald Duck & Minney Mouse OPDRACHT 5 Opdracht in college aan de orde gesteld: woensdag 30 november 2011 Opdracht op leeromgeving: donderdag 1 december 2011 Uiterste inleverdatum: vrijdag 9 december, 23.59 Deels individuele, deels koppelopdracht

description

Opdracht 5 - Rousseau

Transcript of Opdracht 5 - Rousseau

ROUSSEAU

Dit is een deels individuele, deels koppelopdracht. Je maakt opdracht 5a; geeft/mailt de

schriftelijk uitgewerkte opdracht vervolgens aan één medestudent. Je gaat over elkaars

opdrachten 5a met elkaar in gesprek/chat/mailwisseling. In 5b geef je de resultaten van

dat gesprek/chat/mailwisseling weer.

Opdracht deel 5a

Beantwoord de vraag: Wat vind je van zijn pedagogiek?

Je kunt de vraag op verschillende manieren aanpakken. Je kunt beschrijven wat je goed

vindt aan Rousseaus pedagogiek; of juist waarom je het een achterlijk stel ideeën vindt; je

kunt inzoomen op zijn mensbeeld; of een stuk uit de tekst van de Émile kritisch analyseren

en evalueren; je kunt kijken wat je er in de praktijk mee kunt of al hebt gedaan; of….? Et

cetera dus.

Opdracht deel 5b

Leg je antwoord van 5a voor aan een medestudent. Ga in dialoog en zoek de

overeenkomsten en verschillen in de manieren waarop jullie tegen Rousseau’s pedagogiek

aankijken. Vat dit gesprek samen, c.q. geef de uitkomsten ervan weer.

AANLEVERVOORWAARDEN

Post je opdracht als doc in de FB groep uiterlijk 9 december, 23.59.

LET OP!

JE OPDRACHT DIENT 100% AAN DE VOLGENDE VOORWAARDEN TE VOLDOEN

1) jullie geven je doc de titel: SPO – Opdracht 5 Rousseau - voornaam achternaam 1 &

voornaam achternaam 2

Bijv.: SPO – Opdracht 5 Rousseau - Donald Duck & Minney Mouse

OPDRACHT 5

Opdracht in college aan de orde gesteld: woensdag 30 november 2011

Opdracht op leeromgeving: donderdag 1 december 2011

Uiterste inleverdatum: vrijdag 9 december, 23.59

Deels individuele, deels koppelopdracht

2) jullie opdracht is geschreven in helder en correct Nederlands (dus i.i.g. zonder basale

spel- en grammaticafouten)

3) 1 van jullie 2 post de opdracht in één doc; in dat document staan in volgorde: 5a van

student 1; 5a van student 2; jullie gezamenlijke 5b

BEOORDELINGSCRITERIA

Voor een voldoende dient de opdracht in ieder geval te voldoen aan de formele criteria:

inleverwoorwaarden; taaleisen; etc.

Minimaal aantal woorden voor opdracht 5a: 800.

De hoogte van het cijfer wordt gebaseerd op:

de mate waarin de studiestof, collegestof en vragen correct begrepen en weergegeven

zijn

uit je uitgewerkte opdracht blijkt in het bijzonder:

dat je de samenhang tussen Rousseau’s filosofie en zijn pedagogiek begrepen

hebt

de diepgang, authenticiteit, en zorgvuldigheid van de argumentaties bij de gegeven

antwoorden

tevens wordt je beoordeeld op de mate waarin je je eigen pedagogische visie en die

van Rousseau aan elkaar hebt weten te relateren, met andere woorden, op de mate

waarin je open hebt gesteld voor de inzichten van Rousseau

5b: de mate waarin je Rousseau, je eigen inzichten en die van je medestudent aan

elkaar hebt weten te relateren & de diepgang van je analyse van 5a van je

medestudent

Voor de bepaling van je eindcijfer heeft opdracht 5a een factor 3 en 5b een factor 2

(ofwel: de individuele gedeelten tellen voor 60%; het gezamenlijke gedeelte voor 40%).

Al deze voorwaarden en criteria genoemd hebbende, hoop ik vooral dat het een leuke en

leerzame opdracht is!

Veel succes en plezier gewenst met het maken ervan!