Op zoek naar de heivlinder

4
Inventarisatiefiche Op zoek naar de Heivlinder

description

Op zoek naar de Heivlinder Inventarisatiefiche Status De Heivlinder is in de Rode Lijst opgenomen in de categorie ‘Bedreigd’ omwille van het beperkt aantal vindplaatsen in combinatie met versnippering en een achteruitgang van de habitat- kwaliteit. Hij staat ook op de Europese Rode Lijst. Momenteel wordt gewerkt aan een soortbeschermingsplan voor de soort. enkel vóór 1991 laatst tussen 1991-2000 vóór 1991; 1991-2000; na 2001 vóór 1991; na 2001 in 1991-2000, na 2001 na 2001

Transcript of Op zoek naar de heivlinder

Inventarisatiefiche

Op zoek naar de Heivlinder

Herkenning

De Heivlinder Hipparchia semele is een middelgrote dagvlinder (voorvleugellengte: 21-25 mm) die behoort tot de familie van de zandoogjes. In rust is de soort uitstekend gecamoufleerd omdat de vlinder bij het landen de vleugels meteen sluit en de voorvleugels onder de achtervleugels schuift. Hierdoor is enkel de sterk ‘gemarmerde’ onderkant van de achtervleugel zichtbaar. Af en toe is de oranje onderkant van de voorvleugel te zien waarbij ook de zwarte ‘ogen’ opvallen.

Status

De Heivlinder is in de Rode Lijst opgenomen in de categorie ‘Bedreigd’ omwille van het beperkt aantal vindplaatsen in combinatie met versnippering en een achteruitgang van de habitat-kwaliteit. Hij staat ook op de Europese Rode Lijst. Momenteel wordt gewerkt aan een soortbeschermingsplan voor de soort.

De Heivlinder was vroeger vrij zeldzaam en is dat nog steeds. De Heivlinder kwam vroeger voor in de kustduinen, in de Kempen, maar ook op voedselarme graslanden elders in Vlaanderen (tussen Brussel, Mechelen en Diest). De Heivlinder vertoonde een gestage achteruitgang tussen 1900 en 1980, bleef relatief stabiel tussen 1980 en het einde van de jaren 1990, maar gaat sindsdien weer duidelijk achteruit. De huidige verspreiding is beperkt tot de kustduinen en de Kempen, waar een scheiding lijkt te ontstaan tussen de noordwestelijke en de oostelijke populaties.

Verspreidingenkel vóór 1991laatst tussen 1991-2000vóór 1991; 1991-2000; na 2001vóór 1991; na 2001in 1991-2000, na 2001na 2001

(Bron: Handboek dagvlinders: kennis voor slimme actie, ongepubl. 2012)

Levenscyclus en gedrag

De soort vliegt in 1 generatie van begin juli tot eind september met een piek tussen 24 juli en 21 augustus.

(Bron: Handboek dagvlinders: kennis voor slimme actie, ongepubl. 2012)

De vlinders zijn mobiel (waarnemingen tot op 15 km van populaties zijn bekend). Ze hebben een grillige vlucht en kunnen tientallen tot honderden meters in 1 keer afleggen waarna ze meestal terug op de grond gaan zitten.De mannetjes verdedigen hun territorium van op een boomstam of van op een open zandplek.

De Heivlinder wordt vaak samen aangetroffen met het Bruin zandoogje, het Groot dikkopje, het Heideblauwtje, het Oranje zandoogje, het Boomblauwtje, het Groentje, het Bont dikkopje en het Hooibeestje.

De wijfjes worden het vaakst gezien in zones met verspreide waardplanten (Fijn schapengras Festuca filiformis, Rood zwenkgras Festuca rubra, struisgras Agrostis sp., Vroege haver Aira praecox, Bochtige smele Deschampsia flexuosa en Helm Ammophila arenaria) die groeien op snel opwarmende locaties (open zand of erg korte vegetatie).

De Heivlinder vertoeft het liefst in zones met voldoende nectarplanten vnl. Struikhei, Akkerdistel en braam in het binnenland en Blauwe zeedistel aan de kust.

VU

: Chr

is S

teen

weg

en, C

oxis

traa

t 11,

280

0 M

eche

len

Coverfoto’s: Diane Appels , Ilf Jacobs.Andere foto’s: Diane Appels, Bernard Pasau, Ilf Jacobs.

Meer info: [email protected]

Natuurpunt Coxiestraat 11

2800 Mechelen

Tips: op zoek naar de Heivlinder

Om met succes Heivlinders te vinden, is gericht zoeken nodig.

° De Heivlinder is het gemakkelijkst te inventariseren door op zoek te gaan naar adulte vlinders tijdens de piek van het vliegseizoen.

° De soort lijkt sterk achteruit te gaan. Hierdoor is het belangrijk is om te verifiëren of de soort nog aanwezig is op locaties waar recent voorkomen van bekend is.

° Anderzijds kunnen op kansrijke plekken in de omgeving van gekende populaties of op locaties waar de soort historisch aanwezig was, mogelijk nog (nieuw gevestigde) populaties ontdekt worden.

Kenmerken van het ideale leefgebied:

Natuurpunt is de grootste natuurvereniging in Vlaanderen. Duizenden vrijwilligers en meer dan 350 professionele medewerkers werken samen aan de bescherming van belangrijke biotopen, soorten en landschappen in Vlaanderen. Dit doen we door het aankopen en beheren van gebieden, het bestuderen en monitoren van de natuur, door educatie, het organiseren van activiteiten en door te lobbyen bij beleidsmakers. Natuurpunt beheert een 500-tal natuurgebieden met een oppervlakte van meer dan 18.000 ha, en heeft een ledenbestand van bijna 90.000 families. Natuur voor iedereen

(a) De Heivlinder komt voor in droge heiden, land- en kustduinen en droge, voedselarme graslanden. Verder komt de soort ook voor op artificiële biotopen zoals terrils, zandgroeves en opgespoten terreinen. (b) De Heivlinder is een zonneklopper, zoek daarom bij voorkeur in de directe omgeving van snel opwarmende oppervlakken zoals open zand, korstmosvegetaties of zonbeschenen boomstammen. (c) Bij zeer warm weer bekijk je best ook verspreide bomen of bomen in de bosrand. Soms zoeken de vlinders de schaduw op. De soort verkiest zones met een goede structuurvariatie, ontstaan door reliëf of afwisseling in vegetatiehoogte.

c

a

bd