OnOff 28 - Made

36
#28 Verenigingsblad van S.G. Daedalus November 2011 Made

description

OnOff 28 - Made [LQ]

Transcript of OnOff 28 - Made

#28

Verenigingsblad van S.G. Daedalus November 2011

Made

Nederlands Verpakkingscentrum

Postbus 164

2800 AD Gouda

Stationsplein 9k

2801 AK Gouda

tel 0182-51 24 11

fax 0182-51 27 69

e-mail [email protected]

Het Nederlands

Verpakkingscentrum is

de enige keten vereniging

in Nederland op het gebied

van verpakken. Met haar

kennisnetwerk van dertienduizend

relaties en ruim vijfhonderd

lidbedrijven is de vereniging

voortrekker in opleiden, informeren

en belangenbehartiging.

zonder verpakking

geen beleving

www.nvc.nl

[2] OnOff 28 MADE

MADE OnOff 28 [3]

Nederlands Verpakkingscentrum

Postbus 164

2800 AD Gouda

Stationsplein 9k

2801 AK Gouda

tel 0182-51 24 11

fax 0182-51 27 69

e-mail [email protected]

Het Nederlands

Verpakkingscentrum is

de enige keten vereniging

in Nederland op het gebied

van verpakken. Met haar

kennisnetwerk van dertienduizend

relaties en ruim vijfhonderd

lidbedrijven is de vereniging

voortrekker in opleiden, informeren

en belangenbehartiging.

zonder verpakking

geen beleving

www.nvc.nl

MADE! Na moeilijk definieerbare thema’s zoals -isme, wilden we met deze uitgave terug naar de es-sentie van de industrieel ontwerper; de onstilbare drang tot creëren. Op elk product staat, als bewijs dat het ooit gecreëerd is, made in … gestempeld. Vandaar het thema van deze OnOff: MADE!Als in Plato’s ideeënwereld ziet de ontwerper in zijn gedachten het product al voor zich, voordat hij überhaupt begonnen is met ontwerpen. Daarna volgt een lang proces van comprimeren. Comprimeren aan de eigenwijze gebruikers, comprimeren aan de beperkende productieprocessen, comprimeren om het product betaalbaar te houden en comprimeren aan de tijd die jij als ontwerper hebt om het product te perfectioneren. En dan de wonderlijke creatie aan het eind van dit proces: het product is MADE. Vanaf dat moment heeft de ontwerper de macht over het product verloren. Het product zal van de verboden vrucht eten, met zijn broeders concurreren en uiteindelijk tot stof wederkeren. En in de tussentijd zal het product het misschien hebben gemaakt. In deze uitgave zullen de stukken van een aantal nieuwe redactieleden te vinden zijn. Roy schreef al eerder voor de OnOff, maar schrijft nu als redactielid onder andere over het resultaat van het cre-atieproces: de gestolde moeite. Een echt debuut vinden we van Rosanne: zij beoordeeld of de Fiat 500 het gemaakt heeft. Ten slotte neemt Alex sociale media onder de loep. Naast dit nieuwe bloed zijn er ook artikelen van oude rotten te vinden. De column van Robert Wendrich bijvoorbeeld, of de recensie van The Brand Gap van Laurens. En ook de vaste rubrieken: Josse Ruiter schrijft over het leven na het studeren en Lisanne de Bakker over haar vrije opdracht. Dus genoeg reden om verder te lezen in deze, iets dikkere, OnOff.

Willem-Sander Markerink

Redactioneel

MADE OnOff 28 [3]

[4] OnOff 28 MADE

Redactioneel |3 Bestuur |5Onderwijs |6Krabbelbox |7

Fotorubriek |17Vrije Opdracht: Imperfectie |20Recensie: The Brand Gap |22Alumnus: Josse Ruiter |27Canon: Leonardo Da Vinci |35Column: Wendrich |32

Van Rapid prototyping tot Open Sourse Hardware|8PeuscherdesignXperts|12Gestolde moeite |14Je maintiendrai |16Another point of view |18Over het varken in je bier |26Meer verre vrienden dan naaste buren |30

Fiat 500 |11Het Glazen Huis |24Remade |28

Statisch

Rubrieken

On Topic

Off Topic

[4] OnOff 28 MADE

MADE OnOff 28 [5]

Op een of andere manier wekt Made bij de meeste mensen de associatie op met het gelijknamige MTV programma. In de afleveringen van dit populaire programma wordt een jongere door een coach geholpen om zijn of haar droom waar te maken. In 2007 en 2008 won de serie een Emmy Award. Een Emmy is een Amerikaanse prijs die wordt uitgereikt om buitengewone prestaties in de televisie-industrie te belonen. Je kunt dus wel zeggen dat Made ’t helemaal heeft ge-made! Echter moeten we kritisch naar bovenstaande tekst kijken. De jongeren maken hun droom waar. Waar begint dat voor jullie? Waar haal je je voldoening uit? Komt dat uit je omgeving, waar familie, vrienden of vage kennissen je inspireren? Komt dat uit sporten, een strakke tijd neerzetten of een goede bal slaan? Of komt dat uit een ander prestatiegebied? Hoe gaaf is het om een vak af te ronden of een project in te koppen? Belangrijk is echter ook hoe je je doel gaat bereiken. Laten we de inspirerende quote: “De reis is belangrijker dan de bestemming.” dan ook nog maar even aanhalen.

Laatst hadden wij met het bestuur een hele interessante training. De zogenaamde MBTI-training. In deze training ga je ontdekken hoe jij handelt als persoon en hoe dit terugkomt in een groep. Vooraf hebben we allemaal een enorme vragenlijst ingevuld. Toen we bij de training kwamen kregen we echter niet direct de uitslag van deze test. We moesten namelijk eerst op zoek gaan naar onze eigen ‘persoonlijkheden’. ‘Ben je introvert of extravert?’,

Bestuur‘Ga je af op intuïtie of op prikkels van buitenaf?’ en ga zo maar door. Het grappige was: wat maakt jou als persoon en wat maakt jullie als bestuur? Zo bleek dat wij een bestuur hebben wat in sommige persoonlijke opzichten heel verschillend werkt, maar bij sommige dingen ook gewoon overeenstemmen. Het overall bestuursprofiel wordt in het kort beschreven als:

“Warm, empathisch, ontvankelijk en verantwoordelijk. Sterk begaan met de emoties, behoeften en drijfveren van anderen. Zien mogelijkheden in iedereen en helpen anderen die ontplooien. Kunnen fungeren als katalysator voor individuele en collectieve groei. Loyaal, gevoelig voor lof en kritiek. Sociaal, steunen anderen in een groep en zijn inspirerende leiders.“

Nou, mooier wil je als bestuur toch niet beschreven worden? De klus is echter om het waar te maken. Waar te maken voor jullie! We zijn nu op de helft van ons jaar en het belooft een heel, heel, heel mooi collegejaar te gaan worden! We vieren namelijk ons tweede lustrum. Iets waar we trots op kunnen zijn! Er komen allemaal toffe lustrumactiviteiten en uiteindelijk zal er een lustrumweek zijn waarin we met z’n allen een week lang kunnen vieren dat wij al tien jaar de gaafste studievereniging van de UT zijn!

Marloes Swart

MADE OnOff 28 [5]

[6] OnOff 28 MADE

OnderwijsTerwijl jullie heerlijk vakantie zaten te vieren heeft de universiteit niet stil gezeten. In de vorige OnOff schreef ik over Route 14+. Inmiddels is het duidelijk dat het moduleonderwijs doorgevoerd gaat worden. Dit houdt in dat elk collegejaar wordt ingedeeld in modules, één per kwartiel. De module bestaat uit een project en ondersteunde vakken. Het puntensysteem wordt ook anders. Je hebt tussentijdse toetsen voor je vakken en uiteindelijk haal je voor je module (incl. project) een cijfer, wat bepaalt of je wel of niet 15 punten hebt gehaald. Een behoorlijke stap zou je zeggen! Op het moment van schrijven is er nog weinig concreets bekend over de precieze invulling van de modules, vandaar dat het nu wat zwart-wit klinkt. Samen met het moduleonderwijs zal het aantal aanwezigheidsuren op de UT veranderen. Met de vernieuwingen zal elke student gemiddeld 30 tot 35 uur per week op de UT aanwezig zijn. Gelukkig is dat voor ons IO-ers niet onbekend.In de loop van het collegejaar 2011-2012 zullen verschillende nota’s uitkomen van het College van Bestuur met meer concrete invullingen. Natuurlijk houd ik jullie hiervan op de hoogte! Dus let goed op de onderwijsmails en op het onderwijsbord. Voor vragen kunnen jullie me natuurlijk ook gewoon mailen.Wat helaas ook lijkt te gaan veranderen door de onderwijsvernieuwingen en de langstudeerdersmaatregel is het activisme. Met moduleonderwijs en meer college-uren lijkt het er op dat er minder tijd te besteden is aan

activisme, zeker met de toenemende studiedruk.Toch is dit een conclusie die je niet te snel mag trekken. Op de universiteit is al vier keer een onderwijsvernieuwing doorgevoerd, waarbij elke keer het activisme zogenaamd op het spel stond. Vier keer hebben de studenten zich erdoorheen gevochten en bestaat het activisme nog steeds. Activisme wat de Universiteit Twente kenmerkt als ondernemende universiteit en waar we met zijn allen erg trots op mogen zijn. Ik wil jullie dan ook oproepen om niet te veel te schrikken van alle veranderingen om je heen. Industrieel Ontwerpen zal er niet dramatisch door beïnvloed worden, aangezien wij al projectonderwijs kennen en al relatief veel uren draaien. S.G. Daedalus is al een paar jaar één van de actiefste verenigingen in Enschede, en ik geloof dat we dat ook zullen blijven. Met onze creativiteit zal elke IO-er een weg vinden om actief te zijn, mocht dit nou bij de vereniging zijn, bij je sport of met een eigen onderneming. Door de veranderingen zal er misschien een nieuwe mindset nodig zijn, maar daar zijn we gelukkig goed in!Het thema van deze OnOff is ‘Made’, en dit sluit heel goed aan bij de huidige stand van het activisme.Het zal niet verdwijnen, het zal er altijd zijn, alleen telkens in andere vormen. Activisme has to be made.

Paul BretelerCommissaris [email protected]

Welkom in het nieuwe collegejaar! Hopelijk hebben jullie allemaal een mooie zomer gehad en een geweldige Kick-In. Een tijd van vrijheid en blijheid, maar nu gaat iedereen weer serieus aan het werk.

[6] OnOff 28 MADE

MADE OnOff 28 [7]

Onderwijs

theideaswap.com

vimeo.com/27445875

variationsonnormal.com

Exotic Gourd Lamp

junkculture.com

vimeo.com/25361014

[8] OnOff 28 MADE

van RAPID PROTOTYPING

tot OPEN SOURCE HARDWARE

De technische ontwikkeling heeft gezorgd voor een netwerk van robots, Autofacs genaamd. Het is nu enkele jaren na een apocalyptische wereldoorlog. Van de beschaving die vlak voor de oorlog nog hoog ontwikkeld was, zijn nu nog enkel een aantal overlevenden over. De autofacs zorgen voor goederen voor de overlevenden en zijn daarnaast in staat zichzelf te kopiëren. Na een tijd vormen deze reproducerende robots een bedreiging voor de mensheid, althans zo gaat dat in het SciFi-verhaal Autoface van Philip K. Dick.

De werkelijkheid is natuurlijk anders, maar overeenkomsten zijn er ook te vinden. Autofacs lijken bijvoorbeeld wel een beetje op 3D-printers. 3D-printers zijn in staat bijna oneindig veel verschillende goederen te produceren, waarbij het formaat, het

van RAPID PROTOTYPING tot OPEN SOURCE HARDWARE

Op het gebied van Rapid Prototyping wordt er steeds meer mogelijk. De eerste 3D-printer was al uitgevonden in 1986 en tegenwoordig worden 3D-printers niet alleen gebruikt voor Rapid Prototyping, maar ook voor Rapid Producing. En de ontwikkeling gaat verder…

[8] OnOff 28 MADE

MADE OnOff 28 [9]

van RAPID PROTOTYPING

tot OPEN SOURCE HARDWARE

materiaal en de precisie de enige beperkingen zijn. 3D-printers zijn nog niet in staat zichzelf te kopiëren, maar op dit gebied zijn er ontwikkelingen waar ik op terug zal komen. De werking van een 3D-printer verschilt wel weer van de Autofac: in tegenstelling een 3D-printer werkt de fictieve Autofac op nanoniveau. En wanneer de nanotechnologie verder ontwikkeld is, zullen we op de 3D-printen neerkijken zoals we tegenwoordig op de analoge computer neerkijken. Toch is het interessant naar de ontwikkeling op het gebied van Rapid Prototyping te kijken en deze ontwikkeling begon vroeger dan je denkt.

Het patent voor de eerste 3D-printer werd aangevraagd in 1986. Hierbij ging het om een stereolithografie-apparaat. Kenmerkend aan een 3D-printer is dat een virtueel model laagje voor laagje uit een materiaal wordt opgebouwd. Het materiaal dat bij stereolithografie wordt gebruikt is kunsthars. Op een plateau wordt een dun laagje vloeibaar kunsthars uitgegoten. Het kunsthars kan met een laser verhard worden. Wanneer het kunsthars op de juiste plekken verhard is zakt het plateau iets, waardoor er weer een dun laagje vloeibaar kunsthars overheen wordt gegoten en deze wordt ook weer op de juiste plekken verhard. Op deze manier kan uiteindelijk de vloeibare kunsthars weggehaald worden en blijft het product over.

MADE OnOff 28 [9]

Stereolithografie-apparaat

[10] OnOff 28 MADE

Het is tegenwoordig mogelijk om andere materialen te gebruiken voor 3D-printen. Metalen kunnen bijvoorbeeld geprint worden door ze te sinteren: Selective Laser Sintering. Hierbij verhit een laser metaalkorrels, waardoor de korrels net niet smelten. Door de hitte hechten de metaalkorrels aan elkaar. Naast metalen kan deze methode gebruikt worden om glas en keramiek te printen.

Het is dus mogelijk om producten uit verschillende materialen te printen. Samen met het groter, goedkoper en sneller worden van de 3D-printers zorgt dit voor steeds meer toepassingen. 3D-printen wordt gebruikt om (delen van) prototypes te printen om de vorm, de functionaliteit en de prestaties te testen. De 3D-modellen kunnen daarnaast gebruikt worden om de communicatie tussen ontwerpers te verbeteren. Maar soms is het ook voordelig om onderdelen of soms zelfs hele producten te printen. Wanneer een klein aantal producten wordt geproduceerd is het voordelig dat er geen mallen aangeschaft hoeven te worden. Met 3D-printers kunnen ook niet-lossende producten geprint worden en het product kan aan het eind van het ontwerpproces nog eenvoudig veranderd worden. Voor grotere producties is 3D-printen nog niet interessant, vooral doordat 3D-printen veel tijd in beslag neemt.

Het goedkoper worden van de 3D-printers heeft nog een ander gevolg: 3D-printers worden bereikbaar voor het grote publiek. Dit is voornamelijk veroorzaakt door The RepRap Project. Dit project heeft als doel een 3D-printer te ontwerpen die zijn eigen onderdelen kan reproduceren. De

RepRap werkt door middel van Fused Deposition Molding. Deze methode van 3D-printen gebruikt een spuitmond-extruder. Een dun laagje kunsstof wordt geëxtrudeerd, waarmee een product laag voor laag opgebouwd wordt. De RepRap kan dus alleen kunststof onderdelen maken en is daardoor (nog) niet in staat zichzelf geheel te reproduceren.Een zelf-reproducerende 3D-printer maken is ook niet het doel op zich. De deelnemers van The Reprap Project willen de 3D-printer bereikbaar maken voor iedereen, zodat de 3D-printer een alledaags product wordt. Zo willen ze een aardverschuiving in de manier van produceren veroorzaken. In plaats van bedrijven die gepatenteerde producten produceren om aan de consument te verkopen, zullen individuen open-source producten ontwerpen die ze zelf kunnen produceren, waardoor producten veel sneller vernieuwen. Vanuit het RepRap project is onderhand ook een commercieel project ontstaan: MakerBot Industries. Ook dit bedrijf maakt 3D-printers bereikbaar voor consumenten door ze voor ongeveer duizend euro te verkopen.

Het is de vraag of 3D-printers daadwerkelijk een aardverschuiving zullen veroorzaken. De eerste toepassingen zullen waarschijnlijk uit het bedrijfsleven komen. Bedrijven kunnen bijvoorbeeld reserveonderdelen als bestand aanbieden, zodat de consument ze zelf kan uitprinten. Daarnaast zullen hobbyisten het als een uitkomst zien. Niet meer te bestellen onderdelen kunnen zelf gemaakt worden. Ook bestanden voor simpele producten en hebbedingen zullen wel snel op internet te vinden zijn.

De mogelijkheden van de RepRap en de Markerbot zijn nog beperkt, maar wanneer de mogelijkheden groter worden, zullen er wellicht grote open-source projecten opgezet worden. Maar dit hoeft niet het failliet van traditionele productiebedrijven te betekenen. Kijk bijvoorbeeld naar open-source software. Hoewel het gratis te verkrijgen Open Office een belangrijke speler is geworden, heeft deze Microsoft Office niet weggeconcurreerd. Open-source projecten zullen de industrie dwingen vernieuwend te zijn, maar misschien worden ze nog wel meer gedwongen hun marketing te verbeteren. Ze moeten de consument het gevoel geven dat ze toch echt het origineel moeten hebben en geen goedkope namaak. De industrieel ontwerper zal bij het vernieuwen en onderscheiden van producten wellicht een belangrijke rol blijven spelen, totdat de RepRaps de wereld overnemen… Tekst Willem-Sander Markerink

van RAPID PROTOTYPING tot OPEN SOURCE HARDWARE

[10] OnOff 28 MADE

Je zit in de auto in Italië, uit het raam zie je het mooie heuvelachtige landschap. Als je je hoofd uit het raam steekt wappert je haar vrolijk op en neer. Een vriendin zit achter het stuur. Verder zit er niemand anders in de auto, want dat paste niet. Alleen voor alle bagage was er plek. Buiten is het warm, heel warm. Twee uur tuf je zo verder. Dan moet er worden gestopt, voor benzine, want dat slurpt het oude karretje. De Fiat 500.

Net zoals de Citroën DS heeft ook de Fiat 500 een bijzondere ontwerper achter zich staan, Dante Giacosa. Volgens velen was hij een toonaangevende ontwerper die Fiat heeft gemaakt tot wat het nu is. Dante begon al in 1926 met zijn carriëre bij Fiat. Alle Fiatjes werden gebouwd in een grote fabriek in Turijn. FIAT staat letterlijk voor “Fabbrica Italiana di Automobili Torino”, wat Italiaanse autofabriek van Turijn betekent. De fabriek is een aanrader als je toevallig in de buurt bent. In de fabriek is een mooie testbaan op het dak te zien, waar alle auto’s testrondes konden rijden voordat ze de echte weg opgingen.

Na de industrialisatie van veel Europese landen was er veel vraag naar kleine goedkope auto’s. Dante sprong op de vraag in en ontwierp kleine zuinige auto’s . Het begon allemaal bij de Zero A in 1934. Hoe kon Dante zulke kleine zuinige auto’s ontwerpen? Zijn oplossing was slim en doordacht, de radiator werd achter de motor gepropt. De auto leek een beetje op een muis, daarom werd hij ook wel “Topolini” genoemd, zoals Mickey Mouse in het Italiaans heet. Een klein nadeel is dat er maar twee volwassenen in de auto pasten.

In 1955 werd de Fiat 600 op de markt gebracht, bij de 600 werd de radiator ook achter de passagiersruimte weggestopt. De warme lucht die uit de motor kwam werd gebruikt als verwarming. Er was wel plek voor vier personen. Er werd wel eens gemopperd over de prijs van de 600. Daarom werd er in 1957 werd de Nuova Cinquecento, de nieuwe 500 geïntroduceerd. Deze auto was nog kleiner en goedkoper dan al zijn voorgangers. In het begin waren de Italianen er niet heel blij mee omdat hij krapper was dan de 600. Na 1959 werd de motor verbeterd en begon het succes te groeien. Tot 1977 werden ze nog gemaakt, uiteindelijk worden er 4,5 miljoen Fiat 500-tjes verkocht.

De Fiat 500 heeft het gemaakt. Ruim 50 jaar later wordt er nog met trots in deze autootjes gereden. En er rijden niet een paar rond, nee, honderdduizenden!

Tekst Rosanne Martens

MADE OnOff 28 [11]

Het bedrijf is nog maar net een jaar operatief in de vorm waar

het zich nu in bevindt. “Iets meer dan een jaar geleden was ik nog alleen”, aldus Xander Peuscher, hoofdontwerper. PeuscherdesignXperts is een jong ontwerpbureau dat zich bezighoudt met het ontwerpen en implementeren van websites,

ontwerpen van huisstijlen, gedrukte media en educational design. Aan

het roer van Peuscherdesign staan de broers Xander Peuscher en Olav Peuscher. Xander is student Onderwijskunde en Olav student Industrieel Ontwerpen. Beiden zijn ze eigenaar van het bedrijf.

[12] OnOff 28 MADE

Peuscherdesign werkt nauw samen met het bedrijf Infinite Droplets dat wordt gerund door Thijs Scheepers en Joris Blaak. Infinite Droplets is een bedrijf dat een eigen cloud content management systeem (CMSy en CODEy) ontwikkelt en apps voor de Iphone en Ipad uitbrengt. In de nabije toekomst wil Infinite Droplets meer cloud-applicaties aanbieden. Door samen te werken, kunnen deze twee bedrijven een breed scala aan mediamogelijkheden bieden.Een succesvol bedrijf wordt niet zomaar neergezet. Al sinds de middelbare school had Xander interesse in het ontwerpen van grafische media. Veelal voor zichzelf en voor de lol: puur voor het maken dus. Eenmaal af stond het volgende project alweer klaar. Zodoende werden er kleine betaalde projecten binnengehaald binnen de vriendenkring, waaronder een site voor een plaatselijke politieke partij en een marktplaats voor kunst.

Met deze ervaring deed Xander in 2009 mee met een wedstrijd die hem op het lijf geschreven was: een ontwerp maken voor de nieuwe website van de Student Union. Dit ontwerp beviel de Student Union dermate goed dat Xanders ontwerp werd gekozen. Enkele maanden later werd Xander aangenomen als de grafische man binnen de Student Union. Aan het begin voornamelijk voor postermateriaal en later ook voor andere publicaties. Langzaam werd door Xander de huisstijl onder handen genomen en enkele weken geleden is de nieuwe huisstijl voor onder andere de jaarverslagen in gebruik genomen.

Door te netwerken binnen de contacten van de Student Union werden er verschillende opdrachten door Xander uitgevoerd waaronder de huisstijl en website van Create Tomorrow, de site en huisstijl van de 39e Batavierenrace en de site van studievereniging ConcepT. Het werd zo serieus dat Xander zijn toenmalige eenmanszaak Alexanderdesign

moest uitbreiden tot een groter bedrijf. Xanders broer Olav heeft ook altijd affiniteit gehad met design, alleen hij koos voor zijn vrijetijdsbesteding toch meer de muziek (de band Tune Inn). Wegens gedeelde interesse en vertrouwen in elkaars capaciteiten, leek het voor de hand liggend om als broers samen door te gaan en een bedrijf te beginnen om meer opdrachten aan te kunnen nemen.

In deze periode kwam Peuscherdesign in contact met Infinite Droplets. Ook kwam er een kantoor 309 vrij in de Bastille. Na enkele besprekingen en wat investeringen was het kantoor in de Bastille een feit. In dit kantoor zijn beide bedrijven te vinden en wordt vrijwel dagelijks gewerkt aan een breed scala aan opdrachten.

De visie van Peuscherdesign is om een goede huisstijl of website aan zowel kleine als grote bedrijven aan te kunnen bieden en hen daarmee te voorzien van een professionele uitstraling. Hierbij wordt gestreefd naar eigenwijze ontwerpen die opvallen. Kwaliteit heeft zo zijn prijs, maar bij ons niet de hoofdprijs. Binnen de UT hanteert Peuscherdesign een flinke studentenkorting en slimme pakketprijzen die het ontwerp van een website of huisstijl voor een vereniging of studentenbedrijf erg aantrekkelijk maken.

PeuscherdesignXperts en Infinite Droplets ontwikkelen zich continu en timmeren flink aan de weg. Een fusie van beide bedrijven zien beide bedrijfseigenaren niet als een onwaarschijnlijkheid. In tegendeel: met de kennis van ID en de ontwerpskills van Peuscherdesign zijn de vier mannen een ijzersterk team. We zullen zien wat de toekomst zal bieden. Tekst PeuscherdesignXperts

Van je hobby je bedrijf maken:

Ontwerpbureau PeuscherdesignXperts

MADE OnOff 28 [13]

[14] OnOff 28 MADE

moe

ite

GE

STO

LDE

++ mat

eria

al

beno

dige

mid

dele

n

=

MADE OnOff 28 [15]

Maar het is niet de ingestoken tijd die je werk tot iets moois maakt, het is de daadwerkelijke moeite. Een verschil wat studenten als wij, met al ons studieontwijkende gedrag, vast beter begrijpen dan wie dan ook. Dat waarvoor de eindbaas Karl Marx al een formule voor opstelde (moeite + materiaal + benodigde middelen => waarde product). Hieruit blijkt wat de essentie van een product is: Gestolde moeite. De moeite die door te kneden is tot een uiteindelijk resultaat, een vorm, een functionaliteit en een geheel waarin de moeite terug te vinden is.

Zodra deze moeite is gestold, kun je het alleen nog maar beoordelen. Vind je dat er genoeg moeite is gedaan en vind je het daarmee zelfs waardevol, dan kan je besluiten het te kopen, geld aan het product te besteden. Het geld waarvoor jij moeite hebt moeten doen om het te bemachtigen. Zij het door te werken, door te stelen of door jarig te zijn.

Vergeet deze uitwisseling van moeite nooit. Tegenwoordig groeit deze uitwisseling van moeite namelijk behoorlijk scheef. Grote, gevestigde namen beïnvloeden dat waar jij waarde aan hecht, maken het stuurbaar en krijgen zo meer moeite binnen (in de vorm van geld), dan zij jou hiervoor teruggeven.

Zoals Karl Marx al doorhad verkrijg je de waarde van je product vooral door er moeite in te stoppen. Iets wat in de tijd van de ambachtslieden dan ook altijd puur in praktijk werd gebracht. Tegenwoordig zie je deze ambachtslieden steeds minder, de taak om producten op een eerlijke manier waardevol te maken ligt voor het overgrote gedeelte nu bij de ontwerpers. Zorg ervoor dat de gedane moeite zich gaat manifesteren in het product. Zodat anderen het zullen zien en waardering kunnen hebben voor de tijd en het werk dat jij erin hebt gestopt. Vergooi je moeite niet, maar laat het vereeuwigen door wat te maken. Zo kunnen ook volgende generaties genieten van de stolling van jouw moeite.

Het grootste goed dat de mens rijk is, is dingen maken. En dat kunnen wij als ontwerpers. Zo blijven we tot in den treure zeggen wat nog gemaakt kan worden, waar gemiste kansen liggen en wat beter kan. Zowel bij de ontwerpen van anderen als bij onszelf komt dit tot uiting. Zo storen we ons bij anderen aan niet afgewerkte details; iets wat net niet lekker overloopt of waar de uitlijning perfecter kan. Ook onze eigen ontwerpen worden niet ontzien, zelfs last-minute zijn ze niet veilig voor radicale veranderingen en er komen altijd meer puntjes bij om op de i te zetten. Om een product zo te krijgen dat het perfect is, kom je altijd tijd te kort.

Tekst Roy Stroek

[16] OnOff 28 MADE

Je maintiendraiGianni Romme, made in Made. Beer van een vent met dijen als boomstammen, waar kiez-elsteentjes met de snelheid van neutrino’s vanaf konden ketsen. Of die andere Beer, uit Lemmer. Dat waren nog eens uithangborden voor de Nederlandse sport. Sven ook hoor, begrijp mij niet verkeerd, maar die andere twee zijn vleesgeworden legendes, weggetukt in de krochten van mijn geheugen. Of wat dacht je van het elftal van ’74 en ’78, dan wel de kampioenen van ’88. Voor mijn tijd uiteraard, maar ik ben goed bijgespijkerd. Fanny. Joop. Ard. Helden en heldinnen uit vervlogen tijden. Desalniettemin staat het merk ‘Hol-land’ in de sportwereld nog fier overeind. Wat zeg ik, we zijn vicewereldkampioen!

Het blijft toch wel een verbazingwekkend fenomeen, dat oranje leger van ons. Overspoelde Basels en tot de nok toe gevulde Thi-alfen, elke keer weer. Die oranje getooide indiaan is welhaast een icoon van onze Oranjegekte, ookal is ‘ie er mee gestopt. Elke keer stond hij er weer met z’n trommel. Samen met duizenden an-deren die met een vurige passie hun helden naar eeuwige roem schreeuw(d)en. Datzelfde leger laat zich meestal van z’n beste kant zien, als gast of als gastheer, en dat kweekt goodwill onder de plaatselijke bevolking. En zodoende ook onder de wereld-bevolking. Nederland heeft mondiaal een roemruchte status opgebouwd en staat bekend als een land met misschien wel de vriendelijkste en meest goedlachse schare supporters ter wereld. Overal waar zij komen is het feest. Nog een mooi uithangbord.

Het is niet verwonderlijk dat Nederland trots is op deze status. De supporters doen er ook alles aan om dat beeld in stand te houden. Het zou doodzonde zijn om dat goede imago in één keer om zeep te helpen. ‘We’ hebben er ten slotte met z’n allen hard voor geknokt, ook op sportief vlak. Nederland geniet aanzien en mag daar terecht mee pronken. The Dutch, een deskundig en nijverig volkje dat zich niet gewonnen gaf aan de zee en terloops ook nog allerlei prestaties van formaat heeft neergezet. Zó staan wij globaal bekend. Ik kan er alleen maar van genieten, ookal staan we als een stel ongegeneerde idioten daar op de banken te blèren. Het is branding op z’n best, branding op macroniveau, branding pur sang.

Laurens van den Broek

[16] OnOff 28 MADE

MADE OnOff 28 [17]

FotorubriekLampen gevuld met water. De foto is genomen in een atelier gevestigd in de Zona Tortona, Milaan.

De foto is gemaakt met een Canon 450D zonder flits. Hierna is deze bewerkt naar zwart-wit waardoor de schaduwen en diepte meer naar voren komen.

Alex Wesselink

Staat jou foto hier de volgende keer?Mail naar [email protected]

Je maintiendrai

[18] OnOff 28 MADE

You have studied and lived in Mexico your entire life. Why did you want to leave, coming to the other side of the world?

I grew up in a small town, called ‘Tepic’. I once heard the mayor on the radio, and he spoke of his life. He said he was born in Tepic, grew up in Tepic and was still living there. He explained that the fact that he had always lived there makes him the perfect man for the job. But he was commonly known to be a very bad mayor. At that point I figured that traveling to different cultures makes you see things from a different perspective, that you could learn a lot from going places. Therefore I decided, when I reached to the end of my study, I wanted to look at Industrial Design from a different culture.

But why in Enschede, Holland?Well, it was not my first choice. At first I wanted to go

to New Zealand, but my grades were insufficient. That is not because I do bad, but because they demand straight A’s in New Zealand.

I always heard that design in Western Europe was very unique, that people there are really good at what they do.

What kind of subjects do you take here?I did project O last quarter with 2nd year students,

this quarter I take project K with some Chinese architects and interior designers. It is really nice to see the different approaches these different people take. I also took sketch tablet drawing (TTV, red.), Solidworks (TPM2, red.) and ‘Packaging design and management’.

Those are all courses that are unimaginable in Mexico. If I wanted to use a tablet, I had to figure it out for myself, the same goes for SolidWorks. Also, in Mexico, we don’t see packaging as part of industrial design. So it was really about broadening my horizon, doing new stuff.

What other differences do you see within the field of Industrial Design between Mexico and Holland?

Well, in Mexico we see industrial design more as an art than a skill. Mexican design is about taking an aspect of Mexican life, let’s say wrestling, and using that as an inspiration to make, for instance, a chair. So people look at their own culture to make beautiful stuff. Over here there is a more practical approach, looking at a problem or a wish of a company, designing a product to that challenge. It’s more scientific here versus more artistic in Mexico.

That is quite a different approach.Yes, but it is not just the approach, it’s also the way of

doing things. When I do a project in Mexico, I constantly have to show my mentor that I am working. And not just on a weekly basis, but more on a day to day routine. Over here there is a lot of confidence in individual responsibility and individual skill. At my own university, whenever I have to make a choice, I feel like I have to check with my mentor about the right choice, but over here I finally learned to have confidence in my own intellectual capacities.

Another point of view How going abroad changes your world

Marco Antonio Olmeda Garcia (22) is an Industrial Design student from ‘Tec de Monterrey, Mexico’. He is here in Enschede for half a year, exploring Industrial Design in The Netherlands. I spoke to him about design both in Holland and Mexico, and life as a Dutchman or Mexican.

Interview by Han Slob

MADE OnOff 28 [19]

So you feel more trusted over here?I do, but not just in my study. The entire culture here

puts a lot of faith in the individual to make the right choices. When you ride the train, they give you a great deal of trust to buy a ticket. They check it, but only modestly. In Mexico, there is a lot of distrust in the honesty of people. A lot of effort is put into checking if everybody does things the right way.

Let me tell you a story about the way Mexicans work. You could compare it to a rowing team. There is one cox, shouting at the rowers to row fast. But still they are losing the race, so they decide to check if the stroke, the guy who gives the pace, is doing it right. So the guy behind him stops rowing to constantly check what the stroke is doing. But still they are losing the race, so the guy behind the one that is doing the checking, thinks to himself: maybe he is checking it wrong, so he stops to monitor the guy who is doing the checking. This goes on until only one guy is rowing and the rest is monitoring what he does. At that point, they are still behind the rest of the boats, so they try to figure out what is going wrong. The people doing the checking come to the conclusion that they are monitoring the entire situation in the right way, so it must be the guy doing the rowing that is erroneous. This quite accurately describes how organizations work. Instead of having faith in people to do their job right, there are a lot of people doing nothing more than monitoring the people doing the work. In Holland it is much more a group effort, where the cox sits in front of the boat, with her back turned to the rowers, in full confidence that they are doing a good job.

You sound really positive about the working ethics.Yes, in one way I am. But this also comes with a

downside. Everybody is very individualistic and distant. There is a real focus on the ‘I’, instead of the ‘we’. In Mexico everybody is a lot warmer. The design process here is about somebody setting the conditions, and you working within those constraints. This helps you become strong individuals with a lot of confidence in your own skill and expertise. But it also makes you a lot less social, more distant.

That sounds a bit contradictoryYes, in a way it is. But it also shows a great opportunity

to learn from each other. It not a rigid ‘your way/our way’. It could really complement each other well. It’s not your method but passion for the profession that makes you a good designer. I am really glad that I got this chance to learn so much, and I really want to take these experiences back to Mexico. To try to improve my own design work, but also that of my friends and colleagues. It is that change in your point of view that makes you look at things in a different way. That is where studying abroad broadens your horizon, giving new insights that forever change your opinion about Industrial Design and life.

Another point of view How going abroad changes your world

[20] OnOff 28 MADE

Niemand is perfect, ik ook niet en daar ben ik heel blij mee. Je bent toch zo uitgekeken op iemand die alles goed doet? Misschien is dat een probleem van de producten die we gebruiken. Voor mijn gevoel stellen ontwerpers en gebruik-ers vaak bovenmenselijke hoge eisen aan producten. Het lijkt zo normaal dat we producten willen die perfect werken en er het liefst ook nog zo uitzien. Maar bete-kent dat we daardoor ook meer waarde aan deze producten hechten?

[Een verslag over hoe een Vrije Opdracht begon met pottenbakken en na lange tijd eindigde in een soort van visie]

MADE OnOff 28 [21]

Het is voor de meesten wel bekend, onze manier van leven heeft gezorgd voor een aantal groeiende problemen. Steeds meer ontwerpers houden zich dan ook bezig met duurzaam ontwerpen. Een probleem is dat producten vaak lang voor hun eigenlijke levensduur worden afgedankt en vervangen door het volgende product. Het is dus belangrijk dat we niet alleen nadenken over de productie en het gebruik van een product, maar dat we er ook voor zorgen dat iets niet vroegtijdig wordt weggegooid. Hoe ontwerp je een product dat de gebruikers graag langer willen behouden?

Binnen onze opleiding ligt de nadruk, heel vanzelf-sprekend, op de industrie. Maar wordt er wel vaak genoeg gekeken naar producten die niet industrieel zijn gemaakt? In handgemaakte voorwerpen zie je een vakmanschap terug waar vaak eeuwenlange ervaring achter zit. In deze producten zijn de sporen van de maker te zien en door de kleine imperfecties wordt ieder product uniek. Dit is niet meer het geval bij industrieel geproduceerde producten: ze worden machinaal gemaakt, met perfecte mallen en daarna zorgvuldig getest op foutjes. De waarde van deze producten wordt uitgedrukt in prijs, luxe, comfort, mogelijke functies enz. Maar als consumenten een product gemakkelijk weggooien, is de emotionele waarde blijkbaar niet zo groot. Ik denk dat handwerk wel een emotionele waarde in zich heeft die voor een groot deel verloren is gegaan bij industriële producten.

Tijdens een bezoek aan het Keramiekmuseum Princesse-hof in Leeuwarden zag ik een aantal ontwerpen van Hella Jongerius. Haar ontwerpen en achterliggende ideeën spraken me gelijk sterk aan: Hella Jongerius koppelt in haar werk industrie aan ambacht, high tech aan low tech en traditie aan het heden. Hoewel dit bij meer ontwerpers te zien is (bv. Piet Hein Eek, Jurgen Bey, Tejo Remy of Pieke Bergmans), was zij een van de eersten die hier mee begon. In het museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam werd al haar werk tentoongesteld onder de naam Misfit. Hella Jongerius weet aan de ene kant heel goed de schoon-heid en waarde van imperfectie te tonen en het tegelijk te combineren met de industriële productie. Het was voor mij echt een eye-opener. Tijdens de treinreis terug kon ik bijna niet stil zitten, ik was compleet enthousiast!

Het leek mij dus erg interessant hoe je deze twee uiterste met elkaar zou kunnen combineren: grootschaligheid en betaalbaarheid van de industrie met de waarde en het karakter van de ambachten. Ik denk dat de waarde van handwerk vooral komt doordat de voorwerpen een hand-

schrift en imperfectie bevatten. Imperfectie fascineert me, het zorgt ervoor dat ik niet snel ben uitgekeken, want details kunnen me blijven verrassen. Dit heb ik tijdens mijn Vrije Opdracht tot uitdrukking gebracht in een aantal vazen die industrieel geproduceerd kunnen worden, maar tegelijk door een kleine aanpassing tijdens het bakproces een unieke imperfectie bevatten.

Ik ben begonnen met het aanschaffen van een draaischijf met schopaandrijving en draaiklei. Daarna ben ik vele uren mijn best gedaan om mezelf de basis van het traditionele pottenbakken aan te leren. Allerlei handelingen bleken zoals altijd toch wat lastiger te zijn dan ze klinken: bv. het kneden, centreren, stabiel houden van de klei en het maken van gelijkmatige wanden enz. Gelukkig stortten de

potjes na een tijdje niet meer in elkaar (een erg fijn mo-ment!) en kon ik wat verschillende vormen gaan proberen. De drie beste heb ik daarna laten bakken in de oven op de AKI, op een temperatuur van zo’n 1100 °C. Na de eerste keer bakken kun je de glazuurlaag aanbrengen, dat ziet er zodra het droog is uit als een laag kleurpoeder. Daarna gaat het nog een keer de oven in en wordt het glazuur. Mijn experiment was om de voorwerpen bij het glazuurbakken dicht tegen elkaar aan te zetten, zodat ze op meerdere punten aan elkaar smolten. Doordat alleen het glazuur aan elkaar smelt, is het nog makkelijk los te breken en ontstaan er onregelmatige breukvlakken. Ik heb blauw en wit glazuur gebruikt zodat de contactpunten extra benadrukt worden. Het resultaat zijn vaasjes waar aan de buitenkant opzettelijk breukplekken ontstaan: normaal gesproken ongewenst, maar in mijn ogen fascinerend mooi.

Ik heb me heerlijk kunnen uitleven tijdens mijn Vrije Opdracht en ik kan iedereen aanraden hetzelfde te doen. Zoek iets wat je hart echt sneller laat kloppen en ga er-voor! En tot slot: Ode aan de foutjes!

[Een verslag over hoe een Vrije Opdracht begon met pottenbakken en na lange tijd eindigde in een soort van visie]

[22] OnOff 28 MADE

Studieboeken zijn soms zó vermoeiend om te lezen. Enige vorm van linguïstisch vernuft is vaak ver te zoeken. Ze zijn meestal loodzwaar, de tekst vaak gortdroog en zonder onnodige omschrijvingen, leuke weetjes en andere taalkundige uitstapjes. Dat spreekt voor zich (het zijn immers studieboeken, geen romans), maar toch vind ik het jammer. Met een beetje inlevingsvermogen kan het lezen van studieboeken al zó veel leuker worden. Marty Neumeier weet hoe het óok kan. Dat het mogelijk is om feiten aan de man te brengen zonder te vervallen in de eeuwige clichés die studieboeken altijd met zich mee lijken te slepen (langdradig, een anonieme auteur met de literaire finesse van een baksteen, opeenstapelingen van feiten waarvan je eigenlijk niet eens wílt weten dat ze bestaan, et cetera), laat Neumeier in The Brand Gap wel zien.

recensie The Brand Gap

The Brand GapMarty NeumeierPaperback, 194 pagina’sISBN: 978-0-321-34810-4Adviesprijs: €24,99

Tekst: Laurens van den Broek

MADE OnOff 28 [23]

Met een boek dat je in een half uur uitgelezen kan hebben wil ik nu ook niet beweren dat dit hét nieuwe archetype van een studieboek is, maar het geeft te denken dat Neumeier zó veel praktische kennis in een boekje van amper 200 pagina’s weet te persen. Toegegeven, de kennis die Neumeier etaleert is lang niet zo accuraat als in de meeste studieboeken, toch bieden de hoofdlijnen die hij uiteenzet een solide houvast dat je de rest van je loopbaan handig van pas zal komen.

Nu zullen de meesten van jullie nog nooit van Marty Neumeier gehoord hebben, hetgeen niet zo verwonderlijk is. Neumeier is de voorzitter van het in 2002 opgerichte Neutron LLC, een succesvolle Amerikaanse brand consultancy. NLLC is een bureau dat zich specialiseert in advies over brand design, zo ongeveer de heilige graal van de producerende industrie. Daarvoor was hij hoofdredacteur van Critique, een magazine dat de effectiviteit van (zowel grafisch als product-) ontwerpen kritisch onder de loep neemt. Het werd Neumeier al gauw duidelijk dat er een grote kloof bestond tussen bedrijfsstrategieën en “customer experience”, de ervaringen die de klant heeft met het product en aansluitende services. Neumeier voelde zich genoodzaakt zijn stem nadrukkelijker te laten horen in deze discussie, waardoor het idee om een ‘white board overview’, een zo simpel en direct mogelijke overzicht, samen te stellen ontkiemde. The Brand Gap is de eerste in een serie van drie boeken met een soortgelijke thematiek.

Die heilige graal dient nader toegelicht te worden. Het is namelijk niet een geheel onterechte bijnaam. Heb je als producent zijnde een merk staan, ééntje die echt als een huis staat, dan heb je een goudmijn in handen. Kijk bijvoorbeeld naar Coca Cola. Het maakt niet zoveel uit met wat voor producten ze komen, het verkoopt toch wel. Tuurlijk, hier en daar zaten er missers in het assortiment (denk bijvoorbeeld aan caffeïnevrije cola of de Lemon-variant), maar het is voor Coca Cola een kwestie van net zo lang aftasten totdat de juiste snaar bij de consument

wordt geraakt. Wat de smaak ook moge zijn, ‘Coca Cola’ als merk is onwrikbaar. Apple is nog zo’n merk, hoewel zij de laatste tijd in opspraak zijn geraakt door vermeende privacyschendende praktijken. Uit zoiets blijkt dan wél weer hoe snel een merk verbrokkelen kan. En dat is dan ook één van de boodschappen die Neumeier mee wil geven. Sterker nog, dit is een fundament waar het boek op bouwt: een merk is niet alleen een logo, een bedrijfsidentiteit of een product. Het is een onderbuikgevoel. Het is niet zozeer wat een bedrijf zegt dat het moet zijn, het is wat voor een gevoel een persoon krijgt bij het horen van een naam van een product, bedrijf of service. Branding is dus niet een exacte wetenschap, maar het resultaat van jarenlange consistentie in kwaliteit en excellerende service naar de klant toe. Als dat eenmaal staat, kun je in betrekkelijk korte tijd furore maken als merk. Als voorbeeld wil ik HTC noemen: in 1997 opgericht en tot een aantal jaar geleden vrijwel onbekend buiten Aziatische contreien, totdat zij in 2009 met hun HTC Hero en het Sense-platform op de proppen kwamen. Vanaf toen ging het hard.

Het zijn logische doch basale concluderingen die Neumeier trekt uit jaren van ervaring. Ze roepen een beetje dat “Ja, natuurlijk!”-gevoel op bij je. Tesamen met het non-academische taalgebruik leest het boek als een tierelier. Maar laat je niet misleiden door de grote letters en de soms ietwat kinderlijke illustraties: hier kun je écht wat van leren. Het is allemaal niet zo moeilijk, mits je je de basis eigen maakt: 1 + 1 = 11.

“Branding is dus niet een exacte wetenschap, maar het resultaat van jarenlange consistentie in kwaliteit en excellerende service naar de klant toe.”

Marty Neumeier

[24] OnOff 28 MADE

Voor de mensen die het toch nog allemaal ontschoten is, hierbij een korte samenvatting van Het Glazen Huis 2011. Zes cases; opgelost door groepen van zes studenten; in een tijdsbestek van zes uur. Het oplossen gebeurde in serie, dus er komt om de zes uur een nieuwe groep van studenten werken aan een nieuwe case. En dit gebeurde allemaal in een glazen huis, wat was neergezet in het centrum van Enschede.

“Maar waarom staan jullie hier?” Ik denk toch wel de meest gestelde vraag tijdens het weekend. En dan volgde altijd ons verhaal. We staan hier om onze studie en studievereniging te promoten. Om inwoners van Enschede te laten zien wat het ontwerpproces inhoudt. En wat er eigenlijk allemaal gebeurt achter de grote muren van de Universiteit Twente. Maar als belangrijkste reden staan wij hier om mensen actief mee te laten denken over duurzaam ontwerpen.

Deze interactiviteit wilden we bereiken door simpele cases te zoeken. Cases die dicht bij het leven staan van een normale burger. Zoals het herontwerpen van een Karvan Cevitam-bus die iedereen wel eens gebruikt heeft. Of het verbeteren van de te kleine prullenbakjes in de trein, een algemeen probleem

Op vrijdag 3, zaterdag 4 en zondag 5 juni vond voor de derde keer Het Glazen Huis plaats. En net zoals bij de vorige twee edities mag er gesproken worden van een groot succes. Het grootste verschil met de vorige edities? De temperatuur.

Het Glazen Huis 2011 Het Glazen Huis 2011

waar iedereen ook zijn mening over heeft klaarstaan. Tijdens het uitwerken van de cases konden de omstanders hun eigen mening geven. En deze wordt dan gebruikt door de studenten die de case uitwerkten. En om eerlijk te zijn, elke omstander had wel commentaar op hoe de samenleving in elkaar zat en hoe men duurzamer kon leven. Maar als er ideeën werden gevraagd hoe het opgelost kon worden, dan waren de meesten erg stil. Ze zeiden dan nog dat ze het een goed initiatief vinden en dat ze erover na zullen denken. En precies dat was het doel van het evenement: het bewust maken van de mensen.

OrganisatieZoals bij elk groot evenement, want zo wil ik het toch wel noemen, is de organisatie in handen van verschillende mensen. Bij Het Glazen Huis waren dit de mensen van de partnershipcommissie, dat officieel is opgericht om een verlengstuk te zijn van de commissaris externe betrekking van Daedalus, maar tegenwoordig helemaal een eigen taak heeft: Het Glazen Huis.Zoals ook te verwachten viel, ging niet alles bij de organisatie van een leien dakje. Het begon allemaal eind collegejaar

MADE OnOff 28 [25]

Laatste loodjesNa het bezoek aan de bedrijvendagen hadden we de smaak te pakken en al snel werden de eerste bedrijven binnengehaald. Ondertussen was de samenstelling van de partnership ook veranderd. Na een zeer strenge en befaamde selectieprocedure werden de volgende nieuwe leden aangewezen: Nora Roebers, Emile Nijssen en Erik Fentrop. Ondertussen waren Paul en Nick vertrokken, wegens de wisseling van de wacht van het bestuur. Maar de belangrijkste verandering was dat de deadline wel erg dichtbij kwam. Eerst was het altijd: “Ach, dat doe ik volgende week wel een keer”. Echter, opeens was “volgende week” nog maar een week voordat het evenement zou beginnen. Het stresslevel nam dus toe en er werd zeer hard gewerkt door de hele commissie. Promotie werd geregeld (mooie mupi’s in de binnenstad en een mooi spandoek boven de Horst ingang) en de laatste kleine dingetjes werden ontvangen (Galaxy Tabs).

Evenement Op 3, 4 en 5 juni was het dan zover. Na een soepele opbouw kwamen op vrijdagochtend de eerste studenten om hun case op te lossen. Daarna was het een succesvolle “rollercoaster” en voordat we het wisten moesten we op maandag alweer opruimen. Daarna nog de bedrijven bedanken en een eindverslag opstellen.

Al met al was het een zeer geslaagd evenement en de commissie heeft zeer veel geleerd! En volgend jaar een nieuw evenement met een nieuwe commissie.

Tijmen van Diepen (Voorzitter)Sander Hetebrij (Secretaris / Coördinator Evenementen)Nora Roebers (Penningmeester)Erik FrentropEmile Nijssen

2009-2010. De Partnershipcommissie, toen nog bestaande uit Yannick, Sander, Paul en Chris, besloot om de taak op zich te nemen om het nieuwe Glazen Huis op te zetten. Dit begon met het opstellen van een visie en het benaderen van hoogleraren. Zij kunnen altijd goed van pas komen als je bedrijven wilt benaderen.Maar echt schot wilde er niet in komen. Er werd veel aangemodderd en vooral tijdens de zomervakantie lag alles stil. Ondertussen was er wel een nieuw lid bij gekomen, Tijmen, maar tegelijkertijd besloot oudgediende Yannick er mee te stoppen. En door bestuursperikelen werd Nick de afgevaardigde vanuit het bestuur en besloot ook Chris om ermee te stoppen. Vanaf toen leek het alsof er nieuwe moed werd ingesnoven, want er gebeurde weer dingen. Er werd bijvoorbeeld een datum voor het evenement vastgelegd en bedrijven werden actiever benaderd. Onder andere werden de Bedrijvendagen op de Universiteit Twente bezocht. BedrijvendagenAls je er voor gekozen hebt om in de Partnershipcommissie te gaan is het één van je leerdoelen contact met bedrijven te leggen, een vaardigheid die weinig mensen van nature hebben. Een uitgelezen gelegenheid om aan dat leerdoel te werken zijn de Bedrijvendagen van de Universiteit Twente, een jaarlijks evenement dat wordt georganiseerd door de Bedrijvendagencommissie (zo simpel kan het zijn). Tijdens dit evenement zullen verschillende bedrijven naar de campus komen om zichzelf daar te promoten.Wij besloten om met de gehele commissie naar dit mooie evenement te gaan. Oftewel: tweedelig pak aan, visitekaartjes die nog warm zijn van de drukker mee en elkaar genoeg moed in praten om de grote bedrijven aan te durven spreken.En dan kom je vanuit de winterse kou in een toch wel warme tent, langzaam schuifelend naar het eerste bedrijf om daar heel angstig het eerste contact leggen. Maar na ongeveer vier bedrijven kregen we allemaal de smaak te pakken. Binnen drie uur waren alle bedrijven bezocht en hadden we een stapel van 20 visitekaartjes. Een geslaagde dag.

[26] OnOff 28 MADE

Eigenlijk wel een beetje verwonderlijk, dat er zoveel verschillende producten uit één zo’n diertje kunnen worden gemaakt. Het klinkt ook wel vies en eigenlijk wil je helemaal niet weten dat er behalve pindakaas op je boterham, er ook nog een aantal varkenshaartjes inzitten. Of dat je je haar eigenlijk met varkensvet wast, in plaats van met shampoo. Nu is dit natuurlijk wel een beetje kort door de bocht, maar toch zitten er wel degelijk stukjes van dat knorrende wezen in producten die jij dagelijks gebruikt.

In het boek Pig 05049 volgt Christien Meindertsma de verschillende onderdelen van één varken, genaamd 05049, naar alle hoeken van de wereld. 05049 is een echt varken dat hier in Nederland is opgegroeid op de boerderij en vervolgens is geslacht. Meindertsma heeft alle producten waar 05049 in eindigt keurig geordend, maar liefst 185 in totaal, een bizar geheel. Het boek bestaat voornamelijk uit plaatjes en beperkt de tekst tot een korte uitleg over hoe het varken is verwerkt in dit product. Het boek is dus niet als gids voor de veganist of de islamiet bedoeld, maar meer als verzameling.

Tegenwoordig is de keuze in producten zo enorm groot dat we eigenlijk niet meer zo goed weten wat er nu precies op ons bord ligt, of wat we op ons gezicht smeren. Het lijkt wel alsof het ons niet meer uitmaakt wat er nu in zit, we gebruiken het gewoon zonder er verder bij na te denken. Meindertsma springt hier goed op in, haar verzameling van producten laat in één oogopslag zien in hoe enorm veel verschillende producten varken is verwerkt. Dit zet je aan het denken; waarom wisten we niet eerder dat er in je biertje precies hetzelfde zit als in je boterham? En is dit niet het geval bij nog veel meer producten?

Van het varken dat Meindertsma volgde werd echt alles gebruikt; van botten tot bloed en van vlees tot vet. Ook al is het misschien een beetje een eng idee, op deze manier zijn varkens wel heel rendabel. Iedereen kent wel een aantal producten dat varken bevat, maar dat het er zo veel zijn is wel verbazingwekkend. Alleen al de botten worden tot zes verschillende bestanddelen verwerkt die op hun beurt weer in 45 verschillende producten worden gebruikt. Papier, röntgenfoto’s, explosieven, schoenen, kurk en de omslag van het boek zelf, 05049 bevindt zich overal.

Batterijen, kogels, fo-torolletjes, lucifers, een treinrem, sigaretten en brood. Shampoo, kauwgom, schoe-nen, ijsjes, bier en honden-voer. Een hele hoop verschil-lende, willekeurige producten zou je zo zeggen, maar toch niet helemaal. Je zou denken dat deze producten allemaal verschillende ingrediënten bevatten, toch hebben ze er één gemeen: varken.

OVER HET VARKEN IN JE BIER

Joska Sesink >

MADE OnOff 28 [27]

Ik werk nu 4 maanden bij verpakkingsontwikkeling. We ontwerpen hier met name verpakkingen voor scheerapparaten, groomers en wake-up lights. Verpakkingsontwikkeling is bij Philips verweven in het productontwikkelingsproces. Dat betekent dat je al in een heel vroeg stadium bezig bent met het bepalen van product ranges, verpakkingsvarianten en afstemming over grafisch design. Zo maak ik als verpakkingsontwikkelaar alle zaken mee die tijdens productontwikkeling om de hoek komen kijken. Erg interessant!

Vanzelfsprekend: Philips is enorm internationaal georiënteerd. Meerdere keren per week heb ik overleg met mensen uit China of de VS over allerlei zaken die verpakkingen aangaan. De kleinste dingen die niets voor lijken te stellen worden belangrijke kwesties, als je bedenkt dat er van een apparaat miljoenen stuks worden verkocht. Daarom wordt niets aan het toeval over gelaten, en alles wordt uitvoerig getest, van kartonnen doos tot het kleinste plastic zakje. De testen doe ik deels zelf, en deels doet de testafdeling dat. Aan de hand van de resultaten kijken we dan of we aanpassingen doen aan het ontwerp, of we materialen kunnen minimaliseren of kunnen vervangen door andere materialen die het milieu minder belasten of omdat ze gewoonweg goedkoper zijn.

Naast de producten in grote oplagen zijn er ook kleinere series, bijvoorbeeld voor de giftpackaging. Hiervoor zijn vaak iets hogere budgetten, dus liggen er meer kansen voor exotische verpakkingen. Er zijn dan andere uitdagingen die bijvoorbeeld liggen op het gebied van duurzaamheid. Een andere interessante ontwikkeling is de verpakking die speciaal ontwikkeld is voor internetverkoop. Het product is zo verpakt dat het rechtstreeks naar de consument kan worden verstuurd, zonder dat er nog een doos omheen hoeft.

Ook doe ik momenteel een project wat meer mijn academische kant benut: onderzoek naar de toepassing van nog meer gerecyclede materialen in onze verpakkingen. Het onderzoeken van de mogelijkheden bestrijkt vele vlakken: de technische haalbaarheid, de supply chain, Life Cycle Analysis, het kostenaspect, noem maar op. Een grote uitdaging waar blijkt dat ik met een brede opleiding als IO veel voordeel heb!

Lijkt het je leuk om af te studeren op het gebied van verpakkingen bij Philips? Laat het me even weten!

Josse Ruiter

[email protected]

…En opeens was ik afgestudeerd. En wel bij Grolsch op de ontwikkeling van verpakkingen. Na een tijdje genoten te hebben van het after-studentenleven heb ik me ingeschreven op nationalevacaturebank.nl. De volgende dag al werd ik door wat partijen gebeld, met op een ge-geven ogenblik de vraag: ‘ik heb een hele leuke vacature voor je, het is alleen wel in Drachten…’ Philips? Dat zit toch in Eindhoven? Inmiddels weet ik: grote kans dat jij meer apparaten in huis hebt die in Drachten zijn geëngineerd, dan dat er uit Eindhoven komt!

Alumnus

MADE OnOff 28 [27]

[28] OnOff 28 MADE

Je bent IO’er, dus je moet wát. Na een spiegelreflexcamera tot de laatste schroef uit elkaar te hebben gehaald om eens te kijken hoe dat ding nou eigenlijk werkt en een oude televisie te hebben gereviseerd (zodat je weer eens tv kunt kijken zónder dat er vonken uit de kast vliegen), ben je toch wel weer eens toe aan wat anders. Je bent IO’er en iedereen weet wat de eigenschappen van IO’ers zijn: ten eerste dat ze niet stil kunnen zitten en ten tweede dat ze graag dingen uit elkaar halen (en voor zover dat lukt repareren), dus.. zoals ik al zei, je moet toch wát.

Laat het dan toeval zijn dat er bij je ouders in de schuur nog een oude auto staat weg te roesten die wel een goede opknapbeurt kan gebruiken. Het lijkt je wel leuk om in de zomer een beetje heen en weer te touren, dus met al je optimisme, wat je overgehouden hebt aan de geslaagde tv-operatie van de week daarvoor, besluit je om die auto dan maar “even” op te knappen. Hoe moeilijk kan zoiets nou zijn?

De auto in kwestie is een (jawel!) olijfgroene Saab 95 uit 1972, “made” in het Zweedse stadje Trollhättan. Jaja, een echte oldtimer dus; zo’n auto uit lang vervlogen tijden. Uit tijden dat de vormgeving van auto’s nog door één persoon werd gedaan; toen mensen nog zelf aan hun auto moesten

klussen! Niks niet van die nare plastic kappen wanneer je onder de motorkap kijkt!! Geen irritante knipperende lampjes die je proberen te vertellen dat je naar de dealer terug moet om je oliepeil te laten checken, geen gekloot met vervelende veiligheidspiepjes. Gewoon eens een keer niet opgelicht worden met een auto vol overbodige onzin. Ja!.. Zo’n auto zou dit zijn...

Maar goed, opknappen dus… Waar begin je eigenlijk met zoiets? De motor is 20.000 km. in het verleden geheel gereviseerd, dus, al is dat meer dan 15 jaar geleden, die doet het prima. Dat schiet al op! Eitje toch, zo’n auto opknappen! Dus eh.. tsja, dan de remmen maar even checken. Die zijn immers ook wel redelijk belangrijk bij het rijden. Maar dan begint het gedonder… oude auto’s laten zich niet zomaar demonteren. De roest die zich in de loop der jaren aan de auto heeft vergrepen geeft zich niet met een beetje WD-40 of rostshock gewonnen. Een hoop gedoe en dus tijd, blijkt nodig om de wielen, die nog geen “infinitesimaal” stukje theta in beweging zijn te krijgen, te demonteren. Blijkbaar heeft de auto een jaartje of vijftien goed op de rem gestaan. Maar ook bouten lijken door roest geheel te zijn samengesmolten met de omringende remblokken.

RemadeRemade

MADE OnOff 28 [29]

Als uiteindelijk de roest zich gewonnen geeft doet een setje nieuwe remmen het probleem oplossen en de wielen kunnen behalve stilstaan nu ook nog draaien!

Als dat dan allemaal achter de rug is begin je jezelf toch wel een keer af te vragen waarom die auto in eerste instantie eigenlijk de opslag in ging. Als dit immers al het nodige werk was, waarom was dat dan nog niet eerder gedaan… Dat was dus voor de roest. De auto is, zoals ik al zei, in de loop der jaren flink aangetast door roest. Om even de ernst van de zaak weer te geven: er lagen houten planken op de vloer om scenario’s als bij de Flintstones te vermijden.

Langzaam maar zeker begin je te beseffen dat dat “even opknappen” toch wel wat langer gaat duren dan even. Maargoed, het is wel een gaaf project en je hebt geen haast. Bovendien is er het jaar erna gewoon weer een zomervakantie om in rond te touren. Dus na aanschaf van een lasapparaat begin je alle gaten, en het zijn er nogal wat, gewoon één voor één dicht te lassen. De procedure is simpel doch tijdrovend: je slijpt de roest weg en last vervolgens een zelf op maat te maken stuk metaal weer terug in het gat. In het begin ben je alles wat je last meteen daarna weer net zo hard aan het wegslijpen, maar nadat je de meeste gaten wel zo’n beetje hebt gehad en de meest complexe hoeken en meest onbereikbare gaten wel een keer bent tegengekomen, begin je toch een soort van skills te krijgen.

Naarmate de tijd verstrijkt merk je op dat je je eisen onbewust steeds weer aan het bijstellen bent. Waar je eerst

nog dacht alleen de belangrijkste problemen even op te lossen, ben je toch steeds meer en meer bezig de kleinste dingetjes tot in detail af te werken. Als gevolg daarvan besluit je op een gegeven moment om de auto dan toch ook maar even te spuiten. Hoeveel werk extra kan dat nou zijn? En voor je het weet ben je alle deuken, krassen en putjes aan het opvullen met plamuur; weer aan het schuren; nog een laag plamuur en zo door, tot het perfect is.

Met die paar dagen per maand, die je er als student in kunt steken, beginnen de maanden voorbij te vliegen. Maar uitmaken doet het niet, want je project wordt alsmaar gaver en gaver en bovendien is er na deze zomervakantie gewoon weer één om in rond te gaan rijden, dus langzaam maar zeker knapt de auto op tot al het werk gedaan is.

Aan het eind van je überproject is al je tijd en moeite die je er in hebt gestoken zeker de moeite waard gebleken. Natuurlijk zal de roest, als een diepe wond, als ze er eenmaal is nooit meer geheel weg te halen zijn en zullen de nieuwe gaten vast spoedig weer verschijnen. Maar wat maakt dat uit? Naast een geniale oldtimer die je eraan hebt overgehouden heb je een hoop ervaringen opgedaan die je, als IO’er zijnde, zeker nog eens zult benutten. De auto waar je zo lang mee bezig bent geweest is in oorspronkelijke glorie hersteld. De Saab is remade…

Tekst: Rens ten Klooster

[30] OnOff 28 MADE

Facebook heeft tegenwoordig al 500 miljoen actieve gebruikers en van deze 500 miljoen loggen er 250 miljoen dagelijks in op hun eigen persoonlijke pagina. Laten we dit voordat we verder gaan even in perspectief zetten: er zijn zeven biljoen mensen op de wereld hiervan hebben één biljoen mensen toegang tot het wereldwijde web. Dat betekent dat de helft van de mensen met internet zich aangemeld heeft bij Facebook.

Wij mensen zijn sociale wezens, dit weet toch iedereen? Dus dan is het logisch dat nieuwe media zoals Facebook zo enorm populair zijn. We kunnen immers met één druk op de knop onze verhalen delen met al onze vrienden. Vrienden? Ja, vrienden! Zo noemen we deze mensen in onze lijstjes. Maar eigenlijk is het een beetje een misplaatste term. Want als ik het heb over de mensen in deze lijstjes in ‘face to face’ gesprekken noem ik ze lang niet altijd mijn ‘vrienden’. Als je erbij nadenkt is het eigenlijk best onlogisch om naar al onze ‘vrienden’ hetzelfde bericht te sturen. Het zijn namelijk ook onze familieleden, collega’s of mensen die je alleen tegenkomt bij de koffieautomaat.

Er is een leuk experiment om zelf eens te kijken hoeveel tijd jij met al je ‘vrienden’ besteed. Hiervoor teken je vier concentrische cirkels. In de binnenste cirkel zet je de namen van je basis mensen met daarbij de tijd die je aan ze besteed, in cirkel twee zet je de belangrijke mensen, etc.

Cirkel 1: BasisDit is meestal een kleine groep hiertoe behoren je ouders, broers, zussen en je vriend(in). In andere woorden de mensen waar je niet zonder kunt leven.

Cirkel 2: Belangrijke mensenDe mensen waar je jouw leven aan ophangt, bijvoorbeeld belangrijke vrienden en familie. Dit zijn over het algemeen de mensen die we het snelst over het hoofd zien als we druk zijn.

Cirkel 3: Mensen die het leven interessant makenDenk hierbij aan collega’s, de buren of die persoon die je altijd bij de koffieautomaat tegenkomt. Deze mensen kom je geregeld tegen en hebben dus meer context in je leven als de volgende groep.

Cirkel 4: Leuk om je te kennen...De communicatie met deze mensen heeft weinig waarde. Je kan echter wel veel plezier beleven door met deze mensen te praten en om te gaan.

Als je meer tijd besteed aan de mensen in de buitenste cirkels dan aan de binnenste is het misschien wel eens tijd om jezelf achter de oren te krabben. Bedenk ook wat je met deze mensen deelt en op wat voor manier. We hebben het tegenwoordig allemaal druk, de groep Leuk om je te kennen… mensen neemt door social media almaar toe. Vergeet dus niet om zo af en toe alles eens in perspectief te zetten.

Vergeet als laatste ook niet om in het midden nog een klein vijfde cirkeltje te tekenen. Dit cirkeltje staat voor de tijd die je aan jezelf besteed.

Tekst Alex Wesselink

Meer verre vrienden dan naaste buren

Marten

Klaas

MADE OnOff 28 [31]

Jaap

MarkHans

Marjan

Geert

IK

Frans

Xander Frits

Klaas

Richard

[32] OnOff 28 MADE

MAKE DOWN BLOW UPknagen, conditie trainen en noem maar op. Vaak echter met een zeer mager, kwellend en teleurstellend resultaat, uiteindelijk vervallen we in het eerdere patroon en grijpen terug naar het bekende, de vertrouwde kaart. Deze aspecten verhogen de onvrede, de onrust, de negatieve emoties, de depressiviteit en de zucht naar verlossing.

De aanwakkering van esthetische idealen van schoonheid, mooiheid, perfectie, proportie en gedragingen door de fashion industrie, design industrie, voedsel industrie, medisch-cosmetische industrie en farmaceuten is daarom een regelrecht drama voor de Zelf. Het voldoen, het passend zijn, het disciplinerend karakter van estheet-ideologie, het fascistisch keurslijf van mooiheid krenkt de zelf tot een vermorzelde uitgedroogde krent.

Een ander interessant concept wat bijdraagt aan deze schoonheids-terreur is de ondersteuning van de estheet-cultuur-ideologie door huishoudelijke producten welke door een keur aan bedrijven en industrieën op de markt wordt gebracht. Vooral in de Westers georiënteerde wereld is de hoeveelheid aan schoonmaak, schoonzuig, schoonboen, schoonpoets, schoonveeg, schoontrek, schoonwas, schoonduw, schoonsproei, schoonspuit, schoonvoelartikelen zo enorm dat het je werkelijk duizelt als je eraan denkt. Het aantal stofzuigers, bezems, poetsdoeken, sponzen, zeemleer, stofdoeken, ragebollen, stoffers-en-blikken, alles-zuigers, emmers, trekkers, dweilen en plumeaus is afschrikwekkend om nog niet te spreken over de gigantische hoeveelheid tijd die er verloren gaat aan het vasthouden en gebruik van deze producten. Uiteindelijk komt het neer op het verplaatsen, het herlocaliseren van materie. Is dat een geruststelling?! Bevrediging? Verzadigd gevoel?

Al deze tijdconsumerende activiteit in dienst van materie verplaatsing en het voldoen aan de illusie van schoonheid zijn deel van het grote ideaalbeeld opgedrongen aan de zelf en keer op keer gespiegeld aan de synthetisch geremedieerde illusie. Ontsnappen is bijna onmogelijk uit deze gefingeerde werkelijkheid, vluchten naar veilige zelfoorden heeft geen enkele betekenis meer aangezien vrijwel iedereen op het eerder genoemde halfrond gevangen zit in deze buitenissige estheet regels en schoonheid komedie.

Aangezien we deze ideologie hebben kunnen inlijven, omhelzen, praktiseren en vervolmaken (vaak tot in de perfectie) als mensheid en dat we ons zelf zien als eigen zelfdenkende wezens dan is het omgekeerde toch ook denkbaar?

We leven met onszelf, we zijn een lichaam, we hebben een lichaam, we zitten in ons lichaam en we maken het lichaam tot wat het is, of we zijn in staat om het te

vermaken wat het niet is maar had moeten zijn. Althans, er is een bestaande illusie die op een of andere manier wordt gedreven door de idee van esthetica, schoonheid en perfectie. Als er door genetisch of ander toeval een mankement of imperfectie te bespeuren valt dan blijkt het moeilijk om hier mee te leven. Het wegwerken, verwijderen, maskeren of vermaken van de ‘handicap’ is dan een doel op zich om tot het gewenste resultaat te komen. Hele industrieën, medisch, farmaceutisch of cosmetisch, staan aan de wenspoort te dringen om de onbedwingbare nieuwe maakbaarheid van dienst te zijn. Vanzelfsprekend bijgestaan door de constante stroom aan commerciële uitingen via media in de binnenruimte of openbare ruimte. Deze ondoordringbare digitale wand aan opgedrongen schoonheidsidealen versterkt de negatieve gevoelens en bittere emoties aan gemist schoonheidsgeluk nog meer, wat tot gevolg heeft dat het ‘mooi’ maken syndroom alleen maar meer als ideologie wordt geloofd.

Maakbaarheid is een uiterst vermoeiend verschijnsel, voortdurend gedreven door lust, begeerte, intentie, aansporing en keiharde discipline. Het lichaam vaart door het leven aangedreven door de Zelf en de ‘natuurlijke’ omgeving die eigenlijk meer gesynthetiseerd wordt en begrensd door vastgestelde grenzen van wat aanvaardbaar is. Maatschappelijk en sociaal gezien is het lastig om je nog ‘anders’ op te stellen, door te zijn wie je bent. Je moet voldoen aan een volledig opgemaakt nieuw passend zelfbeeld. Inhoudelijk is dat ongelooflijk moeilijk en tergend bitter om te kunnen doorzetten of zelfs maar disciplinair op te brengen. Emotioneel is het je passend maken naar een synthetisch geprojecteerd volmaakt zelfbeeld, dus passend binnen de grenzen van de gestelde estheet-maatschappij, een ware ‘kruistocht’. Wanneer je niet past in de zogenaamde schoonheids-ideaal-mal, bijvoorbeeld vanwege je obesitas, flaporen, grote wratten, littekens, striae, overmatige transpiratie, vette haren, korrelige en schilferige huid etc. etc., dan is de Zelf niet meer in staat deze slag (nederlaag der esthetiek) te boven komen.

In de meeste, wellicht alle, gevallen heeft het Zelf niets te maken met hoe de verschijning van het lichaam zich voordoet aan anderen, of beter nog, aan jezelf. Toch doen vele, vele, vele ‘Zelven’ er alles aan om te gaan diëten, sporten, joggen, psycho-analyseren, bewegen, gezond

[32] OnOff 28 MADE

MADE OnOff 28 [33]

MAKE DOWN BLOW UP

MADE OnOff 28 [33]

[34] OnOff 28 MADE

Op dit punt kun je direct een analogie vinden met de innerlijke drang (dwang) om te passen in de esthetische mal, iedereen wil ook graag de schoonheid uitstralen met externe objecten, gezien deze een essentiële bijdrage leveren aan het totale beeld van esthetisch surrealisme. De cirkel is hierdoor gesloten en kan heel moeilijk worden doorbroken, de weg van de minste weerstand is immers de meest rustgevende en minst verontrustend. Alles blijft bij hetzelfde, eerdere patronen herhalen zich prettig en ongedwongen. Alles voelt vertrouwd, prettig en soepel niets brengt de ordening in de war.

We zijn braaf, gedisciplineerd, keurig op rij, schoon, helder, conform de standaard en vooral bewust van de kracht van esthetisch gelijnd. We zijn geneigd om de werkelijkheid serieus te nemen, de onwerkelijkheid niet voor te stellen en alle verrassingen als geluk, toeval of ongeluk te verklaren. Voor alles hebben we een verklaring gevonden, en zo nodig passen we het aan, vermommen het of plaatsen we het in een kwaad daglicht. Het geloof (orthodoxie) is zo sterk en vanzelfsprekend dat ieder vlek als sneeuw voor de zon verdwijnt. Iedere oneffenheid kan worden weggewerkt, weggeblazen of verwijderd met het grootste gemak. We maken het tot een maak-geloof, de massa-maak van maakbaarheid. Schone schijn sterk preferabel boven esthetische discontinuïteit.

De mogelijke twist binnen het Maken van Objecten…Objecten industrieel geproduceerd en gereproduceerd

volgen de weg van standaardisatie en uniformiteit. Het industriële gelid dwingt, de represaille van industrie processen, de rigide belijning en volgt het gedisciplineerde traject van massaproductiviteit.

Intentie producten komen veelal tot stand door middel van vormprocessen. Een veel gebruikte methodiek is de productiemal, een matrijs waarin een vorm kan worden gereproduceerd tot een veelvoud van identieke soortgenoten.

Intuïtie een industrieel ontwerper ontwerpt producten voor de industrie, producten geschikt en gemaakt voor de massa. Uiteindelijk bezwijkt de intuïtie door de processie, de eigenheid verdampt gelijk het afgekloven, passieloze en esthetisch verfijnde product.

Ingreep door toepassing van een innovatief flexibel, non-lineair en onvoorspelbaar draadmodel systeem kan er binnen het industriële proces een cesuur plaats vinden die alle aspecten raakt. Hierdoor ontstaan er nieuwe verbindingen, nieuwe begin- en eindpunten en verhogen de passie en vreugde van de productiviteit.

Draadvorm flexibele draden gesponnen en verbonden met elkaar op willekeurige afstanden, bij elkaar gehouden door ‘nodes’. (verbindingspunten)

Non-lineair eindeloze combinaties in draadlengten, aantal knooppunten (nodes), proporties, complexiteit en uitvoering. De draadframes zijn illusoir, wat je ziet is nooit wat je krijgt als eindresultaat. Variatie, veelheid,

toevalligheid en ga zo maar door worden intrinsiek deel van het product.

Rawshaping bijna ieder type gereedschap (draadframe) draagt intrinsiek [helder of verborgen] een intentie in zich. Het is bewust aan dit hulpmiddel toegevoegd om de mens van dienst te zijn om een bepaalde handeling, beweging of actie te vervullen.

Draadframe de glasblazer werkt met een vloeibare gloedhete glasmassa (1200oC) en blaast de emulsie in een vorm. (rotatie-vast) het draadframe komt de glasblazer ‘vreemd’ voor, hij lacht meewarig en zegt argeloos dat het wel een ‘soort kubus’ zal worden. Een assistent houdt het draadframe vast met behulp van twee tangen, de glasblazer steekt de blaaspijp met glas door één van de vele openingen van het draadframe (willekeurige keuze) en blaast voorzichtig de glasmassa aan het einde van de blaaspijp naar een glasbel...het glas wordt begrensd door de draadstructuur maar vormt zich er ook doorheen... de blazer besluit dat het ‘genoeg’ is...de vorm is non-linear, onvoorspelbaar en een directe vertaling van een intuïtief iteratief procedé.

Esthetica Natura gedraagt zich als een monster van schoonheid.

Tekst Robert Wendrich

[34] OnOff 28 MADE

MADE OnOff 28 [35]

Zijn geniale levenswerk had ook een ietwat ruige kant. Da Vinci ontwierp fantastische dingen. Velen zeggen dat hij de eerste was die een werkend vliegtuig heeft ontworpen, maar daarnaast ook helicopters en bouwkundige constructies. Zo heeft hij bijvoorbeeld een brug van 200 meter zonder tussenliggende pijlers ontworpen (een ontwerp dat in 2001 in Noorwegen is gerealiseerd, ruim 500 jaar na het ontwerp en volledig voldeed). Maar boven dit alles was Leo vooral toegewijd en bedreven in het ontwerpen van oorlogsmachines.

Oorlogsmachines. Een schilder die oorlogsmachines ontwierp. Geen goede combinatie zou je denken. Dat was bij de Italiaanse grootheid dan ook niet altijd het geval. Daar kwam ik achter in een minuscuul museum in Milaan. Eenmaal binnen domineerden de oorlogsmachins van Da Vinci de collectie. Enkele verdedigingswerken waren onschuldig en slim bedacht. Maar op een dag sloeg bij Leo blijkbaar de waanzin toe: zo ontwierp hij onder andere

Een grootheid. Mensen die graag willen weten wat Leo nou precies voor ons heeft betekend moeten beschikken over een groot doorzettingsvermogen. Google ‘Da Vinci’ en je weet niet waar je moet beginnen. Wat was Da Vinci? Nou, dat is simpel. Hij was een architect, uitvinder, ingenieur, filosoof, natuurkundige, scheikundige, anatomist, beeldhouwer, schrijver, schilder en componist. ‘Twaalf ambachten, dertien ongelukken’, zullen de sceptici denken. Niks is minder waar: Da Vinci was Groots, met een hoofdletter G, in alles wat hij deed. Omdat dit stukje mij niet de ruimte laat die woorden kracht bij te zetten zul je dit voor waar aan moeten nemen of een vakantie opnemen om een deel van zijn levenswerk onder de loep te nemen.

een grote stellage met vier ronddraaiende messen van zo’n twee meter lang. Ideaal om in tijden van oorlog een menigte een kopje kleiner mee te maken. Trots toont de collectie een klein prototype dat werkt. Geniaal en tevens krankzinnig. Zijn krankzinnigheid blijkt uit de oorspronkelijke tekening van dit ontwerp. Als de werking van het lugubere apparaat ons op de tekening niet helemaal duidelijk was verduidelijkte Leo dit graag met wat rondvliegende ledematen, hoofden en rompjes. Deze waren allen overigens anatomisch perfect getekend. Dat kon hij. Anatomisch perfect tekenen. Dat leerde hij zichzelf door nachtelijke uitstapjes naar het kerkhof. Niks geen donorcodicil, gewoon opgraven, meenemen en uitelkaar snijden moet hij gedacht hebben. Misschien heeft hij voor de perfecte tekening van de Vitruviusman er wel een aan de muur gespijkerd. Who knows?

Leonardo da Vinci was geniaal, maar ook een tikkie gestoord.

Oh ja, hij heeft ook de ‘Mona Lisa’ en ‘Het laatste avondmaal’ geschilderd. Tekst Luuk Jansen

MADE OnOff 28 [35]

Leonardo di ser Piero da Vinci (1452 – 1519)

Historisch Canon der Productontwerpen

colo

fon

HoofdredactieWillem-Sander Markerink

EindredactieLaurens van den Broek

RedactieChris ten DamHan SlobJoska SesinkRosanne MartensRoy Stroek

VormgevingAlex WesselinkRozemarijn Klein Heerenbrink

DrukwerkproductieNetzoDruk Enschede

RedactieadresS.G. Daedalus t.a.v. On Off Universiteit Twente Horst C.006 Postbus 2177500 AE Enschede

053 4894439 [email protected]

Suggesties of opmerkingen, wil je ook een stuk schrijven? Neem contact op met iemand van de redactie.