'Onderzoeker Bram Caers legt vertekende geschiedenis in Mechelse kronieken bloot', Gazet Van...

1
32 GAZET VAN ANTWERPEN NIEUWS UIT UW GEMEENTE ZATERDAG 2 EN ZONDAG 3 APRIL 2016 M “Karel de S wilde Mec bijna vern Mechelen b Mechelaars hebben de reputatie nogal te- gendraads te zijn, maar eigenlijk zijn ze dat altijd al geweest, zo blijkt uit de opzoekingen en bevindingen van Caers. Omstreeks 1500 schreef een Mechelaar uitvoerig de geschie- denis van de Dijlestad neer, van in de vroege middeleeuwen tot in 1477. Later kopieerden verschillende stadsgenoten zijn kroniek en het is nog steeds een belangrijke bron voor onze kennis van de geschiedenis. “Maar wie de auteur was, en om welke re- den hij de pen opnam, bleven tot nog toe on- beantwoorde vragen”, stelt Bram Caers, die zich specialiseerde in middeleeuwse litera- tuur. In zijn proefschrift ‘Vertekend verleden’ tot het behalen van een doctoraat letterkun- de heeft de onderzoeker niet alleen de auteur van de tekst een gezicht gegeven, maar ook de Mechelaars die de kroniek in de 16de en 17de eeuw op een ingrijpende manier heb- ben herschreven. Caers heeft daar gedurende zes jaar aan gewerkt. “Het was ene Jan de Wilde, een hoogopge- leide Mechelaar die mogelijk ook notaris was, die de geschiedenis van de stad zo’n vijf- honderd jaar geleden heeft geschreven”, zegt Caers. Jan de Wilde legde de nadruk op Me- chelens onafhankelijke positie als een soort stadsstaat in de Nederlanden, en eindigt met de dood van de Bourgondische hertog Karel de Stoute. Die laatste maakte van Mechelen de administratieve hoofdstad van de Neder- landen en vestigde er het parlement in 1473. “Voor het einde van de 15de eeuw beteken- de Mechelen niet zo gek veel, maar dat is dus drastisch gewijzigd. Omdat Mechelen een klein onafhankelijk stadsstaatje was, trapte hij wellicht niemand op de tenen door hier het parlement te vestigen. Als hij dat in Gent deed, was Brugge boos. Deed hij dat in Ant- werpen, dan was Brussel boos. Mechelen was de gulden middenweg. Waarschijnlijk is de belangrijke rol die de stad speelde op het ein- de van de 15de eeuw de aanleiding geweest om de kroniek te schrijven. Een hoofd- en hofstad kon natuurlijk niet zonder eigen stadskroniek”, legt Bram Caers uit. Magistraal groot paleis De stad deed er na het overlijden van Karel de Stoute in 1477 veel moeite voor om een centrale rol te blijven spelen in de Nederlan- den. “Het was trouwens de bedoeling om een magistraal groot paleis te bouwen voor die Grote Raad, het huidige stadhuis dat uitein- delijk maar in de 20ste eeuw werd afgewerkt. De stad betaalde ook de werken aan het pa- leis van Margareta. En uit de stadsrekeningen heb ik kunnen opmaken dat vanuit de stad veel smeergeld naar het hof werd gestuurd. Zo werden eerder zelfs de barbier en de biechtvader van de hertog benaderd om hem langs die weg te beïnvloeden. Om in de gunst te vallen, want ook Brussel aasde op de rol van hoofdstad in de Nederlanden, en zou uit- eindelijk aan het langste eind trekken”, ver- telt de onderzoeker. Na de dood van Karel de Stoute bleef Me- chelen een belangrijke stad, met eerst zijn weduwe Margareta van York die haar hof ves- tigde op de plek waar vandaag de stads- schouwburg is. Later was er de residentie van Margareta van Oostenrijk in het Hof van Sa- voye, het huidige gerechtshof, als landvoog- des van de Nederlanden en uiteindelijk keer- de ook de Grote Raad terug. Heel uitzonderlijk Dat Mechelen zijn eigen kronieken heeft, is overigens erg uitzonderlijk, want heel veel uit die periode zijn er in de Nederlanden niet bekend. In Italië of Duitsland bijvoorbeeld E en opstand in 1467 waarbij het toenmalige stadsbestuur ei zo na de totale vernietiging van Mechelen veroorzaakte, haalde niet de kroniek die we vandaag nog steeds hanteren om een beeld te krijgen van de geschiedenis van de stad. Dat blijkt uit onderzoek van Bram Caers van de Universiteit Antwerpen. “Zo besef je hoe gewichtig zo’n tekst van vijfhonderd jaar geleden anno 2016 nog steeds is”, zegt hij. Onderzoeker Bram Caers legt vertekende ge Bram Caers werkte zes jaar aan zijn onderzoek naar de Mechelse kronieken. FOTO PATRICK HATTORI Een detail uit de oorkonde die Frederik III in 1 adelaar en de leuze ‘in trouwen vast’. ‘Trouw’ teit. FOTO STADSARCHIEF 33 GAZET VAN ANTWERPEN NIEUWS UIT UW GEMEENTE ZATERDAG 2 EN ZONDAG 3 APRIL 2016 M Stoute chelen nietigen” zijn er veel meer te vinden. Stadskronieken waren in onze contreien geen traditie. “Brug- ge bijvoorbeeld, in de 15de eeuw misschien wel de belangrijkste stad ten noorden van de Alpen, had geen stadskroniek. Bij ons waren er wel kronieken van het graafschap Vlaan- deren of van het hertogdom Brabant, maar nooit van een specifieke stad en daarin is Me- chelen heel uitzonderlijk. Het was eigenlijk een stadsstaatje tussen de grote mogendhe- den en daarin leek het wel wat op de Italiaan- se steden die ook eigen politiek bestel had- den”, vertelt Caers. Het is trouwens opvallend dat Mechelen geen al te beste beurt maakt in de Brabantse kronieken. Op het einde van de 15de eeuw merkten de Mechelse kroniekschrijvers dat hun stad er in het Brabantse verhaal heel slecht uitkomt. “Mechelen is altijd de vijand, de stad heeft het verkeerd gedaan en ze steekt stokken in de wielen van de Brabantse hertogen. Eigenlijk is de situatie te vergelij- ken met die van vandaag, waar Mechelen ge- prangd ligt tussen Antwerpen en Brussel en een plek wil veroveren op de kaart. Voor Me- chelaars die trots zijn op hun stad is het wel leuk om te lezen hoe Brabanders op hun doos krijgen. Hoe de Mechelaars zich verweren te- gen de Antwerpenaars en de Brusselaars, dat is een verhaal met eeuwigheidswaarde (lacht).” Altijd gelijk In de 15de eeuw waren de Brabantse kro- nieken de basis voor de eerste Mechelse ge- schiedschrijvingen, al werd de rol van de Ma- neblussers in die laatste een pak rooskleuri- ger voorgesteld. “Mechelen had altijd gelijk en won alle oorlogen, een uitermate positief verhaal dus”, zegt Bram Caers. Uit het onder- zoek blijkt dat Jan de Wilde in zijn Mechelse kroniek geregeld een loopje nam met de waarheid. Zo zweeg in hij in alle talen over een op- stand in 1467, waarmee het stadsbestuur bij- na de ondergang van Mechelen bezegelde. “Nochtans was dat een conflict dat grote wonden heeft geslagen. Karel de Stoute heeft op een bepaald moment zelfs op het punt ge- staan om de stad te vernietigen, wat hij bij- voorbeeld in Dinant en Luik heeft gedaan. Dat was voor een groot deel de schuld van de schepenen en hoe verraderlijk zij zich hebben opgesteld tussen Karel de Stoute en de oproe- rige ambachten. Er werd een schavot ge- plaatst om er meer dan 180 op te hangen, ter- wijl de schepenen de aanstokers waren van het conflict en hun handen in onschuld was- ten. Uiteindelijk had de entourage van de hertog door dat de schepenen niet helemaal zuiver op de graat waren, en werden de am- bachtslieden maar voor een jaar verbannen naar het Nederlandse Zaltbommel ”, vertelt Caers. Maar de zelfcensuur van Jan de Wilde, die de schepenen wellicht kende en hen wilde sparen, zorgde ervoor dat deze belangrijke geschiedenis eeuwenlang onderbelicht is ge- bleven. “Zelfs in de meest recente geschiede- nis, een boek uit 1993, krijgt de gebeurtenis nauwelijks aandacht. Of hoe een spin doctor avant la lettre erin slaagde vriend en vijand vijfhonderd jaar lang zand in de ogen te strooien”, zegt Bram Caers. Niet alle vragen beantwoord Met zijn onderzoek heeft hij alle versies van de kroniek tegen het licht gehouden, en in de context geplaatst van de auteurs en de perio- de waarin ze werden geschreven. “Waardoor de leugen over de gebeurtenis in 1467 en an- dere leugens goed te verklaren zijn. Hoewel met mijn proefschrift nog niet alle vragen be- antwoord zijn, zijn historici die de Mechelse kroniek als bron gebruiken nu wel beter in staat om waarheid van leugen te onderschei- den”, zegt Bram Caers. Baanbrekend Dat het onderzoek van Caers baanbrekend is voor ons beeld over de Mechelse geschiede- nis tonen de latere versies van de originele kroniek aan. In de 16de eeuw werd de kro- niek van Jan de Wilde door verschillende Me- chelaars overgeschreven. Elk hadden ze hun eigen stijl en manier van werken. Zo hield Jan van Hanswijck, een belastingambtenaar en landmeter, zich nog braaf aan de tekst van de Wilde. Hij schreef er een vervolg op. Maar Gerardus Bernaerts, een slagerszoon die priester werd, liet een chaotisch kladschrift achter. “Hij morrelde aan zowat elke zin en zorgde ervoor dat het ambacht van de slagers bij cruciale momenten een heldenrol speel- de”, zegt de onderzoek met een lach. Jan van Wachtendonck tenslotte, een van de voorgangers van huidig burgemeester Bart Somers, legde in de late 16de eeuw de na- druk op de trouw aan de kerk en de Spaanse koning. “Volgens hem zorgde de elite die trouw was aan het gezag voor vrede en wel- stand. Nochtans waren er heel wat opstan- den tegen het centrale gezag. Eens te meer blijkt dat geschiedenis een subjectief gegeven is. In verschillende handen kreeg de geschie- denis van Mechelen telkens een andere draai. Eigenlijk vertellen de kronieken zo meer over de periode waar in ze werden geschreven dan over het verleden.” i ‘Vertekend Verleden’ telt zo’n 350 bladzijden en komt in juni uit. Het boek in paperback met illus- traties kost 35 euro. ISBN 978-90-8704-571-5 eschiedenis in Mechelse kronieken bloot SVEN VAN HAEZENDONCK Het stadsstaatje Mechelen in het hertogdom Brabant op een kaart uit de 17de eeuw. FOTO STADSARCHIEF Het voorblad van een kroniek over Mechelen, van de hand van de Mechelse schoolmeester Hendrik van den Coel- put. FOTO STADSARCHIEF Een voorbeeld van een chaotische blad- zijde uit het handschrift waaraan zowel Jan van Hanswijk als Gerardus Bernaerts werkten. FOTO STADSARCHIEF 1490 aan Mechelen verleende. Daarmee gaf hij de stad het hartschild van de koninklijke blijkt een rode draad in de Mechelse kronieken, al strookte die niet altijd met de reali-

description

Een opstand in 1467 waarbij het toenmalige stadsbestuur ei zo na de totale vernietiging van Mechelen veroorzaakte, haalde niet de kroniek die we vandaag nog steeds hanteren om een beeld te krijgen van de geschiedenis van de stad. Dat blijkt uit onderzoek van Bram Caers van de Universiteit Antwerpen. “Zo besef je hoe gewichtig zo’n tekst van vijfhonderd jaar geleden anno 2016 nog steeds is”, zegt hij.

Transcript of 'Onderzoeker Bram Caers legt vertekende geschiedenis in Mechelse kronieken bloot', Gazet Van...

Page 1: 'Onderzoeker Bram Caers legt vertekende geschiedenis in Mechelse kronieken bloot', Gazet Van Antwerpen (regio Mechelen), 2016, p. 32-33.

32 GAZET VAN ANTWERPEN NIEUWS UIT UW GEMEENTE ZATERDAG 2 EN ZONDAG 3 APRIL 2016M

“Karel de Stoute wilde Mechelen bijna vernietigen”

Mechelen

b Mechelaars hebben de reputatie nogal te-gendraads te zijn, maar eigenlijk zijn ze dataltijd al geweest, zo blijkt uit de opzoekingenen bevindingen van Caers. Omstreeks 1500schreef een Mechelaar uitvoerig de geschie-denis van de Dijlestad neer, van in de vroegemiddeleeuwen tot in 1477. Later kopieerdenverschillende stadsgenoten zijn kroniek enhet is nog steeds een belangrijke bron vooronze kennis van de geschiedenis.

“Maar wie de auteur was, en om welke re-den hij de pen opnam, bleven tot nog toe on-beantwoorde vragen”, stelt Bram Caers, diezich specialiseerde in middeleeuwse litera-tuur. In zijn proefschrift ‘Vertekend verleden’tot het behalen van een doctoraat letterkun-de heeft de onderzoeker niet alleen de auteurvan de tekst een gezicht gegeven, maar ookde Mechelaars die de kroniek in de 16de en17de eeuw op een ingrijpende manier heb-ben herschreven. Caers heeft daar gedurendezes jaar aan gewerkt.

“Het was ene Jan de Wilde, een hoogopge-leide Mechelaar die mogelijk ook notariswas, die de geschiedenis van de stad zo’n vijf-honderd jaar geleden heeft geschreven”, zegtCaers. Jan de Wilde legde de nadruk op Me-chelens onafhankelijke positie als een soortstadsstaat in de Nederlanden, en eindigt metde dood van de Bourgondische hertog Karelde Stoute. Die laatste maakte van Mechelende administratieve hoofdstad van de Neder-landen en vestigde er het parlement in 1473.

“Voor het einde van de 15de eeuw beteken-de Mechelen niet zo gek veel, maar dat is dusdrastisch gewijzigd. Omdat Mechelen een klein onafhankelijk stadsstaatje was, traptehij wellicht niemand op de tenen door hierhet parlement te vestigen. Als hij dat in Gentdeed, was Brugge boos. Deed hij dat in Ant-werpen, dan was Brussel boos. Mechelen wasde gulden middenweg. Waarschijnlijk is debelangrijke rol die de stad speelde op het ein-de van de 15de eeuw de aanleiding geweest om de kroniek te schrijven. Een hoofd- en hofstad kon natuurlijk niet zonder eigenstadskroniek”, legt Bram Caers uit.

Magistraal groot paleisDe stad deed er na het overlijden van Karel

de Stoute in 1477 veel moeite voor om eencentrale rol te blijven spelen in de Nederlan-den. “Het was trouwens de bedoeling om een

magistraal groot paleis te bouwen voor dieGrote Raad, het huidige stadhuis dat uitein-delijk maar in de 20ste eeuw werd afgewerkt.De stad betaalde ook de werken aan het pa-leis van Margareta. En uit de stadsrekeningenheb ik kunnen opmaken dat vanuit de stadveel smeergeld naar het hof werd gestuurd.Zo werden eerder zelfs de barbier en debiechtvader van de hertog benaderd om hemlangs die weg te beïnvloeden. Om in de gunstte vallen, want ook Brussel aasde op de rolvan hoofdstad in de Nederlanden, en zou uit-eindelijk aan het langste eind trekken”, ver-telt de onderzoeker.

Na de dood van Karel de Stoute bleef Me-chelen een belangrijke stad, met eerst zijn weduwe Margareta van York die haar hof ves-tigde op de plek waar vandaag de stads-schouwburg is. Later was er de residentie vanMargareta van Oostenrijk in het Hof van Sa-voye, het huidige gerechtshof, als landvoog-des van de Nederlanden en uiteindelijk keer-de ook de Grote Raad terug.

Heel uitzonderlijkDat Mechelen zijn eigen kronieken heeft, is

overigens erg uitzonderlijk, want heel veeluit die periode zijn er in de Nederlanden nietbekend. In Italië of Duitsland bijvoorbeeld

Een opstand in 1467 waarbij hettoenmalige stadsbestuur ei zo nade totale vernietiging van Mechelen veroorzaakte, haalde

niet de kroniek die we vandaag nog steeds hanteren om een beeld te krijgen van de geschiedenis van de stad. Dat blijkt uit onderzoek van Bram Caers van de Universiteit Antwerpen. “Zo besef je hoe gewichtig zo’n tekst van vijfhonderd jaar geleden anno 2016 nog steeds is”, zegt hij.

Onderzoeker Bram Caers legt vertekende geschiedenis in Mechelse kronieken bloot

Bram Caers werkte zes jaar aan zijn onderzoek naar de Mechelse kronieken. FOTO PATRICK HATTORI

Een detail uit de oorkonde die Frederik III in 1490 aan Mechelen verleende. Daarmee gaf hij de stad het hartschild van de koninklijke adelaar en de leuze ‘in trouwen vast’. ‘Trouw’ blijkt een rode draad in de Mechelse kronieken, al strookte die niet altijd met de reali­teit. FOTO STADSARCHIEF

33GAZET VAN ANTWERPENNIEUWS UIT UW GEMEENTEZATERDAG 2 EN ZONDAG 3 APRIL 2016M

“Karel de Stoute wilde Mechelen bijna vernietigen”

zijn er veel meer te vinden. Stadskronieken waren in onze contreien geen traditie. “Brug-ge bijvoorbeeld, in de 15de eeuw misschien wel de belangrijkste stad ten noorden van deAlpen, had geen stadskroniek. Bij ons warener wel kronieken van het graafschap Vlaan-deren of van het hertogdom Brabant, maarnooit van een specifieke stad en daarin is Me-chelen heel uitzonderlijk. Het was eigenlijk een stadsstaatje tussen de grote mogendhe-den en daarin leek het wel wat op de Italiaan-se steden die ook eigen politiek bestel had-den”, vertelt Caers.

Het is trouwens opvallend dat Mechelengeen al te beste beurt maakt in de Brabantsekronieken. Op het einde van de 15de eeuwmerkten de Mechelse kroniekschrijvers dathun stad er in het Brabantse verhaal heelslecht uitkomt. “Mechelen is altijd de vijand,de stad heeft het verkeerd gedaan en zesteekt stokken in de wielen van de Brabantsehertogen. Eigenlijk is de situatie te vergelij-ken met die van vandaag, waar Mechelen ge-prangd ligt tussen Antwerpen en Brussel eneen plek wil veroveren op de kaart. Voor Me-chelaars die trots zijn op hun stad is het welleuk om te lezen hoe Brabanders op hun dooskrijgen. Hoe de Mechelaars zich verweren te-gen de Antwerpenaars en de Brusselaars, dat

is een verhaal met eeuwigheidswaarde(lacht).”

Altijd gelijkIn de 15de eeuw waren de Brabantse kro-

nieken de basis voor de eerste Mechelse ge-schiedschrijvingen, al werd de rol van de Ma-neblussers in die laatste een pak rooskleuri-ger voorgesteld. “Mechelen had altijd gelijken won alle oorlogen, een uitermate positief verhaal dus”, zegt Bram Caers. Uit het onder-zoek blijkt dat Jan de Wilde in zijn Mechelsekroniek geregeld een loopje nam met dewaarheid.

Zo zweeg in hij in alle talen over een op-stand in 1467, waarmee het stadsbestuur bij-na de ondergang van Mechelen bezegelde.“Nochtans was dat een conflict dat grotewonden heeft geslagen. Karel de Stoute heeftop een bepaald moment zelfs op het punt ge-staan om de stad te vernietigen, wat hij bij-voorbeeld in Dinant en Luik heeft gedaan. Dat was voor een groot deel de schuld van deschepenen en hoe verraderlijk zij zich hebbenopgesteld tussen Karel de Stoute en de oproe-rige ambachten. Er werd een schavot ge-plaatst om er meer dan 180 op te hangen, ter-wijl de schepenen de aanstokers waren vanhet conflict en hun handen in onschuld was-

ten. Uiteindelijk had de entourage van dehertog door dat de schepenen niet helemaal zuiver op de graat waren, en werden de am-bachtslieden maar voor een jaar verbannennaar het Nederlandse Zaltbommel ”, verteltCaers.

Maar de zelfcensuur van Jan de Wilde, diede schepenen wellicht kende en hen wildesparen, zorgde ervoor dat deze belangrijkegeschiedenis eeuwenlang onderbelicht is ge-bleven. “Zelfs in de meest recente geschiede-nis, een boek uit 1993, krijgt de gebeurtenis nauwelijks aandacht. Of hoe een spin doctoravant la lettre erin slaagde vriend en vijandvijfhonderd jaar lang zand in de ogen testrooien”, zegt Bram Caers.

Niet alle vragen beantwoordMet zijn onderzoek heeft hij alle versies van

de kroniek tegen het licht gehouden, en in decontext geplaatst van de auteurs en de perio-de waarin ze werden geschreven. “Waardoorde leugen over de gebeurtenis in 1467 en an-dere leugens goed te verklaren zijn. Hoewelmet mijn proefschrift nog niet alle vragen be-antwoord zijn, zijn historici die de Mechelse kroniek als bron gebruiken nu wel beter instaat om waarheid van leugen te onderschei-den”, zegt Bram Caers.

BaanbrekendDat het onderzoek van Caers baanbrekend

is voor ons beeld over de Mechelse geschiede-nis tonen de latere versies van de originelekroniek aan. In de 16de eeuw werd de kro-niek van Jan de Wilde door verschillende Me-chelaars overgeschreven. Elk hadden ze huneigen stijl en manier van werken. Zo hield Janvan Hanswijck, een belastingambtenaar enlandmeter, zich nog braaf aan de tekst van deWilde. Hij schreef er een vervolg op. MaarGerardus Bernaerts, een slagerszoon diepriester werd, liet een chaotisch kladschriftachter. “Hij morrelde aan zowat elke zin enzorgde ervoor dat het ambacht van de slagersbij cruciale momenten een heldenrol speel-de”, zegt de onderzoek met een lach.

Jan van Wachtendonck tenslotte, een van devoorgangers van huidig burgemeester BartSomers, legde in de late 16de eeuw de na-druk op de trouw aan de kerk en de Spaansekoning. “Volgens hem zorgde de elite dietrouw was aan het gezag voor vrede en wel-stand. Nochtans waren er heel wat opstan-den tegen het centrale gezag. Eens te meerblijkt dat geschiedenis een subjectief gegevenis. In verschillende handen kreeg de geschie-denis van Mechelen telkens een andere draai.Eigenlijk vertellen de kronieken zo meer overde periode waar in ze werden geschreven danover het verleden.” i ‘Vertekend Verleden’ telt zo’n 350 bladzijden en komt in juni uit. Het boek in paperback met illus­traties kost 35 euro. ISBN 978­90­8704­571­5

Onderzoeker Bram Caers legt vertekende geschiedenis in Mechelse kronieken bloot

SVEN VAN HAEZENDONCK

Het stadsstaatje Mechelen in het hertogdom Brabant op een kaart uit de 17de eeuw. FOTO STADSARCHIEF

Het voorblad van een kroniek over Mechelen, van de hand van de Mechelse schoolmeester Hendrik van den Coel­put. FOTO STADSARCHIEF

Een voorbeeld van een chaotische blad­zijde uit het handschrift waaraan zowel Jan van Hanswijk als Gerardus Bernaerts werkten. FOTO STADSARCHIEF

Een detail uit de oorkonde die Frederik III in 1490 aan Mechelen verleende. Daarmee gaf hij de stad het hartschild van de koninklijke adelaar en de leuze ‘in trouwen vast’. ‘Trouw’ blijkt een rode draad in de Mechelse kronieken, al strookte die niet altijd met de reali­teit. FOTO STADSARCHIEF