Nieuwsbrief december 2006

8
UITGAVE HISTORISCHE VERENIGING HAERLEM DECEMBER 2006 JAARGANG 15 NUMMER 4 OPLAGE 2100 Contributie 2007 Nog even en we beginnen aan het nieuwe jaar. Daarom zit bij dit nummer van de Nieuwsbrief de acceptgiro voor het betalen van uw contributie. De contributie is wederom niet gewijzigd. De minimale bijdrage is: enkele leden : 17,50 euro partnerleden : 25,00 euro bedrijfsleden : 125,00 euro. Vanzelfsprekend mag u meer overmaken op girorekening nummer 377882 ten name van de penningmeester van de Historische Vereniging Haerlem. De penningmeester verzoekt u vriendelijk, maar dringend om de contributie zo spoedig mogelijk te voldoen, zodat de vereniging voortvarend kan doorgaan met haar werk: de geweldige historische en architectonische schoonheid van Haerlem voor ons en ons nageslacht bewaren, en er over te publiceren. Ook in 2007 kunt u op ons rekenen. Kijkt u voor de zekerheid ook nog even na of u de contributie voor 2006 al betaald hebt. Voorlopig geen sloop Bremervleugel Provinciehuis De Historische Vereniging Haerlem is een van de organisaties die bezwaar hebben gemaakt tegen een bouwvergunning voor de restauratie van het Paviljoen van het Provinciehuis, met inbegrip van de sloop van de loopbrug en het poortgebouw. Dit is de zogenoemde Bremer/ Zwiersvleugel! Na een hoorzitting heeft de provincie besloten de aanvraag voorlopig in te trekken. Nog veel vraag naar Handvest Met het ‘Handvest voor behoud, sloop en nieuwbouw in de historische stad’ oogst de vereniging veel suc- ces. Johannes van der Weiden heeft hierover een inleiding gehouden op het symposium ‘De ideale stad’ van Erfgoedhuis Zuid-Holland. Hij heeft verder gesproken voor de zus- terverenigingen Delfia Batavorum en Heemstede-Bennebroek. De Vlaamse ‘Koninklijke Vereniging voor Natuur- en Stedenschoon’ publiceert ons hand- vest integraal in haar blad. Het blad Heemschut heeft het handvest met reductie aan de lezers aangeboden. Het bezwaar van de vereniging richt zich tegen ‘het terloops meenemen’ van de sloop van de A-vleugel in de monumentenvergunning. Wethouder Nieuwenburg wijst in een brief op het beperkte karakter van de vergun- ning, “maar wij zijn daardoor aller- minst gerustgesteld. De sloop van het poortgebouw en de overige twintigste eeuwse bouwdelen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden,” aldus de brief van de vereniging. De werkgroep Gebouw en Omgeving prijst de provincie, omdat zij veel geld beschikbaar stelt voor de restauratie van het Paviljoen, maar heeft bezwaar tegen de sloop van de Bremer-vleugel en de geplande nieuwbouw. De vleu- gel van de rijksbouwmeester Bremer dateert uit de jaren dertig van de vori- ge eeuw. Het is door prof. H.T. Zwiers in de jaren zestig zorgvuldig uitgebreid. Het gebouw verdient in twee opzich- ten waardering: als voorbeeld van de vroeg twintigste eeuwse bouwkunst en voor het oeuvre van architect Bremer. VH Nieuwsbrief nr 4 v2.indd 1 04-12-2006 09:24:07

Transcript of Nieuwsbrief december 2006

U i t g av e H i S t O R i S C H e v e R e n i g i n g H a e R l e m • d e C e m b e R 2 0 0 6 • J a a R g a n g 1 5 • n U m m e R 4 • O p l a g e 2 1 0 0

Contributie 2007Nog even en we beginnen aan het nieuwe jaar. Daarom zit bij dit nummer van de Nieuwsbrief de acceptgiro voor het betalen van uw contributie.

De contributie is wederom niet gewijzigd. De minimale bijdrage is:enkele leden : 17,50 europartnerleden : 25,00 eurobedrijfsleden : 125,00 euro.Vanzelfsprekend mag u meer overmaken op girorekening nummer 377882 ten name van de penningmeester van de Historische Vereniging Haerlem.De penningmeester verzoekt u vriendelijk, maar dringend om de contributie zo spoedig mogelijk te voldoen, zodat de vereniging voortvarend kan doorgaan met haar werk: de geweldige historische en architectonische schoonheid van Haerlem voor ons en ons nageslacht bewaren, en er over te publiceren. Ook in 2007 kunt u op ons rekenen.Kijkt u voor de zekerheid ook nog even na of u de contributie voor 2006 al betaald hebt.

Voorlopig geen sloop BremervleugelProvinciehuis

De Historische Vereniging Haerlem is een van de organisaties die bezwaar hebben gemaakt tegen een bouwvergunning voor de restauratie van het Paviljoen van het Provinciehuis, met inbegrip van de sloop van de loopbrug en het poortgebouw. Dit is de zogenoemde Bremer/Zwiersvleugel! Na een hoorzitting heeft de provincie besloten de aanvraag voorlopig in te trekken.

Nog veel vraag naar HandvestMet het ‘Handvest voor behoud, sloop en nieuwbouw in de historische stad’ oogst de vereniging veel suc-ces. Johannes van der Weiden heeft hierover een inleiding gehouden op het symposium ‘De ideale stad’ van Erfgoedhuis Zuid-Holland. Hij heeft verder gesproken voor de zus-terverenigingen Delfia Batavorum en Heemstede-Bennebroek. De Vlaamse ‘Koninklijke Vereniging voor Natuur- en Stedenschoon’ publiceert ons hand-vest integraal in haar blad. Het blad Heemschut heeft het handvest met reductie aan de lezers aangeboden.

Het bezwaar van de vereniging richt zich tegen ‘het terloops meenemen’ van de sloop van de A-vleugel in de monumentenvergunning. Wethouder Nieuwenburg wijst in een brief op het beperkte karakter van de vergun-ning, “maar wij zijn daardoor aller-minst gerustgesteld. De sloop van het poortgebouw en de overige twintigste

eeuwse bouwdelen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden,” aldus de brief van de vereniging.De werkgroep Gebouw en Omgeving prijst de provincie, omdat zij veel geld beschikbaar stelt voor de restauratie van het Paviljoen, maar heeft bezwaar tegen de sloop van de Bremer-vleugel en de geplande nieuwbouw. De vleu-

gel van de rijksbouwmeester Bremer dateert uit de jaren dertig van de vori-ge eeuw. Het is door prof. H.T. Zwiers in de jaren zestig zorgvuldig uitgebreid.Het gebouw verdient in twee opzich-ten waardering: als voorbeeld van de vroeg twintigste eeuwse bouwkunst en voor het oeuvre van architect Bremer.

VH Nieuwsbrief nr 4 v2.indd 1 04-12-2006 09:24:07

2

Na een korte wandeling tot in het hart van het oude stadje werden we in de Brielse Hoofdwacht onthaald op koffie met appelgebak. De Hoofdwacht, dat voelt aan als ‘thuis’, en een vergelijking dringt zich op. Een even statig gebouw als het Haarlemse, maar van veel jon-ger datum (�877). Drie VVV gidsen voerden ons naar de, in verhouding tot de stad reusachtige Sint Catharijnekerk. Het jaartal �572 wappert als een overwinningsvaan boven de hele stad. In deze vijf-tiende eeuwse kerk trouwde Willem van Oranje voor de derde maal, met Charlotte de Bourbon, hoewel het huwelijk pas geldig werd toen enkele jaren nadien zijn tweede vrouw stierf. Daarna wandelden we door de gezelli-ge oude straatjes langs het laatste over-blijfsel van het Sint Brighitte Convent, de poort en een stukje muur (alle vijf kloosters werden verwoest door ‘die dappere Geuzen’) langs het Merula Weeshuis, het fraaie Zeemansasiel en het grote Arsenaal.

Vierhonderd schepenNiet ver van Brielle ligt Hellevoetsluis. Een stadje dat zijn ontwikkeling in eer-ste aanleg dankt aan prins Maurits, die de ligging zo dicht bij het Haringvliet als een ideale plek beschouwde voor een marinehaven. Door de snel groei-ende omvang van de haven, de werven en toeleveringsbedrijven ontstond in de directe omgeving een nederzetting die uitgroeide tot een stadje. En het was niet alleen Maurits in de tachtig-jarige oorlog die oog had voor de mari-tieme mogelijkheden. Aan het eind van de zeventiende eeuw, toen stadhouder Willem III trouwde met de Engelse prinses Mary en opgeroepen werd om de (katholieke) Engelse koning Jacobus te verjagen, was Hellevoetsluis de uitvalsbasis.

Hier voer hij het Hollandse zeegat uit, met meer dan vierhonderd schepen, afgeladen met soldaten. In latere tijd werd Hellevoetsluis de officiële mari-nehaven van Nederland, tot �933. Het is dan ook niet verwonderlijk, dat hier het eerste stenen droogdok van Nederland ontstond. Voordien werden de houten schepen zijdelings op de kant getrokken om te worden gebreeuwd. Breeuwen, ook wel ‘kren-gen’ genoemd, was het schoonmaken van scheepswanden van aangegroeide wieren, algen en zeepokken, die het schip steeds langzamer en zwaarder maakten. Naarmate schepen groter werden, werd de druk op de zijwanden van een schip zo groot dat de naden soms barstten. Maar het duurde tot in de negentiende eeuw, eer de uitvinding van stoomgedreven pompen leidde tot een hanteerbaar droogdok-principe, waardoor een schip rechtop bleef.

Dubbel droogdok Het was de waterbouwkundige Jan Blanken (�755-�838) die ook het

Noord-Hollands kanaal en de haven-werken bij Den Helder aanlegde, die het dubbele droogdok ontwierp. De bouw begon in �802 en duurde tot �825. Het droogdok, dat vandaag de dag nog altijd wordt gebruikt, kent vele technologische bijzonderheden, en is terecht op de Werelderfgoedlijst van industriële monumenten geplaatst. De watergangen onder het dok kunnen alleen met een gids worden bezichtigd. Donker en een beetje spookachtig, maar boeiend door het verhaal erom-heen en door het verbluffend nauw-keurige metselwerk. Een ongelooflijk staaltje vakmanschap uit de voor-indu-striële tijd!Zowel het bezoek aan de oude Geuzenstad Brielle als aan de oude marinestad Hellevoetsluis waren zeer de moeite waard. Voor wie er niet bij kon zijn: zeer aan te bevelen als indi-viduele dagtocht. U heeft werkelijk iets heel bijzonders gemist; het is de moeite waard om dit gemis op eigen initiatief in te halen.

Een bomvolle touringcar reisde op 21 oktober af naar zuidelijk Zuid-Holland. Eerst dwars door het groene hart, en vervolgens dwars door het surrealisti-sche decor van Rotterdam-Rijnmond naar het natuurlijker landschap waarin de oude vestingstad Brielle ligt.

De Jaarexcursie 2006, naar Brielle en Hellevoetsluis

Leny Wijnands-van der Leij

Veranderend

VH Nieuwsbrief nr 4 v2.indd 2 04-12-2006 09:24:11

3

Veranderend HaarlemFeest in Haarlem door de eeuwen heen. tijdens de erfgoednacht 2006 heeft irene van beek in de Hoofdwacht vier keer een korte inleiding gehou-den over de grote markt als centrale plaats voor feesten en volksvermaak. Uit het prachtige fotoarchief van bart Uittenhout komen deze drie beel-den. een ansichtkaart uit een niet te traceren periode van de gedempte Oudegracht, vanaf het verwuft gezien, waar Haarlem het prinses Julianafeest vierde. de twee andere foto’s dateren beide uit 1945 en geven een beeld van de bevrijdingsfestiviteiten, eveneens op de gedempte Oudegracht. de tweede foto is gemaakt tussen de Stoofsteeg en de Jacobijnestraat. Op derde brengen padvinders en verkenners een serenade aan het gemeentebe-stuur, met waarnemend burgemeester Reinalda.

Reactie naar aanleiding van deze foto’s of

herinneringen aan de plek zijn van harte

welkom bij de redactie. Of op de website

van de vereniging: www.haerlem.nl.

Op uitnodiging van de werk-groep Jeugd hebben drieënveertig studenten Bouwkunde van het Sterrencollege de binnenstad van Haarlem verkend op sporen van de historie. De rondgang was bedoeld als bijdrage aan werkstuk.

De eerste groep ging met aannemer Jaap Overdevest naar het restaurant Luca en Lucas aan de Lange Veerstraat. De studenten kregen uitleg over de verbouwing en de unieke karakteris-tieken van het pand. Het doel was de fantasie van de studenten te stimuleren en hen te laten nadenken over wat

zich hier tweehonderd of driehonderd jaar geleden achter de gevels heeft afgespeeld. De tweede groep ging naar het Bouwarchief van de gemeente Haarlem en kreeg met aansprekende voorbeelden uit de praktijk uitleg over het Bouwbesluit, bouwvergunnin-gen, welstand en de werking van het archief. De derde groep maakte een architectonische en bouwtechnische rondwandeling onder leiding van een stadsgids. Het was niet eenvoudig om in vijfenveertig minuten zeven eeuwen architectuur te laten zien.Zie voor de resultaten ook de website www.haerlem.nl.

Studenten Bouwkunde verkennen binnenstad

De Nieuwsbrief zoekt een hoofdredacteur

De Historische Vereniging Haerlem zoekt journalistiek geschoolde vrijwilligers die het leuk vinden om vier keer per jaar de Nieuwsbrief te maken. Van het bedenken van de onderwerpen tot en met het begelei-den van de vormgeving en het corrigeren van de opgemaakte pagina’s.

Wat wordt er van de redacteur verwacht? Hij of zij moet het leuk vinden een blad te maken dat een verrassende afspiegeling geeft van wat er omgaat in de vereniging. Hij hoeft geen historicus te zijn, maar moet zich wel verwant voelen aan Haarlem als historische stad. Hij moet zijn hand niet omdraaien voor alle vormen van journalistiek die komen kijken bij het maken van de blad. Hij bedenkt de onderwerpen, zoekt verrassende invalshoeken, heeft contacten met de schrijvers van rubrieken, bedenkt illustraties en brieft de fotograaf, hij maakt samen met de vormgever een opzet voor de opmaak en beoordeelt de vormgeving.Leuk om te doen als je van bladen maken houdt.

Meer weten of aanmelden? Bel of mail met bestuurslid Marly Bergman, 06 28845370, [email protected] of met de huidige redacteur, Jaap de Jong, 06 53339052, [email protected]

VH Nieuwsbrief nr 4 v2.indd 3 04-12-2006 09:24:17

4

De schrijver Johannes Acerius Frisius (�573) vermeldt in zijn dagboek als ooggetuige tijdens het beleg van Haarlem: ‘Bysonder was daer een seer manlycke vrou, die met recht een manninne ghenoemt mocht worden, met name kenu (Kenau), nu al een vrou zijnde op haer daghen’. Vijftien jaar later sloeg voor haar echter het noodlot toe. Het met hout beladen eigen schip werd inclusief Kenau, haar schipper en knecht, op de terugreis van Noorwegen naar Haarlem gekaapt. Daarna werd niets meer van hen ver-nomen. Kenau liet vier kinderen achter, een aantal huizen in de stad en een hofstede onder Overveen.

Wie was Kenau?Kenau werd in �526 geboren en had verscheidene broers en zusters. Haar vader, Symon Gerritszoon Brouwer, was burgemeester van Haarlem. Haar moeder, Geurte Coenendochter, behoorde tot de familie Hasselaer. De vader van Geurte was brouwer in de stad. Kenau zelf huwde in �554 Nanning Gerbrandtszoon Borst, scheepsbouwer aan het Spaarne.Uit het huwelijk van Nanning Gerbrandtszoon Borst en Kenau Symonsdochter Hasselaer ontsproten vier kinderen: de dochters Geertruid of Geurte (�545), Margriet of Griete (�548), Lubbrich (�552) en zoon Gerbrand (�553). In �562, toen Kenau zesendertig was, stierf haar man. Sinds

dat jaar trad zij op als zelfstandig ‘sceepmaexster’ zoals uit vele scheeps-brieven zou blijken. Haar woning lag aan de Spaarnwouderstraat, het tweede huis vanaf de Sleutelstraat en de scheepswerf aan de Houtmarkt, vroeger Korte Dijk genoemd. De schepen die zij op haar werf liet bouwen, waren van het type voor de binnenvaart. Een kordate vrouw dus als zelfstandig scheepsbouwer en ook nog redelijk bemiddeld, want zij bezat enige huizen in de stad en een boeren-hofstede te Overveen. Dit blijkt uit tal van bewaard gebleven transport- en hypotheekbrieven.Nadat Haarlem in augustus �573 aan de vijand was overgegaan, is Kenau voor enkele jaren naar Zeeland gegaan om de kost te verdienen. Haarlem was op dat moment een ontredderde stad. Haar zoon Gerbrandt had ondertussen de leiding van de scheepswerf aan het Spaarne tijdelijk overgenomen, maar toen Kenau na vier jaar terug kwam, nam zij zelf weer de zaken ter hand. Langzamerhand waren de scheepsop-drachten weer op gang gekomen en Kenau’s schip maakte toen gemiddeld vijf reizen per jaar naar Noorwegen om hout te halen.

Kenau’s laatste reisIn juni van het jaar �588 stond opnieuw een reis gepland naar Noorwegen om hout te halen. Kenau’s schipper probeerde in de herberg verschillende

malen om een nieuwe bemanning mee te krijgen, maar dat wilde helaas niet lukken. Toen nam Kenau het besluit om dan maar zelf met de schipper en de knecht aan de reis naar Noorwegen te beginnen. Eenmaal op reis schreef Kenau 2� juni �588 op de rede van Vlieland een brief aan haar dochters in Haarlem. Deze brief was bedoeld om in de tijd dat zij weg was de dochters aan te sporen om de openstaande gelden van haar schul-denaren binnen te krijgen. Zij schreef ook dat zij op dat moment alleen nog maar geld had om het schip met bal-ken in Noorwegen te laden. Daarna werd niets meer van haar vernomen. Haar schip met schipper en knecht moet op de terugreis naar Haarlem zijn overvallen door kapers met als resultaat een droevig einde van de bemanning.

Kenau’s schip boven waterIn �589 komen we via de dochters van Kenau, in een processtuk tegen een zekere schipper Lieven Hanss. van Housem, enige bijzonderheden aan de weet over Kenau’s laatste reis. Op �8 mei �589 verklaren de dochters van Kenau voor het gerecht te Hoorn dat het ‘smalcarveelschip’, door schipper Lieven Hanss. gebracht en vertim-merd, hetzelfde schip was, waarop haar moeder omstreeks Sint Jansdag (24 juni) �588 vanaf de rede van Vlieland naar Noorwegen was gevaren, en dat

Kenau Simonsdochter Hasselaer (1526-1588)

De naam Kenau is nauw aan de geschiedenis van het beleg van Haarlem verbonden. Met grote inzet trad zij op als aanvoerster van de Haarlemse vrouwen, die hun mannen bijstonden in de verdediging van de stad tegen de Spanjaarden in 1572-1573. Wim Post verhaalt van haar laatste reis als schipper en van de hofstede Dal en Berg in Overeen waarvan zij de eigenaar was.

VH Nieuwsbrief nr 4 v2.indd 4 04-12-2006 09:24:18

5

109 8

het haar eigendom was en gebouwd was op haar eigen werf te Haarlem. De gearresteerde schipper Hanss. zei dat hij het schip als een zogenaamde ‘zee-vond’ had gekocht en overlegde daar-van de koopbrief van 28 oktober �588. De dochters bestreden dit en vertelden dat het schip blijkbaar was aangevallen door zeerovers, die Kenau, de schip-per en zijn knecht overboord hadden geworpen. Schepenen van het gerecht te Hoorn stelden de dochters in het gelijk en zij kregen het schip toegewe-zen op voorwaarde dat zij de verande-ringskosten aan schipper Lieven Hanss. zouden betalen�.

Kenaus hofstede Dal en Berg te OverveenKenau was niet onbemiddeld. Naast haar scheepswerf met houthandel en enkele huizen in de stad, kocht zij op 24 juli �57� een boerenwoning

of hofstede te Overveen. Wegens gebrek aan de nodige contanten nam zij een som van 250 gulden op van de Kapelmeesters van de Onze Lieve Vrouwekapel aan de Lange brug die zij als rentebrief tegoed had voor gele-verd scheepshout. Nu was het kopen van een hofstede niet voor iedereen weggelegd. De hofstede in Overveen lag aan de oostkant van de tegenwoor-dige Duinlustweg, schuin tegenover Kraantje Lek in de duinachtige valleien. Men vindt er nu het bosdeel met slin-gerend water van landgoed Elswout. De hofstede droeg de toepasselijke naam Dal en Berg, ook wel Dalenberg genoemd. Tot haar dood in �588 heeft zij haar Overveense hofstede in bezit gehad, waarna deze vervolgens over-ging op haar kinderen. Of Kenau veel op Dal en Berg verbleef is niet te zeggen, misschien verhuurde

zij de hofstede wel als bijverdienste. Wel zegt een kort bericht over haar bedrijf en haar hofstede na afl oop van het Beleg: Zij heeft moeite met de inning van hypotheekrenten, met de konijnengaten, ‘daer men conijnen in plant’, bij haar hofstede te Overveen, omdat die door de duinmeier geboord waren op plaatsen, waar voor de trou-belen koren gezaaid en geteeld werd. De duinmeier was de man die in het duin voor de eigenaar het jachtgebied op orde hield. Waar vóór het beleg op haar gronden te Overveen koren was gezaaid, waren daarna konijnengaten gemaakt voor de jacht. Zo’n tien jaar na Kenau’s dood worden de twee dochters Geurte en Griete in een offi ciële akte genoemd. Griete is in dat jaar voor de tweede keer getrouwd, met Joost Corneliszoon van Hillegom. Op 25 september �603 komen we de gezusters opnieuw tegen. Nu in

Kenau Simonsdr.Hasselaer op

de wallen van de stad Haarlem,

1572-1573. Op de achtergrond

de grote Kerk aan de grote

markt. lithografie naar een

tekening van Johan Herman

isings. (nHa nr.53-001002 K).

VH Nieuwsbrief nr 4 v2.indd 5 04-12-2006 09:24:22

66

de oude rechterlijke transportakten van Bloemendaal. De beide zussen geven dan de van hun moeder geërfde hofstede Dal en Berg ‘uit liefde weg’ (gratis) aan de regenten van ‘den hey-ligen Geest huyse der stadt Haerlem’. Daarna vernemen we van hen ook niets meer. Zo’n twintig jaar later werd Dal en Berg door de regenten van het Armen Kinderhuis voor achttienhonderd gul-den verkocht aan Job Cleass. Ghybland, oud-schepen van de stad Haarlem en Thonis Jansz. Hofland, moutmaker te Haarlem. De hofstede had toen een nieuw, schoon en welbetimmerd huis, boomgaard en plantage2.

Stuivende duinen bij de BlinkertIn de naaste omgeving van Dal en Berg lagen in die tijd meer van deze boerenhofsteden. Zo vond men daar langs de duinrand (Duinlustweg) de

naastgelegen hofsteden Marsenberg en Stuyvesant. Hofstede Stuyvesant werd in �634 door Carel du Molijn gekocht, als een der eerste aanko-pen voor de bouw van het huidige landgoed Elswout. Even verderop lag de hofstede De Volmeer, die men nu moet zoeken op de gronden van Koningshof. Deze vier hofsteden bestaan al lang niet meer.Vanaf het einde van de zeventiende eeuw kregen deze hofsteden te maken met zand-verstuivingen zodat die begin acht-tiende eeuw onbewoond werden. De gronden van Dal en Berg, Marsenberg en De Volmeer gingen in �7�� ook over naar de uitbreidende hofstede Elswout3. In dat jaar werd ook door het Hoogheemraadschap van Rijnland aan de drie laatst genoemde hofsteden ‘remissie’ (korting of kwijtschelding) van de verponding (belasting) ver-leend4.

Van de oude bebouwing in de omge-ving van de Duinlustweg bij De Blinkert heeft alleen Kraantje Lek, het vroegere Rockaertsduin, de tand des tijds overleefd. Wat Kenau betreft, haar naam leeft nog voort in ons taal-gebruik met het gezegde: die vrouw is een echte Kenau! In Haarlem herin-nert de naam van het Kenaupark aan haar.

Wim Post

Bron:(1). (Men sagh Haerlem bestormen,

Veren. Haerlem/Schuyt en Co, 1973).(2) (Archiefdienst voor N-Holland, O.R.

nr.1064, 25-9-1603)(3) (C.W.D.Vrijland, Geschiedenis

Bloemendaal en Aerdenhout, pag.139). (4) (C.J.Gonnet, Jaarboek Haerlem 1933,

Elswout).

Kaart uit 1734 van de stuivende

duinen rond de Overveense

duinlustweg. in de cirkel de

hofstede dal en berg aan de

toen geheten ‘agterweg’,

thans duinlustweg. boven de

brouwerskolk, onder landgoed

elswout en de volmeer, thans

landgoed Koningshof. (archief

Rijnland te leiden, nr.a59)

VH Nieuwsbrief nr 4 v2.indd 6 04-12-2006 09:24:23

7

In het midden van de Koningstraat, tussen Jacobijnestraat en Stoofsteeg, is bijvoorbeeld de oude Mariaschool mooi opgeknapt. Op de benedenver-dieping zijn winkels gekomen, en daar boven appartementen.Aan de overkant, waar oudere Haarlemmers de firma Lommelaars wisten te vinden, in huishoudelijke artikelen, en waar later een luxe bed-denzaak kwam, is nu een speelgoed-winkel. De bezitter heeft het pand eerst gestript, waarbij prachtige siertegels en glas-in-lood uit de de jaren twintig van de twintigste eeuw tevoorschijn zijn gekomen. Het pand is teruggebracht in de oude stijl en heeft nu een goede bestemming gekre-gen. Zo zijn de oude deuren van de Doopsgezinde kerk hier als decoratie gebruikt. Een mooi voorbeeld van hoe het verleden kan worden gekoesterd en aangepast aan hedendaags gebruik, zodat het behouden blijft voor de toe-komst.

Bakkerij SchavemakerVerderop in de Koningstraat staat het pand van de vroegere bakkerij Schavemaker, die moest stoppen van-wege meelallergie. Het is een mooi Jugendstil pand met een beeld van een bakker in de gevel. Nu zitten er twee winkels in: de zus in de voormalige bakkerswinkel, waar zij sieraden en antiek en bijvoorbeeld oud tafellinnen verkoopt; haar broer in de oude meel-kelder, met een wijnslijterij. De dubbe-le winkel heet nog steeds “De Bakkerij”, als een hommage aan de oude tijd. Het pand is volledig in de oude staat gela-ten. Zo kan het dus ook.Krijn Haasnoot heeft over deze panden geschreven in verschillende Jaarboeken. Dat deze drie panden in de

Koningstraat zo fraai zijn opgeknapt, verbetert het aanzicht van de straat.Op de hoek van Gierstraat en Nieuwstraat was vroeger een schil-derijenwinkel. Nadat deze vertrok, is het pand ernstig in verval geraakt. Het is door de familie De Broek schit-terend opgeknapt en huisvest nu een juwelierszaak; ook weer zo’n voorbeeld van behoeden van het verleden, voor gebruik in het heden en in de toe-komst.

Oude bouwsporenIn de Breedstraat zat een garage van een hier ter stede bekende firma in wijnen. In die vroegere garage bevin-den zich nu twee leuke winkels. In het voorste deel een bakkerij annex tearoom, en achterin loop je door in “Sjakie’s”, met allerlei grappige meu-belen. Een leuke combinatie, zeker in combinatie met de bloemenwinkel ernaast. Die laatste heeft een nieuwe gevel uit ongeveer �900, met mooie oude bouwsporen. Ook dat pand is op creatieve wijze opgeknapt, en de Breedstraat ziet er heel wat gezelliger uit. Overal in de stad zie je dit verschijn-sel op kleine schaal optreden. Het is ook een kwestie van ‘met andere ogen kijken’. De koestering van deze soms kwetsbare oude panden, ze liefdevol onderhouden en voor de toekomst behouden, maakt dat onze binnenstad levendiger en gezelliger wordt. We wonen tenslotte in een levende stad en niet in een openluchtmuseum. Ja, er is ook verloedering en sloop. Maar voor wie met andere ogen wil kijken, is er veel te genieten.

Thon Fikkerman

Individuele Haarlemse ondernemers koesteren het stukje Haarlemse geschiedenis dat zij in beheer of bezit hebben. Het is niet allemaal verloedering en verval; voor wie er oog voor heeft, is er veel positiefs waar te nemen in de binnenstad. Een paar voorbeelden.

Met andere ogen kijken

VH Nieuwsbrief nr 4 v2.indd 7 04-12-2006 09:24:31

8

Redactie: Jaap de Jong eindredactie: marly bergman vormgeving: Sinas, Haarlem Foto’s: maarten van Wamel druk: drukkerij excelsior Haarlem (sponsor)verzending: paswerk

Colofon: Haerlem nieuwsbrief is een uitgave van de vereniging Haerlem verenigingszetel: de Hoofdwacht, grote markt 17 postadres: postbus 1105

2001 bC Haarlem www.haerlem.nl. Secretaris: (023) 529 39 00 gironr: 377882. Het blad verschijnt vier keer per jaar. iSSn: 1570-4785

Agenda PuntenDe excursies en lezingen zijn gratis voor leden van de Historische Vereniging Haerlem, tenzij anders vermeld. Introducés zijn van harte welkom. Zij betalen een vergoeding van € 5,-

Lezing Ontdekkingstocht in het eigenzinnige dorp Vogelenzangdoor Piet van der HamMaandag 15 januari 2007, 20.00 uur (zaal open om 19.30 uur)ABC Architectuurcentrum, Groot Heiligland 47, Haarlem

Piet van der Ham heeft sociografie gestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam. Hij was zestien jaar wethouder van Bloemendaal. In die periode heeft hij grote belangstel-ling gekregen voor het wel en wee van Vogelenzang. Hij heeft een studie verricht naar de naoorlogse ontwikkelingen van het dorp. De studie is bij uitgeverij Spaar en Hout als boek uitgegeven onder de titel ‘Vogelenzang, Historische sociogra-fie van een eigenzinnig dorp in de gemeente Bloemendaal’.De eigenzinnigheid van Vogelenzang heeft volgens Van der Ham vooral te maken met historische gege-vens als geografisch isolement, de

invloed van de rooms-katholieke kerk, de bloembollencultuur en het grote aantal arbeiders dat vroeger in Vogelenzang woonde. Daardoor heeft Vogelenzang een andere ontwikkeling doorgemaakt dan andere kernen van Bloemendaal. Dat is nog steeds terug te vinden in het herkenbare beeld van een echt dorp en de eigen stijl van de inwoners. In overleg met de aanwezi-gen wordt een excursie/rondleiding afgesproken door Vogelenzang in het voorjaar. Deze lezing is bestemd voor leden en donateurs van Stichting Ons Bloemendaal en de Historische Vereniging Haerlem. Om �9.30 uur staan de koffie en thee voor u klaar. Toegang gratis.

Lezing en rondleidingTentoonstelling Nicolaes Berchem. In het licht van ItaliëDoor Michiel KerstenFrans Hals Museum, Groot Heiligland 62, HaarlemZaterdag 10 februari 2007, 11.00 – 13.00 uur

Nicolaes Berchem (�62�/22 – �683) schilderde landschappen die op Italië waren geïnspireerd: vergezichten met heuvels, bergen en rotspartijen, bevolkt met herders en hun kuddes die baden in het gouden avondlicht van het zuiden. Ook schilderde hij mediterrane havengezichten, allego-rieën, religieuze en mythologische voorstellingen en genreschilderingen.Het is voor het eerst dat er een tentoonstelling is te zien van deze veelzijdige kunstenaar uit de Gouden Eeuw.Het oeuvre van Nicolaes Berchem valt niet alleen op door de grote verscheidenheid aan onderwer-pen en stijlen, maar ook door de enorme omvang. Er zijn meer dan achthonderd schilderijen aan hem toegeschreven. Berchem was ook een begenadigd tekenaar. Zijn figuurstu-dies behoren tot de fraaiste uit de zeventiende eeuw. Hij schilderde de figuren in landschappen van andere

kunstenaars zoals Jacob van Ruisdael. Bovendien vervaardigde hij meer dan vijftig etsen, voornamelijk met voor-stellingen van dieren. Berchem heeft talrijke leerlingen gehad die veelal ook Italiaanse landschappen schil-derden. In de achttiende eeuw was Berchem de bekendste Nederlandse italianisant, hoewel er geen bewijs is dat hij ooit zelf in Italië is geweest. Op de tentoonstelling zijn vijfenveer-tig schilderijen, vijfendertig tekenin-gen en prenten te zien. Deze ochtend verzorgt Michiel Kersten - één van de samenstellers van de tentoonstel-ling - een lezing en rondleiding over deze overzichtstentoonstelling.

Kosten: De lezing en rondleiding zijn voor leden van de Historische Vereniging Haerlem gratis. Zij moe-ten wel een toegangskaartje voor het museum kopen: volwassenen € 7,75 (groepstarief ); met Museumkaart of Haarlem Pas € 2,50; vrienden van het Frans Hals Museum en leden Vereniging Rembrandt gratis.

Rondleiding/excursieKathedraal St. BavoVerzamelen Hoofdingang, Emmaplein3 maart 2007, 14.00 – 15.30 uurkosten O 3 per persoon

Recentelijk is de pastorie van de kathedrale basiliek St. Bavo ingrij-pend gerestaureerd. Hierbij zijn op de benedenverdieping zeldzame, ‘jugendstil’ muurschilderingen ont-dekt. Deze bijzondere ornamentiek in de gerestaureerde vergaderzaal en de andere ruimtes op de begane grond van de pastorie, staan centraal. Natuurlijk voert de rondleiding ook door basiliek die Joseph Cuypers heeft ontworpen, en krijgen wij een toelichting in de schatkamer.

Voor alle lezingen en rondleidingen is reserveren noodzakelijk: Michiel Kersten (023) 525 85 77 (tussen 20.30 en 21.30 uur) of per e-mail: [email protected]

Meer informatie over de Vereniging Haerlem op onze website: www.haerlem.nl

VH Nieuwsbrief nr 4 v2.indd 8 04-12-2006 09:24:33