Nieuwe Tijd - november 2013

24
nieuwe tijd magazine voor openbare diensten maandblad van ACV-Openbare Diensten – november 2013 v.u.: L. Hamelinck, Helihavenlaan 21, 1000 Brussel Campagne Graag Gedaan 2013

description

Het ledenblad van ACV-Openbare Diensten

Transcript of Nieuwe Tijd - november 2013

Page 1: Nieuwe Tijd - november 2013

nieuwetijdmagazine voor openbare diensten

maandblad van ACV-Openbare Diensten – november 2013v.u.: L. Hamelinck, Helihavenlaan 21, 1000 Brussel

Campagne Graag Gedaan 2013

Page 2: Nieuwe Tijd - november 2013

In dit nummer

2

COLOFON Redactie Luc Hamelinck | Ann-Sofie Daem | Chris Herreman | Joris Lermytte | Thomas Vael | Ilse Heylen | Marc Saenen | Frédéric De GelissenEindredactie Amélie Janssens | Luc HamelinckVormgeving Gevaert Graphics Druk Corelio Printing | www.corelio.be

10

10

17

1918

20

22

03

04

16

15

06

08

11

12

14

151204

lokalE & REgionalE bEstuREn

lokalE & REgionalE bEstuREn

bijzondere korpsenTe veel jonge militairen verlaten opleiding

Wij zijn ‘de armen der wet’

Vierdagenwerkweek en halftijds werken bij politie

vervoerActie Red je rijtijd - Hasselt

Sociale programmatie 2013-2014: naar een ontwerp van protocolakkoord voor de Vlaamse pachters.

lokale & regionale besturenStad Aalst: de besparingsnota dikt aan

Samenwerking tussen gemeente en OCMW ?

Tienen zoekt besparingen op de verkeerde plaats!

vlaamse overheidVolop veranderingen bij het GO!

zorgGeen premie voor titel of bekwaamheid voor verpleegkundigen in een PVT

Respect voor sociale akkoorden in de zesde staatshervorming?

edito Graag gedaan!

focus Graag gedaan - editie 2013

Privatiseringen en uitbestedingen in de openbare sector

federale overheidNieuwe tuchtprocedure op komst bij de federale overheid

Problemen bij douane: nog lang niet opgelost!

De gesloten inrichtingen van Tongeren en Everberg worden Gemeenschapsinstellingen

focus

Page 3: Nieuwe Tijd - november 2013

edito 3

Graag gedaan!

De jongste weken werden we, vooral bij gemeenten, ocmw’s of andere lokale bestu-ren, haast iedere dag geconfronteerd met beslissingen om personeel te verminde-ren – al dan niet met bruut ontslag – om diensten af te stoten of te privatiseren, om

herstructureringen door te voeren,…

Op politiek vlak herhaalt men voortdurend dat besparingen nodig zijn. Bijna elke dag horen we dat de overheid het met minder moet doen. Al te vaak stellen we vast dan men hierbij snel terugvalt op een gemakkelijkheidsoplossing: minder personeel. De federale staatsse-cretaris en de Vlaamse minister voor Ambtenarenzaken proberen de strafste te zijn in de vermindering van het aantal personeelsleden. ‘Bij mij zijn het er 2000 minder!’ roept de ene. ‘Ik ga naar de 6,5% minder’, klopt de andere zich op de borst. De vereniging van steden en gemeenten stelt ook vast dat een op twee lokale overheden personeelsverminderingen wil-len doorvoeren. Als we de evolutie van de afgelopen maanden doortrekken naar de ganse lokale sector in Vlaanderen, dan zullen er in die sector om en bij de 25.000 jobs verdwijnen.

Vergis je nochtans niet! Op de achtergrond ontspint zich een ganse discussie over de rol van de overheid. In de aanloop van de verkiezingen horen we voortdurend dat de overheid moet worden ontvet. Het idee dat middelen die worden besteed aan overheidsopdrachten ‘verloren’ middelen zijn, waar niemand iets aan heeft, wordt er bij de bevolking voortdu-rend ingedramd. Alsof sociale bescherming, kinderopvang, ouderzorg, milieuzorg, … niets waard zijn. Men verzwijgt zorgvuldig dat de verzorgings-staat wordt afgebouwd en dat we evolueren naar een ander type samenleving. Een samenleving waarin mensen ‘zelf hun plan moeten trekken’ (zelf hun verantwoordelijkheid moeten nemen, heet dat beleefder) en niet langer worden begeleid of bij-gestaan.

ACV-Openbare Diensten wil niet alleen opkomen voor de beroepsbelangen van werknemers maar ook de rol promoten die de openbare sector in onze samenle-ving speelt. Sinds 2010 organiseren we daarom in de maand no-vember een mediacampagne onder de slogan ‘Graag gedaan’. We doen dit heel bewust en met de bedoeling mensen te laten nadenken over het belang van openbare diensten. Het is tegelijk de uitgelezen manier om het personeel in de picture te plaatsen als dienstver-lener naar de bevolking toe.

Dit jaar doen we dit opnieuw maar op een andere, eigentijdse manier. Met videoclips op YouTube en Facebook zetten we een aantal personen letterlijk in de bloemetjes. We wil-len zo begrip doen opbrengen bij de brede bevolking voor het werk dat werknemers in openbare diensten doen,… voor uw werk! Bekijk ze dus ook op www.facebook.com/acv-openbarediensten

Vriendelijke groeten

Luc Hamelinck, Voorzitter

Op politiek vlak herhaalt men

voortdurend dat besparingen nodig

zijn.

Volg ons op twitter.com/acvopenbaar

Like ons op facebook.com/acv-openbarediensten

www. acv-openbarediensten.be

22

23

18

bijzonDERE koRpsEn

Autobus-autocar: De eindejaarspremie 2013

pensioenenHet minimumpensioen voor ambtenaren

Page 4: Nieuwe Tijd - november 2013

focus

4

We stuurden Raf Coppens op pad om enkele

personeelsleden te verrassen. Dat leverde

leuke beelden en mooie filmpjes op. Zeker

het bekijken waard.

Bovendien maak je in een aantal klikken ook

kans op een iPad. Dus waar wacht je nog op?

Direct naar www.facebook.com/acv-openba-

rediensten !

Net zoals de vorige jaren (het is intussen de

vierde editie) willen we met de campagne de

werknemers van de openbare sector bedan-

ken voor hun werk en inzet. De laatste we-

ken en maanden is de openbare sector een

gemakkelijk doelwit voor de besparingen en

soms lijkt het wel alsof er geen goed werk ge-

leverd wordt. Niets is minder waar: wat jullie

doen, is nuttig en nodig! En dat benadrukken

we graag in onze campagne.

Ga naar www.facebook.com

/acv-openbarediensten

Heb je al een bezoek gebracht aan onze facebook pagina? nog niet? ga dan zo snel mogelijk naar www.facebook.com/acv-openbarediensten want je kan er enkele grappige video’s bekijken van onze campagne graag gedaan.

Graag gedaan editie 2013

Page 5: Nieuwe Tijd - november 2013

Graag gedaan editie 2013

focus 5

Page 6: Nieuwe Tijd - november 2013

focus

Op de studiedag legden we ook de link naar

onze praktijk. Zo schetste Jan Mortier (verant-

woordelijke openbare zorgsector) de situatie

in Wuustwezel, waar een woonzorgcentrum

geprivatiseerd werd. Hij benadrukte in zijn be-

toog nog eens het belang van openbare zorg

en stelde dat het voor nieuwe personeels-

leden geen goede zaak is dat ze in het VZW

Woonzorgbedrijf worden aangeworven. De

loon- en arbeidsvoorwaarden zijn er namelijk

een stuk minder goed dan de voorwaarden in

de openbare zorgsector.

Ook Diane Van Cauter, secretaris van ACV-

Openbare Diensten in Sint-Niklaas, gaf ons

een praktijkvoorbeeld. Met de case rond ‘de

mannen van de vuilkar’ toonde ze een mooi

staaltje syndicaal werk. Nadat het stadsbe-

stuur had beslist om een deel van de reini-

gingsdienst te privatiseren, werd door ACV-

Openbare Diensten een grote campagne

Professor Wouter Van Dooren (Universiteit

Antwerpen) gaf in zijn inleiding de trends

mee in privatisering, uitbesteding en publiek

private samenwerking. Hij definieerde eerst

de drie trends en ging er daarna dieper op

in. Zo concludeerde hij dat er geen bewijs

bestaat dat het uitbesteden van diensten

kostenbesparend is. Over de kwaliteit van de

dienstverlening lopen de ervaringen ook uit-

een. De situatie moet dus telkens geëvalueerd

worden. Professor Van Dooren gaf tenslotte

enkele criteria mee voor die evaluatie van

privatisering, uitbesteding en publiek private

samenwerking.

er bestaat geen bewijs dat

het uitbesteden van diensten kosten-

besparend is

Amélie JanssensMet besparingen in het vooruitzicht denken veel besturen na over het uit-besteden of privatiseren van bepaalde diensten om zo de werkingskosten te drukken. Maar is dat wel een goed idee? En wat kunnen we als vakorganisa-tie doen om privatiseringen en uitbestedingen goed op te volgen? Waar en wanneer moeten we ingrijpen? acV-openbare Diensten organiseerde op 25 oktober voor haar militanten een studiedag over het onderwerp.

Privatiseringen en uitbestedingen in de openbare sector

6

Page 7: Nieuwe Tijd - november 2013

7focus

opgezet. Er zou een referendum georgani-

seerd worden over het al dan niet privatiseren

van ‘de mannen van de vuilkar’. We probeer-

den in de maanden voor het referendum dan

ook zoveel mogelijk mensen te overtuigen

om aan het referendum deel te nemen, en om

JA te stemmen voor de mannen van de vuil-

kar (en dus tegen privatisering). Er werd een

facebook pagina gestart, een debat georgani-

seerd, er werd rondgereden met een ijskar, af-

fiches opgehangen, enzovoort. De campagne

was dan ook een succes: 84% van de stem-

mers stemden tegen de privatisering. Maar

het stadsbestuur ging gewoon door met de

plannen en legde de resultaten van het refe-

rendum al te gemakkelijk naast zich neer. Heel

jammer, maar wel een mooi voorbeeld van

hoe je syndicaal toch iets kan laten leven bij

de bevolking.

Guido Debrucker, diensthoofd schoonmaak

bij het Agentschap voor Facilitair Manage-

ment (AFM) van de Vlaamse overheid, bracht

ons dan weer een verhaal over de reinsour-

cing (opnieuw in eigen beheer brengen)

van catering en schoonmaak bij de Vlaamse

overheid. Daar was immers gebleken dat de

dienstverlening na privatisering niet goed-

koper was geworden, en dat daarbovenop de

klantentevredenheid was gedaald.

Aan de hand van enkele stellingen werd ook

nagedacht over een mogelijke syndicale aan-

pak, en ook in de namiddag was er ruimte

voor interactiviteit tijdens verschillende work-

shops.

We werkten voor deze studiedag ook een interessant achtergronddocument uit. Dit do-

cument, en de presentaties van de verschillende sprekers kan u downloaden via onze

website: www.acv-openbarediensten.be (HRM bij de overheid – events).

Page 8: Nieuwe Tijd - november 2013

8

federale overheid

Als maatregelen van inwendige orde kunnen

worden opgenoemd: de verplaatsing van een

ambtenaar naar een andere dienst, zonder

wijziging van zijn statuut of van zijn functie, of

ook de schorsing in het belang van de dienst.

De voorafgaande schorsing van de functie in

het belang van de dienst heeft, volgens de

Raad van State, als doel om ten bewarende

titel de dienst te vrijwaren van eventuele aan-

tasting van zijn reputatie en dit in afwachting

van de disciplinaire procedure. Schorsing in

het belang van de dienst mag niet worden

verward met een tuchtschorsing, waarbij de

ambtenaar met behoud van bijna een volle-

dig loon thuis zit. Over dit laatste zegt Bogaert

: “dat druist in tegen een modern personeels-

beleid”, en hij gelooft meer in een evaluatie-

systeem.

tuchtstraffenBij plichtsverzuim of niet-naleven van de pu-

bliekrechtelijke voorschriften bestaat er geen

opsomming van welbepaalde feiten of in-

breuken die kunnen aanleiding geven tot een

tuchtsanctie. Er bestaat dus geen zogenaamd

“(strafwet)boek” dat de tuchtrechtelijke vergrij-

pen opsomt en beschrijft en daarbij de mini-

mum en maximum (tucht)straffen waarmee ze

kunnen worden gesanctioneerd weergeeft.

Eender welke plichtsverzuim kan in feite door

de tuchtoverheid beschouwd worden als

inbreuk met een zekere graad van ernst en

bestraft worden met een van de bestaande

tuchtsancties die voorhanden zijn. Een tucht-

maatregel is maar mogelijk als er sprake is

van inbreuken op de deontologie van de

ambtenaren. De meeste ambtenarenstatuten

vermelden dan ook dat tuchtstraffen kunnen

worden opgelegd in geval van plichtsverzuim,

tekortkomingen aan de beroepsplichten, elk

gedrag (ook buiten de ambtsuitoefening) dat

de waardigheid van het ambt in het gedrang

kan brengen.

bestuurlijke sanctiesIn het beroepsleven, maar ook daarbuiten,

bestaan er rechten en plichten. Zo gelden

er voor (statutaire) ambtenaren ook een

reeks rechten en plichten en is daar meestal

ook een deontologische code aan gekop-

peld. Inbreuken of niet-naleven van deze

verplichtingen kunnen aanleiding geven tot

tuchtsancties. De hiërarchische meerderen en

leidinggevenden van het ambtenarenkorps

kunnen deze sancties na een welomschreven

tuchtprocedure, namens het bestuur of over-

heid, opleggen. Dit is een bestuurlijke sanctie.

Bij niet-naleven van de publiekrechtelijke

voorschriften door de betrokken leden van

een bestuur kan een bestuurlijke sanctie

worden opgelegd door de administratieve

overheid en dit zonder dat hierbij een (voor-

afgaande) rechterlijke controle gebeurt. Ach-

teraf kan er wel een controle gebeuren door

de (administratieve) rechter.

Een bestuurlijke sanctie kan gecumuleerd

worden met een strafrechtelijke sanctie en/

of een ordemaatregel. Bepaalde feiten zijn

tegelijkertijd tuchtrechtelijke inbreuken en

strafrechtelijke vergrijpen. Dit is bijvoorbeeld

het geval voor een ambtenaar die corruptie of

valsheid in geschrifte pleegt of bij frauduleuze

praktijken van (rekenplichtige) ambtenaren. In

zo’n gevallen kunnen de disciplinaire sanctie

als de strafrechtelijke vervolging worden ge-

cumuleerd.

In geval van cumulatie van een tuchtstraf en

een strafrechtelijke sanctie rijst de vraag of de

strafrechtelijke procedure de tuchtprocedure

schorst? Met andere woorden, of de tucht-

Geert Dewulftijdens de voorbije maanden verschenen er berichten in de pers dat staats-secretaris voor ambtenarenzaken Hendrik bogaert broedt op een kortere en efficiëntere tuchtprocedure voor ambtenaren.

Nieuwe tuchtprocedure op komst bij de federale overheid

rechtelijke overheid de uitspraak van de straf-

rechter moet afwachten.

Eerst en vooral bestaat er geen algemeen

rechtsbeginsel dat de tuchtoverheid gehouden

is om steeds de uitspraak van de strafrechter af

te wachten. Wanneer het statuut voorschrijft dat

de strafvordering de tuchtvordering schorst,

moet de tuchtoverheid het resultaat van de

strafrechtelijke procedure afwachten. Zo voor-

ziet het koninklijk besluit van 2 oktober 1937

houdende het statuut van het rijkspersoneel,

inzonderheid het artikel 81, §3, dat : “Strafvorde-

ring schorst de tuchtprocedure en -uitspraak” en

dat “Ongeacht het resultaat van de strafvordering,

oordeelt alleen de administratieve overheid over

de gepastheid een tuchtstraf uit te spreken”. Deze

door het statuut voorgeschreven schorsing

heeft het doel het vrijwaren van het vermoeden

van onschuld en het respect voor de rechten

van de verdediging. Volgens staatssecretaris

Bogaert zal er in de toekomst niet meer worden

gewacht op de gerechtelijke uitspraak.

tuchtmaatregelen en maatregelen van inwendige ordeEr moet een onderscheid worden gemaakt

tussen de tuchtmaatregelen en de maatrege-

len van inwendige orde. Een maatregel van in-

wendige orde is elke maatregel die de admi-

nistratieve overheid kan nemen in het belang

van de dienst en die geen disciplinair karakter

heeft. Ordemaatregelen vallen onder de be-

voegdheid van een administratieve overheid

met als doel de goede werking van de admi-

nistratie te verzekeren, haar te organiseren en

ook te reorganiseren, dit met inbegrip van het

beheer van de human resources.

Page 9: Nieuwe Tijd - november 2013

9federale overheid

In het voorstel zouden

alle tuchtmaatregelen van toepassing zijn op de betrokken personeelsleden

De tuchtmaatregelen die kunnen toegepast

worden, moeten bepaald zijn in het statuut

dat toepasbaar is op betrokken ambtenaar.

De tuchtmaatregelen hebben een zekere gra-

datie en gaan uit van zuiver morele sancties,

zoals de “terechtwijzing” en de “blaam”. An-

dere tuchtmaatregelen zijn gekwalificeerd als

effectieve straffen zoals de “verplaatsing bij

tuchtmaatregel” en deze tuchtstraffen gaan

over tot sancties met enkel financiële gevol-

gen, zoals de “tuchtschorsing”, de “lagere in-

schaling”, de “terugzetting”.

Nog andere tuchtstraffen gaan over tot sanc-

ties waarbij de hoedanigheid van ambte-

naar wordt ontnomen, zoals het “ontslag van

ambtswege” en de “afzetting”. Het “ontslag van

ambtswege” is minder ingrijpend op de pen-

sioensituatie van de betrokkene dan de “af-

zetting”. Bij “ontslag van ambtswege” behoudt

men namelijk het recht op een ambtena-

renpensioen aangezien het niet de hoogste

tuchtstraf is, in tegenstelling tot de afzetting

waarbij men enkel recht heeft op een privé-

pensioen. Er zijn bij het federaal openbaar

ambt dus negen tuchtstraffen waarvan, naar

verluidt, staatssecretaris Bogaert er nog vier

wil behouden : de blaam, de inhouding van

wedde, de overplaatsing en het ontslag.

kortere procedureIn het voorstel zou de procedure ook worden

ingekort tot maximaal twee maanden. Vol-

gens staatssecretaris Bogaert duurt het nu

zes tot negen maanden. Dit lijkt overdreven

als wij even de huidige procedure op een rij-

tje zetten.

De procedure wordt gestart door de bevoeg-

de hiërarchische meerdere die de betrokkene

vooraf hoort en een voorlopig voorstel van

tuchtstraf doet. Betrokkene heeft daarna ze-

ven dagen om zijn bezwaren in een repliek op

te stellen. Binnen vijf dagen na de termijn die

de betrokkene had om bezwaren te formule-

ren maakt de hiërarchische meerdere aan de

betrokkene de tuchtstraf over die hij van plan

is voor te stellen en stuurt het voorstel naar

het directiecomité. Binnen vijf dagen vanaf

de dag waarop het voorstel van tuchtstraf bij

hem aanhangig is gemaakt, roept de directie-

raad de betrokkene bij een ter post aangete-

kende brief op om te verschijnen. Betrokkene

moet worden gehoord door de directieraad

en dit moet tussen de twintigste en de dertig-

ste dag gebeuren volgend op het aanhangig

maken bij de directieraad. Binnen een termijn

van maximum twee maanden vanaf de dag

dat de zaak bij de directieraad is aanhangig

gemaakt, doet deze het definitief voorstel en

maakt dit binnen de 30 dagen over aan de be-

trokkene. Binnen de tien dagen die volgen op

de kennisgeving van het definitief voorstel,

kan de ambtenaar tegen dit voorstel beroep

aantekenen bij de bevoegde Raad van Beroep.

Het streven naar een nog kortere procedure

mag uiteraard de rechten van de verdediging

niet in het gedrang brengen. Desalniettemin

heeft de Raad van State tuchtzaken steeds als

spoedeisend gekwalificeerd. Dit impliceert

dat alle betrokken instanties en bestuursor-

ganen die met onderzoek, advies, beslissin-

gen of beroep zijn belast, zich strikt moeten

houden aan de voorgeschreven termijnen.

Bij ontstentenis van voorgeschreven termij-

nen moeten zij zich houden aan de eis van

een redelijke termijn. Belangrijk is nog dat de

termijnen opgenomen in het procedurere-

glement niet van openbare orde zijn. Dit wil

zeggen dat het overschrijven van deze ter-

mijnen niet kan ingeroepen worden als pro-

cedurefout. Daarnaast betekent dit ook niet

dat een tuchtprocedure op de lange baan kan

geschoven worden.

De beginselen van behoorlijk bestuur ver-

plichten de overheid ertoe een tuchtzaak

met bekwame spoed af te handelen. De ver-

plichting een tuchtzaak zonder verwijl af te

handelen houdt niet alleen verband met het

beëindigen van de onzekerheid waarin de

vervolgde ambtenaar zich bevindt, maar ook

met de behoorlijke werking van een adminis-

tratie die vereist dat elke verstoring van de

orde zo spoedig mogelijk wordt hersteld.

De periode waarbij de tuchtprocedure ten ge-

volge van een strafvordering geschorst wordt

komt niet in aanmerking voor het bepalen

van de redelijke termijn. Vermoedelijk een van

de redenen van H. Bogaert om de uitspraak

van de rechter niet meer af te wachten.

statutairen en contractuelen in een-zelfde schuitjeTot nu toe konden bepaalde tuchtmaatrege-

len ook worden opgelegd aan personeelsle-

den tewerkgesteld met een arbeidsovereen-

komst indien dit opgenomen werd in het

arbeidsreglement. In de meeste gevallen,

wanneer contractuelen iets hadden mispeu-

terd, werden ze gewoon ontslagen of bij zwa-

re feiten kregen zij binnen drie dagen ontslag

op staande voet. In het voorstel zouden alle

tuchtmaatregelen van toepassing zijn op de

betrokken personeelsleden, ongeacht hun ju-

ridische situatie inzake tewerkstelling.

onderhandelingsmaterieIn het kader van de toepassing van het vak-

bondsstatuut is een wijziging aan het admi-

nistratief statuut sowieso onderhandelings-

materie. Wij kijken alvast uit naar het voorstel

dat op tafel ligt!

Page 10: Nieuwe Tijd - november 2013

10

federale overheid

Problemen bij douane: nog lang niet opgelost!Marc NijsHet personeel van Douane en accijnzen heeft de voorbije nazomer van zich la-ten horen door vakbondsacties in luchthavens en havens. Een reeks bedrijven met belangenorganisatie Voka op kop heeft nog maar eens krokodillentra-nen gestort over de aangerichte schade. Hun verdriet richtten ze verkeerdelijk naar de vakbonden (eigenlijk alleen maar naar acV-openbare Diensten). De ware geadresseerde was de federale overheid.

In september vorig jaar kondigden (ondertus-

sen ex-) minister Vanackere, staatssecretaris Bo-

gaert en administrateur-generaal Colpin van de

Douane met veel trots aan dat de bedrijven in

havens en luchthavens 24 uur op 24, 7 dagen

op 7 zouden “bediend” worden door de dou-

ane en dat dankzij een shiftsysteem. Dat ge-

rucht doet al 25 jaar de ronde maar nu zou het

menens zijn. De pers werd over één en ander

ingelicht maar vakbondsoverleg kwam er niet.

Wat later kwam er een KB voor de ganse fe-

derale overheid over de betaling van uitzon-

derlijke prestaties (prestaties geleverd buiten

de gewone werkuren) en shiftvergoeding. De

shiftvergoeding werd evenwel niet ingevoerd

waar al een regeling bestond (Civiele Bescher-

De gesloten inrichtingen van Tongeren en Everberg worden Gemeenschapsinstellingen

ming en Gevangenispersoneel bijvoorbeeld).

Uiteindelijk gold die shiftregeling alleen maar

voor de douane.

In het comité B werd door onze afgevaardigden

voldoende geargumenteerd tegen de voorge-

stelde vergoedingen. Essentieel op vlak van

shiftvergoeding was dat de overheid werkte

op forfaitaire basis. Al naargelang het systeem

kreeg men 10%, 15%, 20% of 25%. Wie bijvoor-

beeld zowel ’s nachts als in het weekend moest

werken kreeg 20 %. Wie over 13 weken één za-

terdag, één zondag en drie nachten deed kreeg

evenveel als iemand met vijf weekends en tien

nachten, in beide gevallen 20% dus. Hoe onzin-

nig ook, de overheid hield voet bij stuk.

Luc NeirynckEen donderslag bij heldere hemel was het nu ook weer niet, maar toch…. Deze zomer sijpelde plots het nieuws door dat de jeugdgevangenis van Ever-berg en de gevangenis van tongeren in het kader van de overheveling van het jeugdsanctierecht naar de Vlaamse gemeenschap moesten over gaan.

Waarom niet zo onverwacht?Zeker wat Everberg betreft niet. Dit is immers

een instelling waar uitsluitend minderjarigen

verblijven en hoewel eens het paradepaardje

van ex- Minister van Justitie Verwilghen, was

het wel duidelijk dat dit vooral draaide op

een scenario van de Gemeenschappen. Alleen

vreemd dat een collega (Open) VLD-er dit

sprookje van de �Witte Ridder� beëindigt.

Tongeren is een ander verhaal. Want naast

een kleine minderheid minderjarigen (een

5-tal) verblijven er vooral jeugdigen die onder

het ‘volwassen’-recht vallen. Dit zijn door de

jeugdrechter ‘uit handen gegeven jongeren’,

die door de aard van hun misdrijf als volwas-

sen worden berecht of ‘First Offenders’. Deze

laatste zijn jonge meerderjarigen tot 23 jaar

die van een apart regime ‘genieten’ omdat het

over eerste, kleinere, misdrijven gaat.

Onrust bij personeelAls ACV-Openbare Diensten reageerden we

prompt, want de onrust bij het personeel was

bijzonder groot!

Al vlug bleek dat de politieke beslissing (de

overheveling) niet terug te draaien was.

Daarop startte onze actie om alle mogelijkhe-

den voor het personeel te bekomen. Overgaan

naar de Vlaamse Gemeenschap ofwel behoud

binnen de Federale Overheid. Vrijwilligheid

was voor ons hét axioma. Een apart mutatie-

systeem op poten zetten was een must.

Vrijwel onmiddellijk konden wij contacten

leggen met de betrokken kabinetten binnen

de Vlaamse regering (Verherstraeten en Van

Deurzen). Daar bleek algauw dat men oor had

naar onze vraag naar vrijwilligheid voor alle

personeelsleden.

Zij willen gemotiveerde medewerkers en in

dit licht, maar ook gezien het wettelijk gege-

ven dat het hier slechts om een gedeelte van

een dienst ging, stonden zij achter ons ver-

zoek. Hun medewerking was verzekerd!

Maar dan kwam de kat van Justitie op de

koord. Zij konden niets zeggen, wisten van

niets. Het traditionele plaatje dat we nu al de

ganse legislatuur horen. Ze vertikten het zelfs

om een telefoontje te plegen naar de betrok-

ken kabinetten. De enen wentelden zich in

onschuld, de anderen in kil stilzwijgen. Blijk-

baar was het lot en de toekomst van hun per-

soneel niet prioritair.

Het was alleen na fel aandringen van de vak-

organisaties dat men, schoorvoetend, een

verklaring ondertekende, dat ze ‘principieel’

de vrijwilligheid zouden verdedigen.

Wordt vervolgd….

Page 11: Nieuwe Tijd - november 2013

federale overheid

lokale & regionale besturen

11

Stad Aalst: de besparingsnota dikt aanBenigne PietersHet bezuinigingsdossier voor de aalsterse stadsdiensten bestaat uit een be-knibbeling in de kosten van twintig procent de komende vijf jaar.

Het is een strategische nota die alle inkom-

sten en uitgaven beschrijft. Burgemeester

Christoph D’Haese laat weten dat het bespa-

ringsdossier half november moest rond zijn

om voor te komen op de gemeenteraad van

december.

Als ACV-Openbare Diensten hebben we al op

27 maart 2013 gevraagd welke richting de

eventuele besparingen zouden uitgaan. De

doelstelling is om per jaar 1% te besparen op

personeel. Hiervoor zullen geen naakte ont-

slagen vallen, maar zullen er geen (of weinig)

vervangingen gebeuren na pensionering. Het

college van burgemeester en schepenen heb-

ben toen reeds de opdracht gegeven aan het

managementoverleg om een planning uit te

werken voor deze besparing.

Tot nu toe heeft het huidige bestuur verder

gewerkt op basis van de begroting die door

het vorige bestuur opgemaakt werd. Pas nu,

met de nieuwe budgetopmaak en het BBC

(beheers en beleidscyclus) kan werk gemaakt

worden van de beleidslijnen van het nieuwe

bestuur. In vergelijking met de andere cen-

trumsteden zit Aalst aan de top qua perso-

neelskost.

Geen naakte ontslagenOp 5 november heeft ACV-Openbare Dien-

sten nogmaals gepolst naar de intenties van

het nieuwe bestuur. Het bestuur zou bij zijn

besluit blijven en opteert om geen naakte

ontslagen door te voeren. Daarnaast zullen

ook alle “niet-vervangingen” functioneel en in

het kader van de werkdruk bekeken worden

en eventueel via interne mobiliteit opgevan-

gen worden.

De dienstverlening mag er niet onder leiden.

In de toekomst komt er veel meer digitale

dienstverlening en een nieuw callcenter zal

opgestart worden. De verschillende diensten

die nu verspreid zitten over de stad, zullen sa-

men werken in een nieuw administratief cen-

trum waardoor het ook efficiënter werken zal

zijn. Dit is een deel van de prioritaire aanpak

waar het personeel flexibeler zal moeten zijn

om het behoud van de tewerkstelling moge-

lijk te maken.

Eerst zal er bespaard worden op de exploita-

tiekosten niet gebonden aan het personeel.

Er moet immers een evenwicht zijn tussen

exploitatie en investeringen die ook niet kun-

nen uitblijven om in de toekomst efficiënter te

kunnen werken.

Toch blijft ACV-Openbare

Diensten waakzaam. Ook

een contract van bepaal-

de duur niet verlengen

is een verdoken afslan-

king !

VakbondsactiesIn december waren er al enkele vakbondsacties,

zonder veel gevolg overigens. Wel erkende het

management bij Financiën dat de voorgestelde

bedragen toch wat aan de lage kant waren.

Tijdens de zomer bleek dat het toch menens

werd met het nieuwe systeem. Vakbondsacties

werden onafwendbaar; de overheid wou geen

wezenlijke wijzigingen aanbrengen aan het

systeem.

Op 9 september begonnen de douaniers van

de luchthaven van Zaventem met een stipt-

heidsactie. De andere luchthavens volgden.

Voor het einde van de eerste week startten de

stiptheidsacties in een aantal havens. Vooral de

haven van Antwerpen bleek voor de overheid

een teer punt te zijn. Er was dan ook veel pers-

belangstelling.

Het management van Financiën voelde zich

verplicht om toch een aantal stappen te zet-

ten. Na een week kwamen ze met het voorstel

om per nacht 30 euro, per zaterdag 50 euro en

per zondag 70 euro bovenop het bedrag van

de forfaits te betalen (bedragen bruto geïn-

dexeerd).

Onze militanten konden vrede nemen met het

voorstel en de acties werden beëindigd. De

ironie wil natuurlijk dat het prijskaartje voor

de overheid heel wat lager zou zijn uitgevallen

indien ze van bij het begin met ons hadden on-

derhandeld.

systeem nog niet bekendHet verhaal is evenwel nog lang niet af. We ken-

nen nu het financiële plaatje maar twee maan-

den voor het starten van het systeem is over

de werking van het systeem nog maar bitter

weinig geweten. Bijna overal zit men met een

nijpend tekort aan vrijwilligers voor het sys-

teem. In Antwerpen bijvoorbeeld had men eind

oktober maar 41% van de nodige vrijwilligers.

Wij vrezen dus dat het verhaal wordt vervolgd.

Erger nog, de ontevredenheid groeit ook in de

diensten buiten havens en luchthavens.

Het wordt een moeilijke jaarwisseling bij de

Douane!

Page 12: Nieuwe Tijd - november 2013

lokale & regionale besturen

12

Dit is niet nieuw. Gemeente en OCMW geven

al lang samen vorm aan het lokaal sociaal

beleid. Het gaat daarbij om sociale dienst- en

hulpverlening op het grondgebied en ook

over de sociale aspecten van alle lokale be-

leidsthema’s; wonen, werken, cultuur, jeugd,

welzijn, ouderenbeleid, …

De organieke decreten zorgden reeds voor

meer samenwerkingsmogelijkheden. De ver-

dere opheffing van de barrières voor samen-

werking was een leidmotief bij de recente

wijzigingen aan die decreten. Voortaan zetelt

de OCMW-voorzitter in de gemeenteraad, kan

er met één secretaris en financieel beheerder

worden gewerkt, kunnen werving en selectie

gemeenschappelijk, zijn personeelmobiliteit,

terbeschikkingstelling en overdracht van per-

soneel versoepeld en zorgt de BBC voor een

gemeenschappelijk boekhoudingsysteem.

De twee pijlers van het lokaal bestuur worden

in elkaars armen gedreven door de beleid-

smakers in Vlaanderen.

Daarenboven hebben veel besturen zich

voorgenomen het pad van de samenwerking

in te slaan tijdens de huidige legislatuur. Sa-

menwerking tussen gemeente en OCMW

komt zeer vaak terug in de bestuursakkoor-

den.

Ook op het werkveld merken we de afgelo-

pen jaren dan ook een dynamiek van ver-

sterkte samenwerking tussen gemeente en

OCMW. Deze samenwerking doet zich niet

enkel voor op het vlak van beleid, maar steeds

meer op vlak van ondersteunende diensten:

ICT, financiële diensten, technische diensten,

personeelsdiensten, … . Op die samenwer-

king gaan we hier verder in.

Schaalvoordelen

Samenwerken op vlak van ondersteunende

diensten is meestal ingegeven door de zoek-

tocht naar schaalvoordelen. Een grotere om-

vang van bepaalde activiteiten kan er voor

zorgen dat een beter resultaat kan worden

bereikt. Die effectiviteit vraagt vaak om speci-

alisatie en expertise. Die is soms pas mogelijk

wanneer men op een voldoende schaal kan

gaan werken. We kunnen hierbij denken aan

specialisatie op gebied van ICT, overheids-

opdrachten, HRM-management, kwaliteits-

beleid, aankoopbeleid, … Ook flexibiliteit en

continuïteit kunnen toenemen door samen-

werking. Daarbij kunnen we denken aan het

opvangen van afwezigheden of het verdelen

van het werk.

Verschillende vormen

Formele samenwerking tussen gemeente

en OCMW kan gebeuren volgens de vormen

die worden aangereikt door de decreten: sa-

menwerking rond een project of thema, ge-

structureerde samenwerking, integratie van

diensten, overdracht van diensten en verzelf-

standiging. Uit de praktijk blijkt dat informele

samenwerking ook heel vaak voorkomt. Daar-

bij zet men onderling een samenwerking op

zonder zich veel aan te trekken van de wet-

telijk structuren die daarvoor zijn voorzien. In-

formele samenwerking laat meer ruimte voor

vertrouwen en net dat blijkt een succesfactor

voor samenwerking. Beheersovereenkom-

sten en andere formele afspraken worden

daarentegen soms opgevat als instrumenten

van wantrouwen.

Daarenboven zijn gemeente en OCMW lang

niet voor elke (ondersteunende) activiteit de

aangewezen samenwerkingspartners. Alles

hangt af van de eigenheid van de activiteit

De wil om samen te werken moet

er zijn

Samenwerking tussen gemeente en OCMW ?Joris Lermyttesamenwerking tussen gemeente en ocMW is een nieuwe trend in de lokale besturen. samenwerking op gebied van ondersteunende diensten zou lei-den tot betere dienstverlening zo leren bestuurskundigen ons. al te vaak wordt er echter naar samenwerking gegrepen als middel om te besparen.

Page 13: Nieuwe Tijd - november 2013

13lokale & regionale besturen

waarrond samengewerkt wordt. Voor een

aantal vaak ondersteunende activiteiten kan

de gemeente de objectieve partner zijn van

een OCMW. Voor andere activiteiten, vaak

kernactiviteiten, zal de gemeente net geen

partner zijn. Daarbij is een streekgebonden

samenwerking over de gemeentegrenzen

heen dan veel meer aangewezen.

Voorwaarden

Telkens is het zaak op zoek te gaan naar de

goede schaalgrootte. Groot genoeg om

schaalvoordelen te realiseren. Niet té groot

om schaalnadelen te vermijden. Die kunnen

bestaan uit te veel bureaucratie, een lagere

bestuurbaarheid of het verlies van veldkennis

omdat besturen te groot worden. Verder kun-

nen schaalvoordelen pas optreden wanneer

taken van diensten in verschillende bestu-

ren vergelijkbaar zijn. Zo zal er waarschijnlijk

geen grote meerwaarde te vinden zijn in een

gemeenschappelijke aankoopdienst voor

een rusthuis en een technische dienst. De

schaaloefening moet dus gebeuren binnen

de specifieke context van het bestuur en de

activiteit. Een ideale schaalgrote voor een be-

stuur of een activiteit bestaat daarbij niet. Er

is maatwerk nodig, dat dan nog eens flexibel

is: samenwerking zal zich ontwikkelen en een

organisatie is permanent in ontwikkeling. Al is

het natuurlijk wel belangrijk dat men tijdens

een veranderingsproces zeer duidelijk is over

waar men naartoe wil.

Samenwerking mag verder geen doelstelling

op zich zijn. De doelstelling van de organisa-

tie moeten centraal blijven staan. In het geval

van de samenwerking tussen een gemeente

en een OCMW moet samenwerking dus ge-

richt zijn op een beter sociaal beleid en niet

op efficiëntie, bezuinigen of eenvoud. Daar-

enboven moeten belangrijke randvoorwaar-

den vervuld zijn om samenwerking te doen

slagen: er moet een cultuur van vertrouwen

aanwezig zijn, er is een stapsgewijze aanpak

nodig, en er moet voldoende tijd en capaciteit

beschikbaar zijn.

Een samenwerking opzetten vraagt ook een

grondige voorbereiding. Die moet vertrekken

van de analyse van de bestaande dienstverle-

ning. Op die basis kunnen per dienstverlening

verschillende mogelijke verbetertrajecten

tegen elkaar worden afgewogen. Interne oe-

feningen, samenwerking tussen gemeente en

OCMW, en samenwerking met andere part-

ners kunnen daarbij telkens in overweging

worden genomen. Op die manier kan een to-

taalscenario worden uitgewerkt.

Niet om te besparen

Samenwerking levert dus niet per definitie

een beter resultaat op. Daarvoor moeten de

voorgaande voorwaarden vervuld zijn opdat

een samenwerking haar vruchten zou afwer-

pen. Een duurzame samenwerking opzetten

zorgt dan ook op korte termijn niet voor een

besparing, maar vraagt net om investeringen:

tijd en inzet, een basis van vertrouwen, aan-

dacht voor een gemeenschappelijke cultuur,

aangepaste infrastructuur, … . Besparen is

dan ook geen goed motief om te gaan sa-

menwerken. Een samenwerking die daarente-

gen gericht is op het beter verrichten van de

kerntaken kan op termijn wel een besparing

opleveren.

Samenwerken mét het personeel

De sleutel tot een geslaagde samenwerking

ligt bij het personeel. Uiteindelijk zijn het de

personeelsleden die de samenwerking zul-

len waarmaken. Zij zullen op het terrein gaan

samenwerken en op die manier zorgen voor

een betere dienstverlening. Het is erg belang-

rijk voor beleidsmakers om te beseffen dat

het succes van een samenwerking zal afhan-

gen van de mate waarin het personeel zich

in de samenwerking kan vinden. Daarom is

een cultuur van vertrouwen steeds de nood-

zakelijke voorwaarde voor een constructieve

samenwerking. De wil om samen te werken

moet er zijn, en samenwerking en vertouwen

moeten zich samen ontwikkelen. Enkel een

samenwerking die goed is voor het personeel,

kan dus een goede samenwerking zijn.

Geen afschaffing van de OCMW’s

Sommige besturen vinden zelfs vandaag dat

samenwerking niet ver genoeg gaat en stre-

ven naar een fusie van gemeente en OCMW.

Voor ons gaat dat om vele redenen veel te ver.

Op de eerste plaats omdat daarbij de verschil-

lende finaliteiten van gemeente en vooral

OCMW in de verdrukking dreigen te komen.

Een lokaal vangnet voor de allerzwaksten is

een noodzakelijk onderdeel van ons sociaal

bestel. In elke gemeente moet men terecht

kunnen voor professionele hulpverlening en

maatschappelijke dienstverlening. Dit is een

kerntaak van de lokale besturen en die vraagt

om een verankering in een eigen structuur.

Op de tweede plaats gaat men bij een fusie

niet langer uit van de finaliteit van de beide

besturen. OCMW’s moeten zich blijven richten

op een beter sociaal beleid en gemeenten op

het algemeen belang: dat zijn twee verschil-

lende zaken die om een verschillende struc-

tuur vragen.

Op de derde plaats zijn gemeente en OCMW

op een aantal vlakken geen objectieve part-

ners. Waar zijn er bijvoorbeeld schaalvoorde-

len te rapen in het dichter bij elkaar brengen

van een technische dienst en een rusthuis?

Voor samenwerking op vlak van hun kernacti-

viteiten moeten gemeenten en OCMW’s zich

veel meer richten op andere gemeenten en

OCMW’s. Die voeren dezelfde activiteiten uit.

Het is dan ook niet meer dan logisch dat voor-

al daar schaalvoordelen én mogelijkheden tot

samenwerking liggen.

Page 14: Nieuwe Tijd - november 2013

lokale & regionale besturen

14

Iedereen weet natuurlijk dat veel steden en

gemeenten met financiële moeilijkheden kam-

pen en dat ingrepen nodig zijn, maar de manier

waarop het bestuur van Tienen de besparingen

aanpakt, kan voor ons echt niet door de beugel.

Een aantal voorbeelden:

• De aangekondigde vermindering van de

waarde van de maaltijdcheques met 50%,

komt in praktijk neer op een reëel koop-

krachtverlies van 59% voor de werknemer, of

een nettobedrag van +/- 750 euro per jaar.

Zeker voor mensen die in de lagere niveaus

werken, is dit een zware dobber. Bovendien

is deze besparing van 240.000 euro op een

totaal van 44.076.651 euro uitgaven in de

post “gewone dienst” slechts een druppel op

een hete plaat.

• De inlevering door schepenen (€ 65/maand)

en gemeenteraadsleden (€ 30 à 35/maand)

is peanuts in verhouding tot de vergoedin-

gen die zij voor hun mandaten ontvangen.

• Natuurlijke afvloeiingen in plaats van naakte

Skender Baleci & Amélie Janssensook antwerpen blijft niet buiten schot van de besparingen bij de lokale besturen. bij de ‘groep’ ant-werpen (stad-ocMW-Havenbe-drijf-zna-zorgbedrijf-autonome bedrijven) werken ongeveer 22000 personeelsleden. in de besparings-plannen van het college voorzag men een vermindering met 1425 personeelsleden tegen 2019.

Tienen zoekt besparingen op de verkeerde plaats!

Geen naakte ontslagen in Antwerpen

Veerle Putzeysondanks de constructieve samenwerking in het verleden koos het stadbe-stuur van tienen ervoor om zware besparingsmaatregelen via de pers aan te kondigen. Het begint helaas een kwalijke gewoonte te worden van vele besturen om de geijkte kanalen in de wind te slaan en onmiddellijk via de pers te communiceren. Wat ons voor voldongen feiten plaatst en het zeer moeilijk maakt om nog te wegen op de besluitvorming.

ontslagen leiden niet alleen tot de beoogde

inkrimping van het personeelsbestand, maar

ook tot minder ontevreden ex-werknemers

en dus minder ontevreden kiezers. En wat

met de werkdruk voor het overblijvende per-

soneel?

• “Geen naakte ontslagen”, zegt het bestuur,

maar toch… Een medewerkster krijgt na 26

jaar trouwe dienst de ene dag een contract-

verlenging en de dag nadien haar ontslag.

Terwijl een familielid van een lid van het ma-

nagement onlangs nog benoemd werd.

• Diensten die kerntaken vervullen worden

afgeschaft, met welke gevolgen voor de

gebruikers (de burger in nood) en de per-

soneelsleden die in de betrokken diensten

werken?

Algemeen kunnen we stellen dat het begro-

tingsprobleem in Tienen op het verkeerde ni-

veau wordt aangepakt. Uit objectieve cijfers en

statistieken van het Agentschap Binnenlands

Bestuur blijkt immers dat de laatste jaren de

ACV-Openbare Diensten vroeg onmiddellijk

enkele garanties:

• Dat er geen naakte ontslagen zouden vallen

in dezelfde periode;

• En dat het bestuur niet zou raken aan de ver-

worvenheden tot 2019.

Deze twee garanties kregen we van het stads-

bestuur. Natuurlijk wordt ook op andere ma-

nieren gezocht naar mogelijke besparingen.

Zo zullen de openingsuren van de loketten

aangepast worden en zal er dus met personeel

moeten geschoven worden. Wij vinden het als

schulden in de zogenaamde “buitengewone

dienst” (investeringen) exponentieel geste-

gen zijn. Daarom zijn wij van mening de stad

Tienen dringend zijn huiswerk opnieuw moet

maken!

In een eerste reactie hebben wij in gemeen-

schappelijk front met ACOD een open brief ge-

stuurd aan het stads- en OCMW-bestuur. Hier-

op werden wij door het bestuur uitgenodigd

voor een eerste gesprek op 7 november. Het

belooft een moeilijke discussie worden, maar

wij zullen ijveren voor evenwichtige maatrege-

len. Indien nodig zullen wij de onderhandelin-

gen met acties ondersteunen.

vakorganisatie belangrijk om ook dit soort re-

organisaties goed in de gaten te houden. We

moeten er bijvoorbeeld over waken dat de

nieuwe job die men personeelsleden aanbiedt

aansluit bij de vorige. Bovendien mag ook de

werkdruk niet over het hoofd gezien worden.

Op 12 november kregen we het tegenvoor-

stel te horen: de openingsuren op dinsdag en

woensdag blijven ongewijzigd, maar de twee-

wekelijkse zaterdagopening wordt uitgebreid.

Wij vinden dit alvast een beter voorstel dan het

oorspronkelijke plan.

Page 15: Nieuwe Tijd - november 2013

15vlaamse overheid

Tienen zoekt besparingen op de verkeerde plaats!

Volop veranderingen bij het GO!

Chris Herreman

De overheid zal in de noodzakelijke ondersteuning voorzien gedurende het traject.

Verhuis naar Willebroekkaai

Vanaf 2 januari volgend jaar nemen de centrale

diensten van het GO! hun intrek in de nieuwe

kantoorruimte aan de Willebroekkaai, dat “Huis

van het GO!” zal worden genoemd. Op de eer-

ste werkdag wordt er een feestelijk ontbijt aan-

geboden en is er een kennismaking voorzien

met de nieuwe werkplekken in het kader van

anders werken.

slissen wat het nog zelf zal doen in de toekomst

of m.a.w. focussen op kerntaken.

Veranderingstraject binnen de afdeling in-

frastructuur

Op 7 juni van dit jaar heeft de Raad van het Ge-

meenschapsonderwijs de missie, visie en kern-

taakstelling voor infrastructuur goedgekeurd.

In september ll. werd dan een implementatie-

plan voorgelegd, dat de te nemen stappen en

timing vastlegt voor de transitieperiode van

t/m augustus volgend jaar.

Gelet op het feit dat het hier om inhoudelijke

wijzigingen gaat van de huidige werkzaamhe-

den, hebben wij meer duidelijkheid gevraagd

over de wijze waarop deze veranderingen zullen

worden geconcretiseerd. De overheid zal in de

noodzakelijke ondersteuning voorzien gedu-

rende het volledige implementatietraject. Indien

nodig zullen wij aandringen op bijsturingen.

Focus op kerntaken!

Bij de bespreking van het personeelsplan op

het laatste overleg van 8 oktober 2013, is dui-

delijk gesteld dat het goedgekeurde plan maar

schoorvoetend zal worden uitgevoerd omwille

van de budgettaire beperkingen. Bij het GO!

heeft men meer dan de gevraagde 6,5% kop-

pen bespaard, maar de Vlaamse regering heeft

dit aantal bevroren.

Er werd binnen de directieraad een prioriteiten-

lijst van wervingen opgesteld, waaruit bij elke

uitstroom telkens zal worden overwogen wie er

al dan niet wordt vervangen.

De afgevaardigd bestuurder benadrukte dat

men er tot op heden is in geslaagd om niet tot

naakte ontslagen te moeten overgaan. Zij ging

zelfs nog een stap verder door te stellen dat het

GO! moet durven verder kijken en desnoods be-

Page 16: Nieuwe Tijd - november 2013

16

zorg

Jan MortierMinister onkelinx sluit verpleegkundigen die tewerkgesteld zijn in een psy-chiatrisch verzorgingstehuis (pVt) en die over een bijzondere beroepstitel of bijzondere beroepsbekwaamheid in de geestelijke gezondheidszorg beschik-ken of zouden kunnen beschikken uit van het voordeel van de premie.

In het Belgisch Staatsblad van 15 mei 2013

verschenen de ministeriële besluiten tot vast-

stelling van de criteria voor erkenning van de

bijzondere beroepstitel (BBT) of bekwaamheid

(BBB) van een verpleegkundige met een bij-

zondere deskundigheid in de geestelijke ge-

zondheidszorg en psychiatrie (zie Nieuwe Tijd

van juni 2013).

De erkenning houdt echter niet in dat er ook

een premie kan worden uitbetaald voor deze

titel of bekwaamheid. Daarvoor moet worden

nagegaan of er voldaan is aan de voorwaarden

van het financieringsbesluit (koninklijk besluit

van 28 december 2011).

De premie kan enkel worden toegekend aan

verpleegkundigen die de titel of de bekwaam-

heid bezitten en die effectief tewerkgesteld zijn

in het ziekenhuis in een erkende dienst, in een

erkende functie of in een erkend zorgprogram-

ma die deze specialisatie voorziet. Verpleeg-

kundigen tewerkgesteld in een PVT of ook bijv.

in een dienst voor beschut wonen vallen dus

uit de boot.

ACV-Openbare Diensten hoopte dat dit nog

kon worden geregeld door in het KB de PVT’s

toe te voegen. Wij zagen helemaal niet in waar-

Jan MortierDe indieners van de nieuwe financieringswet “vergeten” zowaar minstens 115 miljoen voor de woonzorgcentra.

Het sociaal akkoord 2013 voorziet in maatrege-

len ter bevordering van bijkomende werkgele-

genheid ten bedrage van 40 miljoen euro voor

o.a. het derde luik. Het voorzag ook in een bij-

komende enveloppe van 10 miljoen euro o.a.

voor het optrekken van het barema zorgkundi-

gen en de tweede pensioenpijler.

In de twee vorige nummers van de Nieuwe Tijd

werden de belangrijkste accenten uit de zesde

staatshervorming voor de zorgsector toege-

licht. De volledige bevoegdheid over oude-

renzorg (inclusief de RVT’s en de ROB’s) wordt

overgeheveld naar de gemeenschappen. Uiter-

aard moet de federale overheid ook voorzien

in de noodzakelijke financiering zodat deze

bevoegdheden ook effectief kunnen worden

uitgeoefend. In de Kamer werd op 23 juni een

voorstel tot nieuwe financieringswet neerge-

legd. Er wordt daarbij vertrokken van een soort

“basisbedrag” voor ouderenzorg dat wordt

vastgelegd op bijna 3,3 miljard euro voor het

begrotingsjaar 2013. Dit bedrag zou moeten

overeenstemmen met de huidige totale begro-

tingskredieten voor deze sectoren voor 2013.

Maar wat blijkt nu ?

• In dit basisbedrag werd geen rekening ge-

houden met de financiering van het sociaal

akkoord 2013, voor de bevordering van bij-

komende werkgelegenheid ten bedrage van

bijna 36 miljoen euro !

• Evenmin werd rekening gehouden met de

supplementaire enveloppe die is voorzien in

het sociaal akkoord 2013 en dat o.a. bestaat

uit het optrekken van het barema zorgkun-

digen. Een vergetelheid van ongeveer 3,8

Geen premievoor titel of bekwaamheid voor verpleegkundigen in een PVT

Respect voor sociale akkoorden in de zesde staatshervorming?

om verpleegkundigen, gespecialiseerd in de

geestelijke gezondheidszorg en de psychiatrie

en werkzaam in een PVT, geen premie konden

krijgen terwijl voor verpleegkundigen die in

een psychiatrische afdeling van een ziekenhuis

werken dit wel kan. Voor de openbare sector

is dit in Vlaanderen vooral van belang voor de

psychiatrische verpleegkundigen van de psy-

chiatrische zorgcentra van Geel en Rekem.

ACV-Openbare Diensten heeft er bij minister

Onkelinx sterk op aangedrongen om het KB

aan te passen. In een recent antwoord maakt

Onkelinx er zich makkelijk van af door te stellen

dat de eerste premies pas in september 2014

zullen worden uitbetaald en dat dan de over-

heveling van de PVT’s naar de deelstaten reeds

een feit is (zesde staatshervorming).

Het komt er dus op neer dat Onkelinx geen

miljoen euro.

• Onlangs werd tussen de federale overheid

en de deelstaten een uitbreidingsbudget

goedgekeurd voor bijkomende bedden in

de ouderenzorg van 75,2 miljoen euro. Ook

dit bedrag is niet terug te vinden in het zo-

genaamde “basisbedrag”.

Het niet aanpassen van deze bedragen zou

een verlies aan middelen inhouden voor de

deelstaten van bijna 115 miljoen euro, die

daarenboven – zeker de eerste twee – jaarlijks

“terugkerend” zijn.

Ook over andere maatregelen, zoals de finan-

cieringen via de Sociale Maribel, de tweede

pensioenpijler is het thans onduidelijk of en

op welke manier deze middelen zullen worden

getransfereerd naar de deelstaten.

Voor ACV-Openbare Diensten is het duidelijk:

• de sociale akkoorden moeten gerespecteerd

worden, ook na de zesde staatshervorming

Page 17: Nieuwe Tijd - november 2013

Respect voor sociale akkoorden in de zesde staatshervorming?

bijzondere korpsen

Te veel jonge militairen verlaten opleiding Walter Van den Broeck Verband tussen attritie en aantrekkelijke werkgever: Defensie wil aan-trekkelijker leger voor jeugd

In de kranten konden we lezen dat Defensie

een aantrekkelijker leger wil voor de jeugd

omdat te veel jonge militairen de opleiding

verlaten.

attritieproblematiekACV-Openbare Diensten kaart al lang de

problematiek aan van de grote uitstroom

van jonge militairen. In het laatste secto-

raal akkoord, dat alweer dateert van 2008,

bevonden zich enkele punten die in de lijn

liggen van de mogelijke oplossingen en die

ook in het artikel worden aangekaart zoals

een betere verloning, educatief verlof, er-

kenning van opleiding, …

Ook tijdens de transformatie heeft ACV-

Openbare Diensten verschillende denkpis-

tes aangereikt om de uitstroom van jonge

militairen te verminderen.

In onze Flash Defensie van 2011: “Perso-

neelspolitiek defensie – Chaos?”(*) waarin

we de gevolgen van de transformatie aan-

kaartten, gaven we tevens de boodschap

mee dat het beste rendement wordt gele-

verd door tevreden militairen.

Eveneens lanceerden we al enige tijd het

voorstel om een platform “Benefits” uit te

werken. Ondanks het engagement van de

minister op 10 januari 2012, moeten we

nog steeds lobbyen om een aantrekkelijk

aanbod van voordelen te bekomen voor de

militairen.

In het kader van het terugdringen van de

attritie, en om defensie op te waarderen

tot een aantrekkelijke werkgever, lanceerde

ACV-Openbare Diensten, zowel aan de mili-

taire overheid als aan het kabinet van defen-

sie, verschillende concrete voorstellen.

Deze voorstellen behandelden vele aspec-

ten tot succes. Zo vinden we het belangrijk

dat elke militair zijn eigen loopbaan kan

plannen. In dit kader stelden we de overheid

voor om loopbaanbegeleiding buiten het

departement toe te kennen aan de militair,

de militair mee te laten bepalen welke com-

petenties hij wil verkrijgen, educatief verlof

te voorzien voor vormingen buiten het de-

partement, soepel om te gaan met de deel-

name of het uitstel aan statutaire cursus-

sen, flexibel om te gaan met arbeidstijden,

trachten militairen te laten werken dicht bij

de woning, een tussenkomst te voorzien in

de grote onkosten van woon-werkverkeer

(zeker bij grote afstanden), standplaatsze-

kerheid te bieden, belang te hechten aan

de sociale en familiale noden van de militair,

een echte sociale promotie te voorzien, … .

Een voorbeeld:In het kader van het flexibel omgaan met ar-

beidstijden heeft ACV-Openbare Diensten

tijdens de onderhandeling van de transfor-

matie onder druk verkregen dat een militair

op eigen initiatief tot 12 uur compensatie

per maand zou kunnen opbouwen. Vanaf

het begin werd die maatregel door zowel de

diensten van de algemene directie human

resources als in de eenheden uitgehold of

niet toegepast. Nochtans zou dit de eerste

stap geweest zijn in de goede richting.

Eveneens stellen we vast dat de comman-

do’s van verschillende eenheden proberen

het systeem van de glijdende uren in te

krimpen.

Door verkeerde beslissingen of door op-

nieuw te grijpen naar oude foutieve ge-

woontes zal men deze problematiek niet

oplossen!

ACV-Openbare Diensten vraagt ONMIDDEL-

LIJKE ACTIE:

• Creëer nog in 2013 een succesverhaal

door het dossier “BENEFIT” te realiseren.

• Nodig ons uit voor een open gesprek

rond de oplossing van attritie.

17

uitbreiding wil naar de PVT’s en eigenlijk bot-

weg zegt: “Je moet maar gaan aankloppen

bij de Vlaamse regering”. Wel, ACV-Openbare

Diensten bijt zich verder vast in het dossier en

zal de Vlaamse overheid vragen naar haar in-

tenties. Wij vrezen echter dat de bal zal terug-

gespeeld worden naar de federale regering, al

is het maar omdat de erkenning van de titels

en bekwaamheden ook na de zesde staatsher-

vorming federale materie blijft. Dit zal het laat-

ste pingpongspelletje niet zijn, zoveel is zeker.

Wordt dus vervolgd.

Indien u twijfelt of u in aanmerking kunt ko-

men voor de erkenning en/of de uitbetaling

van de premie voor deze of andere bijzondere

titels of bekwaamheden kan u steeds terecht

bij uw gewestelijk secretariaat.

• de overheveling van bevoegdheden mag

geen enkel negatief effect hebben op het

personeel van de betrokken instellingen

ACV-Openbare Diensten heeft nu meer en ge-

detailleerde uitleg gevraagd aan de eerste mi-

nister. Indien onze bevindingen kloppen en de

bedragen niet zijn opgenomen in het “basisbe-

drag” moet de regering haar verantwoordelijk-

heid nemen en de nodige amendementen op

het voorstel in het parlement indienen.

Meteen werd ook van de gelegenheid gebruik

gemaakt om de problematiek van de tweede

pensioenpijler voor de contractuelen in de fe-

derale openbare gezondheidssectoren aan te

kaarten. De eerste middelen hiervoor werden

reeds in 2006 gestort. Niettegenstaande ons

herhaaldelijk aandringen, moeten wij vaststel-

len dat de regering dit dossier maar op de lan-

ge baan blijft schuiven en dit kan voor ons niet

verder. Nog voor het einde van het jaar moet er

duidelijke vooruitgang worden geboekt!

Page 18: Nieuwe Tijd - november 2013

18

bijzondere korpsen

gen aan alle leidinggevenden, m.b.t. juri-

dische en administratieve bijstand, erken-

ning arbeidsongevallen, vergoeden van

alle (medische) kosten, opvang en psycho-

logische bijstand slachtoffers, enz. …

op niveau van justitie :• Een lik op stuk beleid !

• Een duidelijke omzendbrief van de Procu-

reurs-generaal (COL) naar de parketten met

als doelstelling : “Geweld tegen politieamb-

tenaren moet steeds een gerechtelijk ver-

volg krijgen”;

• Een reële juridische bescherming van de

slachtoffers door onder meer het persoon-

lijk adres van de slachtoffers steeds af te

schermen.

• Potentiële daders dienen afgeschrikt te

worden door niet alleen de straffen te ver-

zwaren maar door effectieve straffen op te

leggen, in welke vorm dan ook, straffen die

ze werkelijk voelen !

• De schade, zowel van het slachtoffer en fa-

milie zelf, als van de politiezone of eenheid,

dient steeds verhaald te worden op de da-

der.

• Een strenge aanpak van de valse klachten

In een langdurig onderhoud met beide voog-

dijministers tijdens de manifestatie werden

door hen volgende maatregelen verkondigd:

op het niveau van binnenlandse zaken :1. Een specifieke opleiding voor het beheer

van de human ressources eind 2013 voor

de HRM-verantwoordelijken

2. Een interne website 2013 met nuttige en

noodzakelijke informatie

3. Een nieuw gepubliceerde rondzendbrief

Op 6 september 2012 ging de werkgroep

‘aanpak geweld op politieambtenaren’ van

start. Meer dan een jaar nadien is er van een

concrete aanpak weinig of niets te bespeu-

ren. Altijd moet er bloed vloeien vooraleer

politici in gang schieten. ACV Politie heeft

dan ook een gemeenschappelijk vakbonds-

front gevormd welke binnen de week een

manifestatie op poten zette. En het werd een

succes. Woensdag 23 oktober betuigden naar

schatting 5.000 collega’ s hun ongenoegen

in een lawaaierige optocht naar de Wetstraat

te Brussel. We wensen dan ook iedereen van

harte te danken voor hun massale steun en

opkomst in de strijd tegen het geweld, in het

bijzonder een woord van dank voor de familie

en de collega’ s van Mario.

Onze eisen werden voorafgaand aan de

manifestatie overgemaakt aan de regering.

Volgens ons moet het geweld tegen politie-

ambtenaren aangepakt worden door middel

van het uitvoeren van een globaal plan met

volgende punten:

op het niveau van binnenlandse zaken :• Een verbetering van de rechtspositie van

de politieambtenaren welke slachtoffer

zijn;

• Uitvoering van de eerder genomen enga-

gementen;

• De uitvoering van alle (72) aanbevelingen

van de werkgroep preventie;

• Het voorzien van alle nodige bescher-

mingsmiddelen waardoor politiemensen

hun taken in alle veiligheid kunnen uitvoe-

ren;

• Het afwerken van het draaiboek, en het

door middel van een omzendbrief opleg-

het geweld tegen

politieambtenaren moet aangepakt

worden

Wij zijn ‘de armen der wet’

Jan Adamaltijd is er een spreekwoordelijke druppel nodig die de emmer doet overlo-pen. En deze maal waren het de zware incidenten in de politiezone Houtha-len-Helchteren waarbij onze collega Mario ghijs zwaar werd verwond aan het hoofd en meerdere weken in coma lag. Deze gewelddaad heeft een zwa-re impact gehad op zijn gezin, familie, vrienden en collega’ s.

© Glenn Elet

Page 19: Nieuwe Tijd - november 2013

19bijzondere korpsen

Wij zijn ‘de armen der wet’

voor juridische steun bij fysieke of morele

schade en valse klachten (BS 8 maart 2013

– GPI 72)

4. Statutaire verbeteringen voor politiebe-

ambten die het slachtoffer zijn van geweld-

daden:

a. wanneer een politiebeambte na een

gewelddaad een traumatische ervaring

heeft opgelopen moet een herplaatsing

binnen de geïntegreerde politie moge-

lijk zijn;

b. de rechtstreekse financiering door de

overheid van kosten opgelopen door

politieslachtoffers van geweld;

c. een aanrekening van de arbeidstijd bij

burgerlijke partijstelling;

d. gebruiksvriendelijker maken en versnel-

len van bestaande procedures inzake

rechtsbescherming en juridische steun;

e. Een “stress team” is opgezet voor de po-

litie en de familieleden van de politie-

beambte die slachtoffer is van geweld

(bestaande modaliteiten in herinnering

brengen);

f. Een interne bevraging van de politie-

slachtoffers gepubliceerd over in novem-

ber ’13;

g. Een centrale registratie van het geweld

tegen de politie;

h. Een sensibiliseringscampagne ‘respect

voor openbare gezagsdragers’;

i. Een basis- en voortgezette opleiding met

betrekking tot geweldbeheersing;

j. Voortaan een kogelwerende vest voor

elke aspirant (was reeds een feit);

k. Nieuwe subsidies voor het aanschaffen

van beschermingsmiddelen voor de lo-

kale en de federale politie;

l. De federale reserve (FERES) en de inter-

ventiekorpsen zijn versterkt wat moet

zorgen voor een betere steun aan de zo-

nes;

m. Een omzendbrief met betrekking

tot de risicoanalyse;

n. Bodycams voor een objectieve weergave

van de feiten;

o. Een interventienummer in plaats van de

naam voor de identificatie van politiebe-

ambten;

op niveau van justitie :1. Toepassing van het snelrecht;

2. Reële bestraffing en uitvoering van de straf;

3. Betere registratie;

4. Een geweldsprotocol opgesteld tussen

politie en justitie, met daarin een stappen-

plan – Ministeriële omzendbrief en een om-

zendbrief van het College van Procureurs-

Generaal (COL).

Sommige van deze maatregelen zijn reeds

lang onderhandeld doch worden geblok-

keerd door Ambtenarenzaken of Begroting.

Bedankt heren Bogaert en Chastel vanwege

de slachtoffers van geweld wegens het ver-

zuimen politieke verantwoordelijkheid op te

nemen.

Hoewel Minister van Justitie, mevrouw Turtel-

boom, het geweld scherp veroordeelt zijn we

toch terughoudend en zwaar teleurgesteld in

justitie die geen stuk-op-lik-beleid voert. We

stellen nog altijd vast dat daders van geweld

t.o.v. politiepersoneel vrij kort na hun daden

door justitie op vrije voeten worden gesteld.

Dit is totaal onaanvaardbaar en onbegrijpelijk.

We zijn tevens op onze hoede wat betreft de

middelen voor de Federale Politie die stel-

selmatig verder worden afgebouwd. Deze

laatste kan niet meer de noodzakelijk steun

leveren waar nodig door de aanhoudende

besparingen opgelegd door de huidige en de

vorige Regering.

Wat Patrick Dewael op onze manifestatie

kwam doen is een open vraag. Als gewezen

minister van Binnenlandse Zaken heeft hij

géén poot uitgestoken in het toen door ons

aangekaarte dossier van geweld en valse

klachten, integendeel.

Vierdagenwerkweek en halftijds werken bij politieHalf oktober ‘13 werd het ontwerp van koninklijk besluit eindelijk goed-gekeurd door de Ministerraad dat de vierdagenweek en het halftijds wer-ken voor de personeelsleden van de politie regelt.

De vierdagenweek en het halftijdse werken vanaf 50 en 55 jaar worden van toepassing bij de

geïntegreerde politie en de algemene inspectie van de federale en lokale politie. Het stelsel

voor het federaal openbaar ambt wordt grotendeels overgenomen met twee uitzonderin-

gen:

• De minister, de burgemeester of het politiecollege kunnen personeelsleden met een be-

paalde graad of mandaat van het stelsel uitsluiten.

• De prestaties bij de vierdagenweek worden gespreid over vier werkdagen. Een andere

spreiding op weekbasis is mogelijk mits een akkoord.

Het ontwerp kreeg reeds meer dan een jaar een positief advies van het onderhandelingsco-

mité voor politiediensten en wordt nu voorgelegd aan de Raad van State.

© Glenn Elet

Page 20: Nieuwe Tijd - november 2013

20

vervoer

Actie Red je rijtijd - HasseltThomas Vael onze actie www.redjerijtijd.be kende een succesvolle start op 22 oktober in Hasselt. Er was veel aandacht van pers, chauffeurs en reizigers. De reacties via onze site stromen binnen. Hieronder een beperkte selectie. laat ook jouw stem de komende maanden horen, stop de race!

• Door onhaalbare rijtijden nemen stress en

spanningen toe tussen reizigers en chauf-

feurs. Ik ben graag chauffeur maar als dit

blijft duren vrees ik dat we er onderdoor

gaan.

• Als ik vier uur gereden heb las ik zelf een

pauze in. Ik werk sinds 1992 voor de lijn en

het word altijd drukker. Ik moet voor mezelf

opkomen!

• Het is voor tramchauffeurs onmogelijk om

tijdens de pauze die wij in theorie krijgen

tot rust te komen, te eten, en naar de WC te

gaan, als wij steeds te laat komen;

• Naar mijn mening zouden wij chauffeurs

steeds moeten rijden volgens de voorziene

rusttijden op de rittenbladen. In de praktijk

betekent dit jezelf veel problemen op de

hals halen.

• Ik stel mij ook al jaren de vraag: wat als wij

na uren onafgebroken achter het stuur, een

ongeval veroorzaken met dodelijke afloop?

• Zeer goed initiatief en niets te vroeg! Op

sommige dagen komen we gedurende een

volle shift geen enkele keer vanachter ons

stuur uit. Ik nodig de minister uit om eens

een dagje mee te rijden op de lijnen Brus-

sel-Leuven.

Page 21: Nieuwe Tijd - november 2013

21vervoer

• Ik ben jaren vrachtwagenbestuurder ge-

weest en daar wordt er veel strenger op

toegekeken. Als buschauffeur gelden deze

normen niet, ondanks het feit dat we MEN-

SEN vervoeren.

• Als mensen op vakantie gaan met de wa-

gen nemen ze regelmatig rust. Wij kunnen

dit niet en rijden alle dagen 8 tot 10 uur!

• Tijdens de opleiding leert me over de te respecteren rij-

en rusttijden; in de praktijk is hier al te vaak geen sprake

van. Voor een beginnend chauffeur als ik is dit vaak zeer

stresserend.

• Tussen 8 en 19u is de maximum pauze

meestal een minuut of 3 maximum. Ex-

treem vermoeiend na diensten van 8-9 uur

in het moordend stadsverkeer. Als we toch

pauze willen nemen, moeten we vaak tijd

inhalen waardoor de veiligheid in het ge-

drang komt.

• Leuk om te zien dat ACV dit groot probleem

onder de aandacht brengt.

• Ik heb liever bustijden die iets later worden

ingepland, maar een juiste tijd weergeven.

Zo sta ik in de winter geen 20 minuten aan

de halte te verkleumen met in het achter-

hoofd dat de bus misschien te vroeg weg

was om de chauffeur rust te gunnen.

Page 22: Nieuwe Tijd - november 2013

22

vervoer

Jan CoolbrandtEen korte historiek: in een brief van de Vlaamse pachters van 3 oktober jl. werd ons meegedeeld dat zij niet konden instemmen met de toekenning van het anciënniteitsverlof (1 dag) aan hun werknemers.

worden uitbetaald aan de werknemers

van de sector. Uiteraard dienen de regels

vastgelegd in de cao 90bis te worden ge-

respecteerd. Bij deeltijdse tewerkstelling

wordt het bedrag geproratiseerd in functie

van het arbeidsregime;

• Fietsvergoeding: met ingang van 1 janu-

ari 2014 wordt de vergoeding opgetrokken

naar 0,21 euro/kilometer;

• Anciënniteitsverlof: met ingang van 1 janu-

ari 2014 wordt een dag anciënniteitsverlof

ingevoerd voor alle leden van het rijdend

personeel met vier jaar anciënniteit. De

toekenning ervan gebeurt op basis van de

dienstanciënniteit verworven op 1 juli van

het toekenningsjaar.

Bij deeltijdse tewerkstelling wordt het an-

ciënniteitsverlof geproratiseerd in functie

van het arbeidsregime;

• Geldelijke loopbaan: het einde van de

Meteen dienden de vakbonden – ABVV en

ACV-Openbare Diensten – een stakingsaan-

zegging in die afliep op 16 november. Met an-

dere woorden: er kon geen akkoord worden

gemaakt zonder een vergelijk of een oplos-

sing voor de toekenning van het anciënni-

teitsverlof.

Op 5 november vond een bijeenkomst plaats

tussen werkgevers en werknemers. Doel: het

alsnog vinden van een compromis .

Tijdens deze vergadering werd een akkoord

bereikt over het heikele punt en werd meteen

een ontwerp van protocolakkoord afgeslo-

ten, waarin alle punten van het akkoord wer-

den vastgelegd.

Het betreft:

• Bonus: in de maand augustus 2014 zal een

bonus van 140 euro bruto ( niet recurrent)

Sociale programmatie 2013-2014:naar een ontwerp van protocolakkoord voor de Vlaamse pachters.

Onze beschikbaarheid

en service naar onze interne klanten is heel belangrijk.

geldelijke loopbaan wordt vanaf 1 januari

2014 verlengd met de toekenning van een

halve biënnale na 2 jaar.

• Uniform: de werkgevers die werkkledij ter

beschikking stellen betalen een jaarlijkse

vergoeding voor het onderhoud van de

kledij van 26,88 euro per jaar. De werkge-

vers die geen werkkledij ter beschikking

stellen betalen een maandelijkse vergoe-

ding van 8,05 euro per maand. De sjaal,

de muts, het thermisch ondergoed en de

fleece worden aan de kledijmassa toege-

voegd.

Er moet ook nog worden aan toegevoegd dat

de cao die voorziet in de verlenging tot eind

2014 van onze brugpensioenregeling reeds

was afgesloten. Tevens moet ook worden

vermeld dat de individuele pensioenbijdrage

(pensioenplan van de werknemers uit de sec-

tor) voor de werknemers en betaald door het

sociaal fonds zowel in 2013 als in 2014, 210

euro zal bedragen ( in 2012 was het bedrag

vastgelegd op 144 euro). Deze twee maatre-

gelen gelden uiteraard ook voor de speciale

diensten en de autocardiensten.

In dat verband moet nog worden vermeld

dat de gesprekken in deze twee sectoren op-

nieuw zijn hervat. Bij het ter perse gaan was

het resultaat van deze onderhandelingen nog

niet bekend.

Autobus-autocar:

De eindejaarspremie 20131. Rijdend personeel ‘Openbare autobus-

diensten’: € 2.648,05

2. Rijdend personeel ‘Speciale diensten’:

€ 1.949,85

3. Rijdend personeel ‘Autocardiensten’:

Premie t.b.v. € 1.949,85

4. Garagepersoneel:

uurloon december x 38 x 52

12

Het voorschot uitbetaald door het Sociaal

Fonds ten bedrage van 110 euro (bruto)

moet wel in mindering worden gebracht.

Het bedrag wordt door het Sociaal Fonds

aan de werknemer betaald rond 15 decem-

ber 2013.

Hierna vinden jullie de toepassingsmodali-

teiten in de verschillende sectoren.

Page 23: Nieuwe Tijd - november 2013

pensioenen 23

Joris LermytteEén op de tien gepensioneerde ambtenaren loopt een hoog armoederisico. Minimumpensioenen zouden gepensioneerden moeten behoeden voor ar-moede, maar slagen daar niet altijd in. niet iedereen heeft immers recht op een minimumpensioen of een volledig minimumpensioen.

ambtenarenpensioenen onder de armoedegrensIn 2010 loopt 15,3% van de Belgische bevol-

king een armoederisico. Hun equivalent

inkomen is lager dan de armoededrempel

die voor dat jaar 12.005 euro, of 1.000 euro

per maand, bedraagt. Onder gepensioneer-

den ligt het armoederisico hoger. 17% loopt

er een armoederisico. Ter vergelijking: bij

werkenden bedraagt het armoederisico 4%.

Van de gepensioneerden die uitsluitend

recht hebben op een overheidspensioen

ontvangt 10% een pensioen onder de armoe-

degrens. Daarmee valt de armoede onder

de gerechtigden op een overheidspensioen

lager uit dan die onder de gerechtigden op

een werknemerspensioen en het gemiddelde

van de bevolking. Ze blijft een pak hoger dan

onder werkenden.

Het minimumpensioenHet minimumpensioen heeft tot doel gepen-

sioneerden een waardig pensioen te bieden dat

hen behoedt voor armoede. Pensioenen onder

de minimumgrens worden daartoe verhoogd

met een supplement. Dat supplement zorgt er

voor dat het totale pensioen gelijk wordt aan

het minimum. Gezien de minimumgrenzen bo-

ven de armoedegrens liggen zouden ze gepen-

sioneerden moeten behoeden voor armoede.

Zoals blijkt is dat echter vaak niet het geval. Niet

iedereen heeft immers recht op een minimum-

supplement. Om het supplement te verkrijgen

dient men aan voorwaarden voldoen. Voor een

rustpensioen dient men 20 jaar dienst bewijzen,

Het minimumpensioen voor ambtenaren

Het minimumpensioen heeft tot doel gepensioneerden een waardig pensioen te bieden

dat hen behoedt voor armoede.

uitgezonderd wanneer men gepensioneerd is

wegens lichamelijke ongeschiktheid. Daarenbo-

ven dient men ook minstens halftijds te hebben

gewerkt en mag men na de loopbaan bij de

overheid niet buiten de overheid aan de slag

zijn gegaan.

De bedragenDe minimumpensioenen werden voor het

laatst verhoogd in 2010. De verdere verhoging

van de minimumdrempels blijft voor ons een

steeds terugkerende vraag aan de regering.

Rustpensioen wegens leeftijd of dienstanciënniteit

alleenstaand gehuwd

bruto/ m € 1.286,85 € 1.608,41

Rustpensioen wegens lichamelijke ongeschiktheid

50% referentiewedde (5j) 62,5% referentiewedde (5j)

benedengrens bruto/ m < € 1.286,85 < € 1.608,41

bovengrens bruto/ m > € 1.809,32 > € 2.261,64

Overlevingspensioen

bruto/ m € 1.121,72 (bedragen aan de huidige index)

VerminderingenWanneer men aan de voorwaarden voldoet

voor een minimumpensioen, heeft men niet

steeds recht op het volledige minimum. Op de

minimumgrenzen worden nog een aantal ver-

minderingen toegepast. Wanneer men niet

steeds voltijds heeft gewerkt en geen 20 vol-

ledige jaren dienst kan bewijzen worden de

minimumgrenzen verminderd in verhouding

tot de gepresteerde loopbaan. Wanneer men

bijvoorbeeld 30 jaar halftijds heeft gewerkt

worden de minimumgrenzen gehalveerd.

De uitbetaling van het minimumsupplement

wordt ook geschorst bij een beroepsinkomen

boven de 977,25 euro bruto per jaar. Ook

andere pensioenen of renten worden van het

supplement afgetrokken. De inkomsten van

de echtgenoot worden van het supplement

afgetrokken, uitgezonderd een vrijstelling van

325,75 euro per maand. Aan elke gehuwde

gepensioneerde wordt evenwel een basismi-

nimumbedrag gewaarborgd. Dat bedraagt

723,73 euro per maand.

igoVoor wie ouder is dan 65 jaar biedt de Inko-

mensgarantie voor ouderen (IGO) een bijko-

mende minimumdrempel. De toekenning van

de IGO is echter gekoppeld aan een bestaans-

middelenonderzoek. Voor wie alleen woont

bedraagt de IGO momenteel 1.011,70 euro

per maand. Voor wie samenwoont bedraagt

ze 674,46 euro per maand.

Page 24: Nieuwe Tijd - november 2013

Bekijk al de fi lmpjes op de facebookvan ACV-Openbare Diensten en maak kans op een iPad!

Al deze collega’s werden in de bloemetjes gezet.En da’s graag gedaan!

131112_ACV_najaar2013_AFF_A2_DEF.indd 3 12/11/13 15:10