Nieuwbouw en ict

40
Nieuwbouw en ict bij scholen in het primair onderwijs

description

Nieuwbouw en ict

Transcript of Nieuwbouw en ict

Page 1: Nieuwbouw en ict

1

Nieuwbouw en ict bij scholen in het primair onderwijs

Page 2: Nieuwbouw en ict

2

Page 3: Nieuwbouw en ict

3

17 december 2010

J.B.Dietz (TNO)W.Lockefeer (VKA)

Nieuwbouw en ict bij scholen in het primair onderwijs

Page 4: Nieuwbouw en ict

4

Met dank voor bijdragen van:

R.K. Basisschool De Dijsselbloem te Voorburg

Mohcine Laghmich, directeur

Olaf de Groot, ict-coordinator en leerkracht

Gideonschool te Nieuwerkerk aan den IJssel

(Brede school Esse Zoom)

Ad Spelt, bovenschools ict-coordinator voor de

Vereniging Protestants Christelijk Primair Onderwijs

Stichting Lucas Onderwijs

Liesbeth Wieland, bestuursadviseur

Suzan de Winter, projectleider

AB-ZHW

Peter Honselaar, directeur

Paul Veringa, senior beleidsmedewerker

I.T.S. Computers

Ronald Smeijers

De Haagse Scholen, Facilitair bedrijf en ict

Sonja Pool, projectleider bouw

Service Centrum Scholenbouw

Louk Heijnders, directeur

Stichting Kennisnet

Michael van de Wetering, CTO

Danielle Overbeek, relatiemanager

Page 5: Nieuwbouw en ict

5

1 Inleiding 6

1.1 Waartoe dient deze informatiemap 6

1.2 Voor wie is hij geschreven 6

1.3 Leeswijzer 6

2 Nieuwbouw van scholen 7

2.1 Nieuwbouw vraagt om een blik in de toekomst 7

2.2 Wat komt er kijken bij nieuwbouw voor een PO-school 7

2.3 Stappen om te komen tot een PvE 8

3 Ict aspecten voor nieuwbouw 12

3.1 Visie op onderwijs en organisatie als uitgangspunt 12

3.2 Een programma van eisen m.b.t. ict in nieuwbouw 13

3.2.1 Gebouw en inrichting 13

3.2.2 Ict gebruik 16

3.2.3 Eindapparatuur 18

3.2.4 Infrastructuur 21

3.2.5 Normen en voorwaarden 25

4 Praktijkvoorbeelden 27

4.1 De Dijsselbloem Voorburg: op weg naar nieuwbouw 27

4.2 Brede School Esse Zoom: onderwijzen in nieuwbouw 30

Annex A terminologie 35

Inhoud

Page 6: Nieuwbouw en ict

6

1.2 Voor wie is hij geschreven

Deze informatiemap is in eerste instantie geschre-

ven voor (bovenschoolse) besturen, directieleden en

ict-coördinatoren van scholen in het primair onder-

wijs die zich in het begin van een nieuwbouwtraject

bevinden (ontwerpfase).

Daarnaast kan de gegeven informatie gebruikt

worden door andere betrokkenen in het nieuwbouw-

traject zoals de architect, bouwbegeleider en IT-be-

heerder om samen met de school een Programma van

Eisen te ontwikkelen.

1.3 Leeswijzer

In deze informatiemap worden eerst in hoofdstuk 2

de kaders geschetst voor nieuwbouw van basisscholen

met daarbij het proces dat in de ontwerpfase wordt

doorlopen: van de eerste brainstorm over wensen

van de school tot het uiteindelijk goedkeuren van

het Programma van Eisen (PvE). In hoofdstuk 3 wordt

ingezoomd op de ict-aspecten die bij het opstellen

van een PvE aan de orde moeten komen. Het laatste

hoofdstuk beschrijft twee voorbeelden die u kunnen

inspireren en helpen bij het opstellen van een PvE.

De eerste beschrijft De Dijsselbloem die aan het be-

gin van de ontwerpfase zit, In het tweede voorbeeld

cases kijkt de Gideonschool, waarvan nieuwbouw in

september 2010 is opgeleverd, terug op het ontwerp

van de ict: wat heeft goed uitgepakt en wat kon beter.

Een aantal technische termen die in deze informatie-

map wordt gebruikt, worden in de annex “Terminolo-

gie” toegelicht.

1.1 Waartoe dient deze informatiemap

Bij het ontwerpen van nieuwbouw voor een basis-

school zijn veel partijen betrokken. Om tot een

Programma van Eisen voor de nieuwbouw te komen,

speelt de school een belangrijke rol. In de ontwerp-

fase moet de school veel vragen van uiteenlopende

onderwerpen beantwoorden om zo hun wensen,

waar mogelijk, te verwerken in het ontwerp. Het is

de kunst om vanuit de visie op onderwijs eisen voor

de nieuwbouw op te stellen zodat de architect de

nieuwbouw kan ontwerpen die bij past bij de iden-

titeit van de school. In deze informatiemap wordt

ingezoomd op de vragen die direct of indirect te

maken hebben met het toepassen van informatie- en

communicatie¬technologie (ict) in een nieuwbouw-

school. In verschillende categorieën worden aspecten

benoemd met bijbehorende keuzemogelijkheden. Dit

helpt u bij het beantwoorden van vragen gerelateerd

aan ict waarmee u een programma van eisen voor de

nieuwbouw richting de architect kunt opzetten. De

informatiemap geeft u geen kant-en-klare antwoor-

den. Elke school is immers uniek.

Om u te inspireren en een beeld te geven van mo-

gelijke uitwerkingen van ict-aspecten in een nieuw-

bouwschool, zijn twee praktijkvoorbeelden in deze

informatiemap opgenomen. De eerste betreft een

school die aan het begin van de ontwerpfase van

nieuwbouw staat (De Dijsselbloem in Voorburg). Het

tweede voorbeeld beschrijft hoe De Gideonschool in

Nieuwerkerk aan den IJssel terug kijkt op de ont-

werpfase van de Brede School Esse Zoom, die zij

samen met de Prins Willem Alexander school vlak na

de zomervakantie 2010 hebben betrokken.

1 Inleiding

Page 7: Nieuwbouw en ict

7

van een PO school de volgende onderwerpen ter over-

weging langs:

Ruimtegebruik

Direct afhankelijk van de betreffende onderwijsvisie

is de wijze van indelen van de beschikbare ruimtes.

Op zowel behoeften vanuit het dagelijks gebruik als

vanuit een langere termijn perspectief is flexibiliteit

een antwoord.

Toegangsbeheer

Toegangsbeheer is aan de orde voor zowel fysieke

toegang (bepaalde ruimtes, (hoofd)ingang) als voor

toegang tot faciliteiten of informatie. Voor beide is

er altijd een afweging tussen vermijden van onge-

wenst bezoek en gebruikersvriendelijke/eenvoudige

toegang.

Ict gebruik

Bij de term “ict-gebruik” wordt al snel gedacht aan

toepassen van programma’s op een computer. Dit is

slechts een deel van het brede toepassingsgebied van

ict.

Het mogelijk primair voor het koppelen van compu-

ters bestemde schoolnetwerk is ook effectief toe-

pasbaar voor bijvoorbeeld telefonie, alarmering,

klimaatregeling en toegangsbeheer.

Eindapparatuur

De visie op onderwijs bepaalt in grote mate de keuze

tussen het gebruik van vaste computers of van laptops

of andere mobiele apparaten. In de praktijk zal

een combinatie meestal optimaal zijn en verder zal

gebruik van laptops in een docking-station in plaats

van desktop-computers toenemen. Op het datanetwerk

worden naast computers diverse andere apparaten

aangesloten. Voorbeelden hiervan zijn telefoons,

digiborden, deursloten, brandmelders,

2.1 Nieuwbouw vraagt om een blik in de toekomst

Een nieuwbouwschool wordt gebouwd om minimaal

40 jaar als school te kunnen functioneren. Dit vraagt

nogal wat van alle betrokkenen in de ontwerpfase van

deze nieuwbouw. Er moet rekening gehouden worden

met de rol van ict in het huidige onderwijs maar het

moet ook voorbereid zijn op de ontwikkelingen die

zich op ict gebied komende decennia voordoen. Ict

ontwikkelingen gaan snel en investeringen hierin zijn

kostbaar. Parallel hieraan lopen de ontwikkelingen van

de school zelf. Hoe zal het onderwijs zich gaan ont-

wikkelen? Hoe komt dat tot uiting in de lespraktijk?

Hebben we dan nog wel behoefte aan klassen, die over

20 jaar misschien niet eens meer ‘klassen’ heten?

We kunnen wel een blik in de nabije toekomst wer-

pen, maar 40 jaar vooruitkijken is koffiedik kijken.

De uitdaging voor nieuwbouw van een school kan

daarom beter worden gezien vanuit verschillende

invalshoeken:

• Inhoudelijk: de wensen van de school vanuit hun on-

derwijskundige visie moeten worden vertaald naar

eisen die hierdoor aan ict gesteld worden;

• Financieel: de eisen aan ict moeten zo min mogelijk

lijden een eventueel tekort aan financiële middelen;

• Toekomst: in het ontwerp moeten beperkingen voor

de lange termijn worden vermeden. Met andere

woorden, het ontwerp van het gebouw mag de

implementatie van onderwijskundige en technische

ontwikkelingen op na oplevering van de nieuwbouw

niet in de weg staan.

2.2 Wat komt er kijken bij nieuwbouw voor een PO-school

Vanuit de ict komen bij de planning van nieuwbouw

2 Nieuwbouw van scholen

Page 8: Nieuwbouw en ict

8

2.3 Stappen om te komen tot een PvE

1. Overeenstemming noodzaak nieuwbouw

De school en gemeente komen beiden, vaak na vele

gesprekken samen, tot de conclusie dat er een nood-

zaak is voor nieuwbouw. Het bestuur van de school

stelt dit uiteindelijk officieel vast. In de gesprekken

met de gemeente Wordt meestal tegelijk gespro-

ken over de locatie van de nieuwbouw en de datum

waarop de school de nieuwbouw kan betrekken.

2. Gesprekspartners bepalen

Als de noodzaak voor nieuwbouw vastgesteld is,

inventariseert het bestuur wie gesprekspartners

zijn om te komen tot een Programma van Eisen (PvE)

voor de nieuwbouw. Een vaste gesprekspartner is de

gemeente, omdat

• in het PvE rekening moet worden gehouden met het

(integraal) huisvestingsplan van de gemeente en

stedenbouwkundige randvoorwaarden,

• de gemeente grotendeels het bouwbudget verzorgd

en

• de gemeente eigenaar is van de nieuwbouw (grond

en gebouw).

Overige partners kunnen worden ingedeeld naar

kernpartners en samenwerkingspartners. De kern-

partners zijn partners die, naast de gemeente,

investeren in de nieuwbouw en ook gebruik maken

van (een deel van) het nieuwe gebouw. Overige part-

ners, de samenwerkingspartners, investeren niet in

de school maar werken wel samen met de school. Die

samenwerking is er omdat de samenwerkingspartner

gebruik maakt van het gebouw maar zo weinig dat

zijn niet willen/kunnen investeren of omdat ze acti-

viteiten voor de school organiseert die niet per se in

de school zelf plaats vinden.

diverse sensoren voor klimaatbeheersing, basis-

stations voor draadloze toepassingen, omroep-

installatie en camera’s.

Infrastructuur

De vanuit verschillende invalshoeken gesignaleerde

behoeften aan ict-toepassingen kunnen op verschil-

lende manieren worden beantwoord en daarbij horen

verschillende aan de infrastructuur te stellen eisen.

Met de moderne ict-netwerkarchitecturen is namelijk

de keuze tussen “zelf doen” en uitbesteden opener

geworden. Dit geldt zowel voor programmatuur als

voor de netwerkvoorzieningen en kan variëren van

alleen onderhoud tot volledige uitbesteding.

De school-infrastructuur bestaat niet alleen uit een

datanetwerk; ook energievoorziening, aansluitingen

op openbare netwerkenB en verbindingen met even-

tuele externe service-providersC horen erbij. Bij de

bouw is in ieder geval de positionering van aan-

sluitpunten, kabelgoten en patchkasten van belang.

Hierbij spelen naast capaciteit (netwerkbekabeling,

energiebehoefte en klimaatbeheersing) en flexibi-

liteit (verplaatsbaarheid wanden en meubilair) ook

draadloze dekking (locatie basisstations), beveiliging

(aansluitpunten voor detectoren, sloten en camera’s)

en beheerbaarheid (toegankelijkheid, uitbreidbaar-

heid) een rol.

Normen en standaarden

In het geheel moet op verschillende niveaus aan nor-

men en standaarden worden voldaan. Hierbij kunnen

bouwtechnische en veiligheidsvoorschriften worden

genoemd, maar ook technische specificaties voor

netwerkbekabeling, telecommunicatieprotocollen en

of werkplekergonomie (verlichting, meubilair).

B Voorbeelden van openbare telecommunicatienetwerken zijn telefoonnet, internet en kabelnet(TV).

C Voorbeelden van externe service providers zijn overkoepelende schoolorganisaties of algemene leveranciers van Cload

services (SaaS, PaaS, IaaS)

Page 9: Nieuwbouw en ict

9

ontplooien met andere organisaties. In dat geval zijn

alleen de gemeente en de school kernpartner.

3. Visie opstellen

Alvorens gesprekken aan te gaan met in stap 2

geïdentificeerde gesprekspartners, moet de school

een heldere visie hebben. Een visiestuk helpt de

school in haar gesprekken met alle partners over de

daadwerkelijke inrichting van het gebouw en daar-

mee ook met het opstellen van een PvE.

De visie gaat over het onderwijs (en mogelijke

aanvullende activiteiten) en hoe dat terug te zien

is in het gebouw. In het geval van een brede school

hoort hier ook de manier waarop het gebouw door

alle organisaties gebruikt wordt bij. De kernpart-

ners kunnen in dit stadium worden betrokken bij het

opstellen van de visie, indien het ook het streven is

in een brede school allemaal volgens dezelfde visie

te handelen. Indien dit niet gewenst is, kan de school

zelfstandig een visie voor haar onderwijs opstellen.

Voorbeeld:

De Dijsselbloem is onderdeel van een brede school

en zit in één gebouw met de buitenschoolse opvang.

Het is essentieel om in deze fase van de kernpartners

een toezegging te krijgen op de investeringen. De

gemeente moet duidelijk maken of er een vast budget

is voor de nieuwbouw (en wat dat dan is) of dat het

budget op basis van een investeringsinschatting (vaak

aangedragen door de school) wordt vastgesteld. De

gemeente geeft ook inzicht in mogelijkheden om extra

financiële middelen te verkrijgen, bijvoorbeeld via

een fonds.

Voorbeeld:

Voor de brede school De Dijsselbloem (zie beschrij-

ving in hoofdstuk 4) zijn de kernpartners de ge-

meente, de school zelf en de buitenschoolse opvang.

Samenwerkingspartners zijn de welzijnsorganisatie

omdat zijn voor de school naschoolse activiteiten

verzorgen (binnen en buiten de school), het centrum

voor Jeugd & Gezin die waarschijnlijk een loket-

functie in de nieuwbouw krijgt ten behoeve van de

ouders van de leerlingen en enkele sportverenigingen

die gebruik willen maken van de gymzaal.

Een “eenpitter” heeft vaak een stuk minder gespreks-

partners. Het is zelfs mogelijk dat zij de enige ge-

bruiker zijn van de nieuwbouw en geen activiteiten

Page 10: Nieuwbouw en ict

10

school zelf input mogen gaan leveren voor het PvE.

Een grote school kan hiervoor een aantal personen

voor aanwijzen of zelfs werkgroepjes voor inrichten.

Onderdelen die hierin onderscheiden kunnen worden

zijn bijvoorbeeld Gymzaal (alle gymleraren samen) of

ict (ict-coördinator met eventueel een paar leer-

krachten die ict in hun lessen gebruiken).

De directeur is eindverantwoordelijk en het aan-

spreekpunt richting de bouwheer. Als zijn bestuur

dit zelf is, is er vanuit het bestuur een projectleider

(eventueel extern ingehuurd) aangewezen. Ook een

“eenpitter” is het aan te raden een projectleider in te

stellen, veelal zal deze extern worden ingehuurd om-

dat intern geen ervaren projectleiders aanwezig zijn.

7. Opstellen van een PvE

De school gaat nu de visie vertalen naar een PvE. Dit

doet zij nooit alleen. Een “eenpitter” zal hierover mi-

nimaal met de gemeente over in gesprek moeten. Met

alle partners moeten gesprekken gehouden worden.

De partners hebben invloed op het PvE, maar alleen

op dat deel wat betrekking heeft op de ruimte die

de partner ook daadwerkelijk gaat gebruiken. Zo zal

bijvoorbeeld een naschoolse opvang meepraten over

Zowel de opvang als de school handelen volgens het

zelfde onderwijskundig en pedagogische visie. Dit

doen zij omdat ze het kind centraal willen stellen en

hiervoor een doorlopende leerlijn willen creëren bin-

nen het gebouw met alle kernpartners. Dit is natuur-

lijk niet verplicht, je kan als brede school ook alleen

je gebouw delen met andere organisaties zonder je

visie te delen.

5. Bepalen van bouwheerschap

Belangrijk is om vast te leggen wie bouwheer is. De

bouwheer heeft de leiding over het opstellen van het

PvE en latere fases zoals ontwerp- en bouwfase. In

principe is dit het schoolbestuur. Indien de school

dit niet zelf wenst te doen kan hier ook een andere

partij voor worden aangewezen zoals de gemeente

of zelfs een woningbouwcoöperatie. Grote besturen

bouwen meestal zelf en houden het bouwheerschap

dus bij zichzelf.

Onderstaande stappen zijn beschreven vanuit de situ-

atie dat de school bouwheer is.

6. Voorbereiding school op opstellen PvE

De school gaat intern bepalen welke personen in de

Page 11: Nieuwbouw en ict

11

te delen in verschillende fases zoals het opstellen

van een PvE, een voorlopig/definitief ontwerp en

bestek. Voor verschillende taken kunnen verschil-

lende personen of organisaties worden ingehuurd.

Het is echter sterk aan te bevelen om één architect

in te huren voor alle taken. Ervaring leert dat als

meerdere architecten zijn betrokken er ook meer

fouten gemaakt worden en het duurder is. Dit komt

voornamelijk doordat er meer afstemming nodig is

en in overdracht meer fouten gemaakt kunnen worden

die weer hersteld moeten worden met vaak extra

bijkomende en onverwachte kosten. Het werken met 1

architect wordt ook wel Total Engineering Construc-

tion genoemd. De architect stuurt hierbij ook zijn

eigen adviseurs aan, wat zeker aan te bevelen is als

je schoolbestuur geen ervaring heeft met het begelei-

den van het ontwerp- en bouwproces van nieuwbouw.

Als de nieuwbouw klaar is staat de school in het

kadaster geregistreerd als juridisch eigenaar van de

grond en het gebouw. Toch blijft de gemeente altijd

eigenaar vanuit het idee dat zodra de school uit de

nieuwbouw zou verhuizen, alles weer terugvloeit

naar de gemeente. Als school en juridisch eigenaar

kun je de school daarom ook nooit onderverhuren.

de eisen die gesteld gaan worden aan hun ‘vaste’

ruimte in het gebouw maar ook aan ruimtes die met

de school gedeeld worden zoals een plein, aula of ge-

deelde ingang. Er zijn ook voorzieningen die gedeeld

worden met samenwerkingspartners die betrekking

hebben op het hele gebouw. Over bijvoorbeeld het

systeem dat wordt gekozen voor de fysieke toegang

tot het gebouw (pasje, sleutel of vingerafdruk) en

het alarmsysteem moet met elke partner gesproken

worden. Of ze nu kernpartner zijn of niet, en onaf-

hankelijk van hoeveel of hoe vaak ze gebruik maken

van het gebouw.

Het opstellen van het PvE is ingewikkeld. Niet alleen

omdat soms veel partijen zijn betrokken, maar ook

omdat het over zaken gaat waar een school nog nooit

zo gedetailleerd over heeft moeten nadenken. Een

school onder een groot bestuur krijgt wellicht uit het

bestuur hierbij hulp. Als er vanuit het bestuur eerder

nieuwbouw scholen zijn gebouwd, zijn er voorbeel-

den van een PvE of is er zelfs een soort standaard PvE

dat als basis kan worden gebruikt en alleen hoeft te

worden aangevuld of aangepast naar de specifieke

wensen van de school.

De aangewezen projectleider praat met alle partners

(ook soms in groepsverbanden) en zorgt dat er een

PvE komt. Indien de gemeente de bouwheer is, zal zij

over het PvE in gesprek gaan met de school.

Specifieke aspecten van het PvE over ict brengt de

school in. Ook de prioriteit in wensen m.b.t. ict be-

paalt de school. Dit kan omdat de school ict-middelen

voornamelijk zelf moet betalen: alles wat niet is

vastgenageld valt onder de investeringen (het budget)

van de school en eventuele andere partners, alles

wat is vastgenageld valt onder het bouwbudget dat

de gemeente inbrengt. Meubilair en eindapparatuur

(computers, digiborden, printers, etc.) worden dus

niet uit het bouwbudget gefinancierd, bekabeling valt

tegenwoordig wel onder het bouwbudget.

Overige punten:

In De Nieuwe Regeling (DNR) staat omschreven wat

de taken van een architect kunnen zijn. Deze zijn op

Page 12: Nieuwbouw en ict

12

digitaal lesmateriaal dat via het web beschikbaar

wordt gesteld kan van invloed zijn op de gewenste

capaciteit van het netwerk (en de internet toegang).

Toch zijn er ook veel ict-aspecten voor nieuwbouw

die niet ontstaan vanuit de visie op onderwijs. Denk

hierbij bijvoorbeeld aan de keuze tussen ‘zelf doen’

of uitbesteden van het beheer van de techniek. Veel

van dit soort eisen voor ict-aspecten ontstaan vanuit

de visie op de organisatie van de school of worden

aangebracht door andere partijen die gebruik maken

van de nieuwbouw (zoals in een brede school vaak het

geval is). Zo brengen bijvoorbeeld klimaatbeheersing

(temperatuur, zuurstofgehalte) en veiligheid (alarm,

sprinklers) typische ict-aspecten met zich mee die

alle toekomstige ‘bewoners’ van de nieuwbouw raken

en waarover duidelijke organisatorische en beheers-

matige afspraken gemaakt moeten worden.

3.1 Visie op onderwijs en organisatie als uitgangspunt

In paragraaf 2.2 werden onderwerpen genoemd waar

bij het opstellen van een Programma van Eisen (PvE)

van de nieuwbouw rekening moet worden gehou-

den. In 3.2 zijn deze uitgewerkt en zoveel mogelijk

vertaald naar een suggestie voor de ict gerelateerde

aspecten van een PvE.

Om tot de ict gerelateerde eisen voor nieuwbouw

te kunnen komen, is het van belang dat deze waar

mogelijk onderbouwd zijn door de visie op onder-

wijs van de school. Zo kan bijvoorbeeld een klas-

sikaal ingerichte school slecht werken met slechts

twee computers per klaslokaal en vraagt adaptief

onderwijs juist om flexibiliteit van ict wat laptops

en draadloze netwerktoegang wenselijk maakt. De

mate waarin (in de toekomst) gewerkt wordt met

3 Ict aspecten voor nieuwbouw

Page 13: Nieuwbouw en ict

13

en de inrichting volgen. De diverse onderwijskundige

en organisatorische processen stellen hun eisen aan

het gebruik daarbij van ict en de daarvoor nodige

apparatuur. Deze eind-apparatuur vraagt niet alleen

om energievoorziening, maar is ook direct of indirect

aangesloten op verschillende infrastructuren. Om zo

goed mogelijk te voldoen aan hetgeen vanuit optimale

inzet van ict nodig is, worden in het PvE de hiervoor

relevante aspecten meegenomen.

In de volgende paragrafen wordt per aspecten-groep

een aantal aan ict gerelateerde onderwerpen belicht

die direct of indirect invloed kunnen hebben op het

gebouwontwerp en dus bij het opstellen van een PvE

op zijn minst besproken moeten worden. Er worden

hoofdlijnen van een eventuele discussie/afweging

besproken en vervolgens een suggestie voor opname

in een PvE gegeven.

3.2.1 Gebouw en inrichting

Flexibiliteit ruimte-indeling

Direct afhankelijk van de betreffende onderwijsvisie

is de wijze van indelen van de beschikbare ruimtes.

Ook speelt de vraag om flexibiliteit mee. Omdat het

3.2 Een programma van eisen m.b.t. ict in nieuwbouw

In een Programma van Eisen voor nieuwbouw van

scholen komen veel aspecten voor. Deze zijn voorna-

melijk van bouwkundige aard of geven richting aan

en stellen kaders voor ontwerpproces.

Het blijkt in de praktijk nodig dat ook de uitgangs-

punten voor ontwerp van het schoolnetwerk en de

energievoorziening tijdig, zo niet vanaf het begin,

worden meegenomen in het ontwerpproces.

Veel van de argumentaties voor bepaalde keuzes

tussen alternatieven hangen samen of overlappen.

Ook moeten vaak wensen in de praktijk tegen elkaar

worden afgewogen omdat ze op verschillende vlak-

ken strijdig zijn. Voorbeelden zijn naast de spanning

tussen een ideaalplaatje en beschikbaar budget of

flexibiliteit van het ruimtegebruik en de nodige be-

kabeling voor netwerk en energievoorziening.

Bij het behandelen van de diverse onderwerpen is in

het volgende voor een groepering gekozen volgens

de gedachtenlijn, die ook in onderstaande figuur is

geïllustreerd.

Het uitgangspunt is de visie op het onderwijs, waar-

uit al functionele eisen en wensen voor het gebouw

ict gebruik apparatuur

infrastructuur

PvE voor nieuwbouw

visie op onderwijs

gebouw & inrichtingict-aspecten bij

nieuwbouw voor PO

Page 14: Nieuwbouw en ict

14

worden uitgegaan dat de functie van elke ruimte

stabiel is. Dit houdt bijvoorbeeld in dat vanuit veilig-

heidsoverwegingen en verplaatsbaarheid van meu-

bilair gekozen kan worden voor hoge plaatsing van

wandcontactdozen (WCD’s) en netwerkaansluitpunten.

PvE suggestie: WCD’s in alle ruimtes standaard op

1,2m hoogte (ook kantoren en bovenbouw)

Ergonomie

De Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet in het kort)

is uitgewerkt in een Arbobesluit en een Arboregeling.

De Arboregeling is een concrete uitwerking van de

Arbowet en bevat een hoofdstuk over Beeldschermar-

bied (hoofdstuk 5)D.

Bij het ontwerpen of aanschaffen van meubilair

waar leerlingen achter de computer moeten kunnen

werken, biedt de Arboregeling een overzcht van eisen

aan deze werkplek.

ontwerp van de school zich op een langere periode

richt moet rekening worden gehouden met het feit

dat de functie van een bepaalde ruimte niet vast ligt

voor 40 jaar. Zoveel mogelijk verplaatsbare wanden

en verplaatsbaar multifunctioneel meubilair zijn

vaak gehoorde wensen, maar er zijn veel afwegingen

nodig ten opzichte van andere onderwerpen. Zo moet

rekening worden gehouden met klimaatregeling, ge-

bruik en locatie van digiborden (lichtinval en aanslui-

ting), verplaatsbaarheid van meubilair, energievoor-

ziening (wandcontactdozen) en netwerkbekabeling.

PvE suggestie: Leiding- en kanaalstelsels mogen geen

belemmering zijn voor aanpassingen van ruimte-

indeling of -gebruik.

Universele basisvoorzieningen

Zeker voor een brede school wat als multifunctionele

accommodatie (MFA) gekenmerkt kan worden, maar

ook vanwege de beoogde levensduur mag er niet van

D Voor Arboregeling over beeldschermarbeid: zie http://wetten.overheid.nl/BWBR0008587/Hoofdstuk5

Page 15: Nieuwbouw en ict

15

stof/CO2-gehalte, tocht, e.d.). Gewenste instellingen

en ook verstoringen kunnen per ruimte verschillen.

Elektronische apparaten dissiperen bijvoorbeeld een

behoorlijk hoeveelheid warmte. Hiermee moet bij het

configureren en instellen van de klimaatregeling re-

kening worden gehouden. Omdat het gebruik van deze

apparatuur nogal kan verschillen per ruimte moet de

klimaatregeling per ruimte onafhankelijk kunnen func-

tioneren. Dit betekent ook dat elke ruimte is voorzien

van (op het/een netwerk aangesloten) sensoren.

PvE suggestie: Onafhankelijke klimaatregeling per

ruimte; tijd-, weer- en gebruikafhankelijk

Schoonmaak

Ter voorkoming van onhandige/gevaarlijke kabels

over de vloer bij verplaatsbaar meubilair worden in

kantoorruimtes vaak vloerputjes (met netwerkaanslui-

ting en wandcontactdoos) toegepast. In schoollocaties

wordt dit in verband met schoonmaak sterk afgera-

den, tenzij het vast meubilair betreft (vaste werkplek-

eilanden). Een consequentie is dat er op verplaats-

baar meubilair alleen met laptop gewerkt kan worden

(accu, draadloos netwerk)

Verder worden aparte wandcontactdozen voor

schoonmaakwerkzaamheden aanbevolen. Dit kan

bijvoorbeeld tot uiting komen in het plaatsen van 1

wandcontactdoos naast de ingang van elke ruimte.

PvE suggestie: Aparte Wandcontactdozen (230V) voor

schoonmaakapparatuur in elke ruimte (plaats specifi-

ceren). Geen energievoorziening/netwerkaansluiting

op verplaatsbaar meubilair

Toegang

Toegangsverlening betreft tegenwoordig niet alleen

fysieke toegang (gebouw, ruimtes, kasten, etc), maar

ook logische toegang (applicaties, informatie). Deze

kunnen technisch worden gecombineerd (pasjes, vin-

gerafdruk, stemherkenning, e.d.), maar in de praktijk

worden deze onder meer vanwege het beheer meestal

gescheiden. (zie ook de paragraaf over toegang in

PvE suggestie: De werkplekken voor leerlingen en

leerkrachten waar met vaste computers en/of mobiele

devices moeten worden kunnen gewerkt, voldoen aan

de eisen van de Arboregeling.

“natte locaties”

Zowel voor zand/watertafel als voor keuken/pantry is

het van belang dat er voldoende afscheiding is van de

ict werkplekken in verband met veiligheid (230V) en

met storingsgevoeligheid en levensduur van elektro-

nische apparatuur.

PvE suggestie: Aparte of afgescheiden locatie voor

kranen/afvoer en water/zand tafels, geplaatst x meter

van ict werkplekken.

Daglicht / kunstlicht

Voor de verlichting van verschillende ruimtes bestaan

normen. Hierin wordt naast sterkte van bijvoorbeeld

werkplekverlichting ook de gewenste lichtsoort

aangegeven (kleuren in kunstlicht in relatie tot

daglicht). Bij de toepassing van de normen in termen

van voorgeschreven minima moet rekening worden

gehouden met eventueel gewenste flexibiliteit in

ruimtegebruik.

Bij geautomatiseerde verlichtingsregeling kan een

extra wens zijn om daar bovenop per ruimte of groep

van ruimtes de verlichting handmatig te kunnen

bedienen. Ook verduisteringsmogelijkheden en voor-

koming van te heldere daglichtinval (in verband met

leesbaarheid van een digibord en de beeldschermen)

zijn aspecten die bij de algemene ruimte-indeling

meespelen (zie ook de Arbo wet).

PvE suggestie: Ook bij automatische verlichtingsrege-

ling handmatige schakelmogelijkheid per ruimte (of

groep van ruimtes). Toepassen van passende zon-/

helderheidswering volgens de Arbo-wet.

Klimaatregeling

Het klimaat in een ruimte is een optelsom van diverse

componenten (licht, temperatuur, vochtigheid, zuur-

Page 16: Nieuwbouw en ict

16

Clients en servers Eindapparatuur (computer, tele-

foon, camera, etc) en centrale computers (telefonie-

server, memory-server, applicatiehost, etc)

Netwerk Bekabeling, patchkasten, energievoorzie-

ning, radio, alarmering

opm: ‘domme’ eindapparaten (zoals rookdetectoren)

worden in de praktijk bij de netwerklaag gezien

Deze gelaagdheid maakt het mogelijk om per laag te

besluiten over al of niet uitbesteden, waarbij van

belang is het efficiënt is om zoveel mogelijk toepas-

singen van dezelfde onderliggende techniek gebruik

te laten maken.

In de praktijk wordt onderhoud van de fysieke net-

werklaag bijna altijd uitbesteed. Bij het installatie-

ontwerp moet de keuze worden gemaakt op het vlak

van integratie: alles over hetzelfde netwerk of een

netwerk voor elke toepassing: Technisch is alles over

één netwerk geen probleem, maar er kunnen redenen

zijn om voor bepaalde toepassingen een apart net-

werk aan te leggen (bijv alarmering, klimaatbeheer-

sing, telefonie, etc). Vanzelfsprekend worden aan een

geïntegreerd netwerk hoge beschikbaarheidseisen

gesteld omdat er bij uitval niets meer werkt.

PvE suggestie: Alle toepassingen over één netwerk

(incl voeding voor eenvoudige apparatuur)

Bij uitbesteed onderhoud duidelijke/passende afspra-

ken in het Service Level Agreement (SLA) opnemen.

Voor de servers is er nog een extra optie: deze kun-

nen in een speciale ruimte op school worden ge-

plaatst (met eventueel uitbesteed onderhoud), maar

kunnen ook bij een leverancier staan. In dit laatste

geval zal de leverancier meestal een groep (samen-

werkende) scholen bedienen, maar het kan ook een

algemene leverancier van Cloud-services zijn. Voor

de installatie stelt deze vorm van uitbesteden wel

eisen aan de dataverbinding tussen de school en de

leverancier: Via een exclusieve glasvezelverbinding

is dat garandeerbaar, maar met dienstverlening via

3.2.2) Wel kan het met name voor de fysieke toe-

gangsverlening handig zijn om bij de nieuwbouw het

geheel op het netwerk aan te sluiten (of tenminste

een netwerkaansluiting bij alle sloten te voorzien),

want afstandsbediening en registratie kunnen het no-

dige beheer aanzienlijk vereenvoudigen (en verbete-

ren). Het maakt het zelfs mogelijk om veel activiteiten

extern te plaatsen (uitbesteden). Ook kunnen zo een

aantal functies worden gecombineerd. Gedacht kan

worden aan een intercom met camera bij de hoofdin-

gang of koppelingen met het ontruimingssysteem.

Hanteren van vergelijkbare profielen voor fysiek en

logisch toegangsbeheer kan ook het beheer verge-

makkelijken. Voorbeelden van gebruikersprofielen

zijn leerkrachten, leerlingen, administratie, ouders,

remote(VPN), gasten en derden (gebouwgebruik).

PvE suggestie: Netwerkaansluitingen (met voeding)

bij alle fysieke sloten (deuren, kasten, lockers)

3.2.2 Ict-gebruik

Gelaagde architectuur

Ict-gebruik in scholen gaat niet alleen over het

gebruik en selectie van geschikte onderwijspakket-

ten. Ook de wijze waarop de gewenste informatie

op de gebruikersinterfaces ter beschikking komt is

voor de inrichting van groot belang. Zelfstandige

toepassingen of interactieve “cloud” toepassingen

stellen bijvoorbeeld enorm verschillende eisen aan

het netwerk (transportcapaciteit, transportsnelheid,

beschikbaarheid, e.d.).

Nu worden moderne netwerkarchitecturen gelaagd

gerealiseerd en dit betekent dat leverancier, onder-

houd en beheer voor de verschillende lagen onafhan-

kelijk kunnen worden gekozen.

Praktisch voor een schoolnetwerk (local area network)

worden 3 lagen onderscheiden:

Toepassingen Onderwijsprogramma’s, office, inter-

nettoegang

Page 17: Nieuwbouw en ict

17

De verschillende vormen voor het ter beschikking

stellen van applicaties gaan overigens ook gepaard

met verschillende netwerkbelasting; indicatief: een

volledig zelfstandige computer levert weinig net-

werkbelasting en een “thin client”, waarbij alle soft-

ware op een server “draait”, heeft veel bandbreedte

nodig (zeker als de server extern staat)

Omdat het gebruik van “software as a service”

toeneemt biedt overcapaciteit op het datanetwerk

(enige) toekomstvastheid.

PvE suggestie: Realiseer overcapaciteit op het net-

werk en de eventuele link naar een leverancier en

internetprovider.

Toegang tot ict

Als voor het verlenen van toegang tot de verschil-

lende toepassingen gekozen wordt voor inzet van

tokens (pasje, RFID-tag) of biometrie (vingerafdruk,

stem/gelaatherkenning) is dit combineren met fysieke

toegangsverlening aan te raden. Zo’n integrale

toegangsverlening is een vrij prijzige investering

die zich ruim kan terugbetalen door besparing op

internet is flinke overcapaciteit het enige antwoord

op het “best effort” van het internet.

PvE suggestie in geval van servers fysiek buiten de

school bij een dienstleverancier (cloud): Verbinding

tussen schoolnetwerk en leverancier met voldoende

capaciteit, zo mogelijk met een exclusieve glasvezel-

verbinding

PvE suggestie in geval de servers binnen het school-

gebouw worden geplaatst: Aparte afsluitbare,

goedgeventileerde en stofvrije serverruimte met

voldoende voeding, netwerk-patchkast. Noodvoeding

ten minste voldoende voor gecontroleerd afsluiten.

Software-gebruik

Software kan principieel niet worden gekocht, maar

er worden eenmalig of periodiek gebruiksrecht ver-

leend. (Licenties per gebruiker of per werkstation)

Steeds vaker wordt ook software als dienstverlening

beschikbaar gesteld (cloud computing). Bij kiezen

tussen de vele keuzeopties spelen vooral standaardi-

satie, onafhankelijkheid en budget een rol.

Page 18: Nieuwbouw en ict

18

staan laptop-karren, maar dan moet daarvoor wel

een locatie met een 230V aansluiting met voldoende

capaciteit beschikbaar zijn. Verder zijn voor accepta-

bel draadloos gebruik voldoende basisstations nodig

(dekking) en moet men zich realiseren dat de capa-

citeit ervan gedeeld wordt met alle actieve laptops.

Algemeen gaat de voorkeur uit naar vast aangesloten

computers, eventueel aangevuld met enkele laptops

voor personeel die geen vaste werkplek hebben en/

of de computer ook mee naar huis moeten kunnen

nemen.

Vanwege de nodige bekabeling van vaste computers

moeten deze worden gepositioneerd langs de wand of

op eilanden rondom een bekabelde pilaar of vloerput.

Indien de leerkracht gebruikt maakt van een vaste

computer moet ook rekening worden gehouden met de

nodige, zo kort mogelijke verbinding met een digi-

bord.

PvE suggestie: Zoveel mogelijk realisatie met vaste

computeraansluitingen (RJ45-stekker), aangevuld met

een WiFi-basisstation per ruimte.

beheerkosten. Wel moeten verschillende gebruikers-

aspecten goed overwogen worden.

PvE suggestie indien voor universele toegang wordt

gekozen: Realiseer bij elke fysieke toegangsverlening

(deuren, lockers, serverruimte, etc) dezelfde detec-

toren/lezers als bij de werkplek-computers, inclusief

voeding en netwerkaansluiting

3.2.3 Eindapparatuur

Desktop of laptop

Het gaat hierbij in principe over de vraag of compu-

tergebruik aan plaats gebonden is; dus een laptop in

een docking-station is voor energie en netwerktoe-

gang vergelijkbaar met een desktopcomputer.

De kernvraag gaat om de keuze tussen werkplekken

met vaste computers (desktops), mogelijk geïnte-

greerd in multifunctionele werkplekken, en laptops

met een draadloze netwerktoegang. Voordelen van

de mobiliteit van een laptop staan tegenover de

noodzaak van opladen van de accu’s. Hiervoor be-

Page 19: Nieuwbouw en ict

19

PDA/smartphone

Voor structureel gebruik van PDA’s/smartphone is

voldoende dekking van een UMTS/LTE-provider nodig

(eventueel ondersteund met picocellen) en is overleg

met deze provider nodig over eventueel nodige plaat-

sing van antennes.

PvE suggestie in geval een microcel van een openbare

operator wordt gekozen: Er dient rekening gehouden

te worden met de locatie en de bekabeling van de

antennes van de openbare operator

Ondersteuning van PDA’s en smartphones is mogelijk

via de WiFi-basisstations. Daarbij dienen twee zaken

goed geregeld te worden: prioriteiten en toegangs-

beheer.

Algemeen en zeker bij eventueel gebruik van privé-

apparatuur, moeten prioriteiten worden vastgesteld

en beheerd voor de verschillende toepassingen. Druk

downloaden, videoconferencen of spam/spit mogen

bijvoorbeeld functioneel gebruik van ict (in de les) of

communicatie naar buiten (telefonie, alarmen) niet

verstoren of kunnen belemmeren.

PvE suggestie in geval PDA/smartphone wordt onder-

steund door het interne WiFi-netwerk: Stel prioritei-

ten voor verschillende toepassingen vast en verdeel

dynamisch de beschikbare capaciteit volgens deze

prioriteiten.

Indien gebruik gemaakt mag worden van privé-ap-

paratuur door de verschillende gebouw-gebruikers,

dient ten minste een goed toegangsbeheer te worden

geregeld. Dit wil zeggen, dat er per gebruikersprofiel

(leerling, leerkracht, gemeente, gast, ouder, gymzaal-

gebruiker, etc.) wordt vastgelegd wie toegang heeft

tot welke faciliteiten (telefonie, teleconferentie,

schooldatabases, leerling-dossiers, E-mail, internet

(al of niet gefilterd, etc).)

Koppelen van privé-apparatuur op het netwerk wordt

afgeraden i.v.m. bovenstaande toegangsverlening en

betrouwbaarheidsproblematiek.

Laptop-gebruik

Zoals reeds vermeld heeft het gebruik van laptops

voor leerlingen het voordeel van mobiliteit, maar het

nadeel van accugebruik. Het realiseren van opberglo-

catie met acculader is daardoor een voorwaarde. Dit

kan op basis van een laptop-kar in een afsluitbare

ruimte of door lockers met een oplader.

Bij gebruik van persoonlijke laptops is de eigenaar

verantwoordelijk voor (thuis) opladen en voor onder-

houd. Dit gebruik van eigen laptops brengt overigens

extra eisen voor de toegangsverlening met zich mee.

PvE suggestie bij systematische inzet van laptops:

Realiseer oplaadpunten in lockers of laptopkarren op

een aparte groep met voldoende capaciteit

Digibord

Bij digitale schoolborden (afgekort: digiborden)

hebben keuzes effect op de ruimte-inrichting. LED-

schermen zijn (nog) duur en hebben voldoende licht-

opbrengst voor elke locatie; LCD-aanraak-schermen

hebben nadeel van gevoeligheid van de locatie (ivm

daglicht-inval); interactieve beamers hebben voor-

delen door vaste montage op het bord (dus in hoogte

verstelbare borden) maar hebben als nadeel dat de

lamp een beperkte levensduur heeft. Een budgettair

goede keuze voor de bovenbouw is op dit moment het

bord met een interactieve beamer, op voorwaarde

dat de aansluiting met de leraar-computer goed is

verzorgd (USB verbinding heeft maximale lengte van

5 meter!). Voor de onderbouw kan een verplaatsbaar

LED-scherm toereikend zijn, indien hier alleen in

een kring of kleine groepjes mee gewerkt wordt. Dan

moet men rekening houden met flexibel ruimtege-

bruik wat vraagt om zo standaard mogelijke voorzie-

ningen in de verschillende ruimtes.

PvE suggestie in geval van keuze voor vast opgehan-

gen digibord: Bepaal locatie van in hoogte verstel-

baar op te hangen digibord en realiseer geschikte

bekabeling

Page 20: Nieuwbouw en ict

20

Kopieermachines (printer/scanner)

Moderne kopieermachines kunnen, mits op het net-

werk aangesloten, ook worden gebruikt als printer

of scanner (resultaat via E-mail). Voor vertrouwelijke

prints passen ze gebruikersidentificatie toe (“Follow

me faciliteit”) en ook kunnen scans door gebruik van

een identificatie-token naar een voorgeprogram-

meerd E-mail adres worden verzonden. Voor dergelijk

breed gebruik van de kopieermachine is een centrale

opstelling gewenst

PvE suggestie: Exclusieve netwerkaansluiting en ener-

gievoorziening op geschikte locaties (bijv gemeen-

schappelijke ruimtes)

Brandalarm

Onder voorwaarde dat het netwerk en de detectoren

aan de door de brandweer (en verzekering) gestelde

voorwaarden (bouwbesluit) voldoet, kan het data-

netwerk ook voor alarmering worden gebruikt en

hoeft hiervoor niet een apart netwerk te worden

aangelegd. In geval dat deze ook over het netwerk

functioneren (of ten minste gekoppeld zijn) kunnen de

ontruimingsondersteuning en het omroepsysteem bij

een brandalarm passend worden geactiveerd.

PvE suggestie: Certificering (Borg) van installatie en

netwerk, (incl. aansluiting met openbare meldkamer.)

Brand/rookdetectoren en ontruimingssysteem aan-

sluiten via datanetwerk

Garanderen dat

PvE suggestie in geval school geen eigen aansluiting

heeft op openbare infrastructuur: Realiseer vol-

doende beschikbare/betrouwbare verbindingsmo-

gelijkheid via de serverleverancier met de openbare

meldkamer. (DM2-niveau)

Inbraakalarm

Afhankelijk van uitkomsten van een risico-analyse moet

het niveau van inbraakbeveiliging worden bepaald.

Natuurlijk moeten detectoren worden aangesloten op

PvE suggestie in geval gebruik van draadloze privé-ap-

paratuur: Leg per gebruikersprofiel verantwoordelijk-

heden, toegangsrechten en prioriteiten duidelijk vast

en realiseer hierbij adequate beheermechanismes.

Telefoon

Indien op het netwerk een telefonieserver is aange-

sloten (intern of bij en externe netwerk leverancier)

is een telefooncentrale en afzonderlijke telefoniebe-

kabeling niet nodig. Vaste SIP-telefoons kunnen dan

rechtstreeks op het datanetwerk worden aangesloten.

Voor draadloze toestellen staan twee opties open:

standaard DECT-telefoons kunnen werken met een op

het datanet aangesloten DECT-basisstation en WiFi-te-

lefoons, die (nog) wel wat duurder zijn kunnen direct

met de WiFi-basisstations werken. Natuurlijk zijn er

voor de docking-stations van de draadloze toestellen

wel voldoende 230V-aansluitingen nodig. Niet verge-

ten mogen worden de vaste telefoonaansluitingen in

de technische ruimte en in eventuele liften.

• Vaste telefoontoestellen: SIP (ethernet); ook in lift

en technische ruimte

• Draadloze telefoontoestellen: Power over ethernet

voor WiFi/DECT basisstations

PvE suggestie: Voor de voeding van DECT- of WiFi-

basisstations (plafond) is “power over Ethernet” een

goed alternatief voor extra 230V bekabeling

Realiseer netwerkaansluitingen in liften, technische

ruimtes en archiefruimtes voor telefonie.

Stemkastjes, game paddles (Wii)

Populaire apparaten als game-paddles en stemkastjes

vragen geen extra bouwkundige voorzieningen. Wel

is er een voorkeur voor gebruik van een infrarood-

verbinding boven Radio/Bluetooth vanwege mogelijke

verstoring van DECT/WiFi.

Opmerking: infraroodverbindingen vragen directe

zichtverbinding.

PvE suggestie: n.v.t. mits voldoende “zichtverbin-

ding” mogelijk

Page 21: Nieuwbouw en ict

21

toegang met behulp van een token (kaart, RFIDtag)

of biometrische identificatie (vingerafdruk, gelaat/

stemherkenning) tot het gebouw en tot specifieke

ruimten, patchkasten, lockers, etc.

Het volgen van leerlingen, bijvoorbeeld ten behoeve

van alarmsituaties, met behulp van RFID-tags kan op

privacy problematiek stuiten.

PvE suggestie, mits voldoende investeringsruimte:

Integrale toegangsverlening met beheer via het data-

netwerk.

Berging

Naast afsluitbaarheid (zie ook paragrafen over

toegangsverlening en sloten) kunnen aan bergingen

(lockers) die ook voor laptops/PDA’s en persoonlijke

eigendommen worden gebruikt, extra eisen op het

vlak van voeding worden gesteld.

PvE suggestie: Wandcontactdoos voor laptop docking-

station of specifiek oplaadsysteem in lockers

Omroep

Een omroepsysteem is vaak apart geïnstalleerd, maar

kan ook via het datanetwerk functioneren (VoIP). Het

is dan eenvoudig mogelijk om naast automatische al-

gemene signalen (BEL) locatie-afhankelijke mededelin-

gen te laten horen. (bijvoorbeeld bij alarmsituaties).

PvE suggestie: Bekabeling voor netwerkaansluitingen

(incl voeding) op geschikte plaatsen ten behoeve van

individueel aanstuurbare luidsprekers van omroep

en/of ontruimingssysteem

3.2.4 Infrastructuur

Datanetwerk (inclusief telefonie)

Binnen de school is het basisnetwerk een datanet-

werk op basis van koperkabel en internettechnologie.

Hierover kan ook de telefonie met behulp van een

telefonieserver verzorgd worden (VoIP).

een netwerk en dat mag onder bepaalde voorwaarden

ook op het datanetwerk. (volgens “richtlijn inbraakbe-

veiliging onderwijsinstellingen” van het verbond van

beveiligingsorganisaties (VvBO)). Eventuele MFA-plan-

nen (brede school) kunnen verder veel invloed hebben

op het vaststellen van het gewenste beveiligingsniveau.

PvE suggestie: Certificering van het netwerk, de

inbraakdetectoren en verbinding met de openbare

meldkamer op AL1 niveau. (vergelijkbaar met bran-

dalarmering op DM2-niveau)

Camera’s

(Video)camera’s kunnen voor veel doeleinden worden

ingezet. Denk aan bewaking van het gebouw, commu-

nicatie met externen vanuit de klas of vergaderingen

op afstand, etc.). Alarmcentrales bieden soms een

kostenreductie indien ze ook (geautoriseerd) gebruik

kunnen maken van de aanwezige camera’s.

PvE suggestie: Realiseer op geplande locaties ge-

schikte netwerkaansluitingen voor videocamera’s

Intercom

Een intercom kan bij meerdere ingangen van het

gebouw, tenminste bij de hoofdingang, worden

geplaatst om vanuit het gebouw te kunnen communi-

ceren met de persoon die aanbelt. Gebruik van een

elektronische deuropener en camera (via het datanet-

werk) kunnen hiermee worden gecombineerd.

PvE suggestie: Netwerkaansluiting (met voeding) bij

hoofdingang (en overige ingangen) en via het netwerk

bruikbare intercom(s) en bedienbare deursloten

Sloten

Een integrale toegangsverlening is een vrij prijzige

investering als die achteraf, na oplevering van de

nieuwbouw, moet worden aangebracht. Nieuwbouw

geeft echter gelegenheid om dit tegen redelijke

kosten te realiseren met beheer via het datanetwerk.

In de breedste zin gaat het om profielafhankelijke

Page 22: Nieuwbouw en ict

22

(De dienstverlener is dan ook verantwoordelijk voor

bijvoorbeeld telefoonabonnement en firewalls op

de internettoegang). Bij plaatsing van servers in de

school kunnen telefonie en internet apart of gecom-

bineerd worden ingekoppeld (afhankelijk van aanbod

van geselecteerde providers).

Voor eventuele TV-ontvangst kan gedacht worden aan

het plaatsen van een satellietschotel met decoder en

netwerkaansluiting (op de school of bij een centrale

organisatie) of het gebruik van een gecombineerd

aanbod van een kabelmaatschappij. Een alternatief is

het bekijken van real-time of opgenomen TV-uitzen-

dingen via internet. Hiervoor moeten de internetaan-

sluiting en het schoolnetwerk voldoende capaciteit

hebben. (aantal plaatsen waar tegelijk naar video-

beelden wordt gekeken).

Opm. De verwachting is dat het gebruik van video op

school sterk zal toenemen en ook dat het videoma-

teriaal in toenemende mate vanaf videoservers over

het datanetwerk wordt gedistribueerd.)

PvE suggestie in geval van servers extern: Alle kop-

pelingen met de buitenwereld via dienstverlener (in-

directe abonnementen) over glasvezel met voldoende

capaciteit. Geveldoorvoer met glasvezel tot in patch-

kast/technische ruimte met interface apparatuur.

PvE suggestie in geval van servers binnen het school-

gebouw: Telefonieserver en internetrouter in ser-

verruimte; gekoppeld met interne netwerk en ISRA

punten (scheidingsvlak met leverancier van publieke

infrastructuur).Geveldoorvoer met geschikte bekabe-

ling (UTP of Coax) tot in serverruimte

PvE suggestie bij keuze voor ontvangst satelliet TV op

de school: (Coax) Bekabeling van technische ruimte

met op netwerk aangesloten decoder naar locatie

voor schotelantenne.

Radionetwerk

Bij configuratie van een radionetwerk zijn dekking en

capaciteit de belangrijkste parameters. Zeker als ook

Op dit moment zijn over koperkabel (UTP=unshielded

twisted pair) snelheden haalbaar van 10Gbit/s. Nu is

de meeste eindapparatuur echter “slechts” geschikt

voor 100Mb/s. Omdat de levenscyclus van apparatuur

veel korter is dan die van bekabeling is het aan te ra-

den om met het kabelnetwerk in ieder geval rekening

te houden met de volgende generatie apparatuur.

Voor wat betreft de kabelgoten dient er rekening

gehouden te worden met veiligheid (zoveel mogelijk

uit zicht, metaal i.p.v. plastic) en duurzaamheid (boven

plafond kabels in buizen of beugels en ruime bochten).

PvE suggestie: Bekabeling UTP CAT5e (1000BaseT)

met ruim gedimensioneerde en afsluitbare patchkast

(gecertificeerde installatie en 15jaar garantie op

UTP-bekabeling en patchkast; Kabelgoten metaal met

aparte compartimenten voor energievoorziening en

datanetwerk (en indien gescheiden: aparte bekabe-

ling voor alarmering en audio)

Power over ethernet

Omdat veel eenvoudige eindapparaten relatief weinig

energie verbruiken en vaak apart zijn geplaatst

(WiFi-basisstations, camera’s, detectoren, intercom,

deursloten, e.d.) is het aan te bevelen om hierbij

geen wandcontactdozen te plaatsen, maar algemeen

“power over ethernet” toe te passen. Bij selectie van

centrale apparatuur (hubs, routers, e.d.) dient daar-

mee wel rekening te worden gehouden.

PvE suggestie: Netwerkapparatuur geschikt voor het

leveren van “power over ethernet”

Openbare infrastructuur

Realisatie van contact met de buitenwereld kent

verschillende vormen en opties. Het belangrijkste

verschil wordt daarbij gemaakt door het al of niet

intern plaatsen van de netwerkservers.

Indien de servers elders op locatie van een dienstver-

lener staan, verzorgt deze de koppelingen met tele-

foonnet en internet en is vanuit de school dus alleen

koppeling (glasvezel) nodig naar deze diensverlener.

Page 23: Nieuwbouw en ict

23

In verband met flexibel ruimtegebruik, veiligheid en

verplaatsbaar meubilair wordt een standaardhoogte

voor alle WCD’s van 1,20m aanbevolen.

Detaillering van de installatie vindt plaats in het

installatieplan, maar het aangeven van wensen is

belangrijk omdat anders hooguit minima volgens het

bouwbesluit worden gerealiseerd.

Elementen zijn:

• WCD bij alle netwerkaansluitpunten voor vaste

werkplekken

• WCD voor zwaardere apparatuur (printers/copiers,

digiborden, e.d.) op aparte groep

• aparte WCD in elke ruimte voor schoonmaak-

apparatuur

• in keuken ten minste aansluitingen voor elektrisch

koffieapparaat en/of elektrische kookplaat; warm-

waterboiler; vaatwasmachine, koelkast; elektrische

oven (aparte groep)

voor draadloze telefonie voor WiFi wordt gekozen is

een basisstation in elke ruimte aan te raden (ook de

buitenruimtes). In ieder geval is bekabeling tot aan

alle (potentiële) locaties van de basisstations verstan-

dig. Bij een keuze voor DECT-telefonie zijn ook op de

locaties van de DECT basisstations netwerkaansluitin-

gen nodig.

Pas draadloze muizen, toetsenborden, koptelefoons,

game-paddles zo min mogelijk toe i.v.m. mogelijke

verstoringen. Waar dit toch nodig is heeft, indien

mogelijk, infrarood de voorkeur boven radiokoppelin-

gen (ter vermijding van onderlinge verstoringen).

PvE suggestie: Netwerkaansluitingen op alle (potenti-

ele) locaties van basisstations voor WiFi (en DECT)

Energievoorziening

Algemeen gesteld moeten er “voldoende” wandcon-

tactdozen (WCD)E met randaarde worden geplaatst.

E Gebruik de term ‘wandcontactdoos’ (WCD) en vermijdt de term ‘stopcontact’, want voor een installateur is dat iets in

de meterkast.

Page 24: Nieuwbouw en ict

24

elke wand

- Printers/copiers en digiborden: dubbele WCD

(aparte groep) en netwerkaansluiting

Groepenkast (230V)

In het voorgaande zijn op verschillende plaatsen al

enige randvoorwaarden voor de groepenkast aan-

gestipt. De belangrijkste zijn noodstroomvoeding

en specifieke WCD’s op aparte groepen en verder cen-

trale hoofdschakelaars voor verlichting. (de elektro-

nische apparatuur dient daarom gescheiden te zijn

van de verlichting!)

PvE suggestie: WCD’s voor printer/copiers, digibor-

den, keukenapparatuur, e.d. op aparte groepen.

Voor oplaadapparatuur (lockers, laptopkarren) reke-

ning houden met inschakelpieken.

Voor de bepaling van de te installeren capaciteit/no-

minale stroom in percentages van het geïnstalleerde

vermogen kan worden gehanteerd:

• Verlichting @ 100%

• Krachtstroom (technische ruimte) @ 30%

• in alle ondersteuningsruimtes (stafruimten, spreek-

kamers, werkkamers, werkplaats ondersteuning/

conciërge, etc.) ten minste 2 dubbele WCD’s aan elke

wand.(+aansluiting voor schooltijd-signalering);

• serverruimte en technische ruimte: naast WCD’s

en netwerkaansluitpunten voor beheerpersoneel

voldoende en passende energievoorziening (evt.

krachtstroom)

Belangrijk is niet op aantal WCD’s te bezuinigen ter

vermijding van (onveilige) overvloed aan verleng/

verdeelsnoeren.

PvE suggestie: Minima voor plaatsing wand-

contactdozen:

- Groepsruimten 3 dubbele WCD’s

- Vaste computers: wandgoot met 10 WCD’s en net-

werkaansluiting

- Keuken/pantry: 6 apparaten op aparte groep(en)

- Elke leermiddelen-berging 1 WCD (voor laptop-

karren aparte groep)

- Gemeenschaps-ruimte 4 dubbele WCD’s

- Alle ondersteuningsruimtes 2 dubbele WCD’s aan

Page 25: Nieuwbouw en ict

25

PvE suggestie: Voldoende WCD’s en netwerkaanslui-

tingen voor gebruik door onderhoudspersoneel.

Indien volgens regelgeving of brandweer voorge-

schreven/gewenst: aparte aansluiting op openbare

infrastructuur voor alarmering en alarmverificatie

(inclusief geveldoorvoer en bekabeling naar buiten

voor aansluiting openbare infrastructuur)

Bliksembeveiliging, overspanning

Bescherming van gevoelige elektronische apparatuur

tegen beschadiging door overspanning of gevolgen

van blikseminslag verdient aandacht. Overspannings-

beveiliging kan in de technische ruimte / meterkast

worden gerealiseerd en tegen extreme spanningspie-

ken kan met filters in de verdeelpunten goed worden

opgetreden.

PvE suggestie: realiseer tenminste adequate over-

spanningsbeveiliging in de technische ruimte/meter-

kast

3.2.5 Normen en voorwaarden

Voor een nieuw te bouwen schoolgebouw en de

daarin toegepaste technologie bestaan verschil-

lende normen en voorwaarden. Daarbij zijn algemene

voorwaarden, waaraan in ieder geval moet worden

voldaan (zoals de ARBO-wet) en specifieke normen,

waarnaar in een bestek kan worden verwezen. Speci-

fieke normen op ict terrein kunnen nationaal gelden

(bijvoorbeeld door het nationaal normalisatie insti-

tuut (NNI) uitgegeven NEN-normen) of gepubliceerd

zijn door internationale standaardisatie organisaties

(zoals ETSI, IETF, ITU of IEEE).

• Warmte @ 100%

• Kantoorapparatuur (computers, printers,

digiborden, etc.) @ 75%

PvE suggestie: Realiseer een overcapaciteit bij ople-

vering van tenminste 20%

Noodstroomvoorziening (No-break)

Overwogen moet worden wat er nodig is in geval de

algemene energievoorziening uitvalt. In het volgende

worden de belangrijkste elementen genoemd, die in

een risico-analyse aan de orde moeten komen.

• De noodverlichting en ontruimingsbegeleiding moe-

ten voldoende lang op een noodvoorziening blijven

functioneren (accu’s).

• In geval van een interne serverruimte is het van

belang dat bij calamiteiten de apparatuur gelegen-

heid krijgt om “netjes” af te sluiten.

• Inbraakdetectie en deursloten dienen te blijven

functioneren. Indien deze ook via het datanetwerk

worden gevoed (power over ethernet), moet ook de

daarvoor verantwoordelijke netwerkapparatuur blij-

ven functioneren.

PvE suggestie: Noodstroomvoorziening met voldoende

capaciteit (obv risico-analyse)

Technische ruimte(n)

Ook als servers bij een externe partij staan (cloud-

services) ontkom je niet aan centrale technische

apparatuur in de school. Voor gevoelige apparatuur

(servers) wordt een aparte en goedgeventileerde stof-

vrije ruimte gevraagd. De ruimte voor centrale appa-

ratuur voor onder meer klimaatbeheersing en bevei-

liging, vraagt ook aandacht. Deze apparatuur wordt

over het algemeen door externe partijen beheerd en

veelal op afstand. Voor doorgifte van storingsmeldin-

gen en voor beheer/diagnose op afstand zijn daarom

extra netwerkaansluitingen nodig naast die voor de

lokale werkplek voor onderhoudspersoneel. Het kan

nodig zijn om in bepaalde gevallen (regelgeving,

alarmering, telecomserver, etc) een aparte aanslui-

tingen op openbare infrastructuur te realiseren.

Page 26: Nieuwbouw en ict

26

Standaard of norm

Algemeen

•Bouwbesluit(nieuwbouw);

•Gemeentelijkeverordeningenhuisvestingonderwijs

•VoorschriftendienstBouw-enWoningtoezicht,Brand-

weer,Milieudienst,Nutsbedrijven

•Arbowetenregeling;

•Handboekeneenbrandveiliggebouwbouwen/installeren

•Technischeleidraadscholenbouw,VNG2004

Alarmering

Brand: • Brandveiligheid:NEN2535

• Deontruimingsinstallatie:NEN2575

Inbraak: • NetwerkmoetvoldoenaanNEN-EN50136

• Detectoren/systeemmoetvoldoenaanNEN-EN

50131

Producten

Koperkabel(IEEE802.3)

10BaseT–CAT5UTP–10Mbit/s

100BaseT–CAT5UTP–100Mbit/s

1000BaseT–CAT5e/CAT6UTP–1Gbit/s

10GBaseT–CAT6aUTP–10Gbits/s

DraadloosEthernet(WiFI,WLAN:IEEE802.11)

802.11a–54Mbit/s–5GHz

802.11b–11Mbit/s–2,4GHz

802.11g–54Mbit/s–2,4GHz

802.11n–300Mbit/s–2,4of5GHz

TelefonieobvIP/SIP

(basis:IETFRFC3261:SessionInitiationProtocol)

Overig

NEN2916(Energieprestatievanutiliteitsgebouwen)

HetBouwbesluitstelteisenaandeenergieprestatievan

eengebouw

NEN8112aanwijzingenvooropstellenvanontruimings-

planneningebouwen

NEN3531“Schoolmeubelentafelsenstoelen”

NPR3831“Goedzittenopschool”

NENEN1729“Ontwikkelingstoelenentafelsvoor

onderwijsinstellingen”

Overweging

Relevantie van de onderdelen is sterk afhanke-

lijk van invulling (brede) school

Voor verzekering is beveiligingsniveau AL1/DM1

absolute voorwaarde (dit zijn ook minimum

eisen van brandweer en openbare meldkamers)

Beschikbare apparatuur vaak nog maximaal

100Mbit/s; Bekabeling kan wel alvast een niveau

hoger geïnstalleerd (levensduur)

In de 2,4 GHz band werken ook DECT, Bluetooth

en zelfs de magnetrons. Voor nieuwe appara-

tuur is 802.11n aan te raden.

Interne VoIP is algemene praktijk; (ook over

WiFi/WLAN). DECT-toestellen goed koper maar

vraagt extra basisstations

De energieprestatienorm (EPN) voor scholen is

gesteld op 1,3 en voor kantoren op 1,1

Meestal pas na oplevering nieuwbouw,

maar minimale vluchtmogelijkheden tijdig

vaststellen

Indirect gelinkt aan de eisen aan een beeld-

schermwerkplek in de Arbo-regeling

Page 27: Nieuwbouw en ict

27

Visie op onderwijs

De Dijsselbloem heeft een pluriforme schoolpopu-

latie. Het onderwijs wordt zodanig ingevuld, dat

er ruimte bestaat voor zowel christelijke als niet-

christelijke geloofsbelevingen. Daarnaast hebben de

leerlingen verschillende achtergronden (autochtoon

en allochtoon, van laag- tot hoogopgeleide ouders) en

uiteenlopende cognitieve en sociale mogelijkheden.

Het omgaan met deze diversiteit is een uitdaging

voor het team waar passend onderwijs invulling

aan zou kunnen geven. Het onderwijs is momenteel

overwegend traditioneel ingevuld, al is men nu al

bezig met meer passend onderwijs te integreren door

binnen een groep te werken met vijf niveaus.

In het onderwijs op De Dijsselbloem staat het kind

centraal. Een begrip dat vraag om toelichting. Voor De

Dijsselbloem betekent dit in de praktijk het volgende:

• Ga mee met ontwikkelingen waar het kind elke dag

mee te maken krijgt, ook thuis (sluit aan op de maat-

schappij)

4.1 De Dijsselbloem Voorburg: op weg naar nieuwbouw

De Dijsselbloem is een rooms katholieke basisschool

en valt onder het bestuur van Lucas Onderwijs. Onge-

veer 230 leerlingen zijn verdeeld over 10 groepen.

Het team van leerkrachten wordt daarnaast versterkt

door twee Intern Begeleiders (IB), twee remedial

teachers (RT), een zorgleerkracht, gymleerkracht,

administratief medewerker, conciërge en directeur.

Daarnaast is er van DAK Kindercentra een peuter-

speelzaal in het gebouw aanwezig met 2 groepen.

Mohcine Laghmich (directeur) en Olaf de Groot (groep

6 en ict) houden zich momenteel bezig met de eer-

ste plannen voor nieuwbouw dat moet leiden tot

een Programma van Eisen voor de architect. In dit

voorbeeld zijn hun eerste ideeën voor de nieuwbouw

omschreven.

4 Praktijkvoorbeelden

Page 28: Nieuwbouw en ict

28

toekomst mobiele devices, zoals een laptop of iPad,

en digitaal leermateriaal te gebruiken in de klas.

Gebouw en inrichting

Door de invoering van de brede school, moeten

ruimtes multifunctioneel te gebruiken zijn. Het

gebouw staat er voor minstens 40 jaar. De kans is

groot dat waar je nu groep 3 wilt plaatsen dat niet

voor altijd zal zijn. Dit vraagt in de nieuwbouw om

flexibel ruimtegebruik. Een klaslokaal moet ook in de

avonduren voor andere doeleinden gebruikt kunnen

worden. Andersom moet ook een aula of gymzaal als

klaslokaal in te zetten zijn (gym kan overigens ook

digitale leermiddelen gebruiken).

Personeel zoals de intern begeleider, remedial

teacher, maatschappelijk werker, arts of directeur

kunnen in een eigen ruimte in de nieuwbouw wer-

ken, maar hebben geen vaste werkplek. Dit vraagt

om flexibele bewegwijzering (middels inloggen op

je telefoon gekoppeld aan informatieborden). Een

ontvangst in het gebouw waar je geholpen kan wor-

den, werkruimtes aan de voorkant van het gebouw en

klaslokalen aan de achterkant van het gebouw (niet

• Het kind centraal stelt vanuit verschillende organi-

saties (brede school concept, dus ook samenwerking

met kinderopvang DAK). Hierin wil je een door-

gaande lijn aanbieden met dezelfde didactische

uitgangspunten.

• Een kind moet zelfstandig kunnen leren. De school

helpt het kind zelfredzaam te zijn en nog meer te

worden.

• Om het kind centraal te stellen wil De Dijssel-

bloem adaptief onderwijs verder invoeren en zo

ver mogelijk flexibiliseren middels bijvoorbeeld

vijf subniveaus per groep (individuele leerpaden

lijken onhaalbaar). Ter ondersteuning van adaptief

onderwijs moet de voortgang van het kind (zowel

inhoudelijk als sociaal-emotioneel) gevolgd kunnen

worden.

• Op sociaal-emotioneel en fysiek vlak biedt De Dijs-

selbloem een veilige leeromgeving voor de leerlin-

gen en het personeel.

De directeur van De Dijsselbloem heeft ook een dui-

delijke visie op ict: je kunt het je als school niet meer

permitteren niet te werken met computers, en in de

Page 29: Nieuwbouw en ict

29

dit mogelijk blijft. Het werken met laptops (een laptop

per kind) en een draadloos netwerk lijken hierbij ook

onmisbaar. Ook het personeel heeft een laptop tot

zijn/haar beschikking om overal in het gebouw te kun-

nen werken. Ook in de ruimtes die in de brede school

gedeeld worden met andere partijen.

Het door het hele lokaal plaatsen van zogenaamde

vloerputjes is niet wenselijk, in eerste plaats al om-

dat de vloer zo lastig schoon te houden is. Draadloos

lijkt op dit moment de beste oplossing, samen met het

werken met oplaadstations voor laptops of andere

mobiele devices. Over de wensen m.b.t. de dekking

ervan (klaslokaal of hele school) is niet gesproken. De

vraag is of het aanleggen van fysieke bekabeling (vast

netwerk) toch noodzakelijk is om aan te leggen als

back-up, voor als het draadloze niet werkt of uitvalt.

Daar is de school nog niet uit. Waarschijnlijk heeft

het beschikbare budget hier ook nog invloed op.

Voor telefonie maakt de Dijsselbloem via de glas-

vezelkoppeling gebruik van een telefonieserver bij

AB-ZHW, de ict-afdeling van Lucas Onderwijs. Op

het netwerk zijn vaste SIP-toestellen aangesloten en

verder wordt er gebruik gemaakt van DECT-toestellen

met basisstations op het netwerk.

De Dijsselbloem werkt volgens de richtlijnen voor be-

veiliging die door de technisch beheerder van Lucas

Onderwijs (ITS) zijn opgesteld.

Ict gebruik

Steeds meer uitgeverijen stellen digitaal leermate-

riaal beschikbaar. Helaas is dit nog niet zo flexibel

in te zetten dat een leerkracht eruit kan “knippen

en plakken” om zo een eigen les te maken. Maar dat

is wel de toekomst volgens De Dijsselbloem. Educa-

tieve software kan veel van je capaciteit vragen. Het

netwerk mag daarom niet traag zijn. In overleg met

de IT beheerder en Lucas Onderwijs moet het begrip

“traag” nog worden gespecificeerd.

door elkaar, je wilt rust creëren voor de kinderen).

De wens om een ruimte anders te gebruiken resul-

teert ook in de wens een ruimte anders in te kunnen

delen en zelfs groter of kleiner te maken (werken met

flexibele wanden).

Dat een leerling zelfstandig moet kunnen werken

betekent niet alleen “in je eentje werken” wat nu al

op de gangen kan (en zo moet blijven) maar ook in de

klas. De inrichting van tafels in het klaslokaal moet

flexibel zijn. Vast meubilair, bijvoorbeeld bevestigd

aan een wand in de klas, met als doel daar “te com-

puteren” is dus niet gewenst.

De zelfredzaamheid van leerlingen vertaalt zich in het

feit dat leerlingen zonder hulp van de leerkracht hun

eigen leerplek (in de klas of erbuiten) kunnen kiezen

en inrichten. Ze moeten vrij beschikking hebben over

hun leermaterialen (digitaal lesmateriaal, lesboek,

een laptop) en deze ook zelfstandig kunnen opbergen.

Omdat in de toekomst meer gebruik van ict in de klas

wordt gemaakt, dient bij de inrichting van het gebouw

in termen van meubilair (mobiel of vast) rekening

gehouden te worden met het kunnen instellen ervan op

de lengte van het kind. Dat kan door de tafels verstel-

baar te maken en/of de stoelen. Ook het instellen van

meubilair zou vanuit de uitspraak over zelfredzaam-

heid, door het kind zelf moeten kunnen plaats vinden.

Eindapparatuur

De Dijsselbloem wil in het doorvoeren van adaptief

onderwijs zo ver mogelijk flexibiliseren. Een indivi-

dueel leerpad per kind lijkt echter onhaalbaar. Maar

werken vanuit vijf niveaus in een klas moet in de

toekomst wel haalbaar zijn. Ict is onmisbaar om dit

doel te bereiken.

Doordat de klas regelmatig instructies krijgt en werkt

op verschillende niveaus, is het wenselijk te kunnen

werken in verschillende samenstellingen (van individu-

eel tot groepjes of hele klas tegelijk). De ict middelen

die hierbij worden ingezet, zoals een digitaal school-

bord en internet, moeten zo worden “geplaatst” dat

Page 30: Nieuwbouw en ict

30

subniveaus in een groep en individuele verschillen

(vaak zorgleerlingen). Naast klassikale instructies

worden verwerkingsopdrachten in sommige geval-

len in groepjes uitgevoerd op verschillende niveaus.

De wens is in de toekomst meer adaptief onderwijs

toe te passen. Een leerling zou bijvoorbeeld een

voortoets moeten kunnen doen op de computer wat

de leerkracht kan helpen te bepalen of de leerling

verder in het lesboek kan werken (wellicht zelf enkele

opdrachten kan overslaan bij een goed toetsresultaat)

of juist extra hulp nodig heeft middels de computer

alvorens verder in het lesboek te gaan. Zo ontstaan

verschillende niveaus in de groep waarbij sommige

leerlingen met en sommigen zonder computer werken

op een bepaald tijdstip.

Gebouw en inrichting

Aangezien het hier over een brede school gaat, zijn

sommigen ruimtes exclusief voor de Gideonschool en

worden andere ruimtes ook gedeeld. Zo zijn er in het

gebouw twee “wissellokalen” gerealiseerd om met de

andere basisschool in het gebouw capaciteitsfluctu-

aties te kunnen opvangen. Momenteel zijn die twee

lokalen in gebruik van de andere school, de Prins

Willem Alexander school. De pleinen, het speellokaal

en aula in het gebouw worden gedeeld met de andere

basisschool en de buitenschoolse opvang.

De hierboven geschetste visie op onderwijs betekent

in hoofdlijnen voor de ict inrichting dat in een klas-

lokaal een digibord kan helpen bij de klassikale in-

structiemomenten, twee leerlingcomputers in de klas

kunnen worden gebruikt op individueel niveau en de

hal groepen computers bevatten (eilanden). Hierdoor

wordt de hal bij het klaslokaal betrokken.

Onder de computereilanden bevinden zich enkele

vloerputjes met netwerkaansluitingen en stopcontac-

ten, wat tot op heden geen problemen oplevert bij de

schoonmaak. In de klas zijn geen vloerputjes aanwe-

zig en bevinden alle stopcontacten zich op ongeveer 1

meter hoogte. Voor het netjes wegwerken van kabels

was het plaatsen van stopcontacten vlak bij de vloer

Komende jaren moeten keuzes gemaakt worden over

het digitale leerling volgsysteem (LVS) dat gebruikt

gaat worden en dat op termijn gevoed wordt (op

taakniveau) door educatieve software en de elektro-

nische leeromgeving. Een LVS moet webbased zijn

zodat de gebruikers (voornamelijk leerkrachten) deze

overal en altijd kan raadplegen. Op school (dus niet

alleen in het klaslokaal) en thuis. Zorggegevens moe-

ten worden gebruikt om de ontwikkeling van kinderen

te volgen en te gebruiken bij de inrichting van adap-

tief onderwijs (en dus individuele leerpaden). Ict is

een middel om het onderwijs en specifiek een continu

proces van zorg te ondersteunen. Op termijn kan ict

zorg uit handen van de leerkracht halen.

Communicatie en samenwerken: Personeel maakt naar

verwachting meer en meer gebruik van omgevingen

zoals Sharepoint. Ook richting ouders wil je com-

municeren. Nu is er al een digitale nieuwsbrief die

gemaild wordt en op de website geplaatst wordt. De

Dijsselbloem wil papier de school uit. Deze wens stelt

wel extra eisen aan de capaciteit van de internettoe-

gang tot de servers (bij AB-ZHW, de ict-afdeling van

Lucas Onderwijs)

4.2 Brede School Esse Zoom: onderwijzen in nieuwbouw

De nieuwbouw van de Brede School Esse Zoom in

Nieuwerkerk aan den IJssel is ontworpen voor twee

basisscholen, een buitenschoolse opvang en een

gymzaal van de gemeente. De Gideonschool (met acht

groepen) is een van die twee scholen.

De nieuwbouw is in september 2010 opgeleverd.

Ict-coördinator Ad Spelt vertelt over de ict inrichting

van de Gideonschool vanuit de successen en verbeter-

punten.

Visie op onderwijs

Op de Gideonschool wordt klassikaal onderwezen.

Toch wordt steeds meer rekening gehouden met

Page 31: Nieuwbouw en ict

31

er extra lichtschakelaars geplaatst om handmatig

het licht aan en uit te kunnen doen: één schakelaar

per klaslokaal en drie schakelaars bij de uit/ingang

van het gebouw (1 voor alle lokalen, 1 voor hal 1 en

1 voor hal 2). De computers blijven altijd aan, ook al

worden de lichten centraal uitgeschakeld. Het tech-

nisch beheer is zo ingericht dat de computers na 18

uur en automatisch uit gaan en in de ochtend weer

aan. In de schoolvakanties kan de beheerder de com-

puters voor langere tijd uitschakelen.

Wat erg prettig is in de klaslokalen van de Gideon-

school is de zuurstofdetectie. De lokalen zijn hier-

door altijd goed geventileerd wat essentieel is voor

een goed leer- en werkklimaat in de school.

Het beheer van het hele gebouw is in handen van één

beheerder die middels een pasjessysteem toegang

heeft tot de verschillende delen van de brede school.

In de Gideonschool zelf wordt met sleutels gewerkt.

Een schoolbreed pasjessysteem, in plaats van sleutels,

is te duur bevonden, vanwege de voor het beheer

ervan nodige extra arbeidskracht.

netter geweest. In de kleuterklassen worden de stop-

contacten met een kinderbeveiliging afgedekt.

In de klaslokalen bleken achteraf te weinig stopcon-

tacten geplaatst te zijn. Vooral bij de werkplek van de

leerkracht zijn twee stopcontacten onvoldoende. Voor

de schoonmaak is een stopcontact bij de deur nood-

zakelijk. Zo voorkom je tevens dat de schoonmaak aan

stekkers gaat zitten van de computers.

TIP: Denk in de ontwerpfase al uit welke apparatuur

standaard (vast) gebruikt wordt in de klas, hal en kan-

toren door leerlingen, leerkrachten, directie, IB’er,

RT’er en ander personeel zoals de schoonmaker. Door

in een vroege fase ook al na te denken over waar

welk meubilair geplaatst moet worden, kan tevens

beter bepaald worden waar en hoeveel stopcontacten

en internetpunten geplaatst moeten worden. Plaats

daarnaast extra stopcontacten om flexibel te kunnen

gebruiken voor bijvoorbeeld het opladen van een

mobiele telefoon.

Overal in het gebouw zijn sensoren aanwezig die

detecteren of er voldoende licht is. Daarnaast zijn

Page 32: Nieuwbouw en ict

32

Eindapparatuur

Op de Gideonschool wordt voornamelijk klassikaal

onderwezen, wat resulteert in een ict inrichting

waarbij groepen van leerlingen tegelijk met de

computer moeten kunnen werken. In de klas is ter

ondersteuning individuele opdrachten een computer

aanwezig. Er is gekozen voor twee computeraanslui-

tingen per lokaal plus een extra aansluiting voor de

leerkracht. De leerlingcomputers zijn in het lokaal

diagonaal geplaatst ten opzichte van de werkplek van

de leerkracht. Doordat voornamelijk in groepjes met

de computer wordt gewerkt binnen een klassikaal

onderwijssysteem, was er geen directe meerwaarde

van het principe “een laptop per leerling”.

Naast de paar computers in de klas hebben de leer-

lingen in de hallen drie computereilanden met totaal

26 werkplekken met computers tot hun beschikking.

Het werken met groepjes van computers werkt een

stuk efficiënter dan het werken met slechts een paar

computers in het klaslokaal.

Het gebouw van twee verdiepingen heeft twee hallen

waar ook tijdens de les gebruik van wordt gemaakt.

Ict gebruik

De Gideonschool heeft eigen servers. De ruimte waar

hij in staat is handig geplaatst op de 1e verdieping.

Via deze ruimte kan hierdoor indien nodig extra

bekabeling worden aangebracht ten behoeve van de

begane grond en 1e verdieping. Het technisch beheer

is uitbesteed aan een ervaren externe partij, die

toevallig in dezelfde plaats gevestigd is, maar veel

scholen door het hele land bedient. Het onderwijs-

kundige aspect van ict, zoals de keuze van digitaal

lesmateriaal, heeft de school zelf in de hand. De door

de school aangeschafte educatieve software staat op

hun eigen server. Natuurlijk kan daarnaast in de klas-

sen via internet gebruik worden gemaakt van (gratis)

online digitale leermaterialen.

TIP: Maak afspraken over gezamenlijk beheer in een

brede school in goed overleg met alle betrokken par-

tijen. Zet afspraken met elke beheerder op schrift en

beschrijf deze zo SMART mogelijk! Bijzondere aan-

dacht gaat hierbij uit naar het gebruik en beheer van

de verschillende netwerken en mogelijke koppeling

tussen de netwerken.

Page 33: Nieuwbouw en ict

33

computer vanzelf iets naar links (voor rechtshandige)

of naar rechts (voor linkshandige). De glasplaat had

idealiter dus ook iets naar links of iets naar rechts

van het midden geplaatst moeten worden. Daarnaast

mist momenteel een voetenplaat onder de tafels. De

genoemde verbeterpunten worden in overleg met de

leverancier aangepast, die deze optimalisatiepunten

heeft onderkend.

In de hal op de 1ste verdieping staat ook een grote

copier/printer. Helaas kan deze door ontbreken van

een hiervoor geprojecteerd netwerkaansluitpunt niet

opgenomen worden in het netwerk (voor scannen en

printen). Ook hier bleek dat in de ontwerpfase niet

ver genoeg is nagedacht over waar welke apparatuur

moet komen te staan. Aan elke lange wand in een hal,

die niet volgebouwd staat met vaste kasten, zijn mi-

nimaal 1 netwerkpunt en vier stopcontacten wenselijk

voor het aansluiten van apparatuur zoals een extra

computer of randapparatuur zoals een copier/printer.

De vaste computer van de leerkracht in het klaslokaal

is verbonden met een digibord. In de groepen 3 t/m

Er staan namelijk eilanden met geïntegreerde com-

puters. Er zijn twee eilanden voor groepen 3 t/m 8

op de eerste verdieping met totaal twintig werk-

plekken en er is één eiland met lagere werkplekken

naast de kleuterlokalen op de begane grond met acht

werkplekken (momenteel zes thin clients). Onder de

eilanden liggen vloerputten voor de aansluitingen.

Dit levert geen problemen op voor de schoonmakers.

De deuren van de klaslokalen naar de hal zijn groten-

deels van glas zodat de leerkracht altijd zicht heeft

op de eilanden.

Aan de eilanden kunnen de leerlingen werken met

de computer en kunnen de tafels ook voor gewoon

werken gebruikt worden. De computers zijn namelijk

onder de tafels verwerkt; het beeldscherm is te zien

door een glasplaat, het toetsenbord en de muis kun

je onder de tafel uit schuiven en de stoelen zijn in

hoogte te verstellen. Het werkt prachtig maar toch

zijn er ook een paar verbeterpunten te vinden. Zo

bevindt de glasplaat zich centraal in de werkplek,

terwijl een leerling iets links van het midden zit.

Omdat de muis en het toetsenbord naast elkaar

gebruikt worden, schuif je tijdens het werken met de

Page 34: Nieuwbouw en ict

34

en dus afgemonteerd moet worden. Dit bespaart de

school een hoop werk en zorgen!

Voor de telefonie is gekozen voor een eigen telefo-

nieserver op het datanetwerk en voor een mix van

vaste SIP-toestellen en draadloze toestellen (DECT)

met basisstations op het datanetwerk.

De communicatie met de buitenwereld gebeurt over

ADSL (KPN), waarmee de school zowel van een aan-

sluiting op het telefoonnet als van internettoegang is

voorzien.

Infrastructuur

In de Brede School Esse Zoom zijn in totaal drie

datanetwerken aanwezig: één voor de Gideonschool,

één voor de andere basisschool en één voor geza-

menlijk gebruik. Het gezamenlijke netwerk wordt o.m.

gebruikt voor de alarmering, voor toegangsbeheer

(pasjessysteem) en voor aansturing van de verwar-

ming.

Een onderwerp, dat vroeg in het proces aan de orde

was, is de keuze tussen een vast of een draadloos

computernetwerk. In het begin van de ontwerpfase

werd draadloze toegang tot het schoolnetwerk in

alle klassen gewenst, maar hiervan is grotendeels

af gezien vanwege de kosten (er zijn in alle ruimtes

bekabelde basisstations nodig voor een goede dek-

king) en de capaciteitsproblematiek (de capaciteit van

een basisstation wordt met alle actieve gebruikers

gedeeld). De school is wel voorzien van draadloze

netwerktoegang (één basisstation) als aanvulling op

de vaste aansluitingen, vooral ten behoeve van de

IB’ers die op laptops werken.

8 is gekozen voor het digibord van Epson, met een

interactieve beamer die op korte afstand projecteert

op een “gewoon” whiteboard. Voordelen hiervan zijn

dat de leerkracht niet in het licht van de beamer kan

lopen, er weinig strooilicht komt van de beamer, er

op het bord ook geschreven kan worden met white-

board markers en het bord in hoogte verstelbaar is.

Zo kunnen leerkracht en leerlingen goed gebruikt

maken van het (digi)bord, volgens de Arbo-normen.

De klassen zijn zo in het gebouw geplaatst dat ze

geen direct zonlicht hebben dat het werken met het

digibord lastig maakt en alle klassen zijn bovendien

voorzien van zonneschermen (screens).

Voordat de keuze voor de Epson was gemaakt is ook

onderzocht of touchscreens in de klas konden wor-

den gebruikt. Hiervoor bleek minimaal een 65 inch

scherm nodig wat te duur werd. Daarnaast is het

nadeel van een touchscreen dat het erg veel warmte

produceert. Acht grote touchscreens zouden vanwege

hun energiegebruik ook op een aparte 230V-groep

moeten worden aangesloten. Er is wel gekozen om

in de twee kleutergroepen een klein en verrijdbaar

touchscreen te plaatsen. In deze groepen wordt het

scherm namelijk minder gebruikt en is een klein

scherm voldoende om te kunnen gebruiken in bijvoor-

beeld een kring.

De digiborden zien er prachtig uit en werken volgens

de leerkrachten goed. De aansluiting van het digi-

bord had nog wat voeten in aarde. De (zeer dikke)

goot vanaf het whiteboard is naar boven (verticaal)

geplaatst in plaats van direct richting de werkplek

van de leerkracht (horizontaal). De verticale plaatsing

van de kabelgoot resulteert in meer meters kabel

dan maximaal mogelijk is voor een goede aansturing

vanaf de leerkrachtcomputer. Hierdoor moest in som-

mige lokalen de leerkrachtcomputer dichter bij het

digibord worden geplaatst dan gewenst was.

TIP: Maak de leverancier van de digiborden duide-

lijk waar het bord, de beamer en de werkplek van de

leerkracht in het lokaal geplaatst moeten worden. Leg

vervolgens vast dat het digibord werkend opgeleverd

Page 35: Nieuwbouw en ict

35

Ook de basisstations voor draadloze telefonie hebben

via het IP-netwerk contact met de telefonie-server,

die het interne telefonie regelt en ook zorgt voor de

verbinding met de buitenwereld.

A.4 — Ethernet

Ethernet is een netwerkprotocol waarmee computers

in een Local Area Network (LAN) met elkaar communi-

ceren. Bovenop de Ethernetlaag draaien protocollen,

waarvan TCP/IP het bekendste en meest gebruikte is.

Ethernet heeft verschillende fysieke verschijningsvor-

men, waaronder:

• 10BASE-T en snellere varianten: een verbinding met

twisted pair-kabel en RJ-45-stekkers. Hiermee is

alleen een verbinding van punt naar punt mogelijk,

en voor een netwerk van 3 of meer apparaten is dan

ook altijd een hub of switch nodig. De maximale

lengte is 100 meter.

• 10BaseFL: optische verbinding met glasvezelkabel-

paren. Hiermee is alleen een verbinding van punt

naar punt mogelijk. De maximale lengte varieert bij

de gangbare componenten van 200 tot 2000 meter,

maar met specifieke transceivers en kabel is een

afstand van meerdere tientallen kilometers mogelijk.

• 100BASE-T: 100 Mb/s over twisted pair. (100m)

(Cat 5)

• 100BASE-FX: 100 Mb/s over glasvezel. (2km)

• 1000BASE-TX: 1000 Mb/s (1 Gb/s) over twisted pair

(Cat 5e). (100m)

• 1000Base-SX: 1000 Mb/s (1 Gb/s) over Multimode

glasvezel. (240m)

• 1000Base-LX: 1000 Mb/s (1 Gb/s) over Singlemode

glasvezel. (2km)

• 10GBASE-TX: 10 000 Mb/s (10 Gb/s)10 Gigabit Ether-

net over twisted pair (Cat 6a). (100m)

(Mb/s staat voor megabit per seconde, Gb/s staat

voor gigabit per seconde)

A.1 — WiFi

In de dagelijkse praktijk wordt WiFi steeds vaker

gebruikt als synoniem voor ‘draadloos thuisnetwerk’

of WLAN (Wireless LAN), dat werkt volgens de interna-

tionale standaard IEEE 802.11 (draadloos Ethernet).

Producten die volgens deze standaard werken maken

gebruik van radiofrequenties in de 2,4 GHz- en/of 5,0

GHz-band.

Een belangrijk aandachtspunt bij WiFi-netwerken

is de beveiliging van de door de ether verzonden

informatie. Een WiFi-verbinding kan door middel van

verschillende technieken worden versleuteld. (WEP of

WPA).

De 2,4 GHz band is dezelfde band waarin ook mag-

netrons (t.b.v. verhitten van o.a. voedsel) werken,

maar vele draadloze toepassingen maken gebruik

van diezelfde band, zoals draadloze telefonie (DECT),

draadloze muizen en toetsenborden (Bluetooth),

video-overdracht (beveiligingscamera’s en tweede

televisie-aansluitingen), draadloze deurbellen,

garagedeuropeners, hoofdtelefoons en veel andere

apparatuur.

A.2 — DECT

DECT is, net als GSM, een cellulair systeem dat werkt

volgens een ETSI standaard voor digitale draadloze

telefoons, bedoeld voor thuis- of kantoorgebruik.

DECT kan tevens gebruikt worden voor dataover-

dracht. Een DECT-cel is enkele tientallen meters tot

circa 300 meter groot.

A.3 — IP-telefonie

Bij IP-telefonie (Voice over IP of VoIP) wordt het

internet of een ander IP-netwerk gebruikt om spraak

te transporteren. Hierdoor wordt telefonie mogelijk

op datanetwerken en ontstaat de mogelijkheid om

de voorheen traditioneel gescheiden werelden van

spraak en data samen te voegen op één infrastructuur.

Annex A terminologie

Page 36: Nieuwbouw en ict

36

bouw kan ook interessante mogelijkheden bieden om

een gebouw toegankelijk te maken voor verschillende

leerlingen (bijv. leerlingen met een visuele beper-

king). Door middel van RFID tags zouden leerlingen

met behulp van een RFID reader kunnen herkennen

waar ze zijn in de ruimte. Doordat RFID steeds meer

in gebruik raakt dalen de kosten van tags en readers,

waardoor het toepassen van RFID tags in een gebouw

niet heel erg duur hoeft te zijn.

A.8 — Picocell, femtocell

Een picocell is een basisstation, dat typisch wordt

toegepast voor inpandige GSM (GPRS en EDGE) net-

werken, bijvoorbeeld in kantoorpanden. Hiermee kan

een PMN (private mobile network) worden gereali-

seerd, of een extensie van het openbare mobiele net-

werk, bijvoorbeeld in geval van dekkingsproblemen.

In het eerste geval wordt de picocell verbonden met

de eigen telefooncentrale en in het tweede geval met

het openbare netwerk. Een femtocell is een kleinere

uitvoering van de picocell, bijvoorbeeld voor UMTS

en/of toepassingen in huis.

A.9 — Omroepsysteem

Een VoIP omroepsysteem bestaat uit separate IP

speakers die worden gevoed met behulp van Power

over Ethernet (PoE). De IP speakers gedragen zich in

het netwerk als normale VoIP toestellen en kunnen als

enkelvoudig (endpoint) of groepsgewijs (multicast)

worden geconfigureerd.

Door gebruik te maken van het gestandaardiseerde

multicast protocol is het IP speakersysteem in de

meest voorkomende gevallen te combineren met een

vendor onafhankelijke VoIP oplossing.

Met behulp van het VoIP systeem kunnen diverse zo-

nes worden geconfigureerd. In één zone kunnen zowel

IP toestellen en IP speakers worden opgenomen.

De combinatie van VoIP toestellen met IP speakers

vergroot het bereik van de omroepinstallatie. Mede

hierdoor kan het systeem efficiënt worden ingezet op

het gebied van bijvoorbeeld bedrijfshulpverlening.

Additionele software maakt het mogelijk om een IP

A.5 — Cloud computing

Cloud computing staat voor het gebruik van compu-

tercapaciteit van een dienstverlener op afstand (over

een IP-netwerk). Het kent een aantal varianten:

• IaaS (Infrastructure as a Service): dataopslag en

rekenkracht; onderhoud eigen serverpark.

• PaaS (Platform as a Service): ontwikkelmogelijkhe-

den voor eigen software.

• SaaS (Software as a Service), concrete soft-

warepaketten als online dienst (ELO’s, administra-

tieve pakketten, kantoorapplicaties of arrangeerom-

gevingen voor leermateriaal)

A.6 — Thin Client

Server Based Computing is de aanduiding voor de

op MS Windows technologie gebaseerde variant van

het thin client concept. (tegenwoordig wordt dit ook

onder “cloud computing geschaard”). Het houdt in

dat een centrale server MS Windows/PC applicaties

uitvoert die normaal gesproken op decentrale com-

puters zouden draaien. De schermuitvoer wordt naar

een thin client gestuurd die deze in een grafische MS

Windows omgeving aan de gebruiker presenteert.

De term Webapplicatie wordt gebruikt voor een

programma dat op een webserver draait en via de

webbrowser kan worden benaderd. Een webapplicatie

bestaat uit één of meerdere scripts (zie server-side

scripting) die gebruikmaken van dezelfde brongege-

vens op een webserver.

A.7 — RFID

De term RFID staat voor Radio Frequency Identifica-

tion. RFID wordt vaak gezien als een soort digitale

streepjescode die je op een object kunt plakken. Door

de streepjescode kan in de supermarkt een object

(het product) herkent worden als deze wordt gescand.

RFID is daar een digitaal equivalent van, in de vorm

een RFID-tag met een chip met informatie. De RFID

tag zelf kan een uniek identificatienummer bevat-

ten, maar er kunnen ook andere gegevens in worden

opgeslagen.

RFID integreren in de architectuur van een schoolge-

Page 37: Nieuwbouw en ict

37

netische locatieherkenning. Zowel aanraakschermen

en interactieve beamers maken tekenen en schrijven

in het computerbeeld mogelijk.

omroepsysteem te voorzien van tijd- en calamiteiten-

meldingen ter ondersteuning van een ontruimingsin-

stallatie.

A.10 — Energieprestatie

In het Bouwbesluit worden eisen gesteld ten aanzien

van de energiezuinigheid. Voor voldoen aan deze

energieprestatienormen kan de bouwwereld zelf

kiezen met welke maatregelen de vereiste energiezui-

nigheid van een gebouw wordt gerealiseerd. De eisen

zijn niet gericht op zichzelf staande maatregelen

maar op een totaalprestatie met betrekking tot de

energiezuinigheid van een gebouw. Deze energie-

prestatie coëfficiënten (EPC) verschillen per gebruiks-

bestemming. Voorbeelden:

• Bijeenkomstgebouwen @ 2,0

• Kantoren @ 1,1

• Onderwijs @ 1,3

• Sportgebouwen @ 1,8

• Woningen @ 0,8

A.11 — Patchkast

In een patchkast komt alle bekabeling van het data-

netwerk samen. Om systematisch en gecoördineerd

wijzigingen of uitbreidingen (“adds and changes”)

op het netwerk te kunnen aanbrengen zijn alle kabels

afgemonteerd op een “verdeler” waarop doorverbin-

dingen kunnen worden gemaakt.(met RJ45 stekers).

Ter voorkoming van ongecontroleerde mutaties

(ongepland, ongeautoriseerd, niet gedocumenteerd,

vandalisme) is een goede afsluiting van de patchkast

sterk aan te bevelen.

A.12 — Digibord

Digibord is een verzamelnaam voor verschillende

uitvoeringsvormen voor de moderne opvolger van het

schoolbord. Belangrijke eigenschappen zijn weergave

van computerbeeld en interactie. Dit laatste houdt in

principe in dat er zodanig iets op het bord kan wor-

den aangewezen dat de computer dat kan volgen. Dit

kan op verschillende manieren zijn gerealiseerd: van

cursorbesturing tot aanraakscherm of optische mag-

Page 38: Nieuwbouw en ict

38

Nieuwbouw en ict bij scholen

© kennisnet, Zoetermeer 2011

Tekst: J.B.Dietz (TNO) & W.Lockefeer (VKA)

Tekstredactie: Evita Nort

Vormgeving: Fabrique, Delft

Druk: OBT de Bink, Leiden

Uit deze uitgave mag niks worden

verveelvoudigd (waaronder begrepenhet

opslaan in een geautomatiseerd

gegevensbestand) of openbaar gemaakt,

op welke wijze dan ook, behoudens in

geval de verveelvoudiging van de inhoud

van deze uitgave plaatsvindt onder

de licentie “naamsvermelding, niet-

commercieel, geen afgeleide werken” als

gehanteerd door Creative Commons.

Page 39: Nieuwbouw en ict

39

Page 40: Nieuwbouw en ict

40

Kennisnet. Leren vernieuwen.

Stichting Kennisnet

Paletsingel 322718 NT Zoetermeer

Postbus 7782700 AT Zoetermeer

T 0800 321 22 33F 079 321 23 22I kennisnet.nl