netwerk acute zorg brabant NAZBericht 14 · onze pijlers op de acute psychiatrie. We hebben...
Transcript of netwerk acute zorg brabant NAZBericht 14 · onze pijlers op de acute psychiatrie. We hebben...
14
netwerk acute zorg brabant
NAZBericht
december 2016
InhoudsopgaveNAZB in de startblokken voor 2017
Zakkaartjes EDS voor de politie
Nieuw Brabantbreed protocol sepsis
Ambulancemedewerkers voorbereid op grote ramp
De traumapatiënt vergrijst
Triage ambulance in kaart
Input Kwaliteitskader Spoedzorg gebundeld
Leergang Bedrijfscontinuïteitsmanagement
COLOFON
Redactie Charlotte Reddingius Eindredactie Charlotte Reddingius
en Christine Schepel Fotografie ETZ Fotografie & Film,
Maria van der Heyden fotografie Vormgeving Anja Verlaat
Drukwerk DekoVerdivas
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt, op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van NAZB.
0307081014171820
Agenda
24 januari Kennisplatform crisisbeheersing & OTO huisartsen
31 januari Kennisplatform crisisbeheersing & OTO ziekenhuizen
02 februari Overleg Medisch Managers
09 februari Regionaal Spoedzorg Overleg (RSO)
23 februari Focusgroep Acute Obstetrie
09 maart Focusgroep Acute Psychiatrie
15 maart Kennisplatform crisisbeheersing & OTO CBRN
17 maart Werkgroep ROS
21 maart Regionaal Trauma Overleg (RTO)
22 maart Kennisplatform crisisbeheersing & OTO ziekenhuizen
22 maart Focusgroep CVA
30 maart Tactisch Regionaal Overleg Acute Zorg
Kijk voor meer informatie en de complete agenda op www.nazb.nl.
Postadres
Postbus 90151
5000 LC Tilburg
Bezoekadres
Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis
locatie ETZ Elisabeth
Hilvarenbeekseweg 60
5022 GC Tilburg
Secretariaat
T 013 • 539 23 32
Netwerk Acute Zorg Brabant
www.nazb.nl
Goede stappen gezet
in de ketensamenwerking
Het nieuwe jaar is begonnen. Christine Schepel, hoofd NAZB, kijkt terug op
een bevlogen jaar en blikt samen met haar collega’s vooruit naar 2017.
“Het was een druk jaar”, blikt Christine
Schepel, hoofd NAZB, terug. “Er zijn
afgelopen jaar weer belangrijke stappen
gezet in de ketensamenwerking.”
Momenteel werkt NAZB aan een meerjaren-
beleidsplan, dat in de zomer van 2017
gereed is.
ROAZ
Het ROAZ-programma maakte afgelopen
jaar een belangrijke verandering door: zo
werd het ROAZ opgesplitst in het tactisch
ROAZ en strategisch ROAZ. De ervaringen
zijn positief, aldus Yvonne van Persie,
adviseur acute zorg. “Het tactisch ROAZ
wordt interactiever ingestoken. Zo willen
we stimuleren dat deelnemers aan het
overleg elkaar beter leren kennen en ook
buiten de vergaderingen om elkaar weten
te vinden.” Kennisdelen vond ook plaats in
het nieuwe overleg voor de medisch
managers van de Brabantse SEH’s.
Spoedzorg
De afgelopen periode stonden het
Kwaliteitskader Spoedzorg en de
patientjourneys hoog op de agenda
(lees verder op pagina 18). Alle elf trauma-
regio’s kregen de opdracht om samen met
het netwerk twee patientjourneys uit te
werken. Christine: “Ik vond het fantastisch
dat buiten alle overlegmomenten om
ketenpartners de tijd vonden om enthousi-
ast mee te denken hierover.” De spoedzorg
03
05
is ook in 2017 een belangrijk onderwerp op
de ROAZ-agenda. “De druk op de acute zorg
is bij alle ketenpartners hoog, onder meer
door de toenemende vraag, de veranderde
patiëntenpopulatie door vergrijzing en
krapte op de arbeidsmarkt”, schetst
Christine. “Komend jaar richten we ook
onze pijlers op de acute psychiatrie.
We hebben bijzondere aandacht voor het
vervoer en de opvang van verwarde
personen. In het tactisch ROAZ komt een
speciale bijeenkomst over dit thema.”
Traumaregistratie
“Voor de traumaregistratie was 2016 een
jaar van stabilisatie”, blikt Mariska de Jongh,
klinisch epidemioloog, terug. Katinka van
Delft, medisch informatiekundige en
coördinator traumaregistratie, knikt: “Grote
veranderingen, zoals de overstap naar de
AIS-letselcodering in 2015, vonden niet
plaats in 2016. Echter, elk jaar proberen we
de traumaregistratie naar een hoger niveau
te tillen door de kwaliteit, volledigheid en
veiligheid van gegevens samen met de
Brabantse ziekenhuizen te optimaliseren.”
Het blijven voldoen aan verscherpte
wet- en regelgeving is een belangrijk topic
voor 2017.
Onderzoek
Onderzoek staat niet stil in 2016. Zo waren
er publicaties over stomp nierletsel bij
kinderen, het meten van kwaliteit van leven
met de Nederlandstalige versie van de
vragenlijst Short Musculoskeletal Function
Assessment (SMFA) en het studieprotocol
van de BIOS-studie. De inclusieperiode van
die studie is onlangs afgerond dankzij
goede samenwerking met de ziekenhuizen.
In 2017 worden deze patiënten gevolgd en
de eerste resultaten bekendgemaakt.
Verder onderzoekt arts-onderzoeker Lars
Brouwers momenteel de toepassing van de
3D-printer bij complexe heupkomfracturen.
Crisisbeheersing
2016 staat voor Patricia van Roessel en
Eelko Netten, projectleiders crisisbeheer-
sing & OTO, symbool voor de doorontwikke-
ling van het denken in bedrijfscontinuïteits-
management. Zo startte afgelopen jaar de
pilotcursus BCM implementeren voor
zorginstellingen (pagina 20). Aan de hand
van denken in BCM en de effecten op
ketensamenwerking wordt in 2017 het
scenario ICT-uitval uitgewerkt. “ICT-uitval is
een grote bedreiging voor de bedrijfs-
continuïteit voor zowel een zorginstelling
als de gehele acute zorgketen”, legt Eelko
uit. Patricia: “We zien graag dat zorginstel-
lingen proactiever nadenken over de
effecten van verstoringen van de
In 2017 gaat het stafbureau NAZB aan de slag
met een meerjarenbeleidsplan.
04
bedrijfscontinuïteit op de keten, zodat ze
eerder hierop kunnen anticiperen en
escalaties op de acute zorg kunnen
voorkomen. De cursus BCM implementeren
voorziet in deze behoefte. We verwachten
veel enthousiaste deelnemers.”
Ketensamenwerking
Voor Eelko en Patricia was 2016 dus een
bevlogen jaar. Ze kijken tevreden terug op de
grootschalige ketenoefening Outbreak van
februari en de themabijeenkomst over
terrorisme in juli. “Beide activiteiten
maakten duidelijk dat zorginstellingen de
keten nodig hebben om goede zorg te
leveren”, zegt Patricia. Eelko beaamt dat:
“We gaan in 2017 verder met ketensamen-
werking, bijvoorbeeld bij de voorgangs-
gesprekken crisisbeheersing & OTO. Wij gaan
het gesprek aan met zorginstellingen over
hun eigen rol en behoeften bij bijzondere
omstandigheden in ketenverband.”
06
“Ik blijf de acute zorg volgen”
Yvonne van Persie, adviseur acute zorg, neemt afscheid van NAZB. Yvonne gaat aan de
slag bij een bureau voor organisatieadvies, interim-management en
projectmanagement in de zorg. “Ik heb de afgelopen jaren met plezier bij NAZB en in
het werkveld van de acute zorg gewerkt. Ik wil iedereen bedanken voor de prettige
samenwerking en kijk uit naar mijn nieuwe uitdaging. De ontwikkelingen in de (acute)
zorg in Brabant blijf ik op de voet volgen.”
De politie komt op straat personen tegen die verkeren in een
opwindingstoestand door drugsgebruik met medische en/of
psychische complicaties, ook wel bekend als Excited Delirium
Syndroom (EDS). EDS kan leiden tot plotselinge dood. Daarom
moet de persoon vervoerd worden naar een SEH om
behandeld te worden.
Om de herkenning van en omgang met EDS bij de politie in
Noord-Brabant te bevorderen, heeft NAZB in samenwerking
met onder andere Novadic-Kentron, de politie en SEH-artsen
een poster en een zakkaartje ontwikkeld. De poster kan in de
koffiekamers worden opgehangen. Zo wordt het gesprek over
EDS bevorderd. Het zakkaartje kan een politieagent inzetten
als hij een persoon in een EDS-toestand tegenkomt.
Het kaartje heeft hij dan snel bij de hand.
Zakkaartjes EDS
Informatie meteen
bij de hand
07
regionaal overleg acute zorg
Snelle herkenning met protocol sepsis
Het protocol geeft uitleg over wat sepsis is,
hoe de zorgprofessional het ziektebeeld
kan herkennen en welke behandeling nodig
is. De werkgroep Sepsis maakte het
protocol op basis van bestaande richtlijnen
en vergeleek en combineerde protocollen
uit meerdere ziekenhuizen. “Herkennen
van sepsis is moeilijk”, aldus Gerba Buunk,
voorzitter werkgroep Sepsis. “Bij te laat
behandelen neemt de kans op complicaties
toe.” Joost Frenken, deelnemer aan de
werkgroep, knikt: “Een kwetsbare groep
patiënten, bijvoorbeeld ouderen, kan door
deze ziekte snel overlijden.”
Buunk: “Met het protocol herkennen we
binnen de acute zorgketen sepsis eerder en
kunnen we patiënten met sepsis adequater
behandelen, door bijvoorbeeld al vroeg te
starten met antibiotica. Patiënten worden
bovendien met een andere mindset vanuit
de ambulance of huisartsenpost het
ziekenhuis binnengebracht.” Frenken vult
aan: “Het stroomdiagram is zo gemakkelijk
mogelijk omschreven, waardoor het
toepasbaar is op en begrijpelijk is voor de
gehele acute zorgketen. En dat is belang-
rijk, want hoe sneller sepsis behandeld
wordt, hoe beter.”
0908
De werkgroep Sepsis heeft een Brabantbreed protocol en stroomdiagram ontwikkeld.
Met deze documenten is de stap gezet naar uniforme behandeling van sepsis.
Implementatie
Momenteel toetsen we of er een
breed draagvlak is. In 2017 starten
we met de regionale implementatie.
Informatievoorziening en borging
onder de ketenpartners huisartsen en
specialisten ouderengeneeskunde is
hiervan een onderdeel.
regionaal overleg acute zorg
Werkgroep Sepsis v.n.l.r.:
Gerba Buunk acute internist Amphia Ziekenhuis Harm Haak acute internist MMC
Liesbeth de Vos SEH-arts ETZ, medisch coördinator NAZB Eugène den Boer
verpleegkundig specialist acute zorg RAV Brabant Midden-West-Noord
Joost Frenken SEH-arts Elkerliek Ziekenhuis, medisch manager Ambulancezorg
RAV Brabant-Zuidoost Yvonne van Persie adviseur acute zorg NAZB
Op de foto ontbreken:
Ylva Onderwater huisarts Margriet Hermans specialist ouderengeneeskunde
Ambulancemedewerkers
voorbereid op grote ramp
Sinds 2016 wordt in Nederland bij grote incidenten met veel slachtoffers
gewerkt volgens een nieuw bijstandsmodel: de Grootschalige Geneeskundige
Bijstand (GGB). Trainingen in Brabant zijn hiervoor in volle gang.
“Onze ambulancemedewerkers doen het
heel goed”, zegt Lianne van Driel verheugd.
Als staffunctionaris Crisisbeheersing bij
RAV Brabant Midden-West-Noord is zij
betrokken bij de trainingen GGB. De eerste
trainingen zitten er inmiddels op. In de regio
Brabant-Zuidoost is de training ontwikkeld
en zijn ambulancemedewerkers op dezelfde
manier geschoold. “Trainers van RAV
Brabant-Zuidoost hebben onze interne
trainers opgeleid. Die hebben de training
doorontwikkeld tot wat het nu is. Een mooi
voorbeeld van regionale ketensamenwer-
king”, aldus Van Driel.
Coördinerende rol
Het nieuwe bijstandsmodel vergt een
compleet nieuwe manier van werken voor
het ambulancepersoneel. “Bij GGB moet de
eerste ambulance ter plaatse nog nadrukke-
lijker een coördinerende rol op zich nemen”,
legt Van Driel uit. “Dat kan voor ambulance-
medewerkers soms knap lastig zijn, omdat
hun eerste reactie hulpverlenen is.”
Leerrendement
In 52 dagen werden ruim 400 medewerkers
van de RAV Brabant Midden-West-Noord
geschoold door eigen trainers. Bij deze
training kregen de deelnemers in koppels
Ambulancemedewerkers
lossen in koppels het
scenario op.
10 11
opleiden, trainen, oefenen
via beeld en geluid in rap tempo twee
scenario’s voorgeschoteld, bijvoorbeeld een
helikoptercrash. In een ‘real case scenario’
moesten ambulancemedewerkers laten
zien hoe ze handelen in dit soort rampsitua-
ties. Ze moesten het aantal slachtoffers
inschatten, hoeveel ambulances nodig zijn
en de eerste coördinatie op zich nemen,
oftewel Command & Control.
Meteen na scenario één volgde het
volgende scenario. “Daarin zat de winst”,
aldus Van Driel. “Deelnemers behaalden bij
het tweede scenario een enorm leerrende-
ment. Zo konden ze het aantal slachtoffers
beter inschatten, kwamen ze eerder tot
belangrijke inzichten en handelden ze
sneller. Bovendien namen ze de regie en
waren ze op elkaar ingespeeld.”
Blijven leren
“De afgelopen maanden hebben deelne-
mers ervaren hoe zo’n grootschalig incident
in de praktijk verloopt”, zegt Van Driel.
Aansluitend volgt begin 2017 een regionale
scholingsdag die in het teken staat van GGB.
De scholingen reiken bovendien verder dan
de muren van de RAV. Zo vinden jaarlijks
grote systeemoefeningen plaats, waar
samenwerkingspartners als het Rode Kruis
en GGD/GHOR bij betrokken zijn. Ook gaat
de RAV samen met de ziekenhuizen het
proces van de gewondenspreiding aan-
scherpen. “We blijven leren van elkaars
processen”, besluit Van Driel.
GGB is een landelijk bijstandsmodel en
wordt ingezet bij grote incidenten met
veel slachtoffers als aanvulling op de
reguliere acute zorg. In dit model werkt
de RAV samen met het Rode Kruis om
gewonde slachtoffers bij een
grootschalig incident zo spoedig
mogelijk van de plek van de ramp naar
het juiste ziekenhuis te vervoeren. Het
ambulancepersoneel zorgt bij de
rampplek voor het stabiliseren en
behandelen van zwaargewonden.
Noodhulpteams van het Rode Kruis
verzorgen de lichtgewonden. Het
Instituut Fysieke Veiligheid (IFV) is
verantwoordelijk voor de landelijke
steunpunten, die binnen twee uur
materiaal en middelen ter plaatse
brengen.
De Veiligheidsregio (GHOR) heeft ten
tijde van een grootschalig incident de
regie en coördinatie over de inzet van
de GGB.
Grootschalige Geneeskundige Bijstand
Walter Derks is ambulance-
verpleegkundige én ontwikkeltrainer
bij RAV Brabant Midden-West-Noord.
“Het is ontzettend leuk en uitdagend
om mijn opgedane kennis over te
brengen op mijn collega’s”, zegt Derks
vol overtuiging. De scholingen worden
gegeven voor en door eigen
ontwikkeltrainers. “Ik werk al 21 jaar als
ambulanceverpleegkundige en ben zelf
ook nog ‘fulltime op de auto’. We
krijgen voor onze lessen veel inspiratie
uit de eigen praktijk. Zo halen we
informatie uit ritrapporten van onze
medewerkers.” Trainingen volgen het
principe realistisch oefenen, legt Derks
uit. “We werken veel met
simulatieoefeningen en beeld en
geluid.” Zo ook bij de scholingsdag over
de Grootschalige Geneeskundige
Bijstand (GGB). “In de ochtend bieden
we interactieve workshops aan.
’s Middags mogen collega’s aan de slag
met een zogeheten ‘table top
oefening’, waarbij via computer-
simulatie een groot incident opgelost
moet worden.” De GGB vraagt veel van
onze collega’s, maar echt een groot
incident, dat maken niet veel
medewerkers mee, aldus Derks.
Eén ding is volgens hem dus van groot
belang: “We moeten blijven oefenen.
Want trainen, dat is herhalen.”
12 13
Walter Derks, ontwikkeltrainer
“Trainen is herhalen”
De multitraumapatiënt vergrijstMultitrauma komt steeds vaker voor bij de oudere patiënt. Deze
patiënten hebben bovendien andere letsels dan de jongere generatie.
Dat blijkt uit een grootschalige studie,
waarbij gegevens uit de Brabantse trauma-
registratie als basis dienden. “De afgelopen
jaren is de patiëntenpopulatie sterk
veranderd”, vertelt Koen Lansink. In zijn
dagelijkse praktijk als traumachirurg zag
Lansink deze tendens nadrukkelijk terugko-
men. “Waar voorheen multitraumapatiënten
voornamelijk een jonger publiek betroffen,
zien we nu dat veel ouderen met meervou-
dig letsel worden binnengebracht.”
In februari volgend jaar promoveert hij op
onder meer deze studie.
Toename
Het onderzoek maakt gebruik van gegevens
uit de Brabantse traumaregistratie, wat
gezien kan worden als betrouwbare en
representatieve data voor geheel Neder-
land. Gegevens van bijna 60.000 patiënten
in de periode 2010-2014 zijn geanalyseerd.
De studie bevestigt Lansinks beeld van de
dagelijkse praktijk: de aantallen traumapati-
enten en multitraumapatiënten van 65 jaar
en ouder neemt toe gedurende deze
periode, maar die toename is sneller dan de
trend van een vergrijzende bevolking. “We
zien een piek in de leeftijd 15 tot 25 jaar.
Echter, de grootste groep patiënten bevindt
zich in de leeftijdscategorie 75 tot 90 jaar.
Vandaag de dag is bijna de helft van onze
multitraumapatiënten een oudere patiënt”,
verduidelijkt Lansink. Ouderen hebben
bovendien andere verwondingen. Zo
hebben zij vaker dan jongere traumapatiën-
ten letsel aan het hoofd, de borstkas en de
onderste ledematen (zoals heupfracturen).
Een kwetsbare groep
De resultaten zijn te verklaren door de
veranderende levensstijl van 65-plussers.
Lansink: “Mensen zijn langer actief,
15
De zorg voor de oudere
patiënt wordt een steeds
belangrijker topic.
onderzoek
14
NAZB verwelkomde in mei een nieuwe communicatieadviseur
17
Triage ambulance in beeldNAZB werkte voor de studie samen met
Netwerk Acute Zorg Zwolle en Acute
Zorg Euregio. Uit het onderzoek komt
naar voren dat het Landelijk Protocol
Ambulancezorg (LPA) niet altijd
voldoende handvatten biedt om
patiënten naar het juiste ziekenhuis te
vervoeren. De norm van Zorginstituut
Nederland (ZIN) stelt dat 90 procent van
alle multitraumapatiënten gebracht
wordt naar een level 1 traumacentrum.
Geen van de acute zorgregio’s voldoet
daaraan, blijkt uit het onderzoek.
Uit de analyse komt naar voren dat
ambulancepersoneel grotendeels juist
handelt volgens het LPA.
Echter, dat protocol lijkt niet altijd
afdoende om te bepalen of er volgens
de Injury Severity Score (ISS) sprake is
van een multitraumapatient die naar
een level 1 traumacentrum vervoerd
moet worden. De ISS kan namelijk pas
achteraf in het ziekenhuis berekend
worden. Zo bleek dat van de multitrau-
mapatiënten die direct in een level 1
traumacentrum terechtkwamen, er bij
61 procent volgens het LPA geen
criterium aanwezig was om patiënten
daarnaartoe te verwijzen. Van de
multitraumapatiënten die conform
protocol naar level 2 of 3 ziekenhuis
gebracht werden, had 88 procent
achteraf gezien naar een level 1
traumacentrum vervoerd moeten
worden.
Vervolgonderzoek is nodig om te
bestuderen op welke kenmerken
ambulancepersoneel moet letten om de
triage naar een level 1 traumacentrum
te optimaliseren.
Ambulancepersoneel doet het overwegend goed in het triëren van
multitraumapatiënten naar een level 1 traumacentrum. Dat blijkt uit
onderzoek van drie acute zorgnetwerken in Nederland.
onderzoek
verkeren in een gezondere conditie en
hebben meer vrije tijd dan vroeger. Echter,
de jaren gaan tellen: de consequenties voor
ouderen zijn groter dan voor jongere
mensen met hetzelfde letsel.” Een andere
factor is het gebruik van antistollingsmid-
delen bij ouderen, wat mogelijk de toename
aan hoofdletsels kan duiden.
Vervolg
De studie biedt volgens Lansink voldoende
input voor vervolgonderzoek. Zo moet
verder bestudeerd worden in hoeverre de
oudere patiënt een andere behandeling
nodig heeft ten opzichte van jongeren,
vanwege factoren als comorbiditeit,
osteoporose en het gebruik van bloedver-
dunnende medicatie. Lansink concludeert:
“De zorg voor de oudere patiënt wordt een
steeds belangrijker topic. In de komende
jaren groeit de behoefte naar ziekenhuis-
bedden bij de afdeling Traumatologie.
De trend dat er minder bedden nodig zijn in
ziekenhuizen vanwege een kortere
opnameduur, geldt dus niet voor de oudere
multitraumapatiënt.”
Niet behandelen van ouderen die na
een val heup of schouder hebben
gebroken, is veel vaker een serieuze
optie dan tot op heden wordt
gepraktiseerd. Dat was de conclusie
van het Trauma TopZorg Symposium
‘Het ongeluk op de oude dag’, dat zich
donderdag 22 oktober afspeelde in de
aula van het Elisabeth-TweeSteden
Ziekenhuis. Ruim 220 professionals
discussieerden over de meest
gewenste behandelwijze van oudere
patiënten na een valincident met als
centrale vraag ‘Tot hoe ver gaan we?’
Diverse sprekers als Koen Lansink,
Jeroen Steens (orthopedisch chirurg),
Saskia Kloet (programmamanager
VeiligheidNL) en Bert Keizer (filosoof)
kwamen aan het woord. Lees het
volledige verslag op www.nazb.nl.
Symposium Trauma TopZorg
zoomt in op oudere doelgroep
16
Input Kwaliteitskader
Spoedzorg gebundeldIn september en oktober vonden er bij de
elf acute zorgnetwerken sessies plaats om
door het beschrijven van diverse
patientjourneys input te leveren voor het
Kwaliteitskader Spoedzorg. “Complimenten
hiervoor”, zegt Katja Damen, programma-
manager Acute Zorg bij het Landelijk
Netwerk Acute Zorg. “Er is veel tijd, energie
en enthousiasme gestoken in het beschrij-
ven van deze patientjourneys. Zonder die
input hadden we nooit zoveel informatie
verkregen.” Aan de hand van vijf kern-
vragen en een brownpaper (zie kader) werd
de patientjourney uitgewerkt. Een werk-
groep heeft die input bestudeerd en
gebundeld in één handzaam document.
“Het is nog te vroeg om conclusies te
trekken, maar we kunnen al wel vertellen
dat informatieoverdracht tussen de
schakels in de acute zorgketen een punt ter
verbetering is. De constatering dat de
thematiek en uitkomsten in de diverse
regio’s overeenkwamen, was prettig.”
De komende periode gaan twaalf landelijke
partijen, waaronder de Landelijke
Huisartsen Vereniging en Ambulancezorg
Nederland, de uitkomsten nader bestuderen.
Het is de bedoeling dat in het voorjaar van
2017 het Kwaliteitskader Spoedzorg
gereed is en wordt opgenomen in het
register van Zorginstituut Nederland.
Volg onze website www.nazb.nl om op de
hoogte te blijven van de ontwikkelingen
rondom het Kwaliteitskader.
Het Kwaliteitskader Spoedzorg begint steeds meer vorm te krijgen. De geleverde input
vanuit de regio wordt de komende tijd gebundeld en met landelijke partijen besproken.
1918
Bij de uitwerking van de
patientjourneys werd gewerkt
met een ‘brownpaper’.
regionaal overleg acute zorg
Tijdens de brainstormsessies werd op zogeheten ‘brownpapers’ een
patientjourney in beeld gebracht. Op deze grote vellen werd het volgende
beschreven: melding, triage, vervoer, diagnostiek, behandeling, uitstroom
en ketenevaluatie. Alle acute zorgregio’s werkten op die manier, wat het
vergelijken van de uitkomsten ten goede kwam.
Brownpaper
BCM: voorbereid op
bijzondere omstandigheden
NAZB biedt vanaf 2017 de leergang Bedrijfscontinuïteitsmanagement (BCM)
implementeren aan voor zorginstellingen. De pilotcursus is recent succesvol afgerond.
Om onder alle omstandigheden, dus ook bij
rampen en crises, zorg te kunnen blijven
leveren, passen steeds meer zorginstellin-
gen de principes en werkwijzen van BCM
toe. Zorginstellingen worstelen met vragen
als: welke bedrijfsprocessen zijn nu écht
kritisch? Welke gerichte maatregelen kan ik
dan nemen? De leergang BCM biedt tools
en adviezen, op maat gemaakt voor
zorginstellingen.
Negen maanden lang krijgen cursisten les
van adviseurs op het gebied van BCM,
project- en verandermanagement en OTO.
Deelnemers starten tijdens de training een
BCM-traject bij een proefafdeling in hun
eigen organisatie. Na afloop hebben
deelnemers kennis over en ervaring met de
te nemen stappen in een BCM-traject en
beschikken zij over een plan op maat
om BCM in de eigen organisatie te
implementeren.
De cursus is begin 2016 getoetst in een
pilot. Vier cursisten namen deel. Lees de
ervaringen van twee cursisten op
pagina’s 20 en 22.
De startbijeenkomst van de volgende
leergang BCM implementeren is op
21 februari 2017.
2120
NAZB organiseert regelmatig een
masterclass BCM voor zorginstellingen.
Deelnemers krijgen inzicht in wat BCM is,
wat het oplevert en welke rol zijzelf
rondom BCM willen of kunnen nemen.
De volgende masterclass is op
2 februari 2017. Neem voor meer
informatie contact op met Eelko Netten,
projectleider crisisbeheersing & OTO,
via 013 539 29 32.
Masterclasses“Ik heb de pilotcursus Bedrijfs-
continuïteitsmanagement (BCM)
implementeren als intensief en nuttig
ervaren. De core business van een
ziekenhuis is zorg verlenen, ook tijdens
bijzondere omstandigheden. Wat is nu
écht de impact wanneer de stroom
uitvalt of er wateroverlast is? Hoe te
handelen als de IC of OK niet meer
kunnen draaien? Dat stond centraal in
de pilot. Ik heb inzicht gekregen in wat
BCM is en hoe we dat in het Bravis
Ziekenhuis kunnen implementeren.
Sommige lesstof pas ik nu al toe in de
praktijk. Zo heb ik geleerd hoe ik een
escalatiematrix kan gebruiken en weet
ik hoe ik een projectplan moet
schrijven. NAZB reikte ons daarvoor een
format aan, erg handig. Eén ding heb ik
geleerd: het inbedden van bedrijfs-
continuïteitsmanagement in de
organisatie vergt veel tijd.
De hamvraag is wie de geschikte
persoon in onze organisatie daarvoor
gaat zijn en of nu het juiste moment is
om kort na een fusie te starten met het
implementeren van BCM. Daarover ga ik
in overleg met het managementteam.”
Peter d’Haensteamleider Veiligheid Bravis Ziekenhuis
“Lesstof pilotcursus
pas ik nu al toe”
opleiden, trainen, oefenen
“De pilot BCM implementeren vond ik
bijzonder praktijkgericht en meteen
toepasbaar op mijn eigen werk-
zaamheden. De trainers gaven mij
tijdens de pilot veel vrijheid om met
mijn eigen organisatie aan de slag te
gaan. Zo had ik aan het eind van de
cursus mijn bedrijfscontinuïteitsplan al
op de plank liggen. Een eyeopener vond
ik dat je bij BCM puur moet kijken naar
de kritische processen. De SEH, OK of
IC: die bepalen of er een crisis is. Een
ziekenhuis valt niet om als de facilitaire
diensten of juridische zaken niet
meer operationeel zijn.
In de pilot leerden we hoe je die
kernprocessen stap voor stap doorloopt
en analyseert. Ik ben momenteel bezig
met de voorbereidingen op de
implementatie van BCM in het Elkerliek
Ziekenhuis. Vanaf april 2017 ga ik
daadwerkelijk samen met de eerste
afdeling aan de slag om BCM in de
organisatie te implementeren. In 2020
wil ik tien kritische afdelingen hebben
doorlopen.”
Theo ErmensZiROP coördinator Elkerliek Ziekenhuis
“Puur kijken
naar kritische
processen”
opleiden, trainen, oefenen22
Wij kijken uit naar een prettige voortzetting
van onze samenwerking
in 2017!
Met vriendelijke groet
van het team
Netwerk Acute Zorg Brabant
Nieuws of plannen?
Heeft uw organisatie nieuws of
plannen? Laat het ons weten. NAZB
plaatst regelmatig actuele berichten
van onze ketenpartners op de website.
Mail uw bericht naar:
Volg ons op LinkedIn
Wist u dat NAZB regelmatig berichten
deelt op onze LinkedIn-pagina?
Ga naar www.linkedin.com en volg
‘Netwerk Acute Zorg Brabant’.
Samen vormen we een stevig netwerk