NAVI Handreiking Security.indd

52
Bewust Vitaal Een handreiking voor het ontwikkelen van een Security Awareness programma

Transcript of NAVI Handreiking Security.indd

Page 1: NAVI Handreiking Security.indd

BewustVitaalEen handreiking voor het ontwikkelen van een

Security Awareness programma

Page 2: NAVI Handreiking Security.indd

2

Page 3: NAVI Handreiking Security.indd

3

Wat is het NAVI

In het Nationaal Adviescentrum Vitale Infrastructuur (NAVI) werken overheid en bedrijfsleven samen aan de

verbetering van de bescherming van de vitale infrastructuur in Nederland tegen moedwillig menselijk handelen.

Deze bescherming heet security. In haar activiteiten richt het NAVI zich op fysieke, personele, organisatorische en

digitale dreigingen.

Het NAVI ondersteunt beheerders en eigenaren van de vitale infrastructuur en de overheden op drie manieren:

Veilig platform voor informatie-uitwisseling

Het NAVI geeft de gelegenheid om binnen een vertrouwde omgeving, met elkaar informatie uit te wisselen.

Dit gebeurt zowel in een grotere openbare setting als in kleine besloten bijeenkomsten. Het NAVI brengt partijen

bij elkaar, bijvoorbeeld via het organiseren en ondersteunen van kennis- en informatieknooppunten. Hierin komen

partijen bij elkaar om informatie te delen en over beveiligingsonderwerpen te spreken.

Aanbieden van kennis en expertise

Het NAVI biedt zelf kennis en expertise aan en stelt de betrokken partijen in staat om kennis en informatie binnen de

vitale sectoren in Nederland te delen. Kennis en informatie worden op verschillende manieren beschikbaar gesteld,

onder meer door het organiseren van bijeenkomsten, via de website en via een kennisbank.

Nationaal en internationaal contactpunt

Het NAVI is een nationaal en internationaal contactpunt voor vragen en advies over security binnen de vitale

infrastructuur en onderhoudt en ontwikkelt een breed netwerk. Tevens fungeert het NAVI als ontmoetingsplek voor

de betrokken partijen binnen de vitale infrastructuur voor zowel overheidspartijen, kennisinstellingen in binnen- en

buitenland, als bedrijven.

Voor meer informatie over het NAVI kunt u terecht op de website: www.navi-online.nl

Page 4: NAVI Handreiking Security.indd

4

Page 5: NAVI Handreiking Security.indd

5

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave 5

1. Inleiding 9

1.1. Definities 9

1.2. Wat is een Handreiking Security Awareness 10

1.3. Waarom deze handreiking 10

1.4. Voor wie is deze handreiking 10

1.4.1. Volwassenheidsniveaus 10

1.4.2. Volwassenheidsniveaus van de doelgroep 11

1.4.3. Stadia van bekwaamheid en bewustzijn van medewerkers 11

1.4.4. Doelgroep (on)bekwaam en (on)bewust 12

1.5. Relatie met andere literatuur 13

1.6. Verbeteringen na het eerste openbare concept 13

1.7. Leeswijzer 14

2. De componenten van SA: Training, bewustzijn en opleiding 17

2.1. Is veiligheid wel belangrijk? 17

2.2. Een bewustwordingsprogramma sluit aan bij het totale beveiligingsprogramma 17

2.3. Het bewustwordingsprogramma richt zich op alle medewerkers van een organisatie 18

2.4. Bewustwordingsprogramma wordt aangeboden in de vorm van een training of opleiding 18

2.5. Duidelijk communiceren over nut en noodzaak van veiligheidsmaatregelen en veilig handelen 18

2.6. Bewustwordingsprogramma richt zich op verandering van gedrag en vergroting van kennis 19

2.7. Een bewustwordingsprogramma is op maat gesneden 19

2.8. Een bewustwordingsprogramma bevat alle psychologische componenten 19

3. Fase 1: De ontwerpfase 21

3.1. Inleiding 21

3.2. Structureren van een programma 21

3.3. Belangen- en behoeftebepaling op basis van een risicoanalyse 22

3.4. Opstellen van een plan 23

3.5. Zet enthousiaste medewerkers in 24

3.6. Stellen van prioriteiten 24

3.7. Mate van complexiteit moet worden afgestemd op gebruiker: hou het zo simpel mogelijk. 24

3.8. Commitment en draagvlak bij zowel management als medewerkers 25

3.9. Budgettering 25

4. Fase 2: De ontwikkeling van materiaal 27

4.1. Inleiding 27

4.2. Selecteren van onderwerpen voor bewustwording 27

4.3. De vorm van het bewustwordingsmateriaal 28

4.4. Bronnen voor materiaal 28

4.5. YouTube als informatiebron 29

4.6. Uitbesteden of zelf doen? 29

4.7. Partnerschap met soortgelijke organisaties 29

Page 6: NAVI Handreiking Security.indd

6

5. Fase 3: De implementatiefase 31

5.1. Wijze van communiceren 31

5.2. Technieken om de boodschap over te brengen 31

5.3. Management en communicatie 32

5.4. Sancties en beloningen 32

6. Fase 4: De evaluatie- en onderhoudsfase 35

6.1. Meten van de deelname en de effectiviteit 35

6.2. Evaluatie en feedback 36

6.3. Veranderingen in het bewustwordingsprogramma doorvoeren 36

6.4. Verhogen van het niveau van het bewustwordingsprogramma 37

6.5. Commitment van het management 37

6.6. Meerjarenplanning 38

7. Social Engineering als nul-meeting 41

7.1. Inleiding 41

7.2. Social Engineering en psychologie 41

7.3. Wederkerigheid: het aloude geven en nemen… en nemen 42

7.4. Commitment en consistentie: innerlijke spookbeelden 42

7.5. Sociale bewijskracht 42

7.6. Sympathie: de vriendelijke dief 43

7.7. Autoriteit 43

7.8. Schaarste: de regel van het tekort 43

Bijlage: Voorbeelden 45

Voorbeeld 1: Enkele voorbeelden van posters 45

Voorbeeld 2: Een bewustwordingstoolkit 45

Voorbeeld 3: NAVI coördineert uitwijkoefening 47

Voorbeeld 4: NCTb Security Awareness workshop voor bedrijven 48

Literatuuroverzicht 51

Page 7: NAVI Handreiking Security.indd

7

Page 8: NAVI Handreiking Security.indd

8

Page 9: NAVI Handreiking Security.indd

9

1. InleidingVoor u ligt ‘Bewust Vitaal’, de handreiking Security Awareness (SA) van het NAVI. Deze handreiking beschrijft

welke activiteiten ondernomen moeten worden om te komen tot een bewustwordings- of Security Awareness

(SA) programma. Het bevat naast een stappenplan ook een plan van aanpak, een voorbeeld van een meerjaren-

planning en veel creatieve ideeën om een bewustwordingsprogramma op te zetten en te onderhouden.

Er wordt een groot aantal praktische voorbeelden gegeven hoe oplossingen gevonden zijn voor binnen een

bedrijf aanwezige praktische problemen.

De eerste paragraaf behandelt in het kort de definities van veiligheid en bewustzijn. Verder wordt beschreven

waarvoor en voor wie deze handreiking bedoeld is en hoe deze gebruikt kan worden. Er wordt ingegaan op de

achtergrond van dit document en de relatie met andere literatuur. Tot slot worden verbeteringen behandeld die

zijn aangebracht op het eerste openbare concept van de handreiking die eind 2008 is gepubliceerd.

1.1. DefinitiesDeze handreiking beschrijft de activiteiten om te komen tot een bewustwordings- of Security Awareness

programma (het proces). Het bewustwordingsprogramma moet leiden tot bewustzijn (het beoogde doel). Zoals

met veel begrippen, circuleren ook voor het begrip “beveiligingsbewustzijn” en “veiligheid” veel verschillende

definities. Hieronder zijn gangbare definities opgenomen van begrippen die in deze handleiding gebruikt worden.

Veiligheid is de mate van:

afwezigheid van potentiële oorzaken van een gevaarlijke situatie of -

aanwezigheid van beschermende maatregelen tegen deze potentiële oorzaken. -

Beveiligingsbewustzijn is de mate waarin elke medewerker:

het belang van beveiliging voor de organisatie begrijpt; -

het noodzakelijke niveau van beveiliging dat voor de organisatie vereist is begrijpt en er ook naar handelt. -

Veiligheidsbewustzijn heeft dus te maken met het besef van het bestaan van gevaar en hoe dit is af te wenden

of de kans erop zo klein mogelijk te houden. Dit besef ontstaat door herhaling van de boodschap en door

herhaalde versterking (conditionering).

Social Engineering (SE): Het misleiden van mensen door middel van list, bedrog en psychologische trucs met het

doel (vertrouwelijke) informatie te verkrijgen. Bij SE wordt de mens als zwakste schakel in de beveiliging gezien.

Door de mens te misleiden kunnen technische en fysieke beschermingsmaatregelen omzeild worden.

Bruce Schneier; Beyond fear

Over the last years we’ve become obsessed with security, and put in place a whole host of policies and

procedures that will do... exactly what? The key is to think of security not in absolutes, but in terms of sensible

trade-offs, whether on a personal or global scale. Security yes, but down to earth, without the mumbo jumbo,

without shouting in utter Panic: “Barbarians at The Gate”.

Boodschap: overdrijf niet en zorg voor afweging tussen veiligheid en werkbaarheid.

Page 10: NAVI Handreiking Security.indd

10

1.2. Wat is een Handreiking Security Awareness?De Handreiking Security Awareness is een hulpmiddel bij de totstandkoming van een bewustwordingsprogramma.

Het neemt degene die verantwoordelijk is gesteld mee in zijn proces om problemen te onderkennen, doelen te

definiëren en oplossingen te creëren. Het is nadrukkelijk geen keurslijf, geen voorschrift. Het beoogt het proces te

beschrijven, niet de inhoud. Dat laatste wordt overgelaten aan de creativiteit van de verantwoordelijke manager

en is sterk afhankelijk van het bedrijf of de sector waarvoor dit bewustwordingsprogramma wordt geschreven.

1.3. Waarom deze handreiking?Het NAVI heeft ervaren dat er een grote diversiteit bestaat in de mate waarin bedrijven binnen de vitale

sectoren hun bewustwordingsprogramma op orde hebben. Bewustwording en bewustzijn zijn voorwaarden

voor veiligheidsbewust handelen. Door een medewerker inzage te geven in de dreigingen en de achtergronden

van de genomen maatregelen, zal zijn houding en gedrag ten opzichte van security en het naleven van de

maatregelen positief beïnvloed worden.

De handreiking Security Awareness is een hulpmiddel voor bedrijven uit de vitale infrastructuur om een gedegen

bewustwordingsprogramma op te zetten waarin de stappen om medewerkers bewust te maken worden opgenomen.

1.4. Voor wie is deze handreiking?Om aan te geven voor wie deze handreiking bedoeld is wordt in deze paragraaf ingegaan op de volwassenheids-

niveaus van bedrijven, de volwassenheidsniveaus van de doelgroep en de stadia van bekwaamheid en bewustzijn

van de medewerkers.

1.4.1. Volwassenheidsniveaus

Bedrijven kunnen worden ingedeeld in de verschillende volwassenheidsniveaus. De mate van “volwassenheid”

kan op hoofdlijnen worden onderverdeeld in drie niveaus, variërend van laag tot middel tot hoog.

De situaties die bij de onderstaande volwassenheidsniveaus beschreven worden, hoeven niet allemaal voor te

komen of in dezelfde mate aanwezig te zijn; het is slechts een methode om te komen tot een globale indeling.

Volwassenheidsniveau Laag:

Bedrijven hebben geen strategisch beleid en/of structureel budget voor een bewustwordingsprogramma. -

Er is nog geen of slechts incidenteel een bewustwordingsprogramma gerealiseerd. -

De verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van een bewustwordingsprogramma is niet of slechts beperkt -

belegd bij een daarvoor aangewezen medewerker.

Opvolging van een eerder uitgebracht programma strandt door het ontbreken van beleid, budget en/of creativiteit. -

Incidentregistratie wordt niet of niet volledig uitgevoerd. -

SE als nul-meeting

U wilt weten hoe het gesteld is met het naleven van veiligheidsmaatregelen in uw organisatie? Overweeg dan

eens te starten met een security audit die gebaseerd is op Social Engineering (SE). Hierbij proberen auditors

door middel van list en psychologische trucs om uw medewerkers (per telefoon of op locatie) te verleiden af te

wijken van veiligheidsprocedures en vertrouwelijke informatie te verstrekken of toegang te verlenen tot locaties,

netwerken en archieven. Zo komt u er ook achter of ongenode gasten mee kunnen liften bij de toegang tot

het pand. Deze auditors tonen op deze manier aan tot welke vertrouwelijke informatie of (proces)systemen zij

toegang kunnen krijgen.

Lees meer over Social Engineering en het gebruik van psychologische trucs om medewerkers te misleiden in

hoofdstuk 7.

Page 11: NAVI Handreiking Security.indd

11

Volwassenheidsniveau Middel:

Er is beleid en beschikbaar budget ten aanzien van bewustwording en er worden bewustwordingsprogramma’s -

uitgevoerd.

De verantwoordelijkheid hiervoor is belegd bij een medewerker van het bedrijf. -

Er vindt incidentregistratie plaats en er worden analyses op de incidenten uitgevoerd. -

Het bedrijf is zich bewust van de incidenten die het gevolg zijn van niet beveiligingsbewust handelen -

van medewerkers, maar heeft moeite om voortdurend aandacht te blijven vragen voor het onderwerp

beveiligingsbewustwording.

Budgetten staan onder druk, de relatie naar een verlaging van het aantal incidenten is niet duidelijk of er zijn -

andere oorzaken, waaronder een gebrek aan creativiteit.

Volwassenheidsniveau Hoog:

Er is beleid en beschikbaar budget ten aanzien van bewustwording en er worden bewustwordingsprogramma’s -

uitgevoerd.

De verantwoordelijkheid hiervoor is belegd bij een medewerker of een afdeling van het bedrijf. -

Over de stand van zaken wordt regulier gerapporteerd aan het management. -

Er vindt incidentregistratie plaats en er worden analyses op de incidenten uitgevoerd. -

Het bedrijf is zich bewust van de risico’s die het gevolg zijn van niet beveiligingsbewust handelen van medewerkers. -

De bewustwordingsprogramma’s maken gebruik van vernieuwende en creatieve middelen en zijn daardoor in -

staat de aandacht van de medewerkers voor beveiligingsissues vast te houden.

Medewerkers begrijpen de intentie achter maatregelen en zijn daardoor in staat beveiligingsbewust te handelen -

in alle voorkomende situaties.

1.4.2. Volwassenheidsniveaus van de doelgroep

Deze handreiking Security Awareness richt zich op (security managers van) bedrijven die zich qua “volwassenheid”

op de niveaus Laag of Middel bevinden, dus bedrijven die een bewustwordingsprogramma willen starten of een

bestaand programma willen uitbreiden. Aan de hand van korte casusbeschrijvingen zal de ervaring van bedrijven

die zich op het volwassenheidsniveau Hoog bevinden, worden meegenomen; deze korte beschrijvingen worden

in de tekstblokken weergegeven. Dit verhoogt niet alleen het draagvlak van het bewustwordingsprogramma maar

draagt ook bij tot het uitdragen van kennis, ervaring en creativiteit.

1.4.3. Stadia van bekwaamheid en bewustzijn

van medewerkers

Medewerkers maken bij het doorlopen van

het bewustwordingsprogramma, een groei

door tot een veilige medewerker via een viertal

stadia. Hierin zijn twee aspecten van belang:

(on)bewustzijn en (on)bekwaamheid die met

elkaar verbonden zijn volgens de hiernaast

getoonde diagram.

BEKWAAM

BEWUSTONBEWUST

ONBEKWAAM

1

2

4

3

Figuur: De stadia van bewustzijn

Page 12: NAVI Handreiking Security.indd

12

Kenmerkend voor een lage mate van beveiligingsbewustwording is dat mensen fouten maken zonder dat zij

zich er van bewust zijn (stadium 1. Onbewust onbekwaam). In dit stadium worden veel fouten gemaakt. Indien

er binnen de organisatie een regeling is om fouten te rapporteren, zal blijken dat er vaak geen oorzaak van kan

worden vastgesteld. Het is echter aannemelijker dat fouten helemaal niet herkend worden en dat het bedrijf er

zich dus niet van bewust is dat (vertrouwelijke) informatie verloren gaat of er grote risico’s gelopen worden.

Het doel van bewustwordingstrainingen is initieel om medewerkers zich er van bewust te maken dat zij fouten

maken of gemaakt hebben en te laten ervaren waarom dit handelen als fout getypeerd wordt (stadium 2. Bewust

onbekwaam). In dit stadium kunnen medewerkers zich realiseren dat hun gedrag potentieel gevaarlijk is voor de

veiligheid van de organisatie. Het is daarom noodzakelijk dat de organisatie uitstraalt dat gemaakte fouten niet

bestraft worden, maar gebruikt worden om toekomstig gedrag te verbeteren en daardoor de veiligheid te

vergroten. Aan dit belangrijke cultuuraspect wordt in komende hoofdstukken nader aandacht besteed.

Nadat het de medewerkers duidelijk is wat fout gedrag is, kan hen het juiste gedrag aangeleerd worden.

De medewerker wordt zich bewust van de risico’s van zijn gedrag en handelt zoals hem dit wordt aangeleerd

(stadium 3. Bewust bekwaam). De medewerker kan nu veiligheidsbewust handelen, maar hij zal in dit stadium

nog steeds moeten nadenken om dit te realiseren. Langzamerhand zal het aangeleerde gedrag en het besef van

de onderliggende risico’s, leiden tot een meer natuurlijk gedrag van de medewerkers.

In de hoogste mate van bewustwording is het veilig handelen van de medewerker een regulier onderdeel

van zijn dagelijks functioneren. Hij herkent verdachte situaties en handelt in overeenstemming met wat hem is

geleerd. Hij is in staat om het aangeleerde ook in andere vergelijkbare situaties toe te passen zonder dat hij

daarbij bewust moet nadenken (stadium 4. Onbewust bekwaam).

Een alternatieve maar krachtige manier om de eerste twee stadia te omschrijven is:

wie niets weet en weet dat hij niets weet -

weet veel meer dan iemand -

die niets weet en niet weet dat hij niets weet. -

1.4.4. Doelgroep (on)bekwaam en (on)bewust

Deze handreiking richt zich op een bewustwordingsprogramma dat gericht is op medewerkers die onbewust

onbekwaam zijn (nog niet weten dat zij fouten maken) of al bewust onbekwaam zijn (weten dat zij fouten

maken). Voor beide doelgroepen geldt dat zij door middel het programma gebracht worden naar de situatie

waarin zij weten hoe gehandeld moet worden, waar de risico’s liggen en dat ten minste bewust uitvoeren

(dus bewust bekwaam zijn).

Strenge maatregelen bij bewust overtreden van voorschriften

Bruce Schneier:

“Fire someone who breaks security procedure, quickly and publicly. That’ll increase security awareness faster

than any of your posters or lectures or newsletters. If the risks are real, people will get it.”

Page 13: NAVI Handreiking Security.indd

13

1.5. Relatie met andere literatuurBewustwordingsprogramma’s zijn er in vele geuren en kleuren. Ze hebben allemaal gemeen dat ze

geschreven zijn voor een bepaald bedrijf of bedrijfstak, ieder met zijn eigen cultuur, problemen en risico’s.

Bewustwordingsprogramma’s kunnen daarom niet zonder meer worden gekopieerd van andere bedrijven maar

moeten dus vaak zelf ontwikkeld of aangepast worden. Handleidingen om te komen tot de ontwikkeling van een

bewustwordingsprogramma die zich specifiek richten op de bedrijven in Nederland in de vitale sectoren, zijn er niet.

Natuurlijk is er wel veel over geschreven in diverse publicaties, maar de benodigde informatie is te verspreid om een

eenduidig beeld te geven. De bundeling van de informatie voor deze doelgroep is daarom uniek. In het literatuur-

overzicht zijn voorbeelden opgenomen van publicaties die waardevolle aanvullende informatie kunnen geven.

De handreiking SA van het NAVI is niet hetzelfde als het NCTb-programma “Zeker van je Zaak” dat in oktober 2009

is gepresenteerd. De handreiking en het programma richten zich op verschillende niveaus binnen de organisatie

maar vullen elkaar daardoor prima aan. Meer informatie over het NCTB-programma staat in de bijlage met voor-

beelden.

1.6. Verbeteringen na het eerste openbare conceptZoals in de inleiding is geschetst, heeft het NAVI zich tot doel gesteld om een handreiking te maken die

breed toepasbaar is om een bewustwordingsprogramma op te zetten of verder uit te bouwen. De start van

de ontwikkeling van deze handreiking is begonnen in 2008. De vervolgstap, namelijk het verwerken van het

binnengekomen commentaar tot een breder gedragen en toepasbare handreiking heeft inmiddels plaatsgevonden.

Uit de commentaren is gebleken dat de (concept) handreiking op hoofdlijnen en in de details voldoet aan een

behoefte. Op een aantal onderwerpen is meer diepgang gewenst, of is het wenselijk om meer en uitgebreidere

voorbeelden te geven. Verder is de behoefte geuit om aan te geven hoe een bewustwordingsprogramma kan

worden opgenomen in een meerjarenplanning of als “doorlopend” programma in stand kan worden gehouden.

De uitwerking van dit onderwerp wordt in het hoofdstuk 6 (Evaluatie- en onderhoudsfase) beschreven.

Het mag duidelijk zijn dat een bewustwordingsprogramma voor een bank andere eisen stelt dan die voor de

petrochemische Industrie, al was het alleen maar omdat de bedrijfsvoering van een geheel andere aard is.

Toch is gebleken dat deze handreiking generiek toepasbaar is ook al leidt het opzetten van een bewustwordings-

programma tot een totaal verschillend resultaat per bedrijf of vitale sector.

It is not my problem

Professionals en hun organisaties zijn bereid om grote investeringen te doen om technische maatregelen te

implementeren (techniek): veelal de eerste volwassenheidsfase. Professionals komen er achter dat techniek alleen

niet genoeg is. Procedures dienen volledig te zijn, gecommuniceerd te worden – kortom: beveiliging dient

georganiseerd te worden. De tweede volwassenheidsfase. En als het dan georganiseerd is, en de techniek is

afgesteld, dan blijkt veelal dat mensen ‘het gewoon niet zo doen’. En Nederlanders al helemaal niet. Nederlanders

hebben een hekel aan beveiligingsmaatregelen: “Waar is het voor nodig?”, “Hier gebeurt nooit wat”, “Laten ze

maar eerst bij zichzelf beginnen” en andere uitvluchten, samen te vatten tot “It Is Not My Problem”.

Bron: Lezing van het Platform voor Informatiebeveiliging

Page 14: NAVI Handreiking Security.indd

14

1.7. LeeswijzerDeze paragraaf geeft de lezer een handvat om de handreiking makkelijker te gebruiken. Het beschrijft, als aanvulling

op de inhoudsopgave, in welk hoofdstuk welke onderwerpen aan de orde komen en hoe die in het proces van

het komen tot een bewustwordingsprogramma passen.

In deze handreiking worden vier kritische fasen onderkend om te komen tot een bewustwordingsprogramma.

Nadat in het hierna volgende Hoofdstuk 2 de componenten van SA: training, bewustzijn en opleiding worden

beschreven, worden deze vier fasen behandeld;

1. De ontwerpfase waarin het doel en de behoefte wordt bepaald en waarin een strategie wordt ontwikkeld

(hoofdstuk 3);

2. De ontwikkeling van trainingsmateriaal, afgestemd op de mogelijkheden, het budget en de beschikbare kennis

(hoofdstuk 4). In dit hoofdstuk worden diverse soorten materiaal besproken zoals web-based training, video,

workshops, etc;

3. De implementatie van het programma en de rol van communicatie daarin (hoofdstuk 5);

4. Evaluatie en onderhoud van de actualiteit en effectiviteit van het programma (hoofdstuk 6).

In hoofdstuk 7 wordt gedetailleerder ingegaan op een methode om door middel van Social Engineering een

nul-meting te houden. Deze vorm van security audit kan op heldere manier duidelijk maken waar het veiligheids-

bewustzijn van mensen tekortschiet en leidt tot ‘onveilig’ gedrag.

In de bijlagen zijn voorbeelden opgenomen van (delen van) bewustwordingsprogramma’s, waaronder voorbeelden

van posters en een programma dat bescherming biedt tegen het verstrekken van vertrouwelijke informatie door

medewerkers aan onbekende personen.

In de gekleurde tekstboxen die her en der in het document zijn opgenomen, vindt u steeds voorbeelden van

creatieve oplossingen van bedrijven of andere relevante informatie. In een aantal tekstboxen wordt Bruce Schneier

geciteerd. Schneier is een autoriteit op het gebied van (informatie)beveiliging, is auteur van een groot aantal

boeken over dit onderwerp en staat vooral bekend om zijn pragmatische insteek bij het oplossen van problemen.

Het poldermodel in security

Veiligheidsregel van bedrijven worden soms onbewust maar ook regelmatig bewust overtreden. In tegenstelling

tot andere landen zijn Nederlanders over het algemeen geneigd om hun eigen mening omtrent security ook toe

te passen in de bedrijfsomgeving. Regels waarvan nut en noodzaak niet bekend zijn of niet onderschreven wordt,

worden dan bewust niet opgevolgd. Bij het opzetten van een programma moet daarom niet alleen op de focus

op de inhoud liggen, maar ook op de noodzaak van het opvolgen van veiligheidsregels en de sancties/

consequenties van het overtreden van de regels.

Page 15: NAVI Handreiking Security.indd

15

Page 16: NAVI Handreiking Security.indd

16

Page 17: NAVI Handreiking Security.indd

17

2. De componenten van SA: Training, bewustzijn en opleiding

In dit hoofdstuk wordt besproken uit welke componenten een goed bewustwordingsprogramma is opgebouwd en

hoe de verschillende componenten van een succesvol SA programma zich tot elkaar verhouden.

2.1. Is veiligheid wel belangrijk?Hoe is het gesteld met het aspect veiligheid in het bedrijf? Is het wel een belangrijk onderwerp en op grond

waarvan wordt dat geconstateerd? Om deze vraag goed te kunnen beantwoorden kunnen een aantal basisvragen

gesteld worden:

Staat het onderwerp veiligheid permanent op de agenda van de directie? -

Is er iemand verantwoordelijk gesteld voor veiligheid (Security Officer)? Zo ja, zit deze persoon hoog genoeg in -

de organisatie en adviseert hij rechtstreeks aan de directie?

Is de naleving van veiligheidsgerelateerde maatregelen onderwerp van het periodieke functioneringsgesprek? -

Wordt de aandacht voor veiligheid (naar belang) verdeeld over alle gebieden (productieveiligheid, fysieke -

veiligheid, ICT-veiligheid, personele veiligheid, etc.)?

Wordt er over veiligheid actief gecommuniceerd in bijvoorbeeld het bedrijfsblad? -

Als de antwoorden op deze vragen leiden tot een beeld dat veiligheid kennelijk meer in woorden dan in daden

beleden wordt, dan is het zaak om zich initieel in een bewustwordingsprogramma te richten op het management.

De directie moet er van bewust gemaakt worden dat veiligheid hoger, veel hoger, op de agenda moet komen

te staan. Als antwoorden op deze vragen leiden tot een beeld dat veiligheid wél belangrijk is, dan kan het

bewustwordingsprogramma zich richten op de medewerker. De directie zal in dat geval wel regelmatig het beeld

uitdragen dat grote waarde wordt gehecht aan veiligheid.

KSF1 : Het thema veiligheid heeft in de organisatie topprioriteit en is in de organisatie geborgd.

2.2. Een bewustwordingsprogramma sluit aan bij het totale beveiligingsprogrammaEen succesvol beveiligingsprogramma bestaat in de basis uit vier elementen:

een strategie die gebaseerd is op de belangen en behoeften van de organisatie en afgestemd is op de bestaande -

en onderkende risico’s;

een op die belangen en risico’s toegesneden combinatie van fysieke, logische (digitale) en organisatorische -

beveiligingsmaatregelen vastgelegd in een Security Management System (SMS) en een Operator Security

Plan (OSP)2 ;

medewerkers die geïnformeerd zijn over hun taken en verantwoordelijkheden zoals die zijn vastgelegd in -

beveiligingsdocumentatie en procedures;

processen die het programma periodiek impulsen geven, bewaken en evalueren. -

Informele organisatie

De socioloog Erving Goffman beschrijft in zijn boek The Presentation of Self in Everyday Life op fascinerende wijze

de manier waarop we blijven geloven dat de mens zich schikt naar de formele realiteit: De wetten, de regels, de

Security Policies, de bewustwordingstrainingen, de seminars, etc. Er bestaat echter een informele, vaak ontkende

organisatie, waarin, zelfs in autoritaire instituties met “total control” (gevangenissen, psychiatrische ziekenhuizen,

het leger, religieuze ordes), mensen hun weg vinden om regels te buigen en hun eigen realiteit te creëren om

drugs, alcohol, sex, sigaretten etc. te bemachtigen. Dit buigen van regels is menselijk en gebeurt in elke

organisatie. Het is aan te raden om met deze informele organisatie rekening te houden bij het formuleren van

(soms complexe) veiligheidsprocedures.

1 KSF; Kritische Succes Factor, een voorwaarde voor het slagen van een programma.2 Voor hulp bij het opstellen van een SMS en een OSP heeft het NAVI handreikingen gemaakt. Deze zijn te downloaden van de website van het NAVI (www.navi-online.nl).

Page 18: NAVI Handreiking Security.indd

18

Een effectief bewustwordingsprogramma sluit aan bij dit beveiligingsprogramma. Zowel de inhoud als het gebruikte

instructiemateriaal is gebaseerd op de strategie en beveiligingsplannen van de organisatie, alsook de gebruikte

procedures. Dit vormt de basis voor een bewustwordingsprogramma dat afgestemd is op de organisatie en aansluit

bij de belevingswereld van de medewerkers.

2.3. Het bewustwordingsprogramma richt zich op alle medewerkers van een organisatie

Een bewustwordingsprogramma richt zich niet alleen op de medewerker op de werkvloer maar op alle medewerkers

van een organisatie, inclusief de beheerders en het (top)management. Het management heeft daarbij de bijzondere

taak om voorbeeldgedrag te vertonen. Goed voorbeeldgedrag is een noodzaak om te communiceren dat het

management de navolging van veiligheidsregels belangrijk vindt en onderschrijft. Slecht voorbeeldgedrag van het

management wordt door medewerkers op de werkvloer gezien als excuus om zelf de veiligheidsregels niet na te

hoeven leven. De effectiviteit van een bewustwordingsprogramma is hier in grote mate van afhankelijk.

KSF: De betrokkenheid en het goede voorbeeldgedrag van alle niveaus, maar met name van het management, is

een voorwaarde voor het slagen van een bewustwordingsprogramma.

2.4. Bewustwordingsprogramma wordt aangeboden in de vorm van een training of opleiding

Veiligheidsvoorschriften en procedures zijn vaak voor alle medewerkers beschikbaar, op het Intranet of fysiek als

bundel in een archiefkast. Instructie over nut en noodzaak en de beoefening van de procedures wordt echter vaak

achterwege gelaten of overgelaten aan de medewerker zelf. De medewerker krijgt in dat geval opdracht om zich de

procedures zelf eigen te maken, maar zal daar geen prioriteit aan geven. Impliciet wordt dit ook vaak door het bedrijf

geaccepteerd (zie ook §2.2 Is veiligheid wel belangrijk?). Een bewustwordings- , opleidings- en trainingsprogramma is

essentieel in de verspreiding van noodzakelijke informatie die gebruikers, inclusief management, nodig hebben

om hun werk veilig uit te kunnen voeren. Het kan gezien worden als communicatiemiddel in de verspreiding van

veiligheidsmaatregelen.

2.5. Duidelijk communiceren over nut en noodzaak van veiligheidsmaatregelen en veilig handelen

Een effectief bewustwordingsprogramma legt op heldere wijze uit waarom een bepaald gedrag van een

medewerker verwacht wordt. Het geeft de noodzaak, de achtergronden en de mogelijke gevolgen aan van de

veiligheidsmaatregelen. In het bewustwordingsprogramma zal ook aandacht besteed moeten worden aan een

sanctiemodel indien een medewerker de veiligheidsmaatregelen niet opvolgt. Van gebruikers mag worden verwacht

dat zij zich houden aan de veiligheidsregels en deze naleven. Zij moeten dan wel op de hoogte zijn van deze

veiligheidsregels en deze beoefend hebben. Zij moeten zich bewust zijn van de noodzaak en achtergronden van

deze maatregelen en weten welke mogelijke sancties staan op het niet opvolgen of naleven van deze maatregelen.

Praatje, plaatje, daadje

Hoe blijft de boodschap het beste hangen? De volgende wijsheid kan daarbij helpen:

“Vertel het me en ik zal het vergeten. Laat het me zien en ik zal het onthouden. Laat het me doen en ik

zal het begrijpen.”

Page 19: NAVI Handreiking Security.indd

19

2.6. Bewustwordingsprogramma richt zich op verandering van gedrag en vergroting van kennis

Bewustwordingsprogramma’s worden ontworpen om gedrag te veranderen en kennis van beveiligingsmaatregelen

en procedures te vergroten. In een bewustwordingsprogramma wordt de aandacht gevestigd op veiligheid.

Dit kan zowel in de vorm van een presentatie zijn (overdracht van kennis) als in de vorm van training waarin naast

kennisoverdracht ook de handelingen beoefend worden en vaardigheden worden aangeleerd.

2.7. Een bewustwordingsprogramma is op maat gesnedenVoor een deel van de medewerkers volstaat een algemeen bewustwordingsprogramma alleen niet. Medewerkers

die specifieke of specialistische kennis op het gebied van beveiliging nodig hebben, volgen veelal een externe

opleiding die in veel gevallen zal leiden tot certificering. Op de Nederlandse markt is een groot aantal aanbieders van

internationaal erkende opleidingen actief die opleiden tot een eveneens internationaal bekende en erkende titel.

2.8. Een bewustwordingsprogramma bevat alle psychologische componentenEen goed bewustwordingsprogramma richt zich op alle relevante psychologische componenten: kennis (d.m.v. interne

of externe opleidingen), houding (bewustzijn en competenties) en gedrag (d.m.v. herhaalde oefening en training).

Indien aan één van deze drie componenten niet of onvoldoende aandacht wordt besteed, functioneert een

bewustwordingsprogramma niet naar behoren en is het op termijn gedoemd te mislukken.

Page 20: NAVI Handreiking Security.indd

20

Page 21: NAVI Handreiking Security.indd

21

3. Fase 1: De ontwerpfaseIn de ontwerpfase van een bewustwordingsprogramma moeten het doel en de behoefte worden bepaald en moet

een strategie worden ontwikkeld. Vervolgens kunnen drie stappen worden onderscheiden in de ontwikkeling van

een bewustwordings- en trainingsprogramma:

1. het ontwerp van het programma zelf;

2. de ontwikkeling van het trainingsmateriaal en andere benodigde zaken;

3. de feitelijke implementatie van het programma.

Vervolgens is aparte aandacht nodig voor de evaluatie en het onderhoud van het programma. Zelfs een beperkt

bewustwordings- en trainingsprogramma vergt een behoorlijke inspanning voordat het daadwerkelijk de veiligheid

en de waakzaamheid vergroot binnen een organisatie.

Dit hoofdstuk beschrijft de eerste stap in de ontwikkeling van een bewustwordings- en trainingsprogramma; het

ontwerp van een programma.

3.1. InleidingEen bewustwordingsprogramma moet zijn afgestemd op de organisatie. Een bewustwordingsprogramma zal

alleen voldoende aandacht krijgen als het in overeenstemming is met de missie, de directe belangen of de

veiligheidsbehoefte van een organisatie. Het moet belangrijk voor de organisatie zijn en passen binnen zijn cultuur.

De meest succesvolle programma’s zijn die, waarbij gebruikers ook daadwerkelijk ervaren dat de onderdelen

bijdragen aan de verhoging van de veiligheid binnen de organisatie (en zij de noodzaak daarvan ook nadrukkelijk

onderkennen). Iets wat als wezensvreemd wordt ervaren wordt nooit uitgevoerd!

In de ontwerpfase worden de te beveiligen belangen en behoeften vastgesteld, de hiervoor relevante onderwerpen

en prioriteiten geïdentificeerd en vervolgens zaken als draagvlak, commitment en budget onderzocht en bepaald.

3.2. Structureren van een programmaBij het bepalen van de structuur van een programma, kan gebruik worden gemaakt van drie basismodellen, die

voornamelijk verschillen in de wijze waarop centraal of decentraal uitvoering wordt gegeven aan het programma.

Voor alle modellen geldt dat het beleid zelf centraal is vastgesteld. De modellen zijn:

Model 1: Gecentraliseerde strategie en uitvoering;

Model 2: Gecentraliseerde strategie en decentrale uitvoering;

Model 3: Decentrale strategie en uitvoering.

De keuze voor het model wordt bepaald door:

de geografische spreiding van onderdelen van de organisatie; -

de functie, taken en verantwoordelijkheden van een (deel)organisatie; -

de toewijzing van budgetten en verantwoordelijkheid (centrale of decentrale budgetten). -

Gebruik eenvoudige maar effectieve hulpmiddelen

Dwingt uw netwerk af dat er gebruik wordt gemaakt van sterke, cryptische wachtwoorden (3 van de 4

mogelijkheden van grote en kleine letters, cijfers en leestekens) om ontdekking te voorkomen?

In veel gevallen wordt het wachtwoord dan “Piet2009”. Het voldoet aan de regels maar is het ook veilig genoeg?

Op het Internet zijn voldoende handleidingen te vinden om veilige wachtwoorden te maken. Gebruik ze binnen

uw bedrijf en ondersteun veilige wachtwoorden m.b.v. een tool die de kwaliteit weergeeft in kleuren of cijfers.

1VpK=/Zm (Een veilig password kiezen is niet zo moeilijk)

Page 22: NAVI Handreiking Security.indd

22

De keuze voor een bepaald model dient bij voorkeur te sporen met hetgeen in de reguliere bedrijfsvoering van de

organisatie gebruikelijk is. Een geheel gedecentraliseerde uitvoering van bewustwording binnen een voor het overige

volledige centraal geleide organisatie of vice versa zal weinig succesvol zijn. Dit is roeien tegen de stroom in.

3.3. Belangen- en behoeftebepaling op basis van een risicoanalyseAan een beveiligingsstrategie ligt een effectieve risicoanalyse ten grondslag. Hierin worden de belangen en

bedreigingen van de organisatie geïdentificeerd. De NAVI-handreiking Risicoanalyse kan hierbij behulpzaam zijn3.

Op basis van deze belangenanalyse dient vervolgens een behoeftebepaling plaats te vinden. Dit is een proces waarin

bepaald wordt in welke mate een organisatie (ook) behoefte heeft aan een bewustwordingsprogramma in het kader

van zijn beveiliging. Hierin wordt de ‘gap’ tussen de huidige en de wenselijke situatie vastgesteld, maar ook wat

voor de overbrugging daarvoor noodzakelijk is.

De mate van bewustzijn binnen de organisatie en daarmee de behoefte wordt bepaald door het bevragen van

verschillende groepen medewerkers:

Strategisch management; -

Management verantwoordelijk voor beveiliging (fysiek e/o IT); -

Beveiligingsfunctionarissen, zowel management als uitvoering; -

Systeemeigenaren en administrators; -

Operationele managers en uitvoerders. -

Om de behoefte te bepalen kan gebruik worden gemaakt van o.a. diverse technieken:

Interviews met bovenstaande groepen; -

Onderzoek naar bestaande bewustwordings- en trainingsprogramma’s, trainingsschema’s en deelnemerslijsten; -

Onderzoek naar bestaande bedrijfs- en beveiligingsplannen en –procedures; -

Incidentregistratie en de afhandeling; -

Trends in vakbladen; -

Wijziging in wet- en regelgeving; -

Analyse van de organisatie (o.a. percentage medewerkers met verantwoordelijkheden op beveiligingsgebied); -

Analyse van belangrijke of te verwachten wijzigingen in organisatie, huisvesting en IT. -

Meetbare gegevens zoals de registratie van incidenten en de namen en aantallen deelnemers aan trainingen geven

een objectief inzicht in de stand van zaken en de behoefte voor evaluatie van een bestaand programma.

Analyse van de resultaten van de interviews en onderzoeken moet leiden tot beantwoording van de volgende vragen:

Wat is de behoefte aan een bewustwordings- en trainingsprogramma of opleiding? -

Op welke manier wordt op dit moment voorzien in de behoefte en hoe effectief is dit? -

3 Deze is te downloaden van de NAVI-website www.navi-online.nl

Bang voor illegale USB-sticks?

Meer dan 50% van mensen die een USB-stick vindt, brengt zijn computer in gevaar door ze aan te sluiten.

Misschien bent u wel 1 klik verwijderd van een groot netwerkprobleem. Is het binnen uw bedrijfsnetwerk

mogelijk om gebruik te maken van organisatie-vreemde usb-sticks? Overweeg dan eens om een test uit te voeren

met een zogenaamde honeystick. Hierbij worden door de organisatie geprepareerde USB-sticks schijnbaar

achteloos achtergelaten binnen en/of buiten het bedrijf. Zodra een USB-stick aangesloten wordt op het

bedrijfsnetwerk, wordt automatisch een verbinding tot stand gebracht met een systeem dat de USB-stick en de

gebruiker registreert en de gebruiker vervolgens op de hoogte brengt van de overtreden veiligheidsregel.

Voor meer informatie zie: http://honeystickproject.com

Page 23: NAVI Handreiking Security.indd

23

Wat is het verschil tussen de behoefte en wat momenteel wordt gerealiseerd (gap-analyse)? -

Welke onderwerpen wordt als het meest kritisch gezien? -

Langs welke weg kan de wenselijke situatie het best worden bereikt? -

In deze stap moet tevens nadrukkelijk worden onderzocht welke mogelijkheden maar vooral ook beperkingen er

gelden bij een bepaalde vorm van het programma. Het is bijvoorbeeld van belang te weten voor welke aspecten

de bedrijfscultuur een hindernis vormt, of de capaciteit en kwaliteit van het IT-netwerk van de organisatie een

Computer Based Training (CBT) eigenlijk wel kan ondersteunen. Ook kan het van belang zijn om te onderzoeken of

een presentatie of een training in eigen huis gegeven kan worden of dat moet worden uitgeweken naar een externe

locatie, enzovoort.

3.4. Opstellen van een planNadat de behoeftebepaling heeft plaatsgevonden kan het plan worden opgesteld waarmee het eigenlijke

bewustwordings- en trainingsprogramma vorm kan krijgen. Het moet gezien worden als een werkdocument dat de

basiselementen bevat voor de te volgen strategie. Het plan moet ten minste ingaan op de volgende onderwerpen:

De formele basis voor het programma met bestaande wet- en regelgeving, aangevuld met bedrijfseigen beleid -

en richtlijnen;

De aansturing van het programma en de inbedding in de managementlijn; -

De scope van het programma; -

De rollen, taken en verantwoordelijkheden van medewerkers die betrokken zijn bij het ontwerp, de ontwikkeling -

en de implementatie van bewustwordings- en trainingsmateriaal en de medewerkers die betrokken zijn bij de

uitvoering van het programma;

Doelen die gesteld worden voor alle aspecten van het programma, waaronder bewustwording, training, -

opleiding, certificering, inclusief de wijze waarop het resultaat van die doelen wordt gemeten;

Bepaling van de doelgroepen voor de onderdelen van het programma; -

Verplichte en optionele delen van het programma voor iedere doelgroep en de frequentie van deelname; -

Leerdoelen en te behandelen onderwerpen voor afzonderlijke onderdelen van het programma; -

Wijze van communiceren (CBT, instructielokaal, presentatie, posters, etc.); -

Documentatie, terugkoppeling en registratie van deelname; -

Wijze waarop de resultaten van het programma worden verankerd in de reguliere bedrijfsvoering en hoe aan -

onderhoud daarvan verder uitvoering kan worden gegeven;

Hoe evaluatie van en nazorg vanuit het programma zal plaatsvinden. -

Medisch Centrum zet bewakingspersoneel in

Bij het uitvoeren van een bewustwordingsprogramma zag een Medisch Centrum zich voor de uitdaging gesteld

om ook de avond- en nachtdienst van de verpleging te bereiken. Het betreffende MC heeft daarvoor de

beveiligers opgeleid die tijdens hun rondes en de pauzes van de verpleging op de afdelingen actuele

beveiligingsonderwerpen bespraken. Het resultaat was een duidelijke stijging in het aantal meldingen van

verdachte situaties en een verlaging van het aantal diefstallen.

Page 24: NAVI Handreiking Security.indd

24

3.5. Zet enthousiaste medewerkers inIn ieder bedrijf zijn mensen te vinden die een gevoel hebben bij veiligheidsaspecten, die risico’s of risicovolle

situaties herkennen en ook veiligheidsbewust handelen. Maak gebruik van deze medewerkers, nodig ze uit om mee

te denken, maak ze lid van de denktank. Zij zullen niet alleen in staat zijn mee te denken bij het opzetten van een

programma, maar zullen de ambassadeurs zijn die de doelstelling van het programma uitdragen, op de werkvloer,

dicht bij de medewerkers die u wilt bereiken met een bewustwordingsprogramma.

KSF: Geef medewerkers die geïnteresseerd zijn in veiligheid de kans en de middelen om mee te werken aan het

ontwerpen en het uitzetten van de noodzakelijke procedures en regels.

3.6. Stellen van prioriteitenAls de strategie en het plan zijn opgesteld kan bepaald worden op welke wijze de implementatie kan plaatsvinden.

Bij een omvangrijk programma kan dit in fasen gebeuren. Het is daarbij van belang om prioriteiten te stellen en om

belangrijke en urgente zaken voorrang te verlenen. De volgende overwegingen spelen daarbij een rol:

De beschikbaarheid van materiaal en personen; -

De rol van de organisatie en de complexiteit (of eenvoud) waarmee een programma kan worden gerealiseerd; -

De huidige stand van het niveau van bewustwording (de grote gaten eerst dichten); -

De vraag in hoeverre andere prioritaire projecten afhankelijk zijn van het bewustwordingsprogramma; -

De vraag welke medewerkers, die vanwege de ‘gevoeligheid van hun werk’ en dus de grootste risicofactor -

vormend, als eerste een training moeten volgen.

Over het algemeen geldt hier het volgende adagium: hoe meer focus, hoe groter de kans op succes. Een vaak

voorkomende oorzaak van mislukking van bewustwordingsprogramma’s is gelegen in het feit dat daarvan te

veel zo niet alle heil wordt verwacht. Een lot dat dergelijke programma’s vaak delen met bijvoorbeeld allerlei

cultuurprogramma’s die beogen de bedrijfscultuur te veranderen. Te veel in korte tijd willen bereiken vergroot de

kans dat het proces tussentijds krakend tot stilstand komt en men daardoor uiteindelijk minder bereikt dan met een

duidelijke focus wellicht wel het geval zou zijn geweest.

3.7. Mate van complexiteit moet worden afgestemd op gebruiker: hou het zo simpel mogelijk.

Een andere succesfactor betreft het eenduidige en toegesneden karakter van het programma. Zo moet de

complexiteit van het opleidings- en trainingsmateriaal in overeenstemming zijn met de rol van de persoon die het

programma gaat volgen. De ontwikkeling van materiaal moet gebaseerd zijn op twee belangrijke criteria, namelijk:

de functie van de cursist en daarmee het opleidingsniveau; -

de benodigde kennis en vaardigheden die voor die functie nodig zijn. -

Het is aan te bevelen om bij de start van een bewustwordings- en trainingsprogramma de complexiteit van de

Kadootjes doen het goed

Nederlanders zijn als geen ander volk spaarders van zegeltjes, airmiles en freebees. Voor een klein kadootje doen

ze veel. Een ministerie wilde stimuleren dat het overgrote deel van de ambtenaren deel zou nemen aan een

bewustwordingsprogramma. Het bood aan alle deelnemers een CD (in creditkaartformaat) aan met gratis software

voor thuisgebruik waaronder een firewall, anti-virus software en programma’s tegen spam en ongewenste

advertenties. Ook werd software geleverd waarmee ouders hun kinderen konden beschermen tegen bezoeken

aan ongewenste sites. Daarnaast werd een cursus veilig PC-thuisgebruik op de CD aangeboden en bestond de

mogelijkheid een gekwalificeerde digitale handtekening aan te vragen. De deelname aan het

bewustwordingsprogramma, dat zich uiteraard richtte op de werkplek, overtrof alle verwachtingen!

En de kosten? Die bedroegen € 3,00 per CD.

Page 25: NAVI Handreiking Security.indd

25

over te dragen informatie sterk te reduceren. Beleid en regelgeving moeten te begrijpen zijn voor het management

maar ook voor de man op de werkvloer. Er mag geen misverstand of onduidelijkheid bestaan over het beleid en de

veiligheidsregels. Indien een bewustwordingsprogramma enige tijd loopt, kan differentiatie worden aangebracht in

de doelgroepen en kan de complexiteit van de informatie worden aangepast aan het niveau en de functie van de

deelnemers.

3.8. Commitment en draagvlak bij zowel management als medewerkersEen programma dat niet wordt gedragen, en dan met name door het management, is gedoemd te mislukken.

Het (top)management zal (zoals al eerder is aangegeven) actief en frequent zijn commitment moeten uitspreken

door aanwezig te zijn op belangrijke momenten in het programma zoals de start van het programma, de

openstelling van een website, de eerste presentatie, het uitreiken van prijzen etc. Alleen dan zal het draagvlak

creëren bij de medewerkers.

3.9. BudgetteringNadat de strategie bepaald is en de doeleinden en prioriteiten vastgesteld zijn, moet het benodigde budget worden

bepaald. Aan de hand van het opgestelde plan zal een berekening gemaakt moeten worden van de kosten die

betrekking hebben op het ontwikkelen van materiaal, de productie, communicatie en de verspreiding ervan en de

kosten die gemoeid zijn met het daadwerkelijk uitvoeren van het programma (personeel, locaties, catering, verlies

aan productiviteit, etc.). Een aantal mogelijke benaderingen om te komen tot een budget zijn:

een zeker percentage van het gehele opleidings- en trainingsbudget; -

budget per medewerker, afhankelijk van zijn rol; -

een percentage van het IT Budget (let op: Niet alle beveiliging is IT-gerelateerd); -

expliciete berekening van het gehele programma. -

Er zijn problemen te verwachten in het realiseren van beveiligingsbewustzijn indien de budgetten lager uitvallen

dan benodigd. Het is de expliciete verantwoordelijkheid van het management om voldoende budget beschikbaar

te stellen (zie ook §2.2 Is veiligheid wel belangrijk?). Het hanteren van het stappenplan en accorderen van het

resultaat van iedere stap (strategie, behoefte, plan) door het management, biedt de grootste mate van zekerheid om

het benodigde budget vrij te maken. Indien dit niet gerealiseerd kan worden, verdient het de voorkeur de doelen

(behoefte) bij te stellen, een fasering aan te brengen of budgetten te herverdelen.

Commitment van de leiding, maar hoe?

De baas moet uitstralen dat hij het bewustwordingsprogramma belangrijk vindt en moet het dus ook uitdragen.

Een aantal voorbeelden hoe dat gerealiseerd kan worden:

Laat de baas de opening doen, kleed dat feestelijk aan en zorg voor een prominente spreker; -

Plaats een interview in het bedrijfsblad met de baas over zijn beleving van veiligheid en werkbaarheid; -

Laat de baas prijzen uitreiken aan de winnaars van een veiligheidsprijsvraag en plaats daar een artikel over. -

De baas onderwerpt zich (uiteraard) ook aan de regels. -

Page 26: NAVI Handreiking Security.indd

26

Page 27: NAVI Handreiking Security.indd

27

4. Fase 2: De ontwikkeling van materiaal Na de ontwerpfase is de ontwikkeling van het bewustwordings- en trainingsmateriaal de tweede fase in een

bewustwordingsprogramma. Dit hoofdstuk beschrijft deze tweede stap: het ontwikkelen van trainingsmateriaal,

afgestemd op de mogelijkheden, het budget en de beschikbare kennis. In dit hoofdstuk worden diverse soorten

materiaal besproken zoals web-based training, video, workshops, etc.

4.1. InleidingNadat het bewustwordingsprogramma is ontworpen moet het ondersteunende materiaal worden ontwikkeld. Bij de

ontwikkeling van het materiaal moet het volgende in gedachten worden gehouden:

Welk gedrag willen we versterken? -

Welke vaardigheden willen we aanleren en toe laten passen? -

Deelnemers aan een programma zullen eerder geneigd zijn om wat zij zien en horen in hun dagelijkse werk te

implementeren, als zij het gevoel hebben dat het materiaal specifiek voor hen is ontwikkeld. Het moet dus aansluiten

bij de belevingswereld, het opleidingsniveau en de functie van de deelnemer. Dit houdt in dat materiaal ontwikkeld

moet worden dat voor iedere medewerker toepasbaar is, maar (in voorkomend geval) ook materiaal dat zich richt op

een specifieke doelgroep.

Denk daarbij vooral ook vanuit de betreffende medewerkersgroep. Wat zou hem of haar aanspreken? Wat past

het best bij zijn of haar reguliere werkzaamheden en de wijze waarop die normaal zijn ingericht? Betrek de

doelgroepmedewerkers bij de ontwikkeling indien dit op voorhand nog te weinig inzichtelijk is. Ervaring leert dat

veel mislukkingen deels zijn gelegen in het (te) aanbodgedreven karakter van het lesmateriaal; deels in het feit dat

allerlei aanvullende zaken worden gevraagd die niet goed passen bij het reguliere bedrijfsproces van alledag.

4.2. Selecteren van onderwerpen voor bewustwording Het plan voor het bewustwordings- en trainingsprogramma zal een lijst bevatten met onderwerpen die behandeld

moeten worden. Deze lijst kan worden samengesteld uit bronnen die zowel binnen als buiten de organisatie

beschikbaar zijn zoals de incidentendatabase, resultaten van interne audits, self-assessment resultaten, vakbladen en

nieuwsbrieven van diverse beveiligingsorganisaties en instellingen, bijvoorbeeld:

Gebruik en management van wachtwoorden; bedenken van sterke wachtwoorden, frequentie van verandering, -

geheimhouding, hoe om te gaan bij meerdere systemen;

Bescherming tegen virussen, wormen, Trojaanse paarden en andere “malware”; wat is het verschil, wat doet die -

kwaadaardige software en hoe blijft de virusscanner up-to-date. Leg hierbij ook de relatie naar het thuisgebruik;

Beleid; implementatie in projecten en compliancy; -

Onbekende e-mails en/of bijlagen; -

Gebruik van het Internet; toegestaan en verboden (gevaarlijk) gedrag; monitoring van gebruikershandelingen; -

Hoe om te gaan met SPAM berichten; -

Opslag van gegevens en de wijze van backup door de organisatie; -

Social Engineering; misbruik van vertrouwen van medewerkers door kwaadwillenden; -

Incidenten; wat te doen, bij wie te melden; -

Shoulder surfing; “Je mag alles van me weten, behalve mijn ….wachtwoord”; -

Veranderingen in de nutsvoorzieningen van het gebouw kunnen van invloed zijn op de systemen (water, stof, -

vuur, tijdelijk uitgeschakelde toegangscontrole, etc.);

Snelle reactie op verloren USB-stick

Het ministerie van Defensie kwam enige tijd geleden in het nieuws door het verlies van een USB-stick met zeer

gevoelige informatie. Het ministerie reageerde daarop direct door extra aandacht te vragen voor dit onderwerp in

bestaande bewustwordingsprogramma’s.

Page 28: NAVI Handreiking Security.indd

28

Risico’s tijdens verhuizingen; -

Thuisgebruikers en de verantwoordelijkheid om het eigen systeem goed te beveiligen; -

Gebruik en gevaren van mobiele verwerking (I-phone, Blackberry, etc.); -

Gebruik van vercijfering van gegevens tijdens transport en opslag; -

Laptops en USB-sticks tijdens reizen; risico’s van diefstal van apparatuur en gegevens; -

Installeren van updates; -

Gebruik van software licenties; toegestane en illegale software op bedrijfscomputers; -

Toegang tot bedrijfssystemen; -

Individuele verantwoordelijkheden versus verantwoordelijkheden van de organisatie; -

Procedures t.a.v. bezoekers; registratie en begeleiding, bescherming tegen inzage in bedrijfsinformatie; -

Desktop beveiliging; screensavers, clear desk en clear screen; -

Geheimhouding van vertrouwelijke informatie; -

Gedragsregels bij het gebruik van e-mail en Internet voor zakelijk en/of privé gebruik. -

4.3. De vorm van het bewustwordingsmateriaalUit een scala aan technieken en vormen kan gekozen worden om de boodschap uit te dragen. Dit hangt af

van het type boodschap, de organisatie en zijn cultuur en de complexiteit van de boodschap. Bij de start van

een bewustwordingsprogramma is het van belang de focus te leggen op de meest belangrijke risico’s die een

organisatie loopt en zich te richten op alle medewerkers. Een overdosis aan onderwerpen, de wijze waarop het

programma gecommuniceerd wordt of te grote differentiatie naar type medewerkers, zal afleiden van de essentie

van het programma. Lees hierover meer in hoofdstuk 7, waarin een meerjarenplanning of rolling programma

beschreven wordt. Nadat initieel een bewustwordingsprogramma gehouden is voor alle medewerkers met de meest

prangende onderwerpen, kan differentiatie plaatsvinden naar medewerkers (uitvoerders, staf, midden- en strategisch

management), de wijze waarop de onderwerpen gecommuniceerd worden (webgebaseerde training, presentaties,

nieuwsbrieven). Onderstaand overzicht biedt een aantal voorbeelden:

Boodschappen op (dagelijks) gebruiksmateriaal zoals pennen, post-it briefjes, sleutelhangers, keycords, klokken; -

Posters met informatie over wat te doen of juist niet te doen; -

Screensavers met wisselende teksten; -

Nieuwsbrieven; -

E-mail berichten; -

Videoberichten; -

Webgebaseerde informatie of trainingen; -

Presentaties door een instructeur; -

Security-dagen; -

Security-tips die periodiek, bijvoorbeeld bij het opstarten van de computer, verschijnen (en pas na een -

bevestiging weer verdwijnen);

Kruiswoordpuzzels; -

Prijsvragen. -

In alle gevallen is het van belang om de boodschap op meerdere manieren over te brengen. Dit versterkt de kracht

van de inhoud en het effect op de medewerkers. Zo kan in een presentatie de kwaliteit van een wachtwoord

behandeld worden die vervolgens door posters, e-mails of een handleiding versterkt wordt.

4.4. Bronnen voor materiaalHet aantal en de verscheidenheid van bronnen die materiaal kunnen leveren voor een bewustwordingsprogramma

is groot. Veel van dit materiaal is beschikbaar op het Internet als openbare bron. In een aantal gevallen zal het zelfs

mogelijk zijn om te beschikken over complete bewustwordingsprogramma’s. Daarbij is echter een kanttekening op

zijn plaats: Het programma is ontwikkeld met andere uitgangspunten dan die van het bedrijf en voldoet dus waar-

schijnlijk niet helemaal aan de behoefte. Kopieer daarom niet klakkeloos maar selecteer die onderwerpen die ook in

het eigen proces geïdentificeerd zijn en pas ze aan de eigen behoefte aan.

Page 29: NAVI Handreiking Security.indd

29

Enkele voorbeelden van bronnen van materiaal:

Handleidingen voor zakelijk en privé gebruik van Internet en e-mail zoals die in nieuwsgroepen beschikbaar zijn; -

Nieuwsbrieven van security organisaties en magazines; -

http://www.schneier.com/crypto-gram.html.

Een gratis maandelijkse nieuwsbrief met daarin overzichten, analyses, inzichten en commentaren over

security-onderwerpen op het gebied van computers en andere zaken.

http://www.biometrics.org/

Whitepapers en ander materiaal dat op websites beschikbaar wordt gesteld door organisatie van vakgenoten -

(voor leden en/of niet-leden);

http://www.pvib.nl/ van het Platform voor InformatieBeveiliging.

Websites met online nieuwsberichten; -

http://www.security.nl

Materiaal van conferenties, seminars en cursussen; -

Professionele organisaties die bewustwordingsprogramma’s ontwikkelen. -

4.5. YouTube als informatiebronDe populariteit van YouTube is groot. Daarmee is het ook voor Security Awareness een grote bron van informatie

en nieuwe ideeën. Het grote voordeel van YouTube als informatiebron is dat de video’s over het algemeen niet

auteursrechtelijk beschermd zijn (Controleer dit voordat ze gebruikt

worden!). Op YouTube is onder andere een aantal video’s te vinden

over Tiger Teams; teams die de beveiliging van bedrijven en

organisaties testen. Het is zeker de moeite waard om te beoordelen

of deze video’s kunnen bijdragen aan het verhogen van het

bewustzijn. Er zijn maar weinig bedrijven en organisaties die openlijk

communiceren over de zwakheden in hun beveiliging en ook al

betreft het in de video’s Amerikaanse bedrijven, de analogie met

Nederlandse organisaties is groot. Gebruik binnen YouTube

(www.youtube.com) de zoekterm “Tiger team”4 en beoordeel zelf de

kwaliteit van een professionele diefstal van gegevens.

4.6. Uitbesteden of zelf doen?Het ontwikkelen van een bewustwordingsprogramma kost veel tijd, energie en geld. Op enig moment zal de vraag

gesteld worden of u het allemaal zelf wel kunt en wilt. Onderstaande overwegingen kunnen gebruikt worden rond

deze besluitvorming:

Heeft de organisatie zelf de kennis en capaciteit beschikbaar? Hebben deze mensen de juiste vaardigheden en -

ervaring? Zijn de mensen voor deze opdracht beschikbaar?

Is het meer kosteneffectief om het programma zelf op te zetten of uit te besteden? -

Zijn er budgetten beschikbaar? -

Is de organisatie in staat om eenmaal aangeleverde programma’s zelf te onderhouden? -

Staat de gevoeligheid van de inhoud van het programma uitbesteding wel toe? -

Past uitbesteding in het beoogde tijdsplan? -

Behoud van benodigde kennis. -

4.7. Partnerschap met soortgelijke organisatiesWaarom zelf ontwikkelen als anderen u al voor gegaan zijn? Het ontwikkelen van een programma kan gebaat zijn

bij een partnerschap met een soortgelijke organisatie waarbij niet alleen het resultaat (het programma) kan worden

uitgewisseld, maar ook de voorafgaande plannen en overwegingen. De samenwerking reduceert niet alleen de

kosten maar bevordert ook het uitwisselen van creatieve ideeën.

4 Ten tijde van de verschijning van deze Handreiking in oktober 2009 was op YOUTUBE een

korte serie “Tiger Team 101” beschikbaar over de diefstal van klant- en creditcardgegevens van

een autodealer en de diefstal van dure auto’s.

Page 30: NAVI Handreiking Security.indd

30

Page 31: NAVI Handreiking Security.indd

31

5. Fase 3: De implementatiefaseNa de ontwerpfase en de ontwikkeling van het bewustwordings- en trainingsmateriaal volgt de derde fase in een

bewustwordingsprogramma. Dit hoofdstuk beschrijft deze derde stap: de implementatie van het programma en de

rol van communicatie daarin.

5.1. Wijze van communicerenHet bewustwordingsprogramma moet binnen de organisatie uitgelegd en gecommuniceerd worden. Het doel is

begrip en ondersteuning te realiseren voor de uitvoering van het programma en duidelijkheid te geven over de

bijdrage die van de medewerkers verwacht wordt. De communicatie zal moeten verduidelijken wat de

verwachtingen van het management zijn en de te verwachten resultaten voor de organisatie. De wijze waarop

het project bekostigd wordt (centraal budget of doorbelasting) moet voor het management duidelijk zijn.

Verder is het van belang dat iedereen in de organisatie die betrokken is bij het programma, zijn eigen taken en

verantwoordelijkheden kent, maar ook die van de andere deelnemers. Als aanvulling hierop moeten ook tijdschema’s

en beoogde resultaten (in aantal deelname en percentage geslaagden per onderdeel) gecommuniceerd worden.

In §6.2 wordt een aantal basismodellen besproken voor het bepalen van de structuur van een programma. De

basismodellen verschillen voornamelijk in de wijze waarop centraal of decentraal uitvoering wordt gegeven aan

het programma. Het spreekt voor zich dat de wijze waarop de communicatie moet worden ingericht (centraal of

decentraal) moet aansluiten bij de keuze die in §6.2 gemaakt wordt.

KSF: Voorzie noodzakelijke communicatiekanalen op en over alle niveaus heen. Breng hierbij de

veiligheidsboodschap op een creatieve en positieve manier. Zorg dat er kanalen bestaan om goede feedback

mogelijk te maken, geef er gevolg aan en maak snel duidelijk waarom iets wel of juist niet kan.

5.2. Technieken om de boodschap over te brengenIn hoofdstuk 5 is al over de vorm gesproken waarmee de boodschap uit het programma kan worden overgebracht.

In onderstaande paragraaf worden in aanvulling hierop verschillende technieken besproken.

De techniek die gebruikt gaat worden om de boodschap

op de medewerker over te brengen moet voldoen aan

een aantal criteria:

Eenvoud in gebruik; gebruiks- en -

onderhoudsvriendelijk (updates);

Schaalbaarheid; verschillende kennisniveaus van de -

gebruikers, grootte van de deelnemersgroepen en

verschillende locaties (klaslokaal en auditorium);

Vastleggen van meetgegevens; aantal deelnemers, -

scores, tijdsbesteding, correlaties tussen

deelnemersgroepen en resultaten;

Beschikbaarheid op de markt; aantal potentiële -

leveranciers.

De meest gebruikelijke technieken zijn:

Interactieve Video Training (IVT). Dit kan gebruikt -

worden voor leren en trainen op afstand en maakt

gebruik van technologie die tweerichtingsverkeer voor

interactieve audio en video mogelijk maakt.

De interactieve vorm maakt het leereffect groter maar de kosten zijn hoger dan niet-interactieve vormen.

Een duidelijke boodschap die voor iedereen te begrijpen en te herkennen is? Gaat het om de scherpe kanten of de brug die gesloten is?

Page 32: NAVI Handreiking Security.indd

32

Webgebaseerde training is momenteel erg gebruikelijk. Iedere deelnemer kan in zijn eigen tempo deelnemen -

aan het programma. Er kunnen test- en meetmomenten ingebouwd worden en de resultaten kunnen worden

teruggekoppeld met de deelnemer. Zonodig kan een specifiek onderdeel van het programma herhaald worden.

De techniek van de webgebaseerde training is sterk in ontwikkeling. Het is zelfs mogelijk dat instructeur en

deelnemers (of deelnemers onderling) interactief met elkaar kunnen communiceren;

Niet- webgebaseerde training is de meer traditionele vorm van verspreiding van trainingsmateriaal. Hierbij wordt -

materiaal beschikbaar gesteld op het intranet. Het programma wordt dan door iedere deelnemer vanaf zijn eigen

werkstation gevolgd, zonder interactie met een instructeur of andere deelnemers;

On-site instructie waarbij de instructeur een prominente rol heeft in het overdragen van kennis en de begeleiding -

van het aanleren van vaardigheden. Dit kan in de vorm van een presentatie in een lokaal of auditorium, een

trainingslokaal, etc. Het is de oudste maar ook meest populaire en interactieve vorm van kennisoverdracht. In

grote organisaties zal het moeilijk zijn deelnameschema’s op te stellen zodat alle medewerkers ook deel kunnen

nemen en kan geografische spreiding van medewerkers leiden tot lange reistijden of de instructie op meerdere

locaties.

De meest krachtige vorm bij kennisoverdracht is het gebruik van meerdere technieken. Zo kan een instructeur eerst

vertellen (presenteren) over een bepaald onderwerp waarna een videopresentatie gestart wordt ter ondersteuning

van het onderwerp. In een later stadium kan een deelnemer via een interactieve training meer kennis en vaardig-

heden opdoen vanaf zijn eigen werkplek.

5.3. Management en communicatieDe wijze van communiceren kan nog zo krachtig zijn, de boodschap die het management uitdraagt moet daarmee

wel in overeenstemming zijn. Het is zeker belangrijk om uw management eens te beoordelen op hun vaardigheden

om de boodschap uit te dragen, ofwel, te communiceren. Zelfs de beste managers maken gebruik van specialisten

op het gebied van communicatie. Als het nodig is dan moet het management aanvullende training krijgen om de

boodschap duidelijk te kunnen communiceren. Denk aan het belang van voorbeeldgedrag van het management dat

in §3.2 werd besproken.

KSF: Managers moeten in staat zijn om te communiceren en over de nodige vaardigheden beschikken. Zonodig

moeten zij daarin getraind worden.

5.4. Sancties en beloningenIn het bewustwordingsprogramma zal aandacht besteed moeten worden aan een sanctiemodel, dat wordt toegepast

indien een medewerker de veiligheidsmaatregelen niet opvolgt. Van gebruikers mag worden verwacht dat zij zich

houden aan de veiligheidsregels en deze naleven. Voorwaarde is dan wel dat zij op de hoogte zijn van deze veilig-

heidsregels en deze beoefend hebben.

Naast sancties bestaat er ook de mogelijkheid om positief gedrag te belonen. In beloning ligt juist de kracht die

anderen kan stimuleren om hun gedrag positief te beïnvloeden. Bij het te belonen positieve gedrag kun je denken

aan het voorkomen van een incident, het herkennen van een risicovolle situatie of het minst aantal fouten bij

de periodieke test via het Intranet. Beloon deze medewerkers en communiceer uitbundig over deze positieve

voorvallen, bijvoorbeeld op het Intranet of in het bedrijfsblad. Laat prijzen uitreiken door de directie, die daarmee

Het gaat om communicatie!

Bij een overheidsinstantie werd door een vooraangekondigde Social Engineering-actie (zie voor meer informatie

hoofdstuk 8) het wachtwoord van een hoge leidinggevende gestolen. Deze heeft vervolgens zijn ervaringen en

de genomen tegenmaatregelen uitgebreid beschreven in de periodiek nieuwsbrief. Openheid bevordert begrip!

Page 33: NAVI Handreiking Security.indd

33

zijn commitment opnieuw bevestigd. Zorg er dan wel voor dat de prijs ook begerenswaardig is en in verhouding

staat tot het te belonen voorval (bijvoorbeeld beveiligingssoftware, een wellness arrangement of een weekendje

in een vakantiepark). In de meer zakelijke sfeer zou je als beloning ook kunnen denken aan het volgen van een

(beveiligings?) opleiding, een extra vrije dag of zelfs een periodiek.

KSF: Waardeer de medewerkers die bijdragen aan betere prestaties en het verhogen van de bewustwording en

communiceer daar uitbundig over.

Een sanctie is soms noodzakelijk om betrokkene duidelijk te maken dat de organisatie het risicovolle gedrag niet

accepteert. In de praktijk blijken sancties echter niet vaak voor te komen. In veel gevallen worden veiligheidsincidenten

niet eens meegenomen in de periodieke beoordeling. Het ligt daarom meer voor de hand (en past vaak beter in de

bedrijfscultuur) om positief gedrag te bevestigen door er de nadruk op te leggen.

KSF: Benadruk positieve bevestiging. Waardeer veilig gedrag, geef positief commentaar op veilige handelingen. Het

zal de veiligheidsstandaard van uw organisatie versterken.

Sancties?

Veiligheidsregels zijn lastig en worden niet altijd begrepen. De naleving van de veiligheidsregels heeft voor

de medewerker vaak geen consequenties waardoor het hem aan motivatie ontbreekt. Bij het opzetten van

een bewustwordingsprogramma moet met top- en middenmanagement, personeelsafdeling en eventueel de

ondernemingsraad worden afgesproken op welke wijze naleving van veiligheidsregels onderdeel worden van

het beoordelingssysteem en welke correctieve maatregelen gebruikt kunnen worden. Dit kan bijvoorbeeld door

privileges op te schorten of daadwerkelijk strafmaatregelen te nemen (b.v. korting op een bonus).

Voorwaarde is een gedegen onderzoek bij een geconstateerd veiligheidsincident met hoor en wederhoor en

schriftelijke vastlegging.

Page 34: NAVI Handreiking Security.indd

34

Page 35: NAVI Handreiking Security.indd

35

6. Fase 4: De evaluatie- en onderhoudsfaseNa de ontwerpfase, de ontwikkeling van het bewustwordings- en trainingsmateriaal en de daadwerkelijke uitvoering

van het bewustwordingsprogramma volgt de laatste fase in een bewustwordingsprogramma. Dit hoofdstuk

beschrijft deze laatste stap: de evaluatie- en onderhoudsfase van het programma. Deze beoordeelt of het effect van

het programma in overeenstemming is met het gedefinieerde ontwerp en het resultaat voldoet. De evaluatie- en

onderhoudsfase maakt van het gehele proces van de ontwikkeling van een bewustwordingsprogramma een cyclisch

en zich herhalend proces.

6.1. Meten van de deelname en de effectiviteitGedurende de uitvoering van het bewustwordings- en trainingsprogramma dient informatie verzameld te worden

over de deelname aan het programma. Het gegevensbestand moet in ieder geval de mogelijkheid bieden om

informatie te verstrekken over:

cursus- en opleidingsdata; -

inhoud van de opleiding; -

deelname, zowel totalen als percentages per organisatieonderdeel; -

behaalde scores door de deelnemers (indien van toepassing); -

waarderingen uit de evaluatieformulieren van de deelnemers. -

De meetgegevens kunnen gebruikt worden voor rapportages

aan het management over de mate van compliance, de kwaliteit

en volwassenheid van het opleidings- en trainingsprogramma,

de bereidheid van afdelingen om deelnemers af te vaardigen en

kwaliteitsverbetering. De deelnamegegevens geven een rechtvaardiging

van beschikbaar gesteld budget en geven in detail aan of medewerkers

hebben deelgenomen aan het programma. Hieruit kunnen voor

zowel de medewerkers als voor afdelingsmanagement consequenties

volgen. Medewerkers die deelgenomen hebben aan een dergelijk

programma kunnen bijvoorbeeld voorrang krijgen bij interne sollicitaties.

Is deelname aan een bewustwordingsprogramma een functie-eis, dan

kan het niet deelnemen of niet slagen consequenties hebben voor de

uitoefening van de betreffende functie. De organisatie loopt in dat geval

een te groot risico op schade door onachtzaam foutief handelen van

personeel dat geen training heeft gevolgd.

De uitkomsten van de analyse van de meetgegevens kan tot gevolg hebben dat correctieve acties moeten

worden uitgevoerd die betrekking hebben op de kwaliteit of inhoud van het programma of de deelname. Aan

het verantwoordelijke management kan bijvoorbeeld in meer formele zin deelname van de medewerkers worden

opgedragen. Er kan aanvullende training of opleiding noodzakelijk zijn of de wijze waarop het programma wordt

aangeboden, moet worden bijgesteld. De uitkomsten zullen veelal aanleiding zijn voor een apart plan van aanpak

om de correcties en aanpassingen uit te werken en te implementeren

Een voorbeeld van een niet werkende

beveiligingsmaatregel.

Page 36: NAVI Handreiking Security.indd

36

6.2. Evaluatie en feedback Formele evaluatie en feedback zijn kritische componenten van een bewustwordingsprogramma. Voortdurende

verbetering kan niet plaatsvinden als het ontbreekt aan inzicht in hoe een programma werkt. Vanaf de start van de

ontwikkeling van het programma, nadat de contouren van het programma zich beginnen af te tekenen, moet dus

nagedacht worden hoe de kwaliteit van het programma op een objectieve manier kan worden gemeten.

Er is een aantal evaluatie en feedback methoden mogelijk die gebruikt kunnen worden om een programma bij te

stellen of aan te passen. In ieder geval zullen onderwerpen beoordeeld moeten worden op het gebied van kwaliteit,

scope, gebruikte methoden (o.a. Interactieve Video training, web gebaseerd), moeilijkheidsgraad, eenvoud van gebruik,

duur van het programma, relevantie en gangbaarheid van de behandelde onderwerpen en suggestie voor verbetering.

De meest gangbare methoden voor evaluatie en feedback zijn:

Het door de gebruikers in laten vullen van een evaluatieformulier. Gebruik daarbij zo veel mogelijk voorbedrukte -

teksten en normeringen zodat er weinig geschreven hoeft te worden om een waardering aan te geven;

Open forum discussie waar bovenstaande onderwerpen besproken kunnen worden. Deze vorm van evaluatie -

biedt de beste mogelijkheid op nieuwe ideeën en inzichten ter verbetering van het programma.

Selectieve interviews met deelnemers, waarbij in een 1-op-1 gesprekken de onderwerpen van de evaluatie -

besproken worden. De selectie van deze groep moet objectief blijven om de uitkomst niet te beïnvloeden.

Men moet er echter ook rekening mee houden dat deelnemers, om diverse redenen, niet altijd hun mening aan

(vertegenwoordigers van) het management van de organisatie willen vertellen. In deze vorm van evaluatie wordt

medewerkers wel de mogelijkheid geboden om hun mening te geven zonder dat zij zich in een groep daarvoor

moeten verantwoorden.

Onafhankelijke observatie door een derde partij die kan zorgen voor een gedegen onafhankelijk oordeel. -

Formele statusrapporten door managers van deelnemers. -

Benchmarking, waarbij het programma (en de resultaten ervan) vergeleken wordt met andere, soortgelijke -

organisaties. Deze vorm van evaluatie wordt uitgevoerd door gespecialiseerde organisaties die de beschikking

hebben over uitgebreide gegevens van resultaten van bedrijven over een langere periode.

Wanneer medewerkers van het bedrijf worden bevraagd is het, voor de objectiviteit en het verkrijgen van -

eerlijke antwoorden, aan te raden de vragen anoniem te laten invullen en de evaluatie bij voorkeur door een

onafhankelijke persoon te laten uitvoeren.

6.3. Veranderingen in het bewustwordingsprogramma doorvoerenHet is noodzakelijk om het programma regelmatig bij te stellen en te verbeteren . Dit kan om meerdere redenen

noodzakelijk zijn, bijvoorbeeld omdat er nieuwe beveiligingstechnieken in gebruik genomen worden (ieder weer met

andere en nieuwe risico’s), of het kennisniveau en gedrag van de medewerkers verandert. Noodzakelijke wijzigingen

kunnen ook veroorzaakt worden doordat een organisatie zijn missie of doelstelling bijstelt of inzichten wijzigen hoe

de doelstellingen van het programma gehaald kunnen worden. Belangrijke landelijke of internationale ontwikkelingen,

of de komst van nieuwe wetgeving kunnen ook hun invloed hebben op een programma.

Veranderingen doorvoeren: NAVI coördineert uitwijkoefening

Begin 2009 werd het NAVI door een projectteam van een financiële instelling benaderd om te adviseren bij de

voorbereidingen voor een uitwijkoefening. De oefening was in de loop der jaren te veel een routineklus gewor-

den. Tijdens deze ‘vernieuwde’ uitwijkoefening wilde men het MT meer emotie laten voelen. Een projectleider

van het NAVI heeft met het projectteam van de financiële instelling een scenario bedacht, richting gegeven aan

de soort incidenten en activiteiten en sprekers gezocht die informatie konden verstrekken over de calamiteit van

die oefening: een poederbrief. Voor meer informatie zie de bijlage: Voorbeeld 3.

Page 37: NAVI Handreiking Security.indd

37

6.4. Verhogen van het niveau van het bewustwordingsprogrammaZoals in eerdere paragrafen is besproken, zal een bewustwordingsprogramma moeten starten met een focus op

de meest cruciale security aspecten binnen het bedrijf. Het moet zich richten op iedere medewerker, dus van (top)

management tot de medewerker op de werkvloer. Omdat het programma zich in eerste instantie richt op alle

medewerkers is het instapniveau laag. Nadat het beoogde eerste niveau gehaald is, zal de volgende stap gezet

moeten worden om het niveau te verhogen. Dit kan door een aanvullend programma (met een hoger niveau) op

te zetten voor alle medewerkers, maar ook door differentiatie aan te brengen naar type medewerker. Hierbij zordt

gekeken naar zijn niveau, zijn taken en verantwoordelijkheden. In dit laatste geval wordt er differentiatie aangebracht

naar doelgroepen, die ieder hun niveau toegesneden programma gaan volgen. Op deze wijze zal het programma

groeien in volwassenheid. Het verdient aanbeveling om het verhogen van het niveau in het ontwerp van het

programma mee te nemen en te baseren op meetbare gegevens. Een norm voor het verhogen van het niveau zou in

dat geval een deelname aan de eerste ronde van het programma van ten minste 85% van de medewerkers en een

slagingspercentage van 90% kunnen zijn.

Tijdens het uitvoeren van een programma verdient het aanbeveling om voortdurend de ontwikkelingen op de markt

van bedreigingen, technologie, good practices en benchmarking bij te houden. Hierdoor ontstaan mogelijkheden om

proactief de kwaliteit en/of effectiviteit van het programma te verbeteren.

6.5. Commitment van het management CEO’s, CIO’s, management en programmamedewerkers zijn bij uitstek de voortrekkers voor de permanente

verbetering van een bewustwordingsprogramma. Het is cruciaal dat deze functionarissen uitdragen dat zij het

programma ondersteunen. Binnen het aspect beveiliging is het zeker waar dat de keten zo sterk is als de zwakste

schakel. Beveiliging van een organisatie is een teaminspanning en dient door alle medewerkers van een organisatie

gedragen te worden, te beginnen bij het management.

Deze lijst bevat indicatoren om een inschatting te maken van de ondersteuning en de acceptatie (commitment) door

het management van een programma.

Is er voldoende budget beschikbaar gesteld om de geaccordeerde doelstellingen te halen? -

Is de organisatie rond het programma ingericht met medewerkers van voldoende kwaliteit? -

Is het programma een regelmatig terugkerend onderwerp op de agenda van het management? -

Neemt het management deel aan de training? -

Hoe hoog is het percentage deelname? -

Draagt verantwoordelijke management gemotiveerd (de doelstellingen van) het programma uit? -

Is er brede ondersteuning voor de distributie van materiaal? -

Again: not my problem

Niet dat beveiliging niet als een probleem wordt gezien, alleen niet dat van mij. En vraag me niet van wie wel,

want dat weet ik niet precies. Van medewerker tot directielid is dit een veel gehoorde reactie: NMP.

Bron: Lezing van het Platform voor Informatiebeveiliging

Commitment van de leiding

Bij een ministerie was de draagplicht van de personeelspas reeds lange tijd ingevoerd maar werd de maatregel

niet altijd consequent uitgevoerd. Als onderdeel van een bewustwordingsprogramma werd extra aandacht aan

de noodzaak voor deze maatregel besteed en werd de uitvoering van strenger gecontroleerd. Personeel dat

de pas niet bij zich had werd de toegang tot de kantine ontzegd en personeel dat de pas niet zichtbaar droeg

werd gecorrigeerd. De meeste indruk maakte echter een van de topfunctionarissen die collega’s direct aansprak

en hen corrigeerde.

Page 38: NAVI Handreiking Security.indd

38

6.6. MeerjarenplanningIn voorgaande fasen is bepaald welke onderwerpen in een bewustwordingsprogramma noodzakelijk zijn en met

welke middelen de boodschap uitgedragen wordt. Onderwerpen met een hoge urgentie krijgen daardoor niet alleen

voorrang maar zullen ook vaker herhaald worden, bij voorkeur d.m.v. meerdere communicatievormen. Het mag

duidelijk zijn dat dit om een planning vraagt die ook op de wat langere termijn zekerheid biedt dat alle onderwerpen

aan bod komen. Voor de ontwerpen van een dergelijk planning moet rekening gehouden worden met de volgende

aandachtspunten:

Overweeg hoe frequent de aandacht gevestigd moet worden op een bewustwordingsonderwerp (vb: eens per -

twee maanden). Bepaal tevens hoeveel onderwerpen gelijktijdig behandeld moeten worden (in onderstaand

voorbeeld zijn dat drie);

Besteed aan urgente onderwerpen in het begin op iedere moment aandacht en laat de frequentie gaandeweg -

afnemen (in het voorbeeld prioriteit Hoog (rood));

Varieer met het middel waarop urgente onderwerpen behandeld worden (nieuwsbrief, enquête bij de ingang, -

bezoeken op de werkplek, controle na kantoortijd, etc.);

Voeg in de aandachtsmomenten de onderwerpen met minder urgentie afwisselend toe (in het voorbeeld -

prioriteit Middel (geel));

Laat ruimte voor actuele onderwerpen zoals een actuele virusdreiging of een incident dat zich heeft voorgedaan; -

Bepaal welke onderwerpen met lage prioriteit behandeld kunnen worden indien er geen actuele onderwerpen -

zijn (in het voorbeeld prioriteit Laag (groen)).

Pas het schema tweemaandelijks aan. De aan- of afwezigheid van actuele onderwerpen heeft invloed op het -

vervolgschema.

2010 2011 2012

Onderwerp feb apr juni aug okt dec feb apr juni aug okt decfeb apr juni aug okt decPrioUSB-sticks

Virussen

Actueel

Wachtwoorden

Thuis-PC

Draagplicht pasjes

Begeleiden bezoekers

Clear desk

Kasten afsluiten

Meeliften

Uitlenen van pasjes

Private FireWall

Sociale netwerken

hoog

hoog

hoog

middel

middel

middel

middel

middel

middel

laag

laag

laag

laag

Hierboven is een voorbeeld opgenomen van een meerjarenplanning. Bovenstaande aandachtspunten zijn in dit schema verwerkt.

Page 39: NAVI Handreiking Security.indd

39

Page 40: NAVI Handreiking Security.indd

40

Page 41: NAVI Handreiking Security.indd

41

7. Social Engineering als nul-meeting7.1. InleidingIn hoofdstuk 3 werd gesproken over een security audit in de vorm van Social Engineering (SE), als startpunt van een

bewustwordingprogramma. Door middel van SE wordt gemeten hoe het gesteld is met het naleven van veiligheids-

maatregelen in een organisatie. Dit hoofdstuk beschrijft op hoofdlijnen de psychologische mechanismen waardoor

mensen misleid kunnen worden.

7.2. Social Engineering en psychologieSocial Engineering (SE) heeft als doel vertrouwelijke informatie te verkrijgen, door middel van list en bedrog,

manipuleren, psychologische trucs en valse voorwendselen.

Waarom en hoe kan het menselijk gedrag zo sterk beïnvloed worden, dat een verzoek van een vreemde om

vertrouwelijke informatie te verstrekken, wordt ingewilligd? In de psychologische literatuur5 zijn de mechanismen

beschreven die gebruikt worden om invloed op andere personen uit te oefenen. Dit zijn:

wederkerigheid (geven en nemen); -

commitment en consistentie; -

sociale bewijskracht; -

sympathie; -

autoriteit -

schaarste. -

In de volgende paragrafen worden deze mechanismen beschreven en wordt ingegaan op hoe men ze kan

herkennen en zich ertegen kan wapenen.

Uit het dagboek van de Social Engineer:

“Ik stond om 06.50 uur voor het nog gesloten gebouw van de gemeente. Een vroege ambtenaar opende het

gebouw en liet me vriendelijk binnen zonder iets te vragen. Ik had de gehele dag de tijd om op de tien etages

rond te neuzen en mijn voorbereidingen te treffen voor die avond. Als ik werd aangesproken dan vertelde

ik dat ik ARBO-coördinator van de betreffende gemeente was en een aantal overleggen had, waarvan er

één was uitgevallen. Tijdens het rondlopen was ik me aan het voorbereiden op mijn volgende vergadering.

Ik had allerlei ARBO-spulletjes bij me om mijn rol te bevestigen. Tegen lunchtijd maakte ik buiten bij de

ingang een praatje met de portier over zijn nare gewoonte; hij wilde stoppen met roken. Blijkbaar had ik een

gevoelige snaar geraakt want hij begon honderd uit te vertellen. Toen ik merkte dat we een band hadden

opgebouwd vroeg ik hem naar de procedure van het afsluiten van het gebouw omdat mijn laatste vergadering

vermoedelijk pas ’s avonds na 19.00 uur afgelopen zou zijn. Hij vertelde me de plaats van de sleutels, de

lichtschakelaars, het telefoonnummer om door te geven dat het gebouw leeg was en de procedure om de

sluitronde aan te vragen, waarna de alarmering ingeschakeld zou worden. Die middag heb ik me verborgen

in een niet gebruikte vergaderkamer. Toen ik om 18.00 uur uit mijn schuilplaats kwam was het gebouw leeg

en kon ik in alle rust kantoren, bureaus, kasten en ladenblokken doorzoeken zonder gestoord te worden.

Het resultaat was overweldigend: alle personeelsdossiers van de ambtenaren, vertrouwelijke dossiers over

reïntegratieprocessen, beoordelingsdossiers, geld, laptops, PDA’s en GSM’s en het dossier van alle hypotheken

met de afgegeven gemeentegaranties voor koopwoningen. Om 21.00 uur heb ik het lege kantoorpand verlaten

en de sluitprocedure in werking gesteld om er voor te zorgen dat de veiligheid en vertrouwelijkheid van alle

gemeentelijke gegevens gewaarborgd zou zijn.”

5 Cialdini, O’Conner en Sagarin

Page 42: NAVI Handreiking Security.indd

42

7.3. Wederkerigheid: het aloude geven en nemen… en nemenDe mens gedraagt zich soms naar de regel van wederkerigheid. Het mechanisme geeft ons de opdracht te

compenseren wat andere mensen ons hebben gegeven. Door het gevoel te hebben iemand anders iets verschuldigd

te zijn, wordt veel makkelijker aan een verzoek voldaan dan anders. De regel van wederkerigheid is zelfs sterker dan

gevoelens van afkeer of sympathie.

Social Engineers maken dankbaar gebruik van dit mechanisme door het slachtoffer eerst iets kleins te geven en

vervolgens een veel grotere gunst terug te vragen.

Voorbeeld:

Je geeft een bloemetje aan iemand en zegt erbij dat het geweldig is hoe hij/zij altijd klaarstaat voor anderen. -

Kort daarna vraag je om een gunst. Dat kan toch niet geweigerd worden?

Je belt als medewerker van de ICT-afdeling naar een medewerker en zegt dat er grote virusuitbraak is. Je hebt die -

medewerker net behoed voor het verlies van alle mail maar hebt nu wel even zijn wachtwoord nodig om de

mailbox te controleren op restanten van het virus. Zal hij het doen? Jawel; negen van de tien mensen staan hun

wachtwoord af!

7.4. Commitment en consistentie: innerlijke spookbeeldenDe mens is geneigd in overeenstemming te handelen met dat wat hij daarvoor gedaan heeft. Als we een mening

verkondigen of een keuze maken, zijn we ook geneigd om daarmee in overeenstemming te handelen. Door onszelf

te overtuigen van de juistheid van het genomen besluit, voelen we ons beter over de genomen beslissing.

De mens heeft dus de neiging consistent te zijn en dit is een zeer effectief sociaal beïnvloedingswapen. Wie

consistent is, wordt intelligent, oprecht en evenwichtig genoemd. Omdat consistentie belangrijk is, zijn we ook

geneigd om er een automatisme van te maken. Nadenken kan negatieve gevolgen hebben die we liever niet willen

tegenkomen. De drang om consistent gedrag te vertonen kan misbruikt worden door profiteurs.

Consistentie wordt door commitment bepaald. Zodra je iemand een standpunt laat innemen of een keuze laat maken,

zal deze in de toekomst overeenkomstig handelen. Profiteurs kunnen gevoelens van verplichting eenvoudig uitbuiten.

Voorbeeld:

Als je merkt dat iemand graag praat over collega’s, ga dan het gesprek aan om over een geweldige of juist -

vreemdsoortige collega te praten en buig het gesprek om naar een onderwerp dat betrekking heeft op het

gedrag, bijvoorbeeld het omgaan met vertrouwelijke informatie.

7.5. Sociale bewijskrachtDit principe betekent dat ons oordeel over correct of incorrect gedrag samenhangt met het gedrag van anderen.

Wanneer veel mensen een handeling op gelijke wijze uitvoeren, bestempelen we deze als correct. Hierin ligt

tegelijkertijd ook de zwakte van het principe: het maakt ons kwetsbaar voor profiteurs. Het principe van sociaal

bewijs is zeer sterk. Wanneer we onzeker zijn over bepaalde handelingen, zijn we snel geneigd om naar anderen te

kijken om ons gedrag te bepalen. Wanneer echter niemand weet wat de juiste handelingen zijn, moet je je in dat

geval tot slechts één iemand richten en deze persoon duidelijk maken wat voor hulp je nodig hebt.

Voorbeeld:

Als iemand zijn wachtwoord niet wil afstaan (om een dringend probleem op te lossen) dan is die persoon snel- -

ler geneigd dat wachtwoord wél te vertellen indien hem duidelijk wordt gemaakt dat zijn/haar directeur (noem

deze vooral bij de voornaam!) en andere collega’s dat wél hebben gedaan. En hun probleem is al opgelost!

Het principe van sociale bewijskracht werkt onder twee omstandigheden optimaal:

- Onzekerheid: waneer iemand zelf niet weet hoe hij zich moet gedragen, ontleent hij zijn gedrag aan dat van anderen.

Gelijksoortigheid: het gedrag van mensen die op ons lijken maakt ons het beste duidelijk hoe we ons zouden -

moeten gedragen.

Page 43: NAVI Handreiking Security.indd

43

7.6. Sympathie: de vriendelijke diefNaast wederkerigheid en verplichting is er een nieuw beïnvloedingswapen: de sympathie. Het niet voldoen aan een

morele verplichting is onvriendelijk. Er wordt druk uitgeoefend door sympathie en verbondenheid. Het is namelijk

moeilijk om een verzoek te weigeren als deze van een goede vriend afkomstig is. Bij een andere succesvolle

methode wordt gerefereerd aan een vriend of kennis; het verzoek kan nu nog maar met moeite worden geweigerd.

Voorbeeld:

“Hallo, je moet de groeten hebben van Mariska, onze gemeenschappelijk vriendin. “Zij heeft me naar jou -

doorverwezen omdat je mij misschien verder kunt helpen. Zou je voor mij ….”

7.7. AutoriteitUit onderzoek is gebleken dat elk mens nagenoeg iedere opdracht uitvoert als een autoriteit dit van hem verlangt.

Vanaf de geboorte wordt ons bijgebracht dat gehoorzaamheid aan goede autoriteiten juist is. Het gehoorzamen aan

autoriteiten levert ons ook voordelen op. Doordat zij zoveel macht hebben, lijkt het vaak wijs om deze autoriteiten

te gehoorzamen. Wanneer we ontdekken dat gehoorzaamheid vrijwel altijd iets oplevert, bestaat de kans dat we er

een automatisme van maken.

Vaak zijn we niet alleen gevoelig voor de autoriteiten zelf, maar ook met de symbolen die we met hen verbinden, zoals

titels, kleding en bepaalde voorwerpen. Oplichters dragen niet voor niets vaak dure pakken en verhoogde schoenen.

Mensen willigen verzoeken veel makkelijker in als de vragers in uniform gekleed zijn. Ook mensen die in pak rondlopen

kunnen op ontzag rekenen. Attributen als dure auto’s, laptops, PDA’s en juwelen zijn ook prima gezagssymbolen.

Voorbeeld:

“Henk Willems, onze directeur, heeft mij opdracht gegeven om zo snel mogelijk informatie te verzamelen over de -

voortgang van onze offerte voor ZPN. Kun je mij aangeven voor welk bedrag wij gaan aanbieden?”

7.8. Schaarste: de regel van het tekortGesteld kan worden dat we sommige dingen meer gaan waarderen naarmate er minder van beschikbaar is. Ook is

het opvallend dat mensen eerder in actie komen wanneer ze denken iets te verliezen, dan wanneer hetzelfde hen

iets zou kunnen opleveren.

Het schaarsteprincipe is dus een veel gebruikt beïnvloedingswapen. Dit wapen werkt door twee kenmerken van schaarste:

Producten die schaars zijn, zijn over het algemeen ook daadwerkelijk beter dan producten die wel eenvoudig te -

verkrijgen zijn.

Beperking van de beschikbaarheid betekent beperking van de keuzevrijheid. -

Als we iets nu juist niet willen, is het dat onze keuzevrijheid ingeperkt wordt. Wanneer onze keuzevrijheid bedreigd

of verkleind wordt, wordt de behoefte aan keuzevrijheid juist groter dan deze daarvoor was. Daarbij gaat het om het

opleggen van de beperking zelf.

Het schaarsteprincipe werkt onder twee omstandigheden optimaal:

Bij plotselinge schaarste. Juist bij plotselinge schaarste wordt fel gereageerd. -

Bij conflicten om schaarse goederen, willen we het nog liever in ons bezit -

krijgen. Dit maakt ons extra gemotiveerd.

Voorbeeld:

De blouse kost € 110 maar de adviesprijs is eigenlijk € 150. Nu worden de -

laatste restanten blouses verkocht met een voordeel van maar liefst € 50!

Afgeprijsd van € 150 naar € 100. Het resultaat: Dolle dagen!

Page 44: NAVI Handreiking Security.indd

44

Page 45: NAVI Handreiking Security.indd

45

Bijlage: Voorbeelden In deze bijlage worden voorbeelden gegeven van onderwerpen die in voorgaande hoofdstukken behandeld zijn. Het

zijn vooral voorbeelden van de vorm waarin de boodschap gegoten wordt, met het doel om een ‘gevoel’ te geven

hoe een middel er uit zou kunnen zien.

Voorbeeld 1: Enkele voorbeelden van posters

Onderstaande posters vormen een kleine selectie van een grote hoeveelheid materiaal dat op het Internet

beschikbaar is. Een korte zoektocht levert veel voorbeelden op die de creativiteit kan stimuleren.

Voorbeeld 2: Een bewustwordingstoolkit

(uit Adviesrapport “Veiligheidsbewustzijn”van DJI)

Om de lezer een idee te geven hoe een bewustwordingstoolkit wordt opgebouwd geven we hier het voorbeeld van

de veiligheidsbewustzijnscampagne van het Ministerie van Justitie en het Openbaar Ministerie. Dit programma wordt

momenteel gehanteerd en uitgevoerd ten behoeve van een veiligheidsbewustzijnscampagne op het gebied van

informatiebeveiliging. De toolkit is modulair op te bouwen. Een organisatie bepaalt zelf welk thema of onderwerp in

de campagne op welk moment centraal staat, maar de wijze van werken is steeds identiek.

Hieronder wordt een beeld geschetst waaruit de toolkit bestaat.

1. Structuur en plan van aanpak

Deze module geeft een algemeen beeld van het bewustwordingsprogramma en de activiteiten die de organisatie

dient uit te voeren om in staat te zijn, het programma te implementeren.

2. Management commitment

Deze module dient voor het creëren van draagvlak voor het bewustwordingsprogramma bij het topmanagement en

het verzorgen van een goede aansturing.

3. Geïntegreerde assesment

Deze module bevat diverse verschillende assesments. Zoals een assesment van de huidige bewustwordingssituatie,

van de vereiste situatie en een risicoanalyse van de bedreigingen. De resultaten van het geïntegreerde assesment

worden gebruikt in workshops.

Page 46: NAVI Handreiking Security.indd

46

4. Instructie gebruik modules

Deze module bevat een handleiding om de programmamanager bekend te maken met de modules van de toolkit. In

deze module wordt tevens aangegeven, hoe het programma kan worden aangepast aan de eisen van de organisatie.

5. Programmamanagement

Deze module bestaat uit een plan van aanpak dat de programmamanager kan gebruiken bij het uitvoeren van het

bewustwordingsprogramma. Het bestaat uit een fasen- en stappenplan en bevat ondersteunende checklists en

draaiboeken.

6. Communicatieplan

Deze module geeft aan welke informatie, via welke middelen, op welk moment naar welke doelgroepen

gecommuniceerd dient te worden. Het communicatieplan is uitgewerkt in 12 mogelijke stappen die toegesneden

worden op de organisatie.

7. Basisniveau veiligheidsbewustzijn

Hierin wordt een blauwdruk met een minimale opzet van een basisniveau veiligheidsbewustzijn beschreven. Het is

aan te bevelen dat deze organisatie operationeel is voordat een programma uitgevoerd kan worden.

8. Meetinstrument

Deze module bevat software om kennis, houding en gedrag van medewerkers op het gebied van veiligheidsbe-

wustzijn te meten. Aan de medewerkers worden vragen gesteld die aansluiten bij de belangrijkste aspecten van

veiligheidsbewustzijn. Er kan worden gemeten voor en na het programma en resultaten per (organisatie) onderdeel

kunnen hierbij worden vastgesteld.

9. Topmanagement workshop

Deze module bevat een presentatie, een film en een instructie voor het topmanagement met als doel, ervoor te

zorgen dat zij in staat is om het programma binnen de organisatie te stimuleren.

10. Lijnmanagement workshop

Deze module bevat materiaal voor het geven van een workshop aan het lijnmanagement en een instructie voor het

geven van een briefing aan de medewerkers. De workshops zijn gebaseerd op het train-de-trainers principe.

11. Medewerker workshop

Deze module bevat materiaal voor een briefing aan medewerkers in een werk- of afdelingsoverleg.

12. Bedrijfsfilm

In de bedrijfsfilm komen in gedramatiseerde vorm aspecten en mogelijke gevolgen van veiligheidsbewustzijn aan de

orde (per thema). Deze films zijn modulair van opbouw en kunnen eenvoudig worden aangevuld met beelden uit de

eigen organisatie/of per organisatieonderdeel.

13. Gouden regels

In deze module worden de belangrijkste aspecten voor veiligheidsbewustzijn samengevat. Uit een set van 15 gouden

regels kunnen er bijvoorbeeld zes tot tien worden uitgezocht die het beste bij de organisatie passen.

14. Film met inbreuken in relatie tot gouden regels

Deze module, in de vorm van een bedrijfsfilm, geeft uitleg over meer dan 30 inbreuken die in de bedrijfsfilm

voorkomen en brengt deze inbreuken in relatie met de gouden regels.

Page 47: NAVI Handreiking Security.indd

47

15. Interne promotie

Deze module bestaat uit een groot aantal middelen (leaflet, brochure, posters, uitnodigingen, standaardbrieven,

artikelen etc.) om het bewustwordingsprogramma te ondersteunen.

Deze toolkit laat zien dat een aantal determinanten bewust meegenomen worden in een programma ter bevordering

van het veiligheidsbewustzijn:

commitment van het hoge management (- leiderschap) -

onderzoek (- medewerkerstevredenheid) -

het aanstellen van een projectmanager (- procesontwerp) -

train-de-trainers principe (- opleiding en samenwerking ) -

e-learning (- opleiding en monitoring) -

meetinstrument (- procesontwerp) -

gouden regels (- visie/missie/strategie) -

interne promotie (- communicatie) -

Voorbeeld 3: NAVI coördineert uitwijkoefening

Dit voorbeeld beschrijft hoe een financiële instelling het veiligheidsbewustzijn bij het management heeft verhoogd.

Uitwijkoefening moest realistischer worden.

Begin 2009 werd het NAVI door een projectteam van een financiële instelling benaderd om samen te werken bij een

uitwijkoefening. De oefening was in de loop der jaren te veel een routineklus geworden. Tijdens de nieuwe uitwijk-

oefening wilde men het management team (MT) meer emotie laten voelen en sterker betrekken bij de uitvoering.

Scenario bedenken

Het NAVI bood bij deze uitwijkoefening ondersteuning bij het tot stand komen van het scenario. Jan de Boer (sr.

Projectleider bij het NAVI) heeft samen met het projectteam van de financiële instelling een scenario bedacht, richting

gegeven aan het soort incidenten en activiteiten, en sprekers gezocht die informatie konden verstrekken over de

calamiteit van die oefening: een poederbrief.

Poederbrief tijdens een dagje uit

Het managementteam van een financiële instelling heeft begin april een management dag. Rond het middaguur

vertrekken ze per bus naar een bijeenkomst op een voor hen onbekende locatie. In de bus liggen folders van Sea Life

in Scheveningen. Wanneer de bus een kwartier onderweg is, wordt de General Manager gebeld met de mededeling

dat er op de afdeling Customer Services een poederbrief geopend is. De politie en brandweer zijn inmiddels

gewaarschuwd en in aantocht. De beller vertelt er wel duidelijk bij dat het een oefening betreft.

Uitwijken

Het MT kan niet terugkeren naar het mogelijk besmette hoofdkantoor en besluit de uitwijkprocedure in werking te

stellen. De buschauffeur krijgt de opdracht om van route te veranderen en richting de uitwijklocatie te gaan. Een

kwartier later is het MT druk bezig om zich een voorstelling te maken van de situatie en pleegt veelvuldig telefonisch

overleg met de medewerkers op het hoofdkantoor. Onverwachts stopt de bus op een grote parkeerplaats langs de

snelweg om drie extra passagiers in te laten stappen.

Extra passagiers

Terwijl de bus de rit voortzet worden twee passagiers geïntroduceerd. Hugo-Jan Jansen van het Ministerie van

Defensie is microbioloog en werkt bij de Bedrijfsgroep Gezondheidszorg als senior adviseur op het gebied van

Infectieziektebestrijding. Hieronder vallen biologische wapens en alle ziekten die militairen bij hun optreden in het

buitenland kunnen tegenkomen. Henk van Rooij is Master of Crisis and Disaster Management, 25 jaar brandweer-

Page 48: NAVI Handreiking Security.indd

48

officier en commandant geweest en momenteel actief bezig met CBRN-vraagstukken (Chemisch, Biologisch en

Radiologisch en Nucleair).

Jansen geeft in de bus een lezing over het verloop van de ziekteverschijnselen van Anthrax en de manier waarop

Anthrax wordt onderzocht op locatie. Van Rooij vertelt over de acties van de brandweer bij een dergelijke besmetting

en vertoont een korte film over de procedures, het tijdschema en het materiaal dat daarbij wordt ingezet. Op deze

wijze wordt het MT uitgebreid geïnformeerd over de situatie en activiteiten binnen de besmette locatie.

Nieuwe problemen

Wanneer het MT bij de uitwijklocatie aankomt, blijken de toegangspassen al gereed te liggen en zijn de deuren van

het uitwijkcentrum geopend. De PC’s worden opgestart en er wordt gecontroleerd of de bedrijfsprocessen vanuit de

uitwijklocatie uitgevoerd kunnen worden. De leden van het MT houden veelvuldig contact met de achtergebleven

medewerkers en worden steeds met nieuwe problemen geconfronteerd. Het besmette hoofdkantoor is namelijk op

last van de brandweer afgesloten. Hoewel de situatie niet levensbedreigend is, lijdt toch een aantal personeelsleden

onder de grote stress en is niet meer in staat te functioneren. Het blijkt dat de poederbrief op meerdere afdelingen is

geweest. Ook één lid van het MT is met de brief in aanraking gekomen. Het MT wordt steeds gevoed met de laatste

stand van zaken en moet continu plannen bijstellen. Na een uur zijn de plannen zodanig gereed dat het duidelijk is

op welke manier de uitwijk verder wordt uitgevoerd. Dan is het de tijd om de uitwijkoefening te beëindigen en kan

de evaluatie beginnen.

Opvallende bevindingen

Uit deze oefening werden al meteen twee bevindingen duidelijk:

Aan het eind van de dag was het management zich veel mee dan voorheen bewust van hoe een crisis verloopt en -

dat er met hele andere zaken rekening gehouden dient te worden dan er aan de tekentafel bedacht kan worden.

Het is voor een reële beleving van een crisis en het hiermee creëren van bewustwording bij het management -

erg aan te raden om regelmatig te oefenen en niet alleen scenario’s door te spreken.

Voorbeeld 4: NCTb Security Awareness workshop voor bedrijven

De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTb) heeft in samenwerking met de Politieacademie en de TU Delft

een workshop Security Awareness voor bedrijven en instellingen ontwikkeld.

De workshop Zeker van je Zaak laat medewerkers zien dat er ook op de werkplek verdachte situaties kunnen zijn die

de bedrijfsvoering ernstig kunnen verstoren. Hierbij gaat het om acties of voorbereidingen door criminelen, vandalen,

extremisten en terroristen. De workshop leert medewerkers hoe ze alert kunnen zijn op ongewenste verstoringen op

de werkvloer én wat ze daartegen kunnen doen.

Workshopmateriaal

De NCTb stelt het workshopmateriaal gratis ter beschikking aan bedrijven en instellingen die aangesloten zijn op het

Alerteringssysteem Terrorismebestrijding (ATb) van de NCTb of die werken met chemische, biologische, radiologische

en nucleaire middelen. Ook biedt de NCTb deze organisaties de mogelijkheid om twee medewerkers een training

van een dagdeel te laten volgen, die hen in staat stelt de leidinggevenden in hun organisatie te begeleiden bij het

geven van de workshop aan hun medewerkers. Na afloop krijgen de deelnemers het workshopmateriaal uitgereikt,

bestaande uit een DVD, een werkboekje en een handleiding.

Meer informatie is beschikbaar op http://www.nctb.nl/Informatie_voor/bedrijven/Security_awareness/.

Page 49: NAVI Handreiking Security.indd

49

Page 50: NAVI Handreiking Security.indd

50

Page 51: NAVI Handreiking Security.indd

51

Literatuuroverzicht Building an Information Technology Security Awareness and Training Program van het NIST (National Institute of

Standards and Technology)

Information Technology Security Training Requirements van het NIST (National Institute of Standards and Technology)

Bruce Schneier, Beyond Fear

Bruce Schneier, People understand risks – but do security staff understand people? The Guardian, 05 augustus 2009

K.D. Mitnick, The art of deception; the human factor in Information Security

Robert B. Cialdini, Using the Science of Influence to Improve the Art of Persuasion

Y. Lafrance, Psychology: A precious security tool

Lezing Platform voor Informatiebeveiliging 30 oktober 2008 door Hans Labruyere, LBVD

Bewustwordingsprogramma van een niet nader te noemen ICT dienstverlener uit 2007

Security Management System (SMS) en Operator Security Plan (OSP), beide publicaties van het NAVI waarin

een op de belangen en risico’s van een organisatie toegesneden combinatie van fysieke, logische (digitale) en

organisatorische beveiligingsmaatregelen wordt vastgelegd

Adviesrapport Veiligheidsbewustzijn van de Taskforce & Kerngroep Veiligheid DJI (Dienst Justitiële Inrichtingen van

het Ministerie van Justitie) van januari 2008

Afstudeer scriptie van Jan de Boer MSIT

NAVI-Nieuws, derde jaargang, nummer 10, juni 2009

Page 52: NAVI Handreiking Security.indd