Natuurpunt huis

32
Natuur.huis 20 tips voor (ver)bouwers Theorie en praktijk van ecologisch verbouwen Oude fabriek wordt modern kantoor BIJLAGE BIJ NATUUR.BLAD – HET VERENIGINGSBLAD VAN NATUURPUNT - VAN SEPTEMBER-OKTOBER-NOVEMBER 2006 – JAARGANG 5 – NUMMER 3. MET DE STEUN VAN HET VLAAMS GEWEST BINNEN HET PRESTI5-PROGRAMMA Nieuw huis voor Natuurpunt

description

Theorie en praktijk van ecologisch verbouwen 20 tips voor (ver)bouwers Oude fabriek tot modern kantoorgebouw

Transcript of Natuurpunt huis

Natuur.huis20 tipsvoor (ver)bouwers

Theorie en praktijk van ecologisch verbouwen

Oude fabriek wordt modern kantoor

BIJLAGE BIJ NATUUR.BLAD – HET VERENIGINGSBLAD VAN NATUURPUNT - VAN SEPTEMBER-OKTOBER-NOVEMBER 2006 – JAARGANG 5 – NUMMER 3.MET DE STEUN VAN HET VLAAMS GEWEST BINNEN HET PRESTI5-PROGRAMMA

Nieuw huis voorNatuurpunt

4-5 Gebruik van de ruimteTip 1: keuze van de bouwplaatsTip 2: in rij of alleenstaand?Tip 3: bouwen of verbouwen?Praktijk: het station als buur

6-7 Ontwerp & ArchitectuurTip 4: aanpasbaar verbouwenTip 5: energiezuinig ontwerpenTip 6: doe meteen goed wat je niet meer kan veranderenPraktijk: twee gevels zorgen voor klimaatbeheersing en lichtinval

8-17 Energie

Groene energie in het Natuur.huis

Tip 7: isolerenPraktijk: laag-energiegebouw

Tip 8: ventilerenPraktijk: comfortabel en gezond binnenklimaat

Tip 9: vermijd aircoPraktijk : doordacht en doelbewust airco geweerd

Tip 10: verwarmingPraktijk: warmte van 75 meter diep

Tip 11: elektriciteitsverbruik beperkenTip 12: gebruik onuitputtelijke energiebronnenPraktijk: Europese erkenning

Berekening energieprestatie Natuur.huis door Vlaams Energieagentschap

18-19 WaterTip 13: waterbesparingTip 14: gebruik regenwaterTip 15: infiltratie regenwaterPraktijk: de regenwaterput in het Natuur.huis

20-21 MaterialenTip 16: hernieuwbare grondstoffenTip 17: materialen met goede milieuscoreTip 18: vermijd chemische stoffenPraktijk: huwelijk tussen ecologische materialen en betaalbaarheid

22-23 OmgevingTip 19: streekeigen plantenTip 20: dakbegroeiingPraktijk: woningen voor vleermuizen en gierzwaluwen

24-29 EvaluatieMilieuberekening Greencalc+Evaluatie VIBEEvaluatie Natuurpunt

Coverfoto’s:Miguel Surmont

4

12

24

6

i n h o u d

Natuur.huis - september 2006 3

Bij de oprichting van Natuurpunt in 2002 kozen wij heelbewust voor Mechelen als centrale plaats van de hoofdze-tel van de vereniging.

Wij zochten en vonden een oud fabriekspand nabij het sta-tion op een boogscheut van de binnenstad. Afbreken enheropbouwen of renoveren? Wij kozen voor het laatste.Wellicht de moeilijkste, maar ook de meest uitdagende weg.Met dit bouwproject streefden wij twee doelstellingen na.Ten eerste een functioneel en spraakmakend kantoorge-bouw neerzetten dat de groeiende organisatie moest huis-vesten. Ten tweede een ecologisch en duurzaam projectrealiseren dat uitvoerbaar en betaalbaar is door een NGO.

Wij hebben getracht ons ecologisch bewustzijn door tetrekken naar een laag energieverbruik, energiebesparen-de technieken en duurzame materialen. Tevens streefden

wij naar een grote functionaliteit en een grote verander-baarheid qua gebruik zodat het gebouw als het ware detijd kan trotseren.

Wij nemen je via deze publicatie mee in ons bouwverhaal.Wij laten je zien hoe duurzaam bouwen telkens weer keu-zes maken is. Wij proberen je een eerlijk beeld te schetsenvan hoe wij duurzame eisen hebben laten samenvallenmet esthetische, technische en/of budgettaire aspecten.

Wij hopen dat ons nieuw natuur.huis je kan uitdagen enprikkelen.

Willy IbensAlgemeen Directeur Natuurpunt

ed

it

o

Voorwoord

METEN = WETEN

Deze publicatie kadert in een samenwerking tussen Natuurpunt en OVAM binnen het Presti5-programma. Dit subsi-dieprogramma heeft tot doel preventie van afval en emissies te stimuleren m.a.w. ‘meer te doen met minder’. De pro-jecten moeten leiden tot verandering van ons gedrag en tot de vermindering van afvalstoffen.

Duurzaam bouwen is een bouwmethode waarbij je zo efficiënt mogelijk omgaat met energie, water, ruimte en materia-len. Duurzaam bouwen valt onder het begrip ‘duurzame ontwikkeling’: de huidige generatie voorziet in de behoefte vande huidige generatie zonder de toekomstige generaties de mogelijkheid te ontnemen om ook in hun behoeften te voor-zien.Duurzaam Bouwen is dus een kwestie van de juiste keuzes maken. Je moet voortdurend afwegen waaruit je de meeste“(milieu)winst” boekt. Duurzaam Bouwen is dus een erg complex gegeven dat (soms) moeilijk te vatten is voor de door-snee (ver)bouwer. De particuliere bouwer kan een beroep doen op een aantal organisaties, zoals VIBE (het Vlaams Instituut voor Bio-Ecologisch Bouwen en Wonen), een informatiecentrum op het knooppunt van de milieubeweging en de bouwsector.Wij verzamelden van hen 20 tips om te komen tot een gezonde en milieuverantwoorde woning.Deze zetten wij tegenover ons eigen bouwverhaal: hierbij geven wij, ter inspiratie, eerlijk weer hoe wij zelf zijn omge-sprongen met deze milieuvriendelijke werkmethode van bouwen.

De particuliere bouwer kan bij zijn bouwpartners (architect, aannemers, …) ook aandringen om een beroep te doen opeen nieuwe generatie hulpmiddelen, die hen in staat stellen een beoordeling te maken van de milieubelasting van hetbouwproject. Daarbij kan een beroep gedaan worden op computerprogramma’s, ontwikkeld om verstandige (ont-werp)beslissingen te nemen. De juiste beslissingen kunnen immers niet enkel voor het buitenmilieu belangrijke ver-beteringen opleveren (minder milieuvervuiling door de gebouwen), maar ook voor het binnenmilieu (in het bijzondernaar de gebruikers van de gebouwen). Je kan hier dan ook drie manieren van evalueren terug vinden:- Pag. 16: berekening van de Energieprestatie in het kader van de nieuwe Vlaamse regelgeving met software door Vlaams

Energieagentschap;- Pag. 24: complexere milieuberekening om een integraal oordeel over de duurzaamheid van een bouwwerk te kunnen

maken (Greencalc+);- Pag. 26: toetsing aan de criteria van VIBE (het Vlaams Instituut voor Bio-Ecologisch Bouwen en Wonen).

Natuur.huis - september 20064

G E B R U I K VA N D E R U I M T E

Natuurpunt, met haar vele medewerkers, vrijwilligersen lokale afdelingen, koos voor haar secretariaat een centrale plaats in

Vlaanderen: Mechelen. Bovendien ligt het secretariaatsgebouw in een straat

tegenover het trein- en busstation, op twee minuten wandelafstand.

Het stationals buur

Een ideale keuze dus. Niet alleen voorde medewerkers, maar ook voorbezoekers, klanten van de

Natuurpunt-winkel en Natuurpunt-vrijwilli-gers die komen vergaderen in 'deCoxiestraat'. De Natuurpunt-medewerkersdie met het openbaar vervoer komen, krij-gen overigens alle kosten hiervoor volledigterugbetaald. De fietsende medewerkersworden ook verwend: in het sanitairegedeelte van het secretariaat worden kleed-ruimtes met douches geïnstalleerd.Opbergkastjes zorgen ervoor dat fietsershun materiaal (regenkledij, fietshelmen, …)op een ordelijke en veilige manier kunnenopbergen.

Grondige verbouwingDe stationswijk van Mechelen is een dichtbebouwde buurt en het Natuurpuntpand isvoor een groot deel ingesloten tussen ande-re gebouwen. Dat zorgt reeds voor minderverbruik op de energierekening.De architecten kozen bewust voor zeergrondige renovatie: ze behielden hetbestaande industriële bakstenen hoofdge-bouw zo maximaal mogelijk. Weliswaarmoesten er intern wat wijzigingen doorge-voerd worden, maar de draagstructuur, het

TIP 1Ga in de stads- of dorpskern wonenKies voor een woning in stads- of dorpskernen als het kan. Er staan vele mooie woningenleeg en je kunt er vaak ook voor een stukje groenvoorziening zorgen. Bovendien zit je zo veeldichter bij de bakker, de slager, het werk, de school, de bioscoop, het station enz… Je spaarter heel wat autokilometers mee uit, en de open ruimte wordt niet verder aangetast en ver-snipperd. Wonen op het platteland kost ook veel meer aan de gemeenschap (extra wegen,rioleringen enz ...).

TIP 2Kies voor een rijhuis in plaats van eenalleenstaand huis Elke woning verliest warmte via daken, vloeren en muren. Een vrijstaande woning verliestdus meer warmte dan een vergelijkbaar appartement middenin een blok: elk appartementstookt een beetje mee voor de buurappartementen. Een goede tussenoplossing is de rijwo-ning. In een rijwoning is het energieverlies beperkt: ook hier stoken de buren elkaar vooreen stuk warm. Anders gezegd: een vrijstaand huis heeft vier buitenmuren waardoor dewarmte kan verdwijnen, een rijwoning slechts twee. Doorgaans neemt een rijwoning ook minder oppervlakte in beslag dan een vrijstaandewoning. Weer ruimtebesparing dus.

Natuur.huis - september 2006

‘casco’, en het grootste deel van de buiten-gevels van het gebouw zijn intact gebleven.Een aanpalende rijwoning, die ook in deaankoop van het pand zat, werd afgebrokenen vervangen door een lichte en sterke con-structie over twee niveaus met een gelijk-vloerse doorgang naar achteren. Hetbestaande zadeldak verdween eveneens omde noodzakelijke extra-ruimte te creëren. Zoontstond een nieuwe en transparante ref-ter/vergaderzaal in bio-ecologische hout-

skeletbouw.Met enkele buren werden afsprakengemaakt, die ook notarieel vastgelegd zijnzodat er duidelijkheid is voor latere eige-naars. Zo hebben we enkele bestaanderaamopeningen verlaagd om de natuurlijkelichtinval te verbeteren.

Tal van in het gebouw aanwezige archi-tecturale elementen (bakstenen gevels,gietijzeren pylonen…) hebben we behouden

en tegelijk is de huidige architecturaleinvalshoek modern en strak.Bij de renovatie werd zo 50m3 stenen uit deafbraak gerecupereerd om herstelwerk ofnieuw metselwerk te realiseren. De bestaan-de binnenmuren werden daarna gezands-traald. De combinatie van deze oude stenenmet nieuwe elementen, zoals de zwartebetonvloer, zorgt voor een mooi moderncontrast. De sfeer van het oude fabrieks-pand blijft zo ook gerespecteerd.

TIP 3Kies eerder voor een verbouwing dan voor nieuwbouw Vanuit milieustandpunt is het verantwoord verbouwen van een bestaande woning beter dan nieuwbouw. Op zich is baksteeneen gezond en milieuverantwoord bouwmateriaal. Maar voor elke nieuwe baksteen moet klei gedolven worden. Dat tast denatuur ter plekke aan. Vervolgens moet die steen gebakken en getransporteerd worden. Dat kost energie. Ook het afbreken, totpuin verwerken of storten van de stenen is belastend voor het milieu... Dezelfde redenering geldt voor alle andere bouwmate-rialen. Er is bijvoorbeeld gebleken dat bij vernieuwbouw slechts 10 % van het hout nodig is dan wat men verbruikt bij hetzelf-de volume nieuwbouw. Een bestaande woning hergebruiken, veroorzaakt in die zin minder milieubelasting en uitputting van grondstoffen dan nieuw-bouw.En: wellicht haal je uit een bestaand pand nog een reeks materialen die je op een leuke manier kan verwerken in je verbouwing(oude stenen, originele balken, mooie binnendeuren, gekleurd glas...)!

5

Vanop het nieuwe secretariaat in Mechelen kan je de treinen zien. (Foto: Jenny Dedoncker)

O N T W E R P & A R C H I T E C T U U R

Natuur.huis - september 20066

Twee gevelszorgen voor

verwarming,afkoeling en licht

Dit systeem heet een ‘passieve kli-maatgevel’ en heeft heel wat voor-delen. De nieuwe binnengevel is de

thermische schil (met isolerende begla-zing). In de bestaande voorgevel wordtenkel glas geplaatst direct in de muurope-ning, zonder raamkader. Ook de dakbegla-zing wordt voorzien in enkele beglazing.De atriumruimte (ruimte tussen de tweegevels) fungeert als ‘warmtebuffer’. Tijdenswarme perioden in de zomer zal debeweegbare zonnewering de zoninvalbeperken en wordt de ruimte natuurlijkgeventileerd. De ruimte zorgt voor eenmaximale afscherming van de zonnewarm-te.Tijdens een groot deel van het jaar zullenwe de binnenkomende zonnewarmtegebruiken voor de verwarming van de kan-toren. In het systeem van ventilatie gebrui-ken we de opgevangen zonnewarmte om delucht voor te verwarmen.

KeuzeDoor het glazen dak van het atrium kan hetnatuurlijk licht zich ook rijkelijk verspreidenover de twee kantoorlagen waardoor er een

intens ruimtelijk effect op de werkvloerontstaat.Een andere mogelijke oplossing bestonderin om de huidige vloerplateaus te bewa-ren tot tegen de bestaande voorgevel. Datzorgde wel voor een groter kantooropper-vlakte (490m2 per verdiep) maar de opper-vlakte die in dat geval door de zon bestre-ken zou worden, zou dan slechts 72 m2 (=15%) geweest zijn.Uiteindelijk kozen we voor de oplossingmet het atrium omdat daarmee de lichtin-val 5 m dieper in het gebouw werdgebracht. Er is dus iets minder beschikbarekantooroppervlakte (430m2 per verdiep),maar de door de zon bestreken vloeropper-vlakte bedraagt 209m2 (= 49%). De oplos-sing van het atrium brengt ruim 3 keerzoveel zonnelicht naar binnen.Het atrium fungeert ook als buffer tegenstraatlawaai.

Flexibel en toegankelijkDe atriumruimte kan ook een functie heb-ben als complementaire ruimte van deontvangstzone, als tentoonstellingsruimte,‘communicatiezone’ naar de straat, ze kan

TIP 4Energiezuinig ontwerpen!1) CompactheidCompact bouwen betekent een woning zo ontwerpendat je een zo groot mogelijk bewoonbaar volumecreëert met een zo klein mogelijke buitenoppervlakte.Deze buitenoppervlakte (wand, vloer, dak, ramen) isde oppervlakte waarlangs de warmte kan verdwijnen.Ze wordt dan ook warmteverliesoppervlakte genoemd

2) Zonering, compartimentering, bufferingEen woning kan verdeeld worden in verschillendetemperatuurszones (te verwarmen, niet te verwar-men, min of meer te verwarmen). Groepeer de ruim-tes die in eenzelfde temperatuurszone vallen zoveelmogelijk. Compartimenteren betekent dan dat je dezones van elkaar scheidt door deuren of isolerendewanden. Je kunt de warme ruimtes (leefzone) ook nogbufferen, door ze aan de noordzijde te omringen metruimtes waar u minder warmte nodig hebt (slaapka-mers, toiletten, dienstenzone…). De te verwarmenzones liggen dan in het midden van de woning of eer-der op de zuidkant.

3) OriëntatieHet komt erop aan om de winterzon maximaal toe-gang te verschaffen tot de woning en de zomerzonmaximaal te weren. De kamers die tijdens de dagmeestal gebruikt worden (woonkamer, eetkamer, zit-kamer...), worden het best aan de zuidkant gepland. Om huizen op een natuurlijke manier te beschermentegen wind, of te veel zonnewarmte in de zomer, kanje natuurlijk ook bomen of hagen aanplanten.

4) Warmte-opslag De warmte-opslagcapaciteit van een bouwmateriaalgeeft aan hoeveel warmte het kan opslaan. Het zon-licht dat door het glas naar binnen schijnt, wordtopgenomen door ‘zware’ materialen en nog lang alswarmte afgestraald in de ruimte. Op die manier kanje na zonsondergang nog profiteren van de zonne-warmte. In de zomer blijven materialen met een hogemassa-inertie langer koel. Maak dus een aantal murenen vloeren uit materialen met een goede massa-iner-tie (baksteen, kalkzandsteen, leemblokken, natuur-steen, gebakken tegels...).

5) Passieve zonne-energie!Door met voorgaande criteria rekening te houden,maak je maximaal gebruik van passieve zonne-energie.Dit is de energie die de zon hoe dan ook (‘s winters én‘s zomers!) in je woning binnenbrengt. In de zomermoet je er wel op letten om goed te ventileren met koelenachtlucht om de opgeslagen warmte af te voeren.

In ons natuur.huis is de voor-gevel zuidelijk georiënteerd.

We hebben gekozen om hiervan een atrium

te maken: de oorspronkelijke buitengevel is

behouden en binnenin staat een nieuwe

glazen binnengevel.

Natuur.huis - september 2006 7

aangekleed worden met planten… Ze is kort-om flexibel bruikbaar.In de plaats van de afgebroken rijwoningnaast het hoofdgebouw, hangt nu een ‘zwe-vend’ volume. Onder dit volume is er eennieuwe doorgang, om tot achter in hetgebouw materiaal af te leveren en enkeledienstwagens te parkeren.Een helling naar deze zij-ingang verzekerteen maximale toegankelijkheid, bijvoor-beeld voor rolstoelgebruikers. Bovendien iser ook een lift geïnstalleerd die alle verdie-pingen bereikt, en telkens uitgeeft op decentrale traphal. De centrale trap laat zo toeom de ruimtes ernaast in een latere faseeventueel andere functies toe te kennen.Wewillen bijvoorbeeld het houten dakpavil-joen, dat los van de kantoorfuncties bereiktkan worden, openstellen voor derden, die opzoek zijn naar een grote comfortabele ver-gaderruimte.

ZoneringZonering van de ruimtes is eveneens toege-past, bijvoorbeeld op de gelijkvloerse verdie-ping. Functies die meer daglicht en warmtevergen zijn dichter bij de gevel geplaatst. Het

magazijn daarentegen ligt achteraan, dieperin het gebouw. De gelijkvloerse ruimte voor-aan kan in de loop van de tijd nog verschil-lend worden ingevuld.

Grondige aanpakIn de ruwbouw-, stabiliteits- en saneringsfaseis uiteindelijk veel tijd en werk gekropen.Zoals wel vaker het geval is met verbouwin-gen, zijn we ook op een aantal onverwachtemoeilijkheden gestoten, zoals een aantal ver-vuilde kelderruimtes. Daarover lees je meer inhet hoofdstuk ‘water’.

TIP 5Aanpasbaar(ver)bouwen!

Probeer uw woning aanpasbaar te

maken. Dit wil zeggen dat het handig

is als je de kamers later van functie

kunt doen veranderen zonder al te

grote kosten. Je kunt nog een stapje

verder gaan en een aantal bouwdelen,

zoals binnenwanden bijvoorbeeld,

demonteerbaar en verplaatsbaar

maken. Dit is handig als je de ruimtes

later ook gemakkelijk wilt kunnen

vergroten of verkleinen. Bovendien

geven demonteerbare en herbruikba-

re wanden minder bouwafval. Voor

sommige oudere personen en voor

gehandicapten vergt een woningaan-

passing ook andere maatregelen (toe-

gankelijkheid van toiletten, trappen,

deurbreedtes enz.).

TIP 6Doe het meteen goedLeg de juiste prioriteiten. De afwerking van jehuis is natuurlijk erg belangrijk: je wil dat heter mooi uitziet. Niettemin raden we je aan omtoch éérst te investeren in een goede construc-tie- en ruwbouwfase. Bijvoorbeeld: stel eerderde verf- en tegelfase uit, dan de isolatiefase.Doe meteen goed wat je de eerste 40 à 80 jaarniet kan veranderen.

De stenen gevel is de oorspronkelijke. Daarachter kwam er een nieuwe, glazen gevel (Foto: M.S. – Tekening: Architektenkoöperatief/JJS bvba - Bogaerts Architectuur en Interieur)

e n e r g i e

Natuur.huis - september 20068

Het nieuwe secretariaat draait op groe-ne stroom. Spectaculair is dit niet.Sinds de vrijmaking van de elektrici-

teitsmarkt volstaat het om een contract tetekenen met één van de “groenestroomleve-ranciers”. De rest gebeurt automatisch enongemerkt. Maar dat maakt zo’n overstap nietminder belangrijk: in de strijd tegen de kli-maatverandering is groene stroom een cruci-aal element.Elektriciteit lost maar een deel van onze dage-lijkse energiebehoefte in. Aardgas of stookolievoor de verwarming, en benzine voor de autozijn minstens even belangrijk in de energiefac-tuur. Toch weegt onze elektriciteitsconsump-tie zwaar door op het milieu. Vooral wegensde CO2-uitstoot en het kernafval. De produc-tie van elektriciteit kost bovendien veel meerenergie dan wij thuis of op het werk geleverd

krijgen. Veel energie gaat verloren als warmtein de elektriciteitscentrale. En er zijn ooktransportverliezen. Zuinig omspringen metelektriciteit is dan ook de eerste boodschap.Elke gespaarde kW/h levert een veelvoud aanmilieuwinst op.

Groene energieMaar zelfs als we zuinig te werk gaan, blijftonze vraag naar energie en elektriciteit aan-zienlijk. Gelukkig wordt er steeds meermilieuvriendelijke of ‘hernieuwbare’ elektrici-teit geproduceerd. Elektriciteit uit windener-gie, waterkracht, zonne-energie. Het gebeurtook steeds vaker dat de warmte die bij deelektriciteitsproductie vrijkomt een nuttigetoepassing vindt (warmtekrachtkoppeling ofWKK).Sinds 1 januari 2002, zijn de leveranciers ver-

plicht om een minimumaandeel van hunelektriciteit uit hernieuwbare energiebronnente halen en sindsdien is de productie vangroene stroom gestaag gestegen. Toch blijftde Vlaamse productie verbazend klein. Dooronze chaotische ruimtelijke ordening en doorhet onduidelijke wetgevende kader verlooptde bouw van windmolens traag. Ook de vraaghinkt achterop. Minder dan 2% van deVlaamse huishoudens gebruikt groenestroom. In Nederland is dat 25%. Nochtansligt groene stroom sinds de vrijmaking van deelektriciteitsmark voor iedereen binnenhandbereik.

Kiezen op de vrije markt Vóór de vrijmaking van de markt, dit is vóór 1juli 2003, waren we voor elektriciteit aange-wezen op de lokale elektriciteitsintercommu-

Groene stroom: kleine stap voor

de mens, grote stap voor het milieu

Een groot aantal Vlaamse en Franstalige middenveld-organisaties, waaronder Natuurpunt, hebben een ‘Klimaatcoalitie’ gevormd.

Via die coalitie willen we intenser samenwerken in de strijd tegen de klimaat-

verandering. Natuurpunt zal inspanningen doen om de eigen CO2 uitstoot te

verminderen en anderen wijzen op de mogelijkheden om hetzelfde te doen.

Een mogelijkheid is de keuze voor groene energie.TEKST: STEVEN VANHOLME – FOTO’S: NATUURPUNT

e n e r g i e

Natuur.huis - september 2006 9

productie van elektriciteit (20%)

energieverbruik in de industrie (20,9%)

transport (17,7%)

verwarming van gebouwen gezinnen en tertiaire sector: scholen, ziekenhuizen... (21,8%)

broeikasgassen die vrijkomen bij industriële processen (9,7%)

landbouw (7,8%)

afvalverbranding en gassen uit afvalstortplaatsen (1,4%) andere (0,7%)

nale. Nu ziet het plaatje er anders uit. Hetonderhoud en de aanleg van het elektriciteits-en/of aardgasdistributienet is nu in handenvan een netbeheerder. Vaak diezelfde inter-communale. De elektriciteit zelf wordt gele-verd door leveranciers, die actief zijn op devrije markt. Op dit ogenblik zijn er inVlaanderen een tiental leveranciers operatio-neel. Hun gegevens vind je op de website vande ‘Vlaamse reguleringsinstantie van de elek-triciteits- en gasmarkt’ www.vreg.be.Verschillende leveranciers hebben ook eengroen product.Veel mensen laten zich afschrikken door dat

kluwen. ‘Ze kiezen liever niet’. Dat is jammer,want zolang je geen contract voor de leveringvan elektriciteit afsluit zit je bij de leverancierdie door je netbeheerder werd aangeduid, dezogenaamde standaardleverancier. En dat ismeestal niet de meest milieuvriendelijke, enook niet de goedkoopste.

Meer dan een druppel op eenhete plaatOverschakeling op groene stroom is nietalleen belangrijk om jouw eigen impact ophet milieu naar beneden te halen. Het is ookeen belangrijk signaal aan de overheid en aan

de energieproducenten. Als iedereen zijn ofhaar steentje bijdraagt zijn de Kyotover-plichtingen haalbaar. Bovendien is de sectorvan hernieuwbare energie die groene stroomproduceert een sector met een gigantischeconomisch potentieel. In Duitsland enDenemarken werken tienduizenden mensenin de windenergiesector. En met de kennis diezij in de voorbij decennia opgebouwd heb-ben, schuimen ze nu de wereldmarkten af.Ook wij mogen de boot van de 21ste eeuwniet missen.www.natuurpunt.be > ‘Beleid endossiers’>dossiers> klimaat en energie.

Wie moet ik kiezen? Om mensen tehelpen bij dekeuze werkteGreenpeace eenhandige brochureen internetsite uit.We hadden daar-over een gesprekmet KarenJanssens, klimaat-campaigner vanGreenpeace.

Is groene stroom de enige goede keuze? “Ja! Wij kunnen allemaal een verschil maken.Als je voor groene stroom kiest, dan kies jevoor een andere manier van produceren metmeer respect voor het leefmilieu.”

Waarom staat niet alle groene energie evenhoog gewaardeerd in jullie klassement?“Heel wat producenten bieden vandaag een‘groene stroomproduct’ aan. Die groenestroom is niet bij alle bedrijven even groen.Sommige leveranciers bijvoorbeeld halen eendeel van hun groene stroom uit bijstook van

kleine hoeveelheden biomassa in steenkool-centrales, die erg veel CO2 uitstoten en dusheel milieuvervuilend zijn. Greenpeace vindtdit eigenlijk misbruik van het systeem.”

Jullie overzicht houdt niet alleen rekeningmet de oorsprong van de elektriciteit.“Inderdaad. Ook de service aan de klantwordt in rekening gebracht. En het investeringsbeleid van het bedrijf. Sommigebedrijven bieden groene stroom aan maarinvesteren tegelijkertijd in vervuilende kern-en steenkoolcentrales, beiden erg milieuver-vuilend.Wij willen vooral bedrijven steunen dievoor echte oplossingen kiezen zoals energie-efficiëntie en elektriciteit uit hernieuwbareenergie. Die bedrijven staan bovenaan in onsklassement.We willen mensen via ons klasse-ment vooral aantonen dat ze een verschilkunnen maken en hen aansporen om actiefen goed geïnformeerd voor groene stroom tekiezen.”

Overschakeling, hoeveel kost dat? “Overschakelen zelf kost niets. Eens je keuzegemaakt is, mail, bel of schrijf je gewoon naarde gewenste leverancier van groene stroom.

Zij zullen jou de nodige papieren toesturen.De rest gaat automatisch. Op voorwaardedat je niet vastzit aan een contract met een minimumtermijn bij een andere leveran-cier. Op onze website vind je daarover allenodige info.”

Is milieuvriendelijke energie ook duur?“Groene stroom hoeft niet duur(der) te zijn.Dat is een mythe. Op de website van deVREG (www.vreg.be) kan je per leverancierde prijs bekijken. En je zal merken dat heelwat groene stroomleveranciers scherpe prij-zen aanbieden. Bovendien kan elk gezin heelwat besparen op de elektriciteitsfactuur doorzuiniger om te springen met energie (gemid-deld 25 euro/maand). Ook over rationeelenergiegebruik is op onze energiewebsiteheel wat te vinden.”

Meer info: De brochure vind je opwww.greenpeace.org/groenestroom of kanje aanvragen bij Greenpeace,Haachtsesteenweg 159, 1030 Brussel,02 - 274 02 00 of [email protected]

Aandeel van de verschillende sectoren in de Belgische uitstoot van broeikasgassen (bron: www.klimaat.be).

Natuur.huis - september 200610

E N E R G I E

Geïsoleerd als een laag-energiewoning

De isolatiewaarde van een vensterwordt echter niet enkel bepaald doorde kwaliteit van het glas, maar ook

door die van het raamkader. Wij hebben inruimtes die aansluiten aan een buitengevel,

voornamelijk gekozen voor houten kaders,gezien die meestal beter isoleren dan anderematerialen. Bovendien is hout meestal demeest ecologische keuze: indien het uit goedbeheerde bossen komt en indien het niet

chemisch behandeld is. Enkele grote ramenbestaan uit staal (thermisch onderbroken)omdat de fabrikant dergelijke grote ramenniet durfde uit te voeren in hout.De nieuwe grote glazen gevel in het atrium(drie verdiepingen hoog) is omwille van tech-nische en esthetische redenen ook met stalenprofielen opgetrokken.

VloerenWe isoleren bijna alle warmteverliesopper-vlaktes van ons gebouw: vloer, wanden, dak.Door de dikte van de oude fabrieksmurenhebben we op bepaalde plaatsen geen bijko-mende isolatie geplaatst. Koudebruggen heb-ben we zoveel als in een verbouwing mogelijkwas, vermeden.De isolatie voor het hoofddak is 24 cm dik enbestaat uit rotswol. Omwille van het dakter-ras moesten we hier een hoge drukvastheidverkrijgen.In de vloeren gebruiken wij een isolerende mor-tel, die gelijktijdig de leidingen uitvult. De mor-tel bestaat uit een mengeling van gerecycleer-de EPS-korrels, vermiculiet en toeslagstoffenmet cement als bindmiddel. De gemiddeldeisolatiedikte in de vloeren bedraagt 10 cm.De enige vrije zijgevel bekleedden wij meteen pleisterbare gevelisolatie van 10 cm.Deze isolatiedikte is op zich vrij beperkt vooreen laag-energiegebouw, maar hierbij moes-ten we rekening houden met het feit dat hetpand ingesloten zit en met de verzuchtingenvan onze buren.

TIP 7Beter isoleren dan de norm!Met een goede isolatie bespaar je wel degelijk op de energierekening! Hoe meer je isoleert,hoe beter de andere energiebesparingsmaatregelen renderen. Als je goed isoleert, spaar jetrouwens niet alleen het milieu, je verbetert ook het binnencomfort, doordat de wanden envensters warmer aanvoelen, en u dus de lucht minder warm moet stoken.Met gemiddeld 20 cm in het dak, 15 cm in de muur en 10 cm in de vloer, heb je een laag-energiewoning met navenant lage energiefactuur. Dik isoleren is één van de goedkoopstemanieren om energie én dus geld te besparen.

TIP 8Beter isoleren = beter ventileren De keerzijde van isoleren is ventileren. Vaak gaat daar niet genoeg aandacht naar uit.Ventilatie zorgt ten eerste voor de afvoer van gebruikte en vervuilde lucht en de aanvoer vanvoldoende verse en gezonde lucht. Ventilatie vermindert ten tweede de kans op condensatieop de binnenmuren. Bij een tekort aan luchtverversing kunnen ook klachten als hoofdpijn,druipende neus enz. optreden.Ventileren kan op een natuurlijke manier, op een mechanische manier of met een combi-natie van beide. Laat de ventilatie in elk geval niet over aan toevalligheden (reten en kieren,ongecontroleerd openstaande ramen en deuren...). Let ook op dat ventileren in de winterniet te veel energieverlies veroorzaakt. Daar zijn oplossingen voor.

We kozen voor hoogrendementsglas: het glas heeft een

U-waarde van 1,1. ‘U’ is de maat voor de isolerende waarde: hoe dichter bij

de 0 hoe beter isolerend. Dit 'verbeterd' dubbel glas isoleert ongeveer twee

tot drie keer beter dan gewoon dubbel glas (U = 2,4). Dit glas zorgt niet enkel

voor minder warmteverliezen, het voelt ook minder koud aan.

E N E R G I E

Natuur.huis - september 2006 11

Bij de nieuwe houtbouwconstructie op hetdak werd geopteerd om zo veel mogelijk debio-ecologische richtlijnen te volgen. Dat wilzeggen: isolatiematerialen op basis vannagroeibare grondstoffen, in dit geval inge-blazen papiervlokken in buitenwanden(24 cm) en het platte dak (30 cm). Daarovermeer in het materialenhoofdstuk.

BinnenklimaatHet studiebureau opteerde voor een mechani-sche ventilatie met warmteterugwinning enventilatoren van een nieuwe, uiterst zuinigegeneratie.We hebben dit dan ook toegepast inhet houten dakvolume en het hoofdgebouw.Voor het zijgebouw zijn we omwille van bud-gettaire redenen overgestapt naar mechani-sche extractie zonder warmteterugwinning.Natuurlijke ventilatie was hier niet aan tebevelen gezien je zo geen controle hebt op de

ventilatie en de ingesloten ruimten zo nietvoldoende van verse lucht kunnen voorzienworden.De kantoorruimtes worden zo voortdurendgeventileerd: er wordt continu verse lucht aan-gevoerd via dit ventilatiesysteem. Deze luchtwordt gefilterd, en aangepast qua lucht-vochtigheid en temperatuur.

Er wordt dus niet alleen aandacht besteed aanhet comfort van de Natuurpunt-medewerkers,maar ook aan hun gezondheid en welzijn. Uitwetenschappelijk onderzoek is immers geble-ken dat de kwaliteit van de lucht binnenshuisvaak slechter is dan buiten.De ramen hoeven bij een goed geconcipieerdventilatiesysteem niet opengezet te worden.Wij hebben dan ook doelbewust zo veelmogelijk gekozen voor vaste ramen.Gedurende de warmste dagen blijft het

gebouw het liefst zoveel mogelijk geslotenoverdag. De warmte blijft op die manier bui-ten. De koelte die we ’s nachts binnenbrengen,wordt opgeslagen in de thermische massa vande oude muren, de betonnen plafonds en denieuwe betonvloeren. Hierbij passen we ‘kruis-ventilatie’ toe: dit is ventilatie die het helegebouw doorkruist en de warmte terug naarbuiten brengt. De koelte wordt dan in loop vande dag langzaam afgegeven.

In de winter houden we het gebouw vanzelf-sprekend goed gesloten. Door het geïntegreer-de ventilatiesysteem kunnen ramen en deurendicht blijven en kan warmte uit de ventilatiel-ucht terug in het gebouw gebruikt worden.

Het houten dakgebouw is geïsoleerd met papiervlokken die in het dak en de wanden werden geblazen. (Foto: Jenny Dedoncker). Op detekeningen zie je de ventilatiestromen. Blauw is koud, rood is warm. (Tekeningen: IRS Studiebureau ir. B. Depré)

Natuur.huis - september 200612

E N E R G I E

Een duurzaam kantoorgebouw ontstaat niet door achteraf een

aantal milieuvriendelijke technieken toe te passen. Ons concept ontstond

enerzijds op de tekentafel van onze architecten, anderzijds vanuit besprekingen

met het studiebureau.

Voor de verwarmingsinstallatie advi-seerde het studiebureau ons te kiezenvoor een innovatief milieuvriendelijk

systeem nl. een warmtepomp. Door gebruikte maken van een doorgedreven isolatie kun-nen de architecten de installaties klein hou-den.

Een warmtepomp doet eigenlijk het tegen-overgestelde als een koelkast. Een koelkastonttrekt warmte aan de binnenzijde en geeftaan de achterzijde warmte af. De warmte-pomp van het Natuur.huis onttrekt warmteaan het grondwater en geeft die warmte afaan het verwarmingscircuit (vloerverwarming!) van het gebouw. Om die warmte aan hetgrondwater te onttrekken werden tweeboringen tot 75 meter diep uitgevoerd (ziefoto). Enkel in de koudste periodes zal bijver-warming met een kleine gasketel nodig zijn.

In de zomer kan het opgepompte grondwa-ter, met een temperatuur van 10 à 12 °Crechtstreeks in het vloerverwarmingscircuitgepompt worden en zo voor een afkoelingvan het gebouw zorgen.De energie die een warmtepomp nodig heeftis veel kleiner dan die van een klassieke ver-warmingsinstallatie. Minder energie betekenteen lagere energiefactuur, een lagere resulte-rende CO2-uitstoot. Het nadeel is wel dat dewarmtepomp op elektriciteit werkt, en elek-triciteitsproductie is eigenlijk een weinig ren-derende manier van energieomzetting: in decentrales en bij het transport gaat immers2/3 van de geproduceerde energie verloren.De keuze voor vloerverwarming en -koeling ishierbij ook een bewuste keuze. Er is zo binnenhet landschapskantoor immers een goedeverdeling van de warmte: het thermischecomfort voor de gebruikers verhoogt.

Airco geweerdHet gebouw kende al heel wat massieveelementen: oude stenen muren, betonpla-fonds en betonnen vloeren. Volgens denieuwe eisen betreffende stabiliteit kwa-men er nog enkele betonelementen bij alsfundering. Bovendien opteerden wij voor decombinatie van vloerverwarming met gepo-lierde betonvloeren. Op die manier beschik-ken we over veel thermische massa omenerzijds de warmteoverschotten tijdelijk tebufferen, anderzijds om een intensieve koe-ling met koele buitenlucht ’s nachts terealiseren.

Een klassieke airconditioning stond hoe danook, omwille van het hoge energieverbruik,niet op het programma. Via deze doordachtemanier van ontwerpen, werd het helemaaloverbodig. Om de warmtepieken in de zomerop te vangen, voorzien wij ons gebouw ookvan een passieve koeling via de warmtepomp.Die laten wij in de zomer het koele grondwa-ter verdelen over de verwarmingselementendie in de gepolierde betonvloer liggen. Dezezijn overigens heel donker uitgevoerd. Dezwarte kleur maakt alleen al dat de warmteuit het zonlicht a.h.w. kan opgeslorpt en vast-gehouden worden. In de zomer zorgt de diktevan de vloer, die omwille van stabiliteitrede-nen 12 cm bedraagt, ook dat de kantorenminder snel opwarmen.

TIP 9Vermijd airconditioningIn een goed ontworpen gebouw, waarin de nodige aandacht besteed is aan goede isolatie,goede ventilatietechnieken en zonwering in de zomer, is airco absoluut overbodig. Wist jedat aircosystemen in de zomer gemiddeld meer energie verbruiken dan verwarmingssyste-men in de winter? In kantoorgebouwen zijn perfect natuurlijke koelingsystemen toepasbaardie geen of weinig energie verbruiken.

Warmte halenvan 75 meter diep

Natuur.huis - september 2006 13

ZonweringOm oververhitting in de zomer te vermijden,is er bijkomend een zonwering met houtenlamellen voorzien aan de voorgevel. Op de

zijbouw zijn dit vaste elementen. Op hetglasdak van het atrium kiezen we voorbeweegbare lamellen. Tijdens de zomer kun-nen we het atrium volledig afschermen van

de zon. Tijdens de andere seizoenen kunnenwe met de beweegbare lamellen inspelen opde lichtinval.

TIP 10Kies voor energiezuinig en gezond Meestal wordt in moderne huizen gekozen voor centrale verwarming (dikwijls radiatoren in elke kamer, aangesloten op een centraleketel). Dat is comfortabel in gebruik. Nochtans is lokale verwarming (bijvoorbeeld gesloten gaskachels met muuraansluiting enkel in dewoonruimtes) vaak zuiniger: kamer per kamer wordt immers op een snelle en energiezuinige manier opgewarmd en dit enkel op hetogenblik dat je de warmte nodig hebt. Dit veronderstelt dat je enkel de constant bewoonde ruimtes verwarmt en dus niet gangen, hallen,toiletten, slaapkamers… Als je voor centrale verwarming kiest, kies dan de meest energiezuinige ketels (HRTOP, Optimaz…).

ConvectiewarmteVerwarmen door convectie betekent dat opgewarmde lucht circuleert in de woning. Convectie heeft een aantal nadelen: - een hoge watertemperatuur is noodzakelijk om voldoende opwarming van de woning te bereiken (er is dus meer energieverbruik), - als je deuren of ramen opent of bij tocht, zal de warme lucht de woning snel verlaten en dat betekent energieverlies, - convectielucht is meestal droog en door de beweging van de lucht wordt er ook stof in de woning verspreid. Droge stoffige lucht is van

mindere kwaliteit en vaak een oorzaak van allergische reacties (tranende of prikkelende ogen, druipende neus, hoofdpijn, droge huid...).

StralingswarmteBij stralingswarmte wordt niet de omgevingslucht opgewarmd, maar een massa (vloeren, muren, tegel- of speksteenkachel, of groteradiatoren...). Voordelen: - er is weinig luchtverplaatsing en er wordt dus geen uitgedroogde en stoffige lucht in de woning verspreid, - stralingswarmte geeft een aangenaam, behaaglijk comfortgevoel,- bij tocht of als je deuren en ramen opent, gaat er minder warmte verloren,- omdat stralingswarmte meestal op lagere temperatuur werkt, is er minder energie nodig om hetzelfde comfortgevoel te bereiken.

We lieten twee boringen uitvoeren voor onze warmtepomp, die de warmte van het grondwater benut (Foto: Jenny Dedoncker). De houten lamellenaan de voorgevel en boven aan het atrium houden de zon buiten in de zomer. (Foto: Ruud Leijser)

Natuur.huis - september 200614

E N E R G I E

De lichtarmaturen over gans het gebouw zijn van denieuwste generatie en hebben een hoog lichtrendement. Onze kantoor-

gedeeltes kregen extra aandacht. Door die inspanningen is Natuurpunt, als eerste

in België, door de Europese Commissie erkend als ‘Greenbuilding-partner’.

Europese erkenning

De architecten halen, zoals reeds mee-gegeven, door enkele gewaagdestructurele ingrepen veel daglicht

binnen. Bijna 3/5 van de kantooroppervlaktewordt o.a. door de vide en het atrium bediendvan daglicht. Hierdoor waren systemen zoalsaanwezigheidsdetectie minder vereist.We gaan er ook van uit dat het gedrag van deNatuurpunt-medewerkers voldoende milieu-verantwoord is om uiterst verfijnde technolo-gieën achterwege te kunnen laten.We hante-ren het principe: de laatste die het kantoorverlaat, doet het licht uit.

De gekozen lichtarmaturen in de landschaps-kantoren hebben 2 x 49W lampen, een elek-tronische ballast en zijn opgesteld in eenlichtlijn (hangend onder kabelgoten). Een effi-ciënte verlichting van het werkvlak staat hier-bij centraal. Deze armaturen zorgen ook vooreen verblindingsvrije verlichting, wat belang-rijk is bij het werken aan een computer-scherm.Alle oude PC-schermen zijn overigens doorvlakke schermen (flatscreens) vervangen, watvoor minder verhitting en minder energiever-bruik zorgt. De oude schermen worden overi-gens niet weggegooid, maar komen ter beschikking van de Natuurpunt-buiten-diensten.

TIP 11Maatregelen om elektriciteitsverbruik te beperkenDe voornaamste regel op het gebied van energiezuinige en gezonde verlichting is: zorg dater zoveel mogelijk daglicht in alle ruimtes kan binnenschijnen. Al de rest tikt immers aanop uw energiefactuur.Voor kunstmatige verlichtingsbronnen gelden twee belangrijke vuistregels:- zorg dat het licht daar schijnt waar het nodig is;- zorg voor de juiste armaturen.Een nieuwe vorm van verlichting is de Led, wat staat voor Light Emitting Diodes, elektroni-sche componenten die rechtstreeks licht uitzenden. Led’s zijn zuinig, ze verbruiken tussen0,3 en 5 watt per led, zonder het verbruik van de transformator. Ze hebben een hoge licht-opbrengst van ongeveer 20 lumen (eenheid van lichtstroom) per watt. Ter vergelijking: eengloeilamp heeft een lichtopbrengst van 6 lumen per watt. Daarnaast zijn ze schokbestendig,waterbestendig, goed bestand tegen trillingen en koude en hebben ze een lange levensduur.Bovendien geven ze zeer weinig warmte af. Er zijn ook nadelen. Led’s zenden beperkt licht uit. Je zal dus meerdere led’s moeten groe-peren om evenveel licht uit te stralen als een gloeilamp. Led’s zijn drie- tot tienmaal duur-der in aankoop dan andere verlichtingsbronnen. Ten slotte is er weinig informatie over deemissies tijdens de verwerkingsfase en zijn er nog geen recyclagemogelijkheden voorzien.Over de totale milieubelasting ontbreekt heel wat kennis.Veel energie in huis gaat verloren via elektrische toestellen. Vooral toestellen die verwarmen,verbruiken zeer veel elektriciteit (strijkijzers, was- en afwasmachines, gewone elektrischekookplaat, elektrische boiler…). Voor een aantal toestellen bestaat er een Europees energie-label. Dit deelt de toestellen in een aantal klassen in (van A tot G). In klasse A zitten demeest energiezuinige toestellen.

E N E R G I E

Natuur.huis - september 2006 15

De nieuwe elektrische toestellen die aange-kocht werden, zijn allen van het energiezuini-ge type (A-klasse). Zelfs voor het watergor-dijn aan de balie is voor een energiezuinigecirculatiepomp gekozen.Bijkomend installeerde Natuurpunt een zon-neboiler voor warm water. Dat zal gebruiktworden in de keuken en douches. In een kan-toor is er overigens niet zo veel warm waternodig: het zonnepaneel beperkt zich tot 4m2.De optie om fotovoltaïsche panelen te instal-leren, is naar een latere fase verschoven.

Dubbele Europese erkenningNatuurpunt is omwille van haar aanpak naardeze renovatie door de Europese Commissietweemaal erkend.Natuurpunt mag zo het GreenLight-logogebruiken. Daarmee kunnen we aan iedereende waardering vanuit Europa aantonen. DeEuropese Commissie nam het initiatief ommet het GreenLight Programma energie tebesparen op verlichting, waardoor minderbroeikasgassen worden uitgestoten.Bedrijven en overheden die aan dit program-ma deelnemen, de zgn. 'GreenLight Partners'tonen hun milieubewustzijn. Zij verbindenzich ertoe om in renovatieprojecten syste-matisch energie-efficiënte verlichting toe tepassen en energiezuinige verlichting te

installeren bij nieuwbouwprojecten.Tevens is Natuurpunt, als eerste in België,door de Europese Commissie erkend alsGreenbuilding-partner. Dit programma vande Europese Commissie voor het verbeterenvan de energie-efficiëntie van niet-residen-tiële gebouwen werd begin 2005 in het levengeroepen. Het project is erop gericht om deenergie-efficiëntie van niet-residentiëlegebouwen en dan vooral van bestaandegebouwen te verbeteren. De deelnemendeorganisaties en ondernemingen worden bijhet analyseren van het energieverbruik en bijhet plannen en realiseren van optimalisatie-maatregelen ondersteund.

Info:www.eu-greenbuilding.orgwww.eu-greenlight.org

TIP 12Gebruik onuitputtelijkeenergiebronnenwaar het kan Denk eens aan de toepassing vanonuitputtelijke energiebronnen. Eenzonneboiler voor warm water, fotovol-taïsche cellen voor elektriciteit. Er kanmet zonne-energie veel meer danvelen mensen mogelijk achten. Tot 50% besparen op de verwarming vansanitair water is zeker haalbaar.Elektriciteit uit de zon kun je leverenaan het elektriciteitsnet.Met fotovoltaïsche zonnepanelen kuntu elektriciteit maken en verkopen aanhet elektriciteitsnet op het ogenblikdat u te veel produceert. Ze zijn duur,maar de Vlaamse Overheid verleent ereen premie voor.

Natuurpunt installeerde een zonneboiler voor warm water (Foto's: Izen nv)

e n e r g i e

Natuur.huis - september 200616

In Vlaanderen is vanaf 2006 de energiepres-tatieregelgeving van toepassing. Die regel-geving verplicht bij het uitvoeren van werk-

zaamheden aan gebouwen het nemen vanenergiebesparende maatregelen om de gebou-wen energiezuiniger te maken. Er kan immersheel wat energie bespaard worden door meerthermische isolatie te plaatsen, superisoleren-de beglazing te gebruiken, beter renderendeverwarmingsinstallaties te installeren, energie-zuinige verlichting toe te passen, enz.Voor nieuwe woon-, kantoor- en schoolge-bouwen gelden eisen op het vlak van thermi-sche isolatie, energieprestatie en ventilatie. Deenergieprestatie-eis krijgt vorm als volgt: hetE-peil of het peil van primair energieverbruikvan het gebouw bedraagt maximaal E 100. Dethermische isolatie-eis stelt dat het K-peil ofhet globale isolatiepeil van het gebouw maxi-maal K 45 is.Het gebouw werd doorgerekend met de EPU-methode, de berekeningsmethode voor nieu-we kantoorgebouwen. In de berekening werdzowel met de behouden materialen van de bestaande muren, vloeren … als met denieuwe materialen en installaties rekeninggehouden.Hieronder vindt u een greep uit de verschil-lende energiezuinige maatregelen die in hetNatuur.huis werden toegepast.

Voldoende thermisch isolerenDoor muren, daken en vloeren thermischbeter te isoleren, verlaagt hun U-waarde enwordt hun warmtedoorgang beperkt. Dat ver-laagt het K-peil van het gebouw. De verwar-mingsinstallatie moet bijgevolg ook minder

werken, waardoor het gebouw energiezuinigerwordt en een lager E-peil krijgt. De warmte-doorgang door de vensters wordt beperktdoor zowel het gebruik van superisolerendebeglazing, het gebruik van geïsoleerde raamprofielen en thermisch verbeterdeafstandshouders.In het ontwerp is de atriumruimte aan devoorzijde van het gebouw ontworpen als eenaangrenzende onverwarmde ruimte en werdook zo ingerekend. Ook de ‘buffereigenschap’van de kelder heeft invloed.

Compact gebouwDoor de ligging in de stadskern, met rijbebou-wing, is het gebouw vrij compact, wat mooimeegenomen is. Het kantoordeel heeft eenbeschermd volume van ongeveer 7.130 m3 enslechts 1.987 m2 warmteverliesoppervlakte.Het warmteverlies naar de buitenomgevingwordt beperkt door relatief weinig buitenop-pervlakte waardoor warmte verloren gaat.

Keuze voor ventilatiesysteemD met warmteterugwinningGebouwen minimaal en voldoende ventilerenis noodzakelijk voor de gezondheid van degebruikers en voor een hoger gebruikscom-fort. De keuze van het ventilatiesysteem heefteen belangrijke invloed op het E-peil van eengebouw. In het Natuur.huis werd gekozenvoor een volledig mechanisch ventilatiesys-teem. Zowel de aanvoer van verse lucht als deafvoer van vervuilde lucht gebeurt mecha-nisch door ventilatoren. Het voordeel van eenvolledige mechanische ventilatie is datwarmteterugwinning kan toegepast worden,

wat in het Natuur.huis het geval is. Degeplaatste warmtewisselaars hebben eenthermisch rendement van 50 en 60 %. Datbetekent dat de warmtewisselaar ruim dehelft van de warmte uit de afvoerlucht ont-trekt en hiermee de toevoerlucht gaat voor-verwarmen. Dat leidt tot een sterke verlagingvan het E-peil.

Zonnewinsten benuttenOp de nodige hoeveelheid verwarmingsener-gie kan worden bespaard door de zonnewarm-te in de winter en in de tussenseizoenen bin-nen te halen. De oriëntatie speelt hierbij eenrol. In het project is de voorgevel zuidwestgeoriënteerd. Een teveel aan zonnewarmtewordt hier vermeden. Het glazen dak van hetatrium is voorzien van een automatischbediende zonnewering in het vlak.

Installeren van een energie-zuinige warmtepompDe hier geïnstalleerde warmtepomp heeft eenhoog rendement en verlaagt sterk het E-peil.De COP-factor (Coëfficiënt of Performance)van het toestel bedraagt 4,49, wat zeer ener-gie-efficiënt is. In het project wordt de warm-tepomp gecombineerd met een vloerverwar-mingssysteem op water, waarbij de tempera-tuur van het aanvoerwater lager dan 55 °C ende retourtemperatuur lager dan 45 °C is. Metdie lagere aanvoer- en retourtemperaturen ishet toch mogelijk de gewenste comforttem-peratuur te bereiken. Het lagetemperatuur-systeem in combinatie met een verwarmings-regeling per ruimte dragen sterk bij tot deenergiezuinigheid van het gebouw.

Het nieuwe Natuur.huis = energiezuinigHet toepassen van energiezuinige maatregelen missenhun doel niet. Het Vlaams Energieagentschap (VEA) berekende dat het

gebouw een stuk energiezuiniger is dan wat de regelgeving vereist voor nieuwe

kantoorgebouwen.TEKST: KATRIEN DE BAETS (VLAAMS ENERGIEAGENTSCHAP)

e n e r g i e

Natuur.huis - september 2006 17

VerlichtingsinstallatieIn kantoorgebouwen vertegenwoordigt hetverbruik van de verlichtingsinstallatie onge-veer 1/3 van het totale primaire energiever-bruik van het gebouw. Het toepassen vanenergiezuinige verlichting en de keuze voorde juiste armaturen is dus van groot belang.De geïnstalleerde vermogens en de optischekenmerken van de armaturen zijn in de bere-kening in detail ingebracht. Het lage E-peilvan het gebouw is grotendeels te danken aandie energiezuinige verlichting.Om het belang van energiezuinige verlichtingte tonen werd bij wijze van test hetzelfdeNatuur.huis doorgerekend met een minderenergiezuinige verlichting (= forfaitaire

berekening van de verlichting). Dat resulteer-de in een E-peil dat maar liefst 23 E-puntenhoger was!

Resultaat: het nieuweNatuur.huis = energiezuinigHet toepassen van de vermelde energiezuini-ge maatregelen missen hun doel niet. Deberekening in de EPB-software versie 1.0levert voor het kantoordeel (exclusief de kel-der en het atrium) volgende resultaten op:E 71 en K 34.Het gebouw is dus een stuk energiezuinigerdan wat de energieprestatieregelgeving ver-eist vanaf 2006 (E 100 en K 45) voor nieuwekantoorgebouwen.

De doorrekening van het gebouw toont dui-delijk aan dat Natuurpunt in haar opzet vanhet realiseren van een energiezuinig gebouwgeslaagd is.

Info:Het Vlaams Energieagentschap valt onderhet Vlaams Ministerie van Leefmilieu,Natuur en Energie.Informatie over energie besparen vindt uop: www.energiesparen.be.Informatie over de energieprestatieregel-geving vindt u op:www.energiesparen.be/energieprestatieVragen over de regelgeving kunt u stellenop: [email protected]

Constructiedeel: U-waarde(W/m_K) Raamprofielen: U-waarde (W/m_K) beglazing:

Vensters U = 1,64 Houten profielen Uglas = 1,1

Gordijngevel naar atrium U = 1,40 Thermisch onderbroken metalen profielen Uglas = 1,1

Glazen dak U = 1,68 Thermisch onderbroken metalen profielen Uglas = 1,1

Constructiedeel:U-waarde(W/m_K)

Voornaamste isolerende laag:Dikte isole-rende laag:

l-waarde isolerendelaag (W/mK):

Vloer boven kelder U = 0,59 isolerende chape 10 cm l = 0,085

Vloer op volle grond U = 0,37 isolerende chape 10 cm l = 0,085

Vloer boven buitenomgeving U = 0,19 minerale wol 24 cm l = 0,040

Buitenmuur 3e verdiep in houtskelet U = 0,18 isolatie tussen houten structuur 24 cm l = 0,040

Bestaande buitenmuur in metselwerk U = 1,36 45 cm metselwerk en niet-geïsoleerd / /

Bestaande buitenmuur met buitenpleister U = 0,31 isolatieplaat 10 cm l = 0,040

Plat dak 3e verdiep in houtskelet U = 0,16 isolatie tussen houten structuur 30 cm l = 0,040

Voor de beglaasde constructiedelen zijn volgende materialen gebruikt.

De andere constructiedelen van de buitenschil van het Natuur.huis zijn als volgt geïsoleerd

W A T E R

Natuur.huis - september 200618

De regen-waterputin hetNatuur.huis

We besteedden heel wat opzoe-kingswerk om te bekijken of weeen oude vervuilde septische put

(13 m3) zouden kunnen saneren en ombou-wen tot regenwaterput. Uiteindelijk is dit, naheel wat financiële inspanningen, gelukt.Vroeger heeft het gebouw immers nog dienstgedaan als garage en parking. Er zaten bijko-mend ook nog twee brandstoftanks van elk7.000 liter en een gemetste smeerput in dekelder. Deze zijn ofwel afgebroken, ofwel uit-gespoeld en opgevuld met zand. In totaliteithebben we 5 ton smurrie moeten afvoerennaar een erkende stortplaats.

Hemelwater laten infiltreren in de bodemrond het gebouw was niet mogelijk. Het heleterrein is immers door het gebouw bezet. Eendeel van het regenwater wordt natuurlijk welin het groendak geïnfiltreerd.

TIP 13Waterbesparende technieken & toestellenWater besparen kan via eenvoudige technieken (waterbesparende kranen, toiletten en douchekoppen, regenwater voor toiletspoeling)... Er zijn een hele reeks eenvoudige tips entrucs om water te besparen in huis.

TIP 14Gebruik regenwater als het kan Sta hier even bij stil: iedere keer als je opstaat van het toilet en je spoelt door, spoel jeeigenlijk zuiver drinkwater weg. Het drinkbaar maken van grond- en oppervlaktewater kosthandenvol geld. Bovendien zullen die kosten nog stijgen door de toenemende grondwater-vervuiling. Ook is er in Vlaanderen een algemene daling van de grondwatertafel, met op ver-schillende plaatsen verdroging tot gevolg. Dit zorgt voor problemen voor landbouw énnatuur. Gebruik het hoogwaardige leidingwater dan ook in de eerste plaats als drinkwater. Wist jedat we met z’n allen gemiddeld meer dan 120 liter water per dag per persoon verbruiken?En dat daarvan zowat een derde door het toilet gespoeld wordt? Hoogwaardige toepassingen,waarvoor je echt zuiver water nodig hebt (koken en drinken bijvoorbeeld), vormen slechts2,5 % van het totale verbruik.

In het Natuur.huis zal niet zoveel water verbruikt worden. De toiletten worden gespoeld met regenwater.

Natuur.huis - september 2006 19

TIP 15Laat regenwater infiltreren in de bodem Hemelwater dat je niet in huis gebruikt, of de overloop van de regenwaterput, laat je het best in de grond sijpelen, zodat de riolering niet overbelast wordt. Dit kan via de klassieke beek of gracht, of via een vijvertje. Het kan ook via een ‘wadi’, die het groot-ste deel van de tijd droog staat, maar bij hevige regenval nat is. Voor andere situaties kan een ondergrondse infiltratievoorzieningmeer gepast zijn. Ook daarvoor zijn er verschillende producten op de markt. Maak gebruik van ‘halfverharde’ oppervlakken in plaats van volledig verharde. Daarmee bedoelen we dat je, in plaats van betonof asfalt, beter klinkers, kasseien, grind of dolomiet legt. Dan kan het regenwater rechtstreeks in de grond dringen. Tegenwoordigzijn er ook veel specifieke tegels en klinkers te koop, die ontworpen zijn om water door te laten.

De oude septische put werd gereinigd en omgebouwd tot regenwaterput. De oude mazouttanks werden uitgespoeld en gevuld met zand.(foto's: Jenny Dedoncker)

Natuur.huis - september 200620

M AT E R I A L E N

De architecten willen zoeken naar een goed huwelijktussen ecologische materialen en betaalbaarheid, tussen duurzaamheid en vorm-

geving. We hebben enkele bio-ecologische keuzes moeten wijzigen om te komen

tot een evenwicht tussen het ideale concept en het budgettair haalbare.

Huwelijk tussen ecologische materialen enbetaalbaarheid

Ruwbouw, onderbouw,bovenbouwOmwille van de combinatie stabiliteit/ betaal-baarheid bevat het gebouw vrij veel nieuwstaal (dragende structuren), gewapend beton(vloeren) en betonblokken (fundering), wat

niet ten goede komt aan de milieubalans.Daarom hebben we op andere vlakken welgeopteerd voor meer ecologische oplossingen.Zo hebben we een aantal nieuwe dragendemuren opgetrokken in kalkzandsteen, andereuit cellenbeton. Dit laatste is een licht bouw-

materiaal met een hoge draagkracht.Bijkomende voordelen voor deze keuzes zijn degoede warmteopslagcapaciteit van deze mine-rale bouwmaterialen en de goede geluidsisole-rende kwaliteit ervan.Vanzelfsprekend hergebruikten we de bakste-nen uit de afbraak om renovatiemetselwerk uitte voeren.Voor de afwatering en de riolering hebben weniet gekozen voor het meest ecologischemateriaal (gresbuizen), maar we hebben welPVC vermeden. We kozen voor buizen in PE(poly-ethyleen) en PP (polypropyleen), diebeter scoren op milieuvlak.De platte daken zijn met EPDM-rubber afge-dicht, wat heel wat beter scoort dan bitumen.De nieuwe vloerplaat bestaat uit verzinkt staalen beton. Dit was een weloverwogen niet-eco-logische keuze. We hadden namelijk nood aanveel massa (zie tip 8 en 9) tegen een betaal-bare prijs. We wilden ook een grote overspan-ning zonder een te ‘dik’ plafond, wat bijvoor-beeld met houten liggers het geval geweestzou zijn.Het nieuwe houten volume op het dak is uit-gevoerd volgens de regels van de bio-ecologi-sche kunst. Zo bestaat het structuurhout vooreen deel uit FSC-gelabeld naaldhout en vooreen deel uit verlijmde gelamelleerde liggers. Erwerd multiplex en een ecologisch hardhoutenplaatmateriaal uit geperste houtvezelsgebruikt als verstevigingsplaat en luchtdicht-ingsmateriaal in het houtskelet. De winddicht-ing langs de buitenkant bestaat uit isolerendeen waterwerende halfzachte houtvezelplaat.

TIP 16Natuurlijke, gezonde bouwmaterialen!Gebruik waar mogelijk materialen uit hernieuwbare of nagroeibare grondstoffen, liefst uiteigen regio. De materialen die vooral bestaan uit nagroeibare grondstoffen (dit zijn teeltbaregrondstoffen uit land- en bosbouw) zijn de beste optie. Waarom? Er is geen uitputting vangrondstoffen, en deze materialen zijn na gebruik composteerbaar. Maar ook vele traditionele‘natuurlijke’ bouwmaterialen kunnen op bio-ecologische instemming rekenen. Het gaat bij-voorbeeld om baksteen, kleidakpannen, kalkzandsteen, gips, kalk enz…

TIP 17Materialen met een goede milieu- en gezondheidsscoreLaat je bij de keuze voor bouwmaterialen niet misleiden door het etiket ‘milieuvriendelijk’,‘ecologisch’. Slechts enkele labels zijn betrouwbaar. Zo is er het Europees Ecolabel, dat eenaantal klassieke producten die beter scoren op vlak van milieu en emissies kenmerkt.Daarnaast is er Natureplus, een label voor producten die voldoen aan de strengste eiseninzake milieu en gezondheid.Een aanvullende benadering is de van-wieg-tot-graf-beoordeling van materialen. Dit heet‘levencyclusanalyse’ (LCA). De levensfasen van een bouwmateriaal zijn: winningsfase, pro-ductiefase, gebruiksfase, sloopfase, afvalfase.

Natuur.huis - september 2006 21

IsolatiematerialenIn het hoofddak zit rotswol: niet echt eenbio-ecologisch materiaal, maar wel aan-vaardbaar. Gezien we een extra hoge druk-vastheid eisen omwille van het dakterras,kozen we ook voor dit materiaal.In de vloeren zit een isolerende mortel diegelijktijdig de leidingen uitvulde. De mortelbestaat uit een mengeling van gerecycleerdeEPS-korrels, vermiculiet en toeslagstoffenmet cement als bindmiddel.Het houten volume op het dak werd geïso-leerd met ingeblazen papiervlokken en half-zachte niet-verlijmde houtvezelplaten.

GevelafwerkingEen deel van de zijgevels werd bekleed metisolatieplaten vervaardigd uit houtvezelsafkomstig van het restmateriaal van lokalezagerijen, zonder toevoeging van lijmen, fun-giciden en pesticiden.De zijdoorgang werd bekleed met bouwpla-ten uit houtwolcement. De houten boven-bouw is dan weer afgewerkt met ‘thermischverduurzaamd’ hout. Dit is hout dat niet che-misch geïmpregneerd is, maar verhit, zodathet resistent is tegen schimmels en insecten.

HoutWe kozen zo veel als mogelijk voor houtsoor-ten uit duurzaam beheerde bossen. Eenduidigkiezen voor het bekendste en strengste hout-ecolabel, namelijk het FSC-label (ForestStewardship Council) is ons niet gelukt. Hetgekozen hout voor de ramen is sapupira, met

FSC-label. Dit is een houtsoort van duur-zaamheidsklasse 1: in principe heeft het geenbeschermende laag verf nodig. Toch werd eromwille van technische vereisten en omwillevan esthetica, geschilderd.Voor de bekleding van de traptreden doen wijeen beroep op de sociale werkplaats 't Atelieruit Mechelen. Zij hanteren rubberwood, houtvan rubberbomen die niet meer rendabel zijn.Dat zorgt niet voor een eco-label maar wezien de steun aan een project van socialeeconomie als een aspect van duurzame ont-wikkeling.Soms botsten wij ook op puur praktische pro-blemen. De cederhouten zonnewering konenkel geleverd worden door één firma uit deBenelux. De levertijden voor duurzaam FSC-hout lopen volgens hen op tot 2 jaar. Deze ter-mijn konden wij niet incalculeren.De terrasplanken bestaan dan wel weer uit

een FSC-gelabeld hardhout, nl. Masseranduba.

BinnenafwerkingDe vloeren bestaan uit zichtbaar gepolierdbeton: niet de meest ecologische keuze, maarwel snel, efficiënt, functioneel en betaalbaar.Een deel van de vloeren, met name in het zij-volume, zijn afgewerkt met linoleum, één vande meest ecologische en bijna 100 % natuur-lijke vloerbekledingen.Een klein deel van de muren en plafonds isuitgewerkt in gipsvezelplaten. De kalkzand-stenen en cellenbeton muren zijn geschilderdmet natuurverf. De variant van leembepleis-tering was budgettair niet haalbaar.De ramen zijn door medewerkers vanNatuurpunt geschilderd met natuurverf. Ookde oude betonplafonds zijn met natuurlijkeproducten (leemverf) beschilderd.

TIP 18Gebruik zo weinig mogelijk chemische stoffenVele bouwmaterialen bestaan voornamelijk uit grondstoffen uit de petrochemische sector, zoalsisolatiematerialen, verven en lijmen, houtbeschermingsmiddelen enz… Die trachten we vanuitbio-ecologisch standpunt te vermijden. Vaak bevatten ze gevaarlijke producten of is de productiemeer risicovol, energieverslindend enz… Kies liever voor natuurlijke bouwmaterialen. Daarnaastbevatten vele op zich natuurlijke bouwmaterialen ook chemische toevoegstoffen of verwerkings-processen om de eigenschappen ervan aan te passen. Dat is meestal niet nodig.

Enkele gebruikte materialen: thermisch behandeld hout voor de zijgevel, oude bakstenen voor nieuw metselwerk, cellenbeton op debovenbouw. We dienden enkele nieuwe stalen zuilen te plaatsen naast de originele. (Foto’s: Jenny Dedoncker)

Natuur.huis - september 200622

M AT E R I A L E N

Veel groen staat er niet rond en op het secretariaatvan Natuurpunt. Het gebouw is volledig ingesloten en heeft geen tuin.

Naast het terras komt er wel een groendak. En we hebben ook zoveel mogelijk

ruimte gecreëerd voor bedreigde dieren die prima kunnen overleven in of langs

gebouwen.

Nesten voor vogels en

vleermuizen

Zeer veel dieren en planten hebben zichaangepast aan het leven in de buurtvan mensen. Of vinden in en rond

onze gebouwen een biotoop die sterk lijkt ophun natuurlijke biotoop.

De zwarte roodstaarten bijvoorbeeld. Dievogel – zo groot als een mus - is oorspronke-lijk een rotsbewoner. Maar tegenwoordigvoelt die zich ook prima in zijn vel langsmuren en daken. Oude en vooral vervallen

gebouwen bieden geschikte nestgelegenheidvoor dit vogeltje, maar zulke plaatsen gaanmeer en meer door afbraak of renovatie ver-loren. Langs onze muur hebben we alvast watnestgelegenheid voorzien.

Een andere vogel die zich prima aangepastheeft aan onze stedelijke leefwijze is de gier-zwaluw. Gierzwaluwen ken je zeker. Het zijnde ongelofelijk snel vliegende ‘sikkeltjes’ dieeen heel typisch ‘sriee srieee’ roepen. In vollevlucht vangen ze duizenden insecten; ze sla-pen en paren zelfs in de vlucht! Een echtestadsvogel, die je gegarandeerd al boven deterrasjes zag vliegen. Maar voor hun nestenzoeken ze holtes: spleten in muren, de ruimteonder dakgoten, onder de pannen. Door reno-vatie en slopen van oude gebouwen gaan erechter veel potentiële nestplaatsen verlorenvoor deze boeiende dieren. Door enkele een-voudige ingrepen kunnen we hen aanopnieuw aan veilige nestplaatsen helpen.Kunstnesten moeten wel op de juiste plaatsvoorzien worden, wil je kans hebben op succes. De juiste plaats, dat is de noord- ofoostkant van het huis, en minstens vier meterhoog.Aan onze houtbouw voorzien we er enkele.

En natuurlijk creëren we ook wat plaats voorvleermuizen.Vleermuizen zijn diertjes waar jenu eens absoluut geen schrik van moet heb-ben. Al die fabels over in het haar vliegen…vergeet het. In werkelijkheid zijn het zeer nut-

TIP 19Gebruik streekeigen plantensoortenWist je dat alle privé-tuinen bij elkaar veel groter zijn dan alle natuurgebieden samen? Onzetuinen zijn groene schakels en dat maakt ze zeer belangrijk. Al die tuintjes samen kunnenheel wat kansen geven aan de natuur, tenminste als ze natuurvriendelijk ingericht en onder-houden worden. Eén van de uitdagingen is om nuttige diertjes en vogels aan te trekken,waardoor er een natuurlijk evenwicht ontstaat. Probeer zoveel mogelijk met inheemse plan-ten te werken. Bestrijdingsmiddelen zijn absoluut te mijden. Groot of klein: een natuur-vriendelijke tuin leeft en dat maakt je tuin boeiend.

TIP 20Gevel- en dakbegroening Een ‘groendak’ is een mogelijkheid om bepaalde planten en dieren een kans te geven in eenstedelijke omgeving. Dat kan je ook symbolisch zien: door je dak te ‘begroenen’, geef je denatuur een stukje ruimte terug die je ‘bezet’ hebt met je gebouw, en waar dus in principeniets meer kan groeien en bloeien. Groendaken absorberen ook heel wat water bij hevigeregenwal zodat rioleringen minder te verwerken krijgen. Een gebouw of gevel biedt vaakmogelijkheden voor micro-natuur: al gemerkt dat er soms spontaan plantjes en mossenkomen op steenachtige materialen?

Natuur.huis - september 2006 23

tige insecteneters en fascinerende wezentjes.Vleermuizen gebruiken gebouwen als kort-stondige rustplaats, als kraamkolonie of alsoverwinteringsplaats.De vleermuis die het meest voorkomt in debuurt van onze huizen is de gewone dwerg-vleermuis. Ocharme een lucifer groot, krui-pen ze door spleetjes van 1,5 cm hoog. Geefhen wat ruimte. Laat spleetjes in de spouw-muur of een opening in de dakgoot. Zemaken niets kapot.

Ook is je huis natuurlijk ideaal voor hetophangen van nestkasten allerhande. Watdacht je van een mussenappartement? Zijner nog huiszwaluwen in je buurt? Dan kan jeook voor hen een kunstnest ophangen onderje dakgoot en hen naar jou proberen lokken.

Ook een oude muur biedt heel wat mogelijk-heden. Kijk eens naar een oud tuinmuurtje,dikwijls groeien daar mooie paarse bloeme-tjes op. Dit zijn muurleeuwenbekjes, of groei-en er varens op, zoals de muurvaren. Ookvogels als mussen, merels en lijsters voelenzich daar thuis.

Heb je een tuin, dan zijn de mogelijkhedennatuurlijk nog een heel stuk groter. Hier is deboodschap: wilde hoekjes! Op een versgemaaid gazon van een tuin met een hogedraad rond vind je geen dieren. Laat een stuk-je van je tuin verwilderen. Je zal versteldstaan van het leven dat er in krioelt.Sprinkhanen, vlinders, er komen zeldzameplanten…Plant bessenstruiken en bloeiende planten.

De bessen zijn voedsel voor de vogels winteren zomer.Bijvoorbeeld lijsterbes en duin-doorn zijn heel goede vogelstruiken.Bloeiende planten lokken dan weer bijen envlinders aan.Een tuinvijver is een bron van plezier. Urenkan je kijken naar kikkers, libellen, watertor-retjes… Maar zorg ervoor dat hij zo natuurlijkmogelijk aangelegd is. Schuine oevers, over-groeid met planten, een ondiep moerasje eneen dieper gedeelte. Zet er ook geen vis in,want die eten al het andere leven op.

Als je geprikkeld bent door deze tips,ga dan zeker een kijkje nemen op www.natuurpunt.be/biodiversiteit, waar jeal deze tips gedetailleerd uitgewerkt vindt.

De zwarte roodstaart komt vaak voor in een stedelijke omgeving (Foto: Gerard Mornie). Daarom hebben we bouwstenen ingemetst waar zehun nest kunnen maken. (Foto: Frederic Van Lierop). Naast en achter onze nieuwe refter komt er een groendak (Foto: Floradak).

Natuur.huis - september 200624

e v a l u a t i e

Greencalc+Om gebouwen te kunnen beoordelen en metmekaar te kunnen vergelijken, maaktGreencalc gebruik van het begrip ‘milieu-index’. De verborgen milieukosten die hetgebouw veroorzaakt in de komende 35 jaarworden daarbij vergeleken met de verborgenmilieukosten die een Nederlands referentie-gebouw uit 1990 zou hebben veroorzaakt. Demilieu-index geeft een vergelijking van hetontwerpgebouw (met ontwerpgebruiker) meteen automatisch door GreenCalc+ gegene-reerd referentiegebouw (1990);

Bij kantoorgebouwen en basisscholen meteen automatisch gegenereerde referentiewordt door het programma ook de gebouwin-dex en het gebruikersaandeel berekend. Hetgebruik van een gebouw wordt voor een deelbepaald door het gedrag van de gebruiker(bedrijfstijden, bezettinggraad…). Het gebruikbeïnvloedt de milieu-index. Het programmamaakt inzichtelijk welk deel van de milieu-index gebouwafhankelijk is (gebouwindex) enwelk deel gebruikersafhankelijk (gebruikers-aandeel).De gebouwindex geeft een vergelijking van

het ontwerpgebouw (met standaard gebrui-ker) met een automatisch gegenereerd refe-rentiegebouw;

Het gebruikersaandeel geeft aan welk deelvan de milieubelasting gebruikersafhankelijk isen is gedefinieerd als de milieu-index vermin-derd met de gebouwindex;

Gebruikersaandeel = milieu-index – gebouwindex

Greencalc over Natuur.huisHet resultaat van deze berekening voor hetNatuur.huis levert een milieu-index van 326op. Dat wil zeggen dat het gebouw 3,26 keerbeter scoort dan een gemiddeld vergelijkbaarNederlands nieuwbouw-kantoorgebouw uit1990. Het gebouw zelf heeft een index van200, dit betekent dat het ontwerp een factor2 milieuvriendelijker is dan wanneer datgebouw in 1990 gebouwd zou zijn met detechnieken en materialen van toen.Natuurpunt gaat daar nog zeer milieubewustmee om (‘bewonersgedrag’), zodat er een uit-eindelijke milieuwinst ontstaat van een factor3,26. Dit is een heel goede score. Dit heeft

veel te maken met het ‘hergebruik’ van eengroot deel van het casco van het bestaandegebouw (voor elk hergebruikt materiaal moeter geen nieuw meer aangemaakt worden, de‘milieukost’ ervan wordt afgeschreven over 35jaar) en de vele energiebesparende maatrege-len die getroffen zijn.Op het onderdeel materiaal behaalt het ont-werp een index van 234. Op het onderdeelenergie een index van 351 en op het onder-deel water een index van 140.

N.B.: GreenCalc+ is de opvolger vanGreenCalc. De scores van GreenCalc+ zijnniet direct te vergelijken met scores uitGreenCalc. Op dit moment is het nog tevroeg om een beeld te geven van waar hetNatuur.Huis staat met de behaalde score. Opbasis van ervaringsgegevens is een score van326 een heel ambitieuze prestatie. (fig. 1)

In de overgrote meerderheid van de gebou-wen, levert het energieverbruik het grootsteaandeel in de milieubelasting op. Dit is ook indit gebouw het geval. (fig. 2)

MaterialenOver bijna alle bouwdelen scoort hetNatuur.Huis beter dan de referentie. Echter bijde daken scoort het Natuur.Huis slechter.Daarbij scoort de referentie 2 keer zo goed.Dit is vooral te wijten aan het vele gebruik vanstaal.Alle overige bouwdelen scoren beter dande referentie. Dit is niet ongewoon omdat er

De milieu-impactvan het Natuur.huisMet het Nederlandse Greencalc+-programma lieten weeen berekening uitvoeren van de milieu-impact van het gebouw op

vlak van energie, water en materialen (oorspronkelijk vooropgesteld programma).

Daarnaast voerde VIBE een eigen evaluatie uit aan de hand van haar criteria voor

een bio-ecologisch gebouw. Voor een groot deel zijn de conclusies dezelfde.TEKST: PETER THOELEN(VIBE)

milieukosten automatisch gegenereerd

referentiegebouw 1990

milieukosten gebouw

milieu-index = x100

milieukosten automatisch gegenereerd

referentiegebouw

milieukosten gebouwmet standaardgebruiker

Gebouwindex = x100

Natuur.huis - september 2006 25

e v a l u a t i e

sprake is van een renovatieproject. Al dematerialen in het gebouw hebben de leef-tijdsgrens van 35 jaar ruim overschreden enhebben zo hun milieubelasting al ‘afgelost’, de

milieukosten zijn reeds afgeschreven voordeze materialen.

EnergieOp het onderdeel energie wordt een indexvan 351 behaald. Dit betekent dat hetNatuur.Huis een factor 3,51 beter scoort dande referentie. Op alle onderdelen scoort hetNatuur.Huis beter dan de referentie. Dit isvooral te danken aan de toepassing van eengasgestookte warmtepomp bron grondwater/aquifer, de toepassing van warmteterugwin-ning van de ventilatielucht en de toepassingvan zonnecollectoren voor warm water in dekeuken en de douches.Daarnaast is aangenomen dat de automatise-ringsgraad laag is wat ook een aanzienlijke

scoreverhoging bewerkstelligde. Verwachtwordt dat de mensen die werkzaam zijn bijNatuurpunt milieubewust zijn en daaromgeen hoge automatiseringsgraad eisen.Een ander punt dat voor een hogere scorezorgt, is het aantal gebruikers. Het aantalgebruikers bedraagt 80. Terwijl een gebouwmet deze afmetingen 66 gebruikers zou her-bergen wanneer er gerekend wordt met eenstandaardgebruiker. Dit geeft een verschil /winst van 12 gebruikers welke ook positiefwerkt op de energie-index.

WaterDit onderdeel scoort 140 punten dat wil zeg-gen dat het Natuur.Huis een factor 1,40 beterscoort dan de referentie uit 1990. Ook is hetdrinkwatergebruik gegeven. Hierin valt op datde waterconsumptie per persoon lager is danin 1990. Dit komt door een betere bewust-wording in de samenleving en door het toe-passen van waterbesparende maatregelen.Op het onderdeel water zijn niet al te veel bij-zondere maatregelen genomen. In de laatste16 jaar zijn er al veel waterbesparende maat-regelen standaard geworden, zoals waterbe-sparende kranen. Hierdoor is het vrij gemak-kelijk om een goede score op water te halen.Daarnaast heeft het gebruik van regenwatereen behoorlijk effect. In het Natuur.Huiswordt regenwater gebruikt voor de spoelingvan toiletten en het besproeien van groen-voorzieningen.

Milieukosten Milieu Gebouw Gebruikers-per jaar Index Index aandeel

Ontw. Ref.

Materiaal € 2.388 € 5.585 234 195 39

Energie € 9.631 € 33.800 351 201 150

Water € 101 € 141 140 143 -3

Totaal € 12.120 € 39.526 326 200 126

Ontw. Ref.

Materiaal 19,7% 14,1%

Energie 79,5% 85,5%

Water 0,8% 0,4%

Totaal 100,0% 100,0%

Figuur 1: Overzicht van de milieukosten en indices

Figuur 2: Aandeel in de milieubelasting

Natuur.huis - september 200626

Deze evaluatie gebeurde aan de hand van de criteriadie VIBE hanteert om een ‘bio-ecologisch gebouw’ te definiëren.

Die vindt u terug in de publicatie ‘Wat is bio-ecologisch bouwen?’

‘Zeer geslaagde verbouwing van eenbestaand pand’

Samenvattendeevaluatie vanVIBE vzw

VIBE vzw vindt het nieuwe secretariaat vanNatuurpunt een zeer geslaagde grondige ver-bouwing van een bestaand pand.Om te beginnen is de locatie vlakbij het stationvan een centrumstad en het feit dat het om hethergebruik van een bestaand pand gaat, eengroot pluspunt.

Maar ook op vlak van energiebesparing zijn erinspanningen gedaan die veel verder gaan danhet overgrote deel van de verbouwingen. Zelfshet overgrote deel van de nieuwbouwkantorenhalen dit niveau bij lange na niet.Waar mogelijk en nuttig werden waterbespa-rende inspanningen geleverd, die tot een goedeevaluatie leiden.

Op vlak van bouwmaterialen heeft Natuurpuntenkele compromissen moeten sluiten, omwillevan technische of architecturale redenen ofomwille van de kostprijs. Dit is vaak onvermij-delijk bij verbouwingen. Daardoor haalt het huisnet het VIBE-label niet.

e v a l u a t i e

Natuur.huis - september 2006 27

Bouwplaats: ++In de stad, vlakbij station en bushalte.Optimaal.

Hergebruik: ++Grondige verbouwing/vernieuwingbestaand pand. Vooral hergebruik casco,heel wat aanpassingen.

Energie: +* Passieve zonne-energie: ++

Toegepast via zonne-instraling voorkant, atriumruimte en massievevloeren en een aantal wanden.

* Buffering & zonering: +In heel algemene termen toegepast.Kantoorlandschap laat niet veel zonering toe.

Hoofdgebouw: globale K-waarde 34 +* Isolatieniveau wanden: +

Deel zijgevel 10cm bepleisterde isolatie.Deel ongeïsoleerde gevels en ingesloten bebouwing.

* Isolatieniveau daken: ++24 cm rotswol

* Isolatieniveau vloeren: -10 cm isolerende mortel.

Zijgebouw: +* Isolatieniveau wanden: /

Voor- en achtergevel glas.Ongeïsoleerde zijgevels en ingeslotenbebouwing.

* Isolatieniveau daken: ++30 cm papiervlokken.

Dakvolume: ++* Isolatieniveau wanden: ++

24 cm papiervlokken.* Isolatieniveau daken: ++

30 cm papiervlokken.

* Beglazing: +U = 1,1

* Hernieuwbare energiebronnen: +Zonneboiler keuken/douches.

* Verwarmingssysteem: +/-Warmtepomp met grondwater: -

* Lage- temperatuur vloerverwarming: +

* Ventilatie: +Mechanisch met warmteterugwinning.Nachtkoeling.

* Verlichting: +3/5 van (kantoor)ruimte verlicht metdaglicht. Spaarlampen hoogrendementsarmatuur

* Elektriciteit andere: +Flatscreens. Toestellen A-label.

Water: +* Regenwateropvang: ++

Gebruikt in toiletten.* Waterbesparing: ++

Waterbesparende kranen en toestellen.

Materialen: +/-Hoofdgebouw:* Opbouw plat hoofddak: -

Beton + rotswol + EPDM* Opbouw muren: +

Bestaande baksteenstructuur + kalkzandsteen + cellenbeton

* Opbouw vloeren: --EPS-mortel + metalen elementen +polierbeton

Zijgebouw:* Opbouw plat dak: +

Hout + papiervlokken + EPDM* Opbouw muren: ++

Kalkzandsteen + bestaande muren* Opbouw vloeren: -

OSB + isolerende mortel + chappe

Dakvolume:* Opbouw plat dak: +

Hout + papiervlokken + EPDM* Opbouw muren: +

Hout + papiervlokken + vezelcement-platen + thermisch verduurzaamdhout.

* Opbouw vloeren: --EPS-mortel + polierbeton

Ramen: +FSC gelabeld tropisch hout.

Raam atrium & dakvolume: +/-Thermisch onderbroken staal.

Andere:Riolering: +PEAfwerking:Hoofdgebouw:* Vloeren: --

Polierbeton* Muren: +

Natuurverf

Zijvolume:* Vloeren: ++

Linoleum* Muren: +

Natuurverf

Dakvolume:* Muren: +

Natuurverf* Vloeren: --

Polierbeton

* Trappen: -Beton, metalen leuningen, rubber-houten treden als afwerking.

Legende:

+: voldoet aan VIBE-criteria (verplichte en uitsluitingscriteria)

++: scoort extra pluspunten

-: voldoet niet aan VIBE-criteria(verplichte en uitsluitingscriteria)

--: scoort extra minpunten

e v a l u a t i e

Natuur.huis - september 200628

We hebben een beeld geschetst van de keuzes die wemet Natuurpunt hebben gemaakt in het bouwproces.

Het eindresultaat hebben we laten evalueren door het Vlaams Energieagenstchap

(VEA), het programma Greencalc+ en VIBE . Maar wat vinden we nu zelf van het

resultaat? We stelden de vraag aan de twee personen die bij Natuurpunt het hele

proces op de voet volgden: algemeen directeur Willy Ibens en project-

verantwoordelijke Yves Dumarey.

De laatste doet het licht uit!

Wat besluit je uit de evaluaties van het VEA,Greencalc+ en VIBE?Willy Ibens: Zo te zien hebben wij toch welons programma van eisen kunnen verwezen-lijken. Een geslaagde verbouwing van eenbestaand pand, waarbij wij een stuk energie-zuiniger zijn dan veel nieuwe kantoorgebou-wen. De milieu-impact is ook veel minderdan een vergelijkbaar nieuwbouw-kantoorge-bouw.

Yves Dumarey: De toetsing aan de VIBE-cri-teria is een vrij gemakkelijk hanteerbaar eva-luatie-instrument. We halen net niet hetVIBE-label voor een bio-ecologisch gebouw,maar ze waarderen ten zeerste onze inspan-ningen.

Daarnaast heb je dus ook al computerpro-gramma’s die objectieve cijfers meegeven.Het softwarepakket van het VlaamsEnergieagentschap is door het invoeren vande energiepresatieregelgeving in Vlaanderenreeds bekend. Een softwarepakket om deduurzaamheid van een gebouw te meten isdaarentegen tot nu toe nog weinig gekend.De resultaten op zich geven voor ons eenmooie score. Toch de opmerking dat je diecijfers ook, zoals alle cijfers, denk ik, wat dientte interpreteren. De houding van de gebrui-ker(s) van een gebouw blijft immers ook eenzeer belangrijk rol spelen.Willy Ibens: Wie het laatst het kantoor ver-laat, doet het licht uit!

Yves Dumarey: In veel geval-len gebeurt dit reeds door jou,Willy.

Is het ook een goed huwelijktussen ecologie en budget?Willy Ibens: Een bouwprojectblijkt àltijd duurder uit te vallendan je begroot. Initieel dachtenwij dat het budget van de obli-gatielening van 2 miljoen euro,waarop overigens onze sym-pathisanten en leden enthou-siast en vrij vlug hebben inge-

schreven, voldoende zou zijn.We hebben ons budget dienen te verhogen :hiermee hebben wij expliciet gekozen voorenergiebesparende maatregelen en/of maat-regelen, die een gezond binnenklimaat vooronze medewerkers verhoogt (o.a. omkoppe-ling van vloerverwarming naar koelsysteemin de zomer)

Yves Dumarey: Ten eerste betreft het eenoud pand, waarmee je niet doet wat je wilt:soms komen er totaal onverwachte kostennaar boven, soms moet je tijdens de bouwfa-se zelf nog ingrijpende beslissingen nemen.Stabiliteitseisen maken ook dat je niet al jewensen naar duurzame en/of ecologischematerialen kan verwezenlijken. Je zit dan ooknog met de verwrongenheid tussen esthetieken duurzame eisen.Het blijft dus voortdurend kiezen tussen ver-schillende aspecten waarbij je je budget nietuit het oog mag verliezen. Met een netto-bouwkostprijs van 1.000 euro per m2, denk ikdat wij toch een betaalbaar nieuw secretari-aat hebben kunnen verwezenlijken.

Hebben jullie zoals alle bouwers de reactie:had ik het geweten, ik was er misschien nietaan begonnen!Willy Ibens: Ja, we hebben onder elkaar weleens aangeven: hadden wij het maar afgebro-

e v a l u a t i e

2004

Natuur.huis - september 2006 29

ken en een nieuw gebouw laten bouwen.Maar als je nu het resultaat ziet, dan moet jede architecten hun koppigheid en durf waar-deren om het pand te renoveren.

Yves Dumarey: Niet enkel wij hebben ditooit gezegd: op de werf zelf waren sommigearbeiders ook wel van die mening.

Willy Ibens: Voor de vereniging is het voor-deliger om zelf eigenaar te worden en geenhuur te blijven betalen. Door het energiezui-nig karakter van het nieuw secretariaat, zul-len wij in de toekomst ook besparen op ener-giekosten. Energie die immers steeds duurderwordt.

Wat is de algemene indruk over het verloopvan het project: wat ging er vlot, wat niet ?Willy Ibens: We werkten met twee architec-tenbureaus: dit heeft toch wel een meer-waarde gegeven aan ons project. Ze vuldenelkaar goed aan.

Yves Dumarey: We werkten ook met eenzogenaamd ‘bouwteam’, waarbij de architec-ten, de ingenieurs technieken en alle aanne-mers betrokken werden. Met deze laatstehanteerden wij ook het systeem van openboekhouding. De aannemers konden hunexpertise ook inbrengen, ze waren zo ook

veeleer partners binnen het project, dus méérdan enkel uitvoerders.De vooropgestelde timing hebben wij nietgehaald. De hoofdaannemer werd zo bijvoor-beeld geconfronteerd met een onderaanne-mer die failliet werd gedurende de uitvoe-ringsfase.

Willy Ibens: De integratie binnen de buurt isook niet totaal vlekkeloos gelopen.Anderzijdshebben wij ook enkele structurele ingrependie de leefbaarheid van het ingesloten pandten zeerste ten goede kwam, met hen kunnenverwezenlijken.

Wat raden jullie kandidaat-verbouwerszeker aan ? Yves Dumarey: Werk met een architect dievertrouwd is met energiezuinig en duurzaambouwen. Als je geen architect nodig hebtomdat de werken bijvoorbeeld te klein zijn,kan je de 20 tips indachtig zijn: hiermeegeraak je al een eind ver. Je kan je plan bij-voorbeeld vooraf ook laten nazien door eenaantal organisaties.

Welke werken voorzien jullie pas in eenlater stadium (na de verhuis) en waarom ?Yves Dumarey: Er zijn nog enkele details diedienen afgewerkt te worden. Het betreft nogvoornamelijk enkele ‘buitenwerken’. We

voorzien de aanleg van de groendaken als weeenmaal verhuisd zijn. De nestkastjes voor degierzwaluwen komen er ook maar na de verhuis.Het plaatsen van fotovoltaïsche zonnepane-len hebben wij ook wat vooruit geschoven.Technisch gezien is het plaatsen van zo’n ele-menten gemakkelijk. Als we later beslissendeze te plaatsen op onze zuid(west)-georiën-teerde voorgevel of op het dak van onzehoutbouw, zal dit snel kunnen gebeuren.

Willy Ibens: In tegenstelling tot een particu-lier bouwer, dient een kantoorgebouw bin-nenin toch wel volledig opgeleverd te zijnvooraleer het personeel er in kan werken. Ineen woning, kan je bijvoorbeeld nog een tijd-je wachten met het schilderen: in ons gevalgaat dit veel minder. Het gelijkvloers zal bijde opening ook volledig ingericht zijn: dewinkel openen zonder een perfecte inrichtingkan toch ook moeilijk.Wat zouden jullie anders doen, mocht jeopnieuw beginnen ?Yves Dumarey: Ik denk dat het nu nog watte vroeg is om hierop te antwoorden, maarook binnen een bouwteam is het belangrijkom van in het begin zeer duidelijke afsprakente maken. Goede afspraken leiden uiteindelijktot goede resultaten.

2006

Natuur.huis - september 2006

BOUWTEAM

OPDRACHTGEVER Natuurpunt Mechelen www.natuurpunt.be

ARCHITECTEN Architektenkoöperatief JJS bvba - Mechelen www.architektenkooperatief.beJ. Mooens, J. Van den Berghen,S. BellengéBogaerts Architectuur en Interieur Mechelen www.bogaerts-architecten.be

STUDIEBUREAU STABILITEIT - TECHNIEKEN IRS Studiebureau ir. B. Depré Kortenberg www.irs-depre.be

AANNEMERSafbraak - ruwbouw - stabiliteit - vloerafwerking - omgevingswerken Schoofs-Steegmans Lummenpleisterwerken Renovbien Brusseldakwerken Anthonissen Opglabbeek www.dakwerkenanthonissen.behoutbouw De Muynck Koen Grobbendonk www.demuynckbvba.bezonnewering Lenco Zonwering Rosmalen (NL) www.lenco.nlhouten buitenschrijnwerk FMP Duffel www.fmp.bestalen buiten- en binnenschrijnwerk CS Staalconstructies Ravels http://users.telenet.be/cs-

staalconstructiesnoodtrappen en leuningen CS Staalconstructies Ravelstrapbekleding en terrasbeplanking t Atelier Mechelen http://users.skynet.be/atelier-mechelenhouten binnen- en branddeuren t Atelier Mechelenelektriciteit Steurs Elektrotechniek Mechelendatabekabeling LVC-Cabling Horebekeventilatie Esco+ Lille www.escoplus.beverwarming Izen Lille www.izen.besanitaire installaties Van Hemelen Lichtaartlift MIN Mechelen www.min.beadvies verf Koeck Mechelen www.koeck.beadvies ecologische bouwmaterialen Ecomat St. Antonius- www.ecologischbouwen.be

ZoerselPARTNERSPresti- 5-team OVAM Mechelen www.presti.beBegeleiding, advies, redactie encalculatie Greencalc+ VIBE Berchem www.vibe.becalculatie Energieprestatie en VEA Brussel www.energiesparen.beBinnenklimaat (EPB)

Realisatie brochure Natuur.huisDeze brochure is ook downloadbaar als pdf-file vanaf website www.natuurpunt.be/natuurpunthuis

Coördinatie:Yves Dumarey (Natuurpunt)Redactie:"Peter Thoelen (VIBE), Yves Dumarey (Natuurpunt),Miguel Surmont (Natuurpunt), Katrien De Baets (Vlaams Energieagentschap)"Fotografie: Miguel Surmont & Jenny Dedoncker (Natuurpunt)Lay-out:Grafieken & tabellen: Jenny Dedoncker (Natuurpunt)Opmaak: VM Graphics MerendreeDruk:Drukkerij Het Volk, Erpe Mere"Papier: 9 Lives80, 100 gr,80% gerecycleerd, 20% chloorvrije vezels van duurzaam Europees hout"Coördinatie: Thomas Vercauteren (Natuurpunt)

Natuur.huis in cijfers

Totale Oppervlakte:vroeger : 1.703 m2 - nu : 1.851 m2

Oppervlakte landschapskantoren: 765m2

Oppervlakte Natuur.winkel: 256m2

Aantal werkplaatsen:verdiep 1: 43 - verdiep 2: 36Aantal vergaderlokalen: 8 vergaderruimtesAantal wc's: 9 toiletten,waarvan 3 voor mindervalidenAantal douches: 2 douchesTotale kostprijs: 1.000€/m2 nettobouwkostprijsBouwtermijn: - afbraakwerken : maart 2005

- start bouwwerken : juli 2005- afwerking : oktober 2006

30

Natuur.huis - september 2006 31