Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op...

228
Natura 2000 doelendocument Duidelijkheid bieden, richting geven en ruimte laten

Transcript of Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op...

Page 1: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

Natura 2000 doelendocumentDuidelijkheid bieden, richting geven en ruimte laten

Page 2: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2

Page 3: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

1. Inleiding 5

2. Context 9

2.� WatisNatura2000? 9

2.2 ContextNL �0

2.� Hoofdlijnenselectieenbegrenzingvan

Natura2000gebieden �2

3. Aanpak 19

�.� Inleiding �9

�.2 Proceslijnhabitattypenensoorten �9

�.� Proceslijngebieden 28

4. Natura 2000 opgaven en doelen op

landelijk niveau 39

4.� Inleiding �9

4.2 Relatiefbelangvande

Nederlandsenatuur �9

4.� Staatvaninstandhouding

habitattypenensoorten 42

4.4 Belangrijksteopgaven

Natura2000inNederland 50

4.5 Natura2000doelenoplandelijkniveau 55

5. Natura 2000 opgaven per landschap

en doelen op gebiedsniveau 61

5.� Inleiding 6�

5.2 Noordzee,WaddenzeeenDelta 65

5.� Duinen 75

5.4 Rivierengebied 8�

5.5 MerenenMoerassen 9�

5.6 Beekdalen �0�

5.7 Hogerezandgronden ���

5.8 Hoogvenen �2�

5.9 Heuvelland �29

6. Gemaakte en nog te maken keuzes 137

6.� Inleiding ��7

6.2 Keuzesoplandelijkniveau ��7

6.� Keuzesopgebiedsniveau �4�

7. Perspectieven voor Natura 2000 doelen 145

7.� Inleiding �45

7.2 Duurzameinstandhouding �45

7.� Maatwerkensamenwerking �48

8. Bronnen 151

9. Bijlagen 153

Inhoudsopgave

Page 4: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

4

Page 5: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

5

Instandhoudingsdoelen

�62Natura2000gebieden

Gehanteerdesystematiek

Hoofdstuk 1

Dithoofdstukgaatinopdestatusenderolvan

hetNatura2000doelendocument.

Inleiding

HetNatura2000doelendocumentiseenbeleids-

notitievandeministervanLNV.Hetdocument

geefteentoelichtingopdeinstandhoudings-

doelenvoorde�62Natura2000gebiedenende

daarbijgehanteerdesystematiek.Ditdocument

geeftverdereuitwerkingaandeachthoofdlijnen

voordeformuleringvandeNatura2000doelen

zoalsopgenomenindeNatura2000contouren-

notitie,dieinjuli2005isaangebodenaande

TweedeKamer.DeNatura2000contourennotitie

beschrijftdekadersvoordeNatura2000doelen,

deaanwijzingsbesluitenendebeheersplannen

voordeNatura2000gebieden.

HetNatura2000doelendocumentvormthetka-

dervoordeoptestellenaanwijzingsbesluitenen

geefttevenssturingaandeoptestellenNatura

2000beheersplannen.Eenbelangrijkestapbij

deimplementatievanhetEuropeseNatura2000

netwerkisdepublicatievandeaanwijzingsbeslui-

tenvandeNatura2000gebieden.Depublicatie

vandeeerstetranchevanontwerp-besluitenis

voorziennadezomervan2006.Daarnavolgt

eenvolgendetranche.

Hetdoelendocumentisinconceptvoorbereid

indeperiodenovember2004–oktober2005op

basisvanconsultatievandeskundigenenbeheer-

dersvandeterreinen,beschikbaregegevensen

expertjudgement.Hetismetdegrootstmogelij-

kezorgvuldigheidsamengesteld.Vanafdecember

2005isopbasisvandezeconceptversieoverleg

metprovinciesenandereoverhedengevoerden

zijnmaatschappelijkeorganisaties,economische

sectorenenanderebelanghebbendengeconsul-

teerd.

Parallelhieraaniseenglobalekostenraming

uitgevoerd.

Deingewonnenreactiesendeglobalekosten-

raminghebbengeleidtothetdefinitievedoelen-

document.

Voor wie is het Natura 2000 doelendocument

bestemd?

HetNatura2000doelendocumentisvooral

bestemdvoordiepartijendieverantwoordelijk

zijnvoordeopstellingvandebeheersplannen

Natura2000doelendocument...kadervoordeopte

stellenaanwijzingsbesluitenengeefttevenssturingaan

deoptestellenNatura2000beheersplannen.

Inleiding

Page 6: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

6

énvoordiepartijendiebetrokkenenofbelang-

hebbendenzijnbijdevoorbereidingvande

aanwijzingsbesluitenvoordegebieden.

Hoe is het Natura 2000 doelendocument opge-

bouwd?

Inhettweedehoofdstukisdecontextvoorde

doelenendeselectieenbegrenzingvandege-

biedengeschetst.Hetderdehoofdstukbeschrijft

degevolgdewerkwijze(tweeproceslijnen)enlaat

derelatiemetanderealbestaandeofnogopte

stellendocumentenzien.Hetvierdehoofdstuk

geeftderesultatenvandeproceslijnhabitattypen

ensoorten:destaatvaninstandhoudingvan

dehabitattypenensoorten,devoorNederland

belangrijksteNatura2000opgavenendeNatura

2000doelen.Hoofdstuk5geeftperNatura2000

landschapdebelangrijkstekernopgavenende

hoofdlijnenvandedoelenopgebiedsniveau.

Inhetzesdehoofdstukzijndebelangrijkstekeu-

zesoplandelijkniveauenopgebiedsniveau,die

gemaaktzijnofnogopenstaan,bijelkaargezet.

Inhetachtstehoofdstukwordendeperspectieven

vandeNatura2000doeleninrelatietotander

beleidgeschetst.

Wanneer wordt het Natura 2000 doelendocu-

ment herzien?

HetNatura2000doelendocumentisgebaseerd

opdebestbeschikbareinformatievandit

moment.Debestbeschikbareinformatiemet

betrekkingtotdestaatvaninstandhoudingvan

dehabitattypenensoortenwaarvoorNederland

eenverantwoordelijkheidopzichheeftgenomen

inEuropeesverbandéndebestbeschikbare

informatiemetbetrekkingtotdeautonomeen

gewensteontwikkelingeninde�62Natura2000

gebieden.Gezieneenaantalonzekerhedenover

teverwachtenontwikkelingen,voortkomenduit

natuurlijkedynamiekenklimaatveranderingen,is

voorhetjaar20�5voorzienineenevaluatievan

hetNatura2000doelendocument.Indiennoodza-

kelijkzalooktotwijzigingvandeterzakedoende

aanwijzingsbesluitenwordenovergegaan.

Dezeevaluatiewordtgelijktijdiguitgevoerdmet

degeplandeevaluatieinhetkadervandeKader-

richtlijnWater.Daarnaastwordendoelenherijkt

enzonodigbijgesteldbijaanwijzingvangebieden

ineenvolgendetrancheenbijopstellingvande

beheersplannen.

Dezeevaluatiewordtgelijktijdiguitgevoerd

metdegeplandeevaluatieinhetkader

vandeKaderrichtlijnWater.

Page 7: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

7

Page 8: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

8

Figuur2.�.�.Natura2000netwerkinNederland

Page 9: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

9

WatisNatura2000?

ContextNL

Hoofdlijnenselectieenbegrenzing

Hoofdstuk 2

DithoofdstukgaatinophetNatura2000netwerk

engeefteennaderetoelichtingopdekadersvoor

deformuleringvandeNatura2000doelenen

voordeselectieenbegrenzingvandeVogel-en

Habitatrichtlijngebiedenendehoofdlijnenvoor

debegrenzingvandeNatura2000gebieden.

2.1 Wat is Natura 2000?

Inleiding

DeEuropeseUnieheeftzichtendoelgesteldin

20�0deachteruitgangvandebiodiversiteitte

stoppen(Göteberg,200�).Eenbelangrijkinstru-

menthiervoorisdeuitvoeringvandegebieds-

gerichteonderdelenvandeVogelrichtlijnende

Habitatrichtlijn.Ditbetekenthetrealiserenvan

eennetwerkvannatuurgebiedenvanEuropees

belang:hetNatura2000netwerk.Ditnetwerk

heeftalshoofddoelstellinghetwaarborgen

vandebiodiversiteitinEuropa.Inditverband

isdeafspraakgemaaktdatdelidstatenvande

EuropeseUnieallemaatregelennemendienodig

zijnomeengunstigestaatvaninstandhouding

vansoortenenhabitattypenvancommunautair

belangterealiseren.Hetbetreftdehabitattypen

zoalsopgenomeninbijlageIendesoortenzoals

opgenomeninbijlageIIvandeHabitatrichtlijn.

Ditgeldtookvoordevogelsoortenwaarvoor

Vogelrichtlijngebiedenzijnaangewezen.Bijde

vormgevingendekeuzevandezemaatregelen

wordtrekeninggehoudenmetdevereistenop

economisch,sociaalencultureelgebied,alsmede

metregionaleenlokalebijzonderheden.Hetis

evidentdataantenemenmaatregeleninhetka-

dervanveiligheideenzwaargewichtwordttoe-

gekend.Volgensvastejurisprudentiekunnenbij

deselectieenbegrenzingvandegebiedenechter

alleenecologischecriteriawordengehanteerd.

Bijdrage van Nederland

Nederlanddraagtmet�62gebiedenbijaanhet

Natura2000netwerkmeteentotaleomvang

vancircaeenmiljoenhectare(waarvantwee-

derdeopenwater,inclusiefdekustwateren).

Dezegebiedenwordenzoweldoorrijkspartijen

(Rijkswaterstaat,Defensie,DienstderDomeinen

enStaatsbosbeheer)beheerdalsdoorgroteter-

reinbeheerdersenparticulierebeheerders.Met

dezebijdragevan�62gebiedenvoldoetNeder-

Context

DeEuropeseUnieheeftzichtendoelgesteldin20�0

deachteruitgangvandebiodiversiteittestoppen

(Göteberg,200�).

Page 10: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�0

landvrijwelgeheelaanzijnEuropeseafspraken.

AlleenvoordeNoordzeeisuiterlijk2008nogeen

aanvullingvoorzien.InhetIntegraalBeheersplan

Noordzee(juli2005)isaangegevenwelkegebie-

denopdeNoordzeeinaanmerkingkomenvoor

destatusvanNatura2000gebied.

2.2 Context NL

Inleiding

IndeNatura2000contourennotitiezijndekaders

voordeformuleringvandeNatura2000doelen

opgenomen.Dezenotitieisinjuli2005toegezon-

denaandeTweedeKamer.Hetdocumentbevat

eenvertalingvanhetEuropesekadertoegespitst

opdeNederlandsesituatie:deachthoofdlij-

nen,hetprincipevanstrategischlokaliserenvan

degebiedsdoelenenhetvindenvandebalans

tussen‘richtinggeven’en‘ruimtelaten’.Opal

dezeelementenwordtindezeparagraafnader

ingegaan.Tevenszalindezeparagraafworden

aangegevenvoorwelkehabitattypenensoorten

oplandelijkenopgebiedsniveau(en/ofregionaal

niveau)doelenwordengeformuleerd.

Hoofdlijnen

HetEuropesekaderverplichtNederlandomde

biologischediversiteittewaarborgendoorvóór

20�0deachteruitgangtestoppen.Deopdracht

isomdesoortenenhabitattypenwaarvooreen

verplichtingisaangegaanineengunstigestaat

vaninstandhoudingtebrengen.Watdebijdrage

vanNederlandaanhetEuropesenetwerkwordt,

vindtzijnneerslagindeNatura2000doelen.Dit

zijndoelendiezoweloplandelijkniveaualsop

gebiedsniveauzijngeformuleerd.

HetEuropesekaderistoegespitstopdeNeder-

landsesituatie.DaartoezijnindeNatura2000

contourennotitiedevolgendehoofdlijnenvoor

deformuleringvandeNatura2000doelenopge-

nomen:

�. Maximaalaansluitenbijhetnationalebeleid,

metnamehetrealiserenvandeEcologische

Hoofdstructuur,mitsditbinnendekadersvan

deEuropeseverplichtingenpast.

2. Haalbareenbetaalbaredoelstellingenformu-

leren,diezominmogelijkinspanningenen

gevolgenvoorburgerseneconomischesecto-

renmetzichmeebrengen(geendisproportio-

nelelasten).

�. Inbeginseldebestaandekwaliteitenomvang

inNederlandeninconcretegebiedenhandha-

venenwaarnodigineengunstigestaatvan

instandhoudingbrengen.

4. Eenhogereinzetnastrevenvoorsoortenen

habitattypenwaarNederlandrelatiefbelang-

rijkervooriseneveneensvoorsoortenen

habitattypendiesterkonderdrukstaan.

5. Eenminderhogeinzetnastrevenalsvan

Nederlandredelijkerwijsnietkanwordenver-

wachtdateenbepaaldesoortofeenbepaald

habitattype(opdieplaats)opdelangereter-

mijnbinnenNederlandineengunstigestaat

vaninstandhoudingkanwordengebracht.

6. Doelstellingendienenindetijdrobuust

geformuleerdtezijnomtekunnenanticipe-

renopbijvoorbeeldnatuurlijkedynamieken

klimaatverandering.

7. Doelstellingendienenvoldoendesturendte

zijnvoordebeschermingénhetbeheervande

gebieden,zonderdatzeruimtevoorconcreti-

seringoplokaalniveauvolledigwegnemen.

8. Bijhetvaststellenvandeinstandhoudings-

...deachthoofdlijnen,hetprincipevanstrategisch

lokaliserenvandegebiedsdoelenenhetvindenvan

debalanstussen‘richtinggeven’en‘ruimtelaten’.

Page 11: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��

doelstellingenzalwordenuitgegaanvande

bestaandebudgettenvoorbeheer.

Strategisch lokaliseren

DeNatura2000gebiedenliggennagenoegge-

heelindeEcologischeHoofdstructuur(EHS).De

maatregelendieinhetkadervandeEHSvoorde

realiseringvandenatuurdoelenzijnofnogwor-

dengenomen,leverentevenseenhogereNatura

2000kwaliteit.Strategischlokaliserenénhetzo

goedalsmogelijkopelkaarlatenaansluitenvan

deinspanningenvoordezetweenetwerkenbiedt

debestemogelijkheidomoptermijnzoefficiënt

mogelijkeenduurzamesituatietebehoudenof

teverkrijgen.

Strategischlokaliserenbetekentdatbijdedoor-

vertalingvandelandelijkedoelennaardedoelen

op(regionaalen/of)gebiedsniveauwordtgelet

opdehuidigekwaliteitenéndebestemogelijk-

hedenomoptermijneenduurzamesituatiete

behoudenofteverkrijgentegeneenzogering

mogelijkeinspanning.Meerconcreetbetekent

ditbijvoorbeelddatvooreenhabitattypeofsoort

derelatiefgrootstebijdragekomtvanhetgebied

waarnudeecologischevereistenopordezijnof

heteenvoudigstopordetebrengenzijn.Daarbijis

nadrukkelijkgekekennaarbestaandeplannenen

projectenvoorderealiseringvandeEHS(inclusief

deplannenvoordegrotewateren).Hetoporde

brengenvandeecologischevereistenkaninde

meestesituatiesbinnendekadersvanhetbe-

staandbeleid.Ineenaantalsituaties,vooralvoor

diehabitattypenensoortendiesterkonderdruk

staanen/ofwaarNederlandrelatiefbelangrijkvoor

iséndiemomenteelineenongunstigestaatvan

instandhoudingverkeren,zijnzoweloplandelijk

alsopgebiedsniveau(bestuurlijke)keuzesgemaakt

ofnogtemaken.Inhoofdstuk6iseenuitleggege-

venvandebelangrijkstekeuzesdiegemaaktzijn

envandekeuzesdienogopenstaan.

Balans ‘richting geven’ en ‘ruimte laten’

VooralleNatura2000gebiedenmoetopgrond

vandeNatuurbeschermingswet�998eenbe-

heersplanwordenopgesteld.Ophetniveauvan

deNatura2000beheersplannenkan,ininteractie

metdebetrokkengebruikersenbeheerdersvande

gebieden,hetbestbepaaldwordenwaarpreciesen

metwelkemiddelen,inwelkeomvangenmetwelk

tempoderealiseringvandedoelenkanplaats-

vinden.Vanuitdezegedachtewordendedoelen

opgebiedsniveauzodaniggeformuleerddatze

‘richtinggeven’envoldoende‘ruimtelaten’.Op

basisvanhoofdlijn7uitdeNatura2000contou-

rennotitiedienendedoelensturendtezijnvoor

debeschermingénhetbeheervandegebieden,

zonderdatzederuimtevoordeconcretiseringop

lokaalniveauwegnemen.Concreetwordtrichting

gegevendoorteduidenofsprakeisvaneenbe-

houd-ofeenverbeteropgave,ineenaantalsitua-

tieswordtaangegevenofsprakeisvaneenzekere

senseofurgency(binneneenbepaaldeperiode

moetendeecologischevereistenopordezijnge-

bracht)endooraantegevenwelkewaardenten

gunstevananderewaardenachteruitmogengaan

ineenconcreetgebied.Dematevanruimteinde

praktijkisafhankelijkvandeaardvanhethabitat-

typeofdesoort;alsdezezeerspecifiekeeisen

steltaandeomgevingéndezemoeilijkvervang-

baarofverplaatsbaaris,zalerminderruimtezijn.

Daarstaattegenoverdatindynamischesituaties

dedynamiekvanhetsysteemzelfbepaaltwaarin

eenbepaaldeperiodebijvoorbeelddevochtige

duinvalleien(H2�90)ofdewitteduinen(H2�20)

voorkomen(zieverderhoofdstuk5).

...aangegevenofsprakeisvaneenzekeresenseof

urgency(binneneenbepaaldeperiodemoetende

ecologischevereistenopordezijngebracht)...

Page 12: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�2

Metdezebenaderingswijzevan‘richtinggeven’

en‘ruimtelaten’wordtruimtegebodenombij

voortschrijdendinzicht,nieuwekennis,etcetera,

aanpassingeninbijvoorbeeldhetrealiserings-

tempoofdeaardvandemaatregelenaante

brengen.Consequentievandezebenaderings-

wijzeisdatdedoelenzoalszezijnopgenomenin

deNatura2000aanwijzingsbesluitenindeNatura

2000beheersplannenverderwordenuitgewerkt

inomvang,ruimteentijd.

Zogevendeinstandhoudingsdoelenopge-

biedsniveaubijvoorbeeldaaninwelkegebieden

uitbreidingoppervlakteenverbeteringkwaliteit

vanhethabitattypezandverstuivingen(H2��0)

aandeordezijn.InhetkadervandeNatura2000

beheersplannenwordtaangegevenwaarprecies

enmetwelktempomaatregelengenomen

wordenomdezandverstuivingenuittebreiden

enkwalitatiefteverbeteren.Ophetniveauvan

debeheersplannenwordtaangegevenofen

waarbepaaldespecifiekemaatregelengenomen

worden.

Natura 2000 doelen: voor welke habitattypen en

soorten?

DeNatura2000doelenomvattennietallesoorten

enhabitattypenvandebijlagenvandeVogel-en

Habitatrichtlijn.WatbetreftdeHabitatrichtlijn

wordendoelenalleengeformuleerdvoorsoorten

(bijlageII)enhabitattypen(bijlageI)dieopde

zogenoemdeNederlandsereferentielijststaan.

Voorvogelsbetrefthetdesoortendieinde

Notavanantwoord2000staan.Opbasisvaneen

uitspraakvandeRaadvanStateisthansdeaan-

wijzingvanhetgebiedAbtskolk&DePuttenvoor

dedwerggansinprocedure.Voordezesoortzijn

in2000geengebiedenaangewezen.

Voorbroedvogelsoortenalsmiddelstebonte

specht,kraanvogelenoehoezalbijdeeerstvol-

gendeevaluatiewordenbezienofsprakeisvan

duurzamepopulaties.Vervolgenszalworden

beoordeeldoftotaanwijzingvangebiedenvoor

dezesoortenwordtovergegaan.Vandesoorten

vanbijlageIIvandeHabitatrichtlijnistenopzich-

tevan200�,alsgevolgvanderecenteuitbreiding

vandeEU,deplatteschijfhorentoegevoegdaan

deNederlandsereferentielijst.

Voordehabitattypenisdesituatieongewijzigd

tenopzichtevandeaanmeldingvandegebieden

in200�.

Opbasisvandeachthoofdlijnen,hetprincipevan

strategischlokaliserenendebenaderingswijze

van‘richtinggeven’en‘ruimtelaten’kanworden

geconcludeerd,datzoweloplandelijkniveauals

opgebiedsniveaudedoelenendenoodzakelijke

inspanningennietoveralgelijkzijn.Devariatieis

vangeen,weinigtotveel,vanoveraleenbeetje

totopéénplekalles.Voorzovermogelijkishierin

slimgekozen(strategischlokaliseren),zowelop

landelijkalsopgebiedsniveau.Inhoofdstuk�

wordtdegevolgdeaanpakbijhetformuleren

vandeNatura2000doelenverderuiteengezet.

Inhoofdstuk5wordtingegaanopdeverschillen

tussendelandschappenenhet‘reliëf’binnende

Natura2000landschappen.

2.3 Hoofdlijnen selectie en begrenzing van

Natura 2000 gebieden

Inleiding

ZoalsookindeNatura2000contourennotitieis

...wordendoelenalleengeformuleerdvoorsoorten

(bijlageII)enhabitattypen(bijlageI)dieopde

zogenoemdeNederlandsereferentielijststaan.

Page 13: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��

Balans‘richtinggeven’en‘ruimtelaten’

Page 14: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�4

aangegeven,zullenbijdeinvoorbereidingzijnde

aanwijzingvandeHabitatrichtlijngebiedenen

deaanvullingenaanwijzingsbesluitenvoorde

Vogelrichtlijngebiedenmetgebiedsdoelen,de

overlappendeVogel-enHabitatrichtlijngebieden

wordengecombineerdtotéénNatura2000ge-

bied.Daarbijwordternaargestreefd,omwillevan

deduidelijkheideneenduidigheid,debegrenzing

vandeVogel-enHabitatrichtlijngebiedenzogoed

alsmogelijkopelkaaraftestemmen.

Kadersvoorgrenswijzigingenzijnenblijvende

begrenzingsmethodiekenzoalsdieinrespectieve-

lijk2000en200�zijngehanteerdvoordebegren-

zingvandeVogel-enHabitatrichtlijngebieden.

Kaders Natura 2000 besluiten

IndeNatura2000contourennotitieisopgeno-

mendatvooralleNatura2000gebieden(nieuwe)

aanwijzingsbesluiteninvoorbereidingzijn.Voor

deHabitatrichtlijngebiedenzullendezevolledig

nieuwzijn,voordeVogelrichtlijngebiedenbetreft

het,inelkgeval,eenaanvullingtenaanzienvan

deinstandhoudingsdoelstellingen.Vierhoofdlij-

nenzijnmeegegevenaandevoorbereidingvan

deaanwijzingsbesluiten(zietekstkader2.�.�.).

Duidelijkeeneenduidigebegrenzingenvormen

daarbijeenbelangrijkelement.

Hoofdlijnen selectie Natura 2000 gebieden

DeVogel-enHabitatrichtlijngebiedenkennen

elkhuneigenselectiemethodiek.Dezemetho-

diekenzijnopgenomenindeNotavanantwoord

Vogelrichtlijn(2000)eninhetzogenoemde

Verantwoordingsdocument(200�).Inbijlage9.�.

wordthiermeeruitgebreidopingegaan.Voorde

goedeordezijopgemerktdatdeVogelrichtlijnge-

biedenvrijwelallereedszijnaangewezenende

bezwaar-enberoepsproceduresoptweenazijn

voltooid.

Selectie Vogelrichtlijngebieden

DeselectievandeVogelrichtlijngebiedenisge-

baseerdopaantallenendaarbijzijntweecriteria

gehanteerd:�.eengebiedherbergtminstens�%

vaneenbiogeografischepopulatievaneenwater-

vogelsoortof2.eengebiedbehoorttotéénvan

devijfbelangrijkstepleisterplaatsenofbroedge-

biedenvooreensoortopgenomeninbijlageIvan

deVogelrichtlijn.

Belangrijke elementen bij de voorbereiding van

de aanwijzingsbesluiten zijn:

�. EénNatura2000besluitvoorgebiedendie

zowelVogelrichtlijngebiedalsHabitatrichtlijn-

gebiedomvatten.Teneindemaximaleeendui-

digheidenhelderheidterealiseren,worden

begrenzingenwaarmogelijkgelijkgetrokken,

tenzijditbestuurlijkongewenstis.

2. Sobereaanwijzingsbesluiten,dievoldoende

houvastbiedenvoorvergunningverleningen

voordeoptestellenbeheersplannenenvoor

langeretijdhoudbaarzijn.

�. Duidelijkeéneenduidigebegrenzingenvan

gebieden,zoveelmogelijksamenvallendmet

duidelijkinhetterreinherkenbaregrenzen,

gerichtophetcreërenvaneenduurzamestaat

...omwillevandeduidelijkheideneenduidigheid,

debegrenzingvandeVogel-enHabitatrichtlijngebieden

zogoedalsmogelijkopelkaaraftestemmen.

Tekstkader2.�.�:Hoofdlijnenvoorbereidingaanwijzingsbesluiten

Page 15: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�5

vaninstandhoudingenhetwaarmogelijk

reducerenvandeexternewerking.

4. Beschermdenatuurmonumentendiesamen-

vallenmetNatura2000gebiedengaanvan

rechtswegeopindeNatura2000besluiten.

Waarnodigzaldebegrenzingwordengelijk

getrokkenmetdebegrenzingvanhetNatura

2000gebied.Tevenszalexplicietworden

aangegevenwelkeinstandhoudingsdoelstel-

lingenvanhetbeschermdenatuurmonument

samenvallenmetdeinstandhoudingsdoelstel-

lingenvanhetNatura2000gebiedénwelke

instandhoudingsdoelstellingenaanvullend

hieropzijn.

Selectie Habitatrichtlijngebieden

DeselectievandeHabitatrichtlijngebieden

isgebaseerdopvoldoendedekkingspercen-

tageoppervlaktehabitattypeofleefgebied.

Uitgangspuntdaarbijisdatdevijf(ofvoor

prioritairesoorten�0)belangrijkstegebieden

indeselectiezijnopgenomen.Voorhabitat-

typenistevensgeletofdeecologischevariatie

involdoendemateisafgedekt.Verderisbijde

selectiebezienofvoldoendegeografischesprei-

dingoverNederlandenvoldoendeaansluiting

metvergelijkbaregebiedeninDuitslanden

Belgiëisverkregen.

Hoofdlijnen begrenzing Natura 2000 gebieden

DebegrenzingvandeVogel-enHabitatrichtlijn-

gebiedenisgebaseerdopverschillende(deels

overlappende)uitgangspunten(zieookbijlage

9.�).

Begrenzing Vogelrichtlijngebieden

BijdebegrenzingvanVogelrichtlijngebieden

isgewerktmeteenbepaaldedefinitievan‘ge-

bied’.EenVogelrichtlijngebiediseenbestaand

ofpotentieelbeschermdgebiedmetofzonder

bufferzones,datzichduidelijkonderscheidtvan

zijnomgevingendatalleenofincombinatie

metanderegebiedenbijdraagtaandeinstand-

houdingvanbepaaldevogelsoorten.Deligging

enlandschappelijkeaardvaneengebiedzijn

gebaseerdopverspreidingenbiotoopeisenvan

desoorten.Deconcretegrenzenzijnbepaaldop

landschapsschaalafhankelijkvanterreingebruik

enbiotoopeisenvanrelevantensoorten.

Begrenzing Habitatrichtlijngebieden

BijHabitatrichtlijngebiedenvormthetaanwezig

zijnvaneenhabitattypeen/ofleefgebiedenvan

soortenhetuitgangspuntvoordebegrenzing

vandezegebieden.Tevenszijnopgenomenter-

reindelennodigvoorherstelvanwaarden,voor

duurzameinstandhoudingvandeaanwezige

waardenenvoordesamenhangvanhetNatura

2000netwerk(hetzogenoemde“cement”).

Degebiedenzijnoplandschapsschaalbegrensd

opbasisvanherkenbareecologischeofbeheer-

bareeenheden,bijvoorkeurlangsduidelijkin

hetlandschapherkenbaretopografischelijnen

enzoveelmogelijkaansluitendbijbestaande

topografischegrenzen.

...opgenomenterreindelennodigvoorherstelvanwaar-

den,voorduurzameinstandhoudingvandeaanwezige

waardenendesamenhangvanhetNatura2000netwerk.

Tekstkader2.�.�:Hoofdlijnenvoorbereidingaanwijzingsbesluiten

Page 16: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�6

Enkeleverschillentussendebegrenzingvan

Vogel-enHabitatrichtlijngebieden:

• BijVogelrichtlijngebiedenisperdefinitie

sprakevanaaneengeslotengebieden,bijHabi-

tatrichtlijngebiedenisditnietaltijdhetgeval.

• BijHabitatrichtlijngebiedenzijnnaastde

actuelevoorkomensvandehabitattypenen

leefgebiedenvandesoorten,waarnodig

terreindelenmeebegrensdvoordeduurzame

instandhouding,samenhangofvoorherstel

vanhabitattypenofleefgebied.

OvereenkomstenindebegrenzingtussenVogel-

enHabitatrichtlijngebieden:

• Debegrenzingvanconcretegebiedenisgeba-

seerdopmaatwerk.

• Debegrenzingensluitenzoveelalsmogelijk

aanbijherkenbaretopografischelijnen,en

zijngebaseerdopherkenbareeenhedenmet

eenduidelijkeeigenidentiteit.

• Debegrenzingensluitenmogelijkaanbij

bestaandeadministratievegrenzen,zoals

bijvoorbeeldNationaalPark,natuurmonu-

menten.

Begrenzing Natura 2000 gebieden

Bijdesamenvoegingendenaderebegrenzing

vandeNatura2000gebiedenwordtgestreefd

naareenzoeenduidigmogelijkebegrenzing.

Inbijlage9.�.zijndehoofdlijnenvooraanpassing

vandebegrenzingvanNatura2000gebieden

opgenomen.Indezebijlagewordtookaangege-

venhoemetexclaveringwordtomgegaan.Waar

mogelijkwordtopkaartgeëxclaveerd,waarniet

mogelijkwordtmeteenstandaardexclaverings-

tekstgewerkt.

Debegrenzingensluitenzoveelalsmogelijkaanbij

herkenbaretopografischelijnen,enzijngebaseerdop

herkenbareeenhedenmeteenduidelijkeeigen...

Page 17: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�7

Natura2000Doelen-Aanpak

Page 18: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�8

Figuur�.�.�.Natura2000landschappen

Page 19: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�9

Proceslijnhabitattypenensoorten

Proceslijngebieden

Doelenlandelijkengebiedsniveau

Hoofdstuk 3

Dithoofdstukgaatinopdegevolgdewerkwijze

binnendekadersvandeNatura2000contouren-

notitieengaatinopdegevolgdewerkwijze(twee

proceslijnen)waarmeeisgewerkttenbehoeve

vandeformuleringvandoelenoplandelijkenop

gebiedsniveau.

3.1 Inleiding

Inhetvorigehoofdstukisingegaanopdekaders

vandeNatura2000contourennotitie:deacht

hoofdlijnenenhetprincipevan‘strategisch

lokaliseren’enhetprincipevan‘richtinggeven’

en‘ruimtelaten’.Dezeparagraafgaatinopde

gevolgdeaanpak.Erisvanuittweeproceslijnen

gewerkt.Deeneproceslijnisgerichtopdehabi-

tattypenendesoorten;deandereopdegebie-

den.Omdemateriemeerhanteerbaartemaken,

zijnachtNatura2000landschappenonderschei-

denenzijndegebiedendaaraantoegekend(zie

figuur�.�.�.).

Detweeproceslijnenstaannietlosvanelkaar.

Deeerstelijnresulteertineenhogerofeenlager

doeloplandelijkniveau.Detweedelijnineen

hogeroflagerdoelopgebiedsniveau.

Inbeidelijneniseenanalyseuitgevoerdopbasis

vaneenzogenoemdestoplichtenbenadering

t.b.v.degemaaktekeuzes.Daarbijzijnkeuzes

gemaakttenaanzienvandelokaliseringvande

doelenentenaanzienvanoppervlakte,kwaliteit,

verspreidingen/ofaantallen.

Indemeestesituatiespastdedoelformulering

binnenbestaandbeleidénbinnendebestaande

begrenzingvandegebieden.Vooreenaantal

habitattypenensoortenwaarvoorNederland

relatiefbelangrijkiséndiemomenteelineen

ongunstigestaatvaninstandhoudingverkeren,

staannogkeuzesopen.Inhoofdstuk6zijnalle

inhetkadervandezenotanogtemakenkeuzes

opgenomen.

3.2 Proceslijn habitattypen en soorten

Inleiding

Indeproceslijnhabitattypenensoortenisop

basisvaneenaantalstappentoegewerktnaarde

formuleringvanNatura2000doelenoplandelijk

niveau.

Aanpak

Indeproceslijnhabitattypenensoortenisopbasisvan

eenaantalstappentoegewerktnaardeformulering

vanNatura2000doelenoplandelijkniveau.

Page 20: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

20

Proceslijn�:habitattypenensoorten

Page 21: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2�

Hetbetreftdevolgendestappen:

Nadere interpretatie

• Stap 1:nadereinterpretatievanhabitattypen

ensoorten.

Beoordelingen

• Stap 2:bepalingvanhetrelatiefbelangvande

NederlandseNatura2000waarden.

• Stap 3:beoordelingvanstaatvaninstandhou-

dingvandehabitattypenensoorten.

Opgaven en doelen

• Stap 4:omschrijvenvanbelangrijksteverbeter-

opgavenoplandelijkniveau.

• Stap 5:formulerenvandoelenoplandelijk

niveau.

Concreteproductenvandeproceslijnhabitatty-

penensoortenzijn:

�. Natura2000profielen(inbewerking);

2. bepalingrelatiefbelang(bijlage9.2);

�. beoordelingstaatvaninstandhouding(bijlage

9.2);

4. belangrijksteverbeteropgaven(paragraaf4.4)

en

5. Natura2000doelenoplandelijkniveau(para-

graaf4.5enbijlage9.�).

Nadere interpretatie

OpbasisvandeEuropeseinterpretatiemanual

enopbasisvanhetzogenoemdeLijstdocument

(MinisterievanLNV,200�)zijndehabitattypen

verdergeïnterpreteerd.Omschreveniswelke

vegetatietypenerwelenwelkenietondereen

bepaaldhabitattypevallen,waarbijookminder

goedontwikkeldevormenzijnaangegeven�.

Ookzijnenkeledefinitiesaangepastvooreenbe-

tereafstemmingmetdegehanteerdeinterpreta-

tiesindebuurlanden(o.a.habitattypenbekenen

rivierenmetwaterplanten(H�260)enhabitattype

ruigtenenzomen(H64�0))ofomdatdeEuropese

interpretatiemanualinmiddelsisaangepast.

Degehanteerdedefinitieenafbakeningvan

habitattypenisvastgelegdinzogenoemdeNatura

2000profielen,dievoorallehabitattypen(enook

voorsoorten)zijnopgesteld(noginbewerking).

Deprofielenomvattendevolgendeelementen:

kenschets(beschrijving,relatiefbelang),kwali-

teit(kenmerkenvangoedestructuur&functie),

ecologischevereisten,bijdragevangebieden,

beoordelinglandelijkestaatvaninstandhouding

(incl.definitiegunstigestaatvaninstandhou-

ding),literatuur.

Intekstkader�.2.�wordtnadereinformatie

gegevenoverhethabitattypeblauwgraslanden

(H64�0),waarbijinzichtelijkwordtgemaaktdat

binnenhettypegrotevariaties,metverschillende

ecologischevereistenvoorkomen.

� Inhetboek‘EuropeseNatuurinNederland–

Habitattypen’staanalleendegoedevoorbeelden

vanhabitattypenomschreven.Deselectievande

gebiedenisopdezetypengebaseerd.

Omschreveniswelkevegetatietypenerwelenwelke

nietondereenbepaaldhabitattypevallen,waarbijook

mindergoedontwikkeldevormenzijnaangegeven.

Page 22: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

22

Variatie binnen het habitattype blauwgraslanden

(H6410)

Blonde zegge type:

matigbasenrijketotbasenrijkevormenvan

blauwgraslandenopzand,leemenvenige

bodemsdiepermanentgevoedwordendoor

kwelvanbasenrijkgrondwateruitregionale

grondwatersystemeninbeekdalen.Indewinter

enhetvroegevoorjaarstaathetgrondwateraan

endichtondermaaiveldenindezomerzaktdeze

geleidelijkmatigdiep(60cm)weg.Hettypeheeft

eenhoogaandeelvanblondezeggeenblauwe

zeggeendaarnaastkunnendraadzeggeenronde

zeggeaanwezigzijn.Hetkomtvaakvoorincom-

plexenmetbasenrijkekleinezeggenbegroeiingen

(kalkmoerassen(H72�0),overgangs-entrilvenen

(H7�40),ofdotterbloemhooilanden(Calthion).

VoorbeeldenzijnBinnenveld(65)enGrootZand-

brink(80).

Grote pimpernel type:

relatiefzuretotbasenrijkevormenvanblauw-

graslanden(Cirsio-Molinietum)opkleiigveen

metzwakkekwelvanbasenrijkgrondwateren

metincidenteleoverstromingvanoppervlakte-

water.VoorbeeldenhiervanzijndeMoerputten

(Vlijmensven,Moerputten&Bosschebroek(��2)),

Langstraat(��0),deVeerslootlanden(Oldematen

&Veerslootlanden(�7)).Dittypekomtvooropde

overgangenvanhetPleistoceenenHoloceenen

valtbinnendeNatura2000landschapsindeling

daaromnietalleenindeBeekdalen,maarookin

hetlandschapMerenenMoerassen.Indewinter

staathetwateropmaaiveldenindezomerzakt

het�0tot60cmondermaaiveld.Deoverstro-

mingzorgtvoorenigeafzettingvanklei.Alhoe-

weldekwelen/ofoverstromingindittypevaakis

verdwenendooringrepentreedtverzuringpasna

langetijdopalsgevolgvandehogebuffercapa-

citeitvandekleiigebodem.Typischesoortenzijn

grotepimpernelenmoeraslathyrus.

Veldrus type:

relatiefzurevormenvanblauwgraslanden(Cirsio-

Molinietum)metveelalhogeabundantievan

veldrusengrassenopdekzandbodemsvanbeek-

dalenendehogerezandgronden.Ditzeldzame

typeblauwgraslandkomtvaakvoorinassociatie

metveldrusschraalland(Crepido-Juncetum)dat

ooktothethabitattypeblauwgraslandenwordt

gerekend.Dittypeisgebondenaanperiodieke

kweluiteenzeerdunwatervoerendpakketop

eenslechtdoorlatendeleemlaag.Indeleemzijn

verweerbaremineralenaanwezigdiehetgrond-

waterenigszinsverrijkenmetbasen.Degrondwa-

terstandmoetindewinterenhetvroegevoorjaar

totinhetmaaiveldreikenenzakt’szomersdiep

weg(�20-��0cm).Wanneerdeleembasenrijk

ofkalkrijkis,komensoortenalskarwijselie,zee-

groenezegge,parnassiaenkrielparnassiavoor.

VoorbeeldenzijnWijnjeterperSchar(�6)endelen

vandeKampina&OisterwijkseVennen(���)

Oeverkruid type:

relatiefbasenarmetotbasenrijkevormenvan

blauwgraslanden(Cirsio-Molinietum)metover-

gangennaarzwakgebufferdebegroeiingenvan

deOeverkruid-klasseopdekzandbodemsmeteen

dikkerwatervoerendpakket.Dittypekomtvoor

aanderandenvanondiepedepressiesinheide-

landschappenvandehogerezandgrondendie’s

wintersinunderen.Dezeinundatieincombinatie

metdeopbollingvandegrondwaterstandinde

aangrenzendedekzandruggen,zorgtgedurende

delatewinterenhetvroegevoorjaarvooreen

ondiepegrondwaterstromingdiebasennaarde

wortelzonetransporteert.Omdatdekalkhouden-

deafzettingenopenigedieptezitten,zijnzulke

tijdelijkelokalegrondwaterstromingencruciaal

voordeaanvoervanbasenaanderandenvande

ondiepedepressies.Indezomerzaktdegrond-

waterstanddiepweg.Bijzondereplantensoorten

indittypezijnparnassia,moeraswespenorchis,

rijnrusentypischishetvoorkomenvanzwakge-

bufferdesoortenalsoeverkruidenmoerassmele

inhetblauwgrasland.Voorbeeldenzijntevinden

inhetnatuurreservaatPunthuizen(Dinkelland

(49))enhetBrecklenkampseveld(Bergvennen&

Brecklenkampseveld(46)).Insommigegevallenis

dekalkzeerondiepaanwezig(vanaf�-2m-mv).

Indatgevalkanhethabitattypeblauwgraslanden

ookindecentraledelenvandepressiesvoorko-

men.DitishetgevalinhetStelkampsveld(60).

Grote zeggen type:

matigbasenrijkeenbasenrijkevormenvan

blauwgraslanden(Cirsio-Molinietum peuce-

danetosumenparnassietosum)opveenen

klei-op-veenbodemsvanhetlandschapMeren

enMoerassendie(vroeger)inundeerdemet

basenrijkpolder-ofboezemwater.Doorde

aanwezigheidvaneendikklei-enveenpakket

vindternauwelijkstoestromingvangrondwater

ofoppervlaktewaterdoordebodemplaats.De

basenrijkdomkanopdelangetermijnalleen

instandwordengehoudendoorinundatiemet

basenrijkoppervlaktewater.Doorhetstoppenvan

deinundatieishettypesterkachteruitgegaanen

resterenderelicteninsmallezonesmetzwakke

kweluitpoldersystemen.’sWintersstaatde

waterstandnetbovenmaaiveld,indezomerzakt

zehooguit�0cmdiepweg.Kenmerkendvoorhet

typeishetenigszinsruigekarakterenvoorkomen

vangrotezeggensoorten.Bijzonderesoortvan

dittypeishetmelkviooltje.Eenvoorbeeldwaar

deoverstromingmetbasenrijkoppervlaktewater

deelsishersteldisAldeFeanen(��).

Pijpestrootje type:

relatiefzurevormenvanblauwgraslanden(Cirsio-

Molinietum peucedanetosum)opveenbodems

vanoudelegakkersenoudepetgatverlandingen

inverveningsgebiedenvanhetNatura2000land-

schapMerenenMoerassen.Dittypeoverstroomt

nietenwordtsterkgedomineerddoorneerslag-

water.Opdenduurverzuurthetvooreenbelang-

rijkdeel.Pijpestrootjeheefteenhoogaandeelen

eenbijzonderesoortisknotszegge.Alleenaan

randenvanniet-verlanddepetgatenenslotenkan

ingeringematebasenrijkgrondwaterdebodem

indringenennogvoorenigebufferingzorgen.

VoorbeeldenzijntevindeninWeerribben(�4)en

Wieden(�5).

Tekstkader�.2.�.Habitattypeblauwgraslanden

Page 23: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2�

Relatief belang

DematewaarinNederlandeenbijdragekanleve-

renaanhetbereikenvaneengunstigestaatvan

instandhoudingophetniveauvanhetEuropese

netwerkwordtbepaalddoorhetrelatiefbelang

vanNederlandbinnendeEuropeseUnie(ofdaar-

binnendezogenoemdeAtlantischeregio).Het

relatievebelangvanNederlandwordtondermeer

bepaalddoor:

• Ligging van Nederland binnen het ver-

spreidingsgebied:zoligtbijvoorbeeldhet

zwaartepuntvanvochtigeheiden(H40�0)én

vangrijzeduinen(kalkrijk)(*H2��0_A)inNe-

derland.Voorpurperreiger(A029)enlepelaar

(A0�4)ligtNederlandaandenoordrandvan

hetEuropeseareaal.

• De mate van voorkomen in Nederland:het

leefgebiedvandenoordsewoelmuis(onder-

soortMicrotus oeconomus arenicola)(*H��40)

isbeperkttotNederland.

• Relatief groot aandeel in de totale Europese

oppervlakte:ditgeldtbijvoorbeeldvoorvoch-

tigealluvialebossen(zachthoutooibossen)

(*H9�E0_A),glanshaver-envossenstaarthooi-

landen(H65�0)enschorrenenziltegraslan-

den(buitendijks)(H���0_A).

• Relatief groot aandeel van de Europese

populatie:ditgeldtbijvoorbeeldvoor

groenknolorchis(H�90�)indeduinen.

• Relatief groot aandeel van de biogeografi-

sche populatie:zoalsbijvoorbeeldvoorkleine

zwaan(A0�7),brandgans(A045)enkolgans

(A04�).

• Bijdrage aan de ecologische variatie:dit

geldtbijvoorbeeldvoorstroomdalgraslanden

(*H6�20),blauwgraslanden(H64�0)enactieve

hoogvenen(hoogveenlandschap)(*H7��0_A).

Hetcriteriumecologischevariatiegeldtalleen

voorhabitattypen.Dezevariatiekanabsoluut

zijn(eenhabitattypeisinNederlandgemiddeld

rijkeraantypischesoortendaneldersindeEU)of

relatief(desoortensamenstellingofdeverschij-

ningsvormisinNederlandduidelijkandersdanin

anderedelenvandeEU).Debijdragevaneenha-

bitattypeaandeEuropesevariatiewordtalshoog

aangemerktwanneereenplantengemeenschap

vanhethabitattypegeheelofvrijwelgeheeltot

Nederlandbeperktis.Ditisbijvoorbeeldhetgeval

voorgraslandenvanhettypeCirsio-Molinietum

vanhabitattypeblauwgraslanden(H64�0)envoor

hetkalkminnendestroomdalgrasland(Medica-

gini-Avenetum)vanhabitattypestroomdalgras-

landen(*H6�20).Daarnaastkaneenhabitattype

eenbijzondereecologischevariantzijnopbasis

vangeomorfologischecriteria:zoisdeverschij-

ningsvormvanhoogveeninNederlandbijzonder.

Hetbetrefthetzogenoemdelenshoogveen,dat

beperktistotdeNoordwest-Europeselaagvlakte.

Beoordelingsklassen relatief belang

Nederlandvormtongeveer�%vanhetgrondge-

biedvandeEuropeseUnie.Hetrelatiefbelangis

indrieklasseningedeeld:

• A:zeergroot;

• B:groot;

• C:aanzienlijk.

Bijhabitattypenishetrelatiefbelangbepaaldop

basisvaneengeschataandeeldatdeNeder-

landsehabitattypenbijdragenaanhettotaleop-

pervlaktevandezehabitattypen,daarbijistevens

gekekennaardebijdragevanNederlandaande

ecologischevariatieopEuropeseschaal.

RelatiefgrootaandeelindetotaleEuropese

oppervlakte:ditgeldtbijvoorbeeldvoorvochtige

alluvialebossen(zachthoutooibossen)(*H9�E0_A),...

Page 24: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

24

Bijbroedvogelsishetrelatiefbelangbepaald

opbasisvanhetaandeeldatdeNederlandse

broedpopulatieuitmaaktvandebroedpopulatie

vandeEuropeseUnie(conformderapportage

vanBirdLifeInternationalvan2004–Birdsinthe

EuropeanUnion–astatusassessment).

Bijniet-broedvogelsishetrelatiefbelanggeba-

seerdophetmaximumaantaldatgemiddeldper

seizoeninNederlandverblijft,alspercentage

vandegeschatteomvangvandevoorNederland

relevante,internationalepopulatie.

Voordeoverigesoortenisgewerktmetdebest

mogelijkeinschattingomdatdaarvoorthans

minderhardegegevensbeschikbaarzijn.

VoorhabitattypenensoortenvandeHabitatricht-

lijnisgrootbelang(klasseB)gedefinieerdalseen

aandeeltussen0,5en4%vanhetEuropesetotaal;

eenzeergrootbelangalstenminste4%(klasseA)

daarvaneneenaanzienlijkbelangalshetaandeel

hoogstens0,5%is(klasseC).

Voorbroedvogelsenniet-broedvogelsisde

volgendeindelinggehanteerd.Eengrootbelang

isdaarbijgedefinieerdalseenaandeelvan�-�5%

(deondergrensisop�%gelegdovereenkomstig

degehanteerdemethodiek),eenzeergroot

belangbijmeerdan�5%.Voorniet-broedvogels

wordttevensaangegevenofmeerdan50%van

deinternationalepopulatieinNederlandverblijft,

Zievooreenoverzichtvanhetrelatiefbelangvan

allehabitattypenensoortenbijlage9.2.

Beoordeling staat van instandhouding

Bijdebeoordelingvandestaatvaninstandhou-

dingvandehabitattypenensoorteniszoveelals

mogelijkaangeslotenbijdestoplichtenbenade-

ringzoalsdieinEU-verbandisontwikkeldten

behoevevandebestaanderapportage-verplich-

tingen.

Hierbijwordendehabitattypenensoortenopeen

aantalaspectengescoordalsgunstig(groen),ma-

tigongunstig(oranje)ofzeerongunstig(rood).

Voorhabitattypengaathetomdevolgende

aspecten:ontwikkelingent.a.v.verspreiding,op-

pervlakte,kwaliteitentoekomstperspectief.Voor

desoortenbetrefthetdeaspecten:verspreiding,

populatieomvang,leefgebiedentoekomstper-

spectief.Destaatvaninstandhoudingwordt

nadrukkelijkgerelateerdaaneengunstige

SvI beoordeling: Stoplichtbenadering

Aspecten:

Habitattypen:trendsinverspreiding,oppervlakte,

structuurenfunctieénhettoekomstperspectief

Soorten:trendsinverspreiding,populatie,leefge-

biedénhettoekomstperspectief

Scores:

Groen=gunstig,Oranje=matigongunstig

Rood=zeerongunstig,Grijs=onbekend

Rekenregels totaal score:

= Zeerongunstig:éénofmeerrood;

= Matigongunstig:éénofmeer‘oranje’

maargeen‘rood’;

= Gunstig:alles‘groenofdrie‘groen’

énéénonbekend;

= Onbekend:tweeofmeer‘onbekend’

gecombineerdmetgroen.

Tekstkader�.2.2.Beoordelingstaatvaninstandhou-

dingvolgensdestoplichtbenadering

Bijdebeoordelingvandestaatvaninstandhouding...

zoveelalsmogelijkaangeslotenbijde‘stoplichten-

benadering’zoalsdieinEU-verbandisontwikkeld...

Page 25: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

25

referentie(niveaugunstigestaatvaninstandhou-

ding).Volgensafgesprokenregelsisdetotaalsco-

rebepaald(zietekstkader�.2.2enbijlage9.2.�).

Debeoordelingvandestaatvaninstandhouding

tenbehoevevandeformuleringvandeNatura

2000doelenisgebaseerdopinventarisatie-en

monitoringsgegevens(voorzoverbeschikbaar)en

opbestexpertjudgement.Debeoordelingvande

staatvaninstandhoudingismeteengrootaantal

deskundigenenbeheerdersvandegebieden

gedaan.

Daarbijisnadrukkelijkrekeninggehoudenmet

deconditiesindeNatura2000gebieden,met

ontwikkelingeninanderelanden(bijvoorbeeld

voorvogels)énmetmogelijkeveranderingenten

gevolgevanklimaatveranderingen.

Verbeteropgaven

Voorallehabitattypenensoortenzijnopbasis

vanderesultatenvandebeoordelingvanrelatief

belangenstaatvaninstandhouding,Natura2000

opgavengeformuleerd.Dezeopgavenzijngerela-

teerdaaneeninschattingvangunstigestaatvan

instandhoudingoplandelijkniveau.

Vervolgenszijndebelangrijksteverbeteropgaven

oplandelijkniveaubijelkaargebracht.Descores

voorrelatiefbelangenstaatvaninstandhouding

zijndaarbijgehanteerd.Deverbeteropgaven

zijnvooralgeformuleerdvoorhabitattypenen

soortenwaarNederlandrelatiefbelangrijkvoor

isenwaardestaatvaninstandhoudingmatig

ongunstigofzeerongunstigis(zieparagraaf4.4).

Dezeopgavenkunnenzowelbetrekkinghebben

opeenmeeradequaatbeheeralsophetbeter

opordekrijgenvandeecologischevereisten.

Deopgavenzijnnietalleengeformuleerdvoor

afzonderlijkehabitattypenensoorten,maarook

opsamenhangendelandschappenofsystemen.

Natura 2000 doelen op landelijk niveau

Systematiek formulering Natura 2000 doelen

Habitattypen

VoordeformuleringvandeNatura2000doelen

voorHabitattypenoplandelijkniveauiseenaan-

talkeuzesgemaakt.Dedoelenzijngebaseerdop

debestmogelijkeinschatting,gemaaktmeteen

grootaantaldeskundigen,overaanwezigeop-

pervlaktes,aanwezigekwaliteitendehuidigeen

toekomstigebijdragedieeengebiedlevertofkan

leverenvoorduurzameinstandhoudingvaneen

bepaaldhabitattype.Zoiseenbeeldgevormdvan

detrendsinoppervlakteenkwaliteit,waarmee

eenbeoordelingvandestaatvaninstandhouding

isgemaakt.Bijeenongunstigestaatvaninstand-

houdingzijndedoeleninprincipeintermenvan

uitbreidingverspreiding,oppervlakteen/ofver-

beteringkwaliteitgeformuleerd,bijeengunstige

staatvaninstandhoudingintermenvanbehoud.

Hieropzijnsomsuitzonderingengemaakt,

bijvoorbeeldwanneereenherstelopgavenietrea-

listischwerdgeacht(ziehoofdstuk4.5en6).Ook

kanhetzijndatvanwegedeinstandhoudingvan

degeografischespreidingen/ofecologischevari-

atiealleeneenherstelopgavevooreenbepaald

deelvanNederlandwordtgeformuleerd.

Soorten van de Habitatrichtlijn

BijdeformuleringvandeNatura2000doelen

oplandelijkniveauvoorsoortenvandeHabita-

trichtlijnisinprincipedezelfdekeuzegemaakt

alsbijdehabitattypen.Bijeenongunstigestaat

vaninstandhoudingzijndedoeleninprincipe

intermenvanverbeteringgeformuleerd,bijeen

gunstigestaatvaninstandhoudingintermen

...bestexpertjudgement.Debeoordelingvandestaat

vaninstandhoudingismeteengrootaantaldeskundigen

enbeheerdersvandegebiedengedaan.

Page 26: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

26

vanbehoud.Hieropzijnsomsuitzonderingen

gemaakt.Zozijninsommigegevallendedoelen

kwantitatiefgeformuleerd,wanneervoldoende

actuelegegevenshiertoevoorhandenwaren

(conformdevogeldoelen).Metnamebijtrekvis-

senzijndelandelijkedoelengerelateerdaande

betekenisvanNederlandalstoegangspoortvoor

DuitslandenBelgiëendaarmeeopdesamen-

hanginhetEuropesenetwerk.

Broedvogels

Delandelijkedoelenvoorbroedvogelsgaanin

principeuitvanbehoudvanomvangenkwaliteit

vanhetleefgebiedvoorbehoudvandeactuele

populatieinNederland.Bijbroedvogelsoorten

meteenongunstigestaatvaninstandhouding

wordtdoorgaanseenherstelopgavegeformu-

leerd.Omvangenkwaliteitvanhetleefgebied

dienentewordenhersteld,zodatdepopulatie

zichkanherstellen.Dematewaarinherstelge-

wenstis,hangtmedeafvan:

• degewensteomvangvooreenduurzame

populatieintermenvanaantalparenen

aantalsleutelpopulaties;

• internationalebetekenisvandeNederlandse

populatie,metnameinEU-verband,zowel

watbetreftaantalbroedparenalswatbetreft

bijdrageaandegeografischespreiding.

Vanexplicietbelangzijndebroedvogelswaar-

voorNederlandeengrotebijdragelevertaande

EU-populatie.Daarnaastzijn,uiteenoogpuntvan

biodiversiteit,desoortenwaarvanhetvoorkomen

inNederlanddeuiterstegrensingeografische

spreidingvormt,vanextrabelang.Dezelaatste

overwegingisechteralleentoegepastbijsoorten

waarvaninNederlandeenlevensvatbarepopula-

tieaanwezigis.Hetverdwijnenvandezesoorten

uitNederlandzouimmerseenafnamevanhet

EU-areaalbetekenen.Daarbijisechterwelmee-

gewogenofsprakeisvanduurzamepopulaties.

Zieverderooktekstkader�.2.�.

Landelijke minimum populatie:

Hiermeewordtbijbroedvogelsgedoeldophet

minimaalaantalnoodzakelijkebroedparenvoor

eenduurzamelandelijkepopulatie.Essentieel

inhetvoorbestaanvandenationalepopulatieis

hetvoorhandenzijnvanvoldoendesleutelpopu-

laties.Voordemeestebroedvogelsoortenwordt

aangenomendateenaantalvan20sleutelpopu-

latieseengoedegarantieisvooreenduurzame

landelijkepopulatie.Delandelijkeminimumpo-

pulatiewordtbepaalddoorhetaantalgewenste

sleutelpopulatiesenhetminimumaantalparen

persleutelpopulatie.

Sleutelpopulatie:

Bijbroedvogelswordtdebetekenisvaneen

gebiedmedebepaalddoordeomvangvande

aanwezigebroedpopulatie.Ligtdeomvangvan

depopulatieineenbepaaldgebiedboveneen

zekerekritischaantaldanwordtgesprokenvan

eensleutelpopulatie:“Eenpopulatiewaarvande

Voordemeestebroedvogelsoortenwordtaangenomen

dateenaantalvan20sleutelpopulatieseengoede

garantieisvooreenduurzamelandelijkepopulatie.

Tekstkader�.2.�.Duurzaamheidbroedvogels

Page 27: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

27

kansopuitstervenindeeerstkomende�00jaren,

bijgelijkblijvendehabitatkwaliteitenhoeveel-

heidhabitat,minderdan5%wordtgeacht”.De

gewensteminimumomvangvaneensleutelpo-

pulatieisvooralafhankelijkvandelevensduur

vandevogels.Bijlanglevendevogels(jaarlijkse

sterfte25-�5%)bedraagtdezemeerdan20paren

(bijvoorbeeldroerdomp(A02�)),bijmiddel-lang

levendesoorten(jaarlijksesterfte�5-45%)meer

dan40paren(bijvoorbeeldgrotekarekiet(A298))

enbijkortlevendevogels(jaarlijksesterfte45-

55%)meerdan�00paren(bijvoorbeeldrietzan-

ger(A295)).

Indienbroedvogelsverspreidvoorkomenwordt

hetniveauvaneensleutelpopulatieineenspe-

cifiekgebiedvaaknietgehaald.Vaakisdanop

regionaleschaalwelsprakevaneenminofmeer

samenhangendepopulatiemetmeerderekernen

(meta-populatie),diequaomvangwelhetmini-

mumniveauvandesleutelpopulatieoverstijgt.

Niet-broedvogels

Delandelijkedoelenvoorniet-broedvogelsmet

eengunstigestaatvaninstandhoudingzijngefor-

muleerdintermenvanbehoudvandeomvangen

kwaliteitvanhetleefgebiedvoorhetbehoudvan

deactuelepopulatieinNederland.Bijdezeopga-

vewordteendraagkrachtschattinggegeveninde

vormvanseizoensgemiddeldeaantallen(gemid-

deldevan�2opeenvolgendetellingenvanjulit/m

junivanhetvolgendjaar),gemiddeldovereen

periodewaarindepopulatiestabielisenwaarin

geenredenenzijnomhetleefgebiedongunstig

tebeoordelen.Ingevallendatdebeschikbare

gegevensniettoereikendzijnvoorhetberekenen

vangemiddeldenzijnseizoensmaximagebruikt.

Vooreenaantalsoortenisditseizoensmaximum

gelijkaanhetjanuari-aantal.

Bijnietbroedvogelsoortenmeteenongunstige

staatvaninstandhoudingwordtinprincipeop

landelijkniveaueenherstelopgavegeformuleerd.

Ditbetekentdatomvangenkwaliteitvanhetleef-

gebiedoplandelijkniveauzodanigherstelddient

tewordendatdepopulatiezichkanherstellen2.

Dedraagkrachtschattinginhetlandelijkedoel

isdaarbijinprincipegebaseerdopdeomvang

vandepopulatieindejarenwaarindestaatvan

instandhoudinggunstigwas.Daaropzijnde

volgendeuitzonderingengemaakt:

• Alsdeongunstigestaatvoortkomtuiteen

matigongunstigetrend(afnamedieniet

leidttotaantallenvanminderdan75%van

degenoemdedraagkrachtschatting)en/of

eenmatigongunstigetoekomstverwachting.

Indezegevallenwordteenbehoudsopgave

geformuleerd.

• Alsvolledigherstelvandesituatieindejaren

metgunstigestaatvaninstandhoudingniet

realistischisofalsdeongunstigestaatvoort-

komtuiteenongunstigetrendinaantallenof

verminderingvandekwaliteitleefgebiedén

datvooralsnogeerstnaderonderzochtgaat

wordenofdedraagkrachtvandegebiedendie

deongunstigestaatveroorzakenzodanige(re-

delijkerwijstenemen)maatregelengenomen

kunnenwordenzodatoplandelijkniveaueen

herstelopgavegeformuleerdkanworden.

2 Ditbetekentoverigensnietperdefinitiedatvoor

allegebiedenwaarvoordesoortisaangemeld

eenherstelopgavegeldt.

Ditbetekentdatomvangenkwaliteitvanhetleefgebied

oplandelijkniveauzodanigherstelddienttewordendat

depopulatiezichkanherstellen.

Tekstkader�.2.�.Duurzaamheidbroedvogels

Page 28: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

28

Indezegevallenwordtdedraagkrachtschat-

tinginhetlandelijkdoelgebaseerdopde

aantallenineenalternatieveperiodeofop

eenrealistischeschattingvanhetaandeelvan

hetverlorenleefgebieddatherstelof

verbeterdkanworden.

• Detenemenmaatregelenomhersteltebe-

werkstelligennogomnaderestudievragen.

3.3 Proceslijn gebieden

Inleiding

Indeproceslijngebiedenisopbasisvaneenaan-

talstappentoegewerktnaardeformuleringvan

doelenopgebiedsniveau.Devolgendestappen

zijndaarbijteonderscheiden:

Focus

• Stap 1:toedelingvangebiedenaanéénvande

achtNatura2000landschappen.

• Stap 2:formulerenvankernopgavenvoordeze

landschappen.

• Stap 3:toedelingvankernopgavenaancon-

cretegebieden.

Analyse

• Stap 4:inschattinghuidigesituatie.

• Stap 5:inschattingvoorzwaarteopgave.

Synthese

• Stap 6:formulerenvangebiedsdoelen.

Deverschillendestappenomtefocussenende

stappenvandeanalyse(stoplichtbenadering)zijn

eenaantalmalenineeniteratiefprocesgezet.

Vangrofnaarfijnenvanfijnnaargrof.

Concreteproductenzijn:kernopgavenperland-

schap(hoofdstuk5),analysesperlandschap

(achtergronddocumenten)endoelenopgebieds-

niveau(vooralsnogopgenomenin�62gebieden-

documenten).

Focus

Natura 2000 landschappen (stap 1)

Omdetoekenningvandedoelenopgebiedsni-

veauhanteerbaartemakenishetNatura2000

netwerkopgedeeldinachtzogenoemdeNatura

2000landschappen(stap�).Deachtlandschap-

penonderscheidenzichduidelijktenopzichte

vanelkaarwatbetreftaardvandebijdrageaan

hetNatura2000netwerkendemeestrelevante

processen.Devolgendelandschappenzijnonder-

scheiden:

�. Noordzee,WaddenzeeenDelta;

2. Duinen;

�. Rivierengebied;

4. MerenenMoerassen;

5. Beekdalen;

6. Hogerezandgronden;

7. Hoogvenenen

8. Heuvelland.

Figuur�.�.�geefteenbeeldvandeNatura2000

gebiedeningedeeldindeachtlandschappen.

Kernopgaven (stap 2)

ElkvandezeNatura2000landschappenlevert

nuenoptermijneeneigenspecifiekebijdrage

aandeinstandhoudingvanbiodiversiteitvande

EuropeseUnie.Zondercompleettezijn,kunnen

voorbeeldsgewijsdevolgendespecifiekebijdra-

genvandelandschappengenoemdworden:

• Noordzee,WaddenzeeenDelta:leefgebied

schelpdiereters,slik-enzandplaten(H��40)en

ElkvandezeNatura2000landschappenlevertnu

enoptermijneeneigenspecifiekebijdrageaande

instandhoudingvanbiodiversiteitvandeEuropeseUnie.

Page 29: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

29

Proceslijn2:gebieden

Page 30: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�0

schorrenenziltegraslanden(H���0).

• Duinen:witteduinen(H2�20),grijzeduinen

(*H2��0)envochtigeduinvalleien(H2�90).

• Rivierengebied:stroomdalgraslanden(*H6�20)

engrasetendewatervogels.

• MerenenMoerassen:overgangs-entrilvenen

(H7�40),kranswierwateren(H��40),meren

metkrabbenscheerenfonteinkruiden(H��50)

enmoerasvogels.

• Beekdalen:blauwgraslanden(H64�0),vochtige

alluvialebossen(*H9�E0),kalkmoerassen

(H72�0)enbeekprik(H�096).

• Hogerezandgronden:oudeeikenbossen

(H9�90),drogeheiden(H40�0),zandverstui-

vingen(H2��0)endrijvendewaterweegbree

(H�8��).

• Hoogvenen:lenshoogvenen(*H7��0_A)en

kraanvogels(A�27).

• Heuvelland:eiken-haagbeukenbossen

H9�60_B),kalkgraslanden(*H62�0)enpionier-

begroeiingenoprotsbodem(*H6��0).

ElkvandezeNatura2000landschappenheeftin

meerofminderematetengevolgevandehistorie

vandebeschermingvandegebiedenendeaard

vandeligginginhetomringendelandschap

eigenspecifiekeprocessenendaarmeeverschil-

lende‘knoppenwaaraangedraaidmoetworden’

omeenmeerduurzamebeschermingvande

gebiedeneneenmeergunstigestaatvaninstand-

houdingvandevoorhetlandschapspecifieke

habitattypenensoortentegaranderen.

VoordeachtNatura2000landschappenzijnaller-

eerstopbasisvandebijdragen,debelangrijkste

verbeteropgaven,deaangewezenhabitattypen

ensoortenende‘knoppenwaaraangedraaidkan

worden’kernopgavengeformuleerd(stap2).In

dezestapisinformatieuitdeproceslijn�:niveau

vanhabitattypenensoortengebruikt.

Dekernopgavenhebbeninhetbijzonderbetrek-

kingophabitattypenensoortendiesterkonder

drukstaanen/ofwaarvoorNederlandvangroot

ofzeergrootbelangis.Dekernopgavenomvat-

tenvaakmeerderesoortenenhabitattypendieop

landschapsniveauenopgebiedsniveauomeen

samenhangendeaanpakinhetkadervanbeheer

eninrichtingvragen.Zegevendebelangrijkste

behoud-enherstelopgavenperNatura2000land-

schap.Dekernopgavenstellenprioriteiten(ook

inhetkadervandebeheersplannen)(‘richting

geven’)enbrengenovereenkomstenenverschil-

lenaantussenenbinnendegebieden.

Toedeling van kernopgaven (stap 3)

Dezekernopgavenzijnvervolgenstoebedeeldaan

alleNatura2000gebieden(stap�).Ditomde

Natura2000doelenpergebiedteconcretiseren

entefocussen.Detoedelingvandekernopgaven

geeftinfeiteaanwelkegebiedenderelatiefgroot-

stebijdrageleverenvoorderealiseringvande

landelijkedoelen.Bijdetoedelingvandekernop-

gavenisvooralbepalenddeactuelekwaliteitofde

matewaarineengebiedeenbijdragelevertofkan

leverenaanhetrealiserenvanhetlandelijkedoel.

Dezestapiszorgvuldiguitgewerkt.Detoedeling

vandekernopgavenisgebaseerdopeeninschat-

tingvandehuidigebijdragevanhetgebiedaan

devantoepassingzijndedoelenoplandelijk

niveau.Hierbijisgebruikgemaaktvanresultaten

uitproceslijn�,debeschikbareinformatieover

degebiedenuitdeskundigenbijeenkomstendie

voordatdoelzijngeorganiseerdenderesultaten

vandeanalyses.

Zegevendebelangrijkstebehoud-enherstelopgaven

perNatura2000landschap.Dekernopgavenstellen

prioriteiten(ookinhetkadervandebeheersplannen)...

Page 31: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��

Pergebiedzijninprincipevierkernopgaventoe-

bedeeld.Grotereen/ofmeergevarieerdege-

bieden,ofgebiedenmeteengedifferentieerde

bijdrageaanhetnetwerkhebbenmeerkernop-

gaventoebedeeldgekregen.Detoedeling(voor

zoverrelevantvoordesamenhanginhetNatura

2000netwerk)isgechecktopgeografischesprei-

dingbinnendelandschappenenoverNederland.

Vooreenaantalgebiedenzijnkernopgavenvan

anderelandschappentoebedeeld.

Hoevaakeenbepaaldekernopgaveistoegekend

aandiversegebiedenvarieert.Vakertoekennen

betekentnietdatdekernopgavebelangrijker

is,maarbijvoorbeelddatmeergebiedeneen

bijdragemoetenleverenomhetlandelijkedoelte

kunnenhalen.Eensterkversnipperdvoorkomen

vaneenhabitattypekanhieraantengrondslag

liggen.Voorhethabitattypeblauwgraslanden

(H64�0)geldtditbijvoorbeeld.Hetkanookzo

zijndathetgattussendehuidigesituatieenhet

Natura2000doeloplandelijkniveaugrootis.

Voordegoedeordezijopgemerktdatvooralle

habitattypenensoortenwaarvooreengebiedis

aangemeld,doelenzijngeformuleerd,ookals

zenietwordengenoemdindekernopgaven.In

degebiedendocumentenisaangegevenofeen

gebiedisaangemeldvoordegenoemdehabitat-

typenensoorten.Indienditniethetgevalis,isdit

indekernopgavezichtbaargemaakt.

Analyse – huidige situatie (stap 4)

Bijdeanalyseisdezogenoemdestoplichtbenade-

ringgehanteerd.Pergebiedenperkernopgaveis

dehuidigesituatie(inclusiefsenseofurgency)én

dezwaartevandeopgavegescoord.

Scoortdehuidigesituatiegroendanbetekent

ditdatdegewenstesituatiealisbereiktofkan

wordenbereiktmetvoorgenomenofgeplande

maatregelenopbasisvanbestaandbeleid.Oranje

betekentdatdegewenstesituatie(deels)te

bereikenisopbasisvanbestaandbeleid.Rood

betekentdatdegewenstesituatieniettebereiken

ismetbestaandbeleid.Zozijnbijvoorbeeldde

kernopgaven�.��rust-enfoerageergebieden

en�.�6diversiteitschorrenenkweldersvoorde

Oosterschelde,indewetenschapvande‘zand-

honger’roodgescoord.Eensenseofurgencyis

toegekendalsbinnennuen�0jaarmogelijkeen

onherstelbaresituatieontstaat.Deinschatting

isgemaaktdateenkernopgaveendedaaronder

liggendeverplichtingomminimaaldehuidige

waardeninstandtehouden,dannietmeerreali-

seerbaaris.Tweecategorieënzijnonder-

scheiden: =opgavem.b.t.waterconditiesen

=opgavem.b.t.beheer.

Analyse – zwaarte van de opgave (stap 5)

Dezwaartevandeopgavegeeftintijd,geld,

schaalenmaatschappelijkdraagvlakaanhoe

grootdeafstandistussendehuidigesituatie

endegewenstesituatie.Ookdezwaartevande

opgaveisindekleurengroen,oranjeenroodge-

scoord.Dezeanalyseisondermeergebaseerdop:

• bijeenkomstenmetdeskundigenenbeheer-

ders;

• eenquickscanvanhetKIWAbetreffendehui-

digekwaliteitvandehabitattypen,dehuidige

waterconditiesendezwaartevandeopgave

omtotdegewenstewaterconditiestekomen

(zietekstkader�.�.�.);

• achtergronddocumentenvoordeNatuurbalans

2005vanhetMilieu-enNatuurplanbureau;

• trendberekeningenvanvogelaantallendoor

SOVON.

....maarbijvoorbeelddatmeergebiedeneenbijdrage

moetenleverenomhetlandelijkedoeltekunnenhalen.

Eensterkversnipperdvoorkomen...

Page 32: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�2

Deresultatenvanstap4en5wordenafzonderlijk

gepubliceerdopinternet.Inhoofdstuk5vandit

documentwordtalleenaangegevenofersprake

isvaneenwateropgaveen/ofsprakeisvaneen

senseofurgencym.b.t.beheerofwatercondities.

Synthese – gebiedsdoelen (stap 6)

Opbasisvandestappenfocusenanalysezijn

indesynthese(stap6)degebiedsdoelengefor-

muleerd.Voorallehabitattypenensoortenzoals

opgenomenindeNatura2000databases2004

iseendoelgeformuleerdintermenvanbehoud

en/ofverbetering.Bijvoorbeeldbehoudvanop-

pervlakte,uitbreidingvanoppervlakteofaantal-

lenen/ofbehoudofverbeteringvandekwaliteit

vanhethabitattypeofleefgebied.

Voorhabitattypenensoortenvallendonder

éénvandekernopgavenzijndoorgaansdoelen

geformuleerdintermenvanuitbreidingen/of

verbetering.Vooreennaderetoelichtingopdeze

begrippenwordtverwezennaarhoofdstuk5.

Daarbijisnadrukkelijkrekeninggehoudenmetde

noodzakelijkeinspanningenomdegewenstesitu-

atietebereiken.Opeengebiediseenhogerdoel

neergelegdalshetgebiedeengrotepotentie

heeftvoorbepaaldehabitattypenofsoortenen

errelatiefweiniginspanningvereistisomdatho-

geredoeltehalen.Opeengebiedmetdezelfde

potentiemaarwaarvoorderealiseringdaarvan

eengrotereinspanningnodigis,iseenlagerdoel

neergelegd.

Concreetbetekentdit,datvooreenhabitattypeof

eensoortderelatiefgrootstebijdragekomtvan

eengebiedwaarnudeecologischevereistenhet

bestopordezijn,dehuidigerelatievebijdrage

grootisofdatdepotentiëlerelatievebijdrage

grootisenoptermijndeecologischevereisten

relatiefmakkelijkopordetebrengenzijn.Op

dezewijzeishandenenvoetengegevenaande

volgendehoofdlijnenuitdeNatura2000contou-

rennotitie:�.maximaalaansluitenbijnationale

beleid,2.haalbareenbetaalbaredoelstellingen.

Dedoelenvoorhabitattypenensoortenzijno.a.

tengevolgevanverschilleninbeschikbareinfor-

matieenigszinsvanelkaarverschillend.Dedoe-

lenvoorvogelsnoemenconcreteaantallen.Voor

dehabitattypenendemeesteoverigesoortenis

datopditmomentnietmogelijk.Ditlaatonverlet

datopbasisvandegehoudenconsultatiebijeen-

...hogerdoelneergelegdalshetgebiedeengrote

potentieheeftvoorbepaaldehabitattypenofsoorten

enerrelatiefweiniginspanningvereistis...

Aanpak KIWA

PerNatura2000gebiedisdekansrijkdomvan

habitattypenbeoordeeldopbasisvandeknel-

puntenenkansenanalysevanhabitattypenvan

KIWA/EGG.Gekekenisnaardepotentiesvoorhet

realiserenvanvoorlopigeinstandhoudingsdoelen

voordegebieden.Deactueleenpotentiëlekwali-

teitisbepaald(klassengoed,matig,afwezigmaar

metpotentievoorontwikkeling).Bijhetactuele

enpotentiëlevoorkomenvandehabitattypen

iseeninschattinggemaaktvanhetoppervlakte

goedenmatigontwikkeldevormen.Voorditcon-

ceptzijndezeinschattingenvoorlopigenslechts

vooreendeelvandegebiedengebaseerdop

kwantitatieveinformatieuitvegetatiekarteringen.

Depotentievoorhetrealiserenvandeinstand-

Tekstkader�.�.�.AanpakKIWA

Page 33: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��

komstenenraadplegingvandeskundigenenter-

reinbeheerderseenduidelijkbeeldbeschikbaar

isvanderelatievebijdragedieconcretegebieden

leverenaanconcretehabitattypen.

Bijvogelsiswatbetreftdeaantallengebruik

gemaaktvanmeerrecenteinformatie.De

gebiedsdoelenzijnzowelgebaseerdopcijfers

overderelatievebijdragevangebiedeninde

internationaleennationalepopulatiealsop

informatieoverdeaantaltrends(draagkracht)in

degebieden(zietekstkaders�.�.2en�.�.4).De

doelenvoorbroedvogelszijngeformuleerdals

behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievantenminstexx

parenofalsuitbreidingomvangen/ofverbete-

ringkwaliteitleefgebiedmeteendraagkracht

vooreenpopulatievantenminstexxparen.In

detoelichtingophetdoelwordtaangegevenof

hetgebiedvoldoendedraagkrachtheeftvooreen

sleutelpopulatieofdathetgebiedeenbijdrage

levertaaneensleutelpopulatie.

Dedoelenvoorniet-broedvogelszijngeformu-

leerdalsbehoudomvangenkwaliteitleefgebied

ofalsuitbreidingvanomvangen/ofverbetering

houdingsdoelenisingeschatinvierklassen:laag,

matig,hoogenzeerhoog.Indeklassenzeer

hoogvallendegebiedenmeteengoedepotentie

vooreensterkeuitbreidingvanhetoppervlakte.

Ineenaantalgebiedenhangtdepotentieafvan

oferwelofnietwordtherbegrensd.Debeno-

digdeinspanningvoorhetrealiserenvanhet

instandhoudingsdoelisingeschatvoordemaat-

regelenbinnenenbuitenhetNatura2000gebied

voordebeleidsterreinengrondwater,oppervlak-

tewaterenbeheer.Dezwaartevandeinspanning

wordtbepaalddoorgroteknelpuntenmetde

zwaarsteinspanning.Zulkeknelpuntenmoeten

wordenopgelostomhetgebiedsdoeltebereiken.

kwaliteitvanhetleefgebied,waarbijmeteen

getalwordtaangegevenhoeveelvogelsdit

leefgebiedgemiddeldhuisvest(draagkrachtschat-

ting).Omdathetaantalvogelsnietaltijdalleen

doorplaatselijkeomstandighedenwordtbepaald

staathetleefgebiedinhetdoelcentraalenishet

aantalvogelsopzichzelfnietafrekenbaar(zieook

tekstkader5.�.�).Zomogelijkisdedraagkracht-

schattingberekenduitmaandelijksetellingen

perseizoen(seizoensgemiddelde:julit/mjuni

vanhetdaaropvolgendejaar),gemiddeldoverde

periode�999/2000-200�/2004,of,bijeenongun-

stigestaatvaninstandhouding,overeennader

gespecificeerdeperiode.Alsgeenmaandelijkse

tellingenbeschikbaarwaren,zijnjanuari-tellingen

ofseizoensmaximagebruikt(ditwordtexpliciet

weergegeveninhetdoel).Bijniet-broedvogels

wordtonderscheidgemaakttussenslaapplaats-

functiesenfoerageerfuncties.Ditwordtaange-

duidindetoelichtingophetdoel.Bijganzen,die

ingroteaantallenbuitendeNatura2000gebie-

denfoerageren,wordtvoorgebiedendiezowel

eenslaapplaatsfunctiealseenfoerageerfunctie

hebbenmettweegetallenindedoelengewerkt.

Degetallenvoordeslaapplaatsfunctiezijnin

Omdathetaantalvogelsnietaltijdalleendoor

plaatselijkeomstandighedenwordtbepaaldstaat

hetleefgebiedinhetdoelcentraal...

Tekstkader�.�.�.AanpakKIWA

Page 34: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�4

Vooreenaantalkustbroedvogelsisgezienhetsterk

wisselendvoorkomenvandesoortengekozenvoorde

formuleringvanregiodoelen.

Broedvogels – stappen bij formulering gebieds-

doelen:

Uitgangspunt:hetgebiedisaangemeldvooreen

bepaaldesoort,ditbetekentdatsoorténleefge-

biedaldaarbehoudenmoetworden.

Stap 1: inzicht in aantalontwikkeling (trend):

Hierbijwordtgekekennaardeontwikkeling

vandepopulatiesinds�980.Voordevisetende

kustvogelsenderoofvogelsisgekekennaarde

periodedaarvoor.Ditheefttemakenmetsterke

teruggangvandepopulatiesna�980t.g.v.gifstof-

feninhetmilieu.

Stap 2: bepaling draagkracht:

Opbasisvandetrendendemogelijkefactoren

daaropvaninvloedwordtdedraagkrachtvaneen

gebied(hetaantalparendateengebiedopbasis

vanomvangenleefgebiedconditieskanherber-

gen)bepaald.Meestalisdathetmaximaleaantal

vastgesteldeparenovereenintervalvanenkele

jarengedurendedeperiode�980-200�(‘histori-

schepotentie’).

Stap 3: vaststellen doel op gebiedsniveau:

• Herstel:

- alsdetrendnegatiefisen‘historische

potentie’realistischwordtgeachtendete

nemenmaatregelenalsrealistischworden

ingeschat.

• Behoud:

- als‘historischepotentie’nietmeerhaal-

baarwordtgeachtopgrondvanfactoren

dietengrondslagliggenaannegatieve

trend;

- bijstijgendeenstabielelokaletrend.

Stap 4: ‘optellen’ van doelen op gebiedsniveau:

Wanneerhettotaalvandedoelenopgebiedsni-

veau,verhoogdmethetaandeelbroedparendat

buitendeNatura2000gebiedenbroedt,nogdui-

delijkbenedenhetlandelijkedoelis,danisaan

andereNatura2000gebieden(‘complementaire

doelen’)ookeendoelvoordebetreffendesoort

toegekend.Vooreenaantalkustbroedvogelsis

gezienhetsterkwisseldenvoorkomenvande

soortengekozenvoordeformuleringvanregio-

doelen.Ditgeldtondermeervoordezwartkop-

meeuw(A�76)endebontbekplevier(A��7).

Tekstkader�.�.2.Stappenbijdeformuleringvangebiedsdoelenvoorbroedvogels

Page 35: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�5

deregelgebaseerdoptellingenuitdeperiode

�999/2000-200�/2004(seizoensmaxima)�.

Complementaire doelen

Voordemeestehabitattypenensoortenkan

hetlandelijkdoelgerealiseerdwordenmetde

gebiedsdoelenzoalsgebaseerdopdeaanmeldin-

genbijdeEuropeseCommissie.Vooreenaantal

soortenenhabitattypendragende‘voorkomens’

buitendeNatura2000gebiedenbijaanderea-

liseringvanhetlandelijkdoel.Vooreenbeperkt

aantalhabitattypenensoortenisomeenaantal

redenenervoorgekozendoelenopbasisvanar-

tikel�0a,lid�vandeNatuurbeschermingswette

formuleren.Eenvanderedenenisomdeopgave

tefocussenophetNatura2000netwerkopdat

eenzominimaalmogelijkeopgavevoordereali-

seringvandelandelijkedoelenbuitenhetNatura

2000netwerkwordtgelegd.Hetbetreftmet

namehabitattypenensoortenwaarvoorNeder-

landeenbijzondereverantwoordelijkheidheeft

watbetreftrelatiefbelangendematewaarinde

habitattypenensoortenonderdrukstaan.

Voordeformuleringvandezecomplementaire

doelenwordentweecategorieënonderscheiden:

• Categorie�:Voorsoortenenhabitattypenmet

eenzeerongunstigestaatvaninstandhouding

énvoorsoortenenhabitattypenmeteen

lagelandelijkedekkingen/ofonvoldoende

geografischespreidingzijnHabitatrichtlijn-

doelentoegekendaanVogelrichtlijngebieden

énVogelrichtlijndoelenaanHabitatrichtlijn-

gebieden.

• Categorie2:Voorsoortenenhabitattypenmet

eenzeerongunstigestaatvaninstandhouding

waarvoorinconcretegebiedengoedekansen

aanwezigzijnvoordevestigingvaneenpopu-

latieofdeontwikkelingvaneenhabitattype

zijncomplementairedoelengeformuleerd.

DezedoelenzijnalleentoegekendaanHabita-

trichtlijngebieden.Hetbetreftontwikkeldoelen.

Intekstkader�.�.�isaangegevenvoorwelke

soortenenhabitattypendezecomplementaire

doelenzijngeformuleerd.

Metbehulpvandezeinstandhoudingsdoelen,die

overigensmetdegrootstmogelijketerughou-

dendheidzijngeformuleerd,isderealiseringvan

delandelijkedoeleninvoldoendemategewaar-

borgd.Dezedoelenmakenvolwaardigonderdeel

uitvandeaanwijzingsbesluiten,zewordenechter

nietaangemeldbijdeEuropeseCommissie.Wel-

lichttenovervloedezijopgemerktdatdeNatura

2000standaardformulierenzozijnopgebouwd

datweldeinformatieoverVogelrichtlijnwaarden

inHabitatrichtlijngebiedenenvisaversagemeld

wordt,ditbetekentechternietdatsprakeisvan

aanmelding.

Ten gunste formulering

Dedoelenwordeninprincipeinomvang,

ruimteentijdnaderuitgewerktindeNatura

2000beheersplannen.Inhetalgemeengeldt

datvoldoenderuimteindegebiedenaanwezig

isomdegeformuleerdedoelenterealiseren.

Ineenbeperktaantalsituaties,metnamein

Vooreenaantalsoortenenhabitattypendragende

‘voorkomens’buitendeNatura2000gebiedenbijaande

realiseringvanhetlandelijkdoel.

� Alsgetallenuitminderdanvijfvandezesei-

zoenenbeschikbaarwarenzijnzomogelijkook

getallenuit2004/2005en2005/2006gebruikt.Als

slechtsééngetalbeschikbaarwas,isgeenwaarde

inhetdoelgenoemd.Deomvangvandeslaap-

plaatsfunctiekaninhetkadervanNatura2000

beheersplannenverderwordenuitgewerkt.

Page 36: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�6

Niet-broedvogels – stappen bij formulering

gebiedsdoelen:

Uitgangspunt:hetgebiedisaangemeldvoor

eenbepaaldesoort,ditbetekentdatsoortén

leefgebiedaldaarbehoudenmoetenworden.

Omdatniet-broedvogelsookgestuurdworden

doorontwikkelingeninanderegebiedeniseen

lokaleafnamenietinallegevallengekoppeld

aaneenverslechteringvanhetleefgebied.

Stap 1: inzicht in aantalontwikkeling (trend):

hierbijwordtzomogelijkgekekennaar

maandgemiddeldenperseizoen(gemiddelde

vanmaandelijksetellingenvanjulit/mjunivan

hetvolgendjaar)eneendaardoorberekende

trend.Voortrendbeoordelingwordtgebruik

gemaaktvantrendsindeontwikkelingvande

populatieoverdelaatstetienjaarenovereen

zolangmogelijkeperiodevanaf�980/�98�.

Stap 2: bepaling draagkracht:Pergebiedwordt

eenopgavegeformuleerd,meteenindicatie

vandegewenstedraagkrachtinaantallen

vogels.

Soorten:H�0�6zeggekorfslak,H�082gestreeptewater-

roofkever,H�095zeeprik,H�099rivierprik,H��0�fint,

H��06zalm,H���4bittervoorn...

Complementaire doelen

Categorie 1:

Habitattypen:H���0_Bschorrenenzilte

graslanden(binnendijks),H��50merenmet

krabbenscheerenfonteinkruiden,H�260_B

bekenenrivierenmetwaterplanten(grote

fonteinkruiden),H�270slikkigerivieroevers,

*H6�20stroomdalgraslanden,H64�0blauw-

graslanden,H7�40overgangs-entrilvenen,

*H9�EOvochtigealluvialebossen,H9�F0droge

hardhoutooibossen.

Soorten:H�0�6zeggekorfslak,H�082ge-

streeptewaterroofkever,H�095zeeprik,H�099

rivierprik,H��02elft,H��0�fint,H��06zalm,

H���4bittervoorn,H��45grotemodderkruiper,

H��66kamsalamander,H���8meervleermuis,

H���7bever,*H��40noordsewoelmuis,H�90�

groenknolorchis.

Broedvogels:A02�roerdomp,A022woudaap,

A�5�watersnip,A�97zwartestern,A275

paapje,A277tapuit,A292snor,A298grote

karekiet,A��8grauweklauwier.

Categorie 2:

Habitattypen:H64�0blauwgraslanden,*H7��0

actievehoogvenen,H72�0kalkmoerassen;

Soorten: H�0�7gaffellibel,H�042gevlekte

witsnuitlibel,H�059pimpernelblauwtje,H�06�

donkerpimpernelblauwtje.

Tekstkader�.�.�.Habitattypenensoortenwaarvoorcomplementairedoelenzijngeformuleerd

Page 37: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�7

Voorsoortendiegeenlandelijkeherstelopgave

hebbenisdedraagkrachtschattinggebaseerd

ophetgemiddeldevandeseizoensgemiddel-

denvan�999/2000t/m200�/2004.Indetoelich-

tingwordendantweeoptiesaangegeven:

�. Behoudvandehuidigesituatieisvoldoende

geziendelandelijkestaatvaninstandhou-

ding(bijgunstigestaat).

2. Behoudvandehuidigesituatieisvoldoen-

de,oplandelijkniveauisgeenherstelop-

gavegeformuleerd.

Bijsoortenmeteenlandelijkongunstigestaat

vaninstandhoudingwordtvastgesteldofpro-

cesseninhetgebiedhebbenbijgedragenaan

dezelandelijkestaat;

�. Zoniet,dangeldtdehiervoorbeschreven

benadering.Indetoelichtingstaatdan:be-

houdvandehuidigesituatieisvoldoende,

dewaarschijnlijkeoorzaakvandelandelijk

ongunstigestaatvaninstandhoudingisniet

gelegeninditgebied.

2. Alshetgebiedweleenrolheeftgespeeld

bijhetbereikenvandelandelijkongunstige

staat,eneenherstelopgaveaanhetgebied

wordttoegekend,wordtzomogelijkmet

trendgegevensengebiedskenniseen

periodegedefinieerdwaarindesituatie

lokaaldanwellandelijkgunstigwas,

waarnadegemiddeldeaantallenindezepe-

riodealsdraagkrachtindicatiedienenbijeen

herstelopgave.Indetoelichtingstaatdande

periodevermeldwaaroverdedraagkrachtin-

dicatieisberekend.

�. Tevenswordteeninschattinggemaaktofde

tenemenmaatregelenbekendofrealistisch

zijn.Afhankelijkdaarvankaninvoorko-

mendesituatieseenbehoudsdoelen/ofeen

studieopgavewordengeformuleerd.

hetNatura2000landschapRivierengebieden

Duinenisgewerktmetzogenoemdetengunste

formuleringen.Daarbijisaangegevendatvoor

eenbepaaldesoortofhabitattypeenigeafname

istoegestaantengunstevananderesoorten

ofhabitattypendiesterkonderdrukstaanen

waarvoorinhetconcretegebieddoelenin

termenvanuitbreidingomvangleefgebiedof

uitbreidingoppervlaktezijngeformuleerd.Voor

desmient(A050)isbijvoorbeeldaangegevendat

enigeachteruitgangistoegestaantengunstevan

dehabitattypenstroomdalgraslanden(*H6�20),

glanshaver-envossenstaarthooilanden(H65�0),

vochtigealluvialebossen(*H9�E0)ofdrogehard-

houtooibossen(H9�F0)ofdebroedvogelsoorten

porseleinhoen(A��9)ofkwartelkoning(A�22).

Dezevormvan‘richtinggeven’isslechtsineen

beperktaantalsituatiesnodigenisgeziende

filosofievan‘ruimtelaten’zoterughoudendals

mogelijktoegepast.Alleenindiesituatieswaar

ditgeziendelandelijkestaatvaninstandhouding

engeziendegeformuleerdelandelijkedoelen

striktnodigis.

Ineenbeperktaantalsituaties,m.n.inhetNatura2000

landschapRivierengebiedenDuinenisgewerktmet

zogenoemdetengunsteformuleringen.

Tekstkader�.�.4.Stappenbijdeformuleringvangebiedsdoelenbijniet-broedvogels.

Page 38: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�8

Page 39: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�9

Indithoofdstukwordenderesultatenvandepro-

ceslijn�.habitattypenensoortengepresenteerd,

omvattendedescoresvoorrelatiefbelang,beoor-

delingstaatvaninstandhouding,debelangrijkste

verbeteropgavenendeNatura2000doelenop

landelijkniveau.

4.1 Inleiding

Dezeinleidinggeeftinhetkortaanwatdepro-

ductenvanproceslijn�:habitattypenensoorten

zijn.

InhethoofdstukNatura2000opgavenendoelen

staateenaantalresultatenvandeproceslijnhabi-

tattypenensoorten.

Achtereenvolgenskomenaandeorde:

• Bepalingvanrelatiefbelang(paragraaf4.2).

• Beoordelingstaatvaninstandhouding(para-

graaf4.�).

• Belangrijksteverbeteropgaven(paragraaf4.4)

én

• Natura2000doelenoplandelijkniveau(para-

graaf4.5).

Deresultatenvandeeerstestapvandeproceslijn

habitattypenensoortenstaaninhetNatura2000

profielendocument(gepland 3e kwartaal 2006)

4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

Indezeparagraafwordteenbeeldgeschetstvan

hetrelatiefbelangvanNederlandinEuropees

verband.Eencompleetbeeldisopgenomenin

bijlage9.2.

Inleiding

IndeNatura2000contourennotitieisopgeno-

mendathetrelatiefbelangvanNederlandvoor

habitattypenensoortenéénvandehoofdlijnenis

bijdeformuleringvandeNatura2000doelen.Zo

geefthoofdlijn4aandatbijdeformuleringvan

dedoeleneenhogereinzetwordtnagestreefd

voorsoortenenhabitattypenwaarNederlandre-

latiefbelangrijkervooriseneveneensvoorsoor-

tenenhabitattypendiesterkonderdrukstaan.In

paragraaf�.2isingegaanopdemethode.Indeze

paragraafwordteenbeeldgeschetstvanhetre-

latiefbelangvanNederlandinEuropeesverband.

Zieookbijlage9.2vooreencompleetbeeld.

...eenhogereinzetwordtnagestreefdvoorsoortenen

habitattypenwaarNederlandrelatiefbelangrijkervooris

eneveneensvoor...diesterkonderdrukstaan.

Relatiefbelang

Staatvaninstandhouding

Belangrijksteopgaven

Hoofdstuk 4

Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau

Page 40: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

40

Relatief belang per Natura 2000 landschap

AlleNatura2000landschappenhebbenhabitatty-

penen/ofsoortenvanzeergrootrelatiefbelang.

Enkelevoorbeeldenzijn:

• Noordzee, Waddenzee en Deltagebied:

permanentoverstroomdezandbanken

(Noordzee-kustzone)(H���0_B)enpermanent

overstroomdezandbanken(getijdengebied)

(H���0_A),slik-enzandplaten(getijdengebied)

(H��40_A)engrotestern(A�9�).

• Duinen:grijzeduinen(kalkrijk)(*H2��0_A)en

grijzeduinen(heischraal)(*H2��0_C),groenk-

nolorchis(H�90�)ennauwekorfslak(H�0�4).

• Rivierengebied:stroomdalgraslanden

(*H6�20),glanshaver-envossenstaarthooilan-

den(H65�0)enkuifeend(A06�).

• Meren en moerassen:overgangs-entrilvenen

(H7�40),grotevuurvlinder(H�060)enkleine

zwaan(A0�7).

• Beekdalen:blauwgraslanden(H64�0).

• Hogere zandgronden:heischralegraslanden

(*H62�0)endrijvendewaterweegbree(H�8��).

• Hoogvenen:herstellendehoogvenen(H7�20).

• Heuvelland:kalkgraslanden(*H62�0).

DelandschappenNoordzee,WaddenzeeenDel-

tagebied;RivierengebiedenMerenenMoerassen

herbergendemeestesoortenenhabitattypen

dierelatiefbelangrijkzijn.Ditislogischgezien

deliggingvanNederland.Ditlaatonverletdat

alleNatura2000landschappeneenessentiële

bijdrageleverenaanhetEuropesenetwerk.

Relatief belang habitattypen en soorten

OndankshetgeringeoppervlakisNederlandin

Europesecontextvooreenaantalhabitattypenen

(vogel)soortenvanzeergrootrelatiefbelang.De

aantallenniet-broedvogelswaarvoorNederland

vanzeergrootbelangisspringeneruit.Hetrela-

tiefbelangvandesoortenvanbijlageIIenvande

broedvogelskomtmetelkaarovereen:ongeveer

eenkwartscoortindecategoriezeergroot.

Figuur4.2.�.geefteenbeeldvandeverdelingvan

descoresoverdeverschillendeklassenvoorrela-

tiefbelangvoorhabitattypenen(vogel)soorten.

Inbijlage9.2isvoorallehabitattypenensoorten

aangegevenwelkescoreszijntoegekend.

Habitattypen

Voorongeveerdehelftvandehabitattypenis

Nederlandvanzeergrootbelang.Dithangtdeels

samenmethetcriteriumecologischevariatieen

deelsmethetcriteriumrelatiefgrootaandeelin

Europa.Voorbijvoorbeelddevolgendehabitatty-

penisditvantoepassing:slik-enzandplaten(ge-

tijdengebied)(H��40_A),ziltepionierbegroeiin-

gen(zeekraal)(H���0_A),grijzeduinen(kalkrijk,

*H2��0_Aenheischraal,*H2��0_C),zandverstui-

vingen(H2��0),zwakgebufferdevennen(H���0),

vochtigeheiden(H40�0),*stroomdalgraslanden

(*H6�20),blauwgraslanden(H64�0),heischrale

graslanden(*H62�0),overgangs-entrilvenen

(H7�40)englanshaver-envossenstaartgraslanden

(H65�0).

Soorten

VoorbijlageIIsoortenalsgrotevuurvlinder

(H�060),noordsewoelmuis(*H��40),nauwekorf-

slak(H�0�4),tonghaarmuts(H��87),drijvende

waterweegbree(H�8��)engroenknolorchis

(H�90�)isNederlandvanzeergrootbelang.Ver-

dervoordevissoortenbittervoorn(H���4),grote

modderkruiper(H��45)enkleinemodderkruiper

AlleNatura2000landschappenhebbenhabitattypen

en/ofsoortenvangrootofzeergrootrelatiefbelang.

Page 41: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

4�

(H��49).DaarentegenisNederlandvooreen

soortalsdegeelbuikvuurpad(H��9�)vanminder

belang(scoreC:aanzienlijk).

Broedvogels

WatbetreftbroedvogelsisNederlandvoor

eenbeperktaantalbroedvogelsvanzeergroot

belang.Dezescoreisenerzijdsgebaseerdophet

aandeeldatdeNederlandsepopulatieheeftin

detotaleEU-populatieheeftenanderzijdsopde

liggingvanNederlandinhetEuropeseversprei-

dingsgebied.

Broedvogelswaarvaneenaanzienlijkdeelvande

EU-populatieinNederlandbroedt,zijnkustbroed-

vogelsenmoerasvogels.

Vanuithetoogpuntvanhetbehoudvanareaalin

Europazijnookdesoortenvanbelangwaarvoor

hetNederlandsebroedgebieddezuidelijkeofde

noordelijkeuitlopervanhetareaalvormt.Aande

zuidgrensvandeEuropeseverspreidingbevinden

zichdenoordsestern(A�94)eneider(A06�)en

aandenoordgrensstrandplevier(A��8)enrood-

borsttapuit(A276).Voorenkelemoerasvogels

vormthetvoorkomeninNederlandeenrelatief

Zeer groot

Groot

Aanzienlijk

40

35

30

25

20

15

10

5

0Bijlage I

habitattypenBijlage IIsoorten Broedvogels

Niet-broedvogels

Figuur4.2.�.Scoresrelatiefbelangvoorhabitattypenen(vogel)soorten

Broedvogelswaarvaneenaanzienlijkdeelvande

EU-populatieinNederlandbroedt,zijnkustbroedvogels

enmoerasvogels.

Page 42: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

42

Hoofdlijn�steltdatinbeginseldebestaandekwaliteit

enomvanginNederlandeninconcretegebiedente

handhavenisénwaarnodigineengunstigestaat...

geïsoleerdevoorpostinhetareaal:ditgeldtvoor

lepelaar(A0�4),purperreiger(A029),grotezilver-

reiger(A027)enwoudaap(A022).

Niet-broedvogels

Deniet-broedvogelszijnvoorhetovergrotedeel

vanzeergrootrelatiefbelang.Deelsvolgtdituit

desystematiekvandeselectievandeVogel-

richtlijngebieden.Immersalleengebiedenmet

meerdan�%vandeinternationalepopulatievan

eensoortzijnaangewezen.Maardaarnaastis

Nederlandvangrootinternationaalbelangvoor

trekkendewatervogels,geziendestrategische

liggingopdetrekroutesendeaanwezigheidvan

voedselrijkewaterenenintergetijdengebieden,

diemindersneldichtvriezen.

Nederlandishetbelangrijkstevoordegrasetende

watervogels(inhetbijzonderganzen),gevolgd

doorsteltlopers.Vooreenaantalsoorten,gro-

tendeelsuitdezecategorieën,ishetvanbelang

vanNederlandzogrootdatmeerdandehelftvan

deinternationalepopulatiehierjaarlijksverblijft.

Datgeldtvoorkleinezwaan(A0�7),kleineriet-

gans(A040),kolgans(A04�),dwerggans(A042),

grauwegans(A04�),brandgans(A045),smient

(A050),krakeend(A05�),slobeend(A056)en

rossegrutto(A�57).

4.3 Staat van instandhouding habitattypen en

soorten

Indezeparagraafwordtdoordeoogharenheen

eenbeeldgeschetstvandestaatvaninstandhou-

dingvandehabitattypenensoortenwaarvoor

Nederlandeenverplichtingisaangegaan.Een

meergedetailleerdoverzichtisopgenomenin

bijlage9.2.Eenverderetoelichtingopdebe-

oordelingvandestaatvaninstandhoudingiste

vindenindeNatura2000profielen.

Inleiding

Beoordelingvanstaatvaninstandhoudingis

nodigvoordeformuleringvandeNatura2000

doelen.Erzijnraakvlakkenmeteenaantal

hoofdlijnenuitdeNatura2000contourennotitie

voordeformuleringvandedoelen.Hoofdlijn�

steltdatinbeginseldebestaandekwaliteiten

omvanginNederlandeninconcretegebiedente

handhavenisénwaarnodigineengunstigestaat

vaninstandhoudingistebrengen.Hoofdlijn4

betreftdehogereinzetvoorsoortenenhabitat-

typenwaarNederlandrelatiefbelangrijkervoor

isendiesterkonderdrukstaan.Verderheeftde

beoordelingvandestaatvaninstandhouding

belangrijkeinformatieopgeleverdoverhet

perspectiefvanhabitattypenensoortenopde

langeretermijnbinnenNederland(hoofdlijn5

en6).

DeEU-lidstatenzijndeverplichtingaangegaan

omallemaatregelentenemen,dienodigzijn

omeengunstigestaatvaninstandhoudingvan

soortenenhabitattypenvancommunautair

belangterealiseren.VoorNederlandbetrefthet

5�habitattypen,95vogelsoortenen�6soorten.

Voordegoedeordezijopgemerktdatdeindit

documentbehandeldesoortendezogenoemde

bijlageIIsoortenbetreft.Ookvoordesoorten

vanbijlageIVvandeHabitatrichtlijngeldtdat

Nederlanddeverplichtingisaangegaanvoorde

realiseringvaneengunstigestaatvaninstand-

houding.Dezesoortenvallenechterbuitenhet

bestekvanNatura2000.

Page 43: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

4�

...verantwoordelijkheidvoor5�habitattypen.Bijde

selectievandegebiedenénbijhetformulerenvande

Natura2000doelenisgewerktmetsubtypen.

Staat van instandhouding habitattypen

Nederlandheefteenverantwoordelijkheidvoor

5�habitattypen.Bijdeselectievandegebieden

énbijhetformulerenvandeNatura2000doelen

isgewerktmetsubtypen.Intotaalbetrefthet7�

(sub)typen.Momenteelbevindt�2%vandehabi-

tattypenzichineengunstigestaatvaninstand-

houding,voor54%isdestaatmatigongunstig

envoor�4%zeerongunstig.Figuur4.�.�.geeft

eenbeeldvandescoresvandeverschillende

klassenvandestaatvaninstandhoudingvoorde

habitattypenperNatura2000landschap.Voor

eencompleetoverzichtziebijlage9.2.

Relatiefgoed(scoregunstig)gaathetmetde

struwelenenmetdepionierbegroeiingen.De

eerstegroepheeftinonslandeenrelatiefgrote

oppervlakte.Erligtweleenherstelopgavevoor

dekwaliteit,vooralwatbetreftdeaandezesyste-

menverbondenfauna.Pionierbegroeiingen,die

relatiefeenvoudigteherstellenentecreërenzijn,

hebbenalgeprofiteerdvanrecenteherstelmaat-

regelen,bijvoorbeeldlangsdegroterivieren.Dit

laatonverletdatzezowelwatbetreftkwaliteitals

oppervlaktenogmatigongunstigscoren.Onge-

Gunstig

Matig ongunstig

Zeer ongunstig

0

24

20

16

12

8

4

NWD

Duinen

Rivie

rengeb

ied

Mer

en e

n Moer

asse

n

Beek

dalen

Hogere

zandgro

nden

Hoogvenen

Heuve

lland

Figuur4.�.�.StaatvaninstandhoudinghabitattypenperNatura2000landschap

Page 44: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

44

...habitattypen,zoalskranswierwateren(H��40),

merenmetkrabbenscheerenfonteinkruiden(H��50),

tevensbelangrijkeleefgebiedenvoorvogelsenvissen.

veerdehelftvandehabitattypenindeduinen,

zoalso.a.kruipwilgstruwelen(H2�70),duindoorn-

struwelen(H2�60),embryonaleduinen(H2��0)

enduinbossen(droog)(H2�80_A)verkeertin

eengunstigestaatvaninstandhouding.Ditlaat

onverletdaterinbepaaldedelenvanNederland

tekortenkunnenzijn.Detoestandvandezoge-

noemdegrijzeduinen(*H2��0)(prioritairtype

éntypewaarvoorNederlandrelatiefbelangrijkis)

iszeerongunstigtengevolgevanhetwegvallen

vanbegrazing(epidemieonderdekonijnen)en

vermesting.

Matig ongunstigscorenonderanderedehabitat-

typenvanzoetewateren,bossenenheiden.De

laatstedecenniahebbenbossenzichopruime

schaalspontaankunnenontwikkelen,waardoor

zequaoppervlaktegunstigscoren.Hetbeeldvan

destructuurenfunctie(endedaaraangekop-

peldesoortensamenstelling)ismindergunstig.

Hierligteenduidelijkeherstelopgave(aandachts-

puntvoorbeheer).Ookvoordezoetewateren

geldtdatNederlandeenrelatiefgrootoppervlak

heeft,maardatdesoortensamenstellingniet

optimaalis.Hetbetrefthabitattypen,zoalskrans-

wierwateren(H��40),merenmetkrabbenscheer

enfonteinkruiden(H��50),tevensbelangrijke

leefgebiedenvoorvogelsenvissen.

Zeer ongunstigscorendehoogveneneneenaan-

talhabitattypenvanzoutewateren.Drogeheiden

(H40�0)scorenzeerongunstigopbasisvande

huidigekwaliteit(structuurenfunctie).Verder

scorenzeerongunstigeenaantalgraslanden

(stroomdalgraslanden(*H6�20),blauwgraslanden

(H64�0),glanshaver-envossenstaarthooilanden

(H65�0_B)(grote vossenstaart)(incl.kievitsbloem-

hooilanden)enheischralegraslanden(*H62�0)),

moerassen(overgangs- en trilvenen)(H7�40_A))

enkalkmoerassen(H72�0),hardhoutooibossen

(H9�F0)enzandverstuivingen(H2��0).

Staat van instandhouding soorten

Vande�6soorten(inclusiefplatteschijfhoren

(H�0�X))heeftslechtseenminderheidvanvier

soorten(�2%)eengunstigestaatvaninstand-

houding;�6soorten(44%)wordenbeoordeeld

alsmatigongunstigen�6soorten(44%)alszeer

ongunstig.Figuur4.�.2.geefteenbeeldvande

scoresvandeverschillendeklassenvandestaat

vaninstandhoudingvoordesoortenperNatura

2000landschap.Vooreencompleetoverzicht

wordtverwezennaarbijlage9.2.

Voortweesoorten,waarvandeondersoorten

diebeschermdmoetenwordenexclusiefinons

landvoorkomen,degrotevuurvlinder(H�060)en

denoordsewoelmuis(*H��40),isdestaatvan

instandhoudingzeerongunstig.Bijdenoordse

woelmuis(*H��40)komtdatvooraldoordateen

aantalgeïsoleerdedeelpopulatiesinFriesland

onderdrukstaan.Degrotevuurvlinder(H�060)

komtslechtsinééngebiedvoorineenduurzame

populatie,voldoendegeschiktvoortplantingsbio-

toopblijfteenrisicofactor.

Metdetweeanderevlindersoorten,hetdonker

pimpernelblauwtje(H�06�)enhetpimpernel-

blauwtje(H�059),waarNederlandeenminder

groteverantwoordelijkheidvoorheeft,gaathet

eveneensnietgoed.

Gaffellibel(H�0�7),gevlektewitsnuitlibel(H�042)

éngestreeptewaterroofkever(H�082)scorenook

zeerongunstig.Despaansevlag(*H�078),een

relatiefnieuwesoortvoorNederland,scoortdaar-

entegenopalleonderdelengunstig.

Page 45: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

45

Metbetrekkingtotdegroenknolorchis(H�90�)

kanwordengeconcludeerddatdesoorthet

sterkstisachteruitgegaaninhetbinnenland

(doorareaalenkwaliteitsverliesvantrilvenen);in

deduinenkomennogvitalepopulatiesvandeze

soortvoor.

Trekvissenalselft(H��02),fint(H��0�)enzalm

(H��06)scorenzeerongunstig.Zeeprik(H�095)

enderivierprik(H�099)scorenmatigongunstig.

Voortrekvissenalselft,zalmenzeeprikisNeder-

landvooralvanbelangalstoegangspoortnaarde

rivierenRijnenMaas.Voordeoverigetrekvissen

isNederlandookvanbelangalspaai-enopgroei-

gebied,daarnaastiseengoedfunctionerende

verbindingnaarhetDuitseenVlaamseachter-

landvangrootbelangvoordesamenhanginhet

Natura2000netwerk.

Staat van instandhouding vogels

Voor95vogelsoortenheeftNederlandeenver-

plichtinginEuropeesverband.Eenaantalsoorten

iszowelalsbroedvogelénalsniet-broedvogel

beoordeeldvoorwatbetreftdestaatvaninstand-

houding.

Opvallendishetgroteverschilindestaatvan

Gunstig

Matig ongunstig

Zeer ongunstig

0

15

12

9

6

3

NWD

Duinen

Rivie

rengeb

ied

Mer

en e

n Moer

asse

n

Beek

dalen

Hogere

zandgro

nden

Hoogvenen

Heuve

lland

Figuur4.�.2.StaatvaninstandhoudingbijlageIIsoortenperNatura2000landschap

Eenaantalsoorteniszowelalsbroedvogelénals

niet-broedvogelbeoordeeldvoorwatbetreftdestaat

vaninstandhouding.

Page 46: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

46

Metdeniet-broedvogelsgaathetinhetalgemeenveel

beterdanmetdebroedvogels.Vooreencompleet

overzichtwordtverwezennaarbijlage9.2.

instandhoudingvanenerzijdsdeinonsland

broedendevogels(‘broedvogels’)enanderzijds

deeldersbroedendevogelsdieinonslandalleen

doortrekkenofoverwinteren(‘niet-broedvogels’).

Metdeniet-broedvogelsgaathetinhetalge-

meenveelbeterdanmetdebroedvogels.Voor

eencompleetoverzichtwordtverwezennaar

bijlage9.2.

Figuur4.�.�enfiguur4.�.4geveneenbeeldvan

destaatvaninstandhoudingvandebroedvogels

enniet-broedvogelsperNatura2000landschap.

Broedvogels

OpdeNederlandselijststaanveelsoortenvan

internationaalbedreigdegroepen.Hetbetreft

vooralvogelsdiebroedeninmoerassen(zoals

roerdomp(A02�),purperreiger(A029),woudaap

(A022),zwartestern(A�97),grotekarekiet(A298),

snor(A292)enporseleinhoen(A��9)),kustbroed-

vogels(zoalsgrotestern(A�9�),dwergstern

(A�95),kluut(A��2),visdief(A�9�),strandplevier

(A��8),tapuit(A277),velduil(A222)enblauwe

kiekendief(A082))ensoortengebondenaan

plas-drassituaties(kemphaan(A�5�)),watersnip

(A�5�)).Achteruitgangvangeschiktleefgebied

Gunstig

Matig ongunstig

Zeer ongunstig

0

25

20

15

10

5

NWD

Duinen

Rivie

rengeb

ied

Mer

en e

n Moer

asse

n

Beek

dalen

Hogere

zandgro

nden

Hoogvenen

Heuve

lland

Figuur4.�.�.StaatvaninstandhoudingbroedvogelsperNatura2000landschap

Page 47: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

47

binnenNederlandisvooraldezesoortende

belangrijksteoorzaak.

Eenaantalsoortenvanheideenstuifzanden

(korhoen(A�07),draaihals(A2��),duinpieper

(A255),tapuit(A277))issterkachteruitgegaan.

Belangrijksteoorzaakdaarvoorisdevergrassing

vanhetleefgebiedtengevolgevanstikstofdeposi-

tieenminderintensiefbeheerincombinatiemet

natterewinters.VoortweesoortenwaarvoorNe-

derlandaanderandvanhetverspreidingsgebied

ligt,ishet‘tweevoortwaalf’:korhoen(A�07)en

duinpieper(A255).

Hierstaattegenoverdathetmetdelepelaar

(A0�4),eensoortwaarNederlandrelatiefbelang-

rijkvooris,goedgaat(scoregunstig).Recent

sterktoenemendesoortenalsdegrotezilverrei-

ger(A027)ontwikkelenzichvoorspoedigbinnen

Nederland(score:gunstig).

Niet-broedvogels

Nederlandisgezienzijnliggingénopgrondvan

hetrelatiefgroteaandeelvogelsdattijdelijkin

onslandverblijft,eenzeerbelangrijkgebiedvoor

niet-broedvogels(trekvogels).Hetbetreftvooral

soortenvaninternationaalstabielegroepen

(toendra,taigaenhoogvenen).Desoortenover-

winterenbinnenNederlandvooralindewater-

rijkegebiedenenfoeragerendeelsopgrasland

enakkers.

Vande64soortenniet-broedvogelsscoren�2

gunstig(5�%),20matigongunstig(�2%)en��

zeerongunstig(�7%)(�soortnognietbeoor-

deeld).Vooreencompleetoverzichtziebijlage

9.2.Gunstigscorengrasetendewatervogels

(ganzenensmienten(A050))alsgevolgvanhet

ruimevoedselaanbod(veeleiwitrijkgras).De

vraagkangesteldwordenofdehuidigeaantallen

inNederlandnietbovenhetniveauvangunstige

staatvaninstandhoudingliggentengevolgevan

bemestingvangraslanden.

Zwemeenden(zoalskrakeend(A05�),wilde

eend(A05�),slobeend(A056))scoreneveneens

gunstig.Ditkomtmedevoortuitdetoenamevan

geschiktleefgebied(o.a.doorminderjacht)in

geheelEuropa.

Herstelvandepopulatiesvanroofvogels(vis-

arend(A094)enslechtvalk(A�0�))eldersinEu-

ropaheefteengunstigeffectophetvoorkomen

vandesoortinNederlandwaarookvoldoende

interessantleefgebiedaanwezigis.

Desoortenafhankelijkvanschelpdierbanken

(zoalseider(A06�),topper(A062),scholekster

(A��0),kanoet(A�4�)ensteenloper(A�69)

scorenmatigongunstigofzeerongunstig.Een

relatiefgrootdeelvandeEuropesepopulatiesis

voorhunduurzaamvoortbestaanaangewezenop

deNederlandsewateren.

Eenaantalvisetersheeftlandelijkeenmatigon-

gunstigestaatvaninstandhouding(fuut(A005),

nonnetje(A068),dwergmeeuw(A�77))ofeen

zeerongunstigestaatvaninstandhouding(grote

zaagbek(A070),zwartestern(A�97))(mede)door-

datdedraagkrachtvandeleefgebiedenverandert

alsgevolgvanveranderingenindesamenstelling

vandevisstand,metnameinhetIJsselmeerge-

bied(afnamespiering)eninminderematehet

Deltagebied(successieindevisgemeenschapna

deuitvoeringvandeDeltawerken).

Enkelesoortenhebbenlandelijkeen(matig)

ongunstigestaatvaninstandhoudingdoorafne-

Nederlandisgezienzijnliggingénopgrondvanhet

relatiefgroteaandeelvogelsdattijdelijkinonsland

verblijft,eenzeerbelangrijkgebied...

Page 48: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

48

DegesignaleerdetrendsvandeNederlandsepopulaties

vanveelniet-broedvogelskomenoverigensovereenmet

detrendsinderestvanEuropa.

mendelandelijkeaantallen,terwijldeaantallenin

hetNatura2000netwerkstabielzijnoftoenemen.

Ditheefttemakenmetveranderingeninhabitat/

gebiedskeuzeinrelatietotveranderingeninde

kwaliteitvanhetleefgebiedbuitenhetnetwerk.

Ditismetnamehetgevalbijgoudplevier(A�40)

engrutto(A�56).Inzulkegevallenzijnherstelop-

gavenbinnendegebiedennietzinvolondanksde

landelijkongunstigestaatvaninstandhouding.

BijsommigesoortenwordtdeNederlandse

niet-broedvogelpopulatieinhetwinterhalfjaarof

detrekperiodegrotendeelsgevormddooronze

eigenbroedvogels.Enkeledaarvanhebbeneen

ongunstigestaatvaninstandhoudingdievooral

zijnoorzakenheeftindeomstandighedeninhet

broedhabitat.Ookdanzijnherstelopgavenbin-

nendegebiedenwaardezevogelszichbuitende

broedtijdophoudennietaltijdzinvol,bijvoor-

beeldbijgrutto(A�56)enstrandplevier(A��8).

DegesignaleerdetrendsvandeNederlandse

populatiesvanveelniet-broedvogelskomen

overigensovereenmetdetrendsinderestvan

Europa.

Gunstig

Matig ongunstig

Zeer ongunstig

10

0

20

30

40

50

60

NWD

Duinen

Rivie

rengeb

ied

Mer

en e

n Moer

asse

n

Beek

dalen

Hogere

zandgro

nden

Hoogvenen

Heuve

lland

Figuur4.�.4.Staatvaninstandhoudingniet-broedvogelsperNatura2000landschap

Page 49: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

49

Samenvattend

Figuur4.�.5.geefteentotaalbeeldvooralle

habitattypenensoortenwaarvoorNederland

Natura2000gebiedenheeftaangewezen.

Deniet-broedvogelsscorenrelatiefhetbeste.

Descorezeerongunstigvoorbroedvogelsvalt

inbelangrijkematesamenmetdescorematig

ongunstigvooreenaantalhabitattypenwaar

kwaliteitsverbeteringdebelangrijksteopgaveis.

Voordehabitattypenwordtrelatiefvaakmatig

ongunstiggescoordgerelateerdaandekwaliteit

vandehabitattypen.

Figuur4.�.5.Staatvaninstandhoudinghabitattypenensoorten

Deniet-broedvogelsscorenrelatiefhetbeste.

Gunstig

Matig ongunstig

Zeer ongunstig

40

35

30

25

20

15

10

5

0Bijlage I

habitattypenBijlage IIsoorten Broedvogels

Niet-broedvogels

Page 50: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

50

...meergeleidelijkezoet-zoutovergangen,(ookzilte

pionierbegroeiingen),verjongingvankwelders,

voldoenderust-envoedselgebied...

4.4 Belangrijkste opgaven Natura 2000 in

Nederland

Dezeparagraafgeefteenbeeldvandebelang-

rijksteverbeteropgavenenmogelijkeoplossings-

richtingen.Dekernopgavenvoordeverschillende

Natura2000landschappenendeconcreteNatura

2000gebiedenstaaninhoofdstuk5.

Inleiding

Indezeparagraafzijnvoordehabitattypen,vo-

gelsenanderesoortendebelangrijksteverbeter-

opgavenopgenomen.Opgavenkunnenbetrek-

kinghebbenopeenmeeradequaatbeheeren/of

hetbeteropordekrijgenvandeecologische

vereisten.DekernvaneenNatura2000opgave

isvaaknieteenaanpakperhabitattypeenper

soort.Deessentiezitineenaanpakgerichtop

habitattypenensoorten(ofhabitattypenenhabi-

tattypen)inhunonderlingesamenhangenwaar

nodigeenaanpakgerichtopsamenhangopland-

schapsniveau.Zoalsinhoofdstuk�isaangegeven

zijnmethetooghieropkernopgavengeformu-

leerd.Vooreenoptermijnduurzaamresultaatis

eensamenhangendeaanpak,zoalsookgeduidin

dekernopgaven,nodig.Ookdelenvangebie-

denwaargeenVogel-en/ofHabitatrichtlijn-

waardenaanwezigzijnhebbeneenspecifieke

betekenisvoordeduurzameinstandhouding

voordeNatura2000habitattypenensoorten.

Zijzijnbijvoorbeeldnodigvoorhetrealiseren

vanduurzameecologischecondities,voorde

interneenexternesamenhangvandeNatura

2000gebiedenofoptermijnrealiseringvande

beoogdeNatura2000waarden.

Inparagraaf4.5staandeNatura2000doelen

oplandelijkniveau.Inhoofdstuk5staande

kernopgavenperlandschapenpergebied.

Belangrijkste opgaven habitattypen

Hoogveenlandschappen

Eenbelangrijkeopgavezitbijderestenvan

hoogveenlandschappen(degroterevenen).

Hetbetreftuitbreidingvandeactievekernen

inhetbijzonderhetontwikkelenvanover-

gangszones(zowelnoodzakelijkevoorde

instandhoudingvanhethoogveenalsvoor

soortenzoalshetpaapje(A275),diegebonden

zijnaanhoogveensystemen).Aanpassingvan

debegrenzingvaneenaantalgebiedenen

verbeteringvandeecologischevereistenbieden

hierperspectief.

Zoute wateren

Eentweedebelangrijkeopgavezitbijdezoute

wateren,waarvooraleenherstelopgavegeldt

voordecompleetheidvandesystemen.

Belangrijkeaandachtspuntentenaanzienvan

dezoutewaterenzijnvoordeWaddenzee(�)

hetnagenoegontbrekenvanbiogenestructuren

meto.a.mossels;voordeOosterschelde(��8)

deachteruitgangvanhetareaalgetijdenplaten

doorhetnaijlendeffectvandestormvloedkering

envoorWesterschelde&Saeftinghe(�22)het

gebrekaanruimteendaardoorverliesaanwaar-

devollaagdynamischareaal.Watbetreftdezoute

waterenzitdegrootsteopgaveinhetherstelvan

zowelsublitoralealslitoraleschelpdierbanken,

herstelvanzeegrasvelden,meergeleidelijkezoet-

zoutovergangen,(ookziltepionierbegroeiingen),

verjongingvankwelders,voldoenderust-en

voedselgebied(inclusiefhoogwatervluchtplaat-

sen)voorvogelsenzeehonden.

Page 51: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

5�

Graslanden

Degrootsteopgavezitbijdevochtigeen

nattegraslanden(blauwgraslanden(H64�0)en

heischralegraslanden(*H62�0)),overgangs-en

trilvenen(H7�40)enkalkmoerassen(H72�0),

waarzoweleenopgaveuitbreidingoppervlakte,

alsherstelvandesoortenrijkdomgeldt(kwali-

teitsverbetering).Hetbetrefthabitattypenwaar

Nederlandrelatiefbelangrijkvoorisgezienhet

aandeelinhettotaleEuropeseoppervlakteof

geziendesoortensamenstelling.Hethuidige

probleemzitvooralinverdroging,waaronderhet

wegvallenvanmeerofminderkwelendaarnaast

inonvoldoendeadequaatterreinbeheer.Voor

blauwgraslanden(H64�0)biedthetaanpassen

vandebegrenzingvaneenaantalgebiedenvoor

delangeretermijnduurzameoplossingen.Voor

laagvenenzitdeopgavevooralindeontwikke-

lingvanjongeverlandingsstadia(inclusiefvegeta-

tierijkewateren).

Watbetreftstroomdalgraslanden(*H6�20)ishet

opdekortetermijndeopgaveomderesterende

locatiesadequaattebeheren.Opdelangere

termijnishetechternoodzakelijkomnieuwe

locatiesmetvoldoendeafzettingvanzanden

incidenteleoverstromingtecreëren.

Degenoemdehabitattypenzijnookdehabitat-

typenwaareenrelatiefgrootEuropeesbelang

bestaat,geziendeNederlandseoppervlakte

ensoortensamenstellingnu,ofinhetrecente

verleden.

Zandverstuivingen

Nederlandisvoorzandverstuivingen(H2��0)

hetbelangrijkstelandbinnendeEuropeseUnie.

Naastkwaliteitsverbetering(meerwinddynamiek

enterugdringenvandeeffectenvanatmosferi-

schedepositie)ligtereenopgavevooruitbrei-

dingoppervlakteeneenbetereinbeddinginhet

omringendelandschap(ookgerichtopkwaliteits-

verbetering).

Adequaat beheer

Metbetrekkingtotgrijzeduinen(*H2��0),bosha-

bitattypenalseiken-haagbeukenbossen(H9�60),

veldbies-beukenbossen(H9��0),drogeheiden

(H40�0),glanshaver-envossenstaarthooilanden

(H65�0)ligtdeopgavemetnamebijeenmeer

adequaatbeheer.Deduurzameinstandhouding

vandegenoemdehabitattypenisinbelangrijke

mateafhankelijkvannatuurlijkeofantropogene

dynamiek.

Voorgrijzeduinen(*H2��0)énvoorvogelsoorten

alsvelduil(A222)entapuit(A277),isdeopgave

omdevegetatiedoorgerichtemaatregelenmeer

opentemaken,omzodeeffectenvanvermesting

enverzuringterugtedringen.Voorgrijzeduinen

(*H2��0)iseenintensiveringvankleinschalig

beheernodig.

Omdebiologischerijkdomvandeeiken-haag-

beukenbossen(heuvelland)(H9�60_B)tebehou-

dendanweltevergroteniseveneensdynamiek

nodig.Ingroteaaneengeslotenbospercelenis

voldoenderuimtevoornatuurlijkeverjonging

(o.a.doorwindworp).Medegeziendehuidige

oppervlaktes,metnamevanhetorchideeënrijke

type,dateenopenbodemenwarmemicrokli-

maatvereist,ligtactiefdoordemensgestuurd

beheermeerinderede.

Bijdedrogebossen,zoalsduinbossen(H2�80)en

beuken-eikenbossenmethulst(H9�20),ligtde

opgavemetnamebijeenmeeradequaatbeheer.

Omdebiologischerijkdomvandeeiken-haagbeuken-

bossen(heuvelland)(H9�60_B)tebehoudendanwelte

vergroteniseveneensdynamieknodig.

Page 52: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

52

Debelangrijksteopgavevoordevochtigebossen

zoalsvochtigealluvialebossen(*H9�E0),ligtbij

verbeteringvandewaterhuishouding.

Belangrijkste opgaven bijlage II soorten

WatbetreftdesoortenvandeHabitatrichtlijn

zitdegrootsteopgavebijdenoordsewoelmuis

(*H��40).Dezeondersoortstaatalsprioritaire

soortopbijlageIIenkomtbovendienalleen

inNederlandvoor.Vooraldedeelpopulatiesin

Friesland,TexelenDeltastaanonderdruk.Voor

deDeltabiedtverruimingvandebegrenzing

eenduurzaamperspectief,voorFrieslandzitde

opgavevooralinhetopordebrengenvande

ecologischevereistenvandegebieden.

Eentweedegroteopgavegeldtvoordegrote

vuurvlinder(H�060)(eveneenseenvooronsland

exclusieveondersoort).Meergerichtbeheer

blijftaandachtvragen.

Degroenknolorchis(H�90�)ishetsterkst

achteruitgegaaninhetbinnenland.Herstelvan

overgangs-entrilvenen(H7�40)isvoorhet

duurzaambehoudvandezesoorteenessentiële

opgave.

Deopgavevoordesoortkruipendmoeras-

scherm(H�6�4)isombinnenéénofmeerNatura

2000gebiedeninhetoostenvanhetlandge-

schikte,duurzamegroeiplaatsenvoorspontane

vestigingteherstellen.

Voorgrijzezeehond(H��64)engewone

zeehond(H��65)isvooralhetwaarborgenvan

voldoenderustplekkenvangrootbelang.

Voordefint(H��0�)iseenbeterebereikbaarheid

enbeterekwaliteitvanhetoorspronkelijkepaai-

enopgroeigebiedenvanbelangomweereen

duurzamepopulatieinNederlandtekrijgen.

Belangrijkste opgaven broedvogels

Voorkustvogelszoalssterns,kluut(A��2),

bontbekplevier(A��7)enstrandplevier(A��8)is

voldoendebeschikbaarheidvankaalzand,met

namevoldoendebeschikbaarheidvanpionier-

habitatsindeDeltaenhetWaddengebied,een

belangrijkeopgave.Metmeergeschiktebroed-

gelegenheidopdestrandenzouhetbroedsucces

vanmetnamesternsenstrandplevieren(A��8)

inbelangrijkematetoenemen.Ditlaatonverlet

datdebeschikbaarheidvanvoldoendevoedsel

eveneensvanbelangis.

Voorkustvogelsalstapuit(A277),grauweklau-

wier(A��8),velduil(A222)enblauwekiekendief

(A082)iseenbelangrijkeopgavedatermeer

openduinbegroeiingenkomen.Opkortetermijn

ismeeradequaatbeheernodig,oplangere

termijnspeelttegengaanvanvermestingen

verzuring.

Voorsoortenvanheidenenzandverstuivingen,

zoalsdraaihals(A2��),duinpieper(A255)enkor-

hoen(A�07)isdebelangrijksteopgavehether-

stellenvanhetvoedselaanbod.Opkorteretermijn

doorhetcreërenvanmeeropenheid(grotere

gebiedenzonderbosénmeerkalezandbodems).

Voormoerassoorten(zoalsgrotekarekiet(A298),

woudaap(A022),roerdomp(A02�),snor(A292),

purperreiger(A029),porseleinhoen(A��9)en

zwartestern(A�97)isdebelangrijksteopgave

eenmeernatuurlijkpeilbeheerincombinatiemet

eenadequaatrietbeheerenmeerjongesucces-

siestadia.Meerenstevigwaterrietisnodigom

debetekenisvanNederlandinEuropeesverband

ookvoordetoekomstteblijvenvervullen.

Voorbroedvogelsgebondenaanplas-drassitua-

tieszoalskemphaan(A�5�),porseleinhoen(A��9),

kwartelkoning(A�22)énwatersnip(A�5�)ishet

Meerenstevigwaterrietisnodigomdebetekenisvan

NederlandinEuropeesverbandookvoordetoekomst

teblijvenvervullen.

Page 53: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

5�

belangrijkdatermeerlocatieskomenwaarinhet

zomer-halfjaarplas-drassituatiesaanwezigzijn.

Belangrijkste opgaven niet-broedvogels

Voorgrasetendewatervogelsisdeopgavehet

behoudvanvoldoendebeschermingenvoedsel-

aanbod.Voorwelkeaantalleniséénvandete

makenkeuzes.

Debelangrijksteopgavebijniet-broedvogelsis

gelegeninhetverderverbeterenvandevoed-

selsituatievoorschelpdiereters(eider(A06�),

topper(A062),scholekster(A��0),kanoet(A�4�),

kuifeend(A06�).

Bijsoortenalsfuut(A005),dwergmeeuw(A�77),

zwartestern(A�97),nonnetje(A068)éngrote

zaagbek(A070)isvoldoendebeschikbaarheidvan

stapelvoedsel(kleinevis)puntvanaandacht.

Belangrijkste opgaven op landschapsniveau

Hierbovenzijndeopgavenperhabitattypen,

vogelsenanderesoortenbeschreven.De

belangrijksteopgavevoorNatura2000,ende

grootsteuitdaging,isechterooghebbenvoor

deonderlingesamenhangvanhabitattypenin

hunlandschappelijkecontext.Doornatuurlijke

successiewaarinhetenehabitattypeinhet

andereovergaat,wisselendezeverhoudingen

tussendehabitattypen(voorkomen)indeloop

vandetijd.Vanuiteenoogpuntvanbiodiversiteit,

isdeaanwezigheidvanallesuccessiestadia(de

compleetheidvanhetsysteem)vangrootbelang.

Inlaagvenenkanditalleendooractiefmenselijk

ingrijpenwordengerealiseerd.Inestuariaende

duinenopdeWaddeneilandenishandhavenvan

voldoenderuimtevoordynamischeprocessende

belangrijksteopgave.

Indynamischesystemenkaninstandhouding

nietbetekenendatallesblijftzoalshetnuis.Zo

isinhetWaddengebiedgenoegdynamiekom

embryonaleduinen(H2��0)involdoendemaar

wisselendeoppervlakteaanwezigtedoenzijn.

Dynamiekdieooknodigisvoorbehoudaanop-

pervlakteenkwaliteitvanwitteduinen(H2�20),

grijzeduinen(*H2��0)envochtigeduinvalleien

(H2�90).

Vooreenaantalhabitattypenisdeeerstezorg

vooralgelegeninhetbehoudenvandegoede

voorbeelden(kwalitatiefbeterontwikkeldevoor-

komensvaneenhabitattype),zoalsbijvoorbeeld

voorstroomdalgraslanden(*H6�20).Opdelan-

geretermijniseenaanpakoplandschapsniveau

nodig.Danisnieuwvormingenmeermorfodyna-

mieknoodzakelijk.

Hetspreektvoorzichdatsoortenalsbeekprik

(H�096),gaffellibel(H�0�7),rivierdonderpad

(H��6�)endrijvendewaterweegbree(H�8��)

alleenduurzaamkunnenvoortbestaanalsbeeklo-

penoplandschapsschaalwordenhersteldmetde

bijbehorendenatuurlijkemorfologie,dynamiek

enwaterkwaliteit.Maarookvoorhetduurzaam

voortbestaanvankalkmoerassen(H72�0),blauw-

graslanden(H64�0)enheischralegraslanden

(*H62�0)inhetNatura2000landschapBeekdalen

isopdelangeretermijnbeekherstelnodig,met

opdebeekdalflankendefijnmazigegradiënten

noodzakelijkvoordegenoemdehabitattypen.De

aandekleinschaligemozaïekenvanheischrale

graslanden(*H62�0),blauwgraslanden(H64�0)

envochtigeheiden(H40�0)gebondensoorten

alspaapje(A275)endegrauweklauwier(A��8)

zullenhiervanprofiteren.

Intekstkader4.4.�.wordtingegaanopdekans-

rijkdomvanhethabitattypeblauwgraslanden

(H64�0)indelandschappelijkecontext.

...voorstroomdalgraslanden(*H6�20).Opdelangere

termijniseenaanpakoplandschapsniveaunodig.Danis

nieuwvormingenmeermorfodynamieknoodzakelijk.

Page 54: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

54

Kansrijkdom voor ontwikkeling van het

habitattype blauwgraslanden

Inleiding

Potentiesvoorhetrealiserenvaninstandhou-

dingsdoelenvoorhethabitattypeblauwgraslan-

den(H64�0)inNatura2000gebiedenvariëren

sterkenhangensterksamenmethetNatura

2000landschapwaarbinneneengebiedligten

dedaarmeesamenhangendeverschilleninlokale

geologischeenhydrologischegesteldheid.De

bestepotentiesliggeninhetNatura2000land-

schapBeekdalenendaarnaastzijnerookgoede

potentiesaanweziginhetNatura2000landschap

Hogerezandgrondenenineentweetalduinge-

bieden.InhetNatura2000landschapMerenen

Moerassenzijndepotentieshetlaagst.

Behoudenontwikkelingvanblauwgraslanden

ineenbrederangevanNatura2000gebieden

eninuiteenlopendelandschappenisvanbelang

voorhetwaarborgenvanderijkevariatievan

dithabitattypebinnenNederland.Deinspan-

ningenrichtenzichnietalleenopdeNatura2000

gebiedenmethogeenzeerhogepotenties,maar

ookophetveiligstellenenverbeterenvande

kwaliteitvanblauwgraslandeninhetmeren-en

laagveengebied.Behoudvanecologischevariatie

engeografischespreidingliggenhieraanten

grondslag.

Kansrijkdom in Natura 2000 landschap Beekdalen

DegebiedeninhetNatura2000landschap

Beekdalenhebbendebestepotentiesvoorhet

realiserenvandeinstandhoudingsdoelenvoor

blauwgraslanden(H64�0).ZesNatura2000

gebiedenhebbenzeerhogepotentieswaarbij

eensterkeuitbreidingvanhetoppervlaktemet

goedontwikkeldblauwgraslandenmogelijkis.

Hetbetreftgebiedenmetofweldecombinatie

vankalkondiepindeondergrondenkwelofwel

gebiedenmeteensterkeoverdrukvanuiteen

grootregionaalgrondwatersysteem.Vijfandere

Natura2000gebiedenhebbeneenhogepotentie

vooruitbreidingvanhetoppervlakteofverbete-

ringvandekwaliteit

Kansrijkdom in Natura 2000 landschap Hogere

zandgronden

InhetNatura2000landschapHogerezandgron-

denhebbentweegebiedenhogepotentiesvoor

blauwgraslanden(H64�0).Geziendeaardvan

dekleinschaligepatronen(kleinenattelaag-

tes,grotedrogegebieden),liggenhiergeen

mogelijkhedenvooreensterkeuitbreidingvande

oppervlakte.

Kansrijkdom in Natura 2000 landschap Meren en

Moerassen

IndemeesteNatura2000gebiedenvanhet

Natura2000landschapMerenenMoerassen

staathethabitattypeblauwgraslanden(H64�0)

erslechtvoor.Depotentieszijnmeestallaagof

matig.Bijmatigepotentiesiskleineuitbreiding

vanhetoppervlakteofenigeverbeteringvande

kwaliteitmogelijk.Ervaringenmeteffectgerichte

herstelmaatregelen(OBN)hebbenafgelopen�5

jaareveneensvaakslechtetotmatigeresulta-

tenopgeleverd.Herstelopveenbodemszonder

kleidekiszeermoeilijk.Blauwgraslandenop

legakkers(blauwkoppen)enoudeverlandingen

inpetgatenverzurenverderenzijnzonderinun-

datiemetschoon,basenrijkoppervlaktewater

opdelangetermijnniettebehouden.Welisop

delangetermijnnieuwvormingmogelijkdoor

nieuwepetgatentegravenentelatenverlanden.

Blauwgraslandeninpolderswaardetoplaagvan

debodemuitkleiofkleiigveenbestaat,bieden

eenbeterperspectief.IndeZouweboezem(�05)

(omandereredenentoebedeeldNatura2000

landschapRivierengebied)zijndepotentieshoog

enisrecentherstelopgetreden.Deinschattingis

datindiverseNatura2000gebiedenherstelpoten-

tieopkleineschaalaanwezigzijningebiedsdelen

metkweluitpoldersystemeneningebiedenwaar

herstelvaninundatiemetschoon,basenrijkop-

pervlaktewatermogelijkis.

Kansrijkdom in Natura 2000 landschap Duinen

Goedontwikkeldevormenvanblauwgraslanden

kwamenvooraandebinnenduinrand.Intwee

gebiedenzijnhogepotentiesaanwezigvoor

herstel.Hierzijndoorhetoptredenvansterke

kwelvanbasenrijkgrondwateraanderandvan

dezoetwaterbelfraaiegradiëntenteontwikkelen

metheischralegraslanden(*H62�0)

Tekstkader4.4.�.KansrijkdomvanhabitattypeblauwgraslandeninverschillendeNatura2000landschappen

Page 55: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

55

4.5 Natura 2000 doelen op landelijk niveau

Inleiding

Dedoelenzijngeformuleerdintermenvan

behouden/ofverbetering:bijvoorbeeldbehoud

vanoppervlakteenkwaliteitvaneenhabitattype,

verbeteringvandekwaliteitvanhetleefgebied

vaneensoort,ofuitbreidingvandeverspreiding

vaneensoortofhabitattype.

Eénvandehoofdlijnenzoalsopgenomenin

deNatura2000contourennotitiezegtdatin

beginseldebestaandekwaliteitenomvangin

Nederlandeninconcretegebiedengehandhaafd

moetwordenenwaarnodigineengunstige

staatvaninstandhoudingmoetwordengebracht

(hoofdlijn�).Daarbijkomtdateenhogereinzet

wordtnagestreefdvoorsoortenenhabitattypen

waarNederlandrelatiefbelangrijkvoorisen/of

voorhabitattypenensoortendiesterkonder

drukstaan(hoofdlijn4).Daarstaattegenover

dateenminderhogeinzetwordtnagestreefdals

vanNederlandredelijkerwijsnietverwachtkan

wordendateenbepaaldesoortofhabitattype(op

dieplaats)opdelangeretermijnineengunstige

staatvaninstandhoudinggebrachtkanworden

(hoofdlijn5).

Overzicht Natura 2000 doelen op landelijk niveau

Inbijlage9.�zijndelandelijkedoelenvoorde

habitattypenensoortenopgenomen.Daarbijisin

detoelichtingaangegevenwelkegebiedendebe-

langrijkstebijdrageleverenaanderealiseringvan

delandelijkedoelen.Hieronderwordendelande-

lijkedoelendoordeoogharenheeftgeschetst.

Habitattypen en soorten

Bijdelandelijkedoelenisgekozenomeengrote

opgaveteleggenbijhabitattypendieineenzeer

ongunstigestaatverkerenenwaarvoorNeder-

landinternationaaleengroteverantwoordelijk-

heidheeft.Ditbetreftvooreenbelangrijkdeel

schralegraslanden-waaronderenkeleprioritaire

typen-,waarvandeoppervlakteendekwaliteit

delaatstedecenniasterkisafgenomen.Voorbeel-

denzijngrijzeduinen(*H2��0),vochtigeduinval-

leien(H2�90),stroomdalgraslanden(*H6�20),

blauwgraslanden(H64�0),heischralegraslanden

(*H62�0),glanshaver-envossenstaarthooilanden

(H65�0),kalkmoerassen(H72�0),overgangs-en

trilvenen(H7�40),waarvoorzoweluitbreiding

oppervlaktealskwaliteitsverbeteringnagestreefd

wordtindiversegebieden.Vooreenaantal

vandezetypenistevensalsdoeluitbreidingof

verbeteringvandebegrenzinggeformuleerd.De

vochtigealluvialebossen(*H9�E0)enslikkige

rivieroevers(H�270)passenookinditrijtje.

Eeneveneenshogedoelstellinggeldtvoor

soortendieinternationaalbelangrijkzijnen

sterkonderdrukstaan,zoalsnoordsewoelmuis

(*H��40),grotevuurvlinder(H�060),groenknol-

orchis(H�90�)engevlektewitsnuitlibel(H�042).

Ookwordtsterkingezetopverbeteringvande

kwaliteitvanenkele(internationaal)belangrijke

typendienogwelingroteoppervlakteaanwezig

zijn,zoalsdrogeheiden(H40�0),schorrenen

ziltegraslanden(H���0)enslik-enzandplaten

(H��40).Zowelvoordeveldbies-beukenbos-

sen(H9��0)enbeuken-eikenbossenmethulst

(H9�20)alsvoordeoudeeikenbossen(H9�90)

zijndoelenmetbetrekkingtotverbeteringvande

kwaliteitgeformuleerd.

Deambitievoor(deelsongunstigscorende)

habitattypenensoortendieinonslandallange

Eeneveneenshogedoelstellinggeldtvoorsoortendie

internationaalbelangrijkzijnensterkonderdrukstaan,

zoalsnoordsewoelmuis(*H��40),...

Page 56: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

56

tijdinzeerbeperktemateaanwezigzijn,isover

hetalgemeenkleingehoudenenbeperkttotwei-

nigegebieden,zoalsvoorpionierbegroeiingenop

rotsbodem(*H6��0),zinkweiden(*H6��0),duin-

heidenmetstruikhei(*H2�50),kalktufbronnen

(*H7220)endesoortenzeggekorfslak(H�0�6),

geelschorpioenmos(H��9�)entonghaarmuts

(H��87).

Voortypenwaarvaneengunstigestaatvanin-

standhoudingonbereikbaarlijktiseenzeerlaag

ambitieniveauaangehouden,metalsduidelijkste

voorbeeldslijkgrasvelden(H��20).Hetzelfdegeldt

voortypenensoortendie-zonderveelextrain-

spanningen-delaatstejareneenpositievetrend

vertonen,kruipendmoerasscherm(H�6�4),grijze

zeehond(H��64)enspaansevlag(*H�078).

Broedvogels

Vanuiteenoogpuntvanbehoudvanbiodiversiteit

ishetstreveneropgerichtomallebroedvogels

voorNederlandtebehouden.Eenbepaalde

minimumomvangvoordeNederlandsepopu-

latie(eenzogenoemdeminimumpopulatie)en

eenverdelingovereenaantaldeelpopulaties

(zogenoemdesleutelpopulaties)zijndaarvoor

nodig.Voornietallesoortenishetduurzame

behoudvoorNederlandeeneenvoudigeopgave.

Vande44broedvogelsoortenisvoor2�soorten

oplandelijkniveaueenbehoudsopgavegeformu-

leerd.Voor�8soortenisalslandelijkdoelgefor-

muleerd:uitbreidingoppervlakteenverbetering

kwaliteitleefgebiedvooruitbreidingvandepopu-

latie.Hetbetreftondermeermoerasvogelsals

roerdomp(A02�),woudaap(A022),purperreiger

(A029)engrotekarekiet(A298).Voordekorhoen

(A�07)endeduinpieper(A255)ishetlandelijk

doelvooralsnogalleengerichtopbehoudvande

populatieinrespectievelijkdeSallandseHeu-

velrug(42)endeVeluwe(57)doorverbetering

vandeconditiesdaar.Eenonderbouwingvande

doelformuleringbijbroedvogelswordtgegeven

intekstkader4.5.�.

Niet-broedvogels

Voor56vandeintotaal64nietbroedvogel-

soortenzijndoelengeformuleerdintermen

vanbehoud,omvangenkwaliteitleefgebieden

behoudomvangpopulatie.Voorniet-broedvo-

gelszijngeendoelengeformuleerdmetbetrek-

kingtotverspreiding.Voorhetgrootstedeel

vandeniet-broedvogelszijnoplandelijkniveau

behoudsopgavengeformuleerd.Voorsoortenals

fuut(A005),krakeend(A05�),slobeend(A056),

kuifeend(A06�),meerkoet(A�25),kluut(A��2)en

brilduikerisaangegevendatoplandelijkniveau

achteruitgangvanaantallentengevolgevanhet

eventueelvergrotenvandezout-invloedeninhet

Krammer-Volkerrak(��4)enhetZoommeer(�20)

zijntoegestaan.

Voorkolgans(A04�),grauwegans(A04�),brand-

gans(A045)ensmient(A050)isaangegevendat

achteruitgangvanleefgebiedtengevolgevanna-

tuurontwikkelingsmaatregelenenextensivering

vanhetagrarischgebruikoptermijnmogelijkis.

VoorhetNatura2000landschapRivierengebied

isvoordezesoorteneenzogenoemdetengunste

formuleringindedoelenopgebiedsniveau

opgenomen.

Voordeviseters(fuut(A005),nonnetje(A068),

grotezaagbek(A070),dwergmeeuw(A�77)en

zwartestern(A�97),dieongunstigscoren,isvoor-

alsnoggeenherstelopgaveoplandelijkniveau

geformuleerd.Eerstwordtnaderonderzochtwat

voordeNatura2000gebiedenIJsselmeergebied

Voor�8soortenisalslandelijkdoelgeformuleerd:

uitbreidingvandepopulatie.Hetbetreftondermeer

moerasvogelsalsroerdomp(A02�),woudaap...

Page 57: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

57

(72)enMarkermeer&IJmeer(7�)demogelijk-

hedenvoorverbeteringvandekwaliteitvanhet

leefgebiedzijn.Afhankelijkdaarvanwordtbezien

ofzowelophetniveauvandelandelijkedoelen

alsophetniveauvandegebiedsdoelenvoordeze

tweeconcretegebiedeneenherstelopgavewordt

geformuleerd.

Voordetafeleend(A059)wordtdeherstelopgave

afhankelijkgesteldvandenogteverkennenmo-

gelijkhedenvoorverbeteringvandekwaliteitvan

hetleefgebiedinhetMarkermeer&IJmeer(7�).

Voordeschelpdiereters(topper(A062),eider

(A06�),scholekster(A��0),kanoet(A�4�)en

steenloper(A�69))isoplandelijkniveaueen

herstelopgavegeformuleerddievollediggedekt

moetwordenuitdeWaddenzee(�).Daarbijisin

detoelichtingopdelandelijkedoelenaangege-

vendatdittenkostemaggaanvanwormeneters

alsbontbekplevier(A��8),bontestrandloper

(A�49),drieteenstrandloper(A�44),zilverplevier

(A�4�),enrossegrutto(A�57).Voordezesoorten

metuitzonderingvandezilverplevier(A�4�)is

hetlandelijkeaantaldaaropbijgesteld.

Voorslechts8vande��soortendieeen

ongunstigestaatvaninstandhoudinghebben,

eenherstelopgaveoplandelijkniveauisgefor-

muleerd.Voordegoudplevier(A�40),degrutto

(A�56)envoordekraanvogel(A�27)isweliswaar

oplandelijkniveaueenherstelopgavegeformu-

leerd,hiervoorgeldtechterdatdebelangrijkste

bijdragevangebiedenbuitenhetNatura2000

netwerkmoetkomen.Voordestrandplevier

(A��8),isintegenstellingtotdeherstelopgave

voordestrandplevieralsbroedvogel,geen

herstelopgavegeformuleerdomdatdeoorzaken

vandeachteruitgangmetnamegelegenzijnin

deachteruitgangvanhetaantalbroedvogels.

Hetzijnvooraldebroedvogelsdiehiermeetellen

alsniet-broedvogels.Aantalisberekendoverde

periode�989-200�.

Samenhang tussen landelijk en gebiedsniveau

DeNatura2000doelenoplandelijkenopge-

biedsniveauzijninsamenhangmetelkaargefor-

muleerd.Inhoofdstuk4isingegaanopdewijze

waarop.Delandelijkedoelenvormeneenkader

voordeformuleringvaninstandhoudings-doelen

opgebiedsniveau.Degebiedsdoelenbijelkaar

‘opgeteld’,eventueeltezamenmeteenopgave

buitenhetNatura2000netwerk,hebbenalssom

hetlandelijkedoel.Nederlandisdeverplichting

aangegaanomoplandelijkniveauernaarte

strevenomdesoortenenhabitattypenineen

gunstigestaatvaninstandhoudingtebrengen.

MetdeNatura2000gebiedenwordteenbepaald

oppervlaktevanhabitattypenenleefgebiedenen

soortenafgedekt.

OokdegebiedenbuitenhetNatura2000netwerk

zijninmeerofminderematevanbetekenisvoor

hetrealiserenvanhetdoeloplandelijkniveau.

Voordeviseters...dieongunstigscoren,isvooralsnog

geenherstelopgaveoplandelijkniveaugeformuleerd.

Page 58: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

58

Landelijke doelen broedvogels

EenbepaaldeminimumomvangvoordeNeder-

landsepopulatie(eenzogenoemdeminimum-

populatie)meteenverdelingovereenaantal

deelpopulatiesmeteenbepaaldminimumaantal

paren(zogenoemdesleutelpopulaties),isnodig

voorduurzaambehoudvaniedereNederlandse

broedvogel.VoorNatura2000soortenkunnen

dezesleutelpopulatiesdeelsbinnendeNatura

2000gebiedenwordengerealiseerd.Ineenaantal

gevallenechterishetNatura2000gebiedteklein

omeenpopulatievaneendergelijkeomvangte

kunnenhuisvesten.Voordezegevallenkanmet

inachtnemingvanomliggendeterreineninde

regio,welhetniveauvaneensleutelpopulatie

wordengehaald.Hierbijsprekenwevaneenre-

gionalesleutelpopulatiewaaraanhetbetreffende

Natura2000gebiedeenbijdragelevert.

Voornietallesoortenishetduurzamebehoud

voorNederlandeeneenvoudigeopgave.

BijdeformuleringvandeNatura2000doelen

voorbroedvogelszijndevolgendekeuzes

gemaakt:

keuze bij broedvogels – gunstig:

Ongeveeréénderdevandebroedvogelsoorten

verkeertineengunstigestaatvaninstandhou-

ding.BijdezesoortenisalsNatura2000doelop

landelijkniveaugekozenvoorbehoudvande

actuelepopulatie.

Hetgaatdaarbijvooralom:

• soortenvanmoerassendienietspecifiek

gebondenzijnaan‘vitaalriet’(dodaars(A004),

geoordefuut(A008),aalscholver(A0�7),grote

zilverreiger(A027),lepelaar(A0�4),bruine

kiekendief(A08�)enblauwborst(A272));

• enkelekustvogels(zwartkopmeeuw(A�76),

kleinemantelmeeuw(A�8�)ennoordsestern

(A�94));

• enkelesoortendievooralinhetNatura2000

landschapHogerezandgrondenwordenaan-

getroffen(wespendief(A072),ijsvogel(A229),

zwartespecht(A2�6),boomleeuwerik(A246)

enroodborsttapuit(A276).

keuze bij broedvogels – matig ongunstig:

Ongeveeréénzesdedeelvandesoortenverkeert

ineenmatigongunstigestaatvaninstandhou-

ding.

• Behoud:voorbehoudvandeomvangvande

populatiesisgekozenalsdepopulatieinhis-

torischperspectiefgunstigafsteekt(o.a.kluut

(A��2),nachtzwaluw(A224)enrietzanger

(A295)).

• Herstel:voorsoortenwaarvanhetpopulatie-

niveaunogverbenedenhethistorischniveau

verkeertenwaarvandeoorzakendoorgericht

natuurenmilieubeleid(verder)kunnenher-

stelleniseenherstelopgavegewenst(purper-

reiger(A029),kwartelkoning(A�22)envisdief

(A�9�)).

keuze bij broedvogels – zeer ongunstig:

Hetspreektvoorzichdatherstelvandepopulatie

gewenstisbijdemeestesoortendieineenon-

gunstigestaatvaninstandhoudingverkeren.Bij

hetmerendeelvandezesoorteniseenherstelop-

gavevantoepassing:

• Behoud:voortweesoortenwaarvandeactu-

elepopulatienogvoldoetaandegewenste

omvangvandelandelijkeminimumpopulatie

isvoorbehoudgekozen(eider(A06�)en

bontbekplevier((A��7).Eiderheeftnogeen

aanzienlijkepopulatieenookdebontbekple-

vierweetzichrelatiefgoedtehandhaven).

• Hersteltotbovenniveaulandelijkeminimum-

populatie:methetoogophethistorisch

voorkomeninrelatietotdeoorzakenvande

achteruitganginaantalisvooreenaantal

soorteneenherstelgewensttotbovenhet

niveauvandeminimumpopulatie,medeals

‘verzekering’naardetoekomst(strandplevier

(A��8),kemphaan(A�5�),grotestern(A�9�),

dwergstern(A�95)enzwartestern(A�97)).In

principeiservoldoendekwalitatiefhoogwaar-

digleefgebiedterealiserenvoordezesoorten.

• Hersteltotniveaulandelijkeminimumpopula-

tie:bijeenaantalsoortenishetstrevenerop

gerichttenminstedegewensteminimumpo-

pulatievoorNederlandteherstellen(roer-

domp(A02�),paapje(A277),tapuit(A275)en

snor(A292)).

Gemaakte keuze:bijeentientalsoortenishet

nieteenvoudigomdegewensteminimumpo-

pulatieweertebereiken.Extrainspanningenzijn

daarvoornodig.Hetbetreft‘zeerspecialistische’

soortenvan:

• moeras(woudaap(A022),porseleinhoen

(A��9),grotekarekiet(A298));

• openduin(blauwekiekendief(A082),velduil

(A222));

• heide-enstuifzanden(draaihals(A2��),duin-

pieper(A255));

• ofhabitatcomplexen(grauwekiekendief

(A084),grauweklauwier(A298)).

Bijdezesoortenligtdegrootsteuitdagingze

voordeNederlandsebroedvogelpopulatiete

behouden,doorhetleefgebiedvandezesoorten

inkwaliteitteverhogenenookinomvanguitte

breiden.Veelalbetrefthetinspanningeninhet

kadervanbeheer.

Voordekorhoen(A�07)envoordeduinpieper

(A255)isvooralsnogvooreenlagerdoelgekozen.

Tekstkader4.5.�.Landelijkedoelenbroedvogels

Page 59: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

59

Natura2000doelen-Proces

Page 60: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

60

Figuur5.�.�.Natura2000landschappen

Page 61: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

6�

IndithoofdstukwordenperNatura2000land-

schapbehandeld:dekernopgaven,eenanalyseof

dekernopgavemetbestaandbeleidalbereiktisof

bereikbaarzalzijn,degebiedsdoelenophoofdlij-

nenendetoedelingvandekernopgavenaande

gebieden.Dedoelenopgebiedsniveauzijnopge-

nomeninhetNatura2000gebiedendocument.

5.1 Inleiding

DeNatura2000gebiedenzijntoebedeeldaan

achtzogenoemdeNatura2000landschappen(zie

figuur5.�.�),teweten:

�. Noordzee,WaddenzeeenDelta

2. Duinen

�. Rivierengebied

4. MerenenMoerassen

5. Beekdalen

6. Hogerezandgronden

7. Hoogvenen

8. Heuvelland.

Landschappenmetelkhuneigenkenmerken,

eigenkernopgavenenhuneigenspecifiek

benodigdeaanpakomhetNatura2000netwerk

waarnodigteverbeterenomeenduurzame

instandhoudingopdelangeretermijntekunnen

garanderen.Indevolgendeparagrafenwordt

perNatura2000landschapaangegevenwelke

gebiedeneronderdeelvanuitmaken,watde

kenmerkendehabitattypenensoortenzijn,de

kernopgavenwordengepresenteerdenworden

dehoofdlijnenvandedoelenopgebiedsniveau

geschetst.

Natura 2000 doelen op gebiedsniveau

Indeparagrafen5.2totenmet5.9wordtper

Natura2000landschapingegaanopdegebieds-

doelenophoofdlijnen.Deconcretegebieds-

doelenzijnnuopgenomenindeNatura2000

gebiedendocumenten.Dezedocumentengeven

deinstandhoudingsdoelenweerzoalszete

zijnertijdwordenopgenomenindeaanwijzings-

besluiten.Inbijlage9.4iseenoverzichtvande

gebieden,habitattypenensoortenperNatura

2000landschapopgenomen.

Intekstkader5.�.�wordtaandehandvande

meestgesteldevragenoverdedoeleneentoe-

lichtinggegeven.

Landschappenmetelkhuneigenkenmerken,eigen

kernopgavenenhuneigenspecifiekbenodigdeaanpak...

Achtlandschapstypen

Kernopgavenperlandschapstype

Doelenopgebiedsniveau

Hoofdstuk 5

Natura 2000 opgaven per landschap en doelen op gebiedsniveau

Page 62: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

62

Meest gestelde vragen over doelen op gebieds-

niveau

Vraag 1: Voor welke habitattypen en soorten zijn

doelen geformuleerd?:

Inprincipezijndoelenvoordehabitattypenen

desoorten,inclusiefvogels,dievermeldzijnin

deNatura2000databasezoalsin200�en2004

ingediendbijdeEuropeseCommissie.Alleen

voorhabitattypenensoortendieindedatabase

zijnaangemeldalsnietsignificantvoorkomend

(codeDvoorrepresentativiteit)wordtgeendoel

geformuleerd.BijdevoorbereidingvandeNatura

2000doelenisnieuweinformatiebeschikbaarge-

komen.IndeNatura2000gebiedendocumenten

zijnvoorstellenvoorwijzigingenvandedataba-

sesaangegeven.Voorvogelsisdaarbijgebruik

gemaaktvandemeestrecentetrendgegevens.

Vraag 2: Zijn alleen doelen voor kwalificerende

soorten opgesteld?

Voorallevogelsoorten,dekwalificerendeénde

begrenzingssoortenzijninstandhoudingsdoelen

opgesteld.Zozijnookvoorallehabitattypenen

soortenineenconcreetgebieddoelengeformu-

leerd.Hetverschiltussen‘belangrijkstegebied

voor’en‘verderaangemeldvoor’isgehanteerd

t.b.v.deselectievandegebieden.Samenstaan

zevooreenbepaaldaandeelvandetotaleNe-

derlandseoppervlakteofaandeelvandetotale

populatie.DitaandeelisdoordeEuropeseCom-

missiealsvoldoendebeoordeeld.Ditlaatonverlet

datergeziendeverplichtingomhabitattypenen

(vogel)soortenineengunstigestaatvaninstand-

houdingtebrengenervooreenconcreetgebied

eendoelgerichtopuitbreidingoppervlakteof

verbeteringkwaliteitgeformuleerdkanzijn.

Vraag 3: Instandhouding wat betekent dat?

Instandhoudingkanzowelbehoud,uitbreidingof

verbeteringbetreffen.

Verbeteringkanopdrieelkaarmanieren:

• uitbreidingvanoppervlaktevaneenhabitat-

typeofomvangleefgebiedvaneensoort;

• verbeteringvandekwaliteitvaneenhabitat-

typeofvanhetleefgebiedvaneensoort;

• verbeteringvanderuimtelijkesamenhang

vaneenhabitattypeofhetleefgebiedvaneen

soortdoorverbinding,doorverbeteringvan

deverspreiding(zoweloplandelijkniveauals

binneneenconcreetgebied.

Uitbreidingomvangen/ofverbeteringkwaliteit

leefgebiedkanzowelgerelateerdwordenaan

behoudvandepopulatieopeenbepaaldniveau

ofaanuitbreidingvandepopulatie.

Overigenshoeftuitbreidingofverbeteringniet

perdefinitiedoormenselijkhandelenteworden

bewerkstelligd.Doordynamischeprocessen,door

successiekanbijvoorbeeldhetoppervlaktevan

eenbepaaldhabitattypetoenemen.Instandhou-

dingbetekentnietdatelkhabitattypeofleefge-

biedvaneensoortsteedsindezelfdeomvangof

opeenzelfdelocatieaanwezighoefttezijn.Inhet

kadervandeoptestellenbeheersplannendient

nadertewordenuitgewerktofhetnoodzakelijkis

datbepaaldemaatregelenwordengenomenom

eendoelalsuitbreidingoppervlaktehabitattype

ofleefgebiedterealiseren.

Afhankelijkvandeindegebiedenaanwezige

dynamiekkanmeerofmindermenselijkhande-

lennodigzijn.

Vraag 4: Welk jaar is als uitgangspunt genomen

bij het vaststellen van de doelen?

Bijhetvaststellenvandedoelenopgebiedsdoe-

lenisnietuitgegaanvaneenbepaaldjaarals

referentiejaar(bijvoorbeeldhetmomentvanaan-

wijzingalsVogelrichtlijngebiedofaanmeldingals

Habitatrichtlijngebied).Bijhetvaststellenvande

doelenisgekekennaarwathet(minimaal)beno-

digdeaantalsoortenen/ofminimaalbenodigde

oppervlakteleefgebiedofoppervlaktevaneen

habitattypenodigisomeengunstigestaatvan

instandhoudingoplandelijkniveauterealiseren.

Nederlandheeftimmersnietdeverplichtingop

zichgenomeneenbepaaldoudniveautebehou-

denofopnieuwtebereiken,maarommaatrege-

lentenemenomdenatuurlijkehabitatsende

wildedier-enplantensoortenvancommunautair

belangineengunstigestaatvaninstandhouding

tebehoudenofbrengen.Ditlaatonverletdat

daarbijtevensdehoofdlijnenzoalsopgenomen

indeNatura2000contourennotitieleidendzijn.

Vraag 5: Mogen waarden in een gebied achteruit

gaan?

Nee,inprincipegeldtdateenhabitattypeof

leefgebiedvaneensoortnietmagachteruitgaan

ineenconcreetgebied(‘standstillbeginsel’).Bij

uitzonderingwordteendoelgeformuleerdinter-

menvanenigeachteruitgangistoegestaan,maar

alleenalsditnodigisvoorhetbereikenvaneen

landelijkgunstigestaatvaninstandhoudingvan

eenanderhabitattypeofsoortenalsbinneneen

concreetgebiedonvoldoenderuimteaanwezigis

omeendoelgerichtopuitbreidingen/ofverbete-

ringkwaliteitterealiseren.

Tekstkader5.�.�.Meestgesteldevragenoverdoelenopgebiedsniveau

Page 63: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

6�

Vraag 6: Hoe moeten de aantallen worden

gehanteerd?

Degehanteerdeaantallenzijneenindicatievoor

degewenstedraagkrachtvanhetleefgebieden

zevormeneenhulpmiddelbijhetbepalenvan

detenemenmaatregelenendemonitoringvan

deontwikkelingenindegebieden.Ditbetekent

nietdateenbeheerdermoetgaranderendatelk

jaareenzelfdeaantalvogelsineengebiedzijn.

Ditzouonlogischzijnomdatbijvoorbeeldvoor

niet-broedvogelsdeaantallen,diededraagkracht

vaneengebiedweergeven,gebaseerdzijnopge-

middeldenovereenbepaaldeperiode.Hetdoelis

zodaniggeformuleerddathetaccentligtopom-

vangenkwaliteitvanhetleefgebied,datdientop

ordetezijnoftewordengebracht.Daarbijkomt

datbijvoorbeeldafhankelijkvanhetvoedselaan-

bodelders,ofdeverdelingvandevorstoverhet

land,overdooroorzakenbuitenNederlandde

aantallenjaarlijks‘perdefinitie’wisselen.

Vraag 7: Hoe wordt rekening gehouden met

fluctuaties van aantallen?

Doorhungrotemobiliteitkunnenaantallenniet-

broedvogelsineengebiedvanjaartotjaarsterk

fluctuerendoorwisselendeomstandighedenbin-

nenofbuitenhetgebied.Hetzelfdegeldtonder

meervoorhabitattypendieuitpionierbegroeiin-

genbestaan(bijvoorbeeldslikkigerivieroevers).

Vooreenaantalkustbroedvogels,metsterk

wisselendevoorkomens,wordenvoordeDelta

doelenopregioniveaugeformuleerd.Ditlaat

onverletdatvoldoendeoppervlakteenkwaliteit

vandeleefgebiedenindeverschillendedeelge-

biedenopordegehoudenmoetwordenalsware

hetofdevogelselkjaarhetgebiedopzoeken

omtebroeden.Voordeoverigevogelszieonder

vraag6.

Vraag 8: Waar worden de doelen juridisch vastge-

legd?

ConformdeNatuurbeschermingswet�998

wordendedoelenvastgelegdindeaanwijzings-

besluitenvandegebieden.Dedoelenwordenin

omvang,ruimteentijdnaderuitgewerktinde

Natura2000beheersplannen.Indehandreiking

beheersplannenwordtdaareennaderetoelich-

tingopgegeven.

Vraag 9: Wat is de betekenis van de relatieve

bijdrage?

HeteneNatura2000gebiedleverteengro-

tererelatievebijdrageaanderealiseringvan

degunstigestaatvaninstandhoudingofhet

landelijkdoel.Bijdeformuleringvandedoelen

isrekeninggehoudenmetdeze(verschillenin)

relatievebijdrage.Hetligtinderedeombijde

vergunningleningofbijdebeoordelingvan

(beheer)maatregelenrekeningtehoudenmetde

relatievebijdragevooreenhabitattypeofsoort

aanderealiseringvanhetlandelijkdoel.Zokan

bijvoorbeeldvoorhetgeheleIJsselmeergebied

meegewogenwordenbijhetnemenvanconcrete

beheermaatregelenwelkNatura2000gebiedde

belangrijkstebijdragelevertaanderealisering

vaneenlandelijkdoel.Overigensleverendeaan

concretegebiedentoebedeeldekernopgaven

hiertoeookeenhandreiking.Dezekernopgaven

duidendenichevaneenNatura2000gebieden

makeninzichtelijkwelkesoortenen/ofhabitatty-

pendegrootsterelatievebijdrageleverenofgaan

leveren.

Vraag 10: Hoe wordt rekening gehouden met de

dynamiek van natuurlijke systemen?

Degeformuleerdeinstandhoudingsdoelenwor-

deninomvang,ruimteentijdnaderuitgewerkt

indebeheersplannen.Verderzijndedoelen

zodaniggeformuleerddatwelaangegevenwordt

datbijvoorbeelddeoppervlaktebehoudendient

teworden,ditbinnendemargesvannatuurlijke

fluctuaties.Ditbetekentnietdathethabitattypen

steedsopdezelfdeplekhoeftteliggen.Ineen

aantalsituatiesisaangegevendatuitbreiding

vanhetoppervlaktevaneenbepaaldhabitattype

(bijvoorbeelddoorsuccessie)tenkostemaggaan

vaneenanderhabitattype.Insommigegevallen

wordtalleenaanwezigheidvaneenhabitattype

alsdoelgesteld,zonderspecificatievanhetver-

eisteoppervlakte.

Vraag 11: Wanneer moeten de doelen gereali-

seerd zijn?

DeHabitatrichtlijnendeVogelrichtlijnnoemen

geentermijnvoorhetbereikenvaneengunstige

staatvaninstandhoudingvanhabitattypenen

soorten.Hetligtinderedeomvoordekernop-

gaven,endedaarondervallendehabitattypenen

soorten,waarvooreensenseofurgencyisgefor-

muleerdtezorgendatdooradequatemaatrege-

lendespecifiekeecologischevereistenzosnelals

mogelijk,dochuiterlijkbinnen�0jaarnanuop

ordegebrachtworden.

Vraag 12: Wat gebeurt met doelen van Natuur-

monumenten die samenvallen met Natura 2000

gebieden?

Wanneer(eendeelvan)eenNatura2000gebied

aangewezenisalsbeschermdnatuurmonument

onderdeNatuurbeschermingswet,wordende

doelenvoorzoverzenietgelijkzijnofsamenval-

lenmetdeNatura2000doelenalsinstandhou-

dingsdoelentoegevoegdaanhetaanwijzingsbe-

sluit.

Page 64: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

64

Figuur5.2.�.Natura2000landschapNoordzee,WaddenzeeenDelta

Page 65: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

65

Namen van gebieden: Aantal: 16

�.Waddenzee;7.Noordzeekustzone;�09.Ha-

ringvliet;���.Voordelta;��4.Krammer-Volkerak;

��5.Grevelingen;��8.Oosterschelde;��9.Veerse

Meer;�20.Zoommeer;�2�.YersekeenKapelse

Moer;�22.Westerschelde&Saeftinghe;�2�.Zwin

&Kievittepolder;�24.GrooteGat;�25.Canisvliet-

seKreek;�26.Vogelkreeken�27.Markiezaat.

5.2 Natura 2000 landschap Noordzee, Wadden-

zee en Delta

Inleiding

HetNatura2000landschapNoordzee,Wadden-

zeeenDeltaomvateensubstantieeldeelvande

totaleoppervlaktevanhetNatura2000netwerk.

Erbehoren�6gebiedentotditlandschap,waar-

onderdeNoordzeekustzone(7),Waddenzee(�)

enallewaterenindeDelta.Dedriegebieden

dieopdecommunautairelijststaanvoorkrui-

pendmoerasscherm(H�6�4):GrooteGat(�24),

CanisvlietseKreek(�25)enVogelkreek(�26)zijn

ookaanditlandschaptoebedeeld.Verderwordt

hetgebiedYersekeenKapelseMoer(�2�)met

belangrijkevoorkomensvanschorrenenzilte

graslanden(binnendijks)(H���0_B)totditNatura

2000landschapgerekend.Figuur5.2.�.geefteen

kaartbeeld.

Habitattypen en soorten

Tweegroepenvanhabitattypenzijnbinnendit

landschapteonderscheiden:dehabitattypenin

dewaterenendemeerterrestrischetypen.Totde

eerstegroepbehorendepermanentoverstroom-

dezandbanken(H���0),slik-enzandplaten

(H��40)enhethabitattypegrotebaaien(H��60).

Zowelbinnendijksalsbuitendijkskomende

habitattypenziltepionierbegroeiingen(H���0),

schorrenenziltegraslanden(H���0)enruigten

enzomen(H64�0)voor.

Trekvissenalselft(H��02),fint(H��0�)enzalm

(H��06)komeninhetlandschapvoor.Verderis

deDeltavanbelangvoordenoordsewoelmuis

(*H��40).Desoortkruipendmoerasscherm

(H�6�4)komtalleenindeDeltavoor.

HetNatura2000landschapNoordzee,Wadden-

zeeenDeltaherbergteengrootaantalkarakte-

ristiekeNederlandsebroedvogelswaarvoorNe-

derlandookinEuropeesverbandeenbelangrijke

rolspeelt.Hetgaatondermeerommeeuwenen

sterns(kleinemantelmeeuw(A�8�),grotestern

(A�9�),noordsestern(A�94),visdief(A�9�)en

dwergstern(A�95)ensteltloperskluut(A��2),

bontbekplevier(A��7)enstrandplevier(A��8)).

Zijbroedenveelalopschaarsbegroeidezandpla-

ten,schorrenenkwelders.

HetNatura2000landschapNoordzee,Waddenzeeen

Deltaomvateensubstantieeldeelvandetotale

oppervlaktevanhetNatura2000netwerk(�6gebieden).

Page 66: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

66

�.Waddenzee;7.Noordzeekustzone;�09.Haringvliet;

���.Voordelta;��4.Krammer-Volkerak;��5.Grevelingen;

��8.Oosterschelde;��9.VeerseMeer;

Deintergetijdegebiedenzijnvangroteinternatio-

nalebetekenisalsvoedselgebiedvoorniet-broed-

vogelszoalsdeeider(A06�)envoorsteltlopers

alsscholekster(A��0),kluut(A��2),zilverplevier

(A�4�),kanoet(A�4�),bontestrandloper(A�49),

tureluur(A�62),steenloper(A�69),rossegrutto

(A�57)enwulp(A�60).Dekweldersenschorren

zijnvangrotebetekenisvoorplanteneters,zoals

rotgans(A046),brandgans(A045)enpijlstaart

(A054).Hetopenwaterisvanbelangvoorduiken-

deschelpdiereters(topper(A062),eider(A06�)

enzwartezee-eend(A065))envoorvisetersals

roodkeelduiker(A00�),parelduiker(A002),fuut

(A005),aalscholver(A0�7)enmeeuwenensterns.

DeGrevelingen(��5)vanbijzonderebetekenis

voormetnamedegeoordefuut(A008)ende

middelstezaagbek(A069).

Kernopgaven

Voorallegrotewaterengeldtdatbehoudofher-

stelvanderuimtelijkesamenhangtussengeulen,

ondieptes,platenenkwelders(ofschorren)ende

bijbehorendesedimentatie-enerosieprocessen

vangrootbelangzijn.MetnameindeDeltageldt

datvooreenaantalgebiedentengevolgevan

eerdereingrepent.b.v.veiligheidtegenoverstro-

mendehuidigesedimentatie-enerosieprocessen

daardoorbepaaldworden.VoordeWesterschel-

de&Saeftinghe(�22)zijnafsprakengemaakt

over600hectarenieuweestuarienenatuur,voor

hetHaringvliet(�09)wordtdoorde‘kier’de

zout-waterinvloedvergroot.VoorhetKrammer-

Volkerak(��4)enhetZoommeer(�20)loopteen

studie.Binnendezekaderszijndedoelenvoorde

grotewaterenvanhetDeltagebiedgeformuleerd.

Voorvogelsinhetbijzondergeldtdatvoldoende

rustenruimteomtefoeragerenenvoldoende

hoogwatervluchtplaatsenvangrootbelangzijn.

VoorhetNatura2000landschapNoordzee,

WaddenzeeenDeltazijn�9kernopgavenge-

formuleerd.Metbetrekkingtotopenwaterzijn

kernopgavengeformuleerdvoor:

• depermanentoverstroomdezandbankenen

dedaarbijbehorendefauna(inclusiefmos-

selbanken);

• behoudvandekwaliteitvanhetleefgebied

vanzeezoogdieren;

• behoudvandefoerageerfunctievoorvis-

etendevogels.

Metbetrekkingtotzoet-zoutovergangengeldt:

• verbeteringvandekwaliteitvandeestuarium

Westerschelde(�22)enbehoudvandekwali-

teitEems-Dollard(onderdeelvanWaddenzee

(�));

• herstelvanzoet-zoutovergangentenbehoeve

vanvisintrekenverbeteringkwaliteitvande

habitattypenpermanentoverstroomdezand-

banken(getijdengebied,H���0_A),vanslik-en

zandplaten(H��40)o.a.voorzeegrasvelden)

enestuaria(H���0)voordeWaddenzee(�);

• eengrensoverschrijdendeopgavemetDuits-

landenVlaanderenvoordevoordetrekvis

fint(H��0�).

Voordepermanentoverstroomdezandbanken

(H���0)isgekozenvoorbehoudvandekwaliteit.

AlleenvoordeWaddenzee(�)isvoorperma-

nentoverstroomdezandbaken(getijdengebied)

(H���0_A)gekozenvoorverbeteringkwaliteit.

Metbetrekkingtotdegetijdenplatenzijnde

opgaven:verbeteringkwaliteitvandeslik-en

zandplaten(H��40)tenbehoevevanvergroting

diversiteitenbehoudvanplatenvoorrustendeen

Page 67: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

67

foeragerendeniet-broedvogelsenalsrustgebied

voorzeehonden.

Behoudvanplatenvoorniet-broedvogelsisvan

grootbelanggeziendeaantallendoortrekkende

enoverwinterendewatervogelsinNederland,

m.n.voorhetgebiedWaddenzee(�).Voorhet

gebiedOosterschelde(��8)isdeinschattingge-

maaktdatdeautonomeontwikkelingvanachter-

uitgangvandeplatennietgekeerdkanworden.

Alsbehoudopgavewordtgeformuleerdomde

achteruitgangvandeplatenzoveelmogelijk‘te

remmen’,ondermeergeziendefunctiealsfoera-

geergebiedenomtegelijkertijdteonderzoeken

welkemaatregelenredelijkerwijsgenomenkun-

nenworden.Dedoelenzijnopdezeafnamevan

deplatenmetongeveer50haperjaarafgestemd.

Voorpermanentdrogezandplatenenstranden

isdekernopgavebehoudvanongestoorde

hoogwatervluchtplaatsenvoorniet-broedvogels.

Dekernopgavevoortplantingshabitatisopge-

nomenomdatgrijzezeehonden(H��64)nueen

suboptimaalhabitathebben.Daarnaastisdeze

kernopgavevanbelangvoorvogelsoorten,zoals

grotestern(A�9�)endwergstern(A�95),bont-

bekplevier(A��7)enstrandplevier(A��8),die

sterkonderdrukstaan.

Voordiversiteitschorrenenkweldersisvoor

deDeltaeenherstelopgavevooroppervlakte

enkwaliteitgeformuleerd.Kwaliteitbetekent

aanwezigheidvanallesuccessiestadia,zoet-zoet-

overgangen,verscheidenheidinsubstraaten

getijregime.VoordeWaddenzee(�)ligtereen

behoudopgavevoordiversiteitschorrenenkwel-

ders.Anderebelangrijkeopgavenvoorschorren

enkwelderszijnbehoudfoerageerfunctievoor

ganzen,behoudbroedgelegenheidenbehoud

vandefunctiealshoogwatervluchtplaats.

Tabel5.2.�en5.2.2geveneencompleetoverzicht

vandekernopgavenentoedelingaangebieden

voorhetNatura2000landschapNoordzee,Wad-

denzeeenDelta.

Gebiedsdoelen op hoofdlijnen

Voordepermanentoverstroomdezandbanken

(Noordzee-kustzone)(H���0_B)zijndedoelenop

behoudgesteld.Voordepermanentoverstroom-

dezandbanken(getijdengebied)(H���0_A)geldt

alleenvoordeWaddenzee(�)eenverbeterop-

gave(metnamegerichtopontwikkelingvan

biogenestructurenmetmossels).

Voorslik-enzandplaten(H��40)geldtalsdoel

behoudvanhetoppervlakeneenverbetering

vandekwaliteitindemeestegebieden.Het

habitattypegrotebaaienH��60isalleenvoor

deOosterschelde(��8)vantoepassing.Hetdoel

isgerichtopverbeteringkwaliteit.Voorhet

habitattypeestuaria(H���0)isalleeneenopgave

voorverbeteringkwaliteitgeformuleerdvoorde

Westerschelde(�22).VoordeWaddenzee(�)is

hetvooralvanbelangdat(kleinschalige)zoet-

zoutovergangentenbehoevevandeverbetering

vanhethabitattypen,permanentoverstroomde

zandbanken(H���0),slikenzandplaten(getijden-

gebied)(H��40_A)enestuaria(H���0)worden

gerealiseerd.

VoordesoortenvanbijlageIIvandeHabitatricht-

lijnisvoordegewonezeehond(H��65)inde

Deltaalsdoelverbeteringvandekwaliteitvanhet

leefgebiedmethetoogopuitbreidingvandepo-

pulatiegesteld.Voorsoortenalsgroenknolorchis

(H�90�)ennauwekorfslak(H�0�4)geldtbehoud

biotoop/leefgebiedvoorbehoudpopulatie.Voor

�20.Zoommeer;�2�.YersekeenKapelseMoer;�22.

Westerschelde&Saeftinghe;�2�.Zwin&Kievittepolder;

�24.GrooteGat;�25.CanisvlietseKreek;

Page 68: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

68

deoverigesoortengeldtzowelbehoudals

uitbreidingenverbetering.

Detypischebroedvogelsvanonzekustdoen

hetoverhetalgemeengoed,zodatkanworden

volstaanmetbehoudleefgebiedvoorbehoud

populatie.Vooreenaantalsoortenzoalszwartkop-

meeuw(A�76),strandplevier(A��8)engrotestern

(A�9�)zijndoelenophetniveauvanderegioDelta

geformuleerd.Voordestrandplevier(A��8)zullen

demogelijkhedenvoorverbeteringkwaliteitleef-

gebiedwordenonderzochtommeertegaranderen

datdesoortzichinNederlandophetniveauvan

eenduurzamepopulatiekanhandhaven.

Voorniet-broedvogelssoortenisditNatura2000

landschapvangrootbelang.Eendeelvandesoor-

tenconcentreertzichindeDelta.Hetbetreftonder

meer:fuut(A005),kuifduiker(A007),kleinezilver-

reiger(A026),krakeend(A05�),slobeend(A056),

brilduiker(A067)enmiddelstezaagbek(A069).

Grevelingen(��5)isvangrotebetekenisvoor

viseters.Bijhetbehoudvandekwaliteitvanhet

leefgebiedvoordezevisetersishetvanbelang

datdemaatregelenzodanigwordenuitgevoerd

datconditiesvoorinstandhoudingvangroen-

knolorchis(H�90�)envochtigeduinvalleien

(H2�90)involdoendemategewaarborgdzijn.

Degrootsteaantallenvaneider(A06�),zwarte

zee-eend(A065)komenvoorindeWaddenzee

(�)endeNoordzeekustzone(7).Soortenals

zilverplevier(A�4�),rossegrutto(A�57),wulp

(A�60)engroenpootruiter(A�64).Vooreen

grootaantalsteltloperszoalsscholekster(A��0),

kanoet(A�4�)isdeWaddenzee(�)verreweghet

belangrijkstegebiedgevolgddoorrespectievelijk

Oosterschelde(��8)enWesterschelde&Saef-

tinghe(�22)

Dedoelenopgebiedsniveauzijnoverwegend

geformuleerdintermenvanbehoudleefgebied

voorbehoudpopulatie.Uitzonderingbetreftde

Waddenzee(�)waarvoorsoortenalseider(A06�),

kanoet(A�4�),scholekster(A��0),steenloper

(A�69)entopper(A062)eenherstelopgaveis

geformuleerd.Bijdeformuleringvandezedoelen

wordtvoorzovermogelijkrekeninggehouden

metdeonzekerhedenmetbetrekkingtottoekom-

stigeontwikkelingentengevolgevanklimaat-

veranderingen.

Voordesoortenroodkeelduiker(A00�)en

parelduiker(A002)zijnalleen(behouds)doelen

geformuleerdvoordeNoordzeekustzone(7)en

Voordelta(���).

�26.Vogelkreeken�27.Markiezaat.

Page 69: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

69

Opgave landschappelijke samenhang en interne compleetheid:

Behoudzee-ecosysteemmetpermanentoverstroomdezandbanken

(Noordzee-kustzone)H���0_B4,alshabitatvoorzwartezee-eend

A065,roodkeelduikerA00�,topperA062eneiderA06�,met

bodemsvanverschillendeouderdomenmeernatuurlijkeopbouw

vanvispopulaties.

Verbeteringkwaliteitleefgebiedzeezoogdieren.

Verbeteringkwaliteitpermanentoverstroomdezandbanken(getij-

dengebied)H���0_Ao.a.metbiogenestructurenmetmossels.

TevensvanbelangalsleefgebiedvooreiderA06�enzwartezee-

eendA065enalskraamkamervoorvis.

Behoudfoerageerfunctievisetendevogelsinhetbijzondervoor

fuutA005,geoordefuutA008enmiddelstezaagbekA069.

VerbeteringkwaliteitestuariaH���0Westerschelde(ruimte,

verhoudingtussendeelsystemen/laagproductieveenhoog

productieveonderdelen)enbehoudkwaliteitEems-Dollard.

Permanentoverstroomdezandbankeninternationaalvanbelang

vanwegegrootaandeelbinnenEuropa.

Vaninternationaalbelangalsoverwinteringsgebiedvanzeevogels.

Vannationaalbelangvoorzeehondenenbruinvis.

Permanentoverstroomdezandbankeninternationaalvanbelang

vanwegegrootaandeelbinnenEuropa.

Vaninternationaalbelangvoordoortrekkendeenoverwinterende

watervogels.

Vaninternationaalbelangvoordoortrekkendeenoverwinterende

watervogels.

Estuariainternationaalvanbelangvanwegehetgroteaandeel

binnenEuropa.

Tabel5.2.�.KernopgavenNatura2000landschapNoordzee,WaddenzeeenDelta

Waarom:

Duurzaamheidbetreffendehabitattypenensoorten,behoud

biodiversiteit(gradiënten)isalleenoplandschapschaalterealiseren.

Hoofdtype: Open water

Behoudofherstelruimtelijkesamenhangdiepwater,kreken,geulen,ondiepwater,platen,

kweldersofschorren,strandenenbijbehorendesedimentatie-enerosieprocessen.

Behoudopenheid,rustendonkerte.Voorvogelsbetekentditvoldoenderustenruimteomte

foeragerenenvoldoenderustigehoogwatervluchtplaatsenopkorteafstandvanfoerageer-

gebiedeninhetintergetijdengebied.

1.01 Overstroomde zand-

banken

1.02 Zeezoogdieren

1.03 Overstroomde

zandbanken & biogene

structuren

1.04 Foerageerfunctie

visetende vogels

1.05 Kwaliteit estuaria

Typering: Kernopgave: Waarom:

Kernopgaven per hoofdtype:

Hoofdtype: Estuaria en zoet-zout overgang

4 Staatvaninstandhouding:roodisongunstig,oranjeismatigongunstig,groenisgunstig,grijsisonbekend

Page 70: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

70

HerstelzoutinvloedinHaringvliet,vooralvoortrekvissen,zoals

zeeprikH�095,elftH��02,fintH��0�enzalmH��06,enmedevoor

brakkevariantvanruigtenenzomen(harig wilgenroosje)H64�0_B

enschorrenenziltegraslanden(buitendijks)H���0_A.

Herstelzoet-zoutovergangen(bijvoorbeeldviaspuiregimeen

vistrappen)i.h.b.visintrekAfsluitdijk,WesterwoldseAaenLau-

wersmeer/ReitdiepinrelatietotDrentscheAa(rivierprikH�099).

BehoudvanverbindingmetScheldeenEemstenbehoevevan

paaifunctievoorfintH��0�inBelgiëenDuitsland.

Genoemdetrekvissenvanactueel(zeeprik)ofpotentieelinternatio-

naalbelang.PotentieelbelangrijkstetoegangspoortvoordeRijnen

deMaas.

Brakkeruigtenvaninternationaalbelangvanwegecentraleligging

engrootaandeelbinnenEuropa.

Vannationaalbelangvoortrekvissen.

Isvoorwaardevoorverbeteringkwaliteitslik-enzandplaten,

permanentoverstroomdezandbanken(o.a.voorzeegrasvelden)

enestuariaindeWaddenzee.

Nederlandsedeelvandezeestuariavangrensoverschrijdendbelang

alsopgroeigebiedvoordefint,diepaaitinDuitsedeelvandeEems,

enidemvoordepotentiëlepaaipopulatieinde(Belgische)Zee-

schelde.

Tabel5.2.�.KernopgavenNatura2000landschapNoordzee,WaddenzeeenDelta(vervolg)

1.06 Herstel zout-invloed

Haringvliet

1.07 Zoet-zout overgan-

gen Waddengebied

1.09 Achterland fint 1

Hoofdtype: Permanent droge zandplaten en stranden

Hoofdtype: Getijdenplaten

Verbeteringkwaliteitslik-enzandplaten(getijdengebied)H��40_A

tenbehoevevanvergrotingvandiversiteit.

Behoudslikkenenplatenvoorrustendeenfoeragerendeniet

-broedvogelszoalsvoorbontestrandloperA�49,rossegruttoA�57,

scholeksterA��0,kanoetA�4�,steenloperA�69eneiderA06�

enrustgebiedenvoorgewonezeehondH��65engrijzezeehond

H��64.

Slik-enzandplatenvaninternationaalbelangdoorgrootaandeel

binnenEuropa.Vanbelangvooralgemenebiodiversiteit.

Internationaalvanbelangvoordoortrekkendeenoverwinterende

watervogels.

Waddenzeenationaalbelangrijkstegebiedvoordezeehonden.

VoordezeehondenvooraleenbelangrijkeopgaveindeDelta.

1.10 Diversiteit getijden-

platen

1.11 Rust- en foerageerge-

bieden

Behoudenherstelongestoordehoogwatervluchtplaatsen.

Behoudongestoorderustplaatsenenoptimaalvoortplantings-

habitat(waaronderembryonaleduinenH2��0)voorbontbek-

plevierA��7,strandplevierA��8,kluutA��2,grotesternA�9�en

dwergsternA�95,visdiefA�9�engrijzezeehondH��64.

Behoudvangeïsoleerdeeilandenalsleefgebiedvoornoordse

woelmuis*H��40(onbereikbaarvoorconcurrenten).

BehoudplatenGrevelingenmetlagebegroeiingenvanvochtige

duinvalleien(kalkrijk)H2�90_B,grijzeduinen*H2��0,kruip-

wilgstruwelenH2�70engroenknolorchisH�90�.

Groteinternationalebetekenisvoortrekvogels.

Nationaalbelangvoorgrijzezeehond,heeftnuopsuboptimaal

habitat(overstromingsrisico).Vannationaalbelangvoorkust-

broedvogelsdiehierhunoorspronkelijkebroedplaatshebben.

Noordsewoelmuisprioritair.

Internationaalzeerbelangrijk(endemischeondersoort).

Grijzeduinenprioritair.

Vochtigeduinvalleieninternationaalvanbelangvanwegecentrale

liggingengrootaandeel.

Internationaalbelanggroenknolorchis.

1.12 Hoogwatervlucht-

plaats vogels

1.13 Voortplantingsha-

bitat

1.14 Leefgebied noordse

woelmuis

1.15 Lage begroeiingen

� Kernopgave�.08:zoet-zoutovergangOosterscheldeisvervallen

Page 71: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

7�

Tabel5.2.2KernopgavenNoordzee,WaddenzeeenDelta:toedelingaangebieden

Hoofdtype: Binnendijkse zilte vegetaties

Hoofdtype: Schorren en kwelders

Behoud(Waddenzee)enherstel(Delta)vanschorrenenziltegras-

landen(buitendijks) H���0_Ametallesuccessiestadia,zoet-zout

overgangen,verscheidenheidinsubstraatengetijregimeenmede

alshoogwatervluchtplaats.

BehoudhabitatbroedvogelsalsgrotesternA�9�endwergstern

A�95,visdiefA�9�,lepelaarA0�4,foerageergebiedvoorganzen.

Schorrenenziltegraslandenvaninternationaalbelangvanwege

centraleliggingengrootaandeelinEuropa.Nederlandheeft

relatiefhethoogsteaantalonbeweidekwelders.Essentieelonder-

deelgetijdengebiedvooralfoeragerenenovertijen(hoogwater-

vluchtplaatsen).

Internationaalbelangvoorlepelaar,grauwegans,brandgansen

rotgans.

1.16 Diversiteit schorren

en kwelders

1.17 Broedgelegenheid en

foerageergebied

BehoudleefomstandighedenkruipendmoerasschermH�6�4in

kreken(o.a.wisselendewaterstanden).

Behoudenontwikkelingkwaliteitbinnendijksebrakkegebieden

voornoordsewoelmuis*H��40,broedvogels(kluutA��2,sterns),

overgangs-entrilvenen(veenmosrietlanden)H7�40_B,schorrenen

ziltegraslanden (binnendijks)H���0_B(bijv.YersekeMoer),brakke

variantvanruigtenenzomen(harig wilgenroosje)H64�0_Benals

hoogwatervluchtplaats.

Kruipendmoerasschermvaninternationaalbelangvanwege

centraleliggingengrootaandeelpopulatieinEuropa.

Noordsewoelmuisprioritair.Internationaalzeerbelangrijk

(endemischeondersoort).

Vannationaalbelangvoorbedreigdebroedvogels,zoalskluuten

visdiefenpotentiesvoorveenmosrietlanden.

1.18 Kruipend moeras-

scherm

1.19 Binnendijkse brakke

gebieden

Hoofdtype: Estuaria en zoet-zout overgang

Hoofdtype: Open water

7.Noordzeekustzone(w);���.Voordelta(w).

7.Noordzeekustzone(w).

�.Waddenzee(w).

��5.Grevelingen(w);��9.VeerseMeer.

1.01 Overstroomde zandbanken

1.02 Zeezoogdieren

1.03 Overstroomde zandbanken (incl. biogene structuren)

1.04 Foerageerfunctie visetende vogels

�.Waddenzee;�22.Westerschelde&Saeftinghe( ,w).

�09.Haringvliet(w);���.Voordelta(w).

�.Waddenzee(w);8.Lauwersmeer(w).

1.05 Kwaliteit estuaria

1.06 Herstel zout-invloed Haringvliet

1.07 Zoet-zoutovergangen Waddengebied

Tabel5.2.�.KernopgavenNatura2000landschapNoordzee,WaddenzeeenDelta(vervolg)

Page 72: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

72

Hoofdtype: Permanent droge zandplaten en stranden

Hoofdtype: Getijdenplaten

�.Waddenzee(w);�22.Westerschelde(w).

�.Waddenzee(w);���.Voordelta(w).

�.Waddenzee;7.Noordzeekustzone;���.Voordelta;��8.Oosterschelde( ).

1.09 Achterland fint 1

1.10 Diversiteit getijdeplaten

1.11 Rust- en foerageergebieden

�20.Zoommeer;�27.Markiezaat.

�.Waddenzee;7.Noordzeekustzone( );�09.Haringvliet;��4.Krammer-Volkerak;

��5.Grevelingen;�22.Westerschelde&Saeftinghe;�2�.Zwin&Kievittepolder.

�09.Haringvliet;��5.Grevelingen.

��5.Grevelingen(w).

1.12 Hoogwatervluchtplaats vogels

1.13 Voortplantingshabitat

1.14 Leefgebied noordse woelmuis

1.15 Lage begroeiingen

Hoofdtype: Binnendijkse zilte vegetaties

Hoofdtype: Schorren en kwelders

�.Waddenzee(w);��8.Oosterschelde(w);�22.Westerschelde&Saeftinghe(w);

�2�.Zwin&Kievittepolder(w).

�09.Haringvliet;��4.Krammer-Volkerak(w).

1.16 Diversiteit schorren en kwelders

1.17 Broedgelegenheid en foerageergebied

�24.GrooteGat(w);�25.CanisvlietseKreek(w);�26.Vogelkreek(w).

��8.Oosterschelde(w);�20.Zoommeer(w);�2�.YersekeenKapelseMoer(w);

�22.Westerschelde&Saeftinghe(w).

1.18 Kruipend moerasscherm

1.19 Binnendijkse brakke gebieden

w wateropgave;

senseofurgency:beheeropgave;

senseofurgencyopgavem.b.t.watercondities(zieverdertoelichtingparagraaf�.�).

Tabel5.2.2KernopgavenNoordzee,WaddenzeeenDelta:toedelingaangebieden(vervolg)

� Kernopgave�.08:zoet-zoutovergangOosterscheldeisvervallen

Page 73: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

7�

Page 74: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

74

Figuur5.�.�.Natura2000landschapDuinen

Page 75: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

75

Namen van gebieden Aantal: 18

2.DuinenenLageLandTexel;�.DuinenVlieland;4.Dui-

nenTerschelling;5.DuinenAmeland;6.DuinenSchier-

monnikoog;84.DuinenDenHelder–Callantsoog;

85.Zwanenwater&Pettemerduinen;86.Schoorlse

Duinen;87.NoordhollandsDuinreservaat;88.Kennemer-

land-Zuid;96.Coepelduynen;97.Meijendel&Berkheide;

98.Westduinpark&Wapendal;99.Solleveld&Kapittel-

duinen;�00.VoornesDuin;�0�.DuinenGoeree&Kwade

Hoek;��6.KopvanSchouwenen��7.Mantelingvan

Walcheren.

5.3 Natura 2000 landschap Duinen

Inleiding

HetNatura2000landschapDuinenomvat�8

gebieden,deduinenvandeWaddeneilanden,

langsdevastelandskustendeduinenindeDelta.

NagenoegalleNederlandseduinen,dietevens

eenbelangrijkefunctiehebbenvoorhetwaarbor-

genvandeveiligheid,zijnonderdeelvanhetNa-

tura2000netwerk.Ininternationaalopzichtzijn

deNederlandseduinenvangroottotzeergroot

belang.Ditondermeerdoordeaanwezigheid

vangrijzeduinen(*H2��0)envochtigeduinval-

leien(H2�90).Heteerstetypekomtovergrote

oppervlaktesingoedontwikkeldevormenvoor,

hetlaatstetypeisindeNederlandseduinenzeer

gevarieerdenovergroteoppervlakteaanwezig.

HetNatura2000landschapwordtgekenmerkt

doorgradiëntenlangsendwarsopdekust.De

meestdynamischeomstandighedenkomenvoor

opdeWaddeneilanden.Degradiëntvannoord

naarzuid,vankalkarmvanhetnoordentotaan

Bergenenkalkhoudendtenzuidenhiervan.De

duinenindeDeltavormeneenmozaïekvan

kalkarmenkalkhoudend.Dwarsopdekustzijn

devolgendegradiëntenteonderscheiden,van

zeereepnaarbinnenduinrand:meerofminder

wind,meerofminderzoutenvanjongnaaroud.

Inhetheleduinmassiefzijngradiëntenvandroog

naarnatteonderscheiden.Figuur5.�.�geefteen

overzichtvandeliggingvandegebieden.

Habitattypen en soorten

Relatiefbelangrijkehabitattypeninditlandschap

zijn:grijzeduinen(*H2��0),drogeduinbossen

(H2�80),vochtigeduinvalleien(H2�90)eninde

binnenduinrandmozaïekenvanheischralegras-

landen(*H62�0)enblauwgraslanden(H64�0).

Witteduinen(H2�20)enembryonaleduinen

(H2��0),endedaarbijbehorendedynamische

processen,zijnvangrootbelangvoordeduur-

zameinstandhoudingvanhetprioritairehabitat-

typegrijzeduinen(*H2��0).

Voordeprioritairehabitattypenduinheidenmet

kraaihei(*H2�40)enduinheidenmetstruikhei

(*H2�50)isNederlandvanminderbelanggezien

deliggingaanderandvanhetareaal,geziende

omvangensoortensamenstelling.

HetNatura2000landschapDuinenomvat�8gebieden,de

duinenvandeWaddeneilanden,langsdevastelandskust

endeduinenindeDelta.

Page 76: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

76

Denauwekorfslak(H�0�4)iswatbetreftzijn

voorkomeninNederlandvrijwelvollediggebon-

denaandeduinen.Degrootsteenmeestduur-

zamepopulatiesvandegroenknolorchis(H�90�)

komenvoorindeduinen.

Vooreenaantalbroedvogelsoortendiesterk

onderdrukstaan,zoalsblauwekiekendief(A082),

velduil(A222)entapuit(A277)liggenbinnen

Nederlanddebelangrijkstebroedgebiedeninde

duinen.InhetbijzonderdeduinenopdeWad-

deneilandenzijnvangrootbelangvoordevelduil

(A222)endeblauwekiekendief(A082).Ookvoor

delepelaar(A0�4)vormendeduineneenbelang-

rijkbroedgebied.

Voorniet-broedvogelsiseenaantalduingebieden

vanbetekenisalsslaap-ofhoogwatervluchtplaats

inrelatietotnabijgelegenfoerageergebieden

(intergetijdengebied).DitishetgevalbijDuinen

Vlieland(�)eninhetbijzonderdeDuinenvan

Goeree&KwadeHoek(�0�).Duinplassenzijn

somsvanenigebetekenisvoorwatervogelsals

delepelaar(A0�4)enslobeend(A056)(Duinen

vanGoeree&KwadeHoek(�0�),Zwanenwater&

Pettemerduinen(85)).

Kernopgaven

Deessentievandeverbeteropgavevoorhet

Natura2000landschapDuinenisdatdeverstar-

ringvanhetlandschapendeverviltingvande

graslandenaangepaktmoetworden.Hetmeest

essentiëleprocesindeduinen,dedynamiekdoor

verstuivingenduinvorming,isgrotendeelsver-

lorengegaan.Debelangrijksteoorzakenhiervan

zijnvastleggingvandekust,stikstofdepositieén

wegvallenvanhistorischgebruik.Degrootste

mogelijkhedenvoordynamiekenverstuivinglig-

genopdeWaddeneilanden.Ditlaatonverletdat

voorhetduurzaamvoortbestaanvanbijvoor-

beelddegrijzeduinen(*H2��0)ookmeerruimte

voorverstuivinglangsdevastelandskusteninde

Deltanodigis.

BelangrijkeopgavevoorhetNatura2000land-

schapDuinenishetversterkenvaneensamen-

hangendlandschapmeteenaantalgradiënten

enmozaïeken.Hetversterkenvandenoord-zuid

gradiëntendesamenhangdaarbinnen.Herstel

vandegradiëntvanzeereepnaarbinnenduinrand

énbehoudenherstelvandemozaïeken‘open’

naast‘dicht’en‘hoog’naast‘laag’.

Achtkernopgavenzijngeformuleerdmetbetrek-

kingtotdezeereep,dedrogebinnenduinen

(inclusiefdrogebossen),(secundaire)duinval-

leienenstrandvlaktes(inclusiefvochtigebossen)

endebinnenduinrand(overgangnaarpolders)

(inclusiefvochtigebossen).

Voordezeereepisalskernopgave2.0�geformu-

leerd:ruimtevoornatuurlijkeverstuiving.Ener-

zijdsomdatwitteduinen(H2�20)enembryonale

duinen(H2��0)vangrootbelangzijnvooronder

drukstaandesoortenalsstrandplevier(A��8),

bontbekplevier(A��7)endwergstern(A�95)én

anderzijdsomdatverstuivingessentieelisvoor

behoudenkwaliteitsverbeteringvandegrijze

duinen(*H2��0).

Dekernopgavendiehetmeestzijntoebedeeld

aanconcretegebiedenzijndekernopgaven2.02

grijzeduinenenkernopgave2.05openvochtige

duinvalleien(incl.vochtigeduinbossen).

Dekernopgave2.02grijzeduinenisrelatiefvaak

toebedeeld,medesamenhangendmethetaantal

subtypendatvoorgrijzeduinen(*H2��0)geldt.

Hetzelfdegeldtvoorkernopgave2.05openvoch-

tigeduinvalleien.

2.DuinenenLageLandTexel;�.DuinenVlieland;

4.DuinenTerschelling;5.DuinenAmeland;6.Duinen

Schiermonnikoog;84.DuinenDenHelder–Callantsoog;

Page 77: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

77

Dekernopgave2.08gradiëntbinnenduinrand

isalleentoebedeeldaandegebiedenopde

WaddeneilandenénaandeKopvanSchouwen.

Binnenduinrandenzijnmomenteelonvoldoende

ontwikkeld.Dezekernopgaveisgerichtopde

meestkansrijkelocaties(zoveelalsmogelijkaan-

sluitendbijlopendeplannenénprojecten).

Dekernopgave2.07duinbekenisslechtséén

keertoebedeeld.AlleeninhetgebiedSchoorlse

duinen(86)wordtditalseenreëleopgavegezien.

Dithangtmedesamenmetdeinterpretatievan

hethabitattypebekenenrivierenmetwaterplan-

ten(waterranonkels)(H�260_A).

Voordekernopgave2.02grijzeduinenisvoor

allegebieden,metuitzonderingvoordeCoepel-

duynen(96),eensenseofurgencyvoorbeheer

toegekend.Debelangrijksteopgavenvoor

grijzeduinenzijn:herstelkwaliteitdoormeerver-

stuiving,hetmeeropenmakenvandevegetatie

enhetopheffenvandeverzuringseffectendoor

meeradequaatbeheer.Verderiseenbeheerop-

gavetoegekendaanDuinenenLangeLandTexel

(2).VoordeDuinenSchiermonnikoog(6)iseen

senseofurgencymetbetrekkingtotdewatercon-

dities toegekendvoordekernopgave2.06

graslanden,verderaanDuinenSchiermonnikoog

(6),NoordhollandsDuinreservaat(87)enKopvan

Schouwen(��6)voordekernopgave2.08gradiënt

binnenduinrand.

Allekernopgavenendedaarmeesamenhan-

gendegebiedsdoelenvoorhetNatura2000land-

schappassenbinnenbestaandbeleid.

Eengrootaantalopgavenhangtsamenmet

eennoodzakelijkeintensiveringvanhetbeheer.

Dezwaarsteopgavenhebbenbetrekkingop

dekernopgaven2.08binnenduinrand(Duinen

Terschelling,4),kernopgave2.05openvoch-

tigeduinvalleien(DuinenAmeland,5)énopde

kernopgave2.06graslandenvoordegebieden

DuinenDenHelder–Callantsoog(84),Zwanewa-

terenPettemerduinen(85)enKopvanSchouwen

(��6).Dezeopgavenhebbenvooralbetrekkingop

ontwikkelingvanheischralegraslanden(*H62�0),

blauwgraslanden(H64�0)ofgrijzeduinen(hei-

schraal)(*H2��0_C).Hetbetrefttypendiesterk

onderdrukstaanenwaarNederlandrelatief

belangrijkvooris.InhetkadervandeNatura

2000beheersplannenishetdeopgavemaximaal

resultaattehalendoorhetslimlokaliserenvande

doelenéndoorhetslimnemenvanmaatregelen.

Tabel5.�.�en5.�.2geveneencompleetoverzicht

vankernopgavenentoedelingaangebiedenvoor

hetNatura2000landschapDuinen.

Gebiedsdoelen op hoofdlijnen

Voorzevenhabitattypenzijndedoelenop

gebiedsniveauvoorallegebiedengeformuleerd

intermenvanbehoudoppervlakte,behoud

en/ofverbeteringvankwaliteit.Voordehabitat-

typenembryonaleduinen(H2��0),duinheiden

metstruikhei(*H2�50)enduindoornstruwelen

(H2�60)geldt,meteenenkeleuitzondering,

behoudoppervlakteenbehoudkwaliteit.Voor

vrijwelalle�7gebiedenisopgenomendathet

typeduindoornstruwelen(H2�60)inoppervlakte

magachteruitgangtengunstevandehabitat-

typengrijzeduinen(H2��0)ofvochtigeduinval-

leien(H2�90).Voorwitteduinen(H2�20)geldt

nagenoeginallegebiedenbehoudvanopper-

vlakteenindemeestesituatiesverbeteringvan

dekwaliteit.

Voorduinbossen(H2�80)geldtdatvoordesubty-

85.Zwanenwater&Pettemerduinen;86.Schoorlse

Duinen;87.NoordhollandsDuinreservaat;88.Kennemer-

land-Zuid;96.Coepelduynen;97.Meijendel&Berkheide;

Page 78: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

78

penA:droogenC:binnenduinrandindemeeste

gevallenzoweloppervlaktealskwaliteitopbe-

houdisgesteld.AlleenvoorDuinenVlieland(�),

DuinenTerschelling(4)enDuinenSchiermonnik-

oog(6)isoppervlakteopuitbreidingenkwaliteit

opverbeteringgesteld.

Voorhethabitattypegrijzeduinen(*H2��0)en

vochtigeduinvalleien(H2�90)wordtindemeeste

gebiedengestreefdnaarverbeteringkwaliteiten

uitbreidingoppervlakte.AlleenvoordeSchoorlse

duinen(86)iseenontwikkeldoelvoorduinbeken

(H�260)geformuleerd.Hethabitattypeheischrale

graslanden(*H62�0)isvooralleduinenwaar-

voorvantoepassingopuitbreidingoppervlakte

gesteld,voorblauwgraslanden(H64�0)geldtdit

ongeveervoordehelftvandegebieden.

Voordesoortnauwekorfslak(H�0�4)isinalle

gebiedenbehoudleefgebiedvoorbehoudpopu-

latiealsdoeltoegekend.Voordegroenknolorchis

(H�90�)isoverwegendbehoudbiotoopvoor

behoudpopulatievantoepassing.Vanwegegeo-

grafischespreidingisaanKennemerland-Zuid(88)

alsdoeluitbreidingvangeschiktbiotoopvoor

uitbreidingvandepopulatieomvangtoebedeeld.

Vooraldebroedvogelsvandedroge,openduinen

hebbentemakengehadmeteensterkeachter-

uitgangvanhetleefgebiedenvandepopulaties.

Uitbreidingen/ofverbeteringkwaliteitvanhet

leefgebiedvooruitbreidingvandepopulatieis

doorgaansalsdoelgeformuleerdbijsoortenals

deblauwekiekendief(A082),velduil(A222)en

tapuit(A277)(DuinenSchiermonnikoog(6)vormt

hieropeenuitzondering).Ookbijenkelesoorten

vanvochtigeengevarieerdeduinvalleien,als

paapje(A275)engrauweklauwier(A��8),isdit

hetgeval.Bijdesoortenvande(riet)moerassenin

deduinen,alsaalscholver(A0�7),bruinekieken-

dief(A08�),lepelaar(A0�4)enroerdomp(A02�),

isbehoudleefgebiedvoorbehoudpopulatie

voldoende.

Voorniet-broedvogelszijnmetnameDuinen

Vlieland(�)enDuinenGoeree&Kwadehoek

(�0�)vanbelang.Dedoelenvoordeniet-broed-

vogelsisbehoudleefgebiedvoorbehoud

populatiegeformuleerd.

98.Westduinpark&Wapendal;99.Solleveld&Kapittel-

duinen;�00.VoornesDuin;�0�.DuinenGoeree&Kwade

Hoek;��6.KopvanSchouwen;��7.MantelingvanWalcheren.

Page 79: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

79

Opgave landschappelijke samenhang en interne compleetheid:

Ruimtevoornatuurlijkeverstuiving:witteduinenH2�205en

embryonaleduinenH2��0o.m.vanbelangalshabitatvoorkleine

mantelmeeuwA�8�,dwergsternA�95,bontbekplevierA��7en

strandplevierA��8.

Uitbreidingenherstelkwaliteitvangrijzeduinen*H2��0,ookals

habitatvantapuitA277,velduilA222enblauwekiekendiefA082,

doortegengaanvergrassingenverstruweling.

Witteduinenvaninternationaalbelangdoordatdithabitattype

essentieelvoorbehoudprioritairehabitattypegrijzeduinen.

Nederlandheeftrelatiefgrootoppervlakvandithabitattype.

Beidehabitattypenvannationaalbelangvooro.a.blauwe

zeedistelengenoemdebedreigdevogels.

Grijzeduinenprioritair.

Grootinternationaalbelangdoorcentraleliggingengrootaandeel,

endoorhogekwaliteit.

Nationaalvanzeergrootbelangalsleefgebiedvoorblauwe

kiekendiefenvelduilenvangrootbelangvoordetapuit.De

grijzeduinenzijnvoorblauwekiekendiefenvelduilmomenteel

respectievelijkhetbelangrijksteenenigegebiedmetpotenties

voorduurzamepopulaties.

Verdervannationaalbelangomdatgrijzeduinenbelangrijkste

leefgebiedvormenvoorandereaandithabitattypegebonden

bedreigdefaunaenflora.

Tabel5.�.�KernopgavenNatura2000landschapDuinen

Waarom:

Dynamischlandschap,metlandschapsvormendeprocessen,van

belanguitoogpuntvanbiodiversiteit(gradiënten)enduurzaam-

heid(jongeenouderesuccessiestadianaastelkaar).

Duinenalsgeheelvaninternationaalbelangdoorgrootopper-

vlakte,landschappelijkesamenhangenbiodiversiteit.Waarden

induinenstaansterkonderdrukm.n.soortenvangraslandenen

pioniervegetatiesenverstoringsgevoeligefauna.

Hoofdtype: Zeereep

Samenhangendlandschapmetaantalgradiëntenenmozaïeken:

• Versterkenvannoord-zuidgradiëntensamenhangdaarbinnen.

• Herstelgradiëntvanzeereep-binnenduinrand:droog-nat,meerofminderwind,meerof

minderzout,jong-oud.

• Behoudenherstelvanmozaïeken:open-dicht,hoog-laag.

Behoudenherstelvanrustendonkervoorfauna.

VersterkensamenhangmetNoordzee,WaddenenDeltaénmetMerenenMoerassen.

2.01 Witte duinen en

embryonale duinen

2.02 Grijze duinen

Typering: Kernopgave: Waarom:

Kernopgaven per hoofdtype:

Hoofdtype: Droge binnenduinen (inclusief droge bossen)

5 Staatvaninstandhouding:roodisongunstig,oranjeismatigongunstig,groenisgunstig,grijsisonbekend

Page 80: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

80

Behoudoppervlakteenkwaliteitduinheidenmetkraaihei*H2�40

enduinheidenmetstruikhei*H2�50.

Uitbreidingoppervlakte(ookinzeereep)6enverbeteringkwaliteit

(structuurvariatieensoortenrijkdom)vanduinbossen(droog)

H2�80_A.

Behoudoppervlakteenherstelkwaliteitvanvochtigeduinvalleien

(kalkrijk) H2�90_B.BehoudvochtigeduinvalleienH2�90alshabitat

vanroerdompA02�,lepelaarA0�4,blauwekiekendiefA082,

velduilA222,noordsewoelmuis*H��40,nauwekorfslakH�0�4en

groenknolorchisH�90�(vergrotingoppervlakteisvrijweloveral

gedaan).OpTerschellingenSchiermonnikoogmeerruimtevoor

duinbossen (vochtig) H2�80_B.

Ontwikkelingheischralegraslanden*H62�0,grijzeduinen

(heischraal)*H2��0_CenblauwgraslandenH64�0opkansrijke

locaties.

Herstelbekenenrivierenmetwaterplanten(waterranonkels)

H�260_A.

Herstelhydrologie/vochtgradiëntduinbossen(binnenduinrand)

H2�80_C,heischralegraslanden*H62�0enblauwgraslanden

H64�0(Schouwen,Texel,Terschelling,Schiermonnikoog,langs

vastelandskusténGoerreeenVoorne).OpTexelmedet.b.v.

noordsewoelmuis*H��40.

Beidehabitattypenprioritair,liggendaanrandvanareaalenmatig

ontwikkeld.

Nationaalbelangduinheidenmetstruikheivanwegegeografische

spreidingenanderesoortensamenstelling(o.a.korstmossen).

Duinbossenvaninternationaalbelangdoorcentraleliggingen

grootaandeel,engoedontwikkeld.

Nationaalvanbelangmetnamevoorplantensoortenvanzomen.

Noordsewoelmuisprioritair.

Vochtigeduinvalleieninternationaalvanbelangvanwegecentrale

ligging,grootaandeelenhogekwaliteit.Enduinbossen(vochtig)

vanwegeEuropesezeldzaamheidengrootaandeel.Genoemde

soortenzijnEuropeesvanbelang.

Vochtigebossenvanduinvalleienzijnnatuurlijkebossenwaarmeer

ruimtevoornodigis.

Nationaalvanbelangalsbroedgebiedvoorroerdomp,blauwekie-

kendiefenvelduil(vanlaatstetweelopenaantallensterkachteruit).

Heischralegraslandenengrijzeduinenprioritair.

Internationaalbelangheischralegraslandenenblauwgraslanden

vanwegecentraleligginginAtlantischeregioengrootaandeel.

Beidetypenstaansterkonderdruk.

Nationaalvanbelangvooraantalbedreigdeplant-endiersoorten.

Nationaalbelangvanwegezeerongunstigestaatvaninstandhou-

dingenbehoudvanenkelebedreigdeplant-endiersoorten.

Heischralegraslandenennoordsewoelmuisprioritair.

Internationaalbelangheischralegraslanden,blauwgraslandenen

duinbossenvanwegecentraleligginginAtlantischeregioengroot

aandeel.Genoemdehabitattypenstaansterkonderdruk.

Nationaalbelangvooraantalbedreigdeplant-endiersoorten.

Staatvaninstandhoudingvantweehabitattypenzeerongunstig.

2.03 Duinheiden

2.04 Droge duinbossen

2.05 Open vochtige

duinvalleien (inclusief

vochtige duinbossen)

2.06 Graslanden

2.07 Duinbeken

2.08 Gradiënt binnenduin-

rand

Hoofdtype: Duinvalleien (secundaire) en strandvlaktes (inclusief vochtige bossen)

Hoofdtype: Binnenduinrand (overgang naar polders, inclusief vochtige bossen)

6 Letop:duingraslandenrelatiefbelangrijker(slimlokaliseren).

Tabel5.�.�KernopgavenNatura2000landschapDuinen(vervolg)

Page 81: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

8�

Tabel5.�.2.KernopgavenDuinen:toedelingaangebieden

Hoofdtype: Zeereep

�.DuinenVlieland;4.DuinenTerschelling;5.DuinenAmeland;86.SchoorlseDuinen;

87.NoordhollandsDuinreservaat;88.Kennemerland-Zuid;97.Meijendel&Berkheide;

�0�.DuinenGoeree&KwadeHoek;�2�.Zwin&Kievittepolder.

2.DuinenenLageLandTexel( );�.DuinenVlieland;4.DuinenTerschelling( );5.Duinen

Ameland( );6.DuinenSchiermonnikoog( );84.DuinenDenHelder–Callantsoog( );

85.Zwanenwater&Pettemerduinen( );87.NoordhollandsDuinreservaat( );88.Ken-

nemerland-Zuid( );96.Coepelduynen;97.Meijendel&Berkheide( );98.Westduinpark

&Wapendal( );99.Solleveld&Kapittelduinen( );�00.VoornesDuin( );��6.Kopvan

Schouwen.

�.DuinenVlieland;4.DuinenTerschelling;86.SchoorlseDuinen;98.Westduinpark&Wapen-

dal;99.Solleveld&Kapittelduinen.

86.SchoorlseDuinen;87.NoordhollandsDuinreservaat;88.Kennemerland-Zuid;97.Meijendel

&Berkheide;�00.VoornesDuin;��7.MantelingvanWalcheren.

2.DuinenenLageLandTexel( ,w);�.DuinenVlieland(w);4.DuinenTerschelling(w);

5.DuinenAmeland(w);6.DuinenSchiermonnikoog(w);84.DuinenDenHelder–Callantsoog

(w);85.Zwanenwater&Pettemerduinen(w);87.NoordhollandsDuinreservaat(w);88.Kenne-

merland-Zuid(w);97.Meijendel&Berkheide(w);�00.VoornesDuin(w);�0�.DuinenGoeree&

KwadeHoek(w);��6.KopvanSchouwen(w);��7.MantelingvanWalcheren(w).

2.DuinenenLageLandTexel(w);6.DuinenSchiermonnikoog( ,w);84.DuinenDen

Helder–Callantsoog(w);85.Zwanenwater&Pettemerduinen(w);�0�.DuinenGoeree&

KwadeHoek(w);��6.KopvanSchouwen(w).

86.SchoorlseDuinen(w).

2.DuinenenLageLandTexel(w);4.DuinenTerschelling(w);5.DuinenAmeland(w);

6.DuinenSchiermonnikoog( ,w);87.NoordhollandsDuinreservaat(w);��6.Kopvan

Schouwen( ,w).

2.01 Witte duinen en embryonale duinen

2.02 Grijze duinen

2.03 Duinheiden

2.04 Droge duinbossen

2.05 Open vochtige duinvalleien (incl. vochtige duinbossen)

2.06 Graslanden

2.07 Duinbeken

2.08 Gradiënt binnenduinrand

Hoofdtype: Droge binnenduinen (inclusief droge bossen)

Hoofdtype: Duinvalleien (secundaire) en strandvlaktes: (inclusief vochtige bossen)

Hoofdtype: Binnenduinrand (overgang naar polders, inclusief vochtige bossen)

w wateropgave;

senseofurgency:beheeropgave;

senseofurgencyopgavem.b.t.watercondities(zieverdertoelichtingparagraaf�.�).

Page 82: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

82

Figuur5.4.�.Natura2000landschapRivierengebied

Page 83: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

8�

Namen van gebieden Aantal: 17

�6.UiterwaardenZwarteWaterenVecht;�8.Uiterwaar-

denIJssel;�9.VechtenBeneden-Reggegebied;

66.UiterwaardenNeder-Rijn;67.GeldersePoort;

68.UiterwaardenWaal;70.ZuiderLingedijk&Diefdijk-

Zuid;7�.Loevestein,Pompveld&KornscheBoezem;

8�.Kolland&Overlangbroek;82.UiterwaardenLek;

�05.Zouweboezem;�08.OudeMaas;���.HollandsDiep;

��2.Biesbosch;�4�.OeffelterMeent;�4�.Zeldersche

Driessenen�52.Grensmaas.

5.4 Natura 2000 landschap Rivierengebied

Inleiding

HetNatura2000landschapRivierengebiedomvat

�7gebieden7.Dezegebiedenliggenlangsde

groterivierenoflangskleinererivierenzoals

deLinge,VechtenReggeenNiers.DeNatura

2000gebiedenHollandsDiep(���)enBiesbosch

(��2)wordenooktothetNatura2000landschap

Rivierengebiedgerekend,evenalsZouweboezem

(�05).Ditgebiedheefteengrotecomponent

MerenenMoerassen,hetgeenblijktuitdeaan

hetgebiedtoegekendedoelen

Degebiedenlangsdegroterivierenzijngroten-

deelsgebiedendiezijnaangewezenopbasisvan

deVogelrichtlijn,delendaarvanwordenaange-

wezenopbasisvandeHabitatrichtlijn.

Figuur5.4.�.geefteenbeeldvandeliggingvan

degebieden.

Habitattypen en soorten

Vooreengrootaantalgeheel,ofinbelangrijke

mate,aanhetRivierengebiedgebondenhabitat-

typen,isNederlandvanrelatiefgrootbelang.

Ditgeldtvoordevochtigealluvialebossen

(zachthoutooibossen)(*H9�E0_A),drogehard-

houtooibossen(H9�F0),stroomdalgraslanden

(*H6�20)englanshaver-envossenstaarthooilan-

den(H65�0).Ditlaatstehabtiattypeomvatnaast

deglanshaverhooilanden,ookdezogenoemde

kievitsbloemhooilanden(gebiedenUiterwaarden

ZwarteWaterenVecht(�6)enUiterwaardenIJssel

(�8)endezogenoemdeweidekervelhooilanden

(alleenvoorkomendindeBiesbosch(��2)).Van

natureishetRivierengebiedookvanbelangvoor

krabbenscheerbegroeiingen(habitattypeH��50),

hettypekomtthansslechtssporadischvoor.

HetRivierengebiedisvanbelangvoorbijnaalle

trekvissenenvoorvissoortenalsbittervoorn

(H���4),grotemodderkruiper(H��45)enkleine

modderkruiper(H��49).Demossoorttonghaar-

muts(H��87)komtslechtsopéénlocatievoorin

deBiesbosch(��2).

HetNatura2000landschapRivierengebiedomvat�7

gebieden.Dezegebiedenliggenlangsdegroterivieren

oflangsdekleinererivieren...

7 HetVecht-enBeneden-Reggegebied(�9)isook

toebedeeldaanhetNatura2000landschapHo-

gerezandgronden

Page 84: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

84

DaarnaastishetRivierengebiedvangrotebeteke-

nisalsbroedgebiedvooreenaantalmoerasvo-

gels.Eendeelvandezevogelsisaangewezenop

rietmoerassen(bijv.roerdomp(A02�),woudaap

(A022),grotekarekiet(A298)ensnor(A292))en

eendeelopjongeverlandingsstadia(porselein-

hoen(A��9)enzwartestern(A�97)).Ookvoor

soortenvanvochtigegraslandenenruigten,zoals

dekwartelkoning(A�22)isditlandschapvan

grootbelang.

Bijniet-broedvogelsishetRivierengebiedvan

bijzonderbetekenisvoorplanteneters,metname

voorwildezwaan(A0�8),toendrarietgans(A0�9)

enkolgans(A04�).Maarookvoorgrauwegans

(A04�),krakeend(A05�),wildeeend(A05�)en

meerkoet(A�25).Daarnaastishetrivierengebied

vannationaleeninternationalebetekenisvoor

foeragerendeenrustendekieviten(A�42)engrut-

to’s(A�56).

Kernopgaven

Vooreenduurzameinstandhoudingvande

natuurwaardeninhetRivierengebiedishetvan

grootbelangdelandschappelijkesamenhang

vandeNatura2000gebiedeninhetRivieren-

gebiedteversterken,onderanderedooreen

versterkingvanderelatiestussenbinnendijkseen

buitendijksgelegengebiedenenverderdoorte

bewerkstelligendatbinnendeuiterwaardeneen

duidelijkeafwisselingvangrootschaligeénopen

gebiedenmetkleinschaligeéndichtegebieden

blijftbestaan.Eenevenwichtigeverdelingvan

laaggelegenuiterwaarden(voorrietmoerassenen

vochtigealluvialebossen,*H9�E0),hooggelegen

uiterwaarden(o.a.metdrogeharthoutooibossen

H9�F0),nevengeulenendiepeplasseniseven-

eensvanbelang.

GeziendeliggingtenopzichtevanhetEuropese

achterlandvormendeNederlandseriviereneen

doorgaandeverbindingnaarDuitslandenBelgië

voordetrekvissen.

Derivierenvormeneendynamischsysteem,een

samenspelvannatuurlijkeprocessenenmen-

selijkhandelen.Vooreenaantalhabitattypen

zijnerosie-ensedimentatieprocessenvangroot

belangvoorhetduurzaamvoortbestaanvande

habitattypenopdelangetermijn.Meerruimte

voorerosie-ensedimentatieprocessen,enmeer

mogelijkhedenvoorverschuivingeninruimteen

tijdvandiversesuccessiestadiavanhabitattypen

enleefgebiedenvansoortenzijnessentieel.Van-

wegeveiligheidenscheepvaartisongestoorde

rivierdynamieknietmogelijk.Derhalvezijn

beheer-eninrichtingsmaatregelennoodzakelijk.

ZoalsverwoordinhetStrategischkaderVHR:

RuimtevoordeRivierenRuimtevoorNatura2000

hebbenrivierverruimendemaatregelen,mits

goedgelokaliseerd,ookalsresultaateenbijdrage

aanuitbreidingenverbeteringvanhabitattypen

enleefgebiedenvansoorten.

VoorhetRivierengebiedzijn�4kernopgaven

geformuleerd,teonderscheidennaardevol-

gendehoofdtypen:rivier,nevengeulenendiepe

plassen;zoetwatergetijdegebied;laaggelegen

uiterwaarden(incl.voormaligeuiterwaarden)

enhooggelegenuiterwaarden(incl.voormalige

uiterwaarden).

Dekernopgaventrekvissenenbehoudopen

waterzijnalleentoebedeeldaanhetHollands

Diep(���).Dekernopgaven�.02waterplanten

(behoudhabitattypeH�260_Bbekenenrivieren

metwaterplanten(grote fonteinkruiden)),isal-

�6.UiterwaardenZwarteWaterenVecht;�8.Uiterwaar-

denIJssel;�9.VechtenBeneden-Reggegebied;

66.UiterwaardenNeder-Rijn;67.GeldersePoort;

Page 85: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

85

leentoegekendaanUiterwaardenIJssel(�8)en

Grensmaas(��2).

Dekernopgave�.05kwaliteitsverbetering

zoetwatergetijdegebiedistoegekendaande

gebiedenHollandsDiep(���),Biesbosch(��2)en

OudeMaas(�08).InhetgebiedOudeMaas(�08)

komenmomenteeldekwalitatiefbestontwik-

keldevoorbeeldenvanvochtigealluvialebossen

(zachthoutooibossen,*H9�E0_B)voor.Biesbosch

(��2)vormthetgrootstezoetwatergetijdegebied

vanEuropa.

HetRivierengebiedisvanoudsherbinnenNe-

derlandvangrootbelangvoorthansonderdruk

staandemoerasvogelsalszwartestern(A�97),

roerdomp(A02�)engrotekarekiet(A298)ende

onderdrukstaandekrabbenscheerbegroeiingen

(H��50)(kernopgaven�.06krabbenscheerbegroei-

ingenen�.08rietmoeras).InhetRivierengebied

komtdepurperreiger(A029)alleenvoorinde

Zouweboezem(�05).Desoortkomthierinrela-

tiefgroteaantallenvoor.Desoortisnietopgeno-

meninkernopgave�.08omdatheteensoortvan

hetMerenenMoerassenlandschapbetreft.

VoorhetRivierengebiedisin�6situatieseen

senseofurgencytoegekendzowelwatbetreft

wateropgaven(m.b.t.watercondities) als

beheeropgaven .

Hetbetrefttweewateropgaven voorvoch-

tigegraslanden(kievitsbloem-hooilanden)in

UiterwaardenZwartewaterenVecht(�6)envoor

rietmoerasindeGeldersPoort(67).

Vande�2beheeropgaven zijnertwee

toegekendaanrietmoeras(UiterwaardenZwarte

waterenVecht(�6)enGeldersePoort(67)).Zo-

welGeldersePoort(67)enUiterwaardenZwarte

waterenVecht(�6)zijnvangrootbelangvoorde

samenhanginhetNatura2000netwerk;opkorte

termijnliggenhieraanzienlijkeverbeteropgaven.

Deoverigebeheeropgavengeldenvoorde

kernopgave�.��drogegraslanden.Meerade-

quaatbeheeropdekortetermijnisvangroot

belang.

Derealiseringvandrogehardhoutooibossen

(kernopgave�.�4)indeUiterwaardenZwarte

waterenVecht(�6)enUiterwaardenIJssel(�8)en

dekwaliteitsverbeteringzoetwatergetijdegebied

(kernopgave�.05inBiesbosch(��2))zijnverbe-

teropgaven,diegrotendeelszijnafgedektdoor

maatregeleninhetkadervanderealiseringvan

deecologischehoofdstructuur.

Dekernopgave�.��drogegraslandenvoorde

ZelderscheDriessen(�4�)vormteengrensover-

schrijdendeopgave.

Vooreenaantalkernopgaveniseenwateropgave

geformuleerd.Hetgaatondermeerom�.06krab-

benscheerbegroeiingen,�.07vochtigealluviale

bossen,�.08rietmoeras,�.09vochtigegraslanden

en�.�2plas-drassituaties.Afhankelijkvandehui-

digesituatieendeaardvanhetgebiedzaldeze

opgaveinzwaartevariëren.

Tabel5.4.�en5.4.2geveneencompleetoverzicht

vankernopgavenentoedelingaangebiedenvoor

hetNatura2000landschapRivierengebied.

Gebiedsdoelen op hoofdlijnen

Deformuleringvandegebiedsdoelenvoorde

Natura2000gebiedenisafgestemdmethetStra-

tegischKaderVogelrichtlijnenHabitatrichtlijn.

RuimtevoordeRivierénRuimtevoorNatura2000

(200�)endePKB-RuimtevoordeRivier.

68.UiterwaardenWaal;70.ZuiderLingedijk&Diefdijk-

Zuid;7�.Loevestein,Pompveld&KornscheBoezem;

8�.Kolland&Overlangbroek;82.UiterwaardenLek;

Page 86: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

86

Omdestrategischeelementenvolledigtekunnen

latendoorwerkenindedoelenopgebiedsniveau

isgebruiktgemaaktvandemogelijkhedenvan

complementairedoelenenvantengunsteformu-

leringen.Hieronderwordtdatnadergeduid.

VoorhetNatura2000landschapRivierengebied

zijnophoofdlijnendevolgendedoelenvoorde

habitattypengeformuleerd:

• Merenmetkrabbenscheerenfonteinkruiden

(H��50):inallegebiedenopuitbreidingop-

pervlakteenverbeteringkwaliteit.

• Slikkigerivieroevers(H�270):uitbreidingop-

pervlakteindegebiedenHaringvliet(�09),

UiterwaardenIJssel(�8),GeldersePoort(67)

enUiterwaardenWaal(68).

• Stroomdalgraslanden(*H6�20):oppervlakte-

uitbreidinginnagenoegallegebieden.

• Ruigtenenzomen(H64�0):hetsubtypeA

(moerasspirea)innagenoegallegebieden

opbehoud,hetsubtypeC(droge bosranden)

staatoveralopuitbreidinginsamenhangmet

deuitbreidingvandrogehardhoutbossen

(H9�F0).

• Glanshaver-envossestaarthooilanden(H65�0):

inmeerdandehelftvandegebiedenopper-

vlakte-uitbreiding.

• VochtigealluvialebossenH9�E0:hetsubtype

B(essen-iepenbossen)staatinnagenoegalle

gebiedenopuitbreidingoppervlakte,het

subtypeA(zachthoutooibossen)staatvoor

dehelftvandegebiedenopuitbreidingop-

pervlakte(indemeestegebiedenopbehoud

kwaliteit).

• Drogehardhoutooibossen(H9�F0):uitbreiding

oppervlakteenverbeteringkwaliteitinvier

gebieden(UiterwaardenZwarteWateren

Vecht(�6),UiterwaardenIJssel(�8),Gelderse

Poort(67)enUiterwaardenNeder-Rijn(66)).

VoorZelderscheDriessen(�4�)geldteen

behoudsdoel.

Vooreenaantalvandehierbovengenoemde

habitattypenzijninéénofmeergebiedenzoge-

noemdecomplementairedoelentoegevoegdaan

deinstandhoudingsdoelen:UiterwaardenIJssel

(�8),UiterwaardenNeder-Rijn(66)enUiterwaar-

denWaal(68).

Zouweboezem(�05)heefteendoelvooruitbrei-

dingoppervlakteenverbeteringkwaliteitblauw-

graslanden(H64�0)toebedeeldgekregen(element

vanNatura2000landschapMerenenMoerassen).

Voorvissoortenenanderesoortengeldende

volgendedoelen:

• Voordevissoortenbittervoorn(H���4)en

kleinemodderkruiper(H��49)envoorde

soortmeervleermuis(H���8)isoveralbehoud

leefgebiedvoorbehoudpopulatietoegekend.

• Voorderivierprik(H�099)enzeeprik(H�095)

ligtop(nagenoeg)allegebiedeneenopgave

vooruitbreidingvanhetleefgebiedvooruit-

breidingvandepopulatie.

• AlleenvoordeBiesbosch(��2)iseendoel

voordefint(H��0�)geformuleerdgerichtop

behoudkwaliteitleefgebiedvooruitbreiding

vandepopulatie.

• Voorkamsalamander(H��66)endegrote

modderkruiper(H��45)doelenzowelbehoud

alsverbeteringvandekwaliteitvanhetleefge-

bied.

�05.Zouweboezem;�08.OudeMaas;���.HollandsDiep;

��2.Biesbosch;�4�.OeffelterMeent;�4�.Zeldersche

Driessenen�52.Grensmaas.

Page 87: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

87

Voordesoortenzeeprik(H�095),rivierprik

(H�099),elft(H��02),fint(H��0�),zalm(H��06),

grotemodderkruiper(H��45),kamsalamander

(H��66)enbever(H���7)zijninéénofmeer

vandevolgendegebiedenzogenoemdecomple-

mentairedoelentoegevoegdaandeinstandhou-

dingsdoelen:UiterwaardenIJssel(�8),Uiterwaar-

denNeder-Rijn(66),UiterwaardenWaal(68),

Loevestein,Pompveld&KornscheBoezem(7�)en

HollandsDiep(���).

Voordemeestebroedvogelsoortenvanhet

Rivierengebiedisbehoudvanhetleefgebied

voorbehoudvandehuidigepopulatiealsdoel

gesteld.Bijsoortenvanrietmoerasenvochtige

totnattekruidenvegetatiesalsroerdomp(A02�),

porseleinhoen(A��9),kwartelkoning(A�22)en

grotekarekiet(A298)isuitbreidingomvangen/of

verbeteringkwaliteitleefgebiedvooruitbreiding

populatiehetdoel.Hoeweldepopulatievande

zwartestern(A�97)hetredelijkdoet,isuitbrei-

dingvanhetleefgebiedindevormvandrijvende

waterplantenvegetatiesalsnatuurlijkenestplaat-

sengewenst.

Voordeniet-broedvogels,zijndedoelenop

gebiedsniveauintermenvanbehoudkwaliteit

leefgebiedgeformuleerd.

Voordeniet-broedvogelskolgans(A04�),grauwe

gans(A04�)ensmient(A050)isenigeachteruit-

ganginomvangfoerageergebiedtoegestaanten

gunstevanhabitattypenstroomdalgraslanden

(*H6�20),glanshaver-envossenstaarthooilanden

(H65�0),vochtigealluvialebossen(*H9�E0)of

drogehardhoutooibossen(H9�F0)ofbroedvogel-

soortenporseleinhoen(A��9)ofkwartelkoning

(A�22).

Page 88: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

88

Opgave landschappelijke samenhang en interne compleetheid:

GeenbarrièresindetrekroutezalmH��067,zeeprikH�095,rivier-

prikH�099enelftH��02.

Behoudbekenenrivierenmetwaterplanten(grote fonteinkruiden)

H�260_B.

Foerageergebiedenuitwijkmogelijkheidbijvorstvoorsoortenals

kuifeendA06�.

BehoudenuitbreidingvanslikkigerivieroeversH�270éngrind-

bankenmetpioniervegetaties.

Vanactueelinternationaalbelangvoorrivierprikvanwegecentrale

liggingengrootaandeel.InternationaalisNederlandvanbelang

alstoegangspoorttotEuropa,viaRijnenMaas.

Nationaalvanbelangvoorenkelebedreigdeplantenenvissen.

Derivierenzijninternationaalennationaalvanbelangvoortrek-

kendewatervogels.Nederlandherbergtvanveelsoortenwater-

vogelsmeerdan�%vandeinternationalepopulaties.

Nationaalbelangvoorzeldzameplant-endiersoorten.Grensmaas

heefteenuniekepositievanwegevoorkomenvangrindbanken.

Tabel5.4.�.KernopgavenNatura2000landschapRivierengebied

Waarom:

Nederlandserivierengebiedvangrootinternationaalbelangvoor

grootaantalhabitattypenensoorten.Rivierentoegangspoortvoor

grootaantalsoorten.

DoorgrotehoeveelheidgradiëntenlevertRivierengebiedgrote

bijdrageaanbiodiversiteit.

Voorniet-broedvogelsenbroedvogelslevertRivierengebiedrelatief

grotebijdragebinnenNederland.

Hoofdtype: Rivier, nevengeulen en diepe plassen

Versterkenvanlandschappelijkesamenhangbinnenhetrivierengebiedenmetomgevingdoor:

• Herstelvanecologischerelatiestussenbinnendijkseenbuitendijksegebieden.Verbinden

vanleefgebiedenvanamfibieën,leefgebiedenvanvissen,metbossenbinnendijks,met

moerassystemenopdeNatteAs,methogerezandgrondenenbeeksystemen.Verderbe-

houdvanhuidigeslaapplaatsenenfoerageergebiedenvogelsinkomgronden.

• Behoudenherstelbinnenuiterwaardenvanafwisselingtussengrootschaligeénopen

gebiedenmetkleinschaligeénhalfopengebieden.Herstelvanevenwichtigeverdelingmet

laaggelegenuiterwaarden(rietmoerassenenvochtigealluvialebossen)methooggelegen

uiterwaarden(metdrogehardhoutooibossen)metnevengeulenenmetdiepeplassen

bijvoorkeurdoorherstelvanerosieensedimentatieprocessen.

• Herstelvanrivierdelta’sénzoetwatergetijdegebiedmetvoldoendedoorstromingenover-

stromingsdynamiekénmetdoorgaandeverbindingnaarEuropeseachterlandvoortrekvis-

sen.

3.01 Trekvissen

3.02 Waterplanten

3.03 Open water

3.04 Rivieroevers met

pioniervegetaties

Typering: Kernopgave: Waarom:

Kernopgave per hoofdtype

7 Staatvaninstandhouding:roodisongunstig,oranjeismatigongunstig,groenisgunstig,grijsisonbekend

Page 89: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

89

Kwaliteitsverbeteringzoetwatergetijdengebiedt.b.v.vochtigeal-

luvialebossen(zachthoutooibossen)*H9�E0_A,ruigtenenzomen

(harig wilgenroosje)H64�0_B,slikkigerivieroeversH�270,fint

H��0�(inclusiefpaaiplaats),noordsewoelmuis*H��40,tonghaar-

mutsH��87enbeverH���7.

Behoudenuitbreidingvanmerenmetkrabbenscheerenfontein-

kruidenH��50,indevormvanstrangen,inhetbijzonderherstel

vankrabbenscheerbegroeiingen,ookalsbroedbiotoopvanzwarte

sternA�97.

Vochtigealluvialebossen(zachthoutooibossenenessen-iepenbos-

sen)*H9�E0_Aen*H9�E0_Buitbreidenmedetenbehoevevan

beverH���7.

Kwaliteitsverbeteringenuitbreidingrietmoerasmetdedaarbij

behorendebroedvogels(roerdompA02�,grotekarekietA298),

aangevuldmetnoordsewoelmuis*H��40.

Herstelglanshaver-envossenstaarthooilanden(grote vossenstaart)

H65�0_BenblauwgraslandenH64�0.

Behoudvoldoendeslaapplaatsen-enfoerageerterreinvoor

ganzen,kleinezwanenA0�7,wildezwanenA0�8ensmienten

A050.

Vochtigealluvialebossen(zachthoutooibossen)ennoordsewoel-

muisprioritair.Internationaalvanbelangvoorzachthoutooibossen

ondergetijde-invloedvanwegecentraleliggingengrootaandeel.

BiesboschvormthetgrootstezoetwatergetijdegebiedvanEuropa.

OudeMaasmomenteelkwalitatiefbestevoorbeeld.

Vangrootnationaalbelangvoorbedreigdetothetzoetwater-

getijdegebiedbeperktesoorten.

NederlandisindeAtlantischeregiobelangrijkvoordittypevan-

wegecentraleliggingengrootaandeel.Hetrivierengebiedisde

natuurlijkeplekvankrabbenscheervegetaties,hettypekomthier

momenteelechterslechtssporadischvoor.

Vochtigealluvialebossen(zachthoutooibossenenessen-iepenbos-

sen)prioritair.Internationaalvanbelangvoorzachthoutooibossen

vanwegecentraleliggingengrootaandeel.Metnameessen-iepen-

bossenoptermijnweervannationaalbelangvoorbedreigdebos-

soorten,momenteelzeerzeldzaamvoorkomendsubtype.

Noordsewoelmuisprioritair.Internationaalvanbelangvoor

Nederlandseondersoortvannoordsewoelmuisenvoorroerdomp

doorgrootaandeelencentraleligging.

VanoudsherbinnenNederlandishetRivierengebiedvangroot

belangvooronderdrukstaandemoerasvogelsalszwartestern,

roerdompengrotekarekiet.

BlauwgraslandenvaninternationaalbelanginAtlantischeregio

doorcentraleliggingengroteaandeel.

Vannationaalbelangvoorweidevogels(kemphaan,watersnip)

enbedreigdeplanten.

Degraslandenlangsderivierenzijninternationaalennationaal

vanbelangvoortrekkendewatervogels.

Nederlandherbergtvanveelsoortenwatervogelsmeerdan�%

vandeinternationalepopulaties.

Hoofdtype: Zoetwatergetijdengebied

3.05 Kwaliteitsverbetering

zoetwatergetijdengebied

3.06 Krabbenscheer-

begroeiingen

3.07 Vochtige alluviale

bossen

3.08 Rietmoeras

3.09 Vochtige graslanden

3.10 Grasetende water-

vogels

Hoofdtype: Laaggelegen uiterwaarden (inclusief voormalige uiterwaarden)

Tabel5.4.�.KernopgavenNatura2000landschapRivierengebied(vervolg)

Page 90: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

90

LaagdynamischewaterenvoorgrotemodderkruiperH��45,bitter-

voornH���4enamfibieën,zoalskamsalamanderH��66.

Behoudenuitbreidingareaalvanplas-drassituatiesenondiep

watervooreenden,kwartelkoningA�22,porseleinhoenA��9en

steltlopers.

Kwaliteitsverbeteringenuitbreidingvanstroomdalgraslanden

*H6�20,glanshaver-envossestaarthooilanden(glanshaver)

H65�0_A.

OntwikkelingdrogehardhoutooibossenH9�F0:groteroppervlakte

enkwaliteitsverbetering.

Grotemodderkruiperenbittervoornvaninternationaalbelangin

Atlantischeregiodoorcentraleliggingengrootaandeel.

Vannationaalbelangvoorbedreigdevissenenkamsalamander.

Rivierengebiedisvaninternationaalbelangvoortrekkendewater-

vogels,zoalsdegrutto.Nederlandherbergtvanveelsoortenwater-

vogelsmeerdan�%vandeinternationalepopulaties.

Vannationaalbelangvoorporseleinhoenenkwartelkoning.

Stroomdalgraslandenprioritair.

StroomdalgraslandenvaninternationaalbelanginAtlantischeregio

doorcentraleliggingengrootaandeel.Glanshaverhooilandvan

internationaalbelangdoorgrootaandeelvlakdekkendevoor-

komens.Vannationaalbelangvoorbedreigdeplanten.

DrogehardhoutooibossenvaninternationaalbelanginAtlantische

regiodoorcentraleliggingengrootaandeel.

InNederlandstriktgebondenaanhetRivierengebied.

3.11 Vissen en amfibieën

3.12 Plas-dras situaties

3.13 Droge graslanden

3.14 Droge hardhoutooi-

bossen

Hoofdtype: Hooggelegen uiterwaarden (inclusief voormalige uiterwaarden)

Tabel5.4.2.KernopgavenRivierengebied:toedelingaangebieden

���.HollandsDiep(w);�52.Grensmaas(w).

�8.UiterwaardenIJssel(w).

���.HollandsDiep(w).

68.UiterwaardenWaal(w);�52.Grensmaas(w).

3.01 Trekvissen

3.02 Waterplanten

3.03 Open water

3.04 Rivieroevers met pionier-vegetaties

Hoofdtype: Rivier, nevengeulen en diepe plassen

Tabel5.4.�.KernopgavenNatura2000landschapRivierengebied(vervolg)

Page 91: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

9�

�08.OudeMaas(w);���.HollandsDiep(w);��2.Biesbosch(w).

�6.UiterwaardenZwartewaterenVecht(w);�8.UiterwaardenIJssel;�05.Zouweboezem(w).

�8.UiterwaardenIJssel(w);67.GeldersePoort(w);68.UiterwaardenWaal(w);7�.Loevestein,

Pompveld&Kornscheboezem(w);8�.Kolland&Overlangbroek(w).

�6.UiterwaardenZwartewaterenVecht( ,w);67.GeldersePoort( , ,w);

�05.Zouweboezem(w);��2.Biesbosch(w).

�6.UiterwaardenZwartewaterenVecht(w);�8.UiterwaardenIJssel(w);66.Uiterwaarden

Neder-Rijn( ,w);�05.Zouweboezem( ,w);��2.Biesbosch(w).

�8.UiterwaardenIJssel;66.UiterwaardenNeder-Rijn;67.GeldersePoort;68.UiterwaardenWaal.

�9.VechtenBeneden-Reggegebied(w);70.ZuiderLingedijk&Diefdijk-Zuid(w);7�.Loevestein,

Pompveld&Kornscheboezem(w);�05.Zouweboezem(w).

�8.UiterwaardenIJssel(w);66.UiterwaardenNeder-Rijn(w);68.UiterwaardenWaal(w).

�8.UiterwaardenIJssel( );�9.VechtenBeneden-Reggegebied( );66.Uiterwaarden

Neder-Rijn( );67.GeldersePoort( );68.UiterwaardenWaal( );7�.Loevestein,

Pompveld&Kornscheboezem( );82.UiterwaardenLek( );��2.Biesbosch( );

�4�.OeffelterMeent( );�4�.ZelderscheDriessen( );�52.Grensmaas( ).

�6.UiterwaardenZwartewaterenVecht;�8.UiterwaardenIJssel;66.UiterwaardenNeder-Rijn.

3.05 Kwaliteitsverbetering zoetwatergetijdegebied

3.06 Krabbenscheerbegroeiingen

3.07 Vochtige alluviale bossen

3.08 Rietmoeras

3.09 Vochtige graslanden

3.10 Grasetende watervogels

3.11 Vissen en amfibieën

3.12 Plas-dras situaties

3.13 Droge graslanden

3.14 Droge hardhoutooibossen

w wateropgave;

senseofurgency:beheeropgave;

senseofurgencyopgavem.b.t.watercondities(zieverdertoelichtingparagraaf�.�).

Hoofdtype: Zoetwatergetijdengebied

Hoofdtype: Laaggelegen uiterwaarden (inclusief voormalige uiterwaarden)

Hoofdtype: Hooggelegen uiterwaarden (inclusief voormalige uiterwaarden)

Tabel5.4.2.KernopgavenRivierengebied:toedelingaangebieden(vervolg)

Page 92: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

92

Figuur5.5.�.Natura2000landschapMerenenMoerassen

Page 93: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

9�

5.5 Natura 2000 landschap Meren en

Moerassen

Inleiding

HetNatura2000landschapMerenenMoerassen

bestaatuit�7gebieden.Hetlandschapomvatde

categorieënvangebieden:A.Afgeslotenzeear-

menenrandmeren,B.ZeekleienC.Laagveen.

DeafgeslotenzeearmenomvattenLauwersmeer

(8),hetIJsselmeer(72),Markermeer&IJmeer(7�)

enderandmeren(74,75,76en77).Decategorie

Zeekleiomvat,metuitzonderingvanOudegaas-

terbrekken,Fluessenenomgeving(�0),alleen

gebiedendiezijnaangewezenalsVogelrichtlijn-

gebied.

Hetgrootsteaantalgebieden(2�)betreftcatego-

rieC.Laagveen.

Figuur5.5.�.geefteenbeeldvandeliggingvan

deNatura2000gebiedeninhetlandschapMeren

enMoerassen.

Habitattypen en soorten

InhetNatura2000landschapMerenenMoeras-

senkomteenaantalsterkonderdrukstaande

habitattypenvoor,zoalsblauwgraslanden(H64�0)

enovergangs-entrilvenen(H7�40).Dezehabitat-

typenkomenvooralvoorindelaagveengebieden.

Dekranswierwateren(H��40)enmerenmetkrab-

benscheerenfonteinkruiden(H��50)hebbenhet

zwaartepuntzowelindelaagveengebiedenalsin

deafgeslotenzeearmenenrandmeren.

InderandmereneninhetIJsselmeer(72)komen

groteaantallenvanderivierdonderpad(H��6�)

voor.

Eenaantalsoorten,zoalsgrotevuurvlinder

(H�060),gevlektewitsnuitlibel(H�042),gestreep-

tewaterroofkever(H�082),platteschijfhoren

(H�0�x)engeelschorpioenmos(H��9�),zijn

nagenoeggeheelgebondenaandeNatura2000

gebiedenvanMerenenMoerassen.Hetland-

schapisverdervangrotebetekenisvoordeprio-

ritairesoortnoordsewoelmuis(*H��40),voorde

vissoortenkleinemodderkruiper(H��49)engrote

modderkruiper(H��45),voordesoortgroen-

Namen van gebieden: Aantal: 37

A. Afgesloten zeearmen en randmeren:

8.Lauwersmeer;72.IJselmeer;7�.Markermeer

&IJmeer;74.ZwarteMeer;75.Ketelmeer&Vos-

semeer;76.Veluwerandmerenen77.Eemmeer&

GooimeerZuidoever.

B. Zeeklei:

�0.Oudegaasterbrekken,Fluessenenomgeving;

56.Arkemheen;78.Oostvaardersplassen;

79.Lepelaarplassen;�06.BoezemsKinderdijk;

��0.OudelandvanStrijenen�62.AbtskolkenDe

Putten.

C. Laagveen:

9.GrooteWielen;��.WitteenZwarteBrekken;

�2.Sneekermeergebied;��.AldeFeanen;

�4.Deelen;�8.RottigeMeenthe&Brandemeer;

�9.Leekstermeergebied;20.Zuidlaardermeerge-

bied;�4.Weerribben;�5.Wieden;�7.OldeMa-

ten&Veerslootslanden;8�.Botshol;89.Eilands-

polder;90.Wormer-enJisperveld&Kalverpolder;

9�.PolderWestzaan;92.Ilperveld,Varkensland,

Oostzanerveld&Twiske;9�.Zeevang;94.Naar-

dermeer;95.OostelijkeVechtplassen;�02.De

Wilck;�0�.NieuwkoopsePlassen&DeHaeck;

�04.Broekvelden,Vettenbroek&PolderSteinen

�07.DonkseLaagten.

HetNatura2000landschapMerenenMoerassenbestaat

uit�7gebieden.Hetgrootstaantalgebieden(2�)betreft

decategorieC.Laagveen.

Page 94: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

94

knolorchis(H�90�)énalsfoerageergebiedvande

meervleermuis(H���8).

HetNatura2000landschapMerenenMoerassen

isvanzeergrootbelangalsbroedgebiedvoor

water-enmoerasvogels.Indeeersteplaatsvoor

koloniebroedersdieinuitgestrektemoerassen

broeden.Voorbeeldendaarvanzijnlepelaar

(A0�4),purperreiger(A029)engrotezilverreiger

(A027).Daarnaastvoorbroedvogelsvanvitale

rietveldenalsroerdomp(A02�),woudaap(A022),

bruinekiekenief(A08�),grotekarekiet(A298)en

snor(A292).Ookvoorsoortenvanjongeverlan-

dingsstadiazoalsporseleinhoen(A��9)enzwarte

stern(A�97)ensoortenvanvochtigegraslanden

enruigtenalskwartelkoning(A�22),kemphaan

(A�5�),watersnip(A�5�)enblauwborst(A272)is

ditlandschapvangrootbelang.

Demerenenmoerassenzijnvannationaleen/of

internationalebetekenisvoorwaterplanten-

etersalskleinezwaan(A0�7),krakeend(A05�),

krooneend(A058)enmeerkoet(A�25),voor

deslobeend(A056)envoorbodemfauna-eters

waarondertafeleend(A059),kuifeend(A06�)en

topper(A062).MetnamehetIJsselmeergebied

heeftookeenbelangrijkefunctievoorduikende

viseterszoalsfuut(A005),aalscholver(A0�7),

nonnetje(A068)engrotezaagbek(A070),maar

ookvoorvliegendevisetersalsdwergmeeuw

(A�77)enzwartestern(A�97).Deelsalsfoera-

geergebiedmaarinhetbijzonderalsslaapplaats

zijndemerenenmoerassenvanbetekenisvoor

grasetersalsganzenensmient(A050)envoor

steltlopers,inhetbijzondergrutto(A�56)en

kemphaan(A�5�).

Kernopgaven

VoorhetNatura2000landschapzijnvoorde

hoofdtypenafgeslotenzeearmenenrandme-

ren,zeekleiénlaagveen(plassen,moerassenen

graslanden)�6kernopgavengeformuleerd.De

kernopgavenrui-enrustplaatsenenplas-endras

situatieszijnvooralledriededeellandschappen

geformuleerd.Ditduidtophetgrotebelangvan

hetNatura2000landschapMerenenMoerassen

voorbroed-enniet-broedvogels.

Demeestessentiëleopgavevoorhetdeelland-

schapafgeslotenzeearmenenrandmerenishet

nastrevenvaneenmeerevenwichtigsysteem

metgoedewaterkwaliteit.Ditisvangroot

belangvoordeduurzameinstandhoudingvan

dehabitattypenkranswierwateren(H��40)en

merenmetkrabbenscheerenfonteinkruiden

(H��50).Verderisditvangrootbelangvoorwa-

terplantenetersalskleinezwaan(A0�7)envoor

schelpdieretersalsnonnetje(A068)enkuifeend

(A06�).Ditdeellandschapomvatdetopgebieden

voortrekvogelsdieaanzoetwatergebonden

zijn.DaarbijkomtdatNederlandhettopgebied

isvoordekleinezwaan(A0�7).HetIJsselmeer

(72)isvooralvanbelangvoorviseters.Vooreen

viseteralsdeaalscholver(A0�7)ligttweederde

deelvanhetNederlandsefoerageergebiedinde

afgeslotenzeearmenenrandmeren.Voldoende

rui-enrustplaatsen(kernopgave4.02)zijnnood-

zakelijkvoorduurzameinstandhouding.Naast

voldoendebeschikbaarheidvanvoedselinopen

waterisvoordegrasetendewatervogels,zoals

smienten(A050),ganzenenvoordekemphaan

(A�5�)(broedvogel),voldoendebeschikbaarheid

vanplas-drassituatiesvanbelang(kernopgave

4.04).DebetekenisvanhetMarkermeer&IJmeer

(7�)alsfoerageergebiedvoorbenthoseters,zoals

8.Lauwersmeer;72.IJselmeer;7�.Markermeer&IJmeer;

74.ZwarteMeer;75.Ketelmeer&Vossemeer;76.

Veluwerandmeren;77.Eemmeer&GooimeerZuidoever;

Page 95: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

95

detafeleend(A059),staatonderdruk.Hetgebied

heeftvoordekernopgave4.0�evenwichtig

systeemtweekeerroodgescoord8.

Afgeslotenzeearmenenrandmerenzijnverder

vanbetekenisvoormoerasvogels.Geziende

ongunstigestaatvaninstandhoudingvanmoeras-

vogelsisaanallegebiedenvanditdeellandschap,

opéénna,kernopgave4.0�moerasrandentoe-

gekend.Voordekernopgave4.0�moerasranden

isvoorhetgebiedKetelmeer&Vossemeer(75)

eensenceofurgencytoegekend.Ditomdathet

laatstebolwerkvandegrotekarekiet(A298)hier

bedreigdwordt.

Voordezeekleigebiedendie,zoalshierboven

aangegeven,metuitzonderingvanOudegaas-

terbrekken,Fluessenenomgeving(�0),alleen

Vogelrichtlijngebiedzijn,zijndriekernopgaven

geformuleerd.Hetbetreft:beschikbaarheidvan

voldoenderui-enrustplaatsenvoorwatervogels

(kernopgave4.05),herstelvangroteoppervlakten

overjarigrietvoorrietvogels(kernopgave4.06)

enbeschikbaarheidvanplas-drassituatiesvoor

grasetendewatervogels(kernopgave4.07).De

kernopgaven4.06en4.07zijnookgerichtop

verbeterenvandekwaliteitvanhetleefgebied

vandenoordsewoelmuis(*H��40)(alleenvan

toepassingvoorhetgebiedOudegaasterbrekken,

Fluessenenomgeving(�0).Voorderealisering

vandekernopgave4.07plas-drassituatiesiseen

senseofurgencymetbetrekkingtotdewatercon-

ditiestoegekendaanditgebied.

Voorde2�laagveengebiedenzijnachtkernop-

gavengeformuleerd.Dekernopgaven4.08even-

wichtigsysteemen4.09compleetheidinruimte

entijdzijngerichtopbehoudenvergrotingvan

debiodiversiteitvanhetlaagveen.Zozijndeze

opgavengerichtopkwaliteitsverbeteringvande

betreffendehabitattypenenverbeteringvande

kwaliteitvanhetleefgebiedvansoorten.Aanwe-

zigheidvanallesuccessiestadiainruimteentijd

ishierbijvangrootbelang.Dezekernopgaven

zijntoebedeeldaanNatura2000gebiedenwaar

duurzamesituatiesterealiserenzijn.

Dekernopgave4.�4hoogveenbossenisgericht

opdelangeretermijn.Dezekernopgaveisalleen

toebedeeldaanhetNaardermeer(94).

Dekernopgaven4.��plas-drassituatie,4.�2over-

jarigriet,4.�5vochtigegraslandenen4.�6rui-en

rustplaatsen,hebbenbetrekkingopbroedvogels

enniet-broedvogels.Voorgrasetendewatervo-

gelszoalssmienten(A050)enganzenenvoor

broedvogelsalskemphaan(A�5�),kwartelkoning

(A�22)enporseleinhoen(A��9)isvoldoendebe-

schikbaarheidvanplas-drassituaties,indejuiste

tijdvanhetjaarvangrootbelang.

VoormoerasvogelsisdesituatieindeNatura

2000gebiedeninhetdeellandschapzeekleimo-

menteelgunstiger.Geziendestaatvaninstand-

houdingvandemoerasvogelsishetnoodzakelijk

datdelaagveengebiedeneensubstantiëlere

bijdragegaanleveren.Meeroverjarigrietiseen

belangrijkeopgave.

Kernopgave4.�5vochtigegraslandenisgericht

opvergrotingvanhetoppervlakteblauwgras-

landen(H64�0)englanshaver-envossenstaart-

hooilanden(grote vossenstaart)(kievitsbloem-

hooilanden,(H65�0_B).Ditismedevanbelang

voorsoortenalskemphaan(A�5�)enwatersnip

(A�5�).

8 Zieookhoofdstuk4.5.

�0.Oudegaasterbrekken,Fluessenenomgeving;56.

Arkemheen;78.Oostvaardersplassen;79.Lepelaarplassen;

�06.BoezemsKinderdijk;��0.OudelandvanStrijen;

Page 96: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

96

Dekernopgave4.��brakkeruigtesisalleentoe-

bedeeldaanPolderWestzaan(9�)enIlperveld,

Varkensland,Oostzanerveld&Twiske(92).Be-

houdenherstelvandebrakkevariantvanruigten

enzomen(subtypeH64�0_Bharig wilgenroosje)

isookvanbetekenisalsverbeteringvanhetleef-

gebiedvandenoordsewoelmuis(*H��40).

Tabel5.5.�en5.5.2geveneencompleetoverzicht

vankernopgavenentoedelingaangebiedenvoor

hetNatura2000landschapMerenenMoerassen.

Gebiedsdoelen op hoofdlijnen

Voordehabitattypenhoogveenbossen(*H9�D0),

ruigtenenzomen(H64�0)isinnagenoegalle

gebiedenbehoudvanhetoppervlaktevan

toepassing.Voordehabitattypenblauwgras-

landen(H64�0),kranswierwateren(H��40),

meren-metkrabbenscheerenfonteinkruiden

(H��50),overgangs-entrilvenen(H7�40)isin

ongeveerdehelfttotdriekwartvandegebieden

behoudvanoppervlakteaandeorde.Voorde

glanshaver-envossenstaarthooilanden(grote

vossenstaart)(H65�0_B)geldtintweegebieden

oppervlakte-uitbreiding.

Degrotevuurvlinder(H�060)komtslechtsin

enkelegebiedenindeKopvanOverijsselenZuid-

westFrieslandvoor.Hierisuitbreidingenverbete-

ringvanhetleefgebieddeopgave.Denoordse

woelmuis(*H��40)komtvoorinveelruigeriet-

landen.Vooreendeelvandeleefgebiedenisals

doelverbeteringkwaliteitvanhetleefgebiedge-

formuleerd.Voordesoortenbittervoorn(H���4),

groteenkleinemodderkruiper(H��45enH��49)

enmeervleermuis(H���8)iseenbehoudsdoel

geformuleerdvoorhetleefgebied.Voordesoort

geelschorpioenmos(H��9�),dieslechtsinéén

gebiedvoorkomtiseendoelvooruitbreiding

oppervlakteenverbeteringkwaliteitbiotoop

geformuleerd.Voordegestreeptewaterroofkever

(H�082)iseenuitbreidingsdoelgeformuleerd.

Voorhetovergrotedeelvandebroedvogelsvan

MerenenMoerassenishetnodighetleefgebied

endepopulatietevergroten.Enerzijdsbetreft

ditdeechterietbroedersalspurperreiger(A029),

roerdomp(A02�),woudaap(A022),bruine

kiekendief(A08�),grotekarekiet(A298)ensnor

(A292).Anderzijdseenaantalbroedvogelsvan

vroegeverlandingsstadiaennattegraslanden

alsporseleinhoen(A��9),kemphaan(A�5�)en

zwartestern(A�97).HetgebiedOostvaardersplas-

sen(deellandschapZeeklei,78)iszowelaangewezen

voorniet-broedvogelsalsgrutto(A�56)enkemp-

haan(A�5�),alsvoormoerasvogelszoalsdeblauwe

kiekendief(A082).Doorkeuzesinpeilbeheeren

hetbeheervanhetbuitenkaadsedeelishetaccent

vandeOostvaardersplassen(78)verschovennaar

‘moerasgebied’.Bijdeformuleringvandedoelen

opgebiedsniveauishieropaangesloten.Hetgebied

Oostvaardersplassen(78)ishetenigegebiedbuiten

deduinendathuisvestingbiedtaandeblauwe

kiekendief(A082).Doorhetgevoerdebeheerenvan-

wegeafnamevandedraagkrachtvandeomgeving

loopthetaantalindatgebiedachteruit.Voorhet

gebiediseengeringeverbeteropgavegeformuleerd.

Zoalsookinparagraaf4.5en6.�aangegevenwor-

dendemogelijkhedenvoorverbeteringkwaliteit

leefgebiedinhetMarkermeer&IJmeer(7�)enhet

IJsselmeer(72)voorviseters,alvorenszowelop

landelijkalsopgebiedsniveaueenherstelopgavete

formuleren.VoorhetMarkermeer&IJmeer(7�)ge-

beurtditookvoordebenthosetertafeleend(A059).

Voordetafeleend(A059)endekuifeend(A06�)is

voorVeluwerandmeren(76)opgenomendatenige

achteruitgangistoegestaantengunstevanhethabi-

tattypekranswierwateren(H��40).

9.GrooteWielen;��.WitteenZwarteBrekken;

�2.Sneekermeergebied;��.AldeFeanen;�4.Deelen;

�8.RottigeMeenthe&Brandemeeretcetera.

Page 97: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

97

Opgave landschappelijke samenhang en interne compleetheid van het landschap:

Nastrevenvaneenmeerevenwichtigsysteemmetgoedewater-

kwaliteitvoorwaterplanten,vissenenschelpdieren(metname

inkranswierwaterenH��40�0enmerenmetkrabbescheerenfon-

teinkruidenH��50),medet.b.v.vogelszoalskleinezwaanA0�7,

tafeleendA059,kuifeendA06�ennonnetjeA068.

Voldoendeopenwatermetruiplaatsenenrustgebiedenvoor

watervogelszoalsfuutA005,ganzen,slobeendA056enkuifeend

A06�.

Moerasvormingaanderandenvandemerenvoorland-water

interactie,paaigebiedvis,noordsewoelmuis*H��40envoor

moerasvogelsalsroerdompA02�engrotekarekietA298.

Plas-drassituatiesvoorsmientenA050enbroedvogels,zoals

kemphaanA�5�.

BeidehabitattypenzijnvaninternationaalbelanginAtlantische

deeldoorgrootaandeelencentraleligging.Nederlandherbergt

vanveelsoortenwatervogelsmeerdan�%vandeinternationale

populaties.Nederlandistoplandvoordekleinezwaan.Water-

planten,vissenenschelpdierenzijneenbelangrijkevoedselbron

voortrekkendewatervogels.

Vannationaalbelangvooreenaantalbedreigdeplant-endier-

soorten.

Afgeslotenzeearmenzijninternationaalennationaalvanbelang

voortrekkendewatervogels.

Nederlandherbergtvanveelsoortenwatervogelsmeerdan�%

vandeinternationalepopulaties.

Noordsewoelmuisisprioritair.Internationaalvanbelangvoor

Nederlandseondersoortvannoordsewoelmuisdoorgrootaandeel

encentraleligging.Eninternationaalvanbelangvoorroerdomp.

Nationaalbelangvooreenaantalbedreigdediersoorten.Grote

karekietstaatsterkonderdruk.

Grotemerenzijnvaninternationaalennationaalbelangvoor

trekkendewatervogels.Nederlandherbergtvanveelsoorten

watervogelsmeerdan�%vandeinternationalepopulaties.

Nationaalbelangvooreenaantalbedreigdebroedvogels.

Tabel5.5.�.KernopgavenNatura2000landschapMerenenMoerassen

Waarom:

Grootinternationaalbelang.

Hoofdtype: Afgesloten zeearmen en randmeren

Behoudenherstelvansamenhangtussenslaapplaatsenenfoerageergebiedeninhetbijzonder

voorgrasetendewatervogelsenmeervleermuizen.9

Voorafgeslotenzeearmenenrandmerenbehoudvandespecifiekebetekenisvandeverschil-

lendeonderdelenvoorhabitattypenenvogels.

Herstelvanmozaïekvanverlandingsstadiavanopenwatertotmoerasbosenherstelvan

gradiëntwatertypen(inclusiefbrak)metnameinhetdeellandschappenLaagveen.

4.01 Evenwichtig systeem

4.02 Rui- en rustplaatsen

4.03 Moerasranden

4.04 Plas-dras situaties

Typering: Kernopgave: Waarom:

9 DebelangrijkstekraamkamerfunctieenslaapfunctievandemeervleermuizenligtvooralingebouwenbuitendeNatura2000gebieden.�0 Staatvaninstandhouding:roodisongunstig,oranjeismatigongunstig,groenisgunstig,grijsisonbekend

Kernopgaven per hoofdtype:

Page 98: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

98

Voldoenderuiplaatsenenrustgebiedenvoorwatervogelszoalsfuut

A005,ganzen,slobeendA056enkuifeendA06�.

Herstelvangroteoppervlakten/bredezonesoverjarigriet,inclusief

waterriet,doorherstelvannatuurlijkepeildynamiekentegengaan

verdrogingt.b.v.noordsewoelmuis*H��40enrietvogels,zoals

roerdompA02�,woudaapjeA022,snorA292engrotekarekiet

A298.

Plas-drassituatiesvoorsmientenA050enbroedvogelszoalskemp-

haanA�5�,porseleinhoenA��9enwatersnipA�5�ennoordse

woelmuis*H��40.

Nastrevenvaneenmeerevenwichtigsysteem(waterkwaliteit,

waterkwantiteitenhydromorfologie):waterplantengemeenschap

(voorkranswierwaterenH��40enmerenmetkrabbenscheer

enfonteinkruidenH��50),zwartesternA�97,platteschijfhoren

H�0�Xenvissenzoalso.a.bittervoornH���4,grotemodder-

kruiperH��45,kleinemodderkruiperH��49eninsecten,zoals

gevlektewitsnuitlibelH�042engestreeptewaterroofkeverH�082.

Allesuccessiestadialaagveenverlandinginruimteentijdvertegen-

woordigd:overgangs-entrilvenen(trilvenenenveenmosriet-

landen)H7�40_AenH7�40_Bmetondermeergrotevuurvlinder

H�060,groenknolorchisH�90�envochtigeheiden(laagveen-

gebied)H40�0_B,blauwgraslandenH64�0,galigaanmoerassen

*H72�0enhoogveenbossenH9�D0,insamenhangmetgemeen-

schappenvanopenwater.

Nederlandherbergtvanveelsoortenwatervogelsmeerdan�%

vandeinternationalepopulaties.

Noordsewoelmuisisprioritair.Internationaalvanbelangvoor

Nederlandseondersoortvannoordsewoelmuisenvoorroerdomp

doorgrootaandeelencentraleligging.

Nationaalbelangvooreenaantalbedreigdebroedvogelsen

insecten.

Noordsewoelmuisprioritair.Zeekleigebiedvaninternationaalen

nationaalbelangvoordeNederlandseondersoortvannoordse

woelmuisenvoortrekkendewatervogels.Nederlandherbergtvan

veelsoortenwatervogelsmeerdan�%vandeinternationale

populaties.Nationaalbelangvooreenaantalbedreigdebroed-

vogels,zoalskemphaanenporseleinhoen.

BeidehabitattypenzijnvaninternationaalbelanginAtlantische

deeldoorgrootaandeelencentraleligging.

Nationaalbelangvooreenaantalbedreigdeplanten-endiersoor-

ten,zoalsdezwartestern.Gestreeptewaterroofkeverisalleenin

laagveenplassenaangetroffen.

Hoogveenbossenengaligaanmoerassenzijnprioritair.

Laagveengebiedisvaninternationaalennationaalbelangvoor

deNederlandseondersoortvandegrotevuurvlinder.Aquatische

habitattypen,overgangs-entrilvenenenblauwgraslandenzijnvan

internationaalvanbelanginAtlantischedeeldoorgrootaandeelen

centraleligging.

Nationaalbelangvoorveelbedreigdeplant-endiersoorten.

Hoofdtype: Zeeklei

4.05 Rui- en rustplaatsen

4.06 Overjarig riet

4.07 Plas-dras situaties

4.08 Evenwichtig systeem

4.09 Compleetheid in

ruimte en tijd

Hoofdtype: Laagveen - Moerassen

Hoofdtype: Laagveen - Plassen

Tabel5.5.�.KernopgavenNatura2000landschapMerenenMoerassen(vervolg)

Page 99: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

99

Plas-drassituatiesvoorsmientenA050enbroedvogelszoals

porseleinhoenA��9enkemphaanA�5�,kwartelkoningA�22en

noordsewoelmuis*H��40.

Herstelvangroteoppervlakten/bredezonesoverjarigriet,inclusief

waterriet,doorherstelvannatuurlijkepeildynamiekentegengaan

verdrogingvoorrietmoerasvogels,zoalsroerdompA02�,purper-

reigerA029,snorA292,grotekarekietA298envoordenoordse

woelmuis*H��40.

Behoudenherstelvanbrakkevariantvanruigtenenzomen(harig

wilgenroosje)H64�0_BindelaagveengebiedenbovenhetIJ,mede

alsleefgebiedvoordenoordsewoelmuis*H��40.

BehoudhoogveenbossenH9�D0.

Herstelinundatie,behoudennieuwvormingblauwgraslanden

H64�0,glanshaver-envossenstaarthooilanden(grote vossenstaart)

H65�0_B,metnamekievitsbloemhooilanden,medealsleefgebied

vandekemphaanA�5�enwatersnipA�5�.

Voldoenderuiplaatsenenrustgebiedenvoorwatervogelszoals

fuutA005,ganzen,slobeendA056enkuifeendA06�.

Noordsewoelmuisprioritair.Laagveengebiedvaninternationaal

ennationaalbelangvoordeNederlandseondersoortvannoordse

woelmuisenvoortrekkendewatervogels.Nederlandherbergt

vanveelsoortenwatervogelsmeerdan�%vandeinternationale

populaties.

Vannationaalbelangvooreenaantalbedreigdebroedvogels,

zoalskemphaanenporseleinhoen.

Noordsewoelmuisprioritair.Internationaalvanbelangvoor

Nederlandseondersoortvannoordsewoelmuisenvoorroerdomp

doorgrootaandeelencentraleligginginAtlantischeregio.

Nederlandherbergtmeerdan�%vandeinternationalepopulatie

vandepurperreiger.

Vannationaalbelangvooreenaantalbedreigdemoerasvogelsen

insecten.

Noordsewoelmuisprioritair.InternationaalvanbelangvoorNeder-

landseondersoortvannoordsewoelmuiséndoorgrootaandeel

encentraleligginginAtlantischeregiovanhabitattypeH64�0_B

Nationaalvanbelangvooreenaantalbedreigdemoerasvogels.

Hoogveenbossenzijnprioritair.Nationaalvanbelangvanwege

bedreigde(veen)mossen,paddestoelenengeleedpotigenenvoor

compleetheidvanhoogveenlandschap.

Blauwgraslandenenkievitsbloemhooilandenvaninternationaal

belanginAtlantischeregiodoorcentraleliggingengroteaandeel.

Nationaalbelangvoorweidevogels(kemphaan,watersnip)en

bedreigdeplanten.

Nederlandherbergtvanveelsoortenwatervogelsmeerdan�%

vandeinternationalepopulaties.

4.11 Plas-dras situaties11

4.12 Overjarig riet

4.13 Brakke ruigtes

4.14 Hoogveenbossen

4.15 Vochtige graslanden

4.16 Rui- en rustplaatsen

�� Kernopgave4.�0hoogveenregenwaterlenzenisvervallen.

Hoofdtype: Laagveen - Graslanden

Tabel5.5.�.KernopgavenNatura2000landschapMerenenMoerassen(vervolg)

Page 100: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�00

8,Lauwersmeer(w);72.IJsselmeer(w);7�.Markermeer&IJmeer(w);74ZwarteMeer(w);

75.Ketelmeer&Vossemeer;76.Veluwerandmeren(w);77.Eemmeer&GooimeerZuidoever

(w);�27.Markiezaat.

8.Lauwersmeer;72.IJsselmeer;7�.Markermeer&IJmeer;74.ZwarteMeer;75.Ketelmeer&

Vossemeer;76.Veluwerandmeren;�27.Markiezaat.

8.Lauwersmeer(w);72.IJsselmeer(w);7�.Markermeer&IJmeer(w);74.ZwarteMeer(w);

75.Ketelmeer&Vossemeer( ,w);76.Veluwerandmeren(w).

8.Lauwersmeer;72.IJsselmeer(w).

�0.Oudegaasterbrekken,Fluessenenomgeving;78.Oostvaardersplassen;79.Lepelaarplassen.

�0.Oudegaasterbrekken,Fluessenenomgeving(w);78.Oostvaardersplassen(w);79.Lepelaar-

plassen(w);�06.BoezemsKinderdijk(w).

�0.Oudegaasterbrekken,Fluessenenomgeving( ,w);78.Oostvaardersplassen(w);

��0.OudelandvanStrijen;�62.AbtskolkenDePutten(w).

��.AldeFeanen( ,w);�4.DeDeelen( ,w);�8.RottigeMeenthe&Brandermeer(w);

�4.Weerribben( ,w);�5.Wieden( ,w);�7.OldeMaten&Veerslootlanden(w);

8�.Botshol(w);90.Wormer-enJisperveld&Kalverpolder(w);94.Naardermeer(w);95.Ooste-

lijkeVechtplassen(w);�0�.NieuwkoopsePlassen&DeHaeck( ,w);��0.Langstraat(w);

��2.VlijmensVen,Moerputten&BosscheBroek(w).

4.01 Evenwichtig systeem

4.02 Rui- en rustplaatsen

4.03 Moerasranden

4.04 Plas-dras situaties

4.05 Rui- en rustplaatsen

4.06 Overjarig riet

4.07 Plas-dras situaties

4.08 Evenwichtig systeem

Hoofdtype: Afgesloten zeearmen en randmeren

Hoofdtype: Zeeklei

Hoofdtype: Laagveen - Plassen

Tabel5.5.2.KernopgavenMerenenMoerassen:toedelingaangebieden

Page 101: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�0�

��.AldeFeanen( ,w);�8.RottigeMeenthe&Brandermeer(w);�4.Weerribben( ,w);

�5.Wieden( ,w);8�.Botshol(w);89.Eilandspolder(w);90.Wormer-enJisperveld&

Kalverpolder(w);92.Ilperveld,Varkensland,Oostzanerveld&Twiske(w);94.Naardermeer(w);

95.OostelijkeVechtplassen( ,w);�0�.NieuwkoopsePlassen&DeHaeck( ,w).

9.GrooteWielen;��.WitteenZwarteBrekken(w);�2.Sneekermeergebied(w);��.Alde

Feanen(w);�9.Leekstermeergebied(w);20.Zuidlaardermeergebied(w);�5.Wieden;

89.Eilandspolder(w);90.Wormer-enJisperveld&Kalverpolder(w);9�.PolderWestzaan(w);

92.Ilperveld,Varkensland,Oostzanerveld&Twiske(w);9�.Zeevang(w);�02.DeWilck(w);

�04.Broekvelden,Vettenbroek&PolderStein(w);�07.DonkseLaagten(w).

9.GrooteWielen(w);��.AldeFeanen(w);�4.DeDeelen(w);�9.Leekstermeergebied(w);

20.Zuidlaardermeergebied(w);�4.Weerribben(w);�5.Wieden(w);9�.PolderWestzaan(w);

92.Ilperveld,Varkensland,Oostzanerveld&Twiske(w);9�.Zeevang(w);94.Naardermeer(w);

95.OostelijkeVechtplassen( ,w);�0�.NieuwkoopsePlassen&DeHaeck(w).

9�.PolderWestzaan(w);92.Ilperveld,Varkensland,Oostzanerveld&Twiske(w).

94.Naardermeer(w).

�8.RottigeMeenthe&Brandermeer(w);�5.Wieden(w);�7.OldeMaten&Veerslootlanden

( ,w);74.ZwarteMeer(w);94.Naardermeer(w);95.OostelijkeVechtplassen(w);

�0�.NieuwkoopsePlassen&DeHaeck;�04.Broekvelden,Vettenbroek&Polder

Stein( , ,w);�07.DonkseLaagten(w).

9.GrooteWielen;��.WitteenZwarteBrekken;�2.Sneekermeergebied;�5.Wieden;

�04.Broekvelden,Vettenbroek&PolderStein.

4.09 Compleetheid in ruimte en tijd

4.11 Plas-dras situaties11

4.12 Overjarig riet

4.13 Brakke ruigtes

4.14 Hoogveenbossen

4.15 Vochtige graslanden

4.16 Rui- en rustplaatsen

w wateropgave;

senseofurgency:beheeropgave;

senseofurgencyopgavem.b.t.watercondities(zieverdertoelichtingparagraaf�.�).

Hoofdtype: Laagveen - Moerassen

Hoofdtype: Laagveen - Graslanden

Tabel5.5.2.KernopgavenMerenenMoerassen:toedelingaangebieden(vervolg)

�� Kernopgave4.�0hoogveenregenwaterlenzenisvervallen.

Page 102: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�02

Figuur5.6.�.Natura2000landschapBeekdalen

Page 103: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�0�

5.6 Natura 2000 landschap Beekdalen

Inleiding

HetNatura2000landschapBeekdalenomvat2�

gebieden�2vanzeeruiteenlopendkarakter.Be-

langrijkeovereenkomstinaldezegebiedenisde

toestroomvangrondwateren/ofdenadrukkelijke

aanwezigheidvanbeeksystemen.Inhetbijzonder

deaanwezigheidvan(lokaal)toestromendgrond-

waterisbelangrijk.Slechtsineenbeperktaantal

gebieden,zoalsinLeudal(�47),Swalmdal(�48)

enRoerdal(�50)iseenbeekaanwezig.

Figuur5.6.�.geefteenbeeldvandeliggingvan

degebieden.

Habitattypen en soorten

InhetNatura2000landschapBeekdalenkomen

relatiefveelhabitattypenvoor,ongeveerdehelft

daarvankomtookinanderelandschappenvoor.

Ditkomtdoordeveleovergangenvandroog

naarnat.

Naastdehabitattypebekenenrivierenmetwater-

planten(waterranonkels)(H�260_A)zijndeinhet

Natura2000landschapliggendevoorkomensvan

dehabitattypenheischralegraslanden(*H62�0),

blauwgraslanden(H64�0),overgangs-entril-

venen(trilvenen)(H7�40_A)enkalkmoerassen

(H72�0)vangrootbelangvoorhetbereikenvan

eengunstigestaatvaninstandhouding.

WatbetreftdeboshabitattypeninhetNatura

2000landschapBeekdalenzijnvanbelangzowel

voorheteiken-haagbeukenbossen(hogere zand-

gronden)(H9�60_A)alsvochtigealluvialebossen

(essen-iepenbossen)(*H9�E0_B)envochtigealluvi-

alebossen(beekbegeleidende bossen)(*H9�E0_C).

Pimpernelblauwtje(H�059),donkerblauwpim-

pernelblauwtje(H�06�)engaffellibel(H�0�7)zijn

soortendiegeheelofnagenoeggeheelaanhet

Natura2000landschapBeekdalenzijnverbonden.

Vooralledriedesoortenisalsdoeloplandelijke

niveau,eenuitbreidingvanhetaantalgeschikte

leefgebiedengeformuleerd.

Debeekdalenzijnvooralvanbelangalsbroed-

gebiedvoorvogelsvanextensieve(kleinschalige)

agrarischelandschappenmetvochtigegraslan-

Namen van gebieden: Aantal: 21

�5.VanOordt’sMersken;�6.WijnjeterperSchar;

25.DrentscheAa-gebied;28.Elperstroomgebied;

45.Springendal&DalvandeMosbeek;47.Achter

deVoort,Agelerbroek&Voltherbroek;48.Lemse-

lermaten;49.Dinkelland;52.Boddenbroek;

58.LandgoederenBrummen;60.Stelkampsveld;

6�.Bekendelle;65.Binnenveld;69.Bruuk;

80.GrootZandbrink;�29.UlvenhoutseBos;

��0.Langstraat;��2.VlijmensVen,Moerputten

&BosscheBroek;�47.Leudal;�48.Swalmdalen

�50.Roerdal.

�2 HetDrentscheAa-gebied(25)isooktoebedeeld

aanhetNatura2000landschapHogerezandgron-

den.

HetNatura2000landschapBeekdalenomvat2�

gebiedenvanzeeruiteenlopendkarakter.Belangrijkste

overeenkomstinaldezegebiedenisdetoestroomvan

grondwateren/of...

Page 104: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�04

den.Hetgaatomhetpaapje(A275)enverder

kemphaan(A�5�),watersnip(A�5�)engrauwe

klauwier(A��8).Voordeaangewezenniet-

broedvogelsoortenzijndebeekdalenvanrelatief

geringebetekenis.

Kernopgaven

VoorhetNatura2000landschapzijnachtkernop-

gavengeformuleerd,opgavenm.b.t.debeeklo-

penendebeekdalflanken.

Dekernopgave5.0�waterplantengerichtopver-

beteringvandewaterkwaliteitenhydrodynamiek

vandebeken,o.a.tenbehoevevandrijvende

waterweegbree(H�8��),isoverigensalleen

toegepastvoorgebiedendietoegedeeldzijnaan

hetNatura2000landschapHogerezandgronden.

Dekernopgave5.02herstelbeeklopen,eenop-

gaveoplandschapsschaal,istoebedeeldaanhet

DrentscheAa-gebied(25),Springendal&Dalvan

deMosbeek(45),Dinkelland(49),Swalmdal(�48)

enRoerdal(�50).Realiseringvandezekernop-

gaveisvanbetekenisvoorderealiseringvande

kernopgaven5.0�kalkmoerassenentrilvenen,

5.06beekdalflankenen5.07vochtigealluviale

bossen.VoorhetDrentscheAa-gebied(25)en

Dinkelland(49)isditeenzwareopgave.

Dekernopgaven5.0�kalkmoerassenentrilvenen,

5.05schraalgraslandenen5.06beekdalflanken

zijninhetbijzondervanbelangvoorhetbereiken

vaneenmeergunstigestaatvaninstandhou-

dingvandehabitattypenheischralegraslanden

(*H62�0),blauwgraslanden(H64�0),overgangs-

entrilvenen(trilvenen)(H7�40_A)enkalkmoeras-

sen(H72�0).Deopgaveisvooralomdevoorko-

mensvandehabitattypenrobuustertemakenen

zodaniginhetlandschaptepositionerendatze

schommelingenindewaterhuishoudingkunnen

opvangen.VoordegebiedenElperstroomge-

bied(28),Lemselermaten(48),Binnenveld(65),

LandgoederenBrummen(58),GrootZandbrink

(80)isvoordekernopgaven5.0�kalkmoerassen

entrilvenenen5.05schraalgraslandeneensense

ofurgencymetbetrekkingtotdewatercondities

geformuleerd.

Tabel5.6.�en5.6.2geveneencompleetoverzicht

vankernopgavenentoedelingaangebiedenvoor

hetNatura2000landschapBeekdalen.

Gebiedsdoelen op hoofdlijnen

Vooreenaantalhabitattypendieafhankelijk

zijnvanvoedselarmeomstandighedenisvaak

eendoelvooruitbreidingvanoppervlakteen

verbeteringvankwaliteitgeformuleerd.Het

gaatomdehabitattypenheischralegraslanden

(*H62�0),blauwgraslanden(H64�0),overgangs-

entrilvenen(trilvenen)(H74�0_A)enkalkmoeras-

sen(H72�0).Dezehabitattypenverkerenallein

eenzeerongunstigestaatvaninstandhouding.

DaarbijkomtdatNederlandvoordezetypen

relatiefbelangrijkis.

Voordebeekbegeleidendebossen,eiken-haag-

beukenbossen(H9�60)envochtigealluviale

bossen(beekbegeleidende bossen)(*H9�E0_C)is

vaakverbeteringvankwaliteitaandeorde.Ver-

grotingvanoppervlakteismindervaakgekozen

omdatdeontwikkelingvanbosgemeenschappen

zeerlangzaamverloopt.

Stroomdalgraslanden(*H6�20)komenvoor

opdeoeverwallenvandegroterebeken,zoals

Dinkel,RoerenSwalm,inallegevallengeldt

hieroppervlakte-uitbreiding.Hethabitattype

vochtigeheiden(hogere zandgronden)(H40�0_A)

isinbeekdalenrelatiefgoedoporde,tochisin

demeestesituatiesgekozenvoorverbetering

kwaliteit.VoordesoortenvanbijlageIIvande

Habitatrichtlijnzijndedoelenvoorhetovergrote

deelintermenvanbehoudomvangkwaliteit

�5.VanOordt’sMersken;�6.WijnjeterperSchar;

25.DrentscheAa-gebied;28.Elperstroomgebied;

45.Springendal&DalvandeMosbeek;

.

Page 105: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�05

biotoop/leefgebiedvoorbehoudpopulatie

geformuleerd.Dedoelenvoordonkerpimpernel-

blauwtje(H�06�)enpimpernelblauwtje(H�059)

zijninallegebiedenintermenvanuitbreiding

populatiegeformuleerd.Voordekamsalamander

(H��66)isinongeveerdehelftvandegebieden

eendoelvooruitbreidingomvangenverbetering

kwaliteitleefgebiedvooruitbreidingpopulatie

geformuleerd.

AlleenhetgebiedVanOordt’sMersken(�5)is

Vogelrichtlijngebied.Voorditgebiedisalsdoel

uitbreidingomvangen/ofkwaliteitleefgebied

voorpaapje(A275)enkemphaan(A�5�)geformu-

leerd,ookzijnbehoudsdoelengeformuleerdvoor

grasetendetrekvogels.Voordesoortengrauwe

klauwier(A��8),paapje(A275)enwatersnip

(A�5�)zijn,gezienhunstaatvaninstandhouding

oplandelijkniveau,tevenscomplementairedoe-

lentoegevoegdaanDrentscheAa-gebied(25).

AanhetElperstroomgebied(29)iseendoel

voordegrauweklauwier(A��8)toegevoegd.

Hetbetreftbehoudsdoelstellingen,gebaseerd

opdehuidigeaantallen.

47.AchterdeVoort,Agelerbroek&Voltherbroek;

8.Lemselermaten;49.Dinkelland;52.Boddenbroek;

58.LandgoederenBrummen;60.Stelkampsveldetcetera.

Page 106: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�06

Opgave landschappelijke samenhang en interne compleetheid:

Verbeteringwaterkwaliteitenmorfodynamiek,inclusieftoestroom

vangrondwater,t.b.v.bekenenriviertjesmetwaterplanten(water-

ranonkels)H�260_A��ensoortenalsdrijvendewaterweegbree

H�8��.

Herstelbeeklopenmetnatuurlijkemorfologie,dynamieken

waterkwaliteit,oplandschapsschaal,o.a.t.b.v.gaffellibelH�0�7,

beekprikH�096,rivierprikH�099,rivierdonderpadH��6�met

name:Drentsche Aa, Swalm, Dinkel en Roer.

HerstelkwaliteitenuitbreidingareaalvankalkmoerassenH72�0

enovergangs-entrilvenen(trilvenen)H7�40_A,inmozaïekmet

schraalgraslanden.

Vergrotingenverbeteringkwaliteitleefgebiedpimpernelblauwtje

H�059endonkerpimpernelblauwtjeH�06�.

Grootinternationaalbelangvoordrijvendewaterweegbree

vanwegecentraleliggingengrootaandeelvandetotalepopulatie.

Nationaalbelangenkelebijzonderewaterplanten.

Alleen toegepast bij Hogere zandgronden niet bij Beekdalen

Internationaalvanbelangvanwegehettypelaaglandbeekin

Atlantischeregiodoorcentraleliggingengrootaandeel.

Nationaalvanbelangvanwegebedreigdefaunazoalsvissenen

libellenenkokerjuffers.

Internationaalbelangvoorovergangs-entrilvenen(trilvenen)in

deAtlantischeregiovanwegecentraleliggingenrelatiefgroot

oppervlak.

Opnationaalniveauvanbelangvoorveelbijzonderesoortenen

inpotentievoorgeelschorpioenmos.Huidigoppervlakvanbeide

habitattypenisklein.

Internationaalbelangdoorcentraleliggingengrootaandeelin

Atlantischeregio.

Nationaalbelangkomtalleeninbeekdallandschapvoor.

Pimpernelblauwtjekomtinslechtsééngebiedenhetdonker

pimpernelblauwtjekomtinslechtstweegebiedenvoor.

Tabel5.6.�.KernopgavenNatura2000landschapBeekdalen

Waarom:

Samenhangvanhetnetwerkmetnamevanwegefauna;duurzaam

makentenbehoevevantotalebiodiversiteit.Versnipperingisdoor

devormvandegebieden(groterandlengten)groot.

Compleetheidvanlevensgemeenschappenenbiodiversiteit.

VersterkenvandefunctionelesamenhangvandeNatura2000gebiedenmethunomgeving

tenbehoevevanduurzameinstandhoudingentervergrotingvandealgemenebiodiversiteit.

Onderanderedoorherstelnatuurlijkewaterstromenen–standen,zowelgrondwaterals

oppervlaktewatervangoedekwaliteit,enoptermijnherstelvanoverstromingsdynamiek.

BinnendeNatura2000gebiedenherstelvangradiëntenenmozaïekenvanverschillende

onderdelenmetnamet.b.v.kalkmoerassen,blauwgraslandenenvochtigealluvialebossen.

5.01 Waterplanten

5.02 Herstel beeklopen

5.03 Kalkmoerassen en

trilvenen

5.04 Leefgebied pimper-

nelblauwtjes

Typering: Kernopgave: Waarom:

�� Staatvaninstandhouding:roodisongunstig,oranjeismatigongunstig,groenisgunstig,grijsisonbekend

Kernopgaven per hoofdtype:

Hoofdtype: Beekdalgraslanden en veenvormende vegetaties

Hoofdtype: Beeklopen

Page 107: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�07

Herstelkwaliteitenuitbreidingareaalvanheischralegraslanden

*H62�0enblauwgraslandenH64�0.

Ontwikkelenvankleinschaligemozaïekenvanheischralegraslan-

den*H62�0enblauwgraslandenH64�0metanderebeekdalgras-

landenenmetvochtigeheiden(hogere zandgronden)H40�0_A

opdebeekdalflanktb.v.herpetofaunaeninsekten.

Herstelkwaliteitenvergrotingareaalvochtigealluvialebossen

(essen-iepenbossen)*H9�E0_Ben(beekbegeleidende bossen)

*H9�E0_CenbehoudleefgebiedzeggekorfslakH�0�6.

Vergrotingareaal,behoudvegetatiestructuurenherstelkwaliteit

envergrotingareaaleiken-haagbeukenbossen(hogere zandgron-

den)H9�60_A.

Heischralegraslandenprioritair.Internationaalbelangvoor

blauwgraslandbinnenAtlantischeregiovanwegecentraleligging

éngrootaandeel.

Vannationaalbelangvoorbedreigdefloraenfauna.

Heischralegraslandenprioritair.Internationaalbelangvoor

blauwgraslandbinnenAtlantischeregiovanwegecentraleligging

éngrootaandeel.

Vannationaalbelangvoormetnamebedreigdefaunadieaf-

hankelijkisvanmozaïeken,zoalshetpaapje,degrauweklauwier

enveelinsecten.

Vochtigealluvialebossenprioritair.

Hetsubtypebeekbegeleidendebossenkomtversnipperdvooren

isoveralbedreigdindeAtlantischeregio.

Hetsubtypeessen-iepenbossenisinternationaalennationaal

uiterstzeldzaam;hakhoutvormenzijnuniekvooronslanden

internationaalvangrootbelangvoorzeldzameenbedreigde

soorten(o.a.mossen).

HetsubtypebeekbegeleidendebossenisbinnenNederlandvan

grootbelangvoorzeldzameenbedreigdesoorten.

InternationaalbelangbinnenAtlantischeregiovanwegecentrale

liggingengrootaandeel.

Nationaalbelangvoorbedreigdeplanten.

5.05 Schraalgraslanden

5.06 Beekdalflanken

5.07 Vochtige alluviale

bossen

5.08 Eiken-haagbeuken-

bossen

Hoofdtype: Bossen in beekdalen

Tabel5.6.�.KernopgavenNatura2000landschapBeekdalen(vervolg)

Page 108: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�08

27.Drents-FrieseWold&Leggelderveld(w);57.Veluwe(w);��5.Kempenland–West(w);

��6.Leenderbos;GrooteHeide&DePlateaux(w);�49.Meinweg(w).

25.DrentscheAa-gebied(w);45.Springendal&DalvandeMosbeek(w);49.Dinkelland(w);

�48.Swalmdal(w);�50.Roerdal(w).

25.DrentscheAa-gebied(w);28.Elperstroomgebied( ,w);45.Springendal&Dalvande

Mosbeek(w);48.Lemselermaten( ,w);52.Boddenbroek(w);60.Stelkampsveld(w);

65.Binnenveld( ,w);��0.Langstraat(w).

��2.VlijmensVen,Moerputten&BosscheBroek;�50.Roerdal.

�6.WijnjeterperSchar(w);58.LandgoederenBrummen( ,w);65.Binnenveld( ,w);69.

Bruuk(w);80.GrootZandbrink( ,w);��2.VlijmensVen,Moerputten&BosscheBroek(w).

�5.VanOordt’sMersken(w);�6.WijnjeterperSchar( , ,w);25.Drentsche

Aa-gebied( ,w);28.Elperstroomgebied(w);45.Springendal&DalvandeMosbeek(w);

48.Lemselermaten(w);49.Dinkelland(w);60.Stelkampsveld(w).

2�.Lieftinghsbroek(w);25.DrentscheAa-gebied(w);45.Springendal&Dalvande

Mosbeek(w);47.AchterdeVoort,Agelerbroek&Voltherbroek;48.Lemselermaten(w);

49.Dinkelland(w);50.LandgoederenOldenzaal(w);60.Stelkampsveld(w);6�.Bekendelle(w);

�29.UlvenhoutseBos( ,w);���.LoonseenDrunenseDuinen&Leemkuilen;

��7.StrabrechtseHeide&Beuven(w);�42.SintJansberg(w);�47.Leudal(w);

�48.Swalmdal(w);�49.Meinweg(w);�50.Roerdal(w).

47.AchterdeVoort,Agelerbroek&Voltherbroek(w);49.Dinkelland(w);6�.Bekendelle(w);

�29.UlvenhoutseBos(w).

5.01 Waterplanten

5.02 Herstel beeklopen

5.03 Kalkmoerassen en trilvenen

5.04 Leefgebied pimpernelblauwtje

5.05 Schraalgraslanden

5.06 Beekdalflanken

5.07 Vochtige alluviale bossen

5.08 Eiken-haagbeukenbossen

Hoofdtype: Beeklopen

Hoofdtype: Beekdalgraslanden en veenvormende vegetaties

Hoofdtype: Bossen in beekdalen

Tabel5.6.2.KernopgavenBeekdalen:toedelingaangebieden

w wateropgave;

senseofurgency:beheeropgave;

senseofurgencyopgavem.b.t.watercondities(zieverdertoelichtingparagraaf�.�).

Page 109: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�09

Page 110: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��0

Figuur5.7.�.Natura2000landschapHogerezandgronden

Page 111: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

���

Namen van gebieden Aantal: 36

�7.BakkeveenseDuinen;2�.Lieftinghsbroek;

22.Norgerholt;25.DrentscheAa-gebied;26.Drou-

wenerzand;27.Drents-FrieseWold&Leggelder-

veld;29.Havelte-Oost;�0.Dwingelderveld;

��.Mantingerbos;�2.Mantingerzand;�9.Vecht-

enBeneden-Reggegebied;4�.Boetelerveld;42.

SallandseHeuvelrug;44.Borkeld;46.Bergvennen&

BrecklenkampseVeld;50.LandgoederenOldenzaal;

5�.Lonnekermeer;5�.Buurserzand&Haaksber-

gerveen;57.Veluwe;59.Teeselinkven;62.Wil-

linksWeust;�28.BrabantseWal;���.Loonseen

DrunenseDuinen&Leemkuilen;���.Kampina&

OisterwijkseVennen;��4.RegteHeide&RielsLaag;

��5.Kempenland-West;��6.Leenderbos,Groote

Heide&DePlateaux;��7.StrabrechtseHeide&

Beuven;��8.Weerter-enBudelerbergen&Ringsel-

ven;�42.SintJansberg;�44.Boschhuizerbergen;

�45.Maasduinen;�46.SarsvenenDeBanen;�49.

Meinweg;�5�.AbdijLillbosch&voormaligKlooster

Mariahoopen�55.Brunssummerheide.

5.7 Natura 2000 landschap Hogere

zandgronden

Inleiding

HetNatura2000landschapHogerezandgronden

omvat�6gebieden�4.VooralgelegeninDren-

the,Overijssel,Noord-BrabantenLimburg.Het

grootsteNatura2000gebiedinditlandschap

isdeVeluwe(57).Ininternationaalopzichtzijn

metnamedezandverstuivingenenloofbos-

sendieinditlandschapvoorkomenvangroot

belang.EengrootaantalgebiedenvanhetNatura

2000landschapHogerezandgrondenisrelatief

kleinengelegenineenagrarischcultuurland-

schap.Hetmeestzuidelijkegebiedvande

HogerezandgrondenisBrunsummerheide(�55).

Vanwegedeaanwezigehabitattypenwordtdit

gebiedtotdeHogerezandgrondengerekenden

niettotHeuvelland.HetgebiedAbdijLilbosch&

voormaligKloosterMariahoop(�5�)omvateen

aantalgebouwendiezijnaangemeldvanwege

deaanwezigezomerbiotopenvandeingekorven

vleermuis(H��2�).Figuur5.7.�.geefteenbeeld

vandeliggingvandegebieden.

Habitattypen en soorten

Relatiefbelangrijkehabitattypeninditlandschap

zijnstuifzandheidenmetstruikhei(H2��0),bin-

nenlandsekraaiheibegroeiingen(H2�20)enzand-

verstuivingen(H2��0),zwakgebufferdevennen

(H���0),vochtigeheiden(H40�0),heischralegras-

landen(*H62�0)enblauwgraslanden(H64�0).

Debelangrijkstevoorkomensvandesoortdrij-

vendewaterweegbree(H�8��)liggenbinnendit

landschap.Hetvliegendhert(H�08�)komtvoor

ineenaantalgebiedenopdeVeluwe(57)enSint

Jansberg(�42).

DegebiedenvandeHogerezandgrondenzijnvan

grootbelangvoorsoortenalskamsalamander

(H��66)enbeekprik(H�096).

HetNatura2000landschapHogerezandgronden

omvat�6gebieden.VooralgelegeninDrenthe,

Overijssel,Noord-BrabantenLimburg.

.

�4 HetDrentscheAa-gebied(25)isooktoebedeeld

aanhetNatura2000landschapBeekdalen.Het

Vecht-enBeneden-Reggegebied(�9)isooktoe-

bedeeldaanhetNatura200landschapRivieren-

gebied.HetgebiedBuurserzand&Haaksberger-

veen(5�)isooktoebedeeldaanhetNatura2000

landschapHoogvenen.

Page 112: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��2

VoordebroedvogelsishetNatura2000land-

schapHogerezandgrondenvooralvangrotebe-

tekenisvoorsoortenvanzandigetot(hei)schrale

biotopen,aldannietopdeovergangnaaropen

bossen.Hetgaatomsoortenalskorhoen(A�07),

draaihals(A2��),nachtzwaluw(A224),boomleeu-

werik(A246),duinpieper(A255),roodborsttapuit

(A276),tapuit(A277)engrauweklauwier(A��8).

Dehogerezandgrondenzijnookvoorbosvogels

alswespendief(A072)enzwartespecht(A2�6)

vanbelang.Degeoordefuut(A008)endodaars

(A004)broedeninheidevennen.

Voordeaangewezenniet-broedvogelsoorten

isditlandschapvanbeperktebetekenis,met

uitzonderingvanenkelegebiedendieslaap-of

pleisterplaatsenherbergenvanzwanen,ganzen

ofkraanvogels(A�27)(Dwingelderveld(�0),Kam-

pina&OisterwijkseVennen(���),Strabrechtse

Heide&Beuven(��7)).

Kernopgaven

VoorhetNatura2000landschapHogerezand-

grondenzijn�5kernopgavengeformuleerd.

Kernopgavenvoornatteheiden,vennenen

veentjes,voordrogeheidenmetkleinestuifzan-

den,voorstuifzandlandschappenenvoordroge

bossen.

Dekernopgaven6.05natteheidenen6.06schrale

graslandenzijngerichtopkwaliteitsverbetering

enwaarmogelijkoppervlakte-uitbreidingvande

volgendehabitattypen:vochtigeheiden(H40�0),

pioniervegetatiesmetsnavelbiezen(H7�50),hei-

schralegraslanden(*H62�0)enblauwgraslanden

(H64�0).Voordelaatstetweehabitattypenisbij

detoedelingaangebiedennadrukkelijkgekeken

waarzichdemeestkansrijkesituatiesvoordoen

(schraleleemhoudendezandgronden).

Dekernopgaven6.08structuurrijkedrogeheide,

6.09internverbindenen6.�2stuifzandlandschap-

penzijn,naasthetverbeterenvandestaatvan

instandhoudingvandebetreffendehabitattypen,

nadrukkelijkookgerichtophetverbeterenvande

kwaliteitvandeleefgebiedenvaneenaantalsterk

onderdrukstaandebroedvogelsoorten.Voorhet

habitattypezandverstuivingen(H2��0),waarNe-

derlandininternationaalopzichtbelangrijkvoor

is,isnaastkwaliteitsverbeteringookoppervlakte-

uitbreidinghetdoel.

Kernopgave6.�0korhoenisvooralsnogalleen

toegekendaandeSallandseHeuvelrug(42).De

kernopgave6.07eiken-haagbeukenbosisalleen

toebedeeldaanLandgoederenOldenzaal(50)en

WillinksWeust(62).

Dekernopgaven6.07eiken-haagbeukenbossen,

6.��oudeeikenbossen,6.�4beuken-eikenbos-

senmethulsten5.07vochtigealluvialebossen

scoreninallesituatiesgroen(=goed)voorde

huidigesituatieengroen(=makkelijk)voorde

zwaartevandeopgave.Uitzonderinghieropzijn

degebiedenLieftinghsbroek(2�)enSintJansberg

(�42)voorvochtigealluvialebossen(*H9�E0).

Dekernopgave6.0�zurevennenistoebedeeld

aanzesgebieden.Overaliszoweldescorevoor

dehuidigesituatiealsvoordezwaartevande

opgavegroen.Deinschattingisdatdezwaarte

vandeopgavevoorMaasduinen(�45)groteris

(gemiddeld).

Realiseringvandekernopgave6.��jeneverbes-

struwelenisafhankelijkvandematewaarinop

debestaandelocatiesverjongingoptreedt.De

�7.BakkeveenseDuinen;2�.Lieftinghsbroek;22.Norger-

holt;25.DrentscheAa-gebied;26.Drouwenerzand;

27.Drents-FrieseWold&Leggelderveld;

Page 113: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

���

kernopgaveisaandemeestkansrijkegebieden

toebedeeld.

Inhetlandschaphogerezandgrondenisvooreen

beperktaantalgebiedeneenbeheeropgave

geformuleerd.Hetbetreftkernopgave6.06voor

schralegraslandeninhetgebiedHalvelte-Oost

(29)énvoordekernopgave6.�0korhoenvoorde

SallandseHeuvelrug(42).Alleenvoorhetgebied

BrabantseWal(�28)iseensenseofurgencymet

betrekkingtotdewaterconditiesgeformuleerd

tenaanzienvandekernopgave6.0�zeerzwak

gebufferdevennen.

Tabel5.7.�en5.7.2geveneencompleetoverzicht

vankernopgavenentoedelingaangebiedenvoor

hetNatura2000landschapHogerezandgronden.

Gebiedsdoelen op hoofdlijnen

Geziendeverschilleninoppervlaktevandegebie-

denishetlogischdatderelatiefgrootstebijdrage

voorbepaaldehabitattypenuitdegrootstege-

biedenkomt:Drents-FrieseWold&Leggelderveld

(27),SallandseHeuvelrug(42)enVeluwe(57).Dit

laatonverletdatdebelangrijkstebijdragevoor

bepaaldehabitattypenofsoortengrotendeelsuit

eenvandekleineregebiedenkomt.Zoishetzo-

merbiotoopvandeingekorvenvleermuis(H��2�)

beperkttotééngebiedenishetLieftinghsbroek

(2�)relatiefbelangrijkvoorbeuken-eikenbossen

methulst(H9�20).

Vooreenaantalhabitattypenensoortengeldt

datrelatiefveelgebiedeneenbijdrageleveren

aanhetlandelijkdoel.Dithangtmedesamenmet

hetrelatiefkleineoppervlaktewaarinsommige

habitattypenbinnendegebiedenvoorkomen.Zo

levertdriekwartvandegebiedeneenbijdrage

voorderealiseringvanhetlandelijkdoelvoor

vochtigeheiden.Indemeestesituatiesisvoor

hetdoelbehoudvanoppervlaktegeformuleerd,

omdatuitbreidingvanhetareaalnietmogelijkis.

Drijvendewaterweegbree(H�8��)enkamsala-

mander(H��66)komeninongeveereenderde

vandegebiedenvoor.Drijvendewaterweegbree

(H�8��)metnameinhetzuidenvanhetland.

Voorjeneverbesstruwelen(H5��0)wordtvrijwel

overalbehoudoppervlakteenverbeteringkwali-

teitbeoogd.

BijdeHogerezandgrondenzijndedoelenvoor

broedvogelssterkuiteenlopend.Soortenvan

heideveldendiehetgoeddoenenwaarvoor

behoudleefgebiedvoorbehoudpopulatiegeldt

zijnnachtzwaluw(A224),boomleeuwerik(A246)

enroodborsttapuit(A276).Bijeentweedegroep

heidevogels,enwelmetnamedesoortenvan

meeropenenzandigeheide(draaihals(A2��),

duinpieper(A255)entapuit(A277)enzeer

gevarieerdeheideterreinen(korhoen(A�07))

staanleefgebiedenpopulatiesterkonderdruk

enishersteldeopgave(zieookparagraaf6.�).

Deopheidevennenbroedendedodaars(A004)

engeoordefuut(A008)doenhetgoed,derhalve

zijndoelenintermenvanbehoudleefgebied

voorbehoudpopulatietoegekend.Alleenvoor

BrabantseWal(�28)isverbeteringvanleefgebied

toegekend.Voorhetpaapje(A275),eenbroedvo-

gelvanvochtigeheidenenbloemrijkegraslan-

den,ligtdesituatieanders.Geziendestaatvan

instandhouding,zijndedoelenhierintermen

vanuitbreidingoppervlakteen/ofverbetering

kwaliteitleefgebiedgeformuleerd.

Voordeniet-broedvogelszijnalleendoelenin

termenvanbehoudgeformuleerd.

29.Havelte-Oost;�0.Dwingelderveld;��.Mantingerbos;

�2.Mantingerzand;�9.Vecht-enBeneden-Reggegebied;

4�.Boetelerveld;42.SallandseHeuvelrug;etcetera.

Page 114: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��4

Opgave landschappelijke samenhang en interne compleetheid:

Herstelenduurzaambehoudvangrotezeerzwakgebufferde

vennenH���0�5ingroteopenheidevelden.

Kwaliteitsverbetering(ooklateresuccessiestadia)vanzwakgebuf-

ferdevennenH���0medealshabitatvoorgevlektewitsnuitlibel

H�042engeoordefuutA008.

KwaliteitsverbeteringvanzurevennenH��60.

Kwaliteitsverbeteringvanactievehoogvenen(heideveentjes)

*H7��0_Binheideterreinenenbossen.

Kwaliteitsverbeteringenvergrotingoppervlaktevochtigeheiden

H40�0enpioniervegetatiesmetsnavelbiezenH7�50enactieve

hoogvenen(heideveentjes)*H7��0_B.

Dittype(opzand)vaninternationaalbelanginAtlantischeregio,

relatiefkleintotaalEuropeesoppervlakte,Nederlandhiervangroot

aandeel.KomtnauwelijksvoorinBelgiëenDuitsland.

Vannationaalbelangvoorenkelesterkbedreigdeplanten.

InternationaalbelangvoorAtlantischeregio,vanwegegrootaan-

deel;grensgebiedtussenAtlantischeenContinentalesoorten.

Vannationaalbelangvoorsterkbedreigdefaunaenflora.

Vannationaalbelangvanwegevoorkomenvanenkelebedreigde

planten,zoalsdrijvendeegelskop.

Actievehoogvenen(heideveentjes)prioritair.

Internationaalgaatoppervlakteachteruit,aandeelNederland

relatiefklein.

Nationaalvanbelangvoorzeldzameenbedreigdefloraenfauna.

Actievehoogvenen(heideveentjes)prioritair.

Internationaalbelangvoorvochtigeheidenvanwegecentrale

liggingéngrootaandeel.

Vannationaalbelangvoorbedreigdesoorten,zoalspaapjeen

grauweklauwier.

Tabel5.7.�.KernopgavenNatura2000landschapHogerezandgronden

Waarom:

Nederlandvanrelatiefzeergrootbelangvooronderanderezand-

verstuivingenenstuifzandheidenmetstruikhei.

Functioneleenruimtelijkesamenhangvanhetnetwerknodigmet

namevoorduurzameinstandhoudingvanfaunaenherstel

algemenebiodiversiteit.

Vergrotenvaninternesamenhangvangebiedendoorherstelvanevenwichtigeverdelingvan

openengeslotenmetmeergeleidelijkeovergangenvanzandverstuivingen,heide,vennen,

graslandenenbos.Versterkenvanhetruimtelijknetwerkvanbos,heide-ofstuifzandgebieden,

waarbijtussenliggendegebiedengebruiktkunnenwordenalsstapstenen,metnamevoor

soortenalsreptielenenvlinders.Versterkenvanovergangenvandrogenaarnattegebieden,

zoalsbeekdalenenherstelvanvennenoplandschapsschaal.

6.01 Zeer zwakgebufferde

vennen

6.02 Zwak gebufferde

vennen

6.03 Zure vennen

6.04 Veentjes

6.05 Natte heiden

Typering: Kernopgave: Waarom:

�5 Staatvaninstandhouding:roodisongunstig,oranjeismatigongunstig,groenisgunstig,grijsisonbekend

Kernopgaven per hoofdtype:

Hoofdtype: Nat - Natte heiden

Hoofdtype: Nat - Vennen en veentjes

Page 115: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��5

Kwaliteitsverbeteringen(indienmogelijk)oppervlakteuitbreiding

heischralegraslanden*H62�0enblauwgraslandenH64�0inkans-

rijkesituaties(opschraleleemhoudendezandgronden).

Verbeterenkwaliteitenvoorzovermogelijkuitbreidingareaal

eiken-haagbeukenbossen(hogere zandgronden)H9�60_A(zieook

5.08).

VergrotingareaalstuifzandheidenmetstruikheiH2��0,binnen-

landsekraaiheibegroeiingenH2�20,drogeheidenH40�0en

zandverstuivingenH2��0énverbeterenvandekwaliteitdoorver-

grotingvandevariatieinstructuurenontwikkelingvangeleide-

lijkeovergangenmetbos,medet.b.v.vogelsoortenalsduinpieper

A255,korhoenA�07,nachtzwaluwA224,draaihalsA2��entapuit

A277.

Verbindenheide-enstuifzandencomplexenmetoogopfauna.

HerstelgevarieerdleefgebiedvoordekorhoenA�07metrijk

gestructureerdeheiden,voldoenderustengeschiktefoerageer-

gebiedenbuitendeheidevelden.

Behoudareaalenkwaliteitsverbeteringjeneverbesstruwelen

H5��0,verjongingstimuleren.

VergrotingareaalgevarieerdezandverstuivingenH2��0metover-

gangennaardrogeheidenenopenbossen:Veluwe(57),Loonse

enDrunenseDuinen&Leemkuilen(���),Drents-FrieseWold&

Leggelderveld(27).MedealsleefgebiedvandedraaihalsA2��,

tapuitA277,duinpieperA255ennachtzwaluwA224.

Heischralegraslandenprioritair.

Internationaalbelangvoorblauwgraslandenenheischrale

graslandenbinnenAtlantischeregiovanwegecentraleliggingén

grootaandeel.

Vannationaalbelangvoorbedreigdefloraenfauna.

InternationaalbelangbinnenAtlantischeregiovanwegecentrale

liggingengrootaandeel.

Nationaalbelangvoorbedreigdeplanten.

Internationaalbelangvoorstuifzandheidenmetstruikheien

zandverstuivingendoorcentraleliggingengrootaandeel.

Vannationaalbelangvoorbedreigdefloraenfauna.

Vannationaalbelangvoorduurzaamheidéncompleetheidvan

heidelevensgemeenschap.

Internationaalvanbelangvoorbehoudsterkbedreigdelaagland-

populatiekorhoeninAtlantischeregio.

Nationaalvanbelangénkwaliteitsverbeteringvanbelangvoor

biodiversiteit.

Internationaalbelangvoorzandverstuivingendoorcentrale

liggingengrootaandeel.

Vannationaalbelangvoorbedreigdefloraenfauna.

Tabel5.7.�.KernopgavenNatura2000landschapHogerezandgronden(vervolg)

6.06 Schrale graslanden

6.07 Eiken-haagbeuken-

bossen

6.08 Structuurrijke droge

heiden

6.09 Intern verbinden

6.10 Korhoen

6.11 Jeneverbesstruwelen

6.12 Stuifzandlandschap-

pen

Hoofdtype: Droog – Stuifzandlandschappen

Hoofdtype: Nat – Eiken-haagbeukenbos

Hoofdtype: Droog – Droge heiden met kleine stuifzanden en jeneverbesstruwelen

Page 116: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��6

Behoudareaaloudeeikenbossen(H9�90,m.n.strubbebossen)en

verbeterenkwaliteit,ookalshabitatvoorvliegendhertH�08�.

Uitbreidentotsubstantiëleoppervlaktenbeuken-eikenbossenmet

hulstH9�20enverbeterenkwaliteit(o.a.boomsoortensamenstel-

lingenleeftijdsopbouwvanbomen).

BehoudkwaliteitzomerverblijveningekorvenvleermuisH��2�.

InternationaalbelangbinnenAtlantischeregiodoorcentrale

liggingengrootaandeel.

Nationaalvanbelangvoorbedreigdeflora.

Internationaalbelangvoordesub-Atlantischevormdoorcentrale

liggingenredelijkgrootaandeel.Metnameouderevormenvan

goedekwaliteitzijnzeldzaameninNederlandinenkelegebieden

aanwezig.

Vannationaalbelang.

Tabel5.7.�.KernopgavenNatura2000landschapHogerezandgronden(vervolg)

6.13 Oude eikenbossen

6.14 Beuken-eikenbossen

met hulst

6.15 Gebouwen zomer-

biotoop

Hoofdtype: Droog – Droge bossen

Page 117: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��7

46.Bergvennen&BrecklenkampseVeld(w);�28.BrabantseWal( ,w);���.Kampina&

OisterwijkseVennen(w);��7.StrabrechtseHeide&Beuven(w);�46.SarsvenenDeBanen(w).

46.Bergvennen&BrecklenkampseVeld(w);49.Dinkelland(w);5�.Lonnekermeer(w);

5�.Buurserzand&Haaksbergerveen(w);59.Teeselinkven(w);���.Kampina&Oisterwijkse

Vennen(w);��5.Kempenland–West(w);��6.Leenderbos,GrooteHeide&DePlateaux(w);

��8.Weerter-enBudelerbergen&Ringselven(w);�46.SarsvenenDeBanen(w).

27.Drents-FrieseWold&Leggelderveld(w);�0.Dwingelderveld(w);�9.VechtenBeneden-

Reggegebied(w);57Veluwe(w);���.Kampina&OisterwijkseVennen(w);��6.Leenderbos,

GrooteHeide&DePlateaux(w);�45.Maasduinen(w);�49.Meinweg(w).

27.Drents-FrieseWold&Leggelderveld(w);�0.Dwingelderveld(w);57.Veluwe(w);

�49.Meinweg(w);�55.Brunssummerheide(w).

25.DrentscheAa-gebied(w);27.Drents-FrieseWold&Leggelderveld(w);29.Havelte-Oost

(w);�0.Dwingelderveld(w);�2.Mantingerzand(w);�9.VechtenBeneden-Reggegebied(w);

4�.Boetelerveld(w);42.SallandseHeuvelrug(w);4�.WierdenseVeld(w);46.Bergvennen&

BrecklenkampseVeld(w);5�.Buurserzand&Haaksbergerveen(w);���.Kampina&Oister-

wijkseVennen(w);��4.RegteHeide&RielsLaag(w);��7.StrabrechtseHeide&Beuven(w);

�45.Maasduinen(w);�49.Meinweg(w);�55.Brunssummerheide(w).

29.Havelte-Oost( ,w);4�.Boetelerveld(w);44.Borkeld(w);46.Bergvennen&Brecklen-

kampseVeld(w);5�.Lonnekermeer(w);62.WillinksWeust(w);���.Kampina&Oisterwijkse

Vennen(w).

50.LandgoederenOldenzaal(w);62.WillinksWeust(w).

6.01 Zeer zwak gebufferde vennen

6.02 Zwak gebufferde vennen

6.03 Zure vennen

6.04 Veentjes

6.05 Natte heiden

6.06 Schrale graslanden

6.07 Eiken-haagbeukenbossen

Hoofdtype: Nat - Vennen en veentjes

Hoofdtype: Nat - Natte heiden

Hoofdtype: Nat - Eiken-haagbeukenbossen

Tabel5.7.2KernopgavenHogerezandgronden:toedelingaangebieden

Page 118: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��8

�7.BakkeveenseDuinen;25.DrentscheAa-gebied;26.Drouwenerzand;27.Drents-FrieseWold

&Leggelderveld;29.Havelte-Oost;�2.Mantingerzand;�9.VechtenBeneden-Reggegebied;

42.SallandseHeuvelrug;44.Borkeld;5�.Buurserzand&Haaksbergerveen;57.Veluwe;�28.

BrabantseWal;��4.RegteHeide&RielsLaag;��6.Leenderbos,GrooteHeide&DePlateaux;

��7.StrabrechtseHeide&Beuven;��8.Weerter-enBudelerbergen&Ringselven;�45.Maas-

duinen;�49.Meinweg;�55.Brunssummerheide.

57.Veluwe;�28.BrabantseWal;��5.Kempenland–West:�45.Maasduinen.

42.SallandseHeuvelrug( ).

26.Drouwenerzand;�0.Dwingelderveld;�2.Mantingerzand;�9.VechtenBeneden-Regge-

gebied;42.SallandseHeuvelrug;44.Borkeld;62.WillinksWeust;�44.Boschhuizerbergen.

27.Drents-FrieseWold&Leggelderveld;57.Veluwe;���.LoonseenDrunenseDuinen&

Leemkuilen.

25.DrentscheAa-gebied;57.Veluwe;�42.SintJansberg.

2�.Lieftinghsbroek;22.Norgerholt;��.Mantingerbos.

�5�.AbdijLilboschenvoormaligKloosterMariahoop.

6.08 Structuurrijke droge heiden

6.09 Intern verbinden

6.10 Korhoen

6.11 Jeneverbesstruwelen

6.12 Stuifzandlandschappen

6.13 Oude eikenbossen

6.14 Beuken-eikenbossen met hulst

6.15 Gebouwen zomerbiotoop

Hoofdtype: Droog - Droge heiden

Hoofdtype: Droog - Stuifzandlandschappen

Tabel5.7.2KernopgavenHogerezandgronden:toedelingaangebieden(vervolg)

w wateropgave;

senseofurgency:beheeropgave;

senseofurgencyopgavem.b.t.watercondities(zieverdertoelichtingparagraaf�.�).

Page 119: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��9

Page 120: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�20

Figuur5.8.�.Natura2000landschapHoogvenen

Page 121: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�2�

Namen van gebieden: Aantal: 12

Resten hoogveenlandschap:

2�.Fochteloërveen;24.Witterveld;��.Bargerveen;

40.Engbertsdijksvenen;4�.WierdenseVeld;

��9.DeurnschePeel&Mariapeelen�40.GrootePeel.

Komvenen in dekzandlandschap:

5�.Buurserzand&Haaksbergerveen;54.WitteVeen;

55.Aamsveen;6�.Korenburgerveenen64.Wooldse

Veen.

5.8 Natura 2000 landschap Hoogvenen

Inleiding

HetNatura2000landschapHoogvenenomvat�2

gebieden�6.Zevengebiedendaarvanworden

gerekendtotderestenvanhoogveenlandschap.

Deanderevijf,diealseenparelsnoerlangsde

grensmetDuitslandliggen,zijnkomvenenin

dekzandlandschap.Voorallehoogvenengeldt

datzezeerafhankelijkzijnvaneengoede

hydrologischesituatie,zowelindekernvanhet

gebiedalsindeovergangszones.Hethoogveen

inNederlandislenshoogveen.Dittypeisinde

laatsteeeuwenenormachteruitgegaan.Neder-

landisinternationaalgezienvangrootbelang

omdatvandittypenogrelatiefveelrestantenin

Nederlandvoorkomen.

Figuur5.8.�geefteenoverzichtvandeligging

vandegebieden.

Habitattypen en soorten

Belangrijkehabitattypendieinditlandschap

voorkomenzijn:indekernenvandegebie-

denactiefhoogveen(hoogveenlandschap)

(*H7��0_A)enherstellendehoogvenen(H7�20).

Inderandenzonesvandegebiedenhoogveen-

bossen(*H9�D0),vochtigeheiden(hogere

zandgronden)(H40�0_A)enzurevennen(H��60).

Inderandzonesvandehoogvenenopdeover-

gangennaardezandgrondenkomtdekam-

salamander(H��66)voor.Dezerandzoneszijn

verdervooralvanbelangvoorvogelsoorten,zoals

grauweklauwier(A��8).

Dehoogvenenendebijbehorendelagg-zones

hebbengrotebetekenisalsbroedgebiedvoor

vogelsoortenvanrelatiefvoedselarmewateren

enopenvochtigebiotopenzoalsgeoordefuut

(A008),porseleinhoen(A��9),watersnip(A�5�),

paapje(A275)engrauweklauwier(A��8).

Dehoogvenenzijnvoorniet-broedvogelsvooral

vanbelangalsslaapplaatsenvoortaiga-entoen

HetNatura2000landschapHoogveenomvat�2

gebieden.Zevengebiedendaarvanwordengerekend

totderestenvanhoogveenlandschap.

�6 HetgebiedBuurserzand&Haaksbergerveen(5�)

isooktoebedeeldaanhetNatura2000landschap

Hogerezandgronden.

Page 122: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�22

drarietganzen(beideA0�9)enalspleisterplaatsen

voorkraanvogels(A�27).

Kernopgaven

VoorhetNatura2000landschapHoogvenenzijn

zevenkernopgavengeformuleerd,viervoorde

restenvanhethoogveenlandschap:degrote

venenendrievoordekomveneninhetdekzand-

landschap.

Dekernopgave7.04bovenveengraslandenis

specifiekvoorhetBargerveen(��).Hetbetreft

deinstandhoudingvanheischralegraslandenop

veen.

Aandemeestegroteveneniseencombinatievan

tweekernopgaventoegekend.Kernopgave7.02

initiërenhoogveenvormingincombinatiemet

kernopgave7.0�uitbreidingactievekernofin

combinatiemetkernopgave7.0�overgangszones

grotevenen.

AandeGrootePeel(�40)enWierdenseVeld(4�)

isalleenkernopgave7.02initiërenhoogveen-

vormingtoegekend.Dekernopgave7.0�uitbrei-

dingvandeactievekernhoogveenkomtslechts

voorbijdrievandezesrestenhoogveenland-

schap,ditzijnFochteloërveen(2�),Witterveld(24)

enBargerveen(��).Deopgaveomdittekunnen

realiserenbetreftmededeverdereontwikkeling

vanderandzones(kernopgave7.0�)vanhet

actievehoogveen.AanhetgebiedEngbertsdijkve-

nen(40)enDeurnschePeel&MariaPeel(��9)is

eveneenskernopgave7.0�overgangszonegrote

venentoegekend.Duurzameinstandhoudingvan

dehoogvenenisgeeneenvoudigeopgave.Maat-

regelenomeenmeergunstigewaterhuishouding

tebereikenzijnnodig.

Voordekernopgaveovergangszonesgrote

venen,7.0�isbijFochteloërveen(2�)eensense

ofurgencyvoorbeheertoegekend.Puntvan

aandachthierisdatbijvernattingvanhetgebied

geschiktleefgebiedhersteldmoetworden.

VoorhetBargerveeniseensenseofurgency(met

betrekkingtotwatercondities)toegekend.Met

hetvoorstelvoorherbegrenzingzoalsopge-

nomeninparagraaf6.�wordteendeelvande

waterproblematiekopgelost.Puntvanaandacht

voorditgebiedvormendeontwikkelingenop

Duitsgrondgebied.

Voortweekomhoogveneniseensenseof

urgencyinrelatiemetherstelvanwaterconcities

toegekend.HetbetrefthetgebiedBuurserzand

&Haaksbergerveen(5�)voorkernopgave7.05

herstelactiefhoogveenenhetKorenburgerveen

(6�)voordekernopgave7.07inbeddinginhet

landschap.

Tabel5.8.�en5.8.2geveneencompleetoverzicht

vankernopgavenentoedelingaangebiedenvoor

hetNatura2000landschapHoogvenen.

Gebiedsdoelen op hoofdlijnen

Voorhetlandschaphoogvenenzijndevolgende

gebiedsdoelengeformuleerd:

Voormetnamedeactievehoogvenen(hoogveen-

landschap)(*H7��0_A)isaltijdeenuitbreiding

vanzoweloppervlaktealskwaliteitaangegeven.

Voorherstellendehoogvenen(H7�20)isvoorde

gebiedenFochteloërveen(2�)enEngbertsdijks-

venen(40)uitbreidingvanoppervlaktegeformu-

leerd.Bijdithabitattypegeldtinallegebieden

verbeteringvandekwaliteit.

Nederlandisbelangrijkvoordehabitattypen

2�.Fochteloërveen;24.Witterveld;��.Bargerveen;

40.Engbertsdijksvenen;4�.WierdenseVeld;

��9.DeurnschePeel&Mariapeelen�40.GrootePeel;

Page 123: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�2�

blauwgraslanden(H64�0)enzurevennen

(H��60).Dedoelenvoordezehabitattypenzijn,

metuitzonderingvanhetgebiedWitteVeen(54),

geformuleerdintermenvanverbeteringkwaliteit.

Voordehabitattypenhoogveenbossen(*H9�D0),

vochtigeheiden(H40�0)endrogeheiden(H40�0)

isindemeestesituatiesgekozenvooreenbe-

houdsdoelstelling.

Voordekamsalamander(H��66)is,voornage-

noegallegebiedenwaardesoortvoorkomt,als

doelbehoudkwaliteitleefgebiedvoorbehoud

populatiegeformuleerd.

Bijdemeestebroedvogelsoortenwaarvoorhoog-

veengebiedenzijnaangemeldgeldtalsdoelstel-

lingbehoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatie(dodaars(A004),geoordefuut

(A008),roodborsttapuit(A276)).Grauweklau-

wier(A��8)(Bargerveen(��))enpaapje(A275)

(Fochteloërveen(2�)enBargerveen(��))hebben

echtergeziendehuidigestaatvaninstandhou-

dinguitbreidingomvangen/ofverbeteringleef-

gebiedvooruitbreidingpopulatienodig.Blauwe

kiekendief(A082)envelduil(A222)zijninmiddels

zozeldzaamgewordenindehoogveengebieden

datzelfseenbehoudsdoelstellingmogelijkniet

realistischis.Dekraanvogel(A�27)heeftzichpas

zeerrecentgevestigd,voordezebroedvogelzijn

vooralsnoggeeninstandhoudingsdoelengefor-

muleerd.Voordeniet-broedvogelszijndoelenin

termenvanbehoudgeformuleerd.

5�.Buurserzand&Haaksbergerveen;54.WitteVeen;

55.Aamsveen;6�.Korenburgerveenen64.Wooldse

Veen.

Page 124: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�24

Opgave landschappelijke samenhang en interne compleetheid:

Uitbreidingkernenvanactievehoogvenen(hoogveenlandschap)

*H7��0_A�7.

Opgangbrengenofcontinuerenvanhoogveenvorminginherstel-

lendehoogvenenH7�20inkansrijkesituaties,methetoogopont-

wikkelingvanactievehoogvenen(hoogveenlandschap)*H7��0_A

(waarnodiguitbreidingoppervlakteH7�20).

Instandhoudingvanhuidigerelictenalsbronpopulatiesfauna.

Herstelvangroteveengebiedenmetvoldoenderustonderandere

voordeniet-broedvogelkraanvogelA�27.

Ontwikkelingvanovergangszonesvanactievehoogvenen(hoog-

veenlandschap)*H7��0_Aincl.laggzones(meto.a.hoogveenbos-

sen*H9�D0,zurevennenH��60enporseleinhoenA��9,paapje

A275enwatersnipA�5�).

Behoudenwaarmogelijkherstelvanheischralegraslanden

*H62�0,ookvanbelangvoorpaapjeA275engrauweklauwier

A��8.

Actievehoogvenen(hoogveenlandschap)prioritair.

VoorhoogveenecosystemenisNederlandvanwegehetvoorkomen

vanlaaglandhoogveen(lenshoogveen)vanbelang(sub-Atlantisch

type).Internationaalbelangisgrootdoorenormeachteruitgang

vanhetlenshoogveen(meesterestantennoginNederland).

Nationaalvanbelangvoorzeldzameenbedreigdesoorten.

Actievehoogvenen(hoogveenlandschap)prioritair.

Nationaalvanbelangvoorzeldzameenbedreigdesoorten.

Groteroppervlaktemedenodigt.b.v.behoudénherstelvanactieve

kernen.NoodzakelijkevoorwaardevoorhabitattypeH7��0.

Actievehoogvenen(hoogveenlandschap)enhoogveenbossen

prioritair.

PotentieelvanbelanginAtlantischeregiovoorsterkbedreigde

soorten.

Ontwikkelingovergangszonesvannationaalbelangvoorbio-

diversiteit,o.a.porseleinhoen,encompleetheidlevensgemeenschap.

Heischralegraslandenprioritair.

Vannationaalbelang,heischraalgraslandopveenkomtalleen

voorinBargerveen.

Tabel5.8.�:KernopgavenNatura2000landschapHoogvenen

Waarom:

Samenhangtussengebiedennoodzakelijkvoorvoortbestaanvan

aanhoogvenengebondensoorten.

Dooringrepeninhetverledenstaatduurzameinstandhouding

onderdruk.

Voorherstelenkwaliteitsverbeteringvanderestenhoogveenlandschapiseenessentiële

randvoorwaardedatdehydrologie(zowelinternalsextern)opordekomt.

Vormingvanfunctionerendehoogvenendoorkwaliteitsverbeteringhoogveenrestenenherstel

randzonesénvergrotingvandeinterneenexternesamenhangtenbehoevevanfauna.

HerstelketenvankomvenenlangsdeDuitsegrens.

7.01 Uitbreiding actieve

kern

7.02 Initiëren hoogveen-

vorming

7.03 Overgangszones

grote venen

7. 04 Bovenveengras-

landen

Typering: Kernopgave: Waarom:

�7 Staatvaninstandhouding:roodisongunstig,oranjeismatigongunstig,groenisgunstig,grijsisonbekend

Kernopgaven per hoofdtype:

Hoofdtype: Resten hoogveenlandschap: de grote venen (incl. meerstallen)

Page 125: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�25

VerbeteringkwaliteitherstellendehoogvenenH7�20methetoog

opontwikkelingvanactievehoogvenen(hoogveenlandschap)

*H7��0_A.

HerstelvanrandzonesvanherstellendehoogvenenH7�20meto.a.

hoogveenbossen*H9�D0,zurevennenH��60,galigaanmoerassen

*H72�0.

Herstelovergangennaarbeekdalenenhogerezandgronden.Aan-

sluitingbijvochtigeheidenH40�0,heischralegraslanden*H62�0,

hoogveenbossen*H9�D0,galigaanmoerassen*H72�0,blauwgras-

landenH64�0.

Actievehoogvenenprioritair.

Internationaalbelangisgrootvanwegeenormeachteruitgang

oppervlakte.KomvenenkomenverderalleenvoorinDuitslanden

Denemarken.

Nationaalvanbelangvoorzeldzameenbedreigdesoorten.

Grensoverschrijdendeopgave.

Hoogveenbossenengaligaanmoerassenprioritair.

PotentieelvanbelanginAtlantischeregiovoorsterkbedreigde

soorten.

Ontwikkelingovergangszonesvannationaalbelangvoorbio-

diversiteitencompleetheidlevensgemeenschap.

Hoogveenbossen,galigaanmoerassenenheischralegraslanden

prioritair.

Nationaalbelang:compleetheidvanlevensgemeenschappenen

biodiversiteit.

7.05 Herstel actief hoog-

veen

7.06 Randzone van het

veen

7.07 Inbedding in land-

schap

Hoofdtype: Komvenen in dekzandlandschap

Tabel5.8.�:KernopgavenNatura2000landschapHoogvenen(vervolg)

Page 126: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�26

2�.Fochteloërveen(w);24.Witterveld(w);��.Bargerveen(w).

2�.Fochteloërveen(w);��.Bargerveen( ,w);40.Engbertsdijksvenen(w);4�.Wierdense

Veld;��9.DeurnschePeel&Mariapeel(w);�40.GrootePeel(w).

2�.Fochteloërveen( ,w);24.Witterveld(w);��.Bargerveen(w);40.Engbertsdijksvenen(w);

��9.DeurnschePeel&Mariapeel(w).

��.Bargerveen.

5�.Buurserzand&Haaksbergerveen( ,w);54.WitteVeen(w);55.Aamsveen(w);

6�.Korenburgerveen(w);64.WooldseVeen(w).

5�.Buurserzand&Haaksbergerveen(w);54.WitteVeen(w);6�.Korenburgerveen(w);

64.WooldseVeen(w).

55.Aamsveen(w);6�.Korenburgerveen( ,w).

7.01 Uitbreiding actieve kern

7.02 Initiëren hoogveenvorming

7.03 Overgangszones grote venen

7.04 Bovenveengraslanden

7.05 Herstel actief hoogveen

7.06 Randzone van het veen

7.07 Inbedding in het landschap

Hoofdtype: Resten hoogveenlandschap: de grote venen (incl. meerstallen)

Hoofdtype: Komvenen in dekzandlandschap

Tabel5.8.2.KernopgavenHoogvenen:toedelingaangebieden

w wateropgave;

senseofurgency:beheeropgave;

senseofurgencyopgavem.b.t.watercondities(zieverdertoelichtingparagraaf�.�).

Page 127: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�27

Page 128: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�28

Figuur5.9.�.Natura2000landschapHeuvelland

Page 129: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�29

Namen van gebieden: Aantal: 8

�5�.Bunder-enElsloërbos;�54.Geleenbeekdal;

�56.Bemelerberg&Schiepersberg;�57.Geuldal;

�58.Kunderberg;�59.SintPietersberg&Jekerdal;

�60.Savelsbosen�6�.Noorbeemden&Hoogbos.

5.9 Natura 2000 landschap Heuvelland

Inleiding

HetNatura2000landschapHeuvellandbestaatuit

achtNatura2000gebieden.GebiedenalsBeme-

lerberg&Schiepersberg(�56),Kunderberg(�58)

enSintPietersberg&Jekerdal(�59)zijnvooral

vanbetekenisvanwegehetvoorkomenvanmoza-

iekenvanbijzonderegraslanden.Noorbeemden

&Hoogbos,Bunder-enElsloërbos(�5�)enGe-

leenbeekdal(�54)zijnvangrootbelangvanwege

deaangrondwatergebondenhabitattypen.Het

Geuldal(�57),hetgrootstevandeNatura2000

gebiedeninHeuvellandomvatnagenoeghethele

scalaaanhabitattypenensoorten.Degebieden

Geuldal(�57),Noorbeemden&Hoogbos(�6�)en

SintPietersberg&Jekerdal(�59)zijngrensover-

schrijdendegebiedenmetBelgië.Figuur5.9.�.

geefteenbeeldvandeliggingvandegebieden.

Habitattypen en soorten

InhetNatura2000landschapHeuvellandkomt

eengrootaantalhabitattypenvoordieinhun

voorkomentotditlandschapbeperktzijn.Het

betreft:pionierbegroeiingenoprotsbodem

(*H6��0),zinkweiden(*H6��0),kalkgraslanden

(*H62�0),kalktufbronnen(*H7220),veldbies-

beukenbossen(H9��0)endeeiken-haagbeuken-

bossen(heuvelland)(H9�60_B).

Verderishetlandschapvangrootbelangvoor

habitattypenalsheischralegraslanden(*H62�0),

ruigtenenzomen(droge bosranden)(H64�0_C)

envochtigealluvialebossen(beekbegeleidende

bossen)(*H9�E0_C).

WatbetreftsoortenvanbijlageIIvandeHabi-

tatrichtlijnkomendesoortengeelbuikvuurpad

(H��9�)enspaansevlag(*H�078)alleenvoor

inditNatura2000landschap.Heuvellandisvan

grotebetekenisvanwegedeoverwinteringsge-

biedenvoorvleermuizen.Landelijkgezienzijnde

belangrijksteoverwinteringsgebiedenvanvaleen

ingekorvenvleermuis(H��24enH��2�)binnen

Heuvellandgelegen.Belangrijkevoorkomensvan

dezeggekorfslak(H�0�6)komenbinnenditland-

schapvoor.

InhetNatura2000landschapHeuvellandzijn

geengebiedenaangewezenvoorvogels.

HetNatura2000landschapHeuvellandbestaatuitacht

Natura2000gebieden.Inditlandschapzijngeen

gebiedenaangewezenvoorvogels.

Page 130: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��0

Kernopgaven

VoorhetNatura2000landschapHeuvellandzijn

intotaaltwaalfkernopgavengeformuleerd.De

kernopgavenzijngegroepeerdnaarhellingen,

plateau,beekdalenengroeves.

Dekernopgave8.0�mozaïekbijzondergraslan-

denbeoogthetbehoudenenuitbreidenvanhet

mozaïekvanpionierbegroeiingenoprotsbodem

(*H6��0),kalkgraslanden(*H62�0)enheischrale

graslanden(*H62�0).Hetbetreftdrieprioritaire

habitattypen.Dehabitattypenopzichzijnrelatief

belangrijk,dekarakteristiekelandschappelijke

settinginHeuvellandmaaktzenogmeerbijzon-

der.Dekernopgaveistoebedeeldaanvijfgebie-

den.Oplandschapsniveauisdeopgavegelegen

inhetuitbreidingvandehuidigeoppervlakte

waarbijgestreefdwordtnaarherstelvangroteve-

getatiecomplexen,medemethetoogopherstel

vandekwaliteittenaanzienvankenmerkende

fauna.Mogelijkhedendaartoebestaanaande

noordrandvanhetplateauvanUbachsberg(om-

gevingKunderberg),inhetdalvandeSinselbeek

(tussenWittemenNijswiller),inhetGerendal,

hetGulpdal,deomgevingvanFromberg(metde

Wrakelberg),deSt.Pietersberg,deBemelerberg

&SchiepersbergenopdeGulpenerberg.Mede

methetooghieropwordtdebegrenzingvanhet

Geuldal(�57)uitgebreidtenzuidenvanGulpen

enwordtdebegrenzingvanhetSavelsbos(�60)

aangepast.

Dekernopgavengerichtopdebossenhebben

vooralbetrekkingopherstelvaneengevari-

eerdevegetatiestructuur,hetverzachtenvande

bosrandenenwaarnodigstrevennaareenmeer

natuurlijkesoortensamenstelling.Ditismedevan

belangvoordespaansevlag(*H�078).

Dekernopgaven8.02en8.��zijneropgericht

omvoordegeelbuikvuurpad(H��9�)naaruit-

breidingvanhetaantallevensvatbarepopulaties

tekomen,zodatdesoortvoorNederlandduur-

zaamkanwordenbehouden.Gestreefdwordt

naareenduurzaamnetwerkaanleefgebieden

oplandschapsschaal,waarbinnenlevensvatbare

populatieszichkunnenontwikkelen.Deopgave

ishetopkortetermijnontwikkelenvaneen

vijftalpopulatiesgeelbuikvuurpad(H��9�)opde

volgende(meestkansrijke)locaties:’tRoothen

Julianagroeve,GroeveBlom(nugeengeelbuik-

vuurpad),GroeveCurfs(nugeengeelbuikvuur-

pad),Meertensgroeve(nugeengeelbuikvuurpad)

enBemelerberg.

Voorhethoofdtypebeekdalen–graslandenen

brongebiedenzijnvijfkernopgavengeformu-

leerd.Dekernopgave8.07zinkgraslanden(van

toepassinginhetGeuldal(�57)heefteensenseof

urgencymetbetrekkingtotdewatercondities.

Dekernopgave8.06kalkmoerassen,toebedeeld

aanhetGeleenbeekdal(�54)enhetGeuldal

(�57),heeftookeensenseofurgencym.b.t.de

watercondities.HetGeuldal(�57)heeftverder

eensenseofurgencyvoorm.b.t.dekernopgave

8.07zinkgraslanden.Voordekernopgave8.08

beekdalbossenhebbenhetBunder-enElsloërbos

(�5�)enhetGeleenbeekdal(�54)eensenseof

urgency.

Tabel5.9.�en5.9.2geveneencompleetoverzicht

vankernopgavenentoedelingaangebiedenvoor

hetNatura2000landschapHeuvelland.

�5�.Bunder-enElsloërbos;�54.Geleenbeekdal;

�56.Bemelerberg&Schiepersberg;�57.Geuldal;

�58.Kunderberg;�59.SintPietersberg&Jekerdal;

Page 131: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

���

Gebiedsdoelen op hoofdlijnen

VoorhetNatura2000landschapHeuvellandzijn

alleenmaargebiedsdoelenvoorhabitattypenen

soortenvandeHabitatrichtlijngeformuleerd.De

gebiedenzijnnietaangewezenalsVogelrichtlijn-

gebiedenenerzijngeencomplementairedoelen

metbetrekkingtotvogelsgeformuleerd.

Habitattypen

VoorhetNatura2000landschapHeuvellandzijn

��habitattypenvantoepassing.Voordehabitat-

typenheischralegraslanden(*H62�0),bekenen

rivierenmetwaterplanten(H�260),kalkmoeras-

sen(H72�0),pionierbegroeiingenoprotsbodem

(*H6��0)enruigtenenzomen,(droge bosranden)

(H64�0_C)isvoorallegebiedeneenuitbreiding

vandeoppervlaktetoebedeeld.

Voordehabitattypenpionierbegroeiingen

oprotsbodem(*H6��0),ruigtenenzomen,

drogebosranden(H64�0_C)isbovendienvoor

allegebiedenverbeteringvandekwaliteitvan

toepassing.Voordehabitattypenveldbies-beu-

kenbossen(H9��0),enzinkweiden(*H6��0)zijn

alleenvoorhetNatura2000gebiedGeuldal(�57)

gebiedsdoelengeformuleerd.Voorbeidezijnde

doelenopuitbreidingoppervlakteenverbetering

kwaliteitgesteld.

Voorhethabitattypeeiken-haagbeukenbos-

sen(heuvelland)(H9�60_B)isvoordemeeste

gebiedenbehoudvanoppervlakteenbehoudvan

kwaliteitvantoepassing.Voorviergebieden(Bun-

der-enElsloërbos(�5�),Geleenbeekdal(�54),

Geuldal(�57)enSavelsbos(�60))geldtbehoud

oppervlakteenverbeteringkwaliteit.Voorhetge-

biedNoorbeemden&Hoogbos(�6�)geldtzowel

uitbreidingoppervlaktealsverbeteringkwaliteit.

Voorvochtigealluvialebossen,(beekbegelei-

dende bossen)(*H9�E0_C)englanshaver-en

vossenstaarthooilanden(glanshaver)(H65�0_A)

geldtinallegebiedenwaardittypeisaangemeld,

verbeteringvandekwaliteit.Voorhethabitattype

kalkgraslanden(*H62�0)geldtvoorallegebie-

den,metuitzonderingvanSavelsbos(�60),zowel

uitbreidingoppervlaktealsverbeteringkwaliteit.

Soorten

BijditNatura2000landschapisrelatiefvaakvoor

desoortenvanbijlageIIvandeHabitatrichtlijn

eenherstelopgavegeformuleerd.Uitbreidingvan

hetleefgebiedisgeformuleerdvoordesoorten:

rivierdonderpad(H��6�),beekprik(H�096),

gaffellibel(H�0�7),geelbuikvuurpad(H��9�).De

drieeerstgenoemdesoortenkomenmomenteel

overigensslechtsinééngebiedvoor.

Zowelderivierdonderpad(H��6�)endebeek-

prik(H�096)komenalleenvoorinhetGeuldal

(�57).Tenopzichtevandeaanmeldingwordtde

begrenzingvanhetGeuldaluitgebreidopdathet

leefgebiedvandezevissoortenmeerduurzaamin

standkanwordengehouden.

Degaffellibel(H�0�7)komtmomenteelalleen

voorinhetGeleenbeekdal(�54).Voordezesoort

zijnontwikkeldoelen(complementairedoelen)

geformuleerdvoordegebiedenSt.Pietersberg&

Jekerdal(�59)envoorhetGeuldal(�57).

Voordegeelbuikvuurpad(H��9�)ishetstreven

eropgerichtomeennetwerkvanleefgebiedente

ontwikkelen,opkortetermijnopvijfpopulatiesin

degebiedenBemelerber&Schiepersberg(�56),

Geuldal(�57)enSavelsbos(�60).

VoorHeuvellandzijnaangemelddeoverwinte-

ringsplaatsenvandemeervleermuis(H���8),in-

gekorvenvleermuis(H��2�)endevalevleermuis

(H��24).IndegebiedenBemelerberg&Schie-

�60.Savelsbosen�6�.Noorbeemden&Hoogbos.

Page 132: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��2

persberg(�56),Geuldal(�57),St.Pietersberg&

Jekerdal(�59),Savelsbos(�60)doetzichdebij-

zonderesituatievoordoordatsubstantiëledelen

vanondergrondsemergelgroevenvangrootbe-

langzijnvooroverwinterendevleermuizen.Deze

groevenzijn,tenopzichtevandeaanmelding

in200�,toegevoegdaandebegrenzingvande

gebieden.Hetbeschermingsregimegeldtalleen

voordeinstandhoudingvandeondergrondse

groevetenbehoevevandeoverwinterendevleer-

muizen.Hetterreinbovendegroeven,datalleen

alsondergrondsegroevenopdekaartenisaan-

geduid,blijftbuitendeaanwijzingvandegebie-

den.Voordemeervleermuis(H���8),ingekorven

vleermuis(H��2�)envalevleermuis(H��24)geldt

zowelbehoudoppervlaktealsbehoudkwaliteit

leefgebiedvoorbehoudpopulatie.VoorhetGeul-

dalisvoordevalevleermuis(H��24)uitbreiding

omvangenverbeteringkwaliteitleefgebiedvoor

uitbreidingpopulatiegeformuleerd.

Voordeprioritairesoortspaansevlag(*H�078)

zijnbehoudsdoelengeformuleerd.Voorhetvlie-

gendhert(H�08�)geldtalleenvoorhetSavelsbos

(�60)uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedvooruitbreidingpopulatietoegekend.

Voordezeggekorfslak(H�0�6)endenauwe

korfslak(H�0�4)isdeopgavebehoudomvang

enkwaliteitleefgebiedvoorbehoudpopulatie.

Voorbeidesoortenzijnalleengebiedsdoelen

geformuleerdvoorhetGeleenbeekdal(�54).

...geldtalleenvoordeinstandhouding

vandeoverwinterendevleermuizen.

Page 133: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

���

Opgave landschappelijke samenhang en interne compleetheid:

Behoudenenuitbreidenmozaïekvanpionierbegroeiingenop

rotsbodem*H6��0�8,kalkgraslanden*H62�0,heischralegras-

landen*H62�0.

Vergrotingvanhetleefgebiedenuitbreidingvanaantalenom-

vangvanlevensvatbarepopulatiesvandegeelbuikvuurpadH��9�.

Behoudvanbestaandhellingbosenherstelgevarieerdevegeta-

tiestructuurvaneiken-haagbeukenbossen(heuvelland)H9�60_B,

verzachtenbosrand,ruigtenenzomen(droge bosranden)H64�0_C

enwaarrelevantvergrotenleefgebiedvliegendhertH�08�en/of

spaansevlag*H�078.

Herstelgevarieerdevegetatiestructuurvanveldbies-beukenbossen

H9��0enbeuken-eikenbossenmethulstH9�20(afwisselingopen

endicht),verzachtenbosrandenherstelnatuurlijkeboomsamen-

stelling.

Pionierbegroeiingenoprotsbodem,kalkgraslandenenheischrale

graslandenprioritair.Indegraslandenmeersoortenpervierkante

meterdanelders.

BinnenEuropavangrootinternationaalbelangvanwegedebij-

zondere(kleinschalige)landschappelijkesettingmetgradiëntvan

kalkgrondendiewordenoverdektdoorterrasgrinden.

RotsrandenenkalkgraslandenuniekbinnenNederland.

Vooralnationaalvanbelang.VoorkomenbeperkttotHeuvelland.

BinnenEuropavangrootinternationaalbelangvanwegedebijzon-

dere(kleinschalige)landschappelijkesettingmetgradiëntvankalk-

grondendiewordenoverdektdoorterrasgrinden.Hogediversiteit

aanlevensgemeenschappen.

Spaansevlagprioritair.

Grootnationaalbelang(Zuid-Limburgsehellingbossenbijzonder

soortenrijkmetveelvooronslanduniekeenzeldzameplanten).

Nationaalvanbelangvoorenkelebosplanten.KomtinNederland

slechtsopéénlocatievoor.

Tabel5.9.�.KernopgavenNatura2000landschapHeuvelland

Waarom:

InvergelijkingmetanderekalksteengebiedeninEuropais

karakteristiekvooronsHeuvelland:debijzondere(kleinschalige)

landschappelijkesettingmeteengradiëntoverkorteafstandvan

kalkgrondendiewordenoverdektdoorterrasgrinden.

Metnamevanbelangvoorduurzaambehoudfloraenfaunavan

schraallanden.

Herstelvanvolledigegradiëntenmetkleinschaligeafwisselingvannatnaardroogenvan

kalkrijknaarkalkarm.

Versterkensamenhangvanhetnetwerk,vangroteregradiëntrijkecomplexenmettussen-

liggendestapstenen,metnametenbehoevevanfauna.

Herstelvansamenhangvanbronviabeeknaarrivier.

8.01 Mozaïek bijzondere

graslanden

8.02 Geelbuikvuurpad

8.03 Hellingbossen en

zomen

8.04 Structuurrijke

plateaubossen

Typering: Kernopgave: Waarom:

�8 Staatvaninstandhouding:roodisongunstig,oranjeismatigongunstig,groenisgunstig,grijsisonbekend

Kernopgaven per hoofdtype:

Hoofdtype: Hellingen - Droge hellingen met kleinschalig mozaïek van schrale graslanden en droogdalen

Hoofdtype: Hellingen - Hellingbossen, struwelen en zomen

Hoofdtype: Plateau - Plateaubossen

Page 134: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��4

Herstelwaterkwaliteitenmorfodynamiekvoorvissen(rivierdon-

derpadH��6�enbeekprikH�096)enbekenenrivierenmetwater-

planten(waterranonkels)H�260_A;hetgaatdaarbijomvoldoende

variatieinsamenstellingenstructuurbeddingmetluweplekken.

Behoudenuitbreidingmoerassigebrongebieden(metkalk-

moerassenH72�0)doorherstelhydrologie;betreftzoweldegrond-

waterstromenalshetniveauenmorfodynamiekvandebeeklopen.

Herstelzinkweiden*H6��0doorgerichtebeheermaatregelen

(verzuringenterugdringenvermesting).

Behoudenuitbreidingvochtigealluvialebossen(beekbegelei-

dende bossen)*H9�E0_Cenkalktufbronnen*H7220doorherstel

hydrologie;betreftzoweldegrondwaterstromenalshetniveauen

morfodynamiekvandebeeklopen.

Vergrotingvanaantalenomvangvanlevensvatbarepopulaties

vandezeggekorfslakH�0�6.

Ontwikkelenvanmozaïekvanpionierbegroeiingenoprotsbodem

*H6��0enkalkgraslanden*H62�0.

Behoudvangeschiktleefgebiedtenbehoevevanaantalenom-

vangvanlevensvatbarepopulatiesvandegeelbuikvuurpadH��9�.

HerstelkwaliteitwinterbiotoopmeervleermuisH���8,ingekorven

vleermuisH��2�envalevleermuisH��24.

Nationaalvanbelangvoorbeekvissen.Potentiesvooranderefauna.

Betreftinternationaaléénbedreigdtype.

Vannationaalbelangvoorhogebiodiversiteit.

Zinkweidenprioritair.Ininternationaalverbandzeldzaamhabi-

tattype.InNederland,slechtsopéénlocatie,enkelespecifieke,

bedreigdesoorten(o.a.zinkviooltje).

Vochtigealluvialebossen(beekbegeleidendebossen)enkalktuf-

bronnenprioritair.Hetsubtypebeekbegeleidendebossenkomt

versnipperdvoorwaardoordekwaliteitbedreigdis.Zowellandelijk

alsinEuropeesverbandonderdrukstaand.

BeidetypenbinnenNederlandvangrootbelangvoorzeldzameen

bedreigdesoorten.EnigekalktufbronnenbinnenNederland.

Zeerzeldzamesoort,landelijkminderdan�0vindplaatsen.

Pionierbegroeiingenoprotsbodemenkalkgraslandenprioritair.

RotsrandenenkalkgraslandenuniekbinnenNederland.

Vooralnationaalvanbelang.VoorkomenbeperkttotHeuvelland.

Grootinternationaalbelangmeervleermuis.

Landelijkgezienzijnbelangrijksteoverwinteringsgebiedenvanvale

eningekorvenvleermuisbinnenHeuvellandgelegen.

8.05 Vissen en waterplan-

ten

8.06 Kalkmoerassen

8.07 Zinkgraslanden

8.08 Beekdalbossen

8.09 Zeggekorfslak

8.10 Mozaïek groeves

8.11 Geelbuikvuurpad

8.12 Winterbiotoop vleer-

muizen

Hoofdtype: Beekdalen - Beeklopen

Hoofdtype: Beekdalen - Graslanden en brongebieden

Hoofdtype: Groeves - Open groeves

Hoofdtype: Groeves - Onderaardse groeves met overwinterende vleermuizen

Tabel5.9.�.KernopgavenNatura2000landschapHeuvelland(vervolg)

Page 135: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��5

w wateropgave;

senseofurgency:beheeropgave;

senseofurgencyopgavem.b.t.watercondities(zieverdertoelichtingparagraaf�.�).

�56.Bemelerberg&Schiepersberg;�57.Geuldal;�58.Kunderberg;�59.SintPietersberg&

Jekerdal;�60.Savelsbos.

457.Geuldal(w);�60.Savelsbos(w).

�5�.Bunder-enElsloërbos;�57.Geuldal;�60.Savelsbos;�6�.Noorbeemden&Hoogbos.

�54.Geleenbeekdal;�57.Geuldal.

�54.Geleenbeekdal(w);�57.Geuldal(w);�59.SintPietersberg&Jekerdal(w).

�54.Geleenbeekdal( );�57.Geuldal( ,w).

�57.Geuldal( ,w).

�5�.Bunder-enElsloërbos( ,w);�54.Geleenbeekdal( ,w);�6�.Noorbeemden&

Hoogbos(w).

�54.Geleenbeekdal(w).

�56.Bemelerberg&Schiepersberg;�59.SintPietersberg&Jekerdal.

�56.Bemelerberg&Schiepersberg(w).

�56.Bemelerberg&Schiepersberg;�57.Geuldal;�59.SintPietersberg&Jekerdal;�60.Savels-

bos.

8.01 Mozaïek bijzondere graslanden

8.02 Geelbuikvuurpad

8.03 Hellingbossen en zomen

8.04 Structuurrijke plateaubossen

8.05 Vissen en waterplanten

8.06 Kalkmoerassen

8.07 Zinkgraslanden

8.08 Beekdalbossen

8.09 Zeggekorfslak

8.10 Mozaïek groeves

8.11 Geelbuikvuurpad

8.12 Winterbiotoop vleermuizen

Hoofdtype: Hellingen - Droge hellingen met kleinschalig mozaïek van schrale graslanden en droogdalen

Hoofdtype: Hellingen - Hellingbossen, struwelen en zomen

Tabel5.9.2.KernopgavenHeuvelland:toedelingaangebieden

Hoofdtype: Plateau - Plateaubossen

Hoofdtype: Beekdalen - Beeklopen

Hoofdtype: Beekdalen - Graslanden en brongebieden

Hoofdtype: Groeves - Open groeves

Hoofdtype: Groeves - Onderaardse groeves met overwinterende vleermuizen

Page 136: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��6

Page 137: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��7

Keuzesoplandelijkniveau

Keuzesopgebiedsniveau

Begrenzingswijzigingen

Hoofdstuk 6

Indithoofdstukstaandebelangrijkstegemaakte

entemakenkeuzesoplandelijkniveauenop

gebiedsniveau.

6.1 Inleiding

Dedoelenzijngeformuleerdintermenvan

behouden/ofverbetering:bijvoorbeeldbehoud

oppervlakteenkwaliteitvaneenhabitattype,uit-

breidingomvangenkwaliteitleefgebiedvaneen

soortofuitbreidingverspreidingvaneensoort.

Nietalleenverbetering,maarookbehoudkan

eenaanzienlijkeinspanningvergen.

EénvandehoofdlijnenvandeNatura2000con-

tourennotitiezegtdatinbeginseldebestaande

kwaliteitenomvanginNederlandeninconcrete

gebiedentehandhavenzijnenwaarnodigineen

gunstigestaatvaninstandhoudingtebrengen

zijn.Daarbijkomtdateenhogereinzetwordt

nagestreefdvoorsoortenenhabitattypenen

soortenwaarNederlandrelatiefbelangrijkvoor

isen/ofvoorhabitattypenensoortendiesterk

onderdrukstaan.Daarstaattegenoverdat

eenminderhogeinzetwordtnagestreefdals

vanNederlandredelijkerwijsnietverwachtkan

wordendateenbepaaldesoortofhabitattype(op

dieplaats)opdelangeretermijnineengunstige

staatvaninstandhoudinggebrachtkanworden.

DeNatura2000doelenzijnzoveelalsmogelijk

geformuleerdbinnendekadersvanbestaand

EHSbeleidenbestaandbeleidmetbetrekking

totmestenwaterhuishouding.Vooreenaantal

habitattypenensoortenzijngeziendesenseof

urgencyopdekorteénlangeretermijnaanvul-

lendemaatregelennodig.

Hieronderwordtaangegevenwelkekeuzesge-

maaktzijnenwelkekeuzesnogopenstaan.

Hethiergepresenteerdelaatonverletdatophet

niveauvandeNatura2000beheersplannen,die

immersdieinstandhoudingsdoeleninomvang,

ruimteentijdnaderuitwerkennogtalvankeuzes

temakenzijn.

6.2 Keuzes op landelijk niveau

Inleiding

BijdeformuleringvandeNatura2000doelen

...ophetniveauvandeNatura2000beheersplannen,die

immersinstandhoudingsdoeleninomvang,ruimteen

tijdnaderuitwerken,zijnnogtalvankeuzestemaken.

Gemaakte en nog te maken keuzes

Page 138: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��8

Ooktenaanzienvanhabitattypenensoortenwaar

Nederlandrelatiefbelangrijkvoorisen/ofsterkonder

drukstaanzijnkeuzesgemaakt.

oplandelijkniveauzijnbinnendegehanteerde

kadersenopbasisvandeaanpakzoalsgeformu-

leerdinparagraaf�.�.talvankeuzesgemaakt.

Ooktenaanzienvanhabitattypenensoorten

waarNederlandrelatiefbelangrijkvoorisen/of

sterkonderdrukstaanzijnkeuzesgemaakt.

Gemaakte en nog te maken keuzes

Oplandelijkniveauzijndevolgendekeuzeste

maken:

Lager niveau dan gunstige staat van instandhou-

ding:

Actievehoogvenen:

Voorhoogvenenwordtniethethoogsteambi-

tieniveau,tewetenuitgestrektehoogveencom-

plexen,nagestreefd.Metdehuidigegebieden,

gezienhetinternationalebelangvanwege

hetvoorkomenvanlensvenen,zalNederland,

overeenkomstighetnationalebeleid,deuiterste

inspanningenleverenomderedelijkerwijste

bereikenkwaliteittebehalen.Waarnodigvoor

deduurzameinstandhoudingvanhethoogveen

wordtdebegrenzingvandegebiedenaangepast.

Slijkgrasvelden:

Deslijkgrasveldenzijnoverwoekerddooreen

exoot(Engelsslijkgras).Hetinheemsekleinslijk-

grasisvrijwelgeheelverdwenenéniskansloos

tegendeconcurrentiekrachtvandeexoot.Als

landelijkdoelwordt,gezienhetbelangvoorde

instandhoudingvananderehabitattypen,voorge-

steldbehoudoppervlakteenbehoudkwaliteit.

Welke aantallen, welke oppervlaktes?

Verzoetingversusverzouting:

VoorKrammer-Volkerak(��4)enZoommeer(�20)

wordendedoelenafhankelijkgesteldvande

uitkomstenvandeinrichtingsvariantzoetofzout.

Zouditconsequentiesvoordelandelijkedoelen

hebbendanwordendezedaaropaangepast.

VoorhetgebiedHaringvliet(�09)zijndoelen

passendbijdeafsprakenmetbetrekkingtotde

‘kier’gemaakt.Ditbetekentdatvooralsnoggeen

verdergaandezoet-zoutmaatregelenvoorHaring-

vliet(�09)enhiermeeinrelatiestaandesystemen

alsHollandsDiep(���),Biesbosch(��2)enOude

Maas(�08)voorzienworden.Bijdeevaluatiein

20�5kannaderbezienwordenhoedewaarden

indegebiedenzichhebbenontwikkeld.

Voordekuifeend(A06�),belangrijksteconcen-

tratieinhetHollandsDiep(���),geldtdatde

aantallenalsgevolgvanverzoetingvaneen

aantalafgeslotenzeearmen(verhoogdaanbod

aandriehoeksmosselen)sterkzijntoegenomen.

Rekeninghoudendmetbestaandbeleidvoorhet

Haringvliet(�09)isgekozenvoorlagereaantal-

len.

Korhoen:

Dekorhoen(A�07)komtmomenteelslechtsin

ééngebiedvoor:deSallandseHeuvelrug(42).Wil

desoortduurzaamvoorNederlandbehouden

blijvendankannietalleenvolstaanwordenmet

verbeteringvanhetleefgebiedopdeSallandse

Heuvelrug(42)(meerfijnmazigestructuurin

heidevelden,meerrust,meeradequaatvoed-

selaanbod).Voorhetduurzaambehoudzijn

meerderemetapopulatiesnodig.Gezienhet

beperktebelangvanNederlandvoordesoort

endekansrijkheidvannoodzakelijkeinspannin-

genwordtvooralsnogalleeneendoelvoorde

instandhoudingvandezesoortvoordeSallandse

Heuvelrug(42)geformuleerd.

Verzoekenomherintroductieinanderegebieden

Page 139: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

��9

zulleninditlichtbeoordeeldworden,hetspreekt

voorzichdataandewijzevanherintroductie

striktevoorwaardenwatbetrefttegebruiken

genetischmateriaalzijntestellen.

Fint:

Voordefint(H��0�)endetrekvissenmeerinhet

algemeenheeftNederlandeenbelangrijkebete-

kenisalstoegangspoortvoordestroomgebieden

vanRijn,Maas,ScheldeenEems.Deontwikkeling

vandepopulatiesisinbelangrijkemateafhanke-

lijkvandeontwikkelingeninBelgiëenDuitsland.

HetNederlandsezoetwatergetijden-gebiedheeft

tevenseenbetekenisalspaai-enopgroeigebied

voordefint(H��0�).Afhankelijkvandeontwik-

kelingenindeinternationalepopulatieendeef-

fectenvande‘kier’inhetHaringvliet(�09),zalde

betekenishiervantoenemen.Uiterlijkin20�5zal

wordenbezienofvoldoendevooruitgangvoorde

soortisgeboekt.

Extra inspanning

Vooreenaantalhabitattypenensoortenis

overeenkomstigbestaandbeleidextrainspan-

ningnodiginhetkadervanbeheer.Hetbetreft

�.Heideenzandverstuivingen,2.Broedvogels

vanopenbegroeiingenduinen,�.Moerassenen

moerasvogelsen4.Plas-drassituaties.

Heideenzandverstuivingen:

Metbroedvogelsoortenalsdraaihals(A2��),

tapuit(A277)enduinpieper(A255)gaathet

nietgoed.Desoortenzijndelaatstejarensterk

achteruitgegaan.Inbelangrijkematewordtdit

veroorzaaktdoorvergrassingvanhetleefgebied.

Eencombinatievanhogestikstofdepositiesen

intensiteitvanhetbeheer.Mogelijkdatnatte

wintersookeenbijdragehebbengeleverdaan

devergrassing.Destikstofdepositiewordtten

gevolgevanbestaandbeleidminder,ditlaat

onverletdatvoorderealiseringvankernopgaven

6.8structuurrijkedrogeheidenen6.�2stuifzand-

landschappenforsebeheerinspanningennodig.

Denegatievetrendvandegenoemdebroedvo-

gelskandangestoptworden.Watnogbelangrij-

kerisdatNederlandzijnbelangrijkeEuropeserol

watbetreftzandverstuivingenblijftwaarmaken.

Deextrainspanningbetreftenerzijdskwaliteits-

verbeteringenwaarnodigoppervlakteuitbreiding

vanbestaandezandverstuivingenmaaranderzijds

ookhetopgangbrengenvanzandverstuivingen.

HetbetreftdeNatura2000gebiedenVeluwe(57),

LoonseenDrunenseDuinen&Leemkuilen(���)

enDrents-FrieseWold&Leggelderveld(27).Voor

deduinpieper(A255)endraaihals(A2��)vormt

deVeluwe(57)hetbelangrijkstegebied.

Broedvogelsvanopenbegroeiingenindeduinen:

Metbroedvogelsoortenvanopenbegroeiingenin

deduinengaathetnietgoed.Tengevolgevante

hogestikstofdeposities,desterkeachteruitgang

vandekonijnenstandendeachteruitgangvan

dynamiekisdebegroeiingonvoldoendeopen

omeengeschikteplektezijnvoorsoortenals

tapuit(A277),velduil(A222)enblauwekiekendief

(A082).Omdekernopgave2.2betreffendeherstel

kwaliteitgrijzeduinen(*H2��0)alshabitatvoor

genoemdesoortenterealiserenzijnopkorte

termijnforsebeheerinspanningennodig.Voor

degenoemdesoortenvormendeduinenopde

langeretermijnhetmeestduurzameleefgebied.

Verderishetvangrootbelangdatdedynamiek

vergrootwordt.

WatnogbelangrijkerisdatNederlandzijnbelangrijke

Europeserolwatbetreftzandverstuivingenblijft

waarmaken.

Page 140: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�40

...plas-drassituaties(incombinatiemetdejuiste

vegetatiestructuur)vanvitaalbelangvoordeduurzame

instandhoudingvandesoorteninNederland.

Moerassenenmoerasvogels:

NederlandisvanoudsinEuropeesverbandeen

belangrijklandvoormoerassenenmoerasvogels.

Debelangrijkstemoerasgebiedenliggenallemaal

indeEHSeninhetNatura2000netwerk.De

doelenstaanopbasisvanbestaandbeleidniet

terdiscussie.Ditlaatonverletdatdekwaliteit

vandemoerasgebieden,decompleetheidvande

systemenendebiodiversiteitonderdrukstaan.

Forsebeheersinspanningenenmaatregelen

m.b.t.dewaterhuishoudingzijnnodigomde

belangrijkerolvanNederlandtekunnenblijven

waarmaken.Hiertoezijndevolgendekernopga-

vengeformuleerd:�.06krabbenscheerbegroeiin-

gen;�.08rietmoeras,4.0�moerasrandenen4.�2

overjarigriet.

Samengevat:meerrieteninhetbijzonderwater-

rietencompleteecosystemen.Dedoelenop

gebiedsniveauzijnzodaniggelokaliseerddatde

meestambitieuzedoelentoebedeeldzijnaande

meestkansrijkegebieden.

Plas-endrassituaties:

Voorbroedvogelsoortenalskemphaan(A�5�),

porseleinhoen(A��9),kwartelkoning(A�22)en

watersnip(A�5�)ishetaanbodvanplas-dras

situaties(incombinatiemetdejuistevegetatie-

structuur)vanvitaalbelangvoordeduurzame

instandhoudingvandesoorteninNederland.

ZowelvoorhetNatura2000landschapRivierenge-

biedalsvoorhetlandschapMerenenMoerassen

iszijnkernopgavenmetbetrekkingtotplasdras

situatiesgeformuleerd.Voordekernopgaven

4.04,4.07en4.��geldteensenseofurgency.

Strategischenhetmeestkosteneffectiefgelo-

kaliseerd,gebaseerdoptrendsenbestaande

plannen,wordtdeopgavevoorherstelplas-dras-

situatiesvoordegenoemdebroedvogelsoorten

metnameneergelegdopdevolgendegebieden

inhetlandschapMerenenMoerassen:IJsselmeer

(deelgebiedFrieseIJsselmeerkust)(72);Witteen

ZwarteBrekken(��);AldeFaenen(��),Ilperveld,

Varkensland,Oostzanerveld&Twiske(92)en

Lauwersmeer(8).Metdevoorzienemaatregelen

inhetkadervanPKB-RuimtevoordeRiviergaat

hetrivierengebiedookeensubstantiëlebijdrage

leverenvoorgenoemdesoorten.

Blauwgraslanden,kalkmoerassen,heischrale

graslandenentrilvenen:

Nederlandisrelatiefbelangrijkvoordehabitat-

typenblauwgraslanden(H64�0),kalkmoerassen

H72�0),heischralegraslanden(*H62�0)enover-

gangs-entrilvenen(veenmosrietlanden)H7�40_B.

Hetbetreftgrond-en/ofoppervlaktewaterafhan-

kelijkehabitattypendienogslechtsinkleinesnip-

persverspreidoverdeverschillendNatura2000

landschappenvoorkomen.Inhoofdstuk5zijn

hiervoordevolgendekernopgavengeformuleerd:

2.08gradiëntbinnenduinrand,4.�5vochtigegras-

landen,5.05schraalgraslanden,5.06beekdalflan-

ken,6.06schralegraslandenen7.07inbeddingin

hetlandschap.Geziendehetrelatiefbelangvan

Nederlandvoordezehabitattypenengeziende

matewaarindezetypenonderdrukstaanisde

ambitieoplandelijkniveauhooggelegd.Daarbij

pastdekanttekeningdatdeverhoudingtussen

waterooitwasenwatmogelijkis,zichverhou-

denvan�00:�.

Methetoogopdeecologischevariatiebinnendit

habitattype,degewenstegeografischespreiding

enrisicospreidingiservoorgekozenominalle

gebiedenwaardebetreffendehabitattypenvoor-

Page 141: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�4�

komenminimaalnaarbehoudvanoppervlakte

enhuidigekwaliteittestreven.Opdemeest

kansrijkelocatieszijnverbeteropgavengeformu-

leerd.Vooralsnogisafgezienvandemogelijkhe-

dendiedeGelderseValleibiedtomdaartoteen

substantiëlevergrotingvanhetoppervlaktete

komen.Bijdeevaluatiein20�5zalnadrukkelijk

wordenbezienofuitbreidingopdezekansrijke

locatiealsnognodigis.

6.3 Keuzes op gebiedsniveau

Indezeparagraafstaandegemaakteentemaken

keuzesopgebiedsniveau.

Inleiding

Zoalsinparagraaf2.�.isaangegevenishet

streveneropgerichtomtoteenduidelijkeén

eenduidigebegrenzingenvangebiedentekomen

waarbijdegrenzenzoveelmogelijksamenvallen

metduidelijkinhetterreinherkenbaregrenzen.

Datdebegrenzinggerichtisophetcreërenvan

eenduurzamestaatvaninstandhoudingenwaar

mogelijkdatdoorslimtebegrenzendeexterne

werkingwordtgereduceerd.

Metbetrekkingtotheteerstgenoemdepunt

kanwordenopgemerktdatditgeldtvoorde

afstemmingvandebegrenzingvanVogelrichtlijn-

gebieden,Habitatrichtlijngebiedenendaarmee

samenvallendebeschermdenatuurmonumenten.

Metnamevoordetweelaatstgenoemdepunten

zijnbijdevoorbereidingtenbehoevevande

ontwerp-aanwijzingsbesluitenkeuzesgemaakt.

Inhetbijzondermetbetrekkingtothabitattypen

ensoortendiesterkonderdrukstaanen/ofwaar

Nederlandrelatiefbelangrijkvooris.Tekstkader

6.�.�.geefthiervaneenoverzicht.

Gemaakte en te maken keuzes

Methetoogopduurzameinstandhoudingen

verminderenvanexternewerkingiseenaantal

keuzesgemaakt.Hieronderwordtperthema

aangegevenvoorwelkegebiedenditvantoepas-

singis.Daarbijwordtookaangegevenvoorwelke

gebiedenhetvoorsteluithetconcept-document

nietzijnovergenomen.

Vergroten interne samenhang:

• Waddenzee(Vliehors)(�);

• DuinenenLageLandTexel(2);

• UiterwaardenLek(82);

• Westerschelde&Saeftinghe(�22)�9en

• Veluwe(57).

Deinhetconceptbeoogdeverruimingvande

begrenzingvanhetgebiedVecht-enBeneden-

Reggegebied(�9)isnietdoorgevoerd.Geziende

toedelingvandoelenvoordeontwikkelingvan

destroomdalgraslanden(*H6�20)envochtige

alluvialebossen(*H9�E0)wordtditthansniet

nodiggeacht.

Duurzame instandhouding blauwgraslanden,

kalkmoerassen en heischrale graslanden en trilve-

nen in beekdalen:

• Wijnjeterperschar(�6);

• Elperstroomgebied(28);

• Oldematen&Veerslootlanden(�7);

• Springendal&DalvandeMosbeek(45);

• Dinkelland(49);

• Stelkampsveld(60)en

• NieuwkoopsePlassen&DeHaeck(�0�).

�9 OverditvoorstelvanNederlandzalnogoverleg

wordengevoerdmetBelgië.

…hetcreërenvaneenduurzamestaatvaninstand-

houdingenwaarmogelijkdatdoorslimtebegrenzen

deexternewerkingwordtgereduceerd.

Page 142: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�42

achteruitgangvandedroogvallendeplatenzoveelals

mogelijkteremmen.Demogelijkemaatregelenzullen

opkortetermijnwordenonderzocht.

VoorhetgebiedBinnenveld(65)wordtvoor-

alsnogvolstaanmetalleentoevoegingvande

beschermdenatuurmonumenten.Inhetkader

vandeevaluatiein20�5zalnaderwordenbezien

ofverdereuitbreidingnoodzakelijkis.

Nederlandse bijdrage eiken-haagbeukenbossen

• LandgoederenOldenzaal(50);

• WillinksWeust(62).

Duurzame instandhouding kranswierwateren

• Veluwerandmeren(76).

Duurzame instandhouding hoogveen

DebegrenzingvanhetgebiedFocheteloërveen

(2�)wordtnagenoegnietaangepastt.o.v.de

aanmeldingin200�.

Uitbreiding areaal grijze duinen

• NoordhollandsDuinreservaat(87).

Herstel op landschapsschaal van vennen

• SarsvenenDeBanen(�46).

Ruimte voor de blauwe kiekendief

MetbetrekkingtotdeOostvaardersplassen(78)

ishetdoelop4parengezet.Geziendeontwikke-

lingenindeomgevingvanhetgebiedengezien

dedraagkrachtvandeOostvaardersplassen(78)

ishetdoellagergestelddanopgenomeninhet

BeschermingsplanMoerasvogels.

Ruimte voor vogels in de Oosterschelde

Metbetrekkingtotdeopdroogvallendeplaten

foeragerendevogelsindeOosterschelde(��8)

isdesituatiezorgwekkend.Hetareaalvande

droogvallendeplatengaattengevolgevande

‘zandhonger’achteruit.AangeziendeOoster-

scheldehettweedebelangrijkstegebiedisvoor

schelpdieretersishetstreveneropgerichtomde

achteruitgangvandedroogvallendeplatenzoveel

alsmogelijkteremmen.Demogelijkemaatrege-

lenzullenopkortetermijnwordenonderzocht.

Ruimte voor kranswieren en vogels in het

Markermeer

HetMarkermeer&IJmeer(7�)iséénvandetwee

belangrijkstegebiedenvoorkranswierwateren

(H��40)enistevensvangrootbelangvoor

Tekstkader6.�.�:Begrenzingswijzigingen

Gebieden met begrenzingswijzigingen ten

behoeve van instandhouding:

�.Waddenzee;

2.DuinenenLagelandvanTexel;

��.AldeFaenen;

�6.Wijnjeterperschar;

2�.Fochterloërveen;

25.DrentscheAa-gebied;

28.Elperstroom;

�0.Dwingelderveld;

45.Springendal&dalvandeMosbeek;

49.Dinkelland;

50.LandgoederenOldenzaal;

57.Veluwe;

59.Teeselinkven;

60.Stelkampsveld;

65.Binnenveld;

70.ZuiderLingedijk&Diefdijk-Zuid;

7�.Loevestein,Pompveld&KornscheBoezem;

87.NoordhollandsDuinreservaat;

Page 143: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�4�

visetersenvoordevanbenthosafhankelijke

tafeleend(A059).Beginjarennegentigishet

doorzichtinhetsysteemverslechterdinsamen-

hangmetsterkeafnamevandedichthedenvan

dedriehoeksmossel.Daarmeeisdevoedselbe-

schikbaarheidvoormosseletersendevangbaar-

heidvanvis(viseters)verslechterdenisdedruk

opdeondergedokenvegetatietoegenomen.

Deverslechteringenhangensamenmetlokale

productievanslibdatnietkanwordenafgevoerd

doordeaanwezigheidvandeHoutribdijk,incom-

binatiemetafnamevanhetteveelaanvoedings-

stoffen.

Voordeviseters(fuut(A005),nonnetje(A068),

grotezaagbek(A070),dwergmeeuw(A�77)en

zwartestern(A�97)is,zoalsookaangegevenin

hoofdstuk4.5,vooralsnoggeenherstelopgaveop

landelijkniveaugeformuleerd.Eerstwordtnader

onderzochtwatvoordeNatura2000gebieden

IJsselmeergebied(72)enMarkermeer&IJmeer

(7�)demogelijkhedenvoorverbeteringvande

kwaliteitvanhetleefgebiedzijn.Afhankelijk

daarvanwordtbezienofzowelophetniveau

vandelandelijkedoelenalsophetniveauvande

gebiedsdoelenvoordezetweeconcretegebieden

eenherstelopgavewordtgeformuleerd.

Voordetafeleend(A059)wordtdeherstelopgave

afhankelijkgesteldvandenogteverkennenmo-

gelijkhedenvoorverbeteringvandekwaliteitvan

hetleefgebiedinhetMarkermeer&IJmeer(7�).

...wordtbezienofzowelophetniveauvandelandelijke

doelenalsophetniveauvandegebiedsdoelen(...)een

herstelopgavewordtgeformuleerd.

99.Solleveld&Kapittelduinen;

�09.Haringvliet;

���.HollandsDiep;

��8.Oosterschelde;

�22.Westerschelde&Saeftinghe;

��2.VlijmensVen,Moerputten&BosscheBroek;

���.Kampina&OisterwijkseVennen;

��5.Kempenland-West;

��6.Leenderbos,GrooteHeide&dePlateaux;

��9.DeurnschePeel&Mariapeel;

�40.GrootePeel;

�50.Roerdal;

�54.Geleenbeekdal;

�57.Geuldalen

�60.Savelsbos.

Hetbetreftwijzigingenvanmeerdan50hectare

vandebuitengrensvaneenNatura2000gebied.

Inbijlage9.5.wordthiernaderopingegaan.

Page 144: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�44

Page 145: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�45

Duurzameinstandhouding

Maatwerkensamenwerking

Grensoverschrijdendesamenwerking

Hoofdstuk 7

Indithoofdstukwordtdoordeoogharenheen

ingegaanopwatnodigisvoorhetbehalenvan

deNatura2000doelen.Hetgaatomwaternodig

isaanmilieu-enruimtecondities,watercondities

enaanmaatwerkbijsamenwerking.

7.1 Inleiding

Voordeduurzameinstandhoudingvande

habitattypenensoortenmoetendemilieu-en

watercondities,deecologischevereisten,van

deNatura2000gebiedenenhunomgevingop

ordezijn.Daarnaastishetvangrootbelangdat

deruimtelijkesamenhangtussenenbinnende

gebiedengewaarborgdis.

ZoalsuitdeNatuurbalans2005,dequickscan

vanKIWAendeanalyseinhoofdstuk5vandit

documentblijkt,isvooreenaantalhabitattypen

(endaarmeevoorsoorten)demilieudruktehoog

en/ofzijndegewenstewaterconditiesnietof

onvolledigaanwezig.

VoorhetkunnenwaarmakenvandeNederlandse

bijdrageaanhetNatura2000netwerkishetgun-

stigdatereengroteruimtelijkeoverlapis

tussenhetNatura2000netwerkendeEcologi-

scheHoofdstructuur(EHS).Natura2000lift

meemetdemaatregelenvoorderealisatievan

deEcologischeHoofdstructuur.

7.2 Duurzame instandhouding i.r.t. huidige

milieu- en watercondities

Deluchtkwaliteitendanmetnamedestikstofde-

positieiskritischvoorhetovergrotedeelvande

habitattypen.Voorongeveer80%vandehabitat-

typenwordtdecriticalloadopditmomentover-

schredendoordewerkelijkedepositie.Ditbete-

kentaantastingvanbestaandenatuurwaarden

enverminderingvandeontwikkelingskansen.

Metnameopdehogerezandgrondenwordende

criticalloadsingrotedelenvandeNatura2000

gebiedeninruimemateoverschreden.Inandere

landschapstypenisdematevanoverschrijding

en/ofhetrelatieveoppervlaktemetoverschrijding

vandecriticalloadsgeringer.

Lokalemaatregelendoormiddelvangebiedsge-

richtbeleideneffectgerichtemaatregelenzijnop

Voordeduurzameinstandhouding...,deecologische

vereisten,vandeNatura2000gebiedenenhun

omgevingopordezijn.

Perspectieven voor Natura 2000 doelen

Page 146: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�46

Hierbijgaathetomdehoogtegrondwaterstand,

dekwel(drukengradiënteninruimteentijd),

de(overstromings-)dynamieken(grond)waterkwaliteit.

delangeretermijnnietinallesituatiesvoldoende

effectief.Vooreenduurzameinstandhoudingzijn

vooralbrongerichtemaatregelen(doormiddel

vangeneriekbeleid)nodig.

Bijdevolgendeevaluatievanhetmestbeleidin

2009wordtbezienofvoorderealiseringvanhet

Natura2000netwerkaanvullendemaatregelen

nodigzijn,ofdatconcretebeheer-eninrichtings-

maatregelenopgebiedsniveauvoldoendeeffect

sorteren.

Eengoedewaterhuishoudingisessentieel

voordevan(grond)waterafhankelijkehabitat-

typen.Hierbijgaathetomdehoogtegrond-

waterstand,dekwel(drukengradiëntenin

ruimteentijd),de(overstromings-)dynamieken

(grond)waterkwaliteit.

Inruim40Natura2000gebiedenisdewaterkwa-

liteitopditmomentonvoldoende.Dezewater-

kwaliteitheefteenrelatiemethetmestbeleid.

Hethuidigemestbeleidisvastgesteldtot2009en

heeftdaarmeevoorlopigeenplafondbereikt.De

evaluatievanhetmestbeleidlaatziendatverdere

verbeteringvandewaterkwaliteitalsgevolgvan

generiekmestbeleidnietgrootzalzijn:de

grootsteverbeteringisreedsgerealiseerdinde

periode2000-200�.Deverbeteringen(herstelop-

gaven)diehaalbaarzijnliggenmetnameop

hetvlakvanbeheer-eninrichtingsmaatregelen

opgebiedsniveau.Inhetgrosvandegebieden

biedendezebeheer-eninrichtingsmaatregelen

naarverwachtingvoldoendesoelaas.Incirca�5

Natura2000gebiedenisechtersprakevaneen

bovenregionaalprobleem,waarbij(optermijn)

naastdeaanscherpingvanhetmestbeleid(aan

deordena2009)ookgeneriekverbeteringvan

dewaterkwaliteitnodigis.

Eenaantalhabitattypenisgevoeligvoortekorten

indewatercondities(verdroging).Dewatercon-

ditieszijnineen(groot)deelvandegebieden

inmeerofminderematenietoporde.Inde

meestegevallenzullenmaatregelenoplokaal

en/ofregionaalniveauleidentoteenoplossing.

Metgebiedsgerichtebeheer-eninrichtingmaat-

regelenkanduurzameinstandhoudingworden

gerealiseerd.

ZoalsindekabinetsreactieopdeNatuurbalans

2005isaangegeven,onderschrijfthetkabinetde

noodzaakvanhetwerkenaangoedewater-en

milieuconditiesvoornatuurendeelthetdaarbij

dezorgvanhetMilieu-enNatuurplanbureau

(MNP)overdestagnatieindeverdrogingsbestrij-

ding.Per2007zijnextrarijksmiddelenbeschikbaar

voorverdrogingsbestrijding(inhetkadervande

700miljoeneurovoordeEHS/Reconstructie).

Indemeerjarenafsprakentussenrijkenprovincies

overdeverdrogingsaanpakinhetkadervanhet

InvesteringsbudgetLandelijkGebiedzullenbinnen

deEHSdeNatura2000gebiedenvoorrangkrijgen.

In2006wordtdehuidigelandelijkeverdrogings-

doelstellingtenaanzienvanhetterugdringen

vandeverdrogingherijktaandehandvaneen

concretelijstgebieden.Ditmedetenbehoeve

vaneenbetereaansluitingopdeKaderrichtlijn

WaterendeVogel-enHabitatrichtijnen(VHR).De

opgavevoorgrondwaterwordtgebiedsspecifiek

vastgesteldviahetGewensteGrond-enOpper-

vlaktewaterRegime(GGOR).Devaststellingvan

hetGGORzalplaatshebbenbinnendekaders

vanhetconcept-stroomgebiedsbeheersplan.In

2007wordtmetvoorrangvoordeNatura2000

gebiedenmetgrondwaterafhankelijkenatuureen

GGORvastgesteld.

Page 147: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�47

Duurzame instandhouding i.r.t. ruimtelijke

samenhang

Deverwachteklimaatveranderingenzullengevol-

genhebbenvoordenatuurendesoortensamen-

stellinginNederland.HetNatura2000netwerkis

ingebedindeEcologischeHoofdstructuur.Deze

hoofdstructuurisversnipperdenonvoldoende

samenhangendomalseenrobuustsysteem

tekunnenfunctioneren.Eensysteemdatde

veranderingentengevolgevandeklimaatveran-

deringenkanopvangen.Zuidelijkesoortenzullen

hunopwachtingmakenomgebruiktemakenvan

deNederlandsenatuurenanderesoortenzullen

noordwaartstrekken.Omdezeverschuivingen

teaccommoderenismeersamenhanginhet

netwerknodig.

OmderuimtelijkesamenhangvandeEHS,en

daarmeevanhetNatura2000netwerk,opnatio-

naaleninternationaalniveaumogelijktemaken

wordenderobuusteverbindingengerealiseerd.

Derobuusteverbindingdienteensamenhangend

geheeltezijn,datisopgebouwduitecologi-

scheenlandschappelijkeelementen.IndeNota

Ruimteheefthetrijkdeverwachtinguitgesproken

datdeprovinciesbijdebegrenzingenbijde

realisatievanderobuusteverbindingenrekening

houdenmetdeecologischeeisenvooruitwisse-

lingvansoortendieinteverbindennatuurgebie-

denvoorkomen.

NaastdeopgavevooreenaantalNatura2000

gebiedenomdeinternesamenhangtevergroten,

zijnderobuusteverbindingenvanessentieelbe-

langvoordeduurzameinstandhoudingvanhet

Natura2000netwerk.

Duurzame instandhouding i.r.t. ruimtedruk

IndeNatuurbalans2005isopbasisvande

ruimtelijkeplannenvangemeenten,zoalsopge-

nomenindeNieuweKaartvanNederland,een

inschattinggemaaktvanontwikkelingeninde

omgevingvanNatura2000gebieden.Hetbetreft

activiteitenmetruimtebeslag.Hetmerendeelvan

degeplandeactiviteitenligtindeNatura2000

gebiedengroterdan�000ha.

Voordeactiviteitenmetdirectruimtebeslagen

voorandereactiviteiten,dieeenmogelijksignifi-

canteffectopdeingedingzijndenatuurwaarden

kunnenhebben,istoetsinginhetkadervande

Natuurbeschermingswetnoodzakelijk.

Eenafwegingdievraagtomgrotezorgvuldigheid

omachteruitgangvandeecologischevereisten

ennatuurwaardentevoorkomen.Zoalsinde

kabinetsreactieopdeNatuurbalansisaangege-

ven,ondersteunthetkabinetdeconclusievanhet

MNPdateengoede(her)planningnoodzakelijkis

omopstapelstaanderuimtelijkeactiviteitencon-

formVHR-eisenteimplementeren,zodatspan-

ningenmetdeinstandhoudingsdoelstellingen

vandeNatura2000gebiedenvoorkomenkunnen

worden.Deervaringleertdatzorgvuldigtoepas-

senvanhetVHR-beschermingsregimenodigisom

juridischeproceduresen,inhetmeestvergaande

geval,hetstopzettenvan(geplande)activiteiten

doordeRaadvanStatetevoorkomen.

Duurzame instandhouding i.r.t. beheer

ProgrammaBeheerregeltinNederlandhet

beheervandenatuurgebieden,dusookvande

Natura2000gebieden,doordeSubsidierege-

lingNatuurbeheer(SN)endesubsidieregeling

AgrarischNatuurbeheer(SAN).Ongeveer45%van

deoppervlaktevandeNatura2000gebiedenvalt

onderdezesubsidieregelingen,waarvanslechts

eenkleindeelonderdeSAN-regeling.Ongeveer

éénderdevandeNatura2000gebiedenisinbe-

...zijnderobuusteverbindingenvanessentieelbelang

voordeduurzameinstandhoudingvanhetNatura2000

netwerk.

Page 148: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�48

MetnamevoordegrotewatereninhetNatura2000

landschapNoordzee,WaddenzeeenDeltaissprakevan

eengrensoverschrijdendeopgave,...

heerbijinstantiesdienietinaanmerkingkomen

voordesubsidieregelingen.HetbetreftStaatsbos-

beheer,dedrinkwaterbedrijvenenDefensie.

DeafsprakeninhetkadervanSNenSANworden

gemaaktopbasisvanbeheerpakketten(te

realiserennatuur).ProgrammaBeheerisniet

explicietontwikkeldvoordevereisteinstandhou-

dingenontwikkelingvanNatura2000waarden.

HetministerievanLNVzal,inhetkadervande

evaluatievanProgrammaBeheerin2007,onder-

zoekenofdeaansturingvoldoendeopmaatis

gesnedenvoorderealiseringvandeinstandhou-

dingsdoelen.Waarnodigzullendepakkettenvan

ProgrammaBeheerwordenaangepast.

Duurzame instandhouding i.r.t. de Boswet

Voorderealiseringvaneenaantalhabitattypenis

hetnoodzakelijkdatmeerruimtevooropper-

vlakteuitbreidingofmeerruimtevoorwindwer-

kingbeschikbaarkomt.Bijvoorbeeldvoorde

kernopgave6.�2stuifzandlandschappen.Inde

praktijklopendeterreinbeheerdersaantegende

randvoorwaardenzoalsdiegesteldwordendoor

deBoswet.

HetministerievanLNVzalsamenmetdeprovin-

ciesbezienofmetuitvoeringsregelsofanderszins

eenoplossingvoorditprobleemgevondenkan

worden.

7.3 Maatwerk en samenwerking

Indebeheersplannenwordendeinstandhou-

dingsdoeleninomvang,ruimteentijdnader

uitgewerkt.Pergebiedzalbezienwordenin

hoeverredetekortenindegebiedsspecifieke

ecologischevereisten(dewater-enmilieucondi-

ties)eenrolspelenenopgelostkunnenworden.

Inhetbeheersplanwordendaartoeinstand-

houdingsmaatregelenopgenomen.Ditkunnen

maatregelenzijninhetgebiedzelf.Ineenaantal

situatieszullenechterookmaatregelenbuiten

degebiedennodigzijn.Zokunnenmaatregelen

omdegrondwatertoestandteherstellenvoorde

meestgevoeligehabitattypen,naastdeinterne

maatregelen,ookbuitenhetgebiedgenomen

moetenworden.

Inhetkadervandebeheersplannenmaakthet

verantwoordelijkbevoegdgezagafsprakenmet

partijeninhetgebiedoverdeuitvoeringvande

maatregelen.Vooreenaantalgebiedenkanhet

nodigzijnomgrensoverschrijdendeafsprakente

maken.

BijhetopstellenvandeNatura2000beheersplan-

nenwordeneigenaren,beheerdersengebruikers

opactievewijzebetrokken.

Grensoverschrijdende samenwerking

Natura2000iseenEuropeesnetwerkvanbe-

schermdenatuurgebieden.Eenaantalvandeze

gebiedenisgrensoverschrijdend.Bijgrensover-

schrijdendeNatura2000gebiedenkandesamen-

werkingmetdebuurlandenophetgebiedvan

beheervandesoortenenhabitattypenverbeterd

worden.Metnamebijmaatregelengerichtopde

waterhuishoudingisvaaksamenwerkinggebo-

den.HerstelwerkzaamhedeninNederlandmogen

geenongewensteffectopdeDuitseofBelgische

gebiedenhebben.

MetnamevoordegrotewatereninhetNatura

2000landschapNoordzee,WaddenzeeenDelta

issprakevaneengrensoverschrijdendeopgave,

ditgeldtbijvoorbeeldvoordeEems-Dollard

Page 149: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�49

(Waddenzee(�)),datdeelsbetwistgebiedis;voor

Westerschelde&Saeftinghe(�22).

VoordeGrensmaas(�52)issprakevaneenbijzon-

deresituatiedoordatalleendeNederlandsehelft

vandeloopvandeGrensmaasisaangemeldbij

deEuropeseCommissie.De(verdereuitwerking

vande)Natura2000doelenendeeventueelte

nemenmaatregelenwordenindedaartoebe-

staandeinternationaleoverleggenafgestemd.

UitdeanalysevandeNatura2000gebiedenis

geblekendatdekwaliteitineenaantalgebieden

medeonderdrukstaatdoorontwikkelingenof

voorgenomenontwikkelingenopDuitsofBel-

gischgrondgebied.Hiergeldtvoorkomenisbeter

dangenezen.Deknelpuntenzullen,alofnietin

hetkadervandevoorbereidingvandeNatura

2000beheersplannen,besprokenwordenmetde

bevoegdeinstantiesindebuurlandenengeza-

menlijkzalnaaroplossingengezochtworden.

Deknelpuntenzullen,alofnietindevoorbereidingvan

deNatura2000beheersplannen,besprokenwordenmet

debevoegdeinstantiesindebuurlanden...

Page 150: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�50

...ignimquipitprateufaciduntvullafacipeugiamvolob-

orperiustiscinhendignitlutpat.Umdioconulputemvelis

at.

Page 151: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�5�

2�bronnen

Hoofdstuk 8

�.Kiwa&EGG(2005):Knelpunten-enkansenanalyseNatura2000gebieden.MinisterievanLand-

bouw,NatuurenVoedselkwaliteit.

2. SOVON&CBS(2006,invoorbereiding):TrendsvanvogelsinhetNederlandseNatura2000netwerk.

SOVON-informatierapport2005/09.SOVONVogelonderzoekNederland,Beek-Ubbergen.

�. MinisterievanLNV(2004):‘Verantwoordingsdocument’.SelectiemethodiekvooraangemeldeHabi-

tatrichtlijngebieden.http://www9.minlnv.nl/pls/portal�0/docs/folder/minlnv/lnv/staf/staf_dv/dossiers/

mlv_npvn/soorten_gebiedsbescherming/mlv_NPVN_NATUURWETGEVING_DOCUMENTEN/VERANT-

WOORDINGSDOCUMENT200�050�.PDF

4. MinisterievanLNV(2000):NotavanantwoordVogelrichtlijn–deel�–Algemeen.http://www9.

minlnv.nl/pls/portal�0/docs/FOLDER/MINLNV/LNV/STAF/STAF_DV/DOSSIERS/MLV_NPVN/SOORTEN_

GEBIEDSBESCHERMING/MLV_NPVN_NATUURWETGEVING_DOCUMENTEN/VR_NOTA�_ALG.PDF

5. MinisterievanLNV(2004):‘Lijstdocument’,overzichtvangebiedsselectievoordeHabitatrichtlijn.

http://www9.minlnv.nl/pls/portal�0/docs/FOLDER/MINLNV/LNV/STAF/STAF_DV/DOSSIERS/MLV_NPVN/

SOORTEN_GEBIEDSBESCHERMING/MLV_NPVN_NATUURWETGEVING_DOCUMENTEN/

LIJSTDOCUMENTDATATRANS0204�.PDF

6. MinisterievanLNV(2004):ReactiedocumentAanmeldingHabitatrichtlijngebieden.http://www9.

minlnv.nl/pls/portal�0/docs/FOLDER/MINLNV/LNV/STAF/STAF_DV/KAMERCORRESPONDENTIE/2004/

BIJLAGEN/PAR04256A.PDF

7. MinisterievanLNV(2004):‘Gebiedendocument’.Overzichtvanhabitattypenensoortenwaarvoor

gebiedenzijnaangemeldenbegrenzingvangebieden.http://www9.minlnv.nl/pls/portal�0/docs/

FOLDER/MINLNV/LNV/STAF/STAF_DV/DOSSIERS/MLV_NPVN/SOORTEN_GEBIEDSBESCHERMING/

MLV_NPVN_NATUURWETGEVING_DOCUMENTEN/GEBIEDENDOCDATATRANS0204�2.PDF

8. MinisterievanLNV(2004):Ruimtevooreenzilteoogst–Beleidsbesluitschelpdiervisserij2005-2020.

http://www9.minlnv.nl/pls/portal�0/docs/FOLDER/MINLNV/LNV/STAF/STAF_DV/

KAMERCORRESPONDENTIE/2004/BIJLAGEN/VISS5�2�BIJ.PDF

Bronnen

Page 152: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�52

...http://www.birdlife.org/action/science/species/birds_in_

europe/birds_in%20_the_eu.pdf...http://www.rivm.nl/

bibliotheek/rapporten/40876800�.pdf

9. MinisterievanLNV(2005):NatuurbescherminginNederland.http://www9.minlnv.nl/pls/portal�0/

docs/FOLDER/MINLNV/LNV/STAF/STAF_DV/DOSSIERS/MLV_NPVN/SOORTEN_GEBIEDSBESCHERMING/

MLV_NPVN_NATUURWETGEVING_DOCUMENTEN/BR_NATBESCH_IN_NED.PDF

�0.MinisterievanLNV(2005):HandreikingBestemmingsplanenNatuurwetgeving.http://www.synbio-

sys.alterra.nl/natura2000/handreikingen_start.aspx?handreiking=bestemmingsplannen

��.MinisterievanLNV(2005):AlgemeneHandreikingNatuurbeschermingswet�998.

http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/handreikingen_start.aspx?handreiking=algemeen

�2.MinisterievanLNV(2005):HandreikingBeheerplannenNatura2000-gebieden.

http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/handreikingen_start.aspx?handreiking=beheerplannen

��.Milieu-enNatuurplanbureau(2005):Natuurbalans2005.SDUUitgevers,DenHaag.

http://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/40876�002.pdf

�4. Milieu-enNatuurplanbureau(2005):OptimalisatieEcologischeHoofdstructuur.Ruimte,milieuen

waterconditiesvoorduurzaambehoudvanbiodiversiteit.

http://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/40876800�.pdf

�5.Lammers,W.(200�):KerncijfersvoordeIBOstudieVogel-enHabitatrichtlijn.RIVMrapport

40876800�.DLO,RIVM,Bilthoven.

�6.Lammers,G.W.,A.vanHinsberg,W.Loonen,M.J.S.M.Reijnen&M.E.Sanders(2005):Optimalisatie

EcologischeHoofdstructuur,Ruimte,milieuenwaterconditiesvoorduurzaambehoudvanbiodiversi-

teit,Milieu-enNatuurplanbureau,Bilthoven.

http://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/40876800�.pdf

�7. EuropeesMilieuagentschap(2004):EMA-signalen2004.BureauvoorOfficiëlePublicatiesvandeEu-

ropeseGemeenschappen.Luxemburg.http://reports.eea.europa.eu/signals-2004/nl/tab_abstract_RLR

�8.EuropeesMilieuagentschap(200�):HetmilieuinEuropa:dederdebalans(Samenvatting).Bureau

voorOfficiëlePublicatiesvandeEuropeseGemeenschappen,Luxemburg.

http://reports.eea.europa.eu/environmental_assessment_report_200�_�0-sum/nl/kiev_sum_nl.pdf

�9.EuropeanEnvironmentAgency(2005):TheEuropeanenvironment–Stateandoutlook2005.Office

forOfficialPublicationsoftheEuropeanCommunities.Luxemburg.

http://reports.eea.europa.eu/state_of_environment_report_2005_�/en

20.Egmond,P.M.van&T.J.deKoeijer(2005):Vanaankoopnaarbeheer–Verkenningkansrijkheidom-

slagnatuurbeleidI.Milieu-enNatuurplanbureau,Bilthoven.

http://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/40876700�.pdf

2�. BirdLifeInternational(2004):BirdsintheEuropeanUnion:astatusassessment.BirdLifeInternational,

Wageningen.

http://www.birdlife.org/action/science/species/birds_in_europe/birds_in%20_the_eu.pdf

Page 153: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�5�

Bijlagen

Page 154: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�54

Page 155: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�55

9.1 Hoofdlijnen selectie en begrenzing

Natura 2000 gebieden 157

9.�.�Criteriavoorselectieenbegrenzing

Habitat-enVogelrichtlijngebieden �57

9.�.2Hoofdlijnenaanpassingbegrenzing

Natura2000gebieden �60

9.2 Relatief belang en staat van

instandhouding (inclusief methode) 163

9.2.� Methodebepalingstaatvan

instandhouding �64

9.2.2 Relatiefbelangenstaatvan

instandhoudinghabitattypen �66

9.2.�Overzichtnamenhabitattypen �67

9.2.4 Relatiefbelangenstaatvan

instandhoudingsoorten �70

9.2.5 Relatiefbelangenstaatvan

instandhoudingvogelsoorten �70

9.3 Natura 2000 doelen op landelijk

niveau 173

9.�.�Natura2000doelenoplandelijk

niveauhabitattypen �7�

9.�.2Natura2000doelenoplandelijk

niveausoorten �86

9.�.�Natura2000doelenoplandelijk

niveaubroedvogels �9�

9.�.4Natura2000doelenoplandelijk

niveauniet-broedvogels 200

9.4 Natura 2000 landschappen 213

9.4.�Gebiedentoebedeeldaan

Natura2000landschappen 2�4

9.4.2 Overzichthabitattypenensoorten

perNatura2000landschap 2�8

9.5 Begrenzingswijzigingen Natura 2000

gebieden 223

Inhoudsopgave bijlagen

Page 156: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�56

Page 157: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�57

Bijlage 9.1

Criteriavoorselectieenbegrenzing

Habitat-enVogelrichtlijngebieden

Hoofdlijnenaanpassingbegrenzing

Natura2000gebieden

Bijlage 9.1.1: Criteria voor selectie en begrenzing

Habitat- en Vogelrichtlijngebieden

Bijlage9.�.�geeftinzageindecriteriavoor

selectieenbegrenzingvandeHabitat-enVogel-

richtlijngebieden.Indeafzonderlijkeonderdelen

wordtverwezennaardebronnenwaardemetho-

diekmeeruitgebreidisomschreven.

Debijlagevaltuiteenindevolgendeonderdelen:

a. SelectieHabitatrichtlijngebieden.

b. BegrenzingHabitatrichtlijngebieden.

c. SelectieenbegrenzingVogelrichtlijngebieden.

Bijlage 9.1.1.a: Selectie Habitatrichtlijngebieden

Bron:MinisterievanLandbouw,Natuurbeheeren

Visserij(mei200�)‘Verantwoordingsdocument’.

SelectiemethodiekvooraanmeldingvanHabitat-

richtlijngebieden.

Deonderstaandecriteriazijngehanteerdbijde

selectievanHabitatrichtlijngebiedenterbehoud

enbeschermingvanhabitattypen(uitbijlageI)en

soorten(uitbijlageII)inNederlandin200�.Deze

criteriakomenvoortuitdeselectiecriteriavan

bijlageIIIvandeHabitatrichtlijn:

• Belangrijkste gebieden:voorelkniet-prioritair

habitattypeenniet-prioritairesoortzijnin

principevijfgebiedengeselecteerdenweldie

gebiedenwaarhettypeofdepopulatievande

soorthetbestontwikkeldis(kwantitatiefen

kwalitatief).Voorprioritairetypenensoorten

zijninprincipedetienbelangrijkstegebieden

geselecteerd.Indienminderdanvijfrespectie-

velijktiengebiedeneenvoldoendebijdrage

leverenaandeinstandhoudingofherstel-

mogelijkhedenvaneenhabitattypeofsoort

(doorvoldoendekwaliteitenoppervlakte),zijn

minderdanvijfgebiedengeselecteerd(zieook

punt�).

• Ecologische variatie:indiendeecologische

variatieineenhabitattypezodaniggrootis

dathettypemeerdereplantensociologische

eenhedenopverbondsniveauomvat�diein

verschillendegebiedenvoorkomen,zijnper

� HierbijisdeindelingvanverbondenuitdeVege-

tatievanNederlandgehanteerd(Schaminéeetal.

�995-�998;Stortelderetal.�999).

Hoofdlijnen selectie en begrenzing Natura 2000 gebieden

Page 158: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�58

plantensociologischverbonddedriebelang-

rijkstegebiedengeselecteerdbijniet-priori-

tairetypenendevijfbelangrijkstegebiedenbij

prioritairetypen.

• Landelijke dekking:2vooriederhabitattypeen

soortwordteenvoldoendelandelijkedekking

nagestreefd.Bijminderdan20%landelijke

dekkingwordtindemeestegevallendese-

lectiealsonvoldoendebeschouwd,bij20-60%

landelijkedekkingstaatdeselectieterdiscus-

sie,bijmeerdan60%landelijkedekkingwordt

deselectieoverhetalgemeenalsvoldoende

beschouwd.Dezegetallenzijnflexibel:er

wordtrekeninggehoudenmetdespecifieke

kenmerkeneneisendiedeafzonderlijkehabi-

tattypenensoortenstellen.Zoiseenrelatief

laagdekkingspercentageaanvaardbaarindien

hetgaatomeenweinigbedreigdtype/soort

datverspreidvoorkomt(proportionaliteitsprin-

cipe).Voorprioritairehabitattypenensoorten

wordteenlandelijkedekkingnagestreefddie

hogerligtdande60%diealsuitgangspunt

wordtgehanteerdvoorniet-prioritairehabitat-

typen/soorten.

• Geografische spreiding:indiendebelangrijk-

stegebiedenonvoldoendespreidingoverde

verschillenderegio’sbinnenNederlandgeven,

zijngebiedentoegevoegdomwillevande

geografischespreiding.

• Grensoverschrijdende gebieden:delijstvan

gebiedenwordtuitgebreidmetgebiedenals

dezedirectgrenzenaanaangemeldegebie-

deninDuitslandofBelgiëenhiermeeéén

ecologischeeenheidvormen.Ditonderde

voorwaardedathetNederlandsedeelvanhet

grensoverschrijdendegebiedeendeelvan

dehabitattypenof–soortenbevatwaarde

gebiedendoorDuitslandofBelgiëvoorzijn

aangemeld.

• Reeds eerder aangemelde gebieden:delijst

vangebiedenwordtuitgebreidmetgebieden

diein�996-98zijnaangemeldalsHabita-

trichtlijngebiedmaarnietkwalificerenbijde

belangrijkstegebieden,mitsdehabitattypen

ofsoortenwaarvoordegebiedendestijdszijn

geselecteerdnogsteedsinrepresentatieve

vormaanwezigzijn.

Uitzonderingen:

• voordenoordsewoelmuiszijnaanvullend

gebiedengeselecteerdzodatervoldoendebe-

schermingisinallevijfregionalepopulaties;

• voorvleermuizenzijnapartegebiedengese-

lecteerdgedurendehetwinter-enzomersei-

zoen;

• voortrekvissenzijndebelangrijkstepaaige-

biedenen/ofdoortrek-enopgroeigebieden

geselecteerd;

• voordebittervoorn,kleinemodderkruiper,die

inNederlandwijdverspreidvoorkomen,zijn

geenafzonderlijkegebiedengeselecteerd;

• voorderivierdonderpadzijnalleengebieden

inbeekdalengeselecteerd(waareenapart

ecotypevoorkomt);buitendebekenisdeze

soortnietbedreigd.

2 Landelijkedekkingvandehabitatsofleefgebie-

denvansoortenbetreftdetotaleoppervlaktevan

eenhabitatofleefgebiedbinnendeaangemelde

gebiedenalspercentagevandelandelijkeop-

pervlaktevanhethabitattypeofleefgebiedvan

desoort.

Bijlage 9.1.1.b: Begrenzing Habitatrichtlijn-

gebieden

Bron:MinisterievanLandbouw,Natuurbeheeren

Visserij(mei200�)‘Gebiedendocument’.Selectie-

methodiekvooraanmeldingvanHabitatrichtlijn-

gebieden.

BijdebegrenzingvandeHabitatrichtlijngebie-

denzijndevolgendealgemeneuitgangspunten

gehanteerd:

• Habitattypen en soorten van de bijlagen:de

habitattypenvanbijlageIendeleefgebieden

vandesoortenvanbijlageIIvandeHabita-

trichtlijn(endusnietdesoortenvanbijlageIV)

vormenhetuitgangspuntvoordebegrenzing.

Ditisinclusiefinkwaliteitachteruitgeganeen

gedegenereerdeterreindelen,indienherstel

haalbaarisenvoorzovernodigvoordein-

standhoudingvandeaanwezigehabitattypen

en/ofsoorten.

• Herkenbare eenheden en identiteit:stre-

vennaardebegrenzingvanherkenbareen

beheerbareeenheden:ecologischeeenheden

(bijvoorbeeldopbasisvanvegetatiestructuur,

hydrologieofgeomorfologie)ofbeheerseen-

heden.Dooreenhedenopdezemanierte

begrenzenkrijgthetgebiedeenduidelijke

identiteit.

• ‘Cement tussen de bakstenen’:debegren-

zingvanecologischeeenhedenimpliceert

dathetHabitatrichtlijngebiedbestaatuit:de

habitattypenvanbijlageIenhetleefgebied

vandesoortenvanbijlageIIéneenstelsel

vannatuurwaardenwaarvoorhetgebiedniet

isgeselecteerden/ofnietisaangemeld:het

‘cementtussendebakstenen’,maardiewel

integraalonderdeeluitmakenvandeecosy-

stemenwaarvandebetreffendehabitattypen

ensoortendeeluitmaken.Ditcementisnodig

voorherstelen/ofinstandhoudingvande

betreffendehabitattypenen/ofsoorten.

• Deelgebieden:bijzeersterkeversnipperingin

meerderedeelgebiedenwordenalleendeze

deelgebiedenbegrensd.Deverschillende

deelgebiedenbevattendanelkafzonderlijk

dehabitattypenen/ofsoortenwaarvoorhet

gebiedgeselecteerdis.Enclaves:binnengrote

Page 159: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�59

eenhedenzijnenclavesvangrootschalige

landbouwen/ofbebouwinguitgesloten,voor

zoverzegeenwezenlijkebijdrageleverenaan

deinstandhoudingvandebetreffendehabitat-

typenen/ofdesoorten.

• Aansluiting bij administratieve grenzen:er

iszoveelmogelijkaangeslotenbijbestaande

administratievegrenzen(bijvoorbeeldbe-

grenzingonderdeNatuurbeschermingswet

aangewezengebieden,NationaalPark,Vogel-

richtlijngebied,en/ofeigendomsgrenzen).

• Herkenbare topografische lijnen:bijvoorkeur

vallendegebiedsgrenzensamenmetduidelijk

inhetlandschapherkenbaretopografische

lijnen,zoalswegen,sloten,heggen,oevers,

bosrandenenmarkanteverschilleninland-

gebruik.

Deconcretebegrenzingvandegebiedenis

gebaseerdopmaatwerk.Detoepassingvande

algemeneuitgangspuntenheeftophoofdlij-

nengeresulteerdindrietypenvanbegrenzing.

Afhankelijkvan(�)deoppervlakteen(2)demate

vanversnipperingvandegebiedenkunnendrie

begrenzingstypenwordenonderscheiden:grote

aaneengeslotengebieden;kleinegebieden;twee

ofmeerdeelgebieden.(zievoorvoorbeeldende

vermeldebron).

Bijlage 9.1.1.c: Selectie en begrenzing Vogelricht-

lijngebieden

Bron:MinisterievanLandbouw,Natuurbeheeren

Visserij(2000)NotavanAntwoordVogelrichtlijn,

deel�.Bijlage�.Selectiecriteriaenmethodevan

begrenzing.

DeonderstaandeselectiecriteriavoorVogelricht-

lijngebiedenzijnontleendaaneeninventarisatie

vanbelangrijkevogelgebiedendiein�994werd

voltooid.Dezelijstvormdedegrondslagvoor

de49aanwijzingendieinmaart2000werden

gedaan.Decriteriavoorselectieenbegrenzing

zijnnaderuitgewerktentoegelichtindeNota

vanAntwoord2000(bijlage�)dietegelijkertijd

metdeaanwijzingenin2000werduitgebracht.

Hetisnietbekendopgrondvanwelkeselectie-

criteriadevóór2000aangewezengebiedenzijn

aangewezen,vrijwelaldezegebiedenvoldoen

aandegesteldeselectiecriteriavan2000.

Soortkeuze

OnderdeVogelrichtlijnmoetenspecialebescher-

mingszones(SBZ’s)wordenaangewezenvoor

allesoortenvanbijlageIvandeRichtlijnenvoor

bepaaldeanderetrekvogelsdienietzijnopgeno-

menindezebijlage.WatbijlageIbetreft,gaathet

intotaalinNederlandom4�soorten,waarvan

�5alleenalsniet-broedvogelzijnbehandeld�,2�

alleenalsbroedvogelen5zowelalsbroedvogel

alsniet-broedvogel.Laatstgenoemde5soorten

komenzowelalsbroedvogelalsniet-broedvogel

aanbodomdatdegebiedenwaardezesoortenin

hetbroedseizoen,indetrektijden/of‘swinters

verblijvendeelsverschillendzijn.

Verderzijngebiedengeselecteerdvoor�7andere

soortentrekvogelszijndewatervogels(meren-

deelsalsniet-broedvogel).Daarnaastisbijde

begrenzingvangebiedennogrekeninggehou-

denmet�5anderesoortentrekvogels(waarvan

9broedvogels),waarvoordegebiedenindebe-

schermingsbehoeftevandezesoortenvoorzien.

Selectiecriteria

VoorelkesoortvanbijlageI,diegeregeldvaste

verblijfplaatseninonslandheeft,zijndevijf

belangrijkstegebiedengeselecteerd.Ditzijnde

gebiedenwaargemiddelddegrootsteaantallen

vogelszijnvastgesteld.Voortrekvogelsdieniet

zijnopgenomeninbijlageIzijndegebiedenge-

selecteerddievoldoenaande�%-drempelwaar-

de:hetgebiedherbergthetgebiedminstens�%

vandebiogeografischepopulatie.Ditcriterium

isooktoegepastvoor�5watervogelsoortendie

inbijlageIzijnopgenomen.Voorbroedvogelsis

voorbeidecriteriauitgegaanvanhetgemiddeld

aantalbroedparenindepeilperiode�99�-97.De

overschrijdingvande�%-drempelisgetoetstaan

dehandvanhetgemiddeldseizoenmaximumin

deperiode�992/9�-�996/97.

Daarnaastiseenbeperkendevoorwaardeaan

terrestrische(datwilzeggenvoornamelijkuit

landbestaande)gebiedengesteld.Dergelijke

gebiedenzijnalleengeselecteerdwanneeraldaar

tenminste�00hectareaaneengeslotengebied

eennatuurstatusheeft.

Doortoepassingvande�00ha-voorwaardewordt

metnamedeaanwijzingvanomvangrijkeinagra-

rischgebruikzijndevoedselgebiedenbeperkttot

combinatiesmetslaapplaatsen(c.q.openwater)

terwijlvoedselgebiedenmeteenmeernatuurlijke

vegetatiec.q.voedselaanbodwelgrotendeelsin

deaangewezengebiedenliggen.

Gebiedsbegrip en begrenzing

Omgebiedentekunnenidentificerenentebe-

grenzeniseenbepaaldeopvattingvanhetbegrip

gebiednodig,zoalsbedoeldindeVogelrichtlijn.

Hiertoezijndevolgendeuitgangspuntengehan-

teerdvoordedefinitievaneengebied:

• Hetgebiedonderscheidtzichinaard(bijv.

abiotischoftypegebruikdoordemens)of

ornithologischebetekenisduidelijkvande

omgeving.

• Hetiseenbestaandofpotentieelbeschermd

gebiedmetofzonderbufferzones,danwel

eengebiedwaardevogelwaardenopeniger-

leiwijzebeschermdkunnenworden.

• Hetgebiedvoldoet,alleenofincombinatie

metanderegebieden,aanallevereistendiede

vogelswaarvoorhetgebiedvanbelangisaan

hunomgevingstellen,indeperiodedatzeer

aanwezigzijn.

� Dedwerggansisineenlaterstadiumtoege-

voegd,hiermeekomthettotaalaantalsoorten

vanbijlage�op44,waarvan�6niet-broedvogels.

Page 160: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�60

Liggingenlandschappelijkeaardvaneengebied

zijnbepaaldaandehandvandeverspreidingen

debiotoopeisenvandekwalificerendesoorten.

Hierbijwordendevolgendelandschapstypen

onderscheiden:zoutwater,zoetwater,kwelder,

openzandinkustgebied,openduin(inclusief

duinmeren),zand-enmodderbanken,stuifzand,

drogeheide,hoogveenennatteheide,moeras,

loofbos,naaldbos,akkerland,agrarischgras-

land,(half)natuurlijkgraslandenruigte,stedelijk

gebied.Debiotoopeisenvanalleselectie-en

begrenzingssoortenzijnophetniveauvandeze

indelingvanlandschapstypenbeschreven(zie

bijlagenAvandeaanwijzingsbesluiten2000).

Hierbijisonderscheidgemaaktinenerzijdsbroe-

dendevogelsenanderzijdsvoedselzoekendeen

pleisterendevogels(c.q.doortrekkers,wintergas-

ten,ruiendevogelsalsmedebroedvogelsdiezich

buitenhuneigenlijkenestplaatsophoudenom

voedseltezoekenofterusten).

Degrenzenzijnbepaaldaandehandvanhetter-

reingebruikendebiotoopeisenvandeaanwezige

kwalificerendesoortenenvandeaanwezige

begrenzingssoorten.

Vervolgensisbezienofopdezewijzeinland-

schappelijkopzichteensamenhangendgeheelis

ontstaan.Combinatiesvanaanelkaargrenzende

landschapstypeninééngebiedzijnindriegeval-

lenmogelijk:

• Indienmeerderelandschapstypenvanbelang

zijnvoordezelfdekwalificerendesoort.

• Indienmeerderelandschapstypeniederapart

beschouwdóókzoudenkwalificeren.

Indienbinneneenbepaaldkwalificerendland-

schapstypealsdeelvaneengebiedmeerdere

delenvaneenanderlandschapstypegelegenzijn,

diealstotaalookkwalificeren.

Bijlage 9.1.2: Hoofdlijnen aanpassing begrenzing

Natura 2000 gebieden

Dezebijlagegeeftinzageindecriteriazoalsge-

hanteerdbijdeherbegrenzingvangebiedent.b.v.

devoorbereidingvandeaanwijzingsbesluitenin

deloopvan2006

Inleiding

Bijdeinvoorbereidingzijndeaanwijzingvande

Habitatrichtlijngebiedenendeaanvullingvande

Vogelrichtlijnaanwijzingenmetgebiedsdoelen

zullenoverlappendeVogel-enHabitarichtlijn-

gebiedenwordengecombineerdtotéénNatura

2000gebied.Daarbijwordternaargestreefdde

begrenzingvanVogel-enHabitatrichtlijngebie-

denzogoedalsmogelijkopelkaaraftestem-

men.Vooreenflinkaantalgebiedenworden

kleinetotsubstantiëlewijzigingenvandebegren-

zingvoorgesteld.

Tweecategorieënvanherbegrenzing

Erkaneenonderscheidwordengemaaktintwee

categorieënvanherbegrenzing:technischeen

inhoudelijkeaanpassingen.

Technischeaanpassingenzijnteneersteminieme

kaarttechnischeverbeteringenteneindedegren-

zenaftestemmenengelijktetrekkenmetlijn-en

vlakelementenvandeTOP�0-vector.Tentweede

zijnhetookpragmatischeaanpassingendie

gewenstzijnuitbestuurlijkoogpuntombeheer

enbescherminghanteerbaartehoudenenomde

burgereenzoduidelijkeneenvoudigmogelijke

begrenzingtebieden.Ditbetekentdatverschil-

lendebeleidsinstrumenten(naastVogel-en

Habitatrichtlijngebiedenookdebeschermdeen

staatsnatuurmonumentendiesinds�968onder

deNatuurbeschermingswetzijnaangewezenen

vaakoverlappenmetdeVogel-enHabitatricht-

lijngebieden)opelkaarafgestemdwordenen

datonlogischeverschillenvermedenworden.

Inhoudelijkegrenswijzigingenkomenvoortuitde

methodiekendiein2000en200�zijngehanteerd

voordebegrenzingvandeVogel-enHabitatricht-

lijngebieden(ziebijlagen).

Aanleidingen voor aanpassing begrenzing

Aanleidingenomdegebiedsbegrenzingnogeens

kritischtebezienzijn:

• reactiesgemaaktinhetkadervandeinspraak-

rondevandeconcept-lijstvanHabitatrichtlijn-

gebieden(februari200�)waarvandebeoorde-

lingintertijdisaangehouden;

• gebiedsuitbreiding,omdatdebegrenzingniet

voldoenderekeningheeftgehoudenmethet

voorkomenvanhabitattypenenleefgebieden

vansoorten,datwilzeggenaangrenzende

gebiedsdelenmethabitatwaardenzijnten

onrechtenietbegrensd;

• hetomgekeerdekomtookvoor:begrenzing

vangebiedsdelendienietvanbelangzijnvoor

deinstandhoudingvanhetgebiedvoorde

voorkomendehabitatwaarden;

• gebiedsuitbreidingnodigvoorherstelvoor

waardendiein(zeer)ongunstigestaatvan

instandhoudingverkerenofslechtsinenkele

gebiedenvoorkomendewaarden;

• verschilleninbegrenzingtussenindejaren

�986-2000onderdeVogelrichtlijnaangewezen

gebiedenengebiedenaangemeldonderde

Habitatrichtlijngeletopdesamenvoegingtot

Natura2000gebieden;

• overlapmetindejaren�969-�996onderde

Natuurbeschermingswetaangewezen

Natuurmonumentenaangeduidalsbescherm-

denatuurmonumenten.

Technische aanpassingen: kleine en pragmatische

correcties

Technischeaanpassingenbetreffenteneerste

grenscorrectiesopperceelsniveaudiegewenst

zijnomdebegrenzingvanVogel-enHabitat-

richtlijngebiedenenbeschermdenatuurmonu-

mentengelijktetrekken,ofterverduidelijking

waardebegrenzingonnauwkeurig,willekeurig

ofonlogischis.Hiervanisondermeersprake

indienlandschapselementenofvlakkenworden

doorsnedenzonderdatdaarvanuitdebegren-

zingssystematiekgrondvoorbestaat.Inveel

gevallenkomendergelijkegevallenvoortuit

onnauwkeurighedeninhetdigitalisatie-procesof

onduidelijkheidvandeoorspronkelijkeanaloge

kaarten.Erwordtzoveelmogelijknaargestreefd

grenzentelatensamenvallenmetlijnelementen

vanhetTOP�0-vectorbestandversie2004(waar

detopografischekaartenopzijngebaseerd).

Waardebuitengrenssamenvaltmetdievaneen

beschermdnatuurmonumentzijnvaakkadastrale

grenzenaangehouden.

Verderwordtzoveelmogelijkgestreefdnaar

logischeeninhetveldherkenbaretopografische

grenzenzoalslangswegen,slotenenlandschap-

Page 161: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�6�

pelijkeovergangen.Hierbijwordtinbeginsel

aangeslotenbijbegrenzingvandeprovinci-

alenatuurgebiedsplannenofdeecologische

hoofdstructuur.Meteigendomsgrenzenvan

terreinbeherendeorganisatieswordtrekening

gehoudenvoorzoverpassendbinnendeandere

beleidslijnen(zogeldtditdusnietindiendatzou

leidentotonlogischegrenzen).Inhetmerendeel

vandeHabitatrichtlijngebiedenspelendergelijke

technischeaanpassingen.

Grensverleggingzoalsvoorgesteldtussenaan

elkaargrenzendegebiedeninvooralWadden-en

Deltagebied,isnietmeerdaneenadministratieve

aanpassing.Ditisinenkelegevallennoodzakelijk

omoverlaptussenNatura2000gebieden(door

verschillentussenVogel-enHabitatrichtlijngren-

zen)tevermijden,hetgeenkanwordenbereikt

doordegrenzentussengebiedenopvegetatie-of

landschapsgrenzenteleggen.4

Intweegevallenisgeblekendatdebegrenzing

vandeVogelrichtlijngebiedenopdekaartafwijkt

vandebeschrijvingindenotavantoelichting

(VoordeltaenIJmeer).Indergelijkegevallen

prevaleertdetekst.DekaartvanhetIJmeeris

inmiddelsaangepast,DievandeVoordeltadient

opditpuntnogtewordenverbeterd.Ookzijnin

enkelegevallengrenscorrectiesnodigomdatde

rijksgrenswordtoverschreden(o.a.benoordende

DollardbijEmden,HetZwin).

HetstreveniseropgerichtdeVogel-enHabita-

trichtlijngrenzenbinnenéénNatura2000gebied

zoveelmogelijktelatensamenvallen.Ditvoor-

komtdaterineenNatura2000gebieddatonder

beiderichtlijnenisaangewezendrieverschillende

beschermingsregimesbestaan:delenalleenvoor

vogels,delenalleenvoorhabitatwaardenen

delenwaarbeidegelden(metbeschermdena-

tuurmonumentenzijnerzelfs7combinatiesvan

beschermingscategorieëndenkbaar).Bovendien

zouerandersnoodzaakontstaanverklaringen

tegevenvoorallerleionlogischeverschillen.Dit

neemtnietwegdatlogischeverschillenzullen

blijvenbestaan.

Kleineverschillen(d.w.z.minderdan25ha)

tussendebegrenzingvanVogel-enHabitatricht-

lijngebiedenwordenbijvoorkeurweggewerkt

dooraanpassingvandeHabitatrichtlijngebieden,

waarvanimmersdedefinitieveaanwijzingnog

moetplaatsvinden.Bijverkleininggeldtdital-

leenindienhetbetreffendegebiedsdeelnietvan

belangisvoordehabitatwaardenwaarvoorhet

gebiedisaangemeld.Verkleiningvangebieden

wordtdoordeEuropeseCommissie,geletopde

Europesejurisprudentie,slechts“inuitzonder-

lijkegevallen”aanvaardbaargeachtindienbijde

oorspronkelijkeaanwijzingeen“duidelijkewe-

tenschappelijkefout”isgemaakt.Voordegoede

ordezijopgemerktdatditzowelgeldtvoor

Vogelrichtlijngebieden,diealzijnaangewezenals

voorHabitatrichtlijngebieden,dieweliswaarnog

moetenwordenaangewezen,maardieinmid-

delswelopdezogenoemdecommunautairelijst

staan.

Grotereverschillenwordeninbeginselalleen

weggewerktindienpassendbinnendegevolgde

begrenzingssystematiek,wantlogischeverschil-

lentussenVogel-enHabitatrichtlijngebieden

zullenblijvenbestaan.Debegrenzingvaneen

Habitatrichtlijngebiedkangelijkgetrokken

wordenmetdieonderdeVogelrichtlijnindien

datgeenafbreukdoetaanofnodigisvoorde

instandhoudingvandeHR-waardenvanhet

gebied.VerkleiningvaneenVogelrichtlijngebied

ligtalleeninderedeindienersprakeisvaneen

“duidelijkewetenschappelijkefout”.EenVogel-

richtlijngebiedkaninelkgevaluitgebreidworden

totdegrensvanhetbetreffendeHabitatricht-

lijngebiedindiendeuitbreidingpastbinnende

methodevandeVogelrichtlijngebiedenin2000.

Ingevolgeartikel�5avande(gewijzigde)Natuur-

beschermingswetvervallenstaats-enbeschermde

natuurmonumentendiezijngelegeninHabitat-

richtlijngebieden.IndatgevalwordendeNatura

2000doelenaangevuldmetde(nationale)waar-

denwaarvoordezegebiedenindertijdonderde

Natuurbeschermingswetzijnaangewezen.Ge-

biedsdelenbuitenNatura2000zullenalszelfstan-

digenatuurmonumentenvoortbestaanoferkan

wordengekozenomhunstatusalsbeschermd

natuurmonumenttelatenvervallen(nahetdoor-

lopenvaneenMER-procedureindienhetgebied�

haofmeergrootis,tenzijontheffingisverleend).

Voordelenvanbeschermdenatuurmonumenten

diebuitenNatura2000blijvenliggen,zullende

natuurwaardenopnieuwmoetenwordenvastge-

steld(deinhetoorspronkelijkeaanwijzingsbesluit

genoemdewaardenkunnenbinnenenbuiten

Natura2000immersverschillendzijn).

Erisdaaromindemeestegevallenervoorge-

kozenombeschermdenatuurmonumentendie

methetNatura2000gebiedoverlappen,zoveel

mogelijkbinnendebegrenzingvanderichtlijnge-

biedentebrengen.Ditbetreftintotaalongeveer

�50ha(80%inzesgebieden).

Inhoudelijke aanpassingen

Debegrenzingenblijvengebaseerdopdesyste-

matiekenzoalsdiezijnontwikkeldinhetkader

vandeaanmeldingHabitatrichtlijngebiedenin

200�envandeaanwijzingvan49Vogelricht-

lijngebiedeninmaart2000.Ditbetekentdat

aanpassingvanHabitatrichtlijngebiedenmogelijk

isopgrondvanhetvoorkomenvanhabitattypen

enleefgebiedenvansoorten,rekeninghoudende

metdevereistenvoordeinstandhoudingvanha-

bitatwaardenenterverbeteringvandealgehele

samenhang.Ditkanduszowelbetrekkinghebben

opuitbreidingalsverkleiningrekeninghoudend

metdevoorwaardendiedeEuropeseCommissie

daaraanheeftgesteld(zievorigeparagraaf).

WaargrenzentussenHabitatrichtlijngebiedenen

oudeVogelrichtlijngebieden(aangewezenvóór

maart2000)verschillen,wordtdemethodevan

begrenzingvanmaart2000alsnogopdezeVogel-

richtlijngebiedentoegepast(voorzovergewenst

inhetkadervangelijktrekkingvangrenzen).

DaarbijkanookonderdeHabitatrichtlijngebie-

denbegrensdenieuwenatuurwordenbetrokken

indienditvoordevogelsoortenwaaraanhet

gebiedzijnbetekenisonderdeVogelrichtlijnont-

leend,actuelebetekenisheeftofopkortetermijn

zalkrijgen.

Zoweluitdeontvangenreacties(opgenomenin

hetReactiedocument,2004)alsuitdaarnabe-

schikbaargekomenkennis(Natura2000consulta-

ties)isgeblekendatineenbeperktaantal

4 Ditdoetzichvooropdeovergangvanduinen

naarstrandofkwelder(Waddeneilanden/Noord-

zeekustzone,DuinenTexel/Waddenzee,Duinen

Vlieland/Waddenzee,DuinenDuinenTerschel-

ling/Waddenzee,DuinenAmeland/Waddenzee,

DuinenSchiermonnikoog/Waddenzee,Voordelta/

Zuid-HollandseenZeeuwseduingebieden),tus-

senDuinenGoeree&KwadeHoek/Haringvliet

(Zuiderdiep)enlangshetVossemeertussen

Ketelmeer&VossemeerenUiterwaardenIJssel.

Page 162: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�62

gevallenbijdebegrenzingvanHabitatrichtlijn-

gebiedenonvoldoenderekeningisgehouden

metdeverspreidingvanrelevantehabitattypen

ofleefgebiedenvansoorten.Ditbetekentdatin

200�belangrijketerreindelenbuitendebegren

zingzijngevallen.Indemeestegevallenbetreft

hetuitbreidingvanminderdan�00ha.Ingeval

vanlandgaathethierbijsteedsombestaandeof

nieuwenatuur.IngevalvandeVeluwerandmeren

betreftheteenaanzienlijkeoppervlakteopen

waterdatwelalinzijngeheelonderdeVogel-

richtlijnisaangewezen.

Onderdezenoemervallenookgrenscorrecties

dievoorkomenuittechnischevooruitgang(GIS-

technieken),waardoorvergelijkingentussen

gebiedscategorieeneenvoudigkunnenworden

gemaaktenookdenauwkeurigheidvanbegren-

zingaanmerkelijkistoegenomen.

Ondergrondse groeven voor vleermuizen

InenkeleZuidLimburgsegebiedendoetzicheen

bijzonderesituatievooromdatsubstantiëledelen

vanondergrondsemergelgroevendievangroot

belangzijnvooroverwinterendevleermuizen,

buitendebegrenzingzijngelegen.Bijdeopgave

aandeEuropeseCommissieiservanuitgegaan

datdezeoverwinteringsplaatsengeheelbinnen

deaangemeldegebiedenwarengelegen.De

betreffendegroevenblijkenzichuittestrekken

buitenbegrensdgebiedtotonderbebouwingen

cultuurgrondenwaarbovengrondsgeenhabitat-

waardenaanwezigzijn.Deondergrondseligging

vandegroevenwordtopdekaartenvandeze

gebiedenapartaangeduid.Hetbeschermingsre-

gimegeldthieralleenvoordeinstandhouding

vandeondergrondsegroevetenbehoevevan

overwinterendevleermuizen5.Hetterreinboven

degroevendatalleenalsondergrondsegroeven

opdekaartenisaangeduid,maaktdusgeendeel

uitvanhetaangewezengebied.habitattypen

Gebiedenmethabitattypenofsoortenwaarvan

destaatvaninstandhoudingalsongunstigis

beoordeeld,kunnenzonodigwordenuitge-

breidmetbestaandeofnieuwenatuur(waarde

betreffendewaardennietvoorkomen)geletop

deherstelmaatregelendienoodzakelijkzijnom

destaatvaninstandhoudingvandebetreffende

habitatwaardenteverbetereneningunstigestaat

tebrengen.

Exclavering

DebegrenzingvandeNatura2000gebieden

wordtaangegevenopdebijdeaanwijzingen

behorendekaarten.Daaropwordtonderscheid

gemaakttussendebegrenzingvanhetHabitat-

richtlijngebiedendievanhetVogelrichtlijnge-

bied.Indienvantoepassingwordttevensde

begrenzingvaninliggendeenaangrenzende

beschermdenatuurmonumentenaangeduid.

Bebouwing,infrastructuurenwaterkerende

dijkenmakenmeestalgeenonderdeeluitvan

hetaangewezengebied.Bebouwingaanderand

vanhetgebiedenaaneengeslotenbebouwing

van5haofmeer(waaronderbedrijfsterreinen,

pompstationsenkazernes)zullenzoveelmogelijk

opdekaartwordenuitgesloten(afhankelijkvan

deaanwezigheidvanTOP�0-grenzen).Derestzal

tekstueelwordengeëxclaveerd.

Algemene exclaveringsformule

Zowelvoordein2000aangewezenVogelrichtlijn-

gebiedenalsdeaangemeldeHabitatrichtlijnge-

biedengeldenalgemeneexclaveringsformules.

Ookbijdeaanwijzingvanbeschermdenatuurmo-

numentenzijnbebouwdeenverhardedelenvaak

(ook)tekstueeluitgesloten.VooralleNatura2000

gebiedenzaleenalgemeneexclaveringsformule

gaangelden,diezonodigwordtafgestemdop

deplaatselijkeomstandighedenendenatuur-

waardenwaarvoorhetgebiedisaangewezen

(bijvoorbeeldingevalvanbebouwingmetover-

zomerendeofoverwinterendevleermuizen).De

algemeneexclaveringsformuleluidt:

‘‘Bestaande bebouwing, erven, tuinen, verhardin-

gen en hoofdspoorwegen maken geen deel uit

van het aangewezen gebied, tenzij expliciet wel

bij de aanwijzing betrokken.’’

Daarbijwordendevolgendedefinitiesgehan-

teerdontleendaandegangbarepraktijk.

• Bebouwing:betreftéénofmeergebouwenof

bouwwerken,geengebouwenzijnde.

• Gebouw:elkbouwwerkdateenvoormensen

toegankelijke,overdekte,geheelofgedeel-

telijkemetwandenomslotenruimtevormt.

Eenbouwwerkiselkeconstructievanenige

omvangvanhout,steen,metaalofander

materiaal,welkehetzijdirectofindirectmet

degrondverbondenishetzijdirectofindirect

steunvindtinofopdegrond.

• Erven:zijnhetonmiddellijkaaneenwoningof

andergebouwgelegen,daarbijbehorendeen

daarmedeingebruikzijndeterrein.

• Tuinen:zijnhetindeonmiddellijkenabijheid

vaneenwoningofandergebouwgelegen

intensiefonderhoudenterreinbeplantmet

siergewassenengazonsofingebruikals

moestuindatzichduidelijkonderscheidvan

deomgeving.Dergelijketerreinenzijnmeestal

beslotenenomheindmiddelseenafrastering,

schutting,muurofhaag,of(deels)omgeven

dooreensloot.

• Verhardingen:bijvoorbeeldzijn:wegen,plei-

nen,parkeervoorzieningenenefverhardingen.

Wegenbetreffendeallevoorhetgemotori-

seerdverkeeringebruikzijndekunstmatig

verhardewegen,metinbegripvandedaarin

liggendebruggenenduikersendetotdiewe-

genbehorendepadenenbermenofzijkanten.

• Hoofdspoorwegen:spoorwegenzoalsopge-

nomeninhetBesluitaanwijzinghoofdspoor-

wegenvan��december2004.

5 Opgrondvanexternewerkingzijnalleen

activiteitendiedegroevenalsoverwinterings-

plaatsvoorvleermuizenkunnenbeïnvloeden,

vergunningplichtig.

Page 163: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�6�

Bijlage 9.2

Methodebeoordeling

staatvaninstandhouding

Relatiefbelangenstaat

vaninstandhoudinghabitattypen

Overzichtnamenhabitattypen

Relatiefbelangenstaatvan

instandhoudingsoorten

Relatiefbelangenstaatvan

instandhoudingvogelsoorten

(voorbroedvogelsénniet-broedvogels)

Dezebijlagegeeftinzageinhetrelatiefbelangen

staatvaninstandhoudingvoorallehabitattypen

en(vogel)soortenwaarvoorNederlandNatura

2000gebiedenheeftaangewezenengaatverder

inopdegehanteerdemethode.Tevensisopge-

nomeneenoverzichtvanvolledigeenverkorte

namenhabitattypen.

InhetNatura2000profielendocumentiseen

naderetoelichtingoprelatiefbelangenstaatvan

instandhoudingopgenomen.

Relatief belang en staat van instandhouding (inclusief methode)

Page 164: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�64

Bijlage 9.2.1.a: Methode bepaling staat van instandhouding habitattypen

Systematiekvoordebeoordelingvandestaatvaninstandhoudingvaneenhabitattype

vanbijlageIvandeHabitatrichtlijnzoalsvastgestelddoorhetHabitatComité.

Aspect Staatvaninstandhouding(SVI)

Gunstig Matigongunstig Zeerongunstig Onbekend

areaalstabieloftoenemendEN

nietkleinerdande‘gunstige

referentie’

oppervlaktestabielof

toenemendENnietkleinerdan

de‘gunstigereferentie’ENgeen

wezenlijkeveranderinginhet

verspreidingspatroonbinnenhet

areaal

structuurenfunctie(inclusief

typischesoorten)ingoedestaat

ENgeenwezenlijkeverslechtering

devooruitzichtenzijnuitstekend

ofgoed.Debelangrijkstebedrei-

gingenzijnnietwezenlijk;het

habitattypezaloplangetermijn

levensvatbaarzijn

alles‘groen’OF

drie‘groen’enéén‘onbekend’

areaalverliesvanmeerdan�%

perjaar7OFareaalmeerdan

�0%minderdan‘gunstige

referentie’

Verliesaanoppervlaktevanmeer

dan�%perjaar7ENoppervlakte

minderdandegunstige

referentieOFwezenlijkeveran-

deringinverspreidingspatroon

binnenhetareaalOFoppervlakte

meerdan�0%minderdan‘gun-

stigereferentie’

Opmeerdan25%vandeop-

pervlakteisstructuurenfunctie

ongunstig

sterkenegatieveinvloedvan

bedreigingenophethabitattype;

slechtevooruitzichten,levens-

vatbaarheidoplangetermijnin

gevaar

éénofmeer‘rood’

geenofonvoldoende

betrouwbareinformatie

geenofonvoldoende

betrouwbareinformatie

geenofonvoldoende

betrouwbareinformatie

geenofonvoldoende

betrouwbareinformatie

tweeofmeer‘onbekend’

gecombineerdmetalleen‘groen’

Verspreiding

Oppervlakte

Kwaliteit

Toekomst-

perspectief

Totaalbeoordeling

SVI

tussen‘gunstig’en‘zeer

ongunstig’

tussen‘gunstig’en‘zeer

ongunstig’

tussen‘gunstig’en‘zeer

ongunstig’

tussen‘gunstig’en‘zeer

ongunstig’

éénofmeer‘oranje’maar

geen‘rood’

7 Binneneentijdvaktedefiniërendoordelidstaat

Page 165: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�65

Bijlage 9.2.1.b: Methode bepaling staat van instandhouding soorten

Systematiekvoordebeoordelingvandestaatvaninstandhoudingvaneensoortvanbij-

lageIIvandeHabitatrichtlijnzoalsvastgestelddoorhetHabitatComité.Dezemethodeis

ookgehanteerdvoordebeoordelingvandestaatvaninstandhoudingvanvogels.

Aspect Staatvaninstandhouding(SVI)

Gunstig Matigongunstig Zeerongunstig Onbekend

areaalstabieloftoenemendEN

nietkleinerdande‘gunstige

referentie’

populatiegroterdanofgelijk

aande‘gunstigereferentie’EN

voortplanting,sterfteenleef-

tijdsopbouwnietslechterdan

normaal

leefgebiedisvoldoendegroot

(enstabieloftoenemend)ENde

kwaliteitisgeschiktvoorhetop

langetermijnvoortbestaanvan

desoort

debelangrijkstebedreigingen

zijnnietwezenlijk;desoortzal

oplangetermijnlevensvatbaar

zijn

alles‘groen’OF

drie‘groen’enéén‘onbekend’

areaalverliesvanmeerdan�%

perjaar8OFareaalmeerdan

�0%minderdan‘gunstige

referentie’

populatieafnamevanmeerdan

�%perjaar8ENlagerdande

gunstigereferentieOFpopulatie

meerdan25%lagerdande‘gun-

stigereferentie’OFvoortplan-

ting,sterfteenleeftijdsopbouw

veelslechterdannormaal

leefgebiedisduidelijkonvol-

doendegrootvoorhetoplange

termijnvoortbestaanvande

soortOFdekwaliteitisduidelijk

ongeschiktvoorhetoplange

termijnvoortbestaanvande

soort

sterkenegatieveinvloedvan

bedreigingenopdesoort;zeer

slechtevooruitzichten,levens-

vatbaarheidoplangetermijnin

gevaar

éénofmeer‘rood’

geenofonvoldoende

betrouwbareinformatie

geenofonvoldoende

betrouwbareinformatie

geenofonvoldoende

betrouwbareinformatie

geenofonvoldoende

betrouwbareinformatie

tweeofmeer‘onbekend’

gecombineerdmetalleen‘groen’

Verspreiding

Populatie

Leefgebied

Toekomst-

perspectief

Totaalbeoordeling

SVI

tussen‘gunstig’en‘zeer

ongunstig’

tussen‘gunstig’en‘zeer

ongunstig’

tussen‘gunstig’en‘zeer

ongunstig’

tussen‘gunstig’en‘zeer

ongunstig

éénofmeer‘oranje’maar

geen‘rood’

8 Binneneentijdvaktedefiniërendoordelidstaat

Page 166: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�66

H���0_A Permanentoverstroomdezandbanken A M G G M M

(getijdengebied)

H���0_B Permanentoverstroomdezandbanken A M G G M M

(Noordzee-kustzone)

H���0 Estuaria B Z Z Z Z M

H��40_A Slik-enzandplaten(getijdengebied) A M G G M M

H��40_B Slik-enzandplaten(Noordzee-kustzone) B G G G G G

H��60 Grotebaaien C Z G G Z Z

H���0_A Ziltepionierbegroeiingen(zeekraal) A M G G M M

H���0_B Ziltepionierbegroeiingen(zeevetmuur) B G G G G G

H��20 Slijkgrasvelden C Z G G Z Z

H���0_A Schorrenenziltegraslanden(buitendijks) A M G G M M

H���0_B Schorrenenziltegraslanden(binnendijks) C M G G M M

H2��0 Embryonaleduinen B G G G G G

H2�20 Witteduinen B M M G M G

*H2��0_A Grijzeduinen(kalkrijk) A Z G M Z Z

*H2��0_B Grijzeduinen(kalkarm) B Z G M Z Z

*H2��0_C Grijzeduinen(heischraal) A Z M Z Z Z

*H2�40_A Duinheidenmetkraaihei(vochtig) B M G G M G

*H2�40_B Duinheidenmetkraaihei(droog) B M G G M G

*H2�50 Duinheidenmetstruikhei C G G G G G

H2�60 Duindoornstruwelen A G G G G G

H2�70 Kruipwilgstruwelen B G G G G G

H2�80_A Duinbossen(droog) A G G G G G

H2�80_B Duinbossen(vochtig) A M G G M G

H2�80_C Duinbossen(binnenduinrand) B M G G M G

H2�90_A Vochtigeduinvalleien(open water) A M G G M G

H2�90_B Vochtigeduinvalleien(kalkrijk) A M G M M M

H2�90_C Vochtigeduinvalleien(ontkalkt) A M G M M G

H2�90_D Vochtigeduinvalleien C M M M G G

(hoge moerasplanten)

H2��0 Stuifzandheidenmetstruikhei A Z G M Z M

H2�20 Binnenlandsekraaiheibegroeiingen B M G G M G

H2��0 Zandverstuivingen A Z G M Z M

H���0 Zeerzwakgebufferdevennen B Z Z Z Z M

H���0 Zwakgebufferdevennen A M G M M M

H��40 Kranswierwateren A Z G M M Z

H��50 Merenmetkrabbenscheeren A M M M M M

fonteinkruiden

H��60 Zurevennen B M G G M M

H�260_A Bekenenrivierenmetwaterplanten B M M M M M

(waterranonkels)H�260_B Bekenenrivierenmetwaterplanten C M G M M G

Nummer

Relatiefbelan

g

SVITotaal

Verspreiding

Oppervlakte

Kwaliteit

Toekomst

Naam(kort)met subtypen

Bijlage 9.2.2: Relatief belang en staat van instandhouding habitattypen

(grote fonteinkruiden)

H�270 Slikkigerivieroevers B M G M M G

H40�0_A Vochtigeheiden(hogere zandgronden) A M G M M M

H40�0_B Vochtigeheiden(laagveengebied) A M G M M M

H40�0 Drogeheiden B Z G M Z M

H5��0 Jeneverbesstruwelen B M G G M M

*H6��0 Pionierbegroeiingenoprotsbodem C Z M Z M M

*H6�20 Stroomdalgraslanden A Z Z M Z M

*H6��0 Zinkweiden B Z M Z Z Z

*H62�0 Kalkgraslanden A M G M M G

*H62�0 Heischralegraslanden A Z Z Z Z Z

H64�0 Blauwgraslanden A Z M M Z M

H64�0_A Ruigtenenzomen(moerasspirea) C G G G G G

H64�0_B Ruigtenenzomen(harig wilgenroosje) A M M M M M

H64�0_C Ruigtenenzomen(droge bosranden) C M M M M M

H65�0_A Glanshaver-envossenstaarthooilanden A M G M M G

(glanshaver)

H65�0_B Glanshaver-envossenstaarthooilanden A Z Z Z Z Z

(grote vossenstaart)

*H7��0_A Actievehoogvenen(hoogveenlandschap) A Z Z Z Z Z

*H7��0_B Actievehoogvenen(heideveentjes) A Z G M Z M

H7�20 Herstellendehoogvenen A G G G G G

H7�40_A Overgangs-entrilvenen(trilvenen) A Z M Z M M

H7�40_B Overgangs-entrilvenen A M M M M M

(veenmosrietlanden)

H7�50 Pioniervegetatiesmetsnavelbiezen B M G G M M

*H72�0 Galigaanmoerassen B M G M M M

*H7220 Kalktufbronnen C M G G ? M

H72�0 Kalkmoerassen B Z Z Z Z M

H9��0 Veldbies-beukenbossen C M G G M G

H9�20 Beuken-eikenbossenmethulst B M G G M G

H9�60_A Eiken-haagbeukenbossen B Z M Z Z Z

(hogere zandgronden)

H9�60_B Eiken-haagbeukenbossen(heuvelland) B Z G M Z M

H9�90 Oudeeikenbossen A M G G M M

*H9�D0 Hoogveenbossen C M G M M M

*H9�E0_A Vochtigealluvialebossen A M M G M G

(zachthoutooibossen)

*H9�E0_B Vochtigealluvialebossen A Z Z Z Z M

(essen-iepenbossen)

*H9�E0_C Vochtigealluvialebossen B M G M M M

(beekbegeleidende bossen)

H9�F0 Drogehardhoutooibossen B Z M Z Z M

Nummer

Relatiefbelan

g

SVITotaal

Verspreiding

Oppervlakte

Kwaliteit

Toekomst

Naam(kort)met subtypen

Page 167: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�67

Bijlage 9.2.3: Overzicht namen habitattypen

Nummer Verkorte naam (met subtypen) VolledigeNederlandsenaamvolgensdeHabitatrichtlijn

H���0 Permanentoverstroomdezandbanken Permanentmetzeewatervangeringediepteoverstroomdezandbanken

H���0_A Permanentoverstroomdezandbanken

(getijdengebied)

H���0_B Permanentoverstroomdezandbanken

(Noordzee-kustzone)

H���0 Estuaria Estuaria

H��40 Slik-enzandplaten Bijebdroogvallendeslikwaddenenzandplaten

H��40_A Slik-enzandplaten(getijdengebied)

H��40_B Slik-enzandplaten(Noordzee-kustzone)

H��60 Grotebaaien Grote,ondiepekrekenenbaaien

H���0 Ziltepionierbegroeiingen Eenjarigepioniersvegetatiesvanslik-enzandgebiedenmetSalicorniaspp.enanderezoutminnendesoorten

H���0_A Ziltepionierbegroeiingen(zeekraal)

H���0_B Ziltepionierbegroeiingen(zeevetmuur)

H��20 Slijkgrasvelden Schorrenmetslijkgrasvegetatie(Spartinion maritimae)

H���0 Schorrenenziltegraslanden Atlantischeschorren(Glauco-Puccinellietalia maritimae)

H���0_A Schorrenenziltegraslanden(buitendijks)

H���0_B Schorrenenziltegraslanden(binnendijks)

H2��0 Embryonaleduinen Embryonalewandelendeduinen

H2�20 Witteduinen WandelendeduinenopdestrandwalmetAmmophila arenaria(‘witteduinen’)

*H2��0 Grijzeduinen Vastgelegdekustduinenmetkruidvegetatie(‘grijzeduinen’)

*H2��0_A Grijzeduinen(kalkrijk)

*H2��0_B Grijzeduinen(kalkarm)

*H2��0_C Grijzeduinen(heischraal)

*H2�40 Duinheidenmetkraaihei VastgelegdeontkalkteduinenmetEmpetrum nigrum

*H2�40_A Duinheidenmetkraaihei(vochtig)

*H2�40_B Duinheidenmetkraaihei(droog)

*H2�50 Duinheidenmetstruikhei Atlantischevastgelegdeontkalkteduinen(Calluno-Ulicetea)

H2�60 Duindoornstruwelen DuinenmetHippophaë rhamnoides

H2�70 Kruipwilgstruwelen DuinenmetSalix repensssp.argentea(Salicion arenariae)

Gunstig

Matigongunstig

Zeerongunstig

Onbekend

Legenda

SvI

Zeergroot

Groot

Aanzienlijk

Zie§�.2.

A

B

C

G

M

Z

?

Relatief belang

Page 168: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�68

Nummer Verkorte naam (met subtypen) VolledigeNederlandsenaamvolgensdeHabitatrichtlijn

H2�80 Duinbossen BebosteduinenvanhetAtlantische,continentaleenborealegebied

H2�80_A Duinbossen(droog)

H2�80_B Duinbossen(vochtig)

H2�80_C Duinbossen(binnenduinrand)

H2�90 Vochtigeduinvalleien Vochtigeduinvalleien

H2�90_A Vochtigeduinvalleien(open water)

H2�90_B Vochtigeduinvalleien(kalkrijk)

H2�90_C Vochtigeduinvalleien(ontkalkt)

H2�90_D Vochtigeduinvalleien(hoge moerasplanten)

H2��0 Stuifzandheidenmetstruikhei PsammofieleheidemetCallunaenGenista

H2�20 Binnenlandsekraaiheibegroeiingen PsammofieleheidemetCallunaenEmpetrum nigrum

H2��0 Zandverstuivingen OpengraslandmetCorynephorus-enAgrostis-soortenoplandduinen

H���0 Zeerzwakgebufferdevennen MineraalarmeoligotrofewaterenvandeAtlantischezandvlakten(Littorelletalia uniflorae)

H���0 Zwakgebufferdevennen OligotrofetotmesotrofestilstaandewaterenmetvegetatiebehorendtothetLittorelletalia unifloraeen/of

Isoëto-Nanojuncetea

H��40 Kranswierwateren Kalkhoudendeoligo-mesotrofewaterenmetbenthischeCharaspp.vegetaties

H��50 Merenmetkrabbenscheerenfonteinkruiden VannatureeutrofemerenmetvegetatievanhettypeMagnopotamionofHydrocharition

H��60 Zurevennen Dystrofenatuurlijkepoelenenmeren

H�260 Bekenenrivierenmetwaterplanten SubmontaneenlaaglandrivierenmetvegetatiesbehorendtothetRanunculion fluitantisenhet

Callitricho-Batrachion

H�260_A Bekenenrivierenmetwaterplanten

(waterranonkels)

H�260_B Bekenenrivierenmetwaterplanten

(grote fonteinkruiden)

H�270 Slikkigerivieroevers RivierenmetslikoeversmetvegetatiesbehorendtothetChenopodion rubrip.p.enBidentionp.p.

H40�0 Vochtigeheiden Noord-AtlantischevochtigeheidemetErica tetralix

H40�0_A Vochtigeheiden(hogere zandgronden)

H40�0_B Vochtigeheiden(laagveengebied)

H40�0 Drogeheiden DrogeEuropeseheide

H5��0 Jeneverbesstruwelen Juniperus communis-formatiesinheideofkalkgrasland

*H6��0 Pionierbegroeiingenoprotsbodem KalkminnendofbasifielgraslandoprotsbodembehorendtothetAlysso-Sedion albi

*H6�20 Stroomdalgraslanden Kalkminnendgraslandopdorrezandbodem

*H6��0 Zinkweiden GraslandopzinkhoudendebodembehorendtothetVioletalia calaminariae

*H62�0 Kalkgraslanden Drogehalf-natuurlijkegraslandenenstruikvormende-faciesopkalkhoudendebodemsFestuco-Brometalia)

(*gebiedenwaaropmerkelijkeorchideeëngroeien)

*H62�0 Heischralegraslanden Soortenrijkeheischralegraslandenoparmebodemsvanberggebieden(envansubmontanegebiedenin

hetbinnenlandvanEuropa)

H64�0 Blauwgraslanden GraslandmetMoliniaopkalkhoudende,venige,oflemigekleibodem(Molinion caeruleae)

H64�0 Ruigtenenzomen Voedselrijkezoomvormenderuigtenvanhetlaagland,envandemontaneenalpienezones

H64�0_A Ruigtenenzomen(moerasspirea)

H64�0_B Ruigtenenzomen(harig wilgenroosje)

Bijlage 9.2.3: Overzicht namen habitattypen (vervolg)

Page 169: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�69

Nummer Verkorte naam (met subtypen) VolledigeNederlandsenaamvolgensdeHabitatrichtlijn

H64�0_C Ruigtenenzomen(droge bosranden)

H65�0 Glanshaver-envossenstaarthooilanden Laaggelegenschraalhooiland(Alopecurus pratensis,Sanguisorba officinalis)

H65�0_A Glanshaver-envossenstaarthooilanden(glanshaver)

H65�0_B Glanshaver-envossenstaarthooilanden

(grote vossenstaart)

*H7��0 Actievehoogvenen Actiefhoogveen

H7��0_A Actievehoogvenen(hoogveenlandschap)

H7��0_B Actievehoogvenen(heideveentjes)

H7�20 Herstellendehoogvenen Aangetasthoogveenwaarnatuurlijkeregeneratienogmogelijkis

H7�40 Overgangs-entrilvenen Overgangs-entrilveen

H7�40_A Overgangs-entrilvenen(trilvenen)

H7�40_B Overgangs-entrilvenen(veenmosrietlanden)

H7�50 Pioniervegetatiesmetsnavelbiezen SlenkeninveengrondenmetvegetatiebehorendtothetRhynchosporion

*H72�0 Galigaanmoerassen KalkhoudendemoerassenmetCladium mariscusensoortenvanhetCaricion davallianae

*H7220 Kalktufbronnen Kalktufbronnenmettufsteenformatie(Cratoneurion)

H72�0 Kalkmoerassen Alkalischlaagveen

H9��0 Veldbies-beukenbossen BeukenbossenvanhettypeLuzulo-Fagetum

H9�20 Beuken-eikenbossenmethulst AtlantischezuurminnendebeukenbossenmetIlex ensomsookTaxusindeondergroei(Quercion

robori-petraeae ofIlici-Fagenion)

H9�60 Eiken-haagbeukenbossen Sub-Atlantischeenmidden-Europesewintereikenbossenofeiken-haagbeukbossenbehorendtothet

Carpinion betuli

H9�60_A Eiken-haagbeukenbossen(hogere zandgronden)

H9�60_B Eiken-haagbeukenbossen(heuvelland)

H9�90 Oudeeikenbossen OudezuurminnendeeikenbossenopzandvlaktenmetQuercus robur

*H9�D0 Hoogveenbossen Veenbossen

*H9�E0 Vochtigealluvialebossen BossenopalluvialegrondmetAlnus glutinosaenFraxinus excelsior(Alno-Padion,Alnion incanae,

Salicion albae)

*H9�E0_A Vochtigealluvialebossen(zachthoutooibossen)

*H9�E0_B Vochtigealluvialebossen(essen-iepenbossen)

*H9�E0_C Vochtigealluvialebossen(beekbegeleidende bossen)

H9�F0 Drogehardhoutooibossen GemengdeoeverformatiesmetQuercus robur,Ulmus laevisenUlmus minor,Fraxinus excelsiorofFraxinus

angustifolia,langsdegroterivieren(Ulmenion minoris)

Page 170: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�70

A00� Roodkeelduiker(n) A M G G G M

A002 Parelduiker(n) B ? ? ? ? M

A004 Dodaars(b) B G G G G G

A004 Dodaars(n) B G G G G G

A005 Fuut(n) B M G M M G

A007 Kuifduiker(n) B G G G G G

A008 Geoordefuut(b) A G G G G G

A008 Geoordefuut(n) B M G G G M

A0�7 Aalscholver(b) A G G G G G

A0�7 Aalscholver(n) A G G G G G

A02� Roerdomp(b) B Z Z Z Z Z

A022 Woudaap(b) C Z Z Z Z Z

A026 Kleinezilverreiger(n) C G G G G G

A027 Grotezilverreiger(b) B G G G G G

A027 Grotezilverreiger(n) C G G G G G

A029 Purperreiger(b) A Z G Z M M

A0�4 Lepelaar(b) A G G G G G

A0�4 Lepelaar(n) A G G G G G

A0�7 Kleinezwaan(n) A M G M M M

A0�8 Wildezwaan(n) B M G G G M

A0�9 Taigarietgans(n) B G G G G G

A0�9 Toendrarietgans(n) A G G G G G

A040 Kleinerietgans(n) A G G G G G

A04� Kolgans(n) A G G G G G

A042 Dwerggans(n) A G G G G G

A04� Grauwegans(n) A G G G G G

A045 Brandgans(n) A G G G G G

A046 Rotgans(n) A M G G G M

A048 Bergeend(n) A G G G G G

A050 Smient(n) A G G G G G

A05� Krakeend(n) A G G G G G

A052 Wintertaling(n) A M G M G G

A05� Wildeeend(n) A G G G G G

A054 Pijlstaart(n) A M G G G M

A056 Slobeend(n) A G G G G G

A058 Krooneend(n) C M G G G M

A059 Tafeleend(n) A Z G Z G M

A06� Kuifeend(n) A M G G G M

A062 Topper(n) A Z G Z G G

A06� Eider(b) B Z G Z Z G

A06� Eider(n) B Z G G Z G

A065 Zwartezee-eend(n) B M G G M G

A067 Brilduiker(n) B G G G G G

Nummer

Relatiefbelan

g

SVITotaal

Verspreiding

Populatie

Naam(kort)met subtypen

Bijlage 9.2.5: Relatief belang en staat van instandhouding vogelsoorten

(voor broedvogels én niet-broedvogels)

Leefgeb

ied

Toekomst

H�0�4 Nauwekorfslak A M M M M M

H�0�6 Zeggekorfslak B Z M Z M M

H�0�X Platteschijfhoren A M M M M M

H�0�7 Gaffellibel C Z Z Z G G

H�042 Gevlektewitsnuitlibel B Z Z Z M M

H�059 Pimpernelblauwtje C Z Z Z Z Z

H�060 Grotevuurvlinder A Z Z Z Z M

H�06� Donkerpimpernelblauwtje B Z Z Z M M

*H�078 Spaansevlag C G G G G G

H�082 Gestreeptewaterroofkever B Z Z Z Z M

H�08� Vliegendhert C M M M M M

H�095 Zeeprik C M M M G G

H�096 Beekprik C Z M Z Z M

H�099 Rivierprik B M G M M G

H��02 Elft C Z Z Z Z M

H��0� Fint C Z M Z Z M

H��06 Zalm C Z M Z M M

H���4 Bittervoorn A M G G G M

H��45 Grotemodderkruiper A M M M M M

H��49 Kleinemodderkruiper A G G G G G

H��6� Rivierdonderpad B M M G G G

H��66 Kamsalamander B M M M M M

H��9� Geelbuikvuurpad C Z Z Z Z Z

H���8 Meervleermuis A M G G M M

H��2� Ingekorvenvleermuis C G G G ? G

H��24 Valevleermuis C M M M M M

H���7 Bever C M M M G G

*H��40 Noordsewoelmuis A Z Z Z Z Z

H��5� Bruinvis C Z Z Z M M

H��64 Grijzezeehond C M G G M G

H��65 Gewonezeehond B G G G G G

H��87 Tonghaarmuts A M M M M G

H��9� Geelschorpioenmos C Z Z M M M

H�6�4 Kruipendmoerasscherm A M G M M M

H�8�� Drijvendewaterweegbree A M M M M M

H�90� Groenknolorchis A Z M Z Z Z

Nummer

Relatiefbelan

g

SVITotaal

Verspreiding

Populatie

Leefgeb

ied

Toekomst

Naam(kort)met subtypen

Bijlage 9.2.4: Relatief belang en staat van instandhouding soorten

Gunstig

Matigongunstig

Zeerongunstig

Onbekend

Legenda

SvI

Zeergroot

Groot

Aanzienlijk

Zie§�.2.

A

B

C

G

M

Z

?

Relatief belang

Page 171: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�7�

A068 Nonnetje(n) A M G G M M

A069 Middelstezaagbek(n) B G G G G G

A070 Grotezaagbek(n) B Z G Z M M

A072 Wespendief(b) B G G G G G

A075 Zeearend(n) C G G G G G

A08� Bruinekiekendief(b) B G G G G G

A082 Blauwekiekendief(b) B Z Z Z Z Z

A084 Grauwekiekendief(b) C Z Z Z Z Z

A094 Visarend(n) C G G G G G

A�0� Slechtvalk(n) C G G G G G

A�07 Korhoen(b) C Z Z Z Z Z

A��9 Porseleinhoen(b) B Z G Z M M

A�22 Kwartelkoning(b) C M G G M M

A�25 Meerkoet(n) A M G M G G

A�27 Kraanvogel(n) C Z Z M G Z

A��0 Scholekster(n) A Z G Z M M

A��2 Kluut(b) A M G G M M

A��2 Kluut(n) A M G G G M

A��7 Bontbekplevier(b) B Z G Z M M

A��7 Bontbekplevier(n) B G G G G G

A��8 Strandplevier(b) B Z Z Z Z Z

A��8 Strandplevier(n) C Z Z Z Z Z

A�40 Goudplevier(n) A Z Z G M Z

A�4� Zilverplevier(n) A G G G G G

A�42 Kievit(n) A M G G G M

A�4� Kanoet(n) A M G G M M

A�44 Drieteenstrandloper(n) B M M G M M

A�47 Krombekstrandloper(n) C G G G G G

A�49 Bontestrandloper(n) A G G G G G

A�5� Kemphaan(b) C Z Z Z Z Z

A�5� Kemphaan(n) B M G G G M

A�5� Watersnip(b) C Z Z Z M Z

A�56 Grutto(n) A Z M Z M M

A�57 Rossegrutto(n) A G G G G G

A�60 Wulp(n) A G G G G G

A�6� Zwarteruiter(n) B G G G G G

A�62 Tureluur(n) B M G G G M

A�64 Groenpootruiter(n) B G G G G G

A�69 Steenloper(n) B Z G Z M M

A�76 Zwartkopmeeuw(b) A G G G G G

A�77 Dwergmeeuw(n) B M G M M M

A�8� Kleinemantelmeeuw(b) A G G G G G

A�90 Reuzenstern(n) C G G G G G

Nummer

Relatiefbelan

g

SVITotaal

Verspreiding

Populatie

Leefgeb

ied

Toekomst

Naam(kort)met subtypen

A�9� Grotestern(b) A Z M Z G G

A�9� Visdief(b) A M M M M G

A�94 Noordsestern(b) B G G G G G

A�95 Dwergstern(b) B Z Z Z M M

A�97 Zwartestern(b) A Z Z Z M M

A�97 Zwartestern(n) A Z G Z M M

A222 Velduil(b) C Z Z Z Z Z

A224 Nachtzwaluw(b) C M M G M M

A229 IJsvogel(b) B G G G G G

A2�� Draaihals(b) C Z Z Z Z Z

A2�6 Zwartespecht(b) B G G G G G

A246 Boomleeuwerik(b) C G G G G G

A249 Oeverzwaluw(b) B G G G G G

A255 Duinpieper(b) C Z Z Z Z Z

A272 Blauwborst(b) B G G G G G

A275 Paapje(b) C Z Z Z Z Z

A276 Roodborsttapuit(b) C G G G G G

A277 Tapuit(b) C Z Z Z Z Z

A292 Snor(b) B Z Z G Z Z

A295 Rietzanger(b) B M M G G G

A298 Grotekarekiet(b) C Z Z Z Z Z

A��8 Grauweklauwier(b) C Z Z Z Z Z

Nummer

Relatiefbelan

g

SVITotaal

Verspreiding

Populatie

Leefgeb

ied

Toekomst

Naam(kort)met subtypen

Bijlage 9.2.5: Relatief belang en staat van instandhouding vogelsoorten

(voor broedvogels én niet-broedvogels)

Gunstig

Matigongunstig

Zeerongunstig

Onbekend

Legenda

SvI

Zeergroot

Groot

Aanzienlijk

Zie§�.2.

A

B

C

G

M

Z

?

Relatief belang

Page 172: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�72

Page 173: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�7�

Bijlage 9.3

Natura2000doelenoplandelijkniveau

habitattypen

Natura2000doelenoplandelijkniveau

soorten

Natura2000doelenoplandelijkniveau

broedvogels

Natura2000doelenoplandelijkniveau

niet-broedvogels

Bijlage 9.3.1: Natura 2000 doelen op landelijk

niveau habitattypen

H1110 Permanent overstroomde zandbanken

H���0SubtypeA:Permanentoverstroomdezand-

banken(getijdengebied)

H���0SubtypeB:Permanentoverstroomdezand-

banken(Noordzeekustzone)

Natura 2000 doel:

VoorsubtypeA,permanentoverstroomdezand-

banken(getijdengebied):behoudverspreiding,

behoudoppervlakteenverbeteringkwaliteit.

VoorsubtypeB,permanentoverstroomdezand-

banken(Noordzeekustzone):behoudversprei-

ding,behoudoppervlakteenbehoudkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypepermanentoverstroomde

zandbankenkomtwijdverspreidvoorlangsde

Europesekusten,maarisinNederlandvanzeer

grootbelangdoordeabiotischeenbiotische

kwaliteitenvandeNoordzeeincombinatiemet

groteestuariaenwaddengebieden.Zulkekwali-

teitenwordenindeEUopslechtsenkeleplaatsen

aangetroffen.SubtypeA,permanentoverstroom-

dezandbanken(getijdengebied),isaangewezen

voordeWaddenzee(�).SubtypeB,permanent

overstroomdezandbanken(Noordzeekustzone),is

aangewezenvoordeNoordzeekustzone(7),Voor-

delta(���)enWesterschelde&Saeftinghe(�22).

OpditmomentverkeertsubtypeA,permanent

overstroomdezandbanken(getijdengebied),in

eenmatigongunstigestaatvaninstandhouding.

Verbeteringvandekwaliteitisvooralmogelijk

tenaanzienvanbodemfaunaendevormingvan

biogenestructurenmetmossels.Kenmerkend

voorhetsysteemisdefunctionelesamenhang

vanverschillendedeelsystemenzoalseb-en

vloedgeulenendroogvallendeplaten.Herstelvan

zout-zoetgradiëntenistevensvanbelangvoor

verbeteringkwaliteitvanhethabitattype.Verder

onderzoekisnodigomdereferentievooreen

gunstigestructuur&functie(kwaliteit)(inclusief

soortensamenstelling)nadertebepalen.Het

BeleidsbesluitSchelpdiervisserijenhetaldaar

aangekondigdeonderzoek(ProjectOnderzoek

DuurzameSchelpdiervisserij)zullendebasisvor-

menvoordematewaarinenhettempowaarmee

delocatiesvoordeontwikkelingvandebiogene

Natura 2000 doelen op landelijk niveau

Page 174: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�74

structurenmetmosselszalwordengekozen.De

verbeteropgavezaldanookpasgaangeldenna

afloopvanditonderzoekenwanneerdeuitkom-

stenvanditonderzoek,medeinhetlichtvanhet

strevennaarverduurzamingvandemosselsector

enmetinachtnemingvandehoofdlijnenvoorde

formuleringvandedoelen,dezeverbeteropgave

rechtvaardigen.Daarbijzaltevensrekeningwor-

dengehoudenmetreguliergebruikenregulier

onderhoudvandevaarwegenovereenkomstigde

PKB-Waddenzee.

H1130 Estuaria

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

HetrelatiefbelangvanNederlandisgrooten

wordtvertegenwoordigddoordeWesterschelde

(Westerschelde&Saeftinghe,�22)endeEems-

Dollard(Waddenzee,�).Voordeafsluitingvan

deHaringvliet(�09)endeZuiderzeeherbergde

Nederlandenkelevandegrootsteestuariavan

Europa.VoordeHaringvliet(�09)wordtgestreefd

naarhetvergrotenvanzoutwaterinvloeden

(kierbesluit).Kwaliteitsverbeteringisnoodzakelijk

wegensdezeerongunstigestaatvaninstandhou-

ding.VoordeWesterscheldehoudtkwaliteitsver-

beteringherstelinvandeafwisselingaandiverse

deelecosystemen(laagdynamischeenhoogdyna-

mische,diepeenondiepe,zoeteenzoutedelen,

belendendeschorrenengeleidelijkeovergangen

tussenaldezedeelsystemen)metdebijbehoren-

dehogebiodiversiteit.Voorditgebiedisbehoud

vanhetmeergeulenstelselenuitbreidingvande

oppervlaktemetlaagdynamischedeelgebieden

(droogvallendeplatenenondiepewateren)nood-

zakelijkvoorkwaliteitsverbeteringenduurzaam

voortbestaan.VoordeEems-Dollardligthet

accentopbehoudoppervlakteenkwaliteit.Het

realiserenvankleinschaligezoet-zoutgradiën-

tenindeWaddenzee,ismedetenbehoevevan

verbeteringvandekwaliteitvandehabitattypen

slik-enzandplaten(getijdengebied)(H��40_A)

enpermanentoverstroomdezandbanken

(getijdengebied)(H���0_A).

H1140 Slik- en zandplaten

H��40SubtypeASlik-enzandplaten(getijden-

gebied)

H��40SubtypeBSlik-enzandplaten(Noordzee-

kustzone)

Natura 2000 doel:

VoorsubtypeA,slik-enzandplaten(getijden-

gebied):behoudverspreiding,behoudopper-

vlakteenverbeteringkwaliteit.

VoorsubtypeB,slik-enzandplaten(Noordzee-

kustzone):behoudverspreiding,behoudopper-

vlakteenbehoudkwaliteit.

Toelichting:

SubtypeA,slik-enzandplaten(getijdengebied),

isvanzeergrootbelangvoorEuropaomdatde

Nederlandse,DuitseenDeensewaddenzeehet

grootsteoppervlakteherbergteneenbelangrijke

functieheeftvoortrekvogelstussenWest-Afrika

enSiberië.Wegensdematigongunstigestaat

vaninstandhoudingwordtkwaliteitsverbetering

nagestreefd.NaastdeWaddenzee(�)isditsub-

typeaangewezenvoordeVoordelta(���).Verder

komthetsubtypevooralsonderdeelvanhabitat-

typenestuaria(H���0)engrotebaaien(H��60)in

Westerschelde&Saeftinghe(�22)enOosterschel-

de(��8).AlleenvoordeWaddenzee(�)wordt

gestreefdnaarverbeteringkwaliteit.SubtypeB,

slik-enzandplaten(Noordzeekustzone),isvan

grootbelangenisaanwezigindeNoordzeekust-

zone(7)enVoordelta(���).Ditsubtypeverkeert

ingunstigestaatvaninstandhouding.Voortzet-

tingvanzandsuppletiesopdeNoordzeekust

vandeeilandenendeNoord-Hollandsekustis

waarschijnlijknoodzakelijkvoorbehoudvande

huidigeoppervlakteaanintergetijdenplaten.Te-

vensisvanbelangomtebezienwatde(positieve

ennegatieve)effectenzijnvandeuitbreidingvan

dejapanseoestersinhetintergetijdengebied.

H1160 Grote baaien

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypegrotebaaienisvanaanzienlijk

belangvoorEuropaenisalleenvoordeOoster-

schelde(��8)aangemeld.Desoortensamenstel-

lingvandeOosterscheldeverschiltvandeandere

grotebaaieninEuropa.Hettypeverkeertinzeer

ongunstigestaatvaninstandhoudinggebaseerd

opkwaliteitentoekomstperspectief(afname

vanhetoppervlakaanplaten(zandhonger)).

Daarmeekomtdefoerageerfunctievoorschelp-

dieretersingevaar.Voorbehoudenherstelvan

hetevenwichttussendedeelecosystemenishet

stoppenofvertragenvandeplaaterosienoodza-

kelijk.Kwaliteitsverbeteringisgerichtopherstel

vaneenevenwichtigeafwisselingaandediverse

deelecosystemen,herstelvankleinschaligezoet-

zoutgradiëntenenzeegrasvelden.

H1310 Zilte pionierbegroeiingen

H���0SubtypeA:Ziltepionierbegroeiingen

(zeekraal)

H���0SubtypeB:Ziltepionierbegroeiingen

(zeevetmuur)

Natura 2000 doel:

SubtypeA,ziltepionierbegroeiingen(zeekraal):

behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakte,

behoudenplaatselijkverbeteringkwaliteit.De

uitbreidingoppervlakteenverbeteringkwaliteit

wordtnagestreefdinhetDeltagebied.

SubtypeB,ziltepionierbegroeiingen(zeevet-

muur):behoudverspreiding,behoudoppervlakte

enbehoudkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypeziltepionierbegroeiingenkomt

wijdverspreidvoorlangsdeEuropesekusten,

maarmeestalinkleineoppervlakten.Deaanzien-

lijkeoppervlaktevanhethabitattypeinNederland

isdaarombijzonder.SubtypeA,ziltepionierbe-

groeiingen(zeekraal),isvanzeergrootbelang

voorEuropaenverkeertinmatigongunstige

staatvaninstandhouding.InZuidwest-Nederland

isditsubtypesterkachteruitgegaanindeOos-

terschelde(��8)enWesterscheldedoorerosie

vandeschorren.Uitbreidingoppervlaktewordt

daarombeoogdinOosterschelde(��8),Wes-

terschelde&Saeftinghe(�22)endezouteoptie

vanKrammer-Volkerak(��4)tenbehoevevan

behoudvanSchorrenenziltegraslanden.Inlaatst

genoemdgebiedwordtdanookverbeteringvan

dekwaliteitnagestreefd.SubtypeB,ziltepionier-

Page 175: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�75

begroeiingen(zeevetmuur),isvangrootbelang.

Erwordtgestreefdnaarbehoudvanditsubtype

omdathetingunstigestaatvaninstandhouding

verkeerd.

H1320 Slijkgrasvelden

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteenbe-

houdkwaliteit.Ineendeelvandegebiedenmag

hetareaalafnementengunstevanhethabitatty-

peH���0_Aziltepionierbegroeiingen(zeekraal).

Toelichting:

Hethabitattypeslijkgrasveldenligtaanderand

vanhetareaalenisinNederlandvanaanzienlijk

belangvoorEuropa.Destaatvaninstandhou-

dingiszeerongunstigdoorhetgeheelofvrijwel

geheelverdwijnenvandebelangrijkstetypische

soortkleinslijkgras.Momenteelkomendaarom

geengoedontwikkeldevormenmeervooren

komthethabitattypewelveelvoorinmatige

vormmetengelsslijkgras.Dezematigevormont-

staatvaakopplekkenwaarkwelderseroderen.

Daarommagineendeelvandegebiedenhetare-

aalafnementengunstevanhethabitattypezilte

pionierbegroeiingen(zeekraal)(H���0_A).Ter

voorbereidingvandebeheersplannenisnader

onderzoeknodignaarherstelvangroeiplaatsen

metkleinslijkgras.Herstelvandekwaliteitvan

dedoorkleinslijkgrasgedomineerdevormenvan

hethabitattype(vanbelangvoordeinstandhou-

dingvanhabitattypeziltepionierbegroeiingen)

(H���0)wordtopditmomentnietalshaalbaar

gezien.Daaromzijnergeendoelenvoorverbete-

ringkwaliteitgesteld.

H1330 Schorren en zilte graslanden

H���0SubtypeA:Schorrenenziltegraslanden

(buitendijks)

H���0SubtypeB:Schorrenenziltegraslanden

(binnendijks)

Natura 2000 doel:

SubtypeA,schorrenenziltegraslanden(buiten-

dijks):behoudverspreiding,behoudoppervlakte

enverbeteringkwaliteit.

SubtypeB,schorrenenziltegraslanden(binnen-

dijks):behoudverspreiding,behoudoppervlakte

enbehoudkwaliteit.

Watbetreftdeoppervlaktevanbeidesubtypen

kanwelenigeverschuivingoptredentussen

Natura2000gebieden:ingebiedenwaarde

oppervlakteaankwelderssterkafwijktvande

natuurlijkesituatie(subtypeAinwestelijkdeel

Westerschelde(�22),ensubtypeBinOosterschel-

de(��8)),ligteenopgavevoorvergrotingvande

oppervlakte.

Toelichting:

Atlantischekwelderswordenaangetroffenlangs

deAtlantischekustvanPortugaltotIJslanden

Noord-Scandinavië.Hetareaalaankweldersisin

deinternationaleWaddenzeezeergroot(�7.000

ha,inclusiefpionierzonemetmeerdan5%be-

dekking),evenalshetaantalrelatiefgrote(meer

dan5km2)kwelders.SubtypeA,schorrenen

ziltegraslanden(buitendijks),isdaaromvanzeer

grootbelangvoorEuropa.HetWaddengebied

levertdegrootstebijdrageinareaal,daarnaastis

hetDeltagebiedvanbelang.SubtypeB,schorren

enziltegraslanden(binnendijks),isvanaanzien-

lijkbelang.Ditsubtypewordtvooralaangetrof-

feninbinnendijksedelenvandewaddenkusten

hetDeltagebied.Beidesubtypenverkerenineen

matigongunstigestaatvaninstandhouding.Voor

eenduurzaambehoudvansubtypeA,schorren

enziltegraslanden(buitendijks),isverjongingvan

dekweldersenschorrennoodzakelijk(oudere,

soortenarmestadianemenmomenteelsterktoe).

H2110 Embryonale duinen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

behoudkwaliteit.

Toelichting:

HethabitattypeembryonaleduinenisinEuropa

wijdverspreid,zowellangsdeAtlantischekusten

alslangsdeMediterranekusten,maardoorgaans

overkleineoppervlakten.Nederlandisvangroot

belangvoorEuropa.Destaatvaninstandhouding

isgunstig.InhetWaddengebiedismomenteelge-

noegdynamiekzodathettypealtijdinvoldoende

mateenvanvoldoendekwaliteitaanwezigis.

LangsdeHollandsekustduineneninZuidwest-

Nederlandmoethethuidigeaantalgoedontwik-

keldegroeiplaatsenbehoudenblijven.

H2120 Witte duinen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakte,

verbeteringkwaliteit.Verbeteringkwaliteitwordt

vooralnagestreefdindeduinenvandevaste-

landskustenhetDeltagebied.

Toelichting:

Hethabitattypewitteduineniswijdverspreid

langsdeAtlantischeenMediterranekusten

isvoordemeesteduingebiedenaangemeld.

Derelatievebijdrageisgrootendestaatvan

instandhoudingmatigongunstigalsgevolg

vaneenmatigeverspreidingvangoedontwik-

keldevoorbeelden,vooralindeduinenvande

vastelandskustenhetDeltagebied.Daaromwordt

ineenaanzienlijkdeelvandezeduingebieden,

waarhettypevoorisaangemeld,verbetering

kwaliteitnagestreefddoorhetoptimaliserenvan

deverstuiving.Eendergelijkeontwikkelingwordt

nagestreefdopplaatsenwaarditnietinconflictis

metdeveiligheidvanhetachterliggendeland.In

hetWaddengebied,waarhettypemeteengroot

oppervlakteenmeteengoedekwaliteitvoor-

komt,ishetzaakdebestaandedynamiekvanhet

kustgebiedop(wisselende)locatiestebehouden,

waarmeehetvoorkomenvandittypeinvoldoen-

demategegarandeerdis.

*H2130 Grijze duinen

*H2��0SubtypeA:Grijzeduinen(kalkrijk)

*H2��0SubtypeB:Grijzeduinen(kalkarm)

*H2��0SubtypeC:Grijzeduinen(heischraal)

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypegrijzeduinenisvanzeergroot

belangvanwegehetgroteoppervlakteaangoed

ontwikkeldevormeninonsland.Bovendienligt

onslandcentraalinhetareaalvanhethabitat-

type.BinnensubtypeA,grijzeduinen(kalkrijk),

ensubtypeC,grijzeduinen(heischraal),komen

eenaantalplantengemeenschappenvoordie

grotendeelsbeperktzijntotNederland.Subtype

A,grijzeduinen(kalkrijk)komtvooralveelvoor

indekalkrijkeduingebiedenvandeHollandseen

Page 176: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�76

Zeeuwsekustenisdaarnaastaangemeldvoor

eendrietalwaddeneilanden.SubtypeB,grijze

duinen(kalkarm),heeftbelangrijkevoorkomens

indekalkarmeduingebiedentennoordenvan

hetNoordzeekanaalenkomtdaarnaastvoor

inontkalkteduinzonesvanZuid-Hollanden

Zeeland.SubtypeC,grijzeduinen(heischraal)is

aangemeldvoordemeestewaddeneilanden,de

meesteduingebiedenlangsdevastelandskusten

eendrietalgebiedeninhetDeltagebied.Alledrie

subtypenverkerenineenzeerongunstigestaat

vaninstandhouding.Hetisvangrootbelangop

deeersteplaatsdegoedevoorbeeldenveiligte

stellen,zodatgeenverdereachteruitgangvan

dekwaliteitoptreedt.Daarnaastmoetenmatige

ontwikkeldevoorbeeldenwordenverbeterdin

kwaliteitenisuitbreidingvandeoppervlakte

gewenst.

*H2140 Duinheiden met kraaihei

*H2�40SubtypeA:Duinheidenmetkraaihei

(vochtig)

*H2�40SubtypeB:Duinheidenmetkraaihei

(droog)

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypeduinheidenmetkraaiheiisvan

grootbelangenbevindtzichinonslandaande

zuidgrensvanhetareaal.Hetisaangemeldvoor

deoverwegendkalkarmeduingebiedentennoor-

denvanhetNoordzeekanaal.

Destaatvaninstandhoudingismatigongunstig,

omdatjongekorstmosrijkestadiameteenopen

vegetatiestructuursterkachteruitzijngegaan.In

DuinenTerschelling(4)enSchoorlseDuinen(86)

wordtdaaromverbeteringkwaliteitnagestreefd.

Jongestadiakunnenontstaandoorsuccessievan-

uitanderehabitattypen(grijzeduinen(*H2��0)

ofvochtigeduinvalleien(H2�90))enverjonging

vanhethabitattypezelf.

Geziendegroteoppervlaktewordtinallege-

biedenwaarvoorhethabitattypeisaangemeld,

behoudoppervlaktenagestreefd.Hethabitattype

magplaatselijktijdelijkafnementengunstevan

ontwikkelingvandehabitattypenwitteduinen

(H2�20),grijzeduinen(*H2��0)ofvochtigeduin-

valleien(H2�90),enverbeteringvandekwaliteit

vanhettypezelf.

*H2150 Duinheiden met struikhei

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

behoudkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypeduinheidenmetstruikheiisin

onslandvanaanzienlijkbelang.Hetissoorten-

arm,beslaatinNederlandkleineoppervlaktenen

bevindtzichhieraandenoordrandvanhetver-

spreidingsgebied.InNederlandishethabitattype

aangemeldvoorDuinenAmeland(5)enenkele

Zuid-HollandseenZeeuwseduingebieden.Omdat

destaatvaninstandhoudinggunstigis,wordt

behoudvanverspreiding,oppervlakteenkwaliteit

nagestreefd.

H2160 Duindoornstruwelen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteenbe-

houdkwaliteitvangoedontwikkeldevormenin

degebiedenwaarhettypeeenbelangrijkepositie

inhetduinlandschapinneemt.Enigeachteruit-

ganginoppervlakteistoegestaantengunstevan

uitbreidingoppervlaktevanhabitattypengrijze

duinen(*H2��0),vochtigeduinvalleien(H2�90)

ofduinbossen(H2�80),mitsdetotaleoppervlakte

vangoedontwikkeldevormennietafneemt.

Toelichting:

Nederlandisvanzeergrootbelangvoorhet

habitattypeduindoornstruwelenvanwegede

groteoppervlakteendeverscheidenheidaan

struweelsoortenindegoedontwikkeldevoor-

beelden.Onslandligtcentraalinhetversprei-

dingsgebiedenhettypeisvoordemeesteNatura

2000gebiedenaandekustaangemeld.Debeste

ontwikkeldevoorbeeldenwordenaangetroffen

inMeijendel&Berkheide(97),VoornesDuin

(�00),DuinenGoeree&KwadeHoek(�0�)en

KopvanSchouwen(��6).Indesterkontkalkte

duingebiedenkomengoedontwikkeldevormen

alleenvoorinrelatiefkalkrijkedelen,vooraldicht

achterdezeereep,zoalsinhetzuidwestenvan

DuinenenLageLandTexel(2).Omdathettypein

goedestaatvaninstandhoudingverkeerdenmet

eengrootoppervlaktevoorkomt,wordtbehoud

vangoedontwikkeldevormennagestreefd.

Omdatduindoornstruwelenzichplaatselijksterk

hebbenuitgebreidtenkostevanhabitattypen

grijzeduinen(*H2��0),ofvochtigeduinvalleien

(H2�90),magdeoppervlakteafnementengunste

vanuitbreidingvandezetypen.Dezesuccessie

speeltvooralindekalkrijkeduingebiedenvande

HollandseenZeeuwsekust.Plaatselijkentijdelijk

magdeoppervlaktevangoedontwikkeldeduin-

doornstruwelentevensafnementengunstevan

uitbreidingvanhabitattypeduinbossen(H2�80).

H2170 Kruipwilgstruwelen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreidinggoedontwikkeldevormen,

behoudmaarlokaaluitbreidingoppervlaktevan

goedontwikkeldevormenenbehoudmaarlokaal

verbeteringkwaliteit.Deoppervlaktematigont-

wikkeldevormenmagafnementengunstevan

uitbreidingvanhabitattypenvochtigeduinval-

leien(H2�90).

Toelichting:

Hethabitattypekruipwilgstruweleniswijdver-

spreidlangsdeAtlantischekust,waarbijonsland

centraalinhetareaalligt.Nederlandleverteen

grotebijdrageaandittype.Demeestewaddenei-

landen,DuinenDenHelderenCallantsoog(84),

Zwanenwater&Pettermerduinen(85),Noordhol-

landsDuinreservaat(87),Kennemerland-Zuid

(88),Coepelduynen(96)endriegebiedeninhet

Deltagebiedzijnaangewezenvoorhethabitat-

type.Indemeestegebiedenwordtbehoud

vandeoppervlaktegoedontwikkeldevormen

nagestreefdomdathettypeingunstigestaatvan

instandhoudingverkeerd.InDuinenDenHelder

-Callantsoog(84)wordtuitbreidingoppervlakte

vangoedontwikkeldevormennagestreefd.Voor

duurzaambehoudvangoedontwikkeldevormen

opdelangetermijn,moethethabitattypemet

enigeregelmaatopnieuwontstaandoorsucces-

sievanuithethabitattypevochtigeduinvalleien

(H2�90).

Page 177: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�77

H2180 Duinbossen

H2�80SubtypeA:Duinbossen(droog)

H2�80SubtypeB:Duinbossen(vochtig)

H2�80SubtypeC:Duinbossen(binnenduinrand)

Natura 2000 doel:

SubtypeA,duinbossen(droog):verbetering

verspreidingvangoedontwikkeldevormen,

behoudmaarlokaaluitbreidingoppervlaktevan

goedontwikkeldevormen,behoudmaarlokaal

verbeteringkwaliteit.

SubtypeB,duinbossen(vochtig):behoudversprei-

ding,behoudmaarlokaaluitbreidingoppervlakte

enverbeteringkwaliteit.

SubtypeC,duinbossen(binnenduinrand):behoud

verspreiding,behoudoppervlakteenbehoud

maarlokaalverbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypeduinbosseniszeldzaamlangsde

Europesekusten,maarkomtinonslandovereen

relatiefgroteoppervlaktevoorlangseengroot

deelvandeduinkust.Hetduineikenbos(subtype

A)enduinberkenbos(subtypeB)zijnminofmeer

totonslandbeperktebostypen.Daaromlevert

Nederlandeenzeergrotebijdragevoorsubtype

A,duinbossen(droog),ensubtypeB,duinbossen

(vochtig).DebijdragevoorsubtypeC,duinbos-

sen(binnenduinrand),isgrootenditsubtypeis

aangewezenvoorDuinenSchiermonnikoog(6),

Noordhollandsduinreservaat(87),Kennemerland-

Zuid(88),Meijendel&Berkheide(97),Solleveld

&Kapittelduinen(99),VoornesDuin(�00),Kop

vanSchouwen(��6)enMantelingvanWalche-

ren(��7).Uitbreidingoppervlaktevangoed

ontwikkeldevormenvansubtypeAenBwordt

beoogdinDuinenVlieland(�)DuinenTerschel-

ling(4)enDuinenSchiermonnikoog(6),omdat

opdewaddeneilandendeoppervlaktevandeze

habitattypenkleinis.Inenkeleduingebiedenvan

deHollandsevastelandskustwordtuitbreiding

oppervlakteofverbeteringkwaliteitvoordeze

tweesubtypennagestreefd.VoorsubtypeCwordt

indegebiedenbehoudnagestreefd.InVoornes

Duin(�00)enKopvanSchouwen(��6)magde

oppervlaktevanmatigontwikkeldevormenafne-

mentengunstevanhabitattypengrijzeduinen

(*H2��0)ofvochtigeduinvalleien(H2�90).

H2190 Vochtige duinvalleien

H2�90SubtypeA:Vochtigeduinvalleien(open

water)

H2�90SubtypeB:Vochtigeduinvalleien(kalkrijk)

H2�90SubtypeC:Vochtigeduinvalleien(ontkalkt)

H2�90SubtypeD:Vochtigeduinvalleien(hoge

moerasplanten)

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypevochtigeduinvalleienisinonze

kustduinenzeergevarieerd,wijdverspreiden

overeengroteoppervlakteontwikkeldzodat

onslandeenzeergroteverantwoordelijkheid

heeftvoorhetbehoudvandithabitattype.Het

typeisaangewezenvoorbijnaalleNatura2000

duingebiedenendaarnaastookvoorNoordzee-

kustzone(7),Grevelingen(��5),Westerschelde&

Saeftinghe(�22)endezoeteoptievanKrammer-

Volkerak(��4).Derelatievebijdragevoorsubtype

A,vochtigeduinvalleien(open water),subtype

B,vochtigeduinvalleien(kalkrijk),ensubtypeC,

vochtigeduinvalleien(ontkalkt),iszeergroot.Die

voorsubtypeD,vochtigeduinvalleien(hoge moe-

rasplanten),isaanzienlijk.SubtypeCheefteen

gunstigestaatvaninstandhouding,deoverige

subtypenhebbeneenmatigestaatvaninstand-

houding.VoorsubtypeA,vochtigeduinvalleien

(open water),ishetbelangrijkomdekwaliteit

teverbeteren:hierisvooralwinsttebehalenin

verbeteringkwaliteitvankranswierbegroeiingen

induinwateren.VoorsubtypeB,vochtigeduinval-

leien(kalkrijk),wordtdestaatvaninstandhou-

dingverbeterddooruitbreidingvanoppervlakte

en/ofverbeteringvankwaliteitopdemeeste

Waddeneilanden,demeestevastelandsduinenen

deKopvanSchouwen(��6).SubtypeC,vochtige

duinvalleien(ontkalkt)behoeftvooralverbetering

indeNoord-Hollandsevastelandsduinenwaar

hetareaalduinvalleisterkisafgenomen.Voor

subtypeD,vochtigeduinvalleien(hoge moeras-

planten),liggenverbeteropgavenopenkelewad-

deneilandeneninenkelevastelandsduinen.Al

dezeverbeterdoelensluitenaanopreedsingezet

hydrologischherstel(waddeneilanden,Hollandse

kust)enregeneratievanduinvalleieninduinge-

biedendiedoorwaterwinningzijnaangetast.

Voorduurzaamvoortbestaanvanjongestadia

enderijkevariatieaanvochtigeduinvalleien,

isvergrotingvandedynamiekvanwindenzee

noodzakelijkineendeelvandegebieden.Een

dergelijkeontwikkelingwordtnagestreefdop

plaatsenwaarditnietinconflictismetdeveilig-

heidvanhetachterliggendeland.

H2310 Stuifzandheiden met struikhei

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

InhetAtlantischedeelvanEuropaisNederland

vangrootbelangvoordithabitattypeomdateen

zeeraanzienlijkaandeelvanhetoppervlakin

Nederlandligt.Hettypeontstaatuitstuifzanden

enheefteenwarmendroogmicroklimaat.Voor

behoudvanorganismendieafhankelijkzijnvan

dittypezoalskevers,sprinkhanen,vlinders,rep-

tielen,vogels,maarookkorstmossenenpioniers

vanopenzand,ishetvanbelangdatstructuur

enfunctiesopordegebrachtworden.Hetzal

vaakgaanomhetverbindenvanleefgebieden

ofhetverbeterenvandevegetatiestructuur.Een

grotevariatieindeleeftijdvanheideplanten,een

afwisselingvanopenzand,heideenpioniergras-

landmetgeleidelijkeovergangennaarstruweel

(bijvoorbeeldbremstruweel)enbosisbelangrijk.

Gebiedenmetdegrootstebijdrageliggenin

hetmiddenenzuidenvanNederland:hetgaat

ondermeeromVeluwe(57)(metveruithetgroot-

steoppervlakte),LoonseenDrunenseduinen&

Leemkuilen(���)enMaasduinen(�45).Inhet

noordenishetDrents-FrieseWold&Leggelder-

veld(27)vangrootbelang.

H2320 Binnenlandse kraaiheibegroeiingen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting;

Binnenlandsekraaiheidebegroeiingenzijnte

beschouwenalsoudestadiavanstuifzandheiden

metstruikheiofvandrogeheiden.Kraaiheiis

dedominantesoort,hetmicroklimaatiskoelen

Page 178: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�78

relatiefvochtig.Hethabitattypeheefteenboreale

verspreiding.Nederlandisvangrootbelangvoor

dithabitattype.Destaatvaninstandhoudingis

matigongunstiggescoordophetaspectkwali-

teit.Hetlandelijkdoelisdaaromopbehoudop-

pervlakteenverbeteringkwaliteitgesteld.Lokaal

isverbeteringvandekwaliteitbelangrijkvoorhet

herstelvanpopulatiesvano.a.levermossenen

wolfsklauwendienationaalbedreigdzijn.

Hethabitattypekomtvooralvooropzandgron-

denvanhetDrentsplateau.Belangrijkegebieden

zijn:Bakkeveenseduinen(�7),DrentscheAa-

gebied(25),Drents-FrieseWold&Leggelderveld

(27),Dwingelderveld(�0)enHavelte-Oost(29).De

Veluwe(57)ishetzuidelijkstegebiedwaarbin-

nenlandsekraaiheidebegroeiingenvoorkomen.

H2330 Zandverstuivingen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Dehuidigezandverstuivingeninhetbinnenland

zijnslechtseenfractievandeoorspronkelijke

Atlantischewoestijnen.NietteminisNederland,

ondermeerdoorhetgroteareaaldekzanden,

binnenhetAtlantischegebiedvangrootbelang

voorbehoudvanhethabitattype.Destaatvan

instandhoudingiszeerongunstig;doorgebrek

aanopenheidkanhetzandnietstuiven,door

depositiewordthetstuivendezandversneld

vastgelegd.Hetareaalisdaaromafgenomen.De

soortendiepioniereninditstuivendzandzijn

vaakernstigbedreigd.Hetgaatomwarmtemin-

nendeinsecten,(korst)mossenenkortlevende

vaatplanten.

Verbeteringismogelijkdoortewerkenaan

eengunstigevegetatiestructuur.Meerruimte

voornatuurlijkeprocessenzoalsverstuivingzal

resultereninvoldoendeafwisselingtussenopen

zand,jongepionierstadiaenouderestadiamet

natuurlijkegraslanden.Grotestuifzandenzijn

tevensvanbelangvoorsoortenalstapuit(A277),

draaihals(A2��),duinpieper(A255),nachtzwaluw

(A224),mitserookeenafwisselingmetheideen

bosis.Juistdeafwisselingvan(groteofkleine)

zandverstuivingenmethabitattypestuifzand-

heidenmetstruikhei(H2��0),isvooreengroot

aantaldierenbelangrijk.Omdezeredenzijnin

veelheidegebiedenvandehogerezandgronden

zowel(kleinere)stuifzandenalsstuifzandheiden

metstruikheigecombineerdalsdoel.Belangrijke

gebiedenzijno.a.:Veluwe(57),metmeerdere

grotestuifzandgebieden,Drents-FrieseWold&

Leggelderveld(27)enLoonseenDrunenseDui-

nen&Leemkuilen(���).

H3110 Zeer zwakgebufferde vennen

Natura 2000 doel:

Verbeteringverspreiding,uitbreidingoppervlakte

enverbeteringkwaliteit.Verbeteringverspreiding

wordtoplangetermijngerealiseerdingebieden

aangewezenvoorhabitattypezwakgebufferde

vennen(H���0).

Toelichting:

Hethabitattypezeerzwakgebufferdevennenis

inEuropabeperkttothetboreaal-atlantischege-

bied.Nederlandbevindtzichaandeoostrandvan

hetverspreidingsgebiedenisbelangrijkvoorde

Atlantischeregio.Hoeweldebegroeiingenslechts

overeenkleineoppervlaktevoorkomen,ishet

habitattypewelvanzeergrootbelangdoorde

bijzonderesoortensamenstelling:eencombinatie

vansoortenmeteenatlantischareaalensoorten

meteencontinentaleverspreiding.Bovendien

zijndevensystemenbijdithabitattypebijzonder

vanwegehungeomorfologie:relatiefondiepe,

zandigevennen.

Destaatvaninstandhoudingiszeerongunstigals

gevolgvaneensterkeachteruitganginversprei-

ding,oppervlakteenkwaliteit.Behoudvande

goedevoorbeeldendievoorkomeninBergven-

nen&BrecklenkampseVeld(46),Strabrechtse

Heide&Beuven(��7)enSarsven&DeBanen

(�46)staatvoorop.Doorherstelvangroteven-

complexenoplandschapsschaalkaneensituatie

gecreëerdwordenwaarinhabitattypezeerzwak

gebufferdesystemen(H���0),enhabitattype

zwakgebufferdevennen(H���0),naastelkaar

voorkomenonderrelatiefduurzamecondities.

HiervoorbestaanmogelijkhedeninBrabantse

Wal(�28)enStrabrechtseHeide&Beuven(��7).

Verbeteringvankwaliteitwordtindemeeste

gebiedennagestreefd.Deuitbreidingvanop-

pervlakteinBrabantseWal(�28)enStrabrechtse

Heide&Beuven(��7)iscruciaalvooreensub-

stantiëlevergrotingvandelandelijkeoppervlakte.

H3130 Zwakgebufferde vennen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudmaarlokaal

uitbreidingoppervlakteenbehoudmaarlokaal

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Nederlandheeftvoordithabitattypezwak

gebufferdevenneneenzeergrootbelanggezien

decentraleliggingvanhetlandinhetversprei-

dingsgebiedvandeoeverkruid-klasseende

aanwezigheidvanbijzondereAtlantischesoorten.

Destaatvaninstandhoudingismatigongunstig

dooronvoldoendeoppervlakteenonvoldoende

kwaliteit.Wegensgenoemdrelatiefbelangenhet

sterkversnipperdevoorkomenishetaangewezen

voorveelNatura2000gebiedenopdepleistocene

zandgronden.Ineendeelvandegebiedenwordt

uitbreidingoppervlakteen/ofverbeteringkwa-

liteitnagestreefd.Invennenwaarhabitattypen

zeerzwakgebufferdevennen(H���0),enzwak

gebufferdevennen(H���0),samenvoorkomen,

ishetbehoudvanzeerzwakgebufferdevennen

voldoendegarantievoordeaanwezigheidvan

zwakgebufferdevennen.

H3140 Kranswierwateren

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

HethabitattypekranswierwaterenisinEuropa

wijdverspreid,maardeplantengemeenschappen

dieinonslandbinnendithabitattypevoorko-

menzijninWest-Europavrijwelbeperkttotde

Noordwest-Europeselaagvlakte.Degroteplassen

enmerenmetkranswiereninonslandbehoren

bovendientotdegrootstevindplaatsenvanhet

habitattypeinEuropa.Ookisdesoortenrijkdom

inonslandhoog:vanderuim40kranswiersoor-

teninEuropakomtdehelftinonslandvoor.

Nederlandisdaaromvanzeergrootbelangvoor

dittype.Destaatvaninstandhoudingisechter

Page 179: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�79

zeerongunstig,vooraldooreenzeerongunstig

toekomstperspectief.Deduurzaamheidvande

groteoppervlakteinhetIJsselmeer(72),Marker-

meer&IJmeer(7�)enVeluwerandmeren(76)is

onzekerdoorongunstigeecologischerandvoor-

waarden.Voordeduurzaamheidvanhetareaal

wordtdaarominenkeleperspectiefvollemeren

enmoerasgebieden,opdeovergangvanzand

naarveenuitbreidingoppervlaktenagestreefd.

IndegebiedenWieden(�4),Weerribben(�5),

OostelijkeVechtplassen(65),VlijmensVenen

Moerputten&BosscheBroek(��2)wordtook

verbeteringvandekwaliteitbeoogddoorlokale

verbeteringvandewaterkwaliteit.

H3150 Meren met krabbenscheer en

fontein-kruiden

Natura 2000 doel:

Verbeteringverspreiding,uitbreidingoppervlakte

enverbeteringkwaliteit.InhetNatura2000land-

schaprivierengebiedligteenspecialeopgave

voorverbeteringverspreiding,uitbreidingop-

pervlakteenverbeteringkwaliteitvankrabben-

scheerbegroeiingenendedaaraangekoppelde

fauna.

Toelichting:

Ondankshetfeitdatdemeestemerenenplassen

inonslandzijnontstaanalsgevolgvanmense-

lijkeactiviteitenzoalsverveningenbedijking,

zijndehierinaanwezigebegroeiingenvanhet

habitattypemerenmetkrabbenscheerenfon-

teinkruiden,zoweldoorhunuitgestrektheidals

doorhunrepresentatievesoortensamenstelling,

vanzeergrootbelang.Ditgeldtinhetbijzonder

voordefonteinkruidgemeenschappenindegrote

laagveenplassenenderandmeren.Hethabitatty-

peisinhetNatura2000landschapRivierengebied

indevormvankrabbenscheerbegroeiingenende

daaraangekoppelderijkefaunamomenteelna-

genoegverdwenen.Destaatvaninstandhouding

ismatigongunstigvooralleaspecten.Hettypeis

aangewezenvoordeNatura2000gebiedeninhet

bovenrivierengebied,hetbinnenlandsedeelvan

hetNatura2000landschapMerenenMoerassen

enderandmeren.Ineenaanzienlijkdeelvande

gebiedenwordtuitbreidingoppervlakteenverbe-

teringkwaliteitnagestreefddoorhetverbeteren

vandewaterkwaliteit.InhetNatura2000land-

schapRivierengebiedishettypeookaangewezen

alscomplementairdoelvoorUiterwaardenIJssel

(�8),tenbehoevevaneenvoldoendegrotedek-

kingvankrabbenscheerbegroeiingen.

H3160 Zure vennen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudmaarlokaaluitbrei-

dingoppervlakteenverbeteringkwaliteitvange-

degradeerdezurevennen.Inhetbijzonderwordt

uitbreidingoppervlakvanvormenmetdrijvende

egelskopenveenbloembiesnagestreefd.Een

deelvandezurevennenkanzichdoorverlanding

ontwikkelennaarhabitattypeactievehoogvenen

(heideveentjes)(H7��0_B).

Toelichting:

HethabitattypezurevennenkomtinEuropawijd

verspreidvoor,zowelinhetlaaglandalsinde

bergen.Ininternationaalopzichtzijnvooralde

zurevennenmetbegroeiingenmetdrijvende

egelskopvanbetekenis.Hetrelatiefbelangis

grootendestaatvaninstandhoudingmatigon-

gunstig.Hettypeisaangewezenvooreengroot

deelvandeNatura2000gebiedenopdehogere

zandgronden.Uitbreidingoppervlaktewordtbe-

oogdinDwingelderveld(�0),Leenderbos,Groote

Heide&DePlateaux(��6)enMaasduinen(�45)

enverbeteringkwaliteitindemeestegebieden

waarvoorhettypeisaangewezen.DeDwingel-

derveld(�0),VechtenBeneden-Reggegebied(�9),

Drents-FrieseWold&Leggelderveld(27)zijnmet

namevanbelangvoorvormenmetdrijvende

egelskopenveenbloembies.Deherstelopgaveis

naastdevegetatievooralookergbelangrijkvoor

defaunavandezevennen.

H3260 Beken en rivieren met waterplanten

H�260SubtypeA:Bekenenrivierenmetwater-

planten(waterranonkels)

H�260SubtypeB:Bekenenrivierenmetwater-

planten(grote fonteinkruiden)

Natura 2000 doel:

SubtypeA,bekenenrivierenmetwaterplanten

(waterranonkels):verbeteringverspreiding,uit-

breidingoppervlakteenverbeteringkwaliteit.De

verspreidingdientvooralverbeterdtewordenin

delaaglandbekenendeduinen.

SubtypeB,bekenenrivierenmetwaterplanten

(grote fonteinkruiden):behoudverspreiding,

uitbreidingoppervlakteenbehoudkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypebekenenrivierenmetwater-

plantenkomtverspreidvoorindecollieneen

montanegebiedenvanMiddenenZuid-Europa.

SubtypeA,bekenenrivierenmetwaterplanten

(waterranonkels),isvangrootbelangdoorde

aanwezigheidvanbegroeiingenmetklimopwa-

terranonkeldiebeperktzijntotdeAtlantische

delenvanEuropa(Zuid-ZwedentotPortugal),een

gebiedwaarindezebegroeiingenvrijweloveral

bedreigdzijn.Ookvoordelaagland-begroeiingen

metwaterviolierneemtonslandeencentrale

plaatsin.SubtypeB,bekenenrivierenmetwater-

planten(grote fonteinkruiden),isvanaanzienlijk

belang.Beidesubtypenverkereninmatigongun-

stigestaatvaninstandhouding.SubtypeAkomt

vooralinLimburgnogingoedeomstandigheden

voor,maariseldersinhetlandsterkachteruitge-

gaan.Invrijwelallegebiedenwordtverbetering

kwaliteitvanhetsubtypenagestreefd.Indedui-

nenkanhettypehersteldwordeninduinrellen,

diemomenteelopverschillendelocatieshersteld

worden.SubtypeBisbetrekkelijkzeldzaaminons

land.Uitbreidingoppervlaktewordtnagestreefd

inUiterwaardenIJssel(�8).

H3270 Slikkige rivieroevers

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypeslikkigerivieroeverskomtwijd

verspreidvoorlangsdegroterivierenindelaag-

vlakteenheuvellandenvanhetgematigdedeel

vanEuropa.Hetgaatomkortlevendevegetaties

dieherenderverschijnenoptijdelijkdroogval-

lendeoeversofzandbanken.Lagewaterstanden

indezomerzijndaaromvangrootbelang.Het

relatiefbelangisgrootendestaatvaninstand-

houdingismatigongunstig.Hetoppervlakis

afgenomen,inhetbenedenrivierengebieddoor

afsluitingvandeHaringvliet(�09)eninandere

gebiedendooropstuwenvanderivierendoor

Page 180: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�80

steenstortlangsdeoevers.Inhetzoetwater-

deltagebiedisdekwaliteitbijzonderdoorhet

voorkomenvaneenpioniergemeenschapdie

alleenhiergoedontwikkeldvoorkomt.Eendeel

vandetypischesoorteniszeldzaamenbedreigd.

Doorhetgravenvannevengeulenenverwijderen

vanvervuildeslibontstaanlangsdegrotervieren

meermogelijkhedenvoordittype.

Doorhetwijdverspreidevoorkomenligtslechts

eenkleindeel(naarschattingmaximaal20%)van

hettypeinHabitatrichtlijngebieden,maareen

aanzienlijkdeel(circa80%)inhetgeheleNatura

2000netwerk(dusincl.Vogelrichtlijngebieden).

Hettypeiso.a.aangewezenvoordeHabitatricht-

lijngebiedenlangsdegroterivieren,Haringvliet

(�09)enBiesbosch(��2)enalscomplementair

doelvoordeVogelrichtlijngebiedenUiterwaar-

denIJssel(�8)enUiterwaardenWaal(68).Inde

meestegebiedenishetdoelgesteldopgesteld

opuitbreidingoppervlakte.OokvoorHaringvliet

(�09)isuitbreidingalsdoelgesteld,ditismoge-

lijkdoorontpolderingendoordetoenamevan

degetijdeninvloedbijinvoeringvandekiervari-

ant.Daarmeewordtdesterkeachteruitgangvan

dittypeindegetijdenzonevanhetbenedenri-

vierengebiedenigszinsongedaangemaakt.In

deBiesbosch(��2)wordtbehoudoppervlakte

nagestreefd.

Voordelangeretermijnisvoldoenderuimtevoor

rivierdynamiek(overstromingmetsedimentatie-

enerosieprocessen)vanbelangvoorbehoudvan

hettype.

H4010 Vochtige heiden

H40�0SubtypeA:Vochtigeheiden(hogere zand-

gronden)

H40�0SubtypeB:Vochtigeheiden(laagveenge-

bied)

Natura 2000 doel:

SubtypeA,vochtigeheiden(hogere zandgron-

den):behoudverspreiding,behoud,maarlokaal

uitbreidingoppervlakteenverbeteringkwaliteit.

SubtypeB,vochtigeheiden(laagveengebied):

behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakte

enbehoudkwaliteit.Deuitbreidingoppervlakte

vindtplaatsmethetoogopduurzaambehoud

vanvormenmeteengoedekwaliteit(verbetering

structuur&functie).

Toelichting:

HethabitattypevochtigeheidenkomtinEuropa

voorineenbredestrooklangsdeAtlantische

kust.SubtypeA,vochtigeheiden(hogere zand-

gronden),behoortinNederlandtotdemeest

uitgestrekteenbestbewaardevoorbeeldenen

heeftdaaromeenzeergrotebijdrage.SubtypeB,

vochtigeheiden(laagveengebied),isinEuropa

totnutoealleenbekenduitmoerasgebiedenin

Laag-Nederlandenheeftdusookeenzeergrote

bijdrage.Beidesubtypenverkerenineenmatige

ongunstigestaatvaninstandhouding.SubtypeA

isaangemeldvoorbijnaalleNatura2000gebie-

denopdehogerezandgronden.Eenbelangrijke

bijdragewordtgeleverddoorDrents-FrieseWold

&Leggelderveld(27),Dwingelderveld(�0),Veluwe

(57),Kampina&OisterwijkseVennen(���)en

Leenderbos,GrooteHeide&DePlateaux(��6).

Uitbreidingoppervlakteenverbeteringkwaliteitis

alsdoelgesteldvoordemeestegebiedenophet

Drentsplateau,Veluwe(57),Leenderbos,Groote

Heide&DePlateaux(��6)enenkelegebieden

inhetoostelijkeenzuidelijkedeelvanonsland.

DooruitbreidingvanoppervlaktevansubtypeA,

vochtigeheiden(hogere zandgronden)ontstaan

ookkansenvoorhabitattypepioniervegetaties

metsnavelbiezen(H7�50).Eenspecialeherste-

lopgavevoorhetsubtypeligtindebeekdalen

waarhethabitattypeonderdeeluitmaaktvande

gradiëntvanhogerezandgrondennaardebeek.

SubtypeB,vochtigeheiden(laagveengebied),is

aangemeldvooreentientalmeren&moerasge-

biedeninNoord-Nederland,Noord-Hollanden

hetgroenehart.Ineengrootdeelvanhetgebied

wordtuitbreidingoppervlaktenagestreefd.Alde

Feanen(��)ishetenigegebiedmeteendoelvoor

verbeteringkwaliteitdiekanoptredenbijverdere

ontwikkelingvanditsubtype.

H4030 Droge heiden

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakte

enverbeteringkwaliteit.Behoudvandegoede

voorbeeldenstaatvoorop.Naastherstelvande

heideflora,bestaateenherstelopgavevoorde

faunavandittype.Vooreendergelijkekwaliteits-

verbeteringisopveelplaatsenuitbreidingvan

oppervlaktenoodzakelijk,metvoldoendegeleide-

lijkeovergangennaarbos.

Toelichting:

Hethabitattypedrogeheidenkomtwijdverspreid

voorinhetAtlantischeensub-Atlantischedeel

vanEuropa.Andersdanhabitattypestuifzandhei-

denmetstruikhei(H2��0),isde‘drogeEuropese

heide’nietbeperkttothetlaagland,maarstrekt

hetzichookuittothetheuvellandendemontane

delenvanmiddelgebergten.Nederlandleverteen

grotebijdrageaanhetbehoudvandithabitattype

doordelokaalgroteoppervlakte.Bovendienisde

aanwezigheidvanstuwwallen,dievooreengroot

deeldeondergrondvormenvoordithabitattype,

eeninEuropeesopzichtbijzonderfenomeen.Het

typeverkeertineenzeerongunstigestaatvan

instandhouding.Daaromwordtineenbelangrijk

deelvandegebiedenuitbreidingoppervlaktenage-

streefd(gebiedeninOost-Nederland,Veluwe(57))

enverbeteringkwaliteit(gebiedeninNoord-en

Zuid-Nederland).Daarnaastisbehoudvandegoede

voorbeeldenbelangrijk.

H5130 Jeneverbesstruwelen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteenverbe-

teringkwaliteit.

Toelichting:

Nederlandisvoorhethabitattypejeneverbesstruwe-

lenvangemiddeldbelang,destaatvaninstandhou-

dingismatigongunstig.Hettoekomstperspectief

speeltdaarbijeenrol.Geziendeouderdomvande

struwelenisteverwachtendathetareaalvanaf2020

verderzalafnemen.Verjongingisvoorduurzaam

behoudeneengoedekwaliteiteenvereiste.Hetis

echternietzekerofdegewensteverjonginginjene-

verbestruwelenookhaalbaaris.Eenlichtetoename

vanhetaantalkiemplantenkanverklaardworden

uitrecenteverbeteringvandeluchtkwaliteit.

DegebiedenDwingelderveld(�0),Drouwenerzand

(26),Mantingerzand(�2),Borkeld(44),Veluwe(57)

enBoschhuizerbergen(�44)levereneenbelangrijke

bijdragedoorhetgrote(aaneengesloten)areaal.

Page 181: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�8�

*H6110 Pionierbegroeiingen op rotsbodem

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Uitbreidingvanoppervlakteenkwaliteitwordt

nietdirectvoorhethabitattypepionierbegroeiing

oprotsbodemzelfbeoogd,maarvoorverbete-

ringleefgebiedvanwarmteminnendesoorten:

vooralinsectenzoalsdwergblauwtjevandeZuid-

Limburgseschraallanden.Verbeteringisverder

vanbelangvoorplantenalstengereveldmuur,

berggamanderenmossen,alskleinklokhoedje

enhakigkronkelbladmos.Vergrotingvanhetop-

pervlakzalslechtsopbescheidenschaalkunnen

plaatsvinden.Hettypekanwordenhersteldop

plaatsenwaarkalkrotsenindeloopvandetijd

metstruikenenbomenzijnoverwoekerdofop

steilewandenvanmergelgroeven.

Nederlandisvanmarginalebetekenisvoorbe-

houdvanhettypeinEuropa.

*H6120 Stroomdalgraslanden

Natura 2000 doel:

Verbeteringverspreiding,uitbreidingoppervlakte

enverbeteringkwaliteit.

Toelichting:

StroomdalgraslandenhebbeninEuropaeen

beperkteverspreiding.Degenoemdeplanten-

gemeenschappenzijnbeperkttothetlaagland

vanNoordwest-Europa(oostelijktotinde

BaltischeStaten)meteenzwaartepuntinons

land.InanderedelenvanEuropahebbendroge

graslandenlangsderiviereneenanderesoorten-

samenstelling.Daaromisonslandvanzeergroot

belang.Omdatdestaatvaninstandhoudingzeer

ongunstigis,wordtindemeestegebiedenlangs

degroteeneenaantalkleinerivierentoename

locaties,uitbreidingoppervlakteenverbetering

kwaliteitnagestreefd.DaarbijleverenUiterwaar-

denIJssel(�8),UiterwaardenWaal(68),Uiter-

waardenLek(82)eenbelangrijkebijdrageaande

kalkrijkevormenVechtenBeneden-Reggegebied

(�9)eenbelangrijkebijdrageaandekalkarme

vorm.Opdekortetermijnstaatbehoudvande

goedevoorbeeldenvoorop.Voorherstelvanhet

habitattypestroomdalgraslandenoplocaties

metverarmdevormen,ofuitbreidingvanhet

habitattypeopnieuwelocaties,isopdelangere

termijneenverhoogderivierdynamieknodig,met

voldoendeafzettingvanzandenincidenteleover-

stromingen.Omverdereachteruitgangvanhet

habitattypestroomdalgraslandentevoorkomen

zoueenstriktebeschermingvanderesterende

locatiesmetstroomdalgraslandenmoetenplaats-

vinden,zowelbinnenalsbuitenhetNatura2000

netwerk.

*H6130 Zinkweiden

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Invergelijkingmetsommigeterreineninnaburig

BelgiëenDuitsland,waarzinkplantenindedirec-

teomgevingvandeertsmijnenopdestorthopen

vandeertswinningoptimaleomstandigheden

vinden,neemtdezinkfloraopNederlandsterrein

slechtseenmarginaleplaatsin.DeNederlandse

begroeiingenzijnEuropeesbeziendanookniet

vanspecialebetekenisdooromvangofligging.

Daarstaattegenoverdatsommigevandeken-

merkendesoorten,waaronderhetzinkviooltje,

eendermatekleinareaaleneendusdaniggering

aantalvindplaatsenbezitten,datdeenigeNeder-

landselocatie–inhetGeuldal–vangrootbelang

is.Desoortensamenstellingwijkthiersterkafvan

delocatiesmetzinkfloraopvoormaligemijnter-

reineninnaburigBelgiëenDuitsland.Vanwege

dezeerongunstigestaatvaninstandhouding

wordtvoorhetGeuldal(�57)uitbreidingopper-

vlakteenverbeteringkwaliteitnagestreefd.

*H6210 Kalkgraslanden

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

KalkgraslandenkomeninEuropawijdverbreid

voorenhebbeninNederlandwegensdegeo-

logischegesteldheideengeringeoppervlakte.

Desondanksishetbelangzeergroot.Grote

betekenismoetwordengehechtaandeklein-

schaligesettinginhetlandschapmetfijnkorrelige

vegetatiecomplexenenaanderelatieverijkdom

aanorchideeën,waaraanbijzonderewaarde

wordtgehecht(prioritairhabitattype).Ookwordt

hetrelatievebelangvandekalkgraslandenin

Nederlandsteedsgroteromdatdebiologische

kwaliteitvandezegraslandenindeonsomrin-

gendelandenopveelplaatsennogsteedsach-

teruitgaat,terwijldenegatievetrendinonsland

alzo’ntwintigjaargeledeneenhalttoegeroepen

is.Momenteelisdestaatvaninstandhouding

matigongunstigdooreengeringeoppervlakte

entelagekwaliteit.Hettypeisaangewezenvoor

eenzestalgebiedeninhetNatura2000landschap

Heuvelland.Ineengedeeltewordtuitbreiding

nagestreefdoppotentievollelocatieseninde

meesteverbeteringvandekwaliteit.Mogelijkhe-

dentotherstelvangroterevegetatiecomplexen

metkalkgraslandbestaanaandenoordrandvan

hetplateauvanUbachsberg(Kunderberg(�58)),

inhetdalvandeSinselbeektussenWittemen

Nijswiller,inhetGerendal,hetGulpdal,deomge-

vingvanFromberg(metdeWrakelberg)(allebe-

horendbijGeuldal(�57)),deSt.Pietersberg(Sint

Pietersberg&Jekerdal(�59)),deBemelerberg

enSchiepersberg(Bemelerberg&Schiepersberg

(�56))enopdeGulpenerberg.

*H6230 Heischrale graslanden

Natura 2000 doel:

Verbeteringverspreidingvangoedontwikkelde

vormen,uitbreidingoppervlakteenverbetering

kwaliteitinallelandschappenwaarhettypevoor-

komt(Hogerezandgronden,Beekdalen,Duinen

enHeuvelland).

Toelichting:

HeischralegraslandenkomeninEuropawijd

verspreidenovergroteoppervlaktenvoorin

gebergten,maarzijninhetlaaglandbetrekkelijk

zeldzaamenbeperkttotkleineoppervlakten.De

heischralegraslandeninonslandhebbenalle

betrekkingopdelaaglandvormvanhethabitat-

type,waarvoorNederlandcentraalinhetareaal

ligt.Dezelaaglandvormwordtinonslandnaar

verhoudingineenbetrekkelijkgroteoppervlakte

aangetroffen.InhetZuid-Limburgseheuvelland

Page 182: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�82

makendeheischralegraslandenonderdeeluit

vankleinschaligemozaïekenmetondermeer

habitattypekalkgraslanden(H62�0),diebinnen

Noordwest-Europazeerzeldzaamzijn.Hetrelatief

belangvanheischralegraslandeniszeergroot.

Opalleaspectenheefthettypeechtereenzeer

ongunstigstaatvaninstandhouding.Daarom

wordtinveelvandegebiedenwaarvoorhetis

aangewezenuitbreidingoppervlakteenverbete-

ringkwaliteitnagestreefd.

DegebiedenindeNatura2000landschappen

Hogerezandgronden,Beekdalen,Duinenenhet

Heuvellandzijnaangewezenwegenshetzeerver-

snipperdevoorkomenvanheischralegraslanden

endeelskleineoppervlaktenvanlocaties.Aan-

meldingvoorrelatiefveelgebiedenisnoodzake-

lijkvoorhetbehoudvandegroteecologischeva-

riatievandithabitattype.Behoudvandeweinige

goedevoorbeeldenvanheischralegraslanden

dientvooroptestaan.WatbetreftdeNatura2000

landschappenHogerezandgrondenenBeekdalen

isdeinzetgerichtopherstelvandezegraslanden

indegradiëntvanheidenaarbeekdalen.Hierbij

kanhetzijndatdehuidige(verarmde)voorbeel-

denvanhethabitattypeheischralegraslandenin

eenbeekdalwordenomgevormdnaarhabitat-

typeblauwgraslanden(H64�0),terwijlhettype

hogerindegradiëntontwikkeldkanworden.

VoorHeuvellandkanhettypedeeluitmakenvan

groterevegetatiecomplexenmethabitattypekalk-

graslanden(*H62�0).Indeduinenisuitbreiding

van(vochtige)heischralegraslandenmogelijkaan

debinnenduinrandeninduinvalleien.Hettype

heeftopleemrijkebodemsdebestepotentiesdie

metnatuurherstelkunnenwordenbenut.

H6410 Blauwgraslanden

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Blauwgraslandheefteenklein,Atlantischareaal

(vanNoord-FrankrijkenIerlandtotNoord-Duits-

land),waarinNederlandcentraalgelegenisen

hetmerendeelvandeoppervlaktebevat.Deze

vegetatiesvallenonderGraslandmetMolinia

opkalkhoudende,venigeoflemigebodem

(Eu-Molinion),maarhebbeneigensoorten.Ons

landisindeAtlantischeregiodanookvanzeer

grootEuropeesbelangvanwegedeafwijkende

soortensamenstelling,degeografischeligging

endeoppervlakte.Omdatdestaatvaninstand-

houdingzeerongunstigis,wordtineengroot

deelvandegebiedenwaarvoorhethabitat-

typeisaangemeld,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteitbeoogd.Hethabitattype

blauwgraslandenwasooiteenwijdverbreid

graslandtype,metnameinhetlaagveenge-

biedenvanFriesland,UtrechtenZuid-Holland,

maarkwamookvoorinkomkleigebiedeninhet

rivierengebied,kwelgebiedeninbeekdalenofin

overgangenvanzandgrondennaarlaagveenof

hoogveen,inontgonnenduinvalleien,debinnen-

duinrandeninlaagtenvanheideterreinen.Het

typeiszeergevarieerddoordezeerverschillende

omstandighedenwaarinhetkanvoorkomen.

Herstelopgroteschaalisnietmogelijk,invrijwel

alleaangewezengebiedengaathetomzeer

kleineoppervlakten.Doormetdekeuzevande

gebiedenrekeningtehoudenmetdelandschap-

penwordtookdegroteecologischevariatievan

hethabitattypeblauwgraslandenbehouden.

Debestemogelijkhedenvooruitbreiding(inclu-

siefherstel)liggenindeNatura2000landschap-

penBeekdalenenHogerezandgronden.Ze

doenzichvoorindenabijheidvanbestaande

blauwgraslandenoplocatieswaardebasenvoor-

ziening(kalk)opordeisenhetaanwezigeijzerin

debodemzorgtvoorvastleggingvanfosfaat.Het

kangaanomzandgebiedenmeteenleemhou-

dendebodemenmettoestromendgrondwater

vanlokaleherkomstofombestaandezeer

sterkekwelgebieden.HetgebiedBinnenveld(65)

voldoethetmeestaandezecriteria.Inhetlaag-

veengebiedzaluitbreidingenverbeteringvan

dekwaliteitmoeilijkerterealiserenzijn,maar

omdatdesoortensamenstellinghierandersis,

isdezedoelstellingtevensvanbelang.Hetzelfde

geldtvoordeduinen,waardebestemogelijk-he-

denvoorrealiseringvandezedoelstellinginde

binnenduinrandliggen.

H6430 Ruigten en zomen

H64�0SubtypeA:Ruigtenenzomen(moeras-

spirea)

H64�0SubtypeB:Ruigtenenzomen(harige

wilgenroosje)

H64�0SubtypeC:Ruigtenenzomen(droge

bosranden)

Natura 2000 doel:

SubtypeA,ruigtenenzomen(moerasspirea):

behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

behoudkwaliteit.

SubtypeB,ruigtenenzomen(harige wilgenroos-

je):behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakte,

behoudkwaliteitenverbeteringkwaliteitvande

brakkevarianten.

SubtypeC,ruigtenenzomen(droge bosranden):

behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

uitbreidingkwaliteit.

Toelichting:

Denattestrooiselruigtenvanbrakmilieuenzoet-

watergetijdezijnsterkbedreigd(subtypeB,ruig-

tenenzomen(harig wilgenroosje)).Hetvergroten

vandezoutwaterinvloedenisvanbelangvoor

behoudvanderesterendevoorbeeldenvandeze

begroeiingenenvooruitbreidingvanoppervlakte

enverbeteringvankwaliteitvangedegradeerde

vormen.KansenhiertoeliggenbijdeAfsluitdijk

(gradiëntWaddenzee-IJsselmeergebied),bijafge-

slotenzeearmeninhetDeltagebied(metname

Haringvliet(�09))eninNoord-Holland(meer

zoutwaterinvloedviaNoordzeekanaal).Voorde

getijdenvariantisvooralhetbehoudvandeOude

Maasalsgetijdenriviermetbredeoeverlanden

vanvitaalbelang,omdatdezezeldzameassocia-

tiehierhetbestontwikkeldis.Goedekansenvoor

uitbreidingoppervlakteenverbeteringkwaliteit

vansubtypeC,ruigtenenzomen(droge bos-

randen),liggenrespectievelijkinnatuurontwik-

kelingsgebiedenenophistorischevindplaatsen

langsdegroterivierenenLimburgsebeken.

H6510 Glanshaver- en vossenstaarthooilanden

H65�0SubtypeA:Glanshaver-envossenstaart-

hooilanden(glanshaver)

H65�0SubtypeB:Glanshaver-envossenstaart-

hooilanden(grote vossenstaart)

Page 183: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�8�

Natura 2000 doel:

SubtypeA,glanshaver-envossenstaarthooilanden

(glanshaver):behoudverspreiding,uitbreidingop-

pervlakte,verbeteringkwaliteit.

SubtypeB,glanshaver-envossenstaarthooilanden

(grote vossenstaart):behoudverspreiding,uitbrei-

dingoppervlakte,verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

GoedevoorbeeldenvansubtypeA,glanshaver-en

vossenstaarthooilanden(glanshaver),komenvoor

opnietvergraven,hooggelegenuiterwaarden.Het

subtypeB,glanshaver-envossenstaarthooilanden

(grote vossenstaart),omvatkievitsbloemhooilanden

enweidekervelgraslanden.Herstelvandekievits-

bloemhooilandeninZuid-Hollandisvangrootbe-

langvanwegebehoudvandegeografischespreiding

vanhettype.

*H7110 Actieve hoogvenen

*H7��0SubtypeA:Actievehoogvenen(hoogveen-

landschap)

*H7��0SubtypeB:Actievehoogvenen(heideveen-

tjes)

Natura 2000 doel:

SubtypeA,actievehoogvenen(hoogveenlandschap):

verbeteringverspreiding,uitbreidingoppervlakte,

verbeteringkwaliteit.Dittypewordtherstelddoor

ontwikkelingvanuithabitattypeherstellendehoog-

venen(H7�20).

SubtypeB,actievehoogvenen(heideveentjes):

behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakte,verbe-

teringkwaliteit.

Toelichting:

UitbreidingvansubtypeA,actievehoogvenen

(hoogveenlandschap)wordtgezochtindebestaan-

dehoogveengebiedenenuitbreidingvansubtypeB,

actievehoogvenen(heideveentjes)oplocatiesmet

gedegradeerdevormenendoorverdereverlanding

vanhabitattypezurevennen(H��60).Indiverse

hoogveengebiedenmethabitattypeherstellende

hoogvenen(H7�20),ishettypecomplementairdoel

(voorwanneeroplangetermijnontwikkelingnaar

levendhoogveenoptreedt).Voordelangeretermijn

ishetvooreengoedestaatvaninstandhoudingvan

belangomdemogelijkhedenvoorontwikkelingvan

levendehoogveneninhetNatura2000landschap

MerenenMoerassenteonderzoeken.

H7120 Herstellende hoogvenen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteenver-

beteringkwaliteit.Verbeteringkwaliteitisveelal

gerichtopherstelvanhabitattypeactiefhoog-

veen(hoogveenlandschap)(H7��0_A).Optermijn

magdeoppervlakteherstellendehoogvenendan

ookafnementengunstevanactiefhoogveen.

Toelichting:

Dedoelstellingenvandittypezijnvooralgericht

opherstelvanoplandschapsschaalfunctione-

rendehoogvenenmetdaarinactievekernenvan

habitattypeactievehoogvenen(H7��0).

H7140 Overgangs- en trilvenen

H7�40SubtypeA:Overgangs-entrilvenen(trilve-

nen)

H7�40SubtypeB:Overgangs-entrilvenen(veen-

mosrietlanden)

Natura 2000 doel:

SubtypeA,overgangs-entrilvenen(trilvenen):

verbeteringverspreiding,uitbreidingopper-

vlakteenverbeteringkwaliteit.

SubtypeB,overgangs-entrilvenen(veenmosriet-

landen):verbeteringverspreiding,uitbreiding

oppervlakteenverbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Voorhetbehoudvantrilvenenenveenmos-

rietlandenoplangeretermijndienenjongere

successiestadiahersteldteworden(inpetgaten

enaanluweoevers)eniseenadequaatbeheer

vereist,waarbijverbossingzoveelmogelijkwordt

voorkomen.Kansenvoornieuwvormingvan

hethabitattypeovergangs-entrilvenen(endus

behoudopdelangetermijn)liggenmogelijkin

zeekleigebieden,maaropwelkelocatiesaande

vereistenvoorhethabitattypeovergangs-entril-

venenwordtvoldaan,dientnaderonderzochtte

worden.Kleinschaligerkanhettypemogelijkont-

staandoorsuccessieinduinvalleienmetrietland

(o.a.DuinenAmeland(5),DuinenSchiermonnik-

oog(6)),ininlagenenkreken(Zeeland)endoor

herstelinbeekdalen.

H7150 Pioniervegetaties met snavelbiezen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypepioniervegetatiesmetsnavel-

biezenkomt–inwisselendeoppervlakte–voor

opplagplekkeninnatteheidevanhabitattype

vochtigeheiden(H40�0).Vernattingvanvochtige

heiden(dooroppervlaktevergrotingenkwali-

teitsverbetering)kanookleidentothetontstaan

vanmeernatuurlijkesituatiesvanhabitattype

pioniervegetatiesmetsnavelbiezen.Uitbreiding

oppervlaktevanpioniervegetatiesmetsnavelbie-

zenmoetwordengezochtingebiedenwaarhet

typevannatureaanwezigis,o.a.:Drents-Friese

Wold&Leggelderveld(27),Dwingelderveld(�0),

Kampina&OisterwijkseVennen(���).

*H7210 Galigaanmoerassen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Locatiesmetnieuwevestigingenvangaligaan-

moerassendienenbehoudenteblijvenvoor

duurzamebeschermingopdelangeretermijn.

Kwaliteitsverbeteringvanhettypeiskansrijkin

hetyNatura2000landschapMerenenMoeras-

senincombinatiemethabitattypeovergangs-en

trilvenen(trilvenen)(H7�40_A),zoalsindeWeer-

ribben(�4),Wieden(�5)enindeduinen.

*H7220 Kalktufbronnen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

behoudkwaliteit.

Toelichting:

Hettypekomtvannatureslechtsmeteenzeer

kleinoppervlakteinonslandvoor.Devolgende

gebiedenzijnrelevant:Bunder-enElsloërbos

(�5�),Geuldal(�57)enNoorbeemden&Hoogbos

(�6�).

Page 184: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�84

H7230 Kalkmoerassen

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,uitbreidingoppervlakte

enverbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Hethabitattypekalkmoerasseniszeerzeldzaam

ensterkbedreigdenwordtgekenmerktdooreen

zeerhogesoortenrijkdom.Hettypeverkeertin

eenzeerongunstigestaatvaninstandhouding,

hierdoorzijnallegebiedenwaarkalkmoerassen

voorkomenbelangrijk:Elperstroomgebied(28),

Springendal(45),Lemselermaten(48),Bodden-

broek(52),Stelkampsveld(60),Binnenveld(65),

ZuiderLingedijk&Diefdijk-Zuid(70),Geleenbeek-

dal(�54)enGeuldal(�57).Debestepotenties

voorontwikkelingenuitbreidingliggeninde

volgendeNatura2000landschappenBeekdalen

oplocatiesmettoestroomvanbasenrijkgrond-

water,inhetHeuvellandbijbrongebiedenopzeer

kalkrijkezandenwaartoestrooomvangrondwa-

terdoorpeilverschillenoptreedt.

H9110 Veldbies-beukenbossen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Hetvoorkomenvanhethabitattypeveldbies-

beukenbosseninNederlandisnagenoeggeheel

beperkttothetGeuldal(�57).Hetkomtvoorin

deomgevingvanVaalsopdevuursteenplateaus.

Uitbreidingvanoppervlakkandoorgeleidelijke

omvormingvannaaldbos.

H9120 Beuken-eikenbossen met hulst

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Beuken-eikenbossenmethulstkomeninhet

Atlantischegebiedwijdverspreidvoor.Hetgaat

omvrijgeslotenbossenopzure,maarnietalte

armeenvaaklemigezandgronden.Dekwaliteit

vandezebossenisinNederlandmatigongunstig.

Verbeteringkwaliteitindevormvanmeervari-

atieinstructuur(oudebomenendikdoodhout)

engevarieerdebosranden,isdebelangrijkste

opgavevoorhethabitattypebeuken-eikenbossen

methulst.

GoedontwikkeldebossenvandittypeinWest-

Europazijnouderenkomenvooropeengroter

oppervlakdaninNederlandenhebbendaarom

eenmeergevarieerdestructuur.Juistvariatie

inleeftijdvanbomen,aanwezigheidvanopen

plekken,metdedaarbijbehorendeverschillen

inmicroklimaat,zijnvanbelangvoordebiodi-

versiteit.DemeestevoorbeeldeninNederland

zijnvrijjongebossenmetbomenvandezelfde

leeftijdwaarinhulstzichnetvestigtofgeleidelijk

uitbreidt.Metnamedeaanwezigheidvandikke

oudebomenendikdoodhoutmetdedaarbijbe-

horendebiodiversiteit(o.a.paddestoelen,mossen

eninsecten)ontbreekt.Verderontwikkeleneen

aantalbossenzichthansnaargeslotenbosmet

eendikkezurestrooisellaag,waardoordevariatie

indeondergroeiminderwordt.

GrootstebijdrageleverenVeluwe(57),Sint

Jansberg(�42)enGeuldal(�57).Norgerholt(22),

Mantingerbos(��)zijnmooiemaarvrijkleine

voorbeeldenvanhettype.Eengrootdeelvanhet

(potentiele)areaalvanhethabitattypeligtbuiten

hetNatura2000netwerk.Mogelijkontwikkelt

eendeelvandebosseninDrente(onderandere

Dwingelderveld(�0))zichoptermijninderich-

tingvanhethabitattype.

H9160 Eiken-haagbeukenbossen

H9�60SubtypeA:Eiken-haagbeukenbossen(ho-

gere zandgronden)

H9�60SubtypeB:Eiken-haagbeukenbossen

(heuvelland)

Natura 2000 doel:

SubtypeA,eiken-haagbeukenbossen(hogere

zandgronden):behoudverspreiding,uitbreiding

oppervlakteenverbeteringkwaliteit.

SubtypeB,eiken-haagbeukenbossen(heuvelland):

behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Uitbreidingvanoppervlakteisvangrootbelang

voorduurzameinstandhoudingvaneiken-haag-

beukenbosseninbeekdalen(subtypeA,eiken-

haagbeukenbossen(hogere zandgronden)).Voor

deinstandhoudingvanondermeerhetorchi-

deeënrijketypevanheteiken-haagbeukenbos

(subtypeB,eiken-beukenbossen(heuvelland)),dat

eenopenbodemenwarmemicroklimaatvereist,

vormtadequaatbeheereenbelangrijkpunt

vanaandacht(zonodigopnieuwinvoerenvan

hakhoutcultuur).Debelangrijkstebijdragevoor

hetrealiserenvandedoelstellingenvansubtypeB,

eiken-beukenbossen(heuvelland),komenuithet

Geuldal(�57)enSavelsbos(�60).Eendeelvande

kwaliteitsverbeteringiseenopgavevoorgebieden

buitendeNatura2000gebieden.VoorsubtypeA,

eiken-haagbeukenbossen(hogere zandgronden),

spelendegebiedenAchterdeVoort,Agelerbroek

&Voltherbroek(47),LandgoederenOldenzaal(50)

enWillinksWeust(62)eenbelangrijkerol.

H9190 Oude eikenbossen

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,behoudoppervlakteen

verbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Oudeeikenbossenkenmerkenzichdoorhunopen

karakterwaardoorveellichtopdebodemvalt.Ze

zijnvaakonstaandoorbeweiding(metschapen,

koeienofvarkens)enhetoogstenvangeriefhout.

Dergelijkbeheerwordtnunietmeergevoerd.

Voorverbeteringvandekwaliteitisingrijpenin

debosstructuurgewenst,zodatermeerlichtop

debodemvalt.Deelsisuitbreidingoppervlakte

vankleineengeïsoleerdliggendeeikenbossenop

deVeluwenoodzakelijk.Gebiedendiehierbijeen

belangrijkerolspelenzijno.a.Havelte-Oost(29),

Mantingerbos(��),Veluwe(57)enMeinweg(�49).

*H91D0 Hoogveenbossen

Natura 2000 doel:

Behoudvanverspreiding,uitbreidingoppervlakte

enverbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Dezepionierbossenmetberkkunneninverschil-

lendelandschappenvoorkomen.InHoogvenen

Page 185: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�85

enBeekdalen(bovenlopen)komthethabitattype

voorindelenwaartoestroomvanzuurwater

zeergrootisofwaardegrondwaterstandenniet

voortdurendhoogzijn.Daarnaastkanhetbosop

termijnookontstaaningrotelaagveengebieden

waarhetregenwaternietwegkanenineenlens

ophetrijkeregrondwaterligt.Hetherstelvandit

bostypeisbelangrijkvoorbehoudvanbijzondere

soorten.Kansrijkelocatiesliggeninderandzo-

nesvangrotehoogvenenenopovergangenvan

hoogveenennatteheidenaarbeekdalen.

DegrootstebijdrageleverendegebiedenWieden

(�5),Buurserzand&Haaksbergerveen(5�),

Korenburgerveen(6�),Naardermeer(mooiste

voorbeeld)(94)enRoerdal(�50).

*H91E0 Vochtige alluviale bossen

*H9�E0SubtypeA:Vochtigealluvialebossen

(zachthoutooibossen)

*H9�E0SubtypeB:Vochtigealluvialebossen(es-

sen-iepenbossen)

*H9�E0SubtypeC:Vochtigealluvialebossen

(beekbegeleidende bossen)

Natura 2000 doel:

SubtypeA,vochtigealluvialebossen(zacht-

houtooibossen):behoudvanverspreiding,uitbrei-

dingoppervlakteenverbeteringkwaliteit,

SubtypeB,vochtigealluvialebossen(essen-ie-

penbossen):uitbreidingverspreiding,uitbreiding

oppervlakteenverbeteringkwaliteit.

SubtypeC,vochtigealluvialebossen(beekbegelei-

dende bossen):behoudverspreiding,uitbreiding

oppervlakteenverbeteringkwaliteit.

Toelichting:

SubtypeA,vochtigealluvialebossen(zacht-

houtooibossen),islandelijknietbedreigd,maar

debijzonderevormenvanhetgetijdengebied

zijnsterkachteruitgegaan.SubtypeB,vochtige

alluvialebossen(essen-iepenbossen),ismomen-

teeluiterstzeldzaamlangsderivieren.Subtype

C,vochtigealluvialebossen(beekbegeleidende

bossen),komtwijdverspreidvoor,maarveelalin

kleineoppervlakteeningedegradeerdevormen.

VoorsubtypeA,vochtigealluvialebossen(zacht-

houtooibossen),zijno.a.devolgendegebieden

relevant:UiterwaardenIJssel(�8),GeldersePoort

(67),Haringvliet(�09),HollandsDiep(���),

Biesbosch(��2),enGrensmaas(�52)vanwege

geografischespreiding,voorsubtypeB,voch-

tigealluvialebossen(essen-iepenbossen),o.a.:

UiterwaardenIJssel(�8),Kolland&Overlangbroek

(8�),Haringvliet(�09),Biesbosch(��2),envoor

subtypeC,vochtigealluvialebossen(beekbege-

leidende bossen),o.a.:DrentscheAa-gebied(25),

Springendal&DalvandeMosbeek(45),Land-

goederenOldenzaal(50),Bekendelle(6�),Loonse

enDrunenseDuinen&Leemkuilen(���),Leudal

(�47),Swalmdal(�48),Meinweg(�49),Geuldal

(�57)enGeleenbeekdal(�54).

H91F0 Droge hardhoutooibossen

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,uitbreidingoppervlakte

enverbeteringkwaliteit.

Toelichting:

Uitbreidingoppervlaktevanhabitattypedroge

hardhoutooibossenopkansrijkelocaties,bij

voorkeurindenabijheidvanbestaandelocaties

enaansluitendopbestaandebossen.Deelskan

ditdooromvormingvanaangeplantbosopge-

schiktelocaties.Debestekansenvooruitbreiding

liggeninluwedelenvanhetrivierengebied,waar

geenopstuwingvanwaterplaatsvindt,zoalsin

deluwtevanspoordijkenenbruggen.Vanuitde

standplaatsbekekenliggengoedemogelijkheden

vooruitbreidingoplocatieswaarderiviereen

stuwwalaansnijdt,zoalsinhetIJsseldal(Uiter-

waardenIJssel(�8)),langsdeNederrijn(Uiter-

waardenNeder-Rijn(66))enlangsdeOverijsselse

Vecht(UiterwaardenZwartewaterenVecht(�6)).

Page 186: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�86

Bijlage 9.3.2: Natura 2000 doelen op landelijk

niveau soorten

H1014 Nauwe korfslak

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedten

behoevevanbehoudpopulatie.

Toelichting:

Huidigvoorkomenvandenauwekorfslakisvrij-

welbeperkttotruigtenenbossenindeduinen:

tenzuidenvandeHondsbosscheZeewering,van

Zwin&Kievittepolder(�2�)totNoordhollands

Duinreservaat(87).GrotepopulatiesinKenne-

merland-Zuid(88)enMeijendel&Berkheide(97).

ErisookeenpopulatieinMantelingvanWalche-

ren(��7).Buitendeduinenrecentalleenbekend

vanGeleenbeekdal(�54).

Oplangeretermijnismeerinzichtnodigin

verspreiding,populatiedynamiekenecologievan

desoortomadequatebeschermingmogelijkte

maken.Mogelijkhebbenverdrogingenvermes-

tingeenrolgespeeld.

H1016 Zeggekorfslak

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedtenbehoevevanbehoudpopulatie.

Toelichting:

Dezeggekorfslakkomtvoorinzeggenmoerassen

inbron-enbroekbosinLimburg:Roerdal(�50),

Swalmdal(�48),Geleenbeekdal(�54)enSintJans-

berg(�42).Ookaangetroffeninzeggemoerassen

eldersinNederland:Lemselermaten(48),Achter

deVoort,AgelerbroekenVoltherbroek(47)en

Leekstermeergebied(�9).

Dezelokaalvoorkomendesoortheeftsterkte

leidengehadvano.a.verdroging.Uitbreiding

vanbestaandepopulatiesisgewenstenkan

gecombineerdwordenmetherstelvanhabitat-

typevochtigealluvialebossen(beekbegeleidende

bossen)(H9�E0_C).

H101X Platte schijfhoren

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedten

behoevevanbehoudpopulatie.

Toelichting:

Waarschijnlijkkwamdezezoetwaterslakvroeger

metnamevoorinveelgebiedenvanhetNatura

2000landschapMerenenMoerassen.Mogelijk

heeftverslechteringvandewaterkwaliteiteen

rolgespeeld.Tegenwoordigzijngrotepopula-

tiestevindeninlaagveenplassen:Weerribben

(�4),Wieden(�5),Naardermeer(94),Oostelijke

Vechtplassen(95)enNieuwkoopsePlassen&De

Haeck(�0�).

Oplangeretermijnismeerinzichtnodigin

verspreiding,populatiedynamiekenecologievan

desoortomadequatebeschermingmogelijkte

maken.

H1037 Gaffellibel

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitleefgebiedtenbehoevevanuitbreiding

populatie.

Toelichting:

DegaffellibelwasinNederlanduitgestorven.De

soortheeftzichweergevestigdinhetRoerdal

(�50),enkeleexemplarenzijnrecentwaargeno-

meninhetGeleenbeekdal(�54),waarechter

geenpopulatieaangetoondis.

Uitbreidingvanéénnaarzesbeeksystemen

isnoodzakelijkvooreenduurzamelandelijke

populatievanminimaal600–900volwassen

individuen.Dezeambitieishaalbaarvanwege

geplandebeekherstelprojectenincombinatiemet

hetgoedeverbreidingsvermogenvandesoort

(zodatdesoortzichdaadwerkelijkzalvestigen

opplekkenwaardeomstandighedengoedzijn

geworden).Destaatvaninstandhoudingvande

soortiszeerongunstiggescoord,hettoekomst-

perspectiefisalsgunstigingeschat.Vooreen

aantalgebiedenzijnvoordezesoortcomplemen-

tairedoelentoegevoegd.

H1042 Gevlekte witsnuitlibel

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitleefgebiedtenbehoevevanuitbreiding

populatie.

Toelichting:

InWest-Europaisdegevlektewitsnuitlibel

zeldzaam–ookinNederland,maarhierleven

enkelegrotestabielepopulatiesindelaagveen-

moerassenvanNoordwest-Overijssel:Wieden

(�5)enWeerribben(�4).EldersinWest-Europa

ontbrekendergelijkepopulatiesvrijwelgeheel,

watNederlandeeninternationaleverantwoor-

delijkheidgeeft.Desoortisookaangemeldvoor

ondermeerLonnekermeer(5�),Teeselinkven(59),

OostelijkeVechtplassen(95),Leenderbos,Groote

Heide&DePlateaux(��6),

Uitbreidingnaaruiteindelijk25leefgebieden,ver-

spreidoverhetlaagveengebied,dehogerezand-

grondenendeduinen,isnoodzakelijkvooreen

landelijkduurzamepopulatie.Indeleefgebieden

dienenintotaalminimaal25.000volwassen

individuenvoortekomen.Toenameisambitieus,

maarwelgebaseerdopdelaagveenherstelpro-

jectendiereedsingangzijngezet,naastdein

detoekomstvoorzieneverdereverbeteringvan

vennenenduinplassen.Dezelibeliszichrecent

quaverspreidingwataanhetherstellen,dusde

ambitieheeftmetnamebetrekkingoptoename

vandeaantallen.Huidigestaatvaninstandhou-

dingiszeerongunstig,hettoekomstperspectief

isalsmatigongunstigingeschat.Vooreenaantal

gebiedenzijnvoordezesoortcomplementaire

doelengeformuleerd.

H1059 Pimpernelblauwtje

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitleefgebiedtenbehoevevanuitbreiding

populatie.

Toelichting:

Uitbreidingnaar25leefgebiedenisnoodzakelijk

vooreenlandelijkduurzamepopulatie.Inde

leefgebiedendienenintotaalminimaal�0.000

volwassenindividuenvoortekomen.Naher-

introductieisdezedagvlinderernstigbedreigd

Page 187: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�87

gebleven.Deenigepopulatiekomtvoor(naher-

introductie)inhetgebiedVlijmensVen,Moerput-

ten&BosscheBroek(��2).Desoortsteltvrijhoge

eisenaandekwaliteit,maargeringeeisenaan

hetoppervlakvanhetleefgebied.Kansenvoor

terugkeerzijnermetnameinMidden-Limburg.

VoordegebiedenMaasduinen(�45)enRoerdal

(�50)iseencomplementairdoelgeformuleerd.

H1060 Grote vuurvlinder

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitleefgebiedtenbehoevevanuitbreiding

populatie.

Toelichting:

Degrotevuurvlinderisrecentbeperkttotdrie

Natura2000gebieden.Verrewegdegrootste

populatieinWeerribben(�4);kleinerepopulaties

inWieden(�5)enRottigeMeenthe&Brande-

meer(�8).

Uitbreidingnaar5leefgebiedenisnoodzakelijk

vooreenlandelijkduurzamepopulatie.Inde

leefgebiedendienenintotaalminimaal�.000tot

5.000volwassenindividuenvoortekomen.Deze

soortkomtinNederlandvoormeteenonder-

soortdiealleenuitonslandbekendis.Degrote

vuurvlinderkomtvoorinhetOverijssels-Friese

Laagveengebied,waarbijherstelvandesoort

onderanderekanwordenbereiktincombinatie

metherstelvanhethabitattypeovergangs-en

trilvenen(veenmosrietlanden)(H7�40_B).

H1061 Donker pimpernelblauwtje

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitleefgebiedtenbehoevevanuitbreiding

populatie.

Toelichting:

DesoortwasinNederlanduitgestorven,maar

komtnaherintroductieweervoorinVlijmens

Ven,Moerputten&BosscheBroek(��2)enheeft

zichrecentgevestigdinRoerdal(�50).

Uitbreidingnaar5leefgebiedenisnoodzakelijk

vooreenlandelijkduurzamepopulatie.Inde

leefgebiedendienenintotaalminimaal5.000

volwassenindividuenvoortekomen.Naherin-

troductieisdezedagvlinderernstigbedreigdge-

bleven.Kansenvoorverdereterugkeerzijnermet

nameinMidden-Limburg(Maasduinen(�45)).

Thansisdesoortineenzeerongunstigestaat

vaninstandhouding,hettoekomstperspectiefis

alsmatigongunstigbeoordeeld.Rekeningmoet

wordengehoudenmetdenomadischeleefwijze

vandesoort.

*H1078 Spaanse vlag

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedten

behoevevanbehoudpopulatie.

Toelichting:

DezenachtvlinderkomtvoorinBunder-en

Elslöerbos(�5�),Brunssummerheide(�55),

Geuldal(�57),SintPietersberg&Jekerdal(�59)en

Savelsbos(�60),Desoortbreidtzichgestaaguit

inZuid-Limburg.Destaatvaninstandhoudingis

opalleaspectengunstiggescoord.

H1082 Gestreepte waterroofkever

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenkwaliteitleefgebiedten

behoevevanuitbreidingpopulatie.

Toelichting:

Degestreeptewaterroofkeverkomthoofdzakelijk

voorinlaagveengebieden:Deelen(�4),Weerrib-

ben(�4),Wieden(�5),Naardermeer(94),Ooste-

lijkeVechtplassen(95)enNieuwkoopsePlassen

&DeHaeck(�0�).Ookkomtdesoortvoorin

Kampina&OisterwijkseVennen(���).

Dezesoortisdoorverslechteringvandewater-

kwaliteitduidelijkafgenomeninhetLaagveenge-

biedenvrijwelverdwenenuitvennen.Herstelkan

o.a.wordengecombineerdmetdeopgavenvoor

dehabitattypenzwakgebufferdevennen(H���0)

enmerenmetkrabbenscheerenfonteinkruiden

(H��50).

H1083 Vliegend hert

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedtenbehoevevanuitbreidingpopulatie.

Toelichting

Degrootstepopulatiesvanhetvliegendhert

komenvoorinGeuldal(�57)enVeluwe(57).Ver-

derSpringendal&DalvandeMosbeek(45),Sint

Jansberg(�42),Geleenbeekdal(�54),Savelsbos

(�60)enNoorbeemden&Hoogbos(�6�).

Mogelijkhedenvoorherstelzijnvooralvoor-

handenindiegebiedenwaartotvoorkortnog

groterepopulatiesvoorkwamen,zoalsopde

West-VeluweendeSintJansberg.Buitenhet

Natura2000netwerkzijnerherstelmogelijkheden

opdeUtrechtseHeuvelrug.

H1095 Zeeprik

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedtenbehoevevanuitbreidingpopulatie.

Toelichting:

Nederlandsekustwaterenzijneenbelangrijkver-

blijfgebiedvanvolwassenzeeprikkenentevens

eenbelangrijkdoortrekgebiedvoordeRijn-en

Maaspopulatiesvandezeeprik.InNederlandligt

indeeersteplaatseenopgaveinhetbeterpas-

seerbaarmakenvandebarrièresnaardegrote

rivierenvanuitzee,metnameinhetHaringvliet.

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedisvooralvantoepassingophetNatura

2000landschapRivierengebied.

Degroterivierenzijneenbelangrijkopgroeige-

biedvoorzeepriklarven(geboreninhetbuiten-

land),metnameinhetstroomgebiedvandeRijn.

Ditopgroeigebiedkanuitgebreidwordendoorde

aanlegvannevengeulen.

DeenigebekendeNederlandsepaaipopulatie

bevindtzichinhetRoerdal(�50).Aangeziende

potentiesvanandereNederlandsebekenen

rivierenalspaaiplaatsonduidelijkzijn,wordt

uitbreidingvanhetaantalpaaiendepopulaties

nietalsdoelgesteld.

Page 188: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�88

H1096 Beekprik

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitleefgebiedtenbehoevevanuitbreiding

populatie.

Toelichting:

Debeekprikkomtvoorineenaantalbekenen

kleineriviereninhetzuidenenoosten:o..a.

Springeldal&DalvandeMosbeek(45),Veluwe

(57),Leenderbos,GrooteHeide&DePlateaux

(��6),Meinweg(�49)enRoerdal(�50)enGeuldal

(�57).

Hetvaltteoverwegenenteonderzoekenof

herintroductievanbeekprikkenophistorische

vindplaatseneenoptieis,indienhersteldebeek-

trajectenonbereikbaarzijn,zoalsopdeNoord-

west-VeluweendeZuid-Veluwe.

H1099 Rivierprik

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreidingpaaiplaatsen,uitbreiding

omvangenverbeteringkwaliteitleefgebiedten

behoevevanuitbreidingpopulatie.

Toelichting:

Nederlandsekustwaterenzijneenbelangrijkver-

blijfgebiedvanvolwassenrivierprikken.Entevens

belangrijkedoortrekgebiedenvoorde

Rijn-,Maas-enScheldepopulatiesvanderivier-

prik.InNederlandligtindeeersteplaatseen

opgaveinhetbeterpasseerbaarmakenvande

barrièresnaardegroterivierenvanuitzee,met

nameinhetHaringvliet(�09).Uitbreidingom-

vangenverbeteringkwaliteitleefgebiedisvooral

vantoepassingophetNatura2000landschapRi-

vierengebied.Degroterivierenzijneenbelangrijk

opgroeigebiedvoorrivierpriklarven,diegeboren

zijninhetbuitenland,indestroomgebiedenvan

RijnenMaas.Ditopgroeigebiedkanuitgebreid

wordendoordeaanlegvannevengeulen.

DeenigebekendeNederlandsepaaipopulaties

bevindenzichhetDrentscheAa-gebied(25)en

Roerdal(�50).Meerrivierenenbekenlijkenpo-

tentieelgeschiktalspaaiplaats.

H1102 Elft

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,omvangenkwaliteitleefge-

biedtenbehoevevanuitbreidingpopulatie.

Toelichting:

DeelftpaaitnietinNederland,maarhoger

stroomopwaarts:Nederlandisdetoegangspoort

totdepaaiplaatseninhetstroomgebiedvan

deRijn.TotvoorkortwerddeRijnpopulatieals

uitgestorvenbeschouwd.Erzijnechterconcrete

aanwijzingendatdesoortnoginkleinaantalin

deBoven-Rijn(D)paait.HetNederlandsebene-

denrivierengebiedwaseenbelangrijkopgroei-

gebiedvanjongeelften,afkomstiguitDuitsland:

Haringvliet(�09),Biesbosch(��2).

Uitbreidingverspreidingbetreftmetnamehet

voormaligeopgroeigebiedindebenedenrivieren.

Desoortkanmeeliftenmetdemaatregelendie

genomenwordenomdetrekroutesvanzalm(ge-

helestroomgebied)enfint(inbenedenlopen)te

herstellen.Dehuidigepopulatieisnogheelklein.

H1103 Fint

Natura 2000 doel:

Behoudverspreidingpaaiplaatsen,behoud

omvangenkwaliteitleefgebiedtenbehoevevan

uitbreidingpopulatie.

Toelichting:

HetNederlandsebenedenrivierengebiedwaseen

belangrijkpaai-enopgroeigebiedvandefint.

Nederlandsewaterenzijnbelangrijkedoortrek-

gebiedenvoorfintendie(potentieel)paaienin

hetDuitsedeelvandeEemsenhetBelgischedeel

vandeSchelde.Hierbestaateengrensoverschrij-

dendeopgave.

Omoptermijneenpaaipopulatievandefint

terugtekrijgenindeNederlandsewaterenisge-

tij-invloedindebenedenrivierennoodzakelijken

dienthetoorspronkelijkepaai-enopgroeihabitat,

hetzoetwatergetijdengebied,beterbereikbaarte

wordenvanuitzee,metnameviahetHaringvliet.

H1106 Zalm

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenverbeteringkwaliteitleefge-

biedtenbehoevevanuitbreidingpopulatie.

Toelichting:

DezalmpaaitnietinNederland,maarhoger

stroomopwaarts.Nederlandvormtdetoegangs-

poorttotdepaaiplaatseninhetstroomgebied

vandeRijnenMaas.

Nederlandsewaterenzijnbelangrijkedoortrek-

gebiedenvoordeRijn-enMaaspopulatiesvande

zalm.

InNederlandligtindeeersteplaatseenopgave

inhetbeterpasseerbaarmakenvandebarrières

naardegroterivierenvanuitzee,metnamein

hetHaringvliet.

H1134 Bittervoorn

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,omvangenkwaliteitleefge-

biedtenbehoevevanbehoudpopulatie.

Toelichting:

Hetzwaartepuntvandeverspreidingligtbij

laagveenplassen:Weerribben(�4),Wieden(�5),

Ilperveld,Varkensland,Oostzanerveld&Twiske

(92),OostelijkeVechtplassen(95)enNieuwkoop-

sePlassen&DeHaeck(�0�).

Hetstrevenisomdegrotepopulatiesvandebit-

tervoorninkernleefgebiedenbinnenhetNatura

2000netwerkteconsolideren.BuitenhetNatura

2000netwerkkaneventueeleenuitbreidingvan

depopulatieplaatsvinden.

H1145 Grote modderkruiper

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedtenbehoevevanuitbreidingpopulatie.

Toelichting:

Grotepopulatiesvandegrotemodderkruiper

komenvoorinBuurserzand&Haaksbergerveen

(5�),Zouweboezem(�05),Loevestein,Pompveld

enKornscheBoezem(7�),Weerribben(�4)en

Wieden(�5).

Page 189: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�89

InhetNatura2000landschapRivierengebiedis

hetvanbelangdatmeerleefgebiedkomtinde

vormvanjongeverlandingsstadiainlaagdyna-

mischesituaties(kleiputten,overstromingsvlak-

tes).Inbeekdalenisherstelvandenatuurlijke

loopvanbelangvoordesoort;metnameoude,

afgesnedenmeanderskunneneengeschikt

leefgebiedvormen.InhetNatura2000landschap

MerenenMoerassen:laagveengebiedishetvan

belangdatdeontwikkelingvanverlandingsve-

getatiegestimuleerdwordt.Voordeontwikke-

lingvandepopulatieishetbelangrijkdatinhet

polderlandschapeenmeeradequaat(ecologisch)

slootbeheerwordtuitgevoerd.Hetgaatindit

laatstegevalveelalomleefgebieddatbuitenhet

Natura2000netwerkligt.

H1149 Kleine modderkruiper

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedten

behoevevanbehoudpopulatie.

Toelichting:

Grotepopulatiesvandekleinemodderkruiperko-

menvoorinVeluwerandmeren(76),ZwarteMeer

(74),Loevestein,PompveldenKornscheBoezem

(7�),Weerribben(�4)enWieden(�5).

Hetstrevenisomhet(algemeen)voorkomen

vandekleinemodderkruiperinNederlandte

consolideren.Hetismetnamevanbelangom

desoortindekernvanzijnverspreidingsgebied

(rivierengebied,Biesbosch,veenweidegebied

Zuid-Holland/Utrecht,Noordwest-Overijssel,

Noord-Holland,OverijsselseVechtdalenbeekda-

lenvanNoord-Limburge.o.)inhogeaantallenen

wijdverspreidtebehouden.

H1163 Rivierdonderpad

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedinde

grotewaterenenuitbreidingenverbeteringkwa-

liteitleefgebiedindebeken.

Toelichting:

Hetbedreigdeoecotypevanbekenkomtvoor

inDinkelland(49),Veluwe(57),Swalmdal(�48),

Roerdal(�50)enGeuldal(�57).

Degrootsteopgavevoorderivierdonderpadzitin

het(verder)herstelvannatuurlijkebeeksystemen.

Herstelvandesoortinbekenisvanbelangvoor

deinstandhoudingvanhetverspreidingsgebied,

maarnietvoordepopulatieomvang(hoogstens

�0%zitinbeken).Degrotepopulatiesingrote

waterenbetreffenmogelijkeenandertyperivier-

donderpad,datontstaanisdoorhybridisatie.

H1166 Kamsalamander

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedtenbehoevevanuitbreidingpopulatie.

Toelichting:

Grotepopulatiesvandekamsalamanderkomen

voorinGeldersePoort(67),Meinweg(�49),Land-

goederenOldenzaal(50)enLoonseenDrunense

Duinen&Leemkuilen(���).Uitbreidingomvang

enverbeteringkwaliteitleefgebiedgeldtvooral

indieregio’swaardesoorteennegatievetrend

vertoont,zoalsinNoord-BrabantenLimburg,en

ingebiedenwaardesoortgeenlevensvatbare

populatievormt,metnamebuitenNatura2000.

H1193 Geelbuikvuurpad

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitleefgebiedtenbehoevevanuitbreiding

populatie.

Toelichting:

Degrootstepopulatievandegeelbuikvuurpadzit

inBemelerberg&Schiepersberg(�56),metname

deelgebiedGroeve’tRooth.Verdernogaanwe-

ziginGeuldal(�57)(deelgebiedenGerendalen

Wahlwiller)enSavelsbos(�60).

Gestreefdwordtnaareenduurzaamnetwerkaan

leefgebiedenoplandschapsschaal,waarbinnen

levensvatbarepopulatieszichkunnenontwik-

kelen.Opkortetermijnontwikkelenvaneen

vijftalpopulatiesgeelbuikvuurpadindegebieden

Geuldal(�57),Bemelerberg&Schiepersberg(�56)

enSavelsbos(�60).

H1318 Meervleermuis

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedten

behoevevanbehoudpopulatie.

Toelichting:

Belangrijke(zomer)gebiedenzijnWieden

(�5),Weerribben(�4),Wormer-&Jisperveld&

Kalverpolder(90),Nieuwkoopseplassen&De

Haeck(�0�)enOudegaasterbrekken,Fluessenen

omgeving(�0).Belangrijksteoverwinteringsplaat-

senzijnbunkersinMeijendelenBerkheide(97)

enVeluwe(57).Eengrootdeelvanhetleefgebied

(metnamedatindezomer)ligtbuitenhetNatura

2000netwerk.Dehuidigezomerpopulatieomvat

�0.000–�5.000individuen.

H1321 Ingekorven vleermuis

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedten

behoevevanbehoudpopulatie.

Toelichting:

Deenigetweekraamkoloniesbevindenzichin

AbdijLilboschenvoormaligkloosterMariahoop

(�5�).Desoortoverwintertinmergelgroeven

inZuid-Limburg:Bemelerberg&Schiepersberg

(�56),Geuldal(�57),SintPietersberg&Jekerdal

(�59)enSavelsbos(�60).Eengrootdeelvanhet

leefgebied(metnamehetfoerageergebied)ligt

buitenNatura2000.Dehuidigezomerpopulatie

omvat250–500individuen.

H1324 Vale vleermuis

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedtenbehoevevanuitbreidingpopulatie.

Toelichting:

Belangrijkeoverwinteringsgebiedenzijn:Geuldal

(�57)enSavelsbos(�60).

Vooreenduurzameinstandhoudingishetvan

grootbelangdatdekwaliteitvandewinterver-

blijfplaatsenindemergelgroeveninZuid-Limburg

verbeterdworden.Erzijngeenzomerleefgebie-

denvoordevalevleermuisaangemeld.

Page 190: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�90

H1337 Bever

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitvanhetleefgebied.

Toelichting:

DebeverwasinNederlanduitgestorven,inhet

beginvandenegentiendeeeuw.Desoortis

geherintroduceerdinBiesbosch(��2)enGelderse

Poort(67).UitDierenparkLelystadontsnapte

exemplarenhebbeneenpopulatiegevestigdin

Flevoland,buitenNatura2000.Inhetstroom-

gebiedvandeMaas(grotendeelsbuitenNatura

2000)bevindenzichhierendaarbevers,die

afstammenvandegeherintroduceerdepopulatie

indeEifel(D)envanrecenteherintroductiesin

Limburg.

Doelstellingishetrealiserenvaneenduurzame

populatievandesoortdieverspreidvoorkomt

over(minimaal)hetgeheleRivierengebieden

incontactstaatmetdepopulatieinFlevoland

(aldaarbuitenNatura2000).Ineersteinstantie

zoulangsdeWaalvoldoendeooibosaanwezig

moetenzijnopregelmatigeafstand,methetoog

opverbindingvandepopulatiesindeGelderse

Poort(67)endeBiesbosch(��2).

Vanwegedesuccesvolleherintroductiezouden

verdereherintroductiesinanderekansrijke

gebiedenoverwogenmoetenworden.Van2002-

2004iseenherintroductieprojectinhetzuidelijke

stroomdalvandeMaasinuitvoering.Hetdoel

ishieromeenpopulatieElbebeverstelaten

ontstaaninaansluitingopdebeversinhetrivie-

rengebied.Dezepopulatiezoutevenseenbuffer

kunnenvormentegendeopdringendebevers

vanPoolseengemengdeorigineuitDuitslanden

België.

*H1340 Noordse woelmuis

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitleefgebiedtenbehoevevanuitbreiding

populatie.

Toelichting:

DenoordsewoelmuiskomtinNederlandinvijf

onderlinggeïsoleerdedeelgebiedenmetmeta-

populatiesvoor:Texel,Friesland,Noord-Holland

bovenhetNoordzeekanaal,Utrecht-Zuid-Holland

enhetDeltagebied.DeFriesepopulatiestrekte

zichtotenkeledecenniageledenuittotinNoord-

west-Overijssel,maardaarisdesoortinmiddels

verdwenen.

InFrieslandisOudegaasterbrekken,Fluessenen

omgeving(�0)hetbelangrijkst.Zeerbelangrijkis

DuinenenLageLandTexel(2).InNoord-Holland

bovenhetNoorzeekanaalzijn,Eilandspolder(89),

Wormer-enJisperveld(90),PolderWestzaan(9�)

enIlperveld,Varkensland,Oostzanerveld&Twiske

(92)belangrijk.InUtrecht–Zuid-Holland:Ooste-

lijkeVechtplassen(95)enNieuwkoopsePlassen

&DeHaeck(�0�).InhetDeltagebied:Haringvliet

(�09),Krammer-Volkerak(��4)enGrevelingen

(��5).

Nederlandheefteengroteinternationaleverant-

woordelijkheidvoorhetbehoudvandezealleen

inonslandvoorkomendeondersoort.Deregio

Friesland-Overijsselheefteenhogeprioriteit,

omdatdenoordsewoelmuishierdegrootsteach-

teruitganglaatzien.Hetherstelvandedynamiek

inhetwaterpeilbinnenleefgebiedenenhetin

verbindingbrengenenuitbreidenvandeverschil-

lendeleefgebiedenbinnendevijfdeelgebiedenis

noodzakelijkvooreenduurzaamherstel.Verder

speeltaanpassingvanhetbeheerwaarditnodig

is(conformhetbeschermingsplannoordsewoel-

muis2004-2008).

H1351 Bruinvis

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,omvangenbehoudkwaliteit

leefgebiedtenbehoevevanbehoudpopulatie.

Toelichting:

DebruinviswasuitdeNederlandsekustwateren

zogoedalsverdwenen.Sindseenjaaroftienis

duidelijksprakevanbeginnendherstelinNoord-

zeekustzone(7),metnameindewinter.

H1364 Grijze zeehond

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,omvangenkwaliteitleefge-

biedtenbehoevevanbehoudpopulatie.

Toelichting:

DegrijzezeehondwasinNederlanduitgestor-

ven,maarheeftzichenkeledecenniageleden

weergevestigd.Voortplantingvindtmomenteel

plaatsinWaddenzee(�),metnameopdeRichel.

Noordzeekustzone(7)iseenbelangrijkfoerageer-

gebied,metnameindewinter.

Desoortneemtnogsteedstoe.Voldoenderust

(ookopgeschikteplekkenvoorjongen)isvan

grootbelang.

H1365 Gewone zeehond

Natura 2000 doel:

Behoudverspreiding,uitbreidingomvangen

verbeteringkwaliteitleefgebiedtenbehoeve

uitbreidingpopulatie.

Toelichting:

VerrewegbelangrijkstegebiedisWaddenzee(�).

Noordzeekustzone(7)iseenbelangrijkfoera-

geergebied,metnameindewinter.Desoortwas

verdwenenuithetDeltagebied,maarkeertdaar

nuweerteruginVoordelta(���),Oosterschelde

(��8)enWesterschelde&Saeftinghe(�22).

Naderecenteafnameneemtdepopulatieweer

sterktoe,maardevroegereomvangisnogniet

bereikt.VooralindeDeltaisnogenigverderher-

stelgewenstvooreenlokaleduurzamepopulatie.

H1387 Tonghaarmuts

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitbiotooptenbehoevevanuitbreiding

populatie.

Toelichting:

Afgezienvanincidentelewaarnemingenkomtde

tonghaarmutsalleennogmaarvoorinBiesbosch

(��2).

Bijvestigingvandetonghaarmutsinandere

gebiedenzalhetterreinbeheerookaldaargericht

wordenopuitbreiding.Meerkennisvandeecolo-

gievandesoortisgewenstominhetbeheervan

bossenoptimaalrekeningtekunnenhoudenmet

geschikteplekkenvoordezesoort.Nederland

heefteengroteinternationaleverantwoordelijk-

heidvoorhetbehoudvandezemossoort.

Page 191: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�9�

H1393 Geel schorpioenmos

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitbiotooptenbehoevevanuitbreiding

populatie.

Toelichting:

DelaatstegroeiplaatsbevindtzichindeMeppe-

lerdieplandeninhetNatura2000gebiedWieden

(�5).Bijvestigingvanhetgeelschorpioenmosin

anderegebiedenzalhetterreinbeheerookaldaar

gerichtwordenopuitbreiding.

H1614 Kruipend moerasscherm

Natura 2000 doel:

Uitbreidingverspreiding,omvangenverbetering

kwaliteitbiotooptenbehoevevanuitbreiding

populatie.

Toelichting:

Duurzamepopulatieskomenalleenvoorin

Zeeuws-Vlaanderen:GrooteGat(�24),Canisvliet-

seKreek(�25),Vogelkreek(�26).

Bijspontanevestigingvanhetkruipendmoe-

rasscherminanderegebieden,metnamein

Oost-Nederland,zalhetterreinbeheerookaldaar

gerichtwordenopuitbreiding.Ditisvanbelang

vanwegegeografischespreidingvandesoort.

Nederlandheefteengroteinternationaleverant-

woordelijkheidvoorhetbehoudvandezeplant.

H1831 Drijvende waterweegbree

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitbiotooptenbehoeve

vanbehoudpopulatie.

Toelichting:

BelangrijkepopulatiesinKempenland-West(��5),

VlijmensVen,Moerputten&BosscheBroek(��2),

Maasduinen(�45),SarsvenenDeBanen(�46).

Hoeweldelandelijkestaatvaninstandhouding

matigongunstigis,isgekozenvoorbehoud,

omdaternogsteedsveelgroeiplaatsenzijnén

onvoldoendeduidelijkishoedesoorthersteld

zoukunnenworden.Desoortzalmogelijkwel

profiterenvanhetherstelvanbekenenvan

habitattypezwakgebufferdevennen(H���0).

Nederlandheefteengroteinternationaleverant-

woordelijkheidvoorhetbehoudvandezeplant.

H1903 Groenknolorchis

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

biotooptenbehoevevanuitbreidingpopulatie

Toelichting:

BelangrijkepopulatieskomenvoorinDuinen

Schiermonnikoog(6),Wieden(�5),Weerribben

(�4),VoornesDuin(�00)enGrevelingen(��5).

Herstelvandezesoortverlooptparallelaan

uitbreidingoppervlakteenverbeteringkwaliteit

vanhabitattypenvochtigeduinvalleien(H2�90)en

overgangs-entrilvenen(H7�40),waarbijervooral

aandachtmoetzijnvooruitbreidingpopulatiesin

deHollandsevastelandsduinenenindelaagveen-

gebieden.

Bijlage 9.3.3: Natura 2000 doelen op landelijk

niveau broedvogels

A004 Dodaars

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievantenminste2.000paren.

Toelichting:

ZowelinEuropaalsinNederlandisdedodaars

eenwijdverspreidesoort.Met�%vandeEU-po-

pulatieishetrelatiefbelangvandeNederlandse

populatiegroot.Hetafgelopendecenniumisde

situatievoordedodaarstengoedegekeerden

desoortverkeerdnuineengunstigestaatvanin-

standhouding.Hooguitéénderdevandepopula-

tiekomtvoorinNatura2000gebieden.Belangrij-

kegebiedenzijninverschillendelandschappente

vinden:MerenenMoerassen(Oostvaardersplas-

sen(78)),Hogerezandgronden(Dwingelderveld

(�0),Maasduinen(�45)),Hoogvenen(GrootePeel

(�40))enRivierengebied(GeldersePoort(67)).

A008 Geoorde fuut

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievantenminste400paren(20

sleutelpopulatiesvantenminste20paren).

Toelichting:

HetvoorkomenisinOost-Europawijdverbreid,

maarinWest-Europasterkverbrokkeld.Neder-

landisvoorWest-Europaeenbelangrijkgebied.

Metbijna5%vandeEU-populatieishetrelatief

belangvandeNederlandsepopulatiezeergroot.

Degeoordefuutisdeafgelopen�0jaarinaantal

enverspreidingsterktoegenomenenverkeertin

eengunstigestaatvaninstandhouding.Tweeder-

devandepopulatiebroedtinNatura2000gebie-

den.Gebiedendiedegrootstebijdrageleveren

liggenopdehogerezandgronden(BrabantseWal

(�28),Dwingelderveld(�0)enindehoogvenen

(Bargerveen(��),GrootePeel(�40).

Page 192: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�92

A017 Aalscholver

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoorbe-

houdvanhetactuelenationalepopulatieniveau

vantenminste20.000parenverdeeldoverten

minste20koloniesvantenminste�00paren.

Toelichting:

Deinbomenbroedendeondersoortvandeaal-

scholverPhalacrocorax carbo sinensiskomtver-

spreidoverEuropavoormeteenduidelijkzwaar-

tepuntinhetNoordwest-Europeselaagland;met

nameDenemarkenenNederland.Hetrelatief

belangvanNederlandisdanookzeergroot(��%

vandeEU-populatie).Deaalscholverisinaantal

enverspreidingsterktoegenomenenverkeert

ineengunstigestaatvaninstandhouding.Uit

oogpuntvanrisicospreidingishetbijdeze,vaak

ingrotekoloniesbroedende,soortvanbelang

dateenflinkaantalkolonieswordtbehouden.

Hetovergrotedeelvandekoloniesbevindtzich

inNederlandinNatura2000gebieden(90%).De

grootstekolonies(meerdan�.000paren)bevin-

denzichinhetNatura2000landschapMerenen

Moerassen(Oostvaardersplassen(78),IJsselmeer

(72),Lepelaarplassen(79),Naardermeer(94),

Wieden(�5)enAldeFeanen(��)).Ingebiedenin

dekustzone(Noordzee,WaddenzeeenDeltaen

deduinen)hebbenzichrecentelijkookflinkeaan-

tallen(meerdan500paren)gevestigd(Duinen

Vlieland(�),Zwanenwater&Pettemerduinen(85),

VeerseMeer(��9))enkoloniesvanmaximaal

enkele�00-denparenzijntevindeninhetNatura

2000landschapRivierengebied(Biesbosch(��2),

UiterwaardenIJssel(�8),GeldersePoort(67))).

A021 Roerdomp

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedvooruitbreidingtoteenpopulatieniveau

vantenminste400paren.

Toelichting:

InOost-Europaisderoerdompeenwijdverbreide

soort,maarinWest-Europaishetvoorkomen

schaarsenlokaal.DebetekenisvanNederland

voorWest-Europaisdanookgroot;hetrelatief

belangvoordeEUismet�%groot.Zowelaantal

alsverspreidingvanderoerdompzijngehalveerd.

Inrecentejarenisersprakevanenigherstel.De

soortverkeertineenzeerongunstigestaatvan

instandhouding,zowelwatbetreftverspreiding,

populatie,leefgebiedalstoekomst.Hetgestelde

doelisconformhetbestaandebeleidgeformu-

leerdinhetbeschermingsplanmoerasvogels.Om

destreefwaardevan400tehaleniseentoename

vanminstens25%noodzakelijk,waarvaneendeel

moetwordengerealiseerdindenietvoordesoort

aangewezenNatura2000gebieden.Derhalveis

eencomplementairdoelvoorderoerdompgefor-

muleerdvoordemeestperspectiefrijkevandeze

gebieden.OokbuitenhetNatura2000netwerkzal

eendeelvanderoerdompenonderdakmoeten

vinden(maximaal25%)endientaandachtte

wordenbesteedaandevoedselsituatie.Ditismo-

gelijkgeziendeplannenvoornatuurontwikkeling.

MomenteelbroedttweederdeinNatura2000

gebieden,metnameinhetNatura2000landschap

MerenenMoerassen(o.a.Oostvaardersplassen

(78),Wieden(�5),Ilperveld,Varkensland,Oost-

zanerveld&Twiske(92)Wormer-enJisperveld&

Kalverpolder(90),Lauwersmeer(8)).IndeNatura

2000landschappenRivierengebied(Gelderse

Poort(67))enDuinen(DuinenenLageLandTexel

(2))broedteenklein,maarwezenlijk,aantal

paren.

A022 Woudaap

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebied.Gestreefdwordtnaarherstelvaneen

populatieniveauvantenminste200parenver-

deeldovertenminste5sleutelpopulatiesvanten

minste20paren(tenminste�00paren).

Toelichting:

InZuid-enOost-Europaisdewoudaapeen

wijdverspreidebroedvogel.Nederlandvormtin

West-Europaeennoordelijkevoorpost.Aantal

enverspreidingzijnsterkafgenomen,overeen-

komendemeteenzeerongunstigestaatvan

instandhouding,zowelwatbetreftverspreiding,

populatie,leefgebiedalstoekomst.Geziende

belangrijkefunctievanNederlandalsnoordelijk-

steuitlopervanhetbroedgebiedinEuropaisin

hetherstelplanmoerasvogelseenaanzienlijke

herstelopgavegeformuleerd.Daarvanzaleen

deelmoetenwordengerealiseerdindenietvoor

desoortaangewezenNatura2000gebieden.Der-

halveiseencomplementairdoelvoordewoudaap

geformuleerdvoordemeestperspectiefrijkevan

dezegebieden.Ookalsdezedoelenwordengere-

aliseerdkannognietvaneenwerkelijkduurzame

populatiewordengesproken.

TweederdevandeparenwordtaangetroffeninNa-

tura2000gebieden.AlleeninOostelijkeVechtplas-

sen(95)broedenjaarlijksmeerdereparen.

A027 Grote zilverreiger

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudbestaandekolonieseneventuelenieuw-

vestigingen.

Toelichting:

VanoudshereenbroedvogelinZuidoost-Europa.

Inrecentejarenheefteenareaaluitbreidingnaar

West-Europaplaatsgevonden.Recentookals

broedvogelinNederlandgevestigdensterkinaan-

taltoenemend.Met�%vandeEU-populatieishet

relatiefbelanggroot.Destaatvaninstandhouding

wordtdanookalsgunstigingeschat.Hetvoor-

komeninNederlandisvanextrabelangomdat

heteengeïsoleerde,noordelijkevoorpostinhet

verspreidingsgebiedinEuropabetreft.Vrijwelalle

parenbroedeninéénkolonieindeOostvaarders-

plassen(78)(MerenenMoerassen).

A029 Purperreiger

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedvoorherstelvaneenpopulatievan

tenminste600parenverdeelovertenminste�0

koloniesvantenminste60paren.

Toelichting:

Depurperreigeriseenwijdverspreidebroedvogel

inZuid-enZuidoost-Europa.DeNederlandsepopu-

latievormteeneenzamevoorpostinNoordwest-

Europa.Metruim5vandeEU-populatieishet

relatiefbelangzeergroot.Hoeweldeverspreiding

inNederlandnauwelijksisingekrompen(beoorde-

ling:gunstig)ishetaantalparensterkafgenomen.

Recentisenigherstelopgetreden.Destaatvan

Page 193: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�9�

instandhoudingwordtbeoordeeldalszeeron-

gunstigvoorpopulatieenmatigongunstigvoor

leefgebiedentoekomst.

GeziendeuiterstbelangrijkefunctievanNeder-

landalsnoordelijksteuitlopervanhetbroedge-

biedinEuropadienteenveiligemargeinge-

bouwdtewordeninhetvoorNederlandnate

strevenpopulatieniveau.Hetgesteldedoelvolgt

hetbeschermingsplanmoerasvogelsdatookuit

gaatvaneengewenstaantalvantenminste600

parenverdeeldovertenminste�0koloniesvan

tenminste60paren.Allekoloniesbevindenzich

inNatura2000gebiedeninMerenenMoerassen

(o.a.Wieden(�5),Naardermeer(94),Oostelijke

Vechtplassen(95),NieuwkoopsePlassen&De

Haeck(�0�),BoezemsKinderdijk(�06))enin

Rivierengebied(Zouweboezem(�05)).

A034 Lepelaar

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudvaneenpopulatievantenminste�.000

parenverdeeldovertenminste20koloniesvan

tenminste40paren.

Toelichting:

Inheterratischeverspreidingsbeeldovermet

nameZuidwest-enZuidoost-Europavormt

NederlandeenuitzonderlijkevoorpostinNoord-

west-Europa.RuimeenkwartvandeEU-populatie

broedtinNederlandenhetrelatiefbelangisdan

ookzeergroot.Inrecentejarenishetaantalkolo-

niesenhetaantalparenzeersterktoegenomen.

Delepelaarverkeertdanookineengunstige

staatvaninstandhouding.Geziendebelangrijke

functievanNederlandalsnoordelijksteuitloper

vanhetbroedgebiedinEuropameteenbelang-

rijkdeelvandeEuropesepopulatiebinnenonze

landsgrenzendienteenveiligemargeingebouwd

tewordeninhetvoorNederlandnatestreven

populatieniveau.

Hetbeschermingsplanmoerasvogelsgaat

eveneensuitvaneenaantalvantenminste�.000

parenmeteengoederuimtelijkeverdeling.De

koloniesbevindenzichvooralinhetkustgebied

(Waddenzee(�),DuinenVlieland(�),Duinenen

LageLandTexel(2),Zwanenwater&Pettemerdui-

nen(85))eninhetNatura2000landschapMeren

enMoerassen(Oostvaardersplassen(78),Lepe-

laarplassen(79)).Recentneemtookhetaantal

parenindeDeltatoe.

A063 Eider

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievantenminste8.000paren.

Toelichting:

AlskustbroedvogelvanNoordwest-Europabereikt

deeiderinNederlanddezuidelijkegrensvan

haarverspreiding.TenzuidenvanhetWadden-

gebiedbroedennauwelijksnogeiders.Met�,5%

vandeEU-populatieishetrelatiefbelangvan

Nederlandgroot.Hetbelangvandebroedpopula-

tieinNederlandligtertevensindatzeisgelegen

aandezuidelijkegrensvanhetbroedareaalin

Europa.Hetleefgebiedendepopulatieworden

alszeerongunstigbeoordeeld,waarmeede

staatvaninstandhoudingalsgeheelookalszeer

ongunstigwordtingeschat.Gezienhetpopulatie-

niveauronddeeeuwwisseling(8000-�0000paren)

inrelatietotdesignaalfunctievoordekwaliteit

vanhetleefgebiedishetbehoudvaneenaantal

parenvantenminste8.000natestreven,zijnde

deondergrensvanderangeindeafgelopen

�0jaren.Vrijwelalleeidersbroedenbinnende

grenzenvanNatura2000gebiedeninhetwad-

dengebied(Waddenzee(�)DuinenenLageLand

Texel(2),DuinenVlieland(�),DuinenAmeland(5)

enDuinenSchiermonnikoog(6)).

A072 Wespendief

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievantenminste400paren(20

sleutelpopulatiesvantenminste20paren).

Toelichting

Wijdverspreidebroedvogeloverhetvasteland

vanEuropa.VerspreidinginNederlandlijkt

duidelijktoegenomen,maarvandeaantallenis

datonzeker.Desoortverkeertineengunstige

staatvaninstandhouding.Slechtseenkwartvan

deNederlandsepopulatiebroedtinNatura2000

gebiedenopdehogerezandgrondenmetalsver-

reweghetbelangrijkstegebieddeVeluwe(57).

A081 Bruine kiekendief

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudvantenminste�.�00paren.

Toelichting:

Wijdverspreidebroedvogeloverhetvasteland

vanEuropa,metdegrootsteaantallenvooralin

Oost-Europa.Nederlandvormteenbolwerkin

West-Europaenmet4%vandeEU-populatieis

hetrelatiefbelanggroot.Hetaantalendever-

spreidingzijnsterktoegenomenhetgeenresul-

teertineengunstigestaatvaninstandhouding.

GeziendebelangrijkefunctievanNederlandals

noordwestelijkbolwerkinhetbroedgebiedin

Europadienteenveiligemargeingebouwdte

wordeninhetvoorNederlandnatestrevenpo-

pulatieniveau.Hetgesteldedoelbetreftbehoud

vanhethuidigeniveau.Ongeveerdehelftvan

deparenbroedtinNatura2000gebiedenmet

nameinDuinen(DuinenenLageLandTexel

(2),DuinenTerschelling(4),DuinenAmeland

(5),DuinenSchiermonnikoog(6)),Merenen

Moerassen(Lauwersmeer(8),IJsselmeer(72),

Oostvaardersplassen(78))enRivierengebied

(Biesbosch(��2)).OokdeDeltaherbergteen

flinkepopulatie(Haringvliet(�09),Grevelingen

(��5)enWesterschelde&Saeftinghe(�22)).

A082 Blauwe kiekendief

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedvoorherstelvaneenpopulatievanten

minste250paren.

Toelichting:

DeEuropeseverspreidingisnogalversnipperd

meteennoordelijkepopulatie(vanSchotland

viaScandinaviënaarRusland)eneenMid-

den-EuropesepopulatievanNoord-Spanjeen

FrankrijknaarOost-Europa).DeNederlandse

populatieligtrelatiefgeïsoleerdtussendeze

tweeverspreidingsgebieden;hetrelatiefbelang

metruim0,5%vandeEU-populatieisgroot.

Areaalenaantalzijnsterkafgenomenende

soortverkeertdanookineenzeerongunstige

staatvaninstandhoudingvoorverspreiding,

populatie,leefgebiedentoekomst.Inlijnmet

Page 194: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�94

hetbeschermingsplanmoerasvogelsstrevennaar

hetherstelvantenminste5sleutelpopulaties

vantenminste20-40paren,meteennationale

populatievantenminste250paren.Opkorte

termijngeldtbehoudpopulatieWaddeneilanden

enoplangetermijnpopulatieherstelinmoeras-

gebiedenvanlaag-Nederland.Vrijwelalleparen

broedeninNatura2000gebiedenvandeduinen

(DuinenenLageLandTexel(2),DuinenVlieland

(�),DuinenTerschelling(4),DuinenAmeland(5),

DuinenSchiermonnikoog(6)).Ophetvasteland

zijnalleenhetLauwersmeer(8)endeOostvaar-

dersplassen(78)regelmatigbezet.DeOostvaar-

dersplassen(78)vormenvoorpopulatieherstel

inmoerasgebiedenvanlaag-Nederlandeen

belangrijkevoorpost.

A084 Grauwe kiekendief

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedvoorherstelvantenminste�sleutelpopu-

laties(Flevoland,Lauwersmeer(8)enNoordoost-

Groningen)meteentotalepopulatieomvangvan

tenminste60paren.

Toelichting:

Degrauwekiekendiefheefteenrelatiefzuidelijke

verspreidinginEuropa,waarbinnenNederland

aansluitopdepopulatievanhetNoordwest-Eu-

ropeselaaglandvanNederland,Noordwest-Duits-

landenDenemarken.Naeenzeersterkeafname

inaantallenenareaalisinNederlandrecent

weereenlichtetoenameopgetreden.Tochisnog

sprakevaneenzeerongunstigestaatvaninstand-

houdingvoorverspreiding,populatie,leefgebied

entoekomst.Het,conformhetbeschermingsplan

grauwekiekendief,voordegrauwekiekendiefna-

gestreefdedoel(meerdan�sleutelpopulatiesen

meerdan60paren)staatevenwelnognietgarant

vooreenduurzamepopulatie.Slechtseenklein

deel(circa�0%)broedtinNatura2000gebieden

(Lauwersmeer(8)).

A107 Korhoen

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedvoorherstelvantenminste�sleutelpo-

pulatiesvantenminste40hanenopdeSallandse

Heuvelrug.

Toelichting:

InEuropakomtdekorhoennuvooralvoorin

Schotland,Scandinavië,Oost-EuropaendeAlpen.

DepopulatievandeheideveldenvanhetNoord-

west-Europeselaagland,waarvandeNederlandse

deeluitmaakt,isvrijweluitgestorven.Dekorhoen

isinNederlandzeersterkafgenomenenverkeert

ineenzeerongunstigestaatvaninstandhouding

voorverspreiding,populatie,leefgebiedentoe-

komst.Momenteelkomtzijslechtsinééngebied

voor:deSallandseHeuvelrug(42)(Natura2000

landschapHogerezandgronden).Omdesoort

opdelangetermijnvoorNederlandduurzaamte

behouden,kannietalleenwordenvolstaanmet

verbeteringvanhetleefgebiedopdeSallandse

Heuvelrug(meerfijnmazigestructuurinheidevel-

den,meerrust,meeradequaatvoedselaanbod).

Voorhetduurzaambehoudzijnmeerderemeta

populatiesnodig(medetervoorkomingvan

genetischeerosie).

Optermijnwordtgestreefdnaar5sleutelpopula-

tiesvantenminste50hanen(nationalepopulatie

tenminste250hanen).

A119 Porseleinhoen

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedvoorherstelvaneenpopulatievanten

minste400paren.

Toelichting:

Nederlandvormteenbelangrijkevoorpost

inNoordwest-Europabinnenheterratische

verspreidingsbeeldinEuropa,waarbinnenhet

zwaartepuntduidelijkopOost-Europaligt.Met

2%vandeEU-populatieishetrelatiefbelang

groot.HoewelhetbroedareaalinNederlandis

verruimdzijndeaantallensterkverminderd.De

staatvaninstandhoudingiszeerongunstig.Eris

sprakevaneenzeerongunstigestaatvaninstand-

houdingvoorpopulatie,leefgebiedentoekomst

wordenalsmatigongunstigingeschat.Desoort

isvooralaangewezenopuitgestrektelaagveen-

moerassenenoverstromingsgebieden,waarinde

zomermaandenplas-drassituatiesontstaan.Met

namehetRivierengebiedvervultintopjareneen

essentiëlerol.Erwordtgestreefdnaaroptimalisa-

tievandeomstandighedenindegebiedenwaar

desoortvoorkomt,zodatdemaximameerregel

danuitzonderingworden.Hetgesteldedoelvolgt

hetbeschermingsplanmoerasvogelsengaatuit

van5sleutelgebiedenmeteenpopulatievan40-

80parenentenminste400paren.Desoortkomt

jaarlijksinsterkwissellendeaantallenvoor.Het

doelisgeformuleerdvoorjarendatdeomstan-

dighedeninhetleefgebiedgunstigzijn.Onge-

veerdriekwartvandeporseleinhoendersbroedt

inNatura2000gebieden.VooralinNatura2000

landschappenMerenenMoerassen(o.a.Weerrib-

ben(�4),Oostvaardersplassen(78),Lauwersmeer

(8))enRivierengebied(UiterwaardenIJssel(�8),

UiterwaardenNeder-Rijn(66))enverdersommige

hoogvenen(Fochteloërveen(2�),Bargerveen(��)).

A122 Kwartelkoning

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudvan20sleutelpopulatiesmeteentotaal

aantalparenvantenminste400.

Toelichting:

Hetverspreidingsgebiedvandekwartelkoning

ligtalseenbredebandoverMidden-Europa,

vanIerlandenSchotlandtotinRusland.Verre-

wegdemeestebroedeninOost-Europa.Naeen

aanvankelijkesterkeafnameinNederlandishet

voorkomeninrecentejarensterktoegenomen.

Vooralsnogwordtdestaatvaninstandhouding

alsmatigongunstigbeoordeeldmetverspreiding

enpopulatiegunstigenleefgebiedentoekomst

alsmatigongunstig.Oplandelijkniveaukan

wordenvolstaanmetbehoudvanomvangen

kwaliteitvanhetleefgebiedvoorhetbehoudvan

dehuidigepopulatie.Metnamelangsdegroteri-

vierenisuitbreidingvanhetleefgebiedmogelijk.

SlechtéénderdebroedtinNatura2000gebieden

endaarligthetzwaartepuntinhetRivierenge-

bied(UiterwaardenIJssel(�8),Uiterwaarden

Neder-Rijn(66),GeldersePoort(67)enUiterwaar-

denWaal(68).

Page 195: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�95

A132 Kluut

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievantenminste8.000paren.

Toelichting:

VerspreidlangsdekustenvanWest-enMediter-

raanEuropabroedenklutenmeteenkleineen-

claveinhetbinnenlandvandeBalkan.Bijnaeen

kwartvandeEU-populatiebroedtinNederlanden

daarmeeisdepopulatievanzeergrootbelang.

Naeensterketoenamenemendeaantallenrecent

af.Hoewelverspreidingenpopulatienoggunstig

wordeningeschatwordenleefgebiedentoe-

komstdaaromalsmatigongunstigbeschouwd,

resulterendeineenmatigongunstigestaatvan

instandhouding.

GeziendezeergrotebetekenisvanNederland

voorEuropaalsbroedgebieddientdenationale

populatieomvanggehandhaafdtewordenop

tenminstehetbasisniveauvandeafgelopen

decenniavan8.000paren.Driekwartbroedtin

Natura2000gebieden,metdehoofdmootin

hetWaddengebied(Waddenzee(�))endeDelta

(Krammer-Volkerrak(��4),Haringvliet(�09),Oos-

terschelde(��8),Grevelingen(��5),Westerschelde

&Saeftinghe(�22)).

A137 Bontbekplevier

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievantenminste400paren

verdeeldovertenminste�0sleutelpopulatiesvan

tenminste20paren.

Toelichting:

Debontbekplevierbroedtvoorallangsdekusten

vanNoordwest-enNoordEuropaeninhetnoor-

denvanScandinavië.LangsdeAtlantischekust

vanFrankrijkbevindenzichdezuidelijkstebroed-

plaatsen,waarbijhetdoorgaansomeengering

aantalparengaat.DeNederlandsepopulatieis

danookaantalsmatigdebelangrijkstezuidelijke

voorpostlangsdekustvanhetNoordwest-Euro-

pesevasteland.Metcirca�%vandeEU-populatie

ishetrelatiefbelangookgroot.Deaantallenzijn

inNederlandduidelijkafgenomen(zeerongun-

stig)enleefgebiedentoekomstwordenmatig

ongunstigingeschat,resulterendeineenzeer

ongunstigestaatvaninstandhouding.Alsdoel

wordthethuidigepopulatieniveauaangehouden

datafdoendeisvooreenduurzamepopulatie.

Circa60%broedtinNatura2000gebieden,vooral

hetkustgebiedisvangrootbelang(zoalsWad-

denzee(�),Noordzeekustzone(7),Grevelingen

(��5)enOosterschelde(��8)).

A138 Strandplevier

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedtenbehoevevanherstelpopulatievan

tenminste400parenverdeeldovertenminste�0

sleutelpopulatiesvantenminste20paren(Delta

enWaddengebied).

Toelichting:

VerspreidlangsdekustenvanWest-enMediter-

raanEuropabroedenstrandplevierenmeteen

kleineenclaveinhetbinnenlandvandeBalkan.

Met2%vandeEU-populatieishetrelatiefbelang

groot.HetNederlandsebroedgebiedistevens

eenbelangrijkonderdeelvanhetEuropese

areaal.DestrandplevierbereiktinhetWadden-

gebiedhaarnoordelijkeverspreidingsgrensin

Europa.InNederlandzijnareaalenaantallenzeer

sterkafgenomen.

Erissprakevaneenzeerongunstigestaatvan

instandhoudingvooralleaspecten:verspreiding,

populatie,leefgebiedentoekomst.Dehoeveel-

heidpotentieelbiotoopreflecteertzichinhetpo-

pulatieniveauhalverwegede70-erjarenvan900

paren.Eenduurzamepopulatiezoutenminste

400parenmoetenomvatten;geziendeligging

aanderandvanhetareaalisindedoelstelling

eenveiligheidsmargeingebouwd.Driekwart

broedtinNatura2000gebieden;vooralinde

Delta(Krammer-Volkerrak(��4),Westerschelde&

Saeftinghe(�22),Haringvliet(�09))eningering

aantalindeWaddenzee(�).

A151 Kemphaan

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

herstelpopulatievantenminste�.000hennen

verdeeldovertenminste�0sleutelpopulaties.

Toelichting:

InEuropaisdekemphaantegenwoordigvooral

broedvogelinScandinaviëenNoordoost-Europa.

Deaantallenaandezuidwestgrensvanhetareaal,

hetNoordwest-Europeselaagland,zijnsterkafge-

nomen.OokinNederlandishetaantalbroedvo-

gelszeersterkafgenomen,gepaardgaandemet

eensterkeinkrimpingvanhetareaal.Destaatvan

instandhoudingiszeerongunstigvooralleaspec-

ten:verspreiding,populatie,leefgebiedentoe-

komst.VanoudshervormtNederlanddekernvan

hetbroedgebiedvandekemphaanalsweidevogel

inEuropa.Halverwegede70-erjarenwarenernog

�500hennenenbegin80-erjarennogruim�000.

Eenhersteltotditniveauiswenselijkvanuitdeop-

tiekvanbehoudvandepopulatietentijdevande

aanmelding.SlechtseenkwartbroedtbinnenNa-

tura2000gebieden,vooralinMerenenMoerassen

(o.a.Wormer-enJisperveld&Kalverpolder(90),

Lauwersmeer(8)enSneekermeergebied(�2)).

A153 Watersnip

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedvoorherstelpopulatievan4.000paren

verdeeldovertenminste20sleutelpopulaties.

Toelichting:

Dewatersnipiseenwijdverspreidebroedvogel

inMidden-enNoord-Europa.Aantallenenareaal

zijninNederlandzeersterkafgenomen.De

toestandiszeerongunstigvoorverspreiding,

populatieentoekomstenmatigongunstigvoor

leefgebied,resulterendineenzeerongunstige

staatvaninstandhouding.Begin80-erjarennog

4500paren.Eenhersteltotdichtbijditniveau

iswenselijkvanuitdeoptiekvanbehoudvande

populatietentijdevandeaanmelding.Slechts

éénderdebroedtinNatura2000gebieden,vooral

indeNatura2000landschappenMerenenMoe-

rassen(Weerribben(�4),Wieden(�5),Ilperveld,

Varkensland,Oostzanerveld&Twiske(92)en

Hoogvenen(Bargerveen(��)).VoorhetDrentse

Aa-gebied(25)iseencomplementairdoelgefor-

muleerd.

Page 196: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�96

A176 Zwartkopmeeuw

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedenbe-

houdvantenminste�0koloniesvantenminste20

parenmeteentotaalvantenminste500paren.

Toelichting:

Totrecentwashetvoorkomenbeperkttothet

MediterranedeelvanEuropa.Delaatstedecennia

heefteenaanzienlijkeareaaluitbreidingplaats-

gevondenlangsdeAtlantischekustwaarbijook

Nederlandwerdbereikt.Quaaantallenvormt

Nederlandeenbelangrijkevoorpost.Metcirca

�0%vandeEU-populatieishetrelatiefbelangzeer

groot.DezwartkopmeeuwbereiktinNederland

zijnnoordelijkeverspreidingsgrens;hetvoor-

komenvormtdaarmeeeenbelangrijkeuitloper

vanhetEuropeseareaal.Desoortbroedtineen

beperktaantalgrotereeneengrootaantalklei-

nerekolonies.Geziendesnellepopulatietoename

wordtdestaatvaninstandhoudingalsgunstig

beoordeeld.

Erisechterslechtseenbeperktaantalkolonies

vanenigeomvanginhetdeltagebied.Daarbui-

tenvindtbroedenverspreidoverheelNederland

plaatsinzeergeringeaantallen.Hetbeperkte

aantalgroterekolonies,diedaarbijooknog

eenweinigstabielebezettingkennen,maaktde

populatiekwetsbaar.Vaneenduurzamepopulatie

isdanookvooralsnoggeensprake.Meerdan80%

broedtinNatura2000gebieden,vooralindeDelta

(o.a.Krammer-Volkerak(��4),Haringvliet(�09),

Westerschelde&Saeftinghe(�22).

A183 Kleine mantelmeeuw

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievan90.000paren.

Toelichting:

InEuropastrekthetbroedgebiedzichuitlangs

deAtlantischekustvanNoordwest-Spanjetotaan

Noord-NoorwegenenlangsdeOostzeeenhet

binnenlandvanFinland.EenderdevandeEU-po-

pulatiebroedtlangsdeNederlandsekusten,waar-

meehetrelatiefbelangzeergrootis.Dekleine

mantelmeeuwisinNederlandsterktoegenomen

enverkeertineengunstigestaatvaninstand-

houding.GezienhetgrotebelangvoorEuropa

wordtbehoudvanhethuidigepopulatieniveau

nagestreefd.Ruimdehelftvandeparenbroedt

inNatura2000gebieden;vooralinhetWadden-

gebied(Waddenzee(�),DuinenenLageLandvan

Texel(2)enDuinenVlieland(�)).

A191 Grote stern

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

herstelpopulatietot25.000paren.

Toelichting:

Grotesternsbroedenverspreidlangsdekusten

vanEuropa,noordelijktotEstland.Ruimeen

kwartvandepopulatievandeEUbroedtinNe-

derland,waarmeehetrelatiefbelangzeergroot

is.NaeensterketerugvalinNederlandtenge-

volgevanlandbouwgifinde60-erjarenvindtmo-

menteeleenvoortdurendherstelplaatsleidend

toteenaantalvanruim�6.000parenin2004.

Depopulatielaginheteerstedeelvandevorige

eeuwopeenniveauvan�0.000parenopgrond

waarvaneenverdergaandherstelverwachtmag

worden.Hetaantalpermanentebroedplaatsenis

echterzeergering.Destaatvaninstandhouding

isnogzeerongunstig:verspreidingmatigenpo-

pulatiezeerongunstig.Doordegestagetoename

zijnleefgebiedentoekomstopgunstiginge-

schat.AllekoloniesbevindenzichinNatura2000

gebiedeninhetWaddengebied(Waddenzee(�))

endeDelta(Westerschelde&Saeftinghe(�22),

Oosterschelde(��8)enHaringvliet(�09))

A193 Visdief

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

herstelpopulatietot20.000paren.

Toelichting:

Devisdiefbroedtverspreidoverhetgrootstedeel

vanEuropawaarbijdeaantallenvanzuidnaar

noordtoenemen.DedichtheidinNederlandis

zeeraanzienlijk,typerendvoordedeltavande

groterivieren,waardoorzichookhethogeaan-

deelvandeEU-populatiedatinNederlandbroedt

laatverklaren:�2%,waarmeehetrelatiefbelang

zeergrootis.Naeensterketerugvaltengevolgevan

landbouwgifinde60-erjarenvindtmomenteeleen

voortdurendherstelplaats,allijktditmomenteelte

stagneren.Hetareaalisdaarbijechterachtergeble-

ven.Destaatvaninstandhoudingwordtalsmatig

ongunstigbeoordeeldvoorverspreiding,populatie

enleefgebied,maardetoekomstwordtalsgunstig

beoordeeld.Depopulatielaginheteerstedeelvan

devorigeeeuwopeenniveauvan�0.000parenop

grondwaarvaneenverdergaandherstelverwacht

magworden.

Ruim80%broedtinNatura2000gebieden;vooralin

hetWaddengebied(Waddenzee(�)),deDelta(o.a.

Haringvliet(�09),Westerschelde&Saeftinghe(�22),

Oosterschelde(��8))enhetIJsselmeergebied(IJs-

selmeer(72),Markermeer&IJmeer(7�),Eemmeer&

GooimeerZuidoever(77)).

A194 Noordse stern

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoorbehoud

populatievantenminste2.000paren.

Toelichting:

NoordsesternsbroedenlangsdekustenvanNoord-

west-EuropaeninNoord-Scandinavië.DeNederland-

sebroedplaatsenvormendezuidgrensvandever-

spreidinginEuropaendragendaarmeeinbelangrijke

matebijaanhetEuropesebroedareaal;met�%van

deEU-populatieishetrelatiefbelanggroot.

Eengroteterugvalinde60-erjaren,zoalsbijde

anderesterns,lijktbijdenoordsesternniettezijn

opgetreden.Deaantallenzijnlichttoegenomen

enhetareaalvandenoordsesternishooguitlicht

ingekrompenopbasiswaarvandestaatvaninstand-

houdingalsgunstigwordtbeoordeeld.Handhaven

vandehuidigesituatielijkthetmeestreëel,waarbij

deduurzaamheidvandepopulatiedoorhetzeer

geringeaantalgroterekoloniesaltijdtwijfelachtigzal

blijven.VrijwelallekoloniesliggeninNatura2000ge-

biedenmethetovergrotedeelinhetWaddengebied

(Waddenzee(�)).

A195 Dwergstern

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoorherstel

populatietot800paren.

Page 197: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�97

Toelichting:

DedwergsternisinEuropabroedvogellangsde

kustenenlangsgroteriviereninOost-,Mid-

denenZuid-Europa.Hetrelatiefbelangvande

NederlandsepopulatieisinEU-verbandmet

circa2%groot.Naeensterketerugvaltengevolge

vanlandbouwgifinde60-erjareniseenbeperkt

herstelopgetredentot555parenin2004.Het

areaalblijftdaarechtersterkbijachter.Destaat

vaninstandhoudingwordtvoorverspredingen

populatiealszeerongunstigbeoordeeld.Gezien

hetlichteherstelwordenleefgebiedentoekomst

opmatigongunstigingeschat.Depopulatielag

inheteerstedeelvandevorigeeeuwopeen

niveauvan800-900parenopgrondwaarvaneen

verdergaandherstelmagwordennagestreefd,

waarbijdeduurzaamheidvandepopulatiedoor

hetzeergeringeaantalgroterekoloniestwijfel-

achtigzalblijven.Allekoloniesbevindenzichin

Natura2000gebieden;vooralindeDelta(o.a.

Haringvliet(�09),Grevelingen(��5),Oosterschel-

de(��8)enWesterschelde&Seaftinghe(�22))en

hetWaddengebied(Waddenzee(�)).

A197 Zwarte stern

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedvoorherstelpopulatietot2.000paren

verdeeldovertenminste�5sleutelpopulatiesvan

tenminste60paren.

Toelichting:

HetbroedgebiedinNederlandvormteenvoor-

postvaneenuitgestrektverspreidingsgebiedin

Oost-Europa.BinnendeEUisNederlandechter

eenbelangrijkbroedgebied(relatiefbelangzeer

grootmeteenkleine�0%).Zowelaantalalsare-

aalisinNederlandsterkafgenomenendestaat

vaninstandhoudingisdanookzeerongunstig

voorverspreidingenpopulatie.Voorleefgebied

entoekomstwordtdezealsmatigongunstig

ingeschat.Hetgesteldedoelvolgthetbescher-

mingsplanmoerasvogelsmeteenpopulatievan

tenminste2.000parenverdeeldover�5kernen

vantenminste60paren.Vrijwelallekolonies

bevindenzichinNatura2000gebiedenverspreid

overMerenenMoerassen(o.a.Wieden(�5),

NieuwkoopsePlassen&DeHaeck(�0�),Deelen

(�4),OostelijkeVechtplassen(95),Rivierengebied

(o.a.UiterwaardenZwarteWaterenVecht(�6),

UiterwaardenIJssel(�8),GeldersePoort(67),en

Zouweboezem(�05)).Kleinekoloniesbevinden

zichindelandschappenHogerezandgrondenen

Hoogvenen.

A222 Velduil

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedvoorherstelvantenminste5sleutel-

populatiesvantenminste20paren(nationale

populatievantenminste�00paren).

Toelichting:

Develduilisbroedvogelovervrijwelgeheel

EuropameteenduidelijkzwaartpuntinNoord-

Europa(Scandinavië).Vanoorsprongwashet

Noordwest-Europeselaaglandgoedbezet.

Nederlandvormthierbinneneenbelangrijk

broedgebiedalishetrelatiefbelangafgenomen

totminderdan0,5%vandeEU-populatie.Op

kortetermijngeldtbehoudvandepopulatieop

deWaddeneilanden,oplangetermijnpopulatie-

herstelinmoeras-enveengebieden.Aantallen

enareaalzijninNederlandzeersterkafgenomen

endestaatvaninstandhoudingiszeerongun-

stigvooralleaspecten:verspreiding,populatie,

leefgebiedentoekomst.Vanoorsprongisde

soorteengewonebroedvogelinmoerassenen

venenophetNederlandsevasteland;momenteel

vrijweluitsluitendopdeWaddeneilanden.Voor

hetduurzaamvoortbestaanvandeNederlandse

populatieiseenherstelvanhetoorspronkelijke

areaalnoodzakelijk.90%vandeparenbroedtin

Natura2000gebieden;vooralinDuinen(Duinen

enLageLandTexel(2),DuinenTerschelling(4),

DuinenAmeland(5)).

A224 Nachtzwaluw

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievantenminste800paren

verdeeldovertenminste20sleutelgebieden

verspreidoverhetNatura2000landschapHogere

zandgronden.

Toelichting:

DenachtzwaluwbroedtoverheelEuropamet

uitzonderingvanhetuiterstenoorden.De

Nederlandsepopulatieneemtsindsbeginjaren

negentigweertoe;hetverspreidingsareaalis

sindsdejarenzeventigechtersterkgekrompen.

Doordatenkelegebieden,zoalsHarskampseZand

endeZuidoost-Veluwe,�0-�5%vandelandelijke

populatieherbergen,isdesoortkwetsbaar.De

staatvaninstandhoudingwordtalsmatigongun-

stigbeoordeeldvoorverspreiding,leefgebied

entoekomstenalsgunstigvoordepopulatie.

Doelopdelangetermijn:herstelvanderuime

verspreidingopdehogerezandgronden.

RuimdriekwartbroedtinNatura2000gebieden;

metnameinhetNatura2000landschapHogere

zandgronden(o.a.SallandseHeuvelrug(42),

Veluwe(57)(meerdan50%)enBrabantseWal

(�28)).

A229 IJsvogel

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievantenminste200paren(bin-

neneentermijnvan5jarennastrengewinters),

verdeeldovertenminste5sleutelpopulaties.

Toelichting:

DeijsvogelkomtwijdverspreidoverheelEuropa

metuitzonderingvanScandinaviëenNoord-Rus-

land.DeNederlandsepopulatieneemtgestaag

toe,maarblijfterggevoeligvoorstrengewinters.

Staatvaninstandhoudingechtergunstig.Op

delangetermijnwordternaargestreefdomvia

beekherstel(remeandering)eenvitalepopulatie

tebewerkstelligendieooknastrengewintersvan

redelijkeomvangblijft(tenminste200paren).

MinderdaneenkwartbroedtinNatura2000ge-

bieden,waarbijhetRivierengebiederuitspringt

(Biesbosch(��2),GeldersePoort(67)).

A233 Draaihals

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedvoorherstelpopulatievantenminste200

parenverdeeldover5sleutelpopulaties.

Page 198: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�98

Toelichting:

OphetvastelandvanEuropaisdedraaihals

overalbroedvogel,waarbinnenhetNoordwest-

Europeselaaglandhetdunstbezetis.Inmiddels

inNederlandvrijwelteruggedrongentotenkele

locatiesopdeVeluwe.StaatvanInstandhouding

iszeerongunstigvooralleaspecten:verspreiding,

populatie,leefgebiedentoekomst.Uitbreiding

vandebezettingsgraaddoormeeradequaat

beheer(kernopgave6.08structuurrijkedrogehei-

den)opdeVeluwe(57)isnoodzakelijkvooreen

meergunstigestaatvaninstandhouding.Naast

enkelesleutelpopulatiesopdeVeluweiseen

herstelvansleutelpopulatieseldersopdehoge

zandgrondenvoorhetduurzaamvoortbestaan

vandeNederlandsepopulatieessentieel.Het

overgrotedeelbroedtinNatura2000gebieden

dieonderdeeluitmakenvanhetNatura2000

landschapHogerezandgronden(Veluwe(57)).

A236 Zwarte specht

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievantenminste800paren.

Toelichting:

Dezwartespechtisbroedvogelophetvasteland

vanEuropa,metuitzonderingvangrotedelen

vanhetMediterranegebied.Metruim0,5%van

deEU-populatieishetrelatiefbelanggroot.In

Nederlandzijndepopulatieenhetareaalminof

meerconstant.Destaatvaninstandhoudingis

gunstigvooralleaspecten:verspreiding,popula-

tie,leefgebiedentoekomst.Doorgeringedisper-

sieismetnamedegeïsoleerdepopulatiesinde

duinenkwetsbaar,o.a.voorpredatie.Ongeveer

eenderdebroedtbinnenNatura2000gebieden,

metnameopdehogerezandgronden(Veluwe

(57)circa40%).

A246 Boomleeuwerik

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievantenminste5.000paren.

Toelichting:

DeboomleeuwerikisbroedvogelinheelEuropa

vanZuid-ScandinaviëenZuid-Engelandtotaande

MiddellandseZee.InNederlandisdepopulatie

sterkafgenomen,doorafnamevanhetheideare-

aaltengevolgevanontginningenaanhetbegin

vandevorigeeeuw,maarsedertde80-erjaren

weersterktoegenomen,waardoordehuidige

staatvaninstandhoudingalsgunstigwordt

beoordeeldvooralleaspecten:verspreiding,

populatie,leefgebiedentoekomst.Behoudvan

hethuidigeniveauistendoelgesteldalwaren

deaantallenbeginvorigeeeuwongetwijfeld

velemalenhoger.Ongeveerdehelftbroedtin

Natura2000gebiedenverspreidoverdehogere

zandgronden(Veluwe(57),40%).

A249 Oeverzwaluw

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatiemethetniveauvandeon-

dergrensvandeafgelopendecenniavan20.000

paren.

Toelichting

DeoeverzwaluwbroedtinheelEuropametuit-

zonderingvanIJsland.Hetrelatiefbelangisgroot

(2%vandeEU-populatie).Vooralnade80-erja-

reninNederlandweerwattoegenomeninaantal-

lenalishetareaaldaarbijachtergebleven;staat

vaninstandhoudingwordtechteralsgunstig

beoordeeldvooralleaspecten:verspreiding,po-

pulatie,leefgebiedentoekomst.Hetnagestreefde

niveaukomtovereenmetdataanhetbeginvan

de70-erjarenenhethuidigeniveau.Minderdan

eenkwartbroedtinNatura2000gebieden.Ditis

vooralafhankelijkvanhet“toevallig”terbeschik-

kingstaanvangeschiktenestwanden.

A255 Duinpieper

Natura 2000 doel:

Herstelomvangenverbeteringkwaliteitleefge-

biedvoorherstelvantenminste5sleutelpopu-

latiesmeteentotaalaantalvantenminste�00

paren.

Toelichting:

OverhetgehelevastelandvanEuropaisdeduin-

pieperbroedvogelmetverrewegdemeesteparen

inSpanje.Opveelplaatsenzijnaantallensterk

afnemend.AantalenareaalzijninNederland

eveneenssterkafgenomen;mogelijkzelfsals

broedvogelverdwenen.Staatvaninstandhouding

iszeerongunstigvooralleaspecten:verspreiding,

populatie,leefgebiedentoekomst.Desoortis

eenkarakteristiekebroedvogelvanstuifduinenin

hetbinnenland(inhet(verre)verledenooklangs

deHollandsekust),waarvaninhetbeginvande

80-erjarennogruim�00parenvoorkwamen.

Herstelvanstuifzandenkanmisschienweervoor

eenherstelvandepopulatiezorgen.DeVeluwe

(57)isdaarbijhetbelangrijkstedoelgebied,waar-

binnendeelpopulatiesalsafzonderlijkesleutelpo-

pulatieskunnenwordenbeschouwd.Optermijn

zouhervestigingeldersopdehogerezandgron-

denaandeduurzaamheidvandepopulatiebij

kunnendragen.Momenteelisdesoortmogelijk

alleennogbroedendinNatura2000gebied

Veluwe(57).

A272 Blauwborst

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudvantenminste5sleutelpopulatiesmet

eentotaalvan6.500paren.

Toelichting:

Dewitgesterdeondersoortvandeblauwborst

(Luscinia svecica cyanecula),waartoeookdeNe-

derlandseblauwborstenbehoren,broedtineen

relatiefsmallebandvanNederlandnaarRusland.

Vandezeondersoortvandeblauwborstbevat

Nederlandeenaanzienlijkdeelvandetotale

populatie(tenminste�0%).Hetbroedgebiedin

Nederland,eninminderemateBelgiëenNoord-

Frankrijk,vormteenrelatiefgeïsoleerdevoorpost

inditEuropeseareaal.Naeensterketerugval

halverwegedevorigeeeuwinNederland,zijn

aantallenenareaalenormtoegenomenwaarmee

destaatvaninstandhoudingalsgunstigkanwor-

denbeoordeeldvooralleaspecten:verspreiding,

populatie,leefgebiedentoekomst.Conformhet

beschermingsplanmoerasvogelswordttendoel

gesteldhetbehoudvanhethuidigepopulatie-

niveau,hetgeenduidelijkhogerligtdanhet

gewenstebasisniveauuitpopulatie-ecologische

optiek:6.500parenmettenminste5sleutelpo-

pulaties.Hetlageaantalnoodzakelijkesleutelpo-

Page 199: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

�99

pulatiesheefttemakenmetdesterkematevan

concentratieinenkelegroteremoerasgebieden

vanNederland(Lauwersmeer(8),Oostvaarders-

plassen(78)enBiesbosch(��2)).Meerdande

helftvandepopulatiebroedtinNatura2000

gebiedenverspreidoverRivierengebied(Bies-

boschmeerdan20%),Delta(Haringvliet(�09),

Westerschelde&Saeftinghe(�22)),Hoogvenen

(DeurnschePeel&Mariapeel(��9))enMerenen

Moerassen(Oostvaardersplassen(78)).

A275 Paapje

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedvoorherstelvaneenpopulatievanten

minste2.000parenverdeeldovertenminste20

sleutelpopulatiesvantenminste�00paren.

Toelichting:

Hetpaapjeiseenwijdverspreidebroedvogelover

heelEuropametuitzonderingvanhetzuidelijk

deelvanhetIberischSchiereiland.Aantallenen

areaalzijninNederlandzeersterkafgenomen

endestaatvaninstandhoudingisdanookzeer

ongunstigvooralleaspecten:verspreiding,popu-

latie,leefgebiedentoekomst.Metuitzondering

vandeOostvaardersplassen(78)bevindenalle

Natura2000gebiedenmettenminste�%vande

broedpopulatiezichmomenteelinNoordoost-Ne-

derland.Herstelvaneenduurzamepopulatie(20

sleutelpopulatiesvantenminste�00paren)kan

danookalleenwordenbereiktalshetoorspron-

kelijkeareaalweerwordtherbezet.

SlechtruimeenkwartbroedtinNatura2000

gebieden;vooralinhoogvenen(Fochteloërveen

(2�),Bargerveen(��))enopdehogerezandgron-

den(o.a.Drents-FrieseWold&Leggelderveld

(27)).Deduinen,vanoudshereenbelangrijk

broedgebied,zijnvrijwelverlaten.

A276 Roodborsttapuit

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudvaneenpopulatievantenminste6.000

parenverdeeldovertenminste20sleutelpopula-

tiesvantenminste�00paren.

Toelichting:

Deroodborsttapuitbroedtvooralindezuide-

lijkehelftvanEuropa,waarbijNederlandaande

noordgrensvanhetareaalisgelegen.Hetten

doelgesteldeaantalbetrefthuidigepopulatieni-

veau.Naeenaanvankelijkeafnameisinrecente

jarenweereensterkherstelopgetreden;destaat

vaninstandhoudingisgunstigvooralleaspecten:

verspreiding,populatie,leefgebiedentoekomst.

HetNederlandseareaalligtaandenoordrand

vanhetverspreidingsgebiedinWest-Europaen

vormtdaarmeeeenbelangrijkeuitlopervanhet

Europeseareaal.Daaromwordtbehoudophet

huidige,hoge,niveaunagestreefd.

EenderdevandeparenbroedtinNatura2000

gebieden,vooralopdehogerezandgronden

(Veluwe(57)(meerdan�0%),Drents-FrieseWold

&Leggelderveld(27),Dwingelderveld(�0)eninde

hoogvenen(Bargerveen(��)enGrootePeel(�40).

A277 Tapuit

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedvoorherstelvaneenpopulatievanten

minste2.000parenverdeeldovertenminste20

sleutelpopulatiesvantenminste�00paren.

Toelichting:

Detapuitiseenwijdverspreidebroedvogel

overheelEuropa.AantallenenareaalinNeder-

landzijnzeersterkafgenomenendestaatvan

instandhoudingisdanookzeerongunstigvoor

alleaspecten:verspreiding,populatie,leefgebied

entoekomst.Herstelvaneenduurzamepopulatie

(20sleutelpopulatiesvantenminste�00paren)

ligtnogbinnenhandbereikgezienhetniveauvan

�980enhetniveauindeperiode�999-200�,maar

kanalleenwordenbereiktalseenbelangrijkdeel

vanhetoorspronkelijkeareaalweerwordther-

bezet.TweederdebroedtinNatura2000gebie-

denwaarbijmetnamedehogerezandgronden

(Drents-FrieseWold&Leggelderveld(27),Veluwe

(57))endeduinen(o.a.DuinenTerschelling(4),

DuinenvanAmeland(5))vangrootbelangzijn.

A292 Snor

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedvoorherstelvaneenpopulatievanten

minste5sleutelpopulatiesvan�00-400parenmet

intotaaltenminste2.000paren.

Toelichting:

Desnorisbroedvogelvanhetvastelandvan

Europa,noordelijktotEstland.Hetzwaartepunt

ligtinOost-Europaendoordeteruggangvan

deaantalleninNoordwest-Europavormtde

Nederlandsepopulatieeenbelangrijkewestelijke,

enenigszinsgeïsoleerde,voorpost.Met�%van

deEU-populatieishetrelatiefbelanggroot.De

aantalleninNederland,maarvooraldeomvang

vanhetareaal,zijnafgenomenenresulterenin

eenzeerongunstigestaatvaninstandhouding

voordeaspectenverspreiding,leefgebiedentoe-

komst.Hetaspectpopulatieisvoorlopignogals

gunstigbeoordeeld.Hetgesteldedoelisconform

hetherstelplanmoerasvogels.Ruim80%broedt

inNatura2000gebiedenmetnameinMeren

enMoerassen(vooralinOostvaardersplassen

(78)(meerdan25%),Wieden(�4)enWeerribben

(�5))eninRivierengebiedongeveer�0%(vooral

inBiesbosch(��2)).

A295 Rietzanger

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedvoor

behoudpopulatievantenminste20.000paren.

Toelichting:

Derietzangeriseenwijdverspreidebroedvogel

inEuropametuitzonderingvandeMediterrane

landen.DegroteNederlandsepopulatieomvat

circa�%vandeEU-populatieenisrelatiefvan

grootbelang.Naeenaanvankelijksterketerug-

gangindepopulatieenhetareaalheefteen

sterkherstelplaatsgevonden.Daarbijzijnde

aantallenweeraanzienlijk,maarishetoorspron-

kelijkeareaalnoglangnietherbezet.Destaat

vaninstandhoudingisdanookmatigongunstig

voorverspreidingengunstigvoordeaspecten

populatie,leefgebiedentoekomst.Hetniveau

van20.000parenbetreftdeondergrensvan

deactuelepopulatieenkomtovereenmethet

Page 200: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

200

populatieniveaubegin80-erjaren.Enigeterug-

gangvandepopulatiedoorverminderingvan

deverruigingvanrietlandentenbehoevevan

andererietvogelskanwordengetolereerd.Krap

dehelftbroedtinNatura2000gebieden,met

degrootsteaantalleninMerenenMoerassen

(Wieden(�4),Lauwersmeer(8),Weerribben(�5),

AldeFaenen(��)enOostvaardersplassen(78)).

A298 Grote karekiet

Natura 2000 doel:

Uitbreidingenverbeteringkwaliteitleefgebied

voorherstelvaneenpopulatiemet5sleutelpo-

pulatiesvan40-80pareneneenlandelijkniveau

vantenminste500paren.

Toelichting:

Degrotekarekietiseenwijdverspreidebroed-

vogelvanZuid-ScandinaviëtotdeMiddellandse

Zee.DeNederlandsepopulatievormteen

voorpostinhetNoordwest-Europeselaagland.

InNederlandaldecennialangsterkafnemend

inaantalenareaal;staatvaninstandhoudingis

zeerongunstigvooralleaspecten:verspreiding,

populatie,leefgebiedentoekomst.Inde50-er

jarennog5000paren.Inovereenstemmingmet

hetbeschermingsplanmoerasvogelswordteen

herstelvoorgesteldnaar500paren.Inhoeverre

hiermeeeenduurzaampopulatieniveauwordt

bereiktisonzeker.Driekwartvandevogels

broedtinNatura2000gebiedenvanmerenen

moerassenmeteenzwaartepuntinhetVecht-

plassengebied(OostelijkeVechtplassen(95),

Naardermeer(94)),deOostelijkeRandmeren

(Ketelmeer&Vossemeer(75),ZwarteMeer(74)

enVeluwerandmeren(76))endeWieden(�4)en

Weerribben(�5).InhetRivierengebiedvrijwel

verdwenen(belangrijksteovergeblevengebied

GeldersePoort(67)).

A338 Grauwe klauwier

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteit

leefgebiedvoorherstelvaneenpopulatievan

250paren.

Toelichting:

OphetvastelandvanEuropaisdegrauweklau-

wiereenwijdverspreidebroedvogeldiealleen

ontbreektophetgrootstedeelvanhetIberisch

SchiereilandenhetNoordelijkdeelvanScandi-

naviëenRusland.Geletopdepopulatie-ontwik-

kelingsindsbeginjarentachtig,zouherstelzich

moetenrichtenopeenlandelijkminimum-aan-

talvan250-�00broedparenenhervestigingin

broedgebiedendiedeafgelopen�0-20jaarzijn

verlaten.

Dankzijeensterketoenameinééngebied(Bar-

gerveen(��))isdelandelijkepopulatierelatief

stabiel,maarinheteerstedeelvandevorige

eeuwwasdesoortvelemalentalrijkerdantegen-

woordig.Hetareaaliswelduidelijkafgenomen

endezeerbeperkteverspreidingmaaktdestaat

vaninstandhoudingzeerongunstigvooralle

aspecten:verspreiding,populatie,leefgebieden

toekomst.

HetisdevraagofhetNatura2000doeleenrea-

listischeopgaveisgeziendealgeheleinkrimping

vanhetWest-Europeseareaalenhettoekomst-

perspectiefvoordebroedpopulatieinhetBarger-

veen(��),datnuruimdehelftvandelandelijke

populatieherbergt,maarwaarhetaantalparen

inrecentejarenweerduidelijkafisgenomen.

Soortalscomplementairdoeltoegevoegdaan

DrentseAa-gebied(25)enElperstroomgebied

(28).

Bijlage 9.3.4: Natura 2000 doelen op landelijk

niveau niet-broedvogels

A001 Roodkeelduiker

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebied.

Toelichting:

Detoekomstvandezesoortisonzekergeziende

afnemendeinternationalepopulatieengevoelig-

heidvoorveranderingeninvoedselbeschikbaar-

heid.Recentishetaantalmogelijktoegenomen

doorverslechteringvanhetbuitenlandsleefge-

bied.Desoortismoeilijktemonitoren,derol

vanNederlandvoordeinternationalepopulatie

onduidelijk.Deroodkeelduikerisuitsluitend

zeevogel,alleenaangewezenindeNoordzeekust-

zone(7)endeVoordelta(���).Omdatdematige

staatvaninstandhoudingalleenisgebaseerdop

detoekomstverwachtingisbehoudvoldoende.

A002 Parelduiker

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebied.

Toelichting:

Detoekomstvandezesoortisonzekergeziende

afnemendeinternationalepopulatieengevoelig-

heidvoorveranderingeninvoedselbeschikbaar-

heid.Desoortismoeilijktemonitoren(daarom

geendrempelwaarde),werkelijkeaantallen,

trendenrolvanNederlandvoordeinternatio-

nalepopulatiezijnonduidelijk.Deparelduiker

isuitsluitendzeevogel,alleenaangewezeninde

Noordzeekustzone(7).Omdatdematigestaat

vaninstandhoudingalleenisgebaseerdopde

toekomstverwachtingisbehoudvoldoende.

A004 Dodaars

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

560vogels(seizoensgemiddelde).

Page 201: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

20�

Toelichting:

Aantallenvertonenmeerjarigefluctuatiesin

relatietotstrengewinters.Slechtseenbeperkt

deelvandeNederlandsevogelsverblijftbinnen

hetNatura2000netwerk.Dedodaarsisalleen

aangewezeninGrevelingen(��5),Oosterschelde

(��8)enVeerseMeer(��9),waarbijhetlaatstge-

noemdegebiedgemiddeldruimtweekeerzoveel

vogelsherbergtalsdeanderetwee.Dedraag-

krachtschattingisberekendover�980-200�,een

langeperiodevanwegesterkefluctuaties.

A005 Fuut

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievangemid-

deld�0.900vogels(seizoensgemiddelde).Enige

afnamealsgevolgvanherstelvanzout-zoet

overgangenisaanvaardbaar.

Toelichting:

Depopulatieisdelaatstetienjaarafgenomen

maarnietvoldoendevooreenmatigongunstige

staatvaninstandhouding.Deafnamevolgtop

eentoenamerond�990doorontwikkelingenin

deGrevelingen(��5)engerelateerdaanverzoe-

tingvanhetKrammer-Volkerak(��4)enherstel

vandeecosystemenvanderandmeren.Welis

tegenwoordiginéénvandebelangrijksteregio’s

(IJsselmeergebied)dekwaliteitvanhetleefgebied

verslechterd(slechtespieringstandenverstoring

vanruiconcentratiesinIJsselmeer(72)enMarker-

meer&IJmeer(7�)).

Erisgeenherstelopgavevantoepassingvan-

wegeslechtestuurbaarheidvanvermoedelijke

oorzaken.Dedraagkrachtschattingisberekend

overdeperiode�996-200�,(dezeperiodeomvat

nietdeongunstigeperiodeinderandmerenen

depionierseffectenindeDelta(o.a.Krammer-Vol-

kerak(��4)).Bijherstelvanzoet-zoutovergangen

(m.n.Krammer-Volkerak)kunnendelandelijke

aantallenmetenkeleprocentendalen.Degebie-

denvandegrootstebetekeniszijnIJsselmeer(72),

Grevelingen(��5)enKrammer-Volkerak(��4).

A007 Kuifduiker

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

45vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Deaantallenvertoneneensterke,doorgaande

toename.Dedraagkrachtschattingisderhalve

gebaseerdopdeperiode�999-200�.Desoortis

afhankelijkvaneenrelatiefkleinaantalgebieden,

overwegendinzoutegebieden,alleenaangewe-

zeninVoordelta(���),Krammer-Volkerak(��4),

Grevelingen(��5)enOosterschelde(��8).Veruit

degrootstbekendeaantallenindeGrevelingen

(��5)

A008 Geoorde fuut

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�640vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Deaantallenvertoneneensterke,doorgaande

toename.Dedraagkrachtschattingisderhalve

gebaseerdopdeperiode�999-200�.DeNeder-

landsepopulatieiskwetsbaaromdateenzeer

grootdeelafhankelijkisvanslechtsééngebied,

deGrevelingen(��5).Detrendisdaarmeein

hogemateafhankelijkvanhetbeheerinditge-

bied.Verderisdesoortalleenaangewezeninhet

Markiezaat(�27),maardaarzijndeaantallenveel

lager.Omdatdematigestaatvaninstandhouding

alleenisgebaseerdopdetoekomstverwachtingis

behoudvoldoende.

A017 Aalscholver

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

24.500vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Eriseengroteinternationaleverantwoordelijk-

heidvanwegehetgroteaandeelvandeinter-

nationalepopulatiedatNederlandherbergt

(�5-25%).Indejarentachtigisdepopulatietoe-

genomendoorherstelvanlageaantallen,door

vervolgingenverontreining,indejarennegentig

vervolgensstabiel.Eenzeerrecentetoenameis

waarschijnlijkgekoppeldaanveranderingenin

telbaarheid,doorverschuivingenindeversprei-

dingoverbroedkoloniesinhetIJsselmeergebied

(doornieuwekoloniesdirectaanwaterworden

meervogelsals“nietbroedvogel”meegeteld;

toenameisnietzichtbaarinhettotaalaantal

broedparen).Omdatdezesituatievoorlopigzal

voortdurenisdedraagkrachtschattinggebaseerd

opdeperiode�999-200�.Grootstebijdrageleve-

rendegebiedenIJsselmeer(72)Waddenzee(�)

enMarkermeer&IJmeer(7�).

A026 Kleine zilverreiger

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�40vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Deaantallenvertoneneensterke,doorgaande

toename.Dedraagkrachtschattingisderhalve

gebaseerdopdeperiode�999-200�.Hetverloop

vandeaantallenissterkgerelateerdaandatvan

deNederlandsebroedpopulatie.Desoortissterk

geconcentreerdinhetdeltagebied.Binnenhet

Natura2000netwerkleverenGrevelingen(��5),

Westerschelde&Saeftinghe(�22)enOosterschel-

de(��8)degrootstebijdrage.

A027 Grote zilverreiger

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld80

vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Deaantallenvertoneneensterke,doorgaande

toename.Dedraagkrachtschattingisderhalve

gebaseerdopdeperiode�999-200�.Hetverloop

vandeaantallenissterkgerelateerdaandatvan

deNederlandsebroedpopulatie,diehiereen

geïsoleerdenoordelijkevoorpostinhetversprei-

Page 202: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

202

dingsgebiedbezet.Hetbelangvanafzonderlijke

gebiedenverschuiftdoorsnellepopulatiegroei.

DeOostvaardersplassen(78)fungerenalscentraal

brongebiedvoorzowelnieuwebroedplaatsen

alsconcentratieseldersbuitenhetbroedseizoen

(slaapplaatsenrandmerene.d.).

A034 Lepelaar

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�225vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Deaantallenvertoneneensterke,doorgaande

toename.Dedraagkrachtschattingisderhalve

gebaseerdopdeperiode�999-200�.Hetverloop

vandeaantallenissterkgerelateerdaandatvan

deNederlandsebroedpopulatie,diehiereen

noordelijkeuitloperinhetverspreidingsgebied

bezet.Eriseenzeergroteinternationaleverant-

woordelijkheidvanwegehetzeergroteaandeel

vandeinternationalepopulatiedatNederland

herbergt(50-75%).Waddenzee(�),Haringvliet

(�09),Oostvaardersplassen(78),Lauwersmeer(8)

enGrevelingen(��5)leverendegrootstebijdrage.

A037 Kleine zwaan

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

4820vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Depopulatieisindejarentachtigflinktoegeno-

men,maardelaatstetienjaarweerafgenomen.

Voor�990wasdetoestandvanhetleefgebiedin

eenaantalwaterplantengebiedenonvoldoende.

Derecenteafnameisverbondenaaneenafname

opinternationaalniveauenmogelijkaanenkele

andereslechtstuurbarefactoren(successie

vegetatie,concurrentieanderewatervogels).De

draagkrachtschattingisderhalvegebaseerdop

deperiode�990-200�.Omdathetleefgebied

voorniet-broedvogelsnoggrotendeelsgunstig

iswordengeenherstelopgavengeformuleerd.Er

iseengroteinternationaleverantwoordelijkheid

vanwegehetgroteaandeelvandeinternatio-

nalepopulatiedatNederlandherbergt(25-50%).

BelangrijkstegebiedenzijnArkemheen(56),

Lauwersmeer(8),UiterwaardenIJssel(�8),Velu-

werandmeren(76)enUiterwaardenWaal(68).

A038 Wilde zwaan

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�60vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Voor�984wasersprakevanrelatieflageaan-

tallen,daarnasterkefluctuatiesinrelatietot

strengewinters,maargeenduidelijketrend.De

draagkrachtschattingisberekendover�984-200�.

Omdatdematigestaatvaninstandhoudingal-

leenisgebaseerdopdetoekomstverwachtingis

behoudvoldoende.Grootstebijdrageleverende

gebiedenUiterwaardenIJssel(�8),Oostvaarders-

plassen(78)enLauwersmeer(8).

A039 Taigarietgans

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

650vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Erwarenrelatiefhogeaantallenindejaren

zeventigentachtig,daarnaveellagereaantallen,

maarmeteennieuwepositievetendens.Aantals-

veranderingenhangensamenmetveranderingen

intrekpatronenenverspreidingopinternationale

schaal.Daarnaastspelendeterminatieproblemen

(gelijkenismetdealgemeneretoendrarietgans).

Derelatiefhogeaantallenuitdejarentachtig

zijndaarombuitenbeschouwinggelatenbijde

draagkrachtschatting,enopgrondvanderecente

toenameisdeberekeninggebaseerdopdeperi-

ode�999-200�.

SlechtseenkleindeelvandeNederlandsevogels

foerageertbinnenhetNatura2000netwerk.Aan-

wijzingbinnenhetNatura2000netwerkbetreft

slaapplaatsenindriegebieden,involgordevan

afnemendeaantallenBargerveen(��),Groote

Peel(�40)enKampina&OisterwijkseVennen

(���).

A039 Toendrarietgans

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�4.�00vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Erwarenrelatiefhogeaantallenindejaren

zeventigentachtig,rond�990lagereaantallen,

vervolgensweertoename.Aantalsveranderingen

hangensamenmetveranderingenintrekpatro-

nenenverspreidingopinternationaleschaal.

Derelatiefhogeaantallenuitdejarentachtig

zijndaarombuitenbeschouwinggelatenbijde

draagkrachtschatting,enopgrondvanderecente

toenameisdeberekeninggebaseerdopde

periode�999-200�.Slechtseenkleindeelvande

NederlandsevogelsfoerageertbinnenhetNatura

2000netwerk.Groteinternationaleverantwoor-

delijkheidvanwegehetgroteaandeelvande

internationalepopulatiedatNederlandherbergt

(25-50%).AanwijzingbinnenhetNatura2000

netwerkbetreftvooralslaapplaatsen.Degrootste

bijdrageleverendegebiedenWaddenzee(�),

IJsselmeer(72),Bargerveen(��),Fochteloërveen

(2�)enGrootePeel(�40).

A040 Kleine rietgans

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

8000vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Erwassprakevanrelatiefhogeaantalleninde

jarentachtig,daarnalagereaantallen,metrecent

weereentoename.Aantalsveranderingen(recen-

tetoename)hangensamenmetveranderingenin

trekpatronenenverspreidingopinternationale

schaal.Derelatiefhogeaantallenuitdejaren

tachtigzijndaarombuitenbeschouwinggelaten

bijdedraagkrachtschatting,enopgrondvande

recentetoenameisdeberekeninggebaseerdop

deperiode�999-200�.Eriseenzeergroteinter-

Page 203: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

20�

nationaleverantwoordelijkheidvanwegehetzeer

groteaandeelvandeinternationalepopulatie

datNederlandherbergt(75-�00%).Daarbijheeft

desoorteenzeerbeperkteverspreidingbinnen

Nederland(ZW-Friesland)enisduskwetsbaar

voorveranderingenindekwaliteitleefgebiedin

dezeregio.AanwijzingbinnenhetNatura2000

netwerkbetreftvooralslaapplaatsen.Degrootste

bijdrageleverendegebiedenOudegaasterbrek-

ken,Fluessene.o.(�0),IJsselmeer(72)enWitte

enZwarteBrekken(��).

A041 Kolgans

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

2�8.�00vogels(seizoensgemiddelde).Enige

afnameveroorzaaktdoorextensiveringvan

landgebruik(o.a.doornatuurontwikkeling)is

aanvaardbaar.

Toelichting:

Deaantallenvertoneneendoorgaandetoename.

Dedraagkrachtschattingisderhalvegebaseerdop

deperiode�999-200�.Dedraagkrachtwordtech-

termogelijkverhoogddoorintensievelandbouw

enbemesting.Eriseenzeergroteinternationale

verantwoordelijkheidvanwegehetzeergrote

aandeelvandeinternationalepopulatiedat

Nederlandherbergt(50-75%).Slechtseenbeperkt

deelvandeNederlandsevogelsfoerageertbin-

nenhetNatura2000netwerk.Binnenditnetwerk

leverendegebiedenUiterwaardenIJssel(�8),

GeldersePoort(67),UiterwaardenWaal(68),

VanOordt’sMersken(�5)enIJsselmeer(72)de

grootstebijdrage.Alsslaapplaatsisdaarnaasthet

Sneekermeergebied(�2)vangrotebetekenis.

A042 Dwerggans

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�00vogels(seizoensmaximum).

Toelichting:

Hetgaatomvogelsuiteenherintroductie-

programmainZweden,diebijnaallemaalin

Nederlandoverwinteren(duszeergroteinterna-

tionaleverantwoordelijkheid).Ditprogramma

lijktsuccesvolendeaantalleninNederlandzijn

sterktoegenomen,dedraagkrachtschattingis

derhalvegebaseerdopdeperiode�999-200�.

DevogelskomennaarNederlandmetredelijk

goedejongenpercentages,zodatdeperspectie-

venvooralsnoggoedzijn.BinnenhetNatura2000

netwerkkomtdesoortvoorindegebiedenLau-

wersmeer(8),Haringvliet(�09),Zwanenwater&

Pettermerduinen(85),AbtskolkenDePutte(�62)

enOudelandvanStrijen(��0).Devogelsvan

debelangrijksteNederlandsepleisterplaats,de

Anjumerkolken,makengebruikvanLauwersmeer

(8)omteslapenentedrinken.

A043 Grauwe gans

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievangemid-

deld86.�00vogels(seizoensgemiddelde).Enige

afnameveroorzaaktdoorextensiveringvan

landgebruik(o.a.doornatuurontwikkeling)is

aanvaardbaar.

Toelichting:

Deaantallenvertoneneendoorgaandetoename.

Dedraagkrachtschattingisderhalvegebaseerdop

deperiode�999-200�.Dedraagkrachtisechter

mogelijkverhoogddoorintensievelandbouw

enbemesting.Eriseenzeergroteinternatio-

naleverantwoordelijkheidvanwegehetzeer

groteaandeelvandeinternationalepopulatie

datNederlandherbergt(50-75%).Degebieden

binnenhetNatura2000netwerkmetdegrootste

bijdragezijnWesterschelde&Saeftinghe(�22),

Waddenzee(�),Haringvliet(�09)enOostvaar-

dersplassen(78)(zeerbelangrijkruigebiedmet

internationaleaantrekkingskracht).Alsslaap-

plaatszijnmetnameookHollandsDiep(���)en

Krammer-Volkerak(��4)belangrijk.

A045 Brandgans

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievangemid-

deld�40.900vogels(seizoensgemiddelde).

Enigeafnameveroorzaaktdoorextensiveringvan

landgebruik(o.a.doornatuurontwikkeling)is

aanvaardbaar.

Toelichting:

Deaantallenvertoneneendoorgaandetoename.

Dedraagkrachtschattingisderhalvegebaseerdop

deperiode�999-200�.Dedraagkrachtisechter

mogelijkverhoogddoorintensievelandbouwen

bemesting.Eriseenzeergroteinternationalever-

antwoordelijkheidvanwegehetzeergroteaandeel

vandeinternationalepopulatiedatNederlandher-

bergt(75-�00%).DegebiedenbinnenhetNatura

2000netwerkmetdegrootstebijdragezijnWad-

denzee(�)enHaringvliet(�09).Alsslaaplaatsis

metnamehetSneekermeergebied(�2)vangroot

belang,eninietsminderematerespectievelijkVan

Oordt’sMersken(�5),Oudegaasterbrekken,Flues-

sene.o(�0),IJsselmeer(72)enLauwersmeer(8).

A046 Rotgans

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�6.500vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Indejarentachtigisdepopulatietoegenomen,

sindsmiddenjarennegentigisereennegatieve

tendens.Eriseengroteinternationaleverant-

woordelijkheidvanwegehetgroteaandeelvande

internationalepopulatiedatNederlandherbergt

(25-50%).Dedraagkrachtschattingisberekend

over�988-200�,metminofmeerstabiele(lichtaf-

nemende)aantallennaeenperiodevantoename.

Omdatdematigestaatvaninstandhoudingalleen

isgebaseerdopdetoekomstverwachtingisbehoud

voldoende.Veruithetbelangrijkstegebiedbinnen

hetNatura2000netwerkisdeWaddenzee(�),

tweedegebiedisdeOosterschelde(��8),op

nogeensenigeafstandvolgtdeGrevelingen(��5).

A048 Bergeend

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

48.900vogels(seizoensgemiddelde).

Page 204: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

204

Toelichting:

Depopulatiewaslangetijdstabielmaarrecent

toegenomen,zowelindeWaddenzee(�)alsin

dedelta.Eriseengroteinternationaleverant-

woordelijkheidvanwegehetgroteaandeelvande

internationalepopulatiedatNederlandherbergt

(25-50%).Dedraagkrachtschattingisberekend

over�998-200�,metminofmeerstabieleaantal-

lennaeenperiodevantoename.Veruithet

belangrijkstegebiedbinnenhetNatura2000net-

werkisdeWaddenzee(�),daarnarespectievelijk

Westerschelde&Saeftinghe(�22),Oosterschelde

(��8)enKrammer-Volkerak(��4).

A050 Smient

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

258.200vogels(seizoensgemiddelde).Enige

afnameveroorzaaktdoorextensiveringvan

landgebruik(o.a.doornatuurontwikkeling)is

aanvaardbaar.

Toelichting:

Aantallenzijntoegenomenindejarentachtig,

daarnafluctuerend.Eriseenzeergroteinterna-

tionaleverantwoordelijkheidvanwegehetzeer

groteaandeelvandeinternationalepopulatie

datNederlandherbergt(50-75%).Dedraagkracht

isechtermogelijkverhoogddoorintensieve

landbouwenbemesting;drempelwaardedaarom

relatieflaaggekozen.Dedraagkrachtschatting

isberekendover�990-200�,metminofmeer

stabieleaantallennaeenperiodevantoename.

BinnenhetNatura2000netwerkleverendegebie-

denWaddenzee(�),Westerschelde&Saeftinghe

(�22),Markermeer&IJmeer(7�),Zeevang(9�)en

Oosterschelde(��8)degrootstebijdrage.

A051 Krakeend

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievangemid-

deld�0.200vogels(seizoensgemiddelde).Enige

afnamealsgevolgvanherstelvanzout-zoet

overgangenisaanvaardbaar.

Toelichting:

Deaantallenvertoneneendoorgaandetoename.

Dedraagkrachtschattingisderhalvegebaseerd

opdeperiode�999-200�.Bijherstelvanzoet-

zoutovergangen(metnameKrammer-Volkerak

(��4))kunnendelandelijkeaantallenmetenkele

procentendalen.Eriseenzeergroteinterna-

tionaleverantwoordelijkheidvanwegehetzeer

groteaandeelvandeinternationalepopulatiedat

Nederlandherbergt(50-75%).BinnenhetNatura

2000netwerkleverendegebiedenBiesbosch

(��2),Lauwersmeer(8)enHaringvliet(�09)de

grootstebijdrage.

A052 Wintertaling

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

2�.000vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Erissprakevaneenaantalsverloopmetmeerjari-

gefluctuatiesinrelatietotstrengewinters,maar

meteennegatievetrendoplangetermijn,diebij

voortzettingresulteertinongunstigestaatvan

instandhouding.Eriseengroteinternationale

verantwoordelijkheidvanwegehetgroteaandeel

vandeinternationalepopulatiedatNederland

herbergt(25-50%).Dedraagkrachtschattingis

berekendover�980-200�,eenlangeperiodevan-

wegesterkefluctuaties.Omdatdematigestaat

vaninstandhoudingalleenisgebaseerdopeen

afnamedienietleidttoteenwaardevanminder

dan75%vandedraagkrachtindicatie,isbehoud

voldoende.BinnenhetNatura2000netwerkle-

verendegebiedenWaddenzee(�),Lauwersmeer

(8),Oostvaardersplassen(78)enWesterschelde

&Saeftinghe(�22),Biesbosch(��2)degrootste

bijdrage.

A053 Wilde eend

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�28.000vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Aantallenzijnminofmeerstabiel,metenige

fluctuatie.Eriseengroteinternationaleverant-

woordelijkheidvanwegehetgroteaandeelvande

internationalepopulatiedatNederlandherbergt

(�5-25%).Dedraagkrachtschattingisberekend

over�980-200�,eenlangeperiodevanwegede

fluctuaties.BinnenhetNatura2000netwerkleve-

rendegebiedenWaddenzee(�),Westerschelde&

Saeftinghe(�22),Haringvliet(�09),Oosterschelde

(��8)enKrammer-Volkerak(��4)degrootste

bijdrage.

A054 Pijlstaart

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

7850vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Erisrecentsprakevaneenpositievetrenddie

alleenbetrekkingheeftopdezoutewaterenen

waarvandevoortzettingonzekerisgezieninterna-

tionaleafname.Eriseengroteinternationalever-

antwoordelijkheidvanwegehetgroteaandeelvan

deinternationalepopulatiedatNederlandherbergt

(25-50%).Dedraagkrachtschattingisberekendover

�980-200�,eenlangeperiodevanwegedefluctu-

aties.Omdatdematigestaatvaninstandhouding

alleenisgebaseerdopdetoekomstverwachting

isbehoudvoldoende.BinnenhetNatura2000

netwerkleverendegebiedenWaddenzee(�),Wes-

terschelde&Saeftinghe(�22),Oosterschelde(��8),

Lauwersmeer(8)enVoordelta(���)degrootste

bijdrage.TevensishetgebiedMarkiezaat(�27)van

belangalsslaapplaats.

A056 Slobeend

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

5750vogels(seizoensgemiddelde).Enigeafname

alsgevolgvanherstelvanzout-zoetovergangenis

aanvaardbaar.

Toelichting:

Aantallenvertonenmeerjarigefluctuaties,onder

Page 205: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

205

meerinrelatietotstrengewinters.eriseenzeer

groteinternationaleverantwoordelijkheidvanwege

hetzeergroteaandeelvandeinternationale

populatiedatNederlandherbergt(50-75%).Bij

herstelvanzoet-zoutovergangen(m.n.Krammer-

Volkerak(��4))kunnendelandelijkeaantallenmet

enkeleprocentendalen.Dedraagkrachtschatting

isberekendover�980-200�,eenlangeperiode

vanwegesterkefluctuaties.BinnenhetNatura2000

netwerkleverendegebiedenOostvaardersplassen

(78),Oosterschelde(��8),Waddenzee(�),Kram-

mer-Volkerak(��4)enLauwersmeer(8)degrootste

bijdrage.

A058 Krooneend

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld40

vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Deaantallenvertoneneendoorgaandetoename.

Dedraagkrachtschattingisderhalvegebaseerdop

deperiode�999-200�.Hetverloopvandeaantal-

lenissterkgerelateerdaandatvandeNeder-

landsebroedpopulatie,diehiereennoordelijke

uitloperinhetverspreidingsgebiedbezet.Omdat

dematigestaatvaninstandhoudingalleenis

gebaseerdopdetoekomstverwachtingisbehoud

voldoende.Desoortisalleenaangewezenin

Markermeer&IJmeer(7�)enVeluwerandmeren

(76),detweebelangrijksteconcentratiegebieden

buitendebroedgebiedenindeVechtplassen.

A059 Tafeleend

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

20.900vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Structureleafnameincombinatiemeteen

veranderinginverspreiding,m.n.vanhetrivie-

rengebiednaarderandmeren.Lokaleafname

insamenhangmetgebiedseigenprocessenis

alleenaanwijsbaarinMarkermeerenIJmeer,

maarvanwegeslechtstuurbareoorzakenen

enigecompensatiedoortoenameinderandme-

renisergeenherstelopgavevantoepassing.Bij

herstelvanzoet-zoutovergangen(o.a.deltage-

bied)isaanvullendeafnameteverwachten.Eris

eengroteinternationaleverantwoordelijkheid

vanwegehetgroteaandeelvandeinternationale

populatiedatNederlandherbergt(�5-25%).De

draagkrachtschattingisberekendover�99�-200�

(periodenadeafnamevandedriehoeksmosselin

hetMarkermeer&IJmeer(7�)).BinnenhetNatura

2000netwerkleverendegebiedenVeluwerand-

meren(76),Markermeer&IJmeer(7�),Oostvaar-

dersplassen(78)(slaapplaats),UiterwaardenIJssel

(�8)enEemmeer&GooimeerZuidoever(77)de

grootstebijdrage.

A061 Kuifeend

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievangemid-

deld75.700vogels(seizoensgemiddelde).Enige

afnamealsgevolgvanherstelvanzout-zoet

overgangenisaanvaardbaar.

Toelichting:

Aantallenminofmeerstabiel,ietshogeinhet

beginvandejarennegentig.Bijherstelvanzoet-

zoutovergangen(metnameKrammer-Volkerak

(��4))kunnendelandelijkeaantallenmetenkele

procentendalen.Groteinternationaleverant-

woordelijkheidvanwegehetgroteaandeelvande

internationalepopulatiedatNederlandherbergt

(�5-25%).Dedraagkrachtschattingisberekend

over�980-200�,eenlangeperiodevanwege

sterkefluctuaties.Omdatdematigestaatvan

instandhoudingalleenisgebaseerdopdetoe-

komstverwachtingisbehoudvoldoende.Binnen

hetNatura2000netwerkleverendegebieden

Markermeer&IJmeer(7�),IJsselmeer(72),Velu-

werandmeren(76),Ketelmeer&Vossemeer(75)

enKrammer-Volkerak(��4)degrootstebijdrage.

A062 Topper

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievariërendvan

25.000–45.000vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Erwassprakevanverhoogdeaantallengetelde

vogelsrond�990endaarnaeenafnametotla-

gereaantallendanindejarentachtig.Desoortis

moeilijktemonitorendoorvoorkomenopzeeen

omdatveranderingeninverspreidingdetelbaarheid

beïnvloeden.Eriseenongunstigestaatvaninstand-

houdingalsgevolgvanafnameindezoutewateren

diemogelijkmetaanbodvanschelpdierentemaken

heeft.Delandelijkeherstelopgaveisdaaromalleen

opgebiedsniveautoegepastindeWaddenzee(�).

Eriseengroteinternationaleverantwoordelijkheid

vanwegehetgroteaandeelvandeinternationale

populatiedatNederlandherbergt(25-50%).De

draagkrachtschattingisberekendover�980-�985,

deperiodevóórtoenameenrelatietotverschuiving

vanWaddenzee(�)naarIJsselmeer(72).Binnenhet

Natura2000netwerkleverendegebiedenIJsselmeer

(72)enWaddenzee(�)degrootstebijdrage.

A063 Eider

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievariërendvan

��5.000-�40.000vogels(januari-aantallen).

Toelichting:

Erzijnonvoldoendegegevensuitdejarentachtig,

maarrecentisersprakevaneennegatievetendens.

Dezevertoontveelovereenkomstenmetdetrend

vandebroedvogels,diesignificantnegatiefis.De

huidigeherstelopgavekomtvoortuitdevermin-

derdekwaliteitleefgebiedindevormvanverlaagd

voedselaanbod(m.n.schelpdieren).Opgebieds-

niveauisalleeneenherstelopgavevantoepassing

inhetbelangrijkstegebied,deWaddenzee(�).De

draagkrachtschattingdieisberekendover�980-

�996,deperiodevoorafnameisgecorrigeerdop

basisvandethansdetemakeninschattingvande

toekomstigedraagkracht.BehalveindeWaddenzee

(�)alleenaangewezenindeNoordzeekustzone(7)

en,metaanzienlijklagereaantallen,indeVoordelta

(���).

A065 Zwarte zee-eend

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

Page 206: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

206

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

68.500vogels(januari-aantallen).

Toelichting:

Aantallengeteldevogelsfluctuerensterk.De

soortismoeilijktemonitorendoorvoorkomen

opzee.Dezwartezee-eendisgevoeligvoorver-

anderingeninaanbodvanm.n.schelpdieren.De

populatieismogelijkafgenomen,maarditisniet

zichtbaarinbeschikbaregegevensvanaf�986.De

landelijkeherstelopgave(matigongunstigestaat

vaninstandhoudingleefgebied)wordtdaarom

nietindegebiedendoorgevoerd.Dedraagkracht-

schattingisberekendover�986-200�,degehele

beschikbareperiode,wegensdegrotefluctuaties.

DesoortisalleenaangewezeninNoordzee-

kustzone(7),enmetveellagereaantalleninde

Voordelta(���).

A067 Brilduiker

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

4�80vogels(seizoensgemiddelde).Enigeafname

alsgevolgvanherstelvanzout-zoetovergangen

isaanvaardbaar.

Toelichting:

Depopulatieisietstoegenomenindejarentach-

tig,o.a.inrelatietotverzoetingvanhetKrammer-

Volkerak(��4).Bijherstelvanzoet-zoutovergan-

genkunnendelandelijkeaantallendanookmet

enkeleprocentendalen.Dedraagkrachtschatting

isberekendover�980-200�.BinnenhetNatura

2000netwerkleverendegebiedenOosterschelde

(��8),Krammer-Volkerak(��4)enGrevelingen

(��5)degrootstebijdrage.

A068 Nonnetje

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

690vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Deafnemendetendensoplangetermijnisniet

significantdoorgrotefluctuaties.Deinternatio-

naletrendisechterpositiefendeNederlandse

afnameismogelijkeengevolgvanklimaat-

gebondenverschuivingenvandeoverwinte-

ringsgebieden.Welisindebelangrijksteregio

(IJsselmeergebied)dekwaliteitvanhetleefgebied

verslechterd(slechtespieringstandinIJsselmeer

(72)enMarkermeer&IJmeer(7�)).Detoekomst

isonzekerinverbandmetvoortgaandeklimaat-

ontwikkelingen.Concentratievandezesoortin

hetIJsselmeergebiedmaaktdetoekomstnog

onzekerdergezienontwikkelingenindevisstand.

Eriseengroteinternationaleverantwoordelijk-

heidvanwegehetgroteaandeelvandeinter-

nationalepopulatiedatNederlandherbergt

(�5-25%).Erisgeenherstelopgavevantoepassing

vanwegeslechtestuurbaarheidvanvermoedelijke

oorzaken.Dedraagkrachtschattingisberekend

over�997-200�,periodenaafnamespieringin

Markermeer&IJmeer(7�).BinnenhetNatura

2000netwerkleverendegebiedenIJsselmeer

(72),Markermeer&IJmeer(7�),Veluwerandme-

ren(76),Oudegaasterbrekken,Fluessene.o(�0)

enAldeFeanen(��)degrootstebijdrage.

A069 Middelste zaagbek

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

���0vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Aantallenzijntotmiddenjarennegentigtoe-

genomen,daarnafluctuerend.DeNederlandse

populatieiskwetsbaaromdateenzeergrootdeel

afhankelijkisvanslechtsééngebied,eenzeer

grootdeelverblijftopdeGrevelingen.Detrend

isdaarmeeinhogemateafhankelijkvanhet

beheerinditgebied.Dedraagkrachtschattingis

berekendover�992-200�,metminofmeersta-

bieleaantallennaeenperiodevantoename.Na

deGrevelingen(��4)leveren,binnenhetNatura

2000netwerk,degebiedenOosterschelde(��8)

enVeerseMeer(��9)degrootstebijdrage.

A070 Grote zaagbek

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�800vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

DeNederlandsepopulatielaateendoorgaande

afnamezienenisinmiddelsmeerdangehal-

veerd.In(verreweg)debelangrijksteregio,het

IJsselmeergebied,isdekwaliteitvanhetleef-

gebiedverslechterd(slechtespieringstandin

IJsselmeer(72)enMarkermeer&IJmeer(7�))en

ditiswaarschijnlijknietalleenhetgevolgvankli-

maatontwikkelingen.Detoekomstisdestemeer

onzekerinverbandmetvoortgaandeklimaatont-

wikkelingenendoordesterkeconcentratievan

dezesoortinhetIJsselmeergebied.Erisgeen

herstelopgavevantoepassingvanwegeslechte

stuurbaarheidvanvermoedelijkeoorzakenDe

draagkrachtschattingisberekendover�99�-200�,

periodenaafnamespieringinIJsselmeer(72).

VeruitdegrootstebijdragebinnenhetNatura

2000netwerkleverthetgebiedIJsselmeer(72),

daarnavolgenKetelmeer&Vossemeer(77)en

Waddenzee(�).

A075 Zeearend

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld7

vogels(seizoensmaximum).

Toelichting:

DeNederlandsepopulatiefluctueertsterk,met

eenenigszinspositievetendens.Dedraagkracht-

schattingisgebaseerdopeenschattingvan

recenteseizoensmaximavoorgeheelNederland.

BinnenhetNatura2000netwerkleverendegebie-

denOostvaardersplassen(78),Waddenzee(�)en

Biesbosch(��2)degrootstebijdrage.

A094 Visarend

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

��0vogels(seizoensmaximum).

Toelichting:

DeNederlandsepopulatieissinds�988toege-

Page 207: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

207

nomen.Dedraagkrachtschattingisgebaseerd

opeenschattingvanrecenteseizoensmaxima

voorgeheelNederland.BinnenhetNatura2000

netwerkleverendegebiedenBiesbosch(��2),

Haringvliet(�09)enKetelmeer&Vossemeer(77)

degrootstebijdrage.

A103 Slechtvalk

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�80vogels(seizoensmaximum).

Toelichting:

DeNederlandsepopulatieissinds�988toegeno-

men.Dedraagkrachtschattingisgebaseerdop

eenschattingvanrecenteseizoensmaximavoor

geheelNederland.Veruitdegrootstebijdrage

binnenhetNatura2000netwerkleverthetgebied

Waddenzee(�),daarnavolgenHaringvliet(�09)

enWesterschelde&Saeftinghe(�22).

A125 Meerkoet

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievangemid-

deld89.700vogels(seizoensgemiddelde).Enige

afnamealsgevolgvanherstelvanzout-zoet

overgangenisaanvaardbaar.

Toelichting:

Deaantallenvertonenmeerjarigefluctuaties,

deelsinrelatietotstrengewinters.Eenrelatief

grootaandeelvandevogelsverblijftbuitenhet

Natura2000netwerk.Eriseengroteinternatio-

naleverantwoordelijkheidvanwegehetgrote

aandeelvandeinternationalepopulatiedat

Nederlandherbergt(25-50%).Dedraagkracht-

schattingisberekendover�980-200�.Omdat

dematigestaatvaninstandhoudingalleenis

gebaseerdopdepopulatie,isbehoudvoldoende.

BinnenhetNatura2000netwerkleverende

gebiedenVeluwerandmeren(76),Markermeer&

IJmeer(7�),VeerseMeer(��9),IJsselmeer(72)en

UiterwaardenIJssel(�8)degrootstebijdrage.

A127 Kraanvogel

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievangemid-

deld�50vogels(seizoensmaximum).

Toelichting:

Erissprakevaneennegatieveaantalstendensdie

doorfluctuatiesnietsignificantis.Overlan-

geretermijnzaldepopulatiemogelijkinaantal

toegenomenmetdegroeiendeomvangvande

internationalepopulatie.Vandetraditionele

vastepleisterplaatsenheeftechtereengroot

deelzijngeschiktheidverlorenenhetverblijfis

tegenwoordigmeerversnipperdenkortstondi-

ger.DegebiedendieinhetNatura2000netwerk

voordekraanvogelzijnaangewezenhebbendie

geschiktheidnogwel,zodathierisvolstaanmet

behoudopgaven.

Dedraagkrachtschattingisgebaseerdopeen

schattingvanrecenteseizoensmaximavoorge-

heelNederland.BinnenhetNatura2000netwerk

leverendegebiedenGrootePeel(�40),Stra-

brechtseHeide&Beuven(��7)enEngbertdijks-

venen(40)degrootstebijdrage.

A130 Scholekster

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievariërendvan

�85.000tot220.000vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

InNederlandisdepopulatieforsafgenomen

(bijeeninternationaletoename)inrelatietot

verminderdevoedselbeschikbaarheidindeinter-

getijdegebieden(schelpdieren).Eriseengrote

internationaleverantwoordelijkheidvanwegehet

groteaandeelvandeinternationalepopulatie

datNederlandherbergt(25-50%).Omdatdemo-

gelijkhedenvoorherstelindedeltabeperktzijn

(metnamezandhongerOosterschelde(��8))en

hetrelatiefgrotebelangvandeWaddenzee(�),is

alleenvoorditlaatstegebiedeenherstelopgave

geformuleerd.

Dedraagkrachtschattingdieisberekendover

�980-�995,deperiodevoorafnameisgecor-

rigeerdopbasisvandethanstemakeninschat-

tingvandetoekomstigedraagkracht.Veruit

degrootstebijdragebinnenhetNatura2000

netwerklevertdeWaddenzee(�),gevolgddoor

resp.Oosterschelde(��8)enWesterschelde&

Saeftinghe(�22).

A132 Kluut

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

95�0vogels(seizoensgemiddelde).Enigeafname

alsgevolgvanherstelvanzout-zoetovergangen

isaanvaardbaar.

Toelichting:

Aantallenzijnminofmeerstabiel,ietshoger

rondeindjarentachtig.Eriseenroteinterna-

tionaleverantwoordelijkheidvanwegehetgrote

aandeelvandeinternationalepopulatiedat

Nederlandherbergt(�5-25%).Dedraagkracht-

schattingisberekendover�980-200�.Omdat

dematigestaatvaninstandhoudingalleenis

gebaseerdopdetoekomstverwachtingisbehoud

voldoende.Bijherstelvanzoet-zoutovergangen

(metnameKrammer-Volkerak(��4))kunnende

landelijkeaantallenmetenkeleprocentendalen.

VeruitdegrootstebijdragebinnenhetNatura

2000netwerklevertdeWaddenzee(�),gevolgd

doorOosterschelde(��8),Westerschelde&Saef-

tinghe(�22)enKrammer-Volkerak(��4).

A137 Bontbekplevier

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

2260vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Sindsmiddenjarennegentigisersprakevan

hogereaantallen.Ditismogelijkdeelsverbonden

metdeontwikkelingendiedeafnamevanschelp-

dieretersheeftveroorzaakt,zodatdeBontbek-

plevierbijherstelvandathabitatmogelijkweer

afneemt.

Dedraagkrachtschattingisdaaromberekendover

�980-�995,omdatdetoenamedaarnamogelijk

Page 208: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

208

tenietwordtgedaanbijherstelvanhetleefge-

biedvoorschelpdiereters.DeNederlandsevogels

behorentottweeafzonderlijkeondersoortendie

doorverschillenindetimingvandedoortrek

deelsafzonderlijkzijntemonitoren.Hetbovenge-

noemdedoelgeldtvoorbeideondersoorten.Ve-

ruitdegrootstebijdragebinnenhetNatura2000

netwerklevertdeWaddenzee(�),gevolgddoor

Westerschelde&Saeftinghe(�22)enOosterschel-

de(��8).DaarnaastzijnNoordzeekustzone(7)en

Markiezaat(�27)alsrustplaatsvanbelang.

A138 Strandplevier

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenbehoudkwaliteitleefgebied

meteendraagkrachtvooreenpopulatievan

gemiddeld�80vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

ZowelinNederlandalseldersneemtdepopu-

latie-omvangaf.InNederlandisdieafname

zeersterk,insamenhangmetdeafnamevan

debroedvogelpopulatie.Deoorzakenliggen

waarschijnlijkmeerinafnamevandegeschikt-

heidvandebroedgebiedendanindievande

foerageergebiedenbuitenhetbroedseizoen.De

conditiesinhetleefgebiedvoordestrandplevier

zijngrotendeelsoporde,derhalvewordenopge-

biedsniveaubehoudsopgavengeformuleerd.De

draagkrachtschattingisberekendover�989-200�,

deperiodenadebelangrijksteafname.Desoort

isalleenaangewezeninWesterschelde&Saef-

tinghe(�22),Oosterschelde(��8)enGrevelingen

(��5),involgordevanafnemendeaantallen.

A140 Goudplevier

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievangemid-

deld�2.�00vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Verslechteringvandekwaliteitvanhetleefgebied

isnietzichtbaarindetrend.Binnendetelgebie-

den(enhetNatura2000netwerk)issprakevan

toename,maarditbetreftminderdandehelft

vandeNederlandsevogelseniseengevolgvan

verschuivingenindeliggingvandepleisterplaat-

sen.Incidenteletellingenbuitenhetmonito-

ringsnetwerksuggererendatdekwaliteitvan

hetleefgebiedbuitenhetNatura2000netwerkis

afgenomen.Herstelopgavenbinnenhetnetwerk

zijninditlichtnietgeformuleerd.Eriseengrote

internationaleverantwoordelijkheidvanwegehet

groteaandeelvandeinternationalepopulatiedat

Nederlandherbergt(25-50%).Dedraagkracht-

schattingisberekendover�997-200�,naminof

meerstabieleperiodenatoenameindejaren

negentig.Veruitdegrootstebijdragebinnenhet

Natura2000netwerklevertdeWaddenzee(�),

gevolgddoorGrevelingen(��5),Oosterschelde

(��8),Haringvliet(�09)enWesterschelde&Saef-

tinghe(�22).

A141 Zilverplevier

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

27.600vogels(seizoensgemiddelde).Enigeaf-

nametenbehoevevanherstelvanhetleefgebied

voorschelpdieretersisaanvaardbaar.

Toelichting:

DesoortissterkgeconcentreerdindeWaddenzee

(�)enisdaarrond�990inaantaltoegenomen.De

relatiefhogeaantallenna�995,hoewelgemid-

deldniethogerdandeaantallenvan�989-95,

zijnmogelijkverbondenmetdeontwikkelingen

dieafnamevanschelpdieretersheeftveroorzaakt,

zodatdezilverplevierbijherstelvanhetbetreffen-

dehabitatmogelijkietsafneemt.Eriseengrote

internationaleverantwoordelijkheidvanwegehet

groteaandeelvandeinternationalepopulatiedat

Nederlandherbergt(25-50%).Dedraagkracht-

schattingisberekendoverdeperiode�989-200�,

naeenplotselingetoenameaanheteindvande

jarentachtig.Veruitdegrootstebijdragebinnen

hetNatura2000netwerklevertdeWaddenzee

(�),daarnavolgendeOosterschelde(��8)en

Westerschelde&Saeftinghe(�22).Daarnaastzijn

Noordzeekustzone(7)enMarkiezaat(�27)als

rustplaatsvanbelang.

A142 Kievit

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

75.500vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Hoewellandelijkstabiel,isdepopulatierecent

sterkafgenomeninhetRivierengebied.Detoe-

komstisonzekerdoordeafnemendeinternatio-

nalepopulatieendemogelijkongunstigeontwik-

kelingenindekwaliteitvandebroedgebieden

inhetbuitenland.Eriseengroteinternationale

verantwoordelijkheidvanwegehetgroteaandeel

vandeinternationalepopulatiedatNederland

herbergt(�5-25%).Dedraagkrachtschattingis

berekendoverdeperiode�980-200�.Binnenhet

Natura2000netwerkleverendegebiedenWad-

denzee(�),Oosterschelde(��8),Westerschelde

&Saeftinghe(�22),Haringvliet(�09),Sneeker-

meergebied(�2)enUiterwaardenIJssel(�8)de

grootstebijdrage.

A143 Kanoet

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenverbeteringkwaliteitleef-

gebiedmeteendraagkrachtvooreenpopulatie

variërendvan50.000-70.000vogels(seizoensge-

middelde).

Toelichting:

Eriseenonzekeretoekomstvanwegedeaf-

nemendeinternationalepopulatie.Hoewelde

aantallennognietlagerzijndandievandejaren

tachtig,zouderecenteafnameinhetWad-

dengebieddoorkunnenzetten.Dezeafnameis

verbondenaanveranderingenindebodemstruc-

tuurdoorschelpdiervisserij,endeverminderde

beschikbaarheidvanbepaaldeschelpdierenals

gevolgdaarvan.DeNederlandsevogelsbehoren

tottweeafzonderlijkeondersoortendiedoor

verschillenindetimingvandedoortrekdeels

afzonderlijkzijntemonitoren.Hetbovenge-

noemdedoelgeldtvoorbeideondersoorten,

dievergelijkbaretrendsvertonen.Eriseengrote

internationaleverantwoordelijkheidvoorde

meesttalrijkeondersoortC. c. islandica vanwege

hetgroteaandeelvandeinternationalepopula-

Page 209: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

209

tiedatNederlandherbergt(�5-25%).Omdatde

afnamesterkisgeconcentreerdindeWaddenzee

(�)enomdatmogelijkhedenvooruitbreidingin

dedeltabeperktzijn(metnamezandhongerOos-

terschelde(��8)),isalleenvoordeWaddenzee

(�)eenherstelopgavegeformuleerd.Dedraag-

krachtschattingdieisberekendoverdeperiode

�988-2000,isgecorrigeerdopbasisvandethans

temakeninschattingvandetoekomstigedraag-

kracht.Veruitdegrootstebijdragebinnenhet

Natura2000netwerklevertdeWaddenzee(�),ge-

volgddoorOosterschelde(��8)enWesterschelde

&Saeftinghe(�22).DaarnaastzijnMarkiezaat

(�27)enNoordzeekustzone(7)alsrustplaatsvan

belang.

A144 Drieteenstrandloper

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

4��0vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Eriseenonzekeretoekomstalsgevolgvan

toenemendeverstoringvandepleisterplaatsen

enfoerageergebieden(m.n.stranden),maarde

internationalepopulatieisvooralsnogstabielen

deNederlandsevertoontrecenteendoorgaande

toename.Daaromisgeenherstelopgavevan

toepassingvoorhetleefgebied.Detoenameis

mogelijkdeelsverbondenmetdeontwikkelingen

dieafnamevanschelpdieretersheeftveroorzaakt,

zodatdedrieteenstrandloperbijherstelvan

dathabitatmogelijkweerafneemt.Omdatveel

drieteenstrandlopersechterbuitendeschelpdier-

bankenopstrandenfoeragerenisvoordedraag-

krachtschattinggekozenvoorhetgemiddelde

overdeheleperiode�980-200�.Debelangrijkste

gebiedenbinnenhetNatura2000netwerkzijn

resp.Waddenzee(�),Noordzeekustzone(7)en

Westerschelde&Saeftinghe(�22).

A147 Krombekstrandloper

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�40vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Desoortismoeilijktemonitorenvanwegelage

aantallenincombinatiemetgelijkenismet

deveeltalrijkerebontestrandloper(A�49).In

verbanddaarmeezijnergrotefluctuatieseniser

geenduidelijketrend.

Dedraagkrachtschattingisberekendoverde

periode�980-2002,eenuitzonderlijkhoogaantal

in200�isnietmeegenomen.Desoortisalleen

aangewezenvoordeWaddenzee(�).

A149 Bonte strandloper

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�87.�00vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

DesoortissterkgeconcentreerdinhetWadden-

gebied,enisdaarrecentinaantaltoegenomen.

Ditismogelijkdeelsverbondenmetdezelfdeont-

wikkelingendiedeafnamevanschelpdiereters

heeftveroorzaakt,zodatdebontestrandloperbij

herstelvanhetbetreffendehabitatmogelijkweer

afneemt.Indejarentachtigwarendeaantal-

lentijdelijkverlaagd.Dedraagkrachtschattingis

daaromberekendoverdeperiode�989-�995.Er

iseengroteinternationaleverantwoordelijkheid

vanwegehetgroteaandeelvandeinternationale

populatiedatNederlandherbergt(25-50%).

VeruitdegrootstebijdragebinnenhetNatura

2000netwerklevertdeWaddenzee(�),daarna

volgenWesterschelde&Saeftinghe(�22)en

Oosterschelde(��8).DaarnaastzijnMarkiezaat

(�27)enNoordzeekustzone(7)alsrustplaatsvan

belang.

A151 Kemphaan

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�9.500vogels(seizoensmaximum).

Toelichting:

Aantallenvertoneneennegatievetendensmaar

dezeisnietsignificantdoorgrotefluctuatiesen

debeperktebeschikbaarheidvanslaapplaatstel-

lingen.Detoekomstisonzekergezienafnemende

internationalepopulatieenhetmindergeschikt

wordenvanbroedgebiedeninbinnen-enbuiten-

land.Desoortismoeilijktemonitoren;slechts

eenbeperktdeelvandevogelsfoerageertbinnen

deNatura2000enmonitoringsgebieden,hoewel

deslaapplaatsenwelindezegebiedengeconcen-

treerdliggen.Inverbanddaarmeeisdepopulatie

slechtsgedeeltelijkstuurbaardoormaatregelen

binnenhetNatura2000netwerk.Dedraagkracht-

schattingisberekendoverseizoensmaximauit

deperiode�994-200�.Voor�994zijndergelijke

schattingennietbeschikbaar.Debelangrijkste

concentratiegebieden(slaapplaatsen)binnenhet

Natura2000netwerkzijnIJsselmeer(72),Witteen

ZwarteBrekken(��)enSneekermeergebied(�2).

A156 Grutto

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievangemid-

deld6000vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Aantallenliggensinds�985opeenhogerniveau

dandaarvoor.Derecentenegatievetendens

isnietsignificantdoorfluctuaties.Eenrelatief

grootaandeelvandeNederlandsevogelsverblijft

echterbuitendemonitoringsgebieden.De

broedvogeltrendisnegatiefendebroedvogels

vormeneenzeergrootdeelvanhetniet-broed-

vogelbestandinNederland.Medeinverband

metdezeergroteinternationaleverantwoorde-

lijkheidvanwegehetzeergroteaandeelvande

internationalepopulatiedatNederlandherbergt

(75-�00%)incombinatiemetdeinternationale

afnameiseenherstelopgavegeformuleerd.De

Natura2000gebiedenzijnvanbijzonderebeteke-

nisalsslaapplaatsen.Deoorzakenvandeafname

moetechterindeeersteplaatswordengezocht

indekwaliteitvandebroedgebieden(groten-

deelsbuitenhetNatura2000netwerk).Voor

niet-broedvogelszijndaaromslechtsbehoudop-

gavengeformuleerd.Dedraagkrachtschattingis

berekendoverdeperiode�985-200�.Binnenhet

Natura2000netwerkleverendegebiedenWad-

denzee(�)enUiterwaardenIJssel(�8)degrootste

bijdrage.Alsslaapplaatszijnbovendienresp.

IJsselmeer(72),Lauwersmeer(8),Wormer-en

Jisperveld&Kalverpolder(90)enHaringvliet(�09)

vanbelang.

Page 210: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2�0

A157 Rosse grutto

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�9.500vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

DesoortissterkgeconcentreerdindeWad-

denzee(�)endaarsinds�990(maarvooralna

�995)toegenomen.Ditismogelijkverbonden

metdezelfdeontwikkelingendieafnamevan

schelpdieretersheeftveroorzaakt,zodatderosse

gruttobijherstelvanhetbetreffendehabitat

mogelijkweerafneemt.Dedraagkrachtschatting

isdaaromberekendoverdeperiode�980-�995.

DeNederlandsevogelsbehorentottweeafzon-

derlijkeondersoortendiedoorverschilleninde

timingvandedoortrekdeelsafzonderlijkzijnte

monitoren.Hetbovengenoemdedoelgeldtvoor

beideondersoorten.Eriseengroteinternatio-

naleverantwoordelijkheidvoordeondersoortL.

l. taimyrensisvanwegehetgroteaandeelvande

internationalepopulatiedatNederlandherbergt

(25-50%)eneenzeergroteinternationaleverant-

woordelijkheidvoordeondersoortL. l. lapponica

(75-�00%).Veruitdegrootstebijdragebinnenhet

Natura2000netwerklevertdeWaddenzee(�),

daarnavolgenOosterschelde(��8)enWes-

terschelde&Saeftinghe(�22).Daarnaastisde

Noordzeekustzone(7)alsrustplaatsvanbelang.

A160 Wulp

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�0�.�00vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

DesoortissterkgeconcentreerdindeWad-

denzee(�)endaarrond�990toegenomen.Het

isonduidelijkofditisverbondenmetdezelfde

ontwikkelingendiedeafnamevanschelpdier-

etersheeftveroorzaakt,omdatdewulpeenbrede

voedselkeuzeheeftdieookschelpdierenomvat.

Dedraagkrachtschattingisdaaromtochgeba-

seerdopdeperiode�99�-200�.Eriseengrote

internationaleverantwoordelijkheidvanwegehet

groteaandeelvandeinternationalepopulatiedat

Nederlandherbergt(25-50%).Veruitdegrootste

bijdragebinnenhetNatura2000netwerklevert

deWaddenzee(�),daarnavolgenOosterschelde

(��8)enWesterschelde&Saeftinghe(�22).

A161 Zwarte ruiter

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

2040vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Landelijkeaantallenzijnminofmeerstabiel.

Dedraagkrachtschattingisdaaromgebaseerd

opdegeheleperiode�980-200�.IndeWadden-

zee(�)latendeaantallenrecenteennegatieve

tendenszienmaardezeisnietsignificant.Bin-

nenhetNatura2000netwerkleverthetgebied

Waddenzee(�)degrootsebijdrage,daarna

volgenOosterschelde(��8),Westerschelde&

Saeftinghe(�22)enLauwersmeer(8).

A162 Tureluur

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�8.480vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Aantallenfluctueren,zijnrecenthoog,maar

nietbuitendeamplitudeoplangetermijn.De

draagkrachtschattingisdaaromgebaseerdop

degeheleperiode�980-200�.DeNederlandse

vogelsbehorentottweeafzonderlijkeonder-

soortendiedoorverschillenintimingvande

doortrekdeelsafzonderlijkzijntemonitoren.

Hetbovengenoemdedoelgeldtvoorbeide

ondersoortensamen.

Eriseengroteinternationaleverantwoordelijk-

heidvoordeondersoortT. t. totanusvanwege

hetgroteaandeelvandeinternationalepopu-

latiedatNederlandherbergt(�5-25%)eneen

ietsgrotereinternationaleverantwoordelijkheid

voordeondersoortT. t. robusta(25-50%).De

toekomstisenigszinsonzekergeziendeinter-

nationaleafname.Veruitdegrootstebijdrage

binnenhetNatura2000netwerklevertdeWad-

denzee(�),daarnavolgenOosterschelde(��8)

enWesterschelde&Saeftinghe(�22).Daarnaast

ishetgebiedDuinenVlieland(�)alsrustplaats

vanbelang.

A164 Groenpootruiter

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

22�0vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

Aantallenzijnbeginjarennegentigtoegenomen,

daarnaisersprakevansterkefluctuatieszonder

duidelijketrend.Dedraagkrachtschattingisgeba-

seerdopdeperiod�99�-200�.Veruitdegrootste

bijdragebinnenhetNatura2000netwerklevert

deWaddenzee(�),daarnavolgenOosterschelde

(��8)enWesterschelde&Saeftinghe(�22).Dit

zijntevensdeenigegebiedendievoordezesoort

zijnaangewezen.

A169 Steenloper

Natura 2000 doel:

Uitbreidingomvangenkwaliteitleefgebiedmet

eendraagkrachtvooreenpopulatievariërendvan

�.500-4.500vogels(seizoensgemiddelde).

Toelichting:

InNederlandissprakevaneendoorgaande

afnameinaantalleneneenversterkteafname

rondmiddenjarennegentigindeWaddenzee(�)

(bijeeninternationaalstabieleoftoenemende

populatie),inrelatietotverminderdevoedselbe-

schikbaarheidindeintergetijdegebieden(schelp-

dieren).Omdatdemogelijkhedenvoorherstelin

dedeltabeperktzijn(m.n.zandhongerOoster-

schelde(��8))enhetrelatiefgrotebelangvande

Waddenzee(�),isalleenvoorditlaatstegebied

eenherstelopgavegeformuleerd.DeNederlandse

vogelsbehorentottweeafzonderlijkepopulaties

diedoorverschillenintimingvandedoortrek

deelsafzonderlijkzijntemonitoren.Hetboven-

genoemdedoelgeldtinhetbijzondervoorde

meesttalrijkepopulatie,vogelsdieafkomstigzijn

uitbroedgebiedeninNO-CanadaenGroenland.

Dedraagkrachtschattingdieisberekendover

�980-�995,deperiodevoorafname.,isgecorri-

Page 211: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2��

geerdopbasisvandethanstemakeninschatting

vandetoekomstigedraagkracht.BinnenhetNa-

tura2000netwerkleverthetgebiedWaddenzee

(�)degrootstebijdrage,daarnavolgenOoster-

schelde(��8),Westerschelde&Saeftinghe(�22)

enNoordzeekustzone(7).

A177 Dwergmeeuw

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebied.

Toelichting:

Doorvoorkomenopopenwater(IJsselmeer(72),

Noordzee)isdesoortslechttemonitoren.Het

landelijkverloopvandegeteldeaantallensug-

gereerteenafname,inhogemategestuurddoor

desituatieinhetIJsselmeergebied.Defluctuaties

zijnechtergroot.Sterkeconcentratievandeze

soortinhetIJsselmeergebiedmaaktdetoekomst

onzekergezienontwikkelingenindevisstand(af-

namespiering,mogelijkklimaatgerelateerd).Er

iseengroteinternationaleverantwoordelijkheid

vanwegehetgroteaandeelvandeinternationale

populatiedatNederlandherbergt(�5-25%).De

internationaletrendisonduidelijkdoorgebrek-

kigegegevens,maarverminderingvankwaliteit

vanoostelijkgelegenbroedgebiedenismogelijk

eveneensvanbetekenis.Erisgeenherstelopgave

vantoepassingvanwegedeslechtestuurbaarheid

vanvermoedelijkeoorzaken.DegebiedenIJs-

selmeer(72),Markermeer&IJmeer(7�),Noord-

zeekustzone(7)endeVoordelta(���)voordeze

soortaangewezen.Detelgegevenszijnniettoe-

reikendomdeonderlingerangordetebepalen.

A190 Reuzenstern

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

�00vogels(seizoensmaximum).

Toelichting:

Detendensvantoenameisnietsignificantdoor

fluctuatiesgerelateerdaandelageaantallen.Het

populatieverloopissterkafhankelijkvanontwik-

kelingenindeScandinavischebroedgebieden.De

draagkrachtschattingisgebaseerdopeenschat-

tingvanrecenteseizoensmaximavoorgeheel

Nederland.Debelangrijkstegebiedenbinnenhet

Natura2000netwerkzijnresp.IJsselmeer(72),

Ketelmeer&Vossemeer(75)(enLauwersmeer(8).

Ditzijntevensdeenigegebiedendievoordeze

soortzijnaangewezen.

A197 Zwarte stern

Natura 2000 doel:

Behoudomvangenkwaliteitleefgebiedmeteen

draagkrachtvooreenpopulatievangemiddeld

49.700vogels(seizoensmaximum).

Toelichting:

Aantallenfluctuerensterk,maarzijnniettemin

duidelijkforsafgenomen.Doorvoorkomenop

openwater(IJsselmeer(72),Noordzee)slechtte

monitoren,maarincidenteletellingenopslaap-

plaatsenbevestigendeforseafname.Sterkecon-

centratievandezesoortinhetIJsselmeergebied

maaktdetoekomstonzekergezienontwikkelin-

genindevisstand(afnamespiering,mogelijk

klimaatgerelateerd).Deinternationaletrendis

eveneensnegatief,verminderingvankwaliteitvan

oostelijkgelegenbroedgebiedenismogelijkeen

belangrijkefactor.Geenherstelopgavevanwege

slechtestuurbaarheidvanvermoedelijkeoorza-

ken.Dedraagkrachtschattingisgebaseerdopde

periode�99�-200�,deperiodenaafnamevande

spieringinhetIJsselmeer(72).BinnenhetNatura

2000netwerkleverendegebiedenIJsselmeer

(72),insamenhangmeteenslaapplaatsin

hetBalgzand(Waddenzee(�)),enMarkermeer

&IJmeer(7�)degrootstebijdrage.Verderis

alleenhetZwarteMeer(74)voordezesoort

aangewezen.

Page 212: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2�2

Page 213: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2��

Bijlage 9.4

Gebiedentoebedeeld

aanNatura2000landschappen

Overzichthabitattypenensoorten

perNatura2000landschap

Indezebijlagewordtpergebiedaangegevenaan

welkNatura2000landschaphetgebiedistoebe-

deeldenofookelementenvaneenanderNatura

2000landschaprelevantzijn.Tevenswordenper

Natura2000landschapdebelangrijkstehabitatty-

pen,soortenen/ofvogelsoortenweergegeven.

Natura 2000 landschappen

Page 214: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2�4

� Waddenzee X +

2 DuinenenLageLandTexel + X +

� DuinenVlieland + X

4 DuinenTerschelling + X

5 DuinenAmeland X

6 DuinenSchiermonnikoog + X

7 Noordzeekustzone X +

8 Lauwersmeer X

9 GrooteWielen X +

�0 Oudegaasterbrekken,Fluessenenomgeving X

�� WitteenZwarteBrekken X

�2 Sneekermeergebied X

�� AldeFeanen X

�4 Deelen X

�5 VanOordt’sMersken X +

�6 WijnjeterperSchar X +

�7 BakkeveenseDuinen X

�8 RottigeMeenthe&Brandemeer X

�9 Leekstermeergebied X

20 Zuidlaardermeergebied X

2� Lieftinghsbroek + X

22 Norgerholt X

2� Fochteloërveen + X

24 Witterveld + X

25 DrentscheAa-gebied X X

26 Drouwenerzand X

27 Drents-FrieseWold&Leggelderveld X

28 Elperstroomgebied X

29 Havelte-Oost X

�0 Dwingelderveld X

�� Mantingerbos X

�2 Mantingerzand X

�� Bargerveen + X

�4 Weerribben X

�5 Wieden X

�6 UiterwaardenZwarteWaterenVecht + X

�7 OldeMaten&Veerslootslanden X

�8 UiterwaardenIJssel X

�9 Vecht-enBeneden-Reggegebied X + X

40 Engbertsdijksvenen + X

4� Boetelerveld + X

42 SallandseHeuvelrug X

Bijlage 9.4.1: Gebieden toebedeeld aan Natura 2000 landschappen

Habitattypen/soorten:[X=toegedeeldaanditlandschap,+=tevensrelevant]

Noordzee, Duinen Merenen Rivieren- Beekdalen Hogere Hoogvenen Heuvelland

Waddenzee Moerassen gebied zandgronden

nr Gebiedsnaam enDelta

Page 215: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2�5

4� WierdenseVeld + X

44 Borkeld X

45 Springendal&DalvandeMosbeek X +

46 Bergvennen&BrecklenkampseVeld X

47 AchterdeVoort,Agelerbroek&Voltherbroek X +

48 Lemselermaten X +

49 Dinkelland + X +

50 LandgoederenOldenzaal X

5� Lonnekermeer + X

52 Boddenbroek X +

5� Buurserzand&Haaksbergerveen X X

54 WitteVeen + X

55 Aamsveen + X

56 Arkemheen X

57 Veluwe + X

58 LandgoederenBrummen X +

59 Teeselinkven X

60 Stelkampsveld X +

6� Korenburgerveen + + X

62 WillinksWeust + X

6� Bekendelle X

64 WooldseVeen X

65 Binnenveld X

66 UiterwaardenNeder-Rijn X

67 GeldersePoort + X

68 UiterwaardenWaal X

69 Bruuk X

70 ZuiderLingedijk&Diefdijk-Zuid X

7� Loevestein,Pompveld&KornscheBoezem + X

72 IJsselmeer X

7� Markermeer&IJmeer X

74 ZwarteMeer X

75 Ketelmeer&Vossemeer X

76 Veluwerandmeren X

77 Eemmeer&GooimeerZuidoever X

78 Oostvaardersplassen X

79 Lepelaarplassen X

80 GrootZandbrink X +

8� Kolland&Overlangbroek X

82 UiterwaardenLek X

8� Botshol X

84 DuinenDenHelder-Callantsoog X

85 Zwanenwater&Pettemerduinen X

86 SchoorlseDuinen X

87 NoordhollandsDuinreservaat X

88 Kennemerland-Zuid X

Habitattypen/soorten:[X=toegedeeldaanditlandschap,+=tevensrelevant]

Noordzee, Duinen Merenen Rivieren- Beekdalen Hogere Hoogvenen Heuvelland

Waddenzee Moerassen gebied zandgronden

nr Gebiedsnaam enDelta

Page 216: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2�6

89 Eilandspolder X

90 Wormer-enJisperveld&Kalverpolder X

9� PolderWestzaan X

92 Ilperveld,Varkensland,Oostzanerveld&Twiske X

9� Zeevang X

94 Naardermeer X

95 OostelijkeVechtplassen X

96 Coepelduynen X

97 Meijendel&Berkheide X

98 Westduinpark&Wapendal X

99 Solleveld&Kapittelduinen X

�00 VoornesDuin X

�0� DuinenGoeree&KwadeHoek + X

�02 DeWilck X

�0� NieuwkoopsePlassen&DeHaeck X

�04 Broekvelden,Vettenbroek&PolderStein X

�05 Zouweboezem + X

�06 BoezemsKinderdijk X

�07 DonkseLaagten X

�08 OudeMaas X

�09 Haringvliet X + +

��0 OudelandvanStrijen X

��� HollandsDiep + X

��2 Biesbosch X

��� Voordelta X

��4 Krammer-Volkerak X +

��5 Grevelingen X +

��6 KopvanSchouwen X

��7 MantelingvanWalcheren X

��8 Oosterschelde X +

��9 VeerseMeer X +

�20 Zoommeer X +

�2� YersekeenKapelseMoer X

�22 Westerschelde&Saeftinghe X +

�2� Zwin&Kievittepolder X +

�24 GrooteGat X

�25 CanisvlietseKreek X

�26 Vogelkreek X

�27 Markiezaat X +

�28 BrabantseWal X

�29 UlvenhoutseBos X

��0 Langstraat + X

��� LoonseenDrunenseDuinen&Leemkuilen + X

��2 VlijmensVen,Moerputten&BosscheBroek + X

��� Kampina&OisterwijkseVennen + X

��4 RegteHeide&RielsLaag X

Habitattypen/soorten:[X=toegedeeldaanditlandschap,+=tevensrelevant]

Noordzee, Duinen Merenen Rivieren- Beekdalen Hogere Hoogvenen Heuvelland

Waddenzee Moerassen gebied zandgronden

nr Gebiedsnaam enDelta

Page 217: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2�7

��5 Kempenland-West + X

��6 Leenderbos,GrooteHeide&DePlateaux + X

��7 StrabrechtseHeide&Beuven + X

��8 Weerter-enBudelerbergen&Ringselven X

��9 DeurnschePeel&Mariapeel + X

�40 GrootePeel + X

�4� OeffelterMeent X

�42 SintJansberg + X

�4� ZelderscheDriessen X

�44 Boschhuizerbergen X

�45 Maasduinen + + X

�46 SarsvenenDeBanen X

�47 Leudal X

�48 Swalmdal + X

�49 Meinweg + X

�50 Roerdal + X

�5� AbdijLilbosch&voormaligKloosterMariahoop X

�52 Grensmaas X

�5� Bunder-enElsloërbos + X

�54 Geleenbeekdal + X

�55 Brunssummerheide X

�56 Bemelerberg&Schiepersberg X

�57 Geuldal + X

�58 Kunderberg X

�59 SintPietersberg&Jekerdal + X

�60 Savelsbos X

�6� Noorbeemden&Hoogbos + X

�62 AbtskolkenDePutte X

Habitattypen/soorten:[X=toegedeeldaanditlandschap,+=tevensrelevant]

Noordzee, Duinen Merenen Rivieren- Beekdalen Hogere Hoogvenen Heuvelland

Waddenzee Moerassen gebied zandgronden

nr Gebiedsnaam enDelta

Page 218: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2�8

Bijlage 9.4.2: Overzicht habitattypen en soorten per Natura 2000 landschap

Natura 2000 landschap Noordzee, Waddenzee en Delta

Habitattypen H���0_Apermanentoverstroomdezandbanken(getijdengebied);H���0_Bpermanentoverstroomdezandbanken(Noord-

zee-kustzone);H���0estuaria;H��40_Aslik-enzandplaten(getijdengebied);H��40_Bslik-enzandplaten(Noordzee-kust-

zone);H��60grotebaaien;H���0_Aziltepionierbegroeiingen(zeekraal);H���0_Bziltepionierbegroeiingen(zeevetmuur);

H��20slijkgrasvelden;H���0_Aschorrenenziltegraslanden(buitendijks);H���0_Bschorrenenziltegraslanden(binnen-

dijks);H2��0embryonaleduinen;*H2��0_Agrijzeduinen(kalkrijk);H2��0_Bgrijzeduinen(kalkarm);H2�90_Bvochtige

duinvalleien(kalkrijk);H64�0_Bruigtenenzomen(harig wilgenroosje).

Soorten H�095zeeprik;H�099rivierprik;H��02elft;H��0�fint;H��06zalm;*H��40noordsewoelmuis;H��5�bruinvis;H��64grijze

zeehond;H��65gewonezeehond;H�6�4kruipendmoerasscherm.

Vogelsoorten A00�roodkeelduiker(n);A002parelduiker(n);A004dodaars(n);A005fuut(n);A007kuifduiker(n);A008geoordefuut(n);

A0�7aalscholver(n);A026kleinezilverreiger(n);A0�4lepelaar(b+n);A040kleinerietgans(n);A04�kolgans(n);A04�

grauwegans(n);A045brandgans(n);A046rotgans(n);A048bergeend(n);A050smient(n);A05�krakeend(n);A052

wintertaling(n);A05�wildeeend(n);A054pijlstaart(n);A056slobeend(n);A06�kuifeend(n);A062topper(n);A06�eider

(n);A065zwartezee-eend(n);A067brilduiker(n);A069middelstezaagbek(n);A075zeearend(n);A08�bruinekiekendief

(b);A094visarend(n);A�0�slechtvalk(n);A�25meerkoet(n);A��0scholekster(n);A��2kluut(b+n);A��7bontbekplevier

(b+n);A��8strandplevier(b+n);A�40goudplevier(n);A�4�zilverplevier(n);A�42kievit(n);A�4�kanoet(n);A�44drieteen-

strandloper(n);A�47krombekstrandloper(n);A�49bontestrandloper(n);A�5�kemphaan(n);A�57rossegrutto(n);A�60

wulp(n);A�6�zwarteruiter(n);A�62tureluur(n);A�64groenpootruiter(n);A�69steenloper(n);A�76zwartkopmeeuw(b);

A�8�kleinemantelmeeuw(b);A�9�grotestern(b);A�9�visdief(b);A�94noordsestern(b);A�95dwergstern(b).

Natura 2000 landschap Duinen

Habitattypen: H2��0embryonaleduinen;H2�20witteduinen;*H2��0_Agrijzeduinen(kalkrijk);*H2��0_Bgrijzeduinen(kalkarm);

*H2��0_Cgrijzeduinen(heischraal);*H2�40_Aduinheidenmetkraaihei(vochtig);*H2�40_Bduinheidenmetkraaihei

(droog);*H2�50duinheidenmetstruikhei;H2�60duindoornstruwelen;H2�70kruipwilgstruwelen;H2�80_Aduinbos-

sen(droog);H2�80_Bduinbossen(vochtig);H2�80_Cduinbossen(binnenduinrand);H2�90_Avochtigeduinvalleien(open

water);H2�90_Bvochtigeduinvalleien(kalkrijk);H2�90_Cvochtigeduinvalleien(ontkalkt);H2�90_Dvochtigeduinvalleien

(hoge moerasplanten);H�260_Abekenenrivierenmetwaterplanten(waterranonkels);*H62�0heischralegraslanden;

H64�0blauwgraslanden;H72�0galigaanmoerassen.

Soorten: H�0�4nauwekorfslak;H���8meervleermuis;*H��40noordsewoelmuis;H�8��drijvendewaterweegbree;H�90�groen-

knolorchis.

Vogelsoorten: A004dodaars(b);A008geoordefuut(b);A0�7aalscholver(b);A02�roerdomp(b);A0�4lepelaar(b+n);A054pijlstaart(n);

A056slobeend(n);A06�eider(b);A08�bruinekiekendief(b);A082blauwekiekendief(b);A084grauwekiekendief(b);A��9

porseleinhoen(b);A��2kluut(b);A��7bontbekplevier(b+n);A��8strandplevier(b);A�60wulp(n);A�62tureluur(n);A�8�

kleinemantelmeeuw(b);A�95dwergstern(b);A222velduil(b);A275paapje(b);A276roodborsttapuit(b);A277tapuit(b);

A295rietzanger(b);A��8grauweklauwier(b).

Page 219: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

2�9

Natura 2000 landschap Rivierengebied

Habitattypen: H��50merenmetkrabbenscheerenfonteinkruiden;H�260_Bbekenenrivierenmetwaterplanten(grote fonteinkruiden);

H�270slikkigerivieroevers;*H6�20stroomdalgraslanden;H64�0blauwgraslanden;H64�0_Aruigtenenzomen(moeras-

spirea);H64�0_Bruigtenenzomen(harig wilgenroosje);H64�0_Cruigtenenzomen(droge bosranden);H65�0_Aglans-

haver-envossenstaarthooilanden(glanshaver);H65�0_Bglanshaver-envossenstaarthooilanden(grote vossenstaart);

*H9�E0_Avochtigealluvialebossen(zachthoutooibossen);*H9�E0_Bvochtigealluvialebossen(essen-iepenbossen);

H9�F0drogehardhoutooibossen.

Soorten: H�095zeeprik;H�099rivierprik;H��02elft;H��0�fint;H��06zalm;H���4bittervoorn;H��45grotemodderkruiper;

H��49kleinemodderkruiper;H��6�rivierdonderpad;H��66kamsalamander;H���7bever;*H��40noordsewoelmuis;

H��87tonghaarmuts.

Vogelsoorten: A004dodaars(b);A005fuut(n);A0�7aalscholver(b+n);A02�roerdomp(b);A022woudaap(b);A027grotezilverreiger

(b+n);A029purperreiger(b);A0�7kleinezwaan(n);A0�8wildezwaan(n);A0�9toendrarietgans;A04�kolgans(n);A04�

grauwegans(n);A045brandgans(n);A050smient(n);A05�krakeend(n);A052wintertaling(n);A05�wildeeend(n);

A054pijlstaart(n);A056slobeend(n);A059tafeleend(n);A06�kuifeend(n);A068nonnetje(n);A070grotezaagbek(n);

A075zeearend(n);A08�bruinekiekendief(b);A094visarend(n);A�0�slechtvalk(n);A��9porseleinhoen(b);A�22

kwartelkoning(b)A�25meerkoet(n);A�42kievit(n);A�56grutto(n);A�60wulp(n);A�90reuzenstern(n);A�97zwarte

stern(b);A229ijsvogel(b);A249oeverzwaluw(b);A272blauwborst(b);A292snor(b);A298grotekarekiet(b).

Natura 2000 landschap Meren en Moerassen

Habitattypen: H��40kanswierwateren;H��50merenmetkrabbenscheerenfonteinkruiden;H40�0_Bvochtigeheiden(laagveengebied);

H64�0blauwgraslanden;H64�0_Bruigtenenzomen(harig wilgenroosje);H65�0_Bglanshaver-envossenstaarthooilanden

(grote vossenstaart);H7�40_Aovergangs-entrilvenen(trilvenen);H7�40_Bovergangs-entrilvenen(veenmosrietlanden);

*H72�0galigaanmoerassen;*H9�D0hoogveenbossen.

Soorten: H�0�Xplatteschijfhoren;H�042gevlektewitsnuitlibel;H�060grotevuurvlinder;H�082gestreeptewaterroofkever;

H�095zeeprik;H�099rivierprik;H���4bittervoorn;H��45grotemodderkruiper;H��49kleinemodderkruiper;H��6�

rivierdonderpad;H���8meervleermuis;*H��40noordsewoelmuis;H��9�geelschorpioenmos;H�90�groenknolorchis.

Vogelsoorten: A004dodaars(b);A005fuut(n);A0�7aalscholver(b+n);A02�roerdomp(b);A022woudaap(b);A027grotezilverreiger

(b+n);A029purperreiger(b);A0�4lepelaar(b+n);A0�7kleinezwaan(n);A0�8wildezwaan(n);A0�9toendrarietgans(n);

A040kleinerietgans(n);A04�kolgans(n);A04�grauwegans(n);A045brandgans(n);A046rotgans(n);A048bergeend

(n);A050smient(n);A05�krakeend(n);A052wintertaling(n);A05�wildeeend(n);A054pijlstaart(n);A056slobeend(n);

A058krooneend(n);A059tafeleend(n);A06�kuifeend(n);A062topper(n);A067brilduiker(n);A068nonnetje(n);A069

middelstezaagbek(n);A070grotezaagbek(n);A075zeearend(n);A08�bruinekiekendief(b);A082blauwekiekendief(b);

A084grauwekiekendief(b);A094visarend(n);A��9porseleinhoen(b);A�22kwartelkoning(b);A�25meerkoet(n);A�40

goudplevier(n);A�42kievit(n);A�5�kemphaan(b+n);A�5�watersnip(b);A�56grutto(n);A�77dwergmeeuw(n);A�90

reuzenstern(n);A�9�visdief(b);A�97zwartestern(b+n);A229ijsvogel(b);A272blauwborst(b);A292snor(b);A295riet-

zanger(b);A298grotekarekiet(b).

Page 220: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

220

Natura 2000 landschap Beekdalen

Habitattypen: H�260_Abekenenrivierenmetwaterplanten(waterranonkels);H40�0_Avochtigeheiden(hogere zandgronden);*H6�20

stroomdalgraslanden;*H62�0heischralegraslanden;H64�0blauwgraslanden;H64�0_Aruigtenenzomen(moerasspirea);

H7�40_Aovergangs-entrilvenen(trilvenen);H72�0kalkmoerassen;H9�60_Aeiken-haagbeukenbossen(hogere zandgron-

den);*H9�E0_Cvochtigealluvialebossen(beekbegeleidende bossen).

Soorten: H�0�6zeggekorfslak;H�0�7gaffellibel;H�059pimpernelblauwtje;H�06�donkerpimpernelblauwtje;H�096beekprik;

H�099rivierprik;H���4bittervoorn;H��45grotemodderkruiper;H��49kleinemodderkruiper;H��6�rivierdonderpad;

H��66kamsalamander;H�8��drijvendewaterweegbree.

Vogelsoorten: A04�kolgans(n);A045brandgans(n);A050smient(n);A�56grutto(n);A275paapje(b).

Natura 2000 landschap Hogere zandgronden

Habitattypen: H2��0stuifzandheidenmetstruikhei;H2�20binnenlandsekraaiheibegroeiingen;H2��0zandverstuivingen;H���0zeer

zwakgebufferdevennen;H���0zwakgebufferdevennen;H��60zurevennen;H40�0_Avochtigeheiden(hogere zand-

gronden);H40�0drogeheiden;H5��0jeneverbesstruwelen;*H62�0heischralegraslanden;H64�0blauwgraslanden;

H7��0_Bactievehoogvenen(heideveentjes);H7�50pioniervegetatiesmetsnavelbiezen;H9�20beuken-eikenbossenmet

hulst;H9�60_Aeiken-haagbeukenbossen(hogere zandgronden);H9�90oudeeikenbossen;*H9�D0hoogveenbossen.

Soorten: H�042gevlektewitsnuitlibel;H�08�vliegendhert;H�096beekprik;H��66kamsalamander;H���8meervleermuis;H��2�

ingekorvenvleermuis;H�8��drijvendewaterweegbree.

Vogelsoorten: A004dodaars(b);A008geoordefuut(b);A0�9taigarietgans(n);A072wespendief(b);A�07korhoen(b);A�27kraanvogel

(n);A224nachtzwaluw(b);A229ijsvogel(b);A2��draaihals(b);A2�6zwartespecht(b);A246boomleeuwerik(b);A255

duinpieper(b);A275paapje(b);A276roodborsttapuit(b);A277tapuit(b);A��8grauweklauwier(b).

Page 221: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

22�

Natura 2000 landschap Hoogvenen

Habittattypen: H��60zurevennen;H40�0_Avochtigeheiden(hogere zandgronden);*H62�0heischralegraslanden;H64�0blauwgras-

landen;*H7��0_Aactievehoogvenen(hoogveenlandschap);H7��0_Bactievehoogvenen(heideveentjes);H7�20herstel-

lendehoogvenen;*H72�0galigaanmoerassen;*H9�D0hoogveenbossen.

Vogelsoorten: A004dodaars(b);A008geoordefuut(b);A0�9taigarietgans(n);A0�9toendrarietgans(n);A��9porseleinhoen(b);

A�27kraanvogel(n);A�5�watersnip(b);A222velduil(b);A272blauwborst(b);A275paapje(b);A276roodborsttapuit(b);

A277tapuit(b);A��8grauweklauwier(b).

Natura 2000 landschap Heuvelland

Habitattypen: H�260_Abekenenrivierenmetwaterplanten(waterranonkels);*H6��0pionierbegroeiingenoprotsbodem;*H6��0zink-

weiden;*H62�0kalkgraslanden;*H62�0heischralegraslanden;H64�0_Cruigtenenzomen(droge bosranden);H65�0_A

glanshaver-envossenstaarthooilanden(glanshaver);*H7220kalktufbronnen;H72�0kalkmoerassen;H9��0veldbies-

beukenbossen;H9�20beuken-eikenbossenmethulst;H9�60_Beiken-haagbeukenbossen(heuvelland);*H9�E0_Cvochtige

alluvialebossen(beekbegeleidende bossen).

Soorten: H�0�6zeggekorfslak;H�0�7gaffellibel;*H�078spaansevlag;H�08�vliegendhert;H�096beekprik;H��9�geelbuikvuur-

pad;H���8meervleermuis;H��2�ingekorvenvleermuis;H��24valevleermuis.

Page 222: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

222

Page 223: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

22�

Bijlage 9.5

Bijgesteldebegrenzingen

Indezebijlagezijnopgenomendegebieden

waarvoordebegrenzingmetmeerdan50ha

wordtbijgesteldt.b.v.duurzameinstandhouding

vanhabitattypenensoortenwaarvoorNederland

verantwoordelijkis.Hetbetreftalleenwijzigingen

buitendehuidigebuitengrensvaneenNatura

2000gebied.

2. Duinen en Lage land Texel

Ditbetrefthetgebiedrondhetbeschermdna-

tuurmonumentHanenplastenzuidwestenvanDe

Cocksdorp,waarvaneengeïsoleerdgelegendeel

buitendehuidigeNatura2000begrenzingvalt.

Ditisondervangendoorhetgehelenatuurmo-

numentbinnendeNatura2000begrenzingte

brengeninclusiefaangrenzendeSBB-gronden

(rekeninghoudendemetaanleggolfbaan).Deze

aanpassingleidtnietalleentoteenlogischer

begrenzing,maarbiedtookuitbreidingskansen

voordehabitattypengrijzeduinen(*H2��0)en

vochtigeduinvalleien(H2�90).Verderkanhier-

meedeverderteontwikkelengradiëntvandroog,

brakennatbinnenhetNatura2000gebied

wordengebracht.

13. Alde Feanen

Hiervoorgeldteenuitbreidingvoornatuuront-

wikkelingtenbehoevevaninstandhoudingen

herstelvandenoordsewoelmuis(tevensgunstig

voorwater-enmoerasvogels)inhetkadervan

EuropeesLIFE-project.Ditbetreftnieuwenatuur

dieinmiddelsisverworvendoorItFryskeGea

(circa70ha).

25. Drentsche Aa-gebied

Hiervoorgeldteenuitbreidingtenbehoevevan

verbeteringvandeinternesamenhangenhy-

drologischherstelvanhetgebied(o.aaanvulling

metontbrekendeschakelvanhetbeekdalvanhet

RolderdieptussenRoldeenAnderen).

27. Drents-Friese Wold & Leggelderveld

Hiervoorgeldteenuitbreidingmetondermeer

hetzuidelijkdeelvanhetDoldersumseVeld(ei-

gendomDrentsLandschap),waardehabitattypen

vochtigeheiden(H40�0)enheischralegraslanden

Begrenzingswijzigingen Natura 2000 gebieden

Page 224: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

224

(*H62�0)wordenontwikkeld,enhetnoordelijk

deelvanhetDalvandeVledderAa(grotendeels

verworvennieuwenatuur)datvanbelangisvoor

habitattypenheischralegraslanden(*H62�0)en

bekenenrivierenmetwaterplanten(H�260).

28. Elperstroomgebied

Hiervoorgeldteenuitbreidingtenbehoevevan

instandhoudingenherstelvandehabitattypen

kalkmoerassen(H72�0)enheischralegraslanden

(*H62�0)inclusiefdegradiëntreeksinhetbeek-

dal.DitbetreftSBB-gronden(o.a.Boswachterij

Schoonloo)endeelsverworvennieuwenatuur.

30. Dwingelderveld

HiervoorgeldteenuitbreidingmetKloosterveld

enAnserveld(eigendomNatuurmonumenten)

tenbehoevevaninstandhoudingvanhetgebied

eneenmeerlogischebegrenzing.

45. Springendal & Dal van de Mosbeek

Hiervoorgeldteenuitbreidingtenbehoevevan

instandhoudingenherstelvandehabitattypen

kalkmoerassen(H72�0),heischralegraslanden

(*H62�0),overgangs-entrilvenen(trilvenen)

(H7�40_A),vochtigealluvialebossen(*H9�E0)en

voordesoortenvliegendhert(H�08�)enbeek-

prik(H�096).Ditbetreftruimerebegrenzingrond

deMosbeekopdeManderesch(nieuwenatuur),

meerrobuustebegrenzingronddebeekloop

vanHazelbekke(deelsNatuurmonumenten)en

verkleiningenuitbreidingvanhetdeelgebiedvan

deZuidelijkeVasserheideentennoordoostenvan

Nutter(meerlogischebegrenzing).Tenbehoeve

vanhetvliegendhertzijneenaantalaangren-

zendeeikenwalleneneikenbosjestoegevoegd,

dieeenessentieelelementvanhetleefgebiedvan

dezesoortzijn.

49. Dinkelland

VoorhetDinkellandgeldteeninkrimpingmet

Singraven(244ha),geletopdebeperktekwaliteit

vandeaanwezigehabitattypenvochtigealluvi-

alebossen(H9�E0),eiken-haagbeukenbossen

(H9�60)).Laatstgenoemdekomtbeterontwikkeld

voorlangsdeSnoeyinksbeek(zieonderLandgoe-

derenOldenzaal)endegeïsoleerdeliggingten

opzichtevanhethoofdgebied.Enigeuitbreiding

tenbehoevevaninstandhoudingenherstelvan

dehabitattypezwakgebufferdevennen(H���0).

Blauwgraslanden(H64�0)enheischralegraslan-

den(*H62�0)enverbeteringinternesamenhang.

Ditbetreftnieuwenatuur(deelsalverworven)

rondStroothuizen,PunthuizenenhetBeuninger

Achterveld.Tevensgeldteenuitbreidingmethet

beschermdnatuurmonumentSnoeyinksbeek

(tenoostenvanhetSmoddebos,aansluitendop

LandgoederenOldenzaal(50))enaangrenzende

grondendeelseigendomvanNatuurmonumen-

tenmetvergelijkbarenatuurwaardenalsDinkel.

TotaleoppervlaktevanditNatura2000gebied

wordtkleiner.

50. Landgoederen Oldenzaal

Hiervoorgeldteenuitbreidingmetomgeving

Snoeyinksbeekincl.LosserhofenSmoddebos.

Hetbetrefttweelocatiesvanhetslechtsinkleine

oppervlaktesvoorkomendeeiken-haagbeuken-

bossen(hogere zandgronden)(H9�60_A).Het

Smoddebosiszelfséénvandebestontwikkelde

voorbeeldenvanhetbetreffendehabitattype.

Dooreenomissieishetin200�buitendebegren-

zinggebleven.Losserhofisonderdeelvanhet

beschermdnatuurmonumentSnoeyinksbeek.

57. Veluwe

Hiervoorgeldteenuitbreidingmetgrondenin

eigendomvannatuurbeschermingsorganisaties

tervergrotingvandeinternesamenhang.

65. Binnenveld

Hiervoorgeldteenuitbreidingmethetbescherm-

denatuurmonumentHel&BlauweHelonder

Veenendaal.

70. Zuider Lingedijk & Diefdijk-Zuid

HiervoorgeldteenuitbreidinglangsdeDief-

dijkmeteigendommenvanhetZuid-Hollands

Landschaptenbehoevevandekamsalamander

(H��66).LangsdeLingeverkleiningNatura2000

gebied.

71. Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

Hiervoorgeldteenuitbreidingtenbehoevevan

herstelvanhethabitattypeglanshaver-envos-

senstaarthooilanden(H65�0)indeuiterwaarden

tenwestenvanBrakelaansluitendophetreeds

aangemeldegebied.Ditbetreftnieuwenatuuren

vooreenkleindeelSBB-gronden.

87. Noordhollands Duinreservaat

HiervoorgeldteenuitbreidingmetDorpsduinen

enVuurbaaksduintenzuidenvanreedsbegrensd

gebied.DeDorpsduinenliggentenwestenvande

bebouwingvanWijkaanZeeenzuidelijkdaarvan

hetVuurbaaksduin(beidedeelsPWN-eigendom)

metgoedontwikkeldevoorkomensvanhetha-

bitattypegrijzeduinen(*H2��0),hetgeenbijde

aanmeldingoverhethoofdisgezien.DeDorps-

duinenzijneentypisch‘zeedorpenlandschap’met

kenmerkendesoortenvanhetverbondvandroge,

kalrijkeduingraslanden(Polygalo-Koelerion)zoals

hondskruid,nachtsileneenbitterkruid.

99. Solleveld & Kapittelduinen

Hiervoorgeldteenuitbreidingmethet

beschermdnatuurmonumentKapittelduinen

(circa�85ha),datgrenstaandezuidpuntvanSol-

leveld(terhoogtevanMonster).Ditismetname

vanbelangdoorhetvoorkomenvandehabitat-

typenduinbossen(binnenduinrand)(H2�80_C)

envochtigeduinvalleien(H2�90).Daarenboven

kandeherstelopgavevoorhethabitattypegrijze

duinen(*H2��0)beterwordengerealiseerddoor

toevoegingvanKapittelduinenaanSolleveld.

Tevenswordthiermeedeontbrekendeschakelin

deduinenrijvanDenHeldertotVoorneaanhet

Natura2000netwerktoegevoegd.

Page 225: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

225

109. Haringvliet

HiervoorgeldteenuitbreidingmetPlangebied

Zuiderdiepwaargetijdennatuurzalwordengere-

aliseerd,hetgeenondermeeruitbreidingvanhet

leefgebiedvandenoordsewoelmuis(*H��40)

metzichmeezalbrengen.

111. Hollands Diep

Hiervoorgeldteenuitbreidingmetdepolder

‘OosterscheBekadeGorzen’(grenzendaanhet

beschermdnatuurmonumentOosterscheSlob-

begorzen)dateenprioritairprojectisinhet

kadervan‘Deltanatuur’.Ditgebiedisrecentelijk

verworvenenbiedtontwikkelingskansenvoor

hethabitattypevochtigealluvialebossen(essen-

iepenbossen)(*H9�E0_B)endenoordsewoelmuis

(*H��40).

118. Oosterschelde

Hiervoorgeldteenuitbreidingmetresterende

delenvanhetPlangebiedTureluuropSchouwen-

Duivelandtenbehoeveondermeerinstandhou-

dingenherstelvanleefgebiedvandenoordse

woelmuisenkweldervegetaties.Ditgebiedis

inmiddelsookvangrootbelanggewordenvoor

broedendeenpleisterendewatervogels(hoog-

watervluchtplaatsenvoedselgebied).Hetbetreft

uitsluitenddoorStaatsbosbeheerenNatuurmo-

numentenreedsverworvengronden.

122. Westerschelde & Saeftinghe

Hiervoorgeldteenuitbreidingmetbinnendijks

gelegengrondentenbehoevevankweldervege-

tatiesenbroedendeenpleisterendewatervogels

(hoogwatervluchtplaatsenvoedselgebied).Het

betreftalleendoornatuurbeschermingsorganisa-

tiesverworvengronden.Tevenswordendevaar-

geulenenhetmondingsgebiedvandeWester-

scheldeaanhetVogelrichtlijngebiedtoegevoegd,

zodatdebegrenzingvanhetHabitatrichtlijnge-

biedenhetVogelrichtlijngebiedgelijkworden.

132. Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

Eenrelatiefgroteoppervlaktecultuurgrondendie

nietvandirectebetekeniswordengeachtvoor

deinstandhoudingvanhetgebied,zijnbuitende

begrenzingvanhetgebiedgebracht(o.a.tussen

MoerputtenenDrongelensKanaal,tussenMoer-

puttenwegenA59).Ditgeldtechternietvoorde

bermenvanwegenenslotentenzuidenvande

Moerputtendiebehorentothetleefgebiedvan

hetdonkerpimpernelblauwtje(H�06�).Tevens

geldteenuitbreidingtenbehoevevandezesoort

tenzuidenvanNieuwkuijkenmetoeversen

bermenlangshetDrongelensKanaal.

133. Kampina & Oisterwijksche Vennen

HiervoorgeldteenuitbreidingmethetBanisveld

(tenzuidwestenvanLennisheuvel)tenbehoeve

instandhoudingvanhethabitattypeblauwgras-

landen(H64�0)engeletophetvoorkomenvan

hethabitattypezwakgebufferdevennen(H���0).

DitbetreftgrondenvandeVerenigingNatuurmo-

numenten.Verderuitbreidingtennoordwesten

vanKampina(o.a.LandgoedNemelaer)wegens

hetvoorkomenvanhabitattypenzwakgebuf-

ferdevennen(H���0),vochtigeheiden(H40�0),

soortenkamsalamander(H��66)endrijvende

waterweegbree(H�8��).Ditbetreftgrondenvan

hetBrabantsLandschapenNatuurmonumenten.

135. Kempenland-West

HetbeekdalbijGorpisbuitendebegrenzing

gebrachtomdathetvanminderbetekeniswordt

geachtvoordeinstandhoudingvanhetgebied.

HetgebiedisuitgebreidmetdeRovertsche

Heide(bestaandenatuur,merendeelseigendom

BrabantsLandschap)wegensvoorkomenvande

habitattypenvochtigeheiden(H40�0).Verderis

deinternesamenhangverbeterddoorverbinding

vandegebiedsdelenLandschotseHeideenNeter-

selscheHeide(merendeelsverworvennieuwena-

tuur).Delenvandenatuurlijkebeeklopenvande

GrooteBeerzeenKleineBeerzezijntoegevoegd

vanwegehethabitattypebekenenrivierenmet

waterplanten(H�260).

136. Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

Hiervoorgeldteenuitbreidingmetdebeekloop

vandeTongelreepenaangrenzendnatuur-

gebiedtotAalstwegensvoorkomenvanhet

habitattypebekenenrivierenmetwaterplanten

(waterranonkels)(H�260_A)enentenbehoeve

vanbeekprik(H�096)endrijvendewaterweegbree

(H�8��).Ditbetreftmerendeelsbestaandenatuur

ineigendomvanhetBrabantsLandschapenhet

WaterschapDeDommel.Hetstroomgebiedvan

deTongelreepheeftenkelegunstigeeigenschap-

pen:relatiefgoedbasisdebiet,weinigintensieve

landbouwengeringaandeelverhardoppervlak,

grotendeelsgelegeninnabijbeschermdenatuur-

gebiedenendeinfiltratiegebiedenliggenvrijwel

geheelinbos-ennatuurgebied.Navoltooiingvan

deinuitvoeringenvoorbereidingzijndeprojec-

tenwordtdeTongelreepopkortetermijneen

vandemeestkansrijkebekenvoorherstelvande

genoemdehabitatwaardeninditgebied.

139. Deurnsche Peel & Mariapeel

Hiervoorgeldteenuitbreidingmetdeelsal

verworvennieuwenatuurtenbehoevevande

instandhoudingenherstelvandehabitattypen

actievehoogvenen(*H7��0)enherstellende

hoogvenen(H7�20)endealgehelesamenhang

vanhetgebied.

140. Groote Peel

Hiervoorgeldteenuitbreidingmetnieuwena-

tuuraandeBrabantsezijdeterverbeteringvan

dehydrologischesituatietenbehoevevande

instandhoudingvanhethabitattypeherstellende

hoogvenen(H7�20).

150. Roerdal

BijHerkenboschenPosterholtishetgebieduit-

gebreidtenbehoevevanhetdonkerpimpernel-

blauwtje(H�06�).Verderishetgebieduitgebreid

metStedelijkeRoerenHambeektenbehoevevan

trekvissenzoalsderivierprik(H�099).

Page 226: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

226

154. Geleenbeekdal

Hiervoorgeldteenuitbreidingvandebegrenzing

voorinstandhoudingenherstelvanhethabitat-

typekalkmoerassen(H72�0)indeKathager-

beemden,voorinstandhoudingenherstelvande

habitattypenvochtigealluvialebossen(*H9�E0),

eiken-haagbeukenbossen(H9�60),voorleefge-

biedvandezeggekorfslak(H�0�6)envoorver-

grotenvandeinternesamenhangvanhetgebied.

Ditbetreftmerendeelsterreinenineigendomvan

Natuurmonumenten.

157. Geuldal

Hiervoorgeldteenuitbreidingtenbehoevevan

instandhoudingenherstelvandehabitattypen

kalkgraslanden(*H62�0)enheischralegraslanden

(*H62�0)opdeGulpenerberg.Ditbetreftzowel

bestaandenatuur(Staatsbosbeheer,Natuurmo-

numenten,LimburgsLandschapendegemeente)

alsnieuwenatuur.

Deuitbreidingisvantoepassingtenoostenvan

deSchaelsbergtenbehoevevanherstelvan

hethabitattypekalkgraslanden(*H62�0).Inhet

Stimuleringsplanzijnvoorditgebied(deelgebied

Dölkesberg)kalkgrasland,kalkrijkkamgrasland

enpioniergemeenschappenopkalkalsnatuur-

doeltypenaangegeven(eenaantalbelangrijke

soortenisreedsaanwezig).

UitbreidingwestwaartsvanhetRavensbosten

behoevevaninstandhoudingenherstelvande

habitattypenvochtigealluvialebossen(*H9�E0)

eneiken-haagbeukenbossen(H9�60).Uitbreiding

metMelchelderbeekdaltenbehoevevanbeekprik

(H�096),dehabitattypenglanshaver-envossen-

staarthooilanden(H65�0)envochtige

alluvialebossen(*H9�E0).

Bovendienisbijdebegrenzingin200�verzuimd

rekeningtehoudenmetdeliggingvanonder-

grondsemergelgroevenbijBergenValkenburg

dieingebruikzijnbijoverwinterendevleermuizen

waarvoorditgebiedondermeerisaangemeld.

Deliggingvandevoorvleermuizenbelangrijke

ondergrondsegroevenbuitendehuidigebegren-

zingzalopdekaartapartwordenaangeduid

Degroevenherbergentesamenongeveer28%

vandeoverwinterendeingekorvenvleermuizen

(H��2�),ongeveer�9%vandevalevleermuizen

(H��24)enongeveer24%vandemeervleermui-

zen(H���8)inNederland.

160. Savelsbos

Hiervoorgeldteenuitbreidingtenbehoevevan

instandhoudingenherstelvandehabitattypen

kalkgraslanden(*H62�0),heischralegraslanden

(*H62�0),ruigtenenzomen(droge bosranden)

(H64�0_C),eiken-haagbeukenbossen(H9�60)en

leefgebiedvandespaansevlag(*H�078).Ditbe-

treftgrotendeelsgrondendiereedsineigendom

zijnbijStaatsbosbeheer.

Bovendienisbijdebegrenzingin200�verzuimd

rekeningtehoudenmetdeliggingvandeonder-

grondsegroeveKeerderberg,dieingebruikisbij

overwinterendevleermuizenwaarvoorditgebied

ondermeerisaangemeld.Deliggingvandeze

groevezalopdekaartapartwordenaangeduid.

Page 227: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

227

Page 228: Natura 2000 doelendocument - Noordzeeloket · 2017. 6. 13. · 4. Natura 2000 opgaven en doelen op landelijk niveau 39 4. Inleiding 9 4.2 Relatief belang van de Nederlandse natuur

228

Colofon

Titel

Natura2000doelendocument

Uitgave

MinisterievanLandbouw,Natuuren

Voedselkwaliteit

Bezuidenhoudseweg7�

Postbus2040�

2500EKDenHaag

Oplage

5.000exemplaren

Exemplaren aanvragen

InfotiekMinisterievanLandbouw,Natuuren

Voedselkwaliteit

e-mail:[email protected]

Productiecoördinatie en realisatie

Veerkracht.nlDenHaag

Illustraties

RikOldeLoohuis(p.2,��,�7,20,29en59)

Met bijdragen van:

Alterra,RIZA,KIWA,SBB,Natuurmonumenten,

SOVON

Druk

Andobv,DenHaag

Juni2006,versie�.�