NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van...

21
NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.: 5 Date: 31-12-2017 Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL) Page: 1 of 21 Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901 Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties (TEI) op locatie N AM- en aannemer personeel op NAM-locaties. Doel: Het veilig installeren, toepassen en beheren van Tijdelijke Elektrische Installaties (TEI). Quick Reference Card Revisie informatie Omschrijving Review 2018: aanpassing aarding containers. testen aardlekschakelaars. Tekstuele aanpassingen. Doelgroep Risico Domein Risico Specifieke risico’s Verbranding / Elektrocutie door verkeerd gebruik TEI of verkeerde beveiligingsmiddelen. Brand- en/of explosiegevaar door verkeerd toegepast materiaal / materieel. Niet gecertificeerd TEI in gebieden met gas- en/of stofontploffingsgevaar. Verkeerde opstelplaats TEI. Lekkages in geval van diesel aangedreven generatoren. Algemeen Veiligheid Milieu Reputatie Geïdentificeerd risico Instructie Stap Instructie 1. Voorwaarden: Bekend zijn met de instructie details. De omvang, gebruikstijd en plaats van de TEI moet bepaald zijn. De RI&E/HRA van de installatie moet getoetst worden voor het installeren en opereren van de TEI. Tijdelijke Elektrische Installaties moeten altijd geregistreerd zijn. Tijdelijke Elektrische Installatie moet initieel en periodiek getest en onderhouden worden. Bekend zijn met de Elektrotechnische Bedrijfsvoorschriften (EBV) en aanverwante normen.

Transcript of NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van...

Page 1: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 1 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties (TEI) op locatie

NAM- en aannemer personeel op NAM-locaties.

Doel: Het veilig installeren, toepassen en beheren van Tijdelijke Elektrische Installaties (TEI).

Quick Reference Card

Revisie informatie Omschrijving

Review 2018:

• aanpassing aarding containers.

• testen aardlekschakelaars.

• Tekstuele aanpassingen.

Doelgroep

Risico Domein Risico

Specifieke risico’s • Verbranding / Elektrocutie door verkeerd gebruik TEI of verkeerde beveiligingsmiddelen.

• Brand- en/of explosiegevaar door verkeerd toegepast materiaal / materieel.

• Niet gecertificeerd TEI in gebieden met gas- en/of stofontploffingsgevaar.

• Verkeerde opstelplaats TEI.

• Lekkages in geval van diesel aangedreven generatoren.

Algemeen • Veiligheid

• Milieu

• Reputatie

Geïdentificeerd risico

Instructie

Stap Instructie

1. Voorwaarden:

• Bekend zijn met de instructie details.

• De omvang, gebruikstijd en plaats van de TEI moet bepaald zijn.

• De RI&E/HRA van de installatie moet getoetst worden voor het installeren en opereren van de TEI.

• Tijdelijke Elektrische Installaties moeten altijd geregistreerd zijn.

• Tijdelijke Elektrische Installatie moet initieel en periodiek getest en onderhouden worden.

• Bekend zijn met de Elektrotechnische Bedrijfsvoorschriften (EBV) en aanverwante normen.

Page 2: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 2 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Bijzonderheden: Geen.

Deze werkinstructie is van toepassing op het ontwerp, de selectie, installatie, inspectie, periodieke controle, beproeving en inbedrijfstelling, het gebruik en onderhoud van Tijdelijke Elektrische Installaties (TEI). Voorbeelden van TEI welke onder deze werkinstructie vallen:

• Tijdelijke dompelpomp,

• Tijdelijke kabels en leidingen,

• Tijdelijke aarding en potentiaal vereffening,

• Tijdelijke verdeelinrichtingen,

• Tijdelijke verlichting,

• Tijdelijke keten, ketenparken en loodsen,

• Tijdelijke generatoren (geen lasgeneratoren),

• Tijdelijke transformatorstations,

• Werk- en tool containers. Voorbeelden van TEI welke NIET onder deze werkinstructie vallen en via het MoC proces worden geïnitieerd.

• Tijdelijke generatorsets die dienen om een productie/behandel locatie tijdens normaal bedrijf te voeden

• Tijdelijk elektrisch productie units/equipment (zoals bijvoorbeeld elektrische process-heaters ter ondersteuning en/of het opstarten van de productie

Deze instructiedetails zijn een nadere uitwerking van de stappen uit de Quick Reference Card.

1. Voorwaarden: Bekend zijn met de instructie details: Geen verdere instructie.

2. Organisatie:

• Operaties autoriseert het gebruik van TEI op de locatie.

• De WV/VP is verantwoordelijk voor de uitvoering van en het toezicht op de beheersmaatregelen.

3. Werkwijze:

• Beoordeling TEI.

• Voor ingebruikname vindt een initiële inspectie plaats.

• De WV neemt de installatie in overleg met de gebruikers in bedrijf.

4. Uitkomst: Beheerst en veilig omgaan met geregistreerde Tijdelijke Elektrische Installaties.

5. Rapportage:

• Registratie in FSR-MoC of in het TE register.

• Tekeningen

Inleiding

Instructie details

Page 3: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 3 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

De omvang, gebruikstijd en plaats van de TEI moet bepaald zijn: Indien verwacht wordt dat de TEI langer dan 12 maanden gebruikt zal worden, moet het Plant Change worden gestart. TEI voor opwekking en distributie die korter dan 12 maanden gebruikt worden moeten voldoen aan de voorschriften in bijlage 1 van deze werkinstructie. De RI&E/HRA van de installatie moet getoetst worden voor het installeren en opereren van de TEI: De risico’s bij het gebruik van Tijdelijk Equipement moeten beoordeeld zijn in de bestaande Risico-Inventarisatie en Evaluatie (RI&E). Indien van toepassing, moet ook de Health Risk Assessment (HRA) getoetst worden. De RI&E toetsing wordt uitgevoerd door HSE en de HRA toetsing door Shell Health. Tijdelijke Elektrische Installaties moeten altijd geregistreerd zijn: De beherende partij moet aan kunnen tonen dat het TEI volgens de EBV NAM wordt geïnspecteerd en onderhouden. Tijdelijke Elektrische Installatie moet initieel en periodiek getest en onderhouden worden: Elektrisch gereedschap moet jaarlijks geïnspecteerd worden volgens de geldende normen en moet voor het in gebruik nemen al voorzien zijn van een geldige goed leesbare keuringssticker of gelijkwaardig. Het beheer en de bedrijfsvoering van TEI’s moet voldoen aan de voorschriften zoals vastgelegd in de Elektrotechnische Bedrijfsvoorschriften (EBV) en aanverwante normen (NEN1010/3140). De Elektrotechnische Beheersorganisatie is gedefinieerd in het document Elektrotechnische Bedrijfsvoorschriften DEP 33.64.10.15 NAM

2. Organisatie: Operaties autoriseert het gebruik van TEI op de locatie:

• LVP coördineert het plaatsen en aansluiten van het distributiedeel van de TEI.

• De LVP beheert de TEI. WV/VP is verantwoordelijk voor de uitvoering van en het toezicht op de beheersmaatregelen:

• De WV/VP voert de initiële inspectie van de TEI uit.

• De IV/TA2 is bevoegd om afwijkingen van deze instructie goed te keuren.

3. Werkwijze: Beoordeling TEI: De eisen gesteld aan de TEI staan vermeld in bijlage 1. De TEI wordt aan de hand van documenten beoordeeld door de IV / TA2. Indien er sprake is van distributie en eigen opwekking moeten de uitgangspunten en voorwaarden op de volgende documenten worden vastgelegd: - Van welke aansluitingen/energiebronnen, met aansluitwaardes,

gebruik wordt gemaakt, - Het maximum afgenomen vermogen van de TEI, - Een grondschema van de TEI, - Wijze van aarding, - Wijze van afschakelen van equipement (automatisch of

handmatig),

Page 4: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 4 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

- Lijst met voorgesteld materiaal/materieel, - Een plattegrond met de locatie(s) van de TEI inclusief kabelroutes,

en zones met gasontploffingsgevaar, - Methodes van installeren en beschermingsmaatregelen, - Beheersmaatregelen. De IV / TA2 of de door hem gedelegeerde WV bespreekt de voorgestelde opstelling met Operaties en geeft akkoord. Voor ingebruikname vindt een initiële inspectie plaats: Checklijst initiële inspectie tijdelijke elektrische installaties. Zie appendix 8 van bijlage 1. De WV neemt de installatie in overleg met de gebruikers in bedrijf: De gebruiker van elektrisch gereedschap sluit als niet elektrisch bevoegd persoon het gereedschap aan op de Tijdelijke Elektrische Installatie. Het aansluiten van elektrisch gereedschap mag alleen op de voorgeschreven manier zoals is omschreven in bijlage 1.

4. Uitkomst: Beheerst en veilig omgaan met geregistreerde Tijdelijke Elektrische Installaties: Geen verdere instructie.

5. Rapportage: Registratie in FSR-MoC of in het TE register: Geen verdere instructie. Tekeningen:

• Grondschema

• Plattegrond van de TEI, inclusief de zones met gasontploffingsgevaar.

Bijlage 1: Eisen gesteld aan Tijdelijke Elektrische Installaties

Appendix 1: Voorbeeld van een bouwstroomvoorziening op een in aanbouw zijnde locatie.

Appendix 2: Aansluitvoorwaarden voor de 16A WCD op een NAM WCD-kast.

Appendix 3: Aansluitvoorwaarden voor de 32A WCD op een NAM WCD-kast.

Appendix 4: Aansluitvoorwaarden voor de 63A WCD op een NAM WCD-kast.

Appendix 5: Aansluitvoorwaarden voor de 125A WCD op een NAM WCD-kast.

Appendix 6: Verklarende stuklijst voor Appendix 1 t/m 5. Appendix 7: Keuze diagram stroomstelsel voor generatoren. Appendix 8: Check lijst initiële inspectie

Bijlagen

Page 5: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 5 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Ref. Titel Document No.

[1] Werkinstructie Beheersen van tijdelijk equipment op locatie

NAM71WI7701

[2] Werkinstructie Het omgaan met tijdelijke ontstekingsbronnen

NAM71WI7604

[3] Werkinstructie Werken aan / met vaste steigers

NAM72WI4303

[4] Werkinstructie Toepassing van zelfbouw rolsteigers, ladders en trappen.

NAM72WI4312

[5] Elektrotechnische Bedrijfsvoorschriften

DEP 33.64.10.15 NAM

[6] Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties

NEN 1010

[7] Bedrijfsvoering van elektrische installaties – Laagspanning

NEN 3140

[8] Bedrijfsvoering van elektrische installaties – Hoogspanning

NEN 3840

Verwante Regelgeving

Overige referenties Ref. Titel Document No.

[9] Explosieve atmosferen NEN-EN-IEC 60079 alle delen

[10] Stopcontacten voor industrieel gebruik

NEN-EN-IEC 60309 alle delen

[11] Beschermingsgraden van omhulsels van elektrisch materieel (IP-codering)

NEN-EN-IEC 60529

[12] Verlichtingsarmaturen NEN-EN-IEC 60598 alle delen

[13] Handgereedschap met elektrische aandrijving

NEN-EN-IEC 60745 alle delen

[14] Laagspanningsschakelaars NEN-EN-IEC 60947 alle delen

[15] Laagspanningsschakel- en verdeelinrichtingen - Deel 4: Bijzondere eisen voor bouwkasten

NEN-EN-IEC 61439-4

Page 6: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 6 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

BIJLAGE 1

Eisen gesteld aan de Tijdelijke Elektrische Installatie. Indien meerdere verplaatsbare verdeelinrichtingen met wandcontactdozen (wcd’s) benodigd zijn, dienen deze bij bestaande installaties gevoed te worden vanuit een vast opgestelde WCD-kast of een daarvoor bedoelde WCD aansluitpunt. Bij nieuwe installaties waar nog geen NAM WCD-kasten of WCD aansluitpunten zijn geplaatst, moeten de verplaatsbare verdeelinrichtingen met CEE wcd’s worden aangesloten op een verdeelbouwkast of een hoofdverdeelbouwkast. Deze hoofdverdeelbouwkast zal veelal worden gevoed vanuit het distributienet (via een 10kV/230/400V transformator of een 230/400V directe aansluiting) of eventueel een verplaatsbaar elektrisch aggregaat (230/400V). Verplaatsbare elektrische aggregaten worden op die plaatsen toegepast, waar een aansluiting op het distributienet niet of onvoldoende voorhanden is of waar - in verband met veelvuldige verplaatsingen - het maken van een aansluiting praktisch niet haalbaar is. AANSLUITINGEN, VOEDING EN STROOMSTELSEL

Tijdelijke elektrische apparatuur en installaties dienen aangesloten te worden op de daarvoor bestemde vast opgestelde WCD-kasten / verplaatsbare verdeelinrichtingen. Op bestaande grotere NAM locaties zijn één of meerdere vast opgestelde wandcontactdooskasten geplaatst met 230V (16A) of 400V (32A, 63A of 125A) CEE wandcontactdozen. Op kleinere locaties zijn een aantal vaste CEE wandcontactdozen (230V (16A) en/of 400V (32A) geïnstalleerd. Bovengenoemde CEE wandcontactdozen zijn als volgt uitgevoerd:

• 230V 16A 2polig + beschermingscontact, kleur blauw, uurstand 6h, IP67

• 400V 32A 3polig + nul + beschermingscontact, kleur rood, uurstand 6h, IP67

• 400V 63A 3polig + nul + beschermingscontact + pilotcontact, kleur rood, uurstand 6h, IP67

• 400V 125A 3polig + nul + beschermingscontact + pilotcontact, kleur rood, uurstand 6h, IP67 Voor tijdelijke elektrische installaties mogen voor distributie alleen de volgende CEE contactstoppen, volgens NEN 60309-1/2, worden gebruikt:

• 50V 2 polig wit 12h minimaal IP44

• 120V 2 polig (Gelijkspanning) grijs 3h minimaal IP44

• 230V 16A 2 polig + beschermingscontact blauw 6h minimaal IP44

• 400V 32A 3 polig + nul + beschermingscontact rood 6h minimaal IP44

• 400V 63A 3 polig + nul + beschermingscontact + pilot contact rood 6h IP67

• 400V 125A 3 polig + nul + beschermingscontact + pilot contact rood 6h IP67

Opmerkingen:

Vierpolige (3P + Aarde) CEE contactstoppen en wandcontactdozen (zonder Nul) mogen niet worden

toegepast voor distributie en zijn alleen toegestaan als afgaande wandcontactdoos op bouw- en

zwerfkasten en als vast aangesloten contactstop voor de voeding van kracht eindgroepen

(bijvoorbeeld elektromotoren).

Wandontactdozen en (koppel)contactstoppen volgens NEN1020 (type Schuko) mogen buiten

gebouwen niet worden gebruikt voor distributie. Schuko wandcontactdozen mogen wel aanwezig zijn

op bouw- of zwerfkasten, deze mogen alleen worden gebruikt om ter plaatse (op de werkplek)

elektrische arbeidsmiddelen (maximaal één per wcd) aan te sluiten.

CEE wandcontactdozen, contact- en koppelcontactstoppen die worden gebruikt in een ruimte met gasontploffingsgevaar moeten minimaal zijn geclassificeerd als Eex de IIC T6.

Page 7: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 7 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Het CEE norm koppelingsmaterieel moet in de NAM olie-, gaswinning- en verwerkingsinstallaties tot een maximum extensie worden toegepast. Op de werkplek dient voor het handgereedschap de overgang plaats te vinden naar de contactstop volgens NEN 1020 doormiddel van een verloopsnoer met een maximum lengte van 1,5 m of een daarvoor bedoelde overgangsstekker.

Figuur 1 - Verloopsnoer Figuur 2 - Overgangsstekker

In gebouwen zoals controle- en schakelruimten, kantoren en verblijfsruimten mogen verlengkabels worden toegepast voorzien van koppelingsmateriaal volgens NEN 1020. Kabelhaspels en verlengkabels moeten van het industriële type zijn en voorzien van zware rubbermantel leiding type H07RN-F (met industrieel type wordt bedoeld “geschikt voor gebruik in ruige omgevingen” op materieel vaak aan geduid met een hamertje).

Waar een aansluiting op het distributienet niet voorhanden of haalbaar is kan een verplaatsbaar elektrisch aggregaat worden toegepast. Het inschakelen van het voedingspunt is de verantwoordelijkheid van de WV. Het (stroom-) stelsel van de tijdelijke elektrische installatie moet een TN-S stelsel zijn waarbij het sterpunt van de transformator of het aggregaat wordt verbonden met een aardnet dat bestaat uit minimaal twee aardelektrode(n) met een verspreidingsweerstand van maximaal 4 ohm.

Page 8: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 8 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

ELEKTRISCH MATERIAAL/MATERIEEL

Alle componenten, armaturen, panelen, verplaatsbare verdeelinrichting en handgereedschappen die de aannemer voor de tijdelijke elektrische installatie gebruikt, dienen te voldoen aan de van toepassing zijnde CE-richtlijnen, c.q. te zijn voorzien van het CE-merk/CE markering.

In een 3-fase 230/400V systeem moet altijd 4-polig geschakeld worden. In een 1-fase 230V systeem moet altijd 2-polig geschakeld worden.

Hoofdverdeelbouwkasten en verdeelbouwkasten

(Hoofd)verdeelbouwkasten, ten behoeve van tijdelijke voorzieningen moeten minimaal voldoen aan

de volgende eisen:

• Geschikt voor buitenopstelling, met een minimale beschermingsgraad van IP-55.

• Gemonteerd op een vrijstaande metalen draagconstructie voorzien van een aardnok.

• Indien buiten opgesteld, voorzien van een regendak.

• Voorzien van een 4 polige (inkomende) lastschakelaar met scheidingsfunctie en een

hangslotvoorziening in de “uit” stand.

• Elk uitgaand voedingsveld moet voorzien zijn van een 4-polige schakelaar met scheidingsfunctie

en een hangslotvoorziening in de “uit” stand. De schakelaar mag vermogenschakelaar zijn of

een zekeringen lastschakelaar met schakelcontacten voor en achter de zekering.

• Elke CEE form contactstop moet voorzien zijn van een 30mA aardlekschakelaar.

• Toegepaste installatieautomaten moeten 2- of 4-polig zijn en een “B” of “C”

uitschakelkarakteristiek hebben in verband met de maximale lengte van de verlengkabels.

Bouw- of zwerfkasten

Bouw of zwerfkasten moeten minimaal voldoen aan de volgende eisen:

• Gefabriceerd volgens NEN-EN-IEC 61439-4

• Geschikt voor buitenopstelling, met een minimale beschermingsgraad van IP44,

• Indien deze zijn uitgerust met vast aangesloten buigzame aansluitleidingen moeten deze van het

type H07RN-F of gelijkwaardig zijn,

• Slagvast

• Dubbel geïsoleerd,

• De gehele bouw-/zwerfkast moet zijn voorzien van een in de “uit” stand vergrendelbare

lastschakelaar waarmee het geheel in alle Fasen en Nul spanningsloos gemaakt kan worden.

• Indien op de bouw- of zwerfkast contactdozen volgens NEN 1020 (type Schuko) zijn

aangebracht, mogen deze alleen worden gebruikt om ter plaatse maximaal één verplaatsbaar

elektrisch arbeidsmiddel aan te sluiten. Het is niet toegestaan om 230V verlengsnoeren of

kabelhaspels volgens NEN 1020 (Schuko) op deze wandcontactdozen aan te sluiten.

• Elke afgaande contactstop of wandcontactdoos moet zijn voorzien van een 30mA

aardlekschakelaar.

• Toegepaste automaten moeten 2- of 4-polig zijn en een “B” of “C” uitschakelkarakteristiek

hebben in verband met de maximale lengte van de verlengkabels.

Page 9: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 9 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Elektrische Leidingen en –kabels

Tijdelijke kabels die worden ingegraven moeten van het type VO/VG-YmvKas mb zijn en op een diepte van minimaal 25-30 cm worden ingegraven. Tijdelijke kabels die niet worden ingegraven, moeten worden opgehangen aan de omrastering of op schragen worden geplaatst en moeten van het type VG/VO-YMvKas mb of H07RN-F zijn. De uitvoering moet zodanig zijn dat geen mogelijke vluchtweg geblokkeerd wordt of dat het een struikelobject vormt. Verplaatsbare leidingen moeten van het type VG/VO-YMvKas mb, H07RN-F, H05BQ-F of H07BQ-F te zijn. De maximaal toe te passen lengtes van verlengkabels beveiligd door een automaat met een “B” of een “C” uitschakelkarakteristiek en enkel gelegd staan vermeld in Tabel 1. Voor andere combinaties die niet vermeld zijn dient contact opgenomen te worden met de elektrische PU focal point.

Doorsnede verlegkabel in mm2

Wandcontactdoos

16A 32A 63A 125A 3 x 2,5 49m

3 x 4 80m

3 x 6 119m

3 x 10 200m

5 X 4 48

5 x 6 73m

5 x 10 123m 62

5 x 16 195m 99m

5 x 25 307m 156m

5 x 35 215m 108

5 x 50 145m

5 x 70 206m

Tabel 1 Maximum lengte verlengkabels.

Figuur 3 - Tijdelijke kabels ondersteund door schragen Figuur 4 - Tijdelijke kabels bevestigd aan het hek

Kruisingen met wegen moeten worden vermeden. Invoeringen in tanks en (deur) doorvoeringen moeten zodanig zijn dat mechanische beschadiging van de kabel wordt voorkomen.

Page 10: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 10 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Verlichting Tijdelijk opgestelde verlichtingsarmaturen moeten zodanig worden geplaatst dat er geen brandgevaarlijke situatie ontstaat. Halogeenlampen dienen daarom van een kooiconstructie te worden voorzien. Tijdelijke verlichting dat een veiligheids-functie vervult, moet voorzien zijn van een geïntegreerde batterij met een autonomietijd van tenminste 1 uur. Een voorbeeld hiervan is vluchtwegverlichting.

Figuur 4 - Verplaatsbare verlichting op statief

Verplaatsbare tijdelijke verlichting Verplaatsbare tijdelijke elektrische verlichting (bouwlampen) moeten klasse II (dubbel geïsoleerd), slagvast en IP 54 zijn en dienen op een spanning van ten hoogste 230V wisselspanning te worden aangesloten. Handlampen Handlampen dienen te worden aangesloten op een spanning van:

• ten hoogste 50V wisselspanning (NEN 1010 hoofdstuk 414) of,

• ten hoogste 120V gelijkspanning (NEN 1010 hoofdstuk 414) of,

• 230V wisselspanning mits de handlamp dubbel geïsoleerd is en achter een aardlekschakelaar

van 30 mA is aangesloten.

Handlampen die gebruikt worden bij werkzaamheden in nauw geleidende ruimten, zoals kelders, dienen te zijn voorzien van een ingebouwde voedingsbron of indien dit niet mogelijk is op een spanning van ten hoogste 50V wisselspanning of 120V gelijkspanning te worden aangesloten. Bij toepassing van handlampen met gasontladingsbuizen mag het voorschakelapparaat niet in de contactstop of in de aansluitkabel zijn opgenomen. Elektrisch Handgereedschap en verplaatsbare werktuigen of toestellen

Elektrisch handgereedschap en verplaatsbare werktuigen of toestellen moeten voldoen aan de in de referentie genoemde NEN en IEC normen. Elektrisch handgereedschap moet zijn voorzien van een CE keurmerk..

Page 11: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 11 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Aardlekbeveiliging en aarding

Alle (wand)contactdozen moeten zijn beveiligd door een 30 mA aardlekschakelaar. Aan uitwendige metalen delen van verplaatsbare elektrische machines, transformatoren, schakel- en verdeelinrichtingen en toestellen die bij en inwendig defect onder spanning kunnen komen te staan (klasse I apparatuur) moet, ongeacht de aarding via de kabel (beschermingsleiding) een (tweede) zichtbare deugdelijke aardverbinding (potentiaal vereffeningsleiding) worden aangebracht met een klemverbinding of een vleugelmoer op een bestaand aardpunt. Bij klasse I apparatuur welke standaard niet voorzien is van extra aardingspunten dient de aarding te gebeuren volgens de gebruiksaanwijzing van de fabrikant. De potentiaal vereffeningsleiding dient van koper te zijn met een doorsnede van minimaal 25mm2

i.v.m. met mechanische sterkte en moet verbonden zijn met het aardnet.

Aarding van Metalen Steigers

Voor het aarden van steigers wordt verwezen naar de CMS instructiesError! Reference source not found. en Error! Reference source not found.zijn voorbeelden van een goed uitgevoerde steigeraarding:

Figuur 6 - Steiger geaard via een met het vaste

aardnet verbonden tijdelijk aardpunt Figuur 7 - Deugdelijke klemverbinding

In figuur 6 Error! Reference source not found. is de verbinding tussen het vaste aardnet en het tijdelijke aardpunt door een aangewezen persoon uitgevoerd. Aarding van Loodsen, Keten, Keetwagens en betreedbare Containers

Metalen gestellen van loodsen, keten, keetwagens en betreedbare containers moeten zijn voorzien van tenminste één separate aardaansluiting die met het aardnet moeten worden verbonden. Indien er nog geen aardnet aanwezig is, dient deze voor dat doel aangebracht te worden. De verspreidingsweerstand hiervan mag maximaal 10 Ohm zijn. Bij aanwezigheid van een elektrische installatie moet het metalen gestel van de loods, keet, keetwagen of container door middel van een potentiaal vereffeningsleiding verbonden worden met de aardrail van de verdeelinrichting. Bij keten van het type "Romney” moeten alle metalen (dwars) spanten van een vereffeningsleiding worden voorzien.

Page 12: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 12 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Containers uitsluitend bedoeld voor opslag van materiaal (geen lichtontvlambare stoffen) die op een met aarde verbonden metalen oppervlak (bv offshore deck) zijn geplaatst hoeven niet separaat te worden geaard. Containers voor afval worden ook niet geaard, tenzij het afval licht ontvlambare stoffen bevat.

Page 13: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 13 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

AGGREGATEN EN LASDIESELS

Elektrische aggregaten en lasdiesels met de daarbij behorende installaties vallen onder verantwoordelijkheid van de desbetreffende aannemer. Indien het aggregaat of de lasdiesel is voorzien van contactstoppen die een gevaarlijke spanning voeren, dient dit stroom stelsel gebaseerd te zijn op een TN-S stelsel. De contactstoppen dienen elk voorzien te zijn van aardlekschakelaar met een maximale aanspreekstroom van 30mA. Als dit niet mogelijk is dan dient direct achter het aggregaat een verdeling te worden gemaakt waarvan de afgaande contactstoppen wel van een aardlekschakelaar met een maximale aanspreekstroom van 30mA zijn voorzien. De elektrische onderdelen aan de buitenzijde van de generator of aggregaat moeten minimaal een beschermingsgraad hebben van IP23. Alleen in het geval dat een aggregaat veelvuldig moet worden verplaatst, of er geen aardnet met een aardverspreidingsweerstand van maximaal 4 Ohm aanwezig is of gerealiseerd kan worden mag worden overgegaan op een IT-stelsel waarbij de metalen gestellen onderling en met een beschermleiding zijn verbonden. Opmerking: In de NEN 3140 en oudere edities van de NEN 1010 wordt een IT-stelsel als hierboven beschreven aangemerkt als een IU-stelsel. Indien een aggregaat wordt toegepast met een IT-stelsel (voorheen IU-stelsel) moet deze zijn uitgevoerd met isolatiefoutbewaking met een instelbereik van 20-100k Ohm en met automatische afschakeling van alle gebruikers bij het aanspreken van de isolatiebewaking (1e fout). Bij aggregaten die een IT-stelsel voeden en een vermogen < 3 kVA hebben mag, na goedkeuring van de WV, isolatiebewaking achterwege blijven indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

• er wordt maximaal 1 toestel van klasse 1 aangesloten;

• er worden uitsluitend toestellen van klasse II aangesloten;

• een toestel van klasse I wordt niet gelijktijdig met een toestel van klasse II aangesloten;

• verlengsnoeren zijn altijd klasse I;

• de aansluitleidingen zijn gezamenlijk niet langer dan 30 m. Bovengenoemde voorwaarden zijn ook van toepassing op draagbare aggregaten. Het toepassingsgebied van IT-stelsels zoals hierboven beschreven is begrensd tot maximaal 100 kVA. Zie voor de keuze van het stroomstelsel voor generatoren Appendix 7. ELEKTRISCH LASSEN

Las sets mogen alleen op de vaste installatie worden aangesloten na toestemming van de WV/VP. Spanning- en Veiligheidsketen De afgegeven spanning van de toe te passen lastoestellen moet voldoen aan het volgende:

• Gelijkspanning: 120 V zonder rimpel of 110 V met een rimpel van maximaal 1,5 %

• Wisselspanning: maximaal 50 V bij het onderbreken van de lasstroom. Indien deze hoger is dan

50 V dienen spanning verlagende maatregelen te worden genomen.

• Indien gebruik wordt gemaakt van afstandsbediening (bijvoorbeeld bij lascabines) moet de

afstandsbesturing deel uit maken van een SELV keten.

Aarding en retourstromen

Voor het elektrisch lassen dient een onafhankelijke retour stroomverbinding van het werkstuk naar de voeding te worden gemaakt. Een retour stroom via het aardnet is NIET toegestaan.

Page 14: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 14 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

AANVULLENDE EISEN TEN BEHOEVE VAN OFFSHORE INSTALLATIES

• Minimum beschermingsgraad voor een TEI is IP54

• Tijdelijke elektrische leidingen dienen aan de handreling of steigers te worden opgehangen

• De TEI moet geschikt zijn voor gebruik in een gasexplosiegevaarlijke omgeving. (Dit geldt niet

voor het elektrische handgereedschap).

• Indien elektrische aggregaten worden ingezet voor kritische operaties b.v. “Well services” of het

voeden van elektrische kranen, mag er geen automatische stopzetting plaats vinden. Stopzetting

van het aggregaat mag alleen handmatig door een operator. In zulke gevallen moet het

aggregaat tijdens bedrijf continue worden bemand.

INSPECTIES EN CONTROLES

Alle tijdelijke elektrische installaties en elektrische handgereedschappen dienen jaarlijks geïnspecteerd te worden volgens de NEN 3140. De gebruiker van het elektrisch materieel is verantwoordelijk voor het op tijd (laten) inspecteren van het elektrisch gereedschap. Na inspectie dient het elektrisch gereedschap te worden voorzien van een keuringssticker. Elektrisch gereedschap dat langer dan 1 jaar niet is geïnspecteerd, of geen sticker of gelijkwaardig heeft, moet eerst worden geïnspecteerd alvorens het mag worden gebruikt. Verplaatsbare elektrische arbeidsmiddelen die tijdens gebruik in de hand worden gehouden of tijdens gebruik veelvuldig worden aangeraakt, moeten door de gebruiker voorafgaand aan het gebruik visueel worden gecontroleerd op beschadigingen die gevaar kunnen opleveren. Hierbij moet met name worden gecontroleerd dat de elektrische arbeidsmiddelen;

• Onbeschadigd en schoon en droog te zijn;

• Zijn voorzien van een keuringssticker welke de datum van de volgende keuring aangeeft. Deze datum mag niet verder dan 1 jaar in de toekomst liggen;

• Aansluitleidingen of verplaatsbare leidingen niet zijn beschadigd en zijn niet hersteld.

• Aansluitleidingen deugdelijk in het huis, omhulsel of contactstop zijn binnengeleid en er geen losse aders zichtbaar zijn.

• Uitwendige aardingen (bij een metalen gestel) dienen deugdelijk met een daarvoor bestemd aardpunt te zijn verboden

Aardlekschakelaars die zijn opgenomen in een TEI moeten maandelijks én voor het begin van een nieuw werk door middel van de drukknop worden getest Voordat een aggregaat met een TN-S stelsel in bedrijf genomen wordt, dient door meting aangetoond te worden dat de aard-nul verbinding aanwezig is. Dit kan o.a. door een injectie test van een aangesloten aardlekschakelaar. Storingen

Storingen aan de tijdelijke elektrische installatie moeten gemeld worden aan een door de NAM aangewezen persoon met minimaal als aanwijzing VP. De storing moet door de aannemer zelf vakkundig worden opgelost.

Page 15: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 15 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

BIJZONDERE OMSTANDIGHEDEN

Tijdelijke elektrische installaties in gebieden waar gasontploffingsgevaar kan heersen. Tijdelijke Elektrische Installaties in gebieden waar gasontploffingsgevaar kan heersen, moeten geschikt zijn voor de zone waarin deze zich bevinden.

Tijdelijke Elektrische Installaties in nauw geleidende ruimtes. In nauw geleidende ruimtes mag alleen elektrische apparatuur worden toegepast die wordt bedreven op een spanning van 50 VAC of 120 VDC of lager (klasse III). Transformatoren en verdeelinrichtingen dienen buiten deze nauw geleidende ruimte én in een niet gasgevaarlijk gebied te worden opgesteld. Offshore locaties die spanning krijgen van een jack-up rig met een British Standard (BS) systeem. Het BS systeem bestaat uit een scheidingstransformator met gescheiden primaire en secundaire windingen en voorzien van een aardscherm. De secundaire winding van 110V heeft een naar buiten uitgevoerde middenaftakking en heeft daarmee twee windingen van 55V die in serie zijn geschakeld. De middenaftakking wordt star geaard en vormt zo een TN-S stelsel met 110V tussen de fasen. Er wordt geen aardlekbeveiliging toegepast. Bij een aardfout is de aanraakspanning de helft van de fase-aarde (55V) spanning en is veilig (27,5V). Het BS systeem voldoet niet aan de NEN 1010 en NPR 5310 maar is veilig in gebruik en om die reden is het gebruik ervan toegestaan onder de volgende voorwaarden:

- Geel gekleurde contactstoppen moeten worden gebruikt, 2 polig + beschermingscontact, - Het mag niet gebruikt worden in besloten ruimtes, - Het BS systeem en het NL systeem mogen niet door elkaar gebruikt worden, - De PE geleider in de kabel moet van dezelfde doorsnede zijn als de fase geleider, hiermee is

de aanraakspanning ongeveer de helft van de fase-aarde spanning, - Kabel lengte en de geleider doorsnede moeten berekend worden met een maximum

afschakeltijd van 0,8s door de kortsluitbeveiliging (Tabel 41A NEN 1010) - Het Platform en de Jack-up moeten door middel van een aardkabel met een doorsnede van

tenminste 70mm2 elektrisch met elkaar verbonden worden.

Page 16: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 16 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Appendix 1 Voorbeelden va toegestane combinaties van verplaatsbaar tijdelijk elektrisch materieel:

Type stop Toegestane combinatie Type stop

CEE Contactstop

230V/16A

CEE Koppel-contactstop

230V/16A

CEE Contactstop

400V/32A

CEE Koppel-contactstop

400V/32A

CEE Contactstop

400V/63A

CEE Koppel-contactstop

400V/63A

CEE Contactstop

400V/16A

CEE Koppel-contactstop

400V/125A

CEE Contactstop

230V/16A

Handgereedschap Klasse II

of Materieel Klasse I

CEE Contactstop

400V 32A/63A/125A

NEN1020 WCD 16A

Maximaal één verbruiker per wcd

CEE-Form WCD 16A

CEE-Form WCD 32A WCD 63A

CEE Contactstop

230V/16A

CEE-Form WCD 50V AC (Wit)

120 V DC (Grijs)

CEE Contactstop

230/400V

Electric motor

3x2,5 mm2

L ≤ 46 m

3x4 mm2

L ≤ 75 m

3x6 mm2

L ≤ 112 m

3x10 mm2

L ≤ 187 m

Type: H07RN-F

5x6 mm2

L ≤ 46 m

5x10 mm2

L ≤ 75 m

5x16 mm2

L ≤ 112 m

Type: H07RN-F

5x16 mm2

L ≤ 120 m

5x25mm2

L ≤ 195 m

5x35 mm2

L ≤ 272 m

Type: H07RN-F

5x50 mm2

L ≤ 191 m

5x10 mm2

L ≤ 271 m

Type: H07RN-F

Lengte maximaal 1,5 m

230V NEN1020

Verloopstekker 230V NEN1020 naar CEE

Klasse II

2-polig + randaarde

2-polig aangegotenType: H07RN-F

30 mA

30 mA

30 mA

Schuko 230V2p. + aarde

CEE 230V3p. 16A

Type: H07RN-F

Type: H07RN-F

Vast aangesloten bekabeling

CEE 400V4p.

30 mA

CEE 400V5p.

CEE50VAC

230V/50V

CEE120VDC

230V/120V

M

Page 17: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 17 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Appendix 2 Voorbeelden van niet toegestane combinaties van verplaatsbaar tijdelijk elektrisch materieel:

Type stop Niet toegestane combinatie Type stop

230V CEE Contactstop

16A

400V CEE Koppelcontactstop

32A/64A/125A

400V CEE Contactstop 32A/64A/125

A

230V CEE Koppelcontactstop

16A

400V CEE Contactstop

32A

400V CEE Koppelcontactstop

63A/125A

400V CEE Contactstop

63A

400V CEE Koppelcontactstop

32A/125A

400V CEE Contactstop

125A

400V CEE Koppelcontactstop

32A/63A

CEE Contactstop

>1 CEE

Koppelcontactstop

230V CEE Contactstop

16A

CEE naar NEN1020 + aarde

NEN1020 Contactstop

+ aarde

230V CEE Koppelcontactstop

16A

CEE Contactstop

NEN 1020 Koppelcontactstop

CEE Contactstop

CEE Contactstop

CEE Contactstop

Verplaatsbare bouwkast zonder

afzonderlijke aardlekbeveiliging

voor elke afgaande WCD

230V CEE Contactstop

16A

Haspel met NEN 1020

koppelcontact-stoppen

< 2,5 mm2

< 6 mm2

< 16 mm2

< 50 mm2

Verloopsnoer > 1,5 m

Geen Type H07RN-F

230VNEN1020

230VCEE

400VCEE

Geen Type H07RN-F

Geen Aardlek

per WCD

Geen

beveiliging

Page 18: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 18 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Appendix 3

Lijst met gebruikte symbolen voor Appendix 1 en 2

VERKLARING GEBRUIKTE SYMBOLEN

StukNr. Benaming Type Norm Kleur (uurstand)

Contactstop 16A-2P+aarde 230V~ CEE Blauw (6h)

Koppelcontactstop 16A-2P+aarde 230V~ CEE Blauw (6h)

Contactstop

32A-3P+N+aarde 63A-3P+N+aarde 125A-3P+N+aarde

400V~ CEE Rood (6)

Koppelcontactstop 32A-3P+N+aarde 63A-3P+N+aarde 125A-3P+N+aarde

400V~ CEE Rood (6)

Koppelcontactstop 16A-2P+aarde 230V~ NEN 1020 (Schuko)

Contactstop 16A-2P+aarde 230V~ NEN 1020 (Schuko)

Kabel H07RN-F Volgens tabel 1

Wandcontactdoos 16A-2P 32A-2P

50V~ CEE Wit (12h)

Wandcontactdoos 16A-2P 32A-2P 63A-2P

120V DC CEE Grijs (3h)

Wandcontactdoos 16A-2P+aarde 230V~ CEE Blauw (6)

Wandcontactdoos 32A-3P+N+aarde 63A-3P+N+aarde 125A-3P+N+aarde

400V~ CEE Rood (6)

Wandcontactdoos 16A-2P+aarde 230V~ NEN 1020 Blauw (Schuko)

Toestelcontactstop 32A-3P+N+aarde 63A-3P+N+aarde 125A-3P+N+aarde

400V~ CEE Rood (6)

Toestelcontactstop 16A-2P+aarde 230V~ CEE Blauw (6)

Page 19: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 19 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Appendix 4 Keuze diagram stroomstels el voor generatoren

Keuze

Stroomstelsel

Veelvuldig

verplaatsen

Aardnet

Ra < 4 Ohm

Ra < 4 Ohm

mogelijk< 100 kVA

Aarding aanbrengen

< 4 Ohm verplicht

TN-stelsel

Ja

Nee

Ja Nee

JaNee

Ja

Nee

Ja

Nee Isolatie-

bewaking

IT-stelsel

Niet gebruiken

Niet gebruiken

Nee

< 3 kVA

max 1 toestel klasse I

of

uitsluitend klasse II

Ja

Page 20: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 20 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

Appendix 5

Check lijst initiële inspectie

Checklijst Initieele Inspectie TEI.xlsx

1 FACILITY NAAM/LOCATIE: INSPECTE DATUM:

2 PROJECT: CONTRACT NO./ JOB NO:

3 INSPECTIE/TEST AANNEMER:

4 AREA/UNIT: MODULE:

5 TEKENING NO.: DECK AREA:

6 EQUIPMENT/TAG NO.: SEGMENT :

7 ANDERE REF:

8 INSPECTIE CRITERIA

9 GOED FOUT N/A OMSCHRIJVING

10 1) Hoofdverdeelbouw kasten en verdeelbouw kasten zijn geïnspecteerd volgens NEN 3140

11 2) Bouw en zw erfkasten zijn geïnspecteerd volgens NEN 3140 en verkeren in goede staat.

12 3) NAM WCD Kasten zijn geïnspecteerd volgens NEN 3140 en verkeren in goede staat.

13 4) Elke WCD is voorzien van een aardlekschakelaar met een aanspreekstroom van max. 30mA.

14 5) Alle aardlekschakelaars zijn individueel getest dmv stroom injectietest

15 6) Toegepaste automaten hebben een "B" of een "C" karakteristiek zijn 4-polig of 2-polig uitgevoerd (schakelende N)

16 7) TN-S systeem is toegepast, aardverspreidingsw eerstand is < 4 Ohm

17 8) Sterpunt van een aggregaat is geaard, aardverspreidingsw eerstand < 4 Ohm

18 9) Loodsen, Keten, Keetw agens en betreedbare containers zijn geaard, aardverspreidingsw eerstand < 10 Ohm

19 10) IU net is voorzien van een isolatiefoutbew aking met automatische afschakeling.

20 11) OFFShore, beschermingsgraad TEI is IP66

21 12) OFFShore, TEI is geschikt voor een gasexplosiegevaarlijke omgeving

22 13) Flexibele leidingen zijn onbeschadigd, deugelijk in contactstop binnengeleid en er zijn geen losse aders zichtbaar.

23 14) Kabellengte en kabeldoorsnede passen bij de stroomw aarde van de contactstop.

24

25

26

27

28

29 OPMERKINGEN:

30

31

32

33

34

35

36

37

38

39

40

41

42

43

44

45

46

47

48 WV / IV:

49 Datum: Datum:

CHECK LIJST INITIËLE INSPECTIE

TIJDELIJKE ELEKTRISCHE INSTALLATIES

INSPECIE/TEST AANNEMER:

Page 21: NAMELECTRWI9901 Tijdelijke Elektrische Installaties · NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie B Doc. No.: EP201111209219 Rev. No.:

NAM Restricted Werkinstructie Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Doc. No.: EP201111209219

Rev. No.: 5

Date: 31-12-2017

Authorisation: Local Process Owner 72 (NL) TA1 Electrical (NL)

Page: 21 of 21

Org. Doc No.: NAMELECTRWI9901

BMS Document Control Box

Field Name Field Description

Name Beheersen van Tijdelijke Elektrische Installaties op locatie

Organisation NAM

Content Owner

(Authority to Issue)

van den Berg, Wim H NAM-UIO/T/SD

Luchtenberg, Rien AJ NAM-UPO/T/DD

Custodian Luchtenberg, Rien AJ NAM-UPO/T/DD

Document Custodian Luchtenberg, Rien AJ NAM-UPO/T/DD

Author(s) Luchtenberg, Rien AJ NAM-UPO/T/DD

BMS Number 201111209219

Doc Number NAM72ELECTRWI9901

Revision Number 5

Cross References

First Issue Date N/A

Issue Date 31-12-2017

Review Date 31-12-2022

External N/A

Document Type Work Instruction

Valid For NAM

UPBM Process 72

UPBM Sub-process N/A

Discipline Electrical

Expertise N/A

Used In UP Process 64,71,72

Used In Discipline Electrical

Used in Expertise N/A

Language Dutch

Risk Domains Health, Safety, Environment

Safety Case (UK) N/A Applicable Roles N/A

HSE MS N/A

ISO 14001 N/A

Security Restricted

Export Control Not subject to EAR – no US content