MOVISIES 14 - Decentralisaties, transformatie en bezuinigingen
MOVISIES 13: Decentralisaties AWBZ, WWNV, Jeugdzorg
description
Transcript of MOVISIES 13: Decentralisaties AWBZ, WWNV, Jeugdzorg
Algemeen
MOVISIE in 2012 2Nederland in 2040 3Bent u al WNS-proof 4
Kwetsbare groepen
Straks ben je geen cliënt meer 5Artsen geen visie diversiteit 5
Leefbaarheid
Gezonder in een groene wijk 6Wonen, welzijn en zorg toekomstgericht 7
Mens en organisatie
Rotterdam zoekt nieuwe verbindingen 8
Beroepsontwikkeling
Welzijnsmanager niet vergeten 9Werken aan vitaliteit 9
Huiselijk en seksueel geweld
Aanpak Kindermishandeling schiet te kort 10Utrecht en Eindhoven en seksueel geweld 11
Vrijwillige inzet en mantelzorg
Toekomstagenda vrijwilligerswerk 13Geef de mantelzorger meer lucht 14
Diversiteit
Coaching op de werkvloer 15
moVisiesRelatieblad over maatschappelijke ontwikkeling * februari 2012 * nr 13
Gemeenten, kom tot cocreatie!
De kerngedachte van de drie decentra-
lisaties - Wet werken naar vermogen,
AWBZ en Jeugdzorg - is dat burgers
meer mogelijkheden krijgen om hun eigen leven
te sturen. Marjet van Houten staat hier helemaal
achter. “Afgelopen decennia is het systeem van
maatschappelijke ondersteuning heel ingewikkeld
geworden in Nederland. De wegen naar hulp
zijn ondoorgrondelijk, voor van alles is een
indicatie nodig, het is vaak te individueel gericht,
er is dubbel aanbod en er is allerlei aanbod dat
niet aansluit bij de vraag. Ik ken gezinnen met
26 professionals die hun steun niet op elkaar
afstemmen en tegengestelde adviezen geven. Ik
verbaas me ook over het legertje dienstverleners
burgers de regie te geven. Voor gemeenten is
dit het moment om serieus werk te maken van
het verbinden van de drie beleidsterreinen werk,
zorg en welzijn. Stel je open voor de expertise
binnen welzijnsorganisaties, het SW-bedrijf,
zorgorganisaties en cliëntenorganisaties. Ontwik-
kel met elkaar een visie.”
Meest kwetsbarenAls die visie er is, kan een plan worden gemaakt,
inclusief praktische afspraken. “Bottomline
afspraken over wat je voor welke burgers
minimaal biedt. Dergelijke afspraken zijn vooral
nodig voor kwetsbare burgers die bang zijn dat
ze door alle bezuinigingen geen uitkering of
hulpmiddelvoorziening meer krijgen. Tegelijk
met de decentralisaties wordt er immers fors
bezuinigd. Die bezuinigingen zijn onvermijdelijk,
hoewel ze heel erg groot zijn en het tempo
enorm hoog is.” Volgens Marjet van Houten
dwingen de bezuinigingen gemeenten om de
regie daadwerkelijk bij mensen terug te leggen
In dit nummer:
Tussen nu en 2016 krijgen gemeenten drie decentralisaties voor
hun kiezen. “De decentralisaties zijn een feit. Grijp als gemeente
deze kans om de maatschappelijke steun in Nederland te
vernieuwen”, is de oproep van Marjet van Houten van MOVISIE.
“Dit is het moment om burgers zelf de touwtjes in handen te
geven op alle terreinen: zorg, werk en welzijn. Niemand wil
immers afhankelijk zijn.”
dat mensen helpt om bijvoorbeeld een uitkering
of hulpmiddel aan te vragen. Ondanks alle
hulp voelen kwetsbare mensen zich lang niet
altijd goed geholpen. Dat kan natuurlijk niet de
bedoeling zijn.”
Eerst de visieDe decentralisaties stimuleren gemeenten om
zorg, welzijn en sociale zaken opnieuw te
organiseren. “Ik wil alle gemeenten oproepen
om tot cocreatie te komen. De decentralisaties
bieden een kans om de maatschappelijke
steun anders te organiseren, samen met alle
betrokkenen. Het vraagt creativiteit en lef om op
een andere manier te kijken naar burgers, om
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
en om alleen die mensen te helpen die dat niet
altijd zelf kunnen. “Ik denk aan de meest kwets-
bare groep, mensen met een opeenstapeling
van problemen: psychische problemen, schulden,
chronische lichamelijke klachten. Veel gemeenten
kennen deze mensen al. Ze zien ze bij zorg, bij
sociale zaken en soms ook bij welzijn.”
Nee zeggenHet decentralisatieproces kan alleen slagen als
gemeenten, organisaties en burgers een echte
omslag in het denken maken. “Je wilt dat burgers
hun eigen verantwoordelijkheid nemen en zelf de
regie voeren over hun leven. Dat betekent dat je als
gemeente en ondersteunende organisaties vanuit
burgers moet gaan denken. Wat hebben zij nodig
om zo zelfstandig mogelijk te kunnen functione-
ren? Wie kan daarbij ondersteunend zijn? Op deze
manier kan het systeem voor maatschappelijke
Je wilt dat burgers hun eigen verantwoordelijkheid nemen en zelf de regie voeren over hun leven. Dat betekent dat je als gemeente en ondersteunende organisaties vanuit burgers moet gaan denken.
lees verder op pagina 2 >>
Dit is het moment om werk, zorg en welzijn te verbinden.
Het ondersteunen van lokale partners bij de uitvoering van de Wet maatschappelijke
ondersteuning (Wmo) loopt als een rode draad door onze activiteiten. MOVISIE helpt
gemeenten en lokale organisaties.
Algemeen
ondersteuning eenvoudiger worden en daarmee
goedkoper en effectiever. Professionals zullen meer
op zelfsturing en zelfregie ingespeeld moeten
raken. Dit betekent dat gemeenten keuzes gaan
maken op basis van samen met burgers gemaakte
afspraken. En soms zal een gemeente moeten leren
nee zeggen.”
Wat biedt MOVISIE?MOVISIE kan als landelijk kennisinstituut
gemeenten helpen bij het uitwerken van een
visie en ondersteuning geven in het proces van
decentralisatie. Marjet van Houten: “We hebben
op alle aspecten van de decentralisaties kennis
in huis. We helpen de vraag te analyseren en
het aanbod in beeld te brengen. Daarnaast
ondersteunen we in het proces niet alleen het
‘wat’ maar ook het ‘hoe’. We denken altijd
vanuit mensen, niet vanuit systemen, instituties
en belangen. Het gaat steeds om de vraag: hoe
kunnen we zorgen dat kwetsbare mensen zo
goed mogelijk kunnen participeren en wat is
daarvoor nodig? We hebben ook een brede blik:
we zien de kracht van professionals, maar ook
van vrijwilligers en mantelzorgers. En als geen
ander zien we hoe die drie beleidsterreinen -
werk, zorg, welzijn - op elkaar ingrijpen.”
Meer informatie: Marjet van Houten ([email protected] of 030 789 20 74).
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
>> vervolg pagina 1
Wat gaat moVISIE in 2012 doen?2012 is een spannend jaar. Er staat veel onder druk: bezuinigingen
bij gemeenten, met name op welzijn en de ggz, de decentralisaties,
en de vragen of de zorg en participatie van kwetsbare groepen
overeind blijft. "Thema's waar MOVISIE veel kennis over
in huis heeft en veel in kan betekenen voor gemeenten en
maatschappelijke instellingen", zegt Marijke Steenbergen van
MOVISIE. "We gaat onze landelijke kennisfunctie versterken om
juist in deze tijd meer impact te kunnen maken."
mOVISIE werkt in 2012 vanuit vier
programma’s in plaats van zeven. “We
willen meer focus en samenhang in onze
activiteiten, zodat we meer impact kunnen realise-
ren en beter kunnen aansluiten bij ontwikkelingen
in het werkveld”, legt Marijke Steenbergen uit.
“Dat is juist nu belangrijk. De sociale sector heeft
te maken met minder geld waarmee hetzelfde
en soms zelfs meer moet worden gedaan. Het is
belangrijk dat we slimme combinaties maken en
dat de middelen effectief worden ingezet.”
Kernprogramma‘Effectiviteit en vakmanschap’ is niet voor niets
het kernprogramma van MOVISIE. Marijke
Steenbergen: “Met dit programma gaan we
ervoor zorgen dat professionals meer en beter
gebruik gaan maken van onderbouwde kennis
met een bewezen effectiviteit. We willen graag
vaker het verschil maken met onze kennisfunctie.
We merken dat er in de sector meer behoefte is
aan gedreven en bedreven professionals die op
effectieve wijze maatschappelijke vraagstukken
aanpakken. Daarom vormt dit programma het
hart van MOVISIE.”
KennisfundamentMOVISIE werkt komende jaren aan een stevig
kennisfundament en vakmanschap voor de
sociale sector. “Dat gaan we samen doen met
welzijnsinstellingen, gemeenten en vrijwilligers-
organisaties. We gaan ook nadrukkelijk inzetten
op visieontwikkeling, debat en agendering. Uit
de in 2011 uitgevoerde evaluaties van MOVISIE
blijkt dat onze klanten en stakeholders dit graag
willen”, aldus Marijke Steenbergen.
Inhoudelijke programma’s Naast het kernprogramma werkt MOVISIE
vanaf 2012 met drie inhoudelijke programma’s:
‘Participatie en actief burgerschap’, ‘Sociale zorg’
en ‘Huiselijk en seksueel geweld’. “We willen
dat iedereen naar vermogen mee kan doen in
de maatschappij. Daarom hebben we een apart
programma ‘Participatie en actief burgerschap’.
Bij het programma ‘Sociale zorg’ gaat het erom
dat mensen met zorg- of hulpvragen zoveel
mogelijk zelfredzaam zijn en zeggenschap hebben
over hun eigen leven. Een belangrijk programma
onderdeel is gebiedsgericht werken, waarin de
focus ligt op de eigen verantwoordelijkheid van
burgers in hun eigen leefgebied. Met het derde
inhoudelijke programma gaan we meer inzetten
op de preventie van geweld in relaties en werken
aan een veilig leefklimaat in instellingen.”
Kleiner en scherperDit jaar bestaat MOVISIE vijf jaar. Is er veel veranderd?
“Vergeleken met vijf jaar terug is er nu meer
aandacht voor thema’s als zelfregie, eigen kracht,
burgerparticipatie en veiligheid. Tegelijk heeft de
sector te maken met minder middelen en ja, dat
geldt ook voor MOVISIE. Na jaren van groei vallen
er in 2012 door de bezuinigingen ook bij MOVISIE
gedwongen ontslagen en worden we kleiner.
Maar voor MOVISIE geldt wat voor de hele sociale
sector geldt: we gaan nog scherper en inventiever
worden en we blijven investeren in kwaliteit en
vernieuwing!”
De meerjarenstrategie 2012-2015 en het werkprogramma 2012 zijn te vinden op www.movisie.nl.
Vanaf 2013 worden gemeenten verantwoordelijk
voor cliënten met extramurale begeleiding op
grond van de Wet maatschappelijke ondersteu-
ning (Wmo). Gemeenten moeten o.a. keuzes
maken of zij dit individueel of collectief gaan
aanbieden, of ze met welzijn- of zorgaanbieders
in zee gaan, of ze via aanbesteding of subsidiering
willen werken en of zij lokaal opereren of via
regionale samenwerking.
Welzijns – en zorginstellingen moeten hun
aanbod helder maken en nieuwe cliënten vanuit
een andere manier benaderen, waarbij de
zelfredzaamheid van de cliënt centraal staat.
Deze decentralisatie/transitie van AWBZ-taken
biedt kansen om ondersteuning bij zelfredzaam-
heid en participatie op lokaal niveau, dichter bij
de burger te organiseren. U kunt de eigen kracht
en mogelijkheden van burgers én hun sociale
netwerk aan spreken en in de directe omgeving
maatwerk realiseren. De gemeente kan verbinding
leggen met andere Wmo-voorzieningen en
gemeentelijke domeinen, zoals re-integratie, de
bijstand en het woonbeleid. De instellingen gaan
zorg, welzijn en participatie met elkaar verbinden.
MOVISIE is ervaren en deskundig in de ondersteu-
ning op deze nieuwe terreinen en kan adviseren
van plan tot uitvoering.
MOVISIE kan ondersteuning bieden
op o.a. de volgende terreinen:
• Maatschappelijk agenderen voor Welzijn
Nieuwe Stijl in 5 stappen
• Cliëntprofielen leren opstellen – voor
Gemeenten + Welzijn- en Zorginstellingen
• Als u de zorgbehoefte en specifieke kenmerken
van een cliënt kent, dan kunt u een welzijn/
zorgaanbod ontwikkelen dat goed aansluit én
hoe die het beste wordt bereikt.
• Zicht op de ondersteuningsbehoeften
mantelzorgers
• Handreiking maatschappelijke steunsystemen
• Professionaliteit Verankerd: goede
praktijkvoorbeelden samenwerking en
burgerparticipatie
• Het participatiewiel: de participatieladder 3.0
• Regievoering op welzijn en zorg door
gemeenten
• Keuzes en inrichting procedure via
aanbesteding of subsidiëring
In de bij MOVISIES bijgesloten folder vindt u een
uitgebreidere selectie uit ons ondersteuningsaan-
bod. Voor ons complete aanbod kunt u terecht op
www.movisie.nl/decentralisatie, daar vindt u
meer dan 70 ondersteuningstrajecten voor de
decentralisatie.
Decentralisatie AWBZ en gemeentelijke Wmo-taken
moVISIE ondersteuningsaanbod voor gemeenten, welzijn- en zorgaanbieders
CO
LUM
N
Wouter Rustmanager Hulpverlening en activering MOVISIE
Kwetsbare burger
Gemeenten staan voor een enorme uitdaging: de extramurale AWBZ-begeleiding wordt
vanaf 2013 gedecentraliseerd en valt dan onder de compensatieplicht van de Wmo. Een van
de belangrijkste dingen die gemeenten moeten doen, is zich verdiepen in de doelgroep en
proberen vast te stellen wat hun behoefte aan ondersteuning is. Dat is niet eenvoudig. Want
het gaat om bijna 200.000 mensen met een matige of ernstige problematiek die onderling
sterk verschillen. Het enige dat deze mensen gemeenschappelijk hebben, is hun grote
kwetsbaarheid.
Hoe kun je als gemeente de ondersteuningsbehoefte van deze mensen vastleggen? Dit
zal per doelgroep of soms zelfs per geval moeten gebeuren. Een alleenstaande man van
tachtig jaar met longproblemen, een hartkwaal en nagenoeg geen sociaal netwerk heeft
een andere ondersteuningsbehoefte dan een jonge vrouw van dertig met een syndroom van
Down of iemand met een niet aangeboren hersenletsel. En kinderen met een verstandelijke
handicap hebben een andere vorm van ondersteuning nodig dan een volwassene met een
psychiatrische stoornis.
Wat een gemeente in ieder geval niet moet doen: het eigen beleid leidend laten zijn bij het
bepalen van de behoefte aan ondersteuning. Wijkgericht werken bijvoorbeeld kan heel
waardevol zijn, maar is geen panacee voor alle klachten. De ondersteuningsbehoefte van
een paar duizend mensen met een zintuiglijke handicap, die ook nog eens onderscheidende
cliëntkenmerken hebben, is niet gebaat bij wijkgericht werken maar bij een bovenregionale
of zelfs landelijke voorziening. En het is maar zeer de vraag of het gemeentelijk inkoopbeleid
- ingericht op de inkoop van kantoorartikelen of de catering van de bedrijfskantine - ook
adequaat is voor de inkoop van ondersteuning voor kinderen met een meervoudige complexe
handicap. Daarom is mijn boodschap aan iedere gemeente: stel de ondersteuningsbehoefte
van de kwetsbare burger centraal.
2
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
moVISIE-partner aan het woord
Hoe ziet Nederland er in 2040 uit?
Wat doet u met MOVISIE?“Onlangs hebben we MOVISIE uitgenodigd voor een
visiebijeenkomst binnen onze gemeente over de drie transities,
dus de AWBZ, de Jeugdzorg en de Wet werken naar vermogen.
Het was een interne bijeenkomst, voor het managementteam
en de betrokken beleidsmedewerkers. MOVISIE heeft daar een
beeld geschetst van wat er op ons afkomt en waar de overlap
zit. We hebben aan de hand van casuïstiek het participatiewiel
ingevuld. Ja, op zo’n moment wordt die overlap heel duidelijk.
Dan zie je bijvoorbeeld dat een gezin met negen kinderen met drie
verschillende domeinen van de gemeente te maken kan hebben.”
Waarom werkt u met MOVISIE?“Ik ben erg gecharmeerd van het participatiewiel. Dat vind ik een
mooi instrument waarmee je integraal leert kijken. Er zijn allerlei
participatieladders, maar die zijn recht toe recht aan. Juist zo’n wiel
laat de integraliteit zien. En die presentatie van MOVISIE was heel
inspirerend.”
Wat vindt u van de decentralisaties?“Ik vind ze wel een uitdaging. Er zitten natuurlijk twee kanten aan:
aan de ene kant zit er een bezuiniging op, aan de andere kant is het
een kans om kwetsbare burgers meer integraal te benaderen. Bij de
transities zijn twee afdelingen van de gemeente betrokken en drie
wethouders. Naar aanleiding van de visiebijeenkomst maken we nu
één visie. De schotten moeten ertussenuit. Door die ontschotting
hopen we ook met de bezuinigingen uit de voeten te kunnen.”
Hoe ziet 2012 er voor uw gemeente uit?“Het wordt een heel druk voorjaar! In de afgelopen maanden
hebben we gewerkt aan de visie, vanaf dit jaar gaan we de
decentralisaties concreet uitwerken. Dat wordt een klus. We hebben
alleen al 86 aanbieders van AWBZ-begeleiding en in 2013 staan de
eerste klanten voor de deur. Maar het gaat ons lukken hoor!”
in 2013 staan de eerste klanten bij de gemeente voor de deur.Paula van Oostrum is beleidsadviseur
bij de gemeente Culemborg, afdeling
stadsontwikkeling.
In februari 2012 brengt MOVISIE de MO uit: een eenmalig
magazine over de toekomst van maatschappelijke
ondersteuning. Vijf kopstukken van buiten de sector laten in
dit magazine hun licht schijnen over 2040. Een aanrader voor
iedereen die met kwetsbare groepen werkt!
Waarom een magazine over 2040?“De directe aanleiding is dat de Wmo
op 1 januari 2012 vijf jaar bestaat.
Dat geldt trouwens ook voor MOVISIE.
In die vijf jaar is de participatie van
kwetsbare mensen een hot issue
geworden. Maar hoe zit dat in 2040?
Met dit magazine geven we beleids-
makers die werken aan maatschap-
pelijke ondersteuning een kijkje in
de toekomst. Hoe ziet de toekomst
van maatschappelijke ondersteuning
eruit en wat betekent dat voor jouw
werk?”
Wat staat erin?“Het magazine bevat de toekomst-
verkenningen van vijf invloedrijke
Nederlanders die niet in onze sector
zitten. De vijf verkenningen zijn
allemaal verschillend, van concreet tot
heel abstract. We hebben hun verhalen
tijdens een diner pensant voorgelegd
aan zeven promovendi. Ook dat staat
in het magazine, het levert een mooie
inhoudelijke blik op de toekomst.”
Wat spreekt jou aan?“De verkenning van Stefano Marzano.
Dat is ook het meest verstrekkende
verhaal. Hij zegt dat we in heel veel
verschillende crisissen leven en dat dit
nog zeker honderd jaar gaat duren.
We zijn nu aan het experimenteren
met nieuwe vormen en zo zal er
langzaam een nieuwe orde komen.
Met zijn verhaal geeft hij aan dat
er op dit moment geen pasklare
oplossingen zijn, bijvoorbeeld voor
de eurocrisis. Ik word daar rustig van,
het relativeert. We hoeven dus niet zo
snel mogelijk oplossingen te vinden.”
Hoe ziet MOVISIE er in 2040 uit?“Ja, daarover is Stefano Marzano
ook heel duidelijk. Hij zegt dat een
organisatie als MOVISIE een grote rol
kan spelen in het experimenteren met
nieuwe vormen, omdat MOVISIE niet
vastzit in de huidige systemen. Zijn
dringende advies aan MOVISIE is om
internationaal te gaan samenwerken
met soortgelijke organisaties. Dit staat
trouwens niet in het magazine, dat
was niet de bedoeling ervan.”
Visie van vijf NederlandersIris Meerts, directeur Stichting
Zelforganisatie: “In 2040 verbinden
mensen zich in communities en
bedenken samen oplossingen
voor problemen. Gelijkgestemden
organiseren zich op deze manier
snel en goedkoop rondom specifieke
thema’s. Ouderen en gehandicapten
wonen in appartementen bij elkaar en
hebben zelf hun thuiszorg geregeld.
Velen hebben een eigen zorgnetwerk
van vrienden, familieleden, buren en
vrijwilligers opgebouwd. Anderen
hebben een inwonende thuishulp.”
Anne-Rose Abendanon, programma-
manager diversiteit Cordaan: “In 2040
dragen ouderen hun steentje bij in
buurthuizen, ze helpen de buurvrouw,
organiseren uitstapjes. Dankzij vooral
de Aziatische cultuur, met zijn nadruk
op rituelen en processen, raakt het
‘tijd nemen voor’ meer ingebed in
Nederland. We ontdekken dat we het
onszelf moeilijk maken als we teveel
op de klok letten.”
Maarten Hajer, directeur Planbureau
voor de Leefomgeving: “Er zal veel
meer een beroep worden gedaan op
mensen die we nu afdanken. We zijn
heel erg slordig met ons menselijk
kapitaal, omdat we het ons nog
kunnen veroorloven. Maar als de
overheid minder te verdelen heeft,
dan moet er wel slimmer gebruik
worden gemaakt van mensen. Ik heb in
Engeland meegemaakt hoe mensen uit
achterstandswijken op spraakles zaten
om de telefoon aan te kunnen nemen.
Daar gaan wij ook naartoe.”
Alexander Rinnooy Kan, voorzitter
SER: “Voor de mensen die echt niet
anders kunnen, zijn en blijven we een
beschaafd land. Zij moeten te allen
tijde geholpen worden.”
Stefano Marzano, voormalig hoofd
Philips Design: “Alles is al eens
verteld. Er is niks dat we nog moeten
ontdekken. Het komt nu aan op de
uitvoering, op het doen. En daar
hebben we leiderschap voor nodig.”
Meer informatie: Aletta Winsemius ([email protected] of 030 789 20 66).
5 jaar Wmo, 5 jaar MOVISIE
We gaan vaker een beroep doen op mensen die we nu afdanken.
“We gaan naar een nieuwe orde.”
De toekomst van maatschappelijke ondersteuning
Met o.aAlexander Rinnooy KanMaarten HajerAnne-Rose Abendanon Stefano Marzano Iris Meerts
Bezet de toekomst met sterke verhalen
Vooruitblikken daagt ons uit
Doorschieten in afwezigheid
Ee
nm
ali
ge
uit
ga
ve |
fe
bru
ari
20
12
Bestellen?
De MO is te bestellen via
movisie.nl/publicaties. U
betaalt alleen een bijdrage
in de verzend - en handlings-
kosten van € 2,50.
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
3
vertrekken vanuit het burgerperspectief.
Cocreatie, oftewel gemeenschappelijke
samenwerking van gemeenten, burgers,
maatschappelijke organisaties en hun
professionals, is het sleutelwoord.
Op aanvraag van de afdeling Welzijn
heeft MOVISIE voor de gemeente
Medemblik een teamdag georganiseerd.
Op deze dag is een visie op welzijn
voor de gemeente geformuleerd en
is een verdere vertaling gemaakt naar
Algemeen
Het ondersteunen van lokale partners bij de uitvoering van de Wet maatschappelijke
ondersteuning (Wmo) loopt als een rode draad door onze activiteiten. MOVISIE helpt
gemeenten en lokale organisaties.
Breng de situatie in kaartDe eerste stap is dat u de gemeen-
telijke situatie in kaart brengt,
bijvoorbeeld via een digitale enquête.
Hoeveel mensen in uw gemeente
maken gebruik van begeleiding? En
welke aanbieders zijn er? U kunt op
www.ciz.nl een overzicht opvragen van
het aantal afgegeven indicaties. Het
zorgkantoor kan u informeren over de
aanbieders die in uw regio begeleiding
bieden. Deze aanbieders kunt u
vervolgens vragen om aantallen en
kenmerken van de inwoners die zorg
ontvangen.
Ga praten met cliëntenWat voor begeleiding krijgen cliënten
momenteel in uw gemeente en lost
dat hun probleem op? Hebben ze
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Gemeenten bereiden zich voor op 2013 In 2013 vervalt de functie begeleiding in de AWBZ
voor thuiswonenden. Daarmee krijgen gemeenten
de verantwoordelijkheid over een groep cliënten
met een complexe en vaak levenslange vraag.
Hoe bereid je je als gemeente hierop voor vanuit
een ‘gekantelde’ benadering? MOVISIE heeft een
brochure uitgebracht met informatie en tips.
behoefte aan andere ondersteuning?
Ga praten met cliënten, individueel of
groepsgewijs via aanbieders.
Overleg met aanbieders Eén gemeente heeft vaak met tiental-
len aanbieders van ondersteuning te
maken. Wat bieden zij en voor welke
cliënten? Wat maakt hun aanbod
uniek? Met wie werken ze samen?
Allemaal vragen die aan bod komen
als u in gesprek gaat met de aanbie-
ders in uw gemeente. Denk daarbij
niet alleen aan de huidige aanbieders,
maar ook aan welzijnsorganisaties
en organisaties die actief zijn in de
vrijwillige zorg.
Maak een plan Als de feitelijke situatie helder is, is het
tijd voor een analyse en vervolgens een
plan. Wat wilt u behouden en wat wilt
u veranderen? Organiseer cocreatie-
sessies met cliënten en aanbieders en
ontwikkel ideeën over vernieuwende
arrangementen. Maak de verordening
pas echt als u een beeld heeft van het
aanbod dat u wilt voortzetten en van
de haalbare innovatieve arrangemen-
ten. Leg de uitwerkingen vervolgens
voor aan de aanbieders en vraag hun
om op basis daarvan een offerte te
maken.
Zet financiën op een rij Wat kiest u: zelf ondersteuning
inkopen of de mogelijkheid bieden
voor een persoonsgebonden budget?
Als u zelf inkoopt, bedenk dan dat u
als gemeente niet per se hoeft aan
te besteden. U kunt ook subsidie
verstrekken aan aanbieders of u
kunt een groep aanbieders vragen
om gezamenlijk een plan te maken.
Nog een tip: reserveer wat geld voor
speciale gevallen, bijvoorbeeld een
cliënt die een specialistische vorm van
ondersteuning krijgt van een aanbieder
elders uit het land.
Train de gespreksvoerders Rust de gespreksvoerders toe op nieuwe
vaardigheden. Gespreksvoerders
moeten een aanvrager op het gekan-
telde spoor zetten en tegelijk bewaken
dat mantelzorgers niet worden over-
vraagd. Ook moet de gespreksvoerder
alert zijn op vraagverlegenheid: cliënten
durven en willen vaak niet te vragen wat
ze nodig hebben.
Meer informatie: Anne-Marie van Bergen ([email protected] of 030 789 20 67) en Anne Lucassen ([email protected] of 030 789 20 93).
een gemeente hoeft echt niet per se aan te besteden.
Uitgangspunten Welzijn Nieuwe stijl omgezet naar gemeentelijke werkwijze.
Cocreatie MOVISIE begeleidt gemeenten en
welzijnsorganisaties bij het werken
aan een krachtige samenleving waarin
burgers zelfredzaam zijn. Burgers krijgen
een toenemende verantwoordelijkheid
voor hun eigen welzijn en buurt, terwijl
tegelijkertijd op gemeentelijk niveau
flinke bezuinigingen spelen. MOVISIE
ziet deze ontwikkelingen als een kans
om te herinvesteren in een sterke lokale
samenleving. Hierbij staat centraal:
het juiste doen in de juiste context én
het beleid en de rol van de gemeente.
Ook zijn de uitgangspunten van
Welzijn Nieuwe Stijl omgezet naar de
gemeentelijke werkwijze in Medemblik.
Samen met de gemeenten Roermond
en Oude IJsselstreek heeft MOVISIE
een nieuwe beleidsopdracht voor de
welzijnsorganisaties ontwikkeld, waarin
de formulering van inhoudelijke kaders
en gewenste maatschappelijke effecten
centraal staat. De welzijnsinstelling heeft
vervolgens bepaald welke door burgers
gewenste welzijnsvoorzieningen worden
aangeboden.
AdviestrajectIn het adviestraject van MOVISIE wordt
gewerkt vanuit de beleidscyclus van
gemeenten. De focus ligt op het ver-
sterken van de samenwerking tussen
gemeenten, burgers en maatschap-
pelijke organisaties tijdens de verschil-
lende fasen van beleidsontwikkeling.
Zo worden gemeenten in de fase van
maatschappelijk agenderen geholpen
om met verschillende spelers te
komen tot een breed maatschappelijk
gedragen agenda. MOVISIE biedt ook
advies in de fase van afspraken maken
over het optimaliseren van de rol van
opdrachtgever en opdrachtnemer. In de
uitvoeringsfase kunnen professionals
Bent u al WNS-proof?MOVISIE heeft ruime ervaring met trainings- en
adviestrajecten rondom Welzijn Nieuwe Stijl (WNS).
In 2012 verbreden wij het aanbod. De adviseurs van
MOVISIE passen zelf ook de acht bakens van Welzijn
Nieuwe Stijl toe. Dat wil zeggen, dat er goed wordt
geluisterd naar de vraag en gericht wordt gewerkt
aan het gewenste resultaat.
Aanbod voor gemeenten
worden getraind op de gewenste
competenties en het participeren
van burgers. Tot slot wordt in de
evaluatie- en verantwoordingsfase
geadviseerd over hoe de gemeente
haar beleid meer horizontaal kan
verantwoorden.
Meer informatie: Sophie Straatman ([email protected] of 030 789 20 77) en Saskia van Grinsven ([email protected] of 030 789 21 02), www.movisie.nl/welzijnnieuwestijl.
MOVISIE is mede-uitvoerder van het stimuleringsprogramma Welzijn
Nieuwe Stijl en heeft een breed ondersteuningsaanbod voor
gemeenten en welzijnsinstellingen. Een kleine greep uit ons aanbod:
• Verkenningstocht Organiseren Nieuwe Stijl. Hoe krijgt u grip op
horizontale ketensamenwerking en netwerksturing?
• Hoe stel je een maatschappelijke agenda op? Werken met de
5 V’s van ‘waarderend organiseren’ met het veld.
• Workshop Relatie opdrachtgever-opdrachtnemer. Hoe werken
gemeente en welzijnsorganisatie samen? En hoe betrekt u de
burger Welzijn Nieuwe Stijl.
• Workshop Formeel - informeel in balans. Hoe krijg je als gemeente
de formele en de informele werkers met elkaar aan tafel?
• Workshop Zichtbaarheid van resultaten. Gemeenten willen weten
wat het maatschappelijk effect is van een interventie, welzijns-
instellingen kijken meer naar de resultaten van de interventie.
Hoe verbind je dat?
• Ondersteuning en advies bij Zelfregieversterkend werken. Wat is
zelfregie eigenlijk en op welke manier wordt er aan gewerkt?
• Teamdag Welzijn Nieuwe Stijl. Met de afdelingen Welzijn en Wmo
van gemeenten werken aan uw visie en implementatie van de
nieuwe ontwikkelingen.
• Inspiratiebijeenkomst Welzijnswerker Nieuwe Stijl. Inzicht en
ideeën om met Welzijn Nieuwe Stijl aan de slag te gaan.
• Workshop Netwerken leefbaarheid in wijken en gebieden. Samen
met burgers, maatschappelijke organisaties, politie, welzijn, zorg
en verschillende gemeente-afdelingen.
Meer informatie: www.movisie.nl/welzijnnieuwestijl
en Training & Advies 030 789 22 22 of [email protected]
Met cocreatie kun je zorgen voor ondersteuning op maat.
4
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
Kwetsbare groepen
Sommige burgers kunnen zich niet op eigen kracht in de
samenleving redden. MOVISIE besteedt veel aandacht aan de
hulpverlening en activering van deze kwetsbare groepen.
1. Wat gaat er voor cliënten veranderen?
Linda Mook: “Cliënten die nu
begeleiding krijgen, zullen heel
concreet merken dat het niet meer
vanzelfsprekend is dat ze dezelfde
begeleiding houden. De gemeenten
moeten bezuinigen en voor minder
geld hetzelfde doen. Bovendien
wordt er bij gemeenten heel anders
gedacht dan in de zorg. Cliënten
worden vooral als burger benaderd.
De gemeente gaat met jou aan de
keukentafel overleggen wat jij wilt en
welke oplossingen er mogelijk zijn.
Daarbij wordt gekeken naar je eigen
mogelijkheden, naar wat mensen om
opgepakt moet worden. Ieder jaar
komen er weer nieuwe onderwerpen
bij. Ik kan me voorstellen dat
sommige raden om die reden zeggen:
we kijken alleen naar het effect voor
onze zorginstelling. Of we richten ons
alleen op die en die gemeenten. Als je
kiest voor de Wmo, zet dan jezelf in
de kijker. Nodig een paar raadsleden
uit en laat zien hoe de begeleiding
er in de praktijk uitziet en wat je als
cliëntengroep nodig hebt. Gemeenten
zullen uit zichzelf dat contact niet snel
zoeken. Maar er worden straks wel
door gemeenten besluiten genomen
die een deel van de achterban echt
raakt in hun dagelijkse leven. Stel een
werkgroep samen van mensen die hier
mee te maken krijgen. Die kan voor
de cliëntenraad het voorwerk doen.”
Meer informatie: Karin Sok ([email protected] of 030 789 20 76).
Straks ben je geen cliënt meer
“Artsen hebben geen visie op diversiteit.” De nieuwe publicatie ‘Aan het woord’ van MOVISIE
portretteert ervaringsdeskundigen op allerlei
terreinen. Zij vertellen hoe ze hun ervaringskennis
hebben omgezet in ervaringsdeskundigheid.
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Als de functie begeleiding in 2013 in de Wmo komt, kan dit gevolgen
hebben voor 50.000 mensen met een verstandelijke beperking, 55.000
GGZ-cliënten en 30.000 mensen met een lichamelijke beperking. En ook:
wat betekent de decentralisatie voor cliëntenraden? Linda Mook van het
landelijk steunpunt medezeggenschap LSR geeft antwoord op drie veel
gestelde vragen van cliëntenraden.
Eén van hen is Mehmet Uygun,
drijvende kracht achter Stichting
Allochtonen en Kanker, wiens zoon Ali
zeven jaar lang tegen kanker streed.
Tijdens het ziekteproces van zijn zoon
deed Uygun twee ontdekkingen. Ten
eerste dat specialisten, ziekenhuizen
en patiëntenorganisaties nauwelijks
investeren in diversiteit. Veel instanties
zijn volgens hem voor allochtonen
onbereikbaar en vice versa. Informatie
in bijvoorbeeld het Turks of Marok-
kaans is vrijwel niet beschikbaar.
In zijn eigen gemeenschap blijken
mensen weinig te weten over hun
eigen lichaam. Daardoor herkennen
ze bepaalde symptomen niet of
interpreteren deze verkeerd. Vrouwen
onderzoeken bijvoorbeeld niet snel hun
borsten op knobbeltjes. De stichting
je heen voor je kunnen betekenen,
of er vrijwilligers zijn. Verder kunnen
cliënten minder aanspraak doen op
gespecialiseerde voorzieningen. Ook is
het inkoopbeleid van gemeenten heel
anders dan in de zorg.”
2. Wat verandert er voor cliëntenraden?
Linda Mook: “Cliëntenraden krijgen
er een nieuw terrein bij waar ze
zich in moeten verdiepen en waar
ze cliënten over zullen moeten
informeren. Cliëntenraden verliezen
soms ook een stuk zeggenschap. Het is
namelijk niet gezegd dat bijvoorbeeld
dagbesteding, begeleid zelfstandig
het informeren van professionals,
zet hij zijn ervaringskennis om in
ervaringsdeskundigheid. Hij is daarmee
een voorbeeld van de vele personen die
in deze publicatie hun eigen, soms heel
vervelende, levenservaringen weten te
overstijgen en erin slagen die om te
zetten in initiatieven die bijdragen aan
het verbeteren van de positie van
andere mensen.
‘Aan het woord. Portretten van
ervaringsdeskundigen’, Anna van Deth,
Anouk Poll en Henk Beltman.
ISBN 978-90-8869-076-1.
Meer informatie over Stichting Allochtonen en Kanker: www.stichtingak.nl.
heeft daarom een folder gemaakt
over hoe een vrouw dit kan doen.
Uygun: “Als ik op een congres een
wetenschapper vraag naar een goed
praktijkvoorbeeld over allochtonen,
krijg ik nooit een onderbouwd
antwoord. Artsen en ziekenhuizen
hebben geen visie op diversiteit. Ze
gebruiken de smoes dat allochtonen
hen niet begrijpen. En patiëntenorga-
nisaties zeggen dat ze allochtonen niet
kunnen bereiken. Maar dat komt niet
alleen door de taalkwestie.”
Mehmet Uygun gebruikt zijn
ervaringen om andere mensen te
helpen die hetzelfde meemaken. Door
op te komen voor de belangen
van allochtone patiënten, via het
geleiden naar de juiste instantie en
Aan het woordPortretten van ervaringsdeskundigen
Anna van DethHenk Beltman Anouk Poll
Nieuwsbrief & werksessiesMOVISIE heeft een
nieuwsbrief uitgebracht
met een overzicht van
de decentralisaties en de
gevolgen daarvan voor
cliënten en de medezeggen-
schap. Verder organiseert
MOVISIE hierover werkses-
sies. Op 22 september 2011
was er zo’n sessie voor de
RIBW-cliëntenraden, op
13 december 2011 voor de
cliëntenraden van organisa-
ties in de gehandicaptenzorg
in samenwerking met het
LSR en op 20 december 2011
voor de WSW/WWB-raden.
De uitkomsten van deze
sessies zijn binnenkort te
vinden op www.movisie.nl/
clientenparticipatie.
Nodig een paar raadsleden uit en zet jezelf in de kijker.
wonen en kortdurend verblijf onder
dezelfde voorwaarden bij dezelfde
organisatie blijven. Ik verwacht dat
cliëntenraden meer zullen gaan
samenwerken met andere partijen. Met
andere zorgaanbieders bijvoorbeeld
maar ook met Wmo-adviesraden,
patiëntenorganisaties en MEE. Samen
kun je voorlichting geven. En je kunt
samen optrekken naar de gemeente
en aangeven aan welke criteria
goede begeleiding moet voldoen.
Samen met het kennisprogramma
Cliëntenparticipatie van MOVISIE
oriënteren we ons op die gevolgen van
de decentralisaties voor de medezeg-
genschap en hoe cliëntenraden daar op
kunnen inspelen.”
3. Wat kunnen cliënten- raden nu al doen?
Linda Mook: “Ik raad cliëntenraden
aan om keuzes maken. De Wmo is
één van de vele onderwerpen die
Ook cliëntenraden gaan de effecten van de decentralisatie merken: zij moeten actiever de gemeente opzoeken.
U wilt zich goed voorbereiden op de veranderingen in de functie
begeleiding? MOVISIE biedt workshops en presentaties voor
zorgaanbieders in de GGZ en de verstandelijk gehandicaptenzorg.
De veranderingen vragen een enorme omslag in de manier van
werken, de inhoud, locatie en organisatie van het aanbod. Dit geldt
zeker voor aanbieders met een uitgebreid aanbod op het gebied van
dagbesteding en individuele (woon)begeleiding. Hoe gaat u daarmee
om? En hoe gaat u zich positioneren tegenover collega-aanbieders
op het gebied van zorg en welzijn? In 2011 heeft MOVISIE hierover
een lezing gehouden tijdens een werkconferentie van Altrecht Talent
voor beleidsmedewerkers van de regiogemeenten uit de provincie
Utrecht. Bij Philadelphia vinden binnenkort twee sessies plaats: een
met de regiodirecteuren en een met de accountmanagers.
Ook iets voor uw instelling? Neem contact op met: Anne-Marie van Bergen ([email protected] of 030 789 20 67).
Tip voor zorgaanbieders
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
5
Leefbaarheid
MOVISIE mobiliseert alle partijen om samen te werken aan het oplossen van lokale
sociale problemen. Burgers, organisaties en gemeenten kunnen zelf het leefklimaat
van hun eigen buurt, wijk, dorp of stad verbeteren.
Projectleider Bianca de Vos van
de GGD Hart voor Brabant is
ervan overtuigd. “Een groene
woonomgeving levert een bijdrage
aan de gezondheid. Je gaat eerder
naar buiten, je beweegt meer en er
zit minder fijnstof in de lucht.” Uit de
Brabantse Gezondheidsmonitor blijkt
dat de gezondheid in de Tilburgse
achterstandswijken minder goed is
dan in andere wijken. “Mensen in
een groene omgeving gaan minder
vaak naar de huisarts. Er zijn minder
kinderen met overgewicht en de kans
op depressie is dertig procent kleiner.”
De wijk in Bianca de Vos leidt het project
‘Wijkgezondheidswerk Tilburg’ waarbij
gezondheidswerkers in vier Tilburgse
wijken activiteiten uitvoeren die
passen bij de wijk, al dan niet samen
met opbouwwerkers. “Afgelopen
tien jaar hebben we in Tilburg veel
ervaring opgedaan met wijkgericht
werken. Daardoor kennen we de
wijken in Tilburg en we weten dat
in achterstandswijken relatief veel
mensen wonen met een slechtere
gezondheid en ongezondere leefstijl.
Met dit project willen we de gezond-
Je voelt je gezonder in een groene wijkIn vier Tilburgse impulswijken zijn welzijn, zorg
en groen gekoppeld. De GGD Hart voor Brabant
werkt hierbij samen met het opbouwwerk,
wooncorporaties, de thuiszorg en de scholen.
De eerste drie wijkmoestuinen zijn hiervan een
voorbeeld. “Dit is goed voor de leefbaarheid en
goed voor de gezondheid.”
heid van wijkbewoners stimuleren en
de gezondheidsverschillen tussen de
wijken kleiner maken.”
Samen Groot verschil met tien jaar terug
is dat de GGD nu kiest voor een
(community) bottom up benadering.
“Dit project wordt gedragen door
de bewoners”, knikt Bianca. “Alle
activiteiten worden vanuit de beleving
en behoeften van bewoners ontwik-
keld. Als gezondheidsdienst heb je
toch de neiging om met gezondheid
onder je arm een wijk binnen te
banjeren. Door deze werkwijze
hebben we veel meer contact met
bewoners. Het lukt ook beter om
samen te werken met de organisaties
die al in de wijk actief zijn, zoals
het opbouwwerk, scholen, politie,
huisartsen en sportorganisaties.”
KindertuinIn iedere wijk heeft de GGD een wijk-
gezondheidswerker ingezet die samen
met de bewoners activiteiten van de
grond tilt. Zo is er een cursus span-
ningsklachten opgezet vanuit en voor
Marokkaanse vrouwen. Er zijn inmiddels
allerlei moestuinen, kindertuinen en
wijktuinen te bewonderen die door de
bewoners worden bijgehouden. Ook bij-
zonder: sommige bewoners hebben hun
voortuin groen ingericht op kosten van
hun woningcorporatie. En verder zijn
er opruimacties waarbij wijkbewoners
met elkaar hun wijk opruimen. “Vooral
kinderen zijn hiervoor te porren”, vertelt
Bianca. “Zeker als we een prijsje geven
per strekkende meter afval.”
Meer informatie: Chris Veldhuysen ([email protected] of 030 789 22 28) , www.movisie.nl/samenlevingsopbouw
"Dit project wordt gedragen door de inwoners."
Verder lezenIn het winternummer van het
tijdschrift MO/Samenlevings-
opbouw staat een artikel
over de samenwerking
tussen GGD, opbouwwerk,
bewoners en groene
organisaties op wijkniveau,
geschreven door MOVISIE en
Zet-Brabant.
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Wat werkt wel en wat niet?MOVISIE biedt een databank met ruim zestig effectieve methoden. Zoekt u
een geschikte methode die helpt bij de transities? Kijk dan in de databank,
vergelijk de methoden en kies er één die bij uw lokale situatie en burgers past.
Dit biedt de databankDe databank bevat ruim zestig
methoden die elders met succes zijn
toegepast. Ze zijn gratis beschikbaar
voor alle gemeenten en professionals
in de sociale sector. Elke methode kent
vier delen: een beschrijving, onderbou-
wing van de methode, praktijk-
ervaringen en uitkomsten van eventu-
eel wetenschappelijk effectonderzoek.
Zo vindt u wat u zoektU kunt op drie manieren naar een
methode zoeken: op alfabetische
volgorde, op trefwoord en op thema.
De tien thema’s zijn: buurtontwikkeling,
culturele diversiteit, eenzaamheid, huise-
lijk geweld, maatschappelijke activering,
maatschappelijke opvang, mantelzorg-
ondersteuning, ouderenparticipatie,
seksueel geweld en vrijwillige inzet.
Aan de slag De databank is te vinden op www.
movisie.nl/effectievesocialeinterventies.
Databank met 60 effectieve methoden
Activerend huisbezoek‘Activerend huisbezoek’ bij ouderen is een methode om de zelfred-
zaamheid van zelfstandig thuiswonende 55-plussers te verbeteren.
Uit praktijkervaringen blijkt dat activerend huisbezoek voorziet in
een behoefte: ouderen krijgen lucht als ze de zaken op een rijtje
kunnen zetten. Wel wordt benadrukt dat activerend huisbezoek een
vorm van gespecialiseerd vrijwilligerswerk is, waarbij met opleiding
en begeleiding flink in de vrijwilligers geïnvesteerd moet worden.
Effectonderzoek geeft goede aanwijzingen voor de effectiviteit van
huisbezoeken in het algemeen. Door de opzet van de onderzoeken
valt helaas nog niets te zeggen over de effecten van activerende
huisbezoeken.
Werk: een zorg minder! ‘Werk: een zorg minder!’ is een methode voor het activeren van
langdurig werklozen met multiproblematiek. Centraal staat het bezig
zijn met werk in en vanuit een activeringscentrum. De methode is het
resultaat van twee jaar lang experimenteren in vier gemeenten. De
praktijkervaringen zijn positief. De deelnemers geven aan dat ze door
deze vorm van activering op eigen tempo positief zijn veranderd.
Uit effectmeting blijkt dat na afloop van het traject de overgrote
meerderheid geactiveerd is, terwijl in de controlegroep het overgrote
deel van de cliënten nog steeds in een rusttraject zit.
OntmoetingscentraBij de methode ‘Ontmoetingscentra’ geeft een vast team begeleiders
ondersteuning aan mantelzorgers en mensen met dementie. Dit
gebeurt onder één dak, op een laagdrempelige plek in de wijk. In
1993 is het eerste ontmoetingscentrum in Amsterdam geopend,
inmiddels zijn er 51. Een grote meerderheid van de cliënten is zeer
tevreden: de centra leiden tot uitbreiding van het sociale netwerk
en daarmee tot een vermindering van de druk op verzorgers. Uit de
diverse effectonderzoeken blijkt een positief effect op de gedrags-
problemen van de dementerenden en uitstel van opname.
Als u met een methode aan de slag
wilt dan kunt u met de ontwikkelaar
contact opnemen voor een handboek
of soms zelfs een training.
Heeft u ook een methode? U kunt uw methode aanmelden voor
opname in de databank. Voorwaarden:
• De methode beschikt over een
handboek of handleiding.
• De methode kent minimaal twee jaar
praktijkervaring.
• De methode wordt door minimaal
twee organisaties gebruikt.
Meer informatie: Peter Rensen ([email protected] of 030 789 22 64).
Een groene woonomgeving levert een bijdrage aan de gezondheid.
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
6
meer dan tachtig gemeenten en een
groot aantal organisaties hebben
deelgenomen aan diverse trajecten
van ‘W+W+Z=Maak het samen!’, in de vorm
van praktijkwerkplaatsen en workshops. Het
stimuleringsprogramma is uitgevoerd door drie
kennisinstituten: Vilans, Aedes-Actiz Kenniscen-
trum Wonen-Zorg en MOVISIE. Hierdoor was het
mogelijk om een uitgebreid netwerk in te zetten
én de kennis te bundelen, om te kunnen ingaan
op een diversiteit aan vraagstukken. Dit heeft
geleid tot verheldering en versterking van de
eigen regievoering van de deelnemende
gemeenten. Ook heeft het programma diverse
publicaties opgeleverd als inspiratie voor andere
gemeenten. Op de website wwzmaakhetsamen.nl
staan voorbeelden en methoden voor het
vormgeven van de regiefunctie.
LastigIn veel gemeenten zijn overlegorganen waar de
stakeholders op WWZ-terrein elkaar tegenkomen.
Het beeld dat organisaties en gemeente van elkaar
hebben, is wisselend. Het gesprek aangaan, het
uitspreken van verwachtingen om te komen tot
een effectievere organisatie, is niet eenvoudig. De
binnen het programma ontwikkelde ‘Thermometer
Wonen Welzijn Zorg’ biedt hierbij uitkomst. De
thermometer is door verschillende partijen digitaal
in te vullen. Hij geeft de stand van zaken weer rond
de samenwerking en maakt de lastige gesprekspun-
ten inzichtelijk en bespreekbaar. “Met de thermo-
meter ontdekten we hoe verschillend we denken
over de doelen. Het hielp ons structuur te geven
aan waar we met z’n allen naar toe willen. Dit is
de basis geworden voor een stevig vervolg.”
Scenario-denkenHoe behoudt u in financieel krappe tijden een
duurzaam stelsel aan voorzieningen wanneer er
een toenemende vraag is naar ondersteuning?
Deze vraag stond centraal in de praktijkwerkplaats
‘Toekomstscenario’s regie en organisatie WWZ’,
waar onder andere de gemeenten Nieuwegein
en Zaanstad aan deelnamen. Inzicht in trends
op lange en korte termijn vormt de basis voor
het organiseren van een toekomstgerichte
WWZ-organisatie. Een van de leerpunten is het
belang van het benoemen van beïnvloedbare
en niet beïnvloedbare ontwikkelingen. Voor een
duurzaam stelsel is het essentieel u goed voor
te bereiden op verschillende scenario’s waarbij
uw visie leidend is. Scenario-denken is een
handvat bij het maken van keuzes in economisch
zware tijden. De ervaringen binnen deze
praktijkwerkplaats hebben geleid tot de publicatie
Scenariodenken in de WWZ-praktijk.
Eind 2011 stopt ‘W+W+Z=Maak het samen!’ Het programma
moest de regiefunctie en de samenwerking tussen lokale
partijen versterken en gemeenten ondersteunen. Wat heeft het
opgebracht en hoe gaan we verder?
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Wonen, welzijn en zorg toekomstgericht
De thermometer WWZ is ontwikkeld door Bureau
HHM en te vinden op www.wwzmaakhetsamen.nl
Meer informatie: Anita Peters ([email protected] of 030 789 20 64) en Hilde van Xanten ([email protected] of 030 789 21 67), www.wwzmaakhetsamen.nl
Unieke Leergang in 2012Bent u ook een partner in community arts of
wilt u dat worden? ‘Partners in Community Arts’
is een unieke leergang voor zowel sociale als
culturele professionals die zich bezighouden met
de ontwikkeling en uitvoering van community
arts-projecten.
Op 2 maart 2012 start de leergang ‘Artistieke
verbeeldingskracht als antwoord op maatschap-
pelijke vraagstukken’. Deze leergang, al drie
keer met succes georganiseerd, bestaat uit
zes bijeenkomsten en projectopdrachten. Het
geeft u inzicht in uw rol bij het opzetten en
uitvoeren van community arts-projecten.
Cocreatie staat hierbij centraal. Cursisten kunnen
rekenen op inspirerende gastdocenten, krijgen
feedback op hun projectplan en intervisie. De
leergangen zijn door eerdere deelnemers als
“zeer inspirerend” ervaren.
De eerste leergang start op 2 maart 2012
in Arnhem. Deze wordt verzorgd door KCG,
Edu-art, INHOLLAND Academy, Community
Arts Lab XL en MOVISIE. Saskia van Grinsven
van MOVISIE en Sikko Cleveringa van CAL-XL
zijn de docenten. Cursisten krijgen na afronding
een certificaat van de INHOLLAND Academy.
Aanmelden kan tot 10 februari 2012 via
www.kcg.nl > theater.
Meer informatie: Elsbeth Rozenboom, senior kunsteducatie ([email protected] of 026 351 90 29) en Saskia van Grinsven ([email protected] of 030 789 21 02).
Achttien vrouwen vertellen in ‘Duizend en één Sterren’ hoe
zij een steentje bijdragen aan de samenleving. Het boekje
is één van de opbrengsten van ‘Duizend en één Kracht’: een
programma waarbij gemeenten, vrijwilligersorganisaties,
vrijwilligerscentrales, vrouwenorganisaties en migranten-
organisaties intensief samen hebben gewerkt aan de
maatschappelijke participatie van allochtone vrouwen.
De sterren van Duizend en één Kracht
Congres 20 maart 2012
Een goede regievoering is bedoeld
om de burger beter te bedienen met
een efficiëntere inzet van middelen.
Dit is ook de kern bij gebiedsgericht
werken en dat krijgt vorm in woon-
servicegebieden. In een programma
van de SEV (Stuurgroep Experimenten
Volkshuisvesting) is daar met tien
proeftuinen verder aan gewerkt. De
uitkomsten worden gepresenteerd op
het Landelijke Congres Woonservice-
gebieden op 20 maart 2012.
“Ik kan mijn droom nu realiseren.”Op haar zestiende kwam Cigdem Aygun vanuit
Turkije naar Nederland. Cigdem was dolblij dat
zij in contact kwam met Proteion Thuiszorg in
Venlo. “Ik wilde altijd al in de zorg werken,
maar omdat ik niet gestudeerd heb, was de kans
klein dat dat zou lukken. Wonder boven wonder
kwam ik via een kennis terecht bij Proteion en
hun project ‘Allochtone vrouwen in de zorg’.
Hier mocht ik een snuffelstage lopen. Vanaf dat
moment is er een wereld voor me open gegaan.
Naast het feit dat ik veel ervaringen rijker ben,
heb ik me ook gerealiseerd dat je nooit te oud
bent om te leren. En dankzij dit project kan ik
in de toekomst mijn droom realiseren: werken in
de zorg.”
“Ik voel me een stuk beter.”Ruim drie jaar geleden kwam Fartuun Maha-
muud als asielzoeker uit Somalië. Sinds kort
loopt ze stage bij ‘Meer! met elkaar’, onderdeel
van welzijnsonderneming Divers in Den Bosch.
Het project helpt geïsoleerde vrouwen op weg
in de Nederlandse maatschappij, onder andere
door hun passend vrijwilligerswerk te bieden.
De stage betekent veel voor Fartuun: “Nu ik
dit werk doe, voel ik me een stuk beter. De
hele dag thuiszitten vind ik saai. Ik heb nieuwe
mensen leren kennen. Ook na mijn stage spreek
ik met ze af. Ze komen bij me op bezoek en
soms koken we met elkaar.”
Gratis boekjeDe verhalen van de sterren uit vier jaar Duizend en
één Kracht zijn te lezen in het boekje ‘Duizend en
één Sterren. 18 succesverhalen uit Duizend en
één Kracht’. Het eerste exemplaar is tijdens de
Grote Finale op 9 december uitgereikt aan H.K.H.
Prinses Maxima.
Meer informatie: Annemarie van Hinsberg ([email protected] of 030 789 21 14), www.duizendeneenkracht.nl.
Cigdem Aygun liep stage bij Proteion Thuiszorg. Fartuun Mahamuud loopt stage bij Divers in Den Bosch.
Prinses Maxima tijdens de Grote Finale van Duizend en één Kracht op 9 december
7
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
mens en organisatie
MOVISIE adviseert en ondersteunt maatschappelijke organisaties en
overheden bij vragen op het gebied van organisatieversterking en
organisatieverandering. Uitgangspunt is het vinden van evenwicht
tussen organisatiedoelen, resultaten en de motivatie van mensen.
Rotterdam is in één deelgemeente gestart
met het gebiedsgericht organiseren, als
proeftuin. Wethouder Florijn: “Waarom
deze kanteling? In het leven van mensen gaat
het er niet om uit welk financiële potje iets komt,
maar hoe je een steuntje in de rug krijgt zodat
je mee kunt blijven doen in de maatschappij.
Per gebied kijken we wat voor ondersteunings-
structuur er in dat gebied nodig is. De diversiteit
in Rotterdam is namelijk groot, in Kralingen is
het anders dan in Feijenoord. We zijn op zoek
naar een systeem dat meer vertrouwen legt
bij de zorgprofessional en dat zorginstellingen
aanspreekt op het leveren van resultaten. In deze
omslag proberen we aan te sluiten op wijk- en
buurtniveau.”
BegeleidingParallel aan deze ontwikkeling heeft Rotterdam
net als elke andere gemeente te maken met de
decentralisatie van de extramurale begeleiding.
Florijn: “Het gaat in Rotterdam om 8.000
kwetsbare mensen. Dat is een grote groep die
uiteenvalt in een aantal subgroepen. Van mensen
met een beperking tot dak- en thuislozen, maar
bijvoorbeeld ook kwetsbare jongeren. Je ziet
in een grote stad als Rotterdam dat er meer
kwetsbaren zijn en dat de problematiek ook
zwaarder is. We hebben in Rotterdam dus een
grote opgave die ook nog eens met minder
geld gedaan moet worden. Dit moeten we dus
zorgvuldig aanpakken.”
AfsprakenZo’n vijfendertig organisaties bieden begeleiding,
telt de wethouder. Er is een budget mee gemoeid
van tussen de 75 en 100 miljoen euro. “We zijn
nu bezig met het opstellen van een uitgangsno-
titie. In maart 2012 gaan we die bespreken met
alle betrokkenen: instellingen, patiëntengroepen
en natuurlijk de mensen zelf. We willen afspraken
maken over waar we gebiedsgerichte verbindin-
gen kunnen leggen en wat we stedelijk gaan
doen, bijvoorbeeld heel specialistische begeleiding
aan zintuiglijk gehandicapten of zwaar gehandi-
capte kinderen.”
FocusDe kanteling vraagt ook van zijn mensen bij de
gemeente om een andere werkwijze. “Ik wil dat
ze de praktijk opzoeken, dat ze weten wat er per
deelgemeente gebeurt en waar de pareltjes zitten,
dat ze weten hoe de organisaties hierin staan. Zijn
we flexibel of zitten ze in de weerstand?” Een van
zijn grootste uitdagingen is hoe hij in Rotterdam
de verbinding kan leggen tussen de portefeuilles
werk & inkomen en zorg. “Met de bezuinigingen
op het participatiebudget en de invoering van
de Wet werken naar vermogen moet Rotterdam
zich opnieuw oriënteren op hoe we omgaan
met mensen die een zeer grote afstand tot de
arbeidsmarkt hebben. Dat heeft een grote link
met de huidige dagbesteding in de AWBZ.
“Daarom leg ik de focus in het re-integra-
tiebeleid niet alleen op betaald werk, maar
ook op preventie en participatie. En daarom
geloof ik ook in een gezamenlijke aanpak
met de zorgverzekeraars. In de toekomst zijn
gemeenten en zorgverzekeraars verantwoordelijk
voor de zorginkoop.” Vanuit het programma
WWZ Maak het samen volgt MOVISIE het
proces in Rotterdam. We doen dit vanuit het
vraagstuk samenwerking en regievoering bij
decentralisering.
Meer informatie: Anita Peters ([email protected] of 030 789 20 64) en Marjoke Verschelling ([email protected] of 030 789 22 42).
Wethouder Rotterdam zoekt nieuwe verbindingen Rotterdam is bezig om zorg en welzijn gebiedsgericht te
organiseren. Volgens wethouder Marco Florijn is dit voor
Rotterdam een hele nieuwe aanpak waarbij het versterken
van de zelfredzaamheid van mensen centraal staat.
De decentralisatie betekent voor gemeenten dat zij aan de slag
moeten met relatief onbekende doelgroepen en aanbieders.
Maar er is meer: hoe verhoudt de decentralisatie zich tot
de kanteling? MOVISIE-adviseur Christine Kuiper belicht de
veranderingen vanuit organisatorisch perspectief.
Een goede visie voorkomt reparaties
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
De decentralisatie is lastig voor gemeenten“Er is inderdaad nog veel onzeker: het precieze
budget, de kosten van de uitvoering en het aantal
mensen over wie het gaat. Bovendien vraagt de
decentralisatie tijd, nieuwe competenties en kennis
van beleidsadviseurs en uitvoerende medewerkers.
Hierdoor kunnen kleinere gemeenten zich genood-
zaakt zien om gezamenlijk diensten in te kopen. Dit
beperkt de beleidsvrijheid van deze gemeenten.”
Minder beleidsvrijheid“Je moet je afvragen wat dit voor effect heeft
op de gewenste kanteling naar de participatiesa-
Gebiedsgericht werken is een nieuwe aanpak voor de gemeente Rotterdam, waarbij de zelfredzaamheid van mensen centraal staat.
menleving. De gemeente kan door gezamenlijke
inkoop lokaal minder maatwerk leveren. Burgers
hebben daarmee via de gemeentepolitiek minder
invloed op het beleid. Dit is van invloed op de
betrokkenheid van burgers bij het gemeentelijk
beleid. Het is belangrijk dat gemeenten de voor-
en nadelen van gezamenlijke inkoop helder aan
burgers communiceren.”
Tips voor gemeenten“De kunst is om de betrokkenheid van
organisaties en burgers niet uit het oog te
verliezen. Juist zij zijn essentieel om de kanteling
vorm te geven. Betrek hen vanaf dag één en
De methode van de vijf V’s
Waarderend organiseren werkt volgens de methode van de 5 V’s:
1. Verwoorden: In deze fase werkt u als gemeente samen met maatschappelijke organi-
saties en cliënten/burgers (hierna ‘partners’ genoemd) de vraagstukken, dilemma’s en
ideeën uit en vertaalt u deze in heldere onderwerpen en vraagstukken.
2. Verdiepen: Samen met de partners brengt u in kaart waar u in uw gemeente al suc-
cesvolle voorbeelden van decentralisatie ziet. U benoemt de succesfactoren en positieve
ervaringen. Door het uitwisselen en zichtbaar maken van positieve voorbeelden
ontstaat vertrouwen in het veranderproces en creëert u betrokkenheid.
3, Verbeelden: Samen met de partners ‘droomt’ u over wat zou kunnen zijn, waardoor
een visie op de toekomst ontstaat.
4. Vormgeven: Hoe kunt u de visie realiseren? Deze stap levert een overzicht van elemen-
ten die nodig zijn om te verwezenlijken wat er bedacht is.
5. Verwezenlijken: Wie doet wat? Deze fase leidt tot een concreet plan van aanpak,
waarbij acties worden toegekend aan degenen die het meest kundig en gepassioneerd
zijn om ermee aan de slag te gaan.
formuleer samen met hen een visie. ‘Waarderend
organiseren’, ook wel appreciative inquiry, is een
goede methodiek daarvoor. Hierbij staat niet het
probleem centraal, maar ga je uit van de kracht
van de betrokkenen en de ambities voor de
toekomst. De weg van waarderend organiseren
vraagt misschien meer tijd in de beginfase, maar
voorkomt reparaties achteraf.”
Meer informatie: Christine Kuiper ([email protected] of 030 789 21 03).
8
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
Beroepsontwikkeling
Het werk van de sociale professional verandert permanent, omdat maatschappij en
beleid voortdurend in beweging zijn. MOVISIE vertaalt deze veranderingen naar de
werkvloer in zorg en welzijn.
Waarom aandacht voor welzijnsmanagers?Sonja Liefhebber: “De sector zorg
en welzijn is sterk in beweging.
Door de ontwikkelingen verandert
niet alleen de relatie tussen
opdrachtgevers en opdrachtnemers.
Ook de relatie tussen organisaties,
mogelijke samenwerkingspartners
en concurrenten én de relatie
tussen de welzijnsprofessionals en
de burger verandert. Stilstand is
achteruitgang. We leven in een tijd
waarin een organisatie voortdurend
wordt uitgedaagd tot verbetering en
verandering. Ook na de introductie
van Welzijn Nieuwe Stijl en de
decentralisatie van begeleiding zullen
nieuwe veranderingen zich aandienen.
De manager moet ervoor zorgen dat
de organisatie en de medewerkers
permanent in beweging blijven.”
Waar ligt de sleutel?Judith van de Haterd: “Veranderingen
blijken vaak moeizaam van de grond te
komen en leiden lang niet altijd tot het
beoogde resultaat. Het zijn de profes-
sionals die het moeten doen en het is
de kunst van de manager om ze zo te
ondersteunen dat zij de verandering
zelf in gang zetten. Te vaak nog wordt
gedacht dat het genoeg is om één
bijeenkomst te organiseren waar het
management een nieuwe visie presen-
teert. Of dat de manager vooral aan de
slag gaat: hij gaat zijn visie uitdragen,
maakt een mooi implementatieplan en
vitaliteitstrainers van MOVISIE: “Het is
eigenlijk gek dat mensen hier weinig
aandacht aan besteden. Vooral nu met
bezuinigingen staan mensen erg onder
druk en is het behoud van vitaliteit
een noodzaak. Door te investeren in
vitaliteit, kun je als organisatie beter
inspelen op het verloop en de vergrijzing
van personeel. Het zorgt namelijk niet
alleen voor blije, betrokken en produc-
tieve medewerkers, maar ook voor lager
verzuim en een beter imago.”
HRMAandacht voor vitaliteit is niet alleen
in het belang van medewerkers.
Maryse den Hollander ziet ook een rol
weggelegd voor managers en HRM-
functionarissen. “Een manager kan
een vitaliserende werking hebben op
medewerkers. Bijvoorbeeld door oog
te hebben voor kwaliteiten van mede-
Bij vitaliteit draait het om levenskracht,
het bruisen van energie en je fit voelen.
Vitaliteit is een basisbehoefte. Elk mens
wil zich prettig en energiek voelen.
Maryse den Hollander, een van de
Werken aan vitaliteit is helemaal niet moeilijk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
De decentralisatie lijkt vooral een uitdaging voor gemeenten, maar hoe zit
dat met managers van welzijnsorganisaties? Volgens Judith van de Haterd
en Sonja Liefhebber, adviseurs bij MOVISIE, is hun rol onderbelicht. Terwijl zij
cruciaal zijn bij het slagen van het transitieproces.
Vergeet de welzijnsmanager niet
Vitale mensen hebben meer plezier in hun werk,
presteren beter en zijn minder vaak ziek. Het
afgelopen jaar heeft MOVISIE dan ook hard gewerkt
om meer vitaliteit in zorg en welzijn te brengen. Er
zijn trainingen en publicaties voor medewerkers,
HRM-functionarissen en managers.
Nieuw profiel in de maakSonja Liefhebber en Judith van de Haterd werken aan het nieuwe
profiel van de professionele manager in welzijn en maatschappelijke
dienstverlening waarin de volledige breedte van het vak wordt
belicht. Voor meer informatie www.movisie.nl/beroepsontwikkeling.
gaat mensen motiveren om te verande-
ren.” Liefhebber: “Hierin ligt een klas-
sieke denkfout. Mensen zijn namelijk
niet te veranderen, dat kunnen ze alleen
zelf. Mensen zijn uit zichzelf betrokken
en gemotiveerd, kunnen zelf analyses
maken en zoeken naar passende oplos-
singen. Maar er moet wel ruimte zijn
om het verleden te duiden, het oude
los te laten en in gesprek te gaan met
elkaar over de vernieuwing. De kunst is
vertrouwen te hebben in de kennis en
inzichten van de medewerkers, dit naar
boven te halen. Experimenteer hiermee
en leer ervan."
Wat vraagt dit van de manager?Judith van de Haterd: “Er is een ander
type leiderschap nodig, gericht op het
managen van relaties, ondernemer-
schap en kennis van veranderkunde.
De manager moet een intern onderne-
werkers en te stimuleren dat zij zich
ontwikkelen. Een HRM-functionaris
kan met een vitaliteitsbril kijken naar
verzuimcijfers, medewerkerstevreden-
heid of opleidingsresultaten. Waar
valt verbetering te halen door vanuit
de organisatie actief aandacht te
besteden aan vitaliteit? Of organiseer
een workshop voor medewerkers
waarin zij zich bewust worden van
vitaliteit. Werken aan vitaliteit hoeft
niet moeilijk te zijn. Het kan ook met
kleine stappen.”
AanbodMOVISIE heeft diverse materialen
en trainingen ontwikkeld om
mersklimaat creëren en zelf persoonlijk
ondernemerschap bezitten. De focus
van organisaties mag hierbij niet alleen
gericht zijn op kortetermijnresultaten.
Om in veranderende tijden bij te blijven,
moeten managers de kennis, ervarin-
gen, innovaties en ideeën vanuit het
uitvoerend werk mobiliseren en vertalen
naar de strategie en producten.”
En hoe doe je dat?Sonja Liefhebber: “Kennis van de wijk
of stad, de doelgroep en ervaringen
uit andere gemeenten en sectoren
over (beleids)ontwikkelingen moet hij
samen met de medewerkers en burgers
kunnen verbinden met het uitvoerend
werk. Nieuwe ideeën verder verrijken en
verder ontwikkelen. Hierbij past een die-
nende managementstijl. Ruimte geven,
waarderen en vertrouwen bieden.”
Meer informatie: Sonja Liefhebber ([email protected] of 030 789 21 26) en Judith van de Haterd (j.vandehaterd@ movisie.nl of 030 789 2122).
eén bijeenkomst waar een manager een nieuwe visie presenteert is niet genoeg.
MOVISIE is gestart met het
project Body of Knowledge. Dit
is gericht op het versterken en
herijken van het kennisfundament
voor het sociaal werk op basis
van de urgente vragen die op
dit moment in de samenleving
klinken. Het project Body of
Knowledge kent drie delen:
sociaal wetenschappelijke
grondslagen, moreel-ethische
en normatieve fundamenten
en methodieken en methoden
voor sociaal werk. Samen met
hogescholen, de lectoraten
van het hoger sociaal-agogisch
onderwijs en het werkveld
is een groslijst gemaakt van
onderwerpen die een plek moeten
krijgen in de Body of Knowledge.
Hiervoor zijn gesprekken gevoerd
met sleutelpersonen in de sociale
sector. In een expertmeeting
is een eerste schifting in de
groslijst aangebracht. Eind 2012
is de Body of Knowledge via
een website beschikbaar. De
centrale redactie van het Body
of Knowledge ligt bij Hans van
Ewijk, Margot Scholte en Ard
Sprinkhuizen. Coördinerend
projectleider is Gery Lammersen.
Meer informatie: Gery Lammersen ([email protected] of 030 789 2125) of kijk op: www.sociaalwerkindewijk.nl
HRM-functionarissen, managers en
medewerkers te helpen stappen
te zetten. Voor medewerkers is
er de training en het werkboek
‘Tijd voor Vitaliteit’. Hierin gaan
beroepskrachten aan de slag met hun
eigen vitaliteit. Wat zijn energiegevers
en -vreters en hoe kom je meer in
balans? Managers krijgen handvatten
voor de begeleiding van medewerkers.
Voor hen is er daarnaast een
kaartenset met zeven werkende
principes van vitaal leidinggeven. In
de training voor HRM-functionarissen
ligt de nadruk meer op wat vitaliteit
oplevert en welke instrumenten een
organisatie kan inzetten. Daarnaast
kunnen zij aan de slag met een vitaal
instrumentenboek.
Kijk voor meer informatie over de materialen en trainingen op www.movisie.nl/vitaliteit.
Nieuw: Body of Knowledge
9
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
Huiselijk en seksueel geweld
Huiselijk geweld is het meest voorkomende geweldsdelict in
Nederland. MOVISIE ondersteunt overheid en uitvoerders bij
signalering, preventie en het effectief aanpakken van huiselijk
en seksueel geweld.
Jaarlijks zijn meer dan 118.000 kinderen slachtoffer van kindermishandeling.
In slechts 817 gevallen wordt aangifte gedaan. Opvallend: professionals doen
nauwelijks aangifte van kindermishandeling. Hoe de aanpak van kinder-
mishandeling kan verbeteren, staat in een advies dat op 23 november 2011
is aangeboden aan de Kinderombudsman. MOVISIE is één van de opstellers.
Aanpak kindermishandeling schiet tekort
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Als organisatie of instelling voor mensen met een verstandelijke beperking
is niets zo fijn als kunnen zeggen dat je je zaakjes goed op orde hebt. Daar
hoort ook bij dat de fysieke, sociale en emotionele veiligheid gegarandeerd is,
zowel voor professionals en vrijwilligers als voor cliënten en bezoekers. Vanaf
februari 2012 zijn er een toolkit en train-de-trainer beschikbaar waarmee u
kunt werken aan de sociale veiligheid.
Toolkit voor organisaties voor mensen met een verstandelijke beperking
De toolkit en de train-de-trainer zijn de
opbrengsten van het project ‘Werken
aan sociale veiligheid’. Vier organisaties
hebben een jaar lang gewerkt aan het
verbeteren van de sociale veiligheid
in hun organisaties, begeleid door
MOVISIE en Vilans. De vier organisaties,
Daelzicht, Humanitas, Odion en
Reinaerde, hebben ook meegewerkt
aan de instrumenten die nu in de
toolkit te vinden zijn.
Belangrijkste reden om aan de slag
te gaan met dit materiaal is dat
mensen met een verstandelijke
beperking extra kwetsbaar zijn voor
grensoverschrijdend gedrag, doordat
ze afhankelijk zijn van een organisatie
of instelling. Organisaties hebben
daarmee een grote verantwoordelijk-
heid voor de veiligheid van hun
cliënten en van hun medewerkers,
professionals en vrijwilligers. Een
tweede reden is dat werken aan sociale
veiligheid naadloos aansluit bij de
ontwikkeling en implementatie van het
Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg.
Jongste cijfers Er zijn grote verschillen tussen
gemeenten en regio’s bij het registreren
van cijfers en bij het bieden van hulp
aan mishandelde kinderen en hun
gezinnen. Dat blijkt uit het onlangs
verschenen rapport ‘Kinderen in tel’
van het Verwey-Jonker Instituut. De
onderzoekers constateren dat deze
verschillen niet alleen te verklaren
zijn uit verschillend registratiebeleid.
Kindermishandeling komt in bepaalde
regio’s daadwerkelijk meer voor. De
meest voorkomende vormen zijn:
verwaarlozing en het getuige zijn van
huiselijk geweld.
Verder blijkt dat er in Nederland nog
weinig specifieke hulp is voor getrau-
matiseerde slachtoffers van kinder-
mishandeling. Er is beslist geen sprake
van landelijke dekking als het gaat om
effectieve aanpak van mishandelde
kinderen. Wat voor behandeling een
kind krijgt, wisselt van stad tot stad.
In de toekomst worden die verschillen
vermoedelijk alleen maar groter omdat
gemeenten volledig verantwoordelijk
worden voor de jeugdzorg, voorspellen
de onderzoekers. Nu ligt die taak nog
deels bij provincies.
Hoe het beter kan?De Kinderombudsman heeft MOVISIE
en vijf andere partijen gevraagd
om advies hoe de aanpak van
kindermishandeling in Nederland kan
worden verbeterd. Op 23 november
2011 is het rapport ‘Vóór veilig en
verder’ aangeboden. Hierin stellen
de experts voor om de aanpak van
kindermishandeling op drie onderdelen
te versterken:
Impuls 1: activering van de
samenleving
Burgers moeten worden gestimuleerd
om samen de verantwoordelijkheid
te dragen voor een veilig opvoed- en
opgroeiklimaat voor kinderen. Niet
Vooral de domeinen cliëntveiligheid,
lichamelijk en psychisch welbevinden,
interpersoonlijke relaties, deelname aan
de samenleving bieden de organisaties
mogelijkheden voor implementatie van
de bevindingen uit het project ‘Werken
aan sociale veiligheid’.
Tijdens de slotconferentie op 13
oktober 2011 bleek dat de vier
deelnemende organisaties aan de slag
gaan met het werken aan bewust-
wording, zowel op organisatieniveau
als op de werkvloer. Zij gaven alle
vier aan dat bewustwording op deze
niveaus heel belangrijk is. En ook
aandacht voor wat als grensoverschrij-
dend gedrag ervaren wordt vanuit het
perspectief van de cliënt. Daarnaast
hebben de vier organisaties behoefte
om verder te gaan met de instrumen-
ten uit de toolkit.
Toolkit en train-de-trainerFebruari 2012 is de toolkit beschikbaar.
Hierin zitten instrumenten voor
managers, kwaliteitsfunctionarissen
en beleidsmedewerkers (deel 1), en
voor teamleiders en professionals
(deel 2). De train-de-trainer is gericht
op gedragswetenschappers, opleiders
en senior begeleiders in de zorg.
Voor meer informatie: Kristin Janssens ( [email protected] of 030 789 22 29).
alleen de professional heeft dus een
taak, maar feitelijk iedereen. Burgers
kunnen signaleren, hulp aanbieden
en indien nodig een melding doen bij
professionals.
Impuls 2: gerichte en getrapte
preventie
Conform de principes van positief
opvoeden moeten alle gemeenten in
Nederland een gerichte en getrapte
preventiestrategie invoeren om kinder-
mishandeling te voorkomen. Niet meer
bieden dan nodig, maar ook niet minder.
Kindermishandeling kent vele vormen
en gradaties. Met getrapte preventie
bied je maatwerk aan gezinnen, ook als
het gaat om kindermishandeling.
Impuls 3: een integraal en
multidisciplinaire aanpak
Voor gezinnen met complexe, ernstige
vormen van kindermishandeling is
een integrale en multidisciplinaire
aanpak nodig. Op dit moment zijn
er twee proeftuinen in Haarlem en in
Leeuwarden die experimenteren met
deze aanpak.
De Kinderombudsman heeft inmiddels
een brandbrief aan de Tweede Kamer
geschreven waarin hij de drie impulsen
onderschrijft.
Het adviesrapport ‘Vóór veilig en
verder’ is te downloaden via
www.movisie.nl.
Meer informatie: Lou Repetur ([email protected] of 030 789 21 17).
Lou Repetur: “Waarom doet niemand iets?”
“Ik vind het ongelofelijk dat de morele paniek over kindermishandeling in Nederland zo minimaal is. We
hebben een rijksbrede aanpak loverboys en een nationaal rapporteur mensenhandel. Waarom hebben we dat
niet voor kindermishandeling? Bij kindermishandeling gaat het altijd om iemand die je kent en dat is in onze
samenleving blijkbaar veel moeilijker om mee om te gaan dan een loverboy, een soort vijand buitenshuis.
Ik heb volwassenen gesproken die als kind zijn mishandeld en zij zeggen allemaal hetzelfde: waarom deed
niemand iets? Voor mij is dat de belangrijkste boodschap van het advies: iedereen kan en moet iets doen!
Daarnaast vind ik dat kindermishandeling en huiselijk geweld in een rijksbrede aanpak meer aan elkaar
gekoppeld moeten worden als twee delen van een medaille.”
De Kinderombudsman met de vertegenwoordigers van o.a het Nederlands Jeugdinstituut, de Bernard van Leer Foundation, MOVISIE, Augeo Foundation, het Landelijk Programma Huiselijk Geweld en de Politietaak en het Kinderrechtencollectief bij de aanbieding van de Brandbrief aan de Tweede Kamer.
10
De quickscan is onderdeel van een omvat-
tender actieplan om de regionale aanpak
van seksueel geweld te verbeteren. Te
beginnen met Utrecht en Eindhoven is het doel
om in alle 35 centrumgemeenten een soortgelijk
onderzoek uit te voeren en de gemeentelijke
ketenpartners een steuntje in de rug te geven bij
het formuleren en uitvoeren van verbeteracties.
Kennis ebt wegDe laatste jaren is veel kennis en ervaring
in het signaleren, bespreekbaar maken en
behandelen van slachtoffers van seksueel geweld
weggesijpeld. Ook is het hulpverleningsaanbod
verschraald en is met name lotgenotenhulp
moeilijk te krijgen. Eén van de redenen hiervoor
is dat preventie en hulpverlening na seksueel
geweld vanaf 2000 langzaam uit de aandacht
is verdwenen, nadat het in de jaren tachtig
juist hoog op de agenda van instellingen en
Utrecht en Eindhoven verbeteren aanpak seksueel geweldMOVISIE heeft een quickscan uitgevoerd naar de aanpak van
seksueel geweld in Utrecht en Eindhoven. De uitkomsten hebben
beide gemeenten tot actie gebracht. De gemeenten gaan zorgen
dat het hulpaanbod van de instellingen beter te vinden is.
Verder zullen ze het thema seksueel geweld expliciet opnemen
in bestaande overleggen. Ook deskundigheidsbevordering staat
in het verbeterplan van beide gemeenten.
overheden stond. Vanaf dat moment is ook
steeds minder geïnvesteerd in deskundigheid,
uitwisseling, samenwerking en zorgvernieuwing
rond seksueel geweld.
HofnarretjeHet is niet denkbeeldig dat de slinger weer de
andere kant opgaat. De onderzoeken van de
commissies Deetman en Samson naar seksueel
geweld in respectievelijk kerkelijke internaten en
jeugdinstellingen alsmede grote misbruikzaken
als ‘Het Hofnarretje’ drukken overheden en
hulpverleningsinstellingen met de neus op de
feiten. Seksueel geweld heeft grote impact op
de slachtoffers, hun omgeving en de samenle-
ving als geheel!
QuickscanDe quickscan in Utrecht en Eindhoven is
uitgevoerd in opdracht van het Partnership
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Aanpak Seksueel Geweld. Doel van dit samen-
werkingsverband is om gezamenlijk de preventie
en aanpak van seksueel geweld een impuls te
geven. Het samenwerkingsverband is opgericht
door Rutgers WPF, Fiom en MOVISIE en bestaat
nu uit zo’n twaalf organisaties waaronder GGD
Nederland, MOgroep, Federatie Opvang, de
politie en verschillende kenniscentra. MOVISIE
vervult de secretariaatsrol. Begin 2012 is de
projectsubsidie van VWS voor het Partnership
op en zal elders geld verworven moeten worden
voor activiteiten zoals de quickscan.
Meer weten over de quickscan, de verbeterplannen van Utrecht en Eindhoven of over het Partnership Aanpak Seksueel Geweld? Kijk op www.seksueelgeweld.info of neem contact op met Nicole Doornink ([email protected] of 030 789 20 85).
Op 20 december 2011 heeft minister Bijsterveld van
Onderwijs het startschot gegeven voor WE CAN
Young. In dit project gaan jongeren tussen de 14
en 18 jaar in vijftien gemeenten zelf aan de slag
om geweld tegen meiden en ongelijkheid tussen
jongens en meisjes aan te pakken. Het project is
een initiatief van Importante en MOVISIE en vormt
onderdeel van de campagne ‘WE CAN end all vio-
lence against women’. Doel: jongeren meer bewust
maken van geweld tegen vrouwen en ongelijkheid.
FacebookDe jongeren verzinnen zelf acties om anderen
aan het denken te zetten over ongelijkheid,
discriminatie van meisjes en geweld tegen meiden
en vrouwen. Hun plannen variëren van een
graffiti wall tot een debatmiddag, van filmpjes op
YouTube tot banners op Facebook. Projectleider
Charlot Pierik: "De jongeren bedenken welke
materialen er moeten komen, ze schrijven slogans
en maken zelf de ontwerpen. Hierbij krijgen ze
begeleiding van professionals. Een mooie kans om
mee te werken aan een goed doel en tegelijkertijd
hun cv te voorzien van een grote dosis ervaring
op het gebied van organisatie, samenwerken,
publiciteit en nieuwe media."
Meer informatie: Charlot Pierik ([email protected] of 030 789 2116) of kijk op: www.wecanyoung.nl
Mensen met een verstandelijke beperking zijn
vaker slachtoffer van seksueel geweld dan
mensen zonder beperking. Ook is het seksueel
geweld ernstiger, en zijn de plegers meestal
bekenden van het slachtoffer. Dit zijn een paar
resultaten van het onderzoek Beperkt
weerbaar van Rutgers WPF en MOVISIE dat
afgelopen november is verschenen.
Rutgers WPF en MOVISIE pleiten voor een actief
en adequaat beleid binnen instellingen, en de
daadwerkelijke implementatie daarvan. “De sector
is al actief met beleid, maar er is nog winst te
Jongeren pakken geweld tegen vrouwen aan
behalen in het vergroten van de signaalgevoelig-
heid bij alle betrokkenen, zeker de professionals,”
zegt Nico van Oosten, senior onderzoeker van
MOVISIE.
In het rapport worden aanbevelingen gedaan voor
instellingen, zorgprofessionals en de overheid.
Het onderzoeksrapport is te downloaden via
www.movisie.nl/seksueelgeweld.
Meer informatie: Nico van Oosten ([email protected] of 030 789 20 9)
WE CAN Young
Beperking maakt kwetsbaar voor seksueel misbruik
De Onderzoekscommissie Deetman deed van medio 2010 tot december 2011 onafhan-
kelijk onderzoek naar seksueel misbruik van minderjarigen in de Rooms-Katholieke Kerk
van 1945 tot 2010. MOVISIE heeft bijgedragen aan het eindrapport door het schrijven van
twee essays. Een over de geschiedenis van de hulpverlening aan slachtoffers van seksueel
misbruik en een over de geschiedenis van de hulpverlening aan plegers van seksueel
misbruik. Daarnaast begeleidt MOVISIE begeleidt een project rond vroegsignalering en
preventie van seksueel misbruik in kerkelijke kring; door kerkelijk medewerkers én in
de gezinnen van de kerkgemeenschap zelf. Op de website van de Onderzoekscommissie
vindt u de samenvatting van het eindrapport en alle achterliggende documenten.
http://www.onderzoekrk.nl/
Meer informatie: Ina van Beek ([email protected] of 030 789 2082)
Verbetertraject commissie Deetman
11
Vrijwillige inzet en mantelzorg
In Nederland zijn ruim 5 miljoen (zorg)vrijwilligers en 1,5 miljoen mantelzorgers.
Zij en hun organisaties hebben goede randvoorwaarden en ondersteuning
nodig om hun werk te kunnen blijven doen. MOVISIE zet zich in voor kwaliteits-
verbetering van de infrastructuur rond vrijwilligerswerk en mantelzorg.
In Zuid-Limburg is de grens niet in zicht, inte-
gendeel. Trajekt, een brede welzijnsorganisatie
in Maastricht en omstreken, zoekt op allerlei
manieren naar nieuwe samenwerkingsvormen
tussen beroepskrachten en vrijwilligers. In 2012
start Trajekt het project ‘Levensloopbestendige
buurten’. Jan Arts van Trajekt: “Het wordt een
driejarig project, maar we kijken tien jaar vooruit.
Ik verwacht dat de situatie over tien jaar helemaal
is omgedraaid. Dan sturen de vrijwilligers de
beroepskrachten aan in plaats van andersom.”
BuurtraadHet project, dat in drie buurten start, werkt zo. Elke
drie maanden is er per buurt een workshop. In één
middag maken de beroepskrachten en vrijwilligers
samen een analyse van de buurt. Wat zijn de pro-
blemen en welke drie gaan ze oppakken zodat er
over drie maanden voortgang is geboekt? Jan Arts:
“De vrijwilligers zijn bijvoorbeeld leden van een
buurtraad. Ze kennen de buurt en de problemen
en dat geldt ook voor de beroepskrachten. Na drie
maanden volgt een nieuwe workshop waarna weer
drie nieuwe problemen worden aangepakt.”
ToekomstplanOver tien jaar ziet Jan Arts levensloopbestendige
buurten voor zich met bewoners aan het stuur.
“Ik hoop dat we dan een kleinschalige, buurtge-
Projecten formuleren waarin doel, aanpak
en resultaten vaststaan, vrijwilligers zoeken,
projecten uitvoeren, verantwoorden en door
naar het volgende project. Niet alle burgers
spreekt dit aan en willen zich committeren aan
een organisatie. Mensen houden van ruimte en
vrijheid. Stap daarom eens uit de projectencar-
rousel. Maar de missie als bindend middel
nemen en verder alles loslaten levert veel vragen
op. Hoe weten we dan wie, wat, waar doet
en hoe houden we regie? Hoe beschermen we
onze cliënten? En hoe verantwoorden we de tijd,
kosten en mankracht die we er als organisatie
in investeren? Compleet loslaten is niet geschikt
voor alle missies, mensen, organisaties en
financiers. Want mensen houden van vrijheid én
van kaders, van stabiliteit én vernieuwing, van
orde én chaos. Mensen houden van paradoxen.
Als organisatie loont het om in paradoxen te
denken en te zorgen voor maximalisatie van
beiden uitersten. Zodra je loslaat dat je moet
kiezen tussen vrijheid en kaders stellen, opent
zich een wereld aan kansen.
Eigen initiatiefDeze paradoxale aanpak wint terrein, en met
succes. Voorbeelden zijn het KWF, Amnesty
International, het WNF, Prokkel en WE CAN. Zij
Beroepskrachten en vrijwilligers werken steeds meer samen.
Taken die eerst door beroepskrachten werden gedaan, worden nu
door vrijwilligers overgenomen. Grenzen verschuiven. Maar is er
wel een grens?
Waar ligt de grens?
richte organisatie hebben die geleid wordt door
burgers. Ik verwacht dat er heel veel inzet is van
allerlei mensen uit de buurt, eventueel aangevuld
met deskundige vrijwilligers van buiten de buurt
en met beroepskrachten.” In zijn toekomstplaatje
verdwijnt het woord vrijwilliger. “Het zijn burgers
die zelf aan het stuur staan.”
Eén beroepskrachtZover is het nog niet in Zuid-Limburg. Jan: “Maar
we zijn wel een eind op weg! We werken er nu
naartoe dat één beroepskracht samenwerkt met
een aantal vrijwilligers. In kleinere gemeenten
werken we bijvoorbeeld al met een betaalde
ouderenadviseur die vrijwillige ouderenadviseurs
aanstuurt. We hebben ook een ‘klapperproject’
waarbij één beroepskracht de coördinatie doet en
waarbij de vrijwilligers de ouderen helpen bij het op
orde brengen van hun papieren en formulieren.”
UitdagingGrote uitdaging voor Trajekt is om goede vrijwil-
ligers binnen te halen. Jan: “Je kunt niet alleen
werken met vrijwilligers uit de buurt, alleen al
omdat kwetsbare mensen niet altijd geholpen
willen worden door iemand uit de buurt. Maar
daarnaast willen we kwalitatief goede vrijwilligers
binnenhalen. Ik ben nu in overleg met bedrijven. Ik
wil kijken of de mensen die vanwege pensionering
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Denk ook eens in paradoxen
uitstromen als vrijwilliger voor ons willen gaan
werken.” Zelf is hij ook van plan om van stoel te
wisselen. “Trajekt heeft 185 beroepskrachten en
moet volgend jaar krimpen. Alle mensen boven de
zestig hebben een aanbod gekregen om vervroegd
uit te stromen. Ik denk er sterk over om dat aanbod
aan te nemen en zelf vrijwilliger te worden. Ik wil
meemaken of het echt gaat werken.”
Zorg beter met vrijwilligers‘Zorg beter met vrijwilligers’ is een project dat
zorgorganisaties helpt om beter om te gaan met
vrijwilligers. Vanuit dit project zijn handige gratis
materialen gemaakt, zoals ‘Samen sterk voor
welzijn’, een lesbrief over samenwerking tussen
beroepskrachten en vrijwilligers in de zorg.
Verder zijn er instrumenten over de verschillende
grenzen van vrijwilligers, zoals de handreiking
‘Grenzen’. Kijk op www.zorgbetermetvrijwil-
ligers.nl voor meer informatie en materialen. Het
impulspakket Samenspel gaat een stapje verder.
Hierin staat het samenspel tussen beroepskracht
én mantelzorger centraal.
Meer informatie: Anita Peters ([email protected] of 030 789 2064).
Over tien jaar sturen de vrijwilligers de beroepskrachten aan.
Gemeenten, welzijnsstichtingen en vrijwilligersorganisaties zijn
allemaal op zoek naar betrokkenheid en inzet van burgers bij
hun missie. De paradoxale aanpak wint terrein.
hebben een heldere missie, organiseren projec-
ten waar mensen zich voor kunnen inzetten,
maar daarnaast stimuleren ze ook dat mensen
hun eigen initiatief uitvoeren ten bate van de
missie. Of je nu een collecte, een sponsorloop,
Alpe d’HuZes of een feest organiseert, als jij je
betrokkenheid met de missie van het KWF wilt
omzetten in actie, zijn zij de eerste die met je
mee willen denken. Prokkel is ook zo’n inspire-
rend voorbeeld. Een Prokkel is een prikkelende
ontmoeting tussen mensen met en zonder een
beperking. Ontmoetingen moeten erop gericht
zijn dat de deelnemers zich bewust worden
van elkaars talenten. Hoe, door wie en waar de
ontmoeting wordt vormgegeven, staat de lokale
uitvoerders vrij. De Landelijke Prokkelorganisatie
zwengelt aan, ondersteunt en faciliteert, maar
neemt nooit over.
Wilt u als vrijwilligersorganisatie, welzijnsstichting
of gemeente paradoxen verkennen en betrokken-
heid genereren?
Meer informatie: Fraukje van Dijk ([email protected] of 030 789 2051) of Willem-Jan de Gast (w.degast@movisie of 030 789 2101) of kijk op www.movisie.nl/betrokkenheid
Vrijwilligers- management in de Wmo-raadHoewel Wmo-raden veelal op vrijwilligers draaien,
is er binnen die raden weinig aandacht voor vrijwil-
ligersmanagement. Een gemiste kans, want vrijwil-
ligersmanagement kan ervoor zorgen dat de Wmo-
raad over de juiste mensen beschikt en het werk
goed kan uitvoeren. Herkenbaar? MOVISIE heeft
een praktische handleiding opgesteld waarin u kunt
lezen wat vrijwilligersmanagement binnen Wmo-
raden inhoudt en hoe u ermee aan de slag kunt.
Hiervoor is gebruik gemaakt van de 5xB-methode
die stap voor stap met voorbeelden en instrumen-
ten is uitgewerkt. De brochure is een aanrader
voor Wmo-raden die bezig zijn nieuwe ambities en
rollen vorm te geven. Vrijwilligersmanagement kan
u helpen de gewenste samenstelling van de Wmo-
raad vorm te geven en de Wmo-raadsleden voor
langere tijd aan uw raad te binden.
De brochure ‘Vrijwilligersmanagement in de
Wmo-raad’ is te downloaden of te bestellen via
www.movisie.nl/publicaties.
Meer informatie: Vanessa Zondag ([email protected] of 030 789 22 59).
Onderzoek buurthulpHet project van Trajekt doet mee aan
een onderzoek naar de effectiviteit
van buurthulpmethoden, onderdeel
van het programma Sociaal Werken in
de Wijk. Kijk voor meer informatie op
www.movisie.nl.
Vrijwilligers kennen de buurt en de problemen.
Leestip‘Sturing en Ruimte. Een nieuw
managementconcept gebaseerd op de
filosofie van de paradox’, Leo van de
Vorst en Henk Roelofs (Kluwer, 2009).
12
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Vrijwilligersbranche heeft eigen agenda
De belangstelling vanuit studenten-
verenigingen voor vrijwilligerswerk
stijgt. Dat merkte MOVISIE tijdens de
congresweek Europese Tour. Studenten-
verenigingen hebben in veel gevallen
een maatschappelijke ambitie en stu-
denten willen best als vrijwilliger aan de
slag, zeker in de stad waar ze studeren.
Probleem is dat ze vaak niet weten hoe.
Ook organisaties weten vaak niet hoe ze
Vrijwilligerswerk door studenten
deze groep kunnen inzetten. MOVISIE
maakt zich sterk om studentenverenigin-
gen te helpen bij de uitwerking van hun
maatschappelijke aspiraties.
Meer informatie: Iris Kummeling ([email protected] of 030 789 21 45) of op www.vrijwilligerswerk.nl.
Congresweek Europese Tour: leerlingen interviewen minister Van Bijsterveldt (OCW) tijdens de bijeenkomst MaS in the Spotlight.
Congresweek Europese Tour: met deze intentieverklaring benadrukken bedrijven hun betrokkenheid bij MBO. De intentieverklaring werd getekend tijdens het eerste MBO Koplopersoverleg.
Staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten (VWS) reikt samen met Ivo Niehe de landelijke meer dan handen awards uit. De uitreiking werd bijgewoond door Prinses Margriet.
Prinses Margriet poseert met de winnaars van de landelijke meer dan handen awards. De uitreiking vond plaats in het DeLaMar Theater in Amsterdam.
Optreden van Battle por fiesta tijdens de uitreiking van de landelijke meer dan handen awards.
Congresweek Europese Tour: studenten debatteren over de zin en onzin van vrijwillige inzet door studentenverenigingen tijdens een inspiratiearena.
Toekomstagenda De agenda van vrijwilligersorganisaties
liegt er niet om. Het vrijwilligerswerk
moderniseert en wil dat verder
doorvoeren door te bouwen aan
kennis over sociale media. Dit is één
van de nieuwe instrumenten voor het
vinden en binden van vrijwilligers dat
bovendien nieuwe vormen van vrijwil-
lige inzet creëert. Daarnaast willen de
organisaties hun vrijwilligers, besturen
en coördinatoren de kans geven om te
werken aan deskundigheid.
Op de ‘Toekomstagenda Vrijwil-
ligerswerk’ staat ook het instellen
van een goed opleidingsbeleid en het
erkennen van verworven competen-
ties. Dit maakt het vrijwilligerswerk
aantrekkelijker, hoewel de professio-
nalisering niet moet doorslaan, vinden
de organisaties. Geheel in lijn hiermee
gaan ze komende jaren actief aan de
slag met uitwisseling van kennis en
ervaring.
Nieuw is het initiatief om vrijwilligers
de kans te geven te ‘hoppen’ tussen
organisaties, om zo kennis te versprei-
den en competenties op te doen. Ook
het voornemen voor het vormen van
lokale coalities draagt bij aan kennis-
delen en aan de kwaliteit van de
dienstverlening. Een leuke ambitie is
het plan van vrijwilligersorganisaties
om ook zelf maatschappelijk verant-
woord te gaan ondernemen: Practice
what you preach! Een laatste punt op
de ‘Toekomstagenda Vrijwilligerswerk’
is het plan van vrijwilligersorganisaties
om overheden actiever te gaan
wijzen op het belang van een gunstig
vrijwilligersklimaat en de verantwoor-
delijkheid van de overheid hierin.
Manifest voor RutteDat laatste agendapunt sluit perfect
aan bij het manifest ‘Cement voor een
sterk gebouw’ van Vereniging NOV.
Zij roept premier Rutte en het kabinet
hierin op om verantwoordelijkheid te
nemen voor een brede vrijwilligers-
sector, dus een sector die niet alleen
gericht is op zorg. In het manifest
wordt gepleit voor een coördinerend
minister voor vrijwilligerswerk,
voor vrijwilligerswerkbeleid bij alle
departementen en voor een integrale
beleidsbrief vrijwilligerswerk. Er wordt
ook gevraagd om lastenverlichting,
het wegnemen van regeldruk en
het mogelijk maken dat giften
aan vrijwilligersorganisaties fiscaal
aftrekbaar zijn. Daar waar de
vrijwilligersorganisaties aangeven zelf
ook te willen investeren in de kwaliteit
en innovatie van het vrijwilligerswerk
en deskundigheidsbevordering van
het vrijwilligerswerk, vragen de
ondertekenaars van het manifest
aan de overheid dit actief te blijven
ondersteunen.
Het ministerie van VWS komt voorjaar
2012 met een nieuwe beleidsbrief
vrijwilligerswerk en mantelzorg.
DownloadsHet manifest Cement voor een sterk
gebouw: www.nov.nl.
De Toekomstagenda Vrijwilligerswerk:
www.movisie.nl.
Meer informatie: Mark Molenaar ([email protected] of 030 789 22 03).
13
2011 was het Europees jaar voor het vrijwilligerswerk. In heel Europa is
hard gewerkt aan het stimuleren van een gunstig vrijwilligersklimaat.
In de ‘Toekomstagenda Vrijwilligerswerk’ vertellen Nederlandse
vrijwilligersorganisaties hoe zij hiermee verder gaan. In het manifest
‘Cement voor een sterk gebouw’ roept Vereniging NOV premier Rutte op
om zijn verantwoordelijkheid te nemen.
In Nederland zijn ruim 5 miljoen (zorg)vrijwilligers en 1,5 miljoen mantelzorgers.
Zij en hun organisaties hebben goede randvoorwaarden en ondersteuning
nodig om hun werk te kunnen blijven doen. MOVISIE zet zich in voor kwaliteits-
verbetering van de infrastructuur rond vrijwilligerswerk en mantelzorg.
Vrijwillige inzet en mantelzorg
Zorg vindt steeds vaker thuis plaats, met
mensen uit het eigen sociale netwerk.
Dat heeft alles te maken met de
veranderingen waar mensen met een chronische
ziekte of beperking mee te maken hebben. Zo
zijn de pakketmaatregelen van de AWBZ naar
de Wmo verschoven, komen cliënten alleen
nog in aanmerking voor een persoonsgebonden
budget als zij een indicatie voor verblijf hebben
en is kortdurend verblijf vanuit de AWBZ alleen
nog mogelijk als er permanent toezicht nodig
is. Maar hiermee is geen einde gekomen aan de
wijzigingen. Vanaf 2013 zullen namelijk nieuwe
aanvragen voor extramurale dagopvang vanuit de
Wmo worden opgevangen, vanaf 2014 geldt dit
voor alle aanvragen.
Druk op mantelzorgDoor alle bezuinigingen wordt de druk op
mantelzorgers groter. Mantelzorgers hebben een
eigen sociaal leven met bijbehorende activiteiten
BloemencorsoIn Gelderland en Overijssel worden verenigingen
vanuit de provincie aangemoedigd om hun man-
telzorgende leden ‘binnenboord te houden’. Ze
kunnen daarbij gebruik maken van een toolkit
met communicatiematerialen, handreikingen en
tips. Een mooi voorbeeld van een mantelzor-
gende vereniging is de bloemencorsovereniging
‘Veur Mekare’ in Lichtenvoorde. Eén van de
leden heeft een gehandicapt zoontje. Zijn andere
zoontje helpt graag mee met het bouwen van
de corsowagen. Maar dat kan niet altijd, omdat
de ouders vaak thuis moeten blijven voor hun
kind. Door de expliciete aandacht voor mantel-
zorgers zorgen de leden van ‘Veur Mekare’ er nu
voor nu dat één van hen het jongentje ophaalt,
op hem let tijdens het werken aan de wagen en
hem weer thuisbrengt.
Ideeënatelier Ook in Amersfoort ontwikkelen zich diverse
initiatieven om de mantelzorger sociaal
actief te houden. De gemeente heeft het
initiatief genomen om samen met verpleeg-
en verzorgingshuizen laagdrempelige dagopvang
te bieden waar burgers zonder indicatie terecht
kunnen. Samen met zorgverzekeraars Achmea
en Agis heeft de gemeente daarnaast twee
‘Ideeënateliers respijtzorg’ georganiseerd.
In tijden van bezuinigingen is het extra belangrijk om alert te
zijn op mantelzorgers. We hebben ze immers hard nodig!
Het vrijwilligerswerk anders organiseren zodat vrijwilligers
meer ruimte krijgen? Het kan, zo blijkt uit het adviesrapport dat
MOVISIE najaar 2011 maakte voor welzijnsstichting Haarlem
Effect. Zelfsturing door vrijwilligers biedt talrijke voordelen,
zoals grotere betrokkenheid van vrijwilligers en instroom van
een nieuw type vrijwilligers.
Geef de mantelzorger meer lucht
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Vrijwilligers willen graag meer invloed uit kunnen oefenen op activiteiten.
nodig om te kunnen ontspannen. Maar vanwege
de druk op het zorgen, zetten zij hun eigen
sociale activiteiten vaak op een laag pitje. Het
gevolg is dat het sociale netwerk slinkt en de
mantelzorger geen tijd heeft om nieuwe energie
op te doen. De kans op overbelasting wordt
hierdoor groter. En dat, terwijl we de mantelzorg
zo hard nodig hebben. Op diverse plekken in
Nederland zijn vernieuwende manieren van
gezamenlijk werken en denken ontstaan, die
leiden tot mooie alternatieve vormen van zorg
en ondersteuning.
Doel: verkennen of mantelzorgers in Amersfoort
meer mogelijkheden voor respijtzorg geboden
kan worden. Tijdens het atelier bleek dat de
thuiszorgorganisatie ‘Buurtzorg’ plannen had
voor een respijthuis en dat één van de instel-
lingen voor mensen met een beperking hierover
mee wilde denken en nog wel een locatie in het
centrum wist.
RespijtwijzerUit deze voorbeelden blijkt dat er verschillende
ideeën ontplooid worden om de mantelzorger
in tijden van bezuinigingen te ondersteunen en
sociaal betrokken te houden. Respijtzorg (tijdelijke
en volledige overname van de zorg) speelt
hierbij een belangrijke rol. Vele vernieuwende en
bestaande vormen van respijtzorg zijn te vinden
op www.respijtwijzer.nl.
Meer informatie: Roos Scherpenzeel ([email protected] of 030 789 20 65).
Amersfoort biedt dagopvang zonder
indicatie.
Willen vrijwilligers wel meer invloed?
“Zelfsturing door vrijwilligers is hot in het
vrijwilligerswerk”, merkt Vanessa Zondag
van MOVISIE. “Door alle bezuinigingen en
het wegvallen van beroepskrachten beseffen
organisaties dat ze het werk anders moeten
organiseren.” Het verzoek van welzijnsstichting
Haarlem Effect kwam dan ook niet als een
verrassing. “We willen de invloed van vrijwilligers
op een goede manier regelen, zodat ze weten
waar ze invloed op hebben en tevreden zijn over
de mate van invloed”, legt manager Moniek
Stricker van Haarlem Effect uit.
Digitaal MOVISIE heeft bij de welzijnsstichting een kort
digitaal onderzoek onder vrijwilligers gedaan naar
de huidige situatie in inspraak, medezeggenschap
en zelfsturing door vrijwilligers. Hebben vrijwilligers
invloed op bijvoorbeeld het activiteitenprogramma?
En is er ruimte voor eigen initiatief? Via interviews
met sleutelfiguren zijn de uitkomsten verder uitge-
werkt en gepresenteerd tijdens twee werksessies:
één met vrijwilligers en één met beroepskrach-
ten. Daar is ook een aantal vormen getoetst voor
de inspraak, medezeggenschap en zelfsturing
door vrijwilligers binnen Haarlem Effect. Vanessa
Zondag: “Het werkt goed om vrijwilligers
en beroepskrachten er in dit stadium al bij te
betrekken. Zo werken we meteen aan draagvlak
en eigenaarschap.”
UitkomstenUit het onderzoek blijkt dat vrijwilligers niet veelei-
send zijn. “Zij willen graag meer invloed uit kunnen
oefenen op activiteiten- en locatieniveau. Ze willen
ook meer duidelijkheid over hun bevoegdheden.
Iets meer dan de helft vindt het belangrijk om ook
mee te kunnen beslissen over vrijwilligerskwesties”,
vertelt Vanessa Zondag. “Professionele ondersteu-
ning blijft hierin belangrijk. Vrijwilligers hebben
namelijk vooral behoefte aan veiligheid en willen
het gevoel van rugdekking ervaren.” Moniek Stric-
ker is blij met het adviesrapport. “Heel verhelderend
als een derde partij zoals MOVISIE kritisch kijkt naar
dit onderdeel van het vrijwilligersbeleid. Met deze
uitkomsten kunnen we samen met de vrijwilligers
de inspraak, medezeggenschap en zelfsturing
vormgeven.”
Wilt u ook meer zelfsturing door vrijwilligers? Neem contact op met Vanessa Zondag ([email protected] of 030 789 22 59).
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
14
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
Nieuw kenniscentrum over maatschappelijke stage
Maatschappelijke stage is vanaf dit school-
jaar een exameneis voor alle leerlingen die
nu instromen in het voortgezet onderwijs.
Leerlingen kunnen geen eindexamen
doen als zij niet ten minste dertig uur
maatschappelijke stage hebben gedaan.
Maar nog lang niet alle scholen en
organisaties zijn er helemaal klaar voor om
maatschappelijke stage schoolbreed aan te
bieden of een maximaal leerresultaat uit
maatschappelijke stage te halen. Daarom
kunnen scholen, stagebieders en maat-
schappelijk makelaars vanaf nu terecht
bij het Kenniscentrum Maatschappelijke
Stage. Het kenniscentrum wordt bemand
door CPS Onderwijsontwikkeling en advies
en MOVISIE en is te bereiken via 06 31 02
63 63 of [email protected]. U kunt er terecht
voor informatie, advies op maat, onder-
steuning in de regio, trainingen, workshops
en intervisiebijeenkomsten. Natuurlijk kunt
u ook bij uw vertrouwde MOVISIE-adviseur
terecht met vragen. Kijk verder op
www.movisie.nl/maatschappelijkestage.
Diversiteit
De samenleving kent een grote verscheidenheid aan mensen. MOVISIE wil bijdragen
aan het verbinden van mensen en aan de participatie en het welzijn van burgers in
al hun diversiteit.
Leidinggevenden in zorg en
welzijn kennen het probleem:
allochtone vrouwen melden
zich regelmatig als vrijwilliger, maar
uiteindelijk haken ze vaak toch weer af.
Omdat de samenwerking niet soepel
loopt, omdat afspraken niet duidelijk
zijn en vanwege wederzijds onbegrip.
Dat is ook de ervaring van Sjoekie van
der Meer, projectleider van het project
‘Met Hart en Handen voor de Zorg’ en
ooit zelf leidinggevende in de zorg.
WervingZe ontwikkelde ‘Met Hart en Handen
voor de Zorg’, een eenjarig project in
Haarlem, waarbij twaalf professionals
zijn opgeleid die samen vijfentwintig
allochtone vrijwilligsters coachen. Een
mooi initiatief waar de gemeente, de
Vrijwilligerscentrale Haarlem en de
welzijnsinstelling DOCK alle drie warm
voor liepen. “We hebben de verschil-
lende rollen op elkaar aan laten sluiten
en zijn tot een alliantie gekomen. Daar
hadden we vanuit Duizend en één
Kracht ervaring mee opgedaan”, aldus
Jenny van Eyma van MOVISIE.
“We lezen regelmatig berichten van
meisjes die het leven niet meer zien
zitten”, vertelt Jasmina Nellestijn, pro-
jectleider bij Marokko Media, uitgever
van de populaire websites Marokko.
nl en Hababam.nl. Samen met Indian
Feelings, uitgever van de gelijknamige
website voor de Hindoestaanse gemeen-
schap, trok ze bij MOVISIE aan de bel.
“We maken ons echt bezorgd.”
Terecht, zo blijkt uit onderzoek. Jonge
Turkse en Hindoestaanse meiden
denken vier tot zes maal vaker aan
zelfmoord dan hun leeftijdgenoten.
Opvallend is dat het suïcidaal gedrag
van deze meisjes vaak te maken heeft
met de strenge regels thuis. “Ze kunnen
thuis meestal niet over hun gevoelens
Al jaren scoren meiden van Turkse en Hindoestaanse
afkomst veel hoger in de statistieken dan hun
leeftijdgenoten als het gaat om zelfmoordpogingen.
Hanneke Felten van MOVISIE maakte een
hulpgids: “Belangrijk is dat deze meiden op tijd
naar de hulpverlening stappen. Maar ook dat de
hulpverlening weet hoe ze kunnen helpen.”
praten, vooral niet als het gaat om zaken
als relaties, verliefdheid en seksualiteit.
En de angst voor roddel is enorm groot”,
vertelt Hanneke Felten. “Dezelfde
problemen gelden overigens ook voor
Marokkaanse meisjes, al doen zij minder
vaak een zelfmoordpoging.”
Je staat niet alleenSpeciaal voor deze meiden ontwikkelde
MOVISIE, samen met meiden uit de
doelgroep én Marokko Media en Indian
Feelings, de website www.jestaatnietal-
leen.nl. Felten: “We hebben gemerkt
dat de meisjes veel vooroordelen over
de hulpverlening hebben. Zo zijn ze
bang dat hun problemen onmiddellijk
aan hun ouders worden doorverteld, of
dat je bij wijze van spreken meteen in
een dwangbuis wordt gestopt. Internet
blijkt een veilige plek voor hen.”
Ook voor de andere kant was aandacht.
Felten: “We hebben de hulpverleners
achter de website getraind om beter
om te gaan met culturele verschillen.”
Daarnaast verscheen voor iedereen
die met jongeren werkt de publicatie
‘Als meiden geen uitweg meer zien’:
een praktisch gidsje met antwoord
op vragen als: hoe herken je suïcidaal
gedrag, hoe kun je deze meisjes helpen
en wat moet je juist niet doen?
Meer informatie: Hanneke Felten ([email protected] of 030 789 21 10) of kijk op www.jestaatnietalleen.nl
Afgelopen zomer zijn in Haarlem twaalf medewerkers uit vijf zorg- en
welzijnsinstellingen opgeleid om allochtone vrijwilligers op de werkvloer te
coachen. Voor de vrijwilligers blijkt dit een opstap naar werk. MOVISIE heeft
een trainingstraject ontwikkeld en traint de coaches.
Coaching op de werkvloer
Online hulp voor multiculturele meiden
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
TrainingstrajectIn de training hebben de medewerkers
de kneepjes van het coachen geleerd.
Ook is ingegaan op onderwerpen
als interculturele communicatie en
empowerment. Sjoekie: “Je ziet bij
coaches dat zij graag vrijwilligers
willen helpen. De training heeft de
coaches geleerd om open vragen te
stellen waardoor de vrijwilligers in hun
eigen kracht gaan geloven. Bijvoor-
beeld als ze een aanmelding krijgen
van een vrouw die vrijwilligerswerk
wil doen om punten te halen voor de
inburgering, niet omdat ze affiniteit
heeft met zorg of welzijn. In de
training stimuleren we coaches om
zo’n vrouw aan een vrijwilligersklus te
helpen waar wel haar hart bij ligt.”
Gemeente‘Met Hart en Handen voor de Zorg’ is
een mooi voorbeeld van een project
waarbij de gemeente Haarlem samen
met instellingen kwetsbare groepen
aan het werk helpt. Sjoekie: “Het is
een methodiek die overdraagbaar is
naar andere organisaties en ook in
te zetten in andere werksituaties.”
In Haarlem loopt het project januari
2012 af. Voorjaar 2012 is de
methodiek beschikbaar voor andere
gemeenten.
Meer informatie: Jenny van Eyma ([email protected] of 030 789 21 39).
Op 28 november 2011 maakte Jetta
Klijnsma de winnaar van de lustrum-
editie van de MOVISIE Diversiteitsprijs
bekend: OP STAP MET OMA van
Stichting Welzijn Innovatiegroep
Nederland. De Diversiteitsprijs bekroont
jaarlijks een project dat invulling geeft
aan diversiteit op lokaal, regionaal
of landelijk niveau. Het thema is dit
jaar ‘Ouderen, de generatie van de
toekomst?’ Uit het juryrapport: “Het
project brengt jong en oud samen.
Opa’s en oma’s doen immers altijd
leuke dingen en hebben extra aandacht
voor de jeugd. Jongeren vinden het
leuk om meer aandacht te hebben voor
(kwetsbare) ouderen.” De jury prijst de
oP STAP mET omA wint Diversiteitsprijs 2011
reikwijdte van het project: het bestrijdt
niet alleen eenzaamheid van ouderen,
maar ook van jongeren. De andere
genomineerden waren: ‘Dorpshulp’
(Bewonerscommissie Haskerdijken/
Nieuwebrug) en ‘Wat ik later wilde
worden’ (Stichting GetOud). Veertig
projecten hebben meegedongen naar
de prijs. Lees het juryrapport en bekijk
filmpjes over de drie genomineerde
projecten op www.movisie.nl/
diversiteitsprijs.
Meer informatie: Annie Oude Avenhuis ([email protected] of 030 789 21 15).
Coaches leren vrijwilligers om in hun eigen kracht te geloven.
Tien gemeenten onder de loepMOVISIE onderzoekt in 2012 in tien gemeenten wat hun beleid is
voor vrouwen aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Het onderzoek
is onderdeel van het landelijke programma ‘Eigen Kracht’ (het
vervolg op ‘Duizend en één Kracht’) waar het project ‘Met Hart en
Handen voor de Zorg’ onder valt. De uitkomsten komen beschikbaar
voor gemeenten die hun beleid en voorzieningen beter willen
toesnijden op de participatie van laagopgeleide vrouwen.
15
moVISIE kort
VERWACHT:
De gekantelde manier van werken, actiepunten voor gemeentenHoe bereidt de gemeente zich voor op de nieuwe AWBZ taken?
Uitgangspunt van beleid is de gekantelde manier van werken:
in een persoonlijk gesprek met betrokkenen bepalen wat nodig is.
Binnenkort op www.movisie.nl/decentralisatie
colofon
© MOVisie, Utrecht 2012
Jaargang 6, februari 2012, nummer 13
eindredactie: Communicatie MOVisie, i.s.m.
Tekstburo Gort
Teksten: MOVisie, Tekstburo Gort
Vormgeving en productie: suggestie & illusie, Utrecht.
Fotografie:
Hans van Rhoon, Bert spiertz, Friso spoelstra,
inge van Mill, Gerlo Beernink, Werry Crone en
Peter Hilz (Hollandse Hoogte), Harry de Fotograaf,
Joyce van Belkom
Overname van (delen van) artikelen is met
bronvermelding toegestaan.
issN: 1876-0422
MOVisie
Postbus 19129, 3501 DC Utrecht
Catharijnesingel 47, 3511 GC Utrecht
T 030 789 20 00 * F 030 789 21 11
www.movisie.nl * [email protected]
Volg movisie op Twitter @movisie
inhoudelijke vragen:
[email protected] of 030 789 21 12.
Gratis abonnement op MOVISIES aanvragen of
beëindigen? Ga naar Mijn MOVISIE op www.movisie.nl
MOVisie is hét landelijke kennisinstituut en advies-
bureau voor maatschappelijke ontwikkeling. We bieden
toepasbare kennis, adviezen en oplossingen bij de
aanpak van sociale vraagstukken op het terrein van
welzijn, participatie, zorg en sociale veiligheid. in ons
werk staan vijf actuele thema’s centraal: huiselijk &
seksueel geweld, kwetsbare groepen, leefbaarheid,
mantelzorg en vrijwillige inzet.
Chillen in het groenHet effect van van groen op hangplekken en
speelplaatsen op jongeren. Gratis te downloaden
via www.movisie.nl/publicaties
Decentralisaties:AWBZ, WWNV en Jeugdzorg
16
Vrijwilligers: vinden en binden van betrokken medewerkers (M&O)Hoe krijgt u de juiste vrijwil-
liger op de juiste plek? Hoe
kunt u ze waarderen en
belonen? En hoe zorgt u
dat vrijwilligers blijven? Te
bestellen voor € 8,50.
Als meiden geen uitweg meer zien 10 antwoorden over
suïcidaal gedrag onder
meiden van Turkse, Marok-
kaanse en Hindoestaanse
afkomst. Voor professionals
en vrijwilligers die werken
met meiden. Gratis te
downloaden of te bestellen
voor € 6,50.
Pleit voor vitaliteitEen vitale organisatie kent
een lager ziekteverzuim,
een beter imago en minder
ongewenst verloop. Voor
HRM-professionals.
Gratis te downloaden via
www.movisie.nl/vitaliteit.
Nieuwe publicaties Kijk voor meer informatie op www.movisie.nl/publicaties.Prijzen zijn exclusief een bijdrage van € 2,50 in de verzendkosten.
hart
ziel
Een wegwijzer voor human resources
Pleit voor vitaliteit
GezondheidHoe gaat het met de gezondheid van homo’s en lesbo’s in Nederland?
In 2010 concludeerde het SCP dat homoseksualiteit steeds gewoner
is, maar nog altijd niet gewoon. Lesbische vrouwen, homomannen en
biseksuelen krijgen vaak te maken met onbegrip, discriminatie, afkeer,
uitsluiting, verbaal en fysiek geweld. Dat zorgt voor verschillende
gezondheidsklachten.
Handreiking homo-emancipatie
homo emancipatie gezondheid.indd 1 27-05-11 12:16
Handreiking homo-emancipatie
Gratis LHBT-beleidDeze handreiking biedt gemeenten handvatten om de
emancipatie van lesbische vrouwen, homomannen, biseksuelen
en transgenders (LHBT) te bevorderen zonder extra geld uit
te geven.
homo emancipatie Gratis LHBT-beleid.indd 3 14-10-11 16:06
Duizend en één sterrenIn Duizend en één Sterren
achttien van de vele,
inspirerende aanpakken
die voortkomen uit
Duizend en één Kracht.
Meer informatie: www.
duizendeneenkracht.nl
Krimp in beeld - De sociale gevolgen van demografische veranderingenIn een casestudy in de
gemeente Borger-Odoorn
in Drenthe wordt de
dagelijkse realiteit van het
wonen in een krimpgebied
geschetst. Gratis te
downloaden of te bestellen
voor € 5,-
Kr8! Met Kr8! hebben jongeren
in de begeleiding het heft
zelf in handen: zij worden
eigenaar en kiezen hun
eigen moment.
Gratis te downloaden of te
bestellen voor € 7,95
Profiel 'De zinvolle hulpverlener' Wat voor gedrag laat de
zinvolle hulpverlener zien?
Waar liggen zijn capacitei-
ten? Voor hulpverleners
die wat vaker stil willen
staan bij zingeving, van
cliënten, maar ook bij hun
eigen zingeving. Gratis te
downloaden.
Handreiking homo-emancipatie: gratis LHBT-beleidMet tips om de emancipatie
van lesbische vrouwen,
homomannen, biseksuelen
en transgenders (LHBT) te
bevorderen zonder extra
geld uit te geven. Gratis te
downloaden of te bestellen
voor € 5,00.
Handreiking homo-emancipatie: gezondheidLiteratuuronderzoek e
gezondheid van LHB’s
met aanbevelingen voor
gemeenten, instellingen
en professionals. Gratis te
downloaden of bestellen
voor € 7,00
De vitale leidinggevendeDeze kaartenset met ‘7
werkende principes van
vitaliteit’ biedt managers
inspiratie, tips en handvat-
ten voor meer vitaliteit.
Gratis te bestellen via
www.movisie.nl/vitaliteit.
KunstkrachtStem, beeld en verhaal van vrouwenKunstfactor presenteert
i.s.m. MOVISIE een
impressie van de
empowerende werking
van kunstbeoefening.
Zie www.kunstfactor.nl
VERWACHT:Hoe breng ik mensen in hun kracht?’Werken aan zelfregie betekent dat je klanten
ondersteunt bij het vinden van eigen oplossingen.
Voor werkers in hulp- en dienstverlening.
‘Kunst brengt…’Deze community arts-film
laat zien dat professionals
in Nederland en ontwikke-
lingslanden bezig zijn met
dezelfde maatschappelijke
en gezondheidsthema’s. Zie
www.movisie.nl/e-motive.
DuizenD en één Sterren
18 succesverhalen uit Duizend en één Kracht
1001sterren omslag.indd 2 24-11-11 16:04
De sociale gevolgen van demografische veranderingen
Krimp in beeld
omslag-Krimp.indd 1 12-12-11 14:33
Voor jongeren in begeleiding
Gulle gever of penningmeester?Doe de geldtype-test
De wondervraag als al je problemen opgelost zijn
Vrijheid, respect of roem…Wat vind jij belangrijk?
Ontdek je kracht met de
KR8-meter
kr8!-omslag.indd 1 28-10-11 16:09
De zinvolle hulpverlenerProfiel voor werken aan zingeving
6 februari 2012 – 4 dagdelen Kwartiermaken in een maatschappelijk steunnetwerkU maakt als professional Zorg en Welzijn kennis
met kwartiermaken in een maatschappelijk
steunnetwerk en de eigen rol daarin, zodat de
samenleving ontvankelijker wordt voor mensen
met een psychische beperking.
7 februari 2012 – 5 dagdelenCoaching VrijwilligersmanagementAls coördinator vrijwilligerswerk heeft u een
drukke baan. Op routine komt u een heel eind,
maar waar krijgt u energie van in uw werk? Wat
is het effect van uw inzet? Deze training gaat
hierop in.
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
TrainingenKijk voor het complete overzicht van onze trainingen op www.movisie.nl/trainingen. U kunt zich hier ook aanmelden voor een training.
Vitaal leidinggeven: 7 werkende principes
Op zoek naar het levende bewijs Evidence based werken
sluit aan bij de roep om
kwaliteitsverbetering. Ook
bij vrijwilligersorganisaties?
Gratis te downloaden of te
bestellen voor € 17,50.
Kees Penninx
Renske van der Zwet Op zoek naar het
levende bewijs
Een essay over evidence based werken
in de vrijwillige sector
7 februari – 4 dagdelenWNS-workshop Relatie opdrachtgever-opdrachtnemerIn deze workshop leert u hoe u als gemeente en
welzijnsorganisatie kunt samenwerken, maar ook
hoe u de burger betrekt bij het vormgeven van
Welzijn Nieuwe Stijl.
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Trainingsaanbod Welzijn Nieuwe StijlZijn professionals, organisaties en gemeenten
WNS-proof? Er zijn in 2012 nieuwe trainingen op
het gebied van Welzijn Nieuwe Stijl. Ga voor het
aanbod naar www.movisie.nl/trainingen.
10 vragen over suïcidaal gedrag onder meiden van
Turkse, Marokkaanse en Hindoestaanse afkomst
Als meiden geen uitweg meer zien