MOVISIES 10: Wmo & het platteland

16
Algemeen 2011 is het Europees Jaar van het vrijwilligerswerk 3 Kwetsbare groepen Boerenkans helpt boeren om nieuwe kansen te pakken 5 Leefbaarheid Gemeente: maak gebruik van de jongerenkeet! 6 Mens en organisatie Wonen, welzijn en zorg: samenwerken in een kleine gemeente 8 Beroepsontwikkeling Wat moet een manager in zorg en welzijn in huis hebben? 9 Huiselijk en seksueel geweld Vrijbuiters uitgebuit: nieuw boek over jongensprostitutie 10 Vrijwillige inzet en mantelzorg Maatschappelijke stage op het platteland? Doen! 12 Diversiteit Homobeleid op het platteland brengt geld in het laatje 15 Agenda, trainingen en publicaties 16 MOVISIES Relatieblad over maatschappelijke ontwikkeling * januari 2011 * nr 10 Krimp op het platteland I eder half uur slaat de kerkklok in Zijldijk. Niet dat er nog een kerk is. De klok staat op het dak van het dorpshuis dat vroeger een basisschool was. Zijldijk is een lintdorp van 222 inwoners in noordoost Groningen. De twee basisscholen zijn al lang gesloten, de winkels zijn woonhuizen geworden, de bushalte is opgeheven en precies een jaar terug vond ook de allerlaatste kerkdienst plaats. Bloeiend En toch is Zijldijk aantrekkelijk om te wonen. Dat blijkt tijdens een rondwandeling met enkele enthousiaste leden van de vereniging van dorpsbelangen. Alle woningen zijn bewoond, er is een bloeiend verenigingsleven en in één van de boerderijen zit een particuliere basisschool op antroposofische basis. “Het liefst willen we het dorp uitbreiden, maar dat zit er niet in”, vertelt een bewoner. “We zijn bang voor krimp. Daarom doen we zoveel aan de leefbaarheid.” met het dorp. Bewoners lopen binnen voor koffie. Maar ze laten hier ook hun fietsband plakken.” Groen gas Die persoonlijke inzet van bewoners is de kracht van Zijldijk. Een van de deelnemers aan de werkplaats: “Er wordt hier niet gezeurd. De Groningse mentaliteit is: schouders eronder en doorgaan.” Een ander: “Ik vind de mensen in Zijldijk vernieuwend. Welke vereniging van dorpsbelangen wil nou een biovergistinginstal- latie?” En daarmee doelt hij op het plan om het dorp onafhankelijk te maken van een energiebedrijf. De initiatiefnemer: “Dit levert bewoners geld op. In de toekomst zie ik zelfs een ‘groen’ tankstation voor me waar je groen gas en elektriciteit kan tanken.” Bus terug Aan het eind van de dag hebben de Zijldijkers nog een prangende vraag: hoe krijgen we de bus In dit nummer: Hoe gaat het platteland om met de bevolkingskrimp? En waar zit de kracht van dorpen? Op donderdag 9 december 2010 organiseerden MOVISIE en Netwerk Platteland hierover een Werkplaats Topdorpen in het Groningse Zijldijk. Wat is het geheim van dit topdorp? Appelmoes De bewoners van Zijldijk zitten niet bepaald stil. Zo hebben ze in de voormalige kerk een woon/ werkproject gerealiseerd voor mensen met een ‘extra zorgvraag’. De directeur van de stichting Kune, zelf Zijldijkse, laat met trots de werkplaats zien. In het winkeltje zijn lokale producten te koop: aardappels uit Zijldijk, appelmoes uit Zijldijk. “We zoeken bewust contact en samenwerking Thema: Wmo & platteland terug? Met een openbaarvervoerverbinding willen ze de bereikbaarheid plus de aantrekkingskracht van hun dorp verbeteren. Er komen veel ideeën los – van een coöperatie met elektrische fietsen tot het inschakelen van cliënten uit ‘de kerk’ als chauffeur. Eén van de bewoners: “Deze bijeen- komst is een eyeopener. Ik ben heel anders tegen onze problemen aan gaan kijken. Reken maar dat we hiermee verder gaan.” Vereniging van dorpsbelangen: www.zijldijk.eu en Stichting Kune: www.kune.nl. Dit is de eerste in een serie van drie leerwerkateliers waarin professionals op zoek gaan naar de kracht van dorpen. De werkateliers vinden plaats in de drie krimpgebieden: noordoost Groningen, Limburg en Zeeland. MOVISIE tekent de verzamelde kennis op in een publicatie. Wmo & het platteland Er is veel te doen over de krimp op het platteland. Maar wat is het effect op de leefbaar- heid, burgerparticipatie en zelfredzaamheid? MOVISIE zet in deze editie de spotlights op het platteland. Wat zijn de problemen en oplossingen? Meer lezen over de plannen van MOVISIE in 2011? Ga naar www.movisie.nl/2011. Wat is het effect van bevolkingskrimp op het platteland op leefbaarheid en zelfredzaamheid?

description

Relatieblad van MOVISIE met als thema Wmo & het platteland. Editie 10, januari 2011.

Transcript of MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Page 1: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Algemeen

2011 is het Europees Jaar van het vrijwilligerswerk 3

Kwetsbare groepen

Boerenkans helpt boeren om nieuwe kansen te pakken 5

Leefbaarheid

Gemeente: maak gebruik van de jongerenkeet! 6

Mens en organisatie

Wonen, welzijn en zorg: samenwerken in een kleine gemeente 8

Beroepsontwikkeling

Wat moet een manager in zorg en welzijn in huis hebben? 9

Huiselijk en seksueel geweld

Vrijbuiters uitgebuit: nieuw boek over jongensprostitutie 10

Vrijwillige inzet en mantelzorg

Maatschappelijke stage op het platteland? Doen! 12

Diversiteit

Homobeleid op het platteland brengt geld in het laatje 15

Agenda, trainingen en publicaties 16

moVisiesRelatieblad over maatschappelijke ontwikkeling * januari 2011 * nr 10

Krimp op het platteland

Ieder half uur slaat de kerkklok in Zijldijk.

Niet dat er nog een kerk is. De klok staat

op het dak van het dorpshuis dat vroeger

een basisschool was. Zijldijk is een lintdorp van

222 inwoners in noordoost Groningen. De twee

basisscholen zijn al lang gesloten, de winkels zijn

woonhuizen geworden, de bushalte is opgeheven

en precies een jaar terug vond ook de allerlaatste

kerkdienst plaats.

Bloeiend En toch is Zijldijk aantrekkelijk om te wonen.

Dat blijkt tijdens een rondwandeling met enkele

enthousiaste leden van de vereniging van

dorpsbelangen. Alle woningen zijn bewoond, er

is een bloeiend verenigingsleven en in één van

de boerderijen zit een particuliere basisschool

op antroposofische basis. “Het liefst willen we

het dorp uitbreiden, maar dat zit er niet in”,

vertelt een bewoner. “We zijn bang voor krimp.

Daarom doen we zoveel aan de leefbaarheid.”

met het dorp. Bewoners lopen binnen voor koffie.

Maar ze laten hier ook hun fietsband plakken.”

Groen gasDie persoonlijke inzet van bewoners is de

kracht van Zijldijk. Een van de deelnemers aan

de werkplaats: “Er wordt hier niet gezeurd.

De Groningse mentaliteit is: schouders eronder

en doorgaan.” Een ander: “Ik vind de mensen

in Zijldijk vernieuwend. Welke vereniging van

dorpsbelangen wil nou een biovergistinginstal-

latie?” En daarmee doelt hij op het plan om

het dorp onafhankelijk te maken van een

energiebedrijf. De initiatiefnemer: “Dit levert

bewoners geld op. In de toekomst zie ik zelfs

een ‘groen’ tankstation voor me waar je groen

gas en elektriciteit kan tanken.”

Bus terugAan het eind van de dag hebben de Zijldijkers

nog een prangende vraag: hoe krijgen we de bus

In dit nummer:

Hoe gaat het platteland om met de bevolkingskrimp? En waar

zit de kracht van dorpen? Op donderdag 9 december 2010

organiseerden MOVISIE en Netwerk Platteland hierover een

Werkplaats Topdorpen in het Groningse Zijldijk. Wat is het

geheim van dit topdorp?

AppelmoesDe bewoners van Zijldijk zitten niet bepaald stil.

Zo hebben ze in de voormalige kerk een woon/

werkproject gerealiseerd voor mensen met een

‘extra zorgvraag’. De directeur van de stichting

Kune, zelf Zijldijkse, laat met trots de werkplaats

zien. In het winkeltje zijn lokale producten te

koop: aardappels uit Zijldijk, appelmoes uit Zijldijk.

“We zoeken bewust contact en samenwerking

Thema: Wmo & platteland

terug? Met een openbaarvervoerverbinding willen

ze de bereikbaarheid plus de aantrekkingskracht

van hun dorp verbeteren. Er komen veel ideeën

los – van een coöperatie met elektrische fietsen

tot het inschakelen van cliënten uit ‘de kerk’ als

chauffeur. Eén van de bewoners: “Deze bijeen-

komst is een eyeopener. Ik ben heel anders tegen

onze problemen aan gaan kijken. Reken maar dat

we hiermee verder gaan.”

Vereniging van dorpsbelangen: www.zijldijk.eu en Stichting Kune: www.kune.nl.

Dit is de eerste in een serie van drie

leerwerkateliers waarin professionals

op zoek gaan naar de kracht van

dorpen. De werkateliers vinden plaats

in de drie krimpgebieden: noordoost

Groningen, Limburg en Zeeland.

MOVISIE tekent de verzamelde kennis

op in een publicatie.

Wmo & het plattelandEr is veel te doen over de krimp op het platteland. Maar wat is het effect op de leefbaar-

heid, burgerparticipatie en zelfredzaamheid? MOVISIE zet in deze editie de spotlights op

het platteland. Wat zijn de problemen en oplossingen?

Meer lezen over de plannen

van MOVISIE in 2011?

Ga naar www.movisie.nl/2011.

Wat is het effect van bevolkingskrimp op het platteland op leefbaarheid en zelfredzaamheid?

Page 2: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

regio staan bijvoorbeeld 14.000 woningen

gepland. Maar als je kijkt naar de demografische

ontwikkelingen, dan hebben we er slechts 6.000

nodig. Dus moeten we een streep zetten door

8.000 geplande woningen. Doen we dat niet,

dan krijgen we situaties zoals in Parkstad waar

onlangs een woning van 160.000 euro op een

veilig voor 19.000 wegging. Ontkennen is er niet

meer bij. Het gaat nu razendsnel.”

Krimp remmenAalderink ziet volop kansen in zijn regio. “We

willen de krimp remmen, dus zijn we gaan

kijken waar we goed in zijn. Ik zie in dit gebied

kansen voor innovaties. Er zijn bijvoorbeeld

lege boerderijen. Daar zouden we bedrijven in

kunnen vestigen die investeren in innovatie.”

Over deze en andere kansen praat hij met de

andere plattelandsgemeenten in het netwerk

P10. Maar om die woorden om te kunnen

zetten in daden, is meer nodig. Daarom heeft

Aalderink nog een verzoek aan de minister. “Ga

geen blauwdrukjes maken voor het platteland

of de ruimtelijke ordening regelen. Geef ons de

faciliteiten om het zelf aan te pakken.”

Het ondersteunen van lokale partners bij de uitvoering van de Wet maatschappelijke

ondersteuning (Wmo) loopt als een rode draad door onze activiteiten. MOVISIE helpt

gemeenten en lokale organisaties.

Algemeen

Is er in het Europese subsidieprogramma LEADER

aandacht voor de sociale dimensie van leefbaarheid?

Marie Emilie Spevart van Woerden van de

Rijksuniversiteit Groningenzocht het uit, in

opdracht van MOVISIE.

Wmo & platteland

Wat is LEADER ?

LEADER is een Europees subsidiepro-

gramma voor plattelandsontwikkeling.

In Nederland zijn 31 LEADER-gebieden.

In elk gebied wordt een ontwikkelings-

plan opgesteld door een plaatselijke

groep van maatschappelijke vertegen-

woordigers en vertegenwoordigers

van lokale en provinciale overheid.

Vervolgens dienen burgers, organisa-

ties en overheden projectaanvragen

in. Ze worden gehonoreerd als ze

passen in de doelstellingen van het

ontwikkelingsplan.

De meeste projecten blijken een sociaal effect te

hebben. Vooral de bottom-up aanpak van LEADER

draagt fors bij aan de sociale leefbaarheid. Het

leidt tot meer draagvlak, een grotere slaagkans en

een betere borging. Er zijn ook belemmeringen,

zoals de administratieve kosten en het lange

wachten op goedkeuring. Hierdoor worden

ideeën voor kleine sociale projecten, die slechts

een paar duizend euro subsidie nodig hebben,

vaak niet uitgewerkt.

Het volledige onderzoeksrapport Landelijke leven-

digheid, een inzicht in de bijdrage van LEADER

aan de sociale leefbaarheid is te downloaden via

www.movisie.nl/publicaties.

Meer informatie: Jannie Schonewille ([email protected] of 030 789 22 70) en www.movisie.nl/vitaalplatteland.

LEADER onder de loep

Netwerk P10 pakt platteland aanJas uit en mouwen opstropen

Dit is P10P10 is een samenwerkingsverband van de tien grootste plattelandsgemeenten: Aa en

Hunze, Berkelland, Borger-Odoorn, Bronckhorst, Hulst, Ooststellingwerf, Opsterland,

Schouwen-Duiveland, Sluis, Westerveld. Doel is krachtenbundeling om gezamenlijk een

steviger gesprekspartner te kunnen zijn bij het behartigen van de specifieke belangen van

deze plattelandsgemeenten. www.p-10.nl .

Wmo & platteland

Henk Aalderink wil evenwicht tussen stad

en platteland. “Niet evenveel, maar

evenwicht.” Het samenwerkingsverband

P10 dat hij in 2008 persoonlijk oprichtte, doet

daar iets aan. “In het vorige kabinet zag je dat

er heel veel geld naar de stad ging. Er waren

Vogelaarwijken, maar je zag nooit Gerda Verburg

met een varkentje op schoot. Je kon drie keer per

week naar een congres waar je hoorde hoe erg

het gesteld is met het platteland, maar niemand

had het over de kansen. Ik ben gaan googelen

en heb tien plattelandsgemeenten bij elkaar

gebracht die kansen willen creëren voor mensen

in plattelandsgebieden.”

Zomer in NederlandP10 heet het samenwerkingsverband, met

een knipoog naar de G4. Het netwerk heeft

uitgezocht wat er nodig is voor een toekomst-

bestendig platteland. In het boekje ‘Zomer in

Nederland’ staan de oplossingen op een rij.

“Die verschillen per gebied”, legt Aalderink uit.

“Het is belangrijk om de problemen niet per

dorp aan te pakken, maar regionaal. In onze Burgemeester Aalderink van gemeente Bronckhorst

CO

LUM

Nmarijke SteenbergenDirecteur MOVISIE

Nieuw kabinet: ook een nieuwe koers voor sociaal werk?

De mist rond het nieuwe kabinet trekt op, prioriteiten worden gesteld en de toonzetting

van de nieuwe bewindspersonen wordt steeds helderder. Welke consequenties zijn er voor

ons werkterrein?

Als je de voornemens en eerste acties bekijkt, dan lijkt het vooral neer te komen op ‘meer

werk’ voor de sociale sector, vooral op gemeentelijk niveau, maar ‘minder geld’. Informele

zorg is bijvoorbeeld een prachtig model om zorg en sociale samenhang te verbinden, maar

dan moeten gemeenten voldoende ondersteuning en inspiratie kunnen bieden. Veranderen

van een zorgende naar een zelfredzame samenleving gaat niet vanzelf. Belangrijker wordt

ook in de komende periode de focus op effectiviteit van sociale interventies (‘wat werkt’) en

natuurlijk ‘er op af’. Eigenlijk richtingen die door het vorige kabinet reeds zijn ingeslagen.

Tenslotte de constatering dat ook dit kabinet geen aandacht heeft voor de preventieve

werking van sociaal werk. Maar dat is iets waar we al veel langer last van hebben en dat

heeft alles te maken met de geringe onderzoeksinvesteringen rond sociaal werk.

Niet heel veel nieuws onder de zon dus. Opvallend vind ik wel het gezamenlijk optrekken

van linkse en rechtse partijen rond specifieke welzijnsthema’s. Er is weinig debat en discussie.

Iedereen lijkt te willen doorpakken. Zo zet dit kabinet in op veiligheid en kiest daarbij vooral

voor een repressieve aanpak van huiselijk geweld. De ervaring van zowel politie en justitie,

zoals hulpverlening, geeft echter aan dat een gecombineerde aanpak het beste werkt:

hulpverlening aan slachtoffers en daders, in samenhang met gepaste maatregelen als een

tijdelijk huisverbod en maatregelen op het gebied van scholing, werk, huisvesting

en financiën. Waarom zijn deze inzichten niet meegenomen? En waarom geen stevige

discussie hierover?

Het sociaal werk zal zich moeten laten zien en horen, door haar resultaten zichtbaar te

maken en aanwezig te zijn. Als kenniscentrum kunnen wij dat versterken door de resultaten

te presenteren van trajecten als Welzijn Nieuwe Stijl, Effectieve Sociale Interventies en

Professionaliteit Verankerd, maar vooral ook door het debat te stimuleren: met de landelijke

politiek, de overheden en de smaakmakers in ons werkveld. MOVISIE wenst u

een geïnspireerd 2011!

2

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

“Ontkennen is er niet meer bij. We hebben op het platteland

te maken met krimp. Wil je die krimp remmen, dan is

het jas uit en mouwen opstropen”, aldus Henk Aalderink,

burgemeester van Bronckhorst. Aalderink is de oprichter

van P10, een samenwerkingsverband van de tien grootste

plattelandsgemeenten in Nederland. Samen werken ze aan een

toekomstbestendig platteland.

Page 3: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

moVISIE-partner aan het woord

Wat doet u met MOVISIE?“MOVISIE is partner in het Netwerk Platteland, een nationaal netwerk

dat zich inzet voor een sterk en aantrekkelijk platteland. Als ministerie

van EL&I zijn wij één van de opdrachtgevers van dit netwerk. Het

netwerk is breed, iedereen die bezig is met plattelandsontwikkeling

kan aanschuiven. Een klein netwerkteam geeft de koers aan. En in dat

netwerk werk ik samen met MOVISIE.”

Waarom werkt u met MOVISIE? “MOVISIE brengt expertise op het gebied van leefbaarheid, sociale vitali-

teit en vrijwillige inzet in. MOVISIE laat ook de goede voorbeelden zien.

Als ministerie van EL&I houden wij ons vooral bezig met de economische

en ruimtelijke aspecten van het platteland. Thema´s als leefbaarheid en

welzijn zitten veel minder verankerd in ons werk. Terwijl dat wel degelijk

belangrijke aspecten zijn als je bezig bent met plattelandsontwikkeling.

Kijk maar eens naar de actuele vraagstukken rondom de krimpgebieden

in Nederland.”

Stel dat u minister bent? “Ik kan wel zeggen dat er meer geld bij moet, maar dat geld is er niet.

Nee, ik zou de eigen kracht van mensen ondersteunen bij het versterken

van het platteland. Er zit heel veel energie, expertise en innovatiekracht

in lokale gemeenschappen en die kracht is allesbepalend, die is goud

waard. Je moet je als rijksoverheid natuurlijk niet gaan bemoeien met

elk individueel initiatief. Laat het waar het thuishoort, bij de mensen

zelf. Wel kun je voorwaarden scheppen en ondersteunen met kennis,

netwerken en soms met wat geld.”

Waar loopt u warm voor? “Mooie voorbeelden waar we bij betrokken zijn, zoals de activiteiten van

de Landelijke Vereniging voor Kleine Kernen rondom actief burgerschap,

het Plattelandsparlement, maar ook een instrument als het Idealenkompas,

een soort wegwijzer voor initiatiefnemers. dat door Greenwish wordt

ontwikkeld. Je ziet dat initiatiefnemers met een goed plan voor duurzame

samenleving de weg vinden naar financiering, kennis en ondersteuning.”

Wat vindt u een interessante ontwikkeling? “De grens tussen vrijwilligerswerk en ondernemerschap schuift op. Wat eerst

vrijwilligerswerk was, wordt nu vaak sociaal ondernemerschap. Hoe kun je

dat ondernemerschap inzetten voor de lokale samenleving? Nu de overheid

zich op een aantal terreinen terugtrekt, wordt het belang van nieuwe

maatschappelijke allianties en financiële arrangementen steeds groter. Dat

vind ik interessant. En dat is iets dat MOVISIE ook kan oppakken.”

Meer informatie: www.netwerkplatteland.nl

“er zit heel veel energie in het platteland.”

Wmo & platteland

Zet vrijwilligers in het zonnetje met de digitale complimentenkaart

Alberthe Papma is senior beleidsmedewerker

bij het ministerie van Economische Zaken,

Landbouw & Innovatie. Ze werkt vanuit de

directie Natuur, Landschap en Platteland.

3

Wat doet MOVISIE?MOVISIE besteedt extra aandacht aan vrijwilligerswerk in 2011. Zo staan

de Toekomstagenda Vrijwillige Inzet en de Onderzoeksdag geheel in het

teken van het Europees jaar. Via onze Europese contacten gaan we Neder-

landse voorbeelden van projecten en initiatieven verspreiden. Andersom

zorgen we ervoor dat vernieuwende voorbeelden en belangrijke Europese

ontwikkelingen zichtbaar worden voor het Nederlandse publiek. En

natuurlijk doet MOVISIE mee met de digitale complimentencampagne. We

twitteren mee op #vrijwilligerswerk en we verzorgen de kennisdossiers op

www.vrijwilligerswerk.nl.

Meer informatie: Else-Marije Boss ([email protected] of 030 789 22 41).

Stuur een complimentVia www.vrijwilligerswerk.nl

kunt u meedoen aan de digitale

complimenten- en verzoekencam-

pagne. U kunt hiermee eenvoudig

complimenten versturen om

mensen in het zonnetje te zetten of

vrijwilligers zoeken als u hulp kunt

gebruiken. Het NCO zorgt ervoor

dat duidelijk wordt hoeveel er te

complimenteren valt. De vrijwilligers

die u een compliment stuurt, maken

bovendien kans om TROS-vrijwilliger

van de week te worden.

Meer dan handen-AwardsAls vrijwilligersorganisatie heeft u

een passie voor vrijwilligerswerk en

grote kans dat u verbinding legt

tussen mensen. Wellicht besteedt

u daarin speciaal aandacht aan

competenties en wilt u graag

innovatie bewerkstelligen. Op deze

thema’s biedt het NCO gemeenten

haar lokale Meer dan handen-

Awards aan. Vraag uw gemeente

ernaar en geef u op!

Week van het ApplausDe week van 11 september 2010 is

de Week van het Applaus. Beloon uw

vrijwilligers, organiseer een applaus en

laat Nederland zien hoeveel vrijwilligers

er in Nederland zijn!

2011 Europees jaar van het Vrijwilligerswerk

2011 is het Europees jaar van het vrijwilligerswerk. Het Nationaal

Coördinatieorgaan (NCO) roept alle vrijwilligersorganisaties op

vrijwilligerswerk zichtbaar te maken. Daarnaast kunt u aansluiten

bij het nationale programma. Doet u mee?

Meedoen aan het Wmo-trendonderzoek?

In 2011 voert MOVISIE voor de derde keer het Wmo-trendonderzoek

uit. Op welke manier bent u bij de uitvoering van de Wmo betrok-

ken? Hoe verloopt de samenwerking met de gemeente? Deze

en andere vragen worden begin 2011 via een digitale enquête

voorgelegd aan welzijnsaanbieders en vrijwilligersorganisaties.

Extra aandacht is er voor de acht bakens van Welzijn Nieuwe Stijl

en maatschappelijke ondersteuning op het platteland. Het Wmo-

trendrapport 2012 verschijnt begin 2012. Wilt u meedoen, dan kunt

u contact opnemen met Aletta Winsemius ([email protected]

of 030 789 20 66).

LinkedIn Sluit u aan bij de LinkedIn-groep

EYV2011. Hier kunt u ervaringen, tips

en activiteiten uitwisselen.

Kijk op www.vrijwilligerswerk.nl voor

meer informatie, een toolkit met allerlei

hulpmiddelen, promotiemateriaal, een

agenda om uw evenementen aan te

melden, diverse campagnes en nog

veel meer!

Waarom meedoen?Het Europees jaar van het vrijwil-

ligerswerk is een mooie gelegenheid

om uitgebreid aandacht te besteden

aan het vrijwilligerswerk en het belang

daarvan voor Nederland. Het is een

kans om:

• de kracht van het Nederlandse

vrijwilligerswerk te vieren en te

waarderen;

• de diversiteit van het vrijwilligers-

werk te laten zien;

• een gunstig klimaat voor het

vrijwilligerswerk te behouden.

MOVISIE is door het Ministerie van

VWS aangewezen als het Nationaal

Coördinatieorgaan van het Europees

jaar van het vrijwilligerswerk.

Meer informatie: Petra van Loonof Mark Molenaar via www.vrijwilligerswerk.nl, LinkedIn-groep EYV2011en [email protected].

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

geweldigik vind het

wat je doet!

vrijwilligers makenhet verschil

Page 4: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Algemeen

Het ondersteunen van lokale partners bij de uitvoering van de Wet maatschappelijke

ondersteuning (Wmo) loopt als een rode draad door onze activiteiten. MOVISIE helpt

gemeenten en lokale organisaties.

"maar toen kreeg mijn vrouw heimwee naar het westen"

Cor Broekharst droomde er altijd

al van om met zijn pensioen

naar Drenthe te verhuizen. Hij

vond op internet een gelijkgestemde

en bouwde in 2007 met zijn huidige

buurman zijn droomhuis: een twee-

onder-een-kapwoning vlakbij een

natuurreservaat en met uitzicht op de

Drentse akkers. Cor dacht spekkoper

te zijn. “Maar toen kreeg mijn vrouw

heimwee naar het westen en naar de

kleinkinderen”, vertelt hij. Inmiddels

staat de woning anderhalf jaar te koop

en is er één serieuze koper geweest.

De gepensioneerden met goedgevulde

portemonnee blijven weg. En de lokale

bevolking vindt de woning te duur.

Wat te doen? Cor is een van de respondenten die

MOVISIE sprak voor een onderzoek naar

de sociale gevolgen van bevolkingskrimp

in de gemeente Borger-Odoorn. Hij is

niet de enige die last heeft van de bevol-

kingskrimp. Met name aan de randen

van Nederland, zoals in noordoost Gro-

ningen, Parkstad Limburg en Zeeuws-

Vlaanderen, slaat de krimp toe. Jonge

mensen trekken naar plaatsen met meer

werkgelegenheid en vertier. En mensen

die het zich kunnen veroorloven, verhui-

zen naar meer aantrekkelijke woongebie-

den met voorzieningen. Vergrijzing speelt

zich er in rap tempo af. Tegelijkertijd

heeft de economische crisis Nederland in

haar greep, waardoor herstructurerings-

en renovatieplannen in de ijskast worden

geschoven en ambities noodgedwongen

worden teruggeschroefd. Gemeenten

waar krimp zich naar verwachting zal

voordoen - de zogenaamde anticipeerge-

meenten - beramen zich op wat te doen.

Sociale gevolgenWat betekent krimp voor bewoners? Aan

de hand van cijfermateriaal en verhalen

van bewoners, beleidsmakers en profes-

sionals laat MOVISIE zien hoe proces-

sen van bevolkingsdaling, vergrijzing,

ontgroening en economische stagnatie

hun neerslag vinden in het dagelijks leven

van bewoners van een krimpgebied. Dat

is een andere focus dan gebruikelijk:

meestal zijn onderzoeken, experimenten

en oplossingsrichtingen gericht op het

terrein van wonen. Voor de sociale struc-

tuur (onderlinge bindingen, vestigings-,

vertrekfactoren) en de sociale infrastruc-

tuur (voorzieningen, de civil society) is

vaak minder aandacht.

EsdorpenDe eerste resultaten van het onderzoek

laten interessante lokale verschillen

zien. Zo woont voormalig onderwijzer

Jan Wijnholds in één van de pittoreske

esdorpen van de gemeente. Met lede

ogen ziet hij aan hoe steeds meer

winkels verdwijnen uit het dorp en

hoe de school en voetbalvereniging

met uitsterven bedreigd worden. “Er is

simpelweg te weinig nieuwe aanwas.”

Het dorp is de laatste jaren steeds meer

bevolkt geraakt door gepensioneerden

die in het mooie dorp komen ‘Dren-

thenieren’. Voor jonge gezinnen zijn

de huizenprijzen in de esdorpen niet

op te brengen, met een snel dalend

geboortecijfer als gevolg. Ondertussen

probeert wethouder Jacob Bruintjes de

krimp het hoofd te bieden. De krimp

stoppen kan niet, weet de gemeente

inmiddels. Oplossingen ontwikkelen

om de leefbaarheid op peil te houden,

is nu de grote uitdaging.

Bevolkingskrimp is een hot item. Veel plattelands-

gemeenten hebben ermee te maken. De gevolgen

zijn ook niet mis: stagnatie op de woningmarkt,

leegstand en het verdwijnen van voorzieningen. Wat

betekent dat voor bewoners? MOVISIE zocht het uit.

LintdorpenIn de minder aantrekkelijke lintdorpen

die in de negentiende eeuw ontstaan

zijn door veenafgravingen, speelt

een ander probleem. Opbouwwerker

Gerrit van Arragon beschrijft hoe

sociaal zwakkere gezinnen uit ‘het

westen’ afkomen op de zeer goedkope

sociale huurwoningen in het gebied.

“In sommige dorpen ontstaat een

concentratie van probleemstraten met

probleemgezinnen.” Dit zijn juist ook

de dorpen die van oudsher al zwakker

zijn en die het meest te leiden hebben

van de economische crisis. Krimp lijkt

dit te versterken. Het zal heel lastig

worden die neerwaartse spiraal te

doorbreken.

Het MOVISIE-onderzoek 'De sociale

gevolgen van krimp' is vanaf eind

februari te bestellen via www.movisie.

nl/publicaties.

Meer informatie: Jannie Schonewille ([email protected] of 030 789 22 70).

er is simpelweg te weinig aanwas.

Wmo & platteland

Hoogleraar Noordegraaf uit Utrecht: “De Wmo heeft drie span-

ningsvelden in zich. Het spanningsveld

tussen publieke belangen en private

uitvoering, tussen collectieve kaders en

individueel maatwerk, en tussen resulta-

ten boeken en politieke ambities waar-

maken. Dat betekent dat de Wmo veel

ruimte laat. Er bestaan geen duidelijke

richtlijnen voor het realiseren ervan.”

De belangrijkste les voor gemeenten: “Gemeenten moeten

eigenwijs zijn en de ‘open en

onbepaalde’ kenmerken van de Wmo

benutten en naar hun eigen hand

zetten. Gemeenten moeten duidelijk

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

Iedereen in staat stellen om deel te nemen aan

de samenleving. Dat is de kerngedachte van de

Wmo. Maar hoe organiseer je dat als gemeente?

MOVISIE stelde deze vraag aan enkele experts.

Kom bij de burgers langszij Stil uw honger naar kennis!

maken wat de Wmo voor de gemeente

en wijken betekent. Dat vereist keuzes

en een duidelijk verhaal.”

Wethouder Dannenberg uit Zwolle: “Het is een groot goed dat de Wmo

veel ruimte biedt aan gemeenten, aan

individuele cliënten en aan professionals

en hun organisaties. Verschillende mon-

niken, verschillende kappen. De over-

heid moet bij de burger langszij komen

en hem waar nodig ondersteunen.”

Andere experts: Sandra Kensen (Sioo)

vindt dat burgers zelf deel uit moeten

maken van de vernieuwing. Zij verkent

de mogelijkheden van ‘appreciative

inquiry’, waarbij gekeken wordt naar

positieve ervaringen van burgers. Lilian

Linders (Fontys Hogeschool) ziet een fun-

damentele verandering in de manier van

werken. Zij vindt dat de gemeente hoort

aan te schuiven aan de keukentafel.

Lees de volledige artikelen op

www.movisie.nl/visieopdewmo, eerder

verschenen in het Wmo Magazine.

Bij deze MOVISIES vindt u onze nieuwe

winterse ‘Stil uw honger’-kaart. Vanaf

januari heeft MOVISIE weer een nieuw

trainingsaanbod voor u als sociale

professional, vrijwilliger, gemeen-

teambtenaar, medewerker van een

maatschappelijke organisatie of waar

dan ook actief in het sociale veld.

Wat voor trainingen? MOVISIE biedt trainingen op het

gebied van

• diversiteit

• interactieve beleidsvorming

• kwetsbare groepen

• leefbaarheid en wijkontwikkeling

• maatschappelijke zorg

• beroepsontwikkeling

• mantelzorg

• organisatieversterking

• preventie van huiselijk en seksueel

geweld

• vrijwillige inzet

• werken met competenties

Stil uw honger naar kennis!Ga naar www.movisie.nl/trainingen

Maak kans op een MOVISIE- boekenpakket t.w.v. € 25,-

Drie tips voor gemeenten

• Doe wat werkt. Durf te experimente-

ren, bijvoorbeeld door regels soepel

te hanteren. Het nut en resultaat voor

de doelgroep is het enige dat telt.

• Formuleer een goed doordachte

visie. Maak deze concreet door een

praktisch implementatieplan.

• Ondersteun eerstelijnshulpverleners

bij de omslag in denken: van zelf

hulp bieden naar het benutten van

de eigen kracht van burgers.

TipDoe mee met de boekenactie en

maak kans op één van de tien gratis

boekenpakketten.

Kijk voor trainingen in het open aanbod en maatwerktrainingen op www.movisie.nl/trainingen.

Cor Broekharst kan zijn huis niet kwijt: "Er is simpelweg te weinig nieuwe aanwas."

4

Page 5: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Kwetsbare groepen

Sommige burgers kunnen zich niet op eigen kracht in de

samenleving redden. MOVISIE besteedt veel aandacht aan de

hulpverlening en activering van deze kwetsbare groepen.

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

De Vlaamse organisatie Levanto gaat het Participatiewiel van

MOVISIE uittesten. Zo wil België een moeilijk bereikbare groep

mensen met een uitkering in beweging krijgen.

Participatiewiel naar België

Zin werkt!

Wmo & plattelandHet zijn zware tijden voor boeren en tuinders. Het project

Boerenkans helpt boeren en tuinders die zich oriënteren op de

toekomst. Een tuinder uit Woubrugge schetst de situatie in de

rozenhandel.

Tuinder in de knel

December 2010 is de brochure Zin werkt.

Zingeving in de hulp aan dak- en thuislozen

verschenen. De brochure biedt inspiratie aan

hulpverleners die aandacht willen geven aan

zingeving in hun werk met dak- en thuislozen.

Acteur Peter Faber opent de brochure met de

woorden: ‘Zingeving is mooi, door zingeving

krijgen de dingen zin’. Faber was zelf enkele

jaren dakloos. Hij beveelt hulpverleners aan om

met dak- en thuislozen te praten over zingeving.

‘Zingeving is een fundamentele menselijke

behoefte, juist ook voor dak- en thuislozen. Hun

crisis brengt levensvragen naar boven. Waarom

overkomt mij dit? Wat moet ik met mijn leven?’

Zin werkt bevat concrete tips en praktijkvoor-

beelden voor hulpverleners die het gesprek over

zingeving willen voeren. De brochure is een gratis

uitgave van MOVISIE, in samenwerking met

Hogeschool Utrecht en Bureau Akkermans.

Meer informatie: Petra van Leeuwen-den Dekker ([email protected] of 030 789 20 71).

Dit is Boerenkans

Het project Boerenkans helpt boeren

en tuinders om nieuwe kansen te

pakken. Adviseurs begeleiden de

agrariërs die zich oriënteren op

de toekomst. Boerenkans wordt

uitgevoerd door MOVISIE, CLM, ETC

en De Lynx.

Meer informatie:www.boerenkans.nl

www.movisie.nl/2011

Wouter Rust - manager hulpverlening en activering

Mijn aanrader voor 2011? Sla spijkers met koppen met cliëntenparticipatie! Dit is het moment voor cliëntenraden en Wmo-raden om duidelijk te maken wat je wilt.

in Nederland jagen de regels de kosten op.

Tuinder Nico Koot (63) heeft 29 jaar een

rozenkwekerij gerund. Hij heeft goede

tijden gekend, maar de laatste jaren gaat

het ronduit slecht in de bloemensector. “Kijk, die

kas was vroeger van mij, nu zit de buurman erin”,

wijst Koot. Hij rijdt door het winterse landschap

van Kaag en Braassem, een poldergebied klem

tegen de A4. Links en rechts prijken woonhuizen

met daarachter kassen. Koot schudt zijn hoofd.

“Die huizen staan veel te dicht op elkaar, zo

kun je niet uitbreiden. Moet je die kassen zien,

allemaal gedateerd. Over twintig jaar staat hier

helemaal niks meer.”

Lege kassenKoot komt uit een boerengezin. Hij ging naar de

tuinbouwschool en startte een rozenkwekerij in

Woubrugge. “Ik wilde eigen baas zijn, ruimte,

vrijheid. Maar kijk eens naar deze tuinder.”

Hij rijdt een erf op en wijst naar een paar

enorme kassen, compleet verlaten. “Als je die

lege kassen ziet, weet je dat die vrijheid niets

voorstelt. Deze tuinder heeft zijn bedrijf steeds

verder uitgebreid, maar heeft op het verkeerde

moment de gasprijs vastgezet. Toen die gasprijs

ging dalen, en de rozenprijs ook, is hij over de

kop gegaan.”

FaillietEn zo kan Nico Koot nog wel even doorgaan.

“Die mevrouw daar is een kaasmakerij begonnen.

Ja, dat loopt goed. Maar je kunt niet allemaal een

winkel beginnen.” Midden in de polder ligt een

huisjespark. Lachend: “Dat heeft een projectont-

wikkelaar gebouwd toen het gemeentehuis vier

weken met vakantie was. Er is nog wel geproce-

deerd, maar hij heeft het gewonnen.” Koot heeft

er begrip voor, want boeren en tuinders zitten

compleet klem. “Je bent ondernemer, je maakt

in één dag twee werkdagen. Maar in mijn sector

komen de rozen steeds vaker uit Afrika. Daar zijn

geen regels, hier wel en die jagen de kosten op.

Daar is niet tegenop te werken.”

ZelfhulpgroepNiet alle tuinders en boeren stoppen vanwege

faillissement. “Tachtig procent stopt omdat

er geen bedrijfsopvolging is. Maar vervolgens

komen ze in een heel lastige situatie. Ze willen

de boel verkopen, maar dat lukt niet. Een bedrijf

met kassen is niks waard. Het afbreken van de

kassen alleen al kost meer dan de grond waard

is.” Koot heeft een zelfhulpgroep opgericht

voor bedrijfsbeëindigers vanuit de landelijke

tuinbouworganisatie LTO. Het project Boerenkans

is er voor alle boeren die in de knel zitten.

Hij merkt dat veel bedrijfsbeëindigers moeite

hebben om erover te praten. “Ze schamen

zich ervoor. Het is ook lastig om ander werk te

vinden. Je bent altijd eigen baas geweest. Er zou

een geldpot voor bedrijfsbeëindigers moeten

komen. Mensen die nu stoppen, hebben niks.

Dat is zuur, dat hebben we niet verdiend.”

Voormalig rozenkweker Nico Koot startte een zelfhulpgroep voor tuinders die stoppen met hun bedrijf.

5

Levanto is een organisatie die zich in België

bezighoudt met activering. Voor de groep zeer

moeilijk bemiddelbaren was Levanto op zoek naar

een nieuwe werkwijze. In die zoektocht stuitten zij

in Nederland op het Participatiewiel van MOVISIE

en de door INHOLLAND ontwikkelde methodiek

van activerende zorgcoaching. Een match was snel

gemaakt. De integrale benadering en het en-en

denken van het Participatiewiel sluiten nauw aan

bij de praktijkervaring van Levanto. Zij constateren

dat alleen focussen op zorg of arbeid niet leidt

tot betere resultaten voor deze groep cliënten.

Een brede manier van kijken, ondersteunen en

activeren is vruchtbaarder.

PilootLevanto gaat een werkwijze ontwikkelen die

integratie van zorg en arbeids- of sociale

activering bewerkstelligt en de verschillende

beroepsdisciplines dichter bij elkaar brengt.

Gestart wordt met de aanpassing van het

Participatiewiel aan de Vlaamse realiteit. De

wetgeving in België zit anders in elkaar dan

in Nederland, dus dat behoeft een bijstelling.

Vervolgens wordt een aantal piloottrajecten

uitgevoerd, op z’n Vlaams gezegd. Op basis

van de ervaringen in de pilots in 2011 wordt de

methodiek verder ontwikkeld en uitgeschreven.

Het project wordt gefinancierd met geld van het

Europees Sociaal Fonds, speciaal bedoeld om

transnationaal kennis te delen.

Meer informatie: Marjet van Houten ([email protected] of 030 789 20 74).

Page 6: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Leefbaarheid

MOVISIE mobiliseert alle partijen om samen te werken aan het oplossen van lokale

sociale problemen. Burgers, organisaties en gemeenten kunnen zelf het leefklimaat

van hun eigen buurt, wijk, dorp of stad verbeteren.

Je bent ervaringsdeskundige?“Inderdaad. In mijn middelbare schooltijd bezocht

ik regelmatig een keet in de buurt van Denekamp.

Later ook trouwens, als ik in het weekend thuis-

kwam. Je ontmoet er je vrienden. Lekker bij elkaar

zitten, muziek luisteren, een beetje slap lullen.”

En veel zuipen?“Natuurlijk wordt er gedronken. Maar ik ben zelf

diabeet, dus ik kan geen vijftien biertjes wegzet-

ten. Maar los daarvan klopt het beeld niet dat er

in jongerenketen alleen maar gezopen wordt. Dat

is één van de redenen dat ik er onderzoek naar

heb gedaan.”

Hoe moeten we een keet dan zien? “Het is een plek om los te komen van je ouders.

Dat daar veel gedronken wordt, is toeval. Dat had

ook ergens anders kunnen gebeuren. Een keet is

een plek waar je je vrienden ontmoet. Het is ook

een plek waar jongeren activiteiten organiseren en

leren hun verantwoordelijkheid te nemen. Als er ’s

avonds een feest is, is het je plicht om de andere

dag mee te helpen opruimen. De keet staat dus

voor veel meer dan zuipen en kratjes stapelen.”

Waar zitten die keten?“Je ziet ze op het platteland, vooral in het noord-

oosten van Nederland. Ik heb zelf onderzoek

gedaan naar twaalf keten in Noordoost Twente.

De keet zit in een oude caravan of schaftkeet of

in een schuur op een boerenerf, met instemming

van hun ouders.”

Wat valt jou op? “Keetbezoekers zijn enorm trots op hun regio, ze

verheerlijken het platteland. ‘Die stad is zo druk

en dan al die allochtonen!’ De keet geeft een

wij-gevoel. Buitenstaanders zijn niet snel welkom.

Ze hebben een afkeer van instanties als de politie,

brandweer en gemeente. En in het bijzonder

een afkeer van ‘Den Haag’. In alle twaalf keten

wordt ook negatief gedacht over allochtonen,

met uitzondering natuurlijk van die ene bekende

allochtoon uit het dorp.”

Een doorn in het oog van gemeenten?“Het lastige is dat gemeenten geen zicht hebben

op die jongerenketen. Maar ze krijgen wel

klachten van buurtbewoners dat de jongeren

verkeersborden slopen onderweg naar het dorp.

Ze zijn ook bang dat er brand uitbreekt. Ook

al ligt een keet, vaak een illegaal bouwsel, op

privégebied, de gemeente moet op de een of

andere manier weer een brandveilige situatie

afdwingen. Verwijderen lijkt dan de makkelijkste

oplossing.”

Dus wat kan een gemeente doen?“Niet hard aanpakken, want dan kom je tegenover

elkaar te staan en ben je verder van huis. Ik zou

zeggen: maak gebruik van de organisatiekracht van

die jongeren. Kijk ook naar de functie van zo’n keet:

welke leegte vult het op? Een keet is het sterkste

signaal dat er volgens de jongeren iets niet klopt in

de gemeente.”

Meer informatie: Kitty van den Hoek ([email protected] of 030 789 21 43).

meer dan zuipen en kratjes stapelenJongerenkeet?

Menig plattelandsgemeente zit ermee in haar

maag: de jongerenketen in boerenschuren en oude

caravans. Wordt hier niet veel te veel gedronken?

Onderzoeker Koen Salemink wil het eentonige beeld

in de media doorbreken. “Een jongerenkeet is ook

een plek om los te komen van je ouders.”

Onderzoeker Koen Salemink: "De keet geeft een wij-gevoel."

Maak gebruik van de organisatiekracht van de jongeren.

Wmo & platteland

UitnodigingOp 28 januari 2011 organiseert

MOVISIE een themabijeenkomst over

jongerenketen. Inschrijven kan nog

via www.movisie.nl/vitaalplatteland.

MOVISIE organiseert dit samen met

Plattelands Jongeren Services en

Netwerk Platteland.

Dorpsbewoners maken het dorp

Wilt u met andere bewoners de

leefbaarheid in uw dorp vergroten? In

de publicatie Dorpsbewoners maken

het dorp vindt u vijf methodes om

de leefbaarheid in kaart te brengen:

de Dorpsspiegel, de PALED-methode,

Dorpswaardering, Keukentafelge-

sprekken en Countryside Exchange.

Download de publicatie via

www.movisie.nl/publicaties.

Wmo & platteland

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

De nieuwe methode werkt zo: dorpsbewoners

formuleren zelf een lijst met actiepunten om de

leefbaarheid te verbeteren, zoals het bevorderen

van de verkeersveiligheid, het stimuleren van klein-

schalig toerisme en het organiseren van activiteiten

voor de jeugd. Via de enquête Dorpswaardering

kunnen ze informatie verzamelen over de vragen

en problemen in het dorp. Bij de methode zit een

softwareprogramma waarmee ze de enquête zelf

opstellen, afnemen en analyseren. Vervolgens

zoeken de dorpsbewoners samen met de gemeente

en andere betrokken organisaties naar oplossingen.

De gemeente is vanaf de start partner in dit proces

en ook medeverantwoordelijk voor de uitvoering.

Zij levert echter geen inhoudelijke bijdrage, maar

faciliteert het proces en maakt het opstellen van

een dorpsagenda mogelijk.

Ervaringen?In diverse dorpen is de enquête uitgevoerd en

geëvalueerd. De ervaringen zijn positief. Het

blijkt dat na het toepassen van de enquête de

competenties en inzet van de bewoners beter

zijn benut, de betrokkenheid en het draagvlak

onder de dorpsbewoners is vergroot en er is

Nieuw in de databank Effectieve sociale interventies:

Dorpsagenda met dorpswaardering, een methode om bewoners

stapsgewijs te betrekken bij hun dorp. Handig voor gemeenten

die de leefbaarheid in hun dorpen willen aanpakken.

meer communicatie tussen de partijen. STAMM

heeft een praktisch handboek Dorpsagenda met

dorpswaardering geschreven, waardoor ook

andere gemeenten met de methode aan de slag

kunnen.

De methode Dorpsagenda met dorpswaardering

is vanaf dit voorjaar te vinden in de databank

Effectieve sociale interventies:

www.movisie.nl/effectievesocialeinterventies.

Meer informatie: Renske van der Zwet ([email protected] of 030 789 22 54) en www.movisie.nl/effectievesocialeinterventies.

6

www.movisie.nl/2011

Mijn aanrader voor 2011? Kom naar het Kunst en Cultuur voor je WijkFestival op 1 april 2011 in Rotterdam. Dat wordt een fantastisch festival waar je ziet dat kunst en cultuur een heel goede bijdrage kan leveren aan de sociale cohesie in een wijk.

Joost van Alkemade - manager leefbaarheid

Stel ook een dorpsagenda op

Page 7: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Het verhaal van opsterlandWmo & platteland

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

Jannie Schonewille en Hilde van

Xanten van MOVISIE zijn net

terug van een tamelijk pittig

gesprek in Opsterland. Het ging over

de nieuwe brochure en, geheel in lijn

met het beleid van Opsterland, waren

ook bewoners uitgenodigd bij het

gesprek. Maar die hadden eerst nog

een hartig woordje met de gemeente

te spreken over een nieuwe visie op de

basisvoorzieningen. Jannie vertelt: “De

gemeente had enkele toekomstscena-

rio’s geschetst over de voorzieningen in

de dorpen. Die scenario’s bleken deze

bewoners iets te letterlijk te nemen.”

DorpsspiegelsDe Friese gemeente Opsterland is een

mooi voorbeeld van een gemeente

die gestructureerd werkt aan burger-

participatie. Het begon allemaal tien

jaar terug. Opsterland wilde bewoners

betrekken bij het beleid en toegroeien

naar gedeelde verantwoordelijkheid.

De eerste stap: samen met bewoners

kijken hoe ze in de dorpen de

leefbaarheid ervaren. Daarvoor zijn

door dorpen en gemeente samen

zogenaamde dorpsspiegels gemaakt,

een stand van zaken van de ‘beleefde

leefbaarheid’. Iedere vier jaar wordt

dit nu herhaald. De uitkomsten

vormen de basis van het dorpenbeleid.

Jannie: “Een dorp kan dorpsspiegels

gebruiken om bij de gemeente iets op

de agenda te zetten. Maar het werkt

ook omgekeerd: de gemeente kan het

gebruiken om bepaalde opvallende

punten bij het dorp onder de aandacht

te brengen.”

BurenhulpZeven dorpen hebben in Opsterland

dorpssteunpunten opgezet. Vanuit

deze punten geven vrijwilligers

informatie over wonen, welzijn en zorg

en organiseren ze burenhulp. Dorpen

kiezen zelf hoe ze dit organiseren, met

ondersteuning van de Wmo-adviseur

en Timpaan Welzijn. Een aantal dorpen

heeft met ondersteuning van het

opbouwwerk verder een integraal

dorpsontwikkelingsplan gemaakt

vanuit de vraag: hoe wil je dat jouw

dorp er over vijf jaar uitziet? Hilde:

“De kracht van deze gemeente is

dat ze niet top-down communiceert

met bewoners, maar op hetzelfde

niveau wil zitten. Je proeft het als je in

Opsterland bent, deze gemeente doet

het echt samen met de bewoners.”

Scenario’s En zo heeft de gemeente ook een

visie ontwikkeld op voorzieningen, in

samenspraak met bewoners. Dat is

gedaan met behulp van scenario’s. Die

waren bedoeld als voorbeelden maar

zijn door een deel van de bewoners iets

te letterlijk genomen, vertellen Hilde en

Jannie. Wat leren we van Opsterland?

Hilde: “Dat het loont om goed te com-

municeren met bewoners, maar wel

gedoceerd. Niet méér communiceren,

maar beter communiceren.” Jannie:

“De kracht van Opsterland is dat deze

gemeente structureel bezig is met bur-

gerparticipatie, het is niet zomaar een

pilot of project. De bewoners worden

daarin volstrekt serieus genomen.

Verder valt op dat deze gemeente goed

gebruik maakt van maatschappelijke

organisaties, zoals het opbouwwerk.”

Meer informatie: Jannie Schonewille ([email protected] of 030 789 2270)en Hilde van Xanten ([email protected] of 030 789 2167).

Deze gemeente doet het echt samen met bewoners.

Veel gemeenten worstelen met de vraag: hoe

betrek je bewoners bij je beleid? En sterker

nog: hoe maak je ze medeverantwoordelijk? De

gemeente Opsterland heeft dorpenbeleid gemaakt,

in samenspraak met de bewoners uit de zestien

dorpen. Het traject is door MOVISIE opgetekend

in de brochure Burgerparticipatie: het verhaal van

Opsterland.

Gemeenten en bewoners moeten samen een visie ontwikkelen op basisvoorzieningen

7

In 2010 is de Community Art Lab eXtra

Large (CAL XL) gestart, een laboratorium

voor kunst en samenleving. Community

arts is een verzamelnaam voor projecten

van kunstenaars en sociale professionals

die aansluiting zoeken bij de belevings-

wereld van doorsnee Nederlanders

zoals Henk en Ingrid, maar ook Ahmed

en Fatima. Het gaat om projecten

voor mensen die op voorhand weinig

hebben met het gesubsidieerde culturele

aanbod, maar wel behoefte hebben om

betekenis te geven aan hun dagelijkse

werkelijkheid. De projecten draaien alle-

maal om kunst maken in, voor, door en

met lokale gemeenschappen. Bekende

voorbeelden zijn ‘De Verhalenkeuken’

van het 5eKwartier, ‘Zina’ van Adelheid

Roosen, ‘Boerenerfgoed’ in Limburg en

‘Allerzielen Alom’ van Ida van der Lee.

Community artsCommunity arts wint snel aan invloed

en populariteit. Toch hebben overhe-

den en professionele instellingen vaak

moeite om dit op een reguliere en

duurzame manier te ondersteunen.

CAL XL werkt aan een oplossing met

een landelijk gecoördineerd actieplan.

MOVISIE speelt een belangrijke rol

bij de invulling ervan. Zo wordt een

post hbo-leergang ontwikkeld voor

partners in community arts-projecten,

waaronder welzijnsorganisaties

en woningcorporaties. Daarnaast

vormt MOVISIE een netwerk met

de koplopers binnen welzijn om

aan de welzijnsdoelen ontmoeting,

participatie en empowerment te

werken. En op 12 oktober 2010 heeft

MOVISIE in samenwerking met de

Uit een panelonderzoek onder 1973

Nederlandse MKB-bedrijven blijkt dat

meer dan de helft van de kleine en

middelgrote bedrijven in Nederland

een of meer maatschappelijke

organisaties steunt. Bedrijven dragen

vooral bij in de vorm van donaties of

inzet van mensen. De belangrijkste

reden om maatschappelijk betrokken

te ondernemen, is dat het leuk en

inspirerend is (55 procent). Op de

tweede plaats komt ‘omdat het hoort’.

Dertien procent van de bedrijven doet

eraan ‘omdat het loont’.

De eerste resultaten van de

Nationale MBO-monitor, de monitor

voor maatschappelijk betrokken

ondernemen, werden gepresenteerd

tijdens Wereldz op 8 november

2010. Het evenement dat voor de

tweede keer georganiseerd werd,

trok vijfhonderd bezoekers. Mensen

uit het bedrijfsleven, de overheid en

het maatschappelijk veld wisselden

ervaringen over hoe je maatschap-

pelijk betrokken ondernemen in de

praktijk brengt. Tegelijkertijd werd

het digitale meetinstrument van de

Nationale MBO-monitor gepresen-

teerd, waarmee bedrijven zelf in kaart

kunnen brengen wat hun inspan-

ningen op MBO-terrein hun concreet

opleveren. Ga voor meer informatie

naar www.nationalembomonitor.nl.

Meer informatie: Stefanie Lap ([email protected] of 030 789 22 58).

In de media is veel aandacht besteed aan (de

protesten tegen) de bezuinigingen op kunst en

cultuur. Zo vroeg de Eerste Kamer aan de Tweede

Kamer om af te zien van btw-verhoging. Want

kunst en cultuur is belangrijk voor Nederland. En

draagt bij aan onze samenleving. Ook MOVISIE

onderschrijft dat belang.

Kunst en cultuur brengt mensen bij elkaar

landelijke organisatie Kunstfactor een

werkconferentie georganiseerd, waar

de koplopers inspirerende voorbeelden

konden laten zien van community

arts. Lees meer over CAL XL op

www.zimihc.nl/CALXL.

Filmfestival In 2011 organiseert MOVISIE de

tweede editie van het Kunst en

Cultuur voor je Wijk-festival. Dit online

filmfestival brengt kunst- en cultuur-

projecten in beeld die een positieve

invloed hebben op de leefbaarheid

in wijken en buurten. U kunt tot

1 februari 2011 meedoen door online

video’s (op platforms als YouTube en

Vimeo) voor te dragen voor een prijs.

Op 1 april 2011 is de prijsuitreiking in

Theater Zuidplein in Rotterdam. Op

die dag wordt ook een videoworkshop

gegeven door een aantal internationale

topdocumentairemakers over hoe

je een project goed in beeld brengt.

Bezoek het festival op www.kunsten-

cultuurvoorjewijk.nl.

Meer informatie: Saskia van Grinsven ([email protected] of 030 789 21 02) en Harry Mertens ([email protected] of 030 789 20 34).

Helft bedrijven onderneemt betrokken

Page 8: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

mens en organisatie

MOVISIE adviseert en ondersteunt maatschappelijke organisaties en

overheden bij vragen op het gebied van organisatieversterking en

organisatieverandering. Uitgangspunt is het vinden van evenwicht

tussen organisatiedoelen, resultaten en de motivatie van mensen.

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

Als professionals de wijk in gaan dan kennen ze de bewoners beter en kunnen ze beter zien wat voor ondersteuning nodig is.

8

“Dit is een groep om te klankborden.”Marc van Ooyen, gemeente Buren

“Wonen, welzijn en zorg gaat in onze

gemeente heel belangrijk worden.

Wij hebben te maken met vergrijzing,

tegelijk wordt er flink bezuinigd.

Dus wat kun je als gemeente doen?

Met die vraag ben ik de praktijk-

werkplaats ingestapt. We hebben

nu drie bijeenkomsten gehad. Mijn

verwachting was dat ik tips en trics van

andere gemeenten zou krijgen en die

verwachting is uitgekomen. Ik vind het

vooral prettig om als volkshuisvester te

praten met mensen vanuit welzijn en

zorg. Wat voor keuzes maken zij? Hoe

overleggen zij met hun wethouder?

De praktijkwerkplaats is voor mij een

klankbordgroep van mensen die met

dezelfde vragen en ontwikkelingen

bezig zijn.”

“Ik heb ideeën nodig.”Jannie Drenthe, gemeente Pekela

“In onze gemeente gaat de discussie

over de krimp. Hoe gaan we daarmee

om? In de praktijkwerkplaats zitten niet

alleen gemeenten, maar ook mensen

van welzijn en zorg. We zijn allemaal

bezig om de slag naar de wijk te maken.

Niet meer vanuit het gemeentehuis

werken, maar met onze professionals

de wijk in, samen de infrastructuur in de

wijk versterken. Als je in de wijk zit, ken

je de bewoners beter en kun je ze echt

ondersteunen. Hier ligt de sleutel, ook

met het oog op de krimp en vergrijzing.

In de wijk kunnen we immers meer

gebruik maken van sociale netwerken

en vrijwilligers. Ik verwacht dat mensen

daardoor minder gebruik van voorzie-

ningen hoeven te maken. Anders is het

op termijn niet meer op te brengen.

Ik hoop via de praktijkwerkplaats op

ideeën te komen door de voorbeelden

van andere gemeenten en welzijns- en

zorgorganisaties. Ik heb weinig beleids-

overleg met andere gemeenten. Via

zo’n werkplaats kan ik wellicht eens een

collega bellen en vragen: help me even.”

Zonder reclame te maken, ontving

Daan de Bruijn afgelopen maand zo’n

tien aanvragen voor het Vrijwilligers

Tevredenheid Onderzoek, een digitale

onderzoeksmethode van MOVISIE

(www.movisie.nl/vto). Grote organisaties

als FNV Bondgenoten en het Wereld

Natuur Fonds peilen elke paar jaar de

tevredenheid van hun vrijwilligers.

Maar ook poppodium Mezz en Bisdom

Utrecht doen dit. Reden? De Bruijn

schrijft het toe aan kritische vrijwilligers

en kritische gemeenten. “Vrijwilligers

vinden het belangrijk dat een organisatie

aantrekkelijk is en goede begeleiding en

voorzieningen biedt. Vooral jongere vrij-

Sleutelen in praktijkwerkplaatsenOp vijftien plekken in het land zijn gemeenten en

WWZ-organisaties een praktijkwerkplaats gestart.

Ze willen beter samenwerken op het gebied van

wonen, welzijn en zorg. MOVISIE organiseert deze

werkplaatsen samen met Vilans en Aedes-Actiz

Wonen-zorg. Twee deelnemers aan het woord over

hun ervaringen.

Als vrijwilligers tevreden zijnKwaliteit is hot in vrijwilligersland. Steeds meer

vrijwilligersorganisaties realiseren zich dat het

belangrijk is om te blijven werken aan kwaliteit.

Daan de Bruijn, adviseur organisatieversterking bij

MOVISIE, legt uit hoe dit komt.

Dit is W+W+Z

W+W+Z=Maak het samen! is een driejarig ondersteuningsprogramma

voor gemeenten en lokale samenwerkingspartners. Het programma

ondersteunt beide partijen bij de regievoering en samenwerking

op het gebied van wonen, welzijn en zorg. Op dit moment zijn er

verschillende praktijkwerkplaatsen waar ruim vijftig gemeenten aan

meedoen. Ze worden ondersteund door adviseurs van MOVISIE. Het

programma stopt eind 2011. www.wwzmaakhetsamen.nl.

Hoe pak ik de regierol op?Anita Peters, adviseur bij MOVISIE: “Ja, dat is de belangrijkste vraag

die wij in de praktijkwerkplaatsen horen van gemeenten. Zeker in

tijden van bezuiniging. Gemeenten worden er ook door samenwer-

kingspartners op gewezen: pak die rol toch op! Mijn eerste advies

aan gemeenten is: realiseer je dat dit werk anders is dan je gewend

was. Die regierol vraagt dat je tijd steekt in relatiebeheer, dat je zorgt

dat samenwerkingspartners geïnteresseerd raken en blijven, dat je je

kunt verplaatsen in de bezuinigingsperikelen van betrokken partijen.

Het resultaat is dus niet direct een zichtbare nota. Het vraagt ook om

een visionaire blik. Het gaat erom dat je partijen in beweging krijgt.

In de praktijkwerkplaatsen helpen wij gemeenten hiermee.”

Meer informatie: Anita Peters ([email protected] of 030 789 20 64).

www.movisie.nl/2011

Mijn aanrader voor 2011? Het congres Leden de Baas op 27 januari 2011. Ik kan dit alle professionals binnen verenigingen aan- bevelen. Hier ontdek je hoe je leden op een andere manier bij je vereniging betrekt.

Bernadette Clemens - manager mens en organisatiewilligers willen dat het vrijwilligerswerk

hen wat oplevert voor hun persoonlijke

ontwikkeling.”

AantrekkelijkEn ook gemeenten en andere

subsidieverstrekkers zijn veeleisender.

Zo overweegt Den Haag om de

NOV-kwaliteitsonderscheiding Goed

Geregeld als subsidievoorwaarde te

hanteren (www.nov.nl). “Overigens

gaat dit alleen gelden voor profes-

sionele organisaties die met vrijwilligers

werken en die beschikken over meer

dan drie beroepskrachten”, nuanceert

De Bruijn. Tegelijkertijd ziet hij ook

dat vrijwilligersorganisaties zich van

binnenuit hoe langer hoe profes-

sioneler opstellen. Hij noemt Scouting

Nederland als voorbeeld. “Zij willen

een aantrekkelijke organisatie zijn

voor hun vrijwilligers, een lerende

organisatie waar mensen zich kunnen

ontwikkelen. Zij zijn bijvoorbeeld bezig

met de kwaliteit van het spelaanbod en

van voorzieningen zoals gebouwen en

materialen.”

KwaliteitswerkgroepInmiddels heeft de roep om kwaliteit

geresulteerd in een kwaliteitswerk-

groep binnen de vereniging NOV. Grote

vrijwilligersorganisaties als Scouting

Nederland en natuurorganisatie IVN

doen mee. Daan de Bruijn is verrast

door het enthousiasme.“Ik merk aan

alle kanten dat het uitgangspunt is

dat werken aan kwaliteit leuk moet

zijn.” De werkgroep ontwikkelt een

kwaliteitsmodel dat het mogelijk moet

maken om niet alleen te sturen op

vrijwilligersmanagement maar ook

op de kwaliteit van het aanbod, het

bestuur en de financiën. Komend

jaar wordt de kwaliteitsaanpak verder

ontwikkeld en in de praktijk getest. De

Bruijn: “We hopen dat dit een breed

toepasbare kwaliteitsaanpak oplevert

waarmee lokale vrijwilligersafdelingen

in de toekomst met plezier aan

kwaliteitsverbetering kunnen werken.”

Meer informatie: Daan de Bruijn ([email protected] of 030 789 20 98).

Page 9: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Beroepsontwikkeling

Het werk van de sociale professional verandert permanent, omdat maatschappij en

beleid voortdurend in beweging zijn. MOVISIE vertaalt deze veranderingen naar de

werkvloer in zorg en welzijn.

De nieuwe manier van werken

veroorzaakt een verschuiving in het

werk van de welzijnsprofessional. De

beroepskracht gaat minder zelf doen

en meer tijd besteden aan het coachen

van andere partijen die bij zijn cliënt

betrokken zijn. Hij volgt, voor zover

mogelijk, het initiatief en de keuzes van

de burger. Een nieuwe aanpak dus die

deels vraagt om nieuwe vaardigheden.

MOVISIE helpt managers en beroeps-

Wil de nieuwe professional nu opstaan?Met de komst van Welzijn Nieuwe Stijl heeft de

welzijnsprofessional een nieuwe rol gekregen. Hij

moet eropaf en de wens van de bewoner centraal

stellen. Ga er maar aan staan!

krachten bij de overgang naar het

wijkgericht werken.

AanbodIn mei 2011 verschijnt een publicatie in

de serie Transparant aanbod, speciaal

voor wijkmaatschappelijk werkers en

individuele opbouwwerkers uit kracht-

teams. Hierin wordt een overzicht

gegeven van de werkzaamheden van

het individueel sociaal werk in de wijk

en de werkwijze die hierbij hoort. Verder

biedt MOVISIE verschillende trainin-

gen die ondersteuning bieden bij de

uitvoering van Welzijn Nieuwe Stijl. In

de training Zelfregie versterkend werken

leert de professional om te focussen op

de kracht van zijn cliënt, in plaats van

op de beperkingen. In de training De

vitale beroepskracht gaat het juist om

het welzijn van de professional. Goed

zorgen voor je cliënt begint immers met

goed zorgen voor jezelf.

Wilt u een traject op maat om betere uitvoering te geven aan Welzijn Nieuwe Stijl? Neem contact op met Harry Hens ([email protected] of 030 789 21 19).

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

Vitaal werken? Volg ons op www.twitter.com/vitaalwerken

De manager als duizendpoot: coach, innovator, ondernemer, netwerker, inhoudelijk deskundig, resultaatgericht etc.

9

“Bedrijfsmatige kennis is een must.”Jacqueline van Poeteren, manager

bedrijfsvoering Cumulus Welzijn

“Absoluut! Het is een must dat je als

manager een bedrijfsmatige achter-

grond hebt. Ik heb zelf bedrijfskunde

gestudeerd en ik merk dat dit voor deze

baan precies de juiste ondergrond is.

Ik let op geld en dat vind ik het grote

verschil met inhoudelijke managers. Wat

kost het eigenlijk? Waar komt het geld

vandaan? Dat zijn vragen die ik stel als

een medewerker met een voorstel komt.

Zeker in deze turbulente tijd, waarin we

te maken hebben met bezuinigingen,

is bedrijfsmatige kennis een voor-

waarde om te kunnen overleven in de

welzijnssector.”

maar wat is kwaliteit?Met alle roep om vernieuwing van

welzijn is de druk op professionals

om kwaliteit te leveren groot. Maar

wat is nu eigenlijk kwaliteit? Dat leest

u in de Handreiking Professioneel

Ondersteunen voor sociaalagogische

dienstverlening.

De handreiking is een instrument om

de kwaliteit van professionele onder-

steuning onder woorden te brengen.

MOVISIE heeft vijf kwaliteitsstandaar-

den benoemd, samen met vertegen-

woordigers van cliënten, professionals,

managers, beleidsmakers en beroeps-

opleiders. Dit zijn:

• Respectvol bejegenen

• Eigen regie versterken

• Integraal benaderen

• Ontwikkelingsgericht ondersteunen

• Resultaatgericht ondersteunen.

De Handreiking Professioneel Onder-

steunen is ontwikkeld binnen het

project Professionaliteit Verankerd.

Hierin werken brancheorganisaties,

beroepsverenigingen, beroepsonder-

wijs en cliëntorganisaties samen.

Meer informatie: Paul Vlaar ([email protected] of 030 789 21 30) en www.movisie.nl/publicaties.

Zorg en welzijn heeft bedrijfskundige managers nodigMOVISIE herijkt op veler verzoek het competentieprofiel van de manager

in zorg en welzijn uit 1998. Het profiel is voorjaar 2011 klaar. Tijdens

een bijeenkomst met managers is de stelling besproken: zorg en welzijn

heeft bedrijfskundige managers nodig.

www.movisie.nl/2011

Mijn aanrader voor 2011? De portal over professionalisering, speciaal voor instellingen en beroepsopleidingen. Er is genoeg te vinden over professionalisering op internet, maar niet op één plek. Dat gaat dus veranderen.

Harry Hens - manager beroepsontwikkeling

En wat vindt MOVISIE?

De branche zorg en welzijn staat voor een enorme opgave. De

Wmo en de bezuinigingen vragen van managers dat ze met visie en

energie de verandering aangaan, dat ze dit als een uitdaging zien

en als een kans om vernieuwingen en kwaliteitsverbeteringen te

realiseren. De uitdaging zit ‘m erin om innovaties vorm te geven met

en vanuit het vertrouwen in de professionaliteit van de uitvoerende

beroepskrachten. Samen zoeken naar mogelijkheden om met minder

middelen toch kwaliteit te leveren en met plezier te blijven werken.

En dan hebben we het nog niet eens over de kwaliteiten die nodig

zijn om samen te werken met ketenpartners. Eigenlijk heb je een

duizendpoot nodig: een ondernemer en innovator, een coach en

facilitator richting medewerkers, een netwerker, iemand die verstand

heeft van de inhoud van het werk en iemand die resultaatgericht is

en op efficiëntie let. Zodat de onderneming kan voortbestaan - met

behoud van kwaliteit.

inwerkt. Je kunt geen goede weging

maken als je geen verstand van zaken

hebt. Ik heb eens een bedrijfskundige

manager gekend die alleen in kpi’s

dacht, in kritische prestatie-indicatoren.

Maar daarmee mis je de context, je

moet ook begrijpen wat er gebeurt.”

“Het gaat om de inhoud.”Hans de Bruijn, Lumensgroep

“Nee, niet mee eens. Een goede

manager heeft kennis van de inhoud.

Anders mis je de aansluiting bij je

medewerkers. Stel dat er iets gaat ver-

anderen voor mijn medewerkers. Dan

kan ik ze niet overtuigen met alleen

bedrijfsmatige argumenten, daar heb

ik de inhoud voor nodig. Daarnaast is

bedrijfsmatige kennis handig. Ik heb

het heel lang gered met alleen een

inhoudelijke achtergrond. Maar na

een bedrijfsmatige studie zie ik dat de

kwaliteit van mijn werk substantieel is

verbeterd.”

“Manager zijn is een vak apart.”Marguerite Opstelten,

TriviumLindenhof

“Een manager in zorg en welzijn

moet affiniteit hebben met de

doelgroep, waarbij ik denk aan de

hele non-profitsector. Een manager

met een managementopleiding en

“Je moet verstand van zaken hebben.”Ton van Gils, Pris

“Een bedrijfskundige manager is

inderdaad belangrijk voor de sector,

maar alleen als hij of zij zich inhoudelijk

een inhoudelijke achtergrond spreekt

mij daarom aan. Wat niet wil zeggen

dat iedereen met een inhoudelijke

achtergrond ook meteen een goede

manager is. Manager zijn is een vak

apart en past niet bij iedereen. Een

afgeronde studie bedrijfskunde vind ik

echter niet noodzakelijk.”

Meer informatie: Chantal van Arensbergen ([email protected] of 030 789 21 20).

Page 10: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Huiselijk en seksueel geweld

Huiselijk geweld is het meest voorkomende geweldsdelict in

Nederland. MOVISIE ondersteunt overheid en uitvoerders bij

signalering, preventie en het effectief aanpakken van huiselijk

en seksueel geweld.

Toegeven aan de avances van oudere mannen Jongensprostitutie

Vrijbuiters uitgebuit is een nieuw boek over minderjarige

jongensprostitutie. Zijn deze jongens vrijbuiters of worden

ze uitgebuit?

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

Wie de codetaal kent, kan gemakkelijk

puberjongens vinden die seks

willen in ruil voor geld. Klanten en

jongens vinden elkaar via internet, in chatrooms

of op speciale escortsites. Maar verder weten

de jongens heel goed hoe ze buiten het blikveld

van politie en hulpverlening kunnen blijven.

In Vrijbuiters uitgebuit komen elf jongens aan

het woord die paydates doen, zoals ze het

zelf noemen. Daarnaast vertellen drie klanten

over hun afspraken met minderjarige escorts.

De gesprekken maken zichtbaar wat meestal

onzichtbaar blijft. Want hoewel de jongens

steevast zeggen dat het hun eigen keuze is en dat

ze geen problemen hebben, blijkt uit hun verhalen

het tegendeel.

JongenswereldDe verhalen van de jongens tonen een wereld

waarin zij, ondanks angst en tegenzin, toegeven

aan de avances van oudere mannen, louter

vanwege de belofte van geld of de wens

‘ingewijd’ te worden in homoseksualiteit. Het

is een wereld waarin jongens leren om de

knop om te draaien als de seks niet prettig

is of de man afstotelijk. Waarin jongens na

jarenlange pesterijen op school blij zijn met de

bewondering en aandacht van klanten, ook al is

die louter seksueel. Een wereld, waarin ze door

toenemend drugsgebruik of gewenning aan een

dure levensstijl niet meer uit eigen beweging

kunnen stoppen met paydates, al zijn ze er

eigenlijk wel klaar mee.

Drie taboesWaarom is er zo weinig bekend over deze

jongens? Lou Repetur, een van de auteurs

en projectleider bij MOVISIE: “Dat komt door

drie taboes in onze samenleving: het taboe op

prostitutie, het taboe op homoseksualiteit en

het taboe op het zien van puberjongens als

mogelijke slachtoffers van seksueel misbruik.

Om met het laatste taboe te beginnen:

slachtofferschap van jongens en mannen wordt

maar moeilijk onderkend. Daarbij komt dat

mannen en jongens niet snel om hulp vragen.

Zonder hulpvraag zal de samenleving een

probleem niet gauw herkennen. Daarnaast

speelt mee dat prostitutie een taboe is.

Jongensprostitutie speelt zich om die reden vaak

af in de anonimiteit van internet, waardoor we

niet weten hoe vaak het voorkomt. Tot slot gaat

het meestal om homoseksuele contacten. En dat

moet voor beide partijen geheim blijven.”

Dure schoenenJandirk Veenstra is senior communicatieadviseur

bij MOVISIE en interviewde de jongens. Hij vult

aan: “Internet is voor homojongens vaak de enige

manier om te experimenteren met hun gevoelens.

Maar in chatboxen komen ze al snel in contact

met mannen die veel ouder zijn. Die bieden geld

en dat is erg verleidelijk als je gevoelig bent voor

dure kleding en mooie schoenen. Het zou goed

zijn als er meer chatboxen komen voor jongens

onder de achttien waar ze veilig leeftijdgenoten

kunnen ontmoeten. Want alle jongeren moeten

kunnen experimenteren met hun gevoelens, maar

wel op een manier die ze niet beschadigt.”

Vrijbuiters uitgebuit, minderjarige jongens in de prostitutie – 11 portretten is te koop in de boekhandel en te bestellen bij www.swpbook.com. Prijs: € 19.90.

Meer informatie: Lou Repetur ([email protected] of 030 789 21 17) en Jandirk Veenstra ([email protected] of 030 789 22 06).

Jongens draaien de knop om als de seks niet prettig is.

Op 9 mei, de eerste dag, is het programma

toegesneden op bestuurders, beleidsmakers en

onderzoekers. Op 10 mei zijn de professionals

uit de praktijk welkom. De avond van de eerste

congresdag kunt u meedoen aan een diner

pensant met het accent op toekomstig beleid.

Dag 1De eerste dag staat in het teken van landelijk en

internationaal onderzoek en regionaal en lokaal

beleid. Bestuurders, beleidsmakers, managers,

maar ook cliëntenbelangenorganisaties en onder-

zoekers komen op deze dag aan hun trekken.

Het programma opent met de presentatie van

een onderzoek naar de ondersteuningsbehoefte

van jongeren en ouders die te maken hebben

gehad met huiselijk geweld. Verder is er

aandacht voor het prevalentieonderzoek naar

kindermishandeling en het bevolkingsonderzoek

huiselijk geweld. Er zal ook aandacht zijn voor

Europees onderzoek naar de aanpak van geweld

tegen vrouwen, kinderen en homo’s.

Dag 2De tweede congresdag is speciaal voor alle

professionals die werken in de dagelijkse praktijk

van partnergeweld, ouderenmishandeling en kin-

dermishandeling. De nadruk ligt op methodieken

en op de bruikbaarheid van eerder gepresenteerd

onderzoek in de praktijk.

WorkshopsOok dit jaar zijn er ’s middags veel workshops:

over de databank Effectieve sociale interventies,

over de implementatie van de Wet Meldcode,

over verantwoord beslissen en risicotaxatie

voor managers, over de regionale aanpak van

kindermishandeling, over de nieuwe methodiek

Hé kijk mij nou!, over het vlaggensysteem, over

mannelijke slachtoffers en nog veel meer!

InschrijvenHet volledige programma is vanaf voorjaar 2011 te

vinden op www.huiselijkgeweld.nl. Daar kunt u ook

alvast uw belangstelling voor dit congres kenbaar

maken. U ontvangt bericht zodra de inschrijving

geopend is. Het congres wordt georganiseerd door

MOVISIE en het Nederlands Jeugdinstituut.

Meer informatie: Annemiek Goes ([email protected] of 030 789 20 86).

Groot congres op 9 en 10 mei 2011

Huiselijk geweld en kindermishandelingOp 9 en 10 mei 2011 vindt het

jaarlijkse congres over huiselijk

geweld en kindermishandeling

plaats. Dit jaar is het thema:

wat werkt echt voor de cliënt?

Noteer de data in uw agenda.

Het beloven interessante dagen

te worden!

Wie de codetaal kent kan op internet gemakkelijk puberjongens vinden die seks willen in ruil voor geld.

10

www.movisie.nl/2011

Mijn aanrader voor 2011? Het Trendrapport seksueel geweld. Daarin zie je de thema’s die gaan spelen, zoals de invloed van de digitale media en preventie van slachtoffers en plegers van seksueel geweld.

Silvie Janssen - manager huiselijk en seksueel geweld

Page 11: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Dit moet van de daken geschreeuwdGeen huwelijksdwang maar vrije partnerkeuze

Een vertrouwensband tussen leerling en docent kan huwelijksdwang

voorkomen. Dat is de ervaring in Ethiopië en dat is ook in

Nederland nodig, zo bleek uit de conferentie ‘Samen sterk tegen

huwelijksdwang’, op 26 november 2010. Een delegatie uit Ethiopië

legt hun aanpak uit.

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

De conferentie trekt opvallend

veel mensen van de politie

en van scholen, zowel

middelbare scholen als ROC’s. Ze zijn

speciaal gekomen voor de presentatie

van de vier experts van de Ethiopische

organisatie TDA, zo blijkt al snel.

Gedwongen huwelijken en kindhuwe-

lijken zijn in Ethiopië verboden, legt

één van de genodigden uit. De meeste

scholen werken daarom met de GEAC-

methodiek, door UNICEF erkend als

good practice. De GEAC is een commis-

sie van docenten, leerlingen en ouders

die zeer alert is om kindhuwelijken en

gedwongen huwelijken te voorkomen.

Per school worden absentielijsten

bijgehouden. De commissie gaat langs

bij meisjes die niet op school komen en

overlegt met de familie. De commissie

werkt nauw samen met de scholen,

de politie, vrouwenverenigingen, de

overheid, de rechter en invloedrijke

leiders uit de gemeenschap.

MohammedHuwelijksdwang komt ook in Nederland

voor, hoewel er geen cijfers beschikbaar

zijn. Salima Belhaj, Fractievoorzitter van

D66 in Rotterdam: “Er praten weinig

mensen in Nederland over huwelijks-

dwang, maar ik vind dat het van de

daken geschreeuwd moet worden dat

vrije partnerkeuze mag in Nederland.

Mijn ouders waren redelijk progres-

sief, maar toch verwachtten ze dat ik

met een Mohammed thuis zou komen.

Op de middelbare school had ik een

Nederlands vriendje. Als ik mijn dagboek

teruglees, zie ik wat een spanning dat

gaf. Ik had hoofdpijn, was vaak moe. Ik

heb uiteindelijk twee jaar geen contact

gehad met mijn ouders.”, maar gelukkig

is dat goed gekomen.

School en thuisBelangrijk onderdeel van de conferentie

is de paneldiscussie, waar ook de zaal

actief aan meedoet. Want wat kunnen

we leren van deze methodiek? “Het

succes van deze methodiek zit in een

sterke vertrouwensband tussen leerlin-

gen en docenten. Scholen zijn de juiste

plek om gedwongen huwelijken te sig-

naleren, ook in Nederland”, aldus Leyla

Çinibulak, projectleider bij MOVISIE.

Garip Özcan, sociaal-cultureel werker in

Den Haag: “Die vertrouwensband zoals

in Ethiopië is er niet in Nederland. Hier

zie je een gat tussen school en thuis.

Ouders zijn weinig betrokken bij de

school.” Mürvet Dogan, docente op het

ROC, beaamt: “De meisjes vertrouwen

mij wel, maar ze willen dat ik mijn mond

houd tegenover hun ouders. Anders

mogen ze niet meer naar school.”

LuisterenMarianne Vorthoren van SPIOR: “In

Ethiopië zien ouders de leden van

de GEAC-commissie als hun eigen

mensen. In Nederland zien ouders

de school als iets van de overheid.

Het is beter om mensen vanuit de

eigen groep in te zetten om ouders te

overtuigen. En we moeten de discussie

niet los zien van het maatschappelijke

klimaat. Migrantenouders horen

alsmaar: jullie doen het niet goed.”

Het debat eindigt met de vraag: wat

kun je doen voor mogelijke slachtof-

fers? Luisteren is vaak al voldoende,

concluderen de panelleden. “Geef

leerlingen het gevoel dat je er voor

hen bent.” Een andere tip: verwijs

door naar het Zorg Advies Team van de

school, mits je zeker weet dat het team

voldoende kennis heeft en echt hulp

kan bieden.

Meer informatie? Kijk op www.movisie.nl/huwelijksdwang of neem contact op met Bert Groen ([email protected] of 030 789 20 96) en Leyla Çinibulak ([email protected] of 030 789 22 04).

Lesmateriaal voor scholen

MOVISIE heeft lesmateriaal

ontwikkeld voor scholen:

YOUR RIGHT 2 CHOOSE. Het

materiaal bestaat uit een

handleiding en kaartenset.

Te bestellen via www.

movisie.nl/huwelijksdwang.

Hé kijk mij nou!

in Nederland is er een gat tussen school en thuis.

Als docenten investeren in de vertrouwensrelatie met meisjes uit de risicogroepen, horen ze eerder signalen over gedwongen huwelijken.

11

Hé kijk mij nou! helpt kinderen en

hun moeder om de geweldsspiraal te

doorbreken en hun pijn te verwerken.

De methodiek gaat uit van een

kindergroep en een moedergroep. Er

wordt gebruik gemaakt van visualisa-

ties, tekeningen en werkbladen.

Patroon doorbrekenMarijke Lammers, senior projectleider

bij MOVISIE: “Hé kijk mij nou!

voorziet in een leemte. Het is

afgestemd op het ontwikkelingsniveau

en de belevingswereld van kinderen

met een licht verstandelijke beperking

en hun moeders. De kinderen worden

door het geweld geschaad in hun

sociale, emotionele, lichamelijke en

cognitieve ontwikkeling. De moeders

worstelen met hun eigen problemen

en komen er niet aan toe om hun

kinderen te ondersteunen. Hé kijk mij

nou! helpt dit patroon te doorbreken.

De moeders leren hun verantwoorde-

lijkheid als ouder weer op te pakken

en te werken aan herstel van de

vertrouwensrelatie. De kinderen leren

hun ervaringen een plek te geven

waardoor blijvend trauma wordt

voorkomen.”

Gratis regionale bijeenkomstenMOVISIE organiseert in 2011 vier

regionale kennismakingsbijeenkomsten

voor professionals van MEE, zorginstel-

lingen, het speciaal basisonderwijs en

andere intermediairs en verwijzers.

7 februari 2011: regio Noord:

Groningen, Friesland, Drenthe

14 februari 2011: regio Midden:

Overijssel, Gelderland, Flevoland

14 maart 2011: regio West:

Utrecht, Noord- en Zuid-Holland

21 maart 2011: regio Zuid:

Brabant, Zeeland, Limburg.

Aanmelden kan tot vier weken voor

aanvang via het aanmeldformulier op

www.movisie.nl/hekijkmijnou.

TipsDownload de methodiek op het Hé

kijk mij nou!-gebruikersplatform op de

MOVISIE Academie.

Op 23 mei 2011 is er een train-de-

trainer voor hulpverleners die met de

methodiek aan de slag willen.

Meer informatie: www.movisie.nl/hekijkmijnou of Marijke Lammers ([email protected] of 030 789 20 88) en Wendela Wentzel ([email protected] of 030 789 20 94).

Effectieve methoden huiselijk geweld in databank

Huiselijk geweld is de meest voorkomende vorm van geweld in onze samenleving.

Een effectieve aanpak vraagt om goede samenwerking, simpelweg omdat expertise

van veel organisaties op diverse beleidsterreinen nodig is. Daarom werkt MOVISIE in

opdracht van het ministerie van Justitie aan de ontwikkeling van methodebeschrij-

vingen voor de preventie en aanpak van huiselijk geweld. De eerste stap is gezet: het

selecteren en beschrijven van tien goed onderbouwde methoden.

Dit is gebeurd op basis van een expertmeeting en een digitale enquête met

professionals uit het veld. Begin 2011 zijn de eerste vijf methodebeschrijvingen

al te vinden in de databank Effectieve sociale interventies van MOVISIE:

www.movisie.nl/effectievesocialeinterventies en op www.huiselijkgeweld.nl.

Tijdens de landelijke conferentie over huiselijk geweld en kindermishandeling op

9 en 10 mei 2011 zullen meer goede methoden worden gepresenteerd.

Meer informatie: Nonja Meintser ([email protected] of 030 789 20 89).

Huiselijk geweld heeft een enorme impact op

kinderen, zeker als zij een licht verstandelijke

beperking hebben. Hé kijk mij nou! is een nieuwe

methodiek om deze kinderen te helpen.

Page 12: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Vrijwillige inzet en mantelzorg

In Nederland zijn ruim 5 miljoen (zorg)vrijwilligers en 1,5 miljoen mantelzorgers.

Zij en hun organisaties hebben goede randvoorwaarden en ondersteuning

nodig om hun werk te kunnen blijven doen. MOVISIE zet zich in voor kwaliteits-

verbetering van de infrastructuur rond vrijwilligerswerk en mantelzorg.

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

12

Vanaf 2011 zijn alle middelbare

scholieren verplicht om een

maatschappelijke stage te

doen. Zo leren jongeren dat zij iets voor

de mensen en hun omgeving kunnen

betekenen. Een maatschappelijke stage

biedt ook kansen voor het platteland.

Er ontstaat immers binding als jongeren

in hun eigen gemeente actief worden,

mensen ontmoeten en daarmee een

sociaal netwerk opbouwen.

Pak die kansIn gemeenten zonder school voor

voortgezet onderwijs zijn vaak weinig

maatschappelijke stageplekken.

Herkenbaar? MOVISIE heeft voor

plattelandsgemeenten een traject

ontwikkeld om dit te verbeteren.

Samen met u inventariseert MOVISIE

welke maatschappelijke stages

bijdragen aan de binding van

jongeren met de gemeente en welke

rol jongeren kunnen hebben bij het

stimuleren van de leefbaarheid. En

wellicht zijn er andere vraagstukken

binnen de gemeente waarbij een

maatschappelijke stage een oplossing

kan bieden.

Eigen jeugdNa deze inventarisatie ontwikkelt

MOVISIE maatschappelijke stageconcep-

ten die u kunt aanbieden aan scholen en

maatschappelijk makelaars in de regio.

Het resultaat: meer maatschappelijke

stages in de gemeente waar de leerling

woont en daarmee meer inzet van eigen

jeugd in de gemeente. Uiteindelijk zullen

jongeren zich meer binden aan de eigen

gemeente en kan hun inzet gebruikt

worden voor de verbetering van de

leefbaarheid.

Meer informatie: Fraukje van Dijk ([email protected] of 030 789 20 51) en Jannie Schonewille ([email protected] of 030 789 22 70).

In Beek-Ubbergen kan men nog

bouwen op traditionele sociale

(familie)structuren: er is een rijk

verenigingsleven, men kent elkaar en

helpt elkaar als vanzelfsprekend. Op

korte termijn worden geen problemen

verwacht, maar niet overal ziet de

toekomst er zo rooskleurig uit. Veel

gemeenten hebben te maken met

krimp en daardoor verschraling van

voorzieningen. Openbaar vervoer,

winkels en gezondheidszorg raken

steeds meer op afstand. Dat vergroot

de druk op mantelzorgers, met name

voor ouderen. Daarnaast zorgen

kleinere gezinnen en veranderende

familiesamenstellingen - door

scheiding en hertrouw - voor kleinere

netwerken van mantelzorgers binnen

de familiekring. Door deze ‘krimp

achter de voordeur’ zal er komende

jaren meer en meer een beroep

gedaan moeten worden op vrienden,

bekenden en buren.

Overbelasting Vrienden, bekenden en buren

besteden echter vaak veel minder

tijd aan mantelzorg dan directe

familieleden. Voor mantelzorg dreigen

partners in de toekomst vooral op

elkaar aangewezen te zijn, zonder

de back-up van kinderen of andere

familie. Hierdoor ligt overbelasting op

de loer met bijbehorende risico’s als

sociaal isolement en ontsporing van

de zorg. Recente cijfers van het SCP

tonen aan dat het aantal zwaar- en

overbelaste mantelzorgers afgelopen

zeven jaar al met vijftig procent is

toegenomen. Geen geruststellende

cijfers in het licht van de sociale en

Hoe tevreden zijn mijn klanten? Nieuw voor steunpunten vrijwilligerswerk: het klanttevredenheidsonderzoek (KTO).

Dit is een digitaal doe-het-zelfinstrument waarmee u zowel vrijwilligersorganisaties

als individuele klanten eenvoudig kunt bevragen over de diensten die u biedt.

Om vervolgens met de resultaten de diensten gericht te verbeteren. Handig: het

onderzoek levert nuttige informatie op voor de verantwoording aan financier(s) en

gebruikers van het steunpunt. De eindrapportage laat zien welke verwachtingen

klanten van de ondersteuning hebben, van welke diensten gebruik is gemaakt,

hoe de klanten de verschillende diensten beoordelen en welke verbetersuggesties

klanten hebben. Door het klanttevredenheidsonderzoek vaker uit te voeren,

kunnen steunpunten vrijwilligerswerk de klanttevredenheid structureel volgen.

Meer informatie: www.movisie.nl/kto en Vanessa Zondag ([email protected] of 030 789 22 59).

Geen school, geen maatschappelijke stage?

Doen scholieren in uw plattelandsgemeente nog

geen maatschappelijke stage? Een gemiste kans!

MOVISIE helpt om jongeren deze stage te laten

lopen in hun eigen woonplaats.

Wmo & platteland

Wmo & platteland

Boodschappendienst

Scholieren uit Panningen doen in het kader van maatschappelijke stage boodschappen voor mensen die dat

zelf niet meer kunnen. Door iets kleins (boodschappen doen) doen zij maatschappelijk gezien iets groots. De

boodschappendienst heeft diverse maatschappelijke doelstellingen: contact tussen jong en oud, contact met

mensen met een beperking en ontlasting van mantelzorgers.

Krimp achter de voordeur

demografische ontwikkelingen die

ons komende decennia te wachten

staan.

Praat meeIn de trendstudie Mantelzorg

beschrijft MOVISIE de gevolgen

van deze sociale en demografische

ontwikkelingen voor de toekomst van

de mantelzorg. Er wordt met name

gekeken vanuit het perspectief van

mantelzorgers van ouderen. Hoeveel

rek zit er nog in de informele zorg? U

kunt hierover mee debatteren via de

LinkedIn-groep ‘MOVISIE: Informele

zorg’.

Meer informatie: Anita Peters ([email protected] of 030 789 20 64).

De plattelandsgemeente Beek-Ubbergen bestaat uit

acht kerkdorpen met ruim 9300 inwoners. “Als het om

mantelzorg gaat, loopt het in deze gemeente redelijk

goed”, concludeert beleidsambtenaar Lion Boeijen.

En dat wil de gemeente zo houden.

www.movisie.nl/2011

Maatschappelijke stage! Maatschappelijke organisaties kunnen er veel meer meedoen.

Wouter Rust - manager vrijwillige inzet

Page 13: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Enquête onder vrijwilligersorganisaties Wilt u weten hoe het vrijwilligersveld er in uw gemeente uit ziet?

Maak gebruik van Digimon, het digitale monitorinstrument van

MOVISIE. Met Digimon kunt u vrijwilligersorganisaties op eenvoudige

wijze over verschillende onderwerpen enquêteren. U maakt gebruik

van een basisvragenset die u kunt aanvullen met specifieke vragen die

in uw gemeente spelen. Digimon is een doe-het-zelfinstrument.

Voor 150 euro per jaar kunt u het systeem, de basisvragenset en de

telefonische helpdesk gebruiken. Kijk op www.movisie.nl/digimon.

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

www.movisie.nl/2011

Mijn aanrader voor 2011? De studiedagen voor vrijwilligers-coördinatoren. Daarin gaan we aan de slag met methodieken voor het inzetten van vrijwilligers ter ondersteuning van mantelzorgers.

Trudy Schreuder Goedheijt - manager informele zorg

“mensen met een

beperking hebben, net

als iedereen, talenten en

kwaliteiten die zeer waardevol zijn voor

het vrijwilligerswerk. Als beleidsme-

dewerkers de vrijwilligersorganisaties

hierin stimuleren, slaan ze twee vliegen

in één klap. Méér mensen doen

in de gemeente mee, en de lokale

vrijwilligersorganisaties verbreden hun

horizon en boren nieuwe bronnen van

vrijwilligers aan.”

Tekort Ruim zestig procent van de

vrijwilligersorganisaties ervaart een

tekort aan vrijwilligers. Dat blijkt

uit landelijke cijfers van Digimon,

het digitaal monitorinstrument van

MOVISIE waar meer dan vierduizend

vrijwilligersorganisaties aan meedoen.

Vanessa Zondag voorspelt dat dit

tekort komende jaren alleen maar

groter wordt omdat meer dan de helft

van de huidige vrijwilligers ouder is

dan vijftig jaar. “Alleen al met het

oog op de toekomst is diversiteit van

het vrijwilligersbestand dus nodig. Het

lastige is dat vrijwilligersorganisaties

gewend zijn om in bekende vijvers

te vissen. Nog niet één procent van

de vrijwilligersorganisaties denkt aan

mensen met een beperking als ze

zoeken naar nieuwe vrijwilligers.”

Wat kunt u doen? Vanessa Zondag raadt beleidsmede-

werkers aan om de vrijwilligersorga-

nisaties in de gemeente bewust te

maken van deze blinde vlek. “Vaak is

het geen onwil maar pure onbekend-

heid. Vrijwilligersorganisaties gaan op

zoek naar het type vrijwilligers dat

ze al in huis hebben, maar dan tien

jaar jonger. Vraag lokale vrijwilligers-

organisaties eens hoe toegankelijk ze

zijn. En dan heb ik het niet zozeer

over de fysieke toegankelijkheid,

ook belangrijk, maar vooral over de

figuurlijke toegankelijkheid: staat

de deur open voor een nieuw type

vrijwilliger?”

KenniscaféWe kennen ze niet, is een veelgehoorde

opmerking van vrijwilligersorganisaties.

Zondag is niet onder de indruk. “Ook

daar kan je als gemeente een rol in

spelen door samenwerking te facili-

teren. Organiseer een beurs of ander

evenement waar de verschillende

partijen elkaar kunnen ontmoeten en

nodig daarbij ook dagbestedingscentra,

woonvormen en sociale werkplaatsen

uit. Regel een kenniscafé of lunchmee-

ting waarbij de gemeente insteekt op

de vraag: hoe toekomstbestendig is

uw organisatie eigenlijk? Stel meteen

een subsidiepotje beschikbaar voor

vernieuwende ideeën om mensen met

een beperking bij het vrijwilligerswerk te

betrekken. Wedden dat de zaal vol zit?”

Dit is het tweede artikel in een serie

over vrijwilligers met een beperking.

Het eerste artikel ging in op de rol van

vrijwilligersorganisaties.

Meer informatie: Vanessa Zondag ([email protected] of 030 789 22 59).

Gewetensvraag voor gemeenten: stimuleert u

vrijwilligersorganisaties om mensen met een

beperking bij het vrijwilligerswerk te betrekken?

Vanessa Zondag van MOVISIE kan het iedere

gemeente aanbevelen. “Laat zien waar de kansen

liggen voor vrijwilligersorganisaties in uw

gemeente. Elke gemeente heeft goede voorbeelden,

waarom zou u die niet in de etalage zetten?”

Staat de deur in uw gemeente open?

Vrijwilligers met een beperking

Bij het zoeken naar vrijwilligers wordt zelden gedacht aan mensen met een beperking.

13

Op een willekeurige dag zie je op

een zorgboerderij de zorgboer, soms

medewerkers, natuurlijk deelnemers

en af en toe vrijwilligers. Steeds meer

zorgboeren stellen zich de vraag: waar

kan ik vrijwilligers voor inzetten en

waar moet ik rekening mee houden?

Vrijwilligers kunnen de zorgboer

ontlasten. De zorgboer zorgt

samen met zorgprofessionals voor

de zorgbegeleiding, vrijwilligers

kunnen een belangrijke rol spelen in

ondersteunende taken. Zij kunnen

bijvoorbeeld deelnemers in de

groentetuin begeleiden, ondersteunen

bij het klaarmaken van de lunch en

het vervoer van cliënten van en naar

de zorgboerderij verzorgen.

Omdat de vrijwilliger een zelfstandig

werkend persoon is met specifieke

taken, is het van belang vrijwilligers

Vanuit prestatieveld 4 van de Wmo

hebben gemeenten de taak mantelzor-

gers en vrijwilligers te ondersteunen.

Kunt u hier wel wat hulp bij gebruiken?

MOVISIE heeft 23 prestatieveld@4

kaarten gemaakt. Deze kaarten geven

op één A4-tje praktische informatie

over onderwerpen als: de basisfunctie

verankeren, ontspoorde mantelzorg,

bezuinigen en het goed vormgeven

van mantelzorg- en vrijwil-

ligersbeleid, de rol van gemeenten

richting vrijwilligerswerkorganisaties

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

en administratieve lastenverlichting.

In 2011 wordt dit rijtje aangevuld met

onderwerpen waarvan gemeenten

hebben aangegeven er meer over

te willen weten. De prestatieveld@4

kaarten zijn te downloaden op

www.prestatieveld4.nl.

Meer informatie: www.prestatieveld4.nl en Matthijs Terpstra ([email protected] of 030 789 20 61).

Hulp voor de zorgboerOp een zorgboerderij zijn vaak vrijwilligers actief.

Hoe ga ik daarmee om, vragen steeds meer

zorgboeren zich af. MOVISIE begeleidt enkele

zorgboerderijen op dit punt.

op te nemen in de bedrijfsvoering.

Anders gezegd: het is verstandig

als zorgboerderijen een plan maken

waarin staat hoe omgegaan wordt

met vrijwilligers en wat er van hen

verwacht wordt. Vrijwilligersbeleid

dus.

MOVISIE begeleidt enkele zorg-

boerderijen bij het opzetten van

vrijwilligersbeleid. Dat gebeurt

binnen het project Zorg Beter met

vrijwilligers. Uit deze trajecten blijkt

dat vrijwilligers weliswaar steeds

meer aandacht krijgen, maar nog

meer aandacht nodig hebben. Kijk

op www.zorgbetermetvrijwilligers.nl.

Meer informatie: Mariëlle Meeuwsen ([email protected] of 030 789 21 11).

Wmo & platteland

Prestatieveld@4 kaarten

Page 14: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

In Nederland zijn ruim 5 miljoen (zorg)vrijwilligers en 1,5 miljoen mantelzorgers.

Zij en hun organisaties hebben goede randvoorwaarden en ondersteuning

nodig om hun werk te kunnen blijven doen. MOVISIE zet zich in voor kwaliteits-

verbetering van de infrastructuur rond vrijwilligerswerk en mantelzorg.

Vrijwillige inzet en mantelzorg

Met een karavaan door OverijsselUw achtertuin is groter dan u denkt, is het

motto van Landschap Overijssel. Jessica Winter,

hoofd communicatie en vrijwilligers, doet daar

graag een schepje bovenop. “Overijssel is

een prachtige groene provincie met een grote

verscheidenheid aan natuur en landschap.”

En hoewel ze zelf geen geboren natuurmens

is, heeft Jessica ‘zeker wel iets met buiten’,

maar vooral met de vrijwilligers buiten. En die

vrijwilligers, daar gaat het om in 2011. “We

hebben vierduizend groene vrijwilligers die we

in het zonnetje gaan zetten. Het zijn mensen

die kappen en knippen, knotten en zagen,

plaggen en steken. Ze vervullen een sleutelrol

in ons natuurbeheer en in onze natuurbeleving.

We kunnen gewoon niet zonder ze.” Dus wat

is het plan? “In 2011 en 2012 trekken we

met een karavaan door de provincie. We doen

natuurgebieden aan waar we steeds twee

maanden neerstrijken. De karavaan is een soort

werkkeet met een tentoonstelling van waaruit

we activiteiten gaan ondernemen. Natuureve-

nementen, cursussen, een fotoworkshop. Ja,

we gaan de natuur stevig aanzetten. Dat is

juist nu belangrijk, nu de natuur in de politiek

een marginale rol speelt en er idiote termen

als natura 2000 en ecologische hoofdstructuur

Europees Jaar van het vrijwilligerswerkWat doet u in 2011?

2011 is het Europees Jaar

van het vrijwilligerswerk.

Een mooie kans om het

vrijwilligerswerk een push

te geven, vindt menig

vrijwilligersorganisatie.

MOVISIE polste twee

organisaties wat zij concreet

gaan doen.

worden gebruikt.”

Landschap Overijssel

trekt de karavaan

samen met Natuur-

monumenten,

Staatsbosbeheer

en Natuur en

Milieu Overijssel.

Doel? “We hopen

dat mensen vaker

naar buiten gaan

en vaker vrijwil-

ligerswerk gaan

doen in de natuur. Vooral jonge mensen willen

we hiermee trekken. Want zeg zelf, de meeste

vrijwilligers in het groen hebben een zilveren

dot haar op het hoofd. En het kan toch niet zo

zijn dat alleen ouderen inzien dat de natuur de

aandacht waard is?”

www.landschapoverijssel.nl.

Vrijwilliger 2.0 in Den Haag Er is geen tekort aan vrijwilligers, er is behoefte

aan inspirerende organisaties. Dat is de stellige

overtuiging van Rein van Baar van de Haagse vrijwil-

ligerscentrale HOF. “Maatschappelijke instellingen

doen er goed aan zich aan te passen aan vrijwil-

ligers in plaats van andersom. Geef vrijwilligers de

ruimte om te doen wat ze willen doen en pluk daar

de vruchten van.” De nieuwe vrijwilligers doen

vrijwilligerswerk om hun identiteit te bevestigen.

Ze willen vrijheid en flexibiliteit, ze willen aange-

sproken worden op hun kwaliteiten.” Rein noemt

het ‘de vrijwilliger 2.0’. HOF heeft elke maand een

andere activiteit in petto om die nieuwe vrijwilligers

zichtbaar te maken. “In januari openen we ons ver-

bouwde pand met een debat over vrijwillige inzet.

Op 3 februari is er een congres MovedBy over maat-

schappelijk betrokken ondernemen. Daar willen we

Haagse bedrijven enthousiast maken voor vrijwil-

ligerswerk.” En zo kan hij nog wel even doorgaan.

Er komen een talentenbeurs, een wekelijkse column

in de Haagse Courant en een experiencecentrum

in een winkelpand in de binnenstad van Den Haag

waar zichtbaar

wordt gemaakt wat

er allemaal gebeurt

op het gebied van

vrijwilligerswerk.

En of dat nog niet

genoeg is, opent

HOF het jaar met een

community waarbij

elf ambassadeurs de

social media gaan

bestoken. “Eind

van het jaar zitten

we op 2012 ambassadeurs”, belooft Rein. Zelf zal

hij het jaar tevreden afsluiten als de boodschap is

overgekomen. “Dus als vrijwilligersorganisaties de

vrijwilliger als klant ziet, niet als oplossing

voor bezuinigingen.”

www.movedby.org en www.hofnet.nl.

Kijk verder op www.vrijwilligerswerk.nl.

“De politiek gebruikt idiote termen als natura

2000.”

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * ** * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

Rein van BaarJessica Winter

Vrijwilligers vormen bij Landschap Overijssel een sleutelrol in natuurbeheer en natuurbeleving

14

In januari 2011 verschijnt al het zevende Trendrap-

port vrijwillige inzet. In de zes eerdere rapporten

werden trends als individualisering, diversiteit,

geleid vrijwilligerswerk, informatisering, globali-

sering en lokalisering besproken. In dit zevende

trendrapport bekijken we wat er van deze trends

terecht is gekomen en bespreken we de nieuwe

trends. De belangrijkste trend is dat er komende

jaren een groot beroep gedaan wordt op vrijwil-

lige inzet, uit nut en noodzaak. De gevolgen van

de bezuinigingen zullen gedeeltelijk opgevangen

moeten worden door vrijwilligers, bijvoorbeeld

Nederland scoort wereldwijd hoog als het gaat om

vrijwillige inzet. Maar zitten we ook nog zo goed

in 2020? Dat is maar de vraag. De voorspellingen

wijzen erop dat de vrijwillige inzet even groot blijft,

mede dankzij maatschappelijke stages, re-integratie

en sociale activeringsprogramma’s. Maar achter-

overleunen is er niet bij. Hoe kunnen we blijven

inspelen op maatschappelijke trends in de samen-

leving? Begin 2010 organiseerde MOVISIE enkele

expertmeetings om de mening van betrokken

partijen hierover te horen. Belangrijkste conclusie:

iedereen kan bijdragen aan het werven en behou-

Ken uw trendsop het gebied van leefbaarheid en informele

zorg. Tegelijkertijd wordt vrijwilligerswerk meer

en meer ingezet als participatie-instrument voor

kwetsbare burgers. Het trendrapport eindigt met

de uitdagingen voor alle betrokkenen: burgers,

vrijwilligersorganisaties, ondersteuningsorga-

nisaties, bedrijfsleven en overheid. Iets om uw

voordeel mee te doen!

Meer informatie: Wiebe Blauw ([email protected] of 030 789 20 47).

den van vrijwilligers: overheden door het creëren

van ontmoeting, organisaties door het werven

onder nieuwe doelgroepen en ondersteuners door

zich meer te richten op ongebonden vrijwillige

inzet. Tijdens het Europees Jaar van het vrijwilligers-

werk wordt in oktober 2011 een debat georgani-

seerd waarin de partijen over hun eigen en elkaars

rollen in discussie gaan.

Meer informatie: Ronald Hetem ([email protected] of 030 789 20 52).

Achteroverleunen is er niet bij

Page 15: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

Diversiteit

De samenleving kent een grote verscheidenheid aan mensen. MOVISIE wil bijdragen

aan het verbinden van mensen en aan de participatie en het welzijn van burgers in

al hun diversiteit.

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

Wmo & platteland

We hebben veertig jaar gedacht dat een instelling beter is.

op vrijdagmiddag is er in wijk 5

in Deventer Potje van Otje.

Vier buurtbewoners met

een verstandelijke beperking en vier

kinderen uit de buurt koken samen

een maaltijd in de kinderboerderij.

Iedere week nodigen ze een andere

buurtbewoner aan tafel uit: de huisarts,

de groepsbegeleider, hun ouders, de

leerkracht… “En dat werkt”, vertelt

een trotse Lia van Nimwegen van Raster

Welzijn. Met het project ‘Onbeperkt

Actief’ sleepte ze eind 2010 de MOVISIE

Diversiteitsprijs 2010 in de wacht.

KenniscaféPotje van Otje is één van de

buurtactiviteiten die onder de vlag

van ‘Onbeperkt Actief’ worden

georganiseerd. “We hebben dit project

gekanteld opgepakt. Dat wil zeggen

dat we zijn uitgegaan van de vraag van

buurtbewoners. Tijdens een kenniscafé

Deventer noemt het ‘buurt maken’ Winnaar MOVISIE Diversiteitsprijs 2010

Activiteiten die buurtbewoners met en zonder

verstandelijke beperking met elkaar doen om

kennis te maken: samen eten, theater maken,

samen wandelen en elkaar optutten in een ‘tutclub’.

Met dit concept 'buurt maken' won Raster Welzijn

de MOVISIE Diversiteitsprijs 2010.

hebben buurtbewoners met en zonder

beperking met elkaar kennisgemaakt

en zijn drie buurtwerkgroepen al

snel met heel veel ideeën gekomen.

Een meisje van negentien wilde een

theatervoorstelling maken, dat is met

behulp van stagiairs, vrijwilligers en

ondersteuning van welzijn en zorg

gelukt. Een ander wilde gaan wandelen

met buurtbewoners en weer een

ander wilde een burendag. Bij al die

activiteiten ben ik organisaties gaan

zoeken. Zo is het balletje gaan rollen.

Belangrijk is ook dat je ervan uitgaat

dat ook mensen met een beperking

tijd, talenten en ambitie hebben om in

te zetten in de buurt. Ook hen zien we

nu als vrijwilliger aan de slag gaan.”

Beetje engInmiddels spreekt Lia van Nimwegen

van een methodiek. “Andere

welzijnsorganisaties kunnen het idee

zo overnemen. Het is eenvoudig op te

pakken en het kost niet veel geld. Ik

werk hier twaalf uur per week aan en

de meeste tijd zit in het aanjagen van

alle betrokkenen en het aan elkaar

knopen van al die organisaties. Verder

is het een kwestie van samen doen en

een kwestie van volhouden. Denk niet

dat zoiets snel van de grond komt.

Mensen met en zonder beperking zijn

niet gewend om als vanzelfsprekend

met elkaar om te gaan. Maar ook

organisaties vinden het niet altijd

gewoon om met elkaar samen te

werken. We hebben veertig jaar

gedacht dat het wonen in een instelling

voor iedereen de juiste keuze is. Je kunt

niet verwachten dat we gewoon weer

meedoen als je mooie woonvormen

in de wijk maakt en je elkaars buren

wordt. Dan moet je buurt maken.”

WinnaarDe jury van de MOVISIE Diversiteitsprijs

2010 roemt de aanstekelijkheid en

eenvoud van het project. “Nederland

mist het buurtgevoel en dat krijgt vorm

in Deventer met buurt maken”, prijst

juryvoorzitter Jetta Klijnsma. “De vraag

van mensen met een verstandelijke

beperking is leidend en de buurtbewo-

ners doen mee. Het project heeft een

grote reikwijdte, inmiddels wordt het

project ook in andere wijken in Deventer

uitgevoerd.” De MOVISIE Diversiteits-

prijs bekroont jaarlijks een project dat

invulling geeft aan diversiteit op lokaal,

regionaal of landelijk niveau. Dit jaar

was het thema: leven met beperkin-

gen: meedoen voor mensen met een

chronische ziekte of een psychische,

verstandelijke of lichamelijke beperking.

VSBfonds was financier van de MOVISIE

Diversiteitsprijs 2010.

www.movisie.nl/diversiteitsbeleid.

Meer informatie: Paul van Yperen ([email protected] of 030 789 22 35).

Jetta Klijnsma met de prijswinnaars en juryleden. Foto: Daan Stringer.

15

Hebben mensen met homosek-

suele gevoelens het op het

platteland moeilijker dan in de

stad? Peter Dankmeijer van MOVISIE

aarzelt. “De problemen zijn anders.

Het is in kleine dorpen moeilijker om in

contact te komen met gelijkgestemden,

eenvoudigweg omdat er minder homo’s

zijn dan in de stad. Bovendien komen

Wmo & platteland

Homobeleid is niet zo moeilijkDrie procent van de plattelandsbevolking is homo

of lesbisch. Kleine gemeenten hebben vrijwel

nooit expliciet beleid voor deze groep. “Onterecht”,

meent Peter Dankmeijer van MOVISIE. Het hoeft

helemaal niet veel te kosten om de acceptatie en

zichtbaarheid van homo’s te vergroten. En het

resultaat mag er zijn!

mensen op het platteland minder vaak

openlijk uit voor hun homoseksualiteit.”

Prettig wonenEn juist die onzichtbaarheid van

homo’s op het platteland is één van de

factoren om niet expliciet gemeentelijk

homo-emancipatiebeleid te formuleren.

Toch wil hij het belang ervan benadruk-

ken: “Het gaat om de kwaliteit van

de lokale samenleving. Een gemeente

waarin homoseksualiteit geaccepteerd

wordt, is voor iedereen die anders is

veilig en prettig om te wonen.” Hij

voegt daaraan toe dat homoseksuele

inwoners vaak ook in economisch

opzicht een aanwinst zijn voor een

dorp. “Uit Amerikaans onderzoek blijkt

dat homo-emancipatiebeleid zorgt voor

een grotere economische aantrek-

kingskracht van de regio.”

Alert op pestenAl met al genoeg reden voor kleine

gemeenten om homobeleid te

ontwikkelen. Maar hoe doen plat-

telandsgemeenten met een kleine

portemonnee dat? Dankmeijer: “Ga

allereerst alert om met incidenten

van homodiscriminatie of pesterijen.

Juist in kleine gemeenten is het voor

een burgemeester of voor de politie

gemakkelijker om rechtstreeks naar

de betrokkenen toe te stappen en het

conflict snel de wereld uit te helpen.”

Sensitief voor homo’sDaarnaast adviseert hij gemeenten om

preventief beleid te voeren. “Het gaat in

de eerste plaats om het verbeteren van

de ‘sensitiviteit’ voor homoseksualiteit.

Is er in verzorgingscentra oog voor (ver-

borgen) homoseksualiteit? Bespreekt de

onderwijswethouder het thema in zijn

overleg met schooldirecteuren? Staat er

in de lokale bibliotheek een rijtje boeken

over homoseksualiteit? Ook met relatief

kleine inspanningen kan een kleine

gemeente iets bereiken”, concludeert

Dankmeijer.

Meer informatie: Peter Dankmeijer ([email protected] of 030 789 21 09).

www.movisie.nl/2011

Mijn aanrader voor 2011? De uitreiking van de Lantaarnprijs. Deze prijs gaat naar de meest homovriendelijke gemeente in Nederland. Die uitkomst gaat verrassend worden!

Wil Verschoor - manager diversiteit

Meer lezen?Homo in de hooiberg

(MOVISIE, 2007) beschrijft

een project in Deurne waarin

sociaal-cultureel werkers een

homowerkgroep opzetten.

In het voorjaar van 2011

verschijnt er bij MOVISIE

een uitgave over homo-

emancipatiebeleid in kleine

gemeenten.

Quick wins voor kleine gemeenten

• Heb aandacht voor diversiteit op de gemeentelijke website.

• Zorg dat er boeken in de bibliotheek zijn over homoseksualiteit.

• Ga in gesprek met schooldirecteuren, ouderenadviseurs,

directeuren van verzorgingsinstellingen.

• Maak hen sensitief voor diversiteit.

• Grijp bij incidenten onmiddellijk in en bespreek deze in het

driehoeksoverleg.

• Geef welzijnsorganisaties de opdracht om een groep te starten

voor homo’s en lesbo’s.

Page 16: MOVISIES 10: Wmo & het platteland

moVISIE kort

colofon© MOVisie, Utrecht 2011

Jaargang 5, januari 2011, nummer 10

MOVisies is de relatiekrant van MOVisie

en verschijnt drie keer per jaar.

eindredactie:

Afdeling Communicatie MOVisie,

Tekstburo Gort.

Teksten:

Diverse auteurs MOVisie,

Tekstburo Gort.

Vormgeving en productie:

suggestie & illusie, Utrecht.

Fotografie:

Thomas Heere, istock, Redmar Kruithof,

Herman engbers, Markus Bollingmo, Hollandse

Hoogte, Daan stringer

Overname van (delen van) artikelen is met

bronvermelding toegestaan.

issN: 1876-0422

MOVisie

Postbus 19129, 3501 DC Utrecht

Catharijnesingel 47, 3511 GC Utrecht

T 030 789 20 00 * F 030 789 21 11

www.movisie.nl * [email protected]

inhoudelijke vragen:

[email protected] of 030 789 21 12.

Gratis abonnement op MOVISIES?

Ga naar Mijn MOVISIE op www.movisie.nl.

Wilt u MOVisies niet meer ontvangen, een adres-

wijziging doorgeven of heeft u behoefte aan extra

exemplaren? Mail naar [email protected].

Over MOVisie:

MOVisie is hét landelijke kennisinstituut en advies-

bureau voor maatschappelijke ontwikkeling. We

bieden toepasbare kennis, adviezen en oplossingen

bij de aanpak van sociale vraagstukken op het terrein

van welzijn, participatie, zorg en sociale veiligheid.

in ons werk staan vijf actuele thema’s centraal:

huiselijk & seksueel geweld, kwetsbare groepen,

leefbaarheid, mantelzorg en vrijwillige inzet.

MOVisie verzamelt en verspreidt bruikbare

en actuele kennis in de vorm van:

* adviestrajecten * methodieken

* projecten * onderzoek * evaluaties

* monitoren * protocollen * beroepsprofielen

* competentieweb * best practices

* (internationale) kennisnetwerken

* themawebsites * publicaties

* trainingen * congressen

16

Publicaties Kijk voor meer informatie op www.movisie.nl/publicaties.Prijzen zijn exclusief een bijdrage van € 2,50 in de verzendkosten.

Open aanbod

10 maart 2010 – 2 dagenErkenning Verworven Competenties bij vrijwilligerswerk In deze training leert u uw vrijwilligers te begelei-

den in het toepassen van de EVC-methode en de

resultaten te verspreiden binnen uw organisatie.

Voor begeleiders van vrijwilligers.

17 of 31 maart 2011 – 1 dagdeelWorkshop Zingeving in de hulpverlening Wilt u als hulpverlener beter in leren spelen op

zingevings-/levensvragen van cliënten? Meld

u dan aan. Deze workshop is in het bijzonder

geschikt voor werkers in de maatschappelijke en

vrouwenopvang.

NIEUW!

18 maart 2011 – 1 dagdeelSterk aan het werk: voorkomen van secundaire traumatiseringProfessionals die vaak geconfronteerd worden

met huiselijk geweld en kindermishandeling

kunnen vanwege frustratie en machteloosheid

klachten krijgen die lijken op die van de cliënt.

Deze training onderkent secundaire traumatise-

ring en pakt deze aan.

24 maart 2011 – 1 dagJuridische aspecten van huiselijk geweldAls hulpverlener bij huiselijk geweld krijgt u

ongetwijfeld juridische vragen over procedures en

de rechten van de slachtoffers en/of plegers. Na

deze training kunt u uw cliënten beter adviseren

en doorverwijzen.

27 januari 2011 - UtrechtConferentie Leden de baas? Hoe verenigingen vormgeven aan democratie

9-10 mei 2011 - Ede Landelijk Congres Huiselijk Geweld en Kindermishandeling 'Wat werkt voor de cliënt?'

Agenda

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

Sturing van welzijn

Tomislav Tudjman Wiebe de Jong Erik Snel Gezinsbegeleiding

achter de voordeur

Een evaluatie volgens de methode

Theory of Change

Het experiment Vernieuwend Welzijn

Waarderen, versterken en profileren van welzijnswerk

Kwaliteitskenmerken van dienstverlening in de Wmo

Versie 2.0

Handreiking Professioneel Ondersteunen

MBO in bedrijfZes betrokken bedrijven maken verschil

Zin werkt

Zingeving in de hulp aan dak- en thuislozen

Ellen Grootoonk

Catelijne Akkermans

Jola Brocaar

Petra van Leeuwen-den Dekker

Vormen van participatie uitgelicht

Participatie ontward

Pa

rticipa

tie on

twa

rd

Marjet van Houten en

Aletta Winsemius (red.)

Participatie is hot: de term wordt veelvuldig gebruikt door politici, beleidsmakers

en vertegenwoordigers van burgers. Door de komst van de Wmo is aandacht voor

participatie een noodzaak voor gemeenten geworden. Iedereen telt mee én iedereen

moet meedoen: daarover lijken vriend en vijand het eens. In arbeid, in ondersteuning

van kwetsbare groepen, in vrijwilligerswerk, in het meedenken over beleid.

Wat bedoelen we nu eigenlijk als het over participatie gaat? Achter het begrip gaan

verschillende werelden en idealen schuil. Het begrip participatie wordt zo vaak en

divers gehanteerd dat het tot spraakverwarring leidt. Is het streven naar participatie

voor en door iedereen wel realistisch? Wat vindt de burger er eigenlijk zelf van?

Participatie ontward zet verschillende invullingen van participatie op een rij, legt

verbindingen en toont hoe gemeenten integrale participatiebevordering kunnen

stimuleren. Vertrekpunt is het Participatiewiel dat door MOVISIE is ontwikkeld.

Participatie ontward is geschreven door specialisten op het gebied van participatie

en biedt 13 goede voorbeelden uit de praktijk.

Postbus 19129 * 3501 DC Utrecht * T 030 789 20 00 * F 030 789 21 11 * www.movisie.nl * [email protected]

Hendrik Wagenaar

& Corine Balder-van Seggelen Inzicht in eigen kracht

De werking van empowerment in

Maatschappelijke Activeringscentra

Burgerparticipatie: het verhaal van Opsterland Hoe stimuleer je de

participatie van de burger?

In deze publicatie worden

bruikbare methoden en suc-

cesfactoren gepresenteerd

aan andere gemeenten.

Gratis downloaden

Competentieprofiel OpbouwwerkDe komst van de Wmo en

de grote aandacht voor

integrale wijkontwikkeling,

maken dat de rol en de

positie van het opbouwwerk

is veranderd.

€ 17,50

Sturing van welzijn Hoe gemeenten de sturing

op de kwaliteit van het

welzijnswerk kunnen

verbeteren.

€ 11,-

Gezinsbegeleiding achter de voordeur Wanneer werkt de ‘Achter

de voordeur’ methode

om de thuissituatie van

achterstandsgezinnen te

verbeteren?

€ 17,50

Hé kijk mij nou!Handleiding voor psycho-

educatie aan kinderen met

een licht verstandelijke

handicap (LVG) die getuige

zijn (geweest) van geweld in

relaties. Voor LVG-kinderen

en hun LVG-moeder.

Gratis downloaden.

Het experiment Vernieuwd Welzijn Verbeterpunten voor

gemeenten, welzijnsorga-

nisaties en de landelijke

overheid op basis van vijf

pilots.

€ 11,-

Handreiking Professioneel Ondersteunen Kwaliteitskenmerken van

dienstverlening in de Wmo.

€ 7,-

MBO in bedrijfInspiratie voor bedrijven om

aan de slag te gaan met

maatschappelijk betrokken

ondernemen (MBO).

Gratis downloaden.

Zin werkt Handzame en informatieve

brochure over zingeving

in de hulpverlening aan

dak- en thuislozen.

Gratis downloaden

of bestellen tegen

verzendkosten.

Vrijbuiters uitgebuitMinderjarige jongens in de

prostitutie – 11 portretten.

Waarom worden ze niet

gezien in de hulpverlening?

Zijn het slachtoffers of

avonturiers?

€ 19,90

Participatie Ontward Participatie Ontward zet de

verschillende invullingen

van het begrip participatie

op een rij, legt verbindingen

en toont hoe gemeenten

integrale participatiebevor-

dering kunnen stimuleren.

€ 25,-

Inzicht in eigen krachtHoe krijg je mensen die

langdurig afhankelijk zijn

van bijstand weer aan het

werk?

€ 17,50

Zet vast in je agenda!

Kijk voor meer informatie en het volledige trainingsaanbod op www.movisie.nl/trainingen.

Trainingen

Verschijnt binnenkort

Kijk voor meer informatie en onze volledige agenda op www.movisie.nl.