MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

download MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

of 72

Transcript of MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    1/72

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    2/72

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    3/72

    Een vernieuwde monumentale plaats

    Op 12 september viert Zwolle een dubbelfeestVoor een stad met ruim 750 monumenten is de Open Monumentendag een be-

    langrijke en feestelijke gebeurtenis. Veel van die monumenten bevinden zich in

    de fraaie binnenstad. Ze zijn dus op loopafstand van elkaar te bezichtigen. Soms

    is de afstand iets groter, bijvoorbeeld naar de beide molens die de stad rijk is.

    Molen De Passiebloem aan de Vondelkade is bereikbaar via het water. Daar vaart

    vanuit de stad een bootje heen. Een leuk tochtje! Het is een oliemolen met een

    bijzondere, gemetselde bak eronder om de olie in te bewaren. De korenmolen in

    het dorp Windesheim (vroeger behoorde dat tot het zogenoemde Zwollekerspel)

    is nog maar enkele maanden geleden weer geheel gerestaureerd opgeleverd. Hij

    staat er in al zn trots bij, klaar om u te ontvangen.

    Monumenten en gevelstenenBijzondere aandacht is er dit jaar voor het thema gevelstenen. Alle reden dus om

    met geheven hoofd door de mooie straten van onze binnenstad te lopen. Prach-

    tige voorbeelden zijn er in de woningen die vroeger tegen de oude stadsmuur aan

    lagen: onder andere in de Walstraat en de Koestraat. Maar ook de langste winkel-

    straat, de Diezerstraat, heeft mooie gevels die graag gezien willen worden.

    Zwolle heeft de laatste jaren veel aandacht gegeven aan vernieuwing van de bin-

    nenstad. Het Eiland is daar een goed, eigentijds voorbeeld van. Na afbraak van

    oude panden, was hier enkele decennia een grote parkeerplaats. Nu vindt u er

    winkels en woningen. Nieuw, maar met respect voor de vroege historie op deze

    plaats die terug te vinden is in onder andere de structuur van de straten. Ook het

    Broerenkerkplein onderging een metamorfose: van parkeerplaats tot stadstuin.

    Toprestaurant De Librije van Jonnie en Therse Boer is daar n van de fraaiste

    monumenten.En van de laatst uitgevoerde projecten is de vernieuwing van de Grote Markt, de

    Melkmarkt en het Rodetorenplein (2005-2009). De nieuwe outfit nodigt uit om te

    flaneren en tegelijk komen de monumenten langs deze route weer goed tot hun

    recht. Ook hier zijn er schitterende gevelstenen, die erom vragen gefotografeerd

    te worden. De herinrichting maakt deel uit van een veel omvangrijker plan: het

    Ontwikkelingsplan Binnenstad, dat loopt vanaf 2005 tot 2015. Veel plekken in de

    stad zullen nog vernieuwd worden, zoals de Sassenstraat (aanvang nog dit jaar) en

    de Nieuwe Markt (aanvang 2010). Tegelijk is dit plan het kompas voor het verder

    autoluw maken van de binnenstad. De voetganger en de fietser krijgen er meer

    ruimte. De terrassen brengen er de gezelligheid zonder angst voor autoverkeer.

    Zwolle zal in de komende jaren dus blijven investeren in de toch al zo mooie bin-

    nenstad!

    Een bijzondere plaats in de stadHet tweede feestje op 12 september bestaat uit de opening van het opnieuw inge-

    richte Rodetorenplein. Het plein is uitgebreid met een grote ronding in het water.

    Dat refereert aan de situatie in vroeger eeuwen, toen hier eveneens een ronding

    als aanlegplaats was. U kunt daarvan iets zien op schilderijen zoals die hangen in

    het oude deel van het stadhuis (de ontvangstruimte voor de Schepenzaal). Gaat u

    daar vooral eerst kijken.

    Het Rodetorenplein is van oorsprong een natuurlijke landtong, net buiten de

    stadsmuur. Hier werden de Bentheimer zandstenen aangevoerd per boot en afge-

    ColofonISBN: 978-90-8533-060-8Uitgave: Gemeente Zwolle Stad en Landschap, Expertise-

    centrum Postbus 10007 8000 GA Zwolle

    Druk: Waanders drukkers, ZwolleTekst gevelstenen: Marcel OverbeekOverige tekst: Janco Cnossen, Olaf Goubitz,

    Jan ten Hove, Michael Klomp,Harry Vrielink

    Acquisitie: Carl Borst, Johan TeunisVormgeving: Hidde HeikampRedactie: Hemmy Clevis

    Fotoverantwoording: A.M. Dijkink, Harry Vrielink,Hans Westerink, Archeologie Zwolle,Historisch Centrum Overijssel,Stichting Levende StadsgeschiedenisZwolle.

    Comit Open Monumentendag ZwolleDomus Scolarium Divitum of Domus VicinaPraubstraat 16-188011 LW ZwolleTel. (038)4651565E-mail: [email protected]

    Internetadres Landelijke Stichting OMD:www.openmonumentendag.nl

    Internetadres Zwols Comit OMD:http://home.hetnet.nl/~harry.vrielink/comd.htm

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    4/72

    leverd voor verder transport of voor gebruik in de stad. De rivier die dwars door de

    stad heen liep heette de Grote Aa. Deze liep via de Melkmarkt, Grote Markt, Oude

    Vismarkt naar de andere kant van de stad om vlak bij de Plantagekerk weer uit

    te monden in de stadsgracht. Die stadsgracht is direct verbonden met het Zwarte

    Water en van daaruit was er via de Vecht de directe verbinding met Duitsland. Het

    grote havengebied bevond zich bij de Thorbeckegracht, langs de oude stadsmuur.Ook daar verwijzen schitterende gevels naar de rijke handelshistorie van Zwolle.

    HanzeverbondIn die vroegere eeuwen was Zwolle een belangrijke partner in het zogenoemde

    Hanzeverbond dat vanaf het einde van de twaalfde tot in de zestiende eeuw be-

    stond. Vele Europese steden waren partner in dit handelsverbond, in onder andere

    Nederland, Belgi, Engeland, Duitsland, Polen, Rusland, de Baltische staten en de

    Scandinavische landen. Het Rodetorenplein vormde de plaats waar veel schepen

    hun handelswaar brachten en was dus een centrum van handel.

    Een feest dat u niet mag missenOp 12 september zal de herinrichting gevierd worden met een knipoog naar dit

    roemrijke verleden. Ook daarvoor nodig ik u graag uit! Omstreeks 14.00 uur zal deingebruikneming plaatsvinden, maar ongetwijfeld zullen er al eerder muziek en

    festiviteiten zijn.

    De bijzondere plaats die het Rodetorenplein in de stad Zwolle heeft, wordt bijna

    letterlijk onderstreept met een 2x9 meter lange dichtregel van de stadsdichter

    Lenze Bouwers, die hij maakte bij gelegenheid van zijn afscheid in april 2009.

    In de ronding van de nieuwe kade staat: Loop er niet aan voorbij hoor, hier klopt

    het hart van de stad al eeuwen door. Steen is niet hard, steen is zacht als stromend

    water.

    Gegraveerd in de kademuur staat het daar als ware het een bijzondere gevelsteen.

    Voor komende eeuwen.

    Zwolle, mijn stad. Zwolle, uw stad. Wees er welkom!

    Janco Cnossen, wethouder Monumentenzorg en Archeologie

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    5/72

    SchouwspelOm 10.00 uur opent wethouder Janco Cnossen de Open Monumentendag met het

    aanslaan van een vat bier dat vanuit de Kogge op de haven wordt gebracht.

    Het plein vormt vanaf dat moment een bont schouwspel van figuranten van het

    Zwolse Sint Michalsgilde die het historische markt en havengebeuren uitbeel-

    den, tezamen met de stichting Ridders van de IJssel, kooplieden, speellieden,

    handelslieden en sjouwers. Diverse oude ambachten worden gedemonstreerd.

    De Stichting Levende Stadsgeschiedenis Zwolle geeft een beeld van het Rode To-

    renplein dat aan het eind van de 14de eeuw werd aangelegd als middeleeuwse

    handelshaven met een kraan en een standerdmolen. In de stand zijn fotos en te-

    keningen te zien van het havenplein. De Hanzekogge uit Kampen ligt aangemeerd

    aan het Havenplein.

    Het collectief Oxo komt met vlotten vanaf Bad Bentheim de Vecht afvaren en ar-riveert die dag in Zwolle. Zij geven het roemrijke handelsverleden aan van de han-

    del op Bentheimer zandsteen vanuit Bentheim naar Zwolle waarbij het Rodeto-

    renplein met zijn kraan een grote rol speelde. Sjouwers lossen de Bentheimer

    zandsteen. Aan dit openingsspektakel wordt door diverse groepen medewerking

    verleend zoals de scouting en een shantykoor.

    OpeningEn om 14.00 uur zal Wethouder Janco Cnossen met een officile handeling het

    opnieuw ingerichte Rodetorenplein weer voor gebruik teruggeven aan de Zwolse

    binnenstad.

    De landtongHet Rodetorenplein is uitgevoerd met een landtong, refererend aan de historischevorm. Van oorsprong was de landtong een aanlegplaats, net buiten de stadsmuur.

    Het terugbrengen van de landtong geeft een fraaie vorm aan dit deel van de stad

    en biedt ruimte voor grotere evenementen, tot maximaal 5000 personen. Door de

    reconstructie van de landtong is de oude vorm van de monding van de Grote Aa

    weer terug in de stad.

    Het plein heeft een robuust karakter, dat goed aansluit bij de omgeving. Er loopt

    een verlaagde kade langs. Daardoor ervaart men het water, waarvan het peil on-

    geveer twee meter onder de kade ligt, beter. Het middenvlak van het Rodetoren-

    plein is verhard met kinderkopjes. De randen zijn uitgevoerd in klinkers. Het plein

    opent zich naar het water, als een stedelijk balkon. Op deze locatie komt een ha-

    venmeesterkantoor voor de passantenhaven. En aan de oostzijde, op het huidige

    parkeerterrein, komt een nieuw bouwblok refererend aan de oude rode toren.

    Archeologisch onderzoekVoorafgaand aan de herinrichting hebben er twee archeologische onderzoeken

    plaats gevonden. De resultaten daarvan zullen in het voorjaar van 2010 in boek-

    vorm gepresenteerd worden. We willen u echter niet zo lang laten wachten en

    lichten nu al een tipje van de sluier op. Dit gebeurt in de vorm van drie kleine bij-

    dragen van onze stadshistoricus Jan ten Hove, een van onze archeologen Michael

    Klomp en een materiaalspecialist Olaf Goubitz.

    Feestelijke opening Rodetorenplein

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    6/72

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    7/72

    Het archeologisch onderzoek op het Rodetorenplein heeft uitgewezen dat er kort

    na het verlenen van de stadsrechten vier houten huizen zijn gebouwd op dit punt

    aan de noordelijke oever van de Grote Aa.

    Van houten huizen wordt in opgravingen in stedelijke kernen vaak bijzonder weinig

    teruggevonden. Een verklaring hiervoor kan het verschijnsel stadsbrand zijn waar-

    mee bijna elke stad in Nederland in een bepaalde periode te kampen heeft gehad.

    Andere factoren waar rekening mee gehouden dient te worden zijn de relatief korte

    levensduur van houten huizen en de vervanging van houtbouw door steenbouw.

    Vooral deze laatste factor zorgt voor het uitwissen van oudere sporen.

    Tijdens het archeologisch onderzoek op het Rode Torenplein in 2005 en 2007 zijn

    in totaal zeventien staanders opgegraven. Deze staanders zijn toe te schrijven aan

    vier verschillende huizen. De constructie van de huizen bestond uit zware doorde ophoging ingegraven en aan de onderzijde vlak afgekapte palen. De vlakke

    onderzijde van de staanders rustte in een aantal gevallen op horizontale plankjes.

    De staanders vormen de basis voor een houtskelet dat bestaat uit achter elkaar

    geplaatste gebinten. Van de staanders zijn alleen de delen die oorspronkelijk in-

    gegraven waren in de grond bewaard gebleven.

    Houten huizen aan het RodetorenpleinMichael Klomp

    Palenrij van houten huizen en slieten fundering van stenen huizen.

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    8/72

    De houten huizen hadden lemen vloeren met daarin bakstenen

    haardvloertjes. Deze leemvloeren zijn grotendeels door laterebouwactiviteiten opgeruimd. Wat restte was een leemlaag in het

    profiel van de opgravingsput. De houten huizen kunnen op basis

    van het dendrochronologisch onderzoek gedateerd worden in het

    midden van de 13de eeuw. Vier van de negen staanders konden

    zelfs gedateerd worden in het voorjaar of de zomer van 1243.

    Deze datering valt ook binnen de marge van de overige palen en

    kan daarom waarschijnlijk gelden voor de hele partij.

    Aan het eind van de 13de en begin van de 14de eeuw traden er

    in de constructietechniek van de huizenbouw ingrijpende ver-

    anderingen op. Het systeem van ingegraven of geheide staan-

    ders werd verlaten. In plaats daarvan werden de stijlen van het

    houtskelet gefundeerd op bakstenen poeren. Tussen de poeren

    werden dan veelal op het maaiveld lage bakstenen muurtjes ge-

    maakt, waarop de liggende houten balken lagen die bedoeld wa-

    ren als ondersteuning voor de wand. De wanden van de huizen

    bestonden in deze periode nog steeds uit leem en vakwerk.

    Aan het eind van de 13de eeuw vindt er ook een ontwikkeling

    plaats in de constructie en ligging van de haard binnen het huis.

    De haardplaats die waarschijnlijk in de oudste fase bestond uit

    leem of klei werd geleidelijk vervangen door een vloertje van

    bakstenen. In de oudste fase lag de haardplaats nog in het mid-

    den van het huis, in de tweede helft van de 13de eeuw kwam de

    De palen van de houten huizen worden bemonsterd voor jaarringenonderzoek.

    haard steeds dichter tegen de lange zijde van het huis te liggen.

    Binnen de sporen van de houten huizen is een fragment van eenbraadspitdrager opgegraven. Spitdragers verschijnen voor het

    eerst aan het eind van de 13de eeuw en zijn meestal vervaar-

    digd van baksteen. De versiering bestaat uit in de natte klei ge-

    graveerde, uitgesneden of ingestempelde motieven. Tussen het

    gebruik van deze motieven en het haardvuur bestaat een recht-

    streekse relatie. De figuren verwijzen naar het als bijgeloof over-

    geleverde idee dat de haard fungeerde als woning van geesten

    van voorouders. Vergelijkbare versieringen komen ook voor op

    haardstenen en dovers.

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    9/72

    De RodetorenJan ten Hove

    De Zwollenaren hadden in hun stadsrechtakte uit het jaar 1230 van de landsheer,

    de bisschop van Utrecht, toestemming gekregen om hun nederzetting te verster-

    ken met grachten en planken of muren. Het recht om zich met een omwalling te

    beveiligen, behoorde tot de belangrijkste privileges waarmee een stad zich van

    een dorp kon onderscheiden. De wijze waarop de bewoners van Zwolle in de prak-

    tijk hun huis en haard verdedigden, valt echter door een gebrek aan gegevens

    moeilijk te achterhalen. De oudste schriftelijke vermeldingen van stenen muren,

    weertorens en poorten bij de invalswegen en -wateren dateren pas van een eeuw

    later. Het oudste verdedigingssysteem van de stad zal evenals elders hebben be-

    staan uit met water gevulde grachten en aarden wallen, die eventueel waren ver-

    sterkt met houten palissaden en beplant met stekelige struiken. Zon eenvoudige

    omwalling bood voldoende bescherming tegen vijanden die hun kracht nog hoofd-zakelijk aan primitieve handwapens ontleenden. De strategisch bij de uitmonding

    van de Grote Aa gelegen Rodetoren, waarvan de exacte ouderdom in nevelen blijft

    gehuld, vormde een belangrijke schakel in de Zwolse ommuring. Ook over de wor-

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    10/72

    dingsgeschiedenis van deze verdedigingsgordel tegen vreemde

    vorsten, roofridders, boevenbendes en andere ongewenste be-

    zoekers tasten we nog grotendeels in het duister.

    Zwolle was vermoedelijk al vr 1300 in ieder geval deels omge-

    ven door een stenen muur, waarvan aan de binnenzijde van de

    Kleine Aa bij de Broerenkerk restanten zijn teruggevonden. Het

    precieze trac laat zich nog raden.De vroegste vermelding in een historisch document van een ge-

    bouw in dit deel van de stad dateert uit 1334. Op 21 februari van

    dat jaar lieten de Zwolse schepenen vastleggen dat zij onser

    stadtoern, gheleghen tendes dier Waterstraten [= aan het einde

    van de Waterstraat], hadden verkocht aan Johan Bernierssoon

    en zijn vrouw Ghese.

    De oorkonde vertelt niet of het een recent verrezen bouwwerk

    betrof, maar de kans daarop lijkt vrij groot. Per slot van rekening

    was Zwolle tien jaar eerder getroffen door een rampzalige brand,

    die volgens de overlevering vrijwel de hele bebouwing in de as

    had gelegd. In de verkoopakte werd afgesproken dat het stadsbe-

    stuur in vredestijd geen gebruik van de toren zou mogen maken,

    ook niet om er gevangenen in op te sluiten. Een oestal, een soortschiettoestel voor het afvuren van grote pijlen en werpspiezen,

    mocht wel op het gebouw blijven staan. Alleen wanneer er oor-

    logsgevaar dreigde, dat God verbeden moete, had de magistraat

    het recht om vrijelijk over de vestingtoren te beschikken. In een

    dergelijk geval zou het hoge bouwwerk aan het stedelijke verde-

    digingscorps, de schutters, goede diensten kunnen bewijzen als

    uitkijkpost en als basis om de vijand van bovenaf met allerhande

    projectielen te bestoken. Om te voorkomen dat de strategisch

    gelegen toren in verkeerde handen zou vallen, werd tevens gesti-

    puleerd dat het gebouw uitsluitend mocht worden doorverkocht

    aan een echte burger van Zwolle, dat wil zeggen iemand die op

    het stadsrecht trouw had gezworen aan de stad.

    De toren zal zijn opgetrokken in baksteen, een nog relatief nieuwen kostbaar bouwmateriaal. Het afstoten van een voor de stads-

    defensie cruciaal bouwwerk mag in onze ogen merkwaardig lij-

    ken, maar de Zwolse stadsbestuurders redeneerden waarschijn-

    lijk dat het zonde was om een dure investering, die eigenlijk al-

    leen bij een overval of belegering van nut was, leeg te laten staan.

    Niet voor niets werden in de Middeleeuwen de meeste poorten

    en muurtorens aan betrouwbare burgers verhuurd of verkocht

    of gratis ter bewoning aan stadsdienaren afgestaan. Wat Johan

    Bernierssoon en zijn echtgenote voor de kost deden is niet be-

    kend. We mogen aannemen dat het ging om voorname en welge-

    stelde inwoners, die in staat waren voor een goed onderhoud van

    de toren zorg te dragen. De verkoop bespaarde de stad dus ook

    nog eens geld. Anderzijds zal het bezit van een stenen onderko-

    men het echtpaar in deze tijd, waarin de meeste stadshuizen nog

    van hout waren, veel prestige en aanzien hebben verleend.

    Over de vraag op welke toren de transactie precies betrekking

    had, heeft in de Zwolse geschiedschrijving lang onduidelijkheid

    bestaan. De plaatsbeschrijving aan het einde van de Waterstraat

    leent zich voor meerdere interpretaties. De term Waterstraat

    Gedeelte van de fundering van de Rodetoren.

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    11/72

    Appartementen de Posterij te ZeistKantoor en woonwinkel deltaWonen te Zwolle

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    12/72

    zou kunnen refereren aan de gelijknamige stadswijk, die in het

    noordwesten van Zwolle tussen de Grote en de Kleine Aa lag. De

    Waterstraat was in de 14de eeuw echter ook de aanduiding voor

    zowel de noord- als de zuidkant van de huidige Melkmarkt. De

    tegenwoordige Waterstraat in het noorden van de binnenstad kan

    in ieder geval niet bedoeld zijn, want deze straat is pas aan het

    einde van de 15de eeuw als onderdeel van een nieuwe stadsuit-leg ontstaan.

    Uit nieuw bronnenonderzoek blijkt echter onomstotelijk dat het

    om de Rodetoren ging. In n van de twee afschriften van de ver-

    koopakte in het stadsarchief staat in de marge geschreven dat

    het verdedigingswerk op 1 september 1422 door de stad was te-

    ruggekocht van Dirc Goldsmit. Hoewel ook in deze aantekening

    de toren nog altijd naamloos blijft, brengt een andere bron, de

    stadsrekeningen van Zwolle, uitkomst. In de maandrekening van

    1426 is namelijk duidelijk genoteerd dat de magistraat den Ro-

    dentoernvier jaar eerder voor ruim 146 gulden van de goudsmid

    had overgenomen. Zo wordt eveneens duidelijk dat met de term

    Waterstraat in 1334 niet de stadswijk, maar de Melkmarkt is be-

    doeld. De toren lag immers aan de kop van de noordzijde vandeze straat.

    De naam Rodetoren verwijst ongetwijfeld naar de kleur van het

    gebouw, dat bestond uit rode baksteen. Aangezien hetzelfde

    bouwmateriaal werd toegepast bij de andere fortificatiewerken

    van de stad, ligt het voor de hand dat de stenen van de Rodetoren

    rood waren geverfd. Een notitie van Heerkens, die onthult dat in

    de 17de en 18de eeuw de poort was gemetseld van gebakken

    doch rood geverfde steen, lijkt deze hypothese te bevestigen.

    Volgens sommige schrijvers werd de toren ook wel de Rhoen-

    toren genoemd. Deze naam zou verwijzen naar de roendrivers

    oftewel vrachtrijders, die van de passage naar het havenfront

    gebruikmaakten. Een dergelijke schrijfwijze duikt in de middel-

    eeuwse documenten in het stadsarchief echter nergens op. Debetiteling komt alleen voor op een Zwolse plattegrond van Braun

    en Hogenberg uit circa 1580. Vermoedelijk is de vermelding van

    die Rhoentorenop deze kaart het gevolg van een fout van de man

    die de gegevens ervoor heeft verzameld. Wellicht hoorde hij tij-

    dens zijn bezoek aan de stad de toren aanduiden als de Rontoren,

    een afkorting die nog in het begin van de 19 de eeuw in de Zwolse

    volksmond werd gebruikt. Daarnaast maakt alleen al het gege-

    ven dat de Rodetoren oorspronkelijk een verdedigingstoren was,

    met hoogstens een kleine doorgang, het niet erg waarschijnlijk

    dat de naam is ontleend aan vrachtvervoerders. Wanneer het

    verlenen van toegang tot de landtong al vanaf de constructie van

    het verdedigingswerk de belangrijkste functie was geweest, had

    men op deze plek wel een poort laten verrijzen.

    Het is in dit verband echter wel opmerkelijk dat, zoals gezegd, detoegang tot het plein werd gevormd door een toren en niet door

    een groot poortgebouw. Dat lijkt erop te wijzen dat een goede

    verbinding met de rest van de stad aanvankelijk nog geen grote

    prioriteit had. De meeste handelsactiviteiten zullen in dit tijdvak

    nog hebben plaatsgevonden bij de oudste haven van Zwolle aan

    de Melkmarkt. Dit zeer eenvoudige havenkwartier langs de re-

    latief smalle Grote Aa zal gezien de slechte bevaarbaarheid van

    het Zwartewater vooral zijn bezocht door platboomde zompen en

    andere kleine rivierschepen met weinig diepgang en een beperkt

    laadvermogen.

    Vanaf de 13de eeuw werd de Zwolse vaarverbinding met de bui-

    tenwereld door een combinatie van natuurlijke factoren en men-

    selijk ingrijpen aanzienlijk verbreed en verdiept. De geleidelijkeverbetering van het Zwartewater gaf de Zwollenaren alsnog de

    mogelijkheid om evenals de aan de IJssel gelegen zustersteden

    Kampen en Deventer te profiteren van de opbloei van de lange

    afstandshandel. Hoewel ook Zwolle lid was van het illustere Han-

    zeverbond, speelden zijn bewoners in de internationale zeevaart

    slechts een bescheiden rol. De op een kruispunt van land- en

    waterwegen gelegen Zwartewaterstad groeide uit tot een cen-

    trum van de interregionale transitohandel, die zich met name

    richtte op het transport van goederen tussen enerzijds Holland

    en Vlaanderen en anderzijds het uitgestrekte Duitse achterland.

    Het Zwartewater en de Vecht maakten van Zwolle een natuurlijke

    overslag- en doorvoerplaats, van waaruit een grote verscheiden-

    heid aan handelswaar naar alle kanten werd verstuurd. Uit West-falen en Nedersaksen kwam voornamelijk natuursteen, hout,

    textiel, graan en vlees. Omgekeerd vervoerden de Zwollenaren in

    oostelijke richting artikelen als zout, haring, stokvis, boter, kaas,

    huiden, laken, wijn en bier.

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    13/72

    Een kortjan van het RodetorenpleinOlaf Goubitz

    De Zwolse archeologen vinden in 2006 een houten messchede in een beerkel-

    der nabij de Rode Toren, samen met enkele andere bijzondere stukken, zoals een

    prachtige tinnen kardinaalsschotel en een messing kandelaar. De objecten da-

    teren uit het begin van de zeventiende eeuw. De kelder zelf is veel ouder, wat

    aangeeft dat hij minstens n keer geleegd moet zijn. Het is een unieke vondst,

    deze houten messchede met ingelegd tinbeslag. Dit type foedraal komt namelijk

    zelden voor.

    In Nederland zijn er hooguit vijfentwintig van gevonden, tegen de vele honderden

    soorten van leer. Schede en versiering zijn bovendien perfect bewaard gebleven en

    slechts op n plek, de voorzijde, mist de decoratie enkele elementen. Maar nog

    belangrijker: de exclusieve versiering overtreft die van andere gevonden exem-

    plaren.Zowel in de lengte- als-breedtegraad lopen bij de Zwolse messchede tussen de

    insteekband en puntbekleding smalle tinnen strips. Met elkaar vormen ze een

    filigraanachtig netwerk. Heel bijzonder is de insteekband, die na het vormgieten

    is bewerkt met een smalle, beitelachtige burijn. Dit is een graveerijzer met ruit-

    vormige punt. Hierdoor ontstaan zigzaggende banden, met een nog nooit eerder

    waargenomen siereffect. Op een van zijkanten van de insteekband staat het jaartal

    1615 gekerfd. De lip met koordtunnels is iets naar achteren gebogen. In het mid-

    den van de schede, aan de voorzijde, is in het netwerk van sierstrips een mannen-

    hoofd opgenomen. Het bebaarde gezicht kijkt zowel links, rechts als naar voren.

    De puntversiering is een dierenkop met wolfachtige trekken. Van opzij zijn rijen

    dreigende tanden te zien. De messchede is vergelijkbaar met een exemplaar dat

    aanspoelde op het strand van Terschelling. Deze heeft ook een tinnen sierband

    met aan de achterzijde twee tunneltjes voor het draagkoord, alsmede een met tinversierde punt.

    Houten messcheden zijn voornamelijk zestiende- en zeventiende-eeuws en zijn

    altijd aangetroffen in een zeilvaartgebonden context. En messchede wordt op-

    gevist uit de Noordzee, twee andere spoelen aan op de Nederlandse kust. Vijf zijn

    er gevonden aan boord van scheepswrakken, de rest in de buurt van havens en

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    14/72

    bevaarbare grachten. Ze bezitten alle tinnen decoraties, varirend van insteek- en

    puntbeslag tot algeheel dekkend netwerk. Sommige hebben een aangegoten tin-

    nen lip, andere een doorlopend houten lip of helemaal geen lip. Hoe dan ook, ze

    zijn allemaal voorzien van een lus of tunnels voor de draagveter. De houten sche-

    de, ook wel kortjan genoemd, dient om een mes te bergen; in sommige exem-

    plaren passen zelfs twee messen of een mes en een priem. Het gaat dan om eenmarlpriem waarmee matrozen zeildoek of touw bewerken.

    De Zwolse schede is de enige die gevonden is op het land. De vondst lijkt daarom

    niet in het rijtje te passen. Maar als we ons een moment verdiepen in de topogra-

    fie dan zien we dat hier een reden voor is. In tegenstelling tot nu is Zwolle in de

    zeventiende eeuw vanuit de Zuiderzee nog goed bereikbaar, zelfs met vrij grote

    schepen. Wellicht verloor een van de zeelieden aan wal zijn messchede bij het ter

    beren gaan.

    De fundering van de de Jan Baghstoren, met daarvoor de beerput waarin de kortjan gevonden is.

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    15/72

    Kaarten in monumentenDagelijks fietsen of rijden honderden mensen onder de Sassenpoort op weg naar

    hun werk, huis of het drukke centrum in, dat rijk is aan veel monumentale panden.

    Maar weinigen weten hoe de Sassenpoort er van binnen uitziet. Daar komt op za-

    terdag 12 september verandering in en wel op een bijzondere manier.

    Onder het mom van monumenten op de kaart en kaarten in monumenten orga-

    niseren de bridgeclubs in Zwolle een bridgedrive in kroegen en monumenten. Zo

    gezegd zo gedaan. Open Monumentendag Zwolle ondersteunde het initiatief en zo

    kan het zijn dat de argeloze bezoeker van monumenten ineens in dat monument

    vier mensen rond een tafeltje ziet bridgen.

    Bij een drive wisselen de spelers na vier spellen van locatie. Zo komen de spelers

    op allerlei plekken in de stad. Het is voor het eerst dat de Open Monumentendag

    wordt gebruikt voor zon bridgedrive.

    Bridgen is een denksport voor jong en oud. Het is niet alleen een denksport, maar

    heeft ook duidelijk een sociale en gezelligheidsfunctie. Wie denkt dat bridgen

    moeilijk te leren valt heeft het mis. Bridgeclubs in Zwolle organiseren bridgecur-

    sussen voor startende bridgers.

    Informatie over de Zwolse bridgeclubs in het algemeen is te vinden op www.

    bridge.nl.

    MONUMENTEN OP DE KAAR

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    16/72

    Natuurlijk natuursteen

    Galvaniweg 4 / 8013 RG Zwolle T. 038 4660330 www.zwolsesteenhouwerij.nl

    Zowel voor de particulier als voor bedrijvenneem eens een kijkje in onze showroom

    ZwolseSteenhouwerij

    Sinds 1866

    vloerenonde

    rhoud

    (uwvloerwe

    eralsnieuw

    )

    aanrechtbladen haardplateausvensterbanken vloeren dorpels

    interieurwerken e.d. montage

    Terrastegelv

    an

    natuursteen

    Hoe wilt u

    wonen?Geef het ons door viawww.hoewiltuwonen.nlen verdien

    Wonen heeft te maken met keuzes.

    Hoe groot wil ik wonen en hoeveel gaat dat

    kosten? Wil ik een hoekhuis of twee buren?

    Wil ik nieuwbouw of een huis waarin ik

    lekker kan klussen. Volop keuzes, maar wat

    weegt voor u het zwaarst?Om antwoord hierop te krijgen, vult u de woon-

    wensenwijzer in op www.hoewiltuwonen.nl.

    De woonwensenwijzer geeft u inzicht in wat u

    belangrijk vindt omtrent wonen.

    De uitkomsten worden u per post of e-mail

    toegezonden. Uw ingevulde woonwensenwijzer

    geeft ons belangrijke informatie. Hiermee

    kunnen wij woningen zo bouwen dat nieuwe

    huurders en kopers er met veel plezier in wonen

    en dat de woning aansluit bij de wensen die

    de bewoners hebben. Iedereen kan de woon-

    wensenwijzer invullen.

    Het maakt niet uit of u huurt, eigenaar bent,

    in Zwolle woont of in een andere plaats.

    Elke 10edeelnemer

    ontvangt een Iris-

    cheque van w15,.

    Iedere maand verloten

    we een waardebon

    van w200, onder

    de inzenders van die

    maand.

    woningstichting swz

    Lbeckplein 62

    8017 js Zwolle

    t038 468 01 23

    [email protected]

    www.swz.nl

    f200,

    architectuurstudio SITEC bna

    Thorbeckegracht Heiligeweg

    Ter Pelkwijkpark Kembang-Baru, Holtenbroek

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    17/72

    Gevelstenen in Zwolle

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    18/72

    16

    In deze uitgave ter gelegenheid van Open Monumentendag 2009 wordt in woord en beeld

    een overzicht gegeven van de belangrijkste gevelstenen en uithangtekens in Zwolle. Het

    idee hiervoor ontstond al in 2007, en in samenwerking met de dienst Monumentenzorg

    en Archeologie van de gemeente Zwolle is besloten het onderwerp te kiezen als bijzon-

    der thema voor de Open Monumentendag 2009.

    Zwolle kent een rijk bezit aan gevelstenen, dat al in 1987 werd genventariseerd door

    Anton Korteweg, toendertijd medewerker van het Gemeentelijk Monumentenbureau. In

    opdracht van de Vereniging Vrienden van de Stadskern Zwolle beschreef Korteweg alle

    in de gemeente Zwolle voorkomende oude gevelstenen, geveltekens en uithangtekens

    aan gebouwen. Deze vrijwel complete opsomming omvat zon 300 objecten.

    In 1907 is voor het eerst een Zwolse lijst van gevelstenen gepubliceerd in de voorlo-

    pige lijst van monumenten in Overijssel. In de jaren dertig van de vorige eeuw zijn voorhet eerst een aantal oude gevelstenen in de Zwolse binnenstad systematisch getekend

    door Johannus Hartsuiker, hoofd gemeentewerken en stadsarchitect. Deze ingekleurde

    tekeningen worden bewaard in de collectie van het Stedelijk Museum. Sommige afge-

    beelde gevelstenen zijn inmiddels verdwenen uit het straatbeeld.

    In 1977 verscheen het Jaarboek Overijssel, met als thema Gevelstenen en opschrif-

    ten in Overijssel. Hierin staat een beknopte inventarisatie van Zwolse gevelstenen. Over

    het gevelstenenbezit van diverse Nederlandse steden zijn de laatste jaren verschillende

    publicaties verschenen, waaronder Amsterdam, Maastricht, Groningen, Leeuwarden,

    Deventer, Enkhuizen en Hoorn. Van het Zwolse gevelstenenbezit ontbrak een dergelijke

    publicatie tot nu toe helaas.

    Voor dit Monumenten Magazine is gekozen voor een representatieve selectie van onge-

    veer honderd gevelstenen en twee uithangtekens. Het aantal uithangtekens is zo gering

    omdat in de loop der tijd vrijwel alle historische uithangtekens zijn verdwenen. In de se-lectie zijn alle historische gevelstenen in de Zwolse binnenstad opgenomen. Daarnaast is

    een keuze gemaakt uit de gevelstenen die in de wijken rondom de binnenstad voorkomen

    en een aantal gevelstenen uit het buitengebied. Onder deze categorie gevelstenen beho-

    ren onder andere gevelstenen die te vinden zijn in scholen, fabrieksgebouwen, sluizen en

    kantoren. Een bijzondere categorie vormen de gedenkstenen die door de diverse Zwolse

    Woningbouwverenigingen zijn aangebracht in woningbouwprojecten, met name in de wij-

    ken Assendorp en Pierik .

    De in dit magazine opgenomen gevelstenen zijn vrijwel alle in de buitengevels van ge-

    bouwen aangebracht en dus vanaf de openbare weg te zien. Een bijzondere collectie

    oude gevelstenen is te zien in de tuinmuur van het Stedelijk Museum. Deze gevelste-

    nen zijn oorspronkelijk afkomstig uit Zwolle en enkele andere Overijsselse steden. De

    stenen zijn bij de oprichting van het provinciaal Overijssels Museum ingemetseld in de

    tuinmuur. Daarmee volgde het Overijssel museum een trend, die aan het einde van de

    19e eeuw ook in andere Nederlandse steden ontstond. Bij de afbraak van historische

    panden bleven soms alleen de gevelstenen bewaard. Deze zijn vaak opgenomen in de

    collectie van lokale historische musea of oudheidkamers.

    Het Stedelijk Museum Zwolle heeft naast deze tuinmuurcollectie nog een collectie ge-

    velstenen die in het museumdepot zijn opgeslagen; ook deze stenen zijn in dit overzicht

    opgenomen. Ze zijn grotendeels afkomstig van afgebroken woonhuizen in Zwolle. Ten-

    slotte zijn er enkele stenen opgenomen die in particulier bezit zijn en een steen die zich

    bevindt in het depot van de gemeentewerf in Zwolle.

    Zwolse gevelstenen en uithangtekensMarcel Overbeek

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    19/72

    De geschiedenis en betekenis van gevelstenenHet gebruik van uithangtekens en gevelstenen dateert al van voor onze jaartelling.

    De Romeinen gebruikten al uithangborden voor herbergen en taveernes. Ook ge-velrelifs zijn door de Romeinen gebruikt. In ons land worden de eerste uithang-

    tekens, meestal in hout uitgevoerd, later ook van ijzer, gebruikt om koopwaar aan

    te prijzen of herbergen aan te duiden. Vanaf de 16de eeuw worden steeds meer

    stenen huizen gebouwd. Vanaf die periode worden ook steeds meer woonhuizen

    en openbare gebouwen voorzien van een gevelsteen. De functie van de gevelsteen

    was in die tijd zeer belangrijk: men kende immers nog geen huisnummers, al-

    leen straatnamen. De gevelsteen gaf vaak de naam aan van het huis, of verwees

    naar de familienaam van de eigenaar. Zo werd een bewoner meestal aangeduid

    met de naam van het woonhuis: men woonde in De Gulden Klok of naast Het

    Witte Schaep, of tegenover De Swarte Ruiter. Ook gaf een gevelsteen vaak een

    aanduiding van het beroep of het ambacht dat de eigenaar uitoefende. Voorbeel-

    den zijn voor een slager (In Den Vetten Os) een vishandelaar (De Vismand) of

    een kleermaker (afbeelding van een schaar). De toevoeging gekroond betekentdat de eigenaar zijn product belangrijker achtte dan dat van een concurrent. Ook

    in Zwolle komen dergelijke stenen voor (De Gekroonde Eikel en De Gekroonde

    Molen). Gevelstenen zijn daarom ook een belangrijke bron van informatie over

    de geschiedenis van het pand en de vroegere bewoners. Naast de voorstelling

    op een gevelsteen zijn vaak het jaartal en soms ook de initialen van de eigenaar

    aangebracht. Onder invloed van de Reformatie werden veel gevelstenen voor-

    zien van bijbelse spreuken en symbolische spreuken, die op de voorbijganger

    een stichtelijke indruk moesten maken. Een dergelijke spreuk is te vinden in het

    woonhuis Sassenstraat 5. De stedelijke overheid liet op haar gebouwen vaak een

    gevelsteen aanbrengen met een afbeelding van het stedelijk wapen. Voorbeelden

    zijn stadhuizen, stadswagen en stadsgevangenissen. Ook eigenaars van kastelen

    en landhuizen lieten hun familiewapen, soms rijk gebeeldhouwd en voorzien van

    de heraldische kleuren, in de gevels aanbrengen. Ook topografische afbeeldingenwerden op gevelstenen aangebracht, zoals stads- en dorpsgezichten en afbeel-

    dingen van kastelen en andere gebouwen.

    De vorm van de gevelstenen was overwegend

    rechthoekig; in de loop van de 18de eeuw kre-

    gen de stenen ook meer sierlijker vormen, on-der invloed van de Barok. Er is overigens heel

    weinig bekend over de makers van gevelstenen.

    Ook in bestekken van gebouwen die na 1900 zijn

    vastgelegd, wordt een gevelsteen niet of nau-

    welijks vermeld. Soms is een gevelsteen pas

    na de bouw van een pand aangebracht. In 1795

    wordt onder het Franse regime in opdracht van

    Napoleon de huisnummering in de Nederlan-

    den ingevoerd. Hierdoor ging de belangrijkste

    functie van de gevelsteen als adresaanduiding

    verloren. In de loop van de 19de eeuw zijn vele

    historische gebouwen zoals stadspoorten, kas-

    telen en woonhuizen gesloopt, en daarmee gin-gen ook vele oude gevelstenen verloren.

    Van de totale hoeveelheid gevelstenen die van

    1500 tot 1800 in ons land is aangebracht aan

    gebouwen, is anno 2009 nog maar een fractie

    overgebleven. Pas tegen het einde van de 19de

    eeuw, met de opkomst van lokale oudheidkun-

    dige musea, werd men zich beter bewust van

    de cultuurhistorische waarde van oude gevel-

    stenen. Bij de afbraak van oude gebouwen werd

    de nog aanwezige gevelsteen soms als laatste

    aandenken aan het gesloopte pand bewaard.

    Maar soms ging men minder zorgvuldig om met

    een gevelsteen en werd de steen bijvoorbeeldals putdeksel gebruikt. Een voorbeeld hiervan

    in Zwolle is de Hessensteen aan de Thomas A

    Kempisstraat die in een tuin werd ontdekt.

    Na 1800 zijn nog wel gevelstenen gemaakt,

    maar in hoofdzaak voor gebouwen met een bij-

    zondere bestemming, of openbare gebouwen.

    Nieuwe typen gebouwen deden na 1820 hun in-

    trede, zoals gevangenissen, fabrieksgebouwen,

    rechtbanken, gemalen, vuurtorens en waterto-

    rens. In de meeste gevallen zijn deze gebouwen

    door de trotse overheden voorzien van een ge-

    denksteen (eerste steen), met een afbeelding

    van het rijkswapen of de provinciale en stede-

    lijke wapens.

    Aan het einde van de 19de eeuw zien we ook

    steeds meer het gebruik van het inmetselen van

    een eerste steen in particuliere woonhuizen.

    Dit type stenen werd meestal door een lokale

    steenhouwer gemaakt, en kreeg vaak een so-

    bere uitvoering. Soms zijn alleen het jaartal en

    de initialen van de eigenaar in de steen vermeld.

    In Zwolle bestaat een groot deel van het nog aan-

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    20/72

    wezige gevelstenenbestand uit dit type stenen, verspreid over de

    hele stad.

    Met de invoering van de Woningwet in 1901 ontstaan in ons land

    vele woningbouwcoperaties, die in het tijdvak 1900-1940 zorgen

    voor de bouw van grote nieuwe stadswijken. Met de nodige trots

    op het bereikte resultaat werd in sommige woonwijken na vol-tooiing van een bouwproject een gedenksteen aangebracht. Ook

    in Zwolle zijn prachtige voorbeelden van dit soort stenen voor

    het algemene nut te vinden. In de periode van de Amsterdamse

    schoolstijl, in de jaren twintig, is wederom een opleving te zien

    van de bouwkunst en een herwaardering voor het aloude ambacht

    met aandacht voor kleine kunstwerken zoals de gevelsteen. Ook

    worden in die tijd gevelstenen gemaakt met nieuwe materialen

    zoals keramische (gebakken) gevelstenen. Tegelijkertijd zijn in

    deze periode traditionele gevelstenen gemaakt in de trant van de

    stenen uit de 19de eeuw, zoals in Zwolle de gedenkstenen in het

    Binnen- en Buitengasthuis. In de periode van de Wederopbouw

    (1945-1970) worden nog steeds op traditionele wijze gemaakte

    gevelstenen toegepast, vooral bij woningbouwprojecten. Opnieuwspelen de woningbouwverenigingen hierin een grote rol. Geluk-

    kig is de rol van de gevelsteen nog lang niet uitgespeeld en wor-

    den anno 2008 nog steeds gedenkstenen ingemetseld in nieuwe

    bouw- of restauratieprojecten.

    Gevelstenen in ZwolleDe stad Zwolle kent een rijk bezit aan historische gevelstenen uit

    de 17de en 18de eeuw. Vergeleken met de andere Hanzesteden,

    Kampen en Deventer, valt op dat in Zwolle een beduidend gro-

    ter aantal gevelstenen bewaard is gebleven. De oudste Zwolse

    steen, de halfronde Romaanse steen in het koor van de Grote of

    Michaelkerk, is in feite geen gevelsteen maar een tympaan dat

    afkomstig is van de voorganger van de huidige kerk. De steen is

    uniek vanwege de hoge ouderdom (13de eeuw) en het voor Zwolle

    zeldzaam toegepaste materiaal, rode Bremer zandsteen.

    Uit de bloeitijd van Zwolle als Hanzestad, de 16de eeuw, zijn wei-nig gevelstenen bewaard gebleven. Helemaal vreemd is dit niet,

    omdat het gebruik van gevelstenen in de 16de eeuw nog zeer

    sporadisch werd toegepast aan gebouwen. Een uniek voorbeeld

    van gevelornamentiek uit de late 16de eeuw is te vinden in de

    voorgevel van het Karel V huis aan de Sassenstraat. De uitzon-

    derlijk fraaie ornamenten van kalksteen in deze gevel, waaronder

    de steen met het hoofd van Karel V, behoort tot de vroegste voor-

    beelden van de renaissancestijl in Zwolle.

    In de 17de eeuw neemt de toepassing van gevelstenen in de bouw

    in Nederland een grote vlucht. Ook particulieren laten steeds

    meer hun naam, huisnaam of beroep uitbeelden in de vorm van

    een gevelsteen. In Zwolle is de oudste gevelsteen uit de 17de

    eeuw te vinden in de trapgevel van apotheek Kluin aan de Lut-tekestraat (1609). Bijzonder aan deze steen is de combinatie van

    fabeldieren en het Zwolse stadswapen. Behalve gevelstenen zijn

    in Zwolle in enkele monumentale 17de-eeuwse woonhuizen ook

    jaartalstenen aangebracht, bestaande uit twee stenen in de vorm

    van een banderol met het opschrift anno en het jaartal (Voor-

    straat 43 en Thorbeckegracht 17).

    Tot de fraaiste stenen uit de 17de eeuw behoren de Witte Leeuw

    van de bierbrouwerij aan de Diezerstraat en Het Veerschip op

    Utrecht aan de Thorbeckegracht. Deze stenen hebben een dui-

    delijke relatie met handel en nijverheid.

    Uit de periode van de 18de eeuw zijn ook enkele fraaie stenen

    behouden gebleven, waaronder de steen met een afbeelding van

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    21/72

    WAPENSTEEN ZWOLLE

    een hoed (Diezerstraat 57) en de wapensteen in het Vrouwenhuis (Melkmarkt 53).

    In de 19de eeuw is de stad verrijkt met een groot aantal gevelstenen die vaak als

    eerste steen zijn gebruikt. Weliswaar is het type van de oude, traditionele gevel-

    steen met een figuratieve afbeelding nauwelijks meer toegepast na 1800, maar

    de 19de-eeuwse stenen werden voorzien van fraaie inscripties en versieringen in

    klassieke stijl. Mooie voorbeelden van dit type gevelstenen zijn de eerste stenen inHuis Arnichem in de buurtschap Haerst (1826) en in de molen de Herstelder op

    de Jufferenwal (1807).

    Met de komst van de industrile revolutie in het midden van de 19de eeuw, werden

    nieuwe technieken en materialen gentroduceerd in de bouw. Voor constructies,

    zoals perronoverkappingen en fabriekshallen werd vooral gebruik gemaakt van

    gietijzer. Dat dit materiaal zeer variabel kon worden toegepast, bewijst de unieke

    gevelsteen in de gevel van de boerderij aan de Kuyerhuislaan 19. Deze steen is

    namelijk in gietijzer uitgevoerd en is daarmee een unicum in Zwolle.

    Met de komst van het spoorwegnet zijn grote infrastructurele werken gebouwd

    waaronder bruggen en tunnels. Onder groot feestvertoon en ceremonieel werden

    gedenkstenen onthuld in de nieuwe werken. Zo ook in Zwolle, waar in een pijler

    van de nieuwe spoorbrug in 1862 een forse gedenksteen werd onthuld door mi-

    nister Thorbecke. Als geboren Zwollenaar moet het onthullen van deze steen eenbijzondere gelegenheid zijn geweest voor de staatsman. Eind 19de eeuw worden

    bij de bouw van grote projecten ook de gevelstenen soms fors van omvang, zoals

    de gevelsteen met de naam van het Sophia-ziekenhuis aan de Rhijnvis Feithlaan.

    Deze steen is vanwege zijn omvang als het ware gentegreerd in de architectuur

    van de gevel. Aan het einde van de 19de eeuw zien we ook een toename in de

    bouwactiviteit van de stedelijke overheid, er worden brugwachtershuisjes, bad-

    huizen, watertorens en politieposten gebouwd. In de meeste gevallen werden

    deze gebouwtjes voorzien van het Zwolse stadswapen, zoals nog te zien is bij de

    voormalige politiepost aan de Sassenpoort.

    Hattem, prive-collectie Dhr. BeerninkWapensteen Zwolle, 1892In de collectie van dhr. Beernink in Hattem bevindt zich

    deze fraaie hardstenen gedenksteen.

    De fraai vormgegeven steen in Neorenaissancestijl is

    oorspronkelijk afkomstig van het waterpompstation dat

    de stad Zwolle in 1892 liet bouwen op de Veluwe bij Wa-

    penveld. Het drinkwater dat hier werd gewonnen werd

    gebruikt voor de drinkwatervoorziening van Zwolle. Te-

    gelijk met de bouw van het Pompstation werd in Zwolle

    op de turfmarkt een watertoren gebouwd. Na de sluiting

    van het pompstation in 1935 werden de gebouwen afge-broken in 1955. De gevelsteen werd uit de sloop gered

    door dhr. Beernink, die de steen in zijn tuin in Hattem

    een plaats gaf. Bij de verwijdering van de steen uit het

    pompstation zijn enkele onderdelen van het sierwerk

    aan de randen beschadigd. Centraal in de steen is het

    wapen van Zwolle afgebeeld, met het jaartal 1892.

    Ook andere overheden lieten zich niet onbe-

    tuigd, een fraai voorbeeld is het rijke beeld-

    houwwerk aan de voormalige Statenzaal van

    de Provincie Overijssel aan de Diezerstraat.

    Rijksbouwmeester J. Van Lokhorst ontwierp

    een neogotisch kasteel met overdadige versie-ringen in zandsteen, met als hoogtepunt de rijk

    geornamenteerde wapensteen boven de hoofd-

    ingang met een voorstelling van het rijkswapen,

    geflankeerd door twee vervaarlijke leeuwen.

    Dit beeldhouwwerk en de overige ornamenten

    zijn gemaakt door steenhouwer B. van Hove.

    Van zijn hand zijn waarschijnlijk ook de fraaie

    zandstenen ornamenten, die afkomstig zijn uit

    het in 1985 gesloopte gouverneurshuis. Deze

    ornamenten, met een voorstelling van koningin

    Wilhelmina zijn nu ingemetseld in de entreehal

    van de bibliotheek.

    Iets verderop in de Diezerstraat, in het monu-mentale pand van de voormalige brouwerij de

    Witte Leeuw, is een vergelijkbare wapensteen

    in de gevel te vinden met het rijkswapen. Vooral

    de stijl van de belettering vertoont grote over-

    eenkomsten met de tekst op de wapensteen in

    de Statenzaal.

    Dat ook gevelstenen benvloed kunnen worden

    door nieuwe stromingen in de kunst blijkt uit

    de periode van de Art-Nouveau die omstreeks

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    22/72

    DE EENHOORN

    1900 opkwam. Het enige Zwolse voorbeeld van een gevelsteen in deze stijl is de

    jaartalsteen uit 1905 in het spoorwegviaduct in de Schellerdijk.

    Vooral in de jaren twintig ontstaat een revival in de toepassing van gevelstenen en

    jaartalstenen, onder invloed van de Amsterdamse Schoolstijl. Deze stijl wordt ge-

    kenmerkt door een overdadige ornamentiek met gebruik van veel natuurlijke ma-

    terialen zoals baksteen en natuursteen. Gevelstenen werden niet meer anoniem

    gemaakt, maar kunstenaars en beeldhouwers van naam werden bij het ontwerpvan gevelstenen betrokken. Een voorbeeld in Zwolle is de grote gedenksteen die in

    1930 werd ontworpen ter gelegenheid van het 700-jarig bestaan van de stad. De uit

    Zwolle afkomstige beeldhouwer Cor Breeman kreeg hiervoor de opdracht.

    Ook de bekende Zwolse architect Piet Lankhorst ontwierp diverse gevelstenen,

    die een integraal onderdeel vormden van zijn ontwerpen. Voorbeelden zijn de ge-

    denksteen in boerderij de Hollewand uit 1937 en de gevelsteen met een afbeel-

    ding van een tulp in zijn woonhuisontwerpen uit 1949.

    In de jaren van de wederopbouw spelen de woningbouwverenigingen een grote

    rol bij de bouw van nieuwe woningen. In snel tempo worden woonwijken in As-

    sendorp, de Pierik en in Dieze uit de grond gestampt, aanvankelijk nog in traditi-

    onele baksteen. Na de voltooiing liet men trots een gedenksteen aanbrengen met

    niet zelden de namen van de bestuurders. Een bijzonder fraai voorbeeld van een

    volkshuisvestingssteen is die van Beter Wonen in de gevel van een woonhuisaan de Cyclamenstraat uit 1951. Deze gedenksteen is bijzonder omdat hij in 1982

    na de renovatie van de woningen is uitgebreid met een tweede steen, overigens

    in precies dezelfde belettering!

    Vanaf de jaren zestig onderging de Zwolse binnenstad grote veranderingen. Delen

    van de binnenstad werden gesloopt om plaats te maken voor het nieuwe winkel-

    centrum en er werden verkeersdoorbraken gepland. In de jaren zestig ontstond

    vanuit de burgerij steeds meer kritiek op deze ontwikkeling, een beweging waar-

    Kantoor Dhr. W. Waanders, Grote MarktDe Eenhoorn, 1677In de priv-collectie van dhr. W. Waanders bevindt

    zich een gevelsteen met een voorstelling van een

    eenhoorn en profilafgebeeld en donkerrood ge-

    verfd. De eenhoorn was een mythisch dier, dat

    werd afgebeeld als een paard met een spiraalvor-

    mige hoorn op het voorhoofd. Het dier komt vaak

    voor in fabels. De gevelsteen wordt geflankeerd

    door twee weelderig vormgegeven cartouche-

    stenen, met de opschriften ANNO en 1677.

    De gevelstenen zijn oorspronkelijk afkomstiguit de voorgevel van het verdwenen woonhuis

    Nieuwstraat 81. Dit pand dateerde uit de 17de

    eeuw en was eigendom van de familie Thorbecke.

    Eind 19de eeuw werd in het pand stoomdrukkerij

    De Eenhoorn van de Fa. Waanders gevestigd. De

    naam is afgeleid van de gevelsteen in de voorge-

    vel.

    Eind jaren zestig is het pand gesloopt in het ka-

    der van de binnenstadsvernieuwing, om plaats te

    maken voor het nieuwe winkelpand van C&A. Op

    initiatief van dhr. W. Waanders zijn de gevelste-nen in 1975 overgebracht naar het nieuwe win-

    kelpand van de Fa. Waanders op de hoek van de

    Roggenstraat en de Nieuwstraat. De drie gevel-

    stenen kregen hier een plek in de zijgevel aan de

    Nieuwstraat. Toen de Fa. Waanders dit pand be-

    gin jaren tachtig verkocht aan de schoenenzaak

    van Ascona werden de gevelstenen uit de gevel

    verwijderd en overgebracht naar het kantoor van

    de Fa. Waanders in het pand aan de Grote Markt.

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    23/72

    E.CINERE

    VIV

    O

    bij vooral de Vereniging Vrienden van de Stadskern een grote rol

    speelde. Door de inzet van deze Vereniging ontstond bij burgers

    en bestuurders meer waardering voor en besef van de cultuur-

    historische waarde van de binnenstad, en daarmee begon ook

    het herstel van monumenten en gebouwen in de oude binnen-

    stad. Een van de oprichters van de Vereniging was tekenaar en

    grafisch ontwerper Han Prins (1925-1987). Hij beschikte overeen grote kennis van de bouwhistorie van de stad en maakte vele

    tekeningen van gebouwen en stadsdelen. Han Prins was ook de

    ontwerper van enkele gevelstenen die vanaf 1978 in de Zwolse

    binnenstad zijn aangebracht in herstelde monumenten. Aan zijn

    inzet en kunstenaarsschap is het te danken dat Zwolle in de pe-

    riode 1978-1985 een ware revival kende in de toename van het

    aantal gevelstenen. Deze figuratieve gevelstenen, waaronder

    het Rad van avontuur, de Zwaan en Schuttevaer werden in de

    traditie van de 17de eeuwse figuratieve gevelsteen vervaardigd.

    Vele van deze nieuwe gevelstenen zijn gemaakt door de steen-

    houwerfamilie Beernink uit Hattem.

    Ook de afdeling monumentenzorg van de gemeente Zwolle is

    actief geweest bij het ontwerp van nieuwe gevelstenen in de bin-nenstad. Een voorbeeld is de gedenksteen opnieuw verankerd

    die in 1983 in een gevel aan de Pletterstraat is ingemetseld.

    Helaas is het na deze steen stil geworden op gevelstenenfront in

    Zwolle. In de binnenstad zijn sindsdien nauwelijks stenen bijge-

    komen. Het zou een goede zaak zijn om het rijke Zwolse bezit aan

    gevelstenen te koesteren en waar mogelijk uit te breiden met

    nieuwe figuratieve stenen.

    DankwoordAlle in deze uitgave afgebeelde gevelstenen zijn in de periode

    januari-mei 2009 digitaal gefotografeerd door de auteur.

    Voor het onderzoek naar de achtergrond van de gevelstenen is

    uitgebreid onderzoek verricht in archieven. In het bijzonder komt

    dank toe aan dhr. Wim Huysmans van het HCO voor zijn onder-

    steuning. Verder dank aan alle particuliere eigenaren die gehol-pen hebben met informatie, en vooral ook toegang verschaften

    tot bovenkamers en tuinen om de aanwezige gevelstenen goed

    te kunnen fotograferen.

    Gemeentewerf: Zeepfabriek de FenixVogel PhoenixE. cinere Vivo, 1713De gevelstenen van de voormalige zeepfabriek

    de Fenix behoren tot de oudste Industrile ge-

    velstenen van de stad. Tot 1980 waren de stenen

    nog te zien in de fabrieksmuur aan de Lijnbaan.

    Op de centrale steen is een afbeelding te zien van

    de uit de as herrijzende Vogel Phoenix met het

    Latijnse opschrift, E Cinero Vinci(Uit de as leef

    ik) . De tekst verwijst naar het productieproces

    van zeep, dat in vroeger tijden uit onder andere as

    werd gemaakt. De twee flankerende stenen heb-ben een afbeelding van een staand houten vat met

    duigen, met het jaartal 1719 in Romeinse cijfers.(

    MDCC en XIX). De stenen zouden volgens W.A. El-

    berts oorspronkelijk hebben gezeten in een pand

    aan de Thorbeckegracht, waar in de 18de eeuw

    een zeepziederij was gevestigd. Later zijn de ste-

    nen overgebracht naar een bedrijfspand aan de

    Waterstraat 84, in de gevel van stoomzeepfabriek

    De Fenix. De stoomzeepfabriek werd in 1919

    overgenomen door Peter Broek en dhr. Koetsier.

    In 1960 verhuist de fabriek vanuit de binnenstadnaar de Lijnbaan in de Kamperpoort. In 1964 is

    het familiebedrijf overgenomen door Unilever. In

    1970 zijn ook de gevelstenen overgebracht naar

    de Lijnbaan en ingemetseld in de fabrieksmuur.

    Na de sluiting van de fabriek de Nieuwe Fenix in

    1992 zijn de drie gevelstenen uit de fabrieksmuur

    verwijderd en opgeslagen op de Gemeentewerf

    van Zwolle.

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    24/72

    Blauwe route

    01

    Buitenkant 7De Gekroonde Molen, 1724

    Een van Zwolle s fraaiste gevelstenen, heeft een afbeelding van een windmolen van het type

    grondzeiler, waarboven een gouden kroon is geplaatst. Op 9 januari 1725 koopt Albertus Voort-

    huis een onbetimmert huys of pakuysplaatse, op een terrein naast de Swanetoren . In 1731 is

    sprake van de bouw van pakhuis de molen . De gevelsteen verwijst naar de vroegere functie van

    het pand als kantoor waar molenaars belasting op het graan moesten betalen. Het huis werd

    daarom ook wel de hel genoemd. De afbeelding van de molen duidt in ieder geval op een vroe-

    gere functie als pakhuis voor graanopslag. De kroon geeft aan dat men zich wilde onderscheiden

    van de concurrentie.

    Vanaf 1892 is het pand eigendom van smid H. Aarsen, die het in 1897 verbouwde tot stoomsme-

    derij en machinefabriek met bovengelegen woonhuis. In 1924 is de smederij overgenomen door

    W.R. Vermeulen, vanaf 1933 door machinefabriek Fa. Zoomers. In 1988 is het pand gerestaureerd

    en het is nu als woonhuis in gebruik.

    03 Waterstraat 36Duivenpan, 16..Deze steen met de bijzondere vorm bevond zich oorspronkelijk boven de voordeur van het pand

    Waterstraat 36. Dit pand dateerde uit de 17de eeuw, maar was in de 19de eeuw sterk verbouwd

    en voorzien van een pleisterlaag. Het was lange tijd in gebruik als logement de Ster. Na de sloop

    van dit pand in de jaren zestig is de gevelsteen bewaard gebleven en herplaatst in de voorgevel

    na de herbouw van de woonhuizen in de Waterstraat. De steen heeft als voorstelling een rode

    dakpan, geplaatst in een fraaie cartouchelijst. De dakpan heeft een gat. Dit type dakpan werd

    vanaf de 16de eeuw gebruikt om licht toe te laten in een huis. De opening werd voorzien van een

    stuk glas. Als het glas brak konden duiven in en uit vliegen, vandaar de naam duivenpan, of op

    z n Zwols doevepanne.

    02 Buitenkant 22Opschrift, 2000Het woonhuis Buitenkant nr. 22, dat grenst aan de voormalige Vispoort, is in het jaar 2000 gere-

    noveerd. Aan de zijde van de Steenstraat heeft het pand een gepleisterde gevel, waartegen ooit de

    middeleeuwse Steenpoort stond, die in 1849 grotendeels is afgebroken. Ter herinnering aan de

    renovatie is een moderne gedenksteen in de zijgevel aangebracht met het opschrift Anno 2000

    gerestaureerd / gerehabiliteerd . Deze steen behoort tot de jongste generatie Zwolse gedenk-

    stenen, en is wel heel bijzonder vanwege het magische jaartal 2000 .

    01 02

    03 04

    05

    06

    07

    08

    09

    10

    11

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    25/72

    04 Waterstraat nr. 40Europa Nostra, 1983Na jaren van verwaarlozing zijn de historische panden

    op de hoek van de Waterstraat en de Steenstraat eind

    jaren zeventig van de vorige eeuw gerestaureerd, naar

    een plan van architect C. A. van Strien. Voor de rehabili-

    tatie van dit oude stadsdeel ontving de gemeente Zwolle

    in 1983 de Europa Nostraprijs. Deze Europese cultuur-prijs wordt een keer in de vijf jaar toegekend aan een

    geslaagd restauratieproject in Europa. Ter herinnering

    aan de toekenning van de prijs werd op 8 juni 1983 een

    gedenksteen onthuld op de zijgevel van het woonhuis

    Waterstraat 40. De gevelsteen wis door enkele bewoners

    ingemetseld.

    Op de gedenksteen is het logo van Europa Nostra aange-

    bracht, met de tekst Europa Nostra Award 1982. Op 12

    maart 1985 is de steen beklad met een rood kruis door

    Zwolse kunstenaars, uit protest tegen de sloop van het

    gouverneurshuis aan het Ter Pelkwijkpark.

    05 Bitterstraat 57Gedenksteen, 1954In 1954 werd de honderdste geboortedag van de in Zwol-

    le geboren kardinaal Van Rossum grootscheeps gevierd.

    Onderdeel van de festiviteiten was de onthulling van

    een gedenksteen in het pand Bitterstraat 57. In dit pand

    bracht Van Rossum zijn jeugdjaren door. Later is het pand

    in gebruik genomen als RK Weeshuis. In 1954 is een deelvan het pand verbouwd voor de huisvesting van een te-

    huis voor RK jeugdzorg en gezinswerk. Boven de ingang

    van het Kardinaal van Rossumhuis is een hardstenen

    gedenksteen aangebracht met de inscriptie Zwolle eert

    zijn grote burger Wilhelmus Marinus Kardinaal van Ros-

    sum bij de eeuwherdenking van zijn geboorte 1854 3

    september 1954 .

    De gedenksteen werd op 4 september 1954 onthuld door

    burgemeester Jhr. G.A. Strick van Linschoten.

    07Pletterstraat 39Opnieuw Verankerd, 1984Het complex oude woonhuizen op de hoek van de Waterstraat en de Pletterstraat is in 1983 her-

    steld en verbouwd tot wooneenheden in opdracht van woningbouwvereniging SAVO. Jarenlang

    werden de bouwvallige panden bij elkaar gehouden door middel van een stalen korset. Het ver-

    haal ging dat de panden zo slecht waren, dat het losmaken van een bout voldoende zou zijn om de

    hele zaak in elkaar te laten storten. Dit verhaal inspireerde de afdeling Monumentenzorg van

    de gemeente Zwolle tot het maken van een gedenksteen met een afbeelding van een schroef-

    bout, met het opschrift opnieuw verankerd 1983-84.

    De gedenksteen in de zijgevel van het hoekpand Pletterstraat nr. 39 werd op 17 februari 1984

    onthuld door wethouder J. de Groot.

    De steen is ontworpen door Anton Kroes van de Afdeling Monumentenzorg Gemeente Zwolle en

    is gemaakt door steenhouwer Henk Beernink.

    06 Aan de Stadsmuur 79Stadsmuur, vestingtoren, 1973Vanaf de jaren zestig zijn de verkrotte woningen op het

    Eiland gesloopt. Bij de sloop van huizen aan de Water-

    straat kwamen de restanten van de oude stadsmuur

    tevoorschijn. De tegen de stadsmuur gebouwde graan-

    pakhuizen aan de Waterstraat 79 en 84 waren vanaf 1946

    tot 1970 in gebruik bij de zeepfabriek de Fenix. Na de

    restauratie van de pakhuizen in 1970-1973 werden de

    panden als kantoor in gebruik genomen door het Over-

    sticht. In een van de pakhuizen is aan de stadsgracht-

    zijde een jaartalsteen (1792) ingemetseld. Tijdens de

    restauratie werd het fundament ontdekt van een mid-

    deleeuwse stadstoren, de Ramhorsttoren. Ter herinne-

    ring aan deze oude stadstoren is in 1973 een gevelsteen

    ingemetseld in het complex. De steen, gemaakt door

    steenhouwer Gerrit Beernink werd aangeboden door de

    restauratiearchitect, Wim Wormhoudt. De gedenksteen

    laat een plattegrond in relif zien van de stadsmuur met

    het restant van de toren, en een afbeelding van het aan-

    zicht van de torens en de pakhuizen. Eigenlijk dus een

    bouwtekening in steen. Op de steen staat vermeld:

    Onder dit gebouw bevinden zich de restanten van een

    der vestingtorens in de stadsmuur .

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    26/72

    11Thorbeckegracht 67Zeilschip Schuttevaer, 1981Ter nagedachtenis aan Willem-Jan Schuttevaer (1798-1881), oprichter van de gelijknamige

    belangenvereniging van binnenvaartschippers, werd op 23 september 1981 door burgmeester

    Loopstra een gedenksteen onthuld in de gevel van Schuttevaers vroegere woonhuis aan de Thor-beckegracht. Met de gedenksteen werd het feit herdacht dat de grote belangenbehartiger van de

    Nederlandse binnenschippers 100 jaar geleden overleed. Aanleiding was het feit dat Schuttevaer

    100 jaar geleden stierf.

    Vanaf 1840 is op initiatief van de gemeente Zwolle het Zwolse Diep verbreed en werd er tol gehe-

    ven. Veel binnenschippers waren fel gekant tegen deze tolheffing. In 1863 werd een belangenor-

    ganisatie opgericht voor de binnenschippers, op initiatief van Willem Jan Schuttevaer, schipper-

    koopman uit Hellendoorn. Schuttevaer werd de eerste voorzitter van deze vereniging, die in 1863

    de naam kreeg Schippersvereniging Schuttevaer. De strijd tegen de tolheffing had succes; in 1875

    werd de tolheffing op het Zwolse Diep beindigd. De Schippersverenging bestaat nog steeds on-

    der de naam Koninklijke Schuttevaer.

    Het ontwerp van de gevelsteen met de afbeelding van een zeilend binnenvaartschip, is van Han

    Prins, de steen is gemaakt door beeldhouwer Gerrit Beernink.

    08Thorbeckegracht 11Opschrift, 19..In dit woonhuis is Johan Rudolf Thorbecke in 1798 geboren. Hij heeft slechts kort in Zwolle ge-

    woond en vertrok in 1817 naar Amsterdam. Thorbecke was afkomstig uit een rijke familie; zijn

    vader had een tabakshandel. J.Thorbecke slaagde cum laudeaan de Latijnse school in Zwolle en

    werd doctor aan de universiteit van Amsterdam. Onder zijn leiding als staatssecretaris is in 1848

    de grondwet herzien. Later leidde hij drie kabinetten. De marmeren gedenksteen is na zijn over-

    lijden in de gevel aangebracht en officieel onthuld op 13 mei 1876. Gelijktijdig werd de straatnaamDijk omgedoopt in Thorbeckegracht. Op de steen is in gouden letters de naam Thorbecke

    1798-1872 aangebracht.

    09Thorbeckegracht 17Cartouche en banderol, 1671Statig 17de-eeuws grachtenpand, gebouwd in Classicistische stijl. Vanwege de toegepaste pilas-

    ters wordt dit type ook een Vingboomsgevel genoemd, Philip Vingbooms was een Amsterdamse

    architect die in de 17de eeuw een eigen bouwstijl ontwikkelde. In de voorgevel van dit woonhuis

    zijn veel zandstenen bouwornamenten aangebracht. Centraal in de gevel is een grote zandstenen

    steen in de vorm van een cartouche aangebracht. In het middenvlak is het moderne opschrift

    BBB geschilderd. Tot voor enkele jaren was op de cartouche het jaartal 1888 aangebracht,mogelijk een verwijzing naar een verbouwing in dat jaar. Waarschijnlijk heeft op de cartouche

    vroeger een gebeeldhouwd familiewapen gezeten dat later is verwijderd. Naast de cartouche zijn

    twee sierlijke zandstenen banderollen ingemetseld met daarop de inscriptie ANNO en 1671.

    Het pand was in de 20ste eeuw in gebruik bij de Firma Vecht & Co, een handel in schoenmakers-

    fournituren.

    10Thorbeckegracht 41t Veerschip op Utrecht, 1721Aan de Thorbeckegracht staat een historisch woonhuis uit 1721 met zandstenen vleugelstukken

    en het jaartal 1721 in de kuif aangebracht. Midden in de gevel is een grote fraaie gevelsteen ge-

    plaatst met een voorstelling van een zeilende botter op zee, fraai ingekleurd. De steen herinnert

    aan het scheepvaartverleden van de Thorbeckegracht. Van hier vertrokken diverse veerdiensten,

    waaronder naar Utrecht en Amsterdam. In het pand konden de reizigers wachten tot hun beurt-

    schip vertrok. Het pand is vanaf 1900 in gebruik geweest als cafe-slijterij, met een houten bord

    op de gevel Schippersveerhuijs. De eigenaar was toen de familie Krisman. Eind vorige eeuw

    was er de antiekhandel van de familie Leusden gevestigd. In 2008 is het pand verbouwd tot pan-

    nenkoekenhuis.

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    27/72

    12Melkmarkt 53Wapensteen/opschrift, 1742Het woonhuis op de hoek met de Korte Kamperstraat is

    in 1680 verbouwd in Renaissancestijl door Burgemees-

    ter Pieter Soury en zijn vrouw Aleyda Greve. Na de dood

    van haar man koopt zij het woonhuis in 1706. In haar tes-

    tament gaf zij aan dat het woonhuis na haar overlijden

    bestemd moest worden als huisvesting voor bejaardevrouwen. Na haar overlijden in 1742 is de rijk versierde

    gevelsteen geplaatst. Op de gevelsteen is een ovaalvor-

    mig gekroond wapen (vrouwelijk) te zien met drie ge-

    kruiste pijlen, anno 1742 en de tekst Is dit huis tot een

    vrouwenhuis / gestigt volgens de uiterste wille van juffer

    Aleida Greve overleden den / 4 ferb. 1742 dogter van de

    heer Geurt / Greve gemeensmanburgerhopman / deser

    stad en contrarolleur van de / convojen en licenten en

    van / vrouw Lamberta Holt.

    Het wapen houdt waarschijnlijk verband met de functie

    van hopman, het beroep dat door de vader van Aleida

    Greve werd uitgeoefend. Tot 1940 behield het pand de

    oude functie; vanaf 1960 is het als een museum inge-

    richt. De gevelsteen was tot 1990 nog niet voorzien van

    een verflaag, waardoor de mooie lichtbruine kleur vande zandsteen goed uitkwam. Helaas is de huidige schil-

    dering wel erg bont uitgevallen met felle witte en rode

    kleuren.

    13Stedelijk Museum Zwolle, Melkmarkt 41,MuseumtuinHet Stedelijk Museum werd in 1884 opgericht als een Museum van Oudheden, op initiatief van

    de Vereeniging tot beoefening van Overijsselsch Regt en Geschiedenis. Voor de inrichting van

    het museum kreeg de Vereniging diverse giften van particulieren en van gemeentebesturen. Ook

    werden enkele gevelstenen geschonken aan het nieuwe museum. In 1904 kocht de Vereeniginghet patricirshuis aan de Melkmarkt, nu bekend als het Drostenhuis. In deze periode is de verza-

    meling gevelstenen van het museum ingemetseld in de tuinmuur achter het pand, grenzend aan

    de Voorstraat. Enkele andere gevelstenen, die later aan het museum werden geschonken, worden

    bewaard in het museumdepot.

    Wapen van Kampen I, 1591Zandstenen wapensteen van de stad Kampen, geflankeerd door twee klimmende leeuwen. De

    herkomst van de steen is onbekend; waarschijnlijk is het een schenking van de stad Kampen. De

    steen werd al vermeld op de lijst van tentoongestelde voorwerpen bij de Provinciale Tentoonstel-

    ling in 1883 en is sinds 1884 in het bezit van het museum.

    Rode route

    12

    13

    14

    15

    16

    17

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    28/72

    Wapen van Kampen II, 1591Hardstenen wapensteen van de stad Kampen, geflan-

    keerd door twee klimmende leeuwen. Ook deze steen is

    waarschijnlijk een schenking van de stad Kampen aan

    het museum. Op het wapenschild is nog vaag de oor-

    spronkelijke blauwe kleur te zien. De steen is sinds het

    einde van de 19de eeuw in bezit van het museum.

    Het Prinsenwapen, 16..?Hardstenen gevelsteen met het wapen van een Prins

    van Oranje, waarschijnlijk Frederik van Oranje. Wapens-

    preuk qui soit I Pense.De steen is geschonken aan het

    museum door Gedeputeerde Staten van Overijssel.

    Viskorf, 1679Een fraaie gevelsteen met en afbeelding van een vis-

    korf, met het jaartal 1679 . De viskorf is een gevlochten

    mand, waarin vis werd vervoerd naar de markt. Het is

    niet bekend waar de steen vandaan komt.

    Leeuw, 16..Gevelsteen met een voorstelling van een kruipende

    leeuw, met aan de bovenzijde een omlijsting van krul-

    sierwerk, in de stijl van de Hollandse Renaissance, Vre-

    deman de Vries. De steen dateert uit de 17de eeuw. De

    herkomst van de steen is onbekend.

    Fantasiewapen, 16..Ovaalvormige gevelsteen met een voorstelling van een

    fantasiewapen, bekroond door een kroon. De omrin-

    gende cartouchelijst is deels in de vorm van een open-gesperde bek van een dier (leeuw?) gebeeldhouwd. Op

    de rechterhelft van het wapenschild zijn twee gekruiste

    zwaarden afgebeeld, op de linkerhelft drie bieten. Ook

    van deze steen, al sinds 1884 in bezit van het museum, is

    de herkomst onbekend.

    Schelpmotief, 16Kleine hardstenen gevelsteen met afbeelding van een

    schelpmotief. Dit motief werd veel toegepast in 17de-

    eeuwse woonhuizen in Groningen, waar de schelpfiguur

    werd ingemetseld boven de vensters. Links en rechts-

    boven staan de initialen T.E. vermeld. De herkomst

    van deze steen is onbekend.

    Wapen van Zwartsluis, 16..

    Zandstenen gevelsteen met het wapen van de voorma-lige gemeente Zwartsluis. De steen heeft een classisti-

    sche omlijsting, bekroond door een timpaan. Centraal

    afgebeeld is het stadswapen van Zwartsluis, vastgehou-

    den door twee klimmende leeuwen. Daarboven staat in

    een banderol de tekst stadhuis. De voorstelling is in de

    loop der jaren sterk verweerd.

    Deze steen is aan het museum in bruikleen gegeven

    door de gemeente Zwartsluis in 1895.

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    29/72

    Gotische letters, 1514Zeer oude zandstenen gevelsteen, waarschijnlijk afkom-

    stig van een kapel in Marinberg; het zou een wijdings-

    steen kunnen zijn. De steen is zwaar beschadigd en een

    deel is afgebroken. Op de steen is in relifletters de tekst

    aangebracht .HS MA . AL / EN . U14 ..onleesbaar .

    Vreest Godt, 1649Kleine, smalle gevelsteen met inscriptie Vreest Godt

    holdt sijn gebod ANO DNI 1649. Herkomst onbekend.

    Jaartalsteen, 1661Eenvoudige kleine steen met in Romeinse cijfers het

    jaartal 1661. Herkomst onbekend.

    Franse lelie, 1729Zandstenen gevelsteen, bestaande uit twee delen. In het

    halfronde bovendeel halfronde wapensteen, lelie, hoef-

    ijzer, initialen D en P met jaartal 1729. In de collectie

    sinds 1896. Herkomst onbekend.

    De zwarte Klok, 1645Afkomstig uit het pand Walstraat 5. Het is een schenking

    van Mevr. Evers uit Zwolle in 1958.

    Het is een rechthoekige steen, aan de bovenzijde voor-

    zien van een halfronde uitstulping. De voorstelling be-

    treft een luidklok met klepel. Aan de onderzijde staat het

    jaartal A.o. (anno) 1645.

    Het Wapen van Kuinre, 1668Steen met een zwaan, omgeven door drie klaverbladen. Op de steen zijn resten van de oorspron-

    kelijke kleuren nog vaag te zien. Onder de tekst anno 1668 . Aangekocht van Dhr. C. van der

    Kamp uit Zwolle in 1968. Kuinre was sinds 1818 een zelfstandige gemeente, tot de opheffing in

    1973. De vogel in het midden zou een kraanvogel voorstellen en verwijzen naar de figuur van

    Hendrick de Craeneburg. De drie klaverbladen symboliseren de eilanden Urk, Schokland en hetstadje Kuinre. De eilanden maakten tot 1946, toen de Noord-oostpolder ontstond, deel uit van

    de gemeente Kuinre.

    Gedenksteen, 1845Stichtingssteen, afkomstig uit het voormalig katholiek

    weeshuis, aan de Goudsteeg. Op 5 april 1811 werd het

    Rooms Catholiek Weeshuis Zwolle opgericht door

    de heren P. Schaepman, F.P.A. Heerkens en mr. T.E.F.

    Heerkens. Het weeshuis werd gevestigd in een deel van

    het oude Fraterhuis en werd op 1 mei 1812 officieel ge-

    opend met 7 wezen.Op 15 oktober 1842 werd het bestuur aangenaam ver-

    rast door een gift van fl. 24.000,= bij testamentaire

    schenking van dhr. Hermannus Swart uit Zwolle. De

    schenking bestond uit landerijen in Zwolle en Zwoller-

    kerspel. Uit dankbare herinnering aan deze schenking

    werd een gedenksteen geplaatst in de vergaderzaal

    van het weeshuis. Op de gedenksteen is een tekst aan-

    gebracht met het opschrift Ter gedachtenis aan Her-

    manus Swart weldoender van dit gesticht overleden te

    Zwolle den 15 october 1842. In de tekst is het woord

    weldoender waarschijnlijk een fout van de steenhou-

    wer; er had weldoener moeten staan. In 1851 werd het

    katholiek weeshuis verplaatst naar de Roggenstraat.

    Het weeshuis werd in gebruik genomen door de school

    met den Bijbel.

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    30/72

    Wapensteen Terborch, 1679Wapensteen met een afbeelding van een klimmende leeuw, met daarboven krulsierwerk en een

    ridderhelm. Dit is het familiewapen van de Zwolse familie Terborch, waarvan de schilder Gerard

    Terborch (1617-1681) de bekendste telg is. De steen is afkomstig van het vroegere buitenverblijf

    van de familie in Holtenbroek, het spijker de Ramhorst , gelegen aan het eind van de Langen-

    holterweg. Dit spijker (buitenverblijf) werd in 1682 gekocht door Catharina en Gesina Ter Borch,

    zusters van de bekende schilder.

    Aan het eind van de 19de eeuw werd het buitenhuis verbouwd door de toenmalige eigenaar, M.J.Zebinden Baggerman. Bij deze verbouwing kwam de wapensteen tevoorschijn. De steen werd

    opnieuw ingemetseld in het huis. In 1960 werd het pand afgebroken voor de aanleg van de nieuwe

    wijk Holtenbroek en werd de wapensteen door de gemeente Zwolle geschonken aan het Provinci-

    aal Overijssels Museum. Een pleidooi van directeur J.W. Schotman van het Museum om het huis

    met de wapensteen ter plekke te behouden, werd afgewezen door de gemeente omdat het huis

    in te slechte staat verkeerde.

    14Grote Markt 14Opschrift, 1828Op 6 januari 1828 werd de Zwolse sociteit de Harmonie opgericht door een comit van negenwelgestelde Zwolse heren. Op de plek van drie middeleeuwse panden aan de Grote Markt verrees

    een monumentaal Sociteitsgebouw in neoclassicistische stijl. Het ontwerp was van de hand van

    de Zwolse kunstschilder en gelegenheidsarchitect J. Schoemaker-Doyer. De directeur van de

    sociteit, dhr. J. Hooft, legde op 19 juni 1828 de eerste steen in de zijgevel aan de Melkmarkt. Op

    de steen staat in relifletters de tekst De eerste steen is gelegd den 21 junij 1828 .

    Naar aanleiding van dit gebeuren schreef een Zwolse burger het volgende vers dat op 24 juni in

    de Overijsselsche Courant verscheen: voor onze taal en pozie / lei Hooft eens d eersten steen

    / hier legt een ander Hooft / er een voor onze Harmonie.

    Met dit woordgrapje verwijst de schrijver naar de bekende 17de-eeuwse dichter P.C. Hooft. Het

    sociteitsgebouw werd gebruikt als ontspanning voor de betere stand, men kon er een kaartje

    leggen, biljarten en dineren. Ook werden er feesten en bals georganiseerd. In 1930 werd de soci-

    eteit opgeheven en kreeg de Harmonie een bestemming als Caf-restaurant.

    15Grote Markt 15 t Hondje, 1669Het huis met het huntien, op de hoek van de Grote Markt en de Luttekestraat is bij veel Zwol-

    lenaren bekend. Volgens de overlevering zou de steen zijn aangebracht als herinnering aan een

    hondje, dat bij het omverhalen van de resten van de toren van de Grote of Michaelkerk zou zijn

    bedolven. Volgens een ander verhaal zou het hondje levend onder het puin zijn gekomen en liet

    de eigenaar uit dankbaarheid zijn hond in steen vereeuwigen. De kerktoren, ooit de hoogste toren

    van ons land, stortte op 17 december 1682 deels in, nadat de torenspits al eerder op 6 juli 1669

    door blikseminslag was verwoest. In de zijmuur van het pand Grote Markt 15 is een kleine gevel-

    steen aangebracht, met een zittend hondje en het jaartal 1669.In de jaren twintig was het pand in gebruik bij sigarenmagazijn Kreno, van ouds t Hondje,

    daarna tot in de jaren vijftig was er de schoenenzaak t Hondje gevestigd van Herman van Hulzen.

    De schoenenzaak is later overgenomen door H. Paanakker. In de jaren negentig werd het eigen-

    dom van de FEBO. Na een brand op 28 december 1998, is het pand weer geheel in oude staat her-

    bouwd, waarbij onder de gevelsteen een kleine steen met de tekst Reno 2000 is aangebracht.

    Reno is de afkorting van renovatum, ofwel hersteld.

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    31/72

    EEKWAL 63

    16Luttekestraat 12Wapensteen, 1609In de gevel van dit 17de-eeuwse pand met trapgevel is een kleine gevelsteen ingemetseld in de

    boogvulling van het middelste venster. Op de gevelsteen, in de vorm van een dakpan, is het wapen

    van Zwolle afgebeeld tussen twee primitieve afbeeldingen van hertachtige dieren. Onderaan is

    het jaartal 1609 aangebracht. Deze steen is de oudste nog bestaande 17de-eeuwse gevelsteen

    van de stad Zwolle. De voorstelling zou mogelijk refereren aan een vroegere functie van het pand,

    een slagerij. Sinds lange tijd is hier apotheek Kluin gevestigd.

    17Ossenmarkt 12De Gekroonde Eikel, 1700In een onopvallende bakstenen gevel tegenover de OLV-kerk is deze gevelsteen ingemetseld. De

    gevelsteen met een afbeelding van een eikel met een kroon er boven, dateert uit de 17de eeuw.

    Waarschijnlijk is de steen, afkomstig van een caf dat vroeger op deze plaats stond. Ook zou de

    gevelsteen oorspronkelijk in de voorgevel van het pand aan de Voorstraat nr. 23 hebben gezeten,

    en zou later verplaatst zijn naar de huidige plek, in de jaren vijftig een pakhuis. De Gekroonde

    Eikel is een heraldische voorstelling die ook in familiewapens terug is te vinden. De plaatsing van

    een kroon in een gevelsteen duidt er op dat de eigenaar van het pand zich een status van exclusi-

    viteit wilde aanmeten. Een ander voorbeeld van een gekroonde steen in Zwolle is de gekroonde

    molen aan de Buitenkant 7. Een kopie van de gevelsteen de Gekroonde Eikel is te vinden in het

    voormalige winkelpand Hoogstraat 5.

    Opschrift, 1807Op het voormalige Eekmolenbastion stond vanaf de 17de eeuw een houten standerdmolen. Deze

    is in 1807 vervangen door een zeskantige stellingmolen, die aanvankelijk als runmolen in gebruik

    was. In een runmolen werd eikenschors (run ) gemalen tot een substantie die werd gebruikt bij

    het leerlooien.

    De molen is herbouwd in opdracht van molenaar Hermannus Damman, die was getrouwd met

    Maria Judith van Reine. De eerste steen werd gelegd door hun drie zonen Roelof (geb. 1793),

    Andries (geb. 1790) en Hermannus Damman (geb. 1798). Hun initialen zijn op de eerste steen

    aangebracht.Meestal zijn achtkantige molens gebouwd. Zeskantige molens, zoals het Zwolse exemplaar zijn

    zeer zeldzaam in ons land. De molen werd in 1832 onder de naam De Herstelder eigendom van

    Reinier van den Bosch, looyer te Zwolle . Vanaf 1843 was de molen lange tijd in bezit van de fa-

    milie Hooglugt. Deze molenaarsfamilie bezat ook een windmolen in Heino. In 1916 is een stoom-

    machine genstalleerd in de molen, zodat men niet langer van de wind afhankelijk was. De houten

    bovenbouw met de wieken werd gesloopt, waardoor alleen de hoge zeskantige bakstenen onder-

    bouw overbleef. Boven de voormalige ingang is een grote natuurstenen gedenkplaat ingemetseld,

    die bestaat uit twee delen. Op de gedenksteen is een tekst aangebracht in fraaie schreefletters en

    cijfers de eerste steen is gelegt door A.D. : R.D.:H.D. Hs Zoons 1807

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    32/72

    Oranje route

    18Roggenstraat 15 t Vergulden Ancker, 16..Het in oorsprong 16de-eeuwse hoekpand Het GoudenAnker op de hoek van de Roggenstraat en de Nieuw-

    straat is in de 19de eeuw verbouwd en voorzien van een

    pleisterlaag. In het pand was jarenlang de hoedenzaak

    gevestigd van mevr. Hutten. In 1977 is de winkel gesloten

    en werd het pand ondanks de hoge ouderdom gesloopt.

    Het stond niet op de monumentenlijst. Alleen de oude

    gevelsteen bleef gespaard en werd later ingemetseld in

    het nieuwe winkelpand van Scapino dat op de plaats van

    het oude woonhuis verrees. Nadat de steen jaren ach-

    ter een grote neonreclame was verborgen, is deze sinds

    2007 weer zichtbaar geworden door verwijdering van de

    reclame. Het anker als symbool van hoop verwijst naar

    het Bijbelwoord Hebreen 6:18, om de voorgestelde

    hope vast te houden, welke wij hebben als een anker der

    ziel. De verwaarloosde steen zou een opknapbeurt goedkunnen gebruiken, getuige de afbladderende verflagen.

    19Roggenstraat 1De Gouden Emmer, 1670In dit ondiepe 17de-eeuwse pand op de hoek van de Roggestraat en de Diezerstraat is een fraaie

    steen met een afbeelding van een gouden emmer ingemetseld in een boogveld op de tweede

    verdieping. Naast de emmer staat het jaartal 1670 vermeld. In de 19de eeuw was de steen

    jarenlang onzichtbaar doordat bakkerij Ter Horst, die vanaf 1858 in het pand zat, er een houten

    reclamebord met opschrift Broodbakkerij over had bevestigd. In 1888 is het pand gekocht door

    P.G.J.M. Tolboom, die er de mantelzaak de Ster in vestigt. Bij een verbouwing in 1894 kwam

    de steen weer tevoorschijn. De mantelzaak zat nog in het pand tot na 1945. Mogelijk verwijst degevelsteen naar een vroegere functie van het pand als melkhandel of wijnhandel. Het is nu in

    gebruik bij kledingwinkel Nice Price.

    18

    19 20

    21

    22

    2324

    25

    26

    27

  • 7/22/2019 MonumentenMagazine 2009 - Gevelstenen Op de Kaart

    33/72

    20Diezerstraat 73 wapenstenen, 1922Het grote winkelpand aan de Diezerstraat 7-9 was tot de

    jaren zestig in gebruik bij de firma Bervoets. Deze firma

    werd in 1895 in Sneek opgericht als NV Heren en kinder-

    kledingmagazijnen door de gebroeders Bervoets. Rond

    de eeuwwisseling worden enkele bestaande kledingza-

    ken in Kampen en Zwolle overgenomen. In de jaren na1920 groeit het bedrijf uit tot een groot concern met fili-

    alen in alle grote steden. De winkels van Bervoets waren

    bekend vanwege de voordelige heren- en kinderkleding

    van goede kwaliteit. De oorspronkelijke winkel in Zwolle

    had een prachtige Jugendstilpui en -interieur uit 1902

    (architect F.W.J. Caron, Amsterdam). In 1920 worden

    de panden Diezerstraat 7 en 9 aangekocht en verbouwd

    door de Zwolse architect H.J. Voogden. In januari 1922

    wordt het nieuwe winkelpand door brand verwoest. In

    hetzelfde jaar volgt herbouw, naar een plan van de archi-

    tecten H.J. Voogden en M. Meijerink. In de voorgevel zijn

    toen de drie nog bestaande gevelstenen als versiering

    aangebracht met een afbeelding van de stadswapens

    van Zwolle, Sneek en Rotterdam. Het wapen van Sneek

    verwijst naar de plaats van oorsprong van het concern; inRotterdam was de hoofdzetel van het bedrijf gevestigd.

    In 1949 is het winkelpand geheel verbouwd met de nu

    nog bestaande voorgevel in rode baksteen.

    Bij deze verbouwing, naar een ontwerp van architecten-

    bureau J.A. Heuvelink uit Apeldoorn zijn de drie oude

    gevelstenen weer in de topgevel ingemetseld. Nu is het

    pand in gebruik bij parfumerie Douglas.

    21Diezerstraat 26De Zon, 1916De oude panden Diezerstraat 26 en 28 (de koningin van

    Engeland en de drie Portefraisen) zijn in 1912 afgebro-

    ken en vervangen door het nieuwe warenhuis van de NV

    Zwolsche Manufacturenhandel van Vroom & Dreesmann

    . De eerste filialen van V&D werden de Zon genoemd,

    een in die tijd gebruikelijke naam voor winkels en manu-

    facturenwinkels. Ook het Zwolse filiaal, het 50ste kreeg

    deze naam. Het pand is ontworpen door de Zwolse archi-

    tect H.J. Voogden. De officile opening was op 18 oktober

    1913. Een lokale verslaggever noemde V&D een winkel-

    paleis dat zijn gelijke niet kent . In de gevel onder de

    dakrand is een hardstenen siersteen van Zweeds graniet

    (labrador) ingemetseld, met een bol omgeven door een

    stralenkrans, een symbolische voorstelling van de zon.

    In 1974 verhuist V&D naar het nieuwe winkelcentrum.

    Het pand is nu in gebruik bij kledingzaak Forecast.

    22Diezerstraat 56-58

    De Witte Leeuw, 1666Het pand De Witte Leeuw is in 1666 gebouwd voor burgerhopman en bierbrouwer Albert Brou-wer. Het pand is opgetrokken in Hollandse Renaissancestijl, naar een ontwerp van stadsbouw-

    meester Abraham de Cock. In de voorgevel zijn zandstenen festoenen en twee stenen met anno

    en 1666 aangebracht. Centraal in de gevel zit een gevelsteen met een liggende leeuw, die een

    wereldbol vasthoudt. Vanaf 1814 tot 1866 was het pand in gebruik bij de likeurstokerij van de Fa.

    Doijer & Van Deventer. In 1885 werd het pand gekocht door Adam Hendriksen, die er een hoe-

    denzaak met een hoedenfabriek in vestigde. In dat jaar liet Hendriksen ook de nieuwe winkelpui

    ontwerpen in NeoRenaissancestijl. De naam Hendriksen staat in het relif in een boogveld boven

    de ingang. Omdat de firma Hendriksen ook hoflever