Mobiliteitsgids 42

26
Begeleide voetgangersrijen, een duurzaam alternatief voor schoolverplaatsingen? FOCUS - “Pedibus” in Zwitserland “Festival de l’Enfance” ter bevordering van de mobiliteit “Te voet, dat gaat vanzelf” in Brussel: eerste balans OSIRIS, het informaticaplatform voor het beheer van de coördinatie van wegwerkzaamheden. De Raadgevende Commissie voor het Wegverkeer. DRIEMAANDELIJKS NR 42 I LENTE 2015 I GRATIS >> GOEDE PRAKTIJKVOORBEELDEN >> HET GEWEST IN BEWEGING Verkeersveiligheid en de GIDS Mobiliteit van de

description

 

Transcript of Mobiliteitsgids 42

Page 1: Mobiliteitsgids 42

begeleide

voetgangersrijen,

een duurzaam

alternatief voor

schoolverplaatsingen?

FOCUS

-  “Pedibus” in Zwitserland

-   “Festival de l’enfance” ter bevordering van de mobiliteit

-   “te voet, dat gaat vanzelf” in Brussel: eerste balans 

-  oSiriS, het informaticaplatform voor het beheer van de coördinatie van wegwerkzaamheden.

-   De raadgevende commissie voor het wegverkeer.

DRIEMAANDELIJKS NR 42 I LENTE 2015 I GRATIS

>> GOEDE PRAKTIJKVOORBEELDEN>> HET GEWEST IN BEWEGING

Verkeersveiligheiden de

gids Mobiliteit van de

Page 2: Mobiliteitsgids 42

Directie : Philippe Barette - corinne François reDactie: agnès Berkes - caroline Beslinger Federova - Barbara Decupere - Yves englebin Sabinne estier thévenoz - colette Forir - anaïs Lecharlier  VertaLiNG : Liesbeth Vankelecom - annelies Verbiest - an Baeyens coorDiNatie : Jean-Michel reniers - Pierre-Jean Bertrand

VereNiGiNG VaN De StaD eN De GeMeeNteN VaN het BruSSeLS hooFDSteDeLiJk GeweSt aarlenstraat 53/4 - 1040 Brussel - tel : 02/238.51.40 - Fax : 02/280.60.90 - [email protected] - www.vsgb.be

BruSSeL MoBiLiteit Vooruitgangstraat 80 - 1030 Brussel - tel : 0800/94.001 - [email protected] - www.mobielbrussel.be

eDitoriaL ..............................................................................................03

euroPeSe SaMeNkoMSt GewiJD aaN PeDiBuS :  het ZwitSerSe VoorBeeLD ..............................................................04

iN BruSSeL BreNGeN De kiNDereN MoBiLiteit  oP huN eiGeN MaNier oNDer De aaNDacht. ............................07

ProJectoProeP “te Voet, Dat Gaat VaNZeLF” 2014-2015:  tuSSeNtiJDSe BaLaNS eN BeDeNkiNGeN  .....................................12

De raaDGeVeNDe coMMiSSie Voor  het weGVerkeer uit De StartBLokkeN  ......................................18

oSiriS, het iNForMaticaPLatForM VaN BruSSeL  MoBiLiteit Voor het Beheer VaN De coÖrDiNatie  VaN weGwerkZaaMheDeN ...............................................................20

DeZe PuBLicatie iS De Vrucht VaN eeN SaMeNwerkiNG tuSSeN het BruSSeLS hooFDSteDeLiJk GeweSt eN De VereNiGiNG VaN De StaD eN De GeMeeNteN 

VaN het BruSSeLS hooFDSteDeLiJk GeweSt (VZw)

Page 3: Mobiliteitsgids 42

aLLeMaaL iN De riJeen studie uitgevoerd door timenco in 2011 wees uit dat nagenoeg 20 % van het auto-verkeer tijdens de spitsuren toe te schrijven is aan woon-schoolverplaatsingen, terwijl 45 % van de kinderen op minder dan 1 km van hun school wonen en 67 % op minder dan 2 km. toch gaat de meerderheid van de leerlingen van de lagere school met de auto, tegenover slechts 29 % te voet en 2 % per fiets naar school.

op basis van die vaststelling besliste het Gewest om in 2012 een projectoproep te orga-niseren, om gemeenten en scholen  te ondersteunen bij de organisatie van begeleide voetgangersrijen voor leerlingen.

Voetgangersrijen spelen een belangrijke rol om het autogebruik terug te schroeven en de verkeersdrukte, het lawaai, de luchtvervuiling en de uitstoot van broeikasgassen, de inname van de ruimte en de onveiligheid in het verkeer te verminderen. het is voor kin-deren overigens nooit te vroeg om goede gewoontes aan te leren. Zo kunnen we hopen dat een aantal leerlingen die in de lagere school deelnemen aan de voetgangersrijen, ook in het secundair die verplaatsingswijze behouden en ook nog als volwassene.

De projectoproep kwam tot stand omdat de overheid de verplaatsingen te voet wil aan-moedigen, zoals in het iris ii-plan en in het voetgangersplan van het Gewest geschreven staat.

Maar het is een werk van lange adem. het bijsturen van vastgeroeste gewoontes, zoals de kinderen steevast met de auto naar school brengen, of de hardnekkige overtuiging dat bepaalde verplaatsingswijzen gevaarlijk zijn, vergt tijd. en daar stopt het niet bij: er moet ook nagedacht worden over de financiering, de rollen en de verantwoordelijkheden op lange termijn van dit soort initiatieven, waarvoor een degelijke omkadering vereist is, om de rijen in alle veiligheid te organiseren.

De Gids van de Mobiliteit  en de Verkeersveiligheid  is op pad gegaan en  reikt enkele antwoorden aan in een dossier gewijd aan de voetgangersrijen, waarin je ook iets meer kan vernemen over de aanpak van dergelijke rijen in Zwitserland. 

Page 4: Mobiliteitsgids 42

4 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid nr 42 // lente 2015

EuropEsE samEnkomst gEwijd aan pEdibus

‘‘ ‘‘

afgelopen  najaar  bracht  een  europees treffen  rond  Pedibus  een  veertigtal betrokkenen,  samen  in  Genève.  in  het Zwitserse  experiment  Pedibus  begelei-den  ouders  uit  eenzelfde  wijk  om  de beurt  een  groep  kinderen  naar  school. Voor  het  eerst  vergaderden  verantwoor-delijken  van  verenigingen  of  overheids-instellingen uit italië, België, Frankrijk en Zwitserland,  onder  het  beschermheer-schap  van  ate  (association  transports et  environnement),  allemaal  geïnteres-seerd  in milieuvriendelijkere en veiligere verplaatsingen  naar  school.  een  belang-rijk doel, als je weet dat een kwart van de ongevallen  met  kinderen  plaatsvindt  op de weg van en naar school.

heeL wat VoorDeLeN

De  Pedibus  werd  aanvankelijk  opgevat als  een  zuiver  lokale  actie,  maar  heeft heel  wat  meer  interessante  gevolgen op  het  vlak  van  leefmilieu,  gezondheid en sociaal  leven. er  is de  impact op de luchtvervuiling, dankzij de vermindering van het aantal autoritten die schoolom-geving gevaarlijker maken voor voetgan-gers, wat – vicieuze cirkel! – de ouders 

SterkteS eN ZwakteS VaN De actie PeDiBuS iN ZwitSerLaND 

stErktEs ZwaktEs

mogElijkhEdEn bEdrEigin

gEn

• Veel ervaring van ate

•  consensuele en positieve campagne

•  Modelmateriaal beschikbaar

• Dynamisme

•  Netwerk van partners 

•  Politieke steun

•  Financiële steun

•  Nood aan versterking van de banden tussen Pedibus-coördinaties 

•  Drie campagnes voor drie taalgebieden

•  Bestendiging en vernieuwing van de rijen

•  risico op verlies van financiële steun

Als een burgerinitiatief de mobiliteit rond scholen wijzigt in Zwitserland.

Page 5: Mobiliteitsgids 42

nr 42 // lente 2015 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid 5

ate (aSSociatioN traNSPortS et eNViroNNeMeNt) iN het kort•  Deze  vereniging  voor  vervoer  en 

leefmilieu werd opgericht  in  1979 om zich toe te leggen op een glo-baal  vervoerbeleid  (trein,  fi etsers en  voetgangers,  dus  niet  alleen automobilisten)  ter  bevordering van  zachte  mobiliteit.  Ze  biedt haar leden diensten aan die door-gaans  door  automobilistenclubs aangeboden worden (verzekering, hulp bij noodgevallen, …).

•  het  is  een  politieke  lobby  die milieuvriendelijke verplaatsingswi-jzen  promoot,  het  energiever-bruik en milieuvervuiling tracht te beperken en de verkeersveiligheid te verbeteren.

•  in  2014  telde  ate  meer  dan 100.000  leden  en  beschikte  het over  60  medewerkers,  voorna-melijk  in  Bern  en  Genève.  De leden zijn gegroepeerd in kanton-nale  verenigingen.  Zwitserland is  immers  georganiseerd  in  3 politieke  niveaus:  de  confedera-tie,  kantons  en  gemeenten.  De campagnes  moeten  in  3  talen uitgewerkt  worden:  Duits,  Frans en italiaans.

enkele  voorbeelden  van  sensi-biliseringscampagnes:  autovrije wijken,  bevordering  van  zone 30,  dragen  van  fi etshelm,  steun aan  begeleide  voetgangersrijen (Pedibus),  fi etsrijen  (Velobus)  en schoolmobiliteitsplannen. 

aanzet om hun kinderen met de auto te brengen … en ook de  impactop de vei-ligheid  van  de  kinderen,  als  ze  drukke straten moeten nemen. Maar er  is nog het  feit  dat  kinderen  bewegen  en  de strijd  aanbinden  tegen  zwaarlijvigheid, of nog banden creëren tussen gezinnen uit eenzelfde wijk. Bovendien stellen de leerkrachten  het  op  prijs  dat  kinderen monter en fris op school aankomen.

Volgens  de  website  www.pedibus.ch  hebben  de  zowat  200  begeleide voetgangersrijen in romaans Zwitserland nog  andere  initiatieven  tot  stand gebracht.  De  ouders  van  de  Pedibus  of ouderverenigingen  waren  zich  bewust van  de  gevaren  op  de  weg  en  zijn  naar de  overheid  toe  gegaan  om  concrete veranderingen  te  vragen  op  het  traject van  en  naar  school:  beter  zichtbare zebrapaden, ruimere voetpaden, … Zo’n ervaring toont dat een school geen eiland is  in de stad, maar dat de voornaamste trajecten naar school optimaal beveiligd moeten  worden.  Sterker  nog,  de toegangswegen naar een school moeten zelfs  al  op  het  moment  van  de  bouw reeds bekeken worden. 

LokaLe iNitiatieVeN SteuNeN

Met  15  jaar  ervaring  heeft  ate,  na  de invoering van dit idee uit australië naar Lausaunne,  heel  wat  kennis  opgedaan op het vlak van schoolmobiliteit. Volgens het coördinatiemodel  ‘Pedibus Genève’ dat  in  2002  gecreëerd  werd  door  de groep van ouderverenigingen, heeft ate in elk Franstalig canton een coördinatie-systeem tot stand gebracht. Die coördi-naties  ondersteunen  individuele  initia-tieven van ouders en informeren hen. Zij staan  rechtstreeks  in  contact  met  deze mensen.  Dankzij  dat  netwerk  moet  het wiel  niet  telkens  heruitgevonden  wor-den: er wordt basismateriaal ter beschik-king  gesteld  (uurrooster,  verzekering voor ouders die de rij begeleiden dankzij het  bureau  voor  ongevallenpreventie), goede  praktijkvoorbeelden  worden  uit-gewisseld en het Pedibus-netwerk groeit. 

Nu schakelt ate over op een hogere snel-heid en ontwikkelt het met de geïnteres-seerde scholen schoolmobiliteitsplannen (www.mobilitescolaire.ch).

SaBiNe eStier théVeNoZassociation transport environnement

www.ate.ch 

Page 6: Mobiliteitsgids 42

6 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid nr 42 // lente 2015

pEdibus voor allE scholiErEncaroLiNe BeSLiNGer FeDeroVa, Directrice VaN ate, BeaNtwoorDt eNkeLe VraGeN.

Waarom steunt een nationale vereniging ter bevordering van milieuvriendelijk vervoer zoals ATE lokale projecten zoals Pedibus?

ate  ijvert  voor  de  bevordering  van milieuvriendelijke  verplaatsingswijzen, vermindering  van  de  luchtvervuiling, verbetering  van  de  verkeersveiligheid. De  Pedibus  beantwoordt  ook  aan  die doelstellingen.  het  is  dus  evident  voor ate dat zij de acties steunen die opgezet worden  door  oudergroeperingen.  Voor ons  is  het  een  concrete  toegangspoort naar zachte mobiliteit en sensibilisering van kinderen voor deze problematiek. 

Welke doelstellingen heeft Pedibus?

wij  willen  veiligere  verplaatsingen  voor onze  scholieren,  meer  aandacht  voor de  schoolmobiliteit,  de  bevolking  meer doen  bewegen  en  een  participatief initiatief rond zachte mobiliteit.

Sinds wanneer bestaat de actie Pedibus bij ATE?

oorspronkelijk  komt  het  idee  van  de Pedibus  uit  australië.  ouders  in  de stad  Lausanne  hebben  de  eerste  rij gecreëerd en sinds 2000 steunt ate de actie  Pedibus.  er  kwam  samenwerking tot  stand  met  de  coördinatie  ‘Pedibus Genève’,  die  bestond  binnen  hun  fede-ratie van ouderverenigingen vanaf 2002. 

in  2009  ging  een  nationale  campagne van  start  onder  de  slogan  “Le  Pédibus, ça marche pour tous les écoliers”. Sinds 2010  helpt  ate  bij  de  oprichting  of  de versterking  van  kantonnale  coördina-ties.  Momenteel  zijn  er  5  in  romaans Zwitserland (op 6 kantons) die ongeveer 200 rijen in goede banen leiden. tot slot plannen wij ook een grote nationale cam-pagne voor 2016. 

Hoe financiert u deze acties?

wij  krijgen  financiële  steun  van  het  ver-keersveiligheidsfonds:  een  overheids-fonds dat gefinancierd wordt met de 0,75 % van de verzekering burgerlijke aanspra-kelijkheid van elke houder van een voer-tuig.  aangezien  de  Pedibus-acties1  ook een manier zijn om zwaarlijvigheid tegen te gaan en de kinderen te doen bewegen, financiert  ‘Promotion  Santé  Suisse’  ook bepaalde  acties.  Bovendien  werken  wij samen met het bureau voor ongevallen-preventie  dat  de  ongevallenverzekering en  de  burgerlijke  aansprakelijkheid  van de  ouders  die  de  rijen  begeleiden,  op zich  neemt.  De  kantonnale  coördina-ties  Pedibus  krijgen  ook  subsidies  van gemeenten of kantons. 

Hoe draagt de actie Pedibus bij tot het imago van een vereniging zoals de uwe?

De  steun  aan  Pedibus-rijen  via  kanton-nale  coördinaties  levert  een  bijdrage 

aan  positieve  projecten,  waar  iedereen baat  bij  heeft.  Bovendien  zetten  wij  de boodschap  kracht  bij  dat  schoolmobili-teit belangrijk  is. De acties  in het kader van Pedibus zetten mensen aan om na te denken over hun mobiliteit, brengen ons in contact met kinderen en sensibili-seren hen voor duurzame ontwikkeling. tot slot is het een uitstekende oplossing voor de gezondheid en om de kinderen zelfstandig  te leren worden.

Steunt u andere acties van dit type?

Sinds  een  jaar  trachten  wij  scholen en  gemeenten  aan  te  moedigen  om schoolmobiliteitsplannen  op  te  stellen (www.mobilitescolaire.ch).  Met  de verworven  ervaring  hebben  wij  al een  tiental  schoolmobiliteitsplannen verwezenlijkt in Zwitserland.

interview door   SaBiNe eStier théVeNoZ

1 De verzekering die het bureau voor ongevallenpreventie aanbiedt, dekt elke volwassen begeleider bij ongevallen en op het vlak van burgerlijke aansprakelijkheid, voor bedragen van 75.000 Zwitserse frank in geval van overlijden, 250.000 bij invaliditeit en vullen de kas van de ziekteverzekering aan.

INTERVIEW

‘‘

‘‘6 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid nr 42 // lente 2015

Page 7: Mobiliteitsgids 42

nr 42 // lente 2015 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid 7

in brussEl brEngEn dE kindErEn mobilitEit op hun

EigEn maniEr ondEr dE aandacht

‘‘ ‘‘ter herinnering: deze schoolvervoerplannen betrekken zowel gemeenten  als  scholen,  op  alle  onderwijsniveaus,  om  op basis  van  precieze  gegevens  alternatieven  te  bedenken  voor de  meest  courante  verplaatsingsgewoonte,  namelijk  de personenwagen.  experimenten  in  de  pionierslanden  canada en  Groot-Brittannië  bewijzen  echter  dat  als  je  gedrag  wilt veranderen,  het  absoluut  noodzakelijk  is  om  theoretische milieu-informatie aan te vullen met een praktischer aspect. De vzw Festival de l’enfance heeft de taak op zich genomen om ludieke en artistieke vormen van sensibilisering uit te werken voor de kinderen, onderwijzers en ouders. Meer dan honderd 

klassen  in  een  twintigtal  gemeenten  componeren  liedjes, versieren autobussen en maken beeldende kunstwerken in 2D en 3D samen met echte kunstenaars.

eeN oLieVLek iN BruSSeL!

in  het  Brussels  Gewest  houden  de  meeste  initiatieven  van Festival  de  l’enfance  verband  met  de  week  van  Vervoering. Sinds  2005  maken  leerlingen  van  verschillende  scholen  in elsene  samen  signalisatie  voor  de  voetgangersrijen  rond het  kasteleinsplein,  in  2008  en  2009  hebben  leerlingen  uit 

Sinds enkele jaren zijn in de buurt van Brusselse scholen enkele originele signalisaties terug te vinden die de kinderen zelf gemaakt hebben in het kader van de week van Vervoering. het gaat om een initiatief van de vzw Festival de l’enfance, met de steun van Mobiel Brussel. Deze vereniging is al op een creatieve manier bezig met mobiliteit sinds 2003, toen de waalse minister van Mobiliteit besloot om in zijn gewest Schoolvervoerplannen (SVP) te lanceren. 

Page 8: Mobiliteitsgids 42

8 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid nr 42 // lente 2015

ligging:  oudergemlaan in etterbeek

doEl:  automobilisten die te snel rijden op deze rechte en brede steenweg, aanmanen om trager te rijden

dEElnEmEndE klassEn:  4 (van 3e kleuterklas tot 6e leerjaar)

EsthEtischE kEuZE:  spandoek bedrukt met de creaties van de kinderen om de neoklassieke gevel te vrijwaren

pEdagogischE kEuZE:  sensibilisering door middel van denkbeel-dige voertuigen en voor de oudere kinde-ren d.m.v. typografisch werk

kunstEnaars:  Pascaline herman & alice retorre

school al ghaZali1

ligging: Blaesstraat in 1000 Brussel (vlakbij het Vossenplein)

bijZondErhEid: buitengewoon onderwijs voor kinderen met autisme

doElEn: •  de aandacht vestigen op de aanwezigheid van de 

school (achter een ander gebouw gelegen)•  automobilisten en andere weggebruikers uitleggen dat 

ze ‘s morgens en ‘s avonds niet door kunnen, omdat er schoolbussen moeten parkeren zodat de kinderen kunnen in- en uitstappen

dEElnEmEndE klas: de groep kinderen van het hoogste niveau

pEdagogischE kEuZE: een specifieke techniek (schaduwtheater) gebruiken om de kinderen duidelijk te maken waarvoor hun creaties gebruikt worden

concrEtE uitvoEring: 4 metalen panelen waarop kunstwerken (70 cm x 50 cm) aangebracht werden

kunstEnarEs: théodora ramaekers

2 school chantErEllE

Page 9: Mobiliteitsgids 42

nr 42 // lente 2015 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid 9

school lE trEmplin

school saint josEph boondaEl

3

4

ligging:  Lusambostraat in Vorst

bijZondErhEid:  buitengewoon onderwijs voor doven en slechthorenden

doEl:  de slecht aangegeven school beter zichtbaar maken in een wijk die in een industriezone verandert

dEElnEmEndE groEpEn/klassEn:  9 (van de 2e kleuterklas tot het 6e leerjaar)

EsthEtischE kEuZE:  het maken van figuren die kinderen moeten voorstellen

pEdagogischE kEuZE:  vóór de beeldende expressie maken de kunste-naars de boodschap duidelijk via bewegingen

ligging:  Boondaelsteenweg in elsene

doElEn:

•  de aanwezigheid van de school duidelijker maken voor automobilisten

•  door middel van een leuke afbeelding aan de schoolingang de ouders stimuleren om zachte vervoersmiddelen te gebruiken

groEpEn:  kinderen in de buitenschoolse opvang

EsthEtischE kEuZE:  kleurrijke totems

pEdagogischE kEuZE:  kunstwerk gemaakt door de kinderen zelf

Page 10: Mobiliteitsgids 42

10 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid nr 42 // lente 2015

Molenbeek  de  hekken  rond  hun  school  versierd  met  grote muurschilderingen  en  in  2010  hebben  andere  scholieren  in evere  een  totem  gemaakt  om  automobilisten  aan  te  manen tot voorzichtigheid.

in de loop der jaren verspreidde het project zich als een olievlek. Steeds meer scholen willen deelnemen, want naast de educatieve functie  biedt  het  een  vindingrijke  oplossing  voor  een  soms cruciaal  probleem,  namelijk  de  aanwezigheid  van  een  school duidelijker maken in een omgeving waar de school niet zo vlot opgemerkt wordt door automobilisten. wanneer de verenigingen coren en Goodplanet, die de Brusselse schoolvervoerplannen begeleiden, zo’n probleem vaststellen, verzoeken ze Franstalige scholen1  contact  op  te  nemen  met  Festival  de  l’enfance  om samen  op  zoek  te  gaan  naar  de  beste  formule  voor  hen.  Na een  plaatselijk  onderzoek  en  gesprekken  met  alle  betrokken partijen (directie, pedagogisch team en beeldende kunstenaars) stelt Festival de  l’enfance een geïndividualiseerd project voor, waarbij niet alleen rekening gehouden wordt met de eigenlijke omgeving  maar  ook  met  de  leeftijd  van  de  kinderen,  hun vaardigheden,  het  aantal  deelnemende  klassen,  de  interne hulpmiddelen, de pedagogische doelstellingen en de artistieke voorkeuren.  elke  realisatie  is  dus  uniek,  of  het  nu  gaat  om 

een  totem, schilderingen gemaakt door de kinderen of  zeilen bedrukt met hun kunstwerken.

in 2014 kregen zes scholen subsidies om samen te werken met Festival de l’enfance (cf. projectbeschrijvingen in de kaders). De  beschrijving  van  de  oorspronkelijke  situatie,  de  beoogde doelen, de gekozen middelen om die doelen te realiseren en de uiteenlopende resultaten bewijzen dat er een brede waaier aan mogelijkheden is.

creatiViteit iN DieNSt VaN De VeiLiGheiD

De  initiatieven  van  Festival  de  l’enfance  vertonen  twee constanten:  de  veiligheid  in  de  omgeving  van  de  school gaat  er  flink  op  vooruit  en  de  signalisatie  is  een  uitstekend sensibiliseringsmiddel.

op  het  vlak  van  veiligheid  hebben  de  Brusselse  scholen namelijk  met  zeer  uiteenlopende  uitdagingen  te  maken  en om  die  te  bepalen  is  het  essentieel  dat  de  gebruikers,  de begeleiders  van  de  schoolvervoerplannen  en  specialisten zoals mobiliteitsadviseurs goed samenwerken. Voor de school Le tremplin, die  in een  industriezone gelegen  is, vormen de vrachtwagens het grootste gevaar  terwijl dat  in Saint-Joseph 

school lEs glycinEs (nog bEZig) 5ligging:  koning Boudewijnplein in Sint-agatha-Berchem

doEl:  de zichtbaarheid van de school verbeteren

dEElnEmEndE klassEn:  12 klassen (250 kinderen)

EsthEtischE kEuZE:  een muurschildering van 30 m lang die bevestigd wordt aan de schoolgevel

pEdagogischE kEuZE:  de kinderen betrekken bij de verbetering van de zichtbaarheid van de school en de sensibilisering van hun ouders

1 Nederlandstalige scholen worden doorverwezen naar de vereniging Beeldenstorm (tel. 02 523 43 50).

Page 11: Mobiliteitsgids 42

nr 42 // lente 2015 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid 11

Boondael  het  plaatselijke  verkeer  is,  dus  de  ouders  zelf, wanneer ze de parkeerregels niet naleven.

Niet aLLeeN De GeMeeNteN DraGeN huN SteeNtJe BiJ!

Voor  de  definitieve  plaatsing  van  de  muurschilderingen, spandoeken  of  totems  moet  veel  overlegd  worden  met  de gemeentelijke  overheden,  die  vaak  heel  positief  reageren  en zich bij het project willen aansluiten. Zo is de gemeente Vorst ermee akkoord gegaan om grondmarkeringen aan te brengen voor een parkeerplaats voor bussen en een snelheidsdrempel te  plaatsen.  De  mentaliteitsverandering  trekt  zich  veel  verder door dan enkel op het niveau van de gemeentelijke instanties. De projecten creëren  in de school een dynamiek die  iedereen aanmoedigt om na te denken over zijn eigen mobiliteit. op die manier worden de kinderen al op zeer  jonge  leeftijd en  in de mate van hun mogelijkheden bewust gemaakt van de situatie op de openbare weg en worden ze gestimuleerd om te praten over de uitdagingen op het vlak van mobiliteit. Vaak blijken zij uitstekende  ambassadeurs  bij  hun  ouders.  Voor  onderwijzers zijn deze  initiatieven een kans om een actueel  thema op een innoverende manier en in alle vrijheid aan te kaarten, aangezien de artistieke begeleiding rekening houdt met hun beschikbaarheid. 

in het begin gebeurt het engagement op vrijwillige basis en de workshops duren niet langer dan zes uur per klas. De plaatsing van de creaties van de kinderen op de openbare weg is ook een mooie gelegenheid om de wijkbewoners uit te nodigen voor een vernissage waar ruimte is voor dialoog.

in de loop der jaren zijn Festival de l’enfance en de kunstenaars met wie de vereniging samenwerkt, met hun vele experimenten actief geweest op alle onderwijsniveaus, van het kleuter- tot het hoger onderwijs, zelfs in het buitengewoon onderwijs, en zijn zij erin geslaagd om een zeer wisselend aantal  leerlingen  te doen deelnemen: van 8 in chanterelle tot meer dan 250 in Les Glycines!

De  vzw  Festival  de  l’enfance  staat  paraat  om  uw  vragen  te beantwoorden  betreffende  acties  in  scholen.  aarzel  niet  om contact met hen op te nemen! hun verbeelding en die van de leerlingen kennen geen grenzen!

Festival international de l’enfance et de la Jeunesse (vzw)colette Forir - agnès BerkeS 

[email protected]  www.festivaldelenfance.be 

klEutErschool saint bonifacE6ligging:  Goffartstraat in elsene

doElEn:

•  de aanwezigheid van de kleuterschool duidelijker maken

•  twee aanpalende schoolgebouwen in  verschillende stijlen visueel één maken

dEElnEmEndE klassEn:  alle 6 kleuterklassen

pEdagogischE En EsthEtischE kEuZE:  ieder kind maakt zijn eigen vierkant, die tot een mozaïek samengeplakt worden

kunstEnaars:  isabelle Monoyer & ermanno orselli

Page 12: Mobiliteitsgids 42

12 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid nr 42 // lente 201512 le Moniteur de la Mobilité & de la sécurité routière n°42 // printemps 2015

Page 13: Mobiliteitsgids 42

nr 42 // lente 2015 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid 13

projEctoproEp “tE voEt, dat gaat vanZElf” 2014-2015:

tussEntijdsE balans En bEdEnkingEn

‘‘

‘‘

Op 4 februari 2014 werd de derde projectoproep «Te voet, dat gaat vanzelf» bij de gemeenten gelanceerd. Net zoals de voorgaande oproepen was ook deze bedoeld om, dankzij

financiële steun aan de gemeenten, tijdens het schooljaar 2014-2015 ‘s ochtends en/of ‘s namiddags in de Brusselse basisscholen begeleide voetgangersrijen tot stand te brengen

tussen de woningen van de leerlingen (of vlakbij) en de school.

even  ter  herinnering:  dit  oude  gebruik  van  rijen werd  opnieuw  op  ‘gang’  gebracht  om  de  druk 

van  het  autoverkeer  tijdens  de  piekuren  ‘s ochtends  te  verminderen,  de  luchtkwaliteit 

te  verbeteren  en  de  stad  aangenamer  te maken.  Bovendien  ontlasten  die  rijen 

de ouders  -  en dan vooral de moeders -  van  de  verplaatsingsketen  (of  een 

schakel ervan) en krijgen de kinderen alvast  wat  beweging  voor  ze  hun 

schooldag aanvatten.

in  2012  lanceerden  de Vereniging  van  de  Stad  en 

de  Gemeenten  van  het Brussels  Gewest  (VSGB) 

en  het  Gewest  een succesvolle  eerste 

projectoproep onder de  gemeenten  en 

scholen  van  het Gewest.  er 

werden  vijf 

projecten  uitgekozen  die  in  totaal  negen  scholen in  vijf  gemeenten  vertegenwoordigden.  Met  de tweede projectoproep in 2013 werd de doelstelling om  het  aantal  projecten  te  verdubbelen  gehaald: 22 scholen kregen een subsidie via elf projecten in zeven gemeenten. Die initiatieven waren goed voor 26 rijen en ongeveer 300 deelnemende leerlingen . 

op basis van de evaluaties van de oproepen in 2012 en 2013 werden de voorwaarden voor 2014 versoe-peld, zodat de buitenschoolse diensten enkel in de namiddag rijen konden organiseren.

eeN SaMeNwerkiNGSProJect

Deze  oproep,  die  gericht  was  tot  de  19  Brusselse  gemeenten,  moest  een  transversaal samenwerkingsproject  vormen  tussen  verschil-lende gemeentediensten. er moest een coördinator aangeduid worden in één van de volgende diensten: mobiliteit, onderwijs, gemeenschapswachten, pre-ventie, buitenschoolse opvang, agenda 21,  ... Die zou niet alleen instaan voor de algemene coördina-tie, maar ook voor het toezicht op de transversale 

1 Pour plus d’information sur les projets et leur déroulement, nous renvoyons le lecteur au Moniteur de la mobilitén°37. n°42 // printemps 2015 le Moniteur de la Mobilité & de la sécurité routière 13

Page 14: Mobiliteitsgids 42

aanpak  tussen  de  diensten  en  voor  de coördinatie  van  zowel  de  communica-tieve aspecten als het stuurcomité, om de projecten  in goede banen  te  leiden. alle partijen zijn het erover eens dat de opvol-ging van de aanwerving van begeleiders het meeste tijd opslorpt.

aangezien  de  gemeenten  slechts  een tussenschakel  vormen  om  de  projecten in  goede  banen  te  leiden,  moet  de  pro-jectverantwoordelijke ook rekenen op de samenwerking  tussen  andere  actoren, namelijk:

-  schoolcoördinator: contactpersoon tussen gemeente en ouders, die het project op het terrein opvolgt;

-  politiezones: verstrekken de basisvor-ming van de begeleiders en volgen de rijen op het terrein op;

-  VSGB: is belast met de algemene coör-dinatie, de organisatie van de vergade-ringen en de geïndividualiseerde steun aan de projecten;

-  Mobiel Brussel: doet de financiële follow-up en levert de standaard communicatiemiddelen;

-  kabinet van de staatssecretaris voor mobiliteit: waarborgt de medefinancie-ring van de projecten.

teLeurSteLLeNDe ProJectoProeP 2014-2015

op  1  mei  2014,  de  einddatum  van  de oproep, telden we vijf gemeentelijke dos-siers  voor  acht  projecten,  met  in  totaal tien scholen. een eerste teleurstelling ten opzichte  van  de  twee  voorgaande  jaren was  dat  twee  zeer  actieve  gemeenten, ukkel  en Sint-Pieters-woluwe, niet meer meedoen en  in 2014 hun projecten niet opnieuw  hebben  ingediend,  wegens  het vertrek van de gemeentecoördinatoren. 

De stad Brussel en de gemeenten evere, Jette,  Schaarbeek  en  Sint-Lambrechts-woluwe waren ook  in 2014/2015 van de partij.

Zodra  de  gemeenten  te  horen  kregen dat  ze  geselecteerd  waren,  werd  er  op 

initiatief van de VSGB en Mobiel Brussel een  startvergadering  gehouden  in  mei. Zo  konden  de  scholen  nog  voor  het einde van het schooljaar de ouders op de hoogte brengen van het project.

De  stopzetting  van  het  project  in  Jette in  de  loop  van  het  jaar  vormde  een tweede  teleurstelling.  De  gemeente  zag zich  namelijk  genoodzaakt  een  einde  te maken aan het project. De aangehaalde reden:  de  hoge  extra  werklast  voor  de gemeentecoördinator  stond  niet  in verhouding met het beperkte succes van het project binnen de scholen (te weinig inschrijvingen voor de rijen). 

De  vier  overblijvende  gemeenten  zetten de  voetgangersrijen  momenteel  voort, met  zes  projecten  voor  zeven  scholen, een academie en een cultureel centrum. 

StoPPeN oF VoortDoeN?

De  VSGB  organiseerde  in  2014 twee  evaluatievergaderingen.  De eerste  betrof  enkel  en  alleen  de gemeentecoördinatoren,  terwijl voor  de  tweede  alle  actoren  werden samengebracht.  De  voornaamste doelstelling  was  mogelijke  oplossingen te zoeken om de projecten te verankeren, wat  nog  een  zwakke  plek  blijft.  het  is cruciaal  om  lessen  te  trekken  uit  het verleden  om  mogelijke  oplossingen  te kunnen  aanreiken,  zodat  we  dit  soort activiteit verder kunnen ontwikkelen.

Zo  werden  een  tiental  punten overlopen  die  essentieel  zijn  voor een  goede  werking  van  de  rijen.  er werd  nagedacht  over  financiering, coördinatie,  communicatiecampagnes, relaties  tussen  de  gemeente  en  de scholen,  betrokkenheid  van  de  ouders of  de  oudervereniging,  aanwerving  en organisatie van de begeleiders, ... 

1. FiNaNciëLe MiDDeLeN

De  subsidie  die  het  Gewest  aan  de gemeenten  toekent,  is  vandaag  degres-sief als het project identiek blijft aan het project  dat  het  voorgaande  jaar  werd ingediend.  het  projectoproepsysteem is namelijk uitgedacht met de bedoeling 

StaD BruSSeLDe Brusselse school ‘les Magnolias’ gaat  voor  het  tweede  jaar  op  rij  in op  de  projectoproep.  De  dienst onderwijs van de stad Brussel coör-dineert de administratieve en finan-ciële aspecten van het project, terwijl de school de communicatie met de ouders voor haar rekening neemt. 

De  rijen  worden  enkel  ‘s  ochtends georganiseerd. het gaat om een tra-ject  van  iets  meer  dan  1  km.  De  rij vertrekt  om  7.45  uur  en  komt  rond 8.10-8.15  uur  aan.  Momenteel  doen 25  tot  30  kinderen  mee.  De  stad Brussel organiseert  ‘s ochtends een soort  ‘trein’:  de  rij  wacht  slechts enkele minuten op bepaalde plaats-ten en stapt dan voort, ook al is het kind er niet. Drie begeleiders zien toe op de veiligheid.

De  ouders  zijn  heel  tevreden  en de  kinderen  komen  op  tijd  aan  op school.  het  project  draait  hoofdza-kelijk op mond-tot-mondreclame.

Bij  dit  project  zijn  de  begeleiders opvoeders.  Dat  is  bijzonder  han-dig, want die mensen werken onder contract bij de stad Brussel en zijn het gewend om voor scholen te werken. Dat stelt ook de ouders gerust. het is niet gemakkelijk om goede opvoe-ders-assistenten te vinden omdat de uurroosters niet aantrekkelijk zijn: ’s morgens  vroeg  rijen  begeleiden  en dan nauwelijks tijd over om naar hun volgende taken te gaan.

De  school  en  de  stad  overwegen geen avondrijen, want er zijn te veel activiteiten  in  de  namiddag  en  de kinderen  stoppen  dus  niet  allemaal op hetzelfde tijdstip.

De school ‘les Magnolias’ is een test voor Brussel. als die positief uitvalt, overweegt  de  stad  om  dit  initiatief uit  te  breiden  naar  andere  scholen. Brussel  bestudeert  momenteel  een project om na te gaan of het haalbaar is om begeleide rijen te organiseren met twee, drie of zelfs vier scholen in het centrum zodra de centrumlanen autovrij zijn. 

14 le Moniteur de la Mobilité & de la sécurité routière n°42 // printemps 2015

Page 15: Mobiliteitsgids 42

nr 42 // lente 2015 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid 15

eVereDe  betrokken  scholen  zijn  ‘clair-Vivre’, ‘La Source’, ‘aurore/aubier’, samen met de muziekacademie en twee andere cen-tra voor buitenschoolse activiteiten. Dit is het derde  jaar dat de dienst buitens-choolse  kinderopvang  zijn  kandidatuur stelt en zelf  instaat voor de organisatie van de rijen. het project is in de loop van die  drie  jaar  geëvolueerd  en  verruimd, wat  een  uitgebreide  organisatie  vergt. Gelukkig  zijn  de  verantwoordelijken van  de  buitenschoolse  kinderopvang zich  daarvan  bewust  en  ontstaan  er samenwerkingsverbanden  om  de  taken te  verdelen.  het  project  bestaat  al  lang voor de buitenschoolse kinderopvang en de  muziekacademie.  het  project  kwam tot  stand  dankzij  Pwa’ers,  maar  ook dankzij  het  engagement  van  de  ouders, die de rijen drie keer per jaar begeleiden (enkel  voor  de  school  ‘clair-Vivre’).  De rijen  voorkomen  dat  kinderen  aan  de uitgang  van  de  school  blijven  rondhan-gen. het  is een manier om het verlaten van de school in goede banen te leiden.  De  betrokkenheid  van  de  oudervereni-ging  is  een  pluspunt,  bijvoorbeeld  voor 

enquêtes in verband met tevredenheid.

Momenteel  verlopen de  rijen op de vol-gende manier:

-  Naar buitenschoolse activiteiten 

De rijen die van de scholen vertrekken naar de buitenschoolse activiteiten (muzieka-cademie,  culturele  centra)  kennen  een enorm succes:  in totaal nemen er onge-veer 200 kinderen aan deel.

-  De ochtend- en avondrijen

De ochtendrijen van de woningen van de kinderen naar de scholen tellen een twin-tigtal  kinderen,  terwijl  in  de  avondrijen van school naar huis een zeventigtal kin-deren meestappen.

De gemeente streefde ernaar om dit ini-tiatief  uit  te  breiden  naar  alle  scholen. Maar zoals we kunnen vaststellen, waren de ochtendrijen geen onverdeeld succes. De  gemeente  werkt  met  Pwa’ers  als begeleiders.  Dat  is  minder  gemakkelijk, want het is niet altijd duidelijk op wie je kan  rekenen  en  de  gemeente  heeft  wei-nig  ‘reserven’. eén van de Pwa’ers  is  in 

zekere  zin  coördinator  geworden:  dat vergemakkelijkt  het  beheer  op  het  ter-rein, maar normaal gezien is het niet aan deze persoon om dat te doen. het feit dat Pwa’ers ingeschakeld worden, verontrust de ouders soms een beetje. 

ondanks  de  dynamische  en  gemotivee-rde directie slaagde de school ‘La Source’ er  toch niet  in om de ochtendrijen uit  te breiden. Jammer genoeg wilden de ouders zich  liever  niet  engageren  en  samenwer-ken zoals voor de buitenschoolse rijen (uit angst verantwoordelijk te zijn voor ander-mans kinderen en uit vrees hun rol niet te kunnen vervullen bij ziekte). 

hetzelfde geldt  voor de school  ‘aurore’, waar  de  coördinatie  eveneens  moei-lijk  verloopt:  slechts  één  persoon  staat in  voor  de  hele  organisatie  en  die  krijgt te  weinig  steun  van  directie,  leerkrach-ten  en  ouders.  wat  het  begeleidende personeel  betreft,  kan  de  gemeente evere momenteel  jammer genoeg naast Pwa’ers  niet  werken  met  opvoeders, zoals  de  stad  Brussel,  want  die  doen  ’s morgens al de kinderopvang.

dat de gemeente op termijn het volledige project  voor  haar  rekening  neemt.  een dergelijk  opzet  helpt  blijkbaar  niet  om de activiteit te verankeren. aangezien de gemeenten niet de menselijke en finan-ciële middelen hebben om die projecten op zich te nemen, dreigen zij ze stop te zetten als de subsidie vermindert (zoals dat onder andere het geval was in Jette).

mogelijke oplossingen

(a)  in  de  meeste  gemeenten  wordt  de subsidie  niet  volledig  uitgegeven om  de  Pwa’ers  te  vergoeden.  het valt  te  overwegen  om  hetzelfde budget te behouden en de bevoegde gemeentecoördinator  deels  voor  de activiteit  te  vergoeden.  Dan  zouden de  gemeenten  gemotiveerder  zijn om op de oproep in te gaan.

(b)  een  ambitieuzer  project  om de  zachte  vervoerswijzen  in  de gemeenten  verder  te  ontwikkelen: 

waarom  niet  overwegen  om  binnen de  gemeenten  iemand  voor  zachte mobiliteit aan te stellen, die door het Gewest  gesubsidieerd  zou  worden? Die  persoon  zou  dan  belast  zijn met de uitwerking en de coördinatie van  alle  activiteiten  rond  zachte mobiliteit  (fietsers  en  voetgangers) in de gemeente, zoals de rijen.

2. SaMeNwerkiNGSVerBaNDeN

-  Betrokkenheid  en  samenwerking van  de  gemeentelijke  actoren:  al  te vaak  is  de  organisatie  van  de  rijen afhankelijk van één sleutelpersoon (de gemeentecoördinator).  als  die  -  om welke reden dan ook - wegvalt, stort het project in. het gebrek aan samenwerking tussen  de  gemeentediensten leidt  ook  tot  ontmoediging  bij  de gemeentecoördinator.  Dit  project vergt  een  sterke  betrokkenheid  van alle  deelnemers  en  een  taakverdeling tussen  de  verschillende  betrokken 

diensten. een echte politieke wil van de gemeente  om  de  rijen  te  ontwikkelen is noodzakelijk om de hele structuur te ondersteunen.

-  Betrokkenheid van de school: de school moet als partner optreden en moet de tussenschakel  zijn  naar  de  ouders. concreet  moet  ze  communicatiecam-pagnes  voeren  en  informatievergade-ringen organiseren met de ouders.

-  Betrokkenheid van de ouders: hoe kun-nen we de ouders ertoe aanzetten om hun kinderen aan de rijen te laten deel-nemen?  we  kunnen  ze  niet  dwingen. Dit  sensibiliseringswerk  is  een  werk van  lange adem, maar het  is absoluut noodzakelijk. Vandaag wijzen de scho-len  op  het  gebrek  aan  belangstelling van de ouders. Die nemen soms zelfs helemaal  geen  verantwoordelijkheid meer zodra ze weten dat het een gratis dienst is!

n°42 // printemps 2015 le Moniteur de la Mobilité & de la sécurité routière 15

Page 16: Mobiliteitsgids 42

16 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid nr 42 // lente 2015

mogelijke oplossingen

(a)  we  kunnen  de  rijen  in  het schoolproject opnemen.

(b)  als de school eraan meewerkt, kunnen we in de hogere klassen de link leggen tussen  het  voetgangersbrevet  en  de oprichting  van  voetgangersrijen.  het feit dat de school het voetgangersbrevet invoert,  kan  ook  een  stimulans  zijn. De ouders kunnen er meer voor open staan en meer vertrouwen hebben als hun  kind  iets  over  verkeersveiligheid leert op school. 

(c)  Bij  de  inschrijvingen  aan  het  begin van  het  jaar  zouden  de  academie en  de  andere  buitenschoolse opvangcentra  een  foldertje  over  het initiatief kunnen uitdelen.

(d)  er  kan  een  evenement  gekoppeld worden aan de start van de rijen: bv. een ontbijt bij aankomst op school. De ouders kunnen de eerste keer de rij  begeleiden,  om  te  zien  hoe  het gaat, om vragen te stellen, …

(e)  we kunnen ook een beloning invoeren voor ouders/kinderen die deelnemen aan de rij en aan het project.

(f)  we kunnen de kinderen aanmoedigen en belonen met een soort stickerkaart.

(g)  we  kunnen  getuigenissen  van ouders  bekendmaken,  bv.  tijdens 

het  schoolfeest  (de  academie  is ook  aanwezig  op  die  festiviteiten) en  tijdens  vergaderingen  van  de oudervereniging.  er  kunnen  ook affiches  gemaakt  worden  waarop kinderen  en  ouders  hun  ervaringen weergeven.

(h)  er  kunnen  ontmoetingsmomenten georganiseerd  worden  tussen begeleiders/ouders/kinderen,  om vertrouwen te creëren.

3. BeGeLeiDerS

wij zijn op de grenzen gestuit van de for-mule  met  Pwa’ers  als  begeleiders:  het voortdurende  zoeken  naar  personeel, hun statuut, het personeelsverloop, hun gebrek  aan  opleiding,  het  dagelijkse beheer  van  aan-  en  afwezigheden  zijn stuk  voor  stuk  factoren  die  afmattend zijn voor de bevoegde persoon. wanneer de  personen  gekozen  zijn,  moeten die  ook  nog  aanvaard  worden  door  de ouders  en  de  kinderen.  De  Pwa’ers die  voor  deze  taak  uitgekozen  worden, hebben  nochtans  hun  dynamisme  en motivatie  om  met  kinderen  te  werken al aangetoond. Ze hebben allemaal een opleiding gevolgd bij een politiezone en zijn  dus  goed  voorbereid  op  hun  taak. er  moet  een  denkoefening  gebeuren om andere oplossingen te vinden of op zijn  minst  om  de  Pwa’ers  te  combine-ren met vrijwilligers, ouders, opvoeders-assistenten, ...

SchaarBeekDe  school  ‘heilige  Familie’  heeft zich  voor  de  eerste  maal  kandidaat gesteld.  De  school  heeft  het  kandi-daatsdossier alleen opgesteld, maar de gemeente belooft in de mate van het mogelijke eveneens op het pro-ject toe te zien. 

De  school  ligt  aan  de helmetsesteenweg,  in  een  drukke wijk, met andere infrastructuren: als het project goed loopt, zou het inte-ressant  zijn  als  de  andere  instellin-gen deelnamen. 

het project werd in het begin van het jaar voorgesteld aan de ouders, maar is  nog  niet  operationeel.  het  kreeg de steun van de oudervereniging. De lokale  politiezone  zal  een  opleiding geven aan de ouders-vrijwilligers, die vervolgens een of enkele rijen zullen starten, afhankelijk van het succes.

aangezien  het  project  nog  in  de kinderschoenen  staat,  is  een  objec-tieve  evaluatie  momenteel  nog  niet mogelijk.

Page 17: Mobiliteitsgids 42

nr 42 // lente 2015 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid 17

4. riJeN Voor BuiteNSchooLSe actiViteiteN

het  succes  van  de  rijen  voor  buiten-schoolse  activiteiten  leidt  tot  een  toe-name  van  het  aantal  kinderen  dat  aan buitenschoolse  activiteiten  doet.  we zouden moeten overwegen om voor die opvangcentra  onthaallokalen  te  voor-zien. Momenteel bestuderen de gemeen-tecoördinatrice en de verantwoordelijken voor de buitenschoolse opvangcentra in evere mogelijke oplossingen.

PoSitieVe eN BeMoeDiGeNDe eLeMeNteN!

uit de evaluaties kwamen ook heel wat positieve  elementen  naar  voren.  Die tonen aan dat - hoewel het huidige sys-teem  zijn  beperkingen  heeft  -  het  idee van  de  rijen  zeker  niet  mag  worden opgeborgen, maar dat er eventueel wel opnieuw moet over worden nagedacht.

•  ouders  zijn  tevreden  (geen  omweg meer langs de school).

•  Schooldirecteurs zijn blij want de ver-keersveiligheid  rond  de  school  verbe-tert ... en minder auto’s rond de school kan anderen ook zin geven om bij de rij aan te sluiten, als het initiatief wordt aangemoedigd.

•  De  opleidingen  verkeersveiligheid  die voor  de  begeleiders  worden  georga-niseerd en het feit dat de kinderen op straat bijleren over verkeersveiligheid, zijn positieve elementen.

•  De  deelnemende  kinderen  worden  in de  bloemetjes  gezet  (ze  krijgen  een klein diploma en zijn daar trots op).

•  kinderen  komen  veilig  en  tijdig  op school aan.

•  Leerlingen beginnen geconcentreerder aan de schooldag.

•  Leerkrachten  uit  de  buitenschoolse activiteiten  stellen  hetzelfde  vast:  de kinderen zijn geconcentreerder na een wandeling en een ‘babbelmoment’. 

•  er ontstaat een sociale band tussen de kinderen en hun begeleiders.

•  De - vaak laaggeschoolde - begeleiders halen voldoening uit hun werk en krij-gen meer zelfvertrouwen.

•  online  tools  worden  gedeeld  en  de samenwerking  tussen  gemeentedien-sten  en  scholen  (vrij  en  gemeentelijk net) leiden tot een geslaagd project (op voorwaarde dat de samenwerking goed verloopt!).

kortom, ondanks de hierboven beschre-ven  kinderziekten  is  dit  initiatief  een mooi voorbeeld van samenwerking. het zou  dan  ook  jammer  zijn  mocht  het verdwijnen.  het  kan  echter  niet  blijven bestaan zonder een bewustwording van de  vereisten  voor  dit  project,  de  inzet van alle betrokken partijen en een herzie-ning van bepaalde voorwaarden die oor-spronkelijk in de projectoproep stonden. 

BarBara DecuPereadviseur

Vereniging van de Stad en de Gemeen-ten van het Brussels hoofdstedelijk 

Gewest (VSGB)[email protected] 

‘Sacré-cœur De LiNDthout’het  project  2013  werd  grotendeels door  ouders  gedragen  op  vrijwillige basis,  aangezien  de  gemeente  het niet  echt  coördineerde.  ondanks een moeilijk eerste jaar, werd er toch opnieuw een project  ingediend. het is  een  school  met  veel  potentieel, want er zijn veel leerlingen en dus is er een aanzienlijke modal shift moge-lijk: het project heeft dus zeker nut! 

in  2014  kon  een  rij  worden  georga-niseerd  met  twee  begeleiders.  een tiental kinderen stapten daarin mee. Sommige  ouders  willen  zich  ook engageren  en  gaan  de  begeleider-sopleiding  volgen  bij  de  politiezone Montgomery. 

De  rij  vertrekt  om  7.50  uur  en komt  aan  op  school  om  8.05  uur. Vervolgens bekommeren de begelei-ders zich om de kiss&ride-zone. 

het project is kwetsbaar, vermits het momenteel rust op de schouders van slechts één ouder. Meer steun van de gemeente  zou  helpen  om  met  een geruster  gemoed  naar  de  toekomst te kijken.

SiNt-LaMBrechtS-woLuweDe  scholen  ‘Saint-henri’  en  ‘Sacré-cœur  de  Lindthout’  doen  voor  de tweede  keer  mee.  ‘Saint  henri’  kon het  project  jammer  genoeg  niet voortzetten, omdat de hoofdorgani-sator  zich  er  niet  langer  mee  bezig kon houden en de rest van het team niet het volledige project overnam.

LaatSte NieuwS

wij hebben vernomen dat de admi-nistratie en het kabinet van plan zijn een  nieuwe,  herwerkte  en  versoe-pelde projectoproep vorm te geven voor schooljaar 2016-2017. 

in de tussentijd kunnen de gemeen-ten  die  al  deelnemen,  in  het  over-gangsjaar  (schooljaar  2015-2016) hun  projecten  voortzetten  aan dezelfde  voorwaarden  als  voor-dien. De nieuwe projectoproep zou begin 2016 bekendgemaakt worden en  zal  uiteraard  openstaan  voor alle  gemeenten.  De  VSGB  zal  de gemeenten  op  de  hoogte  brengen zodra  er  concrete  informatie  bes-chikbaar is.

Page 18: Mobiliteitsgids 42

18 le Moniteur de la Mobilité & de la sécurité routière n°42 // printemps 2015

dE raadgEvEndE commissiE voor hEt

wEgvErkEEr uit dE startblokkEn

‘‘ ‘‘Sinds oktober 2014 voert de Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Gewest (VSGB) het secretariaat van de Raadgevende Commissie voor het Wegverkeer (RCWV). Die Commissie tracht de coherentie te versterken tussen het verkeersbeleid van gemeenten en Gewest. Daartoe verricht ze in maandelijkse vergaderingen een analyse van alle gemeentelijke en gewestelijke aanvullende reglementen, waarover ze een advies naar de minister zendt, die vervolgens beslissingen neemt. Toelichting bij de werking.

18 le Moniteur de la Mobilité & de la sécurité routière n°42 // printemps 2015

Page 19: Mobiliteitsgids 42

nr 42 // lente 2015 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid 19

het  verkeersreglement  legt  een aantal  verplichtingen  vast  die  de weggebruikers  verduidelijken  hoe ze  zich  op  de  openbare  weg  moeten gedragen.  Deze  verplichtingen  zijn van  algemene  aard  en  gelden  voor het  hele  grondgebied.  aanvullende reglementen  hebben  daarentegen  een specifiek  toepassingsgebied  en  hebben als  doel  de  verkeersregelgeving  aan  te passen  aan  plaatselijke  of  bijzondere omstandigheden  van  tijdelijke  of permanente  aard. Met  andere woorden, telkens als de wegbeheerder (gemeente of Gewest) een weggebruiker een verbod of verplichting wil opleggen, moet daarvoor een  aanvullend  reglement  opgemaakt worden. 

waaroM DeZe coMMiSSie?

Vroeger  lag  het  toezicht  op  de aanvullende  reglementen bij de  federale overheid,  maar  die  bevoegdheid  werd in  2008  geregionaliseerd.  het  Brussels hoofdstedelijk Gewest vond het toen niet opportuun de regelgeving aan te passen. 

in  de  praktijk  werd  echter  vastgesteld dat  het  overleg  tussen  de  verschillende wegbeheerders  verzwakte,  wat incoherenties op het terrein teweegbracht. Daarom  riep  de  Brusselse  regering een  raadgevende  commissie  voor  het wegverkeer  (rcwV)  in  het  leven,  waar alle  partners  op  een  structurele  manier overleg kunnen plegen. Deze commissie bestaat  uit  vertegenwoordigers  van de  19  Brusselse  gemeenten,  de  MiVB, verschillende  gewestelijke  diensten  voor mobiliteit en het ministerie voor openbare werken  (kabinet  van  minister  Pascal Smet en staatssecretaris Bianca Debaets voor  de  huidige  regeerperiode).  ook worden  vertegenwoordigers  van  de  zes politiezones  en  het  opzoekingscentrum voor de wegenbouw (ocw) uitgenodigd op de vergaderingen van de commissie.

De  ordonnantie  van  3  april  2014 (bekendgemaakt  in  het  Belgisch Staatsblad  van  14  mei)  bepaalt  de oprichting  van  de  commissie,  haar doelstellingen  en  basisprincipes. het  besluit  ter  bekrachtiging  van  de samenstelling  en  de  werking  werd 

vervolgens  goedgekeurd  op  8  mei  2014 door de regering (Belgisch Staatsblad van 28 mei).

Voortaan  moeten  alle  aanvullende reglementen  van  gemeenten  en  Gewest ter  goedkeuring  voorgelegd  worden  aan de minister van Vervoer, na advies van de raadgevende commissie.

De VereNiGiNG aLS coÖrDiNator

De  ordonnantie  voorziet  in  de organisatie  van  een  secretariaat.  op  de eerste  vergadering  van  de  commissie, op  1  oktober  2014,  vertrouwden  de leden-vertegenwoordigers  die  taak toe  aan  de  VSGB.  het  voorzitterschap van  de  commissie  wordt  volgens een  beurtrol  opgenomen  door  de voorzitter  van  de  conferentie  van Burgemeesters.  ondervoorzitter  is het  opzoekingscentrum  voor  de wegenbouw (ocw). in de praktijk is het dus  aan  de  VSGB  om,  als  secretariaat, te zorgen voor de ontvangst, analyse en voorlegging ter advies van de commissie van  alle  gemeentelijke  en  gewestelijke aanvullende  reglementen,  alvorens  ze door de bevoegde minister goedgekeurd worden. De maandelijkse vergaderingen van de ccommissie vonden reeds plaats in oktober, november en december 2014, en vervolgens  in  januari,  februari, maart en april 2015.

aD hoc werkGroeP

in  de  marge  van  de  vergaderingen  van de commissie zelf, waar alle aanvullende reglementen  besproken  moeten worden, organiseert het secretariaat ook technische werkgroepen met de betrokken mobiliteitsactoren  (gemeenten,  Gewest, MiVB,  …)  om  de  werkzaamheden  van de  commissie  niet  te  vertragen.  het is  immers  niet  altijd  mogelijk  in  de commissie  de  nodige  tijd  uit  te  trekken voor  een  technische  bespreking  over bepaalde  punten  uit  de  regelgeving (soms  is  specifiek  opzoekingswerk vereist). het doel van deze ontmoetingen is  de  gewoontes  homogener  te  maken, om  de  coherentie  op  het  vlak  van signalisatie  en  inrichting  te  verbeteren. De  thema’s  worden  aangebracht  door 

de  gemeenten  en  het  Gewest  of  door het secretariaat van de commissie in het kader  van  de  werkzaamheden  van  de rcwV.  De  verslagen  en  conclusies  van de werkgroepen worden verspreid onder de leden van de rcwV.

Niet VerGeteN: VoorLeGGiNG aaN De coMMiSSie VereiSt!

uit  het  eerste  werkjaar  van  de  commis-sie  blijkt  dat  bepaalde  gemeenten  nog niet  de  gewoonte  aangenomen  hebben om  hun  aanvullende  reglementen  voor advies te verzenden naar de rcwV. Zoals de  ordonnantie  preciseert,  kan  de  toe-zichthoudende  minister  immers  enkel een  beslissing  nemen  over  een  in  de gemeenteraad  goedgekeurd  aanvullend reglement na advies  van de  commissie. anders  krijgt  het  reglement  geen  juridi-sche geldigheid …

Yves englebin, mobiliteitsadviseur bij de Vereniging  en  secretaris  van  de  rcwV, staat ter beschikking voor alle vragen aan-gaande  uw  aanvullende  reglementen  en de werking van de commissie.

YVeS eNGLeBiNSecretaris van de rcwV 

en mobiliteitsadviseur bij de VSGB 02/238.51.65  

[email protected] 

Page 20: Mobiliteitsgids 42

20 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid nr 42 // lente 2015

osiris, hEt informaticaplatform van brussEl mobilitEit voor hEt bEhEEr van dE coÖrdinatiE van

wEgwErkZaamhEdEn

‘‘

‘‘

20 le Moniteur de la Mobilité & de la sécurité routière n°42 // printemps 2015

Page 21: Mobiliteitsgids 42

ieder  jaar  worden  zowat  70.000  wer-ken  uitgevoerd  op  gewestwegen. Daarbij  komen  nog  de  andere  tijdelijke en  mobiele  bezettingen  van  openbare wegen, zoals markten, kermissen en ver-huizingen. Van die vele werken worden de grootschaligste  uitgevoerd  met  het  oog op de inrichting van de openbare ruimte onder  leiding  van  overheidsinstanties zoals  Mobiel  Brussel,  de  negentien Brusselse gemeenten en Beliris. hoewel al  deze  werkzaamheden  bewijzen  dat de actoren  in de mobiliteitssector dyna-misch zijn, betekent dat nog niet dat men ze graag ziet  komen. De  impact  van de vele wegenwerken in het Brussels Gewest is  een  kwelling  voor  elke  weggebruiker: enerzijds veroorzaken ze hinder voor de buurtbewoners en anderzijds verergeren ze de verkeersknoop en bemoeilijken ze de verplaatsingen van de weggebruikers.

om  dit  te  verhelpen,  terwijl  de  werken toch  uitgevoerd  kunnen  worden,  ver-sterkt de ordonnantie van 3 juli 2008 de bestaande  procedures  voor  bouwplaat-sen  op  openbare  wegen.  De  nieuwe ordonnantie  veralgemeent  de  coördina-tieprocedures voor alle openbare wegen en  alle  bouwplaatsen  die  op  die  wegen uitgevoerd worden. Naast de bepalingen met  betrekking  tot  de  planning  en  de coördinatie  van de bouwplaatsen defini-eert zij een gegevensbank «met een ver-zameling  van  alle  soorten  gecodeerde, ontvangen,  uitgewisselde  of  bewaarde gegevens  in  het  kader  van  de  procedu-res» die de coördinatie van wegenwerken regelen.  Deze  gegevensbank,  waarvan het  project  in  2011  aangevat  werd,  is  in april 2014 in gebruik genomen onder de naam osiris.

osiris  is  een  elektronisch  samenwer-kingsplatform  voor  de  codering,  ver-werking,  uitwisseling  en  follow-up  van 

gegevens  en  documenten  over  lopende of toekomstige bouwplaatsen, afgesloten werkzaamheden en specifieke evenemen-ten  op  gemeentelijke  en  gewestwegen. Dankzij  dit  systeem  kunnen  bouwplaat-sen gestructureerd worden, van de plan-ning van de werken tot de oplevering. het samenwerkingsplatform richt zich tot ver-schillende categorieën van gebruikers: de verzoekers1  die de werken uitvoeren, de wegbeheerders die de vergunningen toe-kennen en de politiezones die de signali-satie- en omleidingsplannen goedkeuren. het secretariaat van de commissie voor de  coördinatie  van  de  Bouwplaatsen bereidt  er  ook  de  dossiers  voor,  die  het dan  voorstelt  tijdens  de  wekelijkse  ver-gaderingen van de commissie, zodat er een beslissing genomen kan worden. Die beslissing wordt vervolgens via de appli-catie doorgegeven aan de beheerder die de vergunning toekent.

Deze verschillende categorieën van acto-ren  werden  uiteraard  betrokken  bij  het participatieve proces dat voorafging aan de  ontwikkeling  van  de  tool.  Zo  heb-ben  de  rNBB2,  verschillende  Brusselse gemeenten,  de  politiezones,  verschil-lende diensten van Mobiel Brussel en het ciBG3   meegewerkt aan het proces voor de  omschrijving  van  het  project  van  de verzoekers,  waarvan  het  beheer  uitbe-steed  werd.  Zij  hebben  bijgedragen  tot de vastlegging van de specificaties van de tool,  in overleg met de commissie voor de coördinatie van de Bouwplaatsen, die instond  voor  de  functionele  arbitrages. er werden ook opvolgingscomités opge-richt  die  gehoor  moesten  geven  aan  de vragen van de betrokken partijen, respec-tievelijk voor de verzoekers, de gemeen-telijke  en  gewestelijke  overheden  en  de politiezones. Die verschillende werkgroe-pen hebben een ontwerp van een geogra-fisch informatiesysteem ontwikkeld dat in 

vele opzichten innoverend is. 

De MiVB voert wegen- en infrastructuur-werken uit op het Leopold ii-square. het terrein van de bouwplaats wordt in osiris gedigitaliseerd op basis van het plan. De dynamische  fiche  links  op  het  scherm geeft meer informatie over de voornaam-ste kenmerken van de bouwplaats, terwijl de verzoeker en de betrokken  instanties in de tabel onderaan op het scherm alle documenten  betreffende  de  bouwplaats kunnen raadplegen. 

De BruikBaarheiD VaN De oPeNBare ruiMte waarBorGeN tiJDeNS De uitVoeriNG VaN werkeN 

het  doel  van  osiris  is  de  bruikbaarheid van  de  openbare  ruimte  te  waarborgen tijdens  de  uitvoering  van  werkzaam-heden  en  tegelijk  de  uitvoering  van  de 

Sinds april 2014 is Osiris verplichte kost geworden voor alle administratie met betrekking tot de organisatie van werken op openbare wegen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het Gewest heeft het informaticaplatform ontwikkeld om de hinder als gevolg van wegenwerken te helpen beperken. Via het systeem kunnen de vele betrokken partijen de werkzaamheden structureren van de ontwerpfase tot de afsluiting van de werken en de voorafgaande vergunningen aanvragen bij de bevoegde instanties.

1/  Verzoeker: iedere persoon die het voornemen heeft werken uit te voeren, uitvoert of uitgevoerd heeft, of voor wiens rekening werken uitgevoerd wordt.

2/  raad van de Netwerkbeheerders in Brussel.

3/  centrum voor informatica voor het Brusselse Gewest.

n°42 // printemps 2015 le Moniteur de la Mobilité & de la sécurité routière 21

Page 22: Mobiliteitsgids 42

22 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid nr 42 // lente 2015

werken mogelijk maken. De tool helpt de betrokken partijen bij de organisatie van de werkzaamheden en de betere coördinatie moet de hinder als gevolg van werken inperken. Met het oog op administratieve vereenvoudiging worden de dossieranalyse en de besluitvorming, wat basiselementen zijn voor een efficiënte coördinatie, in elke fase van het dossier geoptimaliseerd. 

het  platform  is  een  mooi  voorbeeld  van  bundeling  van  mid-delen van gewestelijke en plaatselijke overheden. De verdeling van  de  coördinatiebevoegdheden  inzake  bouwplaatsen  onder de gewestelijke en gemeentelijke beheerders en de politiezones vergt immers een complexe administratieve samenwerking. een dossier waarvoor inbreng van verschillende instanties vereist is, kan dan door elk van hen op een andere manier behandeld wor-den.  Dankzij  osiris  kunnen  de  gewestelijke  en  gemeentelijke instanties en de politiezones voortaan de aanvragen voor ver-gunningen onderzoeken en informatie uitwisselen met elkaar in één en dezelfde applicatie. Door de stroomlijning van de proce-dures worden overlappingen vermeden en versnelt de afhande-ling van de dossiers. Zo kan de commissie voor de coördinatie van  de  Bouwplaatsen,  een  centraal  orgaan  in  het  beheer  van wegwerkzaamheden in het Brussels Gewest, zich concentreren op de dossieranalyse en de besluitvorming volgens de proce-dures en  termijnen die  in de ordonnantie vastgelegd zijn. De commissie koppelt haar advies dus aan bijzondere voorwaar-den om de werkzaamheden zo goed mogelijk op te nemen in het stadsweefsel. 

osiris  kadert  ook  in  de  visie  van  elektronische  loketten  als instrument voor administratieve vereenvoudiging en moderni-sering ten behoeve van burgers en professionals. het platform maakt het voor de verzoekers makkelijker om een aanvraag in te dienen. Zij hoeven immers niet langer een dossier in te dienen, in meerdere exemplaren, eventueel bij verschillende instanties. Dit  elektronisch beheer  van de dossiers draagt ook bij  tot de evolutie van de administratieve procedures voor de coördinatie van werken naar een ‘zero paper’-beleid.

er gaat veel aandacht naar het  informeren van alle betrokken partijen.  in dat opzicht biedt osiris de professionals en over-heden een snelle en gecentraliseerde toegang tot betrouwbare informatie over de wegenwerken, de evenementen en de mobi-liteitsverstoringen in het Brussels Gewest. Bovendien wordt de communicatie  tussen  de  betrokken  partijen  geoptimaliseerd door de koppeling van osiris aan andere systemen zoals urBiS4 en  kLiM-cicc5.  De  elektronische  ondertekening  en  authenti-catie  van documenten  ten  slotte  zijn  in het  systeem opgeno-men via Fedict-software. aangezien de tool de administratieve modernisering tracht te bevorderen, werd osiris zo uitgedacht dat  werknemers  kunnen  telewerken,  wat  ook  steeds  gebeurt, zowel in de privé- als in de overheidssector. aangezien dat wij-zigingen  in  de  organisatie  van  het  werk  teweegbrengt,  moet telewerk hand in hand gaan met de snelle ontwikkeling van de informatie-  en  communicatietechnologieën.  aangezien  osiris een autonoom informaticasysteem is, voldoet het perfect aan de gebruiksvoorwaarden. De gebruikers kunnen er in realtime 

4/  urBiS: Geheel van geografische gegevensbanken van het Brussels hoofdstedelijk Gewest.

5/  kLiM: Federaal kabels en Leidingen informatie Meldpunt.

Page 23: Mobiliteitsgids 42

nr 42 // lente 2015

Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid 23

elektronische documenten uitwisselen zonder dat er informatie tussen medewerkers verloren gaat. 

eerSte SteeN VaN eeN GeBouw 

een jaar na de ingebruikname telt osiris al meer dan 2.600 gebruikers en heeft het bewezen dat het de professionals op het gebied van wegenwerken kan verenigen. uit de gebruiksstatistieken van de tool blijkt dat de verwerkingstermijnen van dossiers voor de gewestelijke beheerder korter geworden zijn, dat het aantal dossiers dat later dan de wettelijke termijnen ingediend werd daalt en dat het aantal onvolledige dos-siers ook afgenomen is. Vroeger was het opzetten van coördinatie goed voor twaalf uur  werk  voor  een  verzoeker:  voorbereiding  van  het  dossier  voor  de  coördinatie- oproep, afdrukken van het dossier samen met alle plannen, het dossier in envelop-pen steken en per aangetekende brief naar alle institutionele verzoekers versturen. in osiris gebeurt dit nu allemaal in vijftien minuten. het platform is dus een hulpmid-del voor eenvormige, betrouwbaardere en snellere procedures voor het beheer van bouwplaatsen. 

De tool kan nog verbeterd worden, enerzijds om de gebruikers te blijven binden en anderzijds de hinder als gevolg van wegenwerken nog te verminderen. Voor deze absoluut noodzakelijke aanpassingen moet in een eerste fase de ergonomie van de tool herzien worden om het gebruik intuïtiever te maken, vooral voor de gemeente-lijke overheden en niet-institutionele verzoekers6. Verder moeten de reikwijdte en de functies uitgebreid worden. De tool kan zeker gekoppeld worden aan andere plaat-selijke, gewestelijke en federale systemen ter aanvulling van de door de gebruikers ingevoerde gegevens. 

Daarom  moeten  toekomstige  ontwikkelingen  van  het  systeem  de  administra-tieve  vereenvoudiging  bevorderen,  met  name  door  de  tool  te  koppelen  aan  de 

oSiriS iN De PraktiJk afhankelijk  van  hun  rol  wenden  de osiris-gebruikers  verschillende  modu-les van het platform aan : 

•  De  verzoekers  digitaliseren  er  hun bouwplaatsen nadat ze hun terrein afgebakend  en  allerlei  aspecten vastgelegd  hebben.  in  bepaalde gevallen  stemmen  ze  hun  werk-zaamheden  af  op  die  van  andere verzoekers  en  ze  vragen  bij  de beheerder hun vergunning aan voor de uitvoering van de werken.

•  De  beheerders  gebruiken  het  plat-form om te controleren of het aan-vraagdossier  volledig  is  en  of  het project op administratief, technisch en  cartografisch  vlak  uitvoerbaar is.  Vervolgens  verlenen  ze  de  ver-gunning voor de uitvoering van de werken. 

•  De  politiezones  kunnen  de  signa-lisatie-  en  omleidingsplannen  via osiris goedkeuren.

•  De  werfcontroleurs  gebruiken  het systeem  om  hun  bezoeken  aan de  bouwplaatsen  te  plannen  en processen-verbaal  of  ingebreke- stellingen op te maken. 

6/   «institutionele verzoekers» zijn verzoekers die op een lijst staan die opgesteld wordt door de commissie voor de coördinatie van de Bouw-plaatsen, nl. de uitvoerende diensten van het Gewest en de gemeenten en gelijkgestelde diensten (MiVB, Beliris, Vlaams Gewest, infrabel, haven van Brussel en BiM), maar ook de diensten met een recht van gebruik van de openbare wegen. Verzoekers die niet op deze lijst van de commissie staan, zijn «niet-institutionele verzoekers».

Page 24: Mobiliteitsgids 42

24 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid nr 42 // lente 2015

gemeentelijke  applicatie  Bo-Secretariaat.  om  de  samenwer-king  met  gemeenten  en  politiezones  te  optimaliseren,  moe-ten  er  werkgroepen  opgericht  worden  waarin  de  negentien gemeenten,  de  zes  politiezones  en  de  verzoekers  vertegen-woordigd worden. Latere updates van de  tool moeten abso-luut aansluiten op de participatiefilosofie die aan de basis lag van  het  ontwikkelingsproces.  een  van  de  projecten  waaraan een werkgroep voorrang zou moeten geven, is de uitwerking 

van één enkele aanvraagprocedure voor verzoekers: osiris zou zo aangepast moeten worden dat het systeem verwante ver-gunningen  toekent,  zoals  wegvergunningen,  politieadviezen en vergunningen om ‘s nachts te mogen werken. Dat vereen-voudigt de administratie voor beheerders en aanvragers, die nog slechts één aanvraag moeten indienen om alle nodige ver-gunningen voor hun werkzaamheden te verkrijgen.

eeN iNForMatietooL teN DieNSte VaN De BurGer 

Naast de rationalisering van de procedures voor de coördina-tie  van  bouwplaatsen  heeft  osiris  ook  als  doel  de  belangen van  de  weggebruikers  te  dienen.  Daarom  is  het  belangrijk dat  er  een website gelanceerd wordt  voor het grote publiek, een versie van osiris die ook geïnteresseerde burgers kunnen raadplegen.  Zij  kunnen  dan  alle  informatie  over  afgesloten, lopende  of  toekomstige  werkzaamheden  raadplegen,  maar ook  over  evenementen  in  het  Brussels  Gewest.  Via  de  web-site, die aangevuld wordt met de gegevens van de professio-nele versie van osiris, kunnen de verzoekers vanaf het begin 

voorbEEld: lEopold ii-squarE

De MiVB voert wegen- en infrastructuurwerken uit op het Leopold ii-square. het terrein van de bouwplaats wordt in osiris gedigitaliseerd op basis van het plan. De dynamische fiche links op het scherm geeft meer informatie over de voornaamste kenmerken van de bouwplaats, terwijl de verzoeker en de betrokken instanties in de tabel onderaan op het scherm alle docu-menten betreffende de bouwplaats kunnen raadplegen. 

Page 25: Mobiliteitsgids 42

nr 42 // lente 2015 Gids van de Mobiliteit en de verkeersveiliGheid 25

communiceren over alle werkzaamheden. Door zo’n website te lanceren, zal de communicatie over de werken en de daar-mee gepaard gaande hinder er voor iedereen op vooruitgaan. 

De website voor het grote publiek kan later nog uitgebreid wor-den met  twee andere diensten. ten eerste zal er een abonne-mentssysteem toegevoegd worden voor de verschillende catego-rieën gebruikers van de openbare ruimte (voetgangers, fietsers, gebruikers van het openbaar vervoer en automobilisten). elke abonnee  zal  afhankelijk  van  zijn behoeften  een  routebeschrij-ving krijgen in functie van eventuele hinder of omleidingen als gevolg  van  werken  die  in  het  systeem  geregistreerd  werden. ten tweede wordt overwogen om de GPS-navigatietools recht-streeks aan te vullen met de gegevens over de werken in osiris. er zal dan nagenoeg in realtime gecommuniceerd worden over de impact van die werken op het verkeer. Deze aspecten van de website voor het grote publiek moeten nog gefinaliseerd wor-den alvorens de site gelanceerd kan worden. 

VooruitZichteN 

het Brussels hoofdstedelijk Gewest, dat als eerste een ordon-nantie  goedkeurde  om  de  organisatie  en  de  coördinatie  van bouwplaatsen op openbare wegen te regelen, hecht veel belang aan  de  maatregelen  die  genomen  werden  voor  de  bruikbaar-heid van de openbare wegen tijdens de uitvoering van werken. De gedeelde wens van de regering en de sector om hinder als gevolg van wegenwerken te verminderen, betekent niet alleen dat osiris verbeterd moet worden maar dat ook het juridische arsenaal bijgestuurd of aangevuld moet worden, te beginnen bij 

de ordonnantie van 3 juli 2008 betreffende de bouwplaatsen op de openbare weg. De commissie voor de coördinatie van de Bouwplaatsen, die zich beroept op haar doorslaggevende rol in het kader van de organisatie van bouwplaatsen, is van plan om daar werkgroepen rond op te richten. 

in 2015 worden ook de  inspanningen voortgezet op het vlak van opleiding en begeleiding van de betrokken partijen bij de coördinatie  van  bouwplaatsen.  wegens  de  complexiteit  van de regelgeving en van osiris moet de administratie namelijk kwalitatief  en  kwantitatief  gepaste  opleidingen  waarborgen. in 2014 werden dan ook  tal van specifieke opleidingssessies georganiseerd.  het  Secretariaat  van  de  commissie  voor  de coördinatie van de Bouwplaatsen zet in 2015 een programma voort  met  opleidingen  over  de  verschillende  modules  van osiris en over de wettelijke en procedurele aspecten van de coördinatie van bouwplaatsen op openbare wegen.

anaïs Lecharlier - attachee, Brussel Mobiliteit [email protected]

info ivm de vormingen: op de website van de coördinatie van de Bouwplaatsen 

(http://www.mobielbrussel.irisnet.be/partners/ professionelen/coordinatie-van-de-bouwplaatsen)  

in de rubriek “aanvraag en inschrijving opleidingen”inschrijvingen voor de vormingen:

[email protected]@sprb.irisnet.be 

Page 26: Mobiliteitsgids 42

adrEsboEkjE :De 19 MoBiLiteitSaMBteNareN iN het BruSSeLS hooFDSteDeLiJk GeweSt

LAAT DIT NIET LIGGEN !

 GratiS hebt u de Mobiliteitsgids niet persoonlijk ontvangen ? of zou een collega ook graag een exemplaar ontvangen ? Geen probleem! Vul dan deze bon in en vergeet niet uw e-mailadres te vermelden waarop u ons tijdschrift wenst te ontvangen. of stuur gewoon een mailtje naar [email protected]

 ecoLoGiSch om papierverspilling tegen te gaan trachten wij de Mobiliteitsgids prioritair per e-mail te verzenden. als u dit nummer op papier ontvangen hebt terwijl u over een mailadres beschikt, vul dan deze bon in of stuur een mailtje naar [email protected]

nEEm EEn gratis abonnEmEnt      ja, een collega wenst de mobiliteits-

gids te ontvangen. Zijn/haar ge-gevens:

  Naam .....................................................  Voornaam ..............................................  organisatie ............................................  Functie ...................................................  adres ......................................................  telefoon .................................................  e-mail .....................................................  Fax ..........................................................

   ja, ik heb een e-mailadres en wens de mobiliteitsgids daarop te ontvangen:

  Naam ....................................................  Voornaam .............................................  e-mail ....................................................

bon ingEvuld tErug tE ZEndEn naar dE mobilitEitscEl van dE vErEniging van dE stad En dE gEmEEntEn van hEt brussEls gEwEst (vsgb)

w w

naam adrEs gEmEEntE tEl faX E-mail

Gosset alain  raadsplein 1  1070  anderlecht  02/558.09.78  02/520.20.91  [email protected]

cumps christian  e. idiersstraat 12-14  1160  oudergem  02/676.48.76  02/660.98.38  [email protected]

opdekamp karin  koning albertlaan 33  1082  Sint-agatha-Berchem  02/464.04.43  02/464.04.92  [email protected] 

Dandoy Marianne  anspachlaan 6  1000  Brussel  02/279.31.81  02/279.21.59  [email protected]

De Vadder Vincent  oudergemlaan 113-117  1040  etterbeek  02/627.27.18  02/627.27.10  [email protected]

Mobiliteitsdienst  hoedemaekers Square 10  1140  evere  02/247 64 38  02/245 50 80  [email protected]

Solfa alain  Brusselsesteenweg 112  1190  Vorst  02/348.17.62  02/348.17.63  [email protected]

Libert Philippe  keizer karellaan 140  1083  Ganshoren  02/464.05.47  02/465.16.59  [email protected]

Verkindere Maud  Viaductstraat 133  1050  elsene  02/643.59.81  02/643.59.84  [email protected]

caudron Philippe  wemmelse Steenweg 100  1090  Jette  02/422.31.08  02/422.31.09  [email protected]

Mertens Laurent  Vanhuffelplein 6  1081  koekelberg  02/412.14.49  02/600.15.83   [email protected]

Fesler Baptiste  Graaf van Vlanderenstraat 20 1080  Sint-Jans-Molenbeek  02/600.49.26  02/412.37.94  [email protected]

toussaint christine  Sterrenkundelaan 13  1210  Sint-Joost-ten-Node  02/220.26.38  02/220.28.42  [email protected]

De cannière anne  M. Van Meenenplein 39  1060  Sint-Gillis  02/536.02.17  02/536.02.02  [email protected]

Velghe Benoît  colignonplein  1030  Schaarbeek  02/244.72.22  02/244.72.49  [email protected]

Lekeu Joëlle  auguste Dansestraat 25  1180  ukkel  02/348.65.50  02/348.65.44  [email protected]

Brackelaire Myriam  a. Gilsonplein 1  1170  watermaal-Bosvoorde  02/674.74.34  02/674.74.25  [email protected]

Denys Frédéric  P. hymanslaan 2  1200  Sint-Lambrechts-woluwe  02/774.35.13  02/761.29.26  [email protected]

Simon Pierre  ch. thielemanslaan 93  1150  Sint-Pieters-woluwe  02 773 06 11  02 773 18 19  [email protected]