Metaal Magazine 4 - 2013
-
Upload
eisma-media-groep-bv -
Category
Documents
-
view
282 -
download
15
description
Transcript of Metaal Magazine 4 - 2013
M A G A Z I N E
In dit nummer:
Buizen automatisch walsen en lassen
Keramische producten 3D-printen Standaard
aandrijfmodules Superdun grafeen enorm
sterk Interview Paul van Ruth (Unisign)
Sterk molybdeen Scherpe prijs dankzij
voorconfi guratie Crisis creatief te lijf Welk
gereedschap voor multitasking Zeker
onbemand frezen Bewerkingscentra frezen
én draaien Snelle las met laserlassen Inzet van
combigereedschap
J a a r g a n g 5 1 | 4 - 2 0 1 3
D é k e n n i s b r o n v o o r d e m e t a a l
w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l
metaal
01_Cover.indd 1 15-04-13 11:08
UITZONDERLIJKEVOORWAARDENtot eind september 2013
Machine Tools & laserTOgEThER SUccESS
Vertical Smart serie
Lasersnijmachines
ContACteer ons VAndAAG noG om sAmen UW VoordeeL te bespreKen !
Yamazaki mazak NederlaNd B.V. Peppelkade 54, 3992 aK hoUTen, nederland T: +31 (0)30 634 40 30 e: [email protected] www.mazak.eu
13362 Adv. Voorwaarden MetaalMagazine.indd 1 9/04/13 10:38
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 3
Onze tweets op Twitter zijn een handige,
eigentijdse manier om het nieuws in de metaal-
branche te volgen. Twitter is een internetdienst
waarbij gebruikers korte berichtjes publiceren.
Op http://twitter.com/Metaalmagazine krijgt u een in-
druk van onze berichtgeving. Meld u ook aan voor Twit-
ter en ‘follow’ Metaal Magazine om steeds snel op de
hoogte te zijn van het metaalnieuws. Dus twitter met
ons mee vanaf uw pc of mobiele telefoon.
Voorpagina:De Heller C-serie voldoet aan de
huidige eisen door naast het fre-
zen met een krachtige vijfasser
ook het draaien te integreren.
De nieuwe Heller CT- of CP-8000
geeft productiviteit een nieuwe
dimensie met unieke prestaties,
HSK-A 100 gereedschapsopname en een werkruimte
van meer dan 2 m³.
Oude Reimer bv
Willem Barentszweg 216
1212 BR Hilversum
Tel: + 31 35 6460820
nieuws4 Eerste Materials
5 Centerpunt
6 Hannover Messe 2013
bedrijvigheid12 Buizen automatisch walsen en lassen
Met de nieuwe volautomatische productielijn
voor walsen en laserlassen van Weil Engineering
kan Formula Air nu het hele scala aan buisdia-
meters vanaf 80 mm in eigen huis produceren
materialen14 3D-printtechnologie voor technisch keramiek
Met behulp van lithografie kunnen keramische
producten worden geprint
metaalbewerken18 Met standaardaandrijving sneller op de markt
Wemo richt zich sinds kort op het ontwikkelen
van standaard aandrijfmodules. Bosch Rexroth
uit Boxtel is als partner bij deze ontwikkelingen
betrokken
materialen 20 Superdun grafeen enorm sterk
Grafeen is het dunste materiaal tot nog toe en
één van de sterkste
interview22 Paul van Ruth: “Gehele proces in huis”
Op 23 maart vierde Unisign het 40-jarig bestaan
en er werd die dag in Panningen een nieuwe
hal in gebruik genomen. Metaal Magazine in
gesprek met directeur Paul van Ruth
materialen25 Hard en sterk met molybdeen
Zonder molybdeen zouden er eigenlijk geen
hoogwaardige roestvaststaalkwaliteiten of nik-
kellegeringen kunnen bestaan
metaalbewerken26 Scherpe prijs dankzij voorconfiguratie
Tijdens het open huis in Tuttlingen (D) toonde
machinebouwer Chiron de nieuwe Baseline:
een eigentijds marketingconcept
toeleveren28 Crisis creatief te lijf
Lasbedrijf Askom legt in deze crisistijd een op-
merkelijke flexibiliteit en creativiteit aan de dag
en brengt nu ook eigen producten op de markt
metaalbewerken30 Multitasking: met standaard of speciaal?
Multitaskingmachines zijn gevraagd. Maar
moet je nu voor dit type machines investeren in
een andere tooling of kun je met je bestaande
draai- en freesgereedschappen uit de voeten
metaalbewerken33 Zeker onbemand frezen
Van Riet Metaalbewerking wil 100 procent ze-
kerheid dat in de onbemande uren foutloze
producten worden gefreesd. De oplossing
kwam van Pimpel Benelux
metaalbewerken34 ‘Combined Processing’: frezen én draaien
Bij het open huis van Heller stonden de nieuwe
C-machines centraal die kunnen frezen én
draaien
metaalbewerken36 Snel sterke én mooie las met laserlassen
Groku Kampen had drie kwartier nodig voor
het maken van een goede lasverbinding van
een rvs spoelbak aan een eveneens rvs vlakke
plaat. Dankzij laserlassen lukt het nu binnen
enkele minuten
metaalbewerken40 Combigereedschap verlaagt cyclustijd
De inzet van combigereedschap is voor Bredel
Hose Pumps een volgende grote sprong voor-
waarts in de productie-efficiëntie
productnieuws42 Ader met PCD boort beter
44 ‘Closed loop’-nauwkeurig
inhoud
(Advertentie)
Volg Metaal Magazine op Twitter
M A G A Z I N E
In dit nummer:
Buizen automatisch walsen en lassen
Keramische producten 3D-printen Standaard
aandrijfmodules Superdun grafeen enorm
sterk Interview Paul van Ruth (Unisign)
Sterk molybdeen Scherpe prijs dankzij
voorconfi guratie Crisis creatief te lijf Welk
gereedschap voor multitasking Zeker
onbemand frezen Bewerkingscentra frezen
én draaien Snelle las met laserlassen Inzet van
combigereedschap
J a a r g a n g 5 1 | 4 - 2 0 1 3
D é k e n n i s b r o n v o o r d e m e t a a l
w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l
metaal
01_Cover.indd 1 15-04-13 11:08
april
03_inhoud.indd 3 15-04-13 11:38
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 54 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Dit voorjaar organiseert Mikrocentrum op 4 en 5 juni
de eerste editie van Materials in NH Conference
Centre Koningshof te Veldhoven. Dit nieuwe
evenement is bedoeld voor iedereen die betrokken
is bij de keuze, de directe toepassing, het
aanbrengen en het (na)bewerken van materialen.
Deze jaarlijkse vakbeurs Materials informeert
productontwikkelaars, constructeurs en engi-
neers over materiaalinnovaties en biedt hand-
vatten voor materiaalkeuze in relatie tot kost-
prijs, levertijd, functie, bewerking en vormge-
ving. “Materials 2013 is hét kennis- en netwerk-
platform voor materialen; we brengen kennis
en mensen uit de Benelux bijeen en dat moet
leiden tot nieuwe businesskansen”, zegt Timo
van Leent, manager vakbeurzen en congressen
bij Mikrocentrum.
Eddy Brinkman, voorzitter van de Bond voor
Materialenkennis, is nauw betrokken bij de in-
vulling van Materials 2013. Hij vindt dat de
nieuwe vakbeurs vooral de gebruikers en toe-
passers van materialen moet bereiken. “Dát zijn
de bezoekers van deze beurs. In de toekomst
zullen er steeds meer geavanceerde materialen
in producten worden toegepast, en dat zijn dan
vaak combinaties van verschillende materialen
met elk hun eigen productieproces. Uitwisse-
ling van mogelijkheden, kennis en ervaring op
materialengebied is daarbij onmisbaar.”
Peter Legierse, bestuurslid van de Stichting Ma-
terialDesign is blij dat er nu, na de laatste editie
van de beurs Materials Engineering in 2011, een
nieuwe vakbeurs komt die “echt helemaal over
materialen gaat; denk aan nieuwe materialen,
smart materials en self-healing materials.”
De combinatie van expositie en lezingenpro-
gramma wordt volgens Sybrand van der Zwaag,
hoogleraar Novel Aerospace Materials aan de
TU Delft, de succesformule voor Materials 2013.
“Op de beursvloer kunnen de kennisdragers de
interactie aangaan met de industrie, in het le-
zingenprogramma kan de industrie leren van
die kennisdragers, de wetenschappers en verte-
genwoordigers van kennisinstellingen.”
De beurs biedt ECN de mogelijkheid om zich
extern te profileren op het gebied van de ma-
teriaaltechnologie. Materiaalkeuze heeft een
grote impact op de functionaliteit van allerlei
producten en installaties, maar ook op de pro-
ductie ervan, stelt materiaaltechnoloog Erik
Schuring. Dat besef zou Materials 2013 de be-
zoekers moeten bijbrengen. “Materiaalkunde
is een kiem voor groei.”
De noodzaak van bewustwording wordt alleen
maar groter, stelt Ardi Dortmans, programma-
manager materiaaltechnologie bij TNO. “Veel
ontwikkelingen spelen zich af op heel kleine
schaal. De structuren die we tegenwoordig in
materialen maken, dat zijn echt nanometers.
Van de buitenkant lijkt het bijvoorbeeld nog
steeds die bekende coating, maar kijk je iets
dieper, dan is het een wezenlijk andere materi-
aaltoepassing geworden.”
Voor het Materials Innovation Institute (M2i) is
Materials 2013 een goede gelegenheid om de
vertaalslag te maken van het toegepast weten-
schappelijke M2i-onderzoek naar een breed pu-
bliek. “Als er uit ons onderzoek leuke innovaties
voortkomen, die vervolgens niet door de indu-
strie worden toegepast, dan heb je er nog niets
aan”, zegt Albert Konter, manager knowledge-
transfer bij M2i. Een belangrijk thema voor M2i
is materiaalschaarste. Konter: “Wij doen daar,
samen met onder andere TNO, onderzoek naar.
Je kunt efficiënter met materialen omgaan door
slimmer te ontwerpen en te produceren.”
“Met deze vakbeurs slaan we een brug van we-
tenschappelijke kennis naar concrete toepas-
singen.”
Timo van Leent vindt het zeer prettig dat part-
ners vroegtijdig hun vertrouwen in dit nieuwe
event hebben uitgesproken en meegewerkt
hebben aan de invulling. “Ik heb er dan ook
hoge verwachtingen van.”
Eerste Materials
N I E U W S
Verandering van spijs…
Aerogel, een nieuw type materiaal ook wel
aangeduid als ‘frozen smoke’ is een super-
lichtgewichtmateriaal met goede isolerende
eigenschappen (foto: Berkeley Lab)
Een thermoplastisch, vezelversterkt composiet
van Neue Materialien Fürth dat door middel van
‘In-Mould-Impregnation’ op een conventionele
spuitgietmachine verwerkt kan worden (foto:
Bayern Innovativ)
Metaalschuim, op de foto aluminium schuimen, is
een nieuw type metaalhalffabrikaat dat warmte
snel kan geleiden en dus toepasbaar voor warmte-
uitwisseling (foto: Irise Science Diaries)
04-09_nieuws.indd 4 15-04-13 11:39
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 5
voortkomen, die vervolgens niet door de indu-
strie worden toegepast, dan heb je er nog niets
aan”, zegt Albert Konter, manager knowledge-
transfer bij M2i. Een belangrijk thema voor M2i
is materiaalschaarste. Konter: “Wij doen daar,
samen met onder andere TNO, onderzoek naar.
Je kunt efficiënter met materialen omgaan door
slimmer te ontwerpen en te produceren.”
“Met deze vakbeurs slaan we een brug van we-
tenschappelijke kennis naar concrete toepas-
singen.”
Timo van Leent vindt het zeer prettig dat part-
ners vroegtijdig hun vertrouwen in dit nieuwe
event hebben uitgesproken en meegewerkt
hebben aan de invulling. “Ik heb er dan ook
hoge verwachtingen van.”
Eerste Materials
c E N t E r p U N t
De metaalbranche vraagt in toenemende mate om machi-
nes die meer kunnen, flexibel inzetbaar zijn én toch een
lager geldbedrag op het prijskaartje hebben staan. Het
liefst een veel lager bedrag. De machineleveranciers
komen daar momenteel aan tegemoet met de zogeheten
basis- of instapmodellen. Een aantal machineleveranciers
kiest ervoor om elders in deze wereld een machinebouwer
te zoeken die gangbare machines heeft en deze vervol-
gens in ons werelddeel aan te bieden. Niets mis mee, want
in bijvoorbeeld Azië kunnen ze ook machines bouwen. Je
ziet een aantal varianten: import onder de orginele merk-
naam, het aanbieden onder het oorspronkelijke label of de
machines komen hier op de markt met een nieuwe han-
delsnaam. Als je vervolgens op een beurs als de EMO goed
kijkt, kun je dezelfde machines zien met verschillende
namen (en kleurstelling). Machine-spotting voor échte lief-
hebbers. Het kan ook anders: import van machineframes
en de afbouw ergens in West-Europa. Of de bouw van in-
stapmodellen in een eigen fabriek in een land als China die
vervolgens, weer met een scherpe prijs, ook aangeboden
worden in Amerika en Europa. Een andere oplossing is
slimme machinebouw in ons eigen werelddeel. Dit is goed
mogelijk. Er zijn intussen in het hogelonenland Duitsland
machinebouwers die ook instappers kunnen leveren met
een aantrekkelijke prijs. Dit is mogelijk door het optiepak-
ket bij de machinekeuze drastisch te beperken. Er is geen
keuze meer uit tientallen varianten, maar je kiest uit een
beperkter aanbod waarmee overigens veel metaalbewer-
kers goed uit de voeten kunnen. Die machines worden
vervolgens in een uitgekiend productieproces met een
korte doorlooptijd gemaakt.
Allemaal goed nieuws voor de metaalbranche. Als het
prijskaartje maar niet leidend wordt. Van belang is om te
weten waar de machine gebouwd en afgebouwd is. Met
welke machinecomponenten en wie service en aftersales-
ondersteuning levert vanuit welke locatie. Ook bij een in-
stapper is dit uiteindelijk doorslaggevend.
Instappers
Reinold Tomberg
Erns
t D
irks
en F
otog
rafi
e
Net als technisch schrijven is liefde voor auto’s
aangeboren. Op de foto een opgetogen Paul
Quaedvlieg met een plaatstalen autootje tijdens
een EuroBlech (foto: Reinold Tomberg)
Brede koudwals voor automobielindustrie
Om aan de toenemende vraag van aluminium in de auto-industrie tegemoet te komen heeft Aleris in
Duffel (B) 53 miljoen euro geïnvesteerd in een nieuwe aluminium koudwalsinstallatie. Deze investering
vormt tevens het sluitstuk in een investeringsprogramma van meer dan 150 miljoen euro, dat werd
opgestart in 2003 met de bouw van een brede continue gloeilijn voor de automobielsector in Europa.
De werkzaamheden voor de nieuwe uitbreiding van de fabriek namen ruim achttien maanden in beslag.
De nieuwe koudwalserij kan brede band op gewenste dikte produceren met hoge maatnauwkeurigheid
en vlakheid. De vraag naar aluminium door de automobielindustrie is ingegeven door de doelstellingen
van de EU om in de nabije toekomst de CO2-uitstoot van auto’s drastisch te verlagen. Gewichtsbesparing
kan eenvoudig worden bereikt door aluminium toe te passen in plaats van staal (foto: Aleris)
Verandering van spijs…...doet eten. Na jarenlang een constructieve
bijdrage geleverd te hebben aan ‘de moeder
van alle vakladen’ Metaal Magazine, heeft
redacteur Paul Quaedvlieg zijn werkterrein
verlegd naar de bladen Zakenauto, Bestel-
auto en TTM. Het team van Metaal Magazine
wenst Paul veel succes en arbeidsvreugde toe
met deze nieuwe uitdaging. Voor zijn opvol-
ging loopt momenteel een sollicitatieproce-
dure voor een technisch vakredacteur.
Een thermoplastisch, vezelversterkt composiet
van Neue Materialien Fürth dat door middel van
‘In-Mould-Impregnation’ op een conventionele
spuitgietmachine verwerkt kan worden (foto:
Bayern Innovativ)
Metaalschuim, op de foto aluminium schuimen, is
een nieuw type metaalhalffabrikaat dat warmte
snel kan geleiden en dus toepasbaar voor warmte-
uitwisseling (foto: Irise Science Diaries)
04-09_nieuws.indd 5 15-04-13 11:39
6 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Onder de naam ‘Microtechnologie - Smart Systems for Automation’ waren in hal 17
op de Hannover Messe 2013 een twintigtal bedrijven en onderzoeksinstituten
gegroepeerd met productiemethoden op basis van microtechnologie. Metaal
Magazine bezocht een aantal standhouders en ging op zoek naar nieuwe
ontwikkelingen en toepassingen.
Het eerste bezoek was bij de firma Etchform (et-
ching & electroforming) uit Hilversum, een
kleine fabrikant van metalen maatwerk precisie-
onderdelen voor onder meer de lucht en ruimte-
vaart, machinebouw, medische techniek en de
(micro-)elektronica. Bij etsen kan materiaal tus-
sen de 0,003 mm - 1,5 mm (afhankelijk van het
materiaal) bewerkt worden. De nauwkeurigheid
van belichten is bepalend voor het eindresultaat.
Bij elektroformeren (door het ASTM comité B8
gedefinieerd als: “De productie of reproductie
van onderdelen door het neerslaan van een gal-
vanische laag op een matrijs die vervolgens van
elkaar gescheiden worden”) kan met hard of
zacht nikkel onderdelen opgebouwd worden
met een dikte tot 200 µm. Volgens algemeen
directeur Johan van de Kraan levert ieder stapje
verder in de nauwkeurigheid bij de productie
ook weer nieuwe toepassingsmogelijkheden op.
Bij de stand van het Fraunhofer ILT onderzoeks-
instituut uit Aken (D) was een nieuwe prakti-
sche toepassing van nanostructurering van een
oppervlakte te zien. Door de contactvlakken
van zuigerveren van een motor te bewerken
met een ultrakorte pulslaser ontstaan in het op-
pervlak microkrasjes. In deze krasjes hecht zich
olie, en deze olie vermindert de frictie tussen de
zuigerveer en de cilinderwand. Zo ontstaat een
zuiger met zuigerveren met betere tribologi-
sche eigenschappen. Omdat het bewerken van
deze zuigerveren met een ultrakorte pulslaser
een nogal tijdrovende bezigheid is, hebben de
onderzoekers in Aken een laser gemodificeerd
waarbij de straal opgedeeld wordt in zestien
afzonderlijke stralen. Dit opdelen werd ter
plekke gedemonstreerd, en door de laserstra-
len op een scannerspiegel te projecteren kun-
nen er nog meer stralen gecreëerd worden.
Door dit opdelen wordt ook voorkomen dat er
bij het aanbrengen van de fijne structuur teveel
pulsenergie op een afzonderlijke plek komt.
Bij Taisei Kogyo uit Japan stond een vitrine met
metalen componenten die met poederspuitgie-
ten (ook bekend als MIM = Metal Injection Mol-
ding) zijn gefabriceerd. De getoonde componen-
ten waren gemaakt van koper, titanium, nikkel
en wolfraam. Het bedrijf heeft een procedé ont-
wikkeld waarmee het de productiekosten heeft
kunnen verlagen. De taalbarrière maakte een
gedetailleerdere uitleg onmogelijk (of misschien
wilden ze het gewoon niet vertellen).
Het Japanse TDC Corporation is gespecialiseerd
in het ultra-precisie lappen en polijsten van
spiegels. Met de meeste metalen kan TDC een
ruwheid (Ra) van minder dan een nanometer
realiseren met een submicrometernauwkeurige
vlakheid, evenwijdigheid en tolerantie. Volgens
directeur Ryoya Akabane is dat eenvoudig een
kwestie van constant metingen verrichten tij-
dens de productie.
Veel micro in Hannover
DOOr: JErOEN AALBErtSN I E U W S
Een 4” vergulde silicium waver voor een
biomedische toepassing met door middel van UV-
lithografie in negatieve SU-8 lak aangebrachte
(LiGa-proces) vernikkelde microstructuren (foto:
Etchform)
Monster van een poederspuitgietwerk pompwieltje
van Taisei Kogyo (foto: Lonneke Ruesink)
0,05 mm dikke folie (SUS 304) in tape vorm van TDC
met een ruwheid van het oppervlak van minder dan
10 nm (foto: Jeroen Aalberts)
De opgesplitste laserstaal (l); de zuigerveren worden naast elkaar
ingespannen voor de bewerking (r) (foto: Fraunhofer ILT)
04-09_nieuws.indd 6 15-04-13 11:39
Wanneer u met een tastsysteem TS van HEIDENHAIN van start gaat, wint uw machine makkelijk aan bewerkingstijden. Want u kunt daarmee niet alleen uw werkstukken snel en exact uitrichten, maar deze ook tussen de bewerkingen door opmeten. Doorde optische schakelaar, die contactloos en daarmee slijtagevrij werkt, is een constant blijvende hoge aantastreproduceerbaarheid van ± 1 µm gegarandeerd. Met de tastsystemen TS van HEIDENHAIN werken uw machines dus sneller. En u wint de race. HEIDENHAIN NEDERLAND B.V., Postbus 92, 6710 BB Ede, Telefoon: (03 18) 58 18 00, www.heidenhain.nl, E-mail: [email protected]
Hoe snel verdient ons tastsysteem zich terug?
Hoekmeetsystemen Lengtemeetsystemen Contourbesturingen Digitale uitlezingen Meettasters Tastsystemen Impulsgevers
Tastsysteem
INDEX R200 / R300:
• Twee volwaardige vijf-assige systemen in één compacte machine!
• Nieuwe dimensie op het gebied van compleet bewerken.
• Géén omsteltijden door enorme gereedschapvoorraad.
• Hoogst mogelijke nauwkeurigheid door productie in één cyclus.
• Duitse Topkwaliteit - made in Germany
INDEX-TRAUB ● WEILER ● SORALUCE ● TOYODA ● ELB-ABA ● MAXMILL
HILMA ● ROEMHELD ● STARK ● ZOLLER ● MAPAL ● WOHLHAUPTER ● SUHNER
LAAGLAND B.V. TEL. 010 - 292 22 22 WWW.LAAGLAND.NL
23 mei 2013 R200-R300 Seminar bij INDEX in Esslingen
Mul Task Machining: T G
GEEN EVOLUTIE MAAR EEN REVOLUTIE
GEEN EVOLUTIE MAAR EEN REVOLUTIE
TWEE 5TWEE 5--ASSERS INASSERS IN ÉÉN MACHINE!
ÉÉN MACHINE!
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 9
Het nabewerken van de door FMA gesmede 30-tons assen (foto: FMA)
Lichter, sterker en duurzamer blik
Empac, de Europese vereniging voor de producenten van metalen verpakkingen en haar toeleveranciers
hebben recent een onderzoek afgerond naar de driedelige 425 ml metalen blikverpakking voor
voedingsmiddelen. Uit dit onderzoek blijkt dat de CO2-voetafdruk van dit blikje in de periode 2000-
2010 gemiddeld met 30 procent is afgenomen. Sinds het jaar 2000 is het gemiddelde gewicht van een
blikje met 6 procent afgenomen, terwijl het Europese recyclingpercentage van staal met 44 procent is
toegenomen. In 2010 bereikte de blikindustrie een gemiddelde recyclagepercentage van 72 procent in
Europa, in een toenemend aantal landen ligt dit percentage zelfs boven de 80 procent
Begin 2013 is de verbouwing bij Van der Hoorn buigtechniek in
Geldrop afgerond. De aanbouw biedt plaats aan een schone
ruimte waar onder andere buizen gebogen worden voor de
hightechindustrie. De ingebruikname van de schone ruimte is
een eerste stap naar het cleanroom produceren van complexe
3D-buigopdrachten.
www.vanderhoorn.nl
Kennametal is voor de tweede maal op rij erkend als een van
‘s werelds meest ethische ondernemingen door The Ethisphere
Institute, een internationale denktank die zich sterk maakt voor
het creëren, bevorderen en overbrengen van de beste praktij-
ken in zakelijke ethiek, sociale verantwoordelijkheid in onder-
nemingen, corruptiebestrijding en duurzaamheid. Kennametal
Nederland is gevestigd in Arnhem.
www.kennametal.com
Valk Welding uit Alblasserdam gaat haar activiteiten in Frankrijk
uitbreiden vanuit een eigen vestiging in Compiègne, ten noor-
den van Parijs (F). De nieuwe vestiging, met een oppervlakte van
400 m2, biedt ruimte aan een verkoopkantoor, demonstratie-
ruimte en magazijn voor lastoevoegmaterialen en reserveonder-
delen voor aftersalesservice. In de demonstratieruimte zal een
aantal Panasonic lasrobots demo-gereed worden opgesteld.
www.valkwelding.com
Op 21 maart hebben de aandeelhouders van Miyachi ingestemd
met een vriendschappelijk overnamebod van Amada uit Ise-
hara, Kanagawa (JP). De raad van bestuur heeft bevestigd dat
Amada en Miyachi een sterke globale alliantie zullen gaan vor-
men. Miyachi Europa zal zijn identiteit, bedrijfsmodel en loca-
ties momenteel behouden en zal naar verwachting na verloop
van tijd geïntegreerd worden binnen de Amada-groep.
www.miyachieurope.com
De Zwitserse slijpmachinefabrikant Studer heeft voor hun be-
werkingssoftware ‘StuderTechnology’ de innovatieprijs ‘intec-
preis 2013’ op de gelijknamige beurs in Leipzig (D) gewonnen.
Met deze software kan voor iedere deelbewerking de juiste
instellingen bepaald worden en wordt de bediening van rond-
slijpmachines sterk vereenvoudigd. www.studer.com
De Technische Universiteit Delft heeft een vijfjarig contract on-
dertekend met Comsol. Hierdoor krijgen drieduizend weten-
schappelijke medewerkers toegang tot het pakket van Comsol
Multiphysics software. Ingenieurs en wetenschappers kunnen
ideeën, concepten en ontwerpen testen onder realistische om-
standigheden. Comsol heeft een kantoor in Zoetermeer.
www.comsol.nl
Vlak voor het Holland High Tech Event in Media Plaza in Utrecht
signeerden Automotive NL, Brainport Industries, Business Clus-
ter Semiconductors Netherlands, High Tech NL, Lucht- en Ruim-
tevaart Nederland, Mikrocentrum en FME een intentieverkla-
ring om op een aantal terreinen te gaan samenwerken in Hol-
land High Tech. De groeiambitie van de Holland High Tech is om
de export van 32 miljard euro in 2009 te verdubbelen naar 77
miljard euro in 2020.
www.hollandhitech.nl
k o r t
Grote naadloze assen en ringenDe Italiaanse producent van grote smeeddelen
FMA (Forgiatura Moderna Arese) heeft voor
Formaco Forgings & Castings uit Hasp enorme
smeedstalen ringen uit lasbaar veredeld S 460
materiaal gefabriceerd en assen uit de staalle-
gering 34CrNiMo6.
De ringen en assen zijn bedoeld voor de vele
draaipunten in het grootste hijsschip wat tot
nu toe gebouwd is: de ‘Pieter Schelte’. Het
schip is ontwikkeld en gebouwd voor het af-
bouwen van olieboorplatforms en geschikt om
massa’s te tillen tot wel 48.000 ton.
04-09_nieuws.indd 9 15-04-13 11:40
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 11
Zelf titaniumonderdelen makenHet Ganassi Indy Cars raceteam maakt al negen-
tien jaar gebruik van een door Kennametal uit-
geruste werkplaats. Hiermee kunnen ze titani-
umonderdelen in eigen huis maken tegen la-
gere kosten dan het aanschaffen van stalen al-
ternatieven. “99 procent van onze benodigde
bewerkingen wordt hier in eigen beheer uitge-
voerd,” zegt John Huffman, supervisor van de
Glasafdichting door lasersolderenHet Fraunhofer-Institut für Lasertechnik ILT uit
Aken (D) heeft een afdichtingsmethode ont-
wikkeld voor behuizingen van glas en/of kera-
miek waarbij met een minimum aan warmte-
toevoeging een kwalitatief goede afdichting
ontstaat. Gevoelige componenten zoals opti-
sche sensoren in medi-
sche toepassingen en
OLED onderdelen
worden in glas of ke-
ramiek ingekapseld
en zijn zo beschermd
tegen invloeden van
water en zuurstof. Op
de contactvlakken van
de behuizing wordt
bij de productie van
de afzonderlijke delen
een soldeerlaag aan-
gebracht. Deze twee
soldeerlagen worden
na sluiting door een
2D laserscannersys-
teem verwarmd en
smelten vervolgens samen. De toegevoegde
warmte wordt nauwkeurig alleen toegevoegd
daar waar de warmte benodigd is. Met dit zo-
genaamde contoursolderen is het mogelijk om
oppervlakken van 100 mm x 100 mm te verbin-
den bij een laag laservermogen.
Voordeel van een mobiele werkplaats is ondermeer dat onderdelen ter plekke gemaakt en/of aangepast
kunnen worden en er geen transporttijd verloren gaat (foto:Kennametal)
Gesoldeerde delen van glas/glas, glas/MAM, glas/silicium, glas/LTCC en glas/ITO
(foto: Fraunhofer ILT, Aachen)
NiTi legering imiteert spieren
Ingenieurs van de Universität des Saarlandes uit Saarbrücken (D) onderzoeken en testen met
modelvleermuizen een nikkeltitaanlegering (NiTi) die het gedrag van spieren imiteert. Door een draad
gemaakt van NiTi te verwarmen door er stroom door te sturen, trekt deze samen. Door afkoeling komt
deze draad door de geheugenwerking van de legering weer terug in zijn oorspronkelijke vorm. Bij de
mens komen de commando’s voor de spieren vanuit de hersenen in de vorm van zenuwimpulsen. Bij
de modelvleermuis zorgt een microcontroller in de vorm van een kleine halfgeleiderchip voor de juiste
stroomimpulsen. Met dit geavanceerde regelsysteem kunnen de bewegingen van de verschillende draden
volgens een vaste choreografie verlopen (foto: Universität des Saarlandes, Oliver Dietze)
13 t/m 16 mei 2013Laser World of Photonics
München (D)www.world-of-photonics.net
13 t/m 16 mei 2013technologiemeeting WFL
Linz (A)www.oudereimer.nl
14 t/m 17 mei 2013kasto Future Days 2013
Achern (D) www.kasto.de
14 t/m 17 mei 2013Control
Stuttgart (D)www.control-messe.de
15 mei 2013 CE-markering en machineveiligheid
Delftwww.nen.nl
22 en 23 mei 2013Vision, robotics en Mechatronics
Veldhoven www.vision-robotics.nl
4 en 5 juni 2013Materials 2013
Veldhoven www.materialenbeurs.nl
9 en 10 juli 2013thermprocess Summit
Düsseldorf (D)www.itps-online.com
3 t/m 5 september 2013Metavak Hardenberg
Hardenberg www.evenementenhal.nl
3 t/m 5 september 2013tIV Hardenberg
Hardenbergwww.evenementenhal.nl
16 t/m 21 september 2013
EMo Hannover 2013 Hannover (D) www.emo-hannover.de
A g E n D A
Metaalmanifestaties
10 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Zie ook onze meer uitgebreide agenda op
onze site www.metaalmagazine.nl of scan
met de Layar app met uw smartphone of
tablet
04-09_nieuws.indd 10 15-04-13 11:40
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 11
King Metaal Machinefa-
briek in Franeker breidt
uit met een 260 ton
Ermak kantpers. Directeur
eigenaar Tjerk Kingma:
“Met onze huidige kant-
banken liepen we met
maximaal 150 ton buigcapaciteit tegen beperkingen op. Met
deze vierassige Ermak SuperBend kantbank beschikken we nu
over 260 ton buigcapaciteit en kunnen we werkstukken tot
4.100 mm buigen. Daarmee kunnen we niet alleen grotere,
maar vooral ook dikkere plaat, met name staal en roestvaststaal
verwerken.”
www.landre.nl
www.kingmetaal.nl
Rijva uit Epe heeft vier nieuwe
Sangiacomo-excenterpersen
aan Sobinco in Zulte (B) gele-
verd. Bij de specificaties valt op
dat de 400 kN krukaspers type
T40 CE uitgerust is met een hori-
zontaal lichtscherm, waarbij de
C-vormige uitsparing in de zij-
schermen de mogelijkheid biedt
om lange producten op veilige
wijze in te voeren. De andere
drie machines (met een pers-
kracht van respectievelijk 500 kN, 630 kN en 1.000 kN) worden
geleverd met een pneumatisch bediend veiligheidsscherm.
www.rijva.nl
Kluizenfabrikant Gun-
nebo uit Doetinchem
gaat zijn lasrobots ver-
vangen door twee Yas-
kawa VA 1400 lasrobots.
De VA1400 is een ze-
venassige robot die speci-
aal ontwikkeld is voor de lastechniek. Door zijn zevende as is hij
vooral geschikt om producten te lassen die op zeer korte af-
stand van de robot opgespannen zijn. De VA1400 wordt ge-
monteerd op een basisframe samen met twee servogestuurde
draaitafels type R1000.
www.motoman.nl
Veratio uit Gouda heeft
het machinepark uitge-
breid met een SafanDar-
ley afkantpers van het
type EHP 230 42/37 CL. De
machine vervangt twee
bestaande kantbanken
van andere merken en zal worden ingezet voor eenvoudig tot
complex zetwerk met hoge eisen aan maatvoering en afwer-
king. De machine is met een werklengte van 4.200 mm en een
perskracht van 230 ton ook geschikt voor het buigen van grote
plaatdelen.
www.veratio.nl
M A r k t I M P u L S
Zelf titaniumonderdelen makenHet Ganassi Indy Cars raceteam maakt al negen-
tien jaar gebruik van een door Kennametal uit-
geruste werkplaats. Hiermee kunnen ze titani-
umonderdelen in eigen huis maken tegen la-
gere kosten dan het aanschaffen van stalen al-
ternatieven. “99 procent van onze benodigde
bewerkingen wordt hier in eigen beheer uitge-
voerd,” zegt John Huffman, supervisor van de
werkplaats en in zijn veertiende seizoen bij het
team. “Dat geldt ook voor onderdelen met
hoge toleranties, tot gemiddeld 0,005 mm.”
Bewerkingen worden voor een deel op vier
CNC machines (twee meerassige bewerkings-
centra en twee CNC draaicentra, waarvan een
met aangedreven gereedschappen en een sub-
spindel) uitgevoerd.
Glasafdichting door lasersolderensmelten vervolgens samen. De toegevoegde
warmte wordt nauwkeurig alleen toegevoegd
daar waar de warmte benodigd is. Met dit zo-
genaamde contoursolderen is het mogelijk om
oppervlakken van 100 mm x 100 mm te verbin-
den bij een laag laservermogen.
Voordeel van een mobiele werkplaats is ondermeer dat onderdelen ter plekke gemaakt en/of aangepast
kunnen worden en er geen transporttijd verloren gaat (foto:Kennametal)
Gesoldeerde delen van glas/glas, glas/MAM, glas/silicium, glas/LTCC en glas/ITO
(foto: Fraunhofer ILT, Aachen)
Efficiënt stansen en inpakken
Fraunhofer Institute for Algorithms and Scientific Computing (SCAI) uit Sankt Augustin (D) presenteerde
op de Hannover Messe 2013 de softwareoplossingen PackAssistant en AutoNester. Met PackAssistant
(afbeelding 1) kan berekend worden hoe onderdelen zo efficiënt mogelijk in een container verpakt
kunnen worden. Met AutoNester kunnen nesten op staalrollen zo efficiënt mogelijk worden ingedeeld
zodat zo min mogelijk materiaal verloren gaat. Op afbeelding 2 is dezelfde software gebruikt maar dan
voor de patroonindeling in leer. Met deze twee oplossingen is er minder restmateriaal bij de productie en
wordt er brandstof bespaard omdat er minder transportvolume nodig is (afbeelding: Fraunhofer/SCAI)
04-09_nieuws.indd 11 15-04-13 11:40
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 1312 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Met de nieuwe volautomatische productielijn voor walsen en laserlassen van Weil
Engineering kan Formula Air in Beek en Donk nu het hele scala aan buisdiameters
vanaf 80 mm in eigen huis produceren. Dat maakt korte levertijden mogelijk,
terwijl het laserlassen ook garant staat voor een goede en constante kwaliteit van
de lasnaad.
DOOR: JAN OONK
Op de nieuwe productielijn kunnen buisdiame-
ters van 80 mm tot 400 mm worden geprodu-
ceerd. Samen met de oudere laserlasmachine
(gevoed met dezelfde Trumpf TLF 3000 turbo
CO2-laserbron van 3 kW) kan daarmee een breed
diameterbereik van 80 mm tot 1.200 mm wor-
den gerealiseerd, zonder dat een beroep moet
worden gedaan op het logistiek centrum van de
Formula Air Group in België. “Dat maakt het
mogelijk om veel sneller te reageren op vragen
van klanten”, aldus productieleider Ron van
Wijngaarde. Voor de installatiebranche, waar
‘vandaag bestellen morgen leveren’ het parool
is, betekent dat een doorslaggevend winstpunt.
De nieuwe lijn opereert daarbij volledig automa-
tisch. Van Wijngaarde: “Na het vullen van de twee
platenstations is geen menselijke inbreng meer
nodig, totdat de kant-en-klare buis uit de machine
rolt.” Het tussentijds transport van plaat en buis
vindt plaats met robots, uitgerust met vacuümgrij-
pers. De maximale buislengte bedraagt 2 m, bin-
nen deze lengte kunnen ook meerdere korte buis-
delen tegelijkertijd worden gewalst en gelast.
Door de onderlinge positie van de walsrol aan de
bovenzijde en de twee geleidingsrollen aan de
onderzijde te variëren kan elke buisdiameter tus-
sen 80 en 400 mm worden gerealiseerd. De wals
beschikt over een bombering met vijf instelpun-
ten om zo nodig te kunnen corrigeren voor vari-
aties in plaatdikte en materiaaleigenschappen.
Buizen automatisch walsen en lassen
De nieuwe volautomatische productielijn voor walsen en laserlassen bij Formula Air, met op de voorgrond
de lasunit en op de achtergrond de wals (foto’s: Marian Oosterink)
12-13_Formula.indd 12 12-04-13 14:16
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 13
B E D R I J V I G H E I D
mogelijk om veel sneller te reageren op vragen
van klanten”, aldus productieleider Ron van
Wijngaarde. Voor de installatiebranche, waar
‘vandaag bestellen morgen leveren’ het parool
is, betekent dat een doorslaggevend winstpunt.
De nieuwe lijn opereert daarbij volledig automa-
tisch. Van Wijngaarde: “Na het vullen van de twee
platenstations is geen menselijke inbreng meer
nodig, totdat de kant-en-klare buis uit de machine
rolt.” Het tussentijds transport van plaat en buis
vindt plaats met robots, uitgerust met vacuümgrij-
pers. De maximale buislengte bedraagt 2 m, bin-
nen deze lengte kunnen ook meerdere korte buis-
delen tegelijkertijd worden gewalst en gelast.
Door de onderlinge positie van de walsrol aan de
bovenzijde en de twee geleidingsrollen aan de
onderzijde te variëren kan elke buisdiameter tus-
sen 80 en 400 mm worden gerealiseerd. De wals
beschikt over een bombering met vijf instelpun-
ten om zo nodig te kunnen corrigeren voor vari-
aties in plaatdikte en materiaaleigenschappen.
Want een perfecte aansluiting van de lasranden
is een voorwaarde voor het laserlassen.
Bij het laserlassen hangt de buis over een arm en
wordt tegelijkertijd ondersteund in een matrijs-
vorm. Dat voorkomt dat de buis, met wanddiktes
tussen 0,6 mm en 3 mm, uit kan zakken tot een
ongewenste eivorm. Voordat het lasproces van
start gaat wordt de buis ingeklemd en worden
de naden samengedrukt. Na het lassen worden
de buizen via een tussenstation (in de toekomst
mogelijk omgebouwd tot borstelunit) naar de
felsmachine geleid, waar de eindranden worden
aangebracht voor de spanringen waarmee de
buisdelen uiteindelijk luchtdicht worden verbon-
den. Afhankelijk van de diameter rolt er elke 46
s tot 62 s een buis uit de machine. “De capaciteit
van de productielijn ligt dusdanig hoog dat we
nog bezig zijn om de hele logistiek er omheen te
perfectioneren”, aldus Van Wijngaarde.
MeccanodoosHet aanbieden van een totaalconcept voor in-
stallatiebedrijven noemt Van Wijngaarde de
grote kracht van Formula Air. “Als one-stop-shop
leveren we een complete meccanodoos waar-
mee de installateur op pad gaat naar een pro-
ject”, zoals hij het formuleert. Van het buiswerk
en de frameconstructies tot en met alle bijko-
mende onderdelen als slangen, sluizen en filters.
“Kenmerk daarbij is dat elk project maatwerk is
qua uitvoering. Bij ons gaat het zelden of nooit
om een standaard product.” Of het nu gaat om
de voedingsmiddelenindustrie of de recycling-
sector, overal waar ontstoffing of transport met
behulp van lucht aan de orde is daar biedt For-
mula Air zijn diensten aan. Klanten zijn veelal
Nederlandse installatiebedrijven, die echter we-
reldwijd kunnen opereren. Zo lopen er momen-
teel projecten in Rusland en Turkije waarvoor
Formula Air de ‘meccanodoos’ heeft geleverd.
Dankzij de combinatie van verkoopafdeling en
productie in Beek en Donk en dankzij de uit-
breiding van de mogelijkheden met de nieuwe
wals- en laserlaslijn kan Formula Air daarbij
heel snel reageren, mocht er op locatie een
bocht of pijpdeel zijn vergeten of beschadigd
zijn geraakt. Zodat de montage zo min moge-
lijk stagnatie oploopt. “Met de nieuwe lijn is de
productiecapaciteit bovendien fors opgevoerd
en dat maakt de weg vrij voor nieuwe markseg-
menten en grotere projecten”, blikt Van Wijn-
gaarde in de toekomst.
Naast de nieuwe lijn telt het machinepark van
Formula Air nog een lasersnijmachine van Finn-
Power voor het maken van de juiste uitsnijdin-
gen en segmenten en een uitgebreide lasafde-
ling voor het samenstellen van frames, trech-
ters, kleppen, bochten en allerhande buiscon-
structies. De vakmensen worden hier door
Formula Air zelf opgeleid, laat Van Wijngaarde
weten. De materialen die worden verwerkt zijn
doorgaans, ondermeer afhankelijk van de toe-
passing, (sendzimir verzinkt)staal, roestvaststaal
en aluminium. Het laserlassen leent zich bij uit-
stek voor die variëteit aan materialen. <<<
Buizen automatisch walsen en lassen
Formula AirFormula Air in Beek en Donk (met vijftig medewerkers) maakt deel uit van de Formula Air
Group, die ook nog twee productielocaties telt in Vietnam en Litouwen en een verkoop-
kantoor in Frankrijk. Hoofdkantoor en logistiek centrum zijn gevestigd in België. Het bedrijf
beschikt over eigen engineers om architecten en installatiebedrijven te ondersteunen bij het
optimaliseren van de installaties. Dat strekt zich uit van zaken als productiviteit en efficiëntie
van de filtratie tot facetten als energie (terugwinning van warmte bijvoorbeeld), milieu en
veiligheid (voorkomen van stofexplosies).
Van plaat tot kant-en-klare buis
Productieleider Ron van Wijngaarde: “Wat we
leveren is een complete meccanodoos waarmee de
installateur op pad gaat naar een project”
12-13_Formula.indd 13 12-04-13 14:16
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 1514 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
In de industriële keramische sector heeft de 3D-printtechnologie tot nu toe nog nauwelijks voet
aan de grond gekregen, omdat de materiaaleigenschappen van het gerede product niet aan de
gestelde hoge eisen konden voldoen. Er zijn echter bedrijven die het thans toch mogelijk maken
om, met behulp van lithografie, keramische producten te printen, die qua materiaaleigenschappen
en kwaliteitsniveaus te vergelijken zijn met keramische producten welke met conventionele
productietechnieken tot nu toe zijn geproduceerd.
DOOR: JAC HANSSEN
Het 3D-printen van producten is de laatste jaren
in de kunststof- en metaalverwerkende indu-
strie al breed gemeengoed geworden. Er zijn
met deze techniek in metaal, kunststof, klei en
zelfs voedingsstoffen, vormen te produceren
welke voorheen met conventionele technieken
onmogelijk waren. Een van de bedrijven die ac-
tief is met het 3D-printen van keramiek is Lithoz
in Oostenrijk die de zogenaamde LCM-techno-
logie (Lithography-based Ceramic Manufactu-
ring Technology) samen met de universiteit in
Wenen heeft ontwikkeld.
LCM TechnologyHet LCM (Lithography-based Ceramic
Manufacturing)-proces is gebaseerd op een ho-
ningachtig mengsel van keramiekpoeder en
lichtgevoelige hars wat door bestraling laag voor
laag wordt uitgehard, waardoor uiteindelijk het
gewenste object ontstaat. Het bedrijf Lithoz is
vanuit de universiteit Wenen opgericht en is voor
deze LCM technologie al meerdere malen onder-
scheiden en voor een award genomineerd.
Johannes Homa, directeur van Lithoz legt uit:
“Breekpunten van de hele technologie zijn
sterkte en dichtheid van de geprinte kerami-
sche producten. Met de dichtheid werden in
het begin al gauw goede vorderingen gemaakt,
maar met de sterkte en stijfheid wilde het niet
zo goed lukken. Maar met juist deze sterkte/
stijfheid onderscheiden keramische producten
zich van andere materialen. Keramiek wordt
immers meestal bij extreem zware toepassin-
gen, zoals bij hoge drukken en hoge tempera-
turen ingezet, dus daar waar andere materialen
het af laten weten. De doorbraak kwam echter
medio 2010 met een honingachtig materiaal,
een mengsel van hars, keramische deeltjes en
fotopolymeren. De fotopolymeren harden bij
bestraling met blauw licht uit en houden het
keramische materiaal in de gewenste vorm.
Daarna wordt het product gesinterd in een
gramma’s. De eerste machines zijn al aan de
markt geleverd (voor specificaties zie tabel 1).
TechniekDe printtechnologie die onder meer ook op de
Lithoz-printer gebruikt wordt is DLP (Digital
Light Processing)-technologie. DLP is de techno-
logie, die gebruikt wordt, om de laaggegevens
in beeld om te zetten. De DLP-technologie wordt
ingezet in plaats van een laser (zoals bij poeder-
laseren). DLP staat daarmee op hetzelfde niveau
als laser. Echter daarnaast is er nog een aantal
maatregelen noodzakelijk om keramiek te kun-
nen verwerken. LCM (Lithography-based Cera-
mic Manufacturing Technology) is hetzelfde
vormgevingsproces als stereolithografie of la-
3D-printtechnologie voor technisch keramiek
Het 3D-printen
van keramiek
Turbineschoep uit keramisch materiaal Al2O3Turbineschoep uit keramisch materiaal Al2O3
Celstructuur met een materiaaldikte van 0,2 mm uit
keramisch materiaal Al2O3Detail van de CeraFab 7500 - 3D-printer van Lithoz
oven, waarbij de fotopolymeren verbranden.
Wat overblijft is een keramisch product met de
gewenste sterkte en dichtheid.” Over hoe pre-
cies de samenstelling van het mengsel is, laat
Homa zich niet uit. Het nieuwe systeem is in-
middels klaar voor de markt en is, inclusief ma-
chine, materiaal, alsook de belichtingstechniek,
gepatenteerd met vijf patentaanmeldingen.
Rapid prototypingHoma vervolgt: “Het grote voordeel bij 3D-prin-
ten is dat ook enkelstuks en kleine series kosten-
vriendelijk in relatief korte tijd gerealiseerd kun-
nen worden.” Hij vergelijkt de methode met een
typemachine tegenover een modern digitaal
tekstverwerkingsprogramma. “Vind je in de
tekst een fout, dan hoef je niet de hele tekst
weer opnieuw te doen, maar herstel je de fout
in het beeldscherm en print je de tekst nog een
keer uit. Zo ongeveer werkt het met het vervaar-
digen van een prototype. Als het keramische
product gewijzigd moet worden, kun je dat di-
rect in de 3D-tekening doen op het beeldscherm.
Het uitprinten van het 3D-model duurt daarna
nog drie tot vijf uur; beduidend sneller en kos-
tenvriendelijker dan de methodes die tot nu toe
werden gebruikt, waarbij nieuwe gereedschap-
pen en mallen gemaakt moeten worden. De
fantasie voor toepassingen kent nagenoeg geen
grenzen. Met deze 3D- printtechniek kunnen
producten en modellen gefabriceerd worden die
tot voor kort onmogelijk waren”, aldus Homa.
Lithoz levert naast de 3D-printmachines voor ke-
ramiek ook de benodigde materialen en de pro-
VerantwoordingBronnen:
- Dr. Joh. Homa, Direktor Lithoz GmbH
Wien (A)
- ing. M. de Bruiker, directeur Formatec
Technical Ceramics, Goirle
- ir. K.H. Polle, TNO Eindhoven
Foto’s: Hans Ringhofer (Lithoz) en
TNO Eindhoven
Schetsen: Ruiter Janssen (grafisch
ontwerper) en Lithoz
14-16_keramiek.indd 14 15-04-13 13:04
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 15
M A T E R I A L E N
gramma’s. De eerste machines zijn al aan de
markt geleverd (voor specificaties zie tabel 1).
TechniekDe printtechnologie die onder meer ook op de
Lithoz-printer gebruikt wordt is DLP (Digital
Light Processing)-technologie. DLP is de techno-
logie, die gebruikt wordt, om de laaggegevens
in beeld om te zetten. De DLP-technologie wordt
ingezet in plaats van een laser (zoals bij poeder-
laseren). DLP staat daarmee op hetzelfde niveau
als laser. Echter daarnaast is er nog een aantal
maatregelen noodzakelijk om keramiek te kun-
nen verwerken. LCM (Lithography-based Cera-
mic Manufacturing Technology) is hetzelfde
vormgevingsproces als stereolithografie of la-
sersinteren. Een product wordt dus laag voor
laag opgebouwd door met een beamer een af-
beelding in het bouwmateriaal te projecteren.
Daar waar het licht op de substantielaag valt,
hardt het materiaal meteen uit; een bekend
polymerisatie-effect dus. Door het DPL-principe
te combineren met meet- en regeltechniek, ont-
staat een intelligent 3D-printsysteem dat in staat
is op hoge snelheid zeer visceuze materialen te
verwerken, zoals bijvoorbeeld een keramische
slurry bestaande uit hars, technische keramiek-
deeltjes als aluminiumoxide Al2O3 en/of silicium-
carbide Sl3N4 en fotopolymeren. De laagdikte
tijdens het printen bedraagt, afhankelijk van het
soort product, tussen de 20 micrometer en 125
micrometer. Bij een bouwdeel van 20 mm zijn >>>
3D-printtechnologie voor technisch keramiek
Het 3D-printen
van keramiek
Turbineschoep uit keramisch materiaal Al2O3
Celstructuur met een materiaaldikte van 0,2 mm uit
keramisch materiaal Al2O3 Figuurtjes uit keramisch materiaal Al2O3 Open structuur uit keramisch materiaal Al2O3
oven, waarbij de fotopolymeren verbranden.
Wat overblijft is een keramisch product met de
gewenste sterkte en dichtheid.” Over hoe pre-
cies de samenstelling van het mengsel is, laat
Homa zich niet uit. Het nieuwe systeem is in-
middels klaar voor de markt en is, inclusief ma-
chine, materiaal, alsook de belichtingstechniek,
gepatenteerd met vijf patentaanmeldingen.
Rapid prototypingHoma vervolgt: “Het grote voordeel bij 3D-prin-
ten is dat ook enkelstuks en kleine series kosten-
vriendelijk in relatief korte tijd gerealiseerd kun-
nen worden.” Hij vergelijkt de methode met een
typemachine tegenover een modern digitaal
tekstverwerkingsprogramma. “Vind je in de
tekst een fout, dan hoef je niet de hele tekst
weer opnieuw te doen, maar herstel je de fout
in het beeldscherm en print je de tekst nog een
keer uit. Zo ongeveer werkt het met het vervaar-
digen van een prototype. Als het keramische
product gewijzigd moet worden, kun je dat di-
rect in de 3D-tekening doen op het beeldscherm.
Het uitprinten van het 3D-model duurt daarna
nog drie tot vijf uur; beduidend sneller en kos-
tenvriendelijker dan de methodes die tot nu toe
werden gebruikt, waarbij nieuwe gereedschap-
pen en mallen gemaakt moeten worden. De
fantasie voor toepassingen kent nagenoeg geen
grenzen. Met deze 3D- printtechniek kunnen
producten en modellen gefabriceerd worden die
tot voor kort onmogelijk waren”, aldus Homa.
Lithoz levert naast de 3D-printmachines voor ke-
ramiek ook de benodigde materialen en de pro-
dat circa 25 micrometer in ongeveer achthon-
derd lagen. De druksnelheid bij 25 micrometer
laagopbouw bedraagt 3 mm per uur, zodat het
proces, afhankelijk van de grootte van het pro-
duct zo’n vier tot acht uur zal bedragen. De zo
ontstane compositie van het model wordt
daarna door hoge verhitting van zo’n 1.500°C in
een oven samengesmolten, waarbij de hars vol-
ledig verbrandt en er tenslotte een functioneel
keramisch onderdeel overblijft.
SoftwareVoordat je kunt 3D-printen, moet het digitale
3D-model worden omgezet in een taal die 3D-
printers kunnen begrijpen: STL. Dit bestandsfor-
maat is afkomstig uit de stereolithografie, de
VerantwoordingBronnen:
- Dr. Joh. Homa, Direktor Lithoz GmbH
Wien (A)
- ing. M. de Bruiker, directeur Formatec
Technical Ceramics, Goirle
- ir. K.H. Polle, TNO Eindhoven
Foto’s: Hans Ringhofer (Lithoz) en
TNO Eindhoven
Schetsen: Ruiter Janssen (grafisch
ontwerper) en Lithoz
14-16_keramiek.indd 15 15-04-13 13:04
16 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
oudste rapid prototyping methode. Elke drie-
hoek wordt daarbij beschreven door een lood-
rechte richting en drie punten die de hoeken
van de driehoek vormen. Met deze gegevens
en een ‘slice’-algoritme is een 3D-object te prin-
ten met een 3D-printer. Een STL-file beschrijft
dus de geometrische vorm van een object in
driehoekjes, zoals de facetten van edelstenen.
Dit kan in ASCII en binair. Vervolgens snijden we
dit digitale bestand in plakjes, het zogenaamde
slicen, om dit vervolgens in stuurcode voor de
3D-printer om te zetten, de zogenaamde
G-code. Alle benodigde software wordt door
Lithoz bij haar 3D-printers geleverd. Deze soft-
ware zorgt er voor dat alles volledig zelfstandig
wordt afgewikkeld.
TNOTNO in Eindhoven werkt ook al twee jaar aan
technologie voor het 3D-printen van keramiek.
In het vaktijdschrift van TNO: TNOTIME, ver-
scheen in juni 2011 al een artikel van Krista H.
Polle, ‘3D-printen nu ook met keramiek’ en de
mogelijke toepassingen. Ook door TNO wordt
gebruikgemaakt van DLP als basistechnologie,
een technologie waar zij al meerdere patenten
voor toegekend heeft gekregen. De gepaten-
teerde technologie zorgt met name voor intel-
ligentie in het systeem waardoor bouwsnelhe-
den tot enkele centimeters per uur in keramiek
mogelijk zijn. Naast hightech toepassingen kijkt
TNO ook nadrukkelijk naar toepassingen bin-
nen de tandtechnische industrie.
Formatec CeramicsEen van de bedrijven die zich in Nederland ac-
tief bezig houdt met de ontwikkeling van het
3D-printen van keramische delen voor industri-
ele toepassingen is Formatec Ceramics in Goirle.
Het bedrijf opereert al zestien jaar op de inter-
nationale markt middels spuittechniek met de
vervaardiging van hoogwaardige keramische
delen voor industriële en esthetische toepassin-
gen. Vanaf zomer 2012 startte Formatec een
intensief onderzoek naar de toegevoegde
waarde van de additive manufacturing techno-
logie als aanvulling op de bestaande processen.
Er werden diverse processen bestudeerd, zoals
poederlaseren en de DLP (Digital Light
Processing)-techniek, waarbij uiteindelijk bleek
dat de DLP-techniek een hogere resolutie gaf
en derhalve betere oppervlaktes en hogere to-
leranties. Ook hier weer wordt dezelfde tech-
niek gebruikt: Het CAD-model van het product
wordt door STL-software opgedeeld in laagjes.
Deze laagjes worden vervolgens door de DLP-
chip geprojecteerd op de bodem van het reser-
voir waarin zich het mengsel bevindt van hars,
fotopolymeer en keramisch poeder. Tijdens de
projectie wordt de fotopolymeer geactiveerd
en het mengsel wordt uitgehard. Als alle lagen
gereed zijn is een ‘groen’ product ontstaan wat
nog, zoals gebruikelijk met keramisch ge-
vormde producten, een nabehandelingsproces
ondergaat, zoals het zogenaamde de-binden
(fotopolymeer verwijderen) en sinteren (ver-
dichten).
De technologie van Lithoz
ToepassingenZonder dure matrijzen kan in relatief korte tijd
een hoogcomplex keramisch product worden ge-
fabriceerd met zeer nauwe toleranties en wat
ook nog eens volledig functioneel is. Dit kan in
enkelstuks, maar ook in kleinere series en voor-
namelijk daar, waar andere technieken het laten
afweten, zoals de vervaardiging van ondersnij-
dingen, complexe koelkanalen, dunne wanddik-
tes en foam-achtige structuren. Overhangende
structuren hebben wel ondersteuningsstructuren
nodig, maar dat wordt in de software voorzien.
Wel moeten deze ondersteuningen aan het kera-
misch product nadien worden verwijderd door
slijpen of zagen. De toepassingen zijn legio: van
slijtvaste keramische delen voor de medische sec-
tor zoals onder meer (bot)implantaten en hart-
pomponderdelen, tot toepassingen in de textiel-,
horloge- en sieradenindustrie, ruimtevaart, me-
chanica en elektrotechnische microsystemen.
MarktFormatec verwacht met deze nieuwe techniek
in de komende tijd een substantieel aandeel
van haar omzet van zo’n 10 à 20 procent. Voor
concurrentie is het bedrijf niet zo beducht. Mi-
chiel de Bruiker (directeur van Formatec): “Er
zijn niet zo veel bedrijven, die de knowhow,
machinepark en de jarenlange ervaring in huis
hebben voor het vervaardigen van hoogwaar-
dige keramische producten. Het 3D-printen van
keramische producten is een uitstekende aan-
vulling op onze reeds bestaande activiteiten op
keramisch gebied. Er ligt echter wel een taak
voor ons om de ontwikkelaars, designers en re-
searchtechnici van onze afnemers er van te
overtuigen dat deze techniek bruikbaar is en
dat ze dit in hun ontwerpen probleemloos kun-
nen toepassen. Wij moeten de markt dus op
technologisch gebied overtuigen.” <<<Fantasietoepassingen kent nagenoeg geen grenzen
Specificatie printer LithozDe Lithoz-printer is ontworpen voor het
maken van kleine hoogwaardige onder-
delen met de volgende specificaties:
Max. productafmeting: 254 mm x 384
mm x 203 mm
Resolutie: 40 micrometer
Laagdikte: 25 micrometer -
100 micrometer
Snelheid: 2,5 mm/h
DLP-chip: 1.980 pixels x 1.080 pixels
Bouwplatform: 76 mm x 43 mm
14-16_keramiek.indd 16 15-04-13 13:04
www.metaalmagazine.nl
Dakar Rally Jaarboek 2013Ga naar www.eismamediagroep.nl/dakar en bestel het jaarboek voor slechts 35 euro!
Ga voor meer informatie naar www.eisma.nl of neem direct contact op 088 2944 700
Als relatie van Eisma Industrialmedia krijgt u
17,50 euro korting op het nieuwe Dakar Rally
Jaarboek van 2013. U betaalt slechts 35 euro voor
dit unieke naslagwerk in plaats van 52,50 euro.
Het Dakar Press Team, dat de Dakar 2013 met maar
liefst acht fotografen op de gevoelige plaat heeft
vastgelegd, heeft een waanzinnig mooie fotoreportage
geproduceerd van de zwaarste rally ter wereld.
Het vuistdikke fotoboek werd onlangs gepresenteerd
en is nu te bestellen. Ga naar de webshop en bestel
het jaarboek! www.eismamediagroep.nl/dakar
DAKAR RALLY JAARBOEK 2013 van 52,50 nu voor 35,-
GENERAL MACHINING
w w w.un i s i g n .n lYour partner in productivity
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 1918 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Om kosten en levertijden in de hand te houden, richt machinebouwer Wemo uit
’s-Hertogenbosch zich sinds kort op het ontwikkelen van standaard aandrijfmodules.
Bosch Rexroth uit Boxtel is als partner bij deze ontwikkelingen betrokken.
DOOR: MARJOLEIN DE WIT-BLOK
Een aansprekend voorbeeld van standaardise-
ring is de rol die Bosch Rexroth speelde bij de lijn
voor een klant van Wemo die kantoormeubelen
maakt. De ponsmodule uit deze lijn is de eerste
module die Wemo als ‘standaard’ wil ontwik-
kelen. Dit vergt een hele andere aanpak aange-
zien het bedrijf in de ontwerpfase nu niet vanuit
het product, maar vanuit functies moet denken.
De complete lijn is ongeveer 20 m lang en start
met een haspel waarvan de rol staal wordt afge-
rold en ingevoerd in de richtmachine. Het gaat
hierbij om plaatmateriaal met een dikte van 0,6
mm - 2 mm en een breedte van maximaal 1,25
m. Na het richten van het materiaal gaat het
door een perforatiepers die verschillende perfo-
raties maakt, vervolgens door de ponsmodule
waarna een dwarsschaar de plaat in de ge-
wenste stukken knipt. Hierna worden de stuk-
ken door middel van een draaimodule in de
juiste positie gebracht voor het stapelstation.
Vervolgens worden de onderdelen in een buig-
machine gebracht waar de laatste buigbewer-
kingen plaatsvinden. Voor het positioneren van
de plaat wordt een tweeassige manipulator ge-
bruikt waardoor het mogelijk is om aan alle vier
de zijden van de plaat te buigen.
Hydraulisch én elektrischDe gestandaardiseerde module om te stansen
– in deze machinelijn de CPC 1250 – is onder
meer bijzonder omdat er gewerkt wordt met
zowel hydraulische als elektrische aandrijftech-
niek. Er zijn dan ook twee specialisten van
Bosch Rexroth ingezet die elk hun eigen deel
hebben uitgewerkt maar elkaar konden aan-
vullen waar nodig.
De ponsmodule bestaat uit een tafel met een
bovenplaat die naar boven en beneden kan be-
wegen om zo het ponsgereedschap in het ma-
teriaal te drukken. Wemo heeft de machine
zodanig geconstrueerd dat er – ten opzichte
van vergelijkbare machines – tot 30 procent
meer ponsgereedschappen in dezelfde ruimte
zijn onder te brengen. Voor de aandrijving van
het ponsgereedschap is gekozen voor hydrau-
liek. Dit vanwege de hoge krachtdichtheid (de
compacte unit maakt ponskrachten tot 280 kN
(28 ton) mogelijk), levensduur, de hoge snel-
heid en nauwkeurigheid. De aandrijving be-
staat uit een Rexroth servoklep 4WS2EM10 ge-
combineerd met de Rexroth regelkaart HACD
en drukopnemers. Door slim te kiezen voor hy-
draulische CGH1 cilinders met doorlopende zui-
gerstangen met verschillende stangdiameters,
is optimaal gebruik gemaakt van het beschik-
bare geïnstalleerde vermogen van 30 kW. Ver-
der leverde Bosch Rexroth voor de hydraulische
aandrijving de benodigde hydrauliekaggrega-
ten en het in eigen huis ontwikkelde en bijbe-
horende hydraulische stuurblok.
SimulatieOm de juiste keuzes te kunnen maken met het
oog op de gewenste krachten, snelheden en
nauwkeurigheden, is het gehele ponsproces bij
Bosch Rexroth gesimuleerd. Deze simulatie re-
sulteerde in een rapport waarin onder meer de
snelheidsdiagrammen, het krachtenbereik en
het dynamische gedrag van het benodigde hy-
draulische systeem zijn opgenomen. Deze si-
mulaties zijn essentieel aangezien het ontwer-
pen van een goede hydraulische aandrijving,
rekening houdend met onder meer de fre-
quentie van het systeem en de samendrukbaar-
heid van de olie, een complex proces is. Naast
de hydraulische aandrijving zijn er verschil-
lende elektrische servo-aandrijvingen toege-
past waarvan twee frequentiegestuurd en zes
aangestuurd via IndraDrive servoregelaars.
Deze aandrijvingen worden onder meer ge-
bruikt voor het snel en nauwkeurig positione-
ren van het ponsgereedschap.
BuigmachineDe tweede machine uit de lijn waar Bosch Rex-
roth reeds in een vroeg stadium bij betrokken
was, betreft de CNCB 2210 buigmachine. Deze
heeft een maximale buiglengte van 2,25 m en
kan materialen met een dikte van 0,7 mm - 1,25
mm aan. Ook hier is een combinatie van hy-
Wemo: klantspecifiek met standaardmodulesMachinebouwer Wemo levert machines voor plaatbewerking over de hele wereld. In prak-
tisch alle gevallen gaat het om complete en klantspecifieke lijnen die vanaf de basis worden
ontwikkeld en opgebouwd. In een nieuwe bedrijfsfilosofie heeft Wemo opgenomen dat de
machines nog altijd klantspecifiek zijn, maar wel zoveel mogelijk opgebouwd uit standaard-
modules. Door te standaardiseren is het niet nodig om steeds het wiel opnieuw uit te vinden
waardoor uiteindelijk wordt bespaard op ontwikkelingskosten en levertijden. Bovendien be-
tekent het werken met standaardmodules een hogere betrouwbaarheid.
CPC1250 stansmachine van Wemo (foto’s: Wemo/Bosch Rexroth)
Met standaardaandrijving
sneller op de markt
18-19_Wemo.indd 18 12-04-13 14:20
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 19
M E T A A L B E W E R K E N
(28 ton) mogelijk), levensduur, de hoge snel-
heid en nauwkeurigheid. De aandrijving be-
staat uit een Rexroth servoklep 4WS2EM10 ge-
combineerd met de Rexroth regelkaart HACD
en drukopnemers. Door slim te kiezen voor hy-
draulische CGH1 cilinders met doorlopende zui-
gerstangen met verschillende stangdiameters,
is optimaal gebruik gemaakt van het beschik-
bare geïnstalleerde vermogen van 30 kW. Ver-
der leverde Bosch Rexroth voor de hydraulische
aandrijving de benodigde hydrauliekaggrega-
ten en het in eigen huis ontwikkelde en bijbe-
horende hydraulische stuurblok.
SimulatieOm de juiste keuzes te kunnen maken met het
oog op de gewenste krachten, snelheden en
nauwkeurigheden, is het gehele ponsproces bij
Bosch Rexroth gesimuleerd. Deze simulatie re-
sulteerde in een rapport waarin onder meer de
snelheidsdiagrammen, het krachtenbereik en
het dynamische gedrag van het benodigde hy-
draulische systeem zijn opgenomen. Deze si-
mulaties zijn essentieel aangezien het ontwer-
pen van een goede hydraulische aandrijving,
rekening houdend met onder meer de fre-
quentie van het systeem en de samendrukbaar-
heid van de olie, een complex proces is. Naast
de hydraulische aandrijving zijn er verschil-
lende elektrische servo-aandrijvingen toege-
past waarvan twee frequentiegestuurd en zes
aangestuurd via IndraDrive servoregelaars.
Deze aandrijvingen worden onder meer ge-
bruikt voor het snel en nauwkeurig positione-
ren van het ponsgereedschap.
BuigmachineDe tweede machine uit de lijn waar Bosch Rex-
roth reeds in een vroeg stadium bij betrokken
was, betreft de CNCB 2210 buigmachine. Deze
heeft een maximale buiglengte van 2,25 m en
kan materialen met een dikte van 0,7 mm - 1,25
mm aan. Ook hier is een combinatie van hy-
draulische en elektrische aandrijftechniek toe-
gepast. De klemming van het plaatmateriaal
gebeurt hydraulisch, de overige bewegingen
ten behoeve van het buigproces worden servo-
elektrisch uitgevoerd met behulp van Indra-
Drive regelaars en motoren. Hierbij zijn de be-
wegingen volledig vrij te programmeren zodat
met deze module uiteindelijk verschillende
buigprincipes zijn uit te voeren. Tevens biedt
het de mogelijkheid om te buigen zonder rela-
tieve bewegingen van het gereedschap waar-
door geen beschadigingen aan het plaatmate-
riaal kunnen ontstaan. Dit biedt onder meer
voordelen bij voorgelakte plaat. Bijzonder is
verder dat het buigmes op drie plaatsen wordt
aangedreven – verdeeld over de volle buig-
breedte – waardoor de elektrische aandrijving
ook te gebruiken is voor de bombering.
Wemo is goed te spreken over de samenwer-
king. Door Bosch Rexroth reeds in een vroeg
stadium in het ontwerpproces te betrekken
heeft het bedrijf kennis ‘in huis’ gehaald om
binnen één machine zowel hydraulische als
elektrische aandrijftechniek te kunnen combi-
neren. Met behulp van de simulaties is er bin-
nen relatief korte tijd een complete lijn ontwik-
keld én is een belangrijke bijdrage geleverd aan
de ontwikkeling van de standaardmodule.
Daarbij heeft Bosch Rexroth ook meegedacht in
de veiligheid van de machine en de energie-
effi ciëntie. De ponskracht is bijvoorbeeld in te
stellen op basis van het gereedschap en de
dikte van het materiaal. <<<
Wemo: klantspecifi ek met standaardmodulesMachinebouwer Wemo levert machines voor plaatbewerking over de hele wereld. In prak-
tisch alle gevallen gaat het om complete en klantspecifi eke lijnen die vanaf de basis worden
ontwikkeld en opgebouwd. In een nieuwe bedrijfsfi losofi e heeft Wemo opgenomen dat de
machines nog altijd klantspecifi ek zijn, maar wel zoveel mogelijk opgebouwd uit standaard-
modules. Door te standaardiseren is het niet nodig om steeds het wiel opnieuw uit te vinden
waardoor uiteindelijk wordt bespaard op ontwikkelingskosten en levertijden. Bovendien be-
tekent het werken met standaardmodules een hogere betrouwbaarheid.
Zowel hydraulisch als elektrisch
CPC1250 stansmachine van Wemo (foto’s: Wemo/Bosch Rexroth)
Met standaardaandrijving
sneller op de markt
Hydraulisch besturingsblok, uitgevoerd met Rexroth
regelventiel
Frank Habraken, manager techniek Wemo (rechts)
en Cor Groot van Bosch Rexroth
Gereedschap ponseenheid met servomotoren voor
de positionering
30 kW aggregaat met
geluidsarme PGH pomp
30 kW aggregaat met
geluidsarme PGH pomp
18-19_Wemo.indd 19 12-04-13 14:20
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 2120 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Grafeen is een vorm van koolstof die bestaat uit een enkele laag ter dikte van één
atoom. Het grafeen is een enkele laag atomen die er uit ziet als kippengaas en
bestaat uit een platte honingraatstructuur. Het dunste materiaal tot nog toe en
één van de sterkste. Grafiet zou je kunnen zien als een stapel van deze lagen.
DOOR: MAARTEN SWART
Er wordt gesteld dat grafeen sterker is dan dia-
mant, tweehonderd keer beter qua breek-
sterkte dan staal, elektriciteit beter geleidt dan
koper en zelfs honderd keer beter dan silicium.
Gelet op warmtegeleiding zou grafeen alle ma-
terialen overtreffen en daarbij ook nog even
flexibel zijn als rubber. Toevoeging van 1% zou
zelfs kunststof geleidend kunnen maken. Het is
bijna geheel doorzichtig, maar tegelijkertijd
ook zo dicht dat heliumatomen er niet door-
heen kunnen. Aanvankelijk nog niet erg stabiel
als materiaal, totdat het werd geïsoleerd door
André Geim aan de Universiteit van Manches-
ter. Geim, van oorsprong Russisch, wordt ge-
noemd als ontdekker van grafeen, rond 2003
en is naast onderzoeker in Manchester ook
gastprofessor aan de Universiteit van Nijmegen.
UitvoeringsvormenEr zijn verschillende vormen waarin grafeen al
geleverd wordt: industriekwaliteit, enkellaags,
carboxylgrafeen, grafeenoxide, nanopellets, na-
nodeeltjes en grafeenfluoride. Door middel van
chemisch opdampen (CVD) maakt men grafeen-
schuim, grafeen op koperfolie, op nikkelschuim,
op siliciumoxide, kunststoffen (PET, PMMA), glas
en kwarts. Ook zijn transfers beschikbaar waar-
mee een laagje grafeen aan te brengen is op
diverse andere materialen. Bij de CVD-methode
wordt grafeen opgebracht op metalen substra-
ten bij hoge temperaturen. Koper- en nikkelsub-
straten worden toegepast om als katalysator te
dienen bij het ‘aangroeien’ van laagjes grafeen.
ToepassingenEr kunnen bijzondere elektronische componen-
ten, zoals transistoren en halfgeleiders van gra-
feen worden gemaakt. Door de dunheid kan de
elektrische geleiding van het materiaal goed
worden geregeld. Het liefst zou je dat natuur-
lijk met metalen ook willen, maar die kunnen
niet zodanig dun worden gefabriceerd om hun
geleidbaarheid te kunnen instellen en regelen.
Transistoren van grafeen kunnen werken op
veel hogere frequenties dan silicium transisto-
ren die momenteel in gebruik zijn. Gehele IC’s
(geïntegreerde schakelingen) kunnen nog niet
uit grafeen worden gemaakt, omdat men een-
voudigweg grafeen nog niet groot genoeg kan
vervaardigen. De techniek staat nu nog in de
kinderschoenen, er wordt verwacht dat transis-
toren van grafeen stukken kleiner zullen wor-
den dan de huidige (silicium) transistors.
Binnen de elektronica gaat het om ‘flexibel,
dun en buigbaar’. Met grafeen kunnen straks
OLED’s en hologrammen gemaakt worden en
ook intelligente vensters: LCD schermpjes die
zowel mat-doorzichtig kunnen zijn als ook
tekst en beeld kunnen tonen indien geacti-
veerd. Ook zeer flexibele en ook zeer gevoelige
touchscreens voor mobiele en smarttelefoons
zijn maakbaar. Er zullen zeer kleine elektroni-
sche schakelingen en componenten met hoge
capaciteiten komen, maar ook zeer snelle,
kleine en goedkope optische sensoren.
Hoge ladingenGrafeen vertoont een zeer hoge geleidbaarheid,
kan hoge energieladingen doorgeven, heeft een
groot oppervlak per gewichtseenheid en is elek-
trochemisch voor veel toepassingen geschikt.
Het materiaal is uitermate geschikt voor accu’s
en condensatoren. Door grafeen toe te voegen
aan het titaniumoxide van de elektroden van
een batterij kunnen duurdere materialen die
worden gebruikt in Li-Ion batterijen worden ver-
vangen. Daarnaast zou grafeen ook een vervan-
ging kunnen zijn van koolstofadditieven in Li-Ion
batterijen. Ook organische zonnecellen lijken
een goede mogelijkheid, vooralsnog in kleine
formaten. Wanneer gasmoleculen in contact
komen met grafeen, kunnen de elektronische
eigenschappen erg goed worden gemeten, zelfs
zodanig dat de aanwezigheid van een enkel gas-
molecuul kan worden gedetecteerd.
Detectie van medicijnen en drugs, van slechts
enkele moleculen in het lichaam, voor veiligheid
op vliegvelden is een andere toepassing. Denk
verder aan inkt met chemische, biochemische of
fysische eigenschappen om stoffen te kunnen
detecteren of te identificeren. De dunheid en
Coating met dikte van één atoomEr wordt ook al veel gesproken over na-
nocoatings: isolatie, afstoting en gelei-
ding komen daar aan de orde. Grafeen is
daarnaast bestand tegen zuren en logen
als waterstoffluoride en ammoniak.
Mede door de ondoordringbaarheid
van de zeer dunne laag zou je dan in de
toekomst een laag kunnen verkrijgen ter
dikte van een atoom, welke bescherming
biedt tegen al deze middelen.
Erg lastig te hanteren
Superdun grafeen enorm sterk
Onderzoek aan grafeen onder hoogvacuüm. Er is nog veel onderzoek nodig om grafeen rijp voor de markt te
maken (foto: Georgia Tech)
Illustratie van een gegolfde laag grafeen, het oogt als kippengaas (foto: The University of Manchester/Jannik
Meyer)
20-21_Grafeen.indd 20 12-04-13 14:21
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 21
M A T E R I A L E N
groot oppervlak per gewichtseenheid en is elek-
trochemisch voor veel toepassingen geschikt.
Het materiaal is uitermate geschikt voor accu’s
en condensatoren. Door grafeen toe te voegen
aan het titaniumoxide van de elektroden van
een batterij kunnen duurdere materialen die
worden gebruikt in Li-Ion batterijen worden ver-
vangen. Daarnaast zou grafeen ook een vervan-
ging kunnen zijn van koolstofadditieven in Li-Ion
batterijen. Ook organische zonnecellen lijken
een goede mogelijkheid, vooralsnog in kleine
formaten. Wanneer gasmoleculen in contact
komen met grafeen, kunnen de elektronische
eigenschappen erg goed worden gemeten, zelfs
zodanig dat de aanwezigheid van een enkel gas-
molecuul kan worden gedetecteerd.
Detectie van medicijnen en drugs, van slechts
enkele moleculen in het lichaam, voor veiligheid
op vliegvelden is een andere toepassing. Denk
verder aan inkt met chemische, biochemische of
fysische eigenschappen om stoffen te kunnen
detecteren of te identificeren. De dunheid en
geleiding maken toepassing mogelijk bij het ‘se-
quencen’ van DNA (het bepalen van de volg-
orde van de nucleotiden van een stuk DNA).
Grafeen is een razend sterk materiaal en daar-
door kunnen objecten van micro- of nanofor-
maat goed worden vastgehouden om bekeken
te worden door een elektronenmicroscoop.
Vergelijkbaar met de manier waarop ‘gewone’
samples tussen glasplaatjes worden bekeken.
Door de dunheid van het grafeen zal het de
waarneming van het te onderzoeken object
niet beïnvloeden.
Nog veel onderzoekOndanks dat grafeen vele potentiële toepassin-
gen heeft is toch nog veel onderzoek nodig.
Grafeen moet qua oppervlakte-eigenschappen
nog stabieler gemaakt worden om eigenschap-
pen blijvend te kunnen garanderen. De kosten
zijn ook nog erg hoog. Grafeen van zeer hoge
kwaliteit kost momenteel ruim 1.000 euro per
mm². Oppervlaktes van 1 mm² kunnen worden
verkregen. Mindere kwaliteit, via CVD ‘aange-
groeide’ grafeen, wordt verkocht voor ruim 10
euro per cm², maar is voor hoogwaardige elek-
tronicatoepassingen ongeschikt. Het is ook ver-
krijgbaar in oplossingen voor ruim 500 euro per
mg. Door de ‘dikte’ is het materiaal erg lastig te
hanteren. Het materiaal moet bij toepassing
steeds overgebracht worden van het ene sub-
straat naar het andere. Dat lukt nog niet goed
met behoud van kwaliteit. Voor elektronicatoe-
passingen moet het ‘aangroeien’ op zogeheten
‘wafers’ geschikt worden gemaakt. Dit voor
standaardplaten van minimaal 12” doorsnee
om interessant te zijn voor de chipindustrie.
Voor transparante en geleidende films moet de
lichtdoorlatendheid op elektronenniveau nog
worden verbeterd om (te) veel lichtabsorptie te
voorkómen. Voor batterijen moet meer inzicht
komen in de interactie van grafeen met de ge-
bruikte elektrolyten. De geschiktheid voor zon-
necellen moet verbeterd worden, de lichtab-
sorptie functioneert nog niet optimaal. Voor
het versterken van polymeermatrices moet de
hechting van de grafeenvlokken worden verbe-
terd. Grafeen moet bij toepassing voor senso-
ren nog selectief gevoelig worden gemaakt
voor specifieke stoffen. We zijn er dus nog
(lang) niet. Het is nog niet te verwachten dat
grafeen spoedig beschikbaar zal zijn voor veel
praktische en betaalbare toepassingen. De kans
dat die toepassingen uiteindelijk toch zullen
worden gerealiseerd wordt echter wel groot
geacht door de vele deskundigen. <<<
Geleidende kunststofEen toepassing van grafeen is geleiding
van kunststoffen om vliegtuigvleugels
resistent te maken tegen blikseminslag
en om elektrostatische ontlading te
voorkómen in de brandstofleidingen
en -tanks. Afscherming van voertuigen
tegen elektromagnetische straling is
ook een toepassing. Ook zou grafeen
een rol kunnen spelen bij de vervanging
van metalen in vliegtuigen en auto’s om
gewicht te besparen zonder aan sterkte
in te boeten.
Coating met dikte van één atoomEr wordt ook al veel gesproken over na-
nocoatings: isolatie, afstoting en gelei-
ding komen daar aan de orde. Grafeen is
daarnaast bestand tegen zuren en logen
als waterstoffluoride en ammoniak.
Mede door de ondoordringbaarheid
van de zeer dunne laag zou je dan in de
toekomst een laag kunnen verkrijgen ter
dikte van een atoom, welke bescherming
biedt tegen al deze middelen.
Erg lastig te hanteren
Illustratie van een gegolfde laag grafeen, het oogt als kippengaas (foto: The University of Manchester/Jannik
Meyer)
Voorbeeld van een flexibel, transparant en uiterst
dun ‘touchscreen’ (foto’s: Samsung)
20-21_Grafeen.indd 21 12-04-13 14:21
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 2322 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
“Unisign geen kopstaartfabriek”
Op 23 maart vierde Unisign het 40-jarig bestaan.
Ook werd die dag in Panningen een nieuwe hal
officieel in gebruik genomen. Die 5.000 m2 grote hal
functioneert als productiehal, showroom én als
technologiecentrum. Metaal Magazine had een
vraaggesprek met directeur Paul van Ruth.
DOOR: REINOLD TOMBERG
“Je moet zelf verspanen. Hoe kun je anders je
klanten adviseren over verspanende bewerkin-
gen.” Werktuigbouwer Paul van Ruth (40)
volgde in 2008 bij het 35-jarig bestaan van Uni-
sign zijn vader Bart - ook een techneut in hart en
nieren - als directeur op. Vader en zoon geloven
heilig in wat onze Oosterburen zo mooi een
‘hohe Fertigungstiefe’ noemen. Paul van Ruth:
“Unisign is geen kopstaartfabriek. We hebben
het gehele proces in huis. Alles onder één dak:
verkoop, engineering, onderdelenaanmaak, as-
semblage, bouwen van elektrokasten, bedra-
ding, besturing met de bijbehorende software,
installatie, service en de aftersales.” De 180
mensen van Unisign ontwikkelen en bouwen op
deze manier per jaar pakweg veertig CNC-ma-
chines. We praten over relatief grote machines:
verticale bewerkingscentra waarvan één van de
werkstukafmetingen meestal groter is dan
1.000 mm. De familieonderneming Unisign is
een échte machinebouwer. In Panningen wor-
den bijvoorbeeld de freeskoppen, ook de vijfas-
sige hogesnelheidskoppen, helemaal zelf ge-
bouwd. Een ander voorbeeld: Unisign maakt
zelf de lagers met een diameter van 3 m voor de
grote carrouseltafels die worden ingezet voor
draaiwerkzaamheden op de verticale bewer-
kingscentra. De rollen van lagers worden inge-
kocht, de ringen en kooien voor de rollen wor-
den in de eigen verspanende afdeling gemaakt.
Van Ruth is de eerste om toe te geven dat dit
toch iets moeilijker was dan dat ze gedacht had-
den, “als je er verspaningswarmte inbrengt,
gaan ze golfvormig vervormen”, maar de vol-
doening is groot als het lukt om dergelijke la-
gers zelf te maken. Unisign heeft zich laten ver-
leiden tot het uitstapje van de lagerfabricage
omdat ze niet tevreden was met de kwaliteit
van de lagers die op de markt aangeboden wer-
den. “Bovendien gingen de fabrikanten van
windmolens voor bij de levering van lagers en
dat is voor ons natuurlijk niet acceptabel. Dan
gaan we ze zelf maken.”
Het zelf verspanen is dus erg belangrijk voor
Unisign. In Panningen is een tiental machines
van eigen fabricaat actief. “Voor onze enginee-
ring is het enorm belangrijk dat ze terugkoppe-
ling krijgen vanuit bijvoorbeeld de assemblage
en de verspaningsafdeling. Dit is een synergie-
effect dat de kwaliteit van onze machines ver-
betert.” Het verspanen met eigen machines is
voor Unisign natuurlijk ook dé manier om de
eigen machines 100 procent te leren kennen.
“Wij krijgen feedback van onze operators op de
werkvloer. Dat vergroot onze verspaningsken-
nis die we ook inzetten voor onze afnemers en
de minpuntjes in onze machines ontdekken we
als eerste zelf.”
Techno-Beurs 1982Unisign is opgestart in 1973 als een enginee-
ringsbureau in Panningen. Het verhaal van Uni-
sign als leverancier van een eigen merk metaal-
bewerkingsmachines begint in 1982. Op de
Techno-Beurs in Utrecht werd toen voor
150.000 gulden de CNC-boormachine UB 16 NC
voorgesteld. Volgens Van Ruth nog steeds dé
belangrijkste stap voor Unisign: “Grensverleg-
gend: een verticale, vastbedmachine met een
bewegende kolom achter de machine. De
hoofdspil verwisselde als een ‘pick up’-manipu-
lator de zestien gereedschappen. Al onze hui-
dige machines kun je zien als logische ver-
volgstappen op dit machineconcept.” Paul van
Ruth ziet een aantal belangrijke ontwikkelings-
stappen voor Unisign in de afgelopen dertig
jaar. Als eerste de ontwikkeling van boren naar
frezen. In de jaren tachtig was de Univers 8 de
eerste machine met een ramconstructie voor
écht freeswerk. Een volgende mijlpaal voor Uni-
sign was twintig jaar geleden de integratie van
frees- en draaibewerkingen in het verticale ma-
chineconcept. Bijzonder was dat Unisign bij dit
compleetwerken ook uitging van de ramcon-
structie (dus niet een pinole-constructie). Een
ram is beter geschikt om mee te frezen en het
aankoppelen van bewerkingskoppen kan sta-
bieler. Bij andere machinebouwers was vaak de
draaimachine het uitgangspunt en had je het
eigenlijk over draaifrezen. Doorgaans wordt
frezen als lastiger gezien in vergelijking met het
draaien, Unisign ziet dit als een voordeel. Met
de verticale machines voor compleetbewerken
heeft Unisign een grote sprong gemaakt als
machinebouwer. Een van de laatste stappen is
het vijfassig bewerken en de hogesnelheids-
koppen voor het verspanen van aluminium.
Bijzonder was de krachtige HSC-spil van 100 kW
Nieuwe hal UnisignDe nieuwe hal van Unisign is indrukwekkend: 13 meter hoog en een oppervlak van 70 m bij
70 m. In deze hal komt een aantal grote machines van Unisign. De eerste machines die opge-
steld worden zijn een Uniport 7000 portaalmachine met een bereik van 16 m bij 4 m en een
Unicom 6000 voor draai- en freesbewerkingen met een maximale draaidiameter van 2 m. Een
volgende machine is een eveneens grote Uniport 7000 met bovenliggende geleidingen. Deze
nieuwe en andere bestaande machines die verplaatst worden, zijn productiemachines voor
Unisign. Maar de geklimatiseerde hal wordt tevens de showroom van Unisign én een tech-
nologisch centrum dat beschikbaar is voor demonstratieverspaningen en ontwikkelingswerk
voor de klanten van Unisign. Dit laatste is voor Unisign belangrijk omdat alle machines die
uitgeleverd worden klantspecifiek zijn. Unisign werkt veelal voor OEM’ers waarvoor complete
bewerkingsprocessen ontwikkeld worden. Een nichemarkt waarbij vanuit machineconcepten
elke machine opnieuw opgebouwd wordt.
Paul van Ruth (Unisign): “Gehele proces in huis”
22-23_unisign.indd 22 12-04-13 14:23
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 23
I N T E R V I E W
“Unisign geen kopstaartfabriek”
ram is beter geschikt om mee te frezen en het
aankoppelen van bewerkingskoppen kan sta-
bieler. Bij andere machinebouwers was vaak de
draaimachine het uitgangspunt en had je het
eigenlijk over draaifrezen. Doorgaans wordt
frezen als lastiger gezien in vergelijking met het
draaien, Unisign ziet dit als een voordeel. Met
de verticale machines voor compleetbewerken
heeft Unisign een grote sprong gemaakt als
machinebouwer. Een van de laatste stappen is
het vijfassig bewerken en de hogesnelheids-
koppen voor het verspanen van aluminium.
Bijzonder was de krachtige HSC-spil van 100 kW
die Unisign enkele jaren geleden presenteerde.
Dit in combinatie met een toerental van 25.000
min-1. Daarmee is in aluminium een spaanvo-
lume van 6.000 cm³/min tot 10.000 cm³/min
haalbaar, oftewel een complete emmer spanen
per minuut.
ToekomstVoor de nabije toekomst ziet Van Ruth een aantal
ontwikkelingen. “De integratie van meer bewer-
kingen op één machine om de doorlooptijd verder
te verkorten. Denk aan de integratie van slijpen en
nabewerkingen als reinigen en ontbramen. Dit
Nieuwe hal UnisignDe nieuwe hal van Unisign is indrukwekkend: 13 meter hoog en een oppervlak van 70 m bij
70 m. In deze hal komt een aantal grote machines van Unisign. De eerste machines die opge-
steld worden zijn een Uniport 7000 portaalmachine met een bereik van 16 m bij 4 m en een
Unicom 6000 voor draai- en freesbewerkingen met een maximale draaidiameter van 2 m. Een
volgende machine is een eveneens grote Uniport 7000 met bovenliggende geleidingen. Deze
nieuwe en andere bestaande machines die verplaatst worden, zijn productiemachines voor
Unisign. Maar de geklimatiseerde hal wordt tevens de showroom van Unisign én een tech-
nologisch centrum dat beschikbaar is voor demonstratieverspaningen en ontwikkelingswerk
voor de klanten van Unisign. Dit laatste is voor Unisign belangrijk omdat alle machines die
uitgeleverd worden klantspecifi ek zijn. Unisign werkt veelal voor OEM’ers waarvoor complete
bewerkingsprocessen ontwikkeld worden. Een nichemarkt waarbij vanuit machineconcepten
elke machine opnieuw opgebouwd wordt.
Paul van Ruth (Unisign): “Gehele proces in huis”
Paul van Ruth tegen de achtergrond van het artikel
in Metaal en Kunststof uit 1982 dat de eerste CNC-
boorbank van Unisign beschrijft. “Al onze huidige
machines kun je zien als logische vervolgstappen op
dit machineconcept” (foto: Unisign)
wint aan belang omdat de vraag naar enkelstuks-
fabricage zal stijgen.” Andere ontwikkelingen die
hij noemt zijn: in-proces-metingen, adaptieve be-
werkingsprocessen (“voeding verhogen als er min-
der voorstaat”), het overslaan van loze snedes,
verbeteren van de proceszekerheid, een verdere
opmars van pallets voor werkstukwisseling, meer
intelligentie in de bewerkingsprogramma’s en nog
meer aandacht voor veiligheid en welzijn van de
machineoperators. “Meer bediening op afstand;
een soort ontkoppelde bediening met tv-camera’s.
En tevens een betere afscherming tegen dampen
die vrijkomen bij het metaalbewerken.” <<<
Paul van Ruth tegen de achtergrond van het artikel
in Metaal en Kunststof uit 1982 dat de eerste CNC-
22-23_unisign.indd 23 12-04-13 14:23
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 25
M A T E R I A L E N
Molybdeen (Mo) is een metaal waar
men niet zo vaak over hoort maar toch
is het een zeer belangrijk element
waarmee men rekening dient te
houden. Zonder dit element zouden er
eigenlijk geen hoogwaardige
roestvaststaalkwaliteiten of
nikkellegeringen kunnen bestaan.
Ook gereedschapstaal en staaltypen ten be-
hoeve van hoge-temperatuurtoepassingen zou-
den zonder het gebruik van molybdeen gelet
op prestatie niet in de schaduw kunnen staan
bij het huidige arsenaal legeringen. Onder-
staand een opsomming van wapenfeiten van
dit opmerkelijke metaal.
In de achttiende eeuw was men reeds in Zwe-
den in staat om molybdeenerts te isoleren uit
mineralen waarna men door reductie met be-
hulp van koolstof voor het eerst het metallische
molybdeen kon maken. In de natuur wordt mo-
lybdeen veelal gedolven als molybdeensulfide
dat ook wel molybdeniet (MoS2) wordt ge-
noemd. Ook wordt molybdeen wel in meerdere
mineralen aangetroffen zoals wulfeniet, lood-
molybdaat en powelliet maar alleen molybde-
niet is commercieel aantrekkelijk. Molybdeniet
wordt veelal gewonnen als bijproduct tijdens
de koperwinning. Het molybdeengehalte in het
erts varieert slechts van 0,01% tot 0,5%. Mijnen
waar men dergelijke molybdeenverbindingen
aantreft, vindt men vooral in de USA en China.
Molybdeen betreft een helder grijs hard metaal
maar het is wel wat zachter dan wolfraam. Het
soortelijk gewicht bedraagt 10,2 g/cm3 bij 20°C.
Het heeft een relatief hoge elasticiteitsmodulus
en een zeer hoog smeltpunt dat 2.610°C be-
draagt. Dat neemt niet weg dat metalen zoals
tantaal en wolfraam een nog hoger smeltpunt
hebben. Ofschoon molybdeen soms ook als
puur metaal wordt toegepast, wordt het voor-
namelijk gebruikt om andere metalen ermee te
legeren. Dit laatstgenoemde gedeelte betreft
wel 70% van al het gewonnen molybdeen.
Gewoon koolstofstaal wordt door dit element
harder en sterker en dat vooral bij verhoogde
temperatuur. Ook verhoogt molybdeen de
zuurbestendigheid van roestvaststaalsoorten
en bovendien neemt de weerstand tegen put-
corrosie bijzonder toe. Als legeringselement
vervult molybdeen dan ook een uiterst waarde-
volle functie. Zo bestaan de meeste hoogwaar-
dige nikkellegeringen voor een substantieel
deel uit molybdeen en een goed voorbeeld is
Nickel Alloy B2 (EN 2.4617) dat een molybdeen-
gehalte heeft van 26% - 30%. Dergelijke lege-
ringen zijn dan ook uitstekend bestand tegen
sterk reducerende zuren. Ook verhoogt het de
hittebestendigheid aanzienlijk. Daarom wordt
molybdeen ook toegepast als elektroden van
elektrische vacuüm- en schutgasovens, in straal-
motoren en zelfs in nucleaire reactoren. Boven-
dien vindt het zijn weg in gasontladingslampen
en kwartslampen.
Een bekend Amerikaans bedrijf dat molybdeen
wint vanuit erts is Climax Molybdenum dat ook
een vestiging heeft in Rotterdam Botlek. Het
bedrijf is vernoemd naar Climax Railway Station
in de staat Colorado waar in 1897 een molyb-
deenerts werd ontdekt. In de eerste wereldoor-
log werd molybdeen als vervanger voor wol-
fraam gebruikt als pantserplaten. Na de oorlog
zakte de vraag naar dit metaal in maar de vraag
nam weer snel toe toen het steeds meer werd
gebruikt als legeringselement. <<<
Uitstekend smeermiddelMolybdeensulfide is een uitstekend smeermiddel omdat
het niet ontbindt bij hogere temperaturen. Het wordt
dan ook gebruikt bij het toepassen van snijringkoppelin-
gen om een eventuele demontage mogelijk te maken.
Andere toepassingen voor molybdeen is katalysatorma-
teriaal ten behoeve van de bereiding van petroleum en
zelfs als voedingstoffen ten behoeve van gewassen en als
pigmentstof voor inkt, verf, plastic en rubber.
Hard en sterk met Mo
De door Boeing gebouwde X-51A is voorzien van een SJX61 motor van Rocketdyne. Dit is een zogeheten
scramjet (supersonic combustion ramjet). Bij de bouw van deze motor is als eis gesteld dat de motor gebouwd
moet worden van bekende materialen. Gekozen is voor Inconel (een nikkelchroom-superlegering). In Inconel is
molybdeen een belangrijk legeringselement, in sommige legeringen tot wel 10% (foto: Nasa)
25_Molybdeen.indd 25 12-04-13 14:24
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 2726 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Begin maart maakten tijdens het open huis in
Tuttlingen (D) meer dan vijftienhonderd bezoekers
kennis met de nieuwe Baseline van machinebouwer
Chiron. Op zich geen nieuwe machines, maar meer
een eigentijds marketingconcept om met name
toeleveranciers snel een metaalbewerkingsmachine
te kunnen leveren tegen een scherpere prijs dan
voorheen. Technisch directeur Dirk Prust van Chiron
vertelt meer over de Baseline.
DOOR: REINOLD TOMBERG
Jobbers zijn eigenlijk een nieuwe klantenkring
voor Chiron. De machines uit Tuttlingen zijn op
zich goed inzetbaar voor jobshops, echter
omdat Chiron een projectgeoriënteerde organi-
satie heeft met de nadruk op klanspecifieke en-
gineering, is de machineprijs in vergelijking met
andere leveranciers aan de hoge kant. Voorcon-
figuratie is de oplossing die gekozen is. “Base-
line is voor ons de derde machinelijn”, vertelt
technisch directeur Dirk Prust. “In onze portfolio
kon u tot nu toe kiezen uit Standard of Turnkey.
Basis voor alle drie machinelijnen is het modu-
laire bouwkastensysteem van Chiron.”
Chiron levert pakweg 50 procent van de machi-
nes uit als een hart van een turnkey-verspa-
ningssysteem. Dat wil zeggen dat het gehele
verspaningsproces (machine, gereedschappen,
opspanningen, automatiseringen, bijbeho-
rende software en dergelijke) als een compleet
bewerkingsproces opgeleverd wordt. De auto-
motive-branche is bijvoorbeeld een grote afne-
mer van dergelijke systemen. Vanuit het modu-
laire systeem zijn bij Chiron ook standaardma-
chines samen te stellen. Ook standalonemachi-
nes die universeel inzetbaar zouden zijn door
toeleveranciers. Echter, ook deze opdrachten
voor meer universele machines, veelal zonder
automatisering, werden door Chiron als projec-
ten behandeld. Als gevolg hiervan was de ‘Auf-
wand’ veel te groot met als gevolg te lange le-
vertijden en een te hoge kostprijs.
VoorconfiguratiePrust: “Wij hebben nu zeven machines voorge-
configureerd. Deze machines zijn geoptimali-
seerd voor het gebruik door toeleveranciers. De
machines zijn met één druk op de knop te be-
stellen. Alles ligt vast, er is geen extra enginee-
ring en projectplanning meer nodig en de ma-
chine is dankzij onze Fliessfertigung snel te leve-
ren.” Prust schat in dat levertijd voor de Baseline
meer dan gehalveerd is tot pakweg twee maan-
den. Het bijzondere daarbij is dat nu zelfs som-
mige standaardmachines dankzij het Baseline-
concept sneller en goedkoper leverbaar zijn.
Maar let wel: de keuze is beperkt tot zeven ma-
chinevarianten (vier basismachines en een be-
perkte keuze uit besturingen en gereedschap-
wisselsystemen, zie ook kader bij dit artikel met
meer technische informatie). Past het aanbod
van Baseline niet, dan gaat de modulaire bouw-
doos van Chiron weer helemaal open met meer
engineeringsmogelijkheden, maar ook met een
hogere prijs. Vergelijk het met een vakantiedi-
Alles op klantenwensHet nieuwe Turnkey-Zentrum dat begin maart het hart
was van het open huis van Chiron is een tegenpool voor
de filosofie achter Baseline. In dit 5.000 vierkante meter
grote centrum in Tuttlingen wordt alles op klantenwens
opgebouwd. Rondom machines worden metaalbewer-
kingsprocessen ontwikkeld met veelal meervoudige
spanmiddelen. Chiron ontwikkelt als systeemleverancier
het gehele proces en levert dit proces na nul- en aan-
loopseries turnkey uit aan de opdrachtgever. Veelal met
specifieke programma’s, speciaalgereedschappen en
toegesneden opspan-
middelen. Het aanbie-
den van de Baseline en
het investeren in het
Turnkey-Zentrum bena-
drukken dat Chiron in
de verdringsmarkt van
metaalbewerkingsma-
chines wil groeien over
de volle breedte.
Scherpe prijs dankzij voorconfiguratie
Een vijfassige FZ12 FX Baseline in de demonstratieruimte van Chiron in Tuttlingen (D). De Baseline machines
zijn herkenbaar aan de witte deuren (foto: Reinold Tomberg)
Een kijkje in het Turnkey-
Zentrum tijdens de open dagen
van Chiron (foto: Chiron)
Technisch directeur Dirk Prust van Chiron: “Onze
nieuwe Baseline machines zijn gelet op de techniek
vergelijkbaar met onze andere machines, maar we
hebben het aantal varianten abgespeckt” (foto:
Chiron)
26-27_chiron.indd 26 12-04-13 14:25
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 27
M E T A A L B E W E R K E N
“Machines geoptimaliseerd voor toeleveranciers”
figuratie is de oplossing die gekozen is. “Base-
line is voor ons de derde machinelijn”, vertelt
technisch directeur Dirk Prust. “In onze portfolio
kon u tot nu toe kiezen uit Standard of Turnkey.
Basis voor alle drie machinelijnen is het modu-
laire bouwkastensysteem van Chiron.”
Chiron levert pakweg 50 procent van de machi-
nes uit als een hart van een turnkey-verspa-
ningssysteem. Dat wil zeggen dat het gehele
verspaningsproces (machine, gereedschappen,
opspanningen, automatiseringen, bijbeho-
rende software en dergelijke) als een compleet
bewerkingsproces opgeleverd wordt. De auto-
motive-branche is bijvoorbeeld een grote afne-
mer van dergelijke systemen. Vanuit het modu-
laire systeem zijn bij Chiron ook standaardma-
chines samen te stellen. Ook standalonemachi-
nes die universeel inzetbaar zouden zijn door
toeleveranciers. Echter, ook deze opdrachten
voor meer universele machines, veelal zonder
automatisering, werden door Chiron als projec-
ten behandeld. Als gevolg hiervan was de ‘Auf-
wand’ veel te groot met als gevolg te lange le-
vertijden en een te hoge kostprijs.
VoorconfiguratiePrust: “Wij hebben nu zeven machines voorge-
configureerd. Deze machines zijn geoptimali-
seerd voor het gebruik door toeleveranciers. De
machines zijn met één druk op de knop te be-
stellen. Alles ligt vast, er is geen extra enginee-
ring en projectplanning meer nodig en de ma-
chine is dankzij onze Fliessfertigung snel te leve-
ren.” Prust schat in dat levertijd voor de Baseline
meer dan gehalveerd is tot pakweg twee maan-
den. Het bijzondere daarbij is dat nu zelfs som-
mige standaardmachines dankzij het Baseline-
concept sneller en goedkoper leverbaar zijn.
Maar let wel: de keuze is beperkt tot zeven ma-
chinevarianten (vier basismachines en een be-
perkte keuze uit besturingen en gereedschap-
wisselsystemen, zie ook kader bij dit artikel met
meer technische informatie). Past het aanbod
van Baseline niet, dan gaat de modulaire bouw-
doos van Chiron weer helemaal open met meer
engineeringsmogelijkheden, maar ook met een
hogere prijs. Vergelijk het met een vakantiedi-
ner in een Frans restaurant. Het driegangendag-
menu heeft altijd een lagere prijs, ga je echter
zelf sleutelen met de menukaart, dan is soms de
prijs van twee gangen al hoger en de bediening
duurt in elk geval langer.
Prust: “Een automatisering is voor de Baseline
machines niet mogelijk. Is dat wel gewenst, dan
gaan we met Standard of Turnkey aan de slag.
Wél is er een beperkt aantal opties mogelijk
voor Baseline.” Deze zijn: spanentransporteur,
hydraulisch aggregaat, afzuiging, meettaster
voor werkstuk en gereedschap en een elektro-
nisch handwiel. Prust vertelt verder dat de Base-
line zich onderscheidt door de witte machine-
deuren. “Maar nogmaals, gelet op de machine-
techniek en -onderdelen is het 100 procent
Chiron en 100 procent gemaakt in Duitsland. U
koopt dus geen Aziatische machine.” <<<
Vier machines in zeven uitvoeringenDe nieuwe Baseline van Chiron omvat vier verticale bewerkingscentra die in zeven machine-
uitvoeringen geleverd worden. Er is een keuze uit een kleine of grote vijfasser met een Sie-
mens of Heidenhain CNC-besturing, een allround-productiebewerkingscentrum met een
korf- of een pick-up-gereedschapswisselaar en een langbedmachine. De laatste twee machi-
nes worden geleverd met een CNC-besturing van Siemens. Meer keuze is er niet. Technisch
directeur Dirk Prust van Chiron omschrijft deze machines als “Gunstige instapmodellen, maar
wel opgebouwd met dezelfde machinecomponenten als de standaard- en turnkey-machines.”
Scherpe prijs dankzij voorconfiguratie
Een vijfassige FZ12 FX Baseline in de demonstratieruimte van Chiron in Tuttlingen (D). De Baseline machines
zijn herkenbaar aan de witte deuren (foto: Reinold Tomberg)
FZ12 FX Baseline. Dit is een HSK 50 vijfasser met
draaizwenktafel met een machinebereik van 550
mm x 400 mm x 360 mm (X x Y x Z) die leverbaar
is met Siemens 840D sl of Heidenhain iTNC 530
(foto: Chiron)
Mill FX 800 Baseline. Een vijfasser met een HSK
63 opname. Machinebereik over X-, Y- en Z-as
is respectievelijk 800 mm x 630 mm x 550 mm.
Verkrijgbaar met Siemens 840D sl of Heidenhain
iTNC 530 (foto: Chiron)
FZ 15W Baseline. Dit is een HSK 63
productiebewerkingscentrum met een
machinebereik van 550 mm x 400 mm x 425 mm (X
x Y x Z) die met een korf- of pick-upwisselaar met
een Siemens 840D sl leverbaar is (foto: Chiron)
Mill 2000 Baseline. Langbedmachine met een HSK
63 gereedschapopname. Machinebereik is 2.000
mm x 500 mm x 550 mm (X x Y x Z). De CNC-
besturing is een Siemens 840D sl (foto: Chiron)
Technisch directeur Dirk Prust van Chiron: “Onze
nieuwe Baseline machines zijn gelet op de techniek
vergelijkbaar met onze andere machines, maar we
hebben het aantal varianten abgespeckt” (foto:
Chiron)
26-27_chiron.indd 27 12-04-13 14:25
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 2928 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Crisis of geen crisis, het maximaal benutten van de
beschikbare ruimte, mankracht en middelen is
natuurlijk altijd de grote uitdaging voor een
onderneming. Lasbedrijf Askom in Lochem legt daarbij
een opmerkelijke flexibiliteit en creativiteit aan de dag
en brengt nu ook eigen producten op de markt.
DOOR: JAN OONK
Het laswerk staat centraal bij Askom en zijn
veertig medewerkers, van Tig en Mig/Mag tot
elektrisch en autogeen. En dan meer specifiek
het hoogwaardige keurlaswerk, uitgevoerd
door wat bedrijfsleider Gerrit van Asperen
noemt ‘zwaar gecertificeerde lassers’. Hij noemt
in dat verband onder meer het 6G- en ASME-
certificaat. Het komt daarbij goed uit dat
Askom beschikt over een eigen lasschool, waar
de lassers volgens de diverse normen kunnen
worden opgeleid (zie kader ‘Lasschool’).
“Sinds 2010 zijn we de weg ingeslagen naar een
hoger level”, zegt Van Asperen daarover. “Ge-
degen en betrouwbaar laswerk op hoog niveau,
dat is waar de markt steeds meer behoefte aan
heeft.” Hij wijst daarbij op het toenemend be-
lang dat wordt gehecht aan veiligheid en het
minimaliseren van risico’s. Enerzijds afgedwon-
gen door regelgeving vanuit de Europese over-
heid, anderzijds ook door de belangen die ver-
zekeringsmaatschappijen hierbij hebben.
BewakingscameraMaar ook aan een hoogwaardig lasbedrijf gaan
de magere jaren niet geheel voorbij. Waar het
ontslaan van medewerkers vaak de eerste stan-
daardreflex is daar kiest Askom echter een ge-
heel andere route, blijkt uit het verhaal van Van
Asperen. Door het ontwikkelen van aanvullende
activiteiten slaagt het bedrijf erin om het kost-
bare vakmanschap binnen boord te houden.
Daarbij wordt een opmerkelijke creativiteit aan
de dag gelegd, waarbij tot ver voorbij de gren-
zen van het traditionele laswerk wordt gekeken.
Een van die nieuwe activiteiten waarop het be-
BlendersNaast het laswerk en de opleidingen op dat gebied treedt Askom sinds 2010 ook op als ver-
tegenwoordiger voor de Europese markt van Plastrac, een Amerikaans bedrijf dat blenders
produceert waarmee kleurstoffen en additieven worden gemengd met kunststofgranulaat.
De blenders worden door Askom op maat aangepast en geïnstalleerd bij spuitgiet- en extru-
siebedrijven door heel Europa. Ook het onderhoud wordt voor rekening genomen. Deze
activiteit wordt geleid door Hans te Lintelo.
Crisis creatief te lijf
Bedrijfsleider Gerrit van Asperen: “Je moet creatief zijn, altijd kijken waar je toegevoegde waarde kunt bieden”
(foto’s: Jan Oonk)
Prototypes van de Safebox, draagbaar maar toch
robuust genoeg om dieven op afstand te houden
drijf zich heeft gestort zijn bijvoorbeeld bewa-
kingscamera’s, die onder de naam Askom-cctv
op de markt worden gebracht. Begin 2012 ont-
sproten aan het brein van zoon Jelle van Aspe-
ren, die sindsdien het project verder heeft ont-
wikkeld. Dat heeft geleid tot een systeem van
op afstand bestuurbare camera’s met bijbeho-
rende beeldschermen en slimme software, alles
ingekocht en door Askom aan elkaar geknoopt
en op locatie geïnstalleerd. Inclusief de waar-
schuwingsborden die attenderen op de aanwe-
zigheid van camerabewaking. De software is
dermate ‘slim’ dat verdacht gedrag bijvoor-
beeld meteen wordt geregistreerd, net als ach-
tergelaten voorwerpen.
Mobiele mastNatuurlijk moest er vervolgens nog wel aan de
weg worden getimmerd, temeer daar Askom
als lasbedrijf een onbeschreven blad was bin-
nen de beveiligingswereld. Dat is heel pragma-
tisch aangepakt. Zo werden bijvoorbeeld klan-
ten waar men over de vloer kwam en passant
geïnformeerd over de bewakingscamera’s en
hun mogelijkheden. Daarnaast zijn gemeenten,
instellingen en verenigingen benaderd. Eerst in
de directe omgeving, maar gaandeweg in een
steeds grotere straal rond Lochem.
Het is een aanpak die in ieder geval zijn vruch-
ten heeft afgeworpen. “Een jaar nadat de eer-
ste ideeën boven tafel kwamen hebben we al
heel wat systemen geïnstalleerd”, aldus Van
Asperen en hij noemt daarbij particuliere bedrij-
28-29_askom.indd 28 12-04-13 14:27
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 29
T O E L E V E R E N
Mensen en middelen beter benutten
BlendersNaast het laswerk en de opleidingen op dat gebied treedt Askom sinds 2010 ook op als ver-
tegenwoordiger voor de Europese markt van Plastrac, een Amerikaans bedrijf dat blenders
produceert waarmee kleurstoffen en additieven worden gemengd met kunststofgranulaat.
De blenders worden door Askom op maat aangepast en geïnstalleerd bij spuitgiet- en extru-
siebedrijven door heel Europa. Ook het onderhoud wordt voor rekening genomen. Deze
activiteit wordt geleid door Hans te Lintelo.
LasschoolVoor zover het hanteerbare producten betreft, zoals machineframes, vindt het laswerk bij
Askom plaats in eigen huis. In andere gevallen gaat het om grote projecten op locatie bij
de klant, zoals het lassen van complete leidingsystemen en warmtewisselaars ‘met alles wat
eraan hangt’. Inclusief het keuren en testen volgens de geldende normen, zoals het afpersen
en röntgencontroles. Van Asperen noemt in dit verband de Tweede Coentunnel, de nieuwe
AMC-centrale en de koelleidingen van de ijsbaan in Enschede als enkele voorbeelden. Het
bedrijf beschikt over negentien volledig uitgeruste bestelauto’s om alle voorkomende las-
werkzaamheden op locatie te kunnen uitvoeren. Ook bijkomend montage- en reparatiewerk
wordt daarbij voor rekening genomen.
Askom verzorgt daarnaast ook lasopleidingen voor derden, op alle niveaus en volgens alle
certificaten. De uitreiking van de diploma’s gebeurt onder auspiciën van het NIL, de uitreiking
van certificaten door Energie Consult. Het komt daarbij volgens Van Asperen steeds vaker
voor dat opleidingen in huis bij de klant worden verzorgd. Dat biedt de mogelijkheid om
maatwerk te bieden en het scheelt reistijd en -kosten.
Crisis creatief te lijf
Bedrijfsleider Gerrit van Asperen: “Je moet creatief zijn, altijd kijken waar je toegevoegde waarde kunt bieden”
(foto’s: Jan Oonk)
Prototypes van de Safebox, draagbaar maar toch
robuust genoeg om dieven op afstand te houden
drijf zich heeft gestort zijn bijvoorbeeld bewa-
kingscamera’s, die onder de naam Askom-cctv
op de markt worden gebracht. Begin 2012 ont-
sproten aan het brein van zoon Jelle van Aspe-
ren, die sindsdien het project verder heeft ont-
wikkeld. Dat heeft geleid tot een systeem van
op afstand bestuurbare camera’s met bijbeho-
rende beeldschermen en slimme software, alles
ingekocht en door Askom aan elkaar geknoopt
en op locatie geïnstalleerd. Inclusief de waar-
schuwingsborden die attenderen op de aanwe-
zigheid van camerabewaking. De software is
dermate ‘slim’ dat verdacht gedrag bijvoor-
beeld meteen wordt geregistreerd, net als ach-
tergelaten voorwerpen.
Mobiele mastNatuurlijk moest er vervolgens nog wel aan de
weg worden getimmerd, temeer daar Askom
als lasbedrijf een onbeschreven blad was bin-
nen de beveiligingswereld. Dat is heel pragma-
tisch aangepakt. Zo werden bijvoorbeeld klan-
ten waar men over de vloer kwam en passant
geïnformeerd over de bewakingscamera’s en
hun mogelijkheden. Daarnaast zijn gemeenten,
instellingen en verenigingen benaderd. Eerst in
de directe omgeving, maar gaandeweg in een
steeds grotere straal rond Lochem.
Het is een aanpak die in ieder geval zijn vruch-
ten heeft afgeworpen. “Een jaar nadat de eer-
ste ideeën boven tafel kwamen hebben we al
heel wat systemen geïnstalleerd”, aldus Van
Asperen en hij noemt daarbij particuliere bedrij-
ven, zwembaden, sportverenigingen, wasstra-
ten, opslagterreinen en bouwprojecten als voor-
beeld. Voor bouwprojecten en evenementen
met een tijdelijk karakter (zoals kermissen en
festivals) maakt Askom zelf de mobiele masten
waarop de camera’s kunnen worden geplaatst.
Askom is niet de eerste en niet de enige die op
deze markt actief is, maar volgens Van Asperen
wordt het bedrijf met name gewaardeerd van-
wege de hoogwaardige systemen en de nazorg
die het biedt. “We komen regelmatig langs voor
onderhoud, reiniging en controle. De klant heeft
er eigenlijk helemaal geen omkijken meer naar.”
SafeboxInmiddels wordt alweer gewerkt aan een
tweede geheel nieuw product, de Safebox. Een
soort draagbare kluis voor trucks en campers
waarin paspoorten, documenten en andere
waardevolle spullen kunnen worden bewaard,
veilig afgeschermd tegen eventuele grijpgrage
handen tijdens rustpauzes. Het idee voor de
Safebox is eind 2012, tijdens wat informele bij-
eenkomsten tussen kerst en oud en nieuw, ont-
staan en door een van de lasmeesters (die ook
tekenaar is) op papier gezet en uitgewerkt.
De Safebox heeft een afmeting van 260 mm x
220 mm x 75 mm en is vervaardigd uit stevig
roestvaststaal. Het is voorzien van een geïnte-
greerd en afgeschermd slot en een hardmetalen
ketting waarmee het verankerd kan worden.
Een even eenvoudig als effectief principe, waar-
door het gros van het dievengilde in ieder geval
wordt afgeschrikt. Al het knip-, zet- en laswerk
wordt in eigen huis uitgevoerd, zodat het een
ideaal product is om fluctuaties in de reguliere
werkzaamheden mee op te vangen. Inmiddels
zijn de eerste prototypes gemaakt, waarmee er-
varing wordt opgedaan in trucks. Het product
zal de komende tijd vooral worden aangeprezen
bij truck- en camperbouwers en garages.
“Je moet creatief zijn, altijd kijken waar je toe-
gevoegde waarde kunt bieden”, zo vat Van
Asperen het uitgangspunt van Askom samen.
Het voortbestaan van het bedrijf hangt welis-
waar niet af van deze nieuwe activiteiten, maar
het biedt zoals Van Asperen aangeeft ‘de mo-
gelijkheid om mensen en middelen beter te
benutten’. En dat is altijd winst. <<<
Een aantal lascabines op rij, waar de kleinere en hanteerbare
producten worden gelast
28-29_askom.indd 29 12-04-13 14:27
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 3130 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Multitaskingmachines zijn gevraagd. Draaifrees-
bewerkingen in één opspanning leveren bij het juiste
product zowel efficiency- als kwaliteitswinst op. Maar
moet je nu voor dit type machines investeren in een
andere tooling of kun je met je bestaande draai- en
freesgereedschappen uit de voeten?
DOOR: FRANC COENEN
De aanschaf van een multitaskingmachine
neemt meestal al een flinke hap uit het investe-
ringsbudget. Er blijft dan vaak geen ruimte meer
over om in specifieke gereedschappen te inves-
teren, merkt Henny van de Voort van Iscar. De
specifieke opbouw van een multitaskingma-
chine - veelal een draaicentrum dat geschikt is
voor freeswerk in dezelfde opspanning - stelt in
zijn ogen andere eisen aan het gereedschap. Dit
moet slanker zijn, omdat je met je frees over de
klauwplaat heen moet. Bovendien is het aantal
gereedschapposities in de turret beperkt. Hij
vindt dus dat je moet investeren in specifieke
gereedschappen, wil je maximaal rendement uit
de multitaskingmachine halen. “Als je daarop
bespaart, moet je een compromis doen.”
Zoveel mogelijk standaardHet aantal speciale gereedschappen dat je
nodig hebt, blijft volgens Gert Spaargaren, ap-
plication engineer bij Kennametal Benelux, be-
perkt. Hij noemt de Centerline gereedschappen
om dichtbij de hartlijn te komen, bijvoorbeeld
de HSK 63T houder en een aantal multitools,
waarin je meerdere plaathouders en wisselpla-
ten kwijt kunt. “Met deze speciale multitool-
houders reduceer je je wisseltijden en vergroot
je je aantal gereedschapposities en de mogelijk-
heid tot zustergereedschappen.” Verder heeft
de Amerikaanse gereedschappenfabrikant de
visie dat je op multitaskingmachines zoveel mo-
gelijk je reguliere gereedschappen gebruikt.
“Je haalt pas het maximale uit deze machines
als de man erachter multitasking gaat denken.
Alle disciplines komen dan aan bod: draaien,
frezen, boren, tappen, kotteren, ruimen.”
KlauwplaatprobleemEen probleem waar menigeen bij een multitas-
kingmachine tegenaan loopt, is het boren van
een gat dichtbij de klauwplaat. Als de klauw-
plaat te groot is, kom je met een standaard boor
of frees niet meer bij je werkstuk. “Bij multitas-
king wil je daarom slanke gereedschappen, ter-
wijl je bij het frezen juist zo kort mogelijke uit-
steeklengten van je gereedschap wilt”, zegt Van
de Voort. Iscar heeft mede hiervoor de Multi-
Master ontwikkeld. Dit is een lange, smalle
schacht van sinterstaal waarop een volhardme-
talen kopje wordt bevestigd. Het sinterstaal
heeft betere trillingsdempende eigenschappen
dan hardmetaal. Omdat je een beperkt aantal
gereedschapposities op een draaibank hebt -
dat is en blijft een multitaskingmachine nu een-
maal -, moet je standaardiseren, vindt hij. “Ook
al moet je daarvoor compromissen doen in de
snijcondities. Bij multitasking gaat het niet om
het wereldrecord verspanen, wel om een zo
kort mogelijke totale doorlooptijd.”
Aangepaste HSK houderKennametal heeft als oplossing voor dit pro-
bleem de KM63XMZ houders, ooit speciaal ont-
wikkeld voor de Integrex van Mazak. Daarnaast
zet men de aangepaste HSK 63T (turning) hou-
der in. “Daarmee kun je de wisselplaat beter
oriënteren om zo nauwkeurig mogelijk op de
centerline te komen”, verduidelijkt Kenname-
tal engineer Spaargaren. Praktische oplossin-
gen, maar hij blijft vinden dat je je bij de aan-
schaf van de machine bewust moet zijn van dit
probleem. Bij de aangedreven axiale gereed-
schappen gaat het doorgaans goed. Problemen
ontstaan pas bij de radiale bewerkingen. “Je
moet daarom niet zomaar een zo groot moge-
lijke klauwplaat willen nemen, want dan kom
je met kort werk in de problemen omdat de
slag van je haakse kop beperkt is. Zet je dan
gereedschappen in langer dan 3xD, moet je je
Meer nieuwe gereedschappenScan deze pagina met de Layar app van
uw smartphone of tablet voor een over-
zicht van gereedschap-
pen op Products4-
Engineers.
Multitasking: met standaard of speciaal?
De Multi-Master van Iscar is goed inzetbaar in een multitaskingmachine. Door de slanke schacht kom je verder
over de klauwplaat heen bij bepaalde boorbewerkingen. Bovendien heeft het speciale sinterstaal waar deze
schacht van is gemaakt betere dempende eigenschappen dan volhardmetaal. Iscar levert deze met frezen van 6
tot 25 mm rond (foto: Iscar)
Kennametal heeft al lang geleden de KM63XMZ
houder ontwikkeld, destijds de standaardhouder
voor de Integrex machines van Mazak. Inmiddels
levert Kennametal ook de aangepaste HSK 63T
houder, die de wisselplaat beter oriënteert zodat je
dichter bij de hardlijn van het werkstuk komt (foto:
Kennametal)
30-31_gereedschappen.indd 30 12-04-13 14:28
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 31
M E T A A L B E W E R K E N
“Het gaat niet om het wereldrecord verspanen”
steeklengten van je gereedschap wilt”, zegt Van
de Voort. Iscar heeft mede hiervoor de Multi-
Master ontwikkeld. Dit is een lange, smalle
schacht van sinterstaal waarop een volhardme-
talen kopje wordt bevestigd. Het sinterstaal
heeft betere trillingsdempende eigenschappen
dan hardmetaal. Omdat je een beperkt aantal
gereedschapposities op een draaibank hebt -
dat is en blijft een multitaskingmachine nu een-
maal -, moet je standaardiseren, vindt hij. “Ook
al moet je daarvoor compromissen doen in de
snijcondities. Bij multitasking gaat het niet om
het wereldrecord verspanen, wel om een zo
kort mogelijke totale doorlooptijd.”
Aangepaste HSK houderKennametal heeft als oplossing voor dit pro-
bleem de KM63XMZ houders, ooit speciaal ont-
wikkeld voor de Integrex van Mazak. Daarnaast
zet men de aangepaste HSK 63T (turning) hou-
der in. “Daarmee kun je de wisselplaat beter
oriënteren om zo nauwkeurig mogelijk op de
centerline te komen”, verduidelijkt Kenname-
tal engineer Spaargaren. Praktische oplossin-
gen, maar hij blijft vinden dat je je bij de aan-
schaf van de machine bewust moet zijn van dit
probleem. Bij de aangedreven axiale gereed-
schappen gaat het doorgaans goed. Problemen
ontstaan pas bij de radiale bewerkingen. “Je
moet daarom niet zomaar een zo groot moge-
lijke klauwplaat willen nemen, want dan kom
je met kort werk in de problemen omdat de
slag van je haakse kop beperkt is. Zet je dan
gereedschappen in langer dan 3xD, moet je je
snijcondities aanpassen of zoeken in houders
gemaakt van metaal met een hoge dichtheid.
MultitoolsSpecifiek voor dit type machine hebben gereed-
schapfabrikanten de multitools ontwikkeld. In
zo’n houder, legt Spaargaren uit, passen meer-
dere wisselplaten. Zeker als je onbemand wilt
bewerken, kun je met dit type gereedschap de
totale standtijd van je tooling in de machine
verlengen. De fabrikant levert multitools voor
tot zes units voor wisselplaten.
Sandvik Coromant brengt in dit kader de speci-
ale multitask-gereedschappen CoroPlex op de
markt. Ook hier zijn het veelal slanke gereed-
schappen met vaak wisselplaatjes die op een
adapterplaat worden bevestigd. Een voorbeeld
is de CoroPlex SL mini-turret: vier snijkoppen
voor draai-, draad- en groefsteekbewerkingen.
Alle bewerkingen met één gereedschap. Andere
varianten zijn de TT Twin Tool (twee draaige-
reedschappen in één), de MT (een frees- en een
draaigereedschap). Sandvik levert voor dit type
machine ook een andere gereedschaphouder, de
Coromant Capto Interface. Deze kenmerkt zich
door de compacte afmetingen en daardoor een
kortere opbouw, wat zich bij langere gereed-
schappen vertaalt in minder risico op trilling. De
buig- en draaimomentstijfheid liggen aanzien-
lijk hoger dan bij een HSK-opname. <<<
Meer nieuwe gereedschappenScan deze pagina met de Layar app van
uw smartphone of tablet voor een over-
zicht van gereedschap-
pen op Products4-
Engineers.
Multitasking: met standaard of speciaal?
De Multi-Master van Iscar is goed inzetbaar in een multitaskingmachine. Door de slanke schacht kom je verder
over de klauwplaat heen bij bepaalde boorbewerkingen. Bovendien heeft het speciale sinterstaal waar deze
schacht van is gemaakt betere dempende eigenschappen dan volhardmetaal. Iscar levert deze met frezen van 6
tot 25 mm rond (foto: Iscar)
Sandvik Coromant brengt een
speciale lijn gereedschappen voor
multitaskingmachines, waaronder
deze CoroPlex SL mini-turret: vier
snijkoppen voor draai-, draad- en
groefsteekbewerkingen. Omdat de
wisselplaten op één gereedschapshouder
zijn gemonteerd, nemen ze samen slechts
één positie op je gereedschapsrevolver in
beslag (foto: Sandvik)
Kennametal heeft al lang geleden de KM63XMZ
houder ontwikkeld, destijds de standaardhouder
voor de Integrex machines van Mazak. Inmiddels
levert Kennametal ook de aangepaste HSK 63T
houder, die de wisselplaat beter oriënteert zodat je
dichter bij de hardlijn van het werkstuk komt (foto:
Kennametal)
Meerkosten Henny van de Voort van Iscar merkt op dat de prijs van multitoolhouders klanten in eerste in-
stantie vaak afschrikt. Kost een standaardhouder voor een draaibank rond de 80 euro, bij een
multitoolhouder praat je al gauw over prijzen van meer dan 300 euro. Als je echter bedenkt
dat hier tot vier beitels in gaan, krijg je dus per saldo voor hetzelfde geld veel meer flexibili-
teit. Zeker als je specifieke wisselplaten voor je product nodig hebt, is dit een onmisbare oplos-
sing voor een multitaskingmachine omdat ze slechts een plaats in je turret in beslag nemen.
“Met de multitools haal je de efficiency terug. Zo’n multitoolhouder is bij de investering
weliswaar een duurdere oplossing, maar in de praktijk verdien je deze meerkosten terug.”
30-31_gereedschappen.indd 31 12-04-13 14:28
“Wie kent de slimste weg van idee naar innovatie?”De adviseurs van Agentschap NL helpen bij het kiezen van de juiste route
“Als technostarter ben je altijd op zoek naar kapitaal. Dankzij Agentschap NL hebben wij onze weg naar aanvullende fi nanciering zonder onnodige rompslomp kunnen vinden. Ze zien het hele plaatje, snappen je behoe� e en komen snel in actie. Precies wat een innovatief bedrijf nodig hee� .”
Lees het verhaal van Type22 en ontdek wat Agentschap NL voor u kan betekenen.
www.agentschapnl.nl/innoveer
Als het gaat om duurzaamheid, innovatie en internationaal
Jorick Naber, Financial directoren Roel Reijnen, Managing director, Type22, Del
Sneller en beter verspanen met hogedrukkoeling • geen lintspanen meer• langere standtijd gereedschappen• hogere snijsnelheden• kortere cysclustijden• snelle afvoer van spanen en warmte
tel. +31 (0)229 54 24 85 - www.dormatec.eu
Hogedrukkoeling door de spil en gereedschap verbetert het verspaningsproces, levert een forse besparing op uw gereedschapskosten en een beter eindresultaat.
Dormatec levert en installeert zowel de hogedruk-koelsystemen, als de fi lters en oliescheiders.
Neem contact op voor een uitgebreid advies over de voordelen en inzet binnen uw machinepark.
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 33
M E T A A L B E W E R K E N
De Brabantse toeleverancier Van Riet Metaalbewerking uit Vessem wil 100 procent
zekerheid dat in de onbemande uren foutloze producten worden gefreesd. Pimpel
Benelux uit Ede heeft daarom de postprocessor voor Esprit CAM-software gemodificeerd.
Van Riet Metaalbewerking heeft geïnvesteerd
in een Mazak Variaxis 630 5X bewerkingscen-
trum, om 18 tot 20 uur per dag onbemand te
kunnen frezen. De metaalondernemer heeft
ook geïnvesteerd in een CAM-oplossing van Es-
prit en Pimpel met als doel om een automati-
sche meetcyclus in de postprocessor te integre-
ren. Nadat een vlak is bewerkt, moet de ma-
chine een afwijking automatisch kunnen corri-
geren. Ad van Riet: “Als we hier ’s ochtends
binnenkomen, moeten er goede producten lig-
gen.” Daarom meet de machine met een Reni-
shaw meettaster het vlak of gat, terwijl het pro-
duct in de opspanning in de machine blijft.
“Zelfs van verloop van het gereedschap hebben
we geen last, omdat een afwijking automatisch
gecorrigeerd wordt. Vallen de maten buiten de
toleranties, dan gaat de besturing automatisch
terug naar de beginregel en wordt de bewer-
king opnieuw gedaan.” Als een maat zodanig
buiten de toleranties valt dat corrigeren niet
mogelijk is, wordt de bewerking afgebroken.
Constateert de meettaster dat een gat te co-
nisch is, wat duidt op gereedschapslijtage, dan
wordt automatisch het gereedschap gewisseld.
Ondanks dat de kwaliteitscontrole onbemand
plaatsvindt, meet Bart van de Sande, voorman,
steekproefsgewijs werkstukken na in de meet-
kamer. “De machine of de spindel kunnen door
het gebruik onnauwkeuriger worden. Omdat
de meettaster op de machine zit, zie je die even-
tuele afwijking niet terug in de meetresultaten.
Daarom controleer ik steekproefsgewijs.”
Van Riet kan nu op drie manieren het nulpunt
bepalen. Bij de eerste methode ligt het nulpunt
vast in het hart van de tafel. Alle vlakken wor-
den herberekend vanaf dat punt. Bij de tweede
manier gebruikt men een hoofdnulpunt in de
ruimte en laat Esprit vanuit dat punt herbereke-
nen. Bij de derde methode wordt een van de
driehonderd nulpunten die Mazak in de ma-
chineruimte heeft gedefinieerd éénmalig inge-
geven en Esprit koppelt de nulpunten van het
programma daaraan. Standaard is de postpro-
cessor geschreven voor 48 van deze nulpunten;
Van Riet Metaalbewerking heeft dat laten aan-
passen naar driehonderd. Dit heeft men gedaan
om, ook als meerdere stukken op een pallet zijn
opgespannen, nauwkeurig te kunnen frezen.
“Als je een solid hebt, is programmeren in Esprit
veel eenvoudiger dan aan de machine. Je maakt
de bewerking aan, simuleert, checkt en als het
goed is, ga je door. Door de betrouwbare simula-
tie is het testen aan de machine hierdoor niet
meer nodig”, zegt Van de Sande. Complexe delen
programmeert men binnen één dag. Daarna
heeft de verspaner op de machine één product
nodig om het programma te finetunen. <<<
Esprit De Esprit-oplossing voor Van Riet Metaalbewerking is geleverd door Pimpel Benelux. Dit is
de onderneming waarin alle Esprit en WinTool activiteiten van het vroegere Greenock CAD
Service zijn ondergebracht. Dit komt voort uit de samenwerking met Pimpel in Oostenrijk. De
beide bedrijven gaan nu onder de naam Pimpel de Europese markt op.
Zeker onbemand frezen
Bart van de Sande (links) en Ad van Riet voor de Mazak Variaxis (foto’s: Pimpel)
Dankzij Esprit en de postprocessor van Pimpel, lukt
het Van Riet Metaalbewerking om de kwaliteit te
verhogen en voorspelbaar te maken én tegelijk
doorlooptijden te reduceren
Het meten vindt in de machine plaats. Dankzij de
postprocessor hoeft er niet na het voor- en nafrezen
telkens opnieuw gemeten te worden
33_pimpel.indd 33 12-04-13 14:29
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 3534 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Dit jaar stonden bij het open huis van Heller de
nieuwe C-machines centraal. Dit zijn van horizontale
machines afgeleide vijfassige bewerkingscentra die
kunnen frezen én draaien. Een uitkomst voor
veeleisende metaalbewerkers die flexibel en snel
complexe werkstukken willen compleetbewerken.
DOOR: REINOLD TOMBERG
“Een machine die uw hoofdpijn reduceert.”
Aldus karakteriseert Geschäftsführer Christian
Lang de nieuwe Baureihe C die medio april tij-
dens de Heller Werktage 2013 in Nürtlingen (D)
volop in de schijnwerper stond. Vorig jaar werd
deze nieuwe machineserie van Heller ook al ge-
toond tijdens de IMTS in Chicago (USA) en de
AMB in Stuttgart (D). Heller biedt in de visie van
Lang de metaalbranche een ‘medicijn’ om tege-
moet te komen aan de voortdurende stijgende
eisen van opdrachtgevers als een hogere flexi-
biliteit, snellere reactietijden, lagere kostprijzen
en kortere doorlooptijden. Dit in combinatie
met een hoger technologisch niveau waarop de
verspanende bewerkingen uitgevoerd moeten
worden en afnemende seriegroottes. Lang om-
schrijft dit als dé “shifting demands” van de
metaalmarkt. Een metaalbewerker kan alleen
aan de hogere marktdruk voldoen met een ver-
beterde “performance.” Lang: “Zeker in Eu-
ropa moeten we technologische oplossingen
veel breder gaan verankeren.”
Baureihe CHeel kort samengevat biedt Heller met de Bau-
reihe C een programma freesdraaimachines
aan. De letter C in de machineaanduiding staat
voor ‘Combined Processing’; het zijn vijfassige
machines waarop als extra draaibewerkingen
gecombineerd worden met freesbewerkingen.
Danny van Rij van Oude Reimer uit Hilversum,
die de machines van Heller op de Nederlandse
markt brengt, spreekt in dit verband van be-
werkingscentra met een volledige draaifunctio-
naliteit. Een afbeelding bij dit artikel toont de
opbouw van de machine en de ligging van de
machineassen. Omdat Heller groot geworden is
met horizontale bewerkingscentra is de aandui-
ding van de assen zoals bij een horizontale ma-
chine: vanaf de voorzijde van de machine be-
weegt het machinebed over de Z-as naar voren
en naar achteren, de machinekolom beweegt
in dwarsrichting over de X-as en de hoogteslag
van de machine is de Y-as. De B-as is de rote-
rende CNC-as voor draaibewerkingen (of voor
indexerende of simultane bewerkingen). De
C-as is de roterende as voor de freeskop.
Heller biedt de nieuwe machines aan in een
aantal uitvoeringen en machinegroottes. Als
eerste zie je een CP- of CT-uitvoering. CP staat
voor een uitvoering met een palletwisselaar en
CT is de ‘Tisch’-uitvoering die dus direct vanaf
de voorzijde be- en ontladen wordt. Op dit
ogenblik zijn de machinegroottes 2000, 4000 en
8000 beschikbaar als freesdraaimachines. De
getallen zijn aanduidingen voor de machine-
grootte: hoe groter het getal hoe groter het
bereik van de machine is.
Horizontaal opspanvlakKijk je naar de machinespecificaties van de
8000-uitvoering dan zie je voor de CT-uitvoe-
ring (dus zonder palletwisselaar) een maximale
werkstukdiameter van 1.810 mm, een maxi-
male werkstukhoogte van 1.400 m en een maxi-
male opspanmassa van 2.000 kg. En dat geheel
mag dan ook nogs eens voor draaibewerkingen
roteren met een maximaal toerental van 300 m/
min-1. Bernd Hechler die bij Heller als technical
MBA de verkoop ondersteunt: “Dit is nogal
wat, twee ton staal vijfassig bewerken terwijl
het met 300 toeren roteert.” In de visie van
Hechler is het bij dergelijke afmetingen en mas-
sa’s van belang om te werken met een horizon-
taal opspanvlak en de voor de vijfassige bewer-
kingen noodzakelijke zwenkbewegingen te
laten uitvoeren door het gereedschap (de frees-
kop dus).
Assemblage in ChinaDeze zomer opent Heller in China een nieuwe fabriek voor montage van machines. Heller
heeft al productiebedrijven in Brazilië en uiteraard in Nürtingen (D) waar het al sinds 1894
actief is. Daarnaast zijn er vestigingen in het Verenigd Koninkrijk, USA, India en Mexico. In
de jaren vijftig van de vorige eeuw zijn door Heller de eerste bewerkingscentra gebouwd.
Wereldwijd heeft Heller 2.400 mensen in dienst. De omzet in 2012 (een topjaar) bedroeg 592
miljoen euro (ongeveer gelijk verdeeld over Europa, Azië en Amerika).
‘Combined Processing’: frezen én draaien
Een freesdraaimachine CT 8000 in opbouw in Werk 2 bij Heller in Nürtingen. Dit is de ‘Tisch’-uitvoering. De
machinebereiken zijn: 1.250 mm x 1.200 mm x 1.400 mm (X x Y x Z). De zwenkkop heeft een HSK-T 1000
opname (foto’s: Reinold Tomberg)
Christian Lang: “Zeker in Europa moeten we
technologische oplossingen veel breder gaan
verankeren”
De ligging van de machineassen bij de Baureihe C, de
B-as is de rotatie-as voor draaibewerkingen (foto: Heller)
34-35_heller.indd 34 12-04-13 14:29
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 35
M E T A A L B E W E R K E N
“Twee ton staal vijfassig bewerken terwijl het roteert”
eerste zie je een CP- of CT-uitvoering. CP staat
voor een uitvoering met een palletwisselaar en
CT is de ‘Tisch’-uitvoering die dus direct vanaf
de voorzijde be- en ontladen wordt. Op dit
ogenblik zijn de machinegroottes 2000, 4000 en
8000 beschikbaar als freesdraaimachines. De
getallen zijn aanduidingen voor de machine-
grootte: hoe groter het getal hoe groter het
bereik van de machine is.
Horizontaal opspanvlakKijk je naar de machinespecificaties van de
8000-uitvoering dan zie je voor de CT-uitvoe-
ring (dus zonder palletwisselaar) een maximale
werkstukdiameter van 1.810 mm, een maxi-
male werkstukhoogte van 1.400 m en een maxi-
male opspanmassa van 2.000 kg. En dat geheel
mag dan ook nogs eens voor draaibewerkingen
roteren met een maximaal toerental van 300 m/
min-1. Bernd Hechler die bij Heller als technical
MBA de verkoop ondersteunt: “Dit is nogal
wat, twee ton staal vijfassig bewerken terwijl
het met 300 toeren roteert.” In de visie van
Hechler is het bij dergelijke afmetingen en mas-
sa’s van belang om te werken met een horizon-
taal opspanvlak en de voor de vijfassige bewer-
kingen noodzakelijke zwenkbewegingen te
laten uitvoeren door het gereedschap (de frees-
kop dus).
Voor de kleinere CP 2000 (met pallet dus) zijn
de specificaties respectievelijk 720 mm diame-
ter, 850 mm hoogte, massa van 800 kg en een
draaitoerental tot 1.000 min-1. De drie ge-
noemde machinegroottes worden in de toe-
komst aangevuld met nog grotere uitvoerin-
gen. In de planning is bijvoorbeeld een machi-
negrootte 18000, dit is een machine met een X
van 3 m en een tafel die 8.000 kg kan opnemen.
Die grotere machines gaat Heller ook aanbie-
den bij Baureihe H (vierassige horizontale ma-
chines) en Baureihe F (vijfassige machine op
basis van de H-serie). Onlangs is bijvoorbeeld
een eerste grote, horizontale H 14000 uitgele-
verd aan de Duitse firma Knödler. Heller gaat
dus weer grotere machines bouwen. Van be-
lang is dat de C-, H- en F-machines van Heller
werken met identieke pallets, een freesdraai-,
een horizontale machine en een vijfasser kun-
nen dus gezamenlijk opgesteld worden in een
bewerkingscel.
Power of speedBij de freeskoppen is er bij Heller een keuze uit
een zwenkkop met een 45°-deelvlak of een gaf-
felkop. Een gaffelkop biedt als voordeel dat je
bereik in de X-as groter is, met een zwenkkop
moet je immers altijd om je werkstuk heen.
Beide kopuitvoeringen zijn leverbaar in een
‘power cutting’- of een ‘speed cutting’-uitvoe-
ring. Dus in een hoogkoppel- of een hogesnel-
heidsuitvoering. De ‘power cutting unit’ in
zwenkkopuitvoering van de C 8000 bijvoor-
beeld heeft in S6-bedrijf een maximaal koppel
van 1.146 Nm. Bij dezelfde machine is met een
gaffelkop als ‘speed cutting tilt’ een maximaal
toerental bereikbaar van 12.500 min-1. Bijzon-
der is wat bij Heller heet het ‘Nullspindelsy-
stem’. Dit is een kopcontructie waarmee bij de
vijfassige kop, bijvoorbeeld na een crash, in
pakweg 4 uur de machinespil vervangen kan
worden. Dit wisselen is mogelijk terwijl de
freeskop zelf ‘gewoon’ ingebouwd blijft in de
machine.
Het is zichtbaar dat de machineconcepten van
freesdraai- en draaifreesmachines dichter bij
elkaar komen te liggen. Zeker als je verticale
draaimachines meeneemt in je beschouwingen.
Echter, het blijven verschillende machines. ‘Hel-
ler heisst Fräsen’ hoor je in Nürtingen. Dat bete-
kent dat bijna altijd een bepaald aandeel aan
freesbewerkingen nodig is om een dergelijke
machine zinvol in te zetten. Doorslaggevend is
de behoefte aan flexibiliteit. Dus veel wisselend
werk en dan met een hoog technologisch ni-
veau. Ben je een OEM’er met grote series dan
zijn afzonderlijke draai- en freesbewerkings-
centra meestal meer interessant. <<<
Assemblage in ChinaDeze zomer opent Heller in China een nieuwe fabriek voor montage van machines. Heller
heeft al productiebedrijven in Brazilië en uiteraard in Nürtingen (D) waar het al sinds 1894
actief is. Daarnaast zijn er vestigingen in het Verenigd Koninkrijk, USA, India en Mexico. In
de jaren vijftig van de vorige eeuw zijn door Heller de eerste bewerkingscentra gebouwd.
Wereldwijd heeft Heller 2.400 mensen in dienst. De omzet in 2012 (een topjaar) bedroeg 592
miljoen euro (ongeveer gelijk verdeeld over Europa, Azië en Amerika).
‘Combined Processing’: frezen én draaien
Een freesdraaimachine CT 8000 in opbouw in Werk 2 bij Heller in Nürtingen. Dit is de ‘Tisch’-uitvoering. De
machinebereiken zijn: 1.250 mm x 1.200 mm x 1.400 mm (X x Y x Z). De zwenkkop heeft een HSK-T 1000
opname (foto’s: Reinold Tomberg)
De ligging van de machineassen bij de Baureihe C, de
B-as is de rotatie-as voor draaibewerkingen (foto: Heller)
Een zwenkkop van Heller voor vijfassig werk,
C-bereik is +15° tot -195°
Een gaffelkop van Heller, een dergelijke kop kan in
0,5 s versnellen tot 16.000 min-1
Een freesdraaimachine CT 4000 zoals
gedemonstreerd in het technologiecentrum van
Heller. Deze HSK-T 63 machine heeft een bereik van
800 mm x 800 mm x 1.000 mm (X x Y x Z)
34-35_heller.indd 35 12-04-13 14:30
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 3736 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
“Lassen spoelbak duurt enkele minuten”
Groku Kampen had eerder drie kwartier nodig voor
het maken van een goede lasverbinding van een rvs
spoelbak aan een eveneens rvs vlakke plaat
(repeterend handmatig puntlassen gevolgd door
naslijpen). Dankzij laserlassen lukt het nu binnen
enkele minuten. Die enorme tijdwinst is haalbaar
omdat het naslijpen van de laserlas niet meer nodig is.
DOOR: REINOLD TOMBERG
“Warmte is onze grootste vijand.” Directeur-
eigenaar Rinus van Heerden van Groku Kam-
pen heeft het over TIG-lassen als alternatief
voor het repeterend handmatig puntlassen. Dat
laatste lasprocedé, “denk aan naaimachine”,
gebruikte Groku Kampen tot voor kort om
roestvaststalen (rvs) spoelbakken op een even-
eens roestvaststalen plaat te lassen. Groku Kam-
pen is producent en leverancier van professio-
nele keukens en uitgiftesystemen (zie ook
kader bij dit artikel). Groku was op zoek naar
een alternatief verbindingsproces, omdat een
repeterend gepuntlaste spoelbak behoorlijk
veel nabewerking nodig heeft: in totaal tot wel
drie kwartier voor lassen gevolgd door slijpen.
Het TIG-lassen blijkt echter voor Groku geen
bruikbaar alternatief. “Te veel warmte-input”,
legt Van Heerden uit, “ons materiaal is dun, de
boel gaat wijken en teveel laswerkstukken ein-
digen vervolgens in de schrootbak.”
LaserlassenGroku heeft uiteindelijk een goede oplossing
gevonden in het laserlassen. Het bedrijf heeft
geïnvesteerd in een Trumpf TruLaserRobot 5020
laserlascel die is voorzien van een TruDisk 3302
laserbron. We praten over een schijflaser, ook
wel disklaser genoemd. Het hart van de schijfla-
ser van Trumpf is een YB:YAG kristalplaatje.
Kenmerkend is de golflengte van 1,03 micro-
meter ongeveer een factor tien lager in verge-
lijking met een CO2-laser. Het kristal van een
disklaser is een plaatje van pakweg 15 mm en
een dikte van 200 micrometer. Deze vaststestof-
laser wordt gepompt door diodelasers. Ken-
merkend is de flexibele lichtgeleiding: een flexi-
bele glasvezelkabel die van de laserbron naar
de laserkop in de robot gaat. Groku werkt met
een laserbron met één uitgang (meer uitgan-
gen zijn technisch mogelijk), het laservermogen
bedraagt 3,3 kW en het laserlicht wordt inge-
koppeld op een glasvezel met een diameter van
maar 0,4 mm. Om dat pakweg 3 kW vermogen
op de lasplek beschikbaar te krijgen, wordt 12
kW tot 14 kW energie via de laserdioden in de
laserbron gepompt. Dit lijkt een laag rende-
ment, maar in vergelijking met bijvoorbeeld
CO2-lasers met een rendement van 10 tot 15 pro-
cent scoren vastestoflasers met een rendement
van 25 tot 30 procent veel beter (zie ook het
kader bij artikel met meer technische informatie
over het laserlassen). De restwarmte moet afge-
voerd worden met een koeler. Bij Groku staat de
laserbron buiten de cel vlakbij de lasrobot, in
principe zou die afstand groter mogen zijn: tot
wel 100 m. In de glasvezel treden immers geen
verliezen op, deze zie je alleen bij glasluchtover-
gangen. Een glasvezelkabel is flexibel, maar je
moet deze niet knikken. Een buigradius kleiner
dan 200 mm kan problemen geven.
Diep- of geleidingslassenMet een laserlasinstallatie kun je diep- of warm-
tegeleidingslassen. Pakweg 80 procent van het
laserlaswerk in Nederland is geleidingslassen.
Groku verlast rvs plaatmateriaal met een dikte
van 1 mm tot 1,5 mm met het warmtegelei-
dingslasprocedé. Het diep- of keyhole-lassen
(waarbij een plasma ontstaat) is meer iets voor
dikkere plaat (minimale plaatdikte vanaf 2 mm).
Geleidingslassen geschiedt met een relatief lage
straalintensiteit (beneden de 108 W/m2), waar-
door een ondiep smeltbad ontstaat. Het smelt-
front breidt zich uit door warmtegeleiding
hoofdzakelijk naar de zijkant. Dit restulteert in
een goed en constant vloeigedrag waardoor
een las met zeer hoge esthetische kwaliteit ont-
staat. Bij Groku zie je een spotgrootte voor het
geleidingslassen van pakweg 2 mm waarmee
gelast wordt. Zou je dieplassen dan wordt meer
in focus van de laserstraal gewerkt en is de typi-
sche spotgrootte ongeveer 0,4 mm.
Een bijzonderheid van de laskop waarmee
Groku werkt is de motorisch gestuurde spot-
grootte. Dat wil zeggen dat door een gestuurde
Groku KampenDe zeventig mensen van de in 1978 gestartte onderneming Groku Kampen, gevestigd in de
gelijknamige plaats in Overijssel, zijn actief als producent en leverancier van professionele
keukens en uitgiftesystemen voor het midden- en bovensegment. ‘We leveren hardware voor
lunch en diner’ is het motto. De opdrachten zijn klantspecifiek. Het is dus maatwerk waarbij
wel gestreefd wordt naar standaardisatie. In Kampen zijn vijftien mensen van de zeventig
mensen bezig met engineering en re-engineering om de klantspecifiekheid goed in te vul-
len. Groku Kampen verwerkt hoofdzakelijk roestvaststaal, maar ook materialen als volkern
(Trespa), composieten en Corian.
Snel sterke én mooie las met laserlassen
Video laserlassen bij Groku KampenScan deze pagina met de Layar app van
uw smartphone of tablet en bekijk een
video die laserlassen
bij Groku Kampen laat
zien.
De laserlascel van Groku Kampen gefotografeerd door de geopende deuren. Tijdens het lassen moeten deze deuren in verband
met de veiligheid dicht. Op het scherm links is het lasproces te volgen. Voor de robot de mal met daarin de te verlassen plaat en
spoelbak (foto’s: Reinold Tomberg)
36-38_Trumpf.indd 36 15-04-13 09:58
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 37
V E R B I N D E N
“Lassen spoelbak duurt enkele minuten”
veel nabewerking nodig heeft: in totaal tot wel
drie kwartier voor lassen gevolgd door slijpen.
Het TIG-lassen blijkt echter voor Groku geen
bruikbaar alternatief. “Te veel warmte-input”,
legt Van Heerden uit, “ons materiaal is dun, de
boel gaat wijken en teveel laswerkstukken ein-
digen vervolgens in de schrootbak.”
LaserlassenGroku heeft uiteindelijk een goede oplossing
gevonden in het laserlassen. Het bedrijf heeft
geïnvesteerd in een Trumpf TruLaserRobot 5020
laserlascel die is voorzien van een TruDisk 3302
laserbron. We praten over een schijflaser, ook
wel disklaser genoemd. Het hart van de schijfla-
ser van Trumpf is een YB:YAG kristalplaatje.
Kenmerkend is de golflengte van 1,03 micro-
meter ongeveer een factor tien lager in verge-
lijking met een CO2-laser. Het kristal van een
disklaser is een plaatje van pakweg 15 mm en
een dikte van 200 micrometer. Deze vaststestof-
laser wordt gepompt door diodelasers. Ken-
merkend is de flexibele lichtgeleiding: een flexi-
bele glasvezelkabel die van de laserbron naar
de laserkop in de robot gaat. Groku werkt met
een laserbron met één uitgang (meer uitgan-
gen zijn technisch mogelijk), het laservermogen
bedraagt 3,3 kW en het laserlicht wordt inge-
koppeld op een glasvezel met een diameter van
maar 0,4 mm. Om dat pakweg 3 kW vermogen
op de lasplek beschikbaar te krijgen, wordt 12
kW tot 14 kW energie via de laserdioden in de
laserbron gepompt. Dit lijkt een laag rende-
ment, maar in vergelijking met bijvoorbeeld
CO2-lasers met een rendement van 10 tot 15 pro-
cent scoren vastestoflasers met een rendement
van 25 tot 30 procent veel beter (zie ook het
kader bij artikel met meer technische informatie
over het laserlassen). De restwarmte moet afge-
voerd worden met een koeler. Bij Groku staat de
laserbron buiten de cel vlakbij de lasrobot, in
principe zou die afstand groter mogen zijn: tot
wel 100 m. In de glasvezel treden immers geen
verliezen op, deze zie je alleen bij glasluchtover-
gangen. Een glasvezelkabel is flexibel, maar je
moet deze niet knikken. Een buigradius kleiner
dan 200 mm kan problemen geven.
Diep- of geleidingslassenMet een laserlasinstallatie kun je diep- of warm-
tegeleidingslassen. Pakweg 80 procent van het
laserlaswerk in Nederland is geleidingslassen.
Groku verlast rvs plaatmateriaal met een dikte
van 1 mm tot 1,5 mm met het warmtegelei-
dingslasprocedé. Het diep- of keyhole-lassen
(waarbij een plasma ontstaat) is meer iets voor
dikkere plaat (minimale plaatdikte vanaf 2 mm).
Geleidingslassen geschiedt met een relatief lage
straalintensiteit (beneden de 108 W/m2), waar-
door een ondiep smeltbad ontstaat. Het smelt-
front breidt zich uit door warmtegeleiding
hoofdzakelijk naar de zijkant. Dit restulteert in
een goed en constant vloeigedrag waardoor
een las met zeer hoge esthetische kwaliteit ont-
staat. Bij Groku zie je een spotgrootte voor het
geleidingslassen van pakweg 2 mm waarmee
gelast wordt. Zou je dieplassen dan wordt meer
in focus van de laserstraal gewerkt en is de typi-
sche spotgrootte ongeveer 0,4 mm.
Een bijzonderheid van de laskop waarmee
Groku werkt is de motorisch gestuurde spot-
grootte. Dat wil zeggen dat door een gestuurde
lensverstelling in de laserkop de grotere spot
voor het warmtegeleidingslassen en de kleinere
spot voor het dieplassen in het zelfde werkpunt
liggen. Voordeel is, dat in een bewerkingspro-
gramma eenvoudig omgeschakeld kan worden
in lasmode (warmtegeleidings-/dieplassen) zon-
der dat de gebruiker aanpassingen hoeft te
maken aan de laskop of de kop in hoogte hoeft
te varieren. Voor het programmeren van de ze-
sassige Kuka lasrobot is die vaste waarde uiter-
aard van belang; je hebt een vast TCP (tool cen-
ter point). De robot en de laser worden gepro-
grammeerd met behulp van één userinterface;
Trumpf LaserTech genoemd.
Op de laskop van Groku zit ook een camera.
Deze kijkt tijdens het teachen mee en contro-
leert ook de focus van het lasproces. Het laser-
lassen met de vastestoflaser moet geschieden in
een afgesloten ruimte: de golflengte van net
iets meer dan 1 micrometer van de vastestofla-
ser (niet zichtbaar voor het menselijk oog) is erg
gevaarlijk voor de ogen én bovendien slecht
voor je huid. Daarom wordt via een extra ca-
mera het lasproces op een scherm gevolgd. Tij-
dens het lassen zijn de deuren van de lascel
gesloten. Groku werkt met een relatief grote
lascel: het oppervlak is 6 m bij 6 m (gebruikelijk
is 4,8 m x 4,8 m). De lascel is nu ongeveer één
jaar operationeel bij Groku.
TolerantiesWouter de Haan van Groku benadrukt dat het
beheersen van toleranties van de plaatdelen erg
belangrijk is bij het laserlassen. “Hoe beter het
plaatmateriaal aansluit, hoe beter het laserlas-
sen verloopt”. (Het kader bij dit artikel geeft
meer informatie over de gewenste toleranties bij
verschillende lasnaadvormen). Het goed aanslui-
ten van de plaatranden is van belang omdat er
gelast wordt zonder toevoegmaterialen, de
smeltbaden van de beide plaatranden moeten
bij elkaar komen en samenvloeien zonder dat
het smeltbad wegloopt. Om die reden is knippen
niet de juiste voorbewerking voor het plaatma-
teriaal: te onnauwkeurig. Als voorbewerking is
lasersnijden en precisie-afkanten noodzakelijk.
Groku KampenDe zeventig mensen van de in 1978 gestartte onderneming Groku Kampen, gevestigd in de
gelijknamige plaats in Overijssel, zijn actief als producent en leverancier van professionele
keukens en uitgiftesystemen voor het midden- en bovensegment. ‘We leveren hardware voor
lunch en diner’ is het motto. De opdrachten zijn klantspecifiek. Het is dus maatwerk waarbij
wel gestreefd wordt naar standaardisatie. In Kampen zijn vijftien mensen van de zeventig
mensen bezig met engineering en re-engineering om de klantspecifiekheid goed in te vul-
len. Groku Kampen verwerkt hoofdzakelijk roestvaststaal, maar ook materialen als volkern
(Trespa), composieten en Corian.
>>>
Snel sterke én mooie las met laserlassen
Video laserlassen bij Groku KampenScan deze pagina met de Layar app van
uw smartphone of tablet en bekijk een
video die laserlassen
bij Groku Kampen laat
zien.
De laskop van Groku Kampen. Deze kop heeft een
motorisch gestuurde spotgrootte. Onder de nozzle
voor het toevoeren van het schermgas
De spoelbak en de plaat samengelast na het openen
van de lasmal
De laserlas tussen spoelbak en plaat. Deze las heeft
geen nabewerking meer nodig. Wel wordt de las
nog gepassiveerd met een beitspasta
36-38_Trumpf.indd 37 15-04-13 09:58
38 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Doorslaggevend voor het succes van laserlassen
is de mallenbouw. Groku bouwt de benodigde
lasmallen zelf in eigen beheer. Vanuit de eigen
productie heeft Groku veel ervaring met het
verwerken van Trespa plaatmateriaal. Dit lami-
naatmateriaal, ook wel aangeduid als volkern-
plaatmateriaal, wordt ook ingezet voor de mal-
lenbouw. Groku heeft in de productie een CNC-
machine voor het verspanend bewerken van
Trespa. Daarnaast bouwt Groku ook mallen op
van plaatmateriaal. De foto’s bij dit artikel laten
enkele mallen zien.
Dat de mensen van Groku de lasmallen zelf bou-
wen, heeft ook te maken met de hoge prijzen die
in de markt gevraagd worden voor mallenbouw.
Zeker als je veel laswerk door de lascel wilt halen,
en dat wil Groku met veel verschillende produk-
ten en kleinere series, kan het aankopen van las-
mallen een enorme kostenpost zijn.
Alhoewel de warmte-inbreng van het laserlas-
sen, in vergelijking met andere lasprocessen
gering is, wordt bij het lassen van de spoelbak
toch koperen strippen ingezet voor het afvoe-
ren van de warmte. Warmtegeleidingslassen is
in vergelijking met dieplassen een relatief lang-
zaam lasproces, zou de warmte niet snel ge-
noeg afgevoerd worden dan kunnen de lasde-
len plaatselijk toch nog vervormen.
Directeur Rinus van Heerden: “Laserlassen is
voor ons een nieuwe techniek. Het lassen van
een spoelbak aan een plaat duurt enkele minu-
ten. Eerder waren we in totaal drie kwartier
kwijt aan het lassen en naslijpen. Het naslijpen
is niet meer nodig. In vergelijking met slijpwerk
heeft de laserlas een ander uiterlijk, maar de las
is wel veel sterker.” Het warmtegeleidingslassen
geeft een mooie, gladde las. De enige nabe-
werking die de laserlas bij Groku nog nodig
heeft is passiveren (beitsen). <<<
Nauwkeurig werken belangrijk bij laserlassenLaserlassen is een verbindingsproces waar-
bij de elektromagnetische straling van een
laserbron ingezet wordt voor het genereren
van de benodigde smeltwarmte.
Tijdens een themamiddag over laserlassen,
eind februari bij Groku Kampen, gaf Ronald
Verstraeten van Trumpf technische achter-
grondinformatie. Hij karakteriseerde een
laser treffend als een “opgevoerde tl-balk.”
Voor meer informatie over CO2-en vaste-
stoflasers voor plaatbewerking zie ook het
artikel hierover uit 2011 dat te vinden is in
het PDF-archief op onze site metaalmaga-
zine.nl (zoeken met ‘vastestoflaser of CO2-
laser voor plaat’).
Er zijn verschillende bronnen voor het laser-
lassen, afbeelding 1 bij dit kader geeft een
vergelijking. De verschillende lasers als CO2-,
staaf-, schijf-, fiber- en diodenlaser kennen
verschillende toepassingsgebieden, zie af-
beelding 2. Hieruit blijkt bijvoorbeeld dat je
de CO2-laser niet moet inzetten voor warm-
tegeleidingslassen en dat diodenlasers niet
toepasbaar zijn voor diepe laspenetraties.
Een diodegepompte schijflaser zoals in het
artikel hiernaast beschreven staat, is zowel
inzetbaar voor warmtegeleidings- als voor
dieplassen. Afbeelding 3 geeft een vergelij-
king tussen de kenmerken van warmte- en
dieplassen. Bij dieplassen zie je een enorm
hoge inkoppeling, dit is mede te danken
aan het plasma dat tijdens het lassen in de
‘keyhole’ ontstaat. Nauwkeurig werken is
belangrijk bij laserlassen. Afbeelding 4 geeft
indicaties voor plaatdikten beneden de 2
mm. De toleranties zijn niet hoog: bij een
stompe naad in een plaatdikte van 1 mm is
een spleet benodigd van pakweg 0,1 mm.
Dat betekent niet alleen dat je de plaatuit-
slagen nauwkeurig moet maken maar ook
dat je de plaatdelen nauwkeurig moet op-
bouwen in de lasmal.
1. Vergelijking bronnen voor laserlassen (bron: Trumpf)
2. Welke laser is geschikt voor welke toepassing (bron: Trumpf)
3. Warmtegeleidingslassen in vergelijking met dieplassen
(bron: Trumpf)
4. Toleranties lasconstructies voor laserlassen (bron: Trumpf)
Een lasmal gemaakt door Groku Kampen. Vanuit de
eigen productie heeft Groku veel ervaring met het
verwerken van Trespa
36-38_Trumpf.indd 38 15-04-13 09:58
Het MAPAL Effect bij gecombineerd gereedschap:
• Cyclustijdreductie van minimaal 40%.
• Complexe “gaten maken” in hoge kwaliteit.
• Optimale concentriciteit.
• Betrouwbaarheid van het productieproces, vooral bij automatiserings-
toepassingen.
INDEX-TRAUB ● WEILER ● SORALUCE ● TOYODA ● ELB-ABA ● MAXMILL
HILMA ● ROEMHELD ● STARK ● ZOLLER ● MAPAL ● WOHLHAUPTER ● SUHNER
LAAGLAND B.V. TEL. 010 - 292 22 22 WWW.LAAGLAND.NL
HET
MAPAL
EFFECT
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 4140 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Reductie van 40 procent minimaal haalbaarNa de investering in machines voor
compleetbewerking en de automatisering van de
werkstukhandling is de inzet van combigereedschap
voor Bredel Hose Pumps in Delden een volgende
grote sprong voorwaarts in de productie-efficiëntie.
DOOR: HANS KOOPMANS
Bij Bredel (zie ook kader) produceren 52 mede-
werkers jaarlijks zo’n 5.200 slangenpompen en
worden 45.000 slangen geslepen. Ongeveer 96
procent van de productie wordt geëxporteerd.
De mondiale concurrentiestrijd maakte een
kleine tien jaar geleden een herbezinning
noodzakelijk: overheveling van de productie
naar China óf fors investeren in productietech-
nologie om het aandeel van de loonkosten in
de kostprijs te reduceren. Het werd dit laatste:
de afgelopen acht jaar is voor ‘vele miljoenen’
in de werkplaats geïnvesteerd, ondermeer in
manarme productie van de relatief kleine series
tot maximaal enkele tientallen stuks. Zo is
onder andere een Millturn M65 draaifreescen-
trum van WFL in gebruik genomen voor de
compleetbewerking van pomponderdelen.
Combigereedschap Verantwoordelijk voor de implementatie van
combigereedschap bij Bredel zijn Senior Manu-
facturing Engineer Bertus Groteboer en Super-
visor Machining Department Hans Hazelhorst.
Groteboer: “De productie van onze SPX-rotor
vergde oorspronkelijk een doorlooptijd van vijf
weken, doordat het draaien en frezen op af-
zonderlijke machines gebeurde en het aan-
brengen van de vertanding extern werd uitge-
voerd. Op de WFL-machine kunnen die bewer-
kingen in één opspanning worden uitgevoerd
met een cyclustijd van 28 min. De inzet van
combigereedschap was een logische volgende
stap, waarbij overigens het product enigszins
moest worden aangepast, met als resultaat een
verdere reductie van de cyclustijd tot minimaal
13 minuten.”
Inmiddels wordt een groot aantal bewerkin-
gen, waaronder het pomphuis en de rotoren,
met combigereedschap uitgevoerd. Hiervoor
wordt samengewerkt met de gereedschapsle-
verancier Mapal uit Aalen (D) en vertegenwoor-
diger Laagland uit Dordrecht. Uitgangspunt
hierbij, leggen Hazelhorst en Groteboer uit,
vormt de producttekening. Voor grotere pro-
jecten wordt een team samengesteld uit mede-
werkers van Bredel, Laagland en Mapal, die
nagaan welke bewerkingen zich voor integra-
tie lenen en de maakbaarheid van het gereed-
schap beoordelen. Een en ander mondt uit in
een concreet gereedschapsontwerp. “Maar dan
zijn we er nog niet”, zegt Groteboer. “Na leve-
ring moet het gereedschap daadwerkelijk wor-
den ingezet. Ook hierbij worden zowel Laag-
land als Mapal betrokken. Wordt de verwach-
ting ten aanzien van de cyclustijd waarge-
maakt? Haalt het gereedschap de vereiste
nauwkeurigheid? En niet te vergeten: hoe
klinkt het? Vooral rare bijgeluiden zijn een indi-
catie dat gereedschap, product of opspanning
voor verbetering vatbaar is.”
TijdreductieHet belangrijkste voordeel van combigereed-
schappen ligt, niet verbazingwekkend, in de
cyclustijdreductie. Door verschillende bewerkin-
gen in één gereedschap te combineren, zoals
boren, frezen, ruimen en aanschuinen, worden
alle verspanende bewerkingen op één machine,
in één cyclus uitgevoerd. De tijdreductie laat
zich lastig exact bepalen, maar is ‘significant’.
De totale bewerkingstijd van een door Bredel
uitbesteed product bedroeg circa 1 uur op een
vijfassig bewerkingscentrum; hetzelfde product
kon met combigereedschap binnen 21 min
compleet vervaardigd worden; een reductie
van 65 procent. Volgens Groteboer is een reduc-
tie van 40 procent het minimaal haalbare. Een
tweede voordeel ligt in de vermindering van
het aantal opnames, een derde in het geringere
aantal bezette posities van het gereedschaps-
magazijn waardoor de machine sneller kan
worden omgesteld en een vierde voordeel is
dat de bewerkingen nauwkeuriger ten op-
zichte van elkaar worden uitgevoerd; met
name eigenschappen als concentriciteit en
haaksheid liggen vast in de gereedschapsgeo-
metrie. Een laatste, vijfde voordeel ligt in de
tijdwinst doordat de machine minder controle-
metingen voor gereedschapsslijtage hoeft uit te
voeren. Een nadeel is natuurlijk de specifieke
uitvoering; de gereedschappen zijn niet univer-
seel toepasbaar en modificaties van het product
kunnen het gereedschap zelfs nutteloos maken.
Natuurlijk is een combigereedschap duurder
dan een standaardgereedschap. Of een combi-
gereedschap al dan niet rendabel is, hangt met
name van de seriegrootte af en het aantal re-
peats. Bij Bredel is gebleken dat combigereed-
schappen al in kleine series lonend zijn.
Lange standtijdBredel zet combigereedschap ondermeer in
voor de compleetbewerking van rotoren van
slangenpompen op een M65 draaifreescentrum
van WFL. Daarbij worden de gereedschappen
“Betrek gereedschapsleverancier bij machinekeuze”De invoering van het Mapal combigereedschap liep parallel met de introductie van een nieuwe
generatie pompen in 2011. “Het samenspel tussen machine en gereedschap is van cruciaal be-
lang”, zegt Bertus Groteboer. “Centraal staat de vraag: aan welke specificaties moet de machine
voldoen om zo kort mogelijke cyclustijden te realiseren, uiteraard onder voorwaarde dat de
vereiste kwaliteit gehaald wordt. Dus welke koppels, welk vermogen, welk toerentalbereik heb
je nodig? Het is aan te bevelen om de gereedschapsleverancier te betrekken bij de bepaling van
die basisgegevens en daarmee bij de keuze voor de gereedschapsmachine.”
SlangenpompenBredel Hose Pumps is een fabrikant van slangenpompen
(behorend tot de Watson-Marlow Group). Slangenpom-
pen worden gebruikt voor het verpompen van vloeistof-
fen, die in andere typen pompen problemen zouden
kunnen geven, bijvoorbeeld door hun corrosieve werking
of andersom, doordat pompdeeltjes worden opgelost in
de vloeistof. Bij een slangenpomp komt de vloeistof al-
leen in aanraking met de binnenwand van het pompele-
ment: een slang van kunststof, die de te pompen vloei-
stof gescheiden houdt van andere pomponderdelen en
daardoor zowel de pomp als de vloeistof beschermt. De
pompslang is vervaardigd van chemisch inert materiaal,
versterkt met polyamide en wordt machinaal geslepen.
Gecombineerd gereedschap verlaagt cyclustijd
Een van de combigereedschappen voor de
bewerking van de rotor, waarin drie bewerkingen
zijn gecombineerd
Nog een pomphuisonderdeel en het bijbehorende combigereedschap dat wordt ingezet voor de bewerking
van het centrale deel
Een van de producten van Bredel, een aluminium
rotor, en de daarvoor samen met Mapal en Laagland
ontwikkelde combigereedschappen (foto’s: Bredel/
Laagland)
40-41_bredel.indd 40 15-04-13 10:01
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 41
M E T A A L B E W E R K E N
Reductie van 40 procent minimaal haalbaarschap beoordelen. Een en ander mondt uit in
een concreet gereedschapsontwerp. “Maar dan
zijn we er nog niet”, zegt Groteboer. “Na leve-
ring moet het gereedschap daadwerkelijk wor-
den ingezet. Ook hierbij worden zowel Laag-
land als Mapal betrokken. Wordt de verwach-
ting ten aanzien van de cyclustijd waarge-
maakt? Haalt het gereedschap de vereiste
nauwkeurigheid? En niet te vergeten: hoe
klinkt het? Vooral rare bijgeluiden zijn een indi-
catie dat gereedschap, product of opspanning
voor verbetering vatbaar is.”
TijdreductieHet belangrijkste voordeel van combigereed-
schappen ligt, niet verbazingwekkend, in de
cyclustijdreductie. Door verschillende bewerkin-
gen in één gereedschap te combineren, zoals
boren, frezen, ruimen en aanschuinen, worden
alle verspanende bewerkingen op één machine,
in één cyclus uitgevoerd. De tijdreductie laat
zich lastig exact bepalen, maar is ‘significant’.
De totale bewerkingstijd van een door Bredel
uitbesteed product bedroeg circa 1 uur op een
vijfassig bewerkingscentrum; hetzelfde product
kon met combigereedschap binnen 21 min
compleet vervaardigd worden; een reductie
van 65 procent. Volgens Groteboer is een reduc-
tie van 40 procent het minimaal haalbare. Een
tweede voordeel ligt in de vermindering van
het aantal opnames, een derde in het geringere
aantal bezette posities van het gereedschaps-
magazijn waardoor de machine sneller kan
worden omgesteld en een vierde voordeel is
dat de bewerkingen nauwkeuriger ten op-
zichte van elkaar worden uitgevoerd; met
name eigenschappen als concentriciteit en
haaksheid liggen vast in de gereedschapsgeo-
metrie. Een laatste, vijfde voordeel ligt in de
tijdwinst doordat de machine minder controle-
metingen voor gereedschapsslijtage hoeft uit te
voeren. Een nadeel is natuurlijk de specifieke
uitvoering; de gereedschappen zijn niet univer-
seel toepasbaar en modificaties van het product
kunnen het gereedschap zelfs nutteloos maken.
Natuurlijk is een combigereedschap duurder
dan een standaardgereedschap. Of een combi-
gereedschap al dan niet rendabel is, hangt met
name van de seriegrootte af en het aantal re-
peats. Bij Bredel is gebleken dat combigereed-
schappen al in kleine series lonend zijn.
Lange standtijdBredel zet combigereedschap ondermeer in
voor de compleetbewerking van rotoren van
slangenpompen op een M65 draaifreescentrum
van WFL. Daarbij worden de gereedschappen
gecombineerd met een van de spansystemen:
een HSK100- dan wel een Sandvik Capto C8-
opname. De gereedschappen worden samen-
gesteld op een Venturion 600 voorinstelappa-
raat van Zoller (ook van Laagland). Door middel
van een RFID-chip in de gereedschappen wor-
den de data van het voorinstelapparaat overge-
dragen naar de machine.
De rotoren worden in één opspanning voor- en
nabewerkt. Bij de voorbewerking brengt Bredel
een boring en een buitenloopvlak aan; het na-
bewerken omvat het in- en uitwendig ruimen
van vier cilindrische en taps toelopende vlak-
ken. Een ander geval betreft een pomphuis.
Door inzet van een combigereedschap is de be-
werkingstijd teruggebracht van meer dan 15
min naar 6 min.
Groteboer: “Opvallend is de lange standtijd van
de combigereedschappen voor de nabewerkin-
gen. Die wordt eerder in jaren dan in maanden
gemeten. Voor bepaalde aluminium onderde-
len schakelen we binnenkort over van hardme-
taal op PKD, waardoor we de snijsnelheid ver-
der kunnen opvoeren. Waar mogelijk kiezen
we de wisselplaten uit het bestaande ISO-pro-
gramma, soms moeten we echter gebruikma-
ken van tailor made snijplaten.” <<<
“Betrek gereedschapsleverancier bij machinekeuze”De invoering van het Mapal combigereedschap liep parallel met de introductie van een nieuwe
generatie pompen in 2011. “Het samenspel tussen machine en gereedschap is van cruciaal be-
lang”, zegt Bertus Groteboer. “Centraal staat de vraag: aan welke specificaties moet de machine
voldoen om zo kort mogelijke cyclustijden te realiseren, uiteraard onder voorwaarde dat de
vereiste kwaliteit gehaald wordt. Dus welke koppels, welk vermogen, welk toerentalbereik heb
je nodig? Het is aan te bevelen om de gereedschapsleverancier te betrekken bij de bepaling van
die basisgegevens en daarmee bij de keuze voor de gereedschapsmachine.”
Gecombineerd gereedschap verlaagt cyclustijd
Meervoudige opspanning levert een verdere
verbetering van de productie-efficiëntie
De gereedschapswisselaar, waarbij een deel van de
posities wordt bezet door combigereedschappen
Verschillende onderdelen worden in kleine series
(enkele tientallen) aangevoerd voor bewerking met
combigereedschap in het WFL draaifreescentrum
Combigereedschap voor de rotor waarin zijn
opgenomen een terugtrekbeitel voor het
aanbrengen van een afdichtingskamertje (diameter
34 mm) en een kops-steekbeitel voor het steken van
een groef (diameter 60 mm)
Een van de combigereedschappen voor de
bewerking van de rotor, waarin drie bewerkingen
zijn gecombineerd
Nog een pomphuisonderdeel en het bijbehorende combigereedschap dat wordt ingezet voor de bewerking
van het centrale deel
40-41_bredel.indd 41 15-04-13 10:01
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 4342 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
De ‘vein’-technologie is interessant voor het
bewerken van composieten. Deze technologie is in
het midden van de jaren tachtig van de vorige eeuw
ontwikkeld door Precorp uit de USA. Sinds 2010
werken Sandvik en Precorp samen bij het verder
ontwikkelen van deze boortechnologie.
DOOR: REINOLD TOMBERG
Koolstofvezelversterkte kunststof (CFRP) in
combinatie met een metaallaag van titanium is
een voorbeeld van een moeilijk te verspanen
aerospace-materiaal. Toch willen vliegtuigbou-
wers graag combinaties als CFRP/Ti of Ti/CFRP/Al
inzetten. Dergelijke lichtgewichtlaminaten zijn
interessant vanwege de gunstige verhouding
tussen de eigen massa en sterkte/stijfheid. In de
vliegtuigbouw is boren een veel toegepaste
techniek. Daarbij wordt gestreefd naar ‘one-
shot drilling’. Dat wil zeggen dat met een boor-
bewerking in een keer een precisiegat gemaakt
moet worden in plaats van een aantal achter-
eenvolgende bewerkingen als voorboren,
boren en ruimen.
Dit lukt met boren die zijn gemaakt met de zo-
geheten ‘PCD vein’-technologie. Het Engelse
woord ‘vein’ kun je vertalen als nerf, vlam of
ader. Dit geeft al aan hoe het polykristallijne
diamant dat de eigenlijke snijkant vormt gepo-
sitioneerd is in het boorgereedschap: als een
ader, een nerf, is het diamant ondergebracht in
een hardmetalen drager. PCD-gereedschappen
zijn goed inzetbaar voor het verspanen van
hoogsilicium-aluminium, metalmatrixcomposie-
ten (MMC’s) en koolstofvezelversterkte kunst-
stoffen. PCD kan ook worden gebruikt voor
(na)bewerking van titanium. Vanwege de op-
losbaarheid in ijzer is het gebruik van PCD be-
perkt tot non-ferro materialen.
De drie tekeningen bij dit artikel laten zien hoe
een ‘PCD vein’-boor ontstaat. De eerste stap is
het maken van een gleuf of groef in een hard-
metalen werkstuk dat een vorm heeft waarbin-
nen de boorpunt past. De gleuf of de groef
wordt zodanig gepositioneerd dat de snijkan-
ten op een gewenste positie komen te liggen.
Vervolgens wordt de lege groef of gleuf opge-
vuld met diamantpoeder. Daarna wordt onder
hoge druk van pakweg 60.000 bar en hoge
temperatuur van bijna 1.500°C dit poeder in
een pers gecomprimeerd en omgezet tot een
compact PCD snijmateriaal. Het is eigenlijk een
soort in situ maken van een PCD gereedschap.
De derde stap is het solderen van het hardme-
talen stuk met de PCD aders op een hardmeta-
len houder. Kenmerkend daarbij is dat de ei-
genlijke soldeerplaats voldoende ver gepositio-
neerd kan worden van de snijkanten. Dit voor-
komt een te hoge temperatuurbelasting van de
soldeerverbinding. Dit is ook eigenlijk de reden
waarom gekozen is voor de ‘vein’-technologie.
Je zou vanzelfsprekend ook een stukje PCD di-
rect aan een houder kunnen solderen. Echter in
dat geval komt de soldeerverbinding te dicht
bij de boorpunt te liggen. Als laatste stap wor-
den door middel van slijpen de gewenste boor-
punt en de bekende spiraalvorm van de boor
aangebracht. Na het slijpen ligt het diamant
precies in de gewenste snijpositie. Een nieuwe
ontwikkeling is de zogeheten ‘Shielded Dia-
mond’-technology. Dit houdt in dat een zo mi-
nimaal mogelijke PCD snijkantlengte in contact
komt met het te boren materiaal.
Boren met PCD aderGigantische smeedpers De Duitse persenbouwer Siempelkamp
heeft eind 2012 opdracht gekregen tot de
bouw van een gigantische 50.000 ton
smeedpers voor een nieuwe vestiging van
het Chinese bedrijf Nanshan Aluminium in
de provincie Shandong. De pers (de ople-
vering staat gepland voor het voorjaar van
2015) zal beschikken over een vermogen
van 24 MW en een tafelafmeting van 4 m
x 7 m. De holm wordt voortbewogen door
acht cilinders, waarbij de oliedruk op kan
lopen tot 420 bar. Het frame is vervaardigd
uit nodulair gietijzer en wordt in de eigen
gieterij van Siempelkamp gegoten. Hoge
excentrische belastingen worden via de
besturing gecompenseerd. Deze besturing
beschikt bovendien over een ‘strain rate
control’, waardoor extreem lage smeed-
snelheden gerealiseerd kunnen worden.
Dat maakt de machine bij uitstek geschikt
voor de productie van veeleisende onder-
delen. De pers zal door Nanshan met name
worden ingezet voor de productie van
smeeddelen uit aluminium- en titaanlege-
ringen voor de vliegtuigindustrie.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71176
Het maken van een boor met de ‘PCD vein’-technologie: één gleuf wordt gevuld met PCD poeder dat vervolgens wordt gesinterd (foto’s: Precorp)
Sandvik biedt de ‘vein’-boren onder de aanduiding
‘CD10 PCD vein drill’ aan in het diameterbereik
van 3 mm tot 16 mm in verschillende uitvoeringen
ondermeer voor CFRP/Ti- en CFRP/Al-stacks. Inwendige
koeling door het gereedschap is mogelijk. Boorpunt is
respectievelijk 118° en 135° (foto: Sandvik)
Demonstratie van Sandvik tijdens de JEC 2012 van
het boren van een laminaat met CFRP in het midden
(foto: Sandvik)
Een artist impression van de nieuwe 50.000
ton smeedpers die Siempelkamp gaat bouwen
voor het Chinese Nanshan Aluminium (foto:
Siempelkamp)
42-45,47-48_Technisch nieuws.indd 42 15-04-13 10:04
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 43
t e c h n i s c h n i e u w s
ontwikkeling is de zogeheten ‘Shielded Dia-
mond’-technology. Dit houdt in dat een zo mi-
nimaal mogelijke PCD snijkantlengte in contact
komt met het te boren materiaal.
Boren met PCD aderEenvoudige dialoogsoftware Dankzij de relatief eenvoudige dialoogsoftware,
Turnmate i van Fanuc of Shopturn van Siemens,
kan Jesco haar nieuwe Budget Line teach-in
draaibanken tegen ‘scherpe prijzen’ op de markt
zetten. Een machine met een draaidiameter van
390 mm en een afstand van 1.250 mm tussen de
centers kan bijvoorbeeld voor een prijs van
32.700 euro worden aangeboden. Ter introduc-
tie biedt de Nederlandse Jesco-vertegenwoordi-
ger LVDN in Lelystad daarnaast nog een extra
premie van 1.500 euro bovenop de onafhanke-
lijk bepaalde waarde van een inruilmachine. Vol-
gens LVDN wordt met de Budget Line-draaiban-
ken ingespeeld op de huidige minder florissante
marktsituatie, waar de ruimte voor investerin-
gen beperkt is. Naast het bedrijfsleven ziet LVDN
ook interessante mogelijkheden voor de machi-
nes binnen onderwijsinstellingen. Zo nodig kan
LVDN een driedaagse opleiding verzorgen om
de mogelijkheden van de programmering opti-
maal te leren benutten. De Budget Line-draai-
banken voldoen aan de nieuwe CE-richtlijnen
(2014) en zijn standaard uitgerust met een auto-
matisch smeersysteem en een automatische toe-
rentalschakeling in drie ranges.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71169
Warmtegeleidend sandwichmateriaalDoor prof. Gries en dr. Glowania van het Institut
für Textiltechnik (ITA) van het RWTH in Aachen
is een nieuw lichtgewicht sandwichmateriaal
ontwikkeld op basis van een composietmateri-
aal dat met pek-gebaseerde koolstofvezels is
versterkt. Het soortelijk gewicht van het mate-
riaal ligt lager dan van aluminium. Het materi-
aal heeft daarbij een hoge warmtegeleidings-
coëfficiënt van 27 W/mK, vergelijkbaar met dat
van gelegeerde staalsoorten. De goede warm-
tegeleiding van pek-gebaseerde koolstofvezels
was al bekend, maar probleem was tot nu toe
de moeizame verwerking van het zeer brosse
materiaal (elasticiteitsmodulus 950 GPa). Met
name op dat punt hebben Gries en Glowania
voor een doorbraak gezorgd. Door de vezels
gericht in de matrix in te bedden is de warmte-
geleiding nog verder verbeterd.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71170
Gigantische smeedpers De Duitse persenbouwer Siempelkamp
heeft eind 2012 opdracht gekregen tot de
bouw van een gigantische 50.000 ton
smeedpers voor een nieuwe vestiging van
het Chinese bedrijf Nanshan Aluminium in
de provincie Shandong. De pers (de ople-
vering staat gepland voor het voorjaar van
2015) zal beschikken over een vermogen
van 24 MW en een tafelafmeting van 4 m
x 7 m. De holm wordt voortbewogen door
acht cilinders, waarbij de oliedruk op kan
lopen tot 420 bar. Het frame is vervaardigd
uit nodulair gietijzer en wordt in de eigen
gieterij van Siempelkamp gegoten. Hoge
excentrische belastingen worden via de
besturing gecompenseerd. Deze besturing
beschikt bovendien over een ‘strain rate
control’, waardoor extreem lage smeed-
snelheden gerealiseerd kunnen worden.
Dat maakt de machine bij uitstek geschikt
voor de productie van veeleisende onder-
delen. De pers zal door Nanshan met name
worden ingezet voor de productie van
smeeddelen uit aluminium- en titaanlege-
ringen voor de vliegtuigindustrie.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71176
Het maken van een boor met de ‘PCD vein’-technologie: één gleuf wordt gevuld met PCD poeder dat vervolgens wordt gesinterd (foto’s: Precorp)
Sandvik biedt de ‘vein’-boren onder de aanduiding
‘CD10 PCD vein drill’ aan in het diameterbereik
van 3 mm tot 16 mm in verschillende uitvoeringen
ondermeer voor CFRP/Ti- en CFRP/Al-stacks. Inwendige
koeling door het gereedschap is mogelijk. Boorpunt is
respectievelijk 118° en 135° (foto: Sandvik)
Demonstratie van Sandvik tijdens de JEC 2012 van
het boren van een laminaat met CFRP in het midden
(foto: Sandvik)
Enkele voorbeelden van het door ITA ontwikkelde
sandwichmateriaal, dat dankzij de pek-gebaseerde
koolstofvezels heel goed warmtegeleidend is (foto:
ITA, RWTH)
Een artist impression van de nieuwe 50.000
ton smeedpers die Siempelkamp gaat bouwen
voor het Chinese Nanshan Aluminium (foto:
Siempelkamp)
De Budget
Line teach-in
draaibanken
worden standaard
geleverd met een
drieklauwplaat
en een ISO
snelwisselsysteem
voor de
gereedschappen
(foto: LVDN)
42-45,47-48_Technisch nieuws.indd 43 15-04-13 10:04
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 4544 j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3
Eind februari tijdens de Demoweek Ede - Veenendaal liet Heidenhain in Ede
ondermeer zien wat het verschil is tussen ‘semi closed loop’- en ‘closed loop’-
positiemeting van assen van gereedschapswerktuigen. Het zal niemand verbazen
dat een gesloten lus nauwkeuriger is.
De demonstratieopstelling van Heidenhain
maakte duidelijk dat voor het echt nauwkeurig
metaalbewerken op micrometerniveau meer
nodig is dan een encoder op de kogelomloop-
spil of op de motor van een roterende as. Zeker
in de huidige tijd van enkelstuks- of kleinserie-
productie die ook onbemand nauwkeurig ge-
maakt moeten worden. Los van de effecten van
bijvoorbeeld omkeerspelingen of slijtage van
aandrijfcomponenten corrigeert een ‘closed
loop’-meting de effecten van thermische drift.
Staal heeft een lineaire uitzettingscoëfficiënt
van 12.10-6 m/m.K. Dat betekent dat over een
lengte van 1 meter per graad temperatuurver-
hoging een lengteverandering van 0,012 mm
optreedt. Oftewel: meer dan 10 micrometer
over een slag van 1 m. Dit maakt het meteen
duidelijk waarom kogelomloopspillen tegen-
woordig vaak gekoeld zijn. Bij een machineslag
van een paar meter praat je zo over enkele tien-
tallen micrometers per graad temperatuurver-
schil. Dit is vanzelfsprekend niet acceptabel. Dat
is ook de verklaring waarom een afzonderlijke
liniaal voor de positiemetingen zo belangrijk is.
Dit is overigens momenteel stand der techniek:
alle eigentijdse metaalbewerkingsmachines zijn
leverbaar met meetlinialen. Vaak ook aange-
duid als ‘glaslinialen’.
Er is echter nog een reden waarom deze linia-
len tegenwoordig aan belang winnen. Er is een
trend naar afnemende seriegroottes richting
enkelstuks en kleinseriefabricage. Dat betekent
dat er steeds wisselende producten op de ma-
chine bewerkt worden met steeds wisselende
belastingen. Uit de demonstratie bij Heiden-
hain bleek dat een kogelomloopspil af frezend
zeer snel 10°C tot 15oC in temperatuur kan op-
lopen. Dan moet je die eerder genoemde 10
micrometer dus met vijftien vermenigvuldigen
per meter slaglengte. Zou je steeds dezelfde
werkstukken bewerken, grootserie dus, dan
zou je dit eventueel nog via de besturing kun-
nen compenseren als je een stabiel procespunt
met een constante temperatuur gevonden
hebt. Bij steeds verschillend werk, enkelstuks
voor- en nafrezen, vind je die stabiliteit nooit.
Bovendien is er de dwingende wens om een
werkstuk in één keer goed te maken. Bij enkel-
stukswerk wil je immers niet een aantal proef-
werkstukken maken. Dus moet je de werkelijke
as-posities gaan meten.
Er is dus verschil tussen ‘semi closed loop’ en
‘closed loop’. Bij de eerste positiemeting meet
je via een encoder op de kogelomloopspil en bij
de tweede variant met een liniaal gemonteerd
op de machine. Bij gebruik van een liniaal
hangt de nauwkeurigheid alleen nog af van de
precisie van de liniaal en de plaats waar deze op
de machine is gemonteerd. Verwar echter niet
het oplossend vermogen van de liniaal met
werkstuknauwkeurigheid.
Ook voor roterende assen is voor het nauwkeu-
rig verspanen een hoekmeetsysteem direct ge-
‘Closed loop’-meting
Veiligheid voorop bij slijpen Om de veiligheid van de vakman te waarbor-
gen heeft Bosch Professional in Amsterdam
haar nieuwe tafelslijpmachines van het type
GBG6 en GBG8 voorzien van grote transparante
vonkbeschermingsplaatjes. De inductiemotor
staat daarbij garant voor een lager geluidsni-
veau. Ook bij de nieuwe GWS 18-125 V-LI
haakse accuslijpmachine staat veiligheid voorop
dankzij de ‘electric motor protectio’, die de
motor beschermt tegen overbelasting en deze
automatisch uitschakelt als de schijf blokkeert.
Met zijn geringe gewicht van 2,3 kg zorgt deze
slijpmachine er ook voor dat de vakman fysiek
niet overmatig wordt belast.
Perslijn volledig geautomatiseerd AP&T heeft de afgelopen maanden de be-
staande perslijn in de Nissan-vestiging in Sun-
derland (GB) volledig geautomatiseerd. De
plaatdelen voor de autocarrosserieën worden
nu automatisch aangevoerd en met behulp van
twee SpeedFeeders door de verschillende stap-
pen van de 600 ton transferpers geleid. Het pro-
DOOR: REINOLD TOMBERG
Met deze opstelling laat Heidenhain het verschil
zien in nauwkeurigheid tussen ‘semi closed loop’- en
‘closed loop’-positiemeting (foto: Reinold Tomberg)
Het profiel van het Watzmann bergmassief
uitgefreesd met ‘semi closed loop’- en ‘closed
loop’-positiemeting. De door thermische uitzetting
veroorzaakte richel is duidelijk te zien (begin en
eind van de bewerking liggen in het midden van het
profiel) (foto: Heidenhain)
koppeld aan de machine-as onontbeerlijk.
Denk aan een omslagbewerking die vaak uitge-
voerd wordt met vijfassige machines. Uit cijfers
van Heidenhain blijkt dat een positiefout van
maar 2 milligraad bij een in het midden van een
rondtafel opgespannen werkstuk met een
lengte van 500 mm resulteert in een hoogte-
fout (haaks op de gereedschaps-as) van 0,01
mm (dus 10 micrometer). Volgens Heidenhain
zie je in de dagelijkse praktijk van metaalbe-
werkers positiefouten in de omslag van plus of
min 10 milligraad. Bij een hoekmeetapparaat
met optische uitlezing kun je dit terugbrengen
tot minder dan 0,3 milligraad.
‘Closed loop’-positiemeting. Bij deze variant meet je de invloeden
van slijtage in de aandrijving en temperatuureffecten wel (foto:
Heidenhain)
Op de perslijn van Nissan worden plaatdelen nu
automatisch doorgevoerd met behulp van twee
SpeedFeeders (foto: AP&T)
42-45,47-48_Technisch nieuws.indd 44 15-04-13 10:05
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 45
t e c h n i s c h n i e u w s
‘Closed loop’-meting
Veiligheid voorop bij slijpen Om de veiligheid van de vakman te waarbor-
gen heeft Bosch Professional in Amsterdam
haar nieuwe tafelslijpmachines van het type
GBG6 en GBG8 voorzien van grote transparante
vonkbeschermingsplaatjes. De inductiemotor
staat daarbij garant voor een lager geluidsni-
veau. Ook bij de nieuwe GWS 18-125 V-LI
haakse accuslijpmachine staat veiligheid voorop
dankzij de ‘electric motor protectio’, die de
motor beschermt tegen overbelasting en deze
automatisch uitschakelt als de schijf blokkeert.
Met zijn geringe gewicht van 2,3 kg zorgt deze
slijpmachine er ook voor dat de vakman fysiek
niet overmatig wordt belast.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71174
Perslijn volledig geautomatiseerd AP&T heeft de afgelopen maanden de be-
staande perslijn in de Nissan-vestiging in Sun-
derland (GB) volledig geautomatiseerd. De
plaatdelen voor de autocarrosserieën worden
nu automatisch aangevoerd en met behulp van
twee SpeedFeeders door de verschillende stap-
pen van de 600 ton transferpers geleid. Het pro-
ces is daarmee niet alleen aanzienlijk versneld,
maar kan ook met veel minder mankracht wor-
den uitgevoerd. Tegelijkertijd is een systeem
ingevoerd waarbij plaatresten van grote carros-
seriedelen niet langer worden verschrot, maar
worden benut voor de productie van kleinere
onderdelen. Op die manier kan het materiaal-
verbruik volgens AP&T met zo’n 10 procent
worden gereduceerd en dat past dan weer
naadloos binnen de doelstelling van het Green
Program 2016 van Nissan. De gehele installatie
is voorzien van een omkapping, zodat ook het
geluidsniveau met 15 dB is teruggebracht. Na
een testperiode van enkele maanden wordt de
vernieuwde lijn in het voorjaar van 2013 in ge-
bruik genomen, wanneer het volledig elektri-
sche LEAF-model van Nissan in Sunderland van
de band gaat lopen.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71172
Grafisch gebruikersinterfaceLVD biedt haar standaard- en Plus-modellen van
de Sirius CO2 –lasersnijmachines sinds kort aan
met het nieuwe Touch-L grafische gebruikersin-
terface. De diverse functies, zoals lens- en mond-
stukselectie, inbrand- en snijpuntinstelling, posi-
tionering van de snijkop, nesting en weergave
van het snijtraject worden op het 19” touch-
screen weergegeven. De operator wordt bij de
instelling begeleid door grafische pictogrammen
en visuele indicatoren. Met Touch-L kunnen
werkstukken ook offline worden geprogram-
meerd en genest, waarna het programma via
netwerk of USB-stick kan worden geïmporteerd.
De Sirius lasersnijmachines, met zwevende op-
tiek en een tafel van 1.500 mm x 3.000 mm, zijn
standaard uitgerust met een automatische wis-
seltafel. Tot de automatiseringsopties behoort
ook een platenmagazijn. De Fanuc-laserbron
heeft een vermogen van 2,5 of 4 kW.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71173
Meervoudig interface
Renishaw heeft haar range van contactloze ra-
diotransmissie tasters uitgerust met het nieuwe
RMI-Q interface. Daarmee kunnen tot vier ver-
schillende meettasters onafhankelijk worden
ingesteld en aangestuurd. Met name bij bewer-
kingscentra met draai/kanteltafels en meervou-
dige palletsystemen biedt dat voordelen. Het
gaat zowel om in de spil als op de tafel geposi-
tioneerde tasters. Op die manier kunnen ver-
schillende variabelen die van belang zijn voor
het bewerkingsproces, zoals gereedschapposi-
tie en –slijtage en uiteindelijk de productgeo-
metrie, in een enkel overzicht inzichtelijk wor-
den gemaakt. Inclusief uiteraard de controle op
gereedschapbreuk en het afbreken van het
proces dat daarmee samenhangt. Met een sig-
naalbereik tot 15 meter is het systeem daarbij
ook geschikt voor grote bewerkingsmachines.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71175
Met deze opstelling laat Heidenhain het verschil
zien in nauwkeurigheid tussen ‘semi closed loop’- en
‘closed loop’-positiemeting (foto: Reinold Tomberg)
Het profiel van het Watzmann bergmassief
uitgefreesd met ‘semi closed loop’- en ‘closed
loop’-positiemeting. De door thermische uitzetting
veroorzaakte richel is duidelijk te zien (begin en
eind van de bewerking liggen in het midden van het
profiel) (foto: Heidenhain)
koppeld aan de machine-as onontbeerlijk.
Denk aan een omslagbewerking die vaak uitge-
voerd wordt met vijfassige machines. Uit cijfers
van Heidenhain blijkt dat een positiefout van
maar 2 milligraad bij een in het midden van een
rondtafel opgespannen werkstuk met een
lengte van 500 mm resulteert in een hoogte-
fout (haaks op de gereedschaps-as) van 0,01
mm (dus 10 micrometer). Volgens Heidenhain
zie je in de dagelijkse praktijk van metaalbe-
werkers positiefouten in de omslag van plus of
min 10 milligraad. Bij een hoekmeetapparaat
met optische uitlezing kun je dit terugbrengen
tot minder dan 0,3 milligraad.
Op de perslijn van Nissan worden plaatdelen nu
automatisch doorgevoerd met behulp van twee
SpeedFeeders (foto: AP&T)
Bij de GBG8 tafelslijpmachine wordt de operator
ondermeer beschermd door grote transparante
vonkbeschermingsplaatjes (foto: Bosch)
Bij het Touch-L gebruikersinterface wordt de
operator begeleid door grafische pictogrammen
en visuele indicatoren bij de instelling van de
snijparameters (foto: LVD)
Het nieuwe
RMI-Q interface
maakt gebruik
van de 2,4 GHz
frequentie (foto:
Renishaw)
42-45,47-48_Technisch nieuws.indd 45 15-04-13 10:05
NEEM HET VOORTOUWmet de snelle en flexibele bewerking van de Electra FL fiberlaser
Met het fiberlasersysteem Electra FL biedt LVD een ruimere keuze in de lasersnijtech-nologie. Dankzij de hoge verwerkingssnel-heden bij dunne platen met behoud van lage bedrijfskosten en de mogelijkheid om een brede waaier aan ferro- en non-ferro-metalen te snijden biedt Electra FL u een flexibele, efficiënte en rendabele verwerking.
Lees meer over het compacte en moderne ontwerp, de snelheid en de eenvoudige bediening van de Electra FL op onze website www.lvdgroup.com/electra/nl of bel naar +32 56 430850.
Neem het voortouw met LVD!
LASER • PUNCH • BEND • INTEGRATE • www.lvdgroup.com
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 47
t e c h n i s c h n i e u w s
Software voor robotcellen
Voor het gerobotiseerd beladen van machines
heeft ABB in Rotterdam twee nieuwe software-
pakketten ontwikkeld. Het gaat daarbij om de
combinatie van RobotStudio Machine Tending
PowerPac en het op de robotbesturing draai-
ende RobotWare Machine Tending. RobotStudio
Machine Tending PowerPac is een uitbreiding
binnen RobotStudio, het platform voor het aan-
maken en bewerken van robotcellen in 3D. Met
de bibliotheek aan grijpers en stationsoorten
kunnen alle mogelijke robotcellen (virtueel)
worden gecreëerd. RobotWare Machine Ten-
ding is ontworpen als standalone applicatie voor
de robotcontroller, maar is nauw geïntegreerd
met Machine Tending PowerPac. Gezamenlijk
verzorgen de beide pakketten de simulatie en
optimalisatie van robotcellen, van cyclustijden
tot en met botsrisico’s. Doordat de programme-
ring makkelijker en sneller uitgevoerd kan wor-
den dan voorheen kan in dit traject volgens ABB
kostbare tijdwinst worden geboekt.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71156
Snelwisselsysteem klauwenSchunk heeft haar Tandem KSP spanblokken
sinds kort uitgerust met het nieuwe BWM snel-
wisselsysteem. Daarmee is het mogelijk om een
spanblok in minder dan 30 s te voorzien van
een nieuwe klauwenset, ongeacht de inbouw-
positie en met een herhalingsnauwkeurigheid
van 0,02 mm. Het systeem leent zich zowel voor
de standaardklauwen uit het programma van
Schunk als voor werkstukspecifieke klauwen.
Het vergrendelmechanisme kan zowel van
boven als van achteren (of van beide zijden)
worden bediend, wat voordelen biedt in situa-
ties waar de ruimte beperkt is. Een veermecha-
nisme zorgt ervoor dat de wisselklauwen in
geopende toestand niet kunnen vallen.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71171
PersluchtgereedschappenMetabo heeft haar programma uitgebreid met
zes nieuwe persluchtgereedschappen voor de
professionele gebruiker. Daaronder de DSSW
360 slagmoersleutel (maximaal losdraaikoppel
360 Nm) waarbij het aantrekmoment in drie
standen kan worden geregeld. Via een schakel-
knop kan de draairichting worden aangepast.
Verder de DRS 68 ratelschroevendraaier met
ingebouwde toerentalregeling en een maxi-
maal koppel van 68 Nm. Eveneens met links/
rechtsomschakeling. Nieuw is ook de GD 25 ge-
reedschapslijper, met een toerental van 25.000
min-1 en een ingebouwde toerentalregeling.
Voor het verwijderen van stuc- en pleisterwerk
en tegels wordt de lichtgewicht DMH 30 beitel-
hamer op de markt gebracht, die tot 3.000 sla-
gen per minuut haalt. De nieuwe DS 14 schroe-
vendraaier, met een instelbaar koppel tussen 5
en 14 Nm, is voorzien van een bithouder waar-
mee de gebruiker met de hand van gereed-
schap kan wisselen. Last but not least dan nog
de DB 10 boormachine met een toerental van
1.800 min-1 en met snelspanboorhouder. In alle
gevallen wordt de lucht via de ergonomisch
vormgegeven handgrepen afgevoerd, zodat
geen stof wordt opgewekt op de werkplek.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71177
Verwisselbare kroon met 8xD-optieSeco heeft haar programma van Crownloc Plus-
boren met verwisselbare kroon uitgebreid met
8xD-opties. De Crownloc Plus-boren beschikken
over een systeem van verwisselbare kronen,
zodat niet het hele gereedschap vervangen
hoeft te worden als een zijkant is versleten. Het
draagt eraan bij dat de gereedschapvoorraad
zo laag mogelijk kan worden gehouden.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71180
Het op de robotbesturing draaiende RobotWare
Machine Tending werkt nauw samen met RobotStudio
Machine Tending PowerPac bij de virtuele creatie en
optimalisatie van robotcellen (foto: ABB)
Op het snelwisselsysteem kunnen standaard
klauwen, spaninzetstukken en werkstukspecifieke
klauwen worden gebruikt (foto: Schunk)
Een overzicht van alle door Metabo gelanceerde
nieuwe persluchtgereedschappen (foto: Metabo)
De Crownloc
Plus-boren
van Seco met
verwisselbare
kroon (foto: Seco)
42-45,47-48_Technisch nieuws.indd 47 15-04-13 10:06
j a a r g a n g 5 1 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 4 - 2 0 1 3 48
t e c h n i s c h n i e u w s
Nieuwe coatingtechniekSamen met enkele industriële
partners hebben onderzoekers
van Fraunhofer IPL een opper-
vlaktetechniek ontwikkeld
waarbij met behulp van inkjet-
technologie het coatingmateri-
aal wordt aangebracht, waarna
dit met behulp van een laserbe-
handeling zijn functionele ei-
genschappen verkrijgt. Een van
de voordelen van het proces is
dat op deze manier heel selec-
tief bepaalde oppervlaktestruc-
turen behandeld kunnen wor-
den. Dat beperkt het materiaal-
verbruik en voorkomt dat in een
later stadium ongewenste be-
dekkingen weer verwijderd
moeten worden. Een ander voordeel is het ge-
ringe energieverbruik, waarbij de thermische
belasting van het substraat minimaal is. Belang-
rijk pluspunt is eveneens dat het systeem een-
voudig geïntegreerd kan worden binnen be-
staande productielijnen. Als mogelijke toepas-
singen noemt Fraunhofer IPL het aanbrengen
van geleidende banen op glas-, silicium- of
kunststofsubstraten en het locaal voorzien van
stalen onderdelen van een slijtbestendige en/of
corrosiewerende laag.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71178
Houders met vaste nozzlesSandvik Coromant brengt haar nieuwe SMC-,
MMC- en PMC-wisselplaatgeometrieën op de
markt, in combinatie met de op maat gemaakte
CoroTurn HP-houders. De houders zijn voorzien
van vaste nozzles waarmee het koelmiddel exact
op het midden van de snijzone wordt gericht. Het
koelmiddel vormt een wigvorm waarmee zowel
de warmte efficiënt wordt afgevoerd als de
spaanvorm optimaal wordt beheerst. Een en
ander resulteert volgens Sandvik Coromant in een
hogere productiviteit en een langere standtijd
van het gereedschap. De houders en wisselplaten
zijn geschikt voor koelmiddeldrukken tot 200 bar.
Info? Zie www.products4engineers.nl
Infonummer: 71179
c o l o f o nMetaal MagazineOnafhankelijk vakblad voor ondernemers en leiding gevenden in de metaalbranche, constructeurs en hoofden van technische dien-sten in industriële bedrijven. Technische, actuele en praktijkge-richte informatie over metaalproductietechnieken.Metaal Magazine is een uitgave van Eisma Industrialmedia en een voortzetting van Metaal en Kunststof.
Hoofdredacteur: ing. Reinold TombergRedactie: Jeroen Aalberts, Paul QuaedvliegBureauredactie: Liedy BisselinkVormgeving: ZeeDesignE-mail redactie: [email protected] redactie: +31 088 2944707Internet: www.metaalmagazine.nlAdres: Informaticaweg 3, NL-7007 CP Doetinchem
Uitgave: Eisma Industrialmedia BV, postbus 361, 7000 AJ Doetinchem
Directie: Egbert van Hes, algemeen directeurBouke Hoving, financieel directeur Gerbert Tiecken, uitgeefdirecteur
Uitgever: Cobie te Nijenhuis
Marketing: Imke Hammerman, tel.: +31 88 2944760
Advertentie-exploitatie:Sales: Tessa Feron, accountmanager,tel.: +31 88 2944739, e-mail: [email protected]
Traffic:ZeeDesign, tel.: (0517) 531672, fax: (0517) 531810, [email protected]
Abonnementeninformatie:Abonneeservice: Postbus 2238, 5600 CE Eindhoven. Tel.: +31 88 2266648 , e-mail [email protected]: € 264 per jaar (excl. 6% BTW) (bij automati-sche incasso bespaart u € 3 administratiekosten). Dit is bij vooruit-betaling verschuldigd.Abonnementsprijs voor andere landen op aanvraag.Abonnementen kunnen op elk gewenst moment van het jaar in-gaan en worden genoteerd tot wederopzegging. Opgave via www.metaalmagazine.nl of via abonnement@ eisma.nl. Opzeg-ging dient schriftelijk en minimaal een maand voor het einde van de abonnementsperiode te geschieden. U ontvangt van ons een schriftelijke bevestiging.
Bankrelatie:Voor Nederland: Friesland Bank: 29.80.05.298Voor België: Postcheque Brussel: 000-0007463-91
Druk: Scholma Druk b.v.
©2013 Eisma Industrialmedia BV, Leeuwarden
Algemene VoorwaardenNiets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of overge-nomen in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, me-chanisch, door fotokopieën, of enige andere manier, zonder voor-afgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs verklaren dat dit blad op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld, evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid en/of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen en-kele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie. Gebruikers van dit blad wordt met nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebruiken, maar af te gaan op hun professionele kennis en ervaring en de te gebrui-ken informatie te controleren.Leveringsvoorwaarden, zie www.eismamediagroep.nl
w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l
Een motoronderdeel en lager, door Fraunhofer IPL voorzien van een
beschermende deklaag met behulp van de nieuwe coatingtechniek
(foto: Fraunhofer IPL)
De nieuwe CoroTurn
HP-houders zijn
voorzien van vaste
nozzles, die ervoor zorgen
dat het koelmiddel exact op
het midden van de snijzone
wordt gericht (foto: Sandvik
Coromant)
42-45,47-48_Technisch nieuws.indd 48 15-04-13 10:06
Met de Renault Master hoeft u zich nergens druk over te maken. U heeft de zekerheid van lage kosten per kilometer en van PRO+. Met voor elk probleem de perfecte oplossing. Bij voorbeeld gratis vervangend vervoer en een haal- en brengservice. Zo verliest u nauwelij ks tij d. Want tij d is geld.
* Alle genoemde maandbedragen en vanafprij zen zij n inclusief het zorgeloos rij den voordeel van € 2.200,- excl. BTW, BPM en kosten rij klaar maken. Master vanafprij s van € 275,- per maand is gebaseerd op de Master L1H1 T28 dCi 100 Générique Eco. Financial leaseprij s Renault Master vanaf € 275,- op basis van Financial Lease via Renault Business Finance met een looptij d van 60 maanden met een rentepercentage van 4,9%. Leaseprij s per 01-04-2013. Financieringsaanbod alleen geldig op nieuwe Renault bedrij fswagen orders vanaf 01-04-2013 t/m 31-08-2013. Maximaal te fi nancieren bedrag van € 20.000,- (aanbetaling mogelij k, slotbetaling niet mogelij k). Renault Business Finance en Renault Nederland behouden zich het recht voor de actie op elk moment zonder opgave van reden te wij zigen of te beëindigen. Getoonde modellen kunnen afwij ken van standaarduitvoering. Drukfouten, prij s- en specifi catiewij zigingen voorbehouden. Voor meer informatie en/of de exacte voorwaarden kij k op renault.nl of bel gratis 0800-0303. Bedragen zij n afgerond op hele euro’s. Rentewij zigingen en drukfouten voorbehouden.
Min./max. 7,4-9,9 l/100km. Reps. 13,5-10,1 km/l. CO2: 195-259 g/km.
DRIVE THE CHANGE
LAGE AANSCHAFPRIJ S: VANAF € 17.790,-
LAGE KOSTEN PER MAAND: € 275,- FINANCIAL LEASE
RENAULT MASTER:LAGE KOSTEN PER KILOMETER
MOCHT ER ’NS DAN HEEFT U DE
EEN DINGETJE ZIJ NZEKERHEID VAN RENAULT PRO+
www.renault.nl
100008118 BS 230x300 Adv VU Pro+ 2.indd 1 09-04-13 15:21
IBAQUS, de eerste volledige technische applicatie in zijn soort voor tablet en smartphone, combineert nuttige apps zoals ITA (Iscar Tool Advisor), CMS E-catalogus etc.
www.iscar.nl
Non-stop continu verspanen met Iscar producten.Minimale machine stilstandIscar producten.
Clock ad_Nonstop Holland.indd 2 2/12/13 12:52 PM