Meest duurzame campus

3
WONINGEN Advies - Exploitatie - EPC De meest duurzame campus van Europa 12 Installatie XL December 2013 Configuratie van de gasmotorwarmtepomp en luchtbehandeling. Beeld: Viac In 2014 kunnen de eerste studenten èn starters hun intrek nemen in de woningen op de Leidse Schans. Volgens de ontwikkelaars de meest duurzame campus van Europa. In totaal gaat het om circa 1.900 studentenwoningen. De gemeente heeft een EPC-eis van 0,4 afgegeven. Een exploitatiemodel onderbouwt de investeringen. Door Marcel Rijnbach

description

VIAC's keuze voor de gasmotorwarmtepomp in een duurzaam concept dat stuurt op energie- en woonlasten.

Transcript of Meest duurzame campus

Page 1: Meest duurzame campus

WONINGEN

Advies - Exploitatie - EPC

De meest duurzame

campus van Europa

12Installatie XL

December 2013

Configuratie van de gasmotorwarmtepomp en luchtbehandeling. Beeld: Viac

In 2014 kunnen de eerste studenten èn starters hun intrek nemen in de woningen op de Leidse

Schans. Volgens de ontwikkelaars de meest duurzame campus van Europa. In totaal gaat het

om circa 1.900 studentenwoningen. De gemeente heeft een EPC-eis van 0,4 afgegeven. Een

exploitatiemodel onderbouwt de investeringen.

Door Marcel Rijnbach

Page 2: Meest duurzame campus

Installatie XL

December 2013 13

Voor installatieadviseur VIAC was het niet zo’n kunst

om met een technisch acceptabel ontwerp op de

proppen te komen. Volgens specialist duurzaamheid

Peter van den Bosch en projectleider Wouter van Ros-

sum school zit de uitdaging vooral in een exploitabel

project waarmee de verhuurbaarheid van de woningen

op peil blijft. Financieel ankerpunt waren de service-

kosten en gas -en stroomkosten per student.

“Er is bij dit project duidelijk gestuurd op energie- en

woonlasten voor de student. Die mochten niet te hoog

worden”, aldus Van den Bosch. Het exploitatiemodel

genereert gegevens als de terugverdientijd, de onder-

houd- en beheerkosten, maar ook de netto contante

waarde van de totale installatie. “Bij de besprekingen

van het overnamebod zijn dergelijke gegevens van

cruciale waarde. Wat de exploitant aan het einde van

de rit overhoudt is haar rendement op eigen vermo-

gen”.

VIAC heeft de beoogde exploitant van de installatie

meegenomen in de ontwikkeling van het installatie-

concept. De in het ontwerp gepresenteerde techniek

is in overleg met de exploitant verfijnd. “We hebben

samen met de aannemerscombinatie van de Leidse

Schans – Vorm Ontwikkeling en Ballast Nedam –

gezocht naar een geschikte exploitant op basis van

een door ons geadviseerde warmte-opwekinstallatie.

Voor de exploitant en de aannemerscombinatie van de

Leidse Schans was deze exploitatieopzet nieuw. VIAC

had er al ervaring mee opgedaan bij een vorig project.

Door het opstellen van een uitgebreide businesscase

waarbij diverse energieconcepten worden vergeleken

kan invulling worden gegeven aan ambities en eisen

van de gebouweigenaar.

Exploitatie installatie gestuurd op energie -en woonlastenVIAC heeft dus diverse installatieconcepten doorge-

rekend waarbij de warmte-opwekinstallatie uiteraard

ook voldoet aan de gestelde EPC van 0,4 en EPL van

8,4 (Energie Prestatie Locatie). Uiteindelijk kwam het

concept met de gasmotorwarmtepomp in combinatie

met een monobron, thermische zonnecollectoren

en een mechanische ventilatie met wtw-unit als

gunstigste uit de businesscase. Met de zonnecollec-

toren wordt circa 50 % van het tapwater door de zon

WONINGEN

Exploitatiemodel voor installatietechniekVIAC heeft voor het eerst een exploitatiemodel gemaakt voor de installatietechniek bij een multifunc-

tioneel centrum voor een woningcorporatie in de Bilt. Daarmee werd een onderbouwing gegeven voor

de duurzame investeringen die de corporatie zich had voorgenomen. Vragen over de financiële conse-

quenties van installatietechnische maatregelen waren, de rendabiliteit en de terugverdientijd moesten

in het model worden beantwoord.

In een zo vroeg mogelijk ontwerpstadium legde de adviseur allerlei parameters in het exploitatiemodel

vast en vulde deze in, zoals de te verwachten energieprijsverandering, inflatie, rente voor vreemd ver-

mogen, disconteringsvoet, enzovoort. Verder werden de terugverdientijd en de netto contante waarde

berekend van uitgewerkte duurzame installatieconcepten. Op basis van de uitkomsten ontdekte de

woningcorporatie welke risico’s ze liep met een bepaalde investering in een installatie en of ze die

risico’s wilden lopen met het oog op de neergelegde duurzame ambities.

De woningcorporatie wilde van VIAC weten of in plaats van een traditioneel systeem (met cv-ketels en

een koelsysteem) duurzame energie-opwekking een betere optie was. Er werd in het model gestuurd op

energiebesparing en gebruikerswensen, niet op concrete technieken. Uiteindelijk kwam naar voren dat

warmte- en koudeopslag in de bodem het meest gunstigst was qua energiebesparing en exploitatie.

Met behulp van clashdetectie in Revit zijn conflicten tussen installatietechniek en bouwkundige constructies vroegtijdig op te sporen. Beeld: Viac

De wtw-installatie van de studentenunits in 3D. Beeld: Viac

Page 3: Meest duurzame campus

Installatie XL

December 2013

opgewekt. Verder dienen de zonnecollectoren voor de

regeneratie van de bron. “De 400 kW gasmotorwarm-

tepomp verwarmt zowel het tapwater als de ruimte.

Drie bu> ervaten kunnen in totaal 21.000 liter water

verwarmen. Gekozen is voor de grootste warmtepomp

om verzekerd te zijn van een hoge aanvoertempera-

tuur van minimaal 55 graden. Deze type pompen

leveren 1,7 GJ voor de verwarming van het tapwater

dat ook wordt verwarmd door zonnecollectoren op het

dak. Dat ligt maar liefst 0,8 GJ hoger dan een cv-ketel.

“We hebben niet voor een elektrische warmtepomp

gekozen omdat deze tot slechts 50 graden verwarmt.

Dat betekent een relatief slechte COP. Bovendien

wilden we geen tapsets in de studentenkamers

installeren. Dat is niet rendabel gezien de vele, relatief

kleine kamers”, legt Van Den Bosch uit. De aandrijving

van de gasmotorwarmtepomp is te vergelijken met

een automotor met een versnellingsbak. VIAC heeft

lang gestoeid met de overbrenging om een hoog

energetisch rendement te bewerkstelligen. De gasmo-

torwarmtepomp heeft een relatief hoog verwarmings-

rendement aangezien het water met 21 graden vanuit

de zonnecollectoren komt. De opdrachtgever keek in

eerste instantie met wat scheve ogen naar de door

VIAC geadviseerde opwekinstallatie, omdat aardgas

CO2-uitstoot veroorzaakt en een aanslag doet op de

fossiele brandsto> en. “Bij dit project is het opwekken

van warm tapwater veel belangrijker dan de ruimte-

verwarming. In zo’n situatie geeft een gaswarmte-

pomp een veel hoger rendement dan een elektrische.

Voeding met biogas is bekeken, maar het betrekken

daarvan is een kostbare zaak die niet binnen de exploi-

tatie paste. Wellicht wel in de toekomst”, zeggen Van

den Bosch en Van Rossum.

Overigens wordt een CO2-besparing van ruim 25

procent bereikt via de warmte-opwek-installatie ten

opzichte van een referentiewaarde van EPC 0,6. Dus

blijkt de keuze voor een gasgevoed systeem geen

slechte vanuit milieu-oogpunt. De andere milieuvrien-

delijke pijler waarop het project rust is de WTW-instal-

latie waarmee elke kamer is uitgerust. De installatie

heeft een klein vermogen van 150 m³/uur met bypass.

Het was fl ink puzzelen met het ruimtebeslag voor

de luchtkanalen van elk 800 mm in doorsnee, het

leidingwerk en de behuizing. De installatie wordt via

de tunnelbouwmethode erin geschoven. Daardoor is

er alleen een installateur nodig voor de afbouw.

De bouw van studentencampus is op 10 juli begonnen,

toen hebben Vorm Ontwikkeling, Ballast Nedam, Syn-

trus Achmea Real Estate & Finance en de gemeente

Leiden een overeenkomst gesloten. ■

15

Overzicht van studentencomplex De Leidse Schans. Beeld: Viac

WONINGEN

Zonnecollectoren op een deel van de daken. Beeld: Viac

“Het was fl ink puzzelen

met het ruimtebeslag voor

de luchtkanalen van elk

800 mm in doorsnee”