Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire...

48
Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 73 Bij de onderzoekers van Prak- tijkonderzoek Plant & Omge- ving (PPO) en Plant Research International (PRI) is veel actu- ele kennis over specifieke ge- wasbeschermingproblemen aanwezig. Door deze kennis over te dragen aan docenten gewasbescherming bij de AOC’s wordt die kennis verder verspreid onder studenten van het MBO en cursisten. In het project Kennisdoorstroming Gewasbescherming is gekozen voor drie manieren van het verspreiden van kennis. Ten eerste via kennisbijeenkom- sten voor het verlengen van de spuitlicentie, ten tweede door een beeldenbank met plaatjes en omschrijvingen van ziekten, plagen en onkruiden en ten derde door een lesprogramma met praktijkproeven te ontwik- kelen voor het dagonderwijs over het gebruik van feromo- nen (signaalstoffen). Het pro- ject is in de zomer van 2005 ge- start en zal komend najaar worden afgerond. Kennisbijeenkomsten Per sector heeft een team, be- staande uit een onderzoeker en een docent, een lespro- gramma samengesteld voor kennisbijeenkomsten voor ver- lenging van spuitlicenties. De- ze lesprogramma’s gaan over actualiteiten en ‘best practices’ op het gebied van gewasbe- scherming in de sectoren ak- kerbouw, veehouderij, bollen- teelt, groenvoorziening, glastuinbouw en signaalstoffen (meerdere sectoren). De on- derzoekers leverden de inhou- delijke kennis en de docenten hebben de onderwerpen gese- lecteerd en aanwijzingen gege- ven op didactisch vlak. De les- programma’s zijn getest met groepen docenten en naar aan- leiding daarvan nog aangepast. Nu zijn de lesprogramma’s di- gitaal beschikbaar op CD-ROM èn op de internetsite van de AOC-docenten, inclusief pre- Gewasbescherming als speerpunt: Kennisdoorstroom vanuit onderzoek naar onderwijs Gera van Os 1 en Barry Looman 2 1 PPO-Bollen, Bomen & Fruit, Lisse en 2 AOC Stuurgroep Gewasbescherming, Houten – Email: [email protected] Wageningen UR heeft subsidie toegekend aan het project “Ken- nisdoorstroming gewasbescherming van WUR naar AOC”. Hier- voor wordt een drietal producten gemaakt waarbij op verschil- lende manieren kennis vanuit onderzoek over gewasbescherming doorgesluisd wordt naar het landbouwkun- dig onderwijs. Een korte toelichting op dit project. [ ARTIKEL Docenten buigen zich over ziek plantmateriaal tijdens een works- hop over Bewaarziekten in de bollenteelt

Transcript of Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire...

Page 1: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 73

Bij de onderzoekers van Prak-tijkonderzoek Plant & Omge-ving (PPO) en Plant ResearchInternational (PRI) is veel actu-ele kennis over specifieke ge-wasbeschermingproblemenaanwezig. Door deze kennisover te dragen aan docentengewasbescherming bij deAOC’s wordt die kennis verderverspreid onder studenten vanhet MBO en cursisten. In hetproject KennisdoorstromingGewasbescherming is gekozenvoor drie manieren van hetverspreiden van kennis. Teneerste via kennisbijeenkom-sten voor het verlengen van despuitlicentie, ten tweede dooreen beeldenbank met plaatjesen omschrijvingen van ziekten,plagen en onkruiden en tenderde door een lesprogrammamet praktijkproeven te ontwik-kelen voor het dagonderwijsover het gebruik van feromo-nen (signaalstoffen). Het pro-ject is in de zomer van 2005 ge-start en zal komend najaarworden afgerond.

KennisbijeenkomstenPer sector heeft een team, be-staande uit een onderzoekeren een docent, een lespro-gramma samengesteld voorkennisbijeenkomsten voor ver-lenging van spuitlicenties. De-ze lesprogramma’s gaan overactualiteiten en ‘best practices’

op het gebied van gewasbe-scherming in de sectoren ak-kerbouw, veehouderij, bollen-teelt, groenvoorziening,glastuinbouw en signaalstoffen(meerdere sectoren). De on-derzoekers leverden de inhou-delijke kennis en de docentenhebben de onderwerpen gese-lecteerd en aanwijzingen gege-ven op didactisch vlak. De les-programma’s zijn getest metgroepen docenten en naar aan-leiding daarvan nog aangepast.Nu zijn de lesprogramma’s di-gitaal beschikbaar op CD-ROMèn op de internetsite van deAOC-docenten, inclusief pre-

Gewasbescherming alsspeerpunt:Kennisdoorstroom vanuitonderzoek naar onderwijsGera van Os1 en Barry Looman2

1PPO-Bollen, Bomen & Fruit, Lisse en 2AOC Stuurgroep Gewasbescherming, Houten – Email: [email protected]

Wageningen UR heeft subsidie toegekend aan het project “Ken-nisdoorstroming gewasbescherming van WUR naar AOC”. Hier-voor wordt een drietal producten gemaakt waarbij op verschil-lende manieren kennis vanuit onderzoek overgewasbescherming doorgesluisd wordt naar het landbouwkun-dig onderwijs. Een korte toelichting op dit project.

[ARTIKEL

Docenten buigen zich over ziek plantmateriaal tijdens een works-hop over Bewaarziekten in de bollenteelt

Page 2: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

sentaties, readers, practicum-draaiboek en goedgekeurdeaanvraag voor erkenningspuitlicenties.Alle AOC’s kunnen nu deze les-programma’s gaan gebruikenvoor de bijeenkomsten voorhet verlengen van de spuitli-centie. Bovendien kunnen dedocenten ook tijdens de ken-nisbijeenkomsten nog de ex-pertise van de onderzoekersbenutten. Het project biedt na-melijk de mogelijkheid om deonderzoeker in te zetten omsamen met de docent het ken-nisaanbod te geven. Daarnakan de docent dit zelfstandiggaan doen, met als voordeeldat ze voor speciale vragen al-tijd terecht kunnen bij de be-treffende onderzoeker. Op dezemanier is de docent goed op dehoogte van de meest actuelezaken die spelen in zijn sectoren ontstaat er een netwerk tus-sen onderzoek en onderwijs.

BeeldenbankDe AOC’s beschikken over eendigitale databank voor onder-wijsdoeleinden, met foto’s enomschrijvingen van de belang-rijkste ziekten, plagen en on-kruiden in de sectoren veehou-derij, akkerbouw, en openbaargroen. Daarnaast is er ook eendatabank voor de potroos engerbera in de glastuinbouw ge-maakt. PPO stelt informatie enfoto’s beschikbaar om deze da-tabank aan te vullen en uit tebreiden voor de sectorenbloembollen, vollegronds-groenten, fruitteelt, glasgroen-ten en kasbloemen.

De beeldenbank is toegankelijkvoor AOC-medewerkers, leer-lingen en WUR-medewerkersvia Groen Kennisnet (Platformgewasbescherming).

FeromonenDoor PRI wordt een lespro-gramma met praktijkproevenontwikkeld voor het MBO-dag-onderwijs over het gebruik vanferomonen (signaalstoffen).Naast een reader en een pre-sentatie met beeldmateriaalwordt er ook een demonstra-tiepakket en lesbrief samenge-steld waarmee studenten eenpraktijkproef kunnen doen inhet veld. Ze zullen hier gedu-rende enkele weken regelmatigmee bezig zijn. Dit lespakketzal ook geschikt zijn voor hetnatuurlijk leren. Komendemaanden gaat een aantal scho-len starten met het uitproberenvan dit lespakket.

Pagina 74 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[ARTIKEL

Voorbeeld van klein kruiskruid in de beeldenbank met plaatjes en omschrijving

Page 3: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Knelpunten enoplossingen

Belangrijke knelpunten zijn inhet algemeen het communica-tieprobleem tussen onderwijsen onderzoek, het marktge-richte denken van onderzoeks-instellingen (‘kennis is geld’),de aansluiting van onderzoeks-resultaten op de belevingswe-reld van de doelgroep en hetfragmentarisch beschikbaarkomen van informatie. Een be-langrijk communicatiepro-bleem ontstaat ook door de be-perkte toepasbaarheid vanonderzoeksresultaten (halffa-

brikaten) voor het onderwijs.Door de nieuwe vormen vansamenwerking in het projectKennisdoorstroming van WURnaar AOC, ontstaat aan beidezijden meer inzicht en begripvoor elkaars cultuur en werk-wijze, en wordt de geleverdekennis vanuit het onderzoekbeter afgestemd op de behoef-te vanuit het onderwijs. Ervindt regelmatige terugkoppe-ling plaats over vorm en in-houd, waarna de kennispro-ducten indien nodig wordenaangepast.

De deelnemende partijen zijnmomenteel erg enthousiast

over het verloop en de resulta-ten van de samenwerking. Hetcursusseizoen voor de kennis-bijeenkomsten is in volle gang,de digitale beeldenbank wordtverder gevuld en gebruiks-vriendelijk gemaakt, en de eer-ste MBO-leerlingen zullen ditjaar beginnen met praktijk-proeven over feromonen.

Er wordt naar gestreefd om decontacten die zijn ontstaan tus-sen onderzoekers en docentenverder uit te bouwen tot eenduurzaam netwerk, waarbin-nen de uitwisseling van kennisbeter wordt gestroomlijnd enstructureel wordt ingebed.

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 75

[ARTIKEL

Page 4: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Nieuw quarantaine-concept PD

In 2002 is de PD begonnen omeen nieuwe werkwijze op testellen voor het werken metquarantaineorganismen.Dooronvoorziene omgevingsrisico’swaarbij herhaaldelijk water-overlast optrad in een deel vande PD laboratoria werd het uitoogpunt van inperking van fy-tosanitaire risico’s noodzakelijkom een deel van de laboratoriate verplaatsen en nieuw tebouwen. Daarnaast vormdeook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendienheeft de PD, mede gezien haarvoorbeeldfunctie, ervoor geko-

zen om ook vanuit ARBO-aspecten een betere scheidingaan te brengen tussen labora-toriumwerk en administratiefwerk.

Om tot dit nieuwe concept tekomen is op basis van ver-scheidene overwegingen, die indit artikel nader toegelicht zul-len worden, voor een nieuweindeling van de laboratoria ge-kozen. Uitgangspunt hierbijwaren de criteria uit EU-richt-lijn 95/44/EG met daarbij alsinsteek om het laboratoriumzoveel mogelijk vanuit de func-tionaliteit in te delen, tenzij erbiologische redenen waren omhier vanaf te wijken. Bovendienis ernaar gestreefd om ook zo-veel mogelijk de inrichting- enwerkvoorschriften voor het

werken met Genetisch Gemo-dificeerde Organismen (GGO’s)te combineren met andere ge-specialiseerde voorschriftenvoor het werken met chemica-liën en plantpathogene orga-nismen (quarantaine- en quar-antainewaardige organismen).

Risicobeoordeling95/44/EG PDBeoordeling verspreidings-risico’s plantenziekten en plagen biologisch bepaald Binnen de aantasters van plan-ten kunnen grofweg vijf groe-pen organismen onderschei-den worden, te weten: 1) insecten en mijten, 2) schimmels, 3) oömycetenen nematoden (de eukaryo-ten), 4) bacteriën en aanver-wanten zoals mycoplasma’s en5) virussen en aanverwantenzoals viroïden (de prokaryo-ten). Al deze organismegroe-pen hebben, wanneer ze le-vend toegepast worden, doorhun specifieke biologischekenmerken vaak een verschil-lende route van verspreidingen overleving. Soms kunnen erbij experimenten ook niet le-vende of -infectieuze stadiaoptreden, die minder of geeninperking behoeven. Het is bijde risicobeoordeling van be-lang dit te onderkennen.

Er zijn organismen waarbij debelangrijkste verspreiding viade lucht plaatsvindt (bijvoor-beeld insecten en schimmels),

Pagina 76 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[ARTIKEL

Inperking quarantaine-organismen: Zo geregeld!Nicolette Klijn, Hans Derks en Jan Heres

Plantenziektenkundige Dienst, Wageningen

Naast het toezicht op hetvoorkomen van de versprei-ding van gereguleerde plan-tenziekten (quarantaineorga-nismen) middels deinternationale handel inplantaardige producten is dePlantenziektenkundigeDienst (PD) ook belast methet toezicht op het voorko-men van verspreiding vanquarantaineorganismen doordoelgericht gebruik bij onder-zoek en activiteiten. Daar-

naast heeft de PD als fytosanitaire autoriteit qua inperking vanfytosanitaire risico’s een voorbeeldfunctie naar de onderzoek/veredelingsector toe. De randvoorwaarden om te mogen wer-ken met quarantaineorganismen staan beschreven in EU-richt-lijn 95/44. In EPPO-verband is een aanbevelende richtlijn:PM3/-- Guidelines for intentional import of live organisms thatare plant pests or potential plant pests in voorbereiding.

Page 5: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

via water (bijvoorbeeld nema-toden en bacteriën) of via con-tact (bijvoorbeeld bacteriën envirussen). Bovendien is ook dewijze waarop de organismenverspreid worden van belangvoor hun uiteindelijke overle-ving in het milieu. Het maaktbijvoorbeeld voor bacteriënsoms uit of ze via water ofgrond verspreid worden, omdatze in grond vrij snel afstervenmaar in water heel lang infec-tieus kunnen blijven. Het is dusbelangrijk dat op basis van spe-cifieke biologische kenmerkeneen analyse gemaakt wordt vande risico’s voor overleving- enverspreiding naar het milieu.Deze risicoanalyse dient als ba-sis voor het bepalen van de be-nodigde inperkingmaatregelen.

Verspreidingsrisico’sbepaald doortoepassing/ gebruik

Naast de biologische kenmer-ken van de plantenziekte of

-aantaster zijn ook een aantalandere aspecten voor de be-oordeling van fytosanitaire risi-co’s en inperking ervan belang-rijk.

De aard van de werkzaamhedenBij de risicobeoordeling is ook van belang welk type werkzaamheden hiermee uit-gevoerd worden. Sommigeactiviteiten, zoals in-vitro tech-nieken, zijn op zichzelf al eenwaarborg voor inperking. An-dere activiteiten, bijvoorbeeldveldexperimenten, kunnenjuist extra risico’s met zichmeebrengen.

Daarnaast is van belang om teonderkennen of het risicodra-gend materiaal bestemd is vooreen destructief proces, uitge-kweekt moet worden of in-standgehouden wordt omelders te gebruiken.

De schaal van activiteitenOok de schaal waarop activitei-ten uitgevoerd worden kan inrelatie tot de faciliteiten en de

capaciteit van belang zijn voorde risicobeoordeling.Groot-schalige experimenten met in-fectieuze populaties (bijvoor-beeld resistentieproeven inkassen) maken andere inper-kingsmaatregelen noodzakelijkdan kleinschalige experimen-ten in een laboratorium aaneen beperkte hoeveelheid materiaal (bijvoorbeeld kleine monsters die slechts teridentificatie worden aangebo-den).

De omgeving

Ook de omgeving van de expe-rimenten wordt meegenomenin risicoanalyse. Afhankelijkvan de omgeving van experi-menten kunnen de potentiëlerisico’s meer of minder grootzijn. Hierbij worden de risico’s voortkomend uit de interne bedrijfsomgeving en de externe omgeving onder-scheiden.

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 77

[ARTIKEL

Uit: “Veilig werken met micro-organismen, parasieten en cellen in laboratorium en andere wer-kruimten”, red. dr. H. Schellekens, Nederlandse Vereniging voor Microbiologie (2002).

Page 6: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Directe (bedrijfs)omgevingvan experimenten

Voor de beoordeling van risi-co’s van experimenten is de directe bedrijfsomgeving vanbelang. Ingeval de experimen-ten in afzondering van anderebedrijfsactiviteiten plaatsvin-den en destructief van aardzijn (bijvoorbeeld destructievediagnose) dan zijn de risico’szeer beperkt. Wanneer er bin-nen het bedrijf kwetsbare an-dere activiteiten met waard-planten of vectorenplaatsvinden die met elkaar(kunnen) conflicteren, dan zijnde risico’s groter. Zeker wan-neer er gebruik gemaakt wordtvan gemeenschappelijke voor-zieningen, dan kunnen hieruitpotentieel risico’s ontstaanvoor andere bedrijfsonderde-len. Via uitwisseling van perso-neel en materiaal kan versprei-ding zelfs optreden naarandere bedrijfsvestigingen. Ditspeelt met name binnen vere-delingsbedrijven, waar binnendezelfde gewasgroep zowel re-sistentietoetsingen met quar-antaineorganismen uitgevoerdworden en tegelijkertijd ookuitgangsmateriaal geprodu-ceerd wordt en er tussen afde-lingen en (buitenlandse) vesti-

gingen soms ook plantmate-riaal en personeel wordt uit-gewisseld.

Externe omgeving van experimentenBij experimenten met quaran-taineorganismen die plaatsvin-den midden in een gebied met(teelt van) waardplanten, is depotentiële schade ten gevolgevan het ontsnappen van zo’norganisme doorgaans veel gro-ter dan wanneer de experi-menten in een gebied zonderwaardplanten uitgevoerd wor-den. In de regel zijn de risico’sin een stedelijk gebied daaromgeringer dan daarbuiten. Vec-toren kunnen een rol spelenbij de mate van verspreidingvan schadelijke organismen.

Inperkings-maatregelen PDAlgemeen Quarantainefaciliteiten koppe-len twee doelstellingen. Ener-zijds optimale inperking van deactiviteiten met (mogelijk)aanwezige schadelijke organis-men en anderzijds het creërenvan omstandigheden waar metzo weinig mogelijk beperkin-

gen experimenten en onder-zoek kunnen worden uitge-voerd. Bij de keuze voor de in-perkingmaatregelen is hetbiologisch gedrag van het (teverwachten) organisme lei-dend.

Bij de inrichting van PD-labo-ratoria en kassen ligt het ac-cent op:

● Fysieke inperking doorbouwtechnische maatrege-len:Hierbij wordt gebruik ge-maakt van speciale voorzie-ningen in werkruimten, in-stallaties en apparatuur(sluizen, onderdruk, afzui-ging) gericht op het vermij-den van ontsnapping vanschadelijke organismen naarhet milieu. Deze voorzienin-gen leiden tot passieve in-perking.Met bouwtechnische maat-regelen kan passief bijvoor-beeld de verspreiding vanorganismen via lucht en wa-ter erg goed tegengegaanworden. In het nieuwe labo-ratorium van de PD zijn delaboratoria met het hoogsteinperkingniveau (ML-II+)voorzien van sluizen en on-derdruk waardoor de ver-

Pagina 78 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[ARTIKEL

Page 7: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

spreiding van onder anderesporen van schimmels enoömyceten wordt voorko-men. Bovendien heeft het la-boratorium een gesloten kli-maatcontrole waarbijuitgaande lucht via HEPA-filters wordt afgevoerd. Deramen in het laboratoriumkunnen niet geopend wor-den. Dezelfde maatregelenzijn ook genomen in dequarantainekassen die ver-gelijkbaar zijn ingericht opPKM-II en PKM-II+ niveau,waarbij PKM-II+ is voorzienvan een extra sluis en onder-druk/HEPA-filtering.Mogelijke verspreiding viaafvalwater wordt voorkomendoor al het afvalwater van delaboratoria en quarantaine-kassen waar met levendequarantaineorganismenwordt gewerkt, centraal opte vangen en te verhittenvoordat het op het openbaarriool wordt geloosd.

● Actieve inperking door mid-del van veilige werkwijze:De werkwijze is vastgelegdin procedures en werkin-structies. Procedures enwerkinstructies bestaan on-der andere uit toegangsvoor-

schriften (inclusief voor-schriften voor kledingwisse-ling en werken met hand-schoenen), specifiekeprocedures voor de verwer-king van biologisch afval,desinfectie van de werkpleken beheer van apparatuur(zie tabel 1). Bovendienstreeft de PD ernaar om hetmateriaal zo snel mogelijkzodanig te behandelen datde risico’s van verspreidingworden geminimaliseerd(bijvoorbeeld door toevoe-ging van fenol/chloroformaan plantensap met virussenof het fixeren van insecten inalcohol).

Ook de routing van het materi-aal naar en tussen laboratoriais belangrijk. In het nieuwe la-boratoriumgebouw komt al hetmonstermateriaal centraal bin-nen in een ruimte met destrengste inperkingmaatrege-len. De diagnostisch specialis-ten bepalen vervolgens hoe hetmateriaal veilig verwerkt eneventueel getransporteerd kanworden naar een ruimte metminder inperkingsmaatrege-len. Hiervoor kan het nodigzijn om het materiaal eerst tebehandelen, bijvoorbeeld door

het in te sluiten in specifiekverpakkingsmateriaal of te in-activeren door behandelingmet organische oplosmidde-len.

Naast de inperking voor hetminimaliseren van de risico’sop verspreiding naar het mi-lieu, zijn er ook inperkings-maatregelen van kracht om dekwaliteit van het werk metplantpathogenen te bewaken.Zo moet het uitkweken vanschimmels en oömyceten enhet uitkweken van bacteriënstrikt gescheiden gehoudenworden, zeker als er met rein-cultures wordt gewerkt. Ookvraagt de moleculaire diagnos-tiek om een strikte scheidingvan onder andere de monster-opwerking en het analyserenvan PCR-producten in verbandmet contaminatieproblema-tiek.

Verwerking van biologisch afvalEen belangrijk element van hetinperken van risico’s bij hetwerken met quarantaineorga-nismen is het verwerken vanhet afval. Het is belangrijk datdit afval effectief behandeldwordt voordat het in het milieu

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 79

[ARTIKEL

Tabel 1

Verspreidings- Wijze van Inperkings- Fysieke Procedurele Afvoerrisico verspreiding/ niveau inperkingsmaatregelen biologisch

overleving afval

Hoog Via de lucht, ML-II+ Onderdruk/gefilterde Alle apparatuur en materiaal Alles via devegetatieve luchtafvoer desinfecteren voor destructievoortplanting, Sluizen verwijdering uit lab autoclaaf/sporevorming Desifecteren werkruimte gecontroleerde

afvoerGemiddeld Via water, grond, ML-II Veiligheidskabinetten Speciale lab-jassen/ Biologisch afval

sexuele Functioneel ingerichte handschoenen/ via devoortplanting, (deel-)ruimtes overschoenen destructie-overlevings- Steriel werken/ autoclaaf/vormen zoals contactbesmetting vermijden chemisch afvalbijv. cysten gescheiden

afvoerenLaag Via contact ML-I Opvang en verhitting Lab-jassen/geen overdadige Glaswerk via

besmetting, afval water sierraden specifieksnelle afdoding Gesloten ramen Handen desifecteren bij wasprogrammabij droogte en Geen permanente verlaten laboratorium reinigen enUV administratieve Niet eten en drinken desinfecteren

werkplekken

Page 8: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

terechtkomt. Zo’n behandelingmoet voorkomen dat quaran-taineorganismen via bijvoor-beeld compostering en opper-vlaktewater verspreid worden.In het nieuwe laboratorium iseen specifieke voorziening op-genomen om al het biologischafval via een destructieauto-claaf onschadelijk te maken envervolgens als afgedood mate-riaal af te voeren.

Hoewel voor de meeste quar-antaineorganismen de stan-daardverhitting van tien minu-ten 121ºC voldoende is om hetmateriaal te inactiveren, zijn erorganismen(stadia), zoals dewintersporen van Synchytriumendobioticum, die een hogerehittebehandeling nodig heb-ben om voldoende garanties tegeven voor volledige inactiva-tie. De PD past nu voor de in-activatie van wintersporen vijf-tien minuten 133ºC toe. Ditgeeft opnieuw aan hoe belang-rijk het is om op basis van debiologie van het organisme dejuiste risicoafweging te makenover de wijze van afvoer vanhet biologisch afval.Wanneerde PD gebruik maakt van af-voer van biologisch afval doorgespecialiseerde bedrijven be-oordelen we vóóraf de proces-condities en vragen we van hetafvalverwerkend bedrijf garan-ties over de juiste verwerkingvan het materiaal (veilig trans-port, inzichtelijke administra-tie over verwerkte partijen).

Kwaliteits-managementsysteemGezien het feit dat het handha-ven van inperkingmaatregeleneen zeer zorgvuldig werkprocesvereist, heeft de PD een kwali-teitsmanagementsysteemopgezet met procedures enwerkinstructies. Dit om tewaarborgen dat iedereen be-kend is met de risico’s en de

hierop gerichte inperkings-maatregelen, en deze inper-kingsmaatregelen ook toepast.Het toezicht hierop vindtplaats door de voor dit doelaangestelde biologische veilig-heidsfunctionaris, die verant-woordelijk medewerkers enlocatiebeheerders een inzich-telijke administratie laat bij-houden over de biologischeveiligheid. Bovendien besteedtde PD aandacht aan de oplei-ding en de bevoegdheden vanhet personeel. Voordat be-treffende medewerkers in labo-ratoria met inperkingniveausmogen werken, krijgt men eenintroductiecursus biologischeveiligheid en worden hun com-petenties getoetst en vastge-legd in een bevoegdhedenma-trix.

Door gebruik te maken van eenkwaliteitsmanagementsysteemkunnen maatregelen waaraaneen laboratorium moet vol-doen voor de verschillendevergunningen (bijvoorbeeld deRegeling GGO van VROM/CO-GEM en milieuvergunningen)geïntegreerd worden. Hierdoorkan een optimale combinatiegemaakt worden van maatre-gelen en verantwoording, dienaar verschillende instantiesgebruikt kan worden. Denkhierbij aan een kwaliteitssys-teem op basis van ISO 9001 ofISO 17025 (waarbij het laatsteook direct een accreditatie in-houdt voor de uitgevoerdeanalyses). Bij de PD wordt opdit moment gewerkt aan eensysteem op basis van ISO 9001en wellicht dat in de toekomsteen accreditatie op basis vanISO 17025 volgt.

SituationeleinperkingHet nieuwe laboratorium vande PD is dus gebaseerd op situ-ationele inperking waarbij de

biologie van het organismenhet uitgangspunt is. Hierbij iszoveel mogelijk gebruik ge-maakt van de synergie tussende verschillende wet- en regel-geving ( EU-richtlijn 95/44, Re-geling GGO van VROM/CO-GEM, ARBO- enmilieurichtlijnen) om tot eenzo efficiënt mogelijke inrich-ting van werkprocessen en la-boratoria te komen. Op dezewijze is de flexibiliteit van hetwerkproces behouden, maarzijn meer dan voldoende waar-borgen aangebracht waardoorde risico’s met betrekking totschadelijke organismen (metname quarantaine- en quaran-tainewaardige organismen),GGO’s, en chemische reagentiagoed zijn afgedekt. Het labora-torium is op deze wijze over-zichtelijk ingericht en maakthet werkproces gemakkelijkwaardoor de handhaving vanprocedures eenvoudig entransparant is.

Ontwikkelingen metbetrekking tottoepassing van95/44/EGHeroverweging inperkingDe PD wil het zicht op fytosa-nitair risicovolle activiteiten ende hieraan gerelateerde im-port- en verkeersstromen ver-groten, de risicocommunicatiemet het onderzoekswerkveldverbeteren en mogelijkhedenvoor verbetering van de95/44/EG-dienstverlening on-derzoeken. Uitgangspunt hier-voor blijven de in EU-richtlijn95/44/EG gestelde criteria ge-richt op inperking van fytosa-nitaire risico’s. Met de ervarin-gen en inzichten die de PDopdoet bij de nieuwe huisves-ting van de laboratoria en kas-sen als basis, zal de PD in detoekomst nieuwe standaardenontwikkelen voor het veilig

Pagina 80 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[ARTIKEL

Page 9: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

werken met schadelijke orga-nismen. Hierbij zal zoveel mo-gelijk aansluiting gezocht wor-den bij, uit oogpunt vaninperking van fytosanitaire risi-co’s, bruikbare bestaande be-drijfsinrichting. Daarnaast zul-len relevante ontwikkelingen in (de toepassing van) inper-kingssystematiek wordenmeegenomen gericht op ver-antwoorde, efficiënte imple-mentatie van de richtlijn enpassend toezicht hierop.

Dialoog met onderzoeks/veredelingssectorVoor de ontwikkeling van nieu-we arrangementen voor inper-king wil de PD dit najaar eendialoog opstarten met een nogin te stellen klankbordgroepmet spelers uit de fytosanitaireonderzoekswereld, diagnosti-sche centra en de plantenvere-deling (keuringsdiensten,WUR, researchafdelingen vanveredelingsbedrijven en be-drijfslaboratoria).

Benutting GGO-infrastruc-tuurMet name de op veel bedrijvenbestaande GGO-infrastructuurmet geclassificeerde werkruim-ten, werkprocedures en het bij-behorende kwaliteitsmanage-mentsysteem biedtmogelijkheden voor verbete-ring van de efficiency. Door bijtoekomstige behandeling en ri-sicobeoordeling 95/44/EGhiervan zoveel mogelijk ge-bruik te maken kan de com-municatie over inperking effi-ciënter gevoerd worden doorGGO-erkende bedrijven te ver-wijzen naar geclassificeerde in-perkende faciliteiten. Hierdoorkunnen de administratieve las-ten en kosten met betrekkingtot Richtlijn 95/44/EG voorveredelingsbedrijven en onder-zoekinstellingen en -laborato-ria teruggedrongen worden.

Benutting ontwikkelingeninperkingsystematiek risico-communicatie De huidige 95/44/EG-procedureis zodanig ingericht dat pas na-dat formeel een aanvraag is in-gediend, steeds on–the-case, debenodigde inperking wordt be-paald. Nadeel van deze werkwij-ze is dat de vereiste inperkingvoor dergelijke activiteiten al-leen voor de aanvrager inzichte-lijk is. Door een systeem te ge-bruiken waarin (groepen van)organismen die qua biologischekarakteristieken overeenkomengekoppeld worden aan inper-kingsniveau’s en dit voor ieder-een toegankelijk te maken kaniedereen die activiteiten over-weegt in een vroeg stadium ken-nisnemen van de risico’s en con-sequenties voor inperking. De inontwikkeling zijnde EPPO-richtlijnen voor beoogde importvan organismen (PM3/– Guidelines for intentional im-port of live organisms that areplant pests or potential plantpests) kennen een dergelijk sys-teem dat als kapstok kan dienenvoor inperking van (groepen) or-ganismen.

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 81

[ARTIKEL

Page 10: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

In een project dat gesponsordwordt door WCS en KNPVwordt een begin gemaakt dezenegatieve ontwikkeling te stui-ten. Omdat voor jongeren hetinternet de belangrijkste infor-matiebron is, wordt er een aan-trekkelijk uitziende websiteontwikkeld die tot doel heeftonder Vwo-scholieren interes-se op te wekken voor het vak-gebied gewasbescherming. Eenprille versie hiervan staat opwww.plant.wur.nl/other/plan-tenziektekunde/ (Figuur 1)(binnenkort www.plantenziek-tekunde.nl). Op deze websitekomt te staan: veel goede enactuele informatie over plan-tenziekten, nieuws, de invloedvan plantenziekten op demaatschappij, een planten-ziekten top-10, links en infor-matie voor studiekiezers, en ditalles dus op een voor de doel-groep aansprekende wijze. Demate waarin scholieren de

website waarderen wordt uiter-aard door hen beoordeeldvoordat deze in de openbaar-heid gebracht wordt. Onder-werpen voor profielwerkstuk-ken kunnen gebruikt wordenin het middelbaar onderwijsbiologie. Een soortgelijke web-site (in het Engels) komt ookbeschikbaar voor studentendie zich oriënteren voor hetdoen van een afstudeervak ofstage. Hier ligt de nadruk opsamenvattingen van lopendwetenschappelijk gewasbe-schermingsonderzoek in Ne-derland en de mogelijkhedenom daaraan zelf mee te wer-ken. Ook is er aandacht voorepidemiologische computersi-mulaties. Een extra aandachts-punt binnen het project is dezekering van belangrijke ele-menten uit gewasbescher-mingscursussen en het toe-gangbaar maken via internet.Vooral cursussen die niet meer

gegeven worden en waarvoorde beschikbare kennis en ma-terialen nog aanwezig zijn,kunnen op die manier (inter-)nationaal beschikbaar gemaaktworden. De cursussen kunnengebruikt worden door studen-ten die zich willen specialise-ren of die hun kennis willenbijspijkeren. Docenten kunnenonderdelen ervan inpassen inbestaand onderwijs.

Onderzoekers en docentenworden van harte uitgenodigdom aan het project bij te dragendoor het aanleveren van ideeënen illustratiemateriaal. Watvooral gewenst is zijn (eigen) fo-to’s en tekeningen waardoor pa-thogeniteit of een resistentie-mechanisme geïllustreerdwordt en illustratieseries dieeen plant-pathogeeninteractielaten zien in toenemend detail(Figuur 2). Ook informatie overmaatschappelijke en economi-sche aspecten van plantenziek-ten is belangrijk. Verdere moge-lijkheden om mee te helpen zijnhet samenvatten van eigen on-derzoek in een minipublicatiegericht op jongeren en/of stu-denten en het toevoegen vanlesstof. Bijdragen uit het gehelegebied van de gewasbescher-ming (fytopathologie, nemato-logie, virologie, entomologie enonkruidkunde) zijn welkom.

Pagina 82 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[ARTIKEL

Elektronisch Inburgeren – Het werven en opleiden vanplantenziektekundestudentenin NederlandJ.C. Goud1, A.J Termorshuizen en P.J.G.M. de Wit

Stichting Willie Commelin Scholten voor de Fytopathologie (WCS), Sorbonnelaan 16, 3584 CA Utrecht, de KoninklijkeNederlandse Plantenziektekundige Vereniging (KNPV), Postbus 31, 6700 AA Wageningen, Biologische Bedrijfssystemen,Marijkeweg 22, 6709 PG Wageningen en Laboratorium voor Fytopathologie, Postbus 8025, 6700 EE Wageningen1 Reacties naar: [email protected]

Als gevolg van teruglopende studentenaantallen is het planten-ziektekundig onderwijs aan Nederlandse universiteiten enHbo-instellingen de laatste 10 jaar sterk ingekrompen. Ditheeft tot gevolg gehad dat een ware kaalslag heeft plaatsgevon-den in het onderwijs over dit onderwerp: ongeveer 60% van hetonderwijsaanbod op dit gebied is verdwenen. Op korte termijndreigt deze onderwijskennis verloren te gaan en op de langetermijn leidt dit tot een tekort aan goed opgeleide plantenziek-tekundigen. Uiteraard is ook de daling van de studentenaantal-len zelf op middellange termijn een ernstige bedreiging voor deplantenziektekundige beroepsbevolking van Nederland.

Page 11: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 83

[ARTIKEL

Figuur 1: Screenshot van de eerste versie van de website over plantenziekten. Deze wordt binnenkortvervangen door een beter uitziende website, met meer foto’s en uitgebreidere informatie.

Figuur 2: Erysiphe graminisop grassen en granen. Serievan illustraties waarin dooraanclicken een toenemenddetail op te roepen is, uit-mondend in een verklaren-de woordenlijst en/of ani-maties. Soortgelijke serieszijn zeer gewenst, ook in‘omgekeerde richting’, zoalsschade voor de plant, scha-de per hectare (voor deboer), kosten van een scha-deverwekker op nationaalniveau en betekenis wereld-wijd.Foto’s copyright George Bar-ron en tekening Ivy Livings-tone, copyright BIODIDAC,gebruikt met toestemming.

Page 12: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Al jaren heb ik grote moeitemet het belang dat de Rijks-overheid hecht aan mobiliteit.Hoge ambtenaren worden ge-dwongen regelmatig van mi-nisterie te wisselen, directeu-ren binnen een ministeriegaan van visserij, naar planten-ziekten en vandaar naar ietsjuridisch of boekhoudkundigs,alsof inhoudelijke kennis voorhen van geen belang is. Dat ditniet zo is, zie je maar al te goedals een minister kamervragenmoet beantwoorden: zo tech-nisch als wat! Maar ik moettoegeven dat ik bij de Planten-ziektenkundige Dienst (PD)mijn mooiste tijden heb ge-had vanaf het moment dat een oude directeur vertrok totde nieuwe zich ingewerkt had. Dat gaf ruimte, en dusmogelijkheden.

Nog onlangs werd mij door eenvoormalig bestuurslid vanNepharma verteld dat de apo-thekers enorm konden profite-ren van de snelle wisselingenvan minister, staatssecretarisen ambtenaren, verantwoor-delijk of belast met de onder-

handelingen over hun tarieven.De nieuwkomers waren ge-woon geen partij voor de erva-ren onderhandelaars van deapothekersorganisatie. Ik hebhet gevoel dat het bij de huis-artsen tot voor kort niet veelanders was.

De PD heeft een directeur ge-had die borrelde van de nieuweideeën en als een zendelingvoor de Dienst uitliep. Maareen rijksinspectiedienst heefttijd nodig om een nieuw ideein praktijk te brengen, en alstijdens dat proces er weernieuwe plannetjes bedacht eningevoerd worden, protesteertzo’n dienst.

Bij continuïteit ligt dat anders.Tijdens de ruim twintig jaar bijde PD heb ik geweldig gebruikkunnen maken van mijn lang-durige aanwezigheid in de on-derbouw van de European andMediterranean Plant Protec-tion Organization (EPPO). Eennieuw idee moet eerst een tijd-lang hardnekkig gebracht wor-den en aangepast als dat nodigis, om anderen er enigszins

vertrouwd mee te maken. Hetsysteem van ‘Good plant pro-tection practices’ had vijf jaarnodig om internationaal geac-cepteerd te worden; de kwanti-tatieve benadering van ‘Pestrisk analysis’ acht jaar; dia-gnostische protocollen kostteongeveer drie jaar; de positievelijst van biologische bestrijdersook ongeveer drie jaar. Bij aldeze harmoniserende syste-men stond ik aan de basis enalleen door jaar in jaar uit hetonderwerp met voorbeeldenop de agenda te zetten en aante prijzen, is het gelukt. Zoietskan alleen als iemand inder-daad jarenlang in een positie isom dat te doen.

En dan nog kan het mis gaan.De (toen recent aangestelde)opstellers van de NederlandseFlora- en Faunawet haddenrond 2000 de biologische be-strijding waarschijnlijk gewoonvergeten, en dus werd de biolo-gische bestrijding na publicatievan de wet in de Staatscourantplotseling illegaal. Dat is in2004 met veel moeite hersteld,mede door een PD-er die daar

Pagina 84 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[COLUMN

Continuïteit

Page 13: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

meer dan tien jaar als entomo-loog werkte.

Na mijn vertrek uit het EPPOPRA-panel werden de kwantifi-cerende scoringstabellen vande pest risk analysis ter discus-sie gesteld; een ernstige ver-zwakking van het hele systeem.Dat was in mijn aanwezigheidnooit gebeurd!

Jaren geleden vertelde eenbuitengewoon kundige Mexi-caanse collega mij, dat ze er

vermoedelijk uit zou vliegen.Er kwamen nieuwe verkiezin-gen, en dat bracht niet alleeneen nieuwe directeur van deMexicaanse Plantenziekten-kundige Dienst, maar bijna degehele academische staf en demeeste fytosanitaire inspec-teurs zouden vervangen wor-den door mensen van eenandere politieke partij. Het on-derwerp waar we mee bezigwaren, hoe onbeduidend ookin dit geval, zou daarmee inMexico gewoon van tafel ver-

dwijnen. Maar niet alleen hetonderwerp, de bijna gehele,goed ingewerkte technischestaf! De gevolgen laten zich ra-den

En ik zou nog veel meer voor-beelden kunnen geven.

Continuïteit is een verguisd be-grip. Ten onrechte!

Paul van Halteren([email protected])

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 85

[COLUMN

Ondergetekende meldt zich aan als:Nederland/België Overige landen

� Gewoon lid van de KNPV € 25,– € 35,–� Gewoon lid van de KNPV

inclusief een abonnement op het EJPP € 146,– € 156,–� Lid-donateur van de KNPV € 65,–

Naam :

Straat :

Postcode : Plaats :

Land :

Datum : Handtekening :

✂ of copie

Lidmaatschap van de KNPV

Het lidmaatschap biedt u:● Vrije deelname aan de gewasbeschermingsdagen● Gratis abonnement op ’Gewasbescherming’● Deelname aan de algemene ledenvergaderingen met stemrecht; statuten worden op verzoek toegezonden● Mogelijkheid van een collectief abonnement (tegen gereduceerd tarief) op het European Journal of Plant

Protection

Het lidmaatschap loopt van 1 januari tot en met 31 december. Bij tussentijdse toetreding is een evenredig ge-deelte van de contributie verschuldigd.Opzeggen van het lidmaatschap dient voor 1 december schriftelijk te geschieden.

Aanmeldingen:Mevr. M. RoseboomAdm. Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging,Postbus 31,6700 AA WageningenE-mail: [email protected] secretariaat van de KNPV is telefonisch bereikbaar op 0317-483654Als nieuw lid ontvangt u als welkomstgeschenk de ’Lijst van Gewasbeschermingskundige Termen’ (verkoop-prijs € 12,50). Na acceptatie door het bestuur volgt een acceptgiro

Page 14: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

OproepDe KNPV Commissie Nederlandse Namen van Plantenziekten leidt al jaren een 'slapend' be-staan, bij gebrek aan een voorzitter, secretaris en leden.Deze situatie vindt de KNPV onwenselijk. De boekjes (namen van plantenziekten) die deze com-missie uitgeeft, vaak als supplement bij Gewasbescherming, zijn dringend aan herziening en uit-breiding toe.Er is behoefte aan een eenduidige naamgeving van plantenziekten.De hoofdtaak van de nieuwe commissie zal zijn om de oude lijsten te actualiseren volgens dehuidige stand van zaken en uit te breiden waar dat nodig is. Hiervoor zal medewerking nodig zijnvan diverse specialisten.

De KNPV roep daarom haar leden op deze commissie op korte termijn nieuw leven in te blazen.Geïnteresseerden kunnen zich aanmelden bij de secretaris van de KNPV, dr. Susanne Sütterlin, PD Wageningen.E-mail: [email protected], tel 0317-496268

Bestuur KNPV

VACATUREWegens voorgenomen vertrek van de huidige hoofdredacteur is de KNPV op zoek naar:

HOOFDREDACTEUR m/vvoor het mededelingenblad van de Vereniging, GEWASBESCHERMING (GB)

daarmee tevens lid dagelijks bestuur KNPV

uiterlijk per 1 januari 2007

belangrijkste taken:● Redactiebeleid voor inhoud blad (mede) ontwikkelen en (doen) uitvoeren;● Redactievergaderingen uitschrijven en voorzitten, langere termijn zaken initiëren;● Redactie en belang blad vertegenwoordigen in KNPV-bestuur;● Potentiële auteurs opsporen en om bijdrage vragen, deadlines stellen en doorvoeren;● Manuscripten selecteren, (laten) beoordelen en corrigeren;● Afleveringen GB samenstellen, eindredactie;● Tijdige oplevering aan drukker, proefdrukken ontvangen en controleren.

Per jaar vergt dit ongeveer 300 uur voor het uitbrengen van 6 edities Gwsbschrmng,begin van elke oneven maand.

In principe onbezoldigde functie, maar tegemoetkoming in onkosten is mogelijk.

Belangstelling melden bij secretariaat van het bestuur, Susanne Sütterlin, PD Wageningen,per brief of per e-mail ([email protected]), graag voorzien van een korte CV.

Inlichtingen bij de huidige hoofdredacteur, Kees Westerdijk (0320-291532, [email protected])

Pagina 86 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[VERENIGINGSNIEUWS

Page 15: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Op deze dag staan de innovaties in de chemische gewasbescherming centraal. Voor de sectoren Ak-kerbouw, Bloembollen, Fruit, Glasteelten en Vollegrondsgroente worden de belangrijkste huidigeen de voor de toekomst te voorziene gewasbeschermingsproblemen geschetst. In aansluiting hierop wordt ingegaan op de rol van de chemie, ook in relatie tot andere gewasbeschermingsmaatrege-len, bij het oplossen van deze problemen. De belangrijkste innovaties in de chemische gewasbe-scherming komen daarbij aan bod.De bijeenkomst start met de Voorjaarsvergadering van de KNPV.In GWSBSCHRMNG 37-4 worden korte samenvattingen van de lezingen gepubliceerd. U kunt zich tot 24 mei via de website www.knpv2006.nl aanmelden voor deelname aan de Voor-jaarsvergadering.

Vooraf aanmelden is noodzakelijk i.v.m. reservering van lunch en borrel.Registreer op deze website uw DeelnameHeeft u geen (mogelijkheid tot) internet, dan graag onderstaande strook (of kopie) invullen en stu-ren naar KNPV2006-BureauPost, Postbus 28, 6865 EV Doorwerth

NAAM ........................................................................................................................................................................................

BEDRIJF ........................................................................................................................................................................................

KOMT MET ................ PERSONEN NAAR DE KNPV VOORJAARSBIJEENKOMST

ADRES ........................................................................................................................................................................................

PCPLAATS ........................................................................................................................................................................................

E-MAIL: ........................................................................................................................................................................................

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 87

[VERENIGINGSNIEUWSKNPV-voorjaarsvergadering

2006In samenwerking met Nefyto

Chemische gewasbescherming: innovaties in de praktijkDinsdag 30 mei 2006 van 9.00-17.00WICC, Lawickse Allee 11, Wageningen

De toegang is gratis en inclusief koffie/thee/lunch/borrel

Page 16: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Programma9.00 uur Ontvangst met koffie

9.30 Algemene Leden Vergadering KNPVvoorzitter Gert Kema

10.00 Welkom en programma van de dag

10.05 Opening door M.J. (Martin) Kropff (WUR)

10.15 Ontwikkelingen chemische gewasbescherming: mw. M.L.C. (Maritza) van Assen (Nefyto)

10.45 Sector Bloembollen: J. (Jan) van Aartrijk (KAVB), E.A.(Eric) Kiers (BASF)

11.30 Sector Fruit: S. (Siep) Koning (NFO), W. (Wess) Janssen (Bayer)

12.00 Discussie o.l.v. dagvoorzitters, Maritza van Assen en Jan Bouwman

12.15 Lunch

13.30 Sector Glasteelten (bloemisterij en groente): J.J.G.W.(Jo) Ottenheim (LTO), M.H. (Martin) Meijdam (Certis)

14.15 Sector Akkerbouw: H.T. (Henk) Scheele (LTO), J.J.R.M. (Jurgen) Vet (Syngenta)

15.00 Pauze

15.30 Sector Vollegrondsgroente: J. (Jan) Robben (LTO), A.A.M. (Albert) van den Ende (Asepta)

16.00 Discussie o.l.v. dagvoorzitters

16.30-16.40 Afsluiting gevolgd door receptie

Pagina 88 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[VERENIGINGSNIEUWS

Page 17: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Voorgesteldeagenda AlgemeneLedenvergadering30 mei 2006

1. Opening

2. Notulen 30 november2005

De notulen zijn te lezenop pagina 000 van ditnummer.

3. Jaarverslag a) Bestuur (verslag 2005

vd sectretaris)b) Redactie Gewasbe-

scherming

4. Financiëna) Financieel overzicht

2005b) Verslag kascontrole-

commissiec) Begroting 2007

5. Vacaturesa) redacteur gewasbe-

scherming per 1 jan2007

6. Toekomstige activiteitena) najaarsvergadering

(thema) 2006

7. Rondvraag

8. Sluiting

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 89

[VERENIGINGSNIEUWS

Verslag van de secretaris van het KNPV-bestuur over 2005

Leden

Per 1 januari 2006 telde de KNPV 661 leden, waarvan 14 leden-donateurs. Van de leden hadden er 26 een collectief abonnementop European Journal of Plant Pathology. Er waren 51 organisatiesmet een abonnement op Gewasbescherming.

Activiteiten

De 4e Gewasbeschermingsmanifestatie, gehouden op 27 april2005 in de Reehorst in Ede heeft de gebruikelijke voorjaarsverga-dering in 2005 vervangen. Titel van de manifestatie was: ‘Is het altijd om te oogsten!?’. De bijeenkomst werd gegroepeerd rond driethema’s, namelijk Gewasbeschermingsbeleid, Kenniscirculatie enInnovaties in Onderzoek. Boeiende presentaties werden verzorgddoor 25 sprekers. Er was een goede opkomst van leden en niet-le-den en de reacties op de manifestatie waren enthousiast. Tijdensdeze dag werd voor de derde maal de KNPV-prijs uitgereikt. Metgroot genoegen heeft de KNPV de prijs kunnen uitreiken aan ir.Frank Wijnands. Hij werd unaniem door de jury, onder leidingvan prof.dr. Zadoks, aangewezen als prijswinnaar, die een bijzon-dere bijdrage aan de plantenziektenkunde heeft geleverd.

Op 30 november organiseerde het bestuur de gebruikelijkeKNPV-najaarsvergadering, in combinatie met de AlgemeneLedenvergadering.

In de loop van 2005 heeft het bestuur besloten te werken aan eenprofessionalisering van de leden- en financiële administratie. Deactiviteiten zijn erop gericht om één en ander zijn beslag te latenkrijgen in 2006. Verder steunt en co-financierd het bestuur een project samenmet de Willie Commelin Scholten Stichting, “ICT training in ge-wasbescherming”, met als doel middelbare scholieren en begin-nende studenten te enthousiasmeren voor de plantenziekten-kunde. Dit project gaat in 2006 doorlopen.

BestuurHet bestuur bestond per 1 januari 2005 uit Gert Kema (voorzit-ter), Annemiek Wesselo (secretaris), Jan Bouwman (penning-meester), Kees Westerdijk (eindredacteur Gewasbescherming),Pieter Bodingius, Jan Buurma, Martijn Eggink, Rutger Mauritz,Rommy van der Weide en Jos Wubben. Op de Algemene Leden-vergadering zijn, naast de herbenoeming van enkele zittende be-stuursleden, waaronder de voorzitter en penningmeester, eendrietal nieuwe bestuursleden benoemd: Lianne Veenstra, AnnetZweep, en Susanne Sütterlin (tevens de nieuwe secretaris). Alsbestuurleden hebben afscheid genomen Mauritz, Bodingius enWesselo. Hartelijk dank voor hun geleverde inzet.

Susanne SütterlinSecretaris

Page 18: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Penningmeester van het KNPV-Bestuur

Financieel overzicht 2005en begroting 2006 KNPV

Baten begroting 05 inkomsten 05 begroting 06Contributies 10.000,00 15.588,95 14.500,00Abonnementen (99/00) 800,00 1.617,93 1.000,00Leden-Donateurs 700,00 915,00 800,00Bijdrage bedrijfsleven 150,00 988,95 500,00Royalties Springer 45.000,00 49.151,01 49.000,00Rente 4.000,00 4.577,67 4.500,00Diversen 3.000,00 456,27 500,00Manifestatie 2005 18.000,00 –Collectieve EJPP abonn. 2.500,00 3.305,55 2.500,00Vergaderingen/Bijeenkomsten – 2.538,09 500,00

66.150,00 97.139,42 73.800,00

Lasten begroting 05 Uitgaven 05 begroting 06

“Gewasbescherming” 25.000,00 17.811,92 20.000,00Supplementen ‘Gewasb.’ – – –Porto 4.000,00 5.088,32 5.000,00Onkosten redactie 300,00 107,10 300,00Hoofdredacteur – 5.355,00 16.000,00Abonnementen/lidmaatschappen – 200,00 500,00Vergaderingen/bijeenkomsten 5.000,00 322,70 12.500,00Salaris/premies/loonbelasting 6.500,00 6.037,52 6.500,00Administratiekosten 3.500,00 324,28 500,00Kosten buitenl. bet. 200,00 41,01 100,00WCS Project – 12.500,00 45.000,00Diversen 1.500,00 3.443,10 2.500,00KNPV-prijs 2.500,00 – –Werkgroepen 1.000,00 250,00 1.000,00EJPP Spinger 2.500,00 6.740,02 5.000,00Manifestatie 2005 4.000,00 13.289,10 –

€ 56.000,00 71.510,07 114.900,00Naar kapitaal +10.150,00 +25.629,35 -41.100,00

€ 66.150,00 € 97.139,42 € 73.800,00BALANS 2005

Activa per 31/12/04 per 31/12/05

GeldmiddelenKas 0 0Postbank 1.958,39 16.098,80ABN-AMRO 214.225,38 225.714,32

216.183,77 241.813,12 VorderingenRente 2004 4.577,67 -Rente 2005 – 4.000,00Kapitaal 220.761,44 245.813,12

Jan Bouwman, Penningmeester

Pagina 90 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[VERENIGINGSNIEUWS

Page 19: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

De 36e jaargang van Gewasbe-scherming (GB) bestond uit zesafleveringen met 292 pagina’sen een Supplement Gewasbe-schermingsmanifestatie 2005van 104 pagina’s, waarmee hettotaal kwam op 396 pagina’s.Ter vergelijking: 2004: 348 pp;2003: 216 pp; 2002: 212 pp;2001: 172 pp; 2000: 188 pp.Hieruit mag worden afgeleiddat er geen tekort was aankopij. Toch blijft het spontaneaanbod van kopij tamelijk ge-ring; veel bijdragen worden ge-schreven op uitnodiging. Hetinvoeren van twee themanum-mers per jaar verhoogt ook deproductie aan kopij aangezien(een deel van) de werkgroepenzeer enthousiast is rond eenthema artikelen aan te leveren.

Zoals bekend is verandert deomslag nu jaarlijks van kleur:in 2005 een fris groene kleur,wel grotendeels volgens het-zelfde basisontwerp. Bij de fotoop de omslag is de redactiesteeds meer de actualiteit gaanopzoeken en foto’s bij artikelenin het betreffende nummergaan gebruiken. Gewasbe-scherming bracht in 2005 eensupplement uit gewijd aan deGewasbeschermingsmanifes-tatie en twee themanummers(Onkruidbeheersing in Neder-land en Bodemweerbaarheid).

De redactie onderging in deloop van het jaar een enkelewijziging. Annet Zweep nam inhet bestuur van de KNPV defakkel over van Pieter Bodin-gius (Directie Kennis LNV) enverliet daarom de redactie vanGB. Er is nog geen invulling ge-vonden voor haar plek in de re-dactie. Dit bracht de omvangvan de redactie op acht perso-nen, inclusief administratiefmedewerkster Marianne Rose-boom.

De vaste rubrieken van Gewas-bescherming kwamen groten-deels overeen met de vorigejaargang: negen artikelen(technische en beleidsachtig),vijf columns, negen promoties,het KNPV Verenigingsnieuws,het Nieuws van de KNPV-werk-groepen, zes maal nieuws enwetenswaardigheden over ge-wasbescherming in het alge-meen en de agenda over bin-nen- en buitenlandsebijeenkomsten. Doordat we in2005 twee themanummers uit-brachten, een supplement eneen nummer uitbrachten metsamenvattingen van de topre-sultaten van 2004/2005 werdener meer dan 190 thema-artike-len en samenvattingen gepu-bliceerd. Ook dit jaar was ernog een column van J.C. Za-doks. De andere columns wa-

ren dit jaar van Paul van Halte-ren en Pieter Oomen. De jaar-gang werd afgesloten met degebruikelijke index op auteurs-namen.

Naast de papieren versie vanGewasbescherming verschijntkort na uitkomst van iedernummer op de KNPV-Internet-site www.knpv.org ook een full-text artikel uit dit nummer, deagenda, het nieuws en de in-houdsopgave. Een half jaar na verschijning wordt de volle-dige inhoud van Gewasbe-scherming via de internetsitetoegankelijk gemaakt voor in-ternetgebruikers. In ARTIKworden de artikelen ontslo-ten.

De redactie laat zich ook in detoekomst bij de keuze van haaronderwerpen leiden door deactualiteit, zoals beleidszaken,opinie en de praktische gewas-bescherming. Daarnaast blij-ven traditionele onderwerpen,zoals onderzoek en promotie-samenvattingen, een plaatshouden. Wij roepen de ledendan ook op zulke bijdragenvoor publicatie in te sturen.

C.E. (Kees) Westerdijk,([email protected])hoofdredacteur Gewasbe-scherming

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 91

[VERENIGINGSNIEUWSRedactie van

Gewasbescherming, jaargang 36

Page 20: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

KNPV-werkgroepBodempathogenenen bodem-microbiologie

Anders dan gebruikelijk kwamde werkgroep in het verslagjaar2005 eenmaal bijeen. De 73ste

vergadering werd gehouden op7 April bij PPO-Bollen & Bo-men in Lisse, met bijdragenvan Aad Termorshuizen (Im-proving compost quality tosuppress soilborne plant pa-thogens), Gerard van Leeuwen(Synchytrium endobioticum,wart disease in potato. How tocontrol a notorious soil patho-gen?), Leo van Overbeek (Pseu-domonas syringae pathovarporri, the causative agent forbacterial blight in leek, is asoil-borne pathogen in Dutchleek production fields), en Vin-cent Bijman (Recent develop-ments of Augusta disease inthe Netherlands). Samenvat-tingen van deze bijdragen ver-schenen in Gewasbescher-ming.

Diverse leden van de werk-groep hebben een bijdrage ge-leverd aan het themanummer‘Bodemweerbaarheid’ in hetseptember nummer van Ge-wasbescherming.

In het verslagjaar was JoekePostma (PRI) voorzitter en Ge-ra van Os (PPO-Bollen) secre-taris. De werkgroep telde in2005 vijfenvijftig geregistreerdeleden. Per bijeenkomst is deopkomst gemiddeld 20-25 le-den. Het najaar van 2005 waseen drukke tijd voor de meesteonderzoekers in verband met

het grote aantal aflopende pro-jecten en nieuw op te startenprojecten. Er is afgezien vaneen tweede werkgroepbijeen-komst in november wegens teweinig animo.

Gera van Os, secretaris.

Jaarverslag 2005werkgroep Fusariumvan de KNPV

Op 2 maart 2005 werd de jaar-lijkse bijeenkomst van de werk-groep Fusarium gehouden,evenals het jaar daarvoor in hetCentraal Bureau voor Schim-melcultures te Utrecht. Op demailinglijst van de werkgroep-die elk jaar wordt aangepast -staan ongeveer zestig perso-nen, waarvan er dertig naar debijeenkomst kwamen. Op hetprogramma stonden oorspron-kelijk acht presentaties, waar-van er helaas twee afgelastmoesten worden.Doordat Richard Summerbell,onze gastheer op het CBS, kon inspringen konden tochzeven pesentaties worden ge-houden.

Uiteindelijk zag het program-ma zag er uit als volgt:

● Heterogeneity of Dutch Fu-sarium oxysporum strainsisolated as forma specialisradicis-lycopersiciChamil Validov (UniversiteitLeiden)

● Human Fusarium infec-tions in AfricaRichard Summerbell

● A proteomic approach to

identify proteins secretedby Fusarium oxysporum inxylem sap of tomatoPetra Houterman (Universi-teit van Amsterdam)

● Development and imple-mentation of a moleculartest for Fusarium foetensIlse Heurneman (PD, Wage-ningen)

● Cytogenetics of Fusariumspp.Cees Waalwijk (PRI)

● Use of TaqMan-PCR forquantification of Fusariumspp. and Michrodochiumnivale in crops and crop re-sidues of wheatJürgen Köhl (PRI, Wagenin-gen)

● Monitoring of infection ofFusarium using Fusarium-ScreenTheo van der Lee (PRI, Wa-geningen)

(In het volgende nummer vanGewasbescherming (37-4) zul-len de samenvattingen van demeeste van deze presentatiesgepubliceerd worden.)

Cees Waalwijk meldde dat vol-gend jaar (2006) de EuropeanFusarium Seminar in Neder-land wordt georganiseerd. Tij-dens de lunch werd met eenaantal geïnteresseerden verga-derd over de vorming van een‘local organizing committee’,en werden ideeën uitgewisseldover de vorm en inhoud vanhet Seminar.

Volgend jaar zal de bijeen-komst van de Werkgroep Fusa-rium wederom plaats vinden inhet CBS in Utrecht. De datumzal later worden bepaald, maarhet zal waarschijnlijk in dezelf-

Pagina 92 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[VERENIGINGSNIEUWS Jaarverslagen KNPV

werkgroepen

Page 21: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

de periode vallen (is 2 maartgeworden).

Voorzitter: Cees Waalwijk (PRI)Secretaris: Martijn Rep (UvA)

Jaarverslag van deKNPV-werkgroepPhytophthora enPythium 2005De werkgroep Phytophthora enPythium had in 2005 haar jaar-lijkse bijeenkomst bij het PPO-instituut Bloembollen in Lisse.De vergadering werd bezochtdoor 21 werkgroepleden. Hetochtendprogramma omvattelezingen over het monitorenvan Pythium en Phytophthorain de glastuinbouw (AdriaanVermunt, Groen Agro Control,Delfgauw), Pythium beheer-sing bij krokus en hyacint (Vin-cent Bijman, PPO-Bloembol-len, Lisse), ontwikkeling vanduurzame middelen tegenPhytophthora infestans in aardappel (Wim van de Krie-ken, PRI, Wageningen) en riskassessment bij Phytophthoraramorum (Geert Kessel). Na de lunch volgde een rondlei-ding over de terreinen vanPPO-Bloembollen waarbij menkennis kon nemen van de on-derzoeksactiviteiten van hetgastinstituut. ’s-Middags werd een zestal korte medede-lingen gepresenteerd. Bart De-clercq (Fytopathologie, Univer-siteit Gent), stelde zijnonderzoeksproject over duur-zame beheersing van de pa-piervlekkenziekte in prei voor,Kris De Jonghe (Fytopatholo-gie, Universiteit Gent), verteldeover de rol van fenazines enbiosurfactants in de bestrijdingvan Phytophthora nicotianaeop tomaat, André Bouma (Po-tato Promotion Team, Ulrum)bracht een discussie op gangover roodrot bij aardappelen,Linda Kox presenteerde een

vergelijking van ELISA, lateralflow device en TaqMan voordetectie van P. ramorum, PeterBonants gaf een technischepresentatie over real-time PCRop nanoliter schaal en JosWubben vertelde tenslotte overde KNPV en wat die voor dewerkgroepen kan betekenen.Na de bestuurmededelingen,waarbij vastgesteld werd dat devolgende vergadering zalplaatsvinden op donderdag 28september 2006 bij Plant Re-search International in Wage-ningen, werd de vergaderingbesloten met een gezamenlijkeborrel.

De werkgroep telde in 2005vierenvijftig geregistreerde le-den. Het bestuur van de werk-groep bestond dit jaar uit voor-zitter Peter Bonants (PRI ,Wageningen), Willem Man in ‘t Veld (PD, Wageningen) en se-cretaris Arthur de Cock (CBS,Utrecht).

Arthur de Cock, secretaris

WerkgroepOnkruidkunde KNPVJaarverslag 2005-2006De Werkgroep Onkruidkunde,ook bekend als Overleg On-kruidkunde bestaat uit eenconglomeraat van een aantalgespecialiseerde werkgroepenplus een aantal losse leden enagendaleden, in totaal bijnazestig leden en agendaleden. In2005 kwam het overkoepelendoverleg een keer bijeen. Rom-mie van der Weiden (PPO Lely-stad) is voorzitter, secretaris isTon Rotteveel (PD).

Tot het Overleg Onkruidkundebehoren de volgende werk-groepen:1. Werkgroep Onkruidbestrij-

ding in Teelten. Voorzitter

Rommie van der Weide(PPO lelystad); secretaris Er-win Mol (PD). De groepkwam in maart 2005 en ja-nuari 2006 bijeen en houdtzich bezig met alle facettenvan niet-chemische en che-mische onkruidbestrijdingen –beheersing in teelten. Erbestaan intensieve contac-ten met België (Gent). In dezomer werd een excursie ge-houden naar Leuven enRumbeke.

2. Werkgroep Resistentie. Voor-zitter Robert Bulcke (Uni-versiteit Gent); secretarisTon Rotteveel, (PD). Tot de-ze werkgroep behoren veer-tien leden en zes agendale-den. Het werkgebied van dewerkgroep is sinds 2004 Ne-derland en België, waarbijalternerend in Nederland enBelgië wordt vergaderd. Dewerkgroep kwam in mei2005 in Nederland bijeen.De groep houdt zich bezigmet onderzoek aan wildeherbicideresistenties, bio-technologisch verkregenherbicideresistenties in ge-wassen, en resistentie-management. De groep isvia voorzitter en secretarisvertegenwoordigd in deEuropean Herbicide Resi-stance Working Group, eenwerkgroep van de EuropeanWeed Research Society enrelationeel verbonden metHRAC (Herbicide ResistanceAction Committee) van deindustrie.

3. Werkgroep Akkerranden.Voorzitter Geert de Snoo(CML Leiden), secretarisTon Rotteveel (PD). Degroep is op dit moment nietactief.Alle groepen werkenin hoge mate informeel enrichten zich primair op uit-wisseling van informatie enafstemming van activiteiten.Daarnaast kan begeleidingvan, en assistentie bij on-derzoek aan de orde zijn enbovendien advisering van

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 93

[VERENIGINGSNIEUWS

Page 22: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

beleid en/of voorlichtings-diensten.

Ton RotteveelSecretaris Werkgroep Onkruid-kundeFebruari 2006

Jaarverslag van deBotrytis-werkgroep2005

Deze werkgroep telt zo’n twin-tig actieve leden, die bijna al-len actief betrokken zijn bijtoegepast of fundamenteel on-derzoek naar deze schimmelen de bestrijding en beheer-sing van Botrytis ziektes.

In 2005 is een onderzoek, gefi-nancierd door LNV, naar ver-beterde monitoring van Botry-tis-soorten afgesloten. Ditbetrof een samenwerking tus-sen enerzijds PPO Bollen , Bo-men en Fruit, en anderzijdsPRI en Fytopathologie, ookWUR. Dankzij een STW-pro-ject konden DNA sequentiedata worden toegepast om dia-gnostica te ontwikkelen en opveldmonsters van gewassenzoals tulp en lelie toe te pas-sen. Een ander STW project(WU Fytopathologie, 2001-2005) naar de rol van pectina-ses in de infectie van Botrytiscinerea werd afgerond.

In 2005 is de genoomsequentievan twee stammen van Botrytiscinerea bepaald (Broad Institu-te, USA; Genoscope, Frankrijk).De sequentie van één van detwee stammen is via internettoegankelijk. Er is een interna-tionaal consortium gevormddat de sequentie uitvoerig zalanalyseren en handmatig an-noteren.

In 2005 heeft de werkgroep eenbijeenkomst gehouden in Wa-geningen bij Agrotechnology &

Food Innovations. Een aantalinteressante verhalen zijn ge-houden, waarvan de abstractszijn bijgesloten.

De volgende bijeenkomstwordt gehouden in Wagenin-gen op woensdag 19 april a.s.om 13.15. Een ieder die geïnte-resseerd is in Botrytis, en eenvoordracht, opmerking of dis-cussiepunt naar voren wilbrengen, is van harte welkom.Aanmelding als lid van dewerkgroep is mogelijk bij de se-cretaris.

Voorzitter: Dr. Jan van Kan(WU, Fytopathologie); secreta-ris: Dr. Joop van Doorn (PPOLisse).

Jaarverslag van dePhytophthorainfestans-werkgroep2005Deze werkgroep is in 2005 nietbij elkaar geweest.

Jaarverslag van dePratylenchus -werkgroep 2005

Voorzitter en secretaris van dewerkgroep Pratylenchus zijnrespectievelijk Hans Kok, werk-zaam bij PRI en Cor Conijn,werkzaam bij PPO Lisse. Dewerkgroep telde 28 leden in2005, waaronder ook enkele uitBelgië. De leden zijn met namewerkzaam bij onderzoekinstel-lingen, bedrijfslaboratoria ofkeuringsdiensten.

In 2005 is éénmaal vergaderden wel in het nieuwe gebouwvan PPO te Lisse. Het was eeninteressante bijeenkomst metonderwerpen als ‘Pratylenchusin lelie’, ‘Ziektewering tegen

Pratylenchus penetrans wortel-rot in lelie’ en ‘Biofumigatiege-wassen tegen Pratylenchus’.

Op de Gewasbeschermingsma-nifestatie ‘Is het al tijd om teoogsten?’ werd ook door ver-schillende onderzoekers recentwerk gepresenteerd.

Cor ConijnSecretaris Lisse maart 2006.

Jaarverslag van dewerkgroepTrichodoriden entabaksratelvirus2005

Deze werkgroep is in 2005 nietbij elkaar geweest.

Jaarverslag van dewerkgroepIdentificatie endetectie: highlightsvan 2005

Eind 2005 is de werkgroep de-tectie van plantenpathogenentoegelaten tot de KNPV. Echter,deze werkgroep heeft al eenlange bestaansgeschiedenis. Algedurende enkele tientallen ja-ren troffen keuringsdiensten,praktijkonderzoek (nu PPO) enWageningse onderzoeksinsti-tuten (nu vooral PRI) en Plan-tenziektekundige Dienst elkaar1 of 2 maal per jaar om infor-matie uit te wisselen. Meestalwerd eenmaal per jaar eenthemadag of – middag georga-niseerd over uiteenlopende on-derwerpen. De bijeenkomstenwaren een directie uitwisselingvan vragen en gegevens overantisera, lastige pathogenen enpraktijkproblemen, en leverde

Pagina 94 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[VERENIGINGSNIEUWS

Page 23: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

een aanzet tot nieuw onder-zoek.

De projectmatige insteek vande kennisinstellingen, ingezetna de totstandkoming vanWUR, noopte werkgroepvoor-zitter en secretaris tot het vin-den van een nieuwe opzet vandeze werkgroep. De mogelijk-heid om aan te sluiten bij deKNPV paste hier goed bij. Ook‘derden’ (bedrijven) krijgen nude mogelijkheid om informatieuit te wisselen in de juiste zinvan het woord. Opgenomen inhet reglement is dan ook, datelk lid van deze werkgroep re-gelmatig een verhaal houdtdan wel korte mededelingendoet van activiteiten binnenzijn of haar bedrijf, instelling ofdienst: tweerichtingsverkeerdus!

Het streven is de komende tijd,

om meer bedrijven te interes-seren om te participeren, naasteen thematische invulling vande vergadering en het benuttenvan de meerwaarde van dit fo-rum.

De kersverse KNPV-werkgroepis in 2005 tweemaal bijeen ge-weest; een selectie van abs-tracts van gehouden voor-drachten is bijgesloten (zie inde volgende Gewasbescher-ming, 37-4).

Een goede extra mogelijkheidbiedt tijdens de vergadering deuitgebreide rondvraag, waareen ieder korte mededelingen,vragen of suggesties kan neer-leggen. Tijdens de laatste bij-eenkomst te Lisse is het thema‘Real Time PCR als diagnos-tisch instrument’ aan de ordegeweest. Ook praktische zakenkomen aan de orde. De Bloem-

bollenkeuringsdienst schetsteaan de hand van een uitge-werkte lijst hoe de kosten vaneen relatief nieuwe techniekzoals Real Time PCR goed bin-nen de perken gehouden kun-nen worden en op termijn zelfsde prijsstelling van serologi-sche toetsingen kunnen bena-deren.

De komende vergadering zalgehouden worden bij de NAK AGRO te Emmeloord (uwgastheer Gé van den Boven-kamp) op 10 mei a.s. met hetvervolg op het thema Real Time PCR (‘haken en ogen’).Aanmeldingen graag bij de se-cretaris.

Voorzitter Nicolette Klijn (PD)secretaris Joop van Doorn(PPO Bollen Bomen & Fruit,Lisse)

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 95

[VERENIGINGSNIEUWS

Beurzen KNPVHet KNPV-bestuur heeft met in gang van 2005 besloten subsidie te verlenen om activiteiten mo-gelijk te maken die passen in de doelstelling van de vereniging. Daartoe zijn per jaar een tweetalsubsidieronden ingesteld en per ronde kan maximaal 10.000 euro verdeeld worden over de ge-honoreerde voorstellen. De voorstellen worden beoordeeld door een toetsingscommissie, diehet beschikbare budget uitzet en terugrapporteert bij de jaarvergadering van de KNPV.

Randvoorwaarden voor de toekenning:● indienen gemotiveerd verzoek: wat, met welk doel, welke kosten, wie financiert en wat wordt

teruggeleverd (aanvraag formulier te downloaden van website);● passen binnen de doelstelling van de vereniging, c.q. bevorderen samenwerking en/of kennis-

uitwisseling op gebied van gewasbescherming;● ingediend kan worden door individuele personen mits KNPV lid, verenigingen, (KNPV) werk-

groepen en maatschappelijke organisaties;● de gevraagde financiële bijdrage zou niet logischerwijs door de werkgever betaald moeten

worden (om dit te beoordelen inzicht geven in medefinanciering en/of eigen bijdrage);● iets voor breder publiek terug laten komen (b.v. korte rapportage voor gewasbescherming;

plaatsing ter bepaling van redactie);● een pre hebben voorstellen die samenwerking tussen de groepen onderzoek, onderwijs, in-

dustrie en beleid bevorderen.

De toetsingscommissie bestaat uit de secretaris van de vereniging en 2 bestuursleden: S. Sütterlin (PD), J. Buurma (LEI) en R. van der Weide (PPO).

Page 24: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

JaarverslagKNPV graanziekten

2005Werkgroep Graanziekten

Pagina 96 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[VERENIGINGSNIEUWS

Septoria tritici

Fusarium spp.Puccinia striiformis Puccinia recondita

Erysiphe graminis

Pyrenophora tritici repentis

Page 25: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Inleiding

G. H.J. Kema (voorzitter),A.D. Hartkamp (secretaris),Werkgroep Graanziekten

De werkgroep Graanziekten iseen platform van onderzoeks-instellingen en het bedrijfsle-ven waar ervaringen op hetgebied van graanziekten inNederland uitgewisseld wor-den. De werkgroep Graanziek-ten is ontstaan in de tijd vande ‘Stichting NederlandsGraan Centrum’. In 1996 is deStichting Nederlands GraanCentrum opgeheven en wor-den de activiteiten van destichting – waaronder het voe-ren van werkgroepsecretaria-ten – georganiseerd door hetProductschap Granen, Zadenen Peulvruchten.

In 2002 heeft de werkgroepGraanziekten besloten aan-sluiting te zoeken bij de Ko-ninklijke Nederlandse Plante-ziektenkundige Vereniging(KNPV). De werkgroep Graan-ziekten is sindsdien openge-steld voor deelname. In hetkader van de aansluitingwordt jaarlijks een overzichtgemaakt worden van de activi-teiten en het onderzoek op hetgebied van graanziekten inNederland door de organisa-ties en bedrijven die deelne-men aan de werkgroep (hier-onder).

In 2005 heeft de werkgroep eenwintervergadering en een zo-merexcursie gehouden. In dewintervergadering zijn de re-

sultaten van 2004 en de plan-nen voor onderzoek in 2005besproken. De zomerexcursiewerd verschoven naar de win-tervergadering en bestond uiteen bezoek aan de verschillen-de onderzoeksfaciliteiten vanPRI.

1 WageningenUniversiteit &Research Centre

Postbus 386, 6700 AJ Wageningen

R.E. Niks

Laboratorium voor Plantenveredeling

Het graanonderzoek aan hetlaboratorium van Plantenvere-deling richt zich op het begrij-pen van duurzame vormen vanresistentie tegen roest en meel-dauw pathogenen. Dergelijkeresistentie gerust niet op over-gevoeligheid, en erft polygeenover. Via merker gestuuurde te-rugkruisingen zijn bijna-isoge-ne lijnen, elk dus met een ver-schillend gen (QTL) welkeworden gebruikt voor de karak-terisering van de effecten vande verschillende QTLs. Deze lij-nen worden ook gebruikt voorfijnkartering van de QTLs, omuiteindelijk een dergelijk gen tecloneren, en door kennis overde DNA sequentie te weten tekomen hoe een dergelijk genkan resulteren in verminderdeinfectie door de dwergroest-schimmel (Puccinia hordei).

In het proces van QTL mappenen fijnkarteren is erg veel mer-ker informatie verzameld. In

samenwerking met het IPK(Gatersleben) wordt een geïn-tegreerde merkerkaart voor on-geveer 800 SSR merkers en eenandere kaart voor ongeveer3300 andere merkers gepubli-ceerd.

De fijnkartering is nu in hetstadium dat een betrouwbaaren reproduceerbaar QTL is ge-localiseerd in een regio vanminder dan 1 cM. Vanaf 2006wordt dit onderzoek uitge-voerd binnen het EU-gefinan-cierde programma BIO-EXPLOIT.

Een dergelijk project, maar dangericht op het karteren van ge-nen voor partiële resistentie te-gen gerstmeeldauw is afgelo-pen jaar begonnen. Dezeresistentie heeft qua mechanis-me veel overeenkomsten metde partiële resistentie tegendwergroest.

In ons onderzoek naar duurza-me resistentie richten we onsook op de zogenaamde niet-waard resistentie. Er is materi-aal ontwikkeld uit gerst, datvatbaar is voor twee ‘verkeerde’roestsoorten (nl. de bruineroest van tarwe en die van hetkruipertje, Hordeum muri-num). Dit onderzoeksmateri-aal is gekruist met ‘gewone’gerst, met volledige resistentietegen deze roesten. De daaruitontwikkelde mappingpopula-tie is gebruikt om de geneti-sche basis van de resistentievast te stellen. Het blijkt dat de-ze resistentie polygeen is.

Tegen elke roestsoort is een

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 97

[VERENIGINGSNIEUWSJaarverslag 2005 KNPV

Werkgroep GraanziektenActiviteiten leden en werkgroep

Page 26: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

verschillende combinatie vanQTLs effectief. Die roestsoortspecificiteit van de QTL-effec-tiviteit is een verrassende uit-komst van dit onderzoek.

2 Praktijk-onderzoek, Planten Omgeving

Postbus 430, 8200 AK Lelystad

H.T.A.M. Schepers en H.G.Spits

Afdeling Schimmels

Aarfusarium inwintertarwea) Beslissingsondersteunen-

de systemen Het ontwikkelde prototype vaneen empirisch model (relatie-diagram met input, output,processen en parameters)maakt een schatting van hetDON-gehalte aan het eind vanhet seizoen. Op basis van deuitkomst kan besloten wordenof en wanneer er gespotendient te worden.Twee versiesvan het prototype (BOS-1 enBOS-2) en het systeem CERDISvan Opticrop zijn in drie veld-proeven vergeleken met eenaantal standaard behandelin-gen. Tevens zijn op vijf locatiesverdeeld over het land BOS-1en Cerdis vergeleken in prak-tijkpercelen.

De ziektedruk was in 2005 laag.Er werden door de BOS-en inbeide rassen weinig bespuitin-gen geadviseerd. Achteraf ge-zien (door bepaling van hetDON) waren de meeste advie-zen van de BOS-en juist.

Op de twee locaties werdenook Fusariumsporen gevan-gen. Deze gegevens wordenachteraf gebruikt om het sys-teem te valideren.

b) BewaringIn een detailexperiment wordtde invloed van besmettings-graad bij de oogst, rasgevoelig-heid, vochtgehalte en bewaar-duur onderzocht op hetDON-gehalte. Met de oogst van2004 (Bristol) is een nieuw ex-periment ingezet. Omdat deDON-gehalten bij de oogst erglaag waren is besloten de par-tijen te ‘besmetten’ met geïn-fecteerde korrels die uit eenkunstmatig besmette proef wa-ren verkregen.

De proefresultaten uit het be-waarseizoenen 2002-2005 lie-ten zien dat het DON gehaltevan het graan gedurende hetbewaarseizoen niet steeg. Hetvochtgehalte van het graan ende hoogte van het DON-gehal-te bij aanvang van de bewaringhadden hier nauwelijks invloedop. Het bewaren van graan bijeen hoger vochtgehalte (>18%)verhoogt de kans op vormingvan sterigmatocystine en zear-alenone.

c) AargalmugOp vijf praktijkpercelen in Gro-ningen is de aargalmug / luis aldan niet bestreden met het in-secticide Karate. Op een anderdeel van het praktijkperceel isalleen luis bestreden (Pirimor).Ondanks de lage ziektedruk re-sulteerde een bespuiting tegeninsecten (Karate of Pirimor) toteen lagere aantasting van deaar. De tendens was dat eenbespuiting tegen insecten eenlager DON-gehalte tot gevolghad.

R.D. Timmer

Afdeling Akkerbouw

Bestrijding bladvlekkenziekte(Rhynchosporium secalis) inzomergerstDoor onvoldoende kennis om-trent de ziekte, de bestrijdings-mogelijkheden en de bestrij-

dingsstrategie worden veelgerstgewassen (zwaar) aange-tast door bladvlekkenziekte entreedt er plaatselijk aanzienlij-ke opbrengstderving en kwali-teitsverlies op. Met name in hetNoordoostelijk zand-/dalge-bied (het grootste teeltgebiedvan brouwgerst) is deze blad-ziekte een toenemend pro-bleem, en komen er vanuit depraktijk vele vragen naar de be-strijdingsmogelijkheden vandeze bladziekte. Veelal wordener middelen gespoten zonderdat ze effectief zijn, onder an-dere doordat er onvoldoendekennis is over het juiste tijdstipvan spuiten.

Op proefboerderij Kooijenburg(Rolde, Drenthe) en het PPO-proefbedrijf in Lelystad is in deafgelopen drie jaar onderzoekgedaan naar het effect vanzaaitijd en rassenkeuze op demate van aantasting van hetgewas. Belangrijkste onder-deel van het onderzoek wasechter het testen van bestaan-de en nieuwe graanfungicidenop hun bestrijdingseffect opbladvlekkenziekte. Ook hettijdstip van toepassen en dedosering van de middelen zijnonderwerp van onderzoek.Doel was een strategie te ont-wikkelen voor een optimalebestrijding van deze ziekte inzomergerst.

De resultaten hebben tot nutoe laten zien dat er duidelijkeverschillen in opbrengst be-staan tussen de verschillendebestrijdingsstrategieën, maardat de positieve effecten na af-trek van de middelenkostenveel minder groot zijn. Eengoed overwogen strategie isnodig om op een zo rendabelmogelijke wijze deze ziekte tebestrijden. In 2005 zijn de laat-ste veldproeven uitgevoerd. Inhet voorjaar van 2006 zal eeneindrapportage worden opge-leverd met daarin de eindcon-clusies van het onderzoek.

Pagina 98 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[VERENIGINGSNIEUWS

Page 27: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

3 Plant ResearchInternational

Postbus 16, 6700 AA Wageningen

J. Köhl, L. de Haas, P.Kastelein, P.M. de Vries

Business Unit Biointeracties enPlantgezondheid

Met het doel kennis te vergarendie nodig is voor de ontwikke-ling van preventieve maatrege-len en het voorspellen vanmogelijke risico’s op mycotoxi-nebesmetting van graan enmaïssilage, doet de groep sinds2003 onderzoek naar de popu-latiedynamica van de vier voorgranen relevante toxigene Fu-sarium spp. (F. avenaceum, F.culmorum, F. graminearumen F. poae) en Microdochiumnivale in tarwe- en maïsgewas-sen en op gewasresten als mo-gelijke inoculumbronnen. Voorhet bepalen van populatie-dichtheden van genoemdeschimmels wordt door PlantResearch International ontwik-kelde TaqMan-PCR gebruikt.

Op verschillende tijdstippentussen de bloei en de oogst van2003 is op twee locaties in Ne-derland de populatiedynamicavan de toxigene Fusarium spp.en M. nivale gevolgd op tarwe-planten en daarna gedurendetien maanden tot juni 2004 opde bovengrondse gewasrestenafkomstig van deze tarwege-wassen. De verwerking van demonsters is in 2005 afgerond.

Op de stengels en het kaf vanoogstrijpe planten werden, on-danks de lage incidenties vanaarfusarium en lage dichthe-den van Fusarium spp. en M.nivale op de graankorrels, hogedichtheden F. avenaceum, F.culmorum en F. graminearumgedetecteerd. Na de oogst daal-den de dichtheden van de aan-wezige toxigene Fusarium spp.in de op de grond liggendestro- en aarresten sterk, maar

nagenoeg niet in boven degrond uitstekende stoppels.

In 2004 en in 2005 is op proef-boerderij Ebelsheerd bij eenexperiment met continuteeltvan wintertarwe en verschil-lende vormen van grondbe-werking de populatiedynamicavan de vier toxigene Fusarium-soorten en M. nivale gevolgdop tarweplanten en in de ge-wasresten afkomstig van dezetarwegewassen. Op het mo-ment van het schrijven van ditjaarverslag zijn nog niet alledata verwerkt. De eerste resul-taten geven aan dat de dicht-heden van F. avenaceum vrijhoog zijn en dat de manier vangrondbewerking weinig in-vloed heeft op de onderzochtepopulaties van Fusarium spp.en M. nivale.

Verder is in 2005 op zes overNederland verspreidde locatiesde populatiedynamica van viertoxigene Fusarium-soorten enM. nivale gevolgd op tarwe-aren. Daarbij is ook aandachtbesteed aan eventueel in debodem aanwezige infectie-bronnen.

Op alle locaties werden lagedichtheden M. nivale op in debodem aanwezig organischmateriaal gedetecteerd. Eenenkel monster bleek positiefvoor F. avenaceum, F. culmo-rum of F. graminearum. Bloeiende aren bleken vrijwelniet gekoloniseerd door ge-noemde pathogenen. Na debloei nam zowel de diversiteitals de dichtheden van de gede-tecteerde Fusarium spp. en M.nivale populaties toe. F. ave-naceum, F. graminearum, F. po-ae en M. nivale werden vakergedetecteerd dan F. culmorum.De graankorrels waren mindersterk gekoloniseerd door toxi-gene Fusarium-soorten danhet dorsafval.

De lage incidenties van aarfu-

sarium maken het niet moge-lijk verbanden aan te tonentussen het optreden van Fusa-rium spp. en M. nivale popula-ties op in de bodem aanwezigorganisch materiaal en op dearen of graankorrels.

Daarnaast zijn in 2005 van zespercelen met continu teelt vanmaïs monsters genomen vangewasresten, maïshaksel enmaïssilage voor onderzoek opaanwezigheid van toxigene Fu-sarium spp. en M. nivale. Ophet moment van het schrijvenvan dit jaarverslag waren demonsters nog niet geanaly-seerd.

O.E. Scholten,en G.Steenhuis-Broers.

Business Unit Plant Breeding

In het kader van het LNV pro-gramma Biologische Verede-ling 388-II wordt in samenwer-king met Louis Bolk Instituut(Aart Osman en Esther Bremer)Fusariumonderzoek uitge-voerd aan zomertarwerassen.Doelstellingen van dit projectzijn: het onderzoeken van mo-gelijkheden om de weerbaar-heid van zomertarwerassen te-gen aarfusarium te vergroten.Gedurende de looptijd van ditproject is dit meer toegesnedenop: het ontrafelen van verschil-lende resistentiemechanismenin rassen en resistentiebron-nen, zowel actieve als passievemechanismen. Er is een Fusa-riumveldproef uitgevoerd met34 zomertarwerassen en vere-delingsmateriaal op het biolo-gisch proefbedrijf de Broeke-mahoeve in Lelystad.Waarnemingen zijn gedaanaan diverse morfologische ken-merken van de rassen, de visu-ele aantasting van de aren, deschimmelbiomassa en toxine-vorming in eindproduct. Bij 14rassen is de toename vanschimmel DNA (via Taqman)

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 99

[VERENIGINGSNIEUWS

Page 28: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

en DON in de tijd (op drie mo-menten tijdens groeiseizoen)gevolgd. We hebben duidelijkeverschillen gevonden tussende rassen. De rassen met dehoogste opbrengst in het Fusa-riumveld hebben een verschilmet het controleveld van 6 tot15%. Het plantmateriaal metde hoogste opbrengst in hetcontroleveld is materiaal datvrij recent is ontwikkeld doorveredelingsbedrijven. In hetFusariumveld is de opbrengstechter 30 tot 50% lager dan inhet controleveld. De geringereopbrengst blijkt goede samen-hang te vertonen met de aan-tasting drie en vier weken nainfectie (respectievelijk r2 =0.64 en r2 = 0.70). Er zijn rassendie meer of minder DON pro-duceren dan verwacht opgrond van de hoeveelheidDNA. Mogelijk is hier sprakevan enige resistentie tegen deschimmel dan wel tegen devorming van toxine. De hoe-veelheid schimmel-DNA peraar nam toe in de loop van detijd (na bloei - oogst). Ondui-delijk is de toename van DONin de tijd. Dit vereist meer on-derzoek. Een compactere aarlijkt de kans op vatbaarheidvoor aarfusarium te vergroten.Dit komt overeen met de resul-taten van 2004. Daarnaast vin-den we in deze proef bij de ras-sen die vroeger in aar komenhogere Fusariumaantasting.

G.H.J. Kema, C. Waalwijk,Th.A.J. van der Lee, O.Mendes, Ph.M. de Vries,E.C.P. Verstappen, S. B. Ware,A. Mehrabi, A. Wittenberg, H.Schouten, H. Jalink, en R.van der Schoor

Business Units Biointeracties enPlantgezondheid en Bioscience

Het Mycosphaerella onderzoekHet onderzoek naar de functio-nele analyse van signaaltrans-ductiegenen in Mycosphaerellagraminicola is voortgezet. Erzijn meer dan tien genen be-studeerd waaruit naar voren isgekomen dat genen in verschil-lende signaaltransductieroutesbepaalde onderdelen van hetinfectieproces reguleren. Zozijn de genen MgHog1 en Mg-Fus3 betrokken bij de penetra-tie van de huidmondjes. Mg-Fus3 is nodig om deze teherkennen en MgHog1 regu-leert de overgang van knopvor-ming naar filamenteuze groei.Als dit laatste groeitype niet totstand komt kan M. graminicolahuidmondjes ook niet penetre-ren en treedt er uiteindelijkgeen ziekte op. MgSlt2 is nietnodig om tarwe bladeren te pe-netreren, maar reguleert de ko-lonisatie van het mesofyl weef-sel. MgTpk2 en MgBcy1 zijnoverbodig voor penetratie enkolonisatie, maar vereist voorde vorming van vruchtlicha-men waarin de sporen ge-vormd worden. Genen in het Geiwit-complex zijn ook nodigvoor pathogeniteit en één vandeze genen reguleert de ana-stomose die veelvuldig op-treedt tijdens de vorming vanongeslachtelijke en geslachte-lijke vruchtlichamen.

Uit het genetische onderzoek isnaar voren gekomen dat bijavirulentie van M. graminicolavoor brood- en durum-tarwe-

rassen ten minste negen genenzijn betrokken. Deze genen zijn op een koppelingskaart geplaatst die werd gemaaktmet behulp van Diversity Array merkers. Hiertoe zijntwee M. graminicola kruisings-populaties geanalyseerd enkon een unieke geïntegreerdekoppelingskaart worden ver-vaardigd met meer dan 2200merkers.

Het onderzoek naar strobiluri-ne resistentie heeft laten ziendat gevoelige isolaten welis-waar goed bestreden kunnenworden, maar dat de geslachte-lijke voortplanting niet wordtgehinderd. De mitochondrialeovererving van resistentie te-gen deze fungiciden wordtsterk beïnvloed door de bijdra-ge van het resistente isolaat tij-dens de geslachtelijke cyclus.Het onderzoek heeft aange-toond dat deze isolaten òf eenvoorkeur hebben als moeder tefungeren, òf reeds door mini-male fungicidendoses gestimu-leerd worden zich zo te gedra-gen. Dit resulteert innakomelingschappen die ge-heel resistent zijn en de snelleverspreiding van resistentie te-gen deze fungiciden kunnenverklaren.

Alle Mycosphaerella projectenworden sterk ondersteunddoor genoomprojecten die inde Verenigde Staten wordenuitgevoerd in een samenwer-kingsverband met het Ameri-kaanse Ministerie van Land-bouw, waarin Mycosphaerellavan tarwe en banaan gese-quenced worden. Inmiddelsbevindt het M. graminicolaproject zich in een afrondendefase. Er werd in totaal een 8.9xsequentie bepaald. Het uitge-breide EST onderzoek datvoorheen werd uitgevoerdheeft een grote bijdrage gele-verd aan de assemblage vanhet genoom dat tot de beste inzijn soort wordt gerekend.

Pagina 100 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[VERENIGINGSNIEUWS

Page 29: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Fusarium onderzoekHet Fusarium onderzoek opPRI heeft zich in 2005 op devolgende onderwerpen gecon-centreerd:a De verdere ontwikkeling

van FusariumScreenIn het kader van dit project iseen groot aantal lijnen vantwee Franse veredelingsbe-drijven onderzocht met Fu-sariumScreen. De methodemaakt het mogelijk om opeen efficiënte manier resis-tentie tegen infectie (type I)te onderscheiden van anderevormen van resistentie zoalsresistentie tegen kolonisatie(type II) en tolerantie tegenDON (type V). Tevens is eenaantal rassen van de Neder-landse rassenlijst geanaly-seerd, maar definitieve uit-spraken kunnen nog nietworden gedaan.

B Fusarium in maïs in relatietot slokdarmkanker in ZuidAfrikaDe Fusarium soorten die opmaïs voorkomen zijn geana-lyseerd op de aanwezigheidvan de genencluster die ver-antwoordelijk is voor de syn-these van het mycotoxine fu-monisine, dat in verbandwordt gebracht met ver-hoogde incidentie van slok-darmkanker in bepaalde ge-bieden van de wereld, metname in de Oostkaap pro-vincie van Zuid-Afrika, en re-gio’s in Oost-China en Iran.Alle fumonisine produceren-de soorten bezitten deze ge-nencluster. Het PKS gen, datverantwoordelijk is voor deeerste stap in de biosynthesevan dit mycotoxine, is ge-bruikt om primers en probeste ontwikkelen waarmee eenkwantitatieve detectieme-thode werd ontworpen. DezeTaqMan kit blijkt een zeergoed onderscheid te makentussen op maïs voorkomen-de Fusarium soorten die welof geen fumonisine produce-

ren. In 2006 zullen praktijk-monsters worden getoetstom de kit te valideren.

C Fusarium in gerst in ChinaChina is een sterke groeieconomie, waar de con-sumptie van bier enorm toe-neemt. De zorg omtrent deaanwezigheid van mycotoxi-nen in gerst heeft geleid toteen samenwerking met di-verse groepen in China. Indit project wordt onderzocht(i) welke Fusarium soortenop gerst voorkomen, (ii) of erresistentie tegen Fusariumvoorkomt in Chinese(land)rassen, en (iii) welkegenen van plant én schim-mel betrokken zijn bij patho-genese/resistentie. Een eer-ste inventarisatie van deFusarium soorten geeft aandat F. graminearum zeer pro-minent aanwezig is, maarhet vooral deoxynivalenol(DON) vormende stammenbetreft. Dit in tegenstellingtot Fusarium isolaten vantarwe die hoofdzakelijk niva-lenol (NIV) produceren.

4 Louis BolkInstituut

Hoofdstraat 24, 3972 LA Driebergen

E. T. Lammerts van Bueren,A. Osman, E. Bremer

Samen met PRI - Business UnitBiodiversiteit en Veredelingdoen we onderzoek naar resis-tentiemechanismen tegen Aar-fusarium in biologisch geteeldezomertarwe. In een veldproefmet 34 rassen heeft Louis BolkInstituut gekeken naar de rela-tie tussen plantmorfologischeeigenschappen (plantlengte,afstand tussen blad en aar,bloeikenmerken etc.) en resis-tentie tegen deze ziekte. PRIonderzoekt in dezelfde proefo.a. de ontwikkeling van de

ziekte en de vorming van demycotoxine DON in de tijd. In2005 vonden we een correlatietussen de compactheid van deaar en vatbaarheid voor fusari-um (meer open aar, mindervatbaar). Het onderzoek wordtin 2006 herhaald.

In het kader van het EuropeseuitwisselingsprogrammaCOST860-SUSVAR(www.cost860.dk) zijn we sa-men met Mevr. Donner van deRaad voor Plantenrassen be-trokken bij de uitgave van eenHandboek over beoordelings-methoden en het opzetten vangraan rassenproeven voor bio-logische en ‘low input’ land-bouw. Dit handboek bevat ookeen hoofdstuk over het beoor-delen van graanziekten en zalin juni 2006 uitkomen.

5 Innoseeds B.V Postbus 139, 8200 AC Lelystad

H.C. de Jong en C. Boot

De werkzaamheden zijn in hetverslagjaar ongewijzigd voort-gezet. Cebeco Seeds – m.i.v. 1 januari2006 is de bedrijfsnaam gewij-zigd in Innoseeds bv – heeft bijde granen veredelingspro-gramma’s voor wintertarwe,zomergerst en wintergerst. Bijde selectie wordt veel aandachtgeschonken aan de resistentietegen verschillende pathoge-nen.

Bij wintertarwe zijn de belang-rijkste ziekten: aarfusarium,bladseptoria, bruine roest,meeldauw, gele roest, DTR enaarseptoria.

Op meerdere locaties in bin-nen- en buitenland worden deselecties beoordeeld onder eennatuurlijke infectiedruk. De se-lectie proefvelden in Lelystadworden geïnoculeerd met gele

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 101

[VERENIGINGSNIEUWS

Page 30: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

en bruine roest. Voor aarfusari-um vindt in Lelystad een spe-ciale toets met kunstmatigebesmetting tijdens de bloeiplaats. Speciale projecten voorde overdracht van resistentiesuit wild materiaal richten zichmomenteel vooral op Triticumtauschii voor diverse ziekten.

De belangrijkste schimmel-ziekten bij gerst zijn: meel-dauw, rhynchosporium, net-vlekkenziekte, dwergroest engele roest. Sinds kort wordt bo-vendien aandacht geschonkenaan Ramularia collo-cygni. De-ze ziekten worden beoordeeldbij natuurlijke infectiedruk opdiverse locaties in binnen- enbuitenland. Bij wintergerstwordt bovendien routinematigop besmette percelen getoetstop resistentie tegen barley yel-low mosaic virus.

6 LandbouwbureauWiersum

Postbus 94, 8250 AB Dronten

B.E. Schuiling

Landbouwbureau Wiersum iseen veredelingsbedrijf waarbijin de volgende gewassen vere-deling plaatsvindt: wintertar-we, zomertarwe, zomergerst,haver en vezelvlas.

Wintertarwe / Zomertarwe:Het inkruisen van resistentiestegen verschillende pathoge-nen is een belangrijk verede-lingsdoel, aangezien aantastingvan planten door pathogeneneen negatieve invloed heeft opopbrengst en kwaliteit. Daar-om wordt hier veel aandacht

aan geschonken. Belangrijkepathogenen zijn:● Gele roest (Puccinia striifor-

mis)● Bruine roest (Puccinia re-

condita)● Bladvlekken (Septoria tritici)● Meeldauw (Erysiphe grami-

nis)● Fusarium (Fusarium spp.)● DTR (Pyrenophora tritici re-

pentis)

Tijdens het winterseizoenwordt er een kastoets uitge-voerd, waarbij kiemplantenvan verschillende lijnen opjeugdresistentie tegen meel-dauw worden getoetst. Verderwordt in het veld tijdens hetgroeiseizoen waarnemingengedaan ten aanzien van boven-genoemde pathogenen. Ookworden er speciale ziektetoet-sen uitgevoerd om te toetsenop resistenties tegen de vol-gende pathogenen:● Bruine roest (inoculatie met

complex races)● Gele roest (inoculatie met

complex races)● Fusarium

Om tijdens het groeiseizoeneen gelijkmatige verspreidingvan de gele- en bruine roest tewaarborgen worden er winter-tarwe planten, welke in de ve-getatieve fase blijven, verspreidover het veld uitgeplant.

Vanuit diverse bronnen wordtgetracht nieuwe resistenties te-gen de belangrijkste ziekten-verwekkers over te brengen ingeadapteerd materiaal.

Zomergerst:De belangrijkste pathogenenzijn:

● Meeldauw● Netvlekken ziekte● RhynchosporiumNaast veldselectie wordt er viade kas ook geselecteerd opjeugdresistentie voor meel-dauw.

Haver:In de haver vindt via natuurlij-ke infectie, selectie plaats opmeeldauw en kroonroest.

7 Centrum voorGenetischeBronnen (WUR)

Postbus 16, 6700 AA Wageningen

N. Bas

Cluster Planten Genetische Bronnen vande WOT unit CGN

Het CGN, de nationale genen-bank van Nederland, beheertde volgende collecties vangraangewassen:Tarwe: 5494 accessiesGerst: 3455 accessiesHaver: 536 accessiesMaïs: 488 accessiesNaast oude en meer modernerassen en oude landrassen ko-men in deze collecties ook wil-de verwanten en op beperkteschaal oud veredelingsmateri-aal voor. Via: www.cgn.wur.nlzijn de paspoortgegevens on-line op te zoeken en karakteri-sering en evaluatie data down-loadable. De resultaten van deevaluatie van veldresistentiesvan een deel van de tarwecol-lectie tegen een aantal ziekten,verzameld in samenwerkingmet Nederlandse veredelings-bedrijven in 2000 – 2003, zijnhierin opgenomen.

Pagina 102 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[VERENIGINGSNIEUWS

Page 31: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Achuo, E.A. Influence of sali-cylate and abscisic acid on theresistance of tomato to bio-trophic and necrotrophicpathogens[S.l. : s.n.], 2005PhD thesis ISBN 9059890892Proefschrift Universiteit Genthttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17894741789474 FYTO MAG 1296C54

Albrechtsen, S.E. Testing me-thods for seed-transmitted vi-ruses: principles and proto-colsWallingford [etc.] : CABI, 2006ISBN 0851990169This book covers the common-ly used detection methods forseed-transmitted viruses andviroids that affect both tropicaland temperate crops. It con-tains 25 complete step-by-stepprocedures for biological, sero-logical and molecular techni-ques to detect and identifysuch viruses. Combining help-ful practical notes with moredetailed explanations of theprinciples behind the techni-ques, the book describes thegeneral characteristics of seed-transmitted viral diseases anddiscusses outlines for the orga-nization and interpretation ofseed health assays. The techni-ques reviewed are also applica-ble to non-seed-transmittedviral agents.http://library.wur.nl/Web-Query/clcwwwf/17907971790797 PLANT-BZ FORUM 504-F/2006-01

Aluru, S. Handbook of compu-tational molecular biologyBoca Raton, FL [etc.] : Chap-man & Hall/CRC, 2006ISBN 1584884061 / ISBN9781584884064The handbook covers methodsand algorithms for sequencealignment, string data structu-

res, sequence assembly andclustering, genome-scale com-putational methods in compa-rative genomics, evolutionaryand phylogenetic trees, micro-arrays and gene expressionanalysis, computational me-thods in structural biology, andbioinformatics databases anddata mininghttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17897111789711 PLANT-BZFORUM111-B/2006-03

Bus, C.D., Bos, D. and Veerman,A. Literatuuronderzoek bio-logische bestrijding zilver-schurftLelystad : PraktijkonderzoekPlant & Omgeving, Business-unit Akkerbouw,Groene Ruimte en Vollegronds-groente, 2006Projectnr: 510523In de biologische aardappel-teelt is zilverschurft een be-langrijk probleem. Er zijn,naast een goede bewaartech-niek, geen methoden of anta-gonisten beschikbaar om hierwat tegen te doen. In een lite-ratuuronderzoek is gekekennaar mogelijke, voor de biolo-gische teelt acceptabele, mid-delen met een potentiële wer-king tegen zilverschurft.Middelen die op grond van hetliteratuuronderzoek als eerstein aanmerking komen voorverder onderzoek zijn: Het ver-nevelen van organische zoutenen zuren bij het inschuren enhet regelmatig tijdens de be-waarperiode toedienen vanetherische oliën zoals tijmolie,karwijolie en knoflookolie.Daarnaast biedt ook stoommogelijkheden, als dit tech-nisch voldoende te regelen is.Op langere termijn kunnen ookantagonistische micro-organis-men perspectiefvol zijn, hierbijis echter nog veel ontwikke-

lingswerk nodig.http://library.wur.nl/Web-Query/clcwwwf/17915731791573 TEELT MAG 1071D31

Chaerani, R. Early blight resi-stance in tomato: screeningand genetic study[S.l. : s.n.], 2006PhD thesis ISBN 9085043557Proefschrift Wageningenhttp://library.wur.nl/Web-Query/clcwwwf/17913881791388 FYTO MAG 1296D09

Chen, P.-p., Nieser, N. and Zet-tel, H. The aquatic and semi-aquatic bugs (Heteoptera:Nepomorpha & Gerromorp-ha) of MalesiaLeiden [etc.] : Brill, 2005Fauna Malesiana handbookISBN 9004147683http://library.wur.nl/Web-Query/clcwwwf/17901941790194 FYTO FORUM 601-O-3/2005-01

Collinge, S.K. and Ray, C.Disease ecology : communitystructure and pathogen dyna-micsOxford [etc.] : Oxford Universi-ty Press, 2006. - XII, 227 p [en]x. -ISBN 0198567073 / ISBN9780198567073 / ISBN0198567081 pbk. / ISBN9780198567080 pbkhttp://library.wur.nl/Web-Query/clcwwwf/17939161793916 FYTO 510-C/2006-02

Debode, J. Integrated controlof Verticillium wilt of cauli-flower[S.l. : s.n.], 2005PhD thesis ISBN 9059890965Proefschrift Universiteit Genthttp://library.wur.nl/Web-Query/clcwwwf/17894771789477 FYTO MAG 1296C55

Dijk, C.J. van Onkruidbeheer

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 103

[NIEUWEBOEKEN

Nieuw verschenen boeken

Page 32: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

op verhardingen in Rotter-dam-Zuid: evaluatierapport2005Wageningen : Plant ResearchInternational, 2006(Nota / Plant Research Inter-national ; 376)Vanaf 1983 is het gemeentelijkbeleid van Rotterdam er op ge-richt het gebruik van chemi-sche onkruidbestrijdingsmid-delen op verhardingen zoveelmogelijk te beperken. Hetstraatbeeld ziet er echter min-der verzorgd uit dan gewensten het aantal klachten overmet name onkruid is aanzien-lijk toegenomen. Roteb heefttoestemming van de gemeen-teraad gekregen om de on-kruidbestrijding te verbeteren,en heeft gedurende het seizoenvan 2005, op de gehele Zuidoe-ver, een proef uitgevoerd metrestrictieve toepassing van hetonkruidbestrijdingsmiddel gly-fosaat, uitsluitend langs ge-vels, rond obstakels en op ver-harde middenbermen. Dedoelstellingen van de proefzijn als volgt geformuleerd:Onderzoeken of restrictievetoepassing (onder voorwaar-den) van glyfosaat als aanvul-ling op de mechanische me-thoden, soelaas biedt voor dehuidige achterstand in de on-kruidbestrijding op verhardin-gen, en het gewenste beeldgeeft; Meten van de gevolgenvoor het oppervlaktewater ende drinkwaterbereiding (emis-sie-metingen) bij toepassingvan deze werkwijze, ten eindeeen referentiekader te verkrij-gen voor verdere besluitvor-ming. De proef is uitgevoerd inde periode mei-oktober 2005,waarbij het onkruidbeheer opde Zuidoever is geoptimali-seerd wat betreft effectiviteiten milieueffecten (m.n. tegen-gaan van emissie van bestrij-dingsmiddelen naar het opper-vlaktewater) binnen wettelijkekaders en budgettaire ruimte.De proef is opgezet in samen-werking met PRI en Water-

schap Hollandse Delta. Beideorganisaties zijn nauw betrok-ken bij de ontwikkeling vanDuurzaam Onkruidbeheer opverhardingen, ofwel de DOB-methodehttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17940751794075 PLANT-BZ MAG NN38068,376

Duyvesteijn, R.G.E. Pathogeni-city of Fusarium oxysporum f.sp. lycopersici : isolation andcharacterization of genes in-volved in the infection process[S.l. : s.n.], 2006PhD thesis / Proefschrift Uni-versiteit van Amsterdamhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17965271796527 FYTO MAG 1297C19

Dyck, V.A. and Hendrichs, J.Sterile insect technique : prin-ciples and practice in area-wide integrated pest manage-mentDordrecht : Springer, 2005ISBN 1402040504 / ISBN9781402040504 / ISBN1402040512 / ISBN9781402040511http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17908881790888 FYTO FORUM 512-B/2005-03

Eilenberg, J. and Hokkanen,H.M.T. An ecological and so-cietal approach to biologicalcontrolDordrecht: Springer, 2006ISBN 1402043201 / ISBN 1402044011http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17963041796304 FYTO FORUM 512-C/2006-01

Eisner, T., Eisner, M. and Sieg-ler, M. Secret weapons : defen-ses of insects, spiders, scor-pions, and other many-leggedcreatures/ Thomas Eisner, Maria Eisner,Melody SieglerCambridge, MA [etc.] : Belknap

Press of Harvard UniversityPress, 2005ISBN 0674018826http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17883761788376 FYTO FORUM 601-O/2005-10

Freeland, J.R. Molecular ecolo-gyChichester [etc.] : Wiley, 2005ISBN 0470090618 / ISBN0470090626 pbk. / ISBN9780470090626http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17915601791560 FYTO FORUM 413-A/2005-18

Golding, D.W. and Betley, M.G.Proceedings of the tenth in-ternational congress on inver-tebrate reproduction and de-velopment, Newcastle, UK,July 18-23, 2004Rehovot : Balaban, 2005Invertebrate reproduction &development, Ivol. 48, no. 1-3)http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17930161793016 FYTO MAG NN35178,48,1-3

Hacker, J. and Dobrindt, U.Pathogenomics : genome ana-lysis of pathogenic microbesWeinheim : WILEY-VCH, 2006ISBN 352731265X / ISBN 9783527312658http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17898491789849 FYTO FORUM 111-B/2006-02

Hoffman, M.H.A. and Geers, F.List of names of perennials =Naamlijst van vaste planten =Namenliste Stauden = Liste denoms des plantes vivaces : in-ternational standard 2005-2010: 5th fully rev. edBoskoop : PraktijkonderzoekPlant & Omgeving, 2005PPO publication ; no. 077ISBN 9076960038http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17894211789421 PPOFR 513-N-2005

Pagina 104 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[NIEUWEBOEKEN

Page 33: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Hoffman, M.H.A. and Geers, F.List of names of woody plants= Naamlijst van houtige ge-wassen = Namenliste Gehölze= Liste de noms des plantesligneuses : international stan-dard ENA 2005-2010: 7th fullyrev. edBoskoop : PraktijkonderzoekPlant & Omgeving, 2005PPO publication ; no. 076 ISBN 907696002Xhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17894191789419 PPOFR 513-N-3-2005

Holyoak, M and Leibold, M.A.Metacommunities : spatial dy-namics and ecological com-munitiesChicago [etc.] : University ofChicago Press, 2005ISBN 0226350630 / ISBN0226350649Based on papers from a sym-posium held at the EcologicalSociety of America AnnualMeeting in Madison, Wis., Aug.2001http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17953451795345 FYTO FORUM 413-C/2005-02

Jansonius, P.J. en Zanen, M.Kwaliteit van Topaz in hetwinkelschap : resultaten vande winkelmonitor2004-2005:in het kader van het projectAppels van StandDriebergen : Louis Bolk Insti-tuut, 2005Fruitteelt publicaties / LouisBolk Instituut ; LF 82: ProjectAppels van Standhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17888041788804 TEELT MAGNN36746,LF82

Jansonius, P.J. en Zanen, M.Pluktijdstip en bewaarbaar-heid van Topaz : verslag vanonderzoek op 4 biologischebedrijven, seizoen 2004-2005Driebergen : Louis Bolk Insti-tuut, 2005

Fruitteelt publicaties / LouisBolk Instituut ; LF 81: ProjectAppels van StandRubriekscode: 513-H-1 / 502-F-5 /http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17888061788806 TEELT MAG NN36746,LF81

Jansonius, P.J. en Zanen, M.Topaz afzetten in de natuur-voedingswinkel : ervaringenuit de pilotketen 2004-2005Driebergen : Louis Bolk Insti-tuut, 2005Fruitteelt publicaties / LouisBolk Instituut ; LF 83: ProjectAppels van Standhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17888031788803 TEELT MAG NN36746,LF83

Jiang, R. Footprints of evolu-tion: the dynamics of effectorgenes in the Phytophthoragenome[S.l. : s.n.], 2006. - 231 p [en] PhD thesis ISBN 908504359XProefschrift Wageningenhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17956411795641 FYTO T 1174, 2006-08

Legon, N.W., Henrici, A. andRoberts, P.J. Checklist of theBritish & Irish BasidiomycotaKew : Royal Botanic Gardens,2005ISBN 1842461214http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17896501789650 FYTO MAG 1296D02

Leus, L. Resistance breedingfor powdery mildew (Podosp-haera pannosa) and blackspot (Diplocarpon rosae) inroses[S.l. : s.n.], 2005PhD thesis ISBN 9059890981Proefschrift Universiteit Genthttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17894731789473 FYTO MAG 1296C53

Madhava Rao, K.V. and Ragha-

vendra, A.S. Physiology andmolecular biology of stress to-lerance in plantsDordrecht : Springer, 2006ISBN 1402042248 /.ISBN 1402042256 / ISBN 9781402042249 / ISBN 9781402042256This book deals with the phy-siology and molecular biologyof abiotic stress tolerance andmodes of installing better tole-rant mechanisms in cropplants. These studies makeplants capable of sustainingtheir yields even under stressconditions. Further, the infor-mation gained may form thebasis for its application in bio-technology and bioinformatics.This book reviews the currentstatus in the physiology andmolecular biology of stress to-lerance and its improvement inplants.http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17917551791755 TEELT Hdb 98 500-I/2006-02

Marquardt, W.C. and Kondra-tieff, B.C. Biology of diseasevectors: 2nd edAmsterdam [etc.] : ElsevierAcademic Press, 2005http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17901901790190 FYTO FORUM 510-C/2005-02

Momol, M.T., Jones, J.B. and Ji,P. Proceedings of the 1st inter-national symposium on toma-to diseases, Orlando,Florida,USA, June 21-24, 2004Leuven : ISHS, 2005Acta horticulturae, ISSN 0567-7572 ; 695 ISBN 9066051493http://library.wur.nl/Web-Query/clcwwwf/17942221794222 TEELT MAG NN36400,695

Oehme, R. Untersuchungenzur Diagnostik und Epidemio-logie zeckenübertragenerInfektionen: Lyme-Borreliose,FSME, Ehrlichiose

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 105

[NIEUWEBOEKEN

Page 34: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

[S.l. : s.n.], 2005Proefschrift Universität Ho-henheimhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17893111789311 FYTO MAG 1296C51

Polderman, A.M. en Janse, C.J.Medische parasitologie :handleiding bij de laboratori-umdiagnostiek: 4e, geheelherz. drArnhem : Syntax Media, 2005ISBN 9077423141http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17923971792397 FYTO FORUM 510-C/2005-03

Riemens, M., Groeneveld, R.and Uffing, A. Onkruidpre-ventie op verhardingen : rap-portage over resultaten pro-ject verhardingen 1 2003-2005: LNV-DKW programma 397VWageningen : Plant ResearchInternational, 2006(Nota / Plant Research Inter-national ; 373)Centraal in dit project stond detoetsing van diverse bestaandeverhardingsmaterialen die per-spectief bieden tav onkruidwe-rendheid alsmede functionali-teit en esthetische waarde. Eris gestart met de integratie vancivieltechnische en onkruid-kundige kennis. Vervolgens iseen aantal verhardingen dieperspectiefvol zouden kunnenzijn op een rijtje gezethttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17908261790826 PLANT-BZ MAG NN38068,373

Rockwood, L.L. Introductionto population ecologyMalden, MA [etc.] : Blackwell,2006ISBN 1405132639 / ISBN 9781405132633http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17916711791671 FYTO FORUM 413-C/2006-01

Schaechter, M., Ingraham, J.L.and Neidhardt, F.C. MicrobeWashington, DC : AmericanSociety for Microbiology, 2006ISBN 1555813208 / ISBN 9781555813208http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17897131789713 FYTO FORUM 112-C/2006-01

Schans, D. van der, Bleeker, P.,Molendijk, L., Plentinger, M.,Weide, R. van der Lotz, B. andAgroscope (FAW) (Wädenswil)Praktisch onkruidbeheer : inakkerbouw en vollegronds-groententeelt zonder chemieLelystad : Wageningen UR,Praktijkonderzoek Plant & Om-geving, 2006ISBN 9077861033 / ISBN 9789077861035PPO publicatienr.: 350Het Handboek Praktisch on-kruidbeheer is een handigehulp bij onkruidbeheer zonderchemie in de akkerbouw envollegrondsgroententeelt.http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17934621793462 TEELT Hdb 25 503-B/2006-01

Schütte, C. A novel bacterialdisease of the predatory mitePhytoseiulus persimilis:disease syndrome, diseasetransmission and the patho-gen isolation[S.l. : s.n.], 2006PhD thesis ISBN 9085043727Proefschrift Wageningenhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17927141792714 FYTO T 1174, 2006-06

Shydlovskyy, I.V. and Holova-chov, O.V. Rivnokrjli komachi(Homoptera) z kolekcji E.-F.Germara u fondac Zoologic-nogo Museju Lnu im. I.Franka(Katalog) = Homopteran in-sects from the collection of E.-F. Germar in the ZoologicalMuseum of LNU (Catalogue)Lviv : Ivan Franko NationalUniversity of Lviv, Zoological

Museum, 2005http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17951081795108 FYTO MAG NN35129,641

Siddiqui, Z.A. PGPR : biocon-trol and biofertilizationDordrecht : Springer, 2006ISBN 1402040024 / ISBN9781402040023http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17964801796480 FYTO FORUM 512-C-2/2006-01

Smith, C.M. Plant resistance toarthropods : molecular andconventional approachesDordrecht [etc.] : Springer,2005ISBN 1402037015 / ISBN9781402037016 / ISBN1402037023 / ISBN9781402037023http://library.wur.nl/Web-Query/clcwwwf/17916071791607 FYTO FORUM 505-C/2005-01

Snippe, M. Tomato spottedwilt virus particle assembly :studying the role of the struc-tural proteins in vivo[S.l. : s.n.], 2006PhD thesis ISBN 9085043263Proefschrift Wageningenhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17913911791391 FYTO MAG 1296D37

Stapel, L. Verticillium in sering2002-2005: tussenrapportage :ontwikkelingen van een be-trouwbare inoculatiemethode(2002) : selectie van minderevatbare onderstammen ‘Sy-ringa vulgaris‘ (2003-2005)Aalsmeer : PraktijkonderzoekPlant & Omgeving, BusinessUnit Glastuinbouw, 2005PPO publicatie ; nr. 595Jaarlijks valt 10% van de serin-genstruiken uit als gevolg vanaantasting door Verticilliumdahliae. Dit rapport beschrijftallereerst het onderzoek waar-in een besmettingsmethode

Pagina 106 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[NIEUWEBOEKEN

Page 35: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

voor jonge seringenstruikjes isontwikkeld. Daarna is in de pe-riode 2003-2005 begonnen metde selectie van weinig voor Ver-ticillium vatbare onderstam-men om deze in combinatiemet een cultivar in de praktijkte gebruiken voor de teelt vantrekseringenhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17902511790251 TEELT MAG NN36407,595

Stolk, W.A. Lymphatic filaria-sis: transmission, treatmentand elimination = Lymfati-sche filariasis: transmissie,behandeling en eliminatie[S.l. : s.n.], 2005PhD thesis ISBN 9090199497 /ISBN 9789090199498 Proef-schrift Rotterdamhttp://library.wur.nl/Web-Query/clcwwwf/17906341790634 FYTO MAG 1296D04

Straalen, N.M. van, en Roelofs,D. An introduction to ecologi-cal genomicsOxford [etc.] : Oxford Universi-ty Press, 2006ISBN 0198566700 / ISBN 9780198566700 / ISBN 0198566719 pbk. / ISBN 9780198566717 pbkhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17962151796215 FYTO FORUM 111-B/2006-05

Van Daele, I. Identification of

genes related to self-incompa-tibility in ryegrass (Lolium pe-renne L.)[S.l. : s.n.], 2005PhD thesis ISBN 9059890930Proefschrift Universiteit Genthttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17894761789476 FYTO MAG 1296C52

Vos, M. de. Signal signature,transcriptomics, and effecti-veness of induced pathogenand insect resistance in Ara-bidopsis[S.l. : s.n.], 2006ISBN 9039341362 Proefschrift Utrechthttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17893121789312 FYTO MAG 1296D01

Vromans, J. Molecular geneticstudies in flax (Linum usitatis-simum L.)[S.l. : s.n.], 2006PhD thesis ISBN 9085043743Proefschrift Wageningenhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17940381794038 FYTO T 1174, 2006-07

Wagemaker, M.J.M. Urea met-abolism in the commercialmushroom Agaricus bisporus[S.l : s.n.], 2005PhD thesis ISBN 9090198261 /ISBN 9789090198262Proefschrift Nijmegenhttp://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17901821790182 TEELT MAG 1071C06

Wijnands, J.H.M., Meeuwsen,M.J.G., Vogelzang, T.A., Wagen-berg, C.P.A. van, and Klep,L.F.M. Visies op biologischelandbouw : verscheidenheidbij gelijke intentieWageningen : Wageningen UR,2005Dit rapport bevat de hoofd-punten van de studie Visies opbiologische landbouw. Dezestudie geeft inzicht in mogelij-ke ontwikkelingsrichtingenvoor de biologische landbouw.Ook worden voorwaarden ge-schetst waaronder deze ont-wikkelingsrichtingen succesvolkunnen zijn en welke groeisce-nario s daarbij horen. Daartoeis het volledige systeem van debiologische landbouw beschre-ven en geanalyseerd: van pro-ducent tot en met consument.Op basis van desk research isde beschikbare kennis geïn-ventariseerd; in een systeem-dynamisch model zijn de rela-ties gekwantificeerd enscenario s doorgerekend en viaonderbouwde mensbeeldenzijn verschillende visies ont-wikkeld. In deze visies ligt denadruk op de agroproductieko-lom. De groene ruimte, alstweede as van de biologischelandbouw, heeft slechts zijde-lings aandacht gekregen.http://library.wur.nl/WebQuery/clcwwwf/17914081791408 TEELT MAG VS19171

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 107

[NIEUWEBOEKEN

Page 36: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Kabinet: Tienmiljoen vooronderzoek transgeneaardappel

Minister Cees Veerman wil 10miljoen euro uittrekken vooronderzoek naar een phyto-phthora-resistente aardappel.De aardappel wordt ontwik-keld met genetische verande-ringstechnieken.Het ministerie van landbouwbevestigt dat het voorstel van-daag wordt besproken in deMinisterraad. Naar verwach-ting neemt de raad het aan.Het onderzoek moet wordenuitgevoerd door WageningenUniversiteit. Ook het noodlij-dende Avebe-concern is be-trokken bij het onderzoek. De transgene aardappelsoortmoet immuun worden voor deziekte Phytophthora infestans.Deze veroorzaakt regelmatiggrote schade aan de aardappel-teelt.Bron: Agrarisch Dagblad vrij-dag 31 maart 2006

Aardappeltelers zijnmilder voor milieu

Nederlandse aardappeltelershebben de milieubelasting bijde bestrijding van Phyto-phthora in de periode 2002-2004 met 97 procent terugge-bracht.Dat blijkt uit de jaarlijkse mo-nitoring in opdracht van hetMasterplan Phytophthora. In de periode 2001-2003 daaldede milieubelasting al met 92procent. Met deze resultatenvoldoen de Nederlandse aard-appeltelers ruimschoots aan demilieudoelstelling voor 2010die in het convenant Gewasbe-scherming is opgenomen.Bron: Agrarisch Dagbladwoensdag 29 maart 2006

‘Angst boomkwekervoor ammoniak-schade is onterecht’

De angst van een boomkwekeruit Boxtel dat zijn coniferenschade lijden als gevolg van deammoniakuitstoot uit de var-kensstal van zijn buurman, isonterecht.Dat heeft de Raad

van State onlangs beslist in eentussenvonnis.De boomkweker had bezwaargemaakt tegen het verlenenvan een milieuvergunning aande varkenshouder. De gemeen-te besloot de vergunning ech-ter toch te verlenen, waarop deboomkweker in beroep ging bijde Raad van State. De kweker vroeg tevens of hetrechtscollege de vergunning, inafwachting van de uitslag vande beroepsprocedure, wilde in-trekken. Dit verzoek om eenvoorlopige voorziening is nuechter afgewezen. De raad bleek niet in de onderde indruk van het door de kwe-ker aangehaalde rapport ‘Stal-lucht en Planten’, dat in 1981door het Instituut voor Plan-tenziektenkundig Onderzoek(IPO) werd opgesteld. Volgensdit rapport moeten ammoniak-gevoelige boomkwekerijpro-ducten – zoals coniferen – opminimaal vijftig meter afstandvan stallen staan om schade tevoorkomen.Bron: De Boomkwekerij, woens-dag 29 maart 2006

Belgisch ‘ja’verwacht tegenbacterievuurbuffer-zone in grensgebiedDe Raad voor de Boomkwekerij– een samenwerkingsverbandvan de Nederlandse Bond vanBoomkwekers (NBvB) enhandelsbond Anthos – en hetAlgemeen Verbond van de Bel-gische Siertelers en Groenvoor-zieners (AVBS) verwachten datde Belgische overheid snel toe-stemming zal geven voor deopzet van een grensoverschrij-dende bacterievuurbufferzonein de regio Zundert.

Pagina 108 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[NIEUWS

NieuwsDeze nieuwsrubriek brengt items over gewasbescherming diede redactie interessant vindt. Belangrijke criteria voor plaat-sing van het nieuwsitem zijn:● het bericht moet relevant zijn voor de gewasbescherming,● het mag geen reclame boodschap bevatten,● het moet afkomstig zijn van een van de erkende agrarische

nieuwsbrengende tijdschriften, kranten, nieuwsbrieven, in-ternetsites of autoriteiten,

● het moet naspeurbaar zijn naar de oorspronkelijke bron, diewaar mogelijk wordt weergegeven.

Opinies van individuen of belangenorganisaties en visies en an-dere interpretaties van actuele onderwerpen kunnen als citaatworden opgenomen mits de bron bekend is.Van harte nodigen wij u uit nieuwsitems bij de redactie aan tedragen.

Page 37: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Dat zegt NBvB-voorzitter Janvan Leeuwen, die daarover vo-rige week in Brussel overleghad met het AVBS. Eind februari diende de Raadvoor de Boomkwekerij samenmet het AVBS een verzoek invoor de opzet van een bacterie-vuurbufferzone in het grensge-bied rond Zundert. Het Fede-raal Agentschap voor deVeiligheid van de Voedselketen(FAVV) buigt zich momenteelover de aanvraag. Naar verwachting kunnenboomkwekers in het grensge-bied vanaf eind maart 2007planten met ZPb2-code uit denieuwe bufferzone gaan expor-teren. Voorwaarde is dat hetFAVV binnen enkele wekentoestemming geeft over de op-zet van zo’n zone. Bron: De Boomkwekerij, vrijdag24 maart 2006

FNV geeftvoorlichting overwerken metmiddelenOm werknemers bewuster telaten werken met gewasbe-schermingsmiddelen en hunkennis hierover te vergrotenwordt het project ‘werken metgewasbeschermingsmiddelen’opgestart.Er zullen voorlichtingsbijeen-komsten worden georgani-seerd voor werknemers enwerkgevers in heel Nederland.Het project is een initiatief van FNV en wordt ook door deze federatie georgani-seerd.Aanleiding voor het project isdat uit een enquête in 2005bleek dat niet alles geheel inorde was bij de bedrijven diemet gewasbeschermingsmid-delen werken. Door het projectwordt niet alleen veilig en goedgebruik van gewasbescher-mingsmiddelen bevorderd. Het

project komt ook ten goedeaan milieu.Het project is sectoroverschrij-dend en dat betekent dat hetwordt uitgevoerd in de bloem-kwekerij-, glasgroenten-,boomkwekerij-, en fruitsector.De hovenier- en de bollensec-tor bezien nog of ze geld kun-nen vrijmaken voor het pro-ject. Het project kost 50.000euro en het PT betaalt dit ge-heel. Bron: Weekblad Groenten &Fruit, vrijdag 24 maart 2006

Onrust overkunstmest na vorstOnder akkerbouwers in Flevo-land heerst veel onduidelijk-heid over het strooien vankunstmest op bevroren grond.Aanleiding van de onrust is hetgerucht dat een akkerbouwer isbeboet door de AID voor hetkunstmest strooien op bevro-ren grond. De AID kan dit pro-ces verbaal niet bevestigen.Voorzitter Arnold Michielsenvan LTO Noord Flevoland kreegdiverse telefoontjes van ver-ontruste akkerbouwers. “Het isverboden om kunstmest testrooien op bevroren grond.Maar het is discutabel wanneerde grond bevroren is na eenlichte nachtvorst. Mijn erva-ring is dat de AID hier prak-tisch mee omgaat”, aldus Mi-chielsen. De AID heeft geen actief con-trolebeleid op het strooien vankunstmest op bevroren grond.“Maar als een inspecteur hettoevallig tegenkomt, kan hij debetreffende ondernemer weleen proces- verbaal geven”, al-dus een woordvoerder van deAID. De politie kan ook eenproces- verbaal uitschrijven.“We gaan hier niet actief opcontroleren”, aldus een woord-voerder van de politie. Bron: Agrarisch Dagblad,woensdag 22 maart 2006

Doortelen pootgoedkan stuk goedkoper

LTO Nederland wil de aardap-pelteeltregeling (ATR) wijzigen,om de kosten van zelf doorte-len van pootgoed voor de con-sumptieteler te drukken. Hier-bij de plannen en de voor- ennadelen.LTO Nederland wil de Algeme-ne Aardappelteeltregeling(ATR) aanpassen, omdat de be-staande regeling in hun ogenniet werkt en de kostprijs ver-hoogt. LTO wil toestaan datconsumptietelers zelf het poot-goed een jaar mogen vermeer-deren. De organisatie stelt eensoortgelijke regeling voor alsbij de zetmeelaardappelteelt:de TBM-regeling. In de ATR-re-geling is in 1995 met een HPA-verordening vastgelegd dat inNederland uitsluitend gecerti-ficeerd pootgoed gebruikt magworden voor de teelt van aard-appelen. De regeling is inge-steld om plantenziekten tevoorkomen en verspreiding er-van tegen te gaan. Alleen Ne-derland kent zo’n strenge rege-ling, het buitenland niet.Consumptietelers in de Euro-pese Unie, Nederlanders uitge-zonderd, mogen pootgoed on-gecertificeerd doortelen vooreigen gebruik. Hierdoor ligt dekostprijs voor pootgoed in Ne-derland hoger.

Nieuwe ATR op zijnvroegst in 2007Het is niet zo dat per direct dehuidige ATR van tafel gaat. HetLTO-voorstel zit nog in hetplanstadium. Binnen LTO is ertussen de pootgoed- en con-sumptieaardappelafdelingovereenstemming, al bestaat erbij de leden wel onenigheid.De ATR is een HPA-verorde-ning. Om die aan te passendient LTO het plan in te dienen

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 109

[NIEUWS

Page 38: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

bij de Commissie Teeltaangele-genheden van het HPA. Neemtde commissie het plan aan,dan geeft de commissie eenadvies aan het HPA-bestuur.Hierin zitten onder andere depootgoedhandel en LTO. Vaakneemt het bestuur het adviesvan de commissie over, maardat hoeft niet. Pas dan kan deverordening worden aange-past.

Pootgoedsectorvierkant tegenDe LTO-plannen voor eennieuwe ATR-regeling kennenmede- en tegenstanders.Rene van Diepen van de Ne-derlandse Aardappel Organisa-tie (NAO) vindt het plan kort-zichtig en fytosanitair geziengeen goed idee. Juist nu, in eenperiode waarin afnemers dekwaliteit van het Nederlandseuitgangsmateriaal nauwlet-tend in de gaten houden. Hetplan leidt tot een verzwakkingvan de sterke Nederlandse po-sitie. Op lange termijn kenteen verruiming slechts verlie-zers, zowel bij pootgoed- alsconsumptietelers.Henk van de Haar van keu-ringsinstantie NAK vindt hetnog te vroeg om inhoudelijk ophet plan te reageren. Wel wil hijkwijt dat de toekomst van deNederlandse aardappelsectorniet is gebaat bij versoepelingvan de regels.Het HPA en de PD hebben noggeen standpunt over het plan

Bron: Boerderij, 20 maart 2006

Veerman wilspuitlicentieafschaffen

Landbouwminister Cees Veer-man wil de verplichte spuitli-

centie afschaffen. Agrariërs diebestrijdingsmiddelen willentoepassen, blijven wel verplichttot het volgen van erkendekennisbijeenkomsten over ge-wasbescherming.Dat blijkt uit het wetsvoorstelWet gewasbeschermingsmid-delen en biociden (Wgb) dat debewindsman onlangs naar deTweede Kamer heeft gestuurd.De Wgb zal naar verwachtingvanaf 2007 de huidige Bestrij-dingsmiddelenwet vervangen. Nu moeten agrariërs nog eensin de vijf jaar hun spuitlicentieverlengen door een aantal er-kende kennisbijeenkomstenover gewasbescherming metgoed gevolg bij te wonen. Methet zo verkregen getuigschriftkan bij een regiokantoor vande PlantenziektenkundigeDienst (PD) vervolgens eenspuitlicentie à 20,92 euro wor-den gekocht. Veerman wil de verplichte ken-nisbijeenkomsten handhaven.Vervolgens volstaat het omdaarvan een getuigschrift tehebben. De spuitlicentie kanvolgens de minister komen tevervallen. Hij wil dat vastleg-gen in een nieuwe AlgemeneMaatregel van Bestuur (AMvB)bij de Wgb. Bron: De Boomkwekerij, vrijdag17 maart 2006

Voortaan hogeboetes bijovertredingBestrijdings-middelenwetAgrariërs die de wettelijke re-gels rond het gebruik van be-strijdingsmiddelen overtreden,kunnen voortaan een boetekrijgen die bij bv’s kan oplopentot € 450.000,–.Dat blijkt uit het wetsvoorstelWet gewasbeschermingsmid-delen en biociden (Wgb) datlandbouwminister Cees Veer-

man onlangs naar de TweedeKamer heeft gestuurd. De Wgbzal naar verwachting vanaf2007 de huidige Bestrijdings-middelenwet vervangen. Veerman wil de Algemene In-spectiedienst AID meer instru-menten geven om de Wgb tehandhaven. Zo mag de dienstbij overtredingen voortaan be-stuurlijke boetes opleggen, diebinnen zes weken moeten wor-den betaald. Een ondernemer kan hiertegenbezwaar maken, maar moetondertussen wél betalen. Deboete kan oplopen tot € 45.000.– bij eenmanszakenen vof’s en€ 450.000.– bij bv’s. Bij herhaalde overtredingenkan alsnog het strafrecht wor-den toegepast. Ook mag deAID voortaan zonder toestem-ming een woning van een agra-riër binnentreden als er ver-moedens bestaan dat erillegale middelen worden ver-borgen. Bron: De Boomkwekerij, vrijdag17 maart 2006

Groente en fruitbevatten vaakstresidu

Op groente en fruit wordt inDuitsland het meest residuenvan bestrijdingsmiddelen aan-getroffen. Dat blijkt uit onder-zoek van de overheidsdienstvoor consumentenbescher-ming en levensmiddelenveilig-heid, het BVL.Granen en aardappelen warenslechts licht verontreinigd. Hetaandeel levensmiddelen waar-op residuen van bestrijdings-middelen zijn aangetroffen, lagin Duitsland in 2004 rond veer-tig procent. Residusporen dievolgens de normen zijn toege-laten, werden op 52 procentvan de onderzochte levens-middelen aangetroffen. Bij 7,4procent werd de maximaal toe-

Pagina 110 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[NIEUWS

Page 39: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

gestane hoeveelheid over-schreden, zo heeft het BVLvastgesteld.Bron: Agrarisch Dagblad, don-derdag 16 maart 2006

Wageningen URbundelt vier jaargewasbeschermingsonderzoek in een boekOp 7 maart jongstleden ontvingde voorzitter van de begelei-dingscommissie van de Gewas-beschermingsprogramma’sDWK 397, Hans Schollaart (Di-rectie Landbouw, LNV), deresultaten van vier jaar gewas-beschermingsonderzoek ge-bundeld in één boek. Het boekbiedt een overzicht van 125 be-knopte beschrijvingen van on-derzoeksprojecten die vooralzijn uitgevoerd door Wagenin-gen UR. In het boek is naasteen overzichtelijke opsommingvan resultaten vooral ook aan-dacht besteed aan de daadwer-kelijke toepassing van vernieu-wende resultaten in de praktijk. Een representatief voorbeeldvan de projectresultaten die inhet boek beschreven staan, iseen feromoon dat geïsoleerd iswaarmee roze appelluis geloktkan worden. Dit insect is eengroot probleem in de fruitteelten de ontdekking van het fero-

moon opent de weg naar ge-richte bestrijding.Een ander voorbeeld is een on-derzoek waarin dertig aardap-pelrassen met nieuwe Phy-tophthora-populaties zijngetoetst. Het blijkt dat op resis-tentere rassen volledige bestrij-ding mogelijk is met lagereconcentraties bestrijdingsmid-del per spuitbeurt. De resisten-tiecijfers waarmee rassen in derassenlijst staan, blijken niet tekloppen omdat die gebaseerdzijn op resistentie tegen ‘oude’Phytophthora-populaties.Ook worden in het boek diver-se beslissingsondersteunendesystemen beschreven zoals Di-giaal. Dit specifieke systeembiedt de praktijk een instru-ment om tot een optimale be-heersing van alen in de bodemte komen. Het wordt op ditmoment al toegepast in depraktijk. Het boek getiteld “ResultatenGewasbeschermingsprogram-ma’s 397, 2002-2005”, werd uit-gereikt tijdens de evaluatiedagover deze onderzoeksprogram-ma’s door de programmavoor-zitter Piet Boonekamp van Wa-geningen UR. Tijdens debijeenkomst die in Wageningengehouden werd, waren naasthet ministerie van LNV, ookverschillende land- en tuin-bouwsectoren vertegenwoor-digd. In zijn dankwoord tijdensde bijeenkomst refereerdeHans Schollaart aan de brugdie binnen deze programma’sgeslagen is van het onderzoeknaar onder andere het ministe-rie van LNV en de praktijk. Deprogramma’s hebben volgenshem “ bijgedragen aan een po-sitievere beeldvorming over dewaarde van onderzoek bij hetministerie van LNV”. De Ge-wasbeschermingsprogramma’s397 zijn in 2002 gestart ter on-dersteuning van het gewasbe-schermingsbeleid van het Mi-nisterie van LNV. Het gewasbeschermingsonder-zoek dat Wageningen UR uit-

voert, loopt door in nieuweprogramma’s die zich richtenop plantgezondheid. Wagenin-gen UR zal zich hierin richtenop onder andere geïntegreerdegewasbescherming in open engesloten teelten, een effectiefen duurzaam middelenpakket,fytosanitair onderzoek, de ka-derrichtlijn water en niet-land-bouwkundig gebruik van mid-delen. Het boek is op aanvraag te ver-krijgen bij Hannah de Miranda,[email protected]: Wageningen UR Nieuwsen agenda, 14 maart 2006

Toelating voorGazelle, Teldor enKERB 50WSpuitpoederHet College voor de Toelatingvan Bestrijdingsmiddelen(CTB) heeft de bestrijdings-middelen Gazelle, Teldor enKERB 50W Spuitpoeder toege-laten voor de boomkwekerij-sector. Gazelle kreeg een toelatingvoor gebruik in boomkwekerij-gewassen en vaste planten. Hetbestrijdt luizen, wantsen, ke-vers en cicaden, maar is veiligvoor bijen. Gazelle is vanaf 20maart verkrijgbaar. Het schimmelbestrijdingsmid-del Teldor mag vanaf eindmaart in boomkwekerijgewas-sen en vaste planten wordentoegepast. Met het middel isruime ervaring opgedaan inonder meer Clematis. Het onkruidbestrijdingsmiddelKERB 50W Spuitpoeder heefteen toelating gekregen voorboomkwekerijgewassen envaste planten in de volle grond.Vanaf eind maart mag het mid-del worden gebruikt. Het spuit-poeder wordt al vele jaren inDuitsland en België in deboomkwekerij toegepast. Gazelle, Teldor en KERB 50W

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 111

[NIEUWS

Page 40: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Spuitpoeder worden toegepastvia bespuiting. Bron: De Boomkwekerij, maan-dag 13 maart 2006

Biologischebestrijdingvarroamijt blijftlastigSchimmelpreparaten die inNederland zijn toegelaten terbestrijding van insecten enmijten blijken niet goed bruik-baar voor de biologische be-strijding van varroamijt in debijenhouderij.PPO onderzocht de schimmel-producten Vertalec en Mycotalvan Koppert en BIO 1020 vanBayer en het gangbare etheri-sche oliepreparaat Thymovar.Geen van de getoetste prepara-ten bleek een aantoonbaar do-dend effect op varroamijten tehebben. In BIO 1020 zit een stam vande schimmel Metarhizium an-isopliae. Een andere stam vandeze schimmel is in Amerikaop de markt. Amerikaanse ge-bruikers zijn enthousiast, maaruit Engels onderzoek blijkt ookeen negatief effect op de popu-latie honingbijen. Tot op heden zijn geen schim-mels bekend die de varroamijtonder natuurlijke omstandig-heden parasiteren. PPO gaat invervolgondezoek andereschimmels en ook bacteriëntoetsen op geschiktheid.Bron: Groenten & Fruit: vrijdag10 maart 2006

Nieuwe bestrijdings-maatregelaardappelmoeheid:aardappel alsvanggewasMet ingang van het teeltjaar2006 wordt de teelt van aard-appels als vanggewas door dePlantenziektenkundige Dienst(PD) geaccepteerd als officiëlebestrijdingsmaatregel op ter-reinen die met aardappelcyste-aaltjes (aardappelmoeheid)zijn besmet.Indien bij een teler na officieelgrondmonsteronderzoek aard-appelmoeheid (AM) is aange-toond, legt de PD een besmet-verklaring op voor debetreffende delen van het per-ceel. Een besmetverklaring kanworden opgeheven als uit eenofficieel grondonderzoek blijktdat de grond vrij is van aardap-pelcysteaaltjes. De teler heeftalleen recht op het aanvragenvan zo’n onderzoek indien vol-daan is aan bepaalde voor-waarden. Het uitvoeren vaneen door de PD geaccepteerdebestrijdingsmaatregel op hetbesmette perceelsgedeeltegeeft recht op het laten uitvoe-ren van een grondonderzoek.Eén van de bestrijdingsmaatre-gelen die is opgenomen in hetAM-beleid is het telen van eenvoor het aardappelcysteaaltjeadequaat vanggewas. NaastRaketblad accepteert de PD nuaardappel als vanggewas.

EffectenAardappel is de belangrijkstewaardplant van de cysteaaltjesGlobodera pallida en Globode-ra rostochiensis. Dit zijn de ver-oorzakers van AM. Lokkingvindt plaats door zowel AM-re-sistente als vatbare rassen; bei-de soorten mogen dan ookworden ingezet. Uit onderzoekvan Praktijkonderzoek Plant &Omgeving (PPO) is geblekendat een juiste en geslaagde toe-

passing kan leiden tot een af-name van ongeveer 80% van depopulatiedichtheid. De teeltvan aardappel als vanggewasvoldoet daarom aan de eisendie de PD stelt aan een bestrij-dingsmaatregel voor AM.

Risico’sBestrijding van aardappelcys-teaaltjes door het gebruik vanaardappelen is niet zonder risi-co’s. De teler streeft naar maxi-male lokking van aaltjes, maarcystevorming op de wortelsmoet worden voorkomen. Ditkan bereikt worden door nietvoor eind april te poten én degroeiperiode beperkt te hou-den tot veertig dagen.Het gebruik van rassen metvoldoende resistentie tegen deaanwezige AM-populatie heeftsterk de voorkeur boven het ge-bruik van vatbare rassen. In-dien door omstandigheden,bijvoorbeeld slecht weer, hetgewas niet tijdig kan wordengedood, zal er bij inzet van eenvatbaar ras alsnog vorming vancysten gaan plaatsvinden. Bijgebruik van resistente rassentreedt deze cystevorming inmindere mate op en bij hoog-resistente rassen zelfs nauwe-lijks.

VoorwaardenDe PD wijst erop dat voor deteelt van aardappelen als vang-gewas de vruchtwisselings-voorschriften van het Hoofd-productschap Akkerbouw(HPA) van toepassing zijn. Eenontheffing van de vruchtwisse-lingsvoorschriften dient bij hetHPA te worden aangevraagd.Zie hiervoor www.hpa.nl, ‘pri-maire sector’, ‘teeltvoorschrif-ten’ en vervolgens ‘aardappel-moeheid’. Bron: Persbericht Plantenziek-tenkundige Dienst, 10 maart2006

Pagina 112 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[NIEUWS

Page 41: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Bladrammenas enmosterd dodenaaltjes en schimmelsBladrammenas en mosterdkunnen in de toekomst wordengebruikt als grondontsmetters.Dat verwachten onderzoekersvan PPO en Plant Research In-ternational (PRI), die het ge-bruik van deze groenbemestersal enige jaren onderzoeken. Ondergewerkte bladrammenasen mosterd produceren vluch-tige stoffen die dodelijk zijnvoor aaltjes en schimmels. Ditproces heet biofumigatie. Alsde betrouwbaarheid van dezemethode verbetert, kan biofu-migatie uitgroeien tot een al-ternatief voor grondontsmet-ting. Uit de gewasresten van bla-drammenas komen zwavel-houdende verbindingen vrij,die een aaltjes- en schimmel-dodende werking hebben. De-ze stoffen hebben eigenschap-pen die vergelijkbaar zijn methet gas dat ontstaat na het in-jecteren van grondontsmet-tingsmiddelen op basis vanmetam-natrium. Biofumigatie lijkt op biologi-sche grondontsmetting metgistend organisch materiaal.Bij biologische grondontsmet-ting wordt de werking veroor-zaakt door afbraakproductenin combinatie met zuurstofge-brek. De grond moet tweemaanden rust krijgen, bij bio-fumigatie is dat twee weken. Biofumigatie is goedkoper danbiologische grondontsmetting,maar op dit moment is dezemethode minder bedrijfszeker. Bron: De Boomkwekerij, don-derdag 9 maart 2006

Raad brengtQualiTree onder bijMPSDe certificeringsmodule MPS-QualiTree wordt per 1 septem-ber 2006 ondergebracht bij hetMilieu Programma Sierteelt(MPS). De producteisen wor-den strenger dan onder hethuidige QualiTree. Dat heeft de Raad voor deBoomkwekerij besloten, zo,meldt Matthijs Mesken, secre-taris van de Raad. De Raad voor de Boomkwekerijis eigenaar van QualiTree enheeft, op advies van de deelne-mende (handels)kwekerijen,besloten om zowel het beheerals het vermarkten van ditboomkwekerijkeurmerk onderte brengen bij MPS. De identiteit van het boom-kwekerijkeurmerk blijft behou-den. Op aangeven van de kwe-kers zullen de eisen aan deproductkwaliteit strenger zijndan onder het huidige Quali-Tree. De kwekers willen zichmet het kwaliteitslabel onder-scheiden op de markt. Het is niet haalbaar om allesvóór het komend voorjaar teregelen. Mesken: “Met 1 sep-tember als ingangsdatum kun-nen we de nieuwe modulemeteen op de vakbeurs Planta-rium promoten”. Bron: De Boomkwekerij, don-derdag 9 maart 2006

‘Beslist Beter’ moetgebruik BOS-systemen stimuleren

Door financiële tegemoetko-ming en extra begeleiding wilhet project ‘Beslist Beter’ 170telers in 2006 aan de Beslis-singsOndersteunende Syste-men krijgen.In de vollegrondsgroenteteeltzijn BOS-systemen zoals My-

cos in kool en ProCaro in peenniet algemeen ingeburgerd. In2006 kunnen maximaal 170 te-lers 75 procent subsidie krijgenop de aankoop van dergelijkesystemen of het meedoen aanfax/e-mail waarschuwingssys-temen. Dat geldt ook voor sys-temen voor akkerbouwers enfruittelers. De aankoop van eenBOS-systeem kost ongeveer € 1.000.–, waarvan de teler € 250.– betaalt. Bij fax/e-mailbetaalt de deelnemer nog on-geveer € 50.–.Volgens projectleider JohanWander van PPO zijn telers diedergelijke systemen gebruikenenthousiast, maar hikken nieu-we gebruikers aan tegen ‘hetonbekende’ en de benodigdetijd voor registratie. Door desubsidie van LNV/EU en bege-leiding van PPO en DLV wordtgeprobeerd deze drempel teverlagen. Voor de vollegronds-groenteteelt gaat het om Pro-Caro (peen), Mycos (kool, knol-selderij), Gewis, MLHD(onkruidbestrijding) en waar-schuwingsystemen voor be-strijding van Bremia (bladge-wassen) en Botrytis (aardbei).Geïnteresseerden kunnenmailen naar:[email protected]: Groenten & Fruit, vrijdag3 maart 2006

Regeling bufferzonesbacterievuur 21februari

Om waardplanten van bacte-rievuur te mogen exporterennaar zogenaamde “bescherm-de gebieden”, moet aan eenaantal extra regels voldaanworden. Waardplanten mogenalleen naar deze beschermdegebieden geëxporteerd wordenals de percelen waarop dezeplanten kweekt worden, in eenbufferzone bacterievuur lig-gen. In deze bufferzone vinden

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 113

[NIEUWS

Page 42: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

extra controles en inspectiesplaats op bacterievuur. Daar-naast geldt dat de percelenwaar planten mogelijk vangeëxporteerd worden naar debeschermde gebieden, iederjaar voor 1 april bekend moe-ten zijn in Brussel. Via de Rege-ling Bufferzones Bacterievuurvan de Raad voor de Boom-kwekerij, wordt ervoor gezorgddat uw percelen via de Plan-tenziektenkundige Dienst tij-dig in Brussel worden aange-meld. Kwekers die nog nietmeedoen aan de regeling,maar dit alsnog willen doen,worden gevraagd zich zo spoe-dig mogelijk, maar in ieder ge-val uiterlijk 10 maart aan temelden voor de RegelingBufferzones Bacterievuur, [email protected] of tel. 030 6572633. Aanhet meedoen aan deze regelingzijn kosten verbonden: dedeelnemende kwekers in eenbufferzone delen de inspectie-kosten van de gebieden buitende kwekerijen. De kosten voorinspectie op de kwekerij (doorNaktuinbouw) komen voor ei-gen rekening. Meer informatieover de Regeling BufferzonesBacterievuur kunt u vinden opde website van de Raad voorde Boomkwekerij, www.raad-voordeboomkwekerij.nl.Bron: Nieuws Raad voor deBoomkwekerij

‘Problemen metknolcyperus in Oost-Brabant groter dangedacht’De problemen met het woeke-ronkruid knolcyperus in Oost-Brabant zijn groter dan ge-dacht. Dat meldt secretaris TonKemps van de ZLTO-vakgroepBoom- en Vasteplantenteelt.Volgens schattingen van devakgroep zijn enkele tientallenhectares agrarische grond in

Oost-Brabant besmet metknolcyperus. De knolcyperus-problematiek speelt volgens devakgroep echter niet alleen inOost-Brabant, maar op veelmeer plekken in Nederland.Proeftuin Zwaagdijk voert mo-menteel samen met de ZLTOonderzoek uit naar de bestrij-ding van knolcyperus. Direc-teur Johan Kos zegt dat de pro-blemen met knolcyperus inNederland groter zijn dan ie-dereen denkt. “Maar niemandpraat hier graag over.”Volgens Kos werkt mechani-sche bestrijding niet afdoendetegen knolcyperus.”Daaromrichten we ons onderzoek opchemische bestrijding. Er zijnenkele nieuwe bestrijdings-middelen toegelaten die waar-schijnlijk een nevenwerkinghebben op knolcyperus. Daar-naast zijn er nog middelen dienu nog niet zijn toegelaten,maar die onderzocht wordenop hun effectiviteit tegen knol-cyperus.”Bron: De Boomkwekerij, vrijdag17 februari 2006

Bestrijden vanengerlingen kostminimaal drie jaar

Bestrijden van engerlingen of-wel larven van de meikeverheeft pas effect bij meerjarigebestrijding van de insecten.Herhalen en combineren vandiverse bestrijdingsmiddelenen -methoden werkt het best,blijkt uit onderzoek van DLVPlant en PPO Bomen.Het onderzoek richtte zich opeen effectieve bestrijdingsme-thode van de meikever. Vanuitde sector was daar dringendbehoefte aan, omdat engerlin-gen met hun wortelvraat steedsvaker schade aanrichten.Het inzetten van het aaltje He-terorhabditis bacteriophorahad effect tegen engerlingen.

Zeker als deze, met behulp vaneen injectieapparaat, diep inde bodem werd ingebracht.Voor een goede praktijktoepas-sing is echter verdere ontwik-keling van dit apparaat nodig.Bestrijden van volwassen mei-kevers lukte goed door dezeweg te vangen met behulp vanbouwlampen of feromonen.Middelen van natuurlijke oor-sprong bleken niet te werkentegen engerlingen. Ook allerleichemische middelen werktenniet of maar beperkt.Bron: De Boomkwekerij, don-derdag 16 februari 2006

‘Van Geel komt mette strenge gewas-beschermingsregels’

Staatssecretaris Pieter van Geelvan Volkshuisvesting, Ruimte-lijke Ordening en Milieubeheer(VROM) heeft de Nederlandseregels voor toelating van be-strijdingsmiddelen onlangsstrenger gemaakt dan de EUvoorschrijft.Dat zei Tweede Kamerlid JanMastwijk (CDA) gisteren tij-dens de jaarvergadering vanKring Boskoop van de Neder-landse Bond van Boomkwekers(NBvB) in Hazerswoude-Dorp.Hij reageerde daarmee op deRegeling uitwerking uniformebeginselen gewasbescher-mingsmiddelen die Van Geel indecember 2005 in de Staats-courant heeft laten publiceren.Volgens Mastwijk stelt destaatssecretaris in de regelingte strenge eisen omtrent ‘per-sistentie’, de mate waarin be-strijdingsmiddelen in de bo-dem doordringen. “Van Geelgaat op dat gebied nu al verderdan Brussel, en dat terwijl hetCollege voor de Toelating vanBestrijdingsmiddelen (CTB)heeft geadviseerd een aantalzaken in EU-verband te har-moniseren”, aldus Mastwijk.

Pagina 114 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[NIEUWS

Page 43: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

De Vaste Kamercommissie vanLandbouw, Natuur en Voedsel-kwaliteit (LNV) heeft de staats-secretaris inmiddels om ophel-dering gevraagd. Ook heeft VanGeel eind deze maand een ge-sprek hierover met Nefyto, debrancheorganisatie van bestrij-dingsmiddelenfabrikanten.Bron: De Boomkwekerij, vrijdag3 februari 2006

Sluipwesp Praonvolucre lijkt remedietegen rozenluis

De sluipwesp Praon volucrelijkt een succesvolle natuurlijkebestrijder te zijn van rozen- enaardappeltopluis in de teeltvan rozenstruiken en rozenon-derstammen.Dat blijkt uit onderzoek datPPO Bomen en Plant ResearchInternational (PRI) sinds 2002uitvoeren. In eerste instantie wilden PPOen PRI alle natuurlijke vijandenonderzoeken die van naturevoorkomen in rozen. De resul-taten van het onderzoek inbacteriën, virussen, zweefvlie-gen en roofwantsen vielen ech-ter tegen, zodat enkel oorwor-men en sluipwespen nogverder zijn onderzocht. De Europese oorworm (Forfi-cula auricularia) blijkt echterweinig perspectief te bieden alsnatuurlijke bestrijder in de ro-zenteelt. De worm bestrijdt derozenluis niet, alleen de ka-toenluis. De sluipwesp Praon volucreblijkt wél een goede bestrijdervan rozen- en aardappeltopluiste zijn. Wel moet nog wordenonderzocht in hoeverre desluipwesp gemakkelijk weg-vliegt als hij niet snel genoegbladluizen vindt.Bron: De Boomkwekerij, don-derdag 2 februari 2006

Regering geeft groen licht vooropheldering vanaardappelgenoom

Het Potato Genome Sequen-cing Consortium kan beginnenmet het bepalen van de gen-volgorde van het eerste aard-appel chromosoom. De Neder-landse regering heeft vandaagbesloten om hier 3 miljoenvoor beschikbaar te stellen.Nederlandse onderzoekers insamenwerking met een wereld-wijde groep van onderzoeksor-ganisaties streven ernaar omhet complete aardappelge-noom op te helderen voor heteinde van 2010. Daarmee ho-pen zij een bijdrage te leverenaan de wereldwijde voedsel-voorziening in de toekomst. Het Potato Genome Sequen-cing Consortium (PGSC) is eeninitiatief van het NetherlandsGenomics Initiative (NGI) ende Wageningen Universiteit enResearch Centrum (WUR). PGSC is een samenwerking vanonderzoeksgroepen uit zestienverschillende landen, inclusiefNederland, die samen de uit-daging zijn aangegaan om hetcomplete aardappelgenoom opte helderen. Andere deelne-mende landen zijn Brazilië,Chili, Peru, Canada, de Ver-enigde Staten, Denemarken,Frankrijk, Ierland, Polen, Tur-kije, Groot Britannië, de Russi-sche Federatie, India, China enNieuw Zeeland. Alle activitei-ten worden gecoördineerdvanuit Wageningen, waar menook de database van het aard-appelgenoom zal bijhouden. Het aardappelgenoom bestaatuit twaalf verschillende chro-mosomen. Alle partners vanhet consortium hebben één ofmeer chromosomen of eendeel van een chromosoom uit-gekozen om daarvan de volgor-de van de DNA bouwsteen tebepalen. Om hun partners op

weg te helpen bij dit groot-schalige project, hebben Wage-ningse onderzoekers al be-hoorlijk wat voorwerk gedaan.Zo hebben zij DNA-bibliothe-ken ontwikkeld waar de part-ners mee aan de slag kunnen,en een overzichtskaart van detwaalf verschillende chromo-somen. De Nederlandse regering heeftnu besloten om de sequentie-bepaling van chromosoom #1te financieren, evenals de coör-dinatie van het hele consorti-um. De Wageningen Universi-teit is nog op zoek naarNederlandse partners voor definanciering van de ophelde-ring van chromosoom #5. Detoegezegde financiering van deNederlandse regering komtneer op een bedrag van € 3miljoen. De aanvraag voor de-ze financiering is ingedienddoor het Ministerie van Land-bouw Natuur en Voedselkwali-teit. De financiering is afkom-stig uit het FES-fonds voor deversterking van de Nederland-se economische structuur.Eind 2010 moet de completesequentie – genvolgorde - vanhet aardappel-DNA bekendzijn. Dit zal aardappeltelers enindustrieën in staat stellen omde genetische potentie van deaardappel beter te benutten.Kennis over het aardappelge-noom creëert nieuwe mogelijk-heden om betere aardappelras-sen te ontwikkelen metbijvoorbeeld een betere ziekte-resistentie of een betere kwali-teit voor de verwerking. Datheeft wereldwijde consequen-ties, aangezien de aardappelop de vierde plaats staat van debelangrijkste veldgewassen terwereld.Bron: Potato Genome Sequen-cing Consortium (PGSC), 31maart 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 115

[NIEUWS

Page 44: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Nieuwe Bremia-isolaten in 2005zorgden alleen voorlokale uitbraken vanvalse meeldauwDe International Bremia Eva-luation Board heeft alle Bre-mia-isolaten die in 2005 ge-vonden zijn geëvalueerd. Geenvan de gevonden isolaten konbenoemd worden als nieuw Bl:fysio. Naast het gebruik van re-sistente rassen benadrukt deBoard het belang van chemi-sche bestrijding en hygiëne-maatregelen om het ontstaanvan nieuwe fysio’s te voorko-men. Bremia lactucae, of valse meel-dauw in sla, is zeer variabel.Zelfs binnen één slaproductie-veld kunnen meerdere insta-biele isolaten aanwezig zijn.De International Bremia Eva-luation Board (IBEB) had opvrijdag 10 maart 2006 haarjaarlijkse vergadering in Parijsom de Bremia lactucae-isola-ten te evalueren die in 2005 en2004 in Europa zijn aangetrof-fen. Zevenendertig procentvan alle aantastingen die in2005 geanalyseerd zijn betrof-fen eerder beschreven en offi-cieel benoemde Bl: fysio’s,voornamelijk Bl:24 en Bl:25(“Bl:” is de officiële code waar-mee fysio’s van Bremia lactucaeworden aangeduid). Zesen-veertig procent betrof eerderbeschreven isolaten van onder-geschikt belang. Slechts zeven-tien procent betrof nieuwe iso-laten die niet warenaangetroffen in eerdere jaren.Het merendeel van deze totdusver onbekende isolatenwerd slechts éénmaal aange-troffen. Een aantal van dezeisolaten was in staat om de re-sistentie van sommige Bl: 1-25resistente rassen te doorbre-ken. Echter, geen van de nieuwgevonden isolaten is belangrijkgenoeg om tot nieuw fysio be-

noemd te worden, omdat zeinstabiel lijken te zijn en niet instaat om te overleven. De Board benadrukt het belangvan chemische bestrijding enhygiëne-maatregelen naast re-sistentie. Het toepassen vanfungicideFungicide applicationF, vooral op de jonge plant,geeft aanvullende beschermingaan resistente slagewassen,hetgeen de ontwikkeling vannieuwe Bremia-fysio’s helpt te-gengaan. Goede hygiënischepraktijken, zoals het verwijde-ren van afval en zieke plantenen het reinigen van schoenenna een bezoek aan het veld, re-duceren de verspreiding vanBremia in slagewassen. De IBEB bestaat uit vertegen-woordigers van de Nederland-se en Franse brancheorganisa-ties Plantum NL en FNPSP,ondersteund door GEVES,Naktuinbouw en diverse Bre-mia-onderzoekers uit heel Eu-ropa. De brancheorganisatieswerden vertegenwoordigddoor slaveredelaars van Clau-se-Tezier, Enza, Gautier, Nun-hems, Rijk Zwaan, Seminis,Syngenta en Vilmorin.Bron: Persbericht Plantum NL,28 maart 2006

Bacterie mogelijkeoorzaak vankastanjebloedings-ziekteBloedingsziekte bij kastanjewordt gekenmerkt door roest-bruine vlekken op de stam, diezich snel kunnen uitbreiden enwaaruit een roodbruin sapvloeit. Vervolgens begint debast af te sterven en wanneerdeze volledig rondom de stamloskomt, sterft de kastanje-boom. De ziekte komt sindszomer 2004 steeds meer voor,verspreid over geheel Neder-land. Er zijn ook meldingen uitDuitsland, Engeland en België

bekend. In eerste instantiewerd gedacht dat een schim-mel (Phytophthora soort) deveroorzaker zou zijn. Na inten-sief onderzoek bleek dit bij debomen in Nederland en Belgiëniet het geval. De PD isoleerdein 2002 en ook in 2004 uit aan-getaste kastanje reeds eenPseudomonas syringae bacte-rie, die echter niet in verbandwerd gebracht met bloedings-ziekte. In 2005 toonde PRI Wa-geningen UR in een onderzoek,uitgevoerd door de werkgroepAesculaap onder coördinatievan PPOWageningen UR, aandat DNA van P. syringae veel-vuldig in zieke kastanjebomenaanwezig was. In één gevalwerd P. syringae geïsoleerd. Te-gelijkertijd en ook daarna iso-leerde de PD herhaaldelijk de P.syringae bacterie uit kastanje-bomen met bloedingsziekte entrof de bacterie ook aan in jon-ge takken. Alle door de PD geï-soleerde bacteriën, het isolaatvan het PRI en ook isolatenverkregen uit België, blekenidentiek in door de PD uitge-voerd onderzoek, zowel PCR enmet vetzuuranalyse.In infectieproeven met deze P.syringae bacterie, uitgevoerd inde kas en buiten op één- àtweejarige kastanjebomen zijnnu symptomen verkregen dielijken op die van de bloedings-ziekte en waaruit de bacterie P.syringae opnieuw kon wordengeïsoleerd en geïdentificeerd.Hiermee is, althans voor zaai-lingen, aan de zogenaamdepostulaten van Koch voldaan(Postulaten van Koch: aanto-nen, onder andere via een in-fectieproef, dat een geïsoleerdeziekteverwekker inderdaadverantwoordelijk is voor dewaargenomen symptomen).Aesculaap voert tevens een in-fectieproef op oudere bomenuit. Dit onderzoek wordt uitge-voerd om: 1. het ziekteprocesnader te bestuderen 2. de P. sy-ringae bacterie te karakterise-ren en ook om aan de postula-

Pagina 116 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[NIEUWS

Page 45: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

ten van Koch te voldoen bij eeninfectie op oudere bomenDaarnaast wordt ook ander on-derzoek uitgevoerd (biochemi-sche toetsen, vetzuuranalyseen DNA toetsen) aan een gro-ter aantal bacterie-isolaten uitbinnen- en buitenland, om nate gaan om welke pathogenevariëteit (pathovar) van P. sy-ringae het gaat. Meer informa-tie over het onderzoek is te vin-den opwww.kastanjeziekte.wur.nl.Bron:Nieuwsbrief Plantenziek-tenkundige Dienst, jaargang 13,nummer 2, 2006

Wijziginguitvoeringsstructuurmarkerings-programma houtenverpakkingen

Er is een toenemende zorg overde verspreiding van voor na-tuur en biodiversiteit risicovol-le ziekten en plagen via houtenverpakkingen. Om deze risico’ste keren is de internationalestandaard “guidelines for regu-lating wood packaging mate-rial in international trade” ont-wikkeld. In deze internationalestandaard, ISPM-15, zijn maat-regelen vastgelegd om ervoorte zorgen dat schadelijke orga-nismen zich niet met houtenverpakkingen verspreiden. Destandaard is door veel landenaanvaard. Steeds meer landen,waaronder China, Australië, deVS, Canada én de EU, stellenbij invoer verplicht dat houtenverpakkingen aan de eisen vanISPM-15 voldoen.De Stichting Markering HoutenVerpakkingen (SMHV) is in2003 in Nederland opgerichtom toezicht te houden op deproductie van verpakkingshoutdat voldoet aan de eisen vanISPM-15. Op deze manier kun-nen exporteurs voldoen aan de

invoereisen van derde landen.In 2005 is besloten het Neder-landse systeem te wijzigen omhet beter aan te laten sluitenbij de huidige inzichten op hetgebied van toezicht en contro-le. Het systeem gaat functione-ren onder toezicht van de Raadvoor Accreditatie.In het gewijzigde systeem zalhet toezicht bij producentenen handelaren van verpak-kingshout door erkende certifi-catie-instellingen worden uit-gevoerd. Decertificatieinstellingen zullentezamen met vertegenwoordi-gers van belanghebbende par-tijen en een vertegenwoordigervan de PD deelnemen aan eenCentraal College van Deskun-digen (CCvD). In het CCvDworden de controleprotocollenopgesteld. Het nieuwe systeemwordt met ingang van 1 januari2007 ingevoerd. Voor de afne-mers en gebruikers van houtenverpakkingen zal niets veran-deren.In februari 2006 is er in EU ver-band gesproken over de importvan houten verpakkingsmate-riaal. Het overleg heeft geleidtot afspraken voor een meergeharmoniseerde aanpak vande importinspecties. De eis datverpakkingshout ontschorstmoet zijn is uitgesteld tot 1 ja-nuari 2009.Bron:Nieuwsbrief Plantenziek-tenkundige Dienst, jaargang 13,nummer 2, 2006

Gemeenten en LNVpraten overPhytophthoraramorumDe PD en de VNG hebben op24 januari 2006 een bijeen-komst georganiseerd voor ge-meenten van de Veluwe, de Ve-luwezoom en het Rijk vanNijmegen die te maken hebbengehad met Phytophthora ra-

morum. Doel van de dag wasom gezamenlijk de gevolgenvan P. ramorum en de aanpakin de groene ruimte te bespre-ken. De dag kenmerkte zichdoor een grote betrokkenheidvan de deelnemers. Info: PlantenziektenkundigeDienst; postbus 9102, 6700 HCWageningen;e-mail: [email protected]/pd;tel.: 0317 49 67 88; web:www.minlnv.nl/pd 2Bron:Nieuwsbrief Plantenziek-tenkundige Dienst, jaargang 13,nummer 2, 2006

Diagnostiektrainingin Ankara Uitlegover werkwijzeNederlandseimportinspecties

P. ramorum is een pseudo-schimmel die inheemse plan-ten kan aantasten en daarmeeop termijn een risico vormtvoor de Nederlandse biodiver-siteit. Het ministerie van LNVwil daarom verdere versprei-ding van de schimmel in Ne-derland tegengaan. Dit is ookeen verplichting vanuit Euro-pese regelgeving. In Nederlandis de pseudo-schimmel vooralaangetroffen op rododendron.De aanbevolen aanpak is hetverwijderen van de infectie-bron: aangetaste rododend-rons.Terreinbeheerders en grondei-genaren (waaronder gemeen-ten) kunnen een belangrijke,positieve bijdrage leveren aanhet voorkomen van verdereverspreiding van P. ramorum.Dit kan onder meer door hetonderhoud van de groenvoor-zieningen aan te passen endoor bij nieuwe aanplant te let-ten op de groeiomstandighe-den. Ook burgers kunnen doorgoed tuinonderhoud helpen bijde bestrijding. Eén van de doe-

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 117

[NIEUWS

Page 46: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

len van de bijeenkomst wasom samen met de gemeentente kijken hoe de burger hierbijbetrokken kan worden. Hoebreder de aanpak van P. ramo-rum, hoe beter het resultaatvan de bestrijding. Meer infor-matie is te vinden op de inter-netsite van de PD.Bron:Nieuwsbrief Plantenziek-tenkundige Dienst, jaargang13, nummer 2, 2006

Twinning metTurkijeIn december 2006 heeft de PDhet twinning-project met Tur-kije voltooid. Twinning is eenbepaalde manier van samen-werking tussen gelijkwaardigeorganisaties in Europese lid-staten en landen die lid willenworden. De Europese Com-missie financiert twinning. Desamenwerking is erop gerichtde kandidaat-lidstaat op te lei-den in de Europese wetgevingen hoe die moet worden uitge-voerd. Zo heeft de PD in 2004en 2005 nauw samengewerktmet het ministerie van Land-bouw in Ankara in een twin-ning-project op het terrein vanfytosanitaire zaken en bestrij-dingsmiddelen. Een andere be-langrijke partner in het projectwas Griekenland, of eigenlijkde National Agricultural Re-search Foundation in Athene.Gedurende bijna twee jaar wasPieter Oomen van de PD de lo-cale projectcoördinator (pre-accession adviser) in Ankara.In totaal hebben PD-deskundi-gen 21 Turkse inspecteurs op-geleid in de Europese wettenen uitvoering daarvan op hetgebied van import van plant-aardig materiaal, inspecties enquarantaine. Deze 21 inspec-teurs hebben op hun beurt 371Turkse collega’s opgeleid op ditterrein, onder het toeziend oogvan de PD-ers. Ook heeft de PD30 Turkse diagnostici, waaron-

der bacteriologen, virologen,nematologen, mycologen enentomologen opgeleid in be-trouwbare herkenning vanquarantaineorganismen. En,zeker zo belangrijk, traininggegeven in de PRA-techniek(Pest Risk Analysis) voor inter-nationale erkenning òf een or-ganisme een quarantainestatusmag krijgen of niet. Dit is ergbelangrijk voor import en ex-port. Immers, alleen zendingenaangetast door erkende quar-antaineorganismen mogen aande grens geweigerd worden. DeTurken hebben zich deze me-thode onmiddellijk eigen ge-maakt en toegepast ter op-schoning van hun eigen lijstvan quarantaineorganismen.De bijdrage van de Grieken lagop het terrein van de bestrij-dingsmiddelen. Zij hebben in-tensieve training gegeven overde beoordeling van de toxico-logische, milieu- en de residu-eigenschappen. Ze hebben deTurkse analisten getraind inhet goede gebruik van moder-ne laboratoriumapparatuurvoor vaststelling van residuenen voor bepaling van de kwali-teit van bestrijdingsmiddelen.Daarnaast hebben de Griekende Turken geadviseerd overhun residuwetgeving en ge-traind in de uitvoering ervannaar Europees model, inclusiefeen Rapid Alert System forFeed and Food.Deze samenwerking tussen Tur-ken, Nederlanders en Griekenverliep zo goed dat het projecteen Europees voorbeeldprojectwerd in Turkije. Het project is indecember 2005 afgerond meteen goed bezocht symposiumover ‘hoe nu verder’. Voor deTurken staat verdere samenwer-king met de PD nu hoog op hetverlanglijstje.Info: PlantenziektenkundigeDienst; postbus 9102, 6700 HCWageningen;e-mail: [email protected]/pd;tel.: 0317 49 67 88; web:www.minlnv.nl/pd 3

Bron:Nieuwsbrief Plantenziek-tenkundige Dienst, jaargang 13,nummer 2, 2006

PD richt TeamToezicht enTransport op

De PD inspecteert import- enexportstromen van plantaardi-ge producten en geeft bij goed-keuring van een exportzendingeen fytosanitair certificaat af.In aanvulling hierop is er in2005 extra aandacht besteedaan de naleving van de voor-schriften bij export. De PD, deDouane en de Algemene In-spectiedienst (AID) hebbenhiertoe steekproefsgewijzecontroles uitgevoerd op vracht-wagens die ladingen groenten,fruit of bloemen (bestemd voorde export) bevatten.Aanleidinghiervoor waren aanhoudendesignalen uit het buitenland datzendingen en bijbehorendecertificaten niet altijd overeen-kwamen. De in 2005 uitgevoer-de controles lieten inderdaadzien dat het afgegeven certifi-caat en de in de vrachtwagenaanwezige lading niet altijd inovereenstemming waren. Be-drijven die in overtreding zijn,worden in een verzwaard in-spectieregime opgenomen.Eind 2005 is door de departe-mentale leiding besloten omde handhavingsacties in sa-menwerking met de Douaneeen meer structurele vorm tegeven. Met de Directie Land-bouw is afgesproken dat hetTeam Toezicht en Transportvooralsnog tot eind 2006 dehandhaving op zich neemt. Inaansluiting hierop wordt erdoor de PD geanalyseerd of erzwakke plekken in het fytosa-nitaire toezicht op het export-proces zitten. Ook het toezichtop het import- en transitopro-ces en de aansluiting van con-trolesystemen van de Douane

Pagina 118 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[NIEUWS

Page 47: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

en de PD worden nader beke-ken. De handhavingsactieshebben in 2005 een goed beeldopgeleverd waar onregelmatig-heden plaatsvinden. Dit steltde dienst in staat gericht actiete ondernemen en zo te voor-komen dat de gehele plantaar-dige sector de nadelige gevol-gen ondervindt van individuelefytosanitaire onregelmatighe-den bij export.Bron:Nieuwsbrief Plantenziek-tenkundige Dienst, jaargang 13,nummer 2, 2006

Quarantaine-waardigheidLeucinodes orbonalisvervaltSinds eind 2004 treft de PDgeregeld rupsen van de motLeucinodes orbonalis aan inimportpartijen Solanum-vruchten (onder andere auber-gines) uit Azië en Afrika. Uiteen korte risicoanalyse bleekdat L. orbonalis voor grote pro-blemen zorgde in de aubergi-neteelt in Zuid-Aziatische lan-den. Daarom werden besmetteimportpartijen van aubergineen enkele andere Solanum-vruchten door de PD afge-keurd. De status ‘quarantaine-waardig’ is een tijdelijke statusin afwachting van een uitge-breide risicoanalyse (Pest RiskAnalysis, PRA), survey en sec-torconsultatie. Deze fasen zijninmiddels doorlopen. Op basishiervan heeft de PD aan Direc-

tie Landbouw (ministerie vanLandbouw, Natuur en Voedsel-kwaliteit) geadviseerd om dequarantainewaardigheid van L.orbonalis te laten vervallen.Eén van de belangrijkste rede-nen hiervoor was de zeer ge-ringe introductiekans van demot in Nederlandse kassen. DeDirecteur Generaal van hetministerie van LNV heeft hetadvies overgenomen. Dit bete-kent dat de quarantainewaar-digheid van L. orbonalis is ver-vallen per 13 februari 2006.Vondsten van dit organismeleiden niet langer tot maatre-gelen van de PD. Het rapportvan de uitgebreide risicoanaly-se is te vinden op de internetsi-te van de PD onder ‘Schadelij-ke organismen’.Bron:Nieuwsbrief Plantenziek-tenkundige Dienst, jaargang 13,nummer 2, 2006

PD brengtgeactualiseerdeGewasbeschermings-gids uitDe PlantenziektenkundigeDienst heeft de Gewasbescher-mingsgids volledig geactuali-seerd. Deze nieuwe editie vande ‘Rode Gids’ geeft een com-pleet overzicht van alle gewas-beschermingsmiddelen die per1 januari 2006 zijn toegelaten inde land- en tuinbouw en hetopenbaar en particulier groen.In de Gewasbeschermingsgids2006 is het thema ‘geïntegreerde

gewasbescherming’ weer pro-minent aanwezig. Dat betekentdat niet alleen chemische mid-delen zijn opgenomen, maarook niet-chemische maatrege-len om ziekten en plagen tevoorkomen en te bestrijden.Met het oog op de voedselvei-ligheid zijn de veiligheidster-mijnen in de gids opgenomen. De Gewasbeschermingsgids2006 is te bestellen voor 55(inclusief btw en verzendkos-ten) bij Wageningen AcademicPublishers, Postbus 220, 6700AE Wageningen, tel. (0317) 4765 14, fax (0317) 45 34 17, e-mail: [email protected]. Meer informa-tie over de inhoud van de gidsvindt u op www.wageningen-academic.com/rodegids.Bron:Nieuwsbrief Plantenziek-tenkundige Dienst, jaargang 13,nummer 2, 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006 Pagina 119

[NIEUWS

De redactie van Gewasbe-scherming besteedt bij hetverzamelen van de informa-tie voor de rubriek Nieuwsaandacht en zorg aan dejuistheid van deze informa-tie, maar kan deze niet ga-randeren. De items in de ru-briek Nieuws geven dezienswijze van de betreffen-de bron weer en uitdrukke-lijk niet die van de redactieof van de KNPV. De redactieis niet verantwoordelijken/of aansprakelijk vooreventuele fouten en onvol-komenheden in de verstrek-te informatie.

Page 48: Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse ... · ook de introductie van mole-culaire diagnostiek een aanlei-ding om de bestaande huisves-ting te herzien. Bovendien heeft de

Buitenlandsebijeenkomsten

31 augustus 31-3 september3, 2006Non-specific and specific in-nate and acquired plant resi-stanceBoedapest, HongarijeInfo: http://www.nki.hu/pr_symposium2006/index.html

6-10 september 2006IOBC/WPRS Working Group‘Integrated Control of Fungaland Bacterial Plant Pathogens’:‘Fundamental and PracticalApproaches to Increase Bio-control Effects’, Spa, BelgiëInfo: Monica Höfte and Haïs-sam Jijaklihttp://www.iobc-wprs.org/events/index.html

17-22 september 20068th European Congress of En-tomology, Izmir, Turkije.Prof.Dr. Seniz Kismali, EgeUniversity, Agriculture Faculty,Dept. of Plant Protection, Bor-nova 35100 Izmir, Turkije, e-mail:[email protected], web-site: http://www.ece2006.org

2-4 oktober 2006Meeting of the IOBC/WPRSWorking Group ‘IntegratedPlant Protection in Fruit Crops– Sub-Group Stone Fruits’,‘Workshop on Integrated StoneFruit Production’, Bellegarde(France) Centre Ctifl Baland-ran.Info: Jean Lichou, Ctifl, Centrede Balandran, BP 32 - 30127BELLEGARDE France. e-mail:[email protected] Sub-group: FabioMolinari. Istituto di Entomolo-gia e Patologia vegetale-Facoltàdi Agraria U.C.S.C. Via EmiliaParmense, 84, 29100 Piacenza,Italië. e-mail:[email protected]

16-18 oktober 20065th meeting of the sub-group‘Soil Insect Pests’ (previously:Sub-Group ‘Melolontha’) of theIOBC/WPRS Working Group‘Entomopathogens and ento-moparasitic Nematodes’, Re-search Centre for Agricultureand Forestry, Laimburg, 39040Auer/Ora Italië.Info: Dr. Wolfgang Schweigkof-ler, Department of Plant Pro-tection, Research Centre forAgriculture and Forestry, Laim-burg, 39040 Auer/Ora Italië.Convenor Sub-group: Dr. JürgEnkerli, Molecular Ecology,Agroscope FAL Reckenholz,Reckenholzstrasse 191, 8046Zürich, Zwitserland, Phone+41(0)1 377 7206, Fax +41(0)1377 7201, e-mail: [email protected]

23 october-25 oktober 2006The BCPC Seminars 2006 -Crop Science & Technology, In-corporating the BCPC Exhibi-tion SECC, Glasgow, VerenigdKoninkrijkInfo: e-mail:[email protected] ; web: http://www.bcpc.org/

24-26 okotober 2006EPPO Workshop on Mutual Re-cognition of Minor UsesBerlijn, Duitslandhttp://www.eppo.org/MEE-TINGS/2006_meetings/workshop_ppp/minor_uses.htm

19-14 november 2006Annual Meeting of the Ento-mological Society of America.2006 Indianapolis ConventionCenter, Indianapolis, Indiana, Verenig-de Staten.Info: ESA, 9301 Annapolis Rd.,Lanham, MD 20706-3115, Ver-enigde Staten, E-mail:[email protected]:[email protected], Fax: 1-301-731-4538, Web: www.entsoc.org

http://www.entsoc.org, Phone: 1-301-731-4535

12-14 maart 2007IOBC/WPRS Study Group ‘In-tegrated Control of Plant MitePests’, First meetingInfo: Phyllis Weintraub, [email protected]

28 juli-1 augustus 2007Annual meeting of the Ameri-can phytopathological SocietyTown and Country Resort andConvention Center, San Diego,CaliforniaInfo: American Phytopatholo-gical Society, 3340 Pilot KnobRoad, St. Paul, MN 55121-2097Verenigde Staten fax: (651) 454-0766; e-mail:[email protected]

5-7 oktober 2007EPPO Conference on Phytopht-hora ramorum and other forestpests Falmouth, Cornwall, VerenigdKoninkrijkInfo: http://www.eppo.org/MEETINGS/2005_meetings/conf_phytra.htm

15-18 oktober 2007XVI International Plant Protec-tion Congress, In associationwith the BCPC InternationalCongress - Crop Science &Technology 2007. SECC, Glas-gow, Verenigd KoninkrijkInfo: e-mail: [email protected]; web: http://www.bcpc.org/

Oktober 2007IOBC/WPRS Working Group‘Integrated Protection in OakForests’, 5th Meeting, Tlemcen,Algeria.Claire Villemant, Curator ofHymenoptera, MNHN Ento-mologie, ESA 8043, 45 rueBuffon, 75005 Parijs (Frank-rijk), Tel. +33 (0)1 40 79 38 41, Fax. +33 (0)1 40 79 36 99, e-mail: [email protected]

Pagina 120 Gewasbescherming jaargang 37, nummer 3, mei 2006

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[AGENDA