Mare 32 (37)

16
Kloksteeg 25, LEIDEN (t.o Pieterskerk) 071-5126666 of www.prentenkabinet.nl RESTAURANTWEEK MENU T/M 8 JULI: 3-GANGEN 27,50 Advertentie Leidse studenten (bij achtereenvolgens Quintus, de Pelibar en studen- tenhuis de 2e BV) juichen voor het Nederlands elftal. Foto’s Taco van der Eb 19 juni 2014 37ste Jaargang • nr. 32 Vier de zomer met Opposites Hoe de communicatie rondom CO2-opslag in Barendrecht faalde Ex-gedetineerden zoeken werk. ‘Het begint pas echt als je weer buiten bent’ De universitaire ICT is zo traaaaaaaaaaaaaaaaag. Maar straks niet meer Pagina 5 Laatste Mare van dit academiejaar Dit is de laatste Mare van dit collegejaar. Nummer 1 van jaargang 38 verschijnt op donderdag 4 september. De redactie wenst u een deugddoende vakantie. Studenten zijn bang voor de huisbaas Bewoners van een Leids studentenhuis waren het achterstallig onderhoud en het gedrag van hun huisbaas zat en startten een Facebook-pagina. Pagina 15 Pagina 3 Pagina 8 en 9 Pagina 11 Het klinkt als de ultieme studen- tenhobby: zelf bier brouwen. Mare probeerde het uit en leerde bij van een expert. ‘Het borrelde zo heftig dat ik me afvroeg of het nog wel veilig was.’ DOOR BART BRAUN ‘Het ziet er net uit alsof ik een drugsdealer ben’, lacht promovendus Bas ter Braak als hij zijn vriezer opentrekt. De hele la ligt vol met groene toppen, vacuümver- pakt. Pas als je beter kijkt zie je dat het geen wiet is, maar naaste fami- lie daarvan: hop. Ter Braaks drug of choice is bier, en hij brouwt het zelf. Zijn beste creatie tot nu toe is zijn huisgebrouwen Toxicology Tripel, vernoemd naar de groep van het farmacologie-instituut LACDR waar hij werkt. Donkere flesjes met op het etiket het doodshoofdje- met-gele-achtergrond dat normaal gesproken waarschuwt voor een giftige inhoud. Dat blijkt schrome- lijk overdreven: Ter Braaks bier is een prima volle tripel. Ietsje minder zoet maar niet minder lekker dan de merken waar je in de Belgische biercafé’s van Leiden vijf euro per glas voor aftikt. ‘Als je een beetje ’n Bourgondiër bent, brouw je je eigen bier’, stelt hij. Nog niet eens vanwege het geld, trouwens. Zijn labgenoot Maarten Klopt rekent voor dat je ongeveer vijftien euro kwijt bent voor de ingrediënten die twintig liter doe- het-zelfbier opleveren. ‘Niet super- goedkoop voor bier, wel goedkoop voor een hobby. En: voor de prijs van eenvoudig pils heb je precies het bier dat jij wil.’ Voordat je het bier zo krijgt als je het wil, komt er nog een hoop bij kijken. Wie zelf bier wil brouwen, kan bij drogisterij Boerhaave in de Haarlemmerstraat een starterssetje kopen voor zo’n honderd euro. ‘Het lukt altijd, als je maar steriel werkt’, zegt de verkoper bemoedigend. Voor twee tientjes extra verkoopt hij er een blik bij waarin mout, hop en een los zakje gist zitten. Mare gaat voor de variant Diabolo – ‘ze mogen het geen Duvel noemen’, verduidelijkt de verkoper. Klopt trekt een vies gezicht als hij hoort van het bestaan van kant-en- klare blikken. ‘Oh neeeeh! De hele lol is nou net dat je het zelf kunt doen, en precies zo kan tweaken als jij het wil hebben’. Het ergste dat kan gebeuren is dat je niet steriel genoeg werkt, en je met mislukt, zuur bier blijft zitten. ‘Je kan niet snel iets doen of maken dat echt slecht en gevaarlijk voor je is. Behalve heel veel bier, dan.’ In de grote plastic brouwvaten zit een zogeheten DeLuxe Starter Kit, van het Belgische bedrijfje Brewferm. Het bevat een meetinstrument, een potje met chemische zooi om alles te steriliseren en een borstel om water met dat spul mee rond te soppen. Ook aanwezig: een vulpijp, honderd bierdopjes en een apparaat om die op flesjes te zetten. De naam Brewferm is slim gevonden, maar het begin- nerspakket had iets beginnersvrien- delijker gemogen. Zo komt de inhoud niet overeen met wat er op de doos staat, en zijn de instructies soms wel erg summier. Zo valt te lezen dat je het potje ontsmettingsmiddel moet gebruiken ‘volgens instructie’. In- structie die niet te vinden is op het potje, in de brouwhandleiding of op de website van de fabrikant. Een mailtje naar Brewferm brengt ver- lossing: als je het etiket van het potje afkrabt, zit er op de achterkant een handleiding. Maar natuurlijk. In het blik blijkt substantie te zit- ten die eruit ziet als appelstroop. Opwarmen, suikerwater opkoken, het zakje gist even wakker maken, al- les bij elkaar in een schoongemaakte ton, en dan de deksel erop. En vervol- gens gebeurt er…niets. Het brouwvat in Ter Braaks woon- kamer pruttelt af en toe, als er een wolkje koolstofdioxide ontsnapt door het waterslot in het deksel. Het gist in het vat zet suikers om in alcohol, en daarbij komt het kool- zuurgas vrij. De suiker waar het gist van eet, kun je zelf toevoegen, zoals bij de Diabolo. Bij traditioneel pils zijn de suikers afkomstig uit mout: gekiemde en daarna gedroogde graankorrels. In een gewone graankorrel zitten alle suikermoleculen nog aan el- kaar als zetmeel, maar bij het kie- men maakt de korrel enzymen aan die de suiker vrijmaken. Bij het bierbrouwen zonder kant-en-klare blikken is het zaak om eerst het mout-watermengsel te verwarmen, zodat die enzymen zoveel mogelijk suiker genereren. Dat geleidelijk verwarmen heet maischen. Ter Braak is afgestudeerd als biotechnoloog, en die neemt deze stap bloedserieus. Met speciale brouwsoftware heeft hij voor zijn nieuwste bier een maisch-protocol gekozen dat uit vijf stappen bestaat. Tien minuten op veertig graden, 25 minuten op vijftig graden, enzovoort. Klopt: ‘Als je stappen overslaat, gaat dat ten koste van de schuimkraag en de smaak van je bier.’ > Verder lezen op pagina 6 Doe het lekker zelf De kunst van bier brouwen Bandirah Pagina 16

description

Leids universitair weekblad Mare

Transcript of Mare 32 (37)

Page 1: Mare 32 (37)

Kloksteeg 25, LEIDEN (t.o Pieterskerk)071-5126666 of

www.prentenkabinet.nl

RESTAURANTWEEK MENU T/M 8 JULI: 3-GANGEN € 27,50

mare-prentenkabinet 140612.indd 1 12-06-14 15:28

Advertentie

Leidse studenten (bij achtereenvolgens Quintus, de Pelibar en studen-tenhuis de 2e BV) juichen voor het Nederlands elftal. Foto’s Taco van der Eb

19 juni 201437ste Jaargang • nr. 32

Vier de zomer met Opposites

Hoe de communicatie rondom CO2-opslag in Barendrecht faalde

Ex-gedetineerden zoeken werk. ‘Het begint pas echt als je weer buiten bent’

De universitaire ICT is zo traaaaaaaaaaaaaaaaag. Maar straks niet meer

Pagina 5

Laatste Mare van dit academiejaarDit is de laatste Mare van dit collegejaar. Nummer 1 van jaargang 38 verschijnt op donderdag 4 september. De redactie wenst u een deugddoende vakantie.

Studenten zijn bang voor de huisbaasBewoners van een Leids studentenhuis waren het achterstallig onderhoud en het gedrag van hun huisbaas zat en startten een Facebook-pagina.

Pagina 15

Pagina 3 Pagina 8 en 9 Pagina 11

Het klinkt als de ultieme studen-tenhobby: zelf bier brouwen. Mare probeerde het uit en leerde bij van een expert. ‘Het borrelde zo heftig dat ik me afvroeg of het nog wel veilig was.’

DOOR BART BRAUN ‘Het ziet er net uit alsof ik een drugsdealer ben’, lacht promovendus Bas ter Braak als hij zijn vriezer opentrekt. De hele la ligt vol met groene toppen, vacuümver-pakt. Pas als je beter kijkt zie je dat het geen wiet is, maar naaste fami-lie daarvan: hop. Ter Braaks drug of choice is bier, en hij brouwt het zelf.

Zijn beste creatie tot nu toe is zijn huisgebrouwen Toxicology Tripel, vernoemd naar de groep van het farmacologie-instituut LACDR waar hij werkt. Donkere flesjes met op het etiket het doodshoofdje-met-gele-achtergrond dat normaal gesproken waarschuwt voor een giftige inhoud. Dat blijkt schrome-lijk overdreven: Ter Braaks bier is een prima volle tripel. Ietsje minder zoet maar niet minder lekker dan de merken waar je in de Belgische biercafé’s van Leiden vijf euro per glas voor aftikt.

‘Als je een beetje ’n Bourgondiër bent, brouw je je eigen bier’, stelt hij. Nog niet eens vanwege het geld, trouwens. Zijn labgenoot Maarten Klopt rekent voor dat je ongeveer vijftien euro kwijt bent voor de ingrediënten die twintig liter doe-het-zelfbier opleveren. ‘Niet super-goedkoop voor bier, wel goedkoop voor een hobby. En: voor de prijs van eenvoudig pils heb je precies het bier dat jij wil.’

Voordat je het bier zo krijgt als je het wil, komt er nog een hoop bij

kijken. Wie zelf bier wil brouwen, kan bij drogisterij Boerhaave in de Haarlemmerstraat een starterssetje kopen voor zo’n honderd euro. ‘Het lukt altijd, als je maar steriel werkt’, zegt de verkoper bemoedigend. Voor twee tientjes extra verkoopt hij er een blik bij waarin mout, hop en een los zakje gist zitten. Mare gaat voor de variant Diabolo – ‘ze mogen het geen Duvel noemen’, verduidelijkt de verkoper.

Klopt trekt een vies gezicht als hij hoort van het bestaan van kant-en-klare blikken. ‘Oh neeeeh! De hele lol is nou net dat je het zelf kunt doen, en precies zo kan tweaken als jij het wil hebben’. Het ergste dat kan gebeuren is dat je niet steriel genoeg werkt, en je met mislukt, zuur bier blijft zitten. ‘Je kan niet snel iets doen of maken dat echt slecht en gevaarlijk voor je is. Behalve heel veel bier, dan.’

In de grote plastic brouwvaten zit een zogeheten DeLuxe Starter Kit, van het Belgische bedrijfje Brewferm. Het bevat een meetinstrument, een potje met chemische zooi om alles te steriliseren en een borstel om water met dat spul mee rond te soppen. Ook aanwezig: een vulpijp, honderd bierdopjes en een apparaat om die op flesjes te zetten. De naam Brewferm is slim gevonden, maar het begin-nerspakket had iets beginnersvrien-delijker gemogen. Zo komt de inhoud niet overeen met wat er op de doos staat, en zijn de instructies soms wel erg summier. Zo valt te lezen dat je het potje ontsmettingsmiddel moet gebruiken ‘volgens instructie’. In-structie die niet te vinden is op het potje, in de brouwhandleiding of op de website van de fabrikant. Een mailtje naar Brewferm brengt ver-

lossing: als je het etiket van het potje afkrabt, zit er op de achterkant een handleiding. Maar natuurlijk.

In het blik blijkt substantie te zit-ten die eruit ziet als appelstroop. Opwarmen, suikerwater opkoken, het zakje gist even wakker maken, al-les bij elkaar in een schoongemaakte ton, en dan de deksel erop. En vervol-gens gebeurt er…niets.

Het brouwvat in Ter Braaks woon-kamer pruttelt af en toe, als er een wolkje koolstofdioxide ontsnapt door het waterslot in het deksel. Het gist in het vat zet suikers om in alcohol, en daarbij komt het kool-zuurgas vrij. De suiker waar het gist van eet, kun je zelf toevoegen, zoals bij de Diabolo. Bij traditioneel pils zijn de suikers afkomstig uit mout: gekiemde en daarna gedroogde graankorrels. In een gewone graankorrel zitten alle suikermoleculen nog aan el-kaar als zetmeel, maar bij het kie-men maakt de korrel enzymen aan die de suiker vrijmaken. Bij het bierbrouwen zonder kant-en-klare blikken is het zaak om eerst het mout-watermengsel te verwarmen, zodat die enzymen zoveel mogelijk suiker genereren. Dat geleidelijk verwarmen heet maischen.

Ter Braak is afgestudeerd als biotechnoloog, en die neemt deze stap bloedserieus. Met speciale brouwsoftware heeft hij voor zijn nieuwste bier een maisch-protocol gekozen dat uit vijf stappen bestaat. Tien minuten op veertig graden, 25 minuten op vijftig graden, enzovoort. Klopt: ‘Als je stappen overslaat, gaat dat ten koste van de schuimkraag en de smaak van je bier.’

> Verder lezen op pagina 6

Doe het lekker zelfDe kunst van bier brouwen

Bandirah Pagina 16

Page 2: Mare 32 (37)

Redactie-adres Pieterskerkhof 6 2311 SR LeidenTelefoon 071–527 7272

Website mareonline.nl E-mail [email protected] De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000

Hoofdredactie

Frank Provoost [email protected]

Redactie

Vincent Bongers [email protected]

Bart Braun [email protected]

Petra Meijer [email protected]

Marleen van Wesel [email protected]

Masha Rademakers (stagiaire) [email protected]

Medewerkers

Emma Anbeek van der Meijden • Talitha Dehaene • Tim Meijer • Marc van Oostendorp • Benjamin SprecherFotografie Taco van der Eb • Marc de Haan

Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nlBasisontwerp Roeland Segaar, Zabriski CommunicatieArt direction en vormgeving Marcel van den BergDrukwerk Rodi Rotatiedruk, Broek op LangedijkAdvertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45

Redactieraad

Prof. dr. J.C. de Jong (voorzitter) • Prof. dr. F. Israel (vice-

voorzitter) • drs. B. Funnekotter • R. Donkersloot • G. Drijer • K. Innemee • D. Jacobs • mr. F.E. Jensma • S.K. Kerkhof • C. van Leeuwen • dr. S.J. van der Linde • prof. dr. N.J. Schrijver • dr. J.P. Vollaard • C. van der Woude

Jaarabonnementen

Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuisgestuurd krijgen door €35 over te maken op bankrekening 1032.57.950 ten name van Universiteit Leiden (o.v.v. Mare en SAP-nummer 6200900100) en vervolgens een bevestigingsmail met daarin hun adres te sturen naar [email protected]. Studenten betalen €25. Ter controle graag in de bevestigingsmail ook het studentnummer vermelden.

Adreswijzigingen

Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn.

ISSN 0166-3690

Helpdesk-heldenDoor Bart Braun In het Zuiden van Turkije ligt Göbekli Tepe, de Navelberg. In 1963 ontdekten archeologen dat er daar restanten zijn te vinden van een oud tempelcomplex. Het staat daar vol met versierde pilaren en gebouwen; archeologen schatten dat ze nu een paar procent van het totale complex op hebben gegraven. Het complex bij Göbekli Tepe was enorm, en het is minstens tienduizend jaar oud.

Wij, als mensheid, doen dus al zo’n tienduizend jaar aan grootschalige en complexe bouwprojecten. En we kunnen er nog steeds geen moer van. Maakt niet uit hoe zorgvuldig de begroting en de aansturing: een groot bouwpro-ject loopt altijd uit en is altijd over budget.

ICT-projecten zijn veel inge-wikkelder dan bouwprojec-ten, en we doen het pas een jaar of zestig.

Het is dus volkomen normaal dat er dingen mis-gaan bij, pak hem beet, de overgang naar een Nieuwe Uni-versitaire Werkplek Dienst (zie pagina 11).

Daarbij geldt ook nog eens dat de ICT van een universiteit stukken complexer is dan bij, pak hem beet, een bierbrou-wer of verzekeraar. Elke onderzoeker heeft zijn of haar eigen programmaatje voor het optekenen van Japanse karakters, het in ver-schillende klanken op-splitsen van vogelzang of het programmeren van de pipetteerrobot. Als iemand eenmaal hoog-leraar is, kan je niet meer zeggen dat ‘ie zijn Mac-fetisj maar thuis moet vieren. Dan zijn er ook nog wat vogelvrije

Unix-gebruikers, maar die moet je als ICT’er te vriend houden voor de momenten dat je het zelf niet meer snapt.

Houden we dan ook nog in het achterhoofd dat de oprichting van de universiteitsbrede ICT-dienst ISSC gewoon een bezuinigingsoperatie was, en dat de hardware op de universiteit soms behoorlijk verouderd is, en je zou de jongens en meisjes van het ISSC met snoep, bier en schouderklopjes willen overladen. Ze kregen van hun bazen ook nog eens een verbod om met Mare te praten, wat het ergste doet vrezen voor de werksfeer daar.

Zelfs aan een instelling waarin iedereen precies dezelfde

computer met precies de-zelfde software heeft, niemand stiekem porno downloadt op het werk en de ICT-afdeling ruimschoots voor-zien is van geld, Ben&Jerry’s en af en toe een uurtje Minecraft, heb je soms compu-terproblemen. Net als auto’s en kleine kinderen gaan ze wel eens stuk, en dat altijd op het verkeerde mo-ment. Er is na-melijk nooit een goed moment.

En als er weer eens zo’n mo-ment is – bij Mare zijn ze er minder dan vóór de komst van NUWD en ISSC, trou-wens, maar

wel altijd uitge-rekend op woens-dagmiddag, net voor de deadline – is er altijd nog één troost. Zo’n ICT-project hoeft geen tienduizend jaar mee te gaan.

Nooit meer vragenniets is lastiger in het docerend leven dan vragen stellen. Hoe maak je de perfecte meerkeuzevraag, de ultieme open vraag, het best mogelijke onderwerp voor een werkstuk? Ik hoor er bijna nooit iemand over. Facebook vult zich dezer dagen met vreugde over het einde van het semester, en klachten over het nakijkwerk, maar nooit bericht iemand over de schrijnendste pijn: die van het formuleren van een goed tentamen.

Ik durf het onderwerp nauwelijks aan de orde te stel-len: voor je het weet komt er een nieuwe regeling die alle universitaire medewerkers naar een vijfweekse verplichte cursus Question Management stuurt. (De trainer: “Waar-om spring je niet over de barrier die er staat tussen een goede vraag en jou, Marc?”)

Ik maak me ongeveer even zenuwachtig om die vragen als de studenten om hun antwoorden. Zullen de studenten ze wel begrijpen? En zijn ze tegelijkertijd niet al te simpel? Hoe krijg je het voor elkaar dat de punten van de studenten een mooie bell curve laten zien, met veel zessen en zevens, weinig onvoldoendes en weinig negens?

Wanneer ik dood ben en niet voldoende braaf geweest, word ik vast naar de onderwereld gestuurd waar ik tot het einde der tijden moet surveilleren over tentamens die ik zelf heb opgesteld. Ik zie de studenten fronsend naar het papier kijken en duizenden jaren lang hun hoofd schud-den. Ergens halverwege de eeuwigheid komen de mees-ten hun voorbedrukte papier inleveren. Ik kijk ernaar en zie: ze hebben niets ingevuld. Ja, eentje heeft bij één vraag een onjuist antwoord gegeven en verder achter ieder an-der vraagnummer een vraagteken gezet.

ondertussen fronsen hun studiegenoten nog een halve eeuwigheid verder om het tentamen pas in te leveren wan-neer de laatste klaroenstoten geklonken hebben.

Mondelinge tentamens zijn wat dat betreft beter: je kunt een vraag nog wat toelichten, of zelfs besluiten hem hele-maal terug te trekken. Je kunt net doen alsof je de fout die je hebt gemaakt in je vraag, niet echt zo bedoelde. Je kunt hopen dat de studente die zo streng naar je zit te kijken, een beetje ontdooit en alsnog een goed antwoord geeft.

Maar het zwaarst is de promotie. Je leest het proefschrift en moet daar drie vragen voor formuleren: één die je in ieder geval moet stellen, één voor wanneer iemand anders dezelfde vraag gesteld heeft, één voor wanneer er nog tijd over is omdat de anders zo spraakzame kandidaat ineens alleen nog maar ja en nee weet te stamelen.

De buitenstaander denkt dat het er niet eens toe doet wát je vraagt: de kandidaat kan toch niet zakken op een slecht antwoord. Maar je wil wel een serieuze vraag stel-len én de kandidaat niet laten afgaan tegenover de familie die met nieuwe vrolijke jurkjes van Desigual en gel in het haar op de eerste rij zit te glimmen. Dus moet je een vraag stellen waarvan iedereen die hem hoort denkt: ‘oei!’ Be-halve de kandidaat, die meteen ziet wat het antwoord is.

Zelfs dat kan misgaan. Eén keer had ik voor een kandi-daat die altijd nogal onzeker was expres een heel door-zichtige vraag gemaakt die ik begeleid met welgemeende lofprijzingen zelfverzekerd stelde. Ik zal nooit de grote ogen vergeten die de kandidaat opzette, de opengevallen mand, de diepgevoelde angst: zo simpel kon een vraag niet zijn, daar moest een valstrik in zitten.

Had ik toen geen ander werk moeten zoeken? Zie je, ik kan wel prima vragen stellen – aan mezelf.

Marc van oostendorpis hoogleraar fonologische microvariatie

2 Mare · 19 juni 2014

Column

Colofon

Geen commentaar

Page 3: Mare 32 (37)

Door Petra Meijer ‘Rond de bomen wordt een grote boomhut gebouwd, met daarin een tentje met biologische pizza’s en fruitshakes. Daarnaast komt de bow-lingbaan en hier vooraan het zwembad’, zegt Céline Lemoine van de lustrumcom-missie van Minerva. Op het voormalige ROC-terrein aan de Toussaintkade zijn de voorbereidingen voor het lustrum in volle gang. Van 27 juni tot 11 juli viert de vereniging er haar 200-jarig bestaan. ‘Ei-genlijk hoef je als Minervalid niet meer op vakantie. Het idee is dat je je hier twee weken lang prima kunt vermaken.’

Het voormalige schoolgebouw is ont-zettend groot, dus er zijn veel verschil-lende zalen. ‘Huizen en verbanden kon-den zelf een plan ontwerpen voor een

Gekleurd communicerenPsychologe onderzoekt communicatie rond omstreden project

Het opslaan van CO2 onder een woonwijk in Barendrecht stuitte vier jaar geleden op weerstand. Psychologe Gerdien de Vries onder-zocht hoe daarover werd gecommuniceerd. ‘Eerlijk duurt blijkbaar toch het langst.’

Door Vincent Bongers ‘Ik ben opge-lucht voor alle Barendrechters’, zei Corrie Righolt, de CDA-fractievoor-zitter in Barendrecht op 4 november 2010. ‘Alle vlaggen gaan hier bin-nenkort uit.’ Shell wilde kooldioxide (CO₂) opslaan onder een woonwijk, maar de bewoners vreesden voor hun veiligheid, kwamen in opstand en het project sneuvelde. Righolt zei destijds tegen het Radio 1 Journaal dat het ministerie van Economische Zaken en Shell de communicatie an-ders hadden moeten aanpakken. ‘Dit moet echt een leermoment zijn. De

bevolking is tegenwoordig mondig en deskundig en dat was even ver-geten.’

Psychologe Gerdien de Vries pro-moveerde gisteren op een onderzoek naar de valkuilen die er zijn bij het informeren over CO₂-opslag. ‘Ik heb gekeken naar schriftelijke commu-nicatie, bijvoorbeeld naar emphasis framing: gekleurd communiceren. De schrijver legt dan de nadruk op bepaalde voor- of nadelen. Effectief voor de korte termijn: je kunt de me-ning van mensen vormen. Maar op de lange termijn werkt het minder goed, omdat het wordt gezien als manipu-latief. We hebben experimenten met nieuwsartikelen gedaan. De proef-personen kregen een stuk met een alinea uitleg over wat CO₂-opslag is. Daarna volgde een alinea met in het ene geval alleen maar voordelen en in het andere geval alleen maar na-delen. Ook lieten we ze artikelen le-zen met zowel voor- als nadelen. Wat bleek: als mensen een heel eenzijdig

verhaal lezen, gaan ze misschien po-sitiever denken, maar ze hebben ook door dat ze worden gemanipuleerd. Dat vinden ze niet leuk.’

Maar vinden ze het ook onaccep-tabel? ‘Dat hangt van de bron af. Als het bericht van een persbureau komt niet: dat moet objectief zijn. Als de bron de website van een oliemaat-schappij is, dan verwacht de lezer een gekleurde boodschap en werd het niet in grotere mate onaccepta-bel gevonden.’

Een van de communicatiestrate-gieën is zoveel mogelijk informatie geven. Dan zit er altijd wel een argu-ment bij waardoor de lezer overtuigd raakt van de voor- of nadelen. ‘Maar dat blijkt niet op te gaan als een deel van de informatie niet relevant is. Ik heb verschillende teksten gemaakt over CO₂-opslag. Bijvoorbeeld tekst A heeft een heel relevante bood-schap: het is goed voor het milieu. Tekst B had precies dezelfde bood-schap, maar samen met irrelevante

informatie. Het blijkt dat de tekst met alleen relevante informatie over-tuigender is. Irrelevante informatie werkt verdunnend. Ik heb dezelfde test ook gedaan met een combina-tie van de boodschap met daarnaast minder relevante informatie. Dan treedt dat verdunningseffect niet op.’

Zowel voor als tegenstanders ge-bruikten in Barendrecht deze strate-gieën. ‘In Barendrecht kwam er van beide kanten gekleurde informatie. Ik weet niet of het een bewuste tac-tiek is maar tegenstanders, zoals de actiegroep CO₂=NEE, gebruiken meer emotie in hun communicatie. Dat is niet zo gek omdat het hen zelf direct aangaat; het wel bekende not in my backyard-effect.’

De psychologe is ook geïnteres-seerd in de pogingen van oliemaat-schappijen om groen over te komen. ‘In 2000 startte oliebedrijf BP een campagne om zijn imago te veran-deren. Het logo werd een zonnetje, de slogan werd “Beyond Petroleum”.

Milieu en duurzaamheid werden hun kernpunten volgens de reclames. Ze dachten dat ze daar een positief imago door zouden krijgen bij de consument. Dat werkte niet omdat het bedrijf iets van 95 procent van het budget besteed aan het winnen van fossiele brandstoffen. Ze kregen van Greenpeace een Greenwash Award voor die campagne. Je groener voor doen dan je bent, dat wekt wantrou-wen op bij mensen.

‘Ik heb websites gemaakt voor nep-oliemaatschappijen waarop valt te lezen dat er ook economische motieven zijn voor CO₂-opslag. Dat vinden de proefpersonen eerlijker en het ligt in de lijn van hun verwachtin-gen. Dat maakt het meer acceptabel. Als op een site staat dat het allemaal draait om een schonere wereld dan denkt de lezer juist sneller: het gaat om geld.

Eerlijkheid duurt blijkbaar toch langst. De schade is groter als je als bedrijf dingen achterhoudt.’

Minervanen hoeven niet met vakantievan de zalen. Daarbij was niet alleen het design belangrijk, er moest ook nage-dacht worden over de inzet van perso-neel en het kostenplaatje. Uiteindelijk hebben we voor elke zaal het beste plan gekozen’, vertelt Lemoine.

In de grote zaal is The Cave nage-bouwd, met stalactieten aan het plafond en een verlichte bar. Minervahuis het Wallon bouwde een après-skibar van glazen blokken, Rap120 en het Plant-soen werken aan een hiphopbar met een muur van oude videobanden. Het pand biedt verder onderdak aan een casino, een bioscoop, een groot restau-rant, een sushibar, in de kelder een soort Hifi met een heuse waterval en diverse snackzalen. Lemoine: ‘Ook leuk is de

piraten-wc, die moesten de mannen per se hebben. Het piratenschip bestaat aan elkaar geschakelde badkuipen waar je in kunt plassen. Hoe dat schoon blijft? Ik denk dat we de brandslang er elke dag even op moeten zetten.’

Wie over het terrein loopt kan niet anders dan onder de indruk zijn. Le-moine lacht. ‘Het was wel veel werk. Onze commissie is een jaar fulltime bezig. Het thema bedachten we tijdens een weekje weg in Spanje, het werd ‘paradox’. Om alles een paradoxale uitstraling te geven zijn de gangen ge-kanteld en hebben we een ingang die bestaat uit trappen die van alle kanten komen. De muren zijn beschilderd met Escher-tekeningen die in elkaar over-

lopen en oplichten in blacklight. In de grote zaal hangen ook een aantal klok-ken. De middelste staat stil op vier voor half zes – dit tijdstip staat onder Mi-nervanen bekend als borreltijd – en de andere klokken tikken versneld verder, waardoor een gevoel van tijdloosheid ontstaat.’

Ondertussen loopt er een klein meisje met een enorme ladder op haar schou-ders de trap op. Het is opvallend dat de leden bijna alles zelf opbouwen. De eerstejaars doen veel klussen, de oude-rejaars geven vaak leiding aan subcom-missies. Schattige meisjes hanteren zon-der blikken of blozen grote cirkelzagen en timmeren meubels van steigerhout in elkaar.

‘Ik kon nog niet echt goed klussen, maar je leert het gaandeweg’, zegt Bart Woltjes van de terreincommissie. ‘Ge-lukkig hebben we elke dag een leger eerstejaars die we aan het werk mogen zetten’, zegt zijn commissiegenoot Pe-pijn Hamer. De heren zijn bezig met het bouwen van een geluidsluis. ‘Het hele pand is geïsoleerd met glaswol en gips-platen: in totaal 35 centimeter dik. Deze deur was niet dik genoeg, dus bouwen we er een geluidsluis omheen’, zegt Woltjes. Hamer: ‘De glaswol bezorgt me wel echt nachtmerries.’ op 3 juli is iedereen tijdens de stads-dag welkom om het lustrumterrein te komen bekijken.

Toen het oliebedrijf BP het imago probeerde te veranderen met de slogan ‘Beyond Petroleum’ werd hun nieuwe logo meteen door Greenpeace en andere milieuactivisten bewerkt.

Foto’s Taco van der Eb

19 juni 2014 · Mare 3

Mensen

Frutti di Mare

Page 4: Mare 32 (37)

Elf dubbele hooglerarenElf hoogleraren ontvingen vorige week een dubbelbenoeming bij de Universi-teit Leiden, de Technische Universiteit Delft en de Erasmus Universiteit Rotter-dam. De medische kennis uit Leiden en Rotterdam wordt zo gecombineerd met de technologische kennis uit Delft. In een oratiemarathon lichtten de hoog-leraren hun bijdrage aan de medische technologie toe. Dat gebeurde tijdens de vierde editie van het evenement MedTechWest, ditmaal gehouden bij de TU Delft. De elf zijn de eerste lich-ting hoogleraren met een dubbelbe-noeming van Medical Delta. Daarin zijn de universiteiten, medisch centra, overheden en nog een aantal regionale partners van Leiden, Delft en Rotterdam verenigd.

StudentenideeënOp initiatief van het Leids Universitair Studentenplatform hebben vijftig Leidse studenten op 11 juni de mogelijkheid gehad hun ideeën en verbeteringen te delen met vice-rectormagnificus Simone Buitendijk. Er werd gebrainstormd over internationalisering, de arbeidsmarkt en de studie-omgeving.

Wat betreft internationalisering stelden de studenten een zwaardere taaltoets Engels voor docenten voor. Ook willen zij meer voorlichting over en kansen om te studeren in het buitenland en één stan-daard voor studieprestaties. Studenten stelden voor om een app te ontwikkelen waarin roosters van verschillende oplei-dingen opgezocht en vergeleken kunnen worden. Ook willen zij een app waarin opgezocht kan worden of er nog compu-terplekken vrij zijn, aangezien de zalen vaak vol zitten.

Cleveringa-hoogleraarDe Amerikaanse historica en Japa-nologe Carol Gluck is verkozen tot de nieuwe Cleveringa-hoogleraar voor het jaar 2014-2015. Zij zal op 26 november de Cleveringa-oratie houden. Ook zal zij een werkcollege geven aan studenten van het honours college. Gluck (1941) is hoogleraar geschiedenis aan Colombia University en doet onderzoek naar mo-dern Japan en Oost-Azië. In haar oratie zal zij uiteenzetten hoe men zich in Azië de Tweede Wereldoorlog herinnert. Er spelen in Azië nog allerlei slepende kwesties, zo-als de vraag naar Japanse excuses voor hun daden tijdens de oorlog.

Minerva doneert53.392 euro verzamelde Minerva in de afgelopen vijf jaar voor een donatie aan het LUMC Kankerfonds. Daarmee kun-nen twee zogeheten Minerva Student-fellows een jaar aan het werk voor het onderzoek van hoogleraar hematologie Fred Falkenburg, naar leukemie, lymf-klierkanker en de ziekte van Kahler. Mi-nerva werkt sinds 2009 samen met KWF Kankerbestrijding. De cheque werd afge-lopen vrijdag aan Falkenburg overhan-digd door studenten in laboratoriumjas-sen waarop de getallen van het bedrag stonden. De twee vacatures komen deze zomer op de LUMC-website.

Rectificaties Camille Steens (20) en Robin Vroom (19), studenten van het university college, verklaarden vorige week een brief heb-ben gevonden van William Franklin, de zoon van de beroemde Amerikaanse wetenschapper Benjamin Franklin.

Het nieuws (ook in Mare 31 gebracht) bleek nep en onderdeel van een onder-zoeksproject gelinkt aan de tentoonstel-ling ‘Books, Crooks and Readers: the Seduction of Forgery’ van de Leidse Uni-versiteitsbibliotheek.

Benjamin Franklin was zelf ook een behendige vervalser van verhalen. Met het project wilden de studenten probe-ren of deze vervalsingen ook in de hui-dige tijd mogelijk zijn.

In Mare 31 is de ingezonden brief No-belprijswinnaars van Ronald E. Kon per abuis ondertekend met ‘oud-medewer-ker Midden-Oostenstudies’. Dhr. Kon is nog gewoon in dienst bij de universiteit.

Geen verder onderzoek leenstelselMotie van zes partijen weggestemdDinsdag werd in de Tweede Kamer een motie verworpen waarin zes partijen minister Bussemaker van Onderwijs opriepen om verder onderzoek te doen naar de gevol-gen van het invoeren van het sociaal leenstelsel.

DooR VinCEnt BongERS In 2015 wordt de basisbeurs afgeschaft en moeten alle nieuwe bachelor- en masterstu-denten gaan lenen. Regeringspar-tijen PvdA en VVD sloten vorige week een deal over het stelsel met oppositiepartijen D66 en Groen-Links, waardoor het kabinet ook een meerderheid in de Eerste Kamer heeft voor het plan.

Het CDA is tegen het leenstelsel. De partij vindt dat het afschaffen van de beurs de drempel om te gaan

studeren verhoogt. Michel Rog, woordvoerder hoger onderwijs van het CDA, diende vorige week een motie in waarin hij Bussemaker op-roept verder onderzoek te doen naar de ‘financiële gevolgen van het leen-stelsel en de gedragseffecten op de deelname aan het hoger onderwijs.’

Rog wil meer onderzoek naar de totale schuldopbouw van studenten ‘waarbij rekening wordt gehouden met verschillende inkomens en het wel of niet ontvangen van een aan-vullende beurs.’

Ook wil de partij meer weten over de ‘effecten van het leenstelsel op de rijksbegroting.’ De motie van het CDA werd ook ondertekend door de ChristenUnie, SP, PVV, PvdD en 50Plus. Een meerderheid in de Ka-mer stemde echter tegen.

Vorige week donderdag tijdens het debat over het leenstelsel kraakte Rog het door het Centraal Plan Bu-

reau (CPB) in opdracht van het mi-nisterie van Onderwijs uitgevoerde onderzoek naar het leenstelsel. De minister heeft het CPB ‘laten gok-ken hoe hoog de studieschuld ge-middeld zal worden’, aldus Rog. ‘Ge-middeld zal de schuld 24.000 euro zijn en niet 21.000 zoals het CPB berekend heeft.’

Volgens Rog hebben studenten uit de middeninkomens veel meer te lij-den onder het stelsel dan naar voren komt in het rapport van het CPB. ‘De allerlaagste inkomensgroepen bouwen zeer beperkte schulden op, bijvoorbeeld maar 8.000 euro. Dat betekent dat het reëel is om te veronderstellen dat de gewone mid-dengroep met uitwonende studen-ten, en dat is de grootste groep, met schulden rond de 32.000 euro zal kampen.’

Bussemaker had eerder op haar blog op de website van het ministe-

rie hard uitgehaald naar tegenstan-ders van het stelsel. Er is geen en-kele reden om studenten leenangst aan te jagen, vindt Bussemaker. Ze noemt de kritiek ‘spookverhalen en bangmakerij.’

‘Dezelfde bangmakerij zie je op het thema toegankelijkheid. Dat bekt allemaal wel lekker en je haalt er de krant mee, maar het is volledig verzonnen.’

De minister liet dan ook tijdens het debat weten geen verder onder-zoek te doen naar het leenstelsel. Naast het onderzoek van het CPB zijn er nog meer rapporten over de mogelijke gevolgen van het leenstel-sel. Bussemaker tijdens het debat: ‘We kunnen elkaar met al deze on-derzoeken, en eventuele nieuwe on-derzoeken, wel helemaal gek maken. Maar naar mijn idee hebben we nu al de beschikking over het best denk-bare dat je kunt verzamelen.’

Moocs zijn nog vooral visitekaartjesHoeveel zijn online collegereeksen (moocs) waard? Accreditatieclub NVAO boog zich erover in een rap-port.

Steeds meer universiteiten, waaron-der die van Leiden, organiseren mas-sale online open colleges (moocs). De belangstelling is groot: Stanford trok zo’n 160.000 studenten naar de vir-tuele collegezaal voor een inleidende cursus kunstmatige intelligentie. De eerste Leidse mooc, door hoogleraar Europees recht Stefaan Van den Bo-gaert, trok 40.000 studenten, daarvan deden er meer dan 3000 examen.  De Nederlands-Vlaamse Accredi-tatie Organisatie – de club die be-paalt of opleidingen goed genoeg zijn – bracht deze maand een rap-port over moocs uit. De NVAO gaat over hele opleidingen en niet over vakken, maar toch zetten ze er een boompje over op. Als er steeds meer van die online vakken komen en studenten ze meer gaan volgen, wordt de vraag wat zo’n mooc precies waard is namelijk steeds relevanter. Kun je er studiepunten mee verdie-nen, of vrijstelling voor een vak? Wat moeten opleidingen ermee? Dat hangt er een beetje van af wat er gebeurt. Een student die vrijstel-ling vraagt, zal dat soms wel en soms niet kunnen krijgen, net zoals dat voor niet-online vakken geldt. Dat is grotendeels business as usual voor de opleidingscommissies, net zoals een docent die moocs als huiswerk opgeeft voor de werkcolleges. ‘Dat laatste gebeurt al. Het wordt echter pas echt spannend als een opleiding een compleet vak vervangt door een mooc, en dus zelf geen docent meer aanstelt. Maar dat gebeurt nu nog niet, en het zou ook een grote stap

zijn’, aldus Marja Verstelle, mooc-expert van het Centre for Innova-tion van de Universiteit Leiden. Verstelle: ‘Nog niet business as usual is de vraag of jij zelf de mooc hebt gehaald en of je dat zonder hulp hebt gedaan. Daarvoor kun je als stu-dent tegen betaling je online laten authenticeren en surveilleren, dat gebeurt steeds meer. De systemen daarvoor zijn nog niet waterdicht maar de ontwikkelingen gaan snel.’

Veel moocs zijn vooral visitekaartjes voor universiteiten, maar in potentie zouden ze een grotere rol in het on-derwijs kunnen spelen. De Universi-teit Leiden experimenteert daar ook mee: het vak Challenges in Global Af-fairs combineert drie moocs met een afsluitende opdracht. ‘Zoiets komt in de buurt van een vijfpuntsvak. Dit vak draait nu, dus volgens jaar kunnen we kijken wat het certifi-caat in de praktijk waard zal blijken.’

Kortom, een complete opleiding bij elkaar moocen zit er voorlopig nog lang niet in. ‘Het lijkt niet waar-schijnlijk dat moocs op afzienbare tijd onderwerp van accreditatie gaan worden’, schrijft de NVAO dan ook. Ook de wetgever steekt daar voor-alsnog een stokje voor: het zogehe-ten ‘vestigingsplaatsbeginsel’ stelt dat maximaal een derde van een oplei-ding buiten de vestigingsplaats mag worden verzorgd. BB

Korting facultaire budgetten niet zekerHet is nog lang niet zeker dat de faculteiten en diensten vanaf 2017 relatief minder geld krijgen. In de financiële planning voor de jaren 2015-2018, de zogeheten kaderno-ta, staat dat wel.

De universiteitsraad maakte zich zorgen over de voorgenomen be-sparingen. Het college liet onlangs tijdens de raadsvergadering weten dat de bezuiniging nog niet vast ligt.

De universiteit is zo succesvol dat volgens het universitaire geldtoewij-zingssysteem AEG de budgetten van de faculteiten flink moeten stijgen. Maar het college van bestuur past een budgetfactor toe, omdat er niet genoeg geld binnen komt van het mi-nisterie van Onderwijs. Faculteiten krijgen drie procent minder budget dan waar ze op basis van hun onder-wijsprestaties recht op hebben.

In de Kadernota staat dus dat de

budgetfactor omhoog gaat vanaf 2017. Marc Hogenhuis van studen-tenpartij LVS tijdens de vergadering maakte zich tijdens de universiteits-raadvergadering zorgen over de bud-getfactor. Hogenhuis: ‘Vooral ook vanwege de hogere werkdruk voor medewerkers omdat zij meer moeten doen met relatief minder geld.’

Vicecollegevoorzitter Willem te Beest reageerde: ‘De budgetfactor is nog niet verhoogd. We laten in de

kadernota zien wat er mogelijk gaat gebeuren in de nabije toekomst. Als we verder kijken, dus naar 2017 en later, en het budget voor onderwijs en wetenschap groeit niet voldoende, dan moeten we intern meer geld ver-delen dan we hebben. En dan volgt een verhoging van de budgetfactor. Het zou goed kunnen dat het hele-maal niet hoeft. Er is bijvoorbeeld nog van alles mogelijk wat betreft beleid uit Den Haag.’ VB

4 Mare · 19 juni 2014

Nieuws

Page 5: Mare 32 (37)

De huisbaas in je slaapkamerNalatige verhuurder brengt studenten in de problemen

Na conflicten met de huisbaas star-ten studenten een Facebook-actie. ‘Hij mag helemaal niet onaange-kondigd in je kamer komen.’

Door Marleen van Wesel ‘Ik struikel elke dag over loszittende stukken vloer bij de trap’, vertelt een bewo-ner van een studentenhuis in hartje centrum. ‘Langs de badkamerdeur sijpelt vocht de rest van het huis in, er groeien paddenstoelen en som-mige oud-huisgenoten wachten al vier maanden op hun borg.’

Pas écht bont maakte verhuurder Zaalberg Makelaardij het toen het studentenhuis een brief ontving van de deurwaarder, namens de waterle-verancier. ‘Hij beweerde dat hij het geregeld had, maar op Omroep West zagen we later dat hij nog moest be-talen. Terwijl ónze huur inclusief is.’ Een afsluiting werd afgewend, maar het is al vaker voorgevallen, vertelt de huisoudste: ‘Ik, ouwe lul, heb alles wat afgesloten kan worden al wel meegemaakt: water, elektriciteit, gas. Meestal duurde dat twee, drie dagen.’

De regionale omroep besteedde vorige week aandacht aan de prak-tijken van de huisbaas, nadat een be-woner van een ander huis, Mike van Doorn, de Facebook-actie Stop Zaal-berg was gestart. De pagina is inmid-dels uit de lucht, en Van Doorn is in gesprek met Zaalberg.

Verhuisplannen hebben de bewo-ners van het paddenstoelenhuis ech-ter niet, vertellen ze terwijl het huise-ten wordt afgeruimd. ‘We hebben het ook enorm gezellig. Dat checkt hij trouwens regelmatig, des te minder bonje willen we met hem.’ Dat werkt: hoewel in de contracten staat dat de bewoners geen koelkast mogen, is de controle bij hen minder streng. ‘Wij hebben ook geen loszittende toilet-potten, zoals we bij Omroep West zagen. Maar in het verleden was het hier ook slechter’, vertelt een bewo-ner. Een huisgenoot vervolgt: ‘Klus-jes doet hij pas na lang aandringen. Van een raam dat eruit viel hadden we al vaak gemeld dat het loszat. En altijd op de goedkoopste manier, met een kneuzige feutenklusjesman, of hij doet het zelf.’

‘Kwam hij op mijn kamer zijn

klusbroek aantrekken. Hij stond ook eens na één keer kloppen direct op mijn kamer toen ik in bed lag’, vertelt een meisje. ‘We krijgen áltijd zelf de schuld’, vertelt de huisoudste. ‘Omdat je wel eens horrorverhalen hoort over oude ketels, hadden we een koolmonoxidemeter aange-schaft, die al snel afging. Brandweer op de stoep, hectisch gedoe. Zelfs toen zei hij: “Jullie hebben vast ex-pres staan roken voor dat ding.”’

De ChristenUnie stelde vorig jaar een Zwartboek Huurleed samen, dat in elk geval leidde tot strengere regels voor huurbemiddelingsbu-reaus. ‘Die gaan over twee weken in’, vertelt CU-gemeenteraadslid Mart Keuning. Huisbazen zijn nog niet aangepakt. Keuning: ‘Niet dat we de taak van de huurcommissie willen overnemen, maar er zijn nu eenmaal kwesties waarbij je niet zes weken of langer kunt wachten op een reactie. Dan zou de gemeente moeten kun-nen ingrijpen.’ Het is een agenda-punt voor de volgende vergadering van de Raadscommissie Leefbaar-heid. De SP heeft inmiddels schrif-telijke raadsvragen gesteld. ‘De SP

heeft al eerder klachten over Zaal-berg ontvangen’, laat raadslid Han Dirks weten. ‘Als er wantoestanden zijn – en die zijn er, willen we daar een stokje voor steken. Daarbij zijn de belangen van de zittende huur-ders belangrijk, want voor hen zijn er tien anderen. Het is een thema dat breed gedeeld wordt. Studenten mogen geen slachtoffer worden van schaarste op de kamermarkt.’

‘Ik zou graag goed, gedecideerd antwoord willen geven. Uitleggen dat ze ramen open laten staan bij storm, die er dan uitwaaien, en dat ik te allen tijde klop voor ik binnen-kom’, reageert Hans Zaalberg kort. Daar heeft hij voor het ter perse gaan van deze Mare echter geen tijd voor, zegt hij. ‘Maar onzin zal fel be-streden worden door mijn advocaat. Mensen hebben onder druk verkla-ringen afgelegd.’

‘Een huisbaas mág helemaal niet onaangekondigd in je kamer ko-men, dus bel gewoon de politie als dat gebeurt’, zegt Keuning. ‘Bij drei-gende afsluiting kun je in elk geval de huurcommissie bellen, maar con-tacteer ook even de gemeente.’ ‘Maar

in ons contract staat dat we niet naar de huurcommissie mogen stappen’, vertelt de huisoudste aan de eettafel. Ze zijn al wel bij het Juridisch Loket geweest. ‘Daar kregen we niet gek veel van de grond. Bovendien zijn we momenteel op een oké level met hem. Je ziet bij andere huizen hoe ver hij zou kunnen gaan na een ju-ridisch geschil.’

De paddenstoel in de badkamer

Theepottencollectie verdwijnt door verbouwingVolgende week sluit de koffiekamer van het Matthias de Vrieshof 4 voor een grootschalige verbouwing. Er komen aparte hoekjes om te over-leggen, te studeren en te loungen. Maar voor de verzameling thee- en koffiepotjes van koffiejuffrouw Mieke Vos is geen plek meer, en ook de gordijntjes moesten weg.

‘Het leek hier op een gezellige huis-kamer. Nu wordt het heel steriel. Dit gebeurt toch wel een beetje met pijn in mijn hart’, zegt Mieke.

Het begon allemaal met een en-kele koffiemolen. Daarna kocht Mieke wat thee- en koffiepotjes in de kringloopwinkel en voor ze het wist bracht iedereen theepotjes voor haar mee. De verzameling groeide snel, op het laatst was bijna elk plekje van de muur bedekt.

‘En toen hoorde ik dat ze de kan-tine gaan verbouwen. Er komt een vitrinekast voor de mooiste theepot-jes, maar het merendeel moet weg. Ik heb al acht dozen vol staan en heb er

al veel via Marktplaats verkocht.’ In-middels zijn de muren kaal en wit en ook de gordijnen zijn al weggehaald. ‘Die gordijnen zijn nog gesponsord door verschillende vakgroepen’, al-dus Mieke.

‘Het ziet er maar kaal uit, vind je niet?,’ zegt huismeester Hanneke Vos, die tevens de zus van Mieke is. ‘Er komen allemaal kleine tafeltjes en stoelen. Daar gaan de studenten natuurlijk mee lopen slepen.’ Ze wijst naar de grote tafels. ‘Hiermee kan dat niet. Ook als je elkaar niet kent, be-land je aan dezelfde tafel. Dat is juist hartstikke leuk.’

Hanneke laat de tekeningen zien. ‘Alles wordt appeltjesgroen, dat is blijkbaar de kleur van de universiteit.’ Volgens Hanneke en Mieke vinden de meeste klanten het jammer dat de koffiekamer verbouwd wordt. Zo ook studenten Midden-Oosten Stu-dies Anne Drijvers en Sabine Baër. ‘Het huiskamereffect was juist zo charmant,’ zegt Drijvers.

Toch lijkt de verbouwing niet uit

de lucht te komen vallen. Uit de eva-luatie Werk en Onderwijsomgeving van het WSD-complex blijkt dat me-dewerkers de sfeer en het interieur slecht beoordeelden. ‘Logisch’, zegt Drijvers. ‘Die stoelen zitten niet lek-ker en zien er niet uit. We zijn niet tegen vernieuwing, maar het zou wel leuk zijn als het karakter van de kof-fiekamer behouden blijft.’

Volgens Hanneke wordt de kof-fiekamer naar voorbeeld van het literair café verbouwd. ‘Met mooie dure smaken. Dan krijgen we latte macchiato en wat al niet meer.’ Mieke heeft een dubbel gevoel bij de ver-bouwing. ‘Ik vind het jammer, maar ook leuk om dit nog te mogen pro-beren. Er komt nieuwe apparatuur en een uitgebreid assortiment. De openingstijden worden verruimd en ik krijg er een collega bij. Daar ben ik ontzettend blij mee. Maar dat komt natuurlijk ook met een prijs. Koffie of een krentenbol koop je hier voor 56 cent. De goedkoopste koffie wordt straks 1,30 euro.’ PM

Voor de thee- en koffiepotten van Mieke Vos is na de verbouwing geen plaats meer. Foto Taco van der Eb

Laatinschrijvers zijn welkomOfficieel moesten de aankomende eerstejaars zich voor 1 mei in-schrijven, zodat ze een studiekeu-zecheck konden maken. Wie te laat was, vindt echter geen gesloten deuren in Leiden.

Sinds 1 mei zijn er nog negendui-zend inschrijvingen voor bachelo-ropleidingen binnengekomen, volgens de cijfers van universiteits-koepel VSNU. De teller stond daar-mee vorige week op 67.814 inschrij-vingen, bijna vijfduizend meer dan vorig jaar in augustus.

Die negenduizend sjaarzen zijn te laat: de officiële deadline voor inschrijving was namelijk 1 mei. Universiteiten moeten dit jaar een studiekeuzecheck doen, waarin ge-

keken wordt of studie en student wel bij elkaar passen, en of de verwach-tingen kloppen. Drie op de tien stu-denten maakt hun studie niet af, dus er valt wat te winnen voor univer-siteit, student en belastingbetaler. Vooraf klonk er dan ook dreigende taal: je moest op 1 mei aangemeld zijn, anders kreeg je geen studiekeu-zecheck en had de universiteit het recht je te weigeren.

Gelukkig voor die negenduizend en alle eerstejaars die zich nog later zullen inschrijven, wordt de soep niet zo heet gegeten als hij werd opgediend. ‘We willen graag dat studenten een weloverwogen keuze maken. Als ze daar wat langer voor nodig hebben, doen we daar niet moeilijk over; zeker niet in een over-

gangsjaar’, aldus universiteitsvoor-lichter Caroline van Overbeeke. Studenten die te laat zijn, kunnen ook gewoon een studiekeuzecheck doen. Van Overbeeke: ‘We zijn ook niet van plan om dat volgend jaar anders te doen. Althans, dat is op dit moment de stand van zaken.’

Portefeuillehouder onderwijs Prof. Bernard Steunenberg van Campus Den Haag vindt het mooi dat zoveel studenten zich wèl voor 1 mei inschreven. ‘Maar wie zich na 1 mei heeft ingeschreven, doet gewoon mee. We hebben in Leiden afgesproken daar mild in te zijn.’

Steunenberg: ‘We zoeken ook uit wat aspirant-studenten die zich in-schrijven nou later tot succesvolle studenten maakt. Misschien dat we

later extra maatregelen gaan nemen om laatinschrijvers beter te begelei-den. Als een student lang heeft lo-pen piekeren over de keuze, zou het kunnen dat hij of zij de verkeerde keuze maakt. Die maatregelen zijn nu echter nog niet aan de orde.’

Zijn collega bij Geestesweten-schappen, prof. Heleen Murre – Van den Berg, benadrukt dat het nog te vroeg is om echt iets over de check te melden. ‘De eerste ervaringen wa-ren positief, maar pas over een paar maanden - eigenlijk pas volgend jaar na de BSA’s - kan echt gezegd wor-den of het project als geheel goed gelopen is. Niet alleen praktisch, maar ook inhoudelijk: heeft het ge-daan wat het moet doen, namelijk aankomende studenten helpen een

goede studiekeuze te maken?’Niet alle universiteiten zijn zo

gastvrij als Leiden. De Universiteit Utrecht meldt op haar website dat je alleen nog binnenkomt als je voor een lotingstudie werd uitgeloot of een negatief BSA hebt gekregen bij een andere opleiding. De rechtenfa-culteit in Rotterdam heeft op 2 mei de deuren voor de deeltijd-bachelor gesloten. Andere universiteiten wij-zen er nadrukkelijk op dat ze kandi-daten die een slechte match blijken te hebben, mogen wegsturen.

Krijgt Leiden dan relatief meer deadlinemissers en afdankertjes? Van Overbeeke: ‘Dat ze zich wat later inschrijven, hoeft echt niet te betekenen dat het slechte studenten zijn.’ BB

19 juni 2014 · Mare 5

Nieuws

Page 6: Mare 32 (37)

> Vervolg van de voorpagina

Na het maischen kookt hij het bier op om het steriel te krijgen. De ge-kookte prut moet gefilterd en zo snel mogelijk afgekoeld; Ter Braak gebruikt een zelfgemaakte filter en een koelinstallatie van afgedankte lab-apparatuur. Als ’t eenmaal koud is, kan er gist bij. Je kan allerlei gist-stammen online kopen, ruilen met andere bierliefhebbers of simpelweg halen uit flesjes speciaalbier die op de fles gisten. Als het gist er eenmaal inzit, moet een paar uur later het borrelen beginnen. Als het goed is.

Drie dagen later lijkt het Mare-bier nog steeds levenloos. De plastic deksel staat zelfs hol. Wat is er mis? Was het suikerwater of mijn gistpapje te heet, en heb ik de gistcellen doodgekookt? Is er door een meetblunder teveel sui-ker of te weinig water toegevoegd, en is mijn gist verlept als sla onder een mierzoete dressing? In het eerste ge-val zou de boel te redden moeten zijn door een nieuw zakje gist te kopen. En als dat niet lukt, hoe spoel je dan het makkelijkste negen liter proto-bier door de plee?

Ter Braak: ‘Deze lichting begon vrij-wel direct heel heftig te borrelen. Ik vroeg me zelfs af of het wel veilig was om in deze kamer te blijven slapen; of ik niet een CO2-vergiftiging zou oplopen.

‘Toen ben ik eens gaan rekenen. Het bleek uiteindelijk wel mee te vallen; van een complete batch komt ongeveer 600 liter kooldioxide af, in de loop van een week.’

Ervan a� lijven is het moeilijkste je nou toch die dopjes op de flesjes krijgt. Dat is wel echt het minst inte-ressante van het bierbrouwen.’

Vervolgens breekt de fase aan die Brewferm als ‘wellicht het moeilijk-ste onderdeel van het thuisbrouwen’ aanduidt. Je bier zit in de fles, in de koelkast, en je moet er zes tot acht weken vanaf blijven, zodat het bier kan rijpen.

Tijdens Spanje-Nederland is het eindelijk zover. Zes flesjes gaan mee naar het clubhuis. Heb ik bier gebrou-wen, of is er toch ergens een bacterie ingekomen en zit ik nu met ander-half krat gebottelde azijn? Om ze bij te laten komen van de reis, zet ik ze in de koelkast, achter het gewone pils.Tijdens de tweede helft klinkt ineens een verbaasd ‘Hé, er zit drop in mijn bier.’ Het gewone bier is op, en men is dieper in de koelkast beland. De aanwezigen hebben al drie flesjes op-gedronken, schijnbaar zonder te mer-ken dat er iets anders in zat. Goed nieuws: dan is het in elk geval geen zure pis geworden.

Tussen de doelpunten in nog snel een flesje uit de koelkast gered, en in-geschonken. Het is troebel bier; wat donkerder dan Duvel omdat ik alleen nog rietsuiker in huis had tijdens het opkoken. De schuimkraag is stevig en de smaak is zoet, maar in balans met de bitterheid van de hop. Het is lang niet zo goed als het bier van Ter Braak en het lijkt in de verste verte niet op Duvel, maar het is best te drinken en het is van mij. Eens kijken of de vol-gende lading nog beter kan.

DOOR BART BRAUN

Ineens, op woensdagochtend om zes uur, klinkt er het geluid van een scheet in de badkuip. Het bier leeft! De volgende dagen borrelt en prut-telt het vat als een klein motortje. Na een weekendje weg ruikt het hele appartement naar bier. Dat is goed nieuws, blijkbaar: bij te grote tem-

peratuurschokken zorgt het gist voor een rotte-eierenlucht, en als je azijn ruikt zijn er bacteriën in gekomen.Na een week moet de inhoud van het vat overgegoten in een ander vat, zo-dat de dode gistcellen achter blijven in het eerste vat. Vervolgens moet je vier weken wachten en kan het bier

op de fles. Bij het bottelen natuurlijk stiekem even geproefd: het is bier, maar daar is dan ook alles mee ge-zegd. De smaak is vlak en saai. Eve-nementenpils maar dan geen pils, zeg maar.

Klopt: ‘Mensen vragen je altijd hoe

Zo kan het ook

Betreft: Ontevredenheid hospitant artikel Mare d.d. 05/06/2014

Geachte mevrouw Laanen,

Allereerst hartelijk dank voor uw com-mentaar in Mare (‘Zo kan het ook’, 5 juni). Wij streven altijd naar verbetering van onze dienstverlening. In dat kader zijn alle op- of aanmerkingen ten aan-zien van het selectieproces uiterst waar-devol.

Naar aanleiding van uw artikel heb-ben wij vernomen dat u niet volledig tevreden bent over uw ervaringen gedu-rende een van onze hospiteeravonden. Wij vinden dit uiterst zorgelijk, en delen uw mening dat een opkomst van vijf-entwintig potentiële huisgenoten niet valt te verenigen met onze kwaliteits-doelstellingen. Wij betreuren uw slechte ervaring ten zeerste. Dientengevolge willen wij u graag compenseren voor uw moeizame eerste ervaring met ons doorgaans sprankelende huis.

Na overleg met de verantwoordelijke

(oud-)huisgenoten en een uitvoerige analyse van uw grieven, zijn wij tot de conclusie gekomen dat er slechts één geschikte oplossing is voor deze situatie. Gezien de strekking van uw stuk, willen we u graag uitnodigen voor een van de hoogtepunten van ons studentenhuis; een buitenkans voor u om een kijkje te nemen in het leven van zo’n prachtig huis.

Dientengevolge willen wij u bij deze uitnodigen voor een gezamenlijk diner. Op 12 juli aanstaande dineren wij ter viering van een geslaagd jaar samenle-ven. Het betreft een intiem diner onder de zinspreuk ‘het laatste avondmaal’. Zo kunnen we opnieuw met u en uw per-soonlijkheid kennis maken, in de hoop op die manier fouten uit het verleden definitief achter ons te kunnen laten.

Hoogachtend,

Studentenhuis Dat bepaal ik zelf wel, afdeling Public Relations [email protected], Jet, Sanne, Thomas, Hessel, Daan, Joelle, Marissa, Daniel

In deze rubriek kunnen lezers in maximaal 300 woorden reageren op artikelen in Mare. De redactie behoudt zich het recht voor bijdragen in te korten of te weigeren. Over wei-gering wordt niet gecorres pondeerd. Mail naar [email protected]

Brief

mare-ennea 140613.indd 1 13-06-14 11:46

Bierwagen en-vaten van Heineken Bier Brouwerij in Amsterdam in 1913. Foto Spaarnestad

Mijnheer de Professor

Academische jetset

Het is bijna zomer. Niet ontevreden kijk ik terug op het afge-lopen jaar: ik heb me weer verbonden met de Leidse univer-siteit; ik heb me verzet tegen het nieuwe, me gelaafd aan het oude, en ik heb meer plezier in dit lot dan ooit.

Hoe komt dat eigenlijk - die verzoening met het hopeloze heden, die mij inmiddels is overkomen? Het zou een interes-sante vraag zijn voor een dissertatie (hoewel de kans dat zo’n onderzoek door NWO wordt aanvaard ongeveer nul is). Maar wat brengt ons ertoe, op een dag meer van onze wonden te houden dan van onze gezondheid?

Ik had een vergelijkbare ervaring enige tijd terug, toen ik Lorre in het voorbijgaan zag langslopen. In de schaduw van een bloeiend meisje, eentje dat mij zo heeft verwond en zo heeft vernederd, dacht ik ineens: toch is het mijn verdriet, was zij alleen in mijn ogen zo betoverend. Het gaat me niet meer om haar, zoals het me ook steeds minder om mijn traditionele waarden gaat. Het gaat me om mijn gevoel uit de tijd te zijn gevallen. Het gaat me om mijn tekort - daarin bevindt zich mijn optimale zijn.

Dat komt ook door de bijzondere omgang die ik heb ge-kregen met de studente die ik via Tinder heb leren kennen. Ze komt nu regelmatig bij me langs - we converseren bij een kopje koffie of een glas sherry. Ik rook een pijptabak (Javaans) - zij frutselt met een mobiele telefoon. In al haar onwetend-heid geeft ze me troost. Ik vind haar niet echt aantrekkelijk - gelukkig niet. Maar ik vind haar ook niet storend - ze doet niets dat me bruskeert. Ik verbeeld me dat ik haar dingen kan leren. Over de traditionele mores; over wat je wel doet en wat echt niet kan. Ik zie mezelf als uiterst vergevingsgezind en bij-zonder soepel (elke dag doorsta ik immers talloze esthetische krenkingen).

Een testcase wordt een congres dat ik de komende weken ga bezoeken. Waar de academische jetset bij elkaar komt en aan elkaar ‘papers’ presenteert op kneuterige powerpoints (in huisstijl van de universiteit waar ze vandaan komen) met ver-frommelde ‘hand-outs’. Natuurlijk kom ik niet één serieus idee tegen, natuurlijk gaat het helemaal nergens over en kunnen ze meestal niet eens verstaanbaar in de microfoon praten. De grote namen zullen hun gedachtetjes presenteren, en naast mijzelf zal ook de gerenommeerde professor IJskoud, - of nee, Geilkous, Stijfhout (hoe heet die man?) spreken. Maar enfin: lukt het mij dit alles te zien en te aanvaarden, met de berusting van een Couperus? We gaan het zien. Ik wens iedereen een goede zomer. Vanaf september beginnen we weer met een schone lei.

D.M. Sanders is gastdocent aan deze universiteit. Het liefst schrijft hij liefdesbrieven. Aanvragen via [email protected]

Achtergrond

6 Mare · 19 juni 2014

Page 7: Mare 32 (37)

En de vijf miljoen gaat naar…De twee Leidse winnaars van een Spinozapremie over hun onderzoek

Corinne Hofman: ‘Wij leggen het onbeschreven deel van de geschiedenis bloot.’

Dirk Bouwmeester: ‘Ergens de eerste mee zijn, is heel bevredigend.’ Foto Taco van der Eb

…7000 jaar inheemse geschiedenisArcheologe Corinne Hofman bestudeert al sinds haar Leidse studententijd de archeolo-gie van de Cariben. De Spinozapremie is de meest recente in een lange lijst van beurzen en prijzen die ze binnenhaalde.

‘Hier in de Dominicaanse Republiek en elders in het gebied begint de geschiedenis in 1492!’, mailt prof.dr. Corinne Hofman vanuit haar hotel. Ze is op veldwerk, en miste daardoor de uitreiking van haar Spinozapremie – de meest prestigieuze onderzoeksbeurs van Ne-derland, met een vrij te besteden budget van tweeëneenhalf miljoen euro. Via een webcam, en merkbaar aangeslagen door tijdsverschil en jetlag, sprak ze de aanwezigen toe.

Het standaardverhaal over de Cariben gaat ongeveer zo: 1) Columbus voer er vanuit Spanje naartoe. 2) In navolging van hem dui-den we alle verschillende mensen en volken die er al woonden nu aan als ‘Indianen’. 3) Hun cultuur werd door Europese kolonisten in korte tijd van de kaart geveegd, vandaar de huidige situatie.

Dat dat wegvegen niet zo volledig en zo rap ging, en dat de Caribische Indianen nou niet bepaald duimendraaiend zaten te wachten tot meneer Columbus eindelijk eens zou landen, zijn dingen die mede dankzij Hofman steeds duidelijker worden. Het leverde haar al eerder allerlei subsidies op, en de KNAW-Merianprijs voor excellente vrouwelijke onderzoekers.

‘De rol en het lot van de inheemse bevolking voor en tijdens de kolonisatie zijn nagenoeg altijd verwaarloosd. Wij hebben de bijna 7000 jaar aan inheemse bewoningsgeschiedenis van de Caribische eilanden op de kaart gezet. Met onze eigen manier van opgraven –onder Ca-

ribisch archeologen aangeduid als the Leiden School – hebben we restanten van meerdere Indiaanse dorpen opgegraven. Het blootleg-gen van huisplattegronden, afvalhopen en be-gravingen met de daarbij behorende materiële cultuur heeft een schat aan informatie opgele-verd, waar we nog steeds aan werken.

‘Het meest interessante van ons onderzoek is dat wij een onbeschreven deel van de ge-schiedenis op grote schaal blootleggen en ana-lyseren. Dat kun je niet met een paar vondsten beschrijven.

‘Maar Spaanse gebruiksvoorwerpen, kralen en metalen kruisboogpunten vinden in een laat 15e-eeuwse Indiaanse nederzetting op de Dominicaanse Republiek; of een vroeg 16e-eeuws grafveld op Cuba bestuderen waar In-dianen begraven zijn zowel op christelijke als inheemse wijze met Europese objecten; of ten slotte een 17e-eeuws Indiaans dorp opgraven met talloze huisplattegronden, begravingen en een materiële cultuur bestaand uit Indiaan-se en Europese objecten - dat zijn de vondsten die een nieuw perspectief bieden.

‘Die geven een objectief beeld over de in-terculturele relaties tussen kolonisator en ge-koloniseerde en veranderen onze blik op het begin van de koloniale tijd in een globalise-rende wereld.’

Haar opgraving op dit moment volgt de Ruta de Colon, die Columbus tijdens zijn tweede reis genomen zou hebben.

‘We leggen voor het eerst een dorp bloot uit de tijd vlak voor de komst van de Europea-nen. Wij willen weten hoe ze hier leefden in de voor-koloniale periode en willen dat dan afzetten tegen een inheemse nederzetting uit de tijd van de koloniale ontmoeting.’

…zilvermetingen en knopen van plasmaNatuurkundige Dirk Bouwmeester werkt op de grens van de quantumfysica en de ‘ge-wone’ wereld. ‘Alledaags is juist raar.’

‘Onderzoeksfinanciering heeft wel iets weg van damesschoenen. Het is sterk gevoelig voor modes. Als er iets op tafel komt wat écht nieuw is, is er altijd wel een beoordelaar die het niets vindt, of die zegt dat ‘t al gedaan zou zijn als het kon.’ Fysicus prof.dr. Dirk Bouw-meester heeft meerdere van zulke ideeën, en met zijn verse Spinozapremie van 2,5 miljoen op zak, gaat hij ze uitvoeren ook.

Zijn hoofdonderzoek, waar hij de prijs voor-al aan dankt, was ook ooit zo’n idee. Een van de belangrijke pijlers van de quantummechanica is dat deeltjes twee verschillende eigenschap-pen tegelijk kunnen hebben, zolang je er maar niet aan meet. Tot dat moment verkeert het in

een zogeheten superpositie, waarbij bijvoor-beeld een foton zowel een lichtdeeltje als een lichtgolf is, of een elektron op twee plaatsen tegelijk kan zijn.

De natuurkunde daarachter is stevig: de voorspellingen die de quantummechanica doet, komen uit tot vele cijfers achter de kom-ma. Elektronica werkt omdat de elektronen die erin zitten, zich volgens de wetten van de quantumwereld gedragen. De achterliggende wiskunde is voor niet-fysici wat lastig, maar voor wél-fysici is het dichtgetimmerd werk, en bekend terrein. ‘De quantumwereld begrijpen we’, vat Bouwmeester het samen. ‘Het is juist de alledaagse wereld die raar is.’

De quantummechanica stelt geen grenzen aan grootte. In de praktijk lijkt zo’n grens er wel te zijn: kleine dingen – fotonen, elek-tronen – gedragen zich op z’n quantums, en

grote dingen niet. Hoe kan dat? Waar ligt die grens dan precies? Wat bepaalt die grens, en wat gebeurt er als je hem overschrijdt? Dat is Bouwmeester aan het uitzoeken.

Hij gebruikt lichtdeeltjes die keurig gesu-perpositioneerd wél en niet aankomen op een superklein spiegeltje. Dat zou dan tege-lijkertijd wel en niet moeten gaan trillen van de botsing met het licht. Bouwmeester is daar nu al zo’n zeven jaar mee bezig: steeds kouder, steeds trillingsvrijer en steeds strakker op die grens. Inmiddels doen zo’n vijftig andere labs pogingen om hetzelfde te bereiken.

Met dat onderzoek – in Leiden en zijn an-dere werkgever, de universiteit van Santa Bar-bara – gaat hij gewoon door. Met het Spino-zageld op zak is er echter ruimte voor meer. In Leiden gaat zijn promovendus Chris Smiet bijvoorbeeld verder met onderzoek naar hoe je stabiele knopen van plasma kunt bouwen – potentieel belangrijk voor kernfusiecentrales.

Met een ander onderzoek gaat Bouwmees-ter juist wat meer richting de biochemie. Als je DNA-moleculen in elkaar zet uit de bouw-stenen daarvan en je voegt wat zilver toe, dan krijg je kleine rijtjes van zilveratomen in het DNA. Als er licht valt op dat rijtje, gaat het zelf ook weer licht uitzenden; fluorescentie, heet dat. De golflengte waarop het zilver fluores-ceert, hangt af van het DNA eromheen. Als het DNA bindt aan ander DNA, verandert dus ook het uitgezonden licht.

Als je dat aan de praat krijgt zodat ieder-een zilvermetingen kan doen, heb je prachtig

moleculair-biologisch speelgoed gemaakt. Nadeel is wel dat zilver giftig is voor cellen, maar dan nog zijn er genoeg toepassingen te bedenken. In het Leids Universitair Medisch Centrum en bij het Leidse bedrijf Prosensa bijvoorbeeld, proberen ze de ziekte van Du-chenne te behandelen met stukjes DNA. Die moeten dan binden aan het DNA van de pa-tiënt, en zo het kapotte gen repareren, als een moleculaire pleister. De grote vraag daarbij is welke stukjes DNA daar het meest geschikt voor zijn, en dat is iets dat je met de zilver-proef mogelijk snel en effectief kan aantonen.

Bouwmeester: ‘Toen ik een subsidieaan-vraag schreef voor dat werk, vroeg één van de reviewers waarom hij die zilverdeeltjes niet allang kon kopen.’ Dat komt deels omdat het zilver-DNA-complex nogal fragiel is. ‘De eer-ste resultaten, samen met het LUMC, waren niet reproduceerbaar genoeg om voort te zet-ten. Dat gaan we nu alsnog doen.’

Zou het niet verstandiger zijn om zich te focussen op één onderzoekslijn? ‘Ergens de eerste mee zijn, is voor mij heel bevredigend. Als je eenmaal veelbelovende resultaten hebt, duiken er allemaal andere groepen op, dat is hoe wetenschap werkt. Ik maak me geen zorgen dat ik niet de eerste ben die de echte bewijzen vindt, al hoop ik dat natuurlijk wel. Het feit dat we dit soort nieuwe lijnen inzet-ten, wordt door andere natuurkundigen in elk geval zeer gewaardeerd.’

Door Bart Braun

19 juni 2014 · Mare 7

Wetenschap

Page 8: Mare 32 (37)

Gevangenschap heeft een minder grote negatieve invloed op het vinden van een baan dan werd gedacht, aldus crimino-loge Anke Ramakers. Mare sprak met de promovenda en met vier herintredende gevangenen. ‘Ik kon niet omgaan met de buitenwereld en stond te huilen in de supermarkt.’

Door Vincent Bongers ‘Mijn onderzoek maakt deel uit van het Prison Project’, zegt Ramakers. ‘We volgen een groep van rond de tweeduizend gedetineerden door de tijd. Ik heb in kaart gebracht wat hun opleiding en werkervaring is voordat ze in de gevangenis kwamen, wat ze doen tijdens hun detentie en wat er gebeurt als ze weer vrij komen. De focus ligt vooral op de eerste zes maanden na de celstraf. Wat de effecten van detentie op het vinden van werk? En betekent het hebben van een baan ook dat de kans op recidive afneemt?’

Om iets over de effecten van gevangenisstraf te kunnen zeggen moet je eerst weten hoe de groep eruit zag voor de-tentie. Pas dan weet je of de slechte situatie te wijten is aan de gevangenschap of misschien een logisch gevolg is van eerdere slechte omstandigheden. ‘Met veel van deze mannen gaat het al slecht. Op het moment van arrestatie heeft dertig à veertig procent een baan. Dat is natuurlijk een laag percentage.’

Ramakers vergeleek hen met de algemene beroepsbevol-king. ‘De groep gedetineerden heeft veel meer werkgevers gehad en is veel langer werkloos geweest. Dat grote verschil blijft bestaan als je corrigeert voor opleidingsniveau, etnici-teit en leeftijd.’ Het blijkt dat het vaak al vroeg misgaat met mannen die in de gevangenis terechtkomen. ‘De nadruk in beleid ligt sterk op de re-integratie van gedetineerden maar dat “re” kun je vaak weglaten want een groot deel van de onderzochte groep is voor detentie al niet in de maatschappij geïntegreerd.’

Er gebeurt al het nodige aan preventie. Een rechter kan bijvoorbeeld sinds dit jaar een terbeschikkingstelling aan het onderwijs (tbo) opleggen bij jongeren. Zij moeten dan verplicht onderwijs volgen. ‘Zo verminder je het aantal drop-outs.’

Vervolgens bekeek Ramakers of het vinden van een baan moeilijker wordt na een detentie. ‘Wat bleek: die gevangen-schap heeft niet altijd een negatief effect. Een korte periode van detentie zorgt niet voor een verlaging van werkkansen boven op de al bestaande achterstand. Maar als mannen zes maanden of langer zitten dan is hun kans op werk wel een stuk kleiner. Uit het onderzoek blijkt dat het vinden van een baan an sich de kans op recidive nauwelijks verkleint. De kenmerken van de baan zijn bepalend voor een recidivever-mindering. Niet zo zeer begeleiding naar een baan of naar een baan van hoog niveau, maar naar een stabiele baan lijkt van belang te zijn voor een succesvolle re-integratie.

Ongeveer de helft van de ex-gedetineerden vindt een baan in de eerste zes maanden. ‘Een substantieel deel komt terecht bij hun oude baas. Die groep gaat ook minder vaak opnieuw de fout in. Dat heeft waarschijnlijk te maken met de stabi-liteit die deze werkgever biedt. Het nuanceert de algemene veronderstelling dat werkgevers niet willen werken met ex-gedetineerden. Hier kan tijdens detentie al op worden inge-speeld: stimuleer gevangenen contact op te nemen met hun oude baas.’Het is een complex maar ook prangend probleem, vindt de promovenda. ‘Meer dan twintig procent pleegt bin-nen een half jaar weer een delict. Er is meer inzet nodig om dat getal naar beneden te krijgen.’

‘Erover janken heeft geen zin’

‘Na mijn tweede scheiding moest ik het huis verkopen’, zegt touringcarchauffeur Jeroen Eggermont (45). ‘Mijn zoon uit mijn eerste huwelijk was achttien en woonde bij mij. We zijn gaan onderhuren, maar dat kostte een smak geld. De schulden liepen op. Ik kon moeilijk met die jongen op straat gaan wonen.‘Ik werd in 2011 door een paar wazige figuren benaderd om een pakketje mee te nemen in de bus naar Enge-land. Ik wist niet wat erin zat, maar kon wel raden dat het drugs was. Het bleek inderdaad cocaïne te zijn. Per levering kreeg ik ongeveer duizend euro. Na een keer of zeven werd ik gearresteerd. Ik heb zeventien maanden in Engeland vastgezeten en nog vier in Nederland.‘Als je weer buiten bent, begint het allemaal pas echt. Ik

Het begint pas echt als je weer buiten bentEx-gedetineerden over hun ‘leven na de bak’ en de kansen op de arbeidsmarkt

heb me ingeschreven bij de Dienst Werk en Inkomen. Nadat ik bij mijn moeder had overnacht, zeiden ze: “U heeft een vaste verblijfplaats. U hoort hier niet.” Uitein-delijk heb ik via stichting VRIJ/STEK in Amsterdam nu een dak boven mijn hoofd. ‘Ik ben een van de gelukkigen met een baan. Chauffeurs hadden al tegen mijn oude baas gezegd: “Jeroen komt binnenkort vrij.” Hij antwoordde: “Laat hem maar bel-len.” Ik ben langsgegaan en heb een kwartier lang mijn hoofd moeten buigen om aan te hoen dat ik een lul was. Maar hij gaf me toch een kans. ‘Ik moet wel weer dit huis uit en krijg geen urgentiever-klaring voor een nieuwe woning. Daar ga ik nog tegen in beroep. Ik ben te normaal blijkbaar. Het heeft geen zin om er over te gaan janken. Maar als dit niet goed komt, heb ik weer geen huis. Dit soort dingen maakt het heel moeilijk voor ex-gedetineerden om te overleven. En dan heb ik nog werk en goed contact met mijn ouders en zus. Veel jongens die uit de gevangenis komen, hebben alleen een tasje met kleren.’

‘Ze maken je gewoon crimineel’

‘Ik heb twintig jaar lang een middelgroot bedrijf gehad in Amsterdam’, zegt M. (48). ‘Dat ging supergoed. Maar in 1999 kreeg ik kanker. Ik ging failliet, mijn vrouw liep bij me weg en ik raakte dakloos. Via via werd ik “schaap-herder”, zoals dat heet, van bolletjesslikkers. Ik ging naar Argentinië en andere Zuid-Amerikaanse landen om daar een groep van tien à vijftien bolletjesslikkers in de gaten te houden. ‘Op het vliegveld van Buenos Aires ging het mis. Een van de slikkers begon te schuimbekken en ging out. Ik raakte in paniek en wat deed i k met mijn domme hoofd? Ik riep de politie en zei: “Droga, droga.” Die agent zei: “Hoe weet jij dat die man drugs heeft geslikt?” Hij pakte mijn paspoort, bekeek alle stempels en begon de videoband terug te spoelen. Hij zei: “Die man is nu dood en jij gaat heel lang de gevangenis in.” Later bleek de slikker ondanks het geknapte bolletje nog te leven.‘In een klein hok in de buurt van Buenos Aires zat ik met 25 man. Wat je moet doen, wordt met een gummiknup-pel duidelijk gemaakt. Er wordt gemarteld. Je hoort te kreten van gevangen die geslagen worden. Ik kreeg een stomp in mijn buik. Het is niet te omschrijven hoe erg dat is. Ik dacht: hoe ga ik dit twintig jaar volhouden?‘Ik werd overgebracht naar een gevangenis voor buiten-landse gevangenen. Het was er bloedheet, overal zaten cucarachas, kakkerlakken. Liet je je brood even alleen dan zaten er gelijk honderden op. Ik had medicijnen nodig en die kreeg ik niet. Op een ochtend ging ik out. Ik heb hartmassage gehad, en wat suikerwater. Al met al duurde het vijf weken voordat ik mijn medicijnen kreeg. ‘De veroordeling volgde na 21 maanden: ruim 27 maan-den. Ik ben blij dat ik het er zonder steekwonden vanaf heb gebracht. Een gevangene die zijn drugs niet betaal-de, kreeg een pen door zijn keel geprikt. De hoeveelheid bloed was enorm. Je moest je weren. Een keer kwam ik onder de douche vandaan en drie man liepen op me af om me te rapen. Twee kon ik gelukkig zo hard wegdu-wen dat ze anderhalf meter door de lucht vlogen. Het zijn net honden: ze merken het als je bang bent. Dus moet je agressief zijn en klappen uitdelen.‘Precies een jaar geleden kwam ik terug in Nederland. Ik kon niet omgaan met de buitenwereld. In de supermarkt begon ik te huilen. Er was zoveel keuze. ‘Ik kwam voor en na mijn detentie in een vreselijke papierwinkel terecht. De mensen bij Dienst Werk en Inkomen behandelen je als een stuk stront. Ik had mijn hele leven belasting betaald en nooit een uitkering aan-gevraagd. Maar als je één formulier niet hebt, krijg je niets. Ik werd wanhopig en dacht toen ik de tram zag rijden: “Ik spring er voor.” Als ze me destijds beter had-den geholpen, was het nooit zo ver gekomen. Ze maken de mensen gewoon crimineel.‘De stichting VRIJ/STEK heeft nu schuldsanering en een urgentieverklaring geregeld. Ik zit nu in een van hun woningen maar moet over een paar maanden weer weg. Ik ben te ziek om te werken en slik heel veel me-dicijnen. Daarnaast ben ik zo lang zelfstandige geweest

dat ik niet meer voor een baas kan werken. Het liefst zou ik een eigen bedrijf starten en de wereld weer een beetje mooier maken.’

‘Gelukkig liep ik tegen de lamp’

‘Ik heb in het vrachtwagentransport gezeten en daar is het een en ander fout gegaan’, zegt R.v.E. (48) die werkmees-ter is bij een reïntegratiebedrijf ergens in de Bollenstreek. ‘Wat precies wil ik niet zeggen. Ik had financiële pro-blemen en probeerde het hoofd boven water te houden. Gelukkig liep ik op een gegeven moment tegen de lamp. Als je iets doet wat eigenlijk niet kan, dan zit je niet lekker in je vel. Gevangenschap is het dieptepunt van je leven. Dat is juist het moment om het roer om te gooien. ‘Ze doen best veel om je te helpen. Je kunt cursussen vol-gen en krijgt hulp van de maatschappelijk werker. Ik heb bijvoorbeeld een computercursus gedaan. Maar je moet het wel zelf doen. Je kunt er ook voor kiezen om op je cel voor pampus te gaan liggen.‘In 2011 stond ik weer buiten. Wat te doen? Ik ben een re-integratietraject gaan volgen bij Stichting Exodus Leiden. Daar zit je intern. Langzaam kom je terug in de maatschappij. Er wordt ook gekeken naar mogelijkheden voor werk. Ik wilde iets met mensen doen. Dat is gelukt.‘Tijdens de gevangenschap is het heel belangrijk dat er vroeg aandacht is voor het leven na de bak. Gedetineer-den moet je vragen: “Hoe ziet je leven eruit over vier jaar? Wat wil je doen?” ‘Het grootste gedeelte wil een ander leven dan ze had-den. De hele tijd pingpongen en pas op het laatst naar de toekomst kijken, is niet echt handig. ‘Heel veel werkgevers zijn bang om mensen aan te nemen die in de gevangenis hebben gezeten. Maar iemand die een keer goed de mist in is gegaan, die wil nooit meer terug naar de cel. Die doet misschien nog wel beter zijn best dan iemand die niet alles al een keer is kwijtgeraakt.’

‘Ik vecht voor een baan’

‘Ik verdiende 7000 euro per maand als vertegenwoordi-ger van modebladen in Duitsland. Maar ik raakte ver-slaafd aan de coke en dan ga je rare dingen doen,’ zegt Rudy Adjodhia Surinder (55). ‘Als ik al het geld dat in mijn coke-pijp in rook is opgegaan nog zou hebben, was ik miljonair geweest. Alles is kapot gegaan. Ik heb zeven jaar vastgezeten in Duitsland, onder andere voor drugssmokkel en oplichting. Ze doen daar alsof ze geen nazi’s zijn, maar ik vind Duitsland echt een racistisch land. Ik ben van Surinaams-Hindoestaanse afkomst en als je daar een kleurtje hebt, ben je slachtoffer. ‘In 2012 kwam ik vrij en ben ik naar Nederland geko-men. Gelukkig ben ik nu niet meer verslaafd. Nu vecht ik hier voor een baan en een woning. Dat is heel erg moeilijk. Het is crisistijd, dus veel werk is er niet. Ik zit nu in een opvanghuis in Amsterdam. Binnenkort ga ik begeleid wonen. Iedereen heeft recht op een woning, maar er is haast geen sociale woningbouw meer. Ik kan nu eenmaal niet veel huur betalen.‘Door de stress tijdens de detentie heb ik een psychische stoornis opgelopen. Eenmaal buiten word je nauwelijks geholpen. Ik heb maanden alles gedaan om aan werk te komen. Via een uitzendbureau heb ik vier maanden als straatveger gewerkt. Dat wilde ik wel blijven doen maar dat kon niet. Ik ben nog een tijdje schoonmaker op Schiphol geweest. En toen belde de Dienst Werk en Inkomen op. Als ik werkte, hield mijn uitkering op. Ik kreeg niet de kans om meer dan zestien uur per week te werken van het uitzendbureau. Dus ik viel weer terug in een uitkering. ‘Nu werk ik drie dagen in de week als vrijwilliger in een kledingwinkel, voor tien euro per dag. Misschien komt er een vaste baan uit. Ik ben iemand die ondanks pijn en verdriet, blijft lachen. Ik weet gewoon: het komt goed. Na de zeven magere jaren van mijn gevangenschap, ko-men straks weer zeven vette jaren.’

Achtergrond

8 Mare · 19 juni 2014

Page 9: Mare 32 (37)

Het begint pas echt als je weer buiten bent

Vincent van Gogh (1853-1890), ‘Binnenplaats van een gevangenis’. Schilderij Poesjkin Museum Moskou

19 juni 2014 · Mare 9

Page 10: Mare 32 (37)

Neemt drugsgebruik onder jonge-ren nu toe, of zijn ze er alleen maar eerlijker over? Mare maakte een rondgang langs Leidse studenten. ‘Xtc is een ijsbreker.’Door Masha raDeMakers Het festival-seizoen is weer begonnen. Massa’s jongeren hangen weer aan lachgas-ballonnen of verstoppen xtc-pillen in onderbroeken. Verschillende media constateren een toename in drugsgebruik onder studenten, maar is dat ook zo?

‘De vraag is of er echt een toename is in drugsgebruik onder studenten of dat de openheid erover is veran-derd’, vertelt Ferry Goossens van het Trimbos Instituut. ‘Het is een misvatting dat het gebruik onder jongeren enorm is toegenomen. Je moet goed bedenken dat maar 3 procent van de frequent uitgaande Nederlandse jongeren wel eens xtc gebruikt, en dat is dan de meest po-pulaire partydrug.’

Het is echter wel zo dat binnen deze groep een groot percentage studenten valt. ‘Jongeren tussen 20 en 24 jaar gebruiken het vaakst. Onder deze groep zou het gebruik licht kunnen zijn toegenomen. Er is echter nog maar weinig onderzoek gedaan naar de link tussen drugs-gebruik en opleidingsniveau, maar daar is het Trimbos Instituut mo-menteel mee bezig.’

Een aantal universiteiten hebben daarom alvast zelf wat steekproe-ven uitgevoerd. November vorig jaar werd het drugsgebruik van 540 Amsterdamse hbo en wo-studenten door het Bongers Instituut voor Cri-minologie onder de loep genomen. Daaruit bleek dat zeventig procent vaker dan twee keer xtc heeft ge-slikt. Slechts een kleine groep waagt zich wekelijks aan een pil. Credo Magazine, het blad van de faculteit der Sociale Wetenschappen van de Rotterdamse Erasmus Universiteit

Lachgasgebruikers (niet de personen uit het artikel) in het Amsterdamse Westerpark tijdens een bevrijdingsfestival, afgelopen mei. Foto HH

Alsof de muren ademenDrugsgebruik onder studenten

hield in april een steekproef onder 365 studenten van zeven verschil-lende faculteiten. Daaruit bleek een op de drie studenten ervaring te hebben met het gebruik van hard-drugs. Volgens een enquête van het Algemeen  Nijmeegs Studentenblad, onder 800 studenten, was dit bijna de helft.

‘De media kicken op dit soort feit-jes’, aldus Goossens, ‘maar deze re-sultaten zeggen niet zoveel. De per-centages verschillen veel te veel van elkaar. Wel weten we uit ons Grote Uitgaansonderzoek dat het gebruik van xtc meer mainstream is gewor-den.’ Zes op de tien uitgaanders zou het wel eens nemen. Ook lachgas en cannabis zijn aan een opmars bezig. ‘Er is een festivalisering van de samenleving aan de gang: steeds meer grote feesten, waar enorme massa’s op afkomen. De kans dat je überhaupt iemand ziet die drugs gebruikt is groter geworden. De ma-nier waarop jongeren en de media erover praten is vrijer geworden. Aan de andere kant is door de po-pulariteit van dance en techno het gebruik van de bijbehorende op-pepmiddelen meer gangbaarder geworden.’

Op dancefeesten worden drugs als xtc, MDMA, speed, cocaïne, ghb, 2CB, ketamine en designer-drugs vaak ongestraft gebruikt (zie kader). Vorig jaar zomer waren er zes overlijdensgevallen van jonge mensen die in verband werden ge-bracht met foute xtc. Uit onderzoek van het Trimbos blijkt dat er steeds meer van de werkzame stof MDMA en soms ook het gevaarlijke PMMA in één pil zit. Goossens: ‘Ze zijn te-genwoordig zo hoog gedoseerd dat jongeren snel te veel nemen. Dit kan een gevaar opleveren.’

Maar hoe zit het in het Leidse studentenleven? Mare maakte een rondvraag langs een aantal gebrui-kers. Thomas (21, tweedejaars Chi-nese taal en cultuur), die zowat al-

les heeft gebruikt: ‘Het ligt eraan in wat voor scene je zit. Mijn vrienden en ik houden heel erg van dance en techno, waar vaker wordt gebruikt. Maar het ligt ook aan de leeftijd. Veel mensen gaan iets proberen als ze wat ouder zijn geworden.’

Simone (26, afgestudeerd com-municatiewetenschappen HvA): ‘Het zijn mensen met een goede baan of ambitieuze studenten, die lekker los willen in het weekend. Zelf ga ik ook altijd goed voorbereid en geïn-formeerd aan de slag met mijn xtc. Ik gebruik zo’n één keer per maand.

Miranda (22, rechten) merkt om haar heen dat drugs doen ‘in’ is on-der studenten. ‘Best wel veel vrien-den in studentenkringen experi-menteren ermee, het is bijna raar als je het niet hebt gedaan. Ik merk het op Augustinus, in mijn studen-tenhuis en op andere verenigingen.’

Zo controleert Minerva bezoe-kers van het Sine Regno elk jaar met drugshonden. Op de bijbehorende

site staat het als eerste huisregel ver-meld. Xtc is het populairst onder de ondervraagde studenten. ‘Het geeft gewoon een heel relaxed gevoel, en het is fijner dan alcohol’, aldus Paul (27, geschiedenis). ‘Ik neem het vooral op festivals. Thuis of in het park neem ik liever paddo’s met een groep vrienden. Dan is alles mooi, de meisjes, de omgeving, dat is echt genieten.’ Simone: ‘Het is ook echt een ijsbreker. Je stapt veel sneller op mensen af. Alcohol maakt je ook wel losser, maar daar krijg je zo’n kater van. Bij xtc blijf ik helder, ook de vol-gende dag. Soms heb ik alleen wel last van de befaamde dinsdagdip. Je voelt je terneergeslagen. Het ge-luksgevoel is dan gewoon even op. Je moet om het minste geringste hui-len.’ De verklaring is de uitputting van het serotonine-systeem, weet ze. Er is extra serotonine vrijgemaakt, maar zodra dat op is krijg je een ontzettend leeg gevoel. ‘Het geluks-emmertje is dan gewoon even leeg,

en moet langzaam weer vollopen.’De geïnterviewde mannen lijken

wat meer in de ban van hallucino-gene middelen dan de vrouwen. Thomas: ‘Als ik lsd neem kom ik in een trip waarin ik muziek en kleuren ineens ga voelen. Muren beginnen te bewegen. Toch heb ik dan nog wel controle over mezelf, ik blijf gewoon nuchter.’ Ook Tim (25, natuurkun-de) houdt wel van een trip. ‘Als ik paddo’s heb genomen, lijkt het soms of de muur ademt. Meestal ga ik met mijn huisgenoten door de stad lo-pen ’s nachts. We dachten een keer in een heel donker bos beland te zijn. Een paar vrienden durfden niet meer verder te lopen. Later bleek het een groenstrook van 15 meter lang te zijn. Dat soort dingen zijn echt grappig.’

Simone heeft ook ervaring met zogeheten designerdrugs, ook al zijn de effecten van deze nieuwe kunstmatig ontworpen soorten niet altijd duidelijk. ‘Ik heb 4-FMP gebruikt, dat is een soort speed-achtige drug waarmee je met één keer nemen al klaar bent voor de hele dag. Maar het blijft een beetje eng.’ Ook Thomas is er voorzichtig mee. ‘2CB was vorig jaar een tijdje helemaal in, en ook ik gebruikte het regelmatig. Het is hallucinerend en euforisch tegelijk. Maar doordat je niet echt weet wat voor effect deze drug heeft, slik ik toch liever de gangbare pillen’

Coke en heroïne lijken een no-go onder de studenten. Thomas: ‘Coke is enorm verslavend, heel erg duur, zo’n 50-60 euro per gram, en je hebt er nog geen vier tot zes uur lol van. Ook word je er ontzettend egoïs-tisch van.’ Coke is ook niet Pauls fa-voriet. ‘Ik gebruik coke alleen als ik me in bepaalde elitaire kringen be-geef en het daar gratis kan krijgen.’

Op festivals was het vroeger mogelijk om pillen te testen, maar dat is door het eerste kabinet-Bal-kenende afschaft. ‘Sindsdien zijn er meer mensen van slechte pillen gaan flippen’, aldus Thomas. ‘Soms laat ik de pillen testen bij de GGZ, waar het nog wel mogelijk is.’ Maar hoe weet hij dan wat hij koopt? ‘Ik koop het niet in schunnige parkjes, dat is meer iets voor junkies. Mijn contacten verkopen het meestal ge-woon thuis. Dan weet ik dat ik goede kwaliteit krijg. Ik kan heel makke-lijk aan alles komen en verkoop het ook door aan mijn vrienden. Maar ik ben zeker geen dealer. Het is niet echt dat ik er dikke winst uit haal en dat ik achter mijn bureau zit als Tony Montana.’

De namen van de studenten zijn gefingeerd.

2CBeffect: maakt euforisch en is een hallucinogeen tripmiddel, seksueel stimulerendPrijs: 4 euro per pil of capsule, 60 euro per gramrisico: verandering lichaamstempera-tuur, angstige trip-effecten, sterkte moeilijk in te schatten

4-FMPeffect: maakt euforisch, ego-boost.Prijs: 15 euro per gramrisico: onwetendheid over werking en symptomen, moeilijk te doseren.

Cannabis, hasj, wieteffect: maakt ontspannen, creatief, sloom en lacherigPrijs: 8 euro per gram.risico: dufheid, geestelijk verslavend, verergering van al aanwezige psychi-sche stoornissen

Cocaïneeffect: prestatieverhogend, egoboost, maakt euforisch en agressiefPrijs: minstens 50 euro voor 1 gram poeder in envelopjerisico: uitputting, kapotte neusholte, geestelijke verslaving

Ghbeffect: maakt euforisch, seksueel stimulerend, opwindingPrijs: 5 euro voor 5 cl vloeistofRisico: coma bij te hoge dosering, sterk verslavend, slecht te combineren met andeare verslavende middelen.

Lachgaseffect: roes, verdovend, ontspannend, minder controlePrijs: 15-25 euro voor vijftien slagroom-patronen of 1-3 euro voor kant en klare lachgasballonrisico: hersenbeschadiging, misselijk-

heid, hoofdpijn, angst, bij directe aan-raking met het gas uit de spuit kunnen lippen en longen bevriezen

Lsdeffect: ontspannend en hallucinogeenPrijs: 5-10 euro voor vloeipapier, pil of vloeibare stofRisico: misselijkheid, psychose, bad trip

Paddo’seffect: ontspannend, hallucinogeenPrijs: 8,50 eurorisico: roekeloosheid, vergiftiging, uitputting, bad trip.

Xtceffect: maakt euforisch, knuffelig, op-peppendPrijs: 3-6 euro per pilrisico: groot verschil in sterkte, uit-droging oververhitting, slapeloosheid, depressiviteit

Achtergrond

10 Mare · 19 juni 2014

Page 11: Mare 32 (37)

Computers blijven hangen, scripties verdwijnen spoorloos en grote documenten zijn nauwelijks door te ploegen. Intussen ligt het sys-teem regelmatig plat door storingen. Maar, zo belooft direc-teur Jeanette Vonk, na 2014 wordt het rustiger.

Door Marleen van Wesel ‘De compu-ters in de UB werden die dag tra-ger en trager’, vertelt masterstudent klinische psychologie Pieter Krol. Het was april en hij was ongeveer halverwege zijn masterscriptie. ‘Die stond open, net als een aantal andere belangrijke documenten. Internet werkte op den duur nauwelijks nog en Word liep telkens vast. Uiteinde-lijk besloot ik alles maar op te slaan en af te sluiten.’ Toen hij de volgen-de dag een nieuwe poging waagde, deed hij een vervelende ontdekking. ‘Mijn scriptie was weg. Althans, ik vond alleen een oudere versie terug. Bij de ISSC-helpdesk in het Lipsius konden ze nog een iets recentere versie tevoorschijn toveren. Maar het werk van de afgelopen dagen was verloren gegaan.’ Rond de kof-fieautomaten in de Universiteitsbi-bliotheek hoort hij meer van zulke verhalen. ‘En wie niets kwijt is, kent in elk geval de dagenlange ellende van trage computers. Echt heel ver-velend. Studenten moeten hier de faciliteiten hebben om te kunnen studeren.’

De traagheid treft ook andere faculteiten. ‘Vooral grote Word-documenten, met lange artikelen, hebben er last van’, vertelt Judit Altena, promovenda aan het Insti-tuut voor Strafrecht & Criminolo-gie. Marieke Dubelaar, die daar dit jaar promoveerde, ondervond dat ook. ‘Naarmate mijn proefschrift-bestand groter werd, werd het las-tiger. Problemen manifesteerden zich bijvoorbeeld bij het opsporen van kleine foutjes. Wanneer je met de zoekfunctie van treffer naar tref-fer ging, kostte dat onevenredig veel tijd.’ Altena, die sinds 2010 in Leiden werkt, denkt dat het vooral een pro-bleem van het laatste jaar is. ‘Maar het wisselt per dag. Vanmorgen liep het systeem als een zonnetje.’

Eind april stuurde vice-college-

Het kunstwerk ‘Azerty’ van Sarah Frost. De Amerikaanse kunstenares maakt installaties maakt van oude computeronderdelen.

Onontkoombaar traagMaar volgend jaar moeten de storingen in de universitaire ICT zijn verholpen

voorzitter Willem te Beest alle me-dewerkers en studenten een e-mail over gevallen van traagheid, uitval en dataverlies, waaraan dan al een tijdje hard gewerkt wordt. De exacte oorzaak is nog onbekend, schrijft hij. Ook afgelopen maandagmid-dag waren er weer bereikbaar-heidsproblemen en traagheid op de netwerkschijven.

Jeanette Vonk, sinds 2012 direc-teur van het ICT Shared Service Centre (ISSC): ‘De gegevenshoe-veelheden groeien, dus we moeten over naar nieuwere systemen. We zijn daar hard mee bezig en we heb-ben al serieuze stappen genomen. Omdat we de winkel intussen moe-ten openhouden, zijn hiccups on-ontkoombaar. Ik heb het trouwens aan de helpdesk gevraagd: zo’n tien studenten waren werk kwijt en bij zeker de helft is dit opgelost. Onwijs vervelend, maar in de totale orde van grootte valt het dus wel mee.’

Het ISSC ontstond in 2010, toen de ICT-voorziening van de facul-teiten Sociale Wetenschappen en Wiskunde en Natuurwetenschap-pen met de oude I-Groep werden samengevoegd. Daarin waren Rech-ten, Geesteswetenschappen en het Bestuursbureau al ondergebracht. Met de reorganisatie zouden 14,5 voltijdbanen verdwijnen en er zou vijf ton bespaard worden. ‘Dat is ei-genlijk direct gelukt, maar het ISSC had nóg een opdracht’, vertelt Vonk. ‘Namelijk de dienstverlening ge-meenschappelijk maken. Dat is wat studenten en medewerkers nu zien gebeuren: de uitrol van NUWD.’ Oftewel: de Nieuwe Universitaire Werkplekdienst, die stapsgewijs per instituut wordt ingevoerd. In het kort krijgt iedereen daarbij dezelfde nieuwe softwareversies en univer-siteitsbreed toegang tot opgeslagen gegevens en de agendafunctie.

Dat proces begon pas in septem-ber 2012. Het ISSC kende niet be-paald een vliegende start. Kort na de oprichting overleed de vorige di-recteur. Vonk: ‘In de interimsituatie die volgde, moest de organisatie nog steeds één geheel worden. Momen-teel maken we een inhaalslag.’

Onlangs is Sociale Wetenschap-pen overgeschakeld en eind dit jaar moet dat voor Wiskunde en Natuur-wetenschappen als laatste faculteit ook het geval zijn. Momenteel wordt

er gewerkt aan biologie. Farmacolo-gie, scheikunde en informatica zijn uiteindelijk na de zomer aan de beurt.

Intussen komen ICT-kwesties, zoals traagheid of de verloren scrip-tie van Krol, regelmatig ter sprake tijdens universiteits- en faculteits-raadsvergaderingen. Bij de facul-teit Wiskunde en Natuurweten-schappen is ‘het functioneren van

het ISSC’ voorlopig zelfs een vast agendapunt.

‘Per faculteit is de migratie een graadje complexer’, legt Vonk uit. ‘De afdelingen die in de VUW-omgeving werkten waren behoor-lijk geharmoniseerd ingericht. Bij Sociale Wetenschappen was er, in jargon, al sprake van een domein-migratie. Bij Wiskunde en Natuur-wetenschappen komen nog meer ingewikkeldheden kijken. Het sys-teem moet ontsloten worden voor Mac en Linux, mensen werken met veel verschillende applicaties en bovendien is er veel zelfwerkzaam-heid. Medewerkers nemen zelf aller-lei initiatieven op de pc’s. Dat moet dus veel grondiger geïnventariseerd worden.’

De bètastudenten hebben zelf ook een grondige inventarisatie ge-maakt. Zo is het niet langer moge-lijk om ’s nachts computers te laten rekenen aan projecten, de werking van e-mailaliassen is ‘zwarte magie’ voor het ISSC en Dropbox is verbo-den zonder dat er een alternatief komt, is te lezen in een brief aan de faculteitsraad, geschreven door wis-kunde- en informaticastudenten. De helpdesk is volgens hen boven-dien slecht bereikbaar en antwoor-den en oplossingen laten lang op zich wachten, of blijven uit. Kleinere dingen worden maar niet meer aan het ISSC gemeld, ‘want voor je het weet werkt wat er nu wel eindelijk werkt niet meer’.

Computers worden ’s nachts in-derdaad van op afstand uitgezet. Vonk: ‘Dat scheelt energie. We krij-

gen medewerkers niet allemaal zo ver dat ze zelf hun computer na een werkdag uitschakelen. Bovendien moet er regelmatig gepatcht wor-den. Dat houdt in dat er updates overheen moeten bij softwarepro-blemen, zoals gaten waar virussen doorheen kunnen. Daarbij moeten pc’s af en toe opnieuw worden op-gestart.’ Voor de nachtelijke bere-keningen oppert ze het gebruik van rekenclusters in plaats van pc’s. ‘Dat zijn apparaten die twenty four seven kunnen doorgaan.’

Van Dropbox is de Universiteit Leiden dan weer geen voorstander, vanwege The Patriot Act: de NSA leest mee. Vonk: ‘De universiteit werkt met andere universiteiten en SURF aan het alternatief SURFdrive. Aanvankelijk alleen voor medewer-kers, want er hangt wel een prijs-kaartje aan.’ En de studenten dan? Vonk: ‘Die kunnen samenwerken via SharePoint, of de schijfruimte.’

De briefschrijvers hebben zelf ook zo hun ideeën over de oorzaak van de ICT-perikelen. Volgens hen was het een misvatting dat een Windows-werkplek voor bijvoorbeeld Gees-teswetenschappen, dezelfde dienst is als een werkplek bij wiskunde en natuurwetenschappen. Daar wordt namelijk vaker met Linux gewerkt, wat een ‘significant andere expertise van de systeembeheerders vereist’, schrijven de studenten. Volgens hen is iedereen het erover eens dat het beleid ‘hinderlijk en contraproduc-tief werkt’ en ‘de gebruikers meer relevante kennis hebben voor het beheer dan de beheerders’.

Een oplossing hebben ze ook: ‘Het ISSC losweken van het beheer van de Linux-omgevingen’, maar ze vrezen dat dit moeilijk geaccep-teerd zal worden. ‘Tja, als je wel in jouw toko met tien of tachtig man kunt samenwerken, maar níet met de hele universiteit; wat voor beeld schets je dan?’ reageert Vonk. Het ISSC doet overigens wel toenade-ringspogingen, bijvoorbeeld met aparte onderzoeksnetwerken voor bèta-afdelingen. Vonk: ‘Als je stu-denten en medewerkers loslaat op de machines, kunnen ze de rest van de dienstverlening beïnvloeden met virussen en malware. Onze firewalls houden die tegen, maar daardoor is er minder mogelijk op standaard pc’s. Binnen die aparte onderzoeks-

netten kan er juist meer, terwijl de rest beschermd wordt.’

Aangezien alle faculteiten bij de NUWD-migratie in één omgeving terecht moeten komen, en loswe-ken dus geen reële optie is, pleiten de studenten in elk geval voor een bereikbaar en professioneel Linux-team. Uiteindelijk moeten die er voor Windows, Linux en Mac ook komen, maar Vonk denkt dat de grootste vraag zal verdampen. ‘Nu, tijdens de migratie, zitten we na-tuurlijk in een dalletje. Maar uitein-delijk is ons doel een situatie zón-der verstoringen.’ Ze verwacht dat het na 2014 een stuk rustiger wordt. ‘Wat het systeem betreft dan. Ach-ter de schermen moeten we dan nog héél veel opruimen.’

Voor het laatste voorstel van de studenten staat ze wel open: een groep van studenten en personeels-leden die mee mogen praten met het ICT-management. ‘Maar dan wel via de instituutsmanagers. Zij huren mij immers in.’

De vraag naar communicatie klinkt ook elders. ‘Als er regelmatig stukken in de nieuwsbrief staan, heb je bij storingen en andere problemen in elk geval het idee dat er met man en macht aan gewerkt wordt’, zegt Altena bij Rechten. Dubelaar: ‘Tips van de ISSC-helpdeskmedewerkers zijn ook heel welkom. Zij komen al met bruikbare suggesties, zoals wer-ken via je USB-stick of op je eigen laptop. Dat kan het verschil maken tussen gewoon traag of heel traag.’ Maar dergelijke omwegen zijn wel foutgevoeliger, vindt Altena. ‘USB-sticks gaan kapot of liggen per on-geluk nog thuis. Dan is de P-schijf toch meer idiot proof.’

Te Beest tipte het ‘stickie’ ook, toen vorige maand de haperende ICT in de universiteitsraad ter spra-ke kwam. Bij een grote schijfstoring voorzag het ISSC de receptie van de Universiteitsbibliotheek van ex-tra USB-sticks. Ook Krol gebruikt ze vaak. ‘Maar toen mijn scriptie verdwenen was nét even niet. Toch moet je eigenlijk ook van het sys-teem op aan kunnen.’

Vonk waarschuwt studenten en medewerkers er juist voor om niet blind te varen op de ICT: ‘We ver-trouwen allemaal op de 220 Volt, maar ook de elektriciteit valt wel eens uit.’

‘Gebruikers hebben meer relevante kennis dan de beheerders

Achtergrond

19 juni 2014 · Mare 11

Page 12: Mare 32 (37)

De prijs voor een Maretje bedraagt €8,– per 30 woorden, opgegeven via [email protected] uiterlijk t/m maandag 16.00 uur. Maretjes aangebo-den voor commerciële doeleinden wor-den niet geplaatst, evenmin als Maretjes waarin zaken worden aangeboden die de waarde van 4.500 euro te boven gaan.

Alle bijlesgevers bedankt, en een goede zomer! Voor volgend schooljaar natuurlijk weer: Doe meer met je ken-nis! Vrijwilligers gezocht voor één uur per week bijles en huiswerkbegeleiding op verschillende locaties of bij de leerling thuis. Basisschoolleerlingen uit verschil-lende groepen zoeken bijles in bijv. reke-nen, spelling en begrijpend lezen. Soms wordt een vergoeding (tot 5 euro) be-taald. Voor meer informatie over één uur per week vrijwillige bijles of huiswerkbe-geleiding: Onderwijswinkel, Driftstraat 77, ma, wo en do 15-17u. Tel: 071-5214256. E-mail: [email protected].

Prof. dr. D.E. Atsma zal vrijdag 20 juni om 16.00 uur een oratie houden bij de benoeming tot hoogleraar in de Ge-neeskunde met als leeropdracht Cardio-logie, in het bijzonder Cardiale Celthe-rapie. De titel van de oratie is ‘Hart 3.0: stimulatie tot regeneratie’. Dhr. K.M. Maaskant hoopt op maan-dag 23 juni om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuur-wetenschappen. De titel van het proef-schrift is ‘Tracing the evolution of proto-planetary disks’. Promotors zijn Prof. dr. A.G.G.M. Tielens, Prof. dr. L.B.F.M. Waters (UvA), Prof. dr. C. Dominik (UvA). Dhr. M. Goykhman hoopt op dinsdag 24 juni om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurweten-schappen. De titel van het proefschrift is ‘Strings and AdS/CFT at finite density’. Promotor is Prof. dr. J. Zaanen. Mw. L.I. Willems hoopt op dinsdag 24 juni om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurweten-schappen. De titel van het proefschrift is ‘Direct and two-step activity-based profiling of proteases and glycosidases.’ Promotors zijn Prof. dr. H.S. Overkleeft en Prof. dr. G.A. van der Marel. Mw. I.R. Klein-Wieringa hoopt op dins-dag 24 juni om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Adipose tissue

inflammation: implications for joint diseases.’ Promotors zijn Prof. dr. G. Kloppenburg en Prof. dr. R.E.M. Toes. Dhr. J.A. van der Steen hoopt op dins-dag 24 juni om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschap-pen. De titel van het proefschrift is ‘Me-mory Wars in the Low Countries, 1566-1700.’ Promotor is Prof. dr. J. Pollman. Dhr. S.A. Verschoor hoopt op woens-dag 25 juni om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Learning about goals: Development of action per-ception and action control’. Promotor is Prof. dr. B. Hommel. Dhr. S. Zeng hoopt op woensdag 25 juni om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschap-pen. De titel van het proefschrift is ‘Mononuclear spin transition materials based on the bapbpy scaffold’. Promo-tor is Prof. dr. E. Bouwman. Mw. N. Snelder hoopt op woensdag 25 juni om 12.30 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurweten-schappen. De titel van het proefschrift is ‘Towards predictive Cardiovascular safety’. Promotors zijn Prof. dr. M. Dan-hof en Prof. dr. D.R. Stanski. Mw. N.J. Davidse hoopt op woensdag 25 juni om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen.

De titel van het proefschrift is ‘Links between Executive Functions and Early Literacy and Numeracy’. Promotors zijn Prof. dr. A.G. Bus en Prof. dr. J.T. Swaab-Barneveld. Dhr. J. Deelen hoopt op woensdag 25 juni om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Genetic and biomar-ker studies of human longevity’. Promo-tors zijn Prof. dr. P. Slagboom en Prof. dr. R.G.J. Westendorp. Dhr. D. Guo hoopt op woensdag 25 juni om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschap-pen. De titel van het proefschrift is ‘Drug-target residence time – a case for the adenosine A1 and A2A receptors.’ Promotor is Prof. dr. A.P. IJzerman. Dhr. T.I.M. van Werkhoven hoopt op donderdag 26 juni om 10.00 uur te pro-moveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Lasers, lenses and light curves.’ Promotors zijn Prof. dr. C.U. Kel-ler en Prof. dr. H.C. Gerritsen. Mw. Y. Hu hoopt op donderdag 26 juni om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘The role of research in university teaching’. Promotors zijn Prof. dr. N. Verloop en Prof. dr. K. van Veen (RUG).

Mw. M. Smit hoopt op donderdag 26 juni om 13.45 uur te promoveren tot doc-tor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Obstetric Emergencies in Primary Midwifery Care in The Nether-lands’. Promotor is Prof. dr. J.J.M. van Roosmalen. Dhr. S. Shafa hoopt op donderdag 26 juni om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘In the eyes of others’. Promotor is Prof. dr. N. Ellemers. Mw. A.H. Stam hoopt op donderdag 26 juni om 16.15 uur te promoveren tot doc-tor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Genetics of migraine and related syndromes’. Prof. dr. M. Schilthuizen zal vrijdag 27 juni om 16.00 uur een oratie houden bij de benoeming tot hoogleraar in de Ge-neeskunde met als leeropdracht Ken-merkevolutie en Biodiversiteit. De titel van de oratie is ‘Endless Forms: Charac-ter Evolution and Biodiversity’. Dhr. D. Erhard hoopt op dinsdag 1 juli om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschap-pen. De titel van het proefschrift is ‘The parabolic Anderson model and Long-Range percolation’. Promotor is Prof. dr. F. den Hollander.

Academische AgendaZingen bij een goed en gezellig koor? Lei-den English Choir heeft plaats voor te-noren en bassen. Studenten en pas afgestudeerden 1e jaar gratis. Vanaf sep-tember barokprogramma. Meer weten? Zie www.lec.nl

Want to join a high-quality and sociable choir? Leiden English Choir seeks tenors and basses. First year free for students and recent graduates. Baroque program-me starts September. See www.lec.nl

Gezocht: Logerende POEZENOPPAS voor 2 lieve oude katers. Huis centrum Leiden met mooie, rustige, tuin. 3 t/m 10 augustus, en nog een week in augus-tus in overleg. Tel: 071-5120061 en 06-11224698

Je bent (bijna) afgestudeerd. Hebt uit-stekend cijfers voor wiskunde en je bent op zoek naar een uitdagende baan. Kijk op www.northpool.nl/careers voor die baan in de energiesector!

Maretjes

Er staat een pooltafel midden in de lounge van het Anna van Buerengebouw. In september oogde de ruimte nog vooral leeg en klinisch, nu hangen er ballonnen van een feestje gis-teravond en van alle kanten komen stemmen en etensgeuren voorbij. ‘We hebben het met z’n allen in een jaar tijd echt opgestart’, vertelt Eva Oskam. ‘Sommige bewoners hebben zelfs onderzoekjes gedaan naar de ontwikkelingen.’

Sinds september 2013 moeten alle eerste-jaarsstudenten van het Leiden University Col-lege twee jaar op de campus komen wonen. Ze hebben een eigen studio met een keuken en sanitaire voorzieningen. Oskam behoorde tot de eerste lichting.

‘Het is zó snel gegaan. Ik weet nog goed dat ik hier spullen ging kopen om mijn kamer op te vullen. En nu zit een derde van mijn ba-chelor er alweer op.’ Deze zomer neemt ze deel aan een conferentie in Georgië over gen-dergelijkheid. ‘Met jongeren uit heel Europa delen we daar onze situaties en ervaringen. En ik ga ook met mijn vriend nog twee weken naar Frankrijk. Even bijkomen van dit jaar.’ Ze moet nog twee cijfers krijgen. ‘Maar zoals het er nu naar uitziet, is alles in the pocket.’

Om zich heen zag ze verschillende studie-genoten stoppen. ‘Zo bizar. Ik heb echt geluk dat ik een studie gevonden heb waar ik me thuisvoel.’

Na de zomer moet ze voor colleges ook naar Leiden, maar Den Haag bevalt haar wel. ‘Hoewel de gemeente het wel promoot, is Den Haag niet echt een studentenstad. Maar als ik dat had gewild, was ik wel naar het University College van Maastricht of Utrecht gegaan. Ik zat in Rotterdam op de middelbare school. Die studentenfeestjes heb ik daar al wel gehad.’

Na het vwo besloot ze vanwege de dreiging van het leenstelsel direct studeren te verkiezen boven een jaar reizen. Het leenstelsel zou toen misschien al in 2014 ingevoerd worden en dat

Het is zo snel gegaan

‘Best een rollercoaster’, beschrijft Isra Acherrat haar eerste studiejaar. ‘Het begon spannend. Je moet toch even ontdekken hoe zo’n universiteit werkt, hoe het hele studentenleven in elkaar steekt én hoe je het leren van een tentamen moet aanpakken. Tijdens de eerste hoorcolleges had ik geen idee waar ik op moest letten. Inmiddels is de grote hoeveelheid studiestof wel behapbaar.’

De eerstejaars criminologen groeiden intus-sen uit tot hechte groepen. ‘Dankzij Leiden Law Practices zitten we het hele jaar in dezelfde groep. We hebben een chat om elkaar op gang te helpen en het is erg gezellig. Soms zelfs te ge-

Ruim 5600 nieuwe studenten streken aan het eind van de zomer van 2013 neer in Leiden. Mare volgde dit academiejaar drie nieuwkomers. Eentje haakte er af, de rest bereidt zich voor op de vakantie. ‘Ik heb echt geluk dat ik een studie gevonden heb waar ik me thuisvoel.’

Het eerste jaar van de rest van je leven

‘Studentenfeestjes heb ik wel gehad’Eva Oskam (19)Studie: Leiden University College in Den HaagUit: Capelle aan den IJssel‘Het bevalt nog prima bij mijn ouders’

Isra Acherrat (19)Studie: Criminologie in LeidenUit: Noordwijk

Foto’s Taco van der Eb

zellig. Dat ga ik in het tweede jaar wel missen.’De kerstvakantie werd, zoals ze in december al

voorspelde, een ‘knalvakantie’. ‘Letterlijk, want pas na het vuurwerk realiseerde ik me dat ik toch écht de boeken in moest duiken. Het hielp wel en die goede tentamenresultaten gaven frisse moed. Bovendien kun je extra vakantiedagen creëren door herkansingen te voorkomen.’ Ze wacht nog op de laatste tentamenresultaten. ‘Ik heb geen voorspellende gaven, maar wat ik al wel heb gehoord, is mooi. Best wel heel erg mooi zelfs. ’

Voor de zomer heeft ze zich alvast ingeschre-ven bij een uitzendbureau. ‘Promotiewerk lijkt me wel leuk. Samples uitdelen dan, want met het werven van abonnees maak je mensen minder blij. Daar loop ik zelf ook altijd met een grote boog omheen.’ Vakantieplannen heeft ze niet. ‘Misschien in het najaar, als ik weer wat herkan-singen weet te voorkomen.’

Ze woont nog bij haar ouders in Noordwijk en als het aan haar ligt verandert dat voorlopig niet. ‘Ik heb geen plannen om op kamers te gaan. Het bevalt prima thuis en met de bus of de fiets ben je zo in Leiden.’ Een periode in het buitenland staat nog wel in de planning. ‘Waarheen of voor welke vakken weet ik nog niet, maar het wordt een semester tijdens mijn derde jaar. Ik ben nu nog jong en ik heb er de energie voor.’

Bij studievereniging CoDe heeft ze zich vast aangemeld voor de meeloopdagen. ‘Vroeger wilde ik heel graag in de gevangenis werken, maar inmiddels lijkt het Openbaar Ministerie me ook leuk. Over de toekomst moet ik nog maar eens goed nadenken. Het eerste jaar van criminologie is nog zó inleidend, dat je eerst door moet krijgen wat je eigenlijk aan het doen bent, voor je een richting kunt kiezen.’ Inmid-dels voelt ze zich erg thuis op het KOG. ‘Het is niet echt spannend meer. Ik kan me nauwelijks nog voorstellen dat ik hier een jaar geleden níet rondliep.’

reizen zou vanzelf wel komen met een studie als deze. ‘Inmiddels heb ik ervoor gekozen om in deeltijd een extra bachelor rechtsgeleerd-heid te volgen. Er zijn meer aanmeldingen dan plaatsen, dus ik moet de loting nog even afwachten. Maar als het lukt, zal het wel zwaar worden. Ik kan dus niet op exchange tijdens mijn derde jaar. Maar de selectie daarvoor is sowieso heel streng. De Universiteit Leiden wil niet meer studenten weg laten gaan dan er vanuit het buitenland hierheen komen, en bijna iedereen wil weg.’

Het buitenland moet inmiddels dus wach-ten tot na haar studie. ‘‘En ik zou mijn car-rière graag in Nederland willen opstarten, misschien als advocaat or rechter. Maar ik wil echt nog steeds naar het buitenland. Mis-schien over vijf of tien jaar.’

DOOR MARLEEN VAN WESEL

Help Alzheimer overwinnen. Dan hoeft niemand zichzelf te verliezen.www.alzheimer-nederland.nl

Help Alzheimer overwinnen. Dan hoeft niemand zichzelf te verliezen.www.alzheimer-nederland.nl

Achtergrond

12 Mare · 19 juni 2014

Page 13: Mare 32 (37)

Het jäärboek vän høt jäär

Elk jaar beloont Mare de beste verenigingsalmanak met eeuwige roem én een fust bier. Over lichte pikken, geheime badmutsen en Zweedse gehaktballetjes.

DOOR PETRA MEIJER EN MARLEEN VAN WESEL Oké jongens, laatste waarschuwing. Voor elke keer dat we nu nog pixels kunnen tellen doodt God een jong poesje. Dat een foto er goed uitziet op je beeldscherm, wil nog niet zeggen dat hij ook geschikt is voor druk, oké? We zullen geen namen noemen, en zeker niet die van Spil en Grotius, maar volgend jaar eisen we mooie kaaklijnen in plaats van blokkenkoppen.

Ten tweede, het blijft lastig: less is more. Sommige com-missies hebben wel heel veel geld nodig om hun almanak een goedkope uitstraling te geven. Het feit dat er heel veel let-tertypen, kleurtjes en plaatjes beschikbaar zijn, wil niet zeg-gen dat je deze naar hartenlust kunt combineren. Het thema ‘Waanzin’ gaf de almanakcommissie van Quintus blijkbaar een vrijbrief om los te gaan met drukke achtergrondjes, kin-derachtige lettertypes, glimmende foto’s en vele verfspetters. Deze almanak is simply too much. Jammer, want de omslag en het sterke thema hadden ons wel nieuwsgierig gemaakt.

En tot slot, in een ledenlijst willen we de nuttige gegevens van de leden terugvinden. Voor sommige almanakcommis-sies komt dit misschien hard aan: maar de ledenlijst is het enige gedeelte van de almanak dat ook na de uitreiking nog eens opengeslagen wordt. Telefoonnummers zijn dan geen overbodige luxe (Minerva, Njord, Labyrint).

Een positievere noot: we werden blij van de statistieken. Ons leven is zoveel rijker nu we weten dat SSR-leden tijdens hun studie gemiddeld 5,38 kg aankomen, dat 52% van de leden graag met bier gooit, en dat 34% condooms gebruikt terwijl 15% een sok prefereert. Bij Asopos werd 9986 liter bier geconsumeerd, tegenover 940 liter frisdrank. Hebben Quinten meer bedpartners dan Augustijnen? Als iedereen volgend jaar braaf een statistiekenpagina in zijn boekje op-neemt, is de jury gelukkig.

Sommige almanakken springen er niet echt uit, anderen lijden onder de vergelijking. De almanak van Njord is goed verzorgd en kleurrijk, maar is humorloos in vergelijking met de almanak van Asopos de Vliet. De almanak van de M.F.L.S. (biomedische wetenschappen en geneeskunde) haalt het niet bij de lustrumalmanak van vorige jaar.

Een almanak die wel opvalt is die van culturele vereniging Prometheus. Bestiarium vormt een welkome afwisseling na duizenden pagina’s met zuipende studenten. De almanak-commissie legde de leden een enquête voor en de leukste antwoorden zijn terug te vinden in de ledenlijst. De Pro-methanen delen hun favoriete Nederlandse woorden (semi-permeabel; fnuiken; hekelbeer), lievelings(fabel)dier (wen-telteefje) en archaïsmen uit de Nederlandse taal die ze graag weer zouden terugbrengen (kanaalzwemmen voor zappen; gedesequilibreerden). De almanak straalt intelligentie uit, maar ook een hoog nerdgehalte. Zo melden leden zonder gêne dat hun favoriete sport zwerkbal is, geven ze citaten als ‘Use the force, Harry’ en ‘Ceterum censeo Carthaginem delendam esse.’ Ook bestempelen ze de geur van verse com-puterhardware als hun guilty pleasure. Dude, wil je écht de rest van je leven alleen blijven?

Dat groter niet altijd beter is, bewijst de almanak van Augustinus. Het thema – ‘Groen als gras’ – komt niet echt goed uit de verf omdat de (bestuurs)leden van de vereniging

maar weinig groene ambities hebben. De commissie geeft wat groene tips om 215 euro per maand te besparen en ook het jaaroverzicht ziet er netjes uit, maar als snel volgt een eindeloze reeks cordialen, gezelschappen, verbanden, com-missies, subverenigingen, huizen en subs. Zij hebben stuk voor stuk een bezopen foto ingeleverd of een ranzig plaatje van internet geplukt. Hierdoor is een derde van de almanak gevuld met onzin. De milieubewuste almanakcommissie had hier best wat papier kunnen besparen. De rest van de almanak heeft overi-gens een fijne, rustige uitstraling door de zachte kleuren en het matte papier. Ook de statistieken zijn vermakelijk. Opvallend: een zesde van de eerstejaars dacht tij-dens de KMT kleine zoogdieren te moeten mishandelen. Nog opval-lender: ze werden desondanks lid.

Maar een grote almanak hoeft kwaliteit ook niet in de weg te staan. De derde plaats is namelijk voor het dikste exemplaar: de lustrumal-manak Belle époques van Minerva. Het thema is ver doorgevoerd en de oude zwart-witfoto’s in de sectie ‘Redactioneel’ geven een uniek in-kijkje in het studentenleven van vroeger. De quotes zijn geweldig (‘Ik ben nooit dronken, ik ben gewoon niet moeilijk’) en de foto’s in de almanak maken een bijzonder professio-nele indruk. Een minpuntje is het ontbre-ken van telefoonnummers in de ledenlijst. Daarnaast vonden we het opmerkelijk dat de bestuursgang het nodig achtte om een aantal fotopagina’s met grof geweld uit de almanak voor Mare te verwijderen (‘Die houden we graag privé’). En dat terwijl de foto’s van de KMT van jaargang 2013 nu ook weer niet zo spannend waren. Wat foto’s van sjaarzen in de catacombe, witte badmutsen, meel, water en hier en daar een ontbloot mannelijk bovenlijf. Gaaaaaap.

Een welverdiende tweede plaats is er voor Asopos de Vliet. De almanak oogt fris, maar bevat ook inhoudelijk leuke stukken. Het jaar-overzicht is bijvoorbeeld opgeschreven in de vorm van een kroniek op rijm. Rosé rijmt dan misschien niet op passé, maar de maker krijgt zeker punten voor de moeite. De almanak bevat bovendien het katern ‘Hoe overleef ik het stu-dentenleven’, met alles wat een sjaars moet weten over het fiksen van fietsen, de beste kebab én het nummer van de SOA Poli. De liedjes (‘Njord, njord, njord, je armpjes zijn te kort’) zijn vermakelijk, evenals het woordenboek. ‘Aanhalen: het richting tepel trekken van je paal. Afvallen: sport van lichte roeiers, waarbij senna-thee, regenpakken en vezel- en zoutloos voedsel een grote rol spe-len. Wordt vaak serieuzer genomen dan de te starten wedstrijd. Kanoclub: zie ‘Njord’. Lichte pik: mannen van (op een wedstrijd) minder dan 72,5 kilo; compenseren hun gebrek aan gewicht door een overmatig grote mond. Njord: waka-vereniging; zie ‘Kanoclub’. Wa-terkip: zwartgevederde vogelsoort met rode snavel, familie van de rallen; vertoont vaak suïcidaal gedrag rondom roeiboten; niet te verwarren met de meerkoet. Zware bal: technisch en intellectueel minderbegaaf-de roeier met overtollig lichaams-vet; compenseert zijn gebrek aan techniek met kracht.’ We zouden er bijna van gaan roeien.

De absolute winnaar is dit jaar de almanak van De Leidsche Flesch. Het is duidelijk dat de slechts vierkoppige almanakcom-missie veel tijd gestoken heeft in dit strakke boekwerk. Het thema ‘Ikea’ komt overal terug. Zo zijn er Ikeastripjes over de børrel en stüdären, en bevat de almanak in het midden een uitvouwbaar spel naar voorbeeld van een Ikea-plattegrond. De prachtige foto’s van de commissieleden in de Ikea en de goed gekozen kleuren en let-tertypen zorgen ervoor dat deze almanak echt op een Ikeacatalogus lijkt, zonder aan klasse in te boeten. De liederen worden gezongen door Ikea-poppetjes en de diverse zusterver-enigingen en commissies hebben het thema allemaal braaf in hun bijdrage verwerkt. En laten we eerlijk zijn, wie rector magnificus Carel Stolker een lof-rede weet te laten schrijven over Ikea, verdient sowieso de eerste prijs. Op de redactie staat een fust bier voor jullie klaar!

Studentenleven

19 juni 2014 · Mare 13

Page 14: Mare 32 (37)

Leiden researchers have discov-ered that wild mice use treadwheels voluntarily, an important fact to remember when studying their tame cousins in the lab. “It seems as if they have an urge to move.”

by bart braun The mice in Joke Meijer’s back garden made global headlines, starring in The New York Times, The Guardian, Der Spiegel, New Scientist and numerous other national and international media recently although, oddly enough, Meijer’s main job is brain research. “We study the body’s biological clock, specifically the network of nerve cells in the brain that con-trol the rhythm of our 24-hour cycle. We use mice to measure that rhythm and to measure the activity of the mice, we hook up a computer to the treadwheels in their cages.”

The professor of neurophysiolo-gy is not the only scientist to work with mice. All sorts of research into the effects of something on activity or the effects of activity on something is based, at least partly, on measurements of lab animals running in treadwheels.

“That of course always raises the question of whether we’re measur-ing pathological behaviour”, con-tinues Meijer. If you keep animals or humans in captivi- ty, they might start display-ing what’s known as stereotypical be-haviour: compul-sive, repeated

behaviour that’s quite clearly related to stress: walking to and fro, shak-ing their heads, lick-ing the bars of the cage, etc. If a mouse only uses the treadwheel because it’s

Frozen vaccinesHepatitis B causes jaundice and liver in-fections, and if you are unlucky, it can kill you. Luckily, there’s a vaccine for it. If you’re planning a holiday in Africa or Asia, you can get a jab from the Mu-nicipal Health Service, the GGD. All they have to do at the GGD is reach into the fridge - no problems here, but in coun-tries where hepatitis B is common, it’s not always easy to store the vaccines in a cool place. A group of pharmacologists from Groningen and Leiden research-er Gideon Kersten tried freeze-drying the vaccines and published a report of their attempts in the European Journal of Pharmaceutical Sciences. The trick is not just to freeze-dry the vaccines: you need to add some sugar before doing so. The sugar stabilises the proteins in the vac-cines, which would otherwise separate. Adding sugar gives the vaccines a longer shelf-life than fluid vaccines have, even at higher temperatures. That’s good news, but the most important question is whether the vaccine still works after being freeze-dried and stored. The an-swer is it does in mice, at least. In fact: it works even more effectively. And that is good news in the long term, even for people in countries where fridges work.

PollenA sort of vacuum cleaner has been in-stalled on the roof of the Leiden Univer-sity Medical Centre to extract pollen from the air. A biologist then counts the pollen grains, determines the variety and that information is published on sites like allergieradar.nl. This method has a cou-ple of disadvantages: it must be done manually and even experts can’t always distinguish between related species just on the basis of their pollen grains. In the science journal Molecular Ecology Resources, researchers from the LUMC headed by geneticist Ken Kraaijeveld describe a different method. In brief, it means collecting the grains, extracting the DNA and determining the species of the plants from the DNA in their pollen.This process can largely be automated, in which case, pollen counts could be done in all sorts of places in the Nether-lands. According to the authors, another advantage is that you can expand the vacuum-cleaner method to count bacte-ria and fungi spore relatively easily.

WormsHealth experts across the globe are see-ing a rise in the number of people with allergies. A possible explanation for the increase is the hygiene hypothesis: our environment is supposedly so clean our immune systems, having few challenges to cope with, do not learn properly when and how to respond. Worms seem to have an important part in this; the less exposure to parasitic worms, the more our immune systems lash out, causing more asthma and other illnesses. Or so it seems. In Pediatric Allergy and Immu-nology, Abena Amoah, a parasitologist, has collected all the research from re-cent years, revealing that, in practice, the hypothesis is difficult to prove. Though some studies show a clear, inverse rela-tionship between the number of worms and frequency of the allergy, that is not the case in many studies. It is also not known whether treating a patient for worms will aid or obstruct the develop-ment of oversensitive reactions. It would be ideal if we could use the substanc-es from the worms in a pill that could prevent allergic reactions without having a real worm infection. Clinical research with human volunteers is already un-derway, according to Amoah and her co-authors.

deeply trou-bled, you’re not only mea-suring the results of exercise, but the results of its unhappiness too.

Meijer adds: “If that were true, our research would be in trouble. But I never once thought it was stereotypical behaviour: the mice use the treadwheel on their very first day in the cage and use it less frequently as they get older, while animals display more and more stereotypical behaviour the longer they are kept in captivity. Even so, I decided to study them in the wild because I was truly curious about the results.”

The only other observation of treadwheel use by animals outside captivity was recorded by Konrad

Lorenz, the founding father of research into animal

behaviour. A few of his

rats escaped and he managed to recapture

them by putting out a treadwheel. But would animals that had never seen such a device use them?

Meijer teamed up with the Leiden Univer-

sity Medical Centre’s delicate-engineer-

ing department to design spe-cial open cag-es containing treadwheels.

The cages were equipped with

infrared cameras and their wires were wide enough to

allow mice and rats to enter but close enough to keep out foxes and other animals that might damage test set-up. “Many university med-ical centres have closed their engi-neering departments to economise although those departments can build things that allow you to measure things no one else can. You certainly can’t walk into a shop and just buy the equip-ment.”

PhD stu-dent Yuri Robbers, who teaches biology at the Stedeli-jk Gym-nasium School in Leiden, wrote the necessary

programs and did the data anal-ysis. Special funds were set aside some years ago for teachers who wanted to do PhD research on top of their teach-ing job and Robbers was one of

the first to take advantage. “His plans suited our study to a T.” One of the cages was placed in Meijer’s back garden and the other in a closed-off area of the nature conser-vation area Meijendal near Wassenaar.

“The bunkers there still have live sockets so we could use them to power the measuring apparatus

with the help of long cords.”

In late May, the results were pub-lished in the biology journal Pro-ceedings of the Royal Society B. And what do they reveal? Mice, shrews, rats and even frogs climb into the cages of their own accord for a run, even when there’s no food for them there. Infrared footage of a slug on the wheel has already been viewed some hundred and fifty thousand times on YouTube, although Meijer won’t make any claims on the slug’s conscious decision to exercise. “I have the impression that the mice do have the intention to run. You can see them jump off and then jump back on again to continue their run.” The first emails from en-thusiastic readers who set up camer-as and treadwheels in their gardens – and who have managed to capture running mice on films – have start-ed to arrive.

The running behaviour displayed by rodents is appar-

ently not some-thing they do

because they are

nervous

wrecks in cap-tivity. And that’s

good news for thousands of researchers across the globe who work with running mice. So why do they run? “It seems as if they have an urge to move. Biologists are quick to assume that all behaviour has a purpose; after all, it takes time and energy. But maybe they’re just play-ing. We noticed that younger ani-mals use the treadwheel more often than the older creatures.”

One detail fits in nicely with Mei-jer’s lab work: the treadwheel in the dunes was used far more often at night than during the day, though this difference was less noticeable in the cages in Meijer’s back garden. She suggests that perhaps the light pollution in Leiden has disturbed the circadian rhythm of mice.

Run for funEven wild mice enjoy exercising in treadwheels

14 Mare · 19 juni 2014

English page

Page 15: Mare 32 (37)

FILMTRIANONJersey BoysDagelijks 18.30 + 21.30The PhilosophersDagelijks 21.30Walking on SunshineDagelijks 18.45 + 21.30KIJKHUISDe 100-jarige man die uit het raam klomDagelijks 18.30, zo. 14.30The Rover Dagelijks 21.00 The Grand Budapest HotelDagelijks 19.00JoeDagelijks 21.30, zo. 14.00LIDO22 Jump StreetDagelijks 18.45 + 21.30, za. zo. 14.30Maleficent 3DDagelijks 18.45, za. zo. wo. 14.30Transcendence Dagelijks 18.45 + 21.30Grace of MonacoDagelijks 18.45GodzillaZo. ma. di. wo. 18.30Edge of TomorrowDagelijks 21.30X-Men Days of Future Past 3DDagelijks 21.30Bad NeighboursDagelijks 21.30

MUZIEKSCHELTEMALicks and Brains26 juni, 21.00 uurQBUSGregory Page & his imaginary dance orchestra27 juni, 20.30 uur, €10 euroLEIDSE HOUTWerfpop20 juli 2014BINNENSTADWoodstock op het Water5 en 6 juli 2014

THEATERIMPERIUM THEATERMoeders Mooiste speelt theatersportVrijdag 27 juni, 20.30

DIVERSENBINNENSTADLakenfeesten26-29 juniLEIDSE HOUTProefpark Leiden, biologische foodmarket29 augustus-31 augustus HOOGLANDSE KERKJapan Festival21 juni, 13.00 – 17.00 uur, OUDE VESTSpeedoswim zwemmarathon20 juni 2014GARENMARKTLeiden Culinair26-28 juniHORTUS BOTANICUSMidzomernachtfeest21 juni, 20.00 – 0.30 uur, €7,50 GALERIE LUMCSymposium Souvenir de VoyageFotografie, toerisme en de blik op ‘de ander’26 juni, 13.30-16.30Tentoonstelling Souvenir de Voyage26 juni t/m 31 augustus 2014QUINTUS Open Lustrumactiviteiten 11-18 juli13 juli GlibberBal (Leidse Ter Land Ter Zee en in de Lucht), Huigpark, 13.00 uur14 juli Flessenpost speciaalbier festival met bands en DJ’s, Boommarkt17 juli ‘Beat of Africa’ festival, BoommarktMINERVA Open Lustrumactiviteiten 27 juni – 11 juli28 juni Twee Eeuwen Maskerade, Binnenstad, 14.00 – 16.00 uur3 juli Stadsdag ‘City Survival Run’, Binnenstad, 12.00-18.00 uur3 juli Universiteit en Stadsfeest, Lustrumterrein, 23.00 – 06.00 uur

Kom de zomer doorMare houdt zomerstop, maar ook in juli en augustus valt er in Leiden van alles te beleven op cultureel gebied. Een greep uit het aanbod: DOOR MASHA RADEMAKERS EN PETRA MEIJER

Optreden tussen lampjes en hangmatten

Glibberrr ‘m erin!

Stadsfotosafari

Karikaturen en dreunende gitaren

In de kortste nacht van het jaar zal de Hortus haar poorten openen om het Midzomernachtfeest te vieren. Er zullen verschillende koren en thea-tergroepen optreden, waaronder to-neelgroep Al Dente en het Bètatoneel van studenten van de Faculteit Wis-kunde & Natuurwetenschappen. An-nelot van Esbroeck (23, Life Science Technology) vertelt: ‘Het Bètatoneel komt elk jaar voor het Midzomer-nachtfeest bij elkaar. Dit jaar gaat het toneelstuk over tijd. Iedereen is altijd maar druk, moet agenda’s naast elkaar leggen om afspraken te maken, zelfs al woon je in hetzelfde huis. Maar wat als iemands leven stil komt te staan, en de tijd op is? Dan moet je van elk moment genie-

Herinner je je de kneuzige valpar-tijen van Te Land, Ter Zee en In de Lucht nog, waar je vroeger met je hele familie genesteld voor de tv naar zat te kijken op een vrijdagavond? Het Quintus-damesdispuut Cassis en het herendispuut DaVinci organi-seren als onderdeel van het 35-jarig jubileum het GlibberBal festijn ‘Lal-len en Vallen met Glibbers & Ballen’. In het Huigpark zal een reusach-tige baan opgezet worden met een lengte van 30 meter waar de deel-nemers vanaf zullen racen, de af-grond in, richting de bel. Juliette van Noort vertelt: ‘Als spelvariant is gekozen voor het alombekende “Snel naar de Bel”, voor de gele-genheid omgedoopt tot “Glibberrr ‘m erin”. Aan het eind van de dag

Op zaterdag 21 juni treden de dans-cursisten van het LAK op in Theater Ins Blau. Een paar weken later orga-niseert het LAK voor het eerst een aantal zomercursussen. Tijdens de cursus ‘Songwriting’ kunnen deel-nemers onder begeleiding van de bekende Leidse jazzzangeres Vivi-enne Aerts hun eigen liedje schrijven en opnemen. Ook voor de andere cursussen zijn bekende Leidenaren ingeschakeld. Theatergezelschap PS theater geeft de cursus ‘Locatiethe-ater’, waarbij een speciale locatie in de stad wordt ingezet als theatrale plek die moet leiden tot een spon-tane ontmoeting met publiek. De Leidse kunstenaar Barthel Brussee begeleidt een groep deelnemers tij-dens de vierdaagse cursus beeldhou-wen in hout. De cursus vindt plaats op een charmante locatie, namelijk op het erf van theehuis ‘de Tuin van de Smid’ in het Cronesteyn Park.

20 juli wordt de Leidse Hout weer bezaaid met de lege bierbekers en brullende bassen van Werfpop. Ook dit jaar staan er een hoop vette acts op het podium. De hiphop-act Dope D.O.D., afkomstig uit het Gro-ningen, is één van de hoofdacts. Zij wisten in 2011 internationale faam te bemachtigen met de lancering van hun video What Happened, die zeven miljoen keer bekeken werd op YouTube. Na een samenwerking met Sean Price, en in het voorpro-gramma te hebben gestaan voor Limp Bizkit en Korn, spelen zij deze zomer op de grootste festivals van Europa.Ook de ontspannen grooves van ChefSpecial zullen over het festival golven. Deze graaggeziene festival-band is niet meer weg te denken uit de festivalscene sinds zij de huis-

zullen verschillende prijzen uitge-reikt worden, zoals de pechprijs en de originaliteitsprijs. Waarschijn-lijk zal niet één team droog blij-ven, het wordt echt een spektakel.’ De Leidse act Barry Badpak is ook van de partij en zal muzikale steun verlenen aan de teams, die bestaan uit studenten, Leienaars, en zelfs een stelletje enthousiaste Belgen. Onder het genot van optredens en eettentjes, is er die dag rondom de Maresingel plek voor zo’n vijftien-duizend toeschouwers. Er zijn nog een paar plekken beschikbaar voor deelname, dus heb je zin in een natte broek, geef je dan op.

Glibberbal: Zondag 13 juli, Huig-park. Toegang gratis.

Fotograaf Harry Otto regelt een vier-daagse fotosafari in Leiden. Er wordt niet alleen ingezoomd op historische plaatsen en natuur in de stad, deel-nemers bezoeken ook de tentoonstel-ling Leve de mens! van Jimmy Nelson in Rijksmuseum Volkenkunde, en er is een boot afgehuurd zodat ze Leiden vanaf het water kunnen fotograferen. Tot slot is er een gevarieerde danscur-sus waarbij de deelnemers op twee verschillende niveau’s elke dag een andere dansstijl voorgeschoteld krij-gen: latin, musical, ballet en hiphop.

Voorstelling Dans SuiteWanneer: 21 juni, 16:00 en 20:00 uurKosten: 5 euro

Zomercursussen LAK TheaterWanneer: 7 t/m 10 juli (Theater, Foto-grafie, Beeldhouwen); 21 t/m 24 juli (Dans) en 28 t/m 31 juli (Zang).Kosten: tussen de 70 en 240 euro

band van De Wereld Draait Door waren. Vind je het allemaal wat soft, dan kan je je hart ophalen aan de Braziliaanse thrashmetalband Soul-fly, die de organen uit je lijf zal ram-men met hun dreunende gitaren en diepe grunts. ‘Er zal dit jaar ook een nieuw podium zijn, waar opkomen-de bands uit de regio zullen worden gepresenteerd. We willen hen op deze manier een push geven. Ook zullen dit jaar voor het eerst kunste-naars over het festivalterrein lopen, die bijvoorbeeld een mooie karika-tuur van je kunnen maken,’ aldus Gwen Peroti. De meest belovende act zijn volgens Peroti de Compact Disk Dummies. ‘Mensen zullen gaan springen op hun electropunk’.

Werfpop: zondag 20 juli, Leidse Hout 13:00-23:00. Toegang gratis.

ten. Dan vallen de maskers af.’ Het toneelstuk gaat opgevoerd worden in de openlucht. ‘Tussen de lampjes en hangmatten optreden schept een geweldige sfeer,’ aldus Van Esbroeck. De botanische tuin zal ’s nachts ook omgetoverd worden in een open-luchthotel, waar je tussen de plantjes kunt slapen. Maar voordat de ogen dichtgaan is er genoeg te beleven, van een wijnproeverij tot een rondleiding in de Sterrenwacht. ‘Cultuurliefheb-bers zullen gaan genieten’, aldus Van Esbroeck.

Midzomernachtfeest in de Hortus Botanicus: zaterdag 21 juni. Kosten € 7,50 - ook als je een museumjaar-kaart hebt.

Met Werfpop, het Glibberbal en het Midzomernachtfeest

Midzomernacht in de hortus. Foto Hans Clauzing

The Opposites. Foto Agents After All

19 juni 2014 · Mare 15

Cultuur Agenda

Page 16: Mare 32 (37)

Jacob de Boer (23, geneeskunde): ‘We hadden tijd over. Daar moesten we maar wat moois mee doen, zoals naar Kopen-hagen fietsen om geld op te halen voor de bestrijding van ALS. Rustig, in een week, was het plan. Maar iemand kwam met het idee om non-stop te fietsen. Dat gaan we zaterdag dus doen.’Floris Schermerhorn (23, rechten): ‘In totaal is het 1071 kilometer. Dat kan kor-ter, maar dan moet je grote stukken met een pont en fiets je niet non-stop meer.’Matthijs Kleijn (24, geneeskunde): ‘We hopen op de wind in de rug.’De Boer: ‘Zwaar wordt het toch wel. Maar daar bijt je doorheen.’Dirk de Graeff (24, rechten): ‘We zijn met vier fietsers. Twee zijn er continu aan het fietsen, de andere twee mogen dan een paar uur rusten in de camper die meerijdt. Dat lijkt in het begin vast veel,

maar ’s nachts kun je dus ook niet langer dan drie uur slapen.’Schermerhorn: ‘Bart Jorissen (niet op de foto, red.) en ik fietsen niet. Hij bestuurt de camper en ik houd de route in de ga-ten, zeker wanneer de camper even een andere weg moet nemen. Intussen zet ik filmpjes op www.leidenkopenhagen.nl.’De Boer: ‘Het verhaal van Fernando Rick-sen, de voetballer die bij De Wereld Draait Door vertelde over zijn ziekte ALS, raakte ons erg.’Kleijn: ‘We kenden zelf geen ALS-patiën-ten, tot we aan dit project begonnen dan.’De Graeff: ‘De teller staat op achtduizend euro en er is in totaal al vijftienduizend toegezegd. Dat gaat naar een kinder-boek, waarin in Jip-en-Janneke-taal uit-gelegd wordt wat er met mama of papa aan de hand is. Vooral met papa, want de ziekte treft meer mannen.’

Kleijn: ‘Paul van Dalsen (niet op foto, red.) en ik hebben als training meegedaan aan de Amstel Gold Race.’De Graeff: ‘We fietsen ook regelma-tig naar Scheveningen en terug, via de duinen. Van de fysio kregen we een schema waarin stond dat we minstens driehonderd kilometer per week moes-ten fietsen.

‘Tijdens de tentamens lukte dat niet altijd, maar we hebben wel consistent hard getraind.’De Boer: ‘We vertrekken zaterdag 21 juni om zes uur ’s ochtends bij Minerva. Tot aan Den Haag, waar we de cheque aan-bieden, fietsen drie VVD-Kamerleden en waarschijnlijk ook presentatrice Mariska Hulscher en oud-wielrenner en sport-journalist Thijs Zonneveld met ons mee. Daarna moeten we het tot maandag-middag met elkaar doen.’

Kleijn: ‘Zo’n uitgebreid welkomstcomité hebben we trouwens niet. Ja, een vriend van ons.’De Boer: ‘Die woont daar. En hij is ver-pleegkundige, dus hopelijk brengt hij wat verpleegsters mee die goed kunnen masseren.’Kleijn: ‘Als we er maar voor 18.00 zijn, want dan voetbalt Nederland tegen Chili.’De Graeff: ‘De ene helft komt woensdag met de camper weer terug, de andere helft neemt donderdag het vliegtuig. Precies op tijd voor de lustrumfestivitei-ten van Minerva, die vrijdag beginnen. Hopelijk valt de zadelpijn mee, en kun-nen we nog rechtop staan.’De Boer: ‘Twee weken feesten. Nóg een zware beproeving.’

DOOR MARLEEN VAN WESEL

‘We hopen op wind in de rug’Foto Marc de Haan

Leiden-Kopenhagen

Déjà vu

Vorige week zat ik in een kroeg die ik niet bij naam zal noemen - omdat ik de vorige keer dat ik een café bij naam noemde en complimenten maakten over uitstekende tourne-dos door de redactie van Mare werd beschuldigd van het maken van sluikreclame à la Martin Bril - op een groot scherm en met voldoende koud bier tot mijn beschikking naar Spanje – Nederland te kijken.

Over hoe fantastisch die wedstrijd wel niet was, is ondertussen al ge-noeg gezegd, behalve dan dat ze die incompetente zak van een scheids-rechter met zijn voeten in beton moe-ten gieten en af moeten laten zinken in de Amazone. Alsof dat er niet meer toe doet als je wint.

Naast me zat een man die in een vorig leven Rubberen Robbie moet zijn geweest. Terwijl het in de kroeg steeds rumoeriger werd naarmate Nederland verder voor kwam te staan, bleef hij onverstoorbaar op zijn kruk zitten, alsof ie het allemaal al had meegemaakt. Na de wedstrijd richtte hij zich tot mij. ‘Leiden’, begon ie, en hij nam een slok van zijn bier. Ik keek hem niet begrijpend aan. ‘Die van Gaal heeft gewoon naar Leiden zitten kijken voor dat voetbal van ‘m.’ ‘Sorry?’ zei ik, omdat ik er nog steeds geen idee van had waar hij in godsnaam heen wilde.

‘Kijk. Die hele wedstrijd, was ge-woon een herhaling van het beleg van Leiden, zie je.’ Ik zag het niet, maar knikte instemmend. ‘Spanje is gewoon Spanje. Oppermachtig, in theorie onverslaanbaar. Maar dan komt van Gaal met zijn opstelling. Die vijf man verdediging, dat zijn wij, Leiden. Daar kom je in principe niet doorheen, maar daarmee is die wed-strijd nog niet gewonnen.’

‘Daar moet je ook nog voor sco-ren’, vulde ik aan. ‘Precies! En tij-dens het beleg had je toen de orga-nist van de Pieterskerk, Speelman, die duiven stuurde naar de Geuzen, die de dijken bij Rotterdam doorbra-ken, zodat het water de Spanjaarden rond Leiden zou verjagen. Nou, die Speelman, dat was natuurlijk Daley Blind met zijn duiven, die lange bal-len naar voren. En die geuzen waren Van Persie en Robben, die hebben de Spanjaarden verslagen. En toen ging die kleine weesjongen, Cornelis Joppenszoon buiten de poort kijken, waar ie een ketel met hutspot van de Spanjaarden vond en kwam ie ons vertellen dat we bevrijd waren.’

Ik wilde de beste man niet afval-len, maar de historicus in mij was toch niet helemaal overtuigd. ‘Maar die duiven werden toch helemaal niet in het Spaanse doel geschoten? Of dat water, het regende wel, maar om nou te zeggen dat dat de Span-jaarden heeft verjaagd…’

Hij liet zich niet van zijn stuk brengen. ‘Ik bedoel ook niet dat het precies zo is gegaan zoals bij het be-leg, maar die tactiek heeft van Gaal gewoon van ons gejat.’ Hij keek me triomfantelijk aan: ‘Want welke kleur heeft hutspot?’

TIM MEIJER

16 Mare · 19 juni 2014

InburgerenHet Clubje

Bandirah