magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het...

32
magazine jaargang 2 • no. 03 • apr 2018 Paul Smits, Fancom: “Hoe meer we van dieren weten hoe beter wij kunnen ontwikkelen” 3D-printen: Bestaande technieken, nieuwe toepassingen Andere opzet voor Kies Techniek

Transcript of magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het...

Page 1: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

magazinejaargang 2 • no. 03 • apr 2018

Paul Smits, Fancom: “ Hoe meer we van dieren weten hoe beter wij kunnen ontwikkelen”

3D-printen: Bestaande technieken, nieuwe toepassingen

Andere opzet voor Kies Techniek

Page 2: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

4 Symposium ‘Slimmer produceren’

6 Ondernemer in beeld: Bart-Jan van den Boogaart, MGG

9 ‘ We zijn elkaars vertegenwoordiger’

10 Van specialistische vraag tot standaard oplossing

12 How it’s made14 Circular Design Group15 Manifestatie Kies

Techniek wil nieuwe wegen inslaan

16 ‘Hét voorbeeld om de jeugd enthousiast te krijgen voor de maakindustrie’

18 Accurate information, any time – anywhere

19 Your window to the world20 3D-printen, hoe verder?

22 “Zet ‘m maar aan…”24 Ondernemen

en innoveren26 Addit BV, veelzijdige

system supplier28 Ideale toekomstbeeld

INHOUD

ColofonRealisatie NV Uitgeverij Smit van 1876Postbus 6125900 AP VenloM +31 6 3983 [email protected] 

Acquisitie en BladmanagementAM-CreationJulia HenriëttePostbus 6125900 AP VenloM +31 6 3449 [email protected] 

EindredactieJac [email protected] RedactieJac BuchholzRob Buchholz

FotografieLaurens EggenPetra LenssenMijntje Wismans VormgevingGideon Fraipont

Oplage1.200 exemplaren 

Techno Valley Magazine is een uitgave van NV Uitgeverij Smit van 1876 in samenwerking met Techno Valley Limburg.

Wijzigingen  en zet fouten voorbehouden Losse nummers zijn verkrijgbaar tegen een 

prijs van € 4,95 per stuk Niets uit deze publicatie mag worden vermenig-vuldigd en/of openbaar gemaakt doormiddel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook zonder voorafgaande-schriftelijke toestemming van de uitgever.

p. 14

Page 3: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Digitaliseren

Digitalisering schudt de wereld op. Het verandert de economie en de samenleving in enorm rap tempo. Om werkgelegen-heid en economische groei veilig te stellen wordt het almaar belangrijker om onze industrie digitaler en daarmee toekomst-bestendig te maken of, in andere woorden, smart. We hebben daar uitstekende papieren voor. Onze regio staat sterk op de kaart op het gebied van duurzaamheid, is zeer innovatief op drie sterke economische fronten en werkt aan een steeds betere en hechtere samenwerking tussen bedrijven, kennisin-stellingen en overheid.

Met de ‘Nationale Actieagenda Smart Industry’ worden nu al mooie resultaten behaald: zo zijn er inmiddels meer dan 30 Fieldlabs in Nederland, elk met hun eigen expertise. Ook de maakindustrie in deze regio moet zich nu snel, met bedrijfs-leven en onderwijsinstellingen, inspannen voor het verkrijgen van een regionale field lab-status en een fysiek smart industry field-lab in Venlo of Venray.Ik wil hierbij dan ook een oproep doen aan bedrijven en gemeenten om hier actief in te participeren. Met onze Techno Valley-leden, de Techno Valley-circle, maar zeker ook LIOF, Ondernemend Venlo, de industriële kringen van de LWV en het Maketech platform, kennisinstellingen en overheid moeten we gemeenschappelijk een sprint trekken naar de digitale toekomst. Dat is goed voor de economie, de industrie en zeker voor alle inwoners van onze prachtige regio.

De maakindustrie heeft nu al ruim 80% aandeel in de export van de in Nederland geproduceerde goederen en vormt een belangrijke basis van ons welvaartsniveau. Digitalisering van de industrie heeft echt een geweldige econo-mische impact!

Vooroplopen in digitalisering is daarbij cruciaal. Daardoor ontstaat de potentie om de productiviteit te versnellen en het concurrentievermogen te vergroten. Door een hogere produc-

tiviteit creëren we meer toegevoegde waarde per werknemer, boren we nieuwe markten aan en leveren we eindproducten af met een betere kwaliteit.Onderzoek geeft dan ook aan dat diverse bedrijven die de afgelopen drie jaar hebben geïnvesteerd in digitale technolo-gieën een omzetstijging en resultaatverbetering van meer dan 20% hebben gerealiseerd! ■

Jan Houwen - Voorzitter Techno Valley

Techno valley magazine wordt mede mogelijk gemaakt door

LimburgMakers ondersteunt u als ondernemer bij het versterken van de concurrentiepositie van uw bedrijf én van de maakindustrie in Limburg.Dit doen wij door de inzet van kennis, netwerk en kapitaal.

Meer weten: kijk op www.liof-limburgmakers.nl

3

Page 4: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Symposium ‘Slimmer produceren’

Innovatie vraagt om andere mindsetTekst: Jac Buchholz | Fotografie: Constance Jentjens

Hier gebeurt het momenteel, stelt de eerste spreker, Jeroen Rondeel van Blue Engineering, een bedrijf dat zich onder meer bezighoudt met het ondersteunen van innovaties. Met ‘hier’ bedoelt Rondeel Villa Flora, de plek waar het druk-bezochte symposium plaatsvindt. Maar inmiddels ook een locatie waar zich allerlei innovatieve bedrijven en kennispar-tijen vestigen.

Enige tijd geleden vond in Villa Flora ‘Slimmer produceren’ plaats, een kennis- en netwerke-vent voor de Limburgse maakindustrie. Wat is de huidige stand van zaken in die branche en waar gaan we naartoe, was de algeme-ne insteek. Daar werd door sprekers als Jan Aalberts, oprichter van Aalberts Industries, aan de hand van een paneldiscussie en met enkele break-out sessies op ingegaan.

Jan Aalberts: “Leg de lat steeds een beetje hoger”

4

Page 5: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

3D-printenIn een tot de laatste plek bezette aula vertelt Rondeel dat de maakindustrie, de grootste industrie in Limburg, niet om innovatie heen kan. Het is ‘to innovate or die’. Hij pakt zijn iPhone en loopt even door de geschiedenis van de mobie-le telefonie. Wijst op bekende namen uit het verleden die inmiddels uit beeld zijn verdwenen. Omdat ze te weinig aandacht besteedden aan vernieuwing. Wie momenteel innovatie zegt, merkt hij op, kan niet om 3D-printen heen. Hij toont een 3D-geprinte fiets en geeft aan dat hij verwacht dat binnen vijf à tien jaar 70 % van de onderdelen uit een 3D-printer komt. “Dat vraagt om een andere manier van den-ken, om een nieuwe mindset. Een nieuw soort ondernemer. Repeterend werk zal meer nog dan nu door robots worden gedaan. Kijk niet gek op als er uitzendbureaus voor robots komen. Daardoor zijn bepaalde vaardigheden niet meer nodig, maar ontstaat er meer behoefte aan mensen die de robots kunnen programmeren en bedienen.”

Wel mag het wat minder bescheiden – als je iets bijzonders doet mag je dat gerust vertellen

DialoogDie nieuw soort ondernemer, zegt Rondeel, heeft een open geest, heeft verstand van techniek en van marketing. Iedereen met een 3D-printer kan daarmee iets produceren en zich ondernemer noemen. Maar met alleen de techniek, met de 3D-printer kom je er niet, waarschuwt hij. “Zonder business case heb je niets.” Rondeel pleit ervoor dat er meer nog dan nu wordt ingezet op het delen van kennis, tussen ondernemers onderling en met kennispartijen als het onderwijs. De aanwezigheid van zowel de Universiteit Maastricht, HAS als Fontys noemt hij een pré. Zij spelen een belangrijke rol bij onderzoek en innovaties. Hij ziet ook meer verdergaande samenwerking tussen de diverse belangrijke branches, zoals techniek en agrofood. Ga de dialoog aan, luidt zijn boodschap.

CijfersNa een korte toespraak van gedeputeerde Twan Beurskens (economie) over het krachtige herstel van de Limburgse economie is het de beurt aan Jan Aalberts, oprichter van Aalberts Industries. Die vertelt over hoe hij ooit in Lim-burg landde, in 1975 in Reuver, om er het bedrijf Mifa op te richten. “Iedere keer als ik naar Limburg kom, kom ik een beetje thuis.” Want eerder, zegt hij, in de jaren zestig startte hij al een bedrijf in Lomm. De start was lastig, geeft hij aan, en niet lang na de start moesten de deuren alweer dicht. Daarna ging het crescendo. “Ik had op een gegeven moment wel tot doel meerdere bedrijven op te zetten, maar dat is wat uit de hand gelopen.” Bij alles wat hij in het verleden op

zakelijk gebied heeft gedaan, had Alberts altijd een duidelij-ke filosofie: weet wat je doet en ken je cijfers, al zijn ze nog zo beroerd.”

Beetje gekZo heeft hij nog enkele wijsheden. Zoals wanneer je een bedrijf opstart, je eerste medewerker een goede financiële man of vrouw moet zijn. Of dat je als het goed gaat niet achterover moet leunen, maar zelfs nog een stap extra moet zetten. “Leg de lat steeds een beetje hoger. En kijk ook bij anderen in de keuken, daar kun je van leren. Dat heb ik zelf, onder andere tijdens mijn vele reizen, ook gedaan.” Zorg voor een goede strategie, luidt zijn devies, en besteed altijd aandacht aan R &D. Een ondernemer moet zich onder-scheiden, vindt Aalberts, moet iets unieks kunnen bieden. Dat kan niet zonder vernieuwing. Hij ziet dat de Limburgse maakindustrie – “mijn hart ligt bij de maakindustrie” – wat dat betreft op de goede weg is. Wel mag het wat minder bescheiden – als je iets bijzonders doet mag je dat gerust vertellen. En schaam je niet voor tegenslagen, zegt hij, want die horen erbij. En wanneer je als ondernemer soms denkt dat je een beetje gek bent, is dat niet erg, stelt Aalberts tot slot. “De meeste succesvolle ondernemers zijn een beetje gek. En hebben mensen om zich heen die dat toestaan.”

Vervolgens gaan Jan Aalberts, Jeroen Rondeel, Tys van Elk van LIOF, LWV-voorman Huub Narinx en Jan Houwen, voorzit-ter van Techno Valley, in een paneldiscussie in gesprek over onder meer de kracht en zichtbaarheid van de Limburgse maakindustrie. Het symposium wordt afgesloten met drie break-out sessies. Océ behandelt daarin het thema operati-onal excellence over het optimaal afstemmen van processen op de productie en het belang van innovatie. WP Haton, producent van machines voor de bakkerijwereld, laat zien hoe ze van machinefabriek zijn getransformeerd tot dienst-verlener met gerichte oplossingen voor hun opdrachtgevers. Bij Mifa gaat het over het op een slimme manier inzetten van studenten die binnen het bedrijf actief zijn als weekend-medewerkers. ■

5

Page 6: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

MGG uit Tegelen zit in de lift. Door een recente overname is het aantal medewerkers nage-noeg verdubbeld en de omzet verhoogd van 110 naar 250 miljoen. Algemeen directeur Bart-Jan van den Boogaart (53) heeft ook andere tijden gekend. Toen hij in 2009 binnenstapte stond het Tegelse bedrijf aan de vooravond van de crisis. “We zijn nu veel minder afhanke-lijk van één sector.”

Lange tijd was MGG uit Tegelen een familiebedrijf. Het werd opgericht in 1945 door Sjraar Giesen die in dat jaar begon met het versmelten en gieten van oorlogstuig. Dat oorlogs-tuig werd beetje bij beetje vervangen door aluminium en in de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen decennium, veel veranderd, vertelt algemeen directeur Bart-Jan van den Boogaart. Hij stapte in januari 2009 in het bedrijf om het door het begin van de crisis te loodsen. “MGG kwam toen in zwaar weer terecht, zoals veel bedrijven. Als specialist op het gebied van zandgieten met aluminium maakt MGG kleinere series en complexe prototypes voor nichemarkten wereldwijd. Lange tijd was de automotive-branche een heel belangrijke afne-mer, naast de verwarmingsbranche. Dat maakte ons kwets-baar, dus dat is in de afgelopen jaren veranderd.”

Twee beursgangenHoe kwam Van den Boogaart eigenlijk bij MGG terecht? “Dan moet ik eerst mijn voorgeschiedenis kort schetsen. Mijn vader had een grafisch bedrijf, maar daar lag mijn inte-resse niet, die lag bij het boekhouden, de financiën. In die richting heb ik dus mijn studie gevolgd waarna ik in 1989 als controller bij bouwbedrijf Heijmans in Rosmalen terecht kwam. Midden jaren negentig ben ik vervolgens overgestapt naar ODME in Eindhoven, producent van cd’s en dvd’s, een hightech bedrijf waar ik financieel eindverantwoordelijk werd.” Met ODME, zegt Van den Boogaart, maakte hij twee beursgangen mee – Amsterdam en Nasdaq. In 2001 stapte hij vervolgens over naar het bedrijf dat als private inves-teerder in 2007 mede-aandeelhouder zou worden van MGG. “Dat bedrijf was op zoek naar een algemeen manager met een financiële achtergrond die mede verantwoordelijk zou worden voor het ontwikkelen van nieuwe business. Dat leek me een leuke uitdaging.”

Nieuwe marktenEn toen kwam de crisis. Harrie Giesen, zoon van de oprich-ter van MGG, stond vlak voor zijn pensioen. Dus werd Van den Boogaart in de loop van 2008 benaderd om voorlo-pig leiding aan MGG te gaan geven, met als doel de crisis overleven. “Aanvankelijk voor acht maanden. Mijn opdracht was inventariseren en reorganiseren. Dat heeft geleid tot de sluiting van een filiaal in België. Dat had een niet-onder-

Ondernemer in beeld: Bart-Jan van den Boogaart, MGG

“ Ik ben van de cijfers maar ook van de persoon-lijke relaties”

Tekst: Jac Buchholz | Foto’s: Petra Lenssen

6

Page 7: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

scheidend machinepark en een verouderde productportfo-lio. Tegelijkertijd zijn we in Nederland ingekrompen van 640 medewerkers naar 400. In overleg met de vakbonden en met overeenstemming van het UWV. In dat jaar daalde de omzet van 75 miljoen euro naar 45 miljoen euro.” Van den Boogaart kreeg vervolgens de opdracht MGG zodanig te reorganiseren dat het bedrijf sterker uit de crisis zou komen. Dat leidde uiteindelijk tot het aanboren van nieuwe markten. “Waar we voorheen meer dan de helft van de omzet aan trucks verdienden, een conjunctuurgevoelige markt, is dat nu nog een kwart. Datzelfde geldt voor de verwarmingsindustrie. Daarnaast zijn we op twee nieuwe markten actief die ieder ook voor ongeveer een kwart van de omzet zorgen: perso-nenwagens en industrie (medische sector en robotica).”

Stabiele partnerDankzij zijn kennis en financiële achtergrond wist Van den Boogaart MGG weer op koers te krijgen. Sterker nog, in 2012 bevond het bedrijf zich qua omzet weer op het niveau van 2008. “Deels omdat we anticyclisch zijn.” Op dat moment was hij directeur van MGG, na het verzoek in 2010 van onder meer de banken om zijn interim-status om te zetten naar een meer permanente. Waardoor is het hem gelukt de zaak relatief snel weer op de rit te krijgen? “Ik heb me bezigge-houden met waar ik goed in ben, de organisatie. Met de primaire processen heb ik me niet bemoeid; daar heb ik te weinig kennis van. Verder is het volgens mij een voor-deel geweest dat we zelfs tijdens het dieptepunt van onze crisis de klanten niet om hulp hebben gevraagd. Daardoor werden we ondanks de problemen gezien als een stabiele partner en daar plukken we nog steeds de vruchten van.” De groei die sinds 2012 werd ingezet gaat volgens Van den Boogaart nog steeds door. “In februari hebben we Eurotech in Blerick overgenomen. Dat bedrijf doet hetzelfde als wij, zandgieten, maar voor andere markten. We vullen elkaar dus aan. Bovendien hebben ze een vestiging in Duitsland en in Tsjechië. Vooral via die laatste krijgen we beter toegang tot de Oost-Europese markt. In december vorig jaar hebben we verder nog een coquillegieterij in Oostenrijk overgeno-men. Daarmee hebben we nu 1.600 medewerkers in dienst en draaien we een omzet van 250 miljoen euro. Een van de

uitdagingen die we nu hebben is het vinden van geschikt personeel.”

Wat is Van den Boogaart in die acht jaar MGG het meest bij-gebleven? “Dat zijn een heleboel zaken. Waar ik in het begin vooral aan moest wennen was de zakelijke, niet erg per-soonlijke mentaliteit in deze wereld. Dat was in de entertain-mentindustrie, waarin ik vóór 2009 werkte, heel anders. Ik ben zelf van de cijfers maar ook van de persoonlijke relaties. Daar komt wel bij dat MGG nog altijd de uitstraling van een familiebedrijf heeft.” Tot slot: hij kwam voor acht maanden en het zijn inmiddels meer dan acht jaar MGG. Hoe ziet de toekomst eruit? “Sinds 2017 heeft MGG een nieuwe hoofd-aandeelhouder die een groeistrategie met een overzichtelij-ke horizon van vier tot zeven jaar heeft. Dan is de bedoeling dat een nieuwe, strategische partij het overneemt. Of ik daarna nog directeur ben, weet ik niet. Ik heb in ieder geval de ambitie om de ervaring die ik zeker de afgelopen jaren heb opgedaan te delen met jonge ondernemers. Ik denk dat het koppelen van oudere, ervaren aan jonge, onbevangen ondernemers de kracht van de regio kan versterken. Wan-neer en op welke wijze ik dat zelf ga doen weet ik nu echter nog niet.” ■

MGGOpgericht: 1945Aantal medewerkers: Circa 1600Werkgebied: WereldwijdHoofdvestiging: Tegelen, met nevenvestigingen in Nieuw-Ber-gen, Duitsland, Oostenrijk en TsjechiëActiviteiten: Zandgieterij.

7

Page 8: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

De Nederlandse economie groeit al 18 maanden. In 2017 zo’n 3,1% en voor 2018 wordt een stijging van 3,2% verwacht. De beroepsbevolking daarentegen groeit niet meer en dus moet die economische groei anders worden georganiseerd.

Toepassing van nieuwe technieken is een oplossing voor ho-gere productiviteit. Nu steeds meer bedrijven nieuwe digitale technieken gaan toepassen kan de productiviteitsgroei de komende tien jaar verdubbelen tot meer dan 2% per jaar, wat leidt tot een economische groei van 2,8%. Maar wat heeft u daaraan? Deze cijfers zeggen alleen iets als er niets in uw eigen situatie verandert. Maar algemene cijfers helpen u niet bij het vinden van een baan (door werkeloos-heid ontstaat gemiddeld 21% koopkrachtverlies), zorgen niet voor een eerdere pensionering (-/- 22%), hebben geen in-vloed op uw gezondheidstoestand, zorgen niet voor promotie, helpen u niet aan een partner (+32%), of kinderen. Deze per-soonlijke gebeurtenissen hebben een vele malen groter effect op uw koopkracht dan welke overheidsmaatregel ook.

Persoonlijke omstandigheden, de keuzes die u maakt, de pech of het geluk dat u hebt, hebben een veel grotere invloed dan de macro-economische, sociale of politieke ontwikkelingen. De maatschappelijke achtergrond blijft er echter wel toe doen.

U bent zelf verantwoordelijk voor de gevolgen van eigen keuzes, maar niet voor wat u toevallig overkomt zonder dat u er invloed op kunt uitoefenen. Wat is echter toeval en wat is eigen keuze? Er zijn gebeurtenissen waarop u weinig tot geen invloed hebt: een ernstig ongeval, rampspoed voor het bedrijf, wegvallen van een partner, ongeneeslijke ziekte. De verdere levensloop wordt ook in hoge mate gekleurd door de wijze waarop u op deze gebeurtenissen reageert en de keuzes die u kunt maken.

Uw levenslot is een combinatie van de maatschappelijke con-text, eigen keuzes, talent en toeval. Dat laatste zou wel eens beduidend belangrijker kunnen zijn dan doorgaans wordt onderkend. Het is een illusie dat de overheid het belang van de factor toeval sterk zou kunnen verkleinen. Evenmin is het mogelijk iedereen die pech heeft daarvoor te compenseren. Maar wel kan de overheid de basis (onderwijs, infrastructuur, veiligheid, zorg en defensie) op orde hebben, zodat iedereen optimaal de kans heeft om binnen (veranderde) mogelijkhe-den er het beste van te maken.

Mr. H.M. (Harry) LoozenInterimdirecteur & Strategisch adviseur

Economische groei en persoonlijke kansen

Kerngroep Techno ValleyColumn

8

Page 9: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Noord-Limburg heeft Techno Valley. In Eindho-ven en omgeving bundelen kennisinstellingen samen in Brainport. Maar ook Midden-Limburg heeft zijn eigen platform voor ondernemers in de maakindustrie. Dit samenwerkingsverband werd 15 jaar geleden onder de naam MakeTech Platform opgericht. Zowel de regio Weert heeft een eigen platform als ook de ondernemers uit Roermond en omgeving. Per 1 januari zijn bei-de platforms samen gegaan in het MakeTech Platform Keyport.

Leon Wolters, voorzitter van het samenwerkingsverband en tevens mede-eigenaar van asw gevelbouw is vanaf het begin intensief bij Make Tech Platform betrokken. “Ons doel is eigenlijk meerledig. Het komt er op neer dat we de krachten van de ondernemers bundelen en op die manier de slag-kracht van de individuele ondernemer kunnen vergroten. We houden ons bezig met vraagstukken waar de individuele ondernemer vaak niet aan toe komt en we vergroten de zichtbaarheid naar buiten. Dat zijn processen die tijd kosten, maar in de afgelopen jaren zijn zeker al een aantal positieve stappen gezet.”

Direct na oprichting van het Make Tech Platform is goed na-gedacht over de organisatie van het samenwerkingsverband en hoe de financiering geregeld moest worden. Wolters: “We hebben een stichting opgericht, zijn leden gaan werven en op zoek gegaan naar fondsen. Er was voldoende enthousiasme en veel mensen kwamen met goede ideeën. Doordat onder-nemers elkaar regelmatig ontmoeten, ontstond een sfeer van vertrouwen. Men merkte snel: deze club is echt van ons. Van en voor de maakindustrie. We organiseren onze bijeen-komsten vaak bij de bedrijven zelf. Daar kan de ondernemer vertellen en laten zien waarin hij succesvol is en op welke

punten hij of zij juist steun zoekt. Dat schept een band. Je kijkt bij elkaar in de keuken. Het is halen en brengen, maar vooral ook transparant zijn. Eigenlijk zijn we elkaars vertegen-woordiger.”

Over de toekomst van de maakindustrie is Wolters duidelijk: “Als we iets aan de beeldvorming willen doen, moeten we bij de jeugd beginnen. Daarom leggen we al contacten bij het basisonderwijs Zo willen we de jongste generatie duidelijk maken wat techniek precies inhoudt. We laten zien wat er gebeurt bij bedrijven in de maakindustrie; dat spreekt zich rond. Zie dat maar als een inktvlek. Ook op het vmbo, mbo en hbo zijn we vaak bezig met het leggen van contacten. Zo proberen we scholen en bedrijven aan elkaar te koppelen. Het is vooral ons doel jongeren te motiveren. Kinderen moet vertrouwd raken met de ondernemers binnen de maakin-dustrie. Als ze dan tien jaar na een eerste kennismaking op de basisschool bewust een hbo-opleiding in die richting kiezen, hebben wij pure winst gemaakt. Als ze weten wat het betekent om voor zo’n bedrijf te werken, nemen ze het mee bij hun keuze.”

Eerder dit jaar ontstond het eerste contact met de collega’s van Techno Valley. “We hebben de collega’s in Noord-Limburg inderdaad recentelijk pas voor het eerst ontmoet, maar ik ben ervan overtuigd dat er een vervolg komt. We zijn elkaars buren en kunnen zeker iets voor elkaar betekenen. Waar worstelen zij mee? Zijn er overeenkomsten met onze onder-nemers? Door op een slimme manier de krachten te bunde-len moeten we elkaars positie kunnen versterken. Wij kunnen de maatschappelijke en economische problemen niet alleen oplossen. Dat doe je samen. Hoe gaan we inspelen op vergrijzing? Dan kom ik terug bij mijn verhaal over de jeugd. Door zichtbaar te zijn voor elkaar en de omgeving moet er voor iedereen winst te behalen zijn.” ■

Leon Wolters, Make Tech Platform

“We zijn elkaars vertegenwoordiger”

Tekst: Rob Buchholz

9

Page 10: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Rotodyne Asselbergs. Qua naam roept het bij iedereen herkenning op. Toch kunnen maar weinig mensen verwoorden waar het bedrijf voor staat. Een bekende onbekende. Daar gaan we verandering in aanbrengen. Even een stap terug in de tijd. Rotodyne Ventilatoren zag het levenslicht in 1956 en in 2012 nam het bedrijf Asselbergs & Nachenius over, dat werd opgericht in 1900. De twee Neder-landse fabrikanten van ventilatoren werden één en zo werd in totaal ruim 170 jaar aan specialistische kennis samenge-bracht. Rotodyne Asselbergs nu, gevestigd in het Limburgse Venray, ontwikkelt en produceert industriële ventilatoren. Deze vinden hun toepassing in verschillende branches, zoals de scheepvaart, offshore, voedingsmiddelenindustrie, pro-cestechniek, industriële ovenbouw en de houtindustrie.

Klantspecifiek produceren “Zowel de ontwikkeling van ventilatoren als de productie ervan gebeurt bij ons in huis”, vertelt Toine Peters, Managing Director Rotodyne Asselbergs. “We zijn een specialist in het ontwerpen, ontwikkelen en produceren van de gewenste ventilator met de eigenschappen die nodig zijn voor een machine of installatie.” Het bedrijf maakte de afgelopen jaren een innoverende ontwikkeling mee met het oog op besparing, overzicht, service en ruim blikveld. Bij Rotodyne Asselbergs is alles gericht op klantspecifiek produceren. “We willen het woord maatwerk juist vermijden omdat het dan lijkt alsof je een specifiek product maakt. Wat wij doen is juist klantspecifieke oplossingen bieden welke worden gedreven door de vraag vanuit de klant.”, geeft Rob Beks-voort, Sales Director Rotodyne Asselberg’s aan. “Met andere woorden”, vult Toine Peters aan, “met alle ventilatoren ge-relateerde vragen kun je terecht bij Rotodyne Asselbergs. Er wordt vaak gedacht, juist omdat we zo specialistisch zijn dat we geen normale ventilatoren meer leveren. Maar verre van dat. Door alle ontwikkelingen in de techniek kunnen we juist én op maat maken én standaard werk leveren. Standaard werk kunnen we aannemen omdat we onze kostenstructuur anders hebben ingericht en efficiënter werken. Zonder dat hier meerkosten aan zijn verbonden.” Tijd voor vernieuwing “Door te blijven investeren in onze mensen en in het ma-chinepark kunnen we steeds nauwkeuriger produceren. Dit komt aan het eind van het productieproces ten goede van de assemblage en onze opdrachtgevers, wat er weer voor zorgt dat we iedere vraag kunnen verwerken. Van een spe-cialistische vraag tot een standaard oplossing”, aldus Toine. “Het gaat om ontwikkeling. We blijven innoveren en naden-ken over wat we aan het proces kunnen doen en op het

Van specialistische vraag tot standaard oplossingTekst: Rotodyne | Fotografie: Rotodyne

10

Page 11: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

gebied van engineering. We zetten in op de meest moderne CAD-technieken. Collega’s richten zich veel op hun eigen producten. Dat proberen wij anders te doen. Wij luisteren naar de vraag van de klanten uit de markt. Niet andersom. Wij gaan niet voor klanten bedenken wat voor hen werkt. Wij weten alles van de ventilator en hoe die moet werken. Dat is onze kracht. Samen met de opdrachtgevers innoveren wij.

Nog betere match ‘Laat ik verder toelichten hoe dat proces verloopt”, zegt Rob Beksvoort. “Wij inventariseren de wensen en eisen van de klant en de toekomstige omgeving waarin de ventilator moet werken. Een Rotodyne Asselbergs ventilator krijgt vorm bij het gesprek met de klant. Op basis van de toepassing van de ventilator worden de specificaties vastgesteld. De hoeveelheid lucht, druk, temperatuur en medium zijn hierin bepalend en zo wordt de ventilator geselecteerd. Hiervoor hebben we een zelf ontwikkeld selectiepakket samenge-steld. Vanuit deze gegevens bouwen we de ventilator. Onze afdeling engineering zorgt ervoor dat de ventilator passend wordt ontworpen. De klant bezorgt ons gewoon de bestekte-keningen en onze engineers leggen daarin de hele ventilator vast. We beschikken over een werkmodule waarin we het ventilatorgedeelte geheel zelf fabriceren en assembleren vanuit de staalsoorten (met de gewenste oppervlaktebe-handeling), RVS, hittebestendige staalsoorten en aluminium. Alleen het motorgedeelte - we voorzien al onze ventilatoren van normmotoren - betrekken we van derden. Dit levert voor de klant de meest innoverende formule op. Wij zorgen voor de best afgestemde match, gebaseerd op de klantspecifieke vraag. Doordat we juist zo vroeg al kunnen meedenken in totaaloplossingen schakelen veel opdrachtgevers ons vanaf het begin af aan in.”

Vakmanschap Met een volledig transparante werkwijze en ondersteund met het eigen selectiepakket krijgt de opdrachtgever in de zoektocht naar de ideale ventilator advies en service. Zo vormt hij zich snel een goed beeld en krijgt hij een duidelijk overzicht. “Door ventilatoren te maken voor veel verschil-

lende markten weten we goed wat de eisen zijn van de verschillende branches. In de voedingsmiddelenindustrie bijvoorbeeld worden hoge eisen gesteld aan een hygiënische afwerking. Dit betekent dat er absoluut geen lasspatten mo-gen achterblijven in de ventilator en dat er een gladde af-werking van de gelaste naden is vereist.” Dit vergt natuurlijk wat van de productie. Zo komt vakmanschap op vele vlakken bij Rotodyne Asselbergs naar voren. Niet alleen in advies en engineering maar ook in de werkmodule. Door de vorm van de ventilatoren en de verschillende toepassingen is de uitvoering van de lasverbindingen op bepaalde plaatsen niet eenvoudig. De lassers van Rotodyne Asselbergs zijn daarin ervaren en gecertificeerd. Klassiek maatbedrijf Toine vervolgt: “We hebben hier de nodige lasmethode kwalificaties. Het is nu eenmaal een voordeel dat al bij het ontwerp met de bereikbaarheid en de lastechnische uitvoe-ring rekening gehouden kan worden. Dit omdat de afdeling engineering en de werkmodule in één pand gehuisvest zit-ten. In principe zijn we een klassiek maakbedrijf. We hebben alle kennis in huis en adviseren opdrachtgevers en denken vanuit de situatie waar de ventilator wordt ondergebracht. Het is een onderdeel wat je niet één, twee, drie vervangt. De vervangingsmogelijkheden zijn niet zo groot. Dus alles moet kloppen. Het moet gewoon goed zijn.” Rob vult aan: “We zijn erop gericht om onze klanten zo goed mogelijk bij te staan met het ontwerpen en produceren van de venti-lator die bij hun past. Kernwaarden als diepgaande kennis, brede ervaring en toepassingsgericht denken staan hierbij voorop. We hebben een sterk gemotiveerd team en willen zo klantgericht en flexibel mogelijk opereren. Snel en gedegen schakelen staat daarbij voorop.” Zo ondervond ook een klant van Rotodyne; de ventilator viel uit en dat betekende een financieel verlies per dag dat vele malen hoger lag dan de aanschafwaarde van een nieuwe ventilator. Binnen drie dagen had Rotodyne een nieuwe waaier geproduceerd én geïnstalleerd. Toine glundert trots: “We zijn graag het beste jongetje van de klas om zo onze klanten als beste van dienst te zijn. Zonder borstklopperij. Als humble servant.” ■

11

Page 12: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

“ Hoe meer we van dieren weten hoe beter wij kunnen ontwikkelen”

Het beeld van de traditionele boer die volledig zelfstandig zijn vee verzorgt, is allang achterhaald. Innovatieve technie-ken zorgen tegenwoordig voor optimale condities in en om de stallen. Fancom uit Panningen is trendsetter op het gebied van automatiseringssystemen voor de veehouderij. Denk hierbij aan zaken als klimaatbeheersing, voerautomatisering, biometrie en datamanagement.

Tekst: Rob Buchholz | Fotografie: Laurens Eggen

Door de toenemende vraag naar vlees en eieren is een an-dere aanpak binnen de veehouderij vereist. De innovatieve aanpak van Fancom sluit prima bij die ontwikkeling aan. “De toekomst van de veehouderij wordt bepaald door de keuzes die we vandaag de dag maken,” zo laat managing director Paul Smits weten. Hij zag het bedrijf in de afgelopen decen-nia enorm groeien. “Bij Fancom zijn we op een duurzame en transparante manier bezig met voedselveiligheid en het welzijn van mens en dier. Wij streven er naar om met onze technieken optimale condities in en rondom de kippen- en varkensstal te ontwikkelen. Daarbij is alles wat wij doen puur maatwerk. Of het nu schakelkasten zijn of ventilatie- en voersystemen. Alles wordt precies afgestemd op wens van de klant en de situatie van het bedrijf in en rondom de stal.”

Nooit weggeweestSmits is eigenlijk al sinds 1995 direct en indirect betrokken bij het bedrijf. Hij studeerde Werktuigbouwkunde, werkte acht jaar bij Océ, maar merkte in die jaren dat hij een dui-delijke voorkeur had om voor een klein bedrijf te werken en koos voor Fancom. “Ik ben hier in 1995 begonnen als hoofd engineering. Een afdeling vol met electromensen, terwijl ik zelf het vizier op de mechanische kant had gericht. In die eerste jaren was ik vooral bezig met productontwikkeling en groeide verder door naar de functie van productmanager en schoof zo steeds verder door richting commercie. Door

Paul Smits: “Voor ons is het de uitdaging om de informatie vanuit het lab op juiste wijze in onze producten te verwerken”

How it’s made

12

Page 13: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

die ontwikkeling belandde ik uiteindelijk als commercieel directeur bij Porcon in Deurne dat sinds 2014 ook onderdeel van de Fancom groep is. Dus eigenlijk ben ik nooit wegge-weest, want in 2012 werd ik directeur van Fancom en later de Fancom groep.”

“Voor ons is het de uitdaging om de in-formatie vanuit het lab op juiste wijze in onze producten te verwerken”

KipDoor de toename van het aantal machines en technieken in de veehouderij lijkt de menselijke inbreng van minder belang. Maar niets is minder waar. Bij de ontwikkeling van de automatiseringssystemen speelt de studie van en door men-sen een grote rol, zegt Smits. “In Duitsland heeft een we-tenschapper lange tijd het gedrag van wilde zwijnen in hun natuurlijke omgeving geobserveerd. Aan de hand van zijn studie hebben wij een automatische voedermachine voor drachtige zeugen ontwikkeld waarbij de natuurlijke behoefte van het dier centraal staat. Dergelijke informatie nemen wij mee in onze ontwikkeling. Hoe meer we van dieren weten hoe beter wij kunnen ontwikkelen. Door goed te kijken naar het gedrag van de dieren, kunnen wij technieken als klimaat-beheersing en voermachines het beste aansturen. Nee, sinds mijn benoeming tot directeur bemoei ik mij niet meer met ontwikkelingsprocessen. Binnen Fancom beschikken wij over een eigen researchgroep, maar we hebben ook veel contact met de universiteit van Leuven. We hebben zelfs een van hun professoren in dienst. Hij heeft wereldwijd connecties met professionals die zich bezig houden met het gedrag van dieren in hun natuurlijke omgeving, maar ook in de stal. Zo

is bekend dat een kip zich goed voelt als deze met zijn poten krassende bewegingen over de grond maakt. Voor ons is het de uitdaging om de informatie vanuit het lab op juiste wijze in onze producten te verwerken zodat die bijdragen aan een optimale stalomgeving.”

DashboardSmits merkt wel dat hij toch nog vaak op onbegrip stuit. Een treffend voorbeeld zijn de verhalen rondom de plofkip. “Eigenlijk bestaat die situatie al bijna niet meer, en al zeker niet in Europa. Door techniek is de situatie van deze dieren enorm verbeterd de laatste tien jaar. Bovendien is er veel meer transparantie mogelijk over de processen in de stal. Onze producten verzamelen heel veel informatie over de dieren in de stallen en met die informatie kunnen wij veel zaken steeds beter uitleggen. Zo kunnen we het daadwer-kelijk welzijn van de dieren in de stallen in een overzich-telijk dashboard tonen.” Om het publiek bekend te maken met de aanpak en producten van het bedrijf, zoekt Fancom dan ook steeds meer het contact met de buitenwereld. Zo sponsorde Fancom een robot in een demonstratie-event in Peel en Maas. “Hier stelden verschillende soorten bedrijven zich voor aan schoolverlaters en aan elkaar. Een soort ‘Meet to Match’. Belangrijk dus om te laten zien wat er gebeurt in de techniek. Wat kunnen we voor elkaar betekenen en van elkaar leren? Kunnen we door het bundelen van kennis tot nieuwe oplossingen komen om bijvoorbeeld verant-woord voedsel te ontwikkelen. Binnen de maakindustrie in Noord-Limburg zijn veel bij het grote publiek onbekende bedrijven actief die wel ongelooflijk goed bezig zijn. Daarom zeg ik: laat je zien! Werk samen! Laten we met elkaars talen-ten nieuwe oplossingen zoeken, want talenten zijn schaars. Natuurlijk heeft iedereen het druk, maar gezamenlijk kunnen we voor vooruitgang zorgen. Denk aan een concept als Urban Food, waarbij voedsel middels een duurzaam systeem in de stad wordt geproduceerd. Vanuit Techno Valley ben ik daar heel actief mee bezig. Een dergelijk project kan alleen slagen als meerdere partijen samenwerken. Daar liggen enorme kansen, waarbij de financiering zeker niet de minste uitdaging zal zijn.”

Fancom probeert op haar manier producten steeds slimmer te maken, besluit Smits. “Wij zijn vooral bezig met de ontwik-keling van nieuwe sensortechnieken die op en aan het dier meten zonder dat de dieren daar hinder van ondervinden zoals camera’s en microfoons. Zo bekijken we hoe deze in andere producten zijn te integreren om deze steeds slim-mer te maken. Het welzijn van de dieren staat bij alles wat Fancom ontwikkelt voorop, zonder daarbij afbreuk te doen aan het rendement van de boer. Op die wijze kan een pure win-winsituatie ontstaan.” ■

13

Page 14: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

B|A|S Research & Technology, DeJaTech, Hot-raco Group en Volantis zijn zoals bekend de vier Founding Fathers van de Circular Design Group. Vier partijen die de kar trekken pro-beren om duurzame concepten, producten en materialen voor de gebouwde omgeving te ontwikkelen. Een belangrijke rol is hierbij weggelegd voor studenten van TU Eindhoven, Fontys Hogeschool, Avans, Zuyd Hogeschool, HAN en de HAS. Zij krijgen alle ruimte om hun ideeën en visies op basis van het circulaire gedachtegoed tijdens een stage te ontwikke-len.

En die ontwikkeling verloopt naar wens, zo laat Joris Kete-laars van Volantis weten. “Wij zijn inmiddels met 12 studen-ten aan de slag die ieder binnen hun eigen vakgebied met een project bezig zijn. Zo leggen drie studenten van de HAS de focus op gebouwbeheerssystemen. Het doel daarvan is om projecten slimmer te maken. Zowel in een agro-omge-ving als kantoorpanden willen ze het binnenklimaat beter monitoren. Denk dan aan luchtvochtigheid, CO2 en andere eigenschappen. Deze info wordt verzameld, geregistreerd en vervolgens ook gemonitord”

Een andere student houdt zich bezig met een biobased ge-vel, zegt hij. “Hierbij blijft het skelet van een gebouw staan, maar wordt deze van een volledig nieuwe schil, op basis van hernieuwbare materialen, voorzien. Vanuit de circulaire gedachte is dit ook een heel mooi project. De bestaande draagconstructie blijft dus intact en er wordt een circulair gevelsysteem - van bijvoorbeeld composiet materiaal - te-genaan geplaatst. Het doel van de student is om de nieuwe biobased gevels te vergelijken met de bestaande systemen.”

Een derde voorbeeld dat Ketelaars aanhaalt is van een studente die zich richt op circulaire installaties. Hierbij gaat het om de levensduur en het hergebruik van installaties in gebouwen. “Deze studente onderzoekt hoe het met de milieubelasting staat van de gebruikte materialen in de gebouwgebonden installaties die met het strenger worden van de energie-eisen steeds belangrijker worden. Dit wordt gemeten volgens de MPG (MilieuPrestatie Gebouwen). Alle in het gebouw gebruikte materialen worden bij elkaar opgeteld. Ook de installaties zijn hierbij van belang. Met behulp van deze maatstaf ontstaat een oordeel hoe goed of slecht een gebouw is. Slechte materialen hebben vanzelfsprekend veel impact op de MPG. Deze student denkt nu na hoe installaties zo efficiënt mogelijk zijn te ontwerpen zodat deze een zo laag mogelijke impact hebben. Dertig procent van de mili-eu-impact van een gebouw komt namelijk door de installa-ties. Dan is het goed om daar eens op een andere manier over na te denken. Het gaat hierbij over het toepassen van nieuwe installaties. maar ook over het hergebruiken van in-stallaties. Een onderwerp dat in de bouw nog niet algemeen geaccepteerd is maar bijzonder goed past bij circulariteit.”

Een laatste voorbeeld dat Ketelaars aanhaalt heeft betrek-king op ‘The Internet of Things’ in de gebouwde omgeving. Bij deze ontwikkeling worden slimme apparaten op het internet aangesloten zonder dat mensen deze nog hoeven te bedienen. Dit kan men dus ook toepassen in situaties bij ge-bouwde omgevingen. Hierbij zijn bijvoorbeeld de applicaties tijdens de ontwerpfase van belang. Deze studenten denken na hoe het gebouw gebruikt zal worden en hoe ze steeds meer ‘The Internet of Things’ kunnen toepassen om zaken als klimaat en andere gebouwbeheerssystemen te regelen. Alle studenten die bij de Circular Design Group betrokken zijn, willen zo ieder op hun eigen manier een bijdrage leve-ren aan slim bouwen.” ■

Circular Design Group

Studenten leveren bijdrage aan slim bouwen Tekst: Rob Buchholz | Fotografie: Mijntje Wismans

Joris Ketelaars (l)

14

Page 15: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Nog een spetterende editie in 2019, de vijfen-twintigste, en dan moet de manifestatie Kies Techniek een transformatie ondergaan. De formule waarmee een kwart eeuw geleden werd gestart was lange tijd succesvol, maar voldoet nu niet helemaal meer. Piet Peters, van PTS-Technische Service bv, was een van de initiatiefnemers. Hij roept onderwijs en ondernemers in de maakindustrie op mee te denken over de nieuwe opzet.

Basisscholieren enthousiasmeren voor techniek, dat was vijfentwintig jaar geleden het uitgangspunt van Piet Peters en Rob Langen van Elmec bv. Toen al voorzagen ze dat de techniek ofwel de maakindustrie onder meer vanwege een verkeerd imago op den duur met een personeelstekort zou gaan kampen. Samen met enkele anderen ontwikkelden ze vervolgens de huidige manifestatie Kies Techniek. Gericht op kinderen van groep 7/8 tot en met 12 jaar met als doel de instroom naar technische opleidingen en beroepen te be-vorderen. Piet Peters: “Met Kies Techniek wilden en willen we de jeugd laten zien dat techniek niet abstract is, dat tech-niek overal in het dagelijkse leven terugkeert. Ook wilden we de misvatting bestrijden dat werken in de techniek alleen maar zwaar en vies is.”

Het driedaags evenement – met op de zaterdag extra deelname van het bedrijfsleven – landde uiteindelijk in het Venlose Technodôme. Jarenlang werd Kies Techniek samen met de gemeente Venlo, het bedrijfsleven en de gemeen-te Peel en Maas georganiseerd, maar die laatste partner besloot enkele jaren geleden een eigen weg te gaan. Na vele succesvolle edities is de afgelopen edities een terugval te zien, maakt Peters duidelijk. “We zien geen vernieuwing meer onder de ondernemers die deelnemen. Terwijl het evene-

ment nog altijd heel populair is en de onderwijsinstellingen eigenlijk de huidige opzet willen behouden. Ga maar na: bij ons staan er op zaterdag zo’n 25 bedrijven en zijn er meer dan 1.500 bezoekers. Net over de grens, in Kleef, organise-ren ze een techniekdag met 87 bedrijven maar veel minder bezoekers, zo’n 450.”

Hoewel dus nog altijd in trek, wordt door de organisatie achter Kies Techniek nagedacht over een andere benadering, zegt Peters. “Alles heeft zijn houdbaarheidsdatum. Je kunt een evenement niet voortdurend op dezelfde manier blijven organiseren. Omdat we merken dat we het hoogtepunt inmiddels hebben we gehad, denken we na over verande-ring. Het is tijd voor een andere opzet.” Ook bij de overheid is na al die jaren het besef doorgedrongen dat er iets moet gebeuren, merkt hij op. Bij die transformatie hoopt Peters c.s. zo veel mogelijk partijen uit de maakindustrie en het techniekonderwijs, maar ook uit het basisonderwijs te be-trekken. “Zie dit artikel maar als een eerste oproep. We gaan echter ook op andere manieren partijen benaderen. Want imagoverbetering van de maakindustrie en het enthousias-meren van jongeren voor een technische baan heeft onver-minderd prioriteit en is hoogste noodzaak. Daarbij moeten bedrijven en ondernemers de hand in eigen boezem steken en niet van een afstand staan toe te kijken – meedoen is het credo. Dat is in ieders belang.”

In welke vorm een toekomstig techniekevenement wordt gegoten, is Peters nog niet duidelijk. “We staan er helemaal open in. Hopen op veel input en betrokkenheid. We gaan in ieder geval nog een keer Kies Techniek in de huidige vorm organiseren, begin 2019. Daar maken we een spetterende vijfentwintigste editie van waarna we een nieuwe weg in slaan.” ■

Manifestatie Kies Techniek wil nieuwe wegen inslaan

“ Het is tijd voor een andere opzet”

Tekst: Jac Buchholz | Foto’s: Kies Techniek

15

Page 16: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Geïnteresseerden konden zich van tevoren online inschrij-ven bij de diverse maakbedrijven, die normaal gesproken niet toegankelijk zijn voor publiek. Bij Royal Dutch Kusters Engineering kregen de bezoekers een kijkje in ‘keuken’. Ze zagen geldvernietigingsmachines en machines die de bank-biljetsnippers compacteren tot briketten. Er waren plekken ingericht om bezoekers te laten zien hoe de lasstations eruit zien en de geïnteresseerden konden leren hoe het enginee-ringsproces in elkaar steekt. Ook stond er een grote, nieuwe en in werking zijnde machine om compost op te schonen. “De rondleidingen zaten vol, maar we hadden dan ook een beperkt aantal plaatsen omdat we de mensen middels een kwalitatief programma uitgebreid wilden laten zien en vertellen wat we hier doen. Dit werd gewaardeerd, te merken aan de reacties van de bezoekers die hier geweest zijn. Zij waren heel enthousiast en vonden het een erg leerzame rondleiding”, aldus Kusters.

Enthousiasmeren De open dag werd bezocht door een gemêleerd gezelschap; jong en oud, werkzoekenden, enkele studenten, toeleve-ranciers en andere personen die interesse hadden in de maakindustrie. Eén gezin bezocht Royal Dutch Kusters Engi-neering naar eigen zeggen om hun zoon van pas elf jaar jong enthousiast te krijgen voor de maakindustrie. “Zij vonden onze rondleiding toch wel hét voorbeeld hoe we dit konden bewerkstelligen. En dat was precies één van de doelstellin-gen om deel te nemen aan de Dag van de Maakindustrie; de jeugd weer enthousiast krijgen om de techniek in te gaan. Want we zien dat er steeds minder mensen die kant op gaan. Het wordt moeilijker om personeel te vinden, ook omdat veel van deze werknemers weggaan uit de regio, vooral rich-ting Eindhoven. Voor onszelf én voor de regio is het daarom enorm belangrijk voor de toekomst om mensen in de tech-niek hier te houden door te laten zien wat de mogelijkheden in onze eigen regio zijn.”

Lokale betrokkenheid Een andere motivatie van Royal Dutch Kusters Engineering om deel te nemen aan de Dag van de Maakindustrie was om de mensen uit de eigen omgeving te laten zien wat het bedrijf nou eigenlijk precies doet. “Zo hebben we bijvoor-beeld ook onze buren uitgenodigd. We gooien onze deuren namelijk maar zelden open voor publiek. Dat komt ook omdat 99 procent van onze business buiten Nederland ligt en het merendeel zelfs buiten Europa. Marketingtechnisch heeft een open dag dus geen toegevoegde waarde voor ons. Bovendien moet het qua planning uitkomen. We zijn een projectenorganisatie en omdat de doorlooptijden van de

“Hét voorbeeld om de jeugd enthousiast te krijgen voor de maakindustrie”Elf bedrijven uit de regio Venlo openden zondag 11 maart de deuren tijdens de Dag van de Maakindustrie met als doel de maakindustrie onder de aandacht te brengen. Eén van hen was Royal Dutch Kusters Engineering, een maakbedrijf met als core business het bouwen van machi-nes om geld te vernietigen. “Wij vonden het niet alleen belangrijk om de maak-industrie in het daglicht te zetten, maar ook om onszelf te laten zien; een bedrijf in de techniek dat heel mooie machines maakt die we wereldwijd verschepen. Veel mensen kennen ons helemaal niet, terwijl we ons toch willen profileren als leuke, interessante werkgever in de regio”, licht Director of Sales Jeroen Kusters toe.

16

Page 17: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

projecten steeds korter worden, staan de machines minder lang in de fabriek. We moeten natuurlijk wel wat kunnen laten zien. Die kans hebben we de mensen op zondag 11 maart gegeven. Niet alleen ’s middags, maar ook ’s ochtends, toen familieleden van ons eigen personeel de mogelijkheid kregen om een kijkje te komen nemen.”

Vacatures Hoewel Royal Dutch Kusters Engineering momenteel geen actieve vacatures heeft, konden mensen die geïnteresseerd zijn in een baan bij het 106-jaar oude bedrijf wel hun profiel achterlaten tijdens de Dag van de Maakindustrie. “Er kwa-men veel mensen naar het standje waar onze HR-afdeling een toelichting gaf over wat voor functies we hier allemaal hebben. Veel mensen hebben een formulier meegenomen, voor zichzelf of voor een ander, waarop ze hun gegevens konden achterlaten. Daar hebben we ook al de eerste reac-ties van teruggekregen.” Kusters hoopt dan ook dat de open dag op de lange termijn haar vruchten zal afwerpen. “Goede mensen zijn altijd welkom om hier te solliciteren. Ik hoop dat wanneer we straks wel een vacature hebben, mensen ons kennen en interessant vinden. Dat zou een stukje toege-voegde waarde zijn die zich later terugbetaalt.” ■

Nieuwsgierig wat het maatschappelijk werkbedrijf NLW Groep voor uw bedrijf kan betekenen?Of wat uw bedrijf voor NLW Groep kan betekenen? Neem dan, geheel vrijblijvend, contact met ons op via 0478-552 301 of mail naar [email protected].

MAATSCHAPPELIJK WERKBEDRIJF | WWW.NLW.NL

NLW Groep, uw partner in werk

Page 18: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Om rendement te vergroten, kwaliteit te borgen en te voldoen aan wet- en regel-geving, is het beschikken en kunnen delen van accurate (technische) documentatie van productiefaciliteiten, gebouwen en utilities een vereiste.

“Bedrijven beschikken over het algemeen over tekeningen en documenten die weergeven hoe productiemiddelen, gebouwen, installaties en overige bedrijfsmiddelen (assets) zijn ontworpen”, aldus Dimitrie Sonnemans, Managing Consultant bij Volantis Information Architects. “We zien echter dat het voor bedrijven een uitdaging is om een ‘as-build’ set (een set van documentatie die de actuele situatie van een asset weergeeft) op te bouwen en geduren-de de levenscyclus van assets continu alle wijzigingen te verwerken. Denk aan wijzingen gedurende de beheer- en onderhoudsfase, aanpassingen van productieprocessen en uitbreidingen van gebouwen en infra.”

Dimitrie werkt naast Volantis als vrijwilliger bij de brandweer. Dit heeft als voordeel dat hij in de praktijk ervaart wat de toegevoegde waarde is van accurate informatie. Met name ten aanzien van het verhogen van de veiligheid in gebouwen en productie-omgevingen.

Be compliant en in control Naast het voldoen aan wet- en regelgeving zijn er vele redenen te noemen waarom accuraat documenten-, teken-ingen- en contractenbeheer, het beheer van informatie van procesinstallaties, project- en gebouwdossiers en infra-management, randvoorwaardelijk is om als bedrijf succesvol te zijn.

“Een van de grootste nachtmerries van een plant manager”, vult Rolf Bastiaans aan, “ is dat het productieproces stil komt te liggen”. Volantis Information Architects werkt voorname-lijk voor (industriële) organisaties met complexe bedrijfs-processen. Daarom weet Bastiaans als geen ander waar de risico’s liggen en hoe deze af te dekken. Het snel beschik-baar hebben van accurate en actuele gegevens, verkort c.q. voorkomt de ‘downtime’ aanzienlijk.”

Een ander belangrijk argument voor ‘Asset Lifecycle Infor-mation Management’ is het verlagen van de Total Cost of Ownership (TCO). Zo kan door goed informatiemanagement, de levensduur van productie-installaties en onroerend goed verlengd worden, bepaalde ‘assets’ hergebruikt worden en sneller worden ingespeeld op ontwikkelingen in de markt. “En niet onbelangrijk”, vult Bastiaans aan, “het anticiperen op de vergrijzing.”

Dimitrie Sonnemans (l) en Rolf Bastiaans (r)

Volantis

Accurate information, any time – anywhereMaximaliseer uw rendement

18

Page 19: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Hierdoor verdwijnt veel kennis en ervaring uit de organisa-tie. “Onze oplossingen stellen bedrijven in staat om deze kostbare kennis in de organisatie te borgen.”

Multidisciplinaire expertiseVolantis Information Architects is een van de Business Units van de Volantis Groep. Een ingenieurs- en consultancy-organisatie met expertise van de gehele levenscyclus van productie(middelen), gebouwen, installaties en infra. Van ontwerp tot realisatie en strategisch beheer en onderhoud.Door de multidisciplinaire expertise onder een dak hebben de Information Architects een goed beeld van hoe het in de praktijk gaat. Gecombineerd met zowel bedrijfskundig als vakinhoudelijke kennis kunnen zij opdrachtgevers volledig ontzorgen. De kerngebieden betreffen:• Engineering Data Management;• Engineering Project Management• Maintenance Information Management • Asset Lifecycle Information Management • Building Information Management (BIM) ■Volantis Venlo Volantis Eindhoven Volantis Chemelot Campus [email protected]

www.volantis.nl

Sint Jansweg 20c Postbus 470, 5900 AL Venlo tel: +31 77 351 5551

Fellenoord 25Postbus 6484, 5600 HL Eindhoventel: +31 40 850 7020

Urmonderbaan 22Gebouw 1, 3e etageGeleentel: +31 43 362 5444

Enkele opdrachtgevers van Volantis zijn:

Inalfa Roof Systems: Your window to the worldDe product evolutie die Inalfa (Industrie van Aluminium Fabricaten) heeft doorgemaakt van 1946 tot nu is revolutionair. Van breinaal-den via oliekachels naar schuifdaken, zowel voor de automobiel- als ook voor de vracht-wagen-industrie. De volgende uitdaging die wacht, is het schuifdak klaar te maken voor de toekomst en veranderende vormen van mobiliteit. Denk hierbij aan elektrische mobi-liteit, zelfrijdende auto’s, met niet alleen een focus op geïntegreerde technische functio-naliteit maar zeker ook op nog meer product beleving.

Hiervoor zijn wereldwijd 650 medewerkers (van de in totaal 4500) alleen bezig met Research & Development. Om een tipje van de sluier op te lichten; gereguleerde transparantie en/of geïntegreerde verlichting, het glazen dak als multimedia scherm en toepassingen op het gebied van connectiviteit.Het blijkt dat het schuif- en panoramadak als auto accessoi-re steeds vaker wordt gekozen bij de samenstelling van een

nieuwe auto. In Europa een van de drie, in China al bijna vier van de vijf. Inalfa ontwerpt, ontwikkelt en vervaardigt voorna-melijk innovatieve, hoog kwalitatieve dak systemen voor de merken waar de penetratiegraad van een autodak het grootst is. Vandaar dat Inalfa de snelst groeiende autodakenprodu-cent ter wereld is en de ambitie heeft om uit te groeien tot wereldleider.Een auto met een Inalfa autodak geeft alle passagiers een andere blik op de wereld. Kijk omhoog en beleef je omgeving met meer licht en lucht: “Your window to the world”. ■

Page 20: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Ooit was het bijna science fiction, nu duiken 3D-printers al op in de woonkamer. Ook het bedrijfsleven ziet steeds meer mogelijkheden in het driedimensionaal printen. Peter Geurts van GTE BV uit Horst past de techniek al zowat vanaf het begin van de oprichting van zijn bedrijf in 2000 toe.

GTE BV, begint Peter Geurts, is een engineeringsbedrijf dat zich richt op het automatiseren van productieprocessen voor een internationale klantenkring. Daarbij gaat het veelal om eenmalige machines voor de medische en farmaceuti-sche industrie. “Meestal gaat het om ontwerpen op maat. Een goed recent voorbeeld is de productie van een nieuw soort oogdruppelaar. Daar komen veel kleinere druppels uit dan bij de bestaande druppelaars waardoor het oog er nog maar nauwelijks op reageert en niet een deel van de medi-catie verloren gaat.” Hij legt uit dat zijn bedrijf, dat zich in de loop der jaren steeds meer is gaan specialiseren richting de huidige afzetmarkten, al in een heel vroeg stadium gebruik maakte van 3D-printtechnieken. “Rond 2001 zijn we ermee begonnen. Er werd al veel 3D getekend en dat werd uitein-delijk de basis. De techniek bestond al langer, stamt uit de

jaren tachtig, maar wordt vanaf 2000, en zeker de afgelopen jaren, steeds vaker gebruikt en er worden steeds weer nieu-we toepassingen ontdekt.”

InzichtelijkHet voordeel van 3D-printen, zegt Geurts, is dat je er de meest complexe vormen mee kunt maken. “Je kunt vor-men creëren die op geen andere manier te maken zijn. Of testonderdelen om de werking van een machine of een deel ervan te controleren. Zit er een afbreukrisico in een machi-ne, dan kun je al tijdens de ontwerpfase met 3D heel snel een testopstelling maken. Op die manier is het ook mogelijk bepaalde zaken inzichtelijk te maken voor de klant. Aan de hand van een schaalmodel bijvoorbeeld is de werking veel beter uit te leggen dan met een 3D-tekening. Tot slot is 3D-printen een prima methode om een prototype te maken, snel en tegen beperkte kosten.”

Meerwaarde zienDe basis om 3D te kunnen printen zijn 3D-tekeningen. Dat 3D-tekenen heeft vanaf de eeuwwisseling een flinke vlucht genomen. 3D-printen was toen al mogelijk, maar behoorlijk kostbaar, merkt Geurts op. “Ga maar na: in 2010 betaalden

3D-printen, hoe verder?

“ Bestaande technieken, nieuwe toepassingen”

Tekst: Jac Buchholz | Fotografie: Petra Lenssen

Peter Geurts: “Het voordeel van 3D-printen is dat je er de meest complexe vormen mee kunt maken”

20

Page 21: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

we 450 euro voor een prototype van een bepaald product, in 2015 was dat voor hetzelfde product 80 euro. Dat is nog maar een vijfde van de prijs, terwijl de omzet van het uitbe-stede printen met een factor vijf toenam. Je kunt dus stellen dat het gebruik van 3D-printen bij ons tussen 2010 en 2015 met een factor 25 toenam. In de beginjaren besteedden we het 3D-printen nog uit, maar sinds enkele jaren voeren we het steeds vaker zelf uit. Zeker omdat de kostprijs van de printers gigantisch is gedaald. Daardoor is de techniek voor iedereen feitelijk bereikbaar.” Geurts begrijpt dat nog niet ie-dere ondernemer er gebruik van maakt. “Iemand moet eerst de meerwaarde zien, moet ontdekken welke toepassingsmo-gelijkheden in zijn of haar bedrijf passen. Want die worden zoals gezegd steeds breder.”

“Dus is er veel meer mogelijk tijdens het ontwerpen: iedere vorm die je kunt bedenken is mogelijk”

Bestaande techniekenDe basis, geeft Geurts aan, zijn drie al decennialang be-staande technieken. Hij noemt de extrusietechniek, FDM, de meest bekende, waarbij een kunststof draad door een kop wordt geperst en er ragfijne draad laag na laag op elkaar wordt gelegd. Dan is er SLA, het stereolithografieproces. Daarbij wordt vloeistof in een bak aangebracht en vervol-gens laag voor laag uitgehard. Het uitharden gebeurt met behulp van een laser. De derde techniek is selective laser sintering of SLS. Daarbij wordt een heel dun poederbed met een laser ‘beschreven’ waardoor de korreltjes kunststof of metaal aan elkaar gesmolten worden op de plekken waar men dit wenst. Vervolgens wordt er een nieuwe poederlaag op de zojuist beschreven laag geplaats en worden weer se-lectief de korreltjes met elkaar versmolten. “Iedere techniek heeft zo zijn eigen specifieke kwaliteiten dus per bewerking moet je kijken welke je inzet. Moet een onderdeel heel sterk zijn, heel glad, superlicht of heeft het een hoge mate van complexiteit.”

Geurts twijfelt er niet aan dat 3D-printen in de toekomst een steeds belangrijkere rol gaat spelen, temeer omdat er steeds nieuwe toepassingen worden ontwikkeld, maar ook omdat het steeds toegankelijker en goedkoper wordt. “Het vraagt bij veel ondernemers wel om een andere manier van denken. Waar die in het verleden rekening hielden met de beperkingen van andere technieken, daar hoeft dat bij het 3D-printen niet meer. Alles is te printen. Dus is er veel meer mogelijk tijdens het ontwerpen: iedere vorm die je kunt be-denken is mogelijk. Het optimaal benutten van die vormvrij-heid is een van de uitdagingen waar veel ondernemers de komende jaren voor komen te staan.” ■

21

Page 22: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Bedrijven in de maakindustrie zijn voortdurend op zoek naar nieuwe technologieën om hun concurrentiepositie te verster-ken. Het verbeteren en optimaliseren van productielijnen is voor vrijwel elk productiebedrijf een bittere noodzaak en een continuproces. Het elimineren van verspilling, het optima-liseren van de machinebeschikbaarheid, het vergroten van de kwaliteitsbetrouwbaarheid, het terugdringen van kosten en het verbeteren van de productiviteit zijn kritische suc-cesfactoren die uiteindelijk bepalen hoe winstgevend een onderneming is. Slimme, geavanceerde besturingsinstallaties en informatiesystemen zijn daarbij onmisbaar en worden steeds complexer. Zo complex zelfs, dat bedrijven steeds vaker specialisten inschakelen om samen met hen duurzame, efficiënte en veilige oplossingen te creëren voor het verbete-ren en optimaliseren van productieprocessen. HG Industrial uit Hegelsom is zo’n specialist.

Smart Solutions by Smart PeopleHG Industrial is een échte Smart Solutions partner die oplos-singen en concepten op het gebied van regelen, besturen en schakelen van processen en machines ontwikkelt, produceert en installeert. Voor eenvoudige én omvangrijke systemen. Voor allerlei verschillende branches, besturingstechnieken en procesinstallaties. Daarbij staan eenvoudige bediening, een hoge efficiëntie, optimale veiligheid en een laag ener-gieverbruik centraal. Vanuit onze kernpropositie “The System Creators” zijn we in staat om volledige systeemintegratie-op-lossingen te ontwikkelen. Zowel vanuit een bestaande situatie waarop uitbreidingen, aanpassingen of optimalisatieslagen ontwikkeld en gemaakt moeten worden, als vanuit een volle-

“Zet ‘m maar aan…”Na een periode van intensieve gesprekken, plannen, ontwerpen, programmeren, voor-bereiden, bouwen, implementeren en testen komt uiteindelijk het spannende moment. De in gebruikstelling. Oftewel, de stroom gaat erop. En je weet meteen dat je de goede keuze hebt gemaakt. Want het werkt zoals het moet. Zoals je het voor ogen had. Misschien zelfs nog beter, want je verwachtingen zijn niet alleen waargemaakt maar zelfs overtrof-fen. Strakke deadline, perfecte installatie, minimale downtime, optimale oplossingen, prettige samenwerking. Het team van HG In-dustrial heeft het (weer) gefikst…

22

Page 23: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Complex is voor ons heel gewoon

Strakke deadline. Gedegen voorbereiding. Slimme besturingstechnieken. Perfecte installatie.

Minimale downtime. Optimale totaaloplossing. Prettige samenwerking. Dagelijkse kost…

The Power of intelligence. It’s in our system.

www.hg-industrial.nl

dig nieuwe opzet. We denken mee vanuit de probleemstelling, nemen het complete traject van ontwikkeling tot aanleg voor onze rekening en zijn zodoende echt in staat om een totaal-oplossing te bieden. Een totaaloplossing die begint bij het vertalen en uitwerken van de visie van onze klanten en reikt tot aan de ontwikkeling en bouw van een perfecte stroom-voorziening door middel van onze Dekra gecertificeerde scha-kel en verdeelinrichtingen tot 6300 Amp. Omdat we ook weten dat zonder stroom alles stil staat.

Wereldwijde expertiseVanuit Hegelsom bedienen we inmiddels klanten over de hele wereld. Van Guadeloupe tot Tasmanië. Van Mexico tot Canada. Van Finland tot Italië en veel landen die daartussenin liggen. Dat kunnen we omdat we ontwikkelen en bouwen volgens verschillende internationale certificeringen en richtlijnen. Zo gebruiken we de UL/CSA montagerichtlijnen voor de VS, zijn we Dekra gecertificeerd, werken we volgens de NEN 1010, NEN

61439 en NEN60204 normering, zijn we voor ons verdelerpro-gramma door Eaton, Legrand en GE gecertificeerd en zijn we sinds kort ook Eaton Lean Solution Partner.

We leveren niet alleen producten en oplossingen. We houden ook bestaande en nieuw geleverde systemen en installaties in topconditie. Want, ongeplande stilstand dient tot een mini-mum beperkt te blijven. Naast preventieve onderhoudswerk-zaamheden verzorgen wij ook correctief onderhoud, bieden we 24-uurs service en verlengen eventuele garantietermijnen.

Het vertrouwen dat we krijgen van onze klanten betalen we ze elke dag terug met hoogwaardige oplossingen en systemen. Sterker nog, hoe groter de uitdaging, hoe meer we in ons element zijn. Met altijd maar één doel voor ogen; dat heerlijke moment waarop wij tegen een klant kunnen zeggen: “Zet ‘m maar aan”. Omdat we weten dat het werkt…. ■

Industriële Automatisering• Advies • Projectmanagement• Hardware Engineering• Software Engineering• Montage op locatie• In bedrijf stellen• Paneelbouw

Energiedistributie• Schakel en verdeelinrichtingen • tot 6300 Amp• Laagspanningsverdelers• Service & Onderhoud• Cosinus Phi Compensatie• Railkoker

Service en onderhoudDekra gecertificeerdUL / CSA montagerichtlijnNEN 1010, NEN 61439 en NEN60204

HG Industrial B.V.Stationsstraat 1425963 AC Hegelsom+31 77 475 9000

www.hg-industrial.nl

23

Page 24: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

‘Internet of things’, ‘Big data’, 3D-printen, het zijn enkele termen om de nieuwe techni-sche ontwikkelingen aan te duiden. Nieuwe technieken die we in het dagelijkse leven tegenkomen, maar die voor ondernemers ook waardevol zijn. Alleen weet die onderne-mer vaak niet wat er zoal speelt en op welke manier hij of zij die nieuwe technieken kan toepassen. LIOF neemt nadrukkelijk een rol in het onthullen ervan, op uiteenlopende manieren.

LIOF, zo beginnen business developers Ruud Nissen en Rob Pijpers hun verhaal, ondersteunt namens de aandeel-houders (provincie en EZ) de Limburgse ondernemers in de volle breedte, ter stimulering van de economie en de werkgelegenheid. “Dat doen we met twee takken, enerzijds financiering en anderzijds business development, voor zowel de maakindustrie, agrofood en de logistiek. Business de-velopment heeft de afgelopen jaren steeds meer aandacht gekregen – hoe help je bedrijven een volgende stap in hun ontwikkeling te maken? Dan gaat het om strategische beslis-singen; in een volgend stadium kun je dan naar financiering, eventueel met andere partijen, kijken.”

NetwerkBij het ondersteunen en begeleiden van bedrijven kan LIOF terugvallen op een breed en divers netwerk van tal van ervaren ondernemers, kennisinstellingen en overheden. Dat netwerk, zegt Rob Pijpers, is samen met kennis en kapitaal een van de instrumenten die LIOF inzet. “We begeleiden met name mkb-bedrijven tot zo’n 100 medewerkers. Grote be-

Ondernemen en innoveren

“ Nieuwe technieken hebben enorme meerwaarde, mits goed toegepast”

Tekst: Jac Buchholz | Foto’s: Laurens Eggen

Rob Pijpers (l) en Ruud Nissen

24

Page 25: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

drijven vinden hun weg vaak wel. Die hebben een partner of eigen afdeling die zich bezighoudt met innovatie. Bij kleinere bedrijven draait het vaak om het nu, de core business. Die hebben minder mogelijkheden om naar ontwikkelingen op de lange termijn te kijken.” Ontwikkelingen zoals het toepas-sen van 3D-printen, big data en internet of things. Verza-melnamen voor specifieke technologieën van de toekomst, merkt Ruud Nissen op. “De technieken zijn er. Het is voor een mkb-ondernemer alleen de vraag hoe welke techniek toe te passen. Dat vraagt om onderzoek en geld. Terwijl de focus vaak ligt bij productie. Maar wat doe je als een pro-ducent in het Verre Oosten hetzelfde product maakt als jij, maar wel tegen 70 % van de kostprijs?” Een ander voorbeeld is, geeft hij aan, het onderhoud van machines op verre locaties. “Gebruikelijk is dat je één keer in de zoveel tijd een onderhoudsploeg stuurt. Maar als je van afstand monitort, kun je veel efficiënter ingrijpen – onderhoud plegen of een onderdeel vervangen op het moment dat het nodig is. Dat vraagt om een andere manier van denken.”

“Denk aan een student die als afstu-deeropdracht onderzoek doet”

Ervaringen delenLIOF is er om bedrijven die volgende stap in hun techno-logische ontwikkeling te laten maken, maakt Rob Pijpers

duidelijk. Niet alleen, maar met het al eerder aangehaalde netwerk, zegt hij. “We kunnen bijvoorbeeld een ondernemer inschakelen die deze stap of stappen wel al heeft gemaakt. Wordt er bij een bedrijf bijvoorbeeld nagedacht over de mogelijkheden van 3D-printen, dan kan de ondernemer die daar al volop mee bezig is zijn ervaringen delen. Wij brengen partijen bij elkaar. Ondernemers onderling, maar we kijken ook wie of wat er vervolgens nodig is of zijn. Denk aan een student die als afstudeeropdracht onderzoek doet. Ver-volgens kijk je welke subsidiemogelijkheden er zijn, welke financiële partijen interessant zijn. Noem maar op.” LIOF, maken Nissen en Pijpers tot slot duidelijk, zoekt op allerlei manieren contact met mkb-bedrijven die willen innoveren maar nog niet het juiste pad hebben gevonden. “Bedrijven kunnen zich met hun ideeën altijd bij ons melden. Maar we organiseren tevens allerlei netwerkevents, workshops en innovatieprogramma’s als LimburgMakers en LimburgLogis-tiek. Innovatie hoeft voor de mkb-ondernemer geen ver-van-mijn-bed-show te zijn. Wij dragen er mede aan bij dat het Limburgse bedrijfsleven zich meer met vernieuwing, met het toepassen van de nieuwste technieken gaat bezighou-den. Mits goed toegepast hebben die namelijk een enorme meerwaarde.” ■

LimburgMakers ondersteunt u als ondernemer bij het versterken van de concurrentiepositie van uw bedrijf én van de maakindustrie in Limburg.Dit doen wij door de inzet van kennis, netwerk en kapitaal.

Meer weten: kijk op www.liof-limburgmakers.nl

Page 26: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

ADDIT BV legt zich als internationale System Supplier toe op de ontwikkeling, productie en verkoop van uit precisie plaatwerk samenge-stelde halffabricaten, modules, apparaten en machines.Van plaatbewerking naar het ontwikkelen en produceren van systemsSinds de oprichting in 1984 richt Addit zich op de productie van hoogwaardig precisie plaatwerk. De producten kenmer-ken zich door „High Mix, Low Volume en High Complexity“. Parallel met de ontwikkeling en productie van halffabricaten biedt Addit complementaire diensten aan zoals:• (Re-)Engineering, Plaatwerkdesign, Prototyping & Testen• Value Engineering• Inkoop/Uitbesteding & Leverketen-management• Projectmanagement• Alle logistieke diensten zoals Kan-Ban, VMI en Spare

Parts Service

Garantie in kostenleiderschapDe levensduur van producten wordt steeds korter en on-voorspelbaarder. Hoe vang je die schokken op in de start up series, proven series of fase out series? Hoe behoud je

als OEM-fabrikant de laagste Total Cost of Ownership (TCO) in elke fase van deze product life cycle? Addit biedt hier de juiste oplossingen voor.

Voor de OEM blijven de vaste kosten laag, de flexibiliteit op-timaal en de opdrachtgever profiteert van de snelle kennis-ontwikkeling in het high tech netwerk. De communicatielijnen worden kort gehouden en het IP van de opdrachtgever wordt eenvoudig beschermd. Hoe doen we dit? De competenties van onze medewerkers, onze leane organisatiestructuur en de krachtige samenwerking met het internationaal gekwalifi-ceerde high tech netwerk in Zuid-Oost Nederland en Centraal Europa (met o.a. een eigen zusterbedrijf in Polen) maken dit mogelijk. Op deze wijze bieden wij onze opdrachtgevers in alle fases van de product life cycle de laagste TCO hetgeen de marktpositie van onze opdrachtgevers versterkt.

Internationaal actief in diverse marktenAls veelzijdige System Supplier leveren wij onze producten en systemen aan OEM-ers in meer dan 25 sectoren in 16 Europese landen. Omdat Addit-klanten altijd blijven, groeit het aantal sectoren constant door. Addit produceert onder meer machines, apparaten en systemen voor de volgende

Addit BV, veelzijdige system supplier

26

Page 27: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

sectoren:• HealthCare & Pharma & Life Sciences• Inspection, Testing & Messuring• Agri & Food• Packaging• ATM, Vending & Gaming machines• Automation• Energy• Paper- & Money handling machines• Defence & Aviation

KwaliteitKwaliteit betekent voor Addit ook het beschikken over de juiste certificaten. De System Supplier bezit al vele jaren het ISO 9001-certificaat voor kwaliteitsmanagement en het ISO 14001-certificaat voor milieumanagement. Om de kwaliteit van haar productieactiviteiten en dienstverleningen te garan-deren werkt Addit met methoden als: FMEA, PCS, SPC, Poka Yoke en CpK-studies. Ook beschikt Addit over de lascertifica-ten DIN EN 15085 Klasse 2, ISO 3834-2 en DIN 2303 Q2 BK2. Tot slot is Addit lid van het UN Global Compact welke wereld-wijd een duurzame ontwikkeling en ondersteuning van tien principes op het gebied van mensenrechten, arbeidsnormen, milieu en corruptiebestrijding nastreeft.

Wij komen graag met u in contactWilt u weten wat Addit voor u kan betekenen? Neem dan contact op met Peter Kerstjens, managing director van Addit BV (Tel. (077) 3203403 of E-mail [email protected]). ■Addit BVArchimedesweg 25928 PP VenloTel. (077) 3203400

Fax (077) 3874535E-mail: [email protected]: www.addit.nl

Page 28: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Ideale toekomstbeeld: “ Een grote speeltuin creëren die bedrijvigheid support”

28

Page 29: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

De meest recente ledenbijeenkomst van Tech-no Valley Limburg vond plaats op donderdag 22 februari vanaf 15.00 uur bij H&F Electronics, Rijnaakkade 5 in Venlo.

H&F Electronics is een productontwikkelingsbedrijf van high-tech producten. Sinds 1979 ontwerpt, ontwikkelt en produceert H&F klantspecifieke en embedded systemen voor start ups, MKB-bedrijven en multinationals. Dit kunnen elektronische halffabricaten (printplaten) zijn, maar ook hoogwaardige, slim verbonden producten, gekoppeld met het internet. “Embed-ded systemen vormen de  vaak onzichtbare wereld die schuil gaat achter veel producten van tegenwoordig. De microcon-trollers vormen het brein van deze producten”, aldus André Hovens. “De data kan worden opgeslagen op onze eigen cloud server, waarop we applicaties gebouwd hebben om data te delen, op te slaan en inzichtelijk te maken. Internet of Things is een hot issue; er zijn momenteel zo’n 430 platformen om uit te kiezen. H&F houdt het geheel echter in eigen huis. Hier-door kunnen we garant staan voor een optimale communica-tie tussen systemen. Tevens stelt dit ons in een staat om op maat gemaakte internet-data oplossingen aan te bieden. Met als uiteindelijk doel: simpele en gebruiksklare cloud oplos-singen om snel nieuwe applicaties op te ontwikkelen en in te zetten, resources te optimaliseren, kosten te beheersen en de beste mogelijke klant ervaring te bieden.” 

Tal van succesvolle producten Iedere productaanvraag is uniek. Het bedrijf richt zich daarbij vooral op systeemontwikkeling, minder op de vermarkting er-van; de meeste klanten hebben hun eigen verkoopkanaal. Op de vraag waarom klanten kiezen voor H&F Electronics, ant-woordt directeur Huub Hovens: “Ons unieke voordeel is een stukje deelname in de ontwikkelingskosten. Als de klant erin gelooft én wij in het product van de klant geloven, bieden we aan om mee te investeren.” André vult aan: “We doen geen

harde acquisitie. We moeten het vooral hebben van mond-tot-mond reclame van tevreden klanten en vervolgontwikke-lingen die bestaande klanten bij ons neerleggen. Daarnaast is er een nieuwe website in de maak.” Het streven is om de marktkennis van de klanten zodanig te combineren met de kennis van elektronicaontwikkeling van H&F Electronics, dat de klant hiervan de voordelen ervaart. Dit heeft geleid tot tal van succesvolle producten voor bedrijven uit onder andere de agrarische, industriële, voedingsmiddelen- en consumenten-sector. Een greep uit de ontwikkelingen:

• Aansturing voor een verlichte dansvloer.• Elektronica voor het testen van de bierschuimkwaliteit.• Regelsystemen voor de beheersing van het klimaat in de

intensieve veehouderij en bewaring van gewassen.• Aansturing voor het sealen van voedingsmiddelen.• Monitoringsysteem voor het automatisch monitoren van

de groei van dieren.• Elektronica voor de aansturing van koffieapparaten.• Meetsysteem voor het instellen van de werkbladhoogte

van een bureaublad• Elektronica voor naadloos injecteren van dieren.• Aansturing voor tennisballenmachine.• Elektronica voor elektronische pijp.• Applicatie software voor tablets en smartphones.• Ontwikkeling Cloud server oplossingen t.b.v. eigen pro-

ducten. GreenTechlabMarcel Roosen werkt bij het publiek-private Green-Techlab, een technisch R&D afdeling van de Hogeschool Fontys Venlo die zich voornamelijk richt op agro en food. “De ontwikkelingen gaan razendsnel. De agrarisch ondernemer gaat zijn bedrijf bijvoorbeeld steeds meer managen aan de hand van grote hoeveelheden data, verkregen door slimme apparaten die de bedrijfsprocessen 24 uur per dag real-time monitoren. Samen met de maakindustrie én de agrarische sector creëert het GreenTechlab diverse projecten voor de agrarische sector waar deze stuit op technische problemen, ideeën en uitdagingen. Het doel is dat HBO techniekstu-denten samen met onderzoekers – en een stukje subsidie – nieuwe hightech producten ontwikkelen en deze uiteindelijk ook op de markt brengen.” Het doel van GreenTechlab: een betere afstemming met de regionale bedrijvigheid, kennisont-wikkeling, talentontwikkeling, innovatie en nieuwe (regionale) business. Boer zoekt engineerIn de praktijk gaat GreenTechlab een keukentafelgesprek  met de boer aan (www.boerzoektengineer.nl) met specifie-ke techniek domein als Internet of Things, vision en deep learning om oplossingen voor een probleem te vinden. Er

29

Page 30: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

vindt eerst pre-research (vooronderzoek) plaats om de kaders van een mogelijk vervolg te bepalen, waarop een voorstel gedaan wordt voor een R&D project, vaak in samenspraak met een regionale MKB’er uit de maakindustrie. Uiteindelijk wordt er een intentieverklaring met een gezamenlijk doel uitge-schreven. Doordat een MKB’er vanuit de maakindustrie direct bij het technisch onderzoek betrokken wordt, neemt de kans op een succesvol eindproduct (innovatie) toe. Voorbeelden van projecten die sinds 2014 plaatsgevonden hebben:• Middels vision (cameratechniek) mechanisch onkruid

wieden • Conceptontwikkeling (meer lagen LED-teelt (Urban Far-

ming)• Op afstand uit te lezen weerstation in combinatie met

een fijnstofmeter (stukje IoT)

Roosen legt uit hoe GreenTechlab deep learning gebruikt voor objectherkenning, waardoor je bijvoorbeeld groente oogst optimalisatie kunt doen door foto’s in te voeren van verschil-lende stadia van de groei. Dergelijke modellen zijn toepasbaar voor oogstvoorspellingen, ziekteherkenning en embedding in controle loops. Ideale toekomstTot slot schetst Roosen zijn ideale toekomstbeeld: “Toegepast onderzoek blijven doen maar liever nog een grote speeltuin creëren die bedrijvigheid support; studenten, docenten en onderzoekers met daaromheen de regionale spelers. Er lopen hiertoe al gesprekken met de Provincie, om de mogelijkheden te verkennen.” ■

30

Page 31: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen

Heeft u nieuws en wilt u dit graag met uw mede-ondernemers delen. Stuur dit dan naar [email protected]

Nieuws

Meer dan 3.000 bezoekers Dag van de Maakindustrie VenloDe eerste editie van de Dag van de Maakindustrie die zondag 11 maart plaatsvond in Venlo, heeft ruim 3.000 bezoekers getrokken. Inwo-ners in de regio konden bij 11 productiebedrijven in de regio Venlo een kijkje achter de schermen nemen en pro-ductieprocessen met veel ‘high tech’ aanschouwen. Bij een groot aantal bedrijven waren alle rondleidingen volgeboekt. In veel gevallen was de belangstelling boven verwachting.

Het initiatief richtte zich erop om inwoners meer bekend te maken met de bedrijven op de industrie-terreinen en het werven van nieuwe medewerkers. De be-drijven hebben veel werkge-legenheid in de productie en op kantoor. Bezoekers, jong en oud, kwamen zowel uit de regio Venlo zelf als net daarbuiten. Naar verwach-ting vindt er in 2019 een tweede editie plaats. Foto: Richard Fieten

Ook in 2018 € 10 miljoen voor innovatie door mkbHet midden- en kleinbedrijf in Zuid-Nederland dat actief is in de topsectoren kan ook dit jaar aanspraak maken op innovatiefinanciering. De subsidieregeling MKB Inno-vatiestimulering Topsectoren Zuid-Nederland (MIT Zuid) heeft ruim € 10 miljoen beschikbaar.

Na het succes van de vorige drie jaren stellen de provin-cies Noord-Brabant, Limburg en Zeeland samen met het kabinet € 10,4 miljoen beschikbaar voor innovatie door het mkb in Zuid-Ne-derland. Naar verwachting zullen ook dit jaar weer on-geveer 200 Zuid-Nederland-se bedrijven ondersteuning

krijgen.

Het MIT Zuid stimuleert innovaties in de eerste fases van het innovatieproces. De subsidies zijn bedoeld voor projecten die gericht zijn op:

-Het uitvoeren van een haal-baarheidsproject waarmee de technische en economi-sche risico’s van een voor-genomen innovatie in kaart worden gebracht;

-Het uitvoeren van een samenwerkingsproject gericht op de ontwikkeling of vernieuwing van produc-ten, productieprocessen of diensten.

Achtbanenbouwer Vekoma overgenomen door Japanse branchegenootAchtbanenbouwer Vekoma Rides Manufacturing BV is geheel overgenomen door de Japanse branchegenoot Sansei Technologie. De overname heeft plaatsge-vonden onder de voorwaar-den dat er geen wijzigingen plaatsvinden op het gebied van strategie, aansturing, arbeidsvoorwaarden en vestigingsplaats. Ook blijft

Vekoma onder de eigen naam actief. Het bedrijf ziet dankzij de overname nieuwe kansen in Japan, Zuidoost Azië en Noord-Amerika.Vekoma behoort tot de top tien van maakbedrijven in Nederland en is met ruim 300 medewerkers een belangrijke werkgever in de regio.

Elektrische auto’s direct en snel opladen via zonnepanelenOp basis van het promo-tie-onderzoek van Gautham Ram Chandra Mouli heeft de TU Delft samen met enkele bedrijven een snellader ontwikkeld waarmee auto’s direct kunnen worden opgeladen met stroom uit zonnepanelen. Normaal gesproken wekken zonnepa-nelen gelijkstroom die moet worden omgezet in wissel-stroom. Dat is niet efficiënt en leidt tot onnodige kosten. Bovendien is er zowel voor de zonnepanelen als de

auto een omvormer nodig. Dus werd er gezocht naar een manier om tot een sys-teem met één omvormer te komen. Het door de TU Delft uitgevoerde onderzoek heeft geleid tot het ontwerpen van een 10kW-omvormer met een interne DC-link en drie terminals. Daarmee kan de auto zowel vanuit de zonne-panelen als uit het stroom-net worden opgeladen. Daarmee is het stroomnet als tussenstap om te laden dus niet meer nodig.

Page 32: magazine - Techno Valley Limburg...de loop van de jaren zestig stapte MGG helemaal over op het zandgieten van aluminium producten. Dat doet MGG nog al-tijd, al is er, zeker het afgelopen