LESBRIEF WERKBOEKJE ROALD DAHL-WEEK 2014...2 LESBRIEF WERKBOEKJE ROALD DAHL-WEEK 2014 Husseltaal...

6
1 LESBRIEF WERKBOEKJE ROALD DAHL -WEEK 2014 ROALD DAHL-WEEK 20 1 4 LESBRI EF Op 13 september wordt wereldwijd de geboortedag van Roald Dahl gevierd en start de Roald Dahl-week (van 13 tot en met 20 september). In deze feestelijke week kunnen leerlingen de schrijver en zijn verhalen nog beter leren kennen. Voor leerlingen van 9 tot 12 jaar is er een speciaal werkboekje over Roald Dahl samengesteld, met daarin met name aandacht voor de volgende titels: Matilda, De GVR, De Griezels en Ieorg Idur. In deze lesbrief staat aangegeven wat de leerlingen van het werkboekje kunnen verwachten en vindt u de oplossingen van de opdrachten overzichtelijk op een rij. Ten slotte krijgt u extra verdiepingsopdrachten rond het boek Matilda. Deze titel kunt u voor een speciale actieprijs van € 4,99 bestellen. Pagina 2 & 3 Op deze pagina’s maken leerlingen kennis met de rijke fantasie van Roald Dahl. Ze lezen zinnen op rijm uit Joris en de geheimzinnige toverdrank, kreten van de Opperheks uit De heksen, verzinsels van Willie Wonka uit Sjakie en de chocoladefabriek, gekke woorden uit De GVR en over een zelfverzonnen ziekte uit De Griezels. Net zo talentvol als Matilda Feestelijk werkboekje van: 2014 F EEST M ET MATILDA Van flitspopper tot waffelvuller: Roald Dahl verzon het allemaal Ben jij zo bruut als een Bulstronk of zo lief als een Engel? TEST HET! + feestelijke knutseltip! ROALD DAHL-WEEK WERKBOEKJE UITLEG 2 3 D E WOND ERE WOORD EN VAN ROALD DAHL ‘Prrraten overrr kinderen maakt mai kotsmisselaik! Ik worrrd al misselaik als ik alleen maarrr aan ze dénk! Haal een kotsbak voorrr mai.’ Deze zin wordt uitgekraamd door de heks. Vleeslapeter, Kinderkauwer, Bottenkraker, Mensenmepper, Meisjesstamper, Schrokschranzer, Bloedbottelaar, Slagers- jongen en Vleeshakker. Dit zijn de namen van de negen grote onvriendelijke reuzen die mensbaksels eten. Deze puistige pestkoppen noemen de GVR een scharminkel, maar gelukkig is de Grote Vriendelijke Reus ontzettend slim en weet hij hoe hij deze misbaksels een lesje kan leren. Dit is ook een gruwelijke naam voor een reus: Wist je dat Roald Dahl… • tijdens het schrijven van De GVR283 nieuwe woorden bedacht? • zijn kinderen voor het slapengaan altijd zelf- verzonnen verhalen vertelde? Die waren meestal een beetje griezelig. • het liefst over schurken schreef omdat hij die interessant vond? • scholen en kranten soms brieven stuurde in GVR-taal? Alsof ze echt van de GVR kwamen! Flitspopper Mensbaksels vinden het onbehoorlijk als je een flitspopper laat, maar voor reuzen is het juist een teken van geluk. Ze laten de beste na een lekker slokje fropskottel. De GVR kan zo hard flits- poppen dat hij daardoor de lucht in schiet als een raket. Zo noem je een flitspopper in het Nederlands: Ze had lichtbruine tanden en een klein mondje, zo verfrommeld als een hondenkontje. Het zal je maar gezegd worden! Toch is dit echt hoe Roald Dahl een van de hoofdpersonen uit zijn boeken omschrijft. Deze zin schreef Roald Dahl over de grootmoeder van: HUSSELTAAL ONTLEDEN Spreek jij Roald Dahl-taal? Verbind onderstaande woorden en zinnen dan met het juiste boek. En als je een échte Dahl-kenner bent, weet je natuurlijk ook wat de woorden betekenen! Drow reveil stei renielk Weggalopperen Opstijglimonade met prik Wek met kinderen, rrroei ze oit! Kook hun botten, braad hun hoid! Rolmopsvogel Verhalen vertellen was voor Roald Dahl één groot feest. Het allerbelangrijkste vond hij dat zijn lezers zouden gniffelen en glimlachen. Daarom bedacht hij niet alleen gruwelijke gekke hoofdpersonen, maar ook bizarre zelfverzonnen woorden en kreten die je de slappe lach bezorgen. Hier de acht allerleukste op een rij! Ieorg Idur Dit boek gaat over schildpad Rudi die maar niet wil groeien. Meneer Hoppe maakt mevrouw Zilver wijs dat haar schildpad groter wordt als ze elke dag een toverspreuk in schildpadtaal in Rudi’s oor fluistert. De toverspreuk begint met deze woorden: ‘Ieorg Idur, Ieorg Idur’. Spreek jij schildpadtaal? Wat betekent Ieorg Idur? Eeuwigdurende waffelvullers Willie Wonka is waarschijnlijk de kindvriendelijkste uitvinder ter wereld. Niet zo gek als je weet dat hij de bedenker is van de lekkerste snoepjes ooit. Op zijn eeuwigdurende waffelvullers is hij apetrots. Hij vond ze uit voor kinderen die weinig zakgeld krijgen. Je kunt er voor altijd op zuigen en ze worden nóóit kleiner, ze veranderen nóóit van kleur en verliezen nóóit hun smaak. Helaas zijn de eeuwigdurende waffelvullers ook nooit in een snoepwinkel gesignaleerd. Dit zou Willie Wonka ook moeten uitvinden: WOORDKUNSTEN WOORDKUNSTEN Snoskommer Dit is de vreselijke akkiebakkie rotgroente die de GVR elke dag moet eten. Hij zwalgt ervan, klotst erop en kan het niet uitluchten, maar hij moet het wel schranzen omdat hij de enige reus is die geen mensbaksels eet. Wat vind jij net zo vies als snoskommer? Gevreesde krimpziekte Mevrouw Griezel denkt dat ze er al járen last van heeft. Maar wat ze niet weet, is dat meneer Griezel elke avond een schijfje hout onder haar stoel plakt. Zo kan hij ’s ochtends roepen: ‘Kijk nou toch eens hoe je daar in je eigen oude stoel zit. Je bent zo’n stuk gekrompen, dat je voeten in de lucht bengelen!’ De Griezels kun je herkennen aan hun gemene trucjes en aan hun: Deze lesbrief hoort bij het werkboekje over Roald Dahl dat Young Crowds produceerde in opdracht van uitgeverij De Fontein. Reacties zijn welkom op [email protected]. © Copyright illustraties Quentin Blake. Bij de verschillende teksten staan ook vragen en is er ruimte om zelf woorden te verzinnen. De antwoorden op de vragen: Deze zin wordt uitgekraamd door de Opperheks. Een flitspopper is een ander woord voor scheet. De Griezels kun je herkennen aan hun vieze haren en gemene ogen. ‘Ze had lichtbruine tanden en een klein mondje, zo verfrommeld als een hondenkontje.’ Deze zin gaat over de grootmoeder van Joris uit Joris en de geheimzinnige toverdrank. De woorden Ieorg Idur kun je omgekeerd lezen en dan staat er: Groei Rudi.

Transcript of LESBRIEF WERKBOEKJE ROALD DAHL-WEEK 2014...2 LESBRIEF WERKBOEKJE ROALD DAHL-WEEK 2014 Husseltaal...

1

LESBRIEF WERKBOEKJE ROALD DAHL -WEEK 2014

ROALD DAHL-WEEK 2014

LESBRIEFOp 13 september wordt wereldwijd de geboortedag van Roald Dahl gevierd en start de Roald Dahl-week (van 13 tot en met 20 september). In deze feestelijke week kunnen leerlingen de schrijver en zijn verhalen nog beter leren kennen. Voor leerlingen van 9 tot 12 jaar is er een speciaal werkboekje over Roald Dahl samengesteld, met daarin met name aandacht voor de volgende titels: Matilda, De GVR, De Griezels en Ieorg Idur.

In deze lesbrief staat aangegeven wat de leerlingen van het werkboekje kunnen verwachten en vindt u de oplossingen van de opdrachten overzichtelijk op een rij. Ten slotte krijgt u extra verdiepingsopdrachten rond het boek Matilda. Deze titel kunt u voor een speciale actieprijs van € 4,99 bestellen.

Pagina 2 & 3Op deze pagina’s maken leerlingen kennis met de rijke fantasie van Roald Dahl. Ze lezen zinnen op rijm uit Joris en de geheimzinnige toverdrank, kreten van de Opperheks uit De heksen, verzinsels van Willie Wonka uit Sjakie en de chocoladefabriek, gekke woorden uit De GVR en over een zelfverzonnen ziekte uit De Griezels.

Net zo talentvol alsMatilda

Feestelijk werkboekje van:

2014

FEEST MET

MATILDA

Van flitspopper tot waffelvuller:

Roald Dahl verzon het allemaal

Ben jij zo bruut als een

Bulstronk of zo lief als een Engel? TEST HET!

+ feestelijke knutseltip!

ROALD DAHL-WEEK

WERKBOEKJE

UITLEG

2 3

DE WONDERE

WOORDENVAN ROALD DA

HL

‘ Prrraten overrr kinderen maakt mai kotsmisselaik! Ik worrrd al misselaik als ik alleen maarrr aan ze dénk! Haal een kotsbak voorrr mai.’ Deze zin wordt uitgekraamd door de

heks.

Vleeslapeter, Kinderkauwer, Bottenkraker, Mensenmepper, Meisjesstamper, Schrokschranzer, Bloedbottelaar, Slagers­jongen en Vleeshakker. Dit zijn de namen van de negen grote onvriendelijke reuzen die mensbaksels eten. Deze puistige pestkoppen noemen de GVR een scharminkel, maar gelukkig is de Grote Vriendelijke Reus ontzettend slim en weet hij hoe hij deze misbaksels een lesje kan leren. Dit is ook een gruwelijke naam voor een reus:

Wist je dat Roald Dahl…• tijdens het schrijven van

De GVR 283 nieuwe woorden bedacht?

• zijn kinderen voor het slapengaan altijd zelf­verzonnen verhalen vertelde? Die waren meestal een beetje griezelig.

• het liefst over schurken schreef omdat hij die interessant vond?

• scholen en kranten soms brieven stuurde in GVR­taal? Alsof ze echt van de GVR kwamen!

FlitspopperMensbaksels vinden het onbehoorlijk als je een flitspopper laat, maar voor reuzen is het juist een teken van geluk. Ze laten de beste na een lekker slokje fropskottel. De GVR kan zo hard flits­

poppen dat hij daardoor de lucht in schiet als een raket. Zo noem je een flitspopper in het Nederlands:

Ze had lichtbruine tanden en een klein mondje, zo verfrommeld als een hondenkontje. Het zal je maar gezegd worden! Toch is dit echt hoe Roald Dahl een van de hoofdpersonen uit zijn boeken omschrijft.Deze zin schreef Roald Dahl over de grootmoeder van:

HUSSELTAAL ONTLEDENSpreek jij Roald Dahl­taal? Verbind onderstaande woorden en zinnen dan met het juiste boek. En als je een échte Dahl­ kenner bent, weet je natuurlijk ook wat de woorden betekenen!

Drow reveil stei renielk

Weggalopperen

Opstijglimonade met prik

Wek met kinderen, rrroei ze oit! Kook hun botten, braad hun hoid!

Rolmopsvogel

Verhalen vertellen was voor Roald Dahl één groot feest. Het allerbelangrijkste vond hij dat zijn lezers zouden gniffelen en glimlachen. Daarom bedacht hij niet alleen gruwelijke gekke hoofdpersonen, maar ook bizarre zelfverzonnen woorden en kreten die je de slappe lach bezorgen. Hier de acht allerleukste op een rij!

Ieorg Idur Dit boek gaat over schildpad Rudi die maar niet wil groeien. Meneer Hoppe maakt mevrouw Zilver wijs dat haar schildpad groter wordt als ze elke dag een toverspreuk in schildpadtaal in Rudi’s oor fluistert. De toverspreuk begint met deze woorden: ‘Ieorg Idur, Ieorg Idur’.Spreek jij schildpadtaal?

Wat betekent Ieorg Idur?

Eeuwigdurende waffelvullers Willie Wonka is waarschijnlijk de kindvriendelijkste uitvinder ter wereld. Niet zo gek als je weet dat hij de bedenker is van de lekkerste snoepjes ooit. Op zijn eeuwigdurende waffel vullers is hij apetrots. Hij vond ze uit voor kinderen die weinig zakgeld krijgen. Je kunt er voor altijd op zuigen en ze worden nóóit kleiner, ze veranderen nóóit van kleur en verliezen nóóit hun smaak. Helaas zijn de eeuwigdurende waffelvullers ook nooit in een snoepwinkel gesignaleerd.Dit zou Willie Wonka ook moeten uitvinden:

WOORDKUNSTEN WOORDKUNSTEN

SnoskommerDit is de vreselijke akkiebakkie rotgroente die de GVR elke dag moet eten. Hij zwalgt ervan, klotst erop en kan het niet uit luchten, maar hij moet het wel schranzen omdat hij de enige reus is die geen mensbaksels eet. Wat vind jij net zo vies als snoskommer?

Gevreesde krimpziekteMevrouw Griezel denkt dat ze er al járen last van heeft. Maar wat ze niet weet, is dat meneer Griezel elke avond een schijfje hout onder haar stoel plakt. Zo kan hij ’s ochtends roepen: ‘Kijk nou toch eens hoe je daar in je eigen oude stoel zit. Je bent zo’n stuk gekrompen, dat je voeten in de lucht bengelen!’De Griezels kun je herkennen aan hun gemene trucjes en aan hun:

Deze lesbrief hoort bij het werkboekje over Roald Dahl dat Young Crowds produceerde in opdracht van uitgeverij De Fontein. Reacties zijn welkom op [email protected]. © Copyright illustraties Quentin Blake.

Bij de verschillende teksten staan ook vragen en is er ruimte om zelf woorden te verzinnen.

De antwoorden op de vragen:• Deze zin wordt uitgekraamd door de Opperheks. • Een flitspopper is een ander woord voor scheet. • De Griezels kun je herkennen aan hun vieze haren en gemene ogen. • ‘Ze had lichtbruine tanden en een klein mondje, zo verfrommeld als

een hondenkontje.’ Deze zin gaat over de grootmoeder van Joris uit Joris en de geheimzinnige toverdrank.

• De woorden Ieorg Idur kun je omgekeerd lezen en dan staat er: Groei Rudi.

2

LESBRIEF WERKBOEKJE ROALD DAHL -WEEK 2014

Husseltaal ontledenBij deze opdracht moeten leerlingen woorden en zinnen bij de juiste boektitel zoeken.

Dit zijn de goede antwoorden: 1. Drow reveil stei renielk – Ieorg Idur2. Weggalopperen – De GVR3. Opstijglimonade met prik – Sjakie en de chocoladefabriek4. Wek met kinderen, rrroei ze oit! Kook hun botten, braad

hun hoid! – De heksen5. Rolmopsvogel – De Griezels

Pagina 4 Op pagina 4 kunnen leerlingen lezen dat iedereen – net als Matilda – een talent heeft. Drie jonge talenten vertellen over waar zij goed in zijn.

Mila vertelt over haar passie voor vioolspelen. Ze doet dat elke dag minstens twee uur.

Casper wil later schaakgroot­meester worden, de hoogst bereikbare titel bij schaken.

Lisa is goed in paardrijden, vooral in dressuur, en kan heel netjes op haar pony zitten.

VERDIEPINGSOPDRACHT

1 2 3

54

‘ Op mijn vierde zat ik voor het eerst op een pony’

Wie: Lisa, 11 jaarGoed in: paardrijden (dressuur)Bijzondere prestatie: werd toegelaten tot het Centre for Sports & Education (CSE) in Zwolle (een speciale school voor topsporters)

‘Ik ben opgegroeid met paardrijden. Mijn moeder en zus doen het ook en op mijn vierde zat ik voor het eerst op een pony. Met hulp van mijn moeder en zus werd ik steeds beter. Vooral in dressuur, dat is een soort

dansen met paarden. Dat ik werd toegelaten op het CSE was een droom die uitkwam. Hier train ik twee ochtenden in de week, de rest van de week zit ik op school. Dat is hard werken, want ik moet wel

mijn weektaak afkrijgen. Maar het bevalt goed, vooral omdat mijn klasgenoten ook aan topsport doen. Het

mooiste compliment is als mensen zeggen dat ik zo netjes op mijn pony zit. Ik

blijf elke dag hard trainen om steeds beter te worden en steeds meer wedstrijden te winnen, want uitein-delijk wil ik beroemd worden!’

‘ Elke dag oefen ik twee uur op mijn viool’

Wie: Mila, 12 jaarGoed in: viool spelenBijzondere prestatie: werd toegelaten tot de vooropleiding van het Koninklijk Conservatorium (een school waar je professioneel muziek leert spelen)

‘Mijn tante speelde viool, en toen ik dat als klein meisje hoorde, wilde ik dat ook. Op mijn zesde ging ik op les en vorig jaar ben ik toegelaten op het conservatorium. Ik zit in groep 8 van de school voor jong talent op het Koninklijk Conservatorium. De kin-deren die in mijn klas zitten, doen aan ballet of spelen een instrument. Heel gezellig en je begrijpt elkaar. Bijvoor-beeld als het gaat over componisten zoals Tsjaikovski, Bach, Beethoven en Mozart. Elke dag heb ik vier uur normale school en daarna of daarvoor muziekles. Ik moet elke dag twee uur op mijn viool oefenen, ook in het weekend. Dat is best hard werken. Later wil ik graag bij het Koninklijk Concertgebouworkest spelen of het Rotterdams Philharmonisch.’

ALS MATILDA

‘De hele school was trots op me’Wie: Casper, 12 jaarGoed in: schaken en school (sloeg groep 6 over)Bijzondere prestatie: 2x Nederlands Jeugdschaak-kampioen en 1x Nederlands Schoolschaakkampioen

‘Toen ik vier jaar was, leerde mijn vader me schaken. Maar daar kan ik me niks meer van herinneren. Op school was ik de jongste die bij het schaakklasje mocht. Daar werd ik pas goed. Sinds mijn tiende speel ik ook tegen volwassenen. De meesten kunnen het hebben als ik van ze win, maar sommigen lopen boos weg. Ik snap dat wel, maar vind het ook overdreven. Zelf verlies ik ook vaak genoeg. Dat is niet leuk, maar ik kan er wel tegen. De leukste wedstrijd die ik won, was het School-schaakkampioenschap: de hele school was trots op me. Mijn grote droom is om schaakgrootmeester te worden, maar daar moet ik nog héél veel wedstrijden voor winnen.’

Glazen laten zweven met je

gedachtes of de tafel van 19

opdreunen zoals Matilda is

misschien wat ingewikkeld,

maar iedereen heeft een talent!

Casper, Mila en Lisa vertellen

waar zij goed in zijn.

NET ZO

TALENTVOL

INTERVIEWS

5

roald dahl-week 2013

1) Iemand staat in de weg. Wat doe je? Je vraagt vriendelijk of je er even langs mag. Je stormt keihard op hem/haar af. Als dat niet werkt, schreeuw je dat hij/zij aan de kant moet gaan.

2) Hoe reageer je als iemand het met je oneens is? Dan ben je uitgepraat en slinger je hem/haar de bosjes in.

Je bent benieuwd waarom hij/zij het niet met je eens is en gaat een gesprek aan.

3) Welke sporten spreken je het meest aan? Speerwerpen en kogelslingeren. Zwemmen en hardlopen.

4) Wat doe je als iemand een geintje met je uithaalt waar jij niet om kunt lachen? Niets, of je zegt waarom je het niet zo leuk vindt.

Je neemt wraak als de plaagkop in kwestie het niet meer verwacht.

5) Je hebt een heerlijke taart gekregen. Wat doe je ermee? Lekker helemaal in je eentje opeten natuurlijk!

Je neemt een stukje en deelt de rest uit.

6) Er komt een piepklein hondje zonder baasje op je af. Wat doe je? Je sluit het diertje in je armen en neemt het mee naar huis. Je loopt gauw weg, straks volgt-ie je nog!

7) Je vindt een zak geld onder een bankje in het park. Wat doe je ermee? Je rent er dolblij mee naar huis. Je gaat ermee naar het politiebureau.

Ben jij aardig of erger je je altijd enorm aan alles en iedereen? Doe de test en ontdek of jij moet oppassen dat je later niet net zo gruwelijk wordt als juffrouw Bulstronk.

test

DE UITSLAG Vooral bloemetjes?

Jij bent het tegenover gestelde van juffrouw Bulstronk. Je lijkt veel meer op de lieve juffrouw Engel. Als iemand hulp nodig heeft, bied jij het spontaan aan. Jij bent een goed en lief persoon. Andere mensen hebben veel aan jou en brengen graag tijd met je door.

5

Vooral wespen? Ai, je lijkt op de Bulstronk! Maar het is gelukkig nog niet te laat. Probeer eens wat aardiger te doen tegen mens en dier! Maak een praatje met iemand die je niet kent, of probeer je in te leven in hoe iemand zich voelt. Wie weet ontmoet je leuke en lieve vrienden. Gezellig, want samen is leuker dan alleen!

Zijn de leerlingen enthousiast over de woordvondsten van Roald Dahl? Laat ze er zelf nog een aantal zoeken in de boeken van de auteur of verzin klassikaal een aantal grappige woorden in de stijl van Roald Dahl.

Pagina 5Op deze pagina vinden de leerlingen een test. Door deze in te vullen, ontdekken ze of ze net zo lief zijn als juffrouw Engel of zo gemeen als de Bulstronk.

Ontwikkelingsgebied: taalvaardigheid en creatieve ontwikkelingDuur: 10 tot 15 minutenNodig: een aantal boeken van Roald Dahl

3

LESBRIEF WERKBOEKJE ROALD DAHL -WEEK 2014

Pagina 6 Met de knutseltip kunt u samen met uw leerlingen de klas versieren tijdens deze feestelijke week. Als u een foto van het eindresultaat mailt aan promotie@uitgeverij defontein.nl, maakt u met de klas kans op een uitgebreid boekenpakket van Roald Dahl.

Pagina 7Hier kunnen leerlingen Matilda helpen de goede weg te vinden door het doolhof en kunnen ze een kennisquiz over de Griezels invullen.

De antwoorden van de gruwelijke griezelquiz zijn:1. a 2. b 3. b 4. a 5. c

Elk goed antwoord levert twee punten op. Laat leerlingen zelf hun cijfer uitrekenen.

Pagina 8Zoek de verschillen. De linkerafbeelding is de originele illustratie van Quentin Blake. Kunnen de leerlingen de zeven verschillen met de bewerkte illustratie aan de rechterkant vinden? Hieronder treft u de oplossingen aan, om ze eventueel een handje te helpen.

6

FEESTELIJKE KNUTSELTI

P

MAAK EEN

SLINGER

Stap 1Download het patroon voor een vlaggetje op roalddahl-boeken.nl. Print het, knip het uit en trek de vorm over op dik knutselpapier. Je kunt een slinger van wit papier maken, maar met gekleurd papier ziet ’t er nog vrolijker uit!

Stap 2 Teken je favoriete Roald Dahl-figuur na op het vlaggetje. Heb je nog geen favoriet? Blader nog eens door dit boekje, je komt veel leuke hoofdpersonen tegen.

Stap 3 Maak je vlaggetje – als je tekening af is – vast aan een lang touw of lint. Dit doe je door de bovenkant om het touw heen te vouwen. Even vastnieten of -lijmen en klaar!

KNUTSELEN

Prijs voor de klas! Maak een feestelijke slinger met de hele klas. De twee leukste inzen dingen maken kans op een uitgebreid boekenpakket met tien boeken van Roald Dahl! Stuur een foto van het eindresultaat naar [email protected].

Illustratie: Sanna Leupen

Daantje, de GVR, Matilda, Sjakie, Joris of de fantastische Meneer Vos? Zet jouw favoriete Roald Dahl-figuur op een slinger en versier er je klas mee!

7

GRIEZELDOOLHOFHelp Matilda de goede weg door het doolhof te vinden. Breng haar naar de boeken zonder dat ze een van deze griezelige figuren tegenkomt. Succes!

DE GRUWELIJKE GRIEZELQUIZKen je ze nog: die stinkende baardaap en zijn lelijke vrouw? De Griezels hebben een listige quiz

bedacht. Voor elk goed antwoord krijg je 2 punten. Doe je best, want als je een onvoldoende

haalt, moet je voor straf een uur op je kop staan!

Vraag je meester of juf naar de oplossing,

die staat in de lesbrief.

PUZZELEN

Illus

trat

ie: S

anna

Leu

pen

Dit is mijn cijfer:

1 Wat stopt mevrouw

Griezel stiekem in het

biertje van meneer

Griezel?

a. Haar glazen oog

b. Een harige vogelspin

c. Slijmerig slakkensnot

2 Welk beest stopt meneer

Griezel als wraak in

mevrouw Griezels bed?

a. Een kriebelige kakkerlak

b. Een glibberige kikker

c. Een giftige slang

3 De Griezels hebben een

huis zonder…

a. badkamer

b. ramen

c. wc

4 Wat is meneer Griezels

grote droom?

a. Een ondersteboven apencircus

bezitten

b. De lekkerste vogelpastei

ter wereld bakken

c. Alle stinkende kinderen

vastlijmen in een boom

5 Hoe heet de aap die de

Griezels te slim af is?

a. Chopper

b. Rudic. Huppeldepup

COLOFON Dit werkboekje is een speciale uitgave van Uitgeverij De Fontein voor kinderen in het primair onderwijs en is geproduceerd door Young Crowds Coördinatie De Fontein Maartje Beukers, Maaike Maaswinkel en Erlijne Runia Uitgever YC Henriëtte van der Mark Coördinatie YC Alette Reneman Redactie YC Jeannette Jonker en Claudia Lagermann, Mans Kuipers (eindredactie), Mariska Schotman (vormgeving) Illustraties © copyright Quentin Blake Reacties [email protected]; Postbus 8146, 1180 LC Amstelveen.

Deze twee tekeningen lijken erg op elkaar, maar als je goed kijkt, kun je zeven verschillen ontdekken.

Matilda voor slechts € 4,99Matilda is een briljant meisje dat geweldig goed kan leren. Haar vader en moeder vinden haar maar lastig. Ook het hoofd van de school, de gruwelijke Bulstronk, is gemeen tegen haar. Gelukkig krijgt ze hulp van de lieve juffrouw Engel en samen ontdekken ze dat Matilda iets heel bijzonders kan.

ISBN 978 90 261 3650 4

ACTIE!speciale

prijse 4,99

ZOEK DE

VERSCHILLEN

roalddahl-boeken.nl

Vraag je meester of juf naar de oplossing, die staat in de lesbrief.

ZOEKPLAATJE

OP roalddahl-boeken.nl VINDT U DE MEEST ACTUELE INFORMATIE

OVER ROALD DAHL EN ZIJN BOEKEN!

4

LESBRIEF WERKBOEKJE ROALD DAHL -WEEK 2014

Matilda is een briljant meisje dat geweldig goed kan leren. Haar vader en moeder vinden haar maar lastig. Ook het hoofd van de school, de gruwelijke Bulstronk, is gemeen tegen haar. Gelukkig krijgt ze hulp van de lieve juffrouw Engel en samen ontdekken ze dat Matilda iets heel bijzonders kan.

De volgende verdiepingsopdrachten sluiten aan bij Matilda. De vijf opdrachten staan op zichzelf waardoor u de keuze hebt om er een of meerdere uit te voeren. Het is aan te raden om het boek aan de klas voor te lezen voordat u met de opdrachten aan de slag gaat. Rond de Roald Dahl-dag (13 september) kunt u deze titel voor de speciale actieprijs van € 4,99 bestellen.

VERDIEPINGSOPDRACHTEN

Gruwelijk Bulstronk-parcoursOntwikkelingsgebied: bewegingsonderwijsDuur: 30 minutenNodig: zware bal, pion, 10 houten blokjes (of lege plastic flessen), voetbal, een aantal klimrekken naast elkaar, stopwatch

Dit is een spel voor in de gymzaal of op het schoolplein. Juffrouw Bulstronk doet in het boek niets liever dan brute straffen uitdelen aan het gespuis dat op school rondscharrelt. Voordat ze school­directrice werd, was ze een beroemd atlete en legendarisch om haar kogelslingerprestaties. Dat demonstreert ze nog regelmatig op school waarbij haar leerlingen het lijdend voorwerp zijn. Zet in de gymzaal of op het schoolplein een atletisch Bulstronk­parcours uit.

1. Laat leerlingen een zware bal zo ver mogelijk wegslingeren. Dat doen ze door eerst een pirouette te maken en de bal vervolgens weg te gooien. Plaats een pion op de verst gegooide plek, zodat de leerlingen weten welk record ze moeten verbreken.

2. De Bulstronk raakt het liefst zo veel mogelijk leerlingen tegelijk. Zet een kegelbaan neer met aan de ene kant 10 houten blokjes en 20­30 meter verderop de startlijn. Hoeveel blokjes weten de leerlingen in een keer om te gooien?

3. Een van de meest gevreesde Bulstronk­straffen, is opgesloten worden in het Stikhok: een smalle kast met spijkers en glasscherven aan de binnenkant. Om het daarin vol te houden, moet je over een sterk staaltje uithoudings­ en doorzettings­vermogen beschikken. Laat een groepje leerlingen tegelijker tijd aan het klimrek hangen. Houd met een stopwatch de tijd bij. Degene die dit het langst volhoudt, is groepswinnaar. Uiteindelijk strijden alle groepswinnaars tegen elkaar om de titel Stikhok­klassenkampioen.

LESBRIEF WERKBOEKJE ROALD DAHL -WEEK 2014

5

Talentvol als MatildaOntwikkelingsgebied: taalvaardigheid en creatieve ontwikkelingDuur: 45 minutenNodig: pen, papier Toen Matilda anderhalf was, kende ze meer woorden dan de meeste grote mensen. Op haar derde had ze zichzelf leren lezen door rondslingerende kranten en tijdschriften te bestuderen. En nog voordat ze voor het eerst naar de basisschool ging, kende ze een groot deel van de bibliotheekboeken uit haar hoofd. En dat waren niet alleen de kinderboeken. Als Matilda op haar eerste schooldag laat zien dat ze de meest ingewikkelde tafels al onder de knie heeft, is juf Engel zwaar onder de indruk. Lees het volgende stuk uit Matilda voor in de klas:

‘Kent een van jullie de tafel van twee toevallig al?’Matilda stak haar vinger op. Ze was de enige.Juffrouw Engel keek eens goed naar het kleine meisje met

het donkere haar en het ernstige, ronde gezichtje, dat op de tweede rij zat. ‘Prachtig,’ zei ze. ‘Ga maar staan en zeg hem maar op zover je kunt.’Matilda stond op en begon de tafel van twee op te zeggen. Toen ze bij tien keer twee is twintig was, hield ze niet op. Ze ging gewoon door met ‘elf keer twee is tweeëntwintig, twaalf keer twee is vierentwintig, dertien keer twee is zesentwintig, veertien keer twee is achtentwintig…’‘Ho maar!’ zei juffrouw Engel. Ze had geboeid geluisterd naar het vlotte opzeggen van de tafel. En nu vroeg ze: ‘Tot hoe ver kun je doorgaan?’ ‘Hoe ver?’ herhaalde Matilda. ‘Nou dat weet ik eigenlijk niet, juf. Een heel eind, denk ik.’ Laat de leerlingen een grappig verhaal schrijven over hun talent. Dit mag een waargebeurd verhaal zijn over een talent dat ze echt hebben, maar ook een fantasie­verhaal over een talent dat ze heel graag zouden willen hebben. De verhalen kunnen ze aan het eind van de les voorlezen.

Oefenen in oplichtenOntwikkelingsgebied: taalvaardigheid, creatieve ontwikkeling en rekenenDuur: 30 minutenNodig: pen, papier

Matilda’s vader verdient zijn geld als meesteroplichter. Door trucjes met zaagsel en een hogesnelheidsboor weet hij afgeschreven auto’s te verkopen als tweedehands buitenkansjes. Zijn hele omgeving trapt erin, waardoor hij een dikke boterham verdient met zijn dubieuze praktijken en hij zijn klanten met panne laat zitten. Laat de leerlingen in de huid van Matilda’s vader kruipen. In groepjes van twee bedenken ze slinkse plannetjes waarmee ze met weinig inspanning veel geld kunnen verdienen. Hebben ze een waterdicht vals plan bedacht? Dan is het tijd voor een rekensom waarmee ze laten zien hoe snel ze schatrijk worden. Alle plannen worden uiteraard achteraf gepresenteerd.

Krachtig kunstwerkOntwikkelingsgebied: creatieve ontwikkelingDuur: 45 minutenNodig: papier, potloden, stiften, verf

Matilda is niet alleen talentvol op school, ze beschikt ook over een speciale gave waarmee ze glazen omgooit door er simpelweg naar te staren. Ze weet haar superkracht zelfs zo goed te trainen dat het haar lukt om met krijtjes een tekst op het schoolbord te schrijven waarmee ze de onverschrokken juf Bulstronk voorgoed naar Verweggistan verjaagt. Wat zouden de leerlingen bewerkstelligen als ze over dezelfde geheime krachten als Matilda zouden beschikken? Laat ze een kunstwerk maken van hun ultieme helden­actie. Als alle kunst werken klaar zijn, kunnen de leerlingen ze presenteren en vertellen welk fantastisch verhaal er achter hun meesterwerk schuilgaat.

LESBRIEF WERKBOEKJE ROALD DAHL -WEEK 2014

6

VRAAG 1 Matilda is niet het enige kind van de verschrikkelijke meneer en mevrouw Wurmhout. Wat is de naam van haar vijf jaar oudere onnozele broer?Antwoord: Michiel

VRAAG 2 Als Matilda’s vader haar bibliotheek­boek verscheurt, wil ze hem een lesje leren. Een dag later schrikt hij zich rot van een onzichtbare stem in huis. Van wie is deze stem en waar komt­ie vandaan?Antwoord: Van de papegaai die Matilda in de schoorsteen verstopte

VRAAG 3 Juffrouw Bulstronk was niet alleen beroemd om haar brute gedrag, maar ook omdat ze vroeger een topsporter was. Welke sport beoefende ze? Hint: op school oefende ze de sport nog weleens op kinderen.Antwoord: Kogelslingeren

VRAAG 4 Wat is de naam van de leerling die een stukje chocoladetaart van juffrouw Bulstronk pikte?Antwoord: Bram Bokkenpoot

VRAAG 5 Welk dier stopt Lavendel stiekem in de waterkan van juffrouw Bulstronk?Antwoord: Een salamander

VRAAG 6 Wat was het eerste wat Matilda omduwde met de kracht van haar ogen?Antwoord: Een glas water (van juffrouw Bulstronk)

VRAAG 7 Hoe kennen juf Engel en juffrouw Bulstronk elkaar?Antwoord: Juffrouw Bulstronk is de tante van juf Engel (zus van haar overleden moeder)

VRAAG 8 Hoeveel jaar moet juf Engel haar salaris aan juffrouw Bulstronk geven?Antwoord: 10 jaar lang

VRAAG 9 Wat is de voornaam van juffrouw Bulstronk?Antwoord: Agatha

VRAAG 10 In welk jaar werd het boek Matilda voor het eerst in Engeland uitgegeven?Antwoord: 1988 Vraag 10 is een schattingsvraag. Als er meerdere teams zijn met dezelfde einduitslag, dan wint het team dat het dichtst bij het antwoord van vraag 10 in de buurt komt.

De grote Matilda-kennisquizOntwikkelingsgebied: taalvaardigheid Duur: 30 minutenNodig: pen, papier

Nu de leerlingen alles weten over Matilda is het tijd voor een kennisquiz. Deel de klas op in groepjes van 4­6 leerlingen. Elk groepje krijgt een antwoordvel. Voordat de quiz begint, bedenken de leerlingen een naam voor hun groepje. Deze naam schrijven ze boven aan hun antwoordvel.

U leest onderstaande tien vragen voor. Na elke vraag krijgen de leerlingen een minuut bedenktijd. Nadat u de laatste vraag heeft voorgelezen, krijgen de leerlingen vijf minuten voordat u de antwoordvellen ophaalt. De leerlingen uit het groepje met de hoogste score mogen zichzelf de Grote Matilda Experts noemen.