Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten...

48
1 Inhoud 1. Doel van de aanpak woonoverlast 1.1. Woonoverlast en instrumenten 1.2. De opbouw van de gereedschapskist 1.3 De stappen in de aanpak Woonoverlast 1.4 Waar vind ik de instrumenten? 2. Preventie 2.1 Instrumenten 2.2 Handreiking Screening aspirant-huurders 3. Wegen melding en opstellen plan van aanpak 3.1 Profielen woonoverlast 3.1 Handreiking Analyse melding en bepalen PvA 4. Dossiervorming 4.1 Eisen aan het dossier 4.2 Mandaatsbesluit en instructie gegevensuitwisseling 4.3 Formulier aanvraag gegevens RIO 5. Instrumenten zelfredzame bewoner 5.1 Instrumenten partuliere bewoners/eigenaren 5.2 Handreiking voor Verenigingen van Eigenaren 6. Instrumenten burenconflict 6.1 Instrumenten 6.2 Handreiking inzet bemiddeling 6.3 Handreiking inzet mediation 7. Instrumenten zorgbehoevende in woning 7.1 Instrumenten 7.2 Handreiking zorgbehoevend overlastgever 8. Instrumenten woongenotverstoorder 8.1 Instrumenten (inzet verantwoordelijkheid gemeente, publiekrechtelijk) A. Achterstalling tuinonderhoud, stank van afval of huisdieren B Geluidsoverlast (APV en geluidsmeter) C. Onleefbare woning overtreding bouwvoorschriften (art 97 Woningwet D. Uithuisplaatsing op basis van de Wet tijdelijk huisverbod E. Gebiedsontzegging F. Toezien tijdelijke huisvesting van arbeidsmigranten (Moelanders G. Illegale verblijfsinrichtingen (IVI), (dS+V) H. Aanpak malafide huiseigenaren I. Hennepkwekerijen (Hennepteam, dS+V) J. Illegale sexinrichting (directie Veiligheid,) K Ernstige verstoring van de openbare orde (artikel 174a Gemeentewet) L. Drugs in een woning (artikel 13b Opiumwet) M. Ontbinden huurovereenkomst na sluiten door burgemeester N. Beheer O. Sluiten woning 8.2 Handreiking inzet geluidsmeter 8.3 Handreiking Gele en rode kaarten A Handreiking Gele kaart B Handreiking Rode kaart C checklist procedure 174a Gemeentewet D checklist procedure 13b Opiumwet 41 E format verzoek deelgemeente om rode kaart 43 F format gele kaart G format rode kaart 3 3 3 3 5 6 6 6 9 9 10 12 12 12 17 17 19 22 22 22 23 27 27 27 30 30 30 30 31 32 32 32 33 33 33 33 33 34 34 34 35 36 36 37 38 39 45 46

Transcript of Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten...

Page 1: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

1

Inhoud

1. Doel van de aanpak woonoverlast1.1. Woonoverlast en instrumenten1.2. De opbouw van de gereedschapskist1.3 De stappen in de aanpak Woonoverlast1.4 Waar vind ik de instrumenten?

2. Preventie2.1 Instrumenten2.2 Handreiking Screening aspirant-huurders

3. Wegen melding en opstellen plan van aanpak3.1 Profielen woonoverlast3.1 Handreiking Analyse melding en bepalen PvA

4. Dossiervorming4.1 Eisen aan het dossier4.2 Mandaatsbesluit en instructie gegevensuitwisseling4.3 Formulier aanvraag gegevens RIO

5. Instrumenten zelfredzame bewoner5.1 Instrumenten partuliere bewoners/eigenaren5.2 Handreiking voor Verenigingen van Eigenaren

6. Instrumenten burenconflict6.1 Instrumenten6.2 Handreiking inzet bemiddeling6.3 Handreiking inzet mediation

7. Instrumenten zorgbehoevende in woning7.1 Instrumenten7.2 Handreiking zorgbehoevend overlastgever

8. Instrumenten woongenotverstoorder8.1 Instrumenten (inzet verantwoordelijkheid gemeente, publiekrechtelijk)

A. Achterstalling tuinonderhoud, stank van afval of huisdierenB Geluidsoverlast (APV en geluidsmeter)C. Onleefbare woning overtreding bouwvoorschriften (art 97 WoningwetD. Uithuisplaatsing op basis van de Wet tijdelijk huisverbodE. GebiedsontzeggingF. Toezien tijdelijke huisvesting van arbeidsmigranten (MoelandersG. Illegale verblijfsinrichtingen (IVI), (dS+V)H. Aanpak malafide huiseigenarenI. Hennepkwekerijen (Hennepteam, dS+V)J. Illegale sexinrichting (directie Veiligheid,)K Ernstige verstoring van de openbare orde (artikel 174a Gemeentewet)L. Drugs in een woning (artikel 13b Opiumwet)M. Ontbinden huurovereenkomst na sluiten door burgemeesterN. BeheerO. Sluiten woning

8.2 Handreiking inzet geluidsmeter8.3 Handreiking Gele en rode kaarten

A Handreiking Gele kaartB Handreiking Rode kaartC checklist procedure 174a GemeentewetD checklist procedure 13b Opiumwet 41E format verzoek deelgemeente om rode kaart 43F format gele kaartG format rode kaart

33335

666

9910

121212

171719

22222223

272727

30303030313232323333333333343434353636373839

4546

Page 2: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

2

Page 3: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

3

1. Doel van de aanpak Woonoverlast

1.1 Woonoverlast en instrumentenEr is sprake van woonoverlast als een individuele bewo-

ner zich regelmatig of structureel zodanig gedraagt, dat

deze persoon daarmee in elk geval het woongenot van

omwonenden en hun kinderen verstoort en/of hun vrij-

heid belemmert, en daarnaast eventueel ook zichzelf

schade toebrengt. Uiterlijk in 2014 moet het aantal Rot-

terdammers dat zegt ‘vaak’ overlast te ervaren met 25%

zijn afgenomen ten opzichte van 2009, toen ongeveer

200.000 Rotterdammers aangaven in meer of mindere

mate overlast te ervaren.

In Rotterdam wordt woonoverlast aangepakt door keten-

samenwerking tussen politie, gemeente en woning-

corporaties. Op casusnniveau wordt bekeken of ook

zorginstellingen, particuliere verhuurders, verenigingen

van eigenaren en omwonenden bij de aanpak kunnen

worden betrokken. Deze partners beschikken gezamen-

lijk over een breed scala aan instrumenten. Door deze

gecombineerd in te zetten, kan een sluitende aanpak

van woonoverlast worden gerealiseerd. De kans op

succes wordt hierdoor aanzienlijk vergroot.

De Rotterdamse aanpak van woonoverlast is beschre-

ven in drie documenten. Het Actieplan schetst de grote

lijnen van deze aanpak en bevat een tweetal convenan-

ten voor screening van aspirant-huurders en gegeven-

suitwisseling. Het Uitvoeringsprogramma beschrijft de

verantwoordelijkheden van de ketenpartners en biedt

een leidraad voor het opstellen van een Plan van Aan-

pak, waarbij de overlastprofielen een grote rol spelen.

De voorliggende gereedschapskist vormt het sluitstuk

van de aanpak en bevat handreikingen voor de inzet

van specifieke instrumenten door uitvoerende mede-

werkers van de ketenpartners.

De meerwaarde van de instrumenten wordt bereikt

doordat deze ingezet worden in goede afstemming met

de partners, waardoor de aanpak daadkrachting en ge-

richt op het verhelpen van de overlast wordt uitgevoerd.

Dit vraagt vertrouwen in elkaar en respect voor elkaars

verantwoordelijkheden. Door samen het doel van het

verhelpen van de overlast voor ogen te houden, wordt

de overlast verminderd.

Deze gereedschapskist is geen statisch geheel. Door

ervaringen die worden opgedaan, ontwikkelingen die

gaande zijn en juridispudentie is het noodzakelijk de

gereedschapskist “aan te vullen met nieuwe instrumen-

ten en bestaande instrumenten aan te passen” .

1.2 De opbouw van de gereedschapskistDeze gereedschapskist bestaat uit drie delen. In hoofd-

stuk 2 worden de stappen in de aanpak geschetst. (In

het uitvoeringsprogramma staan deze uitgewerkt) en

de gerelateerde instrumenten en hoofdstukken weer-

gegeven.

De hoofdstukken 3 t/m 4 bevatten handreikingen voor

preventie (in het bijzonder screening van aspirant-huur-

ders), het opstellen van een plan van aanpak en dos-

siervorming. In hoofdstuk 5 t/m 8 gaan we dieper in op

een aantal van de hiervoor beschreven overlastprofielen

en specifieke instrumenten voor de aanpak van overlast-

situaties met dit profiel. Deze handreikingen zijn toepas-

baar in situaties waarin de overlast met overleg,

afspraken en eventueel zorg of begeleiding kan worden

gestopt. Hoofdstuk 9 t/m 11 tenslotte hebben betrekking

op de laatste fase van de aanpak, waarbij er sancties

moeten worden getroffen tegen de overlastgever. Deze

instrumenten kunnen ook direct worden ingezet in situa-

ties waarin overleg geen reële optie is, zoals bij ernstige

wetsovertredingen. Met deze bunding van instrumenten

en handreikingen is het eerdergenoemde drieluik Actie-

plan, Uitvoeringsprogramma en Gereedschapskist

voltooid.

1.3. Stappen in de aanpak woonoverlastHet proces “aanpakken woonoverlast” begint met pre-

ventie en eindigt in het uiterste geval met ontruiming van

de woning. De inzet is echter om het niet zover te laten

komen en de overlast zo snel mogelijk te beëindigen

door de inzet van de juiste instrumenten. In de meeste

gevallen zal het dan ook niet nodig zijn om alle stappen

van het proces te doorlopen. Een overlastmelding blijft

wel altijd bestaan, ook als de overlast is beëindigd of de

overlastgever -al dan niet gedwongen- is vertrokken. Op

een later moment kunnen deze gegevens dan mogelijk

nog een rol spelen bij screening van aspirant-huurders

of een snelle aanpak van nieuwe overlastsituaties.

De aanpak van woonoverlast wordt samengevat in on-

derstaand schema. In bepaalde gevallen zal er niet al-

leen binnen de keten woonoverlast maar ook tussen

verschillende ketens worden samengewerkt. Dit is bij-

voorbeeld aan de orde als de overlastgever zorgbehoe-

vend is, zich met criminele activiteiten bezighoudt of als

Page 4: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

4

de huisvesting van kinderen in het geding komt. De aan-

pak van woonoverlast is daarmee een vraagstuk dat

een groot beroep doet op het vermogen tot samenwer-

king van de betrokken organisaties. In de paragrafen

hierna wordt ingegaan op de verschillende stappen.

Voorkomen

overlastsituatie

Overlast

opgelost

Aanpak bestaande overlastsituatie

(streven macimaal 3 maanden)

preventie weg enmelding

bepalenaanpak

uitvoeren aanpak

• screening• buurtprojecten• communicatie

• niet complexesituatie• afhandelingdoor meestbetrokkenketenpartner• evt. inzetbuurt-bemiddeling

• complexesituatie• opstellen Planvan Aanpakop basis vanoverlastprofiel

H5 t/ 8 Instrumenten

gedrags-veranderingsimuleren

gele kaart:laatstewaarschu-wing

rode kaart:ontruiming/sluiting

Aanpak bestaande overlastsituatie

H2 H3 H3

Page 5: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

5

zelfredzame

bewoner

burenconflict

zorgbehoevende

in woning

Woongenot-

verstoorder

onwettige

overlastsituatie

multi-overlast-

problematiek

5

6

7

8

8

8

Overlastprofiel Hoofd-

stuk

goed geïnformeerd

worden over hoe een

specifiek probleem

zelf op te lossen.

duurzame conflict-

bemiddeling

snel en effectief in-

schakelen van zorg

en hulpverlening

juiste persoon of in-

stantie aanspreken op

verantwoordelijkheid

en concrete afspraken

maken, doorzettings-

macht organiseren

Direct beëindigen on-

wettige situatie Plan

van aanpak opstellen

voor structurele

oplossing

heldere probleem-

analyse in overleg

met bewoners, met

concrete vervolg-

acties wie waarvoor

verantwoordelijk is.

Sleutel naar

oplossing

woningcorporatie

politie

deelgemeente

woningcorporatie

politie

deelgemeente

lokaal zorgnetwerk,

veiligheidshuis,

deelgemeente

dS+V

woningcorporaties

deelgemeente

Politie

deelgemeente

dS+V

Directie Veiligheid

stadsmarinier

overlastcoördinator

Steunpunt Woon-

overlast

Ketenpartners

folder,

informeren door

woonconsulenten,

buurtagent,

deelgemeente.

buurtbemiddeling;

mediator;

woonconsulenten;

interventieteams;

verhuizen naar pas-

send ‘leefstijlgebied’.

Toeleiding naar zorg/

werk en begeleiding;

maatschappelijke

opvang naar leef-

gebieden;

Gesprek, afpraken,

brief , interventie-

team, handhaving

door Toezicht Gebou-

wen dS+V (particu-

lier); handhaving door

woningcorporatie,

Geluidsmeter

Aanpak verloederde

tuinen

Hennepteam

Woonfraudeteam

Meldpunt huiselijk

geweld

Meldpunt mensen-

handel

HVV-vergunning

IVI

Aanschrijving

gele en rode kaart

Instrumenten

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t, tenzij er

sprake is van on-

oplosbare over-

last. Dan wordt

na overeenstem-

ming met LZN

een gele kaart

uitgereikt.

burgemeester

woningcorporatie

burgemeester

woningcorporatie

burgemeester

woningcorporatie

Gele/rode

kaart

1.4 Waar vind ik welke instrumenten?

Page 6: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

6

2.1 InstrumentenIn het Actieplan en het Uitvoeringsprogramma is al inge-

gaan op de maatregelen die de ketenpartners kunnen

nemen om woonoverlast te voorkomen. Ook het belang

van goede dossiervorming bij beginnende overlast is

daar benadrukt. Hier volstaan we met een korte samen-

vatting van de te nemen maatregelen. Deze komen

terug in hoofdstuk 3, waar het profiel van de zelf-

redzame bewoner besproken wordt.

Kennismaking

Wanneer buren regelmatig contact onderhouden, wordt

het makkelijker om elkaar aan te spreken op ongewenst

gedrag en afspraken te maken over de onderlinge

omgang. Ook buurtagenten en toezichthouders van

bijvoorbeeld de woningcorporatie kunnen hier een rol

bij spelen.

Informatie en advies

De ketenpartners informeren bewoners over hun rech-

ten en plichten en geven advies over wat bewoners kun-

nen doen om overlast te voorkomen. Dit draagt er toe

bij dat bewoners zich er van bewust worden dat zij

mogelijk overlast veroorzaken en welke gevolgen dit kan

heben. Ook leren zij elkaar hier op een nette manier op

aan te spreken.

Informatie van de gemeente Rotterdam en de woning-

corporaties is te vinden in een folder: “Woonoverlast,

wat nu?”. Ook is informatie beschikbaar op

www.rotterdam.nl/woonoverlast.

Screening van aspirant-huurders

Complexen, straten of buurten die (bijvoorbeeld als ge-

volg van eerdere overlast) kwetsbaar zijn voor leefbaar-

heidsproblemen kunnen worden aangewezen als

screeningsgebied. Wanneer een corporatiewoning in dit

gebied te huur wordt aangeboden, wordt de aspirant-

huurder eerst gescreend voordat deze een huurcontract

krijgt aangeboden. Als blijkt dat deze persoon al eerder

overlast heeft veroorzaakt, gaat de woning naar een

andere kandidaat. Voor een uitgebreidere beschrijving

van dit beleid en het bijbehorende convenant wordt ver-

wezen naar het Actieplan. In hoofdstuk 2.1 treft u een

handreiking aan voor het uitvoeren van de screening,

die is overgenomen uit het convenant screening van

aspirant-huurders.

2.2 Handreiking screening van aspirant-huurders

BIJLAGE 4 bij het Convenant Screening aspirant-huur-

ders op overlast

Algemene toelichting en procedurebeschrijving

Bij screening van aspirant-huurders blijven de gebruike-

lijke regels voor woningtoewijzing van kracht. De kandi-

daat die op grond van deze regels op de eerste plaats

eindigt, krijgt echter pas een huurcontract aangeboden

nadat is vastgesteld dat hijzelf en eventuele medebewo-

ners niet als overlastgever geregistreerd staan. Is dat

wel het geval, dan wordt de procedure herhaald voor de

volgende kandidaat op de lijst. De screening wordt for-

meel uitgevoerd door de burgemeester en feitelijk door

de politie. De communicatie met de kandidaat verloopt in

principe via de corporatie. De screening kan alleen door-

gang vinden als de aspirant-huurder daarmee instemt.

Is dat niet het geval, dan wordt de toewijzingsprocedure

beëindigd. Naar verwachting zal dat in de praktijk echter

niet vaak voorkomen. Bij de aanbieding van de woning

in de (digitale) woonkrant wordt namelijk al aangegeven

dat screening van toepassing is. De ervaring in Spangen

leert dat kandidaten die iets te vrezen hebben dan vaak

al niet eens meer reageren. De uitgewisselde informatie

is uiteraard vertrouwelijk en de resultaten van de

screening blijven slechts een maand bewaard.

2. Preventie

Page 7: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

7

Het aanbieden van een huurcontract aan een aspirant-

huurder is een privaatrechtelijke aangelegenheid. De

corporaties geven in eerste instantie zelf aan in welke

gebieden zij screening willen toepassen en gedurende

welke periode. Indicatoren die daarbij meewegen zijn de

scores van het desbetreffende gebied op de veiligheids-

index, de sociale index en de buurtsignalering. Verder

weegt mee of het gebied is aangewezen als Rotterdam-

wet-gebied , als hotspot en/of als WWI-wijk. De uitein-

delijke besluitvorming over toepassing van screening

vindt plaats in samenspraak met politie en deelge-

meente.

Het privaatrechtelijke karakter van de huurovereen-

komst heeft ook tot gevolg dat de corporaties niet ver-

plicht zijn het advies van de burgemeester op te volgen.

In het convenant is wel opgenomen dat de corporaties

de burgemeester op de hoogte stellen als zij ondanks

een negatief advies toch een woning in de aangewezen

gebieden aan de gescreende huurder toewijzen, en dat

zij daarbij ook aangeven op welke gronden zij deze

beslissing hebben genomen.

De uitvoeringsorganisatie

Zowel bij de gemeente als de politie en de woningcor-

poraties worden mensen aangesteld die belast zijn met

de uitvoering van het instrument “screening van aspirant-

huurders op overlast”. De gemeente vervult een spilfunc-

tie. Zij ontvangt de gegevens van de woningcorporatie

over de te screenen personen, geeft deze gegevens

vervolgens door aan de politie en na screening door de

politie geeft de gemeente ook weer terugkoppeling aan

de woningcorporatie. Zowel de gemeente Rotterdam als

de politie werken met een één-loketfunctie.

Eén-loket functie bij de gemeente

De woningcorporaties die het convenant hebben onder-

tekend, de geweigerde aspirant-huurders en de politie

kunnen gebruik maken van het stedelijke loket onder de

naam: “Infodesk Screening aspirant-huurders”. Deze in-

fodesk wordt bemand door twee medewerkers. Eén van

de medewerkers is belast met de functie van: coördina-

tor Infodesk Screening aspirant-huurders.

Er is voor gekozen de infodesk, in afwachting van de

definitieve onderbrenging bij een nog nader te bepalen

organisatie, tijdelijk onder te brengen bij de stadsmari-

nier IJsselmonde. De politiegegevens worden verstrekt

aan de burgemeester van de gemeente Rotterdam. De

stadsmarinier is bevoegd namens de burgemeester de

gegevens in ontvangst te nemen.

De gegevens worden digitaal aangeleverd via nader te

bepalen mailadres.

De procedure:

Stap 1: In de woonkrant geeft de woningcorporatie bij

de woningen in de gebieden die vallen onder het conve-

nant aan dat screening van hoofd- en medebewoners

zal plaatsvinden alvorens tot verhuur over te gaan.

Stap 2: De bewoner die als eerste op de lijst staat krijgt

een aanbiedingsbrief, waarin staat dat, nadat geadres-

seerde aangegeven heeft de woning te willen accepte-

ren, er eerst een screening plaats vindt van hoofd- en

medebewoners, voordat daadwerkelijk tot verhuur zal

worden overgegaan. Aangegeven wordt dat de aspirant-

bewoner niet verplicht is hieraan medewerking te verle-

nen, maar dat verhuur van de woning dan ook geen

doorgang zal vinden.

Stap 3: Na acceptatie van de woning door de aspirant-

huurder neemt de woningcorporatie de persoonlijke ge-

gevens (naam, adres, woonplaats, geboorteplaats en

datum) van de aspirant-huurder en zijn huisgenoten op

en geeft deze door aan het Infodesk Screening aspirant-

huurders.

Stap 4: De coördinator Infodesk Screening aspirant-

huurders geeft de door de woningcorporatie aangele-

verde gegevens door aan de infodesk van de dienst RIO

van de Regiopolitie Rotterdam Rijnmond. Hij kan tevens

het Stedelijk Meldpunt Woonoverlast en/of de deel-

gemeentelijke coördinatoren woonoverlast verzoeken

hem relevante informatie over de aspirant-huurder te

verstrekken.

Stap 5: Binnen 24 uur geven het RIO, het Stedelijk

Meldpunt Woonoverlast en de deelgemeentelijke coördi-

natoren woonoverlast de relevante informatie door aan

de coördinator Infodesk Screening aspirant-huurders.

Stap 6: De coördinator Infodesk Screening aspirant-

huurders toetst de gegevens aan de criteria genoemd in

het Convenant Screening van aspirant-huurders op

Page 8: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

8

overlast en geeft de woningcorporatie telefonisch en

per mail door wat zijn advies is (zie onderstaand

stoplichtmodel). Bij twijfel overlegt de coördinator met

de stadsmarinier.

Stap 7: De woningcorporatie neemt een besluit en deelt

dit mee aan de aanvrager. Bij afwijzing wordt de aanvra-

ger gewezen op de mogelijkheid hierover een gesprek

aan te gaan met de stadsmarinier (bij klanten van Flexi-

bel Wonen volgt, indien advies rood of oranje is, een

gesprek met de wijkagent, ook bij plaatsing elders).

Stap 8: Gegevens van aanvragers worden in ieder

geval na een maand, gerekend vanaf het moment van

aanvraag bij de woningcorporatie, vernietigd.

Er worden geen persoonlijke gegevens uit de Politie-

bestanden van aanvragers overgedragen aan derden,

waaronder de woningcorporaties. De coördinator van

de Infodesk Screening aspirant-huurders hanteert het

zogenaamde “stoplichtmodel”:

Rood:

advies is: weigeren op basis van de politiegegevens,

gerelateerd aan de criteria zoals opgesteld in het

Convenant.

Oranje:

advies is: twijfel, te overwegen is om de aspirant-huur-

der het voordeel van de twijfel te gunnen en bijvoor-

beeld een korte huurovereenkomst met bijzondere

bepalingen aan te bieden.

Groen:

advies is: geen probleem, aanvraag kan worden

gehonoreerd.

De Infodesk Screening aspirant-huurders geeft slechts

een advies aan de woningcorporatie. De woning-

corporatie is niet verplicht dit advies op te volgen.

Page 9: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

9

3.1 Profielen woonoverlastAls één van de ketenpartners een melding van woon-

overlast ontvangt die te complex is om zelf af te hande-

len, zal de overlastcoördinator van de deelgemeente

worden gevraagd de sitiuatie nader te onderzoeken en

in samenspraak met de ketenpartners een plan van

aanpak op te stellen. In dit plan van aanpak, dat nor-

maalgesproken is gebaseerd op één van de acht over-

lastprofielen, worden alle maatregelen beschreven die

de ketenpartners kunnen nemen om de overlast te

stoppen, van de eerste interventie (bijvoorbeeld een

bemiddelingsgesprek) tot de uiterste consequentie: het

uitreiken van een gele en/of rode kaart. Bijlage 3.1

bevat een handreiking voor dit proces.

Er worden zes overlastprofielen onderscheiden:

1. De zelfredzame bewoner heeft te maken met een

lichte vorm van overlast en kan en wil dit probleem

zelf oplossen. Vanuit de aanpak woonoverlast wordt

deze bewoner ondersteund met heldere informatie.

Deze informatie wordt overgebracht via een folder of

door persoonlijk contact van de overlastcoördinator

en/of medewerkers van de ketenpartners met de be-

woner.

2 Bij het burenconflict is de onderlinge relatie tussen

bewoners verstoord. Er is enige wil en bereidheid om

aan een oplossing te werken, maar zonder tussen-

komst van derden is normale communicatie niet

mogelijk. De buurt heeft beperkt last van het conflict.

Een gesprek met beide partijen en bemiddeling zijn

de belangrijkste instrumenten om te komen tot een

oplossing voor overlastsituaties met dit profiel.

3. De zorgbehoevende overlastgever heeft hulp of

opvang nodig om zijn situatie te veranderen. De be-

woner kan of wil hiervoor zelf geen verantwoordelijk-

heid nemen en dat geldt ook voor omwonenden.

Voor de buurt is de overlast beperkt tot ernstig. In

deze situaties moet altijd het Lokale Zorg Netwerk

(LZN) worden ingeschakeld. Omdat de ketenaanpak

woonoverlast en de ketenaanpak bemoeizorg elkaar

in dit profiel raken, moeten er goede afspraken wor-

den gemaakt over de wederzijdse taken en verant-

woordelijkheden.

3. Wegen melding en opstellen planvan aanpak

4. De woongenotverstoorder veroorzaakt geluidsover-

last, verwaarloost zijn tuin of zorgt bijvoorbeeld voor

stankoverlast door huisdieren of afval. Een deel van

de buurt ondervindt hier veel hinder van. De woonge-

notverstoorder is niet voor rede vatbaar en bezorgt

e buurt veel en grote overlast. De situatie is onhoud-

baar en er is geen perspectief op verbetering. De

omwonenden staan machteloos. De aanpak is erop

gericht om eerst de overlastgever eigenaar van het

probleem te laten worden en actie te laten onder-

nemen. Gedragsverandering moet leiden tot het

structureel stoppen van de overlast. Als de instru-

menten voor gerdragsverandering niet werken, wordt

het traject van de rode kaart ingezet. Deze wordt uit-

gedeeld als de laatste waarschuwing (in de vorm van

de gele kaart ) niet heeft gewerkt. Het uitdelen van

een rode kaart heeft tot gevolg dat de overlastgever

zijn woning moet verlaten. Bij particuliere woningen is

de burgemeester bevoegd om de woning voor een

bepaalde periode te sluiten.

In het geval van een (corporatie)huurwoning zal de

woningcorporatie tot ontbinding van de huurovereen-

komst overgaan.

5. Er is sprake van een onwettige overlastsituatie als

er in een woning strafbare feiten worden gepleegd,

zoals hennepteelt, woonfraude, mensenhandel,

huiselijk geweld of drugshandel, waardoor er direct

ingegrepen moet worden door instanties met speciale

bevoegdheden. De eerste prioriteit is om de onwet-

tige situatie te beëindigen, maar deze interventie

wordt direct gevolgd door een plan van aanpak voor

het structureel oplossen van het probleem.

6. Bij multi-overlastproblematiek spelen er meerdere

overlastsituaties tegelijkertijd in een buurt. Veel bewo-

ners hebben hier last van. Wie waarvoor verantwoor-

delijk is, blijft onduidelijk en daardoor gebeurt er niets.

Er is niemand in de buurt die de breedte en diversiteit

van de woonoverlast kan overzien. De aanpak van

dergelijke situaties begint dan ook met het maken van

een heldere probleemanalyse, samen met de bewo-

ners. De concrete acties die hier uit voortkomen, wor-

den opgepakt door functionarissen met ruime

bevoegheden, zoals de stadsmariniers. In situaties

die passen binnen dit profiel worden namelijk relatief

Page 10: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

10

zware handhavingsinstrumenten ingezet om de over-

lastgevers te bewegen hun gedrag te veranderen. Zo

kan er een gele kaart worden uitgedeeld, waarmee

de ketenpartners een formele, laatste waarschuwing

geven die sancties in het vooruitzicht stelt als de over-

last niet per direct wordt beëindigd.

3.2 Handreiking: Ontvangen en wegen melding enbepalen PvA

Stel de volgende vragen:

1) is er al door melder zelf contact opgenomen met

overlastgever?

2) is melding bekend bij de woco en politie en zo ja,

welke acties zijn ondernomen? Wat is het beeld van

de woco en politie?

3) zijn er meerdere melders over dezelfde

overlastgever?

4) is overlastgever (of soms melder) bekend bij LZN?

Bepaal profiel van de overlastgever:

Zelfredzame burger Buren conflict Zorgbehoevende

Woningverstoorder Multi-overlastsituatie Onwettige overlastsituatie

Page 11: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

11

Bepaal welk instrument bruikbaar is

zelfredzame

bewoner

burenconflict

zorgbehoevende

in woning

Woongenot-

verstoorder

onwettige

overlastsituatie

multi-overlast-

problematiek

5

6

7

8

8

8

Overlastprofiel Hoofd-

stuk

goed geïnformeerd

worden over hoe een

specifiek probleem

zelf op te lossen.

duurzame conflict-

bemiddeling

snel en effectief in-

schakelen van zorg

en hulpverlening

juiste persoon of in-

stantie aanspreken op

verantwoordelijkheid

en concrete afspraken

maken, doorzettings-

macht organiseren

Direct beëindigen on-

wettige situatie Plan

van aanpak opstellen

voor structurele

oplossing

heldere probleem-

analyse in overleg

met bewoners, met

concrete vervolg-

acties wie waarvoor

verantwoordelijk is.

Sleutel naar

oplossing

woningcorporatie

politie

deelgemeente

woningcorporatie

politie

deelgemeente

lokaal zorgnetwerk,

veiligheidshuis,

deelgemeente

dS+V

woningcorporaties

deelgemeente

Politie

deelgemeente

dS+V

Directie Veiligheid

stadsmarinier

overlastcoördinator

Steunpunt Woon-

overlast

Ketenpartners

folder,

informeren door

woonconsulenten,

buurtagent,

deelgemeente.

buurtbemiddeling;

mediator;

woonconsulenten;

interventieteams;

verhuizen naar pas-

send ‘leefstijlgebied’.

Toeleiding naar zorg/

werk en begeleiding;

maatschappelijke

opvang naar leef-

gebieden;

Gesprek, afpraken,

brief , interventie-

team, handhaving

door Toezicht Gebou-

wen dS+V (particu-

lier); handhaving door

woningcorporatie,

Geluidsmeter

Aanpak verloederde

tuinen

Hennepteam

Woonfraudeteam

Meldpunt huiselijk

geweld

Meldpunt mensen-

handel

HVV-vergunning

IVI

Aanschrijving

gele en rode kaart

Instrumenten

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t, tenzij er

sprake is van on-

oplosbare over-

last. Dan wordt

na overeenstem-

ming met LZN

een gele kaart

uitgereikt.

burgemeester

woningcorporatie

burgemeester

woningcorporatie

burgemeester

woningcorporatie

Gele/rode

kaart

Page 12: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

12

4.1. Eisen aan het dossierZorgvuldige dossiervorming is een essentiële voor-

waarde om woonoverlast doeltreffend te kunnen

bestrijden. Naarmate de overlast erger is en de sancties

zwaarder, worden er hogere eisen gesteld aan de kwali-

teit van het dossier. Zo wordt de gele kaart pas uitge-

deeld als duidelijk is dat ontruiming van de woning

juridisch haalbaar is.

In onderstaand kader is kort samengevat welke gege-

vens er minimaal nodig zijn om juridische stappen tegen

een overlastgever te kunnen ondernemen. In alle geval-

len is het raadzaam om de contacten met melder, over-

lastgever en omwonenden van meet af aan zorgvuldig

te registreren. Wanneer het in een later stadium nodig

blijkt om (ten behoeve van een gele of rode kaart) infor-

matie van verschillende organisaties samen te voegen,

zijn alle ketenpartners hier goed op voorbereid. Ter be-

scherming van de privacy van de betrokkenen worden

informatie en documenten pas uitgewisseld als dit echt

noodzakelijk is om de aanpak van de overlastsituatie te

kunnen doorzetten. Bij lichtere en/of kortdurende over-

lastsituaties zal dit normaalgesproken niet nodig zijn en

kan worden volstaan met mondelinge uitwisseling van

informatie.

Om zonodig de uiterste sanctie op woonoverlast

(ontruiming en/of sluiting van de woning) te kunnen

doorvoeren, is het essentieel dat er vanaf de eerste

melding een dossier wordt opgebouwd. Ketenpartners

en omwonenden doen dit in eerste instantie afzonderlijk.

De gegevens worden pas samengevoegd als er wordt

overwogen om een gele kaart uit te reiken.

De aandachtspunten voor dossiervorming zijn bespro-

ken in het uitvoeringsprogramma en worden hier kort

herhaald.

De bundeling en uitwisseling van gegevens in een latere

fase van de aanpak is gebonden aan regels voor de be-

scherming van de privacy van de betrokkenen. De ke-

tenpartners hebben hier een convenant over gesloten,

dat als bijlage bij het Actieplan is gevoegd. Aan de uit-

wisseling van politiegegevens worden bijzondere eisen

gesteld, die zijn verwerkt in de bijgevoegde instructie.

4.2 Mandaatsbesluit en instructie gegevens-uitwisseling overlastcoördinatoren

De Burgemeester heeft de overlastcoördinatoren ge-

mandateerd om gegevens in ontvangst te nemen van

de politie met als uitdrukkelijke doel woonoverlast te

verminderen. Hierna is het mandaatsbesluit en de

instructie voor de uitvoering opgenomen.

4. Dosiervorming

Een compleet dossier bevat de volgende(typen) documenten:

1. de huurovereenkomst met eventueel daar op van

toepassing zijnde algemene voorwaarden;

2. alle correspondentie betreffende woonoverlast die

in het dossier heeft plaatsgevonden;

3. gedateerde verslagen van telefoongesprekken die

hebben plaatsgevonden;

4. foto’s en andere feitelijke waarnemingen zoals ge-

luidsopnamen ter ondersteuning van het beeld van

de situatie

5. proces-verbaal c.q. sfeerrapportage van de politie

6. meldformulieren van direct omwonenden.

Deze stukken heeft een jurist minimaal nodig om zich

een idee te kunnen vormen over het dossier. Verder

is het essentieel dat er schriftelijke verslagen worden

gemaakt van gesprekken met overlastgevers en

omwonenden, evenals van gemaakte afspraken.

Afspraken moeten ook schriftelijk worden bevestigd

aan overlastgevers en omwonenden. Omwonenden

kan worden gevraagd een verklaring af te leggen.

De politie en sommige notarissen zijn ook bereid om

anonieme verklaringen op te nemen.

Page 13: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

13

MANDAATSBESLUIT

De burgemeester van Rotterdam,

gelezen het voorstel van Directeur Veiligheid van 15 juni 2010,

overwegende dat:

• het bestrijden van woonoverlast zittende bewoners sinds 16 juni 2009 een gemeenschappelijke

uitvoering kent tussen de gemeente Rotterdam, de in Rotterdam actief zijnde woningcorporaties en

het politiekorps Rotterdam-Rijnmond, onder de titel ‘de Aanpak Woonoverlast Rotterdam’;

• gebleken is dat voor het succesvol aanpakken van woonoverlast informatie van de politie essentieel is.

• de politie op verzoek of ambtshalve informatie kan verstrekken aan de burgemeester;

• het ter bestrijding van woonoverlast om redenen van doelmatigheid wenselijk is de aan hem ver-

leende en daarvoor in aanmerking komende bevoegdheden te mandateren aan ambtenaren of aan

andere medewerkers van deelgemeenten, dan wel aan hen machtiging te verlenen tot het verrichten

van handelingen die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke handeling zijn;

• het vanuit het politiekorps Rotterdam-Rijnmond wenselijk wordt geacht dat de deelgemeenten één

ingangsloket gebruiken.

gelet op:

• artikel 3, tweede lid jo artikel 7 van het Convenant gegevensuitwisseling bestrijden woonoverlast

zittende bewoners;

• de afstemming die conform afspraak heeft plaatsgevonden met de deelgemeentelijke voorzitters in

hun overleg van 28 juni 2010;

Besluit:

de deelgemeentelijke overlast coördinator en diens plaatsvervanger, dan wel de medewerker van het

steunpunt woonoverlast voor zover deze in een deelgemeente de taak van overlast coördinator heeft

overgenomen,

te mandateren

om namens de burgemeester van Rotterdam politiegegevens in ontvangst te nemen van meldingen

woonoverlast die bij de politie zijn binnengekomen,

waarbij de aldus gemandateerde gehouden is de bijgevoegde ‘Instructie betreffende het omgaan met

politie-informatie in het kader van woonoverlast’ na te leven, een en ander met in achtneming van het

gestelde in het Convenant ‘Gegevensuitwisseling bestrijden woonoverlast zittende bewoners’.

Rotterdam, 28 juni 2010

De Burgemeester,

Ing. A. Aboutaleb

Page 14: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

14

Instructiebetreffende het omgaan met politie-informatie in het kader van woonoverlast

1. Inleiding

Deze instructie ziet op de omgang met vertrouwelijke politiegegevens door deelgemeentelijke

coördinatoren overlast inzake woonoverlast waarop onder meer plan van Aanpak woonoverlast en

de Beleidslijn woonoverlast 2009, Gemeenteblad 2009, 133 van toepassing is. In het kader van de aan-

pak woonoverlast zijn in het convenant screening van aspirant-huurders op overlast en het convenant

gegevensuitwisseling bestrijden woonoverlast zittende bewoners afspraken gemaakt over gegevens-

uitwisseling tussen de politie, burgermeester en ketenpartners.

Gebleken is dat voor het succesvol aanpakken van woonoverlast informatie van de politie essentieel is.

Ter voorkoming van onjuist gebruik of misbruik van gegevens is er behoefte aan borging van de recht-

matigheid van de verstrekking van informatie door de politie, zodat een betere controle mogelijk is; dit

ter bescherming van de handhaving van de samenwerking tussen de (deel)gemeente(n) en politie. De

instructie geeft aan hoe de gemeente omgaat met de verkrijging, verstrekking aan derden, verantwoor-

delijkheden en vernietiging van de verkregen politie-informatie.

2. Doel en grondslag van de gegevensverstrekking

De Wet politiegegevens staat de politie uitdrukkelijk toe om informatie aan de burgermeester te ver-

strekken in het kader van openbare orde. Op deze grond vindt de gegevensverstrekking met betrekking

tot aanpak van woonoverlast door de politie plaats. Woonoverlast kan immers verstoring van de open-

bare orde en verdere vrees voor het voortduren daarvan met zich brengen. De vertrouwelijke politiege-

gevens die door de politie aan de burgemeester worden verstrekt, worden door de deelgemeentelijke

coördinatoren woonoverlast in ontvangst genomen. De politie heeft de primaire verantwoordelijk voor

de eventueel anonimisering van de politiegegevens voorafgaand aan de overdracht.

3. Geheimhoudingsplicht

Bij de verstrekking van politiegegevens gaat het om het delen van vertrouwelijke informatie die anders

van aard en inhoud is dan de reguliere gemeente-informatie. Het betreft operationele informatie van

overlastgevers op pandniveau (onder meer meldingen van buren en omwonenden, eigen bevindingen

van de politie, mogelijke informatie van strafbare feiten van overlastgever). Voor alle gegevens betrek-

king hebbend op woonoverlast geldt dat ambtenaren zorgvuldig omgaan opdat het niet in verkeerde

handen terecht komt. Verergering van het burengerucht door overheidsbemoeienis moet voorkomen

worden. Daarnaast is onterechte verdachtmaking in de media of een verkeerde weergave van de pro-

blematiek omdat niet alle informatie reeds bekend is of omdat er nog geen weerwoord heeft plaatsge-

vonden, onwenselijk en in strijd met de zorgvuldigheidseisen. Daarenboven geldt voor vertrouwelijke

politie-informatie dat het onrechtmatig verstrekken aan derden of het in verkeerde handen geraken van

deze informatie ook het toekomstig strafproces mogelijk kan schaden. Op de door de politie verstrekte

gegevens is een specifieke geheimhoudingsplicht van toepassing. De politie neemt van de gemeente

aan dat met de vertrouwelijke gegevens zorgvuldig wordt omgegaan, zodat de geheimhoudingsplicht

zoals die vergelijkbaar geldt voor de politie niet wordt geschonden.

4. Gebruiksregels

Onderstaande gebruiksregels gelden voor de deelgemeentelijke coördinatoren woonoverlast ten

aanzien van politie-informatie.

Ter voorkoming dat onjuist gebruik dan wel misbruik leidt tot (onbedoelde) openbaarmaking aan

derde(n) van gegevens, moet prudent en zorgvuldig met de politie-informatie worden omgegaan.

Page 15: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

15

Dit stelt eisen aan het werken met de gegevens en het bewaren hiervan. Om de vertrouwelijkheid en

een juist gebruik van politiegegevens te waarborgen heeft de burgemeester de volgende uitgangspunt

geformuleerd die in acht moeten worden genomen bij het werken met politie-informatie voor de

deelgemeentelijke overlast-coördinatoren.

1. Ter verkrijging van vertrouwelijke politiegegevens gerelateerd aan een betreffend pand, doet de

deelgemeentelijke coördinator een verzoek bij de centrale front-office van RIO van het politiekorps

Rotterdam-Rijnmond.

2. vertrouwelijke politie-informatie wordt door de politie overhandigd aan de deelgemeentelijke coördina-

tor overlast; de gegevens zijn strikt vertrouwelijk; de deelgemeentelijke coördinatoren hebben een ge-

heimhoudingsplicht, hetgeen betekent dat hij/zij in ieder geval de informatie mag delen met niet meer

dan in de in artikel 3 van het convenant gegevensuitwisseling bestrijden woonoverlast genoemde

personen;

3. het onder punt 1 vermelde betekent dat de deelgemeentelijke coördinator de vertrouwelijke politie-

gegevens niet ter inzage geeft of deelt met een leidinggevende, of andere collega’s van de deelge-

meente(n) of (gemeentelijke) diensten, noch met derden, voor een ander doel dan het doel zoals

beschreven in de doelstelling van het convenant gegevensuitwisseling bestrijden woonoverlast.

4. de vertrouwelijke politie-informatie mag niet zonder toestemming van de politie worden verstrekt aan

anderen dan de ketenpartners (woningbouwverenigingen).

5. de ontvangen informatie mag door de deelgemeentelijke coördinator worden bewerkt voor gebruik ter

bestrijding van woonoverlast om met de betreffende ketenpartners af te stemmen.

6. elke deelgemeentelijke coördinator is individueel verantwoordelijk voor het verdere gebruik en het

bewaren van de vertrouwelijkheid van politie-informatie;

7. de vertrouwelijke politiegegevens komt nooit algemeen ter inzage, noch intern noch extern;

8. indien en voorzover een betrokkene dan wel een derde vraagt om algemene inzage van politie-infor-

matie wordt verwezen naar de politie; daarnaast geldt bij een dergelijk verzoek of een verzoek op

basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) het gestelde in artikel 13 van het convenant

gegevensuitwisseling bestrijden woonoverlast en de artikelen 10 en 11 Wob.

9. als sprake is van een verzoek tot inzage van stukken in het kader van een bezwaarprocedure dan

geldt geen integrale inzage in politie-informatie en/of politiestukken, maar wordt verwezen naar de

contactpersoon van de directie Veiligheid;

10. de vertrouwelijke politiegegevens moeten in een gesloten kast of bureau worden bewaard;

11. de bewaartermijnen worden in acht genomen, zoals vermeld in artikel 5 van het convenant gegeven-

suitwisseling bestrijden woonoverlast zittende bewoners; na deze termijn vernietigt de deelgemeente-

lijke coördinator de informatie.

12. indien er bij de deelgemeentelijke coördinator twijfel is of en in hoeverre sprake is van vertrouwelijke

gegevensverstrekking door de politie dan wel vragen hoe om te gaan met de gegevens, kan hij/zij dit

voorleggen aan de contactpersoon bij directie Veiligheid.

De Burgemeester,

Ing. A. Aboutaleb

Page 16: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

16

4.3 Formulier Aanvraag gegevens Infodesk RIO voor bestrijding Woonoverlast

Nummer aanvraag: jaartal, afkorting deelgemeente, opvolgnummer (bv 2010CH009)

Datum aanvraag: …………………………

Naam overlastcoördinator: ……………………………. Telefoonnummer: ……………….

Naam betrokken buurtagent: ……………………………..

Overlastgevend adres: ……………………………………………………………………

Doel van gegevensaanvraag:

….. ten behoeve van ontbinding huurovereenkomst door woningcorporatie

….. ten behoeve van gele/rode kaart burgemeesterssluiting ……

……ten behoeve van ………………………………………………………………..

Aandachtspunten:

• Zorg dat de “Gebruikersinstructie gegevensuitwisseling politie” bekend is. Dit formulier mag alleen door

gemandateerd overlastcoördinatoren (conform mandaatsbesluit Woonoverlast dd 15 juni 2010) worden

gebruikt. De infodesk RIO controleert dit.

• Eerst andere instrumenten hebben afgewogen en ingezet (zie Handreiking Analyse en PVA)

• Vraag alleen gegevens op als de gegevens daadwerkelijk nodig zijn voor de oplossing van de overlast.

• Woningcorporaties hebben verantwoordelijkheid om zelf ook een dossier op te bouwen.De overlastcoördinator

stimuleert de woningcorporatie om dit te doen, alvorens de gegevensaanvraag bij de politie wordt gedaan.

• Afkortingen voor opvolgend nummer: kies zelf een afkorting voor je deelgemeentenaam en gebruik deze

afkorting consistent (dus niet allemaal verschillende afkortingen voor 1 deelgemeente gebruiken).

• Dit formulier wordt ingevuld gemaild door de overlastcoördinator naar ………[email protected].

De standaard reactietijd is 2 weken, indien spoed vereist is, dan kan contact worden opgenomen met de

chef van dienst RIO 010-…………., met het verzoek tot snellere levering.

Globale beschrijving interventies Datum interventie Resultaat

Buurtagent/politie betrokken

Woningcorporatie inzet gepleegd

Buurtbemiddeling/mediation ingezet

Interventieteam bezoek

Zorg/hulpverlening ingeschakeld

Dossier woningcorporatie/deelgemeente aanwezig

…………………………………….

Globale beschrijving interventies Datum interventie Resultaat

Page 17: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

17

5. Instrumenten bij het profielzelfredzame bewoner

5.1 InstrumentenDe zelfredzame bewoner kampt met een overzichtelijk

overlastprobleem dat hij zelfstandig kan oplossen, door

het gesprek met de overlastgever aan te gaan en even-

tueel afspraken te maken. Wanneer een bewoner bij-

voorbeeld een muziekinstrument bespeelt en de buren

hier last van hebben, kunnen de betrokkenen onderling

afstemmen op welke tijdstippen er wel en niet gespeeld

kan worden.

Als dit niet lukt of als de gemaakte afspraken niet wor-

den nagekomen, kan de overlastgever worden gewezen

op overlastbepalingen in het huurcontract, het regle-

ment van de Vereniging van Eigenaren, de Algemene

Plaatselijke Verordening (APV) of andere overeenkom-

sten, wetten en regels waar de overlastgever aan ge-

bonden is. Afhankelijk van de sanctiemogelijkheden die

in deze documenten zijn opgenomen, kan een beroep

worden gedaan op de verhuurder, de Vereniging van

Eigenaren en/of de politie om een waarschuwing te

geven, een boete op te leggen of goederen in beslag te

nemen.

Normaalgesproken zou dit voldoende moeten zijn om

het probleem op te lossen. Als dat niet het geval is,

moet de analyse van de situatie worden bijgesteld en

een Plan van Aanpak worden opgesteld dat is

gebaseerd op een ander overlastprofiel.

Bij aanhoudende of steeds terugkerende woonoverlast

kan de overlasthebber worden gestimuleerd om aante-

keningen te maken van de aard van de overlast en de

data en tijdstippen waarop deze zich voordoet. Deze in-

formatie vormt belangrijke input voor een dossier, dat

eventueel in een latere fase moet worden opgebouwd.

Het digitale logboek is een internetapplicatie waarin

bewoners hun ervaringen met woonoverlast in detail

kunnen vastleggen op de tijdstippen dat de overlast

plaatsvindt. Deze gegevens zijn ondersteunend aan

de dossiervorming rondom een overlastgever. Met het

logboek kan de rechter concreet zicht krijgen op de

ervaren woonoverlast.

Vanuit de aanpak woonoverlast kan de zelfredzame

bewoner worden ondersteund met informatie en advies.

Het is belangrijk dat bewoners weten hoe zij overlastge-

vers op een goede manier kunnen aanspreken en waar

zij woonoverlast kunnen melden als ze behoefte hebben

aan ondersteuning door instanties. Deze vragen worden

beantwoord in de folder ‘Woonoverlast? Wat nu?’ die

de ketenpartners gezamenlijk hebben gepubliceerd. De

folder is verkrijgbaar bij Steunpunt Woonoverlast en kan

ook worden gedownload op www.rotterdam.nl/woon-

overlast. Op deze website staan ook tips voor het

aanspreken van buren op overlast. Naast deze geza-

menlijke voorlichting verstrekken de ketenpartners ook

individueel informatie en advies aan hun klanten.

Naast deze folder is er een specifieke handreiking op-

gesteld voor Verenigingen van Eigenaren. Deze behan-

delt alle stappen die een VvE tegen overlastgevers kan

nemen, van preventie tot en met het opschorten van het

gebruiksrecht van de woning. Deze handreiking is te

vinden in 5.2.

Omdat de kwaliteit van het dossier in deze fase cruciaal

is, is het belangrijk om VvE’s en particuliere verhuur-

ders al in een vroeg stadium te wijzen op mogelijkheden

om overlast zelf aan te pakken.

Wanneer de overlast zich niet laat oplossen met praten,

afspraken maken en eventueel het inschakelen van zorg

of begeleiding, kan een woningcorporatie, particuliere

verhuurder of Vereniging van Eigenaren de volgende

privaatrechtelijke stappen zetten.

Page 18: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

18

A. Opzeggen huur

De verhuurder van een woning waarin overlast plaats-

vindt, kan nagaan of er gronden zijn om de huur op te

zeggen. Hieronder staan enkele voorbeelden van

dergelijke gronden:

Opzeggen huur door woningcorporatie ofparticulier

Opzeggen huur door particulier

Opzeggen kamerhuur door particulier

• als de huurder overlast veroorzaakt voor medebewoners;• als de huurder overlast veroorzaakt voor de verhuurder;• als de huurder de huur niet betaald heeft.

• als hij aan het eind van een tijdelijke huurperiode zelf in dewoning wil wonen;• indien de huurder zich niet heeft gedragen zoals een goedhuurder betaamt;• bij dringend eigen gebruik van de particulier.

• direct opzeggen tijdens de eerste negen maanden (proeftijd);• voor verstrijken van de eerste zes maanden bedraagt deopzegtermijn drie maanden (binnen de negen maanden).

Op de website van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) en in artikel 7:274 BW staat meer

informatie over het opzeggen van huurovereenkomsten.

B. Opzeggen huurovereenkomst

Als de huurder niet instemt met de huuropzegging, kan

de verhuurder naar de rechter gaan en vorderen dat

de rechter bepaalt op welk tijdstip de huur eindigt. Dat

gebeurt in een zogenaamde bodemprocedure. Een

ontbinding van de huurovereenkomst kan alleen in

een bodemprocedure en niet in een kort geding. De

algemene grond voor ontbinding is artikel 6:265 BW.

C. Ontruimen woning

Een verhuurder kan ook een kortgeding tegen de huur-

der bij de kantonrechter beginnen. In tegenstelling tot

vroeger hoeft een ontruimingskortgeding niet meer te

worden gevolgd door een bodemprocedure tot ontbin-

ding van de huurovereenkomst.

Page 19: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

19

5.2 Handreiking voor Verenigingen van Eigenaren

VVE: preventie en de aanpak van woonoverlast

Rotterdammers willen plezierig wonen in hun stad. Soms

lukt dat niet. Heeft u bijvoorbeeld last van asociaal ge-

drag, geluidsoverlast en/of intimidatie in uw woonomge-

ving, dan kan er sprake zijn van woonoverlast. In de

Aanpak woonoverlast Rotterdam werken (deel)gemeente,

politie en woningcorporaties samen. Het verbeteren van

het woongenot van de bewoners die overlast ervaren,

staat centraal in de Aanpak Woonoverlast. Wilt u een

melding woonoverlast doen, dan kan dat via het alge-

mene telefoonnummer van de gemeente Rotterdam op

14010 en via www.rotterdam.nl/woonoverlast. U kunt hier

ook hennepkwekerijen, overlast door drugspanden en

overlast door overbewoning melden.

Verantwoordelijkheden

De eigenaar van een woning is verantwoordelijk om te

zorgen dat er geen woonoverlast door omwonenden

wordt veroorzaakt. Een Vereniging van Eigenaars mag

namens de bewoners en gebruikers eisen dat de over-

lastgevende bewoner de regels naleeft en handhaven

als de overlastgeverzich hier niet aan houdt. Een eigen-

aar binnen het VVE-verband mag van de VVE eisen dat

deze optreedt tegen overlast veroorzakend gedrag van

één van de bewoners. De VvE moet in dat geval

optreden. De Vereniging Eigen Huis heeft een model

splitsingsreglement voor Verenigingen van Eigenaren

(VvE) ontwikkeld. Vele VvE’s hebben dit model overge-

nomen. In het model staat dat een eigenaar of gebrui-

ker geen onredelijke hinder aan de andere eigenaars en

gebruikers mag toebrengen. Het wijzen van een VvE op

het bestaan van een splitsingsreglement kan een VvE

op weg helpen bij het oplossen van de overlast.

Huishoudelijk reglement

Om te kunnen optreden is een huishoudelijk reglement

noodzakelijk, waarin afspraken zijn gemaakt omtrent

het gebruik, het beheer en het onderhoud van de eigen

woning. In het modelreglement bij splitsing apparte-

mentsrechten van januari 2006 (als link toevoegen) is

hiervan een voorbeeld te vinden. Het is raadzaam om

bij oprichting van een VVE of bij het vernieuwen van de

afspraken van een VVE, dit modelreglement uit 2006

als leidraad te hanteren voor het maken van de afspra-

ken. Als u van dit modelreglement gebruik wilt maken

voor een bestaande VVE, dan moet het modelreglement

formeel door de VVE van toepassing zijn verklaard.

Welke maatregelen kan de VVE nemen?• Contact leggen

Bij woonoverlast is het belangrijk dat eerst wordt aan-

gegeven aan de overlastgever dat er overlast wordt

veroorzaakt. Als de overlastgever niet weet wat er mis

is, kan hij het ook niet oplossen. Spreek de overlastge-

ver op een rustig moment vriendelijk aan op zijn gedrag.

Ruzie maakt de situatie alleen maar vervelender en

waarschijnlijk stopt de overlast niet. De VVE kan hier

een bemiddelende rol in spelen of een bemiddelaar

inschakelen, om erger te voorkomen.

• Melden

Als het contact niet leidt tot het stoppen van de overlast,

dan is het belangrijk om de woonoverlast te melden. Zie

ook www.rotterdam.nl/woonoverlast.

• Dossiervorming

De meldingen zijn belangrijk voor de dossiervorming

die nodig is om eventuele vervolgstappen te laten sla-

gen. Zorg er dus voor dat er voldoende bewijs is van

herhaalde, ernstige overlast in de vorm van klachtformu-

lieren, logboeken, aangiften, video-opnames en andere

middelen.

• Boete opleggen

Het is mogelijk als VVE om de overlastgever een boete

op te leggen, als dit is vastgelegd in het huishoudelijk

reglement. In artikel 41 van het modelreglement 2006 is

bepaald dat bij overtreding of het niet-nakomen van één

van de bepalingen, het bestuur van de VVE aan de

overlastveroorzaker een schriftelijke waarschuwing zal

toesturen per aangetekende brief en hem zal wijzen op

de overtreding. Geeft de overlastveroorzaker vervolgens

binnen een maand geen gevolg aan die waarschuwing,

dan kan het bestuur hem een éénmalige of dagboete

opleggen van ten hoogste een bedrag dat door de ver-

gadering wordt bepaald. De te verbeuren boetes komen

vervolgens ten goede aan de VvE.

• Ontzegging van gebruik de woning

Aan de overlastveroorzaker kan ook door de VVE het ge-

bruik van zijn privégedeelte worden ontzegd. In artikel 39

van het modelreglement 2006 is bepaald dat door de al-

gemene ledenvergadering van de VvE eerst een waar-

schuwing wordt gegeven. Als de overlast aanhoudt, dan

kan de vergadering daadwerkelijk besluiten tot ontzeg-

ging van het gebruik van het privé en gemeenschappelijk

gedeelte.

Page 20: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

20

Dit is een verstrekkende maatregel en daarom gelden

rondom deze maatregel extra waarborgen om de

feitelijke situatie in beeld te krijgen (dossier):

• Er moet een gesprek plaatsvinden tussen overlast-

gever en de personen die aangeven dat zij overlast

ervaren. Hierbij is het belangrijk dat hier sprake is van

hoor en wederhoor, dus dat de overlastgever ook zijn

verhaal moet kunnen vertellen. Een onafhankelijke

gesprekleider (bv buurtbemiddeling) kan hierbij hel-

pen.In dit gesprek worden concrete afspraken gemaakt

over de feitelijk ervaren overlast en welke oplossingen

worden gevonden. De uitkomsten worden schriftelijk

aan de betrokkenen verstrekt.

• Elke keer dat het gedrag van de overlastgever niet

correct is, stuurt de VVE hierover een brief aan de

overlastgever.

• Mocht de situatie niet veranderen, dan wordt de over-

lastgever voor een gesprek uitgenodigd. De oproeping

geschiedt tegelijkertijd met het bijeenroepen van een

vergadering en wel bij aangetekende brief met

vermelding van de bezwaren die gerezen zijn.

• In de betreffende vergadering kan dit besluit alleen

worden genomen met een meerderheid van tenminste

2/3 van het aantal stemmen. In die vergadering

moeten 2/3 van het totaal aantal eigenaren (of hun

vertegenwoordigers) aanwezig zijn.

• Lukt dit niet, dan moet tussen tussen twee en zes

weken daarna een nieuwe vergadering worden uitge-

roepen. Na het besluit geldt nog een begunstigingster-

mijn voor de overlastveroorzaker van één maand nadat

het besluit per aangetekend schrijven aan die overlast-

veroorzaker is verzonden.

Welke maatregelen kan een VVE-lid zelf nemen?

• In gesprek gaan met de overlastgever

U kunt als VVE-lid een gesprek organiseren met de

overlastgever en degenen die overlast ervaren. Uitkomst

van dit gesprek kan een brief zijn waarin duidelijk staat

vermeld waaruit de overlast bestaat en wanneer de

overlast wordt veroorzaakt en de gemaakte afspraken.

Een kopie van de brief kan wordt gestuurd naar het

bestuur van de VVE. Als er geen brief wordt opgesteld,

is het raadzaam het VVE-bestuur te laten weten dat er

gesprekken worden gevoerd.

• Dossiervorming

Ook als VVE-lid kunt u bijdragen aan de dossiervorming

door zoveel mogelijk meldingen van de overlast te doen,

logboeken bij te houden, aangiften te doen, video-

opnamen te maken en andere middelen in te zetten.

• Beroep doen op het burenrecht

In geval van ernstige onrechtmatige overlast kan een

beroep worden gedaan op het burenrecht. De gang

naar de (kort geding) rechter kan door iedere bena-

deelde worden gemaakt Als direct omwonende zult u

zich dan wel moeten wenden tot een advocaat. Die zal

vervolgens in overleg een zogenaamde “dagvaarding”

opstellen. Dat is een schriftelijk document, waarin uiteen

wordt gezet dat er overlast wordt ervaren, wat de aard

van de overlast is, de frequentie als ook de ernst van de

overlast. Er moet dan daadwerkelijk sprake zijn van dus-

danige ernstige hinder dat moet worden gesproken van

‘onrechtmatige overlast’. Vervolgens zal de advocaat de

dagvaarding laten betekenen door de deurwaarder bij

de overlastgever en zal een procedure worden opge-

start. Deze procedure kunt u niet zonder advocaat voe-

ren. Dat betekent dat er kosten verbonden zijn aan een

dergelijke procedure.

•Welke maatregelen kan een verhuurder/VVE-lid

nemen?

Het komt ook voor dat een huurder van een VVE-wo-

ning overlastgever is. De eigenaar/verhuurder is verant-

woordelijk om te zorgen dat zijn huurder geen overlast

veroorzaakt. Afspraken hierover kan de eigenaar maken

in het huurcontract dat hij heeft met de huurder. De

eigenaar heeft als uiterste mogelijkheid om de rechter

te vragen de huurovereenkomst te ontbinden als de

huurder zich niet aan de gemaakte afspraken houdt.

Voordat met deze procedure wordt begonnen, is het na-

tuurlijk verstandig dat de eigenaar en de overlasthebber

eerst met de overlastveroorzaker/huurder een gesprek

aangaan en te bekijken of het mogelijk is dat de huurder

zelf de huurovereenkomst opzegt. Dit heeft tot gevolg

dat de huurovereenkomst wordt ontbonden met weder-

zijds goedvinden.

Indien de eigenaar geen actie onderneemt, kan de VVE

een aangetekende brief sturen aan de eigenaar om de

eigenaar te melden dat zijn huurder overlast veroorzaakt

en hem te attenderen dat hij de een verantwoordelijk-

heid heeft om te zorgen dat zijn huurder geen overlast

meer geeft.

Als de huurder ontkent overlast te veroorzaken of niet

mee wil werken aan een vrijwillige beëindiging van de

Page 21: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

21

huurovereenkomst, dan zal de huurovereenkomst door

de eigenaar moeten worden opgezegd.

In de wet zijn eisen genoemd waaronder de huurover-

eenkomst kan worden opgezegd door de verhuurder:

• “de huurder gedraagt zich niet zoals een goed huurder

betaamt”.

• De brief met opzegging van de huurovereenkomst

bevat reden van de beëindiging (aard, ernst en om-

vang van de overlast) en er moet de mogelijkheid

worden geboden om binnen 6 weken te reageren op

de brief. De overlastgever kan dan alsnog vrijwillig tot

beëindigen overgaan. Dan is de procedure voor

ontbinding niet meer nodig.

• Als huurder niet reageert of niet instemt met de beëin-

diging, dan moet door de eigenaar bij de kantonrechter

ontbinding van de huurovereenkomst worden ge-

vraagd.

• De kantonrechter zal dit alleen doen als hij de aard, de

ernst en de omvang van de overlast zo groot vindt, dat

ontbinding terecht is. Dossiervorming met meldingen,

logboek en andere bewijzen die de overlast duidelijk

maken en hoe vaker de overlast zich in korte periode

opvolgt, des te groter de kans van slagen.

Page 22: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

22

6. Instrumenten bij het profiel burenconflict

6.1 InstrumentenEr is sprake van een burenconflict als buren overlast

van elkaar ervaren en hier niet meer op een normale

manier over kunnen communiceren. De emoties zijn te

hoog opgelopen en staan wellicht niet meer in een

redelijke verhouding tot wat er feitelijk aan de hand is.

In dergelijke gevallen is het zinvol om bemiddeling in te

zetten om de overlastsituatie te beëindigen. De bemid-

delaars kunnen medewerkers van de ketenpartners zijn,

maar ook vrijwilligers van Buurtbemiddeling Rotterdam.

De Handreiking inzet buurtbemiddeling bevat nadere

informatie over deze laatste optie. Voor conflicten

tussen jongeren bestaat er een aparte bemiddelings-

organisatie (JOLO).

Bemiddeling kan alleen succesvol zijn als alle betrokke-

nen in staat zijn om verantwoordelijkheid te dragen voor

hun eigen gedrag en is daarom geen geschikt instru-

ment voor situaties waarin sprake is van (een vermoe-

den van) een verstandelijke beperking, psychische

problemen of verslaving. Ook voor situaties waarin

sprake is van (ernstige) strafbare feiten is bemiddeling

geen geschikte oplossing.

Wanneer het conflict is terug te voeren op een algehele

botsing van leefstijlen, kan het een oplossing zijn als

één van de partijen verhuist. Dit is bijvoorbeeld aan de

hand als een levendig jong gezin woont in een buurt

met overwegend oudere mensen die een rustig leven

(willen) leiden. Dit gezin is wellicht beter op zijn plaats in

een buurt met veel andere gezinnen, waar meer ruimte

en begrip is voor het gedrag van jonge kinderen.

6.2 Handreiking inzet buurtbemiddelingPer deelgemeente worden afspraken gemaakt over de

wijze waarop buurtbemiddeling wordt ingeschakeld. Het

succes van buurtbemiddeling wordt bepaald door de

mate waarin de overlastcoördinator, politie, woningcor-

poratie etc en buurtbemiddeling samen in staat zijn om

juist al die conflicten met een lage en middelhoge esca-

latiegraad te tackelen en de toevalligheidfactor waarin

men bij buurtbemiddeling terecht komt te reduceren.

Buurtbemiddeling, hoe werkt dat?

Bewoners kunnen rechtstreeks met hun probleem te-

recht bij het bemiddelingskantoor in hun buurt. Veelal

worden zij daarnaar doorverwezen door een woningcor-

poratie, door de politie of door een andere wijkorganisa-

tie. De projectleider voert het eerste gesprek met de

aanmelder en legt uit wat buurtbemiddeling inhoudt en

hoe het werkt. Het bemiddelingsteam of de projectleider

bespreekt of de kwestie bemiddelbaar is. Is dat niet het

geval, dan zorgt de projectleider voor een adequate

doorverwijzing.

Het vrijwilligersteam of de projectleider kiest uit zijn

midden twee bemiddelaars. Zij nemen contact op met

beide partijen en praten met ieder van hen afzonderlijk.

Als één van de buren geen gesprek wil, stopt de

bemiddeling. In sommige projecten is voortzetting met

coaching van één of beide buren mogelijk, of pendel-

bemiddeling

In een derde gesprek komen de buren samen aan

tafel onder begeleiding van de bemiddelaars.

Ieder krijgt om de beurt de ruimte om zijn eigen verhaal

te vertellen. De bemiddelaars stimuleren dit proces.

Door actief te luisteren en doorvragen zoeken zij naar

de belangen achter de standpunten. Emoties horen bij

conflicten en die mogen ook getoond worden, mits dat

gebeurt met respect naar elkaar. Schelden, dreigen en

discriminerende opmerkingen zijn taboe, dat hoort bij

de bemiddelingsetiquette.

Bij een conflict spelen voor elke buur verschillende ach-

tergronden, belangen en beweegredenen mee. Vaak

klaart de lucht al op, als dat duidelijk wordt. Dit inzicht

schept ruimte om met elkaar te praten over mogelijke

oplossingen. De bemiddelaars bewaken dat niet één

partij de ander zijn wil oplegt. Gelijkwaardigheid en

evenwicht zijn belangrijke uitgangspunten. De bemidde-

laars stimuleren de buren om er zelf uit te komen en

samen een oplossing te bedenken. Een oplossing wordt

dus niet aangedragen of opgelegd door de bemidde-

laars. Als buren eenmaal weer in staat zijn om met

elkaar te communiceren, dan komt de oplossing vaak

vanzelf.

Kortom:

• Buren vertellen om de beurt hun verhaal. De bemidde-

laars stimuleren dit proces via open vragen en toetsen

of de ander gehoord heeft wat er is gezegd.

• Als het duidelijk is wat er speelt en de emoties enigs-

zins zijn geluwd, laat de bemiddelaar de partijen tegen

elkaar vertellen wat belangrijk voor ze is en wat de

wensen en verlangens voor de toekomst zijn.

• Wanneer bij beiden enig begrip en inzicht ontstaat,

Page 23: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

23

kunnen de partijen gaan brainstormen over mogelijke

oplossingen. Alles kan worden genoemd zonder het

meteen met een ‘mits of ja, maar’ onderuit te halen.

Zo ontstaan ideeën.

• Beide buren zoeken vervolgens de oplossing die het

beste bij ieder past.

• Bij meerdere problemen stelt men in overleg een prio-

riteitenlijst samen.

• Soms worden afspraken schriftelijk vastgelegd,

meestal alleen als geheugensteuntje. Als de afspraak

niet werkt, moeten beide buren toch met elkaar praten.

Een papiertje regelt dat niet.

• Tenslotte spreken de bemiddelaars af om nog een

keer contact op te nemen om te horen of de gemaakte

afspraken in de praktijk voldoen.

Voor bemiddeling met jongeren bestaat JOLO zie ook

www.jongerenbuurtbemiddeling.nl/rotterdam. Dit wordt

niet overal aangeboden.

Welk soort meldingen kan worden doorverwezennaar buurtbemiddeling?Irritaties of conflicten in de dagelijkse leefsfeer, bijvoor-

beeld: geluidsoverlast, rommel of vuilnis in het trappen-

huis of bij de woning, erfafscheidingen, overhangende

struiken en bomen, overlast door kinderen, overlast door

huisdieren, vernielingen, vreemde geuren, andere

levenspatronen, parkeeroverlast, pesterijen/roddelen

Buurtbemiddeling bemiddelt niet bij:

conflicten binnen één familie, gezin of relatie;verticale

conflicten, bijvoorbeeld tussen een huisbaas en bewo-

ner; conflicten waarbij een verslavingsproblematiek

speelt; conflicten waarbij geweld aan de orde is; conflic-

ten waarbij één of beide partijen niet toerekeningsvat-

baar is;conflicten die slepend of uitgekauwd zijn, als de

objectiviteit van buurtbemiddeling niet kan worden gega-

randeerd bv als er sprake is van een verbinding tussen

de buurtbemiddelaar en (één van) de bewoners

In deze kan buurtbemiddeling de zaak overdragen of

doorverwijzen naar andere instanties. In sommige

gevallen kan toch een bemiddeling plaats vinden in

samenwerking met andere instanties zoals Maatschap-

pelijkwerk, slachtofferhulp,

GGD, GGZ, of Verslavingszorg. Aanmelders kunnen dit

overleggen met de coördinator.

6.3 Inzet Mediation

Wat is mediation?Mediation is een professionele vorm van bemiddeling.

De mediator is een neutrale procesbegeleider, die af-

zonderlijke en gezamenlijke gesprekken tussen partijen

leidt. De gesprekken dienen te leiden tot de-escalatie en

zo mogelijk tot herstel van de communicatie en afspra-

ken die voor alle betrokkenen goed werken. De mediator

komt niet zelf met oplossingen, maar motiveert partijen

om tot oplossingen te komen. De mediator zet verschil-

lende gespreksvaardigheden in om het zelfoplossend

vermogen van partijen te vergroten.

Een mediation wordt uitgevoerd door een mediator, al

dan niet samen met (een) co-mediators. De mediator

heeft een professionele en door het Nederlands

Mediation Instituut (NMI) erkende opleiding tot mediator

genoten.

Het is aanbevelenswaardig om bij een complex conflict

tussen twee of meer buren een NMI Gecertificeerde

Mediator te laten optreden, al dan niet bijgestaan door

een co-mediator, die aantoonbaar gespecialiseerd is in

het bemiddelen bij sterk geëscaleerde buren- en buurt-

conflicten tussen twee of meer (groepen) buren of

buurtgenoten. Hij/zij is in staat meerdere varianten van

mediaton in te zetten, bv pendelbemiddeling, coaching

en groepsbemiddeling. Hij/zij beheerst meerdere media-

tionstijlen, welke hij/zij weet in te zetten afhankelijk van

de conflictstijlen, het sociale en verbale ontwikkelings-

niveau van partijen en de escalatiegraad. De NMI

Gecertificeerde Mediator handelt conform het NMI

reglement en de Gedragscode welke voor deze

beroepsgroep van toepassing zijn.

Wanneer mediation inzetten?Mediation kan worden ingezet bij:

• een jarenlang slepende burenruzie

• als eerdere buurtbemiddeling niet tot blijvende

verbeteringen heeft geleid

• een sterk geëscaleerd conflict met hoog opgelopen

emoties en/of geweld.

• bij verslavingsproblematiek, indien er sprake is van

een vaste begeleiding vanuit de hulpverlening

• een conflict waarbij meerdere groepen buurtgenoten

en/of andere actoren, zoals een bedrijf of een instan-

tie betrokken zijn

• een complex probleem, waarbij naast één burenruzie

Page 24: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

24

er ook nog andere problemen onderling tussen

bewoners spelen

• Ter ondersteuning van de dossiervorming voor

handhavende acties (gele/rode kaart)

Mediator bemiddelt niet als:

• er sprake is van onvrijwilligheid van een of meer

partijen

• als er sprake is van wilsonbekwaamheid van een of

meer partijen

• bij conflicten waarbij sprake is van een ernstige

verslavingsproblematiek en geen begeleiding vanuit

de hulpverlening.

Indien er sprake is van een juridische procedure,

bijvoorbeeld een aangifte of rechtszaak, dan kan de

mediation alleen plaatsvinden als de aangifte aange-

houden wordt of de gerechtelijke procedure tijdelijk

stopgezet wordt, gedurende de looptijd van de

mediation.

Hoe mediation inzetten?a) Bepalen of mediation de oplossing is voor het

probleem

Afhankelijk van de geschiedenis van een overlastsitua-

tie waarbij er sprake is van een burenruzie, wordt be-

paald door de overlastcoördinator van de deelgemeente

in samenspraak met de partners of mediation de oplos-

sing is voor de oplossing van het probleem. Er wordt

niet alleen bepaald of mediation wordt ingezet, maar

ook wat de afspraken zijn als:

• de mediation niet slaagt: het conflict blijft bestaan

• één of beide bewoners niet meewerken aan de

mediation.

b) Organiseren gesprek met betrokken ketenpartners

Er wordt een gesprek georganiseerd met betrokken

ketenpartners: overlastcoördinator, buurtagent, woning-

corporatiebeheerder en eventueel de LZN - coördinator,

maatschappelijk werk en de mediator(s).

In dit gesprek worden de volgende afspraken gemaakt:

• meldingen worden vanaf dat moment altijd doorgezet

naar de overlastcoördinator om shopgedrag te

voorkomen.

• de regie op de ketensamenwerking ligt bij de overlast-

coördinator, als er ontwikkelingen zijn die van invloed

kunnen zijn op het mediation traject wordt de mediator

hierover direct geïnformeerd.

• de regie op de inhoud en het proces van de mediation

zelf ligt bij de mediator. Als er ontwikkelingen zijn die

het mediation traject beïnvloeden dan wel verstoren

dan wordt de overlastcoördinator hierover direct

geïnformeerd.

C) De mediation

Het doel van mediation is, dat partijen zelf herkennen

welke rol zij in het conflict spelen. Tevens is mediation

belangrijk om partijen te laten beseffen, dat zij weer

moeten kunnen samenleven zonder dat dit wordt belem-

merd door ruzies over en weer. Vaak is verhuizen geen

optie en kunnen zij als buren niet om elkaar heen. Be-

langrijk is dat ze beseffen, dat ze in de toekomst vaak

op elkaar zijn aangewezen. Ze komen elkaar tegen in

de buurt of bij school

Naast het feit dat partijen zelf de dupe zijn van hun

eigen conflict, worden ongemerkt echter ook de regels

van de woonomgeving en eventuele betrokken instan-

ties aangetast. Partijen gaan overlast veroorzaken en

willen andere buren in hun eigen kamp betrekken.

Omdat de essentie van mediation is gericht op het

zelfstandig oplossen van het conflict door partijen zelf,

wordt een eventuele escalatie in de toekomst en

daarmee gepaard gaande agressie in veel gevallen

voorkomen.

Tijdens de mediation leren mensen weer met elkaar

praten over de oorzaken van het conflict en waar het

hen werkelijk om gaat. Beelden die ze over en weer van

elkaar hebben (vaak gevormd door een gebrekkige

communicatie) komen vaak in een ander positiever

daglicht te staan. Ze leren inzien, dat ze in de toekomst

Page 25: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

25

eerder met elkaar in gesprek moeten gaan en op een

respectvolle manier met elkaar communiceren.

Aan welke algemene voorwaarden moet een me-diationgesprek voldoen?• Commitment: partijen komen overeen dat ze zich ge-

zamenlijk willen inzetten om het conflict door middel

van mediation op te lossen. Ze moeten de wil hebben

om er samen uit te komen.

• Communicatie: partijen komen overeen naar elkaar te

luisteren en elkaars belangen te respecteren.

• Verantwoordelijkheid: partijen zijn zelf verantwoorde-

lijk voor de oplossing van het conflict.

• Vertrouwelijkheid: zaken die tijdens de mediation

worden besproken zijn vertrouwelijk. Zowel de media-

tor als partijen mogen niet met derden communiceren

over wat tijdens de mediation wordt besproken.

• Vrijwilligheid: als partijen geen vertrouwen meer

hebben in het proces of de mediator kunnen zij met de

mediation stoppen. Wat objectief als vrijwillig wordt ge-

zien, kan subjectief als verplichting worden ervaren.

• Acceptatie: partijen spreken af zich te houden aan de

door hen zelf gekozen oplossing.

De procedure tijdens de mediation:

• Alle individuele intakegesprekken vinden plaats bij

partijen thuis;

• Alle mediationgesprekken vinden plaats op een

neutrale plek;

• Tijdens de intakegesprekken wordt gekeken of partijen

bereid zijn een inspanningsverplichting aan te gaan

om het geschil op te lossen met mediation. Partijen

worden voorbereid op het mediationgesprek;

• Tijdens het mediationgesprek krijgt elke partij de gele-

genheid om zijn/haar kant van het verhaal te vertellen;

• Met behulp van de mediators zoeken partijen zelf naar

een oplossing, die haalbaar en aanvaardbaar is voor

nu en in de toekomst. Partijen leren op deze wijze, dat

het zoeken naar oplossing voor het bestaande conflict

hun eigen verantwoordelijkheid is;

• De inhoudelijke gesprekken zijn vertrouwelijk en

worden niet met derden besproken;

• De uitkomsten worden door de mediators schriftelijk

teruggekoppeld aan betrokken organisaties;

• De mediators zijn neutraal, vellen geen oordeel en

kiezen geen partij;

• De uiteindelijk gemaakte afspraken worden schriftelijk

vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst. Deze

vaststellingsovereenkomst wordt door de mediators en

betrokken partijen ondertekend en aan alle betrokken

instanties toegestuurd. Deze vaststellingsovereen-

komst is opgesteld conform het Nederlands Mediation

Instituut en kan worden gebruikt tijdens een rechter-

lijke procedure.

• Alle partijen houden zich aan de gemaakte afspraken,

zoals omschreven in de vaststellingsovereenkomst.

Het is immers een contract dat partijen met elkaar

sluiten voor de toekomst;

• Enkele weken na afloop nemen de mediators weer

contact op om te vragen of alles nog steeds goed ver-

loopt. Indien dit noodzakelijk is volgt er alsnog een ver-

volggesprek en wordt bekeken of de afspraken in de

vaststellingsovereenkomst moeten worden bijgesteld.

Uiteraard betreft mediation een vrijwillig traject, maar

het is geen vrijblijvend traject. Bij weigering om mee te

werken aan mediation wordt dit schriftelijk door de me-

diators gerapporteerd aan alle betrokken instanties.

Partijen zijn vanaf het begin op de hoogte van deze pro-

cedure. Indien uit een en ander een bestuurs- en/of

strafrechtelijke vervolging volgt, dan zal door justitie wor-

den meegewogen, dat een partij niet bereid is geweest

om het conflict door middel van mediation op te lossen

en/of zich niet heeft gehouden aan de afspraken zoals

genoemd in de vaststellingsovereenkomst.

D) Resultaten van het mediation traject

Het mediation traject kan leiden tot de volgende

resultaten:

• Mediation is niet gestart omdat één van de partijen

niet meewerkt – ruzie blijft

• mediation heeft wel geleid tot oplossing van het

probleem, maar één van de partijen weigert zich in

de praktijk aan de gemaakte afspraken te houden.

Er wordt dan nogmaals een mediationgesprek aan-

geboden. Weigert men dan wordt een brief gestuurd

namens de deelgemeente en de politie (en evt. de

woningcorporatie).

• mediation is geslaagd, buren kunnen weer met elkaar

omgaan—casus gesloten.

Zowel als de mediation niet start omdat één van de

partijen niet meewerkt of als zij weigeren zich aan de

gemaakte afspraken te houden volgt er van de media-

tors een formele rapportage. Beide rapportages kunnen

leiden tot het inzetten van een gele kaart.

Page 26: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

26

Page 27: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

27

7. Instrumenten bij het profielzorgbehoevende in woning

7.1 InstrumentenIn sommige gevallen is de woonoverlast terug te voeren

op een gedragsprobleem dat wordt veroorzaakt door

een verstandelijke beperking, een (beginnende) psycho-

geriatrische aandoening, een psychiatrische stoornis of

een verslaving. We spreken dan van een zorgbehoe-

vende overlastgever. Bij (een vermoeden van) dergelijke

problematiek wordt de coördinator van het Lokaal Zorg

Netwerk (LZN) in de deelgemeente ingeschakeld. Het is

belangrijk dat dit in een zo vroeg mogelijk stadium ge-

beurt: er hoeft niet gewacht te worden tot de overlast

zo erg is dat er een plan van aanpak moet worden op-

gesteld. De buurtagent en de woningcorporatie maken

deel uit van het LZN, evenals het Algemeen Maatschap-

pelijk Werk, gespecialiseerde thuiszorg, ouderenwerk,

SoZaWe, GGZ en verslavingszorg. De Handreiking

zorgbehoevende overlastgever (bijlage 4.1) beschrijft

welke procedure er door dit netwerk wordt gevolgd.

Het LZN zal zich inspannen om de overlastgever toe te

leiden naar zorg. Omdat het in veel gevallen gaat om

personen die het contact met instanties uit de weg gaan

(‘zorgmijders’) zal dit over het algemeen geen eenvou-

dige zaak zijn. Wanneer er een behandelovereenkomst

met een zorgverlener is, draag deze de eindverantwoor-

delijkheid voor de casus. Vanuit zijn regiefunctie zal de

LZN coördinator in dat geval contact leggen met de be-

handelaar of begeleider van de overlastgever en zono-

dig afspraken maken om verdere overlast te voorkomen.

Er kunnen zich situaties voordoen waar de inspannin-

gen van het LZN om de overlastgever toe te leiden naar

zorg, dan wel de inspanningen van een bestaande be-

handelaar of begeleider om de betrokkene maatschap-

pelijk aanvaardbaar woongedrag bij te brengen,

onvoldoende resultaat opleveren. Na overeenstemming

met het LZN kan er dan een gele en/of rode kaart wor-

den uitgereikt. De handreiking voor deze procedure is te

vinden in hoofdstuk 8. In uitzonderlijke gevallen kan de

burgemeester besluiten tot inbewaringstelling van de

zorgbehoevende overlastgever. Deze procedure wordt

toegelicht in hoofdstuk 7.2

Er bestaat een zekere overlap tussen het profiel van de

zorgbehoevende overlastgever en de doelgroep van de

maatschappelijke opvang, die in de Wet maatschappe-

lijke ondersteuning is omschreven als: ‘personen die,

door een of meer problemen, al dan niet gedwongen de

thuissituatie hebben verlaten en niet in staat zijn zich

op eigen kracht te handhaven in de samenleving.’ De

gemeente heeft een zorgplicht voor deze doelgroep en

geeft daar invulling aan met de instrumenten uit de

‘toolbox stimulerende maatregelen voor de doelgroep

maatschappelijke opvang’.

7.2 Handreiking Zorgbehoevende overlastgeverVrijwel elk overlastprofiel kent specifieke aandachts-

punten. Dat geldt in het bijzonder voor het profiel van

de zorgbehoevende overlastgever. Hier raken de keten-

aanpak woonoverlast en de ketenaanpak bemoeizorg

elkaar.

Inschakelen LZNDe zorgbehoevende overlastgever heeft vaak meer-

voudige complexe problemen, die op meerdere leef-

terreinen kunnen liggen: inkomen & schulden, geeste-

lijke en lichamelijke gezondheid, verslavingsproblema-

tiek, huiselijk geweld, opvoedingsproblemen en sociaal

isolement. De overlastgever is vaak niet in staat om zelf

de problemen op te lossen en is vaak zorgmijdend.

Als het vermoeden bestaat dat het gaat om een over-

lastgever met dit profiel (3) wordt altijd eerst de coördi-

nator van het lokale zorgnetwerk (LZN) ingeschakeld.

Het is belangrijk dat de diverse signaleerders, met name

de woningcorporaties en politie, in een zo vroeg moge-

lijk stadium het LZN inschakelen. Hiermee hoeft niet

gewacht te worden tot de overlast zo erg is dat ook de

overlastcoördinator van de deelgemeente moet worden

ingeschakeld. Zowel de buurtagent als woningcorpora-

ties maken onderdeel uit van het Kernteam van het

LZN, naast het Algemeen Maatschappelijk Werk,

gespecialiseerde thuiszorg, ouderenwerk, SoZaWe,

GGZ en verslavingszorg.

Wanneer een melding wordt gedaan bij het LZN wordt

eerst gezamenlijk met de melder vastgesteld of het om

een terechte melding gaat bij het LZN. Wanneer dit is

vastgesteld, koppelt de LZN-coördinator direct terug

of de overlastgever al dan niet bekend is (op basis van

informatie in e-Vita). Als er géén sprake is van mult-

iproblematiek vanuit het zorgperspectief geeft de LZN-

coördinator een advies om bijvoorbeeld het Algemeen

Maatschappelijk Werk in te schakelen.

Page 28: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

28

De LZN-coördinator zet zich dan niet in bij de verdere

afhandeling van de casus en laat de regie van betref-

fende melding over aan de overlastcoördinator.

Cliënt is bekend bij het LZN

Naast het opvragen van informatie uit e-Vita, exploreert

de LZN-coördinator bij de ketenpartners of de overlast-

gever al langer bekend is. Als de overlastgever al in

zorg is, bijvoorbeeld bij een GGZ-instelling, neemt de

LZN-coördinator contact op met de GGZ-partner om te

melden dat de cliënt overlast veroorzaakt. De LZN-coör-

dinator bespreekt de melding zo nodig in het kernteam-

overleg en stimuleert de GGZ-instelling actie te

ondernemen om te zorgen dat de overlastgever geen

overlast meer veroorzaakt. Ook checkt de LZN-coördi-

nator of de overlastgever een (Z)Onder Dak bewoner is,

waarbij de gemeente de woning huurt van de corporatie

en een zorginstelling de ambulante woonbegeleiding

verzorgt, dan wel of de overlastgever gebruik maakt van

een Flexibel Wonen woning. De LZN- coördinator moni-

tort vervolgens de acties die zijn afgesproken in het plan

van aanpak en informeert op hoofdlijnen de overlast-

coördinator.

Cliënt is niet bekend bij het LZN

Als de overlastgever niet bekend is bij het LZN wordt de

overlastgever binnen maximaal 5 weken besproken in

het maandelijkse kernteamoverleg van het LZN, waarna

de LZN-coördinator op hoofdlijnen de overlastcoördina-

tor informeert. Na maximaal 9 weken is het plan van

aanpak gereed, is een casushouder bekend en is

gestart met de interventie.

Het LZN houdt in het oog dat de overlast zowel in het

belang van de cliënt als van de omwonenden zo snel

mogelijk wordt verholpen. In voorkomende gevallen wor-

den andere bemoeizorgketens, zoals het Lokaal Team

Huiselijk Geweld, het Centrum voor Jeugd en Gezin en

de DOSA ingeschakeld. Wanneer kinderen zijn betrok-

ken bij een melding wordt een melding gedaan in SISA

(Stadsregionaal Instrument Sluitende Aanpak) en wordt

het CJG dan wel de DOSA gevraagd te beoordelen of

inzet van Jeugdzorg noodzakelijk is. Huisvesting voor de

kinderen moet worden gegarandeerd.

Gegevensverstrekking LZN-coördinator en overlast-

coördinator

De LZN-coördinator geeft binnen de wettelijke mogelijk-

heden antwoord op gerichte vragen van de overlast-

coördinator en geeft op hoofdlijnen aan welke acties zijn

ondernomen (bijvoorbeeld behandelaar ingeschakeld,

SoZaWe geraadpleegd etc) en wat het advies is ten

aanzien van de overlast vanuit de context van het LZN.

De LZN-coördinator verstrekt geen gekopieerde

gegevens uit e-Vita aan de overlastcoördinator.

Informeren omwonendenDe overlastcoördinator informeert – evt. in afstemming

met de woningcorporatie- de bewoners die overlast

ervaren dat er “aan de opheffing van de overlast wordt

gewerkt” of “de overlast is verholpen”. De overlastcoör-

dinator zal dus geen concrete acties benoemen die de

privacy van de overlastgever kunnen schenden.

Afstemming over handhavende acties met LZNVanuit de keten woonoverlast worden pas handhavende

of andersoortige acties in gang gezet nadat het LZN om

advies is gevraagd. Wanneer de LZN-coördinator aan-

geeft dat vanuit het kernteam geen oplossingsrichting

kan worden geformuleerd en/of de toeleiding naar zorg

niet het gewenste effect heeft op de overlast, kan de

overlastcoördinator er voor kiezen de stap te zetten naar

de gele/rode kaart. Voor dit traject is het van belang dat

alles vanuit de hulpverlening is gedaan om de persoon

te helpen. Dit is een voorwaarde die de rechter stelt

voordat er overgegaan kan worden tot woningontrui-

ming. Van deze acties dienen alle betrokken partijen

goed dossier te vormen.

Page 29: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

29

Woningontruiming

Bij ontruiming van een woning van volwassenen wordt

dit door de LZN-coördinator kortgesloten met een col-

lega van Vangnet & Advies. Zo mogelijk wordt de over-

lastgever door de LZN-coördinator naar een instelling

voor Maatschappelijke Opvang verwezen (via Centraal

Onthaal). De maatschappelijke opvang kent een Tool-

box Stimulerende maatregelen waarin per leefgebied

instrumenten zijn benoemd die kunnen worden ingezet.

De toolbox bevat instrumenten uit het civiel recht, het

bestuursrecht en het strafrecht, die zijn onder te verde-

len in drang- dwang en stimuleringsmaatregelen. Ze

worden ingezet om de doelgroep van de maatschappe-

lijke opvang te stimuleren om in te stromen op, en door

te stromen naar hun maximale niveau van zelfredzaam-

heid. c.q. te stabiliseren op een bepaald niveau. De in-

strumenten zijn onderverdeeld naar de leefgebieden

huisvesting, inkomen, financiën, sociaal functioneren,

psychisch functioneren, verslaving, lichamelijk functio-

neren, praktisch functioneren en dagbesteding. Het zijn

instrumenten voor cliëntmanagers van zorginstellingen,

klantmanagers, SoZaWe, trajectregisseurs van de GGD

en wijkagenten.

Meldpunt Preventie Huisuitzetting

Het is denkbaar dat een zorgbehoevende ook huur-

schulden heeft. Het Meldpunt Preventie Huisuitzettingen

kan ingeschakeld worden door de woningcorporatie. Dit

meldpunt biedt naast sanering van de schulden ook een

begeleidingstraject.

Lokale teams Huiselijk Geweld

Als er uit de meldingen van de woonoverlast blijkt dat er

mogelijk sprake is van huiselijk geweld kan dit gemeld

worden aan het lokale team Huiselijk Geweld of bij het

ASHG (Advies en Steunpunt Huiselijk Geweld. Het

ASHG is bereikbaar via 010 - 443 84 44.

Per deelgemeente is er een Lokaal Team Huiselijk

Geweld.

In bewaringstelling (IBS)

Inbewaringstelling kan worden gebruikt bij overlast-

gevers met een psychische stoornis of een verslaving,

die een gevaar voor zichzelf of hun omgeving vormen.

De politie neemt voor dit instrument contact op met de

GGD of het Lokale Zorgnetwerk (LZN).

De psychiater stelt een geneeskundige verklaring op,

waarin een stoornis der geestvermogens, gevaar en de

relatie tussen beide wordt beschreven en verzoekt de

burgemeester tot inbewaringstelling (IBS) oftewel een

gedwongen spoedopname in een GGZ-instelling. Ge-

zien de impact van de maatregel zal de psychiater al-

leen een dergelijke verklaring afgeven als de situatie

ernstig is. Binnen 3 dagen na de opname beoordeelt de

rechter of er een acute reden bestaat om de IBS voor

de duur van 3 weken te activeren.

Dit instrument valt onder de Wet Bijzondere opnemin-

gen in psychiatrische ziekenhuizen (Bopz). Deze wet

beschermt mensen die te maken krijgen met gedwon-

gen opname en behandeling in de psychiatrie.

Melder is zorgbehoevendeHet komt ook voor dat de melder van overlast de zorg-

behoevende persoon is. De melder is dan de enige die

meldt en andere bewoners (her)kennen de overlast niet.

Eenzaamheid kan leiden tot de behoefte aan aandacht

en daarmee tot overmatig meldgedrag. Ook kan het zijn

dat er sprake is van werkeloosheid met verveling tot ge-

volg. Daarnaast kan ook overlast ervaren worden die er

objectief gezien niet is. Deze zorgbehoevenden worden

ook gemeld bij de LZN-coördinator, waarbij hetzelfde

traject wordt gelopen als bij overlastgevende zorgbehoe-

venden (behalve dat er geen bewoners hoeven te

worden geïnformeerd).

Page 30: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

30

8. Instrumenten bij het profielwoongenotverstoorder

8.1 Instrumenten (gemeente, publiekrechtelijk)We spreken van een woongenotverstoorder als een be-

woner structureel geluidsoverlast veroorzaakt, zijn tuin

verwaarloost of bijvoorbeeld zorgt voor stankoverlast

door afval of huisdieren. Meldingen van verstoring van

het woongenot zijn soms terug te voeren op een buren-

ruzie of een zorgbehoefte bij de overlastgever. Wanneer

dit uit de analyse blijkt, moet er een ander overlast-

profiel worden gekozen als leidraad voor het plan van

aanpak.

De echte woongenotverstoorder kan het probleem in

principe zelf oplossen, maar moet worden gestimuleerd

om hiervoor verantwoordelijkheid te nemen. De aanpak

van overlastsituaties met dit profiel begint met een ge-

sprek met de overlastgever, waarbij afspraken worden

gemaakt over te ondernemen acties en te bereiken re-

sultaten. Vervolgens moet er op worden toegezien dat

de gemaakte afspraken worden nagekomen. De buren

kunnen hierbij een actieve rol spelen. Wanneer de over-

lastgever er niet in slaagt om het probleem structureel

op te lossen, kan in het uiterste geval een gele of rode

kaart worden uitgereikt.

Het gemeentebestuur beschikt over diverse juridische

instrumenten om overlastgevende situaties vanuit wo-

ningen te bestrijden. Per geval moet een keuze worden

gemaakt voor het juiste instrument. Hierbij zal het be-

voegde bestuursorgaan een afweging van alle belangen

en risico’s moeten maken. Vervolgens kan op een juri-

disch verantwoorde manier worden opgetreden tegen

overlast uit woningen. Uiteraard geldt steeds dat eerst

de minst ingrijpende maatregelen moeten worden be-

proefd. De instrumenten kunnen op zichzelf worden

toegepast, dan wel als onderdeel van een gele en/of

rode kaart. In hoofdstuk 8.3 is de handreiking gele en

rode kaart opgenomen. De volgende instrumenten zijn

beschikbaar.

A. Achterstalling tuinonderhoud, stank van afval of

huisdieren en dergelijke

B Geluidsoverlast (APV en geluidsmeter)

C. Onleefbare woning wegens overtreding bouw-

voorschriften (artikel 97 Woningwet

D. Uithuisplaatsing op basis van de Wet tijdelijk

huisverbod

E. Gebiedsontzegging

F. Toezien op tijdelijke huisvesting van arbeidsmigranten

(Moelanders)

G. Illegale verblijfsinrichtingen (IVI), (dS+V)

H. Aanpak malafide huiseigenaren

I. Hennepkwekerijen (Hennepteam, dS+V)

J. Illegale sexinrichting (directie Veiligheid,)

K. Ernstige verstoring van de openbare orde

(artikel 174a Gemeentewet)

L. Drugs in een woning (artikel 13b Opiumwet)

M. Ontbinden huurovereenkomst na sluiten door

burgemeester

N. Beheer

O. Sluiten woning

A. Achterstalling tuinonderhoud, stank van afval of

huisdieren en dergelijke

Voor het vaststellen van dergelijke overlast is het zaak

om zoveel mogelijk waarnemingen te hebben van zo-

veel mogelijk verschillende partijen. Buurtagenten,

interventieteams en omwonenden kunnen hierbij wor-

den ingeschakeld. Meldingen van dit karakter kunnen

worden doorgezet naar dienst Stedebouw en Volkshuis-

vesting, Toezicht gebouwen.

Als het gaat om vervuiling van tuinen is er een

publicatie beschikbaar: ‘Aanpak verloederde tuinen” van

het ministerie van VROM.

Het college van burgemeester en wethouders kan hand-

haven bij een overtreding van de Bouwverordening of

de Woningwet. De last heeft dan de vorm van een aan-

schrijving. Een aanschrijving richt zich op het bouwwerk

en niet op de mensen die daarin wonen. De eigenaar

kan bijvoorbeeld worden opgedragen onderhoud aan de

woning te plegen, of de woning niet langer te gebruiken

op een manier die in strijd is met de Bouwverordening.

B. Geluidsoverlast

In een grote stad is een zekere mate van geluidshinder

onvermijdelijk. Maar in sommige gevallen kan geluids-

overlast onaanvaardbare vormen aannemen.

Op basis van de APV Rotterdam (artikel 4.1.5) is het

verboden toestellen of geluidsapparaten in werking te

hebben waardoor voor een omwonende of voor de om-

geving geluidhinder wordt veroorzaakt. Daarbij valt te

denken aan:

• het gebruik van bouwmachines, zoals cirkelzagen;

• het toepassen van knalapparatuur om vogels te

verjagen;

Page 31: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

31

• geluidhinder door voer- of vaartuigen; en

• het beoefenen van 'lawaaiige' hobby's.

Bij overtreding van dit artikel geluidsoverlast zal de

politie eerst waarschuwen, dan de geluidsapparatuur in

beslag nemen en een boete opleggen. In sommige

gevallen kan hechtenis volgen (artikel 4.1 APV). De

bevoegheden van de politie komen ook aan de orde in

hoofdstuk 10.2.1.

Om geluidsoverlast vast te stellen kan gebruik worden

gemaakt van de geluidsmeter. De handreiking hiervoor

is te vinden in paragraaf 8.2. De inzet van dit instrument

vraagt om de nodige zorgvuldigheid: de ervaring leert

dat dit door bewoners vaak wordt ervaren als ‘partij kie-

zen’. De bedoeling van deze maatregel moet dus duide-

lijk worden gecommuniceerd, waarbij er op kan worden

gewezen dat de metingen ook tot de conclusie kunnen

leiden dat er objectief gezien geen sprake is van over-

last. Wanneer het een huurwoning betreft en de geluids-

overlast het gevolg is van te lage isolatiewaarden, kan

de verhuurder hier op worden aangesproken. Eventueel

kan het huurteam worden ingeschakeld om een huur-

verlaging te bewerkstelligen. Ook bestaan er wettelijke

mogelijkheden voor de huurder om gevelisolatie af te

dwingen bij de verhuurder als hij bereid is hiervoor een

redelijke huurverhoging te betalen.

C. Onleefbare woning wegens overtreding bouw-

voorschriften (artikel 97 Woningwet)

Op basis van artikel 97 Woningwet kan het college van

burgemeester en wethouders besluiten een gebouw te

sluiten.

Instrument:

Omschrijving:

Wat is er nodig:

Wie doet dit:

Wie beslist erover:

Categorie:

artikel 97 Woningwet

Eigenaar krijgt uiteindelijk een bevel de woning voor een bepaaldeperiode te sluiten.

Dossier waaruit bedreiging van de leefbaarheid of een gevaar voorde veiligheid of de gezondheid door overtreding voorschriften uitde Woningwet blijkt en kans op herhaling.

Burgemeester (advies Directie Veiligheid)

College van burgemeester en wethouders

IV

Page 32: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

32

D. Uithuisplaatsing op basis van de Wet tijdelijk

huisverbod

De burgemeester heeft in het kader van lokale veilig-

heidszorg de bevoegdheid om een huisverbod (in begin-

sel 10 dagen) op te leggen aan diegene van wie een

dreiging van huiselijk geweld uitgaat, of door wiens aan-

wezigheid ernstig en onmiddellijk gevaar voor de veilig-

heid van de personen in de woning dreigt. (Wet tijdelijk

huisverbod, artikel 2).

De maatregel is dus gericht op de (vermeende) dader.

Door deze een tijdelijk huisverbod op te leggen, kan de

rest van het gezin in de woning blijven en hoeft er

minder snel een beroep te worden gedaan op opvang-

voorzieningen.

E. Gebiedsontzegging

Een gebiedsontzegging is een geschikt middel om op te

treden tegen overlast die slechts door één persoon ver-

oorzaakt wordt. De beperking zit erin dat niemand toe-

gang tot zijn éigen woning ontzegt mag worden en is

daardoor alleen toepasbaar als overlastgever niet in de

woning woont. Een voorbeeld van een situatie waarin

gebiedsontzegging kan worden ingezet, is overlast van

junks die zich ophouden in kelderboxen van andere dan

hun eigen woning

Bij overlast door asociaal gedrag (geluidsoverlast,

vervuiling, treiteren) kan aan een overlastgever door de

politie een gebiedsontzegging van maximaal 8 weken

worden opgelegd. Een precieze lijst van strafbare feiten

waar dit verbod voor geldt, staat in de Beleidsregel ge-

biedsontzegging artikel 2.10.1 APV Rotterdam. Na de

eerste constatering van een overtreding wordt een

waarschuwing gegeven. De tweede keer wordt een

gebiedsontzegging opgelegd, die bij elke volgende over-

treding wordt herhaald en dan steeds voor een langere

periode geldt. De maximale duur van een gebiedsont-

zegging is 8 weken. Daarna kan een overtreder op

basis van artikel 6.1 van de APV in combinatie met

artikel 2.10.1 worden gestraft met hechtenis van ten

hoogste drie maanden of een geldboete van de tweede

categorie. Bovendien wordt de uitspraak van de rechter

openbaar gemaakt.

De laatste versie van de Algemene Plaatselijke

Verordening van Rotterdam is te vinden op

www.bds.rotterdam.nl.

F. Toezien op tijdelijke huisvesting van

arbeidsmigranten (Moelanders)

De gemeente Rotterdam ziet ook toe op de tijdelijke

huisvesting van arbeidsmigranten uit Midden- en Oost

Europa (MOE-landers). In een convenant met Rotter-

damse woningcorporaties en een aantal uitzendbureaus

is afgesproken, dat woningcorporaties er op toezien dat

woningen die beschikbaar zijn gesteld voor huisvesting

van MOE-landers zodanog worden bewoond, dat over-

last voor de omgeving wordt voorkomen dan wel tegen-

gegaan. De corporaties kunnen deze

verantwoordelijkheid overdragen aan de uitzendbureaus

door nadere schriftelijke afspraken te maken.

Op grond van een convenant over de uitwisseling van

verblijfsgegevens van MOE-landers, dat is afgeloten

tussen de gemeenten Rotterdam en Den Haag en een

aantal brancheorganisaties voor uitzendbureaus, zijn de

brancheorganisaties verantwoordelijk voor het informe-

ren van bewoners en het toezicht op de huisvesting. Als

de uitzendbureaus zich niet houden aan de regels voor

huisvesting en/of de arbeidsvoorwaarden kunnen zij

worden uitgesloten van het convenant. Vanuit de aan-

pak woonoverlast worden overlastgevende situaties met

MOE-landers zowel doorgegeven aan de gemeentelijke

overlastcoördinator als aan het project Midden- en Oost-

europeanen. Tevens worden vanuit Toezicht Gebouwen

inspecteurs van de IVI-teams ingezet voor opsporing en

beëindiging.

Page 33: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

33

G. Illegale verblijfsinrichtingen (IVI), (dS+V)

Op basis van de Huisvestingsverordening kan het col-

lege besluiten een last onder dwangsom op te leggen

bij overbewoning. Hier is sprake van als er meer men-

sen in de woning wonen dan de Huisvestingsverorde-

ning toestaat. In Rotterdam is dat een veel

gesignaleerde overtreding in het kader van de zoge-

naamde MOE-landerproblematiek: de huisvesting van

tijdelijke arbeidskrachten uit Midden- en Oost Europa.

De eigenaar en/of gebruiker van de woning krijgen een

‘opdracht’ van het gemeentebestuur om een bepaalde

overtreding te voorkomen of ongedaan te maken. De

betrokkenen moeten een dwangsom betalen als zij deze

‘opdracht’ niet uitvoeren.

H. Aanpak malafide huiseigenaren

In de Alijda aanpak worden malafide eigenaren aange-

pakt door met bestrijding hyptheekfraude In de ‘Alijda

aanpak’ werkt een aantal gemeentelijke diensten (dS+V,

SoZaWe, Gemeentebelastingen en Directie Veiligheid)

samen met de politie, het OM, de FIOD en de Belas-

tingsdienst om malafide huiseigenaren aan te pakken.

Overlast vanuit panden van dergelijke eigenaren kan

bijvoorbeeld door verkoop worden opgeheven.

I. Hennepkwekerijen (Hennepteam, dS+V)

Het kweken van hennep in een woning is strijdig met

het bestemmingsplan, de Woningwet en de Bouwveror-

dening. Op grond daarvan kan bij de vondst van een

hennepkwekerij acute bestuursdwang worden toege-

past. De eigenaar wordt dan opgedragen om de kweke-

rij op te ruimen. In Rotterdam is een speciaal team

ingesteld om hennepkwekerijen op te sporen en te

ontmantelen: het hennepteam. De politie, het OM,

woningcorporaties, Eneco, Rijksbelastingdienst en de

gemeente werken hierin samen in de aanpak van

hennepteelt.

J. Illegale sexinrichting (directie Veiligheid)

Indien iemand, die niet ingeschreven staat als bewoner,

een woning gebruikt om zich te prostitueren is er sprake

van een illegale sexinrichting. In samenwerking met de

politie en de GGD, wordt de situatie opgeheven door de

gemeente. Zowel aan de eigenaar van de woning als

aan de overtreder kan dan een last onder dwangsom

worden opgelegd. Ook vanuit de zorg en hulpverlening

wordt inzet gepleegd. Als er signalen zijn van mensen-

handel dan worden deze door de politie (controleteam

prostitutie en mensenhandel) onderzocht.

K Ernstige verstoring van de openbare orde (artikel

174a Gemeentewet)

Bij overlast uit woningen biedt artikel 174a Gemeente-

wet (Wet Victoria) mogelijkheden op te treden tegen

gedragingen in een woning waardoor de openbare orde

rond deze woning

Instrument:

Omschrijving:

Wat is er nodig:

Wie doet dit:

Wie beslist erover:

Categorie:

artikel 174a Gemeentewet

Eigenaar krijgt uiteindelijk een bevel de woning voor een bepaaldeperiode te sluiten.

Dossier waaruit structurele verstoring openbare orde blijkt en nietsander heeft geholpen.

Burgemeester

Burgemeester (advies Directie Veiligheid)

IV

Page 34: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

34

L. Drugs in een woning (artikel 13b Opiumwet)

Artikel 13b Opiumwet geeft de burgemeester de be-

voegdheid tot het sluiten van woningen bij verkoop,

aflevering of verstrekking dan wel aanwezig zijn van

drugs vanuit woningen of lokalen en daarbij behorende

erven.

M. Ontbinden huurovereenkomst na sluiten door

burgemeester

Na een burgemeesterssluiting kan de verhuurder de

huurovereenkomst met de voormalige bewoners ontbin-

den. De wettelijke basis hiervoor is artikel 7:231 van het

Burgerlijk Wetboek. De wijze van ontbinding van de

overeenkomst is vastgelegd in artikel 6:267 BW.

N. Beheer

Een tijdelijke of definitieve sluiting van een (drugs)pand

kan soms onvoldoende zijn om de overlast te beëindi-

gen of de leefbaarheid rond het gesloten pand te

herstellen. Als dit het geval is kan artikel 14 van de

Woningwet worden toegepast. Het college van

burgemeester en wethouders is bevoegd de eigenaar te

verplichten om een andere gebruiker voor het pand aan

te wijzen of het pand in beheer te geven. Aan dit besluit

kunnen voorwaarden worden gesteld, zoals het geschikt

maken voor gebruik van de woning. Mocht er ondanks

de aanwijzingsbevoegdheid geen uitzicht zijn op duur-

zaam herstel van de openbare orde rond de betreffende

woning, dan is de gemeenteraad, op grond van artikel

77 lid 1 sub 7 Onteigeningswet bevoegd om tot

onteigening over te gaan.

Instrument:

Omschrijving:

Wat is er nodig:

Wie doet dit:

Wie beslist erover:

Categorie:

artikel 13b Opiumwet

Eigenaar krijgt uiteindelijk een bevel de woning voor een bepaaldeperiode te sluiten.

Constatering van verkoop, afleveren of verstrekken van drugs.

Burgemeester

Burgemeester (advies Directie Veiligheid)

IV

Page 35: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

35

O. Sluiten woning

Als de overlast aanhoudt na de laatste waarschuwing,

zal de burgemeester (174a Gemeentewet of 13b

Opiumwet) of het college (97 Woningwet) overgaan tot

het geven van een bevel tot sluiting van de woning. Dit

bevel is gericht aan de verantwoordelijke eigenaar. De

procedures voor het verkrijgen van een dergelijk bevel

zijn beschikbaar bij Directie Veiligheid.

In het bevel staat de duur van de sluiting. In beginsel

duurt een sluiting 6 maanden. Na aankondiging van de

sluiting krijgen de bewoners 48 uur de tijd om de woning

zelf te ontruimen. Na het verstrijken van deze termijn

wordt de woning gesloten door het vervangen van het

slot of het plaatsen van een stalen deur. Op basis van

artikel 2.4.1 APV Rotterdam 2008 is het verboden een

gesloten woning te betreden.

De verschillende sluitingsbevoegdheden kennen een

eigen wettelijk kader met criteria voor sluiting. Het

schema op de volgende pagina geeft deze kaders weer.

Zie voor meer informatie de Beleidsregel artikel 174a

Gemeentewet inzake sluiting bij overlast in woningen

2009, Beleidsregel artikel 13b Opiumwet inzake een

woning of lokaal 2009 en Beleidsregel artikel 97

Woningwet inzake sluiting woningen wegens leefbaar-

heid 2009. Deze beleidsregels zijn op te vragen bij

Directie Veiligheid.

Overlastgevende situatie

• verstoring openbare orde

• ernstige vrees voor verstoring van deopenbare orde bij vergelijkbaar pand

• verkoop, afleveren of verstrekken drugs

• bedreiging van de leefbaarheid of een gevaar voorde veiligheid of de gezondheid door overtredingvoorschriften uit de Woningwet en kans op herhaling

Publiekrechtelijke actie:

-> artikel 174a Gemeentewet

-> artikel 174a Gemeentewet

-> artikel 13b Opiumwet

-> artikel 97 Woningwet

Page 36: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

36

8.2 Handreiking inzet geluidsmeterDe geluidsmeter is één van de instrumenten die kan

worden ingezet voor de oplossing van geluidsoverlast.

Het is niet de oplossing voor alle kwalen. Het is daarom

belangrijk om van te voren een aantal vragen te stellen

bij de overweging van de inzet van de geluidsmeter. De

deelgemeentelijke coördinator kan de geluidsmeter

aanvragen bij het Steunpunt Woonoverlast.

De beantwoording van de volgende vragen kan helpen

bij de afweging of de geluidsmeter moet worden

ingezet:

1) zijn er al pogingen ondernomen om in gesprek te

gaan met de overlastgever?

2) Zijn er meerdere meldingen van andere omwonen-

den? Check motivatie van de melder, wat wil melder

bereiken? Is er sprake van blokvorming richting

overlastgever?

3) Is er al buurtbemiddeling geweest? Zijn er al ge-

dragsregels opgesteld waaraan de overlastgever zich

niet houdt?

4) Wat zeggen buurtagent en woningcorporatiebeheer-

der over de melding? Is er sprake van structurele

geluidsoverlast.

5) Is overlastgever bekend bij LZN? Dan is het zinvol om

eerst de begeleiding te organiseren, omdat daarmee

mogelijk de overlast verholpen wordt.

6) Wordt de (mate van) geluidsoverlast ontkend door de

overlastgever?

7) Wat gebeurt er met de resultaten van de geluids-

meting? Alleen als er consequenties zitten aan de

inzet van de geluidsmeter is het zinvol. Bijvoorbeeld:

als er geen bovennormaal geluidsniveau wordt waar-

genomen, dan zal de casus voorlopig gesloten moe-

ten worden. Als er wel bovennormaal geluid wordt

geconstateerd, worden er dan handhavingsinstru-

menten ingezet? Zo ja, welke? Of worden er andere

bijvoorbeeld geluidsisolerende maatregelen genomen

(bv isolatie slaapkamer) of gedragsafspraken

gemaakt?

Randvoorwaarden

Bij de inzet van de geluidsmeter zijn een aantal rand-

voorwaarden belangrijk:

1) Bespreek vooraf met de woningcorporatie/verhuurder

de inzet van de geluidsmeter en maak afspraken over

de consequenties die worden getrokken uit de

mogelijke uitkomsten.

2) Zorg dat overlastgever niet weet dat de geluidsmeter

geplaatst is.

3) Van belang is dat de overlasthebber meewerkt en

goede notities in het logboek maakt.

4) Kies een representatieve periode met bv een

weekend erin en niet in de vakantie.

8.3 Handreiking Gele en rode kaartAls het niet lukt om woonoverlast op te lossen met

praten, afspraken maken en eventueel het bieden van

zorg en begeleiding, moeten de ketenpartners hand-

havend optreden. Deze fase in de aanpak wordt ingeluid

met een gele kaart, zo nodig gevolgd door een rode

kaart. Een rode kaart leidt altijd tot ontruiming en even-

tueel sluiting van de woning. Bij het uitreiken van de

gele kaart moet daarom al duidelijk zijn dat dit juridisch

haalbaar is. De gele en rode kaart zijn generieke maat-

regelen die niet zijn gekoppeld aan een specifiek over-

lastprofiel, maar bij alle profielen ingezet kunnen worden

als de situatie dat vereist. In de gele kaart staan speci-

fieke afspraken of opdrachten die de overlastgever dient

uit te voeren. De gele kaart vormt daarmee de laatste

kans voor de overlastgever om het probleem zelf op te

lossen. Slaagt hij hier binnen de aangegeven termijn

niet in, dan wordt er een rode kaart uitgereikt.

In de gele en rode kaart combineren de ketenpartners

hun afzonderlijke handhavingsinstrumenten in één

krachtig signaal aan de overlastgever dat het nu echt

afgelopen moet zijn. Welke maatregelen onderdeel

uitmaken van de gele en rode kaart is afhankelijk van de

specifieke situatie, zoals de aard van de overlast en de

eigendomssituatie van de woning. De gele en rode

kaart hebben daardoor geen vaste verschijningsvorm.

De maatregelen die hier in kunnen worden verwerkt,

zijn te vinden in hoofdstuk 8.1 Instrumenten gemeente,

publiekrechtelijk en 8.4 Instrumenten privaatrechtelijke.

Waar in de fase van praten en afspraken maken de

focus ligt op de gebruiker van de woning, zal deze bij

Page 37: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

37

handhaving in sommige gevallen verschuiven naar de

eigenaar. Dit is met name aan de orde wanneer de

woning eigendom is van een particulier of commerciële

verhuurder.

Deze handreiking heeft tot doel meer inzicht te geven in

het handelen rondom de gele en rode kaarten. Bijlagen

bij deze handreiking zijn:

A. checklist gele/rode kaart artikel 174a Gemeentewet

B. checklist rode kaart artikel 13b Opiumwet

C. format gele kaart

D. format rode kaart

8.3.A. Handreiking gele kaartDe gele kaart is de laatste waarschuwing om tot het

stoppen van structurele algemene overlast te komen.

Concrete afspraken over het stoppen van de overlast

door de overlastgever worden hierin opgenomen. Als

de overlastgever zich daar niet aan houdt, volgt de uit-

reiking van de rode kaart. Achter de gele en rode kaart

zitten sancties die een juridische grondslag kennen. De

gele kaart wordt alleen uitgereikt, indien er voldoende

dossier is om ook de rode kaart uit te kunnen reiken.

Er zijn 2 juridische grondslagen waarop een gele kaart

kan worden uitgereikt:

Belangrijk is om in onderling overleg eerst af te

stemmen welke weg bewandeld moet en kan worden.

Gele kaart: waarschuwing voor ontbinding huurovereenkomst door woningcorporatie(op grond van het Huurrecht)Gericht aan: huurder (bij woningcorporatiewoningen)Dossiervorming: woningcorporatie (aangevuld met gegevens politie en deelgemeente)Gegevenslevering: deelgemeentelijke coördinatoren vragen rapportage op bij politie en leveren deze

aan de woningcorporatie.Ondertekening: door directeur woningcorporatie

Gele kaart: waarschuwing voor burgemeesterssluiting art 174a Gemeentewet (bijlage A)Gericht aan: Particuliere eigenaar (indien eigenaar = overlastgever).

Eigenaar én huurder (indien huurder = overlastgever) Eigenaar kan ook woning-corporatie zijn, maar dan moet evident duidelijk zijn dat ze niet kan overgaan totontbindingsprocedure (zie hierboven). Bijvoorbeeld i.v.m. het ontbreken vanjuridische mogelijkheden.

Dossiervorming: Overlastcoördinator deelgemeente (aangevuld met gegevens politie en woning-corporatie), woningcorporatie (aangevuld met gegevens van politie endeelgemeente).

Gegevenslevering: deelgemeentelijke coördinatoren vragen rapportage op bij politie.Ondertekening: Door/namens de burgemeester

Afspraken:

• Eigenaar (dus ook woningcorporatie) is in principe de eerst verantwoordelijke om tot ontbinding van de

huurovereenkomst over te gaan, voor zover eigenaar daartoe de mogelijkheden heeft (juridisch gezien).

• Gegevenslevering vanuit politie richting woningcorporatie loopt via overlastcoördinator deelgemeente die

hiertoe gemandateerd is (zie protocol gegevenslevering).

• Woningcorporatie wordt bij een burgemeesterssluiting tijdig geïnformeerd door overlastcoördinator als

het woningcorporatiewoning betreft. Dit betekent, dat er in het voortraject in onderling overleg wordt

besproken welke weg bewandeld gaat worden: traject Huurrecht of bestuursrechtelijke weg.

• Als er sprake is van kinderen en mogelijke zorgbehoevende persoon wordt GGD zo spoedig mogelijk

ingeschakeld (LZN/Dosa-regisseur etc), dan wel de begeleider geïnformeerd.

Page 38: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

38

8.3 B Handreiking Rode kaartHet doel van de rode kaart is het per direct stoppen van de overlastgevende situatie. De rode kaart wordt

meestal uitgereikt na een gele kaart. Uitzondering hierop is bij constatering van handelshoeveelheid

drugs in het pand: direct een rode kaart.

Er zijn 2 juridische grondslagen waarop een rode kaart kan worden uitgereikt:

Rode kaart: ontbinding huurovereenkomst door woningcorporatie op grond van het Huurrecht(na gele kaart)Zie gele kaart. Na vaststelling tot het niet nakomen van de gemaakte afspraken gaat de woning-corporatie over tot het voorleggen van de casus bij de rechter. Voorafgaand aan de ontbinding door derechter of het kort geding tot ontruiming wordt de rode kaart uitgereikt.

Rode kaart: burgemeesterssluiting artikel 174a Gemeentewet na gele kaart (zie ook bijlage a)of artikel 13b Opiumwet (zie ook bijlage bToepassing van burgemeesterssluiting artikel 174a (meestal bij particuliere woningen) na gele kaart/goede waarschuwing. Burgemeesterssluiting artikel 13b vindt plaats bij drugsoverlast gecombineerd methandhaven openbare orde, zowel bij woningcorporatie als particuliere woningen. De sluiting is direct

Zie gele kaart. Na vaststelling tot het niet nakomen van de gemaakte afspraken gaat de burgemeesterover tot het sluiten van het pand. Door middel van een rode kaart wordt het sluitingsbevel aan deeigenaar kenbaar gemaakt. De rode kaart komt op de woning en de overlastgever kan een termijn zijnwoning niet in. De sluiting door de burgemeester maakt een ontbinding van huurcontract (buiten-gerechtelijk) makkelijk voor de eigenaar.

Gericht aan: Particuliere eigenaar (indien eigenaar = overlastgever)Eigenaar (kan ook woningcorporatie zijn) én huurder (= belanghebbende bijbesluit)

Dossiervorming: Deelgemeentecoördinator ism politie (particuliere eigenaar)Deelgemeentecoördinator ism politie en woningcorporatie

Gegevenslevering: door politie aan burgemeesterOndertekening: door burgemeester

Afspraken bij rode kaart:

• Maatschappelijke opvang wordt ingeseind bij het uitreiken van de rode kaart

• Regionale vangnet van de woningcorporatie wordt ingezet.

• Als er sprake is van psycho-sociale problematiek, dan wordt de begeleiding geïnformeerd.

• Eigenaar (dus ook woningcorporatie) is in principe de eerst verantwoordelijke om tot ontbinding van de

huurovereenkomst over te gaan, voor zover dat juridisch mogelijk is.

• Gegevenslevering vanuit politie richting woningcorporatie loopt via overlastcoördinator deelgemeente die

hiertoe gemandateerd is (zie protocol gegevenslevering).

• Woningcorporatie kan tot aan zienswijzegesprek (burgemeesterssluiting 13b) maatregelen nemen om

een sluitingsbevel af te wenden.

• Bij gewijzigde omstandigheden kan burgemeester verzocht worden tot opheffing sluiting: de burgemees-

ter oordeelt of de openbare orde in voldoende mate is hersteld. Hiertoe stuurt de verhuurder/eigenaar

een brief naar de Burgemeester met het verzoek tot opheffing sluiting.

In de brief is opgenomen:

• bevestiging van de beëindiging van de huurovereenkomst met de vorige huurder

• wie de toekomstige bewoner is van het gesloten pand

• welke maatregelen zijn getroffen om verstoring van de openbare orde te voorkomen

Page 39: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

39

8.3 C: Checklist procedure 174a GemeentewetDeze checklist beschrijft de procedure een gele en rode kaart voor sluiting conform 174a Gemeente wet. Voor de

deelgemeentecoördinatoren is met name het onderdeel A “Elementen dossier van belang”. Het dossier wordt door

de voorzitter van de deelgemeente aan-geboden aan de burgemeester. Vervolgens wordt door directie Veiligheid

Handhaving de procedure verder afgewikkeld.

Bij het uitreiken van een gele kaart moet er voldoende dossier zijn om “bij een volgend signaal van overlast” tot

sluiting over te kunnen gaan.

A Elementen dossier

Contactgegevens behandelaar vanuit deelgemeente en vanuit de politie Rotterdam-Rijnmond

Aanbiedingsbrief van de korpsleiding/bestuur deelgemeente

Controle andere handhavingsmaatregelen in relatie tot het pand (Alijda, DS+V, DCMR, politie)

Actuele verblijfplaats bewoner(s) (gegevens gemachtigde bewoner)

Zorgdossier LZN/GGD

Sfeerrapportage van de politie (inclusief pv’s/mutaties)

Kopieën van alle correspondentie deelgemeente met pandeigenaar/bewoner

Klachtenrapportage

Kopieën van de geanonimiseerde klachten

Uittreksel Kadaster over eigendomsverhouding

Uittreksel GBA (bewoners)

B Controleren dossier door DV

Beoordeling dossier op sluitwaardigheid op grond van 174a Gemeentewet

Is er sprake van structureel karakter, verstoring openbare orde, is er voldoende duidelijk gemaakt aan ei-

genaar wat moet veranderen.

Controleren consistentie rapportages met klachten- en actieregistraties

Controleren anonimiseren politierapportages en klachten

Controleren GBA-inschrijvingen op familierelaties (ivm aanschrijvingen)

Pandeigenaar checken in kadaster.

C Melden ontvangst dossier (DV)

Bouw- en Woningtoezicht ivm aanschrijving op grond van Woningwet (contactpersoon I.D. Peeman

(Iman) 010 489 56222)

GGD, ivm opvang verslaafden: [email protected] en [email protected]

ALIJDA (interne post)

D Hoorzitting

Min. 7 werkdagen tussen uitnodiging aan eigenaar en hoorzitting Commissie (DV):

Voorzitter:

Bijzitter:

Lid:

Datum:

Tijd:

Kamer reserveren bij Front Office

Kopiëren dossier/Docloods

Page 40: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

40

E. Uitnodiging en dossier versturen aan: Eigenaar van het pand (“aan de eigenaar van”)

Aangetekend

Per gewone post

Bewoner → incl. kopie van brief aan pandeigenaarPolitie → Geen dossier wel afschrift brief aan pandeigenaar (interne post)Deelgemeente→ Geen dossier wel afschrift brief aan pandeigenaar(i post)

F Burgemeestersbesluit

Verslag hoorzitting

Stukken die bij hoorzitting zijn overlegd

Besluit burgemeester

G Verzenden besluit

Besluit, verslag hoorzitting en kopie overlegde stukken versturen aan:

Eigenaar van het pand

Uitreiken door politie of aangetekend versturen (origineel)

(bij uitreiken door de politie een uitreikformulier opmaken)

Per gewone post (kopie)

Bewoner (per gewone post)

Politie (interne post)

Deelgemeente (interne post)

dS+V, Woningtoezicht t.a.v. de heer I.D. Peeman (interne post)

GGD (interne post)

ALIJDA (interne post)

Andere eventueel betrokken diensten (SoZaWe, Stadsmarinier)

H Effectueren besluit indien sprake is van sluiting of intrekking

Datum en tijd doorgeven aan district/deelgemeente

(indien besluit wordt uitgereikt, eventueel machtiging tot binnentreden regelen)

District/deelgemeente effectueert sluiting van de inrichting

Sluitingsbevel en verslag hoorzitting aan pandeigenaar overhandigen

I Afronding

Opnemen in Bestuurlijke maatregelensysteem

Besluit registreren in doc-loods

(eventueel) Persbericht maken

Checklist procedure 174a Gemeentewet (vervolg)

Page 41: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

41

8.3 D: Checklist procedure 13b OpiumwetDeze checklist beschrijft de procedure voor een rode

kaart voor sluiting conform 13 b Gemeentewet. Voor de

deelgemeentecoördinatoren is met name het onderdeel

A “Elementen dossier van belang”. Het dossier wordt

door de voorzitter van de deelgemeente aangeboden

aan de Vervolgens wordt door directie Veiligheid

Handhaving de procedure verder afgewikkeld.

A Elementen dossier

Contactgegevens behandelaar vanuit deelgemeente en vanuit de politie Rotterdam-Rijnmond

Aanbiedingsbrief van de korpsleiding/bestuur deelgemeente (zie bijlage D voor voorbeeld)

Controle andere handhavingsmaatregelen in relatie tot het pand (Alijda, DS+V, DCMR, politie)

Actuele verblijfplaats bewoner(s) (gegevens gemachtigde bewoner)

Zorgdossier LZN/GGD

Sfeerrapportage van de politie (inclusief pv’s/mutaties over hoeveelheid aangetroffen drugs)

Kopieën van alle correspondentie deelgemeente met pandeigenaar/bewoner

Klachtenrapportage

Kopieën van de geanonimiseerde klachten

Uittreksel Kadaster over eigendomsverhouding

Uittreksel GBA (bewoners)

B Controleren dossier door DV

Beoordelen dossier op sluitwaardigheid/het geven van een waarschuwing

Controleren consistentie rapportages met actie- en klachtenregistraties

Controleren anonimiseren politierapportages en klachten

Controleren GBA-inschrijvingen op familierelaties (ivm aanschrijvingen)

Pandeigenaar checken in kadaster.

C Melden ontvangst dossier (DV)

Bouw- en Woningtoezicht ivm aanschrijving op grond van Woningwet (contactpersoon I.D. Peeman

(Iman) 010 489 56222)

GGD, ivm opvang verslaafden: [email protected] en [email protected]

ALIJDA (interne post)

D Hoorzitting

Min. 7 werkdagen tussen uitnodiging aan eigenaar en hoorzitting Commissie (DV):

Voorzitter:

Bijzitter:

Lid:

Datum:

Tijd:

Kamer reserveren bij Front Office

Kopiëren dossier/Docloods

Page 42: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

42

E. Uitnodiging en dossier versturen aan: Eigenaar van het pand (“aan de eigenaar van”)

Aangetekend

Per gewone post

Bewoner → incl. kopie van brief aan pandeigenaarPolitie → Geen dossier wel afschrift brief aan pandeigenaar (interne post)Deelgemeente→ Geen dossier wel afschrift brief aan pandeigenaar

F Burgemeestersbesluit

Verslag hoorzitting

Stukken die bij hoorzitting zijn overlegd

Besluit burgemeester

G Verzenden besluit

Besluit, verslag hoorzitting en kopie overlegde stukken versturen aan:

Eigenaar van het pand

Uitreiken door politie of aangetekend versturen (origineel)

(bij uitreiken door de politie een uitreikformulier opmaken)

Per gewone post (kopie)

Bewoner (per gewone post)

Politie (interne post)

Deelgemeente (interne post)

dS+V, Woningtoezicht t.a.v. de heer I.D. Peeman (interne post)

GGD (interne post)

ALIJDA (interne post)

Andere eventueel betrokken diensten (SoZaWe, Stadsmarinier)

H Effectueren besluit indien sprake is van sluiting of intrekking

Datum en tijd doorgeven aan district/deelgemeente

(indien besluit wordt uitgereikt, eventueel machtiging tot binnentreden regelen)

District/deelgemeente effectueert sluiting van de inrichting

Sluitingsbevel en verslag hoorzitting aan pandeigenaar overhandigen

I Afronding

Besluit registreren in WKPB bij sluiting

Opnemen in Bestuurlijke maatregelensysteem

Besluit registreren in doc-loods

(eventueel) Persbericht maken

Checklist procedure 13b Opiumwet (vervolg)

Page 43: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

43

8.3 E Format verzoek van deelgemeente totvoornemen bestuurlijke maatregel (Rodekaart)

Dit format kan gebruikt worden door de deelgemeente

om een verzoek tot het voornemen van een bestuurlijke

maatregel. Dit format is gericht op een bestuurlijke

maatregel gericht op drugsoverlast. Hetzelfde format

met aangepaste tekst gericht op woonoverlast kan ook

gebruikt worden voor andere soorten van woonoverlast.

Bezoekadres: adres deelgemeente

Postadres: Postbus xxxx 3000 KP Rotterdam

Website: url deelgemeente

E-mail: e-mailadres deelgemeente

Fax: faxnr deelgemeente

Inlichtingen: naam contactpersoon

Telefoon: telnr contactpersoon

Ons kenmerk: nummer

Aantal bijlagen:

Betreft: Verzoek bestuurlijke sluiting woning adres

wegens ernstige overlast

Geachte heer Aboutaleb,

Hierbij ontvangt u het verslag omtrent stelselmatige overlast afkomstig van pand adres overlastpand te Rotterdam.

De naam straat is gelegen in de wijk naam wijk, van de Gemeente Rotterdam. Het pand is in particuliere eigendom

van naam eigenaar, woonachtig adres eigenaar te Rotterdam (bijlage 3, gerechtigde eigendom.)

Wij verzoeken de burgemeester van Rotterdam maatregelen te treffen om deze stelselmatige overlast, komende uit

dit pand, te stoppen middels een bestuurlijk maatregel.

De Deelgemeente Rotterdam naam deelgemeente van de Gemeente Rotterdam

Informatie over de wijk (samenstelling bevolking, overlast in wijk, veiligheid in wijk)

Problematiek gerelateerd aan drugoverlast in regio Rotterdam

In de gemeente Rotterdam zijn drugsrunners en drugsdealers actief die bemiddelen op geregelde tijdstippen en

op bepaalde plaatsen of routes bij de aankoop van harddrugs. Het bemiddelen bestaat voornamelijk uit ter plaatse

verkopen van drugs en het brengen van ter plaatse onbekende drugsgebruikers, ook bekend als drugstoeristen,

naar panden en/of drugsdealers, waar op dat moment in drugs wordt gehandeld. De drugsrunners en drugsdealers

proberen de aandacht te trekken van passanten en de inzittenden van voertuigen met een buitenlands kenteken.

De drugsrunners en drugsdealers zijn lopend of maken gebruik van een (brom)fiets of auto. Het aandacht trekken

geschiedt op diverse manieren. De overlast van de drugsrunners en drugsdealers bestaat verder uit het ter plaatse

rondhangen, het zich ophouden en ook urineren in de portieken en op trappen naar woningen, het lastig vallen van

passanten en omwonenden, het plegen van verkeersovertredingen, het bevuilen van de omgeving, het plegen van

baldadigheid enzovoort.

Drugsproblematiek in het naam wijk, gelegen in deelgemeente van Rotterdam.

Deelgemeente Rotterdam naam deelgemeente

Burgemeester ing. A. Aboutaleb

d.t.v. Directie Veilig

Postbus 70012

3000 KP Rotterdam

Page 44: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

44

Beschrijving van de drugsproblematiek in de wijk en de aanpak hiervan.

Probleemomschrijving pand naam pand

Specifieke beschrijving van de problemen rondom het pand in kwestie. Uitleg op basis waarvan is vast komen te

staan dat het pand overlastgevend is.

• Welke problemen zijn er.

• Naar aanleiding van welke controle/inval is deze rapportage opgesteld.

• Sfeer weergeven van de gebeurtenissen/verklaringen/omstandigheden tijdens deze controle/inval.

• Beschrijving van het verleden van het pand en de problemen rondom het pand.

• Beschrijving drugsvondst (hoeveelheden)

• Wat is er aangetroffen in de woning.

Sluiting woning

Wat is de huidige situatie?En wat zijn de afspraken tussen deelgemeente, politie en pandeigenaar.

Omdat de aanwezigheid van een dealpand binnen de gemeente Rotterdam onacceptabel is en de eigenaar van

de woning heeft aangegeven geen maatregelen te (kunnen) nemen, verzoeken wij u om vanuit uw functie als

Burgemeester een bestuurlijke maatregel op te leggen, te weten een sluiting van de woning op grond van

art. 13b van de Opiumwet.

Met vriendelijke groeten,

Het Dagelijks Bestuur van de Deelgemeente Rotterdam naam deelgemeente

De secretaris, De voorzitter,

Naam secretaris naam voorzitter

Bijlagen:

1. Politiemutaties en –rapporten

2. kadastrale gegevenspand

cc: naam stadsmarinier, stadsmarinier

Page 45: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

45

8.3 F: Format van de gele kaart in bestuursrechtelijk traject

Geachte [heer/mevrouw achternaam],

Hierbij ontvangt u een GELE KAART in verband met de door u veroorzaakte woonoverlast.

(Geef een omschrijving van de woonoverlast en welke regels er overtreden zijn.)Van de deelgemeente heb ik begrepen dat de volgende feiten zijn geconstateerd. [feitencompilatie]

(Geef aan of de overlastgever wordt uitgenodigd voor een zienswijzengesprek.)Ik nodig u (en de eigenaar) uit de situatie te bespreken. U wordt op [datum] verwacht op het stadhuis van degemeente [invullen] te Rotterdam. Het gesprek zal gevoerd worden met [invullen].

(Geef aan wat er dient te gebeuren om de woonoverlast op te heffen.)Ik ben van mening dat door deze activiteiten de openbare orde wordt aangetast. Ik wil u er nadrukkelijk op wijzen dateen situatie als deze niet wordt getolereerd. U als bewoner draagt hiervoor de volledige verantwoordelijkheid. U dienter dan ook met onmiddellijke ingang voor zorg te dragen dat ten aanzien van uw pand een woon- en leefsituatie ont-staat waarvan buurtbewoners geen overlast ervaren.

(Geef een termijn (een maand) waarbinnen de zaken in orde moeten zijn.)Binnen de gemeente Rotterdam en de deelgemeente (…) wordt woonoverlast in samenspraak met de politie,wooncorporaties effectief bestreden. Woonoverlast vanuit panden tast de leefbaarheid voor de omwonenden en deveiligheid in een buurt zeer ernstig aan. Ik vind dat woonoverlast niet thuishoort in een prettige woon- en leefsituatie.U wordt geacht onmiddellijk met de overlast te stoppen.

(Geef aan wat er gebeurd na overschrijding van de termijn.)Indien blijkt dat zich ondanks uw inspanningen soortgelijke feiten herhalen en/of buurtbewoners klagen overoverlast, zal ik niet schromen een RODE KAART uit te reiken.• Of de RODE KAART betreft sluiting van uw woning.

Voor vragen kunt u contact opnemen met [naam behandeld ambtenaar].

Hoogachtend,

De burgemeester van Rotterdam,

Ing. A. Aboutaleb

Evt. mede ondertekend door directeur Woningcorporatie

Kopie aan:• Politie Rotterdam-Rijnmond,• Het dagelijks bestuur van de deelgemeente [invullen],• corporatie igv pandeigenaar• Evt. eigenaar woning• LZN

AANTEKENEN

Gericht aan huurder én de eigenaar/woningcorporatie

[de heer/mevrouw achternaam][straat en huisnummer][postcode] ROTTERDAM

Datum: sector: ons kenmerk:[dag/maand/jaar] Woonoverlast [jaar/nummer]behandelend ambtenaar: e-mail: betreft:[naam] [e-mail adres] GELE KAART

Page 46: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

46

8.3 G: Format van de RODE KAART artikel 13b

Ing. A. AboutalebBurgemeester

Bezoekadres:Postadres:

Website:E-mail:Fax:Inlichtingen:Telefoon:

Ons kenmerk:Betreft:

Datum:

AANTEKENENde heer/mevrouw achternaam][straat en huisnummer][postcode] ROTTERDAM

Gericht aan eigenaar/woningcorporatie.Igv woningcorporatie gericht aan regiodirecteurwaar overlastadres zich bevindt.

Geachte heer/mevrouw naam eigenaar,

Bijgaand treft u aan het bevel tot sluiting van de woning gevestigd aan de (straatnaam) te Rotterdam op grond van(wetsartikel) voor de duur van (aantal) maanden. Het bevel tot sluiting van de woning is gebaseerd op het zienswij-zengesprek van (datum), alsmede verzoek van de Deelgemeente Rotterdam (naam deelgemeente) van (datum ver-zoek) en het daarbij gevoegde rapport van de regiopolitie Rotterdam-Rijnmond van (datum rapport). Deze stukkenzijn u in het kader van het zienswijzengesprek reeds toegezonden.

1. Politierapportage (datum)Uit de rapportage van de politie komt het volgende naar voren:••Hier wordt verwezen naar de overlast die uit de rapportage van de politie naar voren komt. Dit gebeurd door middelvan een opsomming.

2. Zienswijzengesprek en schriftelijke aanvulling (datum zienswijzengesprek)Op (datum) heeft een zienswijzengesprek plaatsgevonden. Tijdens het zienswijzen¬gesprek bent u in de gelegen-heid gesteld uw zienswijzen te geven ten aanzien van de politierapportage en mijn voornemen om een bestuurlijkemaatregel te nemen. U was hierbij aanwezig/ Belanghebbende was niet in staat hierbij aanwezig te zijn. Het verslagvan het zienswijzen gesprek wordt hierbij als herhaald en ingelast beschouwd en is als bijlage aan deze brief ge-voegd.

3. OverwegingenOp basis van de politierapportage (datum) en het zienswijzengesprek stel ik vast dat er op (datum constateringovertreding)

Hier wordt vooral ingegaan op de overweging(en) voor het opleggen van een sluiting en wordt verwezen naar deconstatering(en).

Gelet op de gevolgen voor de leefbaarheid van de woonomgeving die overlast met zich mee kan brengen neem ikdeze gebeurtenis hoog op. Drugsgerelateerde overlast ten aanzien van een woning versterkt de onveiligheidsgevoe-lens van direct omwonenden en passanten en tast de openbare orde in de omgeving van uw pand op onacceptabelewijze aan. Daar komt bij dat de wijk (naam wijk), waar de (straatnaam) is gelegen, al geruime tijd ernstig onder drukstaat van drugsgerelateerde overlast. Om deze drugsgerelateerde problematiek aan te pakken en daarmee de over-last voor bewoners en ondernemers te verminderen is door mij een fors aantal extra maatregelen genomen. De han-delwijze van uw huurder van de (straatnaam) houdt echter de drugsinfrastructuur in stand en doorkruist daarmeemijn beleid en ingezette maatregelen.

Page 47: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

47

Tijdens het zienswijzengesprek…………….. Hier wordt aangegeven wat de pandeigenaar en/of bewoner tijdens hetzienswijzengesprek heeft aangebracht.

De openbare orde is ernstig aangetast. Op basis van de feiten is voldoende aannemelijk dat sprake is van een situatiezoals bedoeld in artikel 2 van de Opiumwet en acht ik voldoende gronden aanwezig om tot sluiting over te gaan. Enkelhet feit dat een hoeveelheid drugs is aangetroffen welke de gebruikershoeveelheid overschrijdt, is voldoende aanlei-ding om een maatregel te treffen op grond van artikel 13b van de Opiumwet. Uit vaste jurisprudentie van de afdelingbestuursrechtspraak van de Raad van State volgt dat bij een situatie als bedoeld in artikel 13b Opiumwet de openbareorde en het leefklimaat zonder meer in het geding zijn.

Uit de aan mij voorgelegde politierapportage en het zienswijzengesprek is voor mij voldoende aannemelijk gewordendat vanuit de woning (straatnaam) harddrugs………. Hier wordt ingegaan op de aannemelijkheid van de overlast enverwezen naar verschillende constateringen.

Op grond van artikel 13b Opiumwet ben ik bevoegd tot toepassing van een last onder bestuursdwang indien in wonin-gen of lokalen, dan wel in of bij woningen of zodanige lokalen behorende erven een middel als bedoeld in lijst I of IIwordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is. Nu de openbare orde is aangetast acht ik hetnoodzakelijk gebruik te maken van mijn bevoegdheid ex artikel 13b Opiumwet om de openbare orde en het woon- enleefklimaat te herstellen en de loop uit de drugswoning te halen.

Mijn openbare orde-maatregel laat uw eigen verantwoordelijkheid als eigenaar onverlet. Drugsoverlast die al enigejaren in mindere of meerdere mate aan de orde is vergt een actief optreden van u als pandeigenaar en van mij omde openbare orde te herstellen. Helaas heeft u deze verantwoordelijkheid niet genomen. U heeft als eigenaar tegen-over de politie verklaard………………..Nu u als verhuurder nalaat die maatregelen te nemen om de openbare orde teherstellen zal ik mijn verantwoordelijkheid nemen.

4. ConclusieGezien het bovenstaande ben ik van oordeel dat voldoende is komen vast te staan dat in uw woning een handelshoe-veelheid verdovende middelen is aangetroffen. Op grond van artikel 13b Opiumwet zie ik mij genoodzaakt gebruik temaken van mijn bevoegdheden en het gedeelte van uw woning voor de duur van (aantal) maanden te sluiten. Over-eenkomstig de bepalingen in het handhavingsbeleid kan ik, om de openbare orde en het woon- en leefklimaat in deomgeving van uw woning te herstellen, een sluiting voor de duur van (aantal) maanden bevelen. Op grond van de om-standigheden ben ik van oordeel dat een sluiting voor de duur van (aantal) maanden hier passend is.

Nu een gedeelte van de woning wordt gesloten is sprake van bestuursdwang waarbij een begunstigingstermijn aan deorde is. Deze redelijke doch zeer korte termijn is bedoeld om u in de gelegenheid te stellen de tenuitvoerlegging vanbestuursdwang te voorkomen, door zelf maatregelen te nemen.U krijgt hiervoor (begunstigingstermijn)Sluiting betekent dat het verboden is om in de woning bezoekers toe te laten dan wel daar in te laten verblijven. Dewoning dient vanaf (datum) voor een periode van (aantal maanden) gesloten te blijven.

Slechts indien later bekend geworden feiten en omstandigheden hiertoe aanleiding geven en voldoende garantiesaanwezig zijn dat herhaling is uitgesloten, kan een verzoek worden ingediend om tussentijds de sluiting op te heffen.

De burgemeester van Rotterdam,

Ing. A. Aboutaleb,

Bijlagen:- Verslag van het zienswijzengesprek, (datum);- Besluit

Kopie aan:

Verwijzing naar bezwaarmogelijkheid wordt op volgende pagina geplaatst.

• Politie Rotterdam-Rijnmond,• Directie Veiligheid, postbus 70012, 3000 KP Rotterdam• eigenaar woning

• LZN• GGD• ALIJDA

Page 48: Lage resolutie PDF · 1 Inhoud 1.Doelvandeaanpakwoonoverlast 1.1.Woonoverlasteninstrumenten 1.2.Deopbouwvandegereedschapskist 1.3 DestappenindeaanpakWoonoverlast 1.4 Waarvindikdeinstrumenten?

48

DE BURGEMEESTER VAN ROTTERDAM

Gezien de rapportage van (datum) van de regiopolitie Rotterdam-Rijnmond en de daarbij gevoegde ambtsberichten,

alsmede het verhandelde op 4 mei 2010;

overwegende:

- dat de in de bijgaande brief vervatte overwegingen hier als herhaald en ingelast dienen te worden beschouwd;

- dat door de vastgestelde feiten voldoende aannemelijk is dat in het pand gevestigd aan de straatnaam verkoop,

aflevering en verstrekking van middelen als bedoeld in artikel 2 van de Opiumwet heeft plaatsgevonden of daartoe

aanwezig zijn geweest;

- dat de drugsgerelateerde overlast gerelateerd aan dit pand al een geruime tijd, in ieder geval vanaf periode is

geconstateerd;

- dat daarmee de openbare orde en het woon- en leefklimaat in en in de omgeving van de woning op ernstige wijze

zijn aangetast;

- de maatregel noodzakelijk is om de loop uit het pand te halen.

concluderende:

dat het hem hiermede noodzakelijk voorkomt toepassing te geven aan zijn bevoegdheid ex artikel 13b van de

Opiumwet tot het toepassen van bestuursdwang;

BEVEELT:

de sluiting van woning adres gevestigd te Rotterdam, voor de duur van nader in te vullen vanaf nader in te

vullen.

De burgemeester van Rotterdam,

Ing. A. Aboutaleb

Algemene bekendmaking geschiedt door het aanbrengen van een (verkort) afschrift van dit bevel tot

sluiting aan de toegangsdeur van de genoemde woning.

Belanghebbenden, waartoe u in elk geval kunt worden gerekend, kunnen tegen dit besluit binnen zes

weken na de datum van verzending ervan een bezwaarschrift indienen bij de burgemeester. Dit bezwaar-

schrift moet ondertekend zijn en bevat ten minste de gronden van het bezwaar, de naam en het adres van

de indiener, de dagtekening en een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt. Het is

wenselijk tevens een kopie van dit besluit mee te zenden.

Het bezwaarschrift moet worden gezonden naar: de Burgemeester van Rotterdam, t.a.v.

de Algemene Bezwaarschriftencommissie, postbus 1011, 3000 BA ROTTERDAM.

Faxnummer Algemene Bezwaarschriftencommissie: 010 – 267630.