Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM Nummer 8

64
Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM Nummer 8 1 juli 2012 Kwartaaloverzicht 8.indd 1 05-07-12 12:20

Transcript of Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM Nummer 8

Kwartaalbericht

Almere 2.0 en RRAAM

Nummer 81 juli 2012

Kwartaaloverzicht 8.indd 1 05-07-12 12:20

Utrecht

Gooistreek

AlmereAmsterdam

Groene Hart

Blauwe Hart

IJmeer

Waterland

Kwartaaloverzicht 8.indd 2 05-07-12 12:20

Utrecht

Gooistreek

AlmereAmsterdam

Groene Hart

Blauwe Hart

IJmeer

Waterland

Kwartaaloverzicht 8.indd 1 05-07-12 12:20

Kwartaaloverzicht 8.indd 2 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 03

Met het vaststellen van de RAAM-brief (d.d. 6 november 2009) door het Rijk en de ondertekening

van het Integraal Afspraken Kader Almere (IAK) op 29 januari 2010, is de ‘Schaalsprong Almere’ in

een nieuwe fase beland. De RAAM-brief beschrijft de rijksambitie voor de Noordelijke Randstad. Hierin

is een strategische positie voorzien voor een doorgroei van Almere. Het IAK bevat de wederkerige

afspraken tussen Rijk, provincie en de gemeente voor deze doorgroei. Onder de noemer ‘Almere 2.0’

wordt gewerkt aan de uitvoering van de IAK afspraken. Deze hebben betrekking op een veelvoud van

terreinen. Hiermee wordt de basis gelegd voor de groei van de stad in de komende twintig à dertig jaar.

Juist omdat de uitwerking van het IAK verstrekkende gevolgen heeft voor het toekomstige Almere, hecht

het College van Burgemeester en Wethouders aan goede informatievoorziening van dit omvattende

project. In deze rapportage treft u informatie over de feitelijke voortgang van de uitwerking van het

IAK in het tweede kwartaal van 2012. Deze informatie heeft betrekking op de gebiedsontwikkelingen

(werkmaatschappijen) en de thematische ontwikkelingen. Ook wordt ingegaan op de voortgang van de

samenhangende regionale projecten van de RAAM-brief.

Voor eventuele vragen kunt u contact opnemen met de programmadirectie Almere 2.0,

via [email protected].

Introductie

Kwartaaloverzicht 8.indd 3 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 04

1 Aan het woord: Maarten van Poelgeest

Volgens planning verschijnt de Rijksstructuurvisie RRAAM eind 2012. Het is het resultaat van een geza-

menlijke zoektocht van het rijk en de regio naar oplossingen voor de noodzakelijke groei van Almere.

Een zoektocht naar hoe een kwalitatieve en kwantitatieve sprong gemaakt kan worden die ook op de

lange termijn ervoor zorgt dat Almere een leefbare en aantrekkelijke stad is. Het is een discussie die

vooruitzien vergt. Want nu al moeten we besluiten nemen over de verre toekomst. Dat is niet altijd even

makkelijk in deze tijd van crisis. Maar de besluiten die we nu nemen bepalen straks hoe de oostkant van

de Metropoolregio Amsterdam eruit zal zien. Het maakt de beslissing die de minister neemt op basis van

de Rijksstructuurvisie RRAAM van groot belang. Niet alleen voor de toekomst van Almere, maar voor die

van de hele Metropoolregio Amsterdam.

Uit alle onderzoeken blijkt dat de trek naar onze regio onverminderd groot blijft. Hoewel de bevolking in

delen van ons land fors krimpt komen er nog steeds 1.000 mensen per maand bij in Amsterdam. Deze

mensen zijn de werknemers van nu en van straks, en daarmee vormen zij de economische motor van

onze regio en van ons land. De woningbouwopgave voor onze regio is dus enorm. In de komende dertig

jaar moeten we meer dan 300.000 woningen zien toe te voegen in de Metropoolregio Amsterdam.

De groeiopgave Almere speelt daar een cruciale rol in.

Een groot deel van de nieuwe aanwas in onze regio wil wonen in aantrekkelijke wijken in leefbare steden.

In zowel de structuurvisie van Amsterdam als van Almere wordt vorm gegeven aan hoe voor een groot

deel in deze opgave kan worden voorzien. Amsterdam heeft de ambitie om (netto) 70.000 woningen tot

2040 toe te voegen aan haar huidige woningvoorraad binnen de stad. Almere heeft de ambitie 60.000

nieuwe woningen toe te voegen, zoveel mogelijk in de bestaande stad en in de nabijheid van Amsterdam

aan de westkant van Almere.

Met de keuze voor een westwaartse verstedelijking van Almere maken we een nieuw waterfront in het

oostelijk deel van de Metropoolregio. Aansluitend op de verstedelijking langs de IJ-oevers in Zaanstad

en Amsterdam. Hiermee ontstaan aantrekkelijke stadswijken aan het water in Almere Poort en Pampus.

Langs water dat Almere verbindt met Amsterdam. Deze nieuwe stadswijken zullen een belangrijke bij-

drage leveren aan de ontwikkeling van het regionaal vestigingsmilieu en daarmee aan onze internationale

concurrentiepositie in de strijd tussen stedelijke regio’s binnen Europa.

Kwartaaloverzicht 8.indd 4 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 05

De besluitvorming dwingt ons om de komende tijd al nadrukkelijk een beeld te vormen over hoe we in

het licht van de regionale opgave de verstedelijking van Almere zien. Dat betekent het creëren van nieuw

stedelijk gebied in Almere dat compact en nauw verweven is met het bestaande stedelijke gebied binnen

de Metropoolregio Amsterdam. Amsterdam streeft nadrukkelijk naar een sterke Metropoolregio. Dat kan

niet zonder een sterk Almere.

Maarten van Poelgeest,

Wethouder gemeente Amsterdam

Kwartaaloverzicht 8.indd 5 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 06

In afgelopen kwartaal zijn de laatste inhoudelijke deelproducten uit het IAK afgerond. Samen met de eerder

afgeronde producten liggen hiermee alle inhoudelijke bouwstenen klaar als onderlegger voor de Rijksstruc-

tuurvisie. Deze wordt in de tweede helft van 2012 opgesteld. In deze visie wordt het toekomstperspectief

voor RRAAM geschetst. Hierin zal worden aangegeven op welke wijze de internationale kracht van de Noor-

delijke Randstad optimaal kan worden versterkt middels een drievoudige ambitie waaronder de ontwikkeling

van Almere als een ecologische, sociaal en economisch duurzame stad.

Om tot de juiste keuzes in de Rijksstructuurvisie te komen, wordt van 1 juli 2012 tot 7 september 2012

een consultatie gehouden. Overheden, maatschappelijke organisaties, marktpartijen en inwoners worden

uitgenodigd om hun zienswijze te geven over de gewenste ontwikkelingsrichting. In deze consultatieperiode

staan de onderzochte alternatieven en de effecten daarvan centraal. De verschillende alternatieven leiden tot

een andere ontwikkeling van Almere:

– Almere als stad, die een samenhangend onderdeel vormt met de regio via de IJmeerlijn als een tweede

verbindingslijn (IJmeeralternatief & Zuidelijk Tracé)

of

– Almere als een op zich zelfstaande stad die met een enkele verbinding via de Hollandse brug is

verbonden met de Amsterdamse regio (Hollandse Brug alternatief).

De gemeente Almere is positief over het feit dat het consultatiedocument en de onderzoeksresultaten

beschikbaar zijn.

2 Bestuurlijke ontwikkelingen

Kwartaaloverzicht 8.indd 6 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 07

Adri Duivesteijn – Wethouder Duurzame Ruimtelijke Ontwikkeling Almere

Nu kunnen wij de ontwikkelingsrichting van Almere bepalen. Daarbij gaat het primair om de vraag hoe Almere zich in de komende decennia zal ontwikke-len. Welk verstedelijkingsmodel kies je? Wordt Almere écht onderdeel van de Metropoolregio Amsterdam en daarmee een complete stad, of wordt ervoor ge-kozen om de westkant van Almere als suburbaan woongebied te ontwikkelen?

Stuurgroep RRAAM

Op 21 juni vond in het stadhuis van Hilversum de Stuurgroep RRAAM plaats. De vertegenwoordigers van

het rijk en de regionale bestuurders hebben de eindproducten van de werkmaatschappijen Amsterdam

Almere en Almere Centrum Weerwater alsmede de IAK thema´s sport, cultuur en duurzaamheid vastge-

steld.

Het hoofdgerecht van de bijeenkomst was de bespreking van het afwegingskader (MKBA, MER,

Beoordelingskader) en het consultatiedocument. In dit laatste document staat de opgave van RRAAM

beschreven (versterken van de internationale concurrentiepositie van de Noordelijke Randstad middels

een drievoudige ambitie) alsmede de drie kansrijke oplossingsrichtingen (Hollandse Brug alternatief,

Zuidelijk Tracé en IJmeeralternatief).

Het afwegingskader brengt de verschillen in effecten tussen de alternatieven is beeld. Deze effecten

worden afgezet ten opzichte van een nulalternatief met 60.000 woningen in Almere en een bereikbaar-

heidspakket OV SAAL (korte termijn en middellange termijn). Naast de afwijkingen in milieuaspecten en

de financiële verschillen tussen de drie planalternatieven vertegenwoordigen de alternatieven verschil-

lende ontwikkelingsperspectieven voor de Noordelijke Randstad en de stad Almere. Er is geconcludeerd

dat het kba saldo van de IJmeerverbinding substantieel is verbeterd ten opzichte van 2009.

“”

Kwartaaloverzicht 8.indd 7 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 08

In de stuurgroep RRAAM is de afspraak gemaakt dat naast de technische analyse van beoordelings-

kader, MER en MKBA in de discussie tijdens de consultatie recht moet worden gedaan aan de regio-

nale schaal en de betekenis van de verschillende verstedelijkingsmodellen voor de stad en de regio:

Hoe wordt tegen de stad aangekeken gegeven de verschillende bereikbaarheidsprofielen, inclusief de

kwalitatieve woningvraag en bijv. het effect op het Daily Urban System. De vraag is welk model het beste

bijdraagt aan de doelstellingen van RRAAM: het versterken van de concurrentiekracht van de regio mid-

dels onder andere een duurzame ontwikkeling van Almere.

Tijdens de consultatiefase zullen de meningen over drie alternatieven worden gevraagd van de regionale

overheden, maatschappelijke organisaties, marktpartijen en inwoners.

Gelijktijdig zal tijdens de consultatiefase zal worden gekeken of nog optimalisaties van de plannen moge-

lijk zijn. Ook zullen bijeenkomsten met experts op gebied van metropoolvorming worden georganiseerd

om hun oordeel te krijgen over de verschillende verstedelijkingsmodellen in relatie tot de doelstellingen

van RRAAM. De provincie heeft aandacht gevraagd voor het onderzoek naar de gewenste woonkwaliteit.

In september zullen de reacties uit de consultatiefase worden gebundeld in een Oogstdocument. In het

najaar wordt de concept Rijksstructuurvisie opgesteld, waarbij het Rijk in het Oogstdocument zal aange-

ven wat er met de reacties gedaan is. Het is waarschijnlijk dat een nieuw kabinet deze zal vaststellen.

Tot slot werd in de stuurgroep aangegeven dat in het Lenteakkoord € 120 miljoen is gereserveerd voor

natuurprojecten. Dit budget moet in 2013 besteed worden. Hiervoor kunnen eventueel ook RRAAM

gerelateerde projecten in aanmerking komen. Er werd onder meer gedacht aan Markermeer / IJmeer.

Kwartaaloverzicht 8.indd 8 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 09

Observatie Wim Meijer

Op verzoek van de Tweede Kamer heeft ambassadeur Wim Meijer op 7 juni een observatie over de

stand van zaken bij RRAAM opgesteld. Directe aanleiding was het Algemeen Overleg op 28 juni over het

groot project. In de observatie vraagt Wim Meijer aandacht voor de volgende punten:

– RAAM is onvermijdelijk en noodzakelijk: de noordelijke Randstad is de economische motor van het

land. Dit trekt nieuwe mensen en economische activiteiten aan. De opgave voor de overheden is om

deze onafwendbare aantrekkingskracht van de regio zo goed mogelijk te faciliteren;

– De bestaande stad van Almere is de motor voor Almere 2.0. De actieve organisaties in Almere

zullen een belangrijke drager en aanjager zijn voor de toekomstige ontwikkelingen. Deze organisaties

zullen op intensieve wijze betrokken moeten worden en blijven bij de ontwikkeling van de stad. Hun

draagvlak en inzet is onmisbaar om van Almere 2.0 een succes te maken.

– Resultaten van de werkmaatschappijen. In de RAAMbrief is opdracht gegeven om de westelijke

ontwikkeling van Almere met IJmeerlijn te optimaliseren. In de afgelopen twee jaar zijn indrukwek-

kende resultaten behaald als gevolg van het inschakelen van marktpartijen. De IJmeerlijn is – met

versterking van de kwaliteit – ruim twee miljard euro geoptimaliseerd. Tevens zijn de kosten van

de gebiedsontwikkeling met een miljard gereduceerd. Tot slot wordt een substantiële optimalisatie

verwacht door de marktuitvraag voor de natuurmaatregelen in het Markermeer / IJmeer.

– Hollandse Brug alternatief: Dit is een principieel ander verstedelijkingsmodel ten opzichte van het

geschetste toekomstperspectief in de RAAMbrief. Dit alternatief is door het rijk uitgewerkt. Dit wijkt

af van de andere gebiedsontwikkelingen, die allen het gezamenlijk product zijn van rijk en regio. Het

heeft andere effecten op de ontwikkeling van de stad en de regio. Wim Meijer adviseert om alleen

met dit alternatief door te gaan als dit op voldoende draagvlak kan rekenen bij de gemeente Almere.

Kwartaaloverzicht 8.indd 9 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 10

Tweede Kamer: Algemeen Overleg RRAAM

De voortgangsrapportage RRAAM stond donderdag 28 juni op de agenda van het Algemeen Overleg.

In dit overleg wees de VVD op de goede ontwikkelingen bij het project RRAAM en met name de besparin-

gen die zijn gerealiseerd door onder meer de inzet van de marktpartijen. De VVD is positief over de plannen

voor de groei van Almere en de IJmeerlijn. Gezien het succes van de inzet van de markt hield de VVD een

pleidooi om in de toekomst standaard een ‘marktuitvraagtoets’ bij projecten uit te voeren. De marktuitvraag

levert namelijk betere oplossingen voor minder geld.

De PVDA sprak haar zorg uit ten aanzien van het perspectief behorende bij RRAAM. RRAAM lijkt gaande-

weg zich te versmallen tot een woningbouwopgave, maar het startpunt was een rijksopgave om de con-

currentiepositie van de Noordelijke Randstad te versterken. Dit is meer dan woningbouw. De minister wordt

gevraagd of zij dit brede perspectief wil bewaken. Hiernaast vanuit de PVDA aandacht voor de beloofde

verbetering (motie Wiegman) van de MKBA-systematiek.

Dit punt werd direct overgenomen door de CU. Ook deze partij kijkt uit naar de beloofde verbetering van de

MKBA systematiek. En de inzet hiervan bij RRAAM. Wanneer komen de resultaten van het MKBA congres

en de bijbehorende voorstellen naar de Kamer? Ook de CU ziet RRAAM als veel meer dan een woning-

bouwopgave. Tot slot vroeg de CU naar de voorgestelde rijksbezuiniging op cultuur in Almere. De rijksbij-

drage gaat in de nieuwe voorstellen van 3 naar 0 euro. Dit staat op gespannen voet met de verdubbeling

van de stad.

In haar reactie gaf Minister Schultz van Haegen aan dat het geenszins de bedoeling is om RRAAM te

versmallen tot een woningbouwopgave. Het gaat om een integrale opgave die erop gericht is om de

concurrentiepositie van de Noordelijke Randstad te versterken. De opgave gaat bijvoorbeeld ook over

natuurontwikkeling. Hiertoe werken Rijk en regio eendrachtig samen. Mogelijk kan de indruk van versmalling

nu worden opgeroepen als gevolg van de planfase. Er wordt nu voorgesorteerd op keuzen. Het gaat echter

om een meervoudige ambitie.

Kwartaaloverzicht 8.indd 10 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 11

Met betrekking tot de MKBA-systematiek lichtte de minister toe dat er een ontwikkelagenda is opgesteld

om te komen tot nieuwe meetmethoden en manieren van waarderen. Op RRAAM zullen deze ver-

nieuwingen – zover nu beschikbaar – worden toegepast. Het integraal beoordelingskader van RRAAM gaat

verder dan de oude systematiek. Hierin worden ook niet in geld te waarderen producten meegenomen.

Eind 2012 worden alle producten van de MKBA ontwikkelagenda opgeleverd en aan de Tweede Kamer

gestuurd.

Kwartaaloverzicht 8.indd 11 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 12

Vier jaar lang heb ik mogen werken aan de groeiplannen voor Almere en met name aan de afspraken

die daarover moeten worden gemaakt. In die vier jaar heb ik ervaren dat Almere een uniek stukje van

Nederland is. Mensen buiten, en soms zelfs in Almere, maken wel eens gewag van het gebrek aan

identiteit dat Almere parten zou spelen. Maar al heel snel merkte ik dat Almere wel degelijk een plek is

met een zeer afwijkende identiteit van de rest van Nederland. Het was Pinksteren in 2008, toen ik met

mijn fotocamera in Almere Poort stond, toen nog een uitgestrekte savanne met enkele gebouwen erop.

Het was er bedrijvig. De allereerste bewoners waren bezig hun huizen in te richten, maar steeds meer

mensen reden of fietsten eens door het gebied om te kijken wat het werd. Vele verhalen heb ik gehoord,

van mensen die dachten over een volgende stap, of net een bij hun volgende levensfase passende huis

hadden gevonden, of die zo maar benieuwd waren hoe het volgende stuk stad zou worden. Waar de

rest van Nederland vaak sterk gericht lijkt op het behouden van datgene wat er is, is Almere altijd gericht

op de toekomst. Er is ruimte na te denken over nieuwe plannen en over mogelijkheden dingen eens

op een andere manier te doen. Natuurlijk is er discussie en wordt er lering getrokken uit plannen die in

het verleden net iets te ambitieus zijn gebleken. Maar altijd is Almere gericht op de toekomst, gericht op

ontwikkeling en ondernemend. Dat merk je op straat, dat merk je in de gemeenteraad en dat merk je

aan de collega’s van de gemeente. U kunt van mij aannemen dat dat na, twintig jaar in het rijksapparaat,

een verademing was.

Een tweede inzicht dat al snel bij mij doorbrak, is dat de getallen over de voorgenomen groei van de stad

weliswaar indrukwekkend zijn, maar dat de uitdaging vooral ligt in het bouwen aan een stad met kwaliteit,

met diversiteit, een stad waar de bewoners de bouwers zijn. Mijn pinkstermiddag in Poort maakte mij

duidelijk dat die energie in de Almeerders zit. In datzelfde jaar werden de eerste successen van het

bouwen in particulier opdrachtgeverschap dat Adri Duivesteijn op grote schaal introduceerde zichtbaar.

Zolang de stad aantrekkelijk blijft, komen hier mensen wonen en worden er bedrijven gesticht. Het was

een mooi moment toen ik de collega’s van het toenmalige departement van VROM enthousiast zag

worden over de mogelijkheid om een Hogschool door Windesheim te stichten in Almere. Windesheim

heeft daarop ingezet. Ze mogen trots zijn op het resultaat.

Vier jaar in de jongste stad van Nederland

Herman Schartman – Voormalig programmadirecteur Almere 2.0

Kwartaaloverzicht 8.indd 12 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 013

Ook in 2008 brak er een bankencrisis uit die een tijdperk van economisch zwaar weer inluidde. Ik ben

ervan overtuigd dat dit voor de toekomst van Almere in veel opzichten een vermomde zegen zal zijn.

Nu ‘vreemd’ vermogen schaars wordt, zien we dat de kracht van individueel en kleinschalig bouwen veel

groter is dan van de grote projectontwikkelaars. Daar waar ik op de eerste dag nog dacht in 2010 een

alomvattend akkoord te gaan sluiten, is dat steeds meer een stap voor stap benadering geworden.

Dat we de omslag naar een strategie van organische groei en een flexibele planning zouden gaan maken

was al snel duidelijk. We hebben echter steeds meer doorgrond wat dat betekent en hoezeer dat leidt

tot een fundamenteel andere wijze van plannen, financieren en voorbereiden. En niet in de laatste plaats

tot een heel andere overheidsrol. Het is niet toevallig dat juist Almere in deze ontwikkeling de pioniersrol

pakt: het zit in het DNA van de stad. De ambities zijn er niet minder om, maar een gefixeerd en uitgede-

tailleerd eindbeeld past hier niet meer in. Juist niet omdat de stad daarmee het risico loopt van verkeerde

voorinvesteringen en het onvoldoende meenemen van actuele ontwikkelingen en inzichten.

De plannen voor Oosterwold en voor Centrum Weerwater zijn exemplarisch voor deze nieuwe manier van

werken. Terwijl die plannen al op de kortere termijn tot uitvoering leiden, werkt het rijk aan een structuur-

visie die de basis moet leggen voor een directe verbinding met Amsterdam. Op zichzelf heeft die

ontwikkeling nog even tijd, maar het is wel belangrijk dat het rijk de koers van Almere 2.0 onderschrijft.

Samen met het rijk is ook hier een belangrijke vernieuwing gerealiseerd: voor het eerst hebben markt-

partijen mogen nadenken over Nederlandse railinfrastructuur, en dat leidde meteen tot een halvering van

de kosten. Dat werd opmerkelijk genoeg niet zozeer bereikt door hoogdravende technische oplossingen

maar juist door een nuchtere afweging van waar je wel of niet geld insteekt. Ik heb er alle vertrouwen in

dat de rijksoverheid verder zal kijken dan de cijferbrij die nu eenmaal onvermijdelijk is. Dat zij zal kiezen

voor een verbinding die een kwalitatieve groei van Almere en een sterke verankering van de stad in de

Metropoolregio Amsterdam werkelijk mogelijk maakt.

Een organisatie laat je achter je, maar met een stad blijf je verbonden. Ik weet zeker dat ik me met

Almere en de ontwikkeling van de stad verbonden zal blijven voelen, al heb ik nog geen idee op welke

manier dat zal zijn. Organisch, noemen we dat.

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 13

Kwartaaloverzicht 8.indd 13 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 14

ToekomstagendaMarkermeer IJmeer

Almere GooiUtrecht

OV-SAAL

SchaalsprongAlmere

Lelystad

Schiphol

Kwartaaloverzicht 8.indd 14 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 15

RRAAM-projecten

Met de drievoudige ambitie wordt Almere een onlosmakelijk onderdeel van het metropolitane netwerk.

Almere 2.0 wordt in samenhang ontwikkeld met de ecologische impuls van het Markermeer IJmeer en

met verbetering van de regionale verbindingen, waaronder Openbaar Vervoer Schiphol - Amsterdam -

Almere - Lelystad (OV-SAAL) en Amsterdam - ’t Gooi - Utrecht (AGU). Tevens is de ontwikkeling van de

luchthaven Lelystad in relatie tot Schiphol gerelateerd aan het Rijk-Regio programma.

3 RRAAM projecten en activiteiten

RRAAMRijk Regio programmaAmsterdam – Almere –

Markermeer

Aan RRAAM gerelateerde projecten: - Luchthaven Lelystad - AGU

Almere 2.0(zie hfd 4)

OV SAALkorte en middellangetermijn

WerkmaatschappijMarkermeer IJmeer(WMIJ)

Werkmaatschappij Almere – Amsterdamincl. IJmeerlijn en relatie TBES (hfd 4)

RRAAM activiteiten– Groot project – Maatschappelijk proces – IAK 2– Rijksstructuurvisie – MKBA / PlanMER

Kwartaaloverzicht 8.indd 15 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 16

Opdracht: Het IJmeer en Markermeer zijn beschermde natuurgebieden. Echter de kwaliteit is fors terug-

gelopen. Er zijn maatregelen nodig om het natuurlijke systeem weer gezond te maken. Gelijktijdig dienen

zich langs en in het IJmeer en Markermeer ruimtelijke en infrastructurele ontwikkelingen aan. Er is een

concept opgezet van een Toekomstbestendig Ecologisch Systeem (TBES). Hiermee wordt het natuurlijke

systeem veerkrachtig en wordt ruimte geboden aan ontwikkelingen.

Stand van zaken: Voor het totale pakket aan ecologisch maatregelen was eerder 1 miljard euro ge-

raamd. In het Optimalisatierapport concludeert de WMIJ dat een kostenbesparing van 350 miljoen euro

haalbaar is. Eind 2011 lag de optimalisatie op tafel bij de Tweede Kamer. Deze verzocht de optimalisatie

te laten toetsen door de markt. Daarom organiseert de WMIJ een ‘Marktuitvraag ecologie’ conform de

systematiek die ook de WAA heeft gehanteerd. Op basis van de inzendingen zijn drie consortia uitgeno-

digd om voorstellen nader uit te werken. Die drie zijn:

– Witteveen + Bos (bestaand uit Witteveen+Bos, onderzoekcentrum B-ware, Radboud Universiteit

Nijmegen, Altenburg & Wymenga, HOSPER en Boskalis);

– Grontmij (bestaand uit Grontmij en De Vries & van de Wiel);

– TAUW: consortium “Kransmeer” (bestaande uit TAUW, Posad, LAgroup Leisure & Arts Consulting,

Robusta en Tebezo).

De ideeën van de marktpartijen concentreren zich op optimalisaties van het oermoeras door een andere

aanpak en situering. Zij voorspellen een verdere kostenbesparing tussen de 15 à 50 %. Medio juli zijn

de resultaten van de marktvoorstellen beschikbaar. Deze resultaten worden beoordeeld en naast de

eerdere voorstellen voor het bereiken van een toekomstbestendige ecologische kwaliteit voor Marker-

meer en IJmeer gelegd. Waar mogelijk en zinvol worden planonderdelen samengevoegd. Ook het plan

van de Vereniging Natuurmonumenten voor de Marker Wadden wordt daarbij betrokken. Dit geeft een

breed pallet aan mogelijkheden met bijbehorende kostenramingen, met meer keuze en variatie voor de

invulling van de groenblauwe ambitie voor het gebied. Invulling van deze ambitie krijgt een plaats in de

concept-Rijksstructuurvisie RRAAM.

Contactpersoon Almere: Rob Leenen.

Werkmaatschappij Markermeer IJmeer (WMIJ)

Kwartaaloverzicht 8.indd 16 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 17

Plannen van de marktpartijen

Witteveen + Bos komt met een alternatief voor een grootschalig moeras bij de Houtribdijk. Het consortium zoekt een oplossing door de ontwikkeling van brede, natuurvriendelijke oeverzones in de ondiepe delen aan de westkant van het Markermeer. De verwachting is dat de aanleg van oeverzones goedkoper is dan de beoogde grootschalige land-waterovergang (oermoeras) bij Lelystad langs de Houtribdijk. Een extra planvariant bij de visie van Witteveen + Bos is het idee voor buitendijks ‘poldermoeras’ met een eigen waterpeil. Voor de aanleg daarvan kan vrijkomend materiaal uit zandwinlocaties worden benut.

Grontmij en De Vries & van der Wiel leggen in hun uitwerking eveneens een accent op de Noord-Hollandse kust. Zij stel-len voor luwtes en ondiepe oeverzones te creëren door de aanleg van meerdere luwtestructuren. Het consortium kijkt ook naar de al bekende grootschalige land-waterzone langs de Houtribdijk. Daarnaast worden de synergiemogelijkheden met de versterking van de Houtribdijk verder uitgewerkt. Hier wordt eveneens bekeken of de andere invulling van ecologische maatregelen goedkoper kan zijn.

Het consortium TAUW wil het slibprobleem aanpakken met matten van (afbreekbare) kunstmatige waterplanten op strategische locaties. Deze matten blokkeren het transport van sediment en verbeteren de waterkwaliteit. Daarnaast werkt TAUW een idee uit waarbij het grootschalig moeras via ‘veenkussens ‘of ‘veendrijvers’ gerealiseerd kan worden. Verder heeft TAUW aandacht voor de kust van Flevoland. Voor de kust wordt een aantal drijvende eilanden als stepping stones uitgewerkt, in plaats van de traditioneel ontworpen Vooroever Lepelaarplassen. Bekeken wordt in hoeverre deze nieuwe aanlegtechnieken tot kostenvoordeel kunnen leiden.

Kwartaaloverzicht 8.indd 17 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 18

Joke Geldhof, gedeputeerde provincie Noord-Holland over de marktuitvraag

Marktpartijen zijn gevraagd een goedkoper alternatief voor het toekomst- bestendig ecologisch systeem te bedenken. Dan is het logisch dat ze alterna-tieven gaan bedenken voor de duurste maatregel, namelijk het moeras. Als je die maatregel in ondieper water kunt realiseren, bespaar je veel geld. Daarom werken marktpartijen nu aan varianten met extra natuurmaatregelen langs de Noord-Hollandse kust. Het beeld bestaat bij onze kustgemeenten dat de lasten van de ontwikkelingen aan de Flevolandse kant eenzijdig op de Noord-Holland-se kust worden afgewenteld. Daar zal kritisch naar moeten worden gekeken. Gelukkig heeft een gemeente als Hoorn gezien dat er ook kansen kunnen zijn voor recreatie. Pluspunt van de hele exercitie van de marktuitvraag is dat er straks voor de politiek meer te kiezen is: uit meerdere aanlegtechnieken en meerdere locaties voor het creëren van de gewenste robuuste natuur. Uitein-delijk zal de werkmaatschappij Markermeer IJmeer alle varianten beoordelen en met een advies aan het Rijk komen voor een geoptimaliseerd toekomst-bestendig ecologisch systeem.

”Bijdrage Noord- Holland voor de luwtemaatregelen

Provinciale Staten van Noord-Holland hebben op 7 mei 2012 unaniem besloten een budget van 1,5 miljoen euro te reserveren voor de luwtemaatregelen in de Hoornse Hop. Cofinanciering door de provincie Flevoland en het rijk is een voorwaarde, net als het koppelen van recreatiemogelijkheden. Provinciale Staten van Flevoland moeten nog besluiten over de ook aan hen gevraagde bijdrage van 1,5 miljoen euro voor de luwtemaatregelen.

Joke Geldhof over de bijdrage van Noord-Holland voor de luwtemaatregelen:“Wij hebben voor onszelf de afweging gemaakt of we wilden investeren in de luwtemaatregelen in de Hoornse Hop of niet. We hebben ervoor gekozen om de kwaliteit van het water en de natuur te verbeteren en het initiatief in de regio een kans te geven. Wij willen als watersportprovincie dat het Markermeer, bij het nemen van maatregelen om luwte te creëren voor de natuur, ook voor de kleine watersport aantrekkelijker wordt. Dit zou kunnen betekenen meer vaardoelen en aanlegplekken bij bijvoorbeeld eilanden langs de kust. Als de provincie Flevoland ook bijdraagt kan een verkenning starten om tot een voorkeursalternatief te komen, anders gaat dit niet door. Bij de verkenning zullen de gemeenten en andere belanghebbenden nauw betrokken worden. Ik hoop op een spoedige start van de verkenning Luwtemaatregelen Hoornse Hop.”

Kwartaaloverzicht 8.indd 18 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 19

Waterconferentie Markermeer

8 juni 2012

De Waterconferentie Markermeer die op 8 juni in Het Park Schouwburg in Hoorn werd gehouden is

druk bezocht. Dagvoorzitter Prof. mr. Friso de Zeeuw heeft ruim 150 mensen kunnen verwelkomen.

Zij bezochten de informatiemarkt en namen deel aan de workshops over Economie en Toerisme,

Ecologie en Proces. De middag begon met een inleiding van Prof. Dr. Chris Zevenbergen over het

programma Ruimte voor de Rivier waarna de workshops volgden.

Het doel van de conferentie was om mensen en organisaties op en rond het Markermeer te informeren

en te verbinden. Informeren over wat er speelt is goed gelukt op de informatiemarkt. Daar presenteerden

verschillende organisaties en groepen zich met plannen voor het Markermeer. Tijdens de workshops

werd volop gediscussieerd. De middag zelf bracht mensen met allerlei achtergronden bij elkaar die op

een of andere manier iets met het Markermeer hebben. Die verbinding moet gebruikt worden om samen

op te trekken bij de verdere planontwikkeling.

Kwartaaloverzicht 8.indd 19 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 20

Wethouder Louwman van Hoorn: “Iemand uit Volendam zei dat hij nooit dichterbij de beleidsmakers zou

komen dan die middag. Dat vond ik het mooiste compliment van die dag.” De belangrijkste conclusie is

dat er behoefte bestaat aan een aanspreekpunt en het bundelen van de krachten aan Noord-Hollandse

zijde van het Markermeer.

De Waterconferentie Markermeer is georganiseerd door vier wethouders van de gemeente Edam-

Volendam, Hoorn, Koggenland en Zeevang (resp. dhr. Luyckx, dhr. Louwman, dhr. Wijnker en

dhr. Schütt). Zij vormen gezamenlijk het Tolhuusberaad, en zetten zich in voor de toekomst van het

Markermeer.

Kwartaaloverzicht 8.indd 20 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 21

Opdracht: De verbetering van de ontsluiting Almere - Utrecht is van belang voor de ontwikkeling van

Almere. Dit heeft zowel betrekking op het openbaar vervoer, als op de weginfrastructuur. Er wordt onder-

zoek gedaan naar het benodigde pakket van maatregelen.

Stand van zaken: De minister heeft in het BO MIRT van najaar 2011 aangegeven dat de A27 op het

trajectdeel voor 2020 onvoldoende urgent is om in te investeren, mede gezien het uitblijven van een

regionaal bod voor cofinanciering. Om het Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) ongehinderd door-

stroming te geven in de spits is de maatregel ‘bus op vluchtstrook’ nog wel uitgewerkt. De provincies

Noord-Holland en Flevoland hebben in overleg met Rijkswaterstaat een voorstel voor optimalisering

van de doorstroming van de bus laten uitwerken. De uitgewerkte oplossingen zijn geraamd op circa

2 miljoen euro. Hiervoor is nog geen dekking aanwezig. Er is een mogelijkheid om aan te sluiten bij

het groot onderhoud, of bij het programma Beter Benutten. In het kader van Beter Benutten zal tevens

de aansluiting Waterlandseweg op de A27 verbeterd worden. Voor de langere termijn is de corridor

Almere - Utrecht opgevoerd als ontbrekende schakel in de Gebiedsagenda Noord-West Nederland

inclusief Utrecht.

Contactpersoon Almere: Esther van Garderen.

AGU

Kwartaaloverzicht 8.indd 21 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 22

Opdracht: OV-SAAL staat voor Openbaar Vervoer op de corridor Schiphol, Amsterdam, Almere,

Lelystad. Het project OV-SAAL onderzoekt de benodigde maatregelen op deze corridor in twee fasen:

de Korte Termijn (2010-2016) en de Middellange Termijn (tot 2020). Het onderzoek naar de aanleg

van de IJmeerlijn (Lange Termijn) is onderdeel van de werkzaamheden van de werkmaatschappij

Almere - Amsterdam.

Stand van zaken: Binnen het project OV- SAAL bestaat er onderscheid tussen maatregelen op de Korte

Termijn (2016) en maatregelen op de Middellange Termijn (2020). In 2011 zijn voor de Korte Termijn

twee grote Tracébesluiten genomen. Deze besluiten omvatten maatregelen die de capaciteit en kwaliteit

op het spoor verder verbeteren en vergroting van het aantal treinen mogelijk maken. Met de twee Tracé-

besluiten is ongeveer 900 miljoen euro gemoeid. Aan de Amsterdamse zijde van het spoor is begonnen

met de bouw. De aanbesteding voor de maatregelen aan de Almeerse zijde van het spoor is voorzien in

2012.

Voor de Middellange Termijn (de periode tussen 2016 - 2020) is een bedrag van 650 miljoen euro

gereserveerd. Eind 2012 volgt, met de oplossing voor de Lange Termijn, een besluit over de maat-

regelen voor de Middellange Termijn in samenhang met de Rijksstructuurvisie.

De tijdelijke Tweede Kamercommissie Onderhoud en Innovatie Spoor onder voorzitterschap van mw.

A. Kuiken heeft haar advies uitgebracht. In dit advies is ook ingegaan op Kort Volgen. Op basis van

het advies is het concept Kort Volgen op de corridor OV SAAL onderwerp van gesprek geworden. De

commissie adviseert om niet langer te kiezen voor ad hoc maatregelen per corridor - zoals bij OV SAAL

aan de orde is - maar om de overstap te maken naar het European Railway Traffic Management System

(ERTMS), dat landelijk ingevoerd kan worden. ERTMS is een programma van de Europese Unie om te

komen tot onderlinge uitwisseling van besturings- en signaleringssystemen op het spoor. De ERTMS-

standaarden zijn sinds 2005 verplicht op alle nieuw aan te leggen hogesnelheidslijnen in Europa. Minister

Schulz heeft inmiddels het principebesluit genomen ERTMS in te voeren en beraadt zich nu op de stap-

pen voor de invoering.

Bestuurlijk duo: Minister van Infrastructuur en Milieu en portefeuillehouder Stadsregio Amsterdam.

Contactpersoon Almere: Boris Buffing.

OV SAAL

Kwartaaloverzicht 8.indd 22 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 23

Opdracht: Het economische belang van de ontwikkeling van Mainport Schiphol is evident voor de

Randstad. Als gevolg van een groeiende marktvraag is de inzet van regionale luchthavens, waaronder

luchthaven Lelystad, voor de positie van Schiphol noodzakelijk. Dit kan tevens van belang zijn voor de

ontwikkeling van specifieke werkgelegenheid.

Stand van zaken: Op 30 maart is het definitieve Aldersadvies Lelystad gepresenteerd. Kern van het

advies is de ontwikkeling van Luchthaven Lelystad als twin-luchthaven van Schiphol met een ontwikke-

ling naar 45.000 vliegtuig bewegingen op middellange termijn in twee tranches:

– Vanaf 2015: stapsgewijze ontwikkeling naar 25.000 vluchten, niet-mainport-gebonden verkeer.

– Vanaf 2020: doorgroei naar 45.000 vluchten na een succesvolle evaluatie van de eerste tranche.

Op 11 april heeft in het Provinciehuis een informatiebijeenkomst plaatsgevonden voor alle raads- en

statenleden in Flevoland. Daarbij heeft Hans Alders zijn advies toegelicht. In een soortgelijke bijeenkomst

op 16 april zijn ook de Flevolandse bewoners geïnformeerd.

De Staatssecretaris van I&M heeft alle betrokken regionale overheden gevraagd te reageren op het

Aldersadvies. Het College van B&W van Almere heeft instemmend gereageerd op het Aldersadvies en

de raad van Almere hierover op 6 april schriftelijk geïnformeerd. Ook de Gemeenteraad van Lelystad

en Provinciale Staten van Flevoland onderschrijven de voorgestelde stapsgewijze ontwikkeling van de

luchthaven, maar onder voorwaarden. Samengevat is beider politieke standpunt dat men geen routes

boven stedelijk gebied wenst, er een flexibele meerjarige compensatieregeling voor omwonenden moet

komen en men harde garanties aan het rijk vraagt om tijdig de landzijdige ontsluiting van de luchthaven

op orde te hebben. De Lelystadse raad heeft op 12 juni de definitieve instemming afhankelijk gesteld

van de mate waarin aan de voorwaarde dat er geen vliegroutes (meer) over de stad gaan, is voldaan.

Ook de raad van gemeente Zeewolde neemt pas een definitief standpunt in op basis van duidelijkheid

over de vliegroutes, waarbij routes over of vlak langs het dorp niet acceptabel zijn.

Bestuurlijk verantwoordelijk: Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu.

Contactpersoon Almere: Rob Leenen.

Luchthaven Lelystad

Kwartaaloverzicht 8.indd 23 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 24

RRAAM activiteiten

De samenhang tussen de RRAAM-projecten wordt geborgd in een aantal overkoepelende activiteiten

zoals de ‘Groot Project‘ rapportage aan de Tweede Kamer, de Rijksstructuurvisie, de Maatschappelijke

Kosten Baten Analyse en het maatschappelijk proces.

Groot project

Opdracht: Op voorstel van de toenmalige vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat heeft de Tweede

Kamer in februari 2010 besloten om de RAAM-brief in samenhang met het IAK aan te wijzen als ‘Groot

Project’.

De status van ‘Groot Project’ houdt in dat de Tweede Kamer de ontwikkeling en voortgang nauwgezet

volgt (tweemaal per jaar een Voortgangsrapportage) vanwege het belang van het project en de mogelijk

te verwachten risico’s en complicaties.

Stand van zaken: In reactie op de inhoud van de tweede Voortgangsrapportage (eind maart) heeft de

Tweede Kamer via de vaste Kamercommissie Infrastructuur en Milieu op 30 mei Kamervragen gesteld.

Deze vragen gaan onder meer over het Hollandse Brug alternatief, het economisch programma, de

IJmeerlijn en financiële kwesties. De beantwoording daarvan is geagendeerd voor het algemeen overleg

MIRT van 28 juni. In het kader van de kwaliteitsborging vindt een aantal externe audits plaats voor de

stedelijke ontwikkeling Almere 2.0 en de plausibiliteit van de IJmeerverbinding, Hollandse Brug en het

alternatief van de Stichting Almere Bereikbaar. Verder vindt een audit plaats op de kostenmaatregelen

van het Toekomstbestendig Ecologisch Systeem (TBES) op basis van het optimalisatierapport van de

Werkmaatschappij Markermeer IJmeer.

Contactpersoon Almere: Rob Leenen.

Kwartaaloverzicht 8.indd 24 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 25

Rijksstructuurvisie

Opdracht: In de Rijksstructuurvisie geeft het kabinet haar visie op de ontwikkeling van het gebied

Amsterdam – Almere – Markermeer.

Stand van zaken: RRAAM bevindt zich nu aan het einde van de beoordelingsfase. Hierin vindt een be-

oordeling van de alternatieven (Hollandse Brug Alternatief, IJmeeralternatief en Zuideliik Tracé Alternatief)

plaats op basis van verschillende effectenonderzoeken (planMER en MKBA) en wordt het beoorde-

lingskader (BOK) ingevuld. De resultaten daarvan zijn opgenomen in de Consultatienotitie RRAAM, en

geeft informatie over de hoofdlijnen en de verschillende alternatieven die voor de Rijksstructuurvisie

worden onderzocht. Deze consultatienotitie dient als hulpmiddel in de consultatiefase voor overheden,

maatschappelijke organisaties en andere belanghebbenden om op een snelle manier inzicht te krijgen in

de verschillen tussen en de effecten van de planalternatieven van RRAAM. 1 juli start de consultatiefase

waar iedereen tot 7 september zijn of haar mening kan geven over de geschetste richting en de vraag-

stukken. Op 10 en 12 juli worden er openbare bijeenkomsten georganiseerd in respectievelijk Almere en

Amsterdam.

De reacties worden gebundeld in een ‘oogst-document’ en meegegeven aan de Stuurgroep RRAAM,

de minister van I&M en de staatssecretaris van EL&I. Zo kunnen zij die meewegen in de totstandkoming

en besluitvorming over de concept Rijksstructuurvisie. Afhankelijk van het formatieproces zal het nieuwe

Kabinet eind 2012 (of later) de Rijksstructuurvisie RRAAM in concept vaststellen. Hierna start – medio

2013 – de formele inspraakprocedure.

Contactpersoon Almere: Rob Leenen.

Kwartaaloverzicht 8.indd 25 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 26

Maatschappelijk proces

Opdracht: Het kabinet heeft in de RAAM-brief aangeven, dat zij er belang aan hecht dat maatschap-

pelijke partijen betrokken worden bij de uitwerking van de RAAM-brief en specifiek bij de westelijke

ontwikkeling van Almere met de IJmeerlijn en ecologische schaalsprong.

Stand van zaken: In april organiseerde het RRAAM-werk een ontwerpatelier over organisch ontwikkelen.

Tijdens een bijeenkomst in de nieuwe bibliotheek in Almere wisselden de leden van het RRAAM-werk

met betrokken ambtenaren uit de regio en van het rijk van gedachten over organisch ontwikkelen.

Hierin is besproken wat organisch ontwikkelen betekent voor RRAAM en bijbehorende planning. In mei

boog het RRAAM-werk zich over de wijze hoe de maatschappelijke organisaties, in aanloop naar de

Rijksstructuurvisie, de verschillende alternatieven het beste kunnen beoordelen. Deze methode gaat het

RRAAM-werk de komende tijd toepassen.

Contactpersoon Almere: Rob Leenen.

Kwartaaloverzicht 8.indd 26 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 27

Beoordelingskader waaronder: Maatschappelijke Kosten-Baten Analyse (MKBA)

Opdracht: In de RAAM-brief heeft het kabinet een voorkeur uitgesproken voor een westelijke ontwikke-

ling van Almere, onder voorbehoud dat de kosten- batenratio (MKBA) voor de westelijke ontwikkeling van

Almere met IJmeerlijn wordt verbeterd en de investeringssom wordt gereduceerd.

Stand van zaken: In de RAAM-brief (november 2009) heeft het kabinet een voorkeur uitgesproken

voor een westelijke ontwikkeling van Almere, onder voorbehoud dat de kosten- batenratio (MKBA) voor

de westelijke ontwikkeling van Almere met IJmeerlijn wordt verbeterd en de investeringssom wordt

gereduceerd.

Bij de aanpak van de MKBA heeft de minister aangegeven dat ook de relevante niet-monetariseerbare

effecten worden betrokken. De MKBA RRAAM wordt daarom zoveel mogelijk naar de laatste inzichten

uit de Ontwikkelagenda Besluitvorming en MKBA uitgevoerd. Dit betekent concreet dat de MKBA-

systematiek voor RRAAM wordt vernieuwd.

In de periode februari-juni 2012 is de MKBA RRAAM opgesteld. Om uitvoering te geven aan de

vernieuwing van de MKBA- systematiek is gekozen om de MKBA deel uit te laten maken van een breder

beoordelingskader. In het Beoordelingskader (BOK) vinden naast de resultaten van planMER (milieu-

effecten) en MKBA ook meer kwalitatieve beoordelingen van de alternatieven plaats.

Conform de afspraken in de Notitie Kansrijke Oplossingen (december 2011) onderscheidt het beoorde-

lingskader een (fictief) nulalternatief en drie projectalternatieven. De projectalternatieven onderscheiden

zich met name in de wijze waarop de verkeersontsluiting van de westelijke ontwikkeling van Almere

wordt geregeld. Het IJmeer alternatief gaat uit van een metroverbinding via het IJmeer. In het Hollandse

Brug alternatief komt geen nieuwe regionale verbinding, maar een extra interne verbinding. Het Zuidelijk

tracé is een alternatieve ontsluiting via het IJmeer. Dit tracé gaat niet via IJbrug, maar loopt tussen Fort

Pampus en de Hollandse Burg door.

Kwartaaloverzicht 8.indd 27 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 28

Het beoordelingskader laat een groot aantal criteria zien. Deze informatie wordt benut door besluitvor-

mers, waarbij een ieder de criteria anders zal wegen afhankelijk van het belang dat eraan wordt gehecht.

Uit de MKBA blijkt dat de investeringskosten voor de IJmeerverbinding fors zijn gereduceerd van 4,5

miljard euro naar 1,9 miljard euro. De kosten- batenratio zal hierdoor verbeteren. Hiernaast zijn de

grondexploitaties door de werkmaatschappijen substantieel verbeterd.

De wijze waarop Almere wordt ontsloten heeft grote invloed op de bereikbaarheid van en vanuit het

westelijke deel van Almere. Daarmee is de invloed van deze ontsluiting groot op het type ontwikkeling dat

plaats kan vinden. Zo zien we in het Hollandse Brug alternatief vooral een in zichzelf gekeerde stad naast

Amsterdam ontstaan. Terwijl bij ontsluiting via het IJmeer een stad ontstaat die onderdeel uitmaakt van

het netwerk van de Noordvleugel en zelf goed ontwikkeld is. De mate waarin de alternatieven bijdragen

aan de versterking van de concurrentiekracht van de regio is daarmee verschillend.

De resultaten uit het beoordelingskader, MKBA en planMER worden openbaar gemaakt ten behoeve van

de consultatiefase. De PlanMER ligt ter inzage. Op de MKBA wordt een second opinion gedaan door het

Centraal Plan Bureau (CPB) en het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Reacties uit de consultatie-

fase worden meegenomen bij het definitief vaststellen van de rapporten en voor de uiteindelijke rijks-

structuurvisie.

Contactpersoon Almere: Marie-José Deckers.

Kwartaaloverzicht 8.indd 28 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 29

De bereikbaarheidsindicator voor ov-verplaatsingen geeft de gemiddelde snelheid van verplaatsingen naar een bepaald gebied aan. Hoe hoger die snelheid, hoe beter bereikbaar het gebied is. Bovenstaande figuren geven de verbetering van de bereikbaarheid van de alternatieven ten opzichte van het Nulalternatief aan.

Kwartaaloverzicht 8.indd 29 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 30

380 kV

Opdracht: Er wordt een nieuwe 380 kV verbinding tussen de Eemshaven via Ens (gelegen in de

gemeente Noordoostpolder) naar Diemen gerealiseerd. Om tot een goede afweging te komen over de

ligging van het tracé, de ruimtelijke inpassingsmogelijkheden en andere regionale en lokale ontwikkelin-

gen tegen de achtergrond van de RRAAM ambities, heeft de Stuurgroep RRAAM een extra onderzoek

ingesteld naar verschillende tracéalternatieven in het gebied van de drie werkmaatschappijen.

Stand van zaken: De actuele nut en noodzaak van de aanpassing van de 380 kV lijn staan ter discus-

sie. Verschillende energiemaatschappijen hebben aangegeven een lagere productie te verwachten dan

oorspronkelijk geraamd. Vanwege de lagere behoefte is er ook minder transportcapaciteit nodig dan oor-

spronkelijk geprognosticeerd. TenneT heeft dit op 23 april 2012 bevestigd in een brief aan de minister

van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Voor het tracédeel Lelystad – Diemen betekent

dit een aanpassing van de transportcapaciteit. Dit kan zonder fysieke ingrepen worden bereikt.

Omdat dit tracédeel geen deel meer uitmaakt van de Noord-West 380 kV lijn, hoeft het ook niet onder

Rijkscoördinatieregeling te vallen.

TenneT maakt wel een voorbehoud voor de situatie na 2020, indien de capaciteitsbehoefte dan wel

groter blijkt te zijn. In de Stuurgroep RRAAM van 21 juni is besloten om de 380 kV niet verder mee te

nemen in de Rijksstructuurvisie en in Almere Centrum Weerwater geen reservering op te nemen voor de

380 kV lijn.

Portefeuillehouder: Wethouder Adri Duivesteijn.

Contact persoon Almere: Albert Jong.

Kwartaaloverzicht 8.indd 30 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 31

Werkmaatschappijen

Het IAK voorziet in een drietal werkmaatschappijen. Zij gaan de gebiedsontwikkelingen aan de westzijde,

in het centrum en aan de oostzijde van Almere operationaliseren.

4 IAK werkmaatschappijen, thema’s en overige activiteiten

ProgrammaAlmere 2.0

Werk-maatschappij Almere Oosterwold

IAK activiteiten– financieel kader– monitoring

Werk-maatschappij Almere-Amsterdam

Werk-maatschappij Almere Centrum-Weerwater

Thema’sduurzaamheid, onderwijs, cultuur, sport, economie, almere tafel, groen, bereikbaarheid

Kwartaaloverzicht 8.indd 31 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 32

Werkmaatschappij Almere - Amsterdam (WAA)

Opdracht: De Werkmaatschappij Almere - Amsterdam heeft als doel het alternatief Almere 2.0 ten

aanzien van de westelijke ontwikkeling (Pampus en IJland) te optimaliseren. Dit betekent dat de MKBA

substantieel verbetert ten opzichte van het oorspronkelijke alternatief West met IJmeerlijn zoals doorg-

erekend door de planbureaus in 2009. Tevens betekent dit dat de budgettaire consequenties (investe-

ringslasten) aanzienlijk worden beperkt.

Stand van zaken: De marktpartijen Mott MacDonald en Movares hebben het ontwerp en de kostenra-

ming van het geïntegreerde IJmeeralternatief (met brug en tunnel) en de varianten IJmeerweg, tunnel

onder IJburg en Bijlmertak uitgewerkt. De kosten zijn geraamd op 1,9 miljard euro. met een brug over

het IJmeer. Dat is aanzienlijk goedkoper dan de referentie met een trein van 4,5 miljard euro. (prijspeil

2011). Het IJmeeralternatief met een tunnel is geraamd op 2,3 miljard euro. Daarnaast is het steden-

bouwkundig vlekkenplan voor Almere Pampus, het IJ Venster, gereed gekomen. Dit is door een team

bestaande uit medewerkers van de gemeenten Amsterdam en Almere opgesteld. Tot slot heeft de

werkmaatschappij een voorstel voor de fasering van het IJmeeralternatief en de varianten uitgewerkt en

slimme financieringsconstructies verkend.

Al deze resultaten zijn gevat in het eindrapport van de WAA dat op 21 juni 2012 in de stuurgroep

RRAAM is vastgesteld. Hiermee zijn de inzendingen van de marktpartijen door de overheden formeel

gevalideerd en gecombineerd tot planalternatieven voor de rijksstructuurvisie. Dit rapport is een bouw-

steen voor de concept Rijksstructuurvisie RRAAM. Het IJmeeralternatief met de varianten worden op

hun effecten onderzocht in een Maatschappelijke Kosten- en Batenanalyse (MKBA) en een planMER-

procedure.

Portefeuillehouder: Wethouder Adri Duivesteijn.

Projectdirecteur: Ben Viveen.

Samenwerkende partijen: Ministerie van Infrastructuur en Milieu, RVOB, provincies Noord-Holland en

Flevoland, gemeenten Almere, Amsterdam en Diemen, Stadsregio Amsterdam.

Kwartaaloverzicht 8.indd 32 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 33

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 33

IJmeeralternatief dankzij optimalisatie nóg goedkoper

Eindrapport WAA in het kortHet ‘IJmeeralternatief’ dat de werkmaatschappij Amsterdam – Almere (WAA) heeft uitgewerkt in haar

eindrapport blijkt nóg goedkoper dan de individuele plannen van de marktpartijen. De werkmaatschap-

pij heeft dit bereikt door samen met deskundigen en ambtelijk vertegenwoordigers van de gebieden de

sterke elementen te combineren.

De kosten voor het zo ontstane IJmeeralternatief met een brug zijn geraamd op 1,9 miljard euro, aan-

zienlijk goedkoper dan het referentiealternatief met de trein (4,5 miljard euro) en ook nog beter dan de

oorspronkelijke plannen van de marktpartijen (2,2 – 2,6 miljard). Een IJmeeralternatief met een tunnel

wordt geraamd op 2,3 miljard.

Het IJmeeralternatief loopt via de ringlijn van het bestaande metronet in Amsterdam van Diemen Zuid,

via het IJmeer naar Almere Pampus en dan naar het station Almere Centrum. De belangrijkste be-

sparing is het voorkomen van aanleg van nieuwe infrastructuur door het meerijden op het Amsterdamse

metronet. Daarnaast kan de nieuwe infrastructuur, waaronder de viaducten en brug, voor een metro

lichter worden geconstrueerd dan bij een trein. Ook de jaarlijkse kosten van beheer en onderhoud zijn

aanzienlijk lager dan de referentie.

Drie variantenBinnen de twee alternatieven (brug en tunnel) zijn nog drie varianten uitgewerkt: een variant waarbij de

tunnel verlengd wordt onder IJburg en een variant met een aparte tak naar Bijlmer ArenA. De derde

variant is een regionale weg met fietspad. Deze komt op een aparte brug parallel aan de metrobrug en

op land wordt aangesloten op het wegennetwerk. Er zijn verschillende opties uitgewerkt voor de aan-

sluiting op het land (maaiveld of tunnel in Almere Bovenstad en brug of tunnel bij IJburg).

Geïntegreerd stedenbouwkundig planIn het eindrapport heeft de WAA de vervoersverbinding geïntegreerd in een geoptimaliseerd stedenbouw-

kundig plan voor Pampus – het IJ venster. Er worden in het IJ Venster woningen in gedifferentieerde

milieus aangeboden om zo ook nieuwe doelgroepen aan te trekken om in Almere te wonen of werken.

Dit plan is ook tot stand gekomen met het oog op goede afzetbaarheid van de woonmilieus op de markt

Kwartaaloverzicht 8.indd 33 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 34

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 34

door slim met dichtheden en ruimtelijke kwaliteit te spelen. De grondexploitatie is fors verbeterd en is

ondanks de toevoeging van een aantal dure ruimtelijke ingrepen bijna sluitend. In het plan zijn er 25.000

woningen binnendijks gesitueerd en is afgezien van een IJland of een landtong. Dit is geen onderdeel

van de huidige plannen, maar voor de langere termijn blijft IJland vanzelfsprekend een optie.

Onderzoek en keuzeHet IJmeeralternatief (brug en tunnel) is, samen met het referentiealternatief, een alternatief voor een

Hollandse Brug en een tweede metro-alternatief via het Zuidelijk Tracé, van Stichting Almere Bereikbaar,

op hun effecten onderzocht in een Maatschappelijke Kosten- en Batenanalyse (MKBA) en een planMER-

procedure.

Kwartaaloverzicht 8.indd 34 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 35

“Werkmaatschappij Almere Centrum - Weerwater (WACW)

Opdracht: De Werkmaatschappij heeft de opdracht om de verdubbeling van de A6 én de gebiedsont-

wikkeling in het centrum van de stad uit te werken in een financieel haalbaar gebiedsontwikkelingsplan.

Dit in het kader van de Crisis- en Herstelwet, deze wet zorgt voor kortere procedures, waardoor bouw-

projecten sneller kunnen worden uitgevoerd. Het overleg met de bewoners en ondernemers in de stad

krijgt bij de ontwikkeling speciale aandacht.

Stand van Zaken: Op 3 mei 2012 heeft de raad van de gemeente Almere ingestemd met het Concept

Gebiedsontwikkelingsplan Almere Centrum. Daarnaast heeft de raad ingestemd met het Ontwikkelper-

spectief Centraal Almere. Op 21 juni 2012 is het Concept Gebiedsontwikkelingsplan Almere Centrum en

het Ontwikkelperspectief Centraal Almere door de Stuurgroep RRAAM goedgekeurd. Het Gebiedsontwik-

kelingsplan Almere Centrum wordt meegenomen als bouwsteen voor de Rijksstructuurvisie.

Portefeuillehouder: Wethouder Ben Scholten in afstemming met de stuurgroep Centraal Almere,

met de wethouders Ed Anker en Adri Duivesteijn.

Projectdirecteur: Henk Meijer.

Samenwerkende partijen: Gemeente Almere, Rijkswaterstaat, RVOB, Ministerie van Infrastructuur en

Milieu.

Kwartaaloverzicht 8.indd 35 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 36

Werkmaatschappij Almere Oosterwold (WAO)

Opdracht: Aan de oostkant van Almere is ruimte voor een stadsdeel dat wordt gekenmerkt door een

landschappelijke setting. Het biedt ruimte aan circa 15.000 woningen en 26.000 arbeidsplaatsen.

De Werkmaatschappij Almere Oosterwold stelt een ontwikkelstrategie op voor een organische ontwikke-

ling van het gebied inclusief een uitwerking van een tweede kern in Oosterwold (Hout Midden).

Stand van zaken: De ontwikkelstrategie Almere Oosterwold Land-Goed voor Initiatieven is opgeleverd.

Door de gemeenteraden van Zeewolde (29 maart 2012) en Almere (7 juni 2012) is ingestemd met de

ontwikkelstrategie. Tevens is door beide gemeenteraden besloten om een intergemeentelijke structuur-

visie voor Oosterwold op te stellen. Momenteel worden afspraken gemaakt tussen de gemeente Almere,

de gemeente Zeewolde, het RVOB, het Waterschap Zuiderzeeland en de provincie Flevoland over de

voorbereidende werkzaamheden om tot uitvoering te komen van Almere Oosterwold.

Portefeuillehouder: Wethouder Adri Duivesteijn.

Projectdirecteur: Ward de Meulemeester (a.i.).

Samenwerkende partners: provincie Flevoland, Noordvleugel Utrecht, RVOB, gemeente Zeewolde,

gemeente Almere.

Kwartaaloverzicht 8.indd 36 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 37

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 37

Making Almere

Wie maakt de stad Almere? Dat is de centrale vraag tijdens de Architectuurmanifestatie Making Almere

die van 21 april tot en met 29 juli 2012 in het stadshart van Almere plaats vindt. Making Almere is

onderdeel van de 5e Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam: Making City.

JaapJan Berg, curator bij het International New Town Institute, zette de tentoonstelling samen met Marit

Geluk op. “Bij een Biënnale met als thema Making City kon Almere natuurlijk niet ontbreken, zo vond ook

Almere zelf. Daarom werd besloten om de Architectuurmanifestatie van Almere te combineren met de

Biënnale en een tentoonstelling in Almere te realiseren”, aldus Berg. Dit stelde het INTI voor de uitdaging

iets te maken dat zowel interessant was voor het brede publiek als voor het meer vakinhoudelijke publiek

van de Biënnale. Het resultaat is een ‘kleding’winkel in City Mall Almere in het centrum van de stad.

Die vorm reageert op de plek van de tentoonstelling in het stadshart, maar biedt ook inhoudelijke

aanknopingspunten bij het thema stad maken. “Op de Herenafdeling zien we bijvoorbeeld de Peetvaders

van Almere die vanaf de tekentafels bij het projectbureau Almere de stad ontwierpen. Op de afdeling

Confectie zie je de schaalvergroting in het maken van de stad en de komst van andere ‘makers’ zoals

corporaties en projectontwikkelaars. De afdeling Hem & Haar besteedt aandacht aan de recente ontwik-

kelingen van particulier opdrachtgeverschap De Nieuwe Collectie bestaat uiteraard uit de plannen voor de

toekomst, Almere 2.0”, zo licht Berg toe.

Kwartaaloverzicht 8.indd 37 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 38

Op de vraag wie nu de stad Almere maakt kan, volgens Berg, geen eenduidig antwoord geven worden.

“Als je de hele ontwikkeling van Almere tot nu toe in ogenschouw neemt maakt eigenlijk Iedereen de

stad. Maar de accenten verschuiven wel voortdurend. In de beginjaren waren het vooral de stedenbouw-

kundigen en planologen die vanuit de gedachte van maakbare samenleving aan de stad werkten. Later

hadden de projectontwikkelaars meer in de melk te brokkelen. De laatste jaren biedt Almere meer en

meer gelegenheid aan bewoners zelf om de stad te maken. Via particulier opdrachtgeverschap en straks

in Oosterwold via organische stedenbouw. Die traceerbare ontwikkeling maakt de tentoonstelling ‘Making

Almere’ ook zo intrigerend. Tegelijk geeft het ook aan dat de verdere ontwikkeling van Almere zowel een

dynamisch als deels onvoorspelbaar traject is”.

Hoewel bewoners en ondernemers zich al vanaf de beginjaren geroerd hebben in de vorming van de

stad, is in Almere meer en meer de nadruk komen te liggen op het principe ‘Mensen maken de stad’.

“Daarin onderscheidt Almere zich toch wel van andere steden in Nederland”, aldus Berg. “De Neder-

landse stedenbouwkundige traditie werd hier van meet af aan geflankeerd door het besef dat een stad

ook uit mensen bestaat. De huidige ontwikkeling van het particulier opdrachtgeverschap is daarmee niet

zozeer een breuk maar eigenlijk een logische stap in het maken van Almere waarbij (het stimuleren van)

de betrokkenheid van mensen bij hun stad een rode draad door de ontwikkeling loopt. “Almere probeert

duidelijk een balans te vinden in wat je moet plannen en hoeveel je kunt loslaten bij het plannen en ma-

ken van een stad. Voor een nieuwe stad die doorgaans top down wordt gepland is dit een opmerkelijke

ommezwaai”.

In Oosterwold gaat Almere tot het uiterste in de zoektocht naar die balans. De ontwikkelstrategie van

Oosterwold laat op een aantal spelregels na de ontwikkeling van het gebied over aan initiatieven van

(groepen) particulieren en ondernemers. Op tentoonstelling Making Almere kunnen bezoekers vast

uitproberen hoe dat kan uitpakken in het spel ‘Play Oosterwold’. “Dat spel maakt al snel duidelijk dat aan

Kwartaaloverzicht 8.indd 38 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 39

veel vrijheid ook veel onzekerheid gekoppeld is”, vertelt Berg. “Het is prettig dat je zelf niet aan al te veel

beperkende regels hoeft te houden, maar dat betekent ook dat je niet weet wat je buurman allemaal

zal gaan uithalen op zijn kavel”. Berg is dan ook erg benieuwd hoe deze organische stedenbouw gaat

uitpakken in Oosterwold. “Ik denk dat er wel groepen mensen zijn die initiatieven willen ontwikkelen en

kunnen accepteren dat daar risico’s aan kleven. Almere heeft altijd de moed gehad om nieuwe wegen

te bewandelen. Hopelijk zet zij door in Oosterwold. Het is volgens mij een kwestie van beginnen en zien

waar je op uitkomt. Als je het nu nog te ver gaat uitwerken en doordenken, schiet je misschien het doel

van organische groei voorbij.”

Ook bij Architectuurcentrum CasLa is aandacht voor Oosterwold. De tentoonstelling U & Oosterwold

werd op 24 mei 2012 geopend door Herman Schartman, toenmalig projectdirecteur van de Werk-

maatschappij Oosterwold. In de tentoonstelling komen mensen aan het woord die het wel zien zitten als

pionier te starten in Oosterwold. Zij brengen de beelden zoals omschreven in het rapport Land-Goed

voor Initiatieven, tot leven. Deze tentoonstelling is te zien tot en met 16 augustus 2012 (www.casla.nl)

Making Almere is tot 29 juli te bezichtigen op het Belfort in Almere. Meer informatie is te vinden via www.

makingalmere.nl

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 39

Kwartaaloverzicht 8.indd 39 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 40

IAK Thematische ontwikkelingen

In het IAK zijn, naast de drie gebiedsontwikkelingen, onderwerpen benoemd, waarin bij de groei van

Almere geïnvesteerd wordt. Zij zijn erop gericht om de kwaliteit van de stad op een niveau te brengen

die passend is bij de toekomstige vijfde stad van Nederland.

Kwartaaloverzicht 8.indd 40 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 41

Duurzaamheid

Opdracht: De gemeente Almere, provincie Flevoland en het ministerie van Infrastructuur en Milieu stellen

een duurzaamheidsagenda voor Almere op, inclusief een financiële paragraaf. Om Almere te kunnen

ontwikkelen tot een nationaal icoon van duurzaamheid wordt een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd

naar de vestiging van een nationaal centrum voor duurzame gebiedsontwikkeling.

Stand van zaken: De ‘Afspraken Duurzaam Almere 2012-2014’ zijn in de eerste helft van 2012

opgesteld in samenwerking met het Rijk, de provincie Flevoland, het Waterschap Zuiderzeeland en de

gemeente Almere. Door het opstellen van deze afspraken geven partijen inhoud aan de IAK afspraak

over duurzaamheid. De afspraken gaan uit van een viertal thema’s: energie, water, productief landschap

en mobiliteit. Voor deze thema’s zijn de lange termijn doelstellingen opgesteld ten behoeve van het

ontwikkelen van gezonde systemen, alsook de eerste concrete acties tot en met 2014. In 2014 worden

nieuwe aanvullende afspraken gemaakt. Voor deze aanpak is gekozen om op korte termijn concreet tot

acties te komen, maar ook om ruimte te geven aan de nieuwe ontwikkelingen rond duurzaamheid.

De ‘Afspraken Duurzaam Almere’ zijn behandeld in de stuurgroep RRAAM van 21 juni en vastgesteld als

uitwerking van de afspraken in het IAK.

Portefeuillehouder: Wethouder Adri Duivesteijn.

Projectleider Almere: Anne-Kristie Hoogbruin.

Samenwerkende partners: Ministerie van Infrastructuur en Milieu, provincie Flevoland, Waterschap

Zuiderzeeland en gemeente Almere. Overige betrokken partijen o.a. Stadmanifestpartners,

Metropool-regio Amsterdam.

Kwartaaloverzicht 8.indd 41 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 42

EnergieBij de ontwikkeling van Almere wordt ernaar gestreefd dat de gemeente – met gebruikmaking van de

directe omgeving– energieneutraal (exclusief mobiliteit) is vanaf 2025. Hierbij wordt minimaal 40% van

de energievraag binnen de gemeente op een duurzame manier opgewekt. De gebiedsontwikkelingen

van Almere zijn energieneutraal en zo mogelijk energieproducerend. De energiedoelstelling wordt bereikt

door energiebesparing en door toepassing van duurzame vormen van energieopwekking (o.a. zonne-

energie, windenergie, groen gas, biogas, warmte-koudeopslag).

MobiliteitBij de groeiopgave worden de mogelijkheden benut om duurzame vormen van mobiliteit uit te breiden.

Focus ligt op schone en energiezuinige mobiliteit en voorkomen van milieuproblemen (geluid, fijnstof

etc). Ambities zijn dat voor het personenvervoer nieuwe mogelijkheden ontstaan voor de gewenste

verschuiving van het traditionele gemotoriseerd vervoer, in de richting van een groter aandeel openbaar

vervoer en een groter aandeel elektrisch vervoer.

Productief landschap(stadslandbouw)De groenblauwe omgeving wordt waar mogelijk en wenselijk - naast haar traditionele gebruiksvormen

ten aanzien van cultuur, natuur en recreatie - ingezet om ruimte te bieden aan de gezonde systemen van

de stad. Het gaat hierbij om de gezonde systemen van energie, water en mineralen kringloop (o.a. lokale

voedselproductie en gft verwerking). Indien deze nieuwe functies in de groenblauwe omgeving leiden

tot exploitatie-opbrengsten, zullen deze mede ingezet worden voor de uitbreiding, kwaliteitsverhoging en

beheer van de groenblauwe omgeving.

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 42

Toelichting convenant Duurzaamheid

Kwartaaloverzicht 8.indd 42 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 43

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 43

WaterDe ontwikkeling van Almere zal gepaard gaan met de ontwikkeling van een bijbehorend duurzaam

watersysteem. De opgaven van wateroverlast en droogte worden verbonden met de ruimtelijke opgaven

van Almere. Almere wordt een klimaatbestendige stad. We spreken dan over een drietal thema’s.

– Schoon water; in zowel stedelijk als landelijk gebied wordt gezorgd voor de randvoorwaarden voor

gezonde oppervlaktewatersystemen.

– Voldoende water; er is een samenhangend, robuust en goed functionerend watersysteem dat de

effecten van toekomstige klimaatveranderingen, bodemdaling en droge periodes kan opvangen.

– Veiligheid; de veiligheid tegen overstromingen blijft ook in de toekomst gewaarborgd door te werken

aan veilige, robuuste en duurzame waterkeringen.

Hiernaast biedt het water in zijn verschijningsvorm een bijzondere waarde voor de stad door zijn bijzon-

dere belevings- en gebruikswaarde.

Kwartaaloverzicht 8.indd 43 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 44

Opdracht: In Almere zijn achterblijvende onderwijsresultaten in het primair onderwijs. Inzet is om de

kwaliteit binnen vijf jaar tenminste op het landelijk gemiddelde te brengen. Hierbij wordt bezien hoe

gedurende de groei de onderwijskwaliteit op aanvaardbaar niveau wordt gehouden.

Stand van zaken: De gemeente Almere en de onderwijsbesturen hebben door het Kohnstamm Instituut

onderzoek laten doen naar achterblijvende onderwijsresultaten in het basisonderwijs in Almere.

Er is geen eenduidige oorzaak aanwezig voor de achterblijvende resultaten. De verklaring zit voorna-

melijk in het samenspel van de snelle groei van de stad en interne onderwijsfactoren. Almere heeft in

de afgelopen decenia te maken gehad met een snelle groei van het aantal leerlingen en moest binnen

korte tijd veel onderwijspersoneel werven in een tijd van krapte. Dit had gevolgen voor de kwaliteit van

het onderwijs. Dislocaties ten gevolge van de groei (noodgebouwen, school of meerdere locaties) leidden

tot problemen met onderwijskundige aansturing. Verder kon Almere niet terugvallen op ervaringen uit het

verleden of een bestaande bestuurscultuur. Tot slot had (en heeft) Almere ook te maken met relatief grote

tussentijdse in- en uitstroom van leerlingen, dat voordurend aanpassing vergt van de school, de klas en

de individuele leerling.

Daarnaast is een aantal onderwijsinterne factoren te benoemen, die deels landelijk zijn en deels te

maken hebben met deze nieuwe, snelgroeiende stad. Het onderwijs was niet gericht op opbrengstgericht

werken. Wel was er een sterke focus op pedagogische doelen: iedereen hoort erbij en doet mee.

Tot slot kenmerkte het onderwijs in Almere zich door een sterke drang om nieuwe onderwijsconcepten in

te voeren.

Uit onderzoek kwam naar voren dat uniek Almeers niet zozeer het feit is dat al deze factoren een rol

spelen. Het was vooral de optelsom en specifiek de combinatie van al deze factoren die ertoe hebben

geleid dat de kwaliteit van het basisonderwijs in Almere onder de maat was.

Onderwijs

Kwartaaloverzicht 8.indd 44 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 45

Het onderzoek heeft input gegeven voor de gespreksonderwerpen met het Rijk tijdens de Almere

Tafel van 14 juni 2012. Tijdens dit overleg heeft het Rijk de problematiek erkend. Het ministerie van

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) gaat samen met de gemeente Almere en de Almeerse onder-

wijsinstellingen op zoek naar mogelijkheden om deze negatieve effecten te voorkomen bij de volgende

groeiopgave van de stad.

Portefeuillehouder: Wethouder René Peeters.

Projectleider Almere: Arnica Derkink en Carla Schipperheijn.

Samenwerkende partners: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, gemeente Almere,

onderwijssector Almere, onderwijsinspectie.

Kwartaaloverzicht 8.indd 45 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 46

Opdracht: Op basis van de motie Linhard (d.d. 1 december 2009) en het cultuurconvenant (d.d. 8

april 2009) stelt de gemeente Almere met partners een visie voor cultuurvoorzieningen op. Deze visie

is erop gericht dat Almere haar positie als grote stad in het nationaal cultuur bestel zo snel mogelijk kan

innemen. Op basis van deze visie maken Almere, de provincie Flevoland en het ministerie van OCW

afspraken over de realisatie.

Stand van zaken: De Conceptvisie Cultuur 2.0 is gereed. De visie is op 21 juni door de stuurgroep

RRAAM vastgesteld als uitwerking van de afspraken in het IAK. Tevens heeft het college van B&W van

Almere de raad eind juni geconsulteerd over de visie. In september wordt de visie ter besluitvorming

voorgelegd. Naar aanleiding van de reacties van de raad zal het college de visie afronden en de defini-

tieve versie ter vaststelling aanbieden aan de raad.

De visie voor cultuur is gebaseerd op een reeks gesprekken met maatschappelijke partners in en buiten

Almere, zoals creatieve ondernemers, culturele instellingen, woningcorporaties, het onderwijs en het

welzijnswerk. Hiernaast is een analyse gemaakt van trends in relatie tot de ontwikkeling van Almere 2.0.

De conceptvisie laat in hoofdlijnen de gewenste culturele infrastructuur in 2030 - 2040 zien voor

Almere. Kenmerkend voor deze visie is de plaats voor cultuureducatie en cultureel ondernemerschap.

Het ministerie van OCW bereidt samen met de gemeente een bijeenkomst voor over de manier waarop

de lijn “educatie – talentontwikkeling - creatief ondernemerschap” gefaciliteerd kan worden door de

overheden.

Portefeuillehouder: Wethouder Ed Anker.

Projectleider Almere: Janica Kleiman.

Samenwerkende partners: Ministerie van OCW, provincie Flevoland, gemeente Almere,

maatschappelijke partners Almere.

Culturele voorzieningen

Kwartaaloverzicht 8.indd 46 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 47

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 47

Almeerse Visie Cultuur 2.0

Ed Anker – Wethouder Cultuur gemeente Almere

Bij de uitbreiding van Almere naar een stad van 350.000 inwoners gaat het om meer dan woningen en

infrastructuur. Met het ministerie van OCW en de provincie Flevoland hebben we afgesproken dat er expliciet

aandacht wordt besteed aan cultuur, zowel wat de omvang als de kwaliteit betreft. Ook binnen het cultuur-

bestel moet Almere haar positie als grote stad innemen. Voor de groei van de stad is de groei van cultuur

essentieel. Er is immers een directe samenhang tussen de aanwezigheid van cultuur en het economisch

succes van steden. Met meer cultuur wordt Almere nog aantrekkelijker om in te wonen en om er bedrijven

te vestigen.

Anno 2012 is de realiteit dat zowel gemeenten, provincies als het Rijk forse bezuinigingsopgaven hebben.

Daarbij wordt ook de culturele sector niet ontzien. Wij hebben er voor gekozen om de onontkoombare

bezuinigingen zo vorm te geven dat de culturele infrastructuur in tact blijft. Binnen Almere zijn Museum De

Paviljoens en de drie podiumkunstinstellingen van belang voor de stad, maar ze hebben ook nationale en zelfs

internationale potentie. Daar waar zich kansen voordoen zullen we OCW vragen te bevorderen dat landelijke

instellingen op het gebied van cultuur zich vestigen en kunnen blijven bestaan in Almere. Die ondersteuning

vragen we ook aan OCW voor de aanpassing van de verdeelsleutels Kunst & Ontspanning en Oudheid binnen

het gemeentefonds. Ter vergelijking: de Rijksbijdrage per inwoner is voor een qua inwoneraantal vergelijkbare

stad als Groningen € 65,- terwijl dat per inwoner van Almere € 3,- is.

Almere heeft geen Rijksmuseum of Philharmonisch orkest. Bij New Towns als Almere moet cultuur gelijk-

opgaand met de groei van de stad tot stand komen. De cultuur die er nu is heeft zich tot in de haarvaten

van de stad verankerd en is er een onlosmakelijk onderdeel van geworden. Op die voet willen we verder

gaan. In de visie Cultuur 2.0 hebben we gekeken naar het ondersteunen van creatief ondernemerschap.

We willen ons daarbij richten op scholieren als toekomstige culturele producenten en op degenen die al

creatief ondernemer zijn. Het doel van dit programma is te investeren in de infrastructuur zoals die er op

de lange termijn uit moet komen te zien: ondernemende en zakelijke cultuuraanbieders, niet subsidie-

afhankelijk, maar jong, creatief en innovatief.

Kwartaaloverzicht 8.indd 47 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 48

Opdracht: Het opstellen van een programma sportieve infrastructuur. Inzet is het verkennen van de

haalbaarheid en opzet van een innovatieve sportieve infrastructuur, dat onder meer geïmplementeerd kan

worden in de nieuwe gebieden. Deze opdracht is gerelateerd aan het Olympisch Plan 2028 van VWS

en NOC*NSF. Het Olympisch Plan 2028 is de ambitie om met sport in de volle breedte een bijdrage te

leveren aan Nederland, met veel positieve effecten nú en in de toekomst.

Stand van zaken: De samenwerkende partners hebben de ontwikkeling van de visie afgerond. Centraal

in deze visie staat een piramide, bestaande uit drie samenhangende niveaus.

Aan de basis staat ‘de stad als sportveld’. Samenwerking tussen de terreinen sport, welzijn, onderwijs en

gezondheidszorg wordt zodanig georganiseerd dat iedereen in staat wordt gesteld verschillende sporten

te beoefenen en een leven lang te sporten binnen de sport die bij hem of haar past.

De middelste laag wordt gevormd door de ‘stad voor talent’. Almere is de stad waar jeugd en jongeren

hun talent ontdekken. Verdere ontwikkeling wordt gestimuleerd en professioneel begeleid.

Aan de top staat ‘de stad die uitblinkt’. In Almere zijn topsporters, topsportvoorzieningen en evenementen

die de inwoners motiveren om te sporten en inspireren tot het behalen van hun eigen top(sport)presta-

ties. Samen vormen deze drie niveaus een integrale sportinfrastructuur. Een sportinfrastructuur die een

wezenlijke bijdrage levert aan het versneld ontstaan van sociale cohesie in de ontwikkelingsgebieden van

Almere. Sport is hierbij de aanjager en dient als voorbeeld en inspiratiebron voor andere terreinen. De

visie is op 21 juni 2012 in de Stuurgroep RRAAM vastgesteld als uitwerking van de afspraken in het IAK.

Op dit moment wordt verkend of de uitgangspunten van de visie kunnen worden uitgewerkt in een

nationale pilot in Nobelhorst voor het ontwikkelen van een vernieuwende sportinfrastructuur. Daarnaast

wordt in Almere Poort gestart met een pilot talentherkenning in nauwe samenwerking met bestaande

sportverenigingen en het onderwijs.

Portefeuillehouder: Wethouder René Peeters.

Projectleider Almere: Rogier Koreman.

Samenwerkende partners: Ministerie van VWS, provincie Flevoland, gemeente Almere, NOC*NSF.

Sportieve infrastructuur

Kwartaaloverzicht 8.indd 48 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 49

René Peeters – Wethouder sport gemeente Almere

Sport is van groot belang bij het versneld ontstaan van sociale cohesie in de nieuwe woongebieden van Almere. Sport is niet alleen leuk om te doen; het is ook gezond en zorgt ervoor dat mensen elkaar ontmoeten. Het inspireert mensen om het beste uit zichzelf en anderen naar boven te halen. Daarnaast geven sportevenementen de stad een gezicht en identiteit en is de economi-sche waarde substantieel.

In de pilotwijk Nobelhorst komen kinderen en jongeren straks als vanzelf- sprekend in aanraking met verschillende vormen van sport, zodat zij de sport kiezen die bij hen past en waardoor ze hun leven lang met plezier kunnen sporten. Talent wordt hierbij al vroeg herkend en ontwikkeld. Maar ook talenten binnen het onderwijs of cultuur krijgen de ruimte om zich te ontwikkelen en uit te blinken. Sport als voorbeeld en inspiratiebron.

Kwartaaloverzicht 8.indd 49 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 50

Opdracht: Het opstellen van een economisch programma gericht op 100.000 arbeidsplaatsen in

de periode 2010 - 2030, dat bestaat uit:

– Een maatregelenpakket voor excellent gastheerschap;

– Een investeringsprogramma voor de ontwikkeling van economische clusters vanuit de EDBA;

– Afspraken voor verdergaande regionale economische samenwerking op de as

Schiphol - Amsterdam - Almere - ’t Gooi - Utrecht.

Stand van zaken: Er is een concept jaaragenda voor 2012 met het ministerie van EL&I, provincie

Flevoland en de gemeente Almere opgesteld. Onderwerpen op de conceptagenda zijn:

– financieringsstrategie;

– dereguleringszone;

– ondernemersplein;

– luchthaven Lelystad.

Op 1 juni jl. heeft een delegatie van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie een

bezoek aan Almere gebracht. Annemie Burger, Directeur-generaal Natuur&Regio, haar plaatsvervanger

Alida Oppers en Marc Hameleers, regio-ambassadeur van de directie Regio en Ruimtelijke Economie

zijn door wethouder Ben Scholten ontvangen in het state-of-the-art datacenter op Sallandsekant. Er is

gesproken over verdergaande samenwerking tussen ministerie en gemeente. Tevens zijn er zorgen geuit

over de plannen voor aanstaande verhuizingen van enkele rijksdiensten uit Almere: de Belastingdienst en

UWV.

Portefeuillehouder: Wethouder Ben Scholten.

Projectleider Almere: Hinne Paul Krolis.

Samenwerkende partners: Ministerie van EL&I, provincie Flevoland, gemeente Almere,

Economic Development Board Almere (EDBA).

Economie

Kwartaaloverzicht 8.indd 50 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 51Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 51Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 51

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 51

Jan Vogel over Excellent Gastheerschap

Almere blijft groeien en daar hoort ook werkgelegenheid bij. De gemeente heeft met de provincie en het

rijk een ‘Economisch Offensief’ in het leven geroepen. Dit plan moet leiden tot 100.000 extra banen in

de komende decennia. Om de groei van werkgelegenheid te versnellen, maken we onze dienstverlening

voor ondernemers sneller, duidelijker en eenvoudiger. De gemeente wil optreden als excellente gastheer

voor ondernemers. Jan Vogel is afdelingsmanager van de afdeling Economische Zaken.

Jan, wat is jouw rol?Als afdelingsmanager van de afdeling Economische Zaken moet ik ervoor zorgen dat de ondernemers

van A tot Z op een klantvriendelijke manier geholpen worden. In dat kader zijn we vorig jaar van start

gegaan met het ondernemersloket. Dit loket is zich nu verder aan het ontwikkelen tot een Ondernemers-

plein. Dit plein komt tot stand in nauwe samenwerking met de kamer van Koophandel en wordt in de

eerste helft van 2013 geopend.

Wat betekent Excellent Gastheerschap?Excellent Gastheerschap is meer dan het Ondernemersplein alleen. Het betekent ook dat de stad

een goede bereikbaarheid kent. Via de weg, het spoor, het water en de de lucht (vliegveld Lelystad).

Er moeten goede onderwijsvoorzieningen zijn en een gezonde arbeidsmarkt. Er moeten voldoende

bedrijventerreinen zijn en deze dienen schoon, heel en veilig te zijn. Ook moet je je best doen om nieuwe

bedrijven te verleiden naar Almere te komen. Zeker in deze periode van economische recessie moet je

qua acquisitie extra je best doen. We zijn daarom dan ook een partnership aangegaan met ondernemers,

onderwijsinstellingen en onderzoeksinstellingen. Samengewerkt wordt in de Economic Development

Board Almere (EDBA).

Heb je een succes dat je kunt delen?Onlangs heeft Almere een 7,1 gekregen voor het vestigingsklimaat. Het onderzoek werd gedaan naar

het lokale vestigingsklimaat in zeventien Nederlandse regio’s. Leiden deed het net ietsjes beter. Daarnaast

scoorde Almere ten opzichte van vorig jaar 150% beter in het onlangs door de Kamer van Koophandel

gehouden mystery guest onderzoek. Daarmee was Almere de snelste stijger in de regio en kwam uit op

een 7,4.

Kwartaaloverzicht 8.indd 51 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 52

Opdracht: Ter voorkoming van mogelijke negatieve effecten op de sociaal-economische situatie in de

bestaande stad, als gevolg van de groei van Almere, wordt de ontwikkeling van de bestaande stad actief

gemonitord. De wethouder van Almere en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties

overleggen jaarlijks over de ontwikkeling van de concurrentiekracht van bestaande woon- en werkmilieus

en de eventuele gewenste cq noodzakelijke preventieve acties.

Stand van zaken: In het Integraal Afsprakenkader (IAK) hebben Rijk en Almere de afspraak gemaakt een

jaarlijkse monitoring op te zetten om mogelijke negatieve effecten als gevolg van de groeiopgave op en

in de stad te voorkomen. Begin 2011 is samen met lokale partners en het ministerie van Binnenlandse

Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) afgesproken om een prototype van een Early Warning Systeem (EWS) te

ontwikkelen. Het EWS moet helpen voorkomen dat buurten ongemerkt in de greep komen van een proces

van achteruitgang. Afgelopen maanden is het prototype Early Warning Systeem gebouwd. De ambities zijn

om met behulp van het systeem - waarin allerhande informatie uit de haarvaten van de stad gecombineerd

kan worden - tot preventieve interventies van de frontline werkers te komen.

In talloze expertmeetings en brainstormsessies, intern en extern en binnen en buiten Almere, is het prototype

getest en bediscussieerd. Telkens met de vraag ´Kan dit systeem ons helpen bij het vroegtijdig signaleren

van problemen en het gericht aanpakken daarvan?´. Aanhakende vragen gingen over de techniek (‘Wat is

er nodig aan bits en bytes?’) en wat moet er worden geregeld op het gebied van de privacy? Deelnemers

aan de gesprekken waren: professionals in de buurt, integrale netwerken, collega’s van heel veel gemeen-

telijke diensten en afdelingen, adviseurs en directies van Almeerse partners, bestuurders, onderzoekers,

dataspecialisten, managers van Vogelaarwijken, juristen, afdelingen onderzoek en statistiek van Amsterdam,

Rotterdam en Utrecht.

Op 14 juni jl. vond de 2e Almere Tafel plaats. Aan de Almere Tafel hebben Almere en het ministerie BZK

samen een ontwikkelbesluit genomen om het EWS op te zetten. Onderdeel van een principebesluit voor de

bouw van het EWS is een investeringsplan en exploitatieopzet. Voor 1 oktober 2012 werken de gemeente

en BZK aan een voorstel voor een investeringsplan, exploitatieopzet en mogelijke cofinanciering.

Almere Tafel (bestaande stad)

Kwartaaloverzicht 8.indd 52 05-07-12 12:20

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 53

Portefeuillehouder: Wethouder Ineke Smidt.

Projectleider Almere: Thijs van der Steeg.

Samenwerkende partners: Ministerie van BZK, gemeente Almere, Stadsmanifestpartners.

Ineke Smidt – Wethouder gemeente Almere

Het Early Warning Systeem helpt ons om de verhalen van jeugd- en welzijns-werkers, scholen en politie om te zetten naar facts en figures. Onderbuikgevoe-lens van professionals kunnen worden gestaafd met harde feiten waar we iets mee kunnen. Signaleert een school dat er leerlingen zonder ontbijt naar school lijken te komen, dan kunnen we in die wijk kijken of er indicatoren zijn die dit verklaren. Zien we een relatie, dan kunnen we er actief op af gaan.

“”

Schooldirectrice mevrouw Dries (rechts) van basisschool Het Meesterwerk verwelkomt Secretaris-Generaal van Erp (links)

Wethouders Ineke Smidt (links) en René Peeters (rechts) aan de Almere Tafel

Kwartaaloverzicht 8.indd 53 05-07-12 12:21

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 54

Opdracht: Uitbreiding en ontwikkeling van een nieuw groenblauw raamwerk (700 ha) en versterking

van het bestaande groenblauwe casco van Almere (600 ha). Voor deze opgaven wordt een sluitende

businesscase opgesteld. Tevens wordt een groene kennis- en innovatieagenda opgesteld, opdat groene

kennis- en onderzoeksinstituten kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van Almere 2.0.

Stand van zaken: Na ondertekening van de intentieovereenkomst IAK groenblauw in december 2011

zijn door de partners diverse vervolgactiviteiten opgestart. Dit betreffen:

– het opstellen ontwikkelingsplan Poorthout;

– het opstellen realisatieplan Almeerderhout;

– het opzetten ontwikkelingsvisie Eemvallei;

– het uitwerken van windenergie als inkomstenbron voor groenblauw;

– het uitwerken van het concept ‘boswonen voor bos’;

– het uitwerken van het concept van “Almere als landingsplaats voor compensatieopgaven”(nationaal,

regionaal, lokaal).

De eerste deelresultaten worden verwacht in september.

Portefeuillehouder: Wethouder Adri Duivesteijn.

Projectleiders Almere: Linda Rijnboutt & Hester Kersten.

Samenwerkende partners: Ministerie van EL&I, RVOB, gemeente Almere, Dienst Landelijk Gebied (DLG),

Staatsbosbeheer (SBB), Stichting Flevolandschap (SFL), Aeresgroep, Christelijke Agrarische Hogeschool.

Programma Groenblauw

Kwartaaloverzicht 8.indd 54 05-07-12 12:21

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 55

Opdracht: De ontwikkeling van Almere 2.0 leidt ertoe dat het verkeer toeneemt. De huidige infrastruc-

tuur is hierop niet berekend. In de Verkenning Stedelijke Bereikbaarheid Almere (VSBA) is het maatre-

gelen pakket opgesteld voor een goede binnenstedelijke bereikbaarheid van Almere 2.0 voor zowel de

bestaande stad als de gebiedsontwikkeling.

Stand van zaken: De uitvoering van het convenant Stedelijke Bereikbaarheid – een maatregelenpakket

met onder meer Waterlandseweg, deel Hogering en ontsluiting Nobelhorst met een totaal omvang van

142,5 miljoen euro – wordt voorbereid.

Portefeuillehouder: Wethouder Adri Duivesteijn.

Contactpersoon Almere: Esther van Garderen.

Samenwerkende partners: Ministerie van I&M, provincie Flevoland, gemeente Almere.

Stedelijke Bereikbaarheid Almere (SBA)

Kwartaaloverzicht 8.indd 55 05-07-12 12:21

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 56

Financieel kader

Opdracht: In het IAK is vastgelegd dat in 2012 een financieel kader voor Almere 2.0 is opgesteld.

Het kader is een set financiële afspraken, waardoor wordt geborgd dat Almere 2.0 door Rijk, regio en

de gemeente Almere op een verantwoorde wijze kan worden uitgevoerd. Het omvat vier domeinen:

– de planexploitaties van de ontwikkelingsgebieden (de drie werkmaatschappijen);

– de begroting voor de lokale en regionale hoofdinfrastructuur (VSBA);

– de investeringsbegroting van de IAK thema’s (duurzaamheid, economie, cultuur etc); en

– de structurele effecten op de inkomsten en uitgaven van het Gemeentefonds en het Provinciefonds

(onderzoek Cebeon).

Stand van zaken: Opgave van de Werkgroep Financieel Kader is om op basis van het werk van de

werkmaatschappijen en het Hollandse Brug-team en de uitwerking van de thema’s te komen tot een

integraal overzicht van de kosten en opbrengsten van Almere 2.0 en RRAAM. Door de werkgroep is

het rapport “Kosten en opbrengsten projecten RRAAM” opgesteld. Dit is ter informatie aangeboden aan

de Stuurgroep RRAAM op 27 april 2012. Het college zal de raad in juli tijdens de politieke markt nader

informeren over dit rapport.

Met dit rapport bestaat er een gezamenlijk beeld van het rijk en de regio over de financiële opgave voor

alle alternatieven en varianten voor de rijksstructuurvisie RRAAM. Tevens is het rapport een onderlegger

om te komen tot een financieringsarrangement voor Almere 2.0 en RRAAM. Eerste stap daarbij is dat de

uitvoering van een MKBA, waarvoor dit rapport input vormt.

Overige activiteiten IAK

Kwartaaloverzicht 8.indd 56 05-07-12 12:21

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 57

Naast deze investeringsopgave ligt er nog een opgave in de structurele financiën van de gemeente.

Hierover heeft op 28 maart 2012 een bestuurlijk overleg plaatsgevonden tussen wethouder Visser van

Financiën en minister Spies van BZK. Tijdens dit bestuurlijk overleg heeft de minister haar commitment

bevestigd om de problematiek in het Gemeentefonds – die bureau Cebeon eerder als exogeen (niet

van gemeentelijke keuzes afhankelijk) heeft aangemerkt – op te lossen. Afgesproken is in het najaar een

vervolgoverleg te houden hoe binnen de herverdeling van het gemeentefonds de algemene sleutels zo

kunnen worden aangepast, dat juist de knelpunten van Almere worden opgelost.

Portefeuillehouders: Wethouder Adri Duivesteijn in afstemming met

wethouder Arno Visser (gemeentefonds).

Projectleider Almere: Bart Teulings.

Samenwerkende partners: Ministeries van I&M, RVOB, provincie Flevoland en

gemeente Almere.

Kwartaaloverzicht 8.indd 57 05-07-12 12:21

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 58

5 Risicoparagraaf

Opdracht: Een systematische inventarisatie van risico’s die samenhangen met Almere 2.0. Het gaat

daarbij om risico’s in termen van tijd, geld en kwaliteit voor de risicovelden: maatschappelijk, bestuurlijk,

organisatorisch, juridisch, economisch en technisch.

Stand van Zaken: Voor een systematisch management van risico’s hebben Rijk en regio een risico-

inventarisatie uitgevoerd. Deze risico’s zijn opgenomen in de 2e Voortgangsrapportage Groot Project

voor de Tweede Kamer. Belangrijke risico’s zijn:

– onvoldoende middelen voor uitvoering van RRAAM;

– het uitblijven van overeenstemming over de voorkeursbeslissing;

– niet voldoen aan condities Natura 2000;

– samenhang met andere ruimtelijke ontwikkelingen en projecten.

Bij de voorbereiding van de nieuwe Voortgangsrapportage Groot Project worden de risico’s opnieuw

beoordeeld.

Portefeuillehouder: Wethouder Adri Duivesteijn.

Projectleider Almere: Bart Teulings.

Samenwerkende partners: Ministeries van I&M, RVOB, provincie Flevoland en Gemeente Almere.

Kwartaaloverzicht 8.indd 58 05-07-12 12:21

Kwartaalbericht Almere 2.0 en RRAAM 59

2010 Stand van zaken

• begroting en besluit proceskosten periode 2010 – 2012 gereed

• plan van aanpak Bestuurlijke Overleg RRAAM/Almere 2.0 gereed

• plan van aanpak nevenvestiging Windesheim gereed

• instelling werkmaatschappijen Almere – Amsterdam, Almere Centrum –

Weerwater, Almere Oosterwold

gereed

• plan van aanpak Rijksstructuurvisie Amsterdam – Almere – Markermeer gereed

2011

• 1e Almere Tafel gereed

• besluit provinciefonds gereed

• besluit stedelijke bereikbaarheid gereed

• besluit programma groenblauw gereed

• besluit programma economie gereed

2012

• oplevering WAO gereed

• oplevering WACW gereed

• programma sportinfrastructuur concept gereed

• besluit duurzaamheidagenda concept gereed

• besluit visie culturele voorzieningen concept gereed

• 2e Almere Tafel gereed

• oplevering WAA gereed

• oplevering WMIJ gereed (markt uitvraag medio juli)

• besluit gemeentefonds vertraagd - mei circulaire 2013

• besluit financieel kader

• actualisering IAK

• rijksstructuurvisie (incl. principe besluit IJmeerlijn) 1e helft 2012

6 Planning

Kwartaaloverzicht 8.indd 59 05-07-12 12:21

110 111

Ecologische Schaalsprong

Versterkt groen-blauw casco

Versterkte bestaande stad

Nieuwe woon- en werkmilieus

Nieuwe OV-as: IJmeerlijn en Stichtselijn

De Schaalsprongas

110 111

Ecologische Schaalsprong

Versterkt groen-blauw casco

Versterkte bestaande stad

Nieuwe woon- en werkmilieus

Nieuwe OV-as: IJmeerlijn en Stichtselijn

De Schaalsprongas

Kwartaaloverzicht 8.indd 60 05-07-12 12:21

110 111

Ecologische Schaalsprong

Versterkt groen-blauw casco

Versterkte bestaande stad

Nieuwe woon- en werkmilieus

Nieuwe OV-as: IJmeerlijn en Stichtselijn

De Schaalsprongas

Kwartaaloverzicht 8.indd 61 05-07-12 12:21

Kwartaaloverzicht 8.indd 62 05-07-12 12:21