Krullen krijgen meer gedaan

23

description

Onderzoek naar de invloed van lettertypes op het onthouden van tekst op een poster

Transcript of Krullen krijgen meer gedaan

Page 1: Krullen krijgen meer gedaan

Krullen krijgen meer gedaanDe zin en onzin van illustratieve letters

Joanna Wortel

Page 2: Krullen krijgen meer gedaan

1

Krullen krijgen meer gedaanDe zin en onzin van illustratieve letters

Warns, 16 december 2014

Joanna Wortel‘t Sou 308721EZ [email protected]

Begeleidend docent: Syts Tanja-Atema

Page 3: Krullen krijgen meer gedaan

2

Page 4: Krullen krijgen meer gedaan

3

Management Summary

In dit onderzoek is een antwoord gezocht op de vraag of het gebruik van illustratieve letters, “Kopletters” invloed heeft op het onthouden van tekst op een poster. Hiervoor is literatuur onderzoek gedaan en een praktisch onderzoek uitgevoerd. In de literatuur is gezocht naar het ontstaan van de typografie en daarbij specifiek de Kopletter. Daarnaast is onderzocht hoe in-formatie verwerkt en onthouden wordt en hoe dit gerelateerd kan worden aan lettertypes.

In het praktische onderzoek is met een groep proefpersonen getest of er een relatie gevon-den kan worden tussen het soort lettertype en het onthouden van tekst op een poster.

Uit het literatuuronderzoek is naar voren ge-komen dat de Kopletter is ontstaan tijdens de industriële revolutie met het doel meer op te vallen voor potentiële kopers. De literatuur over het onthouden van informatie laat ook zien dat het nodig is om op te vallen omdat veel prikkels door de ontvangende persoon onbewust gefil-terd worden. Een deel van deze prikkels vatten we samen om eenvoudiger te verwerken, dit wordt omschreven in de Gestaltwetten.

Voor tekst spelen ook herkenbaarheid en lees-baarheid een belangrijke rol in het verwerken van informatie. Goede herkenbaarheid zorgt ervoor dat we woorden snel kunnen verwer-ken, een goed leesbare tekst zorg ervoor dat we makkelijk langere stukken tekst tot ons kunnen nemen.

Kopletters voldoen vaak niet aan de richtlijnen voor goed herkenbare en leesbare tekst. Wan-neer tekst lastiger te lezen is wordt de inhoud wel beter onthouden. De keerzijde hierin is dat de lezer het onderwerp van de tekst associeert met het lastig lezen en hierdoor minder positief tegenover het onderwerp kan komen te staan.

De reden dat toch veel gebruik gemaakt wordt

van illustratieve Kopletters is dat het letterty-pe bijdraagt aan het gevoel wat overgebracht wordt met het onderwerp.

Het praktisch onderzoek heeft geen signifi-cant verschil laten zien tussen een Kopletter of een tekstletter wat betreft het onthouden van tekst wanneer de proefpersoon geen voorken-nis heeft over de inhoud. Wel is er een verschil wanneer de proefpersoon voorkennis heeft over de vragen, de Kopletter wordt dan wel be-ter onthouden.

Uit het onderzoek komt dus naar voren dat vormgevers niet in hoeven te leveren op creati-viteit wat betreft de lettertypes bij het ontwer-pen van een poster. Lastiger te lezen tekst kan zelfs een positief effect hebben op het onthou-den van de inhoud als mensen de poster vaker zien.

Wel is het aan te raden om in een vervolgon-derzoek te kijken naar eventuele negatieve as-sociaties met het onderwerp door de lastiger te lezen tekst.

Page 5: Krullen krijgen meer gedaan

4

Inhoud

Inleiding ........................................................................................................................................................

1. Literatuuronderzoek................................................................................................................................. 1.1 Wat zijn kopletters? .................................................................................................................................... 1.2 Hoe onthouden mensen informatie? .................................................................................................. 1.3 Hoe verwerken mensen visuele informatie?...................................................................................... 1.4 Wat is de invloed van leesbaarheid en herkenbaarheid op het onthouden van tekst? ....... 1.5 Waarom worden kopletters gebruikt?................................................................................................... 1.6 Conclusies literatuuronderzoek ............................................................................................................

2. Praktisch onderzoek ............................................................................................................................... 2.1 Methode ...................................................................................................................................................... 2.2 Resultaten en analyse ............................................................................................................................ 2.3 Conclusies en discussie ........................................................................................................................

Literatuurlijst ...............................................................................................................................................

Bijlage 1: Beknopt onderzoeksplan Bijlage 2: Minitab resultaten

6

7789111112

13131315

16

Page 6: Krullen krijgen meer gedaan

5

Page 7: Krullen krijgen meer gedaan

6

Inleiding

In dit onderzoek wordt onderzocht of er een re-latie is tussen de keuze van een lettertype en het onthouden van de informatie, in dit geval op een poster. Dit onderzoek richt zich op de vergelijking tussen een goed leesbare tekstlet-ter en een creatief vormgegeven lettertype. De onderzoeksvraag luidt daarom:

Wat is het effect van typografie op het onthouden van informatie op een poster?

De motivatie achter deze vraag is dat op pos-ters vaak gebruik gemaakt wordt van afwijkende lettertypes, maar zorgt dit er ook echt voor dat de inhoud van de poster beter onthouden kan worden? Door bestaande theorieën aan elkaar te koppelen en dit met een praktisch onder-zoek te toetsen moet er een antwoord komen op deze vraag.

Deze informatie kan nuttig zijn voor iedereen die met het grafisch verwerken van tekst te ma-ken krijgt, het geeft meer inzicht in hoe lezers de lettertypes ervaren en daardoor kan hier reke-ning mee gehouden worden bij het ontwerpen van posters.

Onderzoeksvragen

Om de hoofdvraag te beantwoorden worden de volgende deelvragen onderzocht:

Z Wat zijn kopletters? Z Hoe onthouden mensen informatie? Z Hoe verwerken mensen visuele informa-

tie? Z Wat is de invloed van leesbaarheid en

herkenbaarheid op het onthouden van tekst?

Z Waarom worden illustratieve letters ge-bruikt?

Page 8: Krullen krijgen meer gedaan

7

1. Literatuuronderzoek

1.1 Wat zijn kopletters?

In het boek “Over Typografie” vertelt David Jury uitgebreid over het ontstaan van de typografie. De eerste lettertypes, zoals wij die nu kennen, vinden hun oorsprong in het begin van de Wes-terse boekdrukkunst in de 15e eeuw. Johann Gutenberg ontwikkelde een systeem waarbij letter voor letter gezet en vervolgens gedrukt kon worden. De toen gebruikte letters waren speciaal ontworpen om op handgeschreven boeken te lijken, zo hoorde boeken er uit te zien, vond men in die tijd. Dit type letter lijkt nog het meest op wat we nu kennen als de gebro-ken letter, een bekend voorbeeld is “Old En-glish text”.

Al snel werd Gutenbergs letter vervangen door de Renaissance Antiqua, het oudste voorbeeld van de romein in de drukkunst. Fonts als Caslon en Garamond zijn hier een goed voorbeeld van.

De eerste echte revisie van de Renaissance An-tiqua letters verscheen aan het eind van de 17e eeuw. John Baskerville, de ontwerper van het gelijknamige font, wist inkt, papier en de druk-techniek te verbeteren waardoor het mogelijk werd om een fijnere letter te gebruiken. Een belangrijke reden voor het verder ontwikkelen van een lettertype was de prijs van het drukken. Materialen zoals inkt en papier, of daarvoor zelfs kalfshuiden waren erg kostbaar dus des te minder ruimte een letter innam hoe beter.

In de 19e eeuw ontstonden de eerste schreef-loze letters. Tot die tijd hadden alle lettertypes

een schreef. De schreef-lozen waren door de on-g e c o m p l i -ceerde vorm eenvoudig te

produceren. Ze waren populair door de gro-te herkenbaarheid van de letters en werden daarom vooral gebruikt op drukwerk zoals af-fiches, loterijbriefjes en theatertickets. Bekende schreefloze fonts zijn: Gill sans, Futura en Uni-vers.

KoplettersEr is nu meer duidelijk over de evolutie van de lettertypes, maar er wordt nog niets gezegd over de illustratieve letters die het onderwerp zijn van dit onderzoek. Deze letters vinden hun oorsprong volgens David Jury in het begin van

SchreefSchreefloos

Old English text

Gill Sans

Later kwamen zowel Bodoni als Didot met hun versie van de drukletter. Zij baseerden hun letters op wetenschap, ieder aspect van de letter was wiskundig te verklaren. Hiermee probeerden zij de typografie los te maken van de kalligrafie.

Page 9: Krullen krijgen meer gedaan

8

de industriële revolutie.

Massaproductie komt in opmars en daardoor ook de concurrentie. Producten en diensten moesten verkocht worden en daarom kwam er bij de drukkers steeds meer vraag naar recla-medrukwerk. Om tussen de rest zichtbaarder te zijn wilde men grote en opvallende letters,

zogenaamde kopletters. De eerder genoemde letters van Caslon, Baskerville en Didot waren vooral bedoeld voor lange stukken tekst: tekst-letters. De kopletters bevatten veel meer extre-men, extra vet, krullen en versieringen. Ze zijn veel meer afhankelijk van de mode.

Dit type letter staat centraal in dit onderzoek. Het oorspronkelijke doel was de aandacht trek-

ken van de kijker, maar heeft dit ook invloed op het onthouden van de gelezen tekst? Belangrijk hierin is de manier waarop wij informatie ver-werken.

1.2 Hoe onthouden mensen informa-tie?

Iedereen krijgt dagelijks een enorme hoeveel-heid informatie te verwerken. Je hoort, je ziet, ruikt, proeft, voelt. Al deze prikkels moeten ver-werkt worden. Volgens Frank Oomkes (Com-municatieleer) kunnen onze ogen wel 5000 eenheden per seconde waarnemen, het ge-zichtscentrum in ons brein kan echter “maar” 500 eenheden per seconde verwerken. Dat betekent dat we de prikkels moeten filteren. Dit gebeurt in het sensorisch register, legt Ella Wijsman uit in “Psychologie & Sociologie”. Het sensorisch register houdt informatie vast zon-der het te bewerken. Dit zorgt ervoor dat be-paalde dingen, zoals het roepen van je naam wel binnenkomen, maar je geroezemoes om je heen tijdens een telefoongesprek kunt negeren.

Voordat een poster doorkomt bij het publiek moet hij dus al door een selectie heen. Oomkes omschrijft verschillende stadia waar het mis kan gaan en de boodschap niet bij de ontvanger blijft hangen. De eerste is selectieve kennisna-me; in dit stadium maakt de boodschap meer kans om onthouden te worden als dat wat we binnen krijgen onze eigen meningen en ideeën bekrachtigd en het ons gevoel van eigenwaar-de versterkt. Als onze boodschap dit stadium voorbij is komt hij in de ronde van de selectieve aandacht, dit is het eerder genoemde senso-risch register.

Het laatste stadium is het selectief onthouden. Dit betekent dat de boodschap eindelijk ver-werkt wordt en in het korte termijn geheugen terecht komt. Het gevaar hier is nog dat wan-

De kopletters moesten vooral opvallen in reclame

Page 10: Krullen krijgen meer gedaan

9

neer de boodschap niet opnieuw gelezen, her-haald wordt, hij alsnog weg kan glippen. Tijd en andere verwerkte indrukken zijn hier een risi-co, een mens kan ongeveer 7 dingen tegelijk in het kortetermijngeheugen opslaan, waarna het weggedrukt wordt door nadere informatie. Het herhalen van de informatie zorgt ervoor dat het opgeslagen wordt in het langetermijngeheugen. Dit is vrij veilig gebied, mits de informatie niet in strijd is met je meningen en opvattingen, want dan wordt de informatie sneller vergeten.

Een belangrijk aspect van het wel of niet ont-houden van iets is dus of het aansluit bij je me-ning of opvatting, maar hoe speelt de typografie hier zelf een rol in? De boodschap zelf zal dui-delijk iets bevatten wat wel of niet aanspreekt, hoe is dit te verklaren in de vorm van de letter?

1.3 Hoe verwerken mensen visuele informatie?Voor het verwerken van beeld kijken we naar de Gestaltpsychologie zoals dit wordt uitgelegd in “Beeldtaal” van o.a. Jos van den Broek. Gestalt is een van de cognitieve leertheorieën. Het legt uit hoe wij beeld interpreteren.

Gestalt wordt gekenmerkt door eenvoud. On-derbewust groeperen we informatie aan de hand van verschillende criteria: de Gestaltwet-ten. Hierdoor kunnen we de wereld om ons heen beter ordenen. In het boek “Beeldtaal” van Van der Broek e.a. worden de belangrijkste Gestaltwetten voor beeld verder uitgelegd.

De Wet van Voorgrond en AchtergrondIn een afbeelding kun je soms zowel op de

voor- als achtergrond iets onderscheiden. Be-kende voorbeelden van deze theorie zie je vaak terug in raadspelletjes,

Dit kan ook toegepast worden in typografie. Een voorbeeld hiervan is het logo van FedEx, waar tussen de E en de X een pijl te zien is. Hierdoor

krijgt de typografie een extra boodschap mee. Fedex wil hiermee zeggen: “Wij zijn snel en nauwkeurig”.

De Wet van EenvoudEenvoud schept overzicht. Als er minder in-drukken zijn en er minder afleiding is hoeft de lezer/kijker minder te scannen en begrijpen. Deze theorie zou er dus voor pleiten vooral zul-ke simpel mogelijke letters te gebruiken. Iets wat bij de meeste kopletters juist niet zo is.

De Wet van NabijheidDat betekent dat onderdelen die met elkaar te maken hebben bij elkaar in de buurt moeten staan. Bij het vormgeven van tekst houdt dat in dat ter bevordering van het onthouden van je tekst je de koptekst bij de relevante bijbehoren-de tekst of afbeeldingen plaatst. Dit zegt echter weinig over het verschil tussen het gebruik van een grote tekstletter of een opvallende koplet-ter.

De Wet van OvereenkomstDeze wet is ook meer een randvoorwaarde voor het werken met tekst, typografie zelf speelt hier een belangrijke rol in. Het gaat er namelijk om dat we aan de hand overeenkomstige elemen-ten dingen bij elkaar kunnen groeperen. De cola van Coca Cola herkennen we direct als Coca Cola door het opvallende lettertype. Of het nu Zie je twee gezichten of een

vaas in het plaatje?

Page 11: Krullen krijgen meer gedaan

10

gaat om een blikje, een 2 literfles of een glazen flesje. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor melk: vol-le melk zit altijd in een donkerblauw pak, halfvol in een lichtblauw pak.

De Gestaltwetten zorgen er dus voor dat we de visuele informatie makkelijker kunnen cate-goriseren om het in grotere brokken te kunnen verwerken. Typografie is hierbij vaak een onder-deel van het geheel.

HerkenbaarheidHerkenbaarheid lijkt een belangrijke rol te spe-len bij het verwerken van informatie en beeld. Wanneer we minder hoeven te decoderen kun-nen we het sneller verwerken en opslaan. Er is veel geschreven over leesbaarheid en herken-baarheid van tekst.

Zo schrijft Robin Williams in het “Lettertype-boek voor iedereen” dat de herkenbaarheid van tekst gaat om hoe snel een woord herkend wordt. Hierbij is het belangrijk dat de vorm van de letters overeenkomt met wat we gewend zijn. Wanneer er elementen afwijken zoals bij-voorbeeld een heel vette of dunne letter wordt het lastiger om de letter in een oogopslag te

herkennen. Afwijkende stokken, staarten en x-hoogtes hebben hetzelfde effect.

Omdat het woord niet snel herkend wordt moet de lezer meer moeite doen om het te lezen, daardoor kost het meer tijd om de informatie op te nemen. Williams geeft aan dat de optima-

le herkenbaarheid behaald kan worden als de volgende punten toegepast worden:

Z Gebruik een eenvoudige schreefloze let-ter

Z Gebruik gewone of gemiddelde zwaarte Z Gebruik kapitalen en onderkastletters

waar ze horen Z Gebruik geen extra brede, smalle of schui-

ne letters Z Verruim de letterspatiëring bij letters on-

der de 10punten Z Verklein de letterspatiëring bij letters bo-

ven de 18 punten

De opvallende kopletters die centraal staan in dit onderzoek wijken vaak van deze punten af.

LeesbaarheidHet tweede belangrijke aspect van typografie is leesbaarheid. De regels voor een goed leesbare tekst zijn niet vanzelfsprekend hetzelfde als een herkenbare tekst. Dit komt doordat het bij lees-baarheid juist gaat om de boodschap in een langer stuk tekst. De letters zelf moeten zo min mogelijk opvallen.

In haar boek zegt Robin Williams dat in een lange tekst een lettertype met schreven beter leesbaar is dan een lettertype zonder schreven. Ze geeft hier geen eenduidige reden voor, fac-toren die mee kunnen spelen zijn de subtiele verschillen in dikte bij de letters of de manier waarop de schreven de letters als het ware aan elkaar verbinden.

Alex Poole, specialist is gebruikers ervaringen heeft 50 onderzoeken over leesbaarheid ge-reviewd. Hieruit blijkt dat vele onderzoeken el-kaar tegenspreken en er eigenlijk niet geconclu-

bxpStok

Staart

X-hoogte}

Page 12: Krullen krijgen meer gedaan

11

deerd kan worden dat letters met schreef beter leesbaar zijn dan letters zonder.

1.4 Wat is de invloed van leesbaar-heid en herkenbaarheid op het ont-houden van tekst?

Het lijkt logisch om aan te nemen dat het altijd beter is om te zorgen dat de tekst die je gebruikt goed leesbaar en herkenbaar is. Robin Williams schreef tenslotte al dat de herkenbaarheid van een letter, of eigenlijk een woord, ervoor zorgt dat we tekst sneller kunnen verwerken en zoals Oomkes al zei: we moeten al enorm filteren in het aantal prikkels wat we binnen krijgen.

Toch is er een onderzoek dat dit tegenspreekt. In de Amerikaanse publicatie “Fortune favors the Bold and the Italicized: Effects of disfluen-cy on educational outcomes” van Connor Die-mand-Yauman e.a. komt naar voren dat moei-lijker te lezen tekst beter onthouden wordt. In ieder geval in educatieve context. Dit heeft er-mee te maken dat wij onbewust iets moeilijker vinden als het lastiger te lezen is en het daar-door beter gaan bestuderen.

Een kanttekening die geplaatst wordt door Yau-man is dat het ook averechts kan werken als ie-mand minder gemotiveerd is om het te lezen, de lezer geeft eerder op.

Yauman heeft in zijn onderzoek ook vragen verwerkt om te toetsen of de moeilijk te le-zen lettertypes invloed hebben op de houding ten opzichte van de inhoud. Bij de studenten uit zijn onderzoek kwam niet naar voren dat zij het lesmateriaal beter of slechter vonden in de moeilijker of makkelijker te lezen lettertype.

Een onderzoek in een andere context, namelijk het uitvoeren van een sportoefening, toont wel aan dat de lezers minder gemotiveerd zijn door moeilijker te lezen tekst. (Hyunjin Song & Nor-

bert Schwarz, 2008)

De proefpersonen die de uit te voeren oefening in een lastiger te lezen lettertype lazen schatte de oefening moeilijker in, dachten dat de oe-fening langer duurde en waren minder snel ge-neigd hem vaker te doen dan de proefpersonen die dezelfde oefening in een makkelijker te le-zen lettertype kregen.

Ook het onderzoek uit 1998 van Rolf Reber, Pi-otr Winkielman & Norbert Schwarz toont een verband aan tussen “Perceptual fluency” en de waardering voor een object.“Perceptual fluency” geeft aan in welke mate onze hersenen iets kunnen verwerken. Dit heeft weer te maken met de eerder beschreven Ge-staltwetten. Hoe beter iets aan deze wetten voldoet, hoe beter we het beeld kunnen ver-werken.Gebaseerd op deze informatie kan het dus zo zijn dat het gebruik van een illustratieve letter er wel voor zorgt dat de lezer de informatie beter onthoudt, maar minder positief tegenover het onderwerp van de poster staat.

1.5 Waarom worden illustratieve letters gebruikt?

Lettertypes brengen een gevoel over, zo kan een advertentie voor een auto meer luxe uit-stralen wanneer er een cursief schreef-letter-type gebruikt wordt en een kledingstuk meer casual overkomen met een speelse schreefloze letter. Terry L. Childers en Jeffrey Jass (2002) toonden in hun onderzoek aan dat de keuze van een lettertype in reclame uitingen invloed heeft op de perceptie van het merk. Het let-tertype is dus een belangrijk onderdeel van de vormgeving.

Page 13: Krullen krijgen meer gedaan

12

1.6 Conclusies literatuur onderzoek

Uit het literatuuronderzoek komt naar voren dat de illustratieve letter, de kopletter, in het begin van de industriële revolutie is ontworpen om op te vallen tussen de toenemende hoeveel-heid reclame uitingen.

Hedendaags onderzoek bevestigt dat het uiter-lijk van een letter invloed heeft op de perceptie van een merk, artikel of uiting.

De Gestaltwetten omschrijven hoe wij beelden verwerken en hieruit kan afgeleid worden wan-neer een tekst goed leesbaar en herkenbaar is, de vorm van een woord of letter speelt hierbij een belangrijke rol.

Op basis van het literatuur onderzoek kan nog geen uitspraak gedaan worden over de invloed op het wel of niet vasthouden van informatie. In educatieve context blijkt een lastiger leesbaar lettertype ervoor te zorgen dat de informatie beter vast gehouden wordt. Voor promotionele doeleinden kan het echter wel eens averechts werken, omdat de lezer negatievere associaties krijgt met het onderwerp wanneer een letter lastig te lezen is zoals naar voren komt in het onderzoek naar de sportoefening.

Om hier meer helderheid in te krijgen wordt een praktisch onderzoek uitgevoerd

Page 14: Krullen krijgen meer gedaan

13

2.1 Methode

Om te testen of de inhoud van een poster beter onthouden wordt bij een eenvoudig leesbare letter of bij een kopletter worden twee groepen proefpersonen gevraagd naar twee posters te kijken.

Voor deze test zijn twee posters ontworpen voor fictieve muziek evenementen, van ieder evenement is een één poster gemaakt met de tekst in Helvetica en één met de tekst in een bijpassende kopletter. Op het lettertype na zijn de posters identiek.

Groep A kreeg eerst een poster te zien in letter-type Helvetica en moest daarna een aantal vra-gen over de inhoud van de poster beantwoor-den. Vervolgens kregen zij de tweede poster te

zien met de tekst in kopletters en moesten daar een aantal vragen over beantwoorden.

Groep B zag van de eerste poster de versie in een kopletter, beantwoordde de vragen en kreeg vervolgens de Helvetica versie van de tweede poster te zien, om daar weer de vragen over te beantwoorden.

De resultaten zijn vervolgens geanalyseerd op basis van het aantal goed gegeven antwoorden. 2.2 Resultaten en analyse

De enquêteresultaten zijn omgezet naar het aantal goed beantwoorde vragen. Zo kreeg ie-dere respondent een score voor de Helvetica-poster en de kopletterposter. Met de scores zijn statistische toetsen uitgevoerd.

Resultaten

Helvetica Kopletter

Aantal 16 16

Gemiddelde score 7,4 8,9

Standaarddeviatie 4,6 3

Hoogste score 16 16

Laagste score 1 4

Wanneer de scores van de beide posters wor-den samengevoegd is er te zien dat de koplet-ter hoger scoort dan de Helvetica en met een kleinere spreiding. Omdat het hier gaat om de vergelijking tussen twee samples wordt er een 2 samples T-test uitgevoerd om na te gaan of dit verschil significant is.

Uit deze test komt een P-waarde van 0,302. Het verschil tussen de kopletter en Helvetica is dus niet significant. Dit betekent dat er over de to-

2. Praktisch onderzoek

Posters Dance event

Posters Keltisch event

Page 15: Krullen krijgen meer gedaan

14

tale testresultaten geen verschil is tussen een kopletter en een tekstletter wat betreft het ont-houden van de inhoud van een poster.

In de test kreeg de helft van de proefpersonen eerst de Helvetica te zien en de andere helft eerst de kopletter. Door de data per poster-let-tertype combinatie te vergelijken kan getoetst worden of daar wel verschil te vinden is.

Wanneer we de antwoorden van de beide eerst bekeken posters vergelijken (de Keltische pos-ter) scoort de kopletter gemiddeld hoger en met een kleinere spreiding. De T-toets geeft aan dat hier wel een significant verschil is tus-sen de Helvetica en de kopletter.

De posters die als 2e zijn bekeken, de Dance posters, laten een andere uitkomst zien dan de 1e posters. De respondenten hadden hier voor-kennis over de vragen die zij moesten beant-woorden. Hier scoort de Helvetica gemiddeld 1 punt hoger, maar wel met een grotere spreiding. De T-toets geeft geen significant verschil aan tussen de Helvetica en de kopletter.

Keltisch Helvetica

KeltischKopletter

DanceHelvetica

Dance Kopletter

Aantal 7 9 7 9

Gemiddelde score 5 9,56 0 8

Standaarddeviatie 2,94 3,57 4,8 1,8

Hoogste score 9 16 16 10

Laagste score 1 4 2 5

Page 16: Krullen krijgen meer gedaan

15

2.3 Conclusie en discussie

Tussen de scores op de Helvetica posters en de Kopletterposters is geen significant ver-schil aangetoond. Dit betekent dat de tekst in een Kopletter niet beter of slechter onthouden wordt dan de tekst in een normaal lettertype.

Wanneer er meegenomen wordt dat de respon-denten bij de tweede poster weten waar zij op moeten letten en dus voorkennis hebben zijn er wel verschillen aangetoond.

Uit het onderzoek kan worden opgemaakt dat zonder voorkennis over de gestelde vragen de kopletter wel beter onthouden wordt dan de Helvetica. Wanneer de lezer voorkennis heeft en weet waarop te letten is er geen significant verschil meer.

Er zijn verschillende verklaringen mogelijk voor deze uitkomst. Het kan zijn dat de letters meer opvallen, zoals ze ook bedoeld zijn, en de kij-ker daarom beter leest. Meer aansluitend bij het eerder genoemde onderzoek van Connor Diemand-Yauman e.a kan het verschil ook ver-klaard worden omdat de tekst lastiger te lezen is en daardoor nauwkeuriger gelezen moet wor-den.

Vanwege de kleine populatie voor dit onder-zoek is het aan te raden deze resultaten te veri-fiëren in een uitgebreider onderzoek. Ook is het, met oog op het onderzoek van Yauman, raad-zaam om na te gaan of lastiger te lezen tekst op een negatiever beeld geeft van de inhoud van de poster.

Page 17: Krullen krijgen meer gedaan

16

Boeken

Jury, D. (2007). Over Typografie. Amsterdam: BIS Publishers

Oomkes, F. (2000). Communicatieleer. Am-sterdam/Meppel: Boom

Williams, R. (2001). Het Lettertypeboek voor iedereen. Amsterdam: Schoonhove

Wijsman, E. (2005). Psychologie & Sociologie. Groningen: Wolters-Noordhoff

Artikelen & Webteksten

Childers, T. & Jass, J. (2002) All Dressed Up With Something to Say: Effects of Typeface Semantic Associations on Brand Perceptions and Consumer Memory. http://ac.els-cdn.com/S1057740802702271/1-s2.0-S1057740802702271-main.pdf?_ti-d=14212b36-81e9-11e3-9f76-00000aa-b0f02&acdnat=1390232561_d89b589ad-38a4428590c7d55893cdc9d. Geraadpleegd 15 januari 2014

Diemand-Yauman, C. & Oppenheimer, M. (2010) Fortune favors the Bold and the Ita-licized: Effects of disfluency on educational outcomes. http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S001002771000226X. Geraadpleegd 14 januari 2014

Poole, A. (2008) Which Are More Legible: Serif or Sans Serif Typefaces? http://alexpoole.info/blog/which-are-mo-re-legible-serif-or-sans-serif-typefaces/. Geraadpleegd 14 januari 2014

Rolf Reber, Piotr Winkielman & Norbert Schwarz (1998) Effects of perceptual fluency on affactive judgements. http://psy2.ucsd.edu/~pwinkiel/reber-winkiel-man-schwarz-Fluency-PS-1998.pdf. Geraad-pleegd 15 januari 2014

Song, H. & Schwarz, N. ( 2008) If It’s Hard to Read, It’s Hard to Do. http://sitemaker.umich.edu/norbert.schwarz/files/08_ps_song___schwarz_effort.pdf. Ge-raadpleegd 15 januari 2014

Literatuurlijst

Page 18: Krullen krijgen meer gedaan

Bijlagen

Page 19: Krullen krijgen meer gedaan

Dataset

Page 20: Krullen krijgen meer gedaan

Boxplot Helvetica vs Kopletter

Boxplot Dance poster vs Keltische poster

Page 21: Krullen krijgen meer gedaan

Uitkomst t-test

Page 22: Krullen krijgen meer gedaan

Boxplot met en zonder vookennis

Page 23: Krullen krijgen meer gedaan

t-test voor data zonder voorkennis

t-test voor data met voorkennis