Koop en Consumentenkoop

29
Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop 1 Verbintenissenrecht Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop RECHTEN, BACHELOR 2

Transcript of Koop en Consumentenkoop

Page 1: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

1

Verbintenissenrecht

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek:

Koop en consumentenkoop

RECHTEN, BACHELOR 2

Page 2: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

2

Page 3: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

c

Inhoud A. De opbouw van het Burgerlijk wetboek en belangrijke regelingen uit de Boeken 3 en 6 1. Europese invloed 2. Koop en consumentenkoop 3. Algemene bepalingen in boek 7 B. Verplichtingen 1. Enkele bepalingen 2. Toepassing van het conformiteitvereiste 3. Executie C. Gevolgen van niet-nakoming door de verkoper 1. Enkele bepalingen 2. Productaansprakelijkheid D. De verplichtingen van de koper E. Consumentenkoop, koop van onroerende zaken en koop op afstand 1. Consumentenkoop 2. Koop van onroerende zaken 3. Verkoop op afstand F. Koop op afbetaling, huurkoop, colportage en timesharing 1. Koop op afbetaling 2. Huurkoop 3. Colportage 4. Timesharing G. Handelskoop 1. Schadevergoeding 2. Recht van reclame H. Algemene voorwaarden Arresten

Page 4: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

d

A. De opbouw van het Burgerlijk wetboek en belangrijke regelingen uit de Boeken 3 en 6 Om te werken met het burgerlijke wetboek is het belangrijk om te weten dat het in een gelaagd systeem is opgebouwd. De belangrijkste delen voor de koop en consumentenkoop zijn 3,6 en 7. Boek 7 heeft als titel ‘Bijzondere overeenkomsten”. Door de gelaagde structuur zijn veel op de koopovereenkomst toepasselijke rechtsregels niet in titel 7.1. In het burgerlijke wetboek zijn de rechtsregels geordend van algemeen naar bijzonder, en dit werkt ook door in de titels en afdelingen van het BW. De onderste laag van de gelaagde structuur is te vinden in boek 1, het personen- en rechtspersonenrecht. Hierna kunnen we kijken in boek 3, dit boek handelt over het vermogensrecht en goederenrecht. Dit is meer algemeen en niet echt voor bijzondere overeenkomsten. Daarna gaan we naar boek 6, daarin staat alles over overeenkomsten en verbintenissen. En in boek 7 staan dus de bijzondere bepalingen rondom de bijzondere overeenkomsten. Er zijn verschillende belangrijke regels buiten boek 7 om, maar hieronder staan de belangrijkste. - art. 6:217 BW: Een overeenkomst komt tot stand

door aanbod en aanvaarding. Over aanbod en aanvaarding is voldoende jurisprudentie ontwikkeld, en ligt niet zo simpel.

- art. 6:219 BW:In dit artikel wordt er onderscheid gemaakt tussen een herroepelijk aanbod en een onherroepelijk aanbod. Een herroepelijk aanbod kan nog worden herroepen zolang het aanbod nog niet door de andere partij is aanvaard, of zolang de mededeling nog niet is verzonden. Dit kan dus niet bij een onherroepelijk aanbod. Als in dit aanbod een termijn genoemd is, is het gedurende deze termijn onherroepelijk. Dit kan nog ontweken worden door een aanbod ‘vrijblijvend’ te maken. Hierdoor kan er bij aanvaarding van een overeenkomst toch door de aanbieder het aanbod herroepen worden. En hierdoor blijft de overeenkomst uiteraard niet tot stand. Een voorbeeld van een onherroepelijk aanbod is de koopoptie. Wie een koopoptie heeft, kan tegen een van te voren vastgestelde of objectief bepaalbare prijs een koop aangaan. Het is vaak ook onduidelijk wanneer een overeenkomst precies tot stand is gekomen, omdat de onderhandelingen langere tijd gaande waren. Dan is het op zo’n moment belangrijker dat een partij op grond van de interactie het vertrouwen mocht hebben dat een overeenkomst tot stand was gekomen.

Een partij kan uiteraard niet zomaar een verbintenis ongedaan maken.

Een partij bij een overeenkomst kan niet eenzijdig de overeenkomst annuleren, wederzijds natuurlijk wel. Een goed voorbeeld hiervan is de koopovereenkomst bij een winkel. Op de bon staat vaak vermeld dat je het product binnen een aantal dagen mag ruilen, en dus de koopovereenkomst mag ‘annuleren’. Een overeenkomst komt niet altijd eerlijk tot stand. Soms kan er sprake zijn van bijvoorbeeld bedrog, misbruik van omstandigheden of dwaling. Als er sprake is van bedrog komt een overeenkomst niet eerlijk tot stand, en hetzelfde geldt voor de andere gevallen. Als dit het geval is, kan de koop vernietigbaar zijn. Bij niet-nakoming van de overeenkomst gelden er bijzondere bepalingen die in titel 7.1 staan. Maar bij het toepassen van de algemene regels moeten een aantal vragen worden beantwoord: - Is er sprake van een niet-nakoming van een

verbintenis die is ontstaan uit de koopovereenkomst? Een verbintenis is bijvoorbeeld het geven van de verkochte zaken. Het niet-nakomen daarvan kan dan bestaan in het helemaal niet of te laat afleveren van het verkochte of het afleveren van slechte zaken.

- Is de niet-nakoming niet-toerekenbaar zodat sprake is van zogenaamde ‘overmacht’? Dit is geregeld in art. 6:75 BW.

- Is nakoming nog mogelijk, zo ja moet de schuldenaar hiertoe nogmaals de gelegenheid krijgen? Dit is geregeld in art. 6: 74, 81-83 BW.1

In de boeken 3 en 6 staan bij niet-nakoming van een verbintenis vier vorderingen geregeld: - nakoming; art. 3:296 BW. - aanvullende schadevergoeding, art. 6:74 BW - vervangende schadevergoeding; art. 6:87 BW\ - ontbinding; 6:265 BW Maar let op! Ontbinding heeft geen terugwerkende kracht, en het heeft ook geen zakelijke werking. Het is vereist dat de schuldenaar in verzuim is, tenzij nakoming blijvend of tijdelijk onmogelijk is. Dit is ook een eis voor schadevergoeding. Om in verzuim te komen, moet er eerst sprake zijn van een ingebrekestelling. Dit is een schriftelijke aanmaning waarin een redelijke termijn voor nakoming word gesteld. Verzuim kan ook zonder ingebrekestelling intreden, namelijk als er door partijen in de overeenkomst een termijn was gesteld. Al deze vorderingen kunnen alleen worden ingesteld, als er sprake is van een verbintenis. Af en toe moet een partij iets doen om een verbintenis vast te stellen, en dan is er bij niet-nakoming ook niet een recht op een schadevergoeding. Deze plichten worden aangeduid als Obliegenheiten. In art. 6:262 BW staat de ‘exceptio non adimpleti contractus’.

1 P. Klik, Koop en consumentenkoop blz 9

Page 5: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

e

Dit is een beroep op een opschortingrecht, en zo’n opschortingrecht wordt vaak na het instellen van een vordering gebruikt. 1. Europese invloed Het kooprecht wordt steeds meer en meer beïnvloed door de Europese Unie. Eén van deze ontwikkelingen is de aanpassing van de kooptitel aan de Europese richtlijn inzake ‘timesharing’. Een andere ontwikkeling en wijziging in de wet, is de Richtlijn consumentenkoop. In deze richtlijn staan bepaalde aspecten van de verkoop van en de garanties voor consumptiegoederen geregeld. Of een richtlijn van toepassing is in de Nederlandse wet, valt niet zo te zien. Dit is namelijk niet aangegeven. 2. Koop en consumentenkoop In art. 7:5 staat aangemerkt wat een consument is. Dit zijn natuurlijke personen die niet handelen in de uitoefening van een bedrijf of beroep. Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen consumenten en niet-consumenten, want dat is ook in de wet gebeurd. Een consumentenkoop is als iemand die handelt in de uitoefening van een bedrijf of beroep met een consument een koop sluit met betrekking tot een roerende zaak is dat een consumentenkoop. Het onderscheid tussen consumenten en niet-consumenten is van belang omdat er in de wet bepaalde bepalingen staan, die alleen voor consumentenkoop gelden. Er kan bij overeenkomsten van de wet worden afgeweken, omdat de algemene regels en de meeste aparte regels voor bijzondere overeenkomsten van het contractenrecht aanvullend recht zijn. Bij deze laatste overeenkomsten wordt de consument beschermd door de wet. Dit is gebeurd door de afdelingen 1-7 van de kooptitel van dwingend recht te maken. Maar hierop zijn uiteraard weer enige uitzonderingen, zoals art. 7:6 BW. Het onderscheid tussen verschillende soorten overeenkomsten is niet altijd even makkelijk te onderscheiden. Soms heeft een overeenkomst kenmerken van verschillende overeenkomsten. Dit wordt dan ook een gemengde overeenkomst genoemd. Deze overeenkomst is geregeld in art.6:215 BW. In art. 7:5 lid 4 BW staat een gemengde overeenkomst geregeld, namelijk de koop/aannemingsovereenkomst. In het oude BW was het verschil tussen de genuskoop en de specieskoop erg belangrijk. Dit was dus het verschil tussen de soortkoop en de koop van individueel bepaalde zaken. In het nieuwe BW wordt hier geen waarde aangehecht, en is dus ook bijna nergens in terug te vinden. Het is alleen terug te vinden in art. 6:27, 28, 41 BW. Bij een soortkoop gaat het om hun eigenschappen, deze zaken worden meestal gehandeld per getal, maat of gewicht.

Maar door deze soortzaken individueel te maken, worden het dus specieskoop. 3. Algemene bepalingen in boek 7 In art. 7:1 BW staat: “Koop is de overeenkomst waarbij de een zich verbindt een zaak te geven en de ander om daarvoor een prijs in geld te betalen.” Wat is koop nou eigenlijk? Voor te toepassing van de kooptitel moeten we wel weten of het hier nou wel echt om koop gaat. Het is van toepassing op de koop van zaken, dat zijn dus voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten. Dit is dan weer geregeld in art. 3:2 BW. En het is van toepassing op andere goederen, de vermogensrechten. Deze staan weer geregeld in art. 7:47 BW. In art. 6:227 BW is geregeld dat het belangrijk is om te weten om welke zaken het nou precies gaat. Want als de zaak niet vaststaat of bepaalbaar is, is de overeenkomst nietig. Niet altijd komen de juridische taal en de taal die men in het normale leven spreekt met elkaar overeen. Er wordt vaak over koop gesproken als dit niet het geval is juridisch gezien. Een goed voorbeeld hiervan is de ‘koop’ van een treinkaartje. Juridisch is zo’n overeenkomst een vervoersovereenkomst, en dus geen koopovereenkomst. In art. 7:4 staat: “Wanneer de koop is gesloten zonder dat de prijs is bepaald, is de koper een redelijke prijs verschuldigd; bij de bepaling van de prijs wordt rekening gehouden met de door de verkoper ten tijde van het sluiten van de overeenkomst gewoonlijk bedongen prijzen.” Het opvallende aan de koopovereenkomst is dat het gewoon tot stand kan komen zonder dat er over de prijs is overeengekomen. Het is dus voor het bestaan van een koopovereenkomst voldoende dat partijen overeenstemming hebben bereikt over de zaak. De prijzen worden vastgesteld aan de “gewoonlijk bedongen prijzen.” Uiteraard is niet altijd duidelijk wat dat precies inhoudt, maar dit staat in de parlementaire geschiedenis vermeldt. Het is afhankelijk van wat voor soort winkel de verkoper heeft. Er moet dus gelet worden op het algemene prijsniveau van de verkoper. 2 In art. 7:7 BW staat: “1. Degene aan wie een zaak is toegezonden en die redelijkerwijze mag aannemen dat deze toezending is geschied ten einde hem tot een koop te bewegen, is ongeacht enige andersluidende mededeling van de verzender jegens deze bevoegd de zaak om niet te behouden, tenzij het hem is toe te rekenen dat de zending is geschied.

2 Zie TM, Parl.Gesch. Boek 7, p 54.

Page 6: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

f

2. De toezending aan een natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf van een niet door deze bestelde zaak met het verzoek tot betaling van een prijs is niet toegestaan. Wordt desalniettemin een zaak toegezonden als bedoeld in de eerste volzin, dan is het in lid 1 bepaalde omtrent de bevoegdheid, de zaak om niet te behouden, van overeenkomstig toepassing. 3. Indien de ontvanger in de gevallen, bedoeld in de leden 1-2, de zaak terugzendt, komen de kosten hiervan voor rekening van de verzender. 4. Lid 2 is van overeenkomstig toepassing op het verrichten ten behoeve van een natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf van een niet door deze opgedragen dienst die niet een financiële dienst is.” Zoals al eerder is besproken komt een overeenkomst alleen tot stand door aanbod en de aanvaarding. In de gevallen dat een zaak ongevraagd toegezonden wordt, kan dit worden opgevat als een aanbod. Pas als de ontvanger dit beantwoordt met een aanvaarding, komt een overeenkomst tot stand. In dit artikel staat dus dat de ontvanger niet gebonden is, wat de verzender ook probeert te verzinnen. In het artikel ontstaat er dus een recht voor de ontvanger om de zaak niet te behouden. Zonder deze bepaling zou art. 6:203 BW in werking zijn gesteld, wat betekent dat de koper verplicht zou zijn de toegezonden zaak aan de toezender terug te geven omdat die zaak hem onverschuldigd is betaald. De bedoeling van deze bepaling is eigenlijk een soort bescherming van de ontvanger, zodat de ontvanger op geen enkele wijze verplicht zou zijn iets met de ontvangen zaak te doen. In lid 2 wordt de consument beschermd bij op afstand gesloten overeenkomsten, maar geldt dus alleen als de ontvanger consument is. Dit staat allemaal in de Richtlijn betreffende de bescherming van de consument. In de parlementaire geschiedenis wordt eigenlijk niet duidelijk afgeschermd wanneer er sprake is van ongevraagd toezenden. In de praktijk blijkt dit meestal vanzelf wel. In art. 7: 45 BW staat: “1. Koop op proef wordt geacht te zijn gesloten onder de opschortende voorwaarde dat de zaak de koper voldoet. 2. Laat deze een termijn, voldoende om de zaak te boordelen, voorbijgaan zonder dat de verkoper van zijn beslissing in kennis te stellen, dan kan hij de zaak niet meer weigeren.” In de parlementaire geschiedenis staat omschreven wanneer het om ‘proef’ gaat.

Er kunnen zich bepaalde gevallen voordoen als iemand een zaak op proef meekrijgt, namelijk: - De ‘koper’ kan geheel vrij zijn om de zaak al dan niet

te kopen: in dat geval is geen sprake van koop op proef, maar van een aanbod dat degene die de zaak heeft ontvangen al dan niet kan aanvaarden. Tot het moment dat de aanvaarding de verkoper bereikt is geen koopovereenkomst tot stand gekomen en is art. 7:45 BW niet van toepassing.

- Er kan sprake zijn van koop op proef waarbij de

maatstaf subjectief is: art. 7:45 BW is op deze situatie van toepassing. Het gaat er om of de zaak bij de koper in de smaak valt; de koper moet naar redelijkheid en billijkheid handelen; hij mag de zaak niet terugzenden als deze hem bevalt of als hij de zaak niet beproefd heeft.

- Er kan sprake zijn van koop op proef waarbij de

maatstaf objectief is: bijvoorbeeld de maatstaf dat de zaak geschikt is voor het doel waarvoor de koper de zaak wil kopen of dat bepaalde technische eigenschappen aanwezig zijn. Art. 7:45 BW is op deze situatie van toepassing; voldoet de zaak aan de overeengekomen maatstaf, dan kan de koper de zaak niet teruggeven. Als de overeenkomst wordt gesloten met het beding ‘niet goed geld terug’ zal dit meestal een koop op proef zijn met een objectief criterium. 3

In art. 7:47 BW staat: “Een koop kan ook op een vermogensrecht betrekking hebben. In dat geval zijn de bepalingen van de vorige afdelingen van toepassing voorzover dit in overeenstemming is met de aard van het recht.” De koop kan dus volgens dit artikel niet alleen betrekking hebben op zaken, maar ook op vermogensrechten. Voorbeelden hiervan zijn de koop van aandelen, van vorderingen op naam, een erfpachtrecht of een appartementsrecht. Dit artikel is dus een zogenoemde schakelbepaling. Er kan niet zomaar gebruikt gemaakt worden van deze bepaling, er moet wel rekening worden gehouden met de bijzondere aard van de vermogensrechten. In art. 7:48 BW staat: 1. Hij die een nalatenschap verkoopt zonder de goederen daarvan stuk voor stuk op te geven, is slechts gehouden voor zijn hoedanigheid van erfgenaam in te staan. 2. Heeft de verkoper reeds vruchten genoten, een tot de nalatenschap behorende vordering geïnd of goederen uit de nalatenschap vervreemd, dan moet hij die aan de koper vergoeden.

3 P. Klik, Koop en consumentenkoop blz 20

Page 7: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

g

3. De koper moet aan de verkoper vergoeden hetgeen deze wegens schulden en lasten der nalatenschap heeft betaald en hem voldoen hetgeen hij als schuldeiser van de nalatenschap te vorderen had.” Dit artikel is niet alleen van toepassing op de koop van een nalatenschap, maar ook op de verkoop van een aandeel in een nalatenschap. Maar het is weer niet van toepassing op de verkoop van een bedrijf of van een andere algemeenheid van goederen. In art. 7:49 BW staat: “Ruil is de overeenkomst waarbij partijen zich verbinden elkaar over en weer een zaak in de plaats van een andere te geven.” In art. 7:50 BW staat: “De bepalingen betreffende koop vinden overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat elke partij wordt beschouwd als verkoper voor de prestatie die zij verschuldigd is, en als koper voor die welke haar toekomt.” Het is verschrikkelijk lastig om onderscheid te maken tussen ruil en twee koopovereenkomsten. Daarom is zijn er eigenlijk geen aparte regelingen voor.

B. Verplichtingen In afdeling 7.1.2 staan de verplichtingen van de verkoper. Deze afdeling is op te delen in drie categorieën: - Hoofdverplichtingen; de verkoper heeft dus twee

hoofdverplichtingen en die bestaan uit de verkochte zaak overdragen en hij moet de zaak afleveren.

- Risico; bij deze categorie gaat het erom wiens risico het is als een zaak bijvoorbeeld verloren gaat voordat het bij de feitelijke koper terecht is gekomen.

- nevenverplichtingen; deze nevenverplichtingen hebben betrekking op de kosten van het afleveren en de kosten van het transport en de vruchten van de zaak.

Het conformiteitvereiste is een vereiste dat de zaak bij aflevering wel aan de overeenkomst moet beantwoorden. 1. Enkele bepalingen In art. 7:9 BW staat: 1. De verkoper is verplicht de verkochte zaak met

toebehoren in eigendom over te dragen en af te leveren. Onder toebehoren zijn de aanwezige titelbewijzen en bescheiden begrepen; voorzover de verkoper zelf daarbij belang behoudt, is hij slechts verplicht om aan de koper op diens verlangen en op diens kosten een afschrift of uittreksel af te geven.

2. Onder aflevering wordt verstaan het stellen van de

zaak in het bezit van de koper.

3. In geval van koop met eigendomsvoorbehoud wordt onder aflevering verstaan het stellen van de zaak in de macht van de koper.

In dit artikel wordt dus geregeld dat een zaak moet overgaan naar de koper. Het maakt weinig uit hoe de zaak de eigenaar wordt, als het maar gebeurd. Als de eigendom niet wordt overgedragen, wordt dit een tekortkoming in de nakoming van de verbintenis genoemd. Wat wordt er precies bedoeld met toebehoren in lid 1? Het afleveren van de zaak zelf omvat al het afleveren van alle bestandsdelen. De parlementaire geschiedenis geeft geen antwoorden op deze vraag, maar verwijst naar oud art. 1518 BW. In het oude recht werden toebehoren hulpzaken genoemd. Toebehoren zijn zelfstandige zaken, die bestemd zijn een bepaalde hoofdzaak duurzaam te dienen. Het afleveren van een zaak is de tweede hoofdverplichting van een verkoper. Maar wat is nu precies afleveren? In de parlementaire geschiedenis wordt er het volgende over gezegd: "In het algemeen wordt met de term afleveren zowel de afschaffing van bezit als houderschap aangeduid (..). Lid 2 van het onderhavige artikel concretiseert deze aanduiding voor koopovereenkomsten in het algemeen als bezitverschaffing. Het normale geval is de feitelijke overdracht van het verkochte goed zelf of de afgifte aan de koper van de middelen om over het goed te beschikken, bijvoorbeeld de sleutels van een woning, de sleutels van het magazijn waarin het verkochte zich bevindt, of de bescheiden die het goed vertegenwoordigen. Maar eveneens geleden als aflevering bezitsverschaffing zonder verplaatsing van de zaak, zoals levering constitutum possessorium, traditio brevi manu en traditio longa manu."4 In art. 6:27 BW staat dat de verkoper een zorgplicht heeft in de periode van aflevering. Het moet een zorgvuldig schuldenaar zijn. In lid 3 wordt gesproken over eigendomsvoorbehoud. Dit wordt door het BW gezien als een overdracht onder opschortende voorwaarde. Dit lid bepaalt dat bij een koop met eigendomsvoorbehoud de zaak alleen in de macht van de koper behoeft te worden gesteld. In art. 7:10 BW staat: "1. De zaak is voor risico van de koper van de aflevering af, zelfs al is de eigendom nog niet overgedragen. Derhalve blijft hij de koopprijs verschuldigd, ongeacht tenietgaan of achteruitgang van zaak door een oorzaak die niet aan de verkoper kan worden toegerekend.

4 TM, Parl. Gesch. Boek 7, p96

Page 8: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

h

2. Hetzelfde geldt van het ogenblik af, waarop de koper in verzuim is met het verrichten van een handeling waarmee hij aan de aflevering moet medewerken. In geval naar de soort bepaalde zaken zijn verkocht, doet het verzuim van de koper het risico eerst op hem overgaan, wanneer de verkoper de voor de uitvoering van de overeenkomst bestemde zaken heeft aangewezen en de koper daarvan heeft verwittigd. 3. Indien de koper op goede gronden het recht op ontbinding van de koop of op vervanging van de zaak inroept, blijft deze voor risico van de verkoper. 4. Wanneer de zaak na aflevering voor risico van de verkoper is gebleven, is het tenietgaan of de achteruitgang ervan door toedoen van de koper eveneens voor rekening van de verkoper. De koper moet echter van het ogenblik af dat hij redelijkerwijs rekening moet houden met het feit dat hij de zaak zal moeten teruggeven als een zorgvuldig schuldenaar voor het behoud ervan zorgen; art. 78 van boek 6 is van overeenkomstig toepassing”. Dit artikel handelt over het geval als de zaak beschadigd is of geheel teniet gaat, maar nog niet in feitelijke macht van de koper is gekomen. Want voor wie is het nadeel dan? Lid 1 is het normale geval, lid 2 en lid 3 en 4 geven bijzondere regels. Wat wordt er nou precies onder risico verstaan? Dat is dat de koper de koopprijs verschuldigd blijft bij het tenietgaan of achteruitgang van de zaak en ook anderszins geen rechten heeft ten opzichte van de verkoper op grond van tekortkoming. Maar als de schuld bij de verkoper ligt, zal de verkoper de rekening moeten betalen. Als er geen sprake is van de in art. 7:10 BW staande gevallen, gaat het risico over op de koper op het moment van afleveren. Dit staat ook bijna letterlijk in de parlementaire geschiedenis. Er hoeft niet exact sprake te zijn van het geval dat de verkoper de zaak in de handen van de koper legt. Bezitsverschaffing is voldoende. Daarvoor is vereist wat er in art. 9 lid 2 BW staat, namelijk aflevering. Voor consumentenkoop geldt dat art. 7:10 BW dwingend recht is, voor de handelskoop is het aanvullend recht. Een arrest wat op dit artikel betrekking heeft is HR 2-4-1999, NJ 1999, 585 Van den Broek- Van Dael. Het kan natuurlijk ook gebeuren dat de zaak tenietgaat of achteruit gaat voordat het risico is overgedragen. Dan komt het nadeel uiteraard voor rekening van de verkoper. In geval van achteruitgang moet hij de achteruitgang herstellen en bij tenietgaan moet hij een vervangende zaak afleveren.

In lid 2 staat er geregeld dat de verkoper met crediteurverzuim de risico-overgang zou kunnen verhinderen. Crediteurverzuim is het verzuim van de koper. In lid 3 staat de ontbinding geregeld, dan vervallen de bestaande verbintenissen en ontstaan ongedaan-makingsverplichtingen. Zonder de regelingen van lid 3 of 4 zou alles voor risico van de koper zijn. Het inroepen van ontbinding moet wel op goede gronden gebeuren, maar als het hier aan voldoet, is het al voldoende. Er wordt dan gezorgd dat het risico bij de verkoper blijft. In lid 4 staat de schade bij ontbinding of vervanging geregeld. Stel dat een koper de zaak in bezit gekregen heeft, en er dus ook vanuit gaat dat het zijn eigendom is. Pas later blijkt dat de verbintenis ontbonden wordt, maar tot die tijd heeft de eigenaar wel gebruik gemaakt van de zaak. Het zou erg oneerlijk zijn als de koper dan toch aansprakelijk kan worden gesteld. Dit is dus ook niet zo, de eigenaar kan pas aansprakelijk zijn voor enige schade als de koper met de mogelijkheid van ontbinding rekening kan houden. Dan pas kan er van hem een bijzondere zorg geëist worden. Als de ontbinding al wel te verwachten was, heeft het tot gevolg dat indien de ontbinding plaatsvindt de koper de schade aan de zaak moet vergoeden. Dit lid lijkt veel op art. 6:273 BW, maar heeft een veel ruimere strekking. In art. 7:11 staat: "Indien bij een consumentenkoop de zaak bij de koper wordt bezorgd door de verkoper of een door deze aangewezen vervoerder, is de zaak pas voor risico van de kop van de bezorging af, zelfs al was zij reeds eerder afgeleverd in de zin van art. 9." Zoals je kunt zien wijkt dit artikel van het vorige af. Dit is gedaan omdat de risicoregeling van art. 7:10 ongunstig kan zijn als de verkochte zaak al wel is afgeleverd door enkele afspraak, maar feitelijk nog niet bij de koper aanwezig is. Om deze wijze van risico-overgang bij de consumentenkoop te voorkomen, is er in art. 7:11 BW pas sprake van risico-overgang bij de bezorging. De regeling van art. 7:11 BW is niet van dwingend recht. Risico-overgang bij koop op proef geldt het moment van het definitief worden van de koopovereenkomst. Dit staat in art. 7:46 BW: " zolang de koop niet definitief is, is de zaak voor risico van de verkoper." In art. 7:12 BW staat: "1. Kosten van aflevering, die van weging en telling daaronder begrepen, komen ten laste van de verkoper. 2. Kosten van afhalen en kosten van een verkoopakte en van de overdracht komen ten laste van de koper."

Page 9: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

i

Dit is dus de derde categorie die in afdeling 7.1.2 staan geregeld, de nevenverplichtingen. In dit artikel worden de kosten netjes verdeeld over de koper en de verkoper. In lid 1 staan de kosten voor de verkoper. Deze kosten van aflevering zijn niet hetzelfde als de kosten van vervoer. De kosten van vervoerd worden hier dus NIET onder verstaan. De term aflevering is de specifiek juridische betekenis van bezitsverschaffing. In lid 2 staan de kosten voor de koper, ook de kosten van het afhalen omvatten evenmin de vervoerskosten. Wat valt er dan wel onder? De kosten van een koopakte en van de overdracht zijn wel voor rekening van de koper. Er kan van art. 7:12 BW worden afgeweken, maar als dit in algemene voorwaarden gebeurt zijn deze vernietigbaar. In art. 7:13 BW staat: "Indien bij een consumentenkoop de zaak bij de koper wordt bezorgd door de verkoper of een door deze aangewezen vervoerder, kunnen daarvoor slechts kosten worden gevorderd, voorzover zij bij het sluiten van de overeenkomst door de verkoper afzonderlijk zijn opgegeven of door de verkoper de gegevens zijn verschaft op grond waarvan zij door hem worden berekend. Hetzelfde geldt voor kosten, verschuldigd voor andere werkzaamheden die de verkoper in verband met de koop voor de koper verricht." De kosten van vervoer bij niet-consumentenkoop komt voor rekening van de koper. Ook als de zaak bij een derde ligt, komen de kosten hiervan bij de koper terecht. De kosten van vervoer van de plaats van aflevering naar de koper komen voor rekening van de koper. Maar van deze regeling mag worden afgeweken. In art. 7:13 BW staat een bijzondere regeling inzake het vervoer bij consumentenkoop. De verkoper is niet verplicht de verkochte zaak te bezorgen, maar als hij de zaak bezorgt, kan hij slechts kosten in rekening brengen als dit van te voren was opgegeven. In titel 7.1 staat het moment van aflevering niet geregeld. Hiervoor moeten we terugkijken in boek 6, namelijk art. 6:38 en 39 BW. Ontbreekt een afspraak dan moet terstond worden nagekomen, maar de schuldeiser moet de schuldenaar naar het beginsel van redelijkheid en billijkheid zoveel tijd laten als voor het verrichten van de prestatie nodig is. Niet alle nevenverplichtingen staan in de wet geregeld, voorbeelden hiervan zijn: - de verplichting om inlichtingen te geven over het

gebruik van de verkochte zaak, - de verplichting om de verkochte zaak te installeren,

te beproeven of te inspecteren;

- de verplichting om de zaak deugdelijk te verpakken. 5 In art. 7:14 BW staat: “Van de dag van aflevering af komen de vruchten toe aan de koper, met dien verstande dat burgerlijke vruchten van dag tot dag berekend worden.” Er bestaan natuurlijke vruchten, en burgerlijke vruchten. Natuurlijke vruchten zijn bijvoorbeeld de appels aan een boom en zij zijn ook vanaf het moment van aflevering van de koper. Burgerlijke vruchten kunnen op twee manieren berekend worden, namelijk het moment van opeisbaarheid kan beslissend zijn of de opbrengst kan worden omgerekend per dag. In art. 7:15 BW staat: “1. De verkoper is verplicht de verkochte zaak in eigendom over te dragen vrij van alle bijzondere lasten en beperkingen, met uitzondering van die welke de koper uitdrukkelijk heeft aanvaard. 2. Ongeacht enig andersluidend beding staat de verkoper in voor de afwezigheid van lasten en beperkingen die voortvloeien uit feiten die vatbaar zijn voor inschrijving in de openbare registers, doch daarin ten tijde van het sluiten van de overeenkomst niet waren ingeschreven.” Deze eigendomsoverdracht is dus 1 van de 2 hoofdverplichtingen die de verkoper heeft. De eigendom moet vrij zijn van alle bijzondere lasten en beperkingen, behalve die welke uitdrukkelijk zijn aanvaard. Algemene lasten en beperkingen vallen niet onder dit artikel. De HR heeft niet lang geleden besloten dat het alleen om lasten ging die in het bijzonder op het desbetreffende goed rusten. Dit was in het arrest HR 27-2-2004, RvdW 2004, 41. De verkoper heeft een verplichting om alle bijzondere lasten op te geven bij een zaak. Dit is terug te vinden in de parlementaire geschiedenis. Als hij dit niet doet, komt hij zijn verbintenis niet na, en dit heeft tot gevolg dat art. 6:74 BW van toepassing wordt. Over lid 2 staat er weer voldoende in de parlementaire geschiedenis: “ bij wege van dwingend recht beschermd tegen rechten, waarvan hij het bestaan ten tijde van de koop niet kon kennen. De bepaling is vooral van belang voor zakelijke rechten en kwalitatieve verbintenissen ten tijde van de koop al bestaan, maar nog niet ingeschreven zijn; het is redelijk de verkoper, ook als hij deze niet kent, met het risico daarvan te belasten. Voorts vallen daaronder rechten die pas na de verkoop in het leven worden geroepen…” 6 In art. 7:16 BW staat: “Wanneer tegen de koper een vordering wordt ingesteld tot uitwinning of tot erkenning

5 Asser-Hijma 5-I, nr. 322 6 MvA II, Parl. Gesch. Boek 7, p 116

Page 10: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

j

van een recht waarmede de zaak niet belast had mogen zijn, is de verkoper gehouden in het geding te komen teneinde de belangen van de koper te verdedigen.” De verplichting de koper bij te staan, vindt zijn grond in de verplichting van de verkoper de eigendom over te dragen, vrij van alle bijzondere lasten en beperkingen. In art. 7:17 BW staat de conformiteit geregeld: “1. De afgeleverde zaak moet aan de overeenkomst beantwoorden. 2. Een zaak beantwoordt niet aan de overeenkomst indien zij, mede gelet op de aard van de zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. De koper mag verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid niet behoefde te betwijfelen, alsmede de eigenschappen die nodig zijn voor een bijzonder gebruik dat bij de overeenkomst is voorzien. 3. Een andere zaak dan is overeengekomen, of een zaak van een andere soort, beantwoordt evenmin aan de overeenkomst. Hetzelfde geldt indien het afgeleverde in getal, maat of gewicht van het overeengekomen afwijkt. 4. Is aan de koper een monster of model getoond of verstrekt, dan moet de zaak daarmede overeenstemmen, tenzij het slechts bij wijze van aanduiding werd verstrekt zonder dat de zaak daaraan behoefde te beantwoorden. 5. De koper kan zich er niet op beroepen dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt wanneer hem dit ten tijde van het sluiten van de overeenkomst bekend was of redelijkerwijs bekend kon zijn. Ook kan de koper zich er niet op beroepen dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt wanneer dit te wijten is aan gebreken of ongeschiktheid van grondstoffen afkomstig van de koper, tenzij de verkoper hem voor deze gebreken of ongeschiktheid had moeten waarschuwen. 6. Bij koop van een onroerende zaak wordt vermelding van de oppervlakte vermoedt slechts als aanduiding bedoeld te zijn, zonder dat de zaak daaraan behoeft te beantwoorden.” Dit artikel handelt over het conformiteitvereiste, dit is het vereiste dat de afgeleverde zaak conform aan de overeenkomst moet zijn. De verkoper levert niet conform de overeenkomst als hij een andere zaak of een zaak van een andere soort levert, of als het afgeleverde in getal maat of gewicht afwijkt. In lid 2 wordt er gesproken over de kwaliteit van een zaak, oftewel wat de koper mag verwachten. Het normale gebruik is daarbij uitgangspunt.

Dit is op één lijn te stellen met gebruik voor handelsdoeleinden: zaken die door een professionele koper wordt gekocht moeten geschikt zijn om te worden doorverkocht. De koper heeft uiteraard ook zelf een onderzoeksplicht. De omvang hiervan is afhankelijk van de aard van de verkochte zaak en de omstandigheden, zoals de mededelingen die van de verkoper mochten worden verwacht of door hem zijn gedaan en de vraag hoe professioneel de verkoper en de koper handelen. Over het algemeen gaat men er vanuit dat de zaak normaal gebruikt wordt. Maar wat als dat niet zo is? Als de koper aan de verkoper duidelijk maakt dat hij de zaak voor bijzondere doeleinden wil gebruiken, behoeft de koper geen onderzoek in te stellen naar de aanwezigheid van de benodigde eigenschappen. Hij mag er vanuit gaan dat de verkoper dit weet, omdat de koper zijn bijzondere omstandigheden verteld heeft. De wet vereist dus niet dat het bijzonder gebruik expliciet bij de overeenkomst is voorzien, dit kan dus ook uit de omstandigheden worden afgeleid. Omdat in het artikel geen duidelijke omschrijving wordt gegeven aan de eigenschappen die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten, is het een ruim artikel. Er kan namelijk rekening gehouden worden met een bepaalde prijs, of iets anders. Het is hier duidelijk dat er naar de omstandigheden van het geval wordt gekeken. Een bijzonder deel van de koop is de veilingkoop. Omdat de veilingkoop niet apart is geregeld in boek 7, zijn alle voorgaande artikels ook op de veilingkoop van toepassing. Dit betekent dat als de veilinghouder zelf als verkoper optreedt en niet als tussenpersoon eigenlijk aansprakelijk is voor de geveilde zaak. Maar een vergaande exoneratie moet mogelijk zijn, zelfs wanneer sprake is van een consumentenkoop. Art. 7:17 BW is van aanvullend recht, maar ook hier dient weer onderscheid gemaakt te worden tussen consumentenkoop en niet-consumentenkoop. Bij consumentenkoop is dit artikel namelijk ook van dwingend recht. In lid 4 staat de koop op proef of op monster geregeld. Het monster is hierbij bepalend voor de verwachtingen van de koper, tenzij het slechts bij wijze van aanduiding werd verstrekt. De verkoper is gehouden strikt volgens het monster te leveren als niet anders is overeen-gekomen. Van een model kan ook sprake zijn, en het geleverde moet uiteraard dan aan het model voldoen. In de praktijk wordt dit lid overigens niet meer zo vaak gebruikt.

Page 11: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

k

In lid 5 staat nog eens de onderzoeksplicht. In de Richtlijn is opgenomen dat de koper zich niet op non-conformiteit kan beroepen wanneer hem ten tijde van het sluiten van de overeenkomst bekend was of redelijkerwijs bekend kon zijn dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordde. Dit legt op de koper geen onderzoeksplicht, maar voorkomt dat de koper zich er op beroept dat het gebrek hem volledig onbekend was terwijl het gebrek hem onmogelijk had kunnen ontgaan. In lid 6 wordt de verkoop van onroerende zaken besproken. Dit lid bepaalt dat in beginsel de vermelde oppervlakte niet bepalend is voor de vraag of de zaak aan de overeenkomst beantwoordt. Maar partijen kunnen een prijs berekend naar de oppervlakte overeenkomen. In art. 7:18 BW staat: “1. Bij de beoordeling van de vraag of een op grond van een consumentenkoop afgeleverde zaak aan de overeenkomst beantwoordt, gelden mededelingen die door of ten behoeve van een vorige verkoper van die zaak, handelend in de uitoefening van een beroep of bedrijf, omtrent de zaak zijn openbaar gemaakt, als mededelingen van de verkoper, behoudens voorzover deze een bepaalde mededeling kende noch behoorde te kennen of deze mededeling uiterlijk ten tijde van het sluiten van de overeenkomst op een voor de koper duidelijke wijze is herroepen, dan wel de koop niet door deze mededeling beïnvloed kan zijn. 2. Bij een consumentenkoop wordt vermoed dat de zaak bij aflevering niet aan de overeenkomst heeft beantwoordt, indien de afwijking van het overeengekomene zich binnen een termijn van zes maanden na aflevering openbaart, tenzij de aard van de zaak of de aard van de afwijking zich daartegen verzet. 3. Indien in geval van een consumentenkoop de verkoper verplicht is zorg te dragen voor de installatie van de zaak en deze installatie ondeugdelijk is uitgevoerd, wordt dit gelijkgesteld aan een gebrek aan overeenstemming van de zaak aan de overeenkomst. Hetzelfde geldt indien de installatie door de koper ondeugdelijk is uitgevoerd en dit te wijten is aan de montagevoorschriften die met de levering van de zaak aan de koper zijn verstrekt.” Niet alleen de directe verkoper roept verwachtingen op, maar dat doet bijvoorbeeld ook de fabrikant. Dit artikel geeft de koper dus recht om ook van mensen die niet de directe verkoper zijn, maar wel in dezelfde schakeling zitten verwachtingen te verwachten. Het gaat in dit artikel niet over de verwachtingen die de consument-koper heeft, maar over de verwachtingen die hij op grond van de overeenkomst mocht hebben. Het criterium is daarom ook objectief. Als de verkoper niet wist welke mededelingen waren gedaan en dit ook niet behoorde te weten, kan hij niet aansprakelijk worden gesteld.

De verkoper of de fabrikant kan een mededeling herroepen. De mededeling moet overigens wel van toepassing zijn op de zaak, de koper kan zich niet beroepen op mededelingen die zijn beslissing tot aankoop niet beïnvloed hebben. De bewijslast rustig op de verkoper. In lid 2 staat dat de bewijslast op de verkoper wordt gelegd. In het normale geval ligt de bewijslast eigenlijk altijd op de eisen koper. De zaak wordt vermoed ondeugdelijk geweest te zijn, en de verkoper moet maar bewijzen dat het niet zo was. Deze verschuiving van bewijslast geldt alleen wanneer de non-conformiteit zich binnen zes maanden heeft geopenbaard. Er gaat in de praktijk vaak dingen mis bij de installatie van een gekochte zaak. In lid 3 staat geregeld wie er dan aansprakelijk gesteld kan worden. Als de verkoper voor de installatie zou zorgen, moet de verkoper dit ook correct doen. Als dit niet goed gebeurt, is het niet conform de overeenkomst. Ook hier is er weer bescherming van de consument, want deze regels zijn van dwingend recht. Het gebeurt ook vaak dat de consument zelf iets in elkaar moet zetten volgens voorschriften. Als deze voorschriften niet kloppen, komt dit ook onder non-conformiteit. In art 7.6a BW staat: “1. Indien in geval van een consumentenkoop in een garantie door de verkoper of de producent bepaalde eigenschappen zijn toegezegd, bij het ontbreken waarvan de koper bepaalde rechten of vorderingen worden toegekend, dan kan de koper deze uitoefenen onverminderd alle andere rechten of vorderingen die de wet de koper toekent. 2. In een garantie moet op duidelijke en begrijpelijke wijze worden vermeld welke in lid 1 bedoelde rechten of vorderingen een koper worden toegekend en moet worden vermeld dat deze een koper toekomen onverminderd de rechten of vorderingen die de wet hem toekent. Voorts moeten in een garantie de naam en het adres worden vermeld van de verkoper of de producent van wie de garantie afkomstig is, alsmede de duur en het gebied waarvoor de garantie geldt. 3. De in lid 2 bedoelde gegevens moeten de koper op zijn verlangen worden verstrekt. Dit geschiedt schriftelijk of op een andere ter beschikking van de koper staande en voor hem toegankelijke duurzame gegevensdrager. 4. De aan de koper door de verkoper of de producent in een garantiebewijs toegekende rechten of vorderingen komen hem ook toe indien de zaak niet de eigenschappen bezit die in een reclame door deze verkoper of producent zijn toegezegd. 5. In dit artikel wordt verstaan onder: a. garantie: een in een garantiebewijs of reclame gedane toezegging als bedoeld in lid 1;

Page 12: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

l

b. producent: de fabrikant van de zaak, degene die de zaak in de Europese Economische Ruimte invoert, alsmede een ieder die zich als producent presenteert door zijn naam, zijn merk of een ander onderscheidingsteken op de zaak aan te brengen.” Dit artikel regelt de garanties voor een consument. Een garantie is dat een contractspartij in staat voor het uitblijven van bepaalde gebeurtenissen, handelingen of feiten en dat hij aansprakelijk is voor de schadelijke gevolgen indien deze toch optreden. Er horen twee arresten bij de garantie, dat zijn Hoog Catherijne, HR 22-12-1995, NJ 1996, 300, en HR 4-2-2000, NJ 2000, 562. In dit artikel wordt ook de consument weer beschermd. Wat is garantie nu precies? In de Richtlijn consumentenkoop staat een definitie: elke door een verkoper of producent tegenover de consument zonder bijkomende kosten aangegane verbintenis om de betaalde prijs terug te betalen, of om de consumptie-goederen te vervangen of te herstellen, of om zich er op enigerlei wijze om te bekommeren, indien de goederen niet overeenstemmen met de beschrijving in het garantiebewijs of in de desbetreffende reclame. Verkopers maken ook vaak gebruik van exoneratie-clausules in het garantiebewijs. Dan doet de verkoper door mededelingen de aansprakelijkheid die hij op grond van de wet zou hebben, beperken. Bij consumenten-koop is dit in strijd met dit artikel, maar bij handelskoop geldt dat beperkingen van de aansprakelijkheid in garantievoorwaarden zijn aan te merken als een exoneratieclausule en in beginsel getoetst kunnen worden aan de regeling van de algemene voorwaarden. Hierboven staat de negatieve garantie omschreven, maar er bestaat natuurlijk ook nog zoiets als positieve garantie. Een garantiebewijs kan de koper ook rechten verstrekken die hij op basis van de wet niet zou hebben. De bewijslast bij garantiebewijzen ligt bij de verkoper of producent. In beginsel moet hij de zaak vervangen, behalve als hij kan bewijzen dat de zaak onjuist behandeld is door de koper. Maar niet alleen de verkoper kan garantiebewijzen geven, maar ook de fabrikant. Dit worden dan fabriekgaranties genoemd. Deze overeenkomst staat dan in principe los van de koop. Door de fabriekgarantie krijgt de consument er een tweede debiteur bij. Lid 2 handelt eigenlijk over de transparantie van de algemene voorwaarden. Er moeten duidelijk en begrijpelijk afspraken zijn gemaakt wat de rechten van de koper zijn. In de garantie moet duidelijk zijn vermeld wie de garantie heeft verstrekt, dus wie de koper aansprakelijk kan stellen en de duur van de termijn waarop de koper zich op de garantie kan beroepen. In lid 3 staat dat de koper recht heeft om relevante gegevens te kennen, dus de verkoper is verplicht relevante gegevens te verstrekken.

2. Toepassing van het conformiteitvereiste Het verschil tussen het oude en nieuwe recht over de conformiteit is weinig veranderd. In het oude recht had je het verborgen gebreken rijtje, en nu staat alles netjes omschreven in art. 7:17 BW. De Hoge Raad heeft tot nu toe geen arresten aangewezen over het conformiteitvereiste. Er zijn verschillende vragen die je kunt stellen als het gaat om de invulling van het conformiteitvereiste: - Welke eigenschappen mag de koper van de zaak

verwachten? - Wanneer zal de koper de aanwezigheid van

bepaalde eigenschappen moeten onderzoeken en wanneer moet de verkoper melding doen van het ontbreken van bepaalde eigenschappen?

- In hoeverre mag contractueel een van art.7:17 BW afwijkende regeling worden getroffen?7

Ik heb hierboven al gesproken over het normale gebruik van een zaak, en wat de koper mag verwachten onder het normale gebruik. Dit is in de wet niet duidelijk omschreven, en ergens anders kun je het ook niet vinden. Het normale gebruik zal overeenkomen met wat men in het dagelijks leven van een zaak mag verwachten. Natuurlijk moet er hier weer naar de omstandigheden van het geval gekeken worden. Toch heeft de koper een onderzoeksplicht, en op basis van de literatuur en rechtspraak zijn er de volgende vuistregels geformuleerd:8 1. De aard van de zaak; een onderzoeksplicht bestaat slechts als de aard van de te kopen zaak meebrengt dat men er niet zonder meer vanuit kan gaan dat de voor een normaal gebruik benodigde eigenschappen aanwezig zijn. Als men een nieuw voertuig koopt, dan mag de koper ervan verwachten dat het normaal gebruikt kan worden. Koopt men een oud voertuig, dan kan de koper eerst informeren of het voertuig wel aan het normale gebruik kan voldoen. Het hangt dus af van welke zaak je koopt. 2. Gedane mededeling; als de verkoper uit eigen beweging een mededeling doet over een bepaalde eigenschap van de zaak, zal dit de onderzoeksplicht van de koper op dat punt doen vervallen. De ene partij mag afgaan op de juistheid van de door de wederpartij gedane mededelingen. Het is dus belangrijk om als koper vragen aan de verkoper te stellen, zo kan de koper zijn onderzoeksplicht beperken.

7 P. Klik, Koop en consumentenkoop blz 50 8 P. Klik, Koop en consumentenkoop blz 51

Page 13: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

m

3. Van de koper te verwachten mededelingen; er is ook geen onderzoeksplicht voor de koper, als van de verkoper mag worden verwacht dat hij mededelingen doet over bepaalde negatieve aspecten van de te verkopen zaak. De verkoper kan zich er in het algemeen niet achter verschuilen dat de koper die dingen ook zelf had kunnen ontdekken. Wanneer moet de verkoper bepaalde omstandigheden vertellen? Wanneer heeft de verkoper een spreekplicht? Er zijn hier een aantal voorwaarden voor: - de wederpartij kent de juiste stand van zaken,

althans hij mag geacht worden die te kennen; - de wederpartij weet of moet weten dat het bewuste

punt voor de ander van gewicht is; de wederpartij moet rekening houden met de mogelijkheid dat de ander dwaalt;

- de wederpartij behoort in de gegeven omstandigheden naar verkeersopvattingen de ander uit de droom te helpen. 9

4. Omstandigheden; de omstandigheden waaronder de koop plaatsvindt, kunnen meebrengen dat de koper een onderzoeksplicht heeft die hij normaal gesproken niet zou hebben. Soms zijn er verdachte omstandigheden waarin de koper twijfelt aan de verkoper. Dit is een voorbeeld van wanneer de koper dan toch een extra onderzoeksplicht heeft. Sommige omstandigheden kunnen hieraan meewerken. Mag er worden afgeweken van art. 7:17 BW? Als het gaat om een consumentenkoop mag dit niet, want dan is het in strijd met het dwingende recht. Een belangrijk twistpunt is de bodemverontreiniging. Er is hier al de nodige rechtspraak door ontstaan. Bij onroerendgoedtransacties gebeurt het vaak genoeg dat men te maken krijgt met bodemverontreiniging. Als dit niet aan de koper is medegedeeld, krijgt de koper te maken met nadelige gevolgen, zoals gezondheidsrisico, daling van waarde, kosten voor verontreiniging van de overheid. Is de verkoper hier nou voor aansprakelijk? Hieronder staan in een rijtje het verloop van de rechtspraak over bodemverontreiniging: - Haagse gasfabriek; de verkoper werd aansprakelijk

gesteld omdat hij bouwgrond in het maatschappelijk verkeer bracht wat zwaar verontreinigd was, en dit was niet medegedeeld aan de koper.

- Maassluis-arresten; ook hier werd de verkoper aansprakelijk gesteld. Hier werden huizen gebouwd speciaal voor woningbouw, dus de HR vond dat deze huizen ook geschikt moesten zijn voor woningbouw.

- Na de Maassluis-arresten; het was in de lagere rechtspraak erg makkelijk om verkopers aan te spreken.

9 Asser-Hijma, 5-I, nr 233

Dus de verkopers werden veelal aansprakelijk gesteld. - De Hoge Raad ging hierna zich steeds

terughoudender opstellen. - Van den Akker-Gemeente Helmond, de gemeente

had geen spreekplicht, ondanks haar publiekrechtelijke taken.

- Luycks-Kroonenberg, hier wilde de HR soepel om wil gaan met de bevoegdheid van de rechter tot aanpassing van de overeenkomst

- Van der Helm-Bazuin en Van der Hoek- Stedehouder, hierin werd een beroep gedaan op een in de koopovereenkomst opgenomen ontbindende voorwaarde, namelijk dat ontbinding mogelijk zou zijn wanneer de verontreiniging redelijkerwijze niet aanvaardbaar is te achten.

- Christiaanse- Van Dijk; dit is een arrest wat nogal veel aandacht heeft getrokken. Bij de aankoop van een onroerende zaak wordt een modelakte opgesteld, de NVM-akte. In deze akte is een bepaling over bodemverontreiniging opgenomen, maar deze is niet geheel helder.

3. Executie In art. 7:19 BW staat: “1. In geval van een executoriale verkoop kan de koper zich er niet op beroepen dat de zaak behept is met een last of een beperking die er niet op had mogen rusten, of dat deze niet aan de overeenkomst beantwoordt, tenzij de verkoper dat wist. 2. Hetzelfde geldt indien de verkoop bij wijze van parate executie plaatsvindt, mits de koper dit wist of had moeten weten. Bij een consumentenkoop kan de koper zich er echter wel op beroepen dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt.” Executie kan door twee dingen plaatsvinden:

- rechterlijke uitspraak

Page 14: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

n

- grosse van een notariële akte. Als koper bij een executoriale verkoop ben je zelf aansprakelijk. Je moet er rekening mee houden dat de zaken gebreken vertonen. Bij parate executie geldt dezelfde beperking van de aansprakelijkheid, op grond dat de koper wel weet dat hij met een parate executie te maken heeft. Ondanks dat de verkoper maar twee hoofdverplichtingen heeft, zijn er een aantal verplichtingen die niet duidelijk in de wet staan omschreven, maar waar men wel dagelijks gebruik van maakt. Dit worden de zogenoemde after-salesservices genoemd. Dit zijn de diensten die verkopers na de verkoop verlenen aan de consument. Dit is vooral vaak het geval bij duurzame goederen, zoals een computer. In de maatschappij gaat de koper er vanuit dat de verkoper de zaak kan maken nadat het kapot is. Deze diensten staan dus niet duidelijk in de wet omschreven, maar heeft wel grond in art. 6:248 BW.

C. Gevolgen van niet-nakoming door de verkoper 1. Enkele bepalingen Er zijn twee gevolgen die alleen bedoeld zijn voor de koopovereenkomst, namelijk: - rechtsgebrek, als de verkoper een zaak levert die

belast is met een bijzondere last of beperking - feitelijk gebrek, als de verkoper een zaak levert die

niet aan de overeenkomst beantwoordt. In art. 7:20 BW staat: “Is de zaak behept met een last of een beperking die er niet op had mogen rusten, dan kan de koper eisen dat de last of de beperking wordt opgeheven, mits de verkoper hieraan redelijkerwijs kan voldoen.” Een koper heeft meestal meer aan het opheffen van een last of beperking dan aan een schadevergoeding. Als de verkoper niet verplicht is tot het opheffen van een last of beperking neemt dat niet weg dat hij verplicht kan zijn tot bijvoorbeeld schadevergoeding op grond van de niet-nakoming van zijn verbintenis. In art. 7:21 BW staat: “1. Beantwoordt het afgeleverde niet aan de overeenkomst, dan kan de koper eisen: a. aflevering van het ontbrekende; b. herstel van de afgeleverde zaak, mits de verkoper hieraan redelijkerwijs kan voldoen; c. vervanging van de afgeleverde zaak, tenzij de afwijking van het overeengekomene te gering is om dit te rechtvaardigen, dan wel de zaak na het tijdstip dat de koper redelijkerwijze met ongedaanmaking rekening moet houden, teniet of achteruit is gegaan doordat hij niet als een zorgvuldig schuldenaar voor het behoud ervan heeft gezorgd.

2. De kosten van nakoming van de in lid 1 bedoelde verplichtingen kunnen niet aan de koper in rekening worden gebracht. 3. De verkoper is verplicht om, mede gelet op de aard van de zaak en op het bijzondere gebruik van de zaak dat bij de overeenkomst is voorzien, binnen een redelijke termijn en zonder ernstige overlast voor de koper, zijn in lid 1 bedoelde verplichtingen na te komen. 4. Bij een consumentenkoop komt de koper in afwijking van lid 1 slechts dan geen herstel of vervanging van de afgeleverde zaak toe indien herstel of vervanging onmogelijk is of van de verkoper niet gevergd kan worden. 5. Herstel of vervanging kan bij een consumentenkoop van de verkoper niet gevergd worden indien de kosten daarvan in geen verhouding staan tot de kosten van uitoefening van een ander recht of een andere vordering die de koper toekomt, gelet op de waarde van de zaak indien zij aan de overeenkomst zou beantwoorden, de mate van afwijking van het overeengekomene en de vraag of de uitoefening van een ander recht of een andere vordering geen ernstige overlast voor de koper veroorzaakt. 6. Indien bij een consumentenkoop de verkoper niet binnen een redelijke tijd nadat hij daartoe door de koper schriftelijk is aangemaand, aan zijn verplichting tot herstel van de afgeleverde zaak heeft voldaan, is de koper bevoegd het herstel door een derde te doen plaatsvinden en de kosten daarvan op de verkoper te verhalen.” Dit artikel bevat voor de koper een drietal bijzondere bevoegdheden als de afgeleverde zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt. Dit zijn namelijk:

- afleveren van het ontbrekende; - herstel - vervanging

De koper heeft de vrije keuze tussen deze bevoegdheden. De koper kan in beginsel vervanging vorderen, ook al is herstel mogelijk. Toch is het niet altijd helemaal duidelijk wanneer vervanging kan worden gevorderd, hieronder staan een aantal punten: - de aard van het gebrek en de vraag hoe eenvoudig

herstel is. - de vraag of het gebrek al eerder is opgetreden - de aard van het herstel dat de verkoper aanbiedt - het belang van het gebrek - de vraag hoe gewoon het optreden van dit gebrek bij

dit soort zaken is - de vraag hoe gewoon het in de betreffende branche

is om tot herstel over te gaan - de duur van het gebruik. Uit deze punten kun je wel goed afleiden, dat alles te maken heeft met de omstandigheden van het geval.

Page 15: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

o

In lid 2 staan de kosten geregeld. Bij de koop is het uitgangspunt dat het kosteloos hersteld of vervangen wordt, is lid 2 niet beperkt tot consumentenkoop. In lid 3 komt het beruchte ‘redelijke termijn’ weer naar boven. Bij de bepaling van het redelijk termijn moet worden gekeken naar de aard van de zaak en bijzonder gebruik dat bij de overeenkomst is voorzien. In lid 4 staat een clausule op vervanging of herstel van de zaak. De Richtlijn Consumentenkoop staat in beginsel niet toe dat de rechten van de consumentkoper zo worden ingeperkt, daarom is er voor de consumentenkoop in lid 4 een aparte bepaling opgenomen. In lid 5 staat dat herstel of vervanging niet van de verkoper kan worden gevergd wanneer de kosten daarvan in geen verhouding staan tot de kosten van de uitoefening van een ander recht. Hier komt dus de redelijkheid en billijkheid weer terug. Als de verkoper het herstel niet uitvoert, ondanks dat hij hiertoe verplicht is, kan de koper de zaak door een derde laten herstellen. Dit staat geregeld in lid 6. In art. 7:22 BW staat: “1. Beantwoordt het afgeleverde niet aan de overeenkomst, dan heeft bij een consumentenkoop de koper voorts de bevoegdheid om: a. de overeenkomst te ontbinden, tenzij de afwijking van het overeengekomene, gezien haar geringe betekenis, deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt; b. de prijs te verminderen in evenredigheid met de mate van afwijking van het overeengekomene. 2. De in lid 1 bedoelde bevoegdheden ontstaan pas wanneer herstel en vervanging onmogelijk zijn of van de verkoper niet gevergd kunnen worden, danwel de verkoper tekort is geschoten in een verplichting als bedoeld in artikel 21 lid 3. 3. Voorzover daarvan in deze afdeling niet is afgeweken zijn op de in lid 1 onder b bedoelde bevoegdheid de bepalingen van afdeling 5 van titel 5 van Boek 6 omtrent ontbinding van een overeenkomst van overeenkomstige toepassing. 4. De rechten en bevoegdheden genoemd in lid 1 en de artikelen 20 en 21 komen de koper toe onverminderd alle andere rechten en vorderingen.” In dit artikel worden twee belangrijke bevoegdheden aan de koper gegeven: - de overeenkomst kan ontbonden worden; - de prijs kan verminderd worden. De ontbinding van een overeenkomst staat geregeld in art. 6:265 BW. En de prijsvermindering staat ook in de Richtlijn consumentenkoop, en is nu dus verwerkt in art. 7:22 lid 1 BW.

Ontbinding of prijsvermindering is bij consumentenkoop echter pas mogelijk wanneer herstel of vervanging niet mogelijk is of niet gevergd kan worden, of de verkoper aan een verzoek hiertoe geen gevolgen geeft. 10 In het arrest Multi Vastgoed-Nethou kwam het recht op herstel aan de orde. De Hoge Raad geeft aan dat de consumentkoper in beginsel vrij is om te kiezen welke vorm van herstel hij wilt, maar hij is wel gebonden aan de redelijkheid en billijkheid. Alles moet wel in verhouding gezien worden. In lid 3 staat dat de prijsvermindering plaatsvindt na schriftelijke verklaring van de koper. Dit staat ook geregeld in art. 6:267 BW. De ontbinding van een overeenkomst mag volgens de Richtlijn consumentenkoop naar nationaal recht worden geregeld. In lid 4 staat dat er een samenloop van ontstaan tussen verschillende wanprestatievorderingen en tussen vorderingen wegens wanprestatie en wegens wilsgebreken. In art. 7: 23 BW staat: “1. De koper kan er geen beroep meer op doen dat hetgeen is afgeleverd niet aan de overeenkomst beantwoordt, indien hij de verkoper daarvan niet binnen bekwame tijd nadat hij dit heeft ontdekt of redelijkerwijs had behoren te ontdekken, kennis heeft gegeven. Blijkt echter aan de zaak een eigenschap te ontbreken die deze volgens de verkoper bezat, of heeft de afwijking betrekking op feiten die hij kende of behoorde te kennen doch die hij niet heeft meegedeeld, dan moet de kennisgeving binnen bekwame tijd na de ontdekking geschieden. Bij een consumentenkoop moet de kennisgeving binnen bekwame tijd na de ontdekking geschieden, waarbij een kennisgeving binnen een termijn van twee maanden na de ontdekking tijdig is. 2. Rechtsvorderingen en verweren, gegrond op feiten die de stelling zouden rechtvaardigen dat de afgeleverde zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt, verjaren door verloop van twee jaren na de overeenkomstig het eerste lid gedane kennisgeving. Doch de koper behoudt de bevoegdheid om aan een vordering tot betaling van de prijs zijn recht op vermindering daarvan of op schadevergoeding tegen te werpen. 3. De termijn loopt niet zolang de koper zijn rechten niet kan uitoefenen als gevolg van opzet van de verkoper.” Zoals al in lid 1 staat moet de koper binnen een bekwame tijd aan de verkoper laten weten dat de afgeleverde zaak niet volgens de overeenkomst is. In dit artikel staat niet dat er ook gezegd moet worden wat er dan mis is, maar dat is in de praktijk wel het geval. Na alle beschermingen van de koper in de andere artikels, wordt in dit artikel vooral de verkoper beschermd. Maar

10 Smits, De Richtlijn, p13.

Page 16: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

p

wat is nou precies binnen bekwame tijd? Deze term sluit volgens de parlementaire geschiedenis aan bij art. 6: 89 BW, de bepaling die voor alle verbintenissen een algemene regel geeft over de klachttermijn. Het moment van de klachttermijn vangt aan wanneer de koper het gebrek heeft ontdenkt of redelijkerwijs had behoren te ontdekken. Behalve dat de koper een onderzoeksplicht en spreekplicht heeft, komt hier dus de inspectieplicht bij kijken. Dit is geen afdwingbare verplichting, maar er moet wel onderzoek worden gedaan. De meeste afwijkingen zijn goed zichtbaar, en andere afwijkingen komen pas boven water bij het gebruik. Voor de consumentkoper wijkt lid 1 weer een klein beetje af. Ook hier loopt de termijn vanaf het moment van de ontdekking en geldt niet het criterium ‘behoren te ontdekken’. Voor de consumentkoper valt dus de inspectieplicht af.

Page 17: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

q

Daarbij is er voor de consumentenkoop wel een duidelijk termijn gesteld, namelijk binnen 2 maanden. In lid 2 wordt de onzekerheid van de verkoper beperkt tot een verjaringstermijn van 2 jaar. Dit lid geldt volgende de parlementaire geschiedenis voor iedere vordering en ieder verweer van de koper dat gegrond is op het niet beantwoorden van de zaak aan de overeenkomst. Het gebeurt ook vaak dat de verkoper de koper door bedrog of bedreiging de zaak verkoopt. Lid 3 is van dwingend recht, en de leden 1 en 2 zijn dit wel. Uiteraard is dit laatste bij consumentenkoop niet het geval. In art. 7:24 BW staat: “1. Indien op grond van een consumentenkoop een zaak is afgeleverd die niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten, heeft de koper jegens de verkoper recht op schadevergoeding overeenkomstig de afdelingen 9 en 10 van titel 1 van Boek 6. 2. Bestaat de tekortkoming in een gebrek als bedoeld in afdeling 3 van titel 3 van Boek 6, dan is de verkoper niet aansprakelijk voor schade als in die afdeling bedoeld, tenzij a. hij het gebrek kende of behoorde te kennen, b. hij de afwezigheid van het gebrek heeft toegezegd of c. het betreft zaakschade terzake waarvan krachtens afdeling 3 van titel 3 van Boek 6 geen recht op vergoeding bestaat op grond van de in die afdeling geregelde franchise, onverminderd zijn verweren krachtens de afdelingen 9 en 10 van titel 1 van Boek 6. 3. Indien de verkoper de schade van de koper vergoedt krachtens lid 2 onder a of b, is de koper verplicht zijn rechten uit afdeling 3 van titel 3 van Boek 6 aan de verkoper over te dragen.” Niet alleen kan de zaak niet conform de overeenkomst zijn, en dat de koper daardoor schade lijdt, maar hij kan zelf ook schade oplopen als de zaak niet in orde is. Denk maar aan een zaak die ontploft en waardoor de koper brandwonden oploopt. Dit wordt de gevolgschade genoemd. In de parlementaire geschiedenis staat dit zo omschreven: de schade die de koper als gevolg van het gebrek in zijn persoon of in zijn overig vermogen lijdt, dit laatste omdat de geleverde zaak hetzij een ander hem toebehorende zaak beschadigt, het zijn een derde of diens zaken laedeert, waarvoor de koper aansprakelijk kan worden gesteld. 11 Als er geen veiligheidsgebrek aan de zaak zat, geldt lid 1 van dit artikel, met een verwijzing naar boek 6. Als er wel een veiligheidsgebrek aan de zaak zat, geldt lid 2. Hieruit volgt dat de belangrijkste vraag die er gesteld moet worden is: Had de zaak een veiligheidsgebrek? Zo ja, dan is de verkoper niet aansprakelijk, maar wel de producent.

11 TC, Parl. Gesch. Boek 7, p 160

Maar op deze regel zijn weer drie uitzonderingen: - de verkoper is wel aansprakelijk als hij het gebrek

kende of behoorde te kennen; - de verkoper is wel aansprakelijk als hij de

afwezigheid van het gebrek heeft gegarandeerd. De koper kan in deze gevallen de verkoper of de producent aanspreken.

- als de zaak een gebrek heeft in de zin van afdeling 6.3.3, maar de zaak veroorzaakt alleen zaakschade, die minder bedraagt dan de daar geregelde franchise, is de producent niet aansprakelijk. De verkoper juist weer wél.

De verkoper kan zich ook op overmacht beroepen, hij kan zich er dus op beroepen dat het veiligheidsgebrek niet aan zijn schuld te wijten is en dat het evenmin voor zijn rekening komt krachtens de wet, een rechts-handeling of de verkeersopvattingen. Het beroep op overmacht staat geregeld in art. 6:75 BW. Het spreekt vanzelf dat de verkoper niet aansprakelijk is voor gedragingen van de koper waardoor de gebreken zijn ontstaan. Dit kan bijvoorbeeld als de koper in crediteursverzuim is, art. 6:58 BW. Wanneer kan nou niet de producent worden aangesproken? - als de zaak niet gebrekkig is, dus niet onveilig; - als de zaak wel gebrekkig is, maar de producent

heeft een verweermiddel - als de zaak wel gebrekkig is, maar er is sprake van

andere gevolgschade dan personenschade of in de privé-sfeer geleden zaakschade.

- als de zaak wel gebrekkig is, maar de actie jegens de producent is verjaard of vervallen.

Als de koper de producent niet kan aanspreken in deze gevallen, kan hij dan wel de verkoper aanspreken? Dit antwoord staat in de parlementaire geschiedenis. Het eerste geval valt onder lid 1, de verkoper is aansprakelijk. In het tweede geval kan er niemand aansprakelijk worden gesteld. In het derde geval kan de verkoper aansprakelijk worden gesteld, hij valt onder lid 1. En in het vierde geval is er weer niemand aansprakelijk. In art. 7:25 BW staat: “1. Heeft de koper, in geval van een tekortkoming als bedoeld in artikel 24, een of meer van zijn rechten ter zake van die tekortkoming tegen de verkoper uitgeoefend, dan heeft de verkoper recht op schadevergoeding jegens degene van wie hij de zaak heeft gekocht, mits ook deze bij die overeenkomst in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf heeft gehandeld. Kosten ter zake van verweer worden slechts vergoed voor zover zij in redelijkheid door de verkoper zijn gemaakt. 2. Van lid 1 kan niet ten nadele van de verkoper worden afgeweken.

Page 18: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

r

3. Het recht op schadevergoeding krachtens lid 1 komt de verkoper niet toe indien de afwijking betrekking heeft op feiten die hij kende of behoorde te kennen, dan wel haar oorzaak vindt in een omstandigheid die is voorgevallen nadat de zaak aan hem werd afgeleverd. 4. Indien aan de zaak een eigenschap ontbreekt die deze volgens de verkoper bezat, is het recht van de verkoper op schadevergoeding krachtens lid 1 beperkt tot het bedrag waarop hij aanspraak had kunnen maken indien hij de toezegging niet had gedaan. 5. Op het verhaal krachtens eerdere koopovereenkomsten zijn de vorige leden van overeenkomstige toepassing. 6. De vorige leden zijn niet van toepassing voor zover het betreft schade als bedoeld in artikel 24 lid 2.” Ik heb het hierboven al over de aansprakelijkheid van de producent gehad, en dit artikel maakt het mogelijk om nog andere mensen aansprakelijk te stellen. Dit zijn regresvorderingen, en degene die hier bij aansprakelijk kunnen worden gesteld zijn bijvoorbeeld de importeur, groothandel. In lid 2 staat eigenlijk dat er geen exoneratie kan worden toegepast in dit artikel. In de algemene voorwaarden staan vaak exoneratieclausules, maar hierop kan dus geen beroep worden gedaan. Maar de mogelijkheid blijft bestaan dat de exoneratie wel door gaat, op grond van de redelijkheid en billijkheid. In lid 3 staat omschreven wanneer men niet één van de voorschakels aansprakelijk kan stellen. Er zijn een aantal gevallen wanneer dat oneerlijk zou zijn. In lid 4 staat een beperking bij garantie op de regresvordering. Als de koper de verkoper aanspreekt op grond van de gedane toezegging heeft de verkoper ter zake dus geen regres. Die voorschakels kunnen op hun beurt weer een voorschakel aansprakelijk stellen, dit staat in lid 5 geregeld. 2. Productaansprakelijkheid Alle regelgeving over productaansprakelijkheid is gebaseerd op de Richtlijn productenaansprakelijkheid. De regeling heeft als uitgangspunt dat producenten van onveilige of gebrekkige producten aansprakelijk zijn jegens degene die schade lijdt. Deze richtlijn is netjes omgezet in de nationale wetgeving, en de kooptitel sluit hier goed bij aan. Als de producten die in het verkeer gebracht zijn gebreken vertonen, rusten op de producenten een risicoaansprakelijkheid. De consument is jegens de consument aansprakelijk voor alle schade door dood of lichamelijk letsel en voor zaakschade in de privé-sfeer, als deze zaakschade meer dan de zogenaamde franchise bedraagt.

De franchise is vastgesteld in art. 6:191 BW.

D. De verplichtingen van de koper In art. 7:26 BW staat: “1. De koper is verplicht de prijs te betalen. 2. De betaling moet geschieden ten tijde en ter plaatse van de aflevering. Bij een consumentenkoop kan de koper tot vooruitbetaling van ten hoogste de helft van de koopprijs worden verplicht. 3. Is voor de eigendomsoverdracht een notariële akte vereist, gevolgd door inschrijving daarvan in de daartoe bestemde openbare registers, dan moet het verschuldigde ten tijde van de ondertekening van de akte tenminste uit de macht van de koper zijn gebracht en behoeft het pas na de inschrijving in de macht van de verkoper te worden gebracht. 4. Bij de koop van een tot bewoning bestemde onroerende zaak of bestanddeel daarvan, kan de koper die een natuurlijk persoon is en niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, niet worden verplicht tot vooruitbetaling van de koopprijs, behoudens dat kan worden bedongen dat hij ter verzekering van de nakoming van zijn verplichtingen een bedrag dat niet hoger is dan 10% van de koopprijs, in depot stort bij een notaris dan wel voor dit bedrag vervangende zekerheid stelt. Van het in de eerste zin bepaalde kan niet ten nadele van de koper worden afgeweken, behoudens bij een standaardregeling als bedoeld in artikel 214 van Boek 6. Het teveel betaalde geldt als onverschuldigd betaald. 5. Lid 4 is van overeenkomstige toepassing op de koop van deelnemings- of lidmaatschapsrechten die recht geven op het gebruik van een tot bewoning bestemde onroerende zaak of bestanddeel daarvan. “ De koper heeft als enige hoofdverplichting het betalen van de koopprijs. Dit staat dus in lid 1. Maar er staat eigenlijk nergens hoe de betaling moet geschieden. Lid 2 is van aanvullend recht, dus de koper en de verkoper kunnen ook anders overeenkomen. De basisregel is in ieder geval dat contante betaling moet plaatsvinden bij de aflevering en op de plaats van aflevering. De verkoper kan de koper verplichten tot het doen van een vooruitbetaling van de koopprijs. Hier zit meer risico bij, want de koper moet de verkoper vertrouwen dat hij de zaak dan nog aangeleverd krijgt. In lid 3 staan aparte zaken geregeld zoals de verkoop van onroerende zaken of andere registergoederen.

Page 19: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

s

In art. 7:27 BW staat: “Wanneer de koper gestoord wordt of goede grond heeft te vrezen dat hij gestoord zal worden door een vordering tot uitwinning of tot erkenning van een recht op de zaak dat daarop niet had mogen rusten, kan hij de betaling van de koopprijs opschorten, tenzij de verkoper voldoende zekerheid stelt om het nadeel te dekken dat de koper dreigt te lijden.” Dit artikel geeft de koper een bijzonder opschortings-recht. Het opschortingsrecht houdt op met bestaan als de verkoper zekerheid stelt. Er bestaat ook opschorting door de verkoper, maar dat is in art. 6:262 en 263 BW geregeld. In art. 7:28 BW staat: “Bij een consumentenkoop verjaart de rechtsvordering tot betaling van de koopprijs door verloop van twee jaren.” In art. 3:307 BW staat de algemene verjaringstermijn; deze is 3 jaar. Maar deze termijn wordt voor de consumentenkoop dus verkort tot 2 jaar. Na het verstrijken van de verjaringstermijn blijft een natuurlijke verbintenis over. In art. 7:29 BW staat: “1. Heeft de koper de zaak ontvangen doch is hij voornemens deze te weigeren, dan moet hij als een zorgvuldig schuldenaar voor het behoud ervan zorgen; hij heeft op de zaak een retentierecht totdat hij door de verkoper voor de door hem in redelijkheid gemaakte kosten schadeloos is gesteld. 2. De koper die voornemens is een aan hem verzonden en op de plaats van bestemming te zijner beschikking gestelde zaak te weigeren, moet, zo dit geen betaling van de koopprijs en geen ernstige bezwaren of onredelijke kosten meebrengt, deze in ontvangst nemen, tenzij de verkoper op de plaats van bestemming aanwezig is of iemand aldaar bevoegd is zich voor zijn rekening met de zorg voor de zaak te belasten.” Als de koper de zaak onderzoekt, en hij besluit de zaak niet te houden, besluit hij eigenlijk tot vervanging of ontbinding. Het is niet meer dan redelijk dat de koper er tot deze teruggave als een goed schuldenaar voor zorgt, zoals in de parlementaire geschiedenis staat omschreven. In beginsel is de koper verplicht de zaak in ontvangst te nemen, maar als de verkoper zelf voor de zaak kan zorgen is dit uiteraard niet nodig. In art. 7:30 BW staat: “Wanneer in de gevallen, in artikel 29 voorzien, de zaak aan snel tenietgaan of achteruitgang onderhevig is of wanneer de bewaring daarvan ernstige bezwaren of onredelijke kosten zou meebrengen, is de koper verplicht de zaak op een geschikte wijze te doen verkopen.” Dit is ook weer een bescherming voor de koper, om hem tegen kosten te pantseren.

Hij mag zelf niet de zaak verkopen, dit moet door een derde gebeuren. In art. 7: 31 BW staat: “Indien de overeenkomst aan de koper de bevoegdheid geeft door aanwijzing van maat of vorm of op andere wijze de zaak te specificeren en hij daarmede in verzuim is, kan de verkoper daartoe zelf overgaan, met inachtneming van de hem bekende behoeften van de koper.” Dit artikel handelt over crediteursverzuim. Als de koper de zaak niet nader specificeert, komt hij in verzuim. In art. 7: 32 BW staat: “ Ingeval de koper met de inontvangstneming in verzuim is, vindt artikel 30 overeenkomstige toepassing.” Dit artikel spreekt eigenlijk voor zich, de koper is verplicht om dan de zaak te verkopen. In art. 7:33 BW staat: “Indien de aflevering van een roerende zaak op een bepaalde dag essentieel is en op die dag de koper niet in ontvangst neemt, levert zulks een grond op tot ontbinding als bedoeld in artikel 265 van Boek 6.” De koper heeft eigenlijk geen algemene verplichting tot het aannemen van een zaak, maar als hij dit niet doet komt hij in crediteursverzuim, en ondervindt hij dus nadelen. Onder normale omstandigheden kan een overeenkomst pas worden ontbonden bij de rechter, maar bij koop hoeft dit dus niet. De koper kan zelf de overeenkomst schriftelijk ontbinden. In art. 7:34 BW staat: “De verkoper kan de koop door een schriftelijke verklaring ontbinden, indien het achterwege blijven van inontvangstneming hem goede grond geeft te vrezen dat de prijs niet zal worden betaald.” Dit artikel slaat terug op art. 6:80 lid 1 BW. In dat artikel staan er strenge regels, en het artikel in boek 7 maakt dit een stuk makkelijker. In art. 7:35 BW staat: “1. Indien de verkoper bij een consumentenkoop krachtens een bij die overeenkomst gemaakt beding de koopprijs na het sluiten van de koop verhoogt, is de koper bevoegd de koop door een schriftelijke verklaring te ontbinden, tenzij bedongen is dat de aflevering langer dan drie maanden na de koop zal plaatsvinden. 2. Voor de toepassing van lid 1 wordt onder koopprijs begrepen het bedrag dat bij het sluiten van de overeenkomst onder voorbehoud van prijswijziging voorlopig als koopprijs is opgegeven.” Het doel van dit artikel is de koper te beschermen tegen prijsverhogingen.

Page 20: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

t

E. Consumentenkoop, koop van onroerende zaken en koop op afstand 1. Consumentenkoop Zoals we in de vorige hoofdstukken al vaak zijn tegengekomen krijgt de consumentkoper vaak bescherming. Deze consumentenbescherming is al enige tijd in ons recht aanwezig, alleen het begrip consument is nieuw. Naast het materiële recht is uiteraard het formele recht ook van belang. Als de consument niet makkelijk bij de rechter terecht kan, is er geen sprake van goede bescherming. Men heeft het de laatste jaren steeds makkelijker proberen te maken om bij de rechter terecht gekomen, maar de praktijk leert dat de consument meestal beter kan kiezen voor de geschillencommissie. Deze consumentenbescherming komt volgens de parlementaire geschiedenis uit het feit voort dat de verkoper de meeste kennis behoort te hebben. En dit brengt dus in beginsel mee dat de koper mag verwachten dat hij behoorlijk over het aan te kopen product wordt voorgelicht, en met name ook attent zal worden gemaakt op nadelen die aan het product hangen. In art. 7:5 BW staat “1. In deze titel wordt verstaan onder "consumentenkoop": de koop met betrekking tot een roerende zaak, elektriciteit daaronder begrepen, die wordt gesloten door een verkoper die handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, en een koper, natuurlijk persoon, die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf. 2. Wordt de zaak verkocht door een gevolmachtigde die handelt in de uitoefening van beroep of bedrijf, dan wordt de koop aangemerkt als een consumentenkoop, tenzij de koper ten tijde van het sluiten van de overeenkomst weet dat de volmachtgever niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf. 3. De vorige leden zijn niet van toepassing indien de overeenkomst door leidingen naar de verbruiker aangevoerd water betreft. 4. Indien de te leveren roerende zaak nog tot stand moet worden gebracht en de overeenkomst krachtens welke deze zaak moet worden geleverd voldoet aan de omschrijving van artikel 750, dan wordt de overeenkomst mede als een consumentenkoop aangemerkt indien de overeenkomst wordt gesloten door een aannemer die handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, en een opdrachtgever, natuurlijk persoon, die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf.

De bepalingen van deze titel en die van afdeling 1 van titel 12 zijn naast elkaar van toepassing. In geval van strijd zijn de bepalingen van deze titel van toepassing.” Er is in de wet geen beschrijving te vinden van het begrip ‘consument’ alleen van de ‘consumentenkoop’. Er zijn drie elementen waaraan een consumentenkoop moet voldoen, en dat is: - de koper moet als consument optreden, dus als

natuurlijk persoon; - de verkop moet juist niet als natuurlijk persoon

optreden, maar in de uitoefening van een beroep of bedrijf;

- het derde element gaat over de te verkopen zaak. Zoals hierboven als staat kan alleen een natuurlijk persoon consument zijn. Zij mogen dus niet in de uitoefening van hun beroep handelen. Dit laatste is vaak moeilijk om aan te duiden wanneer dit het geval is. De verkoper handelt in een bedrijf als hij : - onder een NV, BV, coöperaties en onderlinge

waarborgmaatschappijen werkt. - onder een vennootschap onder firma of een

commanditaire vennootschap werkt, - een natuurlijk of rechtspersoon is die een vergunning

heeft krachtens de Vestigingswet Bedrijven - in een onderneming werkt die is ingeschreven in het

handelsregister, waaronder ook de ondernemingen behoren van verenigingen en stichtingen.

Alleen als de te verkopen zaak roerend is, kan worden gesproken over een consumentenkoop. Dit staat in lid 3. In lid 2 wordt er vanuit gegaan dat de koper een consument is. De consument koopt van iemand die een beroep of bedrijf uitoefent mag erop vertrouwen dat hij de bescherming geniet die de regeling van de consumentenkoop hem biedt. In de parlementaire geschiedenis staat het volgende erover: “ook als een consumentenkoop wordt aangemerkt de overeenkomst tussen een consumentkoper als bedoeld in lid1 en een beroeps- of bedrijfsmatig handelende gevolmachtigde van een particuliere verkoper, tenzij de koper weet dat de volmachtgever een particulier is. 12 Let op, een consumentenkoop kan alleen een roerende zaak zijn en het kan zowel een nieuwe als een tweedehands zaak zijn. Lid 4 geeft een samenloopregel voor consumentenkoop en aanneming van nieuw werk. Aanneming van nieuw werk houdt in dat de aannemer een werk van stoffelijk aard tot stand moet brengen en opleveren. Deze bepaling is net nieuw, en er wordt verwacht dat er nog veel vragen n.a.v dit lid gaat komen.

12 MvA II, Parl. Gesch. Boek 7, p 64-65

Page 21: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

u

In art. 7:6 BW staat: “1. Bij een consumentenkoop kan van de afdelingen 1-7 van deze titel niet ten nadele van de koper worden afgeweken en kunnen de rechten en vorderingen die de wet aan de koper ter zake van een tekortkoming in de nakoming van de verplichtingen van de verkoper toekent, niet worden beperkt of uitgesloten. 2. Lid 1 is niet van toepassing op de artikelen 11, 12, 13, 26 en 35, doch bedingen in algemene voorwaarden waarbij ten nadele van de koper wordt afgeweken van die artikelen, worden als onredelijk bezwarend aangemerkt. 3. De toepasselijkheid op de consumentenkoop van een recht dat de door de richtlijn nr. 99/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 25 mei 1999 betreffende bepaalde aspecten van de verkoop van en de garanties voor consumptiegoederen (PbEG L 171) voorziene bescherming niet of slechts ten dele biedt, kan er niet toe leiden dat de koper de bescherming verliest die hem krachtens deze richtlijn wordt geboden door de dwingende bepalingen van het recht van de lidstaat van de Europese Unie of de andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, waar hij zijn gewone verblijfplaats heeft.” Er zitten rechtsgevolgen aan de kwalificering van consumentenkoop vast. Dit zijn: - er zijn op de consumentenkoop een aantal

bijzondere bepalingen van toepassing, die de woorden: “bij een consumentenkoop’ bevatten.

- de kooptitel is met enige beperkingen van dwingend recht.

Deze beperkingen zijn: - niet alles is dwingend recht, alleen afdelingen 7.1-

7.1.7 zijn van dwingend recht - vijf artikelen zijn hier weer van uitgezonderd, zij zijn

van aanvullend recht. Dit zijn de artikelen 7:11, 12, 13, 26 en 35 BW.

Als iets in strijd komt met het dwingende recht, is dat de consument zo’n beding kan vernietigen door een buitengerechtelijke verklaring. Deze buitengerechtelijke verklaring staat in art. 3:50 BW. 2. Koop van onroerende zaken In art. 7:2 BW staat: “1. De koop van een tot bewoning bestemde onroerende zaak of bestanddeel daarvan wordt, indien de koper een natuurlijk persoon is die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, schriftelijk aangegaan. 2. De tussen partijen opgemaakte akte of een afschrift daarvan moet aan de koper ter hand worden gesteld, desverlangd tegen afgifte aan de verkoper van een gedateerd ontvangstbewijs.

Gedurende drie dagen na deze terhandstelling heeft de koper het recht de koop te ontbinden. Komt, nadat de koper van dit recht gebruik gemaakt heeft, binnen zes maanden tussen dezelfde partijen met betrekking tot dezelfde zaak of hetzelfde bestanddeel daarvan opnieuw een koop tot stand, dan ontstaat het recht niet opnieuw. 3. De leden 1-2 zijn van overeenkomstige toepassing op de koop van deelnemings- of lidmaatschapsrechten die recht geven op het gebruik van een tot bewoning bestemde onroerende zaak of bestanddeel daarvan. 4. Van het in de leden 1-3 bepaalde kan niet ten nadele van de koper worden afgeweken, behoudens bij een standaardregeling als bedoeld in artikel 214 van Boek 6. 5. De leden 1-4 zijn niet van toepassing op huurkoop en koop op een openbare veiling ten overstaan van een notaris. Zij zijn evenmin van toepassing op een koop als bedoeld in artikel 48a onder a.” Voor de koop van onroerende zaken zitten geen vereisten, alleen aan de overdracht van een onroerende zaak. De koop moet schriftelijk gebeuren, en er is een bedenktijd van drie dagen aangesteld. Ook dit artikel beschermt de particuliere koper. De term woning is belangrijk bij het moment van aankoop, omdat dan wordt gekeken hoe de onroerende zaak gekwalificeerd kan worden. De bedenktijd van 3 dagen is ook weer in het voordeel van de koper, zodat men niet overhaast kan handelen. Wanneer de koper niet binnen de gestelde termijn ontbindt, is hij definitief gebonden. Deze ontbinding is vormvrij. Als de koper toch de koop door wil laten gaan, na de ontbinding, mag hij geen gebruik maken van de bedenktijd van 3 dagen, tenzij de 6 maanden zijn verstreken. Op grond van lid4 is de regeling van de bedenktijd van dwingend recht. In art. 7:3 BW staat: “1. De koop van een registergoed kan worden ingeschreven in de openbare registers, bedoeld in afdeling 2 van titel 1 van Boek 3, tenzij op het tijdstip van de inschrijving levering van dat goed door de verkoper nog niet mogelijk zou zijn geweest wegens de in artikel 97 van Boek 3 vervatte uitsluiting van levering bij voorbaat van toekomstige registergoederen. Bij de koop van een tot woning bestemde onroerende zaak of bestanddeel daarvan kan, indien de koper een natuurlijk persoon is die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, van het in de vorige zin bepaalde niet ten nadele van de koper worden afgeweken. 2. gedurende de bedenktijd, bedoeld in artikel 2 lid 2, kan inschrijving slechts plaatsvinden indien de koopakte is opgesteld en meeondertekent door een in Nederland gevestigde notaris.

Page 22: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

v

3. Tegen de koper wiens koop is ingeschreven kunnen niet worden ingeroepen: a. een na de inschrijving van die koop tot stand gekomen vervreemding of bezwaring door de verkoper, tenzij deze vervreemding of bezwaring voortvloeit uit een eerder ingeschreven koop of plaatsvond uit hoofde van een recht op levering dat volgens artikel 298 van Boek 3 ging voor dat van de koper en dat de koper op het tijdstip van de inschrijving van de koop kende of ten aanzien waarvan op dat tijdstip het proces-verbaal van een conservatoir beslag tot levering was ingeschreven; b. vervreemdingen of bezwaringen die plaatsvinden als vervolg op de onder a bedoelde vervreemding of bezwaring door de verkoper; c. een onderbewindstelling die na de inschrijving van de koop is tot stand gekomen of die, zo zij tevoren was tot stand gekomen, toen niet in de openbare registers was ingeschreven, dit laatste tenzij de koper haar op het tijdstip van de inschrijving van de koop kende; d. een na de inschrijving van de koop tot stand gekomen verhuring of verpachting; e. een na de inschrijving van de koop ingeschreven beding als bedoeld in artikel 252 van Boek 6; f. een executoriaal of conservatoir beslag waarvan het proces-verbaal na de inschrijving van de koop is ingeschreven; g. een faillissement of surséance van betaling van de verkoper of toepassing ten aanzien van hem van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen, uitgesproken na de dag waarop de koop is ingeschreven. 4. De inschrijving van de koop verliest de in lid 3 bedoelde werking met terugwerkende kracht, indien het goed niet binnen zes maanden na de inschrijving aan de koper geleverd is. In dat geval wordt bovendien de koop niet geacht kenbaar te zijn door raadpleging van de openbare registers. 5. Nadat de inschrijving haar werking heeft verloren, kan gedurende zes maanden geen koop tussen dezelfde partijen met betrekking tot hetzelfde goed worden ingeschreven. 6. Inschrijving van de koop vindt slechts plaats indien onder de koopakte een ondertekende en gedateerde verklaring van een notaris is opgenomen, die zijn naam, voornamen, standplaats en kwaliteit bevat en waarin verklaard wordt dat de leden 1, 2 en 5 niet aan inschrijving in de weg staan.” Omdat bij de koop van een onroerende zaak de overdracht wat ingewikkelder ligt, kan er in de tijd tussen de koop en de overdracht van alles fout gaan.

Om hier tegen te beschermen kan de koper zich inschrijven in de openbare registers, de Vormerkung. Dit mag niet bij toekomstige registergoederen. De regeling kan niet ten nadele van de koper worden afgeweken, zie lid 1. Gedurende de bedenktijd kan slechts inschrijving plaats vinden indien de koopakte is opgesteld en medeondertekend door een notaris. Bij de koop door een niet-particulier hoeft de akte niet te zijn opgesteld door een notaris. In lid 4 staat dat de inschrijving in de registers vervalt na 6 maanden, hierdoor wordt voorkomen dat de overdracht tot in lengte van dagen met zakelijke werking kan worden uitgesteld. In art. 7:8 BW staat: “Wordt een nieuw gebouwde of te bouwen woning, bestaande uit een onroerende zaak of bestanddeel daarvan, verkocht en is de koper een natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, dan zijn de artikelen 767 en 768 van overeenkomstige toepassing. Hiervan kan niet ten nadele van de koper worden afgeweken, behoudens bij een standaardregeling als bedoeld in artikel 214 van Boek 6.” De artikelen die in dit artikel genoemd worden zijn dwingendrechtelijke regels ter bescherming van de consument. In art. 767 staat dat de deelbetalingen van de consument ongeveer gelijke tred moeten houden met de stand van de bouw en dat van de consument maximaal 10% van de aanneemsom als zekerheid wordt gevraagd, welke dan bij een notaris in depot moet worden gestort. 3. Verkoop op afstand Bij verkoop op afstand moet je eigenlijk naar de letterlijke betekenis van de zin kijken om achter de betekenis te komen. Je koopt letterlijk op afstand, zoals bij postorderbedrijven of via Internet. Door een Europese richtlijn is deze wet nu in de Nederlandse wetgeving geïmplementeerd. De koop op afstand staat geregeld in afdeling 9A. De wettelijke regeling is niet beperkt tot consumentenkoop maar geldt ook voor de koop van diensten. In art. 7:46a BW staat: “In deze afdeling wordt verstaan onder: a. overeenkomst op afstand: de overeenkomst waarbij, in het kader van een door de verkoper of dienstverlener georganiseerd systeem voor verkoop of dienstverlening op afstand, tot en met het sluiten van de overeenkomst uitsluitend gebruik wordt gemaakt van één of meer technieken voor communicatie op afstand; b. koop op afstand: de overeenkomst op afstand die een consumentenkoop is; c. overeenkomst op afstand tot het verrichten van diensten: de tot het verrichten van diensten strekkende overeenkomst op afstand tussen een dienstverlener die handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf en

Page 23: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

w

een wederpartij, natuurlijk persoon, die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf; d. techniek voor communicatie op afstand: een middel dat zonder gelijktijdige persoonlijke aanwezigheid van partijen kan worden gebruikt voor het sluiten van de overeenkomst op afstand; e. communicatietechniekexploitant: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die zijn bedrijf maakt van het ter beschikking stellen van één of meer technieken voor communicatie op afstand aan verkopers of dienstverleners; f. richtlijn: richtlijn nr. 97/7/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 20 mei 1997 betreffende de bescherming van de consument bij op afstand gesloten overeenkomsten (PbEG L 144).” In dit artikel worden definities gegeven over de koop op afstand. Deze regeling is de laatste tijd steeds belangrijker geworden door de opkomst van internet. De koop van onroerend goed valt buiten de regeling. Omdat dit artikel zo’n algemene strekking heeft, was het misschien beter geweest dat dit artikel elders in boek 7 had gestaan. In art. 7:46b BW staat: “1. Artikel 5 lid 3 is niet van toepassing op koop op afstand. 2. Deze afdeling is niet van toepassing op de koop op afstand: a. die wordt gesloten met gebruikmaking van distributieautomaten of geautomatiseerde handelsruimten; b. op een veiling. 3. De artikelen 46c-46e en 46f lid 1 zijn niet van toepassing op de koop op afstand van hoofdzakelijk levensmiddelen die worden afgeleverd aan de koper op diens woon- of verblijfplaats of werkplek door frequent en op gezette tijden langskomende bezorgers.” Dit lid geeft een aantal uitzonderingen aan waarop deze afdeling niet van toepassing op is. Er zijn uitzonderingen voor automaten, voor geautomatiseerde handelsruimten, op de koop van levensmiddelen. In art. 7:46c BW staat: “1. Tijdig voordat de koop op afstand wordt gesloten, moeten aan de wederpartij met alle aan de gebruikte techniek voor communicatie op afstand aangepaste middelen en op duidelijke en begrijpelijke wijze, de volgende gegevens worden verstrekt, waarvan het commerciële oogmerk ondubbelzinnig moet blijken: a. de identiteit en, indien de koop op afstand verplicht tot vooruitbetaling van de prijs of een gedeelte daarvan, het adres van de verkoper; b. de belangrijkste kenmerken van de zaak;

c. de prijs, met inbegrip van alle belastingen, van de zaak; d. voor zover van toepassing: de kosten van aflevering; e. de wijze van betaling, aflevering of uitvoering van de koop op afstand; f. het al dan niet van toepassing zijn van de mogelijkheid van ontbinding overeenkomstig de artikelen 46d lid 1 en 46e; g. indien de kosten van het gebruik van de techniek voor communicatie op afstand worden berekend op een andere grondslag dan het basistarief: de hoogte van het geldende tarief; h. de termijn voor de aanvaarding van het aanbod, dan wel de termijn voor het gestand doen van de prijs; i. voor zover van toepassing, in geval van een koop op afstand die strekt tot voortdurende of periodieke aflevering van zaken: de minimale duur van de overeenkomst. 2. Tijdig bij de nakoming van de koop op afstand en, voor zover het niet aan derden af te leveren zaken betreft, uiterlijk bij de aflevering, moeten aan de koper op duidelijke en begrijpelijke wijze schriftelijk of, voor zover het de in de onderdelen a en c-e bedoelde gegevens betreft, op een andere te zijner beschikking staande en voor hem toegankelijke duurzame gegevensdrager, de volgende gegevens worden verstrekt, behoudens voor zover zulks reeds is geschied voordat de koop op afstand werd gesloten: a. de gegevens, bedoeld in de onderdelen a-f van lid 1; b. de vereisten voor de gebruikmaking van het recht tot ontbinding overeenkomstig de artikelen 46d lid 1 en 46e lid 2; c. et bezoekadres van de vestiging van de verkoper waar de koper een klacht kan indienen; d. voor zover van toepassing: gegevens omtrent de garantie en omtrent in het kader van de koop op afstand aangeboden diensten; e. indien de koop op afstand een duur heeft van meer dan een jaar dan wel een onbepaalde duur: de vereisten voor opzegging van de overeenkomst.”. Dit artikel stelt de consument in de gelegenheid om informatie te verzamelen en van gegevens kennis te nemen voordat de overeenkomst wordt gesloten. De informatie moet voor de consument helder en duidelijk zijn. Deze informatie mag niet zomaar verdwijnen, het moet beschikbaar blijven voor de koper. In art. 7:46d BW staat: “1. Gedurende zeven werkdagen na de ontvangst van de zaak heeft de koper het recht de koop op afstand zonder opgave van redenen te ontbinden. Indien niet is voldaan aan alle in artikel 46c lid 2 gestelde eisen, bedraagt deze termijn drie maanden. De eerste zin is van overeenkomstige toepassing vanaf de voldoening binnen de in de tweede zin bedoelde termijn aan alle in artikel 46c lid 2 gestelde eisen.

Page 24: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

x

2. In geval van ontbinding overeenkomstig lid 1 kan de verkoper, behoudens ten hoogste de rechtstreekse kosten van het terugzenden van de zaak, aan de koper geen vergoeding in rekening brengen. 3. In geval van ontbinding overeenkomstig lid 1 heeft de koper recht op kosteloze teruggave van het door hem aan de verkoper betaalde. De teruggave moet zo spoedig mogelijk en in ieder geval binnen dertig dagen na de ontbinding plaatsvinden. 4. De leden 1-3 zijn niet van toepassing op de koop op afstand: a. van zaken waarvan de prijs gebonden is aan de schommelingen op de financiële markt, waarop de verkoper geen invloed heeft; b. van zaken die: 1°. zijn tot stand gebracht overeenkomstig specificaties van de koper; 2°. duidelijk persoonlijk van aard zijn; 3°. door hun aard niet kunnen worden teruggezonden; 4°. snel kunnen bederven of verouderen; c. van audio- en video-opnamen en computerprogrammatuur, indien de koper hun verzegeling heeft verbroken; d. van kranten en tijdschriften.” Dit artikel handelt weer over de bedenktijd van de koper. Dit artikel geeft de koper een recht van ontbinding van zeven werkdagen na de ontvangst van de zaak. Als de leverancier niet aan zijn informatieverplichtingen doet, wordt de termijn verlengd met drie maanden. En voldoet hij alsnog binnen drie maanden aan zijn informatieverplichting, wordt de termijn verlengd tot maximaal drie maanden. Ontbinding is dus niet mogelijk in de gevallen van lid 4. In art. 7:46 e BW staat: “1. Ontbinding van de koop op afstand overeenkomstig artikel 46d lid 1 brengt van rechtswege en zonder dat de koper een boete is verschuldigd de ontbinding mee van een overeenkomst die ertoe strekt dat de verkoper aan de koper ten behoeve van de voldoening van de prijs een geldsom leent. 2. In geval van ontbinding van de koop op afstand overeenkomstig artikel 46d lid 1 heeft de koper tevens het recht een ingevolge een overeenkomst tussen de verkoper en een derde aangegane overeenkomst die ertoe strekt dat de derde aan de koper ten behoeve van de voldoening van de prijs een geldsom leent, zonder boete te ontbinden.” Als de koper niet alleen een zaak gekocht heeft, maar daarvoor ook geld geleend heeft, voorziet dit artikel erin dat met de ontbinding van de koop ook de geldlening is ontbonden.

Art. 7: 46f BW: “1. Het verzuim van de verkoper treedt zonder ingebrekestelling in, wanneer de koop op afstand niet uiterlijk binnen dertig dagen, te rekenen van de dag waarop de koper zijn bestelling bij de verkoper heeft gedaan, is nagekomen, behalve voor zover de vertraging de verkoper niet kan worden toegerekend of nakoming reeds blijvend onmogelijk is. 2. Indien nakoming onmogelijk is doordat de gekochte zaak niet beschikbaar is, moet de koper daarvan zo spoedig mogelijk worden kennis gegeven en heeft hij recht op kosteloze teruggave van het door hem aan de verkoper betaalde. De teruggave moet zo spoedig mogelijk en in ieder geval binnen dertig dagen na de kennisgeving plaatsvinden. 3. Indien in het in lid 2 bedoelde geval de verkoper krachtens een voor dan wel bij het sluiten van de koop op afstand gemaakt beding de bevoegdheid heeft, een zaak van gelijke kwaliteit en prijs te geven, komen de kosten van het terugzenden van de zaak in geval van ontbinding van de koop op afstand overeenkomstig artikel 46d lid 1 ten laste van de verkoper. De koper moet daarvan op duidelijke en begrijpelijke wijze worden kennis gegeven.” In dit artikel staat een leveringstermijn van dertig dagen. Deze regeling is van aanvullend recht!! Als de verkoper niet binnen dertig dagen levert, is hij in verzuim. De termijn van dertig dagen wordt berekend vanaf de dag die volgt op die van het doen van de bestelling, en dus niet vanaf de dag die volgt op de ontvangst van de bestelling door de verkoper. Op dit termijn is de Algemene Termijnenwet van toepassing. Wanneer de koper de zaak niet wil behouden, draagt niet de koper maar de verkoper de kosten van terugzending. In art. 7:46g BW staat: “De natuurlijke persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, van wie een betaalkaart frauduleus is gebruikt in het kader van koop op afstand, kan niet worden verplicht tot betaling van de hem als gevolg van dat frauduleuze gebruik in rekening gebrachte bedragen, behoudens voor zover dat gebruik een gevolg is van een omstandigheid die aan hem kan worden toegerekend. Het terzake reeds betaalde geldt als onverschuldigd betaald.” Bij misbruik van betaalkaarten kan de koper vragen om een annulering van de betaling. Hetgeen al betaald is geldt als onverschuldigd betaald. Een uitzondering hierop wordt slechts gemaakt wanneer de koper niet alle redelijke maatregelen heeft genomen om de veiligheid te waarborgen. In art. 7:46j BW staat: “1. Van deze afdeling kan niet ten nadele van de koper dan wel de wederpartij worden afgeweken. 2. Lid 1 is niet van toepassing op artikel 46f lid 1.

Page 25: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

y

3. De toepasselijkheid op de overeenkomst van een recht dat de door de richtlijn voorziene bescherming niet of slechts ten dele biedt, kan er niet toe leiden dat de koper dan wel de wederpartij de bescherming verliest die hem krachtens de richtlijn wordt geboden door de dwingende bepalingen van het recht van de lid-staat van de Europese Unie of de andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, waar hij zijn gewone verblijfplaats heeft”. Deze regeling is van dwingend recht. De enige uitzondering die gemaakt wordt is die van de leveringstermijn.

F. Koop op afbetaling, huurkoop, colportage en timesharing 1. Koop op afbetaling Consumentenkrediet kan worden verdeeld in twee categorieën: - geldkrediet - goederenkrediet Koop op afbetaling is een vorm van koop, huurkoop is een vorm van koop op afbetaling, waarbij de verkoper een eigendomsvoorbehoud maakt. Het consumenten-krediet is geregeld in de WCK, de Wet op het ConsumentenKrediet. Volgens art. 71 WCK gelden slechts een beperkt aantal bepalingen uit Boek 7A titel 5A, dit zijn de volgende bepalingen: - art. 1576a ( de titel is in beginsel van dwingend

recht) - art. 1576h ( definitie van huurkoop) - art. 1576 k ( in beginsel verbod van huurkoop) - art. 1576l ( de verplichtingen van de huurverkoper

worden bepaald door titel 7.1) - art. 1576 m (rechten en verplichtingen van de

huurkoper) - art. 1576 n ( regeling m.b.t. de vruchten van de zaak) - art. 1576 r ( de kantonrechter kan veroordelen tot

teruggave aan de verkoper bij voorraad) - art. 1576 u ( de rechter kan de koper die de zaak

moet teruggeven een retentierecht toekennen voor hetgeen hij van de verkoper heeft te vorderen)

- art. 1576w ( rechterlijk bevel tot teruggave van de zaak)

- art. 1576 x ( vaststelling van de geldswaarde van de terug te geven zaak.)

De WCK geldt voor alle kredieten aan natuurlijke personen tot 40000 euro, echt het geldt niet voor hypothecaire geldleningen.

In kredietaanbiedingen moet het effectieve rentepercentage op jaarbasis worden vermeld. Bij kredieten boven de 1000 euro is de kredietgever verplicht inlichtingen in te winnen over de kredietwaardigheid van de aanvrager. 2. Huurkoop Huurkoop is geregeld in de Tijdelijke wet huurkoop onroerende zaken. Deze wet schrijft een authentieke akte voor, hiervan moet een taxatierapport deel uitmaken dat een beschrijving geeft van de waarde en de onderhoudstoestand van het goed. De akte waarbij de huurkoopovereenkomst is aangegaan kan in de openbare registers worden ingeschreven. 3. Colportage Colportage is geregeld in de Colportagewet. Deze wet beschermt de consument tegen agressieve verkopers. Dit gebeurt bij persoonlijk bezoek of bij aanprijzing van een goed of dienst in een groep van ter plaatste van de aanprijzing aanwezige personen. Let op, krediet-colportage is verboden, dit staat in art. 6 Colportagewet. Hij is ook verplicht bij het begin van zijn persoonlijke bezoek of aanprijzing van een goed in een groep duidelijk mee te delen dat hij beoogt op te treden als colporteur en dus beoogt een goed, een dienst of een krediet aan de man te brengen. Dit staat geregeld in art. 7 Colportagewet. 4. Timesharing Timesharing komt in Nederland niet zoveel voor, maar wel bij onze favoriete vakantielanden. Het gaat hierbij om de verkoop van de zogenaamde periode-eigendom, het recht om jaarlijks bijvoorbeeld gedurende een week een vakantie-appartement te mogen gebruiken. Men heeft geprobeerd om via een richtlijn de onwenselijke verkooptechnieken aan banden te leggen, maar dit is niet gelukt.

G. Handelskoop 1. Schadevergoeding Handelskoop is een term die niet in de wet gebruikt wordt, maar wel in de literatuur. Het is een koopovereenkomst waarbij koper en verkoper beroepsmatig handelen en de koper over het algemeen de gekochte roerende zaken niet zelf gebruikt, maar deze heeft gekocht met het doel deze verder te verhandelen en daarbij winst te maken. In art. 7: 36 BW staat: “1. In geval van ontbinding van de koop is, wanneer de zaak een dagprijs heeft, de schadevergoeding gelijk aan het verschil tussen de in de overeenkomst bepaalde prijs en de dagprijs ten dage van de niet-nakoming.

Page 26: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

z

2. Voor de berekening van deze schadevergoeding is de in aanmerking te nemen dagprijs die van de markt waar de koop plaatsvond, of, indien er geen dergelijke dagprijs is of deze bezwaarlijk zou kunnen worden toegepast, de prijs van de markt die deze redelijkerwijs kan vervangen; hierbij wordt rekening gehouden met verschillen in de kosten van vervoer van de zaak.” Dit artikel geeft een bijzondere regel voor zaken die een dagprijs hebben. Maar welke zaken zijn dat? Dat zijn zaken waarin regelmatig een prijsnotering tot stand komt, bijvoorbeeld zaken die geveild worden op een veiling. De dag van niet-nakoming is moeilijk te bepalen, maar meestal wordt het aangemerkt als de dag waarop de verkoper de laatste mogelijke kans had tijdig te presteren. Lid 2 geeft vaststelling voor de marktprijs. De prijs is den de prijs van de markt waar de koop plaatsvond. In art. 7:37 BW staat: “Heeft de koper of de verkoper een dekkingskoop gesloten en is hij daarbij redelijk te werk gegaan, dan komt hem het verschil toe tussen de overeengekomen prijs en die van de dekkingskoop.” Wat is een dekkingskoop? Een dekkingskoop houdt in dat de koper zich genoodzaakt ziet de zaak van een ander dan de verkoper te betrekken, of andersom de verkoper aan een ander dan de koper verkoopt. Voor dekkingsverkoop gelden in beginsel dezelfde regels. In art. 7: 38 BW staat: “De bepalingen van de twee voorgaande artikelen sluiten het recht op een hogere schadevergoeding niet uit ingeval meer schade is geleden.” Volgens de artikelen hiervoor moet bij de koopovereenkomst in bepaalde gevallen een abstracte wijze met schadeberekening worden gehanteerd. Soms is dit voor de koper nadelig, hij heeft dan toch recht op toepassing van de concrete schadevergoedings-berekening. 2. Recht van reclame Het recht van reclame is het recht van de verkoper om, als de koper niet betaalt, de verkochte zaken binnen korte tijd terug te vorderen. Dit recht is van belang omdat ontbinding van de overeenkomst geen terugwerkende kracht heeft noch zakelijke werking. In art. 7: 39 BW staat: “1. De verkoper van een roerende, aan de koper afgeleverde zaak die niet een registergoed is, kan, indien de prijs niet betaald is en in verband daarmee aan de vereisten voor een ontbinding als bedoeld in artikel 265 van Boek 6 is voldaan, de zaak door een tot de koper gerichte schriftelijke verklaring terugvorderen. Door deze verklaring wordt de koop ontbonden en eindigt het recht van de koper of zijn rechtsverkrijger; de

artikelen 271, 273, 275 en 276 van Boek 6 zijn van overeenkomstige toepassing. 2. Is slechts de prijs van een bepaald deel van het afgeleverde niet betaald, dan kan de verkoper slechts dat deel terugvorderen. Is ten aanzien van het geheel een deel van de prijs niet betaald, dan kan de verkoper een daaraan evenredig deel van het afgeleverde terugvorderen indien het afgeleverde voor een zodanige verdeling vatbaar is. In beide gevallen wordt de koop slechts voor het teruggevorderde deel van het afgeleverde ontbonden. 3. In alle andere gevallen van gedeeltelijke betaling van de prijs kan de verkoper slechts het afgeleverde in zijn geheel terugvorderen tegen teruggave van het reeds betaalde.” Uit dit artikel volgen een aantal voorwaarden: - dit recht bestaat alleen als de prijs niet betaald is en

aan de overige voorwaarden voor ontbinding in de zin van art. 6:265 BW is voldaan.

- dit recht kan alleen worden toegepast als roerende zaken niet-registergoederen zijn afgeleverd.

Deze voorwaarden volgen uit de volgende artikelen: - het afgeleverde moet zich nog in dezelfde staat

bevinden als bij aflevering ( 41) - het recht van reclame kan niet worden toegepast in

bepaalde gevallen waarin een derde een recht op de zaak heeft verkregen ( 42)

- de termijn van art. 7:44 BW mag niet zijn verstreken. In art. 7:40 BW staat: “1. Is de koper in staat van faillissement verklaard of is aan hem surséance van betaling verleend, dan heeft de terugvordering geen gevolg, indien door de curator, onderscheidenlijk door de koper en de bewindvoerder, binnen een hun daartoe door de verkoper bij diens verklaring te stellen redelijke termijn de koopprijs wordt betaald of voor deze betaling zekerheid wordt gesteld. 2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing indien ten aanzien van de koper de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is verklaard, tenzij de koopovereenkomst tot stand is gekomen na de uitspraak tot de toepassing van de schuldsaneringsregeling.” Dit recht van reclame is niet af te wenden door alsnog te betalen, behalve als de koper failliet is. In deze gevallen vervalt het recht van reclame alleen als de prijs daadwerkelijk wordt betaald of als daarvoor zekerheid wordt gesteld. In art. 7:41 BW staat: “De bevoegdheid tot terugvordering kan slechts worden uitgeoefend voor zover het afgeleverde zich nog in dezelfde staat bevindt als waarin het werd afgeleverd.” Of het afgeleverde nog in dezelfde staat bevindt, hangt volgens de parlementaire geschiedenis weer af van de omstandigheden van het geval.

Page 27: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

aa

In art. 7:42 BW staat: | ”1. Tenzij de zaak in handen van de koper is gebleven, vervalt de bevoegdheid tot terugvordering wanneer de zaak overeenkomstig artikel 90 lid 1 of artikel 91 van Boek 3 anders dan om niet is overgedragen aan een derde die redelijkerwijs niet behoefde te verwachten dat het recht zou worden uitgeoefend. 2. Is de zaak na de aflevering anders dan om niet in vruchtgebruik gegeven of verpand, dan is lid 1 van overeenkomstige toepassing.” Als de koper de zaak dus doorverkoopt, vervalt het recht van reclame.

H. Algemene voorwaarden De algemene voorwaarden staan geregeld in afdeling 6.5.3. In de parlementaire geschiedenis staat omschreven wat het doel is van deze voorwaarden: - rechterlijke controle; de regeling is bedoeld om

rechtelijke controle op de inhoud van algemene voorwaarden te versterken, aangezien de wederpartij die de algemene voorwaarden aanvaardt vaak op de inhoud geen invloed heeft en deze vaak niet eens kent of begrijpt.

- rechtszekerheid, de regeling beoogt zoveel mogelijk rechtszekerheid te bieden, zowel ten aanzien van de toepasselijkheid van algemene voorwaarden als ten aanzien van de geoorloofdheid van hun inhoud.

- overleg; de regeling bevat regels die verplichten tot overleg tussen belanghebbenden of die zulk overleg stimuleren.

Maar niet alle voorwaarden die algemene voorwaarden worden genoemd zijn ook algemene voorwaarden in de zin van deze afdeling. De Richtlijn geeft voor consumententransacties weer een andere opzet, de Richtlijn geeft een regeling voor oneerlijke bedingen, waarbij de werkingssfeer zich uitstrekt tot bedingen waarover niet afzonderlijk is onderhandeld, uitgezonderd kernbedingen. Wat zijn geen algemene voorwaarden? - kernbedingen - bedingen die niet bestemd zijn om meermalen te

worden gebruikt, zogenaamde individuele bedingen In art. 6:231 BW staat dat er een snelle gebondenheid is aan de algemene voorwaarden. Als deze voorwaarden eenmaal toepasselijk zijn, kunnen ze door de rechter worden getoetst. Dit kan door de toetsing in het concrete geval of in het abstracte geval. De concrete toetsing bestaat uit twee onderdelen: - er wordt getoetst of de gebruiker heeft voldaan aan

zijn informatieplicht - en de inhoud van het beding wordt getoetst.

Bij deze laatste toetsing geldt dat ze inhoudelijk niet onredelijk bezwarend moeten zijn, en dit toets je weer door te kijken naar de omstandigheden van het geval. De artikelen 6: 231-244 BW zijn van dwingend recht. Als de verkoper algemene voorwaarden gebruikt, kunnen de kooptitel en de regeling van de algemene voorwaarden naast elkaar van toepassing zijn. Omdat Titel 7.1 een bescherming aan de koper geeft, kunnen ook de algemene voorwaarden hier geen afbreuk aan doen. Als de koper geen consument is, is de algemene voorwaardenregeling geheel van toepassing, tenzij het gaat om een groot bedrijf. De Richtlijn bevat als bijlage een lijst van bedingen die als oneerlijk worden aangemerkt. Dit zijn de zogeheten grijze en zwarte lijst. Dit valt samen met de art. 6:238 BW, die ook bezwaarlijke bedingen bevat. Het is teveel om allemaal op te noemen, het zijn er in totaal dertig.

Page 28: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

bb

Page 29: Koop en Consumentenkoop

Dit uittreksel is te gebruiken bij het boek: Koop en consumentenkoop

Sluit nu je inboedel, reis, WA en/ of autoverzekering met hoge korting (tot 25%) af via onze website www.joho.nl. Meer verzekeringen = meer korting!

cc