Klinische vaardigheden

62
Klinische vaardigheden Repertorium van Repertorium van vaardigheden/strategieën nodig in vaardigheden/strategieën nodig in een therapeutisch gesprek: een therapeutisch gesprek: Therapeutische relatie Therapeutische relatie Nonverbaal gedrag Nonverbaal gedrag Verbale responsen Verbale responsen Adaptaties en mogelijkheden Adaptaties en mogelijkheden vaardigheden voor verschillende vaardigheden voor verschillende cliënten en problemen cliënten en problemen Praktische toepassing van de Praktische toepassing van de vaardigheden vaardigheden

description

Klinische vaardigheden. Repertorium van vaardigheden/strategieën nodig in een therapeutisch gesprek: Therapeutische relatie Nonverbaal gedrag Verbale responsen Adaptaties en mogelijkheden vaardigheden voor verschillende cliënten en problemen Praktische toepassing van de vaardigheden. - PowerPoint PPT Presentation

Transcript of Klinische vaardigheden

Page 1: Klinische vaardigheden

Klinische vaardigheden

Repertorium van vaardigheden/strategieën Repertorium van vaardigheden/strategieën nodig in een therapeutisch gesprek:nodig in een therapeutisch gesprek: Therapeutische relatieTherapeutische relatie Nonverbaal gedragNonverbaal gedrag Verbale responsenVerbale responsen

Adaptaties en mogelijkheden vaardigheden Adaptaties en mogelijkheden vaardigheden voor verschillende cliënten en problemenvoor verschillende cliënten en problemen

Praktische toepassing van de vaardighedenPraktische toepassing van de vaardigheden

Page 2: Klinische vaardigheden

“Helping relationship” Een “helping professional” is iemand die de Een “helping professional” is iemand die de

exploratie en het oplossen van problemen exploratie en het oplossen van problemen bij een cliënt faciliteert.bij een cliënt faciliteert.

De “helping interactions” hebben 4 De “helping interactions” hebben 4 componenten:componenten: Iemand die hulp zoektIemand die hulp zoekt Iemand die hulp wil biedenIemand die hulp wil bieden Die iemand is bekwaam of getraindDie iemand is bekwaam of getraind In een setting die toelaat dat hulp wordt In een setting die toelaat dat hulp wordt

geboden en gekregengeboden en gekregen

Page 3: Klinische vaardigheden

Proces in helping interactions Proces of stadia:Proces of stadia:

Opbouwen van een therapeutische relatieOpbouwen van een therapeutische relatie Assessment en doelstellingen formulerenAssessment en doelstellingen formuleren Selecteren en implementeren van een Selecteren en implementeren van een

strategie strategie Evaluatie en beëindigenEvaluatie en beëindigen

Het gaat om non-specifieke vaardigheden Het gaat om non-specifieke vaardigheden (niet aansluitend bij 1 therapie-kader)(niet aansluitend bij 1 therapie-kader)

Page 4: Klinische vaardigheden

Fase 1: Therapeutische relatie Vooral gebaseerd op cliënt en persoon-Vooral gebaseerd op cliënt en persoon-

georiënteerde therapie (Rogers) en sociale georiënteerde therapie (Rogers) en sociale beïnvloeding (Strong & Claiborn).beïnvloeding (Strong & Claiborn).

Van uitzonderlijk belang: Van uitzonderlijk belang: Is fase waarin helper kan duidelijk maken Is fase waarin helper kan duidelijk maken

dat hij cliënt aanvaardt als unieke andere, dat hij cliënt aanvaardt als unieke andere, zodat cliënt over zichzelf kan vertellenzodat cliënt over zichzelf kan vertellen

Zelden voldoende op zichZelden voldoende op zich Wel noodzakelijk en werkzaamWel noodzakelijk en werkzaam

Page 5: Klinische vaardigheden

Fase 1 in de cursus Belang therapeutische relatieBelang therapeutische relatie Ingrediënten van een effectieve relatieIngrediënten van een effectieve relatie Hoe relatie onderhouden/inter beïnvloedingHoe relatie onderhouden/inter beïnvloeding Nonverbaal gedragNonverbaal gedrag Luister responsenLuister responsen Actie responsenActie responsen Problemen bij therapeutenProblemen bij therapeuten Adaptaties:Adaptaties:

meer dan 1 persoon (cliëntsystemen)meer dan 1 persoon (cliëntsystemen) Culturele/ethnische verschillenCulturele/ethnische verschillen

Page 6: Klinische vaardigheden

Fase 2:Assessment/doelstellingen Vaak gedeeltelijk simultaan met fase 1Vaak gedeeltelijk simultaan met fase 1 Vooral cliënt helpen eigen problemen en Vooral cliënt helpen eigen problemen en

sterkten explorerensterkten exploreren Moet duidelijk worden voor zowel helper Moet duidelijk worden voor zowel helper

als cliëntals cliënt Wanneer sterkten en problemen duidelijk Wanneer sterkten en problemen duidelijk

zijn voor beiden, kunnen helper en cliënt zijn voor beiden, kunnen helper en cliënt samen doelstellingen formulerensamen doelstellingen formuleren

Is voorbereiding voor fase 3Is voorbereiding voor fase 3

Page 7: Klinische vaardigheden

Fase 2 in de cursus Conceptualiseren van cliënt problemenConceptualiseren van cliënt problemen Rol van assessment en assessment interviewRol van assessment en assessment interview Selecteren en definiëren van werkbare Selecteren en definiëren van werkbare

doelstellingendoelstellingen Therapietrouw als een doelstelling en het Therapietrouw als een doelstelling en het

vermijden van drop-outvermijden van drop-out

Page 8: Klinische vaardigheden

Fase 3: selectie en implementatie strategie

Helper faciliteert inzicht en actie bij cliëntHelper faciliteert inzicht en actie bij cliënt Inzicht alleen is vaak onvoldoendeInzicht alleen is vaak onvoldoende Helper en cliënt gaan interventiestrategieën Helper en cliënt gaan interventiestrategieën

selecteren gebaseerd op assessment en selecteren gebaseerd op assessment en doelstellingendoelstellingen

Interventies moeten aansluiten bij Interventies moeten aansluiten bij assessment, doelstellingen, belangrijkste assessment, doelstellingen, belangrijkste klachten en waarden/normen cliëntklachten en waarden/normen cliënt

Page 9: Klinische vaardigheden

Fase 3 in de cursus

Gemeenschappelijke elementen in het Gemeenschappelijke elementen in het selecteren en implementeren van strategieënselecteren en implementeren van strategieën

Strategieën voor het bevorderen van Strategieën voor het bevorderen van therapietrouw en het omgaan met weerstandtherapietrouw en het omgaan met weerstand

Page 10: Klinische vaardigheden

Fase 4: evaluatie Effectiviteit van interventies nagaanEffectiviteit van interventies nagaan Geeft aan wanneer interventie kan stoppen Geeft aan wanneer interventie kan stoppen

of moet worden bijgeschaafdof moet worden bijgeschaafd Observeerbare verandering is bekrachtigend Observeerbare verandering is bekrachtigend

voor de cliënt (en de helper)voor de cliënt (en de helper)

Page 11: Klinische vaardigheden

Fase 4 in de cursus Voordelen en beperkingen evaluatieVoordelen en beperkingen evaluatie Decretale verantwoordelijkheidDecretale verantwoordelijkheid Soorten evaluatie: evaluatie van het proces Soorten evaluatie: evaluatie van het proces

en het resultaaten het resultaat Mogelijkheden in een therapeutische settingMogelijkheden in een therapeutische setting

Page 12: Klinische vaardigheden

F1: belang therapeutische relatie Alle therapeutische kaders stellen dat Alle therapeutische kaders stellen dat

therapeutische relatie cruciaal istherapeutische relatie cruciaal is Effect wordt geschat op 30 tot 70%Effect wordt geschat op 30 tot 70% Therapeutische relatie is medium waardoor Therapeutische relatie is medium waardoor

exploratie en verandering wordt exploratie en verandering wordt geëxploreerd en mogelijk gemaaktgeëxploreerd en mogelijk gemaakt

Bepaalt vaak of counseling verder loopt of Bepaalt vaak of counseling verder loopt of niet (therapie-trouw en drop-out)niet (therapie-trouw en drop-out)

Page 13: Klinische vaardigheden

F1: Ingrediënten therapie-relatie Kenmerken van efficiënte helpers:Kenmerken van efficiënte helpers:

Combinatie attitudes en vaardigheden (!Combinatie attitudes en vaardigheden (!interactief, ook attitudes, vaardigheden interactief, ook attitudes, vaardigheden van de cliënt)van de cliënt)

Succesvolle integratie van persoonlijke Succesvolle integratie van persoonlijke en wetenschappelijke facetten = en wetenschappelijke facetten = evenwicht tussen interpersoonlijke en evenwicht tussen interpersoonlijke en technische competentietechnische competentie

Page 14: Klinische vaardigheden

F1: kenmerken efficiënte helpers

Intellectuele competentieIntellectuele competentie uitnodigende nieuwsgierigheiduitnodigende nieuwsgierigheid

Energie - gedrevenheidEnergie - gedrevenheid dynamisme en intensiteitdynamisme en intensiteit

FlexibiliteitFlexibiliteit niet krampachtig één ideologie of niet krampachtig één ideologie of

methodologiemethodologie welke techniek zou best werken bij deze welke techniek zou best werken bij deze

cliënt met dit probleem?cliënt met dit probleem?

Page 15: Klinische vaardigheden

F1: kenmerken efficiënte helpers Steunend - respecterendSteunend - respecterend: :

hoop genereren, angst reduceren, hoop genereren, angst reduceren, emotionele veiligheid biedenemotionele veiligheid bieden

geen afhankelijkheid!!geen afhankelijkheid!! onvoorwaardelijk aanvaardenonvoorwaardelijk aanvaarden

Goede wilGoede wil:: ““willen helpen” in functie van behoefte willen helpen” in functie van behoefte

cliënt en niet zichzelfcliënt en niet zichzelf intenties om te helpen zijn positief en intenties om te helpen zijn positief en

constructief (ethiek! vb.geen voyeurisme)constructief (ethiek! vb.geen voyeurisme)

Page 16: Klinische vaardigheden

F1: kenmerken efficiënte helpers Zelf-kennis:Zelf-kennis:

Gevoelens en attitudes rond zelf Gevoelens en attitudes rond zelf beïnvloeden functioneren in relatiebeïnvloeden functioneren in relatie

Bij negatief zelf-beeldBij negatief zelf-beeldinteracties die beeld bevestigeninteracties die beeld bevestigennegatieve attitude overzetten naar cliëntnegatieve attitude overzetten naar cliëntinteractie meer gericht op eigen interactie meer gericht op eigen

behoeften aan bvb. bevestigingbehoeften aan bvb. bevestigingvermijden van situaties met bvb. kans vermijden van situaties met bvb. kans

op afwijzing, of negatieve gevoelensop afwijzing, of negatieve gevoelens

Page 17: Klinische vaardigheden

F1: kenmerken efficiënte helpers Zelf-kennisZelf-kennis (vervolg): (vervolg):

Belangrijk alert en bewust te zijn van Belangrijk alert en bewust te zijn van eigen sterkten en beperkingen: eigen eigen sterkten en beperkingen: eigen persoonlijke groeipersoonlijke groei

3 belangrijke onderwerpen rond zelf-3 belangrijke onderwerpen rond zelf-kennis en persoonlijke groei:kennis en persoonlijke groei:CompetentieCompetentieMachtMachtIntimiteitIntimiteit

Page 18: Klinische vaardigheden

F1: KEH: competentie Gevoelens van incompetentie: Gevoelens van incompetentie: faalangstfaalangst of of

angst voor succesangst voor succes, sekse-identiteit, sekse-identiteit beïnvloeden overt en covert gedragbeïnvloeden overt en covert gedrag Faalangst --> te positieve zelf-attitude --> Faalangst --> te positieve zelf-attitude -->

oppervlakkig want conflict en negatieve, oppervlakkig want conflict en negatieve, moeilijke onderwerpen worden vermeden, moeilijke onderwerpen worden vermeden, geen negatieve feedback gevengeen negatieve feedback geven

Angst voor succes --> te zelf-kritisch --> Angst voor succes --> te zelf-kritisch --> positieve interacties en feedback vermijden, positieve interacties en feedback vermijden, niet haalbare doelstellingen formuleren, niet haalbare doelstellingen formuleren, negatieve commentaar op zelf gevennegatieve commentaar op zelf geven

Page 19: Klinische vaardigheden

F1: KEH: competentie Bezorgdheid over eigen mannelijkheid of Bezorgdheid over eigen mannelijkheid of

vrouwelijkheid kan ook impact hebben op vrouwelijkheid kan ook impact hebben op therapeutische relatietherapeutische relatie

Zekerheid zoeken omtrent eigen identiteit Zekerheid zoeken omtrent eigen identiteit --> eigen sekse-identiteit versterken door of --> eigen sekse-identiteit versterken door of overidentificatie of verwerpen same-sex overidentificatie of verwerpen same-sex cliënten, cliënten verleiden, over reageren cliënten, cliënten verleiden, over reageren of verkeerd interpreteren van signalen van of verkeerd interpreteren van signalen van cliëntencliënten

Page 20: Klinische vaardigheden

F1: KEH: macht

! Belangrijk facet van therapeutische relatie! Belangrijk facet van therapeutische relatie ! Therapeut moet bewust zijn van alle ! Therapeut moet bewust zijn van alle

gevoelens rond zelf in relatie tot machtgevoelens rond zelf in relatie tot macht Gevoelens rond macht draaien vaak rondGevoelens rond macht draaien vaak rond

Zwakte (impotentie) Zwakte (impotentie) passiviteitpassiviteit afhankelijkheidafhankelijkheid

Page 21: Klinische vaardigheden

F1: KEH: Macht: angst zwakte Angst voor zwakte (impotentie) en Angst voor zwakte (impotentie) en

controleverlies --> controleverlies --> Therapeut probeert “omnipotent” te zijn --> Therapeut probeert “omnipotent” te zijn --> Zoekt controle door Zoekt controle door

Cliënt overhalen doen wat therapeut wilCliënt overhalen doen wat therapeut wil Subtiel aangeven hoe goed therapeut isSubtiel aangeven hoe goed therapeut is Defensief/kwaad reageren bij weerstandDefensief/kwaad reageren bij weerstand Proces én inhoud gesprek dominerenProces én inhoud gesprek domineren

Page 22: Klinische vaardigheden

F1: KEH: Macht: passiviteit Therapeut angstig voor macht/controle -->Therapeut angstig voor macht/controle --> Therapeut probeert te ontsnappen aan Therapeut probeert te ontsnappen aan

verantwoordelijkheid en participatie in verantwoordelijkheid en participatie in interactie -->interactie -->

Controle vermijden door:Controle vermijden door: Nauwelijks deel te nemen (stil)Nauwelijks deel te nemen (stil) Cliënt volledig richting te laten bepalenCliënt volledig richting te laten bepalen Niets zelf in te brengenNiets zelf in te brengen Cliënt toelating vragen bij tussenkomstCliënt toelating vragen bij tussenkomst Risico te vermijden of negerenRisico te vermijden of negeren

Page 23: Klinische vaardigheden

F1: KEH:Macht: afhankelijkheid Therapeut heeft sterke opvattingen rond Therapeut heeft sterke opvattingen rond

waarde van 1 bepaalde levensopvattingwaarde van 1 bepaalde levensopvatting Deze therapeut kan therapeutische relatie Deze therapeut kan therapeutische relatie

misbruiken om cliënten te overtuigen van misbruiken om cliënten te overtuigen van waarde van deze levensopvatting door:waarde van deze levensopvatting door: Ideologie te promoten, “preken”Ideologie te promoten, “preken” In een machtsstrijd terecht te komenIn een machtsstrijd terecht te komen Cliënten te weigeren met te sterk Cliënten te weigeren met te sterk

afwijkende meningafwijkende mening

Page 24: Klinische vaardigheden

F1: KEH: Intimiteit Voornamelijk Voornamelijk angst voor afwijzingangst voor afwijzing of of

angst voor nabijheid en affectieangst voor nabijheid en affectie Angst voor afwijzing --> zo gedragen om Angst voor afwijzing --> zo gedragen om

geliefd en gewaardeerd te worden door geliefd en gewaardeerd te worden door cliënt --> confrontatie of uitdagen cognities cliënt --> confrontatie of uitdagen cognities cliënt vermijden, positieve feedback zoeken, cliënt vermijden, positieve feedback zoeken, negatieve cues negeren, gunsten verlenennegatieve cues negeren, gunsten verlenen

Angst voor nabijheid --> afstand creëren in Angst voor nabijheid --> afstand creëren in relatie --> positieve gevoelens cliënt relatie --> positieve gevoelens cliënt negeren, grof en afstandelijk reageren, zich negeren, grof en afstandelijk reageren, zich als “expert” opstellenals “expert” opstellen

Page 25: Klinische vaardigheden

Self-rating checklist: competentie Constructieve - feedback maakt niet dat ik me onzeker/incompent voelConstructieve - feedback maakt niet dat ik me onzeker/incompent voel Ik heb de neiging mezelf vaak te diskwalificerenIk heb de neiging mezelf vaak te diskwalificeren Ik voel me vrij zeker over mezelf als helperIk voel me vrij zeker over mezelf als helper Gedachten dat ik geen competente helper ben, houden me vaak bezigGedachten dat ik geen competente helper ben, houden me vaak bezig Als ik met iemand een conflict heb, ga ik dat niet uit de wegAls ik met iemand een conflict heb, ga ik dat niet uit de weg Als ik positieve feedback over mezelf krijg, geloof ik dat vaak nietAls ik positieve feedback over mezelf krijg, geloof ik dat vaak niet Ik stel mezelf realistische en haalbare doelstellingen als helperIk stel mezelf realistische en haalbare doelstellingen als helper Ik ben ervan overtuigd dat een confronterende en vijandige cliënt me Ik ben ervan overtuigd dat een confronterende en vijandige cliënt me

een ongemakkelijk of incompetent gevoel kan geveneen ongemakkelijk of incompetent gevoel kan geven Ik verontschuldig me vaak voor mijn gedrag bij anderenIk verontschuldig me vaak voor mijn gedrag bij anderen Ik ben vrij zeker dat ik een succesvol helper kan en wil zijnIk ben vrij zeker dat ik een succesvol helper kan en wil zijn Ik pieker er vaak over dat ik het niet “ga maken” als helperIk pieker er vaak over dat ik het niet “ga maken” als helper Ik zal waarschijnlijk wat angstig zijn bij cliënten die me idealiserenIk zal waarschijnlijk wat angstig zijn bij cliënten die me idealiseren Ik stel mezelf vaak te hoog gegrepen standaards of doelstellingenIk stel mezelf vaak te hoog gegrepen standaards of doelstellingen Als ik kan, vermijd ik negatieve feedbackAls ik kan, vermijd ik negatieve feedback Ik voel met niet onzeker als ik succesvol ben of het goed doeIk voel met niet onzeker als ik succesvol ben of het goed doe

Page 26: Klinische vaardigheden

Self-rating checklist: macht Wanneer ik helemaal eerlijk ben, denk ik dat mijn manier van werken Wanneer ik helemaal eerlijk ben, denk ik dat mijn manier van werken

wat beter is dan dat van andere mensenwat beter is dan dat van andere mensen Ik probeer wel vaker mensen te laten doen wat ik wil. Ik kan nogal Ik probeer wel vaker mensen te laten doen wat ik wil. Ik kan nogal

defensief of kwaad zijn als een cliënt het oneens is met wat ik voorsteldefensief of kwaad zijn als een cliënt het oneens is met wat ik voorstel Ik denk dat er evenwicht is in mijn werk tussen mijn eigen participatie Ik denk dat er evenwicht is in mijn werk tussen mijn eigen participatie

en dat van de cliënten dat van de cliënt Ik word kwaad als ik werk met een koppige of weerbarstige cliëntIk word kwaad als ik werk met een koppige of weerbarstige cliënt Ik kan wel zien dat ik in de verleiding kom een deel van mijn eigen Ik kan wel zien dat ik in de verleiding kom een deel van mijn eigen

ideologie over te dragen op mijn cliëntenideologie over te dragen op mijn cliënten Als een helper, vind ik “preken” persoonlijk niet echt een probleemAls een helper, vind ik “preken” persoonlijk niet echt een probleem Ik voel me soms ongeduldig met cliënten die een andere manier van Ik voel me soms ongeduldig met cliënten die een andere manier van

naar de wereld kijken hebben dan iknaar de wereld kijken hebben dan ik Ik weet dat er momenten zijn waarop ik een cliënt niet zou Ik weet dat er momenten zijn waarop ik een cliënt niet zou

doorverwijzen naar een collega, vooral wanneer diens werkwijze doorverwijzen naar een collega, vooral wanneer diens werkwijze verschilt van de mijneverschilt van de mijne

Ik voel me soms afwijzend of intolerant t.a.v. cliënten met waarden of Ik voel me soms afwijzend of intolerant t.a.v. cliënten met waarden of een levensstijl die nogal verschillend is van die van mijeen levensstijl die nogal verschillend is van die van mij

Het is moeilijk voor mij om niet in een machtstrijd te belandenHet is moeilijk voor mij om niet in een machtstrijd te belanden

Page 27: Klinische vaardigheden

Self-rating checklist: intimiteit Ik reageer soms ruwer dan ik me voelIk reageer soms ruwer dan ik me voel Ik vind het moeilijk om positieve gevoelens t.a.v. cliënt uit te sprekenIk vind het moeilijk om positieve gevoelens t.a.v. cliënt uit te spreken Er zijn cliënten die ik liever als vriend dan cliënt zou hebbenEr zijn cliënten die ik liever als vriend dan cliënt zou hebben Het zou me raken wanneer een cliënt me niet aardig vindtHet zou me raken wanneer een cliënt me niet aardig vindt Als ik voel dat een cliënt negatieve gevoelens heeft t.a.v. mezelf, Als ik voel dat een cliënt negatieve gevoelens heeft t.a.v. mezelf,

probeer ik dit aan te kaarten eerder dan te vermijdenprobeer ik dit aan te kaarten eerder dan te vermijden Het gebeurt vaak dat ik aanvallende cliënten probeer te vermijdenHet gebeurt vaak dat ik aanvallende cliënten probeer te vermijden Ik voel me er beter bij wanneer ik een professionele afstand kan Ik voel me er beter bij wanneer ik een professionele afstand kan

behouden tussen mezelf en een cliëntbehouden tussen mezelf en een cliënt Nabijheid met andere mensen is niet iets wat me onzeker maaktNabijheid met andere mensen is niet iets wat me onzeker maakt Ik voel me veiliger wanneer ik me wat afstandelijker/koel opstelIk voel me veiliger wanneer ik me wat afstandelijker/koel opstel Ik ben heel gevoelig voor hoe cliënten t.a.v. mij staan, zeker als het Ik ben heel gevoelig voor hoe cliënten t.a.v. mij staan, zeker als het

om negatieve gevoelens gaatom negatieve gevoelens gaat Ik kan vrij goed positieve feedback van cliënten ontvangenIk kan vrij goed positieve feedback van cliënten ontvangen Het is moeilijk voor mij om een cliënt te confronterenHet is moeilijk voor mij om een cliënt te confronteren

Page 28: Klinische vaardigheden

F1: Invloeden therapie-relatie Naast kenmerken efficiënte helpers, ook Naast kenmerken efficiënte helpers, ook

aspecten die de therapeutische relatie aspecten die de therapeutische relatie beïnvloeden:beïnvloeden: WaardenWaarden EthiekEthiek Emotionele objectiviteitEmotionele objectiviteit

Page 29: Klinische vaardigheden

F1: TR: waarden Waarden = wat we prefereren, hoog Waarden = wat we prefereren, hoog

inschatteninschatten Onmogelijk om waarden-vrij te zijnOnmogelijk om waarden-vrij te zijn Neutraliteit is belangrijk in sommige Neutraliteit is belangrijk in sommige

therapeutische stromingen, maar therapeut therapeutische stromingen, maar therapeut moet zich bewust zijn van directe en moet zich bewust zijn van directe en indirecte (subtiele) manieren van waarden-indirecte (subtiele) manieren van waarden-overdracht (hoeveel aandacht aan overdracht (hoeveel aandacht aan onderwerpen, non-verbaal, goed- of onderwerpen, non-verbaal, goed- of afkeuren,…) waardoor cliënt niet afkeuren,…) waardoor cliënt niet onafhankelijk keuze kan makenonafhankelijk keuze kan maken

Page 30: Klinische vaardigheden

F1: TR: waarden Niet alle waarden even belangrijk voor Niet alle waarden even belangrijk voor

therapeutische relatie (vb. zeilen), vooral therapeutische relatie (vb. zeilen), vooral ethiek, levensstijl, morele waarden, ethiek, levensstijl, morele waarden, rolopvattingen, interpersoonlijke waardenrolopvattingen, interpersoonlijke waarden

Waarden beïnvloeden therapeutische relatie:Waarden beïnvloeden therapeutische relatie: Conflict tussen waarden therapeut en Conflict tussen waarden therapeut en

cliënt (doorverwijzen)cliënt (doorverwijzen) Waarden therapeut beperken cliënt Waarden therapeut beperken cliënt

(verwachtingen rond verandering, (verwachtingen rond verandering, racisme, seksisme, …)racisme, seksisme, …)

Page 31: Klinische vaardigheden

F1: TR: waarden Belang stereotypische ideeën als waarde in Belang stereotypische ideeën als waarde in

therapeutische relatietherapeutische relatie ““stereotyping” is het toeschrijven van stereotyping” is het toeschrijven van

kenmerken aan een persoon op basis van kenmerken aan een persoon op basis van veronderstelde kennis over de groep veronderstelde kennis over de groep waartoe de persoon behoortwaartoe de persoon behoort

Therapeut projecteert eigen biases (vooral Therapeut projecteert eigen biases (vooral culturele en sociologische) op cliëntculturele en sociologische) op cliënt

Meest schadelijke stereotyping gaat rond Meest schadelijke stereotyping gaat rond sekse rollen en ethniciteitsekse rollen en ethniciteit

Page 32: Klinische vaardigheden

F1: TR: waarden Sekse rollen:Sekse rollen:

Cliënt sturen in de richting van sekserol Cliënt sturen in de richting van sekserol gebonden stereotiep gedrag (mannen gebonden stereotiep gedrag (mannen sterk en onafhankelijk, vrouwen “soft” en sterk en onafhankelijk, vrouwen “soft” en verbaal)verbaal)

Evenzeer niet-traditionele patronen (vb. Evenzeer niet-traditionele patronen (vb. Niet-werkende moeder suggereren te Niet-werkende moeder suggereren te gaan werken)gaan werken)

Page 33: Klinische vaardigheden

F1: TR: waarden

Ook culturele, ras-typische of socio-Ook culturele, ras-typische of socio-economische stereotiepeneconomische stereotiepen Vb. Iemand uit culturele minoriteit heeft Vb. Iemand uit culturele minoriteit heeft

laag zelfbeeld, heeft nood aan sterk laag zelfbeeld, heeft nood aan sterk gestructureerde therapie,…gestructureerde therapie,…

Ook leeftijdtypische ideeënOok leeftijdtypische ideeën

Page 34: Klinische vaardigheden

F1: TR: Waarden Welke opvattingen, attitudes heb je bij Welke opvattingen, attitudes heb je bij

onderstaande cliënten? onderstaande cliënten? In welke mate zijn deze opvattingen In welke mate zijn deze opvattingen

gebaseerd op veronderstelde informatie? gebaseerd op veronderstelde informatie? Welke waarden zijn hiermee verbonden?Welke waarden zijn hiermee verbonden? Zouden jouw waarden jou hinderen met Zouden jouw waarden jou hinderen met

deze persoon te werken?deze persoon te werken?

Page 35: Klinische vaardigheden

F1: TR: Waarden Cliënt is een jonge alleenstaande moeder van 3 kleine kinderen met Cliënt is een jonge alleenstaande moeder van 3 kleine kinderen met

financiële problemen. Ze verdient geld door prostitutie en drughandel. financiële problemen. Ze verdient geld door prostitutie en drughandel. Ze is bezorgd om haar financiën, maar kan niet rondkomen met Ze is bezorgd om haar financiën, maar kan niet rondkomen met minimumloon of met wat ze als ongeschoolde arbeider zou verdienen.minimumloon of met wat ze als ongeschoolde arbeider zou verdienen.

Cliënt is een oudere man (60 jaar) die bijna op pensioen gaat. Hij Cliënt is een oudere man (60 jaar) die bijna op pensioen gaat. Hij heeft het grootste deel van zijn leven gewerkt als verkoper. Nu wil hij heeft het grootste deel van zijn leven gewerkt als verkoper. Nu wil hij terug naar school om een diploma te halen.terug naar school om een diploma te halen.

Men heeft jou gevraagd een cliënt te behandelen die verdacht wordt Men heeft jou gevraagd een cliënt te behandelen die verdacht wordt van verkrachting. De cliënt, een man, zegt dat hij niet de schuld treft van verkrachting. De cliënt, een man, zegt dat hij niet de schuld treft omdat het slachtoffer, een vrouw, erom vroeg.omdat het slachtoffer, een vrouw, erom vroeg.

Cliënt heeft vage depressieve klachten. De vrouw heeft overgewicht Cliënt heeft vage depressieve klachten. De vrouw heeft overgewicht en is fysiek in slechte conditie, ze rookt constant tijdens de therapie.en is fysiek in slechte conditie, ze rookt constant tijdens de therapie.

Cliënt is een vrouw op middelbare leeftijd die leeft van een uitkering. Cliënt is een vrouw op middelbare leeftijd die leeft van een uitkering. Ze zegt verkracht te zijn geweest, was zwanger en kreeg een kind. Nu Ze zegt verkracht te zijn geweest, was zwanger en kreeg een kind. Nu weet ze niet of ze het kind zou houden dan wel afstaan.weet ze niet of ze het kind zou houden dan wel afstaan.

Cliënt is een 12-jarige jongen die een been verloor in een ongeluk. Hij Cliënt is een 12-jarige jongen die een been verloor in een ongeluk. Hij was voordien een zwemmer en wil dit niet opgeven.was voordien een zwemmer en wil dit niet opgeven.

Page 36: Klinische vaardigheden

F1: TR: Ethiek Promoten en beschermen welzijn cliëntPromoten en beschermen welzijn cliënt Deontologische codeDeontologische code APA + specifieke codes, vb. Relatie- en APA + specifieke codes, vb. Relatie- en

gezinstherapeuten, gezondheidswerkers…gezinstherapeuten, gezondheidswerkers… Belangrijke elementen deontologische code:Belangrijke elementen deontologische code:

Welzijn cliëntWelzijn cliënt: noden cliënt voorop : noden cliënt voorop plaatsen, intellectuele en emotionele plaatsen, intellectuele en emotionele rijpheid als helperrijpheid als helper

VertrouwelijkheidVertrouwelijkheid: altijd toestemming : altijd toestemming cliënt tenzij gevaar voor maatschappijcliënt tenzij gevaar voor maatschappij

Page 37: Klinische vaardigheden

F1: TR: Ethiek Belangrijke elementen deontologische code:Belangrijke elementen deontologische code:

Duale relatiesDuale relaties: simultaan andere relatie : simultaan andere relatie naast therapeutische relatie naast therapeutische relatie (administratieve, supervisor, sociale, (administratieve, supervisor, sociale, seksuele relatie) is problematisch: minder seksuele relatie) is problematisch: minder objectief, meer verwarring, minder objectief, meer verwarring, minder onafhankelijk.onafhankelijk.

Rechten cliëntRechten cliënt: cliënt informeren kosten, : cliënt informeren kosten, vertrouwelijkheid, proces en kwalificatiesvertrouwelijkheid, proces en kwalificaties

Doorverwijzen: Doorverwijzen: als helper als helper verantwoordelijkheid nemenverantwoordelijkheid nemen

Page 38: Klinische vaardigheden

F1: TR: Emotionele objectiviteit Therapeutische relatie vaak gepaard met Therapeutische relatie vaak gepaard met

emotionele intensiteit voor beide partijenemotionele intensiteit voor beide partijen Evenwicht tussen emotionele betrokkenheid Evenwicht tussen emotionele betrokkenheid

en emotionele afstand: effect op overdracht en emotionele afstand: effect op overdracht en tegenoverdrachten tegenoverdracht overdrachtoverdracht: cliënt verliest objectiviteit en : cliënt verliest objectiviteit en

projecteert gevoelens/attitudes rond SA projecteert gevoelens/attitudes rond SA in het verleden op therapeutin het verleden op therapeut

Tegenoverdracht: Tegenoverdracht: therapeut verliest therapeut verliest objectiviteit en ontwikkelt emotionele objectiviteit en ontwikkelt emotionele reactie t.a.v. cliëntreactie t.a.v. cliënt

Page 39: Klinische vaardigheden

F1: TR: Emotionele objectiviteit Tegenoverdracht manifesteert zich o.m. als:Tegenoverdracht manifesteert zich o.m. als:

Overbezorgdheid t.a.v. cliëntOverbezorgdheid t.a.v. cliënt Over-vriendelijkheid t.a.v. cliënt (gunst)Over-vriendelijkheid t.a.v. cliënt (gunst) Afwijzen van cliënten Afwijzen van cliënten Nood aan constante bevestigingNood aan constante bevestiging Zichzelf zien in cliëntenZichzelf zien in cliënten Verlangen naar sociale of romantische of Verlangen naar sociale of romantische of

seksuele relatie met cliëntseksuele relatie met cliënt Overladen cliënt met adviezenOverladen cliënt met adviezen

Page 40: Klinische vaardigheden

F1: TR: Emotionele objectiviteit Omgaan met overdracht/tegenoverdracht:Omgaan met overdracht/tegenoverdracht:

““zien” wanneer het gebeurtzien” wanneer het gebeurt Bewust zijn van wederkerigheid, Bewust zijn van wederkerigheid,

continue wederzijdse beïnvloedingcontinue wederzijdse beïnvloeding Evenwicht vinden Evenwicht vinden

Page 41: Klinische vaardigheden

F1: basis-vaardigheden Gebaseerd op “client-centered” therapie Gebaseerd op “client-centered” therapie

(Rogers, 1951)(Rogers, 1951) Oorspronkelijk non-directief (spiegelen)Oorspronkelijk non-directief (spiegelen) Later client-centered (reflecteren op Later client-centered (reflecteren op

onderliggende of impliciete gevoelens)onderliggende of impliciete gevoelens) Nu person-centered (actief samenwerken Nu person-centered (actief samenwerken

tussen therapeut en cliënt, ervaren in tussen therapeut en cliënt, ervaren in therapie)therapie)

Page 42: Klinische vaardigheden

F1: basis-vaardigheden Basisprincipe client-centered: iedereen Basisprincipe client-centered: iedereen

heeft een inherente tendens om te streven heeft een inherente tendens om te streven naar groei, zelf-realisatie en zelfsturingnaar groei, zelf-realisatie en zelfsturing

Deze tendens realiseert zich wanneer Deze tendens realiseert zich wanneer individuen toegang hebben tot condities (in individuen toegang hebben tot condities (in en buiten therapie) die groei bevorderenen buiten therapie) die groei bevorderen

In therapie 3 condities nodig voor groei:In therapie 3 condities nodig voor groei: TR: EmpathieTR: Empathie TR: RespectTR: Respect TR: EchtheidTR: Echtheid

Page 43: Klinische vaardigheden

F1: basis-vaardigheden Empathie, respect en echtheid zijn nodig Empathie, respect en echtheid zijn nodig

om groei binnen therapie mogelijk te makenom groei binnen therapie mogelijk te maken Moet gecommuniceerd worden door helper Moet gecommuniceerd worden door helper

en als dusdanig door cliënt worden en als dusdanig door cliënt worden gepercipieerdgepercipieerd

Dus empathie, respect en echtheid vertalen Dus empathie, respect en echtheid vertalen in concrete vaardigheden die kunnen in concrete vaardigheden die kunnen worden geleerd en gecommuniceerdworden geleerd en gecommuniceerd

Page 44: Klinische vaardigheden

F1: basis-vaardigheden: empathie Mogelijkheid om iemand te begrijpen vanuit Mogelijkheid om iemand te begrijpen vanuit

zijn/haar referentiekader eerder dan het zijn/haar referentiekader eerder dan het eigen referentiekadereigen referentiekader

Betekent denken Betekent denken metmet niet niet voorvoor of of overover cliënt cliënt Bvb. “ik heb geprobeerd mijn vader te Bvb. “ik heb geprobeerd mijn vader te

begrijpen, maar het lukt me niet”begrijpen, maar het lukt me niet” welwel “je voelt je ontmoedigd omdat je “je voelt je ontmoedigd omdat je

pogingen om met je vader om te gaan niet pogingen om met je vader om te gaan niet succesvol waren”,succesvol waren”,

nietniet “je zou dit of dat kunnen proberen” “je zou dit of dat kunnen proberen”

Page 45: Klinische vaardigheden

F1: basis-vaardigheden: empathie Empathie kan zowel verbaal als non-verbaal Empathie kan zowel verbaal als non-verbaal

worden gecommuniceerd worden gecommuniceerd Verbaal:Verbaal:

Toon Toon verlangenverlangen om te begrijpen vanuit om te begrijpen vanuit referentiekader cliënt (vragen,statements)referentiekader cliënt (vragen,statements)

Praat over wat Praat over wat belangrijkbelangrijk is voor is voor cliëntcliënt Refereer naar de Refereer naar de gevoelensgevoelens van de cliënt van de cliënt

(= primaire empathie)(= primaire empathie) Refereer naar Refereer naar implicieteimpliciete boodschappenboodschappen

van de cliënt (= additieve empathie)van de cliënt (= additieve empathie)

Page 46: Klinische vaardigheden

F1: basis-vaardigheden: empathie Coderen van verbale responsen helpers :Coderen van verbale responsen helpers :

N1N1: advies, ontkennen, vraag, geruststelling: advies, ontkennen, vraag, geruststelling N2: N2: de inhoud of cognitieve component van de de inhoud of cognitieve component van de

boodschap teruggevenboodschap teruggeven N3N3: begrijpen, maar geen richting geven, : begrijpen, maar geen richting geven,

reflectie op gevoelens of betekenis gebaseerd reflectie op gevoelens of betekenis gebaseerd op expliciete boodschap cliëntop expliciete boodschap cliënt

N4N4: begrijpen en wel richting geven, naast : begrijpen en wel richting geven, naast gevoelens ook tekorten aangeven, cliënt gevoelens ook tekorten aangeven, cliënt aanvaardt verantwoordelijkheid voor tekortaanvaardt verantwoordelijkheid voor tekort

N5N5: N1 tot N4 en ten minste 1 actierespons: N1 tot N4 en ten minste 1 actierespons

Page 47: Klinische vaardigheden

F1: basis-vaardigheden: empathie Bvb. Cliënt: ik heb geprobeerd mijn vader te Bvb. Cliënt: ik heb geprobeerd mijn vader te

begrijpen, maar het lukt me nietbegrijpen, maar het lukt me niet N1N1: ik ben zeker dat het ooit lukt, je zou meer : ik ben zeker dat het ooit lukt, je zou meer

moeite kunnen doen om zijn standpunt te kunnen moeite kunnen doen om zijn standpunt te kunnen zien, waarom gaat het moeilijk?zien, waarom gaat het moeilijk?

N2N2: je hebt het moeilijk met je vader : je hebt het moeilijk met je vader N3N3: je bent ontmoedigd omdat je pogingen om : je bent ontmoedigd omdat je pogingen om

met je vader om te gaan niet succesvol warenmet je vader om te gaan niet succesvol waren N4N4: je bent ontmoedigd omdat je niet tot je vader : je bent ontmoedigd omdat je niet tot je vader

kan doordringen, je wil dat hij je opmerktkan doordringen, je wil dat hij je opmerkt N5N5: N4 + misschien helpt het om je gevoelens aan : N4 + misschien helpt het om je gevoelens aan

je vader kenbaar te makenje vader kenbaar te maken

Page 48: Klinische vaardigheden

F1: basis-vaardigheden: empathie Cl: ik ben volledig opgebrand in mijn leraarsjob. Ik heb eraan gedacht Cl: ik ben volledig opgebrand in mijn leraarsjob. Ik heb eraan gedacht

van job te veranderen, maar dat is niet zo makkelijk.van job te veranderen, maar dat is niet zo makkelijk. Th: les geven geeft je niet veel voldoening meer (N2)Th: les geven geeft je niet veel voldoening meer (N2)

Cl: ik wou altijd dokter worden, maar men heeft me het afgeradenCl: ik wou altijd dokter worden, maar men heeft me het afgeraden Th: ik ben ervan overtuigd dat dat iets is wat je zou kunnen als je Th: ik ben ervan overtuigd dat dat iets is wat je zou kunnen als je

het echt zou willen (N1)het echt zou willen (N1) Cl: ik heb een heel zwaar semester achter de rug, ik weet niet waar ik Cl: ik heb een heel zwaar semester achter de rug, ik weet niet waar ik

ga uitkomenga uitkomen Th: je bent verontrust over hoe alles dit semester is uitgedraaid, en Th: je bent verontrust over hoe alles dit semester is uitgedraaid, en

dat is nogal verwarrend (N3)dat is nogal verwarrend (N3) Cl: mijn leraar zoekt mij altijdCl: mijn leraar zoekt mij altijd

Th: waaruit besluit je dit? (N1)Th: waaruit besluit je dit? (N1) Cl: ik ben mijn job beu, altijd hetzelfde, maar wat is eraan te doen?Cl: ik ben mijn job beu, altijd hetzelfde, maar wat is eraan te doen?

Je bent ontevreden met de routine in je job. Je vind er geen Je bent ontevreden met de routine in je job. Je vind er geen uitdaging meer in en je wil wat meer aantrekkelijk werk. Een uitdaging meer in en je wil wat meer aantrekkelijk werk. Een mogelijke stap zou zijn om een lijst te maken van dingen die je in mogelijke stap zou zijn om een lijst te maken van dingen die je in een job zoekt (N5)een job zoekt (N5)

Page 49: Klinische vaardigheden

F1: basis-vaardigheden: empathie Cl: ik begrijp niet waarom dit ongeluk me is overkomen. Cl: ik begrijp niet waarom dit ongeluk me is overkomen.

Ik heb altijd een goed leven geleid, en nu dit…Ik heb altijd een goed leven geleid, en nu dit… Th: je bent boos omdat je niet kan uitleggen waarom dit Th: je bent boos omdat je niet kan uitleggen waarom dit

ongeluk je plotseling overviel. Je wil er op zijn minst ongeluk je plotseling overviel. Je wil er op zijn minst een goede reden voor vinden waardoor het wat meer fair een goede reden voor vinden waardoor het wat meer fair lijkt (N4)lijkt (N4)

Cl: mijn ouders gaan scheiden, ik wou dat het niet zo wasCl: mijn ouders gaan scheiden, ik wou dat het niet zo was Th: de aankomende scheiding van je ouders brengt je Th: de aankomende scheiding van je ouders brengt je

van streek (N3)van streek (N3) Cl: er is weer een jaar voorbij en we hebben nog geen Cl: er is weer een jaar voorbij en we hebben nog geen

kinderen. De jaren gaan voorbij zonder kinderen.kinderen. De jaren gaan voorbij zonder kinderen. Th: je bent ontmoedigd omdat je niet zwanger raakte dit Th: je bent ontmoedigd omdat je niet zwanger raakte dit

jaar terwijl je heel graag een kind wil (N4)jaar terwijl je heel graag een kind wil (N4)

Page 50: Klinische vaardigheden

F1: basis-vaardigheden: empathie Non-verbaal empathie communiceren:Non-verbaal empathie communiceren:

OogcontactOogcontact Naar voor leunenNaar voor leunen Naar cliënt kijkenNaar cliënt kijken Open arm positieOpen arm positie Vooral wanneer ze matchen met non-Vooral wanneer ze matchen met non-

verbaal gedrag van cliënt verbaal gedrag van cliënt

Page 51: Klinische vaardigheden

S2: Therapeutische relatie Werkrelatie naast informatie doorgevenWerkrelatie naast informatie doorgeven Goede therapeutische relatie is noodzakelijk Goede therapeutische relatie is noodzakelijk

(werkbare component naast motivatie)(werkbare component naast motivatie) Onvoorwaardelijke inleving in alle Onvoorwaardelijke inleving in alle

gezinsleden (uitgezonderd misbruik)gezinsleden (uitgezonderd misbruik) Communicatiestijl therapeut: warmte, Communicatiestijl therapeut: warmte,

empathie, oprechtheidempathie, oprechtheid Samenwerkende vernootschap met Samenwerkende vernootschap met

gezinsleden als experten specifieke gezin en gezinsleden als experten specifieke gezin en therapeut expert algemeenheden en procestherapeut expert algemeenheden en proces

Page 52: Klinische vaardigheden
Page 53: Klinische vaardigheden

S2: Therapeutische relatie

Houding therapeut: respectvolle Houding therapeut: respectvolle nieuwsgierigheid, neutraliteit, circulariteitnieuwsgierigheid, neutraliteit, circulariteit

Gezin uitnodigen hun probleem vanuit Gezin uitnodigen hun probleem vanuit verschillende perspectieven te zienverschillende perspectieven te zien

Eerder Eerder uitnodigenduitnodigend dan directief dan directief Balans tussen sterkten en problemenBalans tussen sterkten en problemen Bereidheid om te veranderen bij cliënt Bereidheid om te veranderen bij cliënt

bepaalt het tempo (soorten cliënten!)bepaalt het tempo (soorten cliënten!)

Page 54: Klinische vaardigheden

S2: Therapeutische relatie

Opbouw therapeutische relatie soms Opbouw therapeutische relatie soms tegengewerkt door het ‘ik moet iets doen’ tegengewerkt door het ‘ik moet iets doen’ syndroomsyndroom

Specificiteit opbouw relatie met gezin:Specificiteit opbouw relatie met gezin: Complexer dan met individuComplexer dan met individu Voldoende aandacht aan elk gezinslidVoldoende aandacht aan elk gezinslid Onvoorwaardelijk inleven, maar Onvoorwaardelijk inleven, maar

beschermen tegen teveel betrokkenheidbeschermen tegen teveel betrokkenheid = buiten systeem staan met voldoende = buiten systeem staan met voldoende

emotionele betrokkenheidemotionele betrokkenheid

Page 55: Klinische vaardigheden

S2: Therapeutische relatie

Kunnen omgaan met driehoeksrelaties = Kunnen omgaan met driehoeksrelaties = basis voor een geslaagde therapie (!triades)basis voor een geslaagde therapie (!triades)

3 mogelijke posities van de therapeut:3 mogelijke posities van de therapeut: Invoelen met individuen afzonderlijkInvoelen met individuen afzonderlijk Werken met koppel/gezin als eenheidWerken met koppel/gezin als eenheid Therapeut als vertalerTherapeut als vertaler

Invoelen met individuen afzonderlijk:Invoelen met individuen afzonderlijk: Empathisch invoelenEmpathisch invoelen Belangrijk in eerste gesprekBelangrijk in eerste gesprek

Page 56: Klinische vaardigheden

S2: TR: invoelen met individuen vb. Therapeut vraagt wat koppel in therapie vb. Therapeut vraagt wat koppel in therapie

brengt. brengt. Vrouw: Vrouw: ik ben niet gelukkig in de relatie ik ben niet gelukkig in de relatie

en dat is al hele tijd zo. Ik weet niet wat en dat is al hele tijd zo. Ik weet niet wat ik moet doen. Ik heb alles geprobeerd, ik moet doen. Ik heb alles geprobeerd, niets helpt.niets helpt.

Therapeut: Therapeut: Je bent boos en gefrustreerd Je bent boos en gefrustreerd met de manier waarop relatie nu is, en je met de manier waarop relatie nu is, en je bent verward rond wat je nu moet gaan bent verward rond wat je nu moet gaan doen.doen.

Page 57: Klinische vaardigheden

S2: TR: invoelen met individuen

Belangrijke impact op driehoeksrelatieBelangrijke impact op driehoeksrelatie Partner die niet aan bod komt, voelt zich Partner die niet aan bod komt, voelt zich

uitgesloten, niet begrepen, gefrustreerd en uitgesloten, niet begrepen, gefrustreerd en zal proberen tussenkomenzal proberen tussenkomen

Gevaar voor therapeut: verstrikt, heen en Gevaar voor therapeut: verstrikt, heen en weer geslingerdweer geslingerd

Gevaar voor gezin: herhaling van thuisGevaar voor gezin: herhaling van thuis Zeer bruikbaar zonder tussenkomstenZeer bruikbaar zonder tussenkomsten Vereist goede instructies en spelregelsVereist goede instructies en spelregels

Page 58: Klinische vaardigheden

S2: TR: invoelen met individuen

Gezinsleden moeten op voorhand weten dat Gezinsleden moeten op voorhand weten dat ze allemaal aan de beurt gaan komenze allemaal aan de beurt gaan komen

Gezinsleden weten dat het voor therapeut Gezinsleden weten dat het voor therapeut belangrijk is elk van hen te begrijpenbelangrijk is elk van hen te begrijpen

Kan resulteren in zich begrepen voelenKan resulteren in zich begrepen voelen Combineren met andere positiesCombineren met andere posities

Page 59: Klinische vaardigheden

S2: TR: gezin als geheel

Vooral binnen benaderingen die op Vooral binnen benaderingen die op interacties focusseninteracties focussen

Doelstelling therapeut: nieuw gedrag en Doelstelling therapeut: nieuw gedrag en nieuwe ervaringen bij gezin installerennieuwe ervaringen bij gezin installeren

Oefeningen zowel in sessie als thuisOefeningen zowel in sessie als thuis Veel werk binnen therapie in deze positieVeel werk binnen therapie in deze positie Bruikbaar als therapeut onzeker is en Bruikbaar als therapeut onzeker is en

wanneer interacties escalerenwanneer interacties escaleren Kan spanning bij gezinsleden temperenKan spanning bij gezinsleden temperen

Page 60: Klinische vaardigheden

S2: TR: gezin als geheel

Vb. Wat we hier proberen te doen is tussen Vb. Wat we hier proberen te doen is tussen jullie een soort nieuwe relatie creëren jullie een soort nieuwe relatie creëren waarin de noden en wensen van elk van waarin de noden en wensen van elk van jullie aan bod kunnen komen. Daarvoor jullie aan bod kunnen komen. Daarvoor zouden jullie als een team kunnen zouden jullie als een team kunnen samenwerkenVb. We weten allemaal dat samenwerkenVb. We weten allemaal dat samenleven vaak moeilijk is en er hard samenleven vaak moeilijk is en er hard moet aan worden gewerkt. moet aan worden gewerkt.

Page 61: Klinische vaardigheden

S2: TR: th als vertaler

Therapeut creëert nieuwe manieren om Therapeut creëert nieuwe manieren om elkaar te begrijpenelkaar te begrijpen

Therapeut begrijpt het gedrag, de perceptie Therapeut begrijpt het gedrag, de perceptie en ervaringen van elk gezinslid en hoe dit en ervaringen van elk gezinslid en hoe dit het gezinsleven beïnvloedthet gezinsleven beïnvloedt

Assumptie dat samenleven de erkenning Assumptie dat samenleven de erkenning veronderstelt dat iedereen op verschillende veronderstelt dat iedereen op verschillende terreinen verschillen isterreinen verschillen is

Page 62: Klinische vaardigheden

S2: TR: th als vertaler

Verschillen monden uit in of gezond, Verschillen monden uit in of gezond, gedifferentieerd systeem of machtsstrijdgedifferentieerd systeem of machtsstrijd

Th. kiest geen kant, wel relatie als geheelTh. kiest geen kant, wel relatie als geheel Vb. Koppel en ruzie besteden geld, partners Vb. Koppel en ruzie besteden geld, partners

maken ruzie over eigen juiste visie. maken ruzie over eigen juiste visie. Therapeut geeft mogelijkheden beide visies Therapeut geeft mogelijkheden beide visies aan, beschrijft gevecht tussen partners als aan, beschrijft gevecht tussen partners als gezond, en vraagt of partners van elkaars gezond, en vraagt of partners van elkaars expertise kunnen lerenexpertise kunnen leren