KLINISCHE STAGE IN EEN ZIEKENHUIS · Deadline opladen 2 casussen via assignment op Toledo: zondag...
Transcript of KLINISCHE STAGE IN EEN ZIEKENHUIS · Deadline opladen 2 casussen via assignment op Toledo: zondag...
KLINISCHE STAGE IN EEN ZIEKENHUIS STAGEMAP 2015 - 2016
Prof. Ludo Willems
Prof. Isabel Spriet
Apr. Joke Wuyts
Apr. Karlien Van Heuverswyn
Mevr. Ann Verhulst
1ste master Farmaceutische Zorg
Faculteit Farmaceutische Wetenschappen
KU Leuven
2
Deze stagemap bundelt de informatie die betrekking heeft tot de Onderwijs Leeractiviteit (OLA)‘Klinische stage in een
ziekenhuis’. Dit OLA valt onder het opleidingsonderdeel (OPO) Masterproef I.
Deze stagemap ondersteunt de student bij het succesvol doorlopen van de stage en bijhorende opdrachten.
De stagemap vervangt op geen enkel ogenblik de leeromgeving Toledo. Studenten worden bijgevolg aangeraden om
geregeld Toledo te controleren.
Laatste update: februari 2016
3
INHOUDSTAFEL
Inleiding ........................................................................................................................... 4 ‘klinische stage in een ziekenhuis’ ................................................................................... 6 Introductiedag (maandag 29 februari 2016, BMW 5) ....................................................... 8 Deadlines & enkele afspraken ......................................................................................... 9
Opdrachten .................................................................................................................... 10 Evaluatie ........................................................................................................................ 15 Help! ik weet niet wat ik op stage kan doen? ................................................................. 24
4
INLEIDING
Stage lopen is een belangrijk en essentieel onderdeel van de opleidingen aan de Faculteit
Farmaceutische Wetenschappen. Het is de bedoeling dat je doorheen de stages je eigen leerproces in
handen neemt, zicht krijgt op je persoonlijk functioneren en uiteindelijk toegroeit naar een volwaardige
apotheker. Doorheen de stages kan je heel diverse ervaringen opdoen en hierdoor veel te weten komen
over jezelf als stagiair, over je eigen kunnen en beperkingen, over je unieke kwaliteiten, over je
toekomstige beroepsomgeving,… Jij bent verantwoordelijk voor hoeveel je leert en wat je allemaal oppikt.
Stage lopen doe je alleen voor jezelf, niet voor ons.
In tegenstelling tot de kennismakingsstages in de bacheloropleiding zal je vanaf nu – als masterstudent –
niet enkel meer kennismaken met een beroepsomgeving, maar er wel degelijk in zal meedraaien. Jouw
keuze voor de Master of Science in de Farmaceutische Zorg houdt in dat je dit semester vier weken stage
zal lopen op een klinische afdeling (patiëntenafdeling) in een ziekenhuis. Je zal in contact komen met
patiënten, artsen en verpleegkundigen en je zal bijdragen aan een rationeel geneesmiddelengebruik op
de afdeling. Je zal tijdens deze stage inhoudelijk bezig zijn met concrete patiënten, geneesmiddelen,
nevenwerkingen, therapietrouw,.. en op die manier positief evolueren als toekomstig
geneesmiddelenspecialist.
Verderop in deze stagemap vind je meer informatie over de doelstellingen van deze stage.
Deze stagemap bevat heel wat nuttige en praktische informatie. Zowel afspraken, opdrachten, deadlines,
potentiële activiteiten op stage, etc. worden vermeld. Op verschillende plaatsen is er ruimte voorzien om
eigen ervaringen, vragen, weetjes of opmerkingen te noteren. Op die manier heeft deze stagemap het
potentieel om te functioneren als persoonlijk werkdocument doorheen de stageperiode.
Neem deze stagemap voorafgaand aan de stage zeker door! Ze biedt immers een antwoord op heel wat
vragen:
Hoe zit de planning van de stageperiode er uit?
Wat zijn de afspraken & verplichte opdrachten?
Hoe kan ik me op de stageperiode voorbereiden?
Wat wordt van mij op stage verwacht? Wat doe ik als ik ‘verloren’ dreig te lopen?
Heb ik bepaalde vragen voor het begeleidingsteam?
5
Indien je tijdens de stage vragen hebt of problemen ervaart, contacteer dan één van de contactpersonen,
vermeld hierbij steeds de naam van het ziekenhuis en de afdeling. Je stagebegeleider kan bij vragen
steeds contact opnemen met de stagecoördinatie.
Verantwoordelijke docenten:
Prof. Ludo Willems ([email protected])
Prof. Isabel Spriet ([email protected])
Contactpersoon (inhoudelijke vragen & evaluatie):
Apr. Joke Wuyts ([email protected])
Contactpersonen (praktische & organisatorische vragen):
Apr. Karlien Van Heuverswyn en Mevr. Ann Verhulst
Stagecoördinatie Faculteit Farmaceutische Wetenschappen
O&N II, Herestraat 49, bus 421
3000 Leuven
Tel.: 016 33 03 76
6
‘KLINISCHE STAGE IN EEN ZIEKENHUIS’
https://onderwijsaanbod.kuleuven.be/syllabi/n/K08E1AN.htm#activetab=doelstellingen_idp1448416
Doelstelling:
De klinische stage heeft tot doel studenten ervaring te laten opdoen omtrent geneesmiddelengebruik in
een klinische context. Zo wordt een nieuwe dimensie van het apothekersberoep onthuld, met name de
begeleidende rol in de medicatievoorziening & farmacotherapie. In deze taak leren studenten
communiceren met artsen, andere zorgverstrekkers en patiënten. De studenten verwerven tevens via
deze stage inzicht in het geneesmiddelenformularium van een ziekenhuis. De student is in staat
individueel praktijkrelevante onderzoeksvragen te beantwoorden en levert op die manier een bijdrage tot
de werking van de patiëntenafdeling.
Inhoud klinische stage
“Tijdens een stage op een patiëntenafdeling krijgen studenten de kans om het geneesmiddelengebruik in
alle facetten te bestuderen. Studenten volgen op een patiëntenafdeling de activiteiten van de klinisch
apotheker en/of de artsen (geneesheer-specialisten in opleiding of artsen stafleden). De stagiairs volgen
eveneens de zaalrondes met de artsen. Dit biedt de mogelijkheid tot een persoonlijker contact met de
patiënten. Studenten kunnen de verpleegkundigen bijstaan tijdens de medicatiebedeling en trachten
daarenboven kennis te nemen van de activiteiten op aansluitende diensten (o.a. functiemetingen,
endoscopie,…). De studenten nemen deel aan de medische kransen en beantwoorden farmaco-
therapeutische vragen gesteld door artsen en verpleegkundigen. Bij deze taken wordt de aandacht
getrokken op het belang van bronnenraadpleging en van een kritische blik op de beschikbare informatie.
Verschillende ziekenhuisafdelingen kunnen als stageplaats fungeren. Door de continue aanwezigheid op
een verpleegeenheid wordt de mogelijkheid geboden om de ziektebeelden van naderbij te bekijken en de
rationaliteit bij geneesmiddelentoediening te doorgronden. Tevens leren studenten communiceren met
patiënten, verpleegkundigen en artsen, een conditio sine qua non in het kader van toekomstig (MFO :
medisch farmaceutisch overleg) farmacotherapeutisch overleg.”
Begintermen
Je beschikt over de nodige communicatieve en sociale vaardigheden die vereist zijn in een multi-
disciplinair gezondheidsverstrekkend team. Je bent in staat om verantwoordelijkheid op te nemen voor het
eigen leerproces, je hebt ondernemingszin en durft initiatief nemen.
Om de stage succesvol te doorlopen is enige voorbereiding op zijn plaats. Curussen als farmacologie,
farmacotherapie en microbiologie zullen tijdens de stage effectief van pas komen. Neem ze vooraf aan je
stage gerust nog eens door. Bij het oplossen van de stage-opdrachten ben je je bewust van het leggen
van de link tussen de theoretische achtergrond en praktijk,in dit geval de concrete casus.
Zorg ervoor dat je de vier stageweken zo goed mogelijk invult. Na de klinische stage komt de apotheek-
stage snel dichterbij, maak van deze ervaring dan ook gebruik om je uitermate voor te bereiden op het
contact met patiënten, zorgverleners en concrete geneesmiddelen en ziektes.
7
1. Introductiedag (maandag 29 februari 2016, 9u-12u en 13u-17.30u, BMW 5) – zie
‘Introductiedag’ (verder)
Bij aanvang van de stage woon je een (verplichte) introductiedag bij waar op interactieve wijze wordt
aangeleerd hoe om te gaan met patiëntengegevens, medicatiedossiers, labowaarden en farma-
ceutische zorgplannen. Daarnaast worden de doelstellingen en opdrachten van de stage verduidelijkt
en wordt er aandacht geschonken aan meer praktische aspecten zoals afspraken, deadlines, het
gebruik van het portfolio, evaluatiecriteria, etc.
Deze introductiedag wordt in goede banen geleid door de verantwoordelijke docenten en apothekers
betrokken bij dit OLA.
2. Klinische stage in een ziekenhuis (01 maart 2016 – 25 maart 2016)
Je loopt vier weken stage op een patiëntenafdeling in het toegewezen ziekenhuis. Een lijst met
verdeling van de stageplaatsen is beschikbaar op Toledo en je ontvangt een e-mail met de
contactgegevens van jouw stageplaats. Neem voor de start van de stage zelf contact op met het
ziekenhuis! Stel je even voor en maak praktische afspraken. Zodat je weet hoelaat en waar je de
eerste dag verwacht wordt, bij wie je je contract kan laten tekenen, wat je dient aan te doen/mee te
brengen etc.
De dagdagelijkse activiteiten op de diverse diensten (o.a. patiëntbespreking en zaaltoer met artsen,
stafmeetings en wetenschappelijke kransen) vormen de uitdagingen op basis waarvan je je kennis en
inzicht uitbreidt.
3. Terugkomdag klinische stage (17 (HP 3) of 18 (HP 2) maart 2016 8u30-13u en 14u-18u)
Als stagiair ‘klinische stage’ neem je deel aan één terugkomdag georganiseerd op de faculteit (een
halve werkdag) De andere halve dag ben je vrij, zodat je je kan verplaatsen Je bent dus een volledige
dag afwezig van je stageplaats, meld dit duidelijk en op voorhand aan je begeleiders.
Een juiste verdeling voor de terugkomdagen is terug te vinden op Toledo.
Tijdens deze terugkomdag presenteer je je eerste casus aan de hand van een powerpointpresentatie.
Er zal na elke presentatie telkens enige tijd voorzien worden voor vragen van je collega’s en
begeleiders. Op die manier kan een interessante discussie rond de voorgestelde casus gehouden
worden.
Een actieve deelname en inbreng aan de terugkomdag worden verwacht. De sessies worden
begeleid en geëvalueerd door klinische apothekers die werkzaam zijn in het UZ Leuven.
Planning:
1. Introductiedag
2. Klinische stage in een ziekenhuis
3. Terugkomdag
8
INTRODUCTIEDAG (MAANDAG 29 FEBRUARI 2016, BMW 5)
TIJD ONDERWERP SPREKER
9u00-9u20 Ppt: Verwelkoming, info over ziekenhuizen en
geneesmiddelendistributie Prof. Apr. Isabel Spriet
09u20-10u00 Ppt: Basistaken van een klinisch apotheker Prof. Apr. Isabel Spriet
10u00-10u20 Ppt: Inhoud en doelstellingen van de klinische stage -
Afspraken en houding tijdens de stage - Opdrachten
en evaluaties
Apr. Joke Wuyts
10u20-10.40 Pauze /
10u40-11u00 Ppt: Ziekenhuishygiëne Mevr. Mia Vande Putte
11u00-11u30 Ppt: Hoe schrijf ik een goede casus” met nadruk op
stageopdracht en evaluatiecriteria Apr. Lorenz Van Der Linden
11u30-12u00 Ppt: bronnen en nuttige naslagwerken Apr. Lorenz Van Der Linden
12u00-13u30 Middagpauze /
13u30-16u00 Casusoefeningen: Studenten lossen in groepjes
casussen op met een begeleider 5 ziekenhuisapothekers
16u00-16u15
Einde / Studenten die stage zullen lopen in UZ
Leuven gaan naar de apotheek /
16u15-16u45 Ppt: Voorstelling UZ Leuven Apr. Thomas De Rijdt
16u45-17u15 Rondleiding apotheek - Opslagrekken-klinische
studies - bureaus -kardexkasten - koelkamer -
verdovingsruimte & distributie + loket - Bereidingen -
Cytoruimte-steriele ruimte - Magazijn - Productie Apr. Thomas De Rijdt
17u15-17u30 Tonen van afdelingen Apr. Thomas De Rijdt
De presentaties van de introductiedag zullen beschikbaar gesteld worden op Toledo.
Op de introductiedag dient elke student rekentoestel, groen boekje, notitieboekje en
casusoefeningen (zie Toledo) mee te brengen.
9
DEADLINES & ENKELE AFSPRAKEN
Hou rekening met volgende concrete afspraken en deadlines:
Je hebt goedkeuring van het IDEWE nodig alvorens je kan starten met deze stage.
Voor aanvang van de stage (en ten laatste op 04/03/2016): Stageovereenkomst*, VGM dossier
en document beroepsgeheim bezorgen aan de stagecoördinatie (persoonlijk of via postadres zie
hierboven). Al deze documenten kan je terugvinden op Toledo.
Deadline opladen Powerpointpresentatie groepspagina Toledo: maandag 14/03/2016, 23u59
Deadline opladen 2 casussen via assignment op Toledo: zondag 27/03/2016, 23u59
Deadline opladen Powerpoint + casussen op portfolio: zondag 31/05/16, 23h59
Indien je bovenstaande deadlines niet respecteert, wordt je werkje aanzien als ‘niet ingediend’.
*Studenten die stage lopen in UZ Leuven, dienen GEEN stageovereenkomst te laten ondertekenen.
Hiervoor is een gezamenlijk contract opgesteld tussen UZ Leuven en KU Leuven.
Bij afwezigheid (bijv. omwille van ziekte,..) dien je zo snel mogelijk je stagebegeleider en de
stagecoördinatie te verwittigen. Er is steeds een bewijs voor afwezigheid vereist. Indien je ongewettigd
afwezig bent, kan je niet slagen voor dit OLA.
Draag op stage steeds een propere, witte labojas (bij voorkeur zonder mouwen) met naambadg. Ga na of
je deze labojas zelf moet voorzien. De naambadge zal je op de introductiedag krijgen. Daarnaast zorg je
ervoor dat je op stage steeds een notititieboekje en een BCFI op zak hebt.
10
OPDRACHTEN
Als stage-opdrachten wordt van elke student verwacht:
Twee schriftelijke patiëntencasussen
powerpointpresentatie van één van deze casussen tijdens de terugkomdag (week 3 stageperiode)
Schriftelijke patiëntencasussen
Patiëntencasussen handelen steeds over een patiënt met een interessante pathologie, medicatiehistoriek,
medicatieschema, ... die tijdens de stageperiode op jouw afdeling verblijven. Dit hoeft geen zeldzame
casus te zijn. De nadruk ligt op het kritisch interpreteren van alle beschikbare gegevens en de relatie
leggen met de farmacotherapie van een patiënt.
De casussen worden schriftelijk neergeschreven volgens onderstaande richtlijnen:
Korte en bondige bespreking van de casus
Voorpagina (pagina 0)
Max. 2 bladzijden tekst (pagina 1 en 2)
1 bladzijde met medicatietabel (pagina 3)
1 bladzijde referenties (pagina 4), gebruik er voldoende en refereer correct
(http://www.kuleuven.be/plagiaat)
Lettertype: Times New Roman, lettergrootte 12, interlinie 1,5
Nummer de bladzijden volgens 1/4, 2/4, 3/4, 4/4
Baseer je op de template op pagina 13.
Enige toelichting bij de voorgestelde structuur van het verslag:
Casusbespreking: geef geslacht en leeftijd van de patiënt en beschrijf duidelijk de
klachten/symptomen van de patiënt bij opname of bevraging.
Medische voorgeschiedenis: vermeld aan welke aandoeningen de patiënt reeds lijdt bij opname.
Besteed vooral aandacht aan die aandoeningen of heelkundige ingrepen die belang kunnen
hebben bij de interpretatie van de casus.
Anamnese:
o Klinische anamnese/differentieel diagnose: Vermeld de bevindingen van de arts tijdens
het klinisch onderzoek. Welke differentiële diagnose worden er gesteld?
11
o Medicatie: geef weer welke medicatie de patiënt reeds neemt bij opname. Vermeld steeds
de specialiteit, het actief bestanddeel en de gebruikte dosis (in tabel) ook posologie?.
Maatregelen: Welke maatregelen worden er getroffen? Aan welke onderzoeken wordt de patiënt
onderworpen voor het stellen van de diagnose (+ resultaat). Bespreek hier enkel die onderzoeken
en resultaten die van belang zijn voor de interpretatie van de casus. Eens de diagnose gesteld is,
wat gebeurt dan met de patiënt? Welke medicatie wordt er toegediend (medicatie in tabel) alweer
met specialiteitsnaam, actief product, dosis en posologie?
Bespreking: Waarom wordt de therapie gewijzigd? Wat wordt toegevoegd en wat wordt niet meer
voorgeschreven? Waarom? Wat is het werkingsmechanisme van de medicatie (vooral te
beschrijven wanneer de toepassing niet alledaags is).
Referenties: Vermeld de bronnen die je raadpleegde.
Bij het doorgronden van de casussen wordt verwacht dat je up-to-date en objectieve informatie
gebruikt. Wees kritisch van geest bij de interpretatie van deze informatie . Een zuivere vorm van copy-past
is plagiaat en wordt niet aanvaard. (http://www.kuleuven.be/plagiaat) Gebruik wetenschappelijk en
correcte taal, bekijk de richtlijnen die relevant zijn voor jouw casussen en verwerk deze in het verslag.
Denk logisch na, verdiep je in problemen en beslissingen. Durf handelingen en medicatie in vraag te
stellen. Waarom beslist een arts dit en niet dat? Wat vind jij daar van? Wat zeggen de richtlijnen? ...
Beide casussen zullen worden opgeladen op de assignment binnen Toledo en in het persoonlijk portfolio.
Gebruik de juiste bestandsnaam: Casus1NaamVoornaam voor de eerste schriftelijke casus,
Casus2NaamVoornaam voor casus 2. De bestanden dienen opgeladen te worden in pdf-formaat. Indien
bestanden de verkeerde naam dragen en/of in het verkeerde format zijn ingediend, wordt dit als niet
ingediend beschouwd. Je hebt twee kansen om je casussen in te dienen, de meest recente indiening telt.
Studenten die stage lopen op eenzelfde afdeling als een medestudent zoeken verschillende casussen en
spreken af wie welke casus zal gebruiken.
Er wordt gevraagd om vertrouwelijk om te gaan met patiëntengegevens. Dit zal tijdens de introductiedag
eveneens benadrukt worden. Informatie die je verkrijgt tijdens de stage blijft binnen de ziekenhuis-
omgeving. Je behandelt deze informatie vertrouwelijk, gebruikt ze voor het uitwerken van de casussen en
vertelt ze niet verder aan andere personen. Voor patiëntennamen gebruik je pseudoniemen of letters. Het
respecteren van het beroepsgeheim is een belangrijk onderdeel van de stage!
Hieromtrent wensen we ook dat je de gekozen casussen bespreekt met je stagebegeleiders. Zij dienen op
de hoogte te zijn van wie/wat je zal bespreken en welke casus je zal presenteren.
Powerpointpresentatie
Tijdens de terugkomdag op het einde van de derde stageweek presenteer je één van de twee casussen
aan de hand van een powerpointpresentatie. Hierbij bespreek je de casus kort en bondig aan de hand van
maximaal (!) 6 powerpointdia’s/slides. Op de eerste dia vermeld je je naam en stel je kort het ziekenhuis
en de dienst waar je stage loopt voor. Voor de casusbespreking op de volgende slides maak je gebruik
van dezelfde opbouw als deze van de schriftelijke casusbespreking (zie hierboven).
Slide 1: Naam en voorstelling stage-ziekenhuis & dienst
Slide 2: Casusbespreking
Slide 3: Anamnese en medicatie bij opname (tabelvorm)
12
Slide 4: Maatregelen, onderzoeksresultaten, diagnose & therapie
Slide 5: Bespreking
Slide 6: Referenties
Er worden 10 à 15 minuten per presentatie voorzien. Elke casusvoorstelling wordt gevolgd door een
interactieve discussie. Studenten die een casus voorstellen zijn een halve aanwezig. Voor de andere
studenten betreft het een gewone stagedag en worden bijgevolg in het ziekenhuis verwacht. De
casuspresentatie wordt op de Toledo groepspagina opgeladen met naam CasusPPTNaamVoornaam.
Deze presentatie zal gebruikt worden tijdens de terugkomdag. Wijzigingen aan de presentatie na de
deadline zijn niet toegelaten.
Enkel correct benoemde bestanden zullen worden beschouwd als ingediend.
Om er voor te zorgen dat alle onderdelen van de casussen duidelijk zijn voor iedereen, worden vragen
gesteld door medestudenten. Ook het begeleidingsteam zal per student enkele vragen formuleren. Bekijk
hiervoor de presentaties van je groepsleden (te vinden op je groepspagina op Toledo) alvorens je naar de
terugkomdag komt. Onvoorbereid komen heeft geen zin en wordt opgemerkt! Medewerking wordt in
rekening gebracht.
Bronnen
Om de opdrachten op te lossen is het gebruik van bronnen vanzelfsprekend. Tijdens de introductiedag
krijg je meer informatie over bronnenmateriaal. Op stage zullen ongetwijfeld nog meer geschikte bronnen
voorhanden zijn. Welke bronnen gebruiken de aanwezige klinische apothekers of artsen meestal?
Enkele bronnen worden hieronder opgesomd maar de lijst is allesbehalve limitatief:
o Gecommentarieerd Geneesmiddelen Repertorium (www.bcfi.be)
o Delphi (www.delphicare.be) >> wachtwoord aanvragen (cfr. Toledo)
o www.pletmedicatie.be
o Stockley’s Drug Interactions
o https://www.crediblemeds.org
o Commentaren Medicatiebewaking
o The Renal Drug Handbook
o British National Formulary (BNF)
o Cybele (zwangerschap) (http://pharm.kuleuven.be/pharma_care/cybele/CybeleN/cybelen.htm)
o Motherisk
o Farmacotherapeutisch Kompas (http://www.fk.cvz.nl)
o Farmamozaïek (www.farmamozaiek.be) o Q-box IPSA (http://q-box.be)
o Wetenschappelijke bijsluiter (via website BCFI of FAGG)
o Martindale
o Pubmed
o …
Op de website van het BCFI kan je via de knop ‘links’ (groene balk bovenaan) doorklikken naar enkele
interessante websites waar je bruikbare informatie kan vinden. Misschien heb je op stage ook wel de
mogelijkheid om toegang te krijgen tot specifieke websites, enkel toegankelijk vanuit het ziekenhuis?
13
Tot slot willen we je stimuleren om kritisch na te denken over de opgedane stage-ervaringen. Zowel
inhoudelijke als persoonlijke aspecten kunnen hier aan bod komen. Je kan deze reflectieve woorden
bundelen en toevoegen aan je portfolio.
Notitieboekje (doorlopend)
Tijdens de stageperiode kom je in contact met interessante casussen, vragen, geneesmiddelen, etc. Om
interessante informatie niet verloren te laten gaan, wordt er verwacht dat je op stage steeds een
notitieboekje op zak hebt (in je labojas).
Deze schriftelijke neerslag van je stage maakt dat je de stage intensiever doorloopt. Dit is JOUW
werkinstrument. Een notitieboekje laat enerzijds toe om de stage beter te structureren, en kan anderzijds
fungeren als verzameling van interessante informatie, die ook na de stage nog nuttig kan zijn.
Bij stagebezoeken kan naar dit boekje gevraagd worden.
Doelen
Structuur brengen in het leerproces op de werkvloer
Creëren van een werkinstrument waar de stagiair zich op kan baseren bij het maken van reflecties en
voorbereiding van terugkommomenten
Praktisch
De stagiair houdt op één of andere manier een neerslag bij van de stage.
Mogelijke rubrieken:
Waar heb ik vandaag aandacht aan besteed? Wat heb ik geleerd?
Wat moet ik nog opzoeken?
Wat wil ik bespreken met de stagebegeleider?
Wat neem ik mee naar de terugkomdag?
In de marge
Na je stage kan je nog heel wat informatie opzoeken en lezen. Zo zal je op stage ongetwijfeld in contact
komen met heel wat nieuwe geneesmiddelen (aclidinium, apixaban, mirabegron,...), geneesmiddelen die
eerder in de ziekenhuisomgeving gebruikt worden, nieuwe specialiteitsnamen (Bellozal, Xgeva,
Seebri,...), pathologieën (ziekte van Paget, multiple sclerose, gesloten hoekglaucoom,..), behandelingen
(TURP, TIPS,…), onderzoeken (PPA, bloedgasje, PET-scan,..),… Vier weken stage is veel te kort om
alles grondig uit te pluizen en op te zoeken. Je inhoudelijke verruiming hoeft niet per se te stoppen bij het
beëindigen van de officiële stageperiode.
14
Template schriftelijke casusbespreking
NAAM STUDENT:
DATUM:
CASUS
Geslacht, Leeftijd, Gestalte, Gewicht
Klachten, Reden voor opname
MEDISCHE VOORGESCHIEDENIS
(enkel de relevante voor de interpretatie van de casus)
ANAMNESE
Klinische anamnese / differentiële diagnose
MEDICATIE BIJ OPNAME (> tabel op derde bladzijde)
MAATREGELEN
Onderzoeksresultaten (enkel de relevante voor de interpretatie van de casus)
Diagnose
Therapie(wijziging) (> medicatie in tabel op derde bladzijde)
BESPREKING
Werkingsmechanisme geneesmiddelen, richtlijnen, ...
REFERENTIES
TABEL MEDICATIE
(medicatie bij opname, wijzigingen in therapie, nieuw gestarte medicatie,… i.f.v. de casus)
Bevat: specialiteitsnaam, actief product, dosis, posologie, indicatie, toedieningsweg, werkingsmechanisme
tips en maatregelen, ...
15
EVALUATIE
Voor het bepalen van het cijfer voor het OPO ‘Masterproef I’ zullen de resultaten die behaald werden op
de verschillende OLA’s gewogen worden volgens aantal studiepunten (cfr. programmagids):
a) Literatuurstudie: 4/15
b) Algemene concepten van farmaceutische zorg m.i.v. communicatie: 3/15
c) Klinische stage: 6/15
d) Opstellen projectplan: 2/15
De evaluatie van OLA ‘Klinische stage in een ziekenhuis’ is zelf gebaseerd op meerdere deel-
beoordelingen die volgens onderstaande verhouding gewogen worden:
a) Evaluatie door stagemeester: 1/3
b) Evaluatie terugkomdag (presentatie casus, vragenronde, inzet & participatie): 1/3
c) Evaluatie schriftelijke patiëntencasussen: 1/3
Voorbeelden van de verschillende evaluatieroosters worden op de volgende pagina’s weergegeven.
De evaluatie op stage is een belangrijk onderdeel van de eindbeoordeling. Hierbij is het de bedoeling dat
deze evaluatie wordt ingevuld door jouw stagebegeleider (=de persoon die je het meest begeleid heeft,
kan verschillend zijn met de contactpersoon tussen jouw stageplaats en de faculteit). De stageplaats krijgt
tijdens de stageperiode vanuit de stagecoördinatie een e-mail met een link naar het online beoordelings-
formulier. Herinner je stagebegeleider hier op het einde van de stageperiode zeker aan zodat jouw
evaluatie (ten laatste eind maart) bij de stagecoördinatie is binnengekomen. Het is jouw
verantwoordelijkheid dat de evaluatie op stage correct en tijdig in orde gebracht wordt. Dit is een ideaal
moment om met je begeleider te bespreken wat je sterktes en zwaktes zijn.
De evaluatie van de terugkomdag focust zowel op het inhoudelijke aspect (presentatie, vragen stellen &
beantwoorden) als op een actieve en gemotiveerde participatie. Enkel door actief deel te nemen aan de
discussie wordt de terugkomdag een verrijkende sessie die complementair is met je stage-ervaringen.
De twee schriftelijke patiëntencasussen worden beoordeeld door klinische apothekers werkzaam in het
UZ Leuven.
Ook het portfolio zal betrokken worden bij de evaluatie van het OLA ‘Klinische stage in een ziekenhuis’.
Op het portfolio verschijnen al de opdrachten die je in het kader van de klinische stage hebt gemaakt
(powerpointpresentatie + 2 patiëntencasussen). Daarnaast kan je andere, relevante informatie opnemen
in jouw portfolio. Voor het OLA Klinische stage zal je in je portfolio een aparte submap maken De deadline
voor het opladen van de finale versies van al je opdrachten (patiëntencasussen + ppt) op je portfolio is
31/05/16, 23h59 (= de deadline voor het opladen van je portfolio als zip-bestand als assignment). Vergis
je niet met de deadline voor het opladen van de ppt presentatie of de patiëntencasussen.
Op het einde van het OLA ‘Klinische stage in een ziekenhuisapotheek’ zal het begeleidingsteam trachten
te voorzien in enige feedback.
16
a) EVALUATIEFORMULIER STAGEMEESTER
KLINISCHE STAGE
NAAM STUDENT:
NAAM stageZIEKENHUIS & DIENST:
NAAM BEOORDELAAR:
1. Geef voor elke competentie aan welk niveau op de stagiair van toepassing is:
“Leergierige” motivatie: Hoe gemotiveerd en enthousiast is de stagiair? Wil de stagiair effectief iets maken van
de stage? Wil de stagiair graag nieuwe dingen bijleren en/of ontdekken?
Stiptheid: Was de stagiair op tijd aanwezig? Had hij het nodige materiaal bij? Heeft hij de afspraken correct
nageleefd?
Communicatie met patiënten en met andere zorgverleners: Communiceert de stagiair op een vlotte en
beleefde manier met patiënten? Stelt hij gepaste vragen? Communiceert de stagiair op een vlotte en beleefde
manier met artsen, verpleegkundigen,..? Stelt hij gepaste vragen?
Professioneel voorkomen: Is het voorkomen van de stagiair professioneel qua stijl, taalgebruik, gedrag en
ethische ingesteldheid (bijv. verantwoordelijkheidszin, beroepsgeweten, discretie, kledij..)?
Zelfstandigheid: Kan de stagiair de stage op een zelfstandige manier zinvol invullen? Neemt de stagiair zelf
initiatief?
(Kritische) reflectie: Geeft de stagiair blijk van een kritische ingesteldheid? In welke mate stelt hij u als
stagemeester/begeleider kritische vragen over inhoudelijke kwesties, de praktische organisatie,..?
Afwezig Ondermaats
Matig
Goed
Heel goed
Uitmuntend
“Leergierige” motivatie 0 1 2 3 4 5
Stiptheid 0 1 2 3 4 5
Communicatie 0 1 2 3 4 5
Professioneel voorkomen 0 1 2 3 4 5
Zelfstandigheid 0 1 2 3 4 5
(Kritische) reflectie 0 1 2 3 4 5
17
2. Heeft u nog bijkomende opmerkingen over de stagiair?
3. Heeft u nog opmerkingen over het verloop van de stage en de begeleiding?
/ 30
18
b) EVALUATIEFORMULIER TERUGKOMSESSIE KLINISCHE STAGE
NAAM STUDENT:
NAAM stageZIEKENHUIS & DIENST:
NAAM BEOORDELAAR:
Criterium Resultaat op 20
1.Inhoud
Inhoudelijke component
Keuze & uitwerking casus
Geneesmiddelentabel
Wetenschappelijke referenties
Kritische benadering casus
2. Vorm
Opbouw powerpoint
Te herleiden tot
3.Verdediging
taal
oogcontact
professioneel voorkomen
lichaamstaal
verstaanbaarheid
stemgebruik
to-the-point
Deelname sessie
Leergierige motivatie
Relevantie gestelde vragen
Opmerkingen:
/ 60
/ 20
/ 20
/ 20
/ 10
/ 10
19
Waarderingsschaal voor verdediging casus klinische stage
18-20
‘Uitstekend werk’
INHOUD
De casus werd op een uiterst adequate manier voorgesteld, er werd een uitstekende,
overzichtelijke geneesmiddelentabel gegenereerd.
De verkregen gegevens werden uiterst kritisch geanalyseerd.
De correcte wetenschappelijke referenties werden gebruikt, geen opmerking morgelijk.
VORM
De powerpoint presentatie en het gebruik van de audiovisuele media voldoen aan de hoogste
normen, geen enkele opmerking of verbetering mogelijk. Er waren geen typfouten en/of
schoonheidsfoutjes terug te vinden.
VERDEDIGING
De verdediging was uiterst helder, vragen werden correct beantwoord en zeer kritisch benaderd.
Geen enkele opmerking of verbetering mogelijk. Deze persoon kwam uiterst professioneel over,
had voldoende oogcontact en hanteerde een correct taalgebruik.
16-17.9
‘Zeer goed werk’
INHOUD
De casus werd op een adequate manier voorgesteld, er werd een zeer goede, overzichtelijke
geneesmiddelentabel gegenereerd.
De verkregen gegevens werden zeer kritisch geanalyseerd.
De correcte wetenschappelijke referenties werden gebruikt.
VORM
Wat betreft de powerpoint presentatie en het gebruik van audiovisuele media zijn slechts enkele
minimale aanpassingen mogelijk.
VERDEDIGING
De verdediging was zeer helder, vragen werden correct beantwoord en kritisch benaderd.
Deze persoon kwam zeer professioneel over, had voldoende oogcontact en hanteerde een
correct taalgebruik.
14-15.9
‘Goed werk’
INHOUD
De casus werd op een adequate manier voorgesteld, er werd een overzichtelijke
geneesmiddelentabel gegenereerd waar beperkte aanpassingen mogelijk lijken.
De verkregen gegevens werden kritisch geanalyseerd.
De correcte wetenschappelijke referenties werden gebruikt, al kunnen er enkele opmerkingen
gegeven worden.
VORM
Wat betreft de powerpoint presentatie en het gebruik van audiovisuele media zijn enkele
aanpassingen mogelijk.
VERDEDIGING
De verdediging was eerder helder en vragen werden overwegend correct beantwoord en kritisch
benaderd.
Deze persoon kwam professioneel over, had oogcontact en hanteerde een correct taalgebruik.
12-13.9
‘Matig werk’
INHOUD
De casus is van een matige wetenschappelijke kwaliteit, er werd een geneesmiddelentabel
gegenereerd waarin meerdere aanpassingen mogelijk zijn.
De verkregen gegevens werden meestal kritisch geanalyseerd.
De correcte wetenschappelijke referenties werden gebruikt, maar er werd niet voldoende of
incorrect naar verwezen.
20
VORM
Wat betreft de powerpoint presentatie en het gebruik van audiovisuele media zijn meerdere
aanpassingen mogelijk.
VERDEDIGING
De verdediging was matig en een aantal vragen werden niet correct beantwoord en matig kritisch
benaderd.
Deze persoon kwam eerder professioneel over, had deels oogcontact en hanteerde overwegend
een correct taalgebruik.
10-11.9
‘Zwak werk’
INHOUD
De casus is van een zwakke wetenschappelijke kwaliteit, er werd een geneesmiddelentabel
gegenereerd waarin belangrijke elementen ontbreken en/of fout worden weergegeven.
De verkregen gegevens werden weinig kritisch geanalyseerd.
Er werden weinig of enkele incorrecte wetenschappelijke referenties gebruikt.
VORM
Wat betreft de powerpoint presentatie en het gebruik van audiovisuele media zijn meerdere
aanpassingen noodzakelijk.
VERDEDIGING
De verdediging was zwak en een heel aantal vragen werden niet correct beantwoord en weinig
kritisch benaderd.
Deze persoon n kwam weinig professioneel over, had weinig tot geen oogcontact en hanteerde
niet altijd een correct taalgebruik.
< 10
‘Onvoldoende werk’
INHOUD
De casus heeft onvoldoende wetenschappelijke kwaliteit, er werd geen of een incorrecte
geneesmiddelentabel gegenereerd.
De verkregen gegevens werden onvoldoende kritisch geanalyseerd.
Er werden geen of overwegend incorrecte wetenschappelijke referenties gebruikt.
VORM
De powerpoint presentatie en het gebruik van de audiovisuele media voldoen niet aan de norm.
Heel wat aanpassingen zijn noodzakelijk.
VERDEDIGING
De verdediging was onvoldoende, de meeste vragen werden niet correct beantwoord en
onvoldoende kritisch benaderd.
Deze persoon kwam niet professioneel over, had geen oogcontact en hanteerde geen correct
taalgebruik.
21
c) EVALUATIEFORMULIER SCHRIFTELIJKE CASUSBESPREKINGEN
KLINISCHE STAGE
NAAM STUDENT:
NAAM stageZIEKENHUIS & DIENST:
NAAM BEOORDELAAR:
Criterium Resultaat op 20
1. Vorm
lay-out
Wetenschappelijke referenties
schrijfstijl
2. Inhoudelijke component
Keuze, opbouw en uitdieping casus
Farmacologische component
Geneesmiddelentabel
o Merknaam en actief product
o Farmacologie
o Dosissen
o Posologie
o Reden
o Tips/maatregelen
Kritische benadering casus
Te herleiden tot
Opmerkingen:
/ 20
/ 40
/ 60
/ 20
22
Waarderingsschaal voor schriftelijke casusbespreking klinische stage
18-20
‘Uitstekend werk’
INHOUD
Er werd een uiterst relevante casus gekozen. De casus werd op een uiterst adequate manier
opgebouwd en uitgediept, er werd een uitstekende, overzichtelijke geneesmiddelentabel
gegenereerd.
De verkregen gegevens werden uiterst kritisch geanalyseerd.
VORM
De lay-out en schrijfstijl voldoen aan de hoogste normen, geen enkele opmerking of verbetering
mogelijk. Er waren geen typfouten en/of schoonheidsfoutjes terug te vinden.
De correcte wetenschappelijke referenties werden gebruikt.
16-17.9
‘Zeer goed werk’
INHOUD
Er werd een zeer relevante casus gekozen. De casus werd op een adequate manier opgebouwd
en uitgediept, er werd een overzichtelijke geneesmiddelentabel gegenereerd.
De verkregen gegevens werden zeer kritisch geanalyseerd.
VORM
De lay-out en schrijfstijl voldoen aan hoge normen, slechts enkele minimale aanpassingen aan lay-
out en/of schrijfstijl mogelijk.
De correcte wetenschappelijke referenties werden gebruikt.
14-15.9
‘Goed werk’
INHOUD
Er werd een relevante casus gekozen. De casus werd op een adequate manier opgebouwd en
uitgediept, er werd een overzichtelijke geneesmiddelentabel gegenereerd waar enkele
aanpassingen mogelijk lijken.
De verkregen gegevens werden kritisch geanalyseerd.
VORM
De lay-out en schrijfstijl voldoen aan de normen, enkele aanpassingen aan lay-out en/of schrijfstijl
zijn mogelijk.
De correcte wetenschappelijke referenties werden gebruikt, al kunnen er enkele opmerkingen
gegeven worden.
12-13.9
‘Matig werk’
INHOUD
Er werd een eerder relevante casus gekozen. De casus is van een matige wetenschappelijke
kwaliteit, er werd een geneesmiddelentabel gegenereerd waarin meerdere aanpassingen mogelijk
zijn.
De verkregen gegevens werden matig kritisch geanalyseerd.
VORM
De lay-out en schrijfstijl zijn te omschrijven als matig. Meerdere aanpassingen aan lay-out en/of
schrijfstijl zijn mogelijk.
De correcte wetenschappelijke referenties werden gebruikt, maar er werd niet voldoende of
incorrect naar verwezen.
10-11.9
‘Zwak werk’
INHOUD
Er werd een weinig relevante casus gekozen. De casus is van een zwakke wetenschappelijke
kwaliteit, er werd een geneesmiddelentabel gegenereerd waarin belangrijke elementen ontbreken
en/of fout zijn weergegeven.
De verkregen gegevens werden weinig kritisch geanalyseerd.
VORM
Meerdere aanpassingen noodzakelijk aan lay-out en/of schrijfstijl.
23
Er werden weinig of enkele incorrecte wetenschappelijke referenties gebruikt.
< 10
‘Onvoldoende
werk’
INHOUD
Er werd een irrelevante casus gekozen. De casus heeft onvoldoende wetenschappelijke kwaliteit,
er werd geen of een incorrecte geneesmiddelentabel gegenereerd.
De verkregen gegevens werden onvoldoende kritisch geanalyseerd.
VORM
De lay-out en schrijfstijl oldoen niet aan de norm. Heel wat aanpassingen zijn noodzakelijk.
Er werden geen of overwegend incorrecte wetenschappelijke referenties gebruikt.
24
HELP! IK WEET NIET WAT IK OP STAGE KAN DOEN?
Stageplaatsen verschillen. Op sommige stageplaatsen heb je als stagiair heel veel mogelijkheden om je
inhoudelijk te ontplooien of actief te participeren. Op andere plaatsen is er misschien minder ruimte om
actief deel te nemen.
Om er voor te zorgen dat elke student zijn of haar stageperiode zo kwalitatief mogelijk kan invullen,
worden hieronder een aantal potentiële activiteiten en vragen geformuleerd over alle aspecten van een
geneesmiddelentherapie, met zowel algemene vragen als een aantal specifieke vragen gericht op een
bepaalde dienst. Zo moet elk geneesmiddel dat wordt voorgeschreven of verdergezet (thuismedicatie)
kritisch geëvalueerd worden in relatie tot de individuele patiënt (pathologie, leeftijd, biochemische
parameters, …).
Andere voorbeelden om te bekijken zijn o.a. vaak gebruikte afkortingen, info over ziektebeelden, info over
geneesmiddelen, labowaarden, geneesmiddeleninteracties, therapeutische richtlijnen, posologieën,
therapietrouw, verslavingsproblematiek, wetgeving,.. Ken je aan het einde van je stage het uitgebreide
takenpakket van een klinische apotheker?
De vermelde voorbeelden hieronder zijn uiteraard niet limitatief. Laat deze lijst per defintie geen startpunt
zijn van je stage. Spreek vooraf met je stagemeester en luister naar zijn of haar ideeën, verwachtingen,
plan van aanpak,... .
1. Vereiste basiskennis ‘Klinische stage/klinische apotheker’:
- Farmacologie: werkingsmechanisme, nevenwerkingen en interacties
- Farmacokinetiek: farmacokinetische parameters (T½, klaring, belangrijkste
metabolisatieroutes, MRT, Verdelingsvolumes, NL kinetiek, …)
- Fysiopathologie
- Biochemie: parameters: creat, ureum, AST, ALT, alkalische fosfatase, gamma GT, CRP,
wbc, Hb, BP, rbc, LDH, Hb1c, C peptide, Bloedgassen, alkalose/acidose, …
2. Algemene aandachtspunten:
A. THERAPIE
- Wat is de standaardmedicatie eigen aan de dienst?
o vb. krijgt elke patiënt preventie voor diep veneuze thrombose (DVT)?
o vb. wat wordt opgestart als pijntherapie?
Stel een lijst op van de meest gebruikte medicatie.
- Waarom wordt elk geneesmiddel voorgeschreven?
o vb. hoe werkt elk voorgeschreven geneesmiddel?
o vb. verwacht je nog andere geneesmiddelen bij die indicatie?
Evalueer de individuele therapie (patiënt per patiënt) in relatie tot de pathologie
25
- Is de therapie voorgeschreven in overeenstemming met de kenmerken van het
geneesmiddel?
o vb. is de toedieningsfrequentie aangepast aan de halfwaardetijd van het geneesmiddel?
(kinetiek, prodrugs, …)
o vb. waarom worden bepaalde antidepressiva ’s morgens en andere ’s avonds
toegediend?
o vb. worden statines ’s morgens of ’s avonds toegediend?
o belangrijke interacties met voedingsbestanddelen t.h.v. absorptie of metabolisatie
Evalueer het voorschrift van de patiënt in relatie tot de farmacokinetiek van ieder
individueel geneesmiddel
- Komt de therapie overeen met de richtlijnen (ziekenhuis, nationaal, internationaal)?
o vb. moet elke patiënt DVT preventie voorgeschreven worden?
o vb. is het voorgeschreven antibioticum in overeenstemming met de lokale richtlijnen?
o vb. hoe bouwt men een pijntherapie op?
o vb. hoe wordt therapie opgebouwd bij astma, COPD, hypertensie, diabetes, …?
Zoek de richtlijnen op en evalueer die in kader van individuele patiënt
- Is de medicatie aangepast aan de biochemische parameters van de patiënt?
o vb. moet LMWH-dosis, antibiotica-dosis,… aangepast worden aan de creatinineklaring?
o vb. moet pijntherapie aangepast worden aan lever- en/of nierfunctie?
Evalueer biochemische parameters en link die aan de therapie
Evalueer kritisch de volledige geneesmiddelentherapie bij elke patiënt!
B. TOEDIENING VAN GENEESMIDDELEN
- Hoe worden voorgeschreven geneesmiddelen toegediend?
o Blijft het geneesmiddel identificeerbaar tot bij de patiënt (unit-dosis)?
o Blijft de patiënt zelf zijn thuismedicatie innemen?
o Gebruikt men een metriset, spuitdrijver,…?
o Hoe en waar worden LMWH toegediend?
o Toedieningsschema van bepaalde antibiotica (vb. aminoglycosiden, …)
Observeer de verschillende toedieningsroutes.
- Kan IV toediening vermeden worden?
o Kan de patiënt voldoende slikken? Heeft de patiënt een maagsonde?
o Kan het geneesmiddel geswitcht worden van IV -> PO? Bestaat een peroraal alternatief
met voldoende grote biologische beschikbaarheid? Kan voor een andere toedieningsweg
gekozen worden (vb. suppo, transdermaal, nasaal, aerosol, …)?
o Mag het geneesmiddel geplet worden om via de maagsonde toe te dienen?
(retardpreparaten!) Bestaat een alternatief?
26
- Indien intraveneuze toediening noodzakelijk,
o Hoe wordt dit toegediend (perifeer infuus, diep veneuze catheter, port-a-cath, Hickmann)?
o Indien producten tegelijkertijd moeten worden toegediend: zijn deze compatibel? Welke
producten mogen (niet) samen worden toegediend?
o Kunnen we het medicatieschema optimaliseren zodat de toediening vlotter verloopt?
- Moeten bijzondere voorzorgen genomen worden ivm de toediening?
o Welke geneesmiddelen moeten nuchter worden toegediend?
o Welke geneesmiddelen worden mét de maaltijd toegediend?
o Worden puffers correct toegediend? Zijn patiënten voldoende ingelicht?
o Moet de patiënt recht opzitten bij het innemen van medicatie?
o Weet de patiënt wanneer een pleister moet vervangen worden?
Bekijk samen met de verpleegkundigen kritisch de toediening van geneesmiddelen!
C. WERKING VAN GENEESMIDDELEN
- Welke belangrijke bijwerkingen verwacht u bij de voorgeschreven therapie? Kunnen we die
vermijden? (via comedicatie?)
- Zijn er belangrijke geneesmiddeleninteracties te verwachten?
o Farmacokinetisch (vb.. cytochroomgemedieerd: rifampicine en fenytoïne, sterke inducers
van CYP 3A4)
o Farmacologisch: vb. synergie, antagonisme, farmacodynamische invloed op kinetiek
o Kunnen we die interacties vermijden? Moeten we dosissen aanpassen?
o MDR en mogelijke interacties
- Van welke geneesmiddelen wordt de plasmaspiegel bepaald (Therapeutic Drug Monitoring)?
o Waarom worden deze spiegels bepaald? Wat verwacht je bij een toxische spiegel?
o Wanneer wordt het bloedstaal afgenomen? Is dit in overeenstemming met de richtlijnen?
o Hoe moet de dosis aangepast worden aan de spiegel: vb. gaan we bij een toxische
spiegel de dosis verlagen of het doseringsinterval vergroten?
o Plasma, serum of bloedspiegel, eiwitbinding.
o Relatie farmacokinetiek / uitwerkingskinetiek
- Zijn goedkope, gelijkwaardige alternatieven ter beschikking?
27
3. Specifieke aandachtspunten per dienst
Dienst Aandachtspunten
Geriatrie - Polyfarmacie:
o medicatiehistoriek!
o aandacht voor interacties!
- Leeftijd: moeten dosisaanpassingen gebeuren bij oudere
patiënten?
- Nierinsufficiëntie: berekenen creatinineklaring en aanpassen
dosis van renaal geklaarde geneesmiddelen!
Endocrinologie - Diabetes:
o Hoe leert men patiënt nieuwe therapie aan?
o Welke insulinepreparaten worden gebruikt?
o Welke combinatieschema’s worden gebruikt?
o Hoe worden insulines toegediend?
o Welke complicaties verwacht men bij diabetes?
o Significante biochemische parameters…
- Consultaties (lipiden, schildklier,…):
o Welk statine wordt als 1ste
lijn gebruikt?
o Worden andere hypolipemiërende preparaten
geassocieerd?
- Steroïden:
o Welke bijwerkingen hebben steroïden?
o Wat is het verband tussen steroïdgebruik en ontstaan
van diabetes?
Oncologie - dagzaal - welke schema’s worden gebruikt?
- welke bijwerkingen verwacht men bij de voorgeschreven
cytostatica?
- welke co-medicatie wordt voorgeschreven?
- welke anti-emetica worden voorgeschreven (Zofran, Litican?)?
- welke laboparameters worden opgevolgd?
Hematologie - welke standaardmedicatie is eigen aan de dienst?
- welke schema’s worden gebruikt?
- welke bijwerkingen verwacht men bij de voorgeschreven
cytostatica?
- welke co-medicatie wordt voorgeschreven?
- welke anti-emetica worden voorgeschreven (Zofran, Litican?)?
- welke profylaxe wordt toegediend aan neutropene patiënten?
Neonatologie/Pediatrie - welke sedativa/analgetica worden gebruikt?
- hoe worden patiënten gevoed?
- in welke dosissen worden geneesmiddelen toegediend?
(immature eliminatieprocessen, verdeling lichaamswater)
- welke profylaxe wordt toegediend?
28
- welke intraveneuze medicatie kan tegelijkertijd worden
toegediend? welke geneesmiddelen zijn incompatibel?
Neurochirurgie - welke pijnmedicatie wordt voorgeschreven? Is dit in
overeenstemming met de richtlijnen?
- hoe worden anti-epileptica opgestart? TDM van anti-epileptica
- welke interacties kan je verwachten met anti-epileptica?
Traumatologie - welke pijnmedicatie wordt voorgeschreven? Is dit in
overeenstemming met de richtlijnen?
- welke medicatie moet pre-operatief worden gestopt?
- wat is het peroperatief antibioticabeleid?
- welke antibiotica worden aangewend bij wondinfecties?
- Specifieke antibioticavormen bij botchirurgie
- welke elektrolytenstoornissen worden verwacht? Hoe worden ze
behandeld?
Medisch Intensieve
Zorgen
- welke standaardmedicatie is eigen aan de dienst?
- waarom worden welke antibiotica voorgeschreven?
- hoe wordt de patiënt gesedeerd? Welke analgetica krijgt de
patiënt?
- hoe wordt de patiënt gevoed?
- Hemodialyse en invloed op GM eliminatie en hematopoiëse
- Intoxicatiebehandeling. GM eliminatiebevordering (renaal,
onderbreking enterohepatische cyclus, absorptiebeperking)
- …
-
Pneumologie - welke richtlijnen worden gevolgd bij astma?
- welke richtlijnen worden gevolgd bij COPD?
- wordt de patiënt bij ontslag aangeleerd hoe medicatie toe te
dienen ( puffers,…)?
- welke bijwerkingen worden verwacht bij langdurig
steroïdgebruik?
Gastro-
enterologie/Hepatologie/
Algemeen Interne
Geneeskunde
- welke standaardmedicatie is eigen aan de dienst?
- welke antibiotica worden voorgeschreven?
- hoe wordt de patiënt gevoed?
- hepatologie: mogen geneesmiddelen met belangrijke hepatische
metabolisatie (vb. paracetamol) toegediend worden? moet de
dosis aangepast worden?
Dermatologie - hoe worden schimmelinfecties behandeld?
- hoe wordt acne behandeld?
- hoe uit zich allergie aan geneesmiddelen?
- hoe wordt deze behandeld?
Spoedgevallen - hoe gebeurt medicatiehistoriek bij de patiënt?
29
- hoe gebeurt de doorstroming van deze gegevens van de
spoedgevallendienst naar de verpleegeenheid waar de patiënt
wordt opgenomen?
- Worden vaak geneesmiddelengerelateerde problemen gezien,
intoxicaties,…?
- wat zijn de typische ‘community acquired’ infecties? aan welke
kiemen moeten we denken? hoe worden ze behandeld? is dit
conform de richtlijnen?
-
Met dank aan
Eline Diliën – stafmedewerker onderwijs
Dr. Sophie Liekens