Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld...

32
31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat Leuvenseweg 86 1000 Brussel tel.: 02-552 98 00 fax: 02-552 98 01 [email protected] www.kinderrechten.be

Transcript of Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld...

Page 1: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

31-05-2007 Advies 2006-2007/6

Advies

Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers

datum

volgnr.

Kinderrechtencommissariaat Leuvenseweg 86

1000 Brussel tel.: 02-552 98 00 fax: 02-552 98 01

[email protected] www.kinderrechten.be

Page 2: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

« Geen enkel geweld tegen kinderen is aanvaardbaar. Elke vorm van geweld kan voorkomen worden. » Paulo Sergio Pinheiro

Brussel, 15 mei 2007

Geachte Heer, Mevrouw, We hebben het genoegen u hierbij het verslag toe te sturen van de Conferentie over het geweld tegen kinderen, die plaatsvond op 6 december 2006 in het Egmontpaleis. Deze conferentie werd georganiseerd door UNICEF België in samenwerking met het Kinderrechtencommissariaat, de Délégué général aux droits de l’enfant, de Kinderrechtencoalitie Vlaanderen, de Coordination des ONG pour les droits de l’enfant, en de Vereniging voor de Verenigde Naties na de publicatie van de wereldwijde studie van de Verenigde Naties over het geweld tegen kinderen. Geweld tegen kinderen stoppen vergt een sterke politieke wil en een vastberaden engagement vanwege de civiele maatschappij. Op regionaal, nationaal en internationaal niveau moeten sterke mechanismen opgezet worden die gepaard moeten gaan met menselijke en financiële middelen die het mogelijk maken om geweld tegen kinderen te verminderen en er systematisch op te reageren. Geweld tegen kinderen stoppen vereist niet alleen sancties ten opzichte van de plegers, maar ook een mentaliteitswijziging en de eliminatie van economische en sociale factoren die dit geweld in de hand werken. Geweld tegen kinderen een halt toeroepen is een dringende noodzaak. De kinderen kunnen niet langer wachten. Geen enkele vorm van geweld tegen kinderen is aanvaardbaar. Elk geweld kan voorkomen worden. Er zou geen enkel excuus of uitstel nog mogen zijn. Het probleem is zichtbaar. De verplichtingen van de regeringen zijn duidelijk. Op regionaal niveau kunnen regionale mechanismen een zekere expertise brengen, het mogelijk maken om goede praktijken uit te wisselen en de geboekte vooruitgang bekend maken. Daarbij heeft de Raad van Europa een driejaarlijks programma gelanceerd voor de promotie van kinderrechten en de bescherming van kinderen tegen geweld. Dit programma ondersteunt de Lidstaten om hun inspanningen om een betere bescherming te bieden aan kinderen, geweld te voorkomen en de participatie van kinderen te promoten. Een internationaal gerichte aandacht is cruciaal voor de problemen van kinderen in oorlog, kinderhandel of seksuele uitbuiting van kinderen. De Belgische regering kan

Page 3: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

haar steentje bijdragen om kinderrechten in de wereld blijvend onder de aandacht te houden, door: • een Speciaal Vertegenwoordiger van de Secretaris-Generaal aan te stellen voor geweld tegen kinderen; • de aandacht van de VN Veiligheidsraad voor kinderen die slachtoffer zijn van geweld te behouden; • de strategienota over kinderrechten in de ontwikkelingssamenwerking toe te passen. Op nationaal niveau zijn de regeringen als eersten verantwoordelijk voor de bescherming van kinderen. Meerdere aanbevelingen van de Wereldwijde Studie over geweld tegen kinderen zouden in België uitgevoerd kunnen worden: 1. Het opzetten van een nationaal actieplan om alle geweld tegen kinderen een halt toe te roepen: dit actieplan moet realistische doeltellingen, duidelijke deadlines en een systematische evaluatie hebben en moet in een globale toepassingsstrategie door de Nationale Commissie voor de rechten van het kind gecoördineerd worden. De prioriteit van dit actieplan zou preventie en het verbod op alle vormen van geweld tegen kinderen moeten zijn. Deze strategie moet ook mechanismen van gegevensinzameling verbeteren opdat kwetsbare groepen geïdentificeerd kunnen worden, de aard en omvang van gewelddaden beter gekend worden, geboekte vooruitgang gemeten kan worden en opdat een pertinent beleid gevoerd kan worden. 2. Het verbieden van elke vorm van geweld tegen kinderen : via het aannemen van een wet, in het burgerlijk recht, die expliciet vermeldt dat het kind het recht heeft om met respect te worden behandeld en dat het aan geen enkele vorm van fysiek of psychologisch geweld mag onderworpen worden. Dergelijke wet heeft niet als doel om de ouders voor de rechtbank te slepen, maar wel om te proberen familiale levensomstandigheden te scheppen die conform zijn met de menselijke waardigheid en om te komen tot een gedragsverandering zodat elke vorm van geweld tegen kinderen, hoe zwak ook, niet meer aanvaard wordt. Deze vraag is door het Comité voor de rechten van het kind herhaald ten aanzien van België (in 2002) en werd door dit Comité uitvoerig behandeld in de General Comment nummer 8 (2006) in verband met het recht van elk kind om beschermd te worden tegen alle lijfstraffen. 17 Europese landen hebben al een stap in de richting van een wettelijk verbod gezet, waaronder recent ons buurland Nederland. Ook vanuit de Raad van Europa is de boodschap duidelijk. Het toezichthoudende Comité bij het Sociaal charter heeft België er al toe aangezet dergelijke wetgeving door te voeren en de Mensenrechtencommissaris wijdde er een ‘issue paper’ aan (2006/1 van 6 juni 2006): ‘the right not to be hit, also a children’s right’.

Page 4: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

3. Het opzetten van grote campagnes tegen het gebruik van geweld tegen kinderen en de promotie van geweldloze waarden: deze campagnes hebben tot doel om gedragingen die geweld tegen kinderen (lijfstraffen inbegrepen) toelaten of banaliseren te veranderen, om kinderrechten beter te doen kennen en begrijpen (ook door kinderen), om te sensibiliseren voor de schadelijke gevolgen van geweld tegen kinderen en geweldloze waarden te promoten. De eerste campagne van deze soort zou kunnen samenvallen met de nieuwe wetgeving. Tot slot is het essentieel dat diegenen die werken voor en met kinderen in hun opleiding vorming krijgen in kinderrechten. 4. Het uitwerken van een bruikbaar en aangepast informatie-instrument voor kinderen: dergelijk instrument moet kinderen de mogelijkheid geven om gewelddaden te melden bij telefonische hulpdiensten (vb KJT, vertrouwenscentra…). Dit gaat niet enkel over het melden van familiaal geweld maar moet aan alle kinderen de kans bieden om in vertrouwen te kunnen praten over geweldsituaties, ook binnen de context van onderwijs, plaatsing of detentie. Het instrument moet hen de weg wijzen naar diensten waar ze terecht kunnen voor hulp en advies. Dit instrument zou naar de kinderen toe bekend gemaakt kunnen worden via een brochure, een poster of een gadget. 5. Het verminderen van het aantal plaatsingen van kinderen in instellingen, door alternatieven te ondersteunen binnen familiekringen: België is het tweede Europese land dat de meeste kinderen in instellingen plaatst. In overeenstemming met het Verdrag inzake de rechten van het kind, zou het plaatsen van kinderen enkel als uiterste maatregel gehanteerd moeten worden. Het is noodzakelijk dat een evaluatie plaatsvindt van de toestand van kinderen die in instellingen geplaatst zijn (open centra, gesloten centra, ziekenhuizen, MPI’s…). Deze evaluatie moet de psychologische, familiale en sociale gevolgen op korte en langer termijn in beschouwing nemen. Er moet ook een bijzondere aandacht gaan naar de meest kwetsbare groepen kinderen (kinderen waarvan de familie in armoede leven, kinderen in een illegale situatie, kinderen met een handicap, kinderen in conflict met de wet) die het meest vatbaar zijn om geplaatst te worden. 6. Het stopzetten van detentie van kinderen in gesloten centra voor illegalen en het behoud van het recht van het kind om met zijn familie te leven: de omstandigheden waarin deze kinderen gedetineerd worden zijn totaal onaangepast aan hun noden, en hebben veel weg van zware psychologische mishandeling en van een onmenselijke en vernederende behandeling. Algemeen beschouwd en wetend dat leven in armoede op zich een vorm van geweld is tegen een persoon, en één van de meest voorkomende tegen kinderen, bevelen we de overheden aan een globaal beleid te voeren in de strijd tegen armoede, in overleg met de betrokken families.

Page 5: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

De strijd tegen geweld tegen kinderen zal een utopie blijven als er geen sterke wil is vanwege het beleid en een uitgesproken engagement vanwege de civiele maatschappij om de rechten van het kind te doen naleven. We moedigen iedereen die betrokken is aan om de engagementen in de praktijk om te zetten en te investeren in nationale initiatieven die geweld kunnen voorkomen en erop reageren en die blijk geven van een internationale solidariteit. De wereldwijde studie over het geweld tegen kinderen heeft het belang aangetoond van het oor te luisteren te leggen bij de kinderen en hen te laten participeren bij de beslissingen die hen aangaan. We hopen dat dit participatieproces voor kinderen verder gezet kan worden om geweld tegen kinderen een halt toe te roepen. Met vriendelijke groeten, Marc Van Boven Prof. Dr. Jan Wouters Voorzitter Voorzitter UNICEF België Vereniging voor Verenigde Naties Ankie Vandekerckhove Claude Lelièvre Kinderrechtencommissaris Délégué général aux droits de l’enfant Karin Maes Manuel Lambert Voorzitster Voorzitter Kinderrechtencoalitie Coordination des ONG pour les droits de Vlaanderen l’enfant Voor alle correspondentie of informatie: Gaëlle Buysschaert, Child Rights Officer, UNICEF België Lenniksebaan 451 bus 4, 1070 Brussel of [email protected] De conferentie werd georganiseerd met de steun van :

Page 6: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

Verslag van de conferentie over geweldtegen kinderen in België en in de wereld

Egmontpaleis, 6 december 2006

©UNICEF/HQ00-0983/Achinto

Met de steun van:

Page 7: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

Inhoud

Dankw

oord 7

Voorwoord

9

Inleiding: Het engagem

ent van België in de voorbereiding en de follow-up

10van de studie van de Verenigde N

aties over geweld tegen kinderen

De heer Jan G

rauls, Voorzitter van het Directiecom

ité, FOD

Buitenlandse Z

aken

Verwelkom

ing 12

De heer M

arc Van Boven, Voorzitter U

NIC

EF België

Voorgeschiedenis van de totstandkoming van de studie van de Verenigde N

aties 14

over geweld tegen kinderen

Mevrouw

Véronique Joosten, Vereniging voor de Verenigde Naties

Voorstelling van de studie van de Verenigde Naties over gew

eld tegen kinderen 16

Prof. Paulo Sergio Pinheiro, O

nafhankelijk expert belast met de studie van de Verenigde N

aties

over geweld tegen kinderen

De studie van de Verenigde N

aties over geweld tegen kinderen: w

at moet er nu gebeuren?

20D

r. Etienne Krug, D

irecteur van de afdeling voor preventie van letsel en geweld van

de Wereldgezondheidsorganisatie en auteur van het w

ereldwijde rapport over gew

eld en gezondheid

Gew

eld tegen kinderen met een handicap in N

iger. De ervaring van U

NIC

EF in Niger.

22D

e heer Jean Lieby, Verantwoordelijke voor het program

ma ter B

escherming en

Bevordering van kinderrechten, U

NIC

EF Niger

Wereldw

ijd zijn 53.000 kinderen (tussen 0 en 17 jaar) het slachtoffer van moord

• Jongens ondergaan vaker fysiek geweld dan m

eisjes • Meisjes zijn vaker

het slachtoffer van seksueel geweld en verw

aarlozing dan jongens • Kinde-

ren tussen 0 en 4 jaar lopen het meeste risico om

het slachtoffer te worden van

geweld • W

ereldwijd ondergaan 73 m

iljoen jongens (7 %) en 150 m

iljoen m

eisjes (14 %), jonger dan 18 jaar, seksueel gew

eld • Wereldw

ijd worden elk

jaar 275 miljoen kinderen het slachtoffer van huiselijk gew

eld • Wereldw

ijd w

orden 5,7 miljoen kinderen gedw

ongen te werken • W

ereldwijd w

orden 1,8 m

iljoen kinderen gedwongen tot prostitutie en pornografie • W

ereldwijd

ondergingen 130 miljoen vrouw

en en meisjes een verm

inking van hun geslacht-sorganen • Jaarlijks sterven in rijke landen 3.500 kinderen jonger dan 15 jaar tengevolge van m

ishandeling • Het sterftecijfer, tengevolge van m

ishandeling, van kinderen in België is 4 keer zo hoog als dat in Spanje, Italië, G

riekenland en N

oorwegen • Tussen 3%

en 10% van de Am

erikaanse jongeren dragen een w

apen op school • Kinderen die in gevangenschap leven, zijn vaak het slach-

toffer van geweld en hun fundam

entele rechten worden vaak geschonden •

Kinderen m

et een handicap lopen het grootste risico op geweld in instellingen

• In 2005, werden 3.559 kinderen opgevangen door de ploegen van de centra

SOS Enfants (O

NE): K

inderen die risico lopen (33 %) - Seksuele m

ishandeling (22%

) - Fysieke mishandeling ( 9%

) - Ernstige verwaarlozing (8%

) - Andere (28 %

) • De 6 Vertrouw

enscentra Kinderm

ishandeling noteerden in 2005 in to-taal 4.921 m

eldingen van concrete gevallen van mishandeling of verw

aarlozing bij 6.645 m

inderjarigen • Mishandelde kinderen kom

en ongeveer twee keer

meer terecht in het bijzonder onderw

ijs • Wetenschappelijke studies tonen aan

dat kindermishandeling de kans vergroot op crim

ineel gedrag op latere leeftijd • U

it studies blijkt dat mishandelde en/of verw

aarloosde kinderen een slechtere leesvaardigheid vertonen, een lager IQ

hebben, vaker de school verlaten en ge-m

iddeld één jaar minder onderw

ijs genieten • Gew

eld van volwassenen tegen

kinderen komt veel m

eer voor dan geweld gepleegd door jongeren • Er is te

veel aandacht in de media en de politiek voor extreem

geweld en te w

einig voor dagdagelijks gew

eld: thuis, op school, in de vrije tijd, in instellingen, in religieuze gem

eenschappen, op straat • Gew

eld wordt dikw

ijls ontkend en onvoldoende erkend om

dat het cultureel aanvaard is: mediagew

eld, de ‘pedagogische’ tik, porno op het internet, ziekelijke verw

enning, emotionele verw

aarlozing • Internatio-naal onderzoek toont aan dat in één gezin op tien kinderen w

orden mishandeld

• Eén kind op vier in het basisonderwijs en één kind op zeven in het secundair

worden op school gepest • Eén fam

ilie op vijf wordt geconfronteerd m

et geweld

D/2207/5006/2

©U

NIC

EF België, 2007

Page 8: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

Institutioneel geweld: de situatie van m

inderjarige vluchtelingen in België 24

De heer B

enoît Van Keirsbilck, D

EI Belgique, lid van la C

oordination des ON

G pour les droits de l’enfant

Gew

eld tegen kinderen in de Franse Gem

eenschap: stand van zaken en 28

uitdagingen voor de toekomst

De heer Stéphan D

urviaux, Raadgever van de D

élégué général aux droits de l’enfant

Gew

eld tegen kinderen in de Vlaam

se Gem

eenschap: stand van zaken en 32

uitdagingen voor de toekomst

Mevrouw

Ankie Vandekerckhove, Kinderrechtencom

missaris

Het engagem

ent van de NG

O’s in het voorbereidende proces en de opvolging van

36de studie van de Verenigde N

aties over geweld tegen kinderen

Mevrouw

Nele W

illems, C

oördinator Kinderrechtencoalitie V

laanderen

Het engagem

ent van de Belgische overheid in het voorbereidende proces en de opvolging 42

van de studie van de Verenigde Naties over gew

eld tegen kinderenD

e heer Jan Deboutte, G

evolmachtigd M

inister, wd. D

irecteur-generaal van de Politiek,

FOD

Buitenlandse Z

aken

Dankw

oord en slot 46

Mevrouw

Isabelle Marneffe, D

irecteur Com

municatie en Program

ma’s U

NIC

EF België

Besluit en uitdagingen voor de toekomst

48

Nuttige links

50

©U

NIC

EF België

Page 9: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

dAnKWooRd

UN

ICEF B

elgië wenst alle instellingen en experten te bedanken voor hun deelnam

e aan de Conferentie over het gew

eld tegen kinderen, die plaatsvond in het Egm

ontpaleis op 6 december 2006:

de Kinderrechtencom

missaris,

de Délégué général aux droits de l’enfant,

de Kinderrechtencoalitie V

laanderen,

de Coordination des O

NG

pour les droits de l’enfant,

de Vereniging voor de Verenigde Naties.

Een hartelijke dank gaat ook uit naar Prof. Paolo Pinheiro, de onafhankelijke expert belast met de w

ereldstudie over gew

eld tegen kinderen.

We w

illen ook uitdrukkelijk Jean Lieby van UN

ICEF N

iger bedanken, Dr. Etienne K

rug, Directeur van de afdeling voor

preventie van letsel en geweld van de W

GO

en de UN

ICEF-vrijw

illigers die een grote bijdrage geleverd hebben aan de vertaling van dit docum

ent.

Deze conferentie is tot stand kunnen kom

en dankzij de steun van de FOD

Buitenlandse Z

aken, het Kinderrechten-

comm

issariaat en de Franse Gem

eenschap.

©U

NIC

EF België

Page 10: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

VooRWooRd

Gew

eld tegen kinderen heeft geen aardrijkskundige, raciale, sociale noch culturele grenzen. Het kom

t voor in het gezin, op school, in zorg- en detentie-instellingen, op de w

erkvloer en op straat. De plegers van dit gew

eld kunnen ouders zijn, leerkrachten, opvoeders, de overheid en som

s ook andere kinderen. Somm

ige kinderen zijn bijzonder kwetsbaar door hun

geslacht, hun etnische of sociale afkomst, hun handicap of hun sociaal statuut. G

een enkel land, arm of rijk, ontkom

t er aan.

De gevolgen van gew

eld tegen kinderen kunnen dramatisch zijn. In de ergste gevallen, leidt het tot de dood. M

aar zelfs als een kind dit gew

eld overleeft, kan het er pijnlijke fysieke of emotionele gevolgen aan overhouden, som

s zijn heel leven lang. G

eweld heeft gevolgen op de gezondheid van kinderen, m

aar ook op hun leervermogen en hun groeiproces.

De strijd tegen gew

eld tegen kinderen is gelinkt aan de Millennium

doelstellingen. Lager onderwijs zal een utopie blijven

zolang kinderen niet veilig zijn op school. HIV

/aids zal niet uitgeroeid zijn zolang alle geweld tegen m

eisjes niet verbannen w

ordt. Gew

eld tegen kinderen staat ook gendergelijkheid in de weg.

De im

pact van geweld tegen kinderen w

ordt zeer ruim besproken in de Studie van de Verenigde N

aties over geweld tegen

kinderen (2006). Deze studie form

uleert eveneens antwoorden om

dit geweld een halt toe te roepen. D

e Staten hebben de eerste verantw

oordelijkheid in de strijd om gew

eld tegen kinderen te voorkomen en te stoppen.

In alle sectoren – van gezondheid tot onderwijs en justitie - m

oeten er inspanningen geleverd worden op alle niveaus:

lokaal, regionaal, nationaal en internationaal.O

ok de civiele maatschappij en de burgers zelf hebben hierin een belangrijke rol te spelen.

Gew

eld tegen kinderen is nooit te rechtvaardigen en het is ook nooit onvoorkomelijk. W

e weten w

at aan de grond ligt van gew

eld. Gew

eld tegen kinderen kan dus voorkomen w

orden.

Dit docum

ent is het verslag van de Conferentie over gew

eld tegen kinderen in België en in de wereld, die doorging in het

Egmontpaleis op 6 decem

ber 2006.

We m

oeten geweld tegen kinderen stoppen en het K

inderrechtenverdrag doen naleven. We hebben in deze strijd allem

aaleen verantw

oordelijkheid.

©U

NIC

EF België

M

arc Van Boven

Ankie Vandekerckhove C

laude Lelièvre

VoorzitterUN

ICEFBelgië

VlaamsKinderrechtencom

missaris

Déléguégénéralauxdroitsdel’enfant

vandeFranseGem

eenschap

K

arin Maes

Manuel Lam

bert Prof. D

r. Jan Wouters

Voorzitstervande

VoorzittervandeVoorzittervandeVerenigingvoor

KinderrechtencoalitieVlaanderen

CoordinationdesO

NG

deVerenigdeN

aties

pourlesdroitsdel’enfant(C

OD

E)

Page 11: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

dames en heren,

Het is m

ij een waar genoegen u deze nam

iddag, namens

de Minister van Buitenlandse Zaken, w

elkom te heten op

deze conferentie die in het teken staat van geweld tegen

kinderen in België.H

et initiatief voor deze conferentie, die samenvalt m

et het bezoek van Professor Pinheiro aan ons land, w

erd ge-nom

en door UN

ICEF België.

De organisatoren hebben deze conferentie w

illen open-stellen voor een zeer breed segm

ent van actoren, zowel uit

de particuliere sector als uit de overheidssector, die belast zijn m

et de bescherming van de rechten van het kind in

ons land.

Ik wens bij deze gelegenheid de voorzitter van U

NIC

EF België, de heer M

arc Van Boven, te danken en te felici-teren.D

e Belgische afdeling van UN

ICEF, die in 1952 w

erd opgericht, is onm

iskenbaar één van de meest bekende en

meest gew

aardeerde organisaties in ons land.Van bij zijn oprichting stond U

NIC

EF België symbool

voor het liefdadigheidswerk voor kinderen in ons land en

doorheen de jaren groeide het uit tot een dynamische én

efficiënte ondernem

ing.

De leidinggevende kw

aliteiten van de bestuursploeg, de internationale bekendheid en het prestige van de be-scherm

heren –en vrouwen, de toew

ijding van de talrijke vrijw

illigers die onafgebroken in contact staan met de

bevolking, het veldwerk in de ontw

ikkelingslanden, de beschikking over steeds m

eer financiële middelen van een

groeiend aantal schenkers, maken U

NIC

EF België tot een parel onder de talrijke nationale afdelingen die bijdragen aan de activiteiten en de program

ma’s voor kinderen die

door de hoofdzetel in New

York worden opgezet.

Professor Pinheiro, ik heet u welkom

in ons midden.

U bent een internationaal gerenom

meerde autoriteit en

een van de boegbeelden van de Verenigde Naties.

Na universitaire studies in uw

eigen land Brazilië en in Frankrijk w

erd u universiteitsprofessor. U bekleedt ver-

schillende leerstoelen. U

heeft ook hoge politieke functies waargenom

en als Staatssecretaris m

et de rang van Minister voor de Rechten

van de Mens.

Dankzij uw

overtuiging, bekwaam

heid en internationale ervaring kon u het m

andaat van bijzondere rapporteur van de C

omm

issie van de Rechten van de Mens over de

situatie in Birma (M

yanmar) m

et succes uitvoeren. M

aar vandaag luisteren we vooral naar u als onafhanke-

lijke deskundige die op vraag van de Algemene Vergade-

ring van de Verenigde Naties belast is m

et een studie over gew

eld op kinderen.

Ik verwelkom

bij deze ook de vertegenwoordigers van in-

ternationale instellingen en van tal van Belgische ngo’s die een actieve en onontbeerlijke bijdrage leveren aan de ver-dediging en de bescherm

ing van de rechten van het kind.D

ames en heren, de opdracht w

aarmee u vanm

iddag w

ordt gelast, is opgebouwd rond tw

ee hoofdthema’s :

1 H

et onderzoek van de verschillende vormen van ge-

weld op w

ereldschaal zoals die worden opgesom

d in de studie van Professor Pinheiro : ontstaan, gevolgde w

erkmethodes, analyse van de geform

uleerde aanbe-velingen, richtlijnen voor de verdere opvolging.

2 D

aarbij aansluitend, een onderzoek van de toestand in eigen land zoals die w

ordt waargenom

en door vertegenw

oordigers van de gemeenschapsoverheden

op het vlak van de bescherming van het kind en zijn

rechten.

In de loop van de debatten zullen we ook tw

ee zeer hei-kele punten aanraken: de toestand van niet-begeleide

buitenlandse minderjarigen in België en het gebruik van

geweld op gehandicapte kinderen in een Afrikaans land.

Dit them

a krijgt een nieuwe dim

ensie met de nakende

aanvaarding door de Algemene Vergadering van de V

N

van het internationaal verdrag over de fundamentele rech-

ten van personen met een handicap.

Een gedeelte van deze conferentie zullen we ook besteden

aan welke houding w

e moeten aannem

en, welk engage-

ment zich aandient ten aanzien van de aanbevelingen van

de studie van de onafhankelijke expert.

dames en heren,

In 1996 werd ons land grondig dooreen geschud door

daden van extreem gew

eld.Elke Belg herinnert zich die onzalige zom

er. De ontdek-

king van het stoffelijk overschot van twee jonge m

eisjes en tw

ee ontvoerde en gemartelde adolescenten : het w

erk van gew

etenloze misdadigers zou in België een collectieve

emotie zonder voorgaande tew

eeg brengen bij een pu-blieke opinie die al eerder getraum

atiseerd werd door een

aaneenschakeling van onopgeloste verdwijningen en de

ogenschijnlijke machteloosheid van de overheid.

De Zaak D

utroux zou de wereld rondgaan.

Het w

as onze Vorst die als eerste reageerde op het tragische lot van de fam

ilie van de slachtoffers. Hij ontving hen en

eiste de volledige opheldering rond de verdwijningen. H

ij ontbood een ronde tafel op het Paleis rond de m

ishande-ling en verdw

ijning van kinderen, en dit twee dagen vóór

de Witte M

ars die meer dan 300.000 m

ensen in Brussel op straat bracht.

Op het initiatief van onze K

oning volgde eveneens een ac-tieplan van de regering gericht op het oprichten van een gerechtelijk systeem

en van een Onderzoekscom

missie naar

de disfuncties binnen de diensten van politie en gerecht.

Op internationaal vlak nam

België verschillende initiatie-ven in uiteenlopende Europese en Internationale organi-saties (EU

, Raad van Europa, O

ESO en V

N) ter bevor-

dering van een gemeenschappelijke sam

enwerking in de

strijd tegen extreme vorm

en van geweld op kinderen. D

ie inspanningen hebben vandaag geleid tot een arsenaal aan nationale, regionale en internationale m

aatregelen.

Maar m

oeten we na tien jaar geen balans opm

aken? W

orden de rechten van het kind daadwerkelijk beter be-

schermd in België en in de w

ereld ? Is het geweld terug-

gedrongen ?In het licht van het ontoelaatbare gedrag dat w

e als voor-paginanieuw

s kregen voorgeschoteld, kan men daar op-

recht aan twijfelen: de laffe m

oord op een jongere in een Brussels station, de ontvoering en later de ontdekking van tw

ee meisjeslijken in Luik in juni... in om

standigheden die pijnlijke herinneringen w

akker maakten w

aarvan we

ons sinds lang verlost waanden.

Al deze tragische gebeurtenissen mogen ons evenw

el het lijden niet doen vergeten van andere kinderen : op school, binnen het gezin, op de w

erkvloer of in instellingen. Lijden dat de pers niet haalt.D

e studie van professor Pinheiro onderstreept hoezeer de aanslagen op de integriteit van kinderen w

ereldwijd nog

toenemen...

Hoe schokkend ook, deze vaststellingen m

oeten ons aanzetten tot nog m

eer waakzaam

heid. de strijd voor

het respect, de bescherming en de rechten van het kind en

van àlle kinderen is een van de nobelste streefdoelen van deze tijd. onafgebroken en op alle echelons m

oet de strijd voortgaan.

Ons land is vastbesloten zich aan te sluiten bij alle m

aat-regelen die bijdragen tot “a w

orld fit for children” en alle internationale verbintenissen voluit na te leven die het onderschreef door de ratificering van het Verdrag inzake de Rechten van het K

ind en de bijhorende protocols, het aanvaarden van de doelstellingen van de M

illeniumver-

klaring en door zich aan te sluiten bij de inhoud van het slotdocum

ent van de jongste Speciale Zitting van de Al-gem

ene Vergadering van de Verenigde Naties gew

ijd aan het kind.

Het zal de aanbevelingen van de studie van Professor Pin-

heiro met de grootste aandacht bestuderen en binnen de

bevoegdheden van de verschillende overheden belast met

kinderen maatregelen treffen die het m

eest gepast lijken bij w

ijze van opvolging.

De toekom

st is nu reeds de volle eigendom van onze kin-

deren. Maar ook voor vandaag m

oeten we m

et z’n allen w

erken aan een betere wereld voor het kind.

110

11

Het engagem

ent van België bij de voorbereiding en de follow-up

van de studie van de Verenigde Naties over gew

eld tegen kinderen

Jan GR

AU

LS, Voorzitter van het Directiecom

ité, FOD

Buitenlandse Z

aken

©UNICEF België

Page 12: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

212

1�

Mijnheer de Am

bassadeur, Beste vrienden en collega’s,

Eerst en vooral zou ik Mijnheer de Am

bassadeur Jan G

rauls en de Minister van Buitenlandse zaken w

illen be-danken voor het ter beschikking stellen van deze m

ooie zaal van het Egm

ont Paleis en voor hun enagement ten

aanzien van kinderen. Ik zou alle partners van UN

ICEF

België willen bedanken voor hun sam

enwerking bij de or-

ganisatie van dit evenement.

Ik zou graag het belang van deze conferentie willen onder-

strepen. Deze conferentie w

il een forum zijn voor discus-

sie, comm

unicatie en planning om vooruitgang te boeken

op nationaal en internationaal vlak. Dankzij u en alle

partners die hier rond de tafel zitten, maar ook dankzij de

bestaande middelen om

kinderen te beschermen, kunnen

we hopen op significante veranderingen om

een einde te stellen aan gew

eld tegen kinderen.

Professor Pinheiro, die de Studie van de VN

over geweld

tegen kinderen geleid heeft, doet ons de eer deze namid-

dag aanwezig te zijn. D

eze Studie werd op11 oktober ll.

voorgesteld aan de Algemene Vergadering van de Verenig-

de Naties. Ik ben ook zeer verheugd u te m

elden dat op 22 novem

ber ll. de VN

een resolutie over de rechten van het kind hebben aangenom

en, die de aanbevelingen van de studie bekrachtigt.

De aanbevelingen die tot voor kort nog die van de on-

afhankelijke expert waren, zijn nu de aanbevelingen van

alle lidstaten van de VN

. Toch hebben talrijke landen en regio’s niet gew

acht op deze resolutie om initiatieven te

nemen om

geweld tegen kinderen te doen stoppen. D

eze initiatieven zijn van cruciaal belang om

de aanbevelingen van de studie toe te passen en om

significante veranderin-gen te brengen in het leven van kinderen.

Zo is België bijvoorbeeld erg betrokken geweest in heel

het voorbereidingsproces van de Studie. Ons land heeft

een vragenlijst beantwoord in 2004, heeft deelgenom

en

aan de regionale Consultatie van de Europese en C

en-traal-Aziatische landen in juli 2005 en heeft een deel van de Studie gefinancierd. België heeft ook in N

ew York

gedurende meerdere w

eken met veel energie onderhan-

deld voor de Resolutie over de Rechten van het Kind. D

e kinderrechtenorganisaties hebben eveneens van nabij het voorbereidingsproces van de Studie over gew

eld tegen kinderen opgevolgd.

U ziet het, de opvolging van deze w

ereldwijde studie is

erg belangrijk en geeft ons de gelegenheid om onze blik

te verruimen, verder te zien dan de V

laamse en Franse

Gem

eenschap en ons naar de wereld toe te keren.

Gew

eld tegen kinderen voorkomen en bestrijden is een

prioriteit van UN

ICEF en de opvolging van deze Studie

maakt integraal deel uit van de planning van U

NIC

EF voor de kom

ende jaren. UN

ICEF zal de aanbevelingen

van de Studie over geweld tegen kinderen toepassen in

zijn werk m

et zijn partners, maar ook in zijn ontw

ikke-lingsprogram

ma’s m

et regeringen.

UN

ICEF heeft reeds opvolgingsacties naar aanleiding van

de Studie gepland in zijn actieplan 2006-2009. Dit om

-vat het verspreiden van de resultaten van de Studie, m

aar ook pleidooi- en com

municatieactiviteiten om

geweld te

voorkomen en te bestrijden.

UN

ICEF w

erkt in alle domeinen die de Studie beslaat,

maar een aantal hiervan zijn prioritair. D

eze omvatten de

promotie van scholen zonder gew

eld, preventie van sek-sueel gew

eld en HIV

/aids, steun aan de meest kw

etsbare gezinnen en aan kinderen die gescheiden zijn van hun ouders, steun aan het sociale en em

otionele welzijn van

kinderen, jeugdrecht en de vermindering van opsluiting

van kinderen alsook de ontwikkeling van gegevens en in-

dicatoren om gew

eld tegen kinderen te meten.

Wat de conferentie van deze nam

iddag betreft, meen ik

dat alles wat w

e zullen zeggen waardeloos is, als w

e niet in staat zijn het dagdagelijkse leven van kinderen te verande-ren. D

aarvoor moeten w

e allemaal sam

en handelen. We

kennen maar al te goed de gevolgen van een gebrek aan

bescherming van de kinderen.

Ik hoop dat we op het einde van deze conferentie een dui-

delijk idee zullen hebben van hoe we kunnen sam

enwer-

ken om gew

eld tegen kinderen een halt toe te roepen. En om

regeringen, ngo’s, de media, de privé-sector, ouders,

leerkrachten, al diegenen die met kinderen w

erken, maar

ook de kinderen zelf daarvoor te mobiliseren.

Voor ik het woord aan de anderen laat, zou ik nog graag

deze dag van 6 december w

illen opdragen aan de dui-zenden kinderen die deelgenom

en hebben aan de Studie van de V

N over het gew

eld tegen kinderen, en aan de m

iljoenen kinderen in de wereld die het slachtoffer zijn

van geweld.

Ik dank u.

Verwelkom

ing

Marc V

AN

BO

VE

N, Voorzitter U

NIC

EF België©UNICEF België

Page 13: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

1��

NaareenVN

Studieovergeweldtegenkinderen:

Geweld tegen kinderen: een w

ereldwijd probleem

Sinds 1986 zijn er talloze internationale standaarden en m

echanismen ontw

orpen voor de bescherming van kin-

deren. Toch bestaat er nog steeds een enorme kloof tussen

de internationale verdragen en nationale wetten, enerzijds,

en wat kinderen elke dag ervaren, anderzijds. Eén van de

meest ernstige problem

en die kinderen vandaag treffen is gew

eld. Enkele cijfers illustreren dit. In 2000 werden

57.000 kinderen onder de 15 jaar opgegeven als vermoord.

De m

eest voorkomende doodsoorzaken w

aren hoofd- en buikletsels en opzettelijke verstikking. In het Verenigd K

o-ninkrijk lopen baby’s onder één jaar vier keer m

eer risico om

het slachtoffer van een moord te w

orden dan eender w

elke andere leeftijdsgroep; in de meeste gevallen zijn de

ouders de daders. De W

ereldgezondheidsorganisatie schat dat 40 m

iljoen kinderen onder de 15 jaar misbruikt en

verwaarloosd w

orden, terwijl naar schatting 100 m

iljoen vrouw

en en meisjes één of andere vorm

van traditionele praktijken zoals vrouw

enbesnijdenis hebben ondergaan.

het Kinderrechtenverdrag

Verschillende bepalingen uit het Kinderrechtenverdrag

van 1989 bieden bescherming tegen gew

eld. Zo be-scherm

t artikel 24 kinderen tegen schadelijke traditionele praktijken, verbiedt artikel 34 seksuele uitbuiting van kinderen en vrijw

aart artikel 37 kinderen van foltering of andere w

rede, onmenselijke of onterende behandelin-

gen of bestraffingen. C

entraal in de bescherming van kin-

deren tegen geweld staat echter artikel 19, dat het recht

op fysieke en persoonlijke integriteit van kinderen waar-

borgt. Dit artikel vereist im

mers dat Staten een verschei-

denheid aan maatregelen nem

en om kinderen te bescher-

men tegen allerlei vorm

en van geweld. Tot deze vorm

en van gew

eld behoren lichamelijk of geestelijk gew

eld, letsel of m

isbruik, lichamelijke of geestelijke verw

aarlozing of nalatige behandeling en m

ishandeling of uitbuiting, met

inbegrip van seksueel misbruik. D

e tweede paragraaf van

artikel 19 beschrijft mogelijke bescherm

ende maatrege-

len, zoals sociale programm

a’s om te voorzien in de no-

dige ondersteuning van het kind en diegenen die de zorg voor het kind hebben.

het Comité voor de Rechten van het Kind

Het K

inderrechtenverdrag voorziet tevens in de oprichting van een C

omité voor de Rechten van het K

ind om toe

te zien op de naleving van haar bepalingen. Dit C

omité

bestaat uit achttien onafhankelijke experts die de perio-dieke rapporten van de verdragspartijen evalueren. Bij de beoordeling van deze landenrapporten, heeft het C

omité

artikel 19 uitvoerig besproken en uitgelegd.

Het C

omité heeft opm

erkingen geformuleerd bij ver-

schillende vormen van gew

eld die de omschrijving van

geweld in artikel 19 verm

eldt. ‘Mentaal gew

eld’ bijvoor-beeld, om

vat vernedering, kwelling, verbaal m

isbruik, de effecten van isolatie en andere praktijken die psycholo-gische schade veroorzaken of tot gevolg kunnen hebben. W

at betreft ‘letsel of misbruik’ m

oet worden gew

ezen op het in 1994 door de W

ereldgezondheidsorganisatie opge-stelde protocol voor het identificeren en registreren van fysiek m

isbruik. Kinderverw

aarlozing (‘lichamelijke of

geestelijke verwaarlozing’) bestaat in verschillende vorm

en en gradaties en kom

t in elke samenleving voor. Landen

met hoog ontw

ikkelde economieën en sociale voorzie-

ningen waar een hoge tew

erkstellingsgraad voor vrouwen

wordt bereikt, kennen bijvoorbeeld het fenom

een van ‘sleutel-op-de-deur’ kinderen. M

et de verwijzing naar ‘na-

latige behandeling’ rijst o.a. de kwestie van ongelukken

met kinderen. D

e toevoeging van de woorden ‘m

ishande-ling of exploitatie, m

et inbegrip van seksueel misbruik’ in

de definitie benadrukt de bedoeling van de opstellers van het Verdrag om

de bescherming door artikel 19 zo ruim

m

ogelijk op te vatten.

Dat het C

omité een ruim

e interpretatie van artikel 19 voorstaat, blijkt uit de onderstaande selectie van onder-w

erpen waar het C

omité zich heeft m

ee beziggehouden. H

et Com

ité heeft herhaalde malen benadrukt dat lijfstraf-

fen thuis, op school of in andere instellingen en in het strafrechtssysteem

onverenigbaar zijn met het K

inderrech-tenverdrag. H

oewel artikel 24 een specifieke verw

ijzing inhoudt naar traditionele praktijken, kom

en dergelijke praktijken ook binnen het dom

ein van artikel 19 indien ze gew

eld meebrengen of schadelijk zijn voor de gezondheid.

Ook bescherm

ing tegen zelfmoord(pogingen) en andere

vormen van zelfpijniging valt onder de bevoegdheid van

artikel 19. Zo heeft een toename in de zelfm

oordcijfers onder bepaalde leeftijdscategorieën van kinderen in som

-m

ige geïndustrialiseerde landen voor bezorgdheid gezorgd bij het C

omité dat onderzoek en verdere actie heeft voor-

gesteld. Ongerustheid over het niveau van interpersoon-

lijk geweld in W

esterse samenlevingen heeft geleid tot een

speciale focus op het mogelijke effect van gew

elddadige beelden in de m

edia op kinderen. De vrees bestaat dat fre-

quente blootstelling aan dergelijke beelden kinderen on-gevoelig kan m

aken voor geweld en hen zou kunnen aan-

moedigen om

dergelijk gewelddadig gedrag te im

iteren. 1

discussiedagen2

Naast toezicht op de naleving van het Verdrag, orga-

niseert het Com

ité andere activiteiten, waaronder jaar-

lijkse discussiedagen. De bedoeling is dat op dergelijke

publieke bijeenkomsten een w

elbepaald kinderrechten-them

a wordt besproken.

Naast discussiedagen over uiteenlopende andere them

a’s, heeft het C

omité tw

ee discussiedagen gewijd aan gew

eld tegen kinderen. In 2000 kw

am overheidsgew

eld tegen kinderen aan bod. Tw

ee werkgroepen bogen zich over

mishandeling, m

isbruik en verwaarlozing van kinderen in

handen van de Staat en over geweld tegen kinderen in de

context van openbare orde en veiligheid. De discussiedag

in 2001 had geweld tegen kinderen binnen de fam

ilie en in scholen als them

a.

Eén van de hoofddoelstellingen van deze bijeenkomsten

was het form

uleren van aanbevelingen. Beide discussie-dagen leidden dan ook tot een hele reeks aanbevelingen. K

rachtens artikel 45, c, van het Kinderrechtenverdrag

kan het Com

ité voorstellen dat gespecialiseerde studies w

orden uitgevoerd betreffende specifieke thema’s die be-

trekking hebben op de rechten van het kind. De belang-

rijkste aanbeveling betrof dan ook de vraag aan de Se-cretaris-G

eneraal om, via de Algem

ene Vergadering, een internationale studie uit te voeren over gew

eld tegen kin-deren. D

e aanbeveling bevatte een expliciete verwijzing

naar het rapport van Graça M

achel over de impact van

gewapende conflicten op kinderen. D

e studie over geweld

zou even grondig en invloedrijk moeten zijn.

De aanbeveling van het C

omité w

erd overgenomen door

de Algemene Vergadering in een resolutie van 19 decem

-ber 2001. 3 O

mw

ille van de aanslagen op de WT

C-torens

werd de in septem

ber 2001 geplande speciale zitting van de Algem

ene Vergadering over Kinderen uitgesteld. D

aar-op nam

de Algemene Vergadering tijdens haar gew

one, jaarlijkse sessie in het najaar haar gebruikelijke resolutie over de rechten van het kind aan. H

et is in deze reso-lutie dat de Secretaris-G

eneraal wordt gevraagd om

een diepgaande studie uit te voeren over het vraagstuk van gew

eld tegen kinderen, daarbij rekening houdend met de

uitkomst van de uitgestelde K

inderrechtentop. Deze top

vond uiteindelijk plaats in het voorjaar van 2002. Ter uit-voering van het verzoek van de Algem

ene Vergadering, benoem

de de Secretaris-Generaal op 12 februari 2003

Prof. Sergio Pinheiro als onafhankelijke expert om de stu-

die te leiden.

Voorgeschiedenis van de totstandkoming van

de studie van de Verenigde Naties over gew

eld tegen kinderen

Véronique JOO

STEN

, Vereniging voor de Verenigde Naties

14

1 R

. HO

DG

KIN

en P. NEW

ELL, Implem

entation Handbook for the C

onvention on the Rights of the C

hild, New

York, UN

ICEF, 1998, 237-255.

2 D

e verslagen van deze discussiedagen kunnen teruggevonden worden op de w

ebsite van het Hoog C

omm

issariaat voor de Rechten van de Mens: http//w

ww. ohchr.ch (link

naar het Com

ité voor de Rechten van het Kind.

3 A/R

ES/56/138, OP 5 c).

©UNICEF België

Page 14: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

1�4

Excellenties, dames en heren,

Het is voor m

ij een eer hier in het Egmontpaleis w

eer aan-w

ezig te mogen zijn, vier jaar na de voorstelling van het

rapport van de Wereldgezondheidsorganisatie (W

HO

) over gew

eld en volksgezondheid, om vandaag de studie

voor te stellen die ik heb gecoördineerd in opdracht van de Secretaris-G

eneraal over geweld tegen kinderen. D

eze tw

ee gebeurtenissen en de steun die België van bij het be-gin aan deze tw

ee studies heeft verleend getuigen concreet van de inzet van de Belgische regering voor de bevorde-ring van de m

ensenrechten en de preventie van elke vorm

van geweld.

Mijnheer de M

inister, sta mij toe u m

ijn hartelijke dank te betuigen voor de steun die uw

regering voortdurend heeft verleend. Ik ben ervan overtuigd dat u die steun zal blijven verlenen nu een tw

eede essentiële fase wordt aan-

gevat, met nam

e de uitvoering van de aanbevelingen die in de studie w

orden geformuleerd.

Ik dank ook UN

ICEF België voor zijn bijdrage aan de

organisatie van dit evenement, voor zijn hulp gedurende

het hele proces dat leidde tot de realisatie van deze stu-die en voor het geduld dat het heeft getoond om

mij toe

te laten hier vandaag aanwezig te zijn ondanks m

ijn zeer drukke agenda.

Excellenties, dames en heren,

Gew

eld is nooit te rechtvaardigen. Gew

eld tegen kin-deren is niet onvoorkom

elijk. Wij kunnen en m

oeten dit gew

eld voorkomen. dat is een van de sleutelboodschappen

van deze Studie.

De studie van de Secretaris-G

eneraal van de Verenigde N

aties is een nooit eerder ondernomen initiatief dat een

wereldw

ijd beeld wil tekenen van gew

eld tegen kinderen, de frequentie en de oorzaken ervan en dat concrete aanbe-velingen w

il formuleren om

gewelddaden te voorkom

en en in te perken.

Deze studie, zoals gezegd de eerste in zijn genre over dit

onderwerp, vorm

t een uiterst belangrijk instrument om

eindelijk de aandacht te vestigen op dit wereldw

ijd pro-bleem

. Het is ook de eerste globale studie die, van bij

de start, mensenrechten, bescherm

ing van het kind en volksgezondheid in hun nauw

e samenhang w

enste te be-handelen en het probleem

van het geweld tegen kinderen

vanuit die samenhang w

ilde behandelen. Haar ultiem

e doel is de regeringen aan te sporen hun verplichtingen na te kom

en om gew

eld tegen kinderen te voorkomen en

uit te bannen.

De lidstaten zijn reeds verbintenissen aangegaan om

de kinderen te bescherm

en tegen iedere vorm van gew

eld. H

et Verdrag inzake de Rechten van het Kind, geratificeerd

door nagenoeg alle lidstaten van de Verenigde Naties, is

de meest duidelijke uitdrukking van deze verbintenis. W

ij m

oeten echter toegeven – op basis van de getuigenissen die de kinderen zelf in de loop van de studie hebben gege-ven en gezien de resultaten van verricht onderzoek – dat deze verbintenissen verre van gerespecteerd w

orden.

De lidstaten m

oeten onverwijld een antw

oord geven op de studie. Iedere sam

enleving, ongeacht haar culturele, econom

ische of sociale verworvenheden, kan en m

oet een einde stellen aan het gew

eld tegen kinderen. Zeker, de uitdagingen zijn talrijk, m

aar niets doen is in geen enkele situatie te rechtvaardigen.

Excellenties, dames en heren,

De geschiedenis van het gew

eld tegen kinderen is de ge-schiedenis van de stilte. Vaak onzichtbaar en verborgen, blijft gew

eld een onbekende voor de systemen van kin-

derbescherming en van gegevensverzam

eling. De ontoe-

reikendheid van de systemen die ons inform

atie moeten

bezorgen over volksgezondheid en justitie wereldw

ijd m

aakt het ons buitengewoon m

oeilijk om de om

vang van het probleem

in te schatten en stelt ons bijgevolg ook niet in staat de im

pact in te schatten van de initiatieven ter preventie en bestrijding van het gew

eld.

Gew

eld is altijd “dichterbij” dan we zouden w

illen den-ken. D

e bestaande gegevens tonen aan dat, afgezien van enkele onvoorziene en geïsoleerde gevallen, het m

eren-deel van de gew

elddaden tegen kinderen gesteld worden

door mensen die deel uitm

aken van hun leven : ouders, schoolkam

araden, leerkrachten, werkgevers, vriendjes en

vriendinnetjes, echtgenoten en partners.

Enkele voorbeelden geven een idee van de types van ge-w

eld waarvan kinderen het slachtoffer zijn:

• volgens een schatting van de WH

O hebben 100 à 140

miljoen m

eisjes en vrouwen w

ereldwijd een of andere

vorm van genitale verm

inking ondergaan;• studies uit een groot aantal landen, over de hele w

ereld, tonen aan dat 80 %

tot 98 % van de kinderen thuis

lijfstraffen krijgen en dat een derde of meer onder hen

zeer zware straffen toegediend krijgen m

et allerhande instrum

enten;• bij een w

ereldwijde enquête over gezondheid in de

scholen, dat gehouden werd in een groot aantal ont-

wikkelingslanden, gaven 20 à 65 %

van de kinderen aan dat zij in de loop van de voorbije 30 dagen verbaal of fysiek m

ishandeld werden. D

it soort behandeling kom

t eveneens zeer geregeld voor in de geïndustriali-seerde landen.

Het voortbestaan van traditionele gebruiken die scha-

delijk zijn voor de gezondheid van kinderen, lijfstraffen, confrontaties in scholen,…

dit alles heeft tot gevolg dat de m

aatschappij geweld al te vaak banaliseert. H

ierin schuilt een enorm

gevaar voor bestendiging. In die mate zelfs dat

kinderen ertoe kunnen worden gebracht fysiek, seksueel

en psychologisch geweld als norm

aal en onvermijdelijk te

beschouwen.

Fysieke en vernederende straffen om discipline bij te

brengen, brutaliteit en pesterij worden vaak als norm

aal beschouw

d, vooral wanneer er geen sprake is van een

‘zichtbare’ of blijvende wonde. D

it blijkt ook uit het ont-breken van een expliciet w

ettelijk verbod op lijfstraffen. D

eze kleine kier zet echter de deur wijd open naar al-

lerlei vormen van gew

eld die ook uiterst zware gevolgen

hebben voor het leven van jongens en meisjes van ver-

schillende leeftijdscategorieën. Ik ben er mij van bew

ust dat in België een belangrijk debat gevoerd w

ordt over de nood aan een expliciet w

ettelijk verbod op alle vormen

van lijfstraffen en ik ben ervan overtuigd dat er rekening zal w

orden gehouden met de positie van de R

aad van Eu-

ropa en de beslissing van het Europees Com

ité voor de Sociale Rechten. •

Volgens de WH

O zouden in 2002 150 m

iljoen meis-

jes en 73 miljoen jongens beneden 18 jaar tot een sek-

suele relatie zijn gedwongen of andere vorm

en van seksueel gew

eld hebben ondergaan. •

De Internationale Arbeidsorganisatie (ILO

) schat dat 218 m

iljoen kinderen in 2004 verplicht werden

te werken, 126 m

iljoen onder hen in gevaarlijke beroepen;

• Een laatste, al even vreselijk cijfer: steunend op be-perkte nationale gegevens raam

de de WH

O het aantal

vermoorde kinderen w

ereldwijd in 2002 op 53 000 !

Kinderen kennen vaak de kanalen niet om

het geweld aan

te klagen, of zijn bang om dat te doen. O

ok het stigma

dat slachtoffers ervaren en de relatie die zij vaak hebben m

et de geweldplegers zijn factoren die dit isolem

ent kun-nen beïnvloeden en die in de praktijk het gew

eld in stand houdt of zelfs nog laat verergeren.

16

Voorstelling van de studie van de Verenigde Naties

over geweld tegen kinderen

Paolo Sergio PIN

hE

IRO

, Onafhankelijk expert belast m

et de studie van deVerenigde N

aties over geweld tegen kinderen

©UNICEF België

Page 15: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

181�

De im

pact van geweld laat zich in de hele gem

eenschap voelen. Seksgerelateerd gew

eld houdt meisjes w

eg van de school en heeft, breder gesteld, gevolgen op het gebied van onderw

ijs, hygiëne en samenleving.

Gew

eld lokt geweld uit: kinderen die zelf w

erden mis-

handeld zullen in hun latere leven meer kans lopen zelf

slachtoffers of plegers te worden van gew

elddaden.

Gew

eld houdt armoede, analfabetism

e en vroegtijdige m

ortaliteit in stand. De fysieke, em

otionele en psycho-logische gevolgen van gew

eld ontnemen de kinderen de

kans op maxim

ale ontplooiing van hun capaciteiten.

Excellenties, dames en heren,

Wat kunnen w

e doen ? Hoe kunnen w

e het hoofd bieden aan de vele uitdagingen om

deze situatie te doen keren ? H

oe moeten w

e te werk gaan, rekening houdend m

et de econom

ische, sociale en culturele werkelijkheid van elk

land ?

De analyse van de antw

oorden die de regeringen op mijn

vagenlijst gaven en de slotbeschouwingen van het C

omité

voor de Rechten van het Kind tonen aan dat reeds heel

wat initiatieven w

erden genomen om

de diverse vormen

van geweld te voorkom

en en te bestrijden. Het probleem

van het gew

eld staat vaak centraal in de prioriteien van gouvernem

entele en niet-gouvernementele organisaties

overal ter wereld. D

e genomen m

aatregelen zijn echter vaak veeleer reacties die de nadruk leggen op de sym

p-tom

en en de gevolgen en niet op de oorzaken. De stra-

tegieën zijn eerder gefragmenteerd dan geïntegreerd en

de middelen die ter beschikking gesteld w

orden voor die m

aatregelen volstaan niet.

Van bij het begin van mijn m

andaat als expert heb ik be-loofd om

van mijn studie geen opsom

ming te m

aken van verschrikkingen m

aar wel een instrum

ent voor verande-ring. H

et rapport dat op 11 oktober jongstleden aan de Algem

ene Vergadering in New

York werd voorgelegd om

-vat een reeks algem

ene aanbevelingen die van toepassing zijn op alle activiteiten gericht op de preventie van gew

eld

tegen kinderen of op interventies wanneer het gew

eld zich voordoet. D

aarnaast zijn een aantal specifieke aanbevelin-gen geform

uleerd, gericht op het gezin, de school of andere opvoedingsinstellingen, toezichts- of detentie-instellingen, de w

erkplek en gemeenschap. Ik vernoem

hier slechts en-kele algem

ene aanbevelingen die me essentieel lijken en

een onmiddellijke follow

up van mijn rapport betreffen:

• D

e inzet en de acties op nationaal en lokaal niveau versterken– Ik stel voor dat alle landen in hun natio-naal actieplan een gediversifieerd en system

atisch ka-der opnem

en met het oog op de preventie en bestrij-

ding van geweld tegen kinderen. Specifiek voor België

stel ik voor dat de Nationale C

omm

issie die weldra zal

worden opgericht, de follow

-up van deze studie voor haar rekening neem

t. •

Verbod op iedere vorm van gew

eld tegen kinderen – Ik roep alle lidstaten op om

-zoals de internationale verdragen het ook eisen- iedere vorm

van geweld, in

iedere context, te verbieden, inclusief alle lijfstraffen, schadelijke traditionele praktijken zoals kindhuw

elij-ken of gedw

ongen huwelijken, genitale verm

inking bij vrouw

en en de zogeheten ‘eremoorden’, seksueel

geweld en foltering. D

e wet alleen zal de w

erkelijkheid niet veranderen, m

aar die werkelijkheid zal niet veran-

deren zonder de erkenning en de toepassing ervan. •

Voorrang aan preventie – Ik beveel de lidstaten aan om

van de preventie van geweld tegen kinderen een prio-

riteit te maken en de diepere oorzaken aan te pakken.

Mijn collega D

hr Krug kan praktische voorbeelden

geven van hoe geweld te bestrijden. H

et is een duide-lijk advies van de W

HO

: het voorkomen van gew

eld is cruciaal, alle inspanningen zouden op preventie m

oe-ten gericht zijn en daarvoor m

oeten alle mogelijke

middelen w

orden ingezet. Door het voorkom

en van gew

eld zal men ook de gevolgen ervan voorkom

en. •

Sensibilisering voor en bevordering van geweldloos-

heid als waarde- Ik stel voor dat de lidstaten en civiele

maatschapij zich inspannen om

de attitudes te wijzi-

gen die geweld tegen kinderen tolereert of banaliseert,

inclusief het traditionele rollenpatroon, de discrimi-

natie tussen jongens en meisjes, lijfstraffen en traditio-

nele gebruiken die schadelijk zijn voor de gezondheid van kinderen .

• Ik stel eveneens voor dat de lidstaten erop m

oeten toezien dat hun beleidsm

aatregelen en plannen ter bestrijding van gew

eld tegen kinderen genderspecifiek zouden w

orden geconcipieerd en toegepast en dat zij rekening houden m

et het verschil tussen de risico’s van gew

eld voor jongens en meisjes.

• Zonder betrouw

bare informatie kan gew

eld niet be -streden w

orden – Ik beveel aan dat de lidstaten hun system

en voor de verzameling van gegevens en infor-

matie verbeteren zodat kw

etsbare groepen kunnen w

orden geïdentificeerd, dat zij hun beleid en actie-plannen op alle niveaus bekend m

aken en de voor-uitgang geboekt op het terrein van de bestrijding van gew

eld tegen kinderen van nabij volgen.

Gedurende de totstandkom

ing van deze Studie heb ik vastgesteld dat in diverse landen m

ethoden en mechanis-

men w

erden ontwikkeld en uitgevoerd ter bestrijding van

geweld tegen kinderen. H

et zijn die methoden en m

echa-nism

en die nu moeten verspreid w

orden, rekening hou-dend m

et lokale, regionale of nationale specificiteiten, ten einde de aanbevelingen van dit rapport in praktijk om

te zetten:

• O

mbudspersonen voor kinderen zijn uiterst w

aarde-volle instrum

enten om de bescherm

ing van kinderen vooraan op de politieke agenda te plaatsen. Zij vorm

en ook belangrijke kanalen voor de inform

atiestroom tus-

sen regeringen, kinderen en de civiele maatschappij.

• O

ok de kinder- en jeugdtelefoons, de gratis tele-fonische hulplijnen, spelen een essentiële rol in het zo snel m

ogelijk ontdekken van geweld, terw

ijl zij ook de noodzakelijke hulp bieden aan een groot aantal kinderen.

• Een betere ondersteuning van slachtoffers kan ook w

orden gerealiseerd via de geïntegreerde centra voor slachtofferhulp, w

aar zowel gezondheid en veiligheid

als juridische aspecten de nodige aandacht krijgen. D

eze centra vergemakkelijken tevens de onder toe-

zichtplaatsing van kinderen op een en dezelfde plaats. Ik heb in Zuid-Afrika kunnen vaststellen w

elke im-

pact dergelijke centra kunnen hebben, en dit soort initiatieven m

oet verder worden ontw

ikkeld. •

Activiteiten ter bevordering van de participatie van

kinderen zijn eveneens van essentieel belang om het

debat te openen en oplossingen te vinden die aange-past zijn aan de reële behoeften van jongens en m

eisjes. O

ok hiervan heb ik de impact kunnen ondervinden in

landen als de Filippijnen, Palestina of Colom

bia. •

In landen waar de kloof tussen arm

en rijk groot is of w

aar de staatsstructuren niet correct werken, bestaat

grote nood aan programm

a’s die de armsten beter toe-

gang geven tot het rechtssysteem.

Wat voorafgaat, w

aren slechts enkele voorbeelden in een reeks activiteiten die de Studie heeft geïdentificeerd. W

ij hopen dat de follow

-up van dit rapport als katalysator zal fungeren voor een reeks acties die inderdaad in die rich-ting zullen gaan.

Excellenties, dames en heren,

In de talrijke gesprekken die ik had met kinderen, jongens

en meisjes van over de hele w

ereld, was het voelbaar dat

zij een enorme hoop stelden in deze studie. Voor hen is

het een uniek middel om

eindelijk een document in han-

den te hebben waarop zij kunnen steunen om

te kunnen zeggen : ‘ziehier w

aar jullie zich de komende m

aanden en jaren voor m

oeten inzetten’.

Gew

eld is niet te aanvaarden, niet te tolereren. De kinde-

ren verwachten veel van ons. Zij kunnen niet aanvaarden

dat deze studie niets meer is dan het zoveelste rapport dat

terecht komt in de boekenrekken van de w

ereld. Wij heb-

ben de plicht erover te waken dat zij zonder obstakels van

hun recht op een leven zonder geweld kunnen genieten.

de XIXde eeuw w

as de eeuw van de em

ancipatie en de erkenning van de rechten van de arbeiders. de XXste eeuw

bracht de em

ancipatie van de vrouw. de XXIste eeuw

moet

de eeuw van het kind w

orden. Zij wachten. Zij w

illen geen gew

eld meer, er niet m

eer mee geconfronteerd w

orden, van w

aar het ook komt, w

elke vorm het ook aanneem

t. dat is wat

de kinderen van ons verwachten.

Dank u.

Page 16: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

21

dames en heren,

Wij hebben getracht preventie van gew

eld in de spot-lights te zetten. H

et evenement dat vandaag georgani-

seerd wordt, toont de w

il van België om deze inspanning

te steunen op nationaal of internationaal niveau. Ik wil

mijn dank betuigen aan Prof. Paolo Pinheiro en onze col-

lega’s van de internationale organisaties, het Hoger C

om-

missariaat voor de M

ensenrechten,de NG

O’s en aan de

kinderen die aan de studie hebben deelgenomen. H

et is een om

vangrijk werk. Achter de scherm

en hebben hon-derden m

ensen hun bijdrage geleverd om te kom

en tot het resultaat dat w

ij vandaag kunnen voorleggen en dat onm

ogelijk zou geweest zijn zonder de bezielende leiding

van Prof. Pinheiro.

Vandaag is het Sinterklaas. In vele Belgische gezinnen zijn de kinderen vandaag koning. H

elaas is het niet voor alle kinderen feest. M

iljoenen kinderen zijn nog steeds, ook in België, slachtoffer van gew

eld thuis, op school, in hun gem

eenschap en dit vaak door de hand van iemand die

zij kennen en lief hebben. De situatie is dezelfde in heel

de wereld. G

eweld is overal aanw

ezig, in alle samenlevin-

gen van de wereld, tot w

elk geloof zij ook behoren, arm

of rijk. Daarin ligt het belang van deze studie: het is een

middel om

de alarmbel te luiden en aandacht te vragen

voor deze situatie die de hele wereld treft en alle lidstaten,

groot en klein. Ik ga niet herhalen w

at Paolo Pinheiro ons zojuist allemaal

heeft verteld. Enkel twee statistieken die m

ij persoonlijk

zeer nauw aan het hart liggen zou ik iets specifieker w

illen toelichten.

In onze wereld van vandaag leven 150 m

iljoen meisjes

en 75 miljoen jongens onder de 18 jaar die het slachtof-

fer zijn geweest van seksueel gew

eld. Wanneer m

en even nadenkt over de catastrofale gevolgen die een daad van seksueel gew

eld kan hebben voor het verdere leven van het slachtoffer, ziet m

en beetje bij beetje de omvang in

van het probleem w

aarover wij spreken.

Er zijn natuurlijk de fysieke trauma’s, som

s zelfs de dood, m

aar vaak ook een wonde. D

at is het meest zichtbare as-

pect. We hebben het ook over angst, stress en slapeloos-

heid die het gevolg kunnen zijn van dit soort daden. En dat gevolg laat zich voelen gedurende m

aanden, jaren, de rest van een leven.

Een recente studie heeft aangetoond dat de gevolgen nog verder gaan, dat slachtoffers van gew

eld meer risico lopen

om te roken, drinken of drugs te nem

en. Wetende dat

dit belangrijke risico’s zijn voor hart- en vaatziekten beseft m

en geleidelijk ook aan dat de gevolgen van geweld verder

strekken dan men zich vandaag kan voorstellen. D

e hier verm

elde studies zijn de beste waarover w

ij vandaag kun-nen beschikken, m

aar wanneer m

en over 20 jaar eenzelfde onderzoek doet, zal dit veel m

eer informatie opleveren

over de impact van gew

eld op het leven van de mensen.

Dit rapport is uniek. Bij m

ijn weten is het de eerste keer

dat een document van deze om

vang een drievoudige, geïntegreerde benadering van het probleem

voorstelt: vanuit de m

ensenrechten, de volksgezondheid én de jeugdbescherm

ing. Tot nog toe waren deze benaderingen

vertikaal gescheiden. Een van de grootste verdiensten van deze studie is dat w

ij verplicht waren te kijken naar w

at w

ij gemeenschappelijk hebben. W

e hadden allemaal het-

zelfde doel: geweld tegen kinderen voorkom

en. Maar w

e hebben uren, dagen, w

eken en zelfs jaren nodig gehad om

een gemeenschappelijke aanpak te vinden. Voortbouw

en op de sterktepunten van elk van de benaderingen bete-kende een grote stap voorw

aarts!

Het rapport toont aan dat gew

eld kan worden voorko-

men. H

et beschrijft de oorzaken: alcohol, drugs, sociale ongelijkheid, genderongelijkheid, een cultuur van gew

eld, de aanvaarding of banalisering ervan, stuk voor stuk be-langrijke factoren. M

aar het rapport toont vooral aan dat m

en deze oorzaken kan aanpakken. Gew

eld is niet iets

dat wij m

oeten aanvaarden. Het is duidelijk dat w

ij al die beschreven oorzaken kunnen aanpakken en preventiepro-gram

ma’s kunnen opzetten.

Somm

ige van die programm

a’s zijn reeds op een weten-

schappelijke manier geëvalueerd en zijn in bepaalde lan-

den ook succesvol gebleken. Ik denk aan huisbezoeken bij gezinnen die een hoog gew

eldrisico lopen. Ik denk aan program

ma’s ter behandeling van zw

are drinkers, waar-

bij de verkoop van alcohol beperkt wordt op ogenblik-

ken of in omstandigheden die gebruik van gew

eld in de hand kunnen w

erken. Ik denk aan programm

a’s die wa-

pens moeilijker verkrijgbaar m

aken, die de geweldcultuur

willen om

keren, de media inschakelen om

verandering te brengen in de m

anier waarop gew

eld wordt getoond

in nieuwsuitzendingen, film

s of videospelletjes. Het zijn

aanpakken die doeltreffend zijn gebleken en die op grotere schaal zouden m

oeten worden toegepast in vele landen.

Het is belangrijk dat dit rapport niet enkel een m

ooi docu-m

ent blijft ergens in een bureau in New

York of Genève,

maar dat het een w

erkinstrument w

ordt. Vier jaar geleden

werd hier, in deze zelfde zaal, in aanw

ezigheid van Koning

Albert, Premier Verhofstadt en andere personaliteiten, het

wereldw

ijde rapport over geweld voorgesteld. W

e hebben ondervonden dat een dergelijk rapport de regeringen kan beïnvloeden in de m

anier waarop zij een probleem

als ge-w

eld bekijken en benaderen. Dit kan echter alleen als er

een actieve follow-up is en als de actoren die het rapport

hebben opgesteld ook blijven meew

erken aan de toepas-sing van de aanbevelingen ervan.

Een eerste fase bestaat erin het rapport te gaan voorstellen in verschillende landen, een beetje zoals hier in België, en vervolgens land per land de discussie m

et de politici, de N

GO

’s en de bevolking op gang te brengen over de aan-bevelingen van het rapport, zodat conclusies kunnen w

or-den getrokken die specifiek aan dat land zijn aangepast. In een tw

eede fase moet gew

erkt worden aan een verbete-

ring van de gegevensinzameling en van de diensten voor

slachtofferhulp. De individuele landen m

oeten ook tech-nische hulp krijgen om

te komen tot een betere uitw

isse-ling van inform

atie, expertise, opgedane ervaringen.

Het is volgens m

ij mogelijk het rapport dat w

ij hier van-daag voorstellen in actie om

te zetten, maar dat vraagt veel

werk. H

et vergt een dagelijkse follow-up, en dit gedurende

jaren. De W

ereldgezondheidsorganisatie heeft een eerste stap gezet. W

ij hebben een rapport gelanceerd om de lan-

den te helpen programm

a’s te ontwikkelen m

et het oog op de preventie van gew

eld. Wij zullen blijven w

erken aan de im

plementatie van onze aanbevelingen en helpen deze

programm

a’s te realiseren. Wij denken ook aan vorm

ing, aan sam

enwerking m

et scholen in de gezondheidssector over de hele w

ereld om ook onderw

ijsplannen op te stel-len in verband m

et kindermishandeling en de m

anieren om

die te voorkomen. W

ij zullen blijven samenw

erken m

et de ministers van Volksgezondheid om

de diensten ter ondersteuning van gew

eldslachtoffers te verbeteren.

In vele landen weet een m

ishandeld kind, een verkracht m

eisje niet tot wie zich te w

enden, en als zij naar een po-litiebureau stappen zullen zij vaak kritiek krijgen om

dat zij …

niet correct gekleed zijn ! Zeer zelden vindt men een

aanpak waarin ‘volksgezondheid’, sociale en juridische

aanpak geïntegreerd zijn.

Als agentschap van de WH

O hebben w

e tal van program-

ma’s opgezet, m

aar wij zijn ervan overtuigd dat de orga-

nisatie van een goede samenw

erking tussen verschillende agentschappen nog veel belangrijker is. O

nze contacten m

et de WH

O in N

ew York, m

et het Com

missariaat voor

de Mensenrechten en m

et UN

ICEF zijn uitstekend. Sa-

men kunnen w

ij een gecoördineerd systeem ontw

ikkelen. Als w

e daar kunnen toe komen zullen w

e al een groot suc-ces geboekt hebben in de richting van de im

plementatie

van dit rapport. Ik ben bijzonder tevreden dat Prof. Pinheiro verzocht w

erd zijn mandaat m

et nog een jaar te verlengen. Hij

speelt een rol van zeer groot belang in het coördineren en vergem

akkelijken van het werk en in de bevordering van

de samenw

erking tussen de agentschappen.

Ik zou België willen uitnodigen zijn inspanningen ter on-

dersteuning van de 3 agentschappen die de aanbevelingen van het rapport m

oeten uitvoeren verder te zetten.In G

enève vroeg iemand m

e of de afdelingen van de Ver-enigde N

aties niet elkaars concurrenten zouden worden

om financiële m

iddelen te krijgen. Daarvoor m

oeten er echter w

el eerst middelen zijn! D

aar ligt voor het ogenblik w

el een grote struikelsteen : het comm

itment !

Tot besluit: geweld kan w

orden voorkomen, het is slechts

een kwestie van politieke w

il vanwege alle actoren, u allen

in deze zaal inbegrepen.

Dank aan u allen!

�20

De studie van de Verenigde N

aties over geweld tegen kinderen:

wat m

oet er nu gebeuren?

Dr. Etienne K

RU

G, D

irecteur van de afdeling voor preventie van letsel en geweld van

de Wereldgezondheidsorganisatie en auteur van het w

ereldwijde rapport over gew

eld en gezondheid

©UNICEF België

Page 17: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

2�

dames en heren,

Het is m

e een waar genoegen u hier vandaag, in het licht

van de ervaringen van UN

ICEF in N

iger, toe te spreken over de situatie van gehandicapte kinderen en u te vertel-len over het gew

eld dat zij ondergaan.Ik zou w

illen beginnen met een aantal uitspraken aan te

halen van gehandicapte kinderen uit Niger:

«Hetgeenw

ijmoetenverdragenvanonzeom

geving,daarvaltm

oeilijkmeeteleveneniszelfsonverdraagbaar».

«…alm

ijnvriendengingennaarschool,enikvroegmijaf:

waarom

ikniet?». W

at is dan de realiteit van gehandicapte kinderenin ontw

ikkelingslanden?

Het aantal gehandicapte kinderen w

ereldwijd w

ordt ge-schat op 150 m

iljoen, en voor de meesten onder hen be-

staat het leven uit misbruik en uitsluiting.

De grote m

eerderheid van deze kinderen heeft geen toe-gang tot revalidatiezorg of hulpverlening. Velen onder hen kunnen niet genieten van onderw

ijs. In heel wat gevallen

worden ze gew

oonweg uit de gem

eenschap gestoten en krijgen ze geen aangepaste verzorging.

Wat de oorzaak ook m

oge wezen van hun handicap en

waar ze ook w

onen, gehandicapte kinderen moeten bij-

zondere zorg en aandacht krijgen. Gezien het risico dat ze

lopen om uit school, de gem

eenschap of zelfs uit het gezin

te worden gew

eerd, worden gehandicapte kinderen al te

vaak vergeten in ontwikkelingscam

pagnes. Om

dat ze in de m

arge leven, zijn ze vatbaar voor misbruik en gew

eld.

Het is ons aller verantw

oordelijkheid om ervoor te zorgen

dat deze kwetsbare groepen, conform

het Kinderrechten-

verdrag (artikel 23), kunnen genieten van zowel bijzon-

dere zorg als een gepaste opleiding en vorming die hun

zelfstandigheid bevorderen en hun actieve participatie aan het gem

eenschapsleven vergemakkelijken.

hoe staat het met de gehandicapte kinderen in niger ?

Naar schatting leven in N

iger 117.000 (117.389) men-

sen, waarvan 34.000 (34.134) kinderen onder de 15

jaar, met een blijvende fysieke of m

entale handicap. Veel van deze handicaps zijn een rechtstreeks gevolg van een gebrek aan basisgezondheidszorg zoals prena-tale zorg, inenting, een rijke en gevarieerde voeding. W

at is nu de realiteit waarin deze gehandicapte N

igerese kinderen leven? U

it een enquête uit 2004 blijkt dat slechts 887 kinderen terecht kunnen in gespecialiseerde centra of scholen. D

it betekent dat de overgrote meerderheid niet

kan genieten van enige hulp of dienst. In één van de arm

ste landen ter wereld, w

aar bijna 63%

van de bevolking moet leven m

et minder dan 75 eurocent

per dag en waar de toegang tot de basisdiensten zeer be-

perkt is, zijn gehandicapte mensen bijzonder kw

etsbaar. In N

iger heeft minder dan de helft van de bevolking

toegang tot drinkbaar water, m

inder dan de helft van de bevolking heeft toegang tot de basisgezondheidsdiensten; negen op de tien vrouw

en zijn analfabeet, en er zijn maar

6.000 basisscholen voor 1,8 miljoen kinderen op school-

gaande leeftijd.

Wat betekent dit voor de gehandicapte kinderen ?

Ze zijn verplicht om op straat te leven en te gaan bedelen,

ze worden gediscrim

ineerd en ze hebben geen toegang tot basisdienstverlening. Ze kunnen niet participeren in de m

aatschappij en komen niet voor in de publieke debatten

en in de wetgeving. Ze w

orden uitgesloten en zijn onzicht-baar en kunnen zo geen aanspraak m

aken op hun rechten.

In het kader van zijn programm

a ter bescherming van het

kind en ter bevordering van de rechten bedenkt UN

ICEF

samen m

et zijn partners in Niger vernieuw

ende oplossingen om

het leven van gehandicapte kinderen te verbeteren.

UN

ICEF steunt o.a. 3 centra voor kinderen en jonge ge-

handicapten, waar ze sociale basisdiensten en een oplei-

ding krijgen en ondersteund worden bij hun integratie in

de maatschappij (174 kinderen of jongeren: 134 fysiek en

mentaal gehandicapten, 40 slechtzienden/blinden).

Hierbij botsen w

e op talrijke knelpunten. De extrem

e arm

oede vormt de kern van het probleem

. Hoe groot is

de kans dat een jonge gehandicapte een opleiding of een betaalde job vindt in een land dat het trieste record haalt van de laatste plaats in de rangschikking van de H

uman

Developm

ent Index (HD

I). Een land waar 75%

van de bevolking jonger is dan 25 jaar. H

oe kan een staat die op het gebied van ontw

ikkeling met zoveel problem

en kam

pt en over beperkte middelen beschikt, voldoen aan

de noden van de meest kw

etsbaren onder de kwetsbaren?

Om

het lot van de gehandicapte kinderen te verbeteren, streeft U

NIC

EF ernaar een gedragsverandering teweeg te

brengen in de maatschappij, initiatieven te ondersteunen

die de inkomsten van de betrokken gezinnen verhogen,

en de toegang van gehandicapten tot de basisdiensten te bevorderen. M

aar ook om hen beter te laten opnem

en in de m

aatschappij, en in het bijzonder op school.

Om

de initiatieven van de Staat te ondersteunen, is U

NIC

EF in 2007 van plan om m

ee te werken aan de

ontwikkeling van een inclusieve onderw

ijsstrategie waar-

door gehandicapte kinderen worden toegelaten in de basis-

school. Alleen al in de hoofdstad Niam

ey zullen dankzij dit initiatief m

eer dan 250 gehandicapte kinderen in het nieuw

e schooljaar van 2007 naar school kunnen gaan. U

NIC

EF steunt eveneens de opleiding van gezondheids-m

edewerkers op het vlak van de begeleiding van m

entaal gehandicapten.

dames en heren,

Strijden tegen het misbruik van gehandicapte kinderen

betekent ook strijden tegen bepaalde geloofsovertuigin-gen. Beeldt u zich even in dat bepaalde bevolkingsgroepen geloven dat seksuele betrekkingen m

et een jonge mentaal

gehandicapte vrouw leiden tot geluk en rijkdom

. Seksueel m

isbruik van een jonge gehandicapte vrouw is dus niet

uitzonderlijk.

Vechten tegen het misbruik van gehandicapte kinderen

betekent ook alternatieven bieden voor de armoede. In een

context van extreme kw

etsbaarheid zien somm

igen handi-cap als een bron van inkom

sten. Veel families sturen hun

gehandicapt kind op straat om te bedelen en zo te voorzien

in het avondmaal. Terw

ijl een ambachtelijke of een kleine

handelsactiviteit amper 7 euro per w

eek oplevert, verza-m

elt een bedelaar op een kruispunt na één dag al gauw

hetzelfde bedrag, zeker op de dag van het grote gebed.

Handicap leidt eveneens tot indirect m

isbruik van kleine kinderen. D

it is met nam

e het geval bij kinderen die blin-den begeleiden en voor een paar cent per dag aan blinden « verhuurd » w

orden om hen te helpen bedelen. H

et betreft hier om

en bij de 3000 kinderen, enkel en alleen in Niger.

Zoals u ziet, betekent handicap voor de kinderen vaak een bron van discrim

inatie, uitsluiting, uitbuiting, misbruik,

geweld en ontkenning van hun rechten.

Het valt m

ij moeilijk om

hier af te sluiten, want ik kan

maar gedeeltelijk het leed w

eergeven dat de kinderen da-gelijks ondergaan. N

aast het nemen van m

aatregelen om gehandicapte kinde-

ren te beschermen, is het ook van prim

ordiaal belang om

de oorzaken van de handicap, zoals ondervoeding of een gebrek aan vaccins, aan te pakken. Er m

oeten gezamenlijke

acties worden ondernom

en met de steun van donateurs.

U herinnert zich zeker nog de beelden van uitgem

ergelde kinderen die in 2005 tijdens de voedselcrisis in N

iger wer-

den uitgezonden. Eens de situatie in het land de voorpa-gina’s niet m

eer haalt, wie is er dan nog geïnteresseerd in

diegenen die men niet hoort, en die m

en niet ziet?

Dus, om

af te ronden, wens ik opnieuw

mijn stem

te le-nen aan één van de gehandicapte kinderen die geholpen w

orden door UN

ICEF:

«Menheeftveelvooronsgedaan,m

aarminderm

étons,endatdoetonsgew

eldaan».

Alle kinderen, zelfs gehandicapte kinderen, willen dat hun

stem w

ordt gehoord en willen betrokken w

orden bij de beslissingen die hun dagelijks leven vorm

geven.het is onze taak om

ervoor te zorgen dat hun toekomst beter

wordt.

Ik dank u voor uw aandacht.

622

De m

eest kwetsbare kinderen in aanraking m

et geweld: praktijkvoorbeelden

Gew

eld tegen kinderen met een handicap in N

iger

Jean LIEB

y, Verantwoordelijke voor het program

ma ter B

escherming en B

evorderingvan kinderrechten, U

NIC

EF Niger

©UNICEF België

Page 18: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

2�

Al te vaak heeft men de neiging het begrip “gew

eld op kinderen” te beperken tot gew

eld veroorzaakt door in-dividuen, binnen het gezin of binnen de sam

enleving. Zo m

iskent men een belangrijke bron van het gew

eld dat kinderen w

ordt aangedaan : het geweld door instel-

lingen, openbare instellingen incluis. Het is een van de

grote verdiensten van de studie over geweld die hier w

erd voorgesteld van ook deze vorm

van geweld in het daglicht

te plaatsen.

Men w

eet sinds lang dat instellingen, meestal onopzette-

lijk, geweld kunnen genereren : hetzij door de w

erkwijze

die weinig eerbied heeft voor het kind en zijn levensritm

e, hetzij door de houding van de m

ensen die er deel van uitm

aken.

Men kan zich niet onverschillig tonen telkens een kind,

dat aan een instelling wordt toevertrouw

d voor zijn op-voeding, daar w

ordt mishandeld ! O

p de plaats bij uitstek w

aar het van alle geweld gevrijw

aard zou moeten zijn !

De verschillende openbare instanties kunnen en m

oeten er op toezien dat het kind zo m

in mogelijk ten prooi valt

aan iedere vorm van gew

eld binnen het gezin, in de wijk,

op weg naar school, in de privé kringen w

aarin het ver-toeft. M

aar diezelfde overheid moet veel m

eer oog hebben voor het gew

eld dat zij zelf veroorzaakt of waarvan zij aan

de basis ligt.

Slecht doordachte wetten, adm

inistratieve of juridische procedures leggen som

s bijzonder weinig eerbied aan de

dag voor de bijzondere leefsituatie van bepaalde kinderen en kunnen het kind zelfs m

ishandelen. Ruimte-tijdsinde-

lingen kunnen eveneens een bron van geweld zijn indien

men er niet om

zichtig mee om

springt (dat kan gaan tot het lesritm

e op school, of de beperkingen die samengaan

met noodzakelijke fam

iliale eisen om in de m

ateriële noden van het gezin te voorzien, ...). Bepaalde w

etten brengen discrim

inatie tussen kinderen op grond van hun sociaal statuut, hun verblijfssituatie, de situatie van hun ouders, ... en sluiten een aantal van hen uit van het recht op w

elbepaalde dienst-of hulpverlening (niet elk kind dat in België verblijft, geeft recht op kindergeld, uitkeringen voor gehandicapten of een gepaste sociale bijstand ...). Som

mige ouders w

orden ertoe gedwongen m

et hun kin-

deren te gaan bedelen omdat ze niet geholpen w

orden in hun onderhoud of hun opvoeding.

Soms richt de tussenkom

st van de overheid ten bate van het kind m

eer kwaad aan dan goed. M

en kan zich in die gevallen de vraag stellen of de afw

ezigheid van overheids-inm

enging niet beter ware gew

eest voor de fysieke en psychische integriteit van het kind. M

en moet dit durven

inzien en zich van inmenging onthouden w

anneer de ge-volgen ervan schadelijk zijn.

Bepaalde instellingen zijn intrinsiek gewelddadig van-

wege hun totalitair karakter. D

it is het geval voor ge-sloten instellingen voor kinderen. N

atuurlijk zijn som-

mige van die instellingen net opgericht om

kinderen op te vangen die enerzijds nood hebben aan een opvoeding in een besloten kader en die anderzijds een gevaar kun-nen betekenen voor de sam

enleving. Over deze m

aterie is lang niet het laatste w

oord gezegd maar m

en moet zich

ervan bewust zijn dat dergelijke instellingen gew

eld kun-nen genereren.

Dit is nog m

eer uitgesproken het geval wanneer de op-

sluiting niet steunt op de genoemde redenen en w

ordt uitgevoerd op een onm

enselijke en vernederende manier

zoals in de gesloten centra voor vreemdelingen.

Men kan een kind niet onder dezelfde om

standigheden opsluiten als een volw

assene, zonder rekening te houden m

et de noden eigen aan zijn leeftijd en zijn kwetsbaar-

heid, in een centrum dat initieel is opgevat voor volw

as-senen en dus onaangepast aan kinderen. H

et Europees H

of voor de Rechten van de M

ens heeft het nogmaals

herhaald in een snijdend arrest waarin het België ui-

terst streng veroordeelt. Dit arrest verw

ijst o.m. expli-

ciet naar het IVR

K (door België geratificeerd) dat stelt

dat de opsluiting van een kind niet arbitrair mag zijn,

overeenkomstig de w

et moet zijn en slechts m

ag worden

gehanteerd als uiterste maatregel en voor de kortst m

o-gelijke duur. W

anneer een kind van zijn vrijheid wordt

beroofd, moet het op hum

ane wijze w

orden behandeld en op een m

anier die rekening houdt met de noden van

zijn leeftijd. Kinderen m

oet gescheiden worden van de

volwassenen en de beslissing tot opsluiting m

oet in het belang van het kind zijn. Al deze voorw

aarden worden

met voeten getreden in het geval van de kinderen in

gesloten centra.

We m

oeten imm

ers vaststellen dat aan deze voorwaar-

den mom

enteel niet wordt voldaan. D

e centra waarin

deze kinderen en hun familie w

orden opgesloten, heb-ben de veiligheidsinfrastructuur van een gevangenis : ze zijn om

heind met prikkeldraad, hebben isoleercellen, de

wandelingen op het binnenplein w

orden beperkt tot twee

uur per dag, zelfs voor de kinderen, de kamerdeuren gaan

op slot, lichten worden om

22 uur gedoofd, er is wei-

nig ruimte voor vrijetijdsbesteding, som

s een klein zaaltje dat m

oeilijk toegankelijk is, er staat geen enkel boek, het speelgoed bevindt zich buiten het bereik van de kinderen (en is w

einig uitnodigend of stimulerend). K

ortom, het

betreft ruimten die w

einig geschikt zijn voor hun ont-plooiing en hun ontw

ikkeling. De kinderen kunnen niet

naar school, vertoeven in promiscuïteit m

et volwassenen,

in een klimaat van vrijw

el permanente spanning en ge-

weld. Er is evenm

in geschoold personeel voor de psycho-logische en opvoedkundige begeleiding. Bovendien staat er geen m

aximum

duur op de vrijheidsberoving van fami-

lies. Na elke m

islukte verwijderingspoging springt de tel-

ler terug op nul. Vaak is de termijn niet “zo kort m

ogelijk” m

aar wel dusdanig lang dat kinderen er een traum

a aan kunnen overhouden.

Het H

of sprak zich uit over het geval van Tabitha, een niet-begeleid m

inderjarig meisje, en over de w

ijze waar-

op zij werd vastgehouden. M

aar het moet gezegd dat de

omstandigheden van de hechtenis dezelfde zijn voor alle

opgesloten kinderen, begeleid of niet. Het H

of zegt te-vens dat het statuut van kind m

oet primeren op dat van

niet-geregulariseerde buitenlander. Buitenlandse kinderen m

oeten eerst en vooral worden behandeld als kinderen.

Tientallen kinderen worden vastgehouden in gesloten

centra, al dan niet vergezeld door familie. D

e omstan-

digheden waarin ze w

orden vastgehouden met hun ou-

ders, broers en zussen zijn dezelfde als diegene waarin de

kleine Tabitha werd vastgehouden. D

e jonge leeftijd en het feit dat Tabitha niet vergezeld w

as, weerhield het H

of als bezw

arende omstandigheden toen het de opsluiting

omschreef als onm

enselijk en vernederend. De conclusies

van het Hof zijn van toepassing op alle situaties w

aarbij

minderjarigen w

orden opgesloten, incluis minderjarigen

vergezeld door familie. D

aarenboven kan niemand (ook

niet de Belgische overheid) blind zijn voor de ernstige psychologische gevolgen van een hechtenis, zow

el op de kinderen als op hun ouders. O

ok dat stelt het Hof aan de

kaak. Tal van rapporten veroordelen trouwens de hechte-

nis van kinderen in gesloten centra, precies omw

ille van de ernstige psychische schade die ze kan veroorzaken. Een rapport van het C

entre de guidance de l’ULB (begelei-

dingscentrum van de U

LB) uit 1999 m.b.t. een gezin m

et m

inderjarige kinderen opgesloten in het centrum 127bis

in Steenokkerzeel, had al aangetoond dat de hechtenis bij de kinderen ernstige sporen had nagelaten en vergeleken kon w

orden met een onm

enselijke en vernederende be-handeling en alleszins een vorm

van psychologische mis-

handeling was. O

ok bleek dat de leefomstandigheden van

de kinderen in een gesloten centrum onaangepast zijn en

aanzienlijke schade toebrengen aan de ontwikkeling van

het kind.Volgens dat rapport bestaat er een groot risico op ontw

ikkelingsstilstand bij de kinderen omdat ze w

or-

�24

De m

eest kwetsbare kinderen in aanraking m

et geweld: praktijkvoorbeelden

Institutioneel geweld: de situatie van m

inderjarige vluchtelingen in België B

enoît VAN

KEIR

SBILC

K, Voorzitter D

efense for Children International (Franstalig B

elgië),B

estuurslid van de CO

DE (C

oördinatie ngo’s voor kinderrechten)In sam

enwerking m

et Charlotte V

AN

ZE

EB

RO

EC

K, “Service D

roit des jeunes”, Coördinator P

latform “K

inderen op de dool”

©UNICEF België

Page 19: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

262�

den geconfronteerd met zinledigheid, zow

el op het niveau van de derden als op dat van de ouders. D

eze zijn zelf w

anhopig en dus niet bij machte om

de gebeurtenissen “draaglijk” te m

aken voor hun kinderen en daardoor hun angst te verkleinen. D

it kan op termijn niet zonder

psycho-pathologische gevolgen blijven. Het rapport on-

derstreept dat “dit waarschijnlijk kan w

orden uitgebreid naar alle kinderen die aan dezelfde leefom

standigheden w

orden onderworpen”.

Het jongste rapport van de “D

élégué aux Droits de

l’Enfant” (maart 2006) bestem

pelt het centrum van Vot-

tem als een veiligheidsinfrastructuur van het type gevan-

genis en besluit dat deze gesloten instellingen onaange-past zijn aan het w

elzijn en de gunstige ontplooiing van kinderen; en dat er bijgevolg helem

aal geen kinderen zou-den m

ogen verblijven. Hij beveelt aan w

etten zo op te stellen dat de N

BM’s en gezinnen m

et kinderen die hier illegaal verblijven niet langer kunnen w

orden opgeloten in gesloten centra.

Het verslag van de C

IRE en het O

CIV

van mei 2003 gaat

in dezelfde zin.

Volgens psychiater Jean-Yves Hayez zijn in de gesloten

centra stress, de opstandigheid van wanhopige volw

as-senen die niets m

eer te verliezen hebben en de kiemen

van geweld onverm

ijdelijk veel frequenter dan waar ook

elders. Het onveiligheidsgevoel van de kinderen is even-

eens groter. Ze worden regelm

atig blootgesteld aan be-angstigende ervaringen die een intens en langdurig post-traum

atisch stresssyndroom kunnen opw

ekken. Maar het

is vooral de ervaring van onrecht en van de willekeurige

almacht van de Staat die hier een hoogtepunt bereiken.

het kind moet iets onbegrijpelijks verw

erken, namelijk het

feit van samen m

et zijn ouders in de gevangenis te zitten zonder ook m

aar iets verkeerd te hebben gedaan. Psychiater H

auyez stelt volgende vragen: leidt dit niet onvermijdelijk

tot een gevoel van minderw

aardigheid en fundamentele

wanhoop? Leidt dit niet onafw

endbaar tot een belangrijke

verstoring van het zelfbeeld en het zelfrespect en van de w

aardevoorstelling die het kind heeft van zijn ouders en fam

ilie? Leidt dit niet onafwendbaar tot een verdraaide en

pessimistische inschatting van geboden en verboden - en

meer fundam

enteel - van Goed en Kw

aad... tot en met

het zich schuldig voelen voor de naam die m

en draagt, zijn voorgeschiedenis en zijn huidskleur ?

Ook kinderpsychiater Adriaenssens stelt dat 25%

van de opgesloten kinderen ernstige psychiatrische problem

en vertoont. Ze w

orden depressief, hebben nachtmerries en

zelfmoordgedachten. Ze vertonen een groeiachterstand

en lijden aan geheugenverlies.

Een kind in een gesloten centrum verkeert “in gevaar”

en moet daarom

kunnen genieten van de bescherming

die daarvoor is voorzien. Het is de taak van de diensten

voor jeugdzorg en zo nodig van de jeugdrechter - de enige rechter bevoegd voor kinderen -, van w

ie het de taak is om

hun bescherming te garanderen, afdoende hulp te im

ple-m

enteren. Enkel op deze manier kan de Belgische Staat

daadwerkelijk de kinderen bescherm

en. Deze afdoende

maatregelen zullen het de overheid m

ogelijk maken het

EHR

M na te leven: het treffen van m

aatregelen die het onm

ogelijk maken kinderen te onderw

erpen aan folte-ring en onm

enselijke of mensonterende behandeling.

Het H

of veroordeelt de inbreuk op de wet op de privacy:

bij uitbreiding is dit ook van toepassing op de toestand van m

inderjarigen die met hun ouders in hechtenis w

or-den genom

en. Het H

of onderstreept dat de uitdrukking “private levenssfeer” ruim

is, dat “de private levenssfeer zich uitstrekt tot de fysieke en m

orele integriteit van het individu” en dat “de w

aarborg geboden door het EHR

M

(recht op respect van de privacy) voornamelijk bedoeld is

om de ontplooiing van de persoonlijkheid te verzekeren

van elk individu in de omgang m

et zijn gelijken, zonder inm

enging van buitenaf”. Het is bekend dat w

anneer een gezin w

ordt opgesloten, het systeem binnen het centrum

zo w

erkt dat de ouders beetje bij beetje hun rol als “ou-

der” loslaten. Ze kunnen imm

ers niet langer de ouderlijke taken vervullen zoals ze dat voorheen deden: de m

aaltijd bereiden, het huisw

erk van de school opvolgen, opvoe-ding verschaffen, de vrije tijd van hun kinderen invullen. M

et andere woorden: ze w

orden ontzet uit hun ouder-lijk gezag. D

e kinderen hebben het vaak erg moeilijk om

te begrijpen w

aarom ze daar zijn en w

aarom hun ouders

plots niets meer doen en hoe alles w

ordt overgenomen

door personen van buiten het gezin. Men m

ag besluiten dat de ontw

ikkeling van deze kinderen wordt geschaad

door de verzaking van hun ouders en de inmenging van

buitenstaanders in het gezinsleven.

Het is ondenkbaar dat m

en de hechtenis van een bui-tenlandse m

inderjarige kan verzoenen met eerbied voor

de fundamentele rechten van het kind: het recht op ont-

plooiing, op onderwijs, op ontspanning, het recht om

naar school te gaan, het recht op privacy... H

oe kan je een opgesloten kind toelaten naar school te gaan, zich te ont-plooien of hobby’s te hebben op enige andere w

ijze dan in vrijheid, in zijn stad, in zijn dorp, in zijn school, om

-ringd door zijn gezin, buren en vrienden? Er is geen ver-zoening m

ogelijk tussen opsluiting in een centrum m

et veiligheidsagenten en opvoeders (m

et als enige opdracht: voorbereiden op de uitw

ijzing) en het recht op een eigen harm

onieus gezinsleven waarin elk fam

ilielid een eigen rol speelt. H

et recht op een wereld w

aarin kinderen kinderen zijn en ouders ouders . Van een intrinsiek onm

enselijke instelling m

aak je geen warm

e thuis.

De luttele verbeteringen aan de om

standigheden van de opsluiting w

aarvan de regering vandaag gewaagt, zijn

slechts pleisters op een houten been: de opsluiting van fam

ilies met kinderen blijft een regelrechte aanslag op een

aantal fundamentele rechten.

Eenieder die enige beslissingsmacht heeft in deze m

ate-rie en tegelijk de opsluiting van kinderen in centra blijft gedogen, is m

edeplichtig aan deze onmenselijke en ont-

erende behandeling.

Besluit:

We m

ogen besluiten dat het juridisch systeem zoals het

vandaag in België bestaat geen waarborg biedt voor het

recht op vrijheid van elk kind.

“Flagrant tekort aan menselijkheid”, “lijden”, “diepe

bezorgdheid”, “ernstige psychologische gevolgen”, “ex-trem

e angstgevoelens”. In die bewoordingen beschrijft

het Hof de ervaringen van Tabitha tijdens haar hechte-

nis. Ook niet-psychologen kunnen m

oeiteloos de verge-lijking doortrekken naar de ervaring van élk ander kind in gevangenschap.

De Belgische Staat heeft de plicht alle kinderen bescher-

ming te bieden. En een opvang aangepast aan de no-

den van hun leeftijd. Wij w

ensen vurig dat de Belgische overheid voortaan ten volle de internationale verdragen eerbiedigt die ze heeft ondertekend. België m

oet zich inzetten voor de eerbied van de fundam

entele rechten van de m

ens en van het kind, en dit niet alleen 3.000 km

buiten de eigen landsgrenzen. Dit soort zw

aarwich-

tige inbreuken op de rechten van de mens zouden van-

daag niet meer m

ogelijk, toegelaten of aanvaard moeten

zijn.

En vooral, we m

oeten ons blijven verontwaardigen over

de opsluiting van kinderen: nooit mag de dag aanbreken

waarop dergelijke toestanden ons “norm

aal” lijken...

Page 20: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

2�

dames en heren,

Sta mij toe vooreerst de heer C

laude Lelièvre, Délégué

Général aux D

roits de l’Enfant van de Franse Gem

een-schap, te verontschuldigen. H

ij heeft me verzocht hem

op deze conferentie te vertegenw

oordigen.

Vervolgens wil ik professor Pinheiro verw

elkomen en hem

feliciteren voor het zeer kw

aliteitsvolle werk dat hij heeft

gerealiseerd. Zijn rapport en aanbevelingen zullen ons on-getw

ijfeld stof tot nadenken geven bij onze inspanningen om

de kinderen te beschermen tegen het gew

eld waarvan

zij nog steeds al te vaak het slachtoffer zijn.

Deze zitting kreeg als titel: ‘D

e noodzaak op nationaal niveau instanties te creëren die toegankelijk zijn voor kinderen’. H

et is meer specifiek de bedoeling een status

quaestionis op te maken inzake gew

eld tegen kinderen en de uitdagingen voor de toekom

st.H

et is onmogelijk binnen de m

ij toegemeten tijd al de

juridische en sociale maatregelen op te som

men die de

Franse Gem

eenschap reeds heeft genomen om

het geweld

tegen kinderen te bestrijden. Veeleer wil ik u enkele in-

teressante initiatieven voorstellen en het vooral hebben over bepaalde uitdagingen, w

aarbij ik me laat leiden door

diverse aanbevelingen die in de studie van professor Pin-heiro w

orden gedaan.

U w

eet ongetwijfeld dat er in ons land op verschillende

niveaus instanties bestaan waarop kinderen een beroep

kunnen doen om hun rechten te laten eerbiedigen.

Zo werd in 1991, 2 jaar na de ratificatie van het Verdrag

inzake de Rechten van het Kind door nagenoeg alle lid-

staten van de Verenigde Naties, door de Franse G

emeen-

schap een Délégué G

énéral aux Droits de l’Enfant aan-

gesteld, die als algemene opdracht had te w

aken over de rechten en belangen van de kinderen. M

eer specifiek zou deze instantie luisteren naar al w

ie, als fysiek of moreel

betrokken persoon, informatie gaf, klachten of verzoeken

tot bemiddeling voorlegde in verband m

et schendingen van de rechten en belangen van kinderen.

Aanvankelijk waren het vooral volw

assenen die een beroep deden op deze D

élégué Général. N

aarmate de instantie

meer bekendheid kreeg, ook bij de kinderen, w

aren het steeds vaker deze jongeren die zich rechtstreeks richtten tot deze vertrouw

enspersoon belast met de verdediging

van hun rechten.

Van bij de oprichting van de instelling ging onze aandacht nadrukkelijk uit naar kinderm

ishandeling.

Het aantal gevallen w

aarin wij tussenkw

amen is gestegen

tot zowat 2 000 per jaar, m

aar kwalitatief gezien, w

at be-treft de aard van de problem

en waarvoor m

en ons raad-pleegt, stellen w

ij een relatieve stabiliteit vast. In de eerste plaats gaat het om

situaties waarin de integriteit van een

kind wordt aangetast, fysiek, psychologisch, seksueel of

anderszins. Zij maken ongeveer 40 %

uit van de geval-len w

aarmee w

ij te maken krijgen. Ik w

ens er wel op te

wijzen dat deze cijfers m

et omzichtigheid m

oeten worden

benaderd, aangezien zij enkel de tussenkomsten van onze

instellling betreffen op basis van verzoeken die ons wor-

den voorgelegd. Wij bew

eren dus geenszins dat die cijfers zouden w

ijzen op enige prevalentie van dit fenomeen in

onze samenleving. Een interessante aanw

ijzing vormen

zich echter wel degelijk.

Wij herinneren hier ook aan het w

erk dat de Offi

ce de la N

aissance et de l’Enfance (de Franstalige aanhanger van K

ind & G

ezin)verricht inzake kindermishandeling ener-

zijds, preventief via de medico-sociale w

erkers en ander-zijds onder de vorm

van opsporing en behandeling van m

ishandelde of door mishandeling bedreigde kinderen

door de teams van SO

S-Enfants.

Het w

erk van deze teams kadert in het decreet van 12 m

ei 2004 betreffende de hulp aan kinderen-slachtoffers van m

ishandeling, al bestaan de teams zelf reeds sinds 1985.

Het bijzondere van SO

S Enfants is het multidisciplinaire

karakter van zijn benadering van mishandeling : zow

el m

edische, psychologische als juridische aspecten worden

in de aanpak geïntegreerd. In 2005 kwam

en de 14 binnen de Franse G

emeenschap w

erkende teams op voor 3.559

kinderen. Zonder u met cijfers te w

illen overdonderen, w

il ik toch verduidelijken dat de helft van de ‘alarmkre-

ten’ afkomstig w

aren van beroepsmensen. In 41%

van de gevallen nam

SOS de zorg voor het kind op zich en 25 %

w

erd naar een andere instantie doorverwezen. O

nder de

onder toezicht geplaatste jongeren zijn de meisjes iets tal-

rijker (55%), voor w

at leeftijd betreft zien we een gelijke

vertegenwoordiging van alle leeftijdscategorieën tussen 0

en 18 jaar. De diagnoses gesteld door de team

s worden

in 33% van de gevallen bestem

peld als ‘risicosituatie’, 22 %

gaan over seksuele mishandeling, 9%

over fysieke m

ishandeling, 8 % over psychologische m

ishandeling en 7 %

over ernstige verwaarlozing. H

et effect op de kinde-ren is in 90%

van de gevallen vooral psychologisch, in 10%

ervan vooral fysiek. In 77% van de gevallen ten-

slotte gebeurt de mishandeling door een lid van de dichte

of verdere familie.

Iedereen is het erover eens, en het rapport van Professor Pinheiro bevestigt het nadrukkelijk, dat preventie het eerste en belangrijkste actiepunt m

oet zijn. Sensibilisering voor en bevorderen van gew

eldloosheid als waarde m

oet dan ook de grootste aandacht krijgen.

Op dit terrein dient binnen de Franse G

emeenschap zeer

zeker de coördinatie-cel “de l’aide aux enfants victimes de

maltraitance” (hulp aan kinderen-slachtoffers van m

is-handeling) verm

eld, die actief is in het kader van het Ya-paka-program

ma. D

it programm

a richt zich zowel tot de

actoren van de jeugdzorg als tot het grote publiek en stelt zich tot doel m

ishandeling te voorkomen door de nadruk

te leggen op verbondenheid, praten en luisteren. Yapaka helpt ouders, kinderen, volw

asenen en beroepsmensen in

hun dagelijkse problemen, daar w

aar klant-en-klare re-cepten niet bestaan.

Voor de actoren voorziet het programm

a informatie en

vorming. H

et wil ook allerlei m

ateriaal ter beschikking stellen van zow

el ouders als kinderen.

Sensibilisering van het grote publiek (volwassenen en

kinderen) gebeurt langs verschillende kanalen (TV

spots, tijdschriften, brochures) die de drem

pel naar de hulpver-leners w

illen verlagen en een klimaat w

illen creëren waar-

binnen preventie eerder op hulp dan op repressie berust.

Tegenover het Franse ‘maltraitance’ of m

ishandeling heeft binnen dit program

ma de term

‘bientraitance’ ingang ge-vonden, w

aarmee een positieve benadering w

ordt bedoeld van de verhouding ouders-kinderen.

Reeds 15 jaar lang mocht de D

élégué Général de bevoor-

rechte getuige zijn van alle inspanningen die het psycho-m

edico-sociaal korps en Justitie leveren om kinderen die

het slachtoffer zijn van geweld of m

ishandeling te steunen, te helpen, desnoods onder toezicht te plaatsen. Even goed w

eten wij w

elke fundamentele rol scholen, jeugdorgani-

saties en andere eerstelijns-initiatieven spelen, niet alleen in de opvoeding, m

aar ook waar het gaat over preventie

en waarden-overdracht.

Al die vele mensen die ijveren voor de bescherm

ing van op een of andere m

anier bedreigde kinderen verdienen oze grootste w

aardering. Op de eerste plaats natuurlijk

de ouders. Een grote meerderheid onder hen nem

en hun taak en verantw

oordelijkheid bijzonder ernstig.

In de voorbije 15 jaar hebben wij echter m

oeten vaststel-len dat som

migen daar niet in slagen en op die m

anier kinderen in gevaar brengen.

Daarnaast m

oesten wij ook andere feiten onder ogen zien.

Bij de evaluatie van de vele gevallen die ons werden voor-

gelegd en met nam

e bij de controle op de naleving van

828

Gew

eld tegen kinderen in de Franse Gem

eenschap:stand van zaken en uitdagingen

Stephan DU

RV

IAU

x, R

aadgever van de Délégué général aux droits de l’enfant van de Franse G

emeenschap

©UNICEF België

Page 21: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

�0�1

de wetten, bleek het systeem

voor de jeugdbescherming

niet steeds efficiënt. Som

s functioneert het op de ver-keerde m

anier en leidt zo tot institutionele mishandeling.

We bedoelen hierm

ee een mishandeling die het resultaat

is van beslissingen of praktijken van beroepsmensen die,

paradoxaal genoeg, meestal genom

en of toegepast worden

in naam van ‘het belang van het kind’ !

Tekortschietende ouders zijn dus zeker niet de enigen tegen w

ie onze gerechtvaardigde verontwaardiging zich

moet richten.

De bestaande jeugdzorg-organisaties zijn niet volm

aakt om

dat zij bestaan uit mensen, m

et hun kwaliteiten en

vaardigheden, maar ook m

et hun zwakheden en ontspo-

ringen. De perfecte organisatie bestaat niet. G

elukkig m

aar, anders zouden wij robotten zijn, zonder persoon-

lijkheid of hart. Elke organisatie is dus vatbaar voor verbe-tering, net zoals de beroepsbekw

aamheid van ieder indivi-

du. Het is dan ook geen schande of oneer dit te bekennen,

niet voor de overheid en evenmin voor ieder van ons. H

et is w

el onze morele plicht ons hiervan bew

ust te zijn en al-les te doen om

beter en doeltreffender te werken.

Wie de w

aarheid in pacht meent te hebben – juristen en

therapeuten inclusief – en nooit twijfelt, kan een gevaar

betekenen voor diegenen die aan hem w

orden toever-trouw

d. D

aarom m

oeten wij steeds w

aakzaam blijven en hebben

de organisaties en instellingen belast met bem

iddeling en controle een essentiële rol te spelen.

Hier en daar is er na de ratificatie van het Verdrag inzake de

Rechten van het Kind al een zekere m

entaliteitsverandering m

erkbaar, maar er blijven nog zo veel dingen te verbeteren,

zo veel wetgevingen aan te passen, zo veel te veranderen aan

handelwijzen en m

entaliteiten…

Het fundam

entele doel zou het hoger belang van het kind m

oeten zijn. Het zou zo eenvoudig zijn het kind centraal

te plaatsen in al onze bekomm

ernissen, het zou als het w

are als vanzelfsprekend moeten zijn dat bij het zoeken

naar een oplossing voor elk probleem eerst en vooral

het kind gedacht wordt. W

anneer wij beroepsm

atig een of andere daad stellen, w

orden wij voortdurend gecon-

fronteerd met w

aardencolflicten. Altijd en overal moet

ernaar worden gestreefd het hoger belang van het kind

prioriteit te geven. Het allerm

oeilijkste blijft echter een m

entaliteitswijziging tew

eeg te brengen. Het zou daarom

goed zijn dat de politieke, juridische en adm

inistratieve overheden ook in die richting w

erken. Ieder van ons kan op zijn eigen m

anier en vanop zijn eigen plaats bijdragen aan een positief debat over w

aarden en gedrag, aan een verandering van de heersende m

entaliteit.

Op langere term

ijn moet onze strijd resulteren in een

ware cultuur van kinderrechten. Voortdurend m

oet de aandacht w

orden gevestigd op de inspanningen die nood-zakelijk zijn en m

et name in preventie m

oet worden ge-

investeerd. Om

te beginnen mag m

en niet vergeten dat kinderen afhankelijk zijn van de econom

ische en emoti-

onele gezondheid van diegenen die de voogdij over hen hebben. Vervolgens dient m

en er zich van bewust te zijn

dat niet-comm

erciële sectoren, zoals de kinderopvang, de jeugdzorg en vooral het onderw

ijs de hoekstenen vormen

van een globaal kindvriendelijk beleid. De droom

van een w

are kinderrechtencultuur moeten w

ij vasthouden. Wij

moeten m

ethodes ontwikkelen om

kinderen en volwas-

senen op te voeden tot verantwoordelijke ouders en bur-

gers. De bescherm

ing van het kind is in de eerste plaats een taak van de ouders, die hierbij kunnen w

orden ge-holpen door preventie-initiatieven, vooral in de scholen. Tegenover kidnappers staan zij echter zo goed als m

ach-teloos. K

inderen daartegen beschermen is een taak van de

overheid, de politie, de rechtbank, het gevangeniswezen

en de medische w

ereld.

Het Recht en de adm

inistratie moeten ten dienste staan

van het kind. Is dat niet het geval, dan moeten zow

el regels als m

entaliteiten gewijzigd en aangepast w

orden. Daarom

m

oeten inspanningen worden geleverd en initiatieven

genomen door het onderw

ijsveld, culturele instanties en de m

edia, maar ook m

eer specifiek door de sectoren die beroepsm

atig betrokken zijn bij de ontwikkeling van het

kind : leerkrachten, opvoeders, verpleegkundigen, kin-derverzorgsters, artsen, … Sam

engevat moeten w

ij deze kinderrechtencultuur ver-w

erven en integreren. Het gaat er niet alleen om

het kind als individu te respecteren, w

ij moeten het ook laten

participeren, wij m

oeten ervoor zorgen dat het kind zijn eigen toekom

st in handen kan nemen door het te leren

zijn verantwoordelijkheid te nem

en. Een cultuur van kinderrechten is niet een cultuur w

aarin het kind koning is. H

ouden van kinderen betekent hen beschermen, hun

rechten verdedigen, hun leren verantwoordelijke, zelf-

standige en democratische volw

assenen te worden, zich

bewust van hun rechten, m

aar ook van hun plichten.

Om

gedragingen en attitudes waarin respect voor de rech-

ten en belangen van het kind centraal staan te integreren in het dagelijkse leven m

oet men hen van in hun prilste

jeugd een cultuur van vreedzame conflictbeheersing bij-

brengen. Conflicten oplossen, luisteren naar de w

ensen en verlangens van de andere, zijn eigen w

ensen bespre-ken, dit alles m

oet de kinderen in eerste instantie geleerd w

orden binnen het gezin, ter intentie van de kinderen die zelf ouders zullen w

orden. Sensibilisering voor een kin-derrechten-cultuur binnen het gezin m

oet dus beginnen m

et de erkenning dat het gezin de belangrijkste sociale basiskern is en m

et het beseft dat de democratische prin-

cipes van onze maatschappij m

oeten toegepast en beleefd w

orden. Elk lid van het gezin heeft zijn eigen specifieke rol te spelen en zal de individuele en gem

eenschappelijke rechten genieten op basis van w

ederzijds respect. In het dagelijkse leven van het gezin zullen dialoog, onderhan-deling en bem

iddeling erkend en ontwikkeld w

orden.

De m

entaliteit kan dan al evolueren, er blijft nog zeer veel te doen, m

et name de strijd tegen de banalisering van be-

paalde vormen van gew

eld tegen kinderen.

Als bewijs w

il ik de resultaten aanhalen van een enquête die in april w

erd gehouden in opdracht van de OM

CT

(We-

reldorganisatie tegen foltering) en het geweld onderzocht

waarvan kinderen binnen hun gezin het slachtoffer w

aar-den. D

rie volwassen op vier bleken het aanvaardbaar te vin-

den dat ouders hun kinderen fysiek straffen en de helft van de volw

assenen meent dat de w

etgeving dat ook toelaat.

Een ander voorbeeld: onlangs stelde een moeder tijdens

een uitzendig de volgende vraag : « Het overkom

t ons als ouders w

el eens dat wij onze kinderen een tik geven.

Vanaf welk punt kan m

en spreken over mishandeling ?

Hoe definiëren de specialisten kinderm

ishandelig ?»

Deze voorbeelden tonen aan hoe algem

een aanvaard het in onze Belgische sam

enlevig nog is dat de minst zw

are vorm

en van geweld een gerechtvaardigde en w

ettelijk toe-gelaten m

anier is om kinderen discipline bij te brengen.

In ons land wil m

en ten aanzien van partnergeweld een beleid

van nultolerantie voeren. het is merkw

aardig dat niet eenzelf-de houding w

ordt aangenomen ten aanzien van gew

eld tegen kinderen.

Wij w

ensen hier geen pleidooi te houden voor een beleid van repressieve of system

atische criminalisering van alle

vormen van gew

eld tegen kinderen. Wel w

illen wij een en-

gagement van iedereen om

de nodige maatregelen te nem

en die de kinderen kunnen vrijw

aren van geweld.

Een symbolische stap w

erd gezet door de opname in m

aart 2002 van artikel 22 bis in onze grondw

et : “ Ieder heeft recht op eerbiediging van zijn m

orele, lichamelijke, gees-

telijke en seksuele integriteit ”

De om

zetting van dit grondwetsartikel in een bruikbare

wet lijkt nochtans op w

eerstand te stuiten. Er zijn diverse w

etsvoorstellen om in het burgerlijk w

etboek de bepaling op te nem

en dat « ieder kind moet w

orden behandeld met

respect voor zijn persoon en zijn eigenheid en het mag niet

worden onderw

orpen aan vernederede behandelingen of andere fysiek of psychisch gew

eld ». Een dergelijke juri-dische erkenning w

ordt onthaald op nu eens een storm

van protest, dan weer een grote onverschilligheid vanw

ege onze w

etgevers !N

ochtans staat dit wetsvoorstel los van de strafw

et en is het dus niet de bedoeling elke ouder die zijn kind een tik geeft naar de gevangenis te sturen. H

et is in de eerste plaats be-doeld voor de gezinnen, om

hen ertoe aan te sporen te stre-ven naar w

at wij een kinderrechten-cultuur noem

en.

Met deze w

oorden zou ik willen eindigen.

Zoals u kunt vaststellen is er nog een hele lange weg af

te leggen vooraleer de kinderen in onze maatschappij ge-

vrijwaard zijn van alle vorm

en van geweld w

aarvan zij het slachtoffer kunnen zijn.

Dank u.

Page 22: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

��

Een maatschappelijk probleem

Gew

eld op kinderen is een thema dat ons allen sinds jaar

en dag bezig houdt. Naast het louter erkennen van de

gruwel ervan, neem

t ook de kennis toe over het geweld in

al zijn verschijningsvormen en de gevolgen ervan op korte

en lange termijn. Bruce Perry (kinderpsychiater, w

ww.

childtrauma.org) bew

ees op een congres over kindermis-

handeling in Leuven bijvoorbeeld dat kinderen ernstige neurologische schade oplopen als gevolg van m

ishande-ling en verw

aarlozing. Vermoedens van schade blijken

jamm

er genoeg vaak keiharde bewijzen te zijn.

Er komt ook steeds m

eer onderzoek naar de ‘kost’ van kinderm

ishandeling. Niet enkel is kinderm

ishandeling m

oreel en juridisch verwerpelijk, niet enkel w

erkt het negatief in op de algehele ontw

ikkeling van kinderen en jongeren, het is ook nog slecht voor de staatsportem

on-nee. Zulke cijfers en econom

ische redeneringen blijken som

s een stuk doeltreffender om beleidsaandacht los te

weken ...

‘Nieuw

’ sinds 1989 is ook de invalshoek van het rech-tenperspectief : gew

eld op kinderen is niet enkel schade-lijk en ongew

enst, het is een inbreuk op hun fundamen-

tele rechten als mens.

Die toenem

ende kennis en professionele aandacht heeft zich echter nog niet vertaald in m

eer acties vanuit het be-leid, in m

eer middelen voor hulpverlening en preventie of

in meer sensibilisering. H

et blijft nog te vaak gemorrel in

de marge. Laat ons hopen dat deze studie, een prim

eur op w

ereldvlak, daar mee verandering in kan brengen.

Wat m

oet er nog gebeuren in een land waar alles op het

eerste zicht nogal peis en vree lijkt?

The right noT to be hit!

Laat ons beginnen met een kleintje, de zogenaam

d peda-gogische tik, een frequent gebruikte contradictio in ter-m

inis. Dit them

a is nog vaak goed voor verhitte debatten. M

en begint dan onwennig op zijn stoel te schuiven of

gaat er ridiculiserend overheen met een ondertoontje dat

«een Kinderrechtencom

missaris toch w

el andere katten te geselen heeft ...». Toch m

ogen we het probleem

niet onderschatten. - Zeer veel kinderen krijgen erm

ee te maken. Belevings-

onderzoek bij kinderen leert ons dat ze zo’n tik erg pijnlijk en vernederend vinden («it hurts you inside»

4) én tegelijk leren ze daardoor dat ze later zelf gew

eld m

ogen gebruiken.- Zo’n 74%

van de volwassen Belgen vindt het accepta-

bel dat ouders hun kinderen slaan. Van leerkrachten nem

en ze dat gelukkig niet langer aan!- In veel gevallen escaleert het toch naar zw

aardere vor-m

en van geweld. Som

migen stellen zelfs dat de strijd

tegen kindermishandeling nooit kan w

orden gewonnen

als we ook lijfstraffen niet als gew

eld beschouwen. dat

we dat nog lang niet doen, is op zijn m

inst eigenaardig.

Het zou nochtans zo sim

pel kunnen zijn, want iedereen

vindt geweld op kinderen een slechte zaak. En m

et welk

recht, met w

elke argumenten houden w

e vol dat we kin-

deren een minder stevige bescherm

ing gunnen dan aan volw

assenen? (of zelfs aan dieren?)

Thom

as Ham

marberg, m

ensenrechtencomm

issaris van de R

aad van Europa stelt hierover: «Children have had

to wait until last to be given equal legal protection from

deliberate assaults - a protection the rest of us take for granted. It is extraordinary that children, w

hose develop-m

ental state and small size is acknow

ledged to make them

particularly vulnerable to physical and psychological inju-ry, should be singled out for less protection from

assaults on their fragile bodies, m

inds and dignity.»5

Ik geef even een overzicht van dwingende juridische nor-

men, aanbevelingen en bedenkingen over lijfstraffen:

- Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het K

ind: artikel 19 (dat het recht van het kind op bes-cherm

ing tegen geweld bepaalt), artikel 28.2, artikel

37 e.a.- H

et comm

entaar van het Com

ité voor de Rechten van het K

ind bij het Belgisch rapport in 20056: )»take le-

gislative measures to prohibit corporal punishm

ent of children in the fam

ily, in schools and in institutions» (par. 24 a) en «carry out public education cam

paigns about the negative consequences of corporal punish-m

ent and promote positive, non-violent form

s of dis-cipline»( par. 24 b). H

et Com

ité heeft intussen reeds m

eer dan 130 lidstaten aangesproken op deze opmer-

kingen.- R

aad van Europa, aanbeveling 1666 (2004) 7 over een Europees verbod op lijfstraffen;

- Veroordeling van België door het toezichthoudend C

omité bij het Social C

harter (2003-04) 8, wat leidde

tot de aanbeveling van het ministercom

ité van 8 juni 2005, w

aarin gesteld wordt dat het gebrek aan een ex-

pliciete verbodsbepaling in de Belgische wetgeving een

inbreuk is op artikel 17 van het Charter;

- Standpunt over lijfstraffen van mensenrechtencom

-

missaris Th

omas H

amm

arberg9 in zijn eerste issue pa-

per nadat hij zijn mandaat op 1 april opnam

;- H

et recente General C

omm

ent numm

er 810 van het

Com

ité voor de rechten van het Kind over fysieke en

vernederende straffen, dat geen ruimte laat voor dub-

belzinnigheid. Voor de duidelijkheid stelt het Com

ité tevens dat het verw

erpen van elke verantwoording van

geweld en vernedering geenszins inhoudt dat m

en kin-deren niet m

eer zou mogen disciplineren; enkel dat dit

ook op een positieve manier kan!

- De recente resolutie van de V

N van 17 novem

ber 2006

11 waarin alle vorm

en van geweld veroordeeld

worden en de lidstaten aangezet w

orden om dit in

wetgeving om

te zetten;- H

et programm

a van de Raad van Europa ‘Building a

Europe for and with children’ 12 w

aar de nultolerantie herhaald w

ordt.

Daarnaast w

erd intussen ook wetenschappelijk bew

ijs geleverd (o.a. D

urrant) over de positieve resultaten van w

ettelijke bepalingen en campagnes,...

Zo kunnen we nog w

el even doorgaan. Hoe kom

t het dan toch dat het in ons land zo m

oeilijk is om een stevige w

et-telijke norm

vast te leggen? Nochtans liggen in de K

amer

van Volksvertegenwoordigers initiatieven ter zake bij w

ij-ze van spreken ‘stem

mensklaar’. H

et is niet de bedoeling een heksenjacht op ouders te openen, w

el om een dui-

delijk signaal te geven dat geen enkele vorm van gew

eld aanvaardbaar is. Evenm

in willen w

e de strafrechtelijke toer opgaan, m

aar ouders ondersteunen en bijstaan in het gew

eldloos en respectvol opvoeden. Dit zou tegelijk een

steviger basis kunnen geven aan allerhande campagnes en

preventieprojecten.

Tot zover over het miskende ‘klein’ gew

eld.

��2

Gew

eld tegen kinderen in de Vlaam

se Gem

eenschap:stand van zaken en uitdagingen voor de toekom

st

Ankie VA

ND

EK

ER

CK

hO

VE

, Kinderrechtencom

missaris

4 Zie w

ww.endcorporalpunishm

ent.org 5

Standpunt: Children’s rights and corporal punishm

ent/ «the right not to be hit - also a children’s right»,

https://wcd.coe.int/V

iewD

oc.jsp?id=1008209&BackC

olorInternet=FEC65B&

BackColorIntranet=FEC

65B&BackC

olorLogged=FFC679

6 C

.O. C

RC/C

/15/add.178, http://ww

w.unhchr.ch/tbs/doc.nsf/(Symbol)/C

RC.C

.15.Add.178.En?OpenD

ocument

7 http://assem

bly.coe.int/main.asp?Link=/docum

ents/adoptedtext/ta04/erec1666.htm

8 Voor inform

atie over de klacht en de uitspraak, zie http://ww

w.coe.int/t/e/human_rights/esc/4_collective_com

plaints/list_of_collective_complaints/default.asp#P148_14887

9 Zie voetnoot 2

10 General C

omm

ent no. 8 (2006) CRC

/C/G

C/8, aug 21st 2006: the right of the child to protection from

corporal punishment and other cruel or degrading form

s of punishment

http://w

ww.unhchr.ch/tbs/doc.nsf/(Sym

bol)/CRC

.C.G

C.8.En?O

penDocum

ent 11 U

N, G

eneral assembly, A/C

.3/61/L.16/Rev.1, ook te downloaden op http://w

ww.crin.org/violence/search/closeup.asp?infoID

=11457 12 http://w

ww.coe.int/T

/TransversalProjects/Children/D

efault_en.asp

©UNICEF België

Page 23: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

�4��

Geweld in huis

Tevens verontrustend is de hoge prevalentie van alle an-dere vorm

en van kindermishandeling - incest, em

otionele m

ishandeling en verwaarlozing,... - binnen het gezin. K

in-deren zouden net in hun gezin het m

eest moeten kunnen

vertrouwen op de bescherm

ing van hun integriteit, maar

dat vertrouwen w

ordt daar het vaakst beschaamd.

We m

oeten vragen durven stellen bij het soms te verre-

gaand respect voor de privacy van het gezinsleven, om

ook achter de voordeur alle kinderrechten beschermd te

krijgen. W

e moeten w

erk maken van echte opvoedingsondersteu-

nende acties die geweldloos opvoeden prom

oten, voor alle gezinnen en kinderen, en niet louter voor degenen die al in de gevarenzone zitten. W

e moeten kinderen zelf duidelijk m

aken dat geweld niet

normaal is, dat zij daar w

el over moeten en m

ogen praten, en dat het stilhouden van som

mige geheim

en schadelijk is. W

e moeten de hulpverlening in dit kader verder onder-

steunen en uitbouwen. Vooral de toegang van de hulp

voor kinderen en jongeren zelf moet nog sterk verruim

d w

orden zodat ze er hun weg naartoe kunnen vinden. D

e m

eldingen bij de Vertrouwenscentra stijgen nog jaarlijks

- het jaarverslag van Kind en G

ezin spreekt over 4.921 m

eldingen en 6.646 betrokken kinderen voor het jaar 2005 -, en dat kan ons niet onverschillig laten.

Institutioneel geweld

Op een heel ander niveau, m

et name het institutionele, is

er het probleem van detentie. In tijden w

aarin het veilig-heidsthem

a sexy is, lijken velen voorstander te zijn van nog m

aar eens een jeugdgevangenis. Die staat blijkbaar ook in

de steigers. En toch ... als minderjarigen w

orden gedetineerd zonder dat er rekening w

ordt gehouden met de norm

en van het Kinderrechtenverdrag en andere Vn-richtlijnen, kom

t detentie dicht in de buurt van institutioneel gew

eld.

Nog dichter bij dit begrip staat op dit m

oment de prak-

tijk van detentie van kinderen met hun uitgeprocedeerde

ouders in de gesloten centra. Het K

inderrechtencomm

is-sariaat krijgt hier in toenem

ende mate m

ee te maken. D

e-

tentie van kinderen die geen misdrijf hebben gepleegd,

met daarbij een bruusk afbreken van hun recht op onde-

rwijs, op toegang tot voldoende gezondheidszorg en bege-

leiding, op contact met leeftijdsgenoten en op zinvolle

vrijetijdsbesteding is ontoelaatbaar en een welvaartstaat

onwaardig. Alternatieven dringen zich dan ook op, liever

vandaag dan morgen. D

it kwam

trouwens onlangs w

eer duidelijk aan het licht door de veroordeling van België door het Europees H

of voor de Rechten van de Mens in

de zaak-Tabitha13.

In een land als België wordt de aanpak van gew

eld op kinderen daarenboven bem

oeilijkt door de ons zo ver-trouw

de bevoegdheidsverdeling. Alle overheden dragen hier echter een verantw

oordelijkheid. De V

N-studie il-

lustreert dit ook:

‘Noviolenceisjustifiable’kan w

orden geïnterpreteerd als een appel aan de federale overheid (Justitie), terw

ijl‘Allviolenceispreventable’dan w

eer duidelijk aangeeft dat er ook voor de gem

eenschappen (Welzijn en O

nderwijs)

werk aan de w

inkel is.

Het m

oet duidelijk zijn dat wetgevend w

erk alleen niet zaligm

akend is. Vaak is wetgeving een uitdrukking van

iets wat al onder de bevolking leeft. In deze m

aterie moet

de wetgeving de publieke opinie - of gevoel - m

isschien voorafgaan en hervorm

en, onder andere door nieuwe

regelgeving te ondersteunen met sensibilisering en dui-

delijke campagnes. Vaak voldoet de w

et niet. Nem

en w

e het voorbeeld van lijfstraffen: het predicaat ‘slagen en verw

ondingen’ staat inderdaad in de strafwet en ons

burgerlijk wetboek om

schrijft een wederzijdse plicht tot

respect tussen ouders en kinderen. Blijkbaar wordt dit

echter nog niet steeds beschouwd als norm

in de ouder-kindrelatie en w

orden een zekere marge of inbreuken

hierop gedoogd.

Naast duidelijke w

ettelijke normering m

oet dus ook geïn-vesteerd w

orden in training en verspreiden van informatie

over positief opvoeden. Of zoals de G

eneral Com

ment

numm

er 8 stelt: «The first purpose for law

reform is pre-

vention: to prevent violence against children by changing attitudes and practice, underlining children’s right to equal protection and providing an unam

biguous foundation for

child protection and for the promotion of positive, non-

violent and participatory forms of child-rearing.»

T. Ham

marberg

14 beschrijft dergelijk comprehensief be-

leid als volgt:

«AEuropewithoutcorporalpunishm

entdoesnotonlyre-quiream

endmenttonationallaw

s,banningsuchpractices.Anynationalstrategyfortheelim

inationofcorporalpunis-hm

enthastoincludeacombinationofshort-term

measures

includinglegalreformtoprohibitclearlyallform

sofcor-poralpunishm

entandlonger-termm

easurestoinfluencesocialattitudeandprom

otepositivealternativemethodsof

relatingandcomm

unicating.Anystrategyshouldincludethefollow

ingsteps:

•review

ofexistinglegislationtoensureeffectiveprohibi-tionofallcorporalpunishm

ent;

•orientationofparentsandchildprofessionalsabouttherationaleforabandoningcorporalpunishm

entasaform

ofdisciplineinthehomeandininstitutions-thiscould

includeinformationonlegalreform

againstcorporalpu-nishm

entinothercountriesanditspositiveeffects;

•inform

ationtochildrenabouttheirrightsincludingtherighttobetreatedw

ithrespect.Thisshouldbepartof

theschoolcurriculabutalsobedisseminatedthroughthe

massm

edia;

•clearguidancetoteachersandpre-schoolstaff,healthper -sonnel,socialw

orkersandotherkeyprofessionalsontheirroleinpreventingsuchviolationsandhow

torespondinconcretesituationsw

henthereareindicationsthatachildm

aysufferabuseandneedhelp;

•researchinordertodevelopabetterunderstandingofthem

agnitudeandnatureofthepracticeandtoidentifygroupsofchildrenatparticularrisk,and

•parentingeducationcoursesanddiscussions-involvingchildren-onchild-rearingpracticesandpositive,non-violentform

sofdisciplineinhomes,schoolsandinstitu-

tions.

Allthesestepswillrequireaw

areness-raisingamongpoliti-

ciansandotherdecision-makers,andforthistheN

GO

s,pro-fessionalgroupsandm

ediaareofstrategicimportance.«

Een hele boterham inderdaad! Laat ons dan ook alles in

het werk stellen zodat de retoriek ook effectief praktijk

kan worden.

Ik dank u.

13 http://cmiskp.echr.coe.int/tkp197/view.asp?item

=1&portal=hbkm

&action=htm

l&highlight=belgium

%20%

7C%

203&sessionid=11515134&

skin=hudoc-en 14 https://w

cd.coe.int/View

Doc.jsp?id=1008209&

BackColorInternet=FEC

65B&BackC

olorIntranet=FEC65B&

BackColorLogged=FFC

679

nuttige info

• ww

w.kinderrechten.be• U

N

Secretary-General’s

study on

violence against

children, A/61/299 w

ww.un.org en w

ww.violencestudy.org

• Mensenrechtencom

missaris R

aad van Europa,

http://ww

w.coe.int/t/comm

issioner/default_EN.asp .

• ww

w.kindermishandeling.org

• ww

w.stopkindermishandeling.nl/raak

• ww

w.crin.org • C

omm

ittee on the Rights of the C

hild, via ww

w.ohchr.org • R

aad van Europa, ww

w.coe.int en

ww

w.assembly.coe.int/docum

ents.• w

ww.endcorporalpunishm

ent.org• http://w

ww.om

budsnet.org/enoc/ (Netw

erk van Europese

kinderombudsm

annen)

Page 24: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

��

Goede namiddag iedereen

Ik mag u nam

ens de Kinderrechtencoalitie onze w

erk-zaam

heden van voornamelijk het voorbije jaar toelichten.

De K

inderrechtencoalitie verenigt mom

enteel 28 NG

O’s

die zich inzetten voor de implem

entatie van het Verdrag inzake de rechten van het kind.

In 2005 zijn we ingegaan op een oproep van de V

N studie

om een bijdrage te leveren aan die studie. Sam

en met de

CO

DE, onze Franstalige collega’s hebben w

e een bijdrage ingediend op basis van de input van leden-N

GO

’s. Een van onze leden, het K

inderrechtenhuis, heeft de regionale consultatie van de V

N studie bijgew

oond in Ljubljana. D

e conclusies van deze consultatie zijn een belangrijke input gew

eest voor onze werkzaam

heden van dit jaar.

Naar aanleiding van de V

N-studie heeft de K

inderrech-tencoalitie besloten om

een jaar lang te werken rond

het thema ‘gew

eld tegen kinderen’ en op al onze Open

Fora een deelaspect van deze problematiek te behande-

len. Voorbereidend richtten we een w

erkgroep op die bestond uit een aantal leden en een extern expert. D

eze

werkgroep discussieerde over de definiëring van gew

eld tegen kinderen in het algem

een en geweld tegen kinderen

in de context van de gekozen deelthema’s. W

e behandel-den seksueel gew

eld tegen kinderen, met een klem

toon op kinderprostitutie en kinderpornografie, gew

eld tegen kinderen in de fam

iliale context en geweld op school en

geweld in de vrije tijd.

De input voor deze discussies bestond uit het Verdrag

inzake de Rechten van het Kind, de Facultatieve Pro-

tocollen bij het Verdrag, de Concluding O

bservations 15 voor België en G

eneral Com

ment nr. 8

16 van het Com

ité voor de Rechten van het K

ind, de aanbevelingen van het C

omité als besluit van de D

ays of General D

iscussion in 2000

17 en 200118, docum

enten uit de VN

-studie zelf en de bijdrage van de K

inderrechtencoalitie en de CO

DE

aan de VN

-studie19 en uiteraard de expertise van de leden-

NG

O’s. D

eze werkgroep gaf dan ook de aanzet voor het

samenstellen van de program

ma’s 20 voor de O

pen Fora.

De O

pen Fora hebben tot doel om academ

ici, beleidsma-

kers en NG

O’s sam

en te brengen rond bepaalde thema’s,

informatie-uitw

isseling te stimuleren en discussie op gang

te brengen. We w

erken tijdens de Open Fora naar concre-

te aanbevelingen toe en zijn er dit jaar in geslaagd een vertaling van de V

N-studie naar de V

laamse en Belgische

context te maken. Ik zal hierbij een aantal aanbevelingen

toelichten.

uitgangspunten

Het Verdrag inzake de Rechten van het K

ind definieert gew

eld in artikel 19 als ‘alle vormen van licham

elijk of geestelijk gew

eld, letsel of misbruik, licham

elijke of gees-telijke verw

aarlozing of nalatige behandeling, mishande-

ling of exploitatie, met inbegrip van seksueel m

isbruik’. Andere artikelen van toepassing zijn o.a. art. 34 (seksuele uitbuiting) en art. 37 (foltering en vrijheidsberoving).

Gew

eld tegen kinderen is een groot probleem m

et vele ge-zichten. H

et heeft verregaande negatieve consequenties, niet alleen voor hen die van dichtbij zijn betrokken, m

aar ook voor m

ensen die tot hen in relatie staan en voor de sam

enleving in zijn geheel. Gew

eld is een complex pro-

bleem en vereist dus ook een veelzijdig antw

oord vanuit verschillende beleidsdom

einen en in de verschillende mi-

lieus waarin kinderen zich bew

egen.

We gaan er van uit dat alle gew

eld is gerelateerd met el-

kaar. Het focussen op slechts één vorm

van geweld tegen

kinderen zou contraproductief kunnen zijn. Het heeft

daarom w

einig zin om gew

eld bv. binnen de schoolmuren

te willen bestrijden als er in de bredere (lokale) gem

een-schap geen evenredige inspanningen w

orden geleverd in de strijd tegen gew

eld.

Geen enkele vorm

van geweld tegen kinderen is aanvaard-

baar in gelijk welke om

standigheden. Elke vorm van

geweld tegen kinderen is een aantasting van hun rechten.

Globale aanbevelingen van de Kinderrechtencoalitie, deze gelden over alle them

a’s en sectoren die we hebben be-

handeld.

1 D

e ervaringen van de kinderen zelf zijn het referen-tiekader en het startpunt voor het opzetten van acties. K

inderen en jongeren moeten hierbij dus op een zin-

volle manier w

orden betrokken.

2 Een N

ationale Com

missie voor de Rechten van het

Kind m

oet optreden als coördinerend orgaan tussen de verschillende betrokken m

inisters en administraties

en moet een coherent, pro-actief kinderrechtenbeleid

ontwikkelen

21. Deze N

ationale Com

missie m

oet onder m

eer ook actief zijn op het terrein van alle vormen van

geweld tegen kinderen en bijdragen tot m

eer overleg tussen en coherentie in het beleid van de verschillende overheden. Er is ook nood aan m

eer systematische

dataverzameling

22 m.b.t. de problem

atiek van geweld

tegen kinderen in alle domeinen, op basis w

aarvan de N

ationale Com

missie een beleid kan ontw

ikkelen en m

onitoren.

3 H

et debat, de aandacht en het vrijmaken van m

idde-len m

ag niet beperkt worden tot enkel de extrem

e vor-m

en van geweld tegen kinderen. U

iteraard is dit zeer belangrijk, m

aar dit is enkel het topje van de ijsberg.

4 Andere problem

en die de exploitatie van kinderen voeden, m

oeten worden bestreden: extrem

e armoede,

racisme, oorlog, H

IV/aids, kinderen zonder ouders,

kinderen op de dool,...

10�6H

et engagement van de N

GO

’s in het voorbereidende proces en in deopvolging van de studie van de Verenigde N

aties over geweld tegen kinderen

Nele W

ILLEM

S, Coördinator K

inderrechtencoalitie Vlaanderen

15 In het kader van de ratificatie van het Verdrag inzake de Rechten van het Kind heeft België de verplichting vijfjaarlijks verslag uit te brengen bij het C

omité voor de Rechten van het K

ind betreffende de im

plementatie van dit Verdrag. O

p 13 juni 2002 nam het C

omité de slotbeschouw

ingen aan bij het tweede rapport van België.

Zie: w

ww.kinderrechtencoalitie.be/uploads/docum

enten/Slotbeschouwingen%

2013.06.2002.pdf16 G

eneral Com

ment n° 8 (2006): Th

e right of the child to protection from corporal punishm

ent and other cruel or degrading forms of punishm

ent. 17 w

ww.unhchr.ch/htm

l/menu2/6/crc/doc/days/violence.pdf

18 ww

w.unhchr.ch/html/m

enu2/6/crc/doc/days/school.pdf19 Subm

ission to the United N

ations Secretary General’s Study on V

iolence Against Children. C

ontribution of the Belgian Child R

ights NG

O C

oalitions to the global study on violence against children (1 april 2005).

20 21

ww

w.kinderrechtencoalitie.be/uploads/documenten/Slotbeschouw

ingen%2013.06.2002.pdf

Par.10. Sinds het onderzoek van het oorspronkelijke rapport, stelt het C

omité de oprichting van de Interm

inisteriële Conferentie voor de Rechten van het K

ind vast en de overeenkomst

voor de oprichting van een nationale comm

issie voor de rechten van het kind. Evenwel, het C

omité blijft bezorgd: over de afw

ezigheid van een overkoepelende visie over kinderrechten die bovendien niet vertaald w

erd in een nationaal actieplan, over het feit dat verschillende wetten die heersen over verschillende adm

inistratieve jurisdicties kunnen leiden tot discriminatie in het

beschikken over zijn rechten in de verdragsluitende staat; over het feit dat de afwezigheid van een centraal m

echanisme om

de implem

entatie van het Verdrag in België te coördineren, het m

oeilijk maakt om

te komen tot een om

vattend en coherent kinderrechtenbeleid.

Par. 11. Het C

omité raadt de verdragsluitende staat aan om

:

(a) de formele goedkeuring en volledige im

plementatie van het hierboven verm

elde te bespoedigen

(b) de coördinatie van de implem

entatie van het Verdrag toe te wijzen aan een perm

anente organisatie, die zeer zichtbaar is en makkelijk identificeerbaar, m

et een geschikt mandaat en

middelen.

22 ww

w.kinderrechtencoalitie.be/uploads/documenten/Slotbeschouw

ingen%2013.06.2002.pdf

Par. 14.H

et Com

ité heeft met voldoening kennis genom

en van de bijlagen met statistieken die aan de vragenlijst w

erd toegevoegd en van de maatregelen die w

orden genomen om

de datave-rzam

eling te verbeteren in de diensten die de asielaanvragen behandelen; en het Com

ité neemt tot haar genoegen kennis van het bericht dat er een w

erkgroep over statistiek wordt opgericht

als kern van een nationaal studieforum over jeugddelinquentie. D

esalniettemin, refererend naar haar vorige slotbeschouw

ingen, is het Com

ité nog steeds bezorgd om de afw

ezigheid van een nationaal orgaan voor datacollectie en -analyse over de dom

einen die het Verdrag beslaat.

Par. 15.Het C

omité raadt de verdragsluitende staat aan om

een nationaal systeem op te richten zodat geaggregeerde data w

orden verzameld over alle -18jarige personen m

.b.t. alle domeinen

die het Verdrag beslaat, inclusief de meest kw

etsbare groepen (bv. buitenlanders, kinderen met een handicap, kinderen van econom

isch minderbedeelde huishoudens, kinderen in conflict

met de w

et, enz.) en zodat deze gegevens gebruikt worden om

vooruitgang te boeken en beleidsmaatregelen te ontw

erpen om het Verdrag te im

plementeren.

©UNICEF België

Page 25: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

�8��

Thematische aanbevelingen: seksueel gew

eld, intrafam

iliaal geweld, en gew

eld op school en in de vrije tijd.

Aanbevelingen van de K

inderrechtencoalitieom

trent seksueel geweld tegen kinderen

Seksueel geweld tegen kinderen is een begrip dat vele

ladingen dekt: genitale verminking, prostitutie, incest,

exhibitionisme,

verkrachting, pedofilie,

kinderporno-grafie en aanranding... O

nze definiëring diende voor dit deelonderw

erp duidelijk afgebakend te worden en het

Facultatief Protocol inzake de verkoop van kinderen, kinderprostitutie en kinderpornografie vorm

de hierbij de leidraad. 23

Seksueel geweld tegen kinderen is een zeer com

plex, ver-doken en internationaal probleem

. Rode draad doorheen de aanbevelingen is de noodzaak een beter beeld en in-zicht te krijgen op de problem

atiek. De problem

atiek is vaak zo verdoken dat er, ook in het buitenland, w

einig cijfergegevens over de seksuele uitbuiting van m

inderja-rigen bestaan.

Aanbevelingen

Er is gebleken dat het probleem duidelijker m

oet worden

gedefinieerd, en dat er meer overleg nodig is tussen ver-

schillende sectoren om conform

iteit te creëren in registra-tie, om

afspraken te maken en om

het beleid te kunnen ba-seren op een betere kennis en inzicht in die problem

atiek.

Aanbevelingen van de K

inderrechtencoalitiebetreffende intrafam

iliaal geweld tegen kinderen

Intrafamiliaal gew

eld tegen kinderen moet stoppen en

daarom is er ook hier nood aan een breed en gecoördi-

neerd beleid om er w

erk van te maken. Een beleid dat

informatie en sensibilisering, preventie en hulpverlening

combineert. H

ierbij willen w

e reeds wijzen op het belang

van coördinatie en overleg tussen de verschillende overhe-den in ons land.

De K

inderrechtencoalitie sprak zich in het verleden al m

eerdere malen uit tegen de zogenaam

de ‘pedagogische

tik’ en is al langer vragende partij voor een wettelijk ver-

bod, wat uiteraard een consistente basis m

oet worden om

kinderen te bescherm

en, maar anderzijds ook om

de be-volking te inform

eren en te sensibiliseren over dit verbod en haar redenen. H

iermee sam

enhangend is er ook nood aan inform

atie over en ondersteuning bij geweldloos

opvoeden. De doelstellingen van een verbod zijn im

mers

ook: •

de houding van de bevolking ten aanzien van fysiek straffen te veranderen

• een duidelijk kader te bieden voor opvoedingsonders-teuning en voorlichting aan ouders

• vroegere en m

inder ingrijpende vormen van bescher-

mingsm

aatregelen (dan plaatsing van de kinderen) te faciliteren

We m

oeten er over waken dat het m

aatschappelijk pro-bleem

van intrafamiliaal gew

eld niet wordt vernauw

d tot een ouderschapsprobleem

. Het spreekt voor zich

dat we oog m

oeten hebben voor de context waarbinnen

ouderschap gerealiseerd dient te worden. D

e strijd tegen intrafam

iliaal geweld richt zich dan ook niet enkel op de

opvoedingsbekwaam

heden van ouders, maar m

oet gezien w

orden in een geheel van maatregelen die tevens de druk

op gezinnen (stress, moeilijke com

binatie gezin-arbeid, financiële druk,...) verm

indert.

Aanbevelingen van de K

inderrechtencoalitiebetreffende gew

eld op school en in de vrije tijd

Kinderen spenderen buiten hun gezin het m

eeste tijd onder toezicht van volw

assenen op school en in georga-niseerde vrijetijdsactiviteiten. G

eweld (in deze contexten)

is een term die veelvuldig w

ordt gebruikt maar daarom

w

eeral niet duidelijk omschreven is.

Gedurende het opzoekw

erk ter voorbereiding van de O

pen Fora hebben we m

oeten vaststellen dat de grote be-langstelling van het publiek en de m

edia voor geweld op

school en in de vrije tijd, zich voornamelijk richt op het

geweld dat kinderen en jongeren veroorzaken. G

eweld

door en onder de jeugd wordt hoog op de politieke agen-

da geplaatst en de strijd tegen jeugdcriminaliteit w

ordt haast prioriteit num

mer één bij politie - en justitiediens-

ten. Na de m

oord in Brussel centraal, het busincident en de racistische m

oorden in Antwerpen, gingen heel w

at stem

men op voor een effectieve bestraffi

ng van jongeren. O

ok voorstellen met het oog op een m

eer repressieve aanpak van spijbelaars en pestkoppen volgden elkaar in ijltem

po op 24.

Zonder de ernst van dergelijk geweld te m

inimaliseren,

zien we dat er voornam

elijk aan symptoom

bestrijding w

ordt gedaan, waarbij er vaak te w

einig aandacht gege-ven w

ordt aan de oorzaken of achtergronden van zulk ge-drag. Peer m

ediation, herstelgericht groepsoverleg, time

- out projecten en scholen voor jongeren, jongeren voor scholen (JoJo’s) hebben m

eer oog voor het ruimere kader

van geweld en betrekken kinderen en/of jongeren bij het

uitklaren of rechtzetten van bepaald onaanvaardbaar ge-drag.

Daarnaast w

illen we de aandacht vestigen op het gew

eld van volw

assenen tegen kinderen. Ook hier kan gew

eld diverse verschijningsvorm

en aannemen en op diverse w

ij-zen w

orden geïnterpreteerd.

Aanbevelingen

School

1. Wij vragen voor de onderw

ijscontext dat er werk w

ordt gem

aakt van een allesomvattend leerlingenstatuut, dat

een verregaande en pro-actieve vertaling van het Verdrag inzake de Rechten van het K

ind naar de Vlaam

se school-context m

oet zijn. Het m

oet niet enkel geconcipieerd w

orden als antwoord op conflicten tussen leerlingen en

school, maar dient als juridisch kader voor de positie van

de leerling in het algemeen. D

e kinderrechtenbeweging

moet op zoek naar een gezam

enlijke taal met leerkrachten

en andere actoren die een leerlingenstatuut eerder als een bedreiging ervaren, zodat duidelijk w

ordt dat het de be-doeling is dat iedereen hier baat bij heeft.

2. Verder is het belangrijk dat iedereen die met kinderen

werkt gew

eldloze manieren leert hanteren en m

aatregelen van klasm

anagement en discipline leert aannem

en die niet gebaseerd zijn op angst, bedreigingen, vernederingen en fysieke m

achtsuitoefening. Maar dat er positief, construc-

tief en respectvol wordt gereageerd op gedragingen van

leerlingen. Een goede relatie tussen leerlingen en lee-rkrachten, gebaseerd op w

ederzijds respect, heeft imm

ers im

pact op de ontwikkeling van antisociaal gedrag.

Vrije tijd

In die context zijn we gestoten op een taboe. Vrije tijd-

sactiviteiten van kinderen komen nl. tot stand dankzij het

engagement van duizenden gem

otiveerde vrijwilligers.

Daardoor is het ondenkbaar dat deze m

ensen plegers zouden zijn van gew

eld tegen kinderen. Hetzelfde taboe

bestaat eigenlijk ook in het onderwijs. H

oewel het toch

gebeurt.

Voor meer info over bv. gew

eldpleging en seksueel geweld

binnen de (competitie)sport kan in ons boek het artikel

van Vanden Auweele lezen.

Follow-up

Met het K

inderrechtenforum w

il de Kinderrechtencoali-

tie de constructieve dialoog met alle betrokkenen verder

verdiepen, en de discussies die omtrent gew

eld tegenover kinderen w

orden gevoerd stimuleren.

We starten m

et het actief verspreiden van de aanbevelingen en de goede praktijken die w

e dit jaar hebben verzameld

naar stakeholders toe om hen te sensibiliseren voor de

problematiek van gew

eld tegen kinderen: beleidsmensen

als ministers, adm

inistratie, parlementairen, studiediens-

ten, maar ook praktijkm

ensen: NG

O’s, onderw

ijs, jeugd-w

erk, sportwereld, hulpverlening, m

iddenveld.

23 Facultatief Protocol inzake de verkoop van kinderen, kinderprostitutie en kinderpornografie bij het Verdrag inzake de Rechten van het Kind, N

ew York, 25 m

ei 2000. Zie annex.24 zie http://w

ww.hln.be/hlns/cache/det/art_252817.htm

l over de inzet van de politie m.b.t. pesten op school.

Page 26: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

4041

Professor Pinheiro heeft verwezen naar de N

ationale C

omm

issie voor de rechten van het kind. De N

GO

’s zul-len daarin vertegenw

oordigd zijn. We w

eten nog niet of w

e bevoegd zullen zijn om in die N

ationale Com

missie

ook punten te agenderen, maar w

e zullen in elk geval heel erg aan de m

ouw trekken van instanties die w

el die bevoe-gdheid hebben, opdat de follow

-up geagendeerd wordt

voor de Nationale C

omm

issie voor de Rechten van het K

ind.H

et Kinderrechtenforum

zal als bronnenmateriaal w

or-den gebruikt bij het alternatief rapport van de N

GO

’s bij het rapport van België aan het V

N-C

omité voor de Rech-

ten van het Kind over de im

plementatie van het Verdrag

dat door de Kinderrechtencoalitie w

ordt samengesteld.

Ook in het Alternatief rapport over het Facultatief Pro-

tocol inzake Kinderhandel, K

inderprostitutie en Kinder-

pornografie dat zal worden sam

engesteld in 2008, zullen w

e meew

erken.

Naast het rapportagew

erk, starten we ook een w

erkgroep m

et leden van de KIR

ECO

en jeugdwerkorganisaties

waarbij w

e een concretere vertaling willen m

aken naar de praktijk van de aanbevelingen in de context van de vrije tijd.

En tot slot zullen we onze rol van w

aakhond blijven spe-len m

et betrekking tot de Follow-up van «A W

orld Fit For C

hildren (+5)» volgend jaar, met een bijzondere aandacht

aan Prioriteit 3: bescherming tegen m

ishandeling, uitbui-ting en gew

eld.

Ons boek m

et aanbevelingen en een uitgebreidere tekst w

aarop mijn presentatie gebaseerd is, is ter beschikking

en kan gedownload w

orden van op de website van de

Kinderrechtencoalitie http://w

ww.kinderrechtencoali-

tie.be/uploads/documenten/kinderrechtenforum

geweld-

tegenkinderen.pdf en verkrijgbaar op eenvoudige vraag aan de K

inderrechtencoalitie Vlaanderen: Eekhout 4

- 9000 Gent - Tel: 09/225.90.25 - info@

kinderrechten-coalitie.be

Ik dank u.

Globale Aanbevelingen

• Ervaringen van kinderen zelf als referentiekader

- Kinderenenjongerenopzinvollemanierbetrekken

• Coördinatie tussen verschillende overheden,

coherent en pro-actief beleid

- N

ationalecomm

issievoorderechtenvanhetkind• N

iet enkel aandacht voor extreme vorm

en van gew

eld tegen kinderen• Andere problem

en aanpakken die geweld tegen

kinderen voeden

Aanbevelingen Seksueel Geweld

• Betere definiëring ‘uitbuiting’• U

niformiteit opsporings- en vervolgingsbeleid

• Middelen vrijm

aken voor wetenschappelijk

onderzoek en technologische investeringen

• Discussie extraterritorialiteit

• Sensibiliseren kinderen en ouders• Sam

enwerking verschillende sectoren

- Investereninnetw

erkvorming

• Meer aandacht voor bescherm

ing en bijstand

aan slachtoffers - knowhow

politiediensten• Adequate behandeling voor en opvolging van

seksuele delinquenten• Arm

oede onstaansgrond van uitbuiting (MD

G 1)

Aanbevelingen Intrafamiliaal Gew

eld

• Wettelijk verbod op lijfstraffen

• Informatie en sensibilisering over verbod en de

redenen

• Opvoedingsondersteuning voor gew

eldloze

opvoeding • Intrafam

iliaal geweld voorkom

en

- Kinderenweerbaarheidleren

• Sociale vaardigheden, conflicthantering, rolmodellen

- Kinderen(steedsopnieuw

)informerenover

hunrechten

- Vroegtijdigerisicoscreening:voorw

aarden• O

mzichtig m

et resultaten omgaan

• Kritische reflectie over de ethische aspecten en de

gevolgen die eraan worden gegeven

• Ingebed in aanbod opvoedings- en

gezinsondersteuning• O

pleiding en follow-up gebruikers instrum

enten• H

ulpverlening op maat van het kind

- Inform

erenkinderenoverhulpverleningsaanbod

- Informereninterm

ediairen• Leerkrachten, jeugdw

erkers, familieleden,...

• Aandacht voor kinderen die getuige zijn van

huiselijk geweld

- Sensibilisering-preventie-hulpverlening

Aanbevelingen Geweld op School en in Vrije Tijd

• Globaal

-Positievebeeldvorm

ingoverkinderenenjongeren

-Brengenvanrealistischbeeldovergeweld

-G

eïntegreerdeaanpakschool-vrijetijd• Sam

enwerking tussen sectoren

• School

-Leerlingenstatuut• Vertaling van het Verdrag naar V

laamse schoolcontext

• Toezicht door Com

missie Leerlingenrechten

-Respectvolleom

gangmetleerlingen

-Aandachtvoorouderbetrokkenheidenuitbouw

enparticipatiem

ogelijkhedenvoorouders• Bijzondere aandacht voor kw

etsbare gezinnen• Secundair onderw

ijs

-Positiefbekrachtigenprosociaalgedrag-constructief

sanctionerenantisociaalgedrag

-M

eeraandachtvoorklasmanagem

ent(geweldloos)in

lerarenopleidingennavorm

ingleerkrachten

-Werkenaanbetereconditionelefactoren-positief

schoolklimaat

-N

oodaanevaluatieonderzoekgebruikenintegratiein

schoolbeleidvanpreventie-eninterventieplannen

inzakeongew

enstgedrag

-Respectvoordeskundigheid,inzetenaanbevelingen

vanalleledenvanhetschoolgebeuren

• Leerkrachten, leerlingen, brugfiguren, zorgcoördina-tor, groene leerkracht, JoJo, peerm

ediator, CLB,...

-C

urricula,onderwijsm

ethodesen-processenenandere

praktijkenconformVerdragRvK

-Explicieteverbodsbepalinggebruikvangew

eldop

leerlingen

• Vrije tijd

-Volwaardigeparticipatievankinderen

• Bij ontwikkelen van activiteiten

• In het globale beleid van de organisaties• Bij ontw

ikkelen van organisatiebeleid tegen alle vor-m

en van geweld

-O

udersopstructurelemanierbetrekkeninbeleidvan

vrijetijdsvoorzieningen

-Evaluatietoezichtopattesteringenopvolgingvan

geattesteerdejeugdwerkers

-Betereenvooralm

eerscholingjeugdsportbegeleiders

-Verhogenkwaliteitvandejeugdsport

• Creëren pedagogisch en stim

ulerend klimaat

• Ethiek en fairplay• Im

plementatie door de sportclubs van de Panathlon

Verklaring over ethiek in de jeugdsport

-Belangvansportenalsrecreatievebezigheid

-Ondersteunenlokaleoverhedenom

risicofactoreninde

lokaleomgevingvankinderenteverm

inderen• Veilige routes voor kinderen en jongeren naar open-

bare plaatsen en speelruimte in ruim

telijke planning

-Uitsluitenvanm

ogelijkhedentotmeew

erkenaan

vrijetijdsactiviteitenvoorindividuenm

etslechte

bedoelingen

-M

eeronderzoeknaargeweldtegenkindereninde

contextvangeorganiseerdevrijetijdsactiviteiten

Aanbevelingen K

inderrechtencoalitie

Page 27: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

4�

de studie is niet alleen een eindpunt maar ze luidt

ook een nieuwe fase in

De studie die ons door Professor Pinheiro op deze sym

bo-lische dag van het kind w

ordt voorgesteld, heeft een lange w

eg afgelegd.

In 2001 verzocht de Algemene Vergadering van de Vere-

nigde Naties de Secretaris-G

eneraal een diepgaande studie te verrichten naar gew

eld waarvan kinderen het slachtof-

fer zijn. Van bij zijn aanstelling als onafhankelijk deskun-dige door de Secretaris-generaal in 2003, bracht Professor Pinheiro een breed opgevat overleg op gang, w

aaraan op actieve w

ijze werd deelgenom

en door België alsmede door

een groot aantal andere Staten (131). Om

de vragenlijst in te vullen, w

erden op nationaal niveau een groot aantal belanghebbende en betrokken partijen geraadpleegd.D

atzelfde jaar, in 2004, besloot België (de FOD

Buiten-landse Zaken en O

ntwikkelingssam

enwerking) de studie

mee te helpen verw

ezenlijken met een financiële bijdrage

van 100.000 euro.

De voorliggende studie is in velerlei opzichten een uniek

instrument om

mee te w

erken, zich te beraden en om te

sensibiliseren. Een belangrijk gegeven is het participatieve proces dat aan de studie ten grondslag ligt en w

aarover de hele internationale gem

eenschap zich 2 weken geleden in

New

York zeer tevreden toonde. Nog m

erkwaardiger is

dat de rechtstreekse inbreng van de kinderen zorgde voor een verfrissende invalshoek. H

et succes van deze aanpak w

erd ook door de Algemene Vergadering van de Verenig-

de Naties benadrukt.

De studie is ook een precedent in de Verenigde N

aties. Ze besteedt aandacht aan alle vorm

en van geweld tegen

kinderen, in alle plaatsen waar kinderen zich ontw

ikkelen en opgroeien (het gezin, de school, de straat, de detentie-centra, de w

erkplek ....) en in alle landen, van Noord tot

Zuid en van Oost tot W

est.Sinds de tragische gebeurtenissen van 1996, is België opeens gaan beseffen dat zelfs in ons eigen land ontaarde vorm

en van geweld kunnen voorkom

en, die de integriteit van het kind aantasten. O

p nationaal niveau bracht dit besef nooit eerder geziene inspanningen op gang vanw

ege de instellingen en de politici om

dit soort misdaden te

voorkomen, onm

ogelijk te maken en te bestraffen.

Op internationaal niveau, het w

erkterrein bij uitstek van Buitenlandse Zaken en O

ntwikkelingssam

enwerking, ver-

oordeelt België ten stelligste elke vorm van gew

eld tegen kinderen. Er is geen enkel excuus voor gew

eld en het is zo dat gew

eld wel degelijk kan w

orden voorkomen.

Op de recente bijeenkom

st van de 3e Com

missie van

de Verenigde Naties in N

ew York, w

erd het rapport van Professor Pinheiro door België zeer gunstig onthaald. Sam

en met de Europese en de Latijns-Am

erikaanse part-ners, steunde België de resolutie over de Rechten van het kind. D

eze onderkent de noodzaak ervoor te ijveren dat bekendheid w

ordt gegeven aan de studie en de daarbijho-rende aanbevelingen. O

ok roept de resolutie de Staten, de V

N-organisaties en de civiele sam

enleving op werk te

maken van de opvolging van de studie.

De bevindingen van de studie van Professor Pinheiro

doen een beroep op de internationale gemeenschap. Elke

Staat moet m

aatregelen nemen en, zo nodig, nationale

mechanism

en instellen om alle vorm

en van geweld tegen

kinderen te voorkomen en te bestrijden.

Een aantal gegevens die in de studie werden aangestipt,

zoals de pluridimensionele aard van gew

eld en de nood-zaak program

ma’s aan te nem

en ter bestrijding van de factoren die gew

eld in de hand werken of veroorzaken,

worden m

omenteel reeds om

gezet in het Belgische ont-w

ikkelingssamenw

erkingsbeleid.M

inister De D

ecker zal naar verwachting binnen afzien-

bare tijd een nieuwe strategische benadering goedkeuren.

Hierm

ee wordt beoogd uitvoering te geven aan de verbin-

tenissen die het Belgische Parlement in juni 2005 aanging.

Deze behelsden in alle sam

enwerkingsacties een holistische

benadering van de problematiek van de rechten van het

kind (in de 5 concentratiethema’s van de Belgische Sa-

menw

erking, met nam

e : basisgezondheid en reproduc-tieve gezondheid, onderw

ijs en opleiding, landbouw en

voedselzekerheid, infrastructuur en conflictpreventie).

nationale opvolging

België wordt net als de andere landen in de w

ereld ge-confronteerd m

et de feiten die in dit verslag beschreven zijn. H

et zal erop toezien dat de bestrijding van deze verschillende vorm

en van geweld ter sprake bij kom

t en

opgenomen w

ordt in de werking van de verschillende

instanties en fora voor samenw

erking en coördinatie w

aaraan de betrokken overheden van het land kunnen deelnem

en. Ook de civiele sam

enleving zal bij dit proces w

orden betrokken.

In België is de bescherming van kinderen een dom

ein-overschrijdende m

aterie en geen enkele minister heeft

ter zake de exclusieve bevoegdheid. Ten gevolge hier-van ontstonden contactpunten w

aar het beleid wordt

uitgestippeld en gecoördineerd dat de verschillende be-voegde actoren voeren. H

ier worden de aanbevelingen

van de onafhankelijke deskundige met de grootste zorg

onderzocht. De nodige opvolgingsm

aatregelen worden

in de werkinstrum

enten opgenomen. Zo is er het na-

tionale actieplan dat op vraag van het Com

ité voor de rechten van het kind w

erd opgesteld na de mondelinge

voorstelling van het eerste Belgische vijfjarenplan aan het C

omité overeenkom

stig het bepaalde van het Verdrag van de rechten van het kind. D

e oproep om een nationaal

actieplan uit te werken, w

erd op de speciale zitting van de Algem

ene Vergadering van de Verenigde Naties in m

ei 2002 herhaald na de goedkeuring van het einddocu-m

ent «A World fit for C

hildren». Het nationaal actieplan

werd in 2005 door de M

inisterraad goedgekeurd en aan de V

N-autoriteiten toegestuurd. D

it document kan aan

de nieuwste ontw

ikkelingen worden aangepast en w

ordt in 2007 geëvalueerd bij de voorstelling van het derde Belgische verslag aan het C

omité voor de rechten van het

kind.

De w

et van 4 september 2002 is dan w

eer een initiatief van de Senaat en verplicht de Belgische regering om

de federale kam

ers elk jaar in een verslag in te lichten over de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van de rechten van het kind. In andere verslagen w

ordt op gere-gelde tijdstippen inform

atie verstrekt over de maatregelen

van de Gem

eenschappen en de Gew

esten van ons land.

Onder leiding van de M

inister van Justitie is een redactie-com

ité van vertegenwoordigers van de federale en gede-

centraliseerde overheden begonnen aan de voorbereiding van het derde vijfjarenplan dat België aan het C

omité

voor de rechten van het kind in de loop van volgend jaar zal voorleggen. Bijzondere aandacht zal gaan naar vorm

en

van geweld tegen kinderen en naar de m

aatregelen die de verdragsstaat m

oet nemen (artikelen 19 en 32 tot 39 van

het Verdrag).D

eze manier van w

erken is aangewezen, tem

eer daar de voorzitter van het C

omité van de rechten van het kind

heeft bekendgemaakt dat dit internationale controleor-

gaan de aanbevelingen van de studie van Professor Pin-heiro steunt.

Internationale initatieven

De schandelijke m

isdaden tegen kinderen die door gewe-

tenloze criminelen w

aren ontvoerd en opgesloten, beroer-den sterk de Belgische publieke opinie. D

e internationale reacties bleven niet uit en de feiten w

erden in de media

breed uitgesmeerd. D

it zette de Belgische overheid in de loop van de jaren 90 aan tot verschillende initiatie-ven in internationale fora die de grondslag m

oesten leg-gen voor een intensievere sam

enwerking tussen staten of

gemeenschappen op het gebied van de bestrijding van

deze onaanvaardbare vormen van gew

eld, in het bijzonder van het seksueel m

isbruik van kinderen.

1142H

et engagement van de Belgische overheid in het voorbereidende proces

en de opvolging van de studie van de Verenigde Naties

over geweld tegen kinderen

Jan DE

BO

UT

TE

, Gevolm

achtigd Minister, w

d. Directeur-generaal van de Politiek, FO

D B

uitenlandse Zaken

©UNICEF België

Page 28: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

444�

De inspanningen en de geboekte vooruitgang ten spijt,

zijn kinderen nog steeds het slachtoffer van talrijke vor-m

en van geweld. Zo richten seksuele uitbuiting en sek-

sueel geweld ten opzichte van kinderen nog steeds heel

wat schade aan in de Europese sam

enleving.Er valt nog een lange w

eg af te leggen, alleen al omdat

deze misdaden zich doorgaans buiten de openbaarheid

afspelen en de slachtoffers onder bedreiging gedwongen

worden de feiten geheim

te houden.O

ns land is vastbesloten om - w

aar mogelijk - zijn in-

spanningen ter bestrijding van deze plaag op nationaal en internationaal niveau voort te zetten.

Op voorstel van België onderhandelen de lidstaten van

de Raad van Europa thans op regionale schaal over een

globale overeenkomst die zal zijn toegespitst op preventie

en bescherming en op de regels van het internationaal

strafrecht inzake de bestrijding van alle vormen van sek-

suele uitbuiting en misbruik van kinderen.

Dit Europees juridisch instrum

ent is bedoeld als aanvul-ling op en versterking van het Protocol bij het Verdrag in-zake de rechten van het kind, dat betrekking heeft op deze m

isbruiken door er een specifiek toezichtmechanism

e aan te koppelen.

Bovendien legde België in november 2004 aan de R

aad van de Europese U

nie een kadervoorstel voor in verband m

et de erkenning en de uitvoering, binnen de Europese ruim

te, van de verbodsbepalingen die voortvloeien uit ve-roordelingen voor seksuele delicten tegen kinderen. D

e lidstaten van de Europese U

nie buigen zich verder over dit voorstel. D

e aanneming ervan zou alvast bijdragen aan

de versterking van de comm

unautaire strafrechtelijke sa-m

enwerking.

Het Belgische voorzitterschap van de O

rganisatie voor Veiligheid en Sam

enwerking in Europa (O

ESO) w

as dit

jaar een uitgelezen gelegenheid om van de strijd tegen

mensenhandel, in het bijzonder de vrouw

en- en kinder-handel, een van de kernactiepunten van deze organisatie te m

aken.D

eze handel is, zeker wanneer het om

kinderen gaat, een van de ergste vorm

en van geweld en is, behalve een in-

ternationaal misdrijf, ook een aantasting van de funda-

mentele rechten van het individu en een ontoelaatbare

schending van de menselijke w

aardigheid. Deze handel is

uitgegroeid tot een winstgevende handel voor de georga-

niseerde misdaad en is voor de Europese autoriteiten een

belangrijk punt van zorg.

Jaarlijks maakt deze handel die gericht is op seksuele

uitbuiting of andere vormen van uitbuiting duizenden

slachtoffers, grotendeels vrouwen en kinderen. D

e feiten doen zich zow

el in eigen land als in het buitenland voor en vertonen een stijgende trend.

Ter gelegenheid van zijn bezoek aan de OESO

op 28 sep-tem

ber laatsleden, sprak Zijne Majesteit de K

oning de vertegenw

oordigers van de Lidstaten in de permanente

Raad toe. D

e Vorst benadrukte met nam

e de Belgische steun aan de w

erkzaamheden terzake van de O

ESO. D

eze hebben plaats op transnationale schaal en zijn gestoeld op fundam

entele waarden.

Op een gem

eenschappelijke conferentie van de OESO

en de Alliantie tegen M

ensenhandel die op 16 november

jongstleden in Wenen plaatshad, hield het Belgische voor-

zitterschap een pleidooi voor een globale en proactieve strategie in de strijd tegen m

ensenhandel. De conferentie

ging nadrukkelijk in op het misbruik van kinderarbeid en

op de meest grove vorm

en van kinderarbeid.

Het Belgische voorzitterschap w

il op de ministeriële

OESO

-conferentie in december 2006 een aantal beslis-

singen op ministerieel niveau nem

en om gestalte te geven

aan de strijd van de OESO

tegen mensenhandel en aan

de strijd die wordt gevoerd voor de bescherm

ing van kin-deren tegen seksueel m

isbruik.

Op internationaal niveau, ten slotte, is het w

erven en in-zetten van kinderen voor gew

apende conflicten een van de m

eest gruwelijke vorm

en van geweld. België verleent

zijn medew

erking aan de strijd die verschillende inter-nationale instellingen hiertegen leveren en aan het w

erk dat in het kader van het Internationaal Strafhof (IC

C)

wordt verricht om

de daders te vervolgen en de ernstige inbreuken die een m

isdrijf tegen de menselijkeid kunnen

vormen, te beëindigen.

België levert ook een actieve bijdrage aan de uitvoering van de richtlijnen over kinderen in gew

apende conflic-ten, die de R

aad van de Europese Unie in decem

ber 2003 goedkeurde. O

p 1 januari 2007 wordt België voor tw

ee jaar tijdelijk lid van de V

N-Veiligheidsraad. In die hoedanigheid w

il ons land een belangrijk aandeel vervullen in de nieuw

e struc-turen die de R

aad onlangs heeft ingesteld om controle uit

te oefenen op en eventueel strafmaatregelen op te leggen

aan landen of autoriteiten die kindsoldaten inzetten en daarm

ee de internationale wetten die deze praktijk ver-

bieden, met voeten treden.

Bovenop de Belgische initiatieven op nationaal en inter-nationaal niveau, is er ook nog de oprichting van de N

a-tionale C

omm

issie voor de rechten van het kind, die op stapel staat.D

eze nieuwe instantie is ongetw

ijfeld belangrijk. Er is nu een perm

anent mechanism

e voorhanden om het beleid

inzake de bescherming van kinderen te voorzien van de

nodige midddelen tot coördinatie, evaluatie, toezicht en

follow-up. H

ierdoor is de integrale naleving van het VN

-

Verdrag op alle Belgische beleidsniveaus gewaarborgd.

Verder heeft ons land de voorbije jaren flink wat inspan-

ningen geleverd om gehoor te geven aan de aanbevelingen

van het Com

ité voor de rechten van het kind, en een na-tionaal m

echanisme in te stellen.

De C

omm

issie zou begin volgend jaar operationeel zijn. H

aar belangrijkste opdracht is het nationaal rapport voor te bereiden dat elke Staat die partij is bij het Verdrag om

de vijf jaar m

oet voorleggen aan het Com

ité voor de rech-ten van het kind. D

e Com

missie w

aarvan de leden vertegenwoordigers zijn

van de federale overheid, de gewesten en de gem

eenschap-pen en leden van de civiele sam

enleving, is ook bevoegd om

voorstellen te doen inzake maatregelen die nodig zijn

om de uitvoering op nationaal niveau, van de verdragsbe-

palingen te verzekeren.

Om

dat op interministerieel of m

inisterieel niveau nog geen structuur voor de bescherm

ing van het kind bestaat, vertolkt deze N

ationale Com

missie voor de rechten van

het kind de hoop van wie w

eet hoe belangrijk en nood-zakelijk het is tastbare, doeltreffende en coherente be-leidslijnen voor de bescherm

ing van het kind te bepalen overeenkom

stig de bevoegdheden en de institutionele voorschriften aangaande het functioneren van ons land. D

e studie van de analyses en aanbevelingen van Professor Pinheiro zal een beter inzicht verschaffen in het fenom

een van gew

eld tegen kinderen. Dit zal ons dan ook helpen

om betere strategieën op het gebied van preventie en be-

scherming uit te tekenen en aldus het w

elzijn van kinde-ren te verbeteren.

Page 29: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

4�

Bij wijze van slotw

oord, haal ik graag de woorden aan van

de kinderen die deelgenomen hebben aan de offi

ciële voor-stelling van de Studie over gew

eld tegen kinderen tijdens de Algem

ene Vergadering van de Verenigde Naties:

« Beeld jullie een wereld in zonder gew

eld. Hoeveel grote

problemen zouden hierdoor niet opgelost zijn? D

e studie van de V

N over het gew

eld tegen kinderen is geen eind-punt, m

aar net het tegenovergestelde. Het is het begin

van een wereldw

ijd en complex proces om

een halt toe te roepen aan m

isbruik, uitbuiting, kinderhandel, verwaar-

lozing, psychologisch geweld en kinderarbeid.

Het m

oment is aangebroken om

op zoek te gaan naar de oorzaken van het gew

eld tegen kinderen in onze landen. O

m nu te handelen. H

et mom

ent is aangebroken om toe

te geven dat somm

ige praktijken tegen kinderen verban-nen m

oeten worden. H

et is tijd dat jullie je herinneren dat jullie ook een kindertijd hebben gehad. M

isschien zijn jullie zelf papa of m

ama. Sta even stil bij de vraag: «W

at voor leven w

il ik voor mijn kinderen?» Als jullie een po-

sitieve, open, eerlijke toekomst w

illen, in een respectvolle m

aatschappij, dan kunnen jullie en zullen jullie hopelijk ook de dingen voor ons veranderen.

Het m

oment is aangebroken dat de volw

assenen - liever laat dan nooit - zich de vraag stellen w

at onze rechten echt inhouden bij onze geboorte: ons recht op overleven, op een w

aardig bestaan, op gezondheid, ontwikkeling en

participatie, maar ook ons recht om

beschermd te w

orden tegen gew

eld. W

e hebben jullie steun nodig om gew

eld te stoppen. En-kel m

et jullie hulp kunnen we daar in slagen. W

e moe-

ten stoppen te geloven dat geweld gelijk staat m

et macht.

Hoe kan m

en dat geloven, wanneer w

e weten dat gew

eld hoop, geluk en veiligheid steeds w

eer ondermijnt? D

e tijd verstrijkt en elke m

inuut telt.»

het is belangrijk dat we niet vergeten dat deze conferentie

maar een etappe is in de belangrijke strijd tegen het gew

eld tegen kinderen. Een strijd die, in ons land zeker, reeds ge-streden w

ordt, maar die nog veel inzet vraagt.

Ik zou graag alle sprekers en partners van UN

ICEF België

willen bedanken die hebben deelgenom

en aan de organi-satie van deze conferentie: M

ijnheer de Ambassadeur Jan

Grauls, Voorzitter van het D

irectiecomité bij Buitenlan-

dse Zaken, alsook Mijnheer Jan D

eboutte, Gevolm

achtigd

Minister en Algem

een Directeur van de Politiek bij Bui-

tenlandse zaken; Professor Paolo Pinheiro die zich on-danks zijn bijzonder drukke agenda, toch heeft vrijge-m

aakt; Dr. Etienne K

rug, Directeur van de afdeling voor

preventie van letsel en geweld van de W

HO

; Mevrouw

Véronique Joosten, die de Vereniging voor de Verenigde N

aties vertegenwoordigt; M

ijnheer Marc Van Boven,

Voorzitter van UN

ICEF België; M

ijnheer Jean Lieby, C

hild Protection Offi

cer bij UN

ICEF N

iger; Mevrouw

Ankie Vandekerckhove, V

laamse K

inderrechtencomm

is-saris; M

ijnheer Stéphan Durviaux, R

aadgever van de Dé-

légué général aux droits de l’enfant; Mevrouw

Nele

Willem

s, coördinator van de Kinderrechtencoalitie en

Mijnheer Benoît Van K

eirsbilck die la Coordination des

ON

G pour les droits de l’enfant vertegenw

oordigt.

Een speciaal dankwoord gaat ook uit naar de instanties die

UN

ICEF België hebben ondersteund voor de organisatie

van deze conferentie: de FOD

Buitenlandse Zaken, het K

inderrechtencomm

isariaat en de Franse Gem

eenschap. Bedankt ook tot slot aan de tolken, die haast onzichtbaar zijn, m

aar van wie het w

erk zo waardevol is.

1246D

ankwoord en slot

Isabelle MA

RN

EFFE

, Directeur C

omm

unicatie en Programm

a’s, UN

ICEF B

elgië

©UNICEF België

Page 30: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

4�

De w

ereldwijde studie van de Verenigde N

aties over gew

eld tegen kinderen heeft aangetoond dat geweld tegen

kinderen in heel de wereld aanw

ezig is, maar ook dat het

voorkomen kan w

orden en dat er middelen bestaan om

het uit te roeien. D

e kinderen, terreinwerkers en experten

zijn het erover eens dat geweld geen fataliteit is of iets

dat aanvaard moet w

orden. Talrijke regeringen hebben inspanningen geleverd om

het hoofd te bieden aan het probleem

en er een antwoord op te form

uleren.

De w

ereldwijde studie van de Verenigde N

aties over gew

eld tegen kinderen heeft ook aangetoond dat er een enorm

e kloof bestaat tussen de verplichtingen en het engagem

ent van de Staten enerzijds, en de realiteit van kinderen anderzijds. ook al hebben zo goed als alle landen ter w

ereld zich ertoe geëngageerd om kinderrechten te

doen naleven en om kinderen te bescherm

en tegen geweld,

toch kan men, w

anneer men naar de kinderen luistert, niet

anders dan vast te stellen dat de engagementen verre van

nagekomen w

orden in de realiteit.

Gew

eld tegen kinderen stoppen, vergt een sterke politieke w

il en een vastberaden engagement vanw

ege de civiele m

aatschappij. Op regionaal, nationaal en internationaal

niveau moeten sterke m

echanismen opgezet w

orden die gepaard m

oeten gaan met m

enselijke en financiële mid-

delen die het mogelijk m

aken om gew

eld tegen kinderen te verm

inderen en er systematisch op te reageren. G

eweld

tegen kinderen stoppen vereist niet alleen sancties ten op-zichte van de plegers, m

aar ook een mentaliteitsw

ijziging en het w

egwerken van econom

ische en sociale factoren die dit gew

eld in de hand werken.

Gew

eld tegen kinderen een halt toeroepen is een dringen-de noodzaak. D

e kinderen kunnen niet langer wachten.

Geen enkel gew

eld tegen kinderen is aanvaardbaar. Elk gew

eld kan voorkomen w

orden. Er zou geen enkel excuus of uitstel nog m

ogen zijn. Het probleem

is zichtbaar, de verplichtingen van de regeringen duidelijk.

Op regionaal niveau kunnen regionale m

echanismen een

zekere expertise brengen, het mogelijk m

aken om goede

praktijken uit te wisselen en de geboekte vooruitgang be-

kend maken. D

e Raad van Europa heeft een driejaarlijks

programm

a gelanceerd voor de promotie van kinderrech-

ten en de bescherming van kinderen tegen gew

eld. Dit

programm

a ondersteunt de Lidstaten in hun inspannin-gen om

een betere bescherming te bieden aan kinderen,

geweld te voorkom

en en de participatie van kinderen te bevorderen.

Een internationaal gerichte aandacht is cruciaal voor de problem

en van kinderen in oorlog, voor kinderhandel of seksuele uitbuiting van kinderen. D

e Belgische regering kan haar steentje bijdragen om

kinderrechten in de we-

reld blijvend onder de aandacht te houden, door: • een Speciaal Vertegenw

oordiger van de Secretaris-Ge-

neraal aan te stellen voor de studie van de VN

over gew

eld tegen kinderen;• de aandacht van de V

N Veiligheidsraad voor kinderen

die slachtoffer zijn van geweld te behouden;

• de strategienota over kinderrechten in de ontwikke-

lingssamenw

erking toe te passen.

Op nationaal niveau zijn de regeringen als eersten verant-

woordelijk voor de bescherm

ing van kinderen. Meerdere

aanbevelingen van de wereldw

ijde studie over geweld

tegen kinderen zouden in België opgevolgd kunnen wor-

den:

1 Het opzetten van een nationaal actieplan om

alle gew

eld tegen kinderen een halt toe te roepen: dit ac-tieplan m

oet realistische doeltellingen, duidelijke dead-lines en een system

atische evaluatie bevatten en moet

in een globale toepassingsstrategie door de Nationale

Com

missie voor de rechten van het kind gecoördi-

neerd worden. D

e prioriteit van dit actieplan moet

liggen op de preventie van en het verbod op alle vor-m

en van geweld tegen kinderen. D

eze strategie moet

ook mechanism

en van gegevensinzameling verbeteren

opdat kwetsbare groepen geïdentificeerd kunnen w

or-den, de aard en om

vang van gewelddaden beter gekend

worden, geboekte vooruitgang gem

eten kan worden en

opdat een pertinent beleid gevoerd kan worden.

2 Het verbieden van elke vorm

van geweld tegen kin-

deren : via het aannemen van een w

et, in het bur-gerlijk recht, die expliciet verm

eldt dat het kind het recht heeft om

met respect te w

orden behandeld en dat het aan geen enkele vorm

van fysiek of psycho-logisch gew

eld mag onderw

orpen worden. D

ergelijke w

et heeft niet als doel om de ouders voor de rechtbank

te slepen, maar w

el om te proberen fam

iliale leven-som

standigheden te scheppen die conform zijn m

et de m

enselijke waardigheid en om

te komen tot een

gedragsverandering zodat elke vorm van gew

eld tegen kinderen, hoe zw

ak ook, niet meer aanvaard w

ordt. D

eze vraag is door het Com

ité voor de Rechten van het K

ind herhaald ten aanzien van België (in 2002), door de Econom

ische en Sociale Raad en in de G

ene-ral C

omm

ent numm

er 8 (2006) van het Com

ité voor de Rechten van het K

ind in verband met het recht van

elk kind om bescherm

d te worden tegen lijfstraffen.

Zeventien Europese landen hebben reeds een stap in de richting van een w

ettelijk verbod gezet, waaronder

recent buurland Nederland.

3 Het opzetten van grote cam

pagnes tegen het gebruik van gew

eld tegen kinderen en de promotie van gew

eld-loze w

aarden: deze campagnes hebben tot doel om

gedragingen die gew

eld tegen kinderen (lijfstraffen inbegrepen) toelaten of banaliseren te veranderen, om

kinderrechten beter te doen kennen en begrijpen (ook door kinderen), om

te sensibiliseren voor de schadelij-ke gevolgen van gew

eld tegen kinderen en geweldloze

waarden te prom

oten. De eerste cam

pagne van deze soort zou kunnen sam

envallen met de nieuw

e wetge-

ving. Tot slot is het essentieel dat diegenen die werken

voor en met kinderen in hun opleiding een vorm

ing krijgen in kinderrechten.

4 Het uitw

erken van een bruikbaar en aangepast infor-m

atie-instrument voor kinderen: dergelijk instrum

ent m

oet kinderen de mogelijkheid geven om

gewelddaden

te melden bij telefonische hulpdiensten (vb K

JT, ver-trouw

enscentra...). Dit gaat niet enkel over het m

elden van fam

iliaal geweld m

aar moet aan alle kinderen de

kans bieden om in vertrouw

en te kunnen praten over gew

eldsituaties, ook binnen de context van onderwijs,

plaatsing of detentie. Het instrum

ent moet hen de w

eg w

ijzen naar diensten waar ze terecht kunnen voor hulp

en advies. Dit instrum

ent kan naar de kinderen toe bekend gem

aakt worden via een brochure, een poster

of een gadget.

5 Het verm

inderen van het aantal plaatsingen van kinde-ren in instellingen, door alternatieven te ondersteunen binnen fam

iliekringen: België is het tweede Europese

land dat de meeste kinderen in instellingen plaatst.

Overeenkom

stig het Verdrag inzake de rechten van het kind, zou het plaatsen van kinderen enkel als uiterste m

aatregel gehanteerd moeten w

orden. Het is nood-

zakelijk dat een evaluatie plaatsvindt van de toestand van kinderen die in instellingen geplaatst zijn (open centra, gesloten centra, ziekenhuizen, M

PI’s...). Deze

evaluatie moet de psychologische, fam

iliale en sociale gevolgen op korte en lange term

ijn in beschouwing

nemen. Er m

oet ook een bijzondere aandacht gaan naar de m

eest kwetsbare groepen kinderen (kinderen

waarvan de fam

ilie in armoede leven, kinderen in een

illegale situatie, kinderen met een handicap, kinderen

in conflict met de w

et) die het meest vatbaar zijn om

geplaatst te w

orden.

6 Het stopzetten van detentie van kinderen in gesloten

centra en het behoud van het recht van het kind om

met zijn fam

ilie te leven: de omstandigheden w

aarin deze kinderen gedetineerd w

orden zijn totaal onaan-gepast aan hun noden, en hebben veel w

eg van zware

psychologische mishandeling en van een onm

enselijke en vernederende behandeling.

De regeringen staan er niet alleen voor. Alle sectoren van

de civiele maatschappij, alle individuen en de kinderen

zelf hebben een rol te spelen in de strijd tegen geweld

tegen kinderen.

1�48B

esluit en uitdagingen voor de toekomst

Page 31: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

nuTTIGE lInKS

STU

DIE VA

N D

E VER

ENIG

DE N

ATIES O

VER

HET

GEW

ELD T

EGEN

KIN

DER

EN

Verenigde Naties:

http://ww

w.un.org/

Secretariaat van de Studie van de VN

over geweld tegen kinderen:

http://ww

w.violencestudy.org/http://w

ww.unviolencestudy.org/

UN

ICEF :

http://ww

w.unicef.org/

Offi

ce of the United N

ations High C

omm

issioner for Hum

an rights :http://w

ww.ohchr.org/

Wereldgezondheidsorganisatie:

http://ww

w.who.int/

Child R

ights Information N

etwork:

http://ww

w.crin.org

CO

NFER

ENT

IE VAN

6 DEC

EMB

ER 2006 O

VER

HET

GEW

ELD T

EGEN

KIN

DER

EN IN

BELG

IË EN IN

DE W

ERELD

UN

ICEF B

elgië w

ww.unicef.be

[email protected]

Kinderrechtencom

missariaat

http://ww

w.kinderrechten.be/kinderrechten@

vlaamsparlem

ent.be

Délégué général aux droits de l’enfant

http://ww

w.cfwb.be/dgde/

dgde@cfw

b.be

Kinderrechtencoalitie V

laanderenhttp://w

ww.kinderrechtencoalitie.be/

[email protected]

Coordination des O

NG

pour les droits de l’enfant http://w

ww.lacode.be/

[email protected]

Vereniging voor de Verenigde Naties

http://ww

w.law.kuleuven.be/iir/vvn/index.htminfo@

vvn.be

�0

Wereldw

ijd zijn 53.000 kinderen (tussen 0 en 17 jaar) het slachtoffer van moord

• Jongens ondergaan vaker fysiek geweld dan m

eisjes • Meisjes zijn vaker

het slachtoffer van seksueel geweld en verw

aarlozing dan jongens • Kinde-

ren tussen 0 en 4 jaar lopen het meeste risico om

het slachtoffer te worden van

geweld • W

ereldwijd ondergaan 73 m

iljoen jongens (7 %) en 150 m

iljoen m

eisjes (14 %), jonger dan 18 jaar, seksueel gew

eld • Wereldw

ijd worden elk

jaar 275 miljoen kinderen het slachtoffer van huiselijk gew

eld • Wereldw

ijd w

orden 5,7 miljoen kinderen gedw

ongen te werken • W

ereldwijd w

orden 1,8 m

iljoen kinderen gedwongen tot prostitutie en pornografie • W

ereldwijd

ondergingen 130 miljoen vrouw

en en meisjes een verm

inking van hun geslacht-sorganen • Jaarlijks sterven in rijke landen 3.500 kinderen jonger dan 15 jaar tengevolge van m

ishandeling • Het sterftecijfer, tengevolge van m

ishandeling, van kinderen in België is 4 keer zo hoog als dat in Spanje, Italië, G

riekenland en N

oorwegen • Tussen 3%

en 10% van de Am

erikaanse jongeren dragen een w

apen op school • Kinderen die in gevangenschap leven, zijn vaak het slach-

toffer van geweld en hun fundam

entele rechten worden vaak geschonden •

Kinderen m

et een handicap lopen het grootste risico op geweld in instellingen

• In 2005, werden 3.559 kinderen opgevangen door de ploegen van de centra

SOS Enfants (O

NE): K

inderen die risico lopen (33 %) - Seksuele m

ishandeling (22%

) - Fysieke mishandeling ( 9%

) - Ernstige verwaarlozing (8%

) - Andere (28 %

) • De 6 Vertrouw

enscentra Kinderm

ishandeling noteerden in 2005 in to-taal 4.921 m

eldingen van concrete gevallen van mishandeling of verw

aarlozing bij 6.645 m

inderjarigen • Mishandelde kinderen kom

en ongeveer twee keer

meer terecht in het bijzonder onderw

ijs • Wetenschappelijke studies tonen aan

dat kindermishandeling de kans vergroot op crim

ineel gedrag op latere leeftijd • U

it studies blijkt dat mishandelde en/of verw

aarloosde kinderen een slechtere leesvaardigheid vertonen, een lager IQ

hebben, vaker de school verlaten en ge-m

iddeld één jaar minder onderw

ijs genieten • Gew

eld van volwassenen tegen

kinderen komt veel m

eer voor dan geweld gepleegd door jongeren • Er is te

veel aandacht in de media en de politiek voor extreem

geweld en te w

einig voor dagdagelijks gew

eld: thuis, op school, in de vrije tijd, in instellingen, in religieuze gem

eenschappen, op straat • Gew

eld wordt dikw

ijls ontkend en onvoldoende erkend om

dat het cultureel aanvaard is: mediagew

eld, de ‘pedagogische’ tik, porno op het internet, ziekelijke verw

enning, emotionele verw

aarlozing • Internatio-naal onderzoek toont aan dat in één gezin op tien kinderen w

orden mishandeld

• Eén kind op vier in het basisonderwijs en één kind op zeven in het secundair

worden op school gepest • Eén fam

ilie op vijf wordt geconfronteerd m

et geweld

Page 32: Kinderrechtencommissariaat | - Advies...31-05-2007 Advies 2006-2007/6 Advies Conferentie over geweld tegen kinderen Aan de Vlaamse Volksvertegenwoordigers datum volgnr. Kinderrechtencommissariaat

Verantwoordelijke uitgever: Christian Wiener,UNICEF België Lenniksebaan 451 bus 4, B-1070 BrusselTel. 02/230.59.70, Fax 02/230.34.62www.unicef.beE-mail : [email protected]

“No violence against children is acceptable.All violence is preventable.”Paulo Sergio Pinheiro