Katechismus voor kinderen van 7-8 jaar

Laat de Kinderen tot Mij komen – Katechismus voor 7 – 8 Jarigen 1


In opdracht van de bisschop van Roermond

en op zijn gezag samengesteld door:

Bisdom Roermond Dienst Katechese en Onderwijs Neerstraat 51-53, 6041 KB Roermond

Telefoon 04750-86888

Vormgeving en druk: Ars drukkerij Roermond Illustraties: Ars Design (Carien Huyskens)

Additionele afbeeldingen: van Internet

© 1990 Uitgeverij Tabor

Dampoortstraat 166-168, B - 8310 Brugge 3 ISBN 90 – 6597 – 4444 - x

D / 1990 / 3331 / 12 Nugi 214

Katechismus van: Zijne Hoogwaardige Excellentie

Mgr. dr. Joannes M. Gijsen Bisschop van Roermond

Deel 1 voor kinderen van 7-8 jaar

Roermond 1990


Eén van de belangrijkste taken van de Kerk is

de verkondiging van het geloof. Deze opdracht heeft ze van de Heer zelf ontvangen.

De verkondiging gebeurt onder meer in de katechese.

Deze zending tot verkondiging van de Blijde Boodschap vertrouwde Christus toe aan de apostelen en hun opvolgers.

Zij mogen met gezag uitleggen, wat Christus ons heeft geleerd. Zij mogen de mensen ook helpen, naar deze leer die Christus is en brengt, te leven. Daartoe hebben zij de

bijzondere hulp van de heilige Geest ontvangen.

Wil de katechese geschieden volgens de bedoeling van Christus,

dan zal ze volledig en waarheidsgetrouw moeten zijn. Christus wilde immers dat zijn leerlingen alles leerden en

alles leerden onderhouden, wat Hij hen geboden heeft.

Het eerste deeltje, dat bedoeld is voor kinderen van 7 en 8 jaar, geeft een samenvatting van de belangrijkste

elementen van de leer ten leven die Jezus Christus ons heeft gebracht. Ik heb daarbij rekening gehouden met het

bevattingsvermogen van de kinderen. Ook voor deze kleinen is het echter nodig en waardevol,

dat ze de Meester leren kennen.

Zonder dat is het onmogelijk, dat ze Hem gaan volgen. Ik hoop dat de Blijde Boodschap, zoals in de katechismus

samengevat, met eerbied en overtuiging wordt overgedragen.

Het is een voorwaarde om onze toekomstige volwassenen een blijvend houvast te bieden en hen zich thuis te doen

voelen in de levende gemeenschap van de Kerk.

Moge Maria, de Moeder van Jezus, die 'levende katechismus' en 'Moeder en voorbeeld van de katecheten'

genoemd wordt, onze voorspreekster zijn.

Roermond, Hemelvaart van de Heer, 24 mei 1990 † Joannes M. Gijsen, bisschop van Roermond


LES 1

Heel lang geleden waren er nog geen bomen en bloemen.

Er waren ook geen beekjes en rivieren. Dus waren er ook geen visjes.

Er was helemaal niets. De aarde was er ook nog niet.

Er waren geen mensen en geen dieren. De zon was er niet en de maan was er niet, en ook de

sterren waren er niet. Was er helermaal niets?

Jawel, de grote God was er wel. En God zei: Ik wil dat de

aarde er is, en de zee, en de hemel en de zon. En er moeten beekjes komen en rivieren.

En overal moeten bomen groeien en bloemen en struiken. En dan moeten er ook dieren komen:

heel grote olifanten en leuke konijntjes,


en paarden en schildpadden en nog veel meer dieren. God heeft dat allemaal gemaakt.

Wij kunnen dus zeggen: God heeft alles geschapen.

Wij noemen God daarom de Schepper.

God houdt van alles wat Hij heeft geschapen. Het is ook heel mooi.

God heeft alles goed geschapen.

Dan zegt God: Nu ga ik het mooiste maken. God maakt de mens.

God houdt het meeste van de mens.

De mens lijkt ook op God. God geeft alles wat Hij gemaakt heeft aan de mens.

En de mens vindt het allemaal heel mooi en is heel blij.

----------------------------------------------------------------------- Wie heeft alles geschapen? God heeft alles geschapen.

Hoe heeft God alles geschapen?

God heeft alles goed geschapen.

Van wie houdt God het meeste? God houdt het meeste van de mens.

-----------------------------------------------------------------------


LES 2

God heeft niet alleen de aarde geschapen. En niet alleen alles wat er op de aarde is.

God heeft ook de engelen geschapen. Zij zijn bij God in de hemel.

Daar dienen zij God. Soms zijn de engelen ook boodschappers voor God. Wij lezen dat in het boek van God. Dat is de Bijbel.

Er zijn ook engelen die voor de mensen zorgen. leder mens heeft een engel.

Hij heet de engelbewaarder. -----------------------------------------------------------------------

Waar zijn de engelen? Zij zijn bij God in de hemel.

Hoe heet de engel die voor ons zorgt? Hij heet de engelbewaarder.

-----------------------------------------------------------------------


LES 3

De engelen zijn gelukkig bij God.

Maar sommige engelen worden ongehoorzaam. Zij willen God niet meer dienen. Zij willen zelf God

worden. Dat kan natuurlijk met. Daarom jagen de goede engelen de

slechte engelen uit de hemel. De ongehoorzame engelen mogen nooit meer bij God zijn.

Zij zijn voor altijd uit de hemel verjaagd.

Nu proberen de ongehoorzame engelen de mensen ongehoorzaam te maken aan God.

Zij stoken de mensen op, om verkeerde dingen te doen. Zo proberen zij de mensen van God weg te halen.

----------------------------------------------------------------------- Wat is er met de ongehoorzame engelen gebeurd?

Zij zijn voor altijd uit de hemel verjaagd. -----------------------------------------------------------------------


LES 4

De eerste mensen leven gelukkig in de mooie tuin.

Die tuin noemen wij het paradijs. Alles in de tuin is van de mensen.

Alleen van één boom mogen de mensen niet eten. Op een dag staat de vrouw bij die boom.

Een ongehoorzame engel komt naar haar toe. Hij ziet er uit als een slang.

De slang zegt tegen de vrouw, dat zij best een vrucht van die boom mag eten. Dan neemt de vrouw een vrucht van die boom.

Zij eet ervan. En zij geeft ook haar man een vrucht van die boom.

De mensen zijn ongehoorzaam aan God. Wij noemen dat zonde.

Nu moet de mens weg uit de mooie tuin van God.


De mens kan nu niet meer gelukkig zijn. De hemel is voor de mens gesloten.

----------------------------------------------------------------------- Hoe noemen wij de ongehoorzaamheid van de mens?

Wij noemen dat zonde.

Wat gebeurt er door de zonde van de eerste mens? Door de zonde van de eerste mens is de heme1 gesloten. -----------------------------------------------------------------------


LES 5

Door de zonde van de eerste mensen is de wereld anders

geworden. Er gebeuren nu soms akelige dingen. Een rivier overstroomt. Soms is er een aardbeving.

De mens heeft soms pijn. Hij kan ziek worden. Door de zonde moet de mens ook sterven.

Het ergste is, dat hij niet meer bij God kan komen. Heeft God de mens nu voor altijd in de steek gelaten? Nee, God heeft de mensen een Verlosser beloofd.

Er zal iemand komen, die de deur naar de hemel weer openmaakt. Hij komt ons verlossen van de zonden.

Dan kunnen wij weer bij God komen. Dan zijn wij weer altijd blij.

.---------------------------------------------------------------------- Heeft God de mensen voor altijd in de steek gelaten? Nee, God heeft de mensen een Verlosser beloofd.

-----------------------------------------------------------------------


LES 6

God heeft ons een Verlosser gestuurd. Deze Verlosser is de Zoon van God.

God de Zoon is uit de hemel op aarde gekomen. Hij is als een klein Kindje geboren in een stal in Betlehem.

De Zoon van God heet Jezus Christus. Jezus Christus is de Zoon van God,

die voor ons is mens geworden.

Hij is naar de aarde gekomen om de mensen te redden uit de zonde.

Hij is mens geworden om de mensen weer kinderen van God te maken.

Nu kunnen de mensen weer gelukkig zijn.

Wij vieren de geboorte van Jezus op het Kerstfeest. Dat is op 25 december.


----------------------------------------------------------------------- Wie is Jezus Christus?

Jezus Christus is de Zoon van God, die voor ons is mens geworden.

Waarom is de Zoon van God mens geworden?

Hij is mens geworden om de mensen weer kinderen van God te maken.

Wanneer vieren wij de geboorte van Jezus?

Wij vieren de geboorte van Jezus op het Kerstfeest. -----------------------------------------------------------------------


LES 7

Jezus is de Zoon van God. Maar, Hij heeft ook een Moeder.

De Moeder van Jezus is de maagd Maria.

De engel vraagt haar of zij de Moeder van God wil worden.

Maria heeft ja gezegd. Maria is niet alleen de Moeder van Jezus.

Nee, Maria is de Moeder van alle mensen.

Dat heeft Jezus zelf gezegd toen Hij aan het kruis hing. Nu is Maria ook onze Moeder.

Moeder Maria houdt veel van ons. Zij wil ons graag helpen.

En dat kan zij ook. Want Jezus doet alles wat zijn Moeder vraagt.


Wij mogen veel aan onze Moeder denken. Wij bidden ook vaak het gebed van Maria.

Dat is het Weesgegroet.

HET WEESGEGROET. Wees gegroet, Maria

vol van genade, de Heer is met u;

gij zijt de gezegende onder de vrouwen, en gezegend is Jezus,

de vrucht van uw schoot. Heilige Maria,

Moeder van God, bid voor ons, zondaars,

nu en in het uur van onze dood. Amen.

-----------------------------------------------------------------------

Wie is de Moeder van Jezus? De Moeder van Jezus is de maagd Maria.

Is Maria alleen de Moeder van Jezus?

Nee, Maria is de Moeder van alle mensen. -----------------------------------------------------------------------


LES 8

In het evangelie kun je lezen,

hoe Jezus als Kind in Nazareth leefde. Moeder Maria zorgde natuurlijk heel goed voor Jezus.

Jozef heeft haar daarbij geholpen. Dat heeft hij immers aan de engel beloofd.

Jozef zorgt voor Jezus, zoals een vader voor zijn eigen kind zorgt.

En wat doet Jezus? In de Bijbel staat: De jongen groeide op en werd steeds flinker.

Hij werd ook heel wijs. Jezus houdt natuurlijk veel van Maria en Jozef.

Laat Hij dat ook zien? Ja, want Hij is gehoorzaam aan Maria en Jozef.

----------------------------------------------------------------------- Is Jezus een goede zoon van Maria en Jozef?

Ja, want Hij is gehoorzaam aan Maria en Jozef. -----------------------------------------------------------------------


LES 9

Wanneer Jezus dertig jaar oud is, gaat Hij bij Maria weg.

Hij gaat nu doen wat de Vader in de hemel wil. Hij verlaat zijn huis en gaat naar de mensen.

Hij gaat hun vertellen over God.

Hij laat aan de mensen zien dat God van ons houdt.

Ook als de mensen verkeerd doen, blijft God van de mensen houden.

Hij vergeeft de mensen, als zij dat aan God vragen.

Jezus leert de mensen hoe zij goed moeten leven.

Hij zegt: "Gelooft in Mij. Gelooft in wat Ik zeg.

Ik leer jullie wat God van je wil.


Jullie moeten dat dan ook doen. Als je verkeerd doet, moet je je bekeren."

Dat betekent: anders gaan leven, beter gaan leven.

----------------------------------------------------------------------- Wat doet Jezus als Hij dertig jaar oud is?

Hij verlaat zijn huis en gaat naar de mensen.

Wat laat Jezus aan de mensen zien? Hij laat aan de mensen zien dat God van ons houdt.

Wat leert Jezus aan de mensen?

Jezus leert aan de mensen hoe zij goed moeten leven. -----------------------------------------------------------------------


LES 10

Natuurlijk willen de mensen we1 graag weten,

of zij Jezus we1 kunnen geloven. Hoe weten zij dat Hij de waarheid zegt? Dat laat Jezus hun heel duidelijk zien.

Want Jezus doet wonderen. Hij maakt zieke mensen beter.

Lammen laat Hij lopen en doven horen. Blinde mensen kunnen weer zien.

Hij maakt zelfs dode mensen weer levend. Dat kan alleen God.

Zo laat Jezus door zijn wonderen zien, dat Hij de Zoon van God is.

Daarom moeten de mensen alles geloven, wat Jezus heeft geleerd.

----------------------------------------------------------------------- Hoe laat Jezus zien dat Hij de Zoon van God is?

Door zijn wonderen. -----------------------------------------------------------------------


LES 11

Door de zonde van de eerste mensen

was de hemel gesloten. Jezus komt de zonde van de mens goedmaken.

Daarvoor heeft Jezus veel geleden. Dat begon al toen Hij geboren werd.

Er was geen plaats in de herberg. Wanneer Jezus later gaat preken, krijgt Hij vijanden.

Dat is niet fijn. Toch blijft Jezus over God vertellen. Hij blijft ook doen wat de Vader wil.

Want Jezus wil de hemel weer openmaken voor alle mensen.

Daarvoor heeft Hij zelfs een zwaar kruis gedragen. De handen en voeten van Jezus

worden met spijkers aan het kruis geslagen. Jezus is aan het kruis gestorven.


Dit gebeurde op Goede Vrijdag. Jezus geeft zichzelf voor de mensen.

Hij offert zich op voor ons. Het offer van Jezus noemen wij het kruisoffer.

Nu Jezus gestorven is,

kunnen de mensen weer in de hemel komen. Door zijn dood heeft Jezus de heme1 weer

opengemaakt.

----------------------------------------------------------------------- Hoe is Jezus gestorven?

Jezus is aan het kruis gestorven.

Hoe noemen wij het offer van Jezus? Het offer van Jezus noemen wij het kruisoffer.

Wat heeft Jezus door zijn dood gedaan?

Door zijn dood heeft Jezus de heme1 weer opengemaakt.

----------------------------------------------------------------------


LES 12

Jezus is voor ons gestorven.

Wanneer Hij dood is, Komen goede mannen het Lichaam van Jezus

van het kruis halen. Zij begraven het Lichaam in een nieuw graf.

Zal het Lichaam van Jezus nu altijd in het graf blijven? Nee, Jezus is uit het graf opgestaan.

Op de zondagmorgen na Goede Vrijdag

is Jezus verrezen. Jezus leeft.

Dat is natuurlijk heel fijn. Daar zijn wij heel blij om.

Wij vieren dan ook elk jaar, dat Jezus is verrezen. Wij vieren de verrijzenis van Jezus op het Paasfeest.


Oefening van hoop

Grote God, Ik hoop dat ik in de hemel kom.

Ik hoop dat U mij daarvoor alle genade geeft. Dat hoop ik, omdat Jezus dat voor ons heeft verdiend.

Dat hoop ik ook, omdat U het hebt beloofd. Grote God, laat mij altijd op U hopen.

----------------------------------------------------------------------- Is Jezus in het graf gebleven?

Nee, Jezus is uit het graf opgestaan.

Wanneer vieren wij de verrijzenis van Jezus? Wij vieren de verrijzenis van Jezus op het Paasfeest.

-----------------------------------------------------------------------


LES 13

Na de verrijzenis is Jezus nog

veertig dagen op aarde gebleven. Hij verschijnt aan de apostelen.

En ook aan zijn andere leerlingen. Veertig dagen na zijn verrijzenis is Jezus naar de hemel gegaan.

Dat noemen we de hemelvaart van Jezus. De apostelen en veel leerlingen van Jezus

hebben dat gezien. Laat Jezus de mensen nu weer alleen?

Nee, Hij heeft aan de apostelen beloofd een Helper te sturen.

Deze Helper is de heilige Geest


De apostelen blijven samen met Maria in een zaal.

Zij bidden om de Helper. Deze Helper komt tien dagen na de hemelvaart van Jezus.

Op het Pinksterfeest komt de heilige Geest over de apostelen.

Nu worden de apostelen heel dapper. Zij gaan overal van Jezus vertellen.

Zij begrijpen ook veel beter wat Jezus hun allemaal heeft geleerd.

----------------------------------------------------------------------- Wat doet Jezus na zijn verrijzenis? Hij verschijnt aan de apostelen.

Wanneer is Jezus naar de hemel gegaan?

Veertig dagen na zijn verrijzenis is Jezus naar de hemel gegaan.

Wie heeft Jezus aan de apostelen beloofd?

Hij heeft aan de apostelen beloofd een Helper te sturen.

Wie is deze Helper? Deze Helper is de heilige Geest.

-----------------------------------------------------------------------


LES 14

Veertig dagen na Pasen is Jezus naar de heme1 gegaan. Hij is nu weer bij zijn Vader. Over deze Vader in de heme1

heeft Jezus ons iets heel moois geleerd. Dat heeft Hij gedaan voordat Hij gestorven is.

Jezus heeft ons het Onze Vader geleerd.

Dat ging zo. Op een dag is Jezus aan het bidden.

De apostelen willen dat ook graag leren. Dan zegt Jezus iets heel moois.

"Wanneer je bidt, hoef je niet veel woorden te gebruiken. Je mag bidden:


ONZE VADER, die in de hemel zijt,

uw Naam worde geheiligd, uw rijk kome,

uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.

Geef ons heden ons dagelijks brood, en vergeef ons onze schuld,

zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven. En leid ons niet in bekoring,

maar verlos ons van het kwade. Amen."

Zo leert Jezus de apostelen bidden.

Zij weten nu ook wie God is. God is onze Vader.

-----------------------------------------------------------------------

Wat heeft Jezus ons geleerd? Jezus heeft ons het Onze Vader geleerd.

Wie is God?

God is onze Vader. -----------------------------------------------------------------------


LES 15

Wij maken vaak een kruisteken.

Dan zeggen wij:

In de Naam van de Vader en de Zoon

en de heilige Geest.

Jezus heeft ons geleerd: Er is maar één God.

Jezus heeft ons ook laten ontdekken: Er zijn drie goddelijke Personen:

God de Vader, God de Zoon en

God de heilige Geest.


Toch is er maar één God. Wij kunnen dat niet begrijpen.

Maar we geloven het, Omdat Jezus het ons heeft geleerd.

Wij mogen vaak het kruisteken maken: als wij wakker worden,

als wij gaan bidden, als wij gaan eten.

Ook als wij gaan slapen.

Wanneer we de kerk binnengaan, maken wij een kruisteken.

En ook als wij weer uit de kerk komen. Wij maken het kruisteken altijd eerbiedig.

Wij denken dan aan de goddelijke Personen.

----------------------------------------------------------------------- Hoeveel goden zijn er? Er is maar één God.

Hoeveel goddelijke Personen zijn er? Er zijn drie goddelijke Personen:

God de Vader, God de Zoon en God de heilige Geest.

-----------------------------------------------------------------------


LES 16

God woont in de hemel.

Maar Hij is ook bij ons als wij op straat spelen, of als wij op school zijn.

Ook als wij thuis zijn, is God bij ons. God is heel dicht bij ons in de kerk.

God is overal.

Dat is heel fijn. Want nu zijn wij nooit alleen.

God is er altijd. Je kunt God altijd alles vertellen.

God luistert naar ons. God houdt van ons.

Hij zorgt ook voor ons. God ziet alles.

Hij ziet het als wij blij zijn, of als wij huilen.


God weet ook alles. Hij weet wat wij doen.

Hij weet wat wij denken. Hij weet wat wij graag hebben.

Hij ziet en weet alles.

Oefening van geloof Grote God,

ik geloof dat U God bent, Vader, Zoon en heilige Geest.

Ik geloof dat God de Zoon voor ons is gestorven. Ik geloof alles wat U ons door de Kerk leert.

Dat geloof ik, omdat U het hebt gezegd. Grote God, help mij, om altijd te geloven.

----------------------------------------------------------------------- Waar is God? God is overal.

-----------------------------------------------------------------------


LES 17

Wanneer Jezus naar de hemel is gegaan,

stuurt Hij aan de apostelen de heilige Geest. Nu zijn de apostelen dapper en

begrijpen nu goed wat Jezus hun heeft geleerd. De apostelen gaan nu preken.

De heilige Geest helpt hen daarbij. Er komen veel mensen luisteren.

Zij vragen aan de apostelen wat zij moeten doen.

Dan gaat Petrus spreken. Hij is de belangrijkste apostel. Petrus zegt: "Je moet in Jezus

geloven. En je moet je laten dopen. Dan hoor je bij de familie van Jezus.

God is dan je Vader."


De heilige Geest helpt veel mensen die naar Petrus luisteren. Zij doen wat Petrus zegt.

Zij laten zich dopen. Nu horen zij bij de familie van Jezus.

Dat noemen wij de Kerk. De Kerk is de familie van Jezus.

De apostelen zijn de leiders van de Kerk. De heilige Geest helpt hen.

Zij helpen de mensen in Jezus te geloven.

Wanneer de apostelen oud worden, wijzen zij nieuwe apostelen aan.

Dat zijn de paus en de bisschoppen. De paus en de bisschoppen zijn de opvolgers van de apostelen.

Zij zijn nu de leiders van de Kerk

----------------------------------------------------------------------- Wat is de Kerk?

De Kerk is de familie van Jezus.

Wie zijn de apostelen? . De apostelen zijn de leiders van de Kerk.

Wat doen de apostelen?

Zij helpen de mensen in Jezus te geloven.

Wie zijn de opvolgers van de apostelen? De paus en de bisschoppen zijn de opvolgers van de apostelen.

-----------------------------------------------------------------------


LES 18

Jezus wil graag dicht bij ons zijn en ons helpen.

Hij wil ons overal bij helpen. Maar vooral bij de belangrijke

dingen van ons leven wil Hij bij ons zijn. Wanneer wij geboren worden, wanneer wij groter worden.

Hij wil ons helpen als wij gaan trouwen. En natuurlijk ook als wij erg ziek worden.

Wij noemen dat de sacramenten.

Er zijn zeven sacramenten: het doopsel, het vormsel, de Eucharistie, de biecht, het huwelijk, het priesterschap

en de ziekenzalving. Door de sacramenten helpt Jezus ons.


Aan de sacramenten kun je zien hoe Jezus ons helpt. Je kunt het ook horen aan de woorden

die erbij gezegd worden. Jezus heeft de sacramenten gegeven aan de Kerk.

Wij krijgen de sacramenten door de Kerk.

----------------------------------------------------------------------- Wat doet Jezus door de sacramenten?

Door de sacramenten helpt Jezus ons.

Hoe krijgen wij de sacramenten? Wij krijgen de sacramenten door de Kerk.

-----------------------------------------------------------------------


LES 19

Door de ongehoorzaamheid van de eerste mensen

gaat er van alles fout. Ze kunnen niet meer in de mooie tuin

bij God leven. Alle mensen gaan verkeerde dingen doen.

Dat is allemaal de schuld van de eerste mensen. Alle mensen moeten lijden door die schuld.

Het ergste is, dat de mensen niet meer bij God kunnen komen.

Maar Jezus heeft de hemel weer opengemaakt. Nu kunnen de mensen weer bij God komen.

Daarvoor heeft Jezus aan de Kerk een sacrament gegeven. Dat is het sacrament van het doopsel.

Door het doopsel kunnen wij weer bij God komen. Ja, het is nog mooier.

Door het doopsel worden wij kinderen van God.


Daarom is het doopsel

het eerste sacrament dat wij ontvangen. Alle mensen die gedoopt zijn,

worden kinderen van God. Zij horen allemaal bij de familie van Jezus.

Wij worden lid van de Kerk door het doopsel.

We mogen dus onthouden: Door het doopsel worden wij kind van God

en lid van de Kerk.

----------------------------------------------------------------------- Wat worden wij door het doopsel?

Door het doopsel worden wij kind van God en lid van de Kerk.

----------------------------------------------------------------------


LES 20

Op het Pinksterfeest kwam de heilige Geest

over de apostelen. Hij maakte de apostelen dapper.

Door de heilige Geest begrepen de apostelen Jezus opeens veel beter.

Dat wil de heilige Geest bij alle mensen doen.

Daarom ontvangen wij het heilig vormsel. Bij het heilig vormsel ontvangen wij de heilige Geest.

Door het heilig vormsel gebeurt bij ons hetzelfde als bij de

apostelen op het Pinksterfeest. De heilige Geest komt ons helpen. Hij helpt ons,

de woorden van Jezus goed te begrijpen. En Hij maakt ons ook dapper om over Jezus te vertellen.

De heilige Geest helpt ons, goed over Jezus te vertellen en te doen wat Hij wil.


----------------------------------------------------------------------- Wie ontvangen wij bij het heilig vormsel?

Bij het heilig vormsel ontvangen wij de heilige Geest.

Wat doet de heilige Geest? De heilige Geest helpt ons, goed over Jezus te vertellen

en te doen wat Hij wil. -----------------------------------------------------------------------


LES 21

Op de avond voor zijn lijden,

gaat Jezus met zijn vrienden aan tafel. Zij vieren samen het Paasfeest van de Joden.

Het is de laatste keer dat Hij met hen eet. Daarom noemen wij dit het Laatste Avondmaal.

Jezus neemt brood. Hij zegent het brood.

Dan zegt Hij: "Neemt en eet hiervan gij allen.

Want dit is mijn Lichaam."

Dan neemt Hij de beker met wijn. Hij zegent de beker en zegt:

"Neemt deze beker en drinkt hier allen uit. Want dit is Mijn Bloed,

dat vergoten wordt tot vergeving van de zonden."


De apostelen begrijpen het niet. Maar zij zijn heel stil.

Want Jezus is heel ernstig.

Wij begrijpen het ook niet. Wij kunnen dat ook niet begrijpen.

Maar wij geloven dat Jezus iets heel moois voor ons heeft gedaan.

Bij het Laatste Avondmaal verandert Jezus brood en wijn in zijn Lichaam en Bloed.

Wanneer Jezus dit heeft gedaan, zegt Hij:

"Blijft dit altijd doen om Mij te gedenken."

Jezus bedoelt daarmee: blijft altijd doen, wat Ik nu gedaan heb.

Dan blijf lk altijd bij jullie.

----------------------------------------------------------------------- Wat doet Jezus bij het Laatste Avondmaal?

Bij het Laatste Avondmaal verandert Jezus brood en wijn in zijn Lichaam en Bloed.

Wat zegt Jezus tegen de apostelen?

Blijft dit altijd doen om Mij te gedenken. -----------------------------------------------------------------------


LES 22

Jezus heeft aan de apostelen gezegd:

“Blijft dit altijd doen om Mij te gedenken." Wij doen dat in de heilige Mis. In de heilige Mis vieren wij

wat Jezus deed bij het Laatste Avondmaal.

De priester neemt dan ook brood en zegent het. Hij zegt dan de woorden van Jezus:

"Neemt en eet hiervan gij allen. Want dit is mijn Lichaam."

Hij neemt ook de beker met wijn. Hij zegt: "Neemt deze beker en drinkt hier allen uit.

Want dit is mijn Bloed, dat vergoten wordt tot vergeving van de zonden."

Dat noemen wij de consecratie. Door de consecratie veranderen

het brood en de wijn. Zij zijn nu Jezus zelf.


Wij kunnen dit niet zien of proeven. Het brood smaakt nog naar brood. En de wijn smaakt nog naar wijn.

Maar het is nu Jezus zelf. Dat mogen wij geloven.

Want Jezus heeft het zelf gezegd. In de consecratie komt Jezus zelf op het altaar.

Dat is een heel groot wonder. Wij kunnen het niet begrijpen.

Maar wij mogen het we1 geloven. Want Jezus heeft het zelf gezegd.

Door de woorden van de priester komt Jezus bij ons.

----------------------------------------------------------------------- Wat vieren wij in de heilige Mis?

In de heilige Mis vieren wij wat Jezus deed bij het Laatste Avondmaal.

Wanneer komt Jezus zelf op het altaar?

In de consecratie komt Jezus zelf op het altaar.

Hoe komt Jezus bij ons? Door de woorden van de priester komt Jezus bij ons.

-----------------------------------------------------------------------


LES 23

Bij het Laatste Avondmaal

denkt Jezus ook al aan zijn kruisdood. Hij weet dat Hij de hemel weer gaat openmaken.

Jezus wil dat alle mensen in de hemel komen. Ook wij. Daarom heeft Hij ons de heilige Mis gegeven.

De heilige Mis is het sacrament van het offer van Jezus.

Door de heilige Mis gedenken wij het offer van Jezus. Hij offert zich weer voor ons op aan God de Vader.

In de heilige Mis vieren wij dit offer.

Wij noemen de heilige Mis het heilig Misoffer.

De priester helpt ons dit goed te begrijpen. Daarom leest hij in elke heilige Mis voor uit de bijbel.

Door de woorden van de bijbel spreekt Jezus zelf tot ons.


----------------------------------------------------------------------- Wat is de heilige Mis?

De heilige Mis is het sacrament van het offer van Jezus.

Wat doet Jezus voor ons in de heilige Mis? Hij offert zich weer voor ons op aan God. de Vader.

Hoe noemen wij de heilige Mis?

Wij noemen de heilige Mis het heilig Misoffer.

Hoe spreekt Jezus in de heilige Mis tot ons? Door de woorden van de Bijbel.

-----------------------------------------------------------------------


LES 24

In elke heilige Mis mogen wij de Hostie ontvangen. Als wij de heilige Hostie ontvangen,

komt Jezus zelf bij ons.

Dat kun je ook horen. De priester zegt: "Lichaam van Christus".

Wij antwoorden: "Amen". Dat betekent: ik geloof dat Jezus bij mij komt.

Wij hebben eerbied voor Jezus. Wanneer wij te communie gaan,

lachen wij daarom niet. Wij praten ook niet.

Wij gaan eerbiedig te communie.


Wij mogen vaak te communie gaan. Jezus komt graag bij ons.

Hij wil elke dag bij ons komen. Dan kan Hij ons helpen,

Wij zijn eerbiedig wanneer Jezus bij ons komt. Daarom snoepen wij ook niet voor de communie.

Wij mogen één uur voor de communie niets eten en alleen water drinken.

----------------------------------------------------------------------- Wat gebeurt er als wij de heilige Hostie ontvangen?

Als wij de heilige Hostie ontvangen, komt Jezus zelf bij ons.

Hoe gaan wij te communie?

Wij gaan eerbiedig te communie.

Mogen wij voor de communie eten en drinken? Wij mogen één uur voor de communie niets eten

En alleen water drinken. -----------------------------------------------------------------------


LES 25

In de kerk is altijd een mooi kastje.

Dat kastje noemen wij het tabernakel. In het tabernakel bewaren wij de heilige Hosties.

Daarom brandt bij het tabernakel altijd een lampje.

Dat lampje noemen wij de godslamp. Daaraan kun je zien dat Jezus in het tabernakel is.

Jezus woont in het tabernakel.

Jezus wil altijd bij ons blijven. Wanneer ik langs de kerk kom, zeg ik altijd dag tegen Jezus.

Als ik in de kerk kom, kniel ik voor Jezus. Ik mag altijd even bij Jezus naar binnengaan.

Jezus heeft graag dat ik in de kerk kom


----------------------------------------------------------------------- Waar bewaren wij de heilige Hosties?

Wij bewaren de heilige Hosties in het tabernakel.

Wie woont in het tabernakel? Jezus woont in het tabernakel.

-----------------------------------------------------------------------


LES 26

Wij danken God, dat Hij van ons houdt.

Wij willen ook van Hem houden. Dat doen we door goed te leven. Jezus helpt ons om goed te leven. Hij zegt ons hoe wij dat kunnen.

Vooral in de communie komt Hij dicht bij ons. Dan kan Hij ons nog beter helpen.

En wij kunnen goed luisteren naar wat Hij ons zegt. Wij leven goed als wij doen wat Jezus ons zegt.

Jezus heeft aan de apostelen heel veel geleerd.

Hij leert ons ook veel. Het mooiste wat Jezus ons leert is:

Houdt van God en van alle mensen.


Wanneer je dat doet, dan leef je goed.

Dan leef je als een kind van God. Je houdt van Vader-God.

Je houdt ook van alle mensen. Jezus leert ons meer:

Zorgt goed voor de natuur.

Wanneer we een vogeltje hebben, moeten we dat goed verzorgen.

We breken geen takken af van de bomen en trappen niet op bloemen.

----------------------------------------------------------------------- Wanneer leven wij goed?

Wij leven goed als wij doen wat Jezus ons zegt.

Wat leert Jezus ons? Houdt van God en van alle mensen.

Wat leert Jezus ons nog meer? Zorgt goed voor de natuur.

-----------------------------------------------------------------------


LES 27

Kinderen luisteren naar hun ouders.

Als zij niet luisteren zijn zij ongehoorzaam. Je kunt een beetje ongehoorzaam zijn.

Je kunt ook heel erg ongehoorzaam zijn.

Kinderen van God luisteren naar God. Soms luisteren wij niet naar God.

Dan zijn wij niet gehoorzaam aan God. Wij noemen dat zonde.

Wij doen zonden, als wij niet naar God luisteren.

Je kunt een beetje ongehoorzaam zijn aan God.

Dat noemen wij een kleine zonde. Je kunt ook heel erg ongehoorzaam zijn aan God.

Dat noemen we een grote zonde.


De zonden zijn dus niet allemaal even erg. Nee, er zijn grote zonden en kleine zonden.

Oefening van berouw

Grote God, ik heb spijt over mijn zonden,

omdat ik daardoor straf verdien. Maar ik heb nog meer spijt, omdat U de zonde niet wilt. Ik beloof mijn best te doen

om geen zonde meer te doen. Grote God, vergeef mij mijn zonde

----------------------------------------------------------------------- Wanneer doen wij zonden?

Wij doen zonden, als wij niet naar God luisteren.

Zijn alle zonden even groot? Nee, er zijn grote zonden en kleine zonden.

-----------------------------------------------------------------------


LES 28

Wij willen gehoorzaam zijn aan God. Wij willen doen wat God van ons wil.

Soms is dat moeilijk. Hoe weet ik, wat God wil?

God helpt ons. Want God houdt van ons.

God geeft ons regels.

Die regels hebben een naam. Wij noemen de regels van God

de Tien Geboden.

Nu kun je zelf al weten, hoeveel regels God ons heeft gegeven.

Het zijn er tien. Jezus leert ons,


wat in deze Tien Geboden staat. Jezus zegt:

Houdt veel van God en van alles wat God geschapen heeft.

----------------------------------------------------------------------- Hoe weten wij wat God van ons wil?

God geeft ons regels.

Hoe noemen wij de regels van God? Wij noemen de regels van God de Tien Geboden.

Wat staat er in de Tien Geboden?

Houdt veel van God en van alles wat God geschapen heeft.

-----------------------------------------------------------------------


LES 29

Als wij stout zijn geweest,

blijven onze ouders niet boos. Wij zeggen dat wij spijt hebben.

En wij doen weer ons best. Dan is alles weer goed tussen ons.

Zij vergeven ons. Als wij zonden hebben gedaan,

kunnen wij God ook vergeving vragen. God vergeeft onze zonden als wij spijt hebben.

Als je echt spijt hebt,

wil je het beter gaan doen. Wij beloven aan God,

dat wij weer ons best doen. Wij kunnen God altijd vergiffenis vragen.

De mooiste manier om dat te doen is in de biecht.


Dan weten wij zeker dat God ons vergeeft. In de biecht zeggen wij onze zonden tegen de priester.

De priester kan de zonden vergeven in de naam van God.

Hij leert ons ook hoe wij het beter kunnen doen. Dan geeft hij ons de zegen.

Wij noemen dat de absolutie. Door de biecht vergeeft God al onze zonden.

Na de biecht danken wij God.

----------------------------------------------------------------------- Wanneer vergeeft God onze zonden?

God vergeeft onze zonden als wij spijt hebben.

Wat doen wij in de biecht? In de biecht zeggen wij onze zonden tegen de priester.

Wat doet God door de biecht?

Door de biecht vergeeft God al onze zonden. -----------------------------------------------------------------------


LES 30

Op een dag zijn jouw vader en moeder

naar de kerk gegaan. Er waren ook nog andere mensen bij. Je opa en oma en je ooms en tantes.

Jij was er niet bij. Want jij was er toen nog niet.

Je vader en moeder hebben op die dag iets aan God beloofd.

Zij hebben beloofd dat zij altijd van elkaar blijven houden.

Dat noemen wij het huwelijk. Het huwelijk is een sacrament. Man en vrouw beloven elkaar,

dat zij altijd goed voor elkaar zullen zijn. Zij beloven dat zij altijd van elkaar blijven houden.


Jezus helpt de man en de vrouw om altijd goed voor elkaar te zijn.

Dan gaan de man en vrouw bij elkaar wonen. Dat hebben jouw vader en moeder ook gedaan.

En toen heeft God jou aan je pappa en mamma gegeven.

----------------------------------------------------------------------- Wat beloven man en vrouw bij het huwelijk?

Zij beloven dat zij altijd van elkaar blijven houden. -----------------------------------------------------------------------


LES 31

In onze kerk zien wij de priester.

De priester is veel in de kerk. Hij is graag bij Jezus.

Natuurlijk is hij niet alleen maar in de kerk. Jezus stuurt hem naar de mensen toe.

Hij vertelt de mensen over God en over Jezus.

Hij leert de mensen van God te houden. De priester geeft de mensen ook veel.

De priester doopt een pasgeboren kindje. Als mensen ziek zijn gaat hij voor hen bidden.

Mensen die zonden hebben gedaan, mag hij vergeven. Hij mooiste wat de priester mag doen, is de heilige Mis. Hij mag het brood en de wijn veranderen in Jezus zelf. De priester geeft aan de mensen de sacramenten.


----------------------------------------------------------------------- Wat doet de priester?

Hij vertelt de mensen over God en over Jezus.

Wat geeft de priester aan de mensen? De priester geeft aan de mensen de sacramenten.

-----------------------------------------------------------------------


LES 32

Als iemand erg ziek wordt, halen wij de priester.

Hij komt dan naar de zieke toe. De zieke mag eerst biechten.

Dan geeft de priester hem het sacrament van de ziekenzalving. Hij zalft de zieke met heilige olie

en bidt voor hem.

De priester bidt dat de zieke geneest. Hij bidt ook dat de zonden van de zieke vergeven worden.

Door dit sacrament vergeeft Jezus de zonden van de zieke en helpt hem als hij pijn heeft.

De zieke mag nu de heilige communie ontvangen.

De andere mensen die er bij zijn mogen ook te communie gaan.


----------------------------------------------------------------------- Wat doet de priester bij het

sacrament van de ziekenzalving? Hij zalft de zieke met heilige olie en bidt voor hem.

Wat gebeurt er door dit sacrament?

Door dit sacrament vergeeft Jezus de zonden van de zieke en helpt hem als hij pijn heeft.

-----------------------------------------------------------------------


LES 33

Wij willen goed leven.

Dat kunnen wij niet alleen. God helpt ons daarbij.

Daarom mogen wij ook alles aan God vertellen. Wij mogen God bedanken voor fijne dingen.

Wij mogen Hem vragen ons te helpen als iets moeilijk is.

Wij mogen God ook vragen, hoe wij goed kunnen leven.

Dat noemen wij bidden. Bidden is alles aan God vertellen.

Wij mogen God vertellen dat wij blij zijn.

Wij mogen Hem zeggen dat wij gehuild hebben. Wij mogen Hem bedanken voor vader en moeder,

en voor het leuke poesje.


Jezus heeft gezegd

dat wij alles aan God mogen vertellen. Wij mogen God ook alles vragen.

Hij heeft ook beloofd dat God altijd naar ons luistert. God geeft ons alles wat goed voor ons is.

Als wij bidden helpt God ons goed te leven.

----------------------------------------------------------------------- Wat is bidden?

Bidden is alles aan God vertellen.

Wat doet God als wij bidden? Hij helpt ons om goed te leven.

-----------------------------------------------------------------------


LES 34

Wij blijven niet altijd op de aarde.

Op een dag gaan wij dood. Als wij dood gaan, gaan wij naar God.

God kijkt of wij goede dingen gedaan hebben.

Hij kijkt ook of wij onze fouten goedgemaakt hebben. Zo kijkt God of wij goed geleefd hebben.

Als wij goed geleefd hebben, komen wij in de hemel.

In de hemel is het heel fijn.

Je bent er altijd blij. In de hemel hoef je nooit te huilen.

Je hebt er nooit pijn. Er is niets waar je bang voor hoeft te zijn.

Want je bent nu voor altijd bij God.


----------------------------------------------------------------------- Wat gebeurt er als wij dood gaan?

Als wij dood gaan, gaan wij naar God.

Wanneer komen wij in de hemel? Als wij goed geleefd hebben,

komen wij in de hemel. -----------------------------------------------------------------------


LES 35

In de hemel zijn de mensen die goed geleefd hebben.

Er zijn nu al mensen in de hemel. Die noemen wij heiligen.

Zij zijn nu altijd blij.

De heiligen helpen ons en bidden voor ons. Zij helpen ons om ook in de hemel te komen.

Wij kunnen naar deze heiligen luisteren. Dan weten wij, hoe wij goed moeten leven. De heiligen zijn voor ons een voorbeeld.

De mooiste heilige is Maria. Zij is de Moeder van God.

Zij is ook de Moeder van alle mensen. Wij mogen haar vaak vragen, ons te helpen.


Wij zijn ook genoemd naar een heilige. Dat noemen wij onze patroonheilige.

Deze heilige wil ook goed voor ons zorgen. Wij denken elke dag aan deze heilige.

-----------------------------------------------------------------------Hoe noemen wij de mensen die al in de hernel zijn?

Die noemen wij heiligen.

Wat doen de heiligen voor ons? De heiligen helpen ons en bidden voor ons.

Wat zijn de heiligen voor ons?

De heiligen zijn voor ons een voorbeeld. -----------------------------------------------------------------------

.


INHOUD

Les 1. God heeft alles geschapen.......................................... Les 2. God heeft de engelen geschapen ............................... Les 3. De ongehoorzame engelen ........................................ Les 4. De mens is ongehoorzaam aan God .......................... Les 5. God belooft de mens te helpen................................... Les 6. Jezus is de Verlosser ................................................. Les 7. Maria, de moeder van Jezus en van ons..................... Les 8. Jezus als kind ............................................................ Les 9. Jezus gaat naar de mensen ........................................ Les 10. Jezus is de Zoon van God ....................................... Les 11. Jezus is voor de mensen gestorven.......................... Les 12. Jezus is verrezen....................................................... Les 13. Jezus gaat naar de hemel ......................................... Les 14. God is onze Vader ................................................... Les 15. Drie goddelijke personen......................................... Les 16. God is overal ........................................................... Les 17. De heilige Kerk ....................................................... Les 18. De sacramenten........................................................ Les 19. Het heilig doopsel ................................................... Les 20. Het heilig vormsel ................................................... Les 21. Het Laatste Avondmaal………………………….. Les 22. De heilige Mis en het laatste avondmaal ................ Les 23. De heilige Mis en het kruisoffer.............................. Les 24. We gaan te communie .............................................

Les 25. Jezus blijft bij ons ................................................... Les 26. Wij willen goed leven.............................................. Les 27. De zonde.................................................................. Les 28. De geboden van God................................................ Les 29. De biecht ................................................................. Les 30. Het huwelijk ............................................................ Les 31. Het priesterschap ..................................................... Les 32. Het sacrament van de ziekenzalving ....................... Les 33. Bidden...................................................................... Les 34. De hemel ................................................................. Les 35. De heiligen .............................................................. -----------------------------------------------------------------------

Katechismus voor kinderen van 7-8 jaar

Spiritual

Transcript of Katechismus voor kinderen van 7-8 jaar